Vingerblessures « (PDF-file / 357kB)
Vingerblessures « (PDF-file / 357kB)
Vingerblessures « (PDF-file / 357kB)
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
VINGERBLESSURES<br />
De klimvinger is een relatief nieuw begrip. In 1996 is hij voor het eerst<br />
beschreven in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde. De term staat<br />
voor een scheur aan een van de ringbandjes van de vinger. Zo’n zestig<br />
procent van de blessures bij het sportklimmen zijn vingerblessures. Dat<br />
zijn echter niet allemáál klimvingers.<br />
Tekst en Foto’s: Paul Dobbelaar, bondsarts NKBV<br />
e meeste spieren die zorgen voor de<br />
beweging van de vingers, zitten in<br />
de onderarm. Bij het sportklimmen<br />
worden de vingergewrichten en de pezen van<br />
de vingerbuigers (de spieren die zorgen voor<br />
het buigen van de vingers) het zwaarst<br />
belast. Hier zien we dan ook de meeste problemen<br />
optreden.<br />
Het basisgewricht van de vinger zit tussen<br />
middenhand en vinger zelf. In de<br />
vinger bevinden zich twee vingergewrichten:<br />
het eerste het dichtst bij de<br />
hand en het tweede tussen het<br />
middelste kootje en het eindkootje.<br />
Bij de duim is er<br />
maar één vingergewricht.<br />
62<br />
D<br />
Gewrichten worden altijd omsloten door een<br />
gewrichtskapsel dat enerzijds een stabiliserende<br />
functie heeft en anderzijds zorgt voor de<br />
productie van gewrichtsvocht waardoor het<br />
soepel kan bewegen. Behalve kapsel bevinden<br />
zich om de gewrichten nog banden, in het bijzonder<br />
aan de zijde van de palm en aan de<br />
beide zijkanten.<br />
Spieren in de hand zelf (de interossei en<br />
lumbricalis spieren) zorgen voor de buiging<br />
in het vingerbasisgewricht. Per vinger<br />
zijn er twee buigpezen voor het<br />
bewegen van de vingergewrichten. Deze<br />
lopen door een peesschede die de pees<br />
‘voeding’ geeft en ervoor zorgt dat de pees<br />
soepel kan bewegen. De pezen van de vinger-<br />
buigers worden bij het buigen van de vinger<br />
op hun plaats gehouden door een aantal ringbandjes<br />
(pulleys). De pezen kunnen door de<br />
ringbandjes heen schuiven. Er zijn vijf ringbandjes.<br />
Vooral het tweede (A2) en het vierde<br />
bandje (A4) zijn betrokken bij ringbandblessures.<br />
RINGBANDLETSELS<br />
Letsels aan de ringbanden ontstaan bijna<br />
altijd acuut. Meestal gebeurt dat tijdens<br />
arque-pakken van een greep, gecombineerd<br />
met dynamisch doorgrijpen of het wegglijden<br />
van een voet. In zo’n situatie ontstaat een<br />
acute, nog grotere belasting op de vingers en<br />
kunnen één of meer ringbandjes scheuren.<br />
Vermoeidheid aan het eind van een training of<br />
klimdag speelt ook vaak een rol bij het ontstaan.<br />
Het scheuren van een ringbandje gaat<br />
veelal gepaard met een knappend geluid, dat<br />
soms zelfs op de grond is te horen.<br />
Hierna treden meestal zwelling van het aangedane<br />
vingerkootje en bewegingsbeperking<br />
op. Soms ontstaat er een bloeduitstorting.<br />
Opvallend is dat er meestal weinig pijn is, in<br />
rust vaak helemaal niet.<br />
Bij plotse pijn en een hoorbare knak is de kans<br />
groot dat er een ringband beschadigd is.<br />
Bekend bij veel klimmers is het ‘bowstringing’<br />
fenomeen. Dit betekent dat de buigpees, die<br />
door een gescheurde ringband loskomt van<br />
het bot, als zodanig zichtbaar is. Bowstringing<br />
treedt alleen op bij gelijktijdig scheuren van<br />
de A2- en A3-pulley. Voor de diagnose is<br />
behalve onderzoek van de vinger echografisch<br />
onderzoek de eerste keuze.<br />
Tot voor kort werden gescheurde ringbanden<br />
veelal operatief hersteld. Met wisselend resultaat.<br />
Volgens nieuwe inzichten is operatieve<br />
behandeling alleen nodig bij gelijktijdig<br />
scheuren van twee of meer ringbandjes en bij<br />
Onder: Ringbandscheuring<br />
HOOGTElijn 2004 - 2
een combinatie van een ringbandscheur en<br />
een letsel van een van de vingergewrichten of<br />
handspieren. Schoffl en Hochholzer hebben<br />
een indeling gemaakt van de verschillende<br />
ringbandletsels en hieraan een behandelprotocol<br />
gekoppeld. In de praktijk is dit protocol<br />
goed te gebruiken. Wel is het van belang om<br />
de ernst van de blessure eerst nauwkeurig<br />
vast te stellen.<br />
Een vinger met een ringbandscheur moet in<br />
de eerste fase geïmmobiliseerd worden met<br />
een spalk. Uit de praktijk blijkt dat deze<br />
immobilisatie in de eerste periode het herstel<br />
gunstig beïnvloedt. Het is daarom van belang<br />
om bij het vermoeden van ringbandletsel niet<br />
meer verder te klimmen en snel medische hulp<br />
te zoeken.<br />
Goed behandelde ringbandletsels genezen<br />
meestal zonder veel restklachten.<br />
PEES(SCHEDE)AANDOENINGEN<br />
Aandoeningen van de buigpezen en hun peesschede<br />
zijn de meest voorkomende overbelastingsblessures<br />
bij sportklimmers. Deze peesblessures<br />
kunnen zowel in de onderarm/pols<br />
voorkomen als in de vingers. Het gaat hierbij<br />
meestal om geleidelijk ontstane en verergerende<br />
klachten. Oorzaak is het steeds opnieuw<br />
zwaar belasten van de vingers (met name de<br />
ring- en middelvinger), waardoor steeds rekbelasting<br />
van de pees en wrijving van de<br />
peesschede ontstaat, vooral ter hoogte van<br />
het eerste vingerkootje. Ook hier is het arquepakken<br />
van grepen een risicofactor.<br />
De klachten bestaan uit pijn, in eerste instantie<br />
alleen bij het belasten van de vinger, later<br />
ook in rust. Ook is er lokale drukpijn bij het<br />
drukken op de pees. Vaak ontstaat er een<br />
zwelling die toeneemt als gevolg van zware<br />
belasting. Daardoor kan de vinger minder goed<br />
bewegen en soms hoor je dan een knisperend<br />
geluid. Dit knisperen wordt veroorzaakt door<br />
vocht in de peesschede.<br />
De behandeling van pees(schede)aandoeningen<br />
bestaat uit: rust, ijsbehandeling, lokale<br />
fysiotherapie, ontstekingsremmende medicatie<br />
en in een enkel geval een lokale injectie in de<br />
peessschede. In de opbouwfase na een peesblessure<br />
kan tapen van de vinger ter ontlasting<br />
nuttig zijn.<br />
Soms is er na een peesblessures sprake van<br />
een zogenaamde trigger finger. De vinger blijft<br />
dan bij het bewegen ‘steken’. Dat komt door<br />
HOOGTElijn 2004 - 2<br />
een lokale verdikking van de pees of een vernauwing<br />
in de peesschede. Ook hier kan de<br />
behandeling bestaan uit een lokale injectie en<br />
soms het operatief ‘klieven’van de peesschede.<br />
AANDOENINGEN VAN DE VINGERGEWRICHTEN<br />
Ook de gewrichten van de vingers krijgen het<br />
bij intensief sportklimmen zwaar te verduren.<br />
Problemen met het kapsel of de gewrichtsbanden<br />
ontstaan vaak door het verdraaien of<br />
verklemmen van de vingers in spleten of vingergaten.<br />
Ook het overstrekken van de vingers<br />
kan blessures aan de vingergewrichten veroorzaken,<br />
met name aan de palmzijde.<br />
Heel vaak hebben sportklimmers last van<br />
gezwollen vingergewrichten. Dit komt onder<br />
meer doordat de botjes van vingerkootjes en<br />
het gewrichtskapsel dikker worden door de<br />
belasting. Als de zwelling alleen optreedt na<br />
zwaar belasten van de vingers en daarna weer<br />
verdwijnt, is er sprake van vochtophoping in<br />
het gewricht. Dit gaat vaak gepaard met pijn<br />
en bewegingsbeperking. In hoeverre hierdoor<br />
op lange termijn schade aan de gewrichten<br />
ontstaat, is nog onduidelijk. De behandeling<br />
kan bestaan uit koelen van de vingers na het<br />
klimmen, gecombineerd met onbelast bewegen.<br />
GROEISCHIJFBESCHADIGINGEN BIJ KINDEREN<br />
Zwelling en pijn in de vingergewrichten bij<br />
kinderen in de groei zijn een heel ander verhaal.<br />
Het zijn tekenen van overbelasting die<br />
serieus dienen te worden genomen. Bij zwaar<br />
klimmen in de groeiperiode bestaat het risico<br />
op beschadigingen en breuken in de groeischijven<br />
van de vingers. Als deze blessures<br />
niet op tijd worden gediagnosticeerd en<br />
behandeld kan een vervroegde slijtage van de<br />
vingergewrichten ontstaan.<br />
Beschadiging van de groeischijf kan alleen<br />
worden vastgesteld met een röntgenfoto.<br />
Afhankelijk van de ernst van de beschadiging<br />
bestaat de behandeling uit immobilisatie met<br />
een spalk of gips of, in ernstiger gevallen, een<br />
operatie.<br />
Belangrijk ter voorkoming van dit soort blessures<br />
is het geleidelijk opbouwen van de trainingsbelasting<br />
bij kinderen in de groei en het<br />
vermijden van maximale krachttraining en<br />
boulderen.<br />
Bij blijvende klachten is het consulteren van<br />
Graad 1 Graad 2 Graad 3<br />
Immobilisatie geen 10 dagen 14 dagen<br />
Functionele behandeling 2 tot 4 weken 2 tot 4 weken 4 weken<br />
Beschermingsmethode tape tape thermoplastische ring<br />
Lichte sportklimbelasting na 4 weken na 4 weken na 6 tot 8 weken<br />
Volledige sportklimbelasting na 6 weken na 6 tot 8 weken na 3 maanden<br />
Beschermende tape tijdens klimmen 3 maanden 3 maanden 6 maanden<br />
Tabel: Behandeling ringbandletsels.<br />
een arts en het maken van röntgenopnames<br />
zeer aan te raden.<br />
LUMBRICALIS SHIFT SYNDROOM<br />
Een recent ontdekte specifieke sportklimblessure<br />
is het zogenaamde lumbricalis-shiftsyndroom,<br />
een spierscheuring in de lumbricalisspier,<br />
meestal tussen de middel- en ringvinger.<br />
Deze spierscheuring ontstaat bij het pakken<br />
van eenvingergaten met de ringvinger, waarbij<br />
de middelvinger en pink gebogen worden in<br />
het vingerbasisgewricht. Hierdoor scheurt de<br />
lumbricalisspier die tussen deze vingers loopt,<br />
vaak met een hoorbaar geluid.<br />
Pijn en zwelling in de basis van de vinger en<br />
de handpalm zijn het gevolg. Belasten van<br />
alleen de ringvinger is pijnlijk, belasten van<br />
middel- en ringvinger tegelijk normaalgesproken<br />
niet. De functie van de vinger is niet<br />
beperkt.<br />
De behandeling bestaat uit het vermijden van<br />
eenvingerige belasting van de ringvinger, hiervoor<br />
is ‘buddytaping’ uitermate geschikt: het<br />
aan elkaar tapen van middel- en ringvinger.<br />
Dit dient drie tot vier maanden te gebeuren.<br />
Verder zijn rustige rekoefeningen van de lumbricalisspier<br />
nodig. De klachten verdwijnen<br />
meestal pas na zes tot tien weken, Deze blessure<br />
kan volledig herstellen; soms blijft er een<br />
zwak gevoel bij pakken van eenvingergaten.<br />
<br />
INFORMATIE<br />
Een overzicht van sportklimblessures vind je in:<br />
So weit die Hände greifen, Thomas Hochholzer en<br />
Volker Schoffl.<br />
Voor vragen kun je ook altijd bellen naar het NKBVbureau<br />
of mailen naar; p.dobbelaar@nutsonline.nl<br />
63
Bijkomend overzicht voor de behandeling van vingerblessures<br />
(Niet verschenen in Hoogtelijn 2/2004)<br />
Auteur: Paul Dobbelaar (Bondsarts NKBV)<br />
Tabel 1. Pulley injury score<br />
Graad Aandoening<br />
1 Ringbandverrekking<br />
2 Volledige scheur A4 ringband of gedeeltelijke scheur A2 of A4 ringband<br />
3 Volledige scheur A2 of A3 ringband<br />
4 Diverse ringbandscheuren of ringbandscheur gecombineerd met ander letsel<br />
Tabel 2: Behandelingschema ringbandletsels<br />
Graad 1 Graad 2 Graad 3<br />
Immobilisatie<br />
geen 10 dagen 14 dagen<br />
Functionele behandeling<br />
Beschermingsmethode<br />
Lichte sportklim belasting<br />
Volledige sportklim belasting<br />
Beschermende tape tijdens klimmen<br />
2 tot 4 weken 2 tot 4 weken 4 weken<br />
tape tape Thermoplastische ring<br />
Na 4 weken Na 4 weken Na 6 tot 8 weken<br />
Na 6 weken Na 6 tot 8 weken Na 3 maanden<br />
3 maanden 3 maanden 6 maanden