Download als PDF - Het Depot
Download als PDF - Het Depot
Download als PDF - Het Depot
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Fragment<br />
NUMMER 2 | VOORJAAR 2012<br />
HET DEPOT<br />
Tentoonstellingen,<br />
evenementen en<br />
andere activiteiten<br />
WISSELENDE<br />
SPANNING<br />
Jan Pater in<br />
Villa Hinkeloord<br />
ARBORETUM DE<br />
DREIJEN<br />
Van onderwijstuin<br />
tot bomenparadijs<br />
HOMMAGE<br />
AAN<br />
ITALIË<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opent<br />
nieuwe locaties<br />
met werk van<br />
Finotti, Rocchi en<br />
Tramontin
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
HET DEPOT<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> beschikt over verschillende locaties: de 19de eeuwse Villa Hinkeloord aan<br />
de Generaal Foulkesweg, waar <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in 2004 van start ging, en de gebouwen aan de Arboretumlaan,<br />
uit de vroege en de late 20ste eeuw. Alle gebouwen grenzen aan Arboretum De Dreijen, de bomentuin van<br />
de Universiteit Wageningen; <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> heeft Arboretum De Dreijen in beheer.<br />
FRAGMENT<br />
Fragment verschijnt in september en in maart en biedt voorbeschouwingen en nieuws<br />
over de tentoon stellingen en de andere activiteiten van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
STICHTING HET DEPOT<br />
Ondersteunt beeldhouwers van torsen en frag menten, waarbij de ontplooiingskans<br />
van de kunstenaar centraal staat.<br />
Fragment<br />
1
Fragment<br />
2<br />
WELKOM<br />
bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Welkom bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, de bijzondere beeldengalerij in Wageningen.<br />
Welkom ook bij Fragment, het tijdschrift van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
Dit tweede nummer van Fragment markeert een belangrijk<br />
moment in de geschiedenis van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: op 25 maart 2012<br />
nemen we enkele prachtige gebouwen in gebruik die tegenover<br />
Villa Hinkeloord liggen, de locatie waar we in 2004 van start<br />
gingen. Deze gebouwen, van architectenbureau Mecanoo en<br />
Rijksbouwmeester Bremer, waren voorheen van de Wageningen<br />
Universiteit. Ze zijn geheel aangepast aan hun nieuwe functies<br />
door architect Bas van Hille. Ook Arboretum De Dreijen hoort<br />
bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. De prachtige tuin vormt één geheel met de ‘nieuwe’<br />
gebouwen.<br />
In dit nummer staat Fragment uitgebreid stil bij de tentoonstellingen<br />
waarmee <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> de nieuwe gebouwen in gebruik wil<br />
nemen. We openen met inleidingen bij het werk van Novello<br />
Finotti, Roberto Rocchi en Giancarlo Franco Tramontin, samen<br />
de ruggengraat van de grote tentoonstelling Toscana en Veneto in<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Achtergrondinformatie biedt het artikel van kunsthistoricus<br />
Louk Tilanus over Nederland, Italië en de beeldhouwkunst.<br />
Over de beroemde Studio Sem, aan wie <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> eveneens een<br />
tentoonstelling wijdt, presenteren we onder meer een artikel van<br />
Keara McMartin, de directeur van Studio Sem. Uiteraard staan we<br />
ook stil bij de eveneens nieuwe tentoonstelling naar aanleiding<br />
van Arboretum De Dreijen en bij ons nieuwe restaurant Linnaeus.<br />
Villa Hinkeloord blijft vanzelfsprekend een belangrijke locatie van<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. In de villa is sinds vorig jaar 25 september een permanente<br />
expositie te zien van onze collectie beelden van Eja Siepman<br />
van den Berg. Villa Hinkeloord blijft tevens de plaats voor onze<br />
solotentoonstellingen. Er is momenteel werk van Luut de Gelder te<br />
zien; op 10 juni openen we een solotentoonstelling waarin beelden<br />
van Jan Pater centraal staan. In dit nummer vindt u alvast informatie<br />
daarover.<br />
Achter <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> staat Stichting Utopa. De doelstelling van Stichting<br />
Utopa is het actualiseren en stimuleren van creatieve talenten<br />
van mensen, daar waar de aanleg van enkelingen, om welke reden<br />
dan ook, geen kans krijgt. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> biedt beeldhouwers een opstap<br />
of een steuntje in de rug waar dat nodig of wenselijk is, zodat<br />
ze zich beter kunnen ontplooien. Ook geeft <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opdrachten<br />
voor beeldhouwwerk dat niet zo gemakkelijk ‘verkoopbaar’<br />
is, bijvoorbeeld omdat het te groot en dus kostbaar is, of omdat<br />
bepaalde kunst soms niet ‘in’ is. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> wil een podium voor<br />
beeldhouwers zijn.<br />
Juist omdat het om mensen gaat, heeft <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> gekozen voor<br />
torsen en fragmenten <strong>als</strong> hoofdthema. De tors is een bij uitstek<br />
menselijke figuur en laat ruimte voor fantasie. <strong>Het</strong> fragment<br />
belicht andere aspecten van het menselijk lichaam op een net zo<br />
fascinerende manier.<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> richt zich niet alleen tot het museum- en galeriepubliek.<br />
We zoeken naar publieksgroepen die we met de beelden in <strong>Het</strong><br />
<strong>Depot</strong> een plezier kunnen doen. Daarbij is het niet uitsluitend van<br />
belang of dat publiek koopkrachtig is. Juist ook mensen die niet zo<br />
gemakkelijk of niet zo dikwijls naar kunst kunnen of komen kijken,<br />
zijn van harte welkom. Kinderen, studenten, blinden, ouderen en<br />
mensen met een handicap.<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is geen museum. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is ook geen galerie. <strong>Het</strong><br />
<strong>Depot</strong> is van mensen voor mensen. <strong>Het</strong> biedt binnen een museale<br />
omgeving beeldhouwkunst, een prachtige tuin, een heerlijk<br />
restaurant, fascinerende architectuur en nog veel meer. U bent<br />
van harte welkom.<br />
Loek Dijkman, voorzitter Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Fragment<br />
3
Fragment<br />
4<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
opent nieuwe locaties aan<br />
de Arboretumlaan 4 en het<br />
Arboretum De Dreijen<br />
OPENING 25 MAART OM 14.30 UUR<br />
Op 25 maart opent Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in Wageningen<br />
haar nieuwe locaties en Arboretum De Dreijen met onder meer<br />
de tentoonstelling Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Eén van de mooiste tuinen van Wageningen is Arboretum De<br />
Dreijen. Aan deze tuin liggen de nieuwe locaties van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>:<br />
een gebouw uit 1932 en een gebouw uit 1991 zijn samengevoegd<br />
tot de nieuwe hoofdlocatie van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Er zijn nóg twee<br />
locaties: Villa Hinkeloord en Villa Vleermuis.<br />
In de nieuwe hoofdlocatie aan de Arboretumlaan 4 vindt op<br />
25 maart de opening van Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> plaats:<br />
14.30 uur Ontvangst<br />
14.45 uur Opening van de tentoonstellingen<br />
- Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> - Finotti, Rocchi<br />
en Tramontin<br />
- Studio Sem in Pietrasanta<br />
Door Loek Dijkman en Sylvia de Munck, voorzitter<br />
en vice-voorzitter van Stichting Utopa. De activiteiten<br />
van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> worden mogelijk gemaakt<br />
door Stichting Utopa.<br />
Villa Hinkeloord<br />
In Villa Hinkeloord ging <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in 2004 van start. Met ingang<br />
van 25 maart is de villa niet langer de hoofdlocatie: voortaan is het<br />
19de eeuwse gebouw het thuis van onze permanente tentoonstelling<br />
van werk van Eja Siepman van den Berg. Als vanouds zijn er<br />
in de nieuwbouw van Villa Hinkeloord elk half jaar solotentoonstellingen<br />
te zien; dit voorjaar is de solotentoonstelling aan werk<br />
van Luut de Gelder gewijd, en vanaf 10 juni is de solotentoonstellingsruimte<br />
het domein van Jan Pater.<br />
De tuin rond Villa Hinkeloord is één van de arboreta (bomentuinen)<br />
van Wageningen en is beslist een wandeling waard. Villa<br />
Hinkeloord grenst overigens aan Arboretum De Dreijen, waarin<br />
zich de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> bevinden. De wandel route<br />
tussen de villa en de nieuwe gebouwen leidt door Arboretum<br />
De Dreijen.<br />
Villa Vleermuis Kinderatelier<br />
Naast Villa Hinkeloord beschikt Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> over<br />
nóg een villa: Villa Vleermuis. In Villa Vleermuis creëert <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
een kinderatelier. De villa is gebouwd in 1986 en staat vlak bij<br />
het nieuwe hoofdgebouw van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, aan de Arboretumlaan.<br />
De villa ontleent haar naam aan de vleermuizen die in het gebouw<br />
uit 1932, nu deel van het hoofdgebouw, bleken te wonen, en die zo<br />
dit gebouw van de sloop redden.<br />
Fragment<br />
5
Fragment<br />
6<br />
128<br />
12<br />
28<br />
130<br />
64<br />
44<br />
116<br />
INHOUD<br />
Agenda<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: tentoonstellingen, evenementen en<br />
andere activiteiten<br />
8 HET DEPOT VANAF MAART 2012<br />
Wat vindt er wanneer plaats in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>?<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Nieuws en achtergronden bij de tentoonstellingen<br />
10 TOscANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />
Novello Finotti en Verona, Roberto Rocchi en Carrara,<br />
Giancarlo Franco Tramontin en Venetië<br />
56 NEDERlAND, ITAlIë EN DE bEElDHOUwkUNsT<br />
De geschiedenis van een bijzondere relatie<br />
64 sTUDIO sEM IN PIETRAsANTA<br />
De relatie tussen kunst en ambacht<br />
78 klEURRIjk EN UITNODIGEND<br />
De nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
88 bIjzONDERE bEzOEkERs VAN HET DEPOT<br />
Esther Kuiler en haar kinderen houden van<br />
beeldhouwkunst<br />
90 bEElDENNIEUws<br />
Gerhard Lentink Madonna der dagen<br />
94 DE TUIN VAN HET DEPOT<br />
Arboretum De Dreijen<br />
96 VAN bIjzONDERE MENsEN, bOMEN<br />
EN PlANTEN<br />
De tentoonstelling over de arboreta van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
100 VAN ONDERwIjsTUIN TOT bOMENPARADIjs<br />
De geschiedenis van Arboretum De Dreijen<br />
104 ODE AAN DE sEIzOENEN<br />
Documentairemaker Stijn van der Loo<br />
110 NIEUw IN HET DEPOT: REsTAURANT lINNAEUs<br />
In gesprek met Henk en Andette Hilvering<br />
116 ITAlIAANs GENIETEN<br />
De zachte kussens der gewoonte<br />
118 HET bEsTAANsREcHT VAN DE bEElDEN<br />
VAN jAN PATER<br />
Over beeldhouwwerken en hun zeggingskracht<br />
128 ONDERsTEbOMEN<br />
Tentoonstelling van Luut de Gelder<br />
130 DE cOllEcTIE EjA sIEPMAN VAN DEN bERG<br />
Locatie Villa Hinkeloord<br />
132 sPROOkjEsbOEk<br />
De Vleermuis en de Banaan<br />
lezersservice<br />
Informatie voor bezoekers<br />
134 HET DEPOT<br />
Doelstelling en werkwijze<br />
Contact- en adresgegevens<br />
136 cOlOFON<br />
Auteurs, fotografen en copyright<br />
Fragment<br />
7
Fragment<br />
8<br />
AGENDA<br />
HET DEPOT: TENTOONSTELLINGEN,<br />
EVENEMENTEN EN ANDERE ACTIVITEITEN<br />
44 28 12 94<br />
LUUT DE GELDER<br />
5 februari 2012 – 3 juni 2012<br />
Solotentoonstelling<br />
Villa Hinkeloord / Benedenzaal<br />
Naast de permanente tentoonstelling van<br />
werk van Eja Siepman van den Berg in Villa<br />
Hinkeloord biedt de villa in de benedenzaal<br />
ook ruimte voor solotentoonstellingen.<br />
Op 5 februari opende <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> er een<br />
tentoonstelling van werk van Luut de Gelder.<br />
In haar werk reduceert ze het menselijk<br />
lichaam tot torso’s en fragmenten.<br />
In de winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn allerlei<br />
door <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> uitgegeven publicaties<br />
verkrijgbaar, onder meer over het werk<br />
van Luut de Gelder. Ook is in de winkel<br />
het beeld Onderstebomen te koop. Zie<br />
bladzijde 128.<br />
TOSCANA EN VENETO IN<br />
HET DEPOT<br />
FINOTTI, ROCCHI EN TRAMONTIN<br />
25 maart 2012 – 16 september 2012<br />
Drie Solotentoonstellingen<br />
Opening 25 maart, 14.45 uur<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Op 25 maart worden de nieuwe gebouwen<br />
van<strong>Het</strong><strong>Depot</strong>officieelingebruikgenomen<br />
met enkele bijzondere tentoonstellingen.<br />
De grootste is de tentoonstelling Toscana<br />
en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, bestaande uit solo -<br />
tentoonstellingen van drie internationaal<br />
vermaarde beeldhouwers: Novello Finotti,<br />
Giancarlo Franco Tramontin en Roberto<br />
Rocchi.Vangeenvandrieënwaseerdereen<br />
solotentoonstelling in Nederland te<br />
zien. De drie beeldhouwers hebben elk een<br />
geheel eigen inslag. De beelden van Novello<br />
Finotti kunnen fragmentarisch zijn, maar<br />
zijn altijd menselijk, zo<strong>als</strong> benen, armen of<br />
vingers. Ze hebben een zoete intimiteit –<br />
zoete verwondering is het hart van Novello<br />
Finotti’s creativiteit. Giancarlo Franco<br />
Tramontin is zich bewust van de beperking<br />
van rationele kennis en in zijn werk komt<br />
het concept van een nieuw en noodzakelijk<br />
schoonheidsideaal tot uiting. Roberto<br />
Rocchi’s werk laat een ontwikkeling zien<br />
van het hele lichaam naar torso’s, bustes,<br />
buiken en borsten, om uit te monden in de<br />
gedetailleerde weergave van onderdelen van<br />
het lichaam die pure gevoelens tot uitdrukking<br />
brengen. Helemaal niet gericht op de<br />
geest, in zeldzame gevallen op het gezicht,<br />
maar altijd bijzonder liefdevol.<br />
De opening van Toscana en Veneto in<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> vindt plaats op 25 maart,<br />
om 14.45 uur. Zie ook de artikelen op<br />
bladzijde 10.<br />
STUDIO SEM<br />
25 maart 2012 – 16 september 2012<br />
Tentoonstelling<br />
Opening 25 maart, 14.45 uur<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
In 1957 begon Sem Ghelardini (1927-1997)<br />
een studio waar moderne beeldhouwers<br />
de mogelijkheid kregen om, samen met<br />
Ghelardini’s ‘artigiani’ en met gebruik van<br />
de technische hulpmiddelen en apparatuur,<br />
zelf te komen beeldhouwen: Studio Sem.<br />
De studio is gevestigd in Pietrasanta, nabij<br />
de Italiaanse kust tussen Genova en Livorno.<br />
Grote namen uit inmiddels drie generaties<br />
zijn aan Studio Sem verbonden, zo<strong>als</strong> Henry<br />
Moore, Helaine Blumenfeld en velen<br />
bekenden van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
De opening van de aan Studio Sem gewijde<br />
tentoonstelling vindt plaats op 25 maart,<br />
om 14.45 uur. Zie bladzijde 64 voor een<br />
uitvoerig artikel over de studio en de<br />
ten toonstelling, waarin werk van acht<br />
in Studio Sem werkende kunstenaars<br />
te zien is.<br />
!<br />
Op zondag 25 maart opent Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
haar nieuwe gebouwen aan de Arboretumlaan 4.<br />
Om 14.30 uur gaan de deuren open, om 14.45 uur<br />
vindtdeofficiëleopeningplaats.<br />
130 128 104 118<br />
JAN PATER<br />
10 juni 2012 – 27 januari 2013<br />
Solotentoonstelling<br />
Opening 10 juni, 14.30 uur<br />
Villa Hinkeloord / Benedenzaal<br />
Jan Pater is één van die kunstenaars die<br />
zich tijdens het scheppingsproces bescheiden<br />
opstellen - eerder benieuwd naar wat<br />
er ontstaat, dan dat ze vanaf het begin het<br />
eindresultaat precies voor ogen hebben.<br />
<strong>Het</strong> enige wat voor Jan Pater vaststaat, is<br />
dat wat hij maakt te maken moet hebben<br />
met zijn grote inspiratiebron: de vrouwelijke<br />
tors. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opent op 10 juni om<br />
14.30 uur in Villa Hinkeloord een solotentoonstelling<br />
die geheel gewijd is aan<br />
het werk van Jan Pater.<br />
Zie ook het essay van Frederik Barends<br />
over Jan Pater en zijn werk op bladzijde 118.<br />
EJA SIEPMAN<br />
VAN DEN BERG<br />
Geopend op 25 september 2011<br />
Permanente tentoonstelling<br />
Villa Hinkeloord<br />
Acht jaar lang was Villa Hinkeloord het<br />
hoofddomein van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. In 2004 opende<br />
de beeldengalerij er haar deuren met een<br />
tentoonstelling van werk van Eja Siepman<br />
van den Berg. Nu <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is uitgebreid<br />
met andere gebouwen, is Villa Hinkeloord<br />
één van de bijzondere locaties van <strong>Het</strong><br />
<strong>Depot</strong>. Daarmee is de functie van de 19de<br />
eeuwse gebouw veranderd: voortaan is Villa<br />
Hinkeloord het onderkomen van een<br />
permanente tentoonstelling, geheel gewijd<br />
aan het werk van Eja Siepman van den Berg.<br />
In de winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn diverse<br />
door <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> uitgegeven publicaties over<br />
het werk van Eja Siepman van den Berg<br />
verkrijgbaar. Zie bladzijde 130.<br />
TENTOONSTELLING<br />
ARBORETA DE DREIJEN<br />
& HINKELOORD<br />
vanaf 25 maart 2012<br />
Tentoonstelling<br />
Opening 25 maart, 14.45 uur<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Vanaf 25 maart presenteert <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in de<br />
nieuwe gebouwen een vaste tentoonstelling<br />
over de arboreta De Dreijen en Hinkeloord.<br />
De natuur in de arboreta wisselt uiteraard<br />
per seizoen en we zullen dus regelmatig<br />
een ander aspect van wat er te genieten<br />
valt belichten. Vanzelfsprekend is er ook<br />
aandacht voor de geschiedenis van de<br />
arboreta.<br />
Stichting Utopa, die al deze activiteiten<br />
mogelijkmaakt,heefteengroteaffiniteitmet<br />
mensen. <strong>Het</strong> leidende thema van de<br />
tentoonstelling over de arboreta is dan ook<br />
de relatie tussen bomen, planten en<br />
mensen. Een bijzonder aspect van de<br />
tentoonstelling is een speciaal gemaakte<br />
docu mentaire over de arboreta. We ver<br />
raden hier slechts dat deze continu op een<br />
spraakmakende manier zal worden vertoond.<br />
De opening van de aan de arboreta gewijde<br />
tentoonstelling vindt plaats op 25 maart,<br />
om 14.45 uur. Op bladzijde 94 begint een<br />
reeks bijdragen over onder meer de<br />
geschiedenis van Arboretum De Dreijen en<br />
documentairemaker Stijn van der Loo.<br />
Fragment<br />
9
Fragment<br />
10<br />
TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />
Openingstentoonstelling<br />
TOSCANA EN VENETO<br />
IN HET DEPOT – FINOTTI,<br />
ROCCHI & TRAMONTIN<br />
VERONA, CARRARA, VENEZIA EN PIETRASANTA<br />
De tentoonstelling Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ter gelegenheid van de<br />
opening van de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is een welbewuste keuze.<br />
<strong>Het</strong> is niet alleen een hommage aan drie belangrijke beeldhouwers uit Italië van wie<br />
onze stichting al jaren geleden de eerste werken heeft aangekocht. <strong>Het</strong> is ook<br />
een bevestiging dat Italië een belangrijk gebied is voor de collectie en activiteiten<br />
van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
In de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> aan de Arboretumlaan zullen<br />
meer thema-gerichte tentoonstellingen worden gepresenteerd.<br />
De solotentoonstellingen voor beeldhouwers, die wij nu al meer<br />
dan zeven jaar in Villa Hinkeloord organiseren (de ‘oude’ locatie<br />
aan de Generaal Foulkesweg), blijven we daar maken.<br />
De tentoonstelling Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is een samenvoeging<br />
van beide elementen: er is aandacht voor drie Italiaanse<br />
beeldhouwers en voor Italië, waarbij de steden waar deze beeldhouwers<br />
wonen en werken, Verona, Carrara en Venezia, natuurlijk<br />
een rol spelen.<br />
Belangrijk in Noord-Italië is ook Pietrasanta. De in dit prachtige<br />
stadje gevestigde Studio Sem, de studio die een speciale plaats<br />
heeft in het leven en werk van talloze moderne beeldhouwers,<br />
krijgt in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> een eigen tentoonstelling.<br />
Voor zowel Finotti, Rocchi <strong>als</strong> Tramontin zijn dit hun eerste<br />
solo-tentoonstellingen in Nederland.<br />
De catalogi van de tentoonstellingen van Novello Finotti, Roberto<br />
Rocchi, Giancarlo Franco Tramontin en Studio Sem zijn in de<br />
winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgbaar. Ook kunt u de catalogi bestellen<br />
via onze website www.hetdepot.nl<br />
PAllA SCulTORE<br />
Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Zondag 25 maart 2012 tot en<br />
met zondag 16 september 2012<br />
Fragment<br />
11
TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />
Fragment<br />
12<br />
NOVELLO<br />
FINOTTI<br />
EN VERONA<br />
De stad Verona past <strong>als</strong> een handschoen bij Novello Finotti. Niet alleen vanwege<br />
de geschiedenis van de stad, die ouder is dan de Romeinen, of de rivier<br />
de Adige die dromerig door de stad vloeit, of de opera’s die onlosmakelijk<br />
met Verona zijn verbonden. Nee, het is de rol van de liefde die Verona maakt<br />
tot dat wat de stad is. Hier komen elk jaar duizenden naar het balkon van de<br />
villa waar, volgens de overlevering, Romeo zijn liefde aan Julia verklaarde.<br />
Hier staan duizenden liefdesbetuigingen op de muren geschreven en elke<br />
dag komen er nog nieuwe bij. <strong>Het</strong> is de stad waar verliefden hun eeuwige<br />
trouw <strong>als</strong> sloten aan de lantaarnpalen vastklinken. Een verbintenis voor de<br />
duur van het leven. In Verona voel je de liefde op elke plek in elke straat.<br />
Emotie, één en al emotie. Daar ligt de bakermat van Novello Finotti. Daar<br />
ligt zijn inspiratie en daar liggen ook de overeenkomsten met zijn werk.<br />
VERONA, bAlkON ROmEO EN JulIA EEuWIgE TROuW VAN VERlIEFDEN<br />
Novello Finotti<br />
Annuncio picollo marmo bianco<br />
2010, marmer, 40 x 50 cm<br />
Fragment<br />
13
Fragment<br />
14<br />
Novello Finotti<br />
Anatomico Che Cammina | 1968/69, brons, 148 x 1200 x 60 cm<br />
Fragment<br />
15
Fragment<br />
16<br />
Novello Finotti<br />
Mutationi di Anatomia | 1979<br />
lasa marmer, 41 x 27 x 20 cm<br />
Fragment<br />
17
Fragment<br />
18<br />
Novello Finotti<br />
Dondolo II | 2008, Belgisch marmer, 135 x 196 x 35 cm<br />
Wat mij in de beelden van Finotti zo bijzonder aanspreekt, is dat<br />
die emotie zo voelbaar is. Je zou kunnen zeggen dat zijn werk<br />
gestolde emotie is, gestold in marmer, graniet of brons. Maar de<br />
uitstraling, de boodschap van zijn werk is zo sterk dat die emotie,<br />
gewild of ongewild, voelbaar wordt. In zijn beelden versmelten<br />
droom en werkelijkheid. Dikwijls zijn de beelden van Novello<br />
Finotti de filosofische boodschappers van de achterliggende<br />
werkelijkheid die zij presenteren. Door meerdere kunstkenners<br />
en experts zijn al veel woorden aan het papier toevertrouwd over<br />
de waarden en betekenissen van Finotti’s werk. Ter gelegenheid<br />
van de tentoonstelling verschijnt een uitgebreide catalogus in de<br />
Nederlandse, Engelse en Italiaanse taal, waarin een wetenschappelijke<br />
beschouwing is opgenomen van Prof. Giorgio Di Genova.<br />
‘ANATOmICO CHE CAmmINA’<br />
Eén beeld wil ik in het bijzonder noemen: Anatomico che cammina<br />
(1968/1969, brons 1200 x 60 x 148 cm). Dit beeld, met een lengte<br />
van 12 meter, is de eerste keer in de open lucht tentoongesteld in<br />
2008, op de tentoonstelling van Finotti in Sommacompagna. De<br />
Anatomico che cammina bestaat uit twee delen die één geheel vormen.<br />
Eén deel bevindt zich in de collectie van het Museo Bargellini<br />
di Pieve di Cento (Modena). De sculptuur heeft hetzelfde thema <strong>als</strong><br />
Rodin’s L’Homme qui marche, maar heeft een tweede contrasterende<br />
betekenis: de neergang en de opgang van de mens op zijn tocht<br />
door het bestaan. <strong>Het</strong> beeld staat voor een wedergeboorte en de<br />
mogelijkheden voor een toekomst. Hier is niet alleen sprake van<br />
surrealisme maar ook van een reële boodschap voor ons allemaal:<br />
Fragment<br />
19
Fragment<br />
20<br />
de tocht van ons allen op deze planeet hoeft niet persé desastreus<br />
te zijn. We kunnen er zelf wat aan doen. Overpeinzingen bij de<br />
details van dit beeld komen <strong>als</strong> vanzelf. Zijn de voeten en de benen<br />
echt of zijn het de anatomische overblijfsels van onze voorgangers?<br />
Maar dan weer die voetafdrukken, <strong>als</strong>of ze zojuist ontstaan<br />
zijn. En verderop de opgang vanuit het niets naar een opening,<br />
naar een toekomst. Dit is een beeld met een boodschap waarin<br />
je jezelf kunt verliezen. Een symboliek meanderend tussen<br />
me lancholie, berusting en hoop.<br />
<strong>Het</strong> was niet alleen het feit dat het werk uit een groot aantal fragmenten<br />
is opgebouwd dat ons deed besluiten het in onze collectie<br />
op te nemen. <strong>Het</strong> staat ook symbool voor het doel van de moederstichting<br />
van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, de stichting Utopa: het zich sterk maken<br />
voor de ontwikkelingskansen van mensen. Dat is dan ook de<br />
reden dat dit beeld een prominente en permanente plaats heeft<br />
gekregen bij het entree van de Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. We geven<br />
Anatomico che cammina graag de ruimte die het verdient.<br />
Ik feliciteer Novello Finotti met zijn eerste tentoonstelling in<br />
Nederland, een retrospectief van zijn werk van de zestiger jaren<br />
van de vorige eeuw tot nu.<br />
Ik ben blij dat juist zijn werk aanwezig is bij de opening van onze<br />
nieuwe gebouwen. Ik ben er van overtuigd dat zijn oeuvre ons<br />
blijvend zal inspireren en dat velen zullen genieten van zijn werk<br />
op deze bijzondere tentoonstelling.<br />
Loek Dijkman<br />
VERONA<br />
NOVEllO FINOTTI<br />
Fragment<br />
21
Fragment<br />
22<br />
Novello Finotti<br />
Non Ci Indurre | 2002, brons (vossenbont), 85 x 107 x 35 cm<br />
Fragment<br />
23
Fragment<br />
24<br />
Novello Finotti<br />
Dopo il Silenzio | 1972, brons, 97 x 257 x 99 cm<br />
Novello Finotti<br />
Il Grande Cobra | 1999<br />
brons, 195 x 170 x 165 cm<br />
Fragment<br />
25
Fragment<br />
26<br />
Novello Finotti<br />
Novello Finotti werd in 1939 in Verona<br />
geboren. Hij woont en werkt in Sommacampagna<br />
bij Verona en in Pietrasanta<br />
(dicht bij Pisa).<br />
In 1959 werd werk van hem tentoongesteld<br />
Cultura all’estero e mostre delle Regioni). Sito web: www.giorgiodigenova.it<br />
tijdens het derde Internationale Concours<br />
van Bronzetto in Padua. In 1966 werd een<br />
deel van zijn werken getoond tijdens de<br />
Internationale Biënnale van Venetië en<br />
in 1984 kreeg hij hier een aparte ruimte<br />
toegewezen. Tot zijn belangrijkste eigen<br />
tentoonstellingen behoren die in de<br />
Jackson Iolas Gallery in New York (1977),<br />
de tentoonstelling tijdens het festival<br />
Dei Due Mondi of Spoleto in Charleston<br />
in de VS (1978), en die in het Palazzo Te<br />
in Mantua (1986). In 1988 werd hij uitgenodigd<br />
deel te nemen aan een reizende<br />
Giorgio Di Genova è nato il 23.10.1933 a Roma, dove risiede. Laureatosi in Lettere<br />
(corso Storia dell’arte) all’Università la Sapienza di Roma, ha frequentato la Scuola di<br />
perfezionamento in Storia dell’arte con Lionello Venturi, Cesare Brandi e Giulio Carlo<br />
Argan. Dal 1961 svolge un’intensa attività di critico,saggista e conferenziere in Italia e<br />
all’estero. Ha insegnato fino al 1999 storia dell’arte contemporanea (Accademie di Belle Arti<br />
di Catania, Napoli, Roma). Dal 1965 al 1968 è stato il critico del Collettivo del Girasole di<br />
Roma.Nel 1975 ha fondato a Bologna, per la Edizioni Bora, la rivista “Terzo Occhio”, di<br />
cui è stato il coordinatore fino al 2006. Dal 1981 è membro dell’AICA. Nel 1984 è stato<br />
commissario per il Padiglione italiano alla XLI Biennale di Venezia. Ha curato numerose<br />
personali, antologiche in diverse città italiane ed estere, nonché rassegne di pittura e scultura,<br />
mostre a tema (di arte fantastica, arte erotica, arte sacra, arte femminile, arte e fumetto, pittura monocroma, arte e<br />
scienza, iconografia del “duce”). Ha curato simposi di scultura, le Biennali di grafica di Maddaloni e le Biennali<br />
Nazionali d’Arte Contemporanea di Rieti, da lui ideate, ed inoltre tutte le mostre del Gruppo Narciso arte (1981-<br />
85) e del Gruppo Aniconismo Dialettico (GAD) (1997-2002), da lui fondati. Dal 1997 al 1999 stato Direttore<br />
Artistico del Palazzo Mediceo di Seravezza (LU) e dal 1999 al 2006 del Museo d’arte delle Generazioni italiane del<br />
‘900 di Pieve di Cento (BO). Ha firmato numerose monografie, tra cui Cagli, Moreni, Vacchi, A. Bueno, Finotti,<br />
Guasti, Ugolino da Belluno ed Augusto Garau. È l’autore della Storia dell’arte italiana del ‘900 per generazioni (10<br />
tomi). Dal 2009 è Direttore artistico del Premio Internazionale Limen Arte, promosso dalla Camera di Commercio<br />
di Vibo Valentia. Nel 2011 ha fatto parte della commissioni per la 54^ Biennale di Venezia (sezioni Istituti Italiani di<br />
Novello Finotti<br />
Eva ed Adamo | 1968/69, aluminium en brons, 280 x 34 x 30 cm<br />
tentoonstelling in Japan onder de titel<br />
Scultura Italiana del XX secolo (Italiaanse<br />
beeldhouwkunst van de 20ste eeuw). In<br />
1989 werd zijn werk getoond in het Centro<br />
de Arte Euroamericano in Carácas, in 1992<br />
in de Kerk van San Agostino in Pietrasanta<br />
en in 1995 in de Galleria Credito Valtellinese<br />
in het Palazzo delle Stelline in Milaan.<br />
In 1997 werd hij onderscheiden met de<br />
vijfde Internationale Prijs van Pietrasanta<br />
en Versilia. In 1998 stelde hij een deel van<br />
zijn werken tentoon in de Nardin Gallery<br />
in New York. Hij heeft in opdracht drie<br />
portalen vervaardigd voor de San Giustina<br />
basiliek in Padua en een altaarstuk in de<br />
Sint Pieter in Rome. In 2007 was er een<br />
grote tentoonstelling in Stazema (Lucca).<br />
FINOTTI<br />
HET DEPOT - BEELDENGLERIJ<br />
CATAlOguS<br />
NOVEllO FINOTTI<br />
PRIJS € 30,- (SOFTCOVER)<br />
FINOTTI<br />
Fragment<br />
27
TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />
Fragment<br />
28<br />
Roberto Rocchi<br />
EN CARRARA<br />
Fragment<br />
29
Fragment<br />
30<br />
Roberto Rocchi<br />
EN CARRARA<br />
<strong>Het</strong> was in de herfst van 2006 dat ik Roberto Rocchi in de druilende<br />
regen in Carrara ontmoette. Zijn werkplaats ligt tussen de rivier de<br />
Carrione en een uitloper van de Apennijnen geklemd aan de rand van<br />
de oude binnenstad. Carrara, de stad met de grootste en oudste<br />
marmergroeven van Italië, ademt de sfeer van de zware arbeid van<br />
steenhouwers. Ook al is vandaag de dag die arbeid meer gemechaniseerd<br />
dan vroeger en zijn de ossenwagens en sleden vervangen door<br />
reusachtige twintigtonners op grote wielen. De terreinen zijn bedolven<br />
onder een wit-grijze poederlaag van het witte ordinario-marmer.<br />
Wanneer het regent lijkt het <strong>als</strong>of de beken en de rivieren die vanuit de<br />
steengroeven naar beneden stromen gevuld zijn met melk. De wegen<br />
zigzaggen naar boven de bergen in en tekenen het landschap op een<br />
wijze <strong>als</strong>of Escher er de hand in heeft gehad. <strong>Het</strong> was en is het land<br />
van gevaarlijke en zware arbeid.<br />
<strong>Het</strong> werk was zo zwaar dat de mannen puur vet spek <strong>als</strong> voedsel<br />
meenamen wanneer ze voor een paar dagen de bergen ingingen.<br />
Tegenwoordig is dat spek, lardo di Colonnata, een lekkernij voor de<br />
toeristen. Voor de bereiding ligt het een hele winter lang opgeslagen<br />
in grote bakken in een mengsel van pekel en kruiden. <strong>Het</strong> bergdorpje<br />
Colonnata is er bekend door geworden. bij de kerk van hetzelfde<br />
dorpje staat een standbeeld ter herinnering aan de talloze arbeiders<br />
die bij het gevaarlijke werk in de bergen de dood vonden.<br />
Roberto Rocchi<br />
Maat | 2009, marmer/staal, 50 x 25 x 15 cm<br />
Roberto Rocchi<br />
Vuoto di chiodi | 2010, klinknagels/staal, 120 cm<br />
Fragment<br />
31
Fragment<br />
32<br />
Roberto Rocchi<br />
Vuoto di chiodi | 2010, klinknagels/staal, 120 cm<br />
Roberto Rocchi<br />
Ab Ovo | 2004, marmer/staal, 200 cm/80 cm<br />
Fragment<br />
33
Fragment<br />
34<br />
Ook in de stad Carrara zelf is goed te zien<br />
dat de arbeidersklasse jarenlang zijn<br />
stempel op de stad heeft gedrukt. <strong>Het</strong> is<br />
niet voor niets dat in Carrara nog steeds<br />
een grote bloeiende communistische partij<br />
bestaat. En ook de Circolo Culturale Anarchico<br />
heeft er ook nu nog een belangrijk<br />
ontmoetings- en documentatiecentrum.<br />
De architectuur van de stad is een mengeling<br />
van vele stijlen: de fascistische<br />
gebouwen van de dertiger jaren en de fantasieloze<br />
en verkommerde gebouwen uit<br />
de periode van na de Tweede Wereldoorlog.<br />
Er is ook veel moois te zien in Carrara.<br />
De Piazza Alberica met het standbeeld<br />
van de geliefde koningin Maria Beatrice<br />
D’Este. <strong>Het</strong> beeld werd in 1826 gemaakt<br />
door Pietro Fontana. En niet te vergeten de<br />
prachtige kathedraal met haar beroemde<br />
roosvenster.<br />
Door de eeuwen heen is Carrara verbonden<br />
met marmer en met beeldhouwers. Daar<br />
zijn ook de inwoners van Carrara nauw<br />
bij betrokken. <strong>Het</strong> verhaal gaat dat toen<br />
Michelangelo Carrara verliet om in een<br />
nieuwe cave te gaan werken in het nabijgelegen<br />
Massa, de arbeiders uit woede de<br />
ruiten van zijn woning met marmeren<br />
keien ingooiden. De verbondenheid van<br />
Carrara met de beeldhouwkunst is vandaag<br />
de dag nog zo. Zo vind je terracotta<br />
reliëfs van Thorvaldsen in een van de<br />
straten. Canova, Cesar en vele anderen<br />
lieten er hun beelden hakken in studio<br />
Nicoli, een van de oudste en bekendste<br />
studio’s in Carrara. Carrara is een centrum<br />
waar beeldhouwers elkaar ontmoeten.<br />
Zowel voor Finotti, Tramontin en Rocchi<br />
is deze stad een kruispunt van stijlen,<br />
invloeden en inspiratie.<br />
Roberto Rocchi werkt en woont in Carrara<br />
en is <strong>als</strong> hoogleraar verbonden aan de<br />
beroemde Accademia di Belle Arti di Brera<br />
in Milaan. Frappant is dat Prof. Giancarlo<br />
Franco Tramontin uit Venetië destijds één<br />
van de leden van de benoemingscommissie<br />
was.<br />
Niemand had kunnen verwachten dat zij<br />
beiden tegelijkertijd een solo-tentoonstelling<br />
in de nieuwe Beeldengalerij <strong>Het</strong><br />
<strong>Depot</strong> zouden hebben. <strong>Het</strong> bijzondere van<br />
het werk van Roberto Rocchi is dat hij de<br />
laatste jaren aan zijn sculpturen extra<br />
dimensies toevoegt van beeld en geluid.<br />
Je zou kunnen zeggen dat hij nieuwe<br />
media aan de klassieke beeldhouwkunst<br />
toevoegt. Zijn nieuwste beeldhouwwerken<br />
zijn visuele machines.<br />
<strong>Het</strong> is voor Roberto Rocchi de eerste solotentoonstelling<br />
in Nederland. Bij deze<br />
tentoonstelling is een catalogus verkrijgbaar<br />
van 72 pagina’s met Nederlandse en<br />
Italiaanse tekst.<br />
Loek Dijkman<br />
Roberto Rocchi<br />
Roberto Rocchi<br />
CATAlOguS<br />
RObERTO ROCCHI<br />
PRIJS € 30,- (HARDCOVER)<br />
Fragment<br />
35
Fragment<br />
36<br />
Roberto Rocchi<br />
Membrana | 2011, beton en staal<br />
Roberto Rocchi<br />
Endogeno | 2011, staal<br />
Fragment<br />
37
Fragment<br />
38<br />
Roberto Rocchi<br />
Roberto Rocchi werd in 1962 in het Italiaanse<br />
Carrara geboren, waar hij na zijn<br />
opleiding aan het kunstlyceum beeldhouwkunst<br />
studeerde aan de kunstacademie<br />
bij de beroemde meester Floriano Bodini.<br />
Hij richtte in Carrara een atelier op en<br />
specialiseerde zich in marmeren, bronzen<br />
en ijzeren beeldhouwwerken. Vanaf 1982<br />
nam Rocchi deel aan vele tentoonstellingen<br />
in Italië en daarbuiten en werd<br />
zijn werk opgenomen in particuliere<br />
en openbare collecties in verschillende<br />
landen waaronder Italië, Frankrijk, Duitsland,<br />
Zwitserland en de Verenigde Staten.<br />
Tussen 1990 en 1995 concentreert Rocchi’s<br />
werk zich sterk en lucide op een specifieke<br />
probleemstelling, namelijk de complexe<br />
verhoudingen die ontstaan tussen verschillende<br />
en aan elkaar tegengestelde<br />
fenomenen: plasticiteit en lichtheid,<br />
abstractie en concretisering, sterkte en<br />
breekbaarheid, stijfheid en souplesse,<br />
stilstand en beweging, herinnering en<br />
vluchtigheid. Voor Rocchi moet de centrale<br />
vraag voor de gehele moderne beeldhouwkunst,<br />
de relatie materie-vorm-ruimte-tijd,<br />
niet worden gezien in termen van antithese<br />
of synthese, maar <strong>als</strong> wisselwerking<br />
tussen het ene en het andere element.<br />
Fragment<br />
39
TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />
Fragment<br />
40<br />
PICTURES<br />
FROM ITALY<br />
uIT HET REISVERSlAg<br />
VAN CHARlES DICkENS<br />
Van de Romeinse steenhouwers, van michelangelo tot Henry<br />
moore, elke beeldhouwer kwam en komt in Carrara. Wie de witte<br />
wegen naar de groeven oprijdt, beseft wat de prijs voor schoonheid<br />
is: een ontzaglijk en gevaarlijk werk. Dat blijkt uit een brief<br />
van michelangelo vanuit Seravezza in augustus 1518: “Wat de<br />
marmerblokken betreft: ik heb de uitgehouwen kolom nu veilig<br />
in de sleuf op vijftig el van de straat. Om hem naar beneden te<br />
brengen was het veel moeilijker dan ik dacht. Daarbij raakten<br />
verschillende arbeiders gewond en één brak zich de h<strong>als</strong> en was<br />
op slag dood. Ik heb daarbij ook mijn leven op het spel gezet”.<br />
Charles Dickens kwam in 1844 onder de indruk van alles wat<br />
voorafging aan de mooie beelden die hij in de ateliers zag.<br />
NIkOlAI NIkOlAyEWITSJ<br />
mARmERTRANSPORT IN DE bERgEN VAN CARRARA | 1868<br />
OlIEVERF OP lINNEN<br />
Fragment<br />
41
Fragment<br />
42<br />
Met de veerboot kwamen we veilig over de Magra. De overtocht<br />
is alleszins geen pretje <strong>als</strong> de rivier gezwollen is en er een sterke<br />
stroming staat. Na een paar uur kwamen we in Carrara. De volgende<br />
morgen was het mooi weer, we namen een paar pony’s en<br />
vertrokken voor een bezoek aan de marmergroeven.<br />
Er zijn vier of vijf grote passen die tegen hoge bergen opklimmen<br />
tot zij niet verder kunnen en daar eindigen omdat ze plots door<br />
de natuur worden afgebroken. De groeven, of ‘holen’, zo<strong>als</strong> ze<br />
hier worden genoemd, bestaan uit tal van openingen, hoog in de<br />
bergen, aan weerskant van die passen. Daar brengt men springstof<br />
aan en graaft men marmer uit. Dat kan goed of slecht uitvallen: ze<br />
kunnen iemand snel een fortuin bezorgen of hem ruïneren door<br />
de grote onkosten door werk dat niets oplevert. Sommige van die<br />
holen werden door de Romeinen opengelegd en tot op de dag van<br />
vandaag liggen ze er zo<strong>als</strong> ze die hebben achtergelaten. In vele<br />
anderen wordt er op dit ogenblik gewerkt, in nog andere moet er<br />
morgen worden begonnen, volgende week, volgende maand. Andere<br />
holen zijn niet verkocht of in vergetelheid geraakt. En overal<br />
ligt er marmer verborgen, genoeg voor meer eeuwen dan er voorbij<br />
zijn gegaan sinds men zijn toevlucht zocht tot deze plek: geduldig<br />
wacht het zijn moment van ontdekking af.<br />
Als je zwoegend een van deze steile engten opklautert (je hebt dan<br />
een mijl of twee lager je pony achtergelaten terwijl zijn gordels<br />
baadden in het zweet), hoor je nu en dan <strong>als</strong> een echo tussen de<br />
bergen, in een lage toon en stiller dan de voorafgaande stilte, een<br />
droefgeestig hoornsignaal dat de mijnwerkers waarschuwt zich<br />
terug te trekken. Dan klinkt er gedonder en een echo van berg naar<br />
berg, en wellicht spatten grote brokken rots in de lucht uiteen.<br />
En je zwoegt verder tot er weer uit een andere richting een ander<br />
hoornsignaal weerklinkt. En je stopt terstond, uit vrees dat je binnen<br />
het bereik van de nieuwe explosie komt...<br />
Toen we opzij stonden om naar een van die karren te kijken die<br />
slechts door één koppel runderen werd getrokken (de wagen<br />
vervoerde alleen maar een klein blok marmer), riep ik tijdens de<br />
afdaling in mijn binnenste naar de man die boven op het zware juk<br />
zat om het op de nek van de arme dieren te houden. Hij keek naar<br />
achteren, niet voor zich, precies de duivel van de echte tirannie.<br />
In zijn hand had hij een grote stang met een ijzeren pin. En <strong>als</strong> de<br />
dieren zich niet langer uit volle macht een weg konden banen door<br />
de ruwe bedding van de bergrivier en bleven staan, dan stootte<br />
hij met de stang tegen hun lijven, sloeg er mee op hun kop en<br />
draaide haar rond in hun neusgaten. En razend van de vreselijke<br />
pijn kwamen ze nog een meter of twee vooruit. Als zij stopten, herhaalde<br />
hij al die aansporingen met nog meer inspanning en ijver.<br />
Hij kreeg hen weer vooruit en dwong hen met de prikkel naar een<br />
steiler punt van de afdaling. Ze zagen af en krompen ineen van de<br />
pijn en <strong>als</strong> het gewicht achter hen hen van de weg drong, doken ze<br />
in de afgrond naar beneden in een wolk van opspattend water. Hij<br />
zwaaide met de stang boven zijn hoofd, tierde en slaakte een grote<br />
kreet <strong>als</strong> had hij iets bereikt. <strong>Het</strong> kwam niet in hem op dat zij hem<br />
hadden kunnen afschudden. En op het hoogtepunt van zijn triomf<br />
concentreerde hij zich blindelings weer op de weg.<br />
Die namiddag stond ik in een van de vele ateliers van Carrara.<br />
De stad is één grote werkplaats vol mooi afgewerkte marmeren<br />
kopieën van zowat alle figuren, groepen en borstbeelden die we<br />
kennen. Toen leek het mij voor de eerste keer zo vreemd dat die<br />
fijne vormen vol gratie, geest en tere rust, moesten voortkomen uit<br />
al dat werk en dat zweet en die marteling! Maar al gauw vond ik<br />
daar een vergelijking en verklaring voor: elke prestatie ontspringt<br />
uit een bodem van ellende en al wat goed is vindt zijn oorsprong<br />
in verdriet en lijden. Intussen keek ik door het grote raam van<br />
de beeldhouwer naar de marmerbergen. Ze stonden helemaal<br />
roodgloeiend in de avondval, maar streng en plechtstatig tot op<br />
het laatste moment. En ik dacht: mijn God! Hoeveel steengroeven<br />
werden er in de harten en zielen van mensen, die tot veel meer<br />
schone resultaten in staat waren, niet afgesloten om te vervallen<br />
en in de steek te worden gelaten. En mensen, die voor het plezier<br />
door het leven gaan, wenden hun blikken af <strong>als</strong> ze voorbijkomen<br />
en huiveren bij de somberheid en ruwheid die hen omduistert.<br />
CHARLES DICKENS<br />
Pictures from Italy (1846)<br />
Met dank aan <strong>Het</strong> Spectrum<br />
Patrick Lateur, Toscane, een literaire ontdekkingsreis<br />
In 1903 schrijft Rainer maria Rilke een brief aan<br />
Auguste Rodin. Hij had Rodin een jaar tevoren voor<br />
het eerst bezocht. Rodin had hem aangeraden in<br />
Toscane en Rome de grote kunstwerken te bezoeken.<br />
Zijn monografie over Rodin verschijnt terwijl hij in<br />
Viareggio verblijft en in een brief aan ‘mon maître’<br />
stelt hij hem een exemplaar in het vooruitzicht. De<br />
29-jarige Rilke schrijft terwijl hij uitkijkt op Carrara’s<br />
marmerbergen achter Pietrasanta, die hem voortdurend<br />
doen denken aan de beeldhouwer in Parijs.<br />
Een brief van Rilke aan Rodin<br />
Viareggio, 27 maart 1903<br />
Meester,<br />
Zojuist hoorde ik dat mijn boekje kort geleden is verschenen: het spijt me<br />
onnoemlijk dat ik het u niet kan komen bezorgen. Ik heb al die tijd gewacht<br />
– maar tenslotte heeft mijn gezondheid, die erg slecht was, mij genoodzaaktvooreeneenzaamverblijfnaarMidden-Italiëtevertrekken,waarikreeds<br />
van een vorige gelegenheid de heilzame werking ken.<br />
Ik kijk uit op de zee die hier uitgestrekt, eenzaam en wild is, vanuit een<br />
klein, rustig dorp dat slaapt tussen twee pijnboomwouden. Voorbij de bossen<br />
aan de ene kant: Pisa, de bewonderenswaardige stad van Pisani en<br />
de Gozzoli, aan de andere kant Massa en Carrara en Pietrasanta, met zijn<br />
gebergten van marmer, die met de eeuwen lijken te rijpen tot ongekende<br />
meesterwerken van de toekomst. Hoe vaak denk ik niet aan u, Meester, in<br />
mijn eenzaamheid! Ik denk dat mijn vrouw u morgen (zaterdag) het boekje<br />
zal komen brengen; het is mij dierbaar, hoewel het misschien slechts een<br />
klein gedeelte bevat van wat ik zou willen zeggen en wat ik hoop eens een<br />
volgende keer te zeggen, en dan duidelijker en krachtiger...<br />
Ik verzoek u, Meester, dit boekje met mildheid en welwillendheid te aanvaarden;<br />
het zou mij verheugen wanneer ooit nog eens een goede vertaling<br />
in het Frans u dichter bij de inhoud zou kunnen brengen...<br />
Momenteel denk ik aan mijn werkzaamheden en ik dwing me er toe, zo<strong>als</strong><br />
u hebt aangeraden, me te concentreren, om zo te zeggen al mijn krachten<br />
aan te wenden tot datgene wat het belangrijkste verlangen in mijn leven is.<br />
Ik lees niet veel; ik bewonder de zee, de vlakte, de bergen en al de dieren<br />
en de gewone dingen die op mijn weg komen. Maar zo nu en dan neem ik de<br />
aantekeningen van mejuffrouw Judith Cladel ter hand om te luisteren naar<br />
uw stem, te zamen met die van de zee en de wind.<br />
Uw Rainer Maria Rilke<br />
Met dank aan <strong>Het</strong> Spectrum<br />
Patrick Lateur, Toscane, een literaire ontdekkingsreis<br />
Fragment<br />
43
TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />
Fragment<br />
44<br />
Giancarlo<br />
Franco<br />
Tramontin<br />
en Venetië<br />
In het najaar van 2007 liep ik over het door water<br />
overstroomde San marcoplein in Venetië.<br />
In een hoek van de etalage van galleria Ravagnan<br />
ontdekte ik een beeld van giancarlo Franco<br />
Tramontin. Nieuwsgierig ging ik de galerie in<br />
en na wat overleg werd de kunstenaar<br />
gebeld.<br />
binnen een half uur schudde ik de<br />
hand van een allerbeminnelijkste<br />
en energieke beeldhouwer. <strong>Het</strong><br />
eerste contact bleek het begin<br />
van een relatie voor langer te zijn.<br />
Tramontin was hoogleraar aan<br />
de Academia en zijn atelier was<br />
naast de Academie.<br />
We pakten snel de ‘vaporetto’ en<br />
daar aangekomen stond ik plotseling<br />
in een ruimte, omgeven<br />
door talloze beelden van deze<br />
markante persoonlijkheid. <strong>Het</strong><br />
was bepaald geen museum. Aan verschillende<br />
sculpturen kon je afleiden dat Tramontin nog<br />
steeds energiek aan het werk was. beelden van<br />
marmer, brons en hout, maar ook een beeld in<br />
gips uit het jaar 1961 met de titel grande Nudo.<br />
kenmerkend voor de hartelijkheid van onze<br />
eerste ontmoeting was de direct gemaakte<br />
afspraak dat dit unieke beeld een plaats zou<br />
krijgen in de collectie van de beeldengalerij <strong>Het</strong><br />
<strong>Depot</strong>. <strong>Het</strong> beeld laat duidelijk invloeden zien van<br />
Arp en Viani. <strong>Het</strong> houten beeld<br />
Antropociottolo II uit 1986 is het<br />
originele model voor de bronzen<br />
versie die dat jaar op de biennale<br />
in Venetië werd gepresenteerd. De<br />
titel is gebaseerd op de woorden<br />
‘antropomorfo’ (op een mens<br />
gelijkend) en ‘ciottolo’ (kiezel of<br />
kiezelsteen). Tramontin vergelijkt<br />
mensen met kiezels die door<br />
het stromende water gevormd<br />
worden. Die metafoor moet iets<br />
te maken hebben met Carrara<br />
waar de stukken marmer die in<br />
de rivier terechtkomen door het<br />
stromende water steeds van vorm veranderen.<br />
Dat Tramontin nog met veel energie werkt bewijst<br />
het wit marmeren beeld Silhouette Seconda<br />
dat hij dit jaar schiep. De tentoonstelling in <strong>Het</strong><br />
<strong>Depot</strong> overbrugt een periode van meer dan vijftig<br />
jaar in het oeuvre van Tramontin.<br />
Giancarlo Franco Tramontin<br />
Scriba | 1994, brons unica, 100 cm<br />
Fragment<br />
45
Fragment<br />
46<br />
Giancarlo Franco Tramontin<br />
Grande Nudo | 1961, gips, 110 cm<br />
Fragment<br />
47
Fragment<br />
48<br />
De kunstenaar Giancarlo Franco Tramontin gebruikt geen<br />
hoogdravende woorden. Wat hij te zeggen heeft zegt hij met zijn<br />
beelden. <strong>Het</strong> liefst werkt hij met het witte statuario marmer uit<br />
Carrara. <strong>Het</strong> centrale thema voor Giancarlo Franco Tramontin is<br />
de vrouwelijke schoonheid. De schoonheid die hij met zijn beelden<br />
oproept is verfijnd en bovenal delicaat. Met raffinement weet hij<br />
met weinig lijnen een bijna ideale schoonheid weer te geven. Hij<br />
is daarbij een meester in het weglaten. Een ongekende intimiteit<br />
is het gevolg. Tegelijkertijd hebben zijn beelden qua vorm een<br />
abstracte suggestie en een figuratieve intimiteit. Hier slaat hij<br />
een brug tussen de vroege beeldhouwkunst van de Cycladen en<br />
de beeldhouwkunst van vandaag. Ter gelegenheid van de tentoonstelling<br />
van het werk van Tramontin is het boek L’idea della<br />
bellezza in de Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgbaar.<br />
Giancarlo Franco Tramontin<br />
Nereide | 1991, marmer, 90 cm<br />
Ik vind zijn beelden stuk voor stuk gedichten. Gedichten niet om<br />
naar te luisteren, maar om naar te kijken, bij weg te dromen. Zo<br />
heeft elk beeld haar eigen waarheid, ingevuld door de toeschouwer<br />
en beïnvloed door de omstandigheden waarin de kijker verkeert.<br />
Ook herken ik in zijn werk de weidsheid van het water rondom<br />
Venetië. Die ‘ruimte’ zit in zijn beelden opgeslagen. Zou het toeval<br />
zijn dat de lijnen van zijn beelden en tekeningen me doen denken<br />
aan de contouren van de Venetiaanse gondels?<br />
Loek Dijkman<br />
ZO TE ZIEN gEEN VERPAkkINgEN VAN DE TOPA-gROEP!<br />
Fragment<br />
49
Fragment<br />
50<br />
Giancarlo Franco Tramontin<br />
Risveglio | 2004, statuario, 72 cm<br />
Fragment<br />
51
Fragment<br />
52<br />
Giancarlo Franco Tramontin<br />
Dinamismo | 2007, hout, 100 cm<br />
Fragment<br />
53
Fragment<br />
54<br />
DE STuDIO VAN TRAmONTIN<br />
Giancarlo Franco Tramontin werd in<br />
1931 in Venetië geboren. Hij studeerde<br />
beeldhouwkunst aan de kunstacademie<br />
in die stad, waar hij eerst leerling en later<br />
assistent van Alberto Viani werd. Vervolgens<br />
doceerde hij zelf beeldhouwkunst<br />
aan deze kunstopleiding. In 1976 volgde<br />
hij Alberto Viani op <strong>als</strong> hoogleraar. Hij is<br />
ook coördinator van het Nieuwe Museum<br />
van de Kunstacademie in Venetië geweest.<br />
In 1956 kreeg hij van het ministerie van<br />
Onderwijs een beurs om in Griekenland<br />
te studeren. Sinds het begin van de jaren<br />
vijftig zijn vele tentoonstellingen aan hem<br />
gewijd en is hij veelvuldig uitgenodigd<br />
deel te nemen aan de belangrijkste nationale<br />
en internationale wedstrijden, waar<br />
hij met vele prijzen onderscheiden is.<br />
Tramontin is zich bewust van de beperking<br />
van rationele kennis en in zijn werk komt<br />
CATAlOguS<br />
l’IDEA DEllA bEllEZZA<br />
gIANCARlO FRANCO TRmONTIN<br />
PRIJS € 46,- (HARDCOVER)<br />
Giancarlo Franco Tramontin<br />
het concept van een nieuw en noodzakelijk<br />
schoonheidsideaal tot uiting. In zijn lange<br />
carrière hield Tramontin consequent vast<br />
aan deze ideeën, die zowel aangeleerd zijn<br />
<strong>als</strong> uit het dagelijks leven voortvloeien.<br />
Dit is in al zijn werken terug te vinden.<br />
De voorhoede van de beeldhouwkunst van<br />
de 20ste eeuw, met name de werken van<br />
Henri Matisse, Jean Arp, Henry Moore<br />
en ook Arturo Martini en Alberto Viani<br />
(beide laatstgenoemden zijn zijn directe<br />
voorgangers <strong>als</strong> docent beeldhouwkunst<br />
aan de Venetiaanse Kunstacademie)<br />
vertegenwoordigen het begin van zijn<br />
esthetische avontuur, altijd vergezeld van<br />
een theoretische controle door het huidige<br />
culturele debat nauwlettend te volgen.<br />
Theorie en praktijk zijn beide essentieel<br />
en zorgen ervoor dat Tramontin zich richt<br />
op het onderwerp van zijn onderzoek. Deze<br />
concentratie zorgt ervoor dat de vorm<br />
ervan zelf duidelijk tot uitdrukking komt,<br />
zonder enige pretenties. Hij gebruikt het<br />
fijne marmer van Carrara, hout of brons<br />
en laat alle lijnen deel uitmaken van de<br />
compositionele en ritmische structuur van<br />
het hele werk.<br />
Zijn werken zijn meerdere keren tentoongesteld<br />
op de Biennale in Venetië.<br />
In 2010 verscheen het standaardwerk<br />
Una Scuola di Scultura 1941-1998, Arturo<br />
Martini, Alberto Viani en Giancarlo<br />
Franco Tramontin. Deze drie beeldhouwers<br />
waren allen directeur van de Venetiaanse<br />
Kunstacademie.<br />
Fragment<br />
55
Fragment<br />
56<br />
Nederland,<br />
Italië<br />
en de<br />
beeldhouwkunst<br />
DE GEscHIEDENIs VAN EEN bIjzONDERE RElATIE<br />
ITAlIË IS VOOR HET DEPOT EEN bElANgRIJkE INSPIRATIEbRON; NIET VOOR<br />
NIETS OPENEN WE DE NIEuWE gEbOuWEN OP 25 mAART mET DE gROTE<br />
TENTOONSTEllINg TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT. HET IS NATuuRlIJk<br />
NIET VOOR HET EERST DAT ITAlIAANSE bEElDHOuWkuNST IN NEDERlAND<br />
EEN HOOFDROl SPEElT, mAAR HOE ONTWIkkElDE ZICH DIE RElATIE EIgENlIJk?<br />
kuNSTHISTORICuS lOuk TIlANuS ZOCHT HET VOOR FRAgmENT uIT.<br />
Tja, hoe zit dat nu eigenlijk: hoe waren die eerste contacten? De<br />
Romeinen waren nog voor onze jaartelling hier in de noordelijke<br />
streken geweest, onder aanvoering van Julius Caesar, dat heeft<br />
op artistiek gebied wel heel weinig sporen nagelaten. Voor de<br />
beeldhouwkunst ligt het begin van een aantoonbare relatie heel<br />
veel later, in de late Middeleeuwen.<br />
Rogier van der Weyden<br />
<strong>Het</strong> begint met schilderkunst. De minutieuze Vlaamse schilderkunst<br />
werd in Italië hooglijk gewaardeerd, gekocht en verzameld<br />
en nagevolgd; van de Siciliaanse schilder Antonello da Messina<br />
werd zelfs beweerd dat hij les had gehad van Jan van Eyck. De<br />
eerste kunstenaar van naam die wij kennen die naar Italië ging<br />
was Rogier van der Weyden. Hij maakte in het heilig jaar 1450 een<br />
bedevaart naar Rome. De reden was dus niet artistiek maar religieus<br />
en heeft geen sporen nagelaten in zijn werk. Maar er waren<br />
in de vijftiende eeuw al wel artistieke contacten tussen noord en<br />
zuid, vooral op schilderkunstig gebied: Italiaanse handelsagenten<br />
bestelden werk van Vlaamse kunstenaars; Van Eyck’s Arnolfiniportret<br />
en Van der Goes’ Portinari-altaar zijn er voorbeelden van.<br />
Toen Rogier in Italië kwam, was de Italiaanse beweging die wij<br />
nu met een Frans woord ‘Renaissance’ noemen in volle gang. Dat<br />
ging en gaat over de herleving van de cultuur en de kunst van de<br />
Oudheid, ook wel humanisme genoemd. Een humanist is iemand<br />
die de humaniora beoefent, de studie van klassieke teksten in het<br />
Latijn en in het Grieks. Kunstenaars gaan, gestimuleerd door humanisten,<br />
antieke kunst nabootsen - imitatio heet dat in de kunsttheorie.<br />
Sommigen proberen minstens zulke goede kunst te maken<br />
<strong>als</strong> die van de Oudheid - aemulatio werd dat genoemd, wedijver.<br />
Schilders hebben het daarin makkelijker dan beeldhouwers:<br />
er zijn alleen beschrijvingen van schilderkunst over, geen echt<br />
werk. Voor beeldhouwers is de situatie moeilijker: er is heel veel<br />
CONSTANTIN bRANCuSI, lE bAISER, DETAIl VAN EEN gRAFmONumENT<br />
OP CIméTIèRE Du mONTPARNASSE IN PARIJS.<br />
Fragment<br />
57
Fragment<br />
58<br />
HENDRICk gOlTZIuS, APOllO bElVEDERE, CA. 1492.<br />
gRAVuRE, 415 X 300 mm. RIJkSmuSEum AmSTERDAm,<br />
RIJkSPRENTENkAbINET.<br />
materiaal; het merendeel is weliswaar kapot maar dat kan worden<br />
aangevuld - door beeldhouwers. Hun eigen creaties kunnen direct<br />
vergeleken worden met die uit de bewonderde Oudheid en dat is<br />
geen gunstige startpositie.<br />
Door de uitvinding van de boekdrukkunst in het midden van de<br />
vijftiende eeuw konden ideeën van humanisten spoedig in heel beschaafd<br />
Europa bekendheid krijgen. Met de boekdrukkunst kwam<br />
de toepassing van de houtsnede en de gravure. Daarmee konden<br />
voorstellingen, geschilderd of gebeeldhouwd, gemakkelijk en goed<br />
gereproduceerd worden. Daarover straks meer; eerst de beelden<br />
zelf. Die beelden werden meegebracht door kunstenaars uit het<br />
noorden die naar Italië reisden om daar te tekenen, te schilderen<br />
en zo mogelijk te beeldhouwen. Beeldhouwers waren ver in de<br />
minderheid omdat hun métier een andere werkruimte vraagt, het<br />
materiaal waarmee gewerkt wordt lastig te vervoeren is, langere<br />
werktijd vraagt en niet voor de vrije mark gemaakt wordt, maar<br />
in opdracht. Rogier werd in zijn kunst niet geraakt door wat hij in<br />
Italië zag, maar dat veranderde snel met de komst van de schilders<br />
Gossaert, Van Scorel, Van Heemskerck en Goltzius.<br />
Gossaert, Van Scorel, Van Heemskerck en Goltzius<br />
Tot de vroegsten behoort Jan Gossaert (1472-1533), die in 1508 met<br />
Philips van Bourgondië naar Rome ging. Philips werd gezant bij<br />
paus Julius II. Gossaert had ruim de tijd om antieke beelden en<br />
ornamenten na te tekenen; die komen weer overvloedig terug in<br />
zijn schilderijen die hij, eenmaal thuisgekomen maakte.<br />
Hij schilderde de levens van Maria, Christus en de heiligen met<br />
grote precisie tegen een antiek, architecturaal decor met zuilen,<br />
bogen, pilasters en antieke sculptuur. Dat was modern, dat was<br />
nieuw. Jan van Scorel (1495-1562) maakte een pelgrimstocht<br />
naar Jeruzalem en was in Rome toen Adrianus IV tot paus werd<br />
verkozen; hij is de enige Nederlander die het tot die functie heeft<br />
gebracht. Van Scorel werd door de paus benoemd tot conservator<br />
van de pauselijke collectie in het Belvedere. Een prachtpositie: een<br />
nauwere omgang met antieke kunst lijkt niet mogelijk.<br />
Bij hem is te zien dat hij met eigen ogen de fresco’s van Michelangelo<br />
en Rafael bekeken heeft; die zelf weer antieke sculptuur <strong>als</strong><br />
uitgangspunt hadden genomen.<br />
Zijn leerling, Maerten van Heemskerck (1498-1574) verbleef vanaf<br />
1532 vijf jaar in Italië waar hij eindeloos veel heeft getekend en<br />
ook geschilderd. Toen hij weer thuis in Haarlem was, heeft hij veel<br />
tekeningen in prent laten brengen en kon op die voorraad de rest<br />
van zijn leven teren: inspiratie genoeg.<br />
Hendrick Goltzius (1558-1617), de grootste kunstenaar van de vier,<br />
was al een gevestigd kunstenaar toen hij in 1590 naar het zuiden<br />
reisde. Eindeloos tekende hij met een onwaarschijnlijke precisie<br />
de antieke beelden na. Die precisie kwam hem te pas toen hij eenmaal<br />
terug, in Haarlem, het geziene kon graveren en zo de wereld<br />
insturen.<br />
De hier gereproduceerde prent van de Apollo van Belvedere is daar<br />
een voorbeeld van. Dat beeld uit de pauselijke collecties behoort<br />
tot de klassieke canon: dat wil zeggen de groep van ongeveer honderd<br />
voorbeeldige beelden en beeldengroepen in Italië die iedere<br />
kunstenaar en kunstminnaar kende. Dat was de sculptuur waar<br />
altijd naar teruggekeerd werd, het voorbeeld, de maatstaf, alle<br />
eigentijdse kunstwerken werden er steevast mee vergeleken. Zij<br />
werden vanaf de vijftiende eeuw door alle schilderende, tekenende<br />
en beeldhouwende Italiëgangers nagetekend, nageboetseerd en<br />
nageschilderd. Deze Apollo van Goltzius behoort dan weer, met de<br />
Torso van Belvedere, tot de meest bewonderden en daarmee tot de<br />
meest gecopieerden.<br />
De zich klein voelende figuur linksonder is een zelfportret van de<br />
kunstenaar die met zijn tekenpen in de hand, in een atmosfeer van<br />
stille bewondering, het kunstwerk in zich opneemt. Hij heeft later<br />
zijn tekening bewerkt voor de gravure: de voorstelling moet hij<br />
spiegelbeeldig in het koper gesneden hebben om links en rechts<br />
van het beeld op dezelfde wijze op de afdruk te krijgen.<br />
<strong>Het</strong> waren natuurlijk niet alleen schilders die naar Italië gingen,<br />
afgezien van zonen van ambitieuze, humanistisch geïnteresseerde<br />
ouders en zoons van kooplieden - dat kon samenvallen, zo<strong>als</strong> in<br />
het geval van Pieter Corneliszoon Hooft - maar ook beeldhouwers.<br />
Tetrode, Van der Schardt en De Vries zijn de belangrijkste namen<br />
voor de zestiende eeuw, Quellinus voor de zeventiende eeuw. Dat<br />
de namen van die zestiende-eeuwers weinig bekend zijn, komt<br />
omdat hun artistieke carrière zich niet in Nederland, maar grotendeels<br />
in het buitenland afspeelde.<br />
WIllEm VAN TETRODE, lOPENDE<br />
kRIJgER, CA. 1570-75. bRONS,<br />
39,5 Cm HOOg. RIJkSmuSEum<br />
AmSTERDAm.<br />
Van Tetrode, Van der Schardt en De Vries<br />
De eerste is Willem van Tetrode (1525?-voor 1588?), geboren in<br />
Delft. Hij was tussen 1545 en 1549 werkzaam <strong>als</strong> assistent in het<br />
atelier van Benvenuto Cellini, waar hij de sokkel van Cellini’s<br />
Perseus hakte en meewerkte aan de restauratie van antieke sculptuur<br />
- een bekende bijverdienste van beeldhouwers. Hij heette daar<br />
‘Gugliemo Fiammingo scultore’; tussen Vlaanderen en de Noordelijke<br />
Nederlanden werd nog geen onderscheid gemaakt. Hij werkte<br />
aan de Neptunusfontein van Ammanati in Florence en keerde in<br />
1567 naar Nederland terug. In Delft kreeg hij de opdracht om voor<br />
de Oude Kerk een nieuw hoofdaltaar met beelden te ontwerpen, <strong>als</strong><br />
vervanging van het een jaar eerder tijdens de Beeldenstorm kapot<br />
geslagen werk. <strong>Het</strong> moet een groots werk geweest zijn, met de<br />
twaalf apostelen, de evangelisten en Christus in marmer en albast<br />
uitgevoerd. In 1573 was er een tweede Beeldenstorm, waar zijn belangrijkste<br />
werk aan ten prooi viel; Van Tetrode vertrok naar Keulen,<br />
op zoek naar meer zekerheid en erkenning. Hij heeft in zijn<br />
beelden een voorkeur voor beweeglijke, sterk gespierde figuren.<br />
Die gespierdheid lijkt voor moderne ogen vaak te veel, overdreven,<br />
maar in de humanistische kringen werd dit gewaardeerd <strong>als</strong> de<br />
deugd ‘fortitudo’. Dat is niet alleen lichamelijke kracht maar evenzeer<br />
een morele eigenschap, heldhaftigheid, onverschrokkenheid.<br />
Fragment<br />
59
Fragment<br />
60<br />
JOHAN gREgOR VAN DER SCHARDT, ZElFPORTRET,<br />
CA. 1573. TERRACOTTA mET POlyCHROmIE IN OlIEVERF,<br />
23 Cm HOOg. RIJkSmuSEum AmSTERDAm.<br />
De Hagenaar Adriaan de Vries – ook al geen bekende naam –<br />
(1556-1626) werd in Florence de opvolger van de hofbeeldhouwer<br />
Giambologna. Hij werkte aan het hof van keizer Rudolph II in<br />
Praag, voor de Deense koning, de graaf van Savoye en voor de<br />
Spaanse vorst. <strong>Het</strong> is een aantrekkelijke gedachte dat hij een deel<br />
van zijn vorming bij Van Tetrode gehad heeft. Zijn werk bestaat,<br />
zo<strong>als</strong> in die tijd zo gewaardeerd werd, uit bronzen, mythologische<br />
figuren. Die hebben een ongekende dynamiek over zich, hun huid<br />
vertoont een wonderlijke schittering; niet alleen lijkt het dat er onderhuids<br />
leven is, maar ook dat die huid zelf vibreert en daarmee<br />
het hele lichaam. De Vries signeerde zijn werk met ‘Adrianus Fries<br />
Hagiensis Batavvus Fecit’; hij vond het belangrijk zijn afkomst<br />
kenbaar te maken.<br />
De meest duistere van de drie is Jan Gregor van der Schardt (ca.<br />
1530-na 1581), geboren in Nijmegen. Ook hij zocht zijn heil buiten<br />
de grenzen: beeldhouwkunst, de kunst van de lange adem, kan<br />
niet gedijen in politiek onzekere tijden, en dat was de periode voor<br />
het uitbreken van de 80-jarige oorlog. Hij is in Rome geweest, was<br />
werkzaam in Bologna en later in Wenen, Neurenberg en Helsingör.<br />
ADRIAEN DE VRIES, TRITON, blAZEND OP EEN kINkHOORN,<br />
CA. 1615-17. bRONS, 157 Cm HOOg. RIJkSmuSEum AmSTERDAm.<br />
Er rest weinig van zijn oeuvre. Bewaard bleven enige kleine portretten<br />
en een klein aantal mythologische bronzen. Deze werden<br />
eerst aan Italiaanse kunstenaars toegeschreven maar relatief<br />
recent aan Van der Schardt.<br />
Van die portretten bezit het Rijksmuseum sinds kort een klein,<br />
schitterend zelfportret van de maestro. Een in gebakken klei,<br />
gepolychromeerd naturalistisch schouderstuk, naakt, nuda<br />
veritas: zó staat de mens voor zijn Schepper.<br />
Intussen komen Italiaanse motieven en ontleningen aan de<br />
klassieke oudheid in het Noorden meer en meer voor; te beginnen<br />
met ornamenten die van prenten gecopieerd zijn. In de Zuidelijke<br />
Nederlanden wordt vanaf 1609, het begin van het Twaalfjarig<br />
bestand, de rekatholisatie krachtig ter hand genomen. Daar was<br />
in 1566 de Beeldenstorm begonnen; nu worden de kale kerken<br />
weer gevuld met heiligenbeelden, gebrandschilderde ramen en<br />
altaarstukken.<br />
Hoewel zij nauwelijks in de meerderheid zijn, willen de protestanten<br />
in het Noorden dat niet; de kerken blijven kaal. Er zijn, voor<br />
de beeldhouwkunst, twee vormen van compensatie: het grote<br />
Fragment<br />
61
Fragment<br />
62<br />
grafmonument voor Willem van Oranje van de hand van Hendrik<br />
de Keyser, architect en stadsbeeldhouwer van Amsterdam; die zijn<br />
vorming in Nederland kreeg. Als tweede het Stadhuis van Jacob<br />
van Campen op de Dam in Amsterdam; Constantijn Huygens noemde<br />
het gebouw het ‘Achtste Wereldwonder’. Daar is de sculptuur<br />
van de uit Antwerpen afkomstige beeldhouwer Artus Quellinus<br />
en zijn medewerkers, onder wie Rombout Verhulst, overdadig<br />
aanwezig in de vorm van personificaties op frontons, wanden en<br />
pijlers. Die zijn alle uit Carrara-marmer gehakt, een steensoort<br />
waar de Vereenigde Oost-Indische Compagnie het monopolie op had.<br />
Amsterdam<br />
Amsterdam was de stapelplaats en vanaf dat moment wordt marmer<br />
ook op deurposten, schoorsteenmantels en vloeren toegepast,<br />
dat laatste liefst afgewisseld met zwart marmer. <strong>Het</strong> belang van<br />
Quellinus kan nauwelijks overschat worden: hij was het die de<br />
Italiaanse barok in het Noorden introduceerde. Vooral in de zeventiende<br />
eeuw worden er veel portretten gehakt en grafmonumenten<br />
in marmer opgericht maar dat aantal neemt in de achttiende eeuw<br />
af. De geestesgesteldheid van de Nederlanders was er niet meer<br />
naar om aan beeldhouwkunst werkelijk veel aandacht te besteden,<br />
en dan blijven opdrachten uit.<br />
Marmeren beelden zijn wel in kunstkabinetten te vinden geweest;<br />
ook hun aantal, zo blijkt uit recent onderzoek, was niet erg groot.<br />
Er waren wel opdrachten voor decoratief werk, tuinbeelden en<br />
-vazen en gipsen plafonddecoraties van allegorieën, vogels en<br />
planten in de grote huizen van de adel en de rijke bourgeoisie. Die<br />
decoraties werden niet door Nederlanders maar door thans veelal<br />
anonieme Italianen aangebracht die hun onwaarschijnlijke talent<br />
in het gipsgieten en afvormen hier in familieverband kwamen<br />
vertonen. Bronzen beelden kwamen weinig voor: de dynastieke<br />
aspiraties van de Oranjes die hun uiterlijke vorm in monumenten<br />
zouden kunnen vinden worden door Staatsgezinden gefrustreerd;<br />
ook worden er uitzonderlijk weinig opdrachten gegeven om grote<br />
mannen te eren.<br />
Dat verandert in de negentiende eeuw. Nederland wordt een<br />
koninkrijk, nationalistische gevoelens worden opgewekt, Cats,<br />
Rembrandt, Vondel en Jan Pieterszn. Coen krijgen standbeelden<br />
en er komen twee kunstacademies: de ene in Amsterdam en de<br />
zusteracademie in Antwerpen. Die band bestaat tot 1830, veertig<br />
jaar later wordt de Amsterdamse academie per koninklijk decreet<br />
herdoopt tot Rijksakademie. Dan komt Italië weer in beeld, door de<br />
ARTuS QuEllINuS, kARIATIDEN, CA. 1653.<br />
CARRARA-mARmER. VIERSCHAAR, kONINklIJk<br />
PAlEIS (VOORmAlIg STADHuIS), AmSTERDAm.<br />
instelling van de Prix de Rome. De beste student krijgt een toelage<br />
om enige jaren ongestoord in Rome te kunnen werken en studeren.<br />
<strong>Het</strong> neoclassicisme is over heel Europa en Amerika de heersende<br />
stijl en nu wordt een aanpak manifest die al langere tijd bestond,<br />
en die er op neer komt dat de beeldhouwer zijn beeld in klei<br />
modelleert en dat in gips laat afgieten. Met dat gips <strong>als</strong> voorbeeld<br />
hakt de ‘praticien’, de uitvoerder, het beeld in marmer. Van zo’n<br />
gips kan ook een bronzen afgietsel gemaakt worden maar voor<br />
de negentiende-eeuwer worden ‘caractères’, dat zijn helden of anderszins<br />
belangrijke mannen, in brons vereeuwigd; ‘sentiments’ of<br />
‘idées’, concepten of denkbeelden, worden in marmer uitgevoerd.<br />
De beeldhouwer gaat dus vooral conceptueel werken en de uitvoering<br />
doet een ander.<br />
Van de Nederlandse Romereizigers die de Prix wonnen moet er<br />
één genoemd worden: Pier Pander. Pander (1864-1919) werd op<br />
jeugdige leeftijd <strong>als</strong> beeldhouwer ontdekt, studeerde een tijd in<br />
Parijs en vestigde zich in Rome. Hij was daar redelijk succesvol<br />
en werkte lang aan een ensemble van vijf levensgrote figuren<br />
die de ontwikkeling van het menselijk bewustzijn symboliseren.<br />
De beelden heten Moed, Ontwakend gevoel, Uchtend, Ziel en<br />
Opkomende Gedachte. Zij werden na de dood van de beeldhouwer<br />
door een Italiaanse praticien gehakt en zijn in Leeuwarden in het<br />
daar gebouwde tempeltje bij het Pander Museum geplaatst.<br />
Marmer<br />
Die praticiens zijn dus hoogst ervaren ambachtslieden met een<br />
tot op de Oudheid teruggaande traditie. Zij zijn in staat iedere<br />
holling of bolling, iedere verfijnde nuance in het oppervlak die het<br />
gipsen beeld vertoont uiterst nauwgezet in het harde marmer te<br />
reproduceren. Als marmer vervolgens gepolijst wordt, krijgt het<br />
niet alleen glans maar ook een doorschijnendheid die de menselijke<br />
huid nabij komt. Dat is al sinds eeuwen de onweerstaanbare<br />
aantrekkelijkheid van gepolijst marmer. Hoewel de kleur niet naturalistisch<br />
is, geeft het oppervlak, zeker <strong>als</strong> het om de uitbeelding<br />
van menselijke figuren gaat, wel die illusie. Mensen willen vaak<br />
aan marmeren beelden voelen; dat valt dan tegen want marmer, in<br />
tegenstelling tot hout, is hard en koud.<br />
Als er één gebied in Italië is waar de praticien aan het werk is - hij<br />
heet in het Italiaans artigiano - dan is het wel de kuststreek van<br />
Toscane, tussen Genua en Lucca. Daar liggen, in de Apenijnen,<br />
van Noord naar Zuid de plaatsen Carrara, Seravezza, Massa en<br />
Pietrasanta. Daar is, miljoenen jaren geleden, in de zee een laag<br />
kalk ontstaan van schelpen en visgraten. Die laag is, door een<br />
combinatie van hoge druk en warmte van vorm en structuur veranderd.<br />
Dit veranderde gesteente is marmer. Marmer bestaat in alle<br />
kleuren van de regenboog, en komt op verschillende plaatsen in de<br />
wereld voor, maar in die Noordelijke kuststreek van Toscane is het<br />
vooral wit, met allerlei nuances. <strong>Het</strong> kostbaarst is het spierwitte<br />
statuario-marmer, dat voor standbeelden wordt gebruikt. Van een<br />
afstand lijken daar de bergen besneeuwd; maar het is marmer.<br />
De Romeinen importeerden Griekse slaven om het gesteente uit<br />
te hakken en te bewerken.<br />
Nog steeds wordt er marmer gewonnen, het meest voor de bouw,<br />
voor zakenbanken, chique badkamers en keukens maar ook voor<br />
de beeldhouwkunst. Naast talloze bronsgieterijen zijn daar evenveel<br />
werkplaatsen waar antieke beelden gecopieerd, mechanisch<br />
vergroot of verkleind worden, of waar naar moderne, eigentijdse<br />
gipsmodellen marmeren beelden worden gehakt. Alles is mogelijk.<br />
Over de praktijk wordt niet geheimzinnig gedaan: iedereen weet<br />
daar dat de signatuur die het beeld draagt niet die van de steen-<br />
hakker is, maar van de ontwerper. Daarom is het belangrijk niet<br />
alleen naar de fraaie vorm en het sensueel aansprekende oppervlak<br />
te kijken maar ook te zien wat de oorspronkelijke idee was<br />
en hoe het beeld werkt <strong>als</strong> beeld, los van het prachtige materiaal.<br />
Taille directe<br />
Er zijn ook beeldhouwers die nog op de traditionele manier met<br />
marmer omgaan, zo<strong>als</strong> dat in Griekenland gebeurde, of in de<br />
Middeleeuwen en de Renaissance. Die eeuwenoude aanpak is rond<br />
1900 weer opgekomen in Frankrijk <strong>als</strong> reactie op de virtuositeit<br />
van Rodin. Rodin was een echte modelleur die al zijn marmers<br />
door praticiens liet hakken. De ‘nieuwe’ manier van hakken wordt<br />
taille directe genoemd en dat kan ook in hout, een materiaal dat<br />
tot dan toe inferieur werd geacht aan het nobele marmer.<br />
Er waren schilders bij, onder wie Gauguin, maar vooral jonge<br />
beeldhouwers die naar een eigentijdse, authentieke uitdrukkingsvorm<br />
zochten. Brancusi was een van de eersten, gevolgd door<br />
Gaudier Brzeska, Picasso en Moore die zich allen lieten inspireren<br />
door Afrikaanse beeldhouwkunst.<br />
De beeldhouwer zoekt op de werkplaats van de steenhouwerij een<br />
blok uit waarvan hij denkt: ‘Daar zit een beeld in’. De vorm van het<br />
blok bepaalt dus de vorm van het beeld. Hij tekent met houtskool<br />
de vorm van het model zo<strong>als</strong> hij die zich voorgesteld heeft en<br />
begint dan in de steen te hakken. Koppig richt hij zich op de zich<br />
steeds verder evoluerende relatie tussen het beeld dat hij in zijn<br />
hoofd <strong>als</strong> concept heeft en de steen waar het beeld <strong>als</strong> vorm uit<br />
moet komen. De overbodige steen wordt zover weggehaald tot het<br />
beeld uit het blok is ontstaan. Deze bijna romantische benadering<br />
leidt niet gauw tot elegante beelden; zij hebben zelden een gedetailleerde<br />
afwerking en de sporen van de ijzers waarmee gehakt<br />
werd zijn meestal nog te zien.<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
In de opstelling van de collectie van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is geen onderscheid<br />
gemaakt tussen de beelden die door ‘praticiens’ zijn uitgevoerd en<br />
de beelden die door de beeldhouwers zelf zijn uitgehakt. Zij zijn<br />
alle gekozen om hun esthetische kwaliteit; om hun vermogen, zo<strong>als</strong><br />
de humanist Leon Battista Alberti in 1435 de functie van kunst<br />
formuleerde, de bezoeker te beleren, te ontroeren en te behagen.<br />
Louk Tilanus<br />
Fragment<br />
63
Fragment<br />
64<br />
STUDIO SEM IN HET DEPOT<br />
STUDIO SEM<br />
De relatie tussen kunst en ambacht<br />
in Pietrasanta Italië<br />
FOTO lINkS: SAlVATORE ANSElmO<br />
FOTO HIERbOVEN: STuDIO SEm<br />
langs een van de vele wegen die naar Rome leiden, de Via Aurelia, ligt in<br />
Versilia het plaatsje Pietrasanta. Aan de voet van de Apuaanse Alpen met<br />
de beroemde monte Altissimo, ligt in het noorden de stad Carrara, in het<br />
zuiden Pisa en in het oosten lucca.<br />
Fragment<br />
65
Fragment<br />
66<br />
WORkSHOP PIETRASANTA 1948 STuDIO PAllA<br />
Loek Dijkman<br />
Pietrasanta is sinds eeuwen een belangrijk centrum waar<br />
beeldhouwers samen met specialisten in marmerbewerking hun<br />
beelden scheppen. Onder invloed eerst van Toscane en later van de<br />
Medici bloeide de marmerindustrie <strong>als</strong> nooit tevoren. Met de val<br />
van de dynastie van de Medici raakte de hele tak van marmerbewerking<br />
in verval, totdat rond 1800 de Rooms-katholieke kerk de<br />
rol van initiator overnam. Zij gaf talloze opdrachten voor beelden<br />
die <strong>als</strong> kerkversiering dienst deden. In 1843 werd een ambachtsschool<br />
voor het steenhouwervak geopend en binnen twintig jaar<br />
behaalden meer dan 200 leerlingen een einddiploma. Rond 1900<br />
waren er in Pietrasanta meer dan veertig studio’s, waarvan de<br />
grootste meer dan 250 man in dienst hadden. Deze marmerindustrie<br />
trok kunstenaars, mallenmakers en aanverwante beroepen<br />
aan. In het steenhouwervak voltrok zich een specialisatie. Zo waren<br />
er de ‘sbozzatore’ die het ruwe hakwerk beheersten, de ‘smoddellatore’<br />
die de fijnere detailleringen realiseerden met behulp van<br />
een pantograaf of direct naar model werkten, de ‘pannista’ die gespecialiseerd<br />
waren in het maken van gewaden, de ‘ornatista’ die<br />
verantwoordelijk waren voor alle ornamenten waaronder planten,<br />
fruit en bloemen, de ‘anatomista’ die uitdrukking gaven aan het<br />
gezicht en alle overige details van de anatomie, de ‘scultore’ die<br />
alle lichaamsdelen verfijnden en tot slot de ‘lucidatore’ die het oppervlak,<br />
de huid van het beeld afwerkten door schuren of polijsten.<br />
Na het Tweede Vaticaans Concilie kwam de klad in het werk voor<br />
de kerken en schakelden sommige studio’s, zo<strong>als</strong> Studio Sem, over<br />
op een samenwerking met moderne beeldhouwers. Deze beeldhouwers,<br />
die figuratief maar ook abstract werkten, hadden tot dan<br />
toe meestal houten of bronzen beelden vervaardigd. In de studio’s<br />
leerden zij de wondere wereld van het marmer kennen. Vandaag de<br />
dag bestaat er nog ongeveer een tiental studio’s in Pietrasanta.<br />
In het Pietrasanta van vandaag kun je op straat de herinneringen<br />
tegenkomen aan de overheersing door Venetië en de invloed van de<br />
Medici. En natuurlijk de plaatsen waar de studio’s gevestigd zijn<br />
of waren. Juist de laatste jaren zijn er door het restrictieve beleid<br />
van de gemeente veel studio’s vertrokken naar vestigingsplaatsen<br />
buiten het stadje. Ze laten lege plekken na die opgevuld worden<br />
door galerieën en luxe winkels die het karakter van Pietrasanta<br />
wezenlijk veranderen. Was het vroeger zo dat het geluid van de<br />
pneumatische beitels die het marmer attaqueerden, en het witte<br />
marmerstof het stadje domineerden, vandaag de dag zijn het de<br />
galeristen en de toeristen die, zeker in de zomer, de sfeer bepalen.<br />
Pietrasanta is voor mij een plaats van tegenstrijdigheden. Studio<br />
Palla, al jaren wachtend op een nieuwe toekomst, met achter het<br />
hek de verweesde gipsmodellen van weleer. De beeltenis van<br />
Ghandi starend over een achtergelaten wijnglas. De kunstenaars<br />
die elkaar op de piazza ontmoeten en de vele toeristen die daar<br />
omheen zwermen. In Pietrasanta onopgemerkt verblijven is er<br />
niet bij. De pseudokunstenaars die met minieme ontwerpen naar<br />
de studio’s trekken om hun ‘kunstwerken’ te laten vergroten en de<br />
vaste kern van beeldhouwers die zomer en winter aan het werk zijn.<br />
Toch overheerst in Pietrasanta een gevoel van aanwezig te zijn op<br />
een plek waar de geschiedenis van de beeldhouwkunst tastbaar<br />
ligt opgestapeld en waar die geschiedenis nog steeds opnieuw<br />
geschreven wordt.<br />
mET DE klOk mEE: gHANDI, DE VERWEESDE gIPSEN,<br />
DE PIAZZA, DAmIEN HIRST ‘ANATOmy OF AN ANgEl’<br />
Fragment<br />
67
Fragment<br />
68<br />
mET DE klOk mEE: HENRy mOORE, JuRRIAAN VAN HAll,<br />
SEm gHElARDINI 1987, EPPE DE HAAN & lEONARDO buRATTI<br />
Studio Sem<br />
Keara McMartin<br />
STuDIO SEm TOEN EN Nu<br />
Studio Sem is in het midden van de jaren ’50 door Sem Ghelardini<br />
opgericht en heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot een van<br />
de belangrijkste ateliers voor beeldhouwkunst. Begin jaren ’60,<br />
toen de meeste ambachtskunstenaars de nieuwe abstracte vormen<br />
van de moderne kunst verwierpen <strong>als</strong> belachelijk en dwaas, legde<br />
Sem Ghelardini hiervoor juist een grote passie en enthousiasme<br />
aan de dag.<br />
JONgE kuNSTENAARS<br />
Dit trok veel beeldhouwers naar zijn atelier, want zij beseften dat<br />
hij hun werk wel zou begrijpen. Hij maakte er een gewoonte van<br />
jonge kunstenaars uit te nodigen om te leren van het contact met<br />
beroemde moderne meesters, zo<strong>als</strong> Henry Moore, Georges Adam,<br />
Emile Gilioli, Alicia Penalba, César en Barry Flanagan, die het atelier<br />
bezochten terwijl ze er bezig waren. Sem gaf jonge beeldhouwers<br />
de gelegenheid om zij aan zij met de steenhouwers te werken.<br />
Hij gaf advies en stimuleerde hen. Vóór alles wilde hij dat ze zich<br />
verder zouden bekwamen <strong>als</strong> beeldhouwer. Uiteindelijk was Sem<br />
bijna even beroemd <strong>als</strong> de beeldhouwers voor wie hij werkte. Hij<br />
werd een internationaal icoon; zijn naam riep associaties op met<br />
generositeit, compassie en een intense drang om jonge kunstenaars<br />
op weg te helpen.<br />
In 1991, midden in een economische crisis die de studio in haar<br />
bestaan bedreigde, beëindigde Sem zijn bedrijf en richtte hij de<br />
Studio Sem Scultori Associati Srl op. In 1994 dwong ziekte hem er<br />
toe de leiding over de nieuwe vennootschap over te dragen aan zijn<br />
rechterhand, Keara McMartin. Sinds de dood van Sem in 1997 is<br />
de leiding in handen van Keara en Sems jongste zoon, Pierangelo<br />
Ghelardini.<br />
FONDAZIONE SEm<br />
Hoeveel jonge kunstenaars over de hele wereld zouden niet naast<br />
gerenommeerde beeldhouwers en steenhouwers willen werken?<br />
CATAlOguS<br />
STuDIO SEm<br />
PRIJS € 30,- (SOFTCOVER)<br />
STUDIO<br />
SEM<br />
THE ARTIST-ARTISAN<br />
COLLABORATION<br />
IN PIETRASANTA<br />
ITALY<br />
DE RELATIE<br />
TUSSEN KUNST EN AMBACHT<br />
IN PIETRASANTA<br />
ITALIË<br />
PIERANgElO gHElARDINI<br />
<strong>Het</strong> was altijd een droom van Sem geweest daartoe een stichting<br />
in het leven te roepen. Keara McMartin richtte in maart 2003<br />
Fondazione Sem op. Ze werd daarbij gesteund door Loek Dijkman,<br />
voorzitter van Stichting Utopa, filmproducer en wijnhandelaar<br />
Piero Tartagni en beeldhouwer Inger Sannes. Betrokken waren<br />
ook de kunstenaars Helaine Blumenfeld en Diana Edmunds, de<br />
Britse architect Chris Wilkinson, en Colin Tweedy, actief in talloze<br />
prestigieuze culturele stichtingen en organisaties voor de bevordering<br />
van de kunsten in Europa en het Verenigd Koninkrijk.<br />
Een van de primaire doelen van de Fondazione Sem is kunstenaars<br />
te helpen nieuwe expressievormen met marmer te ontdekken.<br />
Hiertoe organiseert de stichting sinds 2006 ‘residency’s’ voor<br />
kunstenaars.<br />
De meer gerenommeerde kunstenaars die het atelier bezoeken,<br />
maken graag tijd vrij voor de jonge kunstenaars. Ze geven commentaar,<br />
doen voorstellen en entameren groepsgesprekken, zodat<br />
er een vruchtbare professionele samenwerking tot stand komt.<br />
Veel kunstenaars die er <strong>als</strong> artist-in-residence hebben gewerkt,<br />
keren later terug naar Pietrasanta om projecten te ontwikkelen<br />
en opdrachten uit te voeren.<br />
ACTuEEl<br />
In 2011 ondersteunde de Fondazione Sem een symposium over<br />
beeldhouwkunst – 7 Artists at the Querciola Quarry, Colonnata,<br />
Carrara – waarbij zeven internationale kunstenaars in de open<br />
lucht marmer bewerkten bij de groeve van de familie Petacchi,<br />
hoog in de bergen van Carrara. In 2013 zal de Fondazione Sem de<br />
reizende beeldententoonstelling Crossroads ondersteunen. Daaraan<br />
doen veel kunstenaars mee die bij Studio Sem werken, naast<br />
enkele kunstenaars-in-residence van Fondazione Sem.<br />
Rectificatie: in Fragment 1 is ten onrechte vermeld dat Aart Schonk<br />
in Studio Sem werkte. Hij werkt in zijn eigen studio.<br />
kEARA mCmARTIN<br />
Fragment<br />
69
Fragment<br />
70<br />
Expositie beeldhouwers<br />
tentoonstelling Studio Sem<br />
SALVATORE ANSELMO<br />
Italië<br />
DeopSiciliëgeborenSalvatoreAnselmoverhuisdein1986naarPietrasanta<br />
voor een opleiding <strong>als</strong> steenhouwer in Studio Sem. Onder leiding van meestersteenhouwers<br />
bekwaamde hij zich in de vele bewerkingstechnieken voor marmer.<br />
In die periode maakte hij ook kennis met de kunstenaars Knut Steen en Helaine<br />
Blumenfeld. Hij werd hun assistent en begeleidde hen in de opeenvolgende<br />
wordingsfasen van hun werken, van het eerste ontwerp tot de voltooiing. Om de<br />
modellen die daarvoor nodig waren te kunnen maken bedacht hij nieuwe technieken<br />
en bewerkingen voor koper, aluminium en terracotta, die hij later toepaste<br />
bijdeontwikkelingvaneigenwerk.HijexposeertinItaliëenneemtregelmatigdeel<br />
aan internationale symposia over beeldhouwkunst.<br />
Salvatore Anselmo<br />
Armonia | Statuary marble from Carrara, 90 cm<br />
‘Mijn eerste kennismaking met het<br />
beeldhouwen betrof houtsnijwerk. Ik<br />
werkte vaak aan antieke meubels en toen<br />
ik naar Pietrasanta kwam, raakte ik op<br />
slag verliefd op marmer. Dat vond ik zo’n<br />
warm en uitdagend materiaal. Voordat ik<br />
de vorm bepaal voor een beeld, probeer<br />
ik te ontdekken welke vorm al in het blok<br />
aanwezig is.<br />
Meestal maak ik eerst een klein model<br />
om exact te bepalen wat ik wil, maar het<br />
idee voor Venus zat ineens in mijn hoofd<br />
en kon zonder omwegen uit mijn handen<br />
komen. Een model was niet nodig, omdat<br />
ik de verborgen vorm in het blok <strong>als</strong> het<br />
ware kon voelen.<br />
Soms voelt het zoeken naar de vorm<br />
waarvan je weet dat die erin zit <strong>als</strong> een<br />
krachtmeting, een worsteling of een explosie<br />
van stof en steensplinters, een nooit<br />
eindigende queeste naar volumes die voor<br />
harmonie zorgen, naar lijnen die de vorm<br />
onthullen. <strong>Het</strong> lichaam wordt een samenstel<br />
van abstracte vormen en vervolgens<br />
weer een lichaam, het is een permanente<br />
beeldtalige evenwichtsoefening, een dialoog<br />
tussen vorm en steen.’<br />
Halima Cassell werd geboren in Pakistan, groeide op in het Verenigd Koninkrijk en woont<br />
tegenwoordig in Blackburn (Lancashire). Haar veelzijdige multiculturele achtergrond is tastbaar<br />
aanwezig in haar werk: haar Aziatische oorsprong, een fascinatie met Afrikaanse motieven en<br />
een passie voor architecturale geometrie. Ze heeft een groot aantal werken uitgevoerd in opdrachtvanparticulierenenoverheidsinstantiesinGroot-Brittanniëenzaghaarwerkbekroondmet<br />
diverse prijzen. Halima ontving werk- en verblijfbeurzen voor Japan, Zuid-Korea en India.<br />
ZegeeftlezingenoverhaarwerkingalerieënenopscholenenuniversiteiteninhetVerenigd<br />
Koninkrijk en in het buitenland. In 2011 werd ze op grond van de uitzonderlijke kwaliteit van haar<br />
werk door de Fondazione Sem uitgenodigd om <strong>als</strong> artist-in-residence haar visie op de beeldhouwkunst<br />
te komen uiten in het maagdelijk witte marmer van de Apuaanse Alpen.<br />
‘Kunstenaars creëren over het algemeen<br />
hun eigen stemming en gevoel door middel<br />
van de kleuren, lijnen en texturen van hun<br />
werk. Dat doe ik ook, alleen probeer ik op<br />
een speelse manier de grote vlakken en de<br />
facetten van het patroon te manipuleren<br />
en met elkaar te laten contrasteren om de<br />
impact van het geheel zo groot mogelijk te<br />
maken. <strong>Het</strong> meest opwindend is voor mij<br />
het moment waarop mijn tweedimensionale<br />
ontwerpen de spectaculaire transformatie<br />
tot driedimensionale structuren<br />
ondergaan en een ander leven krijgen. Ik<br />
ben afhankelijk van het werkstuk zelf: met<br />
zijn schaduw en licht en de regen die erop<br />
valt moet dát de tonen en texturen een<br />
dramatische lading geven.’<br />
HALIMA CASSELL<br />
Verenigd Koninkrijk<br />
Halima Cassell<br />
Makonde | Patinated Bronze, 168 x 100 x 120 cm<br />
Fragment<br />
71
Fragment<br />
72<br />
Immanuel Klein studeerde aanvankelijk cello en compositie en had diverse<br />
belangrijkeuitvoeringen,vanzowelorkeststukken<strong>als</strong>jazzconcerten.In1987maakte<br />
hij zijn eerste driedimensionale werk en begon hij naast zijn werk <strong>als</strong><br />
componist te experimenteren met beeldhouwkunst en design om zich uiteindelijk,<br />
in 2002, volledig aan de beeldhouwkunst te wijden, en met succes. Zijn werk is te<br />
zien in Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> en Museum Beelden aan Zee en is aangekocht<br />
door particuliere verzamelaars in Europa en de Verenigde Staten. Hij exposeert<br />
regelmatig in Nederland en andere Europese landen. In 2009 werd hij uitgenodigd<br />
door de Fondazione Sem, waar hij een aantal baanbrekende projecten uitvoerde en<br />
nieuweideeënvoorwerkeninsteenontwikkelde.<br />
Alena Matèjkova<br />
Blue Boat | Cast crystal with cobalt, 18 x 110 x 16 cm<br />
IMMANUEL KLEIN<br />
Nederland<br />
Immanuel Klein<br />
Stirrup | portugees marmer, 52 cm<br />
ALENA MATÈJKOVA<br />
Tsjechië<br />
AlenaMatèjkovawoontenwerktafwisselendinTsjechië<br />
en Zweden. Ze studeerde beeldhouwkunst, glaskunst,<br />
architectuur & design (waarin ze is gepromoveerd aan de<br />
Academie voor kunst, architectuur en design te Praag) en<br />
keramiek, en heeft belangrijke prijzen gewonnen met haar<br />
baanbrekende, innovatieve werk in glas. Ze bezit en runt een<br />
glasoveninTsjechië,eenvandegrootsteterwereld.Haarwerk<br />
is opgenomen in prestigieuze collecties in Europa,<br />
Japan,Saoedi-Arabië,deVerenigdeArabischeEmiratenen<br />
Taiwan. Sinds 2006 brengt ze de winters meestal door in<br />
StudioSem,waarzeverfijndesculptureninmarmermaakt,die<br />
ze vervolgens afgiet in massief kristal, met spectaculaire<br />
resultaten.<br />
‘In 1995 ontdekte ik – een soort aha-erlebnis<br />
– de analogie tussen mijn werk en het<br />
evenwichtsorgaan, in het binnenoor: de<br />
drie halfcirkelvormige kanalen stonden<br />
voor de drie ruimtelijke dimensies. Dat<br />
was voor mij de aanleiding om in steen<br />
te gaan werken. Een jaar later begon ik<br />
albasten reliëfs van het evenwichtsorgaan<br />
te maken en in 1997 de eerste vrijstaande<br />
sculpturen. Zo<strong>als</strong> het evenwichtsorgaan<br />
voor mij het wezen werd van het sculptuur,<br />
zo vormden de gehoorbeentjes een ‘brug’<br />
tussen binnen en buiten, iets wat trillingen<br />
doorgeeft, het symbool voor dat wat<br />
kunst kan zijn: een “vibrerende” schakel<br />
met het publiek.’<br />
‘Mijn benadering van de beeldhouwkunst<br />
is dat ik mezelf wil verrassen, dat ik plezier<br />
wil beleven aan de ontdekkingstocht.<br />
<strong>Het</strong> is hard werken – eerst een stenen beeld<br />
maken, dan de mal, en daar vervolgens<br />
glas in gieten – maar zowel steen <strong>als</strong> glas<br />
heeft een zeker verrassingselement in<br />
zich dat soms voor toev<strong>als</strong>treffers zorgt;<br />
een constante uitdaging maar ook een<br />
constante bron van vreugde.’<br />
Fragment<br />
73
Fragment<br />
74<br />
INGER SANNES<br />
Noorwegen/Zweden<br />
Inger Sannes is in Noorwegen geboren en verdeelt haar<br />
tijdtussenZwedenenPietrasanta,Italië.Twintigjaarwerkte<br />
ze <strong>als</strong> management-consultant en directeur voor<br />
Accenture en IBM en gaf ze vorm aan veranderingen in<br />
grote organisaties. Nadat ze haar adviseurschap enkele<br />
jarencombineerdemethetbeeldhouweninItaliëbeslootze<br />
zich in 2000 volledig op de kunst te storten, voornamelijkvanuitStudioSem.ZeheeftveelvuldiggeëxposeerdinScandinaviëentalvanandereEuropeselanden.Zeislid<br />
van de Zweedse vereniging van schilders en beeldhouwers,<br />
de Noorse beeldhouwersvereniging en de Royal<br />
British Society of Sculptors en was betrokken bij de<br />
oprichting van de Fondazione Sem. Ze heeft werk in<br />
opdracht uitgevoerd in Oslo, Virginia (VS), Hongkong en<br />
het Verenigd Koninkrijk en haar beelden zijn aangekocht<br />
voor particuliere collecties in Europa en China.<br />
Inger Sannes<br />
Vestito | Carrara marble, 154 cm<br />
‘Als kunstenares heb ik leren luisteren<br />
naar de abstracte taal van mijn dromen.<br />
Wat <strong>als</strong> een oergevoel begint, wordt door<br />
mijn handen getransformeerd tot volumes<br />
waarmee ik emoties tot uitdrukking<br />
breng in de context van relaties en van<br />
het leven zelf.’<br />
ALMUTH TEBBENHOFF<br />
Verenigd Koninkrijk<br />
Almuth Tebbenhoff begon eind jaren ’70 <strong>als</strong> keramiste en legde zich aan het begin<br />
vandejaren’80toeophetmakenvansculpturen,vooralinstaalenbrons,albleefze<br />
ook in keramiek werken. Ze heeft voor haar oeuvre tal van prijzen ontvangen en<br />
exposeertsinds1981veelvuldiginGroot-BrittanniëenDuitsland,Rusland(Moskou),de<br />
VS (New York) en Polen. In 2006 werd ze uitgenodigd door de Fondazione Sem<br />
om <strong>als</strong> artist-in-residence kennis te maken met het beeldhouwen in marmer. Als<br />
meester-beeldhouwer keert ze nu enkele maanden per jaar terug naar Studio Sem<br />
om haar werken in marmer uit te voeren.<br />
Almuth Tebbenhoff<br />
Pagina di Marmo | Carrara marble, 90 cm<br />
‘Ik heb in het begin van mijn carrière altijd<br />
in klei gemodelleerd, staal gelast en brons<br />
gegoten. <strong>Het</strong> uithakken van een vorm is<br />
precies de tegenovergestelde werkwijze,<br />
maar toen ik in 2006 de gelegenheid kreeg<br />
om in Studio Sem te werken, leek dat<br />
de ontbrekende schakel die ik zocht. Zo<br />
stortte ik me vol overgave op het beeldhouwen,<br />
en na drie maanden was ik hopeloos<br />
verliefd geraakt op marmer, op hakken<br />
in steen en op Pietrasanta. Er ging een wereld<br />
van vorm, textuur, volume en graviteit<br />
voor me open. Nu, na zes jaar beeldhouwen,<br />
beheers ik het vak voldoende om alle<br />
aspecten uit mijn eerdere werk tot uiting<br />
te brengen in een volledig nieuwe reeks<br />
beelden.’<br />
Fragment<br />
75
Fragment<br />
76<br />
JULIA VANCE<br />
Noorwegen<br />
JuliaVance(1968)studeerdekalligrafieinOsloenLondon,hetgeenuitmonddeineenstagebijeenatelierwaarletterswerdengehaktinreliëf.Zevonddatreliëflettershaarbeperkten<br />
in haar expressiviteit en begon de letters daarom experimenterenderwijs<br />
vrij te maken uit hun stenen omgeving, zodat ze er een dimensie bij kregen en tot<br />
volumesuitgroeiden.JuliaVancespeeltopeenfilosofischemaniermetelementairewoorden<br />
<strong>als</strong> ‘wij’ en ‘tijd’ en geeft ze een expressieve vorm in marmer of brons. Ze<br />
heeft tal van grootschalige werken in opdracht uitgevoerd in Noorwegen en ontving<br />
ook vele prijzen. Zo kende de Noorse Staat haar in 2005 een driejarig stipendium toe<br />
waarmee ze langdurig in Pietrasanta heeft kunnen studeren. Ze doceerde aan universiteiten<br />
in Noorwegen en Engeland, is lid van de Royal British Society of Sculptors en<br />
de Noorse vereniging voor beeldhouwers en werd onlangs gevraagd zitting te nemen<br />
in het adviescomité voor muntontwerpen van de Noorse centrale bank. Haar werk<br />
istentoongesteldinEngeland,Noorwegen,Rusland,België,ItaliëendeVerenigde<br />
Arabische Emiraten. Sinds 2005 woont en werkt ze in Oslo en Pietrasanta.<br />
LARS WIDENFALK<br />
Zweden<br />
InScandinaviëgeldtLarsWidenfalk<strong>als</strong>eenvandeexponentenvandebewegingdiedefiguratievebeeldhouwkunstin<br />
steen nieuw leven inblaast. Op grond van zijn werken in –<br />
vooral – graniet werd hij in 2006 <strong>als</strong> artist-in-residence door<br />
de Fondazione Sem uitgenodigd voor een project van twaalf<br />
marmeren beelden, die in 2007 aan het publiek werden getoond<br />
in slot Borgholm in het Zweedse Öland. Tegenwoordig<br />
geniethijinheelScandinaviëgrotebekendheidvanwegezijnsubtiele,<br />
suggestieve granieten beelden en, meer recent, de<br />
massief glazen afgietsels van zijn marmeren en granieten<br />
beelden.HijexposeertregelmatiginScandinavië,Tsjechiëenandere<br />
Europese landen.<br />
‘Ik maak letterachtige vormen, soms<br />
alleen maar een deel van een letter. Ik zie<br />
hun lijnen en vormen <strong>als</strong> mogelijkheden<br />
voor menselijke expressie. Soms gebruik<br />
ik een woord dat de aanzet vormt tot een<br />
lange gedachtelijn. Met deze expressieve<br />
derde dimensie die ik toevoeg aan onze<br />
tweedimensionale wereld van letters en<br />
woorden zoek ik vormen voor de ogen en<br />
voedsel voor de geest.’<br />
Julia Vance<br />
VIx5 | Carrara marble, 134 cm<br />
‘Voor mij is steen het belangrijkste materiaal<br />
en middel van expressie. In graniet en<br />
marmer kan ik uitdrukking geven aan de<br />
dimensie tijd en het menselijk bestaan. De<br />
steen die ik bewerk behoudt zijn dichtheid,<br />
zijn ruwe huid en wordt daardoor, in al zijn<br />
oeroude schoonheid, getuige van de tijd.’<br />
Lars Widenfalk<br />
Surface | Cast crystal, 69 x 49 x 34 cm<br />
Fragment<br />
77
Fragment<br />
78<br />
VIllA VlEERmuIS kINDERATElIER<br />
Kleurrijk<br />
en uitnodigend<br />
HET NIEuWE DEPOT<br />
In 2004 opende Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> haar deuren in Villa Hinkeloord aan de<br />
Generaal Foulkesweg in Wageningen. Nu, acht jaar later, viert <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opnieuw<br />
een opening: op 25 maart gaan drie nieuw aangekochte gebouwen aan de overkant<br />
van de Generaal Foulkesweg eveneens open. Net <strong>als</strong> Villa Hinkeloord grenzen ze aan<br />
Arboretum De Dreijen, dat <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in beheer heeft. Architectuur kenner Cees<br />
Straus sprak met opdrachtgever en architect over de aanpassing van de gebouwen<br />
aan de eisen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
Fragment<br />
79
Fragment<br />
80<br />
DE OPDRACHTgEVER<br />
<strong>Het</strong> is een bekentenis die hij zelf niet snel zal doen, maar stichtingsvoorzitter<br />
Loek Dijkman houdt behalve van orgelklanken<br />
en beelden nog het meest van de natuur. Voor Dijkman hoeven er<br />
in een tuin <strong>als</strong> Arboretum De Dreijen dan ook niet veel beelden te<br />
staan. Hij streeft er veeleer naar dat er een hechte relatie ontstaat<br />
tussen <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> en het Arboretum, zodat je blik van binnen naar<br />
buiten wordt getrokken. Dan gaat het met name om het licht dat<br />
naar binnen valt. Hoe belangrijk dat is, merk je goed <strong>als</strong> je ziet<br />
hoe beelden die een bepaalde actie of handeling suggereren door<br />
middel van het binnenvallend licht een bijzonder accent krijgen.<br />
Dijkman ziet zichzelf <strong>als</strong> een enthousiast bouwer, maar niet <strong>als</strong><br />
een architect. Een bouwer met een goed oog voor de grote lijn,<br />
maar ook voor het detail. Hij vindt diezelfde benadering terug bij<br />
zijn architect: Bas van Hille.<br />
DE ARCHITECT<br />
Van Hille kwam in 1990 voor het eerst met Dijkman in contact.<br />
Dijkman wilde een bedrijfsgebouw in Amersfoort laten neerzetten,<br />
toen hij werd geattendeerd op het nieuwe raadhuis van Sassenheim.<br />
Dat bleek van de hand van Bas van Hille te zijn, destijds<br />
een van de eigenaren van BD architectuur. <strong>Het</strong> ontwerp van het<br />
gebouw stond hem direct aan.<br />
De samenwerking tussen Dijkman en Van Hille duurt inmiddels<br />
al 16 jaar en heeft een lange rij ontwerpen en gebouwen opgeleverd.<br />
Daar hoort ook de restauratie van Villa Hinkeloord bij en de bijbehorende<br />
nieuwbouw. Enkele jaren geleden leidde de architect<br />
de verbouwing en restauratie van het Orgelpark in Amsterdam,<br />
een andere activiteit van de Stichting Utopa.<br />
Dijkman had bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> een beeldengalerij voor ogen met<br />
zo veel mogelijk expositieruimte, maar ook met een restaurant,<br />
een winkel, kantoorruimtes, een leeszaal en bureauruimte<br />
voor kunst historici die de collectie willen bestuderen.<br />
Van Hille heeft op het gebied van de technische uitwerking<br />
samengewerkt met Manon Becking van het in restauratiewerk<br />
gespecialiseerde bureau Kentie + Partners Architekten in Halfweg.<br />
Met Kentie + Partners had de Stichting Utopa eerder al samengewerkt<br />
aan de restauratie van het Weeshuis in Leiden. Dit bureau<br />
heeft nu het projectmanagement en het technisch tekenwerk voor<br />
het project in Wageningen verzorgd.<br />
bREmER<br />
Twee van de ‘nieuwe’ gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn in de jaren ’80<br />
ontworpen door architectenbureau Mecanoo uit Delft. <strong>Het</strong> derde is<br />
ruim een halve eeuw ouder: rijksbouwmeester G.C. Bremer leverde<br />
het in 1932 op. De drie gebouwen werden gebouwd in opdracht van<br />
de Universiteit Wageningen. De gebouwen van Mecanoo deden<br />
dienst <strong>als</strong> bibliotheek (opgeleverd in 1986) en botanisch laboratorium<br />
(1991), een functie die het gebouw van Bremer ook had.<br />
Mecanoo had in 1991 een nieuwe entree in de oudbouw van Bremer<br />
gerealiseerd. Van Hille verplaatste en vernieuwde de entree volledig,<br />
zodat hij veel ruimte kon realiseren voor het ontvangen<br />
van groepen bezoekers. Na de garderobe kan het publiek naar de<br />
winkel, naar de concertzaal, naar een kleine zaal met informatie<br />
over de omringende natuur of door een lange gang naar de wisseltentoonstellingen.<br />
Zonder al te zeer in spektakel te vervallen<br />
wordt de bezoeker op deze plek geattendeerd op de vele aspecten<br />
van het kunstbezoek: informatie en educatie zijn belangrijk,<br />
maar ook beschouwen en puur genieten van de geboden kunst<br />
staan centraal.<br />
Fragment<br />
81
Fragment<br />
82<br />
Fragment<br />
83
Fragment<br />
84<br />
VIllA VlEERmuIS<br />
kINDERATElIER<br />
De voormalige bibliotheek gaat voortaan door het leven onder de<br />
naam ‘Kinderatelier Villa Vleermuis’. Daarmee wordt verwezen<br />
naar de aanwezigheid van vleermuizen aan de achterzijde van<br />
Bremers ‘oudbouw’. Om de bibliotheek haar nieuwe functie te kun -<br />
nen geven, moest Van Hille een paar grote veranderingen realiseren.<br />
Zo kende het campusgebouw aanvankelijk een luchtbrug waarmee<br />
zij aan de oudbouw was verbonden. Deze luchtbrug moest worden<br />
gesloopt. Ook was er geen pantry, laat staan een keuken; er waren<br />
sanitaire voorzieningen noch liften. Al deze elementen werden nu<br />
<strong>als</strong>nog in de relatief kleine ruimte ondergebracht.<br />
DE bANAAN<br />
Mecanoo’s architectuur voor de uitbreiding van het botanisch<br />
laboratorium was nogal basaal: het beton was beton gelaten en<br />
de trappenhuizen lieten ongeschilderde stalen, verzinkte trappen<br />
zien. Alleen de houten puien waren gelakt. Van Hille raakte snel<br />
gecharmeerd van de kromming van het gebouw, die ooit tot de bijnaam<br />
‘De Banaan’ had geleid. Van Hille verwijderde de tussenmuren<br />
en creëerde zo lange zichtlijnen. Maar hij deed meer. Van Hille:<br />
‘De ruimte was onderverdeeld in een trits van kleine kantoren die<br />
al met al voor een hokkerige bedoening zorgden. <strong>Het</strong> kenmerk van<br />
De Banaan zijn de dominante schachten en kolommen die midden<br />
in de ruimte staan met daarboven een platte verdieping. In een<br />
beeldengalerij wil je daarentegen een veel hogere ruimte. Voor mij<br />
stond die ruimtelijke beleving voorop. Zo ben ik op het idee gekomen<br />
vides te realiseren. De vides zijn een extra, verticale component,<br />
die in De Banaan steeds met een trap worden gecombineerd.’<br />
Bezoekers die nu De Banaan betreden, zien direct het restaurant.<br />
Gesitueerd op de begane grond heeft het een soort van scharnier-<br />
functie. Van hieruit loop je de expositiezalen in die op de korte<br />
kant met een monochroom gekleurde wand worden afgesloten.<br />
<strong>Het</strong> glas aan de Arboretumzijde zorgt ervoor dat het gebouw<br />
optimaal daglicht ontvangt en dat er altijd visueel contact met de<br />
natuur bestaat.<br />
Kleur is in elke ruimte onmiskenbaar aanwezig. Varianten van<br />
blauw en rood, variërend van helder en licht tot diepdonker<br />
wisselen elkaar af. Op de vloer is vrijwel overal voor een licht soort<br />
eikenhout gekozen, met uitzondering van de ontvangsthal waar<br />
natuursteen van buiten naar binnen loopt.<br />
bINNEN EN buITEN<br />
Ter versterking van de band met de natuur die de bezoekers ongetwijfeld<br />
zullen ervaren, koos de architect in het restaurant voor<br />
een inrichting met veel wit en met groen op de zitmeubels. <strong>Het</strong> wit<br />
zorgt er voor dat de intieme ruimte van waar uit het bomenpark<br />
kan worden bekeken, welhaast lucide wordt. Zo ontstaat de sensatie<br />
van een natuur die naar binnen golft.<br />
Wie De Banaan op zijn esthetische kwaliteiten wil beoordelen,<br />
doet er goed aan het pand via het aantrekkelijke terras te verlaten<br />
en op de grens van het bomenpark de volledige curve te bekijken.<br />
<strong>Het</strong> gebouw strekt zijn ‘armen’ dan met een uitnodigend gebaar<br />
naar de bezoeker uit en onthult tegelijk achter zijn vensters zijn<br />
voornaamste schatten. Wie straks vanuit Villa Hinkeloord de<br />
Generaal Foulkesweg oversteekt om het pad door het arboretum te<br />
kiezen, krijgt dit uitzicht <strong>als</strong> eerste kennismaking met <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
Zacht geurende rozen en eveneens in het seizoen kleurige goudsbloemen<br />
zijn een bonus bij het bezoek.<br />
Cees Straus<br />
DE GEBOUWEN VAN<br />
BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />
Bas van Hille in beeld<br />
DE gEbOuWEN VAN bEElDENgAlERIJ HET DEPOT<br />
bAS VAN HIllE IN bEElD<br />
PRIJS € 30,- (SOFTCOVER)<br />
Fragment<br />
85
Fragment<br />
86<br />
Op een van de wanden van Restaurant linnaeus is een collectie<br />
van meer dan 200 kleine schilderijen aangebracht. Ze zijn gemaakt<br />
door Peter keizer, een van de kunstenaars van wie beeldengalerij<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> werk in de collectie heeft. Typerend voor Peter keizers<br />
schilderijen is zijn voorkeur voor intensieve kleuren en de manier<br />
waarop hij zijn verf aanbrengt: met een fors gebaar, wat zijn schilderijen<br />
letterlijk diepte verleent. De wand in Restaurant linnaeus<br />
toont motieven die geïnspireerd zijn op het thema ‘ik en mijn tuin’.<br />
Fragment<br />
87
Fragment<br />
88<br />
BIJZONDERE BEZOEKERS VAN HET DEPOT<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is voor vaste bezoekers op vele manieren een bron van<br />
inspiratie. Voor Esther Kuiler bijvoorbeeld, die de Beeldengalerij liefst<br />
met haar drie kinderen Anne (9), Tomas (7) en Frederik (4) bezoekt.<br />
‘Als ik aan <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> denk,<br />
denk ik aan schoonheid,<br />
rust en ruimte’<br />
ESTHER kuIlER<br />
‘Ik bezoek <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zo’n vier keer per<br />
jaar. Ik neem altijd mijn kinderen mee.<br />
Omdat ik de beelden in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zelf erg<br />
mooi vind en ze ook aan hen wil laten zien.<br />
<strong>Het</strong> is een van de weinige musea waar<br />
kinderen kunst mogen aanraken.<br />
Ze mogen aan de beelden voelen. Dat geeft<br />
een bezoek een enorme meerwaarde. Mijn<br />
kinderen kijken niet alleen hun ogen uit,<br />
ze ervaren ook het materiaal. Daardoor<br />
zijn ze meer betrokken bij wat ze zien.<br />
Zelf raak ik de beelden ook graag aan.<br />
Vooral de stukken die ik prachtig vind.<br />
Ik wil er het liefst zo dicht mogelijk bij<br />
komen. <strong>Het</strong> is net <strong>als</strong> wanneer je iemand<br />
leuk vindt, dan wil je diegene ook graag<br />
aanraken. Ik raak natuurlijk geen fragiele,<br />
delicate objecten aan. Maar de collectie<br />
van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is over het algemeen heel<br />
solide en stabiel.<br />
Eén van mijn lievelingsbeelden staat in<br />
de tuin van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, het is van Andreas<br />
<strong>Het</strong>feld en heet Levensboom. <strong>Het</strong> toont<br />
een zwangere vrouw die <strong>als</strong> een boom in<br />
de grond geworteld staat. Een vrouw in al<br />
haar volheid. Ze vindt <strong>als</strong> mens haar oorsprong<br />
in de natuur en ze heeft daardoor<br />
iets sprookjesachtigs. Voor mij symboliseert<br />
dit beeld dat de wortels van een<br />
gezin bij de moeder liggen. <strong>Het</strong> beeld staat<br />
naast een schitterende Thuja, een echte<br />
levensboom. Deze combinatie van mens en<br />
natuur kom je bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> overal tegen.<br />
Heel puur, bijna naïef en paradijselijk.<br />
Een voorliefde heb ik ook voor de beelden<br />
van Eja Siepman van den Berg. Haar werk<br />
is zo stylistisch. Je vindt er een haast<br />
ongekende schoonheid van de mens in.<br />
<strong>Het</strong> beeld Grote Staande, te zien op de<br />
eerste verdieping van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, is een<br />
van mijn favorieten. Eja toont alle fases in<br />
de ontwikkeling van meisje tot vrouw. In<br />
heel natuurlijke vormen. Die verschillende<br />
stadia zijn voor mijn dochter Anne leuk om<br />
te zien. Zij herkent zichzelf bijvoorbeeld in<br />
een beeld van een opgroeiende vrouw.<br />
Ik weet precies wat er groeit en bloeit<br />
rondom <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Ik heb van 1993 tot<br />
1998 Bosbouw gestudeerd aan Wageningen<br />
Universiteit en ik kwam <strong>als</strong> student vaak<br />
in Villa Hinkeloord. Ik vind het geweldig<br />
dat de tuin, het Arboretum, behouden is.<br />
Of eigenlijk nog mooier is geworden. <strong>Het</strong><br />
is een zorgvuldig onderhouden park waar<br />
je tijdens het wandelen bijzondere beelden<br />
én bomen tegenkomt.<br />
De liefde voor de natuur is voor mij gerelateerd<br />
aan de liefde voor de kunst. Samen<br />
met mijn man heb ik, hier vlakbij <strong>Het</strong><br />
<strong>Depot</strong>, een historische moestuin genaamd<br />
De Ommuurde Tuin. Daar telen we ruim<br />
honderd verschillende groenten en kruiden.<br />
In de natuur, maar ook in kunst vind<br />
ik rust. Beide kun je niet gehaast beleven.<br />
Je moet er voor stilstaan en het voelen en<br />
ervaren van binnenuit. Je moet innerlijke<br />
rust opzoeken om schoonheid te kunnen<br />
zien. Als ik aan <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> denk, denk ik<br />
aan schoonheid, rust en ruimte.’<br />
Esther Monsanto<br />
Fragment<br />
89
Fragment<br />
90<br />
Beeldennieuws<br />
GERHARD lENTINk MADONNA DER DAGEN<br />
In de ontvangstruimte van de beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> staan drie beelden<br />
symbool voor de doelstelling van de Stichting utopa en de Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
De ‘Venus’ van Eja Siepman van den berg, omdat Eja aan de oorsprong heeft<br />
gestaan van de beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>; de ‘Anatomico Che Cammina’<br />
van Novello Finotti (zie pagina 14 en 15 in dit nummer van Fragment); en de<br />
‘madonna der dagen’ van gerhard lentink. Dit prachtige beeld uit 2011 is de<br />
nieuwste aanwinst van de beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. De ‘geestrijke’ inhoud van<br />
de ‘madonna der dagen’ is een inspiratiebron voor niet alleen de Stichting utopa,<br />
maar voor ons allemaal. De bewoners van de kamers van het beeld hebben hun<br />
eigen ontwikkelingskansen benut en daarmee kansen en mogelijkheden voor<br />
anderen gecreëerd. In het beeld is het erfgoed van 370 Europeanen verzameld.<br />
Juist in deze tijd waar we Europa vooral economisch bekijken en analyseren, biedt<br />
de ‘madonna der dagen’ ons een beter en breder perspectief. loek Dijkman<br />
mADONNA DER DAgEN<br />
Zo<strong>als</strong> de Italiaanse architect Santiago Calatrava voor zijn 54<br />
verdiepingen tellende wolkenkrabber Turning Torso (2005) in<br />
Malmö uitging van een simpel schetsje van een getordeerde mannentors,<br />
zo wilde ik – in tegengestelde richting dus – proberen<br />
vanuit de vormentaal en structuur van een wolkenkrabber een<br />
vrouwelijke torso te ontwerpen.<br />
Ik tekende daartoe op millimeterpapier met behulp van passer en<br />
liniaal twee aanzichten van een meisjestors waarvan de doorsneden<br />
op verschillende hoogtes onregelmatige, maar symmetrische,<br />
achthoeken zijn. <strong>Het</strong> stramien van het ruitjespapier dicteerde het<br />
aantal verdiepingen: twintig.<br />
Om te kijken of dit ontwerp voldoende ‘organische kwaliteit’ bezat<br />
maakte ik van vurenhout een simpel schaalmodelletje.<br />
In het ontwerp tekende ik in de twintig onderling verschillende<br />
etageplattegrondjes rechthoekige kamertjes met elk een deur aan<br />
de buitenkant over de volle breedte. Omdat bij het intekenen van<br />
de kamertjes het lange tijd leek dat hun totale aantal dicht in de<br />
buurt van de 365 zou komen (het werden er uiteindelijk 370, 12 tot<br />
28 per verdieping) wist ik nu een naam voor het beeld: Madonna<br />
der dagen.<br />
Nadat ik diverse aanzichten op schaal getekend had besloot ik dat<br />
het ontwerp rijp was voor uitvoering. Ik maakte daartoe werktekeningen<br />
op ware grootte, eerst van de aanzichten, daarna van de<br />
twintig plattegronden. Nadat ik eenmaal de houtbestelling klaar<br />
had en afgeleverd, kreeg ik enige tijd later het materiaal binnen en<br />
kon ik beginnen met de uitvoering van het ontwerp die bijna 2000<br />
arbeidsuren zou vergen.<br />
Gerhard Lentink<br />
Opus 35: Madonna der dagen | 2009-2010<br />
132 x 132 x 388 cm<br />
Fragment<br />
91
Fragment<br />
92<br />
Pas in die uitvoeringsperiode begon ik me bezig te houden met de<br />
vraag of er iets – en zo ja wat – achter de 370 deurtjes verborgen<br />
moest worden. Doordat ik met de titel al de factor tijd geïntroduceerd<br />
had, kwam ik op het idee om achter elk deurtje ‘tijd’ op te<br />
bergen: in elk kamertje wilde ik een afgerond leven verbergen. De<br />
schrijn zou zo een ‘allerzielenbeeld’ worden. <strong>Het</strong> lag voor de hand<br />
dat ik de schrijn wilde laten bevolken door mij dierbare levens.<br />
Na drie dagen had ik mijn selectie gemaakt, te beschouwen <strong>als</strong><br />
een indirect zelfportret: een volstrekt subjectieve, dus historisch<br />
incorrecte, eurocentrische en nationalistisch getinte verzameling<br />
van 94 componisten, 107 dichters/schrijvers, 100 schilders,<br />
37 beeldhouwers en 32 heiligen: 31 vrouwen en 339 mannen. De<br />
oudste is Homerus, de jongste de Duitse beeldhouwer Rainer<br />
Kriester (1935-2002), de laatst overledene is de Vlaamse schrijver<br />
Hugo Claus (1929-2008). Drie van hen – allen meisjes – vonden <strong>als</strong><br />
teenager al de dood door respectievelijk marteling, de brandstapel<br />
en uitputting in een concentratiekamp: Lucia van Syracuse, 17<br />
jaar; Jeanne d’Arc, 19 jaar en Anne Frank, 15 jaar. Misschien hoort<br />
de beschermheilige van de muziek, Caecilia van Rome, ook wel<br />
in dit rijtje thuis: zij stierf in ieder geval op zeer jeugdige leeftijd<br />
omstreeks het jaar 230, na een weigering om aan de Romeinse<br />
goden te offeren, de marteldood door onthoofding.<br />
Deze vier jong gestorven meisjes treden hier op <strong>als</strong> de beschermheiligen<br />
van de genoemde categorieën: Lucia, de lichtheilige beschermt<br />
de beeldende kunsten, Anne beschouw ik in deze context<br />
<strong>als</strong> de martelares van de schrijvers, Caecilia is patrones van de<br />
componisten en Jeanne zie ik <strong>als</strong> protagonist van alle heiligen.<br />
(Ze wonen respectievelijk op de zesde, de tiende, de negentiende<br />
en de tweede verdieping.)<br />
Gerhard Lentink<br />
Opus 35: Madonna der dagen (geopende toestand)<br />
2009-2010, 132 x 132 x 388 cm<br />
Nu ontwikkelde ik een verdelingsmethode om tot een gelijkmatige<br />
spreiding van de categorieën – en subcategorieën <strong>als</strong> nationaliteit,<br />
eeuw, geslacht – over de twintig verdiepingen te komen. Daarbij<br />
hanteerde ik het principe van het ‘geleide toeval’, ongeveer zo<strong>als</strong><br />
de Griekse componist Iannis Xenakis (1922 – 2001) in zijn muziek<br />
het toeval naar zijn hand zet.<br />
Voordat ik de toev<strong>als</strong>tombola losliet op mijn selectie reserveerde<br />
ik vooraf twee kamers voor de twee oudste eregasten in het gezelschap:<br />
de Griekse dichters Homerus (ca 800 – ca 750 v.Chr.) en<br />
Sappho (ca 612 – ca 750 v.Chr.). Beiden wees ik een kamer toe op<br />
cruciale plaatsen op de centrale as van de torso: Homerus kreeg<br />
de kamer bij het hart en Sappho de ‘vrouwenkamer’ bij de vulva.<br />
Aardig daarbij was het om je voor te stellen dat de verschillende<br />
bewoners van een bepaalde etage elkaar ontmoeten zouden in de<br />
wandelgangen, zo<strong>als</strong> Dante Alighieri (hij bewoont de ‘navelkamer’<br />
op de elfde etage) dat beschreef in zijn Divina Comedia.<br />
Als willekeurig voorbeeld noem ik hier de twaalf bewoners van<br />
de dertiende verdieping: de componisten Modest Moessorgsky,<br />
Joseph Haydn en Enrique Granados; de schrijvers Robert Musil,<br />
Francesco Petrarca, Simon Vestdijk en Emily Dickinson, de<br />
schilders Gustave Courbet, Matthijs Maris en Pietro Perugino,<br />
de beeldhouwer Benvenuto Cellini en de heilige Scholastica<br />
van Nursia. Deze verdieping omspant een periode van 15 eeuwen:<br />
vanaf de geboorte van Scholastica in 480 tot aan de dood van<br />
Musil in 1942. Vier bewoners kunnen bij leven elkaar nooit<br />
tegengekomen zijn, heel misschien heeft de oude Perugino de<br />
jonge Cellini ooit (bij toeval?) ontmoet. De zes jongste bewoners<br />
zijn allen geboren in de negentiende eeuw en zouden elkaar<br />
theoretisch hebben kunnen ontmoeten, maar ik vermoed dat<br />
het merendeel van hen alleen van de anderen gehoord zal hebben.<br />
Er zal dus genoeg te bespreken zijn in de wandelgangen van die<br />
verdieping, waarbij het Italiaans, Frans en Duits wel de voertaal<br />
zullen zijn met hier en daar een beetje Nederlands en heel weinig<br />
Engels, Spaans en Russisch.<br />
De constructie van het ‘bouwwerk’ bestond uit het in elkaar<br />
zetten van een tevoren gezaagd bouwpakket bestaande uit zo’n<br />
vijftienhonderd onderdelen. De verschillende etages werden <strong>als</strong><br />
prefab elementen al helemaal vervaardigd en geschilderd. Pas<br />
daarna werden ze een voor een op elkaar gestapeld en met lijm en<br />
schroeven vastgezet op de verdieping eronder. Na het afwerken en<br />
beschilderen van de buitenkant en het bevestigen van de deurtjes<br />
was het beeld klaar. (4 mei 2010)<br />
Meteen daarna maakte ik de legenda, die een overzicht biedt van<br />
de bewoners en hun plaats in het beeld.<br />
Dit ‘allerzielenbeeld’ wil een hommage brengen aan 28 eeuwen<br />
westerse cultuurgeschiedenis. <strong>Het</strong> is in mijn ogen een vrolijk,<br />
troostrijk en optimistisch beeld: het viert de overwinning die<br />
de grote kunstenaars met hun onsterfelijke werken bevochten<br />
hebben op de dood. Hun Nachleben omvat een veelvoud van de<br />
werkelijk geleefde levens en heeft de cultuur van het Avondland<br />
haar schitterende vorm gegeven.<br />
Gerhard Lentink<br />
CuRRICulum VITAE gERHARD lENTINk<br />
Biografie<br />
1956 Geboren in Deventer<br />
1974 - 1975 Vrije Academie, Amsterdam (docent: o.a. Ies Jacobs)<br />
1975 Reis door Griekenland en Italië<br />
1975 - 1980 Academie voor Beeldende Kunsten St. Joost,<br />
Breda: monumentale vormgeving / schilderkunst<br />
(docenten: o.a. Theo Mols, Paul de Swaaf)<br />
1977 Reis door Egypte<br />
1981 Reis door de Sahara, langdurig verblijf in<br />
Mali en Ivoorkust<br />
1982 - heden Vestiging in Dordrecht<br />
realisering monumentale houten plastieken<br />
Opdrachten<br />
1991 - 1992 General Biscuits Nederland, Dordrecht<br />
1996 - 1997 Frans Kik, Dordrecht<br />
1996 - 1999 Franciscus Ziekenhuis, Roosendaal<br />
1997 Appelboom / Mouvance, La Pommerie,<br />
Haute-Corrèze, Frankrijk<br />
1997 - 2000 Sara Lee / DE, Utrecht<br />
1998 - 2000 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Den Haag<br />
(portret Koningin Beatrix)<br />
2002 - 2003 Gemeente Alphen aan den Rijn<br />
2003 Beaufort, Oostende, België<br />
2003 HD Projecten, Rotterdam (schetsopdracht)<br />
2004 - 2006 Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en<br />
Waarden, Dordrecht<br />
2006 - 2008 Gemeente Rijssen-Holten<br />
Collecties<br />
REPGB (voorheen Energieproduktiebedrijf UNA), Utrecht<br />
Museum De Fundatie, Zwolle<br />
Burgraadt Gebouwen B.V., Dordrecht<br />
Museum Beelden aan Zee, Scheveningen<br />
Museum voor Moderne Kunst, Oostende, België<br />
Gemeente De Panne, België<br />
Erfgoedcentrum DiEP, Dordrecht<br />
Domus Medica, Utrecht<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, Wageningen<br />
Particuliere collecties in Nederland en België<br />
Prijzen<br />
1990 Ary Schefferprijs<br />
1997 La médaille de bronze, Société des Artistes<br />
de la Haute-Corrèze<br />
Fragment<br />
93
Fragment<br />
94<br />
Arboretum<br />
De Dreijen<br />
EEN TuIN VAN HET DEPOT<br />
De gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> grenzen aan een prachtige tuin: Arboretum De Dreijen.<br />
Strikt genomen is De Dreijen veel meer dan alleen een bomentuin - want dat betekent<br />
‘arboretum’ letterlijk. <strong>Het</strong> is ook een botanische tuin, met allerlei heesters, kleinere<br />
planten, bloemen, teveel om hier op te noemen.<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> heeft het arboretum niet alleen in beheer genomen<br />
omdat het zo aardig <strong>als</strong> luxe wandelpad fungeert tussen Villa<br />
Hinkeloord - met overigens haar eigen fraaie arboretum - en de<br />
andere gebouwen. De reden is vooral dat beide arboreta perfect<br />
passen bij de intenties achter <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: aandacht voor mensen,<br />
aandacht voor de natuur. <strong>Het</strong> één hoort onlosmakelijk bij het ander.<br />
Net <strong>als</strong> de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> wordt op 25 maart ook<br />
Arboretum De Dreijen officieel geopend. In <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is vanaf die<br />
dag een door de tuin geïnspireerde permanente tentoonstelling te<br />
zien. Een belangrijk aspect van deze tentoonstelling is de film die<br />
Stijn van der Loo over het arboretum maakte.<br />
Om de officiële opening van Arboretum De Dreijen wat luister bij<br />
te zetten op de volgende bladzijden drie achtergrondverhalen.<br />
Tuinhistoricus Gert van Maanen brengt de bewogen geschiedenis<br />
van de tuin in kaart, Annemarie Lavèn interviewt Stijn van der Loo<br />
en Yvonne Lammers-Keijsers vertelt iets over de tentoonstelling.<br />
Fragment<br />
95
Fragment<br />
96<br />
VAN MENSEN,<br />
BOMEN<br />
EN PLANTEN<br />
DE TENTOONSTEllINg OVER<br />
DE ARbORETA VAN HET DEPOT<br />
DE mENS EN DE NATuuR – ZE HOREN bIJ ElkAAR. PlANTEN, STRuIkEN<br />
EN bOmEN gEVEN ONS RuST, VOEDSEl, mEDICIJNEN, bOuWSTOFFEN,<br />
bRANDSTOF… VAAk bESEFFEN WE NAuWElIJkS HOE INTENS DE RElATIE<br />
mET HET gROEN Om ONS HEEN EIgENlIJk IS. WE ZIJN AFHANkElIJk VAN<br />
DE NATuuR AlS HET gAAT Om AARDSE ZAkEN AlS VOEDSEl EN bOuWmATERIAlEN,<br />
mAAR OOk OP HET mEER SPIRITuElE VlAk blIJkEN WE<br />
bOmEN EN PlANTEN NODIg TE HEbbEN. DE VASTE TENTOONSTEllINg<br />
NAAR AANlEIDINg VAN DE ARbORETA DE DREIJEN EN HINkElOORD, DIE<br />
OP 25 mAART IN HET DEPOT gEOPEND ZAl WORDEN, STAAT STIl bIJ DIE<br />
SCHIJNbARE AFHANkElIJkHEID EN gEEFT EEN bEElD VAN DE VElE<br />
FACETTEN VAN DE VERHOuDINg TuSSEN mENSEN, PlANTEN EN bOmEN.<br />
De tentoonstelling is opgebouwd rond<br />
10 thema’s die alle een ander beeld geven<br />
van de verhouding tussen ons en het groen<br />
om ons heen. Een onderwerp dat bijvoorbeeld<br />
behandeld wordt is de geschiedenis<br />
van de taxonomie. Er wordt verteld hoe<br />
de vroege wetenschappers de wereld om<br />
hen heen probeerden te verklaren en te<br />
structureren. Linnaeus komt daarbij aan<br />
bod met zijn systeem van ‘binominale<br />
nomenclatuur’. Dit systeem, waarvoor hij<br />
met de beschrijving van 9000 soorten de<br />
basis legde, wordt vandaag de dag nog<br />
steeds gebruikt in de biologie.<br />
Er is aandacht voor Darwin en zijn evolutietheorie<br />
en het belang van de erfelijkheidsleer.<br />
Maar er is ook aandacht voor<br />
minder bekende strijders op de weg naar<br />
het begrijpen van onze natuur. Van eigen<br />
bodem was er Professor De Vries, die een<br />
alternatief vond voor Darwins geleidelijke<br />
evolutie in de sprongtheorie. De evolutie<br />
HET GELDT NOG ALTIJD ALS Dé<br />
STANDAARD ONDER BIOLOGEN:<br />
HET SYSTEEM VAN ‘BINOMINALE<br />
NOMENCLATUUR’ DAT CAROLUS<br />
LINNAEUS ONTWIERP VOOR HET<br />
BESCHRIJVEN EN ORDENEN VAN<br />
PLANTEN EN BLOEMEN.<br />
zou volgens hem steeds grote veranderingen<br />
(‘sprongen’) in één keer maken. Hij had<br />
dit vastgesteld door uitgebreide studies<br />
aan de Teunisbloem. Helaas bleek zijn<br />
idee uiteindelijk niet te kloppen, maar het<br />
gaf de wetenschap een flinke kluif om de<br />
tanden in te zetten.<br />
Een ander thema dat uitgebreid belicht<br />
wordt, komt uit een heel andere hoek –<br />
die van sprookjes, legenden en verhalen.<br />
Fragment<br />
97
Fragment<br />
98<br />
In veel vertelsels spelen bomen, planten<br />
en bossen een belangrijke rol. Soms gaat<br />
het daarbij om de setting; een donker bos<br />
geeft de verteller een prachtig podium<br />
voor een spannend verhaal, waarin achter<br />
iedere boom een wolf of ander wild dier<br />
kan loeren. In andere gevallen spelen<br />
bomen zelf een rol. Ze komen tot leven en<br />
zijn ons mensen lang niet altijd gunstig<br />
gezind. Andere bomen zijn verbonden met<br />
religies en fungeren in het wereldbeeld<br />
<strong>als</strong> de spil van de wereld, de zogenaamde<br />
‘axis mundi’. De tentoonstelling geeft een<br />
bloemlezing van verhalen en religies en<br />
laat daarbij de grote diversiteit zien.<br />
Met dit alles is slechts een tipje van de<br />
sluier opgelicht - in de tentoonstelling is<br />
nog veel meer te beleven. Zo kunt u zich<br />
verdiepen in onderwerpen <strong>als</strong> duurzaamheid,<br />
natuur en welzijn, plantensymboliek,<br />
het gebruik van kruiden, hout <strong>als</strong> bouw-<br />
en constructiemateriaal en nog veel meer.<br />
In vitrines vindt u voorbeelden van het<br />
brede scala dat bomen en planten ons te<br />
bieden hebben. Kortom: een tentoonstelling<br />
zo veelzijdig <strong>als</strong> de natuur zelf!<br />
Yvonne Lammers-Keijsers<br />
IMPRESSIE TENTOONSTELLING OVER<br />
ARBORETUM DE DREIJEN<br />
Fragment<br />
99
Fragment<br />
100<br />
HARTOGH HEYS VAN ZOUTEVEEN,<br />
SCHILDERIJ UIT 1901<br />
Van onderwijstuin<br />
tot bomenparadijs<br />
DE gESCHIEDENIS VAN ARbORETum DE DREIJEN<br />
Arboretum De Dreijen is een groene en vredige enclave in<br />
Wageningen met een bewogen geschiedenis. Tijdens zijn 116-jarig<br />
bestaan wisselt de tuin meermalen van functie en worden er stukken<br />
aan toegevoegd of juist afgesneden. Een doorleefde cultuurhistorie<br />
die deze levende plantencollectie toegevoegde waarde geeft. bioloog<br />
en wetenschapsjournalist gert van maanen ging op zoek naar de<br />
wortels van deze bijzondere tuin.<br />
ééN VAN LEONARD SPRINGERS TEKENINGEN TER ‘VERKLARING VAN DE AANLEG VAN HET TERREIN’<br />
Fragment<br />
101
Fragment<br />
102<br />
Hoe de tuin De Dreijen er meer dan een eeuw geleden precies<br />
uitzag, is lastig te reconstrueren. <strong>Het</strong> meeste houvast biedt het<br />
schetsontwerp dat de beroemde tuinarchitect Leonard Springer<br />
(1855-1940) publiceerde in 1896. Op 3 oktober van dat jaar opent<br />
toenmalige minister van Binnenlandse Zaken Samuel van Houten<br />
de Wageningse Rijkstuinbouwschool en haar proeftuin. In die tijd<br />
ligt de gecombineerde directeurswoning en schoolgebouw, nu lokaal<br />
bekend <strong>als</strong> ‘Plantentaxonomie’ of ‘Gebouw met de Klok’, min<br />
of meer centraal op het terrein. De omringende proef- en onderwijstuinen<br />
beslaan in totaal bijna vijf hectare. De westgrens reikt<br />
verder dan de huidige Arboretumlaan tot aan het Delhorstpad, de<br />
scheidslijn met de toenmalige begraafplaats. <strong>Het</strong> tuincomplex<br />
ligt dan aan de stadsrand van Wageningen en is voorzien van een<br />
mantel van dekheesters om het te beschermen tegen invallende<br />
noordelijke winden.<br />
lEONARD SPRINgER<br />
De terreininrichting weerspiegelt de denkbeelden van Springer,<br />
die vindt dat een grondige kennis van planten, bomen en struiken<br />
noodzakelijk is om tuinbouw en -kunst op een hoger plan te brengen.<br />
Alle takken van tuinbouw zijn op het terrein aanwezig: een<br />
groentetuin, een geometrische rozentuin, een pomologische tuin<br />
of boomgaard, druiven- en perzikenkassen, een ‘varengaarde’<br />
met waterkom voor inheemse waterplanten, een bloemisterij met<br />
meerdere serres en kwekerijen voor bomen, bol- en knolgewassen,<br />
eenjarige en vaste planten. Bovendien is plaats ingeruimd voor<br />
een oefentuin voor mozaïekcultuur en voor een arboretum of<br />
oefenpark met houtige gewassen.<br />
Voor dit arboretum reserveert Springer bijna een hectare aan de<br />
oostkant langs de Rijksstraatweg, de huidige Generaal Foulkesweg.<br />
De in landschapstijl aangelegde bomentuin is bedoeld om<br />
leerlingen kennis te laten nemen van de natuurlijke vorm van<br />
ANONIEME LUCHTFOTO VAN DE<br />
DREIJEN, BEGIN 20STE EEUW<br />
verschillende bomen en heesters. Deze boshoek maakt blijkbaar<br />
ook op de buitenwereld de meeste indruk, want de bushalte ter<br />
plaatse staat jarenlang algemeen bekend <strong>als</strong> ‘Tuinbouw-Arboretum’.<br />
In het Tijdschrift voor Tuinbouw van 1876 beschrijft Springer het<br />
tweeledig nut van dit oefenpark. ‘Ten eerste <strong>als</strong> arboretum, dat<br />
het grootst mogelijk aantal soorten van boomen en struiken zal<br />
bevatten voor ons klimaat en voor onze parken geschikt. Dit wordt<br />
niet alleen een leerschool voor de leerlingen, maar ook voor alle<br />
belanghebbenden, wanneer zij zich wenschen te vergewissen van<br />
den naam van den een of anderen boom of struik. Hier zullen de<br />
leerlingen tevens onderwezen worden in het onderhouden van parken<br />
en buitenplaatsen, in het behandelen van bomen en struiken,<br />
om ze in hun ware schoonheid te zien, waartoe op kweekerijen<br />
nooit of zelden gelegenheid is’, aldus Spinger.<br />
lOuISE bAAS bECkINg<br />
<strong>Het</strong> tuinencomplex gaat dertig jaar later in 1906 vrijwel geruisloos<br />
over in handen van de Rijks Hogere Land-, Tuin- en Boschbouwschool<br />
en in 1918 van de Landbouwhogeschool (LH). In 1913<br />
wordt het complex nog iets vergroot in noordelijke richting. <strong>Het</strong><br />
aantal soorten en variëteiten in het bosdeel is dan opgelopen tot<br />
rond de 1200. Loofbomen <strong>als</strong> eik, beuk, iep, populier en okkernoot<br />
staan vooral langs de straatweg, de coniferen meer centraal ten<br />
noordwesten. Conservatrice Louise Baas Becking, de ontwerper<br />
van de stijltuin rond de centrale vijver, meldt in 1918 dat het oorspronkelijke<br />
plan om van iedere soort drie exemplaren te poten is<br />
opgegeven. ‘<strong>Het</strong> geschiedt nog steeds bij kleine planten. De grotere<br />
planten (in ’t bijzonder de boomen) moeten, zoodra zij eene zekere<br />
ontwikkeling bereikt hebben, opgeruimd worden’, zo schrijft ze<br />
in de Mededelingen van de Rijks Hoogere Land-, Tuin- en Boschbouwschool.<br />
In de jaren dertig krimpt de tuin enigszins in, om nieuwbouw van<br />
het Botanisch Laboratorium mogelijk te maken. Met de aanleg van<br />
ANSICHTKAARTEN EN FOTO VAN<br />
DE WAGENINGSE RIJKSTUINBOUW-<br />
SCHOOL: DIRECTEURSWONING<br />
ANNEX SCHOOLGEBOUW. DE FOTO IS<br />
GEMAAKT BIJ DE OPENING VAN DE<br />
SCHOOL OP 3 OKTOBER 1896.<br />
de Arboretumlaan valt de afgesneden westelijke strook prijs aan<br />
woningbouw. De komst van de LH-afdeling Plantensystematiek<br />
en -geografie naar het Gebouw met de Klok in 1925 zorgt voor een<br />
accentverschuiving van praktische tuin- en bosbouw naar meer<br />
botanische aspecten van planten. Onderwijs en onderzoek zijn<br />
maatgevend voor de activiteiten in tuin en kassen.<br />
ZESDuIZEND SOORTEN<br />
Door gebrek aan brandstof gaat in de Tweede Wereldoorlog een<br />
flink deel van de tropische collectie verloren. Doordat Wageningen<br />
vanaf 1944 in de frontlinie ligt, is er ook veel schade aan gebouwen,<br />
kassen en tuin door granaatinslagen. Na de oorlog barst de<br />
tuin al spoedig uit haar jasje. <strong>Het</strong> bestuur van de Landbouwhogeschool<br />
besluit daarom in 1951 om voor 75.000 gulden het zwaar<br />
beschadigde landgoed ‘Belmonte’ op de bergrand aan te kopen.<br />
Een aantal bomen en struiken verhuist van De Dreijen met paard<br />
en wagen naar het 17 hectare grote Belmonte Arboretum.<br />
In de naoorlogse periode bloeien botanische tuinen <strong>als</strong> nooit te voren,<br />
mede dankzij de kruisbestuiving tussen kwekers en botanici.<br />
Bij het 75-jarig bestaan van de botanische tuinen in 1971 zijn er 16<br />
medewerkers om de collectie van zesduizend soorten en cultivars<br />
in beide tuinen te verzorgen. In het onderzoek zijn chromosoomstudies<br />
en taxonomie belangrijke speerpunten, terwijl er vanuit<br />
de handel veel belangstelling is voor sortimentsonderzoek aan<br />
siergewassen. Naast onderwijs en onderzoek ontwikkelt voorlichting<br />
zich tot een belangrijk derde aandachtsgebied. Daarnaast is<br />
recreatief bezoek in opkomst.<br />
luSTHOF VOOR lINNAEuS<br />
De bouw van een nieuw herbariumgebouw en een grote tropische<br />
kas in 1985 markeert het hoogtepunt van de naoorlogse bloei van<br />
de Wageningse botanie. Door de opkomst van nieuwe methoden<br />
en wetenschapsgebieden verliezen collecties vervolgens gaan-<br />
deweg terrein in onderwijs en onderzoek. Langzaam verdampen<br />
bij universiteiten bovendien de middelen voor de erfgoedtaak.<br />
Illustratief is de klacht van curator Jan Just Bos in het Wagenings<br />
Universiteitsblad van 1994. ‘Alleen in Leiden en Wageningen komen<br />
de studenten nog met planten in aanraking. Daar wordt nog<br />
aan determineren gedaan. De rest doet het niet meer, en wijdt zich<br />
uitsluitend aan de moleculaire technologische methoden; binnen<br />
de kortste keren denken ze dat dat enge groene spul in die reageerbuis<br />
een plant is,’ moppert Bos.<br />
<strong>Het</strong> krimpend tuinteam probeert de dalende academische rol te<br />
compenseren door meer accent te leggen op de publieksfunctie.<br />
De Wageningse tuinen krijgen in 2001 het predicaat ‘Geregistreerd<br />
Museum’ en worden steeds vaker ingezet bij publieksmanifestaties.<br />
Zo is het Belmonte Arboretum tussen 1976 en 2009<br />
negen keer gastheer van Beelden op de Berg en in 2007 wordt de<br />
complete Dreijentuin omgetoverd tot ‘Lusthof voor Linnaeus’.<br />
HET DEPOT<br />
Dat Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> het tuinbeheer heeft overgenomen,<br />
is tegen deze achtergrond - en tegen de achtergrond van de keuze<br />
van de universiteit zich voortaan te concentreren op de Campus<br />
in Wageningen Noord - welhaast een logische stap. De proeftuin<br />
van weleer kan zich nu in afgeslankte vorm en in samenspel met<br />
de al even mooie tuin rond Villa Hinkeloord ontwikkelen tot een<br />
heerlijke wandeltuin. Dat de functie van oefentuin daarmee niet<br />
ten einde is, mag overigens blijken uit de talloze bordjes bij de<br />
planten: wie zich ‘wenscht te vergewissen van den naam van den<br />
een of anderen boom of struik’, om met Springer te spreken,<br />
kan net <strong>als</strong> vroeger ook vandaag nog volop terecht in Arboretum<br />
De Dreijen.<br />
Gert van Maanen<br />
Fragment<br />
103
Fragment<br />
104<br />
ODE AAN DE SEIZOENEN<br />
FILMPORTRET VAN DE DREIJEN<br />
In gesprek met documentairemaker<br />
Stijn van der Loo<br />
De tentoonstelling van de Arboreta De Dreijen en Hinkeloord die vanaf 25 maart in<br />
<strong>Het</strong><strong>Depot</strong>tezienis,trektopallerleimanierendeaandacht.Eéndaarvanisdefilmdie<br />
Stijn van der Loo over Arboretum De Dreijen maakte. Annemarie Lavèn zocht<br />
defilmmakeropensprakmethem.<br />
Fragment<br />
105
Fragment<br />
106<br />
Hoewel hij een grote studio heeft aan de rand van Amsterdam,<br />
werkt Stijn van der Loo het liefst vanuit een krap kamertje in de<br />
nok van zijn huis. Daar heeft hij alle benodigde apparatuur bij de<br />
hand om geluid te mixen, beelden te monteren en professionele<br />
audio-opnames te maken. Vanuit het zolderraam tuurt Van der<br />
Loo naar de lucht. Ondanks de tijd van het jaar is het bijzonder<br />
zacht. ‘Ik hoop zo dat we nog een strenge winter krijgen. Ik moet<br />
echt nog een shot hebben van die prachtige tuin bedekt onder een<br />
sneeuwdek.’<br />
De bedoelde tuin is Arboretum De Dreijen in Wageningen, sinds<br />
2004 in beheer van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Van der Loo werkt aan<br />
een filmisch portret van deze bijzondere tuin. De documentaire<br />
maakt deel uit van een nieuwe, permanente tentoonstelling over<br />
het arboretum, die 25 maart opent.<br />
Stroom en compositie<br />
Alleskunner Stijn van der Loo (1963) heeft een imponerende staat<br />
van dienst. Met zijn a capella zanggroep Intermezzo trad hij jarenlang<br />
op in binnen- en buitenland, <strong>als</strong> componist en zanger werkt<br />
hij samen met onder anderen Huub Oosterhuis en <strong>als</strong> autodidact<br />
filmmaker wordt hij regelmatig gevraagd voor documentaires. Ook<br />
zijn literaire talent is niet onopgemerkt gebleven, want meerdere<br />
malen vielen zijn romans in de prijzen. Januari van dit jaar kwam<br />
zijn nieuwste roman Slopers uit, over het lot van twee broers die<br />
met hun bedrijf in sloop- en terrazzowerkzaamheden het hoofd<br />
maar net boven water kunnen houden.<br />
‘In mijn hoofd probeer ik deze verschillende disciplines strikt<br />
te scheiden’, zegt Van der Loo. ‘Maar terwijl ik het zeg, weet ik<br />
dat het eigenlijk niet waar is. Of ik nu een film maak, muziek<br />
componeer of een boek schrijf, al die disciplines zijn gebaseerd op<br />
dezelfde stringente compositiewetten. Naar mijn gevoel zijn dat<br />
universele wetten die te maken hebben met evenwicht. Die drie<br />
vakgebieden zijn daarom sterk met elkaar verbonden.’<br />
Hij vervolgt: ‘Want wat je ook maakt, je werkt met twee elementen:<br />
stroom en compositie. Stroom is datgene waar je zelf geen vat op<br />
hebt, maar wat het universum je aanreikt, zo<strong>als</strong> talent en intuïtie.<br />
Je moet je daar wel bewust van zijn en je ervoor openen. Compositie<br />
is wat uit jezelf komt. Denk aan ambacht, discipline, productie<br />
en het op orde hebben van je apparatuur. En wanneer die twee<br />
elementen samen komen, dan gebeurt het.’<br />
Urgentie<br />
En dat is precies de bedoeling van Van der Loo’s werk. Hij zegt<br />
daarover: ‘Mijn ideaal is dat kunst in zichzelf urgent is. Daar<br />
bedoel ik mee dat het nodig is dat het er komt. En die urgentie voel<br />
je <strong>als</strong> maker, luisteraar, lezer of toeschouwer.’ Dezelfde urgentie<br />
hoopt Van der Loo ook te vangen in zijn documentaire over<br />
Arboretum De Dreijen. ‘<strong>Het</strong> klinkt misschien wat obligaat’, zegt<br />
hij, ‘de vier seizoenen die in elkaar overlopen. Maar wie de film<br />
ziet, moet het gevoel krijgen naar een symfonie te kijken.’<br />
Stijn van der Loo’s rol bij de productie van de film is primair die<br />
van regisseur. ‘Ik moet zelf niet de cameravoering gaan doen, daar<br />
ben ik veel te onrustig voor. Wel verzorg ik de montage. Zeker bij<br />
een portret kan dat nog best ingewikkeld zijn, maar omdat audioediting<br />
voor een deel gelijk is aan video-editing, heb ik veel baat<br />
bij mijn muzikale achtergrond. Daarnaast werk ik met erg goede<br />
mensen, zo<strong>als</strong> cameraman Deen van der Zaken. Deen is ook een<br />
echt natuurmens, dus dat was erg gunstig bij het draaien van de<br />
film. Zelf ben ik toch meer een man van verhalen.’<br />
Verhaal van de natuur<br />
Hoewel het arboretum ook vanuit historisch of botanisch oogpunt<br />
belicht zou kunnen worden, heeft Van der Loo ervoor gekozen het<br />
verhaal van de natuur in beeld te brengen. ‘De informatieve kant<br />
van de tuin laat ik in mijn documentaire bewust buiten beschouwing,<br />
om te voorkomen dat de film het karakter van een cursus<br />
krijgt. Je moet bedenken dat mensen niet zo zeer onthouden wat,<br />
maar hoe iets verteld wordt. Ze onthouden hoe iemand spreekt of<br />
lacht, of met welke energie iemand praat. Op die manier ontstaat<br />
een portret. Datzelfde wil ik doen met het arboretum. Ik wil een zodanig<br />
portret maken, dat je <strong>als</strong> kijker een overweldigende ervaring<br />
ondergaat.’ Van der Loo heeft de woorden nog niet uitgesproken,<br />
of hij wil ze al terugnemen. ‘<strong>Het</strong> is eigenlijk gevaarlijk om zoiets te<br />
zeggen, want de film is nog niet af. En <strong>als</strong> je het dan al uitspreekt,<br />
is er een kans dat het niet lukt. Ik ben toch wat bijgelovig.’<br />
Fragment<br />
107
Fragment<br />
108<br />
Muziek<br />
In vrijwel al het werk van Van der Loo is muziek leidend, en ook<br />
bij deze documentaire speelt geluid een belangrijke rol. Hij maakt<br />
vooral gebruik van geluiden uit de natuur, maar denkt ook aan<br />
strijkers. <strong>Het</strong> geluid moet de beleving van de film versterken. ‘De<br />
bezoeker van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ziet de film straks op drie grote schermen,<br />
waarop shots van de tuin elkaar afwisselen en in elkaar overgaan.<br />
Doordat hij zal worden omringd door een surround geluidssysteem,<br />
komt het geluid van alle kanten. Op het moment dat de<br />
herfststorm opsteekt, moet het dan ook werkelijk <strong>als</strong> herfst<br />
voelen. De gedaantewisseling van de vier seizoenen moet een<br />
enorme ervaring worden.’<br />
Tijdloos<br />
Dit is de eerste documentaire die Van der Loo maakt waar geen<br />
mensen in voorkomen. Zelfs van de beelden in de tuin zal alleen<br />
een enkele schim zichtbaar zijn, even<strong>als</strong> van de markante<br />
gebouwen. <strong>Het</strong> gaat puur om hoe de natuur zich ontwikkelt. <strong>Het</strong><br />
gebrek aan personages maakte het filmen niet eenvoudig. ‘Op een<br />
van de draaidagen keek de cameraman een beetje mies om zich<br />
heen’, vertelt Van der Loo. ‘Hij zei: “waar je ook gaat staan, er zijn<br />
gewoon alleen maar mooie shots te maken”. En inderdaad schuilt<br />
daarin juist het gevaar. Want een documentaire met louter mooie<br />
plaatjes werkt niet. Er moet een dramatische ontwikkeling in de<br />
film zitten.’<br />
Van der Loo schetst hoe die dramatische spanningsboog vanuit<br />
het verloop van de seizoenen wordt opgebouwd: ‘De film begint<br />
tastend met beelden van de vroege lente en bloeit naar de zomer<br />
toe op. In de herfst beleeft hij zijn climax, wanneer een zware<br />
herfststorm door de tuin raast. Daarna drijven we uit in de sereniteit<br />
van de winter, om vervolgens weer naadloos over te gaan in de<br />
lente. Zodoende vatten we de tijdloze cirkelgang van de seizoenen<br />
in beeld.’<br />
Annemarie Lavèn<br />
Fragment<br />
109
Fragment<br />
110<br />
Nieuw in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Restaurant Linnaeus<br />
IN gESPREk mET<br />
ANDETTE EN HENk HIlVERINg<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> kent vanaf 25 maart een aantal bijzondere extra’s.<br />
Natuurlijk hoort Arboretum De Dreijen daarbij, het park dat<br />
zo prachtig de gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> met elkaar verbindt.<br />
Maar zeker ook Restaurant Linnaeus. Fragment sprak met<br />
Andette en Henk Hilvering, de koks van het restaurant.<br />
Terwijl ze voorbereidingen troffen voor een gerecht - involtini<br />
van kalfsvlees met groene asperges, met een plakje kaas en<br />
wat mortadella - ontstond een kleurrijk gesprek over groente<br />
en eerlijk koken, over kunst, over eenvoud.<br />
Fragment Fragm<br />
111<br />
111
Involtini van kalfsvlees<br />
met mortadella, kaas en<br />
groene asperges<br />
VOOR DIT RECEPT IS NODIg:<br />
- Kalfsoester<br />
- Mortadella (Italiaanse worst, ham-achtig met pistachenootjes)<br />
- Kaas, bijvoorbeeld Bel paese (Italiaanse, goede smeltkaas),<br />
boerenbelegen kaas of geitenkaas<br />
- Groene asperges<br />
- Olijfolie / roomboter<br />
- Peper / zout<br />
bEREIDINgSWIJZE<br />
Sla de kalfsoesters tussen twee velletjes folie plat of klop ze met<br />
een vleeshamer overal even dun uit. Bedek de kalfslapjes met<br />
een plakje mortadella en een plakje kaas. Schil de groene asperges<br />
<strong>als</strong> het nodig is en blancheer ze kort. Leg 1 of 2 asperges in<br />
het midden. Rol de kalfslapjes op en bind ze met keukengaren<br />
dicht. Bestuif de rolletjes met een beetje bloem. Verhit de olie<br />
en de boter in de koekepan en bak de involtini’s rondom bruin.<br />
Zet het vuur laag en laat nog even doorgaren.<br />
Dit recept kan op vele manieren worden gemaakt. <strong>Het</strong><br />
rolletje,vankalfsoesterofkipfiletofrundvlees,kanookworden<br />
gevuld met pancetta, verse kruiden met ui en<br />
knoflook,parmaham,gedroogdetomaatenolijven.<br />
Ook is dit recept heel geschikt om vooraf te maken en<br />
warm te houden in een niet te warme oven. (150 graden)<br />
Heerlijk te combineren met een kleurrijke insalata<br />
mista met groene kruidensaus en ansjovis.<br />
‘Moet je kijken,’ zegt Henk Hilvering <strong>als</strong><br />
hij me binnenlaat. Hij wijst me een stoel.<br />
‘Ga eens zitten? Merk je dat? Lijkt het niet<br />
gewoon <strong>als</strong>of je in de tuin zit te lunchen?’<br />
Hij heeft gelijk. De glazen wand die het<br />
ruime restaurant van de tuin scheidt, is<br />
bijna onmerkbaar. Bovendien treffen we<br />
het: het middaglicht valt zacht naar<br />
binnen, gefilterd door de bomen van het<br />
Arboretum. <strong>Het</strong> groen van de zitbanken<br />
langs de muren krijgt er een extra glans<br />
door, en ook het iets gebroken wit van de<br />
kunststof stoelen en de tafeltjes weerspiegelt<br />
wat het hele restaurant wil zijn:<br />
chique zonder opsmuk, eenvoudig maar<br />
tot in detail verzorgd. Hier kom je tot rust.<br />
gEEN TIERElANTIJNEN:<br />
gROENTEN!<br />
Andette herkent wat ik ervaar. ‘<strong>Het</strong> is<br />
precies waar we aan gewerkt hebben,’ zegt<br />
ze. ‘Niet alleen qua sfeer in het restaurant,<br />
maar vooral ook wat de kaart betreft. Die<br />
is net <strong>als</strong> alles hier zonder tierelantijnen,<br />
maar wát er op staat is van de weeromstuit<br />
meteen ook zo eerlijk <strong>als</strong> bronwater.’ We<br />
staan intussen in de open keuken. Ook<br />
hier een interieur dat licht en eenvoud<br />
uitstraalt: lichtgroene tegels tegen de<br />
wanden, gepoetste roestvrijstalen aanrechten,<br />
fraaie Italiaanse keukenmachines.<br />
En natuurlijk de geur van zorgvuldig<br />
geroosterde asperges, gekookte tuinbonen,<br />
wat rauwe winterpeen, bloemkool, kruimig<br />
gekookte aardappeltjes. Henk wijst ze<br />
me aan. ‘Eigenlijk zie je hier voor je wat<br />
Restaurant Linnaeus wil zijn,’ zegt Henk.<br />
‘Groente staat centraal, en dan met name<br />
groente uit de directe omgeving. Want <strong>als</strong><br />
je koken wilt zo<strong>als</strong> wij hier, dan komt het<br />
misschien nog wel meer dan elders aan op<br />
echt lekkere ingrediënten. En, mocht je<br />
daar al bang voor zijn: beperkt is de keuze<br />
werkelijk niet. Wist je bijvoorbeeld dat er<br />
wel tien soorten worteltjes bestaan? Hun<br />
smaak hangt onder meer af van de grond<br />
waarop ze geteeld worden. Dat heeft te<br />
maken met de vochthuishouding, die in<br />
klei vanzelfsprekend anders is dan in<br />
zand. Je kunt je dus voorstellen dat we<br />
voor het ene gerecht precies die ene wat<br />
bitterder soort willen, voor een ander<br />
gerecht de net wat zoetere.’<br />
Inmiddels heeft Restaurant Linnaeus de<br />
nodige contacten gelegd met leveranciers<br />
uit de omgeving van Wageningen. Graan<br />
voor broodjes komt bij Molen De Vlijt<br />
vandaan, groenten worden onder meer<br />
door Taco IJzerman geleverd, die ze in zijn<br />
‘Ommuurde Tuin’ - zo heet zijn bedrijf -<br />
ecologisch verantwoord verbouwt.<br />
kOOkkuNST<br />
Bijzonder aan Andette en Henk Hilvering<br />
is dat ze geen koksopleiding hebben gevolgd:<br />
ze komen beiden van de kunstacademie<br />
in Arnhem. Henk deed er de docentenopleiding<br />
tekenen en handvaardigheid,<br />
Andette werd vrij beeldend kunstenaar.<br />
Na een uitgeverij te hebben opgezet,<br />
openden ze samen achtereenvolgens twee<br />
Fragment<br />
113
Fragment<br />
114<br />
restaurants, die beiden al snel uitgroeiden<br />
tot toevluchtsoorden voor wie even de<br />
hectiek van alledag wil ontlopen. ‘Dat was<br />
ook bewust ons ideaal, en we hebben altijd<br />
gevonden dat onze artistieke achtergrond<br />
ons daarbij hielp,’ vertelt Andette. ‘Misschien<br />
hebben we ook wel daarom vanaf<br />
dag één extra op onze ingrediënten gelet.<br />
En ik weet wel zeker dat het ons heeft<br />
geleerd eenvoudig te durven te zijn, of<br />
juist, <strong>als</strong> dat ons een goed plan lijkt, de<br />
meest ingewikkelde menu’s op te zetten.’<br />
Dat beide koks bij dat alles niet pretenderen<br />
te weten ‘hoe het hoort’ en dat ze<br />
gelijk hebben daarin juist hun kracht te<br />
zien, bewijzen trouwens hun gerechten.<br />
De involtini - inmiddels trefzeker door<br />
Henk klaargemaakt - is letterlijk om van te<br />
smullen, en de gestoofde groentesalade die<br />
Andette erbij zet - een mix van worteltjes,<br />
bloemkool en bonen, met olie en azijn op<br />
smaak gebracht - maakt het helemaal af.<br />
mOESTuIN<br />
Tegelijk doet wat voor me op tafel staat<br />
me aan vroeger denken. Een schot in de<br />
roos, vindt Henk. ‘Wie vroeger een moestuin<br />
had, zorgde vol aandacht voor zijn<br />
groenten, en maakte die bij het koken dan<br />
natuurlijk ook met evenveel zorg klaar.<br />
Eigenlijk geen wonder dat dat dan perfect<br />
smaakte. Vanuit die gedachte hebben we in<br />
Linnaeus de kaart opgebouwd. Wat groeit<br />
hier in de buurt, zit er wellicht lekkere<br />
kreeft in de rivier, is er wild uit de omge-<br />
ving te krijgen? Dat soort dingen vragen<br />
we ons constant af. En dan vervolgens met<br />
zorg en met plezier met al die heerlijke<br />
ingrediënten aan de slag, <strong>als</strong> mensen die<br />
andere mensen een plezier willen doen<br />
met gewoon een goede maaltijd.’<br />
VEgETARISCH?<br />
Linnaeus is dus ondanks het accent op<br />
groente geen vegetarisch restaurant?<br />
‘Zeker niet,’ zegt Andette. ‘<strong>Het</strong> is eerder<br />
omgekeerd. Linnaeus wil een restaurant<br />
Kleurrijke insalata mista<br />
met groene kruidensaus<br />
en ansjovis<br />
De Involtini van kalfsvlees met mortadella, kaas en<br />
groene asperges is goed te combineren met een<br />
kleurrijke insalata mista met groene kruidensaus<br />
en ansjovis.<br />
VOOR DIT RECEPT IS NODIg:<br />
- Verschillende groenten, <strong>als</strong><br />
Winterwortel<br />
Bloemkool of broccoli<br />
Sperzieboontjes<br />
Courgette<br />
Eventueel paprika of tomaat of komkommer<br />
- Kruiden: peterselie, dille, munt, basilicum<br />
- Olijfolie<br />
- Peper / zout<br />
- Ansjovis<br />
zijn waar iedereen welkom is. Waar je <strong>als</strong><br />
vegetariër of <strong>als</strong> veganist dus net zo vanzelfsprekend<br />
lekker kunt komen eten <strong>als</strong><br />
ieder ander. Wat dat betreft past trouwens<br />
de naam perfect: zo<strong>als</strong> Carolus Linnaeus<br />
zelf ooit de enorme diversiteit in planten<br />
en bloemen tastbaar maakte door er juist<br />
een eenduidig en in wezen eenvoudig perspectief<br />
op te openen, zo geeft Restaurant<br />
Linnaeus je de kans de lekkerste groenten<br />
van ons land via onze heldere visie op<br />
koken te leren kennen. Misschien proef je<br />
ze voor het eerst, en in ieder geval hopen<br />
we dat je ze nog eens opnieuw wilt komen<br />
proeven. Want terugkomen,’ lacht ze, ‘dat<br />
mag bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> natuurlijk altijd.’<br />
Hans Fidom<br />
bEREIDINgSWIJZE<br />
Maak de groenten schoon en blancheer de bloemkoolroosjes,<br />
winterwortelblokjes en sperzieboontjes.<br />
De courgette in dunne plakjes snijden. Maak de groene<br />
kruidensaus, s<strong>als</strong>a verde, in de keukenmachine door<br />
depeterselie,dille,muntenbasilicumfijntemalen,samenmetwatkappertjes,knoflook,peperenzout.<br />
Wat witte wijnazijn toevoegen en langzaam olijfolie<br />
toevoegen tot het een dikke saus geworden is. Deze<br />
saus is goed te bewaren door bij het wegzetten de<br />
saus een olielaagje te geven. Meng de groenten in een<br />
platte saladeschaal en beleg deze met ansjovisjes en<br />
sprenkel de s<strong>als</strong>a verde er over.<br />
Met dit recept is te varieren door andere seizoensgroenten<br />
te gebruiken of andere kruiden. Een s<strong>als</strong>a<br />
verde met b.v. rucola en een rode peper is ook heerlijk!
Fragment<br />
116<br />
ITALIAANS GENIETEN EN DE<br />
ZACHTE KUSSENS VAN DE GEWOONTE<br />
‘Weinig trends, weinig buitenlands,<br />
elke streek zijn eigen gerechten’<br />
Nu Italië in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> centraal staat en we bovendien<br />
Restaurant linnaeus openen, neemt Fragment graag even<br />
plaats aan de Italiaanse eettafel. met een Nederlandse<br />
<strong>als</strong> tafeldame, dat dan weer wel: lizette Pater, freelance<br />
journalist. Ze woonde jarenlang in Duitsland, verblijft<br />
inmiddels drie jaar in Italië - en constateert dat Italianen<br />
en heerlijk eten een hoogst inspirerende combinatie zijn.<br />
Wie over de grens verhuist, merkt het meteen: dingen die je nooit <strong>als</strong><br />
vreemd opvielen maken dat je je ongemakkelijk voelt. <strong>Het</strong> kost moeite om<br />
te doorgronden hoe ‘zij’ zich bewegen. Je moet je dingen laten uitleggen,<br />
je verwondert je. Conventies, regels, normen: dingen die je je <strong>als</strong> eerste<br />
eigen wilt maken in een ander land, anders schuurt het, aan beide kanten.<br />
Maar zijn die hobbels eenmaal genomen, dan komt er ook veel plezier<br />
bij kijken.<br />
‘AllES käSE? EH WuRSCHT!’<br />
Gemakshalve scheer ik Nederland maar even over één kam met het<br />
protestantse Duitsland. Ik heb vijf jaar in Duitsland gewoond en ben erg<br />
blij de Duitse taal zo goed geleerd te hebben dat ik haar ontzettend kan<br />
waarderen.UitdedriejaardatikinItaliëbennoemikvooral‘eetcultuur’<strong>als</strong><br />
een plezierige verworvenheid. Die twee dingen vloeien samen in het<br />
geweldige boek Essen <strong>als</strong> ob nicht - Gastrosophische Modelle, geredigeerd<br />
door Daniele Dell’Agli. In dit boek een hoofdstuk van zijn hand met<br />
<strong>als</strong> titel ‘Alles Käse? Eh Wurscht! Zur gastrosophischen Idiomatik des<br />
Deutschen’. Daarin constateert Dell’Agli dat eten in de Duitse (protestantse)<br />
cultuur iets van lagere betekenis is, <strong>als</strong> slechts de bevrediging van<br />
een biologische behoefte. Deze onderwaardering wordt volgens hem in<br />
de taal weerspiegeld; het Duits kent, anders dan bijvoorbeeld het Frans<br />
of Italiaans, legio negatieve uitdrukkingen met betrekking tot eten. Zijn<br />
conclusie: ‘De Duitse cultuur vindt aan de schrijftafel plaats, niet aan<br />
de eettafel.’<br />
EETTAFEl, SCHRIJFTAFEl... VERgADERTAFEl<br />
Mag ik daar een Nederlandse vergadertafel aan toevoegen? De Nederlandse<br />
cultuur is ongetwijfeld verwanter aan de eveneens protestants<br />
beïnvloedeDuitsedandeItaliaanse.VragenzemeinItaliëdeNederlandse<br />
eetcultuur te karakteriseren, dan stamel ik wat over stamp potten,<br />
dropjes en koloniale invloeden. Een Italiaan zou, gevraagd naar zíjn<br />
eetcultuur, niet uitgepraat raken. Dell’Agli: ‘<strong>Het</strong> eten is tijdens de maaltijd<br />
een geliefd onderwerp van gesprek, wat de gezellige tafel niet zelden het<br />
karakter van een forum van meer of minder ingebeelde deskundige meningen<br />
verleent en de voedselopname onmerkbaar in een ook geestelijke<br />
handeling omzet.’ Wachten in een rij is er nooit vervelend, omdat er altijd<br />
wel mensen zijn die alvast uitgebreid het avondeten bespreken.<br />
CHAOS?<br />
Eten is niet alleen wat er op je bord komt, maar ook hoe, wanneer,<br />
met wie, en hoe dat elders werkt is natuurlijk niet meteen duidelijk. Ik<br />
leid Nederlandse toeristen rond in Rome, en er is niets leuker dan de<br />
Italiaanse eetcultuur voor hen te vertalen. In mijn dubbelrol <strong>als</strong> Nederlandse-die-in-Italië-woontzieikzeaankomenmetvooringenomenheden,zie<br />
ze worstelen om uit de andere cultuur wat betekenissen te vissen, zie<br />
ze vaak een wat arrogante, vergelijkende en toch verzoenende houding<br />
aannemen - thuis is alles toch beter, helaas schijnt de zon er niet zo<br />
vaak,zucht.Voornaamstevooringenomenheid:Italiëiseenchaos.Ikkanme<br />
vaak niet bedwingen ze juist het tegenovergestelde te laten zien. In<br />
Nederland, het keurig nette, geregelde Nederland, is het onrustig aan<br />
tafel. We willen weg van de spruitjeslucht en het prakken, volgen trends<br />
en raadgevingen, waaien met innovatieve winden mee, maar een houvast<br />
vinden we daarin niet.<br />
DE ZACHTE kuSSENS VAN DE gEWOONTE<br />
InItaliëstikthetjuistvanderegeltjesendemaaltijdenverlopenerviaeen<br />
vast stramien. Maar <strong>als</strong> je eenmaal weet wat er van je wordt verlangd<br />
ben je er snel uit. Water, wijn? Bubbels of plat? Rood of wit? Antipasto?<br />
Welkeprimo?Eensecondo?Contorno?Fruit,dolce,koffie,amaro?Bijpizza<br />
drink je bier, en ook wel cola. Geraspte kaas komt alleen bij bepaalde<br />
gerechten op tafel. Aardappels zijn een groente en bestel je apart.<br />
Cappuccino wordt na het middaguur niet meer besteld.<br />
Diezelfde duidelijkheid zie ik ook in wát er wordt gegeten. Je zou het<br />
conservatief kunnen noemen. Weinig trends, weinig buitenlands, elke<br />
streek zijn eigen gerechten en eindeloze discussies over de beste<br />
bereiding van klassieke gerechten.<br />
Als je eenmaal vertrouwd bent met die cultuur is het zo rustgevend, zo<br />
simpel. Je kunt terugzakken in de zachte kussens van de gewoonte en<br />
genieten – en daar tussendoor dan af en toe heerlijk even over babbelen.<br />
Lizette Pater<br />
Fragment<br />
117
Fragment<br />
118<br />
HET bESTAANSRECHT<br />
VAN DE bEElDEN VAN<br />
Jan Pater<br />
In Villa Hinkeloord opent <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> op 10 juni om 14.30 uur een geheel aan het<br />
werk van Jan Pater gewijde solotentoonstelling. Frederik Barends schreef er dit<br />
essay bij, over kunstwerken en hun zeggingskracht.<br />
Eigenlijk zou elk kunstwerk, en dus ook elk beeld, anoniem<br />
moeten zijn. Dan zou het zijn eigen verhaal vertellen en niet dat<br />
van zijn maker. De werkelijkheid is echter in vrijwel alle gevallen<br />
anders, want maar al te vaak dringt de kunstenaar zijn identiteit<br />
nadrukkelijk op aan de beschouwer van zijn werk. Dat is in onze<br />
westerse cultuur al vele eeuwen aan de hand en we houden dat in<br />
stand door niet op de eerste plaats te genieten van de schoonheid<br />
van een schilderij of een beeld, maar door het nadrukkelijk te<br />
hebben over een Picasso, een Rodin of een Brancusi. En <strong>als</strong> we er<br />
geen etiket op kunnen plakken, dan bedenken we wel iets in de<br />
trant van ‘De meester van de Virgo inter Virgines’. We komen<br />
immers niet meer los van het feit dat in de kunsthandel de naam<br />
en de herkenbaarheid van een kunstenaar veel geld waard zijn.<br />
Ooit was dat anders. In het Museé du Louvre te Parijs staat in de<br />
Egyptische afdeling een klein beeld van een kat, uitgevoerd in<br />
zwart basalt. <strong>Het</strong> werd zo’n vijfduizend jaar geleden gemaakt<br />
door een beeldhouwer waarvan nooit een mens de naam zal<br />
weten. Maar dat is niet belangrijk. <strong>Het</strong> gaat erom dat hij een beeld<br />
geschapen heeft waarin heel het wezen van die kat aanwezig is.<br />
En dat drukt dat kleine sculptuurtje zó overtuigend uit, dat het<br />
voor iemand van nu nog steeds navoelbaar is, ondanks de afstand<br />
van die vijfduizend jaar.<br />
Zondag 10 juni 2012<br />
tot en met<br />
zondag 27 januari 2013 Jan<br />
Pater<br />
bROCHuRE JAN PATER<br />
PRIJS € 7,50<br />
Jan Pater<br />
Divertisi | 2009, bluebaia graniet, 61 cm<br />
Fragment<br />
119
Fragment<br />
120<br />
Jan Pater<br />
Tramonte | 2007, Belgisch hardsteen, 34 cm<br />
ONVOORSPElbAAR<br />
Dat ik in een gesprek met Jan Pater het voorbeeld van die nameloze<br />
Egyptische kat aanhaalde, kwam doordat hij benadrukte dat<br />
hij zich <strong>als</strong> beeldhouwer ondergeschikt voelt aan zijn beelden. En<br />
daarmee zijn we meteen bij de essentie van zijn werk. Hij stelt zich<br />
<strong>als</strong> de maker ervan tijdens het scheppingsproces uiterst bescheiden<br />
op en is dan eigenlijk meer benieuwd naar wat er ontstaat, dan dat<br />
hij vanaf het begin precies het eindresultaat al voor ogen heeft.<br />
<strong>Het</strong> enige wat voor hem vaststaat, is dat het te maken moet hebben<br />
met zijn grote inspiratiebron: de vrouwelijke tors.<br />
Bij het maken van zijn beelden speelt het toeval dan ook een grote<br />
rol. <strong>Het</strong> gevolg daarvan is dat hij vooraf nagenoeg nooit een schets<br />
maakt en ook gebruikt hij geen model. Dat laatste heeft te maken<br />
met het feit dat hij het menselijk lichaam door en door kent. Hij<br />
is namelijk jarenlang in de verpleging werkzaam geweest. Pas<br />
op latere leeftijd, hij was toen 45, nam zijn leven een keerpunt en<br />
besloot hij beeldhouwer te worden.<br />
Als Jan Pater aan een beeld begint staat dus het gegeven wel vast,<br />
maar is het uiterst onvoorspelbaar wat het resultaat zal zijn. Dat<br />
maakt dat zijn oeuvre sterk wisselend is, maar dat zullen we bij<br />
deze beeldhouwer op de koop toe moeten nemen, want dat vloeit<br />
nu eenmaal uit zijn werkwijze voort.<br />
Jan Pater<br />
Duo | 2011, zwart graniet, 180 cm<br />
Hij begint met de keuze van de steen. Zelf zegt hij ervan dat zo’n<br />
steen zich eigenlijk gewoon aan hem opdringt. Zowel de kleur<br />
<strong>als</strong> de hardheid ervan bepalen in zekere zin het eindresultaat en<br />
bovendien ervaart Jan Pater telkens weer dat iedere steen een<br />
eigen uitdrukking heeft. De eerste fase van het scheppingsproces<br />
bestaat er dan ook uit dat deze beeldhouwer een relatie met de<br />
steen aangaat, die hem uiteindelijk voert naar het beeld dat er uit<br />
zal ontstaan.<br />
HET SCHEPPINgSPROCES<br />
De beelden van Jan Pater worden in hoge mate bepaald door zijn<br />
manier van werken, die duidelijk verschilt van die van de meeste<br />
van zijn collega’s. Behalve de keuze van de steen, waarbij hij zich<br />
dus sterk laat leiden door de uitdrukking daarvan, heeft hij op het<br />
moment dat hij daadwerkelijk begint aan het scheppingsproces<br />
van een beeld, geen vastomlijnd plan. Sterker nog, hij huldigt de<br />
stelling dat het beeld eigenlijk uit zichzelf uit de steen tevoorschijn<br />
moet komen.<br />
Vaak snijdt of hakt hij dan ook <strong>als</strong> eerste van het blok steen dat hij<br />
gekozen heeft een hoek af. Dat heeft <strong>als</strong> consequentie dat daar al<br />
meteen een tweede fase mee opgeroepen wordt, namelijk antwoord<br />
geven op wat er is ontstaan. En zo werkt deze beeldhouwer.<br />
Fragment<br />
121
Fragment<br />
122<br />
Steeds neemt hij gedeelten van de steen weg, maar altijd in relatie<br />
met wat in het daaraan voorafgaande stadium is ontstaan. Zo<br />
komt er een samenspel tot stand van holle en bolle vlakken, van<br />
licht en donker, van sterke contouren, scherpe vlakken, maar ook<br />
van zachte en tedere rondingen. Voor alles staat dit spel echter in<br />
dienst van waar het deze beeldhouwer in de eerste plaats om te<br />
doen is: het tot uiting brengen van de dynamiek van de vrouwelijke<br />
tors. Maar juist dat aspect maakt zijn beelden zo bijzonder,<br />
want om die stuwkracht bij zijn hierboven geschetste wijze van<br />
werken aan die torso’s mee te geven, dient hij bij het ontstaan<br />
ervan, behalve dat wetmatig ontstane spel van vlakken en vormen,<br />
het element beweging toe te voegen. Zijn vrouwentorso’s vertonen<br />
dan ook vaak een versterkte draaiing. Soms echter ontstaat er<br />
een bijna betoverende verstilling, met name <strong>als</strong> die beweging wel<br />
aanwezig, maar nauwelijks merkbaar is.<br />
Dat de meeste vrouwentorso’s van Jan Pater gepolijst zijn laat zich<br />
raden. Behalve dat het coloriet van de gebruikte steensoort beter<br />
tot zijn recht komt, verhoogt het de ‘aaibaarheidsfactor’ van zijn<br />
beelden. En daar wordt men bij veel van zijn werk bijna automatisch<br />
toe aangetrokken.<br />
WISSElENDE SPANNINg<br />
‘Een beeld,’ zo heeft Michelangelo eens opgemerkt, ‘is altijd al<br />
in de steen aanwezig. <strong>Het</strong> komt erop aan het uit die steen te<br />
bevrijden.’ Constantin Brancusi voegde daar nog aan toe: ‘Om tot<br />
de ware betekenis van iets te komen, moet men tot eenvoud zien<br />
te geraken.’<br />
Met die eerste uitspraak zal Jan Pater het sowieso eens zijn, want<br />
beeldhouwen is voor hem steeds weer steen wegnemen, soms tot<br />
wel driekwart van het oorspronkelijke blok, totdat het zo ontstane<br />
beeld aan zijn bedoeling beantwoordt.<br />
Maar ook die eenvoud waar Brancusi het over had, is een kenmerk<br />
van het oeuvre van Jan Pater. Hij heeft bij veel van zijn werk ervaren<br />
dat zijn beelden daardoor meer zijn gaan zeggen.<br />
Maar er is meer aan de hand, want waar deze twee beroemd<br />
geworden beeldhouwers het in hun opmerking niet over hadden,<br />
is nu juist iets wat bij de beelden van Jan Pater zo belangrijk is.<br />
