06.09.2013 Views

een rendierjagersvindplaats van de ahrens- burgcultuur in ... - Apan

een rendierjagersvindplaats van de ahrens- burgcultuur in ... - Apan

een rendierjagersvindplaats van de ahrens- burgcultuur in ... - Apan

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Daar <strong>de</strong> Ahrensburgers op al <strong>de</strong>ze diersoorten gejaagd<br />

hebben, moeten zij zich <strong>in</strong> <strong>de</strong> w<strong>in</strong>ter <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze vegetatieovergang<br />

opgehou<strong>de</strong>n hebben.<br />

Ook <strong>de</strong> Noordzee blijkt steeds meer en meer tot het verspreid<strong>in</strong>gsgebied<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Ahrensburgers te behoren. Het<br />

toenemend aantal Lyngby-bijlen die <strong>in</strong> <strong>de</strong> Noordzee<br />

wor<strong>de</strong>n opgevist (Van Noort en Wouters, 1987, Bakker, 1997) en<br />

hierboven beschreven, vormen hiervoor het bewijs.<br />

Maar ook uit <strong>een</strong> an<strong>de</strong>r aspect blijkt dat <strong>de</strong> Noordzee tot<br />

het verspreid<strong>in</strong>gsgebied behoor<strong>de</strong>. Dit aspect is het soort<br />

vuurst<strong>een</strong>, waar <strong>een</strong> ge<strong>de</strong>elte <strong>van</strong> <strong>de</strong> werktuigen die <strong>in</strong><br />

Noord-Brabant gevon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> gemaakt zijn. Dit<br />

vuurst<strong>een</strong> v<strong>in</strong><strong>de</strong>n we terug <strong>in</strong> <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>lijke Noordzee<br />

(Van Noort en Wouters, 1987).<br />

Zo zien we dat het verspreid<strong>in</strong>gsgebied <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ahrensburgers<br />

zoals Van Noort en Wouters (1987) dat <strong>van</strong>uit<br />

verschillen<strong>de</strong> <strong>in</strong>valshoeken verklaard hebben <strong>in</strong> over<strong>een</strong>stemm<strong>in</strong>g<br />

is met:<br />

a. Het trekgedrag <strong>van</strong> het rendier door <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

seizoenen en <strong>de</strong> verspreid<strong>in</strong>g <strong>van</strong> <strong>de</strong> v<strong>in</strong>dplaatsen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Ahrensburgers.<br />

b. De trekbeweg<strong>in</strong>gen <strong>van</strong> <strong>de</strong> rendieren door <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

biotopen <strong>in</strong> <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> seizoenen door pollenanalyses<br />

uit <strong>de</strong> Jong Dryas perio<strong>de</strong> bevestigd wordt.<br />

c. Deze verspreid<strong>in</strong>g <strong>van</strong> <strong>de</strong> rendieren en <strong>de</strong> Ahrensburgjagers<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> seizoenen bewezen wordt door<br />

archeologische gegevens.<br />

4. <strong>de</strong> grote verhuIZIng naar het hoge<br />

noor<strong>de</strong>n<br />

De Ahrensburgers waren <strong>een</strong> rendierjagersvolk dat hier<br />

<strong>in</strong> Noordwest Europa leef<strong>de</strong> geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> Jonge Dryas<br />

perio<strong>de</strong> (11.000-10.000 BP). Na <strong>de</strong> Jonge Dryas vond<br />

hier rond 10.000 BP <strong>een</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>van</strong> <strong>de</strong> biotoop<br />

plaats. Het Pre-Boreaal brak aan. Ne<strong>de</strong>rland, België en<br />

Duitsland raakten bebost met berken en <strong>de</strong>nnen. Dit werd<br />

veroorzaakt door het stijgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> temperatuur. Door<br />

<strong>de</strong>ze temperatuursstijg<strong>in</strong>g verschoven <strong>de</strong> biotopen <strong>van</strong><br />

het beg<strong>in</strong>nen<strong>de</strong> <strong>de</strong>nnenbos, berkenbos en <strong>de</strong> meer open<br />

toendra naar het noor<strong>de</strong>n. Het rendier, dat uitsluitend <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong>ze biotopen zijn niche heeft, zal zijn meegetrokken.<br />

Een an<strong>de</strong>re keuze was er voor hem niet! Het is<br />

aannemelijk dat <strong>in</strong> het kielzog <strong>van</strong> <strong>de</strong> rendieren ook <strong>de</strong><br />

rendierjagers mee naar het noor<strong>de</strong>n verhuis<strong>de</strong>n. De vondsten<br />

<strong>van</strong> Ahrensburgspitsen <strong>in</strong> Zuid-Zwe<strong>de</strong>n en Mid<strong>de</strong>n-<br />

