19.01.2013 Views

download - Garagasten

download - Garagasten

download - Garagasten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

TurboStart<br />

Een passie voor alles wat op wielen rijdt?<br />

Najaar 2010<br />

Een passie voor alles wat op wielen rijdt?<br />

Dan is dit jouw magazine!<br />

Kom alles te weten over<br />

databussystemen.<br />

Coole klasprojecten: bouwen aan een Brusselse bus en een elektrokart.<br />

Vrachtwagentechnicus: een job buiten formaat.<br />

Op bezoek bij een revisiebedrijf voor oldtimers.


TurboStart:<br />

jouw gids naar een toekomst op<br />

wielen!<br />

Op vind je nog meer informatie over de toekomstperspectieven<br />

die de autosector jou biedt! Je kan er ook alle vorige nummers van TurboStart <strong>download</strong>en.<br />

TurboStart 2 Najaar 2010<br />

Gefascineerd door alles wat op wielen rijdt? De autosector helpt je graag<br />

een handje om je passie waar te maken. Daarom krijg jij het gratis magazine<br />

TurboStart. Propvol reportages over cracks in het autovak, boeiende<br />

jobs en opleidingsmogelijkheden in de autosector, en knappe artikels over<br />

autotechniek.<br />

TurboStart is er voor alle jongeren in het auto-onderwijs. Of je nu deeltijds<br />

onderwijs volgt, technisch of beroepsonderwijs: dit magazine toont jou<br />

welke boeiende toekomstmogelijkheden de autosector biedt. Je krijgt<br />

TurboStart via je leerkracht. (Alle leerkrachten in het auto-onderwijs konden<br />

bij het begin van het schooljaar gratis exemplaren van TurboStart<br />

bestellen voor al hun leerlingen).<br />

toekomstopwielen.be<br />

J. Bordetlaan 164<br />

1140 BRUSSEL<br />

tel. 02 778 63 30<br />

fax 02 779 11 32<br />

info@toekomstopwielen.be<br />

Verantwoordelijke uitgever:<br />

Luc De Moor, toekomstopwielen.be<br />

Concept en realisatie: Link Inc (www.linkinc.be)<br />

Redactie: Link Inc<br />

Lay-out: Anderz (info@anderz.be)<br />

Fotografie: Johan Martens<br />

Illustraties p 13-20: Delphi, Peugeot, Citroën en BMW<br />

Info en reacties: info@toekomstopwielen.be<br />

Colofon<br />

TurboStart is een uitgave van toekomstopwielen.be,<br />

een actie van de automobielsector en aanverwante<br />

sectoren.


Inhoud:<br />

4<br />

6<br />

8<br />

10<br />

13<br />

21<br />

24<br />

26<br />

29<br />

Met de hele klas sleutelen aan een lijnbus uit 1936<br />

De vernieuwde opleidingenwijzer<br />

Pimp my kart. Wie bouwt de snelste elektrokart?<br />

Vrachtwagentechnicus Jeroen ziet het groots<br />

Van Byteflight tot VAN: alles over databussystemen<br />

Schoolbanken of de werkvloer? Ben Schulpen koos<br />

voor Leren & Werken<br />

Op bezoek bij 6 Auto van het KITO in Vilvoorde<br />

Alles wat je weten moet over autolakken<br />

Een specialist aan het werk:<br />

Joris is een jonge revisietechnicus<br />

3


De leerlingen autotechnieken<br />

van Don Bosco Sint-Pieters-Woluwe ga<br />

ze maken een bus uit 1936 rijklaar!<br />

De vijfde- en zesdejaars autotechnieken van het technisch instituut Don Bosco uit Sint-<br />

Pieters-Woluwe beginnen samen met hun collega’s uit de andere richtingen aan een<br />

ambitieus project: ze zullen een lijnbus uit 1936 helemaal<br />

rijklaar maken. Een as, een motor en wielen: daar<br />

moeten ze het mee doen. De rest van de klus<br />

klaren ze helemaal zelf. Onder begeleiding<br />

van hun leerkracht natuurlijk.<br />

Oud vanbuiten, nieuw vanbinnen<br />

Eerst schiet de afdeling lassen in actie om het skelet van de<br />

bus te bouwen. Ook de leerlingen van houtbewerking<br />

doen mee: zij zorgen voor massief beuken vloerplankjes en<br />

maken de eiken toegangsdeurtjes. Want de bus moet er<br />

helemaal hetzelfde uitzien als toen hij in 1936 door de<br />

Brusselse straten reed.<br />

Moderne verlichting wordt er dus niet geïnstalleerd, wel<br />

komen er van die lekker ouderwetse lampen. Maar de<br />

bedrading en schakelaars die de lampen doen branden,<br />

die zijn wél van 2010. Oud aan de buitenkant,<br />

hypermodern vanbinnen.<br />

TurboStart 4 Najaar 2010<br />

Elektriciteit<br />

De elektriciteit nemen de jongeren<br />

van autotechnieken voor hun<br />

rekening en ze krijgen<br />

daarbij hulp van<br />

hun collega’s uit<br />

elektrotechnieken. Ze moeten nog wel even wachten voor<br />

ze in de bus zelf aan de slag kunnen – onder andere het<br />

laswerk moet eerst gebeuren, weet je nog? Maar ze gaan<br />

nu al samen met hun leerkrachten nadenken over de elektrische<br />

schema’s en plannen uittekenen.<br />

De technische keuring<br />

Wat staat de leerlingen nog te wachten behalve de installatie<br />

van de elektrische voorzieningen? Heel wat. Ze moeten<br />

ervoor zorgen dat de bus straks door de technische<br />

keuring raakt. Want de bus gaat weer ritjes maken. Niet als<br />

gewone lijnbus. Wel als attractie bij trouwfeesten bijvoorbeeld.<br />

Een voertuig dat voor personenvervoer dient, moet<br />

beantwoorden aan strenge eisen: zijn de remmen oké,<br />

werken de lichten zoals het hoort, is het onderstel in orde,<br />

voldoet de vering, ...?


an een straffe uitdaging aan:<br />

Motorrevisie<br />

De motor reviseren<br />

hoeven de leerlingen<br />

niet zelf te doen: dat<br />

is al gebeurd. Toch<br />

zullen ze er alles over<br />

te weten komen<br />

wanneer ze in de<br />

werkplaats van de<br />

MIVB aan de slag<br />

zijn. Daar zijn professionele<br />

technici dag<br />

in dag uit in de weer met de revisie van de modernste<br />

motoren. De jongeren krijgen dus volop de kans om de<br />

verschillende stappen van zo’n revisie te volgen – demonteren,<br />

wassen, herstellen, weer wassen,<br />

monteren en testen. Ook kunnen ze kennismaken<br />

met de meest geavanceerde toestellen<br />

– bijvoorbeeld om krukassen of<br />

drijfstangen tot op de millimeter nauwkeurig<br />

uit te honen. Er staat zelfs een testbank!<br />

(Wist je trouwens dat het 15 uur<br />

duurt om zo’n busmotor te testen?)<br />

Een onbetaalbare ervaring<br />

Bij het werk aan de bus zullen de jongeren een boel bijleren over<br />

autotechniek. Maar ook op andere domeinen steken ze gegarandeerd<br />

heel wat op:<br />

1. Ze krijgen de kans om het werk van hun medeleerlingen uit de<br />

richtingen elektrotechnieken en lassen te volgen; goed voor hun<br />

kennis over elektriciteit en carrosserie.<br />

2. In de werkplaats van de MIVB zien ze ervaren technici aan het<br />

werk; da’s een schat aan informatie voor wie ogen en oren goed<br />

openhoudt.<br />

3. Ze werken in een ‘echt’ bedrijf, waar ze net zoals de werknemers<br />

de voorschriften voor veilig en net werk moeten naleven; realistische<br />

praktijkervaring dus die ze later van pas zal komen als ze<br />

op zoek gaan naar een job.<br />

De bus waar het om te doen is, is een Renault TN6 uit<br />

1936. De eigenaar is de MIVB (voor wie het nog niet wist:<br />

de MIVB is de maatschappij van bussen, trams en metro’s in<br />

Brussel). En het is ook de MIVB die de jongeren van Don<br />

Bosco de kans geeft om de bus helemaal rijklaar te maken.<br />

In de uitgestrekte werkplaats van de MIVB staat de bus<br />

opgesteld op een van de vele werkbruggen.<br />

Als het werk van de leerlingen erop zit, zal de MIVB de bus<br />

gebruiken voor leuke evenementen. Wie dat wil, kan de bus<br />

ook huren voor feestelijke gebeurtenissen zoals huwelijken.<br />

Meer weten over de MIVB? Neem een kijkje<br />

op www.mivb.be.<br />

5


Opleidingenwijzer<br />

Voltijds of deeltijds leren: je kiest zelf welke weg je neemt naar de wondere wereld van alles<br />

wat op wielen rijdt. Hier heb je een volledig nieuw overzicht van de mogelijke richtingen.<br />

TurboStart 6 Najaar 2010<br />

Voltijds leren<br />

TSO<br />

Voltijds leren<br />

algemene vorming combineren<br />

met flink wat technische vakken<br />

en praktijklessen<br />

een diploma secundair onderwijs,<br />

waarmee je verder kan studeren<br />

mogelijkheid om te specialiseren<br />

via een 7 de jaar<br />

sommige scholen spitsen het 7 de<br />

jaar toe op een bepaald thema,<br />

zoals vrachtwagens of elektronica<br />

BSO<br />

meer “handen uit de mouwen”: zo’n 12 wekelijkse praktijkuren<br />

keuze tussen meerdere richtingen in de 3 de graad<br />

mogelijkheid om het diploma secundair onderwijs en het attest bedrijfsbeheer<br />

te behalen na een 7 de jaar<br />

sommige scholen bieden ook modulair onderwijs aan<br />

5 de jaar<br />

Auto<br />

Carrosserie<br />

2-wielers & lichte verbrandingsmotoren<br />

Werktuigmachines<br />

Modulaire opleidingen<br />

Hulpmecanicien personen- en lichte<br />

bedrijfswagens<br />

Koetswerkhersteller specialiteit cartuning en<br />

lettering<br />

Koetswerkhersteller<br />

Mecanicien personen- en lichte bedrijfswagens<br />

Plaatwerker<br />

Spuiter<br />

Technicus personen- en lichte bedrijfswagens<br />

specialiteit lpg<br />

Technicus personen- en lichte bedrijfswagens<br />

5 de jaar<br />

Autotechnieken<br />

6 de jaar<br />

Autotechnieken<br />

7 de jaar<br />

Automotive<br />

Landbouwmechanisatie<br />

Toegepaste autotechnieken<br />

6 de jaar<br />

Auto<br />

Carrosserie<br />

2-wielers & lichte verbrandingsmotoren<br />

Werktuigmachines<br />

Modulaire opleidingen<br />

Hulpmecanicien personen- en lichte bedrijfswagens<br />

Koetswerkhersteller specialiteit cartuning en lettering<br />

Koetswerkhersteller<br />

Mecanicien personen- en lichte bedrijfswagens<br />

Plaatwerker<br />

Spuiter<br />

Technicus personen- en lichte bedrijfswagens specialiteit lpg<br />

Technicus personen- en lichte bedrijfswagens<br />

7 de jaar<br />

Auto-elektriciteit<br />

Bedrijfsvoertuigen<br />

Diesel & lpg<br />

Carrosserie & spuitwerk<br />

Land- en tuinbouwmechanisatie<br />

Mecanicien onderhoud & herstel motorfiets<br />

Tuinbouwmechanisatie<br />

Wegenbouwmachines


Leertijd<br />

Deeltijds leren<br />

al wat geld verdienen terwijl je leert<br />

1 of 1,5 dag per week naar school<br />

les volgen in een Syntra-instelling<br />

vanaf 18 jaar: ondernemersopleiding mogelijk<br />

Garagehouder-hersteller<br />

Bromfietsmecanicien<br />

Carrosseriehersteller<br />

Fietsmecanicien<br />

Mecanicien<br />

Mecanicien voor land- en tuinbouwtrekkers en –machines<br />

Motorfietsmecanicien<br />

Plaatser-hersteller van banden met stuurinrichtingscorrectie<br />

Vulcaniseerder<br />

Logistiek medewerker (magazijnmedewerker)<br />

Constructeur van speciale carrosserieën voor vracht- en<br />

bestelwagens<br />

Constructeur van vrachtwagen- en aanhangwagenchassis<br />

Auto-elektricien<br />

Deeltijds leren<br />

Ook modulair onderwijs is soms<br />

mogelijk. Contacteer het Syntraopleidingscentrum<br />

in je buurt<br />

voor meer info of een volledig<br />

overzicht (www.syntra.be).<br />

DBSO (Deeltijds Beroeps Secundair Onderwijs)<br />

al wat geld verdienen terwijl je leert<br />

gemiddeld 15 uur les per week (of: een week werken, een week<br />

school)<br />

meestal: les volgen in de gebouwen van een technische school<br />

begeleider helpt je een stageplaats te vinden<br />

Automecanicien<br />

Fietshersteller<br />

Goederenbehandelaar-magazijnier<br />

Goederenbehandelaar-magazijnier-heftruck<br />

Goederenbehandelaar-magazijnmedewerker<br />

Hulpmecanicien personen- en lichte bedrijfswagens<br />

Heftruckchauffeur<br />

Koetswerkhersteller<br />

Mecanicien lichte verbrandingsmotoren<br />

Mecanicien personen- en lichte bedrijfswagens<br />

Plaatwerker<br />

Pistoolspuiter<br />

Reachtruckchauffeur<br />

Spuiter<br />

Voorbewerker pistoolspuiten<br />

Op www.ond.vlaanderen.be/onderwijsaanbod/dbso/richtingen.asp<br />

zie je welke opleidingen je allemaal kan volgen en in welke scholen<br />

dat kan.<br />

Meer weten over opleidingen<br />

in de wereld van alles wat op<br />

wielen rijdt? Surf dan naar<br />

www.toekomstopwielen.be<br />

7


Pimp My Kart<br />

De zevendejaars auto-elektriciteit<br />

van VTI Leuven<br />

bouwen een elektrokart!<br />

Bouw een benzinekart om in een elektrokart. Zo luidt de opdracht van het project Pimp My<br />

Kart. De zevendejaars auto-elektriciteit van het VTI Leuven hebben er wel zin in en schrijven<br />

zich in. TurboStart komt het te weten en gaat op bezoek.<br />

Hightech Tot 70 km/uur<br />

Onder begeleiding van technisch adviseur Louis Matthijs<br />

nemen we een kijkje in de werkplaats. Daar staat een<br />

hightech kart, een ultramodern model. Het voertuig is<br />

helemaal gestript. Enkel het chassis blijft over; de benzine -<br />

motor die erop stond, is eraf gehaald.<br />

Het begin: laswerk<br />

Louis Matthijs legt uit wat moet gebeuren: “Eerst moet er<br />

plaats worden gemaakt voor de elektromotor en batterij.<br />

Er is dus laswerk nodig. Als dat achter de rug is, kan de<br />

installatie van de motor en batterij beginnen. De leerlingen<br />

krijgen daarbij hulp van hun leerkracht, Steven<br />

Hermans. Die geeft praktisch advies en legt uit hoe een<br />

elektromotor werkt en wordt aangestuurd. Hij vertelt<br />

ook hoe je de ladingstoestand van een batterij kunt<br />

nagaan en wat de eigenschappen zijn van de verschillende<br />

soorten batterijen.”<br />

TurboStart 8 Najaar 2010<br />

Vertel je leerkrachten over de RTC’s. Alle<br />

info via www.ond.vlaanderen.be/RTC.<br />

Eind mei zal de kart rijklaar zijn. Dan gaan de jongeren het<br />

voertuig op een echte kartingbaan uittesten. Louis<br />

Matthijs: “Je kunt met deze kart ongeveer een halfuur<br />

rijden. In een kwartier is hij weer opgeladen. Fikse snelheden<br />

zijn mogelijk: tot 70 km/uur.”<br />

Pimp My Kart loopt over 3 schooljaren<br />

1. Het eerste jaar krijgt de kart een elektromotor<br />

en wordt hij rijklaar gemaakt.<br />

2. Het jaar erna krijgt het voertuig een blitse<br />

polyestercarrosserie; verlichting en signalisatie<br />

worden aangebracht.<br />

3. Het derde jaar wordt een laadstation met zonnepanelen<br />

gebouwd om de kart mee op te<br />

laden. Dan is de kart helemaal ‘groen’.<br />

RTC Vlaams-Brabant:<br />

initiatiefnemer van Pimp My Kart<br />

Pimp My Kart is een project van het RTC Vlaams-Brabant.<br />

Acties van het RTC staan open voor alle scholen uit de provincie.<br />

Voor dit project zijn 5 scholen geselecteerd op basis<br />

van de studierichtingen die zij aanbieden. Behalve het VTI<br />

Leuven zijn dat het Damiaaninstituut Aarschot, KTA Gitbo<br />

Keerbergen, Giso Machelen en KTA Pro Technica Halle.<br />

In elke Vlaamse provincie is er een Regionaal Technologisch<br />

Centrum of RTC. Dankzij deze RTC’s kunnen je leerkrachten<br />

op nascholing (zo blijven ze op de hoogte van de laatste<br />

evoluties). Jou en je medeleerlingen geven ze de kans om<br />

opleidingen te volgen over de recentste technologieën en<br />

de modernste apparatuur. RTC’s starten ook projecten<br />

op, zoals Pimp My Kart. Die<br />

projecten ‘pimpen’ je technische<br />

bagage en je komt in aanraking<br />

met situaties<br />

die je later op de<br />

werkvloer zult<br />

meemaken.


De voordelen van een elektrokart<br />

er worden geen schadelijke stoffen uitgestoten<br />

de kartbaan moet dus minder worden geventileerd; dat is<br />

een fikse energiebesparing<br />

geen geluidsoverlast meer<br />

brandstof hoeft niet te worden opslagen of getransporteerd<br />

het motorvermogen is eenvoudig te besturen<br />

de trekkracht van de kart ligt veel hoger<br />

het wordt veel simpeler om de motorrichting te regelen.<br />

Dit zeggen de jongeren van VTI Leuven<br />

over Pimp My Kart<br />

Wat kies je: verbrandingsmotor of elektromotor?<br />

“Een verbrandingsmotor is eigenlijk toffer: de geur, en dan<br />

dat lawaai ... Een elektromotor is stil, hé.”<br />

“Verbrandingsmotoren vind ik technisch interessanter.”<br />

Zal het project slagen?<br />

“Ja, natuurlijk! Als we vastzitten, helpen we elkaar. Op de<br />

leraar kunnen we ook rekenen.”<br />

“Wat had je gedacht? We willen de beste kart bouwen:<br />

met het meeste vermogen, de grootste capaciteit en de<br />

snelste acceleratie.”<br />

Straks een troef bij de sollicitatie?<br />

“Zeker. Elektromotoren zijn de toekomst. Als ik op het<br />

sollicitatiegesprek kan zeggen dat ik dit project gedaan<br />

heb, heb ik zeker een streepje voor.”<br />

“Misschien. In garages moet je toch vooral aan verbrandingsmotoren<br />

werken.”<br />

Zijn elektrische voertuigen milieuvriendelijk?<br />

“Ja, want ze stoten geen schadelijke stoffen uit.”<br />

“Niet echt, want elektriciteit wordt niet altijd milieuvriendelijk<br />

opgewekt. En wat moet er gebeuren met<br />

versleten batterijen? Die verwerken is ook belastend<br />

voor het milieu.”<br />

Alternatief aangedreven auto’s:<br />

da’s de toekomst!<br />

De olievoorraden op onze aarde raken uitgeput. Waar<br />

vinden we straks nog brandstof voor benzine- en dieselmotoren?<br />

En wat met de milieuvervuiling door het verkeer,<br />

dat massaal schadelijke stoffen uitstoot, zoals CO 2 ,<br />

fijn stof en NOx? Voertuigen die aangedreven worden<br />

door alternatieve energie, zijn dus de toekomst.<br />

Alternatief 1: biobrandstoffen<br />

Er gebeurt veel onderzoek naar brandstoffen uit biomassa:<br />

suikerriet, koolzaad, maïs, ... Om die gewassen te kunnen<br />

gebruiken, moet je ze natuurlijk op grote schaal verbouwen.<br />

En dus nemen ze de plaats in van andere teelten die<br />

als voedsel dienen. Dat leidt dan weer tot problemen met<br />

voedselbevoorrading.<br />

Alternatief 2: aardgas<br />

Waarom beginnen we dan niet te rijden op aardgas? Zo<br />

goed als geen uitstoot en de aardgasvoorraad is nog lang<br />

niet op. Dat kan wel zijn, maar aardgas is geen hernieuw -<br />

bare energiebron – wat je gebruikt hebt, is weg en komt<br />

niet meer terug. Anders dan zon en wind, die onuitputtelijk<br />

energie leveren. En dan zijn er nog heel wat technische<br />

problemen om het gas te comprimeren en op te slaan.<br />

Alternatief 3: elektriciteit<br />

Er is nóg een mogelijkheid: elektriciteit. Vandaag zijn er al<br />

hybrideauto’s op de markt, met een verbrandingsmotor<br />

en een elektromotor. Grote milieuwinst levert dat nog niet<br />

op, want de elektromotor heeft niet zoveel capaciteit.<br />

Ook wordt er volop geëxperimenteerd met wagens die<br />

alleen op elektriciteit rijden. Er zijn al enkele voertuigen op<br />

de markt, maar populair zijn ze voorlopig niet: ze zijn<br />

duur, alleen korte afstanden zijn mogelijk en het duurt<br />

lang om ze weer op te laden. De auto-industrie doet veel<br />

onderzoek om al die minpunten weg te werken. Grote<br />

kans dus dat we straks met een elektrische auto rondrijden.<br />

9


Sleutelen aan een versnellingsbak<br />

van 300 kg? Vrachtwagentechnicus Jeroen goes XL!<br />

Na je studie autotechnieken kan je vele kanten uit. Jeroen (19) koos voor een extra large job<br />

