31.08.2013 Views

Baan, loopbaan, levensloop. Ton Korver en Rob ... - TNO

Baan, loopbaan, levensloop. Ton Korver en Rob ... - TNO

Baan, loopbaan, levensloop. Ton Korver en Rob ... - TNO

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Baan</strong>, <strong>loopbaan</strong>, <strong>lev<strong>en</strong>sloop</strong>.<br />

Inleiding<br />

<strong>Ton</strong> <strong>Korver</strong> <strong>en</strong> <strong>Rob</strong> Gründemann 1<br />

De omschakeling van de kostwinnerssam<strong>en</strong>leving naar e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving met geïndividualiseerde<br />

arbeidsparticipatie is e<strong>en</strong> langdurig proces. De omschakeling in Nederland is deels bereikt – overig<strong>en</strong>s<br />

zonder veel beleidsinspanning<strong>en</strong>! – <strong>en</strong> deels ook niet. Nederland staat bek<strong>en</strong>d als de <strong>en</strong>ige anderhalfeconomie<br />

ter wereld. Daar zijn vel<strong>en</strong> trots op want in twee dec<strong>en</strong>nia is Nederland op de ranglijst van<br />

arbeidsparticipatie behoorlijk gesteg<strong>en</strong> 2 . Dat is vooral te dank<strong>en</strong> aan de grote groei van de<br />

arbeidsparticipatie van vrouw<strong>en</strong> in het bijzonder door deeltijdarbeid.<br />

De trots is niet onverdeeld. De arbeidsparticipatie van ouder<strong>en</strong> blijft achter 3 . Gelet op de ontgro<strong>en</strong>ing<br />

<strong>en</strong> vergrijzing van de beroepsbevolking dreig<strong>en</strong> we binn<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> met grote tekort<strong>en</strong> op de<br />

arbeidsmarkt te word<strong>en</strong> geconfronteerd. Iedere<strong>en</strong> weet dat <strong>en</strong> toch gebeurt er weinig. Sterker nog bij<br />

reorganisaties krijg<strong>en</strong> oudere werknemers vaak nog steeds voorrang bij het ‘afvloei<strong>en</strong>’ van<br />

‘overtollige’ werknemers. Dit vindt zowel plaats in het bedrijfslev<strong>en</strong> als bij de overheid. Anderzijds<br />

probeert de overheid de uitstroom uit het arbeidsproces van ouder word<strong>en</strong>de werknemers teg<strong>en</strong> te gaan<br />

door de toegang tot de WW, de WAO, VUT <strong>en</strong> pré-p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong> moeilijker te mak<strong>en</strong>. Het afsluit<strong>en</strong> van<br />

deze uitstroommogelijkhed<strong>en</strong> is echter niet hetzelfde als het aanreik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> betere routekaart naar<br />

e<strong>en</strong> meer duurzame arbeidsparticipatie. Dat geldt overig<strong>en</strong>s niet alle<strong>en</strong> voor de ouder<strong>en</strong>. Het geldt ook<br />

voor vrouw<strong>en</strong>. Veel vrouw<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> kleine deeltijdbaan strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> grotere deeltijdbaan maar<br />

kunn<strong>en</strong> dat strev<strong>en</strong> niet realiser<strong>en</strong> omdat adequate <strong>en</strong> betaalbare voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> tijdsarrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

ontbrek<strong>en</strong>. In hetzelfde verband zi<strong>en</strong> we dat veel mann<strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s uit<strong>en</strong> om van e<strong>en</strong> voltijdbaan naar<br />

e<strong>en</strong> grote deeltijdbaan over te stapp<strong>en</strong> maar dat niet doorzett<strong>en</strong>. Het geld, de carrière <strong>en</strong>/of het<br />

p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> in de weg. Het strev<strong>en</strong>, met andere woord<strong>en</strong>, is naar twee keer driekwart in plaats van<br />

de huidige één plus e<strong>en</strong> half.<br />

De twee keer driekwart staan voor e<strong>en</strong> combinatiesc<strong>en</strong>ario waarin vrouw<strong>en</strong> én mann<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

participer<strong>en</strong> in arbeid, zorg <strong>en</strong> gezin. Onze stelling is dat e<strong>en</strong> dergelijk combinatiesc<strong>en</strong>ario tev<strong>en</strong>s de<br />

voorwaarde is voor duurzame <strong>en</strong> optimale arbeidsparticipatie. Dat levert drie beoordelingscriteria op:<br />

duurzaam, optimaal, gecombineerd. Duurzaam gaat over de kwaliteit van de arbeid (norm: voorkóm<br />

stress, integreer ler<strong>en</strong>); optimaal gaat over de ontwikkeling van de inzetbaarheid van de werk<strong>en</strong>de<br />

(norm: vergroot het aantal opties), <strong>en</strong> gecombineerd gaat over de afstemming van werk op andere<br />

lev<strong>en</strong>ssfer<strong>en</strong> (norm: twee keer driekwart over de gehele <strong>loopbaan</strong> bemet<strong>en</strong>). Hoe staan wij in<br />

Nederland daarin?<br />

E<strong>en</strong> overzicht<br />

Als we deze criteria <strong>en</strong> norm<strong>en</strong> in beeld will<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarbij tev<strong>en</strong>s tot uitdrukking will<strong>en</strong><br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> waar we stond<strong>en</strong>, waar we nu staan <strong>en</strong> waar we naartoe zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong>, ontstaat het volg<strong>en</strong>de<br />

beeld:<br />

1 <strong>Ton</strong> <strong>Korver</strong> <strong>en</strong> <strong>Rob</strong> Gründemann werk<strong>en</strong> beid<strong>en</strong> als s<strong>en</strong>ior onderzoeker/adviseur bij <strong>TNO</strong> Arbeid in Hoofddorp<br />

2 In 2001 lag de netto arbeidsparticipatie in Nederland (74%) volg<strong>en</strong>s het OECD (2002) op e<strong>en</strong> vrijwel gelijk<br />

niveau als in D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong> (76%) <strong>en</strong> Zwed<strong>en</strong> (75%) <strong>en</strong> beduid<strong>en</strong>d hoger dan in België (60%), Frankrijk (62%) <strong>en</strong><br />

Duitsland (66%).<br />

3 De netto arbeidsdeelname van de ouder<strong>en</strong> (55 t/m 64 jaar) lag op 39% in Nederland in 2001. Dit is weliswaar<br />

hoger dan in België (25%) <strong>en</strong> min of meer vergelijkbaar met Duitsland <strong>en</strong> Frankrijk (beide 37%), maar<br />

aanzi<strong>en</strong>lijk lager dan D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong> (57%) <strong>en</strong> Zwed<strong>en</strong> (67%).


Schema: het <strong>lev<strong>en</strong>sloop</strong>perspectief: duurzaamheid, inzetbaarheid <strong>en</strong> combineerbaarheid<br />

War Ist Soll<br />

Duurzaamheid reactief Prev<strong>en</strong>tief mbt tak<strong>en</strong> Prev<strong>en</strong>tief mbt tak<strong>en</strong>,<br />

tijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties<br />

Inzetbaarheid Life-time employm<strong>en</strong>t Deels employability, Lev<strong>en</strong>slang ler<strong>en</strong><br />

deels ‘gangbare arbeid’<br />

Combineerbaarheid kostwinner 1 (man), ½ (vrouw) 2x ¾ ( ¾ man, ¾<br />

vrouw)<br />

Duurzaamheid<br />

Hoewel prev<strong>en</strong>tie één van de uitgangspunt<strong>en</strong> was van de oorspronkelijke Arbowet (1983), blijkt de<br />

aandacht voor de kwaliteit van de arbeid in de praktijk toch vooral reactief zijn. Dit wordt nog e<strong>en</strong>s<br />

