Deelnemerslijst Rome groep Vesta's - Links - Stellingwerf College
Deelnemerslijst Rome groep Vesta's - Links - Stellingwerf College
Deelnemerslijst Rome groep Vesta's - Links - Stellingwerf College
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Deelnemerslijst</strong> <strong>Rome</strong> <strong>groep</strong> Vesta’s<br />
Mevr. A Rienks<br />
Dhr. M Mulder<br />
Mevr. L Poiesz<br />
Lisse<br />
Dieuwke<br />
Jara<br />
Rianne<br />
Denice<br />
Anna<br />
Marije<br />
Marjolein<br />
Melina<br />
Tjesse<br />
Douwe<br />
Silke<br />
Machteld<br />
Karen<br />
Cecilia<br />
Michiel<br />
Merel<br />
Hotel Ciampino,<br />
Via A. Grandi 2,<br />
00043 Ciampino (RM)<br />
Tel. Vanuit Nederland:<br />
Tel. +39 06 79321151<br />
http://www.ciampinohotel.com<br />
Actuele informatie:<br />
<strong>Rome</strong>reis.stellingwerfcollege.nl<br />
Contact in Nederland<br />
Via mevr. Broers<br />
School: 0516-568500<br />
Thuis:<br />
Mobiel:<br />
In geval van nood<br />
in Italië:<br />
Alarmnummer: 112<br />
Politie: 113
Programma van 7 tot en met 13 mei 2012<br />
Maandag 7 mei Vesta’s<br />
06.30 Verzamelen parkeerterrein Domineespad<br />
07.00 Vertrek naar luchthaven Düsseldorf<br />
11.10 Inchecken op de luchthaven<br />
13.10 Vertrek vlucht Düsseldorf - <strong>Rome</strong> Fiumicino<br />
15.10 Aankomst luchthaven <strong>Rome</strong> Fiumicino<br />
16.40 Vertrek shuttlebus naar <strong>Rome</strong> Termini<br />
17.50 Vertrek trein <strong>Rome</strong> Termini naar Ciampino<br />
18.30 Aankomst Hotel Ciampino<br />
20.00 Diner in hotel
Dinsdag 8 mei<br />
07.30 Ontbijt<br />
08.00 Regelen lunch<br />
09.00 Met de metro naar Piazza di Popolo<br />
Bezichtigen van de<br />
"tweelingkerken": Santa Maria in Montesanto en Santa Maria dei<br />
Miracoli<br />
Tip: Bekijk in de Santa Maria del Popolo,de Cerasi-kapel met schilderijen van<br />
Caravaggio, en de Chigi-kapel ontworpen door Rafael, met mozaïekvloer en beelden<br />
van Benini<br />
Wandelen door de Campus Martius naar het Mausoleum van<br />
Augustus en de Ara Pacis Augustae op Piazza Augusto Imperatore<br />
Tip: Bekijk de art deco gevel gebouwd in opdracht van Mussolini<br />
Bekijken van de Trinita dei Monti bovenaan de Spaanse trappen<br />
13.00 Lunch<br />
Genieten op de Piazza di Spagna .<br />
Wandeling naar de Terme di Diocleziano.<br />
Bezichtigen van de San Maria dei Angeli e<br />
Martyri.<br />
Bezoeken van de Basillica Santa Maria Maggiore.<br />
Tips: Loop via de Via Quattro Fontana naar Piazza delle Quattro fontane: Trouw,<br />
Kracht, de rivieren de Arno en de Tiber (1588).<br />
Op de hoek:San Carlo alle Quattro Fontane, gebouwd door Borromini (1767).<br />
Gesloten tussen 13.00 en 15.00 uur<br />
Piazza Barberini: Triton fontein en op de Via Veneto de fontein met de Bijen, van<br />
Bernini.<br />
Aan de Via Veneto: Santa Maria della Concezione dei Cappuccini: In de crypte een<br />
griezelkabinet.<br />
19.00 Vertrek met de trein vanaf Termini naar het hotel Ciampino<br />
20.30 Diner<br />
22.30 Rust
Piazza del Popolo<br />
De naam betekent in het Italiaans letterlijk<br />
"Plein van het volk", maar historisch<br />
gezien komt de naam van de populieren<br />
waar de kerk Santa Maria del Popolo aan<br />
het plein haar naam aan dankt.<br />
Het plein istussen 1811 en 1822 ontworpen<br />
door de architect Giuseppe Valadier<br />
in neoklassieke stijl. In het ontwerp van<br />
het plein zijn de stijl en indeling te<br />
herkennen van het ontwerp van Gian<br />
Lorenzo Bernini voor het Sint-<br />
Pietersplein in Vaticaanstad.<br />
Beide uiteinden van de ovale piazza zijn<br />
versierd met fonteinen met sfinxen en<br />
beelden die de vier seizoenen<br />
symboliseren.<br />
Aan de zuidzijde van het plein staan twee<br />
vrijwel identieke kerken, gescheiden door<br />
de Via del Corso, de Santa Maria dei<br />
Miracoli en de Santa Maria di Montesanto.<br />
Aan de noordzijde staat de oude<br />
kerk Santa Maria del Popolo. Naast deze<br />
kerk staat de Porta del Popolo, de<br />
noordelijke stadspoort van de Aureliaanse<br />
Muur. De poort is gebouwd in 1561,<br />
waarschijnlijk naar een ontwerp<br />
van Michelangelo. De binnenzijde is<br />
opnieuw ontworpen door Bernini in 1655.<br />
Het plein ligt aan de voet van<br />
de Pincio heuvel met prachtige tuinen.<br />
Vanaf de hoog gelegen Piazza Napoleone<br />
heb je een prachtig uitzicht op de Piazza<br />
del Popolo en de skyline van <strong>Rome</strong>.<br />
In het midden van het plein staat de<br />
grootste obelisk (van Ramses II) ter wereld<br />
die oorspronkelijk in het Circus<br />
Maximus op de spina stond. Na de val van<br />
het <strong>Rome</strong>inse Rijk werd het Circus niet<br />
meer gebruikt. De obelisk raakte<br />
langzaamaan begraven door het stijgende<br />
grondniveau. Aan het eind van de 16e<br />
eeuw werd de obelisk weer terug<br />
gevonden. In opdracht van paus Sixtus<br />
V werd de obelisk gerestaureerd en naar<br />
de Piazza del Popolo verplaatst.<br />
Santa Maria dei Miracoli<br />
De bouw van Santa Maria dei Miracoli<br />
begon in 1675 en eindigde in 1681. De kerk<br />
bezit een prachtige achttiende-eeuwse<br />
klokkentoren van de hand van Girolamo<br />
Theodoli en een achthoekige koepel. De<br />
prachtige afwerking van de decoratie is<br />
van de hand van Antonio Raggi, een<br />
leerling van Bernini. De monumenten<br />
binnen zijn gemaakt door Carlo Fontana,<br />
die ook de koepel en de kroonluchter<br />
ontwierp.<br />
Santa Maria in Montesanto<br />
Santa Maria in Montesanto is in 1662<br />
gebouwd op de plaats van een kerk met<br />
dezelfde naam en werd in 1675 voltooid.<br />
Later werd het gebouw nog herzien door<br />
Gian Lorenzo Bernini. In de achttiende<br />
eeuw werd er een klokkentoren aan<br />
toegevoegd. Binnenin zijn een<br />
twaalfhoekige koepel te bewonderen, en<br />
een kapel met een altaarstuk van Carlo<br />
Maratta, Maagd met Kind en Heiligen<br />
(1687). Op het hoofdaltaar is een schilderij<br />
te zien uit de 16e eeuw, Maagd van<br />
Montesanto. De heiligenbeelden langs de<br />
buitenkant zijn vervaardigd naar een<br />
ontwerp van Bernini.
De Santa Maria del Popolo<br />
De Santa Maria del Popolo is een<br />
Augustijner kerk. Over het ontstaan van<br />
de kerk bestaan verschillende verhalen. Zo<br />
zou paus Paschalis II in 1099 opdracht<br />
hebben gegeven een kapel te bouwen op<br />
de plaats waar keizer Nero begraven lag.<br />
Na zijn graf geruimd te hebben en de as in<br />
de Tiber te hebben verstrooid kon de<br />
bouw beginnen. Een andere versie<br />
verhaalt echter dat de kapel gebouwd<br />
werd als dank aan de Maagd Maria voor<br />
haar steun aan de kruisvaarders bij het<br />
bevrijden van het Heilig Graf.<br />
In de periode 1472-1477 werd de kerk<br />
herbouwd door in Renaissancestijl,<br />
waarna tussen 1655-1660, tijdens het<br />
pontificaat van paus Alexander VII,<br />
aanpassingen volgden in barokstijl,<br />
waaronder de voorgevel.<br />
Chigi kapel: deze kapel behoorde toe aan<br />
de rijke bankiersfamilie Chigi ten tijde van<br />
de Renaissance. Hij werd ontworpen door<br />
Rafaël Santi. Hier werden de<br />
broers Agostino en Sigismondo begraven;<br />
ook de graftombes (in de vorm van<br />
piramides) zijn van de hand van Rafaël.<br />
De latere paus Alexander VII (Fabio Cpaus<br />
van 1655-1667) maakte de kapel af, door<br />
o.a. de plaatsing van de beelden<br />
“Habakuk en de Engel” en “Daniël en de<br />
leeuw”.<br />
In het naastgelegen klooster<br />
verbleef Maarten Luther rond 1511 bij zijn<br />
bezoek aan <strong>Rome</strong>.<br />
De Chigi kapel speelt als locatie een rol in<br />
het boek “Het Bernini Mysterie” van de<br />
Amerikaanse schrijver Dan Brown.<br />
Mausoleum van Augustus<br />
Augustus liet het mausoleum bouwen<br />
in 28 v.Chr. aan de oever van de Tiber, aan<br />
de noordelijke rand van het Marsveld. Vijf<br />
jaar later werd het in gebruik genomen,<br />
toen de as van Augustus‟ jong gestorven<br />
schoonzoon Marcellus erin werd bijgezet.<br />
Het mausoleum - dat het grootste<br />
grafmonument in <strong>Rome</strong> was tot dan toe -<br />
was het eerste van een aantal bouwwerken<br />
die Augustus op het Marsveld liet bouwen<br />
ter ere van de door hem bewerkstelligde<br />
vrede na de burgeroorlogen.<br />
Het Horologium van Augustus<br />
(zonnewijzer met als naald de obelisk op<br />
Piazza Montecitorio) , de Ara Pacis maken<br />
deel uit van dit complex.<br />
Het mausoleum had een grote ronde basis<br />
van 12 m. hoog met een diameter van ca.<br />
89 m. Daarin liepen meerdere<br />
concentrische gangen rond een centrale<br />
grafkamer. De basis was gebouwd van<br />
tufsteen en was aan de buitenkant met<br />
blokken witte travertijn (of marmer)<br />
bekleed. Boven de basis had het<br />
monument de vorm van een heuvel. Deze<br />
was „tot bovenaan toe dicht beplant met<br />
altijd groene bomen‟, aldus de<br />
beschrijving van Strabo. Op de top stond<br />
een groot bronzen standbeeld van<br />
Augustus.<br />
De vorm van een grafheuvel (of tumulus)<br />
was waarschijnlijk ontleend aan<br />
de Etruskische grafheuvels. Het<br />
mausoleum is geïnspireerd op de<br />
mausolea die Augustus in het Oosten had<br />
gezien, zoals de tombe van Alexander de<br />
Grote in Alexandrië.
Voor de ingang van het mausoleum<br />
stonden twee Egyptische obelisken. Deze<br />
staan nu op het plein achter de Santa<br />
Maria Maggiore en op het Quirinaal.<br />
De centrale grafkamer bevatte<br />
vermoedelijke de grafurnen van Augustus<br />
zelf, zijn vrouw Livia, zijn<br />
kleinzoons Lucius en Gaius Caesar, zijn<br />
zuster Octavia en zijn schoonzoon<br />
Marcellus. In de gangen om de centrale<br />
grafkamer werden andere leden van de<br />
Julisch-Claudische familie bijgezet, onder<br />
wie de keizers Tiberius en Claudius.<br />
Na de dood van de keizer werden bij de<br />
ingang van het grafmonument bronzen<br />
platen neergezet waarop de tekst van de<br />
daden van keizer Augustus te lezen was.<br />
De tekst hiervan had hij aan de Vestaalse<br />
Maagden gegeven die ook zijn testament<br />
beheerden. Van deze 'Handelingen van de<br />
vergoddelijkte Augustus' (Res Gestae Divi<br />
Augusti), werden kopieën gemaakt die in<br />
het rijk op verschillende plaatsen werden<br />
opgehangen. Een vernieuwde versie van<br />
de tekst is nu te lezen op de muur van het<br />
gebouw waarin de Ara Pacis wordt<br />
bewaard.<br />
In het begin van de Middeleeuwen is het<br />
monument in verval geraakt. In de<br />
twaalfde eeuw werd het grafmonument in<br />
gebruik genomen door de familie Colonna<br />
die het als burcht gebruikte. In 1241 werd<br />
het bouwwerk door paus Gregorius IX<br />
veroverd en voor een deel afgebroken. In<br />
de zeventiende eeuw kwam het in gebruik<br />
als amfitheater. Nog in de twintigste eeuw<br />
werden er stierengevechten gehouden. In<br />
het begin van de twintigste eeuw was het<br />
een concertzaal. In 1936 werd door<br />
Mussolini begonnen met het vrij leggen<br />
van het monument en werd het zoveel<br />
mogelijk in zijn oorspronkelijke staat<br />
teruggebracht. Mussolini wilde het laten<br />
restaureren en er zelf begraven worden,<br />
maar dat is er nooit van gekomen.<br />
Ara Pacis (Altaar van de Vrede)<br />
Nadat Augustus een grote opstand in<br />
Gallië en Spanje had neergeslagen, besloot<br />
de senaat opdracht te geven voor een<br />
nieuw gebouw op het Marsveld: de Ara<br />
Pacis Augustae (het altaar van de vrede<br />
van Augustus).<br />
De personificatie van de vrede wordt<br />
afgebeeld als de <strong>Rome</strong>inse godin Pax. Het<br />
is ingewijd op 30 januari in 9 v.Chr.<br />
Op de prachtige reliëfs van het in Carrara<br />
marmeren altaar zijn verschillende<br />
voorstellingen te zien. De afbeeldingen<br />
moesten niet alleen vrede en voorspoed<br />
uitdrukken, maar uiteraard ook de piëteit<br />
(vroomheid) van de machthebbers tonen.<br />
Hierdoor zijn er afbeeldingen van<br />
de Augustus en zijn familie die vee offeren<br />
aan de goden en andere voorstellingen<br />
over de vroomheid van de keizer.
Op beide zijkanten is een optocht te zien<br />
die heeft plaatsgevonden in 13 v. Chr, en<br />
waarop de hele familie van Augustus<br />
levensecht is afgebeeld. Alleen is er een<br />
klein foutje ingeslopen. De dochter van<br />
Augustus staat afgebeeld naast haar<br />
toenmalige man Tiberius, maar ten tijde<br />
van de optocht was ze nog getrouwd met<br />
Agrippa, bouwer van het Pantheon, die op<br />
het moment van de bouw van de Ara<br />
Pacis al overleden was.<br />
In de middeleeuwen leek het gebouw van<br />
de aardbodem verdwenen. Pas in de<br />
negentiende eeuw wist men enkele reliëfs<br />
in de kelder van het Palazzo Fiano<br />
Almagià te identificeren als de verloren<br />
gewaande Ara Pacis.<br />
In 1903 begon met de opgravingen die tot<br />
de jaren '30 duurden. Mussolini, altijd tuk<br />
op wat <strong>Rome</strong>inse verheerlijking, greep<br />
deze kans aan en liet het hele altaar weer<br />
herbouwen aan de oever van de Tiber<br />
naast het mausoleum van Augustus, ter<br />
meerdere glorie van de dode keizer en<br />
vooral hemzelf.<br />
Door de Amerikaanse architect Richard<br />
Meier is een museum van glas, staal<br />
staal en travertijn ontworpen voor de Ara<br />
Pacis in 2006.<br />
Piazza di Spagna<br />
Het Piazza di Spagna is een van <strong>Rome</strong>s<br />
fantastische openluchtsalons, een plein in<br />
het centrum van het meest exclusieve<br />
winkelgebied van de stad, met de Spaanse<br />
Trappen die ieder uur van de dag en nacht<br />
als een magneet op de bezoekers werken.<br />
De trappen zijn de beroemdste<br />
bezienswaardigheid van het piazza. Ze<br />
werden gebouwd tussen 1723 en 1726 en<br />
vormen niet alleen een van de meest<br />
bezienswaardigheid van het piazza. Ze<br />
werden gebouwd tussen 1723 en 1726 en<br />
vormen niet alleen een van de meest<br />
vermaarde schilderachtige decors van<br />
<strong>Rome</strong> (vooral in de lente, als de trappen<br />
versierd zijn met potten azalea‟s) , maar<br />
ook een forum (markt) dat al eeuwenlang<br />
een favoriete ontmoetingsplaats is voor<br />
zowel <strong>Rome</strong>inen als bezoekers.<br />
Het plein en de trappen hebben hun<br />
naam te danken aan het Palazzo di<br />
Spagna, in de 17 de eeuw gebouwd als de<br />
Spaanse ambassade van de Paus.<br />
Vooral de Engelsen waren enorme<br />
bewonderaars van het plein dat de wijk<br />
bekend kwam te staan als het „Engelse<br />
Getto‟.Er zijn twee historische cafés op of<br />
vlakbij het plein: Babbington‟s Tea Rooms<br />
(links van de trappen als je er voor staat),<br />
eind 19 de eeuw opgericht door twee<br />
Engelse oude vrijsters, en het Antico Caffé<br />
Greco in Via dei Condotti, gesticht in 1760<br />
en bezocht door mensen als als Goethe,<br />
Casanova, Shelley, Byron, Baudelaire,<br />
Wagner en Liszt. Een andere cafébezoeker<br />
was waarschijnlijk de Engelse dichter John<br />
Keats, die in een huis rechts van de<br />
Spaanse Trappen woonde en stierf.<br />
Tegenwoordig is het gebouw een museum<br />
gewijd aan de dichter en literaire<br />
ballingen, onder wie Shelley.