in de autosector: hij sleutelt elke dag aan vrachtwagens. TurboStart zocht hem op bij z’n<br />

werkgever Garage Antoine, een officiële dealer van Renault Trucks. En daar<br />

ontdekten we zelfs een nieuw soort vrachtwagen: de ATK-truck!<br />

Wijlen Antoine Van Wonterghem<br />

– stichter van Garage Antoine -<br />

mag de uitvinding van de vrachtwagen<br />

met voorwielaandrijving<br />

op zijn naam schrijven. De meeste<br />

trucks hebben nog steeds achterwielaandrijving.<br />

Maar voor een<br />

aantal toepassingen is voorwielaandrijving<br />

makkelijker. De truck<br />

krijgt hierdoor een verlaagd<br />

chassis, waardoor de instaphoogte<br />

nog maar 30 cm is. Zo’n laag onderstel is handig<br />

voor markt- en podiumwagens. Marktkraamvoertuigen<br />

hebben vaak een uitklapbare toonbank. En die moet zo<br />

laag mogelijk komen, anders kunnen de klanten er niet bij.<br />

TurboStart 10 Najaar 2010<br />

Jeroen (19)<br />

Naam:<br />

studeerde TSO Autotechnieken aan<br />

het VTI Aalst<br />

zocht werk via een interimkantoor<br />

kon meteen aan de slag bij garage<br />

Antoine<br />

werkt op de afdeling mechanica<br />

vrachtwagens<br />

Begin jaren 90 bouwde Antoine Van Wonterghem voor<br />

het eerst een vrachtwagen om tot een ATK-truck.<br />

Vandaag doet Garage Antoine dat nog altijd. Al zijn de<br />

trucks in de loop van de jaren nieuwer, beter en<br />

technologischer geworden. Garage Antoine werkt<br />

voor de productie<br />

overigens samen met<br />

Renault en het eigen<br />

studiebureau ATK,<br />

vandaar de naam<br />

ATK-trucks.


De ATK-truck =<br />

Een verlaagd chassis<br />

Voorwielaandrijving<br />

Op maat gemaakt<br />

De klant kan kiezen voor een vrachtwagen van 10, 12,<br />

14 of 16 ton. Afhankelijk van het gewicht heeft de<br />

truck één of twee achterassen. Ook de wielbasissen<br />

kunnen zelf gekozen worden.<br />

Nieuwe dropcase<br />

De vernieuwde dropcase zorgt voor voorwielaandrijving.<br />

Hierdoor komt het chassis een halve meter<br />

lager dan bij een gewone vrachtwagen. Bijkomende<br />

voordelen van de dropcase: minder geluid tijdens het<br />

rijden en minder brandstofverbruik.<br />

De nieuwste motor<br />

Een ATK-truck heeft een efficiëntere motor<br />

die voldoet aan de strengste milieunormen.<br />

Een EBS-remsysteem<br />

Elke ATK-truck wordt uitgerust<br />

met een EBS-remsysteem. Dit<br />

systeem berekent constant<br />

de temperatuur van de<br />

remmen. Bij meer dan<br />

550° wordt de chauffeur<br />

gewaarschuwd.<br />

De vrachtwagentechnicus<br />

aan het woord!<br />

Garage Antoine is een allround vrachtwagengarage. Je<br />

kan er dan ook terecht voor de verkoop, verhuur, onderhoud,<br />

herstellingen en constructie van vrachtwagens<br />

(ATK-trucks en Renault-trucks) en bestelwagens. Om al<br />

die diensten te kunnen aanbieden, is gespecialiseerd<br />

personeel nodig. TurboStart stak z’n licht op bij de<br />

jonge autotechnicus Jeroen en zijn collega Andy. Zij vertellen<br />

honderduit over hun passie voor wagens in alle<br />

formaten.<br />

Jeroen (19)<br />

“Ik ben op verschillende plekken gaan solliciteren. Maar<br />

veel garages vragen mensen met ervaring. Op school<br />

hadden we wel stages gedaan, maar daarmee ben je<br />

nog niet ervaren. Gelukkig mocht ik hier meteen beginnen.”<br />

Groot, groter, grootst<br />

“M’n vader is vrachtwagenchauffeur; ik sleutelde vaak<br />

mee aan z’n truck. De liefde voor camions kreeg ik dus<br />

met de paplepel binnen. Auto’s boeien me niet zo,<br />

vrachtwagens wel. Elk onderdeel is groter en mooier.”<br />

Afwisseling<br />

“Elke dag ziet er anders uit. ’s Morgens vraag ik aan de<br />

chef wat er die dag op de planning staat. Die taken<br />

werk ik af. Ik mag vanalles doen; niemand doet een hele<br />

dag hetzelfde. En dat maakt de job zo leuk. Alleen de<br />

tachograaf ijken mag ik niet. Daar heb je nog een extra<br />

opleiding voor nodig.”<br />

Bijleren is een must<br />

“2 à 3 keer per jaar volg ik een bijkomende cursus. Dat<br />

is nodig, omdat de technische snufjes aan en in de<br />

vrachtwagen steeds ingewikkelder worden. Wanneer er<br />

iets nieuws op de markt komt, krijgen we een technische<br />

nota van de fabrikant of een extra opleiding.”<br />

11


TurboStart<br />

Computer<br />

Net als auto’s zitten vrachtwagens vol elektronica. Met<br />

de computer werken is dus absoluut noodzakelijk. “Een<br />

foutmelding op het dashboard van de vrachtwagen<br />

wordt via de computer gelezen. Die geeft dan enkele<br />

mogelijke verklaringen. Ik kijk alles na en herstel of vervang<br />

wat nodig is. Hoe meer ervaring je opdoet, hoe<br />

sneller je leert waar de fout kan zitten. Al blijft elke<br />

opdracht wel een uitdaging, zeker als je niet meteen de<br />

oorzaak van een defect vindt. ”<br />

Proper werk, goeie service<br />

Vrachtwagenchauffeurs zijn vaak gehecht aan hun<br />

voertuig. Vooral internationale chauffeurs brengen veel<br />

uren door in hun cabine. “Daarom werk ik altijd netjes.<br />

Ik hang een plastic hoes over de stoelen en de binnenbekleding<br />

om ze niet vuil te maken. En ik lever de<br />

vrachtwagen weer proper af.”<br />

Vrachtwagentechnici moeten ook tegen de klok kunnen<br />

werken. “De meeste chauffeurs kunnen hun camion<br />

geen hele dag missen. Daarom moeten we vaak snel<br />

werken, da’s onderdeel van de service die we geven.<br />

Wie om 13u langskomt voor een onderhoud, kan om<br />

16u weer vertrekken.”<br />

Pimp my truck<br />

Jeroen neemt de ene vrachtwagen na de andere<br />

onder handen. Maar wegreuzen ombouwen tot ATKtrucks<br />

doet ie (nog) niet. Dat is een taak voor zijn<br />

meer ervaren collega’s. Het ombouwen van een<br />

vrachtwagen is immer echt specialistenwerk. Het vertrekpunt<br />

is altijd een (gewone) vrachtwagen zonder<br />

chassis. Garage Antoine ontwikkelt vervolgens een<br />

chassis op maat en vervangt de achterwielaandrijving<br />

door voorwielaandrijving. Ongebruikte onderdelen uit<br />

de gewone truck gaan terug naar de fabriek.<br />

12<br />

Najaar 2010<br />

Geen<br />

vrachtwagens<br />

Vergeleken met de werkplek van Jeroen zijn de auto’s<br />

die Andy onder handen neemt klein. Maar toch zit hij<br />

liever hier. “Laat mij maar sleutelen aan bestelwagens<br />

of gewone auto’s. Een versnellingsbak van een camion<br />

weegt al snel 300 kg, die krijg je er op je eentje niet<br />

zomaar uit.”<br />

Ervaring<br />

“Tijdens de zomermaanden had ik als loonwerker met<br />

de tractor rondgereden. Een vakantiejob is altijd goed<br />

om te zien hoe het er in de praktijk aan toe gaat. Ik<br />

wilde na m’n studies vooral wat ervaring opdoen. De<br />

werkvloer is toch nog wat anders dan de schoolbanken.<br />

Je moet hier echt zelfstandig werken en je plan trekken.<br />

En als je iets niet weet, vraag je het aan je chef. Zo leer<br />

je het snelst bij.”<br />

Technische defecten<br />

Andy (26)<br />

Naam:<br />

volgde na z’n middelbaar nog een<br />

bachelor elektriciteit én een bachelor<br />

autotechnieken<br />

kreeg een contract bij garage<br />

Antoine via een interimkantoor<br />

werkt op de afdeling bestelwagens<br />

Andy’s werkdag begint om 8u of 8u30. Hij krijgt de<br />

planning van z’n chef en gaat aan de slag. Net als z’n<br />

collega Jeroen krijgt Andy vaak af te rekenen met<br />

elektronische defecten.<br />

Al komt er<br />

natuurlijk ook handenwerk<br />

bij kijken. “Deze<br />

bestelwagen kijk ik na<br />

voor de keuring. De<br />

remmen moeten vervangen<br />

worden, da’s<br />

handenarbeid!”


