Eindversie 7 feb 2013 Zachtjes Balen met Toontje - Lucertis
Eindversie 7 feb 2013 Zachtjes Balen met Toontje - Lucertis
Eindversie 7 feb 2013 Zachtjes Balen met Toontje - Lucertis
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Februari <strong>2013</strong><br />
<strong>Toontje</strong> verlangzaamt de communicatie om deze te begrijpen<br />
De schildpad is langzaam. <strong>Toontje</strong> snapt niet altijd zo snel wat er gebeurt en vraagt aan<br />
de ouders en kinderen om hulp en raad. Hij vraagt en neemt de ruimte om even stil te<br />
staan bij wat er gebeurt. <strong>Toontje</strong> zegt bijvoorbeeld vaak: “Wacht even!”, als er sprake is<br />
van een interactie die aandacht behoeft. Hij zet de actie even stil. Hij vraagt dan wat er<br />
gebeurt en wat ieders behoeften hierin zijn. En hij informeert naar mogelijke<br />
oplossingen. Doordat hij zo open en innemend is verdragen kinderen en ouders het om<br />
even stil te staan bij wat er gebeurt. Door de vragen en verwondering van <strong>Toontje</strong> wordt<br />
de binnenwereld van ouders en kind geëxploreerd en ontward. De ervaring leert dat het<br />
werken <strong>met</strong> <strong>Toontje</strong> een aantrekkelijke vorm is, om het geduld te bewaren en tijd te<br />
nemen om elkaar te begrijpen.<br />
<strong>Toontje</strong> is een spiegel van herkenning<br />
<strong>Toontje</strong> herkent alle verhalen van kinderen en hij spiegelt vaak hun gedrag. Zijn de<br />
kinderen verlegen, dan is hij ook verlegen. Willen de kinderen doorgaan, dan heeft hij<br />
ook die wens. <strong>Toontje</strong> spiegelt niet alleen het gedrag, hij benoemt ook hardop wat hij<br />
doet. Hij vergroot of verkleint de emotie (gemitigeerd spiegelen) en benoemt vervolgens<br />
hoe dat gevoel volgens hem heet. Dit levert vaak een sterke herkenning en erkenning op<br />
bij ouders en kind, waarna er ruimte ontstaat om op het gevoel en het gedrag van een<br />
kind in te gaan. Hiermee wordt de basis gelegd om te leren mentaliseren. Mentaliseren<br />
leren kinderen van hun ouders en de moeder en vader van <strong>Toontje</strong> worden dan ook<br />
regelmatig door hem aangehaald. “Je lijkt mijn moeder wel!”, verzucht <strong>Toontje</strong>: “Van<br />
haar mag ik ook niet altijd een ijsje.”<br />
<strong>Toontje</strong> creëert psychische distantie<br />
Door het werken <strong>met</strong> een dierenhandpop wordt psychische distantie gecreërd. Ouders en<br />
kinderen kunnen afstand nemen van hun eigen problemen terwijl ze er toch mee bezig<br />
zijn. Ze staan stil bij de belevenissen van <strong>Toontje</strong> en helpen mee de worstelingen van<br />
<strong>Toontje</strong> te onderzoeken zonder deze direct op zichzelf te betrekken. De pop fungeert als<br />
projectiemiddel voor ervaringen en gevoelens. Ouders en kinderen kunnen vanaf een<br />
afstandje kijken naar herkenbare situaties.<br />
Door de inzet van een pop wordt veiligheid en luchtigheid gecreëerd. Het is immers maar<br />
spel. Het is niet echt, het is alsof. Zonder dat het te confronterend wordt, kunnen ouders<br />
en kinderen hun interactie onderzoeken. Dit doen alsof, creëert een werkbare ruimte. Het<br />
spel heeft een luchtige onderzoekende experimenterende en vrijwarende kwaliteit. Het is<br />
een veilige manier om emoties te verwerken en om nieuw gedrag te oefenen (Fonagy et<br />
al., 2002).<br />
<strong>Toontje</strong> biedt lucht en vrolijkheid<br />
<strong>Toontje</strong> kan het zich veroorloven om <strong>met</strong> de kracht van overdrijven, ouders in de<br />
beschikbare positie van hun kind te krijgen. Dit kan soms spiegelend confronterend zijn,<br />
maar <strong>met</strong> een liefdevolle gekscherende ondertoon, die juist het contact weer bevordert.<br />
Als een moeder bijvoorbeeld niet in beweging te krijgen lijkt om mee te doen <strong>met</strong> een<br />
spelletje, zegt <strong>Toontje</strong> gekscherend: “Zal ik de takelwagen even bestellen?” De moeder<br />
komt lachend overeind.<br />
Door humor in te brengen kan er soms lucht ontstaan die nodig is om <strong>met</strong> de situatie om<br />
te gaan. Als Dylan zit te balen omdat hij niet twee muziekinstrumentjes mag, en moeder<br />
geïrriteerd haar zoon verwijten maakt over deze wens, gaat <strong>Toontje</strong> mopperen omdat<br />
kinderen niet altijd hun zin krijgen. Hij vindt dat kinderen altijd direct hun zin moeten<br />
hebben. Sterker nog als ze 100 instrumentjes willen, moeten ze het ook direct kunnen<br />
krijgen.<br />
Moeder zegt dan weer toegankelijk lachend: “Jullie willen altijd zoveel, maar dat kan niet<br />
altijd.” Dylan voelt zich gezien en legt balend het trom<strong>met</strong>je terug.