21.09.2013 Views

Regionale Woonvisie Kop van Noord Holland 2005-2015 (PDF ...

Regionale Woonvisie Kop van Noord Holland 2005-2015 (PDF ...

Regionale Woonvisie Kop van Noord Holland 2005-2015 (PDF ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Groei in kwaliteit en identiteit<br />

<strong>Regionale</strong> woonvisie <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<br />

<strong>Holland</strong> <strong>2005</strong>-<strong>2015</strong><br />

2 januari 2006


Projectnr. 2400.70/PL<br />

Boulevard Heuvelink 104<br />

6828 KT Arnhem<br />

Postbus 1174<br />

6801 BD Arnhem<br />

Telefoon (026) 3512532<br />

Telefax (026) 4458702<br />

E-mail<br />

Groei in kwaliteit en identiteit<br />

nl<br />

info@companen.<br />

<strong>Regionale</strong> woonvisie <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<br />

<strong>Holland</strong> <strong>2005</strong>-<strong>2015</strong><br />

2 januari 2006


Inhoud<br />

1. Inleiding 1<br />

2. Kwaliteit <strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong> 5<br />

2.1. De <strong>Kop</strong> in beeld: kenmerken <strong>van</strong> het wonen 5<br />

2.2. De <strong>Kop</strong> in ontwikkeling: trends <strong>van</strong> invloed op<br />

het wonen aan de vraagzijde 9<br />

2.3. Tot slot 10<br />

3. Hoofdambities voor het wonen in de <strong>Kop</strong> 11<br />

3.1. Vier hoofdambities 11<br />

4. Kwaliteit en identiteit gaan voor kwantiteit 15<br />

4.1. Huidige situatie 15<br />

4.2. Wensen 16<br />

4.3. Acties 16<br />

5. Kansen aangrijpen voor ontwikkeling <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> 27<br />

5.1. Huidige situatie 27<br />

5.2. Wensen 27<br />

5.3. Acties 27<br />

5.4. Bijzondere woningbouwplannen <strong>van</strong> dit moment 27<br />

6. Woonruimteverdelingsysteem 31<br />

6.1. Huidige situatie 31<br />

6.2. Wensen 31<br />

6.3. Acties 31<br />

7. Woningen voor ouderen en zorgvragers 33<br />

7.1. Huidige situatie 33<br />

7.2. Wensen 33<br />

7.3. Acties 34<br />

8. Samenwerken is ook samen aan de slag! 37<br />

8.1. <strong>Regionale</strong> samenwerking en afstemming 37<br />

8.2. Actieprogramma’s 39<br />

8.3. Verantwoordelijkheid en rol <strong>van</strong> het Gewest <strong>Kop</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> 41


1. Inleiding<br />

In het Gewest <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> werken wij als 9 regionale<br />

gemeenten 1 samen omdat wij inzien dat beleidsterreinen zoals bijvoorbeeld<br />

wonen, werken, milieu en recreëren zich op een hoger schaalniveau<br />

afspelen dan het gemeentelijk niveau. Samen werken aan een vitale,<br />

leefbare en prettige regio. Daar gaat het ons om. Daarom hebben wij het<br />

initiatief genomen om gezamenlijk een regionale woonvisie op te stellen.<br />

Het regiogevoel als basis voor verdere samenwerking<br />

Ons regiogevoel is:<br />

• Verbondenheid en identiteit<br />

• Gebied(sgevoel): een band met elkaar<br />

• Afhankelijkheid: de regio als één organisme.<br />

• Samen antwoord geven op vraagstukken en afwegingen maken<br />

• Uitwisselen <strong>van</strong> kennis en ervaring<br />

• Gezamenlijk werken aan profilering en uitstraling <strong>van</strong> de regio<br />

• Samen ontwikkelingen in gang zetten in een veranderende maatschappij<br />

waarbij gemeentegrenzen steeds meer vervagen<br />

1 De gemeenten: Anna Paulowna, Den Helder, Harenkarspel, Niedorp, Texel, Schagen,<br />

Wieringen, Wieringermeer en Zijpe.<br />

- 1 -<br />

Waarom is een regionale woonvisie nodig?<br />

Door middel <strong>van</strong> onze regionale woonvisie kunnen wij onderling woningbouwplannen<br />

meer op elkaar afstemmen, beter met elkaar samenwerken<br />

en gezamenlijk knelpunten aanpakken. Uitgangspunt voor alle<br />

<strong>Kop</strong>gemeenten is het creëren <strong>van</strong> een prettig, leefbaar en kwalitatief hoogwaardig<br />

woonklimaat voor alle huidige én toekomstige inwoners <strong>van</strong><br />

de <strong>Kop</strong>. In de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> moeten jong en oud, rijk en arm,<br />

starters, zorgvragers, alleenstaanden en gezinnen op een prettige manier<br />

kunnen wonen. Het is <strong>van</strong> belang om voor nu én de toekomst te investeren<br />

in de kwaliteit <strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>. De regionale<br />

woonvisie zal daarbij een kader bieden voor de woningbouwontwikkeling in<br />

de komende jaren. Daarbij gaat het uiteraard niet alleen om uitbreiding en<br />

ontwikkeling. Wonen is immers meer dan alleen stenen stapelen en huizen<br />

produceren. Het gaat dus ook over leefbaarheid, de huisvesting <strong>van</strong><br />

ouderen en zorgvragers met een specifieke behoefte aan welzijn en zorg,<br />

en kwaliteitsimpulsen in de bestaande woningvoorraad (herstructurering).<br />

Relatie met het ontwikkelingsbeeld <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong><br />

Met het Ontwikkelingsbeeld <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong> (‘Ontwikkelen met<br />

kwaliteit. Ruimtelijke samenhang op uitvoering gericht’) vaart de Provincie<br />

<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> een andere koers. In tegenstelling tot de voorgaande jaren<br />

biedt de provincie gemeenten veel meer de kans om te bouwen volgens<br />

de eigen behoefte en voor groei. In het bestuurlijk vastgestelde<br />

Ontwikkelingsbeeld schetst de provincie alleen in hoofdlijnen het provinciale<br />

ruimtelijke beleid. Gemeenten moeten - voor wat betreft het wonen -<br />

zelf invulling geven aan het ontwikkelingsbeeld middels het opstellen <strong>van</strong><br />

een regionale woonvisie. In de regionale woonvisies worden de kwantita-


tieve en kwalitatieve woningbouwopgaven binnen de regio op elkaar afgestemd.<br />

Hiermee komt de verantwoordelijkheid voor de verdeling <strong>van</strong> de<br />

woningbouwaantallen (uiteraard binnen vastgestelde ruimtelijke grenzen)<br />

bij de gemeenten te liggen. Die uitdaging hebben wij gezamenlijk opgepakt<br />

en verwoord in deze regionale woonvisie.<br />

Hoe is de regionale woonvisie tot stand gekomen?<br />

Het succes <strong>van</strong> een regionale woonvisie staat of valt met de betrokkenheid<br />

<strong>van</strong> alle 9 gemeenten. Wij moeten immers gezamenlijk de meerwaarde<br />

zien <strong>van</strong> een regionaal streefbeeld, afspraken maken met elkaar en de wil<br />

hebben om gezamenlijk aan een sterke en kwalitatief hoogwaardige regio<br />

te werken. Het belang <strong>van</strong> een op betrokkenheid en draagvlak gericht totstandkomingsproces<br />

wordt hiermee onderstreept. Hoe hebben we dat<br />

vormgegeven?<br />

Een gefaseerde aanpak<br />

Begin <strong>2005</strong> heeft het Gewest <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> het initiatief<br />

genomen om een regionale woonvisie te ontwikkelen. Vervolgens is deze<br />

regionale woonvisie in drie fasen tot stand gekomen:<br />

- In de inventarisatie- en analysefase is een beeld geschetst <strong>van</strong> het<br />

wonen in de <strong>Kop</strong> en is de probleemstelling vastgelegd.<br />

- In de visiefase zijn de diverse beleidsvoornemens en ambities<br />

geformuleerd.<br />

- Om ook de daad naar het woord te zetten, is er na de visiefase een<br />

afsprakenkader (uitvoeringsprogramma) toegevoegd waarin een<br />

‘marsroute’ is vastgelegd voor realisering <strong>van</strong> de gemaakte afspraken<br />

voor de komende jaren.<br />

- 2 -<br />

Betrokkenheid <strong>van</strong> bestuurders en ambtenaren….<br />

Zowel ambtenaren als bestuurders hebben aan de lat gestaan <strong>van</strong> het<br />

proces. De grote betrokkenheid <strong>van</strong> bestuurders bij dit onderwerp heeft<br />

ertoe geleid dat de frequentie <strong>van</strong> bestuurlijke discussies over de<br />

verschillende thema’s is opgevoerd.<br />

…en <strong>van</strong> de fractievertegenwoordigers <strong>van</strong> de verschillende gemeenteraden<br />

Tweemaal in het proces hebben wij de fractievertegenwoordigers <strong>van</strong> de<br />

verschillende gemeenteraden geïnformeerd en geconsulteerd over de<br />

gemaakte keuzes. In een informele en interactieve setting hebben wij hen<br />

geraadpleegd bij het ontwikkelen <strong>van</strong> deze regionale woonvisie.<br />

Interactieve werkconferenties met partijen ‘uit het veld’<br />

Om boven tafel te krijgen welke aandachtspunten er volgens verschillende<br />

maatschappelijke organisaties actief op het gebied <strong>van</strong> het wonen in de<br />

<strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> zijn, zijn er twee interactieve werkconferenties<br />

georganiseerd. Corporaties, makelaars, zorginstellingen, huurdersverenigingen,<br />

belangenverenigingen en cliëntenplatforms hebben tijdens de twee<br />

werkconferenties de gelegenheid gehad om mee te denken over het<br />

wonen in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, de koers die gevaren moet worden in<br />

de komende periode en de acties die daarvoor nodig zijn.<br />

Bilateraal overleg met woningcorporaties<br />

Naast de werkconferenties heeft er eenmaal bilateraal overleg plaatsgevonden<br />

met de betrokken woningcorporaties in de <strong>Kop</strong>. Zij zijn immers<br />

belangrijke partners als het gaat om wonen in onze regio.


Leeswijzer<br />

Deze regionale visie is als volgt opgebouwd:<br />

• In hoofdstuk 2 schetsen we kort de kwaliteit <strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong>.<br />

• Hoofdstuk 3 vormt de kern <strong>van</strong> onze regionale woonvisie: daarin<br />

staan de vier centrale ambities voor het wonen in de <strong>Kop</strong> en ook de<br />

wijze waarop we deze ambities ter hand willen nemen.<br />

• In de hoofdstukken hierna werken we de vier ambities verder uit.<br />

Daarbij kijken we steeds eerst naar de huidige situatie, vervolgens<br />

zoomen we in op de wensen/ambities en tenslotte op de actie die<br />

daarvoor nodig is.<br />

• Het laatste hoofdstuk gaat over de daad naar het woord zetten: hierin<br />

staat beschreven voor welke overlegstructuur wij hebben gekozen. Dit<br />

doen we aan de hand <strong>van</strong> vijf actieprogramma’s.<br />

- 3 -


- 4 -


2. Kwaliteit <strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong><br />

Boven de lijn Alkmaar-Hoorn begint het<br />

gebied dat wordt aangeduid als de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>. In dit gebied wonen<br />

166.000 personen, verspreid over 9<br />

gemeenten en in totaal 52 woonkernen. Het<br />

gebied wordt aan drie zijden begrensd met<br />

water: de <strong>Noord</strong>zee aan de westkant, de Waddenzee aan de noordkant en<br />

het IJsselmeer aan de oostkant. Verder kenmerkt het gebied zich door<br />

een uitgestrekt platteland met polders en waterwegen en een duinenrand<br />

met daarachter het strand. De grote steden binnen de regio liggen binnen<br />

de gemeenten Den Helder (59.500 inwoners) en Schagen (18.600<br />

inwoners). Voor het overige bestaat de regio uit een lappendeken <strong>van</strong><br />

minder grote en kleine kernen en buurtschappen. Daarnaast is er het<br />

eiland Texel dat onderdeel uitmaakt <strong>van</strong> het Gewest.<br />

2.1. De <strong>Kop</strong> in beeld: kenmerken <strong>van</strong> het wonen<br />

Dorpen en buurtschappen met een eigen identiteit<br />

Als een lappendeken liggen de verschillende<br />

woonkernen verspreid over de<br />

<strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>. In de grotere<br />

kernen <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> zien we een<br />

concentratie <strong>van</strong> een aantal voorzieningen<br />

- 5 -<br />

De <strong>Kop</strong> in een notedop: wonen in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

• In januari <strong>2005</strong> woonden er 166.000 mensen in de <strong>Kop</strong>, verdeeld over 9 gemeenten<br />

en 52 woonkernen.<br />

• De 166.000 inwoners zijn verdeeld over ca. 69-70.000 huishoudens.<br />

• De gemeente Wieringen kent relatief het grootste aandeel ouderen.<br />

• In de gemeenten Anna Paulowna, Harenkarspel, Den Helder, Niedorp en Schagen<br />

wonen ten opzichte <strong>van</strong> de overige gemeenten meer gezinnen met jonge kinderen<br />

en minder 65-plussers.<br />

• Inwoners <strong>van</strong> de gemeenten Den Helder en Texel hebben in vergelijking met de<br />

overige gemeenten in de <strong>Kop</strong> het laagst besteedbare jaarinkomen.<br />

• In de <strong>Kop</strong> staan veel vrijstaande woningen.<br />

• Het aantal meergezinswoningen is in de <strong>Kop</strong> in vergelijking met de omliggende<br />

regio’s erg laag. De voorraad aan meergezinswoningen is geconcentreerd in de<br />

steden Den Helder en Schagen.<br />

• De prijs voor koopwoningen in de <strong>Kop</strong> is relatief laag in vergelijking met omliggende<br />

regio’s. Lokaal zijn hierin echter grote verschillen.<br />

• Vestiging en vertrek zijn de afgelopen vijf jaar min of meer in evenwicht.<br />

• Schagen is de gemeente met het grootste vestigingsoverschot <strong>van</strong>uit de <strong>Kop</strong>. Den<br />

Helder heeft door de buitenlandse instroom het hoogste vestigingsoverschot totaal.<br />

• De bevolkingsom<strong>van</strong>g in de <strong>Kop</strong> zal tot 2020 (bij een migratiesaldo=0) nauwelijks<br />

groeien, maar door de gezinsverdunning zal de woningbehoefte blijven toenemen.<br />

• Het aantal ouderen zal de komende 10 jaar snel toenemen en daarmee ook de<br />

vraag naar zorgarrangementen.<br />

• 85% <strong>van</strong> de urgente starters in de kop heeft een laag inkomen en zoekt een<br />

huurwoning<br />

• De doorstromer is vooral op zoek naar de betere eengezinswoning met een nadruk<br />

op koopwoningen. Naar duurdere huurwoningen is nauwelijks vraag in de <strong>Kop</strong>.<br />

als winkels, scholen, zorgvoorzieningen en (veelal) het gemeentehuis. Met<br />

uitzondering <strong>van</strong> de gemeenten Den Helder en Schagen zijn er in elke<br />

gemeente in de <strong>Kop</strong> een aantal grote en kleine kernen en buurtschappen.


In veel <strong>van</strong> de kleinere kernen zijn er zorgen onder de inwoners over de<br />

leefbaarheid <strong>van</strong>wege het verdwijnen <strong>van</strong> voorzieningen door te weinig<br />

draagvlak en het wegtrekken <strong>van</strong> met name jongeren. In de kleine kernen<br />

is echter vaak wel een groot sociaal kapitaal aanwezig; het betreffen veelal<br />

hechte gemeenschappen, waar bewoners actief betrokken zijn bij<br />

gebeurtenissen in hun kern en er een sterke sociale samenhang is met<br />

een bloeiend verenigingsleven. Veel kernen hebben dan ook een hele<br />

eigen identiteit waar<strong>van</strong> men het belangrijk vindt om deze te behouden.<br />

Rust, ruimte, water en natuur<br />

De <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> is een uitgestrekt gebied<br />

met een relatief lage bevolkingsdichtheid. Dit zeker<br />

in verhouding tot de nabijgelegen Randstad.<br />

Kwaliteiten <strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong> worden dan<br />

ook vooral gevonden in:<br />

- de rust en ruimte (uitgestrektheid);<br />

- het vele water (waterlopen, kustgebieden en<br />

meren);<br />

- de aanwezige natuur en het boerenlandschap (openheid);<br />

- de kleine, hechte, historische keren (kleinschaligheid).<br />

Bl<br />

Agrarische regio en watereconomie….<br />

De agrarische sector is in de <strong>Kop</strong> duidelijk aanwezig.<br />

De groente-, bloemen- en aardappelteelt zijn daarin de<br />

belangrijkste agrarische inkomensbronnen. De rendementen<br />

in deze sector staan onder druk. De<br />

concurrentie is groot en schaalvergoting <strong>van</strong> bedrijven<br />

- 6 -<br />

onontkoombaar. Deze ontwikkelingen zullen <strong>van</strong> invloed zijn op het landschap,<br />

het gebruik <strong>van</strong> de bestaande agrarische bedrijven en het aantal<br />

agrariërs in de toekomst. Het toekomstbeeld is echter niet somber. De<br />

gemeente Wieringermeer is bezig met de ontwikkeling <strong>van</strong> een agriport<br />

met grootschalige glastuinbouw en een bedrijventerrein voor agribusiness<br />

en logistiek. Deze ontwikkeling zal leiden tot nieuwe werkgelegenheid in<br />

de sector in de <strong>Kop</strong>. Naast de agrarische sector is ook de aanwezigheid<br />

<strong>van</strong> water een <strong>van</strong> de pijlers voor de economie <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong>. We denken<br />

hierbij zowel aan toerisme en recreatie maar ook aan de maritieme sector.<br />

De groei in deze sectoren blijft achter bij de verwachting. De economische<br />

ontwikkeling in de <strong>Kop</strong> is een belangrijke randvoorwaarde voor de<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> de woningmarkt en vraagt daarom volop aandacht.<br />

… met twee steden: Schagen en Den Helder<br />

De steden Schagen en Den Helder hebben een onderscheidende positie<br />

in de <strong>Kop</strong>. Zij nemen een bijzondere plaats in zowel met betrekking tot de<br />

samenstelling <strong>van</strong> de bevolking, de aanwezigheid <strong>van</strong> voorzieningen als<br />

de samenstelling <strong>van</strong> de woningvoorraad. Met name in Den Helder spelen<br />

‘grote stadsproblemen’ als om<strong>van</strong>grijke herstructureringsprojecten,<br />

spanningen tussen allochtone en autochtone bevolkingsgroepen en de<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> een stadshart. De economie in Den Helder steunt nu nog<br />

zwaar op de marineactiviteiten. Daarin is Den Helder kwetsbaar. Bovendien<br />

is de bereikbaarheid belemmerend als het gaat om de ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> nieuwe economische activiteiten. Deze kwetsbaarheid en het verlies<br />

<strong>van</strong> banen bij defensie is <strong>van</strong> invloed op het woon- en leefklimaat in Den<br />

Helder. In Schagen spelen dergelijke zorgpunten een minder grote rol.<br />

Schagen ligt centraal in de <strong>Kop</strong>, heeft een grote variatie aan werk-


gelegenheid en voorzieningen en daarmee een aantrekkende functie op<br />

inwoners en bedrijven in de <strong>Kop</strong>: <strong>van</strong>uit de regio vestigen zich veel<br />

mensen (met name gezinnen en starters) in Schagen. Hoewel er een<br />

verband is tussen economische ontwikkelingen en woningmarktontwikkelingen,<br />

concentreert deze regiovisie zich op het wonen. De<br />

economische visie wordt in een separaat document beschreven.<br />

Eilandpositie Texel<br />

Het waddeneiland Texel maakt deel uit <strong>van</strong><br />

de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>. De positie <strong>van</strong><br />

dit eiland binnen de regio is bijzonder omdat<br />

de ontwikkelingen op het eiland zich min of<br />

meer autonoom <strong>van</strong> het vasteland voltrekken.<br />

Texel wil haar ontwikkelingsmogelijkheden<br />

primair richten op die mensen die op het eiland wonen of<br />

economisch verbonden zijn. Daarin zoek Texel ook samenwerking met<br />

de gemeenten op de overige waddeneilanden.<br />

De woningvoorraad<br />

Als we kijken naar de woningvoorraad in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, valt<br />

het volgende op:<br />

- Het merendeel <strong>van</strong> de woningen bestaat uit eengezinswoningen in de<br />

koopsector.<br />

- Er staan veel vrijstaande woningen in de <strong>Kop</strong>, dit heeft te maken met<br />

het landelijke karakter.<br />

- Het aantal sociale huurwoningen verschilt per gemeente. Met name in<br />

de gemeenten Den Helder en Wieringermeer zien we een groot<br />

- 7 -<br />

percentage sociale huurwoningen. In Wieringermeer is dit verklaarbaar<br />

<strong>van</strong>uit de ontwikkeling <strong>van</strong> de gemeente (centraal gestuurde planologie<br />

<strong>van</strong>uit de rijksoverheid), voor Den Helder past dit bij het stedelijke<br />

karakter.<br />

Tabel 2.1: Woningvoorraad per gemeente naar eigendomsverhouding, <strong>2005</strong><br />

Gemeente % koop % huur<br />

Anna Paulowna 68% 32%<br />

Harenkarspel 80% 20%<br />

Den Helder (per 1-1-2003) 52% 48%<br />

Niedorp (per 1-1-2002) 80% 20%<br />

Schagen 59% 41%<br />

Texel 62% 38%<br />

Wieringen 70% 30%<br />

Wieringermeer 69% 31%<br />

Zijpe 80% 20%<br />

Bron: VOIS en CBS, Statline.<br />

Lage druk op de woningmarkt<br />

De koopprijzen <strong>van</strong> woningen, het aantal woningzoekende starters en de<br />

wachttijd voor woningzoekenden zijn indicaties voor de druk op de woningmarkt.<br />

Het landelijke woningbehoefteonderzoek (WBO2002) geeft een<br />

indicatie <strong>van</strong> de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het aantal woningzoekenden in de regio.<br />

Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen starters en doorstromers en<br />

urgente en potentiële woningzoekenden. Starters laten geen woning<br />

achter bij verhuizing en geven (minus het aantal woningverlaters) een<br />

indicatie <strong>van</strong> het huidige woningtekort.


Tabel 2.2: Gewenste woningvraag starters en doorstromers (huishoudens)<br />

Gewenste woningvraag: urgente 2 doorstromer 2.240<br />

Gewenste woningvraag: urgente starter 3.460<br />

Gewenste woningvraag: potentiële 3 doorstromer 8.190<br />

Gewenste woningvraag: potentiële starter 3.200<br />

Gewenste woningvraag: urgent woningverlater 4<br />

Gewenste woningvraag: potentieel woningverlater 410<br />

Bron: WBO2002.<br />

In de figuur op bladzijde 9 blijkt geen grote druk <strong>van</strong>uit de Randstad. Het<br />

effect daar<strong>van</strong> is dat onze woningzoekenden in vergelijking met de meer<br />

stedelijke gebieden in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> (zoals het ROA-gebied en rondom<br />

Alkmaar en Heerhugowaard) minder lang hoeven te wachten voor een<br />

huurwoning. Daarnaast ligt het gemiddelde prijsniveau <strong>van</strong> de<br />

koopwoningen in onze regio lager dan in andere gebieden in <strong>Noord</strong>-<br />

<strong>Holland</strong> (bron: NVM).<br />

.. en wegtrekkende, maar ook streekgebonden jongeren<br />

In de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> neemt het aantal jonge huishoudens (met<br />

name 25-34 jarigen) steeds meer af. Ook uit migratiecijfers blijkt dat veel<br />

jongeren tot 25 jaar wegtrekken. De belangrijkste redenen voor jongeren<br />

2<br />

Urgente woningzoekenden zijn huishoudens die beslist binnen 2 jaar willen verhuizen,<br />

minstens ½ jaar op zoek zijn en een passende woning zullen accepteren.<br />

3<br />

Huishoudens die op termijn (


Figuur 2.1: Migratiestromen 1999-2003<br />

Buitenland<br />

3034<br />

5362<br />

2998<br />

3249<br />

9466<br />

Gewest<br />

<strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

Overig West-Nederland<br />

(provincies Zuid-<br />

<strong>Holland</strong>, Utrecht en<br />

Zeeland)<br />

5535<br />

2681<br />

5902<br />

2411<br />

2198<br />

Overig <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

(provincie N-<strong>Holland</strong>,<br />

excl. gemeenten <strong>van</strong> de<br />

kop)<br />

1991<br />

<strong>Noord</strong>-Nederland<br />

(provincies Groningen,<br />

Friesland en Drenthe)<br />

<strong>Noord</strong>-Nederland<br />

(provincies Gelderland,<br />

Overijssel en Flevoland)<br />

- 9 -<br />

2.2. De <strong>Kop</strong> in ontwikkeling: trends <strong>van</strong> invloed<br />

op het wonen aan de vraagzijde<br />

Vestiging en vertrek in evenwicht<br />

Per saldo vertrekken er ongeveer evenveel mensen uit de <strong>Kop</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> als er binnenkomen. De afgelopen vijf jaar is<br />

de bevolking toegenomen met ruim 800 personen. Dit is een<br />

verwaarloosbaar klein getal op de totale bevolking. Bovendien<br />

komt de instroom vooral voor rekening <strong>van</strong> de buitenlandse<br />

immigratie. De buitenlandse instroom zal de komende jaren naar<br />

verwachting niet verder toenemen. De prognosemodellen <strong>van</strong> de<br />

provincie gaan uit <strong>van</strong> een migratiesaldo = nul voor de gehele<br />

<strong>Kop</strong>: dat wil zeggen dat er evenveel mensen in de <strong>Kop</strong> komen<br />

wonen dat er uit wegtrekken. Kijkend naar het verleden zal ook<br />

een dergelijke ambitie nog een forse inspanning vragen en<br />

derhalve een goed inzicht in het functioneren <strong>van</strong> de<br />

woningmarkt.<br />

Een stagnerende bevolkingsgroei<br />

De provinciale bevolkingsprognose laat zien dat de bevolking (bij<br />

een migratiesaldo=0) in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> niet verder<br />

zal groeien. Per gemeente zien we ook hier grote verschillen. De<br />

gemeenten Wieringen, Schagen en Den Helder zullen bij een<br />

migratiesaldo = 0 met een aflopend inwonertal worden<br />

geconfronteerd. Deze ontwikkelingen dienen we bij onze<br />

beslissingen scherp op het netvlies te houden.


Figuur 2.3: Bevolkingsprognose <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, <strong>2005</strong>-2030<br />

167000<br />

166500<br />

166000<br />

165500<br />

165000<br />

164500<br />

164000<br />

Bron: Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>.<br />

aantal inwoners<br />

<strong>2005</strong> 2010 2020 2030<br />

aantal inwoners<br />

Vergrijzende bevolking<br />

Niet alleen de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de bevolking zal de komende tijd veranderen,<br />

ook de samenstelling naar leeftijd. In elke gemeente binnen de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> zien we een afname <strong>van</strong> de beroepsbevolking (met zijn<br />

gevolgen voor mobiliteit en werkgelegenheid!) en bijna een verdubbeling<br />

<strong>van</strong> het aantal ouderen in de komende 25 jaar. Met name de relatief grote<br />

huidige groep <strong>van</strong> 55-64 jaar zal in de nabije toekomst zorgen voor deze<br />

forse vergrijzing. Dit zal invloed hebben op met name de kwalitatieve vraag<br />

naar woningen in de <strong>Kop</strong>.<br />

- 10 -<br />

Tabel 2.4: Ontwikkeling aantal 55-plussers in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, <strong>2005</strong>-2030<br />

<strong>2005</strong> 2010 2020 2030<br />

Toename<br />

tov <strong>2005</strong><br />

55-64 jaar 22.448 24.305 24.628 23.393 +945<br />

65-74 jaar 12.820 15.439 21.371 21.884 +9.064<br />

75+ jaar 4.347 4.793 6.793 8.338 +3.991<br />

Bron: Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

Kleinere huishoudens leidt tot een grotere woningbehoefte<br />

Hoewel de bevolking bij een migratiesaldo=0 in om<strong>van</strong>g niet of nauwelijks<br />

toeneemt, zal de woningbehoefte de komende jaren wel toenemen. De<br />

behoefte is dan onder andere door de vergrijzing vooral het gevolg <strong>van</strong><br />

een toename <strong>van</strong> het aantal kleinere huishoudens.<br />

2.3. Tot slot<br />

In dit hoofdstuk hebben we een aantal kenmerken en ontwikkelingen in de<br />

<strong>Kop</strong> geschetst. De kenmerken en ontwikkelingen vormen belangrijke<br />

ingrediënten voor de opgaven <strong>van</strong> onze regionale woonvisie met als doel<br />

te streven naar behoud en versterking <strong>van</strong> de regio. Die opgave zijn<br />

verwoord in de ambities zoals die in het volgende hoofdstuk worden<br />

beschreven.


3. Hoofdambities voor het wonen in de<br />

<strong>Kop</strong><br />

In het vorige hoofdstuk hebben we een aantal belangrijke kenmerken en<br />

trends en onzekere ontwikkelingen geschetst die een rol spelen in de<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>. In dit hoofdstuk zetten we<br />

uiteen welke hoofdambities (noem het ‘streven’ of ‘waar te maken<br />

wensen’) de <strong>Kop</strong> heeft voor de komende 10 jaar. Centraal hierbij staat het<br />

idee dat alle bevolkingsgroepen op een prettige manier moeten kunnen<br />

wonen in de <strong>Kop</strong>. Want daar draait het allemaal om. Hierbij zijn keuzes<br />

gemaakt: er zijn doelgroepen waar meer aandacht aan wordt besteed<br />

(zoals starters, zorgvragers en ouderen) en doelgroepen waar<strong>van</strong> wij<br />

denken dat zij zichzelf kunnen bedruipen en waarvoor geen specifiek<br />

beleid nodig is. In de hoofdstukken hierna worden de ambities nader<br />

geconcretiseerd en uitgewerkt.<br />

3.1. Vier hoofdambities<br />

1 e ambitie: wij vinden dat kwaliteit en identiteit voor kwantiteit gaat<br />

De 9 gemeenten <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> leggen de nadruk in de<br />

woningbouwprogrammering voor de komende jaren op een investering in<br />

de kwaliteit en de identiteit <strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong>. Kwaliteit gaat voor<br />

kwantiteit. Het gaat dus niet om het bouwen voor uitsluitend groei, maar<br />

we bouwen primair om het behouden en het versterken <strong>van</strong> de kwaliteit<br />

<strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong> voor álle doelgroepen en in àlle gemeenten. In<br />

- 11 -<br />

de <strong>Kop</strong> moeten jong en oud, rijk en arm, zorgvragers en starters op een<br />

prettige manier met elkaar kunnen wonen in kwalitatief hoogwaardige<br />

woonmilieus.<br />

Om dit voor nu en de toekomst te realiseren, staan wij voor de volgende<br />

opgaven:<br />

1. We leggen het accent in ons kwantitatief woningbouwprogramma<br />

primair op het bouwen voor de autonome groei <strong>van</strong> de woningbehoefte<br />

per gemeente. De verdeling <strong>van</strong> het aantal woningen en de<br />

bouwstromen over de verschillende gemeenten is gebaseerd op dit<br />

principe en de basis <strong>van</strong> het regionaal kwantitatief woningbouwprogramma.<br />

Naast nieuwbouw, dient er met name in de steden Den<br />

Helder en Schagen te worden geïnvesteerd in de kwaliteit <strong>van</strong> de<br />

bestaande voorraad door middel <strong>van</strong> kwaliteitsverbetering middels o.a.<br />

herstructurering en verbeterprogramma’s. Hiermee versterken wij<br />

de leefbaarheid <strong>van</strong> kernen en wijken en vernieuwen we bestaande<br />

woonmilieus tot kwalitatief hoogwaardige woongebieden waar<br />

verschillende doelgroepen op een prettige manier kunnen wonen. Wij<br />

verwachten dat in een meer ontspannen markt op de langere termijn<br />

ook de herstructurering in de kleinere kernen zijn beslag zal gaan<br />

krijgen.<br />

2. Wij willen in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> ruimte bieden aan woningen<br />

voor alle lagen <strong>van</strong> de bevolking. Daarbij zien we dat starters op de<br />

meeste deelmarkten binnen de regio nu een minder goede positie<br />

op de woningmarkt hebben dan doorstromers. Er is met name in de<br />

kernen een tekort aan kwalitatief goede en betaalbare huur- en koopwoningen<br />

voor starters. Mede hierdoor trekken starters (veelal


jongeren) weg uit hun gemeenten/kernen met alle gevolgen (zoals het<br />

verlies <strong>van</strong> draagvlak voor voorzieningen, problemen met mantelzorg,<br />

en het onder druk komen staan <strong>van</strong> het verenigingsleven) <strong>van</strong> dien.<br />

Het wegtrekken <strong>van</strong> jongeren uit met name plattelandsgemeente is<br />

een landelijke trend, en slechts deels beïnvloedbaar door ons woonbeleid.<br />

Jongeren trekken ook weg <strong>van</strong>wege werk en opleiding. Om<br />

jongeren ‘vast te houden’ in de <strong>Kop</strong> zal dus op meerdere terreinen<br />

geïnvesteerd moeten worden. Wat betreft het beleid ten aanzien <strong>van</strong><br />

starters op de woningmarkt (daar gaat deze visie tenslotte over), is dat<br />

als jongeren in de <strong>Kop</strong> willen wonen, dat mogelijk moet zijn met<br />

voldoende keuzemogelijkheden.<br />

Daarvoor hebben de 9 gemeenten <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> afgesproken om zowel<br />

in de koop- als in de huursector te investeren in betaalbare woningen,<br />

bereikbaar voor starters. Daarnaast zullen de gemeenten in de <strong>Kop</strong> de<br />

doorstroming op de woningmarkt stimuleren waardoor er meer ruimte<br />

wordt gecreëerd voor starters. Onderdeel <strong>van</strong> dit beleid is een grotere<br />

transparantie <strong>van</strong> de markt middels flankerende maatregelen waaronder<br />

woonruimteverdeling en handhaven <strong>van</strong> de kernvoorraad.<br />

2 e ambitie: Woningbouwontwikkeling is een kans voor (economische)<br />

ontwikkeling (en andersom)<br />

Een aantal gemeenten in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> (Zijpe, Wieringen en<br />

Wieringermeer) geeft aan meer groeimogelijkheden te willen als gevolg<br />

<strong>van</strong> enerzijds de ontwikkeling <strong>van</strong> werkgelegenheid, anderzijds <strong>van</strong>wege<br />

bijzondere ontwikkellocaties. Deze initiatieven kunnen een positief effect<br />

hebben op de ontwikkeling <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong>: goed nieuws in de ene gemeente<br />

straalt ook af op de andere. De gemeenten in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

- 12 -<br />

hebben afgesproken deze ‘bijzondere plannen’ te steunen en positief te<br />

benaderen mits zij goed zijn onderbouwd (analyse <strong>van</strong> de effecten <strong>van</strong> de<br />

woningbouw op de markt <strong>van</strong> omliggende gemeenten), de lokale woningmarkten<br />

niet verstoren (niet concurrerend met andere woningbouwplannen)<br />

en besproken in regionaal verband (transparantie).<br />

3e ambitie: Wij willen zorgvragers faciliteren om zo lang mogelijk<br />

zelfstandig thuis te kunnen wonen<br />

Hoewel veel ontwikkelingen onzeker zijn, is de demografische ontwikkeling<br />

dit niet. De <strong>Kop</strong> zal verder vergrijzen en het aantal ouderen en zorgvragers<br />

zal toenemen. Op het terrein <strong>van</strong> wonen-welzijn-zorg ligt er in de <strong>Kop</strong> een<br />

aanzienlijke opgave. Als gevolg <strong>van</strong> enerzijds de vergrijzing en anderzijds<br />

de vermaatschappelijking <strong>van</strong> de zorg waarbij grootschalige zorginstellingen<br />

steeds meer gedeconcentreerd zorg aanbieden, neemt de<br />

vraag naar zorg aan huis toe. We willen faciliteren dat dit ook daadwerkelijk<br />

kan. Daarmee ontstaat er behoefte aan welzijn en zorg op maat,<br />

aan huis en in de wijk, en aan specifieke zorgwoningen. Een belangrijke<br />

randvoorwaarde voor onze regio is daarbij de (aandacht voor) vitaliteit <strong>van</strong><br />

het platteland.<br />

De gemeenten <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> zien dit als een regionale opgave waarbij het<br />

gaat om enerzijds afstemming over te bouwen woningen met zorg en<br />

anderzijds verdeling <strong>van</strong> de totale opgave voor wonen, welzijn en zorg.<br />

Hiervoor moeten regionale afspraken gemaakt worden. In deze regionale<br />

woonvisie worden de afspraken zoals die in het streekplan staan, nog<br />

eens bevestigen. Hierna zullen gemeenten dit zowel in regioverband als<br />

lokaal oppakken en nader uitwerken.


4 e ambitie: Samenwerken is ook samen aan de slag<br />

Het uitgangspunt is dat de regionale woonvisie geen statisch maar een<br />

dynamisch document is. De afspraken die in deze regionale woonvisie zijn<br />

gemaakt, moeten worden uitgevoerd, getoetst, geëvalueerd en - indien<br />

daar aanleiding voor is - aangepast. Dit vraagt om een continue,<br />

transparante en betrokken houding <strong>van</strong> onze 9 gemeenten. Hierbij zijn<br />

afstemming en verdeling de sleutelwoorden: wat is nodig om gezamenlijk<br />

aan een prettig en kwalitatief hoogwaardig woonklimaat in de <strong>Kop</strong> te<br />

werken? Welke ontwikkelingen spelen er? Loopt het zoals we hebben<br />

gedacht? Welke kansen en bedreigingen zien we? Wat moeten we<br />

daarvoor met elkaar afspreken? En hoe stemmen we zaken op elkaar af?<br />

Met het vaststellen <strong>van</strong> deze regionale woonvisie hebben wij afgesproken<br />

ook hieraan verder te werken. Onze ambitie is gericht op meer samenwerking<br />

en kennisdeling. In hoofdstuk 8 staat verwoord hoe we dit doen.<br />

- 13 -


- 14 -


4. Kwaliteit en identiteit gaan voor<br />

kwantiteit<br />

Er verandert veel op de woningmarkt. De vraag naar woningen wijzigt<br />

doordat de bevolkingssamenstelling verandert (er zijn minder jongeren en<br />

meer ouderen), er steeds meer verschillende samenlevingsvormen zijn<br />

(steeds minder gezinnen en meer alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens)<br />

en de wensen/leefstijlen <strong>van</strong> burgers veranderen. Bovendien<br />

zien we dat er - in tegenstelling tot het verleden toen er sprake was <strong>van</strong><br />

een aanbodgestuurde markt - nu steeds meer sprake is <strong>van</strong> een vragersmarkt<br />

met een groter risico voor ontwikkelende partijen. Inzicht in de<br />

wensen en keuzen <strong>van</strong> de vrager is daarbij <strong>van</strong> groot belang. Woningzoekenden<br />

laten zich immers niet sturen door gemeentegrenzen en<br />

gemeentelijk woningaanbod.<br />

De titel <strong>van</strong> deze regionale woonvisie luidt ‘groei in kwaliteit en identiteit’.<br />

De gemeenten <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> zijn er<strong>van</strong> overtuigd dat de regio op diverse<br />

terreinen veel kwaliteit te bieden heeft. Die kwaliteiten moeten duurzaam<br />

behouden blijven en versterkt worden met aandacht voor de historie en<br />

eigenheid <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong>. Wonen is immers meer dan stenen stapelen en<br />

huizen produceren. Het gaat ook om de kwaliteit <strong>van</strong> het wonen. Om de<br />

kwaliteit nu en in de toekomst te behouden en te versterken en het wonen<br />

in de <strong>Kop</strong> aantrekkelijk te houden voor alle lagen uit de bevolking, moeten<br />

er een aantal maatregelen genomen worden.<br />

- 15 -<br />

4.1. Huidige situatie<br />

We constateren:<br />

• Weinig bevolkingsgroei: bevolkingsprognose laat op de langere termijn<br />

zelfs een lichte daling zien.<br />

• Woningbehoefte neemt desondanks toe.<br />

• Er is nog steeds sprake <strong>van</strong> een groot aantal woningzoekenden.<br />

• Kernvoorraad huurwoningen zit in een aantal gemeenten op slot.<br />

• Weinig economische groei: kwetsbaarheid <strong>van</strong> de agrarische sector in<br />

de <strong>Kop</strong> en marine in Den Helder.<br />

• Emigratie en immigratie in evenwicht: geen grote trek naar de <strong>Kop</strong>. Het<br />

wegvallen <strong>van</strong> de buitenlandse immigratie kan zelfs leiden tot een<br />

negatief migratiesaldo.<br />

• In een aantal gemeenten ‘opwaartse’ druk <strong>van</strong>uit de Randstad.<br />

• Identiteit <strong>van</strong> de kernen belangrijk: inwonenden zijn kerngebonden of<br />

minimaal streekgebonden.<br />

• De ruimtelijke kwaliteiten zijn kernkwaliteiten <strong>van</strong> de regio.


4.2. Wensen<br />

De <strong>Kop</strong> is een woongebied waar kwaliteiten als rust, ruimte, betrokkenheid,<br />

groen, zee, zand en water geen holle woorden zijn maar werkelijkheid.<br />

Het behoud <strong>van</strong> die duurzame waarden voor de huidige en toekomstige<br />

bewoners is uitgangspunt <strong>van</strong> ons beleid: kwaliteit primair voor<br />

kwantiteit. Dit is geen defensieve strategie. De woningbehoefte onder onze<br />

inwoners zal nog verder toenemen. Daarin willen we in ieder geval<br />

voorzien. Waar kansen liggen om de kwaliteit <strong>van</strong> het wonen voor nu en<br />

de toekomst te behouden en te verbeteren, willen we die oppakken. We<br />

willen in ieder geval realiseren:<br />

1. Een woningbouwprogramma dat voorziet in de autonome groei <strong>van</strong> de<br />

woningbehoefte <strong>van</strong> de afzonderlijke gemeenten.<br />

2. Het verbeteren <strong>van</strong> de kwaliteit <strong>van</strong> de bestaande voorraad door<br />

onder andere herstructurering met name in de steden en grotere<br />

kernen.<br />

3. Het verbeteren <strong>van</strong> de positie <strong>van</strong> starters én ouderen op de<br />

woningmarkt in de <strong>Kop</strong>.<br />

4. Minimaal handhaven om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de kernvoorraad.<br />

5. Verbeteren <strong>van</strong> de doorstroming in de kernvoorraad.<br />

6. Aandacht voor de ruimtelijke en architectonische kwaliteiten in de <strong>Kop</strong>.<br />

- 16 -<br />

4.3. Acties<br />

1. Voorzien in de autonome 5 woningbehoefte per gemeente<br />

De basis voor het nieuwbouwbeleid in iedere gemeente in onze regio is<br />

minimaal te kunnen bouwen voor de eigen woningbehoefte. De eigen<br />

woningbehoefte hebben wij berekend op 6500-7000 woningen in de<br />

komende 10 jaar. Naast de eigen woningbehoefte hebben enkele<br />

gemeenten aangegeven nog extra woningen te willen realiseren. Soms<br />

gaat het daarbij om een beperkte groeiambitie, soms <strong>van</strong>wege een<br />

ervaren woningdruk uit gemeenten buiten de regio (met name <strong>Noord</strong>-<br />

Kennemerland). Het woningbouwprogramma voor de <strong>Kop</strong> moet hierin<br />

kunnen voorzien zonder dat de regionale woningmarkt hierdoor ernstig<br />

wordt verstoord. Naast een woningbehoefte gebaseerd op autonome groei<br />

en lokale ambities, is er een aantal gemeenten dat substantiële groeimogelijkheden<br />

wenst <strong>van</strong>wege bijzondere bouwplannen. Het betreft hier<br />

de gemeente Zijpe met het bouwplan Marina Petten, de gemeenten<br />

Wieringen en Wieringermeer met het plan voor het Wieringerrandmeer en<br />

de gemeente Wieringermeer met de ontwikkelingen rondom Agriport. In<br />

hoofdstuk 5 gaan we verder in op deze bijzondere woningbouwplannen.<br />

Tabel 4.1 geeft het kader weer voor onze bouwafspraken in de regio. Alle<br />

<strong>Kop</strong>gemeenten hebben voldoende mogelijkheden voor nieuwbouw. Om de<br />

aantallen in perspectief te kunnen plaatsen, hebben we in tabel 4.2 de<br />

om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de huidige woningvoorraad weergegeven.<br />

5 Met de groei <strong>van</strong> de autonome woningbehoefte bedoelen we de groei <strong>van</strong> de<br />

woningbehoefte op basis <strong>van</strong> een migratiesaldo=0.


Tabel 4.1: Toevoegingen aan de woningvoorraad <strong>2005</strong>-<strong>2015</strong> per gemeente in de <strong>Kop</strong> 6<br />

Gemeente<br />

Anna Paulowna<br />

Harenkarspel<br />

Den Helder<br />

Niedorp<br />

Schagen<br />

Texel<br />

Wieringen (incl. randmeer)<br />

Wieringermeer (incl. randmeer)<br />

Zijpe<br />

Autonome<br />

woningbehoefte<br />

bij migratiesaldo=0<br />

595<br />

810<br />

1910<br />

590<br />

745<br />

675<br />

335<br />

415<br />

515<br />

Aantal te<br />

bouwen<br />

woningen<br />

<strong>2005</strong>-<strong>2015</strong><br />

820<br />

1.510<br />

2.000<br />

1.190<br />

1.310<br />

1.110<br />

510<br />

700<br />

900<br />

Extra t.b.v. bijzondere<br />

woningbouwplannen<br />

<strong>2005</strong>-<strong>2015</strong><br />

t.b.v. Agriport 1.300<br />

t.b.v. Marina Petten 1.100<br />

Totaal regio 6590 10.050 2400<br />

Bron: Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, WBO2002 bewerking Companen.<br />

Tabel 4.2: Om<strong>van</strong>g huidige woningvoorraad, 1-1-<strong>2005</strong> ten opzichte <strong>van</strong> groei voorraad<br />

Gemeente<br />

Anna Paulowna<br />

Harenkarspel<br />

Den Helder<br />

Niedorp<br />

Schagen<br />

Texel<br />

Wieringen (incl. randmeer)<br />

Wieringermeer (incl. randmeer)<br />

Zijpe<br />

Om<strong>van</strong>g huidige<br />

woningvoorraad<br />

5.516<br />

5.865<br />

26.508<br />

4.477<br />

7.863<br />

5.800<br />

3.753<br />

5.034<br />

4.531<br />

Groei t.o.v.<br />

woningvoorraad<br />

15%<br />

26%<br />

8%<br />

27%<br />

17%<br />

19%<br />

14%<br />

14%<br />

20%<br />

Bron: Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, WBO2002 bewerking Companen.<br />

Bouwplancapaciteit: grote opgave<br />

Incl. Agriport en<br />

Marina Petten<br />

40%<br />

44%<br />

6 De aantallen te bouwen woningen is gebaseerd op een beperkte groeiambitie en migratiesaldo=0.<br />

De ambitie ligt boven de minimale taakstelling in het Ontwikkelingsbeeld <strong>Noord</strong>-<br />

<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong> namelijk 7.500.<br />

- 17 -<br />

De opgave volgens het Ontwikkelingsbeeld <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong>, het<br />

streekplan voor de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, is voor de periode <strong>2005</strong>-<strong>2015</strong><br />

7.500 woningen ofwel 750 woningen per jaar. Onze ambitie met ruim<br />

1000-1200 woningen per jaar ligt daar ruim boven. We hebben hiervoor<br />

meerdere redenen: 1. omdat we meer druk <strong>van</strong>uit de andere regio’s<br />

verwachten 2. omdat we voor woningzoekenden in onze eigen gemeenten<br />

de afgelopen jaren te weinig hebben gebouwd en tenslotte 3. omdat we<br />

vertrouwen hebben in de positieve effecten <strong>van</strong> de bijzondere plannen in<br />

onze regio.<br />

In de jaren 1997-2004 hebben we jaarlijks gemiddeld 565 woningen<br />

gerealiseerd. Het bouwen <strong>van</strong> 1000 tot 1200 nieuwe woningen per jaar<br />

kan alleen door forse inspanningen <strong>van</strong> onze kant door het realiseren <strong>van</strong><br />

voldoende harde bouwplancapaciteit en zonder dat er teveel planuitval<br />

plaatsvindt. Voor het merendeel <strong>van</strong> de plannen geldt immers dat de<br />

ruimtelijke plannen nog moeten worden uitgewerkt, in voorbereiding zijn of<br />

potentieel zijn (84%). Schematisch zijn de aantallen per gemeente in figuur<br />

4.1 weergegeven. Er is harde plancapaciteit dat wil zeggen vastgestelde,<br />

goedgekeurde en onherroepelijke plannen, voor ca. 1900 woningen.


Bestaand stedelijk gebied<br />

Uitsluitingsgebieden<br />

Zoekgebieden<br />

- 18 -<br />

Figuur 4.1: Woningbouwplannen in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, in relatie tot<br />

toelatings-, uitsluitings- en zoekgebieden uit het Streekplan<br />

Verklaring<br />

A = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Anna Paulowna: 862 woningen (sloop: 30 woningen)<br />

B = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Den Helder:<br />

B1= Den Helder: 1.338 woningen (sloop: 247 woningen)<br />

B2 = Julianadorp: 1.468 woningen (sloop: 91 woningen)<br />

C = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Harenkarspel:<br />

C1 = Dirkshorn: 64 woningen<br />

C2 = Tuitjenhorn: 155 woningen<br />

C3 = Warmenhuizen en verspreid over overige kernen: 1.183 woningen<br />

D = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Niedorp: 1.877 woningen (sloop: 39 woningen)<br />

E = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Schagen: 1.328 woningen (sloop: 53 woningen)<br />

F = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Texel:<br />

F1 = De Cocksdorp: 1 woning<br />

F2 = Oosterend: 8 woningen (sloop: 5 woningen)<br />

F3 = Oudeschild: 29 woningen<br />

F4 = Den Burg: 797 woningen (sloop: 1 woning)<br />

F5 = Den Hoorn: 19 woningen<br />

F6 = De Koog: 40 woningen (sloop: 1 woning)<br />

G = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Wieringen:<br />

G1 = Den Oever: 17 woningen<br />

G2 = Hippolytushoef: 74 woningen<br />

H = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Wieringermeer (niet opgegeven)<br />

I = Woningbouwcapaciteit tot <strong>2015</strong> Zijpe:<br />

i1 = ’t Zand: 880 woningen<br />

i2 = Callantsoog: 40 woningen<br />

i3 = Schagerbrug: 66 woningen<br />

i4 = Petten: 1807 woningen<br />

i5 = Oudesluis: 105 woningen<br />

Voorts nog 36 woningen verspreid over de kleine kernen en in Grote Sloot<br />

Bijzonder woningbouwplannen:<br />

1 = Wieringerrandmeer<br />

2 = Agriport A7 / Robbeplaat<br />

3 = Marina Petten<br />

Bron: Monitor Woningbouwcapaciteit <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong> <strong>2005</strong>, Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>


Ambitiemodel<br />

We zijn ambitieus maar ook realistisch. De woningmarkt moet voldoende<br />

opnamecapaciteit hebben voor onze ambities. Dat hangt onder andere<br />

samen met de economische ontwikkeling in de <strong>Kop</strong> en in overig<br />

Nederland. Indien er meer aanbod dan vraag naar woningen is zullen de<br />

plannen <strong>van</strong> de verschillende gemeenten in de <strong>Kop</strong> elkaar beconcurreren,<br />

hetgeen wij niet gewenst vinden. Dit gegeven heeft ons doen besluiten tot<br />

de introductie <strong>van</strong> een zogenaamd ‘ambitiemodel’ voor de periode <strong>2005</strong>-<br />

2010. Het ambitiemodel is geen contingentenmodel maar een zog.<br />

verplichtend overlegmodel. Het ambitiemodel (tabel 4.3) koppelt opnamecapaciteit<br />

en woningbouwproductie aan elkaar en verplicht ons tot jaarlijks<br />

overleg over de woningmarktontwikkelingen aan de hand <strong>van</strong> monitoring<br />

<strong>van</strong> de woningmarkt. Indien er onvoldoende afzetmarkt is of de programmering<br />

leidt niet tot wenselijke regionale ontwikkelingen dan herijken<br />

wij met elkaar het bouwprogramma waarbij we rekening houden met<br />

elkaar belangen. Texel neemt hierbij een bijzondere positie in omdat de<br />

bouwontwikkelingen op Texel geen noemenswaardige invloed hebben op<br />

de woningmarkt <strong>van</strong> de overige <strong>Kop</strong>gemeenten. Het ambitiemodel houdt in<br />

dat wij in eerste instantie uitgaan <strong>van</strong> een iets lagere woningbouwproductie<br />

dan in tabel 4.1 staat aangegeven maar gemakkelijk kunnen doorschakelen<br />

naar een hoger productieniveau indien de markt er om vraagt<br />

en er niet sprake is <strong>van</strong> negatieve effecten voor omliggende<br />

<strong>Kop</strong>gemeenten. Jaarlijks bespreken we met elkaar de marktontwikkelingen<br />

en mogelijke consequenties voor de woningproductie in relatie tot het<br />

ambitiemodel.<br />

- 19 -<br />

Tabel 4.3: Ambitiemodel: Toevoegingen aan de woningvoorraad <strong>2005</strong>-2010<br />

Gemeente Te bouwen <strong>2005</strong>-2010 Plus ambitie<br />

Anna Paulowna<br />

300<br />

60<br />

Harenkarspel<br />

600<br />

200<br />

Den Helder<br />

730<br />

270<br />

Niedorp<br />

530<br />

220<br />

Schagen<br />

700<br />

0<br />

Texel<br />

650<br />

0<br />

Wieringen (incl. randmeer)<br />

210<br />

70<br />

Wieringermeer (incl. randmeer)<br />

300(+650 Agriport)<br />

50<br />

Zijpe<br />

310(+320 Marina Petten)<br />

140<br />

Totaal regio <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> 4330 (+970 bijz. plannen) 810<br />

2. Differentiatie woningbouwplannen<br />

Het woningbouwprogramma is primair gericht op de eigen woningbehoefte<br />

met daar bovenop een stukje extra groei. Daarmee verplichten wij onszelf<br />

niet alleen die woningbehoefte goed in beeld te brengen maar ook om een<br />

gevarieerd woningaanbod te realiseren. De afgelopen 5 jaar is in veel<br />

gemeenten vooral eenzijdig in de (duurdere) koopsector gebouwd. De<br />

nadruk zal in de toekomst naast koopwoningen in de duurdere segmenten<br />

vooral ook moeten liggen op koop- en huurwoningen in de sociale sector.<br />

Dit uitgangspunt zal consequenties hebben voor ons grondbeleid en de<br />

plannen <strong>van</strong> ontwikkelende partijen. Twee groepen hebben daarbij onze<br />

bijzondere aandacht; starters en ouderen.<br />

Starters<br />

Starters op de woningmarkt zijn, zo blijkt uit woningmarktonderzoek 2002,<br />

vooral jonge huishoudens. Ons woonbeleid is dat starters die in de <strong>Kop</strong>


willen blijven wonen, dat ook moeten kunnen. Daarbij vinden wij het niet<br />

altijd nodig/wenselijk woningen specifiek voor deze groep te ‘labelen’. Het<br />

is aan de gemeente in overleg met haar burgers en woningcorporaties na<br />

te gaan hoe de positie <strong>van</strong> de groep starters lokaal het beste kan worden<br />

verbeterd: direct via nieuwbouw of indirect via doorstroming. De woningcorporaties<br />

hebben aangegeven dat de positie <strong>van</strong> starters in de huursector<br />

geen bijzondere aandacht vraagt in tegenstelling tot de groep<br />

ouderen. Wij onderschrijven die visie in zijn algemeenheid voor de <strong>Kop</strong><br />

niet, al herkennen wij ook dat de positie <strong>van</strong> starters in de ene gemeente<br />

beter is dan in de andere. Bovendien voorzien wij ook de komende jaren<br />

nog een forse huishoudengroei die zonder een evenwichtig bouwprogramma<br />

zal leiden tot meer schaarste dan nu, ook onder starters. Wij<br />

zullen met de woningcorporaties op dit punt, in het kader <strong>van</strong> prestatieafspraken<br />

(zie onder punt 3, woonbeleid weer op de agenda, <strong>van</strong> dit<br />

hoofdstuk) verder lokaal overleg voeren.<br />

Ouderen<br />

De vergrijzing zal in onze regio grote invloed hebben op de woningvraag.<br />

Daar is iedereen het over eens. Ook de ouderenorganisaties hebben de<br />

urgentie hier<strong>van</strong> aangegeven. Het gaat in de nabije toekomst niet alleen<br />

om een groeiende vraag naar zorg en dienstverlening maar ook om<br />

geschikte woningen voor deze grote groep. Voor de groep ouderen geldt<br />

evenals bij de groep starters dat het specifiek labelen <strong>van</strong> woningen niet<br />

altijd het juiste antwoord op de vraag <strong>van</strong> ouderen is. Labelen doen we<br />

daarom vooral in de grotere kernen met voorzieningen terwijl bouwen met<br />

niveau woonkeur in de kleine kernen uitgangspunt is.<br />

- 20 -<br />

Het bouwen <strong>van</strong> woningen voor ouderen en starters is vooral ook een<br />

financieringsvraagstuk. De gemeenten in de <strong>Kop</strong> 7 willen daarom de<br />

komende jaren een substantieel deel <strong>van</strong> de nieuwe woningen (minimaal<br />

30%) bouwen in de goedkope koop- en huurcategorieën (sociale sector).<br />

Met goedkope huur bedoelen we een huurprijs <strong>van</strong> maximaal €509 8 . Dit<br />

betreft de huidige tweede zogenaamde aftoppingsgrens waarop huishoudens<br />

<strong>van</strong> drie personen en meer, nog recht hebben op huursubsidie.<br />

Bij sociale koop hanteren we een koopprijsgrens <strong>van</strong> maximaal €160.000,<br />

omdat dit redelijkerwijs verondersteld kan worden als zijnde sociale koop.<br />

Deze 30% is bedoeld als ondergrens. Het is aan de afzonderlijke<br />

gemeenten zelf te bepalen of dit percentage gelet op de lokale behoefte<br />

hoger moet zijn.<br />

Een aantal gemeenten heeft nu al redelijk een beeld <strong>van</strong> de woningdifferentiatie<br />

in de periode 2006-<strong>2015</strong>, zie tabel 4.4. Een aantal andere<br />

gemeenten zal die onderbouwing pas kunnen geven nadat lokaal woningbeleid<br />

is vastgesteld op basis <strong>van</strong> nieuw woningmarktonderzoek.<br />

7<br />

Den Helder heeft een Nota Wonen opgesteld, welke leidend is in dezen. De gemeente<br />

Wieringen zal <strong>van</strong>wege haar beperkte bouwlocaties (naast het Wieringerrrandmeer) niet<br />

aan de 30%-norm kunnen voldoen.<br />

8<br />

In Zijpe wordt de grens <strong>van</strong> €597 gehanteerd (cf. lokale woonvisie). Dit betreft de<br />

fiatteringgrens voor de Huursubsidie.


Tabel 4.4: Woningdifferentiatie gemeenten Den Helder, Harenkarspel, Schagen, Wieringen<br />

en Zijpe<br />

Goedkope huur/koop<br />

€160.000-€250.000<br />

>€250.000<br />

Indicatie koop/<br />

huurverhouding<br />

Anna<br />

Paulowna<br />

30%<br />

44%<br />

26%<br />

100%:0%<br />

Haren-<br />

karspel Schagen<br />

45%<br />

25-30%<br />

25-30%<br />

75% ; 25%<br />

40%<br />

30%<br />

30%<br />

85%:15%<br />

Wierin-<br />

gen Zijpe Den Helder<br />

6%<br />

4%<br />

90%<br />

94%:6<br />

%<br />

30%<br />

30%<br />

40%<br />

80%:<br />

20%<br />

- 30%<br />

betaalbare<br />

huurappar-<br />

tementen<br />

- 25%<br />

(middel)-<br />

dure huur<br />

en koop-<br />

apparte-<br />

menten<br />

- 45%<br />

middeldure<br />

en dure<br />

Bron: Gemeenten Anna Paulowna, Den Helder, Harenkarspel, Schagen, Wieringen en Zijpe.<br />

koop<br />

In de nieuwbouw wordt gestreefd naar het vergroten <strong>van</strong> de keuzemogelijkheden<br />

voor alle groepen woningzoekenden. Het woningbouwprogramma<br />

zal derhalve gedifferentieerd moeten zijn. Afgesproken is dat<br />

vóór medio 2007 alle gemeenten inzicht geven in de woningdifferentiatie in<br />

percentages <strong>van</strong> de nieuwbouw waarin voor de resterende periode<br />

gebouwd gaat worden met in achtneming <strong>van</strong> de 30% sociale sector.<br />

Gemeenten kunnen uiteraard om talloze redenen minder woningen<br />

bouwen dan in tabel 4.1 is aangegeven. Door een differentiatie in<br />

percentages <strong>van</strong> nieuwbouw aan te geven borgen wij de afspraak dat<br />

iedere gemeente voor alle inkomensgroepen op de woningmarkt bouwt.<br />

- 21 -<br />

3. Binnen of buiten bestaand stedelijk gebied<br />

Conform het Streekplan Ontwikkelingsbeeld <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong> (2004)<br />

moet een deel <strong>van</strong> de woningbouwopgave binnenstedelijk (dat wil zeggen<br />

binnen het bestaand stedelijk gebied) worden ingevuld. De provincie gaat<br />

uit <strong>van</strong> een inspanningsverplichting <strong>van</strong> 40%. Volgens opgave <strong>van</strong> de<br />

<strong>Kop</strong>gemeenten wordt 52% <strong>van</strong> de plannen binnenstedelijk uitgevoerd.<br />

Tabel 4.5: Binnen of buiten bestaand stedelijk gebied<br />

Binnen bebouwd Buiten bebouwd<br />

Anna Paulowna 91% 9%<br />

Den Helder 65% 35%<br />

Harenkarspel 26% 74%<br />

Niedorp 12% 88%<br />

Schagen 100% 0%<br />

Texel 95% 5%<br />

Wieringen 57% 43%<br />

Wieringermeer onbekend onbekend<br />

Zijpe 17% 83%<br />

Totaal 52% 48%<br />

Bron: Monitor bouwcapaciteit <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong> <strong>2005</strong>.<br />

Door een grote aandacht te schenken aan kwaliteit onder andere door het<br />

opstellen <strong>van</strong> beeldkwaliteitplannen bewaken we bovendien de kwaliteit en<br />

identiteit <strong>van</strong> ons unieke landschap. Overigens liggen alle bouwlocaties<br />

binnen de zoekgebieden <strong>van</strong> het Ontwikkelingsbeeld <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Noord</strong><br />

en is er derhalve op dit punt geen strijdigheid met het provinciaal ruimtelijk<br />

beleid.


Woonbeleid weer op de agenda<br />

Bij het opstellen <strong>van</strong> deze regionale woonvisie zijn wij ons bewust<br />

geworden <strong>van</strong> het feit dat de beleidsontwikkeling met betrekking tot het<br />

wonen en de onderbouwing er<strong>van</strong> niet structureel op de agenda <strong>van</strong> alle<br />

afzonderlijke gemeenten heeft gestaan. Om de komende jaren regie te<br />

kunnen voeren over het woonbeleid zal onze aandacht hiervoor moeten<br />

worden vergroot. Woningmarktonderzoek, lokale woonvisies en jaarlijkse<br />

monitoring zijn daarbij belangrijke instrumenten.<br />

Gemeenten in de <strong>Kop</strong> voeren in 2006 of uiterlijk 2007 een gezamenlijk<br />

woningmarktonderzoek uit (met uitzondering <strong>van</strong> die gemeenten waar een<br />

actueel woningmarktonderzoek ligt). Dit herhalen we om de vier jaar. In dit<br />

onderzoek wordt de positie/wensen <strong>van</strong> starters en ouderen expliciet<br />

meegenomen. Het woningmarktonderzoek is tevens de basis voor het<br />

opstellen <strong>van</strong> gemeentelijke woonvisies. In 2007 hebben alle gemeenten in<br />

de kop eveneens een actuele gemeentelijke woonvisie.<br />

Gemeenten monitoren bovendien jaarlijks op identieke wijze hun woningmarkt,<br />

bijvoorbeeld aan de hand <strong>van</strong> de volgende indicatoren:<br />

- prijsontwikkeling koopwoningen<br />

- wachttijd woningzoekenden naar woningtype en huurprijs<br />

- vestiging/vertrek naar leeftijd en verhuisrichting<br />

- verhuisketens nieuwbouw<br />

- slaagkans starters/doorstromers<br />

- wachttijd woningzoekende ouderen<br />

- 22 -<br />

4. Herstructurering<br />

Naast toevoegingen aan de voorraad zal ook kwaliteitsverbetering <strong>van</strong> de<br />

voorraad waar nodig onze aandacht hebben. Natuurlijk is dit mede<br />

afhankelijk <strong>van</strong> de marktontwikkelingen. We hebben het dan over<br />

herstructurering, wat verschillende vormen aan kan nemen, zoals:<br />

• Sloop-nieuwbouw projecten<br />

• Grootschalig onderhoud<br />

• Herbestemming <strong>van</strong> gebouwen tot woningen (bijv. scholen, bedrijven)<br />

Primair liggen de opgaven voor herstructurering in Den Helder. De<br />

eenzijdige bebouwingsstructuur, de relatief lage druk op de woningmarkt<br />

en de sociaal-maatschappelijke vraagstukken nopen de woningcorporatie<br />

en de gemeente in te zetten op een grote stedelijke vernieuwingsopgave<br />

waarbij aanzienlijke aantallen goedkope huurwoningen zullen worden<br />

gesloopt (500-750 huurwoningen). Indicatief zullen er 500 huurwoningen<br />

worden omgezet in koopwoningen en worden er duurdere huur- en<br />

koopwoningen teruggebouwd. Den Helder zet in op het versterken <strong>van</strong> de<br />

aantrekkelijkheid en leefbaarheid <strong>van</strong> de stad in de verwachting daarmee<br />

ook hogere inkomens te kunnen behouden en aan te trekken. Het<br />

versterken <strong>van</strong> de woonmilieus is in deze opgave één <strong>van</strong> de pijlers<br />

evenals het versterken <strong>van</strong> de lokale economie. De gemeenten in de <strong>Kop</strong><br />

zijn zich er<strong>van</strong> bewust dat het slagen <strong>van</strong> de vernieuwingsoperatie in Den<br />

Helder een positief effect heeft op het functioneren <strong>van</strong> de regio in zijn<br />

totaliteit.<br />

Ook in Schagen zullen voor zover nu bekend ca. 150 woningen worden<br />

geherstructureerd. In andere gemeenten verwachten wij eveneens<br />

incidenteel herstructureringsactiviteiten. Deze zijn veelal het gevolg <strong>van</strong>


een veranderende vraag <strong>van</strong> woningzoekenden en de strategische visie<br />

<strong>van</strong> de lokaal opererende woningcorporaties. De om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> deze<br />

vernieuwingen is relatief klein, de lokale impact daarentegen kan soms<br />

zeer groot zijn. We gaan op basis <strong>van</strong> informatie <strong>van</strong> de woningcorporaties<br />

uit <strong>van</strong> een PM-post <strong>van</strong> circa 1.000 te herstructureren woningen voor de<br />

gehele <strong>Kop</strong>. Daarmee komt de herstructureringsopgave op 1.650 tot 1.900<br />

woningen voor de komende tien jaar. Mede gelet op het soms eenzijdige<br />

woningaanbod en afhankelijk <strong>van</strong> de ontwikkelingen op de markt houden<br />

wij de komende jaren rekening met meer initiatieven <strong>van</strong> de lokale<br />

woningcorporaties op dit punt. Indicatief verwachten wij dat in dezelfde<br />

periode 950 huurwoningen worden omgezet in koopwoningen. Wij zullen<br />

nadrukkelijk met de woningcorporaties over herstructurering en verkoop<br />

<strong>van</strong> woningen in overleg gaan.<br />

Tabel 4.6: Herstructureringsopgave en verkoop <strong>van</strong> huurwoningen in de <strong>Kop</strong>, 2006-<strong>2015</strong><br />

Gemeente Herstructurering Verkoop <strong>van</strong> huurwoningen<br />

Den Helder 500-750 woningen 500<br />

Schagen<br />

Overige gemeenten (indicatief)<br />

150 woningen<br />

1000<br />

950 woningen<br />

Totaal 1.650-1.900 woningen 1.450 woningen<br />

Bron: Woningbouwcorporatie sin de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

Herstructurering en verkoop <strong>van</strong> huurwoningen zijn onderwerpen waarover<br />

wij met onze woningcorporaties prestatieafspraken maken die geënt zijn<br />

op het lokale- en dit regionale woonbeleid. In 2007 hebben alle gemeenten<br />

prestatieafspraken opgesteld. In de afspraken komen naast deze onderwerpen<br />

in ieder geval aan bod:<br />

- 23 -<br />

- de gewenste om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de kernvoorraad<br />

- woonruimteverdeling<br />

- leefbaarheid in brede zin (per gemeente verschillend)<br />

5. Ontwikkeling kernvoorraad<br />

Wij hebben afgesproken dat wij tot <strong>2015</strong> minimaal 30% <strong>van</strong> de totale<br />

kwantitatieve woningbouwopgave bouwen in de sociale koop en de sociale<br />

huursector. Dat wil zeggen dat wij circa 3.000 woningen in de sociale<br />

sector gaan bouwen. We kunnen aannemen dat circa de helft gebouwd zal<br />

worden in de koopsector en de helft in de huursector.<br />

De verschillende woningcorporaties in de <strong>Kop</strong> hebben een aantal<br />

herstructureringsplannen, die ongeveer 1 op 1 zijn (er worden evenveel<br />

woningen gesloopt als nieuw gebouwd). Het gaat daarbij om 1.650 tot<br />

1900 woningen (zie tabel 4.6). We kunnen dus constateren dat de kernvoorraad<br />

tot <strong>2015</strong> op het huidige niveau zal blijven cq zal toenemen.<br />

6. Ruimtelijke en architectonische kwaliteiten in de kop<br />

Wij beseffen ons goed welke ruimtelijke kwaliteiten onze regio bezit. In<br />

onze planontwikkeling moeten wij vooral lokaal die kwaliteiten bewaken.<br />

Daarbij gaat het niet alleen om de situering <strong>van</strong> ontwikkellocaties maar ook<br />

om de specifieke architectonische, stedenbouwkundige en landschappelijke<br />

invulling. Een voorbeeld is de aanleg <strong>van</strong> woonlandschappen<br />

rondom het Wieringerrandmeer maar ook op andere plekken kan dit een<br />

goede invulling zijn. Dit is primair een eigen verantwoordelijkheid <strong>van</strong>


iedere afzonderlijke gemeente maar ook een belangrijk punt <strong>van</strong><br />

samenwerking. De gezamenlijke winst is dat een goed ruimtelijk beleid<br />

positieve ‘exposure’ geeft aan onze regio. Samenwerking is afstemming<br />

<strong>van</strong> bestemmings- en structuurplannen, kennis uitwisselen en ontwikkelaars<br />

prikkelen. Een belangrijk facet daarbij is de specifieke invulling<br />

<strong>van</strong> de verschillende woonmilieus in de regio. Behalve Den Helder waar<br />

sprake is <strong>van</strong> een centrum stedelijk woonmilieu kent de <strong>Kop</strong> vooral<br />

centrum dorps- en landelijke woonmilieus. In de laatste categorieën zal de<br />

komende jaren een groei plaatsvinden doordat ook kleinere gemeenten nu<br />

voor hun eigen bevolking gaan bouwen.<br />

Ondanks één noemer constateren wij grote variatie in de identiteiten <strong>van</strong><br />

de verschillende landelijke woonmilieus. Wonen in de polder is toch heel<br />

anders dan wonen tegen de duinkust of in een waterrijk landschap. Daarin<br />

ligt een grote verscheidenheid in identiteit <strong>van</strong> gemeenten in onze regio en<br />

een uitdaging voor ontwikkelende partijen (zie landschapstypes in de <strong>Kop</strong>,<br />

figuur 4.2). Dit zal met name op lokaal niveau gestalte moeten krijgen. Op<br />

regionaal niveau gaat het om het afstemming <strong>van</strong> woonmilieus binnen een<br />

bepaald landschapstype. Het opstellen <strong>van</strong> beeldkwaliteitsplannen zoals in<br />

het Ontwikkelingsbeeld is geschetst, is daarbij belangrijk. Onze ambitie als<br />

het gaat om beeldkwaliteit is dat we er naar streven om minimaal één maal<br />

per jaar met een artikel over een woningbouwproject in onze regio in een<br />

vakblad voor architectuur en/of landschapsontwikkeling te komen. Daarnaast<br />

vinden we het belangrijk om elkaar in de regio te stimuleren om<br />

goede beeldkwaliteitsplannen te leveren en dit met elkaar af te stemmen.<br />

Een prijsvraag <strong>van</strong>uit de provincie voor het ‘beste beeldkwaliteitsplan in de<br />

<strong>Kop</strong>’ zou daarbij stimulerend kunnen werken.<br />

- 24 -<br />

Indeling deelgebieden 9<br />

Nr. Benaming deelgebied Omvat grondgebied <strong>van</strong> de gemeente(n)<br />

I Waddeneiland Texel<br />

II Duinzoom en <strong>Noord</strong>elijk zandgebied Den Helder, Anna Paulowna, Zijpe<br />

III Kleileemgebied Wieringen<br />

IV Nieuw poldergebied Anna Paulowna, Wieringermeer, Niedorp<br />

V Oude zeeklei gebied Schagen, Harenkarspel, Niedorp<br />

9<br />

Deze gebiedsindeling is gebaseerd op historische en landschappelijke verschillen zoals<br />

beschreven in het vorige streekplan maar nog steeds actueel.


Procesafspraken in het kader <strong>van</strong> kwaliteit en identiteit gaat voor<br />

kwantiteit:<br />

1. In een portefeuillehoudersoverleg bespreken we jaarlijks de marktontwikkelingen<br />

en mogelijke consequenties voor de woningbouwproductie<br />

in onze regio, in relatie tot het ambitiemodel.<br />

2. Alle gemeenten geven vóór medio 2007 inzicht in de woningdifferentiatie in<br />

percentages <strong>van</strong> de nieuwbouw waarin voor de resterende periode<br />

gebouwd gaat worden. Als basis hanteren we minimaal 30% bouwen in de<br />

sociale sector. Den Helder is hierbij een uitzondering.<br />

3. Alle gemeenten in de <strong>Kop</strong> voeren in 2007 een woningmarktonderzoek uit<br />

en herhalen dit elke vier jaar, waarbij het de bedoeling is dat er een<br />

gezamenlijk regionaal woningmarktonderzoek wordt uitgevoerd.<br />

4. In 2007 hebben alle gemeenten in de <strong>Kop</strong> een actuele gemeentelijke<br />

woonvisie, niet ouder dan vier jaar.<br />

5. Vanaf 2007 monitoren alle gemeenten (al dan niet gezamenlijk) hun<br />

woningmarkt.<br />

6. In 2008 hebben alle gemeenten in de <strong>Kop</strong> prestatieafspraken gemaakt met<br />

de woningcorporatie(s) actief in de desbetreffende gemeente.<br />

7. Wij streven er naar om minimaal één maal per jaar met een artikel over<br />

een woningbouwproject in onze regio in een vakblad voor architectuur en/of<br />

landschapsontwikkeling te komen.<br />

- 25 -


- 26 -


5. Kansen aangrijpen voor ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> de <strong>Kop</strong><br />

5.1. Huidige situatie<br />

Er is een aantal gemeenten in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> dat een<br />

duidelijke groeiambitie heeft bovenop de aantallen zoals genoemd in tabel<br />

4.1. We hebben het dan over bijzondere woningbouwplannen die volgens<br />

ons een stimulerende werking kunnen hebben op de ontwikkelingen in de<br />

<strong>Kop</strong>. Op dit moment zijn dat: Wieringerrandmeer, Marina Petten en<br />

Agriport A7.<br />

5.2. Wensen<br />

Ons uitgangspunt <strong>van</strong> het gezamenlijke regionale beleid is dat wij positief<br />

staan tegenover initiatieven die de economische en sociaal maatschappelijke<br />

ontwikkelingen in de <strong>Kop</strong> stimuleren en versterken. Wij<br />

constateren echter tevens dat deelmarkten <strong>van</strong> ons regionaal woningmarktgebied<br />

meer of minder gevoelig zijn voor ontwikkelingen in aangrenzende<br />

gebieden. Daarmee kunnen plannen in de ene gemeente met<br />

plannen in de andere gemeente gaan concurreren. De ervaring is dat in<br />

deelmarkten waar overaanbod dreigt te ontstaan, initiatieven zoals<br />

nieuwbouw, herstructurering enzovoorts ernstig vertragen met alle sociaal-<br />

- 27 -<br />

economische en maatschappelijke gevolgen <strong>van</strong> dien. Dat vinden wij een<br />

ongewenste ontwikkeling. In zijn algemeenheid willen wij voorkomen dat<br />

nieuwe grootschalige plannen de huidige kwetsbare woningmarkt in de<br />

<strong>Kop</strong> ernstig verstoren. De belangen <strong>van</strong> andere gemeenten dan de<br />

bouwende gemeente wegen in dat opzicht zwaar. Dit zien wij als een<br />

gezamenlijke verantwoordelijkheid <strong>van</strong> alle gemeenten. Ook hiervoor geldt<br />

het credo: afstemming en verdeling. Lokaal denken moet ook regionaal<br />

denken zijn.<br />

5.3. Acties<br />

Wij spreken af dat de bijzondere woningbouwplannen ook in regioverband<br />

worden bespoken, zodat wij goed <strong>van</strong> elkaar weten hoeveel en wat voor<br />

type woningen gemeenten gaan bouwen. Als de regio positief staat<br />

tegenover het betreffende woningbouwplan, zullen wij dit ook zodanig naar<br />

buiten brengen en het plan met een positief advies aan de Provincie<br />

voorleggen. Mochten wij er samen niet uit komen, dan is het de taak <strong>van</strong><br />

de Provincie om finale besluitvorming over het plan te nemen.<br />

5.4. Bijzondere woningbouwplannen <strong>van</strong> dit moment<br />

Op dit moment hebben de gemeenten Zijpe, Wieringen en Wieringermeer<br />

de ambitie uitgesproken om de komende jaren flink te willen groeien. De<br />

plannen voor Agriport A7 / Robbeplaat zijn in het kader <strong>van</strong> deze regionale<br />

woonvisie nog niet besproken. We maken daarbij onderscheid tussen:


1. Bijzondere woningbouwplannen als gevolg <strong>van</strong> het creëren <strong>van</strong><br />

bijzondere woonmilieus: Marina Petten in de gemeente Zijpe en het<br />

Wieringerrandmeer in de gemeenten Wieringen en Wieringermeer.<br />

2. Groeiambities als gevolg <strong>van</strong> ontwikkeling in de werkgelegenheid:<br />

verwachte groei <strong>van</strong> de werkgelegenheid en daarmee<br />

het aantal woningen als gevolg <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> Agriport A7 in<br />

de gemeente Wieringermeer.<br />

Deze drie grote woningbouwplannen zijn erg gevarieerd qua opzet,<br />

doelgroepen en identiteit. Daarnaast liggen ze verspreid over onze regio<br />

(zie figuur 4.1).<br />

De gemeenten Wieringen en Wieringermeer: Wieringerrandmeer<br />

De gemeenten Wieringen en Wieringermeer hebben vergaande plannen<br />

om op de grens <strong>van</strong> de gemeenten Wieringen en Wieringermeer een<br />

randmeer aan te leggen. Het doel <strong>van</strong> de aanleg <strong>van</strong> het Wieringerrandmeer<br />

is om een aantrekkelijk woon-, leef- en werkklimaat te bieden<br />

aan de huidige en toekomstige bewoners <strong>van</strong> Wieringen en Wieringermeer.<br />

En daarmee kan het volgens de provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> en de<br />

betrokken gemeenten een belangrijke (economische) impuls geven aan de<br />

regio. De realisatie <strong>van</strong> het Wieringerrandmeer vindt in vier fasen plaats<br />

over een periode <strong>van</strong> circa 25 jaar. Tot <strong>2015</strong> staan er 640 woningen op de<br />

rit, <strong>van</strong> <strong>2015</strong> tot 2030 staan er 920 woningen gepland alsmede 235<br />

recreatiewoningen.<br />

- 28 -<br />

Standpunt regio<br />

De gemeenten in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> staan positief tegenover de<br />

ontwikkelingen <strong>van</strong> het Wieringerrandmeer. Het Wieringerrandmeer kan<br />

een goede (economische en recreatieve) impuls kan geven aan de<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong>. De geplande woningen bevinden zich in het<br />

kwalitatief hoogwaardige dure segment <strong>van</strong> de woningmarkt. De fasering<br />

<strong>van</strong> het plan is zodanig dat naar verwachting het gemiddeld aantal<br />

jaarlijkse toevoegingen niet zal leiden tot ernstige verstoringen <strong>van</strong> lokale<br />

woningmarkten. Voor de ontwikkelingen <strong>van</strong> dit project zijn al diverse<br />

stappen in de richting <strong>van</strong> realisatie gezet. In de tabellen <strong>van</strong> hoofdstuk 4<br />

is hiermee rekening gehouden. Wieringen en Wieringermeer houden de<br />

overige <strong>Kop</strong>gemeenten op de hoogte <strong>van</strong> rele<strong>van</strong>te ontwikkelingen.<br />

De gemeente Zijpe: Marina Petten<br />

Eén <strong>van</strong> de plannen ter versterking <strong>van</strong> de zeewering bij Petten is de<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> Marina Petten. ‘Marina Petten’ is een initiatief om de<br />

kustveiligheid te integreren in een gebiedsgerichte ontwikkeling. Het plan<br />

voorziet in een zeewaarts gerichte kustverdediging, bestaande uit de<br />

aanleg <strong>van</strong> een `bastion` in combinatie met pieren in zee, en het<br />

aanbrengen <strong>van</strong> zandsuppleties. De jachthaven wordt met circa 600 ligplaatsen<br />

een eerste parel in een te ontwikkelen kralensnoer <strong>van</strong><br />

aantrekkelijke zeejachthavens langs de Nederlandse kust. Het<br />

verbindingskanaal voorziet in een nieuwe vaarverbinding tussen de<br />

<strong>Noord</strong>zee en het <strong>Noord</strong>hollands kanaal / IJsselmeer. Om deze ontwikkelingen<br />

te kunnen inpassen en bekostigen, wordt een gevarieerd woonmilieu<br />

voorgesteld, bestaande uit woningen, naast de ontwikkeling <strong>van</strong><br />

natuur, landschap, waterhuishouding, infrastructuur en toeristisch-


ecreatieve voorzieningen. In totaal gaat het om circa 2.200 woningen,<br />

waar<strong>van</strong> er bijna 1.200 tot <strong>2015</strong> worden gebouwd.<br />

Marina Petten wordt in twee fasen gebouwd. Van 2010 tot 2020 wordt het<br />

buitendijkse gedeelte gebouwd, dit in verband met het verkrijgen <strong>van</strong> de<br />

noodzakelijke kustveiligheid. In het buitendijkse gedeelte worden ook 420<br />

recreatiewoningen opgenomen. In de periode <strong>van</strong> 2020 tot 2029 wordt het<br />

binnendijkse gedeelte gebouwd. In het buitendijkse gedeelte zijn 1680<br />

woningen ingepland, in het binnendijkse gedeelte 500.<br />

Standpunt regio<br />

De gemeenten in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> staan positief tegenover de<br />

ontwikkelingen <strong>van</strong> Marina Petten. Het plan voorziet in de noodzakelijke<br />

kustverdediging en levert een variatie aan woonmilieus. De fasering <strong>van</strong><br />

het plan is zodanig dat naar verwachting het gemiddeld aantal jaarlijkse<br />

toevoegingen niet zal leiden tot ernstige verstoringen <strong>van</strong> lokale<br />

woningmarkten. De plannen moeten nog verschillende besluitvormingsprocedures<br />

doorlopen. De gemeente Zijpe zal de regiogemeenten op de<br />

hoogte houden <strong>van</strong> ontwikkelingen. In tabel 4.1 is voor de periode <strong>2005</strong>-<br />

<strong>2015</strong> rekening gehouden met de bouw <strong>van</strong> 1100 woningen.<br />

De gemeente Wieringermeer: Agriport A7/Robbenplaat<br />

Agriport A7/Robbenplaat omvat de functies glastuinbouw (groente en<br />

fruitteelt), bedrijventerrein voor Agribusiness en logistiek en een wooncluster<br />

voor glastuinbouwbedrijven. Op de schaal <strong>van</strong> de gemeente<br />

Wieringermeer is dit een groot project met veel gevolgen voor de<br />

bestaande sociaal-maatschappelijke, ecologische en economische structuur<br />

<strong>van</strong> de Wieringermeerpolder, en de gehele <strong>Kop</strong>. Door de ontwikkeling<br />

- 29 -<br />

<strong>van</strong> Agriport A7/Robbenplaat zal het aantal arbeidsplaatsen in de<br />

gemeente Wieringermeer fors toenemen: er worden volgens onderzoekers<br />

in totaal 3766 tot 4641 voltijdbanen gecreëerd hetgeen een enorme<br />

economische impuls is voor de regio. Als gevolg <strong>van</strong> deze stijging in de<br />

werkgelegenheid, neemt naar verwachting ook de woningbehoefte toe.<br />

Sterker, het woningaanbod kan een belangrijke voorwaarde zijn voor de<br />

vestiging <strong>van</strong> bedrijven, en kan een positieve impuls aan de werkgelegenheid<br />

geven. De eerste bedrijven voor Agriport hebben zich reeds<br />

aangemeld.<br />

In tabel 4.1 zijn we er <strong>van</strong>uit gegaan dat de toename <strong>van</strong> het aantal<br />

voltijdbanen in 30% <strong>van</strong> de gevallen zal leiden tot een verhuizing naar de<br />

gemeente Wieringermeer i.c. 1300 woningen. De gemeente Wieringermeer<br />

zal de regiogemeenten de komende jaren op de hoogte houden <strong>van</strong><br />

de verdere ontwikkelingen.<br />

Procesafspraken in het kader <strong>van</strong> kansen voor de ontwikkeling <strong>van</strong> de<br />

<strong>Kop</strong>:<br />

8. Gemeenten die bijzondere woningbouwplannen hebben, onderbouwen dit.<br />

Tijdens een portefeuillehoudersoverleg bespreken we de bijzondere<br />

woningbouwplannen in de <strong>Kop</strong>, aan de hand <strong>van</strong> de onderbouwingen door<br />

de betreffende gemeenten. Uitgangspunt is dat de regio in principe positief<br />

staat tegenover de bijzondere woningbouwplannen, mits het andere lokale<br />

woningmarkten niet verstoort.<br />

9. De gemeenten Zijpe, Wieringen en Wieringermeer houden de<br />

regiogemeenten op de hoogte <strong>van</strong> de ontwikkelingen rondom resp.<br />

Marina Petten, het Wieringerrandmeer en Agriport A7.


- 30 -


6. Woonruimteverdelingsysteem<br />

6.1. Huidige situatie<br />

In de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> zijn vijf woningcorporaties actief:<br />

• Wooncompagnie<br />

• Woningbouwvereniging Anna Paulowna<br />

• Woningstichting Den Helder<br />

• Woontij (fusie tussen Stichting Wonen Texel en Den Helder)<br />

• Beter Wonen, Wieringen<br />

Elke woningcorporatie heeft zijn eigen systeem voor het verhuren <strong>van</strong> de<br />

woningen. Hierover zijn in het verleden afspraken gemaakt. Gemeenten in<br />

de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> willen meer eenduidigheid in de veelvoud <strong>van</strong><br />

deze woonruimteverdelingsystemen. Vanuit de woningzoekenden<br />

geredeneerd, kan het systeem overzichtelijker, met daarbij oog voor de<br />

lokale situatie.<br />

6.2. Wensen<br />

Wij vinden dat er in 2007 een eenduidig woonruimteverdelingsysteem voor<br />

de hele <strong>Kop</strong> moet zijn. Dit in eerste instantie uit oogpunt <strong>van</strong> transparantie<br />

en klantgerichtheid voor woningzoekenden. Hierover zullen wij in gesprek<br />

- 31 -<br />

gaan met de vijf betrokken woningcorporaties. De kernvraag is hoe te<br />

komen tot een systeem met voldoende borging voor de ‘couleur locale’.<br />

Meerdere regio’s in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> zijn inmiddels overgegaan tot een<br />

eenduidig woonruimteverdelingsysteem zonder dat dit heeft geleid tot<br />

noemenswaardige problemen. Wij zullen deze eerdere initiatieven als<br />

voorbeeld nemen, om zodoende zelf niet opnieuw het wiel hoeven uit te<br />

vinden.<br />

6.3. Acties<br />

Procesafspraak in het kader <strong>van</strong> woonruimteverdelingsysteem:<br />

10. In het portefeuillehoudersoverleg maken wij concrete afspraken om samen<br />

met de vijf woningcorporaties die bezit hebben in de <strong>Kop</strong>, te spreken over<br />

een eenduidig woonruimteverdelingsysteem in de <strong>Kop</strong> met oog voor de<br />

‘couleur locale’. In 2007 is dit systeem gereed.


- 32 -


7. Woningen voor ouderen en zorgvragers<br />

7.1. Huidige situatie<br />

Zorgvragers hebben specifieke behoeften op het gebied <strong>van</strong> wonen met<br />

welzijn en zorg. Ouderen vormen verreweg de grootste groep zorgvragers.<br />

Het aantal ouderen zal in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> de komende periode<br />

fors toenemen. We spreken daarbij over een dubbele vergrijzing:<br />

• Enerzijds wordt de groep ouderen steeds groter.<br />

• Anderzijds worden ouderen ook steeds ouder.<br />

Op de woningmarkt is deze vergrijzing goed zichtbaar. Woningcorporaties<br />

geven aan dat onder de woningzoekenden steeds meer 55-plussers zijn.<br />

Belangrijke verhuisredenen voor ouderen zijn het te groot worden <strong>van</strong> het<br />

huis en het hebben <strong>van</strong> te veel onderhoud aan het huis (met name het<br />

onderhoud <strong>van</strong> een grote tuin ondervinden veel ouderen als een last). Een<br />

aantal ouderen is op zoek naar een specifieke seniorenwoning. En er is<br />

een groep ouderen die een zorgvraag heeft en op zoek is naar een woning<br />

met zorg. Deze groep zal de komende jaren ook sterk toenemen, en is de<br />

grootste groep zorgvragers.<br />

Naast ouderen is er ook een andere groep zorgvragers zoals lichamelijk<br />

en verstandelijk gehandicapten en ggz-cliënten. Tot voor korte woonden<br />

velen <strong>van</strong> hen - met name de verstandelijk gehandicapten - in grote<br />

- 33 -<br />

instellingen. Deze worden de komende jaren gedeeltelijk ontmanteld<br />

(deconcentratie en extramuralisering). Ook voor deze groep zorgvragers<br />

moet ruimte zijn in het bouwprogramma.<br />

In de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> ervaren gemeenten op dit moment nog geen<br />

grote knelpunten. Maar in het streekplan is een forse opgave voor de<br />

realisering <strong>van</strong> woonvormen voor zorgvragers beschreven. Zodoende<br />

hebben de gemeenten in de <strong>Kop</strong> besloten om de ‘koppen bij elkaar te<br />

steken’ en gezamenlijk te kijken naar de opgave die er op dit terrein ligt.<br />

7.2. Wensen<br />

De grootste groep ouderen wil het liefst zo lang mogelijk zelfstandig thuis<br />

blijven wonen. Dit zijn ouderen die vaak al heel lang in hun huis wonen en<br />

aan die woning en de kern gehecht zijn. Wij willen deze groep ouderen<br />

ondersteunen en faciliteren bij deze wens. Het aanbod <strong>van</strong> zorg en welzijn<br />

dient hierop in te spelen. Wij gaan in de <strong>Kop</strong> uit <strong>van</strong> een vraaggestuurde<br />

benadering: degenen die zorg nodig hebben, worden in staat gesteld zo<br />

lang als het kan te blijven wonen in hun eigen woning en/of woonomgeving.<br />

Om dit te bereiken zullen we inspanningen moeten plegen. Daarbij gaat<br />

het zoal om:<br />

• De beschikbaarheid <strong>van</strong> woningen en woonvoorzieningen door<br />

nieuwbouw of aanpassing <strong>van</strong> de bestaande voorraad.<br />

• Een goed aanbod <strong>van</strong> zorg- en welzijnsvoorzieningen in de wijk en<br />

aan huis.


• Toegankelijkheid en bereikbaarheid <strong>van</strong> de woonomgeving.<br />

Hier zal komende jaren hard aan moeten worden (samen)gewerkt evenals<br />

het vergroten <strong>van</strong> ons inzicht in de wensen <strong>van</strong> de vragers.<br />

7.3. Acties<br />

De opgave zoals deze in het streekplan is vermeld, nemen wij in deze<br />

regionale woonvisie als leidraad.<br />

Zelfstandig wonen met zorg (geschikt wonen)<br />

In deze woningen kan iedereen wonen, maar zeker iemand die enige vorm<br />

<strong>van</strong> beperking heeft. De woning is door de ligging, mogelijkheden voor<br />

begeleiding, door technologische en ICT-voorzieningen (DOMOTICA) of<br />

kleine dan wel grote aanpassingen geschikt voor bewoning door ouderen,<br />

gehandicapten en mensen met een psychische beperking. Er kan zorg en /<br />

of begeleiding op afspraak worden geregeld (thuiszorg etc.). We hebben<br />

het over woningen die voldoen aan Woonkeur, nultredenwoningen,<br />

levensloopbestendige woningen en meergeneratiewoningen.<br />

In tabel 7.1 staat hoeveel woningen er <strong>van</strong> het type ‘zelfstandig wonen met<br />

zorg’ nodig zijn per gemeente in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>. In totaal gaat<br />

het om 2.314 woningen. Wij hebben nog onvoldoende inzicht in hoeverre<br />

de woningvoorraad geschikt is voor zelfstandig wonen met zorg. Nieuwbouw<br />

biedt mogelijkheden voor deze opgave, maar ook het opplussen <strong>van</strong><br />

de bestaande voorraad. Dat laatste kan collectief/planmatig (met name<br />

door woningcorporaties) of individueel (via de WVG).<br />

- 34 -<br />

Tabel 7.1: Opgave zelfstandig wonen met zorg<br />

Gemeente Opgave streekplan<br />

Anna Paulowna 175<br />

Den Helder 835<br />

Harenkarspel 190<br />

Niedorp 142<br />

Schagen 279<br />

Texel 207<br />

Wieringen 133<br />

Wieringermeer 189<br />

Zijpe 164<br />

Totaal<br />

Bron: Streekplan.<br />

2.314<br />

Opplussen: het verbeteren <strong>van</strong> wooncomplexen zodanig dat ze beter<br />

toegankelijk worden onder andere voor ouderen.<br />

Nultredenwoning: een woning die zonder trappen <strong>van</strong> buitenaf bereikbaar is<br />

en waarbij de zgn. ‘primaire ruimtes’(keuken, sanitair, woonkamer en<br />

minimaal één slaapkamer) zich op dezelfde woonlaag bevinden.<br />

Levensloopbestendige woningen: een overkoepelend begrip voor woningen<br />

die geschikt zijn of eenvoudig geschikt te maken zijn voor bewoning<br />

tot op hoge leeftijd ook in geval <strong>van</strong> fysieke handicaps of chronische<br />

ziekten <strong>van</strong> bewoners.<br />

Woonkeur: een keurmerk voor nieuwbouwwoningen die voldoen aan bepaalde<br />

eisen ten aanzien <strong>van</strong> gebruikskwaliteit, sociale veiligheid, valveiligheid,<br />

toegankelijkheid en flexibiliteit. Woonkeur bestaat uit een verplicht<br />

basispakket met eisen voor de directe woonomgeving, het<br />

woongebouw en de woning zelf.<br />

Meergeneratiewoningen: geschakelde zelfstandige wooneenheden met een<br />

inpandige verbinding voor ouderen of mensen met een handicap en<br />

hun familie waarbij de familie mantelzorg verleent.


Verzorgd wonen<br />

Bij verzorgd wonen is er 24 uur per dag zorg op afroep beschikbaar<br />

(onplanbare zorg). De woningen zijn geschikt / aangepast, er worden<br />

welzijnsdiensten geleverd en er is een zorgunit in de omgeving of in het<br />

complex aanwezig. Vaak gaat het om geclusterde vormen <strong>van</strong> wonen. Een<br />

woonzorgcomplex is het meest bekende voorbeeld <strong>van</strong> verzorgd wonen.<br />

Uit tabel 7.2 blijkt dat de meeste gemeenten kwantitatief gezien al flink op<br />

stoom liggen met betrekking tot het verzorgd wonen. Hoewel de aantallen<br />

redelijk overeenstemmen met de vraag, blijkt een aantal<br />

zorgvoorzieningen toe aan vernieuwing. De opgave is derhalve vooral<br />

kwalitatief <strong>van</strong> aard.<br />

Tabel 7.2: Opgave verzorgd wonen<br />

Gemeente Opgave streekplan Gerealiseerd & in de planning<br />

Anna Paulowna 135 229<br />

Den Helder 662 688<br />

Harenkarspel 140 335<br />

Niedorp 107 50<br />

Schagen 213 230<br />

Texel 162 148<br />

Wieringen 107 118<br />

Wieringermeer 154 144<br />

Zijpe 127 48<br />

Totaal<br />

Bron: Streekplan.<br />

1.807 1.990<br />

- 35 -<br />

Beschermd en intramuraal wonen (kleinschalig en grootschalig)<br />

Bij beschermd en intramuraal wonen, zijn wonen, welzijn en zorg sterk met<br />

elkaar verweven. Er is 24 uur per dag zorg en / of toezicht aanwezig.<br />

Deze zorgverlening is inpandig aanwezig. De begeleiding en huisvesting<br />

<strong>van</strong> cliënten is groepsgewijs georganiseerd. Veelal gaat het om vormen<br />

<strong>van</strong> niet-zelfstandig wonen met zowel fysieke aanpassingen als de<br />

aanwezigheid <strong>van</strong> zorginfrastructuur. Beschermd wonen vindt plaats in<br />

verpleeghuizen en in een deel <strong>van</strong> de verzorgingshuizen. Dit wordt<br />

doorgaans intramuraal wonen genoemd. Daarnaast zijn er ook<br />

verschillende kleinschalige vormen <strong>van</strong> groepswonen - veelal in niet<br />

zelfstandige wooneenheden - die onder beschermd wonen vallen.<br />

Bijvoorbeeld een groepswoning voor dementerende ouderen of mensen<br />

met een verstandelijk beperking in de wijk.<br />

In tabel 7.3 staat de opgave weergegeven voor het beschermd wonen, in<br />

tabel 7.4 voor het intramuraal wonen. Beide opgaven bekijken we in<br />

samenhang, waarbij het financieringsvraagstuk complex is.


Tabel 7.3: Opgave beschermd wonen<br />

Gemeente Opgave streekplan<br />

Anna Paulowna 39<br />

Den Helder 183<br />

Harenkarspel 42<br />

Niedorp 31<br />

Schagen 60<br />

Texel 46<br />

Wieringen 29<br />

Wieringermeer 42<br />

Zijpe 36<br />

Totaal 508<br />

Bron: Streekplan.<br />

Tabel 7.4: Opgave intramuraal wonen<br />

Gemeente Opgave streekplan Gerealiseerd & in de planning<br />

Anna Paulowna 157 35<br />

Den Helder 784 1200<br />

Harenkarspel 165 92<br />

Niedorp 120 50<br />

Schagen 225 102<br />

Texel 198 162<br />

Wieringen 128 109<br />

Wieringermeer 204 58<br />

Zijpe 152 59<br />

Totaal<br />

Bron: Streekplan.<br />

2.133 1.867<br />

- 36 -<br />

Procesafspraak in het kader <strong>van</strong> woningen voor ouderen en zorgvragers:<br />

11. Wat betreft de kwantitatieve opgave voor het bouwen <strong>van</strong> woningen voor<br />

ouderen en zorgvragers, hanteren wij de uitgangspunten <strong>van</strong> het streekplan.<br />

12. Wij gaan in regionaal verband verder samen werken aan wonen-welzijnzorg<br />

in onze regio. Daarbij maken wij afspraken wat regionaal moet<br />

gebeuren, en wat lokaal kan. Op lokaal niveau beschouwen wij wonenwelzijn-zorg<br />

als een integraal onderdeel <strong>van</strong> ons woonbeleid.


8. Samenwerken is ook samen aan de<br />

slag!<br />

In deze regionale visie hebben wij onze gezamenlijke ambities voor de<br />

komende tien jaar verwoord. Maar daarmee zijn we er nog niet. De<br />

opgaven uit de visie moeten in de komende periode ook daadwerkelijk<br />

opgepakt worden en tot uitvoering gekomen. Door de gemeenten zelf,<br />

waar immers een belangrijk zwaartepunt ligt als het gaat om uitvoering <strong>van</strong><br />

woonbeleid. Maar bijvoorbeeld ook door corporaties die staan voor<br />

investeringen in de kwaliteit en transformatie <strong>van</strong> de bestaande woningvoorraad<br />

in de <strong>Kop</strong>. Samenwerking tussen de verschillende partijen die<br />

zich met het wonen bezighouden in de <strong>Kop</strong> is essentieel bij de uitvoering<br />

<strong>van</strong> het regionale woonbeleid.<br />

In deze visie staan vier beleidsambities centraal. Uit deze beleidsambities<br />

volgen een aantal procesafspraken, die in ieder hoofdstuk staan weergegeven.<br />

Het is <strong>van</strong> belang om pragmatisch en doelgericht de gemaakte<br />

afspraken in de komende tijd uit te voeren. Hierbij is een goede en werkzame<br />

overlegstructuur noodzakelijk die de uitvoering <strong>van</strong> deze regionale<br />

woonvisie kan waarborgen.<br />

- 37 -<br />

8.1. <strong>Regionale</strong> samenwerking en afstemming<br />

Visie en ambities op papier zetten, is één. Ze in de praktijk brengen is een<br />

ander. Er zijn zeer veel partijen betrokken bij het wonen; de overheden<br />

(het Rijk, de provincie, gemeenten, regio’s), bewoners, woningcorporaties,<br />

marktpartijen, zorgaanbieders etc. En het is niet zo dat één partij het voor<br />

het zeggen heeft; alleen door goede communicatie, samenwerking en<br />

commitment kunnen stappen gezet worden en kom je tot een goede<br />

regionale afstemming. Transparantie en vertrouwen zijn hierbij sleutelwoorden,<br />

waarbij afstemming en verdeling centraal staan.<br />

Lokale acties en concrete afspraken en plannen <strong>van</strong> partijen die<br />

gebiedsgericht aan de slag gaan, moeten er voor zorgen dat de <strong>Kop</strong> een<br />

regio is met een gevarieerd aanbod <strong>van</strong> woningen in diverse woonmilieus.<br />

De ambities uit deze regionale woonvisie zullen niet altijd direct vertaald<br />

kunnen worden naar het lokale niveau. Maar daar zullen ze juist verder op<br />

de lokale situatie moeten worden toegesneden. Afstemming op regionaal<br />

niveau is nodig om <strong>van</strong> elkaar te weten waar we mee bezig zijn en om<br />

gevoel te krijgen en te houden rond de vraag; leiden alle lokale acties bij<br />

elkaar opgeteld wel tot het gewenste beeld <strong>van</strong> het wonen in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>?


