Cataloog UFS Ondervloersystemen - OBO Bettermann

Ontwerphulp
kanaalsystemen
verzonken in de dekvloer
Montagehulp vloerdoos UZD/UGD
Positie van de vloerdozen bepalen
De kanaaltrajecten en de kruispunten worden
vooraf op de ondergrond gemarkeerd. Daarna
worden de vloerdozen geplaatst.
De vloerdoos op hoogte brengen.
De 4 snelontgrendelingspennen worden in de
gaten geplaatst. Daarna kan de hoogte van de
doos worden ingesteld door ze op te tillen. Nadat
de hoogte is ingesteld, de pennen verwijderen.
Invoeren van de kanalen
Het kanaal wordt in de doos tot aan de stootlip
geschoven. Bij het plaatsen van asymmetrische
kanalen (met 2 compartimenten) moet erop
worden gelet dat de bedrukking op de verbindingsplaatsen
overeenstemt.
26 OBO UFS
De vloerdoos bevestigen
De vloerdoos op de ondergrond bevestigen.
De doos exact op hoogte brengen -
fijnregeling
Met behulp van een schroevendraaier (Pozidriv
gr. 2) kan de hoogte van de vloerdoos nauwkeurig
worden ingesteld.
De doos exact op hoogte brengen -
fijnregeling
De fijnregeling van de hoogte wordt via de nivelleerschroeven
uitgevoerd. Het nivelleren moet
met de plaatser van de dekvloer worden afgestemd.
De hoogte van de vloerdoos regelen
De vloerdozen hebben een minimale bouwhoogte
van 70 mm en een nivelleerbereik van
+55 mm. Verschillen tussen de gewenste hoogte
van de dekvloer en de bouwhoogte van de
doos kunnen met de nivelleerschroeven of met
de snelontgrendeling worden genivelleerd.
De zijwanden van de doos openen
De zijwanden van de vloerdoos worden met een
tang (b.v. zijsnijtang) overeenkomstig de kanaalgrootte
geopend en de ontstane lip wordt naar
boven gebogen.
Aarding van het kanaalsysteem
Geleidende verbindingen tussen kanaal en
vloerdozen kunnen met behulp van de kanaal/vloerdoosverbinder
VW/E worden bereikt.
08 UFS_Katalog_2010_Neuer_Stand / nl / 12/10/2011 (LLExport_01088)