22.08.2013 Views

IRAD 22 Ruimte voor de Rivier, Bureaustudie Bolwerksplas, Worp ...

IRAD 22 Ruimte voor de Rivier, Bureaustudie Bolwerksplas, Worp ...

IRAD 22 Ruimte voor de Rivier, Bureaustudie Bolwerksplas, Worp ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Fasedocument Archeologie, Fase 2a<br />

<strong>Ruimte</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Rivier</strong><br />

<strong>Bureaustudie</strong> <strong>Bolwerksplas</strong>, <strong>Worp</strong> & Ossenwaard<br />

Auteurs: Drs. Bart Vermeulen & Drs. Edith Haveman<br />

0


Colofon<br />

© 2007, Gemeente Deventer, Deventer (met uitzon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> in <strong>de</strong><br />

verantwoording van <strong>de</strong> afbeeldingen genoem<strong>de</strong> copyrighthou<strong>de</strong>rs)<br />

Auteurs: Drs. Bart Vermeulen & Drs. Edith Haveman<br />

Titel: Fasedocument Archeologie, Fase 2a<br />

<strong>Ruimte</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Rivier</strong><br />

<strong>Bureaustudie</strong> <strong>Bolwerksplas</strong>, <strong>Worp</strong> & Ossenwaard<br />

Afbeeldingen: Michael van <strong>de</strong>r Wees, Leon Scheffer, Wessel Spoel<strong>de</strong>r & Drs. Emile<br />

Mittendorff<br />

Bevoegd gezag: Drs. Michiel Bartels<br />

Vormgeving: Archeologie Deventer<br />

Oplage: print: 10 exemplaren<br />

Dit rapport is een productie en uitgave van:<br />

Archeologie Deventer<br />

Gemeente Deventer<br />

Postbus 5000<br />

7400 GC Deventer<br />

Ne<strong>de</strong>rland<br />

Telefoon: (0031)-(0)570-671155<br />

www.<strong>de</strong>venter.nl<br />

Niets van <strong>de</strong>ze uitgave mag wor<strong>de</strong>n verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door<br />

mid<strong>de</strong>l van druk, film, fotokopie, digitaal of geautomatiseerd systeem zon<strong>de</strong>r<br />

<strong>voor</strong>afgaan<strong>de</strong> toestemming van <strong>de</strong> copyrighthou<strong>de</strong>rs, <strong>de</strong> auteurs en het Deventer<br />

Ziekenhuis.<br />

De uitgever heeft <strong>de</strong> inhoud met <strong>de</strong> grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld.<br />

Ondanks <strong>de</strong>ze zorgvuldigheid kunnen gegevens zijn veran<strong>de</strong>rd of onjuist zijn<br />

weergegeven.<br />

1


Inhoudsopgave<br />

1. Inleiding 1<br />

2. Landschappelijke achtergrond<br />

2.1 Ontwikkeling van rivieren en uiterwaar<strong>de</strong>n 3<br />

2.2 Ontwikkeling van <strong>de</strong> IJssel 4<br />

2.3 Potentiële bewoningslocaties 4<br />

2.4 Kartering 5<br />

3. Archeologische verwachting, vindplaatsen en waarnemingen<br />

3.1 Verwachting 7<br />

3.2 Vindplaatsen 8<br />

3.3 Waarnemingen 8<br />

4. Historische bronnen<br />

4.1 De stadswei<strong>de</strong>n 12<br />

4.2 De landweer, het Bolwerk en <strong>de</strong> Yperenberg 14<br />

4.3 De steenbakkerijen 19<br />

4.4 De vaste brug, <strong>de</strong> watermolens, een kapel en <strong>de</strong> Spijtenburg 27<br />

4.5 De Gel<strong>de</strong>rse vestingen Morgenster en Altena 30<br />

4.6 Belegeringswerken uit <strong>de</strong> Tachtig Jarige Oorlog 32<br />

4.7 De schipbrug 33<br />

4.8 Het ontstaan van <strong>de</strong> Hoven 36<br />

4.9 Ambachten in <strong>de</strong> Uiterwaar<strong>de</strong>n 37<br />

4.10 De Napoleontische oorlogen 42<br />

5. Rand<strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> vervolgon<strong>de</strong>rzoek (fase 2b, 3 & 4)<br />

5.1 Natuurbescherming 44<br />

5.2 Waterstaat 46<br />

5.3 Oorlogshan<strong>de</strong>lingen 49<br />

6. Opzet vervolgon<strong>de</strong>rzoek<br />

6.1 Mid<strong>de</strong>leeuwse vindplaatsen 51<br />

6.2 Prehistorische en vroeg mid<strong>de</strong>leeuwse vindplaatsen 52<br />

6.3 Scheepsresten in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwse beddingen 53<br />

6.4 Scheepsvondsten bij <strong>de</strong> aanleg van <strong>de</strong> nieuwe beddingen 53<br />

7. Literatuur 54<br />

Bijlage A: Tijdbalk archeologische perio<strong>de</strong>n<br />

Bijlage B: Verklaren<strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nlijst<br />

2


1. Inleiding<br />

1.1 Ligging van <strong>de</strong> Deventer in Ne<strong>de</strong>rland<br />

Het project <strong>Ruimte</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Rivier</strong> heeft als doel <strong>de</strong> IJssel ruimte te geven bij hoog<br />

water. Deze noodzaak is ontstaan omdat <strong>de</strong> IJssel sinds <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw steeds ver<strong>de</strong>r<br />

bedijkt raakte waardoor het stroombed steeds smaller werd. Traditionele<br />

overloopgebie<strong>de</strong>n als <strong>de</strong> Bergwei<strong>de</strong> en <strong>de</strong> Veenen wer<strong>de</strong>n afgesne<strong>de</strong>n waardoor <strong>de</strong><br />

rivier bij hoog water steeds min<strong>de</strong>r ruimte kreeg. Nu wordt gezocht naar nieuwe<br />

ruimte <strong>voor</strong> <strong>de</strong> rivier. Deze wordt in het on<strong>de</strong>rzoeksgebied <strong>voor</strong>al direct naast <strong>de</strong><br />

hoofdstroom in het buitendijkse gebied gevon<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong>ze bureaustudie wordt <strong>de</strong><br />

archeologische verwachting binnen het on<strong>de</strong>rzoeksgebied geschetst. Het park De<br />

<strong>Worp</strong> is op verzoek van Burgemeester en Wethou<strong>de</strong>rs van Deventer buiten <strong>de</strong><br />

bureaustudie gehou<strong>de</strong>n. De verkenning is uit een aantal verschillen<strong>de</strong> elementen<br />

opgebouwd:<br />

1. Bo<strong>de</strong>mkun<strong>de</strong> & Geologie<br />

Allereerst is geprobeerd op basis van <strong>de</strong> beschikbare geomorfologische informatie te<br />

komen tot een beeld van het paleoreliëf en <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>mopbouw on<strong>de</strong>r het maaiveld.<br />

Deze vormt <strong>de</strong> basis <strong>voor</strong> <strong>de</strong> archeologische verwachtingskaart. 1<br />

2. Verwachting en archeologische informatie<br />

Deze verwachtingskaart is aangevuld met <strong>de</strong> resultaten uit opgravingen en<br />

waarnemingen die in het verle<strong>de</strong>n binnen het plangebied hebben plaatsgevon<strong>de</strong>n.<br />

3. Historische bronnen<br />

Ten slotte is uit historische bronnen veel bekend over <strong>de</strong> inrichting van dit gebied in<br />

<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen en nieuwe tijd. Ook <strong>de</strong>ze bronnen zijn meegenomen in het<br />

1 Vermeulen & Bartels, 2006.<br />

1


verwachtingsmo<strong>de</strong>l. Op basis van <strong>de</strong>ze gegevens is een opzet gemaakt <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

inrichting van het vervolgon<strong>de</strong>rzoek.<br />

2<br />

1.2 Ligging van <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoekslocaties<br />

De grenzen van het plangebied zijn mo<strong>de</strong>rn en komen maar in beperkte mate<br />

overeen met <strong>de</strong> historische grenzen. Het plangebied ligt binnen een veel grotere<br />

mid<strong>de</strong>leeuwse topografische en landschappelijke eenheid, <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> Mars.<br />

Deze bureaustudie heeft zich primair gericht op vindplaatsen, waarnemingen en<br />

historische elementen binnen het plangebied. Alleen wanneer <strong>de</strong>ze van belang zijn<br />

<strong>voor</strong> het begrip van het grote geheel komen elementen in het naastgelegen gebied<br />

aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong>.<br />

1.3 De grenzen van het<br />

on<strong>de</strong>rzoeksgebied binnen <strong>de</strong><br />

gemeente Deventer. Aan <strong>de</strong><br />

noordzij<strong>de</strong> loopt het plangebied<br />

nog door in <strong>de</strong> gemeente Voorst.<br />

Hier heeft archeologie Deventer<br />

geen zeggenschap


2. Landschappelijke achtergrond<br />

2.1 Ontwikkeling van rivieren en uiterwaar<strong>de</strong>n<br />

De ontwikkeling van het plangebied wordt <strong>voor</strong> een groot <strong>de</strong>el bepaald door <strong>de</strong><br />

ontwikkeling van het rivierenstelsel in het Holoceen (12.000 <strong>voor</strong> Chr. tot he<strong>de</strong>n). In<br />

het Holoceen is er sprake van een <strong>voor</strong>tduren<strong>de</strong> opbouw en verlegging van<br />

stroomgor<strong>de</strong>ls. Deze verleggingen zijn het zijn het gevolg van veran<strong>de</strong>ren<strong>de</strong><br />

rivieractiviteit die weer wordt veroorzaakt door klimaatfluctuaties. Hierdoor zijn<br />

fossiele en actieve rivierarmen ontstaan. Stroomgor<strong>de</strong>lverleggingen vin<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>al<br />

plaats tij<strong>de</strong>ns versnel<strong>de</strong> relatieve zeespiegelstijgingen, <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong><br />

transgressiefasen. De meest recente ontwikkeling van <strong>de</strong> rivieren werd bepaald door<br />

<strong>de</strong> laat-Romeinse/vroegmid<strong>de</strong>leeuwse transgressiefase. Vanaf ongeveer 300 na Chr.<br />

vernatte het klimaat waardoor stroomgor<strong>de</strong>lverleggingen plaatsvon<strong>de</strong>n. Daarnaast<br />

hebben menselijke activiteiten een rol gespeeld. Na <strong>de</strong>ze fase was <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> mens<br />

bepalend in <strong>de</strong> verlegging van rivierlopen. 2<br />

2.1 Luchtfoto van <strong>de</strong> Bolwerkplas, <strong>Worp</strong> & Ossenwaard<br />

2 Heunks & Odé, 1998, <strong>22</strong>.<br />

3


2.2 Ontwikkeling van <strong>de</strong> IJssel<br />

De IJssel ligt in <strong>de</strong> pleistocene oerstroomdalen van <strong>de</strong> Rijn. Deze bestaan uit<br />

pleistocene afzettingen van vlechten<strong>de</strong> riviersystemen (Formatie van Kreftenheye) en<br />

<strong>de</strong>kzan<strong>de</strong>n (Formatie van Twente). Tij<strong>de</strong>ns het Holoceen heeft <strong>de</strong> IJssel zich<br />

ingesne<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>ze afzettingen. Tij<strong>de</strong>ns een groot <strong>de</strong>el van het Holoceen was <strong>de</strong><br />

IJssel een locale rivier, gevoed door <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> IJssel en <strong>de</strong> beken van <strong>de</strong> Achterhoek.<br />

Pas vanaf <strong>de</strong> Romeinse tijd kreeg <strong>de</strong> IJssel een verbinding met het Rijnstelsel en<br />

veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> het karakter van <strong>de</strong> rivier. 3 Door <strong>de</strong>ze verbinding met het Rijnstelsel nam<br />

vanaf <strong>de</strong> laat Romeinse tijd <strong>de</strong> activiteit van <strong>de</strong> IJssel sterk toe. In het bovenstroomse<br />

<strong>de</strong>el (tot aan Deventer) ontston<strong>de</strong>n door het mean<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> rivier grote<br />

kronkelwaardcomplexen. De IJssel heeft hier diep ingesne<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> omliggen<strong>de</strong><br />

pleistocene afzettingen. In het bene<strong>de</strong>nstroomse <strong>de</strong>el (vanaf Deventer) is <strong>de</strong> IJssel<br />

veel min<strong>de</strong>r bochtig. Dat is waarschijnlijk niet altijd zo geweest. Mogelijk hebben in dit<br />

<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> IJssel in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen meer<strong>de</strong>re, tegelijkertijd functioneren<strong>de</strong><br />

rivierlopen naast elkaar gelegen.<br />

De toenemen<strong>de</strong> activiteit van <strong>de</strong> IJssel na <strong>de</strong> Romeinse tijd werd niet alleen<br />

veroorzaakt door <strong>de</strong> verbinding met <strong>de</strong> Rijn, maar <strong>voor</strong>namelijk door menselijke<br />

factoren. Voorbeel<strong>de</strong>n hiervan zijn <strong>de</strong> grootschalige ontginning van het achterland en<br />

<strong>de</strong> aanleg van dijken. De ontginning en ontwatering van <strong>de</strong> achterlan<strong>de</strong>n zorg<strong>de</strong><br />

er<strong>voor</strong> dat een groter <strong>de</strong>el van het regenwater niet meer in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m werd<br />

opgenomen (afname retentiecapaciteit) maar over <strong>de</strong> oppervlakte werd afgevoerd.<br />

Door <strong>de</strong> geconcentreer<strong>de</strong> en versnel<strong>de</strong> afvoer in <strong>de</strong> late mid<strong>de</strong>leeuwen is <strong>de</strong> rivier<br />

zich gaan insnij<strong>de</strong>n in haar bedding. Hierdoor kwamen <strong>de</strong> kronkelwaar<strong>de</strong>n droog te<br />

liggen. De rivierduinen kon<strong>de</strong>n daardoor verstuiven en zo is tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> late<br />

mid<strong>de</strong>leeuwen een aantal nieuwe rivierduinen ontstaan. 4 De uiterwaar<strong>de</strong>n zijn na <strong>de</strong><br />

bedijking <strong>de</strong> ontstaan. Dit gebied overstroomt vrijwel jaarlijks. De uiterwaar<strong>de</strong>n van<br />

<strong>de</strong> IJssel zijn al groten<strong>de</strong>els in <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong> eeuw ontstaan. In <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n zijn<br />

patronen van parallel lopen<strong>de</strong> strangen, ou<strong>de</strong> rivierarmen, te herkennen. 5 Vanaf <strong>de</strong><br />

late mid<strong>de</strong>leeuwen nam <strong>de</strong> activiteit van <strong>de</strong> IJssel af. In <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw wer<strong>de</strong>n bij het<br />

splitsingspunt van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>r-Rijn en <strong>de</strong> IJssel zelfs werkzaamhe<strong>de</strong>n uitgevoerd om<br />

<strong>de</strong> IJssel watervoerend te hou<strong>de</strong>n.<br />

Grote <strong>de</strong>len van <strong>de</strong> IJssel waren onbedijkt. Daardoor had het overstromingsgebied<br />

een relatief grote omvang. Dit gebied bestond uit eolische en fluviatiele afzettingen<br />

uit het Pleistoceen, die in het Holoceen doorsne<strong>de</strong>n zijn door IJsselgeulen en<br />

beekdalen. Naast <strong>de</strong> hoofdbedding kon <strong>de</strong> post-Romeinse IJssel waarschijnlijk ook<br />

via <strong>de</strong>ze laagten <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rzee bereiken. 6<br />

2.3 Potentiële bewoningslocaties<br />

Op <strong>de</strong> <strong>de</strong>kzandruggen, rivierduinen en an<strong>de</strong>re pleistocene opduikingen langs <strong>de</strong><br />

IJssel zijn bewoningssporen, zoals jachtkampen uit het paleolithicum en<br />

mesolithicum te verwachten. Ook in <strong>de</strong> beekdalen zijn resten uit het mesolithicum te<br />

verwachten. Er zijn tot nu toe nog geen sporen uit <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> bekend uit het<br />

3 Heunks & Odé, 1998, 26.<br />

4 Heunks & Odé, 1998, 27.<br />

5 Heunks & Odé, 1998, 39.<br />

6 Heunks & Odé, 1998, 27.<br />

4


plangebied maar <strong>de</strong> aanwezigheid behoort wel tot <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n. Op <strong>de</strong><br />

pleistocene opduikingen is ook bewoning uit het neolithicum en bronstijd te<br />

verwachten. Ook in <strong>de</strong> ijzertijd en Romeinse tijd wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> hogere plaatsen<br />

uitgekozen <strong>voor</strong> bewoning.<br />

In <strong>de</strong> vroege en late mid<strong>de</strong>leeuwen verplaatsten <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rzettingen zich naar <strong>de</strong><br />

overgang van <strong>de</strong> hoge naar <strong>de</strong> lage <strong>de</strong>len van het landschap. Ne<strong>de</strong>rzettingssporen<br />

uit <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> zijn daarom eer<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> rivier- en beekdalen te verwachten dan op<br />

<strong>de</strong> <strong>de</strong>kzandruggen. 7 Vanaf <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong> eeuw zijn <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n ontstaan, die door het<br />

jaarlijks overstromen nauwelijks geschikt zijn <strong>voor</strong> bewoning. In <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> rivierarmen<br />

in <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n zijn mogelijk wel scheepswrakken te verwachten uit <strong>de</strong> perio<strong>de</strong><br />

vroege mid<strong>de</strong>leeuwen tot nieuwe tijd. Op sommige plaatsen zijn in <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n<br />

kunstmatige heuvels (woonterpen) aangelegd om bewoning mogelijk te maken.<br />

2.4 Kartering<br />

5<br />

2.2 Relatieve hoogtekaart van<br />

<strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong>, <strong>Worp</strong> &<br />

Ossenwaard<br />

In het overstromingsgebied van <strong>de</strong> IJssel is <strong>de</strong> pleistocene basis van rivierterrassen,<br />

<strong>de</strong>kzan<strong>de</strong>n en rivierduinen ingesne<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> IJssel en afwateren<strong>de</strong> beekdalen. De<br />

rivier en beken hebben daarnaast afzettingen achtergelaten op <strong>de</strong> pleistocene basis.<br />

Daardoor is het pleistocene landschap langs <strong>de</strong> IJssel niet goed meer herkenbaar.<br />

Tussen en on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> jonge holocene afzettingen kunnen zich ou<strong>de</strong> pleistocene<br />

opduikingen bevin<strong>de</strong>n. Doordat er geen ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> informatie beschikbaar is zijn<br />

<strong>de</strong> pleistocene en holocene opduikingen niet te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n, terwijl dit juist<br />

bepalend is <strong>voor</strong> <strong>de</strong> verwachting van archeologische resten uit een bepaal<strong>de</strong><br />

perio<strong>de</strong>. 8<br />

7 Heunks & Odé, 1998, 29; Huijbers, 2004; Mittendorff, 2005, 28-31.<br />

8 Heunks & Odé, 1998, 34.


Daarnaast moet aangetekend wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> hoge <strong>de</strong>len van het landschap zoals wij<br />

die nu kennen <strong>de</strong>stijds niet altijd <strong>de</strong> hoge <strong>de</strong>len zijn geweest. Bovendien waren <strong>de</strong><br />

relatief min<strong>de</strong>r hoge <strong>de</strong>len in sommige perio<strong>de</strong>s ook geschikt <strong>voor</strong> bewoning. Deze<br />

<strong>de</strong>len kunnen nu be<strong>de</strong>kt zijn met holocene afzettingen en <strong>de</strong>len van het jaar on<strong>de</strong>r<br />

water staan of weggeëro<strong>de</strong>erd zijn door <strong>de</strong> IJssel.<br />

Om meer te kunnen zeggen over <strong>de</strong> prehistorische verwachting van het plangebied<br />

is het noodzakelijk om <strong>de</strong> landschapsontwikkeling langs <strong>de</strong> IJssel beter in kaart te<br />

brengen. Op basis hiervan kan wor<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>speld welke <strong>de</strong>len van het landschap in<br />

welke perio<strong>de</strong> <strong>voor</strong> bewoning geschikt waren en welke niet. Het verkennend<br />

archeologisch on<strong>de</strong>rzoek kan op <strong>de</strong>ze <strong>de</strong>len wor<strong>de</strong>n geconcentreerd.<br />

6<br />

2.3 De Bolwerkplas,<br />

<strong>Worp</strong> & Ossenwaard bij<br />

laag water


3. Archeologische verwachting, vindplaatsen en waarnemingen<br />

3.1 Verwachting<br />

De verwachtingskaart <strong>voor</strong> dit plangebied is gebaseerd op <strong>de</strong> huidige relatieve<br />

hoogte. Deze geeft een goed beeld <strong>voor</strong> <strong>de</strong> verwachting vanaf <strong>de</strong> bedijking van <strong>de</strong><br />

rivier in <strong>de</strong> late mid<strong>de</strong>leeuwen maar vertelt weinig over <strong>de</strong> eventueel daaron<strong>de</strong>r<br />

aanwezige prehistorische resten. Aangezien <strong>de</strong>ze gegevens niet beschikbaar zijn,<br />

dient hier<strong>voor</strong> een aanvullend geomorfologisch on<strong>de</strong>rzoek plaats te vin<strong>de</strong>n. Uit <strong>de</strong><br />

verwachtingskaart komt naar voren dat <strong>de</strong> <strong>de</strong>len met een mid<strong>de</strong>lhoge verwachting<br />

<strong>voor</strong>al aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> dijk op <strong>de</strong> westoever moeten wor<strong>de</strong>n gezocht. Aan <strong>de</strong><br />

zuidzij<strong>de</strong> van het on<strong>de</strong>rzoeksgebied ligt <strong>voor</strong> <strong>de</strong> dijk een soort uitstulping met een<br />

mid<strong>de</strong>lhoge verwachting. Een groot <strong>de</strong>el hiervan is echter verloren gegaan bij <strong>de</strong><br />

aanleg van <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong>. Een twee<strong>de</strong> buitendijks gebied met een mid<strong>de</strong>lhoge<br />

verwachting ligt on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> <strong>Worp</strong> maar valt dus buiten het on<strong>de</strong>rzoeksgebied. Een <strong>de</strong>el<br />

van <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>lhoge verwachting wordt veroorzaakt door <strong>de</strong> aanwezigheid van <strong>de</strong> dijk.<br />

Vaak wer<strong>de</strong>n dijken echter aangelegd door bestaan<strong>de</strong> hoge <strong>de</strong>len in het landschap<br />

te verbin<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> dijk verdient dus bijzon<strong>de</strong>re aandacht. De<br />

uiterwaar<strong>de</strong>n hebben ver<strong>de</strong>r <strong>voor</strong>al een lage verwachting. In <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n met een<br />

lage verwachting liggen op sommige plaatsen opduikingen met een matige<br />

verwachting. Juist <strong>de</strong>ze kleine kopjes in lager gebied vormen locaties waarop <strong>de</strong><br />

verschillen<strong>de</strong> historisch beken<strong>de</strong> vindplaatsen uit <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen en nieuwe tijd<br />

moeten wor<strong>de</strong>n gezocht.<br />

7<br />

3.1 Locaties van <strong>de</strong><br />

waarnemingen<br />

binnen het<br />

on<strong>de</strong>rzoeksgebied


3.2 Vindplaatsen<br />

In <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> rivier heeft geen grootschalig archeologisch on<strong>de</strong>rzoek<br />

plaats gevon<strong>de</strong>n.<br />

3.3 Waarnemingen<br />

Ossenwaard 1996 (Project 158)<br />

8<br />

3.2 Skelet aangetroffen bij<br />

dijkverzwaring in <strong>de</strong><br />

Ossenwaard<br />

In 1996 werd in <strong>de</strong> Ossenwaard bij het verzwaren van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> zomerdijk een<br />

menselijk skelet aangetroffen (zie figuur 3.1). Het skelet werd door een<br />

amateurarcheoloog met een metaal<strong>de</strong>tector gevon<strong>de</strong>n op een afgegraven terrein<br />

tussen <strong>de</strong> <strong>voor</strong>malige Lage Steenweg en <strong>de</strong> IJsselstrang. Na een eerste on<strong>de</strong>rzoek<br />

door <strong>de</strong> Technische Recherche wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> AWN en <strong>de</strong> gemeentelijk archeoloog,<br />

Michel Groothed<strong>de</strong>, ingeschakeld. Het bleek te gaan om een individu dat op <strong>de</strong> buik<br />

lag, iets op <strong>de</strong> rechterzij. Deze ligging wijst op een snelle weinig eerbiedige<br />

begraving. Bij het lichaam wer<strong>de</strong>n geen kledingresten of metalen kledingaccessoires,<br />

zoals knopen of gespen, aangetroffen. Dit wijst erop dat het lichaam naakt of in een<br />

lijkwa<strong>de</strong> begraven is. Er was geen gegraven grafkuil te herkennen. Daarom werd<br />

aangenomen dat het lichaam in een al bestaan<strong>de</strong> gegraven gat is begraven. Op<br />

<strong>de</strong>ze plaats in <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n kan hierbij wor<strong>de</strong>n gedacht aan een ou<strong>de</strong> kleiput. De<br />

skeletresten waren van een man van tussen <strong>de</strong> 20-30 jaar oud met een lengte van<br />

ongeveer 1,65 – 1,70 m. In <strong>de</strong> buurt van het skelet wer<strong>de</strong>n musketkogels<br />

aangetroffen, die uit <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> of eerste helft 19 <strong>de</strong> eeuw dateren. 9<br />

In 1988 waren in Deventer skeletresten uit <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1700-1850 gevon<strong>de</strong>n op het<br />

Ankersmit-terrein aan <strong>de</strong> oostzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> rivier. Hier wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> resten van 25<br />

skeletten geborgen. Ook <strong>de</strong>ze skeletten waren <strong>voor</strong>namelijk van jonge mannen die<br />

snel en zon<strong>de</strong>r kleding begraven waren. Het ging hier waarschijnlijk om Engelse<br />

soldaten die in januari 1795 begraven zijn op het zogenaam<strong>de</strong> ‘Engelsche Kerkhof’. 10<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> aanwezigheid van het leger in Deventer verbleef een groot <strong>de</strong>el van <strong>de</strong>ze<br />

soldaten op De <strong>Worp</strong>.(zie ook § 4.10) Hier bezweken veel soldaten aan ziekte of <strong>de</strong><br />

kou. Het skelet uit <strong>de</strong> Ossenwaard is mogelijk één van <strong>de</strong> bezweken soldaten. 11 Het<br />

is waarschijnlijk dat el<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> Ossenwaard en op <strong>de</strong> <strong>Worp</strong> meer soldaten begraven<br />

zijn. Het is echter onmogelijk om <strong>de</strong>ze plaatsen <strong>voor</strong>af aan te wijzen. Ook tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

verschillen<strong>de</strong> belegeringen van <strong>de</strong> stad (o.a. 1456, 1578, 1591 en 1813) zullen<br />

9 Groothed<strong>de</strong>, 1996a.<br />

10 Fuldauer & Bloemink, 1989.<br />

11 Groothed<strong>de</strong>, 1996b.


soldaten zijn omgekomen en in <strong>de</strong> nabijheid van hun kamp begraven. De locatie van<br />

<strong>de</strong>ze graven is echter niet te <strong>voor</strong>spellen.<br />

<strong>Bolwerksplas</strong> (project 240)<br />

9<br />

3.3 Op het terrein van <strong>de</strong><br />

<strong>voor</strong>malige<br />

Ankersmitfabriek wer<strong>de</strong>n<br />

enige tientallen skeletten<br />

aangetroffen<br />

3.4 On<strong>de</strong>rzoek op <strong>de</strong> rand<br />

van <strong>de</strong> Bolwerkplas in 2003<br />

In 2003 was bij laag water een strook baksteenpuin te zien op <strong>de</strong> westelijke oever<br />

van <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong> (zie figuur 3.1). Archeologie Deventer voer<strong>de</strong> verkennend<br />

on<strong>de</strong>rzoek uit om <strong>de</strong> aard hiervan vast te stellen. De dikte van <strong>de</strong> puinlaag bleek van<br />

<strong>de</strong> plas naar het westen af te nemen. De puinlaag bestond uit zandige klei vermengd<br />

met <strong>de</strong>len van ro<strong>de</strong> bakstenen. Er wer<strong>de</strong>n bakstenen, paters en nonnen, <strong>de</strong>len van<br />

daktegels, versinter<strong>de</strong> bakstenen en een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van een netverzwaring<br />

gevon<strong>de</strong>n. Waarschijnlijk is in <strong>de</strong> natuurlijke bo<strong>de</strong>m een gat gegraven om klei te<br />

winnen en is dat later weer met puin opgevuld. De misbaksels en <strong>de</strong> aanwijzing <strong>voor</strong><br />

het winnen van klei wijzen op een steenbakkerij in <strong>de</strong> directe omgeving. 12 Op basis<br />

12 Bartels & Vermeulen, 2004, 68-69.


van allerlei historische bronnen is bekend dat hier sinds <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen<br />

verschillen<strong>de</strong> steenbakkers gevestigd waren. 13<br />

10<br />

3.5 Aan elkaar gesinter<strong>de</strong><br />

bakstenen gevon<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong><br />

<strong>Bolwerksplas</strong><br />

Bolwerksweg 1970 (project 1124) en Steenenkamer (project 1047)<br />

Op <strong>de</strong> rand van <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong> trof ROB correspon<strong>de</strong>nt Hekkert in 1969 en 1970<br />

allerlei fragmenten misbrand aan. Er wer<strong>de</strong>n misbaksels van baksteen, tegels,<br />

dakpannen en netverzwaringen aangetroffen. Ook wer<strong>de</strong>n enkele scherven<br />

Siegburg-steengoed, vuurdovers en netverzwaringen bij <strong>de</strong> misbaksels gevon<strong>de</strong>n,<br />

die dateren uit <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> en 15 <strong>de</strong> eeuw. 14 Hoewel <strong>de</strong> locatie van <strong>de</strong>ze vondsten niet<br />

nauwkeurig is ingemeten komt <strong>de</strong>ze vrijwel zeker overeen met die van <strong>de</strong><br />

waarneming in 2003 (zie figuur 3.1). Bij <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong> kunnen dus resten van <strong>de</strong><br />

ticheloven wor<strong>de</strong>n verwacht. In hoeverre <strong>de</strong>ze resten verstoord zijn door <strong>de</strong> aanleg<br />

van <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong> kan alleen uit aanvullend on<strong>de</strong>rzoek wor<strong>de</strong>n geconstateerd.<br />

13 Vermeulen, 2004, 118.<br />

14 Bartels & Vermeulen, 2004, 69.<br />

3.6 Netverzwaringen gevon<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong><br />

<strong>Bolwerksplas</strong>. Deze dienen om een visnet naar<br />

<strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m te laten zinken


Bolwerkswei<strong>de</strong> 1976<br />

In 1976 groeven Jules Stanlein en Wim Hekkert op een drietal locaties aan <strong>de</strong><br />

noordzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Bolwerkswei<strong>de</strong> proefputten. 15 Ze kozen hier<strong>voor</strong> specifiek <strong>de</strong> nog<br />

he<strong>de</strong>n ten dage in <strong>de</strong> wei<strong>de</strong> zichtbare lichte verhogingen. In alle drie <strong>de</strong> proefputten<br />

wer<strong>de</strong>n baksteenfragmenten aangetroffen. In twee van <strong>de</strong> drie putten vond men ook<br />

misbrand waaron<strong>de</strong>r niet alleen bakstenen en dakpannen maar ook<br />

visnetverzwaringen, eesttegels, <strong>de</strong>ktegels <strong>voor</strong> doofpotten, etc. Hoewel <strong>de</strong> exacte<br />

locatie niet kan wor<strong>de</strong>n gegeven moeten <strong>de</strong> proefputjes tussen <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong> en<br />

<strong>de</strong> IJsselbrug wor<strong>de</strong>n gezocht.<br />

Aanleg Prins Bernardssluis<br />

Bij <strong>de</strong> aanleg van <strong>de</strong> sluis in 1936-1939 wer<strong>de</strong>n in situ allerlei beekafzettingen van <strong>de</strong><br />

Koerhuisbeek aangetroffen die op basis van pollenon<strong>de</strong>rzoek en 14 C analyse in het<br />

mesolithicum en <strong>de</strong> bronstijd te dateren zijn. 16 In <strong>de</strong> afzettingen wer<strong>de</strong>n menselijke<br />

skelet<strong>de</strong>len, botten en gereedschappen uit <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> aangetroffen. Aangezien <strong>de</strong><br />

huidige IJsselloop uit <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen dateert, is niet uit te sluiten dat <strong>de</strong> ou<strong>de</strong><br />

Koerhuisbeek en <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re waterlopen in dit gebied schuilgaan on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

uiterwaar<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> IJssel. Dit kan alleen door (aanvullend)<br />

geomorfologisch on<strong>de</strong>rzoek na<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht.<br />

Baggervondsten monding Koerhuisbeek<br />

In opgespoten zand afkomstig uit zandgaten bij <strong>de</strong> monding van <strong>de</strong> Koerhuisbeek<br />

wer<strong>de</strong>n in 1969 en 1979 verschillen<strong>de</strong> hertshoornen <strong>voor</strong>werpen uit het neolithicum<br />

en <strong>de</strong> bronstijd gevon<strong>de</strong>n. Uit <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zandgaten kwamen ook allerlei botten van<br />

zoogdieren uit het laat paleolithicum en het mesolithicum zoals: steppenwisenten,<br />

oerrun<strong>de</strong>ren, e<strong>de</strong>lherten, neushoorns en mammoeten. Bijzon<strong>de</strong>r zeldzaam is <strong>de</strong><br />

vondst van bot<strong>de</strong>len van een hyena. Ook in <strong>de</strong> diepere lagen van het plangebied<br />

kunnen <strong>de</strong>rgelijke resten wor<strong>de</strong>n verwacht.<br />

15 Hiervan is een kort verslag van <strong>de</strong> hand van Jules Stanlein.<br />

16 Butter, 1940.<br />

11


4. Historische bronnen<br />

4.1 De stadswei<strong>de</strong>n<br />

Historische bronnen<br />

Het on<strong>de</strong>rzoeksgebied maakte in ie<strong>de</strong>r geval vanaf <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong>el uit van <strong>de</strong><br />

zogenaam<strong>de</strong> stadswei<strong>de</strong>n. Deze wei<strong>de</strong>n waren gemeenschappelijk eigendom van <strong>de</strong><br />

burgers van Deventer. De wei<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>al gebruikt <strong>voor</strong> het wei<strong>de</strong>n van vee.<br />

Ie<strong>de</strong>re burger mocht er een vastgesteld aantal koeien en paar<strong>de</strong>n wei<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong><br />

eeuw mocht ie<strong>de</strong>re burger op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n drie koeien laten grazen. Over het aantal<br />

overige dieren is niets bekend. 17 In 1642 werd in het stadsrecht vastgelegd dat ie<strong>de</strong>re<br />

burger drie koeien, een stier en een ruin op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n mocht laten grazen. Uit<br />

verschillen<strong>de</strong> bronnen blijkt dat aan <strong>de</strong>ze dieren een aanzienlijke rij eisen gesteld<br />

werd. Zo mochten alleen melkgeven<strong>de</strong> koeien naar <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n en mochten er alleen<br />

fokstieren en geen slachtstieren op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n. De paar<strong>de</strong>n die op<br />

<strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n moesten geschikt zijn <strong>voor</strong> <strong>de</strong> stadsver<strong>de</strong>diging. Naast<br />

run<strong>de</strong>ren en paar<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n waarschijnlijk ook ganzen, varkens en<br />

schapen gehou<strong>de</strong>n. In 1337 had <strong>de</strong> stad een ganzenhoe<strong>de</strong>r in dienst die <strong>de</strong> ganzen<br />

op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n moest hoe<strong>de</strong>n. 18 Later komen we <strong>de</strong>ze functie niet meer tegen. De<br />

varkens die op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n liepen behoor<strong>de</strong>n waarschijnlijk toe aan <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke<br />

functionarissen die op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n woon<strong>de</strong>n. Kud<strong>de</strong>s schapen wer<strong>de</strong>n tot 1790 op <strong>de</strong><br />

wei<strong>de</strong>n toegelaten. 19<br />

4.1 De grens van <strong>de</strong> stadswei<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> namen van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n in 1832<br />

17 Kronenberg, 1902, 57.<br />

18 Houck, 1902, 34.<br />

19 Houck, 1902, 34.<br />

12


Naast burgers waren er verschillen<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re partijen die wei<strong>de</strong>rechten had<strong>de</strong>n.<br />

Allereerst waren er <strong>de</strong> gasthuizen en kloosters die een vastgesteld hoeveelheid<br />

dieren op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n mochten laten grazen. Ook <strong>de</strong> steenbakkers en <strong>de</strong> bewoners<br />

van <strong>de</strong> landweerversterkingen (zie 4.1) mochten op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n een vastgesteld<br />

aantal dieren neerzetten. Daarnaast waren er nog verschillen<strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke<br />

ambtenaren die er uit hoof<strong>de</strong> van hun functie een koe of een paard mochten stallen.<br />

Bij uitzon<strong>de</strong>ring werd het wei<strong>de</strong>recht ook toegekend aan buitenstaan<strong>de</strong>rs. In veel<br />

gevallen probeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> stad zo in een goed daglicht te komen. Alle dieren die niet op<br />

<strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n thuishoor<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n geweerd.<br />

Het beheer van <strong>de</strong> wei<strong>de</strong> was in han<strong>de</strong>n van een professionele organisatie. Tot 1362<br />

was het toezicht over <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n een taak van <strong>de</strong> twee timmermeesters. Sindsdien<br />

wer<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> schepenen twee wei<strong>de</strong>graven gekozen die het toezicht moesten<br />

hou<strong>de</strong>n. Vanaf 1464 wer<strong>de</strong>n hieraan twee functionarissen uit <strong>de</strong> Gezworen<br />

Gemeente toegevoegd. 20 De wei<strong>de</strong>graven had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> beschikking over een aantal<br />

schutten die <strong>de</strong> werkelijke werkzaamhe<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n uitvoer<strong>de</strong>n. Zij moesten <strong>de</strong><br />

koeien brandmerken, hiel<strong>de</strong>n ‘s nachts <strong>de</strong> wacht, verwij<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n niet gebrandmerkt<br />

vee, leg<strong>de</strong>n afzettingen aan en markeer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> grond die bedoeld was <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

run<strong>de</strong>ren en <strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n. De paar<strong>de</strong>n en koeien liepen in principe vrij rond en wer<strong>de</strong>n<br />

alleen om te melken bijeen gedreven. Ook het verplaatsen van <strong>de</strong> palen waaraan <strong>de</strong><br />

koeien bij het melken wer<strong>de</strong>n gebon<strong>de</strong>n was een taak van <strong>de</strong> schutten. In 1779<br />

wer<strong>de</strong>n dit er vier, daar<strong>voor</strong> waren het er min<strong>de</strong>r. 21 Overige dieren mochten alleen<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hoe<strong>de</strong> van een her<strong>de</strong>r <strong>de</strong> wei<strong>de</strong> op. De her<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong>ze kud<strong>de</strong>s moesten<br />

zorgen dat ze met hun dieren buiten <strong>de</strong> door <strong>de</strong> schutten gemarkeer<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n<br />

bleven. <strong>22</strong> Het melken gebeur<strong>de</strong> door <strong>de</strong> burgers of hun melkmeisjes die ‘s ochtends<br />

en ‘s middags per boot <strong>de</strong> IJssel over staken. In 1331 sloeg een bootje met 36<br />

melksters om waarbij allen verdronken. De Melksterstraat, een zijstraat van <strong>de</strong><br />

