25.09.2013 Views

download - Linter

download - Linter

download - Linter

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Gemeente <strong>Linter</strong><br />

3350 LINTER<br />

ALGEMEEN POLITIEREGLEMENT<br />

“POLITIECODEX”<br />

Goedgekeurd door de gemeenteraad<br />

in zitting van 29 maart 2010.<br />

Namens de raad<br />

O.B.<br />

De Secretaris, De Burgemeester,<br />

I. Draelants M. Wynants<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 1/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Algemeen politiereglement – “POLITIECODEX”<br />

INHOUDSTABEL<br />

ALGEMEEN POLITIEREGLEMENT.....................................................................................1<br />

“POLITIECODEX”................................................................................................................1<br />

Goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 06 februari 2006.............................1<br />

Namens de raad...................................................................................................................1<br />

Algemeen politiereglement – “POLITIECODEX” ...............................................................2<br />

HOOFDSTUK 1: DOORGANG EN VEILIGHEID OP DE OPENBARE WEGEN ............................................ 4<br />

AFDELING 1.1: BEPALING VAN HET BEGRIP “OPENBARE WEG” ............................................................. 4<br />

AFDELING 1.2: HET GEBRUIK VAN DE OPENBARE WEG VOOR PRIVÉ-DOELEINDEN ............................... 4<br />

AFDELING 1.3: HET UITVOEREN VAN WERKEN OP OF LANGS DE OPENBARE WEG ................................. 5<br />

AFDELING 1.4: HET ONBEWERKT LATEN VAN STROKEN LANGS OPENBARE WEGEN.............................. 5<br />

AFDELING 1.5: HET SNOEIEN VAN PLANTEN GROEIEND OP EIGENDOMMEN GELEGEN LANGS OPENBARE<br />

WEGEN .................................................................................................................................................... 6<br />

AFDELING 1.6: HINDERLIJKE VOORWERPEN GEPLAATST OP DE VENSTERBANKEN OF OP ANDERE DELEN<br />

VAN DE GEBOUWEN ................................................................................................................................ 6<br />

AFDELING 1.7: HET PARKEREN VAN VRACHTWAGENS VOOR ADR-VERVOER OP DE OPENBARE WEG.. 7<br />

AFDELING 1.8: SPELEN OP DE OPENBARE WEG....................................................................................... 7<br />

AFDELING 1.9: HET BETREDEN VAN BEVROREN WATERS ...................................................................... 7<br />

HOOFDSTUK 2: DE REINHEID OP DE OPENBARE WEGEN, PLEINEN, PARKEN EN PRIVATE GRONDEN<br />

EN DE NETHEID EN HET UITZICHT VAN DE GEBOUWEN ...................................................................... 7<br />

AFDELING 2.1: DE REINHEID VAN DE OPENBARE WEGEN....................................................................... 7<br />

AFDELING 2.2: DE REINHEID EN DE BESCHERMING VAN OPENBARE WEGEN, PLEINEN, PARKEN EN<br />

PLANTSOENEN ........................................................................................................................................ 9<br />

AFDELING 2.3: DE NETHEID EN HET UITZICHT VAN DE GEBOUWEN EN DE GRONDEN.......................... 10<br />

AFDELING 2.4: DE REINHEID TIJDENS EVENEMENTEN ......................................................................... 11<br />

AFDELING 2.5: HET OPHALEN VAN HUISHOUDELIJK AFVAL ................................................................ 12<br />

HOOFDSTUK 3 : DE OPENBARE RUST EN DE OPENBARE ORDE ......................................................... 24<br />

AFDELING 3.1: MANIFESTATIES EN SAMENSCHOLINGEN OP DE OPENBARE WEG ................................ 24<br />

AFDELING 3.2: DE OPENBARE RUST IN DE OPENBARE PLAATSEN ........................................................ 24<br />

AFDELING 3.3: FUIVEN, BALS EN OPTREDENS...................................................................................... 25<br />

AFDELING 3.4: ALLERLEI PUBLICITEIT EN VERKIEZINGSPROPAGANDA OP OF LANGS DE OPENBARE<br />

WEGEN .................................................................................................................................................. 26<br />

AFDELING 3.5: IDENTIFICATIE VAN PERSONEN .................................................................................... 27<br />

AFDELING 3.6: DE KERMISSEN ............................................................................................................. 27<br />

AFDELING 3.7: DE MARKTEN ............................................................................................................... 36<br />

AFDELING 3.8. DE WOONWAGENS........................................................................................................ 50<br />

AFDELING 3.9. VIEREN VAN CARNAVAL .............................................................................................. 50<br />

HOOFDSTUK 4: GELUIDSHINDER ....................................................................................................... 51<br />

AFDELING 4.1: BEVOEGDHEDEN EN TOEPASSING ................................................................................ 51<br />

AFDELING 4.2: DEFINITIES - TERMINOLOGIE ....................................................................................... 51<br />

AFDELING 4.3 : MEETOMSTANDIGHEDEN ............................................................................................ 54<br />

AFDELING 4.4: RICHTWAARDEN VOOR HET SPECIFIEK GELUID ........................................................... 56<br />

AFDELING 4.5: ALGEMENE BEPALINGEN.............................................................................................. 56<br />

AFDELING 4.6: GELUIDSHINDER VANWEGE MUZIEK IN OPENBARE INRICHTINGEN ............................. 58<br />

AFDELING 4.7: GELUIDSHINDER VANWEGE LUCHTDRUKKANONNEN EN GELIJKAARDIGE TOESTELLEN<br />

INGEZET TER BESCHERMING VAN FRUIT- EN LANDBOUWTEELT .......................................................... 59<br />

HOOFDSTUK 5: REGLEMENT OMTRENT DE DIEREN ......................................................................... 60<br />

AFDELING 5.1: ALGEMEEN.................................................................................................................. 60<br />

AFDELING 5.2: BESCHERMING VAN DE DUIVENWEDSTRIJDEN............................................................ 61<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 2/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


HOOFDSTUK 6: REGLEMENT OP HET BOUWEN/VERHUREN VAN PANDEN ...................................... 61<br />

AFDELING 6.1: REGLEMENT OP HET BOUWEN...................................................................................... 61<br />

AFDELING 6.2: REGLEMENT OP HET VERHUREN VAN PANDEN. ........................................................... 63<br />

HOOFDSTUK 7: REGLEMENTERING OP DE BEGRAVINGEN EN DE BEGRAAFPLAATSEN .................. 64<br />

AFDELING 7.1: ALGEMENE BEPALINGEN.............................................................................................. 64<br />

AFDELING 7.2: LIJKVERVOER............................................................................................................... 65<br />

AFDELING 7.3: LIJKBEZORGING ........................................................................................................... 66<br />

AFDELING 7.4: CREMATIE, COLUMBARIUM, ASVERSTROOIING ........................................................... 67<br />

AFDELING 7.6: GRAFTEKENS, BOUW- EN BEPLANTINGSWERKEN ........................................................ 70<br />

AFDELING 7.7: ONDERHOUD VAN DE GRAVEN..................................................................................... 71<br />

AFDELING 7.8: ORDEMAATREGELEN ................................................................................................... 71<br />

HOOFDSTUK 8: REGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE SPEELTERREINEN ....................................... 73<br />

HOOFDSTUK 9: REGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE SKATETERREINEN ...................................... 74<br />

HOOFDSTUK 10 - STRAFBEPALING.......................................................................................... 75<br />

HOOFDSTUK 11 – BESTUURLIJKE MAATREGELEN............................................................ 75<br />

..................................................................................................................................................................<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 3/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Hoofdstuk 1: Doorgang en veiligheid op de openbare wegen<br />

Afdeling 1.1: Bepaling van het begrip “openbare weg”<br />

Art. 1.1.1. De openbare weg omvat:<br />

a) de verkeerswegen, met inbegrip van de bermen, fiets- en voetpaden (zowel boven- als<br />

ondergronds);<br />

b) de openbare plaatsen ingericht als aanhorigheden van de wegen en onder meer<br />

bestemd als parkeerplaats van voertuigen, als tuinen, als wandelparken, als markten,<br />

laadkaaien, enz. (zowel boven- als ondergronds);<br />

c) verkavelingswegen (zowel boven- als ondergronds).<br />

Afdeling 1.2: Het gebruik van de openbare weg voor privé-doeleinden<br />

Art. 1.2.1. Vergunning<br />

a) Het privatief gebruik van de openbare weg is slechts toegelaten, mits een<br />

voorafgaandelijk schriftelijke vergunning van de bevoegde overheid.<br />

Deze vergunning wordt afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen<br />

voor wat het geregeld of langdurig gebruik betreft en door de lokale politie voor wat het<br />

uitzonderlijk en kortstondig gebruik betreft.<br />

b) De vrije doorgang voor de voetgangers en rolstoelgebruikers mag niet minder dan 1 m<br />

bedragen.<br />

c) De politiediensten nemen van rechtswege alle voorwerpen weg waarvan de plaatsing<br />

een privatief gebruik van de openbare weg uitmaakt, als deze de veiligheid of het gemak<br />

van doorgang in het gedrang brengen of waarvoor door de bevoegde overheid geen<br />

schriftelijke vergunning werd verleend.<br />

Eenzelfde maatregel kan eveneens getroffen worden wanneer aan de opgelegde<br />

voorwaarden niet wordt voldaan.<br />

d) De fietsen en bromfietsen, geplaatst in overtreding met het verkeersreglement, worden<br />

door de politiediensten verwijderd op kosten en risico van de eigenaar of gebruiker.<br />

e) De vergunning moet steeds kunnen worden voorgelegd.<br />

Art. 1.2.2. Retributie<br />

Er wordt een retributie geheven voor elk privatief gebruik van de openbare weg volgens de<br />

bepalingen van het vigerende retributiereglement.<br />

Art.1.2.3. Aanvraagprocedure<br />

a) Aanvragen tot vergunning voor langdurig of blijvend gebruik moeten minstens één maand<br />

voor het begin van het gebruik worden ingediend. Aanvragen tot kortstondig gebruik<br />

moeten minstens vijf werkdagen voor het begin van het gebruik worden ingediend. Alle<br />

aanvragen met betrekking tot deze vergunning moeten worden ingediend bij de lokale<br />

politie Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw.<br />

b) De aanvraag bevat volgende gegevens:<br />

- naam en adres van de aanvrager;<br />

- naam van de verantwoordelijke met adres, telefoon, gsm, enz.;<br />

- beschrijving van de plaats en het doel van de inname;<br />

- lengte en breedte van de inname (m²);<br />

- periode van de inname van het openbaar domein;<br />

- signalisatieplan (opgesteld in samenspraak met de lokale politie).<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 4/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 1.2.4.. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 1.2.1. overtreedt, wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 1.3: Het uitvoeren van werken op of langs de openbare weg<br />

Art. 1.3.1. Vergunning<br />

a) Het uitvoeren van elk werk (hoe miniem ook van omvang) op of langs de openbare weg<br />

of het stellen van een handeling met het oog op het bevoordelen van private en/of<br />

openbare belangen, binnen de begrenzing van het openbaar domein, moet<br />

voorafgaandelijk schriftelijk vergund worden door het college van burgemeester en<br />

schepenen.<br />

Deze maatregel geldt eveneens voor alle werken die men wil uitvoeren aan de<br />

eigendommen, die gelegen zijn aan de openbare weg.<br />

De opgelegde verplichtingen moeten stipt worden nageleefd.<br />

Na de werkzaamheden op de openbare weg moet deze onmiddellijk worden hersteld in<br />

de toestand waarin hij zich bevond vóór de uitvoering van de werken. De vergunning die<br />

wordt afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen moet steeds kunnen<br />

worden voorgelegd.<br />

b) Eenieder die werken uitvoert langs de openbare weg, waardoor de veiligheid van de<br />

weggebruikers in het gedrang komt of waardoor beschadiging van het wegdek kan<br />

ontstaan, is verplicht alle nodige wettelijke veiligheidsmaatregelen te treffen.<br />

Art. 1.3.2. Retributie<br />

Er wordt een retributie geheven op elk privatief gebruik van de openbare weg volgens de<br />

bepalingen van het vigerende retributiereglement.<br />

Art. 1.3.3. Aanvraagprocedure<br />

a) De aanvragen tot vergunning voor werken op of langs de openbare weg moeten<br />

minstens vijf werkdagen voor het begin van de werken worden ingediend. Alle<br />

aanvragen met betrekking tot deze vergunning moeten worden ingediend bij de lokale<br />

politie Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw.<br />

b) De aanvraag bevat volgende gegevens :<br />

- naam en adres van de aanvrager;<br />

- naam van de verantwoordelijke met adres, telefoon, gsm, enz.;<br />

- beschrijving van de plaats en het doel van de inname;<br />

- lengte en breedte van de inname (m²);<br />

- periode van de werken;<br />

- signalisatieplan (opgesteld in samenspraak met de lokale politie).<br />

Art. 1.3.4. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van het artikel 1.3.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 1.4: Het onbewerkt laten van stroken langs openbare wegen<br />

Art.1.4.1.<br />

Langs landelijke wegen waar geen grachten voorkomen, zijn de gebruikers van de landerijen<br />

palende aan de openbare weg verplicht steeds een gelijkgrondse grasstrook van minstens 1<br />

m breed te laten groeien langsheen de rand van de rijbaan. Deze stroken mogen in geen<br />

geval worden bewerkt door de landbouwer. Anderzijds mag de grond naast een taluud niet<br />

bewerkt worden binnen een zone van 50 cm vanaf de kruin van het taluud, dit om de<br />

veiligheid van de bewerker en de stabiliteit van het taluud te waarborgen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 5/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art.1.4.2.<br />

Indien de eigenaar, pachter of gebruiker zich niet houdt aan deze verplichting, zal de<br />

gemeente de gewassen, aanplantingen en/of afsluitingen zelf verwijderen en er gras zaaien<br />

op de strook van één meter op diens kosten, conform de bepalingen van het vigerende<br />

retributiereglement voor uitvoering van werken voor derden, nadat deze binnen de maand na<br />

een schriftelijke waarschuwing vanwege de gemeente niet heeft gereageerd.<br />

De eigenaar, pachter of gebruiker heeft geen recht op enige schadevergoeding.<br />

Art. 1.4.3. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 1.4.2. overtreedt, wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 1.5: Het snoeien van planten groeiend op eigendommen<br />

gelegen langs openbare wegen<br />

Art. 1.5.1.<br />

Iedere aangelande van een openbare weg is gehouden ervoor te zorgen dat de begroeiing<br />

van zijn perceel zodanig wordt gesnoeid, dat geen enkele tak of deel ervan:<br />

a) op minder dan 4,50 m van de grond boven de rijweg hangt;<br />

b) op minder dan 2,50 m van de grond boven de gelijkgrondse berm of boven het voetpad<br />

hangt.<br />

Daarenboven mogen geen beplantingen hinder vormen voor de openbare nutsvoorzieningen<br />

of de zichtbaarheid bij of op kruispunten of van signalisatieborden beperken.<br />

Art. 1.5.2.<br />

Indien de eigenaar, pachter of gebruiker zich niet houdt aan deze verplichting, zal de<br />

gemeente de uitspringende of hinderlijke gedeelten verwijderen op diens kosten, conform de<br />

bepalingen van het vigerende retributiereglement voor uitvoering van werken voor derden,<br />

nadat deze binnen de maand na een schriftelijke waarschuwing vanwege de gemeente niet<br />

heeft gereageerd.<br />

De eigenaar, pachter of gebruiker heeft geen recht op enige schadevergoeding.<br />

Art. 1.5.3. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 1.5.2. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 1.6: Hinderlijke voorwerpen geplaatst op de vensterbanken of<br />

op andere delen van de gebouwen<br />

Art. 1.6.1.<br />

a) De voorwerpen die een hinder voor de doorgang en de veiligheid van de openbare<br />

wegen vormen, moeten op eenvoudige vordering van de bevoegde ambtenaar<br />

onmiddellijk worden verwijderd.<br />

b) Indien de eigenaar of gebruiker aan deze vordering geen gevolg geeft, zal de gemeente<br />

deze voorwerpen op diens kosten verwijderen, vermeerderd met de administratieve<br />

kosten, nadat deze binnen de maand na de schriftelijke waarschuwing vanwege de<br />

gemeente niet heeft gereageerd. De eigenaar of gebruiker heeft geen recht op enige<br />

schadevergoeding.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 6/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 1.6.2. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 1.6.1. b) overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 1.7: Het parkeren van vrachtwagens voor ADR-vervoer op de<br />

openbare weg<br />

Art. 1.7.1.<br />

Het parkeren in de bebouwde straten van voertuigen voor ADR-vervoer (gebruik voor het<br />

vervoer van gevaarlijke stoffen bepaald bij koninklijk besluit van 15 maart 1976) is op de zon-<br />

en feestdagen verboden. De overige dagen is het parkeren ervan verboden tussen 20.00 uur<br />

en 05.00 uur.<br />

Art. 1.7.2. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 1.7.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 1.8: Spelen op de openbare weg<br />

Art. 1.8.1.<br />

Het is verboden, behoudens op de hiertoe voorbehouden plaatsen, op de openbare wegen<br />

te spelen met eender welk voorwerp of tuig indien de veiligheid en de vrije doorgang in het<br />

gedrang wordt gebracht.<br />

Art. 1.8.2. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 1.9.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR ;<br />

Afdeling 1.9: Het betreden van bevroren waters<br />

Art. 1.9.1.<br />

Behoudens andere voorschriften en/of toelating van de burgemeester is het verboden de<br />

openbare bevroren vijvers of waterwegen te betreden.<br />

Art. 1.9.2. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 1.10.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR;<br />

Hoofdstuk 2: De reinheid op de openbare wegen, pleinen, parken en<br />

private gronden en de netheid en het uitzicht van de gebouwen<br />

Afdeling 2.1: De reinheid van de openbare wegen<br />

Art. 2.1.1.<br />

a) Het is verboden op de openbare weg of op de aanpalende terreinen enig voorwerp of<br />

enige stof onder welke vorm dan ook aan te brengen of achter te laten die de openbare<br />

reinheid of veiligheid in het gedrang brengen of deze plaatsen ontsiert (het zogenaamde<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 7/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


sluikstorten).<br />

Het is verboden te sproeien met producten die de stabiliteit van het wegdek of de<br />

wegberm in het gedrang kunnen brengen.<br />

b) Het is verboden op de openbare wegen rijtuigen te smeren of motoren van stilstaande<br />

voertuigen te testen.<br />

c) Het zandstralen en het afkappen van bouwwerken zal slechts mogen geschieden na het<br />

stellen langs alle zijden van de werkplaats en op de ganse hoogte, van een dicht schutsel<br />

of van een sterk doek om te vermijden dat het stof, de scherven of het afval zich zouden<br />

verspreiden op de naburige huizen of op de openbare weg. Het zand van het zandstralen<br />

moet opgevangen worden en mag niet worden afgeleid naar wateropvangers, grachten<br />

of putten.<br />

d) Iedereen die, op om het even welke wijze, de openbare weg heeft bevuild of laten<br />

bevuilen, moet ervoor zorgen dat deze opnieuw wordt gereinigd.<br />

e) De opgestelde blikjesvangers dienen uitsluitend voor het wegwerpen van plastiek flessen<br />

en flacons van frisdrank en drankblikjes.<br />

Art. 2.1.2.<br />

a) Iedere aangelande van een straat (de eigenaar, de gebruiker, de hoofdhuurder, de<br />

bewaker, de aangestelde persoon of de huurder van het gelijkvloers), moet instaan voor<br />

de reinheid van de aangelegde berm of het voetpad, alsmede van de watergreppels en<br />

de roosters van de waterslikkers voor zijn woning of goed.<br />

Het reinigen is verboden tussen 22.00 uur en 06.00 uur.<br />

b) Niemand mag slijk of vuilnis voor de eigendom van zijn buur werpen of achterlaten of in<br />

de wateropvangers terecht laten komen.<br />

c) Bij het uitstorten van water in de watergreppel moet het water desgevallend verder<br />

geborsteld worden tot in een waterslikker.<br />

Art. 2.1.3.<br />

a) Bij vriesweer is het verboden water of een andere vloeistof op de openbare weg te gieten<br />

of te laten lopen.<br />

b) Bij sneeuwval of ijzelvorming moeten de aangelanden van een openbare weg, vernoemd<br />

in art. 2.1.2. erover waken dat voor de eigendom die zij bewonen, voldoende ruimte voor<br />

de doorgang van de voetgangers wordt schoongeveegd en dat het nodige wordt gedaan<br />

om de gladheid ervan te vermijden.<br />

c) De aangelande is verplicht op het voetpad een vrije doorgang van 1 m te maken.<br />

d) Sneeuw en ijs mogen niet opgehoopt worden op de rijweg.<br />

Art. 2.1.4.<br />

De verkopers van ter plaatse te verbruiken eetwaren of dranken, evenals de uitbaters van<br />

automaten en de houders van kramen in hallen, op foren en markten, moeten hun inrichting<br />

of hun kraam voorzien van tenminste één goed afsluitbare bak of zak bestemd voor papier of<br />

afval. Zij moeten aanhoudend waken over de reinheid van de openbare weg in de omgeving<br />

van hun standplaats en onmiddellijk alle papier of gelijk welk voorwerp door hun klanten op<br />

de grond achtergelaten, wegnemen.<br />

Zij moeten erover waken dat hun fornuizen e.d. geen overdreven reuk of rook verspreiden<br />

die de voorbijgangers of bewoners van hun buurt kunnen hinderen.<br />

Art. 2.1.5.<br />

Indien op het grondgebied van de gemeente een evenement plaatsvindt, moeten de<br />

organisatoren ervan, in samenspraak met de gemeente, de nodige acties ondernemen om<br />

het afval te voorkomen en het afval selectief in te zamelen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 8/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 2.1.6.<br />

Indien de eigenaar, pachter, gebruiker of huurder zich niet houdt aan de voornoemde<br />

verplichtingen, zal de gemeente het vuilnis verwijderen op diens kosten, vermeerderd met de<br />

administratieve kosten, nadat deze na een schriftelijke waarschuwing (met vermelding van<br />

de uiterlijke opruimingstermijn) niet heeft gereageerd.<br />

De overtreder heeft geen recht op enige schadevergoeding.<br />

Art. 2.1.7. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 2.1.1. a) - 2.1.1. b) - 2.1.1. c) - 2.1.1. d) - 2.1.1.<br />

e) - 2.1.2. a) - 2.1.2. b) - 2.1.2. c) - 2.1.3 - 2.1.4 overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR;<br />

Afdeling 2.2: De reinheid en de bescherming van openbare wegen,<br />

pleinen, parken en plantsoenen<br />

Art. 2.2.1.<br />

Het is verboden:<br />

a) de bomen, de beplantingen, de bloemen, het struikgewas, de banken, de omheiningen<br />

of andere constructies alsmede de voorwerpen die dienen voor het openbaar nut of als<br />

versiering, te beschadigen of met graffiti te bewerken;<br />

b) de kiosken, palen, monumenten, traliewerken, standbeelden, verkeersborden,<br />

brugleuningen en andere gemeentelijke eigendommen te beschadigen of met graffiti te<br />

bewerken.<br />

Art. 2.2.2.<br />

Het is verboden:<br />

a) voorwerpen van welke aard ook in de vijvers, waterlopen of welkdanige waterplassen te<br />

werpen;<br />

b) langs de oevers af te dalen;<br />

c) zonder toelating te vissen in vijvers, waterlopen of welkdanige waterplassen.<br />

d) de bezoekers door hinderlijk spel lastig te vallen.<br />

Art. 2.2.3.<br />

Het is op de grasperken en de plantsoenen verboden zich voort te bewegen met gelijk welk<br />

voertuig (met of zonder motorkracht) of dit voertuig of rijdier er te plaatsen, uitgezonderd voor<br />

de gemeentediensten, de nutsvoorzieningen, de lokale politie, de mindervaliden en de<br />

kinderwagens, onverminderd andersluidende reglementering.<br />

Art. 2.2.4.<br />

Het is verboden:<br />

a) biociden (herbiciden, insecticiden, fungiciden, ...) te gebruiken rondom de bomen en<br />

andere beplantingen langs de openbare wegen.<br />

b) harde voorwerpen, zoals nagels, in de stammen van deze bomen te kloppen.<br />

c) tijdens de winterperiode rond de beplantingen dooimiddelen (natriumchloride,<br />

calciumchloride, …) te werpen of sneeuw op te hopen vermengd met deze producten.<br />

Art. 2.2.5.<br />

Het is verboden gemotoriseerde voertuigen te parkeren op gelijkgrondse of verhoogde<br />

bermen waarop beplantingen (sierstruiken, gras, enz.) zijn aangebracht waardoor deze<br />

beschadigd of vernield kunnen worden.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 9/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 2.2.6.<br />

Benevens de toepassing van de hiernavolgende administratieve geldboetes zullen de kosten<br />

voor reiniging en/of herstelling integraal verhaald worden op de overtreder, conform de<br />

bepalingen van het vigerende retributiereglement voor uitvoering van werken voor derden.<br />

Art. 2.2.7. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 2.2.1. a) - 2.2.1. b) - 2.2.2. a) - 2.2.2. b) - 2.2.2.<br />

c) - 2.2.2. d) - 2.2.3 - 2.2.4. a) - 2.2.4. b) - 2.2.4. c) - 2.2.5. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 2.3: De netheid en het uitzicht van de gebouwen en de gronden<br />

Art. 2.3.1.<br />

De eigenaar of gebruiker van een gebouw kan niet weigeren dat er op de gevel,<br />

straatnaamborden, verkeerstekens, veiligheidstekens en leidingen voor openbare<br />

nutsvoorzieningen worden aangebracht. Bij wegname of bij beperking van de zichtbaarheid<br />

ervan ingevolge (verbouwings)werken, moet de gebruiker van het gebouw de<br />

gemeentediensten verwittigen. Na de verbouwingswerken moet de eigenaar of gebruiker van<br />

het gebouw alle weggenomen elementen terugplaatsen en dit in samenspraak met de<br />

bevoegde diensten.<br />

Art. 2.3.2.<br />

Iedereen is ertoe gehouden het huis waarvan hij eigenaar is duidelijk te nummeren. Een<br />

bestaand of nieuw huisnummer kan verkregen worden of moet aangevraagd worden bij de<br />

bevoegde gemeentelijke dienst. Het huisnummer moet aangebracht worden op de voorgevel<br />

of, voor huizen met een voortuin, op de brievenbus, zodat hij zichtbaar is van op het<br />

openbaar domein.<br />

Art. 2.3.3.<br />

a) Het is verboden puin of om het even welke gelijkaardige stoffen ook, op braakliggende<br />

gronden of gronden palend aan de openbare weg gedurende meer dan één maand<br />

achter te laten.<br />

b) Het is verboden graffiti aan te brengen op roerende en onroerende goederen zonder<br />

schriftelijke toelating van het college van burgemeester en schepenen.<br />

c) Het is verboden andermans onroerende eigendommen opzettelijk te beschadigen.<br />

Art. 2.3.4.<br />

De eigenaars van de onbewoonde, de onbewoonbaar verklaarde of bouwvallige huizen, van<br />

braakliggende gronden, moeten de nodige maatregelen treffen opdat hun eigendom niet als<br />

stortplaats kan worden gebruikt. Desnoods moeten ze zelf de gestorte goederen opruimen.<br />

Art. 2.3.5.<br />

Indien de eigenaar, pachter of gebruiker zich niet houdt aan deze verplichtingen, zal de stad<br />

de nodige herstellingen, aanpassingen of opruimingen doen op diens kosten, conform de<br />

bepalingen van het vigerende retributiereglement voor uitvoering van werken voor derden,<br />

nadat deze binnen de maand na een schriftelijke waarschuwing vanwege de gemeente niet<br />

heeft gereageerd.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 10/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 2.3.6. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 2.3.1. - 2.3.2. - 2.3.3.a) - 2.3.3.b) - 2.3.3.c) -<br />

2.3.4. overtreedt wordt bestraft met een administratieve geldboete tussen minimum 62,50<br />

EUR en maximum 250,00 EUR.<br />

Afdeling 2.4: De reinheid tijdens evenementen<br />

Art. 2.4.1. Definities<br />

Voor de toepassing van deze politieverordening gelden de hierna opgenomen definities:<br />

Evenement: publieke gebeurtenis met al dan niet betalende bezoekers/deelnemers op het<br />

gebied van kunst, cultuur, sport, feesten, kermis op publiek of op privaat terrein.<br />

Voorbeelden zijn kermissen, braderijen, muziekfestivals, stads-, gemeente-, dorps-, wijk- of<br />

straatfeesten, markten, sportmanifestaties, …<br />

Parkeerterrein: terrein of plaats gelegen in de nabijheid van een evenement dat bestemd is<br />

voor het parkeren van de voertuigen van de evenementbezoekers.<br />

Art. 2.4.2. Selectieve inzameling van afvalstoffen<br />

a) Papier- en kartonafval, glasafval en PMD-afval (niet limitatieve lijst) moeten selectief op<br />

evenementen worden ingezameld door de exploitant, door de organisator of door de<br />

standhouders.<br />

b) Bijkomend aan de verplichting van a) geldt eveneens de plicht op het sorteren van<br />

papier- en kartonafval, glasafval en PMD-afvalstoffen op de tijdelijke parkeerterreinen en<br />

tijdelijke campings die ter gelegenheid van een evenement worden ingericht.<br />

Art. 2.4.3. Opruimen van het terrein van een evenement en de onmiddellijke omgeving<br />

Art. 2.4.3.1.<br />

Alle standhouders op een evenement zijn tijdens de duur van het evenement gehouden de<br />

hun toegewezen standplaats te reinigen en hun afvalstoffen dagelijks mee te nemen of er<br />

zich van te ontdoen via de door de ter beschikking gestelde recipiënten.<br />

Art. 2.4.3.2.<br />

De organisator van een evenement moet zo snel mogelijk en ten laatste één dag na het<br />

beëindigen van het evenement het terrein en de eventuele parkeer- en<br />

kampeergelegenheden volledig opgeruimd hebben. Mits motivatie kan van deze timing<br />

afgeweken worden.<br />

Daartoe kan de organisator beroep doen op de door de gemeente aangeduide opruim- of<br />

ophaaldienst tegen de vigerende voorwaarden en tarieven.<br />

Art. 2.4.3.3.<br />

Indien het terrein van het evenement en de eventuele parkeer- en kampeergelegenheden<br />

niet werden opgeruimd zoals bepaald in art. 2.4.3.2., dan kan de gemeente ambsthalve de<br />

opruiming laten uitvoeren en de factuur voor de opruimkosten, vermeerderd met<br />

administratieve kosten, verhalen op de organisator, dan wel op de exploitant.<br />

Art. 2.4.4. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 2.4.2. a) - 2.4.2. b) - 2.4.3.1. - 2.4.3.2. overtreedt<br />

wordt bestraft met een administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum<br />

250,00 EUR;<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 11/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Afdeling 2.5: Het ophalen van huishoudelijk afval<br />

Afdeling 2.5: Het ophalen van huishoudelijk afval<br />

Art. 2.5.1. Definities<br />

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:<br />

a) huishoudelijke afvalstoffen: afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een<br />

particuliere huishouding en afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld worden zoals<br />

gedefinieerd in artikel 3, §2, 1° van het decreet van 02 juli 1981 betreffende de<br />

voorkoming en het beheer van afvalstoffen, en in artikel 2.1.1. van het VLAREA;<br />

b) bedrijfsafvalstoffen die omwille van aard, samenstelling en hoeveelheid vergelijkbaar zijn<br />

met huishoudelijke afvalstoffen, hierna vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen genoemd,<br />

afvalstoffen die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn van de<br />

normale werking van een particuliere huishouding;<br />

c) huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval: alle afvalstoffen die<br />

ontstaan door een normale werking van een particuliere huishouding en een<br />

vergelijkbare bedrijfsactiviteit die in de voorgeschreven recipiënt voor ophaling van<br />

huisvuil worden aangeboden, met uitzondering van papier en karton, glas; textiel, klein<br />

gevaarlijk afval, groente, - fruit en tuinafval en organisch-biologisch vergelijkbaar<br />

bedrijfsafval of de gemengde fractie van vergelijkbaar bedrijfsafval, plasticverpakkingen,<br />

metaalverpakkingen en drankkartons, metalen gemengd, groenafval (waaronder<br />

snoeihout), bruin - en witgoed en herbruikbare goederen die via het<br />

winkelkringloopcentrum kunnen worden verwijderd en andere selectief ingezamelde<br />

afvalstoffen;<br />

d) grofvuil: alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere<br />

huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit die omwille van de omvang, de aard<br />

en/of het gewicht niet in de recipiënt voor ophaling van het huisvuil of de daarmee<br />

gelijkgestelde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval kunnen worden aangeboden, met<br />

uitzondering van papier en karton, glas, textiel, klein gevaarlijk afval, groente -, fruit - en<br />

tuinafval, plasticverpakkingen, metaalverpakkingen en drankkartons, metalen gemengd,<br />

groenafval (waaronder snoeihout), bouw – en sloopafval, houtafval, autobanden, bruin –<br />

en witgoed en herbruikbare goederen die via het winkelkringloopcentrum kunnen worden<br />

verwijderd;<br />

e) glas: hol glas en vlak glas – ontdaan van deksels, stoppen en omwikkelingen - dat<br />

ontstaat door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare<br />

bedrijfsactiviteit met uitzondering van vuurvaste voorwerpen, gewapend glas, kristal,<br />

opaal glas, spiegelglas, autoruiten, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, TL-lampen,<br />

stenen, tegels, porselein en aardewerk;<br />

- onder hol glas worden alle flessen, bokalen, glazen en andere voorwerpen die in<br />

glascontainers kunnen gedeponeerd worden, verstaan;<br />

- onder vlak glas worden alle glazen voorwerpen zoals ruiten, stolpen en schotels die<br />

geen hol glas zijn en door hun grootte en omvang uitsluitend in open glascontainers<br />

voor vlak glas kunnen gedeponeerd worden, verstaan;<br />

f) papier en karton: alle dag-, week- en maandbladen, periodieken, regionale pers,<br />

telefoon- en faxgidsen, reclamedrukwerk, tijdschriften, publicaties, schrijfpapier,<br />

kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen die<br />

ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare<br />

bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag,<br />

carbonpapier, vervuil papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren<br />

voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met<br />

magneetbanden; behangpapier en cementzakken, meststofzakken en sproeistofzakken<br />

en dergelijke;<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 12/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


g) klein gevaarlijk afval van huishoudelijke oorsprong hierna KGA genoemd: de afvalstoffen<br />

zoals opgesomd in artikel 5.5.2.2. van het besluit van de Vlaamse regering van 19<br />

december 1997 tot vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en –<br />

beheer (VLAREA);<br />

h) groente, fruit– en tuinafval, hierna GFT genoemd en/of organisch biologisch bedrijfsafval:<br />

organisch composteerbaar afval zoals aardappelschillen, schillen van citrus – of andere<br />

vruchten, groente– en fruitresten, eierschalen, doppen van noten, theebladeren en<br />

theezakjes, koffiedik en koffiefilters, papier van keukenrol, kleine hoeveelheden<br />

etensresten, mest van kleine huisdieren, verwelkte snijbloemen en kamerplanten,<br />

versnipperd snoeihout, haagscheersel, zaagmeel en schaafkrullen, gazonmaaisel,<br />

bladeren, onkruid en resten uit groente– en siertuin en die ontstaan door de normale<br />

werking van een particuliere huishouding of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit en dat in<br />

de voorgeschreven recipiënt voor ophaling van GFT en organisch-biologisch bedrijfsafval<br />

wordt aangeboden.<br />

i) Timmerhout, grof ongesnipperd snoeihout, beenderen, mosselschelpen, kadavers,<br />

wegwerpluiers, aarde en zand, sausen, vetten en oliën, stofzuigerzakken, assen,<br />

houtskool, kunststoffen, metalen, glazen bokalen en kattenbakvulling worden niet als<br />

GFT beschouwd. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder organisch<br />

biologisch bedrijfsafval verstaan: alle hierboven onder H) vermelde afvalstoffen ontstaan<br />

door een met een huishouden vergelijkbare bedrijfsactiviteit.<br />

j) plastic flessen en flacons, metaalverpakkingen en drankkartons, hierna PMD genoemd:<br />

plastic flessen en flacons van frisdrank, water, melk, detergenten en<br />

verzorgingsproducten, metalen blikjes van bier, frisdrank en water, conservenblikken,<br />

metalen deksels en schroefdoppen van flessen en bokalen en kartonnen<br />

drankverpakkingen;<br />

k) metalen gemengd: door de werking van een particuliere huishouding of door<br />

vergelijkbare bedrijfsactiviteit ontstane soorten van metalen voorwerpen, met<br />

uitzondering van KGA;<br />

l) afgedankte elektrische en - elektronische apparaten: alle afvalstoffen zoals opgesomd in<br />

artikel 3.5.1. van het Besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 1997 tot<br />

vaststelling van het Vlaams reglement inzake afvalvoorkoming en – beheer en die via de<br />

kringloopcentra voor hergebruik geschikt kunnen gemaakt worden;<br />

m) herbruikbare goederen: alle andere afvalstoffen dan PMD en AEEA die via de<br />

kringloopcentra voor hergebruik geschikt zijn, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad,<br />

brokant, speelgoed, boeken en platen en andere, die ontstaan door de werking van een<br />

particuliere huishouding of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit.<br />

n) groenafval: organisch composteerbaar afval zoals snoeihout, plantenresten,<br />

haagscheersel, bladeren, gazon– en wegbermmaaisel dat ontstaat door de normale<br />

werking van een particuliere huishouding of normaal onderhoud van de tuin of een<br />

vergelijkbare bedrijfsactiviteit;<br />

o) textiel: alle draagbare kleding, huishoudlinnen, woningtextiel, beddengoed, oude<br />

schoenen, handtassen en lederwaren ontstaan door de normale werking van een<br />

particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit;<br />

p) frituurolie en afgelaten motorolie: alle soorten smeerolie en/of industriële olie, op minerale<br />

of synthetische basis ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en/of<br />

een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit in het bijzonder afgewerkte motorolie,<br />

frituurolie, met uitzondering van grote hoeveelheden motorolie, olie met PCB’s of andere<br />

giftige stoffen.<br />

q) boomstronken: alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen<br />

worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor<br />

hergebruik;<br />

r) bouwafval: Zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk,<br />

plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit) , cellenbeton (o.a.<br />

Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een<br />

particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 13/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout<br />

en/of aarde.<br />

s) sloophout: alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen,<br />

meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere<br />

huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van<br />

geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas,<br />

treinbilzen.<br />

t) kurk: alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere<br />

huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels,<br />

sluitingen, tegels, wandbedekking, ….<br />

u) containerpark: het gemeentelijk containerpark is een inrichting die tot doel heeft de<br />

gescheiden inzameling van huishoudelijke afvalstoffen mogelijk te maken met het oog op<br />

de maximale recyclage van deze stoffen;<br />

v) sluikstorten: het achterlaten van om het even welke afvalstoffen:<br />

- op volgens dit reglement niet-reglementaire plaatsen,<br />

- en/of op volgens dit reglement niet-reglementaire tijdstippen,<br />

- en/of in volgens dit reglement niet-reglementaire recipiënten.<br />

Art. 2.5.2. Algemene bepalingen<br />

Art. 2.5.2.1.<br />

a) Onverminderd de bepalingen van dit reglement is het verboden om volgende afvalstoffen<br />

aan te bieden, noch bij om het even welke (selectieve) ophaling van huishoudelijke of<br />

hiermee gelijkgestelde afvalstoffen, noch op het containerpark :<br />

- autowrakken;<br />

- gasflessen of andere ontplofbare voorwerpen;<br />

- grond;<br />

- kabels en kettingen;<br />

- krengen van dieren;<br />

- medisch afval;<br />

- gevaarlijke afvalstoffen, zoals gedefinieerd in artikel 2.4.1. van het VLAREA;<br />

- afvalwaters;<br />

- gebruikte PCB’s;<br />

- slib afkomstig van de reiniging van septische putten;<br />

- de afvalstoffen die ontstaan bij het slopen van voertuigwrakken en/of bij het uitvoeren<br />

van herstellings- en/of onderhoudswerkzaamheden aan motorvoertuigen,<br />

motorvaartuigen, motorvliegtuigen en hun aanhorigheden, zoals opgesomd in artikel<br />

2.3.1.2° van het VLAREA.<br />

b) Onverminderd de bepalingen van dit reglement is het verboden om volgende afvalstoffen<br />

aan te bieden bij om het even welke (selectieve) ophaling van huishoudelijke of hiermee<br />

gelijkgestelde afvalstoffen:<br />

- autobanden;<br />

- afbraakmateriaal van gebouwen;<br />

- puin en stenen.<br />

Art. 2.5.2.2.<br />

a) Het is verboden vuilnis afkomstig uit andere gemeenten met om het even welke<br />

(selectieve) ophaling van huishoudelijke of vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen of recycleerbare<br />

producten mee te geven.<br />

b) Behoudens schriftelijke toelating van de burgemeester is het verboden om om het even<br />

welke aangeboden afvalstof mee te nemen. Alleen de ophaaldienst, daartoe<br />

aangewezen door het gemeentebestuur, is gerechtigd om afvalstoffen in te zamelen.<br />

c) Behoudens bij overeenkomst met een naburige gemeente of met de intercommunale,<br />

kunnen enkel inwoners van de eigen gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 14/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 2.5.2.3.<br />

a) Huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden zoals voorzien in dit<br />

reglement. Huishoudelijke afvalstoffen, die worden aangeboden op een wijze die niet<br />

voldoet aan de voorwaarden van dit reglement, worden niet aanvaard. De aanbieder<br />

dient de niet aanvaarde afvalstoffen nog dezelfde dag terug te nemen en te<br />

verwijderen van de openbare weg.<br />

b) Het toezicht op de aanbieding van de huishoudelijke afvalstoffen, wordt uitgevoerd<br />

door de ophalers van de ophaaldienst die hiertoe door het gemeentebestuur<br />

aangewezen werden of door de parkwachter, in geval van inzameling van de<br />

afvalstoffen via het containerpark.<br />

c) Indien wordt vastgesteld dat de wijze van aanbieding niet conform de bepalingen van<br />

dit reglement geschiedt, worden de afvalstoffen niet aanvaard noch meegenomen. De<br />

ophalers en parkwachters zijn gerechtigd om de aanbieder te wijzen op de foutieve<br />

aanbieding en de nodige richtlijnen te verstrekken.<br />

d) Onverminderd de bepalingen van dit artikel, zijn de officieren van de gerechtelijke<br />

politie, de leden van de federale en de lokale politie en de ambtenaren bedoeld in<br />

artikel 54 van het afvalstoffendecreet bevoegd voor het vaststellen van inbreuken op dit<br />

reglement en het opstellen van processen-verbaal.<br />

Art. 2.5.2.4.<br />

a) Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om het<br />

even welke afvalstoffen te sluikstorten.<br />

b) Wanneer afvalstoffen achtergelaten worden op een wijze, een plaats of een tijdstip in<br />

strijd met dit reglement, is de gemeente gemachtigd ambtshalve de betrokken<br />

afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen.<br />

c) De reële kosten die gepaard gaan met het opruimen, afvoeren en verwerken van de in<br />

punt b) van dit artikel genoemde afvalstoffen zullen desnoods via de rechtbank<br />

teruggevorderd worden van de persoon die de afvalstoffen achtergelaten heeft, de<br />

opdracht of toelating tot het achterlaten gegeven heeft of eigenaar van de afvalstoffen<br />

is.<br />

d) Het is verboden slijk, zand of vuilnis dat zich voor of nabij de woning bevindt op de<br />

straten, in de greppels of in de rioolputten te vegen. Het is tevens verboden via de<br />

rioolputten of op enige andere wijze afvalstoffen in de riolering te brengen die een<br />

verstopping kunnen veroorzaken of die schadelijk kunnen zijn voor de openbare<br />

gezondheid en het leefmilieu zoals bijvoorbeeld vetten en derivaten van petroleum.<br />

Art. 2.5.2.5.<br />

Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om het even<br />

welke huishoudelijke afvalstoffen te verbranden, zowel in open lucht als in gebouwen,<br />

behoudens wanneer het gaat om plantaardige afvalstoffen, afkomstig van het onderhoud van<br />

de eigen tuin of van eigen bedrijfslandbouwkundige werkzaamheden en dit volgens de<br />

geldende reglementen.<br />

Art. 2.5.2.6.<br />

a) De huishoudelijke afvalstoffen mogen slechts na 20.00 uur van de dag voorafgaand<br />

van de dag waarop de ophaling van de afvalstoffen zal plaatsvinden buitengeplaatst<br />

worden.<br />

b) Het voorgeschreven recipiënt moet door de inwoners aan de rand van de openbare<br />

weg en voor betrokken perceel aangeboden worden, zonder evenwel het verkeer van<br />

voertuigen, fietsers en voetgangers te hinderen. De inwoners van wegen, plaatsen of<br />

stegen waar de wagens van de ophaaldienst niet door kunnen, of van woningen die<br />

afgelegen zijn van de openbare weg, moeten het voorgeschreven recipiënt neerzetten<br />

op de dichtst bij hun woning gelegen straathoek die wel bereikbaar is.<br />

c) De inwoners die recipiënten buitenzetten, zijn verantwoordelijk voor het eventueel<br />

uitspreiden van de inhoud ervan en staan zelf in voor het opruimen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 15/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


d) Het is verboden om langs de openbare weg staande recipiënten te openen, de inhoud<br />

ervan te ledigen, een gedeelte van de inhoud eruit te halen en/of te doorzoeken, met<br />

uitzondering van het bevoegde personeel in de uitoefening van hun functie.<br />

e) De eventueel op de recipiënten aan te brengen opschriften of zelfklevers moeten bij<br />

het buitenplaatsen naar de openbare weg gericht worden.<br />

Art. 2.5.2.7.<br />

De uitbaters van drankautomaten, snackbars, frituren, ijssalons en meer algemeen alle<br />

uitbaters van inrichtingen die voedingswaren of dranken verkopen bestemd om buiten hun<br />

inrichting te gebruiken, dienen ervoor te zorgen dat behoorlijk en goed bereikbare<br />

afvalrecipiënten duidelijk zichtbaar zijn geplaatst. Zij dienen de recipiënten zelf tijdig te<br />

ledigen en de recipiënt, de standplaats en de onmiddellijke omgeving van hun inrichting rein<br />

te houden.<br />

Art. 2.5.2.8.<br />

Indien op het grondgebied van de gemeente een evenement plaatsvindt, dienen de<br />

organisatoren ervan in samenspraak met de gemeente de nodige acties te ondernemen om<br />

het afval te voorkomen en het afval selectief in te zamelen.<br />

Art. 2.5.2.9.<br />

a) Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te verdelen voor 7.00 uur en<br />

na 22.00 uur. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in<br />

leegstaande panden of ze achter te laten op andere plaatsen dan in de brievenbus.<br />

b) Door de gemeente wordt een zelfklever ter beschikking gesteld met de tekst “geen<br />

reclame drukwerk en geen gratis regionale pers a.u.b.”, die op de brievenbus kan<br />

worden gekleefd. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen<br />

in de brievenbussen die voorzien zijn van deze zelfklever.<br />

Art. 2.5.3. Selectieve inzameling van huisvuil en de gemengde fractie van het<br />

vergelijkbaar bedrijfsafval.<br />

Art. 2.5.3.1. Inzameling<br />

a) Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval wordt<br />

tweewekelijks huis-aan-huis opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de<br />

ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en Schepenen<br />

bepaalde dagen.<br />

b) Het herbruikbaar huisvuil kan aangeboden worden in het winkelkringloopcentrum<br />

waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten of op het containerpark.<br />

c) Huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval mogen niet worden<br />

meegegeven met het grofvuil of een andere selectieve inzameling, inclusief<br />

containerpark, andere dan deze van huisvuil en de gemengde fractie van het<br />

vergelijkbaar afval.<br />

Art. 2.5.3.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval moeten worden<br />

verpakt en dienen gescheiden te worden aangeboden in een daartoe door de<br />

gemeente ter beschikking gestelde (grijze) container van 40 l, 120 l, 240 l of 1100 l. De<br />

container dient zorgvuldig gesloten te worden.<br />

Gebouwen en/of gebouwencomplexen met meer dan 5 wooneenheden kunnen een<br />

1100 l container ter beschikking gesteld krijgen.<br />

b) Het gewicht van de container mag niet groter zijn dan:<br />

- 15 kg voor een container van 40 l.<br />

- 50 kg voor een container van 120 l.<br />

- 80 kg voor een container van 240 l.<br />

- 500 kg voor een container van 1100 l<br />

c) Per aansluitpunt en per ophaalbeurt mogen maximaal 2 containers huisvuil en/of<br />

gemengde fractie van het vergelijkbare bedrijfsafval aangeboden worden. Hiervan kan<br />

slechts om voldoende gemotiveerde redenen worden afgeweken.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 16/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


d) De container voor huisvuil / gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval, dient<br />

te worden aangeboden aan de rand van de openbare weg met het containerhandvat<br />

en de daarop aangebrachte zelfklever (met adresgegevens) gericht naar de openbare<br />

weg.<br />

Art. 2.5.3.3. Gebruik van de container<br />

a) De container wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze container blijft eigendom van de<br />

gemeente en wordt slechts aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van<br />

de ophaling van het huisvuil / gemengde fractie van vergelijkbaar afval.<br />

b) De gebruikers zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik van de<br />

container voor huisvuil / gemengde fractie van het vergelijkbaar afval. Onder deugdelijk<br />

gebruik wordt begrepen dat de huisvuilcontainer uitsluitend mag worden gebruikt voor<br />

de opslag van huisvuil / gemengde fractie van het vergelijkbaar afval en uitsluitend<br />

mag worden aangeboden op de wijze zoals voorzien in het artikel 2.5.3.2.<br />

c) Ingeval van schade, diefstal of verlies, dient de gebruiker de gemeente hiervan<br />

onverwijld in kennis te stellen met het oog op de herstelling of vervanging door een<br />

nieuwe container. De kosten van herstelling of vervanging door een nieuwe container<br />

kunnen door de eigenaar van de container verhaald worden op de gebruiker, in geval<br />

van oneigenlijk gebruik.<br />

d) De door nalatigheid of met opzet aangebrachte beschadiging van de container zal<br />

worden beboet met een boete ten bedrage van 10 maal het jaarlijkse bedrag voor de<br />

ter beschikkingstelling van de container, vermeerderd met een bedrag van 50 EUR<br />

voor administratieve en logistieke kost’.;<br />

e) De container dient verbonden te blijven aan het adres waar hij is geleverd. Ingeval van<br />

verhuis is het de gebruiker niet toegestaan om de container mee te nemen naar diens<br />

nieuw adres.<br />

f) Gezinnen of inrichtingen die ten gevolge van een verhuizing geen beschikking hebben<br />

over een container kunnen via EcoWerf bij de gemeente een container bekomen.<br />

Art. 2.5.4. Selectieve inzameling van grof huisvuil<br />

Art. 2.5.4.1. Inzameling<br />

a) Voor het verwijderen van grof huisvuil kunnen de inwoners van de gemeente terecht op<br />

het containerpark. Daarnaast kan het grof huisvuil verwijderd worden via huisaanhuisophalingen<br />

en dit vier maal per jaar op afroep langs de straten, wegen en<br />

pleinen waar de ophaling is ingericht.<br />

b) Het herbruikbaar grof huisvuil kan eveneens aangeboden worden aan het<br />

c) kringloopcentrum waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten of op het<br />

containerpark.<br />

d) Grofvuil mag niet worden meegegeven met het huisvuil of een andere inzameling,<br />

andere dan deze van grofvuil.<br />

Art. 2.5.4.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Het grof vuil moet – indien nodig – stevig samengebonden worden zodat het niet kan<br />

uiteenvallen. Het mag niet in vuilniszakken of andere plastic recipiënten, kartonnen<br />

dozen of papieren zakken worden aangeboden.<br />

b) Het grof vuil moet voorzien zijn van een sticker met de vermelding van de gemeente en<br />

“grof huisvuil”. Deze sticker moet op elk afzonderlijk voorwerp of op elke<br />

samengebonden bundel worden aangebracht. De stickers zijn verkrijgbaar bij de<br />

gemeente tegen een door de gemeenteraad te bepalen bedrag.<br />

c) Het gewicht van één afzonderlijk voorwerp of samengebonden bundel mag niet hoger<br />

zijn dan 40 kg. Het grof vuil mag geen lengte, oppervlakte of volume hebben dat groter<br />

is dan respectievelijk 2 meter, 2 meter op 1 meter en 1m³.<br />

d) Alle voorwerpen moeten zodanig verpakt worden dat ze geen gevaar kunnen<br />

opleveren voor de ophalers van de afvalstoffen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 17/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


e) Het grof vuil moet aangeboden worden in vaste vorm zonder vrije vloeistof en moet<br />

verkleinbaar zijn met een breekinstallatie.<br />

Recipiënten onder druk evenals poedervormige materialen die stofexplosies kunnen<br />

veroorzaken worden niet aanvaard.<br />

Art. 2.5.5. Selectieve inzameling van glas<br />

Art. 2.5.5.1. Inzameling<br />

a) Voor het verwijderen van hol glas en vlak glas kunnen de inwoners van de gemeente<br />

terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan hol glas ook verwijderd<br />

worden via glascontainers die op verschillende plaatsen in de gemeente geplaatst zijn.<br />

Het gebruik van de glascontainers is uitsluitend voorbehouden aan de inwoners van de<br />

gemeente.<br />

b) Glas mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grofvuil of een andere<br />

selectieve ophaalmethode, dan omschreven in de vorige paragraaf.<br />

Art. 2.5.5.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Hol glas dat via glascontainers, die op verschillende plaatsen in de gemeente geplaatst<br />

zijn, verwijderd wordt, moet afhankelijk van de kleur in de daartoe voorziene<br />

glascontainers gedeponeerd worden.<br />

b) Alle glazen voorwerpen dienen bij de aanbieding ontdaan te zijn van deksels, stoppen<br />

en omwikkelingen en dienen leeg en voldoende gereinigd te zijn.<br />

Porselein en aardewerk mogen in geen geval aangeboden worden bij de selectieve<br />

inzameling van glas.<br />

Art. 2.5.5.3.<br />

a) Het storten in de glascontainers van om het even welke andere afvalstof dan glas, is<br />

verboden. Het is verboden om naast de glascontainers lege of volle dozen, kratten,<br />

zakken, glas of andere voorwerpen achter te laten.<br />

b) Het is verboden glas te storten in de glascontainers tussen 22.00 en 07.00 uur.<br />

c) Elke vorm van sluikreclame of informatie aangebracht op deze glasbakken is<br />

verboden.<br />

Art. 2.5.6. Selectieve inzameling van papier en karton<br />

Art. 2.5.6.1. Inzameling<br />

a) Voor het verwijderen van papier en karton kunnen de inwoners van de gemeente<br />

terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast wordt papier en karton ook<br />

verwijderd via maandelijks huis-aan-huis-ophalingen langs de straten, wegen en<br />

pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en<br />

Schepenen bepaalde dagen. Voor de ophalingen van papier en karton kan de<br />

gemeente beroep doen op de verenigingen volgens de voorwaarden zoals bepaald<br />

door het College van Burgemeester en Schepenen.<br />

b) Papier en karton mag niet worden meegegeven met het huisvuil, grofvuil of een andere<br />

selectieve ophaalmethode, dan omschreven in vorig punt. Het mag ook niet worden<br />

aangewend als recipiënt voor andere afvalstoffen.<br />

Art. 2.5.6.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Het papier en karton moet voor de huis-aan-huis-ophalingen bij voorkeur verpakt<br />

worden in kartonnen dozen of desgevallend samengebonden met natuurtouw worden<br />

aangeboden. Het papier en karton mag niet in een ander verpakkingsmateriaal dan<br />

papier of karton worden aangeboden.<br />

b) Het gewicht van één baal papier en karton mag niet hoger zijn dan 15 kg<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 18/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 2.5.7. Selectieve inzameling van klein gevaarlijk afval (KGA)<br />

Art. 2.5.7.1. Inzameling<br />

a) Het KGA wordt ingezameld via een inrichting voor het opslaan en sorteren van KGA<br />

aansluitend of behorend bij het containerpark tijdens de normale openingsuren<br />

b) KGA mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grof huisvuil of een<br />

andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in vorig punt.<br />

c) Bedrijfsafvalstoffen kunnen niet meegegeven worden met de ophalingen van het KGA.<br />

Bedrijfsafvalstoffen worden evenmin aanvaard als KGA bij de inzameling via de<br />

inrichting voor het opslaan en sorteren van KGA, aansluitend of behorend bij het<br />

containerpark.<br />

Art. 2.5.7.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Het KGA moet, tenzij het fysisch onmogelijk of niet aangewezen is, afzonderlijk van<br />

andere afvalstoffen worden aangeboden. Hiervoor stelt de gemeente per gezin een<br />

milieubox ter beschikking.<br />

b) Het achterlaten op het trottoir of op de openbare weg van de milieubox, bijvoorbeeld in<br />

afwachting van de huis-aan-huis-inzameling, is verboden.<br />

c) Het aangeboden KGA wordt zoveel mogelijk in de oorspronkelijke verpakking, inclusief<br />

buitenverpakking, aangeboden om de identificatie te vereenvoudigen en indien nodig<br />

brengt de voortbrenger zelf aanduidingen over de aard, de samenstelling en de<br />

eventuele gevaren van het KGA op de verpakking aan. Producten van verschillende<br />

aard mogen niet worden samengevoegd en tevens dient de verpakking van elk<br />

afzonderlijk product te worden aangepast om lekken of andere ongewenste effecten te<br />

voorkomen.<br />

d) De afgifte van KGA op het containerpark gebeurt in aanwezigheid en onder toezicht<br />

van een door de vergunninghouder aangesteld persoon. Deze aangestelde<br />

verantwoordelijke persoon heeft ten allen tijde het recht de persoon die het KGA<br />

aanbrengt te vragen zich kenbaar te maken als inwoner van de gemeente;<br />

e) Het KGA dat wordt aangeboden op het containerpark wordt door de parkwachter in de<br />

inrichting aansluitend bij het containerpark gedeponeerd. De aanbieder mag dit niet<br />

zelf doen.<br />

Dit geldt niet voor de motorolie of frituurolie en vetten die op een containerpark worden<br />

aangeboden, waar de aanbieder zelf deze soorten KGA in de daarvoor bestemde<br />

recipiënten dient over te gieten of te deponeren.<br />

Art. 2.5.7.2. Gebruik van de milieubox<br />

a) De milieubox is eigendom van het Vlaams Gewest en wordt slechts voor gebruik aan<br />

de gebruikers ter beschikking gesteld. De gebruikers zijn persoonlijk verantwoordelijk<br />

voor het gebruik van de milieubox dat dient te geschieden overeenkomstig de<br />

bepalingen dan dit reglement. Bijgevolg mogen alleen de afvalstoffen, vermeld in<br />

artikel 5.5.2.2. van het Besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997 tot<br />

vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en –beheer (VLAREA),<br />

worden aangeboden in de milieubox.<br />

b) De milieubox moet verbonden blijven aan het adres waar hij is afgeleverd. In geval van<br />

verhuizing is het de gebruiker niet toegestaan om de milieubox mee te nemen naar<br />

diens nieuw adres.<br />

Art. 2.5.8. Selectieve inzameling van groente-, fruit- en tuinafval (GFT) en organisch<br />

biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval<br />

Art. 2.5.8.1. Inzameling<br />

a) Het GFT-afval en organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval wordt om de twee<br />

weken opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op<br />

de door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen.<br />

b) Het GFT-afval en het organisch biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval mogen niet<br />

meegegeven worden met het huisvuil, het grofvuil of een andere selectieve<br />

ophaalmethode, inclusief containerpark, dan omschreven in de vorige paragraaf.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 19/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


c) Verontreinigd GFT en organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval worden niet<br />

aanvaard bij de selectieve inzameling.<br />

Art. 2.5.8.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Het GFT-afval en het organisch - biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval moeten<br />

afzonderlijk van andere afvalstoffen worden aangeboden in een daartoe door de<br />

gemeente ter beschikking gestelde (groene) “GFT-container” van 40 l, 120 l, 240l en<br />

1100 l. De container dient zorgvuldig gesloten te worden.<br />

Gebouwen en/of gebouwencomplexen met meer dan 5 wooneenheden kunnen een<br />

1100 l container ter beschikking krijgen<br />

b) Het gewicht van de container mag niet groter zijn dan:<br />

- 15 kg voor een container van 40 l.<br />

- 50 kg voor een container van 120 l.<br />

- 80 kg voor een container van 240 l.<br />

- 500 kg voor een container van 1100 l<br />

c) Per aansluitpunt en per ophaalbeurt mogen maximaal 2 containers GFT-afval en/of<br />

organisch – biologisch bedrijfsafval aangeboden worden. Hiervan kan slechts om<br />

voldoende gemotiveerde redenen worden afgeweken.<br />

d) De container voor GFT en/of organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, dient te<br />

worden aangeboden aan de rand van de openbare weg met het containerhandvat en<br />

de zelfklever (met adresgegevens) gericht naar de openbare weg.<br />

Art. 2.5.8.3. Gebruik van de GFT-container<br />

a) De GFT-container wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze G.FT.-container blijft<br />

eigendom van de gemeente en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter<br />

beschikking gesteld voor de duur van de GFT-ophaling en/of ophaling van organisch –<br />

biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.<br />

b) De gebruikers zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik van de<br />

GFT-container. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de GFT-container<br />

uitsluitend mag gebruikt worden voor de opslag van GFT-afval en organisch –<br />

biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval en uitsluitend mag worden aangeboden op de<br />

wijze zoals voorzien in artikel 2.5.8.2. van dit reglement.<br />

c) In geval van schade, diefstal of verlies dient de gebruiker de gemeente hiervan<br />

onverwijld in kennis te stellen met het oog op de herstelling of de vervanging door een<br />

nieuwe GFT-container. De kosten van herstelling of vervanging kunnen door de<br />

eigenaar van de GFT-container verhaald worden op de gebruiker, in geval van<br />

oneigenlijk gebruik.<br />

d) De door nalatigheid of met opzet aangebrachte beschadiging van de container zal<br />

worden beboet met een boete ten bedrage van 10 maal het jaarlijkse bedrag voor de<br />

ter beschikkingstelling van de container, vermeerderd met een bedrag van 50 EUR<br />

voor administratieve en logistieke kost’.<br />

e) De GFT-container dient verbonden te blijven aan het adres waar hij is geleverd.<br />

Ingeval van verhuizing is het de gebruiker niet toegestaan om de GFT-container mee<br />

te nemen naar diens nieuw adres.<br />

f) Gezinnen of inrichtingen die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de<br />

gemeente geen beschikking hebben over een GFT-container kunnen via EcoWerf bij<br />

de gemeente een GFT-container bekomen.<br />

Art. 2.5.9. Selectieve inzameling van plastiek, metaal en drankkartons (PMD)<br />

Art. 2.5.9.1. Inzameling<br />

a) Voor het verwijderen van PMD kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het<br />

gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan het PMD ook verwijderd worden via<br />

tweewekelijkse huis-aan-huis-ophalingen langs de straten, wegen en pleinen waar de<br />

ophaling is ingericht, op de door het College van burgemeester en Schepenen<br />

bepaalde dagen.<br />

b) PMD mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grofvuil of een andere<br />

selectieve ophaalmethode, dan omschreven in de vorige paragraaf.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 20/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 2.5.9.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Het PMD-afval moet aangeboden worden in speciaal daartoe bestemde kunststof<br />

zakken. Deze zakken zijn verkrijgbaar bij de gemeente tegen een door de<br />

gemeenteraad te bepalen bedrag.<br />

b) De verschillende fracties van het PMD-afval mogen gemengd in de daartoe bestemde<br />

zakken worden aangeboden.<br />

c) Het gewicht van één zak PMD-afval mag niet hoger zijn dan 10 kg en de zak moet<br />

volledig gesloten worden aangeboden.<br />

d) Het aangeboden PMD-afval mag niet worden meegegeven met het huisvuil, grofvuil of<br />

een andere selectieve inzameling, andere dan deze dan PMD –afval.<br />

e) Enkel de plastic- en metaalverpakkingen en drankkartons, zoals gedefinieerd in art.<br />

2.5.1 van dit reglement worden aanvaard. Alle aangeboden kartonnen<br />

drankverpakkingen moeten leeg, uitgespoeld en platgedrukt aangeboden worden.<br />

f) Op het containerpark dient de PMD eveneens te worden aangeboden in een PMD-zak.<br />

Art. 2.5.10. Selectieve inzameling van metalen gemengd<br />

Art. 2.5.10.1. Inzameling<br />

a) De “metalen gemengd” worden op afroep, opgehaald langs de straten, wegen en<br />

pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en<br />

Schepenen bepaalde dagen. Daarnaast kunnende “metalen gemengd” verwijderd<br />

worden via het gemeentelijk containerpark.<br />

b) Witgoed mag niet worden meegegeven met de “metalen gemengd”.<br />

c) “Metalen gemengd” mogen niet meegegeven worden met het huisvuil, grofvuil of een<br />

andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in punt a van dit artikel.<br />

d) De afvalstoffen van ambachtelijke en handelsactiviteiten kunnen niet meegegeven<br />

worden met de ophaling van “metalen gemengd”.<br />

Art. 2.5.10.2. Wijze van aanbieding<br />

a) De “metalen gemengd” moeten los worden aangeboden en mogen niet worden verpakt<br />

in vuilniszakken, kartonnen dozen of papieren zakken.<br />

b) De “metalen gemengd” moeten voorzien zijn van een sticker met de vermelding van de<br />

gemeente en “grof huisvuil”. Deze sticker moet op elk afzonderlijk voorwerp of op elke<br />

samengebonden bundel worden aangebracht. De stickers zijn verkrijgbaar bij de<br />

gemeente tegen een door de gemeenteraad te bepalen bedrag.<br />

c) Het gewicht van één afzonderlijk voorwerp of samengebonden bundel mag niet hoger<br />

zijn dan 30 kg. Het oude metaal mag geen lengte, oppervlakte of volume hebben dat<br />

groter is dan resp. 2 meter, 2 meter op 1 meter en 1 m³.<br />

d) Alle voorwerpen moeten zodanig verpakt worden dat ze geen gevaar opleveren voor<br />

de ophalers van de afvalstoffen.<br />

Art. 2.5.11. Groenafval<br />

Art. 2.5.11.1. Inzameling<br />

a) Voor het verwijderen van groenafval kunnen de inwoners van de gemeente terecht op<br />

het gemeentelijk containerpark.<br />

b) Groenafval mag niet worden meegegeven met het huisvuil, grofvuil of een andere<br />

selectieve ophaalmethode dan omschreven in de voorgaande paragraaf.<br />

c) Verontreinigd groenafval wordt niet aanvaard bij de selectieve inzameling.<br />

Art. 2.5.11.2. Wijze van aanbieding<br />

a) Alleen houtgewas komt voor snoeihout in aanmerking, dus geen rietstengels en<br />

snoeisel van hagen en coniferen, houten meubelen, oude planken….<br />

Art. 2.5.12. Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur (AEEA) en<br />

herbruikbare goederen<br />

Art. 2.5.12.1. Inzameling<br />

a) Voor de inzameling van AEEA (afgedankte elektrische en elektronische apparaten) kan<br />

een beroep gedaan worden op het door de administrateur van de OVAM erkend<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 21/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


kringloopcentrum Hageland met als telefoonnummer 016-82 46 91. Deze inzameling<br />

kan gebeuren op aanvraag van de aanbieder. Daarnaast kan het AEEA verwijderd<br />

worden via het gemeentelijk containerpark.<br />

b) Vanaf 1 juli 1999 mag het AEEA niet meer meegegeven worden met het huisvuil,<br />

grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in punt a van dit<br />

artikel.<br />

Art. 2.5.12.2.<br />

a) Herbruikbare goederen die niet behoren tot het AEEA worden eveneens ingezameld<br />

door het kringloopcentrum, werkzaam in de gemeente. Het staat het kringloopcentrum<br />

vrij om aangeboden herbruikbare goederen te weigeren indien deze niet dienstig zijn<br />

voor het kringloopcentrum. In dit geval mogen de door het kringloopcentrum<br />

geweigerde herbruikbare goederen meegegeven worden met het huisvuil, grof vuil of<br />

metalen gemengd.<br />

b) Herbruikbare goederen mogen niet meegegeven worden met een andere selectieve<br />

ophaalmethode dan omschreven in punt a van dit artikel.<br />

Art. 2.5.12.3.<br />

a) Voor het verwijderen van textiel kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het<br />

gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan textiel ook verwijderd worden via<br />

textielcontainers die op verschillende plaatsen in de gemeente geplaatst zijn.<br />

b) Textiel mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grofvuil of een andere<br />

selectieve ophaalmethode, dan omschreven in de vorige paragraaf.<br />

c) De inzameling van textiel zoals beschreven in punt a is enkel bedoeld voor<br />

herbruikbaar huishoudelijk textielafval, alle kledij (textiel en lederwaren), schoeisel,<br />

handtassen, beddengoed, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen tafelkleden,<br />

servetten), lompen, … . Vuile en besmeurde kleding, spullen die onder verf of olie<br />

zitten, groezelige tapijten, alle andere afval horen hier niet thuis.<br />

Art. 2.5.12.4. Wijze van aanbieding<br />

a) Inzameling van textiel via textielcontainers en via het gemeentelijk containerpark<br />

b) De inzameling van textiel via textielcontainers gebeurt door erkende textielinzamelaars,<br />

erkend door OVAM waarmee de gemeente een schriftelijke overeenkomst afsluit.<br />

c) Dit geldt voor alle textielcontainers op gemeentelijk grondgebied en op private<br />

terreinen, dus ook voor de inzameling van textiel via het gemeentelijk containerpark.<br />

d) Het storten in de textielcontainers van om het even welke andere afvalstof dan textiel,<br />

is verboden. Het is verboden om naast de textielcontainers lege of volle dozen, kratten<br />

of andere voorwerpen achter te laten, sluikstorten en/of storten van ander afval in de<br />

containers zal bestraft worden<br />

e) Elke vorm van sluikreclame of informatie aangebracht op deze textielcontainers is<br />

verboden.<br />

Art. 2.5.13. Gebruik van het containerpark<br />

Art. 2.5.13.1.<br />

-<br />

-<br />

-<br />

-<br />

! "#<br />

$<br />

"% $ "<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 22/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 2.5.13.2.<br />

Art. 2.5.13.3.<br />

Art. 2.5.13.4.<br />

Art. 2.5.13.5.<br />

%<br />

"<br />

"&"'(" ! ) *<br />

"<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 23/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010<br />

) *<br />

"<br />

Art. 2.5.14. Slotbepaling<br />

a) Gemeenschappelijke bepalingen voor de op te halen fracties:<br />

- Afvalstoffen mogen slechts van de dag voorafgaand aan de dag waarop de<br />

ophaling zal plaatsvinden, aan de rand van de weg worden geplaatst.<br />

- De afvalstoffen moeten door de inwoners geplaatst worden aan de rand van de<br />

openbare weg en voor het betrokken perceel, zonder evenwel het verkeer van<br />

voertuigen, fietsers en voetgangers te hinderen. De inwoners van wegen,<br />

plaatsen of stegen waar de wagens van de ophaaldiensten niet door kunnen, of<br />

van woningen die afgelegen zijn van de openbare weg, moeten hun afvalstoffen<br />

neerzetten op de dichtst bij hun woning gelegen straathoek die wel bereikbaar is.<br />

- Scherpe voorwerpen moeten extra verpakt worden zodat ze geen gevaar kunnen<br />

opleveren voor de ophalers van afvalstoffen alvorens te worden meegegeven.<br />

- De inwoners die de afvalstoffen buiten zetten zijn verantwoordelijk voor het<br />

eventueel uitspreiden van de inhoud ervan en staan zelf in voor het opruimen.<br />

Indien de gemeentelijke diensten instaan voor de opruiming worden de kosten<br />

doorgerekend aan de overtreder.<br />

- Afvalstoffen die worden aangeboden op een wijze die niet voldoet aan de<br />

voorwaarden worden niet meegenomen. De aanbieder moet dit afval nog<br />

dezelfde dag van de openbare weg verwijderen.<br />

- Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk gesteld worden voor het<br />

verkeerdelijk meenemen van de voorwerpen die zich toevallig langsheen de<br />

openbare weg bevinden op het ogenblik van de ophaling.<br />

b) Dit gemeentelijk politiereglement is geldig, onverminderd de bepalingen van het besluit<br />

van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen<br />

inzake milieuhygiëne.<br />

c) De inbreuken op dit reglement worden gestraft met politiestraffen, voor zover wetten,<br />

decreten, algemene of provinciale verordeningen, op dit vlak geen andere straffen<br />

voorzien. Indien een persoon heeft nagelaten de gebods- en verbodsbepalingen hem<br />

opgelegd krachtens de artikelen van afdeling 2.5. van dit reglement na te leven, zal de<br />

gemeente op diens kosten, vermeerderd met administratieve kosten, overgaan tot<br />

herstel van beschadigde goederen of ambtshalve verwijdering van de gestorte<br />

goederen, nadat hij binnen de maand na een schriftelijke waarschuwing van de<br />

"<br />

"


gemeente niet heeft gereageerd. De overtreder heeft geen recht op enige<br />

schadevergoeding.<br />

d) Dit reglement zal bekend gemaakt worden overeenkomstig artikel 112 en 114 van de<br />

Nieuwe Gemeentewet.<br />

e) Een eensluidend afschrift van dit reglement zal in drievoud worden overgezonden aan<br />

de heer gouverneur voor kennisgeving aan de bestendige deputatie en conform artikel<br />

119 van de nieuwe gemeentewet aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg,<br />

aan de griffie van de politierechtbank. Ter kennisgeving zal eveneens een afschrift<br />

worden toegezonden aan OVAM en het bestuur milieu-inspectie (Aminal).<br />

Hoofdstuk 3 : De openbare rust en de openbare orde<br />

Afdeling 3.1: Manifestaties en samenscholingen op de openbare weg<br />

Art. 3.1.1.<br />

Behoudens schriftelijke toelating van de burgemeester is het verboden in openlucht<br />

openbare samenkomsten of manifestaties te organiseren. De houders van deze toelating<br />

zijn verplicht zich te schikken naar de opgelegde voorwaarden.<br />

Art. 3.1.2.<br />

De deelnemers aan openbare manifestaties of samenkomsten moeten zich schikken naar de<br />

bevelen van de lokale politie.<br />

Art. 3.1.3.<br />

a) Bovenvermelde toelating moet schriftelijk door de organisatoren worden aangevraagd<br />

aan de burgemeester, minstens 8 weken voorafgaand aan de manifestatie.<br />

b) Deze aanvraag moet navolgende gegevens bevatten:<br />

a) de volledige identiteit van 1 van de organiserende personen, en voor jeugdfuiven<br />

dezelfde gegevens van drie verantwoordelijken die meerderjarig zijn;<br />

b) het adres of de plaats waar de manifestatie zal plaatsvinden;<br />

c) de datum en uur van aanvang en de verwachte duur van het evenement;<br />

d) het te verwachten aantal deelnemers.<br />

Art. 3.1.4. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 3.1.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR .<br />

Afdeling 3.2: De openbare rust in de openbare plaatsen<br />

Art. 3.2.1.<br />

De reglementen van inwendige orde en tucht van de openbare gebouwen en plaatsen<br />

moeten stipt worden nageleefd.<br />

Art. 3.2.2.<br />

In geval van oproer, samenscholing, of andere onvoorziene omstandigheden of<br />

gebeurtenissen, wanneer het geringste uitstel, ofwel schade voor de ingezetenen zou<br />

kunnen veroorzaken ofwel van die aard zou zijn dat ze de rust van de bewoners zou<br />

verstoren, kan de burgemeester bijzondere maatregelen treffen inzake het sluiten van de<br />

openbare plaatsen zoals cafés, hotels, spijshuizen, bars, dancings en alle voor het publiek<br />

toegankelijke plaatsen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 24/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 3.2.3.<br />

De burgemeester kan de sluiting voorschrijven, voor een onbepaalde tijd, van al de huizen<br />

die bezocht worden door personen die zich openbaar of heimelijk aan de ontucht prijsgeven<br />

of waar de minderjarigen tot ontucht worden aangezet.<br />

Art. 3.2.4.<br />

Onverminderd de wetgeving op de kansspelen is het verboden zonder uitdrukkelijke toelating<br />

van het college van burgemeester en schepenen, toestellen te plaatsen waarvan de uitbater<br />

aan de gebruikers een winst voorschotelt bij het slagen van een proef die geheel of<br />

gedeeltelijk afhangt van speeltoestellen.<br />

Art. 3.2.5. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 3.2.4. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximum 250,00 EUR;<br />

Afdeling 3.3: Fuiven, bals en optredens<br />

Art. 3.3.1.<br />

Het is verboden op het grondgebied van de gemeente openbare fuiven, bals, optredens, ...<br />

te organiseren zonder voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester.<br />

De houders van deze toelating zijn verplicht zich te schikken naar de opgelegde<br />

voorwaarden.<br />

Art. 3.3.2.<br />

a) Bovenvermelde toelating moet schriftelijk door de organisatoren worden aangevraagd<br />

aan de burgemeester, minstens 8 weken voorafgaand aan de manifestatie.<br />

b) Deze aanvraag moet navolgende gegevens bevatten:<br />

- de volledige identiteit van 1 van de organiserende personen, en voor jeugdfuiven<br />

dezelfde gegevens van drie verantwoordelijken die meerderjarig zijn;<br />

- het adres of de plaats waar de manifestatie zal plaatsvinden;<br />

- de datum en uur van aanvang en de verwachte duur van het evenement;<br />

- het te verwachten aantal deelnemers;<br />

- naam en adres van tenminste twee stewards (intern of extern) moeten bij de<br />

aanvraag doorgegeven worden samen met een attest van goed zedelijk gedrag<br />

indien deze mensen buiten de politiezone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw woonachtig<br />

zijn.<br />

Er moet aangetoond worden dat er telefonisch contact mogelijk is tussen de<br />

stewards en de politiediensten;<br />

- een afschrift van de verzekering inzake burgerlijke aansprakelijkheid voor het<br />

aangevraagde evenement.<br />

Art. 3.3.3.<br />

De inrichters van de fuiven moeten de dranken serveren in plastieken bekers. De verkoop<br />

van dranken in glazen, in glazen flessen of in bakken is verboden, evenals het verkopen of<br />

aanbieden van sterke dranken.<br />

De burgemeester kan op verzoek een afwijking toestaan.<br />

Art. 3.3.4. Taakomschrijving stewards<br />

- De stewards hebben tot taak actief en zichtbaar sociale controle uit te oefenen en dit<br />

voornamelijk in de buitenomgeving van de locatie waar het evenement plaatsvindt. Hun<br />

kledij moet minimaal herkenbaar zijn.<br />

- De stewards hebben geen politionele bevoegdheid.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 25/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


- Hun eerste taak bestaat erin erop toe te zien dat geen dranken geserveerd of verbruikt<br />

worden op de openbare weg, buiten de fuifzaal of buiten het terrein van een<br />

openluchtevenement, dat ramen en deuren tijdig worden gesloten en dat zowel bij<br />

gesloten als bij open ramen en/of deuren de muziek uit de zaal niet luider klinkt dan<br />

bepaald in hoofdstuk 4 van dit politiereglement.<br />

- Het tweede aspect van hun taak richt zich tot het uitgaand publiek. De stewards spreken<br />

mensen aan die zich te buiten gaan aan elke vorm van gedrag die overlast betekent voor<br />

de buurtbewoners.<br />

- Wanneer zij moeilijkheden ondervinden bij de uitvoering van hun taak nemen zij dadelijk<br />

contact op met de politiediensten. De stewards vermijden dat hun tussenkomsten<br />

escaleren. Bovendien verwittigen zij altijd de politiediensten bij strafrechterlijke feiten.<br />

Art. 3.3.5. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 3.3.1. - art. 3.3.2. a) - 3.3.3.overtreedt wordt<br />

bestraft met een administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00<br />

EUR.<br />

Afdeling 3.4: Allerlei publiciteit en verkiezingspropaganda op of langs de<br />

openbare wegen<br />

Art. 3.4.1.<br />

Publiciteit op of langs de openbare wegen gebeurt enkel op panelen, zuilen of ladderborden,<br />

geplaatst door het gemeentebestuur.<br />

Geen plakbrief, bericht, paneel, drukwerk of welk handschrift ook mag elders op het<br />

openbaar domein aangeplakt of aangebracht worden.<br />

Berichten betreffende verkopen zijn toegelaten op muren of deuren van de te verkopen<br />

eigendommen.<br />

Er wordt per paneel of zuil slechts één affiche per activiteit toegestaan.<br />

Het verven van teksten of tekeningen is eveneens verboden.<br />

Affiches worden evenmin aangebracht op ramen, deuren, rolluiken, muren enz. van<br />

leegstaande of verwaarloosde panden.<br />

Art. 3.4.2.<br />

Aanplakkingen zoals vermeld in art. 3.4.1. mogen slechts worden aangebracht mits<br />

duidelijke vermelding van de naam van de verantwoordelijke, zijn adres en telefoonnummer.<br />

Art. 3.4.3.<br />

Benevens de daartoe bevoegde ambtenaren van andere overheden, zullen de<br />

gemeentediensten en de lokale politie ambtshalve alle publiciteit verwijderen die ten<br />

onrechte werd aangebracht. De aanbrengers, de inrichters of de uitgevers van deze<br />

publiciteit moeten de gemaakte opruimingskosten, conform de bepalingen van het vigerende<br />

retributiereglement voor uitvoering van werken voor derden, betalen.<br />

De verwijderde publiciteit moet binnen de 10 dagen zijn afgehaald in de gemeenteloods.<br />

Art. 3.4.4.<br />

Het is verboden stukken die rechtmatig aangeplakt zijn, met uitzondering van de activiteiten<br />

die reeds voorbij zijn, te beschadigen, af te scheuren, te bevuilen, onleesbaar te maken of te<br />

overplakken.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 26/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 3.4.5.<br />

Bordjes met affiches, voor de aankondiging van een manifestatie of een evenement op privéterrein<br />

mogen niet geplaatst worden op een manier waardoor de verkeers- en<br />

signalisatieborden niet meer zichtbaar zijn en/of het zicht van de weggebruiker wordt<br />

belemmerd (vooral in bochten en op kruispunten). Op deze borden moet steeds de<br />

verantwoordelijke uitgever vermeld staan.<br />

Art. 3.4.6.<br />

a) Het is verboden alle politieke en verkiezingspropaganda op de panelen, zuilen of<br />

ladderborden, geplaatst door de gemeente aan te brengen, met uitzondering van de borden<br />

die hiertoe speciaal door de gemeente geplaatst worden naar aanleiding van verkiezingen.<br />

b) Het is niet toegestaan allerlei publiciteit of verkiezingspropaganda op de straat te gooien.<br />

Art. 3.4.7.<br />

Autocaravanen, het rondrijden met wagens voorzien van een geluidsinstallatie en andere<br />

manieren van publiciteit (zoals spandoeken, enz.) is onderworpen aan een toelating van de<br />

burgemeester.<br />

Art. 3.4.8. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 3.4.1. - 3.4.2. - 3.4.4. - 3.4.5. – 3.4.6. a) - 3.4.6.<br />

b) - 3.4.7. overtreedt wordt bestraft met een administratieve geldboete tussen minimum<br />

62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Afdeling 3.5: Identificatie van personen<br />

Art. 3.5.1.<br />

Voor de toepassing van dit reglement wordt onder het gelaat verstaan: “het voorhoofd, de<br />

wangen, de ogen, de neus en de kin”.<br />

Art. 3.5.2.<br />

Behoudens andersluidende wettelijke of reglementaire bepalingen of behoudens schriftelijke<br />

en voorafgaande gemotiveerde toelating van de burgemeester, is het verboden op het<br />

openbaar en het privaat domein van de overheid het gelaat volledig te bedekken zodanig dat<br />

de identificatie van de persoon onmogelijk is.<br />

Het in het voorgaande lid voorziene verbod geldt niet voor activiteiten met commerciële<br />

doeleinden en culturele en sportieve manifestaties die de burgemeester bepaalt, zoals bv.<br />

carnaval, processies, georganiseerde stoeten, sinterklaas, kerstman e.a..<br />

Afdeling 3.6: De kermissen<br />

Afdeling 3.6: De kermissen<br />

AFDELING 3.6.1. Organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in<br />

kermisgastronomie op openbare kermissen<br />

Artikel 3.6.1.1. Toepassingsgebied<br />

Als kermis wordt beschouwd elke manifestatie ingericht of voorafgaand toegelaten door de<br />

gemeente <strong>Linter</strong> om, op vastgestelde plaatsen en tijdstippen, de uitbaters van<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 27/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie, die er producten of diensten aan<br />

de consument verkopen, samen te brengen.<br />

Als kermisactiviteit wordt beschouwd elke verkoop, te koop aanbieding of uitstalling met het<br />

oog op de verkoop van diensten aan de consument in het kader van de uitbating van<br />

kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie.<br />

Dit reglement is niet van toepassing op pretparken, op kermissen georganiseerd op privédomein,<br />

noch op vaste kermisattracties.<br />

Art. 3.6.1.2. Gegevens van openbare kermissen (wet art. 8 §2)<br />

De stad <strong>Linter</strong> richt op het openbaar domein volgende openbare kermissen in:<br />

Wommersom: 2de en 3de zondag van juni + 1ste en 2de zondag van oktober<br />

Drieslinter: 2 eerste zondagen van mei + 2 laatste zondagen van augustus<br />

Neerlinter: 2 laatste zondagen van april + 2 eerste zondagen van augustus<br />

Neerlinter(Heide): zondag vóór en na 21 juli + zondag vóór en na 13 december<br />

Orsmaal-Gussenhoven: 1ste en 2de zondag na 15 augustus + 2de en 3de zondag van<br />

september<br />

Overhespen: 3de zondag van januari + 2de zondag van juli<br />

Melkwezer: 1ste en 2de zondag na Pinksteren + zondag vóór en na 1 december<br />

Neerhespen: 3de en 4de zondag van mei + 4de zondag van september (+ volgende zondag)<br />

De gemeenteraad geeft volmacht aan het College van Burgemeester en Schepenen om het<br />

plan van de standplaatsen op te stellen.<br />

De gemeenteraad geeft volmacht aan het College van Burgemeester en Schepenen om de<br />

data voor de kermissen te bepalen.<br />

De standplaatsen op voornoemde kermissen mogen ingenomen worden vanaf dinsdag voor<br />

de aanvang van de kermis vanaf 20u tot maandag na de kermis te 20u.<br />

Artikel 3.6.1.3. Voorwaarden inzake toewijzing standplaatsen<br />

De standplaatsen op een openbare kermis worden toegewezen:<br />

§1 Voor kermisattracties en vestigingen van kermisgastronomie met bediening aan tafel:<br />

- aan de houders van een “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten” voor eigen<br />

rekening<br />

- aan rechtspersonen door tussenkomst van de persoon verantwoordelijk voor hun<br />

dagelijks bestuur houder van de “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten”<br />

Bijkomende voorwaarden:<br />

De uitbater dient behoorlijk gedekt te zijn door verzekeringspolissen inzake<br />

burgerlijke aansprakelijkheid en tegen brandrisico’s. De uitbater aanvaardt de<br />

voorwaarden die vastgelegd zijn in het gemeentelijk reglement inzake brandveiligheid<br />

brandweerzone Landen-Tienen, goedgekeurd op de gemeenteraad van 25 februari<br />

2008.<br />

Wanneer het een kermisattractie met voortbeweging van personen, aangedreven<br />

door een niet-menselijke energiebron betreft, moet de attractie voldoen aan de<br />

bepalingen van artikel 10 van het KB van 18 juni 2003 betreffende de uitbating van<br />

kermistoestellen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 28/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


De uitbater moet het bewijs kunnen voorleggen dat de uitbating van de<br />

kermisattractie met dieren voldoet aan de reglementaire voorschriften betreffende<br />

deze materie.<br />

De uitbater moet het bewijs kunnen voorleggen dat de vestiging van<br />

kermisgastronomie met bediening aan tafel en de personen die er werkzaam zijn<br />

voldoen aan de reglementaire voorwaarden inzake volksgezondheid.<br />

§2 Voor vestigingen van kermisgastronomie zonder bediening aan tafel:<br />

aan de houders van een “machtiging als werkgever in ambulante activiteiten”voor<br />

eigen rekening<br />

aan rechtspersonen door tussenkomst van de persoon verantwoordelijk voor hun<br />

dagelijks bestuur houder van de “machtiging als werkgever in ambulante activiteiten”<br />

Bijkomende voorwaarden:<br />

De uitbater dient behoorlijk gedekt te zijn door verzekeringspolissen inzake<br />

burgerlijke aansprakelijkheid en tegen brandrisico’s. De uitbater aanvaardt de<br />

voorwaarden die vastgelegd zijn in het gemeentelijk reglement inzake brandveiligheid<br />

brandweerzone Landen-Tienen, goedgekeurd op de gemeenteraad van 25 februari<br />

2008.<br />

De uitbater moet het bewijs kunnen voorleggen dat de vestiging en de personen die<br />

er werkzaam zijn voldoen aan de reglementaire voorwaarden inzake<br />

volksgezondheid.<br />

Teneinde de diversiteit van het aanbod te waarborgen is het aantal standplaatsen per<br />

onderneming beperkt tot 3.<br />

Artikel 3.6.1.4. Verhouding abonnement – losse plaatsen<br />

De standplaatsen op de openbare kermissen worden toegewezen hetzij voor de duur van de<br />

kermis, hetzij per abonnement. Het abonnement is de regel.<br />

De toewijzing voor de duur van de kermis is mogelijk:<br />

- in geval van absolute noodzaak;<br />

- wanneer de verplichtingen onafscheidelijk zijn verbonden aan de hernieuwing van de<br />

kermis (bijvoorbeeld introductie van nieuwe attracties).<br />

De standplaatsen per abonnement worden toegewezen aan de uitbater die een zelfde<br />

standplaats op een abonnementsplaats heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende<br />

jaren. Voor de berekening van de termijn, worden de opeenvolgende jaren van verkrijging<br />

van de standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op<br />

voorwaarde dat er geen onderbreking was bij de overname.<br />

Het abonnement is enkel van toepassing op 1 soort kraam met dezelfde eigenaar. Als de<br />

eigenaar dus wisselt van een type kraam, kan er geen sprake zijn van een abonnement.<br />

De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van<br />

een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de<br />

persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats.<br />

Artikel 3.6.1.5.Toewijzingsregels voor standplaatsen op de openbare kermissen<br />

3.6.1.5.1. Vacature en kandidatuurstelling standplaats<br />

Wanneer een standplaats vrijkomt, zal de burgemeester of zijn afgevaardigde deze vacature<br />

bekend maken door publicatie van een kennisgeving op het gemeentelijke infobord en via de<br />

gemeentelijke website (www.linter.be).<br />

De kandidaturen worden ingediend volgens de voorschriften en binnen de termijn voorzien in<br />

de kennisgeving van de vacature en de gegevens bevatten die in de kennisgeving zijn<br />

opgesomd. Kandidaturen die hieraan niet voldoen, worden niet weerhouden.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 29/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


3.6.1.5.2. Onderzoek van de kandidaturen<br />

Voor de vergelijking van de kandidaturen onderzoekt de gemeente of voldaan is aan de<br />

voorwaarden inzake toewijzing vermeld in artikel 3.6.1.3. van dit reglement.<br />

De standplaatsen worden toegewezen op basis van één of meer van de volgende criteria:<br />

a) de aard van de attractie of van de vestiging;<br />

b) de technische specificaties van de attractie of van de vestiging;<br />

c) de graad van veiligheid van de attractie of van de vestiging;<br />

d) de aantrekkingskracht van de attractie of van de vestiging;<br />

e) de deskundigheid van de uitbater, van de «aangestelde - verantwoordelijken» en<br />

van het tewerkgesteld personeel;<br />

f) desgevallend, de nuttige ervaring;<br />

g) de ernst en het zedelijk gedrag van de kandidaat.<br />

In ieder geval moeten bij elke kandidatuur de volgende stukken en informatie gevoegd<br />

worden :<br />

1. machtiging kermisactiviteiten als werkgever en of machtiging kermisactiviteiten als<br />

aangestelde-verantwoordelijke<br />

2. een nog geldig afschrift van het keuringsattest voor de elektrische voorzieningen en<br />

bedrading door een erkend keuringsorganisme. Ook in geval de voeding van de<br />

elektriciteit van de attractie gebeurt door een motor-generatorgroep, dient een<br />

afschrift van het keuringsattest bijgevoegd te worden.<br />

3. voor de uitbatingen die met gasinstallaties werken , een afschrift van het<br />

keuringsattest voor de gascontrole door een erkend organisme.<br />

4. een afschrift van het keuringsattest door een daartoe erkend organisme van de<br />

brandblustoestellen die in de attractie aanwezig zijn.<br />

5. een kopie van het betalingsbewijs van het lopende jaar voor de verzekering<br />

burgerlijke aansprakelijkheid.<br />

6. een kopie van het betalingsbewijs van het lopende jaar voor de brandverzekering.<br />

Het openen van de kandidaturen, hun vergelijkend onderzoek, de controle van de<br />

voorwaarden en de gemotiveerde beslissing tot toewijzing van de standplaats worden<br />

opgenomen in een proces-verbaal.<br />

3.6.1.5.3. Bekendmaking van de toewijzing van de standplaats<br />

De gemeente deelt zowel aan de kandidaat die de standplaats toegewezen kreeg als aan<br />

elke niet weerhouden kandidaat de beslissing die hem aanbelangt mee:<br />

hetzij bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding,<br />

hetzij bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding,<br />

hetzij per duurzame drager (fax of e-mail) met ontvangstmelding.<br />

Artikel 3.6.1.6. Het register of plan van de toegewezen standplaatsen<br />

Een plan of register wordt bijgehouden waarin voor elke toegewezen standplaats vermeld<br />

staat:<br />

a) de situering van de standplaats;<br />

b) de toewijzingsmodaliteiten van de standplaats;<br />

c) de duur van het gebruiksrecht of het abonnement;<br />

d) de naam, voornaam, adres van de persoon aan wie of door tussenkomst van wie<br />

de standplaats toegewezen werd;<br />

e) desgevallend, het maatschappelijk doel van de rechtspersoon aan wie de<br />

standplaats<br />

f) toegewezen werd en het adres van haar maatschappelijke zetel;<br />

g) het ondernemingsnummer;<br />

h) de aard van de attractie of van de vestiging die de standplaats inneemt of die op<br />

de standplaats toegelaten is;<br />

i) de prijs van de standplaats behalve wanneer deze uniform werd vastgesteld;<br />

j) desgevallend, de identificatie van de overlater en de datum van de overdracht.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 30/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Artikel 3.6.1.7. Spoedprocedure<br />

Indien, in de vijftien dagen voorafgaand aan de opening van de kermis, de standplaatsen<br />

vacant blijven,<br />

hetzij omdat zij niet konden worden toegewezen na afloop van de gewone procedure<br />

(cf. artikel 3.6.1.5. van dit reglement),<br />

hetzij omdat ze dit in die tussentijd zijn geworden,<br />

hetzij tengevolge van hun niet-bezetting resulterend uit de afwezigheid van hun<br />

houder,<br />

kan er worden voorzien in een spoedprocedure die als volgt is bepaald:<br />

1e de gemeente raadpleegt de door hem gekozen kandidaten. Hij richt zich, in de<br />

mate van het mogelijke, tot verscheidene kandidaten per voorziene standplaats;<br />

2e de kandidaturen worden ingediend hetzij per duurzame drager tegen<br />

ontvangstbewijs, hetzij schriftelijk tegen ontvangstbewijs;<br />

3e de gemeente gaat over tot de toewijzing van de standplaatsen overeenkomstig<br />

de bepalingen opgenomen in artikel 3.6.1.5.2, eerste en tweede lid van dit<br />

reglement;<br />

4e hij stelt een proces-verbaal op dat per vacature of onbezette standplaats de<br />

kandidaten vermeldt die hun kandidatuur hebben ingediend;<br />

5e indien meerdere kandidaten naar eenzelfde standplaats dingen, geeft hij in het<br />

proces-verbaal de motivatie van zijn keuze aan;<br />

6e hij deelt aan iedere kandidaat, hetzij bij ter post aangetekend schrijven met<br />

ontvangstmelding, hetzij bij persoonlijk overhandigde brief tegen<br />

ontvangstmelding, hetzij per duurzame drager (bijv. fax of e-mail) met<br />

ontvangstmelding, de beslissing mede die hem aanbelangt.<br />

Het plaatsen van uitbaters van kermisattracties of vestigingen waaraan een standplaats werd<br />

toegewezen op basis van de spoedprocedure, kan leiden tot aanpassingen aan het plan van<br />

de kermis, voor zover deze beperkt blijven en nauwkeurig worden gemotiveerd door de<br />

technische noodzakelijkheden van de toevoeging van de nieuwkomers op het kermisterrein.<br />

De aanpassingen zullen onderworpen worden aan de goedkeuring van de eerstvolgende<br />

gemeenteraad of college van burgemeester en schepenen, al naargelang het geval.<br />

Artikel 3.6.1.8. Duur abonnement<br />

Het abonnement heeft een duur van vijf jaar.<br />

Na afloop wordt het stilzwijgend verlengd behalve in de gevallen bedoeld bij het opschorten<br />

(cf. artikel 3.6.1.9. van dit reglement) of het afstand doen van het abonnement (cf. artikel<br />

3.6.1.10. van dit reglement). Jaarlijks moet de abonnementshouder één maand voorafgaand<br />

aan de opening van de kermis de aanwezigheid van zijn attractie bevestigen en alle<br />

keuringsattesten conform art. 3.6.1.5.2 indienen .<br />

De houder van het abonnement kan, op gemotiveerd verzoek, het abonnement voor een<br />

kortere duur verkrijgen. Deze aanvraag wordt ingewilligd bij de stopzetting van de activiteiten<br />

aan het einde van de loopbaan.<br />

Indien zij omwille van andere motieven aangevraagd wordt, hangt ze af van de beoordeling<br />

van de burgemeester, van zijn afgevaardigde of van de concessionaris.<br />

Artikel 3.6.1.9. Opschorten abonnement<br />

De houder van het abonnement kan het abonnement opschorten wanneer:<br />

1e hij tijdelijk ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen:<br />

door ziekte of ongeval op grond van een medisch attest,<br />

door overmacht op een verantwoorde wijze aangetoond.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 31/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


De opschorting gaat in op de dertigste dag volgend op de bekendmaking van de<br />

ongeschiktheid en houdt op de dertigste dag volgend op de bekendmaking van het<br />

hernemen van de activiteiten.<br />

Indien de opschorting één jaar overschrijdt, moet zij minstens dertig dagen voor het begin<br />

van de kermis hernieuwd worden.<br />

2e hij over een abonnement beschikt voor een andere kermis die op hetzelfde ogenblik<br />

plaats heeft.<br />

De opschorting moet worden bekend gemaakt tenminste drie maanden voor de begindatum<br />

van de kermis. Zij mag geen drie opeenvolgende jaren overschrijden.<br />

De opschorting impliceert de opschorting van de wederzijdse verplichtingen die uit de<br />

overeenkomst voortkomen.<br />

De vraag tot opschorting dient te gebeuren:<br />

hetzij bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding;<br />

hetzij per duurzame drager met ontvangstmelding;<br />

hetzij bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding.<br />

Artikel 3.6.1.10. Afstand van het abonnement<br />

De houder van het abonnement kan van het abonnement afstand doen:<br />

bij de vervaldag van het abonnement, mits een opzegtermijn van tenminste drie<br />

maanden;<br />

bij de stopzetting van zijn activiteiten, mits een opzegtermijn van tenminste drie<br />

maanden.<br />

indien hij definitief ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen omwille van ziekte of<br />

ongeval op grond van een medisch attest, of door overmacht op een verantwoorde<br />

wijze aangetoond. De opzegging gaat in op de dertigste dag volgend op de<br />

bekendmaking van de ongeschiktheid.<br />

De houder kan een vervroegde beëindiging van zijn abonnement aanvragen voor<br />

andere motieven. De beslissing om gevolg aan deze aanvraag te geven hangt af van<br />

de beoordeling van de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris.<br />

De rechthebbenden van de natuurlijke persoon die voor eigen rekening zijn activiteit<br />

uitoefent, kunnen bij zijn overlijden, zonder vooropzeg, afstand doen van het<br />

abonnement waarvan hij de houder was.<br />

Artikel 3.6.1.11. Schorsing en opzegging van het abonnement<br />

De college van burgemeester en schepenen, zijn afgevaardigde of de concessionaris kan<br />

het abonnement intrekken of opschorten:<br />

1e hetzij omdat de titularis van de standplaats niet langer voldoet aan de wettelijke<br />

verplichtingen betreffende de uitoefening van kermisactiviteiten of aan deze die van<br />

toepassing zijn op de betrokken attractie of vestiging.<br />

2e hetzij bij overtreding van de bestaande politie- en milieureglementen nadat de houder van het<br />

abonnement door de gemeente werd aangemaand zich in regel te stellen<br />

3e om redenen vermeld in het gemeentelijk reglement:<br />

- de titularis van de standplaats exploiteert de standplaats niet of niet voor eigen rekening<br />

- de titularis van een standplaats heeft geen aanvang genomen met de opbouw van de<br />

attractie op de dag die door het college van burgemeester en schepenen zijn bepaald.<br />

Het college van burgemeester en schepenen of de concessionaris kunnen van<br />

rechtswege en zonder ingebrekestelling de titularis de toegang tot het kermisterrein<br />

ontzeggen.<br />

- indien na of tijdens de opbouw van de attractie bij controle blijkt dat het niet verantwoord<br />

is de attractie in kwestie op de kermis toe te laten (om veiligheidsredenen). De titularis<br />

van de standplaats is verplicht het kermisterrein te verlaten.<br />

- wegens de openbare orde - met of zonder optreden van de politie - of omdat de politie<br />

adviseert de toewijzing in te trekken wegens crimineel gedrag dat de openbare orde op<br />

de kermissen zou kunnen verstoren.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 32/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


- indien de uitbater , de “aangestelden-verantwoordelijken” en het tewerkgesteld personeel<br />

overduidelijk blijk geven van ondeskundigheid bij het uitoefenen van hun beroep<br />

In geval van intrekking kan het college van burgemeester en schepenen of de<br />

concessionaris de standplaats opnieuw toewijzen zonder dat de titularis van de standplaats<br />

hiervoor een schadevergoeding kan eisen.<br />

De intrekking van het abonnement gebeurt overeenkomstig de bepalingen vastgelegd in het<br />

gemeentelijk reglement.<br />

De beslissing tot schorsing wordt betekend bij een ter post aangetekend schrijven met<br />

ontvangstbewijs.<br />

Artikel 3.6.1.12. Overdracht standplaats<br />

De overdracht van een standplaats is toegelaten wanneer:<br />

1) de houder van een standplaats op een openbare kermis de uitbating van zijn<br />

attractie(s) of zijn vestiging(en) stopzet;<br />

2) de houder van een standplaats overlijdt. Zijn rechthebbenden kunnen zijn standplaats<br />

overlaten.<br />

In beide gevallen is overdracht slechts mogelijk op voorwaarde dat<br />

- de overnemer(s) de attractie(s) of vestiging(en) uitgebaat op de overgedragen<br />

standplaatsen overneemt;<br />

- de overnemer voldoet aan de voorwaarden tot het toewijzen van een standplaats op de<br />

kermis (cf. artikel 3.6.1.3. van dit reglement).<br />

- de gemeente vastgesteld heeft dat de overnemer voldoet aan de voorwaarden tot<br />

overdracht.<br />

Artikel 3.6.1.13. Inname standplaatsen<br />

3.6.1.13.1. De standplaatsen kermisattractie of vestiging van kermisgastronomie met<br />

bediening aan tafel kunnen ingenomen worden door:<br />

1) de personen aan wie standplaats toegewezen is (cf. art. 3.6.1.3. van dit reglement)<br />

en die houders zijn van de “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten”<br />

2) de verantwoordelijke van het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de<br />

standplaats is toegewezen, als hij houder is van de “machtiging als werkgever in<br />

kermisactiviteiten”<br />

3) de echtgenoot of echtgenote of wettelijk samenwonende van de natuurlijke persoon<br />

aan wie de standplaats werd toegewezen, als die houder is van de “machtiging als<br />

werkgever in kermisactiviteiten” voor de uitoefening van de kermisactiviteit voor eigen<br />

rekening<br />

4) de feitelijke vennoten van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd<br />

toegewezen, als die houders zijn van de “machtiging als werkgever in<br />

kermisactiviteiten” voor de uitoefening van de kermisactiviteit voor eigen rekening<br />

5) de personen die beschikken over de “machtiging als aangestelde-verantwoordelijke<br />

in kermisactiviteiten” die de kermisactiviteit uitoefenen voor rekening of in dienst van<br />

de personen bedoeld in 1) tot en met 4)<br />

6) aangestelden die de kermisactiviteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de<br />

personen bedoeld in 1) tot en met 4) onder het gezag en in aanwezigheid van deze of<br />

van een persoon bedoeld in 5)<br />

De personen bedoeld in 2) tot en met 5) kunnen deze standplaatsen innemen voor zover hun<br />

machtiging geldig is voor de attractie of vestiging die erop uitgebaat worden.<br />

Zij kunnen deze standplaatsen innemen buiten de aanwezigheid van de personen aan wie of<br />

door middel van wie ze werden toegewezen.<br />

3.6.1.13.2. De standplaatsen voor een ambulante activiteit in kermisgastronomie zonder<br />

bediening aan tafel kunnen ingenomen worden door:<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 33/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


1) de personen aan wie de standplaats toegewezen is (cf. art. 3 van dit reglement) en<br />

die houders zijn van de “machtiging als werkgever in ambulante activiteiten””<br />

2) de verantwoordelijke voor het dagelijks bestuur van een rechtspersoon, aan wie de<br />

standplaats is toegewezen, als hij houder is van een “machtiging als werkgever in<br />

ambulante activiteiten”<br />

3) de feitelijke venno(o)t(en) van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd<br />

toegewezen, als die houder is van een “machtiging als werkgever” voor de<br />

uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening;<br />

4) de echtgenoot of echtgenote en wettelijk samenwonende van de natuurlijke persoon<br />

aan wie de standplaats werd toegewezen, als die houder is van een “machtiging als<br />

werkgever” voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening;<br />

5) door de personen die beschikken over een “machtiging als aangestelde A” of een<br />

“machtiging als aangestelde B”, die een ambulante activiteit uitoefenen voor rekening<br />

of in dienst van de natuurlijke persoon of rechtspersoon bedoeld in 1) tot en met 4)<br />

6) door de personen vrijgesteld van de machtiging tot het uitoefenen van ambulante<br />

activiteiten in een vestiging ‘kermisgastronomie zonder bediening aan tafel’, in<br />

aanwezigheid en onder het gezag van de houder van de “machtiging ambulante<br />

activiteiten als werkgever” of van de houder van de “machtiging ambulante<br />

activiteiten als aangestelde A of B”<br />

De personen opgesomd in 2) tot en met 5) kunnen de standplaatsen innemen buiten de<br />

aanwezigheid van de personen aan wie of door middel van wie ze werden toegewezen.<br />

3.6.1.14. Inwendige orde<br />

1) De aankomst en het vertrek van de kramen moet aanvangen in de tijdspanne die<br />

wordt bepaald in artikel 3.6.1.2.<br />

2) Bij het opstellen van de kramen moeten de lege laadwagens onmiddellijk naar de<br />

voorziene parkeerplaats gebracht worden.<br />

3) Het is de foorkramers verboden schade toe te brengen aan de wegbedekking. Onder<br />

geen enkel voorwendsel mogen zij hun kraam vasthechten aan bomen,<br />

verlichtingstoestellen of verkeerstekens. Alle schade aan de foorplaats of het<br />

openbaar domein aangericht door de foorreiziger wordt onmiddellijk door een<br />

afgevaardigde van het gemeentebestuur vastgesteld en geschat en bekrachtigd door<br />

het college van burgemeester en schepenen, zonder verhaal van de foorreiziger, die<br />

deze schadeloosstelling onverwijld in de gemeentekas moet storten.<br />

4) De foorkramers moeten hun inrichting of kraam voorzien van tenminste één goed<br />

afsluitbare bak of zak bestemd voor papier of afval. Zij moeten aanhoudend waken<br />

over de reinheid van de openbare weg in de omgeving van hun standplaats en<br />

onmiddellijk alle papier of gelijk welk voorwerp door hun klanten op de grond<br />

achtergelaten, wegnemen.<br />

5) Na vertrek wordt het vuilnis door de foorkramers in officiële zakken van de gemeente<br />

geplaatst langs de openbare weg.<br />

6) Om 22.00 uur moet de muziek afgezet of getemperd worden. Om 23.00 uur gaan alle<br />

kramen dicht.<br />

7) Elke deelnemende foorinstelling moet in orde zijn met het gemeentelijk reglement<br />

inzake brandveiligheid .<br />

8) In elke kraam moet, goed zichtbaar aan de buitenkant, een bord worden aangebracht<br />

met vermelding van de naam van de uitbater en het telefoonnummer.<br />

9) Het gemeentebestuur heeft te allen tijde het recht bijkomende verplichtingen, die het<br />

nodig acht om de veiligheid en de goede orde op het foorterrein te verzekeren, aan<br />

de foorexploitanten op te leggen. Desnoods kan de kraam worden verwijderd zonder<br />

recht op schadevergoeding.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 34/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 3.6.1.15. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 3.6.1.14. 1) – 3.6.1.14. 2) – 3.6.1.14. 4) –<br />

3.6.1.14. 5) overtreedt wordt bestraft met een administratieve geldboete tussen minimum<br />

62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

AFDELING 3.6.2. Organisatie van kermisactiviteiten op het openbaar domein buiten openbare<br />

kermissen<br />

Artikel 3.6.2.1. Toepassingsgebied<br />

3.6.2.1.1. Op aanvraag van een kermisuitbater<br />

Eenieder die een standplaats wenst in te nemen op één of meerdere plaatsen van het<br />

openbaar domein buiten de openbare kermissen om een kermisattractie of vestiging van<br />

kermisgastronomie met bediening aan tafel uit te baten dient dit voorafgaand aan te vragen<br />

bij de gemeente.<br />

Deze aanvraag dient te gebeuren via standaardformulier.<br />

3.6.2.1.2. Vanuit de gemeente<br />

Wanneer de gemeente een standplaats op het openbaar domein wenst toe te kennen, wordt<br />

dezelfde procedure zoals omschreven in artikel 3.6.1.5. van Afdeling 3.6.1. van dit reglement<br />

gevolgd.<br />

Artikel 3.6.2.2. Voorwaarden inzake toewijzing en inname standplaatsen<br />

De personen die voldoen aan de voorwaarden tot het verkrijgen (cf. supra Afdeling 3.6.1.<br />

artikel 3.6.1.3.) en innemen van de standplaatsen op de openbare kermis (cf. supra Afdeling<br />

3.6.1. artikel 3.6.1.13.) kunnen standplaatsen op het openbaar domein verkrijgen en<br />

innemen.<br />

Artikel 3.6.2.3. Duur machtiging<br />

De machtiging wordt door de gemeente toegekend<br />

hetzij voor een bepaalde periode<br />

hetzij per abonnement<br />

Een abonnement kan toegekend worden van zodra de kermisuitbater een zelfde standplaats<br />

heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende jaren.<br />

Voor de berekening van de termijn, worden de opeenvolgende jaren van verkrijging van de<br />

standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op voorwaarde<br />

dat er geen onderbreking was bij de overname.<br />

De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van<br />

een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de<br />

persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats.<br />

AFDELING 3.6.3<br />

Artikel 3.6.3.1.(KB art. 24) Ambtenaar bevoegd voor de kermissen<br />

De personen belast met de praktische organisatie van de openbare kermissen en de<br />

kermisactiviteiten op het openbaar domein, hiertoe aangesteld door de burgemeester, zijn<br />

afgevaardigde of de concessionaris zijn gemachtigd om de documenten vermeld in Afdeling<br />

3.6.1., artikel 6.6.1.3. van dit reglement te controleren .<br />

Artikel 3.6.3.2. In werking treden reglement<br />

Dit reglement wordt binnen de maand na de aanneming ervan gestuurd naar de minister van<br />

Middenstand en treedt in werking op 01 mei 2010.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 35/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Afdeling 3.7: De markten<br />

Afdeling 3.7: De markten<br />

Organisatie van ambulante activiteiten op de openbare markten<br />

Art. 3.7.1. Plaats en dag van de markt<br />

Openbare markten, georganiseerd op het openbaar domein, mogen slechts georganiseerd<br />

worden op plaatsen, dagen en uren vastgesteld door het college van burgemeester en<br />

schepenen.<br />

Valt de marktdag op een feestdag, dan blijft deze behouden tenzij het college van<br />

burgemeester en schepenen er anders over beslist.<br />

Het college van burgemeester en schepenen kan beslissen om maximaal vijf maal per jaar af<br />

te wijken van de dagen en uren voor het houden van de openbare markt en dit voor speciale<br />

evenementen.<br />

Art. 3.7.2. Voorwaarden voor een standplaatstoekenning<br />

Een standplaats op de openbare markt kan enkel toegewezen worden aan :<br />

de natuurlijke personen die voor eigen rekening een ambulante activiteit uitoefenen,<br />

houders van een “machtiging als werkgever”<br />

rechtspersonen die dezelfde activiteit uitoefenen. De standplaatsen worden<br />

toegekend door tussenkomst van een persoon verantwoordelijk voor het dagelijks<br />

bestuur van de vennootschap die houder is van de “machtiging als werkgever”<br />

De standplaatsen kunnen occasioneel ook toegewezen worden aan de verantwoordelijken<br />

van verkoopsacties zonder commercieel karakter, hiervoor toegelaten overeenkomstig artikel<br />

7 van het KB betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten van 24<br />

september 2006 .<br />

Teneinde de diversiteit van het aanbod te waarborgen is het aantal standplaatsen per<br />

onderneming beperkt tot twee.<br />

Art. 3.7.3. Verhouding abonnementen – losse plaatsen<br />

De standplaatsen op de openbare markt worden toegewezen:<br />

hetzij per abonnement (maximum 95 % van het totaal aantal standplaatsen)<br />

hetzij van dag tot dag (minimum 5 % van het totaal aantal standplaatsen)<br />

Bij de standplaatsen die per abonnement worden toegewezen, wordt voorrang gegeven aan<br />

de standwerkers tot 5 % van het totaal aantal standplaatsen op de markt.<br />

Als standwerker wordt beschouwd de ambulante handelaar waarvan de activiteit uitsluitend<br />

bestaat uit het te koop aanbieden op wisselende markten van een al dan niet wisselend<br />

product, waarvan hij de kwaliteit prijst en de gebruikswijze uitlegt door middel van een<br />

betoog en/of demonstratie met de bedoeling deze beter bekend te maken aan het publiek en<br />

aldus de verkoop ervan te bevorderen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 36/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 3.7.4. Toewijzing losse plaatsen<br />

De toewijzing van losse plaatsen gebeurt volgens de chronologische volgorde van aankomst<br />

op de markt. Wanneer de volgorde van aankomst op de markt tussen twee of meerdere<br />

kandidaten niet kan uitgemaakt worden, gebeurt de toekenning van de standplaats na loting.<br />

Voorafgaand aan de loting kan de marktverantwoordelijke kandidaten weigeren omwille van<br />

veiligheid, openbare orde, toegankelijkheid of aangeboden artikelen.<br />

De toegewezen standplaatsen, die op de dagen vermeld in het abonnement door de<br />

marktkramers tijdelijk niet worden bezet (wegens verlofperiode, extreme<br />

weersomstandigheden, enz) zullen op die dagen door toevallige marktkramers mogen<br />

ingenomen worden.<br />

De houder van de machtiging als werkgever moet bij de toewijzing van de standplaats<br />

aanwezig zijn.<br />

De marktleider kan kandidaten die zich aanbieden, weigeren om reden van praktische aard:<br />

veiligheid, openbare orde, toegankelijkheid, aangeboden artikel.<br />

Een standwerker mag maximaal 6 meter standplaats innemen.<br />

Standwerkers die een standplaats toegewezen krijgen, en die hun koopwaren niet uitstallen<br />

of hun standplaats verlaten voor het beëindigen van de markt, zullen in de toekomst niet<br />

meer tot de markt toegelaten worden.<br />

Diegene die de standplaats krijgt toegewezen, betaalt de vergoeding aan de marktleider of<br />

concessionaris tegen afgifte van een ontvangstbewijs.<br />

Andere aanvragers die in aanmerking komen tot het bekomen van een tijdelijke standplaats:<br />

-Politieke partijen bij wettelijke verkiezingen<br />

-Caritatieve organisaties en verenigingen met een menslievend doel zonder enig<br />

winstoogmerk.<br />

-<strong>Linter</strong>se sociale, culturele en sportieve verenigingen erkend door het gemeentebestuur.<br />

Deze aanvragers dienen ter goedkeuring een schriftelijke aanvraag in te dienen bij het<br />

college van burgemeester en schepenen.<br />

De toewijzing van een standplaats zal gebeuren door marktleider en zal afhankelijk zijn van<br />

het aantal vrije standplaatsen.<br />

Art. 3.7.5. Toewijzingsregels per abonnement op de openbare markten<br />

3.7.5.1. Vacature en kandidaatstelling standplaats per abonnement.<br />

Wanneer een standplaats die per abonnement toegewezen wordt, vrijkomt ,zal deze<br />

vacature bekend gemaakt worden door publicatie van een kennisgeving.<br />

Deze kennisgeving zal gebeuren door middel van een bericht aangeplakt aan het<br />

gemeentelijk infobord en via de website van de gemeente (www.linter.be).<br />

De kandidaturen kunnen ingediend worden na een melding van vacature of op elk ander<br />

tijdstip.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 37/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


De kandidaturen worden ingediend volgens de voorschriften van artikel 30 §1,<br />

tweede lid van het KB van 24 september 2006 en dit binnen de termijn voorzien in de<br />

kennisgeving van de vacature. Kandidaturen die hieraan niet voldoen, worden niet<br />

weerhouden.<br />

Deze aanvraag bevat minstens volgende gegevens:<br />

1. soort van producten of diensten die te koop worden aangeboden<br />

2. kopie van de machtiging ambulante activiteit<br />

3. in voorkomend geval, het ondernemingsnummer<br />

4. het gewenst aantal meter standplaats met een maximum van 18 meter lengte<br />

en 3 meter diepte<br />

In de kennisgeving kunnen bijkomende gegevens en documenten worden gevraagd.<br />

Bij ontvangst van de kandidatuur volgt de onmiddellijke afgifte van een genummerd en<br />

gedateerd ontvangstbewijs door de gemeente aan de kandidaat met vermelding van de<br />

datum van de volgorde van zijn kandidatuur en waarbij hij hem informeert over zijn recht om<br />

het register van de kandidaturen te raadplegen.<br />

3.7.5.2. Register van de kandidaturen.<br />

Alle kandidaturen worden naargelang hun ontvangst (chronologisch) bijgehouden in een<br />

register. Overeenkomstig het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van<br />

bestuur kan dit register steeds geraadpleegd worden.<br />

De aanvra(a)g(er)ster zal elke adreswijziging onmiddellijk melden aan het gemeentebestuur,<br />

zoniet vervalt zijn of haar volgorde in het register.<br />

De kandidaturen blijven geldig zolang ze niet werden ingetrokken door hun auteur.<br />

Om de 12 maanden dienen de kandidaten, opgenomen in het register, hun kandidatuur te<br />

bevestigen om in het register opgenomen te blijven.<br />

3.7.5.3. Volgorde van toekenning van de standplaatsen (KB art. 29 en 31)<br />

Bij het vacant komen van een standplaats per abonnement worden met het oog op<br />

de toekenning ervan, de kandidaturen als volgt geklasseerd in het register,<br />

rekening houdend met de eventuele specialisatie :<br />

-aan standwerkers voor zover ze 5% van het totaal aantal standplaatsen niet<br />

bereiken<br />

-en dan volgens de kandidaturen bij voorrang van volgende categorie(ën):<br />

a) personen waarvan de standplaats wordt opgeheven;<br />

b) personen die een wijziging van hun standplaats vragen;<br />

c)de externe kandidaten<br />

-en dan binnen elke categorie, in voorkomend geval, volgens de gevraagde<br />

standplaats en specialisatie,<br />

-en tenslotte volgens datum.<br />

Wanneer twee of meerdere aanvragen behorend tot dezelfde categorie tezelfdertijd<br />

ingediend worden, wordt voorrang gegeven aan de aanvrager die de hoogste<br />

anciënniteit op de markten van de gemeente heeft; wanneer de anciënniteit niet kan<br />

vergeleken worden, wordt de voorrang bepaald bij loting; voor de externe kandidaten<br />

wordt de voorrang bepaald bij loting.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 38/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


3.7.5.4. Bekendmaking van de toewijzing van de standplaatsen (KB art. 33)<br />

De toewijzing van de standplaats wordt bekend gemaakt aan de aanvrager :<br />

- bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs;<br />

-of door overhandiging van een brief tegen ontvangstbewijs;<br />

-of bij elektronische post met ontvangstbewijs.<br />

Door de toegewezen standplaats te aanvaarden, verklaren de marktkramers zich te<br />

onderwerpen aan alle geldende voorschriften van het gecoördineerd<br />

politiereglement.<br />

3.7.5.5. Het register van de standplaatsen toegewezen per abonnement (KB art. 34)<br />

Een plan of register wordt bijgehouden waarin voor elke standplaats toegewezen per<br />

abonnement vermeld staat:<br />

-de naam, voornaam, het adres van de persoon aan wie of door wiens<br />

tussenkomst de standplaats werd toegekend;<br />

-in voorkomend geval, de handelsnaam van de rechtspersoon aan wie de<br />

standplaats toegekend werd en het adres van haar maatschappelijke zetel;<br />

-het ondernemingsnummer;<br />

-de producten en/of diensten die te koop aangeboden worden;<br />

-in voorkomend geval, de hoedanigheid van standwerker;<br />

-de datum van de toewijzing van de standplaats en de duur van het<br />

gebruiksrecht;<br />

-indien de activiteit seizoensgebonden is, de periode van activiteit;<br />

-de prijs van de standplaats, behalve indien deze op een uniforme wijze<br />

vastgelegd is;<br />

-desgevallend, de naam en het adres van de overlater en de datum van de<br />

overdracht.<br />

Buiten de identiteit van de houder van de standplaats of van de persoon door wiens tussenkomst<br />

de standplaats toegekend is, de eventuele specialisatie, de hoedanigheid van<br />

standwerker en het seizoensgebonden karakter van de standplaats, mag het plan of het<br />

register verwijzen naar een bestand dat de andere inlichtingen overneemt.<br />

Overeenkomstig het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur<br />

kan dit register steeds geraadpleegd worden.<br />

Art. 3.7.6. Identificatievereiste bij uitoefening ambulante activiteiten op openbare<br />

markt.<br />

Elke persoon die een ambulante activiteit uitoefent op de openbare markt, dient zich<br />

te identificeren aan de hand van een leesbaar uithangbord, zichtbaar geplaatst op<br />

het kraam of het voertuig, indien hij de activiteit aan het kraam of het voertuig<br />

uitoefent. Het bord moet eveneens door de aangestelden aangebracht worden<br />

wanneer deze alleen werken.<br />

Het bord bevat volgende vermeldingen:<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 39/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


1° hetzij de naam, de voornaam van de persoon die een ambulante activiteit<br />

uitoefent als natuurlijk persoon voor eigen rekening of voor wiens rekening of in<br />

wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend; hetzij de naam, de voornaam van de<br />

persoon die het dagelijks bestuur binnen een rechtspersoon waarneemt of voor<br />

wiens rekening of in wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend;<br />

2° de firmanaam en/of de benaming van de onderneming;<br />

3° al naargelang het geval, de gemeente van haar maatschappelijke zetel of van de<br />

uitbatingszetel; en indien de onderneming niet in België gelegen is, het land en de<br />

gemeente waar deze zich bevindt;<br />

4° het inschrijvingsnummer in de Kruispuntbank van Ondernemingen (of een identificatie die<br />

deze vervangt, indien het om een buitenlands bedrijf gaat).<br />

Art. 3.7.7. Duur abonnement.<br />

De abonnementen worden toegekend voor de duur van 12 maanden.<br />

Na verloop van deze termijn worden zij stilzwijgend verlengd behoudens anders bepaald<br />

door de aanvrager (cf. artikel 3.7.8 en 3.7.9 van onderhavig marktreglement) en behoudens<br />

intrekking bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs of op een duurzame drager (fax,<br />

email,…) door het gemeentebestuur in de gevallen bepaald in artikel 3.7.10 van onderhavig<br />

marktreglement<br />

Art. 3.7.8. Opschorting abonnement.<br />

De houder van een abonnement kan het abonnement opschorten voor een voorziene<br />

periode van tenminste een maand wanneer hij ongeschikt is zijn activiteit uit te oefenen:<br />

door ziekte of ongeval op grond van een medisch attest<br />

door overmacht op een verantwoorde wijze aangetoond.<br />

Het college van burgemeester en schepenen spreekt zich uit over de aanvaardbaarheid van<br />

de aangehaalde redenen.<br />

De opschorting gaat in op de dag waarop de gemeente op de hoogte gebracht wordt van de<br />

ongeschiktheid en houdt op ten laatste vijf dagen na de melding van het hernemen van de<br />

activiteiten. Na afloop van de opschorting krijgt de geabonneerde zijn standplaats terug.<br />

De opschorting impliceert de opschorting van de wederzijdse verplichtingen die uit de<br />

overeenkomst voorkomen.<br />

Gedurende de periode van opschorting kan de standplaats toegewezen worden als losse<br />

plaats.<br />

Art. 3.7.9. Afstand van het abonnement.<br />

De houder van een abonnement kan afstand doen van het abonnement<br />

bij de vervaldag van het abonnement mits een opzegtermijn van tenminste 30 dagen<br />

bij stopzetting van de ambulante activiteiten mits een opzegtermijn van tenminste 30<br />

dagen<br />

indien hij definitief ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen omwille van redenen<br />

vermeld in artikel 3.7.8 van dit reglement. In dit geval is geen vooropzeg nodig.<br />

op ieder ogenblik mits een opzegtermijn van tenminste 30 dagen<br />

Indien de opzeggingstermijnen niet worden gerespecteerd, is een vergoeding verschuldigd<br />

gelijk aan drie maanden standplaatsvergoeding.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 40/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


De rechthebbenden van de natuurlijke persoon die voor eigen rekening zijn activiteit<br />

uitoefent kunnen bij zijn overlijden, zonder vooropzeg afstand doen van het abonnement<br />

waarvan hij de houder was.<br />

De aanvragen van opschorting, herneming of opzegging van een abonnement worden<br />

betekend volgens één van de vermelde modaliteiten:<br />

bij per post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs<br />

overhandiging tegen ontvangstbewijs<br />

op een duurzame drager (fax, email,…) tegen ontvangstbewijs<br />

Art. 3.7.10. Schorsing en opzegging van abonnement.<br />

Het abonnement zal door het college van de burgemeester en schepenen geschorst of<br />

ingetrokken worden in volgende gevallen:<br />

- bij niet of niet tijdige betaling standplaatsvergoeding<br />

- bij afwezigheid gedurende vier opeenvolgende weken zonder de marktleider vooraf of<br />

tijdens zijn eerste week van afwezigheid ervan op de hoogte te stellen of zonder<br />

geldige reden.<br />

- bij overdracht van een abonnement aan een derde zonder te voldoen aan<br />

voorwaarden bepaald in artikel 3.7.14 van onderhavig gemeentelijk reglement<br />

- wanneer andere waren of diensten te koop aangeboden worden dan diegene<br />

vermeld op zijn abonnement<br />

- geen 40 marktdagen per jaar aanwezig geweest zijn op de markt ; tenzij gewettigd<br />

door een ziekteattest op naam van de standplaatshouder of een familielid tot en met<br />

de tweede graad.<br />

De beslissing tot schorsing of opzegging wordt betekend bij een ter post aangetekend<br />

schrijven met ontvangstbewijs of op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs.<br />

Art. 3.7.11. Vooropzeg vanuit de gemeente.<br />

Wanneer de manifestatie of een deel van de standplaatsen definitief worden opgeheven,<br />

geldt een termijn van vooropzeg aan de houders van een standplaats per abonnement van<br />

één jaar. Deze personen krijgen voorrang bij het toekennen van een vacante standplaats per<br />

abonnement (cf. artikel 3.7.5.3).<br />

Art. 3.7.12. Seizoensgebonden ambulante activiteiten.<br />

Een seizoensgebonden activiteit is in het algemeen een activiteit die betrekking heeft op<br />

producten of diensten die wegens hun aard of traditie slechts gedurende een periode van het<br />

jaar verkocht worden.<br />

De abonnementen die toegekend worden voor de verkoop van hoger vernoemde activiteiten<br />

worden geschorst gedurende de periode van non-activiteit.<br />

Gedurende de periode van non-activiteit kunnen deze standplaatsen toegewezen worden als<br />

losse standplaatsen.<br />

Art. 3.7.13. Inname standplaatsen<br />

De standplaatsen op de openbare markt kunnen ingenomen worden door:<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 41/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


a) de natuurlijke personen die voor eigen rekening een ambulante activiteit uitoefenen en<br />

die houder zijn van een “machtiging als werkgever”;<br />

b) de verantwoordelijke voor het dagelijks bestuur van een rechtspersoon, aan wie de<br />

standplaats is toegewezen, houder van een “machtiging als werkgever” ;<br />

c) de feitelijke venno(o)t(en) van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd<br />

toegewezen, houder van een “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een<br />

ambulante activiteit voor eigen rekening;<br />

d) de echtgenoot of echtgenote en wettelijk samenwonende van de natuurlijke persoon<br />

aan wie de standplaats werd toegewezen, houder van een “machtiging als werkgever”<br />

voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening;<br />

e) de standwerker, houder van een “machtiging als werkgever” aan wie het tijdelijk<br />

gebruikrecht van de standplaats werd onderverhuurd, overeenkomstig de bepalingen van<br />

artikel 36 van voornoemd KB van 24 september 2006 alsook aan de standwerker, houder<br />

van een “machtiging als aangestelde A en B” voor de uitoefening van een ambulante<br />

activiteit voor rekening of in dienst van de persoon aan wie de standplaats werd<br />

toegewezen of onderverhuurd;<br />

f) door de personen die beschikken over een “machtiging als aangestelde A” of een<br />

machtiging als aangestelde B”, die een ambulante activiteit uitoefenen voor rekening of in<br />

dienst van de natuurlijke persoon of rechtspersoon bedoeld in a) tot c)<br />

g) De personen die verkopen realiseren zonder commercieel karakter binnen het kader<br />

van de acties bedoeld in artikel 7 van voornoemd KB van 24 september 2006, kunnen<br />

een standplaats innemen, toegewezen aan de verantwoordelijke van de actie.<br />

Desgevallend kunnen zij deze innemen buiten de aanwezigheid van deze.<br />

De personen opgesomd in b) tot f) kunnen de standplaatsen innemen, toegewezen of<br />

onderverhuurd aan de natuurlijke persoon of rechtspersoon voor wiens rekening of in wiens<br />

dienst zij de activiteit uitoefenen, buiten de aanwezigheid van de persoon aan wie of door<br />

middel van wie de standplaats werd toegewezen of onderverhuurd.<br />

Art. 3.7.14. Overdracht en overname van een standplaats<br />

3.7.14.1. De overdracht van een standplaats is toegelaten onder de volgende<br />

voorwaarden:<br />

1° wanneer de houder van de standplaats(en) zijn ambulante activiteiten als<br />

natuurlijk persoon stopzet of overlijdt of wanneer de rechtspersoon haar ambulante<br />

activiteiten stopzet. Bij stopzetting bezorgt de overlater of zijn rechthebbenden een<br />

document als bewijs van schrapping van zijn ambulante activiteit in de Kruispuntbank<br />

van Ondernemingen.<br />

2° en indien de overnemer(s) houder(s) zijn van een machtiging tot het uitoefenen<br />

van ambulante activiteiten als werkgever en de specialisatie van de overlater<br />

voortzetten op elke overgedragen standplaats. Een eventuele wijziging van de<br />

specialisatie dient aangevraagd te worden per aangetekend schrijven bij het college<br />

van burgemeester en schepenen. In beide gevallen (behoud specialisatie of<br />

toegelaten wijziging van specialisatie) dient de overnemer over de gepaste<br />

machtiging tot het uitoefenen van ambulante activiteiten te beschikken)<br />

3 ° De onderneming van de overnemer mag door de overname over niet meer dan<br />

twee standplaatsen beschikken (cf. art. 2)<br />

3.7.14.2. In afwijking van 3.7.14.1. wordt de overdracht van standplaatsen toegelaten<br />

tussen<br />

• echtgenoten bij feitelijke scheiding,<br />

• echtgenoten bij scheiding van tafel en bed en van goederen<br />

• echtgenoten bij echtscheiding<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 42/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


• wettelijk samenwonenden bij stopzetting van de wettelijke samenwoning op<br />

voorwaarde dat<br />

- de overlater of de overnemer aan de gemeente een document voorlegt als<br />

bewijs van de vermelde toestand in 3.7.14.2.<br />

- de overnemer voldoet aan de voorwaarden vermeld in 3.7.14.1 2° en 3°<br />

De overdracht is geldig voor de resterende geldigheidsduur van het abonnement van de<br />

overlater. Ingeval van overdracht wordt het abonnement eveneens stilzwijgend vernieuwd.<br />

Art. 3.7.15. Onderverhuur standwerkers<br />

De standwerkers, die een abonnement voor een standplaats verkregen hebben,<br />

kunnen hun tijdelijk gebruiksrecht op deze standplaats onderverhuren aan andere<br />

standwerkers namelijk:<br />

-rechtstreeks aan een andere standwerker;<br />

-via een vereniging om die voor alle standwerkers zonder discriminatie<br />

openstaat.<br />

Al naargelang, deelt de standwerker of de vereniging de lijst van standwerkers mee,<br />

aan wie het tijdelijk gebruiksrecht van de standplaats werd onderverhuurd.<br />

De prijs van de onderverhuring mag niet hoger zijn dan het deel van de<br />

abonnementprijs voor de duur van de onderverhuring.<br />

Art. 3.7.16. Marktleider<br />

Elke aangelegenheid die betrekking heeft op het inrichten van de markt behoort tot de<br />

bevoegdheid van het college van burgemeester en schepenen. Het college laat zich<br />

adviseren door de marktleider. De marktleiding zal worden toevertrouwd aan een<br />

personeelslid van de gemeente die door zijn statuut en ervaring de taak in alle neutraliteit<br />

kan uitvoeren.<br />

De marktleider houdt toezicht op de naleving van onder meer onderhavige bepalingen van<br />

het gecoördineerd politiereglement. Het is zijn plicht de marktkramers die hun verplichtingen<br />

niet nakomen, daarop te wijzen. De richtlijnen van de marktleider moeten strikt opgevolgd<br />

worden. In geval van geschillen of onenigheid treft de marktleider de nodige schikkingen om<br />

de orde en de rust op de markt te bewaren. Deelnemers kunnen eventuele klachten of<br />

vermeende onrechtvaardigheden schriftelijk overmaken aan het college van burgemeester<br />

en schepenen.<br />

In de uitoefening van zijn opdracht is de marktleider bevoegd om de identiteit en de<br />

hoedanigheid te onderzoeken van de personen die een ambulante activiteit uitoefenen,<br />

alsook is hij bevoegd alle documenten nodig voor het uitoefenen van deze activiteit te<br />

controleren.<br />

Art. 3.7.17. Afwezigheden<br />

De marktkramer die in geval van overmacht, defect voertuig of om een andere<br />

geldige reden niet tijdig zijn plaats op de markt kan innemen dient de marktleider<br />

hiervan tijdig te verwittigen. Indien dit niet voor de aanvangsuren van de markt<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 43/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


gebeurt wordt de betrokken marktkramer beschouwd als een telaatkomer en verliest<br />

hij bijgevolg alle recht op zijn plaats voor die dag. Deze standplaatsen kunnen voor<br />

die dag aan standwerkers worden toegewezen.<br />

De marktkramer die bij afwezigheid van vier opeenvolgende weken, zonder de<br />

marktleider vooraf of tijdens de eerste week van afwezigheid van zijn afwezigheid op<br />

de hoogte te stellen, zal geschorst worden.<br />

Op geen enkele wijze kan er in bovenvermeld geval recht op schadevergoeding<br />

ontstaan, of zelfs maar gedeeltelijke terugbetaling van de reeds betaalde belasting<br />

gebeuren,voor de deelnemers aan de markt.<br />

Art. 3.7.18. Inwendige orde<br />

3.7.18.1. Het opstellen van de kramen mag ten vroegste één uur voor het begin van de<br />

markt aanvangen. De standplaatshouder draagt de verantwoordelijkheid alle voorzorgen te<br />

nemen opdat dit gebeurt zonder lawaai- en milieuhinder. Afwijking kan toegestaan worden<br />

door de marktleider of de politie om reden van veiligheid of praktische overwegingen.<br />

3.7.18.2. De markthandelaars met een vaste standplaats die het onderwerp zijn van een<br />

abonnement, moeten ten laatste een half uur voor de aanvang van de markt hun standplaats<br />

ingenomen hebben, zoniet kan hun standplaats worden toegewezen aan een losse<br />

markthandelaar.<br />

3.7.18.3. Het volledige marktterrein moet ontruimd zijn door alle deelnemers en hun<br />

voertuigen ten laatste één uur na het sluiten van de markt. Behoudens uitzonderlijke<br />

omstandigheden mag de markt niet vroeger eindigen dan het sluitingsuur, vastgesteld door<br />

het college van burgemeester en schepenen.<br />

3.7.18.4. Bij het op- en afrijden van de markt dient de marktkramer steeds de wegsignalisatie<br />

terug op de weg te zetten, teneinde de veiligheid van de markthandelaars en bezoekers te<br />

bevorderen.<br />

3.7.18.5. Marktkramers in voedingswaren dienen alle voorschriften van het ministerie van<br />

volksgezondheid dienaangaande stipt na te leven. Volgens de aard van de goederen dienen<br />

tevens prijs, gewicht, volume, maten of aantal stuks aangeduid te worden op de koopwaren<br />

of op de prijslijst. De toestellen die gebruikt worden voor de verkoop en die dienen als basis<br />

om het verschuldigd bedrag en het gewicht van de koopwaar te bepalen, moeten geijkt zijn.<br />

3.7.18.6. De markthandelaars zullen zich richten naar de aanduidingen van de marktleider.<br />

Bij betwisting zal het college van burgemeester en schepenen uitspraak doen.<br />

3.7.18.7. Alle voertuigen die niet als verkoopsinrichting worden gebruikt of dienstig zijn om<br />

hun koopwaren aan de man te brengen, dienen bij de aanvang van de markt verwijderd te<br />

zijn. Onder geen beding kunnen persoonlijke voertuigen geparkeerd worden op het<br />

marktcircuit, wat verkeersvrij is. Alleen de marktleider en de politie kunnen hierop in<br />

bepaalde uitzonderlijke omstandigheden een afwijking toestaan.<br />

Lichte bestelwagens, ingeschreven als lichte vrachtwagen, waarin materialen opgeslagen of<br />

bewaard kunnen worden, zijn toegelaten als ze kunnen worden geïntegreerd binnen de<br />

toegemeten standplaats of voorzien zijn van een luifel die deel uitmaken van het kraam. Het<br />

attest van de automobielinspectie geldt als bewijs voor de inschrijving als lichte vrachtwagen.<br />

De voertuigen mogen onder geen enkel beding op de stoep worden geparkeerd.<br />

3.7.18.8. Tussen de kramen zullen de nodige doorgangen met een minimum van 1 meter<br />

voorzien worden naar de handelshuizen.<br />

3.7.18.9. De stoepen en de aan het publiek voorbehouden doorgangen moeten vrij blijven<br />

van alle voorwerpen die het verkeer en de voetgangers zouden kunnen hinderen, zoals daar<br />

zijn: afval, manden, bakken, schragen, hangende voorwerpen, reclameborden en dergelijke.<br />

Het is tevens verboden de waren op de grond uit te stallen (uitgezonderd plantgoed). De<br />

waren zullen op een kraam gelegd worden met een minimum hoogte van 50 cm.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 44/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


3.7.18.10. De elektriciteitskabels die gebruikt worden voor de aansluiting van de<br />

marktkramen op de gemeentelijke distributiepunten (elektriciteitskasten) mogen enkel ter<br />

hoogte van de elektriciteitskasten over de stoep lopen. Van aan de marktkraam tot aan het<br />

distributiepunt moeten deze kabels tegen de stoeprand aangebracht worden. Dit voor de<br />

veiligheid van de markthandelaars en bezoekers.<br />

Art. 3.7.19. Plaatsen<br />

De marktkramers zullen de plaatsaanduidingen eerbiedigen. Al de kramen worden in<br />

rechte lijn opgesteld met inachtneming van de vooruitspringende gedeelten, van de<br />

schragen of het toongedeelte van de winkelwagens. Het is verboden koopwaar voor<br />

de kramen uit te stallen.<br />

De maximum diepte van de standplaatsen bedraagt voor alle markten 3 meter voor zover de<br />

opstelling van de markt het toelaat.<br />

De maximum lengte van de standplaatsen bedraagt 18 meter. Er worden geen afwijkingen<br />

toegestaan.<br />

Een vrije doorgang van 4 meter breedte en hoogte voor de hulpdiensten dient te allen tijden<br />

gewaarborgd te blijven.<br />

Art. 3.7.20 Reinheid<br />

De marktkramers zijn verplicht te zorgen voor de reinheid van hun standplaats, hun kraam-<br />

of winkelwagen.<br />

De kramen of winkelwagens moeten zo zijn ingericht dat geen brandbare, schadelijke,<br />

hinderlijke en onwelriekende vloeistoffen afdruipen. Indien zulks onvermijdelijk is, moeten die<br />

vloeistoffen in waterdichte emmers of kuipen worden opgevangen.<br />

Het is strikt verboden afval, van welke aard ook, op de grond te werpen of op te stapelen. De<br />

marktkramers zullen alle afval in emmers of bakken verzamelen. Gedurende de warme<br />

dagen moet afval, die insecten of ongedierte aantrekt, in gesloten recipiënten geplaatst<br />

worden.<br />

Marktkramers met voeding zijn verplicht een open vuilzak met staander te plaatsen aan hun<br />

kraam.<br />

De marktkramers staan persoonlijk in voor het opruimen en proper maken van hun<br />

standplaats en van de helft van de aanpalende doorgangen. Dit moet gebeuren na het<br />

sluiten van de markt. Zij dienen alle afval, verpakkingsmaterieel en andere voorwerpen mee<br />

te nemen.<br />

Bij het verlaten van de markt dient elke handelaar maatregelen te nemen de hem<br />

toegewezen plaats net achter te laten: rondslingerend papier en vuil dienen<br />

verzameld te worden. Na een waarschuwing kan het college van burgemeester en<br />

schepenen de standplaats op de markt intrekken onverminderd de toepassing van de<br />

politieverordening op het sluikstorten.<br />

Art. 3.7.21. Veiligheid<br />

De marktkramers zijn verantwoordelijk voor de veiligheid in en rond hun kraam of<br />

winkelwagen. Zij zullen hun kramen en winkelwagens zo opstellen en inrichten, dat<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 45/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


zij geen gevaar opleveren voor de naburige kramen of winkelwagens of voor het<br />

publiek.<br />

In het belang van de algemene veiligheid en de veiligheid van de omwonenden in het<br />

bijzonder dienen volgende regels strikt te worden nageleefd opdat de hulpdiensten<br />

zonder enige hinder onmiddellijk ter plaatse zouden kunnen tussenkomen:<br />

De brandmonden op alle openbare markten moeten steeds bereikbaar zijn voor de<br />

brandweerdiensten.<br />

Tussen de gebouwen en de achterkant van de marktkramen dient steeds een doorgang met<br />

een minimumbreedte van 2 meter vrij te blijven. De toegang tot deze gebouwen moet steeds<br />

mogelijk zijn.<br />

Er moet een vrije doorgang zijn van ten minste 3 meter tussen overliggende<br />

marktkramen.<br />

In geval van brand of andere calamiteit, waarbij de tussenkomst van hulpdiensten<br />

noodzakelijk is, dienen de marktkramers en standwerkers onmiddellijk hun kraam of stand te<br />

verplaatsen, zodanig dat zij de interventies niet hinderen.<br />

Indien er gasflessen worden gebruikt moeten deze rechtopstaan en tegen omvallen<br />

worden beveiligd. De gasflessen moeten een keuringslabel van de hervulling dragen.<br />

De gasslangen mogen niet langer dan twee meter zijn en moeten voorzien zijn van<br />

een fabricatiedatum (geldigheidsduur is maximum 5 jaar ). Tevens wordt de aard van<br />

het te gebruiken gas vermeld en zijn de gasflessen op de uiteinden voorzien van<br />

spanringen. De gasflessen moeten indien mogelijk buiten de kramen en/of tenten<br />

opgesteld worden.<br />

Verwarmingstoestellen met petroleum zijn verboden. Verwarmingstoestellen met vloeibare<br />

brandstoffen zijn verboden tenzij :<br />

• men beschikt over een vaste installatie. Hiervoor moet een keuringsattest voorgelegd<br />

worden van de firma die het verwarmingstoestel in het voertuig geplaatst heeft.<br />

• men beschikt over straalkachels. Deze verwarmingstoestellen zullen door de brandweer<br />

zelf gekeurd worden op regelmatige tijdstippen.<br />

Iedere marktkramer dient in het bezit te zijn van een blustoestel van 1 bluseenheid<br />

van 6 kg ABC type of 5 kg CO2 type, geldig en gekeurd. De keuring dient jaarlijks te<br />

gebeuren.<br />

De marktkramers die ter plaatse warme gerechten bereiden, dienen bijkomend te<br />

beschikken over een branddeken.<br />

Zowel het blustoestel als het branddeken worden op een goed zichtbare en<br />

gemakkelijk bereikbare plaats opgehangen.<br />

De marktkramers dienen een verzekering af te sluiten tot dekking van hun burgerlijke<br />

aansprakelijkheid uit hoofde van brand of ontploffing.<br />

Marktkramers die beschikken over een elektrische installatie dienen in het bezit te zijn van<br />

een geldig keuringsattest en in orde zijn met de geldende reglementering terzake (o.a.<br />

stroomonderbreker). Het brandblustoestel moet in de onmiddellijke nabijheid staan.<br />

Verwarming-, kook, -bak, en of braadtoestellen en barbecues moeten buiten het bereik van<br />

het publiek worden opgesteld ( afschermen ).<br />

Al de elektrische toestellen en verlengdraden moeten een CEBEC keuringslabel<br />

dragen.<br />

De verlichting van de standen, kramen en tenten moeten elektrisch gebeuren.<br />

Tenten moeten bestaan uit niet-ontvlambare ( klasse M2) materialen: een attest waarin dit<br />

wordt bevestigd dient te worden voorgelegd en in het veiligheidsregister bewaard worden.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 46/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Aan de marktleider dienen de marktkramers jaarlijks de desbetreffende<br />

keuringsattesten en bewijs van aansprakelijkheidsverzekering over te maken,<br />

evenals op elk verzoek van de politie. Marktkramers die niet in regel zijn met de<br />

veiligheidseisen van het onderhavig reglement, zullen geweerd worden van de<br />

markten, na beslissing van het college van burgemeester en schepenen.<br />

Een veiligheidsregister met al deze documenten (attesten en bewijzen) moet in elk kraam<br />

en/of stand aanwezig zijn.<br />

Bij niet naleving van de gestelde voorwaarden zal de deelname aan de markt<br />

geweigerd worden.<br />

Art. 3.7.22. Controle<br />

De marktkramers moeten steeds het bezoek toelaten van de beambten of aangestelden van<br />

het gemeentebestuur die controle uitoefenen op de inrichting van de markt, de eerlijkheid en<br />

correctheid in handelszaken en op de kwaliteit van de koopwaren<br />

Art. 3.7.23. Orde, overlast en publiciteit<br />

3.7.23.1. Het is de markthandelaar verboden:<br />

- marktbezoekers lastig te vallen door hun koopwaar op te dringen;<br />

- te verkopen of te demonstreren voor hun kraam;<br />

- de standplaats te vergroten zonder toestemming van de marktleider;<br />

- onbetamelijke taal te gebruiken of agressief gedrag te vertonen.<br />

Afhangende van de ernst van de overtreding kan de markthandelaar de toegang tot verkoop<br />

op de markt tijdelijk of geheel ontzegd worden.<br />

3.7.23.2. Het is aan de leurders verboden met hun waren op de markt rond te gaan.<br />

Loterijkramen en liedjeszangers worden niet op de markt toegelaten, behoudens<br />

voorafgaandelijk schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en schepenen.<br />

3.7.23.3. Het is op de markt verboden folders uit te delen of reclame te maken voor zaken<br />

die vreemd zijn aan de wekelijkse markt, behoudens voorafgaandelijk schriftelijke vergunning<br />

van het college van burgemeester en schepenen.<br />

3.7.23.4. Het is verboden om verankeringsharingen of andere voorwerpen in de<br />

grond te slaan of het wegdek van de marktplaats op enigerlei wijze te beschadigen.<br />

3.7.23.5. Het gebruik van een geluidsinstallatie is verboden, met uitzondering van<br />

verkopers van fonoplaten, CD’s e.d. Deze mogen zich van een geluidsinstallatie<br />

bedienen op voorwaarde dat de geluidssterkte niet meer dan 60 decibel bedraagt,<br />

gemeten op een afstand van 5 meter van de geluidsbron. Tijdens erediensten is het<br />

gebruik van geluidsinstallaties niet toegelaten.<br />

3.7.23.6. Het is verboden de activiteiten als marktkramer op zo een manier uit te<br />

oefenen dat de normale activiteiten van de andere marktkramers ernstig verstoord of<br />

onmogelijk gemaakt worden. De overtreders kunnen verplicht worden de markt te<br />

verlaten.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 47/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 3.7.24. Retributie<br />

De personen aan wie een standplaats is toegekend, betalen de standplaatsvergoeding<br />

volgens de voorschriften van het gemeentelijk retributiereglement.<br />

De gemeenteraad bepaalt het tarief van de standplaatsvergoeding. Het ligt steeds ter inzage<br />

op de dienst financiën.<br />

Art. 3.7.25. Afschaffing en ontruiming standplaatsen<br />

De gemeenteraad heeft steeds het recht bestaande standplaatsen definitief af te schaffen<br />

indien de openbare orde, wijzigingen in de verkeerscirculatie, andere omstandigheden van<br />

openbaar nut of herinplanting van de markt op een andere locatie dit vereisen. Behalve in<br />

geval van dringende noodwendigheid (bv. dringende wegenwerken), mag de termijn van<br />

vooropzeg niet minder zijn dan één jaar.<br />

In deze gevallen hebben de marktkramers wiens standplaats is afgeschaft voorrang<br />

overeenkomstig het register, zoals bepaald in artikel 3.7.5.3.<br />

Het college van burgemeester en schepenen kan tijdelijk standplaatsen ontruimen of<br />

verplaatsen en de aanvangs- en/of sluitingsuren van de markt wijzigen wegens werken aan<br />

de weg of aan constructies nabij de standplaatsen gelegen, uit hoofde van andere werken,<br />

jaarlijkse kermissen of festiviteiten.<br />

De marktkramers kunnen geen aanspraak maken op schadevergoeding vanwege de stad<br />

om reden van de uitoefening van bovenvermelde voorbehouden rechten van verplaatsing en<br />

ontruiming.<br />

Vragen om vermindering van standplaatsvergoedingen, gesteund op de afschaffing of de<br />

vermindering in lengte, zullen naar billijkheid onderzocht worden en er zal rekening worden<br />

gehouden onder meer met de lopende termijn.<br />

Art. 3.7.26. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van 3.7.18 - 3.7.20. - 3.7.21 - 3.7.23. overtreedt wordt bestraft<br />

met een administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Organisatie van ambulante activiteiten op het openbaar domein<br />

buiten de openbare markten<br />

Plaatsen op het openbaar domein waar de ambulante activiteit mag plaatsvinden zijn niet<br />

vooraf bepaald<br />

Art. 3.7.27. Toepassingsgebied.<br />

Eenieder die een standplaats wenst in te nemen op één of meerdere plaatsen van het<br />

openbaar domein buiten de openbare markten om ambulante activiteiten uit te oefenen,<br />

dient dit minstens 8 weken vooraf schriftelijk aan te vragen aan het college van<br />

burgemeester en schepenen.<br />

Art. 3.7.28. Voorafgaande machtiging<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 48/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


3.7.28.1 Aanvraag machtiging<br />

Om een standplaats in te nemen zoals vermeld in artikel 3.7.27. moet voldaan zijn aan de<br />

voorwaarden vermeld in artikel 3.7.2. en dient men te beschikken over een machtiging. Deze<br />

machtiging dient voorafgaand aan het uitoefenen van de ambulante activiteit aangevraagd te<br />

worden bij het college van burgemeester en schepenen met de vermelding van de volgende<br />

contactgegevens:<br />

- naam en voornaam<br />

- adres<br />

- telefoonnummer (waar men steeds bereikbaar is)<br />

- de aard van de producten of diensten die hij gemachtigd is te verkopen.<br />

3.7.28.2. Beslissing machtiging<br />

In geval van positieve beslissing verkrijgt de aanvrager een machtiging met daarin vermeld<br />

- de aard van de producten of diensten die hij gemachtigd is te verkopen<br />

- de plaats<br />

- de datum en duur van de verkoop<br />

De gevraagde machtiging kan geweigerd worden omwille van één of meerdere van<br />

onderstaande redenen:<br />

-redenen van openbare orde<br />

- redenen van volksgezondheid<br />

- bescherming van de consument<br />

- activiteit kan het bestaand commercieel aanbod in gevaar brengen<br />

Het college van burgemeester en schepenen zal deze reden(-en) motiveren in zijn<br />

kennisgeving van de negatieve beslissing aan de aanvrager en verwijst tevens naar<br />

rechtsmiddelen inzake beroep.<br />

Art. 3.7.29. Voorwaarden inzake toewijzing en inname standplaatsen<br />

De personen die voldoen aan de voorwaarden tot het verkrijgen (cf. supra artikel 3.7.2.) en<br />

innemen van de standplaatsen op de openbare markt (cf. supra artikel 3.7.13.) kunnen<br />

standplaatsen op het openbaar domein verkrijgen en innemen.<br />

Art. 3.7.30. Toewijzingsregels losse standplaatsen<br />

De toewijzing van losse plaatsen gebeurt volgens de chronologische volgorde van<br />

aanvragen en desgevallend in functie van de gevraagde plaats en specialisatie.<br />

Wanneer twee of meerdere aanvragen voor standplaatsen gelijktijdig ingediend worden,<br />

gebeurt de toewijzing via loting.<br />

Art. 3.7.31. Toewijzingsregels per abonnement<br />

De toewijzing van standplaatsen per abonnement op het openbaar domein gebeurt volgens<br />

de toewijzingsmodaliteiten die van toepassing zijn voor abonnementen op de openbare<br />

markten, de voorrang voorstandwerkers uitgezonderd.<br />

Daar de absolute voorrang voor standwerkers bepaald wordt in artikel 24 van het KB<br />

is deze voorrang niet van toepassing bij het toewijzen van een abonnement op het<br />

openbaar domein buiten de openbare markt omdat de toewijzing daarvan gebeurt<br />

overeenkomstig de bepalingen vanaf artikel 28 tot artikel 37 van het KB.<br />

Art 3.7.32. Identificatievereiste bij uitoefenen ambulante activiteiten<br />

Elke persoon die een ambulante activiteit uitoefent op het openbaar domein, dient<br />

zich te identificeren aan de hand van een leesbaar uithangbord, zichtbaar geplaatst<br />

op de kraam of het voertuig, indien hij de activiteit aan het kraam of het voertuig<br />

uitoefent. Het bord moet eveneens door de aangestelden aangebracht worden<br />

wanneer deze alleen werken.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 49/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Het bord bevat volgende vermeldingen:<br />

1° hetzij de naam, de voornaam van de persoon die een ambulante activiteit<br />

uitoefent als natuurlijk persoon voor eigen rekening of voor wiens rekening of in<br />

wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend; hetzij de naam, de voornaam van de<br />

persoon die het dagelijks bestuur binnen een rechtspersoon waarneemt of voor<br />

wiens rekening of in wiens dienst de activiteit wordt uitgeoefend;<br />

2° de firmanaam en/of de benaming van de onderneming;<br />

3° al naargelang het geval, de gemeente van haar maatschappelijke zetel of van de<br />

uitbatingszetel; en indien de onderneming niet in België gelegen is, het land en de<br />

gemeente waar deze zich bevindt;<br />

4° het inschrijvingsnummer in de Kruispuntbank van Ondernemingen (of een identificatie die<br />

deze vervangt, indien het om een buitenlands bedrijf gaat).<br />

Art. 3.7.33. Bevoegdheid marktleider<br />

De marktleider is bevoegd om documenten die de machtiging en identiteit van de personen<br />

die een ambulante activiteit uitoefenen aantonen te controleren.<br />

Afdeling 3.8. De woonwagens<br />

Art. 3.8.1.<br />

Het is verboden woonwagens voor langer dan 24 uren op te stellen op het grondgebied van<br />

de gemeente zonder toelating van de burgemeester.<br />

Art. 3.8.2.<br />

De burgemeester kan bijkomende voorwaarden opleggen voor het verblijf binnen de<br />

gemeente. De woonwagenbewoners zijn verplicht deze stipt na te volgen. Het niet naleven<br />

van de voorwaarden heeft de onmiddellijke opheffing van de toelating tot gevolg.<br />

Art. 3.8.3.<br />

De burgemeester kan de toelating steeds intrekken wanneer de openbare veiligheid,<br />

zedelijkheid of gezondheid in het gedrang zouden komen.<br />

Art. 3.8.4. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 3.8.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Afdeling 3.9. Vieren van carnaval<br />

Art. 3.9.1.<br />

Het is aan de vermomde of gemaskerde personen verboden:<br />

- iemand te beledigen, te plagen, een schrift of een drukwerk uit te delen zonder naam van<br />

schrijver of drukker, alsmede in de huizen te treden zonder toelating van de bewoners;<br />

- wapens of stokken te dragen;<br />

- gebruik te maken van taxi’s;<br />

- motorvoertuigen te besturen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 50/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 3.9.2.<br />

Het is eveneens verboden:<br />

a) confetti of slingerpapier te werpen in openbare plaatsen die niet uitsluitend elektrisch<br />

verlicht zijn;<br />

b) opgeraapte confetti of slingerpapier te werpen;<br />

c) confetti of slingerpapier te werpen in openbare gelegenheden waar dranken of eetwaren<br />

verkocht of verbruikt worden;<br />

d) vuurpijlen, poffers of andere ontplofbare voorwerpen, die hinderen of doen schrikken, te<br />

werpen;<br />

e) voorwerpen die kunnen verwonden, doen schrikken, bevuilen of beschadigen te werpen.<br />

Art. 3.9.3.<br />

De gemaskerde en vermomde personen moeten hun masker afnemen en zich kenbaar<br />

maken op het eerste verzoek van de lokale politie.<br />

Art. 3.9.4. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 3.9.3. a) - 3.9.3. b) - 3.9.3. c) - 3.9.3. d) - 3.9.3.<br />

e) overtreedt wordt bestraft met een administratiev geldboete tussen minimum 62,50 EUR<br />

en maximaal 250,00 EUR.<br />

Hoofdstuk 4: Geluidshinder<br />

Afdeling 4.1: Bevoegdheden en toepassing<br />

Artikel 4.1.1<br />

Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van de gerechtelijke politie zijn de<br />

bevoegde ambtenaren gelast met het toezicht op de naleving van deze verordening en de<br />

vaststelling van overtredingen.<br />

Afdeling 4.2: Definities - Terminologie<br />

Achtergrondgeluid: geluid dat bestaat na stopzetting of opheffing van één of meer<br />

welbepaalde belangrijke geluidsbronnen.<br />

A-gewogen equivalent continu geluidsdrukniveau LAeq,T: het constante A-gewogen<br />

geluidsdruk-niveau dat gedurende het tijdsinterval T dezelfde geluidsenergie zou<br />

veroorzaken als het werkelijk gemeten A-gewogen geluidsdrukniveau gedurende hetzelfde<br />

tijdsinterval T;<br />

A-gewogen geluidsdrukniveau LpA: het A - gewogen momentane niveau van de<br />

geluidsdruk;<br />

A-gewogen procentueel niveau LAN,T: het A-gewogen geluidsdrukniveau dat gedurende N<br />

% van het tijdsinterval T wordt overschreden (statische parameters);<br />

A-weging: weging volgens de A-curve, gedefinieerd in de Belgische norm NBN C 97-122<br />

"geluidspeilmeters";<br />

Bevoegd ambtenaar: de door de politiezone aangewezen (hulp)agenten van de lokale<br />

politie en de ambtenaren van de dienst Leefmilieu, Duurzaam Beleid en Landbouw, welke in<br />

bezit zijn van het bekwaamheidsbewijs bedoeld in art. 61 van het besluit van de Vlaamse<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 51/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


egering van 06 februari 1991 Vlarem titel I of die overeenkomstig het besluit van de<br />

Vlaamse regering van 07 november 1984 bevoegd zijn voor het opsporen en vaststellen van<br />

inbreuken op de wet geluidshinder.<br />

Bron: fabrieken, werkplaatsen, opslagplaatsen, machines, installaties, toestellen en alle<br />

handelingen of activiteiten die geluid of lawaai veroorzaken, gekenmerkt door een<br />

welbepaalde locatie met kadastrale aanduiding.<br />

Decibel A gewogen, dB(A): Eenheid voor het geluidsdrukniveau en een goede maat is voor<br />

de ondervonden geluidshinder, verkregen door op het geluidssignaal een weging volgens het<br />

A - filter toe te passen.<br />

Erkend deskundige: een deskundige in de discipline geluid en trillingen erkend door de<br />

Vlaamse minister bevoegd voor Leefmilieu<br />

Erkend laboratorium: laboratorium erkend in toepassing van het koninklijk besluit van 02<br />

april 1974 houdende voorwaarden en modaliteiten voor de erkenning van laboratoria die in<br />

het kader van de bestrijding van de geluidshinder belast zijn met het beproeven van en de<br />

controle van op apparaten en inrichtingen.<br />

Equivalent geluidsdrukniveau (decibel): voor twee of meer incoherente geluidsbronnen,<br />

respectievelijk elk met hun geluidsdrukniveau’s LPx, LPy, ….., LPz met respectievelijke<br />

tijdsduur tX, tY, …..tZ geldt dat het equivalent geluidsdrukniveau L Aeq,<br />

T over de totale tijdsduur<br />

T berekend kan worden door :<br />

L<br />

Px<br />

Pz<br />

1<br />

L =<br />

10 + 10 + + 10<br />

Aeq,<br />

T 10log<br />

10 t x 10 t y 10 .... t z 10 met T = tX+ tY+ ….+ tZ<br />

T<br />

Fluctuerend geluid: geluid waarvan het niveau voortdurend en in belangrijke mate varieert;<br />

de variaties kunnen zowel periodisch als niet-periodisch zijn; de niveauverhogingen worden<br />

gemeten als LAeq,1s en duren in het totaal niet langer dan 10 % van de desbetreffende<br />

beoordelingsperiode(n);<br />

Geluidsdruk P (Pascal): drukvariaties in de tijd ten opzichte van de atmosferische druk.<br />

Geluidsdrukniveau (decibel): maat voor de sterkte van de geluidsdruk uitgedrukt op een<br />

2<br />

Peff<br />

.<br />

logaritmische schaal : LP<br />

10log10<br />

2<br />

P0<br />

= met P0 = 2.10 -5 Pa<br />

Geluidsintensiteit I (Watt/m²): gemiddelde geluidsvermogen dat door een geluidsgolf wordt<br />

overgedragen op een oppervlak van 1 m² loodrecht op de voortplantingsrichting van de golf.<br />

I<br />

Geluidsintensiteitsniveau (decibel) : LI = 10log<br />

10 met I0 = 10<br />

I0<br />

-12 Watt/m²<br />

Geluidsvermogen W (Watt): akoestische energie, in Joule, die per seconde door een bron<br />

wordt uitgestraald.<br />

Geluidsvermogenniveau (decibel):<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 52/75 Politiecodex<br />

LPy<br />

LW = 10log<br />

10 met W0 = 10<br />

0<br />

-12 Watt<br />

Hinderlijk ingedeelde inrichting: fabrieken, werkplaatsen, opslagplaatsen, machines,<br />

installaties, toestellen en handelingen die aangeduid worden in bijlage 1 van het Vlarem titel I<br />

en zodoende meldings- of vergunningsplichtig is krachtens het decreet betreffende de<br />

milieuvergunning.<br />

W<br />

W<br />

Gemeenteraad 29/03/2010<br />

L


Incidenteel geluid: geluid waarvan het niveau weinig frequent verhoogt ingevolge<br />

gebeurtenissen die langer dan 2 seconden duren; de niveauverhogingen worden gemeten<br />

als LAeq,1s en duren in het totaal niet langer dan 10 % van de duur van de desbetreffende<br />

beoordelingsperiode(n).<br />

Impulsachtig geluid: geluid veroorzaakt door zeer kortstondige gebeurtenissen, korter dan<br />

2 seconden, en waarvan het niveau meerdere keren abrupt terugvalt tot dat van het<br />

residuele; de niveauverhogingen worden gemeten als LAeq,1s en duren in het totaal niet langer<br />

dan 10 % van de desbetreffende beoordelingsperiode (n).<br />

Intermitterend geluid: geluid waarvan het niveau meerdere keren terugvalt tot dat van het<br />

residueel geluid en waarbij het geluidsniveau tijdens de verhoging aanhoudt gedurende een<br />

periode in de orde van grootte van 2 seconden; de niveauverhogingen worden gemeten als<br />

LAeq,1s en duren in het totaal niet langer dan 10 % van de duur van de desbetreffende<br />

beoordelingsperiode(n).<br />

Koninklijk besluit van 24 februari 1977: houdende vaststelling van geluidsnormen voor<br />

elektronisch versterkte muziek in openbare en private inrichtingen, gewijzigd tot op heden.<br />

In openbare inrichtingen mag het maximum geluidsniveau voortgebracht door muziek 90<br />

dB(A) niet overschrijden. Dit geluidsniveau wordt gemeten op gelijke plaats in de inrichting<br />

waar zich in normale omstandigheden personen kunnen bevinden.<br />

De openbare en private inrichtingen waar muziek geproduceerd wordt, moeten zo ingericht<br />

zijn dat het geluidsniveau gemeten in de buurt :<br />

a) niet hoger is dan 5 dB(A) boven het achtergrondgeluidsniveau, indien dit lager is dan 30<br />

dB(A);<br />

b) niet hoger is dan 35 dB(A) indien het achtergrondgeluidsniveau ligt tussen 30 en 35<br />

dB(A);<br />

c) niet hoger is dan het achtergrondgeluidsniveau indien dit hoger is dan 35 dB(A).<br />

Dit geluidsniveau wordt gemeten in het lokaal of gebouw, met gesloten deuren en vensters.<br />

De bepalingen in dit besluit zijn overeenkomstig hoofdstuk 6.7 van het Vlarem titel II niet van<br />

toepassing op de elektronisch versterkte muziekactiviteiten die plaatsgrijpen in open lucht<br />

en/of in een voor publiek, al dan niet tegen betaling, toegankelijke inrichting, andere dan een<br />

hinderlijk ingedeelde inrichting en waarbij muziek wordt geproduceerd ter gelegenheid van<br />

occasionele muziekactiviteiten, waarvoor het college van burgemeester en schepenen haar<br />

toestemming gaf.<br />

Luidheid (soon): een numerieke maat voor de subjectieve sterkte van een geluid<br />

(afhankelijk van frequentie en intensiteit) voor een normaal functionerend gehoor.<br />

Meetduur: de totale duur van een periode waarin het geluid effectief wordt gemeten.<br />

Meetperiode: niet noodzakelijk aaneengesloten periode die meerdere meetduren kan<br />

omvatten.<br />

Meetrapport: verslag opgemaakt door de bevoegde ambtenaar, bevattende gegevens<br />

omtrent de meetstrategie, meetlocatie, meteo-omstandigheden,….., vaststellingen en<br />

raadgevingen, onderdeel van het proces verbaal.<br />

Muziek: alle vormen van muziekemissie elektronisch versterkt en voortkomend van blijvende<br />

of tijdelijke geluidsbronnen.<br />

Occasionele muziekactiviteiten:<br />

- in tenten georganiseerde dansactiviteiten met een maximale duur van drie<br />

opeenvolgende dagen, maximaal tweemaal per jaar, op hetzelfde perceel of dezelfde<br />

percelen;<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 53/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


- feestzalen of lokalen waarin enkel dansactiviteiten gekoppeld aan bijzondere<br />

gelegenheden worden georganiseerd waarbij duur en aantal bepaald gedefinieerd wordt<br />

als volgt :<br />

o maximaal 12 gelegenheden per jaar;<br />

o maximaal 2 gelegenheden per maand;<br />

o de sommatie van deze gelegenheden mag zich maximaal over 24 kalenderdagen per<br />

jaar spreiden (in geval een dansgelegenheid avonduren alsook ochtenduren van de<br />

daarop volgende kalenderdag omvat, dienen 2 kalenderdagen geteld).<br />

Octaafband: frequentieband waarvan de hoogst doorgelaten frequentie (Hertz) gelijk is aan<br />

tweemaal de laagst doorgelaten frequentie.<br />

Omgevingsgeluid: het geluid op een gegeven plaats en op een gegeven ogenblik<br />

veroorzaakt door alle geluidsbronnen, zowel in open lucht als in een gesloten ruimte.<br />

Optellen van geluidsdrukniveau’s: voor twee of meer incoherente geluidsbronnen,<br />

respectievelijk elk met hun geluidsdrukniveau’s LPx, LPy, …..LPz geldt dat het totale<br />

geluidsdrukniveau LPtotaal berekend wordt als :<br />

L Ptotaal<br />

= 10log<br />

10<br />

10<br />

LPx<br />

10<br />

+ 10<br />

+ .... + 10<br />

Richtwaarden: getalwaarde in dB(A) waaraan de akoestische grootheid van het gemeten of<br />

berekende specifiek geluid wordt getoetst alsook het kwaliteitsniveau dat zoveel mogelijk<br />

moet worden bereikt of gehandhaafd worden.<br />

Specifiek geluid: de getalwaarde van de akoestische grootheid, gedefinieerd door de<br />

bevoegd ambtenaar, die het geluid van een bron, of een deel ervan karakteriseert tijdens<br />

een representatief tijdsinterval. Bepaling:<br />

L Pspecifiek<br />

= 10log<br />

10<br />

10<br />

L<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 54/75 Politiecodex<br />

Py<br />

10<br />

Gemeenteraad 29/03/2010<br />

L<br />

Pspecifiek + achtergrond<br />

10<br />

− 10<br />

LPz<br />

10<br />

L<br />

Pachtergrond<br />

De getalwaarde van het specifiek geluid wordt getoetst aan de richtwaarden, tenzij anders<br />

vermeld.<br />

Stabiel geluid: geluid waarvan de niveauschommelingen, gemeten als LAeq,1s, niet meer<br />

bedragen dan 5 dB(A).<br />

Tonaal geluid: geluid waarvan het tonale karakter in het frequentiegebied van 50 Hertz tot<br />

10.000 Hertz wordt aangetoond door :<br />

- ofwel een lineaire tertsbandanalyse (waarde van minstens één tertsband ten minste 5 dB<br />

hoger dan waarde van beide aanliggende tertsbanden);<br />

- ofwel hoorbaarheid en een smalbandanalyse.<br />

Afdeling 4.3 : Meetomstandigheden<br />

Art. 4.3.1. Algemene voorwaarden<br />

De metingen moeten worden uitgevoerd onder representatieve werking van de bron en<br />

onder representatieve geluidsoverdracht. De metingen mogen niet worden uitgevoerd bij<br />

neerslag en/of windsnelheden die hoger zijn dan 5 m/s; mits motivering mag de deskundige<br />

erkend in de discipline geluid en trillingen hiervan afwijken; LAeq,T en LAN,T worden gemeten<br />

10


gedurende een representatief tijdsinterval T en de statistische grootheden worden bepaald<br />

op basis van minstens 3600 waarden per uur.<br />

Een windscherm moet tijdens de metingen steeds op de microfoon worden geplaatst. Voor<br />

metingen overeenkomstig het koninklijk besluit van 24 februari 1977 wordt de meetketen<br />

ingesteld met de “SLOW” tijdskarakteristiek, voor alle andere metingen wordt de “FAST”<br />

tijdskarakteristiek ingesteld.<br />

Voor elke meting of reeks van metingen moet de meetketen met behulp van een akoestische<br />

ijkbron worden geijkt volgens de aanwijzingen van de fabrikant.<br />

Art. 4.3.2. Eisen waaraan de meetketen moet voldoen<br />

De meetketen moet bestaan uit apparatuur die minstens voldoet aan de eisen gesteld voor<br />

klasse 1-meetinstrumenten in de IEC-normen. Vóór elke meting of reeks van metingen moet<br />

de meetketen met behulp van een akoestische ijkbron worden geijkt volgens de<br />

aanwijzingen van de fabrikant. De meetketen moet jaarlijks gekeurd worden door een erkend<br />

deskundige in de discipline geluid en trillingen.<br />

Art. 4.3.3. Meetomstandigheden in open lucht<br />

De geluidsmetingen in open lucht vinden plaats op een hoogte die representatief is voor de<br />

woonniveaus in de omgeving en, zo mogelijk, op minstens 3,5 m van muren, gebouwen en<br />

andere constructies die het geluid kunnen weerkaatsen. Metingen worden uitgevoerd in de<br />

nabijheid van bewoonde gebouwen op hoogstens 200 m afstand van de bron of op ongeveer<br />

200 m afstand van de bron, bij ontstentenis van bewoonde gebouwen. Om technische<br />

redenen kan van deze afstand worden afgeweken.<br />

Art. 4.3.4. Meetomstandigheden binnenshuis<br />

De geluidsmetingen binnenshuis vinden plaats op een hoogte boven de vloer begrepen<br />

tussen 1,2 m en 1,5 m en, zo mogelijk, op minstens 1,5 m van de wanden en de vensters.<br />

De deuren en vensters van de vertrekken waarin de geluidsmetingen gebeuren zijn gesloten<br />

tijdens de metingen. Er worden geen bijkomende maatregelen getroffen die de<br />

geluidsoverdracht kunnen beïnvloeden.<br />

Art. 4.3.5. Meetperiode<br />

De meetperiode wordt bepaald in functie van de verschillende relevante parameters meer<br />

bepaald de aard en de duur van de werkomstandigheden van de betrokken bron, de<br />

atmosferische omstandigheden en de aanwezigheid van andere storende geluidsbronnen.<br />

De meetduur wordt bepaald door de bevoegde ambtenaar en bedraagt in regel minimum 15<br />

minuten.<br />

Het specifiek geluid voortgebracht door een bron wordt geëvalueerd aan de richtwaarden<br />

van afdeling 5.4. Ingeval van impulsachtig, incidenteel, flucturerend of intermitterend geluid<br />

kan de bevoegde ambtenaar een beoordelingsgetal aan de richtwaarden toevoegen.<br />

Meetperioden: overdag : de periode van 07.00 uur tot 19.00 uur;<br />

’s avonds : de periode van 19.00 uur tot 22.00 uur;<br />

’s nachts : de periode van 22.00 uur tot 07.00 uur.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 55/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Afdeling 4.4: Richtwaarden voor het specifiek geluid<br />

GEBIED<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 56/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010<br />

RICHTWAARDEN IN dB(A) IN OPEN LUCHT<br />

OVERDAG<br />

07.00-19.00 uur<br />

AVOND<br />

19.00-22.00 uur<br />

1° Landelijke gebieden en gebieden voor verblijfsrecreatie. 40 35 30<br />

2° Gebieden of delen van gebieden op minder dan 500 m 50<br />

gelegen van industriegebieden niet vermeld sub 3° of van<br />

gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare<br />

nutsvoorzieningen<br />

45 45<br />

3° Gebieden of delen van gebieden op minder dan 500 m 50<br />

gelegen van gebieden voor ambachtelijke bedrijven en<br />

45 40<br />

kleine en middelgrote ondernemingen, van<br />

dienstverleningsgebieden<br />

tijdens de ontginning<br />

of van ontginningsgebieden<br />

4° Woongebieden 45 40 35<br />

5° Industriegebieden, dienstverleningsgebieden, gebieden 60 55 55<br />

voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare<br />

nutsvoorzieningen en ontginningsgebieden tijdens de<br />

ontginning<br />

6° Recreatiegebieden, uitgezonderd gebieden voor<br />

verblijfsrecreatie<br />

50 45 40<br />

7° Alle andere gebieden, uitgezonderd: bufferzones, 45<br />

militaire domeinen en deze waarvoor in bijzondere besluiten<br />

richtwaarden worden vastgelegd<br />

40 35<br />

8° Bufferzones 55 50 50<br />

NACHT<br />

22.00-07.00 uur<br />

Opmerking: Als eenzelfde gebied valt onder twee of meer punten van de tabel dan is in dat gebied de hoogste<br />

richtwaarde van toepassing.<br />

GEBIED<br />

RICHTWAARDEN IN DB(A) BINNENSHUIS<br />

OVERDAG<br />

07.00-19.00 uur<br />

AVOND<br />

19.00–22.00 uur<br />

1° landelijke gebieden en gebieden voor verblijfsrecreatie 30 25 25<br />

2° industriegebieden, dienstverleningsgebieden, gebieden<br />

voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare<br />

36<br />

nutsvoorzieningen en ontginningsgebieden tijdens de<br />

ontginning<br />

31 31<br />

3° woongebieden en alle andere gebieden uitgezonderd<br />

deze sub 1° en sub 2°<br />

Afdeling 4.5: Algemene bepalingen<br />

Art. 4.5.1.<br />

33 28 28<br />

NACHT<br />

22.00– 7.00 uur<br />

a) Alle nodige maatregelen moeten genomen worden om buurtlawaai te voorkomen.<br />

Naargelang van de omstandigheden en de technologisch verantwoorde mogelijkheden<br />

moet de geluidsproductie van de bron en de geluidsoverdracht naar de omgeving beperkt<br />

worden.<br />

b) Ingeval de richtwaarden overschreden worden, kan de burgemeester met het oog op het<br />

herstel van de openbare rust, ambtshalve of op voorstel van de bevoegde ambtenaar,<br />

mondelinge of schriftelijke raadgevingen, aanmaningen en bevelen geven.


c) Ingeval de richtwaarden blijvend overschreden worden en de verantwoordelijke weigert<br />

gevolg te geven aan de schriftelijk gegeven onderrichtingen, kan de burgemeester, op<br />

kosten van de verantwoordelijke, de opstelling en uitvoering van een saneringsplan<br />

opleggen door een erkend laboratorium of erkend deskundige in de discipline geluid,<br />

onverminderd gerechtelijke vervolging.<br />

Art. 4.5.2.<br />

a) Het gebruik van voertuigen uitgerust met of voorzien van luidsprekers en bestemd voor<br />

het maken van reclame of propaganda of het aanwenden van fluiten, sirenen, bellen,<br />

klokken, muziek, geluidswekkende hulpmiddelen, door handelsinrichtingen, bewegende<br />

verkoopinrichtingen, venters of leurders, opkopers van oude of nieuwe voorwerpen en<br />

dienstverleners, met het doel de aandacht te trekken op de verkoop van een product of<br />

het verlenen van een dienst, is onderworpen aan de voorafgaande schriftelijke toelating<br />

van de burgemeester.<br />

b) Het gebruik van voertuigen uitgerust met of voorzien van luidsprekers en bestemd voor<br />

het maken van reclame of propaganda of het aanwenden van fluiten, sirenen, bellen,<br />

klokken, muziek, geluidswekkende hulpmiddelen, door handelsinrichtingen, bewegende<br />

verkoopinrichtingen, venters of leurders, opkopers van oude of nieuwe voorwerpen en<br />

dienstverleners, met het doel de aandacht te trekken op de verkoop van een product of<br />

het verlenen van een dienst, is verboden tussen 20.00 uur en 08.00 uur in de periode van<br />

01 september tot 30 juni en tussen 22.00 uur en 08.00 uur in de periode van 01 juli tot 31<br />

augustus.<br />

Art. 4.5.3.<br />

Luidsprekers of gelijkaardige apparaten opgesteld in afgesloten ruimten waarvan het geluid<br />

kan gehoord worden op de openbare weg of hinder veroorzaken voor de buurt, kunnen op<br />

ieder ogenblik tijdelijk verboden worden indien zij de openbare orde of rust verstoren.<br />

Art. 4.5.4.<br />

Het plaatsen of bezitten van geluidsvoortbrengende alarmtoestellen ter voorkoming van<br />

diefstallen wordt toegestaan mits :<br />

a) de goede werking van de toestellen te allen tijde te waarborgen en geen loze alarmen te<br />

veroorzaken;<br />

b) kennisgeving te doen aan de politie van het systeem, de installatie en eventueel derde<br />

personen die bij afwezigheid van de bewoners kunnen gewaarschuwd worden. Voor de<br />

alarminstallaties waarmee voertuigen zijn uitgerust is er geen meldingsplicht.<br />

Art. 4.5.5.<br />

Het is verboden om bouwterreinmaterieel in de algemene zin, motorcompressoren,<br />

torenkranen, aggregaten voor laswerk, energieaggregaten en met de hand bediende<br />

betonbrekers en trilhamers voor sloopwerk te gebruiken tussen 20.00 uur en 07.00 uur en op<br />

zon- en wettelijke feestdagen. Voor activiteiten van openbaar nut of werken die om<br />

technische redenen niet kunnen onderbroken worden is een voorafgaande en geschreven<br />

machtiging van burgemeester vereist. De burgemeester kan afwijkingen toestaan op de<br />

tijdslimiet.<br />

Art. 4.5.6.<br />

a) Laden en lossen van goederen en voorwerpen in open lucht is verboden tussen 22.00<br />

uur en 06.00 uur, wanneer dit geschiedt binnen een straal van 100 m van woningen.<br />

b) De burgemeester kan op verzoek een afwijking toestaan voor eenmalige activiteiten.<br />

Art. 4.5.7.<br />

Dieren mogen geen abnormale hinder veroorzaken door aanhoudend geblaf, geschreeuw of<br />

gekrijs. De houders van deze dieren zijn evenwel niet strafbaar indien zij aantonen dat zij het<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 57/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


dier een degelijke verzorging, voldoende bewegingsruimte en onderdak verlenen en zij de<br />

hinder niet hebben kunnen beletten.<br />

Art. 4.5.8.<br />

a) Het gebruik van grasmaaiers, kettingzagen of enig ander materieel dat wordt<br />

aangedreven met een ontploffings- of elektrische motor en wordt ingezet bij het<br />

onderhoud van tuinen en parken is verboden tussen 22.00 uur en 07.00 uur en op zon-<br />

en feestdagen volledig verboden.<br />

b) Voor de normale seizoensgebonden bos-, land-, en tuinbouwwerkzaamheden uitgevoerd<br />

door bos-, land- of tuinbouwers in hoofd- of bijberoep hetzij door loonwerkers geldt het<br />

verbod van a) niet.<br />

Art. 4.5.9.<br />

Het geluid voortgebracht door spelende kinderen wordt niet aanzien als geluidshinder.<br />

Afdeling 4.6: Geluidshinder vanwege muziek in openbare inrichtingen<br />

Art. 4.6.1<br />

a) Niemand mag, zonder daarvan vooraf melding te hebben gedaan, in een openbare<br />

inrichting muziek maken of laten maken, of er een evenement inrichten of laten<br />

plaatsvinden waarbij muziek wordt gemaakt.<br />

b) Niemand mag, zonder daarvan vooraf melding te hebben gedaan de opstellingsplaats<br />

en/of het vermogen van de muziekinstallatie wijzigen.<br />

Art. 4.6.2<br />

a) De schriftelijke melding moet worden overgemaakt aan de burgemeester.<br />

b) De melding moet minstens de volgende gegevens bevatten:<br />

- naam en adres van de inrichting;<br />

- identiteit van de verantwoordelijke;<br />

- indien het om een natuurlijk persoon gaat: naam, voornaam, adres en<br />

telefoonnummer;<br />

- indien het om een rechtspersoon gaat: benaming, rechtsvorm, maatschappelijke<br />

zetel, telefoonnummer, de naam en hoedanigheid van de vertegenwoordiger van de<br />

rechtspersoon, eventueel zijn telefoonnummer;<br />

- de aard en de technische kenmerken van de muziekinstallatie (opgave van het type<br />

en vermogen van alle toestellen en installaties die enige impact kunnen hebben op<br />

de geluidsbelasting).<br />

c) De burgemeester kan op verzoek een afwijking toestaan op de geldende<br />

geluidsnormen.<br />

Art. 4.6.3.<br />

a) De geviseerde melding is strikt persoonlijk. Zij kan niet worden overgedragen.<br />

b) De geviseerde melding moet door de verantwoordelijke op verzoek van de bevoegde<br />

ambtenaar onmiddellijk worden getoond.<br />

Art. 4.6.4.<br />

Iedere verantwoordelijke van een openbare inrichting of van een activiteit of manifestatie op<br />

de openbare weg of op het openbaar domein waarbij muziek wordt gespeeld of<br />

geluidsversterkende apparatuur wordt gebruikt, is verplicht:<br />

- de nodige maatregelen te nemen om openbare orde en rust niet te verstoren;<br />

- de bijzondere voorwaarden te volgen die de burgemeester oplegt.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 58/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Afdeling 4.7: Geluidshinder vanwege luchtdrukkanonnen en<br />

gelijkaardige toestellen ingezet ter bescherming van fruit- en<br />

landbouwteelt<br />

Art. 4.7.1.<br />

Het gebruik van luchtdrukkanonnen of gelijkaardige toestellen, met inbegrip van toestellen, al<br />

dan niet elektronisch versterkt, die het geluid nabootsen van krijsende vogels, voor het<br />

verjagen van vogels ter bescherming van akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt is enkel<br />

toegestaan na schriftelijke machtiging van de burgemeester. De aanvraag moet gebeuren bij<br />

middel van een aanvraagformulier dat op iedere politiepost kan afgehaald worden. De<br />

aanvraag moet schriftelijk worden gemotiveerd en moet toelaten de mogelijke hinder van de<br />

installatie te beoordelen. Enkel volledig ingevulde formulieren worden behandeld.<br />

Art. 4.7.2.<br />

Het gebruik van luchtdrukkanonnen of gelijkaardige toestellen, met inbegrip van toestellen, al<br />

dan niet elektronisch versterkt, die het geluid nabootsen van krijsende vogels, voor het<br />

verjagen van vogels ter bescherming van akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt, mogen enkel<br />

opgesteld worden op een afstand van meer dan 100 m van woningen en op een afstand van<br />

meer dan 25 m van een openbare weg, en maximum één luchtdrukkanon per twee ha. De<br />

tussenafstand tussen twee luchtdrukkanonnen bedraagt minstens 200 m. Bij<br />

conflict tussen twee machtigingen vervalt de jongste machtiging.<br />

Bij vaststelling van een eerste overtreding wordt de installatie stilgezet. Bij vaststelling van<br />

een volgende overtreding wordt een geldboete van 250 EUR opgelegd.<br />

Art. 4.7.3.<br />

Het gebruik van luchtdrukkanonnen of gelijkaardige toestellen, met inbegrip van toestellen, al<br />

dan niet elektronisch versterkt, die het geluid nabootsen van krijsende vogels, voor het<br />

verjagen van vogels ter bescherming van akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt, is verboden<br />

tussen 20.00 uur en 07.00 uur en op zondagvoormiddag tot 12.00 uur. Op gemotiveerd<br />

verzoek kan in de machtiging een ingekorte verbodsperiode worden bepaald.<br />

Art. 4.7.4.<br />

De gegevens inzake de toelatingsduur en de locatie waar de apparatuur wordt ingezet,<br />

worden opgenomen in de schriftelijke machtiging.<br />

Art. 4.7.5.<br />

De opeenvolging van het aantal knallen of de aaneengesloten perioden van vogelgekrijs, van<br />

elk maximaal 10 seconden, mogen elkaar niet opvolgen met tussenpozen van minder dan 3<br />

minuten.<br />

Art. 4.7.6.<br />

De opening van het kanon of luidsprekers moet steeds in de meest gunstige richting<br />

geplaatst worden ten aanzien van de hindergevoelige plaatsen of gebieden vermeld in art.<br />

4.7.2 of met andere woorden de mond van de geluidsbron moet – waar mogelijk –<br />

weggericht worden van de bewoning.<br />

Art. 4.7.7.<br />

Onverminderd de andere strafbepalingen doet de politie, bij vaststelling van overtreding,<br />

deze overtreding ophouden door stillegging van de installatie. In geval van herhaling en<br />

wanneer de overtreder deugdelijk en tegen gehandtekend ontvangstbewijs in kennis werd<br />

gesteld van de eerste waarschuwing of verbalisatie, kan ieder operationeel lid van de politie<br />

de installatie in beslag nemen en stelt ze ter beschikking van de bestuurlijke overheid.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 59/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


De burgemeester wordt binnen de 2 werkdagen in kennis gesteld van de inbeslagname en<br />

treft de nodige schikkingen met betrekking tot teruggave.<br />

Bij een derde herhaling kan de burgemeester de apparatuur definitief inhouden.<br />

Art. 4.7.8. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 4.5.1. a) - 4.5.2. a) - 4.5.2. b) - 4.5.3. - 4.5.4. a) -<br />

4.5.4. b) - 4.5.5. - 4.5.6. a) - 4.5.7. - 4.5.8. a) - 4.6.1. a) - 4.6.1. b) - 4.6.4. - 4.7.1. - 4.7.2. -<br />

4.7.3 - 4.7.5. - 4.7.6. overtreedt wordt bestraft met een administratieve geldboete tussen<br />

minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Hoofdstuk 5: Reglement omtrent de dieren<br />

Afdeling 5.1: Algemeen<br />

Art. 5.1.1.<br />

De eigenaar van diersoorten die vermeld worden in bijlage 1 van het Vlaams reglement op<br />

de milieuvergunning (Vlarem) titel I, moet hiervan melding maken bij het college van<br />

burgemeester en schepenen hetzij een milieuvergunning aanvragen bij de<br />

vergunningsverlenende overheid – in casu het college van burgemeester en schepenen of<br />

de bestendige deputatie van de provincie.<br />

Art. 5.1.2.<br />

Honden moeten aan de leidband worden gehouden op de openbare wegen, op het openbaar<br />

domein, de parken en op de begraafplaatsen.<br />

Het is de eigenaars of begeleiders van honden die agressief of geneigd zijn te bijten,<br />

verboden met deze dieren op de openbare weg, het openbaar domein, op de<br />

begraafplaatsen en in de voor het publiek toegankelijke plaatsen te komen, indien deze<br />

honden niet voorzien zijn van een muilband.<br />

Art. 5.1.3.<br />

De eigenaars of begeleiders van honden moeten er voor zorgen dat hun hond(en), de<br />

openbare wegen, het openbaar domein, de parken, de plantsoenen, de stoepen, de<br />

wandelwegen en de private eigendommen niet bevuilen met hun uitwerpselen.<br />

Op al deze vermelde plaatsen moeten de eigenaars of begeleiders steeds in het bezit zijn<br />

van een zakje of een ander voorwerp voor het verwijderen van de uitwerpselen van hun dier.<br />

Uitzondering aan deze verplichting wordt gemaakt voor blinden of andere gehandicapten met<br />

geleidehond.<br />

Het zakje of een ander voorwerp voor het verwijderen van de uitwerpselen moet op het<br />

eerste verzoek van de bevoegde ambtenaar getoond worden.<br />

De eigenaars of begeleiders van honden zijn verplicht op de voornoemde plaatsen de<br />

uitwerpselen van de hond onmiddellijk te verwijderen.<br />

De bepalingen van dit artikel ontslaan de aangelanden niet van hun verplichting de<br />

bepalingen inzake het rein houden van de gemeente na te leven.<br />

Art. 5.1.4.<br />

Achtergelaten dieren die worden gevangen, moeten binnen de 4 dagen afgeleverd worden<br />

bij de lokale politie. De lokale politie vertrouwt de dieren toe aan de dierenbescherming, aan<br />

een asiel, een zoo of een dierenpark.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 60/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 5.1.5.<br />

Krengen van dieren mogen niet verbrand worden. Krengen van kleine gezelschapsdieren<br />

mogen begraven worden op 1 m diepte of opgehaald worden door een erkend<br />

verwerkingsbedrijf.<br />

Het begraven is verboden indien het overleden gezelschapsdier:<br />

- gestorven is aan een overdraagbare ziekte op mens of dier;<br />

- meer dan 10 kg weegt.<br />

Begraven mag alleen in een zanderige grond. In een klei of leemachtige grond vindt<br />

onvoldoende ontbinding plaats. Er mogen geen plastic zakken of slecht afbreekbare<br />

verpakkingen mee de grond in.<br />

Art. 5.1.6. Administratieve geldboetes<br />

Diegene de bepalingen van de artikelen 5.1.2. - 5.1.3. - 5.1.5. overtreedt wordt bestraft met<br />

een administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Afdeling 5.2: Bescherming van de duivenwedstrijden<br />

Art. 5.2.1.<br />

In de periode gelegen tussen de eerste zaterdag van april en de eerste zondag van<br />

november is het, vanaf 07.00 uur ’s morgens tot 18.00 uur ’s avonds, op zon- en feestdagen<br />

waarop duivenprijskampen worden georganiseerd, verboden :<br />

a) alle soorten duiven, welke niet aan deze prijskampen deelnemen, te laten uitvliegen,<br />

b) handelingen te verrichten of daden te stellen die prijskampduiven kunnen afschrikken<br />

zoals: opstellen van draaiende voorwerpen, ophangen van allerlei voorwerpen, met<br />

voorwerpen zwaaien of er op kloppen en zulks op minder dan 50 m afstand van een<br />

duiventil.<br />

Art. 5.2.2.<br />

Het in art. 5.2.1 geformuleerde verbod wordt verlengd tot de eerstvolgende dag in geval op<br />

de bedoelde zon- en feestdagen, om welke reden dan ook, geen prijskamp wordt<br />

georganiseerd.<br />

In voorkomend geval is de medekampende liefhebber verplicht zijn buren, binnen een straal<br />

van 50 meter vanaf zijn duiventil, hiervan in kennis te stellen.<br />

Art. 5.2.3. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 5.2.1. - 5.2.2. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Hoofdstuk 6: Reglement op het bouwen/verhuren van panden<br />

Afdeling 6.1: Reglement op het bouwen<br />

Art. 6.1.1 Garagepoorten<br />

Het is niet toegelaten garagepoorten te plaatsen, die over het stoepgedeelte of bermgedeelte<br />

van het openbaar domein open draaien, waardoor de veiligheid van de voetganger in gevaar<br />

komt.<br />

Art. 6.1.2. Dakvensters en standvensters en schoorstenen<br />

Opendraaiende dakvensters, koepels (in het vlak van het dak) en standvensters (dakkapel)<br />

mogen niet op minder dan 2 meter van rook- en/of verluchtingsschouwen gelegen zijn.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 61/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


De schouwkoppen voor rookgassen moeten minstens 50 cm boven de nok van het dak<br />

uitsteken. Schouwen voor rookgassen en/of verluchting moeten op een voldoende hoogte<br />

en/of afstand worden opgetrokken opdat de omliggende bewoners hiervan geen hinder<br />

hebben.<br />

Art. 6.1.3. Keldergaten, keldertoegangen en privé-inspectieputjes voor de riolering<br />

Het is verboden zonder voorafgaandelijke toelating van het college van burgemeester en<br />

schepenen, keldergaten, keldertoegangen of privé-inspectieputjes voor de riolering te maken<br />

of aan te brengen op het openbaar domein.<br />

Art. 6.1.4. Toegangen naar het gebouw<br />

Hier worden alle toegangen naar de gebouwen en/of terreinen bedoeld, die vanaf het<br />

openbaar domein in helling moeten aangelegd worden naar een niveau dat hoger of lager is<br />

gelegen dan de grens met het openbaar domein. Deze hellingen mogen slechts aangelegd<br />

worden vanaf de eigendomsgrens tussen het openbaar domein (dit is vanaf de rooilijn, soms<br />

bouwlijn, of perceelsgrens aan de straat). Deze hellingen mogen in geen geval beginnen<br />

vanaf de boordsteen of kantstrook van de weg. De berm of stoep van het openbaar domein<br />

moet steeds afhellen met 1 à 1,5 % naar de straatzijde, of moet deze mogelijkheid hebben<br />

na aanleg van de privé-toegang.<br />

Art. 6.1.5. Aanplantingen in voortuinen en langs de weg<br />

Het is verboden op privé- en openbare domeinen gelegen op kruispunten van straten,<br />

beplantingen, schutsels, wanden enz. aan te leggen met een hoogte van meer dan 40 cm op<br />

of in de onmiddellijke omgeving van perceelsgrenzen aan de straatkanten en waardoor het<br />

zicht van de weggebruikers wordt belemmerd.<br />

Art. 6.1.6. Het aanmaken van mortels<br />

a) Het is verboden alle soorten mortels (zand-cement, beton, metselmortel, gips, kalkmortel<br />

enz.) te verwerken en/of aan te maken rechtstreeks op het wegdek of op de stoep.<br />

b) Spoelwater met resten uit beton- of mortelmixers mogen niet geloosd worden in de<br />

straatgreppel of wateropvangers.<br />

Art. 6.1.7. Het gebruik van zware machines<br />

Het is verboden om met zware machines, uitgerust met stalen rupswielen, over het wegdek,<br />

stoepen, kantstroken en boordstenen te rijden zonder beschermingsmiddelen aan te<br />

brengen (zoals stalen afdekplaten) en waardoor beschadigingen kunnen optreden.<br />

Art. 6.1.8. Elektrische leidingen en andere voor de werf<br />

Het is verboden elektrische leidingen en andere onbeschermd op het wegdek te leggen.<br />

Art. 6.1.9.<br />

Indien de bouwheer zich niet houdt aan verplichtingen, zoals vervat in art. 6.6. en art. 6.7. en<br />

niet ingaat op het onmiddellijk verzoek van de bevoegde ambtenaar, zal de gemeente op<br />

diens kosten, vermeerderd met de administratieve kosten, de nodige opruimingen en/of<br />

herstellingen doen.<br />

Art. 6.10. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 6.2.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimuml 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 62/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Afdeling 6.2: Reglement op het verhuren van panden.<br />

Art. 6.2.1.<br />

Eigenaars van huizen, appartementen, studentenkoten en weekendverblijven die hun<br />

eigendom wensen te verhuren worden verplicht bij de bekendmaking via publicatie of affiche<br />

de huurprijs te vermelden alsook de eventuele gemeenschappelijke kosten en lasten.<br />

Art. 6.2.2. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel 6.2.1. overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimuml 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 63/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Hoofdstuk 7: Reglementering op de begravingen en de<br />

begraafplaatsen<br />

Afdeling 7.1: Algemene bepalingen<br />

Art. 7.1.1.<br />

Elk overlijden in de gemeente wordt zonder verwijl en uiterlijk de eerstvolgende werkdag<br />

aangegeven aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Dit geldt eveneens indien een<br />

menselijk lijk op het grondgebied van de gemeente wordt ontdekt.<br />

Het overlijden wordt door de ambtenaar van de burgerlijke stand vastgesteld op basis van<br />

een getuigschrift afgeleverd door de behandelende geneesheer of een geneesheer hiertoe<br />

aangesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand.<br />

Art. 7.1.2.<br />

Tot vormneming, balseming of kisting mag slechts worden overgegaan nadat het overlijden<br />

werd vastgesteld door de behandelende geneesheer of de geneesheer hiertoe aangesteld,<br />

ofwel, wanneer het overlijden te wijten is aan een gewelddadige of verdachte oorzaak, na<br />

vrijgave van het lijk door de procureur des Konings.<br />

Behalve om te voldoen aan een gerechtelijke beslissing mag de kist na de kisting niet meer<br />

geopend worden.<br />

Art. 7.1.3.<br />

1. De nabestaanden of diegenen aangesteld door de nabestaanden die voor de begraving,<br />

bijzetting of uitstrooiing instaan, regelen met het gemeentebestuur de noodzakelijke<br />

formaliteiten. Bij ontstentenis daaraan, wordt door het gemeentebestuur het nodige<br />

gedaan.<br />

2. a) De begraving, bijzetting, uitstrooiing of crematie zal plaatshebben binnen de vijf dagen<br />

volgend op de dag van overlijden, zon- en feestdagen niet meegeteld. De<br />

begrafenisondernemer is gehouden deze termijn te respecteren.<br />

b)De burgemeester beslist over uitzonderingen om ernstige redenen.<br />

3. Het gemeentebestuur beslist over de datum en het uur van de begraving, bijzetting of<br />

uitstrooiing. Behoudens in speciale gevallen, op advies van de behandelende<br />

geneesheer, zal de begraving, bijzetting of uitstrooiing ten vroegste plaatshebben 24<br />

uren na de aangifte van het overlijden.<br />

Art. 7.1.4.<br />

De teraardebestellingen van de stoffelijke resten hebben plaats op één van de gemeentelijke<br />

begraafplaatsen.<br />

De begraafplaatsen zijn bestemd voor het begraven van stoffelijke overschotten, het<br />

bijzetten van stoffelijke overschotten in reeds bestaande grafkelders, het begraven van<br />

asurnen of het bijzetten ervan in een columbarium, en de verstrooiing van as op een<br />

strooiweide van :<br />

a. personen die in het plaatselijk bevolkingsregister ingeschreven zijn, personen, overleden<br />

op het grondgebied van de gemeente en menselijke lijken, ontdekt op het grondgebied;<br />

b. personen die in de gemeente effectief wonen, doch krachtens wettelijke bepalingen of<br />

internationale overeenkomsten vrijgesteld zijn van inschrijving in één van de<br />

bevolkingsregisters;<br />

c. personen die begunstigde zijn van een eerder afgeleverd recht op begraving in een<br />

geconcedeerd perceel of bijzetting in een bestaande grafkelder of in een geconcedeerde<br />

nis;<br />

d. personen die sedert minder dan 10 jaar de stad verlaten hebben, waarvan de<br />

familiebanden hun begraving op één van de gemeentelijke begraafplaatsen<br />

rechtvaardigen en voor wie een aanvraag werd ingediend;<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 64/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


e. uitzonderlijk en voor zover de overledene een bijzondere relatie heeft gehad met de<br />

gemeente kan de burgemeester toestemming geven tot begraving op een gemeentelijke<br />

begraafplaats, conform de bepalingen van het huishoudelijk reglement en het<br />

retributiereglement. Het college van burgemeester en schepenen zal nadien in kennis<br />

worden gesteld van deze toestemming.<br />

In de gevallen vermeld onder b. en c. moeten de nodige bewijsstukken voorgelegd worden<br />

door de aanvrager.<br />

Art. 7.1.5.<br />

De dodenhuisjes op de begraafplaatsen moeten voor het bewaren van de stoffelijke<br />

overschotten van overleden personen of asurnen in afwachting van de begraving of in<br />

afwachting van het vervoer naar een andere plaats in de gemeente, naar een andere<br />

gemeente of naar het buitenland.<br />

Deze bewaring mag geenszins langer duren dan 12 uur.<br />

De opzichter van de begraafplaats is belast met de maatregelen voorgeschreven om de<br />

ontsmetting, de gezondmaking en het onderhoud van de lokalen te verzekeren<br />

Art. 7.1.6. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van artikel7.1.3.2. a) overtreedt wordt bestraft met een<br />

administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00 EUR.<br />

Afdeling 7.2: Lijkvervoer<br />

Art. 7.2.1.<br />

Het lijkvervoer wordt waargenomen door gespecialiseerde ondernemingen onder toezicht<br />

van het gemeentebestuur.<br />

Bij het bezorgen van de stoffelijke overblijfselen op de gemeentelijke begraafplaats moet de<br />

gemeentelijke administratie ten minste twee werkdagen vooraf verwittigd worden, door<br />

middel van het daartoe bestemd formulier, dat vermeldt of het gaat om een begraving, een<br />

bijzetting in het columbarium of een uitstrooiing. Onmiddellijk na de bezorging van de<br />

stoffelijke overblijfselen op de gemeentelijke begraafplaats wordt een voorlopig gedenkteken<br />

geplaatst, waarop de naam van de overledene vermeld wordt. Deze verplichtingen rusten bij<br />

de naaste verwanten of de gemachtigde.<br />

a) Vervoer van niet-gecremeerde lijken.<br />

De stoffelijke overschotten moeten in een doodskist of een ander lijkomhulsel geplaatst<br />

worden. De niet-gecremeerde stoffelijke overschotten worden individueel met een lijkwagen<br />

of op de meest passende wijze vervoerd. Het vervoer moet steeds over de kortst mogelijke<br />

afstand gebeuren.<br />

Het vervoer van stoffelijke overschotten naar een andere gemeente is verboden, behoudens<br />

machtiging van de burgemeester. Deze machtiging wordt slechts gegeven op voorlegging<br />

van een document waaruit het akkoord blijkt van de burgemeester van de plaats van<br />

bestemming.<br />

Het vervoer naar een plaats op het grondgebied van de gemeente, van stoffelijke<br />

overschotten van personen die er niet zijn overleden of dood aangetroffen werden is<br />

verboden, behoudens machtiging van de burgemeester.<br />

Voor het vervoer naar een rouwcentrum buiten de gemeente, in afwachting van een<br />

begrafenis binnen de gemeente, kan door de burgemeester aan een gespecialiseerde<br />

onderneming een permanente toelating worden verleend.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 65/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Voor het vervoer naar een rouwcentrum binnen de gemeente, in afwachting van een<br />

begrafenis buiten de gemeente, kan door de burgemeester aan een gespecialiseerde<br />

onderneming een permanente toelating worden verleend.<br />

b) Vervoer van gecremeerde lijken.<br />

Het vervoer van gecremeerde lijken is vrij, doch moet gebeuren volgens de regels van<br />

welvoeglijkheid.<br />

c) Vervoer van niet-gecremeerde stoffelijke overschotten naar het buitenland<br />

Voor zover stoffelijke overschotten van de in België overleden personen naar het buitenland<br />

moeten vervoerd worden, is het vervoer, naargelang het geval, onderworpen aan de<br />

formaliteiten vermeld in:<br />

1. het koninklijk besluit van 8 maart 1967, wanneer het lijk moet vervoerd worden naar<br />

Luxemburg of Nederland;<br />

2. het akkoord van Straatsburg van 26 oktober 1973, wanneer het lijk moet vervoerd<br />

worden naar een ander land dan vermeld onder a) en dat het akkoord van<br />

Straatsburg ondertekend heeft;<br />

3. het verdrag van Berlijn van 10 februari 1937, wanneer het lijk moet vervoerd worden<br />

naar Duitsland<br />

4. het regentbesluit van 20 juni 1947, wanneer een lijk moet vervoerd worden naar een<br />

land, niet bedoeld in 1 of 2<br />

Afdeling 7.3: Lijkbezorging<br />

Art. 7.3.1.<br />

De lijkkisten en de lijkomhulsels moeten in volle grond begraven worden op een<br />

minimumdiepte zoals bepaald in dit artikel. Er mogen ten hoogste 2 stoffelijke overschotten<br />

boven elkaar geplaatst worden mits boven iedere doodskist of lijkwade een laag grond van<br />

ten minste 30 cm wordt aangebracht. Boven de bovenste doodskist of lijkwade bevindt zich<br />

een laag grond van ten minste 65 cm.<br />

De minimale afstand tussen een graf en de perceelsgrens van de begraafplaats bedraagt<br />

één meter.<br />

Diepte van de graven :<br />

- minimumdiepte van 1,50 m voor een afzonderlijk graf.<br />

- minimumdiepte van 2,00 m voor een graf bestemd voor dubbele begraving.<br />

Behoudens in geval van bijzetting in een grafkelder waar een hermetisch omhulsel verplicht<br />

is gedurende de periode van de bijzetting, is het verboden gebruik te maken van<br />

doodskisten, foedralen, lijkomhulsels, producten en procédés die de natuurlijke en normale<br />

ontbinding van het stoffelijk overschot of de crematie verhinderen.<br />

Art. 7.3.2.<br />

De asurnen worden begraven in volle grond op een diepte van ten minste 65 cm of worden<br />

bijgezet in een columbarium dat ter beschikking gesteld wordt door het gemeentebestuur.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 66/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Afdeling 7.4: Crematie, columbarium, asverstrooiing<br />

Art. 7.4.1.<br />

Voor crematie is een toestemming vereist van de ambtenaar van de burgerlijke stand waar<br />

het overlijden werd vastgesteld, indien dat overlijden in een gemeente van het Vlaamse<br />

Gewest heeft plaatsgehad.<br />

Ingeval van overlijden buiten een gemeente van het Vlaamse gewest is een verlof tot<br />

crematie vereist van de procureur des Konings van het arrondissement van de plaats waar<br />

zich ofwel het crematorium ofwel de hoofdverblijfplaats van de overledene bevindt.<br />

Art. 7.4.2.<br />

§ 1. De as van gecremeerde lijken kan in urnen worden geplaatst die op de begraafplaats<br />

worden begraven of in een columbarium worden bijgezet.<br />

De as van gecremeerde lijken kan op een van de volgende plaatsen worden uitgestrooid :<br />

1° op een daartoe bestemd perceel van de begraafplaats;<br />

2° op de aan het grondgebied van België grenzende territoriale zee onder de voorwaarden<br />

die de Vlaamse regering bepaalt.<br />

De as van de overledene wordt met respect en eerbied behandeld en kan geen voorwerp<br />

uitmaken van een commerciële activiteit, met uitzondering van die activiteiten die verband<br />

houden met het uitstrooien of begraven van de as of met het overbrengen ervan naar de<br />

plaats waar de as bewaard zal worden.<br />

Indien de overledene dit schriftelijk heeft bepaald of, bij gebrek aan schriftelijke bepaling door<br />

de overledene, op gezamenlijk schriftelijk verzoek, vooraleer de crematie plaatsvindt, van<br />

zowel de echtgenoot of van diegene met wie de overledene een feitelijk gezin vormde als<br />

van alle bloed- of aanverwanten van de eerste graad of, indien het om een minderjarige<br />

gaat, op verzoek van de ouders of voogd, kan de as van gecremeerde lijken :<br />

1° worden uitgestrooid op een andere plaats dan de begraafplaats. Deze uitstrooiing kan<br />

evenwel niet gebeuren op het openbaar domein, uitgezonderd de begraafplaats bedoeld in<br />

het eerste lid en het tweede lid. Indien het een terrein betreft dat niet in eigendom is van de<br />

overledene of zijn nabestaanden, is een voorafgaande, schriftelijke toestemming van de<br />

eigenaar van het betrokken terrein vereist;<br />

2° worden begraven op een andere plaats dan de begraafplaats. Deze begraving kan<br />

evenwel niet gebeuren op het openbaar domein, uitgezonderd de begraafplaats bedoeld in<br />

het eerste en het tweede lid. Indien het een terrein betreft dat niet in eigendom is van de<br />

overledene of zijn nabestaanden, is een voorafgaande, schriftelijke toestemming van de<br />

eigenaar van het betrokken terrein vereist;<br />

3° in een urne ter beschikking worden gesteld van de nabestaanden om te worden bewaard<br />

op een andere plaats dan de begraafplaats. Indien er een einde komt aan de bewaring van<br />

de as op een andere plaats dan de begraafplaats, wordt de as door toedoen van de<br />

nabestaande die er de zorg voor heeft of zijn erfgenamen in geval van diens overlijden, ofwel<br />

naar een begraafplaats gebracht om er begraven, in een columbarium bijgezet of<br />

uitgestrooid te worden, ofwel op de aan het grondgebied van België grenzende territoriale<br />

zee uitgestrooid te worden.<br />

De persoon die de as in ontvangst neemt, is verantwoordelijk voor de naleving van deze<br />

bepalingen.<br />

De Vlaamse regering kan nadere voorwaarden bepalen waaraan de in het vierde lid<br />

bedoelde bewaringen, begravingen of uitstrooiingen moeten voldoen.<br />

§ 2. Onverminderd hetgeen is bepaald in § 1 kan, op verzoek van de echtgenoot en van de<br />

bloed- of aanverwanten in eerste graad, een gedeelte van de as van het gecremeerde lijk<br />

aan hen worden meegegeven.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 67/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 7.4.3.<br />

Onverminderd de naleving van de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van lijkbezorging,<br />

overeenkomstig artikel 15 van het decreet kan een asurn op vraag van de nabestaanden en<br />

mits toestemming van de burgemeester, opgegraven worden om te worden uitgestrooid of<br />

om te worden bijgezet in een concessie.<br />

Art. 7.4.4.<br />

In het columbarium mag een nis maximaal twee urnen bevatten. De nadere bepalingen zijn<br />

opgenomen in het huishoudelijk reglement.<br />

De heropening en de sluiting vóór en na de bijzetting in het columbarium mag enkel en<br />

uitsluitend gebeuren door de zorgen van de bevoegde aangestelde van het stadsbestuur.<br />

De gedenktekens, die worden aangebracht op de afdekplaat moeten voldoen aan de<br />

bepalingen van het huishoudelijk reglement.<br />

Het is onder geen enkel beding toegelaten andere of bijkomende herdenkingsplaten of<br />

naamplaten aan te brengen op de gesloten nissen.<br />

Voor wat betreft het columbarium wordt tevens bepaald dat :<br />

- het toegelaten is een gedenkteken of een bloemstuk (al dan niet natuurlijk) te bevestigen<br />

op de afdekplaat van de nis, voor zover dit voorwerp de afmetingen van de afdekplaat<br />

niet overschrijdt, noch enige hinder betekent voor de andere nissen. Het is verboden<br />

boven op het columbarium enig voorwerp te plaatsen;<br />

- kronen en andere bloemstukken geplaatst voor het columbarium in aantal beperkt<br />

worden tot één per gesloten nis of bijzetting, uitgezonderd tijdens de volgende perioden :<br />

a) de periode die volgt op de bijzetting met een maximum duur van één maand;<br />

b) de periode rond Allerheiligen, zijnde van één week vóór tot twee weken na<br />

Allerheiligen.<br />

De bloemstukken zullen desgevallend ambtshalve verwijderd worden.<br />

Art. 7.4.5.<br />

Uitstrooiing van de as op het daartoe bestemde perceel van de begraafplaats gebeurt door<br />

middel van een strooitoestel dat alleen door de gemeentelijke aangestelde mag worden<br />

bediend.<br />

Bij een perceel bestemd voor de asverstrooiing wordt :<br />

- door de gemeente een plaats voorzien waarop er per asverstrooiing een<br />

naamplaatje bevestigd wordt.<br />

- een plaats voorbehouden voor het aanbrengen van gedenkenisvoorwerpen.<br />

Op de asverstrooiingspercelen op de openbare begraafplaatsen mogen geen voorwerpen<br />

worden geplaatst (bloemen, kransen, herinneringsbeelden) die de normale groei van het<br />

gras belemmeren.<br />

Art. 7.4.6.<br />

Een graf op het urnenveld kan maximaal 2 urnen bevatten. De nadere bepalingen zijn<br />

onderworpen aan de reglementering opgenomen in het huishoudelijk reglement.<br />

Afdeling 7.5: Opgravingen<br />

Art. 7.5.1.<br />

Opgravingen zijn enkel mogelijk :<br />

a. op bevel van de gerechtelijke overheid;<br />

b. bij terugneming van een geconcedeerd perceel of een nis wegens openbaar belang of<br />

dienstnoodwendigheden;<br />

c. bij wijziging van de bestemming van de begraafplaats;<br />

d. op verzoek van belanghebbenden en mits voorafgaande machtiging van de<br />

burgemeester. Het verlenen van toestemming tot opgraving door de burgemeester kan<br />

enkel om ernstige redenen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 68/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


In geval van herbegraving moet door de burgemeester een toelating verleend worden tot<br />

herbegraving op een gemeentelijke begraafplaats.<br />

Als een overledene in een andere gemeente wordt herbegraven moet de burgemeester van<br />

die andere gemeente toestemming geven voor de herbegraving in zijn gemeente vooraleer<br />

het stoffelijk overschot wordt opgegraven. De burgemeester van de gemeente waar het<br />

stoffelijk overschot begraven ligt moet toestemming geven tot de opgraving.<br />

Het stoffelijk overschot moet onmiddellijk naar de nieuwe bestemming worden vervoerd en<br />

begraven, mits inachtneming van alle voorschriften terzake.<br />

Voor crematie na opgraving is eveneens de toestemming tot opgraving van de burgemeester<br />

vereist. De behandeling van de as gebeurt overeenkomstig artikel 7.4.2. van dit hoofdstuk.<br />

Art. 7.5.2.<br />

Behalve de opgravingen door de gerechtelijke overheid bevolen, mag geen opgraving<br />

worden verricht dan met een schriftelijke toelating van de burgemeester.<br />

De nabestaanden moeten de aanvraag tot opgraving schriftelijk richten aan de<br />

burgemeester. Onverminderd het recht van de burgemeester om in de toelating bijzondere<br />

voorwaarden op te leggen, moeten steeds volgende beschikkingen worden nageleefd:<br />

a) dag en uur waarop de opgraving zal geschieden, worden in overleg met de<br />

gemeentelijke administratie vastgesteld;<br />

b) het grafteken, de beplantingen en alle andere voorwerpen die het openleggen van het<br />

graf kunnen bemoeilijken of beletten, moeten verwijderd worden vooraleer tot de<br />

opgraving wordt overgegaan;<br />

c) het verwijderen van de grafsteen gebeurt ten laatste 2 dagen voor de ontgraving.<br />

d) het openleggen van het graf, het openen van de grafkelder, het lichten van de kist uit<br />

het graf en het vullen van de kuil geschieden door de zorgen van de gemeente;<br />

e) het openen van de nis, het uitnemen van de urn uit de nis en het terug sluiten van de<br />

nis, geschieden door de zorgen van de gemeente.<br />

Art. 7.5.3.<br />

De begraafplaats wordt op het tijdstip van de opgraving voor het publiek gesloten. Deze<br />

sluiting kan vooraf aan het publiek bekend gemaakt worden. Behalve bij gerechtelijk bevel<br />

worden de ontgravingen enkel op werkdagen en bij gunstige weersomstandigheden verricht.<br />

De opgraving wordt bij voorkeur vroeg in de morgen uitgevoerd.<br />

De personen die belast zijn met de opgravingwerkzaamheden moeten voldoende opgeleid<br />

zijn en moeten beschermende kledij dragen.<br />

De opzichter van de begraafplaatsen kan de vernieuwing van de kist voorschrijven. Elke<br />

andere maatregel kan genomen worden die van aard is de welvoeglijkheid en de openbare<br />

gezondheid te beschermen, op kosten van de aanvrager.<br />

Art. 7.5.4.<br />

Indien wordt vastgesteld dat kledingstukken of andere omhulsels het verteringsproces<br />

ernstig vertragen moet de ondoordringbaarheid voor lucht van deze omhulsels bij herkisting<br />

worden opgeheven. Zo mogelijk wordt het storende omhulsel verwijderd.<br />

Tijdens een eventueel transport van de onverteerde resten wordt gebruik gemaakt van een<br />

al dan niet herbruikbare lucht- en vloeistofdichte kist.<br />

Art. 7.5.5.<br />

De prijs en betalingsmodaliteiten voor de opgraving worden vastgesteld in het<br />

retributiereglement. Alle kosten zijn ten laste van de aanvrager(s).<br />

Art. 7.5.6.<br />

Ontruimingen kunnen plaatsvinden nadat de termijn van een graf of nis, om welke reden dan<br />

ook verlopen is. Nadere bepalingen worden vermeld in het huishoudelijk reglement.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 69/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Afdeling 7.6: Graftekens, bouw- en beplantingswerken<br />

Art. 7.6.1.<br />

Tenzij de overledene anders heeft beschikt of zijn verwanten zich ertegen verzetten, heeft<br />

eenieder het recht een grafteken te plaatsen zonder afbreuk te doen aan het recht van de<br />

concessiehouder.<br />

Art. 7.6.2.<br />

Op de begraafplaatsen van de gemeente:<br />

a) mogen de graftekens de maximale afmetingen vermeld in het huishoudelijk reglement in<br />

geen geval overschrijden.<br />

b) moeten de aanplantingen binnen de perken, toegewezen aan elk graf, blijven. Ze moeten<br />

altijd zo geschikt worden dat ze het zicht en de doorgang niet belemmeren.<br />

c) is het planten van bloemen, struiken en seizoenplanten, wier hoogte niet meer bedraagt<br />

dan 1,00 m, toegelaten.<br />

d) moeten de opschriften en de grafschriften steeds leesbaar zijn en de openbare orde en<br />

de aan de doden verschuldigde eerbied respecteren.<br />

e) mag er geen materiaal achtergelaten worden. De burgemeester laat op kosten van de<br />

overtreder de materialen verwijderen in geval van overtreding van de verbodsbepaling<br />

vervat in punt d en zulks na een zonder gevolg gebleven ingebrekestelling.<br />

f) mogen rond de graven geen afsluitingen of omheiningen gemaakt worden.<br />

g) moeten de op de graven aangebrachte bloemen en planten goed onderhouden worden.<br />

Afgestorven bloemen en planten worden onmiddellijk verwijderd. Bij gebreke hiervan zal<br />

de opruiming en het verwijderen geschieden door de zorgen van de gemeente.<br />

Art. 7.6.3.<br />

Op de gemeentelijke begraafplaatsen gebeurt de plaatsing, de wegneming of de verbouwing<br />

van graftekens en de uitvoering van beplantingen onder toezicht van de opzichter van de<br />

begraafplaatsen en dit binnen de uren en termijnen die opgelegd worden.<br />

De graftekens moeten zodanig opgericht en onderhouden worden dat zij de veiligheid en<br />

doorgang niet belemmeren en zonder schade aan te brengen aan de aangrenzende<br />

graftekens en graven.<br />

Art. 7.6.4.<br />

Voor de plaatsing of de verbouwing van grafstenen en van aanplantingen is een schriftelijke<br />

toestemming vereist. Deze toelating wordt enkel verleend aan de eigenaars of hun<br />

lasthebbers, die zich hiervoor moeten wenden tot de administratie.<br />

Voor het afnemen van de grafstenen staan de familieleden of naasten in.<br />

Het verwijderen van de grafsteen gebeurt ten laatste 2 dagen voor de begraving om 8.00<br />

uur ’s morgens.<br />

In de twee bovenvermelde gevallen worden de werken uitgevoerd onder toezicht van de<br />

opzichter van de begraafplaatsen.<br />

Alle bouw -, beplanting - of aanlegwerken en elke plaatsing van graftekens zijn verboden op<br />

zon- en feestdagen en buiten de openingsuren van de kerkhoven op werkdagen.<br />

De materialen moeten derhalve zo veel als mogelijk geprefabriceerd ter plaatse worden<br />

gebracht om de werken op de begraafplaats tot het volstrekt minimum te beperken.<br />

Art. 7.6.5.<br />

Drie werkdagen voor Allerheiligen tot en met Allerzielen is het verboden:<br />

a) om het even welke grafsteen of bijhorigheid op een graf te plaatsen, te herstellen of<br />

ervan te verwijderen. Dit verbod omvat niet het aanbrengen van bloemen en<br />

kransen, bloempotten of ornamenten.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 70/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


De reeds geleverde grafstenen of graftekens, die drie werkdagen voor Allerheiligen<br />

niet geplaatst zijn, moeten door de opdrachtgever daags nadien voor 10.00 uur<br />

verwijderd worden. Indien de opdrachtgever hieraan geen gevolg geeft, worden de<br />

kosten voor het verwijderen van de grafsteen of het grafteken door het stadsbestuur,<br />

verhaald op de overtreder.<br />

b) beitel - of schilderwerk uit te voeren, graftekens en bijhorigheden te voegen, recht te<br />

zetten of te herstellen;<br />

Enkel de opschik van de beplanting is toegelaten mits de wegen en andere graven<br />

rein worden gehouden en niet worden beschadigd.<br />

c) bij het poetsen van grafzerken, andere zerken te bevuilen.<br />

Afval, plantresten, papier enz. worden naar de daarvoor aangeduide plaatsen gebracht.<br />

Art. 7.6.6.<br />

De graftekens moeten voldoen aan de bepalingen van het huishoudelijk reglement.<br />

Gedenktekens die niet overeenstemmen met de bepalingen van de politieverordening<br />

moeten worden verwijderd door de opdrachtgever van de plaatsing. De concessiehouder of<br />

nabestaanden, indien gekend, zullen hiervoor schriftelijk in gebreke worden gesteld. Bij<br />

gebrek aan herstel binnen een periode van 6 maanden na de ingebrekestelling en na de<br />

aanplakking van het desbetreffende bericht zal de verwijdering door het gemeentebestuur<br />

gebeuren, en zullen de kosten ten laste gelegd worden van de opdrachtgever(s).<br />

Afdeling 7.7: Onderhoud van de graven<br />

Art. 7.7.1.<br />

De nabestaanden staan in voor het onderhoud van de graven en alles wat zich erop bevindt.<br />

Wanneer een graf, door plantengroei overwoekerd, vervallen, ingestort of bouwvallig is,<br />

wordt een akte van verwaarlozing opgesteld door de burgemeester. Die akte blijft één jaar<br />

lang aangeplakt aan de ingang van de begraafplaats en bij het graf. De vaststelling van de<br />

verwaarlozing wordt, in de mate van het mogelijke, ook schriftelijk ter kennis gebracht van de<br />

nabestaanden.<br />

Na het verstrijken van de termijn van één jaar en bij niet herstelling wordt op bevel van de<br />

burgemeester overgegaan tot afbraak of tot het wegnemen van de materialen op kosten van<br />

de nabestaanden. Daarenboven kan het college van burgemeester en schepenen een einde<br />

stellen aan de toegestane concessie.<br />

De concessiehouder of nabestaanden kunnen echter ook beslissen om het grafmonument of<br />

de voorwerpen erop, tijdens of onmiddellijk na de procedure, zelf te verwijderen. De<br />

opgegraven stoffelijke resten zullen naar een andere grafplaats overgebracht worden.<br />

In geval van dringende noodzakelijkheid kan de burgemeester verwaarloosde gedenktekens<br />

doen wegnemen zonder verhaal of aanspraak op vergoeding. De dringende noodzaak zal<br />

worden vastgesteld in een akte, opgemaakt door de burgemeester, die wordt aangeplakt aan<br />

het graf en aan de ingang van de begraafplaats, Een afschrift van deze akte wordt verstuurd<br />

naar de concessiehouder of naar de nabestaanden.<br />

Afdeling 7.8: Ordemaatregelen<br />

Art. 7.8.1.<br />

De begraafplaatsen zijn voor het publiek toegankelijk alle dagen op de volgende uren:<br />

- van 01 april tot 30 september vanaf 08.00 uur tot 20.00 uur.<br />

- van 01 oktober tot 31 maart vanaf 8.30 uur tot 17.00 uur.<br />

Voor dienstnoodwendigheden kunnen de begraafplaatsen, tijdens deze openingsuren, op<br />

bevel van de burgemeester tijdelijk voor het publiek gesloten worden.<br />

Een afwijking van deze openingsuren wordt toegestaan gedurende één week voor en na<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 71/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Allerheiligen.<br />

Art. 7.8.2.<br />

De begraafplaatsen mogen enkel betreden worden:<br />

a) door voetgangers, vervoermiddelen van gehandicapte personen, lijkwagens of daarmee<br />

gelijkgestelde wagens, voertuigen van de gemeentelijke onderhoudsdienst en andere<br />

voertuigen mits machtiging van de burgemeester.<br />

De lijkwagen of een daarmee gelijkgesteld vervoermiddel, die op de begraafplaats<br />

toegelaten is, moet stapvoets rijden.<br />

b) De toegang tot de begraafplaatsen is in elk geval verboden voor:<br />

- ruiters, fietsers en bromfietsers (fietsen en bromfietsen kunnen wel binnen de<br />

begraafplaatsomheining gestald worden).<br />

- personen in staat van dronkenschap.<br />

- spelende kinderen.<br />

- dragers van vuurwapens (uitgezonderd politieagenten).<br />

Art. 7.8.3.<br />

De volgende dieren worden toegelaten op de begraafplaats:<br />

- honden die aan de leiband lopen;<br />

- geleidehonden voor visueel gehandicapten of andere mindervaliden;<br />

- waak-, speur- en verdedigingshonden, die de politiediensten en de erkende<br />

bewakingsonder-nemingen begeleiden.<br />

De begeleider van het dier moet steeds in het bezit zijn van een poepzakje.<br />

Art. 7.8.4.<br />

Het gemeentebestuur staat niet in voor de bewaking van de op de graven geplaatste<br />

voorwerpen.<br />

Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor:<br />

a) de schade aan de graven door particulieren of natuurelementen toegebracht;<br />

b) de diefstallen.<br />

Art. 7.8.5.<br />

De ondernemers welke gelast zijn met het plaatsen of herstellen van de gedenktekens zijn<br />

verantwoordelijk bij mogelijke beschadiging van de wegen, bloemperken of graftekens.<br />

Alle beschadigingen zullen van ambtswege en op hun kosten hersteld worden.<br />

Art. 7.8.6.<br />

Het is verboden :<br />

1. de grasperken en de aanplantingen van de begraafplaats te betreden of op welke<br />

wijze ook te beschadigen;<br />

2. de graftekens en alle hulde- en versieringsvoorwerpen op welke wijze ook te<br />

beschadigen;<br />

3. binnen de omheining van de begraafplaats vuilnis en afval neer te leggen, tenzij op<br />

de daartoe bestemde plaatsen;<br />

4. binnen de omheining van de begraafplaats huishoudelijk afval te storten;<br />

5. gelijk welke daad te stellen, een manifestatie op het getouw te zetten of zich te<br />

gedragen op een wijze die de orde, de rust en de eerbied voor de doden stoort of kan<br />

storen;<br />

6. elke aanplakking, reclameboodschappen en opschriften aan te brengen, behoudens<br />

in de gevallen bepaald bij het decreet van 16 januari 2004 of deze politieverordening;<br />

7. te leuren, gelijk welke voorwerpen uit te stallen of te verkopen of zijn diensten aan te<br />

bieden tegen betaling;<br />

8. om strooibrieven uit te delen.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 72/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 7.8.7.<br />

Uitsluitend de gemachtigde van de gemeente is bevoegd voor:<br />

- het aanhechten van een volgnummer aan de kist of de urne;<br />

- het uitstrooien van de as<br />

- het plaatsen van de kist of de urne in de kuil, de grafkelder of het columbarium;<br />

- het delven van een graf voor begravingen of bijzettingen in volle grond en het vullen van de<br />

kuil;<br />

- het openen en sluiten van bestaande grafkelders;<br />

- het openen, plaatsen en afsluiten van de nis in een columbarium.<br />

Hoofdstuk 8: Reglement op de gemeentelijke speelterreinen<br />

Dit reglement is van toepassing op alle speelterreinen beheerd door de gemeente.<br />

Art. 8.1.<br />

De speeltoestellen mogen niet gebruikt worden door personen ouder dan 14 jaar. Het bestuur<br />

kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor gebeurlijke ongevallen bij onoordeelkundig<br />

gebruik van de toestellen.<br />

Art. 8.2.<br />

Het speelterrein is enkel toegankelijk voor voetgangers en rolstoelgebruikers. Gebruik van<br />

skateboards en rolschaatsen worden niet toegelaten. Fietsen, bromfietsen, motorrijwielen en<br />

motorrijtuigen moeten gestald worden buiten het speelterrein.<br />

Art. 8.3.<br />

Honden aan de leiband zijn toegelaten, maar worden niet toegelaten op de speeltoestellen en<br />

in de zandbak.<br />

Art. 8.4.<br />

Het is niet toegelaten schade aan te richten of wijzigingen aan te brengen aan de<br />

speeltoestellen.<br />

Art. 8.5.<br />

Het is verboden vuil en andere voorwerpen achter te laten op het speelterrein. Afval moet in<br />

de daartoe voorziene vuilnisbakken worden gedeponeerd.<br />

Art. 8.6.<br />

Het is verboden bloemen te plukken, planten en struiken te rooien of te beschadigen.<br />

Art. 8.7.<br />

Houtkappingen zijn verboden.<br />

Art. 8.8.<br />

Het is verboden op de terreinen vuur te maken.<br />

Art. 8.9. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 8.1. - 8.2. - 8.3. a) - 8.3. b) - 8.4. - 8.6. - 8.7. - 8.8.<br />

overtreedt wordt bestraft met een administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en<br />

maximaal 250,00 EUR.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 73/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Hoofdstuk 9: Reglement op de gemeentelijke skateterreinen<br />

Art. 9.1.<br />

Op het skateterrein heerst een sportieve sfeer. Jonge skaters en minder ervaren skaters<br />

worden niet weggestuurd. Men zorgt er samen voor dat iedereen aan bod kan komen.<br />

Art. 9.2.<br />

Het dragen van beschermkledij (valhelm, pols-, elleboog- en kniebeschermers) is verplicht.<br />

Art. 9.3.<br />

Het is verboden met bromfietsen of andere voertuigen op het skateterrein te rijden.<br />

Art. 9.4.<br />

Het is verboden vuil of andere voorwerpen achter te laten op het skateterrein. Afval moet in<br />

de daartoe voorziene vuilnisbakken worden gedeponeerd.<br />

Art. 9.5.<br />

Attributen uit de omgeving kunnen in geen geval worden aangeslagen om te skaten.<br />

Art. 9.6.<br />

Het is verboden:<br />

a) graffiti op de skatetoestellen aan te brengen;<br />

b) de infrastructuur te vernielen of te beschadigen.<br />

Art. 9.7.<br />

De veiligheidszones worden strikt nageleefd.<br />

Art. 9.8.<br />

De skatetoestellen kunnen elke dag gebruikt worden van 9.00 uur tot 22.00 uur.<br />

Art. 9.9.<br />

Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het verlies, beschadiging of<br />

diefstal van persoonlijke bezittingen van de gebruikers.<br />

Art. 9.10.<br />

Aan de gebruikers wordt gevraagd om respect te hebben voor de omwonenden. De skaters<br />

leven daarom dit reglement strikt na.<br />

Art. 9.11.<br />

Er is geen permanent toezicht op het skateterrein voorzien. Het gemeentebestuur zal echter<br />

op regelmatige tijdstippen controles uitvoeren om na te gaan of de bepalingen van dit<br />

reglement worden nageleefd.<br />

Art. 9.12.<br />

Het college van burgemeester en schepenen kan steeds toegang weigeren aan personen of<br />

eventueel voor een bepaalde periode de toegang ontzeggen. Deze sanctie wordt getroffen<br />

bij het niet naleven van dit reglement, bij verstoring van de orde of door het toebrengen van<br />

beschadigingen aan de skatetoestellen of de omgeving.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 74/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010


Art. 9.13.<br />

Het gemeentebestuur staat in voor het onderhoud en de herstellingen van de toestellen. Beschadigingen<br />

of gebreken aan de toestellen worden onmiddellijk gemeld aan de jeugddienst.<br />

Art. 9.14.<br />

Benevens de toepassing van de hiernavolgende administratieve geldboetes zullen de kosten<br />

voor reiniging en/of herstelling integraal verhaald worden op de overtreder, conform de<br />

bepalingen van het gemeentelijk vigerende retributiereglement voor uitvoering van werken<br />

ten laste van derden.<br />

Art. 9.15. Administratieve geldboetes<br />

Diegene die de bepalingen van de artikelen 9.2. - 9.3. - 9.5. - 9.6.a. - 9.6.b. overtreedt wordt<br />

bestraft met een administratieve geldboete tussen minimum 62,50 EUR en maximaal 250,00<br />

EUR.<br />

HOOFDSTUK 10 - STRAFBEPALING<br />

(uitgezonderd de bepalingen waarop administratieve geldboetes worden geheven)<br />

Onverminderd de bestuurlijke maatregelen die tegen de overtreders kunnen worden getroffen,<br />

worden de overtredingen op onderhavige politieverordening gestraft met gevangenisstraf van<br />

één tot zeven dagen en met een boete van één tot vijfentwintig euro, of met één van deze<br />

straffen alleen.<br />

De rechter spreekt desgevallend het herstel van de overtreding uit, binnen een door hem<br />

vastgestelde termijn. Hij beslist, in geval van niet-uitvoering, dat het stadsbestuur hierin<br />

voorziet op kosten van de overtreder.<br />

HOOFDSTUK 11 – BESTUURLIJKE MAATREGELEN<br />

Art. 11<br />

Onverminderd de in de politiecodex voorziene maatregelen, kan de burgemeester wanneer de<br />

openbare veiligheid, de openbare gezondheid, netheid, salubriteit of rust in het gedrang<br />

zijn, zelfs door situaties die hun oorzaak hebben in privé-eigendommen, de nodige besluiten<br />

nemen. In geval van weigering of vertraging in de uitvoering van de bij voornoemde besluiten<br />

voorgeschreven maatregelen, alsook indien het onmogelijk is ze aan de betrokkenen te<br />

betekenen, kan de burgemeester van ambtswege op kosten en risico van diegene die in<br />

gebreke gebleven is, tot uitvoering laten overgaan.<br />

Zone Landen-<strong>Linter</strong>-Zoutleeuw 75/75 Politiecodex<br />

Gemeenteraad 29/03/2010

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!