Au Champagne
Aan de champagne en andere prikwijnen
Aan de champagne en andere prikwijnen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Au Champagne
© Theo Capel, april 2023
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 1
0. Au Champagne
Na een feestje bij ons thuis stond ik wankel, maar bedachtzaam
met een champagnekurk in mijn hand. De flessen waren leeg, de
gasten waren weg, de glazen stonden verspreid in de kamer en de
keuken, waarvan sommige nog met een restje drank. In plaats van
de kurk weg te gooien, staarde ik naar het dekschildje en
besloot toen zo maar een kurkenverzameling aan te leggen.
In een artikel over de 8 grondleggers van de
computerchipindustrie in Silicon Valley stond dat een van hen
een omvattende collectie etiketten van Californische
sinaasappelkistjes had vergaard, gedachtig aan zijn vroegere
vakantiebaantje als plukker daar in de boomgaarden. Zijn
verzameling is nu in een museum te bekijken. Ik dacht voorlopig
aan een plankje – van mahoniehout – thuis aan de wand met 7 maal
7 dekschildjes. Tegelijkertijd zou ik dan een champagneschriftje
aanleggen als een soort catalogus van de wijnen, de
omstandigheden waarin ze naar binnen waren gegaan, hoe de fles
eruit zag en uiteraard ook hoe het allemaal smaakte.
Dat leidde ertoe dat in een periode van 10 jaar een collectie
van 91 kurken ontstond met bijbehorende omschrijving. Dat het zo
lang duurde was een teken van verstandig en sober leven. En
verder, zoals het vaker gaat met verzamelen, begon uiteindelijk
de vaart eruit te lopen. Het kwam misschien ook omdat ik niet op
enig moment tegen een mahoniehouten plankje was aangelopen dat
49 kurken zou moeten tonen, misschien uitgelicht met een spotje.
En misschien ook om van tijd tot tijd een ander deel van de
kurken te kunnen tonen.
Uiteindelijk bleef de doos met de vele kurken op een kastplank
staan. En onlangs werden ze zo slachtoffer van een opruimbui.
Maar dat gaf toch aarzelingen. Zo koos ik 10 kurken uit die ik
het best vind ogen om mijn prikwijnhistorie die overigens gewoon
verder gaat, hier te illustreren.
De kurken of liever de kurkschildjes - capsules zeggen de
kenners – bieden een gedeeltelijke blik op de 91 flessen wijn
die ik vastlegde. Dat waren niet alleen Champagnes, maar ook
andere prikwijnen. De Champagnes voerden wel de hoofdtoon (40%),
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 2
gevolgd door Cava (24%) en diverse Crémants (18%). Daarnaast
waren er ook nog Italianen (9%) en een enkele Vonkelwijn uit
Zuid-Afrika, een paar wijnen uit Australië en een alleingänger
uit Duitsland. De 10 kurken die gespaard bleven, krijgen hier
stuk voor stuk aandacht.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 3
1. Champagne Larmandier-Bernier
‘Deze champagne zal u niet ontgoochelen,’ schrijft een slijter.
Hoe kan dat ook op een oudejaarsavond? We gingen in de vrieskou
naar de familie K. naar een moderne mensen feest. Veel oude
ouders met piepjonge kinderen die op fietsjes en scooters over
het parket tussen de volwassenen door zeilden. Heel gezellig
allemaal. De welkomstchampagne kwam van wijlen Eckart W. die er
zelf niet bij was op deze party met sterjournalisten als S., V.
en Z. die je graag willen uitleggen hoe de wereld in elkaar
steekt, terwijl je glas wordt bijgeschonken.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 4
En er was meer champagne en natuurlijk hapjes, zodat ik later op
de avond niet meer in de gaten had dat mijn glas licht geurde
naar manzanilla en er spoortje jodium zou zijn te herkennen in
de afdronk, zoals een zeer deskundige wijnschrijver dat vindt.
Dat glas kwam om 12.00 uur uit de privéfles van pop-kenner M.
die de Larmandier-Bernier bij een bevriende wijnhandelaar annex
importeur op een van de grachten had gehaald.
De fles zelf stond me niet meer voor de geest. Op het internet
zag ik dat de aankleding bestaat uit een simpel etiket. Geen
fratsen en medailles van obscure proeverijen, maar rechttoe
rechtaan de vermelding dat het om hun champagne gaat, uit
Vertus. Dat ligt een stukje onder Épernay. Hun wijngaarden
liggen daar verspreid in de buurt.