Polstraat, zou vernoemd zijn naar <strong>de</strong>ze meisjes.<br />

20 Houck, 1902, 34.<br />

21 Kronenberg 1902, 105.<br />

<strong>22</strong> Houck, 1902, 34.<br />

4.2 Op <strong>de</strong> hoek van <strong>de</strong> Polstraat en <strong>de</strong> Melksterstraat hangt dit beeld<br />

van een melkmeisje<br />

13


Aan het begin van het zomerseizoen wer<strong>de</strong>n alle dieren die naar <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n<br />

gebracht gebrandmerkt. Voor het opbran<strong>de</strong>n moesten <strong>de</strong> burgers een vergoeding<br />

betalen. Uit <strong>de</strong>ze vergoeding werd on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re het on<strong>de</strong>rhoud van <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n en<br />

het loon van <strong>de</strong> schutten betaald. Er werd drie keer opgebrand waarbij bij <strong>de</strong> eerste<br />

opbranding geen paar<strong>de</strong>n mochten wor<strong>de</strong>n gebrand. Het opbran<strong>de</strong>n gebeur<strong>de</strong><br />

aanvankelijk niet op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n maar in <strong>de</strong> Noor<strong>de</strong>nbergpoort. Later werd het<br />

verplaatst naar <strong>de</strong> Bergpoort en nog weer later naar <strong>de</strong> <strong>Worp</strong>. Gemid<strong>de</strong>ld wer<strong>de</strong>n er<br />

jaarlijks 800 koeien en tussen 100 en 200 paar<strong>de</strong>n. Het aantal stieren liep sterk<br />

uiteen. 23<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

14<br />

4.3 Paar<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> Bergwei<strong>de</strong> op <strong>de</strong><br />

kaart van het beleg van 1578<br />

Naast <strong>de</strong> landweren en versterkingen zullen van <strong>de</strong> inrichting van <strong>de</strong> stadswei<strong>de</strong>n<br />

weinig archeologische resten overgebleven zijn. De paalzettingen van melkplaatsen,<br />

veekeringen en veekralen kunnen wel sporen hebben achtergelaten. Daarnaast zal<br />

het gebied door sloten en greppels in kavels ver<strong>de</strong>eld geweest zijn.<br />

4.2 De landweer, het Bolwerk en <strong>de</strong> Yperenberg<br />

Historische bronnen<br />

Op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n aan weerszij<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> IJssel ston<strong>de</strong>n gemid<strong>de</strong>ld 800 koeien en 150<br />

paar<strong>de</strong>n. Deze vertegenwoordig<strong>de</strong>n een aanzienlijke waar<strong>de</strong> en moesten in tij<strong>de</strong>n<br />

van onrust wor<strong>de</strong>n bewaakt. Hiertoe werd in <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw een systeem van<br />

zogenaam<strong>de</strong> landweren aangelegd. Dit systeem van sloten, wallen en houtwallen<br />

vol<strong>de</strong>ed absoluut niet tegen een volwaardige aanval maar maakte een<br />

verrassingsaanval om vee te roven aanzienlijk moeilijker. 24 De basis <strong>voor</strong> dit<br />

ver<strong>de</strong>digingssysteem vorm<strong>de</strong> <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> IJssel, een smalle groten<strong>de</strong>els verlan<strong>de</strong><br />

IJsselarm, die in <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw echter nog wel bevaarbaar was. Achter het water lag<br />

een houtwal met daartussen doornstruiken. Tegen <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rse dijk was geen<br />

landweer want daar werd <strong>de</strong> doorgang door een moerasachtig gebied versperd.<br />

23 Kronenberg, 1902, 106.<br />

24 Doornink, 1936; Vermeulen, 2002, 24-27.


Vermoe<strong>de</strong>lijk kwam <strong>de</strong> landweer om De Mersche, <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwse naam <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

Bolwerkswei<strong>de</strong>, in <strong>de</strong> jaren zestig van <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw tot stand. In 1361 werd er <strong>voor</strong><br />

het eerst gegraven aan grachten op <strong>de</strong> Mersche. 25 De grachten wer<strong>de</strong>n gegraven<br />

door <strong>de</strong> burgers van <strong>de</strong> stad naar wijk ver<strong>de</strong>eld in acht groepen. In 1366 en 1371<br />

wer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> stadsrekeningen opnieuw graafwerkzaamhe<strong>de</strong>n op De Mersche<br />

vermeld. 26 In 1374 is geen sprake meer van graafwerkzaamhe<strong>de</strong>n maar wor<strong>de</strong>n wel<br />

inspecties langs <strong>de</strong>ze ver<strong>de</strong>digingswerken gemeld. 27<br />

Vermoe<strong>de</strong>lijk wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> doorgangen in <strong>de</strong> landweer al snel <strong>voor</strong>zien van kleine<br />

versterkingen of wachtposten. In 1365 was reeds sprake van een Koerhuis op De<br />

Mersche waar een wachter in tij<strong>de</strong>n van gevaar <strong>de</strong> wacht hield. 28 In 1377 kocht men<br />

een lijn en een korf <strong>voor</strong> een tobbero<strong>de</strong> achterop <strong>de</strong>n Mersche. 29 Een tobbero<strong>de</strong> was<br />

een opvallend geschil<strong>de</strong>rd vat dat bij een aanval in een vlaggenmast werd gehesen<br />

zodat <strong>de</strong> stad werd gewaarschuwd. ‘s Nachts werd het vat in brand gestoken en<br />

opgehesen om zo <strong>de</strong> stad te waarschuwen. De beschrijving achter op De Mersche<br />

doet vermoe<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> tobbero<strong>de</strong> aan het zui<strong>de</strong>lijke uitein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> stadswei<strong>de</strong>n<br />

stond mogelijk op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> plaats als <strong>de</strong> latere Yperenberg. In hetzelf<strong>de</strong> jaar werd<br />

ook weer gegraven aan <strong>de</strong> grachten. 30<br />

25<br />

CRD 1361, 12-14, 24, 55, 57,58 en 60-61.<br />

26<br />

CRD 1366, 539 & CRD 1371, 318.<br />

27<br />

CRD 1374, 156.<br />

28<br />

CRD 1365, 510.<br />

29<br />

CRD 1377, 14.<br />

30<br />

CRD 1377, 17, 60-61, 98, 99.<br />

15<br />

4.4 De landweer<br />

om <strong>de</strong><br />

stadswei<strong>de</strong>n aan<br />

<strong>de</strong> westzij<strong>de</strong> van<br />

<strong>de</strong> rivier


16<br />

4.5 De versterkte boer<strong>de</strong>rij <strong>de</strong><br />

Yperenberg in 1744<br />

De landweer ken<strong>de</strong> twee doorgangen (zie figuur 4.4). De eerste doorgang lag buiten<br />

het on<strong>de</strong>rzoeksgebied ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> huidige rijksweg A1. Hier lag <strong>de</strong> versterkte<br />

boer<strong>de</strong>rij <strong>de</strong> Yperenberg die in 1484 <strong>voor</strong> het eerst genoemd wordt. Tegenover <strong>de</strong><br />

stad, ongeveer op <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> huidige Bolwerksmolen lag het Bolwerk. De<br />

eerste vermelding van het Bolwerk in <strong>de</strong> stadsrekeningen dateert uit 1421. 31<br />

In een beschrijving over het beleg van Deventer door Philips van Bourgondië in 1456<br />

speelt het Bolwerk een belangrijke rol. Deventer had geweigerd om David van<br />

Bourgondië, <strong>de</strong> zoon van Philips, als bisschop van Utrecht te erkennen. Va<strong>de</strong>r en<br />

zoon probeer<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze steun nu gewapen<strong>de</strong>rhand te verkrijgen. Aanvankelijk<br />

ver<strong>de</strong>dig<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Deventenaren het Bolwerk met veel succes en voer<strong>de</strong>n uitvallen aan<br />

op <strong>de</strong> in <strong>de</strong> Ossenweerd geleger<strong>de</strong> troepen van Philips. Deze liet <strong>de</strong> sterkte on<strong>de</strong>r<br />

vuur nemen waarna het Bolwerk door <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digers moest wor<strong>de</strong>n prijsgegeven. 32<br />

Niet lang daarna eindig<strong>de</strong> <strong>de</strong> strijd omdat Deventer trouw betuig<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> nieuwe<br />

landsheer.<br />

Kort daarna moet het Bolwerk zijn herbouwd want in 1465 werd een pachtcontract<br />

afgesloten tussen <strong>de</strong> stad en Geert Michiels. Deze Geert pachtte het Bolwerk van <strong>de</strong><br />

stad <strong>voor</strong> vijftig zwaar pond. De pachter verplichte zich om het huis en <strong>de</strong> ringmuur te<br />

on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n en te ver<strong>de</strong>digen. Geert mocht zijn huis alleen <strong>voor</strong> langere tijd verlaten<br />

met toestemming van <strong>de</strong> Burgemeesters van <strong>de</strong> stad. Deze zorg<strong>de</strong>n er dan <strong>voor</strong> dat<br />

een an<strong>de</strong>re burger uit <strong>de</strong> Raad of Meente zijn plaats in nam. Geert dien<strong>de</strong> te allen<br />

tij<strong>de</strong> twee knechten in dienst te hebben om hem te helpen het Bolwerk te ver<strong>de</strong>digen.<br />

Hiervan dien<strong>de</strong> er in ie<strong>de</strong>r geval één poorter van Deventer te zijn. De bewoners van<br />

<strong>de</strong> versterkte boer<strong>de</strong>rij mochten in geen geval hout kappen in De Vrucht of op <strong>de</strong><br />

Mars. Ook moesten zij toezicht hou<strong>de</strong>n om te <strong>voor</strong>komen dat an<strong>de</strong>ren dat wel <strong>de</strong><strong>de</strong>n.<br />

Geert mocht op <strong>de</strong> stadswei<strong>de</strong>n acht melkkoeien met hun zomerkalveren, 3 Guste<br />

run<strong>de</strong>r, 3 Merries met hun zomerveulens, een ruin en vier schapen hou<strong>de</strong>n. In 1477<br />

werd het opnieuw versterkt en naast een ringmuur van een gracht <strong>voor</strong>zien. 33 Ook in<br />

1503 wer<strong>de</strong>n volgens <strong>de</strong> timmermansrekeningen aan het ver<strong>de</strong>digingswerk nieuwe<br />

31 Kalveen, 1979, 53.<br />

32 Kronenberg, 1902 & Ludgard 1970, 40.<br />

33 Kronenberg, 1902, 11.


elementen toegevoegd. 34 De weerbare mannen van <strong>de</strong> Oost-Veluwe verniel<strong>de</strong>n op 1<br />

oktober 1521 <strong>de</strong> toren, <strong>de</strong> IJsselbrug en het Bolwerk. 35<br />

17<br />

4.6 Het Bolwerk op <strong>de</strong><br />

plattegrond van Van<br />

Doetecum uit 1567<br />

Kort daarna is <strong>de</strong> versterking vermoe<strong>de</strong>lijk weer herbouwd want Het Bolwerk staat<br />

afgebeeld op een stadsgezicht annex plattegrond van Joannes van Doetecum uit<br />

1567. Ook op het schil<strong>de</strong>rij van het Beleg van Rennenberg is het Bolwerk te<br />

herkennen maar op <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> prenten komt het niet <strong>voor</strong>. Mogelijk speel<strong>de</strong> het<br />

bij het beleg geen rol van betekenis. In 1795 werd het Bolwerk nog bewoond door<br />

een bouwman. In 1813 werd het door <strong>de</strong> Franse bezetters van <strong>de</strong> stad preventief<br />

afgebroken waarna het niet meer is herbouwd. In 1818 wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> opstan<strong>de</strong>n en <strong>de</strong><br />

laatste steenhopen door <strong>de</strong> stad in het openbaar verkocht. 36<br />

34 Kalveen, 1979, 53.<br />

35 Kalveen 1979, 58.<br />

36 Nalis, 2001, 15.<br />

4.7 Het Bolwerk op <strong>de</strong><br />

Hottingerkaart uit 1798


Vooral uit bronnen uit <strong>de</strong> Tachtig Jarige oorlog blijkt hoe reëel het risico op<br />

veediefstal was. In 1572 was <strong>de</strong> stad in Spaanse han<strong>de</strong>n en had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> troepen van<br />

<strong>de</strong> Prins van Oranje net Zutphen veroverd. Enige dagen na <strong>de</strong> verovering van<br />

Zutphen kwamen <strong>de</strong> Staatse troepen <strong>voor</strong> Deventer en slaag<strong>de</strong>n er na enige<br />

schermutselingen in <strong>de</strong> koeien en paar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> stadswei<strong>de</strong>n te stelen en<br />

verschillen<strong>de</strong> gebouwen buiten <strong>de</strong> poorten in brand te steken. 37 Tussen 1578 en<br />

1586 was <strong>de</strong> stad in Staatse han<strong>de</strong>n maar kwam daarna door het verraad van <strong>de</strong><br />

Ierse overste Stanley weer in Spaanse han<strong>de</strong>n. Opnieuw probeer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Staatse<br />

troepen <strong>de</strong> stad weer zoveel mogelijk scha<strong>de</strong> toe te brengen. In 1588 en 1589<br />

roof<strong>de</strong>n ze vee van <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n. 38<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

Van <strong>de</strong> landweren zullen <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> sloten en waterlopen archeologische sporen<br />

hebben achtergelaten. Wallen en hagen laten nauwelijks sporen achter. Soms<br />

wer<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong> landweer struikelgaten aangelegd die een karakteristiek patroon van<br />

dicht bij elkaar geplaatste paalgaten laten zien. 39 Op sommige plaatsen zullen achter<br />

<strong>de</strong> sloten palissa<strong>de</strong>n hebben gestaan. Deze palissa<strong>de</strong>n kenmerken zich door dicht<br />

op elkaar geplaatste paalgaten in een lange rij.<br />

Vooral <strong>de</strong> versterkingen zullen hun sporen hebben achtergelaten. Op <strong>de</strong> rand van<br />

het on<strong>de</strong>rzoeksgebied ligt het Bolwerk. On<strong>de</strong>r maaiveld zijn waarschijnlijk nog resten<br />

van <strong>de</strong> ringmuren, gebouwen en grachten aanwezig.<br />

37 Ludgard, 1956, 36.<br />

38 Ludgard, 1956, 41.<br />

39 Mod<strong>de</strong>rman, 1981.<br />

18<br />

4.8 De ligging van het<br />

Bolwerk en <strong>de</strong> <strong>de</strong>len van<br />

<strong>de</strong> landweer binnen het<br />

plangebied


4.3 De steenbakkerijen<br />

Historische bronnen<br />

Al in <strong>de</strong> oudste Cameraarsrekeningen is sprake van een Latifex supra Merche<br />

(steenbakker op De Mersche). In 1339 en 1340 waren er in <strong>de</strong> stad vier<br />

pannenbakkers actief. Hiervan had<strong>de</strong>n er twee hun ovens op De Weer<strong>de</strong>n en een<br />

<strong>de</strong>r<strong>de</strong> vlak bij <strong>de</strong> muren. De vier<strong>de</strong> steenbakker, Johannis van Arnhem, had zijn<br />

ticheloven op <strong>de</strong>n Mersche. Dat <strong>de</strong>ze Johannis in stadsdienst was, blijkt uit het feit<br />

dat hij als enige een ambtskleed ontving. In 1340 kreeg <strong>de</strong>ze Johannis een bijdrage<br />

van 12 pond <strong>voor</strong> het aanleggen van nieuwe gebouwen op <strong>de</strong> Mars. In 1344 volg<strong>de</strong><br />

nog eens een bijdrage <strong>voor</strong> <strong>de</strong> bouw van een huis. 40 On<strong>de</strong>rhoudskosten komen in <strong>de</strong><br />

stadsrekeningen nauwelijks of niet <strong>voor</strong>. Vermoe<strong>de</strong>lijk kwam het normale on<strong>de</strong>rhoud<br />

van <strong>de</strong> ovens en <strong>de</strong> gebouwen <strong>voor</strong> rekening van <strong>de</strong> pachter van <strong>de</strong> ovens. De stad<br />

bouw<strong>de</strong> alleen <strong>voor</strong> volledige vervanging van ovens en gebouwen, zware scha<strong>de</strong><br />

buiten <strong>de</strong> schuld van <strong>de</strong> steenbakker zoals ijsgang en <strong>de</strong> nieuwbouw van extra<br />

ovens. 41 In 1356 waren er op <strong>de</strong> stadswei<strong>de</strong>n twee pannenbakkers actief: Ecbertus<br />

en Petrus. Deze pannenbakkers kregen hun steenvormen van <strong>de</strong> stad. Vaak<br />

ontvingen ze bij aanvang van het seizoen <strong>voor</strong>schotten <strong>voor</strong> <strong>de</strong> aankoop van<br />

brandstof en het betalen van hun knechten. Deze wer<strong>de</strong>n later verrekend met<br />

leveranties aan <strong>de</strong> stad. In 1356 vertrok Ecbertus halverwege het jaar met<br />

achterlating van een aantal ongebran<strong>de</strong> ovens. De stad kocht twee scheepsladingen<br />

turf om <strong>de</strong> steen te bran<strong>de</strong>n en door <strong>de</strong> steenbakkersknechts on<strong>de</strong>r toezicht van<br />

Johannis van Arnhem te laten afmaken. 42<br />

19<br />

4.9 Steenbakkerijen op <strong>de</strong> plattegrond van<br />

Johannes van Doetecum uit 1567<br />

In 1366 was Gerrit <strong>de</strong> Vette stadstichelaar op <strong>de</strong> Mars. Hij ontving als enige kleding<br />

van <strong>de</strong> stad. 43 In 1366 ontving Gerrit <strong>de</strong> Vette 30 pond <strong>voor</strong> een nieuwe oven. In<br />

40 Hollestelle, 1976, <strong>22</strong>2.<br />

41 Hollestelle, 1976, <strong>22</strong>.<br />

42 Hollestelle, 1976, <strong>22</strong>4.<br />

43 Hollestelle, 1976, <strong>22</strong>5.


1383 besloot men tot <strong>de</strong> aanleg van een nieuwe oven op <strong>de</strong> Mars. 44 In 1393 kreeg<br />

Rotard 43 gul<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> herstelwerkzaamhe<strong>de</strong>n. 45 In 1403 kregen Ansem en Rotert<br />

bei<strong>de</strong>n Tichelers het recht om tien koeien met kalveren, zes merries met veulens, te<br />

hou<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n. Over <strong>de</strong> omvang van <strong>de</strong> productie van <strong>de</strong>ze steenbakkers is<br />

weinig bekend. Hier krijgen we in <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong> eeuw <strong>voor</strong> het eerst een beetje zicht op.<br />

Een contract uit 1556 spreekt over <strong>de</strong> productie van zes ovens per jaar. Later is zelfs<br />

maar sprake van vier per seizoen omdat men geen zes ovens haalt. In 1559 sloot <strong>de</strong><br />

steenbakker die ook <strong>de</strong> stadsoven had om naast <strong>de</strong> gewone productie een partij van<br />

