EXKURSIE IN HET BOURTANGER VEEN - Noorderbreedte
EXKURSIE IN HET BOURTANGER VEEN - Noorderbreedte
EXKURSIE IN HET BOURTANGER VEEN - Noorderbreedte
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De exkursie<br />
Exkursieroute<br />
De exkursie begint op de Hondsrug als<br />
westelijke begrenzing van het Bourtanger<br />
Veen.<br />
Gieten<br />
Bij het dorp Gieten is het hoogteverschil<br />
tussen de Hondsrug en het Hunzedal<br />
aanzienlijk. Voor Noordnederlandse<br />
begrippen is het hoogteverschil zelfs<br />
groot; toch zeker 17 meter (hondsrug ±<br />
20 m NAP en het Hunzedal ± 3 m NAP),<br />
ïn de oostheüing van de Hondsrug is<br />
nog een aantal fraaie droge dalen te<br />
zien. Het dorp Gieten ligt gedeeltelijk in<br />
een van deze droge dalen.<br />
Hunzedal<br />
Er moet onderscheid gemaakt worden<br />
tussen het oerstroomdal van de Hunze<br />
en het Hunzedal. Het oerstroomdal is<br />
gevormd in de Saale-ijstijd en was 60<br />
meter diep. Het werd in het westen begrensd<br />
door de Hondsrug en in het oosten<br />
door Westerwolde. Later is dit dal<br />
nagenoeg geheel opgevuld met sediment.<br />
Het Hunzedal is het dal dat de Hunze<br />
gevormd heeft in deze sedimenten. Dit<br />
dal wordt ook begrensd door de Hondsrug.<br />
De oostflank wordt gevormd door<br />
de zandrug waar randverveningsdorpen<br />
als Gieterveen en Eexterveen en<br />
Spijkerboor op liggen. In dit Hunzedal<br />
vinden we geen wijken en zwetsloten.<br />
Onstwedde<br />
Ten noorden van Onstwedde ligt een<br />
heuvelrug midden in het vlakke zandlandschap.<br />
Deze heuvelrug is een stuwwal,<br />
gevormd in de laatste fase van de<br />
Saale-ijstijd. De stuwwal van Onstwedde<br />
is op een speciale wijze ontstaan. Bij<br />
Onstwedde vormden zich twee gletsjertongen<br />
die naar elkaar toegroeiden. De<br />
tussenliggende grond werd zo aan twee<br />
kanten opgestuwd waardoor de rug ontstond<br />
(fig 2). De laag dekzand uit de<br />
Weichsel-ijstijd is op deze heuvelrug erg<br />
dun en we vinden dan ook op veel plaatsen<br />
materiaal van voor de Saale-ijstijd<br />
dicht aan de oppervlakte. Dat materiaal,<br />
in dit geval loss, ligt op minder dan 30<br />
cm diepte.<br />
Stuifduinen Ruiten A<br />
Het landschap om de Ruiten A wordt<br />
gekenmerkt door veel reliëf. U ziet hier<br />
een smal laagliggend beekdal overgaand<br />
in bolliggende esjes op zandduintjes. De<br />
grens tussen een esje en het beekdal is<br />
vaak een stijlwandje. De duintjes zijn gevormd<br />
als rivierduintjes aan het eind<br />
van het Weichselien. Het gebied was in<br />
die tijd schaars begroeid. De begroeiing<br />
die er was, was gekoncentreerd langs de<br />
beek. De struiken en bomen die er stonden<br />
vingen het zand in dat vrijkwam uit<br />
•"~K/<br />
Blik vanaf de Hondsrug naar de Veenkoloniën<br />
de lokale zand vers tui vingen. Zo vormden<br />
zich paraboolvormige duintjes (paraboolvormig<br />
vanwege de vorm van de<br />
meanders). Het gebied is gelukkig gespaard<br />
gebleven voor ruilverkavelingen.<br />
Hasseberg<br />
Tegen de Duitse grens ligt de Hasseberg.<br />
Deze 'berg' is een keileemopduiking<br />
die gevormd is tijdens de laatste fase<br />
van de Saale-ijstijd. De Hasseberg is<br />
klein maar steil en is de hoogste heuvel<br />
van de provincie Groningen (14,6 m).<br />
Voor het afgraven van het hoogveen zal<br />
de heuvel waarschijnlijk boven het veen<br />
uitgestoken hebben. De Hasseberg is op<br />
sommige plaatsen aan de randen afgegraven.<br />
Voor de Hasseberg ligt een tweetal 'rillen'<br />
die in het landschap nauwelijks te<br />
onderscheiden zijn, maar op de bodemkaart<br />
duidelijk te zien zijn. Het zijn twee<br />
met veen opgevulde geulen, waarschijnlijk<br />
oude beddingen van een verdwenen<br />
stroom.<br />
Ter Borch<br />
Dit kleine dorp, eigenlijk meer een<br />
buurtschap, is zeer de moeite waard. De<br />
naam doet vermoeden dat hier ooit een<br />
borg of burcht heeft gestaan. Er zijn echter-nooit<br />
bewijzen voor gevonden. Het<br />
eerste dat opvalt, zijn de prachtige oude<br />
Saksische boerderijen omringd met<br />
hoogbejaarde bomen.<br />
Achter Ter Borch ligt een natuurgebied<br />
met heide. Heide is een landschapstype<br />
dat ontstaat en bewaard blijft bij de gratie<br />
van menselijk ingrijpen. De heideplanten<br />
zijn over het algemeen twee<br />
soorten, de dopheide en de struikheide.<br />
De standplaats van de struikheide is<br />
droog, de dopheide staat daarentegen<br />
graag in een vochtige omgeving. Heide<br />
is een lichtminnende plant op een arme<br />
grond. Deze omstandigheden waren er<br />
in de Middeleeuwen te over. Men hield<br />
schapen voor de mest. Ze graasden op<br />
de heide en de mest werd 's nacht verzameld<br />
in de schaapskooi of potstal. De<br />
mest vermengde men met heideplaggen<br />
NOORDERBREEDTE 9-21<br />
en het mengsel werd op de es gestort. Zo<br />
verarmde (verschraalde) de heide en<br />
bleef in stand.<br />
Na de uitvinding van de kunstmest was<br />
de traditionele vorm van bemesten niet<br />
meer nodig. Het grootste gedeelte van<br />
de woeste grond werd ontgonnen. Alleen<br />
die gedeelten die te arm waren om<br />
een redelijke landbouwopbrengst te verwachten,<br />
bleven als heide bestaan. Het<br />
grazen van schapen en het steken van<br />
heideplaggen bleef veelal achterwege.<br />
Hierdoor begon de heide in heel Nederland<br />
te vergrassen. Vooral pijpestrootje<br />
en bochtige smeele overwoekerden de<br />
heide. Sinds een aantal jaren worden om<br />
de heide te konserveren weer schapen<br />
ingezet. Tevens wordt er tegenwoordig<br />
weer afgeplagd om de heide weer een<br />
kans te geven. Dit afplaggen gebeurt<br />
ook op de heide van Ter Borch.<br />
Ter Apel<br />
Ter Apel ligt in het meest zuidelijke<br />
puntje van de provincie Groningen. Het