Voor het dekschildje sloofden ze zich iets meer uit. De
initialen staan in gouden letters in een krulletter door elkaar
heen op een groene achtergrond, een tint groen die graag voor
waxjasjes wordt gebruikt. Wie die Bernier is, werd niet
duidelijk. De wijnboeren (vader Pierre, moeder Sophie en zoon
Arthur) heten slechts Larmandier. Ik sluit niet uit dat Bernier
de weduwe van een vroegere Larmandier was. Denk aan Veuve
Clicquot of Veuve Durand en Veuve Cheurlin.
De volgende dag kwam er thuis ook nog Taittinger op tafel en
Saint Maurice. Het is even doorbijten om het nieuwe jaar te
starten. Maar met belletjes die tegen je gehemelte parelen is
dat een luxeprobleem.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 5
2. Crémant de Loire Langlois-Chateau St. Hilaire
Je kunt dineren in de tuin van het kasteel van Saumur, de
paardenstad van Frankrijk, bekend van de historische
cavalerieschool met het onmetelijke oefenterrein. Daar rijden ze
nu overigens in tanks.
We hadden uitzicht op de Loire en de stad, op de wijnkaart en op
de gasten aan een belendend tafeltje. Intussen werd bij de
vallende avond het kasteel uitgelicht. Wat wil je nog meer?
Om te beginnen een prikwijn – of moet je het schuimwijn noemen?
En hier aan deze rivier is het dan wel zo beleefd om een crémant
de Loire te kiezen. Het was aarzelen tussen een Saumur of een
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 6
Vouvray, maar ten slotte waren we in Saumur en zo werd het een
roze crémant St. Hilaire van Langlois-Chateau.
De aandacht voor de wijn en voor de salade met confit van eend
werd afgeleid door het tafeltje naast ons met Duitse toeristen.
Het werd gedomineerd door een man die erin was geslaagd om zeer
hoog te scoren op het lijstje van foute zaken. Hij sprak veel en
luid, was scheel, droeg sandalen, rookte een sigaar, had een
polstasje en ook nog een hond bij zich. Op zich was het
eigenaardig om in Frankrijk je Duits weer eens op te halen.
De wijn was niet echt fantastisch, maar zeker goed te drinken en
absoluut geen miskoop. Ik vond hem wat hard, als je dat van wijn
kunt zeggen en de prikkeling was juist weer nogal zacht.
Voor het dekschildje hadden ze erg hun best gedaan. Twee
paarden, aan weerszijden van een kasteel en dat al sinds 1885,
gevat in een goud-rode rand.
Op hun eigen site kun je hun logo in nog beter detail zien. En
kun je lezen dat Langlois eigenlijk pas in 1912 begon, als
voortzetting van een eerder wijnhuis. De oprichter stierf kort
erna als slachtoffer van de Eerste Wereldoorlog. In onze tijd
heeft het champagne-imperium van Bollinger zich over het domein
ontfermd en zich zo ook in de crémants begeven.
Misschien hadden we toch voor een Vouvray moeten kiezen. In
Amsterdam kun je bij Bolomey de Vouvray Brut van Vincent Carême
kopen, die bij de liefhebbers hoog staat aangeschreven. Dat kan
ik bevestigen. Voor de helft van de prijs waar de betere
champagnes beginnen, kom je hier mee thuis. Ik lees over een
vleugje perzik, maar zou het toch niet meer appel zijn?
Aangenaam schuimend, minder prikkelend. Bollinger moet misschien
wel opletten.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 7
3. Champagne Pol Roger
Met een fles Pommery Brut Rosé onder de arm stapten we in het
vliegtuig naar Boston op bezoek bij de familie K. – een andere
K. dan van de Larmandier-Bernier – die daar voor een tijd
verbleef. De fles ging op bij een kreeftenmaaltijd wat ze in
Nieuw-Engeland graag doen.
We werden in de wrakke Volkswagen die bij het ruilhuis hoorde,
meegenomen naar een keet aan de haven waar in oude gietijzeren
bakken tientallen beesten rondzwommen.
‘Wijs maar aan welke je wilt hebben.’
