alle hens aan dek.pdf - SZW Forum
alle hens aan dek.pdf - SZW Forum
alle hens aan dek.pdf - SZW Forum
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
ALLE HENS AAN DEK | Wie zijn de niet-werkenden in Nederland?<br />
26<br />
Slechts 10 procent had een b<strong>aan</strong>tje van minder dan 12 uur dat voor enige<br />
in komsten zorgde, een derde had een partner die betaald werk had voor 12 uur of<br />
meer per week. De anderen hadden een partner met een klein b<strong>aan</strong>tje of had<br />
geen partner.<br />
Personen met een langdurige <strong>aan</strong>doening besteden ook op een andere manier<br />
hun tijd. Bijna 30 procent deed vrijwilligerswerk. De zorg voor het gezin of het<br />
huishouden is echter de voornaamste bezigheid.<br />
1.3.4 Moeders met kinderen tot 18 jaar<br />
De groep moeders bestaat uit personen die geen onderwijs volgen, niet gepensioneerd<br />
zijn en ook geen langdurige <strong>aan</strong>doening hebben. Ze zijn lid van een ouderpaar<br />
of <strong>alle</strong>enst<strong>aan</strong>de ouder en hebben ten minste één thuiswonend kind dat<br />
jonger is dan 18 jaar. Van de 1,4 miljoen moeders behoorden ruim een miljoen in<br />
2009 tot de beroepsbevolking. Bijna 300 duizend moeders behoren niet tot de<br />
beroepsbevolking. Voor de meeste moeders die eerder werkten en die in 2009<br />
niet (meer) tot de beroepsbevolking behoren, is de zorg voor het gezin de belangrijkste<br />
reden waarom ze gestopt zijn met werken. Voor de meeste moeders die<br />
niet (substantieel) werken is zorg nog steeds de belangrijkste reden om geen<br />
b<strong>aan</strong> te willen.<br />
De grootste groep moeders die niet tot de beroepsbevolking behoort is 35 tot 45<br />
jaar. Over het algemeen zijn ze middelbaar of laag opgeleid, en wat lager opgeleid<br />
dan de moeders die wel tot de beroepsbevolking behoren. De moeders die niet<br />
tot de beroepsbevolking behoren geven zelf ook vaak <strong>aan</strong> niet te willen werken.<br />
Het <strong>aan</strong>deel moeders dat niet tot de beroepsbevolking behoort, neemt al jaren<br />
af. Kortom, er zijn steeds meer moeders die een betaalde b<strong>aan</strong> hebben. Vooral<br />
de laagopgeleide moeders zorgen voor deze daling binnen die niet-beroepsbevolking.<br />
Hier speelt een cohorteffect mee. De oudere generaties moeders die de<br />
niet-beroepsbevolking verlaten, zijn namelijk gemiddeld lager opgeleid dan de<br />
nieuwe generatie moeders. Ook het <strong>aan</strong>deel middelbaar- en hoogopgeleide moeders<br />
in de niet-beroepsbevolking daalt, maar in mindere mate. Zij participeerden<br />
immers al meer op de arbeidsmarkt. Wanneer de ontwikkeling van het <strong>aan</strong>deel<br />
vrouwen in de niet-beroepsbevolking naar herkomst wordt bekeken, laat deze ontwikkeling<br />
zien dat het <strong>aan</strong>deel autochtone moeders dat tot de niet-beroepsbevolking<br />
behoort daalt. Het <strong>aan</strong>deel allochtone moeders blijft echter vrijwel gelijk. Het<br />
<strong>aan</strong>deel laagopgeleide allochtone moeders in de niet-beroepsbevolking daalde<br />
eerst, maar blijft nu vrijwel gelijk.<br />
Het gegeven dat een steeds groter percentage van de laagopgeleide autochtone<br />
moeders tot de beroepsbevolking behoort, is een gunstige ontwikkeling in het<br />
perspectief van het verhogen van de arbeidsparticipatie. Onderzocht zou kunnen<br />
worden waarom deze ontwikkeling zich niet in gelijke mate voordoet bij laagopgeleide<br />
allochtone moeders. De uitkomsten zouden input kunnen zijn voor de verdere<br />
ontwikkeling van stimuleringsbeleid voor deze groep.<br />
0596_TNO_Binnen_AlleHensAanDek.indd 26 08-07-2010 15:05:17