politiserend maatschappelijk werk als bijdrage tot emancipatie
politiserend maatschappelijk werk als bijdrage tot emancipatie
politiserend maatschappelijk werk als bijdrage tot emancipatie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
c. Ontdekkend leren/zelfbepaling. Hierbij ligt de nadruk op:<br />
positionele vragen<br />
culturele vragen<br />
tegendeel vragen<br />
keuze/besluit vragen<br />
doe/handelingsvragen<br />
Het zal duidelijk zijn dat wij bij <strong>politiserend</strong>e hulpverlening in het <strong>werk</strong><br />
met hulpvragers de laatste categorie vragen op het oog hebben, omdat<br />
dat vragen zijn die een bewustwordingsproces kunnen uitlokken. Overigens<br />
is het niet alleen van belang te kijken naar de relatie die er bestaat<br />
tussen het doel van de vraag en het type vragen dat men stelt om dat<br />
doel te bereiken.<br />
Minstens zo belangrijk is het na te gaan wie wat met de antwoorden die<br />
op de gestelde vragen gegeven worden, moet gaan doen.<br />
Anders gezegd: welke posities worden door de hulpvrager en de hulpverlener<br />
ten opzichte van eL.\:aar ingenomen.<br />
Naar het ons voorkomt, gaat het er bij herstellen/ oplossen vooral om<br />
dat de hulpverlener materiaal in handen krijgt, waarmee hij greep kan<br />
krijgen op de hulpvrager om die te kunnen sturen in de probleemsituatie.<br />
Bij spuien/ dei en zijn de antwoorden meer doel op zich en dienen<br />
vaak om de weg vrij te maken voor hulpvrager èn hulpverlener om op<br />
de een of andere manier verder te kunnen, hetzij in de richting van<br />
herstellen/ oplossen, hetzij in de richting van ontdekkend leren en zelfbepaling.<br />
Bij ontdekkend leren/zelfbepaling moet de hulpvrager zèlf iets doen<br />
met de antwoorden die hij geeft, namelijk zijn eigen antwoorden proberen<br />
om te zetten in concreet gedrag waarmee hij uit de voeten kan.<br />
Zolang de hulpvrager daartoe niet in staat is, zal de hulpverlener de<br />
gegeven antwoorden blijven problematiseren door er vragen over te<br />
stellen.<br />
Deze benaderingswijze heeft in ieder geval twee belangrijke (positionele)<br />
gevolgen voor de relatie hulpvrager-hulpverlener:<br />
a. de hulpverlener komt door deze benadering meestal nauwelijks iets<br />
van het privéleven van de hulpvrager te weten. Ook komt het vaak<br />
voor, dat de hulpverlener slechts ten dele op de hoogte is van de aard<br />
van het probleem en helemaal geen weet heeft van de inhoudelijke<br />
details. In feite betekent dit, dat de hulpverlener ten aanzien van de<br />
hulpvrager maar aan heel weinig touwtjes kan trekken. De afuankelijkheidsrelatie<br />
in een dergelijk hulpverleningsproces is daarmee<br />
aanzienlijk gereduceerd. Dat blijkt trouwens ook uit het feit, dat de<br />
hulpvrager binnen de kortste tijd het hulpverleningsproces kan<br />
stopzetten door geen antwoorden meer te geven;<br />
b. de inbreng van de <strong>politiserend</strong> hulpverlener is beperkt: vragen stellen.<br />
Geen theoretische hoogstandjes, geen ingewikkelde manipula-<br />
84<br />
tie-technieken, geen knappe diagnoses, geen truckendoos, geen dure<br />
apparatuur. Alleen vragen stellen. Het stellen van problematiserende<br />
vragen is trouwens al moeilijk genoeg. De hulpverlener heeft dus<br />
slechts een beperkte taak. De taak van de hulpvrager in het hulpverleningsproces<br />
is veel uitgebreider:<br />
- hij moet antwoorden zoeken op vragen die aan hem gesteld worden;<br />
- hij moet met een kosten-baten analyse <strong>werk</strong>en om <strong>tot</strong> een keuze te<br />
komen;<br />
- hij moet geschikt gedrag bij zijn keuze zoeken.<br />
Anders gezegd: de positie van de hulpverlener is slechts die van<br />
aangever. Het is de hulpvrager die bokst en die wint of verliest. Als er<br />
al sprake is van het slagen van een hulpverleningsproces, dan moet<br />
dat bij <strong>politiserend</strong>e hulpverlening vooral geschreven worden op de<br />
rekening van de hulpvrager. Door zijn inventiviteit, creativiteit,<br />
moed, worsteling en volharding kan het hulpverleningsproces <strong>tot</strong> een<br />
goed einde worden gebracht. In dat licht moeten ook de in dit boek<br />
beschreven hulpverleningsprocessen ( 4.5) worden bezien. De positie<br />
van de <strong>politiserend</strong> hulpverlener is beperkt. Ook daardoor wordt de<br />
afhankelijkheid in de hulpverleningsrelatie sterk verminderd.<br />
We kunnen het niet nalaten deze paragraaf te besluiten met weer te<br />
geven wat onlangs een hulpvrager aan het eind van een hulpverleningsproces<br />
tegen ons zei:<br />
"Zo, dat was dat. Jullie bedankt dat je me niet het hemd van het gat hebt<br />
gevraagd. Eigenlijk weten jullie niets van mij. Best knap. En complimenten<br />
aan mezelf. Want het echte <strong>werk</strong> heb ik zelf gedaan. En daar<br />
ben ik apetrots op".<br />
4.3. Aandachtspunten bij het vragenstellen<br />
V oor degenen die met het stellen van vragen willen gaan <strong>werk</strong>en laten<br />
we hieronder een aantal vragen de revue passeren, die men zich zeker<br />
wel zal stellen voor men aan het <strong>werk</strong> gaat, en een aantal vragen die<br />
opkomen tijdens het <strong>werk</strong>en met vragen. We geven er wat "richtinggevende"<br />
antwoorden bij en zonodig wat voorbeelden.<br />
1. De eerste vraag die gesteld kan worden is: is deze <strong>werk</strong>wijze met<br />
iedereen uitvoerbaar?<br />
Een voorwaarde om met deze manier van <strong>werk</strong>en aan de slag te gaan is<br />
dat de hulpvrager in staat moet zijn over zijn situatie na te denken. Dat<br />
betekent, dat we deze <strong>werk</strong>wijze niet toepasbaar achten wanneer de<br />
hulpvrager zó emotioneel is, dat hij op dat moment zelfs geen vragen<br />
kan horen. Ditzelfde geldt voor iemand die psychotisch is. Ook voor<br />
verstandelijk gehandicapten lijkt deze methode minder geslaagd (hoewel<br />
er binnen ons kader wel andere methoden zijn, die wij verder in dit<br />
hoofdstuk zullen toelichten).<br />
85