Valerie Valentine.indd - Bas Maliepaard
Valerie Valentine.indd - Bas Maliepaard
Valerie Valentine.indd - Bas Maliepaard
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
‘Ik wil mijn<br />
dansgeluk<br />
doorgeven’<br />
Ballerina <strong>Valerie</strong> <strong>Valentine</strong> (51) nam in 2000<br />
afscheid van een glansrijke carrière als<br />
eerste soliste bij Het Nationale Ballet.<br />
Zevenentwintig jaar stond de Amerikaanse<br />
in de spotlights. Maar om roem en glamour<br />
was het haar nooit te doen. Aan <strong>Bas</strong><br />
<strong>Maliepaard</strong> vertelt <strong>Valerie</strong> dat dansen voor<br />
haar meer is dan een kick of passie. Het is<br />
een essentieel onderdeel van haar leven.<br />
FOTOGRAFIE: MARLEEN DANIËLS; TEKST: BAS MALIEPAARD<br />
1 2
Wie is <strong>Valerie</strong> <strong>Valentine</strong>?<br />
<strong>Valerie</strong> <strong>Valentine</strong> (Salt Lake City, 1955)<br />
begon haar professionele balletcarrière<br />
op veertienjarige leeftijd bij Ballet West<br />
in haar geboorteplaats. Na een studie aan<br />
de Royal Ballet School in Londen, kwam<br />
ze in 1973 bij Het Nationale Ballet (HNB).<br />
In 1978 werd ze daar bevorderd tot<br />
tweede soliste en in 1985 tot eerste<br />
soliste. Ze was te zien in balletten van<br />
Nederlands bekendste choreografen Rudi<br />
van Dantzig en Hans van Manen, maar ook<br />
in klassieke werken als De Notenkraker<br />
en Het Zwanenmeer. <strong>Valerie</strong> onderbrak<br />
haar loopbaan bij HNB twee jaar om bij de<br />
Deutsche Oper in Berlijn te dansen. Ook<br />
acteerde ze tijdens haar danscarrière in<br />
de films ‘Vlinders in de wind’, ‘Voor een<br />
verloren soldaat’ en ‘A fair play’, de<br />
laatste twee onder regie van haar man<br />
Roeland Kerbosch. Ter gelegenheid van<br />
haar 25jarig jubileum bij HNB en vanwege<br />
haar inzet voor Duchenne Parent Project<br />
werd <strong>Valerie</strong> <strong>Valentine</strong> in 1998 benoemd<br />
tot Ridder in de Orde van de Nederlandse<br />
Leeuw. <strong>Valerie</strong> is oprichter en eigenaar van<br />
danscentrum Dancestreet in Amsterdam.<br />
Een beetje jammer is het wel dat we niet hebben afgesproken in <strong>Valerie</strong>s kasteel in de Franse<br />
Bourgogne. Daar brengt ze om de maand een week door met haar man, filmmaker Roeland<br />
Kerbosch. Maar haar huis aan de Amsterdamse Herengracht mag er ook zijn. En bovendien is<br />
<strong>Valerie</strong> naar eigen zeggen een echte Amsterdamse. “Toen ik in 1973 bij Het Nationale Ballet<br />
auditie deed, was ik op slag verliefd op deze stad met zijn prachtige grachten en dat ben ik<br />
nog steeds”, zegt ze met een charmant, maar zwaar Amerikaans accent. Ze loopt voor me uit<br />
door een lange gang met wit marmeren tegels, naar de achterkant van het huis. “De voorkamers<br />
verhuren we aan een bedrijf, anders is het veel te groot.” Hoewel <strong>Valerie</strong> al zeven jaar geleden<br />
is gestopt als professioneel danseres, heeft ze nog steeds de sierlijke houding en gracieuze<br />
tred van een ballerina: kaarsrechte rug en de voeten iets naar buiten gedraaid. “Dat krijg ik er<br />
ook niet meer uit, denk ik”, lacht ze als ik haar erop wijs. Ze opent een tussendeur en dan zijn<br />