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 8
Met een postelastiek over de scharen gingen ze in een tasje in
de achterbak. In het huis – in elk huis daar – stond een grote
kreeftenpan klaar.
De champagne kwam in een geschenkdoos waarop als aanprijzing
stond dat hij ‘robuust’ van smaak was. Wat moet je je daarbij
voorstellen? Het was in ieder geval geen opdringerige wijn. Hij
smaakte naar aardbei of misschien toch naar kersen. Daaraan zit
toch niets robuusts?
Het bleef niet bij de Pommery, want een half jaar later stond de
familie K. bij ons op de stoep. Onder de ene arm een fles Pol
Roger, speciaal voor de kurkenverzameling werd erbij gezegd.
Onder de andere arm was een dia-projector. Wie wat bewaart, die
heeft wat.
Wij beschikten over een keukentrap en zo keken we op de wand van
de woonkamer terug op Boston en omgeving. We zagen Walden Pond
van Thoreau weer die naar verluidt het spartaanse van de hut
regelmatig afwisselde met de genoegens van de gewone wereld. Het
verhaal van zijn belevenissen verkocht slecht. Hij noteerde: ‘Ik
heb een bibliotheek van 900 boeken, waarvan ik er 700 zelf
schreef.’
De Pol Roger was een van de betere dan wel beste champagnes die
ik proefde. Hij was goudgeel, meer dan strokleurig zoals de
meeste champagnes, met de klassieke smaak van appels en
abrikozen en lekker schuimend met een lichte zoete nasmaak. Een
fles waarvan je er meer wilt opentrekken.
Het dekschildje is opvallend bescheiden in zwart-wit en zonder
tierelantijnen. Enigszins als bij een Rolls Royce zijn de
initialen verstrengeld. We weten dat we goed zijn, daarover
maken we geen poespas, straalt alles uit.
Voor mensen met een grote beurs is er ook Pol Roger Winston
Churchill, een eerbetoon aan de Britse staatsman die bij wijze
van spreken wel een bad champagne Pol Roger kon leegdrinken.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 9
4. Sekt Henkel & Co
Op bezoek bij vrienden in Berlijn was de verwachting dat er
Rotkäppchen geschonken zou worden. Die Duitse prikwijn – een van
de vele varianten van Sekt – had via de mondreclame een grote
populariteit bereikt. Helaas stak de nasudderende Oost-
Westrelatie er een stokje voor. Rotkäppchen was een van de
verworvenheden van de voormalige DDR en onze vrienden waren
West-Berlijners. Dat accordeerde niet. De vrouw wist ons ook nog
te vertellen dat we vooral van de U-Bahn gebruik moesten maken
en niet van de S-Bahn die vroeger door de DDR werd
geëxploiteerd. In de treinstellen zou het nog steeds hevig
stinken vanwege het typische middel waarmee ze schoongehouden
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 10
werden. Dat zou niet ver uit de buurt naar ouderwetse lysol
ruiken.
Bij het goede eten (onder meer hazenbout en knoedels) kwam er
wit, rood en ook Franciacorta op tafel, een mousserende Italiaan
uit Lombardije. Aan het eind waren er dan nog twee soorten
grappa. Misschien hadden zo reukzin en smaakzin zo’n opdonder
hadden kregen dat er tijdens de rondrit met S-Bahn geen enkele
eigenaardig luchtje was te herkennen.
Het bezoek inspireerde om terug in eigen land ook maar eens
verder Italiaanse prikwijnen te proberen, zoals de Riesling
Italico van Martini. Voor een redelijke prijs was het een
redelijke fabriekswijn waaraan je zeker niet bezeert. En of we
maar zo vriendelijk wilden zijn om de lege fles niet zo maar weg
te doen (non disperdere il vetro nell’ambiente).
Maar natuurlijk was ook sekt aan de beurt. Roodkapjes elixer
bleek niet te vinden, maar de sekt van Henkel stond voor een
vriendenprijs klaar. Geen kwaad woord hierover, of hij nu in het
oosten dan wel in het westen was gebotteld. Op elk feestje te
schenken.
Opvallend was dat de kurk de dikste was onder alle andere
verzamelde kurken. Nu is een dikke Duitser natuurlijk bijna een
pleonasme. De vraag is toch hoe dat bij Rotkäppchen is. Zit daar
ook een kurk uit de Mercedes-klasse op of moet die het met een
Trabantversie doen? Het drinken wordt voortgezet.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 11
5. Champagne De Sousa
Door omstandigheden moest een bloeiende b.v. worden opgeheven.
