Eenheid en geestelijke groei (Efeze 4:1-16) - Hemels Brood
Eenheid en geestelijke groei (Efeze 4:1-16) - Hemels Brood
Eenheid en geestelijke groei (Efeze 4:1-16) - Hemels Brood
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> <strong>groei</strong> van het lichaam van Christus <strong>Efeze</strong> 4:1-<strong>16</strong><br />
Inleiding<br />
Deze bijbelstudie gaat over e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> <strong>geestelijke</strong> <strong>groei</strong> binn<strong>en</strong> het lichaam van Christus.<br />
Het geeft te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over hoe het gaat in onze kerkelijke wereld <strong>en</strong> over hoe we zelf daarin bezig<br />
zijn. Het is zo makkelijk om verdeeldheid te vermeerder<strong>en</strong>. Het is ook zo makkelijk om te bouw<strong>en</strong><br />
aan e<strong>en</strong>heid die t<strong>en</strong> koste gaat van de waarheid.<br />
1 Zo roep ik, de gevang<strong>en</strong>e in de Heere, u ertoe op waardig te wandel<strong>en</strong>,<br />
in overe<strong>en</strong>stemming met de roeping (2821) waarmee u geroep<strong>en</strong> b<strong>en</strong>t (2564),<br />
Roeping<br />
We kom<strong>en</strong> de roeping ook teg<strong>en</strong> in 1:18. Die tekst verwijst o.m. terug op 1:4-5 <strong>en</strong> 11-12. Je b<strong>en</strong>t<br />
geroep<strong>en</strong>, voorbestemd, maar je moet nog gaan ontdekk<strong>en</strong> wat het (de hoop van de roeping)<br />
inhoudt (1:18; 2:12). Je moet ook gaan lev<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s je roeping (4:1).<br />
Waardig<br />
Waardig = volg<strong>en</strong>s dat wat het waard is. En dat geeft e<strong>en</strong> veel groter perspectief dan wij vaak<br />
d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> (4:15).<br />
Wandel<strong>en</strong><br />
Wandel<strong>en</strong> is het gevolg op het wet<strong>en</strong>.<br />
Zev<strong>en</strong> keer kom<strong>en</strong> we in de <strong>Efeze</strong>brief het werkwoord ‘wandel<strong>en</strong>’ teg<strong>en</strong>.<br />
• ‘Want wij zijn Zijn maaksel, geschap<strong>en</strong> in Christus Jezus tot goede werk<strong>en</strong>, welke God<br />
voorbereid heeft, opdat wij in dezelve zoud<strong>en</strong> wandel<strong>en</strong>’. (2:10)<br />
• ‘Zo bid ik u dan, ik, de gevang<strong>en</strong>e in d<strong>en</strong> Heere, dat gij wandelt waardiglijk der roeping, met<br />
welke gij geroep<strong>en</strong> zijt’. (4:1)<br />
• ‘Ik zeg dan dit, <strong>en</strong> betuig het in d<strong>en</strong> Heere, dat gij niet meer wandelt, gelijk als de andere<br />
heid<strong>en</strong><strong>en</strong> wandel<strong>en</strong> in de ijdelheid huns gemoeds’. (4:17)<br />
• ‘En wandelt in de liefde, gelijkerwijs ook Christus ons liefgehad heeft, <strong>en</strong> Zichzelv<strong>en</strong> voor ons<br />
heeft overgegev<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> offerande <strong>en</strong> e<strong>en</strong> slachtoffer, Gode tot e<strong>en</strong> welriek<strong>en</strong>de reuk’. (5:2)<br />
• ‘Want u was eerst duisternis, maar b<strong>en</strong>t nu licht in de Heere; wandel als kinder<strong>en</strong> des lichts’.<br />
(5:8)<br />
• ‘Ziet dan, hoe gij voorzichtiglijk wandelt, niet als onwijz<strong>en</strong>, maar als wijz<strong>en</strong>’. (5:15)<br />
Wandel<strong>en</strong> is gaan ervar<strong>en</strong> wat je weet; het in bezit nem<strong>en</strong> wat je hebt ontvang<strong>en</strong>.<br />
Opdracht<strong>en</strong> hoofdstuk 4-6<br />
In de hoofdstukk<strong>en</strong> 4-6 vind<strong>en</strong> we allerlei concrete uiting<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s onze roeping, in<br />
de vorm van opdracht<strong>en</strong>.<br />
HET BEWAREN VAN DE EENHEID VAN DE GEEST<br />
Het eerste item waarop de nadruk gelegd wordt is GEMEENTE ZIJN. Eén van de hoofdwaarhed<strong>en</strong> van<br />