we in een klein halletje, met links een immense woonkamer en rechts de slaapkamer mét<br />
hemelbed. Het zijn haast stijlkamers, met de hoge plafonds, antieke meubels en romantische<br />
lange gordijnen voor de ramen, met uitzicht op een al even indrukwekkende stadstuin.<br />
Je hebt hier niet het gevoel dat je in hartje Amsterdam bent. Gelukkig maar, vindt <strong>Valerie</strong>, want<br />
de stad is in de ruim dertig jaar dat ze er woont, veranderd in een soort Disneyland. “Soms heb<br />
ik het gevoel dat ik in een attractiepark woon”, zegt ze. “Op zondag ga ik de deur zelfs<br />
niet meer uit, dan is de stad bezet door dagjesmensen en vakantiegangers. Het is zo druk en<br />
commercieel. In mijn beginjaren in Amsterdam was dat allemaal een stuk minder. In vergelijking<br />
met de steden waar ik daarvoor woonde, was het hier erg gemoedelijk, er hing een vrije en<br />
tolerante sfeer en ik werd als buitenlander met open armen ontvangen. Dat is nu echt anders:<br />
mensen zijn agressiever op straat en het echte Amsterdamse gevoel is verdwenen op plekken<br />
als de Dam en de Kalverstraat. De sfeer van vroeger vind je soms nog wel terug in de Negen<br />
Straatjes en op de Albert Cuyp markt, daar ben ik dus ook trouwe klant.”<br />
Typisch Amerikaans gezin<br />
Terug naar de Verenigde Staten is voor <strong>Valerie</strong> geen optie, zegt ze even later. “New York vind ik<br />
fantastisch, maar ik voel me nu te oud om nog in zo’n grote stad te wonen. Daarmee vergeleken<br />
is Amsterdam een dorp. Ik ben geboren in Salt Lake City en daar heb ik niks meer te zoeken.<br />
Het grootste deel van de bevolking is mormoon en als je dat niet bent, hoor je er niet echt bij.<br />
Mijn ouders en jongere broer zijn overleden, alleen mijn oudste broer woont er nog. Amsterdam<br />
is mijn thuis, ik heb hier tenslotte ook veel langer gewoond dan in Salt Lake City. Op mijn<br />
vijftiende ging ik naar de Royal Ballet School in Londen en een paar jaar later deed ik auditie<br />
bij Het Nationale Ballet. Jong, hè? Mensen vragen altijd vol medelijden of ik mijn jeugd daardoor<br />
niet heb gemist. Maar zo heb ik dat niet ervaren, integendeel zelfs. Door het dansen heb<br />
ik júist een mooie jeugd gehad. Ik kom uit een typisch Amerikaans jarenvijftig-gezin, dat er<br />
vanbuiten perfect uit zag. Mijn vader was een liberale humorist en columnist in een plaatselijke<br />
krant, een soort Carmiggelt. Hij was een hele creatieve en inspirerende persoonlijkheid, met<br />
aanzien. Ik was altijd erg trots op hem. Maar thuis was hij niet zo leuk. Dat zie je wel vaker bij<br />
mensen die voor hun beroep grappen maken, die zijn in hun privé-leven minder vrolijk. Mijn<br />
vader was alcoholist en mijn moeder hield teveel van hem om haar koffers te pakken. Daardoor<br />
was er altijd veel ruzie bij ons thuis. Voor mij was de balletles een uitstapje, iets wat helemaal<br />
van mezelf was.”<br />
Tien jaar: dansen voor de knuffels<br />
“Toen ik een jaar of tien was, ging ik voor het eerst met een vriendinnetje mee naar haar<br />
balletles. Tot dat moment was ik een tennisfanaat: ik won medailles en was zelfs de beste van<br />
de staat Utah in mijn leeftijdscategorie. De lichamelijke training vond ik heerlijk, maar de<br />
competitie kon me niet veel schelen; winnen of verliezen maakte me niks uit. Op de balletles<br />
