31.08.2013 Views

Theorie - Velon

Theorie - Velon

Theorie - Velon

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Wat is er bekend over de effectiviteit van opleidingsprincipes en -<br />

methodieken?<br />

Jan van Tartwijk, Klaas van Veen en Jan Vermunt<br />

Problemen van aanstaande docenten en opleidingsdidactieken<br />

Problemen die zich voordoen bij het opleiden van aanstaande leraren zijn bijvoorbeeld: de<br />

diepgaande misconcepties over lesgeven en leren die studenten hebben op basis van hun<br />

jarenlange ervaringen als leerlingen; de praktijkschok die beginnende leraren doormaken<br />

wanneer zij zelfstandig les gaan geven en die er toe kan leiden dat zij vervreemden van de<br />

theorie die in de opleiding is onderwezen; en de complexiteit van lesgeven waarbij van<br />

docenten wordt gevraagd om tegelijk veel verschillende soorten kennis en vaardigheden in te<br />

zetten om het leren te stimuleren van leerlingen met heel verschillende behoeften (Darling-<br />

Hammond, Hammerness, Grossman, Rust &Shulman, 2005). In de afgelopen decennia zijn<br />

opleidingsdidactieken ontwikkeld met als doel aanstaande leraren te helpen dergelijke<br />

problemen te overwinnen. In deze bijdrage wordt een kort overzicht gegeven van dergelijke<br />

didactieken en wordt ingegaan op de beschikbare evidentie voor de effectiviteit van<br />

kenmerkende elementen daarvan. Voor uitgebreidere overzichten verwijzen we naar het<br />

rapport van het AERA Panel on Research and Teacher Education (Cochran-Smith &<br />

Zeichner, 2005), naar het werk van Darling-Hammond en Bransford en hun collega’s<br />

(Darling-Hammond &Bransford, 2005) en naar het recente rapport van National Research<br />

Council (2010).<br />

Opleidingsdidactieken<br />

In zijn oratie onderscheidt Jan Vermunt (2006) een aantal opleidingsdidactieken zoals die<br />

werden en worden gebruikt in initiële lerarenopleidingen en bij de professionalisering van<br />

docenten. We focussen hier op opleidingsdidactieken die vooral worden gehanteerd in de<br />

initiële lerarenopleiding.<br />

Traditionele Didactiek<br />

Met de “traditionele” didactiek verwijst Vermunt naar een aanpak waarbij studenten op de<br />

opleiding een aantal op zichzelf staande “vakken” volgen (bijvoorbeeld over het schoolvak,<br />

de didactiek, of de pedagogiek) en daarover tentamens afleggen. Vaak wordt daarnaast een<br />

schoolstage doorlopen. Vroeger was dit de standaard opleidingsdidactiek, maar tegenwoordig<br />

wordt die in Nederlandse lerarenopleidingen niet of nauwelijks meer gehanteerd. In<br />

sommige buitenlanden is dit echter nog de gangbare opleidingsdidactiek.<br />

Effectiviteit: Coherentie versus op zich zelf staande vakken<br />

Het daadwerkelijke effect van dergelijke traditionele programma’s op de lespraktijk van<br />

aanstaande docenten lijkt beperkt. Op basis van een overzicht van vergelijkende studies<br />

benadrukken Darling-Hammond, Hammerness en hun collega’s (2005) het belang van<br />

coherentie en een consistente focus en boodschap voor de effectiviteit van opleidingen.<br />

Casusgericht<br />

In de casusgerichte didactiek staat de gesimuleerde praktijk centraal die zowel schriftelijk als<br />

op video kan worden gepresenteerd. Ook microteaching –oefenen van vaardigheden in<br />

bijvoorbeeld een rollenspel- kan onder deze didactiek worden gerangschikt.<br />

Effectiviteit: Kijken versus doen, casussen, en feedback<br />

Grossman (2005) haalt onderzoek aan dat aantoont dat het werken met casusses een positief<br />

effect kan hebben op vermogen van aanstaande docenten om onderwijssituaties te analyseren.<br />

