De Orgelvriend 2005-12 - Willem van Twillert
De Orgelvriend 2005-12 - Willem van Twillert
De Orgelvriend 2005-12 - Willem van Twillert
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Orgelmakers<br />
<strong>De</strong> orgelmakerij is een bedrijf<br />
waar veel mensen aan te pas<br />
komen. Reden voor <strong>Willem</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Twillert</strong> om ook eens iemand te<br />
interviewen die zijn sporen als<br />
werknemer in de orgelbouw heeft<br />
verdiend. Niet op de voorgrond,<br />
maar op de achtergrond. Zo'n<br />
man is Gerard Wortman uit Kame-<br />
rik. Wortman begon als eenvoudi-<br />
ge hulp, maar werkte zich alras<br />
op als stemmer en reparateur.<br />
Vervolgens deed hij ook gecompli-<br />
ceerder werk aan klavieren, repa-<br />
raties aan balgen en (soms) ver-<br />
vaardigde hij houten registers en<br />
verrichtte intonatiewerkzaamhe-<br />
den. Tot aan zijn pensionering in<br />
1996 werkte hij achtereenvolgens<br />
bij vier vooraanstaande orgelma-<br />
kers. Zijn eerste sollicitatie<br />
dateert <strong>van</strong> vlak na de Tweede<br />
Wereldoorlog. Sfeervol beschrijft<br />
Wortman zijn gang in januari 1950<br />
naar zijn eerste werkgever in de<br />
orgelbouw: <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen<br />
te Leiderdorp. Wortman maakte de<br />
grote bloei <strong>van</strong> het bedrijf mee,<br />
maar stapte later over naar orgel-<br />
makerijen als <strong>De</strong> Koff en Flentrop.<br />
24<br />
WILLEM VAN TWILLERT<br />
Wortman vertelt<br />
Gerard Wortman aan het Zwier <strong>van</strong> Dijk-orgel in de Gereformeerde Burgwalkerk in Kampen, waar in 1960 de leegstaande rugwerkkas<br />
werd gecompleteerd door de firma W. <strong>van</strong> Leeuwen.<br />
Uw leertijd was bij <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen.<br />
Het bedrijf was in opbouw. In uw tijd<br />
groeide het uit <strong>van</strong> ca. 10 personeelsleden<br />
tot circa 40.<br />
Mijn leertijd bij Van Leeuwen, <strong>van</strong> januari<br />
1950 tot 1954, en later <strong>van</strong> 1957 tot<br />
1966 heb ik als boeiend ervaren. Ik heb<br />
daar de periode <strong>van</strong> enorme groei meegemaakt.<br />
Vóór 1950 was ik anderhalf jaar<br />
werkzaam bij de piano- en orgelwinkel<br />
<strong>van</strong> de firma Mart Vermeulen te Woerden,<br />
waar ik geleerd heb te politoeren, te<br />
fineren en klavieren <strong>van</strong> piano's en harmoniums<br />
Ie beleggen. Zodoende heb ik<br />
later bij <strong>De</strong> Koff de klavieren met omlijs-<br />
de Orqelvrimd<br />
ting en politoerwerk <strong>van</strong> de Hervormde<br />
Barbarakerk te Culemborg nieuw<br />
gemaakt. Ook op de toetsen <strong>van</strong> de drie<br />
klavieren <strong>van</strong> de Stevenskerk te Nijmegen<br />
heb ik het oude dikke ivoorbeleg<br />
opnieuw aangebracht, <strong>van</strong>wege de verbrijzeling<br />
door een granaatinslag <strong>van</strong> het<br />
derde klavier tijdens de oorlog.<br />
Mijn \vens over te stappen naar het kerkorgelbedrijf<br />
werd steeds sterker. Zodoende<br />
solliciteerde ik bij <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen<br />
en \verd daar in december 1949 verwacht<br />
voor een gesprek. Dat gesprek viel<br />
positief uit, en ik kon in januari begin-<br />
DECEMBER 2OO5
c > l-v I: i )U'-<br />
Het personeel <strong>van</strong> fa. W. <strong>van</strong> Leeuwen geschaard rond de jubilerende heer Jac. <strong>van</strong> der Linden met zijn familie, 1951. Namen <strong>van</strong> links naar rechts. Links achteraan, hoger staand:<br />
Cor Heijkoop en Wim <strong>Willem</strong>stijn. Rechts, idem: Arie Maat (pijpenmaker), dhr. Berk (huishoudelijke dienst) en dhr. Van Bremen (chefkantoor).<br />
Alle overige staande personen: Koos <strong>van</strong> Heijningen, Han Wessel, dhr. Overbeeke, Gerard Wortman, Ton Lansel (tegen raam, met bril), rechts voor hem, lager, Flip <strong>van</strong> der Meer (meubelmaker),<br />
Izak <strong>van</strong> 't Woudt (meubelmaker). Staand, direct achter W. <strong>van</strong> Leeuwen: L. Goedhart, Joop Schellingerhoudt, Jan Henzen (tekenaar), Arie de Ru, C. <strong>van</strong> der Weijde, (met<br />
