Actiecomité Weg-Zend-Mast Boswachter “Verbonden door verbinden”
Actiecomité Weg-Zend-Mast Boswachter “Verbonden door verbinden”
Actiecomité Weg-Zend-Mast Boswachter “Verbonden door verbinden”
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Actiegroep <strong>Weg</strong>-<strong>Zend</strong>-<strong>Mast</strong> <strong>Boswachter</strong><br />
6. Randvoorwaarden voor het plaatsen van masten<br />
A. Binnen de bebouwde kom<br />
Algemeen<br />
Het in deze paragraaf beschreven gebiedstype ‘bebouwde kom’ is dat gebied binnen de<br />
gemeente wat ook in de bestemmingsplannen wordt aangeduid als ‘bebouwde kom’. Dat<br />
komt neer op de gebieden met aaneengesloten woongebouwen. Dit kan zich zowel in een 30<br />
km-zone bevinden als in een 50 km wijk.<br />
Voorkomen moet worden dat deze zendmasten overal worden geplaatst en op die manier<br />
zullen leiden tot overlast (bijvoorbeeld horizonvervuiling, verkeerde ruimtelijke inpassing,<br />
strijd met welstand). Het beleid van de gemeente dient daarom enerzijds gericht te zijn op het<br />
mogelijk maken van de realisering van een dekkend netwerk voor de aanbieders, zulks ook<br />
in het belang van de gebruikers. Anderzijds moeten in dat beleid ook andere belangen<br />
worden betrokken, te weten die van de omwonenden, van de goede leefomgeving, van het<br />
landschapschoon en van de stedenbouwkundige aspecten.<br />
6.1 Voorkomen van onevenredige hinder voor omwonenden.<br />
Hierbij gaat het om hinder die bewoners ervaren indien masten dichtbij woningen en tuinen<br />
van particulieren worden geplaatst. Hierbij wordt ook rekening gehouden met de hoogte van<br />
de mast, het ruimtebeslag op maaiveld en de vormgeving van de installatie in relatie tot de<br />
aard van zijn omgeving. Recente jurisprudentie wijst uit dat een gemeente op basis van<br />
dergelijke overwegingen een bouwvergunning voor een UMTS/GSM mast mogen weigeren<br />
(zie uitspraken in relatie tot de gemeenten de Bilt en Groningen in bijlage 1)<br />
Bij hinder gaat het ook om een beperking van gebruiksmogelijkheden van de wijk voor<br />
spelen, recreëren, wandelen, fietsen, parkeren e.d. Bij voorkeur worden masten geplaatst op<br />
locaties die niet of nauwelijks <strong>door</strong> bewoners van de gemeente worden gebruikt of worden<br />
gezien.<br />
Hinderlijk kan ook het geluid zijn dat hoge masten veroorzaken bij wind. Ze kunnen een<br />
‘fluitend’ geluid veroorzaken dat in een vrij groot gebied hoorbaar kan zijn.<br />
Al met al redenen om een minimale afstand tot woningen en scholen in acht te nemen.<br />
Uitgangspunt is ook dat zo min mogelijk mensen, een zo klein mogelijk deel van de dag,<br />
hinder ondervinden van de mast en bijbehorende installatie.<br />
6.2 Beperken schade voor landschap, cultuurhistorie en ecologie<br />
Aandacht is nodig voor eventuele visuele verstoring van het landschap. Extra aandacht is<br />
nodig voor de bescherming van landschappelijke elementen en archeologisch waardevolle<br />
gebieden met een cultuur historische waarde. Denk onder meer aan karakteristieke<br />
cultuurlandschappen (kleinschalige agrarische gebieden en landgoederen/buitenplaatsen) en<br />
nabij of in natuurgebieden, beekdallandschappen, uiterwaarden of stuwwalhellingen en in<br />
Leusden de Grebbelinie. Ook moet worden voorkomen dat bestaande ecologische waarden<br />
worden aangetast of dat geplande ecologische verbindingszones worden <strong>door</strong>kruist.<br />
6.3 Beperken van schade voor de ruimtelijke kwaliteit (welstand) van de bebouwde kom.<br />
Bij het plaatsen van masten en bijbehorende grondinstallaties zal ook worden gelet op<br />
effecten voor de ruimtelijke kwaliteit. Vanuit de optiek van welstand zal worden beoordeeld in<br />
welke de installatie past in de omgeving. Gelet wordt op de architectuur, schaal, hoogte, aard<br />
van de bebouwing en de beschikbare ruimte. Uitgangspunt is ook dat er zo min mogelijk<br />
masten – installaties ( en zeker zo min mogelijk vrijstaande) worden geplaatst.<br />
6.4 Beperken van risico’s voor de volksgezondheid<br />
Aangezien niet duidelijk welke gezondheidseffecten langdurige blootstelling aan UMTS<br />
‘straling’ heeft, zal uit voorzorg , een minimale afstand in acht worden genomen tot gevoelige<br />
bestemmingen als wonen, scholen en ziekenhuizen.<br />
Verbonden <strong>door</strong> verbinden, dd.2-10-2008 0:44:00 12