I. Moet de werkgever sociale verkiezingen ... - ABVV Metaal
I. Moet de werkgever sociale verkiezingen ... - ABVV Metaal
I. Moet de werkgever sociale verkiezingen ... - ABVV Metaal
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
I. <strong>Moet</strong> <strong>de</strong> <strong>werkgever</strong> <strong>sociale</strong> <strong>verkiezingen</strong> organiseren?<br />
I. MOET DE WERKGEVER SOCIALE VERKIEZINGEN ORGANISEREN? ................................................................... 1<br />
A. WAT IS ‘GEWOONLIJKE’ GEMIDDELDE TEWERKSTELLING? ........................................................................................ 1<br />
B. WANNEER WORDT GETELD? – DE REFERTEPERIODE ................................................................................................ 2<br />
C. WIE TELT MEE? .............................................................................................................................................. 3<br />
D. CONTROLE VAN HET AANTAL WERKNEMERS .......................................................................................................... 5<br />
E. BEWIJSLAST ................................................................................................................................................... 5<br />
Elke on<strong>de</strong>rneming die gewoonlijk gemid<strong>de</strong>ld 50 werknemers tewerkstelt, moet <strong>sociale</strong> <strong>verkiezingen</strong><br />
organiseren voor het CPBW. On<strong>de</strong>rnemingen die gewoonlijk gemid<strong>de</strong>ld tenminste 100 werknemers<br />
tewerkstellen, moeten ook <strong>verkiezingen</strong> organiseren voor <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnemingsraad (artikel 14<br />
Bedrijfsorganisatiewet, artikel 49 Welzijnswet, artikel 2 Wet Drempel On<strong>de</strong>rnemingsraad en artikel 6<br />
Wet Sociale Verkiezingen). In mijnen, graverijen en on<strong>de</strong>rgrondse groeven moeten CPBW’s ingesteld<br />
wor<strong>de</strong>n zodra er twintig werknemers tewerkgesteld zijn.<br />
A. Wat is ‘gewoonlijke’ gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling?<br />
Om <strong>de</strong> gewoonlijke gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling te berekenen moet eerst <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
tewerkstelling berekend wor<strong>de</strong>n. Als <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling <strong>de</strong> drempel overschrijdt, moet<br />
nagegaan wor<strong>de</strong>n of <strong>de</strong>ze gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling ook “gewoonlijk” is.<br />
Arbrb. Antwerpen, 12 februari 2004 A.R. 363.813<br />
Arbrb. Den<strong>de</strong>rmon<strong>de</strong>, Afd. Aalst, 2 e K, 1 februari 2008, A.R. 08/191/A<br />
Arbrbr. Brussel, 3 maart 2008, A.R. nr. 08/276/A<br />
Het gaat over <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling over <strong>de</strong> vier trimesters van 2003 en niet over het aantal<br />
werknemers op één bepaal<strong>de</strong> dag. De rechter houdt dus geen rekening met het aantal werknemers<br />
op <strong>de</strong> dag van het vonnis, of met <strong>de</strong> aankondiging van <strong>de</strong> <strong>werkgever</strong> dat er nieuwe aanwervingen<br />
zullen gebeuren.<br />
Arbrb. Antwerpen, 12 februari 2004, A.R. 363.813<br />
Arbrb. Turnhout, 27 februari 2004, 26.749.<br />
De wet bepaalt niet wat moet wor<strong>de</strong>n verstaan on<strong>de</strong>r ‘gewoonlijke’ gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling. De<br />
rechter kan niet geldig beslissen dat geen an<strong>de</strong>re omstandighe<strong>de</strong>n (dan <strong>de</strong> berekening van <strong>de</strong><br />
gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling) in beschouwing genomen mogen wor<strong>de</strong>n.<br />
CPBW: Cass. 11 januari 1982, R.W. 1982-83, 2463-2465<br />
OR: Cass. 16 januari 1989, R.W. 1988-89, 1089<br />
Arbrb. Antwerpen, 12 februari 2004, A.R. 363.813<br />
Arbrbr. Brussel, 3 maart 2008, A.R. nr. 08/276/A<br />
De kwalificatie als zijn<strong>de</strong> “gewoonlijk” bij <strong>de</strong> term “gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling” maakt het mogelijk<br />
voor <strong>de</strong> rechter om rekening te hou<strong>de</strong>n met an<strong>de</strong>re elementen dan <strong>de</strong> loutere berekeningen van <strong>de</strong><br />
gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling (vb graduele vermin<strong>de</strong>ring van personeel tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> referteperio<strong>de</strong>,<br />
procedure collectief ontslag groten<strong>de</strong>els doorlopen).<br />
In casu had in <strong>de</strong> eerste helft van 2003 een collectief ontslag plaatsgevon<strong>de</strong>n, waarbij 42 werknemers<br />
ontslagen wer<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft van 2003 bleef het aantal werknemers stabiel (46). De rechter<br />
1
oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> tewerkstelling in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft van 2003 <strong>de</strong> “gewoonlijke” gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
tewerkstelling was, en gebruikte enkel <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> als referteperio<strong>de</strong>.<br />
Arbrb. Brugge, 2 <strong>de</strong> kamer, 1 februari 2001, A.R. 99.211<br />
Het buitengewone karakter van <strong>de</strong> tewerkstelling zal vooral ingeroepen wor<strong>de</strong>n als het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
van 100 werknemers wordt bereikt, maar kan evengoed ingeroepen wor<strong>de</strong>n als <strong>de</strong> daling van het<br />
gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> drempel een artificieel karakter vertoont.<br />
Arbrb. Luik, 17 februari 2000, A.R. 302.518<br />
Arbrbr. Brussel, 3 maart 2008, A.R. nr. 08/276/A<br />
Een wijziging van <strong>de</strong> arbeidsovereenkomst die gevolgen heeft voor <strong>de</strong> telling van het aantal<br />
werknemers, kan het gewoonlijk karakter van <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling in het gedrang brengen.<br />
De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling is niet gewoonlijk wanneer <strong>de</strong> <strong>werkgever</strong> op artificiële wijze het aantal<br />
personeelsle<strong>de</strong>n vermin<strong>de</strong>rt door het statuut van <strong>de</strong> werknemers te wijzigen van interim naar een<br />
“plan formation-insertion”.<br />
Arbrbr. Brussel, 3 maart 2008, A.R. nr. 08/276/A<br />
De daling van het aantal uitzendkrachten kan <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling “ongewoon” maken, als<br />
ze opzettelijk en manifest gebeurt. Seizoensgebon<strong>de</strong>n schommelingen in <strong>de</strong> tewerkstelling die<br />
verklaard kunnen wor<strong>de</strong>n op basis van economische wetmatighe<strong>de</strong>n eigen aan het bedrijf (activiteit<br />
was het kweken van kiemproducten) verhin<strong>de</strong>ren niet dat <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling<br />
“gewoonlijk” is. Bovendien werd <strong>de</strong> drempel in <strong>de</strong> voorafgaan<strong>de</strong> kwartalen soms wel bereikt, soms<br />
niet.<br />
Arbrb. Gent, 18 maart 2008, A.R. 08/71/A<br />
B. Wanneer wordt geteld? – <strong>de</strong> referteperio<strong>de</strong><br />
De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling wordt berekend op basis van <strong>de</strong> tewerkstelling tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> vier<br />
