Spelen met kleine groepen - KSJ-KSA-VKSJ Nationaal
Spelen met kleine groepen - KSJ-KSA-VKSJ Nationaal
Spelen met kleine groepen - KSJ-KSA-VKSJ Nationaal
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
...Enkele opdrachten: om het langste remspoor, hoogspringen <strong>met</strong> de motor, een geënsceneerde<br />
valpartij, worstelpartijen in de modder, ...laat je maar eens goed gaan.<br />
Blindengymnastiek<br />
Materiaal: blinddoek per persoon<br />
Spelverloop:<br />
De spelers gaan op een rij staan, ongeveer 1m uit elkaar. Elke speler blinddoekt zich. Als iedereen<br />
de blinddoek om heeft, mag er niet meer gesproken worden. De leid(st)er geeft dan enkele<br />
bevelen: 2 stappen voorwaarts, 1 <strong>kleine</strong> stap naar rechts, 3 grote stappen vooruit,... Wanneer 2<br />
geblinddoekte spelers tegen elkaar lopen, krijgen ze elk een strafpunt. De spelers proberen zo<br />
weinig mogelijk strafpunten te krijgen. De speler <strong>met</strong> het minste strafpunten is de winnaar.<br />
Gocartsgokken<br />
Materiaal: gocarts, weddenschapformuliertjes, geld<br />
Spelverloop:<br />
We toveren het speelterrein om tot een goktent à la tiercé van de paardenwedrennen. Wij zijn de<br />
ruiters, de gocarts onze paarden. Wedden en crossen maar...<br />
Kegelloop<br />
Materiaal: kegels, krijt<br />
Spelverloop:<br />
Bij het startsignaal loopt speler 1 van ploeg A naar de kegels en probeert zoveel mogelijk kegels<br />
recht te zetten terwijl hij ongehinderd de eindstreep probeert te bereiken. Tegelijkertijd start de<br />
eerste speler van ploeg B (van iets verder dan de A-speler) en tracht de eerste speler van ploeg A<br />
te tikken. De A- ploeg krijgt 1 punt per rechtgezette kegel plus nog eens 2 punten voor het ongetikt<br />
bereiken van de eindlijn. Ploeg B verdient I punt per niet-rechtgezette kegel plus 2 punten als de Aspeler<br />
de eindlijn niet ongetikt bereikt. Telkens iemand gelopen heeft, moeten de kegels terug<br />
neergelegd worden. Als iedereen gelopen heeft, wisselen we van opdracht.<br />
Triovoetbal<br />
Materiaal: bal, 3 doelen, krijt<br />
Spelverloop:<br />
Verdeel de groep in 2 gelijke ploegen. Maak 3 doelen en plaats ze in een driehoek, ongeveer 15m<br />
uit elkaar. In het doel staat geen doelman. De bal wordt in het midden opgeworpen. Wanneer een<br />
ploeg scoort in het doel van de tegenstander, brengt dit 2 punten op. Als één van de ploegen scoort<br />
in het open doel, levert dit telkens 1 punt op. Rond elk doel ligt een doelcirkel (dia<strong>met</strong>er 6 m). Deze<br />
cirkel mag men niet betreden. Als de bal buiten gaat, rolt de tegenstrever de bal terug in het veld.<br />
Bij een algemene fout krijgt de tegenploeg de bal. Als de bal in de doelcirkel gestopt wordt, krijgt<br />
de tegenpartij een strafschop.<br />
Huppelbadminton<br />
Materiaal: badmintonracketten en shuttles (pluimpjes), dassen, autobanden<br />
Spelverloop:<br />
Van elke speler zijn beide voeten <strong>met</strong> een speel das samengebonden. We vormen duo's (A en B) en<br />
die zetten zich tegenover elkaar (afstand: 5 m). Tussen de verschillende duo's wordt 2 m ruimte<br />
gelaten. Alle A's nemen een band, alle B's een racket en enkele shuttles. Elk duo probeert op zijn<br />
beurt te scoren (shuttle door de band). Lukt dit voor één duo, dan proberen de andere duo's<br />
ongetikt achter de respectievelijke eindlijn A of B te komen. Het duo dat scoorde, probeert de<br />
weghuppelende duo's te tikken. Let wel: een A-speler mag enkel een A-speler tikken, ook zo voor de<br />
B-spelers. Een duo dat scoort, krijgt 1 punt, maar deze score kan oplopen door zoveel mogelijk<br />
Oost-Vlaanderen – <strong>Spelen</strong> <strong>met</strong> <strong>kleine</strong> <strong>groepen</strong> 9/14/