03.05.2013 Views

Bijlage 7 Natuurtoets

Bijlage 7 Natuurtoets

Bijlage 7 Natuurtoets

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

5.3 HABITATTYPEN<br />

5.3.1 Slikkige rivieroevers (H3270)<br />

Instandhoudingsdoelstelling Natura 2000-gebied<br />

Uitbreiding van oppervlakte en kwaliteit (complementair).<br />

Aanwezigheid en kwaliteit in het projectgebied<br />

Slikkige rivieroevers komen niet in het projectgebied voor en evenmin binnen de<br />

invloedsfeer van de voorgenomen activiteiten. Dichtstbijzijnde goede voorbeelden van<br />

slikkige rivieroevers zijn aanwezig bij Ewijk (De Goeij 2009).<br />

Negatieve effecten van het voorgenomen project en hoe deze te voorkomen<br />

Realisatiefase<br />

Als gevolg van de afwezigheid van dit habitattype zijn er geen negatieve effecten van<br />

de voorgenomen activiteiten te verwachten.<br />

Rivierverruiming als EMAB-voorwaarde voor de voorgenomen activiteiten, waarbij aan<br />

de westzijde van het projectgebied 1500 m 3 grond wordt afgegraven (zie Figuur 3), kan<br />

leiden tot realisatie van zeer geschikte omstandigheden voor dit habitattype.<br />

Indien bij de uitvoer van deze maatregel gestreefd wordt naar de aanleg van zeer<br />

flauwe, tijdelijk droogvallende oevers en slik- en zandplaten, dan heeft het voorgenomen<br />

project louter positieve effecten op de instandhouding van het habitattype.<br />

Gebruiksfase<br />

Als gevolg van de huidige afwezigheid van genoemd habitattype zijn er geen negatieve<br />

effecten van de voorgenomen activiteiten te verwachten.<br />

Indien zich als gevolg van de maatregelen in het kader van de rivierverruiming<br />

daadwerkelijk slikkige rivieroevers ontwikkelen op de locatie waar grond wordt<br />

afgegraven, dan zijn negatieve effecten van het voorgenomen project niet te<br />

verwachten. Eventuele betreding van de vegetaties zal alleen door bewoners<br />

plaatsvinden aangezien de Bunswaard alleen voor aanwonenden toegankelijk blijft.<br />

Verder is het habitattype niet erg gevoelig voor beperkte betreding, omdat het juist<br />

afhankelijk is van hoogdynamische omstandigheden van erosie en sedimentatie. Af en<br />

toe belopen van de vegetatie kan geen kwaad.<br />

Knelpunten met de instandhoudingsdoelstelling<br />

Momenteel komt dit habitattype niet in het gebied voor. De voorgenomen ingreep heeft<br />

daarom geen direct negatief effect. De voorgenomen ingreep heeft in potentie positieve<br />

effecten en op voorhand geen negatieve effecten. Verdere toetsing aan de Nbw is dan<br />

ook niet noodzakelijk.<br />

5.3.2 Stroomdalgraslanden (H6120)<br />

Instandhoudingsdoelstelling Natura 2000-gebied<br />

Uitbreiding van oppervlakte en kwaliteit (complementair).<br />

Aanwezigheid en kwaliteit in het projectgebied<br />

Stroomdalgraslanden komen niet in het projectgebied en binnen de invloedsfeer van de<br />

voorgenomen activiteiten voor. Dichtstbijzijnde voorbeelden van stroomdalgraslanden<br />

zijn aanwezig bij Ewijk (De Goeij 2009).<br />

N A T U U R B A L A N S – L I M E S D I V E R G E N S B V a d v i e s b u r e a u v o o r n a t u u r & l a n d s c h a p<br />

<strong>Natuurtoets</strong> herinrichting de Bunswaard 31

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!