Het is dus nodig om met elkaar in gesprek te blijven. Dat doen we op de<br />

volgende manier:<br />

1. Twee keer per jaar een portefeuillehoudersoverleg<br />

De negen verantwoordelijke wethouders voor het wonen, komen twee<br />

maal per jaar (bijvoorbeeld in maart en oktober) bijeen om te praten over<br />

het regionale woonbeleid. Het gaat daarbij zoal om:<br />

- Bespreken <strong>van</strong> voortgang in woningbouwproductie (zowel kwantitatief<br />

als kwalitatief), aan de hand <strong>van</strong> het ambitiemodel<br />

- Bespreken en regionaal standpunt bepalen <strong>van</strong> bijzondere woningbouwplannen,<br />

aan de hand <strong>van</strong> de onderbouwing door gemeenten.<br />

- Knelpunten (maar ook successen) bespreken, waar anderen <strong>van</strong><br />

kunnen leren: een jaarlijkse ‘kijk in elkaars keuken’.<br />

- Ontwikkelingen op de woningmarkt bespreken aan de hand <strong>van</strong> de<br />

jaarlijkse monitor door gemeenten.<br />

- Bekijken of de regionale woonvisie nog om bijsturing of een andere<br />

aanpak vraagt.<br />

Naast dit structurele, halfjaarlijkse portefeuillehoudersoverleg voeren wij<br />

naar behoefte overleg met de fractievertegenwoordigers <strong>van</strong> alle<br />

gemeenten in de <strong>Kop</strong>, aan de hand <strong>van</strong> een actueel thema met betrekking<br />

tot het wonen. Tijdens het proces <strong>van</strong> de regionale woonvisie hebben wij<br />

een meerwaarde <strong>van</strong> een gezamenlijke regiodiscussie ervaren. We zullen<br />

de nieuwe gemeenteraden in overleg met het Gewest hiertoe een voorstel<br />

doen.<br />

- 38 -<br />

2. Monitoren en evalueren<br />

De woningmarkt is veranderlijk. Niemand kan in de toekomst kijken. Het in<br />

de gaten houden <strong>van</strong> ontwikkelingen op de woningmarkt is <strong>van</strong> groot<br />

belang om er tijdig op in te kunnen spelen en indien mogelijk bij te sturen.<br />

Daarom is deze regionale woonvisie geen statisch maar een dynamisch<br />

document. Ieder jaar zal op basis <strong>van</strong> cijfermateriaal de balans moeten<br />

worden opgemaakt, en indien nodig, wordt de visie bijgestuurd. Dit<br />

noemen we monitoren (zie ook hoofdstuk 4, procesafspraak 5). De monitor<br />

wordt jaarlijks in het portefeuillehoudersoverleg besproken.<br />

3. Jaarlijkse dag <strong>van</strong> het wonen<br />

Bij het opstellen <strong>van</strong> deze regiovisie hebben wij gebruik gemaakt <strong>van</strong> de<br />

kennis <strong>van</strong> verschillende partijen. Wij vinden het belangrijk om regelmatig<br />

met deze belangrijke partners op het gebied <strong>van</strong> het wonen te praten over<br />

de ontwikkelingen op de woningmarkt. En dat kan volgens ons het beste in<br />

de vorm <strong>van</strong> een jaarlijkse bijeenkomst (de dag <strong>van</strong> het wonen). Een<br />

verfrissend platform voor alle betrokken partijen. Tijdens de dag <strong>van</strong> het<br />

wonen gaat het er om een manier te zoeken hoe de partijen elkaar kunnen<br />

helpen om de ambities uit de regionale woonvisie samen op te pakken.<br />

Daarnaast kan ook de jaarlijkse monitor met deze partijen worden<br />

besproken.


8.2. Actieprogramma’s<br />

In deze regionale woonvisie staan meerdere inhoudelijke en procesafspraken<br />

beschreven. De gemaakte afspraken zijn te herleiden tot vijf<br />

concrete actieprogramma’s die wij de komende tijd gaan oppakken.<br />

Actieprogramma 1: Kwantitatief woningbouwprogramma<br />

Wij hebben met elkaar een kwantitatief woningbouwprogramma afgesproken<br />

(zei tabel 4.1). Daarnaast hebben we afgesproken om te<br />

werken met een ambitiemodel (zie tabel 4.2).<br />

Procesafspraken:<br />

- Tijdens het portefeuillehoudersoverleg bespreken we de marktontwikkelingen<br />

en mogelijke consequenties daar<strong>van</strong> voor de<br />

woningbouwproductie in onze regio, in relatie tot het ambitiemodel.<br />

(procesafspraak 1)<br />

- Wij staan positief tegenover initiatieven die de economische en<br />

sociaal-maatschappelijke ontwikkelingen <strong>van</strong> de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<br />

<strong>Holland</strong> stimuleren. Tijdens het tweejaarlijkse portefeuillehoudersoverleg<br />

worden bijzondere woningbouwplannen in regioverband<br />

besproken. Uitgangspunt daarbij is dat de regio in principe positief<br />

staat tegenover de plannen mits het andere lokale woningmarkten niet<br />

verstoort. (procesafspraak 8)<br />

- De gemeenten Zijpe, Wieringen en Wieringermeer houden de<br />

<strong>Kop</strong>gemeenten op de hoogte <strong>van</strong> de ontwikkelingen rondom de<br />

bijzondere bouwlocaties. (procesafspraak 9)<br />

- 39 -<br />

Beoogd resultaat:<br />

Transparantie <strong>van</strong> en onderlinge bekendheid tussen gemeenten over de<br />

regionale woningbouwproductie in de <strong>Kop</strong>.<br />

Betrokken partijen:<br />

Portefeuillehouders <strong>van</strong> de negen gemeenten.<br />

Actieprogramma 2: inzetten op kwaliteit en identiteit<br />

Wij willen de komende jaren vooral inzetten op de kwaliteit en identiteit <strong>van</strong><br />

het wonen in de <strong>Kop</strong>. Vraag en aanbod moeten beter op elkaar aansluiten.<br />

We zien dat met name starters en ouderen het moeilijk hebben op onze<br />

woningmarkt.<br />

Procesafspraken:<br />

- Alle gemeenten geven uiterlijk 2007 inzicht in de woningdifferentiatie in<br />

percentages <strong>van</strong> de nieuwbouw, waarin voor de resterende periode<br />

gebouwd gaat worden. (procesafspraak 2)<br />

- Wij bouwen minstens 30% <strong>van</strong> onze nieuwbouwwoningen in de<br />

bereikbare sfeer, zowel in de koop- als in de huursector. Den Helder<br />

en Wieringen zijn hier<strong>van</strong> uitgezonderd. Tevens bouwen wij onze<br />

woningen met niveau Woonkeur. (procesafspraak 2)<br />

- Wij streven er naar om minimaal één maal per jaar met een artikel<br />

over een woningbouwproject in onze regio in een vakblad voor<br />

architectuur en/of landschapsontwikkeling te komen. (procesafspraak<br />

7)


- Wij vinden transparantie voor woningzoekenden belangrijk, daarom<br />

maken wij in het portefeuillehoudersoverleg concrete afspraken om<br />

samen met de vijf woningcorporaties die bezit hebben in de <strong>Kop</strong>, te<br />

spreken over een eenduidige woonruimteverdelingsysteem in de <strong>Kop</strong><br />

met oog voor de ‘couleur locale’. In 2007 is dit systeem gereed.<br />

(procesafspraak 10)<br />

Beoogd resultaat:<br />

Een kwalitatief hoogwaardige woningbouwproductie dat afgestemd is op<br />

de lokale behoefte, en waar vooral starters en ouderen (betere) kansen<br />

hebben. Met een transparant woonruimteverdelingsysteem <strong>van</strong> huurwoningen.<br />

Betrokken partijen:<br />

Gemeenten en woningcorporaties (woonruimteverdelingsysteem).<br />

Actieprogramma 3: woonbeleid lokaal weer op de agenda<br />

Om goed regie te kunnen voeren over het woonbeleid, vinden wij het<br />

belangrijk dat wij goed zicht hebben op de ontwikkelingen op onze<br />

woningmarkt. Op basis daar<strong>van</strong> kunnen lokale woonvisies worden<br />

gemaakt.<br />

Procesafspraken:<br />

- Alle gemeenten in de <strong>Kop</strong> voeren in 2006 of uiterlijk 2007 gezamenlijk<br />

een woningmarktonderzoek uit en herhalen dit in 2010 en 2014 (elke<br />

vier jaar). (procesafspraak 3)<br />

- 40 -<br />

- In 2007 hebben alle gemeenten in de <strong>Kop</strong> een actuele gemeentelijke<br />

woonvisie, niet ouder dan vier jaar. (procesafspraak 4)<br />

- Vanaf 2007 monitoren alle gemeenten in de <strong>Kop</strong> (al dan niet<br />

gezamenlijk) hun woningmarkt. (procesafspraak 5)<br />

- In 2008 hebben alle gemeenten in de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

prestatieafspraken met de woningcorporatie(s) actief in de<br />

desbetreffende gemeente. (procesafspraak 6)<br />

Beoogd resultaat:<br />

Goed en actueel zicht op de woningmarkt in de <strong>Kop</strong>, alsmede een visie<br />

daarop.<br />

Betrokken partijen:<br />

Gemeenten en woningcorporaties (woonvisies en prestatieafspraken)<br />

Actieprogramma 4: wonen, welzijn en zorg in de <strong>Kop</strong><br />

In de <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> ligt een grote opgave met betrekking tot<br />

wonen, welzijn en zorg. Niet alleen <strong>van</strong>wege de voortgaande vergrijzing,<br />

maar zeker ook door de vermaatschappelijking <strong>van</strong> de zorg en de<br />

extramuralisering. En deze opgave is beslist niet alleen met nieuwbouw te<br />

realiseren, maar moet ook in aanpassing <strong>van</strong> de bestaande voorraad<br />

worden gezocht. Deze opgaven liggen veelal op lokaal niveau. Het gaat<br />

dan om complexe processen met diverse soorten aanbieders en<br />

verschillende financieringsstromen met verschillende regels. Op regionaal<br />

niveau zal er op dit terrein vooral sprake zijn <strong>van</strong> afstemming.


Procesafspraken:<br />

- Wat betreft de kwantitatieve opgave voor het bouwen <strong>van</strong> woningen<br />

voor ouderen en zorgvragers, hanteren wij de uitgangspunten <strong>van</strong> het<br />

streekplan. (procesafspraak 11)<br />

- Wij gaan in regionaal verband verder samen werken aan wonenwelzijn-zorg<br />

in onze regio. Daarbij maken wij afspraken wat regionaal<br />

moet gebeuren, en wat lokaal kan. Op lokaal niveau beschouwen wij<br />

wonen-welzijn-zorg als een integraal onderdeel <strong>van</strong> ons woonbeleid.<br />

- Op lokaal niveau beschouwen wij wonen-welzijn-zorg als integraal<br />

onderdeel <strong>van</strong> ons woonbeleid. (procesafspraak 12)<br />

Beoogd resultaat:<br />

Regionaal afgestemd beleid met betrekking tot wonen-welzijn-zorg.<br />

Betrokken partijen:<br />

Aanbieders <strong>van</strong> woon-, welzijn- en zorgvoorzieningen in de <strong>Kop</strong>.<br />

Actieprogramma 5: samen aan de slag!<br />

Met deze regionale woonvisie luiden wij het startpunt in <strong>van</strong> een<br />

intensievere regionale samenwerking op het terrein <strong>van</strong> wonen. Deze<br />

samenwerking heeft volgens ons een aanzienlijke meerwaarde voor alle<br />

partijen. Om deze regionale woonvisie een dynamisch karakter te geven,<br />

en met elkaar in gesprek te blijven, hebben wij het volgende afgesproken:<br />

- halfjaarlijks portefeuillehoudersoverleg en naar behoefte overleg met<br />

de fractievertegenwoordigers <strong>van</strong> de gemeenteraden;<br />

- de jaarlijkse monitor bespreken tijdens het portefeuillehoudersoverleg<br />

en mogelijk ook met de partijen uit het veld;<br />

- 41 -<br />

- een jaarlijkse ‘dag <strong>van</strong> het wonen’ met onze belangrijkste partners met<br />

betrekking tot het wonen in de <strong>Kop</strong>.<br />

Beoogd resultaat:<br />

Met elkaar in gesprek zijn en blijven over het wonen in de <strong>Kop</strong>, en waar<br />

nodig de regionale woonvisie (en woningbouwprojecten) bijsturen aan de<br />

hand <strong>van</strong> een monitoringsysteem.<br />

Betrokken partijen:<br />

Alle belangrijke partners op het gebied <strong>van</strong> wonen.<br />

8.3. Verantwoordelijkheid en rol <strong>van</strong> het Gewest <strong>Kop</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />

Het maken <strong>van</strong> afspraken en het nakomen er<strong>van</strong> valt of staat met het<br />

organiseren en coördineren er<strong>van</strong>. De afgelopen jaren moeten wij<br />

constateren dat het woonbeleid onvoldoende op de agenda heeft gestaan.<br />

De komende jaren zullen wij daar inhoudelijk en procesmatig verandering<br />

in brengen. Samen met het Gewest <strong>Kop</strong> <strong>van</strong> <strong>Noord</strong> <strong>Holland</strong> gaan wij na<br />

welke taken uit deze regiovisie bij het Gewest kunnen worden ondergebracht<br />

ter vermindering <strong>van</strong> de werklast <strong>van</strong> de gemeentelijke<br />

ambtenaren wonen en ter bevordering <strong>van</strong> de voortgang.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!