1.000.000 stenen te leveren <strong>voor</strong> <strong>de</strong> fortificatiën. Vermoe<strong>de</strong>lijk zijn <strong>de</strong>ze in veldovens<br />

geproduceerd. In 1560 solliciteer<strong>de</strong> zijn knecht op <strong>de</strong> oven over te nemen en<br />

vermel<strong>de</strong> daarbij apart dat hij ook het maken van leugenovens (= veldovens) on<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong> knie had. 46<br />

20<br />

4.10 Het stadstichelwerk op<br />

<strong>de</strong> kaart van Thomas<br />

Berendt uit 1612<br />

De exacte ligging van <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> steenbakkerijen is niet met zekerheid te bepalen. Op<br />

een stadsplattegrond uit 1567 van <strong>de</strong> hand van Johannes van Doetecum zijn<br />

tegenover <strong>de</strong> stad twee Tichelovens weergegeven. De eerste is afgebeeld on<strong>de</strong>r het<br />

Bolwerk tegenover <strong>de</strong> stad, <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>r naar het zui<strong>de</strong>n. De meest noor<strong>de</strong>lijke<br />

oven staat ook afgebeeld op een kaart uit 1612 door Thomas Berendt. Hier ligt het<br />

complex in <strong>de</strong> bocht van <strong>de</strong> rivier op een soort kunstmatige bult. Aangezien het hier<br />

om <strong>de</strong> binnenbocht van <strong>de</strong> rivier gaat, heeft waarschijnlijk afzetting van zand en klei<br />

plaatsgevon<strong>de</strong>n. Deze ontwikkeling is goed te zien op <strong>de</strong> Hottingerkaart uit het ein<strong>de</strong><br />

van <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw waarop in <strong>de</strong>ze binnenbocht een hele rij afzettingen te zien is. Aan<br />

<strong>de</strong> binnenzij<strong>de</strong> ligt een soort steile bult waarop nog een gebouw staat afgebeeld.<br />

44 Hollestelle, 1976, 277.<br />

45 Hollestelle, 1976, <strong>22</strong>7.<br />

46 Hollestelle, 1976, <strong>22</strong>8.


Mogelijk gaat het hier om <strong>de</strong> resten van een steenbakkerij. Wanneer <strong>de</strong><br />

Hottingerkaart wordt geprojecteerd om <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rne kadasterkaart wordt dui<strong>de</strong>lijk dat<br />

<strong>de</strong>ze locatie op <strong>de</strong> grens van <strong>de</strong> huidige <strong>Bolwerksplas</strong> ligt ongeveer op <strong>de</strong> plaats<br />

waar <strong>de</strong> afvalkuilen met misbrand wer<strong>de</strong>n aangetroffen. Het is waarschijnlijk dat <strong>de</strong><br />

ovens een of meer keer verplaatst zijn en een aantal an<strong>de</strong>re hogere <strong>de</strong>len binnen <strong>de</strong><br />

uiterwaar<strong>de</strong>n verdienen bijzon<strong>de</strong>re aandacht. Deze zijn <strong>voor</strong>al goed te zien op <strong>de</strong><br />

hoogtekaart uit 1963. Ook op <strong>de</strong> Hottingerkaart uit 1795 zijn een aantal van <strong>de</strong>ze op<br />

het eerste gezicht onnatuurlijke hoogten te zien.<br />

21<br />

4.11 De locatie van <strong>de</strong><br />

baksteenoven nabij <strong>de</strong> huidige<br />

<strong>Bolwerksplas</strong> op <strong>de</strong><br />

Hottingerkaart<br />

Het twee<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze ovencomplexen is nog afgebeeld op <strong>de</strong> kadastrale kaart van<br />

1832. Op <strong>de</strong> kaart zijn naast <strong>de</strong> steenovens en het huis van <strong>de</strong> tichelaar dui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong><br />

haaghuizen te zien waar <strong>de</strong> stenen na het vormen te drogen wer<strong>de</strong>n gelegd. In 1835<br />

werd <strong>de</strong>ze laatste baksteenoven opgedoekt nadat <strong>de</strong> pachter in gebreke bleef bij het<br />

betalen van <strong>de</strong> pacht. De stad vond dat <strong>de</strong> kwaliteit van <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n door het graven<br />

van tichelgaten te snel achteruit ging en besloot <strong>de</strong> oven niet meer te verpachten.<br />

Deze locatie ligt echter ruim buiten het on<strong>de</strong>rzoeksgebied.<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

Ovens 47<br />

Steenbakkerijen in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen kwamen <strong>voor</strong> in verschillen<strong>de</strong> vormen van<br />

complexiteit. De eenvoudigste vorm was <strong>de</strong> veldoven of leugenoven. Deze bestond<br />

in feite uit niet meer dan een stapel leerhard gedroog<strong>de</strong> baksteen met brandstof<br />

ertussen. Na het bran<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> oven wer<strong>de</strong>n alle stenen verwij<strong>de</strong>rd en werd er een<br />

nieuwe oven gebouwd. In sommige gevallen kan <strong>voor</strong> <strong>de</strong> stookgangen en <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n<br />

47 Hollestelle, 1974; Halbertsma, 1962; Hielkema, 2003.


gebruik gemaakt zijn van eer<strong>de</strong>r gebran<strong>de</strong> baksteen. Antropologisch on<strong>de</strong>rzoek leert<br />

dat soms een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzij<strong>de</strong> kan blijven staan.<br />

4.12 Bakstenen kunnen ook wor<strong>de</strong>n gebakken<br />

in een veldoven (India, 2007)<br />

De resten hiervan zijn over het algemeen minimaal en zeer ondiep. In het verle<strong>de</strong>n<br />

zijn enkele van <strong>de</strong>rgelijke ovens opgegraven waarvan nog slechts enkele lagen intact<br />

waren.<br />

<strong>22</strong><br />

4.13 Plattegrond van een<br />

veldoven opgegraven bij<br />

Tongeren


Deze ovens wer<strong>de</strong>n vaak in <strong>de</strong> nabijheid van het te bouwen object ingericht en<br />

slechts enkele malen gebruikt. Uit <strong>de</strong> historische bronnen weten we dat <strong>de</strong> Deventer<br />

pannenbakkers <strong>de</strong> productie op probeer<strong>de</strong>n te voeren door extra veldovens in te<br />

richten.<br />

23<br />

4.14 Afbeelding van een steenbakkerij in<br />

een 15 <strong>de</strong> eeuwse bijbel<br />

De ovens van <strong>de</strong> Deventer tichelaars waren zeker vaste steenovens. In <strong>de</strong><br />

stadsrekeningen is sprake van <strong>de</strong> bouw van ovens waarmee aanzienlijke bedragen<br />

zijn gemoeid. Vermoe<strong>de</strong>lijk gaat het om ovens die <strong>voor</strong> een langere perio<strong>de</strong><br />

functioneer<strong>de</strong>n en beston<strong>de</strong>n uit een stookge<strong>de</strong>elte met stookgangen en daarboven<br />

<strong>de</strong> ruimte waarin <strong>de</strong> stenen wer<strong>de</strong>n gebakken. De on<strong>de</strong>rbouw en <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />

ovens waren vast en bleven staan. Alleen een ingang aan één zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> oven<br />

werd na het la<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> oven afgesloten en na het bran<strong>de</strong>n open gebroken. Deze<br />

ovens had<strong>de</strong>n een vrij massieve constructie en zullen ook een wat zwaar<strong>de</strong>re<br />

fun<strong>de</strong>ring hebben gehad. De bakstenen fun<strong>de</strong>ring is mogelijk doormid<strong>de</strong>l van<br />

grondradar terug te vin<strong>de</strong>n.<br />

4.15 Plattegrond van een vaste<br />

steenoven opgegraven bij Deersum


Droogvel<strong>de</strong>n & haaghuizen<br />

24<br />

4.16 Plattegrond van een<br />

haaghuis opgegraven in <strong>de</strong><br />

Leidsche Rijn<br />

De bakstenen wer<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> hand gevormd in houten vormen en daarna op<br />

droogvel<strong>de</strong>n te drogen gelegd. Deze vel<strong>de</strong>n zijn niet meer dan vlakke gebie<strong>de</strong>n<br />

mogelijk omgeven door slootjes/greppels om <strong>voor</strong> afwatering te zorgen. Als <strong>de</strong><br />

stenen hard genoeg waren om te wor<strong>de</strong>n gestapeld kon <strong>de</strong> steen wor<strong>de</strong>n gestapeld.<br />

Dit kan in lange rij tot een hoogte van ongeveer een meter. Bij regen moesten <strong>de</strong>ze<br />

stapels wor<strong>de</strong>n afge<strong>de</strong>kt om te <strong>voor</strong>komen dat <strong>de</strong> steen die net droog was weer nat<br />

werd. In het natte Ne<strong>de</strong>rlandse klimaat wer<strong>de</strong>n hier haaghuizen <strong>voor</strong> aangelegd.<br />

Dakpannen en daktegels kon<strong>de</strong>n niet wor<strong>de</strong>n gestapeld en moesten altijd in<br />

haaghuizen wor<strong>de</strong>n gedroogd. Er zijn tot op he<strong>de</strong>n bijna geen haaghuizen<br />

opgegraven. Het beste <strong>voor</strong>beeld is afkomstig uit <strong>de</strong> Leidsche Rijn bij Utrecht. Hier<br />

werd een haaghuis met een lengte van minimaal 73 m en een breedte van 9 m<br />

opgegraven. 48<br />

4.17 Een haaghuis op een schil<strong>de</strong>rij uit <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw<br />

48 De Kam, 2006, 26.


Om een aanzienlijke productie per jaar te kunnen bereiken moeten <strong>de</strong> Deventer<br />

pannenbakkerijen <strong>de</strong>rgelijke haaghuizen hebben gehad. Op <strong>de</strong> kadastrale kaart van<br />

1832, waarop <strong>de</strong> pannenbakkerij bij <strong>de</strong> A1 is afgebeeld, zijn <strong>de</strong> huizen dui<strong>de</strong>lijk te<br />

herkennen. Ook <strong>de</strong>ze huizen moeten op een verhoging hebben gestaan om in het<br />

natte seizoen niet weg te spoelen.<br />

4.18 De steenbakkerij bij <strong>de</strong> A1 op <strong>de</strong> kadastrale kaart van 1832<br />

Kleiputten & Misbranddumps<br />

Baksteenovens verbruiken enorme hoeveelhe<strong>de</strong>n klei. Deze klei werd in <strong>de</strong> meeste<br />

gevallen in <strong>de</strong> nabijheid van <strong>de</strong> ovens gewonnen om <strong>de</strong> transportkosten zo laag<br />

mogelijk te hou<strong>de</strong>n. De plaats waar klei mocht wor<strong>de</strong>n afgegraven werd bepaald<br />

door <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>graven. Het eeuwenlange afgraven van klei moet <strong>voor</strong> hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n<br />

kleigaten hebben gezorgd. Een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong>ze gaten is vermoe<strong>de</strong>lijk weer opgevuld<br />

met misbrand en latere rivierafzettingen. Op an<strong>de</strong>re plaatsen kunnen hele gebie<strong>de</strong>n<br />

zijn afgetopt. Bij verschillen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken in <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n zijn kuilen<br />

teruggevon<strong>de</strong>n die ten <strong>de</strong>le gevuld waren met misbrand en gebroken baksteen.<br />

Dergelijke kuilen bevin<strong>de</strong>n zich in het gehele on<strong>de</strong>rzoeksgebied. Alleen <strong>de</strong> kuilen met<br />

grotere hoeveelhe<strong>de</strong>n misbrand kunnen iets vertellen over <strong>de</strong> productie. In alle<br />

an<strong>de</strong>re gevallen is het wel interessant om <strong>de</strong> ligging van <strong>de</strong> kuilen in kaart te<br />

brengen. Het verdient <strong>de</strong> aanbeveling om selectie toe te passen op <strong>de</strong><br />

misbranddumps en niet alle materiaal te verzamelen.<br />

Woonhuizen & schuren<br />

Uit <strong>de</strong> stadsrekeningen blijkt dat op <strong>de</strong> steenovens ook woonhuizen ston<strong>de</strong>n waar <strong>de</strong><br />

steenbakker en mogelijk een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> knechts woon<strong>de</strong>n. Ook <strong>de</strong>ze huizen zullen<br />

zich op verhogingen in het landschap hebben bevon<strong>de</strong>n.<br />

25


26<br />

4.19 Het met <strong>de</strong><br />

hand vormen van<br />

bakstenen<br />

(India, 2007)<br />

Het verdient <strong>de</strong> aanbeveling om alle hogere <strong>de</strong>len van het gebied ten noor<strong>de</strong>n en ten<br />

zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong> doormid<strong>de</strong>l van grondradaron<strong>de</strong>rzoek te laten<br />

on<strong>de</strong>rzoeken. De steenbakkerijen zijn mogelijk meermalen verplaatst en kunnen zich<br />

in een groter gebied bevin<strong>de</strong>n. Het te on<strong>de</strong>rzoeken gebied beslaat het gehele gebied<br />

om <strong>de</strong> <strong>Bolwerksplas</strong> en niet alleen <strong>de</strong> hoge <strong>de</strong>len weergegeven in figuur 4.20. Aan<br />

<strong>de</strong> IJsselzij<strong>de</strong> zijn mogelijk ook houten loswallen of steigers aanwezig die wer<strong>de</strong>n<br />

gebruikt om <strong>de</strong> stenen af te voeren. Ook <strong>de</strong> vondst van scheepsvondsten in <strong>de</strong><br />

nabijheid van, of verwerkt in, <strong>de</strong> loswallen behoort tot <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n.<br />

4.20 De hogere<br />

<strong>de</strong>len binnen het<br />

plangebied. Mogelijk<br />

<strong>de</strong> laatste zichtbare<br />

resten van <strong>de</strong>len van<br />

<strong>de</strong> steenbakkerij


4.4 De vaste brug, <strong>de</strong> watermolens, een kapel en <strong>de</strong> Spijtenburg<br />

Historische bronnen<br />

Schipmolens in <strong>de</strong> IJsselstroom 49<br />

Hoewel Deventer zijn ligging me<strong>de</strong> dankt aan <strong>de</strong> ligging op <strong>de</strong> kruising van<br />

verschillen<strong>de</strong> landwegen met een waterweg kreeg het pas relatief laat een vaste<br />

oeververbinding. Tot ver in <strong>de</strong> 15 <strong>de</strong> eeuw wer<strong>de</strong>n reizigers met boten van <strong>de</strong> ene<br />

naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re oever over gezet. De enige obstakels die zich in <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> in <strong>de</strong><br />

rivier bevon<strong>de</strong>n waren een aantal schipmolens <strong>voor</strong> het malen van graan. De eerste<br />

vermelding van <strong>de</strong>ze molens dateert uit 1337. 50 Aangezien <strong>de</strong> eerste brug pas in<br />

1482-83 tot stand kwam, waren ze <strong>de</strong>stijds vermoe<strong>de</strong>lijk nog los aan ankerkabels in<br />

<strong>de</strong> IJsselstroom bevestigd. 2 In 1438 kregen Jacob Wever en Derck Bruggert<br />

toestemming om een watermolen in <strong>de</strong> IJssel te leggen nabij <strong>de</strong> Stakelertoren. 51<br />

Een vaste oeververbinding 52<br />

27<br />

4.21 Op <strong>de</strong> stadsplattegrond<br />

van Jacob van Deventer zijn <strong>de</strong><br />

schipmolens aangegeven met<br />

het woord mola<br />

De bouw van <strong>de</strong> brug ging in 1482 van start. De brug werd omschreven als een zeer<br />

grote en <strong>de</strong>gelijke brug. De brug lag aan <strong>de</strong> noordzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> stad ten noor<strong>de</strong>n van<br />

het Bastion Graaf van Buren. Naast <strong>de</strong> brug stond een soort toren, De Bakoven, die<br />

dien<strong>de</strong> om <strong>de</strong> brug te bewaken. In 1521 was Deventer in oorlog met hertog Karel van<br />

Gelre. De stad liet <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digingswerken on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n, nieuwe<br />

aanleggen en wierf soldaten aan. In <strong>de</strong> Timmermansrekeningen over 1521 staan <strong>de</strong><br />

kosten vermeld <strong>voor</strong> <strong>de</strong> bouw van een toren aan het uitein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> IJsselbrug: <strong>de</strong><br />

Spijtenburg. 53 Volgens Ludgard ging het om een molen die was omgebouwd tot<br />

49<br />

Vermeulen, 2006 & Vermeulen, 2007.<br />

50<br />

Hagens, 1978.<br />

51<br />

Tutein Nolthenius, 1958, 234.<br />

52<br />

Koch, 1972.<br />

53<br />

GAD, m.a. no. 159.


lokhuis. De hertog van Gelre beschouw<strong>de</strong> <strong>de</strong> bouw van <strong>de</strong> toren als een provocatie<br />

en teken<strong>de</strong> bezwaar aan. De magistraat en meenslie<strong>de</strong>n van Deventer wezen het<br />

<strong>voor</strong>stel om <strong>de</strong> toren af te breken van <strong>de</strong> hand. 54 In 1521 voer<strong>de</strong> <strong>de</strong> stad Deventer<br />

een soort plun<strong>de</strong>rtocht/strafexpeditie uit op <strong>de</strong> Veluwe die uitliep op een totale<br />

ne<strong>de</strong>rlaag. De burgers hiel<strong>de</strong>n het stadsbestuur me<strong>de</strong>verantwoor<strong>de</strong>lijk en het<br />

stadsbestuur werd kort na <strong>de</strong> actie afgezet en ge<strong>de</strong>eltelijk vervangen. De hertog van<br />

Gelre maakte van <strong>de</strong>ze korte perio<strong>de</strong> van onrust gebruik om <strong>de</strong> toren en het bolwerk<br />

te vernielen en hier zelf twee vestingen op te richten. 55 Ook werd hierbij een <strong>de</strong>el van<br />

<strong>de</strong> brug in brand gestoken. Vermoe<strong>de</strong>lijk werd <strong>de</strong> brug al snel weer herbouwd want<br />

in 1545 wordt <strong>de</strong> brug alweer genoemd. Aan <strong>de</strong> brug lag volgens een<br />

getuigenverklaring een watermolen die werd gebruikt <strong>voor</strong> het malen van koren. 56 Op<br />

<strong>de</strong> plattegrond van Jacob van Deventer uit ongeveer 1560 zijn in ie<strong>de</strong>r geval drie<br />

Schipmolens weergegeven.<br />

28<br />

4.<strong>22</strong> De Bakoven, die tot<br />

in <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw bleef<br />

bestaan, lag in <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong><br />

eeuw in <strong>de</strong> buurt van het<br />

uitein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> brug<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> oorlogshan<strong>de</strong>ling in 1578 slaag<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Staatse troepen on<strong>de</strong>r Rennenberg<br />

er na enkele vruchteloze pogingen in om <strong>de</strong> brug in brand <strong>de</strong> steken. De brug<br />

brand<strong>de</strong> enkele dagen en alleen <strong>de</strong> staan<strong>de</strong>rs bleven bestaan. Na <strong>de</strong> strijd werd <strong>de</strong><br />

vaste brug niet meer herbouwd. 57<br />

De kapel bij <strong>de</strong> brug<br />

In 1494 werd op <strong>de</strong> westelijke oever van <strong>de</strong> rivier, aan het uitein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> brug, een<br />

kapel gebouwd. De kosten <strong>voor</strong> <strong>de</strong> bouw van <strong>de</strong> kapel zijn terug te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong><br />

rekening <strong>voor</strong> <strong>de</strong> bouw van <strong>de</strong> Noor<strong>de</strong>nbergtoren. De kapel werd gemetseld door<br />

Hendrick van Grun<strong>de</strong> <strong>de</strong> stadsmetselaar, had negen glazen vensters en een dak van<br />

leisteen. In 1548 liet <strong>de</strong> Drost van <strong>de</strong> Veluwe twee misdagers vangen en<br />

terechtstellen. De lichamen wer<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong> brug naar Deventer achter <strong>de</strong> kapel<br />

opgehangen. 58 Op <strong>de</strong> stadsplattegrond van Jacob van Deventer uit ongeveer 1560<br />

54<br />

Nagge, 1915, 432.<br />

55<br />

Kalveen, 1979, 58; Nagge 1915, 439; Doornink-Hoogenraad, 1978, 53.<br />

56<br />

Tutein Nolthenius, 1958, 234.<br />

57<br />

Nalis, 2003.<br />

58<br />

Doornink-Hoogenraad, 1978, 55.


staat <strong>de</strong> kapel <strong>voor</strong> het eerst afgebeeld. Op <strong>de</strong> kaart van het beleg van Rennenberg<br />

uit 1578 is <strong>de</strong> kapel nog slechts een ruïne. 59 De kapel is vermoe<strong>de</strong>lijk bij <strong>de</strong><br />

oorlogshan<strong>de</strong>lingen in <strong>de</strong> Tachtig Jarige Oorlog ten on<strong>de</strong>r gegaan en niet meer<br />

herbouwd. Bij <strong>de</strong> verzwaring van <strong>de</strong> dijk in 1995 wer<strong>de</strong>n op het perceel <strong>Worp</strong> 111<br />

een aantal muren van mid<strong>de</strong>leeuwse baksteen aangetroffen. Hoewel aanvankelijk<br />

geopperd werd dat het hier om <strong>de</strong> kapel zou kunnen gaan, sluit <strong>de</strong> vondst van 19 <strong>de</strong><br />

eeuws vondstmateriaal on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> fun<strong>de</strong>ring een Mid<strong>de</strong>leeuwse datering uit.<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

4.23 De brug en <strong>de</strong> kapel op het schil<strong>de</strong>rij van het<br />

beleg van Rennenberg in 1578. De kapel is<br />

weergegeven met een kruis<br />

Mogelijk zijn in <strong>de</strong> IJsselbo<strong>de</strong>m nog palen van <strong>de</strong> brug aanwezig die bij ver<strong>de</strong>r<br />

uitbaggeren zeker boven water zullen komen, ook <strong>de</strong>len van het bruggehoofd zijn<br />

mogelijk nog on<strong>de</strong>r maaiveld te vin<strong>de</strong>n. Het is niet waarschijnlijk dat nog resten van<br />

<strong>de</strong> watermolens en schipmolens wor<strong>de</strong>n aangetroffen aangezien <strong>de</strong>ze ver<strong>de</strong>r in <strong>de</strong><br />

stroom lagen. In Bremen is echter op <strong>de</strong> oever van <strong>de</strong> Weser het restant van een<br />

<strong>de</strong>rgelijke molen teruggevon<strong>de</strong>n die vermoe<strong>de</strong>lijk ongeveer 10 m lang was. 60<br />

Van <strong>de</strong> kapel en <strong>de</strong> Spijtenburg zijn mogelijk bakstenen muren in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m<br />

achtergebleven die met <strong>de</strong> grondradar op te sporen zijn. De Spijtenburg zal ook wel<br />

van een gracht <strong>voor</strong>zien geweest zijn die eveneens moet zijn aan te tonen. De<br />

vermoe<strong>de</strong>lijke locatie is weergegeven in figuur 4.24.<br />

59 Groenewoudt, 1996; Groothed<strong>de</strong>, 1995.<br />

60 Rech, 2004, 353.<br />

29


4.24 De vermoe<strong>de</strong>lijke locatie van <strong>de</strong> brug, <strong>de</strong> Spijtenburg en <strong>de</strong> kapel binnen het plangebied<br />

4.5 De Gel<strong>de</strong>rse vestingen Morgenster en Altena<br />

Historische bronnen<br />

Na het veroveren van <strong>de</strong> Spijtenburg in 1521 liet <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rse Hertog tegenover <strong>de</strong><br />

stad twee forten bouwen: <strong>de</strong> Kijk in <strong>de</strong> Pot of Altena en <strong>de</strong> Morgenster. De Altena lag<br />

bij <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke toegang van <strong>de</strong> Bolwerkswei<strong>de</strong> op het ou<strong>de</strong>re Bolwerk, <strong>de</strong><br />

Morgenster ver<strong>de</strong>r naar het noor<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> latere herberg <strong>de</strong> Volle Hand. 61<br />

Doormid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> twee vestingen kon <strong>de</strong> Hertog <strong>de</strong> scheepvaart over <strong>de</strong> IJssel<br />

controleren en lam leggen. De Altena bestond klaarblijkelijk uit meer<strong>de</strong>re stenen<br />

gebouwen want <strong>de</strong> drost van <strong>de</strong> Veluwe resi<strong>de</strong>er<strong>de</strong> er soms en <strong>de</strong> hertogelijke ra<strong>de</strong>n<br />

gebruikten het als pleisterplaats op hun reizen naar Groningen. Ook werd er op<br />

sommige momenten verga<strong>de</strong>rd. 62 In 1528 wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kaarten opnieuw geschut.<br />

Troepen van Keizer Karel <strong>de</strong> Vijf<strong>de</strong>, <strong>de</strong> nieuwe landsheer van het Oversticht voer<strong>de</strong>n<br />

een veldtocht uit op <strong>de</strong> Veluwe. Toen <strong>de</strong>ze troepen <strong>de</strong> overhand leken te krijgen<br />

verliet <strong>de</strong> bezetting van bei<strong>de</strong> forten hun post in allerijl en vluchtte. Toen <strong>de</strong> burgers<br />

van Deventer dit in <strong>de</strong> gaten kregen, verlieten ze direct <strong>de</strong> stad om <strong>de</strong> gehate<br />

vestingen te slechten. De stenen van <strong>de</strong> Altena of Kijk in <strong>de</strong> Pot wer<strong>de</strong>n verwerkt bij<br />

<strong>de</strong> bouw van De Waag aan <strong>de</strong> Brink. Hieraan herinneren vandaag nog <strong>de</strong><br />

gevelstenen van <strong>de</strong> Kijk in <strong>de</strong> Pot. De Morgenster werd dui<strong>de</strong>lijk min<strong>de</strong>r rigoureus<br />

gesloopt want in 1538 schonk <strong>de</strong> Willem van Kleef <strong>de</strong> resten van <strong>de</strong> sterkte aan <strong>de</strong><br />

stad Zutphen. De stadsmetselaar van Zutphen brak <strong>de</strong> fun<strong>de</strong>ring ver<strong>de</strong>r uit en haal<strong>de</strong><br />

61 Nagge, 1915, 428.<br />

62 Doornink-Hoogenraad, 1978, 57.<br />

30


er nog enige duizen<strong>de</strong>n stukken mergelsteen en enkele natuurstenen schietgaten<br />

vandaan. 63<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

31<br />

4.25 De gevelsteen van De Kijk in <strong>de</strong> Pot in<br />

<strong>de</strong> gevel van De Waag<br />

Bei<strong>de</strong> versterkingen ken<strong>de</strong>n bakstenen ringmuren en gebouwen. Ook zullen bei<strong>de</strong><br />

complexen door grachten omgeven zijn geweest. Hoewel over bei<strong>de</strong> versterkingen<br />

vermeldt staat dat ze zijn uitgebroken, zal een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> fun<strong>de</strong>ring of een<br />

uitbraaksleuf in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m zijn achtergebleven. Ook <strong>de</strong> grachten zullen nog te<br />

herkennen zijn. De Morgenster lag net buiten <strong>de</strong> gemeente Deventer maar binnen <strong>de</strong><br />

grenzen van het plangebied. De locatie van <strong>de</strong> Altena komt overeen met die van het<br />

hierboven beschreven Bolwerk. (Zie figuur 4.26) Ook <strong>de</strong>ze resten kunnen<br />

waarschijnlijk doormid<strong>de</strong>l van grondradar wor<strong>de</strong>n getraceerd.<br />

63 Doornink-Hoogenraad, 1978, 58.<br />

4.26 De vermoe<strong>de</strong>lijke locatie van <strong>de</strong><br />

Morgenster en <strong>de</strong> Altena binnen het<br />

plangebied


4.6 Belegeringswerken uit <strong>de</strong> Tachtig Jarige Oorlog<br />

Historische bronnen<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Tachtig Jarige Oorlog werd Deventer twee keer belegerd in 1578 en 1591.<br />

Bij het eerste beleg, dat het langste duur<strong>de</strong>, werd rondom <strong>de</strong> stad een serie<br />

schansen aangelegd. Deze schansen zijn afgebeeld op een schil<strong>de</strong>rij en enkele<br />

prenten die vermoe<strong>de</strong>lijk kort na het beleg tot stand kwamen. Op basis van <strong>de</strong>ze<br />

plattegron<strong>de</strong>n is een beeld te schetsen van <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digingswerken op <strong>de</strong> westelijke<br />

IJsseloever. Op 13 januari 1578 verscheen Hegeman met zijn troepen op <strong>de</strong><br />

Gel<strong>de</strong>rse oever en verover<strong>de</strong> <strong>de</strong> IJsselbrug. Na enige schermutselingen moesten ze<br />

zich terugtrekken. In maart verover<strong>de</strong> hopman Hegeman <strong>de</strong> dijk en wierp <strong>de</strong><br />

Hoogduitse troepen terug op <strong>de</strong> stad. Op 31 maart werd een schans opgeworpen<br />

tegenover <strong>de</strong> stad net achter een huis op <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> latere herberg De<br />

Strokap. Op 18 april 1578 werd het huis door <strong>de</strong> Hoogduitsers heroverd en een dag<br />

later bestorm<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze ook <strong>de</strong> schans. De aanval mislukte en <strong>de</strong> Hoogduitsers<br />

trokken zich terug in <strong>de</strong> stad en leg<strong>de</strong>n een schans aan op het uitein<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />

IJsselbrug. Hegeman liet in <strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n daarna een twee<strong>de</strong> schans aanleggen ter<br />

hoogte van <strong>de</strong> latere herberg De Volle Hand. In augustus kwamen er versterkingen<br />

en op 7 augustus slaag<strong>de</strong> Hegeman erin om <strong>de</strong> IJsselschans te veroveren. Op 4 en<br />

7 september slaag<strong>de</strong> men er ‘s nachts in <strong>de</strong> brug in brand te steken. Op 23<br />

september stak Hopman Hegeman met een ven<strong>de</strong>l <strong>de</strong> rivier over en trok in <strong>de</strong><br />

artillerieschans.<br />

4.27 De belegeringschansen op <strong>de</strong> westelijke IJsseloever op het schil<strong>de</strong>rij van het beleg van<br />

Rennenberg (1578)<br />

Op 11 en 12 november wer<strong>de</strong>n stukken geschut opgesteld op <strong>de</strong> westelijke<br />

IJsseloever om <strong>de</strong> stad on<strong>de</strong>r vuur te nemen. Een <strong>de</strong>el kwam naast <strong>de</strong> IJsselbrug te<br />

staan. Op basis van <strong>de</strong> kaart lijkt geen sprake te zijn van een schans of an<strong>de</strong>r<br />

ver<strong>de</strong>digingswerk. De twee<strong>de</strong> batterij stond op <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> Kijk in<br />

<strong>de</strong> Pot. Mogelijk gaat het hier om <strong>de</strong> <strong>voor</strong>malige locatie van <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rse sterkte. Op<br />

20 november verlieten <strong>de</strong> Spanjaar<strong>de</strong>n <strong>de</strong> stad en kwam <strong>de</strong> stad in Staatse han<strong>de</strong>n.<br />

In 1583 kregen <strong>de</strong> Spanjaar<strong>de</strong>n Zutphen in han<strong>de</strong>n. De Deventer bevolking wierp op<br />

<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re IJsseloever een schans op die ze aanvankelijk ook zelf bewaakten. Over<br />

<strong>de</strong> locatie van <strong>de</strong>ze schans is niets bekend. Enige tijd later werd <strong>de</strong> bezetting van <strong>de</strong><br />

32


schans door <strong>de</strong> Staatse troepen werd overgenomen. 64 In 1587 kwam <strong>de</strong> stad door<br />

het verraad van <strong>de</strong> overste Stanley weer in han<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Spanjaar<strong>de</strong>n. In 1591<br />

verschenen <strong>de</strong> troepen van Prins Maurits <strong>voor</strong> <strong>de</strong> muren van <strong>de</strong> stad. Binnen enige<br />

dagen maakte het geschut van Maurits korte metten met <strong>de</strong> muren. Maurits liet in<br />

ie<strong>de</strong>r geval 14 stuks geschut op <strong>de</strong> Mars opstellen om <strong>de</strong> Melkstersepoort on<strong>de</strong>r vuur<br />

te nemen. 65 Dit geschut zal weer ergens in <strong>de</strong> buurt van <strong>de</strong> <strong>voor</strong>malige Kijk in <strong>de</strong> Pot<br />

zijn opgesteld.<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

33<br />

4.28 De vermoe<strong>de</strong>lijke ligging<br />

van <strong>de</strong> belegeringsschansen<br />

binnen het plangebied<br />

Belegeringskampen wer<strong>de</strong>n over het algemeen opgetrokken met lokaal beschikbare<br />

materialen zoals klei, aar<strong>de</strong> en hout. Hiervan zullen alleen <strong>de</strong> grachten archeologisch<br />

herkenbaar blijven. Binnen <strong>de</strong> wallen zijn mogelijk afvalkuilen en tentenkampen met<br />

greppels aangelegd. De grenzen van <strong>de</strong> legerkampen kunnen mogelijk door mid<strong>de</strong>l<br />

van grondradar wor<strong>de</strong>n bepaald.<br />

4.7 De schipbrug<br />

Historische bronnen<br />

Na 1578 zou het meer dan vier eeuwen duren <strong>voor</strong> <strong>de</strong> stad weer een vaste<br />

oeververbinding kreeg. Wel kreeg <strong>de</strong> stad een drijven<strong>de</strong> oeververbinding. Het stadse<br />

uitein<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze schipbrug lag tussen <strong>de</strong> Vispoort en <strong>de</strong> Duimpoort. Het an<strong>de</strong>re<br />

uitein<strong>de</strong> is he<strong>de</strong>n ten dage nog in het landschap te herkennen. De schipbrug bestond<br />

64 Ludgard, 1956, 40.<br />

65 Ludgard, 1956, 42.


<strong>voor</strong> het grootste <strong>de</strong>el uit scheepjes die het brug<strong>de</strong>k droegen. Aan <strong>de</strong> stadszij<strong>de</strong> lag<br />

een vast <strong>de</strong>el met ophaalbrug om kleinere schepen door te laten. Bij grote schepen<br />

kon eventueel een <strong>de</strong>el van het brug<strong>de</strong>k wor<strong>de</strong>n weggevaren. Bij zware ijsgang kon<br />

ook <strong>de</strong> hele brug naar een veiliger plek wor<strong>de</strong>n verplaatst.<br />

34<br />

4.29 De schipbug op <strong>de</strong> kaart van<br />

Bleau uit <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw<br />

De spoorbrug werd in 1888 aangelegd. Op 10 mei 1940 werd <strong>de</strong> brug door <strong>de</strong><br />

terugtrekken<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse troepen opgeblazen. 66 De Duitsers herbouw<strong>de</strong>n <strong>de</strong> brug<br />

snel. De brug was het doelwit van een groot aantal geallieer<strong>de</strong><br />

bombar<strong>de</strong>mentsvluchten. De bommen zorg<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> enorme scha<strong>de</strong> in <strong>de</strong> stad maar<br />

<strong>de</strong> brug bleef intact. Aan het eind van <strong>de</strong> oorlog werd <strong>de</strong> brug opnieuw opgeblazen,<br />

ditmaal door <strong>de</strong> terugtrekken<strong>de</strong> Duitsers. Aan <strong>de</strong> Wilhelminabrug werd in <strong>de</strong> eerste<br />

jaren van <strong>de</strong> oorlog begonnen en <strong>de</strong> brug was gereed in 1943. In 1945 werd <strong>de</strong> brug<br />

door <strong>de</strong> Duitsers opgeblazen. De ingebruikname van <strong>de</strong> herstel<strong>de</strong> Wilhelminabrug in<br />

1948 beteken<strong>de</strong> het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Schipbrug.<br />

66 Pen<strong>de</strong>rs, 1952.<br />

4.30 De schipbrug in <strong>de</strong><br />

19 <strong>de</strong> eeuw


4.31 Het opblazen van <strong>de</strong> spoorbrug in mei 1940 door <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse troepen<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

Van <strong>de</strong>ze schipbrug kunnen een aantal zaken wor<strong>de</strong>n teruggevon<strong>de</strong>n. Allereerst <strong>de</strong><br />

uitein<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> brug waarvan <strong>de</strong> palen wel in <strong>de</strong> rivierbo<strong>de</strong>m waren gedreven.<br />

Daarnaast eventuele palen die dien<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> brug op zijn plaats te hou<strong>de</strong>n.<br />

Mogelijk waren <strong>de</strong> ankerkabels van <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>lste <strong>de</strong>len van <strong>de</strong> brug ook met ankers<br />

in <strong>de</strong> rivierbo<strong>de</strong>m bevestigd. Het is waarschijnlijk dat er verschillen<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze<br />

ankers op <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m van <strong>de</strong> rivier zijn achtergebleven bij <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

calamiteiten.<br />

35<br />

4.32 De ligging van<br />

<strong>de</strong> schipbrug en <strong>de</strong><br />

daarbij behoren<strong>de</strong><br />

bruggenhoof<strong>de</strong>n<br />

binnen het<br />

plangebied


4.8 Het ontstaan van <strong>de</strong> Hoven 67<br />

Historische bronnen<br />

4.33 De Hoven op een kaart uit 1727<br />

Tot <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw bezaten <strong>de</strong> aanzienlijke burgers <strong>voor</strong>al hoven en tuinen net buiten<br />

<strong>de</strong> Brinkpoort aan <strong>de</strong> stadse zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> rivier. Tussen 1597 en 1621 werd <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

muren <strong>de</strong> nieuwe vesting aangelegd en gingen <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> hoven groten<strong>de</strong>els<br />

verloren. Na veel discussie werd in 1631 besloten om <strong>de</strong> burgers nieuwe hoven aan<br />

<strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> IJssel aan te bie<strong>de</strong>n. Hiertoe bestem<strong>de</strong> men een stuk land dat<br />

het Hoogenkamp of ook wel Fenneken Kockskamp werd genoemd. De locatie komt<br />

overeen met <strong>de</strong> plaats waar zich nu <strong>de</strong> Hovenschool bevindt. 68 Al in 1699 betaal<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong> wei<strong>de</strong>graven van <strong>de</strong> stad <strong>de</strong> rekening <strong>voor</strong> het tekenen en uitzetten van een park<br />

op De <strong>Worp</strong>. Dit park had <strong>de</strong> vorm van een Sterrebos en is te zien op een<br />

plattegrond van het park uit 1799. 69 In 1813 liet <strong>de</strong> Franse bezetter het bos kappen<br />

en ging het park verloren. In 1815 werd een ontheffing op <strong>de</strong> kringenwet verleend om<br />

het wan<strong>de</strong>lpark opnieuw aan te kunnen leggen. Nu werd het een park in <strong>de</strong> Engelse<br />

of landschapsstijl. 70 Dit is het park zoals we het nu kennen.<br />

67 Nalis, 1989.<br />

68 Nalis, 2001, 11.<br />

69 Nalis, 2001, 12-13.<br />

70 Nalis, 2001, 16.<br />

36<br />

4.34 De Hoven op<br />

<strong>de</strong> kadastrale<br />

kaart van 1832


Mogelijke archeologische resten<br />

Het park is een gemeentelijk monument en maakt geen <strong>de</strong>el uit van het plangebied.<br />

