09.09.2013 Views

Toelichting - Gemeente Hof van Twente

Toelichting - Gemeente Hof van Twente

Toelichting - Gemeente Hof van Twente

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2


Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2<br />

Inhoud:<br />

<strong>Toelichting</strong> en bijlagen<br />

Voorschriften<br />

Plankaart<br />

Versie 4.0<br />

24 juni 2008<br />

Projectnummer 050.00.03.31.16


Overzichtskaart<br />

<strong>Gemeente</strong> <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong>, bron: Topografische Dienst


<strong>Toelichting</strong><br />

050.00.03.31.16.toe


Inhoudsopgave<br />

1 Inleiding 9<br />

2 Beschrijving ontwikkeling en plangebied 11<br />

2.1 Cultuurhistorie Diepenheim 11<br />

2.2 Ruimtelijke karakteristiek Diepenheim 13<br />

2.3 Plangebied 15<br />

3 Beleid 17<br />

3.1 Provinciaal beleid 17<br />

3.2 <strong>Gemeente</strong>lijk beleid 18<br />

4 Planbeschrijving 23<br />

4.1 Ruimtelijke structuur 23<br />

4.2 Stedenbouwkundige hoofdstructuur 24<br />

4.3 Beeldkwaliteit en inrichting openbare ruimte 26<br />

4.4 Verkavelingsschets en woningbouwprogramma 27<br />

5 Juridische vormgeving 29<br />

5.1 Inleiding 29<br />

5.2 Algemene uitgangspunten 30<br />

5.3 Bestemmingsbepalingen 31<br />

5.3.1 Groen 31<br />

5.3.2 Groen- Groene ruimte 31<br />

5.3.3 Water 31<br />

5.3.4 Woongebied 1 31<br />

5.3.5 Beschermingszone waardevol groen 32<br />

5.3.6 Waarde-Boom 32<br />

5.3.7 Zone waterschapsbelang 32<br />

5.4 Inleidende bepalingen 33<br />

5.5 Algemene bepalingen 33<br />

5.6 Overgangs- en slotbepalingen 33<br />

6 Milieu en onderzoek 35<br />

6.1 Wegverkeerslawaai 35<br />

6.2 Luchtkwaliteit 35<br />

6.3 Bodem 39<br />

6.4 Archeologie 40<br />

6.5 Ecologie 42<br />

6.5.1 Gebiedsbescherming 42<br />

6.5.2 Soortenbescherming 43<br />

6.6 Water 45<br />

050.00.03.31.16.toe


6.7 Milieuhinder 47<br />

6.8 Externe veiligheid 49<br />

6.9 Bomeneffectanalyse 49<br />

7 Economische uitvoerbaarheid 51<br />

8 Inspraak en overleg 53<br />

8.1 Algemeen 53<br />

8.2 Overleg ex artikel 10 Bro 53<br />

8.3 Inspraak 55<br />

Bijlagen<br />

050.00.03.31.16.toe


Inleiding<br />

Aanleiding voor het opstellen <strong>van</strong> dit bestemmingsplan is het mogelijk<br />

maken <strong>van</strong> woningbouw in de kern Diepenheim om invulling te geven<br />

aan een deel <strong>van</strong> woningbouwdoelstellingen <strong>van</strong> de gemeente. Het plan<br />

voorziet in de realisatie <strong>van</strong> 62 woningen. Het plangebied betreft de loca-<br />

tie Diepenheim Noord 2 en ligt aan de noordkant <strong>van</strong> Diepenheim.<br />

Het plangebied valt onder de werking <strong>van</strong> het vigerende bestemmingsplan<br />

Algemeen bestemmingsplan 1966, vastgesteld d.d. 28 september 1966<br />

en goedgekeurd d.d. 29 december 1967 en het vigerende bestemmings-<br />

plan Woningbouw Noord, vastgesteld d.d. 29 januari 1996 en goedge-<br />

keurd d.d. 10 juni 1996. Het plangebied heeft de bestemmingen Agrarisch<br />

gebied, Groene ruimte en woondoeleinden (uit te werken). Het grootste<br />

deel <strong>van</strong> het plangebied (ruim de helft aan oppervlakte) is in het bestem-<br />

mingsplan Woningbouw Noord onder een uitwerkingsbevoegdheid ge-<br />

bracht ten behoeve <strong>van</strong> woningbouw. Om in de behoefte voor<br />

woningbouw te voorzien is besloten om het plangebied te vergroten.<br />

Daarnaast kan hierdoor in een betere afronding <strong>van</strong> de kern en een ruime-<br />

re stedenbouwkundige opzet worden voorzien dat ten goede komt <strong>van</strong><br />

de ruimtelijke kwaliteit. Op grond <strong>van</strong> de vigerende bestemmingsplannen<br />

kan de voorgestelde woningbouwlocatie niet gerealiseerd worden. Om<br />

deze woonwijk planologisch mogelijk te maken is onderhavig bestem-<br />

mingsplan opgesteld.<br />

Het voorliggende bestemmingsplan heeft, zoals gezegd, betrekking op het<br />

gebied aan de noordkant <strong>van</strong> Diepenheim. Het plangebied grenst aan de<br />

noord- en westzijde aan het landelijk gebied. Aan de oostzijde ligt het<br />

sportcomplex <strong>van</strong> Diepenheim. Het gebied wordt aan de zuidzijde be-<br />

grensd door de (woon)bebouwing <strong>van</strong> de kern.<br />

In het volgende hoofdstuk zal de ontwikkeling <strong>van</strong> Diepenheim in het kort<br />

worden beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het rele<strong>van</strong>te beleidskader weer. In<br />

hoofdstuk 4 is het plan beschreven. De wijze waarop dit bestemmingsplan<br />

juridisch is vormgegeven, komt in hoofdstuk 5 aan de orde. Aspecten die<br />

samenhangen met verkeer, natuurwaarden, archeologie, milieu(hygiëne) en<br />

veiligheid zijn beschreven in hoofdstuk 6. Vervolgens is in de hoofdstuk-<br />

ken 7 en 8 ingegaan op de economische en maatschappelijke uitvoer-<br />

baarheid <strong>van</strong> het plan.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

AANLEIDING<br />

VIGEREND BESTEMMINGSPLAN<br />

PLANGEBIED<br />

OPBOUW BESTEMMINGSPLAN<br />

9


Beschrijving<br />

ontwikkeling en<br />

plangebied<br />

Cultuurhistorie Diepenheim 2.1<br />

Diepenheim is ontstaan langs een toegangsweg naar een burcht ter plaat-<br />

se <strong>van</strong> het huidige Huize Diepenheim. In 1224 werd op de plaats <strong>van</strong> de<br />

hervormde kerk een parochiekerk gesticht. Diepenheim kreeg in 1422<br />

stadsrechten. De omgrachte nederzetting bestond uit kleinschalige be-<br />

bouwing ter weerszijden <strong>van</strong> de Grotestraat ('t Stedeke). Deze stedelijke<br />

basis is niet verder doorgezet, zodat Diepenheim nu vooral een dorpse<br />

sfeer uitademt.<br />

Het landschap rondom Diepenheim bestaat uit licht glooiende dekzanden,<br />

doorsneden door beken als de Boven-Regge en de Molenbeek. Met klei-<br />

ne bouwlanden op de dekzandruggen en weidegebieden langs de beken<br />

ontstond een kleinschalig coulisselandschap met verspreide bebouwing.<br />

Diepenheim vertoont dan ook trekken <strong>van</strong> een zwerm- of hoevedorp,<br />

maar dan wel binnen een feodaal landschap. De burcht <strong>van</strong> Diepenheim<br />

is <strong>van</strong> 1331 tot 1545 een bisschoppelijke grensversterking geweest.<br />

Rondom deze burcht ontwikkelden zich diverse borgen die uitgroeiden<br />

tot landgoederen, zoals Warmelo, Nijenhuis, Weldam en Westerflier. Deze<br />

landgoederen hebben door de eeuwen heen vorm en inhoud gegeven<br />

aan het feodale landschap rondom Diepenheim. Bossen en open velden<br />

wisselen elkaar af met daarin verspreide bij het landgoed behorende be-<br />

bouwing, lanen en bosschages.<br />

Tot in de twintigste eeuw bestond de enige groei <strong>van</strong> Diepenheim buiten<br />

't Stedeke uit verspreide lintbebouwing langs de Goorseweg, de Haaksber-<br />

gerstraat en de Raadhuisstraat. Het betreft voornamelijk agrarische bebou-<br />

wing.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

ONTWIKKELING<br />

LANDSCHAP<br />

11


DE SPOORLIJN<br />

NAOORLOGSE ONTWIKKELING<br />

12<br />

1850 1935<br />

1953 1975<br />

1987 1997<br />

Kaart 1 - Historische ontwikkeling <strong>van</strong> Diepenheim<br />

(bron: Topografische Dienst Nederland)<br />

In 1908 werd in opdracht <strong>van</strong> de Geldersch-Overijsselsche-<br />

Lokaalspoorweg Maatschappij de spoorlijn Neede-Hellendoorn aangelegd.<br />

Deze maakte deel uit <strong>van</strong> een fijnmazig spoornetwerk ten behoeve <strong>van</strong> de<br />

textielindustrie in <strong>Twente</strong> en de Achterhoek. Het station Diepenheim aan<br />

deze lijn is ook in 1908 gebouwd. Al in 1935 werd de lijn opgeheven en<br />

nu zijn de sporen <strong>van</strong> het tracé in het landschap en binnen de kern vrijwel<br />

uitgewist. Wel staat er nog het oude stationsgebouw aan de Lindelaan met<br />

daarnaast nieuwbouw op de oude spoorbedding.<br />

Na 1960 heeft Diepenheim een beheerste groei doorgemaakt. De<br />

bouwmogelijkheden waren en zijn relatief beperkt gezien de aanwezig-<br />

heid <strong>van</strong> omliggende landgoederen. Met Kuimgaarden vindt in de jaren<br />

zestig de eerste planmatige uitbreiding plaats. Gefaseerd wordt aan deze<br />

buurt tot in de jaren zeventig gebouwd. Eerst langs het historische wegen-<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


patroon in aansluiting op 't Stedeke, daarna zijn de tussenliggende gebie-<br />

den ingevuld. De bebouwing is hier over het algemeen zeer open met<br />

grote kavels, zodat de buurt een dorpsachtig karakter heeft.<br />

In de jaren zeventig is begonnen met de buurt Zuid, ten zuiden <strong>van</strong> de<br />

Haaksbergerstraat. Deze buurt is dichter bebouwd dan Kuimgaarden, maar<br />

nog altijd overheerst een dorpsachtige sfeer. De stedenbouwkundige opzet<br />

bestaat uit voor die tijd kenmerkende woonerven. Eind jaren tachtig wordt<br />

de buurt De Akkers gebouwd ten zuiden <strong>van</strong> 't Stedeke en deels in aan-<br />

sluiting op de bestaande bebouwing. Het beeld <strong>van</strong> Zuid wordt hierin<br />

doorgetrokken. In de jaren negentig vindt ten noorden <strong>van</strong> de Ruimersdijk<br />

nieuwbouw plaats in Noord. Hier valt de bijzondere verkaveling op met<br />

grote kavels en grote woningen. Iets meer ten oosten <strong>van</strong> deze nieuwe<br />

buurt is het bedrijventerrein Ruimersdijk aangelegd.<br />

Bijzonder is dat de uitbreidingen <strong>van</strong> Diepenheim de ligging <strong>van</strong> het histo-<br />

rische stadscentrum 't Stedeke ten opzichte <strong>van</strong> het landschap vrijwel niet<br />

hebben verstoord. De doorzichten naar het buitengebied en het bijzonde-<br />

re historische complex <strong>van</strong> Huize Diepenheim en de kerk staan nog altijd<br />

model voor het historische Diepenheim.<br />

Ruimtelijke karakteristiek<br />

Diepenheim 2.2<br />

De ligging <strong>van</strong> Diepenheim in het glooiende landschap tussen talrijke<br />

beken en landgoederen is een <strong>van</strong> haar belangrijkste ruimtelijke kwalitei-<br />

ten. Het stadje zelf ligt wat hoger op een dekzandwelving aan de Boven-<br />

Regge met in de directe omgeving lage beekdalen en natte gebieden als<br />

het Diepenheimerbroek.<br />

De ruimtelijke structuur <strong>van</strong> het stadje zelf heeft zowel stedelijke als dorp-<br />

se trekken in zich. De oude omgrachte stedelijke structuur is nog altijd<br />

terug te vinden in de plattegrond <strong>van</strong> Diepenheim: 't Stedeke. In tegenstel-<br />

ling tot bijvoorbeeld Delden, Borculo of Lochem heeft Diepenheim verder<br />

geen stedelijke ontwikkeling meer doorgemaakt. De Raadhuisstraat, de<br />

Grotestraat en de Haaksbergerstraat verdichtten geleidelijk met meer agra-<br />

rische bebouwing. In een latere fase werd ook de Goorseweg in het ver-<br />

lengde <strong>van</strong> de oprijlaan naar het Nijenhuis aangelegd.<br />

Deze bebouwingsontwikkeling is grotendeels bepalend geweest voor de<br />

hoofdstructuur <strong>van</strong> Diepenheim (zie kaart 2). Deze wordt gevormd door<br />

de Grotestraat, de Goorseweg, de Borculoseweg en de Wilsonweg. Door<br />

de verkeersfunctie en de profielbreedte en/of de aard <strong>van</strong> de bebouwing<br />

onderscheidt dit deel <strong>van</strong> de ruimtelijke structuur zich duidelijk. De hoofd-<br />

structuur is in Diepenheim hierdoor voornamelijk oost-west georiënteerd.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

13


14<br />

Kaart 2 - Bebouwingsstructuur<br />

Met de herinrichting <strong>van</strong> de Grotestraat is tevens een centrale ruimte<br />

midden in het stadje gerealiseerd op de kruising met de Borculoseweg en<br />

de Goorseweg. Deze herinrichting heeft met de moderne vormgeving en<br />

introductie <strong>van</strong> opvallend straatmeubilair een positieve bijdrage geleverd<br />

aan de kwaliteit <strong>van</strong> de openbare ruimte. Dit geldt ook voor de Goorse-<br />

weg binnen de kern.<br />

De bebouwing zelf voegt in Diepenheim, op enkele uitzonderingen na,<br />

weinig kwaliteiten aan het ruimtelijke beeld toe. De belangrijkste ruimtelij-<br />

ke kwaliteit <strong>van</strong> Diepenheim is in dat opzicht vooral de ligging in een<br />

cultuurhistorisch waardevol landschap.<br />

Kaart 3 - Groen en waterstructuur<br />

De relatie tussen het omliggende landschap en Diepenheim is dan ook<br />

bijzonder te noemen (zie kaart 3). Zo is met de herinrichting <strong>van</strong> de Gro-<br />

testraat ook de loop <strong>van</strong> de Boven-Regge door Diepenheim weer zicht-<br />

baar gemaakt. Op deze locatie in het historische hart <strong>van</strong> 't Stedeke is nog<br />

goed de verbondenheid met het buitengebied en Huize Diepenheim en<br />

Warmelo zichtbaar. Ook bij Stedekesweide en ten oosten <strong>van</strong> de Goor-<br />

seweg en de Wilsonweg is de relatie tussen het buitengebied en het stad-<br />

je nog goed zichtbaar. Stedekesweide is een parkgebied in ontwikkeling.<br />

Het gebied maakt deel uit <strong>van</strong> het beek- en parklandschap tussen Westerf-<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


lier en de joodse begraafplaats. Het landschap bestaat ter plaatse uit een es<br />

met omliggende houtwallen en historische boerderijen langs de Raadhuis-<br />

straat. De es vormt het hart <strong>van</strong> het parkgebied dat wordt omgeven door<br />

een semi-agrarisch overgangsgebied.<br />

In de naoorlogse woonbuurten is de relatie tussen de bebouwde kom en<br />

het buitengebied minder helder. Er bestaan nauwelijks doorzichten naar<br />

buiten toe. Hoewel de verschillende woonbuurten ruim <strong>van</strong> opzet zijn,<br />

ontbreken herkenbare groenstructuren die <strong>van</strong>uit het buitengebied de<br />

bebouwde kom inlopen. De enige uitzondering hierop vormt de recent<br />

aangelegde Wilsonvijver. Hier is een natuurrijk watergebied ontstaan tus-<br />

sen de Goorseweg en de Haaksbergerstraat in aansluiting op de Nijenhui-<br />

zerleiding.<br />

Plangebied 2.3<br />

Met de ontwikkeling <strong>van</strong> Diepenheim Noord 2 wordt met de inrichting<br />

aansluiting gezocht bij de kern en de structuur <strong>van</strong> Diepenheim.<br />

Het plangebied grenst, zoals gezegd, aan de bebouwde kom <strong>van</strong> Diepen-<br />

heim. Het plangebied bestaat uit akkers en weidegrond. Er bevinden zich<br />

enkel sloten en bestaande bomen en boomgroepen in het plangebied.<br />

Deze blijven zoveel mogelijk behouden. Om een goed beeld te krijgen<br />

<strong>van</strong> de huidige situatie is een luchtfoto <strong>van</strong> het plangebied opgenomen.<br />

Overzicht plangebied<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

15


Provinciaal beleid 3.1<br />

Beleid<br />

Het provinciale beleid voor de leefomgeving is verwoord in het Streekplan<br />

Overijssel 2000+. In het streekplan wordt de kern Diepenheim aange-<br />

merkt als kleine kern (tussen de 500 en 4.000 inwoners).<br />

De provincie wil de kwaliteiten <strong>van</strong> de kleine kernen overeind houden. De<br />

functie <strong>van</strong> deze kernen voor de leefbaarheid <strong>van</strong> het platteland is <strong>van</strong><br />

groot belang.<br />

De kleine kernen zullen in het algemeen een ontwikkeling kunnen door-<br />

maken die recht doet aan de eigen behoefte. De kleine kernen hebben<br />

uitsluitend een lokale huisvestingsfunctie. Via een zorgvuldig beleid zal in<br />

eerste instantie de bestaande woningvoorraad dienen te worden benut.<br />

De uitbreidingsmogelijkheden zullen vooral moeten zijn bedoeld voor<br />

specifieke doelgroepen, zoals senioren en starters.<br />

Ten aanzien <strong>van</strong> het voorzieningenniveau is het beleid er op gericht het<br />

bestaande niveau te handhaven. Van groot belang voor de leefbaarheid in<br />

de kleine kernen is de bereikbaarheid per openbaar vervoer.<br />

De provincie beperkt zich ertoe om bij de kernen met contourlijnen aan<br />

te geven welke waardevolle gebieden <strong>van</strong> stedelijke ontwikkeling dienen<br />

te worden gevrijwaard. Diepenheim ligt te midden <strong>van</strong> gebieden met<br />

hoge natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden. Om deze<br />

redenen is de kern voorzien <strong>van</strong> een gesloten contour. Binnen de contour<br />

is er de uitbreidingsmogelijkheid ten noorden <strong>van</strong> de kern. Onderhavige<br />

uitbreiding valt ruim binnen deze contour.<br />

De provincie wil een duurzame ruimtelijke ontwikkeling bevorderen. Een<br />

duurzame ontwikkeling betekent zuinig omgaan met ruimte en grondstof-<br />

fen, geen schadelijke effecten veroorzaken op de gezondheid, rekening<br />

houden met belangen <strong>van</strong> planten en dieren en geen wissel trekken op<br />

de toekomst.<br />

Zoals hiervoor is aangegeven, is een onderdeel <strong>van</strong> duurzaam bouwen het<br />

zuinig omgaan met de ruimte. Om onnodige aantasting <strong>van</strong> de groene<br />

ruimte te voorkomen en om een bijdrage te leveren aan de ontkoppeling<br />

economie-milieu zullen de mogelijkheden om tot een betere benutting<br />

<strong>van</strong> de ruimte te komen steeds beter in ogenschouw moeten worden<br />

genomen. De mogelijkheden liggen in het ondergronds bouwen, in het<br />

bouwen in meerdere bouwlagen en in meervoudig ruimtegebruik.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

DUURZAME ONTWIKKELING<br />

EFFICIËNT RUIMTEGEBRUIK<br />

17


WOONVISIE GEMEENTE HOF<br />

VAN TWENTE<br />

18<br />

<strong>Gemeente</strong>lijk beleid 3.2<br />

De Woonvisie <strong>Gemeente</strong> <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong> met als ondertitel 'De kern <strong>van</strong><br />

wonen: in de kern wonen' is vastgesteld door de raad d.d. 9 september<br />

2003. De woonvisie geeft het beleid weer dat de gemeente de komende<br />

jaren, samen met andere partijen, wil uitvoeren. De woonvisie kent een<br />

aantal hoofdthema's <strong>van</strong> beleid, namelijk:<br />

- verbetering <strong>van</strong> de kwaliteit <strong>van</strong> de woning en de woonomgeving;<br />

- de kwetsbare doelgroepen;<br />

- wonen en zorg;<br />

- leefbaarheid buitengebied;<br />

- bevorderen <strong>van</strong> de betrokkenheid <strong>van</strong> de burger.<br />

De woonvisie constateert dat de bevolkingsgroei in de gemeente is ach-<br />

tergebleven bij vergelijkbare gemeenten. Deze opgelopen achterstand in<br />

groei wil de gemeente in de komende periode inlopen, overigens tegelijk<br />

met het stimuleren en creëren <strong>van</strong> werkgelegenheid. De woonvisie gaat<br />

daarbij uit <strong>van</strong> een inwonertal <strong>van</strong> circa 36.500 inwoners in 2015.<br />

Op 27 maart 2007 heeft de raad <strong>van</strong> de gemeente <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong> de<br />

motie aangenomen waarin het college verzocht wordt om voor het ont-<br />

wikkelingsplan Diepenheim Noord aan te geven waar verdichting <strong>van</strong> de<br />

woningbouw in het plan Diepenheim Noord plaats kan vinden door vrij-<br />

staande kavels om te zetten naar twee-onder-een-kapwoningen en twee-<br />

onder-een-kapwoningen om te zetten in rijenwoningen. Daarnaast dient in<br />

het bestemmingsplan een vrijstelling te worden opgenomen om de om-<br />

zetting terug te kunnen draaien als dat noodzakelijk mocht blijken 1 . Aan<br />

deze motie liggen de volgende overwegingen ten grondslag: het bestem-<br />

mingsplan Diepenheim Noord is gebaseerd op de Woonvisie die op<br />

6 september 2003 is vastgesteld. Deze woonvisie is gebaseerd op de<br />

cijfers <strong>van</strong> 2001 en 2002. In de die jaren heeft een prijzenexplosie op de<br />

huizenmarkt plaatsgevonden. Daarom is het gewenst om in het bestem-<br />

mingsplan Diepenheim Noord meer betaalbare en goedkopere woningen<br />

op te nemen dan gepland is. Door de voorgestelde verdichting is de doel-<br />

stelling om meer betaalbare woningen, voor starters, te bouwen beter<br />

realiseerbaar. De voorgestelde verdichting heeft tot gevolg dat het aantal<br />

woningen toegenomen is <strong>van</strong> 50 naar 62. In de woonvisie 2003 was in<br />

eerste instantie een aantal <strong>van</strong> 50 woningen opgenomen voor de uitbrei-<br />

ding <strong>van</strong> Diepenheim. Inmiddels staan er voor Diepenheim 115 personen<br />

ingeschreven voor een kavel. Op grond hier<strong>van</strong>, de bevindingen <strong>van</strong> het<br />

hierna beschreven woningmarktonderzoek 2005, de overwegingen die<br />

1 Het bestemmingsplan is zodanig opgesteld dat er bij recht uitwisseling tussen vrijstaande<br />

woningen en twee-onder-een-kapwoningen binnen de aanduiding mogelijk is. Binnen de<br />

aanduiding AG dienen de woningen drie aaneen te worden gebouwd. Na vrijstelling kun-<br />

nen vrijstaande woningen en twee-onder-een-kapwoningen worden gebouwd.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


ten grondslag liggen aan de motie en de beperkte uitbreidingsmogelijkhe-<br />

den <strong>van</strong> Diepenheim, (rode contour Provinciaal beleid|) is de gemeente<br />

<strong>van</strong> mening dat, in het kader <strong>van</strong> het maatschappelijk belang het gerecht-<br />

vaardigd is twaalf woningen meer te realiseren. Naar verwachting zal eind<br />

2007/begin 2008 een nieuwe woonvisie worden vastgesteld waarin het<br />

woningbouwprogramma voor Diepenheim Noord 2 zal worden meege-<br />

nomen.<br />

In 2005 is het rapport 'Woningmarktonderzoek 2005, Basis voor beleids-<br />

ontwikkeling' uitgebracht. De kern <strong>van</strong> dit onderzoek is het inzicht in de<br />

kwalitatieve woonbehoefte onder de bevolking. Voor dit onderzoek zijn<br />

1.500 inwoners <strong>van</strong> de gemeente benaderd. Door middel <strong>van</strong> een enquê-<br />

te onder verschillende groepen zijn uitspraken over woonwensen verza-<br />

meld. In dit rapport zijn onder meer per kern de ontwikkeling, de<br />

samenstelling en de spreiding <strong>van</strong> de woningvoorraad onderzocht. Ook<br />

onderwerpen zoals ontwikkeling, spreiding en opbouw <strong>van</strong> de bevolking<br />

en de woonwensen zijn in beeld gebracht, evenals de woningbehoefte en<br />

de behoefte aan welzijn en zorg.<br />

Uit het onderzoek blijkt onder andere dat voor de gehele gemeente in de<br />

koopsector vraag naar goedkope eengezinskoopwoningen en middeldure<br />

eengezinswoningen is. De vraag naar goedkope woningen komt voorna-<br />

melijk <strong>van</strong> starters. Dure eengezinskoopwoningen lijken er voldoende te<br />

zijn in de gemeente.<br />

In tegenstelling tot de grotere kernen zijn er in de kleinere kernen, waar-<br />

onder Diepenheim geen sectoren waar overschotten dreigen te ontstaan.<br />

Ook voor de kleinere kernen geldt nog sterker dan voor de grotere kernen<br />

dat het woningtekort betrekking heeft op voornamelijk koopwoningen<br />

voor senioren. Verder is er vraag naar huurappartementen die niet specifiek<br />

geschikt hoeven te zijn voor senioren. Ook starters vragen naar deze appar-<br />

tementen. In het onderzoek staat dat de ervaring leert dat deze wens te<br />

maken heeft met een te bescheiden wensenpatroon. Starters schatten hun<br />

kansen vaak te laag in en stemmen hun wensen daarop af. De gemeente<br />

geeft aan dat de werkelijke vraag zich meer richt op voordelige eenge-<br />

zinswoningen. Dit blijkt ook wel uit het onderzoek naar de gewenste<br />

woonsituatie <strong>van</strong> starters per kern (tabel 4.3: <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong>. Gewenste<br />

woonsituatie <strong>van</strong> starters per kern. Woningmarktonderzoek 2005). Uit<br />

deze tabel blijkt dat voor 50% <strong>van</strong> de starters voor de kern Diepenheim de<br />

voorkeur uitgaat naar enkele eengezinsrijenwoningen. Voor de kleine ker-<br />

nen, blijkt uit het onderzoek, zijn er geen kwetsbare marktsegmenten. Vol-<br />

gens het onderzoek zijn bestaan de kansrijke segmenten uit<br />

grondgebonden senioren woningen, in beperktere mate gestapelde wo-<br />

ningen voor senioren en appartementen voor starters. Ook hier wordt de<br />

opmerking geplaatst dat dit ook voordelige eengezinswoningen kunnen<br />

betreffen. Zoals al aangegeven geeft de gemeente aan dat de werkelijke<br />

vraag zich richt op voordelige eengezinswoningen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

WONINGMARKTONDERZOEK<br />

HOF VAN TWENTE (2005)<br />

19


WELSTANDSNOTA 2004<br />

GEMEENTELIJK VERKEERSVEI-<br />

20<br />

LIGHEIDSPLAN HOF VAN<br />

TWENTE<br />

GEMEENTELIJK<br />

MOBILITEITSPLAN<br />

Met de typologie <strong>van</strong> de woningen, (vrijstaande, twee-onder-een-<br />

kapwoningen, rijenwoningen) en het aantal woningen wordt op grond <strong>van</strong><br />

het woningmarktonderzoek en de overwegingen die ten grondslag liggen<br />

aan de motie <strong>van</strong> de raad voorzien in de woningbehoefte.<br />

In het verlengde <strong>van</strong> het provinciaal beleid is het gemeentelijk beleid er<br />

op gericht de leefbaarheid in de kleinere dorpen in stand te houden, dan<br />

wel te verbeteren.<br />

Op grond <strong>van</strong> de wijziging <strong>van</strong> de Woningwet zijn gemeenten voor het<br />

welstandstoezicht verplicht te beschikken over een door de gemeenteraad<br />

vastgestelde welstandsnota. De Welstandscommissie dient vervolgens de<br />

bouwplannen aan deze, door de gemeenteraad geformuleerde en voor<br />

iedereen kenbare, uitgangspunten te toetsen. De Welstandsnota <strong>Hof</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Twente</strong> (vastgesteld d.d. juni 2004 en in werking getreden d.d. 1 juli 2004)<br />

geeft in hoofdlijnen aan welke beleidsmatige inzet en procedures het<br />

gemeentebestuur kiest voor het voeren <strong>van</strong> een welstandstoezicht. Op<br />

basis <strong>van</strong> een verkenning <strong>van</strong> de gemeente zijn gebiedsgerichte criteria<br />

voor deelgebieden <strong>van</strong> landschappen en kernen en objectgerichte criteria<br />

beschreven. Per deelgebied is aangeduid hoe en waarop het gemeentebe-<br />

stuur bouwplannen gaat toetsen.<br />

Er zijn acht deelgebieden voor de kernen te onderscheiden, namelijk, His-<br />

torische centra, Nieuwe centra, Linten 'aan de weg', Linten 'los op de kavel',<br />

Linten 'oud en nieuw', Buurten, Industrie en Bedrijfsterrein. In Diepenheim<br />

komen al deze deelgebieden voor, met uitzondering <strong>van</strong> Nieuwe centra<br />

en Industrie. Afhankelijk <strong>van</strong> de locatie in de kern dient voor het betreffen-<br />

de deelgebied te worden getoetst aan de criteria die betrekking hebben<br />

op plaatsing, hoofdvorm, gevel, detaillering en erf.<br />

Voor onderhavig plangebied wordt een beeldkwaliteitplan opgesteld<br />

waarbij aansluiting wordt gezocht bij de welstandsnota. Na vaststelling <strong>van</strong><br />

het beeldkwaliteitplan, zal het beeldkwaliteitplan integraal deel uitmaken<br />

<strong>van</strong> de welstandsnota.<br />

In 2002 is het gemeentelijk verkeersveiligheidsplan opgesteld. Dit plan<br />

geeft een analyse <strong>van</strong> de huidige situatie <strong>van</strong> de gemeente en haar kernen<br />

ten aanzien <strong>van</strong> de huidige wegenstructuur, busroutes en bereikbaarheid.<br />

Daarnaast is de objectieve onveiligheid (ongevallen) beschreven en is de<br />

subjectieve onveiligheid onder de burgers geïnventariseerd. Op basis <strong>van</strong><br />

het vorengaande is een pakket <strong>van</strong> maatregelen geformuleerd om tot een<br />

wegencategorisering te komen. Voor de categorisering <strong>van</strong> de wegen in<br />

de kern Diepenheim wordt verwezen naar het verkeersveiligheidsplan.<br />

Het verkeersbeleid binnen de gemeente vloeit voort uit het vorenge-<br />

noemde gemeentelijk verkeersveiligheidsplan. In dit plan zijn algemene<br />

beleidsuitgangspunten geformuleerd ten aanzien <strong>van</strong> het optimaliseren<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


<strong>van</strong> de leefbaarheid, verkeersveiligheid en bereikbaarheid. Vervolgens is<br />

aandacht besteed aan verkeersveiligheid, leefbaarheid, bereikbaarheid,<br />

fietsverkeer en voetgangers, verkeersdeelnemers met een functiebeperking,<br />

parkeren, toekomstige wegenstructuur en categorisering en schoolomge-<br />

vingen.<br />

Met de ontwikkeling <strong>van</strong> Diepenheim Noord 2 wordt met betrekking tot<br />

ontsluiting en ontsluitingswegen, voetpaden en parkeren aangesloten bij<br />

de uitgangspunten zoals die zijn geformuleerd in dit plan. Voor nadere<br />

informatie wordt verwezen naar het mobiliteitsplan.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

21


Planbeschrijving<br />

Zoals aangegeven, moet het plan voorzien in de behoefte aan woning-<br />

bouw. Tevens dient een uitbreiding te worden gerealiseerd die herkenbaar<br />

is en past bij de kern Diepenheim, maar ook zeker met een eigen identiteit.<br />

De eigen identiteit kan worden verkregen door verschillende uitgangspun-<br />

ten te combineren. Daarnaast wordt gestreefd naar een goede onderlinge<br />

samenhang met de bestaande woonbebouwing en het omringende ge-<br />

bied. Voor het plan is een aantal uitgangspunten en randvoorwaarden ge-<br />

formuleerd en is een stedenbouwkundige visie ontwikkeld. In deze<br />

planbeschrijving is deze visie beschreven.<br />

Ruimtelijke structuur 4.1<br />

Teneinde een plan te creëren dat een nauwe relatie heeft met de karakte-<br />

ristiek <strong>van</strong> Diepenheim en omgeving, dient het stedenbouwkundig plan en<br />

de verkaveling te zijn gebaseerd op de plaatselijke gegevenheden. De ruim-<br />

telijke structuur en de verkaveling <strong>van</strong> het plan zijn gebaseerd op de cul-<br />

tuurhistorische ontwikkeling <strong>van</strong> Diepenheim en omgeving.<br />

De huidige situatie en de bestaande structuur zijn dan ook het uitgangspunt<br />

voor de verdere invulling <strong>van</strong> het plangebied.<br />

De ruimtelijke structuur <strong>van</strong> Diepenheim is voortgekomen uit een gestichte<br />

nederzetting en verdere agrarische ontwikkeling. De omgrachte nederzet-<br />

ting bestond uit kleinschalige bebouwing ter weerszijden <strong>van</strong> de Grote<br />

Straat ('t Stedeke). Deze stedelijke basis is niet verder doorgezet waardoor<br />

Diepenheim nu vooral een dorpse sfeer kent (zie ook hoofdstuk 2).<br />

Het landschap rondom Diepenheim bestaat, zoals eerder aangegeven, uit<br />

licht glooiende dekzanden, doorsneden door beken als de Boven-Regge en<br />

de Molenbeek. Met kleine bouwlanden op de dekzandruggen en weide-<br />

gebieden langs de beken ontstond een kleinschalig coulisselandschap met<br />

verspreide bebouwing. Bossen en velden wisselden elkaar af met daarin<br />

verspreide bij het landgoed horende bebouwing, met lanen en bosschages.<br />

Het landschap kende een kleinschalige structuur <strong>van</strong> essen, kampen en<br />

graslanden. De kampen hebben geen eenduidige richting, ze zijn <strong>van</strong> ver-<br />

schillende grootte en worden vaak begrensd door een houtwal.<br />

Aan de noordzijde <strong>van</strong> het plangebied liggen nog steeds de opstrekkende,<br />

smalle graslanden haaks op de Regge en omzoomd met houtwallen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

23


24<br />

VERKEERSTRUCTUUR<br />

PARKEREN<br />

Stedenbouwkundige<br />

hoofdstructuur 4.2<br />

Om Diepenheim Noord 2 goed te laten passen in het omringende land-<br />

schap en een goede afronding <strong>van</strong> de bebouwde kom <strong>van</strong> Diepenheim te<br />

kunnen maken, zijn de ruimtelijke kenmerken <strong>van</strong> het landschap nader<br />

bekeken en mede als ontwerpuitgangspunt opgenomen. Dit komt onder-<br />

meer tot uitdrukking in de doorzichten naar open gebieden. Allereerst is dit<br />

het open gebied langs de Regge en de Stedekesweide met de grote wa-<br />

terpartij. De bebouwing oriënteert zich met de voorzijde op deze open<br />

gebieden. De bebouwingsrand langs dit open gebied dient een open struc-<br />

tuur te krijgen (geen harde stenen rand). De bebouwing wordt afgewisseld<br />

met groen en is overwegend vrijstaand.<br />

Uitgangspunt in het plan is ook het doorzicht naar de groene noordrand<br />

<strong>van</strong> het plangebied. De beëindiging <strong>van</strong> de noordelijke dorpsrand dient<br />

een informeel karakter te krijgen, passend bij het aangrenzende kleinschali-<br />

ge landschap. De bebouwing wordt hier afgewisseld met groen en is<br />

overwegend vrijstaand.<br />

Het patroon <strong>van</strong> kampen met verschillende richtingen en afmeting is her-<br />

kenbaar in Diepenheim Noord 2. Zoals aangegeven, worden de bestaande<br />

houtwallen zoveel mogelijk als begrenzing <strong>van</strong> de kampjes woningbouw in<br />

het plan behouden en opgenomen (zie navolgende verkavelingstekening<br />

indicatief).<br />

De infrastructuur in het plan benadrukt de landschappelijke onderlegger<br />

door aan te sluiten bij het genoemde patroon <strong>van</strong> kampjes. Diepenheim<br />

Noord 2 wordt met twee wegen aangesloten op de omgeving. Deze aan-<br />

sluitingen zijn al in de eerste fase <strong>van</strong> Diepenheim Noord voorbereid en<br />

bestaat in feite uit het verlengen <strong>van</strong> de Boinksweide en de Kremersweide.<br />

Deze wegen zijn in zuidelijke richting ontsloten door de Ruimersdijk. Het<br />

langzame verkeer wordt ontsloten via de Boinksweide en de Kremerswei-<br />

de.<br />

Bij de vrijstaande woningen en de twee-onder-een-kapwoningen wordt<br />

er<strong>van</strong> uitgegaan dat in elk geval één auto wordt geparkeerd op eigen erf. Er<br />

is op basis <strong>van</strong> de kerncijfers <strong>van</strong> de ASVV 2004 in relatie tot parkeernor-<br />

men gerekend met de norm 1,8 parkeerplaats per woning. De overige<br />

parkeerruimte wordt gevonden in de straat. De woonstraten zijn hiervoor<br />

voldoende breed. Er worden dus voor deze woningen geen extra parkeer-<br />

plaatsen in het openbaar gebied aangelegd. Voor de rijenwoningen (drie-<br />

onder-een-kapwoningen) is met de norm <strong>van</strong> 1,5 parkeerplaats per wonin-<br />

gen gerekend. Er wordt <strong>van</strong>uit gegaan dat bij de hoekwoningen één auto<br />

op eigen erf wordt geparkeerd. Bij de rijenwoningen worden nog 8 par-<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


keerplaatsen, in totaal 16 parkeerplaatsen) in het openbaar gebied aange-<br />

legd.<br />

De houtwalstructuur is een kenmerkend onderdeel in het gebied. Naast het<br />

zoveel mogelijk conserveren <strong>van</strong> de bestaande houtwallen aan de randen<br />

vindt ook aanplant <strong>van</strong> bomen plaats. Het bestaande en nieuw in te plan-<br />

ten groen kan goed worden gecombineerd met de op<strong>van</strong>g <strong>van</strong> water. Op<br />

deze wijze ontstaan brede groenstroken. Naast de berging <strong>van</strong> regenwater,<br />

waarin in de eerste fase door de aanleg <strong>van</strong> de grote waterpartij reeds is<br />

voorzien, dient namelijk voldoende ruimte te zijn voor de infiltratie <strong>van</strong><br />

regenwater.<br />

In het plangebied bevinden zich twee waardevolle bomen. Deze bomen<br />

worden positief bestemd.<br />

Ten behoeve <strong>van</strong> een <strong>van</strong> de waardevolle monumentale bomen in het<br />

plangebied is een bomeneffectanalyse gemaakt. Hiervoor wordt verwezen<br />

naar hoofdstuk 6 Onderzoek en Milieu.<br />

De bebouwing is ingedeeld in vier bebouwingsclusters. Tussen de bebou-<br />

wingsclusters moet een zekere samenhang aanwezig zijn in het bebou-<br />

wingsbeeld, waardoor de herkenbaarheid en de identiteit <strong>van</strong> de wijk<br />

worden vergroot. Door de samenhang en de uitwerking <strong>van</strong> de bebouwing<br />

per cluster wordt de ruimtelijke structuur <strong>van</strong> het plan in het geheel ver-<br />

sterkt. De samenhang wordt gezocht in het verkavelingstype en de architec-<br />

tuur <strong>van</strong> de woningen, maar ook in de kleur <strong>van</strong> de gevels en het dak, de<br />

erfscheiding en de vormgeving <strong>van</strong> bijgebouwen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

GROEN EN WATERSTRUCTUUR<br />

BEBOUWINGSCLUSTERS<br />

25


BEELDKWALITEITSPLAN EN<br />

INRICHTINGSPLAN OPENBARE<br />

RUIMTE<br />

26<br />

Verkaveling indicatief<br />

Beeldkwaliteit en inrichting<br />

openbare ruimte 4.3<br />

De kwaliteitsrichtlijnen voor de woningbouw en de inrichting <strong>van</strong> de<br />

openbare ruimte zullen worden uitgewerkt en vastgelegd in een beeldkwa-<br />

liteitsplan voor de bebouwing en een inrichtingsplan openbare ruimte voor<br />

het openbaar gebied. Nadere maatvoering in relatie tot bouwhoogten, het<br />

al dan niet verplicht stellen <strong>van</strong> een kap voor bepaalde deelgebieden is<br />

vastgelegd in de voorschriften en nader uitgewerkt in het beeldkwaliteits-<br />

plan. Aan de hand <strong>van</strong> het beeldkwaliteitsplan kan de gemeente de kaders<br />

<strong>van</strong> de kwaliteitsbeoordeling vastleggen.<br />

Er zal een inrichtingsplan worden opgesteld waarin de richtlijnen voor de<br />

inrichting <strong>van</strong> de openbare ruimte zijn opgenomen. Deze richtlijnen betref-<br />

fen onder meer de inrichting <strong>van</strong> wegen, het profiel en het materiaalge-<br />

bruik en de inrichting <strong>van</strong> het openbaar groen. Daarnaast worden<br />

voorstellen gedaan voor onder andere verlichting en straatmeubilair.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Verkavelingsschets en<br />

woningbouwprogramma 4.4<br />

Op basis <strong>van</strong> hetgeen is beschreven in de vorige paragrafen is de verkave-<br />

lingschets opgesteld met het bijbehorende woningbouwprogramma.<br />

Concreet bestaat het woningbouwprogramma voor het plan Diepenheim<br />

uit:<br />

Woningtype Aantal<br />

Twee-onder-een-kapwoningen 20<br />

Drie-onder-een-kapwoningen 18<br />

Vrijstaande woningen 24<br />

Totaal 62<br />

Op grond <strong>van</strong> het bestemmingsplan is uitwisselingen tussen de verschil-<br />

lende typologieën woningen mogelijk om enige flexibiliteit in het plan te<br />

behouden, zodat in verloop <strong>van</strong> tijd beter ingespeeld kan worden op de<br />

dan aanwezige vraag en behoefte, mocht dat gewijzigd zijn.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

27


Inleiding 5.1<br />

Juridische<br />

vormgeving<br />

Van groot belang is dat bestemmingsplannen goed afleesbaar zijn voor<br />

zowel de gemeente zelf als voor de burgers. Dit is des te belangrijker nu<br />

de bestemmingsplannen digitaal beschikbaar komen. Verder hecht de<br />

gemeente aan rechtszekerheid voor de burgers, maar wil men tegelijk af<br />

<strong>van</strong> de vele vrijstellingsprocedures.<br />

Als uitgangspunt wordt dan ook gekozen voor een gedetailleerd plan, maar<br />

wel een plan waarin de mate <strong>van</strong> detail afhangt <strong>van</strong> de lokale situatie.<br />

Voorkomen moet worden dat te gedetailleerd wordt bestemd waar dat<br />

niet nodig is. Een zekere mate <strong>van</strong> globaliteit voorkomt vrijstellingsproce-<br />

dures, maar mag niet leiden tot een zodanig vaag plan dat interpretatiever-<br />

schillen ontstaan. In feite betekent dit een keuze voor een<br />

bestemmingsplan volgens het mengkraanmodel.<br />

Het is zaak om voor de toekomstige en bestaande bebouwing en functies<br />

een bestemmingsregeling te ontwerpen die zoveel mogelijk ruimte biedt<br />

voor verandering en aanpassing aan veranderende wensen. Het plan dient<br />

flexibel en doelmatig te zijn en dient rechtszekerheid te bieden omtrent<br />

de ruimte voor verandering. Daar staat tegenover dat het plan de nodige<br />

bescherming moet bieden tegen ontwikkelingen die schadelijk zijn voor<br />

anderen. Bescherming tegen een zodanige ontwikkeling wordt samenge-<br />

vat in de term rechtsbescherming.<br />

Dit betekent dat in principe aan de gebruiker <strong>van</strong> gronden en opstallen<br />

zoveel mogelijk vrijheden worden gegeven. Deze zijn als recht in het plan<br />

geformuleerd. Als in bepaalde gevallen een mogelijke beschadiging <strong>van</strong> de<br />

belangen <strong>van</strong> andere burgers wordt verwacht, geeft het plan als recht<br />

meer beperkte mogelijkheden. Voor uitzonderingssituaties biedt het plan<br />

ruimere mogelijkheden in de vorm <strong>van</strong> een 'vrijstellingsbevoegdheid'.<br />

Ieder bestemmingsplan moet voldoen aan de regels gesteld in artikel 12<br />

en volgende <strong>van</strong> het Besluit op de ruimtelijke ordening. Een bestem-<br />

mingsplan bestaat uit een plankaart en voorschriften. Bij een bestem-<br />

mingsplan hoort een toelichting.<br />

De voorschriften moeten worden gelezen in samenhang met de plankaart.<br />

De plankaart geeft op een zodanige wijze informatie dat hierop kan wor-<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

UITGANGSPUNTEN<br />

JURIDISCHE REGELING<br />

INHOUD BESTEMMINGSPLAN<br />

29


30<br />

SVBP<br />

den afgelezen waar en hoe kan worden gebouwd. In de voorschriften<br />

wordt deze informatie nader toegelicht, uitgewerkt en juridisch vastgelegd.<br />

Het laatste betekent dat de voorschriften uiteindelijk bepalen op welke<br />

wijze de informatie op de plankaart moet worden geïnterpreteerd. Het is<br />

dus altijd <strong>van</strong> belang om de voorschriften te bekijken in samenhang met<br />

de plankaart als er daadwerkelijk gaat worden gebouwd of als andere<br />

ontwikkelingen worden gepland.<br />

De voorschriften zijn opgesteld conform het gemeentelijke Handboek<br />

digitale bestemmingsplannen. Daarnaast komen de benaming <strong>van</strong> de be-<br />

stemmingen en de volgorde <strong>van</strong> de voorschriften, evenals de weergave<br />

<strong>van</strong> de bestemmingen, dubbelbestemmingen en aanduidingen op de<br />

plankaart en in de legenda overeen met de Standaard Vergelijkbare Be-<br />

stemmingsplannen (SVBP).<br />

Het doel <strong>van</strong> deze (deels bindende) afspraken is het brengen <strong>van</strong> meer<br />

eenheid in de opbouw en presentatie <strong>van</strong> bestemmingsplannen. De af-<br />

spraken zijn gebaseerd op het rapport 'standaarden vergelijkbare bestem-<br />

mingsplannen, digitaal en analoog' <strong>van</strong> de werkgroep Vergelijkbare<br />

bestemmingsplannen. De standaard kent twee categorieën afspraken: bin-<br />

dende afspraken en aanbevelingen. Het is de bedoeling om deze afspra-<br />

ken te zien als een basis voor c.q. een voorloper op de regelingen in de<br />

nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening en het bijbehorende Besluit op de<br />

ruimtelijke ordening.<br />

Algemene uitgangspunten 5.2<br />

Binnen de gemeente <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong> wordt met standaard voorschriften<br />

gewerkt die de basis vormen voor de bestemmingsplannen <strong>van</strong> de ge-<br />

meente. De belangrijkste punten uit de standaard zijn hierna op een rij<br />

gezet.<br />

- De bestaande situatie is een belangrijk referentiepunt in de plan-<br />

voorschriften. Dit betreft zowel het aantal aanwezige gebouwen als<br />

de bestaande inhoud en maten <strong>van</strong> deze gebouwen. De bestaande<br />

situatie is in beeld gebracht door de combinatie <strong>van</strong> luchtfoto's, in-<br />

ventarisatie en het bouwvergunningarchief.<br />

- Er is sprake <strong>van</strong> globale bestemmingen. Binnen deze bestemmingen<br />

is in de doeleindenomschrijving alleen aangegeven welk gebruik<br />

binnen de desbetreffende bestemming is toegestaan. Binnen de be-<br />

stemming Woondoeleinden worden bijvoorbeeld zowel de eenge-<br />

zinswoningen als de meergezinswoningen begrepen en vallen ook<br />

tuinen, verhardingen en erftoegangswegen onder de woonbe-<br />

stemming.<br />

- Om de globaliteit <strong>van</strong> de bestemmingen niet ten koste te laten<br />

gaan <strong>van</strong> de ruimtelijke kwaliteit en de rechtszekerheid is gebruik-<br />

gemaakt <strong>van</strong> bouwvlakken. Deze bouwvlakken zijn met name aan<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


de zijde <strong>van</strong> de openbare ruimte gedetailleerd vastgelegd. Bij een<br />

inspringende rooilijn zijn de voorgevels in de bouwvlakken zodanig<br />

neergelegd dat een eventuele vermindering <strong>van</strong> open ruimte en<br />

toetreding <strong>van</strong> licht voor naastgelegen panden tot een minimum<br />

blijft beperkt.<br />

Deze uitgangspunten zijn ook toegepast in het onderhavige bestemmings-<br />

plan.<br />

Bestemmingsbepalingen 5.3<br />

Het plan kent de volgende bestemmingen:<br />

- Groen;<br />

- Groen - Groene ruimte;<br />

- Water;<br />

- Woongebied 1;<br />

- Beschermingszone waardevol groen (dubbelbestemming);<br />

- Waarde-Boom (dubbelbestemming);<br />

- Zone waterschapsbelang.<br />

Groen 5.3.1<br />

De groenelementen die structuurbepalend zijn, zijn bestemd als Groen. De<br />

bestemming is ruim <strong>van</strong> opzet, zodat hierin ook waterlopen en -partijen,<br />

speelvoorzieningen en voet- en fietspaden kunnen worden opgenomen.<br />

Groen- Groene ruimte 5.3.2<br />

De gronden binnen deze bestemming zijn onder andere bestemd voor<br />

semi-agrarische doeleinden in de vorm <strong>van</strong> weide en grasland, water in de<br />

vorm <strong>van</strong> watergangen en sloten en groenvoorzieningen, zoals plantsoe-<br />

nen, groenstroken, bermen met beplanting.<br />

Onder water worden in deze bestemming doeleinden voor afvoer, tijdelij-<br />

ke berging en infiltratie <strong>van</strong> hemelwater begrepen.<br />

Water 5.3.3<br />

De primaire watergangen en -partijen zijn bestemd als Water.<br />

Alle gebiedsbestemmingen (waarin verschillende functies zijn onderge-<br />

bracht) hebben ook de functie water, waarbij tevens is aangegeven dat<br />

op<strong>van</strong>gbekkens en bijvoorbeeld duikers en dergelijke ook zijn toegestaan<br />

op deze plaatsen. Op deze wijze is het belang <strong>van</strong> een goede waterhuis-<br />

houding gewaarborgd.<br />

Woongebied 1 5.3.4<br />

Deze bestemming is bedoeld voor de nieuw te realiseren woningen en<br />

heeft voornamelijk betrekking op de woonfunctie. Naast wonen kent deze<br />

bestemming ook enkele andere functies zoals:<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

31


32<br />

- verkeers- en verblijfsvoorzieningen, waaronder met name woonstra-<br />

ten en parkeervoorzieningen worden begrepen;<br />

- groenvoorzieningen, speelvoorzieningen, openbare nutsvoorzienin-<br />

gen en doeleinden voor afvoer, tijdelijke berging en infiltratie <strong>van</strong><br />

hemelwater.<br />

Met een aanduiding is aangegeven waar woonstraten binnen deze be-<br />

stemming zullen worden gerealiseerd.<br />

Op de plankaart is door middel <strong>van</strong> een bouwvlak aangegeven waar de<br />

gebouwen mogen worden gebouwd.<br />

In de bouwvlakken zijn onder andere de maximale goot- en bouwhoogten<br />

aangegeven. Binnen een bouwvlak worden de verschillende maatvoerin-<br />

gen door middel <strong>van</strong> een indelingslijn gescheiden. Voor vrijstaande wo-<br />

ningen is een minimale bouwperceelbreedte <strong>van</strong> 15 m voorgeschreven.<br />

Een kavel kent een geringere bouwperceelbreedte. Reden hiervoor is het<br />

feit dat het <strong>van</strong>uit stedenbouwkundig oogpunt wenselijk is om een ruime-<br />

re opzet <strong>van</strong> de verkaveling aan de rand <strong>van</strong> het plangebied te realiseren.<br />

Aan deze rand is een aan te leggen ontsluiting bepalend voor de verkave-<br />

ling en maatvoering.<br />

Beschermingszone waardevol groen 5.3.5<br />

Aan de oostzijde <strong>van</strong> het plangebied ligt net buiten de plangrens een<br />

waardevolle groenbeplanting. Binnen de beschermingszone mogen diver-<br />

se werken en/of werkzaamheden pas worden uitgevoerd na schriftelijke<br />

vergunning <strong>van</strong> burgemeester en wethouders.<br />

Waarde-Boom 5.3.6<br />

De in het plangebied aanwezige monumentale eik is beschermingswaar-<br />

dig. Tevens is net buiten het plangebied een monumentale boom gelegen,<br />

waar<strong>van</strong> de kroonprojectie deels in het plangebied is gelegen. Middels de<br />

dubbelbestemming Waarde-Boom kunnen diverse werken en/of werk-<br />

zaamheden binnen een afstand <strong>van</strong> 2 m <strong>van</strong> de maximale kroonprojectie<br />

pas worden uitgevoerd na schriftelijke vergunning <strong>van</strong> burgemeester en<br />

wethouders.<br />

Zone waterschapsbelang 5.3.7<br />

De in de legger opgenomen watergang heeft in het bestemmingsplan een<br />

5 m brede zone gekregen voor de bescherming <strong>van</strong> de waterschapsbe-<br />

langen. In deze zone mogen geen gebouwen worden opgericht anders<br />

dan na positief advies <strong>van</strong> de beheerder <strong>van</strong> de watergang.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Inleidende bepalingen 5.4<br />

In de Inleidende bepalingen zijn de bepalingen opgenomen die betrek-<br />

king hebben op de gehanteerde begrippen en de wijze <strong>van</strong> meten. Zie de<br />

artikelen 1 en 2, voorafgaand aan de bestemmingen.<br />

Algemene bepalingen 5.5<br />

In de Algemene bepalingen zijn de bepalingen opgenomen die betrekking<br />

hebben op het plan als geheel. Dit betreft onder meer een anti-<br />

dubbeltelbepaling, de afstemming op de welstandsnota, een algemene<br />

gebruiksbepaling en de algemene vrijstellingsbepalingen<br />

Overgangs- en<br />

slotbepalingen 5.6<br />

Zoals de titel al aangeeft, zijn hierin de overgangsbepalingen en de slotbe-<br />

paling opgenomen. Daarnaast is de algemene strafbepaling onder deze<br />

titel opgenomen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

33


Milieu en<br />

onderzoek<br />

Wegverkeerslawaai 6.1<br />

In het kader <strong>van</strong> de Wet geluidhinder (2006) bevinden zich langs alle<br />

wegen zones. Dit geldt niet voor wegen die zijn gelegen binnen een als<br />

woonerf aangeduid gebied en wegen waarvoor een maximumsnelheid<br />

<strong>van</strong> 30 km/uur geldt.<br />

Het plangebied zal worden ingericht als een 30 km/uur-gebied. Voor<br />

Diepenheim Noord 2 zal een verkeersbesluit worden genomen om de<br />

wegen in de woonwijk als 30 km/uur-wegen te laten gelden. De te ver-<br />

wachte verkeersintensiteiten, de vormgeving <strong>van</strong> de straten en het functi-<br />

onele gebruik <strong>van</strong> de straten sluiten hierop aan.<br />

Dit betreft ook de straten die direct buiten het plangebied zijn gelegen.<br />

Voor de Teggersweide, Leussenseweide, Boinksweide en Kremersweide<br />

geldt een 30 km/uur-regime. De Dr. C.A.J. Quantstraat is voor een deel<br />

30 km/uur-weg. De woningbouwlocatie ligt voor een deel binnen de<br />

zone <strong>van</strong> 250 m <strong>van</strong> het deel <strong>van</strong> de weg waarop een maximale snelheid<br />

geldt <strong>van</strong> 60 km/uur. De verkeersintensiteit <strong>van</strong> de weg waarop een<br />

60 km/uur-regiem geldt, is dermate laag en de afstand <strong>van</strong> de wegas tot<br />

de grens <strong>van</strong> het plangebied is dermate groot dat een geluidsonderzoek<br />

niet nodig wordt geacht om aan te tonen dat wordt voldaan aan de grens-<br />

waarden <strong>van</strong> de Wet geluidhinder.<br />

Akoestisch onderzoek is derhalve niet aan de orde.<br />

Luchtkwaliteit 6.2<br />

Nederland heeft de Europese regels ten aanzien <strong>van</strong> luchtkwaliteit geïm-<br />

plementeerd in de Wet milieubeheer. De in deze wet gehanteerde nor-<br />

men gelden overal, met uitzondering <strong>van</strong> een arbeidsplaats (hierop is de<br />

Arbeidsomstandighedenwet <strong>van</strong> toepassing).<br />

Op 15 november 2007 is het onderdeel luchtkwaliteit <strong>van</strong> de Wet mili-<br />

eubeheer in werking getreden. De uitvoeringsregelingen zullen naar ver-<br />

wachting begin 2008 gereed zijn.<br />

Kern <strong>van</strong> de wet is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit<br />

(NSL). Hierin staat wanneer en hoe overschrijdingen <strong>van</strong> de luchtkwaliteit<br />

moeten worden aangepakt. Het programma houdt rekening met nieuwe<br />

ontwikkelingen, zoals bouwprojecten of de aanleg <strong>van</strong> infrastructuur. Pro-<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

NSL/NIBM<br />

35


INTERIMPERIODE<br />

BESTEMMINGSPLAN<br />

ZWAVELDIOXIDE, LOOD,<br />

KOOLSTOFMONOXIDE EN<br />

BENZEEN<br />

36<br />

jecten die passen in dit programma hoeven niet meer te worden getoetst<br />

aan de normen (grenswaarden) voor luchtkwaliteit.<br />

Ook projecten die 'niet in betekenende mate' (nibm) <strong>van</strong> invloed zijn op<br />

de luchtkwaliteit hoeven niet meer te worden getoetst aan de grenswaar-<br />

den voor luchtkwaliteit. De criteria om te kunnen beoordelen of er voor<br />

een project sprake is <strong>van</strong> nibm, moeten nog worden vastgelegd in de<br />

AMvB-nibm.<br />

Enerzijds is de wet in werking getreden, anderzijds is nog geen sprake <strong>van</strong><br />

een definitief vastgesteld NSL. Deze interimperiode zal naar verwachting<br />

voor geheel 2008 gelden. Tijdens deze periode geldt dat nieuwe projec-<br />

ten moeten voldoen aan de grenswaarden.<br />

Het kabinet is voornemens om gedurende de interimperiode een grens<br />

<strong>van</strong> 1% verslechtering <strong>van</strong> de luchtkwaliteit (een toename <strong>van</strong> maximaal<br />

0,4 µg/m 3 NO 2 of PM 10) als 'niet in betekenende mate te beschouwen' en<br />

deze vast te leggen in de AMvB-nibm. Een verslechtering <strong>van</strong> de luchtkwa-<br />

liteit <strong>van</strong> 1% of minder sluit goed aan bij de uitspraken <strong>van</strong> de Raad <strong>van</strong><br />

State. Voor de komende jaren wordt door het Milieu en Natuurplanbureau<br />

een daling <strong>van</strong> de rele<strong>van</strong>te achtergrondconcentraties <strong>van</strong> zowel PM 10 als<br />

NO 2 met circa 0,4 tot 0,6 µg/m 3 per jaar verwacht als gevolg <strong>van</strong> (interna-<br />

tionaal) bronbeleid. Uitgaande <strong>van</strong> het criterium <strong>van</strong> de Raad <strong>van</strong> State, dat<br />

nieuwe ontwikkelingen niet mogen leiden tot het overschrijden of niet<br />

bereiken <strong>van</strong> de grenswaarden, acht het kabinet projecten die 1% aan de<br />

bestaande concentraties toevoegen aanvaardbaar. De reden hiervoor is dat<br />

deze 1% binnen een jaar zal worden gecompenseerd door de trendmatige<br />

verbetering <strong>van</strong> de luchtkwaliteit, zodat per saldo geen verslechtering op-<br />

treedt.<br />

Het plan biedt de mogelijkheid tot het realiseren ongeveer 62 woningen.<br />

Alhoewel de komst hier<strong>van</strong> naar verwachting geen verslechtering <strong>van</strong> de<br />

luchtkwaliteit <strong>van</strong> meer dan 1% zal veroorzaken, is volledigheidshalve een<br />

onderzoek naar de luchtkwaliteit uitgevoerd.<br />

De meest rele<strong>van</strong>te luchtkwaliteitseisen uit de wet voor ruimtelijke plan-<br />

nen betreffen derhalve stikstofdioxide (NO 2) en fijn stof (PM 10). De grens-<br />

waarden zijn opgenomen in tabel 1.<br />

Tabel 1 Grenswaarden luchtconcentraties<br />

Luchtconcentratie Norm<br />

NO 2<br />

jaargemiddelde concentratie 40 µg/m 3 (<strong>van</strong>af 1 jan 2010)<br />

uurgemiddelde concentratie 200 µg/m 3 maximaal 18 maal per jaar (<strong>van</strong>af 19 juli 2001)<br />

PM 10<br />

jaargemiddelde concentratie 40 µg/m 3 (<strong>van</strong>af 1 jan 2005)<br />

24 uursgemiddelde concentratie 50 µg/m 3 maximaal 35 maal per jaar (<strong>van</strong>af 1 jan 2005)<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


In de jaren voor 2010 dient de jaargemiddelde concentratie <strong>van</strong> NO 2 te<br />

worden getoetst aan de betreffende plandrempel en grenswaarde. Deze<br />

plandrempels zorgen voor een geleidelijke overgang naar de grenswaarde<br />

die <strong>van</strong>af 1 januari 2010 2 geldt.<br />

Sinds 1 januari 2005 moet aan de grenswaarden voor fijn stof worden<br />

voldaan. De wet biedt de mogelijkheid een correctie uit te voeren voor<br />

zwevende deeltjes (zeezout) die zich <strong>van</strong> nature in de lucht bevinden en<br />

niet schadelijk zijn voor de gezondheid <strong>van</strong> de mens. Voor de gemeente<br />

<strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong> betekent dit dat de jaargemiddelde concentratie <strong>van</strong> PM 10<br />

mag worden verminderd met 3 µg/m 3 . Het aantal overschrijdingsdagen<br />

mag worden verminderd met zes.<br />

Ten behoeve <strong>van</strong> het bestemmingsplan zijn scenarioberekeningen uitge-<br />

voerd naar de luchtkwaliteit in de huidige situatie, in 2010 (met en zonder<br />

komst <strong>van</strong> de woningbouw) en in 2017. Het betreft hier onderzoek naar<br />

de luchtkwaliteit <strong>van</strong> de Boinksweide en de Kremersweide. Bij de bereke-<br />

ningen is uitgegaan <strong>van</strong> een afstand <strong>van</strong> 5 m uit de as <strong>van</strong> deze wegen.<br />

De gebruikte verkeersintensiteiten en prognoses zijn gebaseerd op de<br />

aanname dat per woning ongeveer zeven autoritten per etmaal worden<br />

2 De plandrempelwaarde neemt evenredig af <strong>van</strong> 46 µg/m 3 in 2007 tot 42 µg/m 3 in<br />

2009 voor NO 2.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

VERKEERSINTENSITEITEN<br />

37


CAR II-REKENMODEL<br />

REKENRESULTATEN EN CON-<br />

CLUSIE<br />

38<br />

gegenereerd 3 . De verkeersintensiteiten zijn in navolgende tabel opgeno-<br />

men.<br />

Tabel 2 Verkeersintensiteiten 2007, 2010 en 2017<br />

Nr Weg Intensiteit<br />

2007 2010 1) 2010 2) 2017 2)<br />

1 Boinksweide 35 35 217 217<br />

2 Kremersweide 35 35 287 287<br />

1) exclusief uitbreiding<br />

2) inclusief uitbreiding<br />

Gebruik is gemaakt het CAR II-rekenmodel versie 6.1.1, <strong>van</strong> augustus<br />

2007. Dit rekenmodel beschikt nog niet over de verwachte achtergrond-<br />

niveaus <strong>van</strong> 2018, daarom is aangesloten bij het meest nabijgelegen jaartal<br />

2017. Inmiddels blijkt uit ervaring en berekeningen dat het achtergrondni-<br />

veau in de loop der tijd aanzienlijk daalt.<br />

De luchtkwaliteit is bepaald als gevolg <strong>van</strong> veranderingen in de verkeersin-<br />

tensiteiten. Bij de bepaling zijn naast de genoemde verkeersintensiteiten<br />

de volgende uitgangspunten aangehouden:<br />

- als weerconditie is de meerjarige meteorologie genomen;<br />

- het aantal parkeerbewegingen per 100 m is gesteld op tien;<br />

- als snelheidstype is 'normaal stadsverkeer' aangehouden;<br />

- als wegtype is 3a (weerszijden bebouwing) aangehouden;<br />

- als bomenfactor is 1,0 aangehouden.<br />

In tabel 3 is de luchtkwaliteit weergegeven <strong>van</strong> de betreffende locatie. In<br />

deze tabel is de berekende jaargemiddelde concentratie uitgedrukt in<br />

µg/m 3 . Bij de uurgemiddelde en 24 uursgemiddelde concentratie is de<br />

overschrijding daar<strong>van</strong> in uren respectievelijk dagen per jaar weergegeven.<br />

De berekeningen (exclusief de zeezout-correctie) zijn opgenomen in de<br />

bijlagen.<br />

Tabel 3 Luchtconcentraties NO 2 en PM 10 (na toepassing zeezout-correctie)<br />

Luchtconcentratie Norm 2007 2010 1) 2010 2) 2017 2)<br />

1 Boinksweide<br />

NO 2 Jaargem. concentr. 40 µg/m 3 17 15 15 12 µg/m 3<br />

NO 2 Uurgem. concentr. 200 µg/m 3 max. 18 maal/jr 0 0 0 0 uren<br />

PM 10 Jaargem. concentr. 40 µg/m 3 24 21 21 20 µg/m 3<br />

PM 10 24 uursgem. concentr. 50 µg/m 3 max. 35 maal/jr 14 8 8 3 dagen<br />

2 Kremersweide<br />

NO 2 Jaargem. concentr. 40 µg/m 3 17 15 15 12 µg/m 3<br />

NO 2 Uurgem. concentr. 200 µg/m 3 max. 18 maal/jr 0 0 0 0 uren<br />

PM 10 Jaargem. concentr. 40 µg/m 3 24 21 21 20 µg/m 3<br />

PM 10 24 uursgem. concentr. 50 µg/m 3 max. 35 maal/jr 14 8 8 3 dagen<br />

1) excl. Uitbreiding<br />

2) incl. uitbreiding<br />

3 Bron: CROW publicatie 256.<br />

Titel: Verkeersgeneratie woon- en werkgebieden.<br />

Ondertitel: Vuistregels en kengetallen gemotoriseerd verkeer.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


De normen, zoals die in de wet zijn weergegeven, worden niet overschre-<br />

den. Dit betekent dat er <strong>van</strong>uit de wet ook geen belemmeringen aan het<br />

bestemmingsplan worden opgelegd.<br />

Bodem 6.3<br />

Ten behoeve <strong>van</strong> de woningbouwontwikkeling is in het plangebied ver-<br />

kennend bodemonderzoek uitgevoerd door Lankelma Geotechniek Alme-<br />

lo B.V. Voor een deel <strong>van</strong> de locatie is in november en december 2003<br />

verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. Voor een ander deel is in fe-<br />

bruari 2005 een verkennend bodemonderzoek en in maart 2005 een<br />

nader onderzoek uitgevoerd. Tevens is voor het overige deel <strong>van</strong> het plan-<br />

gebied een verkennend bodemonderzoek in de periode maart-april 2006<br />

uitgevoerd.<br />

Op grond <strong>van</strong> het onderzoek uitgevoerd voor een deel <strong>van</strong> de woning-<br />

bouwlocatie in november en december 2003 kan geconcludeerd worden<br />

dat de bodem op de locatie formeel gezien niet geheel vrij is <strong>van</strong> bodem-<br />

verontreiniging. De aard en mate <strong>van</strong> de aangetroffen verontreinigingen in<br />

aanmerking genomen bestaan er uit bodemkwaliteitsoogpunt geen beper-<br />

kingen ten aanzien <strong>van</strong> de bestemming <strong>van</strong> de locatie.<br />

Op basis <strong>van</strong> het uitgevoerde onderzoek in februari 2005 en maart 2005<br />

kan worden gesteld dat ter plaatse <strong>van</strong> sleuf S20 (zie rapport Lankelma<br />

Geotechniek Almelo B.V.) sprake is <strong>van</strong> een beperking ten aanzien <strong>van</strong> de<br />

bestemmingswijziging en de toekomstige woningbouw op de locatie.<br />

Voor het overige deel <strong>van</strong> de locatie is geen sprake <strong>van</strong> belemmeringen<br />

ten aanzien <strong>van</strong> de toekomstige bestemmingen. Voorafgaand aan het<br />

bouwrijp maken <strong>van</strong> de locatie zal ter plaatse <strong>van</strong> sleuf S20 een sanering<br />

worden uitgevoerd.<br />

Op basis <strong>van</strong> het in maart-april 2006 uitgevoerde onderzoek kan worden<br />

gesteld dat de bodem op de locatie niet geheel vrij is <strong>van</strong> bodemveront-<br />

reiniging. De aard en de mate <strong>van</strong> de aangetroffen verontreiniging in aan-<br />

merking genomen, bestaan uit milieuhygiënisch oogpunt geen<br />

beperkingen ten aanzien <strong>van</strong> de voorziene bestemmingswijziging en wo-<br />

ningbouw op de locatie.<br />

Voor nadere informatie wordt verwezen naar de rapporten Verkennend<br />

bodemonderzoek toekomstige woningbouwlocatie Noord fase 2 te Die-<br />

penheim, d.d. 20 januari 2004, Verkennend en nader bodemonderzoek<br />

Noordfase 2 te Diepenheim, 18 april 2005 en Verkennend bodemonder-<br />

zoek Noordfase 2 Locatie Noordfase 2 te Diepenheim, 14 april 2006, <strong>van</strong><br />

Lankelma Geotechniek Almelo B.V.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

39


40<br />

BELEID<br />

Archeologie 6.4<br />

Verdrag <strong>van</strong> Malta<br />

Begin 1992 ondertekende Nederland het Verdrag <strong>van</strong> Valletta/Malta.<br />

Daarmee heeft de zorg voor het archeologisch erfgoed een prominentere<br />

plaats gekregen in het proces <strong>van</strong> de ruimtelijke planvorming. Uitgangs-<br />

punten <strong>van</strong> het verdrag zijn het vroegtijdig betrekken <strong>van</strong> archeologische<br />

belangen in de planvorming, het behoud <strong>van</strong> archeologische waarden in<br />

situ (ter plaatse) en de introductie <strong>van</strong> het zogenaamde 'veroorzakerprin-<br />

cipe'. Dit principe houdt in dat degene die de ingreep pleegt, financieel<br />

verantwoordelijk is voor behoudsmaatregelen of een behoorlijk onderzoek<br />

<strong>van</strong> eventueel aanwezige archeologische waarden. De uitgangspunten <strong>van</strong><br />

het verdrag krijgen hun beslag in de ophanden zijnde wijziging <strong>van</strong> de<br />

