Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
VZW
AVIFAUNA DEEL 1
Tekst en foto’s: Jos Hubers
Simon van der Luit, al 47 jaar met volle passie in dienst van Vogelpark Avifauna
Vandaag heb ik afgesproken met Simon van
der Luit, hoofd vogelverzorging van het oudste
vogelpark van Europa. ‘Wat zeg ik, van de
wereld’, namelijk Vogelpark Avifauna. Simon
heeft aangegeven dat hij tot minimaal 11.00
uur bezig is met de vogels, dus voor de zekerheid
komen we (mijn dochter Ingrid en ik )
een half uurtje later. Later op de dag blijkt dat
toch een beetje dom te zijn, want het blijkt
dat we nog maar weinig tijd over hebben voor
een wandeling. Dat hadden we natuurlijk
deels voor die tijd kunnen doen. Maar u weet
het: ‘als’ en ‘dan’ daar koop je achteraf weinig
voor.
Voor dat ik het specifiek over Simon ga hebben,
wil ik met u eerst nog de levensloop van
Vogelpark Avifauna doornemen. Ik denk dat
welhaast iedere volwassen Nederlander het
park kent. Het is eigenlijk heel toevallig dat dit park
bestaat, want het was niet de intentie van de oprichter,
dhr. Gerard van den Brink sr., om een vogelpark te stichten.
Zakenman Gerard van den Brink sr. kocht net voor
de tweede wereldoorlog het landgoed ‘Ten Rhijn’ van
mevrouw Keus. Dit was in eerste instantie een bosrijk
landgoed, maar toen de Duitsers in 1942 het landgoed
overnamen, bleven er uiteindelijk niet veel bomen over.
Toen de familie van den Brink in 1945 weer terugkwam,
stonden er op het landgoed welgeteld nog maar drie
bomen die er nu nog staan. Voor de oorlog hield Gerard
van den Brink jr. al wat vogels. Hij pakte na de
oorlog zijn hobby weer op. Vader vond het ook leuk en
besloot mee te helpen om het landgoed weer op te bouwen,
zoals met de aanleg van een
rozentuin, bruggetjes, vijvers etc. Er
werden aan de rand van het landgoed
een aantal volières aangelegd,
waar de eerste vogels witte spechten
(afkomstig uit Suriname) inkwamen.
Zo langzamerhand kwamen
er steeds meer vogels, maar het was
zeker niet de bedoeling om het voor
het publiek open te stellen. Dit gebeurde
pas nadat de zoon, in 1949,
een telefoontje kreeg van de burgemeester
die vroeg of ze genegen
waren het park op een zondag open
te stellen voor het publiek. Op deze
manier kon de christelijke gemeenschap
een wandeling gaan maken
op de dag waarop men verder niets
mocht doen. Geen probleem, terwijl
West Vlaamse
Parkieten Club
28