De Tuinfluiter nr. 1 voorjaar 2008 - Zwn Volkstuinen

De Houtduif
Een taaie sul
De houtduif lijkt voor veel mensen een wat sullige vogel. Toch is het een taaie soort.
Onderling gaan ze vaak gevechten aan, waarbij ze met hun vleugels rake klappen kunnen
uitdelen aan soortgenoten.
Kenmerken
De houtduif is de grootste in Nederland voorkomende duif en is gemakkelijk te herkennen aan de
witte vlek in de hals. In de vlucht zijn de witte strepen op de vleugels duidelijke zichtbaar. De
houtduif is een zware vogel, maar vliegt snel en is ondanks het grote gewicht erg wendbaar. De
houtduif zit vaak in struiken of bomen en vliegt gewoonlijk met veel lawaai en klapperende vleugels
op, wat vaak ten koste gaat van takken en
bladeren. Erg leuk is de baltsvlucht, die boven
ZWN vaak te zien is: met snelle, klappende
vleugelslagen omhoog vliegen en dan met
stijve vleugels naar beneden zeilen. Dat
betekent: dit is mijn gebied.
Het koeren van de Houtduif bestaat uit een 5delig
'Roe-koe-koe koe-koe' met een korte
pauze tussen de derde en de vierde toon. Als
ezelsbruggetje kan dienen: "Ik-groet-U zoetlief".
Daarmee kunt u hem onderscheiden van
de kleinere Turkse Tortel; die roept 'Roe-koe
koe' (3-delig).
Houtduif bij vijver aan de Maluslaan, najaar 2007
Waar komt de Houtduif voor en hoe leeft deze?
De houtduif is in Nederland een zeer algemene broedvogel, die broedt in beboste gebieden, aan
bosranden, in parken en halfopen gebieden en in tuinen. Ze eten bessen, zaden en knoppen. In de
herfst vormen beukennootjes en eikels het belangrijkste voedsel en in de winter graanresten.
De houtduif kan van februari tot en met november nesten maken en jongen voortbrengen. Hij
bouwt een slordig nest van kleine takjes in bomen. Daardoor gebeurt het regelmatig dat eieren door
het nest heen zakken en op de grond vallen. De jongen worden gevoed met de zogenaamde
'duivenmelk': een papje dat aangemaakt wordt in de keel van de oudervogels.
In de winter komen er grote aantallen houtduiven vanuit Noord- en Oost Europa naar Nederland.
Ze slapen rond Haarlem dan vooral in de binnenduinrand. ’s Ochtends kun je vaak grote groepen
vanuit de duinen in de richting van de polders zien vliegen, waar ze vooral voedsel zoeken op
akkers. De houtduif is voor enkele roofvogels, zoals de Havik, een geliefd hapje en veel houtduiven
komen in diens klauwen terecht.
De Houtduif op ZWN
Jaarlijks broeden er 5-6 paartjes houtduiven op ons volkstuinenpark. Vooral aan de Berkenlaan en de
Maluslaan zijn ze veel te zien in de berken en de hogere bomen op de dijken.
De houtduif is een liefhebber van zaden en granen, dus ze zullen het niet laten om wat zaden van
uw groentebedden mee te pikken. In het begin afdekken met gaas of netten voorkomt problemen.
Wat ook helpt is om op een groentevak stokken te zetten, want houtduiven willen snel kunnen
vluchten en met takken of stokken op een vak zullen ze meestal wegblijven.
Polifinario
22 De Tuinfluiter, 52 e jaargang, nummer 1, voorjaar 2008