15.09.2013 Views

Download als PDF - Het Depot

Download als PDF - Het Depot

Download als PDF - Het Depot

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Fragment<br />

NUMMER 2 | VOORJAAR 2012<br />

HET DEPOT<br />

Tentoonstellingen,<br />

evenementen en<br />

andere activiteiten<br />

WISSELENDE<br />

SPANNING<br />

Jan Pater in<br />

Villa Hinkeloord<br />

ARBORETUM DE<br />

DREIJEN<br />

Van onderwijstuin<br />

tot bomenparadijs<br />

HOMMAGE<br />

AAN<br />

ITALIË<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opent<br />

nieuwe locaties<br />

met werk van<br />

Finotti, Rocchi en<br />

Tramontin


Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

HET DEPOT<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> beschikt over verschillende locaties: de 19de eeuwse Villa Hinkeloord aan<br />

de Generaal Foulkesweg, waar <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in 2004 van start ging, en de gebouwen aan de Arboretumlaan,<br />

uit de vroege en de late 20ste eeuw. Alle gebouwen grenzen aan Arboretum De Dreijen, de bomentuin van<br />

de Universiteit Wageningen; <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> heeft Arboretum De Dreijen in beheer.<br />

FRAGMENT<br />

Fragment verschijnt in september en in maart en biedt voorbeschouwingen en nieuws<br />

over de tentoon stellingen en de andere activiteiten van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

STICHTING HET DEPOT<br />

Ondersteunt beeldhouwers van torsen en frag menten, waarbij de ontplooiingskans<br />

van de kunstenaar centraal staat.<br />

Fragment<br />

1


Fragment<br />

2<br />

WELKOM<br />

bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Welkom bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, de bijzondere beeldengalerij in Wageningen.<br />

Welkom ook bij Fragment, het tijdschrift van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

Dit tweede nummer van Fragment markeert een belangrijk<br />

moment in de geschiedenis van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: op 25 maart 2012<br />

nemen we enkele prachtige gebouwen in gebruik die tegenover<br />

Villa Hinkeloord liggen, de locatie waar we in 2004 van start<br />

gingen. Deze gebouwen, van architectenbureau Mecanoo en<br />

Rijksbouwmeester Bremer, waren voorheen van de Wageningen<br />

Universiteit. Ze zijn geheel aangepast aan hun nieuwe functies<br />

door architect Bas van Hille. Ook Arboretum De Dreijen hoort<br />

bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. De prachtige tuin vormt één geheel met de ‘nieuwe’<br />

gebouwen.<br />

In dit nummer staat Fragment uitgebreid stil bij de tentoonstellingen<br />

waarmee <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> de nieuwe gebouwen in gebruik wil<br />

nemen. We openen met inleidingen bij het werk van Novello<br />

Finotti, Roberto Rocchi en Giancarlo Franco Tramontin, samen<br />

de ruggengraat van de grote tentoonstelling Toscana en Veneto in<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Achtergrondinformatie biedt het artikel van kunsthistoricus<br />

Louk Tilanus over Nederland, Italië en de beeldhouwkunst.<br />

Over de beroemde Studio Sem, aan wie <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> eveneens een<br />

tentoonstelling wijdt, presenteren we onder meer een artikel van<br />

Keara McMartin, de directeur van Studio Sem. Uiteraard staan we<br />

ook stil bij de eveneens nieuwe tentoonstelling naar aanleiding<br />

van Arboretum De Dreijen en bij ons nieuwe restaurant Linnaeus.<br />

Villa Hinkeloord blijft vanzelfsprekend een belangrijke locatie van<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. In de villa is sinds vorig jaar 25 september een permanente<br />

expositie te zien van onze collectie beelden van Eja Siepman<br />

van den Berg. Villa Hinkeloord blijft tevens de plaats voor onze<br />

solotentoonstellingen. Er is momenteel werk van Luut de Gelder te<br />

zien; op 10 juni openen we een solotentoonstelling waarin beelden<br />

van Jan Pater centraal staan. In dit nummer vindt u alvast informatie<br />

daarover.<br />

Achter <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> staat Stichting Utopa. De doelstelling van Stichting<br />

Utopa is het actualiseren en stimuleren van creatieve talenten<br />

van mensen, daar waar de aanleg van enkelingen, om welke reden<br />

dan ook, geen kans krijgt. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> biedt beeldhouwers een opstap<br />

of een steuntje in de rug waar dat nodig of wenselijk is, zodat<br />

ze zich beter kunnen ontplooien. Ook geeft <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opdrachten<br />

voor beeldhouwwerk dat niet zo gemakkelijk ‘verkoopbaar’<br />

is, bijvoorbeeld omdat het te groot en dus kostbaar is, of omdat<br />

bepaalde kunst soms niet ‘in’ is. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> wil een podium voor<br />

beeldhouwers zijn.<br />

Juist omdat het om mensen gaat, heeft <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> gekozen voor<br />

torsen en fragmenten <strong>als</strong> hoofdthema. De tors is een bij uitstek<br />

menselijke figuur en laat ruimte voor fantasie. <strong>Het</strong> fragment<br />

belicht andere aspecten van het menselijk lichaam op een net zo<br />

fascinerende manier.<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> richt zich niet alleen tot het museum- en galeriepubliek.<br />

We zoeken naar publieksgroepen die we met de beelden in <strong>Het</strong><br />

<strong>Depot</strong> een plezier kunnen doen. Daarbij is het niet uitsluitend van<br />

belang of dat publiek koopkrachtig is. Juist ook mensen die niet zo<br />

gemakkelijk of niet zo dikwijls naar kunst kunnen of komen kijken,<br />

zijn van harte welkom. Kinderen, studenten, blinden, ouderen en<br />

mensen met een handicap.<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is geen museum. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is ook geen galerie. <strong>Het</strong><br />

<strong>Depot</strong> is van mensen voor mensen. <strong>Het</strong> biedt binnen een museale<br />

omgeving beeldhouwkunst, een prachtige tuin, een heerlijk<br />

restaurant, fascinerende architectuur en nog veel meer. U bent<br />

van harte welkom.<br />

Loek Dijkman, voorzitter Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Fragment<br />

3


Fragment<br />

4<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

opent nieuwe locaties aan<br />

de Arboretumlaan 4 en het<br />

Arboretum De Dreijen<br />

OPENING 25 MAART OM 14.30 UUR<br />

Op 25 maart opent Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in Wageningen<br />

haar nieuwe locaties en Arboretum De Dreijen met onder meer<br />

de tentoonstelling Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Eén van de mooiste tuinen van Wageningen is Arboretum De<br />

Dreijen. Aan deze tuin liggen de nieuwe locaties van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>:<br />

een gebouw uit 1932 en een gebouw uit 1991 zijn samengevoegd<br />

tot de nieuwe hoofdlocatie van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Er zijn nóg twee<br />

locaties: Villa Hinkeloord en Villa Vleermuis.<br />

In de nieuwe hoofdlocatie aan de Arboretumlaan 4 vindt op<br />

25 maart de opening van Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> plaats:<br />

14.30 uur Ontvangst<br />

14.45 uur Opening van de tentoonstellingen<br />

- Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> - Finotti, Rocchi<br />

en Tramontin<br />

- Studio Sem in Pietrasanta<br />

Door Loek Dijkman en Sylvia de Munck, voorzitter<br />

en vice-voorzitter van Stichting Utopa. De activiteiten<br />

van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> worden mogelijk gemaakt<br />

door Stichting Utopa.<br />

Villa Hinkeloord<br />

In Villa Hinkeloord ging <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in 2004 van start. Met ingang<br />

van 25 maart is de villa niet langer de hoofdlocatie: voortaan is het<br />

19de eeuwse gebouw het thuis van onze permanente tentoonstelling<br />

van werk van Eja Siepman van den Berg. Als vanouds zijn er<br />

in de nieuwbouw van Villa Hinkeloord elk half jaar solotentoonstellingen<br />

te zien; dit voorjaar is de solotentoonstelling aan werk<br />

van Luut de Gelder gewijd, en vanaf 10 juni is de solotentoonstellingsruimte<br />

het domein van Jan Pater.<br />

De tuin rond Villa Hinkeloord is één van de arboreta (bomentuinen)<br />

van Wageningen en is beslist een wandeling waard. Villa<br />

Hinkeloord grenst overigens aan Arboretum De Dreijen, waarin<br />

zich de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> bevinden. De wandel route<br />

tussen de villa en de nieuwe gebouwen leidt door Arboretum<br />

De Dreijen.<br />

Villa Vleermuis Kinderatelier<br />

Naast Villa Hinkeloord beschikt Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> over<br />

nóg een villa: Villa Vleermuis. In Villa Vleermuis creëert <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

een kinderatelier. De villa is gebouwd in 1986 en staat vlak bij<br />

het nieuwe hoofdgebouw van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, aan de Arboretumlaan.<br />

De villa ontleent haar naam aan de vleermuizen die in het gebouw<br />

uit 1932, nu deel van het hoofdgebouw, bleken te wonen, en die zo<br />

dit gebouw van de sloop redden.<br />

Fragment<br />

5


Fragment<br />

6<br />

128<br />

12<br />

28<br />

130<br />

64<br />

44<br />

116<br />

INHOUD<br />

Agenda<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: tentoonstellingen, evenementen en<br />

andere activiteiten<br />

8 HET DEPOT VANAF MAART 2012<br />

Wat vindt er wanneer plaats in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>?<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Nieuws en achtergronden bij de tentoonstellingen<br />

10 TOscANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />

Novello Finotti en Verona, Roberto Rocchi en Carrara,<br />

Giancarlo Franco Tramontin en Venetië<br />

56 NEDERlAND, ITAlIë EN DE bEElDHOUwkUNsT<br />

De geschiedenis van een bijzondere relatie<br />

64 sTUDIO sEM IN PIETRAsANTA<br />

De relatie tussen kunst en ambacht<br />

78 klEURRIjk EN UITNODIGEND<br />

De nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

88 bIjzONDERE bEzOEkERs VAN HET DEPOT<br />

Esther Kuiler en haar kinderen houden van<br />

beeldhouwkunst<br />

90 bEElDENNIEUws<br />

Gerhard Lentink Madonna der dagen<br />

94 DE TUIN VAN HET DEPOT<br />

Arboretum De Dreijen<br />

96 VAN bIjzONDERE MENsEN, bOMEN<br />

EN PlANTEN<br />

De tentoonstelling over de arboreta van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

100 VAN ONDERwIjsTUIN TOT bOMENPARADIjs<br />

De geschiedenis van Arboretum De Dreijen<br />

104 ODE AAN DE sEIzOENEN<br />

Documentairemaker Stijn van der Loo<br />

110 NIEUw IN HET DEPOT: REsTAURANT lINNAEUs<br />

In gesprek met Henk en Andette Hilvering<br />

116 ITAlIAANs GENIETEN<br />

De zachte kussens der gewoonte<br />

118 HET bEsTAANsREcHT VAN DE bEElDEN<br />

VAN jAN PATER<br />

Over beeldhouwwerken en hun zeggingskracht<br />

128 ONDERsTEbOMEN<br />

Tentoonstelling van Luut de Gelder<br />

130 DE cOllEcTIE EjA sIEPMAN VAN DEN bERG<br />

Locatie Villa Hinkeloord<br />

132 sPROOkjEsbOEk<br />

De Vleermuis en de Banaan<br />

lezersservice<br />

Informatie voor bezoekers<br />

134 HET DEPOT<br />

Doelstelling en werkwijze<br />

Contact- en adresgegevens<br />

136 cOlOFON<br />

Auteurs, fotografen en copyright<br />

Fragment<br />

7


Fragment<br />

8<br />

AGENDA<br />

HET DEPOT: TENTOONSTELLINGEN,<br />

EVENEMENTEN EN ANDERE ACTIVITEITEN<br />

44 28 12 94<br />

LUUT DE GELDER<br />

5 februari 2012 – 3 juni 2012<br />

Solotentoonstelling<br />

Villa Hinkeloord / Benedenzaal<br />

Naast de permanente tentoonstelling van<br />

werk van Eja Siepman van den Berg in Villa<br />

Hinkeloord biedt de villa in de benedenzaal<br />

ook ruimte voor solotentoonstellingen.<br />

Op 5 februari opende <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> er een<br />

tentoonstelling van werk van Luut de Gelder.<br />

In haar werk reduceert ze het menselijk<br />

lichaam tot torso’s en fragmenten.<br />

In de winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn allerlei<br />

door <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> uitgegeven publicaties<br />

verkrijgbaar, onder meer over het werk<br />

van Luut de Gelder. Ook is in de winkel<br />

het beeld Onderstebomen te koop. Zie<br />

bladzijde 128.<br />

TOSCANA EN VENETO IN<br />

HET DEPOT<br />

FINOTTI, ROCCHI EN TRAMONTIN<br />

25 maart 2012 – 16 september 2012<br />

Drie Solotentoonstellingen<br />

Opening 25 maart, 14.45 uur<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Op 25 maart worden de nieuwe gebouwen<br />

van­<strong>Het</strong>­<strong>Depot</strong>­officieel­in­gebruik­genomen­<br />

met enkele bijzondere tentoonstellingen.<br />

De grootste is de tentoonstelling Toscana<br />

en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, bestaande uit solo -<br />

tentoonstellingen van drie internationaal<br />

vermaarde beeldhouwers: Novello Finotti,<br />

Giancarlo Franco Tramontin en Roberto<br />

Rocchi.­Van­geen­van­drieën­was­eerdereen<br />

solotentoonstelling in Nederland te<br />

zien. De drie beeldhouwers hebben elk een<br />

geheel eigen inslag. De beelden van Novello<br />

Finotti kunnen fragmentarisch zijn, maar<br />

zijn altijd menselijk, zo<strong>als</strong> benen, armen of<br />

vingers. Ze hebben een zoete intimiteit –<br />

zoete verwondering is het hart van Novello<br />

Finotti’s creativiteit. Giancarlo Franco<br />

Tramontin is zich bewust van de beperking<br />

van rationele kennis en in zijn werk komt<br />

het concept van een nieuw en noodzakelijk<br />

schoonheidsideaal tot uiting. Roberto<br />

Rocchi’s werk laat een ontwikkeling zien<br />

van het hele lichaam naar torso’s, bustes,<br />

buiken en borsten, om uit te monden in de<br />

gedetailleerde weergave van onderdelen van<br />

het lichaam die pure gevoelens tot uitdrukking<br />

brengen. Helemaal niet gericht op de<br />

geest, in zeldzame gevallen op het gezicht,<br />

maar altijd bijzonder liefdevol.<br />

De opening van Toscana en Veneto in<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> vindt plaats op 25 maart,<br />

om 14.45 uur. Zie ook de artikelen op<br />

bladzijde 10.<br />

STUDIO SEM<br />

25 maart 2012 – 16 september 2012<br />

Tentoonstelling<br />

Opening 25 maart, 14.45 uur<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

In 1957 begon Sem Ghelardini (1927-1997)<br />

een studio waar moderne beeldhouwers<br />

de mogelijkheid kregen om, samen met<br />

Ghelardini’s ‘artigiani’ en met gebruik van<br />

de technische hulpmiddelen en apparatuur,<br />

zelf te komen beeldhouwen: Studio Sem.<br />

De studio is gevestigd in Pietrasanta, nabij<br />

de Italiaanse kust tussen Genova en Livorno.<br />

Grote namen uit inmiddels drie generaties<br />

zijn aan Studio Sem verbonden, zo<strong>als</strong> Henry<br />

Moore, Helaine Blumenfeld en velen<br />

bekenden van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

De opening van de aan Studio Sem gewijde<br />

tentoonstelling vindt plaats op 25 maart,<br />

om 14.45 uur. Zie bladzijde 64 voor een<br />

uitvoerig artikel over de studio en de<br />

ten toonstelling, waarin werk van acht<br />

in Studio Sem werkende kunstenaars<br />

te zien is.<br />

!<br />

Op zondag 25 maart opent Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

haar nieuwe gebouwen aan de Arboretumlaan 4.<br />

Om 14.30 uur gaan de deuren open, om 14.45 uur<br />

vindt­de­officiële­opening­plaats.<br />

130 128 104 118<br />

JAN PATER<br />

10 juni 2012 – 27 januari 2013<br />

Solotentoonstelling<br />

Opening 10 juni, 14.30 uur<br />

Villa Hinkeloord / Benedenzaal<br />

Jan Pater is één van die kunstenaars die<br />

zich tijdens het scheppingsproces bescheiden<br />

opstellen - eerder benieuwd naar wat<br />

er ontstaat, dan dat ze vanaf het begin het<br />

eindresultaat precies voor ogen hebben.<br />

<strong>Het</strong> enige wat voor Jan Pater vaststaat, is<br />

dat wat hij maakt te maken moet hebben<br />

met zijn grote inspiratiebron: de vrouwelijke<br />

tors. <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opent op 10 juni om<br />

14.30 uur in Villa Hinkeloord een solotentoonstelling<br />

die geheel gewijd is aan<br />

het werk van Jan Pater.<br />

Zie ook het essay van Frederik Barends<br />

over Jan Pater en zijn werk op bladzijde 118.<br />

EJA SIEPMAN<br />

VAN DEN BERG<br />

Geopend op 25 september 2011<br />

Permanente tentoonstelling<br />

Villa Hinkeloord<br />

Acht jaar lang was Villa Hinkeloord het<br />

hoofddomein van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. In 2004 opende<br />

de beeldengalerij er haar deuren met een<br />

tentoonstelling van werk van Eja Siepman<br />

van den Berg. Nu <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is uitgebreid<br />

met andere gebouwen, is Villa Hinkeloord<br />

één van de bijzondere locaties van <strong>Het</strong><br />

<strong>Depot</strong>. Daarmee is de functie van de 19de<br />

eeuwse gebouw veranderd: voortaan is Villa<br />

Hinkeloord het onderkomen van een<br />

permanente tentoonstelling, geheel gewijd<br />

aan het werk van Eja Siepman van den Berg.<br />

In de winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn diverse<br />

door <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> uitgegeven publicaties over<br />

het werk van Eja Siepman van den Berg<br />

verkrijgbaar. Zie bladzijde 130.<br />

TENTOONSTELLING<br />

ARBORETA DE DREIJEN<br />

& HINKELOORD<br />

vanaf 25 maart 2012<br />

Tentoonstelling<br />

Opening 25 maart, 14.45 uur<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Vanaf 25 maart presenteert <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in de<br />

nieuwe gebouwen een vaste tentoonstelling<br />

over de arboreta De Dreijen en Hinkeloord.<br />

De natuur in de arboreta wisselt uiteraard<br />

per seizoen en we zullen dus regelmatig<br />

een ander aspect van wat er te genieten<br />

valt belichten. Vanzelfsprekend is er ook<br />

aandacht voor de geschiedenis van de<br />

arboreta.<br />

Stichting Utopa, die al deze activiteiten<br />

mo­ge­lijk­maakt,­heeft­een­grote­affiniteitmet<br />

mensen. <strong>Het</strong> leidende thema van de<br />

tentoonstelling over de arboreta is dan ook<br />

de relatie tussen bomen, planten en<br />

mensen. Een bijzonder aspect van de<br />

tentoonstelling is een speciaal gemaakte<br />

docu mentaire over de arboreta. We ver<br />

raden hier slechts dat deze continu op een<br />

spraakmakende manier zal worden vertoond.<br />

De opening van de aan de arboreta gewijde<br />

tentoonstelling vindt plaats op 25 maart,<br />

om 14.45 uur. Op bladzijde 94 begint een<br />

reeks bijdragen over onder meer de<br />

geschiedenis van Arboretum De Dreijen en<br />

documentairemaker Stijn van der Loo.<br />

Fragment<br />

9


Fragment<br />

10<br />

TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />

Openingstentoonstelling<br />

TOSCANA EN VENETO<br />

IN HET DEPOT – FINOTTI,<br />

ROCCHI & TRAMONTIN<br />

VERONA, CARRARA, VENEZIA EN PIETRASANTA<br />

De tentoonstelling Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ter gelegenheid van de<br />

opening van de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is een welbewuste keuze.<br />

<strong>Het</strong> is niet alleen een hommage aan drie belangrijke beeldhouwers uit Italië van wie<br />

onze stichting al jaren geleden de eerste werken heeft aangekocht. <strong>Het</strong> is ook<br />

een bevestiging dat Italië een belangrijk gebied is voor de collectie en activiteiten<br />

van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

In de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> aan de Arboretumlaan zullen<br />

meer thema-gerichte tentoonstellingen worden gepresenteerd.<br />

De solotentoonstellingen voor beeldhouwers, die wij nu al meer<br />

dan zeven jaar in Villa Hinkeloord organiseren (de ‘oude’ locatie<br />

aan de Generaal Foulkesweg), blijven we daar maken.<br />

De tentoonstelling Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is een samenvoeging<br />

van beide elementen: er is aandacht voor drie Italiaanse<br />

beeldhouwers en voor Italië, waarbij de steden waar deze beeldhouwers<br />

wonen en werken, Verona, Carrara en Venezia, natuurlijk<br />

een rol spelen.<br />

Belangrijk in Noord-Italië is ook Pietrasanta. De in dit prachtige<br />

stadje gevestigde Studio Sem, de studio die een speciale plaats<br />

heeft in het leven en werk van talloze moderne beeldhouwers,<br />

krijgt in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> een eigen tentoonstelling.<br />

Voor zowel Finotti, Rocchi <strong>als</strong> Tramontin zijn dit hun eerste<br />

solo-tentoonstellingen in Nederland.<br />

De catalogi van de tentoonstellingen van Novello Finotti, Roberto<br />

Rocchi, Giancarlo Franco Tramontin en Studio Sem zijn in de<br />

winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgbaar. Ook kunt u de catalogi bestellen<br />

via onze website www.hetdepot.nl<br />

PAllA SCulTORE<br />

Toscana en Veneto in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Zondag 25 maart 2012 tot en<br />

met zondag 16 september 2012<br />

Fragment<br />

11


TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />

Fragment<br />

12<br />

NOVELLO<br />

FINOTTI<br />

EN VERONA<br />

De stad Verona past <strong>als</strong> een handschoen bij Novello Finotti. Niet alleen vanwege<br />

de geschiedenis van de stad, die ouder is dan de Romeinen, of de rivier<br />

de Adige die dromerig door de stad vloeit, of de opera’s die onlosmakelijk<br />

met Verona zijn verbonden. Nee, het is de rol van de liefde die Verona maakt<br />

tot dat wat de stad is. Hier komen elk jaar duizenden naar het balkon van de<br />

villa waar, volgens de overlevering, Romeo zijn liefde aan Julia verklaarde.<br />

Hier staan duizenden liefdesbetuigingen op de muren geschreven en elke<br />

dag komen er nog nieuwe bij. <strong>Het</strong> is de stad waar verliefden hun eeuwige<br />

trouw <strong>als</strong> sloten aan de lantaarnpalen vastklinken. Een verbintenis voor de<br />

duur van het leven. In Verona voel je de liefde op elke plek in elke straat.<br />

Emotie, één en al emotie. Daar ligt de bakermat van Novello Finotti. Daar<br />

ligt zijn inspiratie en daar liggen ook de overeenkomsten met zijn werk.<br />

VERONA, bAlkON ROmEO EN JulIA EEuWIgE TROuW VAN VERlIEFDEN<br />

Novello Finotti<br />

Annuncio picollo marmo bianco<br />

2010, marmer, 40 x 50 cm<br />

Fragment<br />

13


Fragment<br />

14<br />

Novello Finotti<br />

Anatomico Che Cammina | 1968/69, brons, 148 x 1200 x 60 cm<br />

Fragment<br />

15


Fragment<br />

16<br />

Novello Finotti<br />

Mutationi di Anatomia | 1979<br />

lasa marmer, 41 x 27 x 20 cm<br />

Fragment<br />

17


Fragment<br />

18<br />

Novello Finotti<br />

Dondolo II | 2008, Belgisch marmer, 135 x 196 x 35 cm<br />

Wat mij in de beelden van Finotti zo bijzonder aanspreekt, is dat<br />

die emotie zo voelbaar is. Je zou kunnen zeggen dat zijn werk<br />

gestolde emotie is, gestold in marmer, graniet of brons. Maar de<br />

uitstraling, de boodschap van zijn werk is zo sterk dat die emotie,<br />

gewild of ongewild, voelbaar wordt. In zijn beelden versmelten<br />

droom en werkelijkheid. Dikwijls zijn de beelden van Novello<br />

Finotti de filosofische boodschappers van de achterliggende<br />

werkelijkheid die zij presenteren. Door meerdere kunstkenners<br />

en experts zijn al veel woorden aan het papier toevertrouwd over<br />

de waarden en betekenissen van Finotti’s werk. Ter gelegenheid<br />

van de tentoonstelling verschijnt een uitgebreide catalogus in de<br />

Nederlandse, Engelse en Italiaanse taal, waarin een wetenschappelijke<br />

beschouwing is opgenomen van Prof. Giorgio Di Genova.<br />

‘ANATOmICO CHE CAmmINA’<br />

Eén beeld wil ik in het bijzonder noemen: Anatomico che cammina<br />

(1968/1969, brons 1200 x 60 x 148 cm). Dit beeld, met een lengte<br />

van 12 meter, is de eerste keer in de open lucht tentoongesteld in<br />

2008, op de tentoonstelling van Finotti in Sommacompagna. De<br />

Anatomico che cammina bestaat uit twee delen die één geheel vormen.<br />

Eén deel bevindt zich in de collectie van het Museo Bargellini<br />

di Pieve di Cento (Modena). De sculptuur heeft hetzelfde thema <strong>als</strong><br />

Rodin’s L’Homme qui marche, maar heeft een tweede contrasterende<br />

betekenis: de neergang en de opgang van de mens op zijn tocht<br />

door het bestaan. <strong>Het</strong> beeld staat voor een wedergeboorte en de<br />

mogelijkheden voor een toekomst. Hier is niet alleen sprake van<br />

surrealisme maar ook van een reële boodschap voor ons allemaal:<br />

Fragment<br />

19


Fragment<br />

20<br />

de tocht van ons allen op deze planeet hoeft niet persé desastreus<br />

te zijn. We kunnen er zelf wat aan doen. Overpeinzingen bij de<br />

details van dit beeld komen <strong>als</strong> vanzelf. Zijn de voeten en de benen<br />

echt of zijn het de anatomische overblijfsels van onze voorgangers?<br />

Maar dan weer die voetafdrukken, <strong>als</strong>of ze zojuist ontstaan<br />

zijn. En verderop de opgang vanuit het niets naar een opening,<br />

naar een toekomst. Dit is een beeld met een boodschap waarin<br />

je jezelf kunt verliezen. Een symboliek meanderend tussen<br />

me lancholie, berusting en hoop.<br />

<strong>Het</strong> was niet alleen het feit dat het werk uit een groot aantal fragmenten<br />

is opgebouwd dat ons deed besluiten het in onze collectie<br />

op te nemen. <strong>Het</strong> staat ook symbool voor het doel van de moederstichting<br />

van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, de stichting Utopa: het zich sterk maken<br />

voor de ontwikkelingskansen van mensen. Dat is dan ook de<br />

reden dat dit beeld een prominente en permanente plaats heeft<br />

gekregen bij het entree van de Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. We geven<br />

Anatomico che cammina graag de ruimte die het verdient.<br />

Ik feliciteer Novello Finotti met zijn eerste tentoonstelling in<br />

Nederland, een retrospectief van zijn werk van de zestiger jaren<br />

van de vorige eeuw tot nu.<br />

Ik ben blij dat juist zijn werk aanwezig is bij de opening van onze<br />

nieuwe gebouwen. Ik ben er van overtuigd dat zijn oeuvre ons<br />

blijvend zal inspireren en dat velen zullen genieten van zijn werk<br />

op deze bijzondere tentoonstelling.<br />

Loek Dijkman<br />

VERONA<br />

NOVEllO FINOTTI<br />

Fragment<br />

21


Fragment<br />

22<br />

Novello Finotti<br />

Non Ci Indurre | 2002, brons (vossenbont), 85 x 107 x 35 cm<br />

Fragment<br />

23


Fragment<br />

24<br />

Novello Finotti<br />

Dopo il Silenzio | 1972, brons, 97 x 257 x 99 cm<br />

Novello Finotti<br />

Il Grande Cobra | 1999<br />

brons, 195 x 170 x 165 cm<br />

Fragment<br />

25


Fragment<br />

26<br />

Novello Finotti<br />

Novello Finotti werd in 1939 in Verona<br />

geboren. Hij woont en werkt in Sommacampagna<br />

bij Verona en in Pietrasanta<br />

(dicht bij Pisa).<br />

In 1959 werd werk van hem tentoongesteld<br />

Cultura all’estero e mostre delle Regioni). Sito web: www.giorgiodigenova.it<br />

tijdens het derde Internationale Concours<br />

van Bronzetto in Padua. In 1966 werd een<br />

deel van zijn werken getoond tijdens de<br />

Internationale Biënnale van Venetië en<br />

in 1984 kreeg hij hier een aparte ruimte<br />

toegewezen. Tot zijn belangrijkste eigen<br />

tentoonstellingen behoren die in de<br />

Jackson Iolas Gallery in New York (1977),<br />

de tentoonstelling tijdens het festival<br />

Dei Due Mondi of Spoleto in Charleston<br />

in de VS (1978), en die in het Palazzo Te<br />

in Mantua (1986). In 1988 werd hij uitgenodigd<br />

deel te nemen aan een reizende<br />

Giorgio Di Genova è nato il 23.10.1933 a Roma, dove risiede. Laureatosi in Lettere<br />

(corso Storia dell’arte) all’Università la Sapienza di Roma, ha frequentato la Scuola di<br />

perfezionamento in Storia dell’arte con Lionello Venturi, Cesare Brandi e Giulio Carlo<br />

Argan. Dal 1961 svolge un’intensa attività di critico,saggista e conferenziere in Italia e<br />

all’estero. Ha insegnato fino al 1999 storia dell’arte contemporanea (Accademie di Belle Arti<br />

di Catania, Napoli, Roma). Dal 1965 al 1968 è stato il critico del Collettivo del Girasole di<br />

Roma.Nel 1975 ha fondato a Bologna, per la Edizioni Bora, la rivista “Terzo Occhio”, di<br />

cui è stato il coordinatore fino al 2006. Dal 1981 è membro dell’AICA. Nel 1984 è stato<br />

commissario per il Padiglione italiano alla XLI Biennale di Venezia. Ha curato numerose<br />

personali, antologiche in diverse città italiane ed estere, nonché rassegne di pittura e scultura,<br />

mostre a tema (di arte fantastica, arte erotica, arte sacra, arte femminile, arte e fumetto, pittura monocroma, arte e<br />

scienza, iconografia del “duce”). Ha curato simposi di scultura, le Biennali di grafica di Maddaloni e le Biennali<br />

Nazionali d’Arte Contemporanea di Rieti, da lui ideate, ed inoltre tutte le mostre del Gruppo Narciso arte (1981-<br />

85) e del Gruppo Aniconismo Dialettico (GAD) (1997-2002), da lui fondati. Dal 1997 al 1999 stato Direttore<br />

Artistico del Palazzo Mediceo di Seravezza (LU) e dal 1999 al 2006 del Museo d’arte delle Generazioni italiane del<br />

‘900 di Pieve di Cento (BO). Ha firmato numerose monografie, tra cui Cagli, Moreni, Vacchi, A. Bueno, Finotti,<br />

Guasti, Ugolino da Belluno ed Augusto Garau. È l’autore della Storia dell’arte italiana del ‘900 per generazioni (10<br />

tomi). Dal 2009 è Direttore artistico del Premio Internazionale Limen Arte, promosso dalla Camera di Commercio<br />

di Vibo Valentia. Nel 2011 ha fatto parte della commissioni per la 54^ Biennale di Venezia (sezioni Istituti Italiani di<br />

Novello Finotti<br />

Eva ed Adamo | 1968/69, aluminium en brons, 280 x 34 x 30 cm<br />

tentoonstelling in Japan onder de titel<br />

Scultura Italiana del XX secolo (Italiaanse<br />

beeldhouwkunst van de 20ste eeuw). In<br />

1989 werd zijn werk getoond in het Centro<br />

de Arte Euroamericano in Carácas, in 1992<br />

in de Kerk van San Agostino in Pietrasanta<br />

en in 1995 in de Galleria Credito Valtellinese<br />

in het Palazzo delle Stelline in Milaan.<br />

In 1997 werd hij onderscheiden met de<br />

vijfde Internationale Prijs van Pietrasanta<br />

en Versilia. In 1998 stelde hij een deel van<br />

zijn werken tentoon in de Nardin Gallery<br />

in New York. Hij heeft in opdracht drie<br />

portalen vervaardigd voor de San Giustina<br />

basiliek in Padua en een altaarstuk in de<br />

Sint Pieter in Rome. In 2007 was er een<br />

grote tentoonstelling in Stazema (Lucca).<br />

FINOTTI<br />

HET DEPOT - BEELDENGLERIJ<br />

CATAlOguS<br />

NOVEllO FINOTTI<br />

PRIJS € 30,- (SOFTCOVER)<br />

FINOTTI<br />

Fragment<br />

27


TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />

Fragment<br />

28<br />

Roberto Rocchi<br />

EN CARRARA<br />

Fragment<br />

29


Fragment<br />

30<br />

Roberto Rocchi<br />

EN CARRARA<br />

<strong>Het</strong> was in de herfst van 2006 dat ik Roberto Rocchi in de druilende<br />

regen in Carrara ontmoette. Zijn werkplaats ligt tussen de rivier de<br />

Carrione en een uitloper van de Apennijnen geklemd aan de rand van<br />

de oude binnenstad. Carrara, de stad met de grootste en oudste<br />

marmergroeven van Italië, ademt de sfeer van de zware arbeid van<br />

steenhouwers. Ook al is vandaag de dag die arbeid meer gemechaniseerd<br />

dan vroeger en zijn de ossenwagens en sleden vervangen door<br />

reusachtige twintigtonners op grote wielen. De terreinen zijn bedolven<br />

onder een wit-grijze poederlaag van het witte ordinario-marmer.<br />

Wanneer het regent lijkt het <strong>als</strong>of de beken en de rivieren die vanuit de<br />

steengroeven naar beneden stromen gevuld zijn met melk. De wegen<br />

zigzaggen naar boven de bergen in en tekenen het landschap op een<br />

wijze <strong>als</strong>of Escher er de hand in heeft gehad. <strong>Het</strong> was en is het land<br />

van gevaarlijke en zware arbeid.<br />

<strong>Het</strong> werk was zo zwaar dat de mannen puur vet spek <strong>als</strong> voedsel<br />

meenamen wanneer ze voor een paar dagen de bergen ingingen.<br />

Tegenwoordig is dat spek, lardo di Colonnata, een lekkernij voor de<br />

toeristen. Voor de bereiding ligt het een hele winter lang opgeslagen<br />

in grote bakken in een mengsel van pekel en kruiden. <strong>Het</strong> bergdorpje<br />

Colonnata is er bekend door geworden. bij de kerk van hetzelfde<br />

dorpje staat een standbeeld ter herinnering aan de talloze arbeiders<br />

die bij het gevaarlijke werk in de bergen de dood vonden.<br />

Roberto Rocchi<br />

Maat | 2009, marmer/staal, 50 x 25 x 15 cm<br />

Roberto Rocchi<br />

Vuoto di chiodi | 2010, klinknagels/staal, 120 cm<br />

Fragment<br />

31


Fragment<br />

32<br />

Roberto Rocchi<br />

Vuoto di chiodi | 2010, klinknagels/staal, 120 cm<br />

Roberto Rocchi<br />

Ab Ovo | 2004, marmer/staal, 200 cm/80 cm<br />

Fragment<br />

33


Fragment<br />

34<br />

Ook in de stad Carrara zelf is goed te zien<br />

dat de arbeidersklasse jarenlang zijn<br />

stempel op de stad heeft gedrukt. <strong>Het</strong> is<br />

niet voor niets dat in Carrara nog steeds<br />

een grote bloeiende communistische partij<br />

bestaat. En ook de Circolo Culturale Anarchico<br />

heeft er ook nu nog een belangrijk<br />

ontmoetings- en documentatiecentrum.<br />

De architectuur van de stad is een mengeling<br />

van vele stijlen: de fascistische<br />

gebouwen van de dertiger jaren en de fantasieloze<br />

en verkommerde gebouwen uit<br />

de periode van na de Tweede Wereldoorlog.<br />

Er is ook veel moois te zien in Carrara.<br />

De Piazza Alberica met het standbeeld<br />

van de geliefde koningin Maria Beatrice<br />

D’Este. <strong>Het</strong> beeld werd in 1826 gemaakt<br />

door Pietro Fontana. En niet te vergeten de<br />

prachtige kathedraal met haar beroemde<br />

roosvenster.<br />

Door de eeuwen heen is Carrara verbonden<br />

met marmer en met beeldhouwers. Daar<br />

zijn ook de inwoners van Carrara nauw<br />

bij betrokken. <strong>Het</strong> verhaal gaat dat toen<br />

Michelangelo Carrara verliet om in een<br />

nieuwe cave te gaan werken in het nabijgelegen<br />

Massa, de arbeiders uit woede de<br />

ruiten van zijn woning met marmeren<br />

keien ingooiden. De verbondenheid van<br />

Carrara met de beeldhouwkunst is vandaag<br />

de dag nog zo. Zo vind je terracotta<br />

reliëfs van Thorvaldsen in een van de<br />

straten. Canova, Cesar en vele anderen<br />

lieten er hun beelden hakken in studio<br />

Nicoli, een van de oudste en bekendste<br />

studio’s in Carrara. Carrara is een centrum<br />

waar beeldhouwers elkaar ontmoeten.<br />

Zowel voor Finotti, Tramontin en Rocchi<br />

is deze stad een kruispunt van stijlen,<br />

invloeden en inspiratie.<br />

Roberto Rocchi werkt en woont in Carrara<br />

en is <strong>als</strong> hoogleraar verbonden aan de<br />

beroemde Accademia di Belle Arti di Brera<br />

in Milaan. Frappant is dat Prof. Giancarlo<br />

Franco Tramontin uit Venetië destijds één<br />

van de leden van de benoemingscommissie<br />

was.<br />

Niemand had kunnen verwachten dat zij<br />

beiden tegelijkertijd een solo-tentoonstelling<br />

in de nieuwe Beeldengalerij <strong>Het</strong><br />

<strong>Depot</strong> zouden hebben. <strong>Het</strong> bijzondere van<br />

het werk van Roberto Rocchi is dat hij de<br />

laatste jaren aan zijn sculpturen extra<br />

dimensies toevoegt van beeld en geluid.<br />

Je zou kunnen zeggen dat hij nieuwe<br />

media aan de klassieke beeldhouwkunst<br />

toevoegt. Zijn nieuwste beeldhouwwerken<br />

zijn visuele machines.<br />

<strong>Het</strong> is voor Roberto Rocchi de eerste solotentoonstelling<br />

in Nederland. Bij deze<br />

tentoonstelling is een catalogus verkrijgbaar<br />

van 72 pagina’s met Nederlandse en<br />

Italiaanse tekst.<br />

Loek Dijkman<br />

Roberto Rocchi<br />

Roberto Rocchi<br />

CATAlOguS<br />

RObERTO ROCCHI<br />

PRIJS € 30,- (HARDCOVER)<br />

Fragment<br />

35


Fragment<br />

36<br />

Roberto Rocchi<br />

Membrana | 2011, beton en staal<br />

Roberto Rocchi<br />

Endogeno | 2011, staal<br />

Fragment<br />

37


Fragment<br />

38<br />

Roberto Rocchi<br />

Roberto Rocchi werd in 1962 in het Italiaanse<br />

Carrara geboren, waar hij na zijn<br />

opleiding aan het kunstlyceum beeldhouwkunst<br />

studeerde aan de kunstacademie<br />

bij de beroemde meester Floriano Bodini.<br />

Hij richtte in Carrara een atelier op en<br />

specialiseerde zich in marmeren, bronzen<br />

en ijzeren beeldhouwwerken. Vanaf 1982<br />

nam Rocchi deel aan vele tentoonstellingen<br />

in Italië en daarbuiten en werd<br />

zijn werk opgenomen in particuliere<br />

en openbare collecties in verschillende<br />

landen waaronder Italië, Frankrijk, Duitsland,<br />

Zwitserland en de Verenigde Staten.<br />

Tussen 1990 en 1995 concentreert Rocchi’s<br />

werk zich sterk en lucide op een specifieke<br />

probleemstelling, namelijk de complexe<br />

verhoudingen die ontstaan tussen verschillende<br />

en aan elkaar tegengestelde<br />

fenomenen: plasticiteit en lichtheid,<br />

abstractie en concretisering, sterkte en<br />

breekbaarheid, stijfheid en souplesse,<br />

stilstand en beweging, herinnering en<br />

vluchtigheid. Voor Rocchi moet de centrale<br />

vraag voor de gehele moderne beeldhouwkunst,<br />

de relatie materie-vorm-ruimte-tijd,<br />

niet worden gezien in termen van antithese<br />

of synthese, maar <strong>als</strong> wisselwerking<br />

tussen het ene en het andere element.<br />

Fragment<br />

39


TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />

Fragment<br />

40<br />

PICTURES<br />

FROM ITALY<br />

uIT HET REISVERSlAg<br />

VAN CHARlES DICkENS<br />

Van de Romeinse steenhouwers, van michelangelo tot Henry<br />

moore, elke beeldhouwer kwam en komt in Carrara. Wie de witte<br />

wegen naar de groeven oprijdt, beseft wat de prijs voor schoonheid<br />

is: een ontzaglijk en gevaarlijk werk. Dat blijkt uit een brief<br />

van michelangelo vanuit Seravezza in augustus 1518: “Wat de<br />

marmerblokken betreft: ik heb de uitgehouwen kolom nu veilig<br />

in de sleuf op vijftig el van de straat. Om hem naar beneden te<br />

brengen was het veel moeilijker dan ik dacht. Daarbij raakten<br />

verschillende arbeiders gewond en één brak zich de h<strong>als</strong> en was<br />

op slag dood. Ik heb daarbij ook mijn leven op het spel gezet”.<br />

Charles Dickens kwam in 1844 onder de indruk van alles wat<br />

voorafging aan de mooie beelden die hij in de ateliers zag.<br />

NIkOlAI NIkOlAyEWITSJ<br />

mARmERTRANSPORT IN DE bERgEN VAN CARRARA | 1868<br />

OlIEVERF OP lINNEN<br />

Fragment<br />

41


Fragment<br />

42<br />

Met de veerboot kwamen we veilig over de Magra. De overtocht<br />

is alleszins geen pretje <strong>als</strong> de rivier gezwollen is en er een sterke<br />

stroming staat. Na een paar uur kwamen we in Carrara. De volgende<br />

morgen was het mooi weer, we namen een paar pony’s en<br />

vertrokken voor een bezoek aan de marmergroeven.<br />

Er zijn vier of vijf grote passen die tegen hoge bergen opklimmen<br />

tot zij niet verder kunnen en daar eindigen omdat ze plots door<br />

de natuur worden afgebroken. De groeven, of ‘holen’, zo<strong>als</strong> ze<br />

hier worden genoemd, bestaan uit tal van openingen, hoog in de<br />

bergen, aan weerskant van die passen. Daar brengt men springstof<br />

aan en graaft men marmer uit. Dat kan goed of slecht uitvallen: ze<br />

kunnen iemand snel een fortuin bezorgen of hem ruïneren door<br />

de grote onkosten door werk dat niets oplevert. Sommige van die<br />

holen werden door de Romeinen opengelegd en tot op de dag van<br />

vandaag liggen ze er zo<strong>als</strong> ze die hebben achtergelaten. In vele<br />

anderen wordt er op dit ogenblik gewerkt, in nog andere moet er<br />

morgen worden begonnen, volgende week, volgende maand. Andere<br />

holen zijn niet verkocht of in vergetelheid geraakt. En overal<br />

ligt er marmer verborgen, genoeg voor meer eeuwen dan er voorbij<br />

zijn gegaan sinds men zijn toevlucht zocht tot deze plek: geduldig<br />

wacht het zijn moment van ontdekking af.<br />

Als je zwoegend een van deze steile engten opklautert (je hebt dan<br />

een mijl of twee lager je pony achtergelaten terwijl zijn gordels<br />

baadden in het zweet), hoor je nu en dan <strong>als</strong> een echo tussen de<br />

bergen, in een lage toon en stiller dan de voorafgaande stilte, een<br />

droefgeestig hoornsignaal dat de mijnwerkers waarschuwt zich<br />

terug te trekken. Dan klinkt er gedonder en een echo van berg naar<br />

berg, en wellicht spatten grote brokken rots in de lucht uiteen.<br />

En je zwoegt verder tot er weer uit een andere richting een ander<br />

hoornsignaal weerklinkt. En je stopt terstond, uit vrees dat je binnen<br />

het bereik van de nieuwe explosie komt...<br />

Toen we opzij stonden om naar een van die karren te kijken die<br />

slechts door één koppel runderen werd getrokken (de wagen<br />

vervoerde alleen maar een klein blok marmer), riep ik tijdens de<br />

afdaling in mijn binnenste naar de man die boven op het zware juk<br />

zat om het op de nek van de arme dieren te houden. Hij keek naar<br />

achteren, niet voor zich, precies de duivel van de echte tirannie.<br />

In zijn hand had hij een grote stang met een ijzeren pin. En <strong>als</strong> de<br />

dieren zich niet langer uit volle macht een weg konden banen door<br />

de ruwe bedding van de bergrivier en bleven staan, dan stootte<br />

hij met de stang tegen hun lijven, sloeg er mee op hun kop en<br />

draaide haar rond in hun neusgaten. En razend van de vreselijke<br />

pijn kwamen ze nog een meter of twee vooruit. Als zij stopten, herhaalde<br />

hij al die aansporingen met nog meer inspanning en ijver.<br />

Hij kreeg hen weer vooruit en dwong hen met de prikkel naar een<br />

steiler punt van de afdaling. Ze zagen af en krompen ineen van de<br />

pijn en <strong>als</strong> het gewicht achter hen hen van de weg drong, doken ze<br />

in de afgrond naar beneden in een wolk van opspattend water. Hij<br />

zwaaide met de stang boven zijn hoofd, tierde en slaakte een grote<br />

kreet <strong>als</strong> had hij iets bereikt. <strong>Het</strong> kwam niet in hem op dat zij hem<br />

hadden kunnen afschudden. En op het hoogtepunt van zijn triomf<br />

concentreerde hij zich blindelings weer op de weg.<br />

Die namiddag stond ik in een van de vele ateliers van Carrara.<br />

De stad is één grote werkplaats vol mooi afgewerkte marmeren<br />

kopieën van zowat alle figuren, groepen en borstbeelden die we<br />

kennen. Toen leek het mij voor de eerste keer zo vreemd dat die<br />

fijne vormen vol gratie, geest en tere rust, moesten voortkomen uit<br />

al dat werk en dat zweet en die marteling! Maar al gauw vond ik<br />

daar een vergelijking en verklaring voor: elke prestatie ontspringt<br />

uit een bodem van ellende en al wat goed is vindt zijn oorsprong<br />

in verdriet en lijden. Intussen keek ik door het grote raam van<br />

de beeldhouwer naar de marmerbergen. Ze stonden helemaal<br />

roodgloeiend in de avondval, maar streng en plechtstatig tot op<br />

het laatste moment. En ik dacht: mijn God! Hoeveel steengroeven<br />

werden er in de harten en zielen van mensen, die tot veel meer<br />

schone resultaten in staat waren, niet afgesloten om te vervallen<br />

en in de steek te worden gelaten. En mensen, die voor het plezier<br />

door het leven gaan, wenden hun blikken af <strong>als</strong> ze voorbijkomen<br />

en huiveren bij de somberheid en ruwheid die hen omduistert.<br />

CHARLES DICKENS<br />

Pictures from Italy (1846)<br />

Met dank aan <strong>Het</strong> Spectrum<br />

Patrick Lateur, Toscane, een literaire ontdekkingsreis<br />

In 1903 schrijft Rainer maria Rilke een brief aan<br />

Auguste Rodin. Hij had Rodin een jaar tevoren voor<br />

het eerst bezocht. Rodin had hem aangeraden in<br />

Toscane en Rome de grote kunstwerken te bezoeken.<br />

Zijn monografie over Rodin verschijnt terwijl hij in<br />

Viareggio verblijft en in een brief aan ‘mon maître’<br />

stelt hij hem een exemplaar in het vooruitzicht. De<br />

29-jarige Rilke schrijft terwijl hij uitkijkt op Carrara’s<br />

marmerbergen achter Pietrasanta, die hem voortdurend<br />

doen denken aan de beeldhouwer in Parijs.<br />

Een brief van Rilke aan Rodin<br />

Viareggio, 27 maart 1903<br />

Meester,<br />

Zojuist hoorde ik dat mijn boekje kort geleden is verschenen: het spijt me<br />

onnoemlijk dat ik het u niet kan komen bezorgen. Ik heb al die tijd gewacht<br />

– maar tenslotte heeft mijn gezondheid, die erg slecht was, mij genoodzaakt­voor­een­eenzaam­verblijf­naar­Midden-Italië­te­vertrekken,­waar­ikreeds<br />

van een vorige gelegenheid de heilzame werking ken.<br />

Ik kijk uit op de zee die hier uitgestrekt, eenzaam en wild is, vanuit een<br />

klein, rustig dorp dat slaapt tussen twee pijnboomwouden. Voorbij de bossen<br />

aan de ene kant: Pisa, de bewonderenswaardige stad van Pisani en<br />

de Gozzoli, aan de andere kant Massa en Carrara en Pietrasanta, met zijn<br />

gebergten van marmer, die met de eeuwen lijken te rijpen tot ongekende<br />

meesterwerken van de toekomst. Hoe vaak denk ik niet aan u, Meester, in<br />

mijn eenzaamheid! Ik denk dat mijn vrouw u morgen (zaterdag) het boekje<br />

zal komen brengen; het is mij dierbaar, hoewel het misschien slechts een<br />

klein gedeelte bevat van wat ik zou willen zeggen en wat ik hoop eens een<br />

volgende keer te zeggen, en dan duidelijker en krachtiger...<br />

Ik verzoek u, Meester, dit boekje met mildheid en welwillendheid te aanvaarden;<br />

het zou mij verheugen wanneer ooit nog eens een goede vertaling<br />

in het Frans u dichter bij de inhoud zou kunnen brengen...<br />

Momenteel denk ik aan mijn werkzaamheden en ik dwing me er toe, zo<strong>als</strong><br />

u hebt aangeraden, me te concentreren, om zo te zeggen al mijn krachten<br />

aan te wenden tot datgene wat het belangrijkste verlangen in mijn leven is.<br />

Ik lees niet veel; ik bewonder de zee, de vlakte, de bergen en al de dieren<br />

en de gewone dingen die op mijn weg komen. Maar zo nu en dan neem ik de<br />

aantekeningen van mejuffrouw Judith Cladel ter hand om te luisteren naar<br />

uw stem, te zamen met die van de zee en de wind.<br />

Uw Rainer Maria Rilke<br />

Met dank aan <strong>Het</strong> Spectrum<br />

Patrick Lateur, Toscane, een literaire ontdekkingsreis<br />

Fragment<br />

43


TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT<br />

Fragment<br />

44<br />

Giancarlo<br />

Franco<br />

Tramontin<br />

en Venetië<br />

In het najaar van 2007 liep ik over het door water<br />

overstroomde San marcoplein in Venetië.<br />

In een hoek van de etalage van galleria Ravagnan<br />

ontdekte ik een beeld van giancarlo Franco<br />

Tramontin. Nieuwsgierig ging ik de galerie in<br />

en na wat overleg werd de kunstenaar<br />

gebeld.<br />

binnen een half uur schudde ik de<br />

hand van een allerbeminnelijkste<br />

en energieke beeldhouwer. <strong>Het</strong><br />

eerste contact bleek het begin<br />

van een relatie voor langer te zijn.<br />

Tramontin was hoogleraar aan<br />

de Academia en zijn atelier was<br />

naast de Academie.<br />

We pakten snel de ‘vaporetto’ en<br />

daar aangekomen stond ik plotseling<br />

in een ruimte, omgeven<br />

door talloze beelden van deze<br />

markante persoonlijkheid. <strong>Het</strong><br />

was bepaald geen museum. Aan verschillende<br />

sculpturen kon je afleiden dat Tramontin nog<br />

steeds energiek aan het werk was. beelden van<br />

marmer, brons en hout, maar ook een beeld in<br />

gips uit het jaar 1961 met de titel grande Nudo.<br />

kenmerkend voor de hartelijkheid van onze<br />

eerste ontmoeting was de direct gemaakte<br />

afspraak dat dit unieke beeld een plaats zou<br />

krijgen in de collectie van de beeldengalerij <strong>Het</strong><br />

<strong>Depot</strong>. <strong>Het</strong> beeld laat duidelijk invloeden zien van<br />

Arp en Viani. <strong>Het</strong> houten beeld<br />

Antropociottolo II uit 1986 is het<br />

originele model voor de bronzen<br />

versie die dat jaar op de biennale<br />

in Venetië werd gepresenteerd. De<br />

titel is gebaseerd op de woorden<br />

‘antropomorfo’ (op een mens<br />

gelijkend) en ‘ciottolo’ (kiezel of<br />

kiezelsteen). Tramontin vergelijkt<br />

mensen met kiezels die door<br />

het stromende water gevormd<br />

worden. Die metafoor moet iets<br />

te maken hebben met Carrara<br />

waar de stukken marmer die in<br />

de rivier terechtkomen door het<br />

stromende water steeds van vorm veranderen.<br />

Dat Tramontin nog met veel energie werkt bewijst<br />

het wit marmeren beeld Silhouette Seconda<br />

dat hij dit jaar schiep. De tentoonstelling in <strong>Het</strong><br />

<strong>Depot</strong> overbrugt een periode van meer dan vijftig<br />

jaar in het oeuvre van Tramontin.<br />

Giancarlo Franco Tramontin<br />

Scriba | 1994, brons unica, 100 cm<br />

Fragment<br />

45


Fragment<br />

46<br />

Giancarlo Franco Tramontin<br />

Grande Nudo | 1961, gips, 110 cm<br />

Fragment<br />

47


Fragment<br />

48<br />

De kunstenaar Giancarlo Franco Tramontin gebruikt geen<br />

hoogdravende woorden. Wat hij te zeggen heeft zegt hij met zijn<br />

beelden. <strong>Het</strong> liefst werkt hij met het witte statuario marmer uit<br />

Carrara. <strong>Het</strong> centrale thema voor Giancarlo Franco Tramontin is<br />

de vrouwelijke schoonheid. De schoonheid die hij met zijn beelden<br />

oproept is verfijnd en bovenal delicaat. Met raffinement weet hij<br />

met weinig lijnen een bijna ideale schoonheid weer te geven. Hij<br />

is daarbij een meester in het weglaten. Een ongekende intimiteit<br />

is het gevolg. Tegelijkertijd hebben zijn beelden qua vorm een<br />

abstracte suggestie en een figuratieve intimiteit. Hier slaat hij<br />

een brug tussen de vroege beeldhouwkunst van de Cycladen en<br />

de beeldhouwkunst van vandaag. Ter gelegenheid van de tentoonstelling<br />

van het werk van Tramontin is het boek L’idea della<br />

bellezza in de Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgbaar.<br />

Giancarlo Franco Tramontin<br />

Nereide | 1991, marmer, 90 cm<br />

Ik vind zijn beelden stuk voor stuk gedichten. Gedichten niet om<br />

naar te luisteren, maar om naar te kijken, bij weg te dromen. Zo<br />

heeft elk beeld haar eigen waarheid, ingevuld door de toeschouwer<br />

en beïnvloed door de omstandigheden waarin de kijker verkeert.<br />

Ook herken ik in zijn werk de weidsheid van het water rondom<br />

Venetië. Die ‘ruimte’ zit in zijn beelden opgeslagen. Zou het toeval<br />

zijn dat de lijnen van zijn beelden en tekeningen me doen denken<br />

aan de contouren van de Venetiaanse gondels?<br />

Loek Dijkman<br />

ZO TE ZIEN gEEN VERPAkkINgEN VAN DE TOPA-gROEP!<br />

Fragment<br />

49


Fragment<br />

50<br />

Giancarlo Franco Tramontin<br />

Risveglio | 2004, statuario, 72 cm<br />

Fragment<br />

51


Fragment<br />

52<br />

Giancarlo Franco Tramontin<br />

Dinamismo | 2007, hout, 100 cm<br />

Fragment<br />

53


Fragment<br />

54<br />

DE STuDIO VAN TRAmONTIN<br />

Giancarlo Franco Tramontin werd in<br />

1931 in Venetië geboren. Hij studeerde<br />

beeldhouwkunst aan de kunstacademie<br />

in die stad, waar hij eerst leerling en later<br />

assistent van Alberto Viani werd. Vervolgens<br />

doceerde hij zelf beeldhouwkunst<br />

aan deze kunstopleiding. In 1976 volgde<br />

hij Alberto Viani op <strong>als</strong> hoogleraar. Hij is<br />

ook coördinator van het Nieuwe Museum<br />

van de Kunstacademie in Venetië geweest.<br />

In 1956 kreeg hij van het ministerie van<br />

Onderwijs een beurs om in Griekenland<br />

te studeren. Sinds het begin van de jaren<br />

vijftig zijn vele tentoonstellingen aan hem<br />

gewijd en is hij veelvuldig uitgenodigd<br />

deel te nemen aan de belangrijkste nationale<br />

en internationale wedstrijden, waar<br />

hij met vele prijzen onderscheiden is.<br />

Tramontin is zich bewust van de beperking<br />

van rationele kennis en in zijn werk komt<br />

CATAlOguS<br />

l’IDEA DEllA bEllEZZA<br />

gIANCARlO FRANCO TRmONTIN<br />

PRIJS € 46,- (HARDCOVER)<br />

Giancarlo Franco Tramontin<br />

het concept van een nieuw en noodzakelijk<br />

schoonheidsideaal tot uiting. In zijn lange<br />

carrière hield Tramontin consequent vast<br />

aan deze ideeën, die zowel aangeleerd zijn<br />

<strong>als</strong> uit het dagelijks leven voortvloeien.<br />

Dit is in al zijn werken terug te vinden.<br />

De voorhoede van de beeldhouwkunst van<br />

de 20ste eeuw, met name de werken van<br />

Henri Matisse, Jean Arp, Henry Moore<br />

en ook Arturo Martini en Alberto Viani<br />

(beide laatstgenoemden zijn zijn directe<br />

voorgangers <strong>als</strong> docent beeldhouwkunst<br />

aan de Venetiaanse Kunstacademie)<br />

vertegenwoordigen het begin van zijn<br />

esthetische avontuur, altijd vergezeld van<br />

een theoretische controle door het huidige<br />

culturele debat nauwlettend te volgen.<br />

Theorie en praktijk zijn beide essentieel<br />

en zorgen ervoor dat Tramontin zich richt<br />

op het onderwerp van zijn onderzoek. Deze<br />

concentratie zorgt ervoor dat de vorm<br />

ervan zelf duidelijk tot uitdrukking komt,<br />

zonder enige pretenties. Hij gebruikt het<br />

fijne marmer van Carrara, hout of brons<br />

en laat alle lijnen deel uitmaken van de<br />

compositionele en ritmische structuur van<br />

het hele werk.<br />

Zijn werken zijn meerdere keren tentoongesteld<br />

op de Biennale in Venetië.<br />

In 2010 verscheen het standaardwerk<br />

Una Scuola di Scultura 1941-1998, Arturo<br />

Martini, Alberto Viani en Giancarlo<br />

Franco Tramontin. Deze drie beeldhouwers<br />

waren allen directeur van de Venetiaanse<br />

Kunstacademie.<br />

Fragment<br />

55


Fragment<br />

56<br />

Nederland,<br />

Italië<br />

en de<br />

beeldhouwkunst<br />

DE GEscHIEDENIs VAN EEN bIjzONDERE RElATIE<br />

ITAlIË IS VOOR HET DEPOT EEN bElANgRIJkE INSPIRATIEbRON; NIET VOOR<br />

NIETS OPENEN WE DE NIEuWE gEbOuWEN OP 25 mAART mET DE gROTE<br />

TENTOONSTEllINg TOSCANA EN VENETO IN HET DEPOT. HET IS NATuuRlIJk<br />

NIET VOOR HET EERST DAT ITAlIAANSE bEElDHOuWkuNST IN NEDERlAND<br />

EEN HOOFDROl SPEElT, mAAR HOE ONTWIkkElDE ZICH DIE RElATIE EIgENlIJk?<br />

kuNSTHISTORICuS lOuk TIlANuS ZOCHT HET VOOR FRAgmENT uIT.<br />

Tja, hoe zit dat nu eigenlijk: hoe waren die eerste contacten? De<br />

Romeinen waren nog voor onze jaartelling hier in de noordelijke<br />

streken geweest, onder aanvoering van Julius Caesar, dat heeft<br />

op artistiek gebied wel heel weinig sporen nagelaten. Voor de<br />

beeldhouwkunst ligt het begin van een aantoonbare relatie heel<br />

veel later, in de late Middeleeuwen.<br />

Rogier van der Weyden<br />

<strong>Het</strong> begint met schilderkunst. De minutieuze Vlaamse schilderkunst<br />

werd in Italië hooglijk gewaardeerd, gekocht en verzameld<br />

en nagevolgd; van de Siciliaanse schilder Antonello da Messina<br />

werd zelfs beweerd dat hij les had gehad van Jan van Eyck. De<br />

eerste kunstenaar van naam die wij kennen die naar Italië ging<br />

was Rogier van der Weyden. Hij maakte in het heilig jaar 1450 een<br />

bedevaart naar Rome. De reden was dus niet artistiek maar religieus<br />

en heeft geen sporen nagelaten in zijn werk. Maar er waren<br />

in de vijftiende eeuw al wel artistieke contacten tussen noord en<br />

zuid, vooral op schilderkunstig gebied: Italiaanse handelsagenten<br />

bestelden werk van Vlaamse kunstenaars; Van Eyck’s Arnolfiniportret<br />

en Van der Goes’ Portinari-altaar zijn er voorbeelden van.<br />

Toen Rogier in Italië kwam, was de Italiaanse beweging die wij<br />

nu met een Frans woord ‘Renaissance’ noemen in volle gang. Dat<br />

ging en gaat over de herleving van de cultuur en de kunst van de<br />

Oudheid, ook wel humanisme genoemd. Een humanist is iemand<br />

die de humaniora beoefent, de studie van klassieke teksten in het<br />

Latijn en in het Grieks. Kunstenaars gaan, gestimuleerd door humanisten,<br />

antieke kunst nabootsen - imitatio heet dat in de kunsttheorie.<br />

Sommigen proberen minstens zulke goede kunst te maken<br />

<strong>als</strong> die van de Oudheid - aemulatio werd dat genoemd, wedijver.<br />

Schilders hebben het daarin makkelijker dan beeldhouwers:<br />

er zijn alleen beschrijvingen van schilderkunst over, geen echt<br />

werk. Voor beeldhouwers is de situatie moeilijker: er is heel veel<br />

CONSTANTIN bRANCuSI, lE bAISER, DETAIl VAN EEN gRAFmONumENT<br />

OP CIméTIèRE Du mONTPARNASSE IN PARIJS.<br />

Fragment<br />

57


Fragment<br />

58<br />

HENDRICk gOlTZIuS, APOllO bElVEDERE, CA. 1492.<br />

gRAVuRE, 415 X 300 mm. RIJkSmuSEum AmSTERDAm,<br />

RIJkSPRENTENkAbINET.<br />

materiaal; het merendeel is weliswaar kapot maar dat kan worden<br />

aangevuld - door beeldhouwers. Hun eigen creaties kunnen direct<br />

vergeleken worden met die uit de bewonderde Oudheid en dat is<br />

geen gunstige startpositie.<br />

Door de uitvinding van de boekdrukkunst in het midden van de<br />

vijftiende eeuw konden ideeën van humanisten spoedig in heel beschaafd<br />

Europa bekendheid krijgen. Met de boekdrukkunst kwam<br />

de toepassing van de houtsnede en de gravure. Daarmee konden<br />

voorstellingen, geschilderd of gebeeldhouwd, gemakkelijk en goed<br />

gereproduceerd worden. Daarover straks meer; eerst de beelden<br />

zelf. Die beelden werden meegebracht door kunstenaars uit het<br />

noorden die naar Italië reisden om daar te tekenen, te schilderen<br />

en zo mogelijk te beeldhouwen. Beeldhouwers waren ver in de<br />

minderheid omdat hun métier een andere werkruimte vraagt, het<br />

materiaal waarmee gewerkt wordt lastig te vervoeren is, langere<br />

werktijd vraagt en niet voor de vrije mark gemaakt wordt, maar<br />

in opdracht. Rogier werd in zijn kunst niet geraakt door wat hij in<br />

Italië zag, maar dat veranderde snel met de komst van de schilders<br />

Gossaert, Van Scorel, Van Heemskerck en Goltzius.<br />

Gossaert, Van Scorel, Van Heemskerck en Goltzius<br />

Tot de vroegsten behoort Jan Gossaert (1472-1533), die in 1508 met<br />

Philips van Bourgondië naar Rome ging. Philips werd gezant bij<br />

paus Julius II. Gossaert had ruim de tijd om antieke beelden en<br />

ornamenten na te tekenen; die komen weer overvloedig terug in<br />

zijn schilderijen die hij, eenmaal thuisgekomen maakte.<br />

Hij schilderde de levens van Maria, Christus en de heiligen met<br />

grote precisie tegen een antiek, architecturaal decor met zuilen,<br />

bogen, pilasters en antieke sculptuur. Dat was modern, dat was<br />

nieuw. Jan van Scorel (1495-1562) maakte een pelgrimstocht<br />

naar Jeruzalem en was in Rome toen Adrianus IV tot paus werd<br />

verkozen; hij is de enige Nederlander die het tot die functie heeft<br />

gebracht. Van Scorel werd door de paus benoemd tot conservator<br />

van de pauselijke collectie in het Belvedere. Een prachtpositie: een<br />

nauwere omgang met antieke kunst lijkt niet mogelijk.<br />

Bij hem is te zien dat hij met eigen ogen de fresco’s van Michelangelo<br />

en Rafael bekeken heeft; die zelf weer antieke sculptuur <strong>als</strong><br />

uitgangspunt hadden genomen.<br />

Zijn leerling, Maerten van Heemskerck (1498-1574) verbleef vanaf<br />

1532 vijf jaar in Italië waar hij eindeloos veel heeft getekend en<br />

ook geschilderd. Toen hij weer thuis in Haarlem was, heeft hij veel<br />

tekeningen in prent laten brengen en kon op die voorraad de rest<br />

van zijn leven teren: inspiratie genoeg.<br />

Hendrick Goltzius (1558-1617), de grootste kunstenaar van de vier,<br />

was al een gevestigd kunstenaar toen hij in 1590 naar het zuiden<br />

reisde. Eindeloos tekende hij met een onwaarschijnlijke precisie<br />

de antieke beelden na. Die precisie kwam hem te pas toen hij eenmaal<br />

terug, in Haarlem, het geziene kon graveren en zo de wereld<br />

insturen.<br />

De hier gereproduceerde prent van de Apollo van Belvedere is daar<br />

een voorbeeld van. Dat beeld uit de pauselijke collecties behoort<br />

tot de klassieke canon: dat wil zeggen de groep van ongeveer honderd<br />

voorbeeldige beelden en beeldengroepen in Italië die iedere<br />

kunstenaar en kunstminnaar kende. Dat was de sculptuur waar<br />

altijd naar teruggekeerd werd, het voorbeeld, de maatstaf, alle<br />

eigentijdse kunstwerken werden er steevast mee vergeleken. Zij<br />

werden vanaf de vijftiende eeuw door alle schilderende, tekenende<br />

en beeldhouwende Italiëgangers nagetekend, nageboetseerd en<br />

nageschilderd. Deze Apollo van Goltzius behoort dan weer, met de<br />

Torso van Belvedere, tot de meest bewonderden en daarmee tot de<br />

meest gecopieerden.<br />

De zich klein voelende figuur linksonder is een zelfportret van de<br />

kunstenaar die met zijn tekenpen in de hand, in een atmosfeer van<br />

stille bewondering, het kunstwerk in zich opneemt. Hij heeft later<br />

zijn tekening bewerkt voor de gravure: de voorstelling moet hij<br />

spiegelbeeldig in het koper gesneden hebben om links en rechts<br />

van het beeld op dezelfde wijze op de afdruk te krijgen.<br />

<strong>Het</strong> waren natuurlijk niet alleen schilders die naar Italië gingen,<br />

afgezien van zonen van ambitieuze, humanistisch geïnteresseerde<br />

ouders en zoons van kooplieden - dat kon samenvallen, zo<strong>als</strong> in<br />

het geval van Pieter Corneliszoon Hooft - maar ook beeldhouwers.<br />

Tetrode, Van der Schardt en De Vries zijn de belangrijkste namen<br />

voor de zestiende eeuw, Quellinus voor de zeventiende eeuw. Dat<br />

de namen van die zestiende-eeuwers weinig bekend zijn, komt<br />

omdat hun artistieke carrière zich niet in Nederland, maar grotendeels<br />

in het buitenland afspeelde.<br />

WIllEm VAN TETRODE, lOPENDE<br />

kRIJgER, CA. 1570-75. bRONS,<br />

39,5 Cm HOOg. RIJkSmuSEum<br />

AmSTERDAm.<br />

Van Tetrode, Van der Schardt en De Vries<br />

De eerste is Willem van Tetrode (1525?-voor 1588?), geboren in<br />

Delft. Hij was tussen 1545 en 1549 werkzaam <strong>als</strong> assistent in het<br />

atelier van Benvenuto Cellini, waar hij de sokkel van Cellini’s<br />

Perseus hakte en meewerkte aan de restauratie van antieke sculptuur<br />

- een bekende bijverdienste van beeldhouwers. Hij heette daar<br />

‘Gugliemo Fiammingo scultore’; tussen Vlaanderen en de Noordelijke<br />

Nederlanden werd nog geen onderscheid gemaakt. Hij werkte<br />

aan de Neptunusfontein van Ammanati in Florence en keerde in<br />

1567 naar Nederland terug. In Delft kreeg hij de opdracht om voor<br />

de Oude Kerk een nieuw hoofdaltaar met beelden te ontwerpen, <strong>als</strong><br />

vervanging van het een jaar eerder tijdens de Beeldenstorm kapot<br />

geslagen werk. <strong>Het</strong> moet een groots werk geweest zijn, met de<br />

twaalf apostelen, de evangelisten en Christus in marmer en albast<br />

uitgevoerd. In 1573 was er een tweede Beeldenstorm, waar zijn belangrijkste<br />

werk aan ten prooi viel; Van Tetrode vertrok naar Keulen,<br />

op zoek naar meer zekerheid en erkenning. Hij heeft in zijn<br />

beelden een voorkeur voor beweeglijke, sterk gespierde figuren.<br />

Die gespierdheid lijkt voor moderne ogen vaak te veel, overdreven,<br />

maar in de humanistische kringen werd dit gewaardeerd <strong>als</strong> de<br />

deugd ‘fortitudo’. Dat is niet alleen lichamelijke kracht maar evenzeer<br />

een morele eigenschap, heldhaftigheid, onverschrokkenheid.<br />

Fragment<br />

59


Fragment<br />

60<br />

JOHAN gREgOR VAN DER SCHARDT, ZElFPORTRET,<br />

CA. 1573. TERRACOTTA mET POlyCHROmIE IN OlIEVERF,<br />

23 Cm HOOg. RIJkSmuSEum AmSTERDAm.<br />

De Hagenaar Adriaan de Vries – ook al geen bekende naam –<br />

(1556-1626) werd in Florence de opvolger van de hofbeeldhouwer<br />

Giambologna. Hij werkte aan het hof van keizer Rudolph II in<br />

Praag, voor de Deense koning, de graaf van Savoye en voor de<br />

Spaanse vorst. <strong>Het</strong> is een aantrekkelijke gedachte dat hij een deel<br />

van zijn vorming bij Van Tetrode gehad heeft. Zijn werk bestaat,<br />

zo<strong>als</strong> in die tijd zo gewaardeerd werd, uit bronzen, mythologische<br />

figuren. Die hebben een ongekende dynamiek over zich, hun huid<br />

vertoont een wonderlijke schittering; niet alleen lijkt het dat er onderhuids<br />

leven is, maar ook dat die huid zelf vibreert en daarmee<br />

het hele lichaam. De Vries signeerde zijn werk met ‘Adrianus Fries<br />

Hagiensis Batavvus Fecit’; hij vond het belangrijk zijn afkomst<br />

kenbaar te maken.<br />

De meest duistere van de drie is Jan Gregor van der Schardt (ca.<br />

1530-na 1581), geboren in Nijmegen. Ook hij zocht zijn heil buiten<br />

de grenzen: beeldhouwkunst, de kunst van de lange adem, kan<br />

niet gedijen in politiek onzekere tijden, en dat was de periode voor<br />

het uitbreken van de 80-jarige oorlog. Hij is in Rome geweest, was<br />

werkzaam in Bologna en later in Wenen, Neurenberg en Helsingör.<br />

ADRIAEN DE VRIES, TRITON, blAZEND OP EEN kINkHOORN,<br />

CA. 1615-17. bRONS, 157 Cm HOOg. RIJkSmuSEum AmSTERDAm.<br />

Er rest weinig van zijn oeuvre. Bewaard bleven enige kleine portretten<br />

en een klein aantal mythologische bronzen. Deze werden<br />

eerst aan Italiaanse kunstenaars toegeschreven maar relatief<br />

recent aan Van der Schardt.<br />

Van die portretten bezit het Rijksmuseum sinds kort een klein,<br />

schitterend zelfportret van de maestro. Een in gebakken klei,<br />

gepolychromeerd naturalistisch schouderstuk, naakt, nuda<br />

veritas: zó staat de mens voor zijn Schepper.<br />

Intussen komen Italiaanse motieven en ontleningen aan de<br />

klassieke oudheid in het Noorden meer en meer voor; te beginnen<br />

met ornamenten die van prenten gecopieerd zijn. In de Zuidelijke<br />

Nederlanden wordt vanaf 1609, het begin van het Twaalfjarig<br />

bestand, de rekatholisatie krachtig ter hand genomen. Daar was<br />

in 1566 de Beeldenstorm begonnen; nu worden de kale kerken<br />

weer gevuld met heiligenbeelden, gebrandschilderde ramen en<br />

altaarstukken.<br />

Hoewel zij nauwelijks in de meerderheid zijn, willen de protestanten<br />

in het Noorden dat niet; de kerken blijven kaal. Er zijn, voor<br />

de beeldhouwkunst, twee vormen van compensatie: het grote<br />

Fragment<br />

61


Fragment<br />

62<br />

grafmonument voor Willem van Oranje van de hand van Hendrik<br />

de Keyser, architect en stadsbeeldhouwer van Amsterdam; die zijn<br />

vorming in Nederland kreeg. Als tweede het Stadhuis van Jacob<br />

van Campen op de Dam in Amsterdam; Constantijn Huygens noemde<br />

het gebouw het ‘Achtste Wereldwonder’. Daar is de sculptuur<br />

van de uit Antwerpen afkomstige beeldhouwer Artus Quellinus<br />

en zijn medewerkers, onder wie Rombout Verhulst, overdadig<br />

aanwezig in de vorm van personificaties op frontons, wanden en<br />

pijlers. Die zijn alle uit Carrara-marmer gehakt, een steensoort<br />

waar de Vereenigde Oost-Indische Compagnie het monopolie op had.<br />

Amsterdam<br />

Amsterdam was de stapelplaats en vanaf dat moment wordt marmer<br />

ook op deurposten, schoorsteenmantels en vloeren toegepast,<br />

dat laatste liefst afgewisseld met zwart marmer. <strong>Het</strong> belang van<br />

Quellinus kan nauwelijks overschat worden: hij was het die de<br />

Italiaanse barok in het Noorden introduceerde. Vooral in de zeventiende<br />

eeuw worden er veel portretten gehakt en grafmonumenten<br />

in marmer opgericht maar dat aantal neemt in de achttiende eeuw<br />

af. De geestesgesteldheid van de Nederlanders was er niet meer<br />

naar om aan beeldhouwkunst werkelijk veel aandacht te besteden,<br />

en dan blijven opdrachten uit.<br />

Marmeren beelden zijn wel in kunstkabinetten te vinden geweest;<br />

ook hun aantal, zo blijkt uit recent onderzoek, was niet erg groot.<br />

Er waren wel opdrachten voor decoratief werk, tuinbeelden en<br />

-vazen en gipsen plafonddecoraties van allegorieën, vogels en<br />

planten in de grote huizen van de adel en de rijke bourgeoisie. Die<br />

decoraties werden niet door Nederlanders maar door thans veelal<br />

anonieme Italianen aangebracht die hun onwaarschijnlijke talent<br />

in het gipsgieten en afvormen hier in familieverband kwamen<br />

vertonen. Bronzen beelden kwamen weinig voor: de dynastieke<br />

aspiraties van de Oranjes die hun uiterlijke vorm in monumenten<br />

zouden kunnen vinden worden door Staatsgezinden gefrustreerd;<br />

ook worden er uitzonderlijk weinig opdrachten gegeven om grote<br />

mannen te eren.<br />

Dat verandert in de negentiende eeuw. Nederland wordt een<br />

koninkrijk, nationalistische gevoelens worden opgewekt, Cats,<br />

Rembrandt, Vondel en Jan Pieterszn. Coen krijgen standbeelden<br />

en er komen twee kunstacademies: de ene in Amsterdam en de<br />

zusteracademie in Antwerpen. Die band bestaat tot 1830, veertig<br />

jaar later wordt de Amsterdamse academie per koninklijk decreet<br />

herdoopt tot Rijksakademie. Dan komt Italië weer in beeld, door de<br />

ARTuS QuEllINuS, kARIATIDEN, CA. 1653.<br />

CARRARA-mARmER. VIERSCHAAR, kONINklIJk<br />

PAlEIS (VOORmAlIg STADHuIS), AmSTERDAm.<br />

instelling van de Prix de Rome. De beste student krijgt een toelage<br />

om enige jaren ongestoord in Rome te kunnen werken en studeren.<br />

<strong>Het</strong> neoclassicisme is over heel Europa en Amerika de heersende<br />

stijl en nu wordt een aanpak manifest die al langere tijd bestond,<br />

en die er op neer komt dat de beeldhouwer zijn beeld in klei<br />

modelleert en dat in gips laat afgieten. Met dat gips <strong>als</strong> voorbeeld<br />

hakt de ‘praticien’, de uitvoerder, het beeld in marmer. Van zo’n<br />

gips kan ook een bronzen afgietsel gemaakt worden maar voor<br />

de negentiende-eeuwer worden ‘caractères’, dat zijn helden of anderszins<br />

belangrijke mannen, in brons vereeuwigd; ‘sentiments’ of<br />

‘idées’, concepten of denkbeelden, worden in marmer uitgevoerd.<br />

De beeldhouwer gaat dus vooral conceptueel werken en de uitvoering<br />

doet een ander.<br />

Van de Nederlandse Romereizigers die de Prix wonnen moet er<br />

één genoemd worden: Pier Pander. Pander (1864-1919) werd op<br />

jeugdige leeftijd <strong>als</strong> beeldhouwer ontdekt, studeerde een tijd in<br />

Parijs en vestigde zich in Rome. Hij was daar redelijk succesvol<br />

en werkte lang aan een ensemble van vijf levensgrote figuren<br />

die de ontwikkeling van het menselijk bewustzijn symboliseren.<br />

De beelden heten Moed, Ontwakend gevoel, Uchtend, Ziel en<br />

Opkomende Gedachte. Zij werden na de dood van de beeldhouwer<br />

door een Italiaanse praticien gehakt en zijn in Leeuwarden in het<br />

daar gebouwde tempeltje bij het Pander Museum geplaatst.<br />

Marmer<br />

Die praticiens zijn dus hoogst ervaren ambachtslieden met een<br />

tot op de Oudheid teruggaande traditie. Zij zijn in staat iedere<br />

holling of bolling, iedere verfijnde nuance in het oppervlak die het<br />

gipsen beeld vertoont uiterst nauwgezet in het harde marmer te<br />

reproduceren. Als marmer vervolgens gepolijst wordt, krijgt het<br />

niet alleen glans maar ook een doorschijnendheid die de menselijke<br />

huid nabij komt. Dat is al sinds eeuwen de onweerstaanbare<br />

aantrekkelijkheid van gepolijst marmer. Hoewel de kleur niet naturalistisch<br />

is, geeft het oppervlak, zeker <strong>als</strong> het om de uitbeelding<br />

van menselijke figuren gaat, wel die illusie. Mensen willen vaak<br />

aan marmeren beelden voelen; dat valt dan tegen want marmer, in<br />

tegenstelling tot hout, is hard en koud.<br />

Als er één gebied in Italië is waar de praticien aan het werk is - hij<br />

heet in het Italiaans artigiano - dan is het wel de kuststreek van<br />

Toscane, tussen Genua en Lucca. Daar liggen, in de Apenijnen,<br />

van Noord naar Zuid de plaatsen Carrara, Seravezza, Massa en<br />

Pietrasanta. Daar is, miljoenen jaren geleden, in de zee een laag<br />

kalk ontstaan van schelpen en visgraten. Die laag is, door een<br />

combinatie van hoge druk en warmte van vorm en structuur veranderd.<br />

Dit veranderde gesteente is marmer. Marmer bestaat in alle<br />

kleuren van de regenboog, en komt op verschillende plaatsen in de<br />

wereld voor, maar in die Noordelijke kuststreek van Toscane is het<br />

vooral wit, met allerlei nuances. <strong>Het</strong> kostbaarst is het spierwitte<br />

statuario-marmer, dat voor standbeelden wordt gebruikt. Van een<br />

afstand lijken daar de bergen besneeuwd; maar het is marmer.<br />

De Romeinen importeerden Griekse slaven om het gesteente uit<br />

te hakken en te bewerken.<br />

Nog steeds wordt er marmer gewonnen, het meest voor de bouw,<br />

voor zakenbanken, chique badkamers en keukens maar ook voor<br />

de beeldhouwkunst. Naast talloze bronsgieterijen zijn daar evenveel<br />

werkplaatsen waar antieke beelden gecopieerd, mechanisch<br />

vergroot of verkleind worden, of waar naar moderne, eigentijdse<br />

gipsmodellen marmeren beelden worden gehakt. Alles is mogelijk.<br />

Over de praktijk wordt niet geheimzinnig gedaan: iedereen weet<br />

daar dat de signatuur die het beeld draagt niet die van de steen-<br />

hakker is, maar van de ontwerper. Daarom is het belangrijk niet<br />

alleen naar de fraaie vorm en het sensueel aansprekende oppervlak<br />

te kijken maar ook te zien wat de oorspronkelijke idee was<br />

en hoe het beeld werkt <strong>als</strong> beeld, los van het prachtige materiaal.<br />

Taille directe<br />

Er zijn ook beeldhouwers die nog op de traditionele manier met<br />

marmer omgaan, zo<strong>als</strong> dat in Griekenland gebeurde, of in de<br />

Middeleeuwen en de Renaissance. Die eeuwenoude aanpak is rond<br />

1900 weer opgekomen in Frankrijk <strong>als</strong> reactie op de virtuositeit<br />

van Rodin. Rodin was een echte modelleur die al zijn marmers<br />

door praticiens liet hakken. De ‘nieuwe’ manier van hakken wordt<br />

taille directe genoemd en dat kan ook in hout, een materiaal dat<br />

tot dan toe inferieur werd geacht aan het nobele marmer.<br />

Er waren schilders bij, onder wie Gauguin, maar vooral jonge<br />

beeldhouwers die naar een eigentijdse, authentieke uitdrukkingsvorm<br />

zochten. Brancusi was een van de eersten, gevolgd door<br />

Gaudier Brzeska, Picasso en Moore die zich allen lieten inspireren<br />

door Afrikaanse beeldhouwkunst.<br />

De beeldhouwer zoekt op de werkplaats van de steenhouwerij een<br />

blok uit waarvan hij denkt: ‘Daar zit een beeld in’. De vorm van het<br />

blok bepaalt dus de vorm van het beeld. Hij tekent met houtskool<br />

de vorm van het model zo<strong>als</strong> hij die zich voorgesteld heeft en<br />

begint dan in de steen te hakken. Koppig richt hij zich op de zich<br />

steeds verder evoluerende relatie tussen het beeld dat hij in zijn<br />

hoofd <strong>als</strong> concept heeft en de steen waar het beeld <strong>als</strong> vorm uit<br />

moet komen. De overbodige steen wordt zover weggehaald tot het<br />

beeld uit het blok is ontstaan. Deze bijna romantische benadering<br />

leidt niet gauw tot elegante beelden; zij hebben zelden een gedetailleerde<br />

afwerking en de sporen van de ijzers waarmee gehakt<br />

werd zijn meestal nog te zien.<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

In de opstelling van de collectie van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is geen onderscheid<br />

gemaakt tussen de beelden die door ‘praticiens’ zijn uitgevoerd en<br />

de beelden die door de beeldhouwers zelf zijn uitgehakt. Zij zijn<br />

alle gekozen om hun esthetische kwaliteit; om hun vermogen, zo<strong>als</strong><br />

de humanist Leon Battista Alberti in 1435 de functie van kunst<br />

formuleerde, de bezoeker te beleren, te ontroeren en te behagen.<br />

Louk Tilanus<br />

Fragment<br />

63


Fragment<br />

64<br />

STUDIO SEM IN HET DEPOT<br />

STUDIO SEM<br />

De relatie tussen kunst en ambacht<br />

in Pietrasanta Italië<br />

FOTO lINkS: SAlVATORE ANSElmO<br />

FOTO HIERbOVEN: STuDIO SEm<br />

langs een van de vele wegen die naar Rome leiden, de Via Aurelia, ligt in<br />

Versilia het plaatsje Pietrasanta. Aan de voet van de Apuaanse Alpen met<br />

de beroemde monte Altissimo, ligt in het noorden de stad Carrara, in het<br />

zuiden Pisa en in het oosten lucca.<br />

Fragment<br />

65


Fragment<br />

66<br />

WORkSHOP PIETRASANTA 1948 STuDIO PAllA<br />

Loek Dijkman<br />

Pietrasanta is sinds eeuwen een belangrijk centrum waar<br />

beeldhouwers samen met specialisten in marmerbewerking hun<br />

beelden scheppen. Onder invloed eerst van Toscane en later van de<br />

Medici bloeide de marmerindustrie <strong>als</strong> nooit tevoren. Met de val<br />

van de dynastie van de Medici raakte de hele tak van marmerbewerking<br />

in verval, totdat rond 1800 de Rooms-katholieke kerk de<br />

rol van initiator overnam. Zij gaf talloze opdrachten voor beelden<br />

die <strong>als</strong> kerkversiering dienst deden. In 1843 werd een ambachtsschool<br />

voor het steenhouwervak geopend en binnen twintig jaar<br />

behaalden meer dan 200 leerlingen een einddiploma. Rond 1900<br />

waren er in Pietrasanta meer dan veertig studio’s, waarvan de<br />

grootste meer dan 250 man in dienst hadden. Deze marmerindustrie<br />

trok kunstenaars, mallenmakers en aanverwante beroepen<br />

aan. In het steenhouwervak voltrok zich een specialisatie. Zo waren<br />

er de ‘sbozzatore’ die het ruwe hakwerk beheersten, de ‘smoddellatore’<br />

die de fijnere detailleringen realiseerden met behulp van<br />

een pantograaf of direct naar model werkten, de ‘pannista’ die gespecialiseerd<br />

waren in het maken van gewaden, de ‘ornatista’ die<br />

verantwoordelijk waren voor alle ornamenten waaronder planten,<br />

fruit en bloemen, de ‘anatomista’ die uitdrukking gaven aan het<br />

gezicht en alle overige details van de anatomie, de ‘scultore’ die<br />

alle lichaamsdelen verfijnden en tot slot de ‘lucidatore’ die het oppervlak,<br />

de huid van het beeld afwerkten door schuren of polijsten.<br />

Na het Tweede Vaticaans Concilie kwam de klad in het werk voor<br />

de kerken en schakelden sommige studio’s, zo<strong>als</strong> Studio Sem, over<br />

op een samenwerking met moderne beeldhouwers. Deze beeldhouwers,<br />

die figuratief maar ook abstract werkten, hadden tot dan<br />

toe meestal houten of bronzen beelden vervaardigd. In de studio’s<br />

leerden zij de wondere wereld van het marmer kennen. Vandaag de<br />

dag bestaat er nog ongeveer een tiental studio’s in Pietrasanta.<br />

In het Pietrasanta van vandaag kun je op straat de herinneringen<br />

tegenkomen aan de overheersing door Venetië en de invloed van de<br />

Medici. En natuurlijk de plaatsen waar de studio’s gevestigd zijn<br />

of waren. Juist de laatste jaren zijn er door het restrictieve beleid<br />

van de gemeente veel studio’s vertrokken naar vestigingsplaatsen<br />

buiten het stadje. Ze laten lege plekken na die opgevuld worden<br />

door galerieën en luxe winkels die het karakter van Pietrasanta<br />

wezenlijk veranderen. Was het vroeger zo dat het geluid van de<br />

pneumatische beitels die het marmer attaqueerden, en het witte<br />

marmerstof het stadje domineerden, vandaag de dag zijn het de<br />

galeristen en de toeristen die, zeker in de zomer, de sfeer bepalen.<br />

Pietrasanta is voor mij een plaats van tegenstrijdigheden. Studio<br />

Palla, al jaren wachtend op een nieuwe toekomst, met achter het<br />

hek de verweesde gipsmodellen van weleer. De beeltenis van<br />

Ghandi starend over een achtergelaten wijnglas. De kunstenaars<br />

die elkaar op de piazza ontmoeten en de vele toeristen die daar<br />

omheen zwermen. In Pietrasanta onopgemerkt verblijven is er<br />

niet bij. De pseudokunstenaars die met minieme ontwerpen naar<br />

de studio’s trekken om hun ‘kunstwerken’ te laten vergroten en de<br />

vaste kern van beeldhouwers die zomer en winter aan het werk zijn.<br />

Toch overheerst in Pietrasanta een gevoel van aanwezig te zijn op<br />

een plek waar de geschiedenis van de beeldhouwkunst tastbaar<br />

ligt opgestapeld en waar die geschiedenis nog steeds opnieuw<br />

geschreven wordt.<br />

mET DE klOk mEE: gHANDI, DE VERWEESDE gIPSEN,<br />

DE PIAZZA, DAmIEN HIRST ‘ANATOmy OF AN ANgEl’<br />

Fragment<br />

67


Fragment<br />

68<br />

mET DE klOk mEE: HENRy mOORE, JuRRIAAN VAN HAll,<br />

SEm gHElARDINI 1987, EPPE DE HAAN & lEONARDO buRATTI<br />

Studio Sem<br />

Keara McMartin<br />

STuDIO SEm TOEN EN Nu<br />

Studio Sem is in het midden van de jaren ’50 door Sem Ghelardini<br />

opgericht en heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot een van<br />

de belangrijkste ateliers voor beeldhouwkunst. Begin jaren ’60,<br />

toen de meeste ambachtskunstenaars de nieuwe abstracte vormen<br />

van de moderne kunst verwierpen <strong>als</strong> belachelijk en dwaas, legde<br />

Sem Ghelardini hiervoor juist een grote passie en enthousiasme<br />

aan de dag.<br />

JONgE kuNSTENAARS<br />

Dit trok veel beeldhouwers naar zijn atelier, want zij beseften dat<br />

hij hun werk wel zou begrijpen. Hij maakte er een gewoonte van<br />

jonge kunstenaars uit te nodigen om te leren van het contact met<br />

beroemde moderne meesters, zo<strong>als</strong> Henry Moore, Georges Adam,<br />

Emile Gilioli, Alicia Penalba, César en Barry Flanagan, die het atelier<br />

bezochten terwijl ze er bezig waren. Sem gaf jonge beeldhouwers<br />

de gelegenheid om zij aan zij met de steenhouwers te werken.<br />

Hij gaf advies en stimuleerde hen. Vóór alles wilde hij dat ze zich<br />

verder zouden bekwamen <strong>als</strong> beeldhouwer. Uiteindelijk was Sem<br />

bijna even beroemd <strong>als</strong> de beeldhouwers voor wie hij werkte. Hij<br />

werd een internationaal icoon; zijn naam riep associaties op met<br />

generositeit, compassie en een intense drang om jonge kunstenaars<br />

op weg te helpen.<br />

In 1991, midden in een economische crisis die de studio in haar<br />

bestaan bedreigde, beëindigde Sem zijn bedrijf en richtte hij de<br />

Studio Sem Scultori Associati Srl op. In 1994 dwong ziekte hem er<br />

toe de leiding over de nieuwe vennootschap over te dragen aan zijn<br />

rechterhand, Keara McMartin. Sinds de dood van Sem in 1997 is<br />

de leiding in handen van Keara en Sems jongste zoon, Pierangelo<br />

Ghelardini.<br />

FONDAZIONE SEm<br />

Hoeveel jonge kunstenaars over de hele wereld zouden niet naast<br />

gerenommeerde beeldhouwers en steenhouwers willen werken?<br />

CATAlOguS<br />

STuDIO SEm<br />

PRIJS € 30,- (SOFTCOVER)<br />

STUDIO<br />

SEM<br />

THE ARTIST-ARTISAN<br />

COLLABORATION<br />

IN PIETRASANTA<br />

ITALY<br />

DE RELATIE<br />

TUSSEN KUNST EN AMBACHT<br />

IN PIETRASANTA<br />

ITALIË<br />

PIERANgElO gHElARDINI<br />

<strong>Het</strong> was altijd een droom van Sem geweest daartoe een stichting<br />

in het leven te roepen. Keara McMartin richtte in maart 2003<br />

Fondazione Sem op. Ze werd daarbij gesteund door Loek Dijkman,<br />

voorzitter van Stichting Utopa, filmproducer en wijnhandelaar<br />

Piero Tartagni en beeldhouwer Inger Sannes. Betrokken waren<br />

ook de kunstenaars Helaine Blumenfeld en Diana Edmunds, de<br />

Britse architect Chris Wilkinson, en Colin Tweedy, actief in talloze<br />

prestigieuze culturele stichtingen en organisaties voor de bevordering<br />

van de kunsten in Europa en het Verenigd Koninkrijk.<br />

Een van de primaire doelen van de Fondazione Sem is kunstenaars<br />

te helpen nieuwe expressievormen met marmer te ontdekken.<br />

Hiertoe organiseert de stichting sinds 2006 ‘residency’s’ voor<br />

kunstenaars.<br />

De meer gerenommeerde kunstenaars die het atelier bezoeken,<br />

maken graag tijd vrij voor de jonge kunstenaars. Ze geven commentaar,<br />

doen voorstellen en entameren groepsgesprekken, zodat<br />

er een vruchtbare professionele samenwerking tot stand komt.<br />

Veel kunstenaars die er <strong>als</strong> artist-in-residence hebben gewerkt,<br />

keren later terug naar Pietrasanta om projecten te ontwikkelen<br />

en opdrachten uit te voeren.<br />

ACTuEEl<br />

In 2011 ondersteunde de Fondazione Sem een symposium over<br />

beeldhouwkunst – 7 Artists at the Querciola Quarry, Colonnata,<br />

Carrara – waarbij zeven internationale kunstenaars in de open<br />

lucht marmer bewerkten bij de groeve van de familie Petacchi,<br />

hoog in de bergen van Carrara. In 2013 zal de Fondazione Sem de<br />

reizende beeldententoonstelling Crossroads ondersteunen. Daaraan<br />

doen veel kunstenaars mee die bij Studio Sem werken, naast<br />

enkele kunstenaars-in-residence van Fondazione Sem.<br />

Rectificatie: in Fragment 1 is ten onrechte vermeld dat Aart Schonk<br />

in Studio Sem werkte. Hij werkt in zijn eigen studio.<br />

kEARA mCmARTIN<br />

Fragment<br />

69


Fragment<br />

70<br />

Expositie beeldhouwers<br />

tentoonstelling Studio Sem<br />

SALVATORE ANSELMO<br />

Italië<br />

De­op­Sicilië­geboren­Salvatore­Anselmo­verhuisde­in­1986­naar­Pietrasanta­<br />

voor een opleiding <strong>als</strong> steenhouwer in Studio Sem. Onder leiding van meestersteenhouwers<br />

bekwaamde hij zich in de vele bewerkingstechnieken voor marmer.<br />

In die periode maakte hij ook kennis met de kunstenaars Knut Steen en Helaine<br />

Blumenfeld. Hij werd hun assistent en begeleidde hen in de opeenvolgende<br />

wordingsfasen van hun werken, van het eerste ontwerp tot de voltooiing. Om de<br />

modellen die daarvoor nodig waren te kunnen maken bedacht hij nieuwe technieken<br />

en bewerkingen voor koper, aluminium en terracotta, die hij later toepaste<br />

bij­de­ontwikkeling­van­eigen­werk.­Hij­exposeert­in­Italië­en­neemt­regelmatigdeel<br />

aan internationale symposia over beeldhouwkunst.<br />

Salvatore Anselmo<br />

Armonia | Statuary marble from Carrara, 90 cm<br />

‘Mijn eerste kennismaking met het<br />

beeldhouwen betrof houtsnijwerk. Ik<br />

werkte vaak aan antieke meubels en toen<br />

ik naar Pietrasanta kwam, raakte ik op<br />

slag verliefd op marmer. Dat vond ik zo’n<br />

warm en uitdagend materiaal. Voordat ik<br />

de vorm bepaal voor een beeld, probeer<br />

ik te ontdekken welke vorm al in het blok<br />

aanwezig is.<br />

Meestal maak ik eerst een klein model<br />

om exact te bepalen wat ik wil, maar het<br />

idee voor Venus zat ineens in mijn hoofd<br />

en kon zonder omwegen uit mijn handen<br />

komen. Een model was niet nodig, omdat<br />

ik de verborgen vorm in het blok <strong>als</strong> het<br />

ware kon voelen.<br />

Soms voelt het zoeken naar de vorm<br />

waarvan je weet dat die erin zit <strong>als</strong> een<br />

krachtmeting, een worsteling of een explosie<br />

van stof en steensplinters, een nooit<br />

eindigende queeste naar volumes die voor<br />

harmonie zorgen, naar lijnen die de vorm<br />

onthullen. <strong>Het</strong> lichaam wordt een samenstel<br />

van abstracte vormen en vervolgens<br />

weer een lichaam, het is een permanente<br />

beeldtalige evenwichtsoefening, een dialoog<br />

tussen vorm en steen.’<br />

Halima Cassell werd geboren in Pakistan, groeide op in het Verenigd Koninkrijk en woont<br />

tegenwoordig in Blackburn (Lancashire). Haar veelzijdige multiculturele achtergrond is tastbaar<br />

aanwezig in haar werk: haar Aziatische oorsprong, een fascinatie met Afrikaanse motieven en<br />

een passie voor architecturale geometrie. Ze heeft een groot aantal werken uitgevoerd in opdracht­van­particulieren­en­overheidsinstanties­in­Groot-Brittannië­en­zag­haar­werk­bekroondmet<br />

diverse prijzen. Halima ontving werk- en verblijfbeurzen voor Japan, Zuid-Korea en India.<br />

Ze­geeft­lezingen­over­haar­werk­in­galerieën­en­op­scholen­en­universiteiten­in­het­Verenigd­<br />

Koninkrijk en in het buitenland. In 2011 werd ze op grond van de uitzonderlijke kwaliteit van haar<br />

werk door de Fondazione Sem uitgenodigd om <strong>als</strong> artist-in-residence haar visie op de beeldhouwkunst<br />

te komen uiten in het maagdelijk witte marmer van de Apuaanse Alpen.<br />

‘Kunstenaars creëren over het algemeen<br />

hun eigen stemming en gevoel door middel<br />

van de kleuren, lijnen en texturen van hun<br />

werk. Dat doe ik ook, alleen probeer ik op<br />

een speelse manier de grote vlakken en de<br />

facetten van het patroon te manipuleren<br />

en met elkaar te laten contrasteren om de<br />

impact van het geheel zo groot mogelijk te<br />

maken. <strong>Het</strong> meest opwindend is voor mij<br />

het moment waarop mijn tweedimensionale<br />

ontwerpen de spectaculaire transformatie<br />

tot driedimensionale structuren<br />

ondergaan en een ander leven krijgen. Ik<br />

ben afhankelijk van het werkstuk zelf: met<br />

zijn schaduw en licht en de regen die erop<br />

valt moet dát de tonen en texturen een<br />

dramatische lading geven.’<br />

HALIMA CASSELL<br />

Verenigd Koninkrijk<br />

Halima Cassell<br />

Makonde | Patinated Bronze, 168 x 100 x 120 cm<br />

Fragment<br />

71


Fragment<br />

72<br />

Immanuel Klein studeerde aanvankelijk cello en compositie en had diverse<br />

belangrijke­uitvoeringen,­van­zowel­orkeststukken­<strong>als</strong>­jazzconcerten.­In­1987maakte<br />

hij zijn eerste driedimensionale werk en begon hij naast zijn werk <strong>als</strong><br />

componist te experimenteren met beeldhouwkunst en design om zich uiteindelijk,<br />

in 2002, volledig aan de beeldhouwkunst te wijden, en met succes. Zijn werk is te<br />

zien in Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> en Museum Beelden aan Zee en is aangekocht<br />

door particuliere verzamelaars in Europa en de Verenigde Staten. Hij exposeert<br />

regelmatig in Nederland en andere Europese landen. In 2009 werd hij uitgenodigd<br />

door de Fondazione Sem, waar hij een aantal baanbrekende projecten uitvoerde en<br />

nieuwe­ideeën­voor­werken­in­steen­ontwikkelde.­<br />

Alena Matèjkova<br />

Blue Boat | Cast crystal with cobalt, 18 x 110 x 16 cm<br />

IMMANUEL KLEIN<br />

Nederland<br />

Immanuel Klein<br />

Stirrup | portugees marmer, 52 cm<br />

ALENA MATÈJKOVA<br />

Tsjechië<br />

Alena­Matèjkova­woont­en­werkt­afwisselend­in­Tsjechië­<br />

en Zweden. Ze studeerde beeldhouwkunst, glaskunst,<br />

architectuur & design (waarin ze is gepromoveerd aan de<br />

Academie voor kunst, architectuur en design te Praag) en<br />

keramiek, en heeft belangrijke prijzen gewonnen met haar<br />

baanbrekende, innovatieve werk in glas. Ze bezit en runt een<br />

glasoven­in­Tsjechië,­een­van­de­grootste­ter­wereld.­Haarwerk<br />

is opgenomen in prestigieuze collecties in Europa,<br />

Japan,­Saoedi-Arabië,­de­Verenigde­Arabische­Emiraten­en­<br />

Taiwan. Sinds 2006 brengt ze de winters meestal door in<br />

Studio­Sem,­waar­ze­verfijnde­sculpturen­in­marmer­maakt,die<br />

ze vervolgens afgiet in massief kristal, met spectaculaire<br />

resultaten.<br />

‘In 1995 ontdekte ik – een soort aha-erlebnis<br />

– de analogie tussen mijn werk en het<br />

evenwichtsorgaan, in het binnenoor: de<br />

drie halfcirkelvormige kanalen stonden<br />

voor de drie ruimtelijke dimensies. Dat<br />

was voor mij de aanleiding om in steen<br />

te gaan werken. Een jaar later begon ik<br />

albasten reliëfs van het evenwichtsorgaan<br />

te maken en in 1997 de eerste vrijstaande<br />

sculpturen. Zo<strong>als</strong> het evenwichtsorgaan<br />

voor mij het wezen werd van het sculptuur,<br />

zo vormden de gehoorbeentjes een ‘brug’<br />

tussen binnen en buiten, iets wat trillingen<br />

doorgeeft, het symbool voor dat wat<br />

kunst kan zijn: een “vibrerende” schakel<br />

met het publiek.’<br />

‘Mijn benadering van de beeldhouwkunst<br />

is dat ik mezelf wil verrassen, dat ik plezier<br />

wil beleven aan de ontdekkingstocht.<br />

<strong>Het</strong> is hard werken – eerst een stenen beeld<br />

maken, dan de mal, en daar vervolgens<br />

glas in gieten – maar zowel steen <strong>als</strong> glas<br />

heeft een zeker verrassingselement in<br />

zich dat soms voor toev<strong>als</strong>treffers zorgt;<br />

een constante uitdaging maar ook een<br />

constante bron van vreugde.’<br />

Fragment<br />

73


Fragment<br />

74<br />

INGER SANNES<br />

Noorwegen/Zweden<br />

Inger Sannes is in Noorwegen geboren en verdeelt haar<br />

tijd­tussen­Zweden­en­Pietrasanta,­Italië.­Twintig­jaarwerkte<br />

ze <strong>als</strong> management-consultant en directeur voor<br />

Accenture en IBM en gaf ze vorm aan veranderingen in<br />

grote organisaties. Nadat ze haar adviseurschap enkele<br />

jaren­combineerde­met­het­beeldhouwen­in­Italië­beslootze<br />

zich in 2000 volledig op de kunst te storten, voornamelijk­vanuit­Studio­Sem.­Ze­heeft­veelvuldig­geëxposeerdin­Scandinavië­en­tal­van­andere­Europese­landen.­Ze­islid<br />

van de Zweedse vereniging van schilders en beeldhouwers,<br />

de Noorse beeldhouwersvereniging en de Royal<br />

British Society of Sculptors en was betrokken bij de<br />

oprichting van de Fondazione Sem. Ze heeft werk in<br />

opdracht uitgevoerd in Oslo, Virginia (VS), Hongkong en<br />

het Verenigd Koninkrijk en haar beelden zijn aangekocht<br />

voor particuliere collecties in Europa en China.<br />

Inger Sannes<br />

Vestito | Carrara marble, 154 cm<br />

‘Als kunstenares heb ik leren luisteren<br />

naar de abstracte taal van mijn dromen.<br />

Wat <strong>als</strong> een oergevoel begint, wordt door<br />

mijn handen getransformeerd tot volumes<br />

waarmee ik emoties tot uitdrukking<br />

breng in de context van relaties en van<br />

het leven zelf.’<br />

ALMUTH TEBBENHOFF<br />

Verenigd Koninkrijk<br />

Almuth Tebbenhoff begon eind jaren ’70 <strong>als</strong> keramiste en legde zich aan het begin<br />

van­de­jaren­’80­toe­op­het­maken­van­sculpturen,­vooral­in­staal­en­brons,­al­bleefze<br />

ook in keramiek werken. Ze heeft voor haar oeuvre tal van prijzen ontvangen en<br />

exposeert­sinds­1981­veelvuldig­in­Groot-Brittannië­en­Duitsland,­Rusland­(Moskou),de<br />

VS (New York) en Polen. In 2006 werd ze uitgenodigd door de Fondazione Sem<br />

om <strong>als</strong> artist-in-residence kennis te maken met het beeldhouwen in marmer. Als<br />

meester-beeldhouwer keert ze nu enkele maanden per jaar terug naar Studio Sem<br />

om haar werken in marmer uit te voeren.<br />

Almuth Tebbenhoff<br />

Pagina di Marmo | Carrara marble, 90 cm<br />

‘Ik heb in het begin van mijn carrière altijd<br />

in klei gemodelleerd, staal gelast en brons<br />

gegoten. <strong>Het</strong> uithakken van een vorm is<br />

precies de tegenovergestelde werkwijze,<br />

maar toen ik in 2006 de gelegenheid kreeg<br />

om in Studio Sem te werken, leek dat<br />

de ontbrekende schakel die ik zocht. Zo<br />

stortte ik me vol overgave op het beeldhouwen,<br />

en na drie maanden was ik hopeloos<br />

verliefd geraakt op marmer, op hakken<br />

in steen en op Pietrasanta. Er ging een wereld<br />

van vorm, textuur, volume en graviteit<br />

voor me open. Nu, na zes jaar beeldhouwen,<br />

beheers ik het vak voldoende om alle<br />

aspecten uit mijn eerdere werk tot uiting<br />

te brengen in een volledig nieuwe reeks<br />

beelden.’<br />

Fragment<br />

75


Fragment<br />

76<br />

JULIA VANCE<br />

Noorwegen<br />

Julia­Vance­(1968)­studeerde­kalligrafie­in­Oslo­en­London,­hetgeen­uitmondde­in­eenstage­bij­een­atelier­waar­letters­werden­gehakt­in­reliëf.­Ze­vond­dat­reliëfletters­haarbeperkten<br />

in haar expressiviteit en begon de letters daarom experimenterenderwijs<br />

vrij te maken uit hun stenen omgeving, zodat ze er een dimensie bij kregen en tot<br />

volumes­uitgroeiden.­Julia­Vance­speelt­op­een­filosofische­manier­met­elementairewoorden<br />

<strong>als</strong> ‘wij’ en ‘tijd’ en geeft ze een expressieve vorm in marmer of brons. Ze<br />

heeft tal van grootschalige werken in opdracht uitgevoerd in Noorwegen en ontving<br />

ook vele prijzen. Zo kende de Noorse Staat haar in 2005 een driejarig stipendium toe<br />

waarmee ze langdurig in Pietrasanta heeft kunnen studeren. Ze doceerde aan universiteiten<br />

in Noorwegen en Engeland, is lid van de Royal British Society of Sculptors en<br />

de Noorse vereniging voor beeldhouwers en werd onlangs gevraagd zitting te nemen<br />

in het adviescomité voor muntontwerpen van de Noorse centrale bank. Haar werk<br />

is­tentoongesteld­in­Engeland,­Noorwegen,­Rusland,­België,­Italië­en­de­Verenigde­<br />

Arabische Emiraten. Sinds 2005 woont en werkt ze in Oslo en Pietrasanta.<br />

LARS WIDENFALK<br />

Zweden<br />

In­Scandinavië­geldt­Lars­Widenfalk­<strong>als</strong>­een­van­de­exponenten­van­de­beweging­die­de­figuratieve­beeldhouwkunstin<br />

steen nieuw leven inblaast. Op grond van zijn werken in –<br />

vooral – graniet werd hij in 2006 <strong>als</strong> artist-in-residence door<br />

de Fondazione Sem uitgenodigd voor een project van twaalf<br />

marmeren beelden, die in 2007 aan het publiek werden getoond<br />

in slot Borgholm in het Zweedse Öland. Tegenwoordig<br />

geniet­hij­in­heel­Scandinavië­grote­bekendheid­vanwege­zijnsubtiele,<br />

suggestieve granieten beelden en, meer recent, de<br />

massief glazen afgietsels van zijn marmeren en granieten<br />

beelden.­Hij­exposeert­regelmatig­in­Scandinavië,­Tsjechië­enandere<br />

Europese landen.<br />

‘Ik maak letterachtige vormen, soms<br />

alleen maar een deel van een letter. Ik zie<br />

hun lijnen en vormen <strong>als</strong> mogelijkheden<br />

voor menselijke expressie. Soms gebruik<br />

ik een woord dat de aanzet vormt tot een<br />

lange gedachtelijn. Met deze expressieve<br />

derde dimensie die ik toevoeg aan onze<br />

tweedimensionale wereld van letters en<br />

woorden zoek ik vormen voor de ogen en<br />

voedsel voor de geest.’<br />

Julia Vance<br />

VIx5 | Carrara marble, 134 cm<br />

‘Voor mij is steen het belangrijkste materiaal<br />

en middel van expressie. In graniet en<br />

marmer kan ik uitdrukking geven aan de<br />

dimensie tijd en het menselijk bestaan. De<br />

steen die ik bewerk behoudt zijn dichtheid,<br />

zijn ruwe huid en wordt daardoor, in al zijn<br />

oeroude schoonheid, getuige van de tijd.’<br />

Lars Widenfalk<br />

Surface | Cast crystal, 69 x 49 x 34 cm<br />

Fragment<br />

77


Fragment<br />

78<br />

VIllA VlEERmuIS kINDERATElIER<br />

Kleurrijk<br />

en uitnodigend<br />

HET NIEuWE DEPOT<br />

In 2004 opende Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> haar deuren in Villa Hinkeloord aan de<br />

Generaal Foulkesweg in Wageningen. Nu, acht jaar later, viert <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> opnieuw<br />

een opening: op 25 maart gaan drie nieuw aangekochte gebouwen aan de overkant<br />

van de Generaal Foulkesweg eveneens open. Net <strong>als</strong> Villa Hinkeloord grenzen ze aan<br />

Arboretum De Dreijen, dat <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in beheer heeft. Architectuur kenner Cees<br />

Straus sprak met opdrachtgever en architect over de aanpassing van de gebouwen<br />

aan de eisen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

Fragment<br />

79


Fragment<br />

80<br />

DE OPDRACHTgEVER<br />

<strong>Het</strong> is een bekentenis die hij zelf niet snel zal doen, maar stichtingsvoorzitter<br />

Loek Dijkman houdt behalve van orgelklanken<br />

en beelden nog het meest van de natuur. Voor Dijkman hoeven er<br />

in een tuin <strong>als</strong> Arboretum De Dreijen dan ook niet veel beelden te<br />

staan. Hij streeft er veeleer naar dat er een hechte relatie ontstaat<br />

tussen <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> en het Arboretum, zodat je blik van binnen naar<br />

buiten wordt getrokken. Dan gaat het met name om het licht dat<br />

naar binnen valt. Hoe belangrijk dat is, merk je goed <strong>als</strong> je ziet<br />

hoe beelden die een bepaalde actie of handeling suggereren door<br />

middel van het binnenvallend licht een bijzonder accent krijgen.<br />

Dijkman ziet zichzelf <strong>als</strong> een enthousiast bouwer, maar niet <strong>als</strong><br />

een architect. Een bouwer met een goed oog voor de grote lijn,<br />

maar ook voor het detail. Hij vindt diezelfde benadering terug bij<br />

zijn architect: Bas van Hille.<br />

DE ARCHITECT<br />

Van Hille kwam in 1990 voor het eerst met Dijkman in contact.<br />

Dijkman wilde een bedrijfsgebouw in Amersfoort laten neerzetten,<br />

toen hij werd geattendeerd op het nieuwe raadhuis van Sassenheim.<br />

Dat bleek van de hand van Bas van Hille te zijn, destijds<br />

een van de eigenaren van BD architectuur. <strong>Het</strong> ontwerp van het<br />

gebouw stond hem direct aan.<br />

De samenwerking tussen Dijkman en Van Hille duurt inmiddels<br />

al 16 jaar en heeft een lange rij ontwerpen en gebouwen opgeleverd.<br />

Daar hoort ook de restauratie van Villa Hinkeloord bij en de bijbehorende<br />

nieuwbouw. Enkele jaren geleden leidde de architect<br />

de verbouwing en restauratie van het Orgelpark in Amsterdam,<br />

een andere activiteit van de Stichting Utopa.<br />

Dijkman had bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> een beeldengalerij voor ogen met<br />

zo veel mogelijk expositieruimte, maar ook met een restaurant,<br />

een winkel, kantoorruimtes, een leeszaal en bureauruimte<br />

voor kunst historici die de collectie willen bestuderen.<br />

Van Hille heeft op het gebied van de technische uitwerking<br />

samengewerkt met Manon Becking van het in restauratiewerk<br />

gespecialiseerde bureau Kentie + Partners Architekten in Halfweg.<br />

Met Kentie + Partners had de Stichting Utopa eerder al samengewerkt<br />

aan de restauratie van het Weeshuis in Leiden. Dit bureau<br />

heeft nu het projectmanagement en het technisch tekenwerk voor<br />

het project in Wageningen verzorgd.<br />

bREmER<br />

Twee van de ‘nieuwe’ gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn in de jaren ’80<br />

ontworpen door architectenbureau Mecanoo uit Delft. <strong>Het</strong> derde is<br />

ruim een halve eeuw ouder: rijksbouwmeester G.C. Bremer leverde<br />

het in 1932 op. De drie gebouwen werden gebouwd in opdracht van<br />

de Universiteit Wageningen. De gebouwen van Mecanoo deden<br />

dienst <strong>als</strong> bibliotheek (opgeleverd in 1986) en botanisch laboratorium<br />

(1991), een functie die het gebouw van Bremer ook had.<br />

Mecanoo had in 1991 een nieuwe entree in de oudbouw van Bremer<br />

gerealiseerd. Van Hille verplaatste en vernieuwde de entree volledig,<br />

zodat hij veel ruimte kon realiseren voor het ontvangen<br />

van groepen bezoekers. Na de garderobe kan het publiek naar de<br />

winkel, naar de concertzaal, naar een kleine zaal met informatie<br />

over de omringende natuur of door een lange gang naar de wisseltentoonstellingen.<br />

Zonder al te zeer in spektakel te vervallen<br />

wordt de bezoeker op deze plek geattendeerd op de vele aspecten<br />

van het kunstbezoek: informatie en educatie zijn belangrijk,<br />

maar ook beschouwen en puur genieten van de geboden kunst<br />

staan centraal.<br />

Fragment<br />

81


Fragment<br />

82<br />

Fragment<br />

83


Fragment<br />

84<br />

VIllA VlEERmuIS<br />

kINDERATElIER<br />

De voormalige bibliotheek gaat voortaan door het leven onder de<br />

naam ‘Kinderatelier Villa Vleermuis’. Daarmee wordt verwezen<br />

naar de aanwezigheid van vleermuizen aan de achterzijde van<br />

Bremers ‘oudbouw’. Om de bibliotheek haar nieuwe functie te kun -<br />

nen geven, moest Van Hille een paar grote veranderingen realiseren.<br />

Zo kende het campusgebouw aanvankelijk een luchtbrug waarmee<br />

zij aan de oudbouw was verbonden. Deze luchtbrug moest worden<br />

gesloopt. Ook was er geen pantry, laat staan een keuken; er waren<br />

sanitaire voorzieningen noch liften. Al deze elementen werden nu<br />

<strong>als</strong>nog in de relatief kleine ruimte ondergebracht.<br />

DE bANAAN<br />

Mecanoo’s architectuur voor de uitbreiding van het botanisch<br />

laboratorium was nogal basaal: het beton was beton gelaten en<br />

de trappenhuizen lieten ongeschilderde stalen, verzinkte trappen<br />

zien. Alleen de houten puien waren gelakt. Van Hille raakte snel<br />

gecharmeerd van de kromming van het gebouw, die ooit tot de bijnaam<br />

‘De Banaan’ had geleid. Van Hille verwijderde de tussenmuren<br />

en creëerde zo lange zichtlijnen. Maar hij deed meer. Van Hille:<br />

‘De ruimte was onderverdeeld in een trits van kleine kantoren die<br />

al met al voor een hokkerige bedoening zorgden. <strong>Het</strong> kenmerk van<br />

De Banaan zijn de dominante schachten en kolommen die midden<br />

in de ruimte staan met daarboven een platte verdieping. In een<br />

beeldengalerij wil je daarentegen een veel hogere ruimte. Voor mij<br />

stond die ruimtelijke beleving voorop. Zo ben ik op het idee gekomen<br />

vides te realiseren. De vides zijn een extra, verticale component,<br />

die in De Banaan steeds met een trap worden gecombineerd.’<br />

Bezoekers die nu De Banaan betreden, zien direct het restaurant.<br />

Gesitueerd op de begane grond heeft het een soort van scharnier-<br />

functie. Van hieruit loop je de expositiezalen in die op de korte<br />

kant met een monochroom gekleurde wand worden afgesloten.<br />

<strong>Het</strong> glas aan de Arboretumzijde zorgt ervoor dat het gebouw<br />

optimaal daglicht ontvangt en dat er altijd visueel contact met de<br />

natuur bestaat.<br />

Kleur is in elke ruimte onmiskenbaar aanwezig. Varianten van<br />

blauw en rood, variërend van helder en licht tot diepdonker<br />

wisselen elkaar af. Op de vloer is vrijwel overal voor een licht soort<br />

eikenhout gekozen, met uitzondering van de ontvangsthal waar<br />

natuursteen van buiten naar binnen loopt.<br />

bINNEN EN buITEN<br />

Ter versterking van de band met de natuur die de bezoekers ongetwijfeld<br />

zullen ervaren, koos de architect in het restaurant voor<br />

een inrichting met veel wit en met groen op de zitmeubels. <strong>Het</strong> wit<br />

zorgt er voor dat de intieme ruimte van waar uit het bomenpark<br />

kan worden bekeken, welhaast lucide wordt. Zo ontstaat de sensatie<br />

van een natuur die naar binnen golft.<br />

Wie De Banaan op zijn esthetische kwaliteiten wil beoordelen,<br />

doet er goed aan het pand via het aantrekkelijke terras te verlaten<br />

en op de grens van het bomenpark de volledige curve te bekijken.<br />

<strong>Het</strong> gebouw strekt zijn ‘armen’ dan met een uitnodigend gebaar<br />

naar de bezoeker uit en onthult tegelijk achter zijn vensters zijn<br />

voornaamste schatten. Wie straks vanuit Villa Hinkeloord de<br />

Generaal Foulkesweg oversteekt om het pad door het arboretum te<br />

kiezen, krijgt dit uitzicht <strong>als</strong> eerste kennismaking met <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

Zacht geurende rozen en eveneens in het seizoen kleurige goudsbloemen<br />

zijn een bonus bij het bezoek.<br />

Cees Straus<br />

DE GEBOUWEN VAN<br />

BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />

Bas van Hille in beeld<br />

DE gEbOuWEN VAN bEElDENgAlERIJ HET DEPOT<br />

bAS VAN HIllE IN bEElD<br />

PRIJS € 30,- (SOFTCOVER)<br />

Fragment<br />

85


Fragment<br />

86<br />

Op een van de wanden van Restaurant linnaeus is een collectie<br />

van meer dan 200 kleine schilderijen aangebracht. Ze zijn gemaakt<br />

door Peter keizer, een van de kunstenaars van wie beeldengalerij<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> werk in de collectie heeft. Typerend voor Peter keizers<br />

schilderijen is zijn voorkeur voor intensieve kleuren en de manier<br />

waarop hij zijn verf aanbrengt: met een fors gebaar, wat zijn schilderijen<br />

letterlijk diepte verleent. De wand in Restaurant linnaeus<br />

toont motieven die geïnspireerd zijn op het thema ‘ik en mijn tuin’.<br />

Fragment<br />

87


Fragment<br />

88<br />

BIJZONDERE BEZOEKERS VAN HET DEPOT<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is voor vaste bezoekers op vele manieren een bron van<br />

inspiratie. Voor Esther Kuiler bijvoorbeeld, die de Beeldengalerij liefst<br />

met haar drie kinderen Anne (9), Tomas (7) en Frederik (4) bezoekt.<br />

‘Als ik aan <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> denk,<br />

denk ik aan schoonheid,<br />

rust en ruimte’<br />

ESTHER kuIlER<br />

‘Ik bezoek <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zo’n vier keer per<br />

jaar. Ik neem altijd mijn kinderen mee.<br />

Omdat ik de beelden in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zelf erg<br />

mooi vind en ze ook aan hen wil laten zien.<br />

<strong>Het</strong> is een van de weinige musea waar<br />

kinderen kunst mogen aanraken.<br />

Ze mogen aan de beelden voelen. Dat geeft<br />

een bezoek een enorme meerwaarde. Mijn<br />

kinderen kijken niet alleen hun ogen uit,<br />

ze ervaren ook het materiaal. Daardoor<br />

zijn ze meer betrokken bij wat ze zien.<br />

Zelf raak ik de beelden ook graag aan.<br />

Vooral de stukken die ik prachtig vind.<br />

Ik wil er het liefst zo dicht mogelijk bij<br />

komen. <strong>Het</strong> is net <strong>als</strong> wanneer je iemand<br />

leuk vindt, dan wil je diegene ook graag<br />

aanraken. Ik raak natuurlijk geen fragiele,<br />

delicate objecten aan. Maar de collectie<br />

van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is over het algemeen heel<br />

solide en stabiel.<br />

Eén van mijn lievelingsbeelden staat in<br />

de tuin van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, het is van Andreas<br />

<strong>Het</strong>feld en heet Levensboom. <strong>Het</strong> toont<br />

een zwangere vrouw die <strong>als</strong> een boom in<br />

de grond geworteld staat. Een vrouw in al<br />

haar volheid. Ze vindt <strong>als</strong> mens haar oorsprong<br />

in de natuur en ze heeft daardoor<br />

iets sprookjesachtigs. Voor mij symboliseert<br />

dit beeld dat de wortels van een<br />

gezin bij de moeder liggen. <strong>Het</strong> beeld staat<br />

naast een schitterende Thuja, een echte<br />

levensboom. Deze combinatie van mens en<br />

natuur kom je bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> overal tegen.<br />

Heel puur, bijna naïef en paradijselijk.<br />

Een voorliefde heb ik ook voor de beelden<br />

van Eja Siepman van den Berg. Haar werk<br />

is zo stylistisch. Je vindt er een haast<br />

ongekende schoonheid van de mens in.<br />

<strong>Het</strong> beeld Grote Staande, te zien op de<br />

eerste verdieping van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, is een<br />

van mijn favorieten. Eja toont alle fases in<br />

de ontwikkeling van meisje tot vrouw. In<br />

heel natuurlijke vormen. Die verschillende<br />

stadia zijn voor mijn dochter Anne leuk om<br />

te zien. Zij herkent zichzelf bijvoorbeeld in<br />

een beeld van een opgroeiende vrouw.<br />

Ik weet precies wat er groeit en bloeit<br />

rondom <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Ik heb van 1993 tot<br />

1998 Bosbouw gestudeerd aan Wageningen<br />

Universiteit en ik kwam <strong>als</strong> student vaak<br />

in Villa Hinkeloord. Ik vind het geweldig<br />

dat de tuin, het Arboretum, behouden is.<br />

Of eigenlijk nog mooier is geworden. <strong>Het</strong><br />

is een zorgvuldig onderhouden park waar<br />

je tijdens het wandelen bijzondere beelden<br />

én bomen tegenkomt.<br />

De liefde voor de natuur is voor mij gerelateerd<br />

aan de liefde voor de kunst. Samen<br />

met mijn man heb ik, hier vlakbij <strong>Het</strong><br />

<strong>Depot</strong>, een historische moestuin genaamd<br />

De Ommuurde Tuin. Daar telen we ruim<br />

honderd verschillende groenten en kruiden.<br />

In de natuur, maar ook in kunst vind<br />

ik rust. Beide kun je niet gehaast beleven.<br />

Je moet er voor stilstaan en het voelen en<br />

ervaren van binnenuit. Je moet innerlijke<br />

rust opzoeken om schoonheid te kunnen<br />

zien. Als ik aan <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> denk, denk ik<br />

aan schoonheid, rust en ruimte.’<br />

Esther Monsanto<br />

Fragment<br />

89


Fragment<br />

90<br />

Beeldennieuws<br />

GERHARD lENTINk MADONNA DER DAGEN<br />

In de ontvangstruimte van de beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> staan drie beelden<br />

symbool voor de doelstelling van de Stichting utopa en de Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

De ‘Venus’ van Eja Siepman van den berg, omdat Eja aan de oorsprong heeft<br />

gestaan van de beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>; de ‘Anatomico Che Cammina’<br />

van Novello Finotti (zie pagina 14 en 15 in dit nummer van Fragment); en de<br />

‘madonna der dagen’ van gerhard lentink. Dit prachtige beeld uit 2011 is de<br />

nieuwste aanwinst van de beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. De ‘geestrijke’ inhoud van<br />

de ‘madonna der dagen’ is een inspiratiebron voor niet alleen de Stichting utopa,<br />

maar voor ons allemaal. De bewoners van de kamers van het beeld hebben hun<br />

eigen ontwikkelingskansen benut en daarmee kansen en mogelijkheden voor<br />

anderen gecreëerd. In het beeld is het erfgoed van 370 Europeanen verzameld.<br />

Juist in deze tijd waar we Europa vooral economisch bekijken en analyseren, biedt<br />

de ‘madonna der dagen’ ons een beter en breder perspectief. loek Dijkman<br />

mADONNA DER DAgEN<br />

Zo<strong>als</strong> de Italiaanse architect Santiago Calatrava voor zijn 54<br />

verdiepingen tellende wolkenkrabber Turning Torso (2005) in<br />

Malmö uitging van een simpel schetsje van een getordeerde mannentors,<br />

zo wilde ik – in tegengestelde richting dus – proberen<br />

vanuit de vormentaal en structuur van een wolkenkrabber een<br />

vrouwelijke torso te ontwerpen.<br />

Ik tekende daartoe op millimeterpapier met behulp van passer en<br />

liniaal twee aanzichten van een meisjestors waarvan de doorsneden<br />

op verschillende hoogtes onregelmatige, maar symmetrische,<br />

achthoeken zijn. <strong>Het</strong> stramien van het ruitjespapier dicteerde het<br />

aantal verdiepingen: twintig.<br />

Om te kijken of dit ontwerp voldoende ‘organische kwaliteit’ bezat<br />

maakte ik van vurenhout een simpel schaalmodelletje.<br />

In het ontwerp tekende ik in de twintig onderling verschillende<br />

etageplattegrondjes rechthoekige kamertjes met elk een deur aan<br />

de buitenkant over de volle breedte. Omdat bij het intekenen van<br />

de kamertjes het lange tijd leek dat hun totale aantal dicht in de<br />

buurt van de 365 zou komen (het werden er uiteindelijk 370, 12 tot<br />

28 per verdieping) wist ik nu een naam voor het beeld: Madonna<br />

der dagen.<br />

Nadat ik diverse aanzichten op schaal getekend had besloot ik dat<br />

het ontwerp rijp was voor uitvoering. Ik maakte daartoe werktekeningen<br />

op ware grootte, eerst van de aanzichten, daarna van de<br />

twintig plattegronden. Nadat ik eenmaal de houtbestelling klaar<br />

had en afgeleverd, kreeg ik enige tijd later het materiaal binnen en<br />

kon ik beginnen met de uitvoering van het ontwerp die bijna 2000<br />

arbeidsuren zou vergen.<br />

Gerhard Lentink<br />

Opus 35: Madonna der dagen | 2009-2010<br />

132 x 132 x 388 cm<br />

Fragment<br />

91


Fragment<br />

92<br />

Pas in die uitvoeringsperiode begon ik me bezig te houden met de<br />

vraag of er iets – en zo ja wat – achter de 370 deurtjes verborgen<br />

moest worden. Doordat ik met de titel al de factor tijd geïntroduceerd<br />

had, kwam ik op het idee om achter elk deurtje ‘tijd’ op te<br />

bergen: in elk kamertje wilde ik een afgerond leven verbergen. De<br />

schrijn zou zo een ‘allerzielenbeeld’ worden. <strong>Het</strong> lag voor de hand<br />

dat ik de schrijn wilde laten bevolken door mij dierbare levens.<br />

Na drie dagen had ik mijn selectie gemaakt, te beschouwen <strong>als</strong><br />

een indirect zelfportret: een volstrekt subjectieve, dus historisch<br />

incorrecte, eurocentrische en nationalistisch getinte verzameling<br />

van 94 componisten, 107 dichters/schrijvers, 100 schilders,<br />

37 beeldhouwers en 32 heiligen: 31 vrouwen en 339 mannen. De<br />

oudste is Homerus, de jongste de Duitse beeldhouwer Rainer<br />

Kriester (1935-2002), de laatst overledene is de Vlaamse schrijver<br />

Hugo Claus (1929-2008). Drie van hen – allen meisjes – vonden <strong>als</strong><br />

teenager al de dood door respectievelijk marteling, de brandstapel<br />

en uitputting in een concentratiekamp: Lucia van Syracuse, 17<br />

jaar; Jeanne d’Arc, 19 jaar en Anne Frank, 15 jaar. Misschien hoort<br />

de beschermheilige van de muziek, Caecilia van Rome, ook wel<br />

in dit rijtje thuis: zij stierf in ieder geval op zeer jeugdige leeftijd<br />

omstreeks het jaar 230, na een weigering om aan de Romeinse<br />

goden te offeren, de marteldood door onthoofding.<br />

Deze vier jong gestorven meisjes treden hier op <strong>als</strong> de beschermheiligen<br />

van de genoemde categorieën: Lucia, de lichtheilige beschermt<br />

de beeldende kunsten, Anne beschouw ik in deze context<br />

<strong>als</strong> de martelares van de schrijvers, Caecilia is patrones van de<br />

componisten en Jeanne zie ik <strong>als</strong> protagonist van alle heiligen.<br />

(Ze wonen respectievelijk op de zesde, de tiende, de negentiende<br />

en de tweede verdieping.)<br />

Gerhard Lentink<br />

Opus 35: Madonna der dagen (geopende toestand)<br />

2009-2010, 132 x 132 x 388 cm<br />

Nu ontwikkelde ik een verdelingsmethode om tot een gelijkmatige<br />

spreiding van de categorieën – en subcategorieën <strong>als</strong> nationaliteit,<br />

eeuw, geslacht – over de twintig verdiepingen te komen. Daarbij<br />

hanteerde ik het principe van het ‘geleide toeval’, ongeveer zo<strong>als</strong><br />

de Griekse componist Iannis Xenakis (1922 – 2001) in zijn muziek<br />

het toeval naar zijn hand zet.<br />

Voordat ik de toev<strong>als</strong>tombola losliet op mijn selectie reserveerde<br />

ik vooraf twee kamers voor de twee oudste eregasten in het gezelschap:<br />

de Griekse dichters Homerus (ca 800 – ca 750 v.Chr.) en<br />

Sappho (ca 612 – ca 750 v.Chr.). Beiden wees ik een kamer toe op<br />

cruciale plaatsen op de centrale as van de torso: Homerus kreeg<br />

de kamer bij het hart en Sappho de ‘vrouwenkamer’ bij de vulva.<br />

Aardig daarbij was het om je voor te stellen dat de verschillende<br />

bewoners van een bepaalde etage elkaar ontmoeten zouden in de<br />

wandelgangen, zo<strong>als</strong> Dante Alighieri (hij bewoont de ‘navelkamer’<br />

op de elfde etage) dat beschreef in zijn Divina Comedia.<br />

Als willekeurig voorbeeld noem ik hier de twaalf bewoners van<br />

de dertiende verdieping: de componisten Modest Moessorgsky,<br />

Joseph Haydn en Enrique Granados; de schrijvers Robert Musil,<br />

Francesco Petrarca, Simon Vestdijk en Emily Dickinson, de<br />

schilders Gustave Courbet, Matthijs Maris en Pietro Perugino,<br />

de beeldhouwer Benvenuto Cellini en de heilige Scholastica<br />

van Nursia. Deze verdieping omspant een periode van 15 eeuwen:<br />

vanaf de geboorte van Scholastica in 480 tot aan de dood van<br />

Musil in 1942. Vier bewoners kunnen bij leven elkaar nooit<br />

tegengekomen zijn, heel misschien heeft de oude Perugino de<br />

jonge Cellini ooit (bij toeval?) ontmoet. De zes jongste bewoners<br />

zijn allen geboren in de negentiende eeuw en zouden elkaar<br />

theoretisch hebben kunnen ontmoeten, maar ik vermoed dat<br />

het merendeel van hen alleen van de anderen gehoord zal hebben.<br />

Er zal dus genoeg te bespreken zijn in de wandelgangen van die<br />

verdieping, waarbij het Italiaans, Frans en Duits wel de voertaal<br />

zullen zijn met hier en daar een beetje Nederlands en heel weinig<br />

Engels, Spaans en Russisch.<br />

De constructie van het ‘bouwwerk’ bestond uit het in elkaar<br />

zetten van een tevoren gezaagd bouwpakket bestaande uit zo’n<br />

vijftienhonderd onderdelen. De verschillende etages werden <strong>als</strong><br />

prefab elementen al helemaal vervaardigd en geschilderd. Pas<br />

daarna werden ze een voor een op elkaar gestapeld en met lijm en<br />

schroeven vastgezet op de verdieping eronder. Na het afwerken en<br />

beschilderen van de buitenkant en het bevestigen van de deurtjes<br />

was het beeld klaar. (4 mei 2010)<br />

Meteen daarna maakte ik de legenda, die een overzicht biedt van<br />

de bewoners en hun plaats in het beeld.<br />

Dit ‘allerzielenbeeld’ wil een hommage brengen aan 28 eeuwen<br />

westerse cultuurgeschiedenis. <strong>Het</strong> is in mijn ogen een vrolijk,<br />

troostrijk en optimistisch beeld: het viert de overwinning die<br />

de grote kunstenaars met hun onsterfelijke werken bevochten<br />

hebben op de dood. Hun Nachleben omvat een veelvoud van de<br />

werkelijk geleefde levens en heeft de cultuur van het Avondland<br />

haar schitterende vorm gegeven.<br />

Gerhard Lentink<br />

CuRRICulum VITAE gERHARD lENTINk<br />

Biografie<br />

1956 Geboren in Deventer<br />

1974 - 1975 Vrije Academie, Amsterdam (docent: o.a. Ies Jacobs)<br />

1975 Reis door Griekenland en Italië<br />

1975 - 1980 Academie voor Beeldende Kunsten St. Joost,<br />

Breda: monumentale vormgeving / schilderkunst<br />

(docenten: o.a. Theo Mols, Paul de Swaaf)<br />

1977 Reis door Egypte<br />

1981 Reis door de Sahara, langdurig verblijf in<br />

Mali en Ivoorkust<br />

1982 - heden Vestiging in Dordrecht<br />

realisering monumentale houten plastieken<br />

Opdrachten<br />

1991 - 1992 General Biscuits Nederland, Dordrecht<br />

1996 - 1997 Frans Kik, Dordrecht<br />

1996 - 1999 Franciscus Ziekenhuis, Roosendaal<br />

1997 Appelboom / Mouvance, La Pommerie,<br />

Haute-Corrèze, Frankrijk<br />

1997 - 2000 Sara Lee / DE, Utrecht<br />

1998 - 2000 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Den Haag<br />

(portret Koningin Beatrix)<br />

2002 - 2003 Gemeente Alphen aan den Rijn<br />

2003 Beaufort, Oostende, België<br />

2003 HD Projecten, Rotterdam (schetsopdracht)<br />

2004 - 2006 Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en<br />

Waarden, Dordrecht<br />

2006 - 2008 Gemeente Rijssen-Holten<br />

Collecties<br />

REPGB (voorheen Energieproduktiebedrijf UNA), Utrecht<br />

Museum De Fundatie, Zwolle<br />

Burgraadt Gebouwen B.V., Dordrecht<br />

Museum Beelden aan Zee, Scheveningen<br />

Museum voor Moderne Kunst, Oostende, België<br />

Gemeente De Panne, België<br />

Erfgoedcentrum DiEP, Dordrecht<br />

Domus Medica, Utrecht<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, Wageningen<br />

Particuliere collecties in Nederland en België<br />

Prijzen<br />

1990 Ary Schefferprijs<br />

1997 La médaille de bronze, Société des Artistes<br />

de la Haute-Corrèze<br />

Fragment<br />

93


Fragment<br />

94<br />

Arboretum<br />

De Dreijen<br />

EEN TuIN VAN HET DEPOT<br />

De gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> grenzen aan een prachtige tuin: Arboretum De Dreijen.<br />

Strikt genomen is De Dreijen veel meer dan alleen een bomentuin - want dat betekent<br />

‘arboretum’ letterlijk. <strong>Het</strong> is ook een botanische tuin, met allerlei heesters, kleinere<br />

planten, bloemen, teveel om hier op te noemen.<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> heeft het arboretum niet alleen in beheer genomen<br />

omdat het zo aardig <strong>als</strong> luxe wandelpad fungeert tussen Villa<br />

Hinkeloord - met overigens haar eigen fraaie arboretum - en de<br />

andere gebouwen. De reden is vooral dat beide arboreta perfect<br />

passen bij de intenties achter <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: aandacht voor mensen,<br />

aandacht voor de natuur. <strong>Het</strong> één hoort onlosmakelijk bij het ander.<br />

Net <strong>als</strong> de nieuwe gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> wordt op 25 maart ook<br />

Arboretum De Dreijen officieel geopend. In <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is vanaf die<br />

dag een door de tuin geïnspireerde permanente tentoonstelling te<br />

zien. Een belangrijk aspect van deze tentoonstelling is de film die<br />

Stijn van der Loo over het arboretum maakte.<br />

Om de officiële opening van Arboretum De Dreijen wat luister bij<br />

te zetten op de volgende bladzijden drie achtergrondverhalen.<br />

Tuinhistoricus Gert van Maanen brengt de bewogen geschiedenis<br />

van de tuin in kaart, Annemarie Lavèn interviewt Stijn van der Loo<br />

en Yvonne Lammers-Keijsers vertelt iets over de tentoonstelling.<br />

Fragment<br />

95


Fragment<br />

96<br />

VAN MENSEN,<br />

BOMEN<br />

EN PLANTEN<br />

DE TENTOONSTEllINg OVER<br />

DE ARbORETA VAN HET DEPOT<br />

DE mENS EN DE NATuuR – ZE HOREN bIJ ElkAAR. PlANTEN, STRuIkEN<br />

EN bOmEN gEVEN ONS RuST, VOEDSEl, mEDICIJNEN, bOuWSTOFFEN,<br />

bRANDSTOF… VAAk bESEFFEN WE NAuWElIJkS HOE INTENS DE RElATIE<br />

mET HET gROEN Om ONS HEEN EIgENlIJk IS. WE ZIJN AFHANkElIJk VAN<br />

DE NATuuR AlS HET gAAT Om AARDSE ZAkEN AlS VOEDSEl EN bOuWmATERIAlEN,<br />

mAAR OOk OP HET mEER SPIRITuElE VlAk blIJkEN WE<br />

bOmEN EN PlANTEN NODIg TE HEbbEN. DE VASTE TENTOONSTEllINg<br />

NAAR AANlEIDINg VAN DE ARbORETA DE DREIJEN EN HINkElOORD, DIE<br />

OP 25 mAART IN HET DEPOT gEOPEND ZAl WORDEN, STAAT STIl bIJ DIE<br />

SCHIJNbARE AFHANkElIJkHEID EN gEEFT EEN bEElD VAN DE VElE<br />

FACETTEN VAN DE VERHOuDINg TuSSEN mENSEN, PlANTEN EN bOmEN.<br />

De tentoonstelling is opgebouwd rond<br />

10 thema’s die alle een ander beeld geven<br />

van de verhouding tussen ons en het groen<br />

om ons heen. Een onderwerp dat bijvoorbeeld<br />

behandeld wordt is de geschiedenis<br />

van de taxonomie. Er wordt verteld hoe<br />

de vroege wetenschappers de wereld om<br />

hen heen probeerden te verklaren en te<br />

structureren. Linnaeus komt daarbij aan<br />

bod met zijn systeem van ‘binominale<br />

nomenclatuur’. Dit systeem, waarvoor hij<br />

met de beschrijving van 9000 soorten de<br />

basis legde, wordt vandaag de dag nog<br />

steeds gebruikt in de biologie.<br />

Er is aandacht voor Darwin en zijn evolutietheorie<br />

en het belang van de erfelijkheidsleer.<br />

Maar er is ook aandacht voor<br />

minder bekende strijders op de weg naar<br />

het begrijpen van onze natuur. Van eigen<br />

bodem was er Professor De Vries, die een<br />

alternatief vond voor Darwins geleidelijke<br />

evolutie in de sprongtheorie. De evolutie<br />

HET GELDT NOG ALTIJD ALS Dé<br />

STANDAARD ONDER BIOLOGEN:<br />

HET SYSTEEM VAN ‘BINOMINALE<br />

NOMENCLATUUR’ DAT CAROLUS<br />

LINNAEUS ONTWIERP VOOR HET<br />

BESCHRIJVEN EN ORDENEN VAN<br />

PLANTEN EN BLOEMEN.<br />

zou volgens hem steeds grote veranderingen<br />

(‘sprongen’) in één keer maken. Hij had<br />

dit vastgesteld door uitgebreide studies<br />

aan de Teunisbloem. Helaas bleek zijn<br />

idee uiteindelijk niet te kloppen, maar het<br />

gaf de wetenschap een flinke kluif om de<br />

tanden in te zetten.<br />

Een ander thema dat uitgebreid belicht<br />

wordt, komt uit een heel andere hoek –<br />

die van sprookjes, legenden en verhalen.<br />

Fragment<br />

97


Fragment<br />

98<br />

In veel vertelsels spelen bomen, planten<br />

en bossen een belangrijke rol. Soms gaat<br />

het daarbij om de setting; een donker bos<br />

geeft de verteller een prachtig podium<br />

voor een spannend verhaal, waarin achter<br />

iedere boom een wolf of ander wild dier<br />

kan loeren. In andere gevallen spelen<br />

bomen zelf een rol. Ze komen tot leven en<br />

zijn ons mensen lang niet altijd gunstig<br />

gezind. Andere bomen zijn verbonden met<br />

religies en fungeren in het wereldbeeld<br />

<strong>als</strong> de spil van de wereld, de zogenaamde<br />

‘axis mundi’. De tentoonstelling geeft een<br />

bloemlezing van verhalen en religies en<br />

laat daarbij de grote diversiteit zien.<br />

Met dit alles is slechts een tipje van de<br />

sluier opgelicht - in de tentoonstelling is<br />

nog veel meer te beleven. Zo kunt u zich<br />

verdiepen in onderwerpen <strong>als</strong> duurzaamheid,<br />

natuur en welzijn, plantensymboliek,<br />

het gebruik van kruiden, hout <strong>als</strong> bouw-<br />

en constructiemateriaal en nog veel meer.<br />

In vitrines vindt u voorbeelden van het<br />

brede scala dat bomen en planten ons te<br />

bieden hebben. Kortom: een tentoonstelling<br />

zo veelzijdig <strong>als</strong> de natuur zelf!<br />

Yvonne Lammers-Keijsers<br />

IMPRESSIE TENTOONSTELLING OVER<br />

ARBORETUM DE DREIJEN<br />

Fragment<br />

99


Fragment<br />

100<br />

HARTOGH HEYS VAN ZOUTEVEEN,<br />

SCHILDERIJ UIT 1901<br />

Van onderwijstuin<br />

tot bomenparadijs<br />

DE gESCHIEDENIS VAN ARbORETum DE DREIJEN<br />

Arboretum De Dreijen is een groene en vredige enclave in<br />

Wageningen met een bewogen geschiedenis. Tijdens zijn 116-jarig<br />

bestaan wisselt de tuin meermalen van functie en worden er stukken<br />

aan toegevoegd of juist afgesneden. Een doorleefde cultuurhistorie<br />

die deze levende plantencollectie toegevoegde waarde geeft. bioloog<br />

en wetenschapsjournalist gert van maanen ging op zoek naar de<br />

wortels van deze bijzondere tuin.<br />

ééN VAN LEONARD SPRINGERS TEKENINGEN TER ‘VERKLARING VAN DE AANLEG VAN HET TERREIN’<br />

Fragment<br />

101


Fragment<br />

102<br />

Hoe de tuin De Dreijen er meer dan een eeuw geleden precies<br />

uitzag, is lastig te reconstrueren. <strong>Het</strong> meeste houvast biedt het<br />

schetsontwerp dat de beroemde tuinarchitect Leonard Springer<br />

(1855-1940) publiceerde in 1896. Op 3 oktober van dat jaar opent<br />

toenmalige minister van Binnenlandse Zaken Samuel van Houten<br />

de Wageningse Rijkstuinbouwschool en haar proeftuin. In die tijd<br />

ligt de gecombineerde directeurswoning en schoolgebouw, nu lokaal<br />

bekend <strong>als</strong> ‘Plantentaxonomie’ of ‘Gebouw met de Klok’, min<br />

of meer centraal op het terrein. De omringende proef- en onderwijstuinen<br />

beslaan in totaal bijna vijf hectare. De westgrens reikt<br />

verder dan de huidige Arboretumlaan tot aan het Delhorstpad, de<br />

scheidslijn met de toenmalige begraafplaats. <strong>Het</strong> tuincomplex<br />

ligt dan aan de stadsrand van Wageningen en is voorzien van een<br />

mantel van dekheesters om het te beschermen tegen invallende<br />

noordelijke winden.<br />

lEONARD SPRINgER<br />

De terreininrichting weerspiegelt de denkbeelden van Springer,<br />

die vindt dat een grondige kennis van planten, bomen en struiken<br />

noodzakelijk is om tuinbouw en -kunst op een hoger plan te brengen.<br />

Alle takken van tuinbouw zijn op het terrein aanwezig: een<br />

groentetuin, een geometrische rozentuin, een pomologische tuin<br />

of boomgaard, druiven- en perzikenkassen, een ‘varengaarde’<br />

met waterkom voor inheemse waterplanten, een bloemisterij met<br />

meerdere serres en kwekerijen voor bomen, bol- en knolgewassen,<br />

eenjarige en vaste planten. Bovendien is plaats ingeruimd voor<br />

een oefentuin voor mozaïekcultuur en voor een arboretum of<br />

oefenpark met houtige gewassen.<br />

Voor dit arboretum reserveert Springer bijna een hectare aan de<br />

oostkant langs de Rijksstraatweg, de huidige Generaal Foulkesweg.<br />

De in landschapstijl aangelegde bomentuin is bedoeld om<br />

leerlingen kennis te laten nemen van de natuurlijke vorm van<br />

ANONIEME LUCHTFOTO VAN DE<br />

DREIJEN, BEGIN 20STE EEUW<br />

verschillende bomen en heesters. Deze boshoek maakt blijkbaar<br />

ook op de buitenwereld de meeste indruk, want de bushalte ter<br />

plaatse staat jarenlang algemeen bekend <strong>als</strong> ‘Tuinbouw-Arboretum’.<br />

In het Tijdschrift voor Tuinbouw van 1876 beschrijft Springer het<br />

tweeledig nut van dit oefenpark. ‘Ten eerste <strong>als</strong> arboretum, dat<br />

het grootst mogelijk aantal soorten van boomen en struiken zal<br />

bevatten voor ons klimaat en voor onze parken geschikt. Dit wordt<br />

niet alleen een leerschool voor de leerlingen, maar ook voor alle<br />

belanghebbenden, wanneer zij zich wenschen te vergewissen van<br />

den naam van den een of anderen boom of struik. Hier zullen de<br />

leerlingen tevens onderwezen worden in het onderhouden van parken<br />

en buitenplaatsen, in het behandelen van bomen en struiken,<br />

om ze in hun ware schoonheid te zien, waartoe op kweekerijen<br />

nooit of zelden gelegenheid is’, aldus Spinger.<br />

lOuISE bAAS bECkINg<br />

<strong>Het</strong> tuinencomplex gaat dertig jaar later in 1906 vrijwel geruisloos<br />

over in handen van de Rijks Hogere Land-, Tuin- en Boschbouwschool<br />

en in 1918 van de Landbouwhogeschool (LH). In 1913<br />

wordt het complex nog iets vergroot in noordelijke richting. <strong>Het</strong><br />

aantal soorten en variëteiten in het bosdeel is dan opgelopen tot<br />

rond de 1200. Loofbomen <strong>als</strong> eik, beuk, iep, populier en okkernoot<br />

staan vooral langs de straatweg, de coniferen meer centraal ten<br />

noordwesten. Conservatrice Louise Baas Becking, de ontwerper<br />

van de stijltuin rond de centrale vijver, meldt in 1918 dat het oorspronkelijke<br />

plan om van iedere soort drie exemplaren te poten is<br />

opgegeven. ‘<strong>Het</strong> geschiedt nog steeds bij kleine planten. De grotere<br />

planten (in ’t bijzonder de boomen) moeten, zoodra zij eene zekere<br />

ontwikkeling bereikt hebben, opgeruimd worden’, zo schrijft ze<br />

in de Mededelingen van de Rijks Hoogere Land-, Tuin- en Boschbouwschool.<br />

In de jaren dertig krimpt de tuin enigszins in, om nieuwbouw van<br />

het Botanisch Laboratorium mogelijk te maken. Met de aanleg van<br />

ANSICHTKAARTEN EN FOTO VAN<br />

DE WAGENINGSE RIJKSTUINBOUW-<br />

SCHOOL: DIRECTEURSWONING<br />

ANNEX SCHOOLGEBOUW. DE FOTO IS<br />

GEMAAKT BIJ DE OPENING VAN DE<br />

SCHOOL OP 3 OKTOBER 1896.<br />

de Arboretumlaan valt de afgesneden westelijke strook prijs aan<br />

woningbouw. De komst van de LH-afdeling Plantensystematiek<br />

en -geografie naar het Gebouw met de Klok in 1925 zorgt voor een<br />

accentverschuiving van praktische tuin- en bosbouw naar meer<br />

botanische aspecten van planten. Onderwijs en onderzoek zijn<br />

maatgevend voor de activiteiten in tuin en kassen.<br />

ZESDuIZEND SOORTEN<br />

Door gebrek aan brandstof gaat in de Tweede Wereldoorlog een<br />

flink deel van de tropische collectie verloren. Doordat Wageningen<br />

vanaf 1944 in de frontlinie ligt, is er ook veel schade aan gebouwen,<br />

kassen en tuin door granaatinslagen. Na de oorlog barst de<br />

tuin al spoedig uit haar jasje. <strong>Het</strong> bestuur van de Landbouwhogeschool<br />

besluit daarom in 1951 om voor 75.000 gulden het zwaar<br />

beschadigde landgoed ‘Belmonte’ op de bergrand aan te kopen.<br />

Een aantal bomen en struiken verhuist van De Dreijen met paard<br />

en wagen naar het 17 hectare grote Belmonte Arboretum.<br />

In de naoorlogse periode bloeien botanische tuinen <strong>als</strong> nooit te voren,<br />

mede dankzij de kruisbestuiving tussen kwekers en botanici.<br />

Bij het 75-jarig bestaan van de botanische tuinen in 1971 zijn er 16<br />

medewerkers om de collectie van zesduizend soorten en cultivars<br />

in beide tuinen te verzorgen. In het onderzoek zijn chromosoomstudies<br />

en taxonomie belangrijke speerpunten, terwijl er vanuit<br />

de handel veel belangstelling is voor sortimentsonderzoek aan<br />

siergewassen. Naast onderwijs en onderzoek ontwikkelt voorlichting<br />

zich tot een belangrijk derde aandachtsgebied. Daarnaast is<br />

recreatief bezoek in opkomst.<br />

luSTHOF VOOR lINNAEuS<br />

De bouw van een nieuw herbariumgebouw en een grote tropische<br />

kas in 1985 markeert het hoogtepunt van de naoorlogse bloei van<br />

de Wageningse botanie. Door de opkomst van nieuwe methoden<br />

en wetenschapsgebieden verliezen collecties vervolgens gaan-<br />

deweg terrein in onderwijs en onderzoek. Langzaam verdampen<br />

bij universiteiten bovendien de middelen voor de erfgoedtaak.<br />

Illustratief is de klacht van curator Jan Just Bos in het Wagenings<br />

Universiteitsblad van 1994. ‘Alleen in Leiden en Wageningen komen<br />

de studenten nog met planten in aanraking. Daar wordt nog<br />

aan determineren gedaan. De rest doet het niet meer, en wijdt zich<br />

uitsluitend aan de moleculaire technologische methoden; binnen<br />

de kortste keren denken ze dat dat enge groene spul in die reageerbuis<br />

een plant is,’ moppert Bos.<br />

<strong>Het</strong> krimpend tuinteam probeert de dalende academische rol te<br />

compenseren door meer accent te leggen op de publieksfunctie.<br />

De Wageningse tuinen krijgen in 2001 het predicaat ‘Geregistreerd<br />

Museum’ en worden steeds vaker ingezet bij publieksmanifestaties.<br />

Zo is het Belmonte Arboretum tussen 1976 en 2009<br />

negen keer gastheer van Beelden op de Berg en in 2007 wordt de<br />

complete Dreijentuin omgetoverd tot ‘Lusthof voor Linnaeus’.<br />

HET DEPOT<br />

Dat Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> het tuinbeheer heeft overgenomen,<br />

is tegen deze achtergrond - en tegen de achtergrond van de keuze<br />

van de universiteit zich voortaan te concentreren op de Campus<br />

in Wageningen Noord - welhaast een logische stap. De proeftuin<br />

van weleer kan zich nu in afgeslankte vorm en in samenspel met<br />

de al even mooie tuin rond Villa Hinkeloord ontwikkelen tot een<br />

heerlijke wandeltuin. Dat de functie van oefentuin daarmee niet<br />

ten einde is, mag overigens blijken uit de talloze bordjes bij de<br />

planten: wie zich ‘wenscht te vergewissen van den naam van den<br />

een of anderen boom of struik’, om met Springer te spreken,<br />

kan net <strong>als</strong> vroeger ook vandaag nog volop terecht in Arboretum<br />

De Dreijen.<br />

Gert van Maanen<br />

Fragment<br />

103


Fragment<br />

104<br />

ODE AAN DE SEIZOENEN<br />

FILMPORTRET VAN DE DREIJEN<br />

In gesprek met documentairemaker<br />

Stijn van der Loo<br />

De tentoonstelling van de Arboreta De Dreijen en Hinkeloord die vanaf 25 maart in<br />

<strong>Het</strong>­<strong>Depot</strong>­te­zien­is,­trekt­op­allerlei­manieren­de­aandacht.­Eén­daarvan­is­de­filmdie<br />

Stijn van der Loo over Arboretum De Dreijen maakte. Annemarie Lavèn zocht<br />

de­filmmaker­op­en­sprak­met­hem.<br />

Fragment<br />

105


Fragment<br />

106<br />

Hoewel hij een grote studio heeft aan de rand van Amsterdam,<br />

werkt Stijn van der Loo het liefst vanuit een krap kamertje in de<br />

nok van zijn huis. Daar heeft hij alle benodigde apparatuur bij de<br />

hand om geluid te mixen, beelden te monteren en professionele<br />

audio-opnames te maken. Vanuit het zolderraam tuurt Van der<br />

Loo naar de lucht. Ondanks de tijd van het jaar is het bijzonder<br />

zacht. ‘Ik hoop zo dat we nog een strenge winter krijgen. Ik moet<br />

echt nog een shot hebben van die prachtige tuin bedekt onder een<br />

sneeuwdek.’<br />

De bedoelde tuin is Arboretum De Dreijen in Wageningen, sinds<br />

2004 in beheer van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Van der Loo werkt aan<br />

een filmisch portret van deze bijzondere tuin. De documentaire<br />

maakt deel uit van een nieuwe, permanente tentoonstelling over<br />

het arboretum, die 25 maart opent.<br />

Stroom en compositie<br />

Alleskunner Stijn van der Loo (1963) heeft een imponerende staat<br />

van dienst. Met zijn a capella zanggroep Intermezzo trad hij jarenlang<br />

op in binnen- en buitenland, <strong>als</strong> componist en zanger werkt<br />

hij samen met onder anderen Huub Oosterhuis en <strong>als</strong> autodidact<br />

filmmaker wordt hij regelmatig gevraagd voor documentaires. Ook<br />

zijn literaire talent is niet onopgemerkt gebleven, want meerdere<br />

malen vielen zijn romans in de prijzen. Januari van dit jaar kwam<br />

zijn nieuwste roman Slopers uit, over het lot van twee broers die<br />

met hun bedrijf in sloop- en terrazzowerkzaamheden het hoofd<br />

maar net boven water kunnen houden.<br />

‘In mijn hoofd probeer ik deze verschillende disciplines strikt<br />

te scheiden’, zegt Van der Loo. ‘Maar terwijl ik het zeg, weet ik<br />

dat het eigenlijk niet waar is. Of ik nu een film maak, muziek<br />

componeer of een boek schrijf, al die disciplines zijn gebaseerd op<br />

dezelfde stringente compositiewetten. Naar mijn gevoel zijn dat<br />

universele wetten die te maken hebben met evenwicht. Die drie<br />

vakgebieden zijn daarom sterk met elkaar verbonden.’<br />

Hij vervolgt: ‘Want wat je ook maakt, je werkt met twee elementen:<br />

stroom en compositie. Stroom is datgene waar je zelf geen vat op<br />

hebt, maar wat het universum je aanreikt, zo<strong>als</strong> talent en intuïtie.<br />

Je moet je daar wel bewust van zijn en je ervoor openen. Compositie<br />

is wat uit jezelf komt. Denk aan ambacht, discipline, productie<br />

en het op orde hebben van je apparatuur. En wanneer die twee<br />

elementen samen komen, dan gebeurt het.’<br />

Urgentie<br />

En dat is precies de bedoeling van Van der Loo’s werk. Hij zegt<br />

daarover: ‘Mijn ideaal is dat kunst in zichzelf urgent is. Daar<br />

bedoel ik mee dat het nodig is dat het er komt. En die urgentie voel<br />

je <strong>als</strong> maker, luisteraar, lezer of toeschouwer.’ Dezelfde urgentie<br />

hoopt Van der Loo ook te vangen in zijn documentaire over<br />

Arboretum De Dreijen. ‘<strong>Het</strong> klinkt misschien wat obligaat’, zegt<br />

hij, ‘de vier seizoenen die in elkaar overlopen. Maar wie de film<br />

ziet, moet het gevoel krijgen naar een symfonie te kijken.’<br />

Stijn van der Loo’s rol bij de productie van de film is primair die<br />

van regisseur. ‘Ik moet zelf niet de cameravoering gaan doen, daar<br />

ben ik veel te onrustig voor. Wel verzorg ik de montage. Zeker bij<br />

een portret kan dat nog best ingewikkeld zijn, maar omdat audioediting<br />

voor een deel gelijk is aan video-editing, heb ik veel baat<br />

bij mijn muzikale achtergrond. Daarnaast werk ik met erg goede<br />

mensen, zo<strong>als</strong> cameraman Deen van der Zaken. Deen is ook een<br />

echt natuurmens, dus dat was erg gunstig bij het draaien van de<br />

film. Zelf ben ik toch meer een man van verhalen.’<br />

Verhaal van de natuur<br />

Hoewel het arboretum ook vanuit historisch of botanisch oogpunt<br />

belicht zou kunnen worden, heeft Van der Loo ervoor gekozen het<br />

verhaal van de natuur in beeld te brengen. ‘De informatieve kant<br />

van de tuin laat ik in mijn documentaire bewust buiten beschouwing,<br />

om te voorkomen dat de film het karakter van een cursus<br />

krijgt. Je moet bedenken dat mensen niet zo zeer onthouden wat,<br />

maar hoe iets verteld wordt. Ze onthouden hoe iemand spreekt of<br />

lacht, of met welke energie iemand praat. Op die manier ontstaat<br />

een portret. Datzelfde wil ik doen met het arboretum. Ik wil een zodanig<br />

portret maken, dat je <strong>als</strong> kijker een overweldigende ervaring<br />

ondergaat.’ Van der Loo heeft de woorden nog niet uitgesproken,<br />

of hij wil ze al terugnemen. ‘<strong>Het</strong> is eigenlijk gevaarlijk om zoiets te<br />

zeggen, want de film is nog niet af. En <strong>als</strong> je het dan al uitspreekt,<br />

is er een kans dat het niet lukt. Ik ben toch wat bijgelovig.’<br />

Fragment<br />

107


Fragment<br />

108<br />

Muziek<br />

In vrijwel al het werk van Van der Loo is muziek leidend, en ook<br />

bij deze documentaire speelt geluid een belangrijke rol. Hij maakt<br />

vooral gebruik van geluiden uit de natuur, maar denkt ook aan<br />

strijkers. <strong>Het</strong> geluid moet de beleving van de film versterken. ‘De<br />

bezoeker van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ziet de film straks op drie grote schermen,<br />

waarop shots van de tuin elkaar afwisselen en in elkaar overgaan.<br />

Doordat hij zal worden omringd door een surround geluidssysteem,<br />

komt het geluid van alle kanten. Op het moment dat de<br />

herfststorm opsteekt, moet het dan ook werkelijk <strong>als</strong> herfst<br />

voelen. De gedaantewisseling van de vier seizoenen moet een<br />

enorme ervaring worden.’<br />

Tijdloos<br />

Dit is de eerste documentaire die Van der Loo maakt waar geen<br />

mensen in voorkomen. Zelfs van de beelden in de tuin zal alleen<br />

een enkele schim zichtbaar zijn, even<strong>als</strong> van de markante<br />

gebouwen. <strong>Het</strong> gaat puur om hoe de natuur zich ontwikkelt. <strong>Het</strong><br />

gebrek aan personages maakte het filmen niet eenvoudig. ‘Op een<br />

van de draaidagen keek de cameraman een beetje mies om zich<br />

heen’, vertelt Van der Loo. ‘Hij zei: “waar je ook gaat staan, er zijn<br />

gewoon alleen maar mooie shots te maken”. En inderdaad schuilt<br />

daarin juist het gevaar. Want een documentaire met louter mooie<br />

plaatjes werkt niet. Er moet een dramatische ontwikkeling in de<br />

film zitten.’<br />

Van der Loo schetst hoe die dramatische spanningsboog vanuit<br />

het verloop van de seizoenen wordt opgebouwd: ‘De film begint<br />

tastend met beelden van de vroege lente en bloeit naar de zomer<br />

toe op. In de herfst beleeft hij zijn climax, wanneer een zware<br />

herfststorm door de tuin raast. Daarna drijven we uit in de sereniteit<br />

van de winter, om vervolgens weer naadloos over te gaan in de<br />

lente. Zodoende vatten we de tijdloze cirkelgang van de seizoenen<br />

in beeld.’<br />

Annemarie Lavèn<br />

Fragment<br />

109


Fragment<br />

110<br />

Nieuw in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Restaurant Linnaeus<br />

IN gESPREk mET<br />

ANDETTE EN HENk HIlVERINg<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> kent vanaf 25 maart een aantal bijzondere extra’s.<br />

Natuurlijk hoort Arboretum De Dreijen daarbij, het park dat<br />

zo prachtig de gebouwen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> met elkaar verbindt.<br />

Maar zeker ook Restaurant Linnaeus. Fragment sprak met<br />

Andette en Henk Hilvering, de koks van het restaurant.<br />

Terwijl ze voorbereidingen troffen voor een gerecht - involtini<br />

van kalfsvlees met groene asperges, met een plakje kaas en<br />

wat mortadella - ontstond een kleurrijk gesprek over groente<br />

en eerlijk koken, over kunst, over eenvoud.<br />

Fragment Fragm<br />

111<br />

111


Involtini van kalfsvlees<br />

met mortadella, kaas en<br />

groene asperges<br />

VOOR DIT RECEPT IS NODIg:<br />

- Kalfsoester<br />

- Mortadella (Italiaanse worst, ham-achtig met pistachenootjes)<br />

- Kaas, bijvoorbeeld Bel paese (Italiaanse, goede smeltkaas),<br />

boerenbelegen kaas of geitenkaas<br />

- Groene asperges<br />

- Olijfolie / roomboter<br />

- Peper / zout<br />

bEREIDINgSWIJZE<br />

Sla de kalfsoesters tussen twee velletjes folie plat of klop ze met<br />

een vleeshamer overal even dun uit. Bedek de kalfslapjes met<br />

een plakje mortadella en een plakje kaas. Schil de groene asperges<br />

<strong>als</strong> het nodig is en blancheer ze kort. Leg 1 of 2 asperges in<br />

het midden. Rol de kalfslapjes op en bind ze met keukengaren<br />

dicht. Bestuif de rolletjes met een beetje bloem. Verhit de olie<br />

en de boter in de koekepan en bak de involtini’s rondom bruin.<br />

Zet het vuur laag en laat nog even doorgaren.<br />

Dit recept kan op vele manieren worden gemaakt. <strong>Het</strong><br />

rolletje,­van­kalfsoester­of­kipfilet­of­rundvlees,­kan­ookworden<br />

gevuld met pancetta, verse kruiden met ui en<br />

knoflook,­parmaham,­gedroogde­tomaat­en­olijven.<br />

Ook is dit recept heel geschikt om vooraf te maken en<br />

warm te houden in een niet te warme oven. (150 graden)<br />

Heerlijk te combineren met een kleurrijke insalata<br />

mista met groene kruidensaus en ansjovis.<br />

‘Moet je kijken,’ zegt Henk Hilvering <strong>als</strong><br />

hij me binnenlaat. Hij wijst me een stoel.<br />

‘Ga eens zitten? Merk je dat? Lijkt het niet<br />

gewoon <strong>als</strong>of je in de tuin zit te lunchen?’<br />

Hij heeft gelijk. De glazen wand die het<br />

ruime restaurant van de tuin scheidt, is<br />

bijna onmerkbaar. Bovendien treffen we<br />

het: het middaglicht valt zacht naar<br />

binnen, gefilterd door de bomen van het<br />

Arboretum. <strong>Het</strong> groen van de zitbanken<br />

langs de muren krijgt er een extra glans<br />

door, en ook het iets gebroken wit van de<br />

kunststof stoelen en de tafeltjes weerspiegelt<br />

wat het hele restaurant wil zijn:<br />

chique zonder opsmuk, eenvoudig maar<br />

tot in detail verzorgd. Hier kom je tot rust.<br />

gEEN TIERElANTIJNEN:<br />

gROENTEN!<br />

Andette herkent wat ik ervaar. ‘<strong>Het</strong> is<br />

precies waar we aan gewerkt hebben,’ zegt<br />

ze. ‘Niet alleen qua sfeer in het restaurant,<br />

maar vooral ook wat de kaart betreft. Die<br />

is net <strong>als</strong> alles hier zonder tierelantijnen,<br />

maar wát er op staat is van de weeromstuit<br />

meteen ook zo eerlijk <strong>als</strong> bronwater.’ We<br />

staan intussen in de open keuken. Ook<br />

hier een interieur dat licht en eenvoud<br />

uitstraalt: lichtgroene tegels tegen de<br />

wanden, gepoetste roestvrijstalen aanrechten,<br />

fraaie Italiaanse keukenmachines.<br />

En natuurlijk de geur van zorgvuldig<br />

geroosterde asperges, gekookte tuinbonen,<br />

wat rauwe winterpeen, bloemkool, kruimig<br />

gekookte aardappeltjes. Henk wijst ze<br />

me aan. ‘Eigenlijk zie je hier voor je wat<br />

Restaurant Linnaeus wil zijn,’ zegt Henk.<br />

‘Groente staat centraal, en dan met name<br />

groente uit de directe omgeving. Want <strong>als</strong><br />

je koken wilt zo<strong>als</strong> wij hier, dan komt het<br />

misschien nog wel meer dan elders aan op<br />

echt lekkere ingrediënten. En, mocht je<br />

daar al bang voor zijn: beperkt is de keuze<br />

werkelijk niet. Wist je bijvoorbeeld dat er<br />

wel tien soorten worteltjes bestaan? Hun<br />

smaak hangt onder meer af van de grond<br />

waarop ze geteeld worden. Dat heeft te<br />

maken met de vochthuishouding, die in<br />

klei vanzelfsprekend anders is dan in<br />

zand. Je kunt je dus voorstellen dat we<br />

voor het ene gerecht precies die ene wat<br />

bitterder soort willen, voor een ander<br />

gerecht de net wat zoetere.’<br />

Inmiddels heeft Restaurant Linnaeus de<br />

nodige contacten gelegd met leveranciers<br />

uit de omgeving van Wageningen. Graan<br />

voor broodjes komt bij Molen De Vlijt<br />

vandaan, groenten worden onder meer<br />

door Taco IJzerman geleverd, die ze in zijn<br />

‘Ommuurde Tuin’ - zo heet zijn bedrijf -<br />

ecologisch verantwoord verbouwt.<br />

kOOkkuNST<br />

Bijzonder aan Andette en Henk Hilvering<br />

is dat ze geen koksopleiding hebben gevolgd:<br />

ze komen beiden van de kunstacademie<br />

in Arnhem. Henk deed er de docentenopleiding<br />

tekenen en handvaardigheid,<br />

Andette werd vrij beeldend kunstenaar.<br />

Na een uitgeverij te hebben opgezet,<br />

openden ze samen achtereenvolgens twee<br />

Fragment<br />

113


Fragment<br />

114<br />

restaurants, die beiden al snel uitgroeiden<br />

tot toevluchtsoorden voor wie even de<br />

hectiek van alledag wil ontlopen. ‘Dat was<br />

ook bewust ons ideaal, en we hebben altijd<br />

gevonden dat onze artistieke achtergrond<br />

ons daarbij hielp,’ vertelt Andette. ‘Misschien<br />

hebben we ook wel daarom vanaf<br />

dag één extra op onze ingrediënten gelet.<br />

En ik weet wel zeker dat het ons heeft<br />

geleerd eenvoudig te durven te zijn, of<br />

juist, <strong>als</strong> dat ons een goed plan lijkt, de<br />

meest ingewikkelde menu’s op te zetten.’<br />

Dat beide koks bij dat alles niet pretenderen<br />

te weten ‘hoe het hoort’ en dat ze<br />

gelijk hebben daarin juist hun kracht te<br />

zien, bewijzen trouwens hun gerechten.<br />

De involtini - inmiddels trefzeker door<br />

Henk klaargemaakt - is letterlijk om van te<br />

smullen, en de gestoofde groentesalade die<br />

Andette erbij zet - een mix van worteltjes,<br />

bloemkool en bonen, met olie en azijn op<br />

smaak gebracht - maakt het helemaal af.<br />

mOESTuIN<br />

Tegelijk doet wat voor me op tafel staat<br />

me aan vroeger denken. Een schot in de<br />

roos, vindt Henk. ‘Wie vroeger een moestuin<br />

had, zorgde vol aandacht voor zijn<br />

groenten, en maakte die bij het koken dan<br />

natuurlijk ook met evenveel zorg klaar.<br />

Eigenlijk geen wonder dat dat dan perfect<br />

smaakte. Vanuit die gedachte hebben we in<br />

Linnaeus de kaart opgebouwd. Wat groeit<br />

hier in de buurt, zit er wellicht lekkere<br />

kreeft in de rivier, is er wild uit de omge-<br />

ving te krijgen? Dat soort dingen vragen<br />

we ons constant af. En dan vervolgens met<br />

zorg en met plezier met al die heerlijke<br />

ingrediënten aan de slag, <strong>als</strong> mensen die<br />

andere mensen een plezier willen doen<br />

met gewoon een goede maaltijd.’<br />

VEgETARISCH?<br />

Linnaeus is dus ondanks het accent op<br />

groente geen vegetarisch restaurant?<br />

‘Zeker niet,’ zegt Andette. ‘<strong>Het</strong> is eerder<br />

omgekeerd. Linnaeus wil een restaurant<br />

Kleurrijke insalata mista<br />

met groene kruidensaus<br />

en ansjovis<br />

De Involtini van kalfsvlees met mortadella, kaas en<br />

groene asperges is goed te combineren met een<br />

kleurrijke insalata mista met groene kruidensaus<br />

en ansjovis.<br />

VOOR DIT RECEPT IS NODIg:<br />

- Verschillende groenten, <strong>als</strong><br />

Winterwortel<br />

Bloemkool of broccoli<br />

Sperzieboontjes<br />

Courgette<br />

Eventueel paprika of tomaat of komkommer<br />

- Kruiden: peterselie, dille, munt, basilicum<br />

- Olijfolie<br />

- Peper / zout<br />

- Ansjovis<br />

zijn waar iedereen welkom is. Waar je <strong>als</strong><br />

vegetariër of <strong>als</strong> veganist dus net zo vanzelfsprekend<br />

lekker kunt komen eten <strong>als</strong><br />

ieder ander. Wat dat betreft past trouwens<br />

de naam perfect: zo<strong>als</strong> Carolus Linnaeus<br />

zelf ooit de enorme diversiteit in planten<br />

en bloemen tastbaar maakte door er juist<br />

een eenduidig en in wezen eenvoudig perspectief<br />

op te openen, zo geeft Restaurant<br />

Linnaeus je de kans de lekkerste groenten<br />

van ons land via onze heldere visie op<br />

koken te leren kennen. Misschien proef je<br />

ze voor het eerst, en in ieder geval hopen<br />

we dat je ze nog eens opnieuw wilt komen<br />

proeven. Want terugkomen,’ lacht ze, ‘dat<br />

mag bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> natuurlijk altijd.’<br />

Hans Fidom<br />

bEREIDINgSWIJZE<br />

Maak de groenten schoon en blancheer de bloemkoolroosjes,<br />

winterwortelblokjes en sperzieboontjes.<br />

De courgette in dunne plakjes snijden. Maak de groene<br />

kruidensaus, s<strong>als</strong>a verde, in de keukenmachine door<br />

de­peterselie,­dille,­munt­en­basilicum­fijn­te­malen,samen­met­wat­kappertjes,­knoflook,­peper­en­zout.­<br />

Wat witte wijnazijn toevoegen en langzaam olijfolie<br />

toevoegen tot het een dikke saus geworden is. Deze<br />

saus is goed te bewaren door bij het wegzetten de<br />

saus een olielaagje te geven. Meng de groenten in een<br />

platte saladeschaal en beleg deze met ansjovisjes en<br />

sprenkel de s<strong>als</strong>a verde er over.<br />

Met dit recept is te varieren door andere seizoensgroenten<br />

te gebruiken of andere kruiden. Een s<strong>als</strong>a<br />

verde met b.v. rucola en een rode peper is ook heerlijk!


Fragment<br />

116<br />

ITALIAANS GENIETEN EN DE<br />

ZACHTE KUSSENS VAN DE GEWOONTE<br />

‘Weinig trends, weinig buitenlands,<br />

elke streek zijn eigen gerechten’<br />

Nu Italië in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> centraal staat en we bovendien<br />

Restaurant linnaeus openen, neemt Fragment graag even<br />

plaats aan de Italiaanse eettafel. met een Nederlandse<br />

<strong>als</strong> tafeldame, dat dan weer wel: lizette Pater, freelance<br />

journalist. Ze woonde jarenlang in Duitsland, verblijft<br />

inmiddels drie jaar in Italië - en constateert dat Italianen<br />

en heerlijk eten een hoogst inspirerende combinatie zijn.<br />

Wie over de grens verhuist, merkt het meteen: dingen die je nooit <strong>als</strong><br />

vreemd opvielen maken dat je je ongemakkelijk voelt. <strong>Het</strong> kost moeite om<br />

te doorgronden hoe ‘zij’ zich bewegen. Je moet je dingen laten uitleggen,<br />

je verwondert je. Conventies, regels, normen: dingen die je je <strong>als</strong> eerste<br />

eigen wilt maken in een ander land, anders schuurt het, aan beide kanten.<br />

Maar zijn die hobbels eenmaal genomen, dan komt er ook veel plezier<br />

bij kijken.<br />

‘AllES käSE? EH WuRSCHT!’<br />

Gemakshalve scheer ik Nederland maar even over één kam met het<br />

protestantse Duitsland. Ik heb vijf jaar in Duitsland gewoond en ben erg<br />

blij de Duitse taal zo goed geleerd te hebben dat ik haar ontzettend kan<br />

waarderen.­Uit­de­drie­jaar­dat­ik­in­Italië­ben­noem­ik­vooral­‘eetcultuur’<strong>als</strong><br />

een plezierige verworvenheid. Die twee dingen vloeien samen in het<br />

geweldige boek Essen <strong>als</strong> ob nicht - Gastrosophische Modelle, geredigeerd<br />

door Daniele Dell’Agli. In dit boek een hoofdstuk van zijn hand met<br />

<strong>als</strong> titel ‘Alles Käse? Eh Wurscht! Zur gastrosophischen Idiomatik des<br />

Deutschen’. Daarin constateert Dell’Agli dat eten in de Duitse (protestantse)<br />

cultuur iets van lagere betekenis is, <strong>als</strong> slechts de bevrediging van<br />

een biologische behoefte. Deze onderwaardering wordt volgens hem in<br />

de taal weerspiegeld; het Duits kent, anders dan bijvoorbeeld het Frans<br />

of Italiaans, legio negatieve uitdrukkingen met betrekking tot eten. Zijn<br />

conclusie: ‘De Duitse cultuur vindt aan de schrijftafel plaats, niet aan<br />

de eettafel.’<br />

EETTAFEl, SCHRIJFTAFEl... VERgADERTAFEl<br />

Mag ik daar een Nederlandse vergadertafel aan toevoegen? De Nederlandse<br />

cultuur is ongetwijfeld verwanter aan de eveneens protestants<br />

beïnvloede­Duitse­dan­de­Italiaanse.­Vragen­ze­me­in­Italië­de­Nederlandse<br />

eetcultuur te karakteriseren, dan stamel ik wat over stamp potten,<br />

dropjes en koloniale invloeden. Een Italiaan zou, gevraagd naar zíjn<br />

eetcultuur, niet uitgepraat raken. Dell’Agli: ‘<strong>Het</strong> eten is tijdens de maaltijd<br />

een geliefd onderwerp van gesprek, wat de gezellige tafel niet zelden het<br />

karakter van een forum van meer of minder ingebeelde deskundige meningen<br />

verleent en de voedselopname onmerkbaar in een ook geestelijke<br />

handeling omzet.’ Wachten in een rij is er nooit vervelend, omdat er altijd<br />

wel mensen zijn die alvast uitgebreid het avondeten bespreken.<br />

CHAOS?<br />

Eten is niet alleen wat er op je bord komt, maar ook hoe, wanneer,<br />

met wie, en hoe dat elders werkt is natuurlijk niet meteen duidelijk. Ik<br />

leid Nederlandse toeristen rond in Rome, en er is niets leuker dan de<br />

Italiaanse eetcultuur voor hen te vertalen. In mijn dubbelrol <strong>als</strong> Nederlandse-die-in-Italië-woont­zie­ik­ze­aankomen­met­vooringenomenheden,zie<br />

ze worstelen om uit de andere cultuur wat betekenissen te vissen, zie<br />

ze vaak een wat arrogante, vergelijkende en toch verzoenende houding<br />

aannemen - thuis is alles toch beter, helaas schijnt de zon er niet zo<br />

vaak,­zucht.­Voornaamste­vooringenomenheid:­Italië­is­een­chaos.­Ik­kanme<br />

vaak niet bedwingen ze juist het tegenovergestelde te laten zien. In<br />

Nederland, het keurig nette, geregelde Nederland, is het onrustig aan<br />

tafel. We willen weg van de spruitjeslucht en het prakken, volgen trends<br />

en raadgevingen, waaien met innovatieve winden mee, maar een houvast<br />

vinden we daarin niet.<br />

DE ZACHTE kuSSENS VAN DE gEWOONTE<br />

In­Italië­stikt­het­juist­van­de­regeltjes­en­de­maaltijden­verlopen­er­viaeen<br />

vast stramien. Maar <strong>als</strong> je eenmaal weet wat er van je wordt verlangd<br />

ben je er snel uit. Water, wijn? Bubbels of plat? Rood of wit? Antipasto?<br />

Welke­primo?­Een­secondo?­Contorno?­Fruit,­dolce,­koffie,­amaro?­Bijpizza<br />

drink je bier, en ook wel cola. Geraspte kaas komt alleen bij bepaalde<br />

gerechten op tafel. Aardappels zijn een groente en bestel je apart.<br />

Cappuccino wordt na het middaguur niet meer besteld.<br />

Diezelfde duidelijkheid zie ik ook in wát er wordt gegeten. Je zou het<br />

conservatief kunnen noemen. Weinig trends, weinig buitenlands, elke<br />

streek zijn eigen gerechten en eindeloze discussies over de beste<br />

bereiding van klassieke gerechten.<br />

Als je eenmaal vertrouwd bent met die cultuur is het zo rustgevend, zo<br />

simpel. Je kunt terugzakken in de zachte kussens van de gewoonte en<br />

genieten – en daar tussendoor dan af en toe heerlijk even over babbelen.<br />

Lizette Pater<br />

Fragment<br />

117


Fragment<br />

118<br />

HET bESTAANSRECHT<br />

VAN DE bEElDEN VAN<br />

Jan Pater<br />

In Villa Hinkeloord opent <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> op 10 juni om 14.30 uur een geheel aan het<br />

werk van Jan Pater gewijde solotentoonstelling. Frederik Barends schreef er dit<br />

essay bij, over kunstwerken en hun zeggingskracht.<br />

Eigenlijk zou elk kunstwerk, en dus ook elk beeld, anoniem<br />

moeten zijn. Dan zou het zijn eigen verhaal vertellen en niet dat<br />

van zijn maker. De werkelijkheid is echter in vrijwel alle gevallen<br />

anders, want maar al te vaak dringt de kunstenaar zijn identiteit<br />

nadrukkelijk op aan de beschouwer van zijn werk. Dat is in onze<br />

westerse cultuur al vele eeuwen aan de hand en we houden dat in<br />

stand door niet op de eerste plaats te genieten van de schoonheid<br />

van een schilderij of een beeld, maar door het nadrukkelijk te<br />

hebben over een Picasso, een Rodin of een Brancusi. En <strong>als</strong> we er<br />

geen etiket op kunnen plakken, dan bedenken we wel iets in de<br />

trant van ‘De meester van de Virgo inter Virgines’. We komen<br />

immers niet meer los van het feit dat in de kunsthandel de naam<br />

en de herkenbaarheid van een kunstenaar veel geld waard zijn.<br />

Ooit was dat anders. In het Museé du Louvre te Parijs staat in de<br />

Egyptische afdeling een klein beeld van een kat, uitgevoerd in<br />

zwart basalt. <strong>Het</strong> werd zo’n vijfduizend jaar geleden gemaakt<br />

door een beeldhouwer waarvan nooit een mens de naam zal<br />

weten. Maar dat is niet belangrijk. <strong>Het</strong> gaat erom dat hij een beeld<br />

geschapen heeft waarin heel het wezen van die kat aanwezig is.<br />

En dat drukt dat kleine sculptuurtje zó overtuigend uit, dat het<br />

voor iemand van nu nog steeds navoelbaar is, ondanks de afstand<br />

van die vijfduizend jaar.<br />

Zondag 10 juni 2012<br />

tot en met<br />

zondag 27 januari 2013 Jan<br />

Pater<br />

bROCHuRE JAN PATER<br />

PRIJS € 7,50<br />

Jan Pater<br />

Divertisi | 2009, bluebaia graniet, 61 cm<br />

Fragment<br />

119


Fragment<br />

120<br />

Jan Pater<br />

Tramonte | 2007, Belgisch hardsteen, 34 cm<br />

ONVOORSPElbAAR<br />

Dat ik in een gesprek met Jan Pater het voorbeeld van die nameloze<br />

Egyptische kat aanhaalde, kwam doordat hij benadrukte dat<br />

hij zich <strong>als</strong> beeldhouwer ondergeschikt voelt aan zijn beelden. En<br />

daarmee zijn we meteen bij de essentie van zijn werk. Hij stelt zich<br />

<strong>als</strong> de maker ervan tijdens het scheppingsproces uiterst bescheiden<br />

op en is dan eigenlijk meer benieuwd naar wat er ontstaat, dan dat<br />

hij vanaf het begin precies het eindresultaat al voor ogen heeft.<br />

<strong>Het</strong> enige wat voor hem vaststaat, is dat het te maken moet hebben<br />

met zijn grote inspiratiebron: de vrouwelijke tors.<br />

Bij het maken van zijn beelden speelt het toeval dan ook een grote<br />

rol. <strong>Het</strong> gevolg daarvan is dat hij vooraf nagenoeg nooit een schets<br />

maakt en ook gebruikt hij geen model. Dat laatste heeft te maken<br />

met het feit dat hij het menselijk lichaam door en door kent. Hij<br />

is namelijk jarenlang in de verpleging werkzaam geweest. Pas<br />

op latere leeftijd, hij was toen 45, nam zijn leven een keerpunt en<br />

besloot hij beeldhouwer te worden.<br />

Als Jan Pater aan een beeld begint staat dus het gegeven wel vast,<br />

maar is het uiterst onvoorspelbaar wat het resultaat zal zijn. Dat<br />

maakt dat zijn oeuvre sterk wisselend is, maar dat zullen we bij<br />

deze beeldhouwer op de koop toe moeten nemen, want dat vloeit<br />

nu eenmaal uit zijn werkwijze voort.<br />

Jan Pater<br />

Duo | 2011, zwart graniet, 180 cm<br />

Hij begint met de keuze van de steen. Zelf zegt hij ervan dat zo’n<br />

steen zich eigenlijk gewoon aan hem opdringt. Zowel de kleur<br />

<strong>als</strong> de hardheid ervan bepalen in zekere zin het eindresultaat en<br />

bovendien ervaart Jan Pater telkens weer dat iedere steen een<br />

eigen uitdrukking heeft. De eerste fase van het scheppingsproces<br />

bestaat er dan ook uit dat deze beeldhouwer een relatie met de<br />

steen aangaat, die hem uiteindelijk voert naar het beeld dat er uit<br />

zal ontstaan.<br />

HET SCHEPPINgSPROCES<br />

De beelden van Jan Pater worden in hoge mate bepaald door zijn<br />

manier van werken, die duidelijk verschilt van die van de meeste<br />

van zijn collega’s. Behalve de keuze van de steen, waarbij hij zich<br />

dus sterk laat leiden door de uitdrukking daarvan, heeft hij op het<br />

moment dat hij daadwerkelijk begint aan het scheppingsproces<br />

van een beeld, geen vastomlijnd plan. Sterker nog, hij huldigt de<br />

stelling dat het beeld eigenlijk uit zichzelf uit de steen tevoorschijn<br />

moet komen.<br />

Vaak snijdt of hakt hij dan ook <strong>als</strong> eerste van het blok steen dat hij<br />

gekozen heeft een hoek af. Dat heeft <strong>als</strong> consequentie dat daar al<br />

meteen een tweede fase mee opgeroepen wordt, namelijk antwoord<br />

geven op wat er is ontstaan. En zo werkt deze beeldhouwer.<br />

Fragment<br />

121


Fragment<br />

122<br />

Steeds neemt hij gedeelten van de steen weg, maar altijd in relatie<br />

met wat in het daaraan voorafgaande stadium is ontstaan. Zo<br />

komt er een samenspel tot stand van holle en bolle vlakken, van<br />

licht en donker, van sterke contouren, scherpe vlakken, maar ook<br />

van zachte en tedere rondingen. Voor alles staat dit spel echter in<br />

dienst van waar het deze beeldhouwer in de eerste plaats om te<br />

doen is: het tot uiting brengen van de dynamiek van de vrouwelijke<br />

tors. Maar juist dat aspect maakt zijn beelden zo bijzonder,<br />

want om die stuwkracht bij zijn hierboven geschetste wijze van<br />

werken aan die torso’s mee te geven, dient hij bij het ontstaan<br />

ervan, behalve dat wetmatig ontstane spel van vlakken en vormen,<br />

het element beweging toe te voegen. Zijn vrouwentorso’s vertonen<br />

dan ook vaak een versterkte draaiing. Soms echter ontstaat er<br />

een bijna betoverende verstilling, met name <strong>als</strong> die beweging wel<br />

aanwezig, maar nauwelijks merkbaar is.<br />

Dat de meeste vrouwentorso’s van Jan Pater gepolijst zijn laat zich<br />

raden. Behalve dat het coloriet van de gebruikte steensoort beter<br />

tot zijn recht komt, verhoogt het de ‘aaibaarheidsfactor’ van zijn<br />

beelden. En daar wordt men bij veel van zijn werk bijna automatisch<br />

toe aangetrokken.<br />

WISSElENDE SPANNINg<br />

‘Een beeld,’ zo heeft Michelangelo eens opgemerkt, ‘is altijd al<br />

in de steen aanwezig. <strong>Het</strong> komt erop aan het uit die steen te<br />