Aan de voet van de Spaanse Trappen staat<br />
de aardige, kleine Fontana de Ua Barcaccia<br />
(1629), letterlijk: de „Fontein van de<br />
verrotte (of: waardeloze) boot‟. De naam is<br />
afkomstig van het beeld in het midden,<br />
een half gezonken boot met traag<br />
stromend water over de flanken. De<br />
geringe waterstraal en niet zo<br />
spectaculaire aanblik zijn het gevolg van<br />
de lage druk van het Acqua Vergine<br />
aquaduct waar het water uit afkomstig is.<br />
De fontein is een gezamenlijk werk van<br />
Pietro Bernini en zijn beroemdere zoon,<br />
Gian Lorenzo Bernini.<br />
San Carlo alle Quattro Fontane<br />
Liefkozend noemen de <strong>Rome</strong>inen hem San<br />
Carlino ("Sint Kareltje").Ontworpen door<br />
Francesco Borromini (de grote rivaal van<br />
Bernini). In 1638 kreeg hij de opdracht om<br />
de San Carlo Alle Quattro Fontane te<br />
bouwen en de kerk werd zijn eerste<br />
bekende werk.<br />
Opvallend is dat de koepel ovaal is in<br />
plaats van rond. Bijna dertig jaar later had<br />
hij de voorgevel opgetrokken en dat was<br />
tevens zijn laatste werk. In 1667 pleegde<br />
hij zelfmoord<br />
Van de kerk wordt gezegd dat hij zo klein<br />
is dat hij in een pilaar van de Sint-<br />
Pieter past.<br />
Crypte Maria della Concezione dei<br />
Cappuccini<br />
De wanden van de kapellen in de crypte<br />
zijn versierd met beenderen en skeletten<br />
van ongeveer 4000 kapucijner broeders.<br />
De broeders zijn tussen 1528 en 1870<br />
gestorven. De botten zijn in de periode<br />
van 1528 tot 1870 'verzameld' en op allerlei<br />
niet alledaagse manieren tentoongesteld.<br />
Van kandelaar tot lampenkap en van een<br />
crucifix tot altaar. Er zijn in totaal zes<br />
kleine kapellen waarin de botten zijn te<br />
zien.<br />
Dit kapucijner kerkhof is ontstaan toen<br />
pausUrbanus VIII de kapucijnen vanuit<br />
hun voormalig klooster op de Quirinaal<br />
hiernaartoe wilde laten verhuizen. De<br />
kapucijnen wilden hier alleen aan<br />
meewerken als ze hun overleden broeders<br />
mochten meenemen. Tussen 1627 en 1631<br />
werden de beenderen bij toortslicht<br />
opgegraven en in meer dan driehonderd<br />
ritten werden honderden wagenladingen<br />
hiernaartoe gebracht. De kunstenaar is<br />
onbekend.<br />
In de tweede kapel bevindt zich een graf<br />
van pauselijke zoeaven die in 1870 bij de<br />
Porta Pia zijn gesneuveld. Onder hen<br />
bevonden zich heel veel Belgen en<br />
Nederlanders.
In de zesde kapel zijn de skeletten van drie<br />
kinderen verwerkt, één prinsesje en twee<br />
prinsjes uit het Barberini-geslacht.<br />
Bij het verlaten van de crypte word je er<br />
nog even aan herinnerd dat wij allemaal<br />
hetzelfde lot zullen ondergaan. “Wat jij<br />
bent, waren wij. Wat wij zijn, zul jij zijn”.<br />
Het is maar dat je het weet...<br />
Terme di Diocleziano<br />
Vanaf de eerste eeuw na Chr. hadden de<br />
<strong>Rome</strong>inen privé baden in hun huizen of<br />
villa‟s en werd er een openbaar zwembad<br />
geopend in <strong>Rome</strong> zelf. Het oude <strong>Rome</strong><br />
bezat toen 11 openbare thermen, 926 privé<br />
thermen en ongeveer 2000 fonteinen. Deze<br />
enorme hoeveelheden water werden<br />
aangevoerd langs veertien aquaducten.<br />
De medekeizer van Diocletianus, keizer<br />
Maximianus, de eigenlijke bouwer van<br />
diens badhuis, ging geen moeite uit de<br />
weg om een enorm thermencomplex te<br />
bouwen.<br />
Er werd in 299 na Chr. begonnen en in 306<br />
na Chr. was het complex voltooid. Aan de<br />
gehele bouw van de thermen hebben<br />
40.000 dwangarbeiders meegewerkt. Zij<br />
waren allen christenen. Het werd het<br />
grootste thermencomplex in <strong>Rome</strong>, 370 bij<br />
380 meter groot. Er konden ongeveer 3000<br />
baders tegelijk terecht.<br />
Het hoofdgebouw van het badhuis lag in<br />
een grote tuin van sportvelden die<br />
omgeven was door muren en gebouwen.<br />
Er was een groot overdekt zwembad, een<br />
koud bad, een toeschouwers tribune, een<br />
heet bad, een zweetruimte en een<br />
bibliotheek. Het warme bad is<br />
tegenwoordig de kerk S. Maria degli<br />
Angeli.<br />
De thermen waren in die tijd een<br />
uitstekende plek om even van de rust te<br />
genieten. Je kon er zelfs zaken doen met<br />
andere bezoekers. Ook voor een massage<br />
en een schoonheidsbehandeling kon je er<br />
terecht. De thermen zijn gebouwd onder<br />
het motto: mens sana in corpore sano, „een<br />
gezonde geest in een gezond lichaam‟.<br />
Santa Maria dei Angeli e Martyri<br />
De thermen van Diocletianus zijn voor een<br />
deel bewaard gebleven in de vorm van een<br />
kerk, de Santa Maria degli Angeli. Zij<br />
werd tussen 1563 en 1566 door<br />
Michelangelo gebo uwd in het tepidarium<br />
(warm water bad) en is gewijd aan engelen<br />
en christelijke martelaren die, volgens de<br />
overlevering, gestorven waren bij de<br />
aanleg van de baden.
Santa Maria Maggiore<br />
Santa Maria Maggiore is de belangrijkste –<br />
en mogelijk oudste – van de circa 80<br />
kerken in <strong>Rome</strong> die aan de Maagd Maria<br />
gewijd zijn. De omgeving is niet de<br />
mooiste van de stad, maar het weelderige<br />
interieur van de oude basiliek is zelfs voor<br />
Italiaanse begrippen uitzonderlijk barok.<br />
Volgens de legende werd de kerk<br />
gebouwd nadat de Maagd op 4 augustus<br />
356 in een visioen aan paus Liberius<br />
verscheen en hem opdroeg om een kerk te<br />
bouwen op de plek waar de volgende dag<br />
sneeuw zou vallen. Hoewel het hartje<br />
zomer was, viel er inderdaad wat sneeuw,<br />
wat zowel de bouw van de kerk, als de<br />
invoering van een feestdag – Onze<br />
Vrouwe van Sneeuw (op 5 augustus) – tot<br />
gevolg had.<br />
In werkelijkheid werd de kerk<br />
waarschijnlijk halverwege de 5 de eeuw<br />
gesticht op de ruïne van een <strong>Rome</strong>ins<br />
gebouw uit de eerste eeuw, misschien nog<br />
ouder.<br />
Dit gebouw was waarschijnlijk een tempel<br />
gewijd aan Juno Lucina, een moedergodin,<br />
die door <strong>Rome</strong>inse vrouwen aanbeden<br />
werd. Het is dan ook geen toeval dat de<br />
heidense cultus werd vervangen door een<br />
christelijke equivalent: de nieuwe kerk<br />
werd gewijd aan de moeder van Christus<br />
als Santa Maria ad Praesepe (St.-Maria van<br />
de Kribbe). De moederlijke verbondenheid<br />
werd nog versterkt door relikwieën van de<br />
Heilige Kribbe van Christus, waarvan<br />
fragmenten onder het hoge altaar worden<br />
bewaard.<br />
Obelisken en pilaren houden de wacht<br />
voor de noordelijke en zuidelijke ingang<br />
van de kerk.<br />
Sinds de 5 de eeuw is er veel aan de kerk<br />
toegevoegd. Niet in de laatste plaats de<br />
enorme hoeveelheid decoraties, maar de<br />
oorspronkelijke basiliekvorm is bewaard<br />
gebleven, een vorm die waarschijnlijk<br />
rechtstreeks werd ontleend aan het<br />
<strong>Rome</strong>inse bouwwerk dat eerder op de<br />
plek heeft gestaan. Het eerste dat binnen<br />
opvalt, is de fantastische plafondinbouw,<br />
naar verluidt verguld met het eerste goud<br />
dat uit de Nieuwe Wereld werd gehaald:<br />
een geschenk van Ferdinand en Isabella<br />
van Spanje aan paus Alexander VI.<br />
De kolossale zuilen die het plafond<br />
ondersteunen, leiden de blik naar een<br />
prachtige serie mozaïeken bestaande uit 36<br />
panelen: werken uit de 5 de eeuw die<br />
episodes uit de levens van Mozes, Izaak,<br />
Jakob en Abraham afbeelden. Een<br />
recentere, maar even indrukwekkende<br />
mozaïek (1295) beslaat de apsis achter het<br />
hoge altaar, De Kroning van de Maagd<br />
door Jacopo Torriti.<br />
Een deel van de kerkvloer vult de<br />
decoraties aan met kleurige kronkels,<br />
voorbeelden van Cosmati ingelegd<br />
marmerwerk uit het midden van de 12 de<br />
eeuw.
Voor de liefhebber de plattegrond van de<br />
kerk<br />
A façade met mozaïeken<br />
B standbeeld van Philips IV van<br />
Spanje<br />
C monument voor Clemens IX<br />
D grafgedenkteken voor Nicolaas<br />
E triomfboog-mozaïek<br />
F hoogaltaar<br />
G confessio<br />
H apsismozaïek<br />
I baptisterium<br />
K sacristie<br />
L Michaëlskapel<br />
M relikwieënkapel<br />
N Cappella Sistina, paus Sixtus V<br />
O grafgedenkteken voor<br />
kardinaal Rodriguez<br />
P grafsteen van Bernini<br />
Q Cappella Paolina, paus Paulus<br />
R Cappella Sforza<br />
S altaarstuk : ‘onthoofding van<br />
de heilige Catharina<br />
T graven van Filippo en<br />
Eustachio de Levi
Woensdag 9 mei<br />
07.30 Ontbijt<br />
08.00 Regelen lunch<br />
08.30 Vertrek met de trein naar metrostation Termini<br />
Met de metro naar station Colosseum.<br />
Bezoeken van het Colosseum, Arco di Constantino,<br />
Palatijn en het Forum Romanum.<br />
Lunch<br />
19.30 Diner<br />
23.00 Rust<br />
Vestaalse maagden<br />
Wandelen naar Piazza del Campidoglio en genieten van het uitzicht op<br />
het Forum Romanum bij het Palazzo Senatorio.<br />
Tip:Beklim de steile trappen naar de Santa Maria in Aracoeli, geniet van uitzicht over<br />
de verschillende keizersfora en de marketen van Trajanus. Daal af via de trappen van<br />
Monumento AVictorrio Emmanuele II naar Piazza Venezia.<br />
Naar de Tiber: Ponte Rotto, Isola Tiberina en Theatro Marcelllo.<br />
Tip: Steek bij de Ponte Fabricio rechts bij de stoplichten over en loop de Via dei Portico<br />
d‟Ottavia het Joodse getto in. <strong>Links</strong> de synagoge. Even verderop rechts de Portico<br />
d‟Ottavia. Blijf de weg volgen en ga rechts de Via delle Reginella naar Piazza Mattei<br />
in. Daar staat de beroemde Fontana delle Tartarughe. Loop via de Via dei Funari<br />
(touwslagers) naar de Via del theatro di Marcello.<br />
Steek de brug over naar het oudste deel van <strong>Rome</strong>, de wijk Trastevere.<br />
Santa Maria in Trastevere<br />
Terug over de brug naar Forum Boarium aan de Piazza Bocca della<br />
Verità. Bekijken van de de Santa Maria in Cosmedin, de Bocca della<br />
Verità, Tempel van Portunus en de ronde tempel Hercules Invictus<br />
Vertrek naar het hotel Ciampino
Het Colosseum<br />
Het Colosseum (Colosseo) is met niets<br />
anders in <strong>Rome</strong> te vergelijken. Wat ooit<br />
het toneel van gladiatorengevechten en<br />
ander amusement was, is nu het meest<br />
majestueuze en indrukwekkende<br />
monument uit de Oudheid.Met een lengte<br />
van 188 m, een breedte van 155 m en een<br />
hoogte van 48,5 m is dit bouwwerk het<br />
grootste amfitheater (openluchttheater). Er<br />
konden 50.000 toeschouwers in en had 80<br />
ingangen. In 72 na Chr. werd met de bouw<br />
begonnen en in 96 was de constructie<br />
klaar.<br />
In tegenstelling tot de populaire mythe<br />
zijn weinig tot geen christenen in het<br />
Colosseum gedood, want er werden<br />
voornamelijk gladiatorengevechten en<br />
andere spelen gehouden.<br />
Tegenwoordig is het doolhof van tunnels<br />
en schachten onder het toneel zichtbaar,<br />
waarlangs dieren uit verafgelegen hokken,<br />
gladiatoren en andere hoofdrolspelers<br />
naar het toneel werden gebracht. In het<br />
midden van dit amfitheater lag de arena.<br />
Het Latijnse woord arena betekent zand.<br />
De <strong>Rome</strong>inen gooide namelijk zand op de<br />
zware houten vloer. Zo kon het weer<br />
makkelijk verschoond worden als er veel<br />
bloed was gevloeid. Naar het schijnt was<br />
het door ingenieuze waterkanalen ook<br />
mogelijk om het podium onder water te<br />
zetten en zeegevechten na te bootsen.<br />
De toeschouwers werden gescheiden naar<br />
status en geslacht en moesten zich speciaal<br />
voor de gelegenheid kleden. De keizer en<br />
de Vestaalse Maagden zaten tegenover<br />
elkaar in speciale loges op de laagste<br />
verdiepingen. Op brede platforms zaten<br />
naast hen de senatoren, die geacht werden<br />
in witte toga‟s te verschijnen en eigen<br />
stoelen (bisellia) mee te brengen. Boven<br />
hen zaten de ridders en aristocraten, dan<br />
kwamen de gewone <strong>Rome</strong>inse burgers<br />
(plebejers) en ten slotte – zo‟n 40 meter<br />
hoog en 50 meter van het toneel<br />
verwijderd – de vrouwen, slaven en armen<br />
(hoewel naar het schijnt zich maar weinig<br />
vrouwen naar de spelen waagden).<br />
Sommige <strong>groep</strong>en hadden aparte plaatsen,<br />
met name soldaten, schrijvers en bodes.<br />
De plaatsaanwijzer was een functionaris<br />
die ervoor zorgde dat iedereen op de voor<br />
hem bestemde plaats terechtkwam.<br />
Keizers en toeschouwers hadden vaak het<br />
lot van een hoofdrolspeler in handen. Een<br />
gewonde man kon om genade vragen<br />
door een vinger van zijn linkerhand op te<br />
steken. Het zwaaien met een zakdoek<br />
betekende dan gratie, terwijl de uit Asterix<br />
zo bekende naar beneden gestoken duim<br />
de dood inhield. Gewonden werden vaak<br />
afgemaakt, of de menigte het er nu mee<br />
eens was of niet. En degenen die<br />
probeerden aan hun lot te ontkomen door<br />
zich dood te houden, werden met<br />
roodgloeiende ijzers gepord om te zien of<br />
ze nog leefden.
Tekening Forum Romanum<br />
1 Basilica Aemilia<br />
2 Tempel van Venus en <strong>Rome</strong><br />
3 Heiligdom van Venus<br />
4 Curia<br />
5 Comitium<br />
6 Lapis Niger<br />
7 Boog van Septimius Severus<br />
8 Rostra<br />
9. Tempel van Saturnus<br />
10. Basilica Julia<br />
11. Meer van Curtius<br />
12 Tempel van Castor en Pollux<br />
I3 Bron van Juturna<br />
14 Tempel van Julius Caesar<br />
15 Regia<br />
16 Tempel van Vesta<br />
17 Atrium van de VestaaIse maagden<br />
18 Tempel van Antoninus en<br />
Faustina<br />
19 Tempel van Romulus<br />
20 Basilica van Maxentius en<br />
Constantijn<br />
21 Boog van Titus<br />
22 Boog van Constantijn<br />
23 S.Maria Nova<br />
24 Via Sacra (Heilige Weg)
1 Basilica Aemilia<br />
2 Tempel van Venus en <strong>Rome</strong><br />
3 Heiligdom van Venus<br />
4 Curia<br />
5 Comitium<br />
6 Lapis Niger<br />
7 Boog van Septimius Severus<br />
8 Rostra<br />
9 Tempel van Saturnus<br />
10 Basilica Julia<br />
11 Meer van Curtius<br />
12 Tempel van Castor en<br />
Pollux<br />
I3 Bron van Juturna<br />
14 Tempel van Julius Caesar<br />
15 Regia<br />
16 Tempel van Vesta<br />
17 Atrium van de VestaaIse<br />
Maagden<br />
18 Tempel van Antoninus en<br />
Faustina<br />
19 Tempel van Romulus<br />
20 Basilica van Maxentius en<br />
Constantijn<br />
21 Boog van Titus<br />
22 Boog van constantijn<br />
23 S.Maria Nova<br />
24 Via Sacra (Heilige Weg)
Het Forum Romanum<br />
Het Forum Romanum is het hart van<br />
<strong>Rome</strong>. In het begin was het Forum een<br />
moerassig en onbewoond dal aan de voet<br />
van de Palatijn en de Capitoolheuvel.<br />
Stilaan werd dat dal een marktplaats en<br />
groeide uit tot het centrum van alle<br />
activiteiten van het stadje: men hield er<br />
politieke bijeenkomsten, men deed er aan<br />
handel, de rechtbank zetelde er en men<br />
kwam er om elkaar te ontmoeten en de<br />
laatste nieuwtjes te horen. Maar het was<br />
ook een plaats voor plechtige<br />
begrafenisceremoniën. In het algemeen is<br />
het forum rechthoekig van vorm en<br />
geplaveid (maar vrij van verkeer).<br />
Resten tempel van Castor en Pollux<br />
Hoog boven het Forum kun je het<br />
Capitolium zien en de twee toppige<br />
Capitoolheuvel. Op de ene top staat de<br />
machtige tempel van Jupiter, de oppergod.<br />
Op de andere top staat de arx of citadel<br />
met de tempel van Juno, de godin van het<br />
huwelijk en tevens de vrouw van Jupiter.<br />
Overal rijzen er monumenten die de<br />
luisterrijke geschiedenis van <strong>Rome</strong><br />
weerspiegelen: triomfbogen, erezuilen,<br />
tempels, basilieken en de Curia.<br />
Tempels<br />
De naam „tempel‟ komt van het Latijnse<br />
woord templum. Dit betekende<br />
oorspronkelijk ”de aan de hemel<br />
afgeperkte ruimte”. Het was het deel van<br />
het heelal waarin de goden hun<br />
persoonlijkheid en wil toonden. Later<br />
werd deze benaming ook gebruikt voor<br />
het gebouw waarin men de goden<br />
vereerden. Een tempel van de oudheid is<br />
echter niet te vergelijken met onze kerk:<br />
De tempel was de woning van de god zelf<br />
en mocht enkel door de priesters betreden<br />
worden; de vereringsdienst met het volk<br />
speelde zich buiten de tempel af.<br />
Op het forum vind je resten van de de<br />
Vestatempel (16) met daarachter het huis<br />
van de Vestaalse maagden (17). In deze<br />
tempel van Vesta brandde het eeuwige<br />
vuur, symbool van het hart van <strong>Rome</strong>,<br />
onder toezicht van zes Vestaalse Maagden.<br />
Deze vrouwen stamden uit aanzienlijke<br />
families en traden in dienst van Vesta op<br />
hun 18de. Als ze dertig waren mochten ze<br />
weer een normaal leven gaan leiden. Zij<br />
mochten geen gemeenschap hebben met<br />
mannen (maagden), maar na hun<br />
uittreding mocht het wel. Wanneer een<br />
Vestaalse maagd haar belofte had<br />
gebroken werd ze levend begraven in een<br />
onderaards vertrek in een aarden wal.<br />
Curia, Comitium en Rostra<br />
Op het Forum is de Curia (4), het<br />
senaatsgebouw duidelijk te zien. Het is<br />
een hoog rechthoekig gebouw met een<br />
paar ramen. Het wordt wel eens „het huis<br />
van de <strong>Rome</strong>inse Senaat‟ genoemd. Dit de<br />
plaats waar zo‟n 300 senatoren<br />
samenkwamen om te vergaderen over het<br />
<strong>Rome</strong>inse bestuur, de economie,<br />
problemen in het <strong>Rome</strong>inse Rijk. <strong>Rome</strong><br />
werd, zo zegt men wel, bestuurd door de<br />
senaat en het volk van <strong>Rome</strong>. SPQR:<br />
Senatus Populusque Romanus, "De Senaat en<br />
het Volk van <strong>Rome</strong>
Dat klinkt mooi, maar het is geen<br />
realistische voorstelling van zaken. Alle<br />
belangrijke beslissingen werden genomen<br />
in de Curia, waar de senaat vergaderde.<br />
Het volk kwam bij bepaalde gelegenheden<br />
in vergadering in de open lucht bijeen op<br />
een cirkelvormige ruimte vóór de Curia,:<br />
Comitium ( 5). Daar kon het volk beslissen<br />
over oorlog en vrede. Aan de rand van het<br />
Comitium bevond zich de Rostra (8), een<br />
podium waarvandaan sprekers het<br />
verzamelde volk konden toespreken.<br />
In de buurt van het Comitium stond<br />
volgens de ovérlevering een vijgenboom<br />
(Ficus Ruminalis). De boom was gewijd,<br />
omdat in zijn wortels het mandje met<br />
Romulus en Remus was blijven steken,<br />
toen ze in de Tiber waren gegooid. Hier<br />
zou de wolvin hen hebben gevonden en<br />
gevoed.<br />
Basilica<br />
Reconstructie basilica Maxentius en<br />
Constantijn<br />
Elke basilica had hetzelfde grondpatroon:<br />
een brede, langwerpige ruimte werd door<br />
zuilen verdeeld in een middenschip en<br />
twee (of vier) zijschepen. Het middenschip<br />
was hoger dan de zijschepen en ontving<br />
licht door hoge vensters.<br />
De basilica was een multifunctioneel<br />
gebouw dat diende als een<br />
ontmoetingsplaats; er werd handel<br />
gedreven en recht gesproken.<br />
De eerste grote christelijke kerkgebouwen<br />
zijn naar het model van die basilieken<br />
gebouwd.<br />
Mijlpalen<br />
In deze palen werden de namen van de<br />
dichts bijzijnde steden en de afstand<br />
gegraveerd. Ook kon je er op lezen onder<br />
wiens bewind de paal werd geplaatst. De<br />
beroemdste en mooiste mijlpaal uit de<br />
<strong>Rome</strong>inse geschiedenis was de Miliarium<br />
Aureum - De Gouden Mijlpaal . Hij stond<br />
in het midden van het Forum Romanum<br />
en was omhuld met goud. Op deze paal<br />
stonden de namen van de belangrijkste<br />
steden en hoeveel mijl ze van <strong>Rome</strong><br />
verwijderd waren. Met deze paal werd de<br />
centrale ligging van <strong>Rome</strong> in het <strong>Rome</strong>inse<br />
Rijk benadrukt. De paal zelf heeft de tand<br />
destijds niet doorstaan alleen het voetstuk<br />
bleef bewaard.<br />
Reconstructie met Gouden Mijlpaal<br />
Lapis Niger (Zwarte Steen)<br />
Dit is een vierkant bestaande uit platen<br />
van zwart marmer. Men zegt dat het een<br />
steen voor het graf van Romulus kan zijn.<br />
Triomfbogen<br />
Triomfbogen werden opgericht ter ere van<br />
een keizerlijke overwinning of een andere<br />
prestatie. Omdat ze meestal over een weg<br />
werden gebouwd waren één of meerdere<br />
doorgangen absoluut noodzakelijk. Twee<br />
van de bekendste bogen uit de oudheid<br />
staan allebei op het Forum Romanum:<br />
Aan het einde van het Forum bevindt zich<br />
de triomfboog van Titus (21). Deze is<br />
opgericht om de bezetting van Jeruzalem<br />
door toenmalig keizer Titus te eren. Hij is<br />
de oudste en best bewaarde boog in <strong>Rome</strong><br />
met één doorgang. De andere befaamde<br />
triomfboog is van Septimius Severus (7).<br />
Hij is gebouwd in 203 en heeft drie<br />
doorgangen.
Santa Maria in Trastevere<br />
De Basiliek van Santa Maria in<br />
Trastevere is waarschijnlijk de oudste<br />
Mariakerk van <strong>Rome</strong>. Volgens de<br />
overleveringen van de vierde<br />
eeuw ontsprong op de plaats, waar<br />
tegenwoordig het altaar van de kerk staat,<br />
in het jaar 30 na Christus een olieachtige<br />
bron. Iets wat mogelijkerwijze als<br />
vulkanische activiteit verklaard kon<br />
worden, werd door de joodse inwoners<br />
van de wijk als een aankondiging van de<br />
Messias (=de Gezalfde) gezien. Reeds in<br />
de derde eeuw zou er een christelijke<br />
huiskerk gestaan hebben. Op dezelfde<br />
plaats liet paus Julius I in het midden van<br />
de vierde eeuw een grote basiliek bouwen,<br />
die in de twaalfde eeuw door paus<br />
Innocentius II door een nieuwbouw<br />
met campanile vervangen werd.<br />
De mozaïeken in de apsis stammen nog uit<br />
de twaalfde eeuw. Geschonken door Paus<br />
Innocentius II (1130-1143 ). Op een gouden<br />
achtergrond zie je Christus met Maria en<br />
heiligen. Het onderwerp "Tronende<br />
Christus met Maria" wordt hier voor het<br />
eerst afgebeeld en wijst op het begin van<br />
de <strong>Rome</strong>inse Mariacultus. Onder het fries<br />
het Lam Gods aan de voeten van de<br />
Verlosser.<br />
Apsis van de Santa Maria<br />
De mozaïeken op de triomfboog en in het<br />
onderste gedeelte van de apsis werden in<br />
1290 door Pietro Cavallini gemaakt. Zes<br />
scenes uit het leven van Maria: Maria<br />
geboorte, Maria boodschap, de Geboorte<br />
van Jezus, de Aanbidding der Wijzen,<br />
de Opdracht van Jezus in de Tempel en<br />
de Dood van Maria.<br />
Ondanks barokke verbouwingen en<br />
vervangingen heeft de kerk toch haar<br />
middeleeuwse karakter behouden. De<br />
zuilen komen uit een gebouw uit de<br />
oudheid, mogelijk uit de Thermen van<br />
Caracalla.<br />
In het voorportaal van de kerk staan<br />
sinds 1308 op een hoge pilaster de resten<br />
van een asurn van paus Innocentius II. De<br />
mozaïeken uit het voorportaal stammen<br />
uit de dertiende en veertiende eeuw en<br />
stellen Maria met Jezus en de parabel van<br />
de dwaze en verstandige maagden.<br />
Op het plein voor de kerk vindt je de<br />
oudste fontein van <strong>Rome</strong> die nog in<br />
gebruik is. Deze Fontana di Santa Maria in<br />
Trastevere dateert uit de 8ste eeuw, maar<br />
werd vernieuwd door Carlo Fontana in<br />
1692.<br />
Dagelijks geopend van 07.30 - 13.00 - 16.00 - 19.00.
Santa Maria in Cosmedin<br />
De Santa Maria in Cosmedin is een kerk<br />
uit de 12 e eeuw. Deze is gebouwd op de<br />
plaats waar ooit het Hercules- altaar stond.<br />
In de 6e eeuw is deze sobere, mooie kerk<br />
gebouwd. In de 12e eeuw zijn de sierlijke<br />
Romaanse klokkentoren en de zuilengang<br />
er bij gebouwd. In de 19e eeuw is een<br />
barok gevel verwijderd en is de kerk in<br />
oorspronkelijke eenvoud hersteld.De<br />
Santa Maria in Cosmedin is ook van<br />
binnen prachtig. Zij bezit een prachtig<br />
vloermozaïek; verder een met fresco's<br />
versierd koor en een gebeeldhouwd<br />
baldakijn boven het hoofdaltaar. De<br />
gehele inrichting is kostbaar. De bijnaam<br />
'in Cosmedin' heeft daarom betrekking op<br />
het Griekse woord 'kósmos' dat versiering<br />
betekent.<br />
De Santa Maria in Cosmedin is zo<br />
bijzonder omdat, in het portiek in de<br />
linkermuur de Bocca della Verità (de<br />
mond van de waarheid) is geplaatst. Het is<br />
een groot antiek putdeksel, waarschijnlijk<br />
nog van voor de 4de eeuw voor Chr. Het<br />
putdeksel heeft de vorm van een gezicht<br />
en stelt de god Oceanus voor. Het deksel<br />
is waarschijnlijk van een put waarin<br />
vroeger het bloed werd opgevangen van<br />
runderen die aan Hercules werden<br />
geofferd. De Bocca della Verità weegt<br />
dertienhonderd kilogram. Oorspronkelijk<br />
stond de Bocca della Verità tegen de<br />
kerkgevel. In 1632 kreeg het zijn huidige<br />
plaats.<br />
De Bocca della Verità<br />
Het is een grote toeristische attractie. In de<br />
middeleeuwen ging het verhaal dat het<br />
deksel leugenaars ontmaskerde. Als men<br />
een eed moest afleggen, moest men<br />
zijn/haar hand in de opengesperde mond<br />
steken, als men loog sloeg de steen<br />
genadeloos toe en beet de hand af.<br />
Wie durft?
Forum Boarium<br />
Het Forum Boarium is een oud marktplein<br />
in <strong>Rome</strong>. Het is het oudste forum van<br />
<strong>Rome</strong> en ligt op het kruispunt van enkele<br />
belangrijke wegen uit de oudheid. Het<br />
Forum Boarium betekend letterlijk vertaald<br />
rundermarkt en dit was de plaats waar in<br />
het oude <strong>Rome</strong> de veemarkt werd<br />
gehouden.<br />
Nadat hier oorspronkelijk een<br />
doorwaadbare plaats in de Tiber was<br />
geweest werden hier de eerste bruggen van<br />
<strong>Rome</strong> gebouwd. Een oude en belangrijke<br />
haven van de stad, de Portus Tibertinus,<br />
lag ook aan het forum. Hier werd zout<br />
verhandeld dat over de Via Salaria naar<br />
andere delen van Italië werd vervoerd.<br />
Hierdoor groeide de marktplaats uit tot<br />
een dichtbevolkt gebied met een grote<br />
economische betekenis. De openbare<br />
ruimte van het marktplein werd<br />
afgebakend met grensstenen om te<br />
voorkomen dat deze langzaam<br />
volgebouwd zou worden. Naast<br />
woonhuizen stonden er portico's<br />
(zuilengallerijen) en gebouwen voor<br />
goederenopslag.<br />
Forum Boarium en het Tibereilandum<br />
Op het forum werden tempels<br />
opgerichtvoor bijvoorbeeld Hercules<br />
Invictus, Portunus. De Tempel van<br />
Portunus is opgericht ter ere van Portunus,<br />
de <strong>Rome</strong>inse god van de havens. Vanaf<br />
deze plaats kon Portunus waken over de<br />
schepen met handelswaar die vanuit Ostia<br />
aan kwamen varen. De Tempel van<br />
Portunus werd gebouwd rond 100 v.<br />
Chr.<br />
Tempel van Portunus<br />
De ronde tempel Hercules Invictus<br />
wordt onterecht de Tempel van Vesta<br />
genoemd, vanwege de gelijkenis met de<br />
Ronde tempel op het Forum Romanum.<br />
Dankzij een inscriptie is het bouwwerk<br />
echter geïdentificeerd als de Tempel<br />
van Hercules Victor, ook bekend als<br />
Olivarius, de patroonheilige van het<br />
gilde van olearii (oliehandelaars).De<br />
tempel staat op het oude Forum<br />
Boarium, de rundermarkt, omdat<br />
Hercules daar volgens de overlevering<br />
niet ver vandaan de reus Cacus had<br />
verslagen nadat deze zijn runderen had<br />
gestolen. De tempel werd eind 2de<br />
eeuw v.C. gebouwd door een koopman<br />
die zijn rijkdom mogelijk te danken<br />
had aan de oliehandel. Dit is de oudst<br />
bewaard gebleven tempel in <strong>Rome</strong>, die<br />
bijna volledig van marmer is gemaakt.<br />
Het gebouw kreeg een cirkelvormige<br />
vorm en staat op een rond podium met<br />
treden en een collonade van twintig<br />
Corinthische zuilen (waarvan er één<br />
ontbreekt).<br />
Op het Forum Boarium werden de<br />
oudst bekende gladiatorengevechten<br />
gehouden. In 264 v. Chr. liet Decimus<br />
Junius Brutus Scaeva hier lijkspelen ter<br />
ere van zijn overleden vader opvoeren<br />
waarbij drie paar slaven als gladiator<br />
moesten optreden.
Isola Tiberina<br />
Volgens een legende is het Tibereiland<br />
ontstaan nadat de laatste koning van<br />
<strong>Rome</strong>, Tarquinius Superbus in 510 v.<br />
Chr., werd verdreven. De boze<br />
<strong>Rome</strong>inen verzamelden het graan van<br />
de velden van de Etruskische koning, de<br />
Campus Martius, en gooiden dit in de<br />
Tiber, dit spoelde niet weg maar bleef<br />
liggen en vormde zo de fundering van<br />
het eiland. Een andere versie van het<br />
verhaal vertelt dat het lijk van de<br />
koning zelf in de Rivier werd gegooid<br />
waarna er slib en klei zich aan hem<br />
vastzette en zodoende het eiland<br />
ontstond.<br />
Wegens deze duistere achtergrond werd<br />
het eiland beschouwd als een slechte<br />
plaats. Tot de tempel van Asclepius<br />
werd gebouwd kwam er bijna niemand<br />
en alleen de grootste criminelen werden<br />
erheen verbannen.<br />
Rond 293 v. Chr. heerste de pest in<br />
<strong>Rome</strong>. De senaat liet de Sibyllijnse<br />
boeken raadplegen en kreeg daaruit het<br />
advies om een tempel voor Asclepius,<br />
de Griekse god van de geneeskunde, te<br />
bouwen. Een afvaardiging werd er op<br />
uit gestuurd om een beeld van de god te<br />
bemachtigen. Bij hun terugkomst in<br />
<strong>Rome</strong> zag men een slang (het symbool<br />
van Asclepius) uit hun schip<br />
ontsnappen en naar het Tibereiland<br />
zwemmen. Dit werd gezien als een<br />
keuze van Asclepius zelf voor de<br />
locatie van de tempel en deze werd<br />
daar dan ook gebouwd.<br />
Ter herinnering aan de legende werd<br />
het eiland zo gemodelleerd dat het op<br />
een schip leek. De noordwestelijke en<br />
zuidoostelijke oevers werden bekleed<br />
met travertijn en kregen het uiterlijk<br />
van een boeg en achtersteven. Langs<br />
het water werden muren gebouwd en<br />
een obelisk in het midden van het<br />
eiland symboliseerde de scheepsmast.
Palatijn<br />
Volgens de legende is <strong>Rome</strong> op 21 april 753<br />
v. Chr. op de Palatijn gesticht door<br />
Romulus. Uit archeologisch onderzoek<br />
blijkt dat er daadwerkelijk al bewoning was<br />
op de Germalus (de westelijke top van de<br />
Palatijn). Hier werd ook tot in de keizertijd<br />
de locatie aangewezen van de Hut van<br />
Romulus. Ook de Lupercal, de grot waar<br />
Romulus en Remus door de wolvin zouden<br />
zijn gevoed, bevond zich aan de voet van<br />
de Palatijn. Over de bebouwing uit de<br />
Koningstijd en de Republiek is maar weinig<br />
bekend.<br />
In 44 v. Chr. besloot Octavianus, de latere<br />
keizer Augustus, zich op de Palatijn te<br />
vestigen. Ook stichtte hij de Tempel van<br />
Apollo, die in 28 v. Chr. werd ingewijd.<br />
Sindsdien is de Palatijn de paleisheuvel.<br />
Het huis van Augustus was nog vrij<br />
bescheiden; zijn opvolger Tiberius bouwde<br />
het eerste echte paleis. Vervolgens breidde<br />
Caligula dit uit tot de rand boven het<br />
Forum Romanum. Van een uit twee<br />
verdiepingen bestaande uitbreiding uit de<br />
tijd van Nero liggen resten aan de<br />
noordwestkant van de Palatijn onder de<br />
Farnesische tuinen.<br />
Het grootste paleis op de Palatijn, waarvan<br />
de resten nu nog de heuvel domineren,<br />
werd onder keizer Domitianus aangelegd.<br />
Het was klaar in 92. Het stond in de<br />
oudheid bekend als Domus Augustana en<br />
bestond uit twee delen. Achter deze<br />
Farnesische Tuinen<br />
Binnenhof van de Domus Augustana<br />
gebouwen lag een door zuilen omgeven<br />
binnenhof, die „Sicilië‟ werd genoemd. Het<br />
had een vijver waarin zich een achthoekig<br />
eiland bevond (nu nog te zien). Daar weer<br />
achter bevond zich een eetzaal, die<br />
bekendstond als de Coenatio Iovis<br />
(Eetkamer van Jupiter), en ten slotte een<br />
bibliotheek, die bestond uit een Grieks en<br />
een Latijns gedeelte.<br />
De Domus Augustana, het privé-paleis, is<br />
minder goed bekend. Het had meerdere<br />
verdiepingen en nog altijd is de lager<br />
gelegen binnenhof goed te zien, waar zich<br />
een vijver bevond met fonteinen. Naast de<br />
Domus Augustana, aan de oostkant, ligt de<br />
zogenaamde Hippodroom van Domitianus,<br />
een ruimte in de vorm van een stadion van<br />
160 x 50 m. Dit was geen paardenrenbaan,<br />
zoals de naam doet vermoeden, maar een<br />
siertuin in de vorm van een stadion,<br />
waarvoor de <strong>Rome</strong>inen ook de naam<br />
hippodromus gebruikten.
