THE GEVERS INFORMATION

European, Belgian & Dutch Patent Attorneys
Conseils en Brevets Européens, Belges & Néerlandais
Europese, Belgische & Nederlandse Octrooigemachtigden
THE GEVERS INFORMATION
ALGEMENE INFORMATIE BETREFFENDE OCTROOIEN
NV GEVERS & VANDER HAEGHEN SA NV GEVERS PATENTS
Holidaystraat, 5 Frankrijklei 53/55 bus 5
B-1831 Diegem – Brussels B-2000 Antwerpen
T : +32 2 715 37 11 T : +32 3 206 99 88
F : +32 2 535 99 00 F : + 32 3 206 99 51
patents@gevers.eu (general e-mail) gevers.patents@gevers.eu
gevers.validations@patents.eu (validations)
renewal.patents@gevers.eu (renewal fees)
www.gevers.com

GEVERS & VANDER HAEGHEN
GEVERS PATENTS
Affliated with :
GEVERS GROUP
BUREAU GEVERS
GEVERS & PARTNERS
GEVERS MARKS
GEVERS & ASSOCIATES
Since 1898, GEVERS & VANDER HAEGHEN and GEVERS PATENTS Patent Attorneys, GEVERS & PARTNERS,
GEVERS MARKS and GEVERS & ASSOCIATES have advised thousands of Belgian and foreign Patent and
Trademark owners. We help our clients to obtain and defend their Intellectual Property rights in Belgium and abroad.
The large expertise of our 40 Belgian, Dutch, and European Patent Attorneys and/or Community and Benelux
trademark Attorneys enables us to meet the many varied needs of our clients. The extensive involvement of
GEVERS & VANDER HAEGHEN in associations such as epi, FICPI, AIPPI, etc. allows us to remain at the cutting
edge of all new developments.
The five offices have always been extensively computerized. Therefore, any request can be answered with utmost
speed and efficiency and at reasonable rates.
GEVERS & VANDER HAEGHEN is located in Brussels and GEVERS PATENTS in Antwerp. We have further offices
in Liège, Ghent and Hasselt.
* * * * *
Depuis 1898, GEVERS & VANDER HAEGHEN en GEVERS PATENTS Patent Attorneys, GEVERS & PARTNERS,
GEVERS MARKS et GEVERS & ASSOCIATES conseillent des milliers d’entreprises belges et étrangères en
matière de brevets, de marques et d’autres droits de propriété industrielle. Nous aidons nos clients à obtenir et à
défendre leurs droits tant en Belgique qu’à l’étranger.
Les spécialisations respectives de nos 40 Conseils en Brevets Européens, Néerlandais et Belges et/ou Conseils en
Marques Communautaires et Benelux nous permettent de répondre aux attentes les plus diverses de nos clients.
A l’aide de notre réseau mondial de correspondants, vos marques, vos brevets et vos modèles sont déposés, suivis
et défendus dans tout pays.
Les cinq bureaux bénéficient d’une longue tradition informatique. Ainsi toute prestation demandée est traitée
efficacement et rapidement et notamment tout dépôt, toute recherche et toute autre demande de renseignements,
tant en matière de brevets que de marques.
GEVERS & VANDER HAEGHEN est situé à Bruxelles et GEVERS PATENTS à Anvers. Nous disposons également
de bureaux à Liège, Gand et Hasselt.
* * * * *
Sinds 1898 staan GEVERS & VANDER HAEGHEN en GEVERS PATENTS Patent Attorneys, GEVERS &
PARTNERS, GEVERS MARKS en GEVERS & ASSOCIATES ten dienste van duizenden Belgische en buitenlandse
ondernemingen voor het verwerven en verdedigen van hun industriële eigendomsrechten – merken, octrooien,
tekeningen en modellen – zowel in België als in het buitenland.
40 Belgische en Europese Octrooigemachtigden en/of Gemeenschaps- en Benelux Merkengemachtigden kunnen
door hun specialisatie in de verschillende vakgebieden aan uw meest uiteenlopende eisen tegemoetkomen
Door een netwerk van correspondenten worden uw merken, octrooien en modellen in alle landen ter wereld
ingediend, opgevolgd en verdedigd.
De vijf vennootschappen beschikken steeds over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van informatica.
Daardoor kunnen alle prestaties inzake merken of octrooien, waaronder aanvragen, onderzoeken of vragen naar
inlichtingen, op snelle en efficiënte wijze verwerkt worden.
GEVERS & VANDER HAEGHEN bevindt zich in Brussel en GEVERS PATENTS in Antwerpen. Wij beschikken
tevens over kantoren in Luik, Gent en Hasselt.