De Hoven liggen binnendijks en daarmee buiten het on<strong>de</strong>rzoeksgebied.<br />

4.9 Ambachten in <strong>de</strong> Uiterwaar<strong>de</strong>n<br />

Historische bronnen<br />

37<br />

4.35 De touwslagerijen op <strong>de</strong><br />

kadastrale kaart van 1832<br />

In <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen was het gebied aan <strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> rivier groten<strong>de</strong>els<br />

onbebouwd en vorm<strong>de</strong>n alleen <strong>de</strong> steenbakkerijen een industrie van betekenis.<br />

Vanaf <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw waren aan <strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> rivier, in <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llijke<br />

nabijheid van <strong>de</strong> stad, een aantal an<strong>de</strong>re ambachten te vin<strong>de</strong>n. In 1653 is sprake van<br />

een tuin achter <strong>de</strong> Hoven die wordt beschreven als gelegen achteraen d’ou<strong>de</strong><br />

touwslagersbaan. Deze touwslagerij, die op <strong>de</strong> kadastrale kaart van 1832 te<br />

herkennen is als een aantal smalle percelen langs <strong>de</strong> weg, zou hier tot aan <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong><br />

eeuw liggen. 71 (zie figuur 4.43) In 1690 kreeg Jan Roeloffs toestemming om op langs<br />

<strong>de</strong> weg na Herberg <strong>de</strong> Dood een lijnbaan aan te leggen. 72<br />

Langs <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> <strong>Worp</strong>, tegenover het park, langs <strong>de</strong> Twellose weg lag in <strong>de</strong> Franse<br />

Tijd <strong>de</strong> touwslagerij van Fre<strong>de</strong>rik Rouwendal. Na 1813 wel opnieuw aangelegd en<br />

geëxploiteerd door G. en A. van ’t Zant. 73<br />

In <strong>de</strong> volkstelling van 1748 wordt Jacob Rouwendal beschreven als bleker “over <strong>de</strong><br />

lange brug”. 74 Vermoe<strong>de</strong>lijk lagen aan <strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> brug twee blekerijen want<br />

in 1754 wordt gesproken over <strong>de</strong> kleine bleek over <strong>de</strong> IJssel. (zie figuur 4.43) Hieruit<br />

mag wor<strong>de</strong>n geconclu<strong>de</strong>erd dat er ook een grote bleek was. In <strong>de</strong> volkstelling van<br />

71 Nalis, 2001, 12.<br />

72 Nalis, 2001, 18.<br />

73 Nalis, 2001, 18.<br />

74 Nalis, 2001, 18.


1795 wor<strong>de</strong>n in<strong>de</strong>rdaad zowel een grote als een kleine bleek genoemd. Van slechts<br />

een van <strong>de</strong> blekerijen is <strong>de</strong> locatie bekend. Deze blekerij bene<strong>de</strong>n <strong>de</strong> brug was<br />

achtereenvolgens eigendom van <strong>de</strong> families Brinkgreven en Visscher. De blekerij en<br />

het bijbehoren<strong>de</strong> wasschip verdwenen in <strong>de</strong> jaren twintig van <strong>de</strong> 20 ste eeuw toen aan<br />

<strong>de</strong> Bergsingel een Stoomwasch-, Bleek-, en Strijkinrichting werd gebouwd. 75<br />

4.36 De blekerij ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> brug op het stadgezicht van Visscher (1615)<br />

4.37 Blekerij Visser aan het eind van <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw<br />

In <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw maakte <strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> rivier een snelle ontwikkeling door. In<br />

1829 woon<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> Hoven slechts tien gezinnen waarvan er vijf tuinman waren.<br />

Hiertoe wer<strong>de</strong>n ook <strong>de</strong> knecht die op <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> steenoven woon<strong>de</strong> en <strong>de</strong> bewoners<br />

van <strong>de</strong> Yperenberg gerekend. 76 Er kwamen meer (tuin)huizen op <strong>de</strong> hoven en een<br />

steeds groter aan<strong>de</strong>el van <strong>de</strong>ze huizen werd permanent bewoond.<br />

75 Nalis, 2001, 19-20.<br />

76 Nalis, 2001, 24.<br />

38


Aan <strong>de</strong>ze zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> IJssel lagen al sinds <strong>de</strong> late mid<strong>de</strong>leeuwen <strong>de</strong> herbergen De<br />

Dood gelegen bij het huidige Bowlingcentrum, <strong>de</strong> Strokap op het Fenneken<br />

Kockkamp en <strong>de</strong> Volle Hand ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> huidige spoorbrug. 77 De bei<strong>de</strong><br />

eerstgenoem<strong>de</strong> herbergen gingen bij <strong>de</strong> belegering van 1813 in vlammen op en<br />

wer<strong>de</strong>n niet meer herbouwd. De Dood werd wel herbouwd maar heette na een<br />

vernieuwing in 1852 De Nieuwe Doelen. In 1855 werd het gekocht door <strong>de</strong><br />

herensociëteit De Hereeniging dat er in 1859 een nieuw gebouw neerzette. Dit werd<br />

in 1888 alweer vervangen. De nieuwbouw maakt nu <strong>de</strong>el uit van het<br />

Bowlingcentrum. 78<br />

4.38 De scheepswerf van De Goe<strong>de</strong><br />

Aan <strong>de</strong> laan die van het park naar het <strong>voor</strong>malige Bolwerk liep, lag sinds 1835 <strong>de</strong><br />

scheepswerf van De Goe<strong>de</strong>. Hier wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re <strong>de</strong> schepen van <strong>de</strong><br />

schipbrug on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n. De werf bleef bestaan tot het begin van <strong>de</strong> 20 ste eeuw. 79<br />

77 Nalis, 2001, 14.<br />

78 Nalis, 2001, 23.<br />

79 Nalis, 2001, 21.<br />

39


40<br />

4.39 De (<strong>voor</strong>malige) fabriek van<br />

Douwe Draaisma en <strong>de</strong><br />

Bolwerksmolen<br />

In 1858 bouw<strong>de</strong> Douwe Draaisma op <strong>de</strong> plaats van het <strong>voor</strong>malige Bolwerk een<br />

aar<strong>de</strong>werkfabriek. Het bijbehoren<strong>de</strong> woonhuis bestaat nog. De fabriek maakte allerlei<br />

soorten terracotta waaron<strong>de</strong>r wc-potten en rioolbuizen. In 1872 werd <strong>de</strong><br />

terracottafabriek gesloten waarna het gebouw tot 1912 dienst <strong>de</strong>ed als lijmfabriek. 80<br />

Naast <strong>de</strong> fabriek van Draaisma werd in 1863 <strong>de</strong> houtzaagmolen gebouwd. Deze is<br />

na zware restauratie in 2006 weer in bedrijf genomen. 81<br />

80 Nalis, 2001, 21.<br />

81 Nalis, 2001, 21.<br />

4.40 De Bolwerksmolen (2007)


41<br />

4.41 De aanleg van <strong>de</strong> dijk<br />

<strong>voor</strong> De Hoven in 1920<br />

De Hoven liepen bij hoog water regelmatig on<strong>de</strong>r. Na een grote overstroming in 1917<br />

werd het plan gepresenteerd om een dijk aan te leggen tussen <strong>de</strong> spoordijk en <strong>de</strong><br />

dijk bij <strong>de</strong> Wilpse klei. In 1918 werd een ka<strong>de</strong> aangelegd die al in 1920 en 1926 niet<br />

in staat was het water buiten te hou<strong>de</strong>n. In 1931 werd <strong>de</strong> dijk met het aanliggen<strong>de</strong><br />

dijkvlak van <strong>de</strong> Steenenkamer verhoogd. 82 In 1995 werd <strong>de</strong> dijk verlegd en<br />

verzwaard.<br />

4.42 De verhoging van <strong>de</strong> dijk <strong>voor</strong> De Hoven in 1995<br />

82 Nalis, 2001, 35-38.


Mogelijke archeologische resten<br />

4.43 Ligging van <strong>de</strong> ambachtelijke gebouwen binnen het on<strong>de</strong>rzoeksgebied<br />

Het grootste <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> ambachtelijk gebouwen lag direct aan <strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />

brug in <strong>de</strong> iets hogere <strong>de</strong>len op <strong>de</strong> plaats waar nu het Park <strong>de</strong> <strong>Worp</strong> ligt. Aangezien<br />

De <strong>Worp</strong> buiten het plangebied ligt, zullen <strong>de</strong>ze vindplaatsen vermoe<strong>de</strong>lijk niet<br />

wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht. Van <strong>de</strong> scheepswerf is mogelijk <strong>de</strong> werkplaats en een kleine<br />

helling in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m aanwezig. In <strong>de</strong> groten<strong>de</strong>els verland<strong>de</strong> geul zullen zich mogelijk<br />

nog resten van schepen of <strong>de</strong>len daarvan bevin<strong>de</strong>n. De fabriek van Douwe Draaisma<br />

ligt op <strong>de</strong> plaats van het <strong>voor</strong>malige Bolwerk. Mogelijk liggen in <strong>de</strong> omgeving nog<br />

kuilen met productieafval van <strong>de</strong>ze <strong>voor</strong> Deventer zo belangrijke producent. Van <strong>de</strong><br />

blekerijen zijn vermoe<strong>de</strong>lijk alleen <strong>de</strong> sloten tussen <strong>de</strong> vel<strong>de</strong>n terug te vin<strong>de</strong>n. Ook<br />

<strong>de</strong>ze liggen echter <strong>voor</strong> een groot <strong>de</strong>el op De <strong>Worp</strong>. De touwslagerijen liggen ten<br />

<strong>de</strong>le buiten het plangebied. De overige <strong>de</strong>len liggen langs <strong>de</strong> dijk. Hiervan zijn<br />

mogelijk <strong>de</strong> palen van afdaken terug te vin<strong>de</strong>n.<br />

4.10 De Napoleontische oorlogen<br />

Historische bronnen<br />

Deventer kreeg in <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> twee keer te maken met <strong>de</strong> directe gevolgen van <strong>de</strong><br />

oorlogshan<strong>de</strong>lingen in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n. Aan het eind van 1794 kwamen <strong>de</strong> Franse<br />

troepen aangevuld met Ne<strong>de</strong>rlandse patriotten Ne<strong>de</strong>rland binnen. Na enkele<br />

veldslagen in Brabant sloegen <strong>de</strong> geallieer<strong>de</strong> Engelse en Hannoveriaanse troepen<br />

op <strong>de</strong> vlucht. Deze laatste trokken zich in grote wanor<strong>de</strong> terug achter <strong>de</strong> Rijn. De<br />

grootste concentraties troepen sloegen hun kampenten op in Zutphen en Deventer.<br />

42


De geallieer<strong>de</strong>n kampeer<strong>de</strong>n in tenten op <strong>de</strong> Hoven en kapten <strong>de</strong> hele omgeving<br />

kaal om in <strong>de</strong> kou<strong>de</strong> winter aan brandstof te komen. On<strong>de</strong>rtussen eisten kou<strong>de</strong> en<br />

ziekten hun tol en dagelijks overle<strong>de</strong>n tientallen soldaten. Men neemt aan dat er<br />

minimaal duizend soldaten zijn overle<strong>de</strong>n. De vorst zat in <strong>de</strong> grond en <strong>de</strong> soldaten<br />

wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re begraven in vollerskuipen op <strong>de</strong> Zandweerd. Ook op <strong>de</strong> <strong>Worp</strong><br />

en mogelijk in <strong>de</strong> kleikuilen in <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n zullen slachtoffers van <strong>de</strong>ze winter zijn<br />

begraven. Toen <strong>de</strong> Fransen on<strong>de</strong>r generaal Pichegru er door <strong>de</strong> enorme vorst in<br />

slaag<strong>de</strong>n <strong>de</strong> dichtgevroren Rijn over te steken, trokken <strong>de</strong> geallieer<strong>de</strong> troepen zich<br />

zon<strong>de</strong>r slag of stoot terug. In 1813 was <strong>de</strong> situatie an<strong>de</strong>rsom. Na <strong>de</strong> <strong>voor</strong> Napoleon<br />

rampzalig afgelopen veldtocht naar Rusland en <strong>de</strong> Volkerenslag bij Leipzig rukten <strong>de</strong><br />

geallieer<strong>de</strong> troepen op om <strong>de</strong> door <strong>de</strong> Fransen bezette gebie<strong>de</strong>n te veroveren.<br />

Deventer was een vestingstad met een sterk garnizoen. Op dinsdag 9 november<br />

verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> Franse commandant Mayat <strong>de</strong> staat van beleg. Drie dagen later<br />

verschenen <strong>de</strong> Kozakken <strong>voor</strong> <strong>de</strong> muren. Vrijwel alle gebouwen buiten <strong>de</strong> muren<br />

gingen door <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> bezetter of <strong>de</strong> aanvallers in vlammen op.<br />

Op 9 november 1813 werd <strong>de</strong> staat van beleg afgekondigd. Alle bouwsels rond <strong>de</strong><br />

stad en bomen op <strong>de</strong> <strong>Worp</strong> wer<strong>de</strong>n afgebroken en gekapt. 83 Een ooggetuige schrijft<br />

dat <strong>de</strong> bezetting met brandstoffen naar buiten rukte en weldra ston<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Herbergen<br />

<strong>de</strong> Dood en <strong>de</strong> Strookap, het sterke woonhuis, het Bolwerk genaamd, het huis van<br />

Rouendal, een Touwslagershuisje, en een aantal hofhuisjes, met eenige tusschen <strong>de</strong><br />

hoven staan<strong>de</strong> woningen, in vollen brand. 84<br />

Mogelijke archeologische resten<br />

43<br />

4.44 Skelet aangetroffen op<br />

het Ankersmitterrein<br />

De legerkampen uit <strong>de</strong> Napoleontische oorlog waren vermoe<strong>de</strong>lijk niet meer van<br />

ver<strong>de</strong>digingswerken <strong>voor</strong>zien. De resten zullen zich hier beperken tot afvalkuilen en<br />

mogelijk graven met slachtoffers. De locatie hiervan is niet te <strong>voor</strong>spellen.<br />

83 Nalis, 2001, 14.<br />

84 Nalis, 2001, 15.


5. Rand<strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> vervolgon<strong>de</strong>rzoek (fase 2b, 3 & 4) 85<br />

Een verkennend veldon<strong>de</strong>rzoek in <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> rivier krijgt te maken met<br />

een breed scala aan externe rand<strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n en regelgeving vanuit diverse<br />

overhe<strong>de</strong>n. In dit hoofdstuk zijn <strong>de</strong>ze <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n globaal in kaart gebracht. Deze<br />

beschrijving dient slechts als globale inventarisatie van <strong>de</strong>ze <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n.<br />

Voorafgaand aan <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> <strong>de</strong>elon<strong>de</strong>rzoeken dienen <strong>de</strong>ze <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n in<br />

<strong>de</strong>tail te wor<strong>de</strong>n uitgewerkt. Hier<strong>voor</strong> is echter een nauwkeuriger beeld van <strong>de</strong><br />

bestaan<strong>de</strong> plannen noodzakelijk.<br />

5.1 Natuurbescherming<br />

De Bolwerkswei<strong>de</strong> en Ossenwaard zijn vogelrichtlijngebie<strong>de</strong>n, opgenomen in Natura<br />

2000 en <strong>de</strong> natuurbeschermingswet. Het <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> Wilhelminabrug tot het park valt<br />

buiten <strong>de</strong> vogelrichtlijngebie<strong>de</strong>n. De uiterwaar<strong>de</strong>n zijn geen habitatrichtlijn gebie<strong>de</strong>n<br />

en geen foerageergebie<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> ganzen. Wel wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> inheemse dier- en<br />

plantensoorten beschermd door <strong>de</strong> Flora- en Faunawet.<br />

5.1 Ligging van <strong>de</strong> natuurgebie<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n die vallen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Vogelrichtlijn en <strong>de</strong><br />

Ecologische Hoofdstructuur<br />

85 Fasedocument 1: Bartels, 2006.<br />

44


Flora- en faunawet<br />

Als bescherm<strong>de</strong> diersoorten noemt <strong>de</strong> Flora- en faunawet:<br />

Alle van nature in Ne<strong>de</strong>rland <strong>voor</strong>komen<strong>de</strong> zoogdieren (m.u.v. <strong>de</strong> zwarte rat, <strong>de</strong><br />

bruine rat en <strong>de</strong> huismuis).<br />

Alle van nature in <strong>de</strong> lidstaten van <strong>de</strong> Europese Unie <strong>voor</strong>komen<strong>de</strong> vogels (m.u.v.<br />

enkele gedomesticeer<strong>de</strong> vogelsoorten).<br />

Alle van nature in Ne<strong>de</strong>rland <strong>voor</strong>komen<strong>de</strong> amfibieën en reptielen.<br />

Alle van nature in Ne<strong>de</strong>rland <strong>voor</strong>komen<strong>de</strong> vissoorten (m.u.v. <strong>de</strong> soorten die on<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong> Visserijwet van 1963 vallen).<br />

Ten aanzien van <strong>de</strong> bescherm<strong>de</strong> diersoorten is het verbo<strong>de</strong>n:<br />

Dieren te do<strong>de</strong>n, te verwon<strong>de</strong>n, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op<br />

te sporen (art. 9).<br />

Dieren opzettelijk te verontrusten (art. 10).<br />

Nesten, holen of an<strong>de</strong>re <strong>voor</strong>tplantingsplaatsen, vaste rustplaatsen of verblijfplaatsen<br />

te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren (art. 11).<br />

Eieren te zoeken, te rapen, te beschadigen of te vernielen (art. 12).<br />

Dieren, producten van dieren, eieren en nesten <strong>voor</strong>han<strong>de</strong>n te hebben, te vervoeren,<br />

te verhan<strong>de</strong>len enz. (art. 13).<br />

Dieren of eieren van dieren (ook van niet bescherm<strong>de</strong> soorten) in <strong>de</strong> vrije natuur uit.<br />

te zetten (art. 14).<br />

Beperkingen<br />

Volgens <strong>de</strong> vogelrichtlijn mogen vogels in vogelrichtlijngebie<strong>de</strong>n niet verstoord<br />

wor<strong>de</strong>n. Dat betekent dat gemotoriseer<strong>de</strong> voertuigen niet in het gebied mogen<br />

komen, tenzij er ontheffing <strong>voor</strong> is.<br />

Buiten het broedseizoen<br />

Hoewel <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> IJssel niet zijn aangewezen als foerageergebie<strong>de</strong>n<br />

moet volgens <strong>de</strong> vogelrichtlijn ook buiten het broedseizoen rekening wor<strong>de</strong>n<br />

gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n met het verstoren van vogels. Dit speelt van november tot en met<br />

januari <strong>voor</strong>al <strong>voor</strong> foerageren<strong>de</strong> ganzen. Wanneer niet verstoren<strong>de</strong> werkzaamhe<strong>de</strong>n<br />

plaatsvin<strong>de</strong>n tussen augustus en oktober, buiten het broedseizoen en buiten het<br />

foerageerseizoen van <strong>de</strong> ganzen, is geen ontheffing nodig. Het is echter wel<br />

verstandig dit te mel<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> handhaven<strong>de</strong> organisaties. Voor <strong>de</strong><br />