trimesters van het kalen<strong>de</strong>rjaar voorafgaand aan <strong>de</strong> <strong>sociale</strong> <strong>verkiezingen</strong>.<br />
De rechter kan geen rekening hou<strong>de</strong>n met een eventuele manipulatie vóór <strong>de</strong> referteperio<strong>de</strong>. De<br />
wet is van openbare or<strong>de</strong> en moet strikt door rechtbank toegepast wor<strong>de</strong>n.<br />
Arbrb. Brugge, 1 februari 2001, A.R. 99.211<br />
Indien tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> referteperio<strong>de</strong> het personeelsbestand wijzigt en <strong>de</strong> wijziging voortduurt na <strong>de</strong><br />
referteperio<strong>de</strong>, moet hiermee rekening gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> vaststelling van het aantal<br />
werknemers.<br />
Arbrb Doornik, 7 maart 1995, J.L.M.B.,1995, 1500<br />
Met een plotse vermin<strong>de</strong>ring van het personeel na <strong>de</strong> referteperio<strong>de</strong> kan geen rekening gehou<strong>de</strong>n<br />
wor<strong>de</strong>n. In casu waren 18 werknemers ontslagen na het inlei<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eis tot organisatie van<br />
<strong>sociale</strong> <strong>verkiezingen</strong>. Er bleven 48 werknemers over, zodat <strong>de</strong> WG beweer<strong>de</strong> geen <strong>sociale</strong><br />
<strong>verkiezingen</strong> te moeten organiseren. De rechter oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> echter dat <strong>de</strong> gewoonlijke gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
tewerkstelling wel 50 werknemers bedroeg en dus <strong>verkiezingen</strong> georganiseerd moesten wor<strong>de</strong>n.<br />
Arbrb. Bergen, 4 <strong>de</strong> kamer, 14 <strong>de</strong>cember 2000, A.R. 1303/00/M<br />
Het KB van 15 mei 2003 voorziet in een bijzon<strong>de</strong>re regel voor <strong>de</strong> berekening van het gemid<strong>de</strong>ld<br />
aantal werknemers in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming in geval van overgang van on<strong>de</strong>rneming in <strong>de</strong> zin van artikel<br />
21 par. 10 van <strong>de</strong> wet van 20 september 1948. Het begrip 'overgang van on<strong>de</strong>rneming, in art. 21, par.<br />
10 van <strong>de</strong> wet van 20 september 1948 is niet na<strong>de</strong>r omschreven.<br />
2
Dit begrip stemt overeen met het begrip overgang van on<strong>de</strong>rneming in <strong>de</strong> CAO nr.32bis van NAR.<br />
Cass., 6 <strong>de</strong>cember 2004, J.T.T.,30.06.2005, nr 922,0311; R.W.,18.02.2006, nr 25,0975; S.R.K.,10/2007<br />
De rechtbank moet rekening hou<strong>de</strong>n met alle wijzigingen die haar tot op het moment dat ze een<br />
beslissing neemt, wor<strong>de</strong>n meege<strong>de</strong>eld.<br />
Hierbij dient ze geen rekening te hou<strong>de</strong>n met het loutere voornemen van <strong>de</strong> <strong>werkgever</strong> om<br />
wijzigingen door te voeren die een impact hebben op <strong>de</strong> gewoonlijke gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling,<br />
tenzij hieraan reeds een begin van uitvoering werd gegeven. (I.c. was er een overgang van <strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rneming na het refertejaar maar vóór X-35)<br />
Arbrb. Turnhout, 27 februari 2004, A.R.V. 26.749<br />
Uit <strong>de</strong> tekst van artikel 4, par. 3 van het KB van 15 mei 2003 blijkt dat <strong>de</strong> wetgever enkel een<br />
uitzon<strong>de</strong>ring heeft willen voorzien ingeval van overgang van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming. Hieruit moet afgeleid<br />
wor<strong>de</strong>n dat in alle an<strong>de</strong>re situaties <strong>de</strong> algemene regel dient toegepast te wor<strong>de</strong>n.<br />
Arbrb. Antwerpen, 1 e K, 12 februari 2004, A.R. 363.813<br />
C. Wie telt mee?<br />
De wet stelt dat alle werknemers verbon<strong>de</strong>n door een arbeidsovereenkomst of een<br />
leerovereenkomst en <strong>de</strong> daarmee gelijkgestel<strong>de</strong>n meegeteld moeten wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
tewerkstelling te berekenen.<br />
Uitzendkrachten<br />
Als algemene regel geldt dat uitzendkrachten meegeteld moeten wor<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> berekening van <strong>de</strong><br />
gewoonlijke gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling. De wet voorziet een uitzon<strong>de</strong>ring voor uitzendkrachten die<br />
een vaste werknemer vervangen. Het is <strong>de</strong> <strong>werkgever</strong> die moet aantonen dat het gaat om een<br />
vervangingscontract. Bovendien moet <strong>de</strong> arbeidsovereenkomst voldoen aan <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n die <strong>de</strong><br />
wet op <strong>de</strong> uitzendarbeid stelt. Zoniet kan <strong>de</strong> overeenkomst geherkwalificeerd wor<strong>de</strong>n als<br />
arbeidsovereenkomst voor onbepaal<strong>de</strong> duur, en wordt <strong>de</strong> betrokken werknemer toch meegeteld.<br />
De bedoeling van <strong>de</strong> wetgeving is het erkennen van uitzendkrachten als werknemers voor zover er<br />
een vermeer<strong>de</strong>ring van werk is, zelfs al is dit tij<strong>de</strong>lijk, en te voorkomen dat meer<strong>de</strong>re werknemers<br />
wor<strong>de</strong>n geteld voor <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> betrekking.<br />
Arbrb. Luik, 5 <strong>de</strong> kamer, 6 september 1995<br />
Uitzendkrachten die zijn aangenomen om een werknemer te vervangen wiens arbeidsovereenkomst<br />
is verbroken, bij een tij<strong>de</strong>lijke vermeer<strong>de</strong>ring van werk of om een uitzon<strong>de</strong>rlijke taak uit te voeren,<br />
wor<strong>de</strong>n meegeteld.<br />
Arbrb. Bergen, 4 e K, 3 maart 2008, A.R. 08/276/A<br />
Sommige rechters achten zich onbevoegd om in het ka<strong>de</strong>r van een geschil over <strong>de</strong> <strong>sociale</strong><br />
<strong>verkiezingen</strong> een interimovereenkomst te herkwalificeren tot een arbeidsovereenkomst voor<br />
onbepaal<strong>de</strong> duur. Dit gaat in tegen <strong>de</strong> rechtspraak van het Hof van Cassatie, dat <strong>de</strong> herkwalificatie<br />
van uitzendkrachten tot vaste werknemers in het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> <strong>sociale</strong> <strong>verkiezingen</strong> wel aanvaardt!<br />
Cass. 3 oktober 2005, S.04.0131.F<br />
3
Een uitzendkracht die is aangenomen ter vervanging van een an<strong>de</strong>re werknemer moet niet wor<strong>de</strong>n<br />
meegeteld voor <strong>de</strong> berekening van <strong>de</strong> gewoonlijke gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tewerkstelling. Om als vervanger<br />
beschouwd te wor<strong>de</strong>n, is het niet nodig dat <strong>de</strong> interimair precies <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> taken vervult als <strong>de</strong><br />
vervangen werknemer; het volstaat dat hij tot <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> werknemerscategorie (arbei<strong>de</strong>r of bedien<strong>de</strong>)<br />
behoort. Dit zou an<strong>de</strong>rs kunnen beoor<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n als <strong>de</strong> vervangen werknemer en <strong>de</strong> interimair<br />
elk in een geheel an<strong>de</strong>re af<strong>de</strong>ling van het bedrijf werken.<br />
Arbrb. Nijvel, 11 februari 2000, A.R. 168/N/2000 en 169/N/2000<br />
De rechtspraak aanvaardt <strong>de</strong> mogelijkheid van een casca<strong>de</strong>systeem van vervangingen: <strong>de</strong> vervanger<br />