Monumentenwet (in werking 2004).<br />

Bij het opstellen en uitvoeren <strong>van</strong> ruimtelijke plannen wordt rekening<br />

gehouden met zowel de bekende als de te verwachten archeologische<br />

waarden. Voor de bekende waarden kan de Archeologische Monumen-<br />

tenkaart (AMK) worden geraadpleegd. Voor de te verwachten waarden<br />

wordt gebruikgemaakt <strong>van</strong> de Indicatieve Kaart Archeologische Waarden<br />

(IKAW).<br />

Nota Belvedère<br />

Aanvullend op het archeologisch beleid is ook de Nota Belvedère (Minis-<br />

terie <strong>van</strong> Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, 1999) <strong>van</strong> belang. Doel-<br />

stelling <strong>van</strong> deze nota is het versterken en benutten <strong>van</strong> de<br />

cultuurhistorische identiteit en de daarvoor bepalende kwaliteiten <strong>van</strong> de<br />

cultuurhistorisch meest waardevolle gebieden <strong>van</strong> Nederland, de zoge-<br />

naamde Belvedèregebieden.<br />

Het plangebied maakt deel uit <strong>van</strong> het Belvedèregebied Zuid-<strong>Twente</strong>.<br />

Karakteristiek voor het gebied zijn de relatief gave delen <strong>van</strong> het kleinscha-<br />

lige kampontginnings- en esdorpenlandschap. Tevens wordt de bijzondere<br />

waarde <strong>van</strong> dit gebied bepaald door de zeer grote concentratie <strong>van</strong> land-<br />

goederen, historische buitenplaatsen en parken die het landschap domine-<br />

ren. Het huis Diepenheim wordt in deze nota specifiek genoemd.<br />

De fysieke dragers <strong>van</strong> het gebied zijn hier een afgeleide <strong>van</strong>. De belang-<br />

rijkste fysieke dragers zijn:<br />

- de escomplexen en verspreid liggende essen met hoge archeologi-<br />

sche verwachtingswaarde;<br />

- de samenhangende kenmerken <strong>van</strong> het esdorpenlandschap en het<br />

kampontginningslandschap;<br />

- de met het esdorpen- en kampontginningslandschap verweven<br />

landgoederen en buitenplaatsenzone;<br />

- de textielfabrieken en zouttorens.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

41


AMK<br />

IKAW<br />

ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK<br />

42<br />

Kaart archeologische waarden<br />

De Kaart archeologische waarden bestaat uit AMK (Archeologische Mo-<br />

numentenkaart) en de IKAW (Indicatieve kaart archeologische waarden).<br />

Op de AMK is de waardering <strong>van</strong> archeologische monumenten weerge-<br />

geven. Deze waardering is opgesteld door de voormalige Rijksdienst voor<br />

het Oudheidkundig Bodemonderzoek. Er zijn vier waarderingscategorieën.<br />

Binnen het plangebied komen geen terreinen voor met een AMK die<br />

behoren tot een waarderingscategorie.<br />

Archeologische waarden zijn in Nederland veelal onzichtbaar. Ze liggen<br />

grotendeels verborgen in de bodem, waardoor ze niet eenvoudig zijn te<br />

karteren. Om greep te krijgen op deze nog onbekende informatie is door<br />

de voormalige Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek de<br />

IKAW uitgegeven. Deze kaart geeft een beeld <strong>van</strong> het bodemarchief dat<br />

complementair is aan de AMK. De legenda-eenheden <strong>van</strong> de kaart geven<br />

de trefkans op, of de verwachtingswaarde voor, het aantreffen <strong>van</strong> archeo-<br />

logische resten in de bodem weer. Volgens deze kaart ligt het plangebied<br />

in een gebied met een middelhoge trefkans. Dit betekent dat wanneer<br />

bodemingrepen worden gepland er in principe een inventariserend veld-<br />

onderzoek moet worden uitgevoerd, dan wel advies moet worden ge-<br />

vraagd bij de provinciaal archeoloog.<br />

Voor de locatie Diepenheim Noord tweede fase is archeologisch onder-<br />

zoek verricht (Bureau De Steekproef, rapportnummer 2005-05/2, mei<br />

2005). De conclusie <strong>van</strong> dit onderzoek luidt dat vervolgonderzoek niet<br />

nodig is. Ook archeologische begeleiding tijdens graafwerkzaamheden is<br />

niet noodzakelijk. Hierover is overleg geweest met mevrouw drs. S. Wen-<br />

tink <strong>van</strong> Het Oversticht in Zwolle.<br />

Als tijdens de werkzaamheden archeologische materialen of sporen wor-<br />

den aangetroffen, moet dit worden gemeld bij de gemeente <strong>Hof</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Twente</strong>, conform artikel 47 <strong>van</strong> de Monumentenwet 1988.<br />

Ecologie 6.5<br />

In het kader <strong>van</strong> de Flora- en faunwet is ecologisch onderzoek uitgevoerd.<br />

De conclusie is in deze paragraaf opgenomen. Voor nadere informatie<br />

wordt verwezen naar het rapport Advies Flora- en faunawet Diepenheim<br />

Noord 2, september 2007, opgesteld door BügelHajema Adviseurs. Tevens<br />

is gekeken naar de effecten op beschermde gebieden in de omgeving.<br />

Gebiedsbescherming 6.5.1<br />

Natura 2000-gebieden en beschermde Natuurmonumenten liggen op<br />

voldoende afstand <strong>van</strong> het plangebied en zijn hier<strong>van</strong> gescheiden door<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


ebouwing en infrastructuur. Gezien de aard <strong>van</strong> de ingrepen zijn geen<br />

negatieve effecten te verwachten. Voor deze activiteit is daarom geen<br />

vergunning op grond <strong>van</strong> de Natuurbeschermingswet nodig.<br />

Het plangebied grenst aan de noordzijde aan de Provinciale Ecologische<br />

Hoofdstructuur. Door aanleg <strong>van</strong> de wijk vindt geen aantasting <strong>van</strong> de<br />

Provinciale Ecologische Hoofdstructuur plaats door afname <strong>van</strong> areaal. Ook<br />

zal de aanleg <strong>van</strong> de woonwijk geen negatieve effecten hebben op de<br />

functie als beheersgebied en is daarmee niet in strijd met het streekplan.<br />

Door eventuele toename <strong>van</strong> verstoring door licht en geluid kan de aanleg<br />

<strong>van</strong> de wijk mogelijk de houtsingels voor sommige soorten minder ge-<br />

schikt maken als migratieroute tussen de Provinciale Ecologische Hoofd-<br />

structuurgebieden ten oosten en ten westen <strong>van</strong> Diepenheim. Deze<br />

(mogelijke) verstoring kan worden verzacht (gemitigeerd) door de houtsin-<br />

gels aan de noordzijde <strong>van</strong> het plangebied te versterken. Ook wordt hier-<br />

door de uitstraling <strong>van</strong> licht verminderd. Daarnaast is het verstandig om<br />

rekening te houden met het type en de situering <strong>van</strong> verlichting langs de<br />

noordzijde <strong>van</strong> het plangebied.<br />

De hier voorgestelde maatregelen versterken de functie <strong>van</strong> het stuk Pro-<br />

vinciale Ecologische Hoofdstructuur ten noorden <strong>van</strong> het plangebied zo-<br />

danig dat de mogelijke verstorende werking <strong>van</strong> de woonwijk op de<br />

functie als verbindingszone <strong>van</strong> de Provinciale Ecologische Hoofdstruc-<br />

tuurgebied met de huidige inrichting voldoende zal worden gemitigeerd.<br />

Soortenbescherming 6.5.2<br />

Ten aanzien <strong>van</strong> de soortenbescherming zijn vijf aspecten (<strong>van</strong> belang in<br />

de verdere procedure) in acht genomen:<br />

- nadere inventarisatie;<br />

- niet bedreigde waarden;<br />

- bescherming vogels;<br />

- vrijgestelde soorten;<br />

- ontheffingen.<br />

Er zijn geen soorten waarnaar nader onderzoek is vereist. Van alle groepen<br />

is een compleet beeld gekregen over het voorkomen in het plangebied.<br />

Van de volgende soortengroepen worden geen verbodsbepalingen over-<br />

treden in het plangebied:<br />

- vleermuizen;<br />

- reptielen;<br />

- vissen;<br />

- dagvlinders;<br />

- libellen;<br />

- overige ongewervelde soorten.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

NADERE INVENTARISATIE<br />

NIET BEDREIGDE WAARDEN<br />

43


44<br />

BESCHERMING VOGELS<br />

VRIJGESTELDE SOORTEN<br />

Alle vogelsoorten (uitgezonderd exoten) zijn beschermd. Bij uitvoering <strong>van</strong><br />

werkzaamheden in het kader <strong>van</strong> ruimtelijke inrichting geldt vrijstelling <strong>van</strong><br />

de verboden als wordt gehandeld volgens een goedgekeurde gedragsco-<br />

de. Als er geen gedragscode is, moet worden nagegaan of verbodsbepa-<br />

lingen uit de Flora- en faunawet worden overtreden. Er zijn in of in de<br />

omgeving <strong>van</strong> het plangebied geen permanent bewoonde nesten of be-<br />

langrijke rust- of foerageergebieden <strong>van</strong> vogels aanwezig. Er broedt een<br />

aantal vogels in en rond het plangebied. In het plangebied is voor geen<br />

enkele soort de goede staat <strong>van</strong> instandhouding in het geding. Daarom<br />

kan men er in dit plangebied <strong>van</strong> uitgaan dat geen verbodsbepalingen<br />

worden overtreden als buiten het broedseizoen wordt gewerkt of de<br />

werkzaamheden voor het broedseizoen worden begonnen en continu<br />

voortduren. Broedvogels zullen, doordat de werkzaamheden reeds voor<br />

het broedseizoen zijn begonnen, een rustigere broedplaats (op enige af-<br />

stand) zoeken en niet door de werkzaamheden worden gestoord.<br />

Voor het broedseizoen wordt geen standaardperiode gehanteerd in het<br />

kader <strong>van</strong> de Flora- en faunawet. Van belang is of een broedgeval aanwe-<br />

zig is, ongeacht de periode. Voor de meeste vogels geldt dat het broedsei-<br />

zoen <strong>van</strong> ongeveer 15 maart tot 15 juli duurt.<br />

In het plangebied komen enkele beschermde soorten voor in de groepen<br />

vaatplanten, amfibieën en zoogdieren die worden verstoord door de<br />

werkzaamheden. Deze staan in tabel B. Voor deze soorten geldt bij ruimte-<br />

lijke ontwikkeling een vrijstelling voor artikel 8 of de artikelen 9 tot en met<br />

12 <strong>van</strong> de Flora- en faunawet. Aan deze vrijstelling zijn geen aanvullende<br />

eisen gesteld. Voor verstoring <strong>van</strong> deze soorten hoeft geen ontheffing te<br />

worden aangevraagd. De verboden in de artikelen 9, 10 en 11 gelden niet<br />

voor mol, bosmuis en veldmuis. Ook gelden ze niet voor huisspitsmuis als<br />

deze zich in of op gebouwen of daarbij behorende erven of roerende<br />

zaken bevindt.<br />

Tabel B. Soorten in het plangebied waarvoor een vrijstelling geldt<br />

Nederlandse naam Wetenschappelijke naam Beschermingsniveau<br />

Gewone vogelmelk Ornithogalum umbellatum Tabel 1<br />

Gewone bosspitsmuis Sorex araneus Tabel 1<br />

Tweekleurige bosspitsmuis Sorex coronatus Tabel 1<br />

Huisspitsmuis Crocidura russula Tabel 1<br />

Dwergspitsmuis Sorex minutus Tabel 1<br />

Rosse woelmuis Clethrionomys glareolus Tabel 1<br />

Aardmuis Nicrotus agrestis Tabel 1<br />

Dwergmuis Micromys minutus Tabel 1<br />

Bosmuis Apodemus sylvaticus Tabel 1<br />

Haas Lepus europeus Tabel 1<br />

Bunzing Mustela putorius Tabel 1<br />

Wezel Mustela nivalis Tabel 1<br />

Kleine watersalamander Triturus vulgaris Tabel 1<br />

Bruine kikker Rana temporaria Tabel 1<br />

Gewone pad Bufo bufo Tabel 1<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


In het plangebied komen geen soorten voor, waarvoor een ontheffing<br />

dient te worden aangevraagd.<br />

Met inachtneming <strong>van</strong> het voorgaande heeft het realiseren <strong>van</strong> Diepen-<br />

heim Noord 2 geen gevolgen voor beschermde natuurgebieden en be-<br />

schermde diersoorten. Er is geen vergunning nodig in het kader <strong>van</strong> de<br />

Natuurbeschermingswet en er hoeft geen ontheffing in het kader <strong>van</strong> de<br />

Flora- en faunawet te worden aangevraagd.<br />

Water 6.6<br />

Op grond <strong>van</strong> artikel 12 <strong>van</strong> het Besluit op de ruimtelijke ordening, dienen<br />

de centrale overheden in de toelichting op ruimtelijke plannen een water-<br />

paragraaf op te nemen. In die paragraaf dient te worden uiteengezet wat<br />

voor gevolgen het plan in kwestie heeft voor de waterhuishouding: dat wil<br />

zeggen het grondwater en het oppervlaktewater.<br />

Onderhavig plan is in het kader <strong>van</strong> het vooroverleg bestemmingsplan<br />

Diepenheim onder de aandacht gebracht <strong>van</strong> het waterschap en Vitens.<br />

De reactie <strong>van</strong> deze partijen is in de bijlagen opgenomen en indien rele-<br />

<strong>van</strong>t zijn de opmerkingen in deze paragraaf verwerkt.<br />

Het rele<strong>van</strong>te beleid ten aanzien <strong>van</strong> de watertoets is opgenomen in de<br />

bijlagen.<br />

De gemeente <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong> heeft in 2004 het Waterplan gemeente<br />

<strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong> opgesteld in nauwe samenwerking met het Waterschap<br />

Regge en Dinkel en het Waterschap Rijn en IJssel. Het beleid <strong>van</strong> de ge-<br />

meente <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong> op het gebied <strong>van</strong> water is weergegeven in dit<br />

Waterplan.<br />

Het doel <strong>van</strong> dit waterplan is om de verschillende taakvelden binnen de<br />

gemeente en de taken <strong>van</strong> het waterschap op elkaar af te stemmen. Het<br />

plan omvat een beschrijving <strong>van</strong> de wijze waarop de gemeente wil om-<br />

gaan met water.<br />

In het plan wordt een aantal maatregelen beschreven om het beleid ge-<br />

stalte gegeven. Een aantal maatregelen is voor Diepenheim rele<strong>van</strong>t.<br />

Het afkoppelen <strong>van</strong> verhard oppervlak in bestaand stedelijk gebied. Een<br />

onderzoek moet uitwijzen of het afkoppelen <strong>van</strong> ten minste 30% haalbaar<br />

is. Deze maatregel hangt nauw samen met het scheiden <strong>van</strong> (af-<br />

val)waterstromen. Realisatie <strong>van</strong> deze maatregel wordt nagestreefd vóór<br />

2010.<br />

Daarnaast is een uitgangspunt het creëren <strong>van</strong> nieuw water en de aanleg<br />

<strong>van</strong> retentie voor het stedelijk gebied. Hiervoor is in de kern Diepenheim<br />

een oppervlak <strong>van</strong> 1 ha nodig. Deze voorziening is inmiddels gerealiseerd<br />

in de vorm <strong>van</strong> een retentievijver in de Boinksweide ten westen <strong>van</strong> de<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

ONTHEFFINGEN<br />

CONCLUSIE<br />

WATERPLAN GEMEENTE HOF<br />

VAN TWENTE<br />

MAATREGELEN<br />

45


HUIDIGE SITUATIE WATERHUIS-<br />

HOUDING<br />

ZONE WATERSCHAPSBELANG<br />

GEOHYDROLOGISCH ONDER-<br />

ZOEK<br />

WATERAFVOER<br />

RIOLERING EN AFVOER WATER<br />

46<br />

eerste fase <strong>van</strong> de wijk Diepenheim Noord. De capaciteit <strong>van</strong> deze reten-<br />

tievijver is afgestemd op zowel de eerste al gerealiseerde bouwfase als de<br />

tweede bouwfase Diepenheim Noord 2. Er is in het plan Diepenheim<br />

Noord 2 dan ook geen ruimte gecreëerd voor het realiseren <strong>van</strong> opper-<br />

vlaktewater, zoals een vijver.<br />

Voor het nog niet gerealiseerde deel <strong>van</strong> de retentiebehoefte zal elders in<br />

de kern een oplossing worden gezocht.<br />

Op dit moment heeft het plangebied nog een agrarische functie. De wa-<br />

terhuishoudkundige situatie is dan ook nog op deze functie afgestemd. Ten<br />

westen en ten noorden <strong>van</strong> het plangebied ligt een watergang. Deze wa-<br />

tergang is opgenomen op de legger der wateren <strong>van</strong> het Waterschap<br />

Regge en Dinkel. Deze watergang is op de plankaart aangegeven en be-<br />

stemd als Water.<br />

Deze watergang is voorzien <strong>van</strong> een zone waterschapsbelang met een<br />

breedte <strong>van</strong> 5 m. Deze zone is op de plankaart aangegeven in de vorm<br />

<strong>van</strong> een dubbelbestemming. Voor werkzaamheden binnen de zone moet<br />

het waterschap vooraf om toestemming worden gevraagd.<br />

Ten behoeve <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> Diepenheim Noord 2 is een geo-<br />

hydrologisch onderzoek uitgevoerd door Tauw. In het rapport geohydrolo-<br />

gisch onderzoek Diepenheim Noord tweede fase, 28 juni 2006, zijn de<br />

resultaten <strong>van</strong> de geohydrologische verkenning opgenomen. De voorge-<br />

stelde verkaveling is als uitgangspunt genomen. Uit het rapport blijkt dat<br />

het plan kan worden ingericht met wadi's, goten en IT-riolering zodat ten<br />

aanzien <strong>van</strong> de waterhuishoudkundige situatie geen problemen ontstaan.<br />