Natuurbeschermingswet zijn dat <strong>de</strong> provincies Overijssel en Gel<strong>de</strong>rland en <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

Flora en Fauna wet is dat <strong>de</strong> Dienst Lan<strong>de</strong>lijk gebied.<br />

45


Broedseizoen<br />

Wanneer bescherm<strong>de</strong> inheemse broedvogels bezig zijn met hun broedproces,<br />

mogen er geen verstoren<strong>de</strong> werkzaamhe<strong>de</strong>n plaatsvin<strong>de</strong>n.<br />

Moerasvogels en watervogels broe<strong>de</strong>n meestal tussen 1 april en 15 augustus. De<br />

meeste vogels in dorpen, ste<strong>de</strong>n en bossen broe<strong>de</strong>n tussen 15 maart en 15 juli.<br />

In <strong>de</strong> Bolwerkswei<strong>de</strong> en Ossenwaard komen bei<strong>de</strong> soorten vogels <strong>voor</strong> en moet dus<br />

een broedseizoen wor<strong>de</strong>n aangehou<strong>de</strong>n van 15 maart tot 15 augustus.<br />

5.2 Waterstaat<br />

Waterstan<strong>de</strong>n 86<br />

Een groot <strong>de</strong>el van het jaar staan <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n met enige regelmaat on<strong>de</strong>r water.<br />

Gekeken is naar <strong>de</strong> waterstan<strong>de</strong>n vanaf 1988 tot 2002 om een beeld te krijgen van<br />

<strong>de</strong> werkbaarheid in <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> seizoenen. Het on<strong>de</strong>rzoeksgebied valt uiteen in<br />

drie geografische zones: De Ossenwaard, De <strong>Worp</strong> en <strong>de</strong> Bolwerkswei<strong>de</strong>. Voor elk<br />

van <strong>de</strong>ze zones is gekeken naar <strong>de</strong> laagste maaiveld hoogte in NAP. Wanneer <strong>de</strong><br />

IJsselstand boven dit niveau uitstijgt, kan het terrein niet meer wor<strong>de</strong>n betre<strong>de</strong>n.<br />

Grondwerkzaamhe<strong>de</strong>n en boringen vin<strong>de</strong>n echter on<strong>de</strong>r maaiveld plaats zodat alleen<br />

het kunnen betre<strong>de</strong>n van het terrein niet voldoen<strong>de</strong> is. Er moet ook een sleuf kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n gegraven die niet meteen weer vol water loopt. Daarom is per gebied een<br />

i<strong>de</strong>ale IJsselstand van 1 m on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> laagste maaiveldwaar<strong>de</strong> gehanteerd. Op basis<br />

van <strong>de</strong> gegevens van Rijkswaterstaat is gekeken in welke perio<strong>de</strong> het IJsselwater<br />

niet boven dit peil uitkwam.<br />

Deelgebied Hoogste Maaiveld Laagste Maaiveld I<strong>de</strong>ale IJsselstand<br />

Ossenwaard 6,20 m + 3,80 m + 2,80 m +<br />

De <strong>Worp</strong> 5,30 m + 3,90 m + 2,90 m +<br />

Bolwerkswei<strong>de</strong> 5,90 m + 4,10 m + 3,10 m +<br />

Wanneer het water on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> laagste maaiveld hoogte uitkomt, kan het terrein wor<strong>de</strong>n<br />

betre<strong>de</strong>n en is weerstandson<strong>de</strong>rzoek mogelijk. Voor het boren en aanleggen van<br />

proefsleuven is een waterstand van minimaal een meter lager noodzakelijk.<br />

Aantal keer tussen 1988-2002 (15 jaar) dat aan <strong>de</strong> bovenstaan<strong>de</strong> <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n<br />

werd voldaan:<br />

Ossenwaard De <strong>Worp</strong> Bolwerkswei<strong>de</strong><br />

Mogelijk I<strong>de</strong>aal Mogelijk I<strong>de</strong>aal Mogelijk I<strong>de</strong>aal<br />

Maart 3 1 3 2 3 2<br />

April 5 2 6 4 6 5<br />

Mei 8 3 9 4 9 5<br />

Juni 9 2 11 3 13 3<br />

Juli 13 3 14 5 15 5<br />

Aug 14 8 14 10 14 12<br />

Sep 12 6 11 6 11 10<br />

Okt 11 4 12 7 12 9<br />

86 www.waterbase.nl<br />

46


Nov 7 3 8 4 9 5<br />

Hieruit kan wor<strong>de</strong>n geconclu<strong>de</strong>erd dat juli tot oktober over het algemeen goed<br />

werkbaar zijn. Hierbij zijn augustus en september over het algemeen het droogste.<br />

Het is echter geenszins een eenduidig beeld en het on<strong>de</strong>rzoek blijft altijd afhankelijk<br />

van <strong>de</strong> weersomstandighe<strong>de</strong>n in eigen land en stroomopwaarts.<br />

Dijklichamen<br />

Binnen <strong>de</strong> kernzone van een dijk (kruin, berm of beloop) is het verbo<strong>de</strong>n om te<br />

ploegen, te spitten, te graven of op enigerlei an<strong>de</strong>re wijze grondroeringen te<br />

verrichten.<br />

47<br />

5.2 Ligging van <strong>de</strong><br />

bescherm<strong>de</strong><br />

dijklichamen<br />

Aan weerszij<strong>de</strong>n van dijken ligt een beschermingszone. De gron<strong>de</strong>n die beschermd<br />

wor<strong>de</strong>n strekken zich uit tot een afstand van 100 meter uit <strong>de</strong> teen binnendijks en<br />

150 meter uit <strong>de</strong> teen buitendijks. Binnen <strong>de</strong> beschermingszone wordt <strong>de</strong> eerste 20<br />

m vanuit <strong>de</strong> teen van <strong>de</strong> dijk extra beschermd.<br />

Beperkingen<br />

Voor werkzaamhe<strong>de</strong>n binnen <strong>de</strong> beschermingszone moet een ontheffing wor<strong>de</strong>n<br />

aangevraagd. In <strong>de</strong> ontheffingen wordt aangegeven, dat graafwerk slechts is<br />

toegestaan van 1 april tot 1 oktober en dat <strong>voor</strong> 15 oktober het dijklichaam weer<br />

geheel moet zijn hersteld. Aan <strong>de</strong> ontheffing <strong>voor</strong> <strong>de</strong> eerste 20 m van <strong>de</strong>


eschermingszone wor<strong>de</strong>n strengere <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n gesteld. Graafwerkzaamhe<strong>de</strong>n<br />

zijn alleen toegestaan tij<strong>de</strong>ns lage rivierwaterstan<strong>de</strong>n.<br />

De beslistermijn <strong>voor</strong> ontheffingen is ongeveer 8 weken.<br />

Uiterwaar<strong>de</strong>n<br />

De uiterwaar<strong>de</strong>n buiten <strong>de</strong> beschermingszones van het waterschap vallen on<strong>de</strong>r<br />

gebie<strong>de</strong>n die in het beheer zijn van Rijkswaterstaat. Om in <strong>de</strong>ze gebie<strong>de</strong>n<br />

werkzaamhe<strong>de</strong>n te kunnen verrichten moet een vergunning wor<strong>de</strong>n aangevraagd op<br />

basis van <strong>de</strong> Wet Beheer Rijkswaterstaatwerken. Daarnaast zal bij elke roering van<br />

<strong>de</strong> grond een vergunning moeten wor<strong>de</strong>n aangevraagd op basis van <strong>de</strong> Wet Bo<strong>de</strong>m<br />

Bescherming en <strong>de</strong> Wet verontreiniging oppervlakte wateren wanneer grondwater uit<br />

<strong>de</strong> werkputten wordt gepompt en geloost. Deze vergunningen wor<strong>de</strong>n verleend <strong>voor</strong><br />

<strong>de</strong> perio<strong>de</strong> april tot oktober met uitzon<strong>de</strong>ring van perio<strong>de</strong>n met hoge waterstan<strong>de</strong>n.<br />

Deze vergunningen kunnen volgens een verkorte procedure wor<strong>de</strong>n aangevraagd.<br />

De beslistermijn is dan 6 weken. Wanneer <strong>de</strong> verkorte procedure niet kan wor<strong>de</strong>n<br />

gestart, moet rekening gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n met een perio<strong>de</strong> van maximaal 6 maan<strong>de</strong>n.<br />

5.3 Oorlogshan<strong>de</strong>lingen<br />

De Ne<strong>de</strong>rlandse ver<strong>de</strong>diging tegen <strong>de</strong> Duitse aanval in Mei 1940<br />

Aan <strong>de</strong> westzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> IJssel wer<strong>de</strong>n door het Ne<strong>de</strong>rlandse leger kazematten,<br />

loopgraven, stekelvarkens en mitrailleurnesten aangelegd. Hoewel <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

stellingen wel vanaf <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> rivier on<strong>de</strong>r vuur wer<strong>de</strong>n genomen,<br />

waren <strong>de</strong> Duitsers in <strong>de</strong> veron<strong>de</strong>rstelling dat <strong>de</strong> brug bij Zwolle nog intact was en zijn<br />

er geen grote aanvallen op <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>diging uitgevoerd. Toen <strong>de</strong> Duitsers op een<br />

aantal an<strong>de</strong>re plaatsen <strong>de</strong> rivier over waren gestoken trokken <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

troepen zich terug op <strong>de</strong> Grebbelinie.<br />

Bombar<strong>de</strong>menten op <strong>de</strong> Bruggen<br />

Uit vluchtdocumentatie van <strong>de</strong> RAF blijkt dat in <strong>de</strong> eerste oorlogsjaren weinig<br />

luchtaanvallen wer<strong>de</strong>n uitgevoerd op doelen in Deventer en omgeving. De meeste<br />

aanvallen wer<strong>de</strong>n uitgevoerd na Operation Market Gar<strong>de</strong>n toen het oorlogstoneel<br />

zich naar <strong>de</strong>ze contreien verplaatste. De doelen van <strong>de</strong>ze aanvallen waren wegen,<br />

spoor- en waterwegen om transport van oorlogsmateriaal van <strong>de</strong> Duitsers te<br />

verhin<strong>de</strong>ren. 87 De eerste aanval op Deventer was een vergissing. Op <strong>22</strong> februari<br />

1944 werd <strong>de</strong> stad aangevallen, omdat <strong>de</strong> bommenwerpers dachten boven Duitsland<br />

te zijn. De bemanningsle<strong>de</strong>n zagen hun vergissing gelukkig net op tijd in en <strong>de</strong><br />

bommen vielen op het vrije veld ergens buiten het on<strong>de</strong>rzoeksgebied. 88 Het doel van<br />

<strong>de</strong> meeste aanvallen bij Deventer was <strong>de</strong> spoorbrug. Deze werd op 5, 7, 15 en 28<br />

oktober, 11 en 26 november, 10 en 15 <strong>de</strong>cember 1944 en op 6 februari 1945<br />

aangevallen. De aanval op 11 november mislukte, het doel werd niet gevon<strong>de</strong>n en<br />

<strong>de</strong> bommen zijn waarschijnlijk el<strong>de</strong>rs afgeworpen. 89 Op 25 maart 1945 werd nog wel<br />

een aanval uitgevoerd op schepen op <strong>de</strong> IJssel ter hoogte van Terwol<strong>de</strong>. In totaal<br />

87 Zwanenburg, 2003, 5-7.<br />

88 Zwanenburg, 2003, 4.<br />

89 Zwanenburg, 2003, 14.<br />

48


wer<strong>de</strong>n er bij Deventer 813 vijfhon<strong>de</strong>rdpon<strong>de</strong>rs en 131 duizendpon<strong>de</strong>rs<br />

afgeworpen. 90 Een percentage tussen 2-10 % van alle afgeworpen bommen zijn<br />

blindgangers.<br />

90 Zwanenburg, 2003, 15.<br />

5.3 Luchtfoto van <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> brug in 1945<br />

49


6. Opzet vervolgon<strong>de</strong>rzoek<br />

De planning van het on<strong>de</strong>rzoek is gebaseerd op het feit dat slechts enkele maan<strong>de</strong>n<br />

per jaar kan wor<strong>de</strong>n gewerkt in <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> rivier. Voorwaar<strong>de</strong> is namelijk<br />

niet alleen dat <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n te betre<strong>de</strong>n zijn maar ook dat in <strong>de</strong> werkputten niet<br />

meteen grondwater staat. In <strong>de</strong> planning is dan ook rekening gehou<strong>de</strong>n met een kort<br />

werkseizoen waardoor het geheel over meer<strong>de</strong>re jaren doorloopt. Voor <strong>de</strong> planning<br />

en aanpak van het vervolgon<strong>de</strong>rzoek kan een on<strong>de</strong>rscheid wor<strong>de</strong>n gemaakt <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

mid<strong>de</strong>leeuwse en <strong>de</strong> prehistorische vindplaatsen.<br />

6.1 Mid<strong>de</strong>leeuwse vindplaatsen<br />

50<br />

6.1 Overzicht van <strong>de</strong> verwachte<br />

mid<strong>de</strong>leeuwse vindplaatsen<br />

binnen het on<strong>de</strong>rzoeksgebied<br />

De locatie van <strong>de</strong> meeste mid<strong>de</strong>leeuwse vindplaatsen kan bij bena<strong>de</strong>ring wor<strong>de</strong>n<br />

<strong>voor</strong>speld. Hier kan al in <strong>de</strong> zomer van 2007 grondradaron<strong>de</strong>rzoek (2b) plaatsvin<strong>de</strong>n<br />

om <strong>de</strong> locatie van <strong>de</strong>ze vindplaatsen na<strong>de</strong>r te begrenzen. Deze grondradar meet <strong>de</strong><br />

verschillen in <strong>de</strong> elektrische spanning in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m aan <strong>de</strong> hand van hun reflectie.<br />

Verschillen<strong>de</strong> bo<strong>de</strong>mlagen en archeologische resten reflecteren radargolven op een<br />

an<strong>de</strong>re manier. Hoe groter het on<strong>de</strong>rscheid tussen <strong>de</strong> lagen of <strong>voor</strong>werpen hoe<br />

dui<strong>de</strong>lijker <strong>de</strong> verschillen in reflectie. Grondradar is <strong>voor</strong>al geschikt <strong>voor</strong> het aantonen<br />

van grotere sloten, aardlichamen, muurwerk en puinconcentraties. Prehistorische<br />

vindplaatsen zijn met grondradar niet aan te tonen. Scheepsresten zijn mogelijk wel<br />

te herkennen. Vooral <strong>voor</strong> het traceren van <strong>de</strong> legerkampen, steenbakkerijen,<br />

bruggenhoof<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> kapel, grote kuilen en versterkingen is <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> geschikt.


In 2008 kunnen <strong>de</strong> bij dit radaron<strong>de</strong>rzoek aangetroffen vindplaatsen doormid<strong>de</strong>l van<br />

proefsleuven en proefputten na<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht (fase 3). De resultaten van<br />

het radaron<strong>de</strong>rzoek kunnen door kleine proefsleuven of werkputten wor<strong>de</strong>n getest.<br />

Ook zijn proefsleuven noodzakelijk om <strong>de</strong> kwaliteit van <strong>de</strong> aanwezige resten vast te<br />

stellen en een i<strong>de</strong>e te krijgen van <strong>de</strong> kwaliteit van het bo<strong>de</strong>marchief<br />

6.2 Prehistorische en vroeg mid<strong>de</strong>leeuwse vindplaatsen<br />

Op dit moment ontbreekt het aan een nauwkeurig beeld van <strong>de</strong> ontwikkeling van het<br />

landschap binnen het on<strong>de</strong>rzoeksgebied. Om een goe<strong>de</strong> <strong>voor</strong>spelling te doen van <strong>de</strong><br />

ligging van mogelijke prehistorische en vroeg mid<strong>de</strong>leeuwse vindplaatsen is het<br />

<strong>voor</strong>al van belang om inzicht te krijgen in <strong>de</strong> ontwikkelinggeschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong><br />

verschillen<strong>de</strong> mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> rivierarmen en stroomruggen. De op <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>mkaart<br />

weergegeven informatie richt zich uitsluitend op <strong>de</strong> bovenzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgrond.<br />

Juist in een rivierengebied gaan hieron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>re afzettingen plaats. Hierbij is<br />

<strong>voor</strong>al van belang waar in welke perio<strong>de</strong> <strong>de</strong> rivierlopen en <strong>de</strong> hogere <strong>de</strong>len lagen en<br />

in hoeverre <strong>de</strong>ze bij latere verstoringen van <strong>de</strong> rivier zijn verspoeld of misschien juist<br />

afge<strong>de</strong>kt. Door <strong>de</strong>ze gegevens te vergelijken met <strong>de</strong> informatie die bekend is over <strong>de</strong><br />

vestigingsfactoren in <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> perio<strong>de</strong>n kan wor<strong>de</strong>n aangewezen welke<br />

ruggen <strong>voor</strong> bewoning in aanmerking kwamen. Van bijzon<strong>de</strong>r belang is ook <strong>de</strong><br />

aanwezigheid van waterlopen. Zeker in <strong>de</strong> steentijd vorm<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze een belangrijke<br />

vestigingslocatie. De waterlopen die in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen nog open lagen kunnen<br />

nog scheepsresten bevatten.<br />

De bestaan<strong>de</strong> geomorfologische kaarten zijn door hun grote schaal volledig<br />

ongeschikt <strong>voor</strong> dit doel. De vakgroep Geologie van <strong>de</strong> universiteit Utrecht is bezig<br />

met het een verfijning van <strong>de</strong>ze gegevens Deze informatie is echter nog niet<br />

beschikbaar. De boringen wor<strong>de</strong>n hier steeds ongeveer 100 m uit elkaar gezet. Voor<br />

een goe<strong>de</strong> archeologische verwachting dient dit grid op sommige plaatsen nog<br />

ver<strong>de</strong>r te wor<strong>de</strong>n verdicht. Deze boringen dienen om een goed beeld te krijgen van<br />

<strong>de</strong> landschapsontwikkeling van het gebied. Deze ontwikkeling vormt <strong>de</strong> blauwdruk<br />

<strong>voor</strong> het vervolgon<strong>de</strong>rzoek. Op basis van <strong>de</strong>ze kaartbla<strong>de</strong>n (fase 2a) kunnen <strong>de</strong><br />

locaties wor<strong>de</strong>n aangewezen die na<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rzoek vereisen. Dit on<strong>de</strong>rzoek (fase 2b)<br />

naar <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>mopbouw van het gebied kan het beste wor<strong>de</strong>n uitgevoerd door<br />

specialisten op het gebied van <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m.<br />

Op basis van het bo<strong>de</strong>mkundig on<strong>de</strong>rzoek kunnen op <strong>de</strong> aangewezen locaties<br />

aanvullen<strong>de</strong> archeologische boringen wor<strong>de</strong>n gezet (fase 2c). Dit dient te gebeuren<br />

door een gespecialiseerd archeologisch bedrijf. Allereerst dient te wor<strong>de</strong>n gekeken<br />

naar <strong>de</strong> opbouw van <strong>de</strong> natuurlijke lagen in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgrond om zo een mogelijke<br />

vindplaats na<strong>de</strong>r te begrenzen en eventuele verstoringen vast te leggen. Ver<strong>de</strong>r<br />

wordt gekeken naar <strong>de</strong> aanwezigheid van sporen van menselijk han<strong>de</strong>len zoals<br />

houtskool, keramiek, vuursteen, botresten, etc.<br />

De op basis van booron<strong>de</strong>rzoek aangetroffen en grof begrens<strong>de</strong> vindplaatsen<br />

kunnen alleen doormid<strong>de</strong>l van proefsleuvenon<strong>de</strong>rzoek (fase 3) wor<strong>de</strong>n gewaar<strong>de</strong>erd<br />

en begrensd. Dit heeft pas zin als <strong>de</strong> gegevens van dit booron<strong>de</strong>rzoek beschikbaar<br />

zijn.<br />

51


6.3 Scheepsresten in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwse beddingen<br />

Als <strong>de</strong> gegevens over het ontstaan en verlan<strong>de</strong>n van verschillen<strong>de</strong> rivierarmen<br />

beschikbaar zijn, kan wor<strong>de</strong>n vastgesteld welke van <strong>de</strong>ze armen in mid<strong>de</strong>leeuwen<br />

bevaarbaar waren. Op dit moment wordt er in Zutphen geëxperimenteerd met <strong>de</strong><br />

mogelijkheid om scheepsresten doormid<strong>de</strong>l van radaron<strong>de</strong>rzoek aan te tonen. Als<br />