Zo zou de jaarlijkse traditie van een fles champagne voor de
aandeelhouders ook ten einde komen. We moesten er maar geen
drama van maken. Er was al soesa genoeg geweest. Wat was dan
toepasselijker dan een mooie fles van champagnehuis De Sousa,
een naam ook bekend van vele vrolijke marsen. Het leven gaat
verder, we heffen het glas en vooruit maar weer!
We bliezen eens flink in de bus met een Grand Cru Cuvée des
Caudalies Extra Brut van het huis, zonder goed te beseffen dat
de echte kenners daarvan het water in de mond loopt. Oude
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 12
stokken, biodynamisch, de grond met hulp van een boerenknol
doorploegen, en wat je allemaal nog meer kunt noemen.
De Sousa is verder een zogeheten récoltant-manipulant (RM), wat
inhoudt dat voor hun champagne uitsluitend druiven van eigen
akkers mogen worden gebruikt. Dat houdt dit soort wijnboeren erg
bij de les.
Op zich verwacht je geen De Sousa in een land waar champagnes
namen hebben als Philipponnat, Thienot en Arnould. Het gevolg is
dat je de naam onthoudt. Hij springt eruit. Dat bespaart de
wijnboer reclamegeld.
De Sousa’s zijn bij toeval in de streek beland, als gevolg van
de Eerste Wereldoorlog. Er vocht een Portugees expeditionair
legerkorps mee aan Franse kant. Zo kwam opa de Sousa in
Frankrijk terecht en waarna hij na de demobilisatie met zijn
gezin terugkeerde omdat er in Portugal geen droog brood te
verdienen was.
Van het een kwam het ander en nu is kleinzoon Erick de baas van
een bloeiend champagnehuis dat hij dus op biologische wijze
runt. Naar eigen zeggen is hij geen biologische ayatollah, maar
gaat het hem dus vooral om finesse van zijn champagnes. Dat telt
en de rest is bijzaak. Zo is het dekschild ook simpel: de naam,
de plaats en de wijn en verder niets.
Oké allemaal. Maar hoe smaakt de Grand Cuvée, die is gebaseerd
op de volle 100 procent chardonnay? De beroepsproevers hebben
het over een volle smaak met een hint van perzik en citroen en
een vleugje pompelmoes.
Die stevige smaak viel op, maar ook de bekende appel en verder
een stallucht. Dat kwam misschien vanwege die paarden voor de
ploeg.
‘Niet bewaren, maar meteen drinken,’ is het advies. Is er een
beter advies te vinden?
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 13
6. Cava Raventos i Blanc
Ga niet speciaal langs Sant Sandurni d’Anoia. Het is er anders
dan in Epernay, bekend van de champagne, behoorlijk saai. De
thuisbasis van vele cava-bodega’s is een kleurloos stadje een
eindje onder Barcelona. Als je in Spanje aan de kust bent, ga
dan gewoon naar de plaatselijke Supermarkt, naar de SyP of de
Eroski of welke dan ook, waar naast de zonnecrème, de
espadrilles en de ansichtkaarten een ruime keuze is aan cava.
De makers zullen het ontkennen, maar is er is weinig verschil
tussen de diverse merken. Standaard worden alle cava’s van
dezelfde drie verschillende soorten druiven gemaakt, in ongeveer
dezelfde samenstelling. En verder geen kwaad woord over
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 14
Freixenet, Codorniu, Castellblanch, Agnès de Sarella en al die
anderen. Laat gewoon de kurk ploppen en geniet ervan. En dat
allemaal voor geen geld. Met een tientje kom je al een heel
eind. In Champagneland sta je er beteuterd mee in je hand.
Op een balkonnetje aan de Costa Brava ging dat ontkurken met
iets te veel verve. Met een harde plop kwam hij met nog
goudfolie eraan vast in het zwembadje beneden terecht tot
verbazing van de de toeristen die eromheen lagen. Het gaf een
decadent gevoel.
‘Geen ijsblokjes in doen. Gewoon laten koelen en koud serveren,’
zeiden ze nog in de winkel. Maar daarvoor hadden we niet het
geduld. Het gevolg was dat de belletjes nogal plat sloegen.