Voor nadere informatie wordt verwezen naar dit geohydrologisch rapport.<br />

Voor het plan is door Tauw een waterhuishoudingsplan opgesteld, waarin,<br />

mede op basis <strong>van</strong> het geohydrologisch rapport, nader is uitgewerkt hoe<br />

de waterhuishouding in het plan exact vorm gaat krijgen en waarin met<br />

ondertaande aspecten en uitgangspunten rekening wordt gehouden.<br />

Voor nadere informatie betreffende de waterhuishoudkundige situatie<br />

wordt dan ook verwezen naar het rapport Riolerings- en waterhuishou-<br />

dingplan Uitbreiding Diepenheim, d.d. 18 december 2007.<br />

Op een aantal plekken in het plan blijven bestaande sloten in het plan<br />

gehandhaafd. De profielen blijven zoveel mogelijk onaangeroerd mede<br />

<strong>van</strong>wege de aanwezig beplanting. De sloten blijven een functie vervullen<br />

in de afvoer <strong>van</strong> water. Het water wordt uiteindelijk afgevoerd naar de<br />

omliggende watergangen en partijen.<br />

In het plangebied wordt een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd. De<br />

riolering wordt aangesloten op de riolering <strong>van</strong> de bestaande bebouwing<br />

Diepenheim Noord fase 1. De dimensionering <strong>van</strong> de bestaande riolen die<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


zijn aangelegd in Diepenheim Noord fase 1 zijn voldoende om het water<br />

uit Diepenheim Noord fase 2 via IT- riolen te verwerken.<br />

Het regenwater <strong>van</strong> daken en wegen wordt bovengronds afgevoerd in<br />

molgoten en lijngoten en opge<strong>van</strong>gen in wadi's. In de woonstraten wordt<br />

het water ook middels molgoten en lijngoten afgevoerd naar wadi's. Op<br />

de kavels dienen goten of buizen te worden aangelegd waarin het regen-<br />

water <strong>van</strong> de dakvlakken naar de wegen toe wordt afgevoerd. Per woning<br />

komt op de rand <strong>van</strong> de kavel tegen de openbare straat aan een voorzie-<br />

ning waarin regenwater <strong>van</strong>af de kavel moet instromen en <strong>van</strong> waaruit<br />

regenwater vervolgens uitstroomt op de straat of in de molgoot. Zoals<br />

aangegeven, wordt het water middels de molgoten en lijngoten afgevoerd<br />

naar de wadi, waarin het water kan infiltreren en <strong>van</strong>waar vervolgens het<br />

overtollige water naar de omliggende sloten en waterpartijen wordt afge-<br />

voerd.<br />

Met de inrichting <strong>van</strong> het plangebied wordt gestreefd naar het gebruik <strong>van</strong><br />

duurzame bouwmaterialen om schoon regenwater in het gebied te con-<br />

serveren.<br />

Milieuhinder 6.7<br />

Milieuaspecten worden geregeld via de daartoe geëigende wetgeving,<br />

maar daar waar het de ruimtelijke ordening raakt, dient met deze aspecten<br />

rekening te worden gehouden. Het gaat dan met name om de situering<br />

ten opzichte <strong>van</strong> milieuhinderlijke elementen.<br />

Met de invulling <strong>van</strong> het plangebied Diepenheim Noord tweede fase is<br />

rekening gehouden met milieuhinderlijke belemmeringen.<br />

Ten zuidoosten <strong>van</strong> de locatie ligt een autobedrijf. Dit bedrijf valt in milieu-<br />

categorie 2. Voor deze categorie bedrijven geldt een milieuhinderzone <strong>van</strong><br />

30 m. De afstand <strong>van</strong> de nieuw te bouwen woningen tot de plaats waar<br />

de werkzaamheden <strong>van</strong> het autobedrijf worden uitgevoerd, is groter dan<br />

30 m.<br />

Aan de oostkant grenst de locatie aan sportveldencomplex De Koppel. De<br />

achtertuinen <strong>van</strong> de meest oostelijk geprojecteerde woningen grenzen aan<br />

het sportveldencomplex bestaande uit voetbalvelden, waar<strong>van</strong> één ver-<br />

licht, en drie tennisbanen met verlichting. Volgens de VNG-brochure Be-<br />

drijven en milieuzonering dient voor een sportveldencomplex met<br />

verlichting een afstand tot milieugevoelige functies <strong>van</strong> 50 m in acht te<br />

worden genomen <strong>van</strong>wege het geluid. De verlichte tennisbanen liggen op<br />

ruim 100 m <strong>van</strong> de ontwikkelingslocatie. Er is nader onderzoek uitgevoerd<br />

naar het licht en het geluid <strong>van</strong> het sportveldencomplex om de exacte<br />

hinderzone te bepalen. Beide onderzoeken zijn uitgevoerd door Oranje-<br />

woud.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

DUURZAAM STEDELIJK WATER-<br />

BEHEER<br />

47


GEURHINDER AGRARISCHE<br />

BEDRIJVEN<br />

48<br />

In het rapport Onderzoek lichthinder nabij sportpark De Koppel te Die-<br />

penheim, d.d. 11 september 2007 is het resultaat <strong>van</strong> het lichtonderzoek<br />

opgenomen.<br />

Uit het lichthinderonderzoek is gebleken dat de aanwezige verlichtingsin-<br />

stallatie een onaanvaardbare lichtsterkte (cd) veroorzaakt. De waarden <strong>van</strong><br />

de verlichtingssterkte (lux) blijft wel onder de norm. Om aan de norm voor<br />

de lichtsterkte te voldoen wordt aanbevolen om enkele armaturen te ver-<br />

<strong>van</strong>gen door moderne exemplaren, zoals de Areolux type Egalux 2000 en<br />

worden voorzien <strong>van</strong> afschermranden. De verouderde armaturen worden<br />

dan ook ver<strong>van</strong>gen. Voor nadere informatie wordt verwezen naar het eer-<br />

der genoemde rapport.<br />

In het rapport Akoestisch onderzoek sportcomplex De Koppel, d.d. 11<br />

september 2007 zijn de conclusies opgenomen <strong>van</strong> het akoestisch onder-<br />

zoek. Uit het onderzoek is gebleken dat:<br />

- de geluidsbelasting <strong>van</strong>wege het sportcomplex als totaal lager is<br />

dan de richtwaarde voor een rustige woonomgeving;<br />

- de geluidsbelasting <strong>van</strong>wege het sportcomplex als totaal ruim-<br />

schoots lager is dan de grenswaarden die op grond <strong>van</strong> de Wet mi-<br />

lieubeheer voor de verenigingen afzonderlijk <strong>van</strong> toepassing zijn.<br />

Er kan derhalve worden geconcludeerd dat:<br />

- wat betreft het aspect geluid een voldoende beschermingsniveau<br />

voor de geplande woningen wordt gegarandeerd;<br />

- de sportverenigingen <strong>van</strong>wege de geplande woningen, op het ge-<br />

bied <strong>van</strong> geluid, niet in de beoogde bedrijfsvoering worden be-<br />

lemmerd.<br />

Voor nadere informatie wordt verwezen naar het eerder genoemde rap-<br />

port.<br />

Door Inogen Environmental Alliance, Oranjewoud is een onderzoek naar<br />

geurhinder <strong>van</strong> agrarische inrichtingen op het plangebied Diepenheim<br />

Noord 2 uitgevoerd. Het doel <strong>van</strong> het onderzoek is inzicht te verkrijgen in<br />

de geurhinder afkomstig <strong>van</strong> nabijgelegen agrarische bedrijven en te bepa-<br />

len of deze geurhinder <strong>van</strong> invloed is op het voorgenomen plan voor<br />

woningbouw binnen Diepenheim Noord 2.<br />

Uit de conclusie <strong>van</strong> het onderzoek blijkt dat er geen agrarische inrichtin-<br />

gen zijn waar<strong>van</strong> de hindercontour of hindercirkel het plangebied over-<br />

schrijdt. Tevens overschrijdt de cumulatieve hinder op het plangebied de<br />

wettelijke norm niet. Op basis <strong>van</strong> de voor- en achtergrondbelasting wat<br />

betreft geur is de kwaliteit <strong>van</strong> de leefomgeving voor het plangebied aan<br />

te merken als zeer goed. Voor nadere informatie en de resultaten <strong>van</strong> het<br />

onderzoek wordt verwezen naar het rapport Geuronderzoek, Onderzoek<br />

naar geurhinder <strong>van</strong> agrarische inrichtingen op het plangebied Diepen-<br />

heim Noord 2, d.d. 30 januari 2008, projectnummer 180268.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Externe veiligheid 6.8<br />

Het beleid ten aanzien <strong>van</strong> het produceren, verwerken, opslaan en vervoe-<br />

ren <strong>van</strong> gevaarlijke stoffen begint steeds vastere vormen aan te nemen. De<br />

overheid werkt hard aan het vastleggen <strong>van</strong> veiligheidsnormen die in acht<br />

moeten worden genomen en waarmee zowel op het gebied <strong>van</strong> milieu<br />

als op het gebied <strong>van</strong> de ruimtelijke ordening rekening moet worden<br />

gehouden. Nieuw aan het veiligheidsbeleid is dat de afwegingen ten aan-<br />

zien <strong>van</strong> risico's op ongevallen die doden en gewonden tot gevolg kunnen<br />

hebben duidelijk zichtbaar moeten worden gemaakt en niet langer onbe-<br />

wust of impliciet moeten plaatsvinden.<br />

Inmiddels is ten aanzien <strong>van</strong> inrichtingen het Besluit externe veiligheid<br />

inrichtingen in werking getreden. Ook ten aanzien <strong>van</strong> het vervoer <strong>van</strong><br />

gevaarlijke stoffen zullen in de toekomst wettelijke normen worden vast-<br />

gesteld. Vooralsnog dient op dit punt echter te worden gewerkt met be-<br />

staande circulaires, nota's en handreikingen zonder wettelijke status.<br />

Op basis <strong>van</strong> inventarisatie en de risicokaart <strong>van</strong> de provincie Overijssel is<br />

geconstateerd dat in het plangebied of in de directe nabijheid daar<strong>van</strong><br />

geen categoriale inrichting voorkomt die onder de werking <strong>van</strong> het Besluit<br />

externe veiligheid inrichtingen valt. Er is dan ook geen verdere aandacht<br />

besteed aan het aspect externe veiligheid in relatie tot inrichtingen.<br />

De meest nabijgelegen hoofdverkeersaders zijn de N346 en de N347.<br />

Deze wegen liggen op een aanzienlijke afstand <strong>van</strong> het plangebied en<br />

komen niet voor op de lijst <strong>van</strong> wegen die een aandachtspunt zijn voor<br />

het plaatsgebonden risico of het groepsrisico.<br />

In het kader <strong>van</strong> mogelijke aanwezige kabels en leidingen is een KLIC<br />

melding uitgevoerd. Aangegeven is dat er geen kabels en leidingen liggen<br />

die planologische bescherming behoeven.<br />

Bomeneffectanalyse 6.9<br />

Zoals in hoofdstuk 4 is aangegeven, bevindt zich in het plangebied een<br />

waardevolle monumentale eik. Deze eik wordt positief bestemd. Ten be-<br />

hoeve <strong>van</strong> een waardevolle monumentale eik in het plangebied is een<br />

bomeneffectanalyse gemaakt. De bomeneffectanalyse geeft inzicht in de<br />

toestand en de levensverwachting <strong>van</strong> de boom in relatie tot de plannen<br />

die in de directe omgeving <strong>van</strong> de boom worden ontwikkeld. De boom<br />

verkeert in goede conditie, dit blijkt uit de knopzetting, de vertwijging en<br />

de schotlengte <strong>van</strong> de boom. Gezien de conditie <strong>van</strong> de kroon was er<br />

geen aanleiding om het wortelgestel nader te onderzoeken.<br />

In het plangebied wordt deze boom gehandhaafd en in het bestem-<br />

mingsplan wordt deze boom positief bestemd. Op grond <strong>van</strong> de voor-<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

BESLUIT EXTERNE VEILIGHEID<br />

INRICHTINGEN<br />

ROUTES GEVAARLIJKE STOFFEN<br />

49


50<br />

schriften wordt voorkomen dat binnen de kroonprojectie <strong>van</strong> de boom<br />

activiteiten mogen plaatsvinden die schade aan de boom of zijn groei-<br />

plaats kunnen veroorzaken. Voor nadere informatie wordt verwezen naar<br />

de notitie Bomen Effect Analyse, 1 Quercus Robur, Diepenheim Noord<br />

Bouwfase 2, januari 2008.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Economische<br />

uitvoerbaarheid<br />

De exploitatieopzet <strong>van</strong> Diepenheim Noord 2 zal te zijner tijd bij de vast-<br />

stelling <strong>van</strong> dit plan separaat als bijlage worden toegevoegd.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

51


Algemeen 8.1<br />

Inspraak en<br />

overleg<br />

Onderhavig bestemmingsplan maakte aan<strong>van</strong>kelijk integraal deel uit <strong>van</strong><br />

het voorontwerpbestemmingsplan Diepenheim. Dat voorontwerpbe-<br />

stemmingsplan had betrekking op de gronden welke zijn gelegen in de<br />

kern Diepenheim en in voorliggend bestemmingsplan.<br />

Het voorontwerpbestemmingsplan heeft ter inzage gelegen in de periode<br />

<strong>van</strong> 18 januari tot en met 14 februari 2007 en is ten behoeve <strong>van</strong> het<br />

artikel 10 Bro overleg toegezonden aan rele<strong>van</strong>te overheden en instanties.<br />

Het voorliggende bestemmingsplan vormt slechts een afsplitsing <strong>van</strong> het<br />

ter inzage gelegde voorontwerpbestemmingsplan. Het voorziet niet in<br />

significante planologische afwijkingen ten aanzien <strong>van</strong> de woningontwikke-<br />

ling welke was opgenomen in het eerdergenoemde voorontwerpbe-<br />

stemmingsplan. Derhalve wordt met het reeds verrichtte artikel 10 Bro<br />

overleg, geacht te hebben voldaan aan de verplichting om over elk be-<br />

stemmingsplan overleg te voeren ex artikel 10 Bro. Om dezelfde reden<br />

zijn de inspraakreacties op het ter inzage gelegde voorontwerpbestem-<br />

mingsplan en die betrekking hebben op onderhavig plangebied verwerkt<br />

in voorliggend bestemmingsplan.<br />

Overleg ex artikel 10 Bro 8.2<br />

Het voorontwerpbestemmingsplan Diepenheim is verzonden aan de vol-<br />

gende rele<strong>van</strong>te overheden en instanties:<br />

- provincie Overijssel;<br />

- VROM-Inspectie;<br />

- Het Oversticht;<br />

- Waterschap Regge en Dinkel;<br />

- Vitens;<br />

- Gasunie;<br />

- Regionale Brandweer.<br />

Van alle aangeschreven overheden en instanties is een reactie ont<strong>van</strong>gen.<br />

Voorzover rele<strong>van</strong>t voor onderhavig bestemmingsplan, zijn in het navol-<br />

gende de binnengekomen opmerkingen puntsgewijs samengevat en voor-<br />

zien <strong>van</strong> een gemeentelijke reactie. Voor de complete inhoud <strong>van</strong> de<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

53


54<br />

ont<strong>van</strong>gen reacties op het voorontwerpbestemmingsplan Diepenheim,<br />

wordt verwezen naar de bijlagen.<br />

1. Provincie Overijssel<br />

Opmerking 1<br />

Verzocht is om voor alle beoogde ontwikkelingen te vermelden in hoever-<br />

re milieuzones die ontwikkelingen belemmeren en daar waar binnen een<br />

zone gevoelige functies zijn geprojecteerd, een afwijking <strong>van</strong> geïndiceerde<br />

afstanden te motiveren.<br />

Reactie 1<br />

In paragraaf 6.7 <strong>van</strong> de toelichting is onderbouwd dat de voorgestane<br />

woningbouw niet wordt belemmerd door aanwezige milieuhinderlijke<br />

inrichtingen.<br />

Opmerking 2<br />

Verzocht is te motiveren dat de aspecten flora en fauna en archeologie<br />

geen belemmering vormen voor de beoogde nieuwe ontwikkelingen.<br />

Reactie 2<br />

In paragraaf 6.4 (archeologie) en paragraaf 6.5 (ecologie) is deze opmerking<br />

verwerkt.<br />

Opmerking 3<br />

Uit het luchtkwaliteitsonderzoek zal moeten blijken dat naast de autono-<br />

me groei, ook rekening wordt gehouden met een toename <strong>van</strong> de ver-<br />

keersbewegingen als gevolg <strong>van</strong> de beoogde nieuwe ontwikkelingen en<br />

dat ook in 2017 geen normen uit het Besluit Luchtkwaliteit 2005 worden<br />

overschreden.<br />

Reactie 3<br />

In paragraaf 6.2 is aangetoond dat wordt voldaan aan het Besluit luchtkwa-<br />

liteit 2005.<br />

Opmerking 4<br />

Verzocht is in de toelichting <strong>van</strong> het bestemmingsplan nader in te gaan op<br />

het nieuwe woningbehoeftenonderzoek uit 2005/2006 en de mate<br />

waarin de beoogde nieuwbouw hierop aansluit.<br />

Reactie 4<br />

In paragraaf 3.2 is deze opmerking verwerkt.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


2. VROM-Inspectie<br />

In het geheel geen opmerkingen.<br />

3. Het Oversticht<br />

Uitsluitend opmerkingen die geen gevolgen hebben voor onderhavig<br />

bestemmingsplan.<br />

4. Waterschap Regge en Dinkel<br />

Opmerking<br />

Verzocht wordt om zowel de in de bijlage (in geel) opgenomen 'Toelich-<br />

ting beleidskader water', als de omschrijving met betrekking tot het beleid<br />

<strong>van</strong> Waterschap Rijn en IJssel, te verwijderen.<br />

Reactie<br />

Betreffende tekstonderdelen zijn verwijderd.<br />

5. Vitens<br />

In het geheel geen opmerkingen.<br />

6. Gasunie<br />

In het geheel geen opmerkingen.<br />

7. Regionale Brandweer<br />

Uitsluitend opmerkingen die geen gevolgen hebben voor onderhavig<br />

bestemmingsplan.<br />

Inspraak 8.3<br />

Op het ter inzage gelegde voorontwerpbestemmingsplan Diepenheim, zijn<br />

48 inspraakreacties ont<strong>van</strong>gen. Van de binnengekomen reacties hebben<br />