de <strong>Efeze</strong>brief is het feit dat we sam<strong>en</strong> het lichaam van Christus zijn geword<strong>en</strong> (2:<strong>16</strong>; 3:6). Dat gaat<br />
verder dan dat we all<strong>en</strong> afzonderlijk <strong>geestelijke</strong> zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>. In de <strong>Efeze</strong>brief<br />
mak<strong>en</strong> we zowel k<strong>en</strong>nis met de individuele nieuwe m<strong>en</strong>s (4:24), maar ook met de collectieve<br />
nieuwe m<strong>en</strong>s (2:15). Beide zijn ze het gevolg van wat Christus aan het kruis heeft gedaan.<br />
Wandel dus waardig, in overe<strong>en</strong>stemming met je roeping...<br />
2 in alle ootmoed (nederigheid) <strong>en</strong> zachtmoedigheid, met geduld, door elkaar in liefde te<br />
verdrag<strong>en</strong>,<br />
3 <strong>en</strong> u te beijver<strong>en</strong> om de e<strong>en</strong>heid (1775) van de Geest te bewar<strong>en</strong> door de band van de vrede:<br />
4 één lichaam <strong>en</strong> één Geest, zoals u ook geroep<strong>en</strong> b<strong>en</strong>t (2564) in één hoop van uw roeping (2821),<br />
5 één Heere, één geloof, één doop,<br />
6 één God <strong>en</strong> Vader van all<strong>en</strong>, Die bov<strong>en</strong> all<strong>en</strong> <strong>en</strong> door all<strong>en</strong> <strong>en</strong> in u all<strong>en</strong> is.<br />
Paulus begint met e<strong>en</strong> appél op het bewar<strong>en</strong> van de e<strong>en</strong>heid. Het hoogste doel is blijkbaar niet dat<br />
we het allemaal 100% met elkaar e<strong>en</strong>s zijn, maar dat we de e<strong>en</strong>heid van de Geest bewar<strong>en</strong>.
De e<strong>en</strong>heid van de Geest is e<strong>en</strong> feit<br />
<strong>E<strong>en</strong>heid</strong> <strong>en</strong> vrede vorm<strong>en</strong> de kernwaarheid van het geheim<strong>en</strong>is waarover Paulus in deze brief<br />
spreekt (2:11–3:6). <strong>E<strong>en</strong>heid</strong> in het lichaam van Christus is e<strong>en</strong> zaak waarvoor Christus met Zijn lev<strong>en</strong><br />
moest betal<strong>en</strong>. En ook Paulus zit omwille van de consequ<strong>en</strong>ties van dat geheim<strong>en</strong>is gevang<strong>en</strong> (3:1).<br />
Ook in hoofdstuk 4 ligt er die verbinding tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> de gevang<strong>en</strong>schap van Paulus.<br />
Criteria van deze e<strong>en</strong>heid<br />
De e<strong>en</strong>heid is gemaakt door Christus <strong>en</strong> komt tot uiting in de e<strong>en</strong>heid van de Geest (2:22), waardoor<br />
we sam<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bouwwerk word<strong>en</strong> voor God.<br />
De e<strong>en</strong>heid van de Geest houdt in:<br />
• één lichaam <strong>en</strong> één Geest<br />
• geroep<strong>en</strong> in één hoop van je roeping<br />
• één Heere; één geloof; één doop (Rom.6:3-4)<br />
• één God <strong>en</strong> Vader van all<strong>en</strong> / bov<strong>en</strong> all<strong>en</strong> / door all<strong>en</strong> / in all<strong>en</strong>.<br />
Als we bij Jezus Christus hor<strong>en</strong>, staan we in dezelfde situatie.<br />
De juiste volgorde<br />
Veel on<strong>en</strong>igheid ontstaat doordat we het niet e<strong>en</strong>s zijn met elkaar over ding<strong>en</strong> die we zi<strong>en</strong> als<br />
bijbelse waarheid. E<strong>en</strong> goed voorbeeld daarvan is de doop. Vanuit de verz<strong>en</strong> 2-3 wordt echter<br />
duidelijk dat we de goede volgorde moet<strong>en</strong> aanhoud<strong>en</strong> als we m<strong>en</strong><strong>en</strong> in gesprek te moet<strong>en</strong> gaan<br />
over waarhed<strong>en</strong>.<br />
• Allereerst is de houding waarmee je de ander b<strong>en</strong>adert van belang (vers 2). De karaktertrekk<strong>en</strong><br />