1


Wat betreft microteaching blijkt dat het kijken naar een docent die voordoet wat geoefend<br />

moet worden vaak net zo belangrijk is voor het leren van aanstaande docenten als het oefenen<br />

zelf. Verder blijkt van de kwaliteit van feedback van groot belang voor de effectiviteit van<br />

dergelijk onderwijs.<br />

Concerngestuurd<br />

Bij concerngestuurde didactiek vormen de ervaringen van docenten-in-opleiding in de<br />

schoolpraktijk het startpunt voor het onderwijs. Het gaat dan vaak om iets wat (nog) niet goed<br />

gaat en waar de aanstaande docent niet tevreden over is. In vrijwel alle Nederlandse<br />

lerarenopleidingen, maar zeker in opleidingen die uitgaan van een de concerngestuurde<br />

didactiek, heeft reflectie (systematisch analyseren van eigen ervaringen) van docenten-inopleiding<br />

een prominente plaats.<br />

Effectiviteit: Reflectie<br />

Wanneer het gaat om reflectie wordt in Nederlandse lerarenopleidingen veel gebruik gemaakt<br />

van het werk van Fred Korthagen (Korthagen,Tigchelaar & Wubbels, 2001) en in mindere<br />

mate het werk van Geert Kelchtermans (Kelchtermans, 1991; 2001). Onderzoek laat zien dat<br />

reflectie zinvol kan zijn, mits het zorgvuldig wordt aangeleerd en begeleid (Grossman, 2005;<br />

Brouwer & Korthagen, 2005). Recent onderzoek toont positieve effecten op de ontwikkeling<br />

van aanstaande docenten wanneer zij worden gestimuleerd te reflecteren op hun<br />

succeservaringen in plaats van op wat niet goed ging (Janssen, de Hullu & Tigelaar, 2008).<br />

Competentiegericht<br />

Bij competentiegerichte didactiek gaat het erom dat docenten-in-opleiding systematisch<br />

toewerken naar een vooraf geformuleerd competentieprofiel dat samen met het beroepenveld<br />

is opgesteld. In Nederland is het competentieprofiel voor het docentschap vastgelegd in de<br />

Wet Beroepen In het Onderwijs (wet BIO). Bij competentiegericht onderwijs wordt veel<br />

gebruik gemaakt van realistische beroepstaken. Leerroutes –die vaak worden vastgelegd in<br />

Persoonlijke Ontwikkelingsplannen (POP’s)- zijn afgestemd op het beginniveau, de persoon<br />

en de situatie van de lerende.<br />

Effectiviteit: Portfolio’s<br />

De tussentijdse en eindbeoordeling van het bereikte niveau wordt in competentiegericht<br />

didactiek over het algemeen gebaseerd op de wijze waarop taken in de praktijk worden<br />

uitgevoerd. Een portfolio waarin dit zichtbaar wordt gemaakt heeft dan de functie van een<br />

beoordelingsinstrument waarmee -beter dan met andere instrumenten- rekening kan worden<br />

gehouden met de mogelijkheden en beperkingen van de context waarin de aanstaande docent<br />

taken uitvoert (Shulman, 1998). In het medisch onderwijs, waar ook veel met portfolio’s<br />

wordt gewerkt, is onderzoek beschikbaar dat laat zien dat een adequate beoordeling op basis<br />

van portfolio’s mogelijk is (Driessen, van Tartwijk, van der Vleuten & Wass, 2007). In<br />

portfolio’s wordt ook vaak gereflecteerd op de ontwikkeling die zichtbaar wordt wanneer in<br />

het portfolio over langere tijd evidentie bijeen wordt gebracht. Het gaat dan om het proces<br />

van betekenis geven aan ervaringen dat tijdens het maken van het portfolio plaatsvindt<br />

(Mansvelder-Longayroux, Beijaard & Verloop, 2002). Mansvelder-Longayroux, Beijaard &<br />

Verloop (2002) onderzochten de aard van reflectie in portfolio’s. Zij concludeerden dat<br />

docenten-in-opleiding er in die reflecties relatief weinig op gericht zijn om situaties en<br />

ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan beter te begrijpen.