Databussystemen in auto’s:<br />

van Byteflight tot VAN-bus<br />

Elektronica en auto’s... het lijken wel twee onafscheidelijke<br />

vrienden. En sinds de jaren 90 wordt hun band<br />

alsmaar intenser. Door milieuregelgeving, veiligheidssystemen<br />

en comforteisen van de klant is het aantal<br />

stuurapparaten, zekeringen en relais sinds die tijd sterk<br />

toegenomen. Een doorsnee middenklassenwagen zat<br />

daardoor al gauw met kilometers bedrading aan boord.<br />

En zo kwamen de autoconstructeurs voor grote uitdagingen<br />

te staan: de dradenbundel is een zware kost bij<br />

de productie van de auto en het gewicht van de bedrading<br />

zorgt voor een hoger brandstofverbruik. Bovendien<br />

is de dradenbundel een ideale geleider van geluid tussen<br />

het motorcompartiment en de passagiersruimte. Er zit<br />

trouwens een grens op de lengte van de bedrading.<br />

Vanaf 3860 meter worden de dradenbundels te dik,<br />

zodat je ze niet meer in<br />

een hoekje van het<br />

koetswerk kunt plooien.<br />

Vooral in de omgeving<br />

van het dashboard<br />

levert dat problemen<br />

op. En zelfs de beste<br />

technicus kan niet meer<br />

alle fouten in het elektrische<br />

geheel van de<br />

auto terugvinden.<br />

�echnisch �echnisch ar�ikel ar�ikel<br />

uitneembaar!<br />

Om wagens te kunnen voorzien van nog meer elektronische<br />

snufjes die de veiligheid en het comfort verbeteren,<br />

gingen autoconstructeurs dringend op zoek naar een<br />

oplossing. Die werd gevonden in digitale communicatie<br />

tussen de rekeneenheden. Zonder digitaal communicatiesysteem<br />

kan er trouwens maar één informatie<br />

(bericht) per draad verstuurd worden. Via digitale<br />

communicatie kan je het aantal berichten over één<br />

draad opdrijven tot meer dan 500 miljoen.<br />

13


Databussystemen in auto’s<br />

Twee of drie databussen?<br />

Vandaag moeten alle auto’s uitgerust zijn met een aantal<br />

basissystemen zoals de motor, het remsysteem, de<br />

verlichting, het instrumentenbord, de klimaatregeling,<br />

airbags, stuurbekrachtiging en een diagnosesysteem.<br />

Om die onderdelen met elkaar te laten communiceren,<br />

hebben alle auto’s minstens twee databussystemen: een<br />

aandrijfbus voor onderdelen zoals de motor en het ABS,<br />

en een comfortbus voor het instrumentenbord, de<br />

stuurbekrachtiging, de verlichting… De meeste voertuigen<br />

hebben nog een 3e databus voor multimediatoepassingen.<br />

TurboStart 14 Najaar 2010<br />

�echnisch �echnisch ar�ikel ar�ikel<br />

Bus 1 Aandrijvingbus<br />

Voorbeeld: Motor<br />

ABS/ASR/ESP<br />

Automaatsturing<br />

Bus 2 Multimediabus<br />

Voorbeeld: Radio<br />

Centrale display<br />

Navigatiesysteem<br />

Bus 3 Carrosseriebus<br />

Voorbeeld: Parkpilot<br />

Elektrische centrale<br />

Deurstuurapparaten<br />

De mogelijkheden<br />

De systemen verschillen sterk in de manier waarop ze<br />

een bericht versturen. Die manier van verzenden wordt<br />

het overdrachtsmedium genoemd. Er zijn drie mogelijkheden:<br />

1. Elektrisch via spanningspulsen (koperdraad)<br />

2. Optisch via lichtpulsen (glasvezelkabel)<br />

3. Draadloos via radiogolven<br />

1. Elektrische datatransmissie via koperdraad<br />

Bij elektrische datatransmissie<br />

wordt de digitale transmissie 1<br />

en 0 vertaald in verschillende<br />

spanningsniveaus. De spanning<br />

zorgt dus voor de communicatie<br />

en niet de stroom.<br />

Twisted pair (twee gevlochten draden):<br />

Dit is het meest toegepaste overdrachtsmedium. De<br />

twee in elkaar gedraaide koperdraden vervoeren een<br />

complementair signaal. Dat wil zeggen dat de dataoverdracht<br />

kan verlopen zonder dat daarbij externe<br />

elektromagnetische stoorsignalen aanwezig zijn. Maar<br />

er zijn nog meer voordelen: de overdrachtsnelheid is<br />

heel hoog, tot 1 Mbits/s. En bij de meeste systemen kan<br />

de dataoverdracht op één draad verderlopen als één van<br />

de twee draden onderbroken is. Voorbeelden hiervan<br />

zijn CAN, VAN, TTP/C, Flexray en een aantal private<br />

systemen.<br />

Single wire (één draad):<br />

Dit overdrachtsmedium bestaat uit één koperdraad.<br />

Single wire is geschikt voor kleine lokale netwerken<br />

waarbij de snelheid niet te hoog is, namelijk minder dan<br />

100 kbits/s. Het grote voordeel van dit systeem is de<br />

beduidend lagere kostprijs. Voorbeelden hiervan zijn<br />

CAN (GM), LIN en de diagnoseprotocollen ISO 9141 en<br />

SAE J1850.


2. Optische datatransmissie via glasvezelkabel<br />

Bij optische datatransmissie wordt de digitale transmissie<br />

1 en 0 vertaald in lichtpulsen waarbij licht = 1 en<br />

geen licht = 0. Omdat de snelheid van het licht een<br />

fabelachtige 300.000 km per seconde bedraagt, is het<br />

potentieel van lichtpulsen enorm. Geen wonder dus dat<br />

dit overdrachtsmedium vooral gebruikt wordt waar<br />

hoge overdrachtsnelheden nodig zijn. Het potentieel<br />

voor de transmissiesnelheid ligt immers boven de 100<br />

Mbits/s. De communicatie<br />

gebeurt zo goed als storingsvrij.<br />

Sommige systemen werken<br />

met een kunststofglasvezel,<br />

zoals het byteflightsysteem<br />

dat BMW gebruikt<br />

voor de communicatie<br />

tussen de verschillende<br />

airbagmodules. Andere<br />

sys temen, zoals MOST,<br />

D2B (MB), Flexray en<br />

TTP/C, gebruiken dan weer<br />

een echte glasvezel.<br />

3. Draadloze datatransmissie via radiogolven<br />

Bij draadloze datatransmissie wordt de digitale transmissie<br />

1 en 0 vertaald in elektromagnetische pulsen die<br />

op een vaste draaggolf gezet worden. De recentste<br />

ontwikkelingen halen overdrachtsnelheden tot 6 Mbit/s.<br />

Vandaag worden ze nog vooral gebruikt voor multimediatoepassingen,<br />

maar na 2015 zullen ze standaard ook<br />

toegepast worden voor veiligheidssystemen. Voorbeelden<br />

van draadloze transmissie zijn Bluetooth en WLAN.<br />

De verschillende soorten netwerken<br />

1. De spelverdeler: de gateway<br />

De gateway is de centrale interface voor meerdere<br />

CAN-bussystemen met verschillende snelheid of de<br />

verbinding tussen verschillende databussystemen. Via<br />

de gateway kunnen de afzonderlijke bussystemen met<br />

elkaar communiceren. Je vindt de gateway in het instrumentenbord,<br />

in de centrale elektronicamodule of in het<br />

specifieke gateway-regelapparaat. Ieder netwerk in het<br />

voertuig heeft zijn specifieke taal (zoals CAN, VAN,<br />

MOST of FLEXRAY) op een specifieke snelheid voor datatransmissie.<br />

De gateway treedt dus op als tolk om<br />

berichten van het ene netwerk op het andere netwerk te<br />

kunnen zetten. De gateway is zo geprogrammeerd dat<br />

hij precies weet welke berichten hij wel en niet op het<br />

andere netwerk moet zetten.<br />

CAN<br />

Comfort<br />

Diagnose<br />

Gateway<br />

CAN<br />

Aandrijving<br />

CAN<br />

Multimedia<br />

15


Databussystemen in auto’s<br />

2. De meest gebruikte databus: CAN-bus<br />

Het CAN-protocol is door Bosch ontwikkeld en is de<br />

afkorting van Controller Area Network. De CAN-bus<br />

communiceert door dataframes te verzenden. Zo’n dataframe<br />

bestaat uit verschillende gegevensvelden die op<br />

hun beurt weer uit een vastgelegd aantal afzonderlijke<br />

bits (0 of 1) zijn samengesteld. Het dataveld bevat het<br />

eigenlijke bericht. Daarnaast heeft een dataframe velden<br />

voor besturings- en controlegegevens.<br />

De CAN-bus draagt de berichten seriegewijs over. De<br />

berichten worden achtereenvolgens gestuurd naar alle<br />

stuurapparaten die op de bus zijn aangesloten. Terwijl<br />

één apparaat zendt, kunnen alle andere apparaten van<br />

hetzelfde netwerk ontvangen. Elk apparaat moet dus<br />

zowel gegevens kunnen versturen als ontvangen.<br />

Voor de dataoverdracht volstaat eigenlijk een eendradige<br />

leiding. Eendradige CAN-bussen (Single-Wired-CAN)<br />

hebben echter een nadeel: hun overdrachtsnelheid is<br />

relatief laag. Bovendien moet de elektrische massa<br />

van het voertuig voor alle aan de eendradige bus<br />

aangesloten stations beschikbaar zijn. Dat is<br />

meteen de reden waarom een eendradige<br />

bus gevoeliger reageert op externe<br />

elektrische storingsimpulsen. Daarom<br />

worden eendradige bussen in de<br />

praktijk alleen als subbus (bijvoorbeeld<br />

voor de klimaatbeheersing<br />

of de dakelektronica)<br />

gebruikt.<br />

TurboStart 16 Najaar 2010<br />

�echnisch �echnisch ar�ikel ar�ikel<br />

De CAN-bus is in zijn tweedradige uitvoering duidelijk<br />

performanter en wordt daarom meer gebruikt. Beide<br />

draden zijn in elkaar getorst en zijn daarom minder<br />

gevoelig voor externe elektrische storingsimpulsen. Een<br />

extra afscherming (zoals bij coaxiale kabels) is niet<br />

nodig.<br />

Afhankelijk van de technische vereisten van het netwerk<br />

wordt een ander soort CAN-bus gebruikt. Voor de aandrijving<br />

van het voertuig is een netwerk nodig dat heel<br />

precies functioneert en geen enkele fout toelaat (non<br />

fault tolerant CAN). Het netwerk voor de comfortsystemen<br />

daarentegen mag eventueel kleine fouten tolereren<br />

omdat die geen zware gevolgen kunnen hebben voor de<br />

veiligheid van de auto (fault tolerant CAN). De meest<br />

gebruikte fault tolerant CAN is die met twee getorste<br />

draden (twisted pair).<br />

Fault tolerant CAN met twisted pair<br />

De ISO 11898-3 norm beschrijft de ‘high speed fault<br />

tolerant CAN’. Die wordt toegepast in de comfortelektronica<br />

en in het koetswerk. De overdrachtsnelheid<br />

bedraagt 100 tot 125 kbits/s. Bij de fault tolerant CAN<br />

kan de dataoverdracht op één draad verderlopen als één<br />

van de twee draden onderbroken is. De CAN-controller<br />

meet hier dus geen differentiaalspanning. De busleidingen<br />

CAN-H en CAN-L zijn niet langer via afsluitweerstanden<br />

met elkaar verbonden. Om de echo-effecten te onderdrukken<br />

wordt de CAN-H in iedere module belast met<br />

een hoge afsluitweerstand naar de massa.<br />

Instrument Display Zekeringskast


De ene fault tolerant CAN-bus is de andere niet. Heel<br />

wat autoconstructeurs gebruiken spanningswaarden die<br />

tot 5 V kunnen oplopen. Een recessieve bit levert bij deze<br />

bus op CAN-H ongeveer 0 V en op CAN-L ongeveer 5 V<br />

(rustniveau). Een dominant busniveau doet de spanning<br />

in CAN-H tot ongeveer 4 V stijgen, terwijl die in CAN-L<br />

tot ongeveer 1 V daalt.<br />

Non fault tolerant CAN<br />

De CAN-bus die gebruikt wordt voor de systemen van<br />

het netwerk “aandrijving” is volgens ISO 11898-2 van<br />

het type non fault tolerant, soms ook ‘high speed CAN’<br />

genoemd.<br />

Motor ABS Automaat<br />

De overdrachtsnelheid bedraagt hier 250 tot 500 kbits/s.<br />

Non fault tolerant CAN-bussen staan niet toe dat de<br />

datatransmissie over één draad verloopt als de communicatie<br />

op één van beide CAN-draden verbroken is.<br />

Sommige constructeurs gebruiken ook voor hun comfortsystemen<br />

een non fault tolerant type, ook wel de<br />

‘mid speed CAN’ genoemd.<br />

Bij heel wat autoconstructeurs bedraagt het spanningsniveau<br />

van een non fault tolerant CAN in rusttoestand<br />

(= recessief) op beide leidingen ongeveer 2,5 V. In de<br />

dominante toestand stijgt het niveau bij CAN-H tot<br />

ongeveer 3,5 V, terwijl de spanning bij CAN-L tot ongeveer<br />

1,5 V daalt (verschilspanning ongeveer 2 V). Is het<br />

spanningsverschil tussen CAN-H en CAN-L minstens 0,9<br />

V, dan is er sprake van een dominant busniveau.<br />

Met de autodiagnose, het uitlezen van de werkelijke<br />

waarden en het testen van de actuatoren, kan de autotechnicus<br />

heel wat mogelijke CAN-busstoringen zelf<br />

opsporen.<br />

3. De databus van Peugeot en Citroën: VAN-bus<br />

VAN staat voor Vehicle Area Network en werd midden<br />

de jaren 80 ontwikkeld door Siemens in samenwerking<br />

met Peugeot en Citroën. Het protocol werd vastgelegd<br />

in de norm ISO 11519-2. Het systeem werd in 1993 voor<br />

het eerst toegepast voor de Citroën XM en vanaf 1998<br />

voor alle modellen van de PSA-groep vanaf het B-segment.<br />

Omdat alleen de PSA-groep het VAN-systeem<br />

gebruikte, was het relatief duur in vergelijking met het<br />

veel vaker gebruikte CAN-bussysteem. Vanaf 2003 stapte<br />

de PSA-groep daarom ook weer over op de CAN-bus.<br />

Met de introductie van de Citroën C4 en de Peugeot 407<br />

werd de VAN-bus niet meer gebruikt.<br />

De VAN-bus bestaat net zoals de CAN-bus uit twee<br />

onderling vervlochten koperen draden. Elk van die<br />

draden kan op twee niveaus gebracht worden: actief en<br />

rust. Als de ene draad op actief niveau gebracht wordt,<br />

zal de andere draad naar rustniveau gebracht worden.<br />

De invloeden worden hierdoor gevoelig verminderd. De<br />

elektromagnetische signalen die worden uitgezonden<br />

heffen elkaar immers op omdat ze in tegenfase zijn. Als<br />

er toch een parasietsignaal optreedt, wordt dit in beide<br />

kabels ontvangen, waardoor het spanningsverschil<br />

tussen beide kabels wordt weggewerkt. De bit wordt<br />

gecodeerd door het verschil tussen de twee niveaus. We<br />

kunnen de VAN-bus dus het best vergelijken met een<br />

fault tolerant CAN-bus.<br />

CAN<br />

(250 kbits/s)<br />

VAN Confort<br />

(125 kTs/s)<br />

VAN CAR 2<br />

(62,5 kTs/s)<br />

VAN CAR 1<br />

(62,5 kTs/s)<br />

17


Databussystemen in auto’s<br />

Het grote verschil tussen CAN-bus en VAN-bus zit ‘m in<br />

de verstuurde berichten. Bij CAN bestaat eigenlijk maar<br />

één soort bericht. Eén apparaat zendt informatie uit en<br />

andere apparaten nemen de info op. De VAN-bus is<br />

voorzien op meerdere berichten. Ontvangende apparaten<br />

kunnen meteen een antwoord terugsturen naar het<br />

verzendende onderdeel. Dat bespaart flink wat tijd.<br />

4. De populaire knecht: LIN-bus<br />

LIN is de afkorting voor Local Interconnect Network. De<br />

ontwikkeling werd gestart in 1997 door Motorola,<br />

samen met enkele automobielconstructeurs. Een lokaal<br />

netwerk betekent dat alle betrokken modules zich in een<br />

afgebakende ruimte bevinden. De LIN-bus wordt als<br />

subbus gebruikt, en is dan ondergeschikt aan andere<br />

bussystemen zoals de CAN-bus. Om de communicatie<br />

tussen die twee bussystemen te verzorgen, wordt een<br />

module gebruikt die dus eigenlijk als gateway werkt.<br />

Aan een dergelijke module kunnen tot 16 andere LINdeelnemers<br />

aangesloten worden. Omdat de module een<br />

centrale rol speelt binnen het LIN-subsysteem wordt ze<br />

ook wel master genoemd.<br />

De LIN-bus gebruikt slechts één enkele draad. Daarom<br />

moeten alle busdeelnemers aan de gemeenschappelijke<br />

voertuigmassa aangesloten zijn. De LIN-bus heeft maar<br />

een relatief geringe overdrachtsnelheid nodig (tot 20<br />

kBit/s), ze is veilig en niet duur. Ze is dan ook voorbestemd<br />

om onderdelen van andere bussystemen te<br />

vervangen.<br />

TurboStart 18 Najaar 2010<br />

�echnisch �echnisch ar�ikel ar�ikel<br />

5. Communiceren met lichtgolven:<br />

optische bussystemen<br />

De opmars van multimedia, vooral video in combinatie<br />

met audio, in auto’s van het hoogste marktsegment<br />

zette de autoconstructeurs ertoe aan om databussystemen<br />

te ontwikkelen met een snelheid van vele Mbit/s.<br />

Om digitale tv-signalen samen met het passende audiosignaal<br />

over te dragen, is immers een snelheid van 6<br />

Mbit/s nodig. Vroeger kon dat alleen met analoge signalen,<br />

met een complexe bedrading en een lagere<br />

bedrijfszekerheid als gevolg. Die problemen zijn verleden<br />

tijd dankzij de optische databus.<br />

Optisch datatransport vermindert niet alleen het aantal<br />

draden, maar ook het gewicht. En de transportsnelheid<br />

is veel hoger: meer dan 20 Mbit/s. Lichtgolven zijn veel<br />

korter dan radiogolven en veroorzaken geen elektromagnetische<br />

stoorsignalen. Toch hebben optische databussen<br />

ook nadelen, zoals de kostprijs en de hoge eisen<br />

voor de optische bedrading.<br />

Enkele voorbeelden van optische bussen in de auto? Dat<br />

zijn systemen zoals D2B, MOST en Byteflight.


