April 2012 - Terwispel

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -Wispelweagen april 2012 - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Wat doe je met een dode das
Het was op een avond, al niet zo vroeg meer toen ik gebeld werd door een
dorpsgenoot. Iemand had hem veterlt dat hij een dode das aan de weg had
gevonden en mee genomen. Wat moest hij er mee doen. Hij had ook al enkele
andere mensen, natuurliefhebbers benaderd, maar die wisten het niet. Toen mij die
vraag gesteld werd wist ik het wel, bij het natuurmuseum in Leeuwarden hebben ze
grote belangstelling voor vogels en dieren die op de één of andere manier dood
gevonden zijn, dus voor een das ook wel. En zo werd ik een poosje later door de
man die de das gevonden had gebeld en we maakten de afspraak dat ik hem de
volgende morgen zou halen. Maar even in de diepvries van Meintje kijken, maar die
zat zo vol, daar kon geen das meer bij in. Dus moest ik hem wel direct naar het
Museum brengen. Mijn schema voor die dag veranderde wel want het zou een
mooie dag worden, en ik had mijn auto al vol gestouwd met spullen om enkele
natuurgebieden te bezoeken en foto’s te maken. Dus de meeste spullen er maar
weer uit, en ik kon wat langer slapen, want ik kon niet te vroeg bij die mensen die
voor mij vreemd zijn aankomen. Meestal ben ik ’s morgens als ik naar een
natuurgebied ga vroeg, voor sommigen heel vroeg. Ik wil graag op de plaats van
bestemming zijn voor de zon op komt, en dan moet je vroeg zijn. Vooral tijdens de
lange zomerse dagen ben ik soms zo tussen drie en vier uur al weg.
En zo belande ik bij een paar hele aardige
mensen, natuurliefhebbers vooral planten, in
Oudehorne. Toen ik het erf opreed zag ik voor de
garagedeur al een deken liggen. Ik dacht al, daar
ligt hij onder, wat ook zo bleek te zijn. Maar wat
mij vooral opviel was dat ze en heel groot erf
hadden en een prachtige tuin. De man kwam me
al tegemoet, en begon direct te vertellen over hun
tuin en de planten, want daar waren het grote
liefhebbers van. Wat me opviel was dat ze vooral
veel exotische soorten hadden. Achter het huis hadden ze ook nog een grote tuin
met een grote vijver waar op de oever wilde eenden broeden, en waar ze wel eens
bezoek krijgen van ringslangen. En toen was er koffie. Binnenshuis ging het
gesprek door over de natuur, en natuurlijk over planten. We hebben afgesproken
dat ik in de tijd als alles in bloei staat nog eens terug zal komen met Meintje. Toen
hebben we de das in de auto geladen want daar kwam ik tenslotte voor, en ben er
mee naar het museum in Leeuwarden gereden. Onderweg ben ik nog wel even op
een parkeerplaats gestopt waar ik het dode dier in het gras gelegd heb om er een
foto van te maken. De conservator was er reuze blij mee. Het zou jammer zijn als
zo’n dier, al is hij dood, verloren zou gaan. En wat doen jullie er mee vroeg ik
hem, een balg maken of opzetten, want een balg gebeurt het meest met dode
dieren, vooral vogels. Dat zou hij nog bekijken, maar ze hebben al een paar die
opgezet zijn.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -22- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -