13.09.2013 Views

Voorbeeldbladzijden Gemengde oefeningen - Abimo uitgeverij

Voorbeeldbladzijden Gemengde oefeningen - Abimo uitgeverij

Voorbeeldbladzijden Gemengde oefeningen - Abimo uitgeverij

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

DEEL 4 : GEMENGDE OEFENINGEN<br />

Jullie hebben met de vorige deeltjes van deze reeks boekjes gewerkt? Dan schrijven<br />

jullie dus nu de werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd én de voltooide<br />

deelwoorden gewoonweg foutloos? Mooi zo! Bovendien is jullie moppenvoorraad<br />

aanmerkelijk vergroot, en da’s toch ook mooi meegenomen, niet?<br />

In dit deeltje van de reeks Werkwoorden Vervoegen? Een Lachertje! maken we<br />

het niet nog wat moeilijker. We herhalen gewoon datgene wat je eigenlijk allemaal<br />

al kent. De enige moeilijkheid – nou ja, moeilijkheid – is dat een en ander gemengd<br />

gebruikt wordt.<br />

Wanneer naast een werkwoord staat: tt, dan betekent dit dat je het werkwoord in<br />

de tegenwoordige tijd vervoegt.<br />

Staat er vt, dan maak je er de correcte vorm van in de verleden tijd.<br />

Dat vd nooit vermeld wordt, heeft te maken met het feit dat je dit meteen zult<br />

merken wanneer je aan zo’n zin bezig bent. Het blijkt telkens de enige mogelijkheid<br />

te zijn.<br />

Let op: soms staat naast een werkwoord géén aanduiding of het werkwoord in tt<br />

of vt moet. De reden is dan dat je zélf in de zin of situatie naar aanwijzingen moet<br />

zoeken. Een voorbeeldje maakt dit meteen duidelijk:<br />

Frieda (hebben) ______ vorig jaar nog rood haar; nu (zijn) _____ het echter groen.<br />

Dat het eerste stuk van deze zin om verleden tijd gaat, is meteen duidelijk. De<br />

aanduiding is hier ‘vorig jaar’, en dus schrijven we: Frieda had vorig jaar nog rood haar.<br />

In het tweede deel van de zin hebben we echter te maken met de tegenwoordige<br />

tijd. Ook dát staat er niet bij vermeld, maar aangezien we het woord ‘nu’ zien,<br />

weten we genoeg. En dus schrijven we: ... nu is het echter groen. (Of Frieda’s<br />

moeder daar zo tevreden over is, laten we hier wel in het midden!)<br />

Voilà. En dan aan het werk: op jou wachten maar liefst 28 prettige <strong>oefeningen</strong>.<br />

Begin er maar snel aan, ze worden ongeduldig!<br />

Duidelijk? Aan de lach!<br />

Frank Pollet . <strong>Abimo</strong> Uitgeverij<br />

1


1.<br />

2<br />

WERKWOORDEN VERVOEGEN? EEN LACHERTJE!<br />

Omer Oplinter (zijn - tt) ___________ een man die graag (reizen - tt) __________ .<br />

Minstens driemaal per jaar (worden - tt) ______________ dit landje hem te klein<br />

en (instappen - tt) ______________ hij het vliegtuig ______________ om in het<br />

buitenland allerlei fraais te gaan bezoeken.<br />

Bovendien (doorbrengen - tt) ______________ Omer met zijn vrouw graag enkele<br />

weekends ______________ in de Ardennen.<br />

Tijdens één van deze prettige weekends (gebeuren - vt) ______________ het<br />

volgende…<br />

Omer (verblijven - vt) ______________ in een klein hotelletje in La Broche. De man<br />

die het hotelletje (uitbaten - vt) ______________ , (beweren - vt) ______________<br />

dat hij feilloos het weer (kunnen - vt) ______________ voorspellen.<br />

‘Als ik (willen – tt) ____________ weten welk weer het (worden) ____________ ,<br />

dan (kijken) ______________ ik op buienradar.be, maar u dus niet. U (kijken)<br />

______________ naar eh… de natuur’, (besluiten - vt) ______________ Omer na<br />

zijn gesprek met de man, ‘dus wanneer men het bosje bomen daar op de heuvel<br />

(kunnen - tt) ______________ zien, (betekenen - tt) ______________ het dat er<br />

regen op komst (zijn - tt) ______________, nietwaar? Ha, ja, dat (hebben - tt)<br />

______________ u mij daarnet toch (vertellen) ______________ , niet?’<br />

De ontzettend vriendelijke pensionhouder (beamen - vt) ______________ de<br />

bewering met een hoofdknik.<br />

‘Maar,’ (vervolgen - vt) ____________ Omer, ‘wat voor weer (zijn - tt) __________<br />

het als men dat bosje daar helemaal NIET (zien - tt) ______________?’<br />

‘O,’ (antwoorden - vt) ______________ de man, ‘dan (zijn - tt) ______________ het<br />

aan het regenen!’<br />

Frank Pollet . <strong>Abimo</strong> Uitgeverij


2.<br />

Zuinige Jef (komen - vt) ___________ te laat op zijn werk.<br />

DEEL 4 : GEMENGDE OEFENINGEN<br />

Natuurlijk (reageren - vt) ______________ zijn baas niet al te vriendelijk:<br />

‘En, wat (zijn - tt) ______________ er nu weer (gebeuren) ______________ , Jef?<br />

Ik (vinden - tt) ______________ dat je me wel een verklaring verschuldigd (zijn - tt)<br />

______________ ; voor de derde keer deze week (zijn - tt) ______________ je te<br />

laat...’<br />

‘Wel, meneer de directeur,’ (antwoorden - vt) ______________ Jef, ‘in de<br />

Muizenlaan (zijn - vt) ______________ iemand een munt van één euro (verliezen)<br />

______________ .’<br />

‘Hm,’ (brommen - vt) ______________ de directeur, ‘(doorgaan) ______________ ,<br />

man, we (gaan - tt) ______________ hier niet de hele dag staan!’<br />

‘Er (zijn - vt) ______________ zeker vijfentwintig, nee, misschien wel dertig mensen<br />

die (helpen - vt) ______________ zoeken.’<br />

‘Als er al zoveel hulp (bieden) ______________ (worden - vt) ______________ ,<br />

waarom (moeten - vt) ______________ jij<br />

daar dan kost wat kost blijven staan?’<br />

‘Tja, meneer de directeur,’ (zeggen - vt)<br />

______________ Jef ten slotte, ‘tja, eh, dat<br />

muntstuk… Ik (staan - vt) ______________<br />

er met mijn voet bovenop!’<br />

Frank Pollet . <strong>Abimo</strong> Uitgeverij<br />

3


3.<br />

4<br />

WERKWOORDEN VERVOEGEN? EEN LACHERTJE!<br />

Pepijn Everzwijn, de stroper waarover we het in vorige boekjes al (hebben)<br />

______________ (hebben - tt) _____________ , (zich bevinden - tt) ____________<br />

zich nu helemaal op het verkeerde pad. Gisteren (worden) ______________<br />

hij door de politie (oppakken) ______________ en vandaag (worden - tt)<br />

______________ hij door een advocaat (ondervragen) __________________ .<br />

‘Jaja, Pepijn, beken maar dat je daar (hebben - tt) ______________<br />

(inbreken) ______________ . Ik (hebben - tt) ______________ je daarnet zélf<br />

(uitleggen) ______________ hoe je te werk (gaan) ______________ (zijn - tt)<br />

______________’, (beweren - tt) ______________ de advocaat.<br />

Maar Pepijn, die niet van gisteren (zijn) ______________ , (antwoorden - tt)<br />

______________ : ‘Maar nee, meester Fripon, ik (bekennen - tt) ______________.<br />

niets, ik (hebben - tt) ______________ helemaal niet (inbreken) ______________.<br />

Maar, meneer de advocaat, ik (willen - tt) ______________ u wél bedanken<br />

voor het plan dat u me daarnet (hebben - tt) ______________ (uitleggen)<br />

______________ . Het (kunnen) ______________ me later misschien nog wel eens<br />

van pas komen.’<br />

4.<br />

(Zijn - tt) ______________ je gek op vreemde verhalen? Ja?!<br />

Dan (moeten - tt) ______________ je zeker dit hier eens lezen.<br />

Het (zijn - tt) ______________ echt (gebeuren) ______________ !<br />

(En als het niet echt (gebeuren) ______________ (zijn - tt) ______________ , dan<br />

(zullen - tt) ______________ het vast en zeker nog wel eens gebeuren!)<br />

Frank Pollet . <strong>Abimo</strong> Uitgeverij

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!