18.09.2013 Views

Regionaal Risicoprofiel Drenthe - Hulpverleningsdienst Drenthe

Regionaal Risicoprofiel Drenthe - Hulpverleningsdienst Drenthe

Regionaal Risicoprofiel Drenthe - Hulpverleningsdienst Drenthe

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong><br />

Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

Bijlagenrapport<br />

projectnr. 219694 110188 - DH24<br />

revisie 02<br />

24 februari 2011<br />

Save<br />

Postbus 321<br />

7400 AH Deventer<br />

Opdrachtgever<br />

<strong>Hulpverleningsdienst</strong> <strong>Drenthe</strong><br />

Postbus 402<br />

9400 AK Assen<br />

datum vrijgave beschrijving revisie 02 goedkeuring vrijgave<br />

24-2-2011 Definitief MB DCvD


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 1 van 87<br />

Inhoud Blz.<br />

Bijlage 1: Maatschappelijke thema's crisistypen en incidenttypen 2<br />

Bijlage 2 : Onderbouwing keuze crisistypen/incidenttypen 5<br />

Bijlage 3 : Methodiek impact- en waarschijnlijkheidsbeoordeling 8<br />

Bijlage 4 : Uitwerking van relevante crisistypen/incidenttypen, uitgewerkte scenario's, impact- en<br />

waarschijnlijkheidsanalyse 19<br />

Bijlage 5 : Diagrammen per impactcriterium 72<br />

Bijlage 6 : Aanvullende informatie regio <strong>Drenthe</strong> 78<br />

Bijlage 7 : Capaciteiteninventarisatie 82<br />

Bijlage 8 : Leden projectgroep en klankbordgroep 85<br />

Bijlage 9 : Geraadpleegde literatuur 86<br />

Bijlage 10 : Uittreksels per gemeente 87


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 1: Maatschappelijke thema's crisistypen en incidenttypen<br />

Maatschappelijk thema Crisistypen en incidenttypen<br />

1. Natuurlijke omgeving 1.1 Overstromingen<br />

1.1.1 Overstroming vanuit zee<br />

1.1.2 Overstromingen door hoge rivierwaterstanden<br />

1.1.3 Vollopen van een polder/dijkdoorbraak<br />

1.2 Natuurbranden<br />

1.2.1 Bosbrand<br />

1.2.2 Heide, (hoog)veen- en duinbranden<br />

1.3 Extreme weersomstandigheden<br />

1.3.1 Koudegolf, sneeuw en ijzel<br />

1.3.2 Hittegolf<br />

1.3.3 Storm en windhozen<br />

1.3.4 Aanhoudende laaghangende mist<br />

1.4 Aardbevingen<br />

1.4.1 Aardbeving<br />

1.5 Plagen<br />

1.5.1 Ongedierte<br />

1.6 Dierziekten<br />

1.6.1 Ziektegolf<br />

2. Gebouwde omgeving 2.1 Branden in kwetsbare objecten<br />

2.1.1 Grote brand in gebouwen met niet of verminderd zelfredzame<br />

personen<br />

2.1.2 Grote brand in gebouwen met een grootschalige<br />

publieksfunctie<br />

2.1.3 Grote brand in bijzonder hoge gebouwen of ondergrondse<br />

bebouwing<br />

2.1.4 Brand in dichte binnensteden<br />

2.2 Instorting in grote gebouwen en kunstwerken<br />

2.2.1 Instorting door explosie<br />

2.2.2 Instorting door gebreken in de constructie of fundering<br />

3. Technologische omgeving 3.1 Incidenten met brandbare/explosieve stof in open lucht<br />

3.1.1 Incident vervoer weg<br />

3.1.2 Incident vervoer water<br />

3.1.3 Incident spoorvervoer<br />

3.1.4 Incident transport buisleidingen<br />

3.1.5 Incident stationaire inrichting<br />

3.2 Incidenten met giftige stof in open lucht<br />

3.2.1 Incident vervoer weg<br />

3.2.2 Incident vervoer water<br />

3.2.3 Incident spoorvervoer<br />

3.2.4 Incident transport buisleidingen<br />

3.2.5 Incident stationaire inrichting<br />

blad 2 van 87


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Maatschappelijk thema Crisistypen en incidenttypen<br />

3.3 Kernincidenten<br />

3.3.1 Incident A-objecten: centrales<br />

3.3.2 Incident A-objecten: nabije centrales grensoverschrijdend<br />

3.3.3 Incident A-objecten: scheepvaart met kernenergie en nucleair<br />

defensiemateriaal<br />

3.3.4 Incident B-objecten: vervoer grote eenheden radioactief<br />

materiaal<br />

3.3.5 Incident B-objecten: overige nucleaire faciliteiten brandklasse i<br />

3.3.6 Incident B-objecten: overig vervoer en gebruik nucleaire<br />

materialen (laboratoria etc.)<br />

3.3.7 Militair terrein en transporten nucleair materiaal<br />

4. Vitale infrastructuur en<br />

voorzieningen<br />

blad 3 van 87<br />

4.1 Verstoring energievoorziening<br />

4.1.1 Uitval olievoorziening<br />

4.1.2 Uitval gasvoorziening<br />

4.1.3 Uitval elektriciteitsvoorziening<br />

4.2 Verstoring drinkwatervoorziening<br />

4.2.1 Uitval drinkwatervoorziening<br />

4.2.2 Problemen waterinname<br />

4.2.3 Verontreiniging in drinkwaternet<br />

4.3 Verstoring rioolwaterafvoer en afvalwaterzuivering<br />

4.3.1 Uitval rioleringssysteem<br />

4.3.2 Uitval afvalwaterzuivering<br />

4.4 Verstoring telecommunicatie en ICT<br />

4.4.1 Uitval voorziening voor spraak- en datacommunicatie<br />

4.5 Verstoring afvalverwerking<br />

4.5.1 Uitval afvalverwerking<br />

4.6 Verstoring voedselvoorziening<br />

4.6.1 Uitval distributiecentra<br />

5. Verkeer en vervoer 5.1 Luchtvaartincidenten<br />

5.1.1 Incident bij start of landing op of om een luchtvaartterrein<br />

5.1.2 Incident vliegtoestel bij vliegshows<br />

5.2 Incidenten op of onder water<br />

5.2.1 Incident waterrecreatie en pleziervaart<br />

5.2.2 Incident beroepsvaart (anders dan met gevaarlijke stoffen)<br />

5.2.3 Incident op ruim water<br />

5.2.4 Grootschalig duikincident<br />

5.3 Verkeersincidenten op land<br />

5.3.1 Incident wegverkeer<br />

5.3.2 Incident treinverkeer<br />

5.4 Incidenten in tunnels<br />

5.4.1 Incidenten in treintunnels en stations<br />

5.4.2 Incident in wegtunnels<br />

5.4.3 Incident in tram- en metrotunnels en stations


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Maatschappelijk thema Crisistypen en incidenttypen<br />

6. Gezondheid 6.1 Bedreiging volksgezondheid<br />

6.1.1 Besmettingsgevaar via contactmedia<br />

6.1.2 Feitelijke grootschalige besmetting (nog) zonder<br />

ziekteverschijnselen<br />

6.1.3 Besmettingsgevaar vanuit buitenland<br />

6.1.4 Besmettingsgevaar in eigen regio<br />

6.1.5 Dierziekte overdraagbaar op mens<br />

6.2 Ziektegolf<br />

6.2.1 Ziektegolf besmettelijke ziekte<br />

6.2.2 Ziektegolf niet besmettelijke ziekte<br />

7. Sociaal- maatschappelijke<br />

omgeving<br />

blad 4 van 87<br />

7.1 Paniek in menigten<br />

7.1.1 Paniek tijden grote festiviteiten, concerten, demonstraties<br />

7.2 Verstoring openbare orde<br />

7.2.1 Rel rondom demonstraties en andere manifestaties<br />

7.2.2 Gewelddadigheden rondom voetbalwedstrijden<br />

7.2.3 Maatschappelijke onrust en buurtrellen


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

1 Natuurlijke omgeving<br />

2<br />

Bijlage 2 : Onderbouwing keuze crisistypen/incidenttypen<br />

blad 5 van 87<br />

In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van crisistypen/incidenttypen die voor de<br />

regio <strong>Drenthe</strong> niet in aanmerking zijn gekomen voor verdere uitwerking.<br />

Thema Crisistype Incidenttype<br />

Gebouwde<br />

omgeving<br />

1 overstromingen<br />

10 overstroming vanuit zee <strong>Drenthe</strong> is niet gelegen aan open zee en de dreiging komt<br />

ook niet vanuit Groningen vanwege een dijkdoorbraak<br />

daar. Een uitzondering is het uiterste noorden van de<br />

gemeente Noordenveld (ten noorden van Roden, Peize,<br />

Paterswolde, onderdeel Dijkring 6: Friesland en<br />

Groningen). Daar is een gering effect bij een EDO (Ergst<br />

Denkbare Overstroming niet uit te sluiten (zie bijlage 1).<br />

Hoewel het risico dat <strong>Drenthe</strong> overstroomt vanuit zee zeer<br />

klein is gezien de ligging, moet er wel rekening gehouden<br />

worden met een rol als opvangroute/doorvoerroute naar<br />

Duitsland.<br />

20<br />

overstromingen door hoge<br />

rivierwaterstanden<br />

3 extreme<br />

40 aanhoudende laaghangende<br />

weersomstandigheden mist<br />

Er zijn geen directe invloeden van hoge rivierstanden aan<br />

de orde voor <strong>Drenthe</strong>, met uitzondering van het<br />

zuidwestelijk deel van de gemeente Meppel (onderdeel<br />

van dijkring 11, zie Risicokaart <strong>Drenthe</strong>).<br />

Aanhoudende laaghangende mist is geen veel<br />

voorkomend fenomeen in de regio. Incidenteel is er wel<br />

mist, maar er is geen sprake van een trend waar de regio<br />

rekening mee moet houden in beleidsontwikkeling.<br />

4 aardbevingen 10 aardbeving Volgens de risicokaart behoort <strong>Drenthe</strong> niet tot een gebied<br />

waar bevingen kunnen plaatsvinden met een intensiteit<br />

die gevaarlijke (persoonlijke) schade aan of in gebouwen<br />

veroorzaakt.<br />

5 plagen 10 ongedierte Is er in de regio sprake van plagen met ongedierte. Er is<br />

opgemerkt dat er rekening moet worden gehouden met<br />

het voorkomen van de teek (ziekte van Lyme) en de<br />

eikenprocessierups. Voor dit crisistype wordt geen<br />

scenario uitgewerkt omdat er geen sprake zal zijn van een<br />

crisis. Er zal voornamelijk behoefte zijn aan goede<br />

voorlichting.<br />

6 dierziekten 10 ziektegolf Bij dierziekten wordt primair uitgegaan van gevolgen van<br />

dierziekten voor de mens. Dit crisistype wordt<br />

ondergebracht bij het thema gezondheid. Gevolgen van<br />

dier op dier besmetting wordt buiten beschouwing<br />

gelaten.<br />

Een uitzondering is een ziekte als MKZ vanwege de OOV<br />

gevolgen bij een uitbraak.<br />

1 branden in kwetsbare<br />

objecten<br />

20<br />

grote brand in gebouwen met<br />

een grootschalige<br />

publieksfunctie<br />

Gebouwen met een grootschalige publieksfunctie worden<br />

genoemd in bijlage 4. Er is geen apart scenario uitgewerkt<br />

voor dit incidenttype. Deze objecten moeten vanuit het<br />

oogpunt van vergunningverlening voldoen aan de<br />

hedendaagse bouw- en gebruiksvereisten.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

3 Technologische omgeving<br />

Thema Crisistype Incidenttype<br />

2 instorting in grote<br />

gebouwen en<br />

kunstwerken<br />

1<br />

/<br />

2<br />

blad 6 van 87<br />

incidenten met<br />

gevaarlijke stoffen in<br />

open lucht<br />

3 kernincidenten<br />

30 grote brand in bijzonder hoge Dergelijke bebouwing komt niet voor in <strong>Drenthe</strong>. Om deze<br />

gebouwen of ondergrondse reden wordt er geen scenario voor dit incidenttype<br />

bebouwing<br />

uitgewerkt.<br />

40 brand in dichte binnensteden Voorstel laten vervallen i.v.m. ontbreken van grotere<br />

dichte binnensteden in <strong>Drenthe</strong>.<br />

10 instorting door explosie De waarschijnlijkheid van instorting van bouwwerken door<br />

een explosie is klein, gezien de relatief hoogwaardige<br />

bouwkwaliteit en het preventieniveau in <strong>Drenthe</strong>. Indien<br />

gasexplosies optreden zullen de effecten in het algemeen<br />

beperkt blijven tot het betreffende compartiment en de<br />

directe omgeving ervan (geen "oude etagebouw").<br />

20 instorting door gebreken in<br />

de constructie of fundering<br />

20<br />

/<br />

40<br />

incident transport water of<br />

buisleidingen<br />

10 incident A-objecten:<br />

centrales<br />

20 incident A-objecten: nabije<br />

centrales<br />

grensoverschrijdend<br />

30 incident A-objecten:<br />

scheepvaart met kernenergie<br />

en nucleair<br />

defensiemateriaal<br />

40 incident B-objecten: vervoer<br />

grote eenheden radioactief<br />

materiaal<br />

50 incident B-objecten: overige<br />

nucleaire faciliteiten<br />

brandklasse i<br />

60 incident B-objecten: overig<br />

vervoer en gebruik nucleaire<br />

materialen (laboratoria etc.)<br />

70 militair terrein en transporten<br />

nucleair materiaal<br />

In <strong>Drenthe</strong> vinden geen ondergrondse werkzaamheden<br />

plaats (zoals in Amsterdam/Keulen). Verder is het niet<br />

waarschijnlijk dat gebouwen in <strong>Drenthe</strong> zomaar instorten<br />

door een gebrek in de constructie of fundering. De<br />

intensiteit van aardbevingen is niet zodanig dat instorten<br />

optreedt<br />

Er vindt geen transport van gevaarlijke stoffen plaats via<br />

het water in <strong>Drenthe</strong>.<br />

Er vindt transport van zowel giftige stoffen (H2S) als van<br />

brandbare/explosieve stoffen(aardgas) plaats via<br />

buisleidingen in <strong>Drenthe</strong> ().<br />

Het crisistype kernincidenten is voor de regio <strong>Drenthe</strong> niet<br />

uitgewerkt.<br />

Aansluiten bij ontwikkelingen voor een<br />

geactualiseerd rampenbestrijdingsplan voor<br />

Kerncentrale Lingen.<br />

Het transport van nucleair materiaal t.b.v.<br />

B-objecten (o.a. medische toepassingen) niet tot<br />

grote risico's leidt. De gevolgen van een incident<br />

zijn gegeven de hoeveelheid van het nucleaire<br />

materiaal en de beschermingsmaatregelen<br />

beperkt tot een zeer lokale schaal.<br />

Voor zover bekend is er geen sprake (meer) van<br />

militaire opslag/transport van nucleair materiaal<br />

in <strong>Drenthe</strong>.<br />

4 3 verstoring<br />

10 uitval rioleringssysteem In overleg met het waterschap is geconcludeerd dat deze<br />

rioolwaterafvoer en<br />

verstoringen met de normaal gangbare middelen en<br />

Vitale<br />

afvalwaterzuivering 20 uitval afvalwaterzuivering multidisciplinaire afspraken zijn te bestrijden en niet als<br />

crisis hoeven te worden beschouwd.<br />

5 verstoring<br />

10 uitval afvalverwerking Uitval van afvalverwerking is zeer hinderlijk, maar zal in<br />

afvalverwerking<br />

<strong>Drenthe</strong> niet leiden tot een crisissituatie waar de regio<br />

infrastructuur<br />

zich beleidsmatig op moet voorbereiden.<br />

en<br />

6 verstoring 10 uitval distributiecentra Voedselvoorziening kan mogelijk uitvallen als gevolg van<br />

voorzieningen


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

5 Verkeer en Vervoer<br />

6 Gezondheid<br />

Thema Crisistype Incidenttype<br />

7 Sociaal-maatsch.<br />

omgeving<br />

blad 7 van 87<br />

voedselvoorziening een ander crisistype zoals een overstroming. Uitval van<br />

voedselvoorziening zal dan één van de vele<br />

aandachtsgebieden zijn. Een andere mogelijkheid is een<br />

opzettelijke storing (zoals een staking). Gezien de<br />

tijdelijke aard van een staking en het afbreukrisico voor de<br />

stakers is het niet waarschijnlijk dat een staking leidt tot<br />

een voedselcrisis.<br />

Gezien de strategische geografische spreiding van<br />

voedseldistributiecentra in Nederland wordt voor <strong>Drenthe</strong><br />

geen acute crisissituatie voorzien.<br />

2 Incidenten op of onder<br />

water<br />

4 incidenten in tunnels<br />

1 bedreiging<br />

volksgezondheid<br />

2 verstoring openbare<br />

orde<br />

30<br />

/<br />

40<br />

10<br />

/<br />

20<br />

- incident op ruim water<br />

- grootschalig duikincident<br />

incident in trein- en<br />

wegtunnels<br />

30 incident in tram- en<br />

metrotunnels en stations<br />

10 besmettingsgevaar via<br />

contactmedia<br />

20 feitelijke grootschalige<br />

besmetting (nog) zonder<br />

ziekteverschijnselen<br />

30 besmettingsgevaar vanuit<br />

buitenland<br />

40 besmettingsgevaar in eigen<br />

regio<br />

20 gewelddadigheden rondom<br />

voetbalwedstrijden<br />

30 maatschappelijke onrust en<br />

buurtrellen<br />

Ruim water komt in <strong>Drenthe</strong> niet voor<br />

Grootschalig duiken komt in <strong>Drenthe</strong> niet voor (geen<br />

locaties).<br />

Trein en wegtunnels zijn niet aanwezig in <strong>Drenthe</strong>. Ook<br />

geen ondergrondse stations.<br />

Tram en metrotunnels en stations zijn niet aanwezig in<br />

<strong>Drenthe</strong>.<br />

Gezien de grote overlap met crisistype volksgezondheid is<br />

er voor gekozen om dit incidenttype bij ziektegolf onder te<br />

brengen. Er wordt bij ziektegolf (volgens de handreiking)<br />

onderscheid gemaakt in voedsel hygiënische problemen<br />

(voedselvergiftiging), en chemische en radiologische<br />

problemen.<br />

Ook dit onderdeel kan worden ondergebracht bij het<br />

crisistype ziektegolf. Bij ziektegolf wordt volgens de<br />

handreiking ook onderscheid gemaakt in 'laat ontdekte<br />

ziekte oorzaken (silent release)'.<br />

Er zijn geen internationale vliegvelden in/direct nabij de<br />

regio. Vluchten waarvan bekend is dat er besmette<br />

personen aanwezig zijn, zullen worden doorgeleid naar<br />

Schiphol.<br />

Dierziekten worden behandeld in de uitwerking voor<br />

incidenttype 'dierziekte overdraagbaar op mens'.<br />

Er vinden geen risicowedstrijden plaats in de regio<br />

<strong>Drenthe</strong>.<br />

Volgens de politie <strong>Drenthe</strong> zijn er geen concreet<br />

aanwijsbare locaties/bekende voorvallen die voor het<br />

risicoprofiel <strong>Drenthe</strong> relevant zijn.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 3 : Methodiek impact- en waarschijnlijkheidsbeoordeling<br />

blad 8 van 87<br />

Methodiek impactbeoordeling<br />

Inleiding<br />

Bij de beoordeling van de impact als gevolg van het optreden van de scenario's volgen we<br />

in eerste instantie in de projectgroep de methode van het Programma Nationale<br />

Veiligheid 1 . Ook de landelijke Handleiding gaat hiervan uit, echter het onderdeel<br />

Impactbeoordeling is daarin nog niet definitief uitgewerkt. De werkwijze sluit zo veel<br />

mogelijk aan bij de Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong>. Ter wille van de zelfstandige<br />

leesbaarheid van de nu voorliggende rapportage en de noodzaak tot enkele aanpassingen<br />

op regionaal niveau besteden we eerst aandacht aan de uitgangspunten van de nationale<br />

methode.<br />

Algemene uitgangspunten<br />

Landelijke criteria<br />

In het Programma Nationale Veiligheid wordt bij de beschrijving van de impact van de<br />

scenario's uitgegaan van vijf hoofdbelangen:<br />

Vitale belangen en impactcriteria<br />

1.Territoriale veiligheid<br />

1.1 • Aantasting van de integriteit van het grondgebied<br />

2. Fysieke veiligheid<br />

2.1 • Doden<br />

2.2 • Ernstig gewonden en chronisch zieken<br />

2.3 • Lichamelijk lijden (gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

3. Economische veiligheid<br />

3.1 • Kosten<br />

4. Ecologische veiligheid<br />

4.1 • Langdurige aantasting van het milieu en natuur (flora en fauna)<br />

5. Sociale en politieke stabiliteit<br />

5.1 • Verstoring van het dagelijks leven<br />

5.2 • Aantasting van de lokale en regionale openbare besturen<br />

5.3 • Sociaal psychologisch impact<br />

6. Veiligheid van cultureel erfgoed<br />

6.1 • Aantasting van cultureel erfgoed<br />

Figuur B3.1 Impactcriteria gebaseerd op de Landelijke Handreiking<br />

Definitie van de criteria<br />

De definitie van de individuele impactcriteria moet eenduidig zijn. De individuele<br />

impactcriteria worden dan voor alle potentiële incidentscenario's op dezelfde manier<br />

gemeten.<br />

Voor elk van de vijf criteria geldt dat de impact meetbaar wordt gemaakt op basis van een<br />

indeling naar vijf klassen: A – B – C – D – E.<br />

1. Nationale Risicobeoordeling, Leidraad Methode 2008 d.d. juni 2008.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 9 van 87<br />

Klasse Omvang gevolg<br />

A Beperkt gevolg<br />

B Aanzienlijk gevolg<br />

C Ernstig gevolg<br />

D Zeer ernstig gevolg<br />

E Catastrofaal gevolg<br />

Figuur B3.2 Impactindeling<br />

Iedere klasse wordt gekenmerkt door een brandbreedte (bijv. 4 tot 40 doden). Er is in alle<br />

gevallen naar gestreefd de verhouding tussen de opeenvolgende klassen gelijk te<br />

houden. De gehanteerde indeling sluit aan op de Handreiking.<br />

De impactcriteria - definitie, scorematrices<br />

Criterium 1.1: "Aantasting van de integriteit van het grondgebied"<br />

"Het feitelijke of functionele verlies van, danwel het buiten gebruik zijn van, delen van de<br />

regio."<br />

Onder functioneel verlies wordt vooral verstaan het verlies van het gebruik van gebouwen,<br />

woningen, infrastructuur, wegen en grond. Voorbeelden van bedreigingoorzaken zijn:<br />

buiten oevers treden rivier, terroristische aanslag in Nederland, uitbraak van dierziekten,<br />

chemische/biologische/nucleaire besmetting.<br />

Als indicatoren voor het meten van de impact worden gehanteerd:<br />

• de oppervlakte van het bedreigde of aangetaste gebied (geografische afbakening);<br />

• de tijdsduur gedurende welke het gebied wordt bedreigd of aangetast;<br />

• de bevolkingsdichtheid van het betreffende gebied.<br />

De scorematrix is opgenomen in de volgende figuur.<br />

oppervlakte <br />

tijdsduur ↓<br />

wijk, dorp<br />

max 4 km 2<br />

(400 km 2<br />

(> 25% opp.)<br />

2-6 dagen A A B C<br />

1-4 weken A B C D<br />

1 tot 6 maanden B C D E<br />

½ jaar of langer C D E E<br />

Figuur B3.3 Impact<br />

Criterium 2.1/2: "Doden en gewonden inclusief chronisch zieken"<br />

Doden: "Dodelijk letsel, direct overlijden of vervroegd overlijden binnen een periode van<br />

20 jaar."<br />

Gewonden: "Letselgevallen behorend tot categorie T1 en T2, en personen met langdurige<br />

of blijvende gezondheidsproblemen zoals ademhalingsklachten, ernstige verbrandingen<br />

of huidaandoeningen, gehoorbeschadiging, lijden aan oorlogssyndroom."