Gelukkig was er nog een fles om wel correct leeg te drinken.
Cava klokt probleemloos naar binnen richting maag, maar ook
richting de knieën. En sluit een rozig effect niet uit. Zo had
ik beter cava kunnen drinken na afloop van de Pinokkio-opera dan
van tevoren. Gelukkig was ik weer redelijk bij toen de marionet
een echte jongen werd. Volgens sommige duiders kun je die omslag
ook afleiden uit het opstulpen van zijn neus. Daarin moet je een
verwijzing naar het krijgen van een erectie zien. Ik geloof
nooit dat Collodi dat heeft willen suggereren. Het ging toch
gewoon vanwege het liegen? Het wordt tijd om daar nog eens
verder over te lezen. Eigenlijk dan met een glas Italiaanse
prikwijn bij de hand, maar cava mag natuurlijk ook.
Twee broers die in de wijnhandel gingen, wisten de inkoop van
cava van Raventos i Blanc te regelen, waaronder "L'Hereu"
Reserva Brut. En dan heb je wat. Die stijgt echt boven de andere
uit, ook qua prijs overigens. Vraag niet waar het aan ligt, maar
het is wel zo. Ze verkochten ook roze cava die snel iets te veel
naar frambozenlimonade smaakte. Op zich was dat geen bezwaar om
nog eens bij te schenken. Maar de L’Heureu bleef een winnaar.
Dat kregen ook andere handelaren in de gaten die er niet tegenop
zagen om meteen een paar pallets te bestellen. De enthousiaste
jongens konden er toen naar fluiten, daarvoor hadden ze het
budget en de omzet niet en zo werden ze van de inkooplijst
gestreept. Gelukkig is er veel meer prikkelends in de wereld te
beleven. Dat zou dus in andere zin ook voor Pinokkio gelden.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 15
7. Champagne Louis Roederer
Kleine middenstanders zijn er steeds minder, maar in de
wijnhandel houden ze stand. In Den Haag was er een die zich
beperkte tot champagne, maar desondanks een overvolle winkel
toonde. Het was een rommelig zaakje dat werd gerund door één man
die voortdurend heen en weer rende om je alle moois te tonen.
Afrekenen moest je doen bij de naastgelegen patisserie van Huize
van Wely. Dat gaf de gelegenheid om je behalve aan een goede
fles je ook over te geven aan snoeperij.
Ik ging naar buiten met een roze champagne van Louis Roederer
(spreek uit als ‘Roderer’ met de klemtoon op de laatste
lettergreep). Het bleek dat ik mijn geld had gedoneerd aan het
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 16
financieel best draaiende champagnehuis. Roederer zou een
voorbeeld zijn voor al de opscheppers die vertellen hoeveel
flessen ze wel niet omzetten, maar met veel minder marge dan
Louis die wist dat geld verdienen voorrang had. Voor ons
drinkers is dat allemaal niet echt belangrijk. Het gaat om het
genot.
Krijg je echt een romig-biskwie mondgevoel, zoals je ook
regelmatig ‘brioche’ leest als het over smaak en geur van
champagne gaat? Hij was inderdaad een tikkeltje zoet, maar
vooral ook droog. Ik rook en proefde frambozen vanuit de verte.
Ik staarde langer naar het kurkschildje dan naar de belletjes
die langzaam uit het glas oprezen. In de collectie zat verder
geen schildje met zo’n imposante afbeelding. Zag ik hier het
zeer gedetailleerde familiewapen van de Roederers? En wat voor
een beest stond erop? Het bleek dat het huis hofleverancier was
geweest van de laatste tsarendynastie, de Romanovs, uiteindelijk
uitgemoord door de Bolsjewieken van Lenin. Goedgunstig mocht
Roederer van eerdere tsaren het wapen voeren. Wat Lenin ervan
vond ik onbekend. Die beperkte zich vermoedelijk tot Krimchampagne
Google toont het wapen in al zijn grandeur en kleurrijkheid, een
in zilver gekroonde dubbele adelaar met scepter en rijksappel en
met allerlei kleine wapenschildjes op de vleugels, om het
daartoe maar even te beperken. In het hart van het geheel zie je
een schild met Sint Joris die de draak doodt. De padvinders
onder ons weten dat Joris slechts een instrument in Gods hand
was en hij zo hele volksstammen wist te kerstenen. Zoiets leidt
tot gepeins waarbij je hand automatisch naar het smalle glas
grijpt waarin de belletjes ten hemel rijzen.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 17
8. Champagne Sembault-Delagne
Een cimetière, een farmacie en een supermarché zijn in Frankrijk
praktisch altijd onder handbereik. En in de supermarché kijk je
snel je ogen uit naar de grote keuze aan champagnes en andere
prikwijnen, naast gewone wijnen. Wel is het allemaal
chauvinistisch Frans spul, maar wat geeft dat? Er staat toch al
te veel om op te drinken.