merkte ik wat ik miste bij het tennissen: de mogelijkheid om me op een artistieke manier te<br />
uiten. Dat kan ik achteraf zo benoemen, op dat moment was ik natuurlijk veel te jong voor dat<br />
soort analyses. Ik was toen alleen maar gegrepen door de muziek en de bewegingen die we<br />
maakten. Ik voelde dat ik er meer van mezelf in kwijt kon dan in tennis en toch de fysieke<br />
3 4
training kreeg waar ik zo van hield. Ballet is topsport, hoor, daar is<br />
niks sissy aan. Ik raakte helemaal in de ban van ballet. Elke avond<br />
danste ik thuis op mijn kamer voor mijn knuffels. Dat waren er over<br />
de honderd, want ik spaarde ze. Ik zette ze allemaal op mijn bed en<br />
draaide de elpee van het beroemde romantische ballet Coppélia<br />
met muziek van Léo Delibes. Ik weet nog precies hoe die plaat<br />
eruit zag. Roze met een foto van dansers voorop.”<br />
Werken belangrijker dan applaus<br />
<strong>Valerie</strong> pakt een fotolijstje van een bureau in de hoek van de kamer.<br />
Er zit een foto van een meisje in, dat in tutu danst voor een bed<br />
vol knuffels. “Dit heeft Roeland een keer voor me uitgeprint. Ik ben<br />
het niet, maar ik zal er ongeveer zo uitgezien hebben. Van mijn<br />
knuffeldans zijn geen foto’s, want als mijn moeder mijn slaapkamer<br />
binnenkwam, deed ik net of ik zat te lezen. Ik was een verlegen en<br />
onzeker meisje. Dat ik goed kon dansen, vond ik helemaal niet<br />
bijzonder. Zo gingen mijn ouders daar ook niet mee om. Ze waren<br />
wel trots als ik met kerst mocht meedansen in De Notenkraker bij<br />
het gezelschap Ballet West uit Salt Lake City, maar ze gaven me<br />
niet het gevoel dat ik iets uitzonderlijks deed. Mijn vader vond het<br />
jammer dat ik gestopt was met tennis en mijn moeder betaalde de<br />
balletles. Verder moest ik alles zelf regelen: met de bus naar ballet<br />
en uiteindelijk ook alleen naar de auditie van de Royal Ballet School<br />
in Londen. Maar ik deed dat zonder zeuren, want dansen was voor<br />
mij al heel vroeg een manier van leven, iets wat ik nodig had om<br />
gelukkig te zijn. Ik heb nooit behoefte gehad aan een publiek, aan<br />
mensen tegenover wie ik me kon bewijzen. Met die knuffels speelde<br />
ik meer na hoe het hoorde, hun aanwezigheid was geen voorwaarde<br />
om te genieten van het dansen. Veel collega’s uit de balletwereld<br />
vinden de show en het applaus het mooiste wat er is. Voor mij is dat<br />
nooit zó belangrijk geweest. Ik voelde me eerder opgelaten bij een<br />
applaus dan dat ik ervan genoot. Zelfs tijdens mijn afscheidsgala in<br />
Carré. Roeland zegt dan dat ik veel te verlegen en bescheiden ben,<br />
maar van mij hóeft het gewoon niet zo. Echt, ook als er nooit<br />
iemand naar me was komen kijken, was ik danseres gebleven.<br />
Nu ik gestopt ben met dansen, mis ik ook vooral de lessen, niet<br />
de voorstellingen. Ik mis het werkproces met de choreograaf,<br />
het zweten en hijgen en het gevoel dat je door veel oefenen je<br />
bewegingen steeds meer kunt perfectioneren.”<br />
Kwetsbare ijsprinses<br />
Het regime op de Royal Ballet School stimuleerde <strong>Valerie</strong>s bescheiden<br />
opstelling, vertelt ze terwijl we de trap naar het souterrain afdalen<br />