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 10 van 87<br />

Chronisch zieken: "Personen die gedurende lange periode (> 1 jaar) beperkingen<br />

ondervinden: medische zorg nodig hebben, niet of gedeeltelijk kunnen deelnemen aan het<br />

arbeidsproces, belemmering ervaren in het sociale functioneren."<br />

Slachtoffers behorend tot categorie T1 of T2 hebben onmiddellijk medische hulp nodig en<br />

behandeling dient binnen 2 uur aan te vangen (T1) danwel moeten continu gemonitord<br />

worden en behandeling binnen 6 uur (T2).<br />

Voorbeelden van bedreigingsoorzaken zijn: ongeluk in chemische fabriek, grootscheepse<br />

dijkdoorbraak, terroristische aanslag, uitbraak van een epidemie, grootschalige onlusten.<br />

Als indicatoren voor het meten van de impact worden gehanteerd:<br />

• het aantal doden als gevolg van het incident;<br />

• het tijdstip van overlijden;<br />

• het aantal chronisch zieken en ernstig gewonden.<br />

De scorematrix voor doden is opgenomen in de volgende figuur. Hierin wordt onderscheid<br />

gemaakt tussen mensen die direct komen te overlijden (hier aangeduid als binnen 1 jaar)<br />

en mensen die uitgesteld komen te overlijden.<br />

De scorematrix voor gewonden en chronisch zieken volgt daarna.<br />

aantal 1 2-4 4-16 16-40 40-160 160- > 400<br />

tijdstip ↓<br />

400<br />

Direct overlijden<br />

(binnen 1 jaar)<br />

A B C C hoog D D hoog E<br />

Vervroegd<br />

overlijden<br />

(van 1-20 jaar)<br />

A A B C C hoog D D hoog<br />

Figuur B3.4 Scorematrix doden<br />

aantal 1 2-4 4-16 16-40 40-160 160-<br />

400<br />

> 400<br />

A B C C hoog D D hoog E<br />

Figuur B3.5 Scorematrix gewonden<br />

Criterium 2.3 : "Lichamelijk lijden (gebrek aan primaire levensbehoeften)"<br />

"Blootstelling aan extreme weers- en klimaatomstandigheden, alsmede het gebrek aan<br />

voedsel, drinkwater, energie, onderdak of anderszins primaire levensbehoeften."<br />

Voorbeelden van bedreigingsoorzaken zijn: terroristische aanslag op<br />

drinkwatervoorziening of energievoorziening, vrijkomen straling als gevolg van incident<br />

met kernreactor, natuurramp.<br />

Als indicatoren voor het meten van de impact worden gehanteerd:<br />

• aantal getroffenen;<br />

• tijdsduur.<br />

De scorematrix voor lichamelijk lijden (gebrek aan primaire levensbehoeften) is<br />

opgenomen in de volgende figuur.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 11 van 87<br />

aantal <br />

tijdsduur ↓<br />

< 400 < 4.000 < 40.000 > 40.000<br />

2-6 dagen A B C D<br />

1-4 weken B C D E<br />

1 maand of langer C D E E<br />

Figuur B3.6 Scorematrix primaire levensbehoeften<br />

Criterium 3.1: "Kosten"<br />

"Euro's in termen van herstelkosten voor geleden schade, extra kosten en gederfde<br />

inkomsten."<br />

Voorbeelden van incidenten zijn: grootschalige vluchtelingenstromen, pandemie met<br />

massale uitval arbeidskrachten, besmettelijke dierziekten (mond- en klauwzeer),<br />

gewapend conflict in regio waaruit Nederland grondstoffen betrekt, grootschalige uitval<br />

betalingssystemen, instorten financiële markten.<br />

Als indicatoren voor het meten van de impact worden gehanteerd:<br />

• materiële schade en kosten;<br />

• gezondheidsschade en kosten;<br />

• financiële schade en kosten;<br />

• kosten van bestrijding, hulpverlening en herstel.<br />

De impact wordt gebaseerd op de totaal geleden schade in geld; de schades in de<br />

afzonderlijke categorieën 1 t/m 4 worden opgeteld.<br />

De scorematrix voor kosten is opgenomen in de volgende figuur.<br />

Kosten in € < 2 < 20


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 12 van 87<br />

Voorbeelden van bedreigingsoorzaken zijn: incidenten waarbij grote hoeveelheden<br />

(eco)toxische stoffen in het milieu vrijkomen, zoals een ongeluk in een chemische fabriek<br />

of in een kernreactor, een olieramp op de Noordzee, of een gewapend conflict met gebruik<br />

van NBC-wapens, incidenten die het gevolg zijn van klimaatverandering zoals<br />

verstoringen in het beheer van oppervlaktewater (overstromingen) en de gevolgen<br />

daarvan (zoals verzilting van de bodem), noodweer (tornado's).<br />

Aantasting van de ecologische veiligheid wordt gemeten aan de hand van twee aspecten:<br />

• A: aantasting van natuur- en landschappelijke gebieden die als beschermwaardig zijn<br />

aangewezen, en<br />

• B: aantasting van het milieu in algemene zin, ook buiten de genoemde natuur- en<br />

landschappelijke gebieden.<br />

N.B.: Bij de scoring van de aantasting van de ecologische veiligheid moeten eerst beide<br />

impactcriteria worden beoordeeld. De hoogst gescoorde impact geldt als impact<br />

voor het criterium 4.1.<br />

A.: Beschermwaardige gebieden: "Impact op natuur- en landschappelijke gebieden die<br />

als beschermwaardig zijn aangewezen, waarbij ecosystemen geheel of gedeeltelijk<br />

verloren gaan of voor langere tijd worden aangetast, of waarbij soorten (flora en fauna)<br />

verloren gaan."<br />

Als indicatoren voor het meten van de impact worden gehanteerd:<br />

• Type van de natuurgebieden die in het getroffen gebied liggen: er wordt nagegaan of<br />

er zich in het getroffen gebied natuurgebieden bevinden die behoren tot de<br />

broedgebieden van weidevogels, tot de EHS- of tot de Natura 2000-gebieden.<br />

Aantasting van deze gebieden wordt in die volgorde als ernstiger ingeschat.<br />

• Relatief oppervlak van het getroffen gebied: voor ieder van de typen wordt bepaald<br />

welk percentage van de totaal in Nederland aanwezige oppervlakte getroffen is.<br />

• De duur van de aantasting: de aantasting wordt alleen gescoord, als de duur langer<br />

dan een jaar zal zijn. Als wordt ingeschat dat voor geen van de typen de duur van de<br />

aantasting langer dan een jaar zal zijn, wordt dit impactcriterium gescoord als niet van<br />

toepassing.<br />

B.: Aantasting van het milieu in algemene zin<br />

Als indicator voor het meten van de impact wordt gehanteerd:<br />

• de absolute oppervlakte van het getroffen gebied.<br />

De scorematrices voor milieuaantasting zijn opgenomen in de volgende figuren.<br />

relatieve oppervlakte <br />

type natuurgebied ↓<br />

< 3% 3-10% 10-100%<br />

Broedgebieden van weidevogels A B C<br />

EHS-gebieden B C D<br />

Natura 2000-gebieden C D E<br />

Figuur B3.8 Scorematrix beschermwaardige gebieden


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 13 van 87<br />

oppervlakte <br />

wijk, dorp<br />

max 4 km 2<br />

(400 km 2<br />

(> 25%<br />

opp.)<br />

A B C D<br />

Figuur B3.9 Scorematrix milieu in algemene zin<br />

Criterium 5.1: "Verstoring van het dagelijks leven"<br />

"De aantasting van de vrijheid zich te verplaatsen en samen te komen op publieke<br />

plaatsen en in openbare ruimten, waardoor de deelname aan het normale<br />

maatschappelijk verkeer wordt belemmerd."<br />

Voorbeelden van bedreigingsoorzaken zijn: aantasting van vitale infrastructuur zoals<br />

uitval van elektriciteit, massale sterfte onder bevolking door pandemie, bezetting,<br />

grootschalige onlusten, dijkdoorbraak, terroristische aanslag, grootschalige instroom van<br />

vluchtelingen.<br />

Als indicatoren voor het meten van de impact worden gehanteerd:<br />

• geen onderwijs kunnen volgen;<br />

• niet naar het werk kunnen gaan;<br />

• geen gebruik kunnen maken van maatschappelijke voorzieningen als die voor sport,<br />

cultuur of gezondheidszorg;<br />

• verminderde bereikbaarheid door blokkade van wegen en uitval van openbaar vervoer;<br />

• niet kunnen doen van noodzakelijke aankopen wegens winkelsluiting.<br />

De genoemde indicatoren worden gewaardeerd op basis van:<br />

• aantal getroffenen;<br />

• tijdsduur;<br />

• aantal indicatoren.<br />

De scorematrix voor verstoring dagelijks leven is opgenomen in de volgende figuur.<br />

tijdsduur ↓<br />

aantal <br />

< 400<br />

getroffenen<br />

< 4.000<br />

getroffenen<br />

< 40.000<br />

getroffenen<br />

>40.000<br />

getroffenen<br />

1-2 dagen A A B C<br />

3 dagen tot 1 week A B C D<br />

1 week tot 1 maand B C D E<br />

1 maand of langer C D E E<br />

Figuur B3.10 Scorematrix verstoring dagelijks leven<br />

Het resultaat van de impactscore wordt gecorrigeerd op basis van het aantal indicatoren<br />

dat van toepassing is:<br />

• ingeval maximaal 1 indicator van toepassing is, dan -1 (bijv. D wordt C);<br />

• ingeval tenminste 3 indicatoren van toepassing zijn, dan +1 (bijv. B wordt C).


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 14 van 87<br />

Criterium 5.2 "Aantasting van de lokale en regionale positie van het bestuur"<br />

"De aantasting van het functioneren van de Nederlandse overheid, in het bijzonder de<br />

lokale en regionale overheid, en haar instituties en/of de aantasting van rechten en<br />

vrijheden en andere kernwaarden verbonden aan de Nederlandse democratie en<br />

vastgelegd in de grondwet."<br />

Dit criterium betreft de verstoring van het wezen (d.w.z. democratische rechten en<br />

vrijheden), het karakter (de algemeen westerse en christelijk-joodse humanistische<br />

kenmerken/normen/waarden), en het functioneren (institutionele processen en beleids-,<br />

bestuurs- en uitvoeringsorganisaties) van de democratie Nederland.<br />

Voorbeelden van bedreigingsoorzaken: verstoring van de demografische opbouw van de<br />

samenleving, verstoring van de sociale cohesie door achterstellingen, ontstaan van<br />

parallelle samenleving, aanslag op het Binnenhof, bezetting door een vreemde<br />

mogendheid, publieke haatcampagnes, oproepen tot en/of andere uitingen van<br />

antidemocratische activiteiten en/of opvattingen.<br />

Uit de landelijke Handreiking voor het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> (versie 1.9) is de hiervoor<br />

gaande tekst vrijwel letterlijk overgenomen.<br />

In de kernprojectgroep van 30 maart is gediscussieerd over dit impactcriterium en is de<br />

volgende keuze gedaan.<br />

Op dit impactcriterium wordt de Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> niet gevolgd.<br />

Deze keuze is door de kernprojectgroep als volgt gemotiveerd:<br />

• vanuit het nationaal perspectief zijn genoemde zaken zeker en daadwerkelijk aan de<br />

orde en zij kunnen de genoemde impactindicatoren met zich meebrengen.<br />

• dat het voorkomen van het optreden ervan (zie bedreigingsoorzaken) voor een<br />

belangrijk deel autonoom politiek bestuurlijke besluitvorming vereist die in zeer<br />

geringe mate de taken van de veiligheidsregio betreft.<br />

• de bestrijding van de gevolgen ervan voor een gering deel het domein van de<br />

veiligheidsregio betreft.<br />

Om die reden is dit aspect als impactcriterium voor het bestuur van de veiligheidsregio<br />

niet relevant in het kader van de besluitvorming en de prioriteitstelling met betrekking tot<br />

de toekomstige taken en de benodigde middelen.<br />

Criterium 5.3 "Sociaal-psychologische impact: woede en angst"<br />

"Gedragsmatige reactie van de bevolking die door uitingen van angst en woede (mogelijk<br />

ook vermengd met verdriet en afschuw) worden gekarakteriseerd en waaraan de media<br />

aandacht besteden. Deze uitingen kunnen komen van personen die direct worden<br />

getroffen, en van de rest van de bevolking, en moeten waarneembaar zijn (d.w.z.<br />

hoorbaar, zichtbaar, leesbaar)."<br />

Voorbeelden van bedreigingsoorzaken zijn: terroristische aanslag, politieke moord,<br />

ontvoering, gijzeling of aanslag op politieke leiders, leden van het Koninklijk Huis,<br />

dominantie van een ondemocratische politieke partij, staatsgreep, ontploffing<br />

kerncentrale, pandemie met massale sterfte.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 15 van 87<br />

Indicatoren voor publieke angst<br />

Aantal mensen dat:<br />

• openbare ruimten mijdt (ook het openbaar vervoer), vermijdingsgedrag vertoont (bijv.<br />

niet meer vliegt, niet meer uit huis durft), niet meer gaat werken, kinderen thuis houdt;<br />

• vluchtgedrag vertoont;<br />

• afwijkend koopgedrag vertoont (hamsteren, plunderen als wanhoopsdaad);<br />

• zijn geld van de bank haalt of andere afwijkende financiële handelingen verricht;<br />

• gestigmatiseerd wordt (daders, slachtoffers);<br />

• onverstandige besluiten neemt t.a.v. de eigen gezondheid (overmatig risicogedrag<br />

m.b.t. gebruik alcohol, drugs, roken e.d.).<br />

Indicatoren voor publieke woede<br />

Aantal mensen dat:<br />

• zich mobiliseert/protesteert tegen zondebok: de overheid;<br />

• zich mobiliseert/protesteert tegen zondebok: persoon, organisatie of onderneming;<br />

• meedoet aan rellen, vernielingen;<br />

• uitingen van onvrede via de media doet.<br />

De klasse-indeling wordt bepaald door het aantal betrokkenen en door de tijdsduur van<br />

de betrokkenheid en is aangegeven in de volgende tabel. De belangrijkste indicator<br />

(hoogste impact) voor respectievelijk angst en woede is afzonderlijk bepalend voor de<br />

score.<br />

aantal < 40 < 400 < 4.000 > 4.000<br />

tijdsduur inwoners inwoners inwoners inwoners<br />

1 tot 2 dagen A A B C<br />

3 dagen tot 1 week A B C D<br />

1 tot 4 weken B C D E<br />

C D E E<br />

Figuur B3.11 Scorematrix publieke woede<br />

Opmerking<br />

De hiervoor beschreven benadering voor "Sociaal-psychologische impact" is conform die<br />

van de Nationale Risicobeoordeling (Leidraad Methode 2008). We hebben gecorrigeerd<br />

voor de omvang van de regio.<br />

We vinden die voor <strong>Drenthe</strong> beter bruikbaar dan die uit de landelijke Handreiking<br />

<strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong>. Daarin wordt de impact bepaald aan de hand van de volgende<br />

drie indicatoren:<br />

1. Perceptie van het incident bij de getroffenen dan wel de rest van de bevolking;<br />

2. Verwachtingspatroon rond het incident en zijn gevolgen bij de getroffenen en de rest<br />

van de bevolking;<br />

3. Handelingsperspectief voor getroffenen bij het incident.<br />

Het aantal van toepassing zijnde indicatoren bepaalt dan in principe de totale<br />

impactscore.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 16 van 87<br />

Naar ons inzicht is het niet juist om geen aandacht te besteden aan het aantal personen<br />

dat het betreft en ook niet aan de tijdsduur gedurende welke sprake is van de situatie die<br />

dan de betreffende woede en angst opwekt. Daarom hanteren we hier de benadering van<br />

de Nationale Risicobeoordeling.<br />

Criterium 6.1 "Aantasting cultureel erfgoed"<br />

"De beschadiging, vernietiging of verdwijning van materiële sporen of getuigenissen uit<br />

het verleden in het heden die de samenleving om redenen van o.a. collectieve herinnering<br />

en identiteitsbehoud danwel identiteitsvorming van belang acht om te bewaren, te<br />

onderzoeken, te presenteren en over te informeren."<br />

Het betreft materiële (zichtbare en tastbare) sporen die een cultuurhistorische waarde<br />

vertegenwoordigen en vaak al een beschermde status genieten. Hieronder vallen<br />

voorwerpen in musea, archeologische vondsten, archieven, monumenten (d.w.z. panden<br />

en complexen van bedrijf en techniek, religie, bewoning, bestuur en beheer, e.d.),<br />

herdenkingstekens, straatmeubilair, stads- en dorpsgezichten, landschappen (d.w.z.<br />

begrensde grondoppervlakten).<br />

Hoewel veelal verbonden aan materiële sporen worden immateriële sporen zoals<br />

verhalen, gewoonten en gebruiken, uitingen van folklore niet in het criterium<br />

meegenomen. Deze elementen van cultureel erfgoed zijn aan mensen verbonden en<br />

aantasting van mensen en hun functioneren komt in andere criteria al tot uiting. De<br />

vastlegging ervan valt echter onder materiële sporen (bijv. archieven).<br />

Voorbeelden van incidenten: natuurrampen als overstroming of aardbeving, brand,<br />

ontvreemding, (terroristische) aanslag, opstand en molest, oorlogshandelingen.<br />

N.B. Waardering van de financiële schade (bijv. beveiligings- en herstelkosten,<br />

waardevermindering in financiële termen) geschiedt onder criterium 3.1. Met<br />

criterium 6.1 wordt het zuivere feit van de aantasting (beschadiging, vernietiging<br />

of verdwijning) beschouwd.<br />

Als indicatoren voor het meten van de impact worden gehanteerd:<br />

• er is sprake van uniciteit, d.w.z. het object is de enige of één van de weinige<br />

overgebleven representant(en) van een soort of type;<br />

• er is sprake van aantasting van de identiteit, d.w.z. de betekenis en het gevoel van<br />

eigenwaarde die de samenleving of een gemeenschap ontleent aan het object;<br />

• er is sprake van aantasting van de harmonie en/of waarde en/of samenhang van een<br />

groter geheel door de aantasting van het object als deel van dat geheel;<br />

• er zijn beperkte mogelijkheden tot restauratie;<br />

• het betreft bronmateriaal, d.w.z. het verklarende en/of inspirerende begin of<br />

uitgangspunt voor een stroming, school, cultureel begrensde groep, e.d.<br />

aantal indic.<br />

<br />

max. 1 indicator max. 2 ind. max. 3 ind. 4 of meer ind.<br />

A B C D<br />

Figuur B3.12 Scorematrix aantasting cultureel erfgoed<br />

Het resultaat van de impactscore wordt gecorrigeerd op basis van de mate van aantasting<br />

van een indicator. Daarbij kan de verzekerde waarde medebepalend zijn, hoewel deze niet


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 17 van 87<br />

altijd is of kan worden vastgesteld. Ook bepalend kan de omvang van de toeristische<br />

en/of wetenschappelijke interesse zijn, of een opneming in de officiële lijst van<br />

monumenten of werelderfgoed. Deze aspecten worden echter in feite bepaald door één of<br />

meer van de genoemde indicatoren.<br />

Indien minstens één indicator voor meer dan 50% wordt aangetast, dan +1<br />

(bijv. C wordt D).<br />

Methodiek waarschijnlijkheidsbeoordeling/bepaling<br />

Inleiding<br />

Bij de beoordeling van de waarschijnlijkheid als gevolg van het optreden van de<br />

scenario's volgen we in eerste instantie met de projectgroep de methode van het<br />

Programma Nationale Veiligheid 2 . De werkwijze sluit zo veel mogelijk aan bij de<br />

Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong>. Ter wille van de zelfstandige leesbaarheid van de nu<br />

voorliggende rapportage en de noodzaak tot enkele aanpassingen op regionaal niveau<br />

besteden we hier aandacht aan de uitgangspunten van de nationale methode.<br />

Algemene uitgangspunten<br />

De term waarschijnlijkheid wordt gedefinieerd als "de kans dat een scenario binnen de<br />

komende vier jaar zal plaatsvinden". Optioneel kan echter voor bepaalde onderwerpen<br />

ook een andere tijdshorizon worden bekeken.<br />

Voor het bepalen van de waarschijnlijkheid wordt een indeling in vijf klassen gehanteerd<br />

(klassen A t/m E). De indeling is overeenkomstig de gekozen principes voor de<br />

impactbepaling. Klasse A representeert een incidentscenario dat als zeer onwaarschijnlijk<br />

wordt gekwalificeerd, klasse E representeert een incidentscenario dat als zeer<br />

waarschijnlijk wordt gekwalificeerd.<br />

De waarschijnlijkheid van het incidentscenario wordt primair bepaald door de oorzaak.<br />

Het is om deze reden belangrijk dat het incidentscenario een goede beschrijving geeft van<br />

de oorzaak. De waarschijnlijkheid van het incidentscenario wordt secundair bepaald door<br />

het gevolg (impact) van het incidentscenario. Bijvoorbeeld een explosie met 100 doden<br />

heeft een lagere waarschijnlijkheid dan een explosie zonder doden.<br />

Voor alle incidentscenario's geldt, dat bij het bepalen van de waarschijnlijkheid in meer of<br />

mindere mate gebruikgemaakt zal worden van onvolledige gegevens/informatie. Dit<br />

betekent dat afhankelijk van het soort incident gebruikgemaakt wordt van één of<br />

meerdere van de onderstaande informatiebronnen:<br />

• historische (analoge) gebeurtenissen, casuïstiek;<br />

• statistiek, zo nodig in combinatie met probabilistische modelberekeningen;<br />

• faalgegevens in combinatie met netwerkanalyses/beslisbomen;<br />

• strategieën en actoranalyses;<br />

• expertmeningen.<br />

2. Nationale Risicobeoordeling, Leidraad Methode 2008 d.d. juni 2008.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 18 van 87<br />

Voor ieder incidentscenario moet ook een schatting worden gemaakt van de onzekerheid<br />

met betrekking tot de bepaling van de waarschijnlijkheidsklasse, waarbij onderscheid<br />

gemaakt wordt naar de bron van de onzekerheid en de onbetrouwbaarheid van de<br />

schatting. Voor ieder incidentscenario dient daarom de score bepaald te worden voor:<br />

• de verwachte waarde voor de waarschijnlijkheid van het incident (V);<br />

• de ondergrens voor de waarschijnlijkheid van het incident (O);<br />

• de bovengrens voor de waarschijnlijkheid van het incident (B).<br />

Indeling in waarschijnlijkheidsklassen<br />

Voor het inschatten van de waarschijnlijkheid geldt de volgende verdeling in<br />

hoofdklassen.<br />

Klasse % waarschijnlijkheid Kwalitatieve omschrijving<br />

A < 0,05 zeer onwaarschijnlijk<br />

B 0,05 – 0,5 onwaarschijnlijk<br />

C 0,5 – 5 mogelijk<br />

D 5 – 50 waarschijnlijk<br />

E 50 - 100 zeer waarschijnlijk<br />

Figuur B3.13 Waarschijnlijkheidsklassen<br />

De gekozen schaalindeling is bepaald door twee factoren:<br />

1. De incidentscenario's zullen voor het merendeel clusteren in het lagere gedeelte van<br />

de waarschijnlijkheidsschaal. Om nog onderscheid te realiseren tussen deze 'lage<br />

kans' gebeurtenissen wordt een logaritmische schaal gebruikt met als gevolg dat dit<br />

deel van de schaal wordt 'uitgerekt'. De absolute afstand bij de overgang van klasse A<br />

naar B naar C naar D naar E neemt steeds met een factor 10 toe.<br />

2. Het verschil tussen de klassen (op basis van een factor 10) geeft ook een mate van<br />

robuustheid met betrekking tot de kansschatting die recht doet aan de<br />

onnauwkeurigheid van de kansschatting. In slechts een beperkt aantal van de<br />

scenario's zal gebruikgemaakt kunnen worden van betrouwbare statistische<br />

gegevens. Men zal in vele gevallen gebruik moeten maken van onvolledige gegevens<br />

gecombineerd met expertmeningen.<br />

Samenvattend<br />

Waarschijnlijkheid zegt iets over de kans op het daadwerkelijk plaatsvinden van een<br />

scenario, en de mate van ernst van het scenario. Indien statistieken beschikbaar zijn<br />

(bijvoorbeeld een verkeersongevallen database) kan hier duidelijk een inschatting van de<br />

waarschijnlijkheid uit worden bepaald. Daarnaast echter - of door het ontbreken van<br />

statistieken - is de mening van een expert noodzakelijk om op basis hiervan een uitspraak<br />

te kunnen doen over de waarschijnlijkheid. Hierbij kun je jezelf de volgende 2 vragen<br />

stellen:<br />

1. Hoe groot acht je de kans op plaatsvinden van het incident (eens per 4 jaar, eens per<br />

10 jaar?);<br />

2. Van de hiervoor ingeschatte kans op plaatsvinden van het incident: wat is de kans dat<br />

dit daadwerkelijk leidt tot een gevolg zoals omschreven in het scenario (bijv. in 10 %<br />

van de gevallen leidt het scenario tot een ernstig gevolg).<br />

Tezamen kan vervolgens een inschatting worden gemaakt van de waarschijnlijkheid.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 4 : Uitwerking van relevante crisistypen/incidenttypen,<br />

uitgewerkte scenario's, impact- en waarschijnlijkheidsanalyse<br />

blad 19 van 87<br />

De 7 maatschappelijke thema's met uitgewerkte scenario's:<br />

1. Natuurlijke omgeving;<br />

2. Gebouwde omgeving;<br />

3. Technologische omgeving;<br />

4. Vitale infrastructuur en voorzieningen;<br />

5. Verkeer en vervoer;<br />

6. Gezondheid;<br />

7. Sociaalmaatschappelijke omgeving.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 20 van 87<br />

1. Natuurlijke omgeving<br />

Inleiding<br />

Binnen het maatschappelijk thema "Natuurlijke omgeving" beschouwen we een aantal<br />

crisistypen. Sommige daarvan zijn voor <strong>Drenthe</strong> niet relevant. Die werken we niet verder<br />

uit. We geven dit deze achtereenvolgens voor de betreffende crisistypen aan. De<br />

crisistypen die niet afvallen werken we in de paragrafen hierna uit.<br />

1. Overstromingen<br />

- deze zijn met name vanuit de functie van <strong>Drenthe</strong> als opvang voor<br />

grootschalige overstromingen in andere regio's relevant en worden in die zin<br />

verder uitgewerkt.<br />

2. Natuurbranden<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt<br />

3. Extreme weersomstandigheden.<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt<br />

4. Aardbevingen<br />

- deze zijn niet relevant in <strong>Drenthe</strong>.<br />

5. Plagen<br />

- plagen met ongedierte zijn in <strong>Drenthe</strong> relevant en worden hierna verder<br />

uitgewerkt.<br />

6. Dierziekten<br />

- bij dierziekten wordt primair uitgegaan van gevolgen van dierziekten voor de<br />

mens. Dit crisistype wordt ondergebracht bij het thema gezondheid. Gevolgen<br />

van dier op dier besmetting wordt in dit risicoprofiel buiten beschouwing<br />

gelaten.<br />

Achtereenvolgens werken we de relevante crisistypen in de volgende paragrafen verder<br />

uit.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 21 van 87<br />

1.1 Overstromingen<br />

Inleiding<br />

Binnen het crisistype overstromingen maken we een onderscheid in de volgende<br />

incidenttypen:<br />

1. overstromingen vanuit zee<br />

2. overstromingen door hoge rivierwaterstanden<br />

3. vollopen van een polder/dijkdoorbraak<br />

Voor regio <strong>Drenthe</strong> is voornamelijk optie 3 en in geringe mate optie 2 aan de orde (zie<br />

onderbouwing in bijlage 2).<br />

Landelijk zijn de ergst denkbare overstromingsscenario's (EDO) uitgewerkt. In één van de<br />

scenario's kan een overstroming tot aan Meppel gevolgen hebben (dijkring 11). Het<br />

gebied wordt beschermd door waterkeringen, gemalen en sluizen gelegen in Zwartsluis.<br />

