Luchtdruk hydraulisch remsysteem - Oudedaftechniek

aAr
\fno-74.-o
--(E)-
@
Afb. 46. Schema handremklep (Typ" 1ó1S-05)
Werking (zie afb. 4ó).
In de ruststand is ruimte (2), (die met de remklep
op de truck in verbinding staat) ontlucht. Ruimte (l)
staat in verbinding met de buitenlucht. Ruimte (3)
staat via de boring en de aansluiting (V) in verbinding
met de luchtketels. De remleiding vòn de aanhangwagen
staat, via de aansluitingen (A) en (V) in
de ruststand rechtstreeks in verbinding met de lucht-
ketels.
De veer (5) en de in ruimte (3) werkende druk van
de luchtketels bewegen de zuiget (ó) en de zuigerbuis
(7) naar links, waardoor de afblaasopening in
de zuigerbuis wordt gesloten en de klep (B) wordt
geopend. Lucht stroomt in de leiding van de danhangwagen
en houdt ook de ruimte (4) via de doorboring
in de aansluiting (A) onder druk. De remmen
van de aanhangwagen zijn nu gelost en de luchtketel
op de aanhangwagen wordt gevuld.
28
We rk pla a tsl ns tructl e s
Bij het remmen stroomt lucht uit de ketels van de
truck in de luchtcilinder en gelijktijdig ook in de
ruimte (2ll. Daar het bovenste membraèn een groter
oppervlak heeft als het onderste membraan, is reeds
een remdruk van 0,2-0,3 kglcmz op de truck voldoende
om de zuigerbuis (7) naar rechts te doen bewegen
waardoor de afblaasopening van de zuigerbuis
wordt geopend en de klep (8) wordt gesloten.
De lucht in de leiding van de aanhangwagen wordt
via de zuigerbuis trapsgewijze met een drukval van
|
- | ,3 kglcmz afgeblazen. Een voorijling tussen de
aanhangwagen en truckremmen is hiermee bewerkstelligd.
De hefboom op de handremklep is verbonden met
de handrenì. Wanneer de handrem wordt aangehaald,
wordt de lucht in de remleidingen van de
aanhangwagen via de handremklep a{geblazen.
Zowel de truck als de aanhangwagen staan dan ge-
remd.
Werking (zie afb. 471.
De werking van dit apparaat komt overeen met die
va n de voorafgaa nde u itvoering.
De klep (8), zie afb. 46, is gewijzigd in een dubbele
klep. In de ruststand sluit ook deze klep de afblaasopening
van de buis (7) af. Bij het remmen verbreekt
het onderste gedeelte van de dubbele klep (8) de
verbinding tussen (A) en (V). Het bovenste gedeelte
van de dubbele klep (8) maakt bij het remmen de
afblaasopening vrij.
De kleine mernbraan is vervangen door de zuiger
(ó). Zie voor de werking verder zoals die is beschreven
bij de vorige uitvoering.
Onderhoud en controle.
De handremklep vereist, behalve het smeren van de
hefboomverbindingen, geen onderhoud.
Een eventuele storing aan de handremklep is meestal
het gevolg van inwendige vervuiling.