vest) Arie Roetman (stemmer/intonateur), dhr. Viertelhausen (alg. bedrijfsleider), Wim <strong>van</strong> Leeuwen Jr., dhr. Van Kooy, Leen Ravens (chef pijpenmakerij), Jaap <strong>van</strong> der Zwan, Jan Brouwer,<br />
Joop Slinger, Rijk Hus, Jas Winkel (pijpenmaker), (gedeeltelijk zichtbaar) onbekend, Rinus Scheffer, (ongeveer midden voor rechter raam) onbekend, kantoormeisje (naam onbekend),<br />
werkster (naam onbekend), Teun Gijzen (met bril, iets opzij kijkend), Ton Droog, dhr. Van Tongeren, kantoormeisje (naam onbekend), dhr. Spanbroek (bestuurslid <strong>van</strong> een organisatie<br />
voor piano- en orgelbouwers), zoon <strong>van</strong> Gerrit <strong>van</strong> Leeuwen Jr.<br />
Zittend, <strong>van</strong> links naar rechts: Gerrit <strong>van</strong> Leeuwen (zoon <strong>van</strong> <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen), mevr. Sara <strong>van</strong> Leeuwen-<strong>van</strong> Groeningen (eerste vrouw <strong>van</strong> <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen), <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen<br />
Gzn., zoon Van de Linde, mevr. Van de Linde, Jac. (Koos) <strong>van</strong> de Linde, dochter Van de Linde, Gerrit <strong>van</strong> Leeuwen Jr. (halfbroer <strong>van</strong> <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen), echtgenote <strong>van</strong> Gerrit<br />
<strong>van</strong> Leeuwen, mevr. G.M. (Truus) <strong>van</strong> Leeuwen-<strong>van</strong> Leeuwen, echtgenoot <strong>van</strong> idem.<br />
EERSTE WERKDAG<br />
Met de stoomtrein <strong>van</strong> kwart over zes<br />
uit Woerden vertrok ik op 2 januari<br />
1950 naar Leiden. Aldaar met de blauwe<br />
tram tot eindpunt Wilhelminabrug<br />
en dan nog een stukje lopen naar de<br />
Hoge Rijndijk 52. Ik maakte mijn<br />
op-wachting bij Gerrit <strong>van</strong> Leeuwen jr.<br />
Hij wees mij een kast -waarin ik mijn<br />
jas kon ophangen en hij vroeg naar<br />
mijn rente- en arbeidskaart. Ik werd<br />
beneden geplaatst bij Gerrit <strong>van</strong> Leeuwen<br />
op (naar -wat ik later begreep) de<br />
aldeling pneumatiek. Ik kreeg een tafel<br />
waarop mahoniehouten plankjes lagen<br />
(mallen) met daarin gaten <strong>van</strong> verschillende<br />
diameter, schapenleer, de<br />
welbekende -warme lijmpot (beenderlijm)<br />
en vele dozen kegels. Ik moest de<br />
kegels <strong>van</strong> leer voorzien. Dat gebeurde<br />
door op die mahoniehouten mal met<br />
gaten een strook leer te leggen en vervolgens<br />
de kegels samen met het leer<br />
in de gaten <strong>van</strong> de mal te drukken<br />
DECEMBER 2 005<br />
zodat het leer gelijkmatig kon worden<br />
afgesneden. Daarna de kegels er weer<br />
uit halen en samen met het op maat<br />
gesneden leer in dozen verpakken<br />
voor latere montage. Bij de montage in<br />
het orgel werd het leer <strong>van</strong> de kegels<br />
nog ingebrand (om oxidatie te voorkomen)<br />
voor het kegelstangetje en in het<br />
hout <strong>van</strong> de windlade werden de gaatjes<br />
<strong>van</strong> de kegelstang gebrand, met de<br />
vier ontluchtingsgaatjes. Verder pneumatiekbuis<br />
ombuigen met een buigklos,<br />
scheertjes lijmen op de kegels,<br />
afsluitschijven en pistonnen aanbrengen<br />
en kegelstangeh op de juiste hoogte<br />
afstellen.<br />
In 1951 verhuisde ik naar de mechanische<br />
afdeling onder leiding <strong>van</strong><br />
afdelingschef K. Viertelhausen, toen<br />
de rechterhand <strong>van</strong> <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen.<br />
Ik moest bijvoorbeeld sleepgaten<br />
uit pertinax ponsen en polijsten,<br />
en kantsleepbakjes lijmen. Vervolgens<br />
de Orgdi<br />
de bakjes monteren met messing<br />
schroeven met spiraalveertjes op de<br />
veka-dammen, en dan de stuit- en<br />
trekklosjes tussen de twee pertinax<br />
slepen aanbrengen. [Pertinax is laminaat<br />
dat toen vaak als isolatiemateriaal<br />
gebruikt werd in radio's. In de<br />
orgelbouw in gebruik bij o.m. sleepcontacten<br />
omdat het niet-geleidend<br />
materiaal is.]<br />
Hoe zou u de persoon <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen<br />
omschrijven?<br />
<strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen had de nodige<br />
tact om met mensen om te gaan. Hij<br />
was een gedreven persoonlijkheid<br />
met stellige opvattingen. Zo was hij<br />
een groot voorstander <strong>van</strong> het mechanische<br />
orgel, in tegenstelling tot zijn<br />
oudere broer Gerrit jr., die deze<br />
affiniteit niet had.<br />
<strong>De</strong> omgang met <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen,<br />
bijvoorbeeld tijdens de intonatiewerkzaamheden<br />
in de Grote kerk in Brielle<br />
25<br />
l
E<br />
<strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen.<br />
in 1962, heb ik als prettig ervaren. In<br />
hotel '<strong>De</strong> Zalm', waar wij logeerden,<br />
was hij royaal in het aanbieden <strong>van</strong><br />
drankjes en gezellig in gesprekken.<br />
Noemt U eens enkele stellige opvattingen<br />
<strong>van</strong> <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen.<br />
Dat ging bijvoorbeeld over zaken als<br />
pertinax ventielen. <strong>De</strong>ze bleken op<br />
den duur niet te voldoen. Ook de<br />
koperen -wellen, geklemd tussen twee<br />
houdertjes op het wellenraam, voldeden<br />
niet. Het gebeurde wel eens dat<br />
er verschillende wellen uit de houdertjes<br />
vielen. Voor dit systeem zou je<br />
dan een hechthouten wellenbord<br />
moeten maken. Ook het VeKa-systeem*<br />
met de bakjesdammen en later<br />
de diagonaaldammen voldeed niet.<br />
Bovendien was dit systeem erg<br />
arbeidsintensief. In die tijd -waren de<br />
dubbele verende sleep <strong>van</strong> Flentrop<br />
en de verende telescoopringen <strong>van</strong><br />
Van Vulpen beter.<br />
<strong>De</strong> disposities <strong>van</strong> alle orgelmakers in<br />
die tijd, althans zij die voor de (Hervormde)<br />
Orgelcommissie werkten,<br />
ademden dezelfde geest. Ze bevatten<br />
helder klinkende registers zoals l<br />
voet, l 1/3 voet en grote mixturen,<br />
Scherpen, Cymbels en de Sexquialter,<br />
die de plaats innam <strong>van</strong> de "vette<br />
* In een volgend artikel wordt nader op het VeKa-systeem ingegaan.<br />
26<br />
Cornet", zoals Erné dat noemde. Een<br />
compromis paste daar niet in. <strong>De</strong> tijden<br />
veranderen en ook de muzikale<br />
smaak en het historisch besef. <strong>De</strong><br />
scherpe kantjes werden later met<br />
name door D.A. Flentrop, maar ook<br />
mede door \Villem <strong>van</strong> Leeuwen, aanmerkelijk<br />
afgezwakt. Het rechtlijnige<br />
denken <strong>van</strong> Erné heeft veel kritiek<br />
opgeworpen in de Nederlandse orgelwereld.<br />
Maar ik moet tegelijkertijd<br />
zeggen dat Lambert Erné door zijn<br />
gedrevenheid het mechanische orgel<br />
weer volop onder de aandacht wist te<br />
brengen. Zijn invloed heeft er uiteindelijk<br />
mede toe geleid dat de orgeladviescommissie<br />
<strong>van</strong> de Gereformeerde<br />
Organisten-Vereniging uiteindelijk<br />
haar opvattingen wijzigde. [<strong>De</strong>ze<br />
commissie en ook de Katholieke<br />
Klokken- en Orgelraad hebben bijvoorbeeld<br />
tot in de vroege jaren<br />
zeventig nog elektro-pneumatische<br />
orgels geadviseerd, WvT]<br />
Hebt u veel geleerd bij Van Leeuwen?<br />
Ja, ik mag stellen dat ik in de loop<br />
der jaren veelzijdig werk heb gedaan.<br />
Toen ik het stemmen voor mijn rekening<br />
zou gaan nemen, heb ik eerst<br />
nog negen maanden in de pijpenmakerij<br />
bij Leen Ravens gewerkt en daar<br />
het proces meegemaakt <strong>van</strong> smeltkroes<br />
tot eindproduct. Later heb ik<br />
ook pijpen opgesneden en voetopeningen<br />
gecorrigeerd. Ik leerde balgen<br />
maken, o.a. voor de Hervormde kerk<br />
in <strong>Willem</strong>stad (1953), de Austin<br />
Friars kerk (Dutch Church) in Londen<br />
(1954) en de magazijnbalg <strong>van</strong><br />
de Nieuwe kerk in Middelburg<br />
(1954). Ook leerde ik walsramen<br />
maken <strong>van</strong> oregonhout, en koperen<br />
•wellen monteren. Ik vervaardigde de<br />
houten Holpijp 8 vt <strong>van</strong> het borstwerk<br />
in de Grote kerk te Almelo<br />
(1963). Ook <strong>van</strong> oudere collega's<br />
zoals K. Viertelrfausen heb ik veel<br />
geleerd. Viertelhausen was bedrijfsleider<br />
en een gedegen vakman. Hij was<br />
ongenietbaar als er fouten werden<br />
gemaakt. Viertelhausen, A. Roetman,<br />
L. Ravens, C. v.d. Weijde en de oude<br />
Heijkoop waren allen afkomstig uit<br />
het orgelbedrijf <strong>van</strong> A. Standaart in<br />
Rotterdam. Ook Gerrit <strong>van</strong> Leeuwen<br />
jr. heeft daar nog gewerkt.<br />
de Orcjt'lvriend<br />
Wat waren veel voorkomende storingen<br />
en hoe verhielp u deze?<br />
<strong>De</strong> storingen waren <strong>van</strong> allerlei aard,<br />
omdat je niet alleen met mechanische<br />
orgels te maken kreeg, maar ook<br />
instrumenten onder handen had met<br />
pneumatische en elektrische tractuur.<br />
Bij mechanische orgels kon dat bijvoorbeeld<br />
een hanger zijn, maar ook<br />
hier<strong>van</strong> kan de oorzaak verschillend<br />
zijn: vuil op het ventiel of een ventiel<br />
dat niet vlak meer was. In het laatste<br />
geval werd ter plaatse gevlakt en<br />
werd het ventiel voorzien <strong>van</strong> nieuw<br />
schapenleer. Een gescheurde sponsel<br />
werd ter plaatse afgeplakt met schapenleer.<br />
Membramen of kleine koppelingsmembranen<br />
die kapot waren,<br />
•werden vernieuwd. Waren er veel<br />
kapotte membramen of een defecte<br />
wipmagneet, dan werd dit op de zaak<br />
gemeld. Bij elektrische orgels werden<br />
bijvoorbeeld ingebrande klaviercontacten<br />
ter plaatse gepolijst. <strong>De</strong><br />
gereedschapstas was zwaar en alles<br />
werd per trein, tram of bus gedaan en<br />
soms moest je ook nog ver lopen.<br />
U kwam in de buitendienst te werken<br />
als stemmer, dus u ervoer bij het<br />
onderhouden <strong>van</strong> de instrumenten aan<br />
den lijve hoe zaken in de praktijk<br />
werkten?<br />
Aan onderhoud en stemmen werd<br />
veel aandacht besteed. Elk orgel werd<br />
toen nog getempereerd (= het klein<br />
octaaf <strong>van</strong> de Octaaf 4 vt wordt eerst<br />
via de kwintencirkel gelijkzwevend<br />
gestemd, daarna wordt al het pijpwerk<br />
<strong>van</strong>af dat optimaal gestemde<br />
octaaf afgestemd) en op egalisatie en<br />
aanspraak nagelopen. Als er trage<br />
tongwerktonen waren, of sterk afwijkende<br />
tonen, moest dit -worden hersteld.<br />
Via de gele briefkaart, die vooraf<br />
door Van Leeuwen werd verstuurd<br />
naar de kerk en de organist, kon men<br />
klachten kenbaar maken en die kaart<br />
achterlaten bij de klaviatuur. Voor<br />
het stemmen <strong>van</strong> het orgel in de Pieterskerk<br />
te Leiden (bij Leo Mens)<br />
•werd bijvoorbeeld voor normaal<br />
onderhoud zeven dagen uitgetrokken.<br />
Bij George Robert in de Bavokerk<br />
te Haarlem twee weken, en de<br />
Lutherse kerk te Leiden drie dagen.<br />
DECEMBER 2OO5
Lambert Erné in 1962. Rechts Gerard Wortman en Klaas Bolt (als adviseur <strong>van</strong> de Orgelcommissie der Ned. Herv. Kerk) tijdens de schoonmaak in 1979 <strong>van</strong> het Müller-orgel in de St-<br />
Bavokerk te Haarlem na de kerkrestauratie.<br />
Kunt u eens een drukke stemdag<br />
beschrijven, bijvoorbeeld vlak voor kerst.<br />
Daags voor kerst in Leiden tong-werken<br />
stemmen. Zo'n dag verliep als<br />
volgt: eerst de Lutherse kerk, waaraan<br />
ik een blijvende herinnering heb<br />
overgehouden. <strong>De</strong> koster daar was<br />
begrafenisondernemer. Onder het<br />
rugwerk stond iemand opgebaard,<br />
maar de koster had mij dit niet verteld.<br />
In het pikdonker wist ik wel de<br />
weg, maar ik had niet gerekend op<br />
deze situatie en liep tegen die lijkkist<br />
aan. Bij de klavieren aangekomen<br />
moest ik toen wel even bijkomen!<br />
Enfin, de drie tongwerken gestemd,<br />
en vervolgens naar de Remonstrantse<br />
kerk. Dan de Hooglandse kerk, met<br />
een stemhulp <strong>van</strong> de zaak die bij mij<br />
bleef, en vervolgens de Pieterskerk.<br />
Daarna de Doopsgezinde kerk, en ten<br />
slotte de Marekerk. Zoiets is in deze<br />
tijd niet meer denkbaar.<br />
U bent ook intonatiewerkzaamheden<br />
gaan verrichten.<br />
W. <strong>van</strong> Leeuwen zag erop toe dat de<br />
pijpen precies werden opgesneden, en<br />
er geen metaalrafeitjes achterbleven.<br />
Het bovenlabium moest precies op<br />
het onderlabium gericht zijn. Van<br />
Leeuwen zei dan wel eens: "iemand<br />
met een scheve mond praat ook niet<br />
goed". <strong>De</strong> kernspleet moest evenwijdig<br />
zijn en eng. Ook de kern moest<br />
evenredig met de bovenkant <strong>van</strong> het<br />
DECEMBER 2OO5<br />
onderlabium gericht zijn, met een<br />
ruime voetopening. We streefden<br />
naar een perfecte egale uitvoering. Dit<br />
alles kwam door Lambert Erné, die<br />
ontevreden -was over het werk <strong>van</strong><br />
Jac. <strong>van</strong> der Linden. Erné sprak over<br />
"scheve smoelen <strong>van</strong> pijpen" en "uitgehakte<br />
opsneden"; dat laatste -was<br />
wel overdreven, maar ja, zo zat Erné<br />
in elkaar.<br />
Voor mij waren de opvattingen <strong>van</strong><br />
Klaas Bolt later een grote vooruitgang.<br />
Wijdere mensuren met een ruimere<br />
kernspleet en aangepaste voetopeningen.<br />
Tevens een betere legering<br />
<strong>van</strong> het pijpwerk dan het hoge tingehalte<br />
uit de kille neobarokperiode.<br />
Bolt was ook voorstander <strong>van</strong> het bijstemmen<br />
i.p.v. het altijd getempereerd<br />
stemmen, omdat bij die manier<br />
<strong>van</strong> stemmen de bovenkanten <strong>van</strong> de<br />
labiaalpijpen nogal te lijden hadden<br />
onder de vele stemcorrecties.<br />
Was er collegialiteit tussen de diverse<br />
orgelmakers of juist harde concurrentie?<br />
Ik denk dat de collegialiteit bij de<br />
grote orgelbedrijven wel goed was. In<br />
de naoorlogse tijd was er veel werk,<br />
en <strong>van</strong>af 1953 de Rampenfondsopdrachten,<br />
waar<strong>van</strong> vooral de grote<br />
orgelmakers profiteerden.<br />
Aan welke orgels hebt u een specifieke<br />
herinnering?<br />
de Orqelvriend<br />
Dat zijn meestal de orgels waar ik het<br />
langst aan gewerkt heb, onder meer<br />
in de Hervormde kerk <strong>van</strong> Rilland<br />
Bath (montage 1959) en de Burgwalkerk<br />
te Kampen (uitbreiding lege<br />
bestaande rugwerkkas, montage binnenwerk<br />
1960). In die laatste kerk<br />
stond het rugwerk boven de preekstoel;<br />
Piet Zwart, die daar organist<br />
was, noemde het voordien "de leugen<br />
boven de waarheid". Herv. Goede<br />
Vrijdagkerk te <strong>De</strong>n Haag (intonatie),<br />
Geref. kerk te Arnemuiden (intonatie<br />
1962), Geref. Gemeente te Westkapelle<br />
(montage en intonatie 1963),<br />
Grote Kerk in Tiel (egalisatie 1964),<br />
Lutherse kerk te Middelburg (montage<br />
1964).<br />
Kunt u zich nog zaken herinneren rondom<br />
de restauratie <strong>van</strong> het Garrels-orgel<br />
te Maassluis?<br />
Ik heb zelf niet aan dat orgel gewerkt,<br />
collega Kramer heeft daar voornamelijk<br />
aan gewerkt. Wel heb ik in Maassluis<br />
een aantal registerknoppen in de<br />
registerstokken gelijmd. <strong>Willem</strong> <strong>van</strong><br />
Leeuwen was er toen juist bezig om<br />
stukken af te knippen <strong>van</strong> de bekers<br />
<strong>van</strong> de Trompet 8 in het rugwerk,<br />
want het moest boventoonrijker worden.<br />
<strong>De</strong> <strong>De</strong>ense invloeden vierden<br />
hoogtij.<br />
HET VEKA-SYSTEEM<br />
Voor mij was het VeKa-systeem<br />
27<br />
l
Orgetinaker,<br />
((=verende kantsleep) een bron <strong>van</strong><br />
ergernis Ik kon maar niet begrijpen<br />
dat <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen ondanks alle<br />
klachten bleef geloven in het functioneren<br />
er<strong>van</strong>. Het heeft mij ook verbaasd<br />
dat de Orgelcommissie <strong>van</strong> de<br />
Hervormde kerk niet heeft ingegrepen<br />
en <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen, toen de<br />
klachten steeds duidelijk werden,<br />
voor het blok heeft gezet.<br />
<strong>De</strong> afdichting met ringen <strong>van</strong> kurk was<br />
in wezen eigenaardig, omdat bekend is<br />
dat kurk niet meer omhoog komt wanneer<br />
het onder druk heeft gestaan. Ook<br />
liet de lijm nogal eens los.<br />