Noorwegen geven aanwijz<strong>in</strong>gen dat dit ook heeft plaatsgevon<strong>de</strong>n<br />

(Schmitt, 1995, Prøsch-Danielsen & Høgestrøl, 1995).<br />

De beg<strong>in</strong>nen<strong>de</strong> <strong>de</strong>nnen-, berkenbos- en <strong>de</strong> meer open<br />

toendra biotoop treffen we he<strong>de</strong>n ten dage aan <strong>in</strong> Noord-<br />

Noorwegen en Zwe<strong>de</strong>n.<br />

Het rendierjagersvolk dat <strong>in</strong> Noord-Noorwegen en Zwe<strong>de</strong>n<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong>ze berken- en meer open toendra biotoop leeft is<br />

het Lappenvolk of Samen. De Samen kunnen grofweg <strong>in</strong><br />

twee groepen <strong>in</strong>ge<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n: <strong>een</strong> westelijke en <strong>een</strong><br />

oostelijke groep. Bij <strong>de</strong> westelijke komen <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> sche<strong>de</strong>l en <strong>de</strong> bloedgroepen veel over<strong>een</strong> met die <strong>van</strong><br />

het West- Europese blanke ras, terwijl er bij <strong>de</strong> oostelijke<br />

<strong>in</strong> dit opzicht meer verwantschap is met <strong>de</strong> Aziatische<br />

Samoje<strong>de</strong>n (Birket-Smith, 1968, blz. 106).<br />

De Samen zijn rendierher<strong>de</strong>rs. Het hoe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het rendier<br />

heeft grofweg het volgen<strong>de</strong> patroon. De rendieren<br />

bepalen voor het grootste ge<strong>de</strong>elte zelf hun eigen gedrag<br />

tij<strong>de</strong>ns hun trektocht door <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> seizoenen en<br />

<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> vegetatiegor<strong>de</strong>ls. Dit gedrag komt vrijwel<br />

over<strong>een</strong> met dat <strong>van</strong> hun wil<strong>de</strong> soortgenoten. Zij<br />

trekken‘s w<strong>in</strong>ters <strong>van</strong>uit het <strong>de</strong>nnenbos naar het berkenbos<br />

waar <strong>de</strong> drachtige vrouwtjes <strong>in</strong> het voorjaar <strong>de</strong> kalveren<br />

ter wereld brengen. Dit gebeurt op precies <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

plaats waar zij zelf geboren zijn of reeds <strong>in</strong> het jaar<br />

64 APAN/EXTERN/2002/2003/nr.10<br />

daarvoor <strong>een</strong> jong ter wereld hebben gebracht (Pa<strong>in</strong>e, 1994,<br />

blz. 88). Hieruit blijkt dat dit g<strong>een</strong> echt hoe<strong>de</strong>n is wat <strong>de</strong><br />

Samen doen. De rendieren bepalen zelf waar ze hun<br />

jongen gaan krijgen.<br />

Wanneer <strong>de</strong> kalveren sterk genoeg zijn, gaat <strong>de</strong> trektocht<br />

aan het e<strong>in</strong>d <strong>van</strong> het voorjaar / beg<strong>in</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> zomer naar<br />

<strong>de</strong> meer open toendra. In <strong>de</strong> herfst v<strong>in</strong>dt <strong>van</strong> daaruit <strong>de</strong><br />

terugtocht naar het berkenbos plaats. De plaats waar men<br />

dan naar toe trekt is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> als waar <strong>in</strong> het voorjaar het<br />

kalveren heeft plaatsgevon<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong>ze najaarsperio<strong>de</strong><br />

v<strong>in</strong>dt <strong>de</strong> bronst plaats. De rendieren verenigen zich. Na<br />

<strong>de</strong> bronstperio<strong>de</strong> verspreidt het rendier zich weer en het<br />

trekt zich terug <strong>in</strong> het <strong>de</strong>nnenbos. Dit soort trektochten<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> rendieren en <strong>de</strong> Samen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n nu nog het meest<br />

plaats <strong>in</strong> Noord-Noorwegen en Noord-Zwe<strong>de</strong>n en wor<strong>de</strong>n<br />

door Pa<strong>in</strong>e (1994) uitvoerig beschreven. Hieruit blijkt<br />

dat er meer<strong>de</strong>re over<strong>een</strong>komsten zijn tussen <strong>de</strong> Samen en<br />

<strong>de</strong> dragers <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ahrens<strong>burgcultuur</strong>. De Ahrensburgers<br />

jaag<strong>de</strong>n op wil<strong>de</strong> rendieren, maar ook <strong>de</strong> Samen <strong>de</strong><strong>de</strong>n<br />

dat tot voor <strong>een</strong> aantal eeuwen nog, zoals blijkt uit <strong>een</strong><br />

geschreven tekst <strong>van</strong> Tacitus.<br />

In A.D. 98 beschreef Tacitus <strong>de</strong> leefgewoonten <strong>van</strong> <strong>een</strong><br />

wild en barbaars jagersvolk <strong>in</strong> het noor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> Fenni.<br />