b<strong>en</strong>adrukt bij de wijziging van de Arbeidsomstandighed<strong>en</strong>wet in 1994. Deze wet verplicht werkgevers<br />

onder meer de risico’s op het gebied van veiligheid, gezondheid <strong>en</strong> welzijn in hun bedrijf in kaart<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> (e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde Risico Inv<strong>en</strong>tarisatie <strong>en</strong> Evaluatie; RIE). Op basis van deze schriftelijk vast<br />

te legg<strong>en</strong> inv<strong>en</strong>tarisatie moet de werkgever maatregel<strong>en</strong> treff<strong>en</strong> om de gevar<strong>en</strong> in de organisatie te<br />

voorkom<strong>en</strong> of te beperk<strong>en</strong>. Ook in de meest rec<strong>en</strong>te Arbeidsomstandighed<strong>en</strong>wet (1998) is de<br />

verplichte RIE als één van de ‘ankers’ van het arbobeleid gehandhaafd. Het verbeter<strong>en</strong> van de<br />

arbeidsomstandighed<strong>en</strong> moet e<strong>en</strong> vast onderdeel van de bedrijfsvoering zijn. En bij elke verandering<br />

in het bedrijf of in de werkwijz<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> de risico’s opnieuw word<strong>en</strong> bekek<strong>en</strong>.<br />

De overheid <strong>en</strong> de sociale partners hebb<strong>en</strong> in 1999 afgesprok<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk te werk<strong>en</strong> aan het<br />

verbeter<strong>en</strong> van de arbeidsomstandighed<strong>en</strong> in sector<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> hoog ziekteverzuim <strong>en</strong> veel<br />

arbeidsongeschiktheid. Daarmee heeft het beleid meer aandacht gegev<strong>en</strong> aan prev<strong>en</strong>tie. In e<strong>en</strong> periode<br />

van vijf tot zev<strong>en</strong> jaar wil m<strong>en</strong> het aantal werknemers dat blootgesteld wordt aan arborisico’s zoals<br />

till<strong>en</strong>, werkdruk, RSI, lawaai <strong>en</strong> oplosmiddel<strong>en</strong> verminder<strong>en</strong>. Voor de risico’s heeft m<strong>en</strong> doel<strong>en</strong><br />

geformuleerd. Zo moet het aantal werknemers dat te mak<strong>en</strong> heeft veel werkdruk in e<strong>en</strong> periode van<br />

vijf jaar met ti<strong>en</strong> proc<strong>en</strong>t afnem<strong>en</strong>. Voor RSI geldt ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> doelstelling van ti<strong>en</strong> proc<strong>en</strong>t Het<br />

aantal werknemers dat in het werk regelmatig zwaar moet till<strong>en</strong> wil m<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> periode van zev<strong>en</strong> jaar<br />

met dertig proc<strong>en</strong>t terugbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De doelstelling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op sectorniveau ingevuld <strong>en</strong> in de vorm<br />

van e<strong>en</strong> conv<strong>en</strong>ant door de betrokk<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> (overheid, werkgevers <strong>en</strong> werknemers) ondertek<strong>en</strong>d.<br />

Het rec<strong>en</strong>t ontwikkelde concept ‘Integraal Gezondheidsmanagem<strong>en</strong>t (IGM) 4 ’ biedt arbeidsorganisaties de<br />

mogelijk om meer pro-actief bezig te zijn met de gezondheid op de werkplek. Bij het IGM gaat het om het<br />

systematisch manag<strong>en</strong> van de bedrijfsactiviteit<strong>en</strong>, met als doel de gezondheid van m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> bedrijf te<br />

bevorder<strong>en</strong>. Daarbij word<strong>en</strong> zev<strong>en</strong> ontwikkelingslijn<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>: (1) gezondheid als strategisch<br />

thema: (2) e<strong>en</strong> gezond primair proces; (3) e<strong>en</strong> gezonde fysieke (werk)omgeving; (4) e<strong>en</strong> gezonde sociale<br />