van een vaste werknemer kan op zijn beurt vervangen wor<strong>de</strong>n. Om te weten of <strong>de</strong> recentste<br />
uitzendkracht als vervanger beschouwd moet wor<strong>de</strong>n, moet men nagaan of <strong>de</strong>ze nog binnen <strong>de</strong><br />
vervangperio<strong>de</strong> van <strong>de</strong> te vervangen vaste werknemer tewerkgesteld is.<br />
Bei<strong>de</strong> vervangers wor<strong>de</strong>n dus niet meegeteld voor <strong>de</strong> berekening van het aantal werknemers. Wel is<br />
vereist dat <strong>de</strong> vervangingscontracten voldoen aan <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> wet op <strong>de</strong> uitzendarbeid<br />
hiervoor stelt. Als dit niet het geval is, moet uitzendkracht als een ‘gewone’ werknemer beschouwd<br />
wor<strong>de</strong>n en dus meegeteld wor<strong>de</strong>n.<br />
Arbrb. Nijvel, 11 februari 2000 en 25 februari 2000, A.R. 168/N/2000 en 268/N/2000<br />
Een uitzendkracht (WN3) die werd aangenomen ter vervanging van een werknemer (WN2) die zelf<br />
tewerkgesteld was met een vervangingsovereenkomst en wiens contract wegens overmacht<br />
beëindigd wordt en na <strong>de</strong> beëindiging van het contract van WN2 een nieuw contract krijgt om <strong>de</strong><br />
oorspronkelijke werknemer (WN1) te vervangen, wordt beschouwd als vaste werknemer omdat <strong>de</strong><br />
<strong>werkgever</strong> tegenover WN3 niet <strong>de</strong> voor WN2 gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> opzegperio<strong>de</strong> in acht heeft genomen.<br />
Arbrb. Doornik, 3 <strong>de</strong> kamer, 21 maart 2000, A.R. 20.881<br />
Een uitzendkracht die een werknemer vervangt terwijl hij of zij overuren compenseert of vorming<br />
volgt binnen <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming, moet meegeteld wor<strong>de</strong>n als werknemer. De arbeidsovereenkomst van<br />
werknemers die vorming volgen is niet geschorst; ze wor<strong>de</strong>n ver<strong>de</strong>r betaald, blijven on<strong>de</strong>r toezicht<br />
van <strong>de</strong> <strong>werkgever</strong> en kunnen niet vrij beschikken over hun tijd.<br />
Ook <strong>de</strong> arbeidsovereenkomst van werknemers die overuren compenseren is niet geschorst. Er is<br />
sprake van een toename van <strong>de</strong> arbeid.<br />
Arbrb Brussel, 11 februari 2008, S.R.K., 2010, nr 03, p. 155<br />
Als <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>diging er niet in slaagt voldoen<strong>de</strong> bewijs voor te leggen dat het gaat om een vervanging<br />
en welke <strong>de</strong> motieven daarvoor zijn, moeten <strong>de</strong> uitzendkrachten meegeteld wor<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong><br />
berekening van <strong>de</strong> tewerkstelling.<br />
Arbrb. Doornik, Af<strong>de</strong>ling Moeskroen, 20 april 2004, A.R. 24.042/ 24.043/ 24.051<br />
Arbrb. Brussel, 3 maart 2008, A.R. nr. 08/276/A<br />
Om het aantal gewerkte dagen te berekenen moeten voor uitzendkrachten die tot vrijdag werken en<br />
op maandag het werk hernemen, ook <strong>de</strong> weekends tussen <strong>de</strong> opeenvolgen<strong>de</strong> contracten wor<strong>de</strong>n<br />
meegeteld.<br />
Arbrb. Doornik, 20 april 2000, A.R. 24.039<br />
Personen in disponibiliteit<br />
Personen die in disponibiliteit staan voorafgaand aan hun rustpensioen blijven tewerkgesteld (en<br />
moeten dus meegeteld wor<strong>de</strong>n) tot zij recht hebben op een wettelijk pensioen.<br />
Arbrb. Nijvel, 14 maart 2008, A.R. 08/734/A<br />
4
Werknemers in on<strong>de</strong>raanneming<br />
Werknemers van een vereniging die een studie uitvoert in opdracht en voor rekening van een<br />