Geruchten over dit volk had<strong>de</strong>n Rome bereikt (Birket-<br />

Smith, 1968, blz. 103).<br />

Tacitus verwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong> geruchten als volgt:<br />

”They lived like savages <strong>in</strong> a state of frightful poverty.<br />

They have no weapons, no horses, no houses even. For<br />

food they have wild herbs, for clothes animal sk<strong>in</strong>s, for a<br />

bed the earth. They have put all their faith <strong>in</strong> their<br />

arrows. Which, <strong>in</strong> the absence of iron, are tipped with<br />

bone”<br />

Brønstedt (1950, <strong>in</strong> Birket-Smith, 1960) m<strong>een</strong>t dat <strong>de</strong> nakomel<strong>in</strong>gen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Ahrensburgers <strong>de</strong> he<strong>de</strong>ndaagse Lappen of<br />

Samen zijn, ontstaan uit <strong>de</strong> Komsacultuur en <strong>de</strong>ze weer<br />

uit <strong>de</strong> Fosnacultuur en dat <strong>de</strong>ze weer hun oorsprong hebben<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong> Ahrens<strong>burgcultuur</strong>.<br />

Als dit waar zou zijn -<strong>de</strong> trektochten <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ahrensburg-<br />

jagers en <strong>de</strong> Samen wijzen <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze richt<strong>in</strong>g- dan zou <strong>de</strong><br />

mogelijkheid kunnen bestaan dat er nog over<strong>een</strong>komsten<br />

zijn aan te wijzen <strong>in</strong> allerlei gebruiken <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Ahrens<strong>burgcultuur</strong> en <strong>de</strong> Samencultuur.<br />

4.1 godsdienstige over<strong>een</strong>komsten tussen <strong>de</strong> prehistorische<br />

<strong>ahrens</strong>burgjagers en <strong>de</strong> huidige samen<br />

Een aantal aspecten <strong>van</strong> <strong>de</strong> religie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ahrensburgers<br />

zijn uit <strong>de</strong> opgrav<strong>in</strong>gsgegevens <strong>van</strong> Stellmoor bekend<br />

gewor<strong>de</strong>n (Rust, 1943, 1974). De religieuze praktijken <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> Samen staan beschreven <strong>in</strong> <strong>de</strong> literatuur.<br />

Uit <strong>de</strong> opgrav<strong>in</strong>g <strong>van</strong> Stellmoor <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ahrensburglaag<br />

bleek dat <strong>de</strong> Ahrensburgers tweejarige rendiervrouwtjes<br />

en jonge kalfjes met <strong>een</strong> st<strong>een</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> buik <strong>in</strong> het meer<br />

hebben geworpen. Rust heeft dit geïnterpreteerd als<br />

offers aan hun go<strong>de</strong>n.<br />

An<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>rzoekers <strong>de</strong>nken dat <strong>de</strong>ze dieren door het<br />

bij<strong>een</strong>drijven <strong>van</strong> <strong>de</strong> kud<strong>de</strong> tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> jacht, te water zijn<br />

geraakt en daar zijn verdronken. Hier zijn meer<strong>de</strong>re<br />

waarnem<strong>in</strong>gen <strong>van</strong> bekend (Grønnow, 1985).<br />

Maar dan kan <strong>de</strong> vraag gesteld wor<strong>de</strong>n, waarom all<strong>een</strong><br />

tweejarige vrouwtjes en kalveren en waarom die stenen<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong> buikholte?<br />

In het boekje “Den Rentierjägern auf <strong>de</strong>r Spur” (Tromnau,<br />

1980), opgedragen aan Rust bij zijn tachtigste verjaardag,<br />

staan <strong>de</strong> sche<strong>de</strong>ls <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze tweejarige vrouwtjes afgebeeld.<br />

Ze dragen alle nog <strong>de</strong> volgroei<strong>de</strong> geweien. Sturdy<br />

(1975) conclu<strong>de</strong>ert uit <strong>de</strong> met<strong>in</strong>gen aan <strong>de</strong> geweien dat <strong>de</strong><br />

Ahrensburgers <strong>in</strong> Stellmoor aanwezig zijn geweest <strong>in</strong> het<br />

voorjaar en het najaar. Zoals hierboven reeds beschreven<br />

bleek <strong>in</strong> Stellmoor (Rust, 1943) uit <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong><br />

onvolgroei<strong>de</strong> atlaswervels dat er ook op kalveren gejaagd

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!