Ik heb in de jaren zestig in Maassluis<br />
een blinde proef gedaan op het rugwerk.<br />
Ik kreeg een -windhoos <strong>van</strong> lekkages<br />
te horen. Van kurkringen zijn<br />
ze later afgestapt en overgegaan op<br />
het gebruik <strong>van</strong> fyladon ringen (fyladon<br />
= kunstleer met een geelachtige<br />
kleur). Er waren inderdaad ook problemen<br />
met verlijming <strong>van</strong> pertinax<br />
plaatjes aan de bakelieten bakjes.<br />
Wanneer de lijm het niet hield, moest<br />
al het pijpwerk <strong>van</strong> de lade om er bij<br />
te kunnen.<br />
Was Van Leeuwen bij restauraties niet<br />
bezorgd om de windladen te beschadigen<br />
<strong>van</strong>wege de in- en opbouw <strong>van</strong> zijn<br />
Veka-systeem?<br />
Nee, dat zeker niet, hij vond het klassieke<br />
opgesloten slepen-systeem tussen<br />
de dammen kwetsbaar voor bijspraak,<br />
door cle werking <strong>van</strong> de sponsels<br />
en het scheuren daar<strong>van</strong>. Hij zei<br />
eens tegen mij: "-wind zoekt altijd de<br />
makkelijkste weg maar nooit de<br />
moeilijkste weg." Hij zag de opkomende<br />
verwarmingssystemen in de<br />
kerken als een groot gevaar voor de<br />
orgels. En het Veka-systeem -was dé<br />
oplossing voor dat probleem. Het was<br />
beter geweest wanneer hij dit systeem<br />
had beperkt tot nieuwbouw-instrumenten,<br />
maar niet had toegepast bij<br />
oude windladen. Alle bestaande gaten<br />
•waren niet meer te handhaven door<br />
een totaal andere deling. Hierdoor<br />
veel extra -werk. Op oude windladen<br />
•werd polyester vezeldoek aangebracht,<br />
wat hij ook voor zijn zeilboten<br />
gebruikte.<br />
28<br />
ORGELADVISEURS<br />
Hoe gingen adviseurs als <strong>Willem</strong> Hulsman,<br />
Lambert Erné en Cor Edskes met<br />
dit VeKa-systeem om? Ze keurden het<br />
blijkbaar niet af.<br />
Och, er was niet de kennis en het<br />
inzicht dat adviseurs nu hebben.<br />
Adviseurs waren in mijn beleving<br />
altijd druk bezig met geluidszaken en<br />
proeven maken. Het stokpaardje <strong>van</strong><br />
de adviseurs -was een uitermate stabiele<br />
windvoorziening. Een toon in<br />
discant vasthouden en dan een vol<br />
akkoord in de bas aanhouden met een<br />
hoge toon die dan zo strak als een<br />
snaar moest blijven klinken, dat soort<br />
•werk. Wanneer de orgel-wind niet stabiel<br />
genoeg -was, zei Erné: "Kom maar<br />
bij mij luisteren in de Klaas".<br />
Wat herinnert u zich <strong>van</strong> bovengenoemde<br />
orgeldeskundigen?<br />
Ik vond Lambert Erné een dominante<br />
persoonlijkheid die soms -wel grof kon<br />
zijn in zijn optreden en uitlatingen.<br />
Zo is mij een uitspraak uit 1964 <strong>van</strong><br />
hem bijgebleven omtrent het voormalige<br />
Van Dam-orgel in de Jacobskerk<br />
te Vlissingen: "Dat orgel is een groot<br />
harmonium". Het Van Dam-orgel in<br />
de Hervormde kerk <strong>van</strong> Kruiningen is<br />
nog ternauwernood gered. <strong>De</strong> kerkenraad<br />
<strong>van</strong> Wemeldinge was zo alert om<br />
dit Van Dam-orgel over te nemen. Het<br />
was het eerste orgel in deze kerk.<br />
Dirk Flentrop stelde zich voor en na<br />
de restauratie <strong>van</strong> Zwolle te weer<br />
tegen de uitgesproken eisen <strong>van</strong> met<br />
name Erné. Alle pijpen moesten<br />
scherp en boventoonrijk klinken met<br />
nog lagere opsneden en engere mensuren.<br />
Door zijn weigering kreeg<br />
Flentrop daarna <strong>van</strong> Erné weinig<br />
medewerking voor het verwerven <strong>van</strong><br />
opdrachten.<br />
Cor Edskes heb ik maar enkele keren<br />
ontmoet. Hij kwam over als een rustige<br />
persoonlijkheid en had volgens mij<br />
de meeste kennis <strong>van</strong> zaken.<br />
Was <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen overtuigd<br />
<strong>van</strong> zijn orgelbouwkwaliteiten of vond<br />
hij uiteindelijk dat andere orgelbouwers<br />
het even goed of misschien wel beter<br />
konden?<br />
Ik had de indruk, in de beginjaren<br />
toen ik er werkte, dat hij zich een<br />
de OrqeLvriend<br />
vooruitstrevend orgelmaker voelde.<br />
Er werden veel opdrachten binnengehaald,<br />
daardoor -was er een snelle<br />
groei en kon er veel worden geïnvesteerd.<br />
Hoe Van Leeuwen later over de<br />
ontwikkelingen in zijn bedrijf dacht,<br />
•weet ik niet. Hij stond wel open voor<br />
werk <strong>van</strong> anderen, dat bleek ook uit<br />
zijn bezoek aan de Nicolaïkerk in<br />
Utrecht.<br />
Na de oplevering <strong>van</strong> het Marcussenorgel<br />
in de Nicolaïkerk mocht Van<br />
Leeuwen er ook een kijkje nemen. Hij<br />
nam personeel mee, u was daar ook bij,<br />
en hij moest toen betalen om het binnenwerk<br />
<strong>van</strong> dit orgel aan zijn personeel<br />
te tonen.<br />
Ja, er is toen — in alle openheid hoor<br />
— een flink bedrag betaald. Het geld<br />
zal voor het onderhoud <strong>van</strong> het orgel<br />
zijn aangewend. Het orgel werd eerst<br />
rondom bekeken. Daarna volgde een<br />
demonstratie door Erné. Registers<br />
werden uitgetrokken en vervolgens<br />
werd een fors akkoord aangehouden<br />
op het hoofdwerk. Een <strong>van</strong> ons kreeg<br />
toen het verzoek om de windmotor<br />
aan te zetten en in een zucht was vervolgens<br />
de klank <strong>van</strong> de opengetrokken<br />
registers aanwezig. Ook werd<br />
gedemonstreerd met staccato-akkoorden<br />
in het groot en klein octaaf met<br />
één aanhoudende toon in het tweegestreept<br />
octaaf. <strong>De</strong> hoge toon klonk,<br />
ondanks de volle akkoorden in de<br />
bas, zo strak als een snaar.<br />
Veel orgelmakers die niet voldeden<br />
aan de eis om een uiterst stabiele<br />
•windvoorziening aan te leggen, kregen<br />
hiermee te maken. Toen de deuren<br />
<strong>van</strong> de hoofdwerkkas werden geopend,<br />
vloog iedereen nieuwsgierig<br />
naar de geopende deuren, kijkend en<br />
zoekend naar de vermaarde technische<br />
perfectie <strong>van</strong> dit Marcussenorgel.<br />
Daarna gingen de deuren <strong>van</strong><br />
de pedaalkassen open, en daarna <strong>van</strong><br />
het rugwerk. Na alle indrukken die<br />
wij opgedaan hadden bij dit orgel, liet<br />
Lambert Erné de verschillende klankkleuren<br />
horen. Er -was ook nog gelegenheid<br />
het orgel te bespelen. Wat<br />
ons in het algemeen opviel was de<br />
uitmuntende speelaard, ook bij<br />
gekoppeld spel, en het gehele technisch<br />
functioneren.<br />
DECEMBER 2OO5
Wat voor sfeer heerste er in het bedrijf<br />
<strong>van</strong> <strong>Willem</strong> <strong>van</strong> Leeuwen?<br />
Ik vond dat er een prettige sfeer was;<br />
er waren tijdens de lunch veel overblijvers,<br />
wat tot leuke gesprekken kon<br />
leiden. Alleen als het over politiek<br />
ging, kon het hevig toegaan. Maar je<br />
moest er ook wel om lachen.<br />
Waren er ook wel uitstapjes voor al het<br />
personeel?<br />
Ik heb bij Van Leeuwen één uitstapje<br />
in 1954 meegemaakt, en dat was met<br />
al het personeel met de bus naar Middelburg,<br />
waar het orgel in de Nieuwe<br />
Kerk klaar was. <strong>De</strong> toenmalige organist,<br />
Jan Rijn, was gastheer.<br />
Waarom is het bedrijf begin jaren<br />
zeventig gefuseerd met Pels?<br />
Het waren financiële problemen die<br />
Van Leeuwen daartoe dwongen. En<br />
niet te vergeten de garanüeplicht<br />
•waarmee hij steeds meer te maken<br />
kreeg, die was uiteindelijk niet meer<br />
te dragen.<br />
NAAR J. DE KOFF & ZN.<br />
Nadat Van Leeuwen met Pels fuseerde,<br />
bent u bij de firma J. de Koff & Zn.<br />
gaan werken.<br />
Ik heb nog twee jaar in fusieverband<br />
gewerkt. Omdat Pels Orgelbouw veel<br />
werk had in Brabant, -was ik veel <strong>van</strong><br />
huis en dat beviel mij als gezelligheidsmens<br />
niet. Zodoende ben ik<br />
toen in dienst getreden bij de firma J.<br />
de Koff te Utrecht. Meer werk in de<br />
regio; in de winter aan de zaak op de<br />
Springweg en enige jaren later op de<br />
Kapelstraat. Door deze verandering<br />
kreeg ik ook meer tijd voor mijn hobby's<br />
zoals genealogie.<br />
Was er een verschil in bedrijfsvoering<br />
tussen <strong>De</strong> Koff en Van Leeuwen?<br />
Ik vond de bedrijfsvoering bij <strong>De</strong> Koff<br />
minder dan bij Van Leeuwen. Dit had<br />
alles te maken met de bedrijfsleider<br />
bij <strong>De</strong> Koff, die een opleiding had als<br />
bouwkundig tekenaar, maar een gedegen<br />
orgelmakersopleiding miste.<br />
Hierdoor werden er ook wel blunders<br />
gemaakt <strong>van</strong> technische aard. Er<br />
moest ook een pijpenmakerij komen,<br />
maar voor zo'n grote investering was<br />
dit bedrijf te klein. <strong>De</strong> oude heer <strong>De</strong><br />
DECEMBER 2OO5<br />
Koff heeft het einde <strong>van</strong> het bedrijf<br />
voelen aankomen naar mijn mening.<br />
Hij was het in ieder geval uiteindelijk<br />
niet eens met de gang <strong>van</strong> zaken. Een<br />
trieste en abrupt einde <strong>van</strong> het bedrijf<br />
volgde. Een mooie onderhoudsportefeuille<br />
met waardevolle instrumenten<br />
werd achtergelaten.<br />
VAN DE KOFF NAAR FLENTROP<br />
<strong>De</strong> Koff werd overgenomen door Flentrop.<br />
Hoe hebt u deze overstap ervaren?<br />
In Odijk bleef een atelier bestaan dus u<br />
hoefde niet te verhuizen.<br />
<strong>De</strong> overstap naar Flentrop heb ik als<br />
positief ervaren. <strong>De</strong> beleidsvoering<br />
was daar beter en het technisch<br />
niveau beduidend hoger. In Odijk<br />
heb ik voornamelijk in de winterperiode<br />
gewerkt. Maar het meest ben ik<br />
in de buitendienst werkzaam geweest.<br />
Aan welke orgels heeft u toen gewerkt?<br />
Onder meer de demontage <strong>van</strong> het<br />
Flentrop-orgel in de Hervormde kerk<br />
<strong>van</strong> Yerseke dat later op een lager<br />
orgelbalkon werd teruggeplaatst, incl.<br />
egalisatie en stemmen, met medewerking<br />
<strong>van</strong> de koster. <strong>De</strong>montage en<br />
overplaatsing <strong>van</strong> het Flentrop-orgel<br />
in de Gereformeerde Gemeente in de<br />
wijk Nieuwe Rijn te Leiden naar de<br />
Gereformeerde Gemeente te Elspeet<br />
en aldaar afgewerkt. Restauratie orgel<br />
Gereformeerde kerk te Breukelen met<br />
egalisatie en stemmen. Restauratie<br />
Hervormde kerk Puttershoek met een<br />
uitbreiding <strong>van</strong> drie stemmen op het<br />
pedaal. Restauratie Hervormde kerk,<br />
Gouderak; restauratie Hervormde<br />
kerk, Nieuwland. Stemwerk (nog uit<br />
de portefeuille <strong>van</strong> <strong>De</strong> Koff): Lutherse<br />
kerk <strong>De</strong>n Haag, Stevenskerk, Nijmegen<br />
en Oude en Nieuwe kerk <strong>De</strong>lft.<br />
<strong>De</strong> Bavokerk in Haarlem (uit de portefeuille<br />
<strong>van</strong> W. <strong>van</strong> Leeuwen).<br />
Bent u, terugkijkend op uw loopbaan in<br />
de orgelbouw, tevreden of zou u dingen<br />
nu anders doen?<br />
Ik zou zeker -weer in de aanloopfase<br />
bij verschillende orgelmakers gaan<br />
werken, maar dan wel in dezelfde<br />
naoorlogse tijd. Niet in deze tijd. Ik<br />
zie de toekomst in de orgelbouw toch<br />
wel somber in met de huidige leegloop<br />
uit de kerken.<br />
de <strong>Orgelvriend</strong><br />
Het in 1953 door <strong>De</strong> Koff gerestaureerde orgel in de<br />
Gereformeerde kerk <strong>van</strong> Breukelen.<br />
Uw orgelhart blijft kloppen, want u<br />
bent <strong>van</strong>af 2002 bezig het orgelceuvre<br />
<strong>van</strong> uw oud-werkgever Martinus Vermeulen<br />
uit Woerden te onderzoeken.<br />
Ja, dat is gekomen door Vermeulens<br />
orgel in de Gereformeerde kerk <strong>van</strong><br />
Kamerik, waar ik na de renovatie <strong>van</strong><br />
de kerk voor dit orgel drie ontbrekende<br />
ornamenten maakte. Het orgel is<br />
in onderhoud bij de firma Reil in<br />
Heerde en maakte mij nieuwsgierig<br />
naar het verdere oauvre <strong>van</strong> Martinus<br />
Vermeulen. Die nieuwsgierigheid heb<br />
ik overgehouden aan mijn genealogische<br />
onderzoeken. Ik heb toen contact<br />
opgenomen met Pieter Vermeulen<br />
jr., kleinzoon en enige nazaat <strong>van</strong><br />
Martinus Vermeulen te Woerden, en<br />
gevraagd in zijn archief onderzoek te<br />
mogen doen naar de administratie uit<br />
het orgelverleden <strong>van</strong> zijn grootvader.<br />
Hij gaf mij het vertrouwen, op voorwaarde<br />
dat ik hem een kopie zal<br />
geven <strong>van</strong> de verzamelde gegevens.<br />
29