on<strong>de</strong>rneming, kunnen niet beschouwd wor<strong>de</strong>n als werknemers van <strong>de</strong> opdrachtgeven<strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rneming. Het contract tussen <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming en <strong>de</strong> vereniging had geen terbeschikkingstelling<br />
van personeel tot voorwerp, maar wel een dui<strong>de</strong>lijk afgelijn<strong>de</strong> opdracht. Het gaat om een<br />
on<strong>de</strong>raanneming. Dat <strong>de</strong> opdrachtgeven<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming richtlijnen geeft, en een zekere vorm van<br />
controle en toezicht uitoefent, doet hieraan niet af. De wetgeving op <strong>de</strong> <strong>sociale</strong> <strong>verkiezingen</strong> kan<br />
volgens <strong>de</strong> rechter niet gebruikt wor<strong>de</strong>n om een juridische situatie in twijfel te trekken die<br />
voortvloeit uit <strong>de</strong> wil <strong>de</strong>r partijen, als daarenboven niet alle partijen <strong>de</strong>elnemen aan het geding.<br />
Arbrb. Luik, 6 <strong>de</strong> kamer, 18 februari 2000, A.R. 302.913 en 302.919<br />
Werknemers tewerkgesteld in het buitenland<br />
Werknemers meestal tewerkgesteld in het buitenland mogen niet uitgesloten wor<strong>de</strong>n voor het<br />
berekenen van <strong>de</strong> drempelwaar<strong>de</strong>n.<br />
Arbrb Brussel, 07 maart 2000, A.R., nr 15.953/2000<br />
Statutaire ambtenaren<br />
Personen wiens tewerkstelling wordt beheerst door een statuut en niet door een<br />
arbeidsovereenkomst zijn geen werknemer en wor<strong>de</strong>n er ook niet mee gelijkgesteld.<br />
Arbrb. Antwerpen, 1 februari 2008, A.R. 08/387/A<br />
Havenarbei<strong>de</strong>rs<br />
Een on<strong>de</strong>rneming die gezag uitoefent, het werk organiseert, opdrachten geeft, <strong>de</strong> bevoegdheid heeft<br />
<strong>de</strong> arbeidsovereenkomst te beëindigen en zelf <strong>de</strong> volledige financiële verantwoor<strong>de</strong>lijkheid voor <strong>de</strong><br />
uitvoering van <strong>de</strong> sociaalrechtelijke verplichtingen draagt over een aantal werknemers dat <strong>de</strong><br />
drempel overschrijdt, moet <strong>sociale</strong> <strong>verkiezingen</strong> organiseren. Dat <strong>de</strong> werknemers niet zijn<br />
ingeschreven in het personeelsregister van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming is irrelevant.<br />
Arbrb Gent, 6 februari 2004, A.R. 163.848/2004, S.R.K.,10/2007,0613<br />
D. Controle van het aantal werknemers<br />
De <strong>sociale</strong> inspectie schendt haar beroepsgeheim wanneer ze een verslag van een inspectie<br />
doorgeeft aan een vakbond. De vakbond moet dus steeds een vor<strong>de</strong>ring instellen voor <strong>de</strong><br />
arbeidsrechtbank om het aantal werknemers te laten controleren.<br />
Arbrb. Antwerpen, 27 maart 2000, A.R. nr. 320.456, Soc. Kron. 2001, 597-600.<br />
E. Bewijslast<br />
Het is <strong>de</strong> eiser (gewoonlijk <strong>de</strong> vakbond) die het gemid<strong>de</strong>ld aantal werknemers moet bewijzen. Als <strong>de</strong><br />
verweer<strong>de</strong>r (<strong>werkgever</strong>) argumenteert dat er een vermin<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> tewerkstelling is, moet hij<br />
aantonen dat het niet om een loutere verwachting of mogelijkheid gaat.<br />
Arbrb. Mechelen, 2 e kamer, 22 maart 2004, A.R. 84.520 en 84.521<br />
5
Een uittreksel van het vennootschapsdossier waarin het RSZ-nummer van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming wordt<br />
vermeld, en wordt aangegeven dat <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming tussen 50 en 99 werknemers tewerkstelt,<br />
volstaat niet als bewijs.<br />
Arbrb. Brussel, 2 februari 2004, A.R. 69.938/04<br />
6