(werk)omgeving; (5) gezonde m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; (6) e<strong>en</strong> gezonde relatie met de directe leefomgeving; <strong>en</strong> (7) gezonde<br />

product<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Tezam<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> werkterrein voor e<strong>en</strong> integraal <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wichtig beleid dat<br />

de gezondheid van m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> bedrijf bevordert.<br />

Het IGM concept wordt de kom<strong>en</strong>de periode in e<strong>en</strong> aantal pilotproject<strong>en</strong> in de praktijk getoetst.<br />

In de toekomst zal verder ook de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> werkgever <strong>en</strong> werknemer op bedrijfsniveau<br />

vorm moet<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. Het gaat daarbij om de realisering van duurzame arbeidsparticipatie <strong>en</strong> dus om<br />

het schepp<strong>en</strong> van de condities waaronder het voor werkgever <strong>en</strong> werknemer mogelijk wordt tak<strong>en</strong>,<br />

compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> tijd<strong>en</strong> op langere termijn te borg<strong>en</strong>. Op dit laatste punt - de tijd<strong>en</strong> - gaan we nader in.<br />

Arbeidstijd<strong>en</strong> zijn het scharnier tuss<strong>en</strong> bedrijfstijd<strong>en</strong> aan de <strong>en</strong>e kant <strong>en</strong> gezinstijd<strong>en</strong> aan de andere<br />

kant. Dagindeling <strong>en</strong> dagarrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> niet bij de bedrijfspoort op. Gezinn<strong>en</strong> met twee<br />

werk<strong>en</strong>de ouders die naast het werk ook opvoedings- <strong>en</strong> zorgtak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> zijn gebaat bij - <strong>en</strong> soms<br />

4 Zwetsloot G, Gründemann R, Vaandrager L. Integraal Gezondheidsmanagem<strong>en</strong>t (IGM).<br />

Eindrapportage. <strong>TNO</strong> Arbeid/NIGZ, Hoofddorp: 2003.


direct afhankelijk van - flexibele begin- <strong>en</strong> eindtijd<strong>en</strong> van het werk. Op die manier kunn<strong>en</strong><br />

op<strong>en</strong>ingstijd<strong>en</strong> van crèches, schol<strong>en</strong>, zorginstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> dergelijke word<strong>en</strong> afgestemd op werktijd<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> omgekeerd. Ook maatregel<strong>en</strong> om de (auto-) mobiliteit beheersbaar te houd<strong>en</strong>, zoals telewerk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

tijd-voor-tijd regeling<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> soepeler afstemming tuss<strong>en</strong> werk, gezin <strong>en</strong> bedrijf.<br />

Overig<strong>en</strong>s zijn al veel organisaties met deze zak<strong>en</strong> bezig. De tekort<strong>en</strong> op de arbeidsmarktmarkt <strong>en</strong>kele<br />

jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong>, liet<strong>en</strong> de werkgevers soms weinig keus. Echter, zo lang de mogelijkhed<strong>en</strong> van<br />

tijdsregeling<strong>en</strong> conjunctuurafhankelijk zijn, blijft de wederzijdse afstemming van arbeidstijd<strong>en</strong> op<br />

gezinstijd<strong>en</strong> onder druk. Hier ligt op bedrijfstaks- <strong>en</strong> branch<strong>en</strong>iveau e<strong>en</strong> mooie taak voor de sociale<br />

partners <strong>en</strong> de overheid, bijvoorbeeld door ook hier gebruik te mak<strong>en</strong> van conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong>. Op het niveau<br />

van het bedrijf zelf ligt e<strong>en</strong> stevige verbinding tuss<strong>en</strong> werkoverleg <strong>en</strong> OR in de rede, gekoppeld aan<br />

e<strong>en</strong> visie op het bedrijf als e<strong>en</strong> netwerk. Werkoverleg is team- dan wel afdelingsgebond<strong>en</strong>. Om<br />

tijdsproblem<strong>en</strong> op te loss<strong>en</strong> is vaak e<strong>en</strong> grotere schaal vereist. Door de OR in te schakel<strong>en</strong> én ervoor te<br />

zorg<strong>en</strong> dat de gehele organisatie in principe kan bijdrag<strong>en</strong> aan de oplossing van het probleem, bij welk<br />

team of welke afdeling het zich ook voordoet (de organisatie als netwerk) kan confectie word<strong>en</strong><br />

vermed<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatwerk word<strong>en</strong> geleverd.<br />