die hier g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong> zijn ook de karaktertrekk<strong>en</strong> van Christus (Eef.5:1-2) <strong>en</strong> om daarover<br />
te kunn<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> is wedergeboorte e<strong>en</strong> absolute voorwaarde.<br />
• Daarnaast is het belangrijk dat je jezelf realiseert dat aan het einde van e<strong>en</strong> gesprek met e<strong>en</strong><br />
broeder of zuster de e<strong>en</strong>heid van de Geest nog steeds intact moet zijn, ongeacht het onderwerp<br />
van gesprek.<br />
Na je houding <strong>en</strong> je einddoel gecheckt te hebb<strong>en</strong>, ga je in gesprek. Zo moet het mogelijk zijn om<br />
zowel de e<strong>en</strong>heid als de waarheid te bewar<strong>en</strong>. Eén van de red<strong>en</strong><strong>en</strong> dat dit vaak niet lukt, is dat we<br />
snel ons gelijk will<strong>en</strong> hal<strong>en</strong>, zonder eerst ‘de basis’ helder te hebb<strong>en</strong>.<br />
Bewar<strong>en</strong> wat bij de basis hoort<br />
De criteria uit de verz<strong>en</strong> 2-6 vorm<strong>en</strong> de basis voor de e<strong>en</strong>heid die er in de Geest is <strong>en</strong> die we<br />
moet<strong>en</strong> bewar<strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong> deze basis is er ge<strong>en</strong> grond voor e<strong>en</strong>heid. We moet<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid<br />
prober<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> waar deze basis ontbreekt, maar God heeft ons één gemaakt <strong>en</strong> die e<strong>en</strong>heid<br />
moet<strong>en</strong> we behoud<strong>en</strong>. Er zal dus nooit e<strong>en</strong>heid bereikt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die niet op<br />
deze zelfde basis staan. Laat je niet zomaar verleid<strong>en</strong> om positief te reager<strong>en</strong> op de roep om<br />
e<strong>en</strong>heid, want ook de tijdgeest stuurt aan op e<strong>en</strong>heid, maar dan t<strong>en</strong> koste van de waarheid; e<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong>heid waarin iedere<strong>en</strong> gewoon door kan gaan met zijn of haar eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> waardoor het<br />
getuig<strong>en</strong>is van onze Heere schade door lijdt.<br />
Onze omgang met ander<strong>en</strong><br />
We moet<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> (her)k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> die op de zelfde basis lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> met h<strong>en</strong> ook bouw<strong>en</strong> aan de<br />
e<strong>en</strong>heid. Ook tuss<strong>en</strong> broeders <strong>en</strong> zusters is dat al e<strong>en</strong> hele klus (5:2 <strong>en</strong> 21). We moet<strong>en</strong> onszelf<br />
daarvoor beijver<strong>en</strong>. Dat doet e<strong>en</strong> beroep op onze omgang met ander<strong>en</strong>.<br />
De duivel ge<strong>en</strong> voet gev<strong>en</strong><br />
We moet<strong>en</strong> de duivel ge<strong>en</strong> voet gev<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>te (o.m. door ongelimiteerde boosheid) (4:27).<br />
De duivel zal het lichaam van Christus aanvall<strong>en</strong>, omdat dat het bewijs is van de e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong><br />
overwinning van Christus. Daar waar wij de e<strong>en</strong>heid kapot mak<strong>en</strong>, is hij de lach<strong>en</strong>de derde.<br />
GENADE<br />
7 Maar aan ieder van ons is de g<strong>en</strong>ade gegev<strong>en</strong> naar de maat van de gave van Christus.<br />
Ik heb zelf lang gedacht dat het in deze verz<strong>en</strong> gaat over de gav<strong>en</strong> die de gelovig<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> in Christus (charismata), zoals daarover ook gesprok<strong>en</strong> wordt in Rom.12 <strong>en</strong> 1Kor.12, maar<br />
het gaat hier om iets anders.