Een overstroming in dit gebied heeft gevolgen voor de veiligheidsregio's IJsselland en<br />

<strong>Drenthe</strong> en meerdere waterbeheerders (waterschap Reest en Wieden, Waterschap Groot<br />

Salland, provincie Overijssel, provincie <strong>Drenthe</strong> en Rijkswaterstaat) zijn verantwoordelijk<br />

voor de waterbeheersing.<br />

De waterkering in dijkring 11 heeft een beschermingsniveau van 1:1250 jaar.<br />

Hoogwaterstanden treden op bij een combinatie van een noordwesterstorm en hoge<br />

rivierwaterstanden op de Vecht en de IJssel. Op dat moment zijn de sluizen bij Zwartsluis<br />

gesloten en wordt het gemaal Zedemuden in Zwartsluis in werking gesteld. Dit gemaal is<br />

een van de grootste gemalen van Nederland en is afhankelijk van<br />

elektriciteitsvoorziening. Indien het gemaal Zedemuden uitvalt dan vindt er een ernstige<br />

overstroming plaats langs het Meppelerdiep. Afhankelijk van de omstandigheden kan dit<br />

grote gevolgen hebben voor Meppel en omgeving.<br />

In <strong>Drenthe</strong> zijn regionale waterkeringen aangewezen waar wateroverlast kan optreden in<br />

bebouwd gebied. De overstromingsdiepte bij een overstroming is veelal beperkt (enkele<br />

decimeters). Bij een inundatie verspreidt het water zich met hoge stroomsnelheden. In<br />

stromend water kunnen mensen en vooral kleine kinderen zich niet staande houden.<br />

Daarnaast ontstaat er dan gevaar voor verdrinking aangezien watergangen niet meer te<br />

onderscheiden zijn van de wegen<br />

In het najaar van 1998 heeft een aantal gebieden in <strong>Drenthe</strong> (met name Meppel en<br />

omgeving) de gevolgen ondervonden van ernstige wateroverlast na een langdurige<br />

periode van extreme neerslag. Deze gebeurtenis wordt in de uitwerking van een<br />

overstromingsscenario als uitgangspunt genomen.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 22 van 87<br />

Spreiding over de regio<br />

Figuur B4.1 Effectgebieden overstromingen in <strong>Drenthe</strong> volgens de risicokaart<br />

In figuur B4.1 zijn de mogelijke overstromingsgebieden in <strong>Drenthe</strong> (conform de<br />

risicokaart) weergegeven. Hieruit blijkt dat de dreiging van overstromingen beperkt blijft<br />

tot enkele gebieden, nabij Groningen en Meppel. Overigens is het even wel mogelijk dat<br />

in de rest van <strong>Drenthe</strong> wateroverlast ontstaat, bijvoorbeeld door extreme neerslag.<br />

Aanloop naar het incident<br />

Periode van langdurige regenval in combinatie met een noordwesterstorm kan leiden tot<br />

hoogwater en wateroverlast.<br />

Twee elementen bepalen het verloop van de gebeurtenissen:<br />

- De prognose van de maximale waterstand van het dreigende hoogwater en het<br />

tijdsbestek waarbinnen hoogwaterwaarschuwingen kunnen worden gegeven;<br />

- De prognose van de kwaliteit van de dijken en kunstwerken en andere waterkeringen<br />

in relatie tot de aanvullende maatregelen die getroffen kunnen worden om de functies<br />

van de dijken en waterkeringen tijdig te versterken ;


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 23 van 87<br />

Scenario<br />

Voor de uitwerking van een overstromingsscenario voor regio <strong>Drenthe</strong>, wordt aangesloten<br />

bij de wateroverlast die in 1998 plaatsvond.<br />

De wateroverlast van 1998 was het gevolg van een extreme hoeveelheid neerslag (80 mm<br />

in twee dagen en 160 mm in 6 dagen) in een relatief korte tijd en sterk verminderde<br />

afwateringsmogelijkheden als gevolg van hoge buitenwaterstanden. Hierdoor dreigden<br />

op meerdere plaatsen de dijken door te breken. Tevens traden enkele beken en kanalen<br />

buiten de oevers en dat leidde tot overlast. De vele neerslag leidde tot vele<br />

wegafzettingen onder andere de A28. Grote gebieden en gedeelten van steden stonden<br />

blank zoals de rondweg van Emmen en delen in Hoogeveen, Coevorden en Meppel. Maar<br />

ook het kassengebied in Klazinaveen werd getroffen, 16000 kuikens verdronken in<br />

Gijsselte en verschillende oogsten en woningen werden vernield. De steeds maar<br />

stijgende waterstanden op de Overijsselse Vecht temperden de afvoer vanuit zuidoost<br />

<strong>Drenthe</strong> naar de rivier. De watergangen konden het water niet meer verwerken en voerden<br />

het water niet af maar aan, waardoor het water op plaatsen 60 cm boven de weg stonden.<br />

Als gevolg van de genomen maatregelen ten aanzien van noodberging moet er in de<br />

toekomst rekening mee gehouden worden dat, bij een herhaling van een '1998 situatie"<br />

of erger, de nood-retentiegebieden Noord en Zuidmeene ingezet worden. Dit heeft tot<br />

gevolg dat de rijkweg N34 tussen Hardenberg en Coevorden uit de verkeerscirculatie<br />

wordt genomen.<br />

Er is een reële kans dat een dergelijke wateroverlast situatie voor kan komen. Regionale<br />

Waterkeringen in <strong>Drenthe</strong> moeten een situatie aankunnen die eens in de 100 jaar voor<br />

kunnen komen. In Overijssel geldt als norm 1 : 200.<br />

De gevolgen van dit scenario hebben een grote impact op de crisis organisatie omdat het<br />

over twee veiligheidsregio's gaat. Kans op doden en gewonden is beperkt.<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied C<br />

2.1 Doden A<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken -<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten B<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu A (<strong>Drenthe</strong>, gevolgen voor IJsselland<br />

zijn groter)<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven B<br />

5.3 Sociaal psychologisch impact A<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar B


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 24 van 87<br />

1.2 Natuurbranden<br />

Inleiding<br />

Binnen het crisistype natuurbranden maken we een onderscheid in de volgende<br />

incidenttypen:<br />

1. bosbranden<br />

dit type is voor <strong>Drenthe</strong> relevant en wordt in deze paragraaf verder<br />

uitgewerkt.<br />

2. heide-, (hoog-)veen- en duinbranden<br />

dit type is voor <strong>Drenthe</strong> relevant en wordt in deze paragraaf verder<br />

uitgewerkt.<br />

Bosbrand, heide-, (hoog-)veenbranden<br />

Natuurgebieden in Nederland kennen een intensieve verwevenheid met andere<br />

gebruiksfuncties, in het bijzonder bewoning, recreatie en (vitale) infrastructuur. Diverse<br />

gemeenten met natuurgebieden ontvangen vooral gedurende de zomer veel recreanten<br />

binnen hun verzorgingsgebied.<br />

Context<br />

Weerverschijnselen als hitte en droogte zorgen voor een grotere kans op natuurbranden.<br />

Als oorzaak voor een natuurbrand zijn de volgende potentiële ontstekingsmechanismen<br />

denkbaar: bewust menselijk handelen (brandstichting), onbewust menselijk handelen<br />

(brandende sigaret), of een natuurlijke oorzaak zoals bijvoorbeeld een blikseminslag.<br />

Verder geldt dat naaldbos brandgevaarlijker is dan loofbos, evenals jonge bossen met<br />

jonge vegetatie. Naast de zomermaanden, is er ook in de maanden januari t/m maart<br />

sprake van een verhoogd risico op brand. Er is dan veel afgevallen blad en dood gras<br />

aanwezig. Bij droog weer in combinatie met wind is het risico op brand aanwezig.<br />

In de regio <strong>Drenthe</strong> zijn ook heide- of veengebieden aanwezig. Bij brand in heide of veen<br />

verspreidt de brand zich niet alleen aan de oppervlakte, maar ook onder de oppervlakte.<br />

Dit bemoeilijkt het blussen van dergelijke branden.<br />

Belangrijke aspecten die de impact van een natuurbrand bepalen zijn:<br />

• Aanwezigheid van mensen, kwetsbare objecten (volgens de definitie van de<br />

risicokaart, bijvoorbeeld campings en verzorgingstehuizen), vitale infrastructuur,<br />

natuurwaarden, recreatie (pretparken, dierentuin, hotels) en cultuurhistorie;<br />

• De aanwezigheid van gevaarlijke stoffen, zoals brandbare stoffen op<br />

recreatieterreinen, munitiedepots en LPG-tankstations;<br />

• De bereikbaarheid voor hulpdiensten, voldoende bluswater, de mogelijkheid van<br />

veilig optreden door de hulpverlening, de aanwezigheid van vluchtwegen;<br />

• De mate van aandacht van media en publiek (ramptoerisme);<br />

• De beschikbare tijd voor evacuatie (uren in plaats van dagen zoals bij<br />

overstromingen);<br />

• De mate van zelfredzaamheid van bewoners en recreanten in het gebied<br />

(onbekendheid met het risico).<br />

Spreiding over de regio<br />

<strong>Drenthe</strong> wordt gekenmerkt door veel natuurgebieden. De natuurgebieden die in het<br />

regionaal risicoprofiel worden meegenomen voldoen aan een aantal criteria die de<br />

prioriteit van het gebied bepalen. Beoordelingscriteria hiervoor zijn ondermeer:<br />

• in de natuurgebieden bevinden zich kwetsbare objecten zoals recreatieparken en<br />

campings;


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 25 van 87<br />

• grenzend aan de natuurgebieden bevinden zich kwetsbare objecten zoals<br />

woonwijken, ziekenhuizen en/of verzorgingstehuizen;<br />

• complexiteit van bestrijdbaarheid en bereikbaarheid van gebieden;<br />

• cultuurhistorisch en economisch belang van natuurgebieden (bijvoorbeeld<br />

nationale parken, de aanwezigheid van beschermde planten, struiken en bomen<br />

zoals de jeneverbes, en de aanwezigheid van bijvoorbeeld antennevelden van<br />

LOFAR).<br />

In figuur B4.2 zijn de gebieden weergegeven waar mogelijk een natuurbrand kan<br />

optreden. Een aantal prioritaire gebieden wordt kort besproken.<br />

Figuur B4.2 Overzicht bosgebieden, heidegebieden en veengebieden en prioritaire<br />

gebieden in <strong>Drenthe</strong><br />

1. Nationaal park Dwingelderveld<br />

Het bestaat uit onder meer de Dwingelose heide, de Kraloër heide, de Anserdennen en<br />

boswachterij Dwingeloo. Het nationaal park bestaat uit ondermeer heide en bos. In het<br />

nationaal park en aan de rand liggen meerdere campings, kampeerterreinen en<br />

bungalowparken.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 26 van 87<br />

Bungalowparken: Campings/kampeerterreinen:<br />

De Noordster De Olde Bergen<br />

De Wildkamp Natuurcamping staatsbosbeheer<br />

Lanka Camping Ruinen<br />

Torentjes hoek<br />

2. Nationaal park Drents-Friese Wold<br />

Afwisselend natuurgebied bestaande uit bos, vennen, veentjes en duinen. In het gebied<br />

en aan de rand bevinden zich meerdere campings, bungalowparken en kampeerterreinen<br />

(Alkenhaer, Blauwe Lantaarn, D'Olde Lantschap, De Reeënwissel, De Zonnekamp, Groot<br />

Bartje, Hoeve aan den weg, Landgoed 't Wildryck, Wittelterbrug, Camping Diever, Oude<br />

Willem) en een recreatieplas (Canadameer/Aekingermeer).<br />

Het gebied Boschoord valt buiten het nationaal park maar sluit hier wel op aan. In dit<br />

gebied is een TBS/ Justitiële inrichting (Hoeve Boschoord) gelegen.<br />

3. Nationaal park Drentsche Aa<br />

Afwisselend landschap (heide, duinen, moerassen, vennen, beken en bossen). In het<br />

gebied en aan de rand bevinden zich meerdere campings, bungalowparken en<br />

kampeerterreinen (Hof van Saksen, Dianaheide, 't Veenmeer).<br />

Het gebied boswachterij Gieten-Borger grenst aan het nationaal park. In boswachterij<br />

Gieten-Borger liggen meerdere campings, Boomkroonpad en recreatieplas. Tegen het<br />

natuurgebied zijn bungalowparken Lunsbergen, De Kremmer, Camping-Bungalowpark<br />

Drouwenerzand gelegen. Daarnaast is het gebied "Drouwenerzand" een kwetsbaar gebied<br />

(heide en jeneverbes). Grenst aan de dorpen Gasselte en Drouwen.<br />

Het nationaal park grenst aan diverse woonkernen<br />

4. - 7. Middenveld: Boswachterij Grolloo, Schoonloo, Hooghalen en Sleenerzand<br />

De boswachterijen zijn met name aantrekkelijk voor recreanten door de aanwezigheid van<br />

recreatieplassen en campings.<br />

4. Grolloo: bossen, heidevelden en vennen. Ieberenplas (recreatieplas). Boswachterij<br />

Grolloo is vooral een recreatiegebied door de aanwezigheid van campings (Uteringskamp<br />

700 plaatsen).<br />

5. Schoonloo: In Schoonloo worden uitgestrekte bossen afgewisseld door enkele open<br />

gebieden (De Tweelingen, het Elpermeer en de Meeuwenplassen). Verscholen in het groen<br />

liggen speelvijver 't Loomeer en Kampeerterrein De Dennen (20 plaatsen).<br />

6. Hooghalen: Naaldbossen, heide en hoogveen. Voormalig kamp Westerbork,<br />

sterrenwacht, Kampeerterrein Hooghalerzand (12 plaatsen).<br />

7. Boswachterij Sleenerzand:<br />

Kampeerterrein De Kijl, 68 plaatsen.<br />

Een aantal boswachterijen grenst aan diverse woonkernen.<br />

8. Ooster en Westerveld / Holtingerveld<br />

Deels oefenterrein Defensie.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 27 van 87<br />

9. Boswachterij Exloo/Odoorn<br />

In de bossen nabij Odoorn ligt een kampeerterrein (Vlintenholt), bungalowpark Land van<br />

Bartje. De gebieden Exloo/ Odoorn lopen in elkaar over. Het dorp Exloo is gelegen tegen<br />

de bossen.<br />

10. - 12. Bossen nabij/in Emmen<br />

Het Valtherbos (grenst aan camping in Klijndijk en de wijk Emmermeer in Emmen). Het<br />

gebied loopt over in de Emmerdennen. Het Ziekenhuis in Emmen en woonwijken liggen<br />

tegen de Emmerdennen aan. Het Noordbargerbos ligt gedeeltelijk tegen de woonwijk.<br />

13. Internationaler Naturpark Bourtanger Moor - Bargerveen<br />

Het Naturpark is een van de grootste aaneengesloten hoogveenrestanten van Nederland.<br />

Het park loopt door tot in Duitsland.<br />

In onderstaande figuur is de een overzicht gegeven van de recreatie verblijfsterreinen die<br />

samenvallen met gebieden waar mogelijk een natuurbrand kan optreden.<br />

Figuur B4.3 Overzicht bosgebieden, heidegebieden en veengebieden die samenvallen<br />

met recreatie-/verblijfsgebieden (in rood)


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 28 van 87<br />

Aanloop naar het incident<br />

Periode van lange droogte in combinatie met recreatie kan leiden tot grote<br />

natuurbranden.<br />

Scenario<br />

In augustus, na een lange periode van droogte breekt brand uit in natuurgebied X. Door<br />

een combinatie van droogte, dichte ondergroei en een sterke wind ontwikkelt de brand<br />

zich tot een kroonvuur, met zuidwestelijke uitbreidingsrichting. Het vuurfront breidt zich<br />

per uur met 350-400 meter uit, bij een gemiddelde windsnelheid van 3,5-4 Beaufort.<br />

Op een afstand van 2 km ligt een camping met 150 bezoekers. De camping heeft een<br />

tweetal ontsluitende wegen, waarvan er een in de richting van de brand leidt. Zodra<br />

bekend wordt dat de camping waarschijnlijk in de vuurbaan ligt, breekt paniek uit op de<br />

camping. De campinggasten proberen massaal de camping te ontvluchten over de<br />

beschikbare route, die ook wordt gebruikt door de hulpverleningsdiensten. Circa<br />

200 mensen moeten binnen 5 uur uit het gebied worden geëvacueerd.<br />

De brandbestrijding komt langzaam op gang vanwege de slechte toegankelijkheid en de<br />

beperkte bluswatervoorzieningen.<br />

De gevolgen in dit scenario zijn aanzienlijk. De kans op doden en gewonden is<br />

waarschijnlijk, doordat de evacuatie niet tijdig heeft kunnen plaatsvinden, met name<br />

vallen slachtoffers onder de bezoekers van het natuurgebied (wandelaars). Het<br />

omliggende gebied is zwaar aangetast door brandschade.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied A<br />

2.1 Doden B<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken B<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten A<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu A<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven A<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact A<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar D<br />

1.3 Extreme weersomstandigheden<br />

Inleiding<br />

Binnen het crisistype extreme weersomstandigheden maken we een onderscheid in de<br />

volgende incidenttypen:<br />

1. koudegolf, sneeuw en ijzel;<br />

2. hittegolf;<br />

3. storm en windhozen;<br />

4. aanhoudende laaghangende mist wordt gewijzigd in plotseling opkomende mist.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 29 van 87<br />

- in <strong>Drenthe</strong> zijn geen gebieden waar sprake is van langdurig aanhoudende<br />

laaghangende mist. Daarom wordt dit incidenttype als type "plotseling<br />

opkomende mist" meegenomen onder incidenttype verkeersongelukken weg.<br />

Uitwerking<br />

Extreme weersomstandigheden zijn niet specifiek locatiegebonden, al kunnen gevolgen<br />

regionaal wel verschillen. Bij de uitwerking sluiten we daarom aan bij de landelijke<br />

beschrijvingen. Bij dit crisistype gaat het voornamelijk om de gevolgen voor de mens.<br />

Algemeen kenmerk zijn de mogelijke verstoringen en gevarieerde hulpvraag tegelijkertijd.<br />

Koudegolf, sneeuw en ijzel<br />

Optreden van de eerste categorie (koudegolf, sneeuw en ijzel) kan er toe leiden dat<br />

mensen direct of indirect worden getroffen. In directe zin bijvoorbeeld door het optreden<br />

van ongevallen door gladheid of verminderd zicht. Voorbeelden van indirecte gevolgen<br />

hebben voornamelijk betrekking op het geïsoleerd raken ten opzichte van bepaalde<br />

voorzieningen. Op regionale schaal kan hierbij worden gedacht aan stagnatie van<br />

nutsvoorzieningen, voedselvoorziening, (spoedeisende) zorg en handhaving van de<br />

openbare veiligheid.<br />

Hittegolf<br />

Een hittegolf wordt door het KNMI gedefinieerd als opeenvolging van warme dagen<br />

waarbij het ten minste vijf dagen 25 °C of warmer is, waarvan ten minste drie dagen<br />

30 °C. Vanaf 2000 zijn er in de Bilt 6 hittegolven waargenomen. Een hittegolf vormt met<br />

name een bedreiging voor de (fysiek) kwetsbaren in de samenleving. In de extreem warme<br />

zomer van 2003 stierven in Nederland waarschijnlijk tussen de 1.000 en 1.500 mensen<br />

meer dan gemiddeld (vervroegd overlijden). In geheel West Europa zijn tussen de 22.000<br />

en 35.000 mensen extra overleden. Met name in stedelijke gebieden zijn de gevolgen<br />

ernstig omdat de warmte moeilijker verdwijnt uit de bebouwing 3 .<br />

Tijdens een hittegolf is extra aandacht benodigd voor ouderen, chronisch zieken, mensen<br />

in een sociaal isolement, mensen met overgewicht en kinderen. Aanvullend moet er<br />

rekening worden gehouden met aanwezigheid van grote aantallen vakantiegasten in de<br />

regio <strong>Drenthe</strong> gedurende de zomerperiode.<br />

Volgens de huisartsen in de regio <strong>Drenthe</strong> heeft een hittegolf in het toeristenseizoen niet<br />

geleid tot een verhoogde hulpvraag. Eén van de redenen is dat er ook minder inwoners<br />

zijn vanwege vakantie.<br />

In eerdere versies van de handreiking risicoprofiel werd de categorie hitte-droogte<br />

onderscheiden. Wij wijzen er op dat een periode van droogte en het optreden van een<br />

hittegolf niet als dezelfde fenomenen kunnen worden beschouwd, zowel qua oorzaken als<br />

gevolgen. Gevolgen van droogte kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op landbouw<br />

(verdroging), scheepvaart (te lage waterstanden in rivieren), waterkwaliteit (algvorming)<br />

en energievoorziening (wegvallen van koelfaciliteiten).<br />

3. Rode Kruis Klimaatcentrum.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 30 van 87<br />

Storm en windhozen<br />

Er is sprake van storm (9 Beaufort) als de windsnelheid gemiddeld over een uur<br />

75-88 km/uur (21m/s) bedraagt. Langs de kust wordt deze situatie gemiddeld ieder jaar<br />

wel een keer bereikt. Over het algemeen levert een storm pas hinder, schade of zelfs<br />

slachtoffers op als een storm zwaar (10 Beaufort: 89-102 km/uur), zeer zwaar<br />

(11 Beaufort: 103-117 km/uur) of zelfs een orkaan is (12 Beaufort: >117 km/uur). In<br />

Nederland is de kans op een orkaan zeer klein omdat de daarvoor vereiste extreme<br />

temperatuurverschillen zich hier niet voordoen.<br />

Een windhoos is een zeer plaatselijke wervelwind die optreedt bij kritische verschillen in<br />

luchtvochtigheid en temperatuurverschillen tussen lucht en aarde. Windhozen komen met<br />

name voor in de zomerperiode. Ze zijn vaak gekoppeld aan onweersbuien.<br />

Zowel storm als windhozen kunnen veel schade aanbrengen aan gebouwen en<br />

infrastructuur. Daarbij kunnen slachtoffers vallen.<br />

In Hoogeveen vond op 14 juni 2007 een zogenaamde downburst 4 plaats, waarbij twee<br />

gewonden vielen en materiele schade optrad.<br />

Spreiding over de regio<br />

Niet locatiegebonden.<br />

Aanloop naar het incident<br />

Bij de scenariokeuze voor het crisistype extreem weer, wordt aangesloten bij het<br />

incidenttype 'storm en windhozen', vanuit de landelijke uitwerking. De nadruk ligt hier op<br />

het onderdeel storm.<br />

Dit scenario beschrijft het optreden van een zeer zware storm (tot zelfs orkaan). Hierbij<br />

wordt uitgegaan van het scenario van de Nationale risicobeoordeling.<br />

Voor de impact van een storm maakt het veel uit op welk moment van de dag en op welk<br />

moment van het jaar (seizoen) de storm optreedt. Doordat het hoogtepunt van een storm<br />

over het algemeen niet langer dan een dagdeel aanhoudt, levert een storm 's nachts<br />

aanmerkelijk minder problemen op dan een storm overdag. Stormen in het zomerhalfjaar<br />

kunnen vooral veel schade aan bossen aanrichten omdat de bomen dan vol in het blad<br />

zitten. Overigens is de kans op stormen van 10 Beaufort of zwaarder het grootst in het<br />

winterhalfjaar. In het zomerhalfjaar kunnen echter wel zware tot zeer zware windstoten<br />

voorkomen, met name tijdens onweersbuien.<br />

Scenario<br />

Voor het scenario worden de kenmerken van een aantal stormen als uitgangspunt<br />

genomen.<br />

De zeer zware storm van 1990 is een voorbeeld van een storm die relatief veel slachtoffers<br />

en veel ontwrichting van de samenleving opleverde door het moment van de storm.<br />

4. Een downburst is een verschijnsel dat incidenteel in de zomer tijdens zware<br />

onweersbuien voorkomt. Hierbij wordt uit een wolk een grote hoeveelheid neerslag en<br />

wind, met in het geval van Hoogeveen windstoten tot circa 100 km/u over het<br />

onderliggende land uitgerold. De schade die een windhoos en een downburst kunnen<br />

veroorzaken is vergelijkbaar, het patroon is echter afwijkend. Bij een windhoos is de<br />

schade geconcentreerd in een relatief smal, lang spoor en vallen de bomen door de<br />

draaibeweging binnen in de slurf verschillende kanten op. Ook zullen hier veelal<br />

dakpannen van de daken gerukt worden. Bij de downburst is er sprake van een breder<br />

gebied, waarin bovendien de veroorzaakte schade in min of meer één lijn ligt<br />

(KNMI, 2010).