bevrijden.’ Constantin Brancusi voegde daar nog aan toe: ‘Om tot<br />

de ware betekenis van iets te komen, moet men tot eenvoud zien<br />

te geraken.’<br />

Met die eerste uitspraak zal Jan Pater het sowieso eens zijn, want<br />

beeldhouwen is voor hem steeds weer steen wegnemen, soms tot<br />

wel driekwart van het oorspronkelijke blok, totdat het zo ontstane<br />

beeld aan zijn bedoeling beantwoordt.<br />

Maar ook die eenvoud waar Brancusi het over had, is een kenmerk<br />

van het oeuvre van Jan Pater. Hij heeft bij veel van zijn werk ervaren<br />

dat zijn beelden daardoor meer zijn gaan zeggen.<br />

Maar er is meer aan de hand, want waar deze twee beroemd<br />

geworden beeldhouwers het in hun opmerking niet over hadden,<br />

is nu juist iets wat bij de beelden van Jan Pater zo belangrijk is.<br />

Dat is hetgeen er vaak in de directe ruimte om zijn beelden heen<br />

gebeurt. Want niet alleen ervaart men <strong>als</strong> beschouwer van zijn<br />

torso’s de schoonheid van de gestalten, de vaart en de bewogenheid<br />

van de vormen en het aangenaam aanraakbare van de huid<br />

ervan, er blijkt daarnaast nét nog iets meer aan de hand te zijn.<br />

Daar waar het eigenlijke beeld ophoudt, ontstaat een spanning,<br />

Donna di Assisi | 2009<br />

rosso di Assisi, 60 cm<br />

Fragment<br />

123


Fragment<br />

124<br />

Jan Pater<br />

Anna | 2006, rosso laguna, 202 cm<br />

die aan de plastische verschijning iets lijkt toe te voegen. <strong>Het</strong><br />

is een extra dimensie, die het meest voelbaar is wanneer deze<br />

beeldhouwer zijn werk uit twee op zichzelf staande elementen laat<br />

bestaan, die dan een dialoog met elkaar lijken aan te gaan. Soms<br />

splijt hij bewust een van zijn torso’s in twee losse delen, waarmee<br />

men, door ze steeds weer in een andere positie ten opzichte van<br />

elkaar te verschuiven, een wisselende spanning kan oproepen.<br />

Zo valt met de beide helften van zo’n gespleten torso een wonderlijk<br />

spel te spelen, waardoor met de veranderende tussenruimte<br />

een bijzonder effect aan het geheel wordt toegevoegd.<br />

AmbACHTSmAN<br />

Schrijvende over het werk van Jan Pater realiseer ik me dat men<br />

in het algemeen het woord ‘beeldhouwer’ gerust met een korreltje<br />

zout mag nemen, want al eeuwen leggen velen van hen zich toe op<br />

het modelleren van hun beelden in klei of was en dat vaak op een<br />

betrekkelijk klein formaat. Ze laten het door een daarin gespecialiseerd<br />

bedrijf vergroten en daarna gaat het naar een bronsgieter.<br />

<strong>Het</strong> échte houwen in steen of het bewerken van hout komt maar<br />

weinig voor. Zelfs beeldhouwers met een grote naam in de kunstgeschiedenis,<br />

zo<strong>als</strong> Henry Moore, lieten hun werk uitvoeren door<br />

‘artisans’. Ook Auguste Rodin dacht er niet aan zijn marmeren<br />

beelden zelf te hakken en had daarvoor enkele Italianen in dienst.<br />

De beroemde François Pompon is tot zijn vijftigste bij hem <strong>als</strong><br />

uitvoerder in dienst geweest.<br />

Maar Jan Pater hakt zijn beelden nog altijd zelf en zo<strong>als</strong> hij<br />

terloops opmerkt: ‘Dat vak beheers ik.’ Of hij dan ook in Italië op<br />

het terrein van Studio Sem te Pietrasanta verblijft of in Noord-<br />

Holland, hij is <strong>als</strong> een échte ambachtsman bezig. Dat doet hij,<br />

weliswaar onder een afdak, voornamelijk in de open lucht, want<br />

het bewerken van de vaak harde steen is niet alleen een zwaar,<br />

maar vooral stoffig gebeuren. Uiteraard maakt hij, voor zover dat<br />

mogelijk is, gebruik van mechanisch aangedreven gereedschap,<br />

maar een groot deel van de arbeid bestaat nog altijd uit het échte<br />

handwerk. Gehoorbeschermers en een stofmasker zijn daarbij<br />

onontbeerlijke attributen en zijn brillenglazen lijken soms wel<br />

van melkglas te zijn.<br />

Fragment<br />

125


Fragment<br />

126<br />

Jan Pater<br />

Awakenes | 2008, bardiglio, 70 cm<br />

Maar hij houdt van dat gevecht met de materie en dus voert in<br />

zijn oeuvre steen de boventoon. Hij maakt bovendien bij voorkeur<br />

gebruik van steensoorten die van zichzelf een uitgesproken kleur<br />

hebben, zo<strong>als</strong> een blauwachtige gneis, rood Turks marmer, zwart<br />

graniet, wit carraramarmer, groen marmer uit India, enzovoort.<br />

Als het even kan polijst hij deze steensoorten, om het coloriet<br />

ervan een optimaal effect te laten hebben.<br />

Er zit aan dat vakmatig bezig zijn nóg een aspect dat niet onvermeld<br />

dient te blijven. <strong>Het</strong> werk vraagt om concentratie, maar<br />

daarnaast is het toch vooral een vrij eenzame bezigheid. <strong>Het</strong><br />

geluid dat het hakken in steen met zich meebrengt, maakt dat<br />

zijn atelier, of zo u wilt zijn werkplek, enigszins geïsoleerd ligt.<br />

De gehoorbeschermers sluiten hem bovendien af van ieder contact<br />

met de wereld om hem heen. Hij is desondanks geen in zichzelf<br />

gekeerd mens geworden. Daar is hij teveel een denker voor. Hij<br />

gebruikt, naast de aandacht die zijn arbeid vraagt, die urenlange<br />

eenzame stilte om diepgaand na te denken over zijn werk. <strong>Het</strong><br />

gevolg daarvan is dat ik zelden een beeldhouwer heb ontmoet die<br />

zo goed en geloofwaardig zijn streven naar volmaaktheid weet te<br />

verwoorden. In een gesprek met hem wordt al spoedig duidelijk<br />

hoe uitvoerig hij heeft nagedacht over datgene wat dagelijks onder<br />

zijn handen ontstaat.<br />

gEVARIEERD OEuVRE<br />

Naast steen, een materiaal dat zijn grote liefde heeft en dat hij<br />

vanuit de hele wereld naar zijn werkplek laat komen, werkt hij<br />

graag met hout. Misschien is dat een erfenis uit het verleden, want<br />

ooit heeft hij zich beziggehouden met het maken van meubels.<br />

Voordat hij het gebruikt behandelt hij het hout met de grootste<br />

zorg en ook daaraan is te zien dat hij een vakman ‘pur sang’ is.<br />

<strong>Het</strong> drogen, aanvankelijk afgesloten van de invloeden van de<br />

omgeving, vergt een jarenlang proces en voordat hij de beitel in<br />

een blok hout zet, zijn er vaak zeven jaar verlopen. Daardoor vertonen<br />

zijn houten beelden geen enkele scheur. Ook de afwerking<br />

ervan is vaak zó onberispelijk glad, dat er reminiscenties worden<br />

opgeroepen aan zijn gepolijste stenen beelden.<br />

Behalve de stenen en houten sculpturen, heeft Jan Pater ook een<br />

aantal beelden gemaakt die in brons of lood zijn uitgevoerd. Voorts<br />

past hij de door hem in zijn driedimensionaal werk gevonden<br />

vormen, in samenwerking met een zilversmid, ook toe in sieraden<br />

zo<strong>als</strong> ringen, broches en colliers. Maar vóór alles is hij toch die<br />

echte houwer in steen, die al werkende de ideale vormen van zijn<br />

beelden ontdekt.<br />

COmmuNICATIE<br />

<strong>Het</strong> zal duidelijk zijn dat het bij het oeuvre van deze kunstenaar<br />

op de allereerste plaats om de beelden zelf gaat en niet zozeer om<br />

de maker ervan. Jan Pater is zich daarvan bewust en plaatst bij<br />

zijn beelden zijn signatuur dan ook niet op een opvallende plaats,<br />

maar brengt op een bescheiden wijze een monogram aan op de<br />

onderzijde ervan. <strong>Het</strong> gaat immers om het typische eigene van het<br />

beeld en het is de bedoeling dat de beschouwer van zo’n kunstwerk<br />

daarmee een ‘gesprek’ aangaat. Een ‘gesprek’ dat gevoed wordt<br />

door de uitgesproken schoonheid ervan, die voortspruit uit de<br />

harmonie tussen de vormenwereld en het gebruikte materiaal. Wie<br />

deze beelden ziet zal dan ook ervaren dat iedere vorm van erotiek<br />

of sensualiteit afwezig is. Integendeel, ze hebben slechts te maken<br />

met de fascinatie van hun maker voor de geheel eigen schoonheid<br />

van de vrouwelijke tors. Jan Pater heeft dit in zijn werk in boeiende<br />

vormen weten te vertalen, die vaak bijna reëel zijn, maar een<br />

enkele keer ook naar het abstracte neigen. En bij elk resultaat<br />

dat gedurende de uitvoering van zijn beelden meestal bij toeval<br />

is ontstaan, vertelt hij altijd een ingetogen verhaal over de sierlijkheid<br />

en de zachtheid van de vrouwelijke vormen. Als dat door<br />

de beschouwer ervan wordt verstaan, mag men terecht zeggen<br />

dat zo’n beeld een ideaal communicatiemiddel vormt. En daarmee<br />

is het bestaansrecht ervan bewezen.<br />

Als op die manier het beeld zelf centraal staat en het handschrift<br />

van hun maker pas op de tweede plaats komt, is het aantrekkelijk<br />

om nog eens terug te denken aan die Egyptische kat in het Museé<br />

du Louvre. Stel, onze westerse beschaving zou geheel ten onder<br />

gaan, samen met alle documentatie daarover (inclusief de<br />

registratie van het monogram JP), hoe ervaart iemand dan een<br />

toevallig bewaard gebleven beeld van Jan Pater? <strong>Het</strong> is een niet<br />

helemaal irreële vraag, want iets soortgelijks heeft zich tenslotte<br />

in de wereldgeschiedenis wel meer voorgedaan. Jan Pater zelf<br />

heeft daarover weleens gefilosofeerd en ik denk dat we mogen<br />

stellen dat zo’n beeld, <strong>als</strong> restant van onze verdwenen cultuur,<br />

nog altijd overduidelijk zijn verhaal zou vertellen.<br />

Want dat is de uiteindelijke kracht van de beelden van deze<br />

kunstenaar.<br />

Frederik Barends<br />

Fragment<br />

127


Fragment<br />

128<br />

LUUT<br />

DE GELDER<br />

ONDERSTEbOmEN<br />

IN VIllA HINkElOORD IS DIT VOORJAAR EEN SOlOTENTOONSTEllINg<br />

TE ZIEN VAN WERk VAN luuT DE gElDER. ZE HEEFT TER gElEgEN-<br />

HEID VAN DEZE TENTOONSTEllINg EEN NIEuW bEElD gEmAAkT:<br />

ONDERSTEbOmEN. ONDERSTEbOmEN IS EXCluSIEF VOOR HET<br />

DEPOT IN DE WINkEl VAN HET DEPOT TE kOOP. HET bRONZEN bEElD<br />

IS 35 Cm HOOg EN IS gEmAAkT IN EEN OPlAgE VAN 15 EXEmPlAREN.<br />

ONDERSTEbOmEN bESTAAT uIT DRIE DElEN, ZODAT IEDER ZIJN<br />

EIgEN COmPOSITIE kAN mAkEN.<br />

mONOgRAFIE<br />

luuT DE gElDER<br />

PRIJS € 20,- (HARDCOVER)<br />

De naam Onderstebomen verduidelijkt het<br />

beeld: wanneer je lopend onder uitgelopen<br />

hakhout naar boven kijkt zie je in de<br />

bomen omgekeerde mensbeelden, aldus<br />

Luut de Gelder.<br />

<strong>Het</strong> menselijk lichaam is het hoofdthema<br />

in Luut de Gelders werk. Deze keuze heeft<br />

haar in de loop der jaren de mogelijkheid<br />

gegeven ‘alle’ implicaties van fragmenten<br />

van het menselijk lichaam te onderzoeken<br />

en te belichten: van de meest naturalistische<br />

uitbeelding tot de verst gaande vorm<br />

van abstrahering, gemodelleerd of uit<br />

steen gehakt.<br />

SPECIAlE PRIJS mONOgRAFIE luuT<br />

DE gElDER<br />

Meer informatie over Luut de Gelder en<br />

haar werk is te vinden in de monografie<br />

over haar werk, van de hand van Louk<br />

Tilanus. Even<strong>als</strong> haar beeld Onderstebomen<br />

is de monografie in de nieuwe winkel van<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgbaar.<br />

Ter gelegenheid van de solotentoonstelling<br />

van Luut de Gelder geldt een speciale prijs<br />

voor de monografie: in plaats van € 35,-<br />

betaalt u € 20,-.<br />

Luut de Gelder<br />

Onderstebomen | 2011, brons, 35 cm<br />

Fragment<br />

129


Fragment<br />

130<br />

Huub mOuS HOuDT ZIJN OPENINgSREDE<br />

De collectie<br />

Eja Siepman van den Berg<br />

lOCATIE VIllA HINkElOORD<br />

Op 25 september opende <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> de permanente tentoonstelling<br />

van beelden van Eja Siepman van den Berg in Villa Hinkeloord.<br />

Een om allerlei redenen bijzondere tentoonstelling. Zo is het niet<br />

alleen de eerste permanente tentoonstelling van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. Ook is<br />

het de eerste keer dat een permanente tentoonstelling al bij leven<br />

Uitgave<br />

Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Distributie<br />

van de kunstenaar is geopend. Op deze bladzijden een impressie<br />

Uitgeverij de Kunst<br />

van de opening, die onder meer extra glans kreeg door de rede ratiodesign.nl van<br />

Druk<br />

Druno en Dekker Drukkers<br />

Letterfont<br />

EideticNeo<br />

Charlotte Sans<br />

Huub Mous, door de overweldigende belangstelling en door de Papier<br />

Fotografie<br />

John Stoel<br />

uitgevoerde muziek.<br />

In de winkel van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> zijn zowel een catalogus van de tentoonstelling<br />

<strong>als</strong> een monografie van Eja Siepman van den Berg<br />

en haar werk verkrijgbaar.<br />

Tekst<br />

Bieke van der Mark, Huub Mous<br />

Fotografie<br />

John Stoel<br />

Vormgeving<br />

Omslag: 280 g eenzijdig invercoate<br />

Binnenwerk: 150 g silk<br />

Met uitzondering van pag.:<br />

32, 33, 58, 59, en 127 (Michel Kievits)<br />

2, 3, 11, 14, 16, 17, 28, 48, 49, 52 en 57 (privé<br />

archief Eja Siepman van den Berg)<br />

Inzake het beeldmateriaal is zoveel mogelijk getracht<br />

de juiste verantwoording te geven. Zij die menen auteursrechtelijke<br />

aanspraken te kunnen maken worden verzocht<br />

in contact te treden met de uitgever. Niets uit deze<br />

uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar<br />

gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of<br />

op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande<br />

schriftelijke toestemming van de uitgever.<br />

© copyright 2011<br />

Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

ISBN 978-90-817601-0-2<br />

mONOgRAFIE<br />

EJA SIEPmAN VAN DEN bERg<br />

PRIJS € 35,- (HARDCOVER)<br />

Eja Siepman van den Berg<br />

Eja Siepman<br />

van den Berg<br />

CATAlOguS<br />

EJA SIEPmAN VAN DEN bERg<br />

PRIJS € 25,- (SOFTCOVER)<br />

Deze catalogus verschijnt ter gelegenheid van de<br />

opening van de permanente tentoonstelling van de<br />

sculpturen van de beeldhouwer Eja Siepman van<br />

den Berg. <strong>Het</strong> doel van de stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is<br />

het stimuleren van de beeldhouwkunst met het<br />

accent op torsen en fragmenten. Daarbij staat de<br />

ontplooiingskans van de kunstenaar centraal.<br />

De activiteiten van de stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> worden<br />

mogelijk gemaakt door de stichting UTOPA. De doelstelling<br />

van de stichting UTOPA is het actualiseren en<br />

stimuleren van creatieve talenten van mensen, daar<br />

waar de aanleg van enkelingen, om welke reden dan<br />

ook, geen kans krijgt. Onze samenleving legt zwaar<br />

de nadruk op bepaalde waarden, maar plaatst daardoor<br />

andere waarden in de schaduw. De stichting<br />

UTOPA stelt zich ten doel een bijdrage te leveren aan<br />

het compenseren van deze onevenwichtigheden.<br />

In de reeks publicaties uitgegeven door de stichting<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verscheen eerder het boek:<br />

Eja Siepman van den Berg<br />

Tekst: Huub Mous<br />

ISBN 90 400 9031 9<br />

Voor overige publicaties: zie www.hetdepot.nl<br />

Beeld omslag<br />

102 Venus | 2009, brons, 150 cm<br />

Fragment<br />

131


Sprookjesboek<br />

DE VLEERMUIS EN DE BANAAN<br />

<strong>Het</strong> is één van de vrolijke noten tijdens het openingsfeest<br />

van beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> op 25 maart: de presentatie<br />

van het sprookjesboek De Vleermuis en de banaan, geschikt<br />

voor kinderen van vijf tot vijfentachtig. <strong>Het</strong> verhaal<br />

is geschreven door loek Dijkman, de illustraties zijn van<br />

Astrid Huijsing. Wie meer wil weten, is van harte welkom<br />

in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, waar het boek in de winkel verkrijgbaar is.<br />

SPROOkJESbOEk<br />

DE VlEERmuIS EN DE bANAAN<br />

PRIJS € 14,95 (HARDCOVER)<br />

Fragment<br />

133


Fragment<br />

134<br />

BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />

De activiteiten van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> worden mogelijk gemaakt<br />

door Stichting Utopa. De doelstelling van Stichting Utopa is het<br />

actualiseren en stimuleren van creatieve mensen, daar waar de<br />

aanleg van enkelingen, om welke reden dan ook, geen kans krijgt.<br />

Zie ook www.utopa-academie.nl.<br />

STICHTING HET DEPOT<br />

Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ondersteunt beeldhouwers van torsen en<br />

fragmenten, waarbij de ontplooiingskans van de kunstenaar<br />

centraal staat. Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is een particulier<br />

initiatief van Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, op een particulier terrein.<br />

De toegang is gratis. Zie ook www.hetdepot.nl.<br />

ACTIVITEITEN<br />

Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> ontwikkelt onder meer de volgende<br />

activiteiten:<br />

• Tentoonstellingen van hedendaagse beeldhouwkunst van torsen<br />

en fragmenten<br />

• Permanente tentoonstelling van het werk van Eja Siepman van<br />

den Berg in de locatie Villa Hinkeloord<br />

• Educatieve rondleidingen<br />

• Lezingen en symposia<br />

• <strong>Het</strong> aankopen van werk van hedendaagse beeldhouwers<br />

• <strong>Het</strong> geven van opdrachten aan beeldhouwers<br />

• <strong>Het</strong> uitgeven van monografieën van beeldhouwers<br />

• <strong>Het</strong> verstrekken van beurzen aan beeldhouwers<br />

• <strong>Het</strong> verkopen, verhuren of in bruikleen geven van beelden<br />

uit de collectie<br />

• <strong>Het</strong> uitgeven van het tijdschrift Fragment<br />

• Kinderatelier Villa Vleermuis: educatieve programma’s over<br />

beeldhouwkunst en natuur<br />

• Restaurant Linnaeus, gevestigd in Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

• Tentoonstellingen over de arboreta De Dreijen en Hinkeloord<br />

• Educatieve rondleidingen door de arboreta De Dreijen en<br />

Hinkeloord<br />

1 2 3<br />

LOCATIES<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is gevestigd in drie locaties, met elkaar<br />

verbonden door de arboreta De Dreijen en Hinkeloord. Ook deze<br />

arboreta horen bij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>.<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Arboretumlaan 4, 6703 BD Wageningen<br />

• Wisselende tentoonstellingen<br />

• Tentoonstellingen over de arboreta<br />

• Lezingen en symposia<br />

• Winkel<br />

• Restaurant Linnaeus<br />

Villa Hinkeloord<br />

Generaal Foulkesweg 64, 6703 BV Wageningen<br />

• Permanente tentoonstelling van het werk van Eja Siepman<br />

van den Berg<br />

• Wisselende solotentoonstellingen<br />

Villa Vleermuis Kinderatelier<br />

Arboretumlaan 4, 6703 BD Wageningen<br />

• Educatiecentrum voor beeldhouwkunst en natuur<br />

• Alleen geopend voor scholen, na overleg<br />

CONTACT<br />

T 0031 (0)317 467 720<br />

F 0031 (0)317 467 738<br />

E beeldengalerij@hetdepot.nl<br />

I www.hetdepot.nl<br />

1 Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Arboretumlaan 4<br />

2 <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> locatie Kinderatelier Villa Vleermuis<br />

Arboretumlaan 4<br />

3 <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> locatie Villa Hinkeloord<br />

Generaal Foulkesweg 64<br />

4 Arboretum De Dreijen<br />

Ingangen Arboretumlaan 4 en tegenover Villa Hinkeloord<br />

OPENINGSTIJDEN BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> is geopend van donderdag tot en met<br />

zondag, van 11.00 tot 17.00 uur; op vrijdag tot 21.00 uur (dit<br />

laatste geldt niet voor Villa Hinkeloord). Tevens is Beeldengalerij<br />

geopend op eerste en tweede Paasdag, op Koninginnedag, op<br />

Bevrijdingsdag, op Hemelvaartsdag en op eerste en tweede<br />

Pinksterdag. Rond kerst is Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> twee<br />

weken gesloten.<br />

OPENINGSTIJDEN ARBORETA<br />

Arboretum De Dreijen (ingangen aan de Arboretumlaan 4 en<br />

tegenover Villa Hinkeloord) en Arboretum Hinkeloord (ingang bij<br />

Villa Hinkeloord) zijn dagelijks geopend van 11.00 tot 17.00 uur.<br />

RONDLEIDINGEN EN GROEPSBEZOEKEN<br />

Reserveren per telefoon of e-mail is noodzakelijk.<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>: de maximale groepsgrootte voor rondleidingen is<br />

20 personen. De kosten bedragen € 80,- per rondleiding.<br />

Locatie Villa Hinkeloord: de maximale groepsgrootte voor<br />

rondleidingen is 15 personen. De kosten bedragen € 60,- per<br />

rondleiding.<br />

Rondleidingen voor blinden, slechtzienden, en/of rolstoelgebruikers<br />

zijn zowel individueel <strong>als</strong> in groepjes van maximaal<br />

4 personen mogelijk.<br />

Per persoon is één begeleider en/of blindengeleidehond<br />

toegestaan. De kosten bedragen € 4,- p.p.<br />

Rhenen<br />

Gen Foulkesweg<br />

Lawickse Allee Ritzema Bosweg<br />

Arboretumlaan<br />

2<br />

1<br />

4<br />

3<br />

A12 Ede / Utrecht<br />

HUISREGELS<br />

• <strong>Het</strong> gebouw is geheel rolstoeltoegankelijk. Er is een rolstoel<br />

beschikbaar.<br />

• Honden of andere huisdieren, met uitzondering van blinde<br />

geleidehonden, zijn in de vestigingen van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> en in<br />

de Arboreta niet toegestaan.<br />

• Alle gebouwen zijn rookvrij.<br />

Niet toegestaan:<br />

• Gebruik van mobiele telefoons<br />

• <strong>Het</strong> nuttigen van zelf meegebrachte consumpties<br />

• Fotograferen voor commercieel gebruik<br />

FRAGMENT<br />

Wanneer u bij uw bezoek aan <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> uw adresgegevens opgeeft<br />

krijgt u toekomstige nummers van Fragment gratis toegezonden.<br />

Losse nummers 7,50 euro.<br />

WINKEL & UITGAVEN VAN HET DEPOT<br />

Bij verschillende artikelen in Fragment ziet u een afbeelding<br />

van een catalogus, een monografie of een andere uitgave van<br />

Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>. U kunt deze uitgaven in de winkel van<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> verkrijgen, maar ook via een bankoverschrijving van<br />

het verschuldigde bedrag bestellen. Op onze website vindt u bij<br />

alle titels de nodige gegevens, zo<strong>als</strong> ISBN en prijs.<br />

Zie www.hetdepot.nl. Wanneer u een boek via een bankoverschrijving<br />

bestelt, wordt de bestelling toegezonden nadat de betaling is<br />

ontvangen. <strong>Het</strong> rekeningnummer is 65.33.47.065 (ten name van<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>, Wageningen). Vergeet u niet bij de betaling de titel of<br />

het artikelnummer te vermelden!<br />

N781 Diedenweg<br />

N225<br />

N225<br />

Arnhem A50<br />

Fragment<br />

135


Fragment<br />

136<br />

COLOFON<br />

Fragment | TIJDSCHRIFT VAN BEELDENGALERIJ HET DEPOT<br />

NUMMER 2 | VOORJAAR 2012<br />

Fragment verschijnt tweemaal per seizoen, in september (over de<br />

evenementen in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> in najaar en winter, dus van september<br />

tot en met maart) en in maart (voorjaar en zomer, dus van maart<br />

tot en met september). Fragment brengt achtergrondinformatie<br />

bij de tentoonstellingen, evenementen en andere activiteiten die<br />

in <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> plaatsvinden.<br />

Vormgeving<br />

Ratio Design, Haarlem<br />

Druk<br />

Druno en Dekker drukkers, Noordwijkerhout<br />

Teksten<br />

Loek Dijkman, Hans Fidom, Keara McMartin, Yvonne Lammers­<br />

Keijsers, Annemarie Lavèn, Gerhard Lentink, Gert van Maanen,<br />

Esther Monsanto, Lizette Pater, Cees Straus, Louk Tilanus.<br />

Fotografie /afbeeldingen<br />

Reinout van den Bergh (Madonna der dagen), Simon van Boxtel<br />

(Stijn van der Loo), Erik­Jan Bruggink (recepten), Bart de Gouw<br />

(Bezoekers van <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>), Bas van Hille (exterieur­ en interieurfoto’s<br />

van Beeldengalerij <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong>), Astrid Huijsing (tekeningen<br />

bij sprookjesboek De Vleermuis en de Banaan), Stijn van der<br />

Loo (Arboretum), John Stoel (Jan Pater, Luut de Gelder), Joyce<br />

Vanderfeesten (Andette en Henk Hilvering), Beeldengalerij<br />

<strong>Het</strong> <strong>Depot</strong> (landschappen en steden in Italië, Finotti, Rocchi,<br />

Tramontin), Studio Sem (Studio Sem), Rijksmuseum Amsterdam<br />

(Nederland, Italië en de beeldhouwkunst), Culture/Lebrecht Music<br />

& Arts (het schilderij van Nikolai Nikolayewitsj bij de tekst van<br />

Dickens), Wageningen UR/Bibliotheek/Speciale collecties (reproducties<br />

bij De geschiedenis van Arboretum De Dreijen).<br />

De redactie heeft geprobeerd van alle afbeeldingen de rechthebbenden<br />

te achterhalen. Niet in alle gevallen is dat gelukt.<br />

Wie kan aantonen recht te hebben op een of meer afbeeldingen<br />

in dit nummer zonder door de redactie te zijn benaderd, wordt<br />

verzocht zich bij de redactie (zie hierboven) te melden.<br />

Uitgever<br />

Stichting <strong>Het</strong> <strong>Depot</strong><br />

Arboretumlaan 4<br />

6703 BD Wageningen<br />

ISSN<br />

1875­1679

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!