23 betrekking op het plangebied <strong>van</strong> voorliggend bestemmingsplan. Voor-<br />

zover rele<strong>van</strong>t voor onderhavig bestemmingsplan zijn in het navolgende<br />

de binnengekomen opmerkingen puntsgewijs samengevat en voorzien<br />

<strong>van</strong> een gemeentelijke reactie.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

55


56<br />

1. Voetbalvereniging Diepenheim, p/a Raad-<br />

huisstraat 3 te Diepenheim<br />

Opmerking 1<br />

Inspreker wijst op de grens <strong>van</strong> 50 m afstand <strong>van</strong> woonbebouwing tot<br />

sportvelden, zoals die in de VNG-uitgave Bedrijven en milieuzonering<br />

wordt aangehouden. Men vraagt zich af of de gemeente die grens han-<br />

teert.<br />

Reactie 1<br />

De gemeente hanteert de afstanden zoals weergegeven in de VNG-<br />

uitgave. De weergegeven afstand is echter geen norm waar<strong>van</strong> niet mag<br />

worden afgeweken. Het is een leidraad om te bepalen binnen welke af-<br />

stand <strong>van</strong> de perceelsgrens <strong>van</strong> een milieuactiviteit tot aan de gevels <strong>van</strong><br />

woningen, milieuhinder zou kunnen optreden.<br />

In de VNG-uitgave is vermeld dat het optreden <strong>van</strong> geluid <strong>van</strong>wege veld-<br />

sportcomplexen met verlichting, hinderlijk kan zijn voor woningen die zijn<br />

gelegen binnen 50 m <strong>van</strong> dat veldsportcomplex. Ook dient extra aandacht<br />

te worden besteed aan het mogelijk optreden <strong>van</strong> lichthinder.<br />

Teneinde een goed woon- en leefklimaat te kunnen garanderen, is het<br />

mogelijk optreden <strong>van</strong> geluid- en/of lichthinder onderzocht. Uit de onder-<br />

zoeken is gebleken dat wordt voldaan aan de geldende geluidsnormen.<br />

De norm voor de lichtsterkte wordt met de huidige lichtarmaturen over-<br />

schreden, maar deze overschrijding kan te niet worden gedaan door enke-<br />

le armaturen te ver<strong>van</strong>gen door moderne exemplaren.<br />

Opmerking 2<br />

In de winterperiode worden de negen lichtmasten, met uitzondering <strong>van</strong><br />

de weekends, dagelijks gebruikt <strong>van</strong> 17.00 uur tot 22.00 uur. Op dit mo-<br />

ment worden hieraan geen beperkingen gesteld. Inspreker vraagt hoe dit<br />

zal zijn als de bebouwing zo dicht bij de velden komt.<br />

Reactie 2<br />

Zie reactie 1.<br />

Opmerking 3<br />

Inspreker wijst op het geluid, zowel door de voetballers op de avonden en<br />

op zaterdag en zondag, maar ook door de gewenste geluidsinstallatie voor<br />

aankondigingen voorafgaande en tijdens de wedstrijden op zondagmid-<br />

dag. Inspreker gaat er<strong>van</strong> uit dat er geen beperkingen komen op trainings-<br />

en speeltijden.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Reactie 3<br />

Zie reactie 1.<br />

Opmerking 4<br />

Inspreker vraagt welke maatregelen de gemeente gaat treffen om te voor-<br />

komen dat ballen in de tuinen <strong>van</strong> de nieuw te bouwen woningen te-<br />

rechtkomen.<br />

Reactie 4<br />

De bestaande groensingel ten westen <strong>van</strong> de sportvelden is in het voor-<br />

ontwerpbestemmingsplan positief bestemd. Vanwege de hoogte en de<br />

dichtheid <strong>van</strong> die singel wordt er vooralsnog <strong>van</strong> uitgegaan dat de af-<br />

schermende werking er<strong>van</strong> voldoende is om overlast te voorkomen.<br />

Mocht in de toekomst blijken dat overlast optreedt, dan zal de gemeente,<br />

als eigenaar <strong>van</strong> de sportvelden, beschouwen welke maatregelen kunnen<br />

worden getroffen om die overlast afdoende terug te dringen.<br />

Opmerking 5<br />

Inspreker vraagt garanties <strong>van</strong> de gemeente dat er geen beperkingen ko-<br />

men tot het gebruik <strong>van</strong> de velden en de tijden, anders dan de nu als<br />

normaal ervaren speeltijden en gebruiksmogelijkheden. Inspreker is <strong>van</strong><br />

mening dat in de verkoopcontracten <strong>van</strong> de woningen een clausule moet<br />

worden opgenomen waarin de rechten <strong>van</strong> de vereniging staan vermeld.<br />

Reactie 5<br />

Zie reactie 1. Op basis <strong>van</strong> een goede ruimtelijke ordening dient een goed<br />

woon- en leefklimaat te worden gerealiseerd. Om een dergelijk klimaat op<br />

'papier' te realiseren (middels contracten) acht de gemeente niet wenselijk.<br />

2. Kunstvereniging Diepenheim, Grotestraat 17<br />

te Diepenheim<br />

Opmerking 1<br />

Inspreker vraagt of het inplannen <strong>van</strong> nieuwe en/of verlegde wandel-<br />

en/of fietspaden na de vaststelling <strong>van</strong> het bestemmingsplan mogelijk is.<br />

Reactie 1<br />

Na vaststelling <strong>van</strong> het bestemmingsplan kunnen fiets- en wandelpaden<br />

worden aangelegd, indien dat is toegestaan binnen de geldende bestem-<br />

mingsbepalingen op de betreffende gronden. Dus als dat in een bepaalde<br />

bestemming niet mogelijk is, zal daarvoor een procedure moeten worden<br />

doorlopen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

57


58<br />

Opmerking 2<br />

Inspreker vraagt of in het bestemmingsplan een mogelijkheid kan worden<br />

gecreëerd waardoor (tijdelijke) kunstwerken op een eenvoudige manier in<br />

de bestemmingen Groenvoorzieningen, Groene ruimte, Agrarische doel-<br />

einden met landschappelijk waarden en Water kunnen worden geplaatst.<br />

Reactie 2<br />

In overleg met de kunstvereniging is bekeken wat de mogelijkheden zijn<br />

om tegemoet te komen aan deze wens.<br />

3. M. Nijenhuis, Loohof 9 te Diepenheim<br />

Opmerking 1<br />

Inspreker meent dat de indeling en de grootte <strong>van</strong> de kavels in Diepen-<br />

heim Noord niet voldoende zijn gericht op de vraag <strong>van</strong> starters.<br />

Reactie 1<br />

In paragraaf 3.2 <strong>van</strong> de toelichting <strong>van</strong> het bestemmingsplan is aangege-<br />

ven dat het woningbouwprogramma waarin het voorliggende bestem-<br />

mingsplan voorziet, aansluit op de woningmarkt zoals weergegeven in de<br />

Woonvisie 2003 en is onderzocht in het woningmarktonderzoek 2005.<br />

Ten opzichte <strong>van</strong> het aan<strong>van</strong>kelijk stedenbouwkundig plan voorziet het<br />

huidige stedenbouwkundige plan in meer goedkopere woningen. Die<br />

verandering is doorgevoerd om beter te kunnen voldoen aan de woning-<br />

behoefte <strong>van</strong> mensen met een kleiner financieel budget.<br />

In de startersregeling <strong>van</strong> de gemeente is aangegeven dat ten behoeve <strong>van</strong><br />

de aanschaf <strong>van</strong> een woning een lening kan worden verstrekt, mits de<br />

totale kosten voor de aanschaf <strong>van</strong> die woning niet een bepaald bedrag<br />

overschrijden. In Diepenheim Noord 2 zijn meerdere kavels opgenomen<br />

met een zodanige om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het oppervlak dat de totale kosten om ter<br />

plekke een woning op te kunnen richten in redelijkheid onder het in de<br />

starterslening opgenomen maximale bedrag kan blijven.<br />

Opmerking 2<br />

Inspreker wijst op de functie <strong>van</strong> het voormalige voetbalveld aan de Goor-<br />

seweg 22 als terrein voor kleine evenementen en het belang er<strong>van</strong> voor<br />

het verenigingsleven.<br />

Reactie 2<br />

Een deel <strong>van</strong> de locatie die wordt bedoeld, is verkocht aan een particulier.<br />

Op het overige deel en het parkeerterrein kunnen nog kleinschalige eve-<br />

nementen plaatsvinden. Aangezien binnen het bestemmingsplangebied<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


geen evenementen zijn voorzien om te worden georganiseerd die <strong>van</strong><br />

planologische betekenis zijn, zijn in het bestemmingsplan geen gronden<br />

aangewezen als evenemententerrein.<br />

4. Familie H. Zandjans, Kremersweide 6 te Die-<br />

penheim<br />

Opmerking<br />

Insprekers wijzen op de aantallen kinderen in de basisschoolleeftijd in de<br />

straat. Zij verzoeken de Kremersweide af te sluiten voor bouwverkeer <strong>van</strong><br />

en naar Diepenheim Noord 2. Voorgesteld wordt een alternatief te zoeken<br />

voor het bouwverkeer.<br />

Reactie<br />

Hoewel deze opmerking niet rele<strong>van</strong>t is voor de inhoud <strong>van</strong> het bestem-<br />

mingsplan, kan worden aangegeven dat momenteel nog geen keuze is<br />

gemaakt omtrent de route <strong>van</strong> het bouwverkeer. Zowel de mogelijke al-<br />

ternatieven als de beste keus daaruit, dienen nog nader te worden onder-<br />

zocht.<br />

5. De heer A. <strong>van</strong> de Haar en mevrouw<br />

A. Rugenbrink, Zwanenstraat 11 te Goor<br />

Opmerking 1<br />

Insprekers vragen of er geen bufferzone <strong>van</strong> 50 m moet zijn tussen sport-<br />

park De Koppel en de aangrenzende kavels.<br />

Reactie 1<br />

Zie inspraakreactie nummer 1.<br />

Opmerking 2<br />

Insprekers vragen of de twee ontsluitingswegen door Diepenheim<br />

Noord 1 voldoende zijn, ook in geval <strong>van</strong> calamiteiten.<br />

Reactie 2<br />

Uit overleg met de lokale brandweer is gebleken dat de bereikbaarheid<br />

<strong>van</strong> het gebied in het geval <strong>van</strong> calamiteiten geen problemen oplevert.<br />

Opmerking 3<br />

Insprekers vinden dat weinig algemene parkeergelegenheden worden<br />

aangegeven. Het aantal zal niet voldoende zijn voor de gehele wijk.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

59


60<br />

Reactie 3<br />

Uitgangspunt is dat de maatgevende parkeerbehoefte <strong>van</strong> de woningen<br />

op eigen erf wordt opge<strong>van</strong>gen. Voor enkele woningen is de kavel te klein<br />

om de eigen parkeerbehoefte op te kunnen <strong>van</strong>gen. Bovendien kan lang<br />

niet altijd op eigen terrein worden geparkeerd in geval <strong>van</strong> bezoek.<br />

De wegen in het plangebied zullen worden ingericht als erftoegangswe-<br />

gen. Op dit wegtype is parkeren op de openbare weg mogelijk (gedeelte-<br />

lijk zelfs wenselijk) en dus toegestaan.<br />

Bij de vrijstaande woningen en de twee-onder-een-kapwoningen wordt<br />

er<strong>van</strong> uitgegaan dat in ieder geval één auto wordt geparkeerd op eigen erf.<br />

Er is gerekend met de CROW-norm 1,8 parkeerplaats per woning. De<br />

overige parkeerruimte wordt gevonden in de straat. De woonstraten zijn<br />

hiervoor voldoende breed. Er worden dus voor deze woningen geen extra<br />

parkeerplaatsen in het openbaar gebied aangelegd. Voor de rijenwoningen<br />

(drie-onder-een-kapwoningen) is met de CROW-norm <strong>van</strong> 1,5 parkeer-<br />

plaats per woningen gerekend. Er wordt <strong>van</strong> uitgegaan dat bij de hoekwo-<br />

ningen één auto op eigen erf wordt geparkeerd. Bij de rijenwoningen<br />

worden nog acht parkeerplaatsen, in totaal 16 parkeerplaatsen) in het<br />

openbaar gebied aangelegd.<br />

6. Familie Nijhof, Kremersweide 3 te Diepen-<br />

heim<br />

Opmerking<br />

Inspreker heeft vernomen dat de Kremersweide als aanvoerroute voor<br />

bouwverkeer voor Diepenheim Noord zal worden gebruikt. Inspreker ver-<br />

zoekt voor de veiligheid <strong>van</strong> het grote aantal aanwonende kinderen voor<br />

een andere route te kiezen. Hij stelt voor het bouwverkeer via de Boinks-<br />

weide, de Koppel-Raadhuisstraat of de Oude Goorseweg te laten rijden.<br />

Reactie<br />

Verwezen wordt naar de reactie bij inspraakreactie nummer 4.<br />

7. W.R. Brunnekreef, Kremersweide 8 te Die-<br />

penheim<br />

Opmerking<br />

Inspreker maakt bezwaar tegen de doorgang <strong>van</strong> het bouwverkeer door<br />

de Kremersweide wegens geluidsoverlast en het gevaar voor de vele kin-<br />

deren in de straat. Hij suggereert het bouwverkeer via de Oude Goorse-<br />

weg te laten rijden.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Reactie<br />

Verwezen wordt naar de reactie bij inspraakreactie nummer 4.<br />

8. De heer S. en mevrouw C. Wissink-Polman,<br />

Raadhuisstraat 5 te Diepenheim<br />

Opmerking 1<br />

Insprekers vinden dat er erg veel vrije kavels in Diepenheim Noord komen<br />

en dat de kavels te groot zijn. Er komen te weinig twee-onder-een-<br />

kapwoningen en deze staan op te kleine kavels.<br />

Reactie 1<br />

Zie inspraakreactie 3, opmerking 1.<br />

Opmerking 2<br />

Insprekers vinden dat de kavels niet in fases moeten worden uitgegeven,<br />

omdat door veel jongeren al veel te lang op een kavel wordt gewacht.<br />

Jongeren vertrekken uit Diepenheim, waardoor de kern vergrijst.<br />

Reactie 2<br />

Momenteel zijn 115 mensen ingeschreven voor een kavel in Diepenheim.<br />

In Diepenheim Noord zullen 62 woningen worden gebouwd. Uit ervaring<br />

is gebleken dat een significant deel <strong>van</strong> de ingeschrevenen een aangebo-<br />

den kavel niet accepteert. Teneinde te voorkomen dat de uitgifte <strong>van</strong> ka-<br />

vels de marktvraag te sterk overstijgt, zullen derhalve de kavels gefaseerd<br />

worden uitgegeven.<br />

Opmerking 3<br />

Insprekers vinden dat bij de kaveluitgifte de lijst gehandhaafd moet wor-<br />

den. Wie het langst staat ingeschreven, heeft de eerste keus.<br />

Reactie 3<br />

Voor de uitgifte <strong>van</strong> vrije kavels hanteert de gemeente de inschrijflijst, zoals<br />

bedoeld in de ‘Beleidsregel inschrijvingscriteria bouwgrond <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> Twen-<br />

te 2002’.<br />

9. Familie Zwiers, Kremersweide 2 te Diepen-<br />

heim<br />

Opmerking<br />

Inspreker tekent bezwaar tegen bouwverkeer <strong>van</strong> Diepenheim Noord<br />

door de Kremersweide. Redenen zijn de veiligheid <strong>van</strong> hun kinderen en<br />

het kapot rijden <strong>van</strong> de nieuw aangelegde straten Kremersweide en<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

61


62<br />

Boinksweide. Als alternatief wordt een bouwstraat <strong>van</strong>af de Oude Goor-<br />

seweg voorgesteld.<br />

Reactie<br />

Zie opmerking bij inspraakreactie 4.<br />

10. De heer A. en mevrouw C. Lubbers, Leu-<br />

sensweide 17 te Diepenheim<br />

Opmerking<br />

Inspreker dienen bezwaar in tegen het voornemen om het bouwverkeer<br />

<strong>van</strong> Diepenheim Noord over de Kremersweide te laten rijden. Reden is de<br />

veiligheid <strong>van</strong> veel kleine kinderen Als alternatief wordt ontsluiting <strong>van</strong>af<br />

de Oude Goorseweg (Gazebo) voorgesteld.<br />

Reactie<br />

Zie opmerking bij inspraakreactie 4.<br />

11. Mevrouw H. Alkema-Arends, Leusenswei-<br />

de 19 te Diepenheim<br />

Opmerking<br />

Inspreker tekent bezwaar tegen bouwverkeer <strong>van</strong> Diepenheim Noord<br />

door de Kremersweide. Redenen zijn de veiligheid <strong>van</strong> heel veel kleine<br />

kinderen en het vernielen <strong>van</strong> de nieuw aangelegde straat. Als alternatief<br />

wordt een ontsluiting <strong>van</strong>af de Oude Goorseweg (Gazebo) voorgesteld.<br />

Reactie<br />

Zie opmerking bij inspraakreactie 4.<br />

12. Familie Roessink, Kremersweide 4 te Die-<br />

penheim<br />

Opmerking<br />

Inspreker stelt voor het bouwverkeer <strong>van</strong> Diepenheim Noord niet door de<br />

Kremersweide te laten rijden. Reden is de veiligheid <strong>van</strong> veel spelende<br />

kinderen. Als alternatief wordt een ontsluiting <strong>van</strong>af de Oude Goorseweg<br />

voorgesteld.<br />

Reactie<br />

Zie opmerking bij inspraakreactie 4.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