om de rest van het huis te bekijken. “Daar werd mij en de andere<br />
leerlingen ingeprent: denk maar niet dat je iets bent. We waren<br />
soldaatjes die gedrild werden; steeds maar weer opnieuw Het<br />
Zwanenmeer dansen. Toch was ik dolgelukkig dat ik door de<br />
auditie was gekomen. We waren drie maanden met ons gezin in<br />
Londen, omdat mijn vader een tijdje vrijaf had genomen. Toen zag<br />
ik de advertentie voor de auditie hangen en heb ik meegedaan. Uit<br />
honderden kandidaten werden zes meisjes en jongens gekozen en<br />
daar was ik er één van. Mijn familie ging terug naar Salt Lake City<br />
en ik bleef in Londen. Na een jaar mocht ik me aanmelden bij Het<br />
Nationale Ballet en ook daar werd ik aangenomen. Ik geloof dat ik<br />
5 6
xxxxxxxx xxxxxxxx<br />
7 8
Dancestreet<br />
Na het interview neemt <strong>Valerie</strong> me mee<br />
naar Dancestreet, ongeveer vijf minuten<br />
lopen van haar huis, in de schaduw van<br />
de Westertoren. Onderweg vertelt ze over<br />
haar zoektocht naar een geschikt pand.<br />
Ze vond een goede plek in De Stokerij,<br />
een verwaarloosde sporthal van 1200 m 2 ,<br />
waar ze haar droom kon realiseren. Als we<br />
binnenkomen, valt me meteen op hoe<br />
gezellig het in Dancestreet is. Het heeft<br />
absoluut niet meer de uitstraling van een<br />
sportcomplex. Alle studio’s zijn warm<br />
ingericht en overal hangt en staat kunst.<br />
<strong>Valerie</strong> vertelt dat kunstenares Saskia<br />
Pfaeltzer een permanente tentoonstelling<br />
in Dancestreet heeft, omdat ze prachtige<br />
‘dansende’ beelden maakt. Andere<br />
kunstenaars exposeren tijdelijk. Iedereen<br />
mag gratis komen kijken. We lopen door<br />
het complex heen: er is een Yoga Garden,<br />
een fitnesscentrum en sauna, ruimtes<br />
voor de fysiotherapeut, de masseur en de<br />
orthopedisch chirurg, een pilatesruimte<br />
en twee grote zalen waar balletles wordt<br />
gegeven en ook streetdance, tango, salsa,<br />
flamenco en capoeira. Dit moet wel een<br />
paradijs zijn voor de dansliefhebber en<br />
professional. Kleuters in roze tutu’s<br />
komen hier net zo graag als dansers van<br />
Het Nationale Ballet of kandidaten van<br />
het televisieprogramma ‘Dancing with<br />
the Stars’. www.dancestreet.net<br />
vooral uitblonk in timing en muzikaliteit. Ik was technisch goed, waar ik aan moest werken was<br />
mijn kwetsbaarheid laten zien op het podium. Mensen noemden mij de ijsprinses, omdat ik<br />
te strak keek. Dat had denk ik ook weer te maken met mijn naar binnen gekeerde houding:<br />
ik danste voor mezelf, maar moest me leren geven aan het publiek.”<br />
Idealen en dansgeluk<br />
<strong>Valerie</strong> laat me haar badkamer zien, met een luxe ligbad verzonken in een verhoging bij het<br />
raam. “Dit was tijdens de laatste jaren van mijn danscarrière een heel belangrijke plek. Ik ging<br />
twee keer per dag in bad om mijn spieren te ontspannen. Normaal moet je als ballerina<br />
stoppen rond je achtendertigste, want dan wordt de kans op blessures steeds groter. Je<br />
lichamelijke kracht en flexibiliteit gaat achteruit. Maar na mijn achtendertigste werd ik nog<br />
zeven jaar achter elkaar gevraagd om bij het ballet te blijven. Daar was ik wel een beetje trots<br />
