Hoera? Nederland krimpt! – Utrecht: Hoe werkt een stad ... - Ditbureau
Hoera? Nederland krimpt! – Utrecht: Hoe werkt een stad ... - Ditbureau
Hoera? Nederland krimpt! – Utrecht: Hoe werkt een stad ... - Ditbureau
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong><strong>Hoe</strong>ra</strong>? <strong>Nederland</strong> <strong>krimpt</strong>! <strong>–</strong> <strong>Utrecht</strong>: <strong>Hoe</strong> <strong>werkt</strong> <strong>een</strong> <strong>stad</strong>?<br />
Verslag debat dinsdag 23 januari<br />
Door Bianca Lubbers<br />
Na het rapport over krimp van Wim Derks hebben meerdere instanties het begrip krimp<br />
geanalyseerd. Recentelijk bracht het Ruimtelijk Plan Bureau de studie ‘Vele steden maken nog<br />
g<strong>een</strong> Rand<strong>stad</strong>’ uit. Op 29 november versch<strong>een</strong> het rapport ‘Krimp en ruimte’. Tumult wijdde er<br />
<strong>een</strong> debatserie aan, waarvan dit het laatste debat is. Deze keer staat de <strong>stad</strong> (<strong>Utrecht</strong>) centraal.<br />
<strong>Hoe</strong> gaan we om met de woningvoorraden van steden als de bevolking <strong>krimpt</strong>? Wat te doen als<br />
<strong>stad</strong>sbewoners uit de <strong>stad</strong> vertrekken? <strong>Hoe</strong> staat het met verstedelijking van het platteland?<br />
Onder voorzitterschap van Yvonne Zonderop (oud-chef Het Betoog, de Volkskrant)<br />
discussieerden Pieter Buisman (Directeur stedelijke ontwikkeling DHV), Staf Depla<br />
(Tweede Kamerlid voor de PVDA), Peter van der Gugten (Directeur Proper Stok Groep BV.)<br />
en Marien de Langen (Directeur woningbouwcorporatie Mitros) over de gevolgen van de krimp<br />
voor <strong>Utrecht</strong>. <strong>Hoe</strong> zit het met de krimp in <strong>Utrecht</strong>? Waar moeten we mee rekening houden in de<br />
toekomst?<br />
Pieter Buisman van DHV houdt <strong>een</strong> korte inleiding waarin hij het verschijnsel krimp in <strong>Utrecht</strong><br />
schetst. Bevolkingskrimp is in <strong>Utrecht</strong> nog g<strong>een</strong> probleem, maar er zijn in de komende tien jaar<br />
<strong>een</strong> aantal met krimp samenhangende ontwikkelingen waar we rekening mee moeten houden. Dat<br />
zijn vooral <strong>een</strong> toename van het aantal ouderen en de druk op de arbeidsmarkt.<br />
Hij start het debat met de stelling: ‘starterswoningen zijn er genoeg. Bouw vooral kwaliteit voor<br />
de smalle beurs.’<br />
Deze stelling veroorzaakt verwarring bij de panelleden. Zijn starterswoningen niet juist voor<br />
mensen met de smalle beurs? Het probleem van <strong>Utrecht</strong> volgens De Langen is dat de<br />
woningmarkt er dramatisch op slot zit. Vestiging in <strong>Utrecht</strong> is niet zo’n probleem, maar de<br />
doorgroei- en doorstroommogelijkheden zijn slecht. Ook de overgang van huur- naar<br />
koopwoningen is voor veel huurders <strong>een</strong> probleem door de relatief hoge woningprijs in <strong>Utrecht</strong>.<br />
Het gevolg is vertrek -uit de <strong>stad</strong> of naar Leidsche Rijn- of blijven zitten in de huidige woning.<br />
De sociale stijger heeft voor de <strong>stad</strong> altijd enorm veel betekenis en deze wordt naar het idee van<br />
de Langen erg slecht geholpen. De woningmarkt moet van slot, weer lucht krijgen. Maar doordat<br />
de krimp in <strong>Utrecht</strong> op zich laat wachten is de urgentie om iets aan deze druk te doen klein.<br />
Depla bevestigt de mening dat het feit dat <strong>Utrecht</strong> nooit moeite hoeft te doen om mensen aan te<br />
trekken in de mentaliteit terug te zien is. Gevolg is dat de mensen die het niet kunnen betalen of<br />
willen betalen vertrekken uit de <strong>stad</strong>.<br />
Volgens van der Gugten is dé oplossing voor gem<strong>een</strong>ten om van krimp af te komen het bouwen<br />
van heel veel starterswoningen. Door binnen de <strong>stad</strong> <strong>Utrecht</strong> te investeren in starterswoningen en<br />
daarmee in <strong>een</strong> gevarieerde bevolking, voorkomt de gem<strong>een</strong>te dat parkeerplaatsen straks volstaan<br />
met rollators.<br />
Goedkoop bouwen, maar wie betaalt de rekening?<br />
We doen net alsof het bouwen voor 100.000 euro onbetaalbaar is geworden, aldus Van der<br />
Gugten. <strong>Hoe</strong> komt dat? Grondbedrijven maximaliseren de grondprijzen en de markt wordt te vrij<br />
gelaten om echt goedkope woningen te bouwen. Achterliggende oorzaak hiervan is het gebrek
aan politieke keuzes. Als je kiest voor <strong>een</strong> qua leeftijd en inkomen gedifferentieerde <strong>stad</strong> dan<br />
moeten er keuzes gemaakt worden die dit streven ondersteunen.<br />
Volgens Depla is er voor het realiseren van goedkope woningen <strong>een</strong> cultuuromslag nodig.<br />
Burgers, bewoners moeten hun eigen woningen kunnen realiseren. Depla haalt <strong>een</strong> voorbeeld aan<br />
van goedkoop bouwen. In de gem<strong>een</strong>te Bladel hebben bewoners zelf hun woningbouw<br />
ontwikkeld en zijn de woningbouwcorporaties en vastgoedontwikkelaars buiten beschouwing<br />
gelaten. Daar kostten de woningen 120.000 euro in plaats van 180.000 euro.<br />
Volgens van der Gugten bieden gronden van de corporatie de grootste kans op goedkope<br />
woningen. De Langen vult hem aan. ‘Het is niet de corporatie all<strong>een</strong>. Ook de gem<strong>een</strong>te is<br />
daarvoor nodig, want de grond is in erfpacht uitgegeven. Heb bij het realiseren van goedkope<br />
woningen als uitgangspunt het tot stand brengen van <strong>een</strong> schuifpartij van de huidige voorraad.<br />
Dat mechanisme moet op gang gebracht zien te worden.’<br />
Iemand in de zaal merkt op dat het idee was dat Leidsche Rijn het doorschuifproces in de<br />
<strong>Utrecht</strong>se situatie zou faciliteren. Langen verkaart dat dit in Leidsche Rijn anders <strong>werkt</strong> dan<br />
bijvoorbeeld in Nesselande in Rotterdam. De meeste Vinex-locaties blijken koopkracht af te<br />
romen van nabij gelegen gebieden. Het lijkt er volgens hem op dat de oververhitting van de<br />
<strong>Utrecht</strong>se woningmarkt ervoor zorgt dat veel koopkracht in de oude <strong>stad</strong>swijken zelf is<br />
achtergebleven en hij is benieuwd naar de oorzaak hiervan.<br />
Van der Gugten is niet all<strong>een</strong> voor goedkoop bouwen. Verdichting in wijken als Kanaleneiland<br />
en Overvecht ziet hij als <strong>een</strong> enorme kans. Deze ouderwetse ‘uitlegwijken’ zouden in de<br />
toekomst meer echte <strong>stad</strong>swijken meten worden, met <strong>een</strong> hogere dichtheid en <strong>een</strong> heterogene<br />
woningvoorraad. Als er drie- tot vierhonderd woningen gesloopt worden dan kunnen er door<br />
verdichting zo’n dertien- tot veertienhonderd voor terugkomen. Dit creëert mogelijkheden voor<br />
starters en sociale stijgers. Waarom gebeurt dit dan nog niet? Voor dit soort ingrepen is politiek<br />
lef nodig. In <strong>Utrecht</strong>, maar ook elders in <strong>Nederland</strong> is voor dit soort ingrepen bij bestuurders nog<br />
onvoldoende draagvlak aanwezig. De Langen is het niet volledig met hem <strong>een</strong>s. ‘Het ligt niet<br />
all<strong>een</strong> aan het politieke lef. Het lastige bij ingrepen als sloop is dat er zoveel belangen mee<br />
gemoeid zijn. Er moeten scherpe politieke keuzes gemaakt worden over de vraagstukken die<br />
opgelost dienen te worden. We moeten daarbij ook rekening houden met de bewoners zelf.’<br />
Depla vult aan: <strong>Utrecht</strong> moet keuzes maken. De aandacht is nu te versnipperd over verschillende<br />
locaties in <strong>Utrecht</strong>. Ga voor <strong>een</strong> beperkt aantal projecten én laat <strong>een</strong> aantal successen zien.<br />
De woningbouwcorporatie als maatschappelijk vastgoedontwikkelaar<br />
Onlangs besloot <strong>een</strong> groep woningbouwcorporaties, waaronder Mitros, extra te investeren in<br />
achterstandswijken, namelijk zo’n 2.5 miljard euro per jaar tot het jaar 2020. Daarbij bemoeien<br />
woningbouwcorporaties zich tegenwoordig niet all<strong>een</strong> meer met woningbouw, maar ook met het<br />
maatschappelijk vastgoed in wijken, zoals scholen en sportaccommodaties. Zonderop vraagt zich<br />
af wat woningbouwcorporaties hiertoe drijft.<br />
De Langen legt uit: ‘gem<strong>een</strong>ten hebben zelf onvoldoende geld om de opgaven in<br />
achterstandswijken op te pakken. Hierover zijn gem<strong>een</strong>ten zelf overigens opvallend stil. De groep<br />
woningbouwcorporaties gaat extra investeren in stedelijke vernieuwing en neemt zo <strong>een</strong> groot<br />
deel van de betaalbaarheid van woningen op zich. Hierdoor komt er bij de rijksoverheid geld vrij,<br />
wat moet worden doorgesluisd naar de gem<strong>een</strong>ten. Ook investeren we in maatschappelijk<br />
vastgoed.’ De reden voor dit laatste, aldus Van der Gugten, is dat de binding van bewoners met<br />
<strong>een</strong> gebied vaak zit in dit maatschappelijk vastgoed, in scholen en verenigingen. Door hierin te
investeren en de kwaliteit te verbeteren zullen bewoners minder snel vertrekken. Mensen zijn in<br />
het algem<strong>een</strong> gehecht aan de plek waar zij wonen. Ook in achter<strong>stad</strong>swijken, maar daar zijn de<br />
woonomgeving en de voorzieningen vaak van onvoldoende kwaliteit, wat <strong>een</strong> motief om te<br />
vertrekken is. Echt niet ieder<strong>een</strong> wil verhuizen naar <strong>een</strong> Vinex-wijk. ‘Omdat de slechtste wijken<br />
van <strong>Utrecht</strong>, in vergelijking met andere steden, relatief sterke gebieden zijn, is het ook zakelijk<br />
gezien verstandig in deze gebieden te investeren’, aldus de Langen.<br />
Zonderop vraagt de panelleden of het wel de taak van woningbouwcorporaties is om zich om<br />
scholen te bekommeren. Depla kijkt hier pragmatisch tegenaan. Woningbouwcorporaties mogen<br />
best wat extra taken krijgen. In bepaalde wijken heeft Mitros bijvoorbeeld zo’n tachtig procent<br />
van de woningen in handen. Waarom zou de corporatie niet kunnen meedenken over<br />
maatschappelijke voorzieningen in het gebied? Voorwaarde is dat de gem<strong>een</strong>te zorg draagt voor<br />
<strong>een</strong> visie en de regie in handen heeft. Maar wat houdt regie door de overheid precies in? Volgens<br />
de Langen betekent regie dat gem<strong>een</strong>ten verantwoordelijk zijn voor het maken van keuzes in<br />
geval van problemen door belangenconflicten. Van der Gugten pleit voor <strong>een</strong> scherpere regie<br />
door de overheid en voor <strong>een</strong> duidelijke opgave. ‘Als de politiek echt zou kiezen voor goedkope<br />
woningen dan gebeurt het ook. Als de markt en woningbouwcorporaties worden uitgedaagd om<br />
woningen voor <strong>een</strong> heel scherpe prijs te realiseren dan zal er vanuit deze partijen zeker veel<br />
animo voor zijn. Ook als <strong>een</strong> deel van de winst op woningen naar maatschappelijk vastgoed gaat.<br />
Maar als er niet om wordt gevraagd dan gebeurt het ook niet. Maak als overheid gebruik <strong>–</strong>g<strong>een</strong><br />
misbruik- van de kennis die vastgoedontwikkelaars hebben over de markt en geldstromen.’ Hij<br />
voorspelt dat binnen tien jaar <strong>een</strong> groot deel van het maatschappelijk vastgoed door marktpartijen<br />
en corporaties wordt georganiseerd. Zulke ontwikkelingen zijn al gaande in Rotterdam, waar<br />
Proper Stok bijvoorbeeld in de wijk Katendrecht samen met <strong>een</strong> woningbouwcorporatie<br />
woningen, scholen, sportvoorzieningen en <strong>een</strong> kerk ontwikkelt. ‘Met succes, want in relatief<br />
korte tijd heeft in dit gebied <strong>een</strong> transformatie plaatsgevonden van achterstandsgebied naar hippe<br />
woonomgeving.’<br />
De opgaven voor <strong>Utrecht</strong><br />
Waar moet <strong>Utrecht</strong> - in relatie tot krimp- rekening mee houden? Wat dient er te gebeuren?<br />
Van der Gugten wil meer aandacht voor de rol van voorzieningen in de aanpak van<br />
achterstandwijken. In Rotterdam-Zuid is de komst van uitgaansgelegenheid Now & Wow<br />
bijvoorbeeld <strong>een</strong> katalysator van ontwikkelingen geweest. Vestiging van <strong>een</strong> theater in<br />
Kanaleneiland kan het begin zijn van verbetering van het gebied. Ook Depla vindt dat in de<br />
aanpak van achterstandswijken meer met de rol van voorzieningen gedaan moet worden. De<br />
nadruk in <strong>Utrecht</strong> ligt vooralsnog op aanpak van de woningen zelf. Buisman waarschuwt voor<br />
het beperkte gevoel van urgentie in <strong>Utrecht</strong>. Krimp laat hier misschien nog even op zich wachten,<br />
maar de vergrijzing gaat gewoon door en dit heeft gevolgen voor de toekomstige vraag naar<br />
woningen. Ook beveelt hij de gem<strong>een</strong>te aan om niet all<strong>een</strong> in de gebouwen, ‘de hardware’, te<br />
investeren, maar ook in de software. Kanaleneiland en Overvecht zijn de jongste wijken van<br />
<strong>Utrecht</strong>. Degenen die nu kattenkwaad uit halen zijn over tien jaar afnemers van woningen.<br />
‘Investeer daarom ook in goed onderwijs.’<br />
De Langen vraagt aandacht voor het gebied in Overvecht waar medisch centrum Mesos zit. Door<br />
verhuizing van dit centrum komt de grond vrij. De gem<strong>een</strong>te moet op deze locatie prioriteit geven<br />
aan de ontwikkeling van <strong>een</strong> interessant programma voor de <strong>stad</strong> en niet aan het duur verkopen<br />
van de grond. De Langen ziet mogelijkheden voor <strong>een</strong> sportcluster in Overvecht. Dit kan voor de<br />
hele wijk van belang zijn. Wethouder Harry Bosch, vanavond aanwezig in de zaal, is het op <strong>een</strong>
aantal punten met hem <strong>een</strong>s. Sport is <strong>een</strong> kans, ook voor Kanaleneiland. Verder voelt Bosch wat<br />
voor clustering van scholen in Overvecht, waardoor ruimte voor woningbouw ontstaat.<br />
De opgaven voor <strong>Nederland</strong><br />
Een nieuw kabinet: nieuwe ronde, nieuwe kansen. Er is veel kritiek geweest op de minister van<br />
VROM voor het gebrek aan visie en ideeën. Er wordt geroepen om <strong>een</strong> ander beleid. Zonderop<br />
vraagt de panelleden wat zij het nieuwe kabinet mee willen geven op het gebied van krimp en<br />
achterstandswijken.<br />
Van der Gugten wil de verkokering tussen gem<strong>een</strong>ten, woningbouwcorporaties en<br />
vastgoedontwikkelaars verminderen. We zijn niet in staat geweest om zuinig om te gaan met de<br />
grond. Door verkokering binnen de rijksoverheid zelf is deze er zelf ook debet aan. Ook pleit hij<br />
voor <strong>een</strong> beter debat over de <strong>stad</strong> en over hoe steden zouden moeten functioneren. ‘We moeten<br />
investeren in steden. Daarbij heeft <strong>Utrecht</strong> het <strong>een</strong> stuk makkelijker dan Rotterdam.Vergeet ook<br />
niet de middelgrote steden. In <strong>Utrecht</strong> moet er geïnvesteerd worden in Overvecht en<br />
Kanaleneiland. De gem<strong>een</strong>te moet meer regie krijgen.’ Daarnaast is hij van mening dat er op<br />
lange termijn <strong>een</strong> ander soort ontwikkelaars nodig is. Hij zegt zich te realiseren dat het vreemd is<br />
vanuit de mond van <strong>een</strong> ontwikkelaar, maar er is <strong>een</strong> systeemverandering nodig. Er moet vanuit<br />
de overheid meer gestuurd worden op programma’s én er zouden consequenties aan verbonden<br />
moeten worden als het programma niet wordt gevolgd. Zolang er hoge rendementen op<br />
geïnvesteerd vermogen worden gemaakt en het risico wat marktpartijen lopen klein is zal er niets<br />
veranderen. Depla wijst in dit verband op twee nieuwe instrumenten die gem<strong>een</strong>ten meer macht<br />
en besluitvaardigheid geven. Dit zijn de wet voorkeursrecht gem<strong>een</strong>ten, die grondspeculatie door<br />
marktpartijen moet verminderen, en de grondexploitatiewet, die erin voorziet dat winstgevende<br />
en verlieslijdende activiteiten over het hele plan worden uitgesmeerd en die gem<strong>een</strong>ten <strong>een</strong><br />
instrument geeft om makkelijker te onteigenen. Depla geeft de formatieonderhandelaars het<br />
advies niet te komen tot <strong>een</strong> maatregelen-regeerakkoord. Hij ziet er graag <strong>een</strong> aantal grote<br />
projecten in waar de politiek zich aan kan binden. Zoals bijvoorbeeld <strong>een</strong> programma voor <strong>een</strong><br />
forse aanpak van de 140 probleemwijken met daarin de taakverdeling tussen de verschillende<br />
spelers. De Langen wil ook meer aandacht voor steden en <strong>een</strong> strakkere sturing op het<br />
overheidsprogramma. Hij adviseert gem<strong>een</strong>ten niet helemaal op de grondexploitatiewet te<br />
vertrouwen. Hij ziet veel in de verstedelijkingsafspraken, waarbij de rijksoverheid met gem<strong>een</strong>ten<br />
en regio’s’ afspraken maakt over verstedelijking. Dit verplicht alle partijen tot het nakomen van<br />
afspraken die over het te realiseren programma worden gemaakt. Dat vergt wel visie van de<br />
rijksoverheid. Tot slot ziet Buisman graag dat de kracht van steden zelf meer wordt gestimuleerd.<br />
‘De rijksoverheid dient te faciliteren en steden moeten meer ruimte en mechanismen krijgen om<br />
zelf aan de slag te gaan.’