De vakantie aan de Côte d’ Azur leek soms eerder een stage.
Waren we niet bij de Intermarché, dan waren we wel bij de
Champion, Leclerc of de Super-U in plaatsen als Opio,
Châteauneuf-Grasse, Valbonne en Nice.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 18
In Opio was een champagne in de aanbieding, een roze die droog
was en niet zoet, zoals de verkoper van het concern beweerde die
was ingevlogen om alles aan te prijzen.
‘Wilt u proeven?’
Het was een aardige ervaring om tussen het voorverpakte vlees en
de wasmiddelen midden op de ochtend met een glaasje champagne in
je handen te staan. Voor mij moest hij speciaal een nieuwe fles
aanbreken.
‘Geen probleem, meneer.’
Laat Albert Heijn of de Jumbo dit ook eens lezen. Of beter,
stuur iemand gewoon op stage naar Frankrijk.
Drank op de vroege ochtend? Dat moet kunnen, in ieder geval op
vakantie. Dennis Thatcher, de echtgenoot van de Britse premier,
gaf het goede voorbeeld. Hij was gewend om haar te vergezellen
bij een bezoek overal in het land. Daar werden ze altijd met
egards ontvangen.
‘Kunnen we u iets te drinken aanbieden?’
‘Éen g and t graag,’ was een vaste reactie van Dennis.
‘Maar Dennis, het net tien uur geweest. Is dat niet een beetje
vroeg?’
Hij had zijn antwoord klaar.
‘Is is never too early for a g and t, my dear.’
Geldt dat ook niet voor champagne?
Gingen we naar buiten met een fles Sebault-Delagne? Of dronken
we die in Valbonne in een restaurant dat zichzelf aanprees met
gulle porties en de gasten toeriep dat er nooit iemand bij hen
wegging die nog ergens trek in had. Zo werd Zuid-Frankrijk meer
een land van cocagne dan van champagne. Het kan ook een Charles
Vincent zijn geweest. Het zijn obscure champagnes die vooral
veroordeeld lijken tot het schap in de supermarkt. Maar qua
smaak en de borrende en bruisende belletjes kun je ze met een
gerust hart of tafel zetten.
Dat gold ook voor de Charles Lafitte. Liefhebbers van champagne
zien liever dat je je tot kleine wijnboeren richt, die liefde
voor de wijn even zwaar laten wegen als liefde voor een goed
belegde boterham. Daar valt veel voor te zeggen. Ga verder met
proeven.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 19
9. Crémant de Jura Rosé
Het was een roze crémant de Jura. Brut Dargent staat er op het
kurkschildje. Hij werd geschonken bij een overvloedige maaltijd,
vlak voordat het everzwijn op tafel kwam. De gastvrouw had ook
nog meer wijn op tafel gezet. Ze had op een veiling bij
Christie’s een kistje met Bordeaux en Bourgogne gekocht en daar
moesten we zeker van proeven. De herinnering aan de crémant
verflauwde daardoor. Was hij van 100 procent pinot noir gemaakt?