G<strong>en</strong>ade naar mate van de gave van Christus<br />
G<strong>en</strong>ade = charis (5485). Maat = metron (3358). Gave = dOrean (1431).<br />
Letterlijk staat er vers 7: Maar iedere<strong>en</strong> heeft g<strong>en</strong>ade ontvang<strong>en</strong>, naar de maat van de gift van<br />
Christus.Iedere<strong>en</strong> heeft g<strong>en</strong>ade ontvang<strong>en</strong>. Het lijkt alsof daar e<strong>en</strong> maat in is; dat de e<strong>en</strong> meer<br />
heeft gehad als de ander. We moet<strong>en</strong> bij het woord ‘metron’ echter niet d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />
maatbeker, maar aan e<strong>en</strong> metronoom (gelijk lop<strong>en</strong> met, synchroon lop<strong>en</strong> met, het zelfde ritme<br />
hebb<strong>en</strong> als). We kom<strong>en</strong> dit woord ook teg<strong>en</strong> in 4:13 <strong>en</strong> <strong>16</strong>. De g<strong>en</strong>ade die je ontvang<strong>en</strong> hebt is<br />
overe<strong>en</strong>komstig de gave van Christus. Dat laatste geeft de toon aan. Ofwel: we word<strong>en</strong> hier weer<br />
terug verwez<strong>en</strong> naar de geweldige rijkdom die we van <strong>en</strong> vooral in Christus ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> (1:3-<br />
14). We lev<strong>en</strong> in de g<strong>en</strong>adetijd (2:7).<br />
G<strong>en</strong>ade als hulp om de e<strong>en</strong>heid te bewar<strong>en</strong><br />
Deze tekst begint met ‘maar’. Dit woord kan gebruikt word<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>stelling aan te gev<strong>en</strong><br />
(zoals bijv. in 5:8), maar kan ook vertaald word<strong>en</strong> met ‘echter’, dus als e<strong>en</strong> aanvulling <strong>en</strong><br />
ondersteuning van dat wat ervoor staat. Deze laatste vertaling heeft hier de voorkeur, gezi<strong>en</strong> het<br />
gevolg. Het gaat in vers 7-10 om aanvull<strong>en</strong>de informatie t<strong>en</strong> gunste van de e<strong>en</strong>heid. Het is alsof de<br />
apostel na zijn opdracht (vers 2-6) wil zegg<strong>en</strong>: we kunn<strong>en</strong> deze opdracht ook volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, omdat we<br />
zelf g<strong>en</strong>ade ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Zoals Christus vrede maakte, zo zijn ook wij daartoe in staat gesteld<br />
door de g<strong>en</strong>ade. Word<strong>en</strong> als Jezus in het omgaan met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> (5:2). Dat kan omdat hij ons<br />
beg<strong>en</strong>adigd heeft (1:6).<br />
TOT VOLHEID BRENGEN<br />
8 Daarom zegt Hij: To<strong>en</strong> Hij opvoer in de hoogte, nam Hij de gevang<strong>en</strong>is gevang<strong>en</strong> <strong>en</strong> gaf Hij gav<strong>en</strong><br />
aan de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />
9 Wat betek<strong>en</strong>t dit 'to<strong>en</strong> Hij opvoer' anders dan dat Hij ook eerst neergedaald is in de diept<strong>en</strong>,<br />
namelijk de aarde?<br />
10 Die neergedaald is, is Dezelfde als Die opgevar<strong>en</strong> is ver bov<strong>en</strong> alle hemel<strong>en</strong> om alle ding<strong>en</strong> te<br />
vervull<strong>en</strong>.<br />
G<strong>en</strong>ade als e<strong>en</strong> gave van Christus aan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