Inzetbaarheid<br />

De meeste werknemers – maar ook werkgevers – zijn lang uitgegaan van e<strong>en</strong> baan voor het lev<strong>en</strong>. In<br />

de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig van de vorige eeuw is dit perspectief langzamerhand veranderd. Het gaat daarbij niet<br />

meer om lifetime employm<strong>en</strong>t maar om lifetime employability. De werknemer werkt niet meer zijn hele<br />

lev<strong>en</strong> bij één werkgever, maar moet wel zijn hele arbeidszame lev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>. Met<br />

andere woord<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> baan meer voor het lev<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> <strong>loopbaan</strong> voor het lev<strong>en</strong>. Dit verander<strong>en</strong>d<br />

perspectief leidt zowel voor werkgevers als voor werknemers tot e<strong>en</strong> andere opstelling <strong>en</strong> gedrag. Als<br />

werknemers meer kans<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> voor verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> werk bij uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de werkgevers, heeft<br />

dat ook consequ<strong>en</strong>ties voor de organisatie van het werk <strong>en</strong> voor de opleiding<strong>en</strong> die de werknemer<br />

volgt. In het werk moet de werknemer voldo<strong>en</strong>de kans krijg<strong>en</strong> om brede vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties<br />

te ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>t ervaringsconc<strong>en</strong>tratie voor kom<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Naast het werk moet de<br />

werknemer voldo<strong>en</strong>de kans krijg<strong>en</strong> zich breed te ontwikkel<strong>en</strong>. Bij dit geheel is nog wel discussie<br />

wi<strong>en</strong>s verantwoordelijkheid deze ontwikkeling valt. Primair is het natuurlijk de verantwoordelijkheid<br />

van de werknemer om zich dermate breed te ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ontplooi<strong>en</strong>, zodat hij of zij ook<br />

makkelijk inzetbaar is voor andere werkzaamhed<strong>en</strong> bij dezelfde werkgever of voor ander werk bij e<strong>en</strong><br />

andere werkgever. Maar ook de werkgever heeft in dit geheel e<strong>en</strong> belang. Wanneer bepaalde<br />

werkzaamhed<strong>en</strong> wegvall<strong>en</strong> <strong>en</strong> de werknemer voor dit werk ‘overbodig’ wordt, is het toch prettig<br />

wanneer de betreff<strong>en</strong>de werknemer – zonder al teveel moeite - ingezet kan word<strong>en</strong> op ander werk of<br />

werk kan vind<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> andere werkgever. Ondanks deze duidelijke belang<strong>en</strong> blijkt de aandacht van<br />

beide partij<strong>en</strong> veelal beperkt te blijv<strong>en</strong> tot de inzetbaarheid van de werknemer op dit mom<strong>en</strong>t <strong>en</strong> voor<br />

de huidige functie bij de werkgever 5 . Er is (nog) weinig aandacht voor brede inzetbaarheid <strong>en</strong> er wordt<br />

weinig naar de toekomst gekek<strong>en</strong>. Daarbij valt ook op dat de arbeidsorganisaties hun activiteit<strong>en</strong> rond<br />

inzetbaarheid vooral toespits<strong>en</strong> op de zog<strong>en</strong>aamde ‘high pot<strong>en</strong>tials’ (jonge hoogopgeleide<br />

medewerkers).<br />

De slag naar lev<strong>en</strong>slang ler<strong>en</strong>, de voorwaarde voor het realiser<strong>en</strong> van de in EU verband opgestelde<br />

doelstelling<strong>en</strong> voor de k<strong>en</strong>niseconomie, is nog lang niet gewonn<strong>en</strong>. Er is, in het bijzonder gedur<strong>en</strong>de<br />

de laatste ti<strong>en</strong> jaar, veel bereikt. Er wordt meer geschoold, meer ingezet op mobiliteit, op het<br />

aanbied<strong>en</strong> van ervaringsplaats<strong>en</strong> voor doelgroep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> betere afstemming van onderwijs <strong>en</strong><br />

werk. Het belangrijkste is misschi<strong>en</strong> wel dat het besef, het bewustzijn, dat inzetbaarheid perman<strong>en</strong>te<br />

actie vereist, overal is doorgedrong<strong>en</strong>. Niettemin, nog teveel is selectief: vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> ouder<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> te<br />

snel buit<strong>en</strong> de prijz<strong>en</strong>. En de inzetbaarheid mist breedte <strong>en</strong> de lange termijn. Er is vrijwel ge<strong>en</strong> CAO<br />

zonder paragraaf over employabilitybeleid. De praktische vertaling echter laat zi<strong>en</strong> dat daar<br />

5 Gründemann RWM, Vries S de. Gezond <strong>en</strong> duurzaam inzetbaar! Employability-beleid in Nederland.<br />

<strong>TNO</strong> Arbeid, Hoofddorp: 2002.


voornamelijk functiegerichte scholing mee wordt bedoeld, <strong>en</strong> dat belangrijke onderwerp<strong>en</strong> als ‘eerder<br />

verworv<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties’ (EVC), algem<strong>en</strong>e scholing, <strong>loopbaan</strong>- <strong>en</strong> mobiliteitsbevordering veel minder<br />

aan bod kom<strong>en</strong>.<br />

De realisering van de doelstelling<strong>en</strong> voor de k<strong>en</strong>niseconomie gaat stilzwijg<strong>en</strong>d uit van e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige<br />

spelregel: handel altijd zo dat het aantal mogelijkhed<strong>en</strong> to<strong>en</strong>eemt. De aantrekkelijkheid van e<strong>en</strong><br />

k<strong>en</strong>nisinvestering in e<strong>en</strong> bepaalde baan wordt bepaald door twee ding<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste door het<br />

r<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t voor die baan. En t<strong>en</strong> tweede door de aansluitingsmogelijkhed<strong>en</strong> die als gevolg daarvan<br />

ontstaan voor andere ban<strong>en</strong> <strong>en</strong> de <strong>loopbaan</strong> als geheel. Aan het eerste wordt meer gedaan dan aan het<br />

tweede. Dat om te buig<strong>en</strong> is de taak voor de toekomst. Daar zit e<strong>en</strong> ingewikkelde consequ<strong>en</strong>ties aan<br />

vast, zowel bezi<strong>en</strong> vanuit de sociale zekerheid, als vanuit het bedrijfslev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de overheid als vanuit<br />

het perspectief van de werkgever. De sociale zekerheid vandaag de dag ontwikkelt zich in de richting<br />

van e<strong>en</strong> beleid waarin elke baan beter is dan ge<strong>en</strong> baan. Ook als de inzet in e<strong>en</strong> voorbijkom<strong>en</strong>d baantje<br />

ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele bijdrage levert aan de inzetbaarheid in het perspectief van e<strong>en</strong> gehele <strong>loopbaan</strong>, <strong>en</strong> daar<br />

misschi<strong>en</strong> zelfs afbreuk aan doet, krijgt dit baantje de voorrang. De bijdrage van de sociale zekerheid<br />

aan de inzetbaarheid van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> komt in de knel: de huidige t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s in de sociale zekerheid verdraagt<br />

zich slecht met de zojuist g<strong>en</strong>oemde e<strong>en</strong>voudige spelregel. Vanuit werkgeversoptiek is het bijdrag<strong>en</strong><br />

aan e<strong>en</strong> brede inzetbaarheid van hun medewerkers op zijn best e<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>gd g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong>. Inzetbaarheid<br />

vergroot de mobiliteit van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus is de kans aanwezig dat de vrucht<strong>en</strong> van de<br />

opleidingsinspanning<strong>en</strong> door ander<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geplukt. Om deze, terechte, vrees uit te bann<strong>en</strong> is e<strong>en</strong><br />

situatie nodig waarbij elke werkgever ervan uit kan gaan dat elke andere werkgever ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s bijdraagt<br />

aan opleiding, mobiliteit <strong>en</strong> inzetbaarheid. ‘Meelifters’ zijn daarom niet welkom. Dat heeft niet slechts<br />

gevolg<strong>en</strong> voor de financiering van dergelijk beleid. Belangrijker is dat alle<strong>en</strong> op deze wijze voor elke<br />

werkgever de best mogelijke zekerheid kan word<strong>en</strong> ingebouwd dat voor elke vertrekk<strong>en</strong>de, goed<br />

opgeleide <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>te medewerker e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> adequate opvolger kan word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>.<br />

Combineerbaarheid<br />

De grote arbeidsparticipatie van vrouw<strong>en</strong> is tamelijk rec<strong>en</strong>t verschijnsel. In 1980 was nog ge<strong>en</strong> derde<br />

van de vrouw<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de 15 <strong>en</strong> 65 jaar actief op de arbeidsmarkt. In 2002 gold dit voor meer dan de<br />

helft van de vrouw<strong>en</strong> (54%). Ter vergelijking voor mann<strong>en</strong> lag dit perc<strong>en</strong>tage in 2002 op 77%. Veel<br />

vrouw<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> in deeltijd. Ruim 80% van de werk<strong>en</strong>de vrouw<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> deeltijdbaan. Bij mann<strong>en</strong><br />

komt dit veel minder voor (ruim 20%).<br />

De toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> arbeidsparticipatie van vrouw<strong>en</strong> is door de overheid ondersteund door wetgeving op<br />

het gebied van Arbeid <strong>en</strong> zorg. De combinatie van deze zak<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> hoog op de politieke ag<strong>en</strong>da bij<br />

het tweede paarse kabinet. In die tijd heeft de to<strong>en</strong>malige staatssecretaris Sociale Zak<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Werkgeleg<strong>en</strong>heid (Verstand) e<strong>en</strong> nieuw impuls gegev<strong>en</strong> aan de wetgeving op dit gebied, met als<br />

hoofddoel werk, zorg <strong>en</strong> opvoeding beter te faciliter<strong>en</strong>. Er zijn in die periode drie wett<strong>en</strong> opgesteld, te<br />

wet<strong>en</strong> de wet Aanpassing Arbeidsduur, de Wet arbeid <strong>en</strong> zorg <strong>en</strong> de Wet basisvoorzi<strong>en</strong>ing<br />

Kinderopvang. Deze eerste twee wett<strong>en</strong> zijn al eerder ingevoerd. Het derde wetsvoorstel is <strong>en</strong>kele<br />

mal<strong>en</strong> uitgesteld. Als het parlem<strong>en</strong>t akkoord gaat zal de Wet basisvoorzi<strong>en</strong>ing Kinderopvang nu op 1<br />

januari 2005 in werking tred<strong>en</strong>.<br />

De wet Aanpassing Arbeidsduur maakt het werknemers mogelijk meer of minder ur<strong>en</strong> te gaan werk<strong>en</strong>.<br />

De werkgever kan dit alle<strong>en</strong> afwijz<strong>en</strong> wanneer sprake is van zwaarweg<strong>en</strong>de bedrijfsbelang<strong>en</strong>.<br />

Volg<strong>en</strong>s de wet Arbeid <strong>en</strong> Zorg hebb<strong>en</strong> werknemers het recht op maximaal ti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> betaald<br />

zorgverlof. Naast het zorgverlof bestaat het calamiteit<strong>en</strong>verlof. Deze regeling geeft de werknemer het<br />

recht om in onvoorzi<strong>en</strong>e situaties korte tijd verlof op te nem<strong>en</strong> (met behoud van loon) om de eerste<br />

noodzakelijke voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> te treff<strong>en</strong>.<br />