Het Joodse Getto<br />
Achter het theater van Marcellus bevindt<br />
zich ter hoogte van het Tiber eiland het<br />
<strong>Rome</strong>inse getto waarin joden vanaf 26 juli<br />
1555 op last van Paulus IV (die toen amper<br />
twee maanden paus was) om godsdienstige<br />
redenen werden afgezonderd en<br />
opgesloten. In 1559 liet hij de talmoed (de<br />
joodse gezaghebbende boeken buiten de<br />
Heilige Schrift) verbranden. Alle joodse<br />
mannen moesten een gele punthoed<br />
dragen, en de vrouwen een gele sjaal.<br />
Voorheen hadden ze zelfs helemaal in het<br />
geel moeten lopen. Joden mochten<br />
uitsluitend handelen in tweedehands<br />
kleding, wol, linnen, huiden en oud ijzer,<br />
zodat de <strong>Rome</strong>inse voddenrapers allemaal<br />
jood waren. Joden waren al in de oudheid<br />
naar <strong>Rome</strong> gehaald als slaven, hoewel ze<br />
waardering genoten voor hun kennis van<br />
de geneeskunde en hun bedrevenheid in<br />
financiële zaken. Verschillende lijfartsen<br />
van pausen waren van joodse afkomst. Het<br />
was paus Adrianus VI (1522-1523) die<br />
joodse geneesheren vrijstelde van de gele<br />
kleding en hun toestond om zwart te<br />
dragen.<br />
Het getto was een soort stad in de stad, een<br />
kleine ommuurde wijk die slechts via twee<br />
poorten toegankelijk was. De joden<br />
moesten zelf opdraaien voor de kosten van<br />
de muur en de bewaking van de poorten.<br />
Weliswaar mochten de joden er vrij in en<br />
uit, maar 's avonds gingen de poorten dicht<br />
tot de volgende ochtend. Wie zich na het<br />
sluitingsuur buiten het getto waagde<br />
riskeerde de doodstraf, maar kon die<br />
afkopen door zich te bekeren tot het<br />
katholicisme. In dit laatste geval kreeg men<br />
bovendien nog een geldelijke beloning.<br />
In 1798, tijdens de kortstondige <strong>Rome</strong>inse<br />
republiek (1798-1799), toen Napoleon paus<br />
Pius VI had ontvoerd, werden de poorten<br />
van het getto onder het zingen van de<br />
Marseillaise (Franse volkslied) door de<br />
<strong>Rome</strong>inen afgebroken. De muren werden<br />
pas neergehaald in 1870. De Via del<br />
Progresso, de Vooruitgangstraat, brengt het<br />
openstellen van het getto in herinnering.<br />
Voor de joden was het na al die eeuwen<br />
inderdaad een hele vooruitgang.<br />
Ook nu nog is het getto gedeeltelijk de<br />
jodenbuurt. De grote synagoge dateert uit<br />
1904. De oorspronkelijke synagoge, die zich<br />
aan de overzijde van de Tiber bevond,<br />
brandde in 1268 af. De Piazza delle Cinque<br />
Scole ontleent haar naam aan het feit dat er<br />
in de tijd van het afgesloten getto vijf<br />
synagogen onder één dak gevestigd waren.<br />
De Porticus van Octavia<br />
De Porticus van Octavia was een herbouw<br />
van de Porticus van Metellus gebouwd in<br />
146 v. Chr. door Quintus Caecilius<br />
Metellus, die dat jaar Macedonië had<br />
veroverd. Net als andere zegevierende<br />
generaals uit deze tijd, liet hij ter ere van<br />
zijn triomftocht een groot publiek<br />
bouwwerk neerzetten op het Marsveld, in<br />
de buurt van het Circus Flaminius .Hij was<br />
een groot plein, omringd door galerijen met<br />
meer dan driehonderd zuilen. Hij deed<br />
dienst als bibliotheek maar werd ook<br />
gebruikt voor officiële feestelijkheden en<br />
als wandelplaats. Alleen de toegangspoort<br />
is bewaard gebleven<br />
Keizer augustus r Augustus liet de Porticus<br />
tussen 27 en 25 v. Chr. herbouwen en<br />
wijdde hem daarna aan zijn zuster Octavia.
Fontana delle Tartarughe<br />
(De schildpadfontein)<br />
Hertog Mattei was verliefd. Verliefd op een<br />
alleraardigst meisje, dat mogen we wel<br />
zeggen. Maar hij was ook een klaploper<br />
eerste klas, kwam altijd geld te kort, en als<br />
hij eens geld had dan verspeelde hij het<br />
weer met een gokspelletje. De vader van<br />
zijn vriendinnetje was er dan ook helemaal<br />
niet blij mee dat Mattei hem de hand van<br />
zijn dochter kwam vragen.<br />
In een ultieme poging om de dochter voor<br />
zich te winnen, nodigde Mattei zijn<br />
schoonvader bij hem thuis uit voor een<br />
dineetje. Deze laatste was echter<br />
onvermurwbaar: "Jij bakt er helemaal niks<br />
van in dit leven, Mattei!" Mattei<br />
antwoordde: "Komt U morgenochtend<br />
maar eens terug, dan zal ik U eens laten<br />
zien wat ik in één nacht voor elkaar kan<br />
krijgen!"<br />
De schoonvader komt de volgende ochtend<br />
terug in het Palazzo Mattei, samen met zijn<br />
dochter. Ze zijn net binnen als Mattei het<br />
raam opendoet en zegt: "Mijnheer, kijkt U<br />
eens aan waartoe ik in staat ben! Dit heb ik<br />
in één nacht hier neergezet." Zonder al te<br />
hoge verwachtingen kijkt de schoonvader<br />
uit over het pleintje, en ziet daar een<br />
werkelijk prachtig klein fonteintje staan. Hij<br />
is zó aangenaam verrast dat hij meteen zijn<br />
dochter als bruid aanbiedt.<br />
Mattei op zijn beurt vindt dit zo geweldig<br />
dat hij belooft het raam dicht te metselen<br />
zodat niemand ooit meer door het raam<br />
kan kijken.<br />
Het spreekt voor zich dat Mattei en zijn<br />
bruid nog lang en gelukkig zouden leven.<br />
Tegenwoordig is het fonteintje, de "Fontana<br />
delle Tartarughe", nog steeds te zien op de<br />
Piazza Mattei, zo'n tweehonderd meter ten<br />
oosten van de Via Arenula. Ook het<br />
dichtgemetselde raam in het Palazzo<br />
Mattei, op de tweede verdieping tussen de<br />
nummers 17 en 18, getuigt van het<br />
bovenstaande verhaal.<br />
[Helaas voor de romantici onder ons volgt hier een kleine domper.<br />
In weerwil van het prachtige verhaal van hertog Mattei, is het<br />
fonteintje gefabriceerd door Giacomo della Porta, in 1585. Het<br />
schijnt dat Gianlorenzo Bernini later hoogstpersoonlijk de<br />
schildpadjes heeft toegevoegd. Het palazzo Mattei, met dat<br />
dichtgemetselde raam dus, werd echter pas gebouwd in 1615...]
Donderdag 10 mei<br />
07.30 Ontbijt<br />
08.00 Regelen lunch<br />
09.00 Vertrek vanaf Termini naar Ostia Antica<br />
12.30 Lunch<br />
17.00 Vertrek naar Ciampino<br />
19.30 Diner<br />
22.30 Rust<br />
Voorkant van een pakhuis<br />
De Via della Casa di Diana
Ostia de verlaten havenstad<br />
Ostia was in de <strong>Rome</strong>inse tijd tot<br />
ongeveer 70 na Chr. de belangrijkste<br />
havenplaats van <strong>Rome</strong>. De stad is<br />
grotendeels opgegraven en is een van<br />
de best bewaarde <strong>Rome</strong>inse steden in<br />
Italië. De opgravingen liggen bij het<br />
moderne plaatsje Ostia Antica aan de<br />
monding van de Tiber zo‟n 25 km ten<br />
westen van <strong>Rome</strong>. De naam is afgeleid<br />
van het Latijnse ostium, riviermonding.<br />
Vroeger lag de stad aan zee, maar door<br />
verzanding ligt hij nu enkele kilometers<br />
van de zee verwijderd.<br />
Thermopolium van Ostia Antica,<br />
een snackbar uit de oudheid.<br />
Geschiedenis<br />
Zeeschepen roeiden tot ver in de vierde<br />
eeuw v. Chr. vaak de Tiber op om aan<br />
te leggen in dehaven in <strong>Rome</strong> zelf.<br />
Vanaf ca. 300 v. Chr. echter werd de<br />
functie van zeehaven van <strong>Rome</strong><br />
overgenomen door Ostia. De lading<br />
van de zeeschepen– vooral graan, maar<br />
ook allerlei andere producten – werd<br />
vanuit Ostia naar <strong>Rome</strong> getransporteerd.<br />
Omdat de monding van de<br />
rivier niet breder dan 100 meter was en<br />
er verzanding optrad, werd het<br />
aanleggen van schepen in Ostia na<br />
Christus steeds gevaarlijker. Ook<br />
omdat er steeds grotere schepen<br />
gebruikt werden. Daarom werd onder<br />
keizer Claudius begonnen met de<br />
aanleg van een nieuwe zeehaven, aan<br />
de kust ca. vier kilometer ten noorden<br />
van Ostia. Deze Portus was een min of<br />
meer ronde haven.<br />
In de jaren 100-112 liet keizer Trajanus<br />
een nieuwe zes-hoekige haven<br />
aanleggen achter de haven van<br />
Claudius, meer land-inwaarts en beter<br />
beschut.<br />
Langzamerhand ontstond er bij deze<br />
zeehavens een aparte stad, Portus<br />
Ostiae ('haven van Ostia'), met baden,<br />
een theater en tempels. In de tweede<br />
eeuw telde de stad 50.000 inwoners,<br />
van wie er 17.000 slaven waren<br />
Op het eiland dat was ontstaan tussen<br />
de zee, de Tiber en het kanaal van<br />
Trajanus, in de late oudheid Isola Sacra<br />
('Het heilige eiland') genoemd, lag een<br />
grote begraafplaats (voor een deel<br />
blootgelegd en te bezoeken). Vanaf<br />
Ostia en Portus werd de lading van de<br />
zeeschepen – vooral graan, maar ook<br />
allerlei andere producten – naar <strong>Rome</strong><br />
vervoerd. Dit gebeurde soms over de<br />
weg, maar vooral over de Tiber. Voor<br />
het vervoer over de bochtige Tiber<br />
werd gebruikgemaakt van trekschuiten,<br />
die werden voortgetrokken<br />
door ossen vanaf een jaagpad langs de<br />
Tiber.<br />
Theater<br />
Marcus Agrippa liet in 18-12 v.Chr. een<br />
theater bouwen dat plaats bood aan<br />
3000 toeschouwers. Het was gebouwd<br />
van blokken tufsteen. Het werd uitgebreid<br />
in de tijd van keizer Septimius<br />
Severus. Het bouwmateriaal was toen<br />
baksteen.
Tussen de bakstenen aan de straatkant<br />
bevonden zich 16 winkeltjes. Het<br />
publiek kon via drie ingangen, in het<br />
midden en aan de zijkanten, de cavea<br />
(zitplaatsen) bereiken.<br />
Forum<br />
Het rechthoekige forum van Ostia<br />
bevindt zich op de kruising van de<br />
twee hoofdstraten. Het rechthoekige<br />
plein was omgeven door een<br />
zuilengalerij. Aan de noordkant werd<br />
het Capitolium, de tempel voor de<br />
Capitolijnse trias Jupiter, Juno en<br />
Minerva, aangelegd. Dit meet 35 x 15,5<br />
meter. Het staat op een enorm podium<br />
en is in zijn huidige toestand meer dan<br />
17 m. hoog.<br />
Wonen in Ostia<br />
Verreweg de meeste inwoners van<br />
Ostia huurden een appartement in een<br />
insula, een flatgebouw. Vroeger iets<br />
voor de armen maar door ruimtegebrek<br />
in Ostia ook een trend voor de rijken.<br />
De verhouding domus – insulae was<br />
ongeveer 1 - 25. De insulae in Ostia<br />
weerspiegelen waarschijnlijk hoe ze er<br />
in <strong>Rome</strong> uitzagen. Deze insulae waren<br />
tot vier verdiepingen hoog. Ze waren<br />
van beton gemaakt. Ze hadden grote<br />
ramen aan de straatkant en de<br />
binnenplaats voor de lichtinval. De<br />
appartementen in een insula bestonden<br />
uit meerdere vertrekken rondom een<br />
centraal vertrek dat aan de straatkant<br />
lag.<br />
Begraafplaats<br />
De necropolis (begraafplaats) van Ostia<br />
lag direct buiten de Porta Romana. De<br />
necropolis bestaat voornamelijk uit<br />
columbaria, gezamenlijke graven die<br />
bestaan uit muren met nissen waarin<br />
urnen hebben gestaan. Hier en daar<br />
zijn fragmenten van marmeren of<br />
terracotta sarcofagen, maar de<br />
necropolis is in de loop der eeuwen<br />
door grafrovers flink geplunderd.<br />
Bedrijvigheid<br />
Typerend voor Ostia als overslaghaven<br />
is de aanwezigheid van een groot<br />
aantal complexen van horrea,<br />
pakhuizen. Deze dienden vooral voor<br />
de opslag van graan. De meeste van de<br />
horrea waren gemaakt om graan op te<br />
slaan bestemd voor de bevolking van<br />
<strong>Rome</strong>. In de tijd van keizer Septimius<br />
Severus zou er in Ostia een voorraad<br />
van zeven jaar zijn aangehouden.<br />
Het einde van Ostia<br />
Vanaf de derde eeuw werd Ostia<br />
langzaam verlaten, omdat de handel<br />
afnam en de bevolkingnaar Portus<br />
verhuisden. De stad raakte in verval.<br />
Het antieke Ostia werd nog wel
gebruikt als vindplaats voor<br />
bouwmateriaal: marmeren platen,<br />
beeldhouwwerken en zuilen. In de<br />
zesde eeuw woonde er nog slechts een<br />
paar mensen in de overblijvende<br />
ruines. Daarna was het dooreen<br />
malaria-epidemie uitgestorven.<br />
Nadat schatzoekers het antieke Ostia in<br />
de 18de eeuw geplunderd hadden,<br />
werd dat in 1801 door paus Pius VII<br />
verboden. Deze begon ook met de<br />
opgravingen. Omvangrijkere<br />
opgravingen en de eerste restauraties<br />
vonden plaats vanaf 1855 onder paus<br />
Pius IX. Deze liet ook in 1865 het<br />
museum oprichten in een 14de-eeuws<br />
gebouwtje dat eerder als zoutopslag<br />
was gebruikt. Verdere restauraties en<br />
opgravingen begonnen in 1909. In de<br />
20e eeuw en vooral vanaf 1938 onder<br />
Mussolini vonden grootschalige<br />
opgravingen plaats. Inmiddels is<br />
ongeveer tweederde van de stad<br />
blootgelegd. Straten, woonhuizen,<br />
theaters, kantoren, kazernes, ateliers en<br />
winkels, graven en opslagruimtes,<br />
thermen en stadpoorten, kroegen en<br />
herbergen, sportcomplexen en<br />
havenkades, standbeelden en<br />
mozaïeken kwamen aan het licht. De<br />
indeling van de stad in vijf wijken met<br />
een rechthoekig stratenplan is duidelijk<br />
zichtbaar in Ostia
Vrijdag 11 mei<br />
08.00 Ontbijt<br />
08.30 Regelen lunch<br />
09.00 Vertrek naar metrostation Vaticaanse musea .<br />
Wandelen naar Castel San ʹAngelo via de Via Dei Corridori Borgo<br />
(Passeto). Santʹ Angelo bezichtigen.<br />
Wandelen naar Vaticaans museum.<br />
Tip: Loop via de Borgo Santo Spirito en kijk op nr. 2 naar de<br />
“Vondelingentrommel”ingesteld door paus Innocentius III (1198-1216)<br />
12.00 Bezoeken Vaticaans Musea.<br />
Tips:Cortile della Pigna (binnenplaats voor lunch);<br />
Cortile Ottagonale: Laocoön<strong>groep</strong> en Apollo Belvédere;<br />
Galleria degli Arazzi: wandtapijt opstanding Christus;<br />
Stanze di Raffaello: De School van Athene, De brand<br />
in de Borgio, De bevrijding van Petrus. Sixtijnse Kapel<br />
20.00 Diner<br />
22.30 Rust<br />
Wandelen naar de Piazza San Pietro.<br />
Bezichtigen Basilica di San Pietro en het plein.<br />
Tip: Wandeling in de oude ambachtenwijk Trastevere en beklimmen van de<br />
Gianicolo (één van de zeven heuvels):<br />
Via de Via della Lungaretta wandelen naar de Santa Maria in Trastevere;<br />
Via de Via della Paglia en Via Garibaldi naar de San Pietro in<br />
Montorio; Via de Via Garibaldi wandelen naar de Fontana Paola<br />
en doorlopen naar de Porta Pancrazio;<br />
Via de Passeggiata del Gianicolo (langs de Mura Aurelie) naar Piazza<br />
Giuseppe Garibaldi voor een prachtig uitzicht over <strong>Rome</strong>;<br />
Passeggiata del Gianicolo vervolgen en naar het klooster Santʹ Onofrio en<br />
afdalen via de Salita Santʹ Onofrio naar Piazza della Rovere.<br />
Vertrek naar het hotel Ciampino
De Sint Pieter<br />
Misschien is de Sint Pieter niet voor<br />
iedereen de beroemdste of mooiste<br />
kerk van de hele wereld, maar ze was<br />
(met haar lengte van 186 en breedte<br />
van 140 meter) tot voor kort in ieder<br />
geval wel de grootste. Wie haar<br />
bezoekt komt onder de indruk van de<br />
perfecte vorm van het voorplein, de<br />
reusachtige afmetingen van de<br />
voorgevel, het ruime en hoge interieur<br />
en de ruimtewerking van de koepel.<br />
De kerk is gebouwd op de graftombe<br />
van Petrus, een van de eerste<br />
volgelingen van Jezus en de eerste<br />
paus. Petrus werd ergens tussen 64 en<br />
76 gekruisigd tijdens de vervolgingen<br />
van keizer Nero.<br />
In 1452 stelde paus Nicolaas V voor om<br />
een nieuwe basiliek te bouwen. Voor<br />
de bouw liet hij 2500 wagens vol steen<br />
uit het Colosseum verwijderen en over<br />
de Tiber vervoeren. De bouw begon<br />
uiteindelijk in 1506 en zou ongeveer<br />
300 jaar in beslag nemen. De nieuwe<br />
kerk werd uiteindelijk op 18 november<br />
1626 ingewijd.<br />
Enkele bezienswaardigheden:<br />
De standbeelden boven op de<br />
voorgevel stellen Christus, Johannes de<br />
Doper en de 11 apostelen<br />
(volgelingen)voor. De apostel die<br />
ontbreekt is Sint Petrus.<br />
Onderaan de trap naar de ingang van<br />
de kerk staan Petrus (met de sleutel) en<br />
Paulus (met het zwaard). Het portaal<br />
geheel rechts is de heilige deur of de<br />
Porta Santa, die alleen in een Heilig jaar<br />
geopend is (eens in de 25 jaar). De<br />
laatst keer was in 2000.<br />
De kerk is 185 meter lang, 119 meter<br />
hoog en er kunnen 60.000 mensen in.<br />
Een paar meter van de ingang geeft een<br />
rode schijf de plaats aan waar Karel de<br />
Grote in 800 werd gekroond tot heilige<br />
<strong>Rome</strong>inse keizer.<br />
Rechts van de ingang staat het<br />
wereldberoemde kunstwerk van<br />
Michelangelo: de Pietá (1498-1499). Het<br />
stelt Maria voor die het dode lichaam<br />
van Christus op schoot houdt.<br />
Michelangelo maakte dit<br />
beeldhouwwerk toen hij 23 jaar was!
Achter in de kerk kun je het enorme<br />
baldakijn of baldacchino (van Bernini)<br />
zien dat boven het hoofdaltaar is<br />
aangebracht. De bronzen gedraaide<br />
zuilen van het baldakijn zijn 29 meter<br />
hoog! Ze zijn versierd met olijf-en<br />
lauriertakken. Bernini deed er tien jaar<br />
over en gebruikte het brons van het<br />
dak van het Pantheon.<br />
Rechts van het baldacchino staat het<br />
standbeeld van Sint Petrus op de Troon<br />
uit de 13 e eeuw. Zijn rechtervoet is<br />
helemaal glad geworden omdat<br />
iedereen zijn voet aait. Dit komt omdat<br />
paus Pius in 1857 aan iedereen die had<br />
gebiecht en de voet van dit beeld had<br />
gekust vergeving van zonden schonk.<br />
Piazza San Pietro<br />
Het plein voor de Sint Pieter werd<br />
ontworpen door Bernini (1656-1667). Er<br />
is tien jaar aan gewerkt. De enorme<br />
zuilengalerijen van het plein vormen<br />
twee halve cirkels, symbolen voor<br />
uitgestrekte armen die de gelovigen<br />
omhelzen. De zuilengalerij zijn vier<br />
pilaren dik en bevatten 284 zuilen. Op<br />
het plein, tussen de obelisk in het<br />
midden en de zuilengang, liggen twee<br />
stenen schijven. Op dit punt kun je de 4<br />
rijen zuilen als één rij zien. De<br />
standbeelden op de zuilengalerijen<br />
stellen 140 heiligen voor.<br />
Oprichten van de obelisk 1586<br />
De kolossale 350 ton zware obelisk in<br />
het midden van het plein werd uit<br />
Egypte naar <strong>Rome</strong> gehaald door<br />
Caligula in 37 en in het circus van Nero<br />
geplaatst. Paus Sixtus V liet de obelisk<br />
in 1586 naar het Sint-Pietersplein<br />
verplaatsen. 700 matrozen tilden met<br />
behulp van katrollen en koorden de<br />
obelisk op zijn plaats. Tijdens de hele<br />
operatie moest het muisstil zijn omdat<br />
de matrozen anders de bevelen en de<br />
trompet signalen niet zouden horen. De<br />
paus had zelfs gedreigd met de<br />
doodstraf als ze ook maar een kik<br />
zouden geven!<br />
Paus Benedictus XVI
Sixtijnse kapel in de<br />
Vaticaanse musea<br />
De Sixtijnse Kapel, in het Italiaans<br />
„Capella Sistina‟, is de pauselijke<br />
huiskapel in het Vaticaan. De bouw<br />
ervan duurde acht jaar, van 1473 tot<br />
1481, en werd gerealiseerd onder<br />
leiding van Giovanni dei Dolci. De<br />
Sixtijnse Kapel dankt zijn naam aan<br />
Sixtus IV, paus van 1471 tot 1484. Het<br />
gebouw is voornamelijk in gebruik<br />
voor plechtige ceremonieën en als<br />
plaats van samenkomst van het<br />
conclaaf, een gebeurtenis waarbij de<br />
kardinalen bijeenkomen om de paus te<br />
kiezen.<br />
In 1508 kreeg Michelangelo van Julius<br />
II de opdracht tot het beschilderen van<br />
de gewelven van de Sixtijnse kapel.<br />
Zijn vrienden hadden het hem<br />
dringend afgeraden. Het beschilderen<br />
van de gewelven was fysiek erg<br />
moeilijk en bovendien was<br />
Michelangelo geen ervaren<br />
frescoschilder (schildering met<br />
waterverf op natte kalk).<br />
De huid met het gezicht van<br />
Michelangelo, detail van het Laatste<br />
Oordeel<br />
Michelangelo zou zich vier lange,<br />
‘rugbrekende’ jaren wijden aan de<br />
Sixtijnse kapel, staande op een stellage,<br />
met zijn gezicht naar boven gekleefd,<br />
daarbij in voortdurend gevecht met<br />
ziektes, financiële tegenslagen,<br />
huisvestingsperikelen en ruzie met de<br />
paus. De paus zou hem met een stok<br />
hebben geslagen en hem gedreigd<br />
hebben hem van de steiger af te gooien<br />
als hij niet snel opschoot.<br />
Toen het resultaat in 1512 kon worden<br />
tentoongesteld, waren de toeschouwers<br />
sprakeloos van bewondering. Sommige<br />
van zijn naakte lichamen zijn zo<br />
gedetailleerd weergegeven dat zelfs het<br />
kleinste spiertje zichtbaar is.<br />
De fresco’s op het plafond<br />
Michelangelo schilderde in negen<br />
beeld- vlakken thema‟s uit het Oude<br />
Testament. De eerste drie laten vanaf<br />
het altaar de schepping van de aarde<br />
zien.<br />
De middelste drie beelden de<br />
schepping van Adam en Eva en hun<br />
zondeval uit, de laatste drie vlakken<br />
tonen gebeurtenissen uit het leven van<br />
Noach. Naar het altaar toe worden de<br />
vlakken groter en bevatten minder<br />
figuren.<br />
Deze vlakken worden afwisselend<br />
omlijst door vijf „heidense‟ profetessen,<br />
de Sibillen, en zeven profeten uit het<br />
Oude Testament, elk in een andere<br />
houding. Zij voorspellen de geboorte<br />
van Christus.<br />
In de vier hoekvlakken zien we<br />
wonderlijke reddingen van het joodse<br />
volk.
De Engelenburcht<br />
De Engelenburcht is gebouwd als<br />
monumentaal graf voor keizer<br />
Hadrianus (117-138). In de<br />
middeleeuwen is er een vesting van<br />
gemaakt. In 600 zou paus Gregorius<br />
tijdens een pest epidemie de aartsengel<br />
Michael op de burcht hebben gezien,<br />
die aankondigde (door zijn zwaard in<br />
de schede op te bergen) dat de<br />
epidemie ten einde liep.<br />
Verschillende pausen lieten in de<br />
Middeleeuwen de Engelenburcht<br />
verbouwen tot een sterke vesting die<br />
het Vaticaan moest beschermen tegen<br />
invallers. De burcht kreeg een<br />
gevangenis waaruit ontsnappen<br />
nauwelijks mogelijk was. In latere<br />
tijden werd de burcht ook als<br />
pauselijke schatkamer gebruikt. Tot en<br />
met de 16 e eeuw werden de<br />
verdedigingswerken verbeterd en de<br />
zalen steeds mooier versierd. Zo liet<br />
paus Paulus III (1434-1549) de burcht<br />
comfortabeler inrichten voor het geval<br />
een van de pausen voor langere tijd in<br />
de burcht zou moeten verblijven.<br />
Pas na september 1870, toen het<br />
Vaticaan de Engelenburcht overdroeg<br />
aan het Italiaanse leger, kreeg het<br />
voormalige praalgraf een vreedzame<br />
functie. In de burcht werd een museum<br />
gevestigd waar je in 58 zalen de<br />
geschiedenis van de engelenburcht<br />
leert kennen.<br />
De rijk versierde pauselijke<br />
slaapvertrekken, de keizerlijke<br />
grafkamer en de langzaam oplopende<br />
rondgang naar het graf van Hadrianus<br />
kun je bekijken.<br />
De Engelenbrug<br />
De Engelenburcht wordt met de andere<br />
oever van de Tiber verbonden door de<br />
Ponte Sant‟ Angelo (de Engelenbrug),<br />
vroeger Pons Aelius (vernoemd naar<br />
keizer Hadrianus, wiens volledige<br />
naam Publius Aelius Hadrianus was),<br />
die gelijktijdig met het praalgraf is<br />
gebouwd. Ook de brug kreeg zijn<br />
huidige naam in de 15 e eeuw. Wanneer<br />
je de brug oversteekt, wordt je begeleid<br />
door tien schitterend engelen, die er in<br />
de 1669 eeuw bij de restauratie van de<br />
brug op zijn gezet. De engelen dragen<br />
elk een voorwerp dat te maken heeft<br />
met de lijdenstijd van Jezus. Ze zijn in<br />
1668 ontworpen door de 70-jarige<br />
Gianlorenzo Bernini. Paus Clemens IX<br />
echter vond de beelden te mooi om op<br />
de brug te plaatsen en hield ze in<br />
familiebezit, tot hij in 1729 uiteindelijk<br />
toch besloot ze terug te geven. Hij<br />
schonk ze aan de kerk S. Andrea delle<br />
Fratte waar ze nu nog te zien zijn. Op<br />
de brug staan twee kopieën. Aan de<br />
zuidkant staan de beelden van de<br />
heiligen Petrus en Paulus die dateren<br />
uit het jaar 1530.
Zaterdag 12 mei<br />
07.30 Ontbijt<br />
08.00 Regelen ontbijt<br />
08.30 Vertrek naar metrostation Circus Maximus<br />
Bekijken plaats Circus Maximus.<br />
Tip: Neem de metro naar Piramide en bezoek Cimiterio<br />
Acattolico. Tot het einde van de 18de eeuw mochten nietkatholieken<br />
niet op een katholieke begraafplaats en ook niet<br />
in een katholieke kerk worden begraven. De doden<br />
moesten „s nachts onder bewaking van de <strong>Rome</strong>inse politie<br />
bij het licht van fakkels ter aarde worden besteld. De paus<br />
had dit gebied, dat buiten de Porta San Paolo vlak tegen de<br />
Aureliaanse muur lag, ter beschikking gesteld als<br />
begraafplaats voor niet-katholieken. In 1748 stond deze<br />
plek voor het eerst op de kaart van <strong>Rome</strong> met de aanduiding<br />
"plaats waar men protestanten begraaft". Bekende personen die er begraven<br />
liggen: de Britse dichters John Keats en Percy Shelley en de zoon van Goethe.<br />
Met de metro naar kathedraal San Giovanni in Laterano en<br />
vervolgens naar de Basilica San Clemente.<br />
Tips: Bekijk op Piazza San Giovanni de hoogste en oudste obelisk van <strong>Rome</strong>,<br />
het Babtisterium van Constantijn en het aquaduct van Claudius. Bezoek zeker<br />
de Scala Santa (aan de overkant van de Sint Jan) met de heilige trap die Jezus<br />
moest beklimmen om het huis van Potius Pilatus binnen te gaan (gesloten<br />
tussen 12 en 15.30).<br />
Wandeling naar de Trevi fontein via de zuil en de Markten van<br />
Trajanus<br />
Bekijk de Trevi fontein en drink het “Aqua Virgo”.<br />
Tips: Loop via de Via dei Crociferi en de Via Dei Sabini naar<br />
Piazza Collona. Bekijk de zuil van Marcus Aurelius. De zuil is<br />
een antieke triomfzuil op het Marsveld in <strong>Rome</strong>, gebouwd aan<br />
het einde van de 2e eeuw. Op de zuil staat in spiraalvorm de<br />
oorlog afgebeeld van de keizer tegen de Germaanse stammen. In<br />
de <strong>Rome</strong>inse tijd waren deze afbeeldingen in kleur beschilderd,<br />
de afbeeldingen van de keizer waren waarschijnlijk verguld.<br />
Loop door naar Piazza di Monecitorio en bekijk de obelisk die<br />
oorspronkelijk door Augustus is gebruikt als naald voor zijn<br />
zonnewijzer op het Marsveld om de Pax Romana te eren. Loop<br />
naar Piazza di Pietra langs de borsa (<strong>Rome</strong>inse beurs) naar het<br />
Partheon.<br />
Bezichtigen Pantheon en vervolgens de gotische kerk Santa Maria<br />
Sopra Minerva.
Wandeling naar Piazza Navona<br />
Tip: 3 D Plafond (Trompe-l'œil) in de Sant`Ignazio (Piazza di Sant'Ignazio,<br />
1) De kerk heeft geen koepel, maar het plafond is zo geschilderd dat het net lijkt<br />
of er een koepel in zit. Door een ronde tegel in de vloer geeft Andrea Pozzo aan<br />
waar je moet gaan staan om de schijnarchitectuur het beste te zien.<br />
Tip: Santissimo Nome di Gesù. De kerk is<br />
eind 16e eeuw in opdracht van kardinaal<br />
Alessandro Farnese gebouwd door Vignola<br />
en Della Porta die in 1568 begonnen. Van<br />
Farnese werd gezegd dat hij de drie<br />
schoonste zaken in <strong>Rome</strong> bezat: het Palazzo<br />
Farnese, zijn dochter en de Gesù. De Gesù<br />
is sinds haar inwijding in 1584 de<br />
belangrijkste kerk van de Orde der<br />
Jezuïeten. De Gesù werd het model voor<br />
kerken gebouwd tijdens de contrareformatie<br />
en de barok.<br />
Op de hoek van deze kerk waait het vrijwel altijd. De legende wil dat de duivel en de<br />
wind waren eens op stap en toen ze bij de kerk aankwamen, ging de duivel naar binnen<br />
om een debat aan te gaan met de Jezuïeten. De wind zou op hem wachten en hij wacht<br />
tot op de dag van vandaag nog steeds op de duivel.<br />
18.00 Diner in de stad (Spaanse Trappen) en aansluitend opera<br />
20.15 Aankomst All Saints Church (via del Babuino 153)<br />
23.00 Vertrek naar hotel Ciampino
Circus Maximus<br />
Tegenwoordig zie je er zo goed als<br />
niets meer van, maar op het kale<br />
grasveld tussen de Palatijn en de<br />
Aventijn lag in de klassieke tijd de<br />
oudste en grootste renbaan van <strong>Rome</strong>.<br />
De paardenrennen waren enorm<br />
populair.<br />
Al in 329 vóór Chr. is de constructie<br />
van de zgn. „carceres‟ voltooid.<br />
Letterlijk betekent dit woord kerkers<br />
(of gevangenis), maar hier worden de<br />
stallen voor de paarden bedoeld, die<br />
tevens werden gebruikt als startplaats<br />
voor de eigenlijke races. Na de carceres<br />
werd de rest van de circus<br />
geconstrueerd, met name de tribunes.<br />
Deze tribunes hebben volgens<br />
berekeningen plaats kunnen bieden<br />
aan meer dan 150.000 mensen. Aan de<br />
buitenkant bestond de onderste<br />
verdieping uit winkeltjes en kroegen en<br />
de verdiepingen daarboven uit mooi<br />
versierde bogen en zuiltjes.<br />
De circus werd gebruikt voor<br />
paardenrennen. Het parcours waarover<br />
gereden werd (een U-vorm) was<br />
ongeveer 600 meter lang en vrij smal.<br />
Het midden van de baan werd<br />
gevormd door de „spina‟ (ruggegraat).<br />
Aan het uiteinde van de spina stonden<br />
de „metae‟ (keerpunten) en zeven „ova‟<br />
(eieren) en dolfijnen. Na elke ronde<br />
werd er een ei en een dolfijn<br />
weggehaald. Ter decoratie stonden er<br />
twee obelisken op de spina. In<br />
1587 zijn beide obelisken verplaatst<br />
naar respectievelijk de Piazza del<br />
Popolo en de Piazza San Giovanni in<br />
Laterano.<br />
Circus Maximus werd maar liefst 240<br />
dagen per jaar gebruikt. Tijdens de<br />
regeringsperiode van keizer Augustus<br />
waren er dagelijks 12 wedstrijden en<br />
Caligula hield er 34 per dag.<br />
Als er een race was kwamen alle<br />
inwoners van <strong>Rome</strong> en alle bezoekers<br />
van de stad naar de circus. De<br />
paardenmenners, jockeys, hoefden niet<br />
eens van hoge afkomst te zijn om snel<br />
beroemd en rijk te worden. In ongeveer<br />
zeven jaar hadden sommige een<br />
onmetelijk fortuin vergaard: ze<br />
moesten natuurlijk wel goed betaald<br />
worden, niet alleen vanwege hun<br />
lichamelijke inspanning, maar ook<br />
omdat de wedstrijden heel gevaarlijk<br />
waren. Veel jockeys vonden de dood<br />
als ze bijvoorbeeld van de wagen<br />
werden geslingerd en daarna<br />
terechtkwamen onder de wielen van de<br />
volgende jockey. Gruwelijk voor het<br />
slachtoffer, maar plezier voor het<br />
publiek.<br />
Misschien wel de bekendste jockey was<br />
Diocles, die in 150 na Chr. ermee<br />
stopte, nadat hij maar liefst 3000<br />
tweespanwedstrijden en 1450<br />
vierspanwedstrijden had gewonnen.<br />
Hiermee had hij in zes jaar tijd 35<br />
miljoen sestertiën gewonnen (ongeveer<br />
zes miljoen euro), genoeg om de rest<br />
van zijn leven niet meer te hoeven<br />
werken.
San Giovanni in Laterano<br />
Niet de St.-Pieter, maar de San<br />
Giovanni in Laterano is de kathedraal<br />
van <strong>Rome</strong>; de St.-Pieter ligt in het<br />
Vaticaan, een aparte soevereine staat.<br />
Zelfs zonder deze status is de<br />
belangrijke kerk beslist een bezoek<br />
waard vanwege de immense façade en<br />
schoonheid van interieur, klooster en<br />
doopkapel.<br />
San Giovanni in Laterano is van<br />
antieke oorsprong. Op het terrein stond<br />
een <strong>Rome</strong>ins paleis waar Constantinus,<br />
de eerste christelijke keizer, in 313 paus<br />
Miltiades ontmoette. Constantinus<br />
stichtte hier de eerste officieel erkende<br />
kerk (waar eerst de barakken van zijn<br />
persoonlijke bewakers stonden).<br />
Van het begin af aan stond de cathedra<br />
(troon) van de bisschop van <strong>Rome</strong> in<br />
deze kerk. Het gebouw bleef<br />
eeuwenlang belangrijk – zo werden<br />
hier tot de 19 de eeuw pausen gekroond.<br />
In de loop der tijd werd de<br />
oorspronkelijke kerk verwoest door de<br />
Vandalen en daaropvolgende kerken<br />
op de plek, werden herhaaldelijk<br />
vervangen of hersteld na branden en<br />
aardbevingen.<br />
In de zuilengang aan de voet van de<br />
façade (uit 1735) , staat een oud<br />
standbeeld van Constantinus en rechts<br />
hiervan bevinden zich de bronzen<br />
deuren van de hoofdingang, die zijn<br />
overgebracht uit de Curia (of Senaat) in<br />
het <strong>Rome</strong>inse Forum (50-55). Het<br />
sobere interieur (1646-1650) van de<br />
kerk is grotendeels het werk van de<br />
barokarchitect Borromini, die terecht<br />
de oudere goudkleurige<br />
plafondversiering van het schip in<br />
stand hield. Afgezien van het plafond<br />
is er relatief weinig grote kunst in het<br />
interieur te ontdekken, maar het<br />
pauselijk altaar en de baldakijn<br />
(begonnen in 1367) zijn de moeite<br />
waard.<br />
Hier kon tot voor kort alleen een paus<br />
de mis opdragen. Er wordt beweerd<br />
dat het altaar de schedels van de<br />
heiligen Petrus en Paulus bevat, alsook<br />
een stuk van een houten tafel die<br />
Petrus schijnt te hebben gebruikt. De<br />
glorie van San Giovanni is het klooster<br />
(1215-1232), dat links (noordelijk) van<br />
de kerk kan worden betreden. Het is<br />
een rustige plek met tientallen<br />
vormgegeven zuilen, velen versierd<br />
met uitgelezen Cosmati-werk (ingelegd<br />
gekleurd marmer en steen).<br />
Buiten bij de achterkant – de kerk uit en<br />
dan linksaf – bevindt zich de San<br />
Giovanni in Fonte van Constantinus, of<br />
doopkapel van St.-Jan, een gebouw met<br />
een achthoekig ontwerp dat eeuwenlang<br />
model stond voor doopkapellen in heel<br />
Italië. Sommige delen van het gebouw<br />
werden door de jaren heen gewijzigd,<br />
maar belangrijke oudere gedeeltes zijn<br />
bewaard gebleven, met name het<br />
mozaïek uit de 5 de eeuw in de<br />
noordelijke apsis en de kapel van St.Jan<br />
(461-468), nog altijd met de<br />
oorspronkelijke deuren.
A hoofdfaçade<br />
B façade voor het transept<br />
C fresco: ‘Madonna met kind’<br />
D grafgedenkteken voor<br />
kardinaal Acquaviva<br />
E Torlonia-kapel<br />
F derde kapel rechts, o.a. met<br />
grafgedenktekens<br />
G grafgedenkteken voor<br />
kardinaal Casati<br />
H grafgedenkteken voor<br />
kardinaal de Chaves<br />
I frescofragment: ‘Bonifatius<br />
VIII kondigt het eerste<br />
jubeljaar af’<br />
K Corsini-kapel<br />
L grafgedenkteken voor<br />
kardinaal Casanate<br />
M kruiskapel<br />
In de voorhal links een beeld van<br />
keizer Constantijn; de bronzen deuren<br />
komen uit de Curia op het Forum<br />
Romanum.<br />
N tabernakel en pauselijk altaar<br />
(waarin veel relikwieën, o.a. de<br />
hoofden van Petrus en Paulus)<br />
O grafgedenkteken voor paus<br />
Martinus V<br />
P apsismozaïek<br />
Q Capella Colonna<br />
R gang<br />
S oude sacristie<br />
T kloostergang u omgang
Forum van Trajanus<br />
Het keizersforum van Trajanus (5)<br />
werd voltooid in 112. Het is het laatst<br />
aangelegd en is zonder twijfel de<br />
mooiste. In de <strong>Rome</strong>inse tijd werd het<br />
complex gezien als een architectonisch<br />
wonder. Gefinancierd met de<br />
oorlogbuit van de Daciërs.<br />
De toegang tot het forum bestond uit<br />
een lange, rechthoekige binnenplaats<br />
met twee zuilenrijen van 112 meter<br />
lang en die aan de noordzijde werd<br />
afgesloten door de kolossale twee<br />
verdiepingen tellende Basilica Ulpa.<br />
Achter de basilica lag een tweede,<br />
kleinere binnenplaatst met twee<br />
bibliotheken, een Griekse en Latijnse.<br />
Daar staat de Zuil van Trajanus<br />
(Colonna Traiana) waar in relief het<br />
beeldverhaal van Trajanus' militaire<br />
campagnes tegen de Daciërs<br />
(Roemenen). De reliëfs vormden samen<br />
een belangrijke bron van kennis over<br />
het <strong>Rome</strong>inse leger. Hierop was te zien<br />
met welke wapens en wapenuitrusting<br />
de <strong>Rome</strong>inen vochten. De zuil is ruim<br />
30 meter hoog en is opgebouwd uit 29<br />
cilindrische blokken. Binnenin zit een<br />
trap, verlicht door 40 kleine ramen. In<br />
de 16e eeuw is het grote beeld van de<br />
keizer op de top vervangen door een<br />
beeld van Petrus. Na Trajanus'<br />
onverwachte dood in 117 is zijn<br />
gouden grafurn in de holle voet van de<br />
zuil gezet.<br />
Mark van Trajanus (6)<br />
Architect Apollodorus van Damascus<br />
liet een groot deel van de heuvel van<br />
het Quirinaal weghalen (had dezelfde<br />
hoogte als de Zuil van Trajanus). Er<br />
werd een drie verdiepingen hoog, half<br />
rond markt-en winkelcomplex<br />
gebouwd.De winkels op de begane<br />
grond verkochten waarschijnlijk droge<br />
goederen, zoals bloem en suiker. De<br />
ruimten op de galerijen waren wellicht<br />
opslagplaatsen voor wijn en olie. Er<br />
waren ook visvijvers en in oosterse<br />
kruiden gespecialiseerde winkels. Leek<br />
dus erg op onze moderne winkelcentra.<br />
Er waren ook enkele kantoren, zoals de<br />
congiaria, een instelling die de armen<br />
ondersteunde.
Pantheon<br />
Van tempel tot kerk<br />
Het huidige Pantheon werd tussen 118<br />
en 125 gebouwd door keizer<br />
Hadrianus. Het verving grotendeels<br />
twee oudere tempels op dezelfde<br />
plaats. De eerste ervan was zo‟n 150<br />
jaar eerder tussen 27 en 25 v.C.<br />
gebouwd door Marcus Agrippa,<br />
schoonzoon van keizer Augustus. Dit<br />
bouwwerk werd beschadigd door een<br />
enorme brand in <strong>Rome</strong> in het jaar 80.<br />
Een tweede tempel, gebouwd door<br />
keizer Domitianus, onderging een<br />
soortgelijk lot toen het in 110 getroffen<br />
werd door de bliksem.<br />
In het licht van deze geschiedenis is de<br />
opdracht die in grote bronzen letters op<br />
de façade van het gebouw werd<br />
aangebracht een raadsel, want er wordt<br />
duidelijk gerefereerd aan Marcus<br />
Agrippa: m. agrippa I.J. cos tertium fecit<br />
(Marcus Agrippa, zoon van Lucius,<br />
maakte dit in zijn derde termijn als<br />
consul). Deze onjuistheid toont de<br />
bescheidenheid van Hadrianus, die<br />
gewoonlijk de naam van de<br />
oorspronkelijke bouwer op <strong>Rome</strong>inse<br />
monumenten die hij herbouwde of<br />
herstelde, aanhield.<br />
Latere keizers waren minder<br />
bescheiden, zoals te zien is aan de twee<br />
inscripties in kleine letters: pantheum<br />
vetustate comlptum cum omni cu/tu<br />
restituerunt (met alle finesses herstelden<br />
ze het Pantheon, dat door de tijd was<br />
aangetast). Dit verwijst naar renovaties<br />
door de keizers Severus en Caracalla in<br />
202. Ze waren onbescheiden in hun<br />
bewering, maar ook oneerlijk, want het<br />
ziet ernaar uit dat de restoraties nooit<br />
plaatshadden.<br />
De betrokkenheid van Hadrianus werd<br />
in 1892 bevestigd, toen archeologen,<br />
die tot dan toe het gebouw in verband<br />
brachten met Agrippa, ontdekten dat<br />
veel van de stenen van het Pantheon<br />
het persoonlijke stempel van de keizer<br />
droegen. Hadrianus hield zich ook<br />
bezig met het ontwerp, de vierkanten<br />
en cirkels waarmee een architectonisch<br />
haast perfect gebouw werd gemaakt.<br />
Er zijn genoeg <strong>Rome</strong>inse gebouwen die<br />
de tand des tijds hebben doorstaan,<br />
maar geen ervan is in al die eeuwen in<br />
zo‟n ongerepte staat gebleven als het<br />
Pantheon. De reden voor de<br />
uitstekende conditie is dat het in 608<br />
een christelijke kerk werd, toen de<br />
Byzantijnse keizer Phocas, bestuurder<br />
van <strong>Rome</strong> in die tijd, het gebouw aan<br />
paus Bonifatius IV schonk.<br />
Het was voor het eerst dat een tempel<br />
die voor heidense riten was bestemd,<br />
werd omgedoopt tot kerk – voorheen<br />
zou dit verboden zijn geweest – en de<br />
verandering bracht de bepaling met<br />
zich mee dat zelfs het verwijderen van<br />
een steen gelijkstond aan een<br />
doodzonde.
De schilder Rafaël is overeenkomstig<br />
zijn laatste wens in het Pantheon<br />
begraven. Een van de andere<br />
grafmonumenten is dat van Vittorio<br />
Emanuelle II, de eerste koning van het<br />
verenigd Italië (1871).<br />
Santa Maria Sopra Minerva<br />
Deze gotische kerk is opgericht in<br />
de 8 e eeuw op de plek van een<br />
<strong>Rome</strong>inse tempel gewijd aan<br />
Minerva. Voor de kerk staat een<br />
standbeeld van de olifant van<br />
Bernini (1598-1680), die een<br />
Egyptische obelisk steunt. In de<br />
kerk kun je de volgende<br />
Piazza Navona<br />
kunstwerken bekijken: de fresco‟s van<br />
de Maria-Boodschap en Maria-<br />
Hemelvaart van de kunstenaar<br />
Filippino, het standbeeld de Verlosser<br />
van Michelangelo links van het hoge<br />
altaar.
Zondag 13 mei<br />
05.00 Ontbijt, inpakken koffers, inleveren kamersleutels<br />
06.00 Vertrek naar station Ciampino<br />
06.20 Vertrek trein naar Termini<br />
07.10 Vertrek shuttlebus naar de luchthaven<br />
08.25 Inchecken op de luchthaven<br />
10.25 Vertrek vlucht <strong>Rome</strong> Fiumicino - Düsseldorf<br />
12.40 Aankomst op de luchthaven Düsseldorf<br />
16.30 Geschatte aankomst in Oosterwolde (parkeerterrein Domineespad)
Het oude <strong>Rome</strong><br />
Het heuvelige landschap aan de<br />
benedenloop van de Tiber heette Latium<br />
en werd bewoond door de Latijnen. Hun<br />
gebied was in staatjes verdeeld, waarvan<br />
de bevolking, vooral om de veiligheid, in<br />
stadjes was gevestigd. Volgens de<br />
overlevering werd een van die steden,<br />
<strong>Rome</strong>, in 753 gesticht door Rómulus, die<br />
verwant was aan de goden en ook<br />
afstamde van een der Trojaanse helden.<br />
De bevolking van het oude <strong>Rome</strong> leefde,<br />
zoals trouwens vrijwel alle overige<br />
bewoners van Italië, van de landbouw.<br />
Evenals vele andere volken namen ook de<br />
<strong>Rome</strong>inen het bestaan van geesten aan; die<br />
der afgestorvenen beschermden de<br />
familie. In later tijd werd aan de geesten<br />
van de keizers geofferd. De <strong>Rome</strong>inen<br />
kenden ook vele goden, o.a. Jupiter, de<br />
hemelgod, Mars, de god van de oorlog en<br />
Vesta, de godin van het huisgezin. Bij de<br />
latere verovering van vreemde landen<br />
leerden de <strong>Rome</strong>inen vele uitheemse<br />
godheden kennen. Vaak voegden zij die<br />
bij hun eigen godenwereld, of stelden zij<br />
hen geheel gelijk aan godheden, die ze zelf<br />
vereerden. Zeer gebruikelijk was onder de<br />
<strong>Rome</strong>inen zich te richten naar voortekens.<br />
Deze kon men afleiden uit bijv. de vlucht<br />
van vogels. Ook raadpleegden de priesters<br />
de ingewanden van offerdieren om te zien<br />
of de voortekenen gunstig waren.<br />
<strong>Rome</strong> werd in de eerste eeuwen bestuurd<br />
door koningen, die behalve<br />
legeraanvoerders ook hoofden van de<br />
rechtspraak en de eredienst waren. De<br />
senaat was de vergadering van de hoofden<br />
der aanzienlijke families.<br />
In 510 moet de laatste koning zijn<br />
verdreven. <strong>Rome</strong> werd toen een republiek<br />
(509 – 31 v. Chr). Hierin was de senaat<br />
zeer machtig. De koningen werden<br />
vervangen door twee, jaarlijks in de<br />
volksvergadering gekozen,<br />
consuls. Alleen als <strong>Rome</strong> in zeer dreigend<br />
gevaar verkeerde, werd het eenhoofdig<br />
gezag hersteld en voor een bepaald aantal<br />
maanden aan een dictator opgedragen. De<br />
staat werd bestuurd door hen, die door de<br />
volksvergadering werden aangewezen. Ze<br />
kregen geen salaris, wat tot gevolg had,<br />
dat slechts welgestelden naar deze<br />
ereplaatsen konden dingen. Aanvankelijk<br />
was welgesteldheid alleen niet voldoende<br />
om te kunnen mededingen naar een ambt.<br />
Het <strong>Rome</strong>inse volk bestond uit twee<br />
<strong>groep</strong>en: patriciërs en plebejers. Alleen de<br />
patriciërs hadden volledige rechten, en<br />
konden o.a. ambten bekleden. De plebejers<br />
waren waarschijnlijk nakomelingen van<br />
vreemdelingen en onderworpenen. Zij<br />
hadden alleen plichten.<br />
Monte Palatino, vanaf 8 ste eeuw v.Chr<br />
bewoond<br />
Toen de koningen verdreven werden,<br />
kregen de patriciërs meer macht en de<br />
plebejers voelden zich door hen<br />
onderdrukt. Dit gaf aanleiding tot een<br />
lange tijd van botsingen. Tegen de<br />
willekeur kregen zij gedaan, dat de wetten<br />
werden opgetekend. Voortaan was niets<br />
strafbaar, dan wat in die wetten was<br />
verboden. Tevens kreeg de<br />
volksvergadering het recht, volkstribunen<br />
aan te wijzen. Deze konden elke maatregel<br />
van de overheid krachteloos maken door<br />
er hun veto (= ik verbied) over uit te<br />
spreken. Ze waren onschendbaar,<br />
waardoor elk verzet tegen hen een zeer<br />
ernstig misdrijf werd.
De veroveringen<br />
Eeuwenlang was het <strong>Rome</strong>inse leger een<br />
volksleger. Elke burger kon tot de<br />
krijgsdienst worden opgeroepen. In dit<br />
leger, dat in legioenen was verdeeld,<br />
heerste een zeer strenge tucht.<br />
Aanvankelijk was <strong>Rome</strong> een onbelangrijk<br />
staatje. In Zuid-Italië hadden de Grieken<br />
het overwicht, die langs de kusten<br />
belangrijke steden hadden gesticht. Ook<br />
op Sicilië overwoog het Griekse element.<br />
Hier was Syracuse het machtigst.<br />
Machtig waren ook de Etrusken, die ten<br />
noorden van Latium waren gevestigd.<br />
<strong>Rome</strong> kreeg in het verzet tegen de<br />
overheersing van Etrurië de leiding over<br />
de Latijnse staatjes. Etrurië moet toen<br />
aanmerkelijk verzwakt zijn geweest,<br />
doordat het in het noorden het hoofd had<br />
te bieden aan de Galliërs, die zich in de<br />
Povlakte vestigden.<br />
Etruskische ruiter<br />
430 v. Chr<br />
De Galliërs vernietigden de macht van de<br />
Etrusken en kort na 400 v. C. werd ook<br />
<strong>Rome</strong> door hen verbrand. De <strong>Rome</strong>inen<br />
konden zich alleen op het Capitool<br />
handhaven, een van de heuvels, waarop<br />
<strong>Rome</strong> was gebouwd. De ganzen in de<br />
tempel van Juno voorkwamen toen een<br />
verrassing, maar de belegeraars<br />
vertrokken pas, nadat hun een zware<br />
schatting was betaald. “Vae victis” (wee<br />
de overwonnenen), zou de aanvoerder<br />
hebben gezegd, toen hij bij de afweging<br />
van het goud zijn zwaard mede op de<br />
weegschaal wierp. <strong>Rome</strong> wist dit alles te<br />
boven te<br />
komen en zijn gebied voortdurend uit te<br />
breiden. Omstreeks 300 v. C. werden de<br />
Etrusken onderworpen. Vervolgens<br />
keerde <strong>Rome</strong> zich tegen Tarente, de<br />
grootste Griekse kolonie in Zuid-Italië.<br />
Deze stad riep de hulp in van Pyrrhus, de<br />
koning van Epirus (Noordwest<br />
Griekenland). Zijn overwinningen<br />
bezorgden hem alleen zware verliezen en<br />
brachten geen beslissing. Toen hij daarop<br />
een nederlaag leed, ontruimde hij Zuid-<br />
Italië, dat in handen van <strong>Rome</strong> viel.<br />
Koning Pyrrus<br />
<strong>Rome</strong> kon nu gaan meespreken in het<br />
westen van de Middellandse zee.<br />
Om hun macht overal te doen gelden,<br />
legden de <strong>Rome</strong>inen een wegennet aan. Zij<br />
vestigden in vele streken <strong>Rome</strong>inse<br />
kolonisten.<br />
Door de veroveringen in Zuid-Italië kwam<br />
<strong>Rome</strong> in contact met de Cartagers. Na de<br />
eerste Punische Oorlog ( Phoenicië:<br />
Carthago was gesticht door Phoenicische<br />
kolonisten) verkregen de <strong>Rome</strong>inen Sicilië<br />
en annexeerden Sardinië en Corsica (238 v.<br />
Chr). Na de Tweede Punische Oorlog<br />
tegen Hannibal werd Spanje <strong>Rome</strong>ins<br />
gebied. In 146 v. Chr. (Derde Punische<br />
Oorlog) werden Carthago en Korinthe<br />
verwoest.
De burgeroorlogen<br />
Lang niet altijd waren zij, die hoge ambten<br />
bekleedden, onkreukbare en bekwame<br />
mannen en er kwam steeds meer<br />
omkoperij onder hen voor. Ontevreden<br />
hierover koos het volk tot consul niet<br />
iemand uit de senatorenstand, maar<br />
Marius, een officier, die hoofd werd van<br />
de volkspartij.<br />
Nog hoger steeg zijn aanzien toen hij de<br />
Kimbren en Teutonen versloeg. Dit waren<br />
Germaanse volken, die ten noorden der<br />
Alpen rondtrokken en telkens Italië<br />
bedreigden. Hun woest uiterlijk had de<br />
legioenen schrik ingeboezemd, maar<br />
Marius wist hen te verslaan.<br />
Door het verval van de kleine boerenstand<br />
viel het <strong>Rome</strong> evenwel steeds moeilijker,<br />
zijn legers uit dienstplichtige burgers<br />
samen te stellen. Marius voerde nu het<br />
stelsel in, de legioenen te vormen uit<br />
beroepssoldaten, voor wie de oorlog een<br />
betaald handwerk was. Maar beroeps<br />
soldaten voelden zich nauwer verbonden<br />
met hun veldheer dan de dienstplichtige<br />
burgers. Zij hoopten door hem na afloop<br />
van hun soldatenjaren een stuk grond te<br />
verwerven om zich te vestigen. Wilde hun<br />
generaal zich van de staatsmacht meester<br />
maken, dan zouden ze hem graag bijstaan,<br />
al was het alleen maar om hun akkers te<br />
ontvangen.<br />
De tegenstelling tussen de senaatspartij en<br />
die van het volk leidde weer tot een<br />
botsing, toen een oorlog in Klein-Azië<br />
losbarstte en de senaat Sulla, het volk<br />
Marius als veldheer aanwees. Sulla<br />
verdreef Marius, die naar Afrika vluchtte,<br />
en trok met zijn leger naar het oosten.<br />
Nauwelijks was hij evenwel vertrokken, of<br />
Marius keerde in <strong>Rome</strong> terug. Vreselijk<br />
hielden zijn benden er huis onder de<br />
senaatspartij.<br />
Sulla sloot snel vrede in het oosten en<br />
kwam weer op <strong>Rome</strong> aan, waar Marius<br />
ondertussen was overleden. Sulla bezette<br />
de stad en op hun beurt vielen nu vele<br />
aanhangers van Marius onder<br />
moordenaarshanden. Hun grondbezit<br />
werd ten dele aan Sulla‟s soldaten<br />
geschonken.<br />
Na Sulla‟s dood trad weldra de veldheer<br />
Pompejus,op de voorgrond. Hij vergrootte<br />
zijn aanzien door vele overwinningen.<br />
Bij zijn terugkomst in Italië raakte<br />
Pompejus openlijk in conflict met de<br />
senaat. Toen verbond hij zich met de<br />
schatrijke Crassus en met GajusJulius<br />
Caesar, een familielid van Marius, die bij<br />
het volk in de gunst stond. Dit verbond<br />
tegen de senaat van een generaal, een man<br />
met geld en een volksleider heet het eerste<br />
driemanschap of triumviraat.
Caesar werd in 59 consul, en na afloop van<br />
zijn ambtsjaar als consul aanvaardde hij<br />
het bestuur over het <strong>Rome</strong>inse deel van<br />
Gallië Transalpina, dat tot de Rhóne reikte.<br />
Hij wilde rijkdom en roem verwerven<br />
door de verovering van heel Gallië. Daar<br />
onderwierp hij de Keltische bevolking,<br />
drong door tot in België, dreef de<br />
binnengedrongen Germanen over de Rijn<br />
terug en bezette ook Zuid-Brittannië.<br />
Terwijl Caesar Gallië onderwierp,<br />
sneuvelde Crassus tegen de Parthen.<br />
Pompejus was in <strong>Rome</strong> gebleven en,<br />
beducht voor het groeiende aan zien van<br />
Caesar, sloot hij zich weer bij de<br />
senaatspartij aan. Caesar besefte echter het<br />
gevaar, dat hij liep, als hij zich als<br />
ambteloos burger <strong>Rome</strong> waagde. Hij rukte<br />
dan ook ondanks het verbod met zijn leger<br />
over de Rubico en op <strong>Rome</strong> los (49 v. Chr),<br />
waar de verraste Pompejus met vele<br />
senaatsleden naar Griekenland vluchtte.<br />
Hier werd hij in 48 door Caesar<br />
verslagenen en als vluchteling in Egypte<br />
op bevel van de koning vermoord.<br />
Caesar onderdrukte toen ook het verzet in<br />
andere delen van het rijk. Daarop keerde<br />
hij naar <strong>Rome</strong> terug om er als dictator te<br />
heersen.<br />
Ook voerde hij de Juliaanse kalender in.<br />
Het jaar kreeg 365 dagen en om de vier<br />
jaren werd een schrikkeljaar ingevoerd<br />
Het nieuwe jaar begon in maart<br />
(oorlogsgod Mars) en de maand waarin<br />
Julius Caesar was geboren werd ter ere<br />
van hem juli genoemd.<br />
Onverwacht kwam aan dit bewind een<br />
einde, toen Caesar in de senaat werd<br />
vermoord door samenzweerders, onder<br />
wie Brutus, die de republikeinse<br />
regeringsvorm wilden redden (44 v. Chr).<br />
De moord op Caesar in de Senaat<br />
Onder leiding van Antonius, een vriend<br />
van Caesar, keerde zich de volkswoede<br />
tegen de moordenaars. Antonius verbond<br />
zich met Caesars aangenomen zoon<br />
Octavianus en met de generaal Lepidus tot<br />
een tweede driemanschap. Zij keerden<br />
zich tegen de senaatspartij, waarvan velen<br />
werden vermoord. Het leger der<br />
samenzweerders werd verslagen.<br />
Hierop werd Lepidus terzijde geschoven<br />
en Octavianus nam het bewind op zich<br />
over het westen, Antonius over het oosten.<br />
Antonius huwde daar de Egyptische<br />
koningin Cleopatra en <strong>Rome</strong> vreesde, dat<br />
hij het gehele oosten van het rijk zou<br />
losscheuren. Het viel Octavianus hierdoor<br />
gemakkelijk het hele westen tegen<br />
Antonius op te stoken. Het lot besliste ten<br />
gunste van Octavianus in de zeeslag bij<br />
Actium en heel het rijk lag - nu vergroot<br />
met Egypte - aan diens voeten. Voortaan<br />
zou één man aan dat rijk zijn wil<br />
opleggen.
De bloeitijd van het keizerrijk<br />
Toen Octavianus overal de orde had<br />
hersteld, legde hij de dictatuur neer. In<br />
feite bleef hij echter alleenheerser. Hij liet<br />
zich nl. bekleden met alle hoge ambten,<br />
die hem samen de absolute macht gaven.<br />
Na de burgeroorlogen wist hij veiligheid<br />
en welvaart te brengen. Ook de provincies<br />
werden welvarender en kregen een beter<br />
bestuur.<br />
De senaat verleende Octavianus de naam<br />
Augustus (de Gezegende). Tevens voerde<br />
hij die van Imperator (overwinnend<br />
veldheer, empereur) en heette hij ook<br />
Caesar (keizer, tsaar). Oorlogen heeft<br />
Augustus niet meer gevoerd.<br />
Het Pantheon 118 - 125<br />
Door de aanraking met de Grieken in<br />
Zuid-Italië kwamen de <strong>Rome</strong>inen al vroeg<br />
onder de bekoring van de Hellenistische<br />
beschaving en begonnen zij Griekse<br />
kunstwerken na te volgen. Eeuwenlang<br />
was het Grieks de taal, die iedereen die op<br />
beschaving aanspraak maakte, kon het<br />
lezen en spreken.<br />
Toch heeft <strong>Rome</strong> ook een belangrijke eigen<br />
letterkunde nagelaten. Onder Augustus<br />
leefden de geschiedschrijver Livius, en de<br />
dichter Vergilius. In die “gouden eeuw”<br />
was Maecenas, Augustus‟ vriend, de<br />
beschermer der kunst.<br />
Het was ook Augustus, die begon, <strong>Rome</strong><br />
door grootse bouwwerken te verfraaien.<br />
De <strong>Rome</strong>inen waren wel niet geheel<br />
oorspronkelijke kunstenaars, maar, in<br />
navolging van wat zij hadden Ieren<br />
kennen in het Hellenistische oosten,<br />
bouwden zij indrukwekkende paleizen en<br />
tempels. O.a. pasten zij de koepelbouw<br />
toe, bijv. bij de bouw van het Pantheon.<br />
Triomfbogen ter ere van keizers,<br />
amfitheaters, badhuizen, waterleidingen<br />
en wegen, leveren het bewijs, dat zij<br />
knappe bouwmeesters waren. Wij gaan<br />
een aantal van deze gebouwen tijdens<br />
onze excursie in <strong>Rome</strong> bekijken.<br />
Mausoleum Augustus 28 v. Chr<br />
Augustus werd opgevolgd door een reeks<br />
familieleden, de Julische Keizers, die<br />
echter allen in bekwaamheid bij Augustus<br />
achterbleven. Van hun daden hebben hun<br />
levensbeschrijvers, die tot de oude<br />
senatorengeslachten behoorden, veel<br />
kwaad verteld.
Volgens Tacitus, die omstreeks 100 n. C.<br />
leefde, verwekte de laatste Julische keizer,<br />
de beruchte Nero, algemene weerzin door<br />
als zanger, wagenmenner en toneelspeler<br />
op te treden.<br />
Zijn stiefbroer en moeder, evenals zijn<br />
leermeester Seneca liet hij doden. Men<br />
verdacht hem er zelfs van, de grote brand<br />
te hebben gesticht, die <strong>Rome</strong> voor een<br />
belangrijk deel in de as legde, maar<br />
waarvan hij de schuld op de christenen<br />
wierp, die toen voor het eerst bloedig<br />
vervolgd werden. 64 n.Chr). Tenslotte<br />
ontstond er verzet tegen zijn bewind en als<br />
vluchteling maakte hij een eind aan zijn<br />
leven.<br />
Keizer Nero<br />
Na Nero‟s dood ontstond een troonstrijd<br />
die door een van de generaals,<br />
Vespasianus, werd gewonnen. Hij<br />
herstelde de orde, ook aan de Beneden-<br />
Rijn, waar de Bataaf Julius Civilis in<br />
opstand was gekomen.<br />
Onder Titus‟ regering werd Pompeï door<br />
de Vesuvius onder de as bedolven. De<br />
resten bleven hieronder bewaard en zij<br />
zullen ons tijdens onze excursie naar<br />
Pompeï een beeld geven van het leven in<br />
een <strong>Rome</strong>inse provinciestad.<br />
Van de latere keizers is Trajanus een der<br />
bekendste. Op zijn zuil in <strong>Rome</strong> staan<br />
afbeeldingen van zijn veldtocht over de<br />
Donau, in het tegenwoordige Hongarije.<br />
Ook de Parthen (Perzen)<br />
drong hij terug, zodat onder hem het rijk<br />
zijn grootste omvang kreeg.<br />
De verval van het rijk<br />
In de derde eeuw van onze jaartelling<br />
begon een verval, dat enkele latere keizers<br />
wel probeerden te stuiten, maar dat<br />
tenslotte eindigde met de ineenstorting<br />
van het <strong>Rome</strong>inse gezag in het westen.<br />
Omstreeks 200 n. C. begon een tijdperk,<br />
waarin voortdurend eerzuchtige generaals<br />
elkaar de troon betwistten en de Pax<br />
Romana plaats maakte voor wanorde.<br />
Soms viel het rijk in delen uiteen. De<br />
belastingen werden steeds drukkender,<br />
terwijl de welvaart verdween.<br />
Doordat er geen veroveringsoorlogen<br />
meer werden gevoerd, werden slaven<br />
schaarser. Het rijk ging ook in bevolking<br />
achteruit. Vele grootgrondbezitters lokten<br />
toen Germanen binnen om hen als kleine<br />
boeren op hun landerijen te vestigen.<br />
Enkele keizers probeerden het verval met<br />
hervormingen tegen te gaan (Dioclecianus,<br />
Constantijn de Grote en Theodocius). Zij<br />
slaagden daar niet echt in. In 395 werd het<br />
rijk verdeeld in Oost en West.<br />
In 476 werd de laatste keizer van de troon<br />
gestoten door Odoakar, een Germaans<br />
hoofd van huurtroepen. Deze zond de<br />
keizerlijke onderscheidingstekenen naar<br />
Constantinopel en noemde zich koning<br />
der Germanen in Italië. Het Westromeinse<br />
rijk bestond niet meer. Er was nog één<br />
keizer in het oosten, maar die had geen<br />
macht in het westen.
Het Christendom<br />
In het ver van <strong>Rome</strong> gelegen Palestina<br />
bracht Jezus van Nazareth een nieuwe<br />
leer. Dat was tijdens de regering van<br />
keizer Tiberius, die in 14 n.C.<br />
Augustus was opgevolgd. De leiders van<br />
het joodse volk, waartoe Jezus behoorde,<br />
haatten hem en brachten hem ter dood.<br />
Zijn leer, een leer van vergeving van<br />
zonden en verlossing van het kwaad,<br />
leefde echter voort. Dat voor God alle<br />
mensen gelijk waren, sprak de mensen,<br />
vooral vrouwen en slaven, bijzonder aan.<br />
Ook in <strong>Rome</strong> gingen velen tot het<br />
christendom over.<br />
Tijdens keizer Nero brandde in 64 n.C. een<br />
groot deel van <strong>Rome</strong> af. De keizer gaf de<br />
schuld daarvan aan de christenen. Hij liet<br />
ze vervolgen. Velen werden ter dood<br />
gebracht. Eén van de slachtoffers was<br />
Petrus, die gekruisigd werd in de renbaan<br />
van Nero, aan de rand van de heuvel<br />
Vaticanus. Hij werd in de onmiddellijke<br />
omgeving begraven en op zijn graf werd<br />
later de St. Pieterskerk gebouwd. Dit graf<br />
en vele andere graven zijn 12 m diep<br />
onder de kerk in 1939 teruggevonden. Er<br />
bleek onder de grond een straat van 66 m<br />
lengte te liggen. Aan weerszijden daarvan<br />
lagen graven.<br />
Catacomben van San Callisto<br />
Ook in de eeuwen daarna werden de<br />
christenen af en toe erg vervolgd. Velen<br />
van hen zijn begraven in de catacomben,<br />
de onderaardse steengroeven in de<br />
omgeving van <strong>Rome</strong>. De gangen zijn<br />
samen meer dan 800 km lang en liggen in<br />
zes verdiepingen onder elkaar. Men schat,<br />
dat er ongeveer 8 miljoen mensen zijn<br />
begraven. Van de wijze van begraven krijg<br />
je een indruk tijdens de excursie naar de<br />
catacomben van San Callisto.<br />
Christenen worden verbrand<br />
Het bloed der martelaren werd het zaad<br />
van de kerk: de gemeenten groeide tegen<br />
de vervolging in. Deze stonden onder<br />
bisschoppen, priesters (oudsten) en<br />
diakenen (helpers). Elke gemeente zorgde<br />
voor haar armen en hield tevens streng<br />
toezicht op het levensgedrag van haar<br />
leden.<br />
Het christendom stond behalve door zijn<br />
verheven beginselen en hechte organisatie<br />
ook sterk door de grondslag, die het had<br />
in de bijbel. Grote zekerheid gaven de<br />
concilies, daar ze de geloofsbelijdenis<br />
vaststelden. Geleerde kerkvaders als de<br />
bisschop Augustinus lichtten de kerkleer<br />
nader toe.<br />
Het christendom werd geleidelijk een<br />
macht, waartegen elke vervolging doelloos<br />
bleek. Er moest een einde komen aan de<br />
tweespalt die het rijk nog meer verzwakte.<br />
Keizer Constantijn de Grote, die op zijn<br />
sterfbed christen werd, vaardigde dan ook<br />
een edict uit, dat het christendom erkende<br />
als een door de regering geoorloofde<br />
godsdienst. Keizer Theodosius bepaalde<br />
weldra, dat het christendom de enige<br />
geoorloofde godsdienst was.
Zo hadden de keizers zich aan de zijde<br />
van het christendom geschaard. Zij<br />
hadden als opperpriesters de hoogste<br />
macht over de godsdienst gehad en<br />
wensten die ook in de christelijke kerk te<br />
bezitten.<br />
Onder de bisschoppen van het westen<br />
kreeg die van <strong>Rome</strong> het grootste gezag. Hij<br />
„voerde de titel van paus (vader) en was<br />
voor de gelovigen, als opvolger van<br />
Petrus, Christus‟ plaatsvervanger op<br />
aarde.<br />
Feesten<br />
Een der meest geliefde schouwspelen was<br />
de strijd van zwaardvechters (gladiatoren)<br />
in het amfitheater. Hiertoe werden slaven<br />
opgeleid, die door hun meester voor deze<br />
bloedige vertoningen werden verhuurd.<br />
Ook wilde beesten liet men er vechten. En<br />
wie de zeldzaamste en onbekendste met<br />
grote kosten voor het publiek kon<br />
brengen, had de meeste bijval.<br />
Zo liet Caesar eens 600 gladiatoren en 20<br />
olifanten in twee partijen tegen elkaar<br />
strijden en liet hij een zeeslag vertonen.<br />
Ook hitste men wel dieren op tegen<br />
misdadigers en in later tijd tegen<br />
christenen. Er verrees een amfitheater, het<br />
Colosseum (80), dat 50.000 toeschouwers<br />
kon bevatten.<br />
Reconstructie van het Colosseum<br />
In het Circus Maximus (326 v. Chr) konden<br />
150.000 <strong>Rome</strong>inen de rennen volgen.
De Middeleeuwen<br />
De Middeleeuwen waren in het algemeen<br />
niet het beste hoofdstuk in de geschiedenis<br />
van <strong>Rome</strong>. Na het einde van de <strong>Rome</strong>inse<br />
keizertijd nam de bevolking van <strong>Rome</strong> ten<br />
gevolge van de plunderingen en<br />
verwoestingen door volken als de<br />
Vandalen en Longobarden snel af. De stad<br />
waar ooit een miljoen mensen woonden,<br />
had in de zesde eeuw nog maar 50.000<br />
inwoners, al trok de stad wel vele<br />
pelgrims. De pausen waren voortaan de<br />
leiders van de stad. Na het ontstaan van<br />
het „Heilige Roomse Rijk‟ ging het beter:<br />
<strong>Rome</strong> en de paus waren het geestelijk<br />
middelpunt van het rijk en de keizer was<br />
de wereldlijke heerser. De pausen<br />
kroonden de keizers van het rijk, te<br />
beginnen met Karel de Grote in 800. Maar<br />
er waren ook vele conflicten tussen de<br />
pausen en de keizers. Dieptepunt was de<br />
veertiende eeuw. Er kwamen toen Franse<br />
pausen die niet meer in <strong>Rome</strong>, maar in het<br />
Franse Avignon verbleven. In 1377 waren<br />
er nauwelijks meer dan 15.000 inwoners in<br />
<strong>Rome</strong>. In de vijftiende eeuw waren de<br />
pausen weer in <strong>Rome</strong> en krabbelde de stad<br />
op. De pausen waren al lange tijd feitelijk<br />
de heersers over grote gebieden in Italië.<br />
In de vijftiende eeuw werd dit officieel, en<br />
ontstond de zogenaamde „Kerkelijke Staat‟<br />
met <strong>Rome</strong> als hoofdstad, de pausen waren<br />
nu niet alleen meer geestelijk leider, maar<br />
ook wereldlijk heerser.<br />
Pausin Johanna<br />
De<br />
paus dient een man te zijn, maar volgens de<br />
overlevering was er in de negende eeuw (855) ook<br />
een pausin JohannaZij was verliefd op een<br />
monnik en om bij hem te kunnen zijn had ze zich<br />
altijd als man verkleed. Maar het feit dat ze een<br />
vrouw was, kwam uit toen ze tijdens een processie<br />
plotseling beviel van een kind. Moeder en kind<br />
werden gedood. Om te voorkomen dat iets dergelijks<br />
nog eens zou gebeuren, werd in de Sint-Jan van<br />
Lateranen een speciale stoel in gebruik genomen.<br />
Wanneer een nieuwe paus aantrad, moest hij hierop<br />
plaats nemen. Vervolgens werd gecontroleerd of hij<br />
echt een man was, wat bevestigd werd met de<br />
uitspraak Testiculos habet, bene pendentes (Hij<br />
heeft ballen en ze hangen goed). Dit gebruik werd<br />
in 1513 weer afgeschaft<br />
Renaissance<br />
Een nieuwe tijd voor <strong>Rome</strong> brak tegen het<br />
eind van de vijftiende eeuw aan. Er trad<br />
een generatie pausen aan die <strong>Rome</strong> en de<br />
Kerkelijke Staat met krachtige hand<br />
bestuurden. Zij hielden zich nauwelijks<br />
met geestelijke zaken bezig, maar vooral<br />
met het versterken van hun eigen macht<br />
en rijkdom. Het was een beruchte tijd<br />
waarin de pausen hun tegenstanders uit<br />
de weg ruimden met gif, zich overgaven<br />
aan seksuele uitspattingen en zich met<br />
steekpenningen lieten betalen. Bovendien<br />
kwam men nu op het idee om een<br />
aflatenhandel te beginnen: de pelgrims<br />
hoefden nu niet meer iets te dóen om<br />
aflaten te verdienen, maar ze konden ze<br />
gewoon kopen. Deze handel leverde de<br />
pausen zeer veel geld op.<br />
Aflaat 1284<br />
De periode duurde maar kort. Toch<br />
leidden deze vijfendertig jaar, en zeker de<br />
tien jaar dat paus Julius II aan de macht<br />
was (1503-1513), tot een enorme bloei.<br />
Julius II haalde de belangrijkste<br />
kunstenaars van zijn tijd, Michelangelo,<br />
Rafael en Bramante, naar <strong>Rome</strong>. Zij<br />
maakten <strong>Rome</strong> tot het absolute<br />
middelpunt van de Renaissance met hun<br />
bouwwerken, beelden en schilderingen.
De pausen hadden na de periode dat de<br />
pauselijke macht in Avignon was<br />
gevestigd, zich op het Vaticaan gevestigd.<br />
Daar werd een begin gemaakt met het<br />
ontwerp van een geheel nieuwe Sint-Pieter<br />
en was een nieuw paleis voor de pausen<br />
aangelegd. Rafael beschilderde de privévertrekken<br />
van paus Julius II, de zgn.<br />
Stanze (=kamers) van Rafael, en<br />
Michelangelo beschilderde plafond en<br />
achterwand van de privé-kapel voor de<br />
pausen, de Sixtijnse kapel.<br />
Michelangelo Buonarotti (1475-1564) geldt<br />
als een van de grootste kunstenaars aller<br />
tijden. Hij was zeer veelzijdig. Niet alleen<br />
beschilderde hij de Sixtijnse kapel, maar<br />
hij ontwierp ook de koepel van de Sint-<br />
Pieter, maakte een groot aantal<br />
beeldhouwwerken, schreef gedichten en<br />
ontwierp zelfs de kleding van de<br />
Zwitserse Garde, de lijfwacht van de<br />
pausen. Op zevenentachtig-jarige leeftijd,<br />
in 1562, ontwierp hij nog een nieuw plein<br />
voor het Capitool.<br />
Detail Laatste Oordeel<br />
De belangrijkste inspiratiebron voor de<br />
kunstenaars uit de Renaissance was de<br />
klassieke Oudheid. Het besef drong nu<br />
ook langzamerhand door dat de<br />
overblijfselen uit de Oudheid bewaard<br />
moesten blijven. Typerend is de vondst<br />
van de zgn. Laocoön<strong>groep</strong>. Deze antieke<br />
beelden<strong>groep</strong> werd in 1506 door een<br />
wijnbouwer teruggevonden in de ruïnes<br />
van het Gouden Huis van Nero. Meteen<br />
werd Michelangelo erbij gehaald, die het<br />
beeld als het mooiste beeldhouwwerk ter<br />
wereld bestempelde. De beelden<strong>groep</strong><br />
werd op een praalwagen naar het Capitool<br />
gebracht, waar hij tentoongesteld werd.<br />
Vervolgens ging het naar een speciale zaal<br />
die door Bramante in het Vaticaanse paleis<br />
was gebouwd, het begin van de enorme<br />
Vaticaanse musea. Toen het beeld de<br />
pauselijke residentie binnenreed werden<br />
vanaf de Engelenburcht saluutschoten<br />
afgevuurd.<br />
Laocoön was een Trojaanse priester, die de<br />
Trojanen waarschuwde om het houten paard<br />
(de list van Odysseus), dat op het strand was<br />
achtergelaten door de Grieken, vooral niet<br />
binnen de stadsmuren te halen. Maar de goden<br />
hadden besloten dat Troje ten onder moest<br />
gaan, dus stuurde de god van de zee een grote<br />
zeeslang die Laocoön en zijn beide zoontjes<br />
wurgde en mee in zee sleurde. De Trojanen<br />
waren er nu van overtuigd dat Laocoön<br />
leugens verteld had en daarvoor door Poseidon<br />
gestraft was. Blij haalden de Trojanen het<br />
paard binnen de stad, met het gevolg dat Troje<br />
ingenomen werd.<br />
Vijgenblaadjes en boorgaatjes<br />
De pausen waren bezitter van de meeste grond<br />
in <strong>Rome</strong> en de Kerkelijke staat. Daarom<br />
werden zij ook eigenaar van de antieke<br />
<strong>Rome</strong>inse beelden die daar werden<br />
teruggevonden. Deze beelden maken nu deel<br />
uit van de collecties van de Vaticaanse musea.<br />
Een probleem was dat de antieke <strong>Rome</strong>inse<br />
beelden vaak naakten waren. Dit openlijke<br />
vertoon van naaktheid werd door de kerk als<br />
onwelvoeglijk beschouwd. Daarom werden de<br />
beelden voorzien van een vijgenblaadje.<br />
Tegenwoordig vindt men deze vijgenblaadjes<br />
onzinnig. Vandaar dat vele weer zijn<br />
verwijderd. De aanwezigheid van boorgaatjes<br />
verraadt echter waar ooit vijgenblaadjes hebben<br />
gezeten.
Risorgimento en koninkrijk<br />
Sinds de tijd van de oude <strong>Rome</strong>inen was<br />
Italië nooit meer een eenheidsstaat<br />
geweest. Het bestond uit kleine<br />
vorstendommen, die dikwijls met elkaar in<br />
oorlog waren. De Kerkelijke Staat van de<br />
paus met zijn hoofdstad <strong>Rome</strong> was er daar<br />
één van. In de 19 de eeuw ontstond er een<br />
beweging, het Risorgimento<br />
(„Opstanding‟) genoemd, die er genoeg<br />
van had dat niet-Italische landen,<br />
Oostenrijk met name, macht hadden in<br />
Italiaanse staten. Tegelijkertijd was het<br />
Risorgimento ook een nationale beweging<br />
die streefde naar een eenheidsstaat Italië.<br />
Een belangrijke stuwende kracht achter<br />
het eenheidsstreven was Victor Emanuel<br />
II, de vorst van Piëmonte-Sardinië. Het<br />
lukte hem langzaam de verschillende<br />
vorstendommen aaneen te smeden, maar<br />
de paus wilde daar niet aan mee doen.<br />
Ook met geweld kon de paus niet<br />
gedwongen worden, omdat Franse<br />
troepen hem bijstonden. In 1861 werd<br />
Victor Emanuel II tot koning van Italië<br />
uitgeroepen zonder dat de Kerkelijke Staat<br />
met <strong>Rome</strong> daar toe behoorde. Turijn was<br />
eerst de hoofdstad, en in 1865 werd<br />
Florence dat. Maar toen in 1870 de Frans-<br />
Vittorio Emanuele<br />
Duitse oorlog uitbrak en de Franse troepen<br />
<strong>Rome</strong> niet langer bleven beschermen,<br />
werd <strong>Rome</strong> in 1870 ingenomen door<br />
Victor Emanuel II samen met de<br />
vrijheidsstrijder Garibaldi. Hij bezette de<br />
Quirinalis-heuvel, waar hij zijn paleis<br />
inrichtte, en hij riep <strong>Rome</strong> uit tot de<br />
hoofdstad van het nieuwe koninkrijk<br />
Italië. Dit betekende het einde van de<br />
Kerkelijke Staat; <strong>Rome</strong> werd vanaf nu<br />
door koningen geregeerd. De paus had<br />
geen wereldlijke macht meer en werd de<br />
„gevangene van het Vaticaan‟. Om Victor<br />
Emanuel II en de eenheid van Italië te<br />
herdenken werd een enorm monument<br />
opgericht aan de voet van het Capitool:<br />
het Monumento Vittorio Emanuele II.<br />
Garibaldi<br />
(1807-1882)
Het moderne <strong>Rome</strong><br />
Na de Tweede Wereldoorlog en de dood<br />
van Mussolini werd in 1946 de Republiek<br />
in Italië uitgeroepen. Het land heeft<br />
sindsdien talloze regeringen gehad die het<br />
meestal maar enkele jaren uithielden. Het<br />
paleis op de Quirinaal is tegenwoordig de<br />
residentie van de president ( Giorgio<br />
Napolitano). In Italië heeft de president<br />
vooral een ceremoniële functie, de<br />
minister-president is veel belangrijker.<br />
Momenteel Romano Prodi (Christen<br />
Democraat)<br />
In het noorden van Italië wordt veel meer<br />
geld verdiend dan in het midden en het<br />
zuiden. Vele Italianen uit het noorden<br />
zouden het noordelijke deel van Italië<br />
daarom wel willen afsplitsen. Maar<br />
vooralsnog is Italië een eenheidsstaat met<br />
„het eeuwige <strong>Rome</strong>‟ als hoofdstad. <strong>Rome</strong><br />
heeft 2655.000 inwoners.<br />
Tot 1870 was het Quirinaal feitelijk het verblijf<br />
van de paus.<br />
De pausen vonden al vlug dat Vaticaanstad<br />
wel imposant maar niet comfortabel en gezond<br />
was. Ze verbleven daarom meer in hun tweede<br />
verblijf: het Quirinaal(een van de zeven<br />
heuvels van <strong>Rome</strong>).<br />
In 1870, toen Italië een koninkrijk werd, kreeg<br />
het Quirinaal de rol van koninklijk paleis. Na<br />
de Tweede Wereldoorlog werd het Quirinaal<br />
het ambtsverblijf van de president van Italië.
Wist je dat ...<br />
Na de val van het <strong>Rome</strong>inse Rijk het Forum Romanum ook wel Campo Vaccino genoemd<br />
werd? In het Nederlands betekent dit “de koeienweide”!<br />
Ieder jaar in de nacht van 11 op 12 september de geest van ene Beatrice Cenci rondwaart<br />
rond de Engelenburcht?<br />
Zij werd in 1599 onthoofd, en spookt rond met haar hoofd in haar hand!<br />
In het Circus Maximus de enorme brand van 64 na Christus uitbrak?<br />
Elf van de veertien wijken in <strong>Rome</strong> brandden toen af!<br />
Men zegt dat Keizer Nero de brand heeft laten aansteken.<br />
<strong>Rome</strong> toen zeven dagen achtereen brandde.<br />
Het Ruiterstandbeeld van Koning Victor Emanuel het grootste ter wereld is?<br />
Toen het beeld werd onthuld 40 mensen in de buik van het paard hebben gedineerd?<br />
Er in de oudheid meer dan één miljoen mensen in <strong>Rome</strong> woonden?<br />
In 1377 na Christus er nog maar 15.000 mensen in <strong>Rome</strong> woonachtig waren?<br />
Dit er ongeveer net zo veel zijn als er nu in Oosterwolde wonen!<br />
Elf Aquaducten in de oudheid samen 1,15 miljoen kubieke meter water naar <strong>Rome</strong> brachten?<br />
Als je in de middeleeuwen het Pantheon binnen wilde, je de trap af moest in plaats van op?<br />
Dit kwam door het vele afval dat <strong>Rome</strong>inse marktkooplieden achterlieten op het plein<br />
ervoor!<br />
<strong>Rome</strong> lang ruzie gemaakt heeft met Carthago, een plaats aan de andere kant van de<br />
Middellandse zee?<br />
Dit geschil in drie zogenaamde Punische oorlogen moest worden uitgevochten!<br />
De Carthaagse generaal Hannibal olifanten gebruikte in zijn leger?<br />
Senator Cato de Oude zijn redevoeringen in de Senaat altijd afsloot met de woorden:<br />
Ceterum censeo Carthaginem esse delendam (“En verder ben ik van mening dat Carthago<br />
vernietigd dient te worden!”)<br />
Hannibal met z’n olifanten
Leeslijst <strong>Rome</strong>reis<br />
Constantijn Huygens Journaal van de reis naar Venetië<br />
Nederlandse klassieken<br />
Vertaald en ingeleid door Frans R. E. Blom<br />
Uitg. Prometheus/Bert Bakker, A‟dam, 2003<br />
Arthur Japin De droom van de leeuw<br />
Arbeiderspers, Amsterdam 2002<br />
Maja Lundgren Pompeij een liefdesgeschiedenis<br />
Vertaald uit het Zweeds door Reneé Vink<br />
Uitg. Vassaluci, Amsterdam 2003<br />
Simone van der Vlugt De Slavenring<br />
Uitg. Lemniscaat, Rotterdam, 2003<br />
Rosita Steenbeek Thuis in <strong>Rome</strong><br />
Uitg. Prometheus, Amsterdam, 2002<br />
Ross King De hemel van de paus<br />
Michelangelo en de Sixtijnse kapel<br />
Vertaald door G. Houtzager<br />
Uitg. De Bezige Bij, Amsterdam, 2004<br />
Aanraders:<br />
Luc Verhuyck SPQR<br />
Anekdotische reisgids voor <strong>Rome</strong><br />
Athenaeum, Polak & Van Gennep, Amsterdam, 2001<br />
Capitool Reisgids Reisgids <strong>Rome</strong><br />
Uitg. Van Reemst, 2000<br />
De titel, SPQR, is het oude acroniem voor de stad <strong>Rome</strong>:<br />
Senatus Populus Que Romanus, de senaat en het volk van<br />
<strong>Rome</strong>. Je vindt die letters als eerbetoon en eigendomsbewijs op<br />
allerlei zaken van de stad.<br />
National Geographic Reisgids <strong>Rome</strong><br />
Uitg. Kosmos-Z&K Uitgevers, 2006
Aantekeningen<br />
Metro lijn A stopt bij de volgende stations:<br />
Anagnina - Cinecittà - Subaugusta - Giulio Agricola - Lucio Sestio - Numidio<br />
Quadrato - Porta furba quadraro - Arco di Travertino - Colli Albani - Furio Camillo -<br />
Tuscolana - Ponte lungo - Re di Roma - S. Giovanni - Manzoni - V. Emanuele –<br />
Termini - Repubblica - Barberini - Spagna - Flaminio Lepanto - Ottaviano - Cipro<br />
(Vaticaan Museum) - Valle Aurelia - Baldo Degli Ubaldi - Aurelia Cornelia -<br />
Battistini.<br />
Metro lijn B stopt bij de volgende stations:<br />
Laurentina, Eur Fermi, Eur palasport, Eur Magliana, Marconi, Basilica S. Paolo,<br />
Garbatella, Piramide, Circo Massimo, Colosseum, Cavour, Termini, Castro Pretorio,<br />
Policlinico, Bologna, Tiburtina, Quintiliani, Monti Tiburtini, Pietralata, S. Maria del<br />
Soccorso, Rebibbia.
Werp een munt in de Trevi fontein en je komt zeker terug in <strong>Rome</strong>.<br />
<strong>Stellingwerf</strong> <strong>College</strong> 2012<br />
Technische productie: dhr. Philip Sapulette<br />
Eindredactie: mevr. L. Poiesz