Dat is hetgeen er vaak in de directe ruimte om zijn beelden heen<br />
gebeurt. Want niet alleen ervaart men <strong>als</strong> beschouwer van zijn<br />
torso’s de schoonheid van de gestalten, de vaart en de bewogenheid<br />
van de vormen en het aangenaam aanraakbare van de huid<br />
ervan, er blijkt daarnaast nét nog iets meer aan de hand te zijn.<br />
Daar waar het eigenlijke beeld ophoudt, ontstaat een spanning,<br />
Donna di Assisi | 2009<br />
rosso di Assisi, 60 cm<br />
Fragment<br />
123
Fragment<br />
124<br />
Jan Pater<br />
Anna | 2006, rosso laguna, 202 cm<br />
die aan de plastische verschijning iets lijkt toe te voegen. <strong>Het</strong><br />
is een extra dimensie, die het meest voelbaar is wanneer deze<br />
beeldhouwer zijn werk uit twee op zichzelf staande elementen laat<br />
bestaan, die dan een dialoog met elkaar lijken aan te gaan. Soms<br />
splijt hij bewust een van zijn torso’s in twee losse delen, waarmee<br />
men, door ze steeds weer in een andere positie ten opzichte van<br />
elkaar te verschuiven, een wisselende spanning kan oproepen.<br />
Zo valt met de beide helften van zo’n gespleten torso een wonderlijk<br />
spel te spelen, waardoor met de veranderende tussenruimte<br />
een bijzonder effect aan het geheel wordt toegevoegd.<br />
AmbACHTSmAN<br />
Schrijvende over het werk van Jan Pater realiseer ik me dat men<br />
in het algemeen het woord ‘beeldhouwer’ gerust met een korreltje<br />
zout mag nemen, want al eeuwen leggen velen van hen zich toe op<br />
het modelleren van hun beelden in klei of was en dat vaak op een<br />
betrekkelijk klein formaat. Ze laten het door een daarin gespecialiseerd<br />
bedrijf vergroten en daarna gaat het naar een bronsgieter.<br />
<strong>Het</strong> échte houwen in steen of het bewerken van hout komt maar<br />
weinig voor. Zelfs beeldhouwers met een grote naam in de kunstgeschiedenis,<br />
zo<strong>als</strong> Henry Moore, lieten hun werk uitvoeren door<br />
‘artisans’. Ook Auguste Rodin dacht er niet aan zijn marmeren<br />
beelden zelf te hakken en had daarvoor enkele Italianen in dienst.<br />
De beroemde François Pompon is tot zijn vijftigste bij hem <strong>als</strong><br />
uitvoerder in dienst geweest.<br />
Maar Jan Pater hakt zijn beelden nog altijd zelf en zo<strong>als</strong> hij<br />
terloops opmerkt: ‘Dat vak beheers ik.’ Of hij dan ook in Italië op<br />
het terrein van Studio Sem te Pietrasanta verblijft of in Noord-<br />
Holland, hij is <strong>als</strong> een échte ambachtsman bezig. Dat doet hij,<br />
weliswaar onder een afdak, voornamelijk in de open lucht, want<br />
het bewerken van de vaak harde steen is niet alleen een zwaar,<br />
maar vooral stoffig gebeuren. Uiteraard maakt hij, voor zover dat<br />
mogelijk is, gebruik van mechanisch aangedreven gereedschap,<br />
maar een groot deel van de arbeid bestaat nog altijd uit het échte<br />
handwerk. Gehoorbeschermers en een stofmasker zijn daarbij<br />
onontbeerlijke attributen en zijn brillenglazen lijken soms wel<br />
van melkglas te zijn.<br />
Fragment<br />
125
Fragment<br />
126<br />
Jan Pater<br />
Awakenes | 2008, bardiglio, 70 cm<br />
Maar hij houdt van dat gevecht met de materie en dus voert in<br />
zijn oeuvre steen de boventoon. Hij maakt bovendien bij voorkeur<br />
gebruik van steensoorten die van zichzelf een uitgesproken kleur<br />
hebben, zo<strong>als</strong> een blauwachtige gneis, rood Turks marmer, zwart<br />
graniet, wit carraramarmer, groen marmer uit India, enzovoort.<br />
Als het even kan polijst hij deze steensoorten, om het coloriet<br />
ervan een optimaal effect te laten hebben.<br />
Er zit aan dat vakmatig bezig zijn nóg een aspect dat niet onvermeld<br />
dient te blijven. <strong>Het</strong> werk vraagt om concentratie, maar<br />
daarnaast is het toch vooral een vrij eenzame bezigheid. <strong>Het</strong><br />
geluid dat het hakken in steen met zich meebrengt, maakt dat<br />
zijn atelier, of zo u wilt zijn werkplek, enigszins geïsoleerd ligt.<br />
De gehoorbeschermers sluiten hem bovendien af van ieder contact<br />
met de wereld om hem heen. Hij is desondanks geen in zichzelf<br />
gekeerd mens geworden. Daar is hij teveel een denker voor. Hij<br />
gebruikt, naast de aandacht die zijn arbeid vraagt, die urenlange<br />
eenzame stilte om diepgaand na te denken over zijn werk. <strong>Het</strong><br />
gevolg daarvan is dat ik zelden een beeldhouwer heb ontmoet die<br />
zo goed en geloofwaardig zijn streven naar volmaaktheid weet te<br />
verwoorden. In een gesprek met hem wordt al spoedig duidelijk<br />
hoe uitvoerig hij heeft nagedacht over datgene wat dagelijks onder<br />
zijn handen ontstaat.<br />
gEVARIEERD OEuVRE<br />
Naast steen, een materiaal dat zijn grote liefde heeft en dat hij<br />
vanuit de hele wereld naar zijn werkplek laat komen, werkt hij<br />
graag met hout. Misschien is dat een erfenis uit het verleden, want<br />
ooit heeft hij zich beziggehouden met het maken van meubels.<br />
Voordat hij het gebruikt behandelt hij het hout met de grootste<br />
zorg en ook daaraan is te zien dat hij een vakman ‘pur sang’ is.<br />
<strong>Het</strong> drogen, aanvankelijk afgesloten van de invloeden van de<br />
omgeving, vergt een jarenlang proces en voordat hij de beitel in<br />
een blok hout zet, zijn er vaak zeven jaar verlopen. Daardoor vertonen<br />
zijn houten beelden geen enkele scheur. Ook de afwerking<br />
ervan is vaak zó onberispelijk glad, dat er reminiscenties worden<br />
opgeroepen aan zijn gepolijste stenen beelden.<br />
Behalve de stenen en houten sculpturen, heeft Jan Pater ook een<br />
aantal beelden gemaakt die in brons of lood zijn uitgevoerd. Voorts<br />
past hij de door hem in zijn driedimensionaal werk gevonden<br />
vormen, in samenwerking met een zilversmid, ook toe in sieraden<br />
zo<strong>als</strong> ringen, broches en colliers. Maar vóór alles is hij toch die<br />
echte houwer in steen, die al werkende de ideale vormen van zijn<br />
beelden ontdekt.<br />
COmmuNICATIE<br />
<strong>Het</strong> zal duidelijk zijn dat het bij het oeuvre van deze kunstenaar<br />
op de allereerste plaats om de beelden zelf gaat en niet zozeer om<br />
de maker ervan. Jan Pater is zich daarvan bewust en plaatst bij<br />
zijn beelden zijn signatuur dan ook niet op een opvallende plaats,<br />
maar brengt op een bescheiden wijze een monogram aan op de<br />
onderzijde ervan. <strong>Het</strong> gaat immers om het typische eigene van het<br />
beeld en het is de bedoeling dat de beschouwer van zo’n kunstwerk<br />
daarmee een ‘gesprek’ aangaat. Een ‘gesprek’ dat gevoed wordt<br />
door de uitgesproken schoonheid ervan, die voortspruit uit de<br />
harmonie tussen de vormenwereld en het gebruikte materiaal. Wie<br />
deze beelden ziet zal dan ook ervaren dat iedere vorm van erotiek<br />
of sensualiteit afwezig is. Integendeel, ze hebben slechts te maken<br />
met de fascinatie van hun maker voor de geheel eigen schoonheid<br />
van de vrouwelijke tors. Jan Pater heeft dit in zijn werk in boeiende<br />
vormen weten te vertalen, die vaak bijna reëel zijn, maar een<br />
enkele keer ook naar het abstracte neigen. En bij elk resultaat<br />
dat gedurende de uitvoering van zijn beelden meestal bij toeval<br />
is ontstaan, vertelt hij altijd een ingetogen verhaal over de sierlijkheid<br />
en de zachtheid van de vrouwelijke vormen. Als dat door<br />
de beschouwer ervan wordt verstaan, mag men terecht zeggen<br />
dat zo’n beeld een ideaal communicatiemiddel vormt. En daarmee<br />
is het bestaansrecht ervan bewezen.<br />
Als op die manier het beeld zelf centraal staat en het handschrift<br />
van hun maker pas op de tweede plaats komt, is het aantrekkelijk<br />
om nog eens terug te denken aan die Egyptische kat in het Museé<br />
du Louvre. Stel, onze westerse beschaving zou geheel ten onder<br />
gaan, samen met alle documentatie daarover (inclusief de<br />
registratie van het monogram JP), hoe ervaart iemand dan een<br />
toevallig bewaard gebleven beeld van Jan Pater? <strong>Het</strong> is een niet<br />
helemaal irreële vraag, want iets soortgelijks heeft zich tenslotte<br />
in de wereldgeschiedenis wel meer voorgedaan. Jan Pater zelf<br />
heeft daarover weleens gefilosofeerd en ik denk dat we mogen<br />
stellen dat zo’n beeld, <strong>als</strong> restant van onze verdwenen cultuur,<br />
nog altijd overduidelijk zijn verhaal zou vertellen.<br />
Want dat is de uiteindelijke kracht van de beelden van deze<br />
kunstenaar.<br />
Frederik Barends<br />
Fragment<br />
127
Fragment<br />
128<br />
LUUT<br />
DE GELDER<br />
ONDERSTEbOmEN<br />
IN VIllA HINkElOORD IS DIT VOORJAAR EEN SOlOTENTOONSTEllINg<br />
TE ZIEN VAN WERk VAN luuT DE gElDER. ZE HEEFT TER gElEgEN-<br />
HEID VAN DEZE TENTOONSTEllINg EEN NIEuW bEElD gEmAAkT:<br />
ONDERSTEbOmEN. ONDERSTEbOmEN IS EXCluSIEF VOOR HET<br />
DEPOT IN DE WINkEl VAN HET DEPOT TE kOOP. HET bRONZEN bEElD<br />
IS 35 Cm HOOg EN IS gEmAAkT IN EEN OPlAgE VAN 15 EXEmPlAREN.<br />
ONDERSTEbOmEN bESTAAT uIT DRIE DElEN, ZODAT IEDER ZIJN<br />
EIgEN COmPOSITIE kAN mAkEN.<br />
mONOgRAFIE<br />
luuT DE gElDER<br />
PRIJS € 20,- (HARDCOVER)<br />
De naam Onderstebomen verduidelijkt het<br />
beeld: wanneer je lopend onder uitgelopen<br />
hakhout naar boven kijkt zie je in de<br />
bomen omgekeerde mensbeelden, aldus<br />
Luut de Gelder.<br />
<strong>Het</strong> menselijk lichaam is het hoofdthema<br />
in Luut de Gelders werk. Deze keuze heeft<br />
haar in de loop der jaren de mogelijkheid<br />
gegeven ‘alle’ implicaties van fragmenten<br />
van het menselijk lichaam te onderzoeken<br />
en te belichten: van de meest naturalistische<br />
uitbeelding tot de verst gaande vorm<br />
van abstrahering, gemodelleerd of uit<br />
steen gehakt.<br />
SPECIAlE PRIJS mONOgRAFIE luuT<br />
DE gElDER<br />
Meer informatie over Luut de Gelder en<br />
haar werk is te vinden in de monografie<br />
over haar werk, van de hand van Louk<br />
Tilanus. Even<strong>als</strong> haar beeld Onderstebomen<br />
is de monografie in de nieuwe winkel van<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgbaar.<br />
Ter gelegenheid van de solotentoonstelling<br />
van Luut de Gelder geldt een speciale prijs<br />
voor de monografie: in plaats van € 35,-<br />
betaalt u € 20,-.<br />
Luut de Gelder<br />
Onderstebomen | 2011, brons, 35 cm<br />
Fragment<br />
129
Fragment<br />
130<br />
Huub mOuS HOuDT ZIJN OPENINgSREDE<br />
De collectie<br />
Eja Siepman van den Berg<br />
lOCATIE VIllA HINkElOORD<br />
Op 25 september opende <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> de permanente tentoonstelling<br />
van beelden van Eja Siepman van den Berg in Villa Hinkeloord.<br />
Een om allerlei redenen bijzondere tentoonstelling. Zo is het niet<br />
alleen de eerste permanente tentoonstelling van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Ook is<br />
het de eerste keer dat een permanente tentoonstelling al bij leven<br />
Uitgave<br />
Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Distributie<br />
van de kunstenaar is geopend. Op deze bladzijden een impressie<br />
Uitgeverij de Kunst<br />
van de opening, die onder meer extra glans kreeg door de rede ratiodesign.nl van<br />
Druk<br />
Druno en Dekker Drukkers<br />
Letterfont<br />
EideticNeo<br />
Charlotte Sans<br />
Huub Mous, door de overweldigende belangstelling en door de Papier<br />
Fotografie<br />
John Stoel<br />
uitgevoerde muziek.<br />
In de winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn zowel een catalogus van de tentoonstelling<br />
<strong>als</strong> een monografie van Eja Siepman van den Berg<br />
en haar werk verkrijgbaar.<br />
Tekst<br />
Bieke van der Mark, Huub Mous<br />
Fotografie<br />
John Stoel<br />
Vormgeving<br />
Omslag: 280 g eenzijdig invercoate<br />
Binnenwerk: 150 g silk<br />
Met uitzondering van pag.:<br />
32, 33, 58, 59, en 127 (Michel Kievits)<br />
2, 3, 11, 14, 16, 17, 28, 48, 49, 52 en 57 (privé<br />
archief Eja Siepman van den Berg)<br />
Inzake het beeldmateriaal is zoveel mogelijk getracht<br />
de juiste verantwoording te geven. Zij die menen auteursrechtelijke<br />
aanspraken te kunnen maken worden verzocht<br />
in contact te treden met de uitgever. Niets uit deze<br />
uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar<br />
gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of<br />
op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande<br />
schriftelijke toestemming van de uitgever.<br />
© copyright 2011<br />
Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
ISBN 978-90-817601-0-2<br />
mONOgRAFIE<br />
EJA SIEPmAN VAN DEN bERg<br />
PRIJS € 35,- (HARDCOVER)<br />
Eja Siepman van den Berg<br />
Eja Siepman<br />
van den Berg<br />
CATAlOguS<br />
EJA SIEPmAN VAN DEN bERg<br />
PRIJS € 25,- (SOFTCOVER)<br />
Deze catalogus verschijnt ter gelegenheid van de<br />
opening van de permanente tentoonstelling van de<br />
sculpturen van de beeldhouwer Eja Siepman van<br />
den Berg. <strong>Het</strong> doel van de stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is<br />
het stimuleren van de beeldhouwkunst met het<br />
accent op torsen en fragmenten. Daarbij staat de<br />
ontplooiingskans van de kunstenaar centraal.<br />
De activiteiten van de stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> worden<br />
mogelijk gemaakt door de stichting UTOPA. De doelstelling<br />
van de stichting UTOPA is het actualiseren en<br />
stimuleren van creatieve talenten van mensen, daar<br />
waar de aanleg van enkelingen, om welke reden dan<br />
ook, geen kans krijgt. Onze samenleving legt zwaar<br />
de nadruk op bepaalde waarden, maar plaatst daardoor<br />
andere waarden in de schaduw. De stichting<br />
UTOPA stelt zich ten doel een bijdrage te leveren aan<br />
het compenseren van deze onevenwichtigheden.<br />
In de reeks publicaties uitgegeven door de stichting<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verscheen eerder het boek:<br />
Eja Siepman van den Berg<br />
Tekst: Huub Mous<br />
ISBN 90 400 9031 9<br />
Voor overige publicaties: zie www.hetdepot.nl<br />
Beeld omslag<br />
102 Venus | 2009, brons, 150 cm<br />
Fragment<br />
131
Sprookjesboek<br />
DE VLEERMUIS EN DE BANAAN<br />
<strong>Het</strong> is één van de vrolijke noten tijdens het openingsfeest<br />
van beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> op 25 maart: de presentatie<br />
van het sprookjesboek De Vleermuis en de banaan, geschikt<br />
voor kinderen van vijf tot vijfentachtig. <strong>Het</strong> verhaal<br />
is geschreven door loek Dijkman, de illustraties zijn van<br />
Astrid Huijsing. Wie meer wil weten, is van harte welkom<br />
in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, waar het boek in de winkel verkrijgbaar is.<br />
SPROOkJESbOEk<br />
DE VlEERmuIS EN DE bANAAN<br />
PRIJS € 14,95 (HARDCOVER)<br />
Fragment<br />
133
Fragment<br />
134<br />
BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />
De activiteiten van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> worden mogelijk gemaakt<br />
door Stichting Utopa. De doelstelling van Stichting Utopa is het<br />
actualiseren en stimuleren van creatieve mensen, daar waar de<br />
aanleg van enkelingen, om welke reden dan ook, geen kans krijgt.<br />
Zie ook www.utopa-academie.nl.<br />
STICHTING HET DEPOT<br />
Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ondersteunt beeldhouwers van torsen en<br />
fragmenten, waarbij de ontplooiingskans van de kunstenaar<br />
centraal staat. Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is een particulier<br />
initiatief van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, op een particulier terrein.<br />
De toegang is gratis. Zie ook www.hetdepot.nl.<br />
ACTIVITEITEN<br />
Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ontwikkelt onder meer de volgende<br />
activiteiten:<br />
• Tentoonstellingen van hedendaagse beeldhouwkunst van torsen<br />
en fragmenten<br />
• Permanente tentoonstelling van het werk van Eja Siepman van<br />
den Berg in de locatie Villa Hinkeloord<br />
• Educatieve rondleidingen<br />
• Lezingen en symposia<br />
• <strong>Het</strong> aankopen van werk van hedendaagse beeldhouwers<br />
• <strong>Het</strong> geven van opdrachten aan beeldhouwers<br />
• <strong>Het</strong> uitgeven van monografieën van beeldhouwers<br />
• <strong>Het</strong> verstrekken van beurzen aan beeldhouwers<br />
• <strong>Het</strong> verkopen, verhuren of in bruikleen geven van beelden<br />
uit de collectie<br />
• <strong>Het</strong> uitgeven van het tijdschrift Fragment<br />
• Kinderatelier Villa Vleermuis: educatieve programma’s over<br />
beeldhouwkunst en natuur<br />
• Restaurant Linnaeus, gevestigd in Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
• Tentoonstellingen over de arboreta De Dreijen en Hinkeloord<br />
• Educatieve rondleidingen door de arboreta De Dreijen en<br />
Hinkeloord<br />
1 2 3<br />
LOCATIES<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is gevestigd in drie locaties, met elkaar<br />
verbonden door de arboreta De Dreijen en Hinkeloord. Ook deze<br />
arboreta horen bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Arboretumlaan 4, 6703 BD Wageningen<br />
• Wisselende tentoonstellingen<br />
• Tentoonstellingen over de arboreta<br />
• Lezingen en symposia<br />
• Winkel<br />
• Restaurant Linnaeus<br />
Villa Hinkeloord<br />
Generaal Foulkesweg 64, 6703 BV Wageningen<br />
• Permanente tentoonstelling van het werk van Eja Siepman<br />
van den Berg<br />
• Wisselende solotentoonstellingen<br />
Villa Vleermuis Kinderatelier<br />
Arboretumlaan 4, 6703 BD Wageningen<br />
• Educatiecentrum voor beeldhouwkunst en natuur<br />
• Alleen geopend voor scholen, na overleg<br />
CONTACT<br />
T 0031 (0)317 467 720<br />
F 0031 (0)317 467 738<br />
E beeldengalerij@hetdepot.nl<br />
I www.hetdepot.nl<br />
1 Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Arboretumlaan 4<br />
2 <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> locatie Kinderatelier Villa Vleermuis<br />
Arboretumlaan 4<br />
3 <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> locatie Villa Hinkeloord<br />
Generaal Foulkesweg 64<br />
4 Arboretum De Dreijen<br />
Ingangen Arboretumlaan 4 en tegenover Villa Hinkeloord<br />
OPENINGSTIJDEN BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is geopend van donderdag tot en met<br />
zondag, van 11.00 tot 17.00 uur; op vrijdag tot 21.00 uur (dit<br />
laatste geldt niet voor Villa Hinkeloord). Tevens is Beeldengalerij<br />
geopend op eerste en tweede Paasdag, op Koninginnedag, op<br />
Bevrijdingsdag, op Hemelvaartsdag en op eerste en tweede<br />
Pinksterdag. Rond kerst is Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> twee<br />
weken gesloten.<br />
OPENINGSTIJDEN ARBORETA<br />
Arboretum De Dreijen (ingangen aan de Arboretumlaan 4 en<br />
tegenover Villa Hinkeloord) en Arboretum Hinkeloord (ingang bij<br />
Villa Hinkeloord) zijn dagelijks geopend van 11.00 tot 17.00 uur.<br />
RONDLEIDINGEN EN GROEPSBEZOEKEN<br />
Reserveren per telefoon of e-mail is noodzakelijk.<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: de maximale groepsgrootte voor rondleidingen is<br />
20 personen. De kosten bedragen € 80,- per rondleiding.<br />
Locatie Villa Hinkeloord: de maximale groepsgrootte voor<br />
rondleidingen is 15 personen. De kosten bedragen € 60,- per<br />
rondleiding.<br />
Rondleidingen voor blinden, slechtzienden, en/of rolstoelgebruikers<br />
zijn zowel individueel <strong>als</strong> in groepjes van maximaal<br />
4 personen mogelijk.<br />
Per persoon is één begeleider en/of blindengeleidehond<br />
toegestaan. De kosten bedragen € 4,- p.p.<br />
Rhenen<br />
Gen Foulkesweg<br />
Lawickse Allee Ritzema Bosweg<br />
Arboretumlaan<br />
2<br />
1<br />
4<br />
3<br />
A12 Ede / Utrecht<br />
HUISREGELS<br />
• <strong>Het</strong> gebouw is geheel rolstoeltoegankelijk. Er is een rolstoel<br />
beschikbaar.<br />
• Honden of andere huisdieren, met uitzondering van blinde<br />
geleidehonden, zijn in de vestigingen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> en in<br />
de Arboreta niet toegestaan.<br />
• Alle gebouwen zijn rookvrij.<br />
Niet toegestaan:<br />
• Gebruik van mobiele telefoons<br />
• <strong>Het</strong> nuttigen van zelf meegebrachte consumpties<br />
• Fotograferen voor commercieel gebruik<br />
FRAGMENT<br />
Wanneer u bij uw bezoek aan <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> uw adresgegevens opgeeft<br />
krijgt u toekomstige nummers van Fragment gratis toegezonden.<br />
Losse nummers 7,50 euro.<br />
WINKEL & UITGAVEN VAN HET DEPOT<br />
Bij verschillende artikelen in Fragment ziet u een afbeelding<br />
van een catalogus, een monografie of een andere uitgave van<br />
Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. U kunt deze uitgaven in de winkel van<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgen, maar ook via een bankoverschrijving van<br />
het verschuldigde bedrag bestellen. Op onze website vindt u bij<br />
alle titels de nodige gegevens, zo<strong>als</strong> ISBN en prijs.<br />
Zie www.hetdepot.nl. Wanneer u een boek via een bankoverschrijving<br />
bestelt, wordt de bestelling toegezonden nadat de betaling is<br />
ontvangen. <strong>Het</strong> rekeningnummer is 65.33.47.065 (ten name van<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, Wageningen). Vergeet u niet bij de betaling de titel of<br />
het artikelnummer te vermelden!<br />
N781 Diedenweg<br />
N225<br />
N225<br />
Arnhem A50<br />
Fragment<br />
135
Fragment<br />
136<br />
COLOFON<br />
Fragment | TIJDSCHRIFT VAN BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />
NUMMER 2 | VOORJAAR 2012<br />
Fragment verschijnt tweemaal per seizoen, in september (over de<br />
evenementen in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in najaar en winter, dus van september<br />
tot en met maart) en in maart (voorjaar en zomer, dus van maart<br />
tot en met september). Fragment brengt achtergrondinformatie<br />
bij de tentoonstellingen, evenementen en andere activiteiten die<br />
in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> plaatsvinden.<br />
Vormgeving<br />
Ratio Design, Haarlem<br />
Druk<br />
Druno en Dekker drukkers, Noordwijkerhout<br />
Teksten<br />
Loek Dijkman, Hans Fidom, Keara McMartin, Yvonne Lammers<br />
Keijsers, Annemarie Lavèn, Gerhard Lentink, Gert van Maanen,<br />
Esther Monsanto, Lizette Pater, Cees Straus, Louk Tilanus.<br />
Fotografie /afbeeldingen<br />
Reinout van den Bergh (Madonna der dagen), Simon van Boxtel<br />
(Stijn van der Loo), ErikJan Bruggink (recepten), Bart de Gouw<br />
(Bezoekers van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>), Bas van Hille (exterieur en interieurfoto’s<br />
van Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>), Astrid Huijsing (tekeningen<br />
bij sprookjesboek De Vleermuis en de Banaan), Stijn van der<br />
Loo (Arboretum), John Stoel (Jan Pater, Luut de Gelder), Joyce<br />
Vanderfeesten (Andette en Henk Hilvering), Beeldengalerij<br />
<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> (landschappen en steden in Italië, Finotti, Rocchi,<br />
Tramontin), Studio Sem (Studio Sem), Rijksmuseum Amsterdam<br />
(Nederland, Italië en de beeldhouwkunst), Culture/Lebrecht Music<br />
& Arts (het schilderij van Nikolai Nikolayewitsj bij de tekst van<br />
Dickens), Wageningen UR/Bibliotheek/Speciale collecties (reproducties<br />
bij De geschiedenis van Arboretum De Dreijen).<br />
De redactie heeft geprobeerd van alle afbeeldingen de rechthebbenden<br />
te achterhalen. Niet in alle gevallen is dat gelukt.<br />
Wie kan aantonen recht te hebben op een of meer afbeeldingen<br />
in dit nummer zonder door de redactie te zijn benaderd, wordt<br />
verzocht zich bij de redactie (zie hierboven) te melden.<br />
Uitgever<br />
Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />
Arboretumlaan 4<br />
6703 BD Wageningen<br />
ISSN<br />
18751679