6. Communiceren met radiogolven:<br />

de draadloze databus<br />

Draadloze communicatie in de auto is helemaal niet zo<br />

nieuw als je misschien denkt. We kunnen immers al heel<br />

lang naar de radio luisteren in de auto. Bij de klassieke<br />

radio ging het nog om analoge communicatie, maar<br />

digitale radio wint steeds meer terrein.<br />

Elke radiozender heeft een eigen frequentie en die<br />

beschrijft de elektromagnetische golf waarover de<br />

recentste hits of de verkeersinformatie jou bereiken. Bij<br />

de klassieke radio wordt geluid meegestuurd als een<br />

variatie van die golven. Daarvoor bestaan twee mogelijkheden,<br />

die op je radio de naam AM en FM dragen. De<br />

RDS-gegevens (Radio Data System) vervolledigen het<br />

radiosignaal van de frequentiemodulatieband (FM) met<br />

gecodeerde digitale gegevens die het gebruik van de<br />

ontvangers vereenvoudigen.<br />

Vandaag worden ook digitale data (0 en 1) meegestuurd<br />

op een radiogolf. En dus konden draadloze databussen<br />

niet uitblijven. Maar ook voor de toekomstige veiligheidssystemen<br />

zoals automatische snelheidsaanpassing<br />

en car-to-carcommunicatie zijn draadloze netwerken<br />

nodig.<br />

7. Communicerende apparaten: Bluetooth<br />

Voor de communicatie tussen verschillende mobiele<br />

systemen zoals mobiele telefoon, laptop, gebruik van<br />

radio met koptelefoon of nachtverwarming met<br />

afstandsbediening gebruikten we vroeger bedrading of<br />

infraroodstraling. Deze niet-gestandaardiseerde verbindingen<br />

beperkten de gebruiksmogelijkheden in kleine<br />

ruimtes, zoals de passagiersruimte van een auto, aanzienlijk.<br />

Bovendien was de communicatie tussen de<br />

systemen onderling of met de auto complex.<br />

De Bluetooth-technologie van Ericsson biedt hiervoor<br />

een oplossing. Het is een gestandaardiseerde radiografische<br />

verbinding op korte afstand tussen verschillende<br />

systemen en elektronische modules. De verschillende<br />

toestellen die communiceren via het Bluetooth-netwerk<br />

moeten eerst geconfigureerd worden. Dat kan meestal<br />

via de toestellen zelf. Hiervoor is dus geen diagnosetoestel<br />

nodig. Dankzij Bluetooth kunnen de passagiers<br />

met een draadloze koptelefoon elk naar een ander<br />

muziekprogramma luisteren of met hun laptop draadloos<br />

e-mails versturen.<br />

Koptelefoon<br />

Carkit<br />

Extra mobiele telefoon<br />

19<br />

Laptop<br />

Centrale<br />

regeleenheid<br />

voor Bluetooth<br />

verbinding


Databussystemen in auto’s<br />

TurboStart 20<br />

Najaar 2010<br />

�echnisch �echnisch ar�ikel ar�ikel<br />

8. Surfen in de wagen: WLAN<br />

WLAN staat voor Wireless Local Area Network en is<br />

vooral gekend van de draadloze draagbare computers<br />

(WLAN 802.11a). De draadloze netwerken worden het<br />

vaakst toegepast om via een draadloze rooter op het<br />

internet te kunnen surfen. Op die manier wordt het<br />

internet ook toegankelijk vanuit de wagen zonder dat je<br />

daarvoor een draagbare computer of hightech telefoon<br />

nodig hebt. Wij van TurboStart hebben geen glazen bol,<br />

maar we stellen wel vast dat er voortdurend nieuwe<br />

zendmasten worden bijgebouwd. Binnenkort zal Europa<br />

dus één grote hotspot zijn, zodat je overal ongehinderd<br />

op het internet kunt surfen. Het WLAN 802.11 b/gnetwerk<br />

met een radiofrequentie van 5,9 GHz moet<br />

deze toegang mogelijk maken. De voordelen? Je kan<br />

supersnel mensen, bedrijven en plaatsen opsnorren via<br />

zoekmachines zoals Google, waarna het multimedianetwerk<br />

de gevonden gegevens meteen doorstuurt naar je<br />

navigatiesysteem of je handenvrije telefoon.


Je wilt het autovak leren op de<br />

werkvloer?<br />

Doe dan zoals Ben: kies voor een opleiding<br />

Leren & Werken<br />

Droom je ervan om een 4*4 te bouwen? Niet zomaar een fourwheeldrive; néé, eentje waarmee<br />

internationale wedstrijden gereden kunnen worden. Je moet wel van aanpakken weten, want je<br />

krijgt alleen een chassis; de andere onderdelen recupereer je uit andere voertuigen. Ben<br />

Schulpen (19) heeft het klaargespeeld. Hij is sinds 1 jaar leerjongen bij Garage May in Maaseik.<br />