Paulus haalt Psalm 68:19 aan, om het gegev<strong>en</strong> dat Christus g<strong>en</strong>ade gaf aan gelovig<strong>en</strong> kracht bij te<br />
zett<strong>en</strong>. Gav<strong>en</strong> = domata (1390). Het gaat hier dus niet over charismata (5486), waarover in Rom.12<br />
<strong>en</strong> 1Kor.12 gesprok<strong>en</strong> wordt. De toepassing die Paulus hier van de ‘gav<strong>en</strong>’ maakt is allereerst de<br />
gave van g<strong>en</strong>ade, waarover in vers 7 gesprok<strong>en</strong> wordt. Vandaar ook dat vers 8 begint met het woord<br />
‘daarom’.<br />
Het ‘me<strong>en</strong>em<strong>en</strong> van de krijgsgevang<strong>en</strong><strong>en</strong>’ waarover in vers 8 gesprok<strong>en</strong> wordt, is door theolog<strong>en</strong> al<br />
op heel veel verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> uitgelegd. Vel<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> dat het hier gaat om de geme<strong>en</strong>te, die<br />
bevrijd wordt uit de macht van het aardse <strong>en</strong> in Christus e<strong>en</strong> positie krijgt in de hemelse gewest<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> daar ook gesteld is bov<strong>en</strong> de <strong>geestelijke</strong> macht<strong>en</strong>. (2:6).<br />
E<strong>en</strong> andere, maar wel veel minder vaak g<strong>en</strong>oemde mogelijkheid, is dat Christus boze macht<strong>en</strong> uit<br />
het dod<strong>en</strong>rijk me<strong>en</strong>am als krijgsgevang<strong>en</strong><strong>en</strong> bij Zijn intocht bij de Vader. Tekst<strong>en</strong> die hierover te<br />
d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>, zijn Kol.2:15 <strong>en</strong> 1Petr.3:19-22. Als dit zo is, dan zou dat e<strong>en</strong> goede basis zijn voor<br />
wat er staat in 3:10, over het getuig<strong>en</strong>is van de geme<strong>en</strong>te in de hemelse gewest<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong>over de<br />
(ook boze – zie 6:10-12) macht<strong>en</strong>.<br />
Alles tot volheid br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />
Christus is eerst neergedaald in de diepste gewest<strong>en</strong> van de aarde. Maar Hij is ook opgevar<strong>en</strong> bov<strong>en</strong><br />
alle hemel<strong>en</strong> (huperano epi-ouranios = over-bov<strong>en</strong> de overhemelse) met als doel dat Hij alles tot<br />
volheid zou br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> (4137).<br />
We kom<strong>en</strong> het begrip ‘tot volheid br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>’ ook teg<strong>en</strong> in 1:23; 3:19 <strong>en</strong> 5:18 <strong>en</strong> dan in relatie tot<br />
gelovig<strong>en</strong>. De geme<strong>en</strong>te het voorwerp waardoor (1:23) <strong>en</strong> waarin (3:19) deze vervulling<br />
werkelijkheid wordt. De red<strong>en</strong> hiervan is dat Christus aan de geme<strong>en</strong>te gegev<strong>en</strong> is, nadat Hij<br />
verhoogd is aan Gods rechterhand (1:20-22).<br />
G<strong>en</strong>ade als basis voor vervulling<br />
Dit alles is e<strong>en</strong> uitvloeisel van de g<strong>en</strong>ade, waarmee we beg<strong>en</strong>adigd zijn in Christus (1:6). En God wil<br />
ons nog veel meer g<strong>en</strong>ade gev<strong>en</strong> in de toekom<strong>en</strong>de eeuw<strong>en</strong> (2:7).