En was het zo dat hij eerder een bessensmaak had dan een
frambozensmaak? En die vogel op dat schildje, die zag er een
beetje uit als een halfdronken adelaar. Was dat inderdaad zo? Je
kent zo’n maaltijd wel, die achteraf met veel moeite uit flarden
kan worden gereconstrueerd.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 20
Het was me onbekend dat er ook crémants uit de Jura komen. Ik
vond het al knap dat ik wist dat er naast crémants uit de Loire
en uit de Bourgogne er ook nog prikwijn uit de Elzas was,
bijvoorbeeld de Dopff au Moulin Cuvée Julien. Die werd gedronken
bij een diner in het restaurant in de voormalige kantine van het
oude stadhuis van Amsterdam. Zo had je bij je eten uitzicht op
‘Vragende kinderen’ van Karel Appel. De ambtenaren konden er
indertijd niet tegen. Ze zagen er vermoedelijk zo vlak na WO2
een soort hongerlijders in die hen het brood uit hun trommeltje
keken. En het leek natuurlijk nergens op, om te beginnen. En dat
allemaal over onze Hollandse trots die samen met Rembrandt en
van Gogh onze schildersdrie-eenheid vormt. De kinderen werden
jaren lang afgedekt en de ambtenaren kwamen tot rust. Dat
laatste is misschien een pleonasme. Voor de dinergasten van nu
is het veel meer een mooie, indrukwekkende aankleding.
Op het etiket stond dat de crémant “l’apéritif idéal des grandes
fêtes et réunions” was. Dat was wat zwaar aangezet. Volgens mij
kun je deze crémant ook op een gewone doordeweekse dag drinken.
Echte champagne is niet beduidend lekkerder, maar vaak weer wel
een stuk duurder.
In het restaurant serveerden ze vooraf een gruyèresoufflé en
achteraf summerpudding. Dat smaakte allebei zo goed dat ik het
hoofdgerecht me niet meer kan herinneren. En helaas ben ik de
combinatie later nooit meer op een kaart tegengekomen.
De crémant van Dopff is gewoon bij allerlei slijters te vinden.
Summerpudding is met enige moeite zelf te maken, bijvoorbeeld
met hulp van de aanwijzingen van Nigella Lawson. Een soufflé kan
ondanks veel moeite nog steeds mislukken. Een fles crémant open
maken is een koud kunstje. Niet aan de kurk draaien,zeggen ze,
maar juist aan de fles draaien terwijl je kurk vasthoudt. Dan
komt alle prikwijn in je glas terecht en niet tegen het plafond.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 21
10. Champagne Billecart-Salmon
De jacht op de ideale prikwijn begon te verflauwen. Champagne
wint het nog steeds van de crémants en meestal helemaal van de
cava’s. Maar dus niet altijd van al die andere prikwijnen. Denk
bijvoorbeeld eens aan de vonkelwijn Pongrácz uit Zuid-Afrika. In
het voordeel van champagne speelt ook wel het ‘je ne sait quoi’
gevoel mee.
Je maakt zo iedereen blij met een fles champagne, soms alleen al
door de doos waarin de fles zit, door het fraaie etiket en als
klein, maar niet te verwaarlozen detail, een attractief
dekschildje dat onder het glinsterende folie om de hals
verborgen zit. En dan moet het drinken nog beginnen.
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 22
En wat moet je dan ontkurken? Billecart-Salmon wordt in mijn
champagnegids gerangschikt onder de grote huizen waaraan je
nooit zou kunnen bekopen, als je ze al kunt betalen. Waarom
kreeg deze roze champagne van mij dan geen echte sterren en was
ik maar gewoon enthousiast. Hetzelfde gold voor de Laurent
Perrier Grand Siécle, ook een van de tophuizen. Die zat in een
fraaie bruin gemarmerde doos waar ik nog iemand blij mee wist te
maken. De bijna weelderige smaak waarover werd gesproken,
ontging me. Deze twee stegen niet uit boven het onbekende huis
Tarlant met een Cuvée Louis, waarin recensenten van alles
proefden, zelf gegrilde noten, boter en mokka. Enige
aanstellerij komt altijd van pas.
Pol Roger bleef de favoriet. Terzijde gestaan door Lanson Brut.
Dat champagnehuis is de hofleverancier van het Britse
koningshuis. Pol Roger heeft ook al een Britse connectie vanwege
Winston Churchill. Zou het komen omdat ik meer anglofiel dan
francofiel ben? Of ben ik en snob? Je weet het maar nooit.
Eigenlijk denk dat ik altijd gewoon op mijn eigen smaak af ga.
Het champagne drinken wordt voortgezet. Zo staat er nog een
Patrick Regnault Grand Cru, Brut, Blanc de Blanc te wachten. Hij
wordt aanbevolen met ‘fijne mousse, verkwikkend en levendig tot
de laatste slok’. Waarom zou je dan eigenlijk wachten om de fles
te openen?
Theo Capel: Au Champagne, over prikwijnen 23