Leergemeenschappen en Meesterschapsgerichte Didactieken<br />

Andere didactieken die Vermunt onderscheidt zijn Leergemeenschappen, waarin docenten<br />

bijvoorbeeld samen aan de ontwikkeling van onderwijs werken, en Meesterschapgerichte<br />

didactiek, waarbij het gaat om theoretische verdieping en onderbouwing van het eigen werk<br />

als docent door praktijkonderzoek. Deze didactieken worden vooral gehanteerd als het gaat<br />

meer ervaren docenten, maar samenwerken aan de ontwikkeling van onderwijs of het doen<br />

van onderzoek gebeurt ook in initiële opleidingen (zeker in het eerstegraadsgebied).<br />

Effectiviteit: Praktijkonderzoek<br />

Praktijkonderzoek kan gezien worden als een diepgaande vorm van reflectie, waarbij op een<br />

intentionele, systematische en zo veel mogelijk gecontroleerde manier wordt getracht een<br />

beter begrip te ontwikkelen van de eigen praktijk. Het ontbreekt echter (nog) aan grootschalig<br />

vergelijkend onderzoek dat laat zien wat het zelf doen van onderzoek bijdraagt aan de<br />

kwaliteit van aanstaande leraren (Grossman, 2005).<br />

Begeleid Lesgeven in de Praktijk<br />

In vrijwel alle opleidingsdidactieken heeft lesgeven in de praktijk een prominente plaats. Er<br />

zijn allerlei varianten in te onderscheiden, zoals stages en betaalde deeltijd- of voltijdbanen,<br />

die verschillen in de mate waarin docenten-in-opleiding worden begeleid, de<br />

verantwoordelijkheid dragen voor de lessen, en worden gezien als volwaardig lid van het<br />

docententeam. Recent wordt gepoogd dit leren in de praktijk structureler in te bedden in de<br />

school waarbij de relatie met de opleiding niet uit het oog wordt verloren. Dergelijke<br />

initiatieven staan bekend als “samen opleiden” en “(academische) opleidingsscholen”<br />

(vergelijk Melief, Beijaard, Buitink, Meijer, & Van Veen, 2009). Hierbij wordt ook<br />

verondersteld dat het samen leren met collega’s en van collega’s een krachtige leeromgeving<br />

biedt.<br />

Effectiviteit: Begeleid lesgeven<br />

Onderzoek laat zien dat het begeleid lesgeven van groot belang is om het beroep te leren<br />

(Grossman, 2005). Nederlands onderzoek (Brouwer & Korthagen, 2005; Koetsier &<br />

Wubbels, 1995) toont aan dat het effect van de praktijkschok gematigd kan worden door een<br />

geleidelijke onderdompeling in de lespraktijk, waarbij studenten niet onmiddellijk in het<br />

diepe worden gegooid maar geleidelijk steeds meer verantwoordelijkheid krijgen, in<br />

combinatie met een doordachte koppeling van theorie aan praktijkervaringen (Korthagen,<br />

Kessels, Koster, Lagerwerf & Wubbels, 2001).<br />

Tot Slot<br />

Naar aanleiding van hun review van het beschikbare Amerikaanse onderzoek naar de<br />

effectiviteit van lerarenopleidingen, concludeert het AERA Panel on Research and Teacher<br />

Education dat er nog relatief weinig harde evidentie is over het effect van lerarenopleidingen<br />

en dat er bovendien nog veel onduidelijkheid bestaat over hoe effecten moeten worden<br />

vastgesteld (Cochran-Smith &Zeichner, 2005; National Research Council, 2010). Behalve dat<br />

het panel een onderzoeksagenda formuleert en suggereert dat onderzoek een belangrijke bron<br />

is voor het nemen van beslissing over de inrichting van lerarenopleidingen, waarschuwt ze<br />

ook dat het toepassen van de resultaten van onderzoek om een zorgvuldige interpretatie<br />

vraagt. De resultaten van onderzoek moeten niet gehanteerd worden als een kookboek, maar<br />

zijn eerder ingrediënten voor vernieuwingen waarin opleiders, scholen en studenten inbreng<br />

zouden moeten hebben. Onderzoek naar onderwijsvernieuwing laat zien dat het ontwerpen<br />

van beleid gebaseerd op over wat over het algemeen werkt alléén niet voldoende is voor


succes. Succesvolle onderwijsvernieuwing vraagt ook om betrokkenheid en –liever nog-<br />

eigenaarschap van de mensen die het aangaat (Fullan, 2007).<br />

Referenties<br />

Bergen, T.C.M., Melief, K, Beijaard, D., Buitink, J., Meijer, P.C., Veen, K. van (red.) (2009).<br />