Ben doet tijdens zijn opleiding wel heel wat meer dan<br />

jeeps bouwen. Marc May, Bens baas: “Als leerjongen<br />

draai je gewoon mee in de garage. Je demonteert, doet<br />

onderhoud, vervangt koppelingen, herstelt schokdempers,<br />

... – noem maar op. Eerst onder begeleiding, want<br />

je moet het natuurlijk allemaal eerst nog leren. Heb je de<br />

techniek onder de knie? Dan mag je zelfstandig aan de<br />

slag. Ikzelf controleer je werk achteraf altijd even of vraag<br />

aan een ervaren werknemer om dat te doen. Na drie jaar<br />

zit je opleiding erop. Je hebt nu genoeg ervaring en kennis<br />

en je bent dus helemaal klaar voor de arbeidsmarkt.”<br />

“Werk vinden zal<br />

geen probleem zijn.<br />

Een jaar na afstuderen<br />

hebben 9 van de<br />

10 jongeren een<br />

baan.” Zo verzekert<br />

Freddy Lyskawa. Hij<br />

werkt bij Syntra<br />

Leertijd als begeleider<br />

van leerjongeren<br />

zoals Ben. “De jongeren<br />

kunnen bij mij<br />

terecht met al hun vragen of als er problemen zijn tijdens<br />

de opleiding. Ook ga ik geregeld een kijkje nemen op de<br />

werkplaats. Samen met de leerjongen en de baas overloop<br />

ik alle opdrachten van het takenblad. Zo krijg ik<br />

zicht op de gemaakte vorderingen en kan ik ingrijpen, als<br />

dat nodig is. In het geval van Ben gaat alles prima: hij zit<br />

zelfs voor op schema!”<br />

21


Dat Ben het zo goed doet, is niet<br />

te verwonderen. Marc May:<br />

“Aan auto’s sleutelen is zijn<br />

grote passie. Op weekdagen is<br />

hij soms nog om elf uur ’s<br />

avonds aan de slag; hij komt<br />

zelfs regelmatig langs op zondag!<br />

Niet alle leerjongeren zijn<br />

zo gedreven als Ben. Maar om<br />

plezier te beleven aan deze<br />

opleiding, is het toch belangrijk<br />

dat je graag de handen uit de mouwen steekt en van een<br />

uitdaging houdt.”<br />

In de Leertijd ga je dus niet naar een gewone school.<br />

Toch zit je nog af en toe in het leslokaal. Freddy Lyskawa:<br />

“Eén dag per week kom je naar de Syntra-campus. Je<br />

krijgt er een halve dag theorie en praktijk over autotechnieken;<br />

de andere halve dag zit je in de les ‘maatschappijgerichte<br />

vorming’. Op een leuke en boeiende manier<br />

leer je meer over onderwerpen die jou later van pas zullen<br />

komen: hoe solliciteer ik, hoe open ik een bankrekening,<br />

hoe pas ik de regel van drieën toe, ...”<br />

Op dit ogenblik bouwt Garage May twee nieuwe 4*4voertuigen.<br />

Als ze straks klaar zijn, worden ze gebruikt<br />

voor wedstrijden in binnen- en buitenland. De eerste jeep<br />

heeft een onderstel van een Nissan Patrol, de motor is<br />

een Toyota Landcruiser 4000 cc 6 cilinder turbo; de body<br />

is Jeep Wrangler. De tweede jeep is gebouwd van scratch<br />

af en gebruikt zowel nieuwe als tweedehandse onderdelen.<br />

Het chassis is van het merk Jeep.<br />

Garage May kan voor de bouw van de fourwheeldrives<br />

niet alleen rekenen op Ben en de werknemers. Ook<br />

enthousiaste jongeren die overdag op school zitten,<br />

komen op woensdag en in de schoolvakantie meehelpen!<br />

TurboStart 22 Najaar 2010<br />

De 4*4 die Ben gemonteerd heeft,<br />

heet Buggy:<br />

onderstel: Jeep Willys CJ 3A<br />

(bouwjaar 1953)<br />

motor: Daihatsu Rocky 2,8 TD<br />

– bijgeplaatste intercooler –<br />

gasinspuiting – 340 N – 138 pk<br />

body: eigen ontwerp<br />

(met motorkap en grill van Jeep CJ)<br />

Syntra Leertijd<br />

Leren & Werken<br />

Ben leert het autovak op de<br />

werkvloer. Voor hem dus geen<br />

BSO- of TSO-opleiding in een<br />

‘gewone’ school. Hij heeft<br />

gekozen voor het systeem dat<br />

Leren & Werken heet. In dat<br />

systeem bestaan er twee<br />

mogelijkheden: Syntra Leertijd<br />

(dat doet Ben) of het Deeltijds<br />

beroepsonderwijs (DBSO).<br />

Vier dagen werken – één dag les<br />

Je kunt er onder meer terecht voor een opleiding tot:<br />

garagehouder-hersteller<br />

auto-elektronicus<br />

fiets-, bromfiets- en motorfietsmecanicien<br />

carrosseriehersteller/technicus<br />

plaatser-hersteller van banden met stuurinrichtingscorrectie<br />

mecanicien voor landbouw- en tuinbouwtrekkers en<br />

-machines<br />

Op zoek naar een Syntra-campus bij jou in de buurt<br />

of naar bijkomende info? www.leertijd.be


Deeltijds beroepsonderwijs (DBSO)<br />

Drie dagen werken – twee dagen les<br />

Je kunt er onder meer terecht voor een opleiding tot:<br />

automecanicien<br />

carrossier<br />

hulpmecanicien personenwagens<br />

hulpmecanicien vrachtwagens<br />

Op zoek naar scholen met een DBSO-opleiding die bij<br />

jou past? www.lerenenwerken-dbo.be<br />

Surf naar www.lerenenwerken-dbo.be<br />

of www.leertijd.be voor alle info over<br />

het systeem Leren & Werken.<br />

Check dit nog<br />

1. Om te starten in Leren<br />

& Werken moet je 16<br />

zijn.<br />

Nog maar 15 en het<br />

tweede jaar middelbaar<br />

achter de rug<br />

(geslaagd zijn hoeft niet)? Dan kun je ook beginnen.<br />

2. De opleiding duurt 3 jaar.<br />

Al les gevolgd in het voltijds onderwijs (BSO of TSO)<br />

en geslaagd? Dan kun je een instaptest doen. Haal je<br />

50% op de proeven voor elektriciteit en automechanica?<br />

Dan kun je dadelijk naar het 2e jaar.<br />

3. Als je slaagt voor je beroepstechnische opleiding, krijg<br />

je een getuigschrift Leertijd.<br />

Slaag je daarenboven voor het 7e jaar maatschappijgerichte<br />

vorming, dan haal je via Syntra Leertijd ook je<br />

diploma secundair onderwijs.<br />

4. Je krijgt elke maand een vergoeding voor je werk.<br />

En je ouders blijven voor jou kindergeld ontvangen.<br />

5. Je bent verzekerd tegen ongevallen op het werk en bij<br />

de verplaatsingen die je doet in het kader van je opleiding.<br />

23


Auto-elektriciens houden<br />

van Electude<br />

Online lessen auto-elektriciteit in het 6de Auto van KITO<br />

Vilvoorde<br />

Pc’s horen bij een moderne garage<br />

zoals vleugels bij een vliegtuig.<br />

Wie goed met de pc overweg kan,<br />

heeft dus een stevig stapje voor<br />

bij het solliciteren naar een job in<br />

de autosector. ’Daar moeten we<br />

onze jongens en meisjes goed op<br />

voorbereiden’, vonden de leraars<br />

van het KITO in Vilvoorde. En dus<br />

deed de pc er ook in de lessen<br />

autotechniek en auto-elektriciteit<br />

z’n intrede. Even kijken wat de<br />

leerlingen van het zesde jaar Auto<br />

daarvan vinden.<br />

Het AutoTechnisch Handboek...<br />

We treffen de jongens van 6 Auto in de<br />

autowerkplaats. Motorgebrom, onderdelen op<br />

stand, auto’s met geopende motorkap, jongens in<br />

overall, gewapend met meettoestellen. Geen pc in de<br />

les? ‘Toch wel,’ zegt leerling Stanislav Roedko. ‘Die staat<br />

hier in een aparte ruimte. Hier kunnen we rustig de<br />

informatie opzoeken die we nodig hebben.<br />

Kijk, daarnet was ik aan het remsysteem<br />

van een Volkswagen<br />

Polo aan het sleutelen. Als<br />

ik wil weten hoe de verschillende<br />

onderdelen van<br />

dat systeem precies in<br />

elkaar zitten, gebruik ik<br />

de pc. In het digitale<br />

AutoTechnisch Handboek<br />

vind ik alle info die ik nodig<br />

heb, met ploftekeningen,<br />

schema’s en duidelijke<br />

tekst. Snel en makkelijk.’<br />

Leerlingen die thuis een<br />

laptop of pc hebben,<br />

hebben altijd toegang<br />

TurboStart 24 Najaar 2010<br />

tot het ATH. ‘Dat klopt’, glimlacht Stanislav. ‘En dat<br />

heeft zo zijn voordelen. Ik ben nu flink aan het sparen<br />

om zelf een auto te kopen. Dat wordt waarschijnlijk een<br />

VW Golf of Polo, of een Peugeot 206. Die wil ik helemaal<br />

zelf kunnen onderhouden. Met de info van het ATH<br />

moet dat lukken. Het zal al erg scheef moeten zitten,<br />

voor ik met mijn auto naar de garage ga.’<br />

...en meer.<br />

Vrije toegang tot het ATH, daar doen de leerlingen van<br />

6 Auto duidelijk hun voordeel mee. Maar is er nog<br />

meer? ‘Jawel,’ zegt Davy Van De Voorde, klasgenoot van<br />

Stanislav. ‘Voor onze lessen auto-elektriciteit gebruiken<br />

we het online lesprogramma Electude.’ We volgen Davy


naar een ruim lokaal dat ooit het studiecentrum van de<br />

school moet worden. Hier komen 15 pc’s waar de leerlingen<br />

tijdens een lesvrij uur ongestoord aan hun online<br />

opdrachten kunnen werken. Nu al hangt er een splinternieuw<br />

interactief elektronisch lesbord aan de muur dat<br />

volop wordt gebruikt. Door Davy en zijn leraar elektriciteit<br />

bijvoorbeeld.<br />

Leraar Rudy is een heel enthousiaste gebruiker van<br />

Electude, zo blijkt. ‘Alles zit erin’, vertelt hij. ‘De jongens<br />

van het vijfde jaar gebruiken het pakket om de basisknepen<br />

van elektriciteit onder de knie te krijgen. In het<br />

zesde jaar passen we die kennis toe op de auto. Met dit<br />

pakket kan je alle onderdelen van een auto simuleren en<br />

kan je oneindig veel oefeningen maken. De computer<br />

meldt een fout en die moet jij opsporen en oplossen, net<br />

als in een echte garage. En als leerkracht kan ik zelf uit<br />

het pakket ingewikkeldere opdrachten samenstellen. Die<br />

moeten de leerlingen dan thuis of in het studielokaal<br />

oplossen. Ze krijgen een persoonlijke toegangscode en<br />

wachtwoord mee, zodat ze van op elke computer toegang<br />

hebben tot hun werkstuk.’ En met een knipoog:<br />

‘Intussen kan ik van op mijn computer bijhouden hoe<br />

ver ze met hun opdracht gevorderd zijn, hoeveel fouten<br />

ze maken en hoe lang ze eraan werkten.’<br />

’t Zal de bobijn weer zijn<br />

Intussen heeft Davy het elektronische lesbord aangeschakeld<br />

en is hij druk in de weer met een opdracht op<br />

Electude. Wij volgen mee op het grote scherm. Eerste<br />

stap: een omschrijving van de klacht.<br />

Motor raakt niet op toeren.<br />

Motor draait slecht stationair.<br />

Motor draait onregelmatig.<br />

Controleer het volgende onderdeel: bobine 1.<br />

Het volgende scherm toont een volledige automotor.<br />

Waar zit nu die defecte bobijn? Davy heeft zo een vermoeden.<br />

Hij klikt op een onderdeel in de buurt van de<br />

accu. Jawel, dit is de bobijn die hij zocht.<br />

Nu komt het erop aan om de juiste diagnose te stellen.<br />

Davy kan kiezen tussen een aantal bewerkingen, of<br />

beter: tussen een aantal icoontjes in de rand van het<br />

scherm. Hij klikt op het icoontje van de multimeter, want<br />

hij wil nagaan of de bobijn nog stroom ontvangt. Dat<br />

blijkt niet het geval te zijn. Dus moet de bobijn vervangen<br />

worden. Davy twijfelt niet. Eerst de toevoerkabels<br />

loskoppelen. Dan de bobijn vervangen. Dan de kabels<br />

weer aankoppelen. En dan een nieuwe test. De multimeter<br />

geeft aan dat de bobijn nu wel stroom ontvangt.<br />

Gelukkig. Maar zijn daarmee ook alle klachten verholpen?<br />

In de linkerbovenhoek van het scherm staat een virtueel<br />

dashboard. Davy zet de motor aan en geeft gas. De<br />

motor loopt perfect en draait mooi stationair. Opdracht<br />

volbracht, zo lijkt het. Maar op het dashboard brandt<br />

nog het controlelampje . En dus gaat Davy op zoek<br />

naar een fout in het motormanagement.<br />

De voordelen van online<br />

leren<br />

Het zorgt voor afwisseling met de theorielessen<br />

en de praktijkuren.<br />

Je kunt een lesvrij uurtje nuttig en aangenaam<br />

besteden.<br />

Je kunt de opdrachten in je eigen tempo<br />

afwerken. Geeft de leraar je twee weken tijd<br />

om een opdracht uit te voeren? Dan bepaal<br />

je zelf wanneer je eraan werkt. Als je maar<br />

op tijd klaar bent.<br />

Als je fouten maakt, krijg je onmiddellijk de<br />

nodige feedback.<br />

Je kunt rustig thuis je kennis bijspijkeren<br />

over onderwerpen die je niet helemaal<br />

begrepen hebt of waarover je alles te weten<br />

wilt komen.<br />

Je bereidt je voor op de stap naar een job<br />

in de autosector. Ook daar is de pc niet<br />

meer weg te denken.<br />

25


De carrossier geeft er een flinke<br />

lak op<br />

Een 20-jarige met een leidende functie<br />

Creatief met kleuren in de schadeherstelwerkplaats<br />

Koetswerkherstellers en autofabrikanten gebruiken speciaal ontwikkelde autolakken. De<br />

mooie, glanzende eindlaag valt meteen op. Maar voor de carrossier die fraaie laklaag kan aanbrengen,<br />

is een stevige voorbereiding nodig. Dringend tijd dus om een boekje open te doen<br />

over autolakken.<br />

TurboStart 26 Najaar 2010<br />

Primer<br />

Primers zijn nodig om het koetswerk blijvend te beschermen<br />

tegen oxidatie. Autoconstructeurs beschermen hun<br />

voertuigen dan wel door ze onder te dompelen in kataforese<br />

baden, maar tijdens de herstelling beschadigen we<br />

deze laag.<br />

De meeste autoconstructies bestaan uit verschillende<br />

staallegeringen, waaronder vaak aluminium. En aluminium<br />

is een buitenbeentje, want deze metaalsoort<br />

beschermt zichzelf heel snel met een oxidelaag. Die oxidelaag<br />

moet je verwijderen alvorens een etsende primer<br />

aan te brengen. Op blanke staalplaten kan je dan weer<br />

kiezen tussen etsende primers, een wash- of een epoxyprimer<br />

als roestwerend en hechtend middel. Deze corrosiewerende<br />

primers zijn niet vullend.<br />

Plamuur en grondlaag<br />

Als er oneffenheden in het plaatwerk zitten, is misschien<br />

eerst plamuur nodig. Daarna volgt in elk geval de surfacer<br />

(grondlaag). Dit middel is niet roestwerend, maar<br />

heeft wel vullende capaciteiten. Voor je de eindlagen<br />

kan aanbrengen, moet je deze vullende grondlaag zorgvuldig<br />

schuren.<br />

Als je nieuwe onbeschadigde onderdelen moet aflakken,<br />

kan je voor een nat-in-natsysteem kiezen. Je hoeft de<br />

primer dan niet te schuren en je kan de eindlak in quasi<br />

één beweging aanbrengen.


De eindlakken<br />

De eindlakken kan je in twee categorieën onderverdelen:<br />

de ‘tweecomponentenlakken’ (2K-lakken) en de ‘tweelagenlakken’.<br />

2K-lakken zijn direct glanzende lakken die verhard<br />

worden. De ene component is de verf, die bestaat uit<br />

pigment en een bindmiddel (hars). De tweede component<br />

is de verharder, die ervoor zorgt dat de lak vrij snel<br />

droogt. Dit procedé wordt vandaag alleen nog voor<br />

sommige effen lakken gebruikt, die toegepast worden<br />

op vrachtwagens en lichte bestelwagens.<br />

Voordeel: snel aan te brengen.<br />

Nadeel: beperkte kleurenrange en uv-gevoelig. Het<br />

kleurpigment wordt onbeschermd blootgesteld aan het<br />

zonlicht en zal na verloop van tijd verkleuren.<br />

Bij het 2-lagenlaksysteem is de eerste laag een<br />

basislak die voor de kleur zorgt. De tweede laag is een<br />

blanke lak, een vernis, die glanst en beschermt. Die<br />

tweede laag wordt vermengd met verharder zoals de<br />

2K. Je zou de vernislaag dus als een blanke 2K-lak kunnen<br />

zien. Om het milieu te sparen, worden de meeste<br />

basislakken op waterbasis geproduceerd.<br />

Het grote voordeel van het 2-lagenlaksysteem zijn de<br />

vele mogelijkheden. Zo zijn alle metallics minstens een<br />

2-lagenlaksysteem. Ook effen kleuren worden vaak in<br />

twee lagen toegepast. Bovendien is dit systeem niet uvgevoelig,<br />

de blanke lak beschermt het kleurpigment<br />

immers tegen de zonnestralen.<br />

Nadeel: applicatie is complexer.<br />

Het geheim van metallics, mica’s<br />

en pearls<br />

Wie niet van effen lakken houdt, kan<br />

voor metallic, mica of pearl kiezen. Om<br />

zo’n laksoort te verkrijgen, voegt de<br />

fabrikant kleine hoeveelheden aluminium,<br />

mica of pearl toe aan de basislak<br />

van het 2-lagensysteem. Omdat de lak<br />

afhankelijk van de lichtinval een andere<br />

kleur projecteert, krijg je een speciaal<br />

kleureffect. Maar een onderdeel in dit<br />

soort lakken bijspuiten, is geen sinecure.<br />

Oh, wat een kleurloze wereld<br />

In 2009 waren zilvergrijs, zwart en wit de meest verkochte<br />

kleuren in de autosector. Samen vertegenwoordigen ze<br />

meer dan 60% van het totale segment.<br />

De volledige top 10:<br />

1. Zilver (25%)<br />

2. Zwart (23%)<br />

3. Wit (16%)<br />

4. Grijs (13%)<br />

5. Blauw (9%)<br />

6. Rood (8%)<br />

7. Bruin/beige (4%)<br />

8. Groen (1%)<br />

9. Geel/goud (1%)<br />

10 Overige (< 1%)<br />

27


Hoe bepaal je de juiste kleur?<br />

Uiteraard bestaan er binnen alle hoofdkleuren nog heel<br />

veel variaties. Dat maakt het net zo moeilijk om bij het<br />

herspuiten exact de juiste tint te vinden die de reparatie<br />

onzichtbaar maakt.<br />

Gelukkig heeft de spuiter of de colorist een aantal hulpmiddelen<br />

ter beschikking om de juiste kleur van de herstellak<br />

te bepalen. De kleurstalen die hij van de lakfabrikant<br />

krijgt, zijn zo’n hulpmiddel. Uit die stalen kiest hij<br />

de kleur die het best overeenkomt met de kleur van het<br />

te herstellen koetswerk. Elke kleur uit het stalenboek<br />

heeft een code en elke code komt overeen met een<br />

mengformule. Met die formule kan de spuiter de<br />

kleur op een verfmengbank samenstellen.<br />

TurboStart 28 Najaar 2010<br />

Een ander hulpmiddel is de fotospectrometer. Dit<br />

elektronische apparaat meet niet alleen de drie RGBcomponenten<br />

(de primaire kleuren), maar verdeelt ook<br />

het lichtspectrum aanzienlijk fijner. Door dit meetapparaat<br />

te linken aan een computer met mengformules krijg<br />

je de juiste formule in een wip op het scherm.<br />

Tot slot<br />

Kleur is een complexe materie, dat mag duidelijk zijn. Als<br />

carrossier ga je dus op zoek naar de juiste lak zodra het<br />

voertuig de herstelwerkplaats binnenkomt. Als je wacht<br />

tot de wagen klaarstaat om gespoten te worden, is het<br />

te laat.<br />

Gebruik ook altijd de juiste hulpmiddelen en neem de<br />

gepaste voorzorgsmaatregelen als je met gevaarlijke<br />

producten werkt. Ook in de carrosseriewereld geldt:<br />

‘Beter voorkomen dan genezen.’


De revisietechnicus is gek<br />

op automotoren.<br />

Bugatti, Porsche, Bentley, Maserati: het zijn maar enkele van de ronkende namen op de website<br />

van revisiebedrijf Nuyts, een bedrijf dat zich specialiseerde in de revisie van motoren<br />

uit oldtimers. Revisie betekent het nakijken en herstellen en/of verbeteren van een motor.<br />

Met een Bentley uit 1932 over de snelweg scheuren? Het kan na een tussenstop bij Cor<br />

Nuyts en zijn jonge werknemer Joris.<br />

Cor Nuyts studeerde autotechnieken en begon daarna<br />

z’n eigen revisiebedrijf. “Al van kindsbeen af was ik<br />

gepassioneerd door techniek. Een auto zit vol bewegende<br />

onderdelen: prachtig!”<br />

Revisiebedrijf Nuyts maakt nieuwe krukassen en<br />

drijfstangen voor oude racewagens en oldtimers.<br />

“Oude wagens krijgen hier een aangepaste<br />

motor, zodat ze beter rijden. Vooroorlogse<br />

auto’s halen amper 50 km per uur. Maar met<br />

een nieuwe motor kunnen ze een pak sneller!”<br />

Autoliefhebbers van over de hele wereld vinden<br />

hun weg naar het revisiebedrijf van Cor. “Ik kreeg al<br />

Japanners, Amerikanen, Denen en Italianen over de<br />

vloer.”<br />

Wat is een krukas ook alweer?<br />

De krukas zet de rechtlijnige beweging van<br />

de zuigers om in een draaiende beweging,<br />

zodat er gereden kan worden. Het principe<br />

is eenvoudig: je neemt een ronde staaf en<br />

je brengt daar een aantal uitsteeksels (de<br />

krukken) op aan. Die krukken verbind je<br />

met de zuigers van de motor. Als de zuigers<br />

bewegen, gaat de krukas draaien.<br />

Maar vergis je niet. Krukassen maken is<br />

specialistenwerk. Ze moeten tot op de<br />

millimeter nauwkeurig ontworpen worden<br />

omdat er veel druk op komt te staan.<br />

Bovendien hebben ze vaak een heel hoge<br />

rotatiesnelheid, waardoor een kleine<br />

constructie- of montagefout tot grote<br />

beschadigingen kan leiden.<br />

29


Zoek het verschil<br />

Zeg nooit zomaar krukas<br />

tegen een krukas!<br />

Links ligt een oude krukas,<br />

rechts een krukas die Cor<br />

maakte.<br />

“Het belangrijkste aan de krukas is balans. Er werken<br />

veel krachten in op de krukas. Hoe beter ze in<br />

balans is, hoe beter ze de motor doet draaien.”<br />

Niet herstellen, wel verbeteren<br />

“We herstellen geen oude motor, we verbeteren<br />

hem. Een belangrijk verschil! Als je een oude<br />

motor gewoon herstelt, kan ie nog steeds niet sneller.<br />

Wij passen de motor aan de eisen van vandaag aan:<br />

sneller, milieuvriendelijker, veiliger. Ik heb zelf een auto<br />

uit 1934. Dankzij z’n verbeterde motor rijdt ie vandaag<br />

160 km per uur.”<br />

Krukassen bakken<br />

Een oude motor verbeteren doe je niet op één dag.<br />

“Soms werk ik 6 maanden aan een motor. Sommige<br />

onderdelen kunnen besteld worden, andere maak ik<br />

zelf. Een krukas maken alleen al duurt 3 weken. Ik bak<br />

hem in de oven in<br />

drie stappen: harden<br />

op 900°, uitgloeien<br />

op 615°<br />

en tot slot nitreren<br />

op 530°.”<br />

TurboStart 30 Najaar 2010<br />

Tussen de krukassen<br />

en de drijfstangen<br />

zien we Joris (20)<br />

sleutelen aan een<br />

oldtimer. Hij trok twee<br />

jaar geleden z’n stoute<br />

schoenen aan en solliciteerde<br />

hier voor een job.<br />

“Ik heb spontaan gesolliciteerd.<br />

Gewoon binnengestapt<br />

en gevraagd of er<br />

werk was. Ik kon meteen<br />

beginnen.”<br />

Zo’n hele dag met motoren<br />

bezig zijn, is dat niet<br />

saai? “Helemaal niet! Een oude motor verbeteren zodat<br />

ie sneller gaat, is elke keer opnieuw een uitdaging.<br />

En hoe vaker je het doet, hoe beter je wordt.”<br />

Dat betekent niet dat Joris in het begin geen moeilijkheden<br />

ondervond. “Het is geen makkelijk vak. Toen ik<br />

hier pas begon, was het echt doorzetten. Sommige dingen<br />

kreeg ik moeilijk onder de knie, zoals een krukas<br />

oplassen. Na veel oefenen lukte het me toch.”<br />

Werken bij een revisiebedrijf na<br />

je studies autotechnieken?<br />

Cor Nuyts: “Om hier te kunnen werken, heb je een<br />

goede basiskennis nodig. De rest leer je door het te<br />

doen. Je moet vooral gepassioneerd zijn door auto’s,<br />

heel nauwkeurig kunnen werken en je willen specialiseren.”<br />

Joris: “Het belangrijkste is dat je je werk graag doet.<br />

Op die manier kan je van je passie voor auto’s en<br />

motoren je beroep maken.”


Revisie bij Cor Nuyts in 5 stappen:<br />

1) overtuig de klant om de motor niet gewoon te herstellen,<br />

maar om hem te verbeteren. Een motor uit<br />

de jaren 20 haalt amper 50 km/uur en heeft een vermogen<br />

van maar 20 pk. Daar kan je vandaag de weg<br />

niet mee op.<br />

2) haal de motor uit de wagen en maak hem schoon<br />

door oliën, vetten en andere vormen van aanslag te<br />

verwijderen<br />

3) kijk alle onderdelen na: wat is aan vervanging toe?<br />

4) maak eventueel een nieuwe krukas en drijfstang en<br />

vervang de onderdelen<br />

5) test of alles werkt<br />

Revisiebedrijf Nuyts is gespecialiseerd in de revisie van oldtimers. Andere revisiebedrijven<br />

werken dan weer met de allernieuwste motoren uit de allermodernste<br />

auto’s. Om op de hoogte te blijven van de nieuwste evoluties overleggen de<br />

revisietechnici met fabrikanten van<br />

motoronderdelen en steken ze hun<br />

licht op bij de producenten van<br />

motoren. Een blik achter de schermen<br />

van zo’n hoogtechnologisch<br />

revisiebedrijf krijg je ongetwijfeld in<br />

een volgende editie van TurboStart.<br />

31


TurboStart,<br />

het magazine voor<br />

jongeren met een<br />

passie voor alles wat<br />

op wielen rijdt.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!