INHOUDSTAFEL
1. GEVERS ____________________________________________________________ 3
2. Wat is een octrooi ? ___________________________________________________ 3
2. 1 Algemeen________________________________________________________________3
2. 2 Uitsluitend recht ___________________________________________________________3
2. 3 Beperkte levensduur _______________________________________________________4
2. 4 Territoriale beperking van octrooirechten _______________________________________4
3. Wanneer is een uitvinding octrooieerbaar ? _______________________________ 4
3. 1 Nieuwheid (Art. 54 E.O.V.)___________________________________________________4
3. 2 Uitvindingshoogte (Art. 56 E.O.V.)_____________________________________________5
3. 3 Industriële toepasbaarheid (Art. 57 E.O.V.) ______________________________________6
4. Wat is de inhoud van een octrooiaanvraag ? ______________________________ 6
4. 1 De inleiding ______________________________________________________________7
4. 2 De beschrijving____________________________________________________________7
4. 3 De conclusies_____________________________________________________________7
5. Hoe een bescherming verkrijgen in de gewenste landen ? __________________ 8
5. 1 Het Verdrag van Parijs: voorrangsrecht_________________________________________8
5. 2 Hoe verkrijgt men een voorrangsdatum ? _______________________________________8
5. 3 De verschillende procedures _________________________________________________9
5. 3 .1 De Europese verleningsprocedure _________________________________________________ 9
5. 3 .1 .1 Algemene opmerkingen ________________________________________________________ 9
5. 3 .1 .2 De verleningsprocedure_______________________________________________________ 10
5. 3 .2 De internationale of PCT-procedure _______________________________________________ 13
5. 3 .2 .1 Algemene opmerkingen _______________________________________________________ 13
5. 3 .2 .2 De procedure _______________________________________________________________ 14
5. 3 .3 Nationale verleningsprocedures __________________________________________________ 16
5. 3 .3 .1 De Belgische verleningsprocedure ______________________________________________ 16
5. 3 .3 .2 De Amerikaanse verleningsprocedure____________________________________________ 17
5. 3 .3 .3 Andere nationale verleningsprocedures __________________________________________ 17
6. Besluit : Wat zijn in de praktijk de belangrijkste te volgen stappen ? _________ 18
7. De octrooigemachtigde _______________________________________________ 19
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

1. GEVERS
3
GEVERS is een kantoor waarin octrooigemachtigden van het vrije beroep
tewerkgesteld zijn. Octrooigemachtigden hebben als belangrijkste taak het opstellen
van octrooiaanvragen en het opvolgen van de verleningsprocedures in de
verschillende landen waar bescherming gewenst is. De meeste octrooigemachtigden
zijn erkende gemachtigden bij het Europees octrooibureau (E.O.B.) en de Belgische
Dienst voor de Industriële Eigendom.
De verleningsprocedures bij de nationale diensten in het buitenland moeten vervuld
worden door tussenkomst van octrooigemachtigden in die landen.
Andere taken van de octrooigemachtigden zijn o.a. de tussenkomst bij het opstellen
van licentieovereenkomsten en akten van overdracht en bijstand bij gedingen, o.a. bij
procedures met betrekking tot inbreuk en nietigheid.
2. Wat is een octrooi ?
2. 1 Algemeen
Een octrooi wordt door een nationale of internationale dienst verleend en verschaft
de octrooihouder een uitsluitend recht voor een beperkte tijd in een wel bepaald
territorium.
2. 2 Uitsluitend recht
Een octrooi geeft de octrooihouder het recht iedere derde, die niet zijn toestemming
hiertoe heeft verkregen, te verbieden handelingen te verrichten die binnen de
beschermingsomvang van het octrooi vallen.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