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 31 van 87<br />

Het hoogtepunt van de storm vond plaats tijdens de avondspits. Doordat op dat moment<br />

veel mensen in beweging waren, vielen veel slachtoffers in Nederland (17) en was de<br />

ontregeling van de Nederlandse samenleving groot toen het verkeer in het hele land stil<br />

kwam te liggen.<br />

De orkaan van 1999 ging gepaard met zware sneeuwval. Deze combinatie maakte de<br />

getroffen gebieden extra kwetsbaar: door de orkaan viel in grote gebieden de elektriciteit<br />

uit waardoor de bevolking in een aantal gebieden hard door de winter werd getroffen.<br />

Voor Nederland laten beide zeer zware stormen zien dat de schade groot kan zijn, er<br />

enkele tientallen slachtoffers kunnen vallen en de samenleving zowel tijdens de storm als<br />

langere tijd na de storm wordt getroffen.<br />

Tijdens de storm is vooral het weg- en railvervoer kwetsbaar: tijdens het hoogtepunt van<br />

de storm komt het transport stil te liggen. Na de storm kan het enige tijd duren voordat de<br />

wegen en spoorwegen weer vrij zijn van omgewaaide bomen en storingen aan de<br />

elektriciteitsvoorziening zijn hersteld. De ervaring van zelfs zeer zware stormen in<br />

Nederland laat zien dat dit eerder een kwestie is van uren dan van dagen. Cruciale<br />

infrastructuur zoals Schiphol en de Rotterdamse haven kunnen kort na de storm weer<br />

normaal functioneren. Waarschijnlijk geldt dit ook voor de industrie.<br />

De bevolking kan langere tijd (meerdere dagen) zonder stroom komen te zitten. De<br />

omstandigheden waaronder burgers zich in dat geval moeten zien te redden, zijn minder<br />

extreem dan, bijvoorbeeld, in Frankrijk in 1999. In Noordwest-Europa kan een dergelijke<br />

zeer zware storm gepaard gaan met zware winterse omstandigheden waardoor de impact<br />

van de storm meerdere dagen tot enkele weken kan aanhouden. In het Nederlandse<br />

klimaat gaat een dergelijke zeer zware storm over het algemeen gepaard met<br />

westenwinden, die veelal geen langdurige winterse kou meevoeren.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden B<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken B<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten C<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven C<br />

5.3 Sociaal psychologisch impact -<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar D


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 32 van 87<br />

We sluiten aan bij de landelijke uitwerking. Bij de bepaling van de impact en de<br />

waarschijnlijkheid wordt nog bekeken of er nog moet worden opgesplitst in verschillende<br />

incidenttypen.<br />

1.5 Plagen<br />

Inleiding<br />

Binnen het crisistype "Plagen" hebben we te maken met het incidenttype ongedierte.<br />

In <strong>Drenthe</strong> is sprake van 2 typen ongedierte met mogelijk aanzienlijk gevolg:<br />

• Het voorkomen van de ziekte van Lyme door de aanwezigheid van de teek.<br />

• De eikenprocessierups.<br />

Uitwerking<br />

Bij de uitwerking sluiten we aan bij de landelijke beschrijvingen. Bij dit crisistype gaat het<br />

voornamelijk om de gevolgen voor de mens.<br />

Teek<br />

Vanwege het voorkomen van de teek is de Ziekte van Lyme een belangrijk zorgpunt in de<br />

regio. Met name in de zomer, met een bevolkingstoename door toerisme in combinatie<br />

met buitenrecreatie.<br />

Eikenprocessierups<br />

De rupsenplaag is vanuit het zuiden, vanwege klimatologische veranderingen, naar het<br />

noorden opgetrokken. Met name Noord-Brabant ondervindt al een aantal<br />

jaren de nodige overlast. Dit risico bestaat ook voor <strong>Drenthe</strong>. De kans op economische<br />

schade als gevolg van een dergelijke plaag in een toeristische provincie als <strong>Drenthe</strong> is<br />

gigantisch. In <strong>Drenthe</strong> is men zich bewust van het gevaar van een verminderd aantal<br />

toeristen. Bij een inkomstenpost vanuit het toerisme in <strong>Drenthe</strong> van ca. 800 miljoen<br />

(2007) is het voorstelbaar dat 1 procent afname al om aanzienlijke bedragen gaat.<br />

Er is in beide gevallen echter geen sprake van een crisis. Wel kan worden gesteld dat het<br />

voorkomen van dergelijke typen ongedierte kan leiden tot enige maatschappelijke onrust,<br />

met het oog op de mogelijke economisch grote gevolgen (bijvoorbeeld het wegblijven van<br />

toeristen). Het is echter niet een taak van de veiligheidsregio om hierop maatregelen te<br />

treffen en beleid te formuleren.<br />

Met deze redenering is afgesproken dit scenario in het kader van het risicoprofiel niet<br />

verder uit te werken.<br />

1.6 Dierziekten<br />

Inleiding<br />

Binnen het crisistype dierziekten gaat het om besmetting van dier op dier. Voor het<br />

risicoprofiel <strong>Drenthe</strong> is besloten om enkel de impact op de mens centraal te stellen.<br />

Ziekten die overdraagbaar zijn op de mens komen aan de orde bij het thema gezondheid.<br />

Er wordt geen apart scenario uitgewerkt voor dit crisistype omdat het hier niet primair<br />

gaat om een taak voor de veiligheidsregio. Het optreden tegen dierziekten zal<br />

voornamelijk door het Ministerie van LNV worden gecoördineerd.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 33 van 87<br />

Een aantal aspecten dat kan opspelen bij het incidenttype "dierziekten" wordt<br />

meegenomen bij de uitwerking van het thema maatschappelijke onrust (bijvoorbeeld: het<br />

afsluiten van gebieden, ruiming van bedrijven etc.).


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 34 van 87<br />

2 Gebouwde omgeving<br />

Inleiding<br />

Binnen het maatschappelijk thema "Gebouwde omgeving" beschouwen we een aantal<br />

crisistypen. Sommige daarvan zijn voor <strong>Drenthe</strong> niet relevant. Die werken we niet verder<br />

uit. De crisistypen die niet afvallen werken we in de paragrafen hierna uit.<br />

1. Branden in kwetsbare objecten<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt<br />

2. Instorting in grote gebouwen en kunstwerken<br />

- In <strong>Drenthe</strong> is geen sprake van aardbevingen of anderszins onbekende<br />

onstabiele bodemstructuren. ook vinden er geen ondergrondse<br />

bouwactiviteiten plaats ondergrote gebouwen en kunstwerken. Derhalve<br />

wordt dit crisistype ten behoeve van de beleidsvorming als niet relevant<br />

beschouwd.<br />

We werken het relevante crisistype "Branden in kwetsbare objecten" uit in de volgende<br />

paragraaf.<br />

2.1 Branden in kwetsbare objecten<br />

Bij dit crisistype gaat het om branden of incidenten waarbij rookontwikkeling ontstaat in<br />

gebouwen waar zich veel verminderd zelfredzame mensen kunnen bevinden.<br />

Context<br />

Het crisistype "branden in kwetsbare objecten" wordt volgens de systematiek van de<br />

handreiking risicoprofiel ingedeeld in de volgende incidenttypen:<br />

1. Grote brand in gebouwen met niet of verminderd zelfredzame personen<br />

- dit incidenttype is relevant in <strong>Drenthe</strong> en wordt verder uitgewerkt.<br />

2. Grote brand in gebouwen met een grootschalige publieksfunctie<br />

- deze gebouwen zijn in <strong>Drenthe</strong> aanwezig maar er wordt geen scenario<br />

onderscheiden voor dit incidenttype (zie bijlage 2 voor onderbouwing).<br />

3. Grote brand in bijzonder hoge gebouwen of ondergrondse bebouwing;<br />

- dit incidenttype is niet aan de orde in <strong>Drenthe</strong>.<br />

4. Brand in dichte binnensteden<br />

- dichte binnensteden zoals bedoeld in de landelijke handleiding komen in<br />

<strong>Drenthe</strong> niet voor. We werken dit incidenttype daarom niet verder uit.<br />

In <strong>Drenthe</strong> zijn de projecten Brandveiligheid in de zorg en Brandveiligheid thuis<br />

opgestart.<br />

Doel is om het brandveiligheidniveau te verhogen door eigenaren en gebruikers te<br />

stimuleren hierin te investeren. Niet door voortdurend te wijzen op wet- en regelgeving<br />

maar door het veiligheidsbewustzijn te verhogen. Doordat eigenaren en gebruikers zich<br />

meer bewust zijn van hun eigen verantwoordelijkheid en zich meer bewust zijn van hoe<br />

een brand zich zou kunnen ontwikkelen (kijkend naar de bouwkundige, organisatorische<br />

en installatietechnische staat van een gebouw) is de investering niet een verplichting<br />

maar een noodzaak geworden.<br />

In het Actieprogramma brandveiligheid 5 is het volgende onderkend:<br />

5. Opgesteld door Ministerie van BZK en Ministerie van VROM d.d. januari 2007.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 35 van 87<br />

De ervaringen met de Schipholbrand leren dat het huidige systeem van brandpreventie<br />

aan de grenzen van zijn mogelijkheden is gekomen. De Nederlandse Vereniging voor<br />

Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) wijst er in een brief aan de minister van<br />

VROM op dat meer regels, strengere handhaving en technische oplossingen op de lange<br />

termijn niet het gewenste effect hebben. Verbeteringen van de brandveiligheid moeten<br />

dan ook volgens de NVBR worden gevonden in het verhogen van het<br />

veiligheidsbewustzijn, een meer integrale benadering van de risico's en een eenduidige<br />

verantwoordelijkheidsverdeling.<br />

Grote brand in gebouwen met niet of verminderd zelfredzame personen<br />

Onder kwetsbare objecten verstaan we hier gebouwen met grotere aantallen nietzelfredzame<br />

personen. Voorbeelden hiervan zijn patiënten in zieken- en<br />

verpleegtehuizen, gevangenen in gevangenissen en gehandicapten in instellingen.<br />

Uitgangspunt is dat alle objecten de beschikking hebben over een gebruiksvergunning;<br />

deze wordt jaarlijks gecontroleerd. De BHV-organisaties in kwetsbare objecten in de<br />

nachtsituatie vormen een aandachtspunt.<br />

Bestaande gebouwen hebben vaak een weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag<br />

(WBDBO) van 20 minuten. Deze moet bij verbouwing of nieuwbouw tot het niveau van 60<br />

minuten worden gebracht.<br />

Grote brand in gebouwen met een grootschalige publieksfunctie<br />

Als voorbeeld voor gebouwen met een grootschalige publieke functie in <strong>Drenthe</strong> kunnen<br />

worden genoemd: TT-hal, Drents museum, bioscopen, stadion van Emmen, Vrijbuiter<br />

kampeerartikelen, scholen, etc. Waarbij opgemerkt moet worden dat in alle situaties<br />

sprake is van voldoende preventie (=op orde) en een vergunning aanwezig is.<br />

Uit onderzoek blijkt dat mensen die vluchten vaak (90 procent) kiezen voor de uitgang<br />

waardoor ze ook naar binnen zijn gegaan. Voorlichting moet bijdragen aan een groter<br />

veiligheidsbewustzijn onder bezoekers. Meerwaarde bij dit incidenttype is derhalve te<br />

behalen op het gebied van risicobewustzijn/risicocommunicatie. Om die reden is<br />

voorgesteld dit scenario in het kader van dit risicoprofiel niet verder uit te werken.<br />

In kaart B4.4 is een overzicht gegeven van kwetsbare objecten zoals die in de risicokaart<br />

zijn opgenomen.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 36 van 87<br />

Spreiding over de regio<br />

Figuur B4.4 Overzicht kwetsbare objecten in Drente volgens de risicokaart<br />

Aanloop naar het incident<br />

Brand kan door diverse oorzaken ontstaan, brandstichting door aanwezigen of<br />

kortsluiting in defecte apparatuur zijn hier voorbeelden van.<br />

Scenario grote brand in gebouwen met niet of verminderd zelfredzame personen<br />

In de nachtsituatie ontstaat brand in een verpleeghuis/bejaardentehuis. Er is een<br />

totaaldetectie aanwezig, waardoor via het brandmeldsysteem de brandweer al is<br />

gewaarschuwd.<br />

In de instelling zijn 50 personen aanwezig, waarvan de meesten bedlegerig zijn. Er zijn<br />

gezien het tijdstip (nacht) slechts twee personeelsleden aanwezig, waarvan één BHV-er.<br />

De BHV-er gaat direct op verkenning uit. Eén van de vleugels blijkt vol te staan met rook.<br />

Men richt zich direct op het ontruimen van het bedreigde gebied. De ontruiming is een<br />

verantwoordelijkheid van het verpleegtehuis zelf. De brandweer concentreert zich op<br />

verkenning, het gereedmaken van de bluswatervoorziening en brandbestrijding. Als er<br />

echter mensen in nood zijn dan zal de brandweer primair alles in het werk stellen om deze<br />

mensen te redden. Verticaal ontruimen zal relatief veel tijd in beslag nemen.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 37 van 87<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden B<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken C<br />

2.3 Lichamelijk lijden (gebrek aan primaire<br />

levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten B<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven A<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact -<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar C


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 38 van 87<br />

3 Technologische omgeving<br />

Inleiding<br />

Binnen het maatschappelijk thema "Technologische omgeving" beschouwen we een<br />

aantal crisistypen.<br />

Dit zijn de volgende.<br />

1. Incidenten met brandbare of explosieve stoffen in de open lucht<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt<br />

2. Incidenten met giftige stoffen in de open lucht<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt<br />

3. Kernincidenten<br />

- Nabijheid van het in Duitsland gelegen Kernkraftwerk Emsland in Lingen.<br />

Bij grote branden kan ook sprake zijn van het vrijkomen van toxische stoffen. Te denken<br />

valt aan asbest, bulkopslagen met kunststoffen en rubber, grote magazijnen met hoge<br />

vuurbelasting.<br />

Achtereenvolgens werken we de crisistypen uit in de volgende paragrafen.<br />

3.1 Incidenten met brandbare/explosieve en toxische stof in open lucht<br />

Inleiding<br />

Conform de landelijke Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> worden hierbij de volgende<br />

incidenttypen onderscheiden:<br />

1. incident transport<br />

a. incident vervoer weg<br />

b. incident vervoer water<br />

Niet relevant voor <strong>Drenthe</strong>, er is alleen sprake van zogenaamde groene<br />

vaarwegen 6<br />

c. incident spoorvervoer<br />

d. incident transport buisleidingen<br />

2. incident stationaire inrichting<br />

Achtereenvolgens gaan we op deze incidenttypen in.<br />

1. Incident transport<br />

Context<br />

Ongevallen met gevaarlijke stoffen zijn binnen de Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong> denkbaar bij<br />

het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg, het spoor en per buisleiding.<br />

Vervoer over de weg<br />

Vervoer van gevaarlijke stoffen over de snelwegen vindt met name plaats over de<br />

Rijkswegen A28 en A37 7 . De hoeveelheden leiden echter volgens het ontwerp Basisnet<br />

niet tot de noodzaak van een veiligheidszone. Voor de A28 geldt wel een<br />

plasbrandaandachtsgebied. Binnen de regio vindt vervoer voornamelijk plaats via de<br />

provinciale wegen. Het gaat dan om brandbare vloeistoffen, LPG en propaan voor de<br />

distributie in de buitengebieden. Toxische stoffen komen daarbij sporadisch voor.<br />

6. Ontwerp Basisnet Water.<br />

7. Ontwerp Basisnet Weg, oktober 2009.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 39 van 87<br />

Er is geen detailinfo beschikbaar over de gerealiseerde transporthoeveelheden<br />

gevaarlijke stoffen over de weg.<br />

Vervoer over water<br />

Er vindt geen relevant vervoer van gevaarlijke stoffen over water plaats in <strong>Drenthe</strong> 8 .<br />

Spoorvervoer<br />

Op dit moment vindt over de route Zwolle-Groningen vervoer van gevaarlijke stoffen<br />

plaats. Volgens de Marktverwachting van ProRail uit 2007 wordt in de toekomst een<br />

toename van vervoer verwacht. In de hierna volgende tabel zijn de aantallen<br />

weergegeven:<br />

Baanvak<br />

Zwolle-Meppel-Assen<br />

Aantal wagens op jaarbasis<br />

Stofcategorie Beschrijving Realisatie 2008 Geprognosticeerd<br />

voor het jaar2020<br />

A Brandbare gassen - 1.430<br />

B2 Giftige gassen 200 910<br />

B3 Zeer giftige gassen - 0<br />

C3 Zeer brandbare vloeistoffen 1.350 5.620<br />

D3 Giftige vloeistoffen - 1.110<br />

D4 Zeer giftige vloeistoffen - 180<br />

Baanvak<br />

Zwolle-Emmen<br />

Aantal wagens op jaarbasis<br />

C3 Zeer brandbare vloeistoffen 0 500<br />

Wetgeving: Het ministerie van Verkeer en Waterstaat werkt aan de opzet van het Basisnet<br />

Vervoer Gevaarlijke Stoffen. Onderdeel hiervan is het Basisnet Spoor. Voor de<br />

Basisnetten Water en Weg zijn ontwerpen voorgesteld; er wordt nog gewerkt aan een<br />

ontwerp-Basisnet Spoor.<br />

Vervoer per buisleiding<br />

Er lopen diverse buisleidingen van de Gasunie naar en door de regio. Verder loopt door<br />

<strong>Drenthe</strong> een netwerk van zuurgas (H 2S) leidingen. Dergelijke leidingen lopen grotendeels<br />

door dunbevolkte gebieden. De kans op grote aantallen slachtoffers is gering. Het<br />

voordeel van ontbranding is dat zuurgas (H 2S) door de ontbranding verbrand. Mocht de<br />

gaswolk niet tot ontbranding komen dan zal vanwege de hoge druk snel H 2S houdend gas<br />

vrijkomen. Als gevolg hiervan zullen direct getroffen personen het bewustzijn verliezen en<br />

door de acute giftigheid komen te overlijden. De geur van rotte eieren lucht zal in een<br />

groot gebied worden waargenomen. De geur alleen leidt niet tot acute<br />

gezondheidsrisico's.<br />

De zuurgasvelden bevinden zich met name in zuid-oost <strong>Drenthe</strong> (Emmen, Coevorden en<br />

Borger-Odoorn) en Twente. Eén van de nieuwste zuurgasleidingen is het trace<br />

Gasselternijveen. Deze is vanaf 2009 actief tot en met ongeveer 2013-2015. Deze leiding<br />

loopt door de gehele gemeente Borger-Odoorn richting Torenwijk (Odoornerveen) door<br />

dunbevolkt gebied en gaat vanaf de Torenwijk over op bestaand trace richting Emmen<br />

(GZI). Een deel van deze leiding loopt door het bedrijventerrein en langs enkele kwetsbare<br />

objecten.<br />

8. Bron: ontwerp Basisnet Water.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 40 van 87<br />

Naast de zuurgasleiding zal in de loop van 2010 het olieveld in Schoonebeek productief<br />

zijn. Deze olie bevat eveneens H 2S. Deze leidingen lopen door dunbevolkte gebieden<br />

richting Duitsland. De volgende winvelden bevatten zuurgas en vervoer loopt naar de GZI:<br />

• Gasselternijveen<br />

• Emmen<br />

• Oosterhesselen<br />

• Dalen<br />

• Schoonebeek<br />

• Emmen/ Nieuw-Amsterdam<br />

2. Incident stationaire inrichtingen<br />

Context<br />

Ongevallen met gevaarlijke stoffen zijn binnen de Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong> denkbaar bij<br />

stationaire inrichtingen, waaronder Brzo-bedrijven, LPG-tankstations en<br />

ammoniakkoelinstallaties.<br />

De regionale risicokaart is het referentiekader waar de risico-objecten en de kwetsbare<br />

objecten binnen <strong>Drenthe</strong> worden geregistreerd. Gemeenten, provincie en andere<br />

beheerders vullen de kaart in.<br />

Vanuit de regionale risicokaart wordt inzicht verkregen in de inrichtingen met risico's voor<br />

de omgeving. In dit verband zijn van belang:<br />

• de Brzo-inrichtingen 9 (inrichtingen die vallen onder de Europese post<br />

Seveso-richtlijn).<br />

• de bovengrondse propaanopslagen bij campings<br />

• de bovengrondse LPG-opslagen bij tankstations<br />

• grote koelinstallaties met ammoniak<br />

• vuurwerkopslagen<br />

• opslag munitie.<br />

Brzo-inrichtingen <strong>Drenthe</strong>:<br />

In de veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong> zijn de volgende Brzo-inrichtingen aanwezig:<br />

• Teijin Aramid BV te Emmen<br />

• Diolen Industrial Fibers BV te Emmen<br />

• Joontjes B.V te Meppel<br />

• WPA Zeker & Vast te Westerbork<br />

• Holland Coating Industrie te Hoogeveen<br />

Bij de LPG- en propaanopslagen betreft het de verbranding van bij een incident<br />

ontsnappend LPG hetgeen tot een BLEVE 10 kan leiden van de opslagtank of - wanneer dit<br />

bij de overslag gebeurt - van de tankauto. Gezien de effectafstand waarbij iedereen<br />

overlijdt (warme BLEVE ca. 110 meter) en de intensiteit van de verbranding is een BLEVE<br />

de gebeurtenis die de maximale schade bepaalt.<br />

Elke gemeente heeft meerdere LPG-tankstatons. In <strong>Drenthe</strong> is een groot aantal campings<br />

aanwezig met propaanopslagen.<br />

9. Brzo: Besluit risico's zware ongevallen, de Nederlandse implementatie van de<br />

Europese post Seveso-richtlijn.<br />

10. BLEVE; Boiling Liquid Expanding Vapour Explosion.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 41 van 87<br />

Ammoniakkoelinstallaties: in een aantal gemeenten komen ammoniak koelinstallaties<br />

voor. In enkele gevallen is de hoeveelheid van deze toxische stof zo groot dat ze onder de<br />

werkingssfeer van het Bevi (Besluit externe veiligheid inrichtingen) vallen.<br />

Bij vrijkomen kan zich een toxische ammoniakwolk in de richting van de wind<br />

verspreiden. Ammoniakinstallaties zijn aanwezig in Hoogeveen, Emmen, Meppel, Beilen,<br />

Roden en Assen.<br />

Opslagen bestrijdingsmiddelen: in een aantal gemeenten vindt opslag van<br />

bestrijdingsmiddelen plaats. In het geval van brand kunnen zich toxische<br />

verbrandingsproducten verspreiden in de omgeving.<br />

Risico's vanuit aangrenzende regio's:<br />

In de Gemeente Ooststellingwerf (regio Fryslân) is sprake van een ammoniakinrichting,<br />

waarvan de effectafstand (1%-letaliteitsafstand ammoniak 1.500 meter) tot in de regio<br />

<strong>Drenthe</strong> loopt.<br />

Tenslotte<br />

Gezien de grote diversiteit in gevaarlijke stoffen die geproduceerd, opgeslagen, verwerkt<br />

of vervoerd worden in de regio, is het ondoenlijk om in het kader van deze rapportage alle<br />

mogelijke scenario's uit te werken en te voorzien van de bestrijdingsmaatregelen die<br />

hierbij aan de orde kunnen zijn.<br />

Het voorstel is om de volgende scenario's te beschouwen als maatgevend voor zowel de<br />

bedrijven als het vervoer:<br />

• Ongeval met brandbare stoffen. Voor het uitwerken van een scenario is gekozen voor<br />

een ongeval met brandbaar gas (referentiestof LPG) resulterend in een warme BLEVE,<br />

bij een stationaire inrichting.<br />

• Ongeval met vrijkomen toxische wolk bij een wegongeval.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 42 van 87<br />

3 Spreiding over de regio<br />

Figuur B4.5 Infrastructuur waarover primair gevaarlijke stoffen worden vervoerd in<br />

<strong>Drenthe</strong><br />

Figuur B4.5 Infrastructuur waarover primair gevaarlijke stoffen worden vervoerd


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 43 van 87<br />

Figuur B4.6 Spreiding van stationaire inrichtingen in <strong>Drenthe</strong><br />

4 Incidentbeschrijvingen<br />

Incident Brandbare stoffen<br />

Aanloop naar het incident<br />

Een lek in een tankwagen of stationaire tank, waarin een gevaarlijke stof is opgeslagen, of<br />

instantaan falen, kan ontstaan door bijvoorbeeld een ernstige aanrijding. Ook een<br />

(externe) brand kan leiden tot falen. Daarnaast kan een lek ontstaan doordat er een defect<br />

in de tank optreedt (intrinsiek falen). Beschadiging van een transportleiding kan ontstaan<br />

ten gevolge van bijvoorbeeld graafwerkzaamheden.<br />

Een ketelwagen, tankwagen of stationaire opslagtank met een brandbare vloeistof kan<br />

door verschillende oorzaken lek raken, waardoor de inhoud naar buiten stroomt. Door een<br />

externe ontstekingsbron kan de vloeistofplas in de brand raken. De brand verspreidt zich<br />

en kan leiden tot brandoverslag naar bebouwing. Een wagen of stationaire tank gevuld<br />

met brandbaar gas wordt aangestraald door deze brand, waardoor de inhoud van de tank<br />

dusdanig opwarmt dat na enige tijd een warme BLEVE optreedt. Of een BLEVE plaatsvindt<br />

hangt van een aantal factoren zoals de duur en omvang van de brand, de vulgraad van de<br />

tank en de tijd die de hulpdiensten nodig hebben om de brand te bestrijden, de tank te<br />

koelen. De indicatieve waarde voor een effectafstand waarin 100% letaliteit bij een grote


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 44 van 87<br />

calamiteit waarbij de gehele inhoud vrijkomt bij bijvoorbeeld een tankwagen, is ca.<br />

170 meter.<br />

De BLEVE geeft zowel een drukgolf als een intense warmtestraling. Binnen ca. 170 meter<br />

is het effect van een BLEVE dusdanig dat de mensen zowel binnenshuis als buitenshuis<br />

onvoldoende beschermd zijn. Vanaf 170 meter zijn mensen binnenshuis voldoende<br />

beschermd, mits ze zich niet in de directe nabijheid van glasconstructies bevinden. Om<br />

slachtoffers bij een dreigende BLEVE te voorkomen is het noodzakelijk dat in een zo vroeg<br />

mogelijk stadium tot ontruiming van de omgeving wordt overgegaan.<br />

N.B. Hierbij is het van belang dat bekend is hoelang de LPG-wagen of -tank al wordt<br />

aangestraald; deze informatie is noodzakelijk om te bepalen of ontruiming nog zinvol is<br />

of juist zal leiden tot een groter slachtofferaantal. Bij een zogenoemde 'koude' BLEVE<br />

(instantaan falen bijvoorbeeld door een botsing direct gevolgd door bezwijken van de<br />

opslagtank) is redding in ieder geval niet meer mogelijk.<br />

Scenario incident met brandbare stoffen<br />

Een tankwagen botst nabij het vulpunt tegen een opslagtank gevuld met LPG: er ontstaat<br />

een instantaan vrijkomen van de LPG ('koude BLEVE'). In de nabijheid van het tankstation<br />

is een woonwijk gelegen. Er zijn veel dodelijke slachtoffers. Na de klap zijn er vele<br />

nabranden ontstaan. De hulpdiensten, die direct na de klap gealarmeerd zijn, starten<br />

direct met nablussen van de diverse brandhaarden in de omgeving. Er is sprake van een<br />

groot aantal zwaar gewonden in de omgeving vanwege de bij de ontploffing<br />

rondvliegende brokstukken, instortingen huizen en rondvliegend glas.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied A<br />

2.1 Doden D<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken D<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten C<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven D<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact C<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar A


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 45 van 87<br />

Incidenten toxische stof stationaire inrichting in open lucht<br />

Aanloop naar het incident<br />

Een lek in een tank, waarin een toxische stof is opgeslagen, of instantaan falen, kan<br />

ontstaan door bijvoorbeeld een ernstige aanrijding. Ook een (externe) brand kan leiden<br />

tot falen. Daarnaast kan een lek ontstaan doordat er een defect in de tank optreedt<br />

(intrinsiek falen). Het gebied in de windrichting waar de gaswolk of pluim op leefniveau<br />

beweegt wordt dan blootgesteld aan een toxische belasting.<br />

Scenario incident met (zeer) toxische vloeistoffen<br />

Ten gevolge van een brand raakt een opslagtank lek en vormt zich een vloeistofplas. Door<br />

verdamping van de uit de opslagtank afkomstige toxische vloeistoffen, ontstaat een<br />

gaswolk, welke zich afhankelijk van de windrichting en windsnelheid verplaatst. Op het<br />

bedrijfsterrein van de inrichting bevinden zich 2 werknemers in de toxische wolk en<br />

komen direct te overlijden.<br />

In de omgeving van het bedrijf vallen slachtoffers onder personen die zich in de nabijheid<br />

van het bedrijf (in de buitenlucht) bevinden. De duur van de blootstelling aan de toxische<br />

wolk is van invloed op de ernst van het letsel. Er raken in de omgeving enkele tientallen<br />

omwonenden en passanten licht tot ernstig gewond vanwege inhalatie van de toxische<br />

stof. Binnen 24 uur komen nog 2-4 mensen te overlijden als gevolg van de inhalatie van<br />

de toxische stof.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden B<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken B<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten A<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven -<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact C<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar B


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 46 van 87<br />

3.3 Kernincidenten<br />

Inleiding<br />

In Duitsland is net over de grens met Nederland het Kernkraftwerk Emsland in Lingen.<br />

Context<br />

Bij een omvangrijk incident in of nabij deze kerncentrale zal er zeker gevolg zijn voor<br />

<strong>Drenthe</strong>. De vraag doet zich voor of nu voor het risicoprofiel moet worden uitgegaan van<br />

een dergelijk omvangrijk incident, waarbij behalve <strong>Drenthe</strong> ook andere delen van<br />

Nederland getroffen worden, evenals uiteraard een groot deel van Duitsland. Een dergelijk<br />

incident overstijgt waarschijnlijk de capaciteiten van de veiligheidsregio, daarnaast valt<br />

ook een groot deel, zo niet alle menskracht, van de veiligheidsregio onder de getroffenen.<br />

Op het moment van opstellen van dit risicoprofiel kon binnen de gestelde termijn geen<br />

duidelijkheid vanuit de regio worden gegeven omtrent een realistisch scenario met<br />

betrekking tot dit crisistype.<br />

Daarnaast is het belangrijk te vermelden dat momenteel wordt gewerkt aan een<br />

actualisatie van het Rampbestrijdingsplan (RBP) voor de inrichting. Dit geschiedt op basis<br />

van het recentelijk herziene Nationale Plan Kernongevallenbestrijding (NPK) en het NPK<br />

Responsplan. Het nieuwe RBP zal hierop worden gebaseerd. Wij adviseren om voor het<br />

risicoprofiel bij deze ontwikkelingen aan te sluiten. Dit project is inmiddels gestart (zie<br />

concept memo Maatregelen Kerncentrale Lingen in Twente van 3 maart 2010).


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 47 van 87<br />

4 Vitale infrastructuur<br />

4.1 Verstoring energievoorziening<br />

Inleiding<br />

Vanuit de handreiking risicoprofiel worden onder het crisistype 'verstoring<br />

energievoorziening' de volgende incidenttypen benoemd:<br />

Uitval olievoorziening;<br />

Uitval gasvoorziening;<br />

Uitval elektriciteitsvoorziening.<br />

Voor het risicoprofiel <strong>Drenthe</strong> zal uitval olievoorziening verder niet worden uitgewerkt. Het<br />

wegvallen van oliedistributie (schaarste) zal in hoofdzaak een nationaal probleem zijn.<br />

Context<br />

Leveringszekerheid van elektriciteit en gas zijn taken en verantwoordelijkheden van de<br />

netwerkbeheerders.<br />

De landelijke Netwerkbeheerder Tennet is verantwoordelijk voor het hoofdtransportnet<br />

voor elektriciteit richting <strong>Drenthe</strong>. Enexis is verantwoordelijk voor de voorziening vanaf<br />

het hoofdnet naar de consument. GTS (Gas Transport Services, voorheen Gasunie) is de<br />

landelijk netwerkbeheerder voor gasvoorziening en levert aan de regionale<br />

netwerkbeheerders Enexis en Rendo. Daarnaast heeft GTS landelijk aansluitingen voor<br />

grote afnemers (o.a. elektriciteitscentrales).<br />

De continuïteit van de voorziening kan worden verstoord door verschillende voorzienbare<br />

en onvoorzienbare oorzaken. Oorzaken kunnen liggen in andere crisistypen die op<br />

kunnen treden. Zo kunnen extreme weersomstandigheden (schade aan het netwerk,<br />

tekort aan koelwater) aanleiding zijn tot verstoring. Ook kan moedwillige verstoring<br />

plaatsvinden.<br />

Er bestaat veel overlap tussen de gevolgen van verstoring van gas- en<br />

elektriciteitsvoorziening. Experts beoordelen een stroomstoring als meer kritisch: voor<br />

gas bestaat in tegenstelling tot elektriciteit enige buffercapaciteit. Bovendien vallen<br />

elektrisch aangestuurde gasafhankelijke apparaten bij stroomuitval ook uit 11 .<br />

Spreiding over de regio<br />

In figuur B4.7 is een overzicht gegeven van infrastructuur in de regio <strong>Drenthe</strong> die<br />

betrekking heeft op energievoorziening.<br />

11. Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong>, november 2009.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 48 van 87<br />

Figuur .. Overzicht belangrijke objecten/leidingen vitale infrastructuur in <strong>Drenthe</strong><br />

In de uitwerking van het risicoprofiel <strong>Drenthe</strong> is er voor gekozen om voor uitval<br />

gasvoorziening aan te sluiten bij de uitwerking van het scenario voor de nationale<br />

risicobeoordeling. Dit scenario wordt verder niet specifiek voor <strong>Drenthe</strong> uitgewerkt.<br />

Figuur B4.7 Overzicht belangrijke vitale infrastructuur in <strong>Drenthe</strong><br />

4.1.2 Uitval Gasvoorziening<br />

Aanloop naar het incident<br />

De aanloop naar een verstoring van gasvoorziening kan sterk uiteenlopen qua aard. Uitval<br />

kan ontstaan door technische storingen maar ook door invloeden van buitenaf (zoals<br />

terrorisme). Een belangrijk aspect bij de continuïteit van gasvoorziening is<br />

elektriciteitvoorziening. De elektriciteitsvoorziening is van belang bij het verwarmen van<br />

gas bij expansie.<br />

Voor het scenario in dit risicoprofiel wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de (effecten<br />

van de) landelijke risicobeoordeling.<br />

Scenario<br />

In de winterperiode wordt in de nachtsituatie de gasinfrastructuur beschadigd waardoor<br />

een deel van <strong>Drenthe</strong> wordt getroffen door verstoring/uitval van gasvoorziening. Op dat<br />

moment is de gevoelstemperatuur ongeveer -2 °C. Circa 5.000 huishoudens in <strong>Drenthe</strong><br />

komen vrijwel direct zonder gas te zitten. De verstoring wordt onmiddellijk opgemerkt in<br />

het beheerscentrum van de netbeheerder en direct worden maatregelen genomen om de<br />

balans in het gasnet te herstellen.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 49 van 87<br />

Prioriteit voor Enexis is daarbij de gaslevering aan huishoudens, dit vanwege<br />

veiligheidsissues. Om aan deze prioriteit te kunnen voldoen, beperkt Enexis de<br />

industriële vraag naar gas. De elektriciteitssector ondervindt geen hinder van de<br />

verstoring doordat dergelijke centrales een eigen leiding hebben.<br />

De netbeheerder zal een afschakelplan hanteren waarin volgens vooraf vastgestelde<br />

prioriteitstelling de Gasdistributie zo veel mogelijk zal worden gereduceerd (dit<br />

afschakelplan zal hier verder buiten beschouwing worden gelaten).<br />

In beperkte mate wordt gas vanuit andere regio's ingebracht. Via de media wordt de<br />

oproep gedaan om het verbruik van gas te minderen. Met deze maatregelen is Enexis in<br />

staat om de druk in het net zodanig op peil te houden dat de uitval van gas beperkt blijft<br />

tot de 5.000 huishoudens.<br />

Door de maatregelen die Enexis in de eerste uren na de uitval neemt, is het gasnet na 12<br />

tot 14 uur weer in balans. Ook kan worden begonnen met het opnieuw aansluiten van<br />

getroffen huishoudens. Voordat dit gebeurt, moet gecontroleerd worden of er geen<br />

aansluitingen (met onbeveiligde toestellen) openstaan, omdat anders gevaarlijke<br />

situaties kunnen ontstaan. Dit moet huis voor huis gebeuren en kost dus veel tijd. Om de<br />

hersteltijd te verkorten kan ervoor worden gekozen om de individuele controles alleen te<br />

doen in wijken met oude huizen, omdat in nieuwere huizen de gasinstallaties zijn<br />

uitgerust met veiligheidsmiddelen die een vrije uitstroom van gas verhinderen. Om de<br />

kans op dodelijke slachtoffers tot een minimum te beperken, wordt in overleg met de<br />

regionale gasdistributeurs, besloten tot individuele controles. Dit zal ongeveer 1,5 tot<br />

2 dagen in beslag nemen (vgl. gasuitval in Zeeland in 2001 (ca. 28.000 huishoudens<br />

gecontroleerd in 3 dagen) en 2006).<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden -<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken -<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

C<br />

3.1 Kosten A<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven A<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact -<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar B


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 50 van 87<br />

4.1.3 Uitval elektriciteitsvoorziening<br />

Aanloop naar het incident<br />

Het uitvallen van de stroomvoorziening kan worden onderverdeeld in drie categorieën:<br />

1. kortsluiting (de stroom volgt een kortere en gemakkelijkere weg, zodat verder<br />

gelegen afnemers niets meer krijgen);<br />

2. onderbreking van de lijn (de stroom kan de afnemer niet meer bereiken);<br />

3. uitvallen van de bron.<br />

Kortsluiting en kabelbreuk kunnen veroorzaakt worden door oververhitting, ijzel, storm of<br />

vallende takken (op bovengrondse kabels), maar natuurlijk ook door ander geweld of door<br />

sabotage. Kortsluiting leidt overigens in korte tijd tot het in werking treden van<br />

beveiligingen zoals de bekende zekering waardoor de lijn 'stroomopwaarts' wordt<br />

onderbroken.<br />

Beveiligingen treden ook in werking bij overbelasting, waarbij smelten van de geleiders<br />

zou dreigen. Plotselinge spanningspieken door bijvoorbeeld blikseminslag kunnen daar<br />

ook toe leiden.<br />

Graafwerkzaamheden zijn de meest voorkomende oorzaak van stroomstoringen in het<br />

laag- en middenspanningsgebied; bij storingen in het hoogspanningsgebied ligt dat<br />

minder duidelijk.<br />

In de meeste gevallen is de uitval beperkt tot een vrij klein gebied, maar bij algehele<br />

overbelasting kan uitval over een groot gebied plaatsvinden. Een storingsduur van<br />

meerdere dagen komt bij hoge uitzondering voor. In Nederland (2009) is de gemiddelde<br />

onderbrekingsduur ongeveer 80 minuten en ongeveer 1 keer per drie jaar ervaart een<br />

klant een storing.<br />

In geval van een uitval zijn de volgende preventieve maatregelen genomen door de<br />

overheid:<br />

• Prioriteitenlijst voor afschakeling 12 ;<br />

• Een aantal noodstroomvoorzieningen.<br />

Scenario<br />

In de winterperiode wordt in de nachtsituatie de infrastructuur voor elektriciteit<br />

beschadigd waardoor een deel van <strong>Drenthe</strong> wordt getroffen door verstoring/uitval van de<br />

elektriciteit. Hierbij zijn 5.000 huishoudens betrokken.<br />

Het dagelijks leven komt op deze winterse ochtend abrupt tot stilstand. Veel mensen<br />

stranden in de ochtendspits, omdat het openbaar vervoer per spoor direct stilvalt en<br />

verkeerslichten uitvallen. Bij mensen thuis en op kantoor doen radio en tv het niet meer;<br />

computers vallen uit (en daarmee internetverbindingen); vaste en mobiele telefonie raken<br />

ontregeld; de verwarming doet het niet meer; betaalautomaten werken niet meer;<br />

melkmachines werken niet; productieprocessen worden onderbroken; thuisdialyseapparaten<br />

doen het niet meer; etc. Het verkeer loopt vast door het uitvallen van<br />

voorzieningen.<br />

Er wordt direct gestart met het herstel van de levering van stroom. Herstel van de<br />

stroomlevering voor het gehele gebied zal 3-4 dagen duren.<br />

12. Vanuit de regeling evaluatie gaswet en elektriciteitswet is er een wettelijk kader voor<br />

de aanwezigheid van een afschakelplan voor de nutsvoorziening. Ook in <strong>Drenthe</strong> is<br />

een dergelijk plan aanwezig.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 51 van 87<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden -<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken -<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

C<br />

3.1 Kosten B 13<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven C<br />

5.3 Sociaal psychologisch impact A<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar C<br />

4.2 Verstoring drinkwatervoorziening<br />

Inleiding<br />

Vanuit de handreiking risicoprofiel worden onder het crisistype 'verstoring<br />

drinkwatervoorziening' de volgende incidenttypen benoemd:<br />

• Uitval drinkwatervoorziening;<br />

• Problemen waterinname;<br />

• Verontreiniging in drinkwaternet.<br />

Context<br />

Drinkwater is naast een primaire behoefte voor mens en dier ook van groot belang voor<br />

andere doeleinden. Drinkwater wordt gebruikt voor industriële doeleinden, landbouw<br />

maar in het kader van de rampenbestrijding ook als primaire bluswatervoorziening voor<br />

de brandweer.<br />

In de regio <strong>Drenthe</strong> is de Waterleidingmaatschappij <strong>Drenthe</strong> (WMD) in hoofdzaak<br />

verantwoordelijk voor de drinkwatervoorziening. De gemeente Meppel en een deel van de<br />

gemeente Westerveld behoort tot het beheergebied van drinkwaterbedrijf Vitens. In het<br />

noorden valt nog een klein gebied onder het beheer van Waterbedrijf Groningen (zie<br />

figuur B4.8).<br />

Verstoring van drinkwatervoorziening kan optreden als gevolg van problemen bij het<br />

winnen, zuiveren, opslaan, transport en de distributie van het water. De productie van<br />

drinkwater kan bijvoorbeeld worden verstoord door een defect aan het pompsysteem. De<br />

distributie kan worden verstoord door een defect aan het leidingensysteem.<br />

Drinkwatervoorziening <strong>Drenthe</strong><br />

De productie van drinkwater in <strong>Drenthe</strong> geschiedt op twaalf verschillende locaties. Het<br />

gaat hier om grondwaterinname, dat door middel van waterwinputten plaatsvindt. De<br />

productielocaties zijn uitgevoerd met zogenaamde dubbele straten. Dit betekent dat als<br />

één van de twee straten op een locatie uitvalt, de andere helft de productie voortzet.<br />

Door het relatief grote aantal productielocaties heeft een verstoring van een<br />

productielocatie in een relatief klein gebied effect. Ook een verstoring in het distributienet<br />

(door het falen van leidingen) kan vaak snel opgespoord en verholpen worden.<br />

13. Bij uitval van de elektriciteit is de continuïteit van het drukriool een aandachtspunt.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 52 van 87<br />

De WMD heeft een monitoringsmeetnet rondom de bronnen om de waterkwaliteit van het<br />

toekomstig in te nemen water te bewaken. Alleen bij moedwillige verontreiniging rond de<br />

bronputten of een incident met bijvoorbeeld olie in het waterwingebied (minder<br />

waarschijnlijk i.v.m. beschermde status van deze gebieden maar niet onmogelijk) kan het<br />

voorkomen dat een waterwinput moet worden gesloten.<br />

Verontreiniging van het drinkwaternet kan in <strong>Drenthe</strong> voorkomen. Meest regulier is een<br />

E.coli-besmetting, die bijvoorbeeld na een hoofdleidingbreuk in de omgeving van een<br />

lekkend riool zou kunnen voorkomen. Bij een leidingbreuk wordt het stuk leidingnet waar<br />

de werkzaamheden plaatsvinden geïsoleerd, totdat er uitslagen van watermonsters<br />

bekend zijn en deze goed bevonden zijn. Bewoners in het geïsoleerde gebied krijgen dan<br />

een kookadvies en WMD deelt vijfliterflessen drinkwater uit.<br />

Daarnaast zou er iets mis kunnen gaan bij een pompstation – vervuiling van<br />

reinwaterkelder bijvoorbeeld – wat vervolgens het drinkwaternet in gepompt wordt.<br />

WMD onderscheidt de volgende indeling voor de verstoring van drinkwatervoorziening.<br />

Wel water Drinkwater, drukprobleem<br />

Geen drinkwaterkwaliteit<br />

Dreiging 14 )<br />

Geen water Uitval productie<br />

Uitval distributie<br />

Bewust drukloos<br />

Wel water<br />

Bij het type verstoring, genaamd drinkwater, drukprobleem hebben we te maken met een<br />

verstoring, waarbij de druk deels is weggevallen, maar het te leveren water voldoet aan de<br />

gestelde drinkwaterkwaliteitseisen.<br />

Bij het type verstoring geen drinkwaterkwaliteit gaat het om vele oorzaken, die kunnen<br />

leiden tot het niet voldoen aan de drinkwaterkwaliteitseisen. Op hoofdlijn is dat een<br />

(micro)biologische, chemische of nucleaire besmetting van het drinkwater en die kan van<br />

terroristische aard zijn. Maar ook een storing in het zuiveringsproces kan leiden tot een<br />

niet geplande waterkwaliteitsverandering.<br />

Het niet kunnen gebruiken van drinkwater heeft een grote impact en kan leiden tot een<br />

ontwrichting van de samenleving. Betrokken gemeenten beslissen in dit geval over het<br />

wel of niet leveren van het verontreinigde water als noodwater en over de inzet van<br />

nooddrinkwater. WMD zal haar calamiteitenorganisatie inzetten en betrokken gemeenten<br />

zo goed mogelijk adviseren.<br />

Bij het type verstoring dreiging is er sprake van mogelijke uitval van de watervoorziening<br />

doordat deze beschadigd kan raken door dreiging van een natuurramp bijvoorbeeld een<br />

naderende storm (weeralarm). Een andere dreiging kan een bedreiging zijn vanuit<br />

terroristisch oogpunt (alertering).<br />

14. Hierbij moet onder meer worden gedacht aan terreurdreiging, extreme<br />

weersomstandigheden (weeralarm), bosbrand, overstromingsdreiging, uitbraak<br />

grootschalige veterinaire ziekten, grieppandemie, te verwachten<br />

capaciteitsproblemen bijvoorbeeld als gevolg van extreem hoog drinkwaterverbruik.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 53 van 87<br />

Geen water<br />

Het type verstoring uitval productie heeft voornamelijk een oorzaak van technische aard<br />

binnen een productielocatie. Ook kan een natuurramp (bijvoorbeeld een (bos-)brand) de<br />

oorzaak zijn van het uitvallen van de voorziening, of is het uitvallen een gevolg van een<br />

terroristische actie (moedwillige verstoring door bewust menselijk handelen). De effecten<br />

zullen echter wel merkbaar kunnen zijn voor grote groepen klanten waardoor de impact<br />

groot is.<br />

Het type verstoring uitval distributie heeft een oorzaak in het kapot gaan of een lekkage<br />

van een leiding. De effecten van dit type verstoring zijn divers en kunnen variëren van<br />

geen effect tot een zeer groot effect.<br />

In bepaalde situaties, waarin de volksgezondheid wordt bedreigd door het drinkwater,<br />

lijkt het afsluiten van het drinkwater een goede oplossing. Dit gebeurt:<br />

• indien de bedreiging aantoonbaar acuut levensgevaar oplevert. Het gebied wordt dan<br />

geïsoleerd waarbij in het uiterste geval gehele pompstations worden afgeschakeld;<br />

• een pompstation wordt ook afgeschakeld in geval van (dreigende) wateroverlast<br />

binnen het pompstation zelf (overstroming, inundatie, hevige neerslag, lekkage in of<br />

nabij pompstation).<br />

Bij uitval van drinkwatervoorzieningen moet vanuit gezondheidsperspectief aandacht zijn<br />

voor het volgende:<br />

• water koken is niet altijd de oplossing. Bij thermostatische exotonines (uitscheiding<br />

van bacteriën, bijv. salmonella) wordt door het koken niet het gif in de uitscheiding<br />

vernietigd;<br />

• verstrekking noodwater kan ook leiden tot verstoring openbare orde (ervaring<br />

Groot-Brittannië).


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 54 van 87<br />

Spreiding over de regio<br />

Figuur B4.8 Overzichtskaart voorzieningsgebied WMD<br />

Scenario<br />

In de scenario-uitwerking is gekozen voor een kwaliteitsprobleem in de<br />

drinkwatervoorziening: verontreiniging van het uitgaand reinwater door besmetting<br />

waardoor consumptie niet meer mogelijk is (bij analyse van een drinkwatermonster is de<br />

E.coli-bacterie 15 aangetroffen). Het scenario speelt zich af in de zomer, wanneer de<br />

temperatuur relatief hoog is en huishoudens in verhouding meer behoefte aan drinkwater<br />

hebben. In dit scenario gaan we ervan uit dat er daadwerkelijk een ziekteverwekker in het<br />

drinkwater aanwezig is. De eerste ziektegevallen als gevolg van drinken (besmet) water<br />

melden zich bij de huisarts. Vooral mensen die al verminderde weerstand hebben,<br />

worden ziek ( buikloop e.d.). Het besmette water is mogelijk naar ongeveer<br />

20.000 huishoudens gegaan. Het speelt zich met name in de eerste 24 uur af, in deze<br />

periode bereikt het verontreinigde water de huishoudens. De levering van noodwater -<br />

water dat via het leidingnet bij de burger komt voor sanitatie, wasmachines e.d. - gaat wel<br />

door. WMD gaat over op het chloren van het water en geeft een kookadvies uit; het uit de<br />

kraan komende (besmette) drinkwater kan wel gebruikt worden als drinkwater nadat het<br />

gekookt is. In het scenario wordt niet specifiek ingegaan op de volksgezondheidseffecten.<br />

Dit behoort bij een ander crisistype. Niet iedereen raakt op de hoogte van het kookadvies.<br />

Het is niet duidelijk wanneer de levering van drinkwater via het leidingnet hervat kan<br />

worden. WMD overweegt de inzet van nooddrinkwater. WMD informeert gemeenten en de<br />

veiligheidsregio over de kwaliteitsproblemen. De betrokken gemeenten nemen het besluit<br />

tot inzet van nooddrinkwatervoorzieningen.<br />

15. E.coli is een zgn. indicatorbacterie: aantreffen in drinkwater geeft aan dat het water is<br />

verontreinigd met feces van mens of dier. Hoewel E.coli zelf doorgaans geen ziekte<br />

veroorzaakt, geeft de bacterie wel aan dat er ook andere micro-organismen in het<br />

water kunnen zijn gekomen die wel ziekte (meestal infecties van de ingewanden)<br />

kunnen veroorzaken.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 55 van 87<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden A (Als oorzaak voor zwakkeren)<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken -<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

C<br />

3.1 Kosten A<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven A<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact A<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar C<br />

4.3 Verstoring telecommunicatie en ICT<br />

Context<br />

Telecommunicatie en ICT zijn in onze samenleving onmisbaar. Het wegvallen van deze<br />

voorzieningen heeft een brede impact op ons maatschappelijk functioneren.<br />

Ziekenhuiszorg, vitale infrastructuur, pinverkeer en verkeersmanagement zijn<br />

voorbeelden van voorzieningen die bij een dergelijke verstoring in de knel komen.<br />

Daarbij zijn veel calamiteitenorganisaties in toenemende mate afhankelijk van<br />

telecommunicatie en ICT. Het communicatiesysteem C2000 en het alarmnummer 112<br />

worden ook gefaciliteerd door telecommunicatie/ICT-netwerken.<br />

Belangrijke criteria waar rekening mee moet worden gehouden vanuit het oogpunt van<br />

continuïteit zijn:<br />

De verwevenheid van de voorzieningen/netwerken (ook met andere vitale<br />

voorzieningen);<br />

De veelheid van aanbieders in de keten en de onderlinge<br />

afhankelijkheid/gelaagdheid (en daarmee moeilijk inzicht in gevolgen);<br />

De keteneffecten die mogelijke verstoringen te weeg zullen brengen (en het<br />

gebrek aan awareness hieromtrent);<br />

Afnemende maatschappelijke acceptatie van verstoringen.<br />

Spreiding over de regio<br />

Geen bijzondere aandachtspunten in de regio.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 56 van 87<br />

Aanloop naar het incident<br />

De aanloop naar een verstoring van telecommunicatie en ICT kan sterk uiteenlopen qua<br />

aard. Uitval kan ontstaan door technische storingen maar ook door invloeden van<br />

buitenaf (zoals terrorisme).<br />

Voor het scenario in dit risicoprofiel wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de (effecten<br />

van de) landelijke uitwerking.<br />

Scenario<br />

In het landelijke scenario wordt uitgegaan van een ingrijpende verstoring van het<br />

telecom/ICT-netwerk. Omdat het netwerk gebruikt wordt voor zowel dataverkeer als<br />

telefonie is het incident direct in heel Nederland merkbaar. Bedrijven en burgers zitten<br />

zonder internet en telefoon. Ook het mobiele telefoonverkeer is getroffen. De netwerken<br />

van sommige providers functioneren nog. Echter, ze zijn slechts beperkt bruikbaar,<br />

doordat de netwerken eilanden vormen: binnen het netwerk is communicatie mogelijk,<br />

maar voor diensten als internet is ook het oude netwerk afhankelijk van het IP-netwerk<br />

dat de backbone verzorgt. Omdat betalingsverkeer niet meer mogelijk is sluiten winkels<br />

hun deuren.<br />

Handel op de beurs is niet mogelijk, hetgeen tot veel economische schade lijdt. Veel<br />

organisaties in Nederland zijn afhankelijk van het IP-netwerk en moeten hun<br />

werkzaamheden daarom noodgedwongen staken. Telefonie is niet beschikbaar, waardoor<br />

de communicatie bemoeilijkt wordt. Er ontstaat hierdoor onrust onder de bevolking. Niet<br />

alleen kan er niet meer worden getelefoneerd, maar ook de digitale televisie is in grote<br />

delen van Nederland uitgevallen. De mensen weten hierdoor niet meer waar ze aan toe<br />

zijn.<br />

Omdat C2000 wordt ondersteund door telecommunicatie/ICT-netwerken, zal de<br />

communicatie tussen hulpdiensten in ernstige mate worden verstoord of niet mogelijk<br />

zijn. Ook is het alarmnummer voor burgers niet beschikbaar zodat geen meldingen van<br />

incidenten en ongevallen kunnen worden gedaan. De politie surveilleert extra om<br />

ongelukken en ongeregeldheden zelf te vinden. In kritieke situaties duurt het echter veel<br />

langer voor de benodigde hulp ter plaatse is.<br />

De oorzaak van de verstoring is moeilijk op te sporen. Het resultaat is een langdurige<br />

uitval en daardoor grote maatschappelijke onrust en zeer grote economische schade. Het<br />

duurt minimaal twee dagen om de storing op te lossen.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden B/C (ouderdom bevolking,<br />

aanrijtijden <strong>Drenthe</strong>)<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken C<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten B<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven C<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact C<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar B


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 57 van 87<br />

5 Verkeer en Vervoer<br />

Inleiding<br />

Binnen het maatschappelijk thema "Verkeer en vervoer" beschouwen we een aantal<br />

crisistypen. Een daarvan is voor <strong>Drenthe</strong> niet relevant. Die werken we niet verder uit. We<br />

geven dit achtereenvolgens voor de betreffende crisistypen aan. De crisistypen die niet<br />

afvallen werken we in de paragrafen hierna uit.<br />

1. Luchtvaartincidenten<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt.<br />

2. Incidenten op of onder water<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt.<br />

3. Verkeersincidenten op het land<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt.<br />

4. Incidenten in tunnels<br />

- er zijn geen tunnels in <strong>Drenthe</strong> . Dit incidenttype wordt verder niet uitgewerkt.<br />

Achtereenvolgens werken we de relevante crisistypen in de volgende paragrafen verder<br />

uit.<br />

5.1 Luchtvaartincidenten<br />

In de landelijke Handreiking worden hier twee incidenttypen genoemd:<br />

• Incident bij start of landing op of om een luchtvaartterrein;<br />

• Incident vliegtoestel bij vliegshows (zie ' Paniek in menigten').<br />

In <strong>Drenthe</strong> is in dit verband Groningen Airport Eelde (regionaal luchtvaartterrein),<br />

Vliegveld Hoogeveen (klein civiel luchtvaartterrein), Havelte (defensie)en alle<br />

defensieterreinen van belang.<br />

Voor dit regionaal risicoprofiel worden de activiteiten en een scenario van luchthaven<br />

Groningen Airport Eelde als uitgangspunt genomen.<br />

Naast de vakantievluchten en lijndiensten, wordt een groot deel van de vliegbewegingen<br />

ingenomen door de 3 aanwezige vliegscholen. Andere vormen van vliegverkeer die op de<br />

luchthaven plaatsvinden zijn: zakelijke vluchten met business jets, militaire vluchten,<br />

medische vluchten en recreatievluchten.<br />

In 2009 vonden 66.000 vliegbewegingen plaats, waarbij 168.000 passagiers werden<br />

vervoerd, waaronder 156.000 vakantiepassagiers.<br />

Er werken 300 mensen op en rond de luchthaven en er zijn 26 bedrijven gevestigd.<br />

Incidenten die zich in de afgelopen jaren op de luchthaven hebben voorgedaan zijn<br />

voornamelijk te typeren als kleine calamiteiten bestaande uit voorzorgsmeldingen van<br />

toestellen de technische problemen ondervonden. Daarnaast hebben zich in de afgelopen<br />

10 jaar enkele zwaardere incidenten voorgedaan zoals de 3B melding van de MD 88 van<br />

Onur Air in 2003 die een runway overshoot maakte en de Fokker 50 van VLM die in 2007<br />

hetzelfde overkwam. In 2009 was er nog sprake van een 2B-melding waarbij een Cessna<br />

ten gevolge van een afgebroken landingsgestel in het gras belandde.<br />

De luchthaven beschikt over een goed toegeruste en professionele brandweerorganisatie<br />

die binnen drie minuten na alarmering bij een incident op het banenstelsel van de<br />

luchthaven aanwezig dient te zijn.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 58 van 87<br />

Voor de toekomst wil Groningen Airport Eelde verder inhoud geven aan de belangrijke<br />

functie die de luchthaven voor de regio vervult. Eén van de landingsbanen wordt mogelijk<br />

verlengd van 1.800 naar 2.500 meter. Door deze mogelijke baanverlenging wordt het<br />

mogelijk om luchtvracht te vervoeren. Maar ook op het gebied van vakantiecharters en<br />

lijndiensten kan de markt beter worden bediend. Zo biedt een langere baan de<br />

mogelijkheid voor meer non-stop vakantievluchten naar de huidige en ook nieuwe,<br />

mogelijk verder weg gelegen, bestemmingen. Tevens zal de luchthaven interessanter<br />

worden voor low-cost carriers.<br />

Context<br />

Een vliegtuigongeluk leidt vaak tot veel dodelijke slachtoffers. Overlevenden hebben<br />

vooral brandwonden en botbreuken. Soms komen er gevaarlijke stoffen vrij. Als een<br />

toestel in een woongebied neerstort, is het aantal slachtoffers en gewonden nog hoger.<br />

Spreiding over de regio<br />

Figuur B4.9 Overzichtskaarten vliegverkeer en defensie. In het inzetkaartje linksonder<br />

zijn de risicocontouren uitvergroot


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 59 van 87<br />

Aanloop naar het incident<br />

Luchtvaartincidenten kennen verschillende oorzaken. Het kan een technische oorzaak<br />

tijdens de vlucht betreffen bijvoorbeeld ten gevolge van onderhoudsfouten. Het kan ook<br />

gaan om plotselinge situaties zoals vogels in de motoren tijdens start of landing.<br />

Scenario<br />

Een Boeïng 737 van de Nederlandse maatschappij Bromair met 157 personen aan boord,<br />

krijgt tijdens de landing een klapband, het toestel raakt ten gevolge van deze klapband<br />

met het rechter landingsgestel in het gras waardoor het toestel plotseling sterk naar<br />

rechts uitwijkt. Door deze manoeuvre breekt het landingsgestel af en het toestel crasht op<br />

de hoofdbaan. Door de crash breekt het toestel in drie delen. Het middelste deel van het<br />

toestel met daarin het grootste deel van de passagiers raakt tengevolge van de crash in<br />

brand.<br />

De luchthavenbrandweer rukt na alarmering uit, is binnen de gestelde drie minuten ter<br />

plaatse en bereikt vervolgens conform de eisen binnen een minuut de 90 % knock-down.<br />

Over een afstand van zo'n 500 meter liggen op de landingsbaan en het gras ten oosten<br />

van de baan diverse brokstukken en slachtoffers. Een deel van de overlevenden hebben<br />

zelf het toestel kunnen verlaten en deze lopen inmiddels verdwaasd over het<br />

landingsterrein. In de brokstukken (de drie grotere delen) zitten nog tientallen<br />

slachtoffers bekneld (al dan niet overleden).<br />

Er is door de havendienst een scenario 3B afgekondigd en de alarmcentrale heeft<br />

overeenkomstig dit scenario de hulpdiensten gealarmeerd. De eerste voertuigen van<br />

brandweer en ambulancediensten zijn inmiddels op de luchthaven gearriveerd.<br />

In de terminal en de daarbij gelegen publieke ruimten is inmiddels paniek uitgebroken<br />

onder de aanwezige 'halers' (mensen die personen van de betreffende vlucht komen<br />

ophalen) en overige aanwezigen, enkele mensen zijn onwel geworden.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied A<br />

2.1 Doden C<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken D<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten C<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven B<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact D<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar A


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 60 van 87<br />

5.2 Incidenten op of onder water<br />

Inleiding<br />

Conform de landelijke Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> worden hierbij de volgende<br />

incidenttypen onderscheiden:<br />

1. incident waterrecreatie en pleziervaart. Hier wordt geen specifiek scenario voor<br />

uitgewerkt.<br />

2. incident beroepsvaart (anders dan met gevaarlijke stoffen)<br />

Er is geen sprake van grootschalige beroepsvaart in <strong>Drenthe</strong>. Dit incidenttype<br />

wordt voor dit risicoprofiel niet meegenomen in de uitwerking.<br />

3. incident op ruim water<br />

Er is geen ruim water in <strong>Drenthe</strong>.<br />

4. grootschalig duikincident.<br />

In Tynaarlo is sprake van enige duikactiviteiten, echter dit is kleinschalig en zal<br />

niet leiden tot een grootschalig duikincident. We sluiten daarom dit incidenttype<br />

uit.<br />

Context<br />

Er is in <strong>Drenthe</strong> sprake van waterrecreatie en pleziervaart (rondvaartboot) op het<br />

Zuidlaardermeer. Dit is dermate kleinschalig dat geen specifiek scenario wordt<br />

uitgewerkt.<br />

5.3 Verkeersincidenten op het land<br />

Inleiding<br />

Conform de landelijke Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> worden hierbij de volgende<br />

incidenttypen onderscheiden:<br />

1. incident wegverkeer;<br />

2. incident treinverkeer.<br />

Context<br />

Bij een verkeersongeval op het land kan gedacht worden aan een groot ongeval op de weg<br />

of het spoor waarbij veel slachtoffers betrokken zijn (brand in een touringcar,<br />

kettingbotsing, treinbrand of botsing met passagierstrein). Ongevallen waarbij<br />

gevaarlijke stoffen vrijkomen zijn eerder in dit document beschreven.<br />

Verkeersongevallen op het land, met grotere aantallen slachtoffers (>20 personen)<br />

kunnen door diverse oorzaken plaatsvinden, bijvoorbeeld door slechte<br />

weersomstandigheden zoals dichte mist, plotselinge gladheid op de weg.<br />

Op het spoor kan bijvoorbeeld door een roodseinpassage een botsing plaatsvinden<br />

tussen een goederentrein en een passagierstrein. In het algemeen is de kans op een<br />

incident nabij spoor met name aanwezig ter hoogte van wissels.<br />

Incident wegverkeer<br />

In onderstaande tabel is de statistiek voor het aantal (dodelijke) ongevallen in <strong>Drenthe</strong> op<br />

de weg weergegeven.<br />

Jaar 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009<br />

Aantal ongevallen 49 44 46 49 47 47 35 29 29 32 31 28<br />

Aantal doden 53 46 47 57 53 51 37 31 37 35 31 31


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 61 van 87<br />

In onderstaande figuur is weergegeven hoe de incidenten zijn verdeeld over de<br />

verschillende typen verkeersdeelnemers. De auto incidenten komen duidelijk naar voren<br />

als hoofdoorzaak voor dodelijke slachtoffers.<br />

250<br />

200<br />

150<br />

100<br />

50<br />

0<br />

auto<br />

Verkeersdeelnemer dodelijke slachtoffers <strong>Drenthe</strong><br />

1998-2007<br />

223<br />

motor<br />

39<br />

fiets<br />

64<br />

bromfiets<br />

19<br />

passagier<br />

69<br />

voetganger<br />

25<br />

gehandicapte<br />

In onderstaande figuur zijn de hoofdoorzaken voor dodelijke ongevallen weergegeven. De<br />

eenzijdige aanrijding met een boom is de meest voorkomende oorzaak.<br />

eenz.boom<br />

111<br />

voorrang<br />

75<br />

onwel<br />

Oorzaak dodelijk ongeval 1998 - 2007<br />

Totaal 405<br />

7<br />

frontaal<br />

54<br />

z-moord<br />

15 15<br />

kop-strt<br />

afslaan<br />

25<br />

inhalen<br />

11<br />

overig<br />

42<br />

eenz. water<br />

28<br />

eenz vast vwp.<br />

De wegen met de meest voorkomende ongevallen zijn opgenomen in onderstaande figuur.<br />

In absolute aantallen is de N34 de dodelijkste weg. Relatief (per km) is dit de N371.<br />

6<br />

14


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 62 van 87<br />

30<br />

25<br />

20<br />

15<br />

10<br />

5<br />

0<br />

Wegen met meeste aantal dodelijke ongevallen 1998-<br />

2007<br />

28<br />

22<br />

N-34 A-28 N-37 N-381 N-371<br />

Er wordt kort op de genoemde wegen ingegaan:<br />

N34, lengte 64 km, de zogenaamde 'dodenweg' tussen grens met Overijssel en<br />

aansluiting A28 bij de Punt, 28 personen.<br />

Veel ongevallen vonden plaats door de berm in te rijden of frontaal tegen elkaar<br />

te botsen.<br />

A28, lengte 65 km vanaf provinciegrens met Overijssel tot de provinciegrens met<br />

Groningen, 22 personen.<br />

Er waren diverse oorzaken, waarbij verhoudingsgewijs de 6 gevallen van inrijden<br />

op een stilstaande file/kopstaartaanrijding en 4 zelfmoorden opvielen.<br />

A/N37, lengte 47 km, tussen klaverblad Hoogeveen en grens met Duitsland<br />

14 personen. Het soort ongevallen was nagenoeg gelijk aan die van de N-34. De<br />

ongevallen deden zich met name voor op de voormalige tweebaansautoweg<br />

tussen Holsloot en de grens met Duitsland. Sinds medio mei 2007 is de weg tot<br />

vierbaans autosnelweg verbreed en wordt verwacht dat het aantal dodelijke<br />

verkeersongevallen op deze weg sterk zal dalen.<br />

N381,lengte 40 km,de zogenaamde 2 Provinciënweg tussen provinciegrens met<br />

Friesland en bebouwde kom Emmen 12 personen. Ook hier is de weg door de<br />

wegbeheerder in 2006/2007 gereconstrueerd en verbreed, zodat verwacht kan<br />

worden dat ook hier het aantal ongevallen vermindert.<br />

N371, lengte 38 km tussen gemeentegrens van Assen en aansluiting A32 bij<br />

Pijlebrug, 19 personen. Deze weg is een provinciale 80 km-weg, die ook door<br />

diverse dorpskernen loopt, met een naast de hoofdrijbaan gelegen fietspad.<br />

Behalve een aantal dorpskernen zijn er ook veel op deze weg aansluitende<br />

zijwegen, waar het verkeer voorrang dient te verlenen aan het verkeer op de<br />

N371. De soorten ongevallen waren divers, waarbij met name 7 ongevallen door<br />

het niet verlenen van voorrang aan weggebruikers op de hoofdrijbaan.<br />

Incident treinverkeer<br />

Op het spoor kan bijvoorbeeld door een roodseinpassage een botsing plaatsvinden<br />

tussen een goederentrein en een passagierstrein. In het algemeen is de kans op een<br />

incident bij spoor met name aanwezig ter hoogte van wissels. Uit de trendanalyses IVW<br />

voor spoorongevallen kan worden afgeleid dat in de afgelopen jaren geen grote<br />

ongevallen op het spoor binnen de regio <strong>Drenthe</strong> hebben plaatsgevonden. Dit beeld wordt<br />

bevestigd door ProRail op basis van de ongevalstatistieken over de afgelopen jaren (zie<br />

figuur B5.2). Daarom wordt geen scenario uitgewerkt voor incidenten op het spoor.<br />

14<br />

12<br />

19


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 63 van 87<br />

Omschrijving Gemeente Plaatsomschrijving Jaar<br />

Brand in motorkamer DE lll<br />

Aanrijding van trein 89132 met een<br />

Meppel (DR) Meppel spoor 2 2003<br />

pantservoertuig op een onbewaakte<br />

Onbewaakte overweg<br />

overweg.<br />

Melding van een verdacht pakketje in<br />

Assen (DR) Graswijk 2003<br />

trein 553 Assen (DR) Station spoor 3 2005<br />

Lok van 54480 tegen rangeerdeel te<br />

Spoor 574, ter hoogte<br />

Emmen.<br />

Trein 3839 contra een trekker met<br />

oplegger. Voorste stel van de trein<br />

Emmen (DR) km 75.4 2007<br />

ontspoord, waarvan de tweede bak Coevorden km 54.4 overweg<br />

gekanteld.<br />

(DR)<br />

Monierweg 2007<br />

Trein 9142 heeft aanrijding met De Wolden<br />

vrachtwagen op ovw. 8.6 in Koekange (DR) Dorpsstraat Koekange 2009<br />

Figuur B5.2 Ongevalstatistieken spoor voor regio <strong>Drenthe</strong><br />

Spreiding over de regio<br />

Figuur B4.10 Overzicht van incidenttrajecten volgens de risicokaart


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 64 van 87<br />

Op bijgevoegde kaart in figuur B4.10 zijn incidentgevoelige locaties weergegeven voor<br />

<strong>Drenthe</strong> volgens de provinciale risicokaart. Volgens de risicokaart zijn er geen<br />

incidentgevoelige locaties voor het treinverkeer in <strong>Drenthe</strong>.<br />

Aanloop naar het incident<br />

In de avondperiode treedt op de A28 ter hoogte van hm-paal 154 (t.h.v. Spier) plotseling<br />

dichte mist op, waardoor een aantal auto's sterk snelheid vermindert. Door het slechte<br />

zicht kunnen niet alle automobilisten op tijd remmen.<br />

Scenario<br />

In eerste instantie ontstaat op één van de rijbanen een kettingbotsing, waarbij 33 auto's<br />

betrokken zijn. Gelijk daarop volgend vindt op de andere rijbaan een kettingbotsing<br />

plaats waar 40 auto's bij zijn betrokken.<br />

Direct na de tweede kettingbotsing vliegen 4 auto's in brand. In 5 auto's zijn 7 mensen<br />

bekneld geraakt die door de brandweer bevrijd moeten worden, hiervan zijn<br />

3-4 inzittenden (zwaar)gewond. In de overige betrokken auto's zijn 4 zwaargewonden en<br />

ca. 30 lichtgewonden aanwezig.<br />

De slachtoffers moeten naar verschillende ziekenhuizen in de omgeving worden gebracht<br />

(Hoogeveen, Emmen, Assen en Groningen).<br />

De overige inzittenden worden opgevangen in een nader te bepalen opvanglocatie.<br />

(wegrestaurant en/of hotel aan de snelweg).<br />

De GHOR richt op locatie een gewondennest in.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden B<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken C<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten B<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven -<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact A<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar D


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 65 van 87<br />

6 Gezondheid<br />

Inleiding<br />

Binnen het maatschappelijk thema "Gezondheid" beschouwen we een tweetal<br />

crisistypen.<br />

1. Bedreiging volksgezondheid<br />

- er wordt aangesloten bij het onderdeel 'ziektegolf'.<br />

2. Ziektegolf<br />

- dit is een relevante dreiging in <strong>Drenthe</strong>.<br />

Achtereenvolgens werken we de relevante crisistypen in de volgende paragrafen verder<br />

uit.<br />

6.1 Bedreiging volksgezondheid<br />

In de landelijke Handreiking worden voor het crisistype 'bedreiging volksgezondheid' de<br />

volgende incidenttypen uitgewerkt:<br />

1. besmettingsgevaar via contactmedia;<br />

2. feitelijke grootschalige besmetting (nog) zonder ziekteverschijnselen;<br />

3. besmettingsgevaar vanuit buitenland;<br />

4. besmettingsgevaar in eigen regio;<br />

5. dierziekte overdraagbaar op mens.<br />

In de kernprojectgroep is voorgesteld om incidenttypen 1 t/m 4 op dit moment niet verder<br />

uit te werken, omdat het geen herkenbare risico's zijn voor de regio <strong>Drenthe</strong> 16 .<br />

Voor punt 3, besmettingsgevaar vanuit buitenland, geldt dat dit voor de toekomst een<br />

risico kan zijn vanwege intercontinentale vluchten van en naar luchthaven Groningen<br />

Airport Eelde. Op dit moment geldt de afspraak dat indien bekend is dat zich een besmet<br />

persoon op een vlucht bevindt, de vlucht wordt doorgestuurd naar Schiphol voor landing.<br />

Dit vanwege de aanwezige middelen aldaar.<br />

6.1.5 Dierziekte overdraagbaar op mens<br />

Dierziekten die overdraagbaar zijn op de mens worden ook wel zoönosen genoemd. De<br />

meeste ziekten bij dieren zijn niet besmettelijk voor de mens. In Nederland heersen<br />

relatief weinig ziekten die je van dieren kunt krijgen omdat er veel controle is op de dieren<br />

en het voedsel 17 .<br />

Wel is het zo dat een dierlijk virus zich kan combineren met een menselijk virus, waar een<br />

grieppandemie uit voort kan komen. Dit is bijvoorbeeld het geval geweest bij de uitbraak<br />

van de Mexicaanse griep in 2009. Dit scenario zal onder het thema ziektegolf aan de orde<br />

komen in 6.2.<br />

16. Wel zijn er in <strong>Drenthe</strong> gevallen geweest van Mexicaanse griep, bij mensen die aldaar<br />

op vakantie zijn geweest.<br />

17. RIVM, 2010.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 66 van 87<br />

Voor het onderdeel 'dierziekten overdraagbaar op de mens' wordt geen apart scenario<br />

uitgewerkt. Voor mogelijke effecten wordt aangesloten bij de uitwerking van het scenario<br />

onder crisistype ziektegolf.<br />

6.2 Ziektegolf<br />

Inleiding<br />

In de landelijke Handreiking worden hier twee incidenttypen genoemd:<br />

1. ziektegolf besmettelijke ziekte;<br />

2. ziektegolf niet besmettelijke ziekte.<br />

Voor dit regionale risicoprofiel zal 'ziektegolf besmettelijke ziekte' als uitgangspunt<br />

worden genomen voor verdere uitwerking. Er zal zo veel mogelijk worden aangesloten bij<br />

de regionale draaiboeken van GHOR <strong>Drenthe</strong>. Ook voor de uitwerking van het scenario<br />

Grieppandemie (nieuwe Influenza A) wordt uitgegaan van een bestaand scenario.<br />

Context<br />

Voor 'ziektegolf besmettelijke ziekte' wordt gedoeld op ziekten die van mens op mens of<br />

van dier op mens overdraagbaar zijn. De overdracht vindt plaats doormiddel van microorganismen,<br />

zoals bacteriën, virussen schimmels of parasieten. Dit kan via besmette<br />

personen (contact), voeding, water, besmette lucht (via de luchtwegen) of vectoren zoals<br />

insecten.<br />

Spreiding over de regio<br />

Een ziektegolf heeft geen regiospecifieke spreiding al ligt het voor de hand dat het aantal<br />

ziektegevallen in de dichtbevolkte gebieden hoger zal uitvallen.<br />

Aanloop naar het incident<br />

Bij de ontwikkeling naar een pandemische epidemie nemen behoeften vanuit de<br />

samenleving toe. Belangrijke aandachtspunten vanuit het perspectief van geneeskundige<br />

zorg en primaire levensbehoeften zijn 18 :<br />

Verandering in vraag naar geneeskundige producten en diensten. Hieronder kan<br />

worden verstaan:<br />

o Toename zelfzorgbehoefte, bijvoorbeeld medicatie, hygiënemiddelen en<br />

toename vraag naar kennis en advies;<br />

o Toename psychosociale hulpvragen als gevolg van sterfte in de directe<br />

omgeving;<br />

o Toename van angst, spanning, onrust, protest, geweld. Burgers zijn bang<br />

voor besmetting en doen een beroep op schaarse geneeskundige hulp,<br />

waardoor zorgtoewijzing (wie wel en wie niet) tot deze emoties leidt.<br />

Verandering in vraag naar primaire levensbehoeften:<br />

o Toename in vraag naar (levens)middelen aan huis;<br />

o Toename in vraag naar houdbare voeding en zelfzorgartikelen (schaarste<br />

door hamstergedrag, productieproblemen en logistieke problemen);<br />

o Toename in vraag naar energie, drinkwater en communicatiemiddelen<br />

(ICT) in woningen;<br />

o Toename in vraag opvang en verzorging van zieken, dak- en thuislozen.<br />

18. Ontleend aan het samengesteld Maatschappelijk Scenario Grieppandemie Nederland.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 67 van 87<br />

Er mag worden aangenomen dat de uitval in praktijk hoger uit zal vallen dan het aantal<br />

geregistreerde zieken omdat:<br />

• voor zieke personen ook gezonde personen zich zullen onttrekken aan het<br />

maatschappelijke proces, voor verzorging.<br />

• burgers zich preventief kunnen ziekmelden op basis van 'niet lekker voelen' of angst<br />

voor besmetting.<br />

Scenario<br />

Voor de regio <strong>Drenthe</strong> worden twee scenario's voor grieppandemie beschreven (verzoek<br />

ministerie VWS): het verloop van een milde variant en het verloop van een ernstige<br />

variant.<br />

Landelijke uitgangspunten<br />

Mild scenario: 30% van de Nederlandse bevolking wordt ziek (5 miljoen mensen) en er<br />

sterven 5.000 personen 19 . Tijdens de piek van de ziektegolf (1 – 2 weken) zijn<br />

700.000 personen ziek en stijgt het ziekteverzuim met 4 – 10%.<br />

Ernstig scenario: 30% van de bevolking wordt ziek en er sterven 80.000 personen. Tijdens<br />

de piek van de ziektegolf zijn 800.000 - 1.600.000 personen ziek, het ziekteverzuim stijgt<br />

met 20 - 30%.<br />

Sterfte en ziekenhuisopname <strong>Drenthe</strong><br />

Scenario milde variant houdt rekening met mogelijk 150 doden (5.000 doden in<br />

Nederland). Bij een ernstig verloop mogelijk 2.350 sterfgevallen (voor heel Nederland<br />

80.000 doden).<br />

Geschat aantal zieken in <strong>Drenthe</strong>: 125.000 – 150.000 verspreid over een periode van<br />

enkele maanden. Tijdens de piekperiode (1 – 2 weken) respectievelijk 22.000 (mild<br />

scenario) dan wel 25.000 – 50.000 (ernstig scenario).<br />

Te verwachten consulten bij de huisarts<br />

Essentieel is de belasting van de huisartsen tijdens de piek van de ziektegolf.<br />

Uitgangspunt is dat ongeveer 30% van de Drentse bevolking ziek wordt. Dit uitgangspunt<br />

geldt zowel bij een milde als bij een ernstige variant.<br />

Scenario milde variant: ongeveer 22.000 zieken tijdens de piek. Scenario ernstige variant:<br />

25.000 tot 50.000 zieke mensen in <strong>Drenthe</strong> gedurende de piek.<br />

Bij een normale griepepidemie consulteert 70% van de patiënten de huisarts. Voor<br />

<strong>Drenthe</strong> zou dat betekenen dat bij de milde variant in de piekweek plm. 15.500 patiënten<br />

hun huisarts willen consulteren met een vraag over griep.<br />

In een normale situatie consulteren 11.500 Drenten per week hun huisarts over allerlei<br />

klachten. In de piekweek moet daarom uitgegaan worden van 27.000 consulten.<br />

De Huisartsenkring <strong>Drenthe</strong> verwacht bij een mild verloop geen capaciteitsproblemen.<br />

Wordt uitgegaan van het scenario ernstige variant, dan moeten de huisartsen rekenen op<br />

17.500 tot 35.000 extra consulten gedurende de piekweek. Mogelijk consulteren meer<br />

mensen de huisarts bij een ernstige variant. Gaan we uit van 90%, dan betekent dit<br />

tussen de 22.500 en 45.000 extra consulten tijdens de piek van de griepgolf.<br />

Voor het scenario ernstige variant geldt dat er mogelijk capaciteitsproblemen kunnen<br />

ontstaan.<br />

19. Bij een normale wintergriep sterven in Nederland tussen de 250 en 2.000 personen.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 68 van 87<br />

Vaccineren<br />

De regio <strong>Drenthe</strong> heeft zich voorbereid op zowel een massavaccinatie als op een situatie<br />

waarbij de rijksoverheid bepaalt welke (risico)groepen (het eerst) gevaccineerd moeten<br />

worden.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden D/E<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken C/D<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

A/B<br />

3.1 Kosten C/D<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven B/E<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact E/E<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar D/D


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 69 van 87<br />

7 Sociaal-maatschappelijke omgeving<br />

Inleiding<br />

Binnen het maatschappelijk thema "Sociaal-maatschappelijke omgeving" beschouwen<br />

we een tweetal crisistypen.<br />

1. Paniek in menigten<br />

- deze zijn relevant in <strong>Drenthe</strong> en worden hierna verder uitgewerkt.<br />

2. Maatschappelijke onrust (i.p.v. Verstoring openbare orde)<br />

- in overleg met de kernprojectgroep en de politievertegenwoordiging daarin is<br />

geconcludeerd dat er in <strong>Drenthe</strong> een duidelijker beeld is bij het crisistype<br />

"maatschappelijke onrust". Daarom zal een algemeen scenario worden<br />

uitgewerkt behorend bij dit type.<br />

7.1 Paniek in menigten<br />

In de landelijke Handreiking wordt hier één incidenttype genoemd:<br />

1. paniek tijdens grote festiviteiten, concerten, demonstraties<br />

Context<br />

Tijdens bijeenkomsten zoals manifestaties, demonstraties of samenkomsten zijn veel<br />

mensen geconcentreerd aanwezig. Dit geldt ook voor drukbezochte winkelcentra,<br />

markten en bedrijfslocaties.<br />

Verstorende gebeurtenissen (zoals een ongeluk, aanslag of vechtpartij) kunnen leiden tot<br />

panieksituaties. Door een dergelijke gebeurtenis willen de aanwezigen zo snel mogelijk<br />

de locatie verlaten, waarvoor onvoldoende vluchtwegen beschikbaar zijn. Daardoor<br />

kunnen mensen in de verdrukking komen en onwel worden.<br />

Hierbij zijn drie factoren van belang: veel aanwezigen op een beperkt grondoppervlak, het<br />

ingesloten zijn van de aanwezigen (beperkte bewegingsruimte) en de mogelijkheid van<br />

een zogenaamd 'triggerincident' waardoor de paniek ontstaat of wordt aangewakkerd.<br />

Spreiding over de regio<br />

Voorbeelden van grootschalige evenementen in <strong>Drenthe</strong> zijn:<br />

1 Opendag KLandmacht Havelte<br />

2 TT-nacht Assen<br />

3 Zuidlaardermarkt Zuidlaren<br />

4 Gouden pijl Emmen<br />

5 Rodermarkt Roden<br />

Aanloop naar het incident<br />

In de zomer wordt een grootschalig evenement gehouden waarbij ca 40.000 - 60.000<br />

bezoekers dicht op elkaar aanwezig zijn.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 70 van 87<br />

Scenario<br />

Tijdens een evenement breekt er onder de bezoekers paniek uit. Oorzaken kunnen zijn:<br />

extreem alcoholgebruik door een groep bezoekers, waardoor een vechtpartij ontstaat, een<br />

ontploffing (bijvoorbeeld een gasfles), een verwarde bezoeker die luidkeels begint te gillen,<br />

e.d. De aanwezige veiligheidsmedewerkers kunnen niet doordringen in de mensenmassa<br />

en de situatie escaleert . Mensen zoeken een uitweg. Doordat de vluchtroutes niet zijn<br />

berekend op de massale uitstroom komen mensen in de verdrukking. Bezoekers vallen, zijn<br />

niet meer in staat op te staan en worden onder de voet gelopen.<br />

Gevolg is dat er een aantal doden en vele (ernstig) gewonden vallen. Gewonden kunnen<br />

niet adequaat worden geholpen door aanwezige hulpdiensten door de grote toevoer van<br />

gewonden en de slechte bereikbaarheid (door de menigte).<br />

Op de langere termijn is er sprake van aantasting van vertrouwen in hulpdiensten en de<br />

overheid, door het escaleren van de situatie.<br />

Impactbeoordeling<br />

Impactcriteria Score en eventueel beknopte<br />

motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden B<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken C<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten A<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven A<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact C<br />

6.1 Aantasting cultureel erfgoed -<br />

Waarschijnlijkheid Score<br />

Kans op gebeurtenis per 4 jaar C<br />

7.2 Ingrijpende gebeurtenis<br />

Bij dit crisistype hanteren we een aangepaste en meer op <strong>Drenthe</strong> toepasbaar<br />

incidenttype, afwijkend van de handreiking. De handreiking noemt als crisistype<br />

maatschappelijke onrust, voor <strong>Drenthe</strong> is de meer van toepassing zijnde naam<br />

ingrijpende gebeurtenis gekozen.<br />

Context<br />

Een ingrijpende gebeurtenis zoals een misdrijf heeft vaak grote gevolgen.<br />

In de eerste plaats natuurlijk voor de mensen die er mee te maken hebben.<br />

Daarnaast kan zo'n zaak ook invloed hebben op de (wijde) omgeving.<br />

Het delict en de gevolgen kunnen zorgen voor maatschappelijke onrust,<br />

bijvoorbeeld in een wijk of binnen een gemeenschap.<br />

Dergelijke ingrijpende gebeurtenissen hebben vaak als gevolg dat met meerdere partijen<br />

goed moet worden gecommuniceerd. Binnen de huidige rampbestrijdingsorganisatie<br />

weten de kolommen elkaar goed te vinden.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 71 van 87<br />

Echter indien de gemeente wordt geconfronteerd met een delict dat zorgt voor<br />

maatschappelijke onrust wordt de gemeente met nog meer partijen geconfronteerd zoals<br />

scholen, slachtofferhulp en maatschappelijk werk. Dit vraagt een goede afstemming en<br />

coördinatie.<br />

Het is derhalve van belang dat een Drents protocol maatschappelijke onrust wordt<br />

opgesteld waarbij de (rampbestrijdings)organisatie aansluit op de (psychosociale)<br />

hulpverlening.<br />

Oorzaak<br />

De randvoorwaarde voor het ontstaan van een verstoring van de openbare orde is een<br />

verhoogde media-aandacht na een incident. Er kan hierdoor een stijgende onrust<br />

ontstaan onder de bevolking uiteindelijk leidend tot verstoring van de openbare orde.<br />

Aanloop naar het incident<br />

Er vindt een gebeurtenis plaats (bijv. de moord op een kind) die lokaal een sterke impact<br />

heeft. In de media krijgt de moord hierdoor veel en voortdurende aandacht.<br />

Beschrijving scenario<br />

Er ontstaat grootschalige onrust door deze voortdurende berichtgeving. Men is bang dat<br />

mogelijk opnieuw een moord plaatsvindt. De gevolgen van die gebeurtenis (dreigen te)<br />

leiden tot maatschappelijke onrust. Hierdoor is naast het informeren van de bevolking<br />

psychosociale hulpverlening een belangrijk aandachtspunt dat geregeld moet worden. In<br />

tijd gezien is het mogelijk om de hulp en de taken te plannen.<br />

Protocol PSHOR (Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen): Bij rampen of<br />

calamiteiten is er een acute gebeurtenis die de normale, dagelijkse situatie overstijgt. De<br />

vraag om hulp is binnen korte tijd groter dan het normale aanbod. Er moet op gezag van<br />

het openbaar bestuur een hulporganisatie worden opgezet die snel is te mobiliseren.<br />

Impactcriteria Score en beknopte motivatie<br />

1.1 Aantasting integriteit grondgebied -<br />

2.1 Doden -<br />

(het slachtoffer is hier de trigger voor<br />

het ontstaan van dit scenario)<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken -<br />

2.3 Lichamelijk lijden<br />

(gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

-<br />

3.1 Kosten -<br />

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu -<br />

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven -<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact<br />

C<br />

Een groep


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 5 : Diagrammen per impactcriterium<br />

blad 72 van 87<br />

In deze bijlage worden de risicodiagrammen per impactcriterium gegeven. Zo kan worden<br />

beoordeeld in welke mate scenario's meewegen in het impactcriterium. In onderstaande<br />

tabel worden de criteria nogmaals benoemd.<br />

Vitale belangen en impactcriteria<br />

1.Territoriale veiligheid<br />

1.1 • Aantasting van de integriteit van het grondgebied<br />

2. Fysieke veiligheid<br />

2.1 • Doden<br />

2.2 • Ernstig gewonden en chronisch zieken<br />

2.3 • Lichamelijk lijden (gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

3. Economische veiligheid<br />

3.1 • Kosten<br />

4. Ecologische veiligheid<br />

4.1 • Langdurige aantasting van het milieu en natuur (flora en<br />

fauna)<br />

5. Sociale en politieke stabiliteit<br />

5.1 • Verstoring van het dagelijks leven<br />

5.2 • Aantasting van de lokale en regionale openbaar bestuur<br />

5.3 • Sociaal-psychologische impact<br />

6. Veiligheid van cultureel erfgoed<br />

6.1 • Aantasting van cultureel erfgoed


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 73 van 87<br />

1.1 Aantasting van de integriteit van het grondgebied<br />

Impact<br />

2.1 Doden<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

1<br />

0,1<br />

0,01<br />

1<br />

0,1<br />

Beperkt<br />

0,01<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Luchtvaartincident (bij start of<br />

landing)<br />

Incident brandbare stof (transport)<br />

Overstromingen<br />

Overstromingen<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Verontreiniging drinkwaternet<br />

Natuurbranden<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Incident brandbare stof (transport)<br />

Luchtvaartincident (bij start of<br />

landing)<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Verstoring telecommunicatie en ICT<br />

Paniek in menigten<br />

Incident giftige stof (stationaire<br />

inrichting)<br />

Grieppandemie ernstig<br />

Grieppandemie mild<br />

Brand in gebouw met<br />

niet/verminderd zelfredzamen<br />

Grootschalige kettingbotsing<br />

(wegverkeer)<br />

Natuurbranden<br />

Storm


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 74 van 87<br />

2.2 Ernstig gewonden en chronisch zieken<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

Beperkt<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Luchtvaartincident (bij start of<br />

landing)<br />

Incident brandbare stof (transport)<br />

Paniek in menigten<br />

Verstoring telecommunicatie en ICT<br />

Incident giftige stof (stationaire<br />

inrichting)<br />

2.3 Lichamelijk lijden (gebrek aan primaire levensbehoeften)<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

1<br />

0,1<br />

0,01<br />

1<br />

0,1<br />

Beperkt<br />

0,01<br />

Uitval gasvoorziening<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Grieppandemie ernstig<br />

Brand in gebouw met<br />

niet/verminderd zelfredzamen<br />

Grootschalige kettingbotsing<br />

(wegverkeer)<br />

Grieppandemie mild<br />

Storm<br />

Natuurbranden<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Verontreiniging drinkwaternet<br />

Uitval elekticiteitsvoorziening<br />

Grieppandemie ernstig<br />

Grieppandemie mild


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 75 van 87<br />

3.1 Kosten<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

1<br />

0,1<br />

Beperkt<br />

0,01<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Luchtvaartincident (bij start of<br />

landing)<br />

Incident brandbare stof (transport)<br />

Uitval elekticiteitsvoorziening<br />

Overstromingen<br />

Verstoring telecommunicatie en ICT<br />

Incident giftige stof (stationaire<br />

inrichting)<br />

Uitval gasvoorziening<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Verontreiniging drinkwaternet<br />

Paniek in menigten<br />

4.1 Langdurige aantasting van het milieu en natuur (flora en fauna)<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

1<br />

0,1<br />

Beperkt<br />

0,01<br />

Overstromingen<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Grieppandemie ernstig<br />

Grieppandemie mild<br />

Storm<br />

Grootschalige kettingbotsing<br />

(wegverkeer)<br />

Brand in gebouw met<br />

niet/verminderd zelfredzamen<br />

Natuurbranden<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Natuurbranden


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 76 van 87<br />

5.1 Verstoring van het dagelijks leven<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

0,1<br />

Beperkt<br />

0,01<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Incident brandbare stof (transport)<br />

5.3 Sociaal-psychologische impact<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

1<br />

1<br />

0,1<br />

Beperkt<br />

0,01<br />

Verstoring telecommunicatie en ICT<br />

Luchtvaartincident (bij start of<br />

landing)<br />

Overstromingen<br />

Uitval gasvoorziening<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Uitval elekticiteitsvoorziening<br />

Verontreiniging drinkwaternet<br />

Paniek in menigten<br />

Uitval elekticiteitsvoorziening<br />

Verontreiniging drinkwaternet<br />

Overstromingen<br />

Grieppandemie ernstig<br />

Storm<br />

Grieppandemie mild<br />

Brand in gebouw met<br />

niet/verminderd zelfredzamen<br />

Natuurbranden<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Luchtvaartincident (bij start of<br />

landing)<br />

Incident brandbare stof (transport)<br />

Verstoring telecommunicatie en ICT<br />

Incident giftige stof (stationaire<br />

inrichting)<br />

Ingrijpende gebeurtenis<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Paniek in menigten<br />

Grieppandemie ernstig<br />

Grootschalige kettingbotsing<br />

(wegverkeer)<br />

Natuurbranden


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 77 van 87<br />

6.1 Aantasting van cultureel erfgoed<br />

Impact<br />

Catastrofaal<br />

Zeer ernstig<br />

Ernstig<br />

Aanzienlijk<br />

1<br />

0,1<br />

Beperkt<br />

0,01<br />

Waarschijnlijkheid<br />

Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Mogelijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk<br />

Het criterium aantasting cultureel erfgoed heeft voor dit risicoprofiel een zodanig lage<br />

score dat deze niet voorkomt in bovenstaand diagram.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 6 : Aanvullende informatie regio <strong>Drenthe</strong><br />

blad 78 van 87<br />

Bevolkingsdichtheid


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 79 van 87<br />

Recreatieterreinen


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 80 van 87<br />

Cultuurhistorische waarde


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 81 van 87<br />

Economische Kernzone


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 7 : Capaciteiteninventarisatie<br />

blad 82 van 87<br />

Voor alle scenario's is op basis van expert judgement aangegeven of in de huidige situatie<br />

een knelpunt in de capaciteit van de veiligheidsregio wordt verwacht.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 83 van 87


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

blad 84 van 87<br />

1. Evacueren van camping is aandachtspunt. Ook is er meer aandacht nodig voor<br />

proactie/preventie op campings, bijvoorbeeld op het gebied van early warning.<br />

2. Gebied ingaan zonder 4x4 is lastig. Vraag is namelijk of de brandweer wel de<br />

capaciteit wil hebben dit te kunnen, vergt veel inzet. Andere aanpak mogelijk.<br />

3. 2 tot 3 van deze acties gelijktijdig kan de politie aan, echter hier wordt inzet van<br />

meer acties gelijkertijd gevraagd. Dit kan politie naar verwachting niet aan.<br />

4. In samenwerking met de gemeente<br />

5. Voor bronbestrijding van de plasbrand is watervoorraad toereikend, echter naar<br />

verwachting niet voor de nabranden na de BLEVE.<br />

6. 2 tot 3 van deze acties gelijktijdig kan de politie aan, echter hier wordt inzet van<br />

meer acties gelijkertijd gevraagd. Dit kan politie naar verwachting niet aan.<br />

7. Korte termijn opvang is een probleem.<br />

8. Uitgangspunt samenwerking WMD en gemeente.<br />

9. Ook maximale capaciteitinzet van de politie is niet toereikend.<br />

10. Probleem is de toegankelijkheid, dit kan ertoe leiden dat mensen te lang blijven<br />

zitten. Vraag is echter of extra capaciteit een verbetering van de aanpak kan<br />

opleveren.<br />

11. Hierbij wordt gedacht aan de mensen (familie!) in de ontvangsthal, verwachting is<br />

dat zij na crash direct naar de incidentlocatie lopen, politie is op zijn vroegst pas<br />

na ca. 30 min. met voldoende capaciteit ter plekke, op dat moment kan de<br />

situatie al uit de hand zijn gelopen.<br />

12. Opvang door gemeenten is op papier geregeld, in de praktijk werkt deze naar<br />

verwachting niet.<br />

13. Er vindt wel registratie plaats, echter niet door de gemeente. Gemeente is<br />

doorgaans te laat aanwezig, andere partijen registreren al (hulpverlening GHOR,<br />

brandweer). Vraag: moet de gemeente wel verantwoordelijk blijven voor deze<br />

taak?<br />

14. Personeel GHOR valt ook uit.<br />

15. Continue evaluatie van evenementen is noodzakelijk. Crowd management!<br />

16. Vraag is of vooraf opvang geregeld wordt. Aandachtspunt in de preventieve sfeer,<br />

vergunningverlening evenement.<br />

17. Communicatie is goed geregeld, maar via vooraf niet voorziene kanalen kan<br />

informatie buiten het crisisteam om naar het publiek/media worden geleverd.<br />

