Jaarverslag 2004 - Wakker Dier
Jaarverslag 2004 - Wakker Dier
Jaarverslag 2004 - Wakker Dier
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
1.2 DE BIO-INDUSTRIE<br />
In de laatste vijftig jaar is de veehouderij van een kleinschalige (ambachtelijke) bedrijfstak<br />
veranderd in een grootschalige industrie. Niet omdat de boer dat per se wilde, maar omdat<br />
de spiraal naar groter en meer - aangestuurd door overheid en banken - het vrijwel<br />
onmogelijk maakte kleinschalig te blijven werken. En de schaalvergroting zet zich nog steeds<br />
door. In de melkveehouderij is de schaalvergroting nog volop in gang en ook hier zijn de<br />
dieren weer de klos: vooral de grote bedrijven houden de koeien het hele jaar binnen. Maar<br />
ook de kippenhouderijen en varkensbedrijven worden nog steeds groter. Zo is in 2003<br />
illegaal de grootste legbatterijstal van Nederland opgericht met meer dan 300.000 kippen.<br />
Varkensbedrijven worden steeds vaker in meerdere verdiepingen gebouwd waardoor de<br />
‘varkensflat’ angstvallig dichtbij komt. De grootschaligheid van zoveel dieren in een klein land<br />
waardoor ook dagelijks miljoenen dieren worden versleept van het opfokbedrijf naar<br />
afmestbedrijf of slachterij, maakt Nederland extreem kwetsbaar voor besmettelijke<br />
dierziektes. Het is dan ook niet vreemd dat juist Nederland als enige land ter wereld in een<br />
paar jaar tijd met varkenspest (1997), MKZ (2001) en vogelpest (2003) te maken kreeg. Deze<br />
ziektes worden bestreden door het doden van miljoenen dieren, waarvan het overgrote deel<br />
niet eens ziek is maar (zo wordt dat genoemd in de bio-industrie) ‘preventief wordt geruimd’.<br />
Het totaal aantal dieren dat jaarlijks wordt geslacht in de bio-industrie in Nederland bedraagt<br />
meer dan 500 miljoen. Zij worden op brute wijze gehouden op ca. 45.000 bedrijven. Op één<br />
bedrijf leven vaak duizenden of zelfs honderdduizenden dieren. Zij worden eerder gezien als<br />
een product dan als levend wezen met gevoel en emoties – ze leiden een dieronwaardig<br />
bestaan en worden behandeld als tussenproduct van het eindproduct vlees (of eieren of<br />
zuivel). Zo worden jaarlijks meer dan 30 miljoen eendagskuikens doorgedraaid als<br />
afvalproduct van de eierproductie. Bij biggen worden de staart, hoektandjes en balletjes<br />
onverdoofd afgeknipt uit economische motieven.<br />
Een dierenleven heeft slechts economische waarde voor de bio-industrie. Bij kippen wordt<br />
vaak een groot deel van de snavel afgeknipt of gebrand zodat je ze dicht op elkaar kunt<br />
houden zonder dat ze elkaar doodpikken. Ook worden groeibevorderende middelen aan het<br />
voer toegevoegd, waardoor veel dieren hun gewicht amper meer kunnen dragen. Een kuiken<br />
groeit in zes weken uit tot een vleesklomp van twee kilo en wordt op die leeftijd al geslacht.<br />
Dat dieren daaronder lijden mag voor iedereen logisch zijn, maar het is ook wetenschappelijk<br />
aangetoond. Het welzijn van dieren is goed te meten, bijvoorbeeld aan (stress)stoffen in het<br />
bloed of aan specifiek gedrag. Uit deze onderzoeken van bijvoorbeeld de Landbouwuniversiteit<br />
in Wageningen blijkt steeds dat dieren ernstig lijden in de bio-industrie. Uiteraard<br />
zijn het knippen van staarten, castreren en andere ingrepen heel pijnlijk. Maar ook de<br />
onmogelijkheid om natuurlijk gedrag te tonen, bijvoorbeeld het scharrelen van kippen en<br />
varkens in stro of modder, veroorzaakt stress bij dieren. Daarnaast raken dieren gefrustreerd<br />
doordat ze in kale, vaak betonnen hokken zitten zonder afleiding. Deze frustratie leidt weer<br />
tot stress en vaak ook tot agressie. Bij varkens die bijvoorbeeld een handje stro per dag<br />
krijgen in het hok zie je geen kannibalisme meer, terwijl dat in de kale betonnen hokken in de<br />
5