G<strong>en</strong>ade is dat waarmee God ons wil vull<strong>en</strong> (4:7) <strong>en</strong> van waaruit we alles in ons lev<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Dus ook het bewar<strong>en</strong> van de e<strong>en</strong>heid.<br />
G<strong>en</strong>ade is datg<strong>en</strong>e waardoor Christus in de geme<strong>en</strong>te alles tot volheid br<strong>en</strong>gt.<br />
Ook dit stukje (vers 8-10) wijst ons dus weer op de geweldige g<strong>en</strong>ade die we gekreg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> (vers<br />
7), naar de maat van de gave van Christus. Vers 7 t/m 10 zijn dus e<strong>en</strong> aanvulling op vers 2-6.<br />
DE OPBOUW VAN HET LICHAAM<br />
11 En Hij heeft sommig<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> als apostel<strong>en</strong>, ander<strong>en</strong> als profet<strong>en</strong>, ander<strong>en</strong> als evangelist<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ander<strong>en</strong> als herders <strong>en</strong> leraars,<br />
12 om de heilig<strong>en</strong> toe te rust<strong>en</strong> tot het werk van de bedi<strong>en</strong>ing, tot opbouw van het lichaam van<br />
Christus,<br />
Vijf speciale tak<strong>en</strong><br />
De gav<strong>en</strong> (vers 8) zoud<strong>en</strong> verder ook kunn<strong>en</strong> slaan op de vijf tak<strong>en</strong> die de Heere aan het lichaam van<br />
Christus gaf. Gave of niet, in ieder geval wordt dit duidelijk:<br />
Wij hebb<strong>en</strong> all<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ade ontvang<strong>en</strong> (vers 7), maar sommig<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> taak ontvang<strong>en</strong> om op e<strong>en</strong><br />
bijzondere wijze het lichaam van Christus op te bouw<strong>en</strong>: apostel<strong>en</strong>, profet<strong>en</strong> (die beid<strong>en</strong> zijn er nog<br />
t<strong>en</strong> tijde van Paulus volg<strong>en</strong>s 3:5), evangelist<strong>en</strong>, herders <strong>en</strong> leraars.<br />
All<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingeschakeld voor de opbouw van het lichaam<br />
Het doel van al deze tak<strong>en</strong> is dat de heilig<strong>en</strong> / gelovig<strong>en</strong> toegerust zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> (2677) voor het<br />
werk van de bedi<strong>en</strong>ing (1248 – di<strong>en</strong>stbetoon).<br />
Dit alles heeft de opbouw (3619 – 2:21; 4:<strong>16</strong>; 4:29) van het lichaam van Christus tot doel.<br />
All<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dus uiteindelijk ingeschakeld om het bouwwerk van het lichaam van Christus te<br />
bouw<strong>en</strong> (2:21), maar sommig<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> daarin e<strong>en</strong> speciale taak.<br />
In 1Kor.12:28 wordt ook iets dergelijks gezegd. Maar in dat hoofdstuk wordt ook gesprok<strong>en</strong> over<br />
het feit dat alle gelovig<strong>en</strong>, led<strong>en</strong> van het lichaam, diverse gav<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Bij die gav<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ook<br />
de gav<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd die pass<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het koninkrijkskader (gezondmaking, kracht<strong>en</strong> – 1Kor.12:9-<br />
10).<br />
DE GROEI VAN HET LICHAAM<br />
13 totdat wij all<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> tot<br />
de e<strong>en</strong>heid (1775) van het geloof<br />
<strong>en</strong> de e<strong>en</strong>heid van de k<strong>en</strong>nis van de Zoon van God<br />
tot e<strong>en</strong> volwass<strong>en</strong> man (mannelijke rijpheid)<br />
tot de maat (3358) van de grootte van de volheid van Christus,<br />
Het lichaam van Christus moet opgebouwd word<strong>en</strong>. We zijn één met Christus, ons Hoofd (1:22-23)<br />
maar er moet nog veel werk gebeur<strong>en</strong> in het lichaam (4:15).<br />