Met de wet basisvoorzi<strong>en</strong>ing Kinderopvang wilde het tweede paarse kabinet e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan<br />

het creër<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> dekk<strong>en</strong>d aanbod aan opvang van kinder<strong>en</strong> tot <strong>en</strong> met 12 jaar. De wet gaat uit van<br />

e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijke verantwoordelijkheid van ouders, werkgevers <strong>en</strong> overheid. Dit komt ook tot<br />

uitdrukking in de wijze waarop de financiering is vorm gegev<strong>en</strong>. Ook deze wordt door de drie partij<strong>en</strong><br />

gezam<strong>en</strong>lijk gedrag<strong>en</strong>.


Met al deze bouwst<strong>en</strong><strong>en</strong> kan veel word<strong>en</strong> gedaan. Voorwaarde is natuurlijk het bouwplan zelf: hoe<br />

kom<strong>en</strong> we in e<strong>en</strong> twee keer driekwart sam<strong>en</strong>leving? We schrijv<strong>en</strong> met nadruk: sam<strong>en</strong>leving. E<strong>en</strong> twee<br />

keer driekwart sc<strong>en</strong>ario is immers veel meer dan e<strong>en</strong> uitspraak over arbeidsparticipatie <strong>en</strong><br />

arbeidsmarkt. Het is in de allereerste plaats e<strong>en</strong> uitspraak over de gew<strong>en</strong>ste richting waarin de<br />

sam<strong>en</strong>leving zich kan ontwikkel<strong>en</strong>. Het gaat om de mogelijkheid voor elke individuele persoon<br />

volwaardig in werk te participer<strong>en</strong> én in gezinn<strong>en</strong>, in zorg <strong>en</strong> opvoeding, in vrije tijd <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

(voorbereiding op) e<strong>en</strong> actieve ouderdom. Zover is het nog lang niet. De huidige discussie over de<br />

<strong>lev<strong>en</strong>sloop</strong> lijkt meer gebiologeerd door de erf<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> uit de jar<strong>en</strong> tachtig van de vorige eeuw (zoals de<br />

VUT) dan door het bewustzijn dat m<strong>en</strong> de achterkant van de <strong>loopbaan</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> goed kan<br />

organiser<strong>en</strong> door eerst de voorkant <strong>en</strong> het midd<strong>en</strong>stuk in de steigers te zett<strong>en</strong>. En dat is nodig.<br />

Onderzoek van het SCP 6 heeft aangetoond dat in gezinn<strong>en</strong> waar de man voltijd werkt <strong>en</strong> de vrouw<strong>en</strong><br />

deeltijd (<strong>en</strong> dat zijn zo langzamerhand de ‘typische’ gezinn<strong>en</strong>) de vrouw<strong>en</strong> veelal strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong><br />

grotere deeltijdbaan <strong>en</strong> de mann<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s. Twee keer voltijd is weinig populair, zowel onder<br />

mann<strong>en</strong> als onder vrouw<strong>en</strong>. De huidige anderhalf situatie ev<strong>en</strong>min. Het strev<strong>en</strong> is, inderdaad, naar<br />

twee keer driekwart. Vanzelf zal dat niet gaan. Dat vraagt om e<strong>en</strong> visie op de sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong> op werk.<br />

Realisering ervan veronderstelt e<strong>en</strong> actieve overheid die het voortouw neemt om de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van de<br />

burgers te vertal<strong>en</strong> naar de organisatorische mogelijkhed<strong>en</strong> voor dagindeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> dagarrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

6 Breedveld K. Van arbeids- naar combinatie-ethos. Sociaal <strong>en</strong> Cultureelplanbureau: D<strong>en</strong> Haag: 2000

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!