13. De heer B.J.H. Naafs, Boinksweide 4 te Die-<br />

penheim<br />

Opmerking 1<br />

Behalve de verklaring bestemmingen en aanduidingen op de beide plan-<br />

kaarten zijn er nog geen nadere algemene begripsbepalingen <strong>van</strong> be-<br />

stemmingen, benamingen en dergelijke bij de inspraakstukken te vinden.<br />

Reactie 1<br />

De nadere algemene begripsbepalingen zijn in de bestemmingsplanvoor-<br />

schriften opgenomen. De bestemmingsplanvoorschriften hebben ter inza-<br />

ge gelegen.<br />

Opmerking 2<br />

Buiten de nieuw voorgestelde gevelrooilijnen is het straks blijkbaar alleen<br />

nog maar mogelijk om met een 'mogelijke vrijstelling' een kleine erker op<br />

het voorerf te bouwen. Dit kan in veel situaties een behoorlijke beperking<br />

zijn <strong>van</strong> de huidige uitbreidingsmogelijkheden aan de straatzijde.<br />

Reactie 2<br />

Het bouwen <strong>van</strong> een erker voor de voorgevelbouwgrens <strong>van</strong> een woning<br />

is toegestaan, mits wordt voldaan aan de bebouwingsbepalingen, zoals die<br />

zijn opgenomen in de voorschriften in artikel 6, lid 2 sub 4.<br />

Opmerking 3<br />

In de bouwstroken <strong>van</strong> woningen is nu meestal geen bebouwingspercen-<br />

tage vermeld, wat betekent dat in die bouwstrook zelfs kan worden ge-<br />

bouwd tot op het perceel <strong>van</strong> de buurman.<br />

Reactie 3<br />

De constatering <strong>van</strong> inspreker dat op de zijdelingse perceelsgrens mag<br />

worden gebouwd, is correct, met dien verstande dat dit slechts onder<br />

voorwaarden mag geschieden (zie artikel 6, lid 2a sub 3e <strong>van</strong> het ont-<br />

werpbestemmingsplan). Overigens is het bebouwingspercentage niet<br />

bepalend voor het al dan niet mogen bouwen op de perceelsgrens.<br />

14. G.A. in Traa, Kremersweide 10 te Diepen-<br />

heim<br />

Opmerking 1<br />

Inspreker merkt op dat in het beeldkwaliteitsplan naast zijn woning een<br />

groenstrook staat ingekleurd. Hij verzoekt deze strook op de plankaart ook<br />

als Groen te bestemmen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

63


64<br />

Reactie 1<br />

Deze strook omvat de afwateringssloot die is aangelegd. Dit gebruik is<br />

toegestaan binnen de thans toegekende bestemming Woondoeleinden.<br />

Conform de gehanteerde bestemmingssystematiek worden alleen het<br />

structurele openbare groen als Groen bestemd. Zeer kleine groenstroken<br />

zoals de inspreker bedoelt, worden niet afzonderlijk bestemd.<br />

De betreffende groenstrook is in eigendom <strong>van</strong> de gemeente en behoort<br />

niet tot de gronden die bij de kaveluitgifte worden verkocht. Er is derhalve<br />

geen aanleiding om de betreffende groenstrook her in te richten.<br />

Opmerking 2<br />

Inspreker vraagt de optie te bekijken om het bouwterrein Noord II <strong>van</strong>af<br />

de Oude Goorseweg te ontsluiten. Als dat niet mogelijk is vraagt hij in<br />

verband met de veiligheid voor kinderen gedurende de bouw de Kre-<br />

mersweide af te sluiten voor vrachtwagens en het verkeer via de Boinks-<br />

weide te leiden.<br />

Reactie 2<br />

Zie de opmerking bij inspraakreactie 4.<br />

15. De heer G. Boonk, Oude Borculoseweg 4 te<br />

Diepenheim<br />

16. Mevrouw W. Timmerhuis, Lindelaan 9 te Die-<br />

penheim<br />

Opmerking<br />

Insprekers vinden dat de indeling en de grootte <strong>van</strong> de kavels in Diepen-<br />

heim Noord niet voldoende zijn gericht op de vraag <strong>van</strong> doorstromers.<br />

Daarvoor zijn er te weinig twee-onder-een-kapwoningen op te kleine<br />

kavels in het plan.<br />

Reactie<br />

Het woningbouwprogramma in het bestemmingsplan sluit aan op de<br />

Woonvisie 2003 en het woningmarktonderzoek uit 2005. Teneinde flexi-<br />

bel in te kunnen spelen op veranderende woningbehoeften, is in het be-<br />

stemmingsplan een andere woningbouwverdeling mogelijk dan in het<br />

stedenbouwkundig plan is opgenomen. Op enkele gronden waarop in het<br />

stedenbouwkundig plan vrijstaande woningen zijn aangegeven, zijn in het<br />

voorontwerpbestemmingsplan ook halfvrijstaande woningen mogelijk.<br />

Deze flexibele uitwisseling is nu in het plan uitgebreid. Tevens is in het<br />

bestemmingsplan een vrijstellingsmogelijkheid opgenomen om in plaats<br />

<strong>van</strong> drie-onder-een-kapwoningen, twee-onder-een- kapwoningen of vrij-<br />

staande woningen te kunnen bouwen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


17. C.M.S. Raats, 1e Zomerdijk 5 te Diepenheim<br />

Opmerking<br />

Inspreker merkt op dat de grens <strong>van</strong> twee kavels aan de noordzijde <strong>van</strong><br />

het plan binnen de kroonprojectie <strong>van</strong> een oude eik valt. Deze eik maakt<br />

deel uit <strong>van</strong> een houtsingel. Hij verzoekt een vrije strook <strong>van</strong> ten minste 4<br />

m breed aan te houden, zowel langs de singel als rond de kroonprojectie<br />

<strong>van</strong> de eik. De strook heeft tot doel de houtsingel en de oude eik te kun-<br />

nen onderhouden en te beschermen.<br />

Reactie<br />

Het bestemmingsplan wordt op dit punt aangepast. Langs de groensingel<br />

is een dubbelbestemming beschermingszone waardevol groen <strong>van</strong> 4 m<br />

opgenomen. De betreffende boom met een zone <strong>van</strong> 2 m <strong>van</strong>uit de<br />

kroonprojectie heeft de dubbelbestemming waarde-boom gekregen. In<br />

het bestemmingsplan zijn voorschriften opgenomen voor deze dubbelbe-<br />

stemmingen. Binnen de aangegeven dubbelbestemmingen mag niet wor-<br />

den gebouwd en werkzaamheden zijn slechts mogelijk na het verkrijgen<br />

<strong>van</strong> een schriftelijke vergunning <strong>van</strong> de gemeente. Regulier onderhoud is<br />

wel mogelijk.<br />

18. De heer H. Scholderman en mevrouw M. Ro-<br />

haan, Hagen 21 te Diepenheim<br />

Opmerking<br />

Insprekers vinden dat starters geen kans krijgen om in Noord II een wo-<br />

ning te kopen of te bouwen, gezien de grootte <strong>van</strong> de kavels en het aantal<br />

vrijstaande woningen. Ook het aantal huurwoningen is ontoereikend. Veel<br />

jongeren zijn noodgedwongen al uit Diepenheim vertrokken, waardoor de<br />

vergrijzing <strong>van</strong> de kern toeneemt.<br />

Reactie<br />

Verwezen wordt naar de reactie bij inspraakreactie nummer 3.<br />

19. B.J. Oolbekkink, Goorseweg 41 te Diepen-<br />

heim<br />

Opmerking<br />

Inspreker verzoekt om op de inloopmiddag de plattegrond <strong>van</strong> heel Die-<br />

penheim ook aan belangstellenden ter beschikking te stellen.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

65


66<br />

Reactie<br />

De inloopmiddag is inmiddels geweest. Het verzoek zal worden meege-<br />

nomen bij in de toekomst te organiseren inloopmomenten.<br />

20. Familie Nijkamp, Quantstraat 47 te Diepen-<br />

heim<br />

Opmerking 1<br />

Inspreker staat al jaren ingeschreven voor Diepenheim Noord en vraagt<br />

om Diepenheim Noord apart <strong>van</strong> het bestemmingsplan voor de hele kern<br />

Diepenheim te behandelen.<br />

Reactie 1<br />

Inmiddels is besloten om het ter inzage gelegde voorontwerpbestem-<br />

mingsplan te splitsen in een bestemmingsplan voor de uitbreidingslocatie<br />

Diepenheim Noord fase 2 en een bestemmingsplan voor de kern Die-<br />

penheim.<br />

Opmerking 2<br />

Inspreker vraagt wanneer hij meer hoort over de uitgifte, de verdeling en<br />

hoe de kavelschikking wordt bepaald.<br />

Reactie 2<br />

Hoewel deze vraag niet rele<strong>van</strong>t is voor het bestemmingsplan, kan worden<br />

aangegeven dat de kaveluitgifte kan plaatsvinden nadat de gronden bouw-<br />

rijp zijn gemaakt. Momenteel wordt ingeschat dat de gronden medio<br />

2009 bouwrijp zullen zijn en dat dan dus ook kan worden begonnen met<br />

de kaveluitgifte voor de eerste fase. Nadat de woningen <strong>van</strong> de eerste fase<br />

zijn afgebouwd, kan worden begonnen met de uitgifte <strong>van</strong> de tweede fase.<br />

Naar verwachting zal dat in 2011 zijn.<br />

Voor meer informatie wordt inspreker verzocht contact op te nemen met<br />

de gemeente.<br />

21. C. <strong>Hof</strong>f, Ten Vaarwerkstraat 44 te Haaksber-<br />

gen<br />

Opmerking 1<br />

Inspreker vraagt om Diepenheim Noord 2 apart <strong>van</strong> het bestemmingsplan<br />

voor de hele kern Diepenheim te behandelen. Bezwaarprocedures voor<br />

andere plekken kunnen de nieuwbouw in Diepenheim Noord 2 vertragen.<br />

Reactie 1<br />

Zie opmerking 1 bij inspraakreactie 20.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Opmerking 2<br />

Inspreker vraagt waarom er zoveel vrijstaande woningen en niet meer<br />

twee-onder-een-kapwoningen worden gebouwd.<br />

Reactie 2<br />

Zie de opmerking bij inspraakreactie 8.<br />

Opmerking 3<br />

Inspreker vraagt om de kavelgrootte <strong>van</strong> de twee-onder-een-kapwoningen<br />

te vergroten naar 300 m2.<br />

Reactie 3<br />

De kavelgrootte is deels een resultante <strong>van</strong> het gekozen woonprogramma<br />

en de beschikbare ruimte. De nu gekozen kavelgrootte biedt voldoende<br />

mogelijkheden voor de bouw <strong>van</strong> twee-onder-een-kapwoningen binnen<br />

de gekozen beeldkwaliteit.<br />

22. Familie Polman, Ruimersdijk 27 te Diepen-<br />

heim<br />

Opmerking<br />

Inspreker vraagt om toezending <strong>van</strong> het beeldkwaliteitsplan, de richtlijnen<br />

voor het gebied cluster D, het boekwerk en de plankaart.<br />

Reactie<br />

In overleg met inspreker is het beeldkwaliteitsplan toegezonden.<br />

23. H.J. Nijhuis, Vosland 1 te Diepenheim<br />

Opmerking 1<br />

Inspreker vraagt om het plan digitaal te ont<strong>van</strong>gen.<br />

Reactie 1<br />

Het plan is te raadplegen en te downloaden op de website <strong>van</strong> de ge-<br />

meente <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> <strong>Twente</strong>.<br />

Opmerking 2<br />

Inspreker ont<strong>van</strong>gt graag een informatiemap of -boekje <strong>van</strong> Diepenheim<br />

Noord 2.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008<br />

67


68<br />

Reactie 2<br />

Verwezen wordt naar het bestemmingsplan en het beeldkwaliteitsplan.<br />

Beide zijn te raadplegen op de gemeentelijke website of in te zien op het<br />

gemeentehuis.<br />

050.00.03.31.16.toe - Bestemmingsplan Diepenheim Noord 2 - 24 juni 2008


Bijlagen


Beleidskader watertoets<br />

Beleidskader<br />

Het kader voor de watertoets is het vigerend beleid (Vierde Nota Water-<br />

huishouding, Waterbeleid 21e eeuw, Europese Kaderrichtlijn water, Vijfde<br />

Nota over de ruimtelijke ordening en de beleidslijn Ruimte voor de Rivier).<br />

De watertoets wordt uitgevoerd binnen de bestaande wet- en regelgeving<br />

op het gebied <strong>van</strong> ruimtelijke ordening en water, op basis <strong>van</strong> het Water-<br />

beleid 21e eeuw.<br />

Vierde Nota Waterhuishouding<br />

De Vierde Nota Waterhuishouding <strong>van</strong> december 1998 verwoordt het<br />

nationale beleid. Een <strong>van</strong> de speerpunten is een duurzaam stedelijk water-<br />

beheer, met als belangrijke elementen:<br />

- waterbesparende maatregelen in de woning;<br />

- het afkoppelen <strong>van</strong> verhard oppervlak <strong>van</strong> de riolering;<br />

- het infiltreren <strong>van</strong> regenwater in de bodem;<br />

- het bergen <strong>van</strong> regenwater in vijvers;<br />

- herwaardering <strong>van</strong> watersystemen bij de ruimtelijke inrichting <strong>van</strong><br />

(nieuwe) woongebieden.<br />

Waterbeleid 21e eeuw<br />

Met het Waterbeleid 21e eeuw wordt ingespeeld op toekomstige ont-<br />

wikkelingen die hogere eisen stellen aan het waterbeheer. Het gaat hierbij<br />

om onder andere klimaatverandering, bodemdaling en zeespiegelrijzing.<br />

Het Waterbeleid 21e eeuw heeft twee principes voor duurzaam waterbe-<br />

heer geïntroduceerd. Deze twee principes zijn de volgende zogenaamde<br />

tritsen:<br />

- vasthouden, bergen en afvoeren;<br />

- schoonhouden, scheiden en zuiveren.<br />

De trits vasthouden, bergen en afvoeren houdt in dat overtollig water zo-<br />

veel mogelijk bovenstrooms wordt vastgehouden in de bodem en in het<br />

oppervlaktewater. Vervolgens wordt het water tijdelijk geborgen in ber-<br />

gingsgebieden en vertraagd afgevoerd.<br />

Bij schoonhouden, scheiden en zuiveren gaat het erom dat het water zo-<br />

veel mogelijk wordt schoongehouden. Vervolgens worden schoon en vuil<br />

water zoveel mogelijk gescheiden gehouden en als laatste, wanneer<br />

schoonhouden en scheiden niet mogelijk is, komt het zuiveren <strong>van</strong> veront-<br />

reinigd water aan bod.<br />

In het waterhuishoudingsplan <strong>van</strong> de provincie Overijssel geeft de provin-<br />

cie de hoofdlijnen aan voor het waterbeleid in de komende jaren.<br />

- Water moet zwaarder mee wegen bij de keuze <strong>van</strong> nieuwe en de<br />

PROVINCIAAL BELEID


STROOMVISIEGEBIED VECHT-<br />

ZWARTE WATER<br />

BELEID WATERSCHAP<br />

verbetering <strong>van</strong> bestaande woon-, werk- en recreatiegebieden, bij de<br />

inrichting <strong>van</strong> het buitengebied en in het milieubeleid.<br />

- De veerkracht <strong>van</strong> watersystemen moet worden hersteld door de<br />

op<strong>van</strong>gcapaciteit <strong>van</strong> watergangen te vergroten, de sponswerking<br />

<strong>van</strong> de bodem te bevorderen, ruimte te geven aan het hoofdwater-<br />

systeem, waterop<strong>van</strong>ggebieden in te richten en de beleidslijn Ruim-<br />

te voor de rivier te volgen.<br />

- Er worden drie streefbeelden gehanteerd voor het waterbeheer<br />

(basis-, belevings- en kwaliteitswater), de kwaliteit en kwantiteit <strong>van</strong><br />

water worden gemonitord bij blauwe knooppunten en er wordt ex-<br />

tra aandacht besteed aan de zogenaamde waterparels.<br />

- Grondoverlast in steden moet worden opgeheven, rioolstelsels moe-<br />

ten worden verbeterd, de kwaliteit en de inrichting <strong>van</strong> stedelijk wa-<br />

ter moeten beter, de waterketen moet duurzaam worden ingericht<br />

en er moet worden gezorgd voor een veilige en betrouwbare<br />

drinkwatervoorziening.<br />

Een stroomgebiedvisie bestaat uit een ruimtelijke visie op de ontwikke-<br />

lingsmogelijkheden <strong>van</strong> functies in het stroomgebied, gebaseerd op prin-<br />

cipes <strong>van</strong> water en ruimtelijke ordening. Bij de principes <strong>van</strong>uit water gaat<br />

het, zoals gezegd, om niet afwentelen, vasthouden-bergen-afvoeren,<br />

schoonhouden, scheiden en saneren.<br />

In het Waterbeheerplan 2002-2005 staat het beleid <strong>van</strong> het Waterschap<br />

Regge en Dinkel verwoord. In het waterbeheerplan staan de doelstellingen<br />

<strong>van</strong> het waterschap. Het waterschap kiest daarbij voor ruimtelijke, duurza-<br />

me oplossingen, zowel in tijd als in kwaliteit, waarbij het gedachtegoed<br />

<strong>van</strong> het rapport Waterbeleid 21e eeuw nadrukkelijk is meegenomen.<br />

'Water beheren, ruimte creëren' met deze titel vat het Waterschap Regge<br />

en Dinkel de belangrijkste pijler onder zijn Waterbeheerplan 2002-2005<br />

samen.<br />

In het waterbeheerplan is een aantal opgaven genoemd die als uitgangs-<br />

punt dienen voor de bestaande situatie en de nieuwe ontwikkeling. Daar-<br />

naast is voor het stedelijk gebied de beleidsnota Stedelijk water rele<strong>van</strong>t.<br />

Hierin worden beleidsdoelen, maatregelen en richtlijnen genoemd tenein-<br />

de knelpunten samenhangend met het stedelijk water op te lossen en in<br />

de toekomst te voorkomen.<br />

In alle vorengenoemde beleidsdocumenten wordt afkoppelen als maatre-<br />

gel genoemd. Het waterschap heeft dan ook een notitie opgesteld: Afkop-<br />

pelen/niet aankoppelen. Deze notitie geeft richting aan het afkoppelen<br />

<strong>van</strong> verharde oppervlakken door een kader te stellen waarbinnen afkoppe-<br />

len mag plaatsvinden in het beheergebied <strong>van</strong> het Waterschap Regge en<br />

Dinkel.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!