Perspectieven op samen leraren opleiden. Apeldoorn/Antwerpen: Garant.<br />

Brouwer, C. N. & Korthagen, F. (2005). Can teacher education make a difference?American<br />

Educational Research Journal, 42(1), 153-224.<br />

Cochran-Smith, M. &Zeichner, K. (red.) (2005). Studying teacher education. The report of<br />

the AERA panel on research and Teacher Education. Mahwah, NJ: Lawrence<br />

ErlbaumAssociates.<br />

Darling-Hammond, L., &Bransford, J. (Eds.). (2005). Preparing Teachers for a Changing<br />

World. San Francisco: Jossey-Bass.<br />

Darling-Hammond, L., Hammerness, K., Grossman, P., Rust, F., &Shulman, L. (2005). The<br />

Design of Teacher Education Programs. In L. Darling-Hammond & J. Bransford<br />

(Eds.), Preparingteachersfor a changingworld (pp. 390—441). San Francisco:<br />

Jossey-Bass.<br />

Driessen, E. W., Van Tartwijk, J., Van der Vleuten, C. P. M., &Wass, V. (2007). Portfolios in<br />

medicaleducation: Why do they meet with mixed success? A systematic review.<br />

MedicalEducation 41(12), 1224-1233.<br />

Fullan, M. (2007). The new meaning of educational change (4th ed.). New York: Teachers<br />

College.<br />

Grossman, P. (2005). Research on pedagogical approaches in teacher education. In M.<br />

Cochran-Smith & K. Zeichner (Eds.), Studying teacher education. The report of the<br />

AERA panel on research and teacher education (pp. 425-476). Mahwah, NJ:<br />

Lawrence ErlbaumAssociates.<br />

Janssen, F., De Hullu, E., &Tigelaar, D. E. H. (2008). Positiveexperiences as input<br />

forreflectionby student teachers. Teachers and Teaching: TheoryandPractice, 14(2),<br />

115-127.<br />

Kelchtermans, G. (2001). Reflectief ervaringsleren voor leerkrachten. Een werkboek voor<br />

opleiders, nascholers en stagebegeleiders. (Cahiers voor Didactiek, nr. 10). Deurne:<br />

Wolters Plantyn.<br />

Koetsier, C. P., & Wubbels, T. (1995). Bridging the gap betweeninitial teacher training and<br />

teacher induction. Journal of Educationfor Teaching, 21(3), 333-345.<br />

Korthagen, F. A. J., Kessels, J., Koster, B., Lagerwerf, B., & Wubbels, T. (2001).<br />

Linkingtheoryandpractice: The pedagogy of realistic teacher education. Mahwah,<br />

NY: Lawrence ErlbaumAssociates.<br />

Korthagen, F. ,Tigchelaar, A., Wubbels, T. (red.) (2001). Leraren opleiden met het oog op de<br />

praktijk. Leuven/Apeldoorn: Garant.<br />

Mansvelder-Longayroux, D. D., Beijaard, D., & Verloop, N. (2002). Het portfolio als<br />

reflectie-instrument voor docenten-in-opleiding. Pedagogische Studiën, 79(4), 269-<br />

286.<br />

National Research Council (2010).Preparing teachers: Building evidence for sound policy.<br />

Committee on the study of teacher preparation programs in the United<br />

States.Division of Behavioral and Social Science and Education. Washington, DC:<br />

The National Academics Press.<br />

Vermunt, J. D. (2006). Docent van deze tijd: Leren en laten leren. Oratie. Universiteit<br />

Utrecht.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!