• Er is e<strong>en</strong>heid van de Geest (4:3) <strong>en</strong> we hebb<strong>en</strong> één geloof (4:5) maar de e<strong>en</strong>heid van het geloof<br />
moet ook <strong>groei</strong><strong>en</strong> (3:<strong>16</strong>-17). Er is e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid van de Geest (4:3), maar we moet<strong>en</strong> vervuld<br />
word<strong>en</strong> met de Geest (5:18). Hoe meer kracht van de Geest er van binn<strong>en</strong> komt, hoe meer<br />
Christus door het geloof in je hart woont. Het lichaam is e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid. Bij alle led<strong>en</strong> moet dat<br />
geloof dus <strong>groei</strong><strong>en</strong>. Sam<strong>en</strong> <strong>groei</strong><strong>en</strong> in de kracht van de Geest leidt tot sam<strong>en</strong> <strong>groei</strong><strong>en</strong> in de<br />
e<strong>en</strong>heid van het geloof.<br />
• Groei<strong>en</strong> in geloof leidt tot <strong>groei</strong><strong>en</strong> in k<strong>en</strong>nis (3:18-19). We moet<strong>en</strong> <strong>groei</strong><strong>en</strong> in k<strong>en</strong>nis, volle,<br />
rechte k<strong>en</strong>nis (1:17-18), zodat we zull<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> wat de hoop is van Zijn roeping.<br />
• Groei<strong>en</strong> in k<strong>en</strong>nis leidt tot <strong>groei</strong><strong>en</strong> in de volheid van God (3:18-19). Groei<strong>en</strong> tot de<br />
mannelijkheid = gelijk word<strong>en</strong> aan Christus, De Man (5:2). Het lichaam moet steeds meer gaan<br />
pass<strong>en</strong> bij het Hoofd (4:12). We moet<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> dus ook <strong>groei</strong><strong>en</strong> tot de volheid van Christus<br />
(3:19).<br />
E<strong>en</strong> gebedszaak<br />
Er is e<strong>en</strong> mooie parallel tuss<strong>en</strong> het gestelde doel in 4:13 <strong>en</strong> het gebed van Paulus in 3:<strong>16</strong>-19. Deze<br />
<strong>groei</strong> lijkt in hoofdstuk 4 e<strong>en</strong> vanzelfsprek<strong>en</strong>dheid te zijn, maar hoofdstuk 3 maakt duidelijk dat<br />
deze <strong>groei</strong> e<strong>en</strong> zaak van gebed (voorbede) is.
WAARHEID<br />
14 opdat wij ge<strong>en</strong> jonge kinder<strong>en</strong> meer zoud<strong>en</strong> zijn, he<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer geslingerd door de golv<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
meegesleurd door elke wind van leer, door de bedriegerij van de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> om sluw tot dwaling te<br />
verleid<strong>en</strong>,<br />
15 maar dat wij, door ons in liefde aan de waarheid te houd<strong>en</strong>, in alle opzicht<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> <strong>groei</strong><strong>en</strong> in<br />
Hem Die het Hoofd is, namelijk Christus.<br />
Groei<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> doel voor de aarde<br />
Het beoogde doel met het lichaam van Christus (4:13) lijkt hoog gegrep<strong>en</strong>. Toch is het e<strong>en</strong><br />
doelstelling die geldt voor het lev<strong>en</strong> van het lichaam van Christus op aarde. Dat blijkt uit het<br />
vervolg van vers 13.<br />
We moet<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> jonge kinder<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> ofwel onmondig. Het is de bedoeling dat we op<strong>groei</strong><strong>en</strong>.<br />
Op<strong>groei</strong><strong>en</strong> is heel normaal <strong>en</strong> vanzelfsprek<strong>en</strong>d bij kinder<strong>en</strong> van vlees <strong>en</strong> bloed, maar is dat ook het<br />
geval bij het lichaam van Christus?<br />
Waarheid<br />
Het k<strong>en</strong>merk van kindschap in / van het lichaam van Christus is de vatbaarheid voor dwaling. Zolang<br />
we dwal<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> we niet <strong>groei</strong><strong>en</strong>. Als we ons echter aan de waarheid houd<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> we wel<br />
<strong>groei</strong><strong>en</strong> in Christus.<br />
Waarheid = allereerst dat wat we van Christus, ons Hoofd, ler<strong>en</strong> (4:20-21). De waarheid heeft alles<br />
te mak<strong>en</strong> met het aflegg<strong>en</strong> van de oude m<strong>en</strong>s, het vernieuwd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> het aando<strong>en</strong> van de nieuwe<br />
m<strong>en</strong>s (4:22-24).<br />
In de KJV staat: ‘but speaking te truth in love’. Dat wijst ons erop dat het hier bij ‘waarheid’<br />
specifiek gaat over waarheid teg<strong>en</strong>over dwaling. Alles wat de <strong>groei</strong> van het lichaam van Christus<br />
teg<strong>en</strong>houdt, mog<strong>en</strong> we rek<strong>en</strong><strong>en</strong> tot dwaling <strong>en</strong> onwaarheid.<br />
Liefde<br />
In liefde = het gaat hier volg<strong>en</strong>s de grondtekst niet over liefde vóor de waarheid, hoewel dat er<br />
natuurlijk wel is, maar het gaat hier over liefde als houding. Daar waar we op de zelfde basis staan<br />
(4:3), is het onze taak om in liefde met elkaar om te gaan (4:2). Op basis van de e<strong>en</strong>heid van de<br />
Geest kan dat ook, want dan is vers 13 voor ons all<strong>en</strong> het doel.<br />
<strong>16</strong> Van Hem uit wordt het hele lichaam sam<strong>en</strong>gevoegd <strong>en</strong> bije<strong>en</strong>gehoud<strong>en</strong> door elke band die steun<br />
geeft, overe<strong>en</strong>komstig de eig<strong>en</strong> maat waarin ieder deel werkzaam is. Zo verkrijgt het lichaam zijn<br />
<strong>groei</strong>, tot opbouw van zichzelf in de liefde.<br />
Christus houdt het lichaam bij elkaar. <strong>E<strong>en</strong>heid</strong> <strong>en</strong> <strong>groei</strong> kom<strong>en</strong> voort uit het Hoofd.<br />
Sam<strong>en</strong>gevoegd = 4883. We kom<strong>en</strong> dit begrip ook teg<strong>en</strong> in Ef.2:21. Het lichaam is e<strong>en</strong> welsluit<strong>en</strong>d<br />
geheel.<br />
Het wordt bije<strong>en</strong>gehoud<strong>en</strong> door pez<strong>en</strong> <strong>en</strong> band<strong>en</strong>. Zie ook Kol.2:19.<br />
Elk deel heeft daarin zijn taak <strong>en</strong> wordt daarin ondersteund.<br />
Zo <strong>groei</strong>t het lichaam van Christus <strong>en</strong> bouwt zichzelf op in liefde.<br />
Daar waar we toe<strong>groei</strong><strong>en</strong> naar Christus (4:15), zal Hij er zorg voor drag<strong>en</strong> dat het lichaam ook zijn<br />
doel bereikt.<br />
Liefde is e<strong>en</strong> opdracht (4:2), maar ook het gevolg (4:<strong>16</strong>).<br />
Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d<br />
Er schijnt nieuw licht op de woord<strong>en</strong> ‘g<strong>en</strong>ade <strong>en</strong> vrede’ (1:2; 6:23-24).<br />
Christus is niet alle<strong>en</strong> de Bron van ons nieuwe lev<strong>en</strong> (g<strong>en</strong>ade), maar ook van de e<strong>en</strong>heid (vrede).<br />
Wij zijn geroep<strong>en</strong> om die e<strong>en</strong>heid te bewar<strong>en</strong>.<br />
We hebb<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ade ontvang<strong>en</strong> om dat te kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>.<br />
Het lichaam van Christus moet niet afgebrok<strong>en</strong>, maar opgebouwd word<strong>en</strong>. Hierin krijgt iedere<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> taak.<br />
Het lichaam moet <strong>groei</strong><strong>en</strong>, zodat het de totale overe<strong>en</strong>stemming met het Hoofd bereikt.<br />
Als we de juiste basis <strong>en</strong> de juiste focus hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> we <strong>groei</strong><strong>en</strong>.<br />
K<strong>en</strong> dus je positie in Christus <strong>en</strong> leef naar de mogelijkhed<strong>en</strong> van je positie.