Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
het beste huis. En voor het eerst in zeven jaar sprak<br />
ik weer mijn naam uit: ik ben Natascha Kampusch.<br />
Ik ben in 1998 ontvoerd. De vrouw was in eerste instantie<br />
nog boos, maar deed uiteindelijk aarzelend<br />
wat ik vroeg. Ze belde de politie en niet veel later<br />
reden de surveillanceauto’s de straat in.”<br />
golf van belangstelling<br />
“Ik herkende mijn moeder meteen toen ze op het<br />
politiebureau in Wenen binnenkwam. Lachend en<br />
huilend tegelijk nam ze me in mijn armen. ‘Kindje,<br />
kindje, daar ben je weer. Ik heb er nooit aan getwijfeld<br />
dat je terug zou komen.’ Ik snoof haar geur<br />
op. ‘Daar ben je weer’, zei ze telkens. We bleven<br />
een tijdje zo staan. Maar ik was er niet meer aan<br />
gewend het lichaam van een ander zo dichtbij te<br />
voelen. Ik werd er duizelig van.<br />
Ik had de laatste jaren weten te overleven door<br />
me volledig in mezelf terug te trekken. Ik kon<br />
die knop niet zomaar omzetten. Het was alsof ik<br />
iedereen vanonder een glazen stolp zag lachen en<br />
huilen, terwijl bij mij de tranen uitbleven. Ik had<br />
te lang in een nachtmerrie geleefd, mijn psychische<br />
gevangenis scheidde me van mijn familie.<br />
De golf van aandacht was overweldigend. Ik kreeg<br />
duizenden brieven van wildvreemden en even zo<br />
veel verzoeken van de media. Ze lieten me niet met<br />
rust. En zo belandde ik in een nieuwe gevangenis.<br />
Met veel subtielere muren, opgetrokken uit een<br />
overdaad aan belangstelling door anderen die elke<br />
stap die ik zette wilden zien, waardoor ik niet eens<br />
rustig boodschappen kon doen of de metro kon<br />
pakken. Ook de grote groep deskundigen om me<br />
heen gaven me amper de ruimte om na te denken<br />
wat ik zelf eigenlijk wilde. Ik werk er nog steeds<br />
hard aan om mezelf te bevrijden.”<br />
Diepe DroefheiD<br />
“De dader sprong de avond na mijn ontsnapping<br />
voor de trein. Wanneer ik aan hem denk, voel ik<br />
geen haat, slechts een diepe droefheid. Dat iemand<br />
zo ver moet gaan om bevestiging en erkenning te<br />
krijgen, dat je daarvoor een meisje van tien moet<br />
ontvoeren, is zó triest. Mensen willen hem graag<br />
als beest zien, maar voor mij is dit de enige manier<br />
om te helen. Ik denk zelfs dat deze opstelling me<br />
door die jaren gevangenschap heen getrokken<br />
heeft. Omdat ik achter het masker van de dader<br />
steeds weer een glimp opving van een zwakkeling.<br />
Alleen door hem zó te benaderen, kon ik zijn<br />
daden van me afschuiven.<br />
Wie begrip toont voor een dader is ziek, luidt het<br />
oordeel, die heeft een ziekte die bekendstaat als<br />
het Stockholmsyndroom. Daar verzet ik me tegen.<br />
Ik was nog een kind toen ik gevangen werd genomen.<br />
Ik werd uit mijn wereld weggegrist en in die<br />
van hem gestopt. Hij werd mijn familie. Ik kon<br />
niets anders dan dat accepteren. Ik leerde het goede<br />
te waarderen en het slechte te verdringen, zoals<br />
ieder kind dat opgroeit in een familie met scheve<br />
verhoudingen. Het heeft me verdrietig en boos<br />
gemaakt dat mijn uitspraken op zo veel onbegrip<br />
stuiten. Toch is dit een belangrijke boodschap: de<br />
wereld is niet zwart-wit. Mensen zijn niet alleen<br />
maar slecht of alleen maar goed. Hij dus ook niet.<br />
Het huis waarin ik gevangen zat, heb ik onlangs<br />
gekocht. Ik zou het liever niet in mijn bezit hebben,<br />
maar door het te kopen, heb ik willen voorkomen<br />
dat er een bedevaartsoord van wordt<br />
gemaakt. Zijn graf heb ik ook bezocht. Hij ligt<br />
volle dig anoniem, bij wildvreemde mensen. Dat<br />
vind ik triest. Zijn moeder heeft zelfs niet de kans<br />
gekregen zijn begrafenis te regelen. Ik vind dat<br />
hypocriet, uiteindelijk is ook zij een slachtoffer.<br />
Zij heeft genoeg geleden. Haar omgeving is op zijn<br />
zachtst gezegd niet mild voor haar geweest.”<br />
uitgeput van binnen<br />
“De relatie met mijn moeder hervinden, is niet<br />
gemakkelijk geweest. Na mijn vrijlating wilde zij<br />
niets liever dan weer de moeder zijn van dat meisje<br />
van tien. Dat kan natuurlijk niet. Het was, en is,<br />
moeilijk om met haar over het verleden te praten.<br />
Maar we hebben elkaar opnieuw leren kennen en<br />
“ wanneer ik aan hem denk, voel ik geen<br />
haat, slechts een diepe droefheid”<br />
weer een liefdevolle band opgebouwd. Na mijn<br />
vrijlating heb ik mijn schoolexamen gehaald, nu<br />
ben ik bezig talen te leren spreken. Ik wil graag<br />
creatief bezig zijn en zo veel mogelijk van de wereld<br />
zien. Een vriendje heb ik niet. Ik moet er niet aan<br />
denken dat ik straks iemands sokken sta te wassen.<br />
Angst voor mannen heb ik niet, eerder voor<br />
vrouwen. Ik voel me vaak ongemakkelijk bij ze,<br />
voel een soort competitie.<br />
Wanneer ik in de spiegel kijk, zie ik iemand die<br />
vijftien kilo te zwaar is. Soms vind ik mezelf mooi.<br />
Maar vanbinnen voel ik me uitgeput. Ik zit in het<br />
lichaam van een oude vrouw. Ik ben vaak bang dat<br />
de jaren in die vochtige ruimte ooit hun tol zullen<br />
eisen. Ik ben altijd snel moe en ziek.<br />
Ik geloof nog steeds in God. Hij heeft toch een<br />
soort vertrouwen in mij gehad, het vertrouwen dat<br />
ik er zelf uit zou komen. Die gedachte sterkt me.<br />
Ik héb de jaren in gevangenschap overleefd, ik heb<br />
mezelf bevrijd. En ik weet dat ik ook het leven in<br />
vrijheid uiteindelijk de baas zal worden. Een leven<br />
dat eigenlijk nu pas begint.”<br />
mijn leven<br />
ook geraakt door het<br />
verhaal van natascha? lees<br />
De diefstal van mijn jeugd,<br />
acht jaar in handen van mijn<br />
ontvoerder, dat zij schreef in<br />
samenwerking met<br />
Heike gronemeier en<br />
Corinna milborn (Uitgeverij<br />
De Boekerij). libelle mag<br />
25 exemplaren weggeven,<br />
kijk op www.libelle.nl/blad.<br />
37-67