<strong>de</strong>ze metho<strong>de</strong> succesvol blijkt, kan er <strong>voor</strong> wor<strong>de</strong>n gekozen alle rivierlopen die in <strong>de</strong><br />

mid<strong>de</strong>leeuwen open lagen doormid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong>ze metho<strong>de</strong> te on<strong>de</strong>rzoeken (2b). Dit<br />

<strong>voor</strong>komt (een <strong>de</strong>el van) <strong>de</strong> toevalsvondsten (fase 5) wat het risico op vertragingen<br />

terugbrengt.<br />

6.4 Scheepsvondsten bij <strong>de</strong> aanleg van <strong>de</strong> nieuwe beddingen<br />

Aangezien schepen mobiel waren, is hun locatie moeilijk te <strong>voor</strong>spellen. Ook tij<strong>de</strong>ns<br />

<strong>de</strong> uitvoeringsfase van het on<strong>de</strong>rzoek kunnen te allen tij<strong>de</strong> nog resten wor<strong>de</strong>n<br />

aangetroffen. Hier zal op dat moment moeten wor<strong>de</strong>n gezocht naar een passen<strong>de</strong><br />

oplossing (fase 5).<br />

Baggervondsten bij het opzuigen van zand<br />

In het verle<strong>de</strong>n zijn bij het opzuigen van zand allerlei prehistorische dieren gevon<strong>de</strong>n.<br />

Het verdient <strong>de</strong> aanbeveling om het opgezogen zand hierop te controleren door het<br />

zeefresidu van <strong>de</strong> zandzuiger te on<strong>de</strong>rzoeken (fase 5).<br />

52


Bijlage A:<br />

53


Bijlage B: Verklaren<strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nlijst<br />

Aanlanding aan geslibd land<br />

Anti-tankgracht bre<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digingsgracht om tanks tegen te hou<strong>de</strong>n<br />

Archis lan<strong>de</strong>lijke database van vondstmeldingen,<br />

archeologische opgravingen en monumenten<br />

Artillerie geschut<br />

Balkhaven afmeerplaats <strong>voor</strong> houtvlotten <strong>voor</strong> een houtzagerij<br />

Bastion uitspringend <strong>de</strong>el van een ver<strong>de</strong>digingsmuur, vaak in<br />

een onregelmatige vijfhoek<br />

Batterij opstelling van geschut<br />

Bewoningsareaal bewoningsgebied<br />

Binnendijks <strong>de</strong> landzij<strong>de</strong> van een dijk<br />

Buitendijks <strong>de</strong> rivierzij<strong>de</strong> van een dijk<br />

Definitief On<strong>de</strong>rzoek laatste <strong>de</strong>finitieve en <strong>de</strong>structieve on<strong>de</strong>rzoek<br />

Dijkstoel dijkbestuur<br />

Dwarsdoorsne<strong>de</strong> doorsne<strong>de</strong> loodrecht op lengterichting<br />

Eolische afzettingen bo<strong>de</strong>mafzettingen afgezet door <strong>de</strong> wind<br />

Fluviatiele afzettingen bo<strong>de</strong>mafzettingen afgezet door stromend water<br />

Geomorfologie verklaren<strong>de</strong> beschrijving van <strong>de</strong> vormen van <strong>de</strong><br />

aardoppervlakte in verband met <strong>de</strong> wijze van hun<br />

ontstaan<br />

Havezate rid<strong>de</strong>rlijk goed of kasteel<br />

Holoceen het huidige geologische tijdvak (11.000 jaar gele<strong>de</strong>n<br />

tot nu)<br />

Kronkelwaard uiterwaard die ontstaan is door aanslibbing in <strong>de</strong><br />

binnenbocht van een mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> rivier<br />

Landweer ver<strong>de</strong>digingssysteem van sloten, wallen en<br />

houtwallen<br />

Loopgraaf in <strong>de</strong> grond gegraven gang om buiten het<br />

schootsveld van <strong>de</strong> vijand te kunnen lopen<br />

54


Luchtafweergeschut kanon <strong>voor</strong> het aanvallen van doelen in <strong>de</strong> lucht<br />

Luchtdoelgranaat granaat ter bestrijding van luchtdoelen<br />

Maaiveld aanduiding <strong>voor</strong> (<strong>de</strong> hoogte van) het grondoppervlak<br />

van een terrein<br />

Mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> rivier rivier die in lussen stroomt en zijn loop in lussen<br />

verlegt<br />

Milieuverdachte locaties locaties waar het milieu vermoe<strong>de</strong>lijk vervuild is<br />

Munitie projectiel<br />

Muuranker anker in een muur als versteviging van een<br />

bouwconstructie<br />

OAT Oorspronkelijk Aanwijzen<strong>de</strong> Tafels<br />

Oerstroomdal pleistocene stroomdal van een waterloop<br />

Paleoreliëf reliëf tij<strong>de</strong>ns het Pleistoceen<br />

Palissa<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>dingswerk van in <strong>de</strong> grond gestoken palen<br />

Pleistoceen het geologische tijdvak van <strong>de</strong> ijstij<strong>de</strong>n<br />

(van 2.588.000 tot 10.000 jaar gele<strong>de</strong>n)<br />

Pleistocene opduikingen hogere <strong>de</strong>len in het landschap, ontstaan in het<br />

Pleistoceen<br />

Proefon<strong>de</strong>rzoek on<strong>de</strong>rzoek aan <strong>de</strong> hand van boringen, grondradar of<br />

proefsleuven<br />

Retentiecapaciteit vermogen om water op te nemen en vast te hou<strong>de</strong>n<br />

Schans opgeworpen aar<strong>de</strong>n ver<strong>de</strong>digingswerk<br />

Stadswei<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> stad of haar burgers toebehoren<strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n<br />

Strang do<strong>de</strong> rivierarm, zon<strong>de</strong>r water afvoeren<strong>de</strong> functie<br />

Stroomgor<strong>de</strong>l het <strong>voor</strong>malige sedimentatiegebied in en direct naast<br />

<strong>de</strong> rivier, omvat <strong>de</strong> opgevul<strong>de</strong> geul, <strong>de</strong> oeverwallen<br />

en eventueel <strong>de</strong> restgeul<br />

Touwslagerij werkplaats waar touw gemaakt wordt door vezels in<br />

elkaar te draaien<br />

Verkennend veldon<strong>de</strong>rzoek on<strong>de</strong>rzoek aan <strong>de</strong> hand van boringen, grondradar of<br />

proefsleuven<br />

55


Vlechten<strong>de</strong> rivier een rivier die zich vormt door mid<strong>de</strong>l van kanaaltjes<br />

die in elkaar overgaan en elkaar kruisen, als <strong>de</strong><br />

strengen van een vlecht<br />

Vollerskuip kuip waarin voller of vol<strong>de</strong>r wol vervilt<br />

Wegero<strong>de</strong>ren weg spoelen, waaien, verweren<br />

Winterdijk hoge dijk op grotere afstand van <strong>de</strong> rivier die het<br />

gebied erachter beschermen tegen een overstroming<br />

Zomerdijk lage dijk of ka<strong>de</strong> aan weerszij<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> rivier, die<br />

het gebied erachter beschermen tegen een<br />

overstroming in <strong>de</strong> zomer<br />

56


7. Literatuur<br />

Achtereekte, H.J.M., S. Heidsma & H.J. Nalis, 2001. 650 jaar De <strong>Worp</strong>: 50 jaar De<br />

Hovenschool, Twello.<br />

Bartels, M. & B. Vermeulen, 2004. Archeologische Kroniek Gemeente Deventer 01-<br />

07-2003 tot 30-06-2004, in: Deventer Jaarboek 2004, 59-80.<br />

Butter, J., 1940. The excavation at Koerhuisbeek, Deventer, Netherlands: 1935-<br />

1937, cadastre: C. 2, Ns 632-640, in: Koninklijke Ne<strong>de</strong>rlandsche Aka<strong>de</strong>mie van<br />

wetenschappen; Vol. 43.1, 95-103<br />

Doornink, G.J., 1936. Landweren bij Deventer in: Vereniging Me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen<br />

Overijsselsch Regt en Geschie<strong>de</strong>nis 52, 1-30.<br />

Doornink-Hoogenraad, M.M.,1978. Altena en Morgenster, in: VMOR 93, 53-58.<br />

Flint, P.J., H.J. Nalis & H. van Von<strong>de</strong>l, 1986. Van <strong>Worp</strong> tot Hovenschool, Deventer.<br />

Fuldauer, A. & J.W. Bloemink,1989. Een mysterieuze begraafplaats in: Deventer<br />

Jaarboek 1989, 50-64.<br />

Groenewoudt, B., 1996. Op zoek naar een Kapel, in: Hartslag, februari, 13-15.<br />

Groothed<strong>de</strong>, M., 1995. Waarneming <strong>Worp</strong> 111 (intern rapport gemeente Deventer),<br />

Deventer.<br />

Groothed<strong>de</strong>, M., 1996a. Een skelet in <strong>de</strong> Ossenwaard te Deventer (intern rapport<br />

gemeente Deventer), Deventer.<br />

Groothed<strong>de</strong>, M., 1996b, Een skelet in <strong>de</strong> Ossenwaard te Deventer, vervolg. Het<br />

mysterie opgelost? (intern rapport gemeente Deventer), Deventer.<br />

Groothed<strong>de</strong>, M., 1996c. Deventer: Gemeentelijk Archeologisch On<strong>de</strong>rzoek, in:<br />

Hunnepers <strong>de</strong>cember 1996, 26-30.<br />

Hagens, H., 1978. Molens Mul<strong>de</strong>rs Meesters. Negen eeuwen watermolens in Twente<br />

en <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rse Achterhoek, Almelo.<br />

Halbertsma, H., 1962. Een mid<strong>de</strong>leeuwse steenoven bij Deersum, Friesland, in:<br />

Berichten Rijksdienst <strong>voor</strong> het Oudheidkundig Bo<strong>de</strong>mon<strong>de</strong>rzoek, 326-335.<br />

Heunks, E. & O. Odé, 1998. <strong>Ruimte</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Rijntakken; archeologische<br />

verwachtingkaart met geomorfogenetische on<strong>de</strong>rbouwing (RAAP-RAPPORT 362),<br />

Amsterdam.<br />

Hielkema, J.B., 2003. Aanvullend Archeologisch On<strong>de</strong>rzoek op terrein Caetshage te<br />

Culemborg (Gld.), Groningen.<br />

57


Hollestelle, J., 1974. Soil-Marks of Late Medieval Brick Clamps at Wijk bij Duurste<strong>de</strong>,<br />

in: Berichten Rijksdienst <strong>voor</strong> het Oudheidkundig Bo<strong>de</strong>mon<strong>de</strong>rzoek 1974, 185-189.<br />

Hollestelle, J.,1976. De steenbakkerij in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n tot omstreeks 1560,<br />

Arnhem.<br />

Houck, M.E., 1901. Gids <strong>voor</strong> Deventer en omstreken: met eene groote wan<strong>de</strong>lkaart<br />

en versierd met vele illustraties, Deventer.<br />

Huijbers, T., 2004. De vele dimensies van natte gebie<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuwen<br />

‘Zandbrabant’ met <strong>de</strong> microregio Laarbeek-Helmond centraal, in: F. Gerritsen & E.<br />

Rensink (red.), Beekdallandschappen in archeologisch perspectief. Een kwestie van<br />

on<strong>de</strong>rzoek en monumentenzorg (= Ne<strong>de</strong>rlandse Archeologische Rapporten 28),<br />

Amersfoort, 103-120.<br />

Kalveen, C.A. van, 1979. De Deventer gemeente tij<strong>de</strong>ns oorlog en burgeroproer,<br />

1482-1528, in: Overijsselse Historische Bijdragen 94, 30-70.<br />

Kam, R. <strong>de</strong>, 2006. Nijevelt, Een verdwenen kasteel in <strong>de</strong> Leidsche Rijn (= Utrechtse<br />

Stadsgeschie<strong>de</strong>nissen 4), Utrecht.<br />

Koch, A.C.F., 1972. Stroom<strong>de</strong>monen en reispatronen, 1200 jaar oeververbinding bij<br />

Deventer, Deventer.<br />

Kronenberg, H., 1902. Deventer Wei<strong>de</strong>nrechten, Deventer.<br />

Lith, I. van, 2007. Historisch Bronnenon<strong>de</strong>rzoek, <strong>Bolwerksplas</strong>, De <strong>Worp</strong> en<br />

Ossenwaard Keizers- en Stobbenwaar<strong>de</strong>n, Den Haag.<br />

Ludgard, G.J., 1956. Lof van Deventer: zyn<strong>de</strong> het verhael van vele periculen,<br />

won<strong>de</strong>rbaerlicke uitreddinghen, vrome, vroe<strong>de</strong> en<strong>de</strong> manhafte da<strong>de</strong>n, <strong>voor</strong>komen<strong>de</strong><br />

in d'historie <strong>de</strong>r vermaar<strong>de</strong> Keyserlicke Vrye Hanze Stadt Deventer, Deventer.<br />

Ludgard, G.J., 1970. Deventer mozaïek: facetten van Deventer in he<strong>de</strong>n en verle<strong>de</strong>n,<br />

Deventer.<br />

Meyer, G.M. <strong>de</strong>, 1968. De stadrekeningen van Deventer, Deel I, 1394-1400,<br />

Groningen.<br />

Meyer, G.M. <strong>de</strong>, 1971. De stadrekeningen van Deventer, Deel II, 1401-1410,<br />

Groningen.<br />

Meyer, G.M. <strong>de</strong>, 1973. De stadrekeningen van Deventer, Deel III, 1411-1415,<br />

Groningen.<br />

Meyer, G.M. <strong>de</strong>, 1976. De stadrekeningen van Deventer, Deel IV, 1416-1424,<br />

Groningen.<br />

Meyer, G.M. <strong>de</strong>, 1979. De stadrekeningen van Deventer, Deel V, 1425-1434,<br />

Groningen.<br />

58


Mittendorff, E., 2005. Mid<strong>de</strong>leeuwse boeren aan <strong>de</strong> Pad<strong>de</strong>poel. Archeologisch<br />

On<strong>de</strong>rzoek naar een 11 <strong>de</strong> -13 <strong>de</strong> eeuws boerenerf in Colmschate, Deventer (=<br />

Rapportages Archeologie Deventer 16), Deventer.<br />

Mod<strong>de</strong>rman, P.J.R., 1981. De Lankerd bij Kesseleik, Een landweer tussen het<br />

overkwartier van Gelre en het land van Hoorne, in: T.J. Hoekstra et al. (red.), Liber<br />

Castellorum, 40 variaties op het thema kasteel, Zutphen, 283-287.<br />

Nagge, W., 1915. Historie van Overijssel, in: Vereniging tot Beoefening van<br />

Overijsselsch Regt en Geschie<strong>de</strong>nis, Zwolle.<br />

Nalis, H.J., 1989. Stadsparken te Deventer; naar aanleiding van hon<strong>de</strong>rd jaar Ou<strong>de</strong><br />

en vijfenzeventig jaar Nieuwe Plantsoen, in: Deventer Jaarboek 1989, 76-97.<br />

Nalis, H.J., 2003. Een prent van Joannes van Doetecum en an<strong>de</strong>re afbeeldingen van<br />

het beleg van Deventer door Rennenberg in 1578, in: Deventer Jaarboek 2003, 7-25.<br />

Pen<strong>de</strong>rs, A.F.J., 1952. De krijgsverrichtingen ten oosten van <strong>de</strong> IJssel en in <strong>de</strong><br />

IJssellinie, mei 1940, Den Haag.<br />

Rech, M., 2004. Gefun<strong>de</strong>ne Vergangenheit, Archäologie <strong>de</strong>s Mittelalters in Bremen,<br />

Bremen.<br />

Tutein Nolthenius, A., 1958. Schipmolens, in: Overdrukken uit: Bijdragen en<br />

me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen <strong>de</strong>r Vereniging Gelre; Dl. 57, 233-243.<br />

Verlin<strong>de</strong>, A.D., 1973. Archeologisch Nieuws. Me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen van <strong>de</strong> archeologische<br />

instellingen in Ne<strong>de</strong>rland, redactie Rijksdienst <strong>voor</strong> het Oudheidkundig<br />

Bo<strong>de</strong>mon<strong>de</strong>rzoek, in: Bulletin van <strong>de</strong> Koninklijke Ne<strong>de</strong>rlandse Oudheidkundige Bond<br />

72 – 1973, 111-120.<br />

Vermeulen, B., 2002. Het mid<strong>de</strong>leeuwse tolhuis en <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwse landweer aan<br />

<strong>de</strong> Snipperlingsdijk te Deventer (= Rapportages Archeologie Deventer 10), Deventer.<br />

Vermeulen, B., 2004. Tichelaars op <strong>de</strong>n Mersche. Baksteenproductie op <strong>de</strong> Deventer<br />

stadswei<strong>de</strong>n, in: E. Kleeman et al. (red.), De on<strong>de</strong>rste steen. Essays over <strong>de</strong><br />

cultuurgeschie<strong>de</strong>nis van Deventer. Liber amoricum <strong>voor</strong> Hans Mag<strong>de</strong>lijns, Deventer,<br />

118-1<strong>22</strong>.<br />

Vermeulen, B., 2006. Eenen ste<strong>de</strong> buten <strong>de</strong>r Berchpoerten daer hi enen<br />

moelenbergh zetten wil. Twee mid<strong>de</strong>leeuwse watergangen en een windmolen op het<br />

terrein van <strong>de</strong> <strong>voor</strong>malige Boreelkazerne, in: H. <strong>de</strong> Beer et al. (red.), Aan weerszij<strong>de</strong>n<br />

van <strong>de</strong> IJssel, Liber amicorum aangebo<strong>de</strong>n aan Henk Nalis ter gelegenheid van zijn<br />

afscheid als archivaris van <strong>de</strong> gemeente Deventer, Deventer, 39-50.<br />

Vermeulen, B., 2007. De Molen van Bertold van Bakerweerd, De toevalsvondst van<br />

een windmolen op het terrein van <strong>de</strong> <strong>voor</strong>malige Boreelkazerne aan <strong>de</strong><br />

Kazernestraat te Deventer, in: Molinologie, Tijdschrift <strong>voor</strong> Molenstudies, 26.<br />

59


Vermeulen, B. & M. Bartels, 2006. Verwachtingskaart Archeologie Gemeente<br />

Deventer, Totstandkoming en Toepassing, Deventer.<br />

Waterstan<strong>de</strong>n: www.waterbase.nl<br />

Zwanenburg, G.J., 2003. Boven- en Bene<strong>de</strong>n rivieren. Rapport Risicogebie<strong>de</strong>n,<br />

Baarn.<br />

60

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!