2265 Draadloze ruimtetempe- ratuurregelaar REV23RF ... - Siemens

Fabrieksinstellingen
installateurniveau
Installateurniveau
Toegang
Opnemercalibrering
CAL
Begr. gew. waarde
Inschakeloptimalisering
Voorbeeld bij een gemeten
ruimtetemperatuur
van 18 °C en een gewenste
waarde van 20 °C
Regeling
Begrenzing gewenste waarde
PID-regeling, zelflerend
Inschakeloptimalisering
Periodieke werking pomp uit
Verwarmen actief
Door het ingedrukt houden van de warmer- en kouder-toets en het gelijktijdig draaien
van de rolschakelaar, eerst weg van de display en dan in de richting ervan, wordt het
niveau voor de installateur vrijgegeven.
Als de weergegeven temperatuur niet overeenstemt met de werkelijke ruimtetemperatuur,
kan de temperatuuropnemer worden gecalibreerd.
(Voor een calibratie is toegang tot het installateurs niveau nodig.)
De weergegeven temperatuur kan in stappen van 0,2 °C (max. ± 2 °C) naar de werkelijke
ruimtetemperatuur worden gecorrigeerd.
De minimum begrenzing van de gewenste waarde op 16 °C voorkomt "diefstal" van
warmte in gebouwen met meerdere verwarmingszones.
Het inschakeltijdstip van de 1 e verwarmingsperiode wordt zodanig naar voren geschoven,
dat de ingestelde gewenste waarde op het gewenste tijdstip wordt bereikt.
De instelling is afhankelijk van het regeltraject, d.w.z. van de warmteoverdracht (leidingnet,
radiatoren), gedrag van het gebouw (massa, isolatie) en de verwarmingscapaciteit
(ketelcapaciteit, aanvoertemperatuur).
De inschakeloptimalisering is uitgeschakeld bij
T
°C
20
Pon T1
19
18
17
16
TR x
1h/°C
1/2h/°C
1/4h/°C
- 4 h - 3 h - 2 h
- 2 h - 1½h
- 1 h - ½
- 1 h - ¾ h - ½ h - ¼
1e verwarmingsperiode
Siemens Building Technologies Ruimtetemperatuurregelaar REV23RF CE1N2265nl
HVAC Products 15.01.2003
2264D02
Start t
- 1 h (langzaam regeltraject)
h (gemiddeld regeltraject)
h (snel regeltraject)
inschakeloptimalisering UIT (niet actief)
T Temperatuur (°C) TRx Gemeten ruimtetemperatuurwaarde
t Vervroegd inschakelpunt (h) Pon Vroegste startpunt inschakeloptimalisering
De REV23RF is een tweepuntsregelaar met PID-gedrag. De ruimtetemperatuur wordt
door cyclisch in- c.q. uitschakelen van een apparaat geregeld.
De regeling vormt de besturingssignalen overeenkomstig de afwijking tussen de gewenste
waarde en de door de ingebouwde temperatuuropnemer gemeten waarde.
Afhankelijk van het gekozen algoritme reageert de installatie verschillend snel op de
afwijking:
7/15