op: dat ik zo goed voor mijn lichaam had gezorgd dat ik het aankon. Nu zit ik nauwelijks meer<br />
in bad. Ik heb er geen tijd meer voor. Eigenlijk was het mijn plan om na mijn afscheid te gaan<br />
tuinieren in Frankrijk en mijn vogels daar te verzorgen. Maar het liep anders. Ik werkte eerst<br />
nog een tijdje door als freelance danseres en toen merkte ik dat er in Nederland helemaal<br />
geen goede studio’s zijn waar je als zelfstandig danser kunt trainen. Het was allemaal heel<br />
armoedig, zelfs in Amsterdam. Na lang nadenken besloot ik zelf zo’n danscentrum op te<br />
richten. Dat werd Dancestreet, een plek waar alles wat je als danser nodig hebt onder één dak<br />
aanwezig is. Van massage tot pilates en danslessen van de beste docenten. Ik doe het echt<br />
uit idealisme: ik wil mijn dansgeluk doorgeven, anderen de mogelijkheid bieden om hetzelfde<br />
te ervaren. Het is wel zwaar om cultureel ondernemer te zijn zonder subsidie. Ik heb genoeg<br />
geld om mijn personeel te betalen en de ruimtes te huren, maar ik word er niet rijk van. Het is<br />
een fantastisch project: de studio ziet er schitterend uit en er werken geweldige mensen.<br />
Ik neem je er straks mee naartoe, dan kun je het zien. Dat ik die mensen iets van mijn dansgeluk<br />
kan meegeven, dát is rijkdom.”<br />
Een regen van rozen<br />
We zijn inmiddels in de keuken, naast de badkamer in het souterrain. “Ik kook nauwelijks”,<br />
bekent <strong>Valerie</strong>. “Geen tijd. Roeland en ik eten vaak in het restaurant van The Movies, de Art<br />
House bioscoop waar hij eigenaar van is.” Aan het plafond van de keuken hangen tientallen<br />
gedroogde boeketten bloemen. “Die heb ik allemaal gekregen na voorstellingen. Ik wilde ze<br />
niet weggooien, want bij alle bossen horen herinneringen. Ik weet van elk boeket nog wanneer<br />
ik het gekregen heb.” <strong>Valerie</strong> wijst er één aan: “Deze rozen werden bij mijn afscheidgala vanaf<br />
de tribunes op het podium gegooid. Het was een regen van rozen. Ik wilde afscheid nemen op<br />
Valentijnsdag, dat is een speciale dag voor mij. Natuurlijk vanwege mijn naam, maar ook omdat<br />
mijn vader vroeger elke Valentijnsdag via de krant geld inzamelde voor een goed doel. Hij is<br />
op Valentijnsdag overleden, net als mijn jongere broer een paar jaar later. De opbrengst van<br />
mijn afscheidsgala is naar het Duchenne Parent Project gegaan, een organisatie die onderzoek<br />
doet naar de spierziekte Duchenne. Omdat ik mijn spieren zo intensief heb gebruikt, besef ik<br />
hoe het moet zijn als je dat niet kunt.”<br />
Vrij als een vogel<br />
Dansen is haar leven, zoveel is wel duidelijk, na haar verhaal. Nu ze er zelf nauwelijks meer tijd<br />
voor heeft, stimuleert <strong>Valerie</strong> anderen om te dansen. “Ik denk dat ik nooit zonder dans zal<br />
kunnen, maar als Dancestreet bekend genoeg is en door veel mensen gewaardeerd wordt, zal<br />
ik vaker naar Frankrijk gaan. Dan kan ik de hele dag van mijn ganzen, pauwen, fazanten en<br />
andere vogels genieten. Ja, zo wil ik wel oud worden. Als vogelvrouwtje, dat de hele dag<br />
zwanen en kaketoes voert. Weet je waarom ik vogels zo mooi vind? Ze kunnen vliegen en dat<br />
is wat ik als ballerina ook altijd heb geprobeerd. Zó dansen dat het lijkt of ik vlieg.” o<br />
9 10