Aandachtspunten communicatie zijn:<br />

- afstemming<br />

- hoe breng je de boodschap?<br />

- juiste mensen op de juiste plek!<br />

18. BHV-organisatie in instellingen met verminderd zelfredzame personen in de<br />

nachtsituatie is een zorgpunt<br />

19. Voorwaarde is dat logistieke processen niet beperkend zijn.


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 8 : Leden projectgroep en klankbordgroep<br />

blad 85 van 87<br />

Naam Instantie<br />

Femke Boudestein (projectleider) <strong>Hulpverleningsdienst</strong> <strong>Drenthe</strong><br />

Harry Thomassen OM Parket Assen, Groningen, Leeuwarden<br />

Nannie Schmid Provincie<br />

Mariette Sieders Brandweer Emmen<br />

Frank Fundter OVR defensie<br />

Albert Tjarks GHOR<br />

Elly van der Meulen GHOR<br />

Harry van der Meer Politie/ CCB<br />

Gerrit-Jan Warmelink Waterschap<br />

Dirk van Dijken <strong>Hulpverleningsdienst</strong> <strong>Drenthe</strong><br />

Marcelle de Haan <strong>Hulpverleningsdienst</strong> <strong>Drenthe</strong><br />

Johan Panneman Gemeente Aa en Hunze<br />

Harald Aarnink Regio Twente<br />

Petra Holzhaus Waterleidingmaatschappij <strong>Drenthe</strong><br />

Kees Hoeben Enexis<br />

Bert Boxum Enexis<br />

Ron de Groot ProRail regio noordoost<br />

Jan Huizing Luchthaven Groningen Airport Eelde<br />

Jaap van der Lelie KPN/Getronics<br />

Jaap van der Schaaf Oranjewoud/Save<br />

Monique Berrevoets Oranjewoud/Save<br />

Derk-Christiaan van Dijk Oranjewoud/Save


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 9 : Geraadpleegde literatuur<br />

blad 86 van 87<br />

• Landelijke Handreiking <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong>;<br />

• Strategie Nationale Veiligheid;<br />

• Beleidsuitgangspunten nationale veiligheid van ministerie van BZK;<br />

• Leidraad Methode 2008;<br />

• Inventarisatie risicobronnen (specifiek w.o. die vanuit de risicokaart, generiek vanuit<br />

de nationale risicobeoordeling/nationale veiligheid).


projectnr. 219694 110188 - DH24 <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> Veiligheidsregio <strong>Drenthe</strong><br />

24 februari 2011, revisie 02 Bijlagenrapport<br />

Bijlage 10 : Uittreksels per gemeente<br />

blad 87 van 87


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel (Aa en Hunze)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente Aa en<br />

Hunze is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente Aa en<br />

Hunze<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Aa en Hunze<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

27 Natuurbranden De gemeente Aa en Hunze heeft veel<br />

natuurgebieden. Genoemd worden<br />

onder andere:<br />

Boswachterij Gieten-Borger,<br />

boswachterij Grolloo, het<br />

Drouwenerzand en natuurgebied bij<br />

Schoonloo.<br />

40,41 Vervoer gevaarlijke stoffen via<br />

buisleidingen<br />

Van het zuurgasveld in onder meer<br />

Gasselternijveen wordt per buisleiding<br />

zuurgas vervoerd richting de gas<br />

zuiveringsinstallatie in Emmen.<br />

63 Verkeersongevallen N34 wordt genoemd als autoweg waar<br />

veel ongevallen plaatsvinden.<br />

N33, van Assen naar Delfzijl wordt aan<br />

het risicobeeld toegevoegd (zie<br />

erratum).<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in


het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.<br />

Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel de<br />

volgende risico’s voor de gemeente Aa en Hunze benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Avebe, Gasselternijeveen Avebe betreft geen BRZO en ook geen Bevi (de<br />

lichtere) categorie bedrijf.<br />

Het bedrijf is daarom niet met naam genoemd in het<br />

regionaal risicoprofiel.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel (Assen)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente Assen<br />

is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente Assen<br />

9 Ligging en typering van <strong>Drenthe</strong> Genoemd worden ziekenhuis van Assen<br />

en de TT.<br />

11 Toekomstige ontwikkelingen Verbreding N33<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Assen.<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

40 Incident vervoer gevaarlijke stoffen Over het spoor bij assen worden<br />

gevaarlijke stoffen vervoerd.<br />

42 Incident stationaire inrichting In Assen staat een<br />

ammoniakkoelinstallatie<br />

63 Verkeersincidenten op het land N371 wordt genoemd als een weg met<br />

relatief veel ongelukken.<br />

64 Incident treinverkeer Er hebben zich in de laatste 8 jaar een<br />

tweetal treinincidenten voorgedaan in<br />

de gemeente Assen.<br />

65 Kettingbotsing Een dergelijk scenario zou zich in de<br />

gemeente voor kunnen doen,<br />

bijvoorbeeld op de A28.<br />

70 Paniek in menigte De TT is een evenement waar een<br />

dergelijk scenario zich voor zou kunnen<br />

doen.


Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.<br />

Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel<br />

geen specifiek lokale risico’s van de gemeente Assen benoemd.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel<br />

(Borger-Odoorn)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente Borger-<br />

Odoorn is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart. Gemeentelijke<br />

informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente Borger-<br />

Odoorn<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Borger-Odoorn.<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

28 Natuurbrand Nationaal park Drentsche Aa en<br />

boswachterij Gieten-Borger.<br />

29 Natuurbrand Boswachterij Exloo-Odoorn, Valtherbos.<br />

29 Natuurbrand in relatie tot kwetsbare Campeerterrein Vlintenholt, camping<br />

objecten.<br />

Klijndijk en camping Drouwenerzand.<br />

40 Incident transport Zuurgasveld Borger-Odoorn, er loopt<br />

een buisleiding door de gemeente<br />

richting Torenwijk (Odoornerveen).<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die van<br />

invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze risico’s is een<br />

inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen (waarschijnlijkheid).Vervolgens is<br />

beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die<br />

benadering leidt tot een beperking van het aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s.<br />

Omdat er een afweging is gemaakt op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd.<br />

Zo zijn bijvoorbeeld uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen<br />

1999 (BRZO) in het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle<br />

Drentse evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.


In het bestuurlijk gesprek met de gemeente zijn aanvullend op dit profiel de volgende risico’s voor<br />

de gemeente Borger-Odoorn benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Verkeersincidenten, kettingbotsing<br />

zou ook plaats kunnen vinden op de<br />

N34.<br />

Ingrijpende gebeurtenis,<br />

maatschappelijke onrust.<br />

N34 wordt benoemd als een gevaarlijke weg.<br />

Kans op een grootschalige kettingbotsing wordt op A28<br />

groter geacht.<br />

Dat klopt , dit kan ook plaatsvinden in Borger-Odoorn.<br />

Hangt samen met bevolkingssamenstelling.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel (Coevorden)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Coevorden is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Informatie bevolkingsaantallen<br />

Coevorden.<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Coevorden.<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

24 Wateroverlast Ernstige wateroverlast in Coevorden in<br />

1998. N34 moest worden afgesloten.<br />

28 Natuurbranden Genoemd wordt het natuurgebied<br />

Sleenerzand.<br />

41 Incident transport Bij Coevorden, Dalen en<br />

Oosterhesselen liggen Gas Zuiverings<br />

Installaties.<br />

64 Verkeersincidenten op land N37 tussen Holsloot en de Duitse grens<br />

wordt benoemd als weg met relatief<br />

veel verkeersincidenten.<br />

65 Treinincidenten In de afgelopen 8 jaar heeft zich 1<br />

treinincident voorgedaan in de<br />

gemeente Coevorden.<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse


evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.<br />

Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel de<br />

volgende lokale risico’s voor de gemeente Coevorden benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Railverbinding Dit is benoemd bij het risico treinincident.<br />

Europapark In het regionaal risicoprofiel zijn alleen de<br />

meest risicovolle bedrijven (BRZO)<br />

benoemd.<br />

Vuilverbrandingsinstallatie Duitsland Onduidelijk is of dit een risico betreft. Moet<br />

nog onderzocht worden.<br />

Route gevaarlijke stoffen. Niet benoemd in de tekst. Wel zichtbaar in<br />

figuur B4.5, pag. 44.<br />

Munitieopslag Moet nader uitgezocht worden. Gegevens<br />

waren binnen de termijn van het opstellen<br />

van het regionaal risicoprofiel niet<br />

beschikbaar.<br />

Kerncentrale Lingen. Dit risico is opgenomen in het regionaal<br />

risicoprofiel, bijlagen pag 48. Moet verder<br />

worden uitgewerkt bij actualisatie<br />

risicoprofiel.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel (de Wolden)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente de<br />

Wolden is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente de<br />

Wolden<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente de Wolden<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

26,27 Natuurbrand Genoemd wordt het natuurgebied<br />

Anserdennen en als kwetsbaar object<br />

bij een natuurbrand een camping in<br />

Ruinen.<br />

64 Treinincident Genoemd wordt een treinincident bij<br />

Koekange.<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.


Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel de<br />

volgende risico’s voor de gemeente de Wolden benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Ingrijpende gebeurtenis en<br />

Dit scenario zou ook plaats hebben kunnen vinden in<br />

maatschappelijke onrust.<br />

de Wolden.<br />

In gemeente de Wolden zijn een twee In het regionaal risicoprofiel worden alleen de zwaarste<br />

evenementen de oldtimerdag, en categorie evenementen genoemd (C-evenementen).<br />

concours hippique.<br />

De evenementen in de gemeente de Wolden vallen<br />

daar niet onder.<br />

De gemeente de Wolden kent veel<br />

transportassen (zowel trein als<br />

wegverkeer). Aanvullend worden<br />

daarbij genoemd munitietransporten.<br />

Deze worden genoemd in het regionaal risicoprofiel.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel (Emmen)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Emmen is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

8 Ligging en typering van <strong>Drenthe</strong> Ziekenhuis in Emmen, evenement de<br />

Gouden Pijl.<br />

Toeristische attractie: Dierenpark<br />

Emmen<br />

9 Kerncijfers gemeenten Informatie bevolkingsaantallen<br />

gemeente Emmen<br />

11 Toekomstige ontwikkelingen In gebruikname van het olieveld<br />

Schoonebeek.<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Emmen.<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

24 Wateroverlast Wateroverlast Emmen 1998<br />

28 Natuurbranden Natuurgebieden rond Emmen in relatie<br />

tot bewoond gebied en kwetsbare<br />

gebouwen (ziekenhuis)<br />

36 Brand in gebouwen met<br />

grootschalige publieksfunctie<br />

Genoemd wordt stadion Emmen<br />

40 Vervoer gevaarlijke stoffen spoor Vervoer zeer brandbare vloeistoffen op<br />

baanvak Zwolle- Emmen<br />

40 Vervoer gevaarlijke stoffen<br />

buisleiding<br />

Vervoer van zuurgas per buisleiding<br />

naar Gas Zuiveringsinstallatie<br />

Emmen/Nieuw Amsterdam en<br />

Schoonebeek.<br />

41 Stationaire inrichtingen Op het terrein van Emmtech zijn<br />

meerdere bedrijven gevestigd,<br />

waaronder twee BRZO bedrijven:<br />

-Teijin Aramid BV<br />

-Diolen Industrial Fibers BV<br />

41, 42 Ammoniakkoelinstallatie Zijn ook aanwezig in Emmen<br />

47 Kernincidenten Kerncentrale Lingen


Risico’s moeten nog nader worden<br />

omschreven. In afwachting van de<br />

actualisering van het huidige<br />

rampbestrijdingsplan zal deze<br />

informatie (wanneer beschikbaar)<br />

worden toegevoegd aan het regionaal<br />

risicoprofiel.<br />

63 Verkeersincidenten wegverkeer Aantallen verkeersdoden N 381<br />

64 Verkeersincidenten treinverkeer Treinincident bij Emmen<br />

70 Paniek tijdens grote festiviteiten Gouden Pijl Emmen<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.<br />

Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel de<br />

volgende lokale risico’s voor de gemeente Emmen benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Ingrijpende gebeurtenissen: hebben grote<br />

impact op samenleving en bestuur en<br />

zullende komende jaren in toenemende<br />

mate plaatsvinden. De effecten zijn<br />

wellicht groter dan in het schema is<br />

verwoord.<br />

Ingrijpende gebeurtenis: risico met een<br />

hoge maatschappelijke en bestuurlijke<br />

impact dat lokaal en regionaal de komende<br />

jaren nadere aandacht vraagt (zie ook<br />

risicoprofiel).


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel<br />

(Hoogeveen)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Hoogeveen is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente<br />

Hoogeveen<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Hoogeveen<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

24 Overstromingen In 1998 was er sprake van ernstige<br />

wateroverlast in de gemeente<br />

Hoogeveen.<br />

31 Extreme weersomstandigheden In 2007 vond er een “downburst” plaats<br />

in Hoogeveen.<br />

41 Incident stationaire inrichting In Hoogeveen is één BRZO bedrijf<br />

gevestigd, Holland coating industrie.<br />

42 Incident stationaire inrichting Er staan 4 ammoniakkoelinstallaties in<br />

Hoogeveen.<br />

58 Luchtvaartincidenten Hoogeveen heeft een klein civiel<br />

vliegveld.<br />

63 Verkeersincidenten op het land De N37 wordt benoemd als een weg<br />

met relatief veel incidenten.<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in


het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.<br />

In het bestuurlijk gesprek met de gemeente zijn aanvullend op dit profiel de volgende<br />

risico’s voor de gemeente Hoogeveen benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

9 lpg tankstations met een<br />

ondergrondse tank<br />

3 inrichtingen met opslag van<br />

gevaarlijke stoffen van meer dan 10<br />

ton, zogeheten PGS 15 inrichtingen.<br />

Opslag en vervoer van LPG wordt als risico benoemd in<br />

het regionaal risicoprofiel. De kans op een incident is<br />

bij ondergrondse tanks kleiner dan bij bovengronds<br />

tanks. De kans op een incident bij tankwagens wordt<br />

ook steeds kleiner door toepassing van speciale<br />

coatings.<br />

Van de stationaire inrichtingen zijn alleen de BRZO<br />

inrichtingen en ammoniakinstallaties opgenomen.<br />

Met name bij BRZO kunnen incidenten plaatsvinden<br />

met hoge impact vandaar dat deze bedrijven met naam<br />

genoemd zijn. Dat wil niet zeggen dat er bij inrichtingen<br />

van een lichtere categorie, zoals PGS15 inrichtingen,<br />

zich geen incidenten kunnen voordoen.<br />

Hoge druk aardgas buisleidingen In het risicoprofiel wordt genoemd dat er diverse<br />

buisleidingen door de regio lopen. In het risicobeeld kan<br />

nog worden opgenomen, de waarschijnlijkheid<br />

en de impact van een incident met een aardgas<br />

buisleiding. De reden dat er geen apart scenario is<br />

uitgewerkt is dat de kans op een dergelijk incident zeer<br />

klein is.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel (Meppel)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Meppel is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente Meppel<br />

9 Ligging en typering <strong>Drenthe</strong> Genoemd wordt het ziekenhuis in<br />

Meppel.<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Meppel.<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

5 Overstromingen door hoge<br />

Dit kan plaatsvinden in de gemeente<br />

rivierwaterstanden<br />

Meppel.<br />

22 Scenario overstromingen Het omschreven scenario kan<br />

voorkomen in Meppel<br />

40 Incident transport Er vindt op het treintraject langs<br />

Meppel vervoer van gevaarlijke stoffen<br />

plaats.<br />

41 Incident stationaire inrichting In Meppel is 1 BRZO bedrijf gevestigd,<br />

het bedrijf Joontjes BV.<br />

42 Incident stationaire inrichting In Meppel staat een<br />

ammoniakkoelinrichting.<br />

64 Incident treinverkeer In het risicoprofiel worden de<br />

treinincidenten genoemd van de laatste<br />

8 jaar. In de laatste 8 jaar heeft zich 1<br />

incident bij Meppel voorgedaan.<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt


op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.<br />

Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel de<br />

volgende risico’s voor de gemeente Meppel benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Paniek in menigte, evenementen.<br />

Genoemd wordt de Meppeldag (zo<br />

ongeveer 20.000-30.000 bezoekers<br />

per dag).<br />

Er zijn verschillende bedrijven in<br />

<strong>Drenthe</strong> waar met giftige stoffen<br />

wordt gewerkt.<br />

-medicijnfabriek<br />

-labaroratoriumgroothandel<br />

-joontjes<br />

-containerterminal<br />

Meppel heeft een intensief gebruikte<br />

scheepvaartroute<br />

In het regionaal risicoprofiel zijn alleen grotere<br />

Evenementen (C-evenementen) opgenomen.<br />

Criteria voor deze indeling komen uit de handreiking<br />

evenementen.<br />

In het regionaal risicoprofiel zijn alleen de BRZO<br />

bedrijven opgenomen (voor Meppel Joontjes BV).<br />

<strong>Regionaal</strong> gezien zijn er weinig intensief gebruikte<br />

scheepvaartroutes.<br />

Deze zijn niet genoemd in het regionaal risicoprofiel.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel<br />

(Midden-<strong>Drenthe</strong>)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Midden-<strong>Drenthe</strong> is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente Midden-<br />

<strong>Drenthe</strong><br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Midden-<strong>Drenthe</strong><br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

28 Natuurbranden De gemeente Midden-<strong>Drenthe</strong> heeft<br />

natuurgebied. Genoemd wordt het<br />

natuurgebied rond Hooghalen.<br />

41 Incident stationaire inrichtingen In Beilen staat een<br />

ammoniakkoelinstallatie.<br />

In Westerbork is een BRZO bedrijf<br />

gevestigd, waar gewasbeschermers<br />

worden opgeslagen.<br />

44 Incident brandbare stoffen In een aantal kernen in Midden-<strong>Drenthe</strong><br />

zijn LPG tankstations gevestigd. Het in<br />

het risicoprofiel omschreven scenario<br />

zou zich hier voor kunnen doen.<br />

66 Verkeersincident op land Er wordt een scenario omschreven met<br />

een kettingbotsing op de A28 ter<br />

hoogte van Spier.<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt


op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.<br />

Na het bestuurlijk gesprek met de gemeente zijn conform het externe veiligheidsplan en<br />

rampenplan aanvullend op dit profiel de volgende risico’s voor de gemeente Midden-<br />

<strong>Drenthe</strong> toegevoegd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

WPA Zeker & Vast te Westerbork<br />

(BRZO)<br />

Bestrijdingsmiddelenopslag > 10 ton<br />

Gulf Beilen LPG-verkooppunt<br />

Shell Smalhorst te Beilen LPG-verkooppunt<br />

Q8 de Mussels te Beilen LPG-verkooppunt<br />

Autobedrijf Hemmes te Bovensmilde LPG-verkooppunt<br />

Tankstation Tigelaar te Hoogersmilde LPG-verkooppunt<br />

Texaco Schaaphok te Elp LPG-verkooppunt<br />

Gulf Smilde LPG-verkooppunt<br />

Gulf Westerbork LPG-verkooppunt<br />

Friesland Food te Beilen Grote ammoniakkoelinstallatie<br />

Locatie Witteveen Gasontvangststation<br />

Rijksweg A28 Groot transportongeval met bv. gevaarlijke stoffen,<br />

Kettingbotsingen<br />

Provinciale wegen N381, N371, N374 Groot transportongeval met bv. gevaarlijke<br />

stoffen, kettingbotsingen<br />

Spoorlijn Ongevallen met bv. vervoer gevaarlijke stoffen,<br />

(nationale) storing railverkeer<br />

Hoge druk aardgasleidingen Explosiegevaar<br />

Hoogsspanningsleidingen Elektrocutie<br />

Overige grote natuurgebieden<br />

Hijkerveld Natuurbrand<br />

Mantingerveld Natuurbrand


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel<br />

(Noordenveld)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Noordenveld is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente<br />

Noordenveld<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Noordenveld<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

5 Overstromingen vanuit zee Dit kan plaats vinden in het uiterste<br />

noorden van de gemeente<br />

Noordenveld. Ten noorden van Roden,<br />

Peize en Paterswolde (dijkring 6).<br />

41 Incident stationaire inrichtingen In Roden staat een<br />

ammoniakkoelinstallatie.<br />

44 Incident brandbare stoffen In een aantal kernen in Noordenveld<br />

zijn LPG tankstations gevestigd. Het is<br />

het risicoprofiel omschreven scenario<br />

zou zich hier voor kunnen doen.<br />

70 Paniek in menigte Het evenement Rodermarkt wordt<br />

genoemd.<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Zo zijn bijvoorbeeld uitsluitend<br />

bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in het<br />

<strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf Drentse evenementen met<br />

name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten van andere bedrijven<br />

of evenementen geen aandacht krijgen.`


Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel de<br />

volgende risico’s voor de gemeente Noordenveld benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Vliegincident nabij start en<br />

Nabijheid van vliegveld Eelde<br />

landingsbaan.<br />

Incident stationaire inrichting Munitiedepot Veenhuizen.<br />

Bij de actualisatie van het risicoprofiel moet dit nog<br />

nauwkeuriger bekeken worden.<br />

Brand in gebouwen met verminderd Penitentiaire inrichting Veenhuizen<br />

zelfredzamen.<br />

Gasopslag Langelo. Is inderdaad een risico. Het is niet opgenomen in het<br />

regionaal risicoprofiel. De kans op voorkomen is erg<br />

klein doordat er veel aan preventie gedaan wordt.<br />

Impact laag omdat er weinig bebouwing staat.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel<br />

(Tynaarlo)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Tynaarlo is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente Tynaarlo<br />

9 Ligging en typering <strong>Drenthe</strong> Vliegveld Groningen Airport Eelde wordt<br />

genoemd.<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Tynaarlo<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

58 Luchtvaartincidenten Scenario incident op- of nabij start en<br />

landingsbaan kan voorkomen.<br />

70 Paniek in menigte Zuidlaardermarkt is een groot<br />

evenement waar dit scenario zich voor<br />

zou kunnen doen.<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.


Tijdens de voorbereiding van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> zijn aanvullend op dit profiel door<br />

de gemeente Tynaarlo geen specifiek lokale risico’s benoemd.


Uw gemeente in het regionaal risicoprofiel<br />

(Westerveld)<br />

In dit document is in het kort samengevat welke lokale informatie van de gemeente<br />

Westerveld is terug te vinden in het regionaal risicoprofiel.<br />

Basis voor het regionaal risicoprofiel is informatie uit de provinciale risicokaart.<br />

Gemeentelijke informatie over risico’s worden door de gemeente zelf ingevoerd en<br />

beheerd.<br />

Het regionaal risicoprofiel bestaat uit twee onderdelen:<br />

1. Hoofdrapport<br />

2. Bijlagen<br />

Hoofdrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

9 Kerncijfers gemeenten Bevolkingsaantallen gemeente<br />

Westerveld.<br />

18 Incidenttypen per gemeente Incidenttypen die kunnen voorkomen in<br />

de gemeente Westerveld.<br />

Bijlagenrapport<br />

Pagina Onderwerp Lokale informatie<br />

26 Natuurbrand Genoemd worden het natuurgebied de<br />

Dwingelose heide en Boswachterij<br />

Dwingelo.<br />

27 Natuurbrand in relatie tot<br />

Genoemd worden camping Diever,<br />

kwetsbare objecten<br />

Wittelterbrug en Oude Willem.<br />

27 Kwetsbaar object Justitiële inrichting Hoeve Boschoord.<br />

27 Natuurbrand Defensieterrein Westerveld.<br />

58 Luchtvaartincidenten Vliegshows bij open dag landmacht<br />

70 Paniek in menigte Opendag landmacht Havelte<br />

Niet in het regionaal risicoprofiel opgenomen lokale risico’s<br />

Bij de samenstelling van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> <strong>Drenthe</strong> is gekeken naar risico’s die<br />

van invloed kunnen zijn op de capaciteit van de veiligheidsregio als geheel. Voor deze<br />

risico’s is een inschatting gemaakt van de impact en de kans op voorkomen<br />

(waarschijnlijkheid).Vervolgens is beoordeeld of een risico al voldoende bestuurlijke<br />

aandacht – lokaal of regionaal - krijgt. Die benadering leidt tot een beperking van het<br />

aantal beschreven regionale risico’s tot 15 scenario’s. Omdat er een afweging is gemaakt<br />

op regionaal niveau worden niet alle lokale risico’s benoemd. Zo zijn bijvoorbeeld<br />

uitsluitend bedrijven vallend onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO) in<br />

het <strong>Regionaal</strong> <strong>Risicoprofiel</strong> betrokken en worden alleen de vijf meest risicovolle Drentse<br />

evenementen met name genoemd. Dat betekent uiteraard niet dat veiligheidsaspecten<br />

van andere bedrijven of evenementen geen aandacht krijgen.


In het bestuurlijk gesprek met de gemeente zijn aanvullend op dit profiel de volgende<br />

risico’s voor de gemeente Westerveld benoemd.<br />

lokaal risico onderbouwing<br />

Verkeersincidenten Dit is een speerpunt in het lokale beleid<br />

Ingrijpende gebeurtenis,<br />

maatschappelijke onrust.<br />

Sociale veiligheid is een speerpunt in het lokale beleid.<br />

Aangegeven werd dat de overige in het regionaal risicoprofiel omschreven risico’s<br />

herkenbaar zijn.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!