2. 3 Beperkte levensduur
4
In de meeste landen heeft een octrooi een maximale levensduur van 20 jaar te
rekenen vanaf de indieningsdatum en is het octrooi onderworpen aan het betalen van
jaartaksen.
2. 4 Territoriale beperking van octrooirechten
Het uitsluitend recht gegeven door een octrooi is beperkt tot een bepaald territorium,
vaak een bepaald land, zodat meerdere octrooiaanvragen ingediend moeten worden
indien bescherming gewenst is in verschillende landen. Deze octrooien zijn
onafhankelijk van elkaar en kunnen soms een verschillende beschermingsomvang
hebben.
3. Wanneer is een uitvinding octrooieerbaar ?
Volgens het Europees Octrooiverdrag (E.O.V.) moet een uitvinding aan drie
verschillende voorwaarden voldoen om er een geldig octrooi voor te kunnen
verkrijgen. Deze voorwaarden zijn nieuwheid (Art. 54 E.O.V.), uitvindingshoogte
(Art. 56 E.O.V.) en industriële toepasbaarheid (Art. 57 E.O.V.).
3. 1 Nieuwheid (Art. 54 E.O.V.)
Het E.O.V. eist een absolute nieuwheid van de uitvinding op de datum van indiening
of, indien van toepassing, op de voorrangsdatum van de octrooiaanvraag. De meeste
landen hebben een overeenkomstig nieuwheidscriterium. In de Verenigde Staten
echter is het nieuwheidscriterium veel ingewikkelder aangezien zij een “first-toinvent"
systeem hebben in plaats van een “first-to-file” systeem. Dit betekent dat, in
de Verenigde Staten, de uitvinder die het eerst een uitvinding heeft gedaan het recht
heeft op het octrooi, terwijl in de meeste andere landen het de eerste aanvrager is
die het recht heeft op het octrooi.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

5
Volgens Artikel 54 van het Europees Octrooiverdrag, is een uitvinding nieuw indien
zij geen deel uitmaakt van de stand van de techniek. De stand van de techniek wordt
gevormd door al hetgeen vóór de datum van indiening van de octrooiaanvraag op
eender welke wijze openbaar toegankelijk is gemaakt, bijvoorbeeld door
demonstratie, publicatie enz. Bijgevolg kan elke publicatie of publieke tentoonstelling
van de uitvinding, zelfs indien ze door de uitvinder zelf werd uitgevoerd, waar ook ter
wereld, vóór de datum van indiening of voorrangsdatum, gebruikt worden om de
nieuwheid van de uitvinding te vernietigen. In de praktijk dient een uitvinding dus
geheim gehouden te worden tot een octrooiaanvraag bij een officiële instantie is
ingediend. Indien het echter om één of andere reden noodzakelijk is de uitvinding
aan een derde partij bekend te maken, dient dit echter onder strikte geheimhouding
te gebeuren.
3. 2 Uitvindingshoogte (Art. 56 E.O.V.)
Om octrooieerbaar te zijn, moet een uitvinding niet enkel nieuw zijn maar ook op
uitvinderswerkzaamheid berusten.
Volgens Art. 56 E.O.V., mag een uitvinding niet op een voor de hand liggende wijze
voortvloeien uit de stand van de techniek. Dit betekent niet dat eenvoudige
uitvindingen niet octrooieerbaar zouden zijn. Dergelijke uitvindingen kunnen vaak een
onverwacht, verrassend resultaat of een oplossing voor een reeds lang bestaand
probleem met zich meebrengen. Bovendien zijn het dikwijls deze uitvindingen die
beschermd moeten worden door een octrooi aangezien zij eenvoudig te kopiëren
zijn. Gewoonlijk is het voldoende om aan te tonen dat de uitvinding een nieuw
resultaat impliceert of een effect dat niet te verwachten was uit de stand van de
techniek, namelijk een resultaat dat nogal verrassend is.
In de praktijk kunnen twee of meer documenten gecombineerd worden om aan te
tonen dat een uitvinding voor de hand ligt, tenminste wanneer de combinatie van
deze documenten voor een vakman voor de hand ligt, terwijl om nieuwheid aan te
vallen slechts één document gebruikt mag worden.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

3. 3 Industriële toepasbaarheid (Art. 57 E.O.V.)
6
Een uitvinding wordt voor toepassing op het gebied van de nijverheid vatbaar geacht
indien ze kan worden vervaardigd of toegepast op enig gebied van de nijverheid, de
landbouw daaronder begrepen. Met andere woorden, een uitvinding dient technische
achtergrond te hebben. Typische voorbeelden van uitvindingen die niet door een
octrooi beschermd kunnen worden, zijn: werkwijzen van chirurgische of
geneeskundige aard, rekenmethoden, stelsels, esthetische vormgevingen,
computerprogramma’s als zodanig, verkoopstechnieken, spelregels en ontdekkingen
van een fysische wet. Een inrichting of een werkwijze waarin een fysische wet of een
computerprogramma geïmplementeerd wordt, kan echter octrooieerbaar zijn,
vooropgesteld dat een dergelijke inrichting of werkwijze nieuw is en op
uitvinderswerkzaamheid berust.
4. Wat is de inhoud van een octrooiaanvraag ?
Volgens Art. 83 E.O.V. dient in een Europese octrooiaanvraag de uitvinding zodanig
duidelijk en volledig te worden beschreven dat zij door een deskundige kan worden
toegepast. Buiten een dergelijke volledige beschrijving van de uitvinding dient een
octrooiaanvraag conclusies te bevatten waarin de elementen van de uitvinding
waarvoor bescherming gewenst is, duidelijk gedefinieerd worden. Verder dient men
in vele landen het gebruik of de toepassing van de uitvinding aan te duiden.
De inhoud van een octrooiaanvraag kan gewoonlijk als volgt onderverdeeld worden :
4. 1 De inleiding
In dit gedeelte wordt het probleem dat door de uitvinding opgelost wordt, omschreven
en wordt de dichtstbijzijnde stand van de techniek in het kort beschreven. Het
probleem dat door de uitvinding wordt opgelost, is gewoonlijk een nadeel van de
stand van de techniek. Verder bevat de inleiding eveneens de belangrijkste
kenmerken van de uitvinding, waardoor de uitvinding zich onderscheidt van deze
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

7
stand van de techniek, en die in combinatie een oplossing bieden aan het gestelde
probleem.
4. 2 De beschrijving
In dit gedeelte worden ten minste één, maar bij voorkeur meerdere (bijzondere)
voorbeelden van verschillende uitvoeringsvormen van de uitvinding beschreven,
indien nodig met verwijzing naar figuren. In deze beschrijving dienen de functies van
de verschillende componenten van de uitvinding aangeduid te worden, en indien
mogelijk technische equivalente uitvoeringsvormen en varianten van de uitvinding.
Dit laat toe ruime conclusies voor de uitvinding op te stellen.
4. 3 De conclusies
De conclusies vormen het belangrijkste deel van het octrooi, aangezien de
bescherming gegeven door een octrooi in praktisch alle landen bepaald wordt door
de inhoud van de conclusies (Art. 69 E.O.V.). Bijgevolg dienen zij heel duidelijk de
essentiële nieuwe en inventieve elementen van de uitvinding waarvoor bescherming
gewenst is, aan te duiden. Een bescherming wordt bijvoorbeeld niet automatisch
verkregen voor alles wat in het octrooi beschreven en geïllustreerd is.
De conclusies van een octrooiaanvraag bevatten ten minste één onafhankelijke
hoofdconclusie en gewoonlijk een aantal afhankelijke conclusies die de uitvinding
verder in detail definiëren.
5. Hoe een bescherming verkrijgen in de gewenste landen ?
Zoals reeds hierboven vermeld, is de bescherming door een octrooi gegeven beperkt
tot een bepaald territorium. Indien bescherming gewenst is in landen buiten dit
territorium, moet men bijgevolg ook een octrooiaanvraag in elk van die landen
indienen.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

5. 1 Het Verdrag van Parijs: voorrangsrecht
8
Dankzij het Verdrag van Parijs van 1883, is het niet noodzakelijk om onmiddellijk
vanaf het begin een octrooiaanvraag in te dienen in al de gewenste landen, ten einde
aan het nieuwheidscriterium te voldoen. Voor de landen lid van het Verdrag van
Parijs is het voldoende om een eerste octrooiaanvraag in te dienen in één enkele
staat van dit Verdrag om een voorrangsrecht te verkrijgen. De meeste
geïndustrialiseerde landen zijn lid van het Verdrag van Parijs, uitgezonderd
bijvoorbeeld Taiwan.
Inderdaad, een eerste octrooiaanvraag in één van de verdragsluitende staten geeft
een prioriteitsrecht van één jaar om een overeenkomstige octrooiaanvraag in te
dienen in andere verdragsluitende staten. Dit betekent dat wanneer de uitvinding
bijvoorbeeld publiek bekend gemaakt werd na de datum van indiening van de eerste
octrooiaanvraag, d.w.z. namelijk na de voorrangsdatum, maar vóór de indiening van
de overeenkomstige aanvragen, dat een dergelijke bekendmaking van de uitvinding
niet kan worden gebruikt tegen deze overeenkomstige octrooiaanvragen. Andere
publicaties of bekendmakingen gedurende het voorrangsjaar kunnen natuurlijk ook
niet gebruikt worden tegen de overeenkomstige octrooiaanvragen.
5. 2 Hoe verkrijgt men een voorrangsdatum ?
Een voorrangsdatum kan verkregen worden door een eerste octrooiaanvraag in te
dienen in of voor één van de verdragsluitende staten van het Verdrag van Parijs. Dit
kan gedaan worden door het indienen van een nationale octrooiaanvraag, of een
Europese of een internationale octrooiaanvraag voor één van deze verdragsluitende
staten. Belangrijk om weten is dat de meeste landen een reglementering hebben in
verband met nationale veiligheid, hetgeen een uitvinder kan opleggen om
bijvoorbeeld een eerste octrooiaanvraag bij de nationale octrooidienst in te dienen of
om eerst een toelating te vragen. Dit is het geval bijvoorbeeld in de Verenigde
Staten, Frankrijk, Spanje, Verenigd Koninkrijk. Deze reglementeringen verschillen
van land tot land en dienen bijgevolg voor elk bijzonder geval bestudeerd te worden.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

5. 3 De verschillende procedures
5. 3 .1 De Europese verleningsprocedure
5. 3 .1 .1 Algemene opmerkingen
9
De Europese verleningsprocedure laat toe, door één enkele procedure, een octrooi
te verkrijgen voor de volgende landen : België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken,
Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, IJsland, Italië,
Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Monaco, Nederland,
Noorwegen Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slowakije, Slovenië, Spanje,
Tsjechische Republiek, Turkije, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland.
Uitbreiding van het Europees octrooi is tevens mogelijk naar, Albanië, Bosnië en
Herzegovina, de Ex-Joegoslavische Republiek van Macedonië en Servië.
Eénmaal een Europees octrooi verleend is, wordt het omgezet in een bundel
nationale octrooien in de aangeduide landen. Dit betekent dat de
octrooieerbaarheidscriteria dezelfde zijn voor al deze landen. Het is duidelijk dat één
enkele verleningsprocedure in een belangrijke kostenbesparing resulteert, tenminste
wanneer bescherming gewenst is in ten minste drie landen. Een mogelijk gevaar van
dit systeem is echter dat, indien een Europees octrooi geweigerd wordt, dit van
toepassing is voor al de aangeduide landen.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

5. 3 .1 .2 De verleningsprocedure
5. 3 .1 .2 .1 Tijdslijn
0 Indiening van de Europese octrooiaanvraag
10
± 6 maanden Verslag van nieuwheidsonderzoek
12 maanden Einde van het voorrangsjaar
Indiening van octrooiaanvragen in het buitenland
± 18 maanden Publicatie van de aanvraag
6 maanden Betaling van de examenen
aanduidingstaksen
24 maanden Betaling van de 3de jaartaks
Onderzoek ten gronde gevolgd door
verlening of weigering van de aanvraag
≈
≈
(Beroep)
Publicatie van het octrooi (indien verleend)
9 maanden
Termijn voor het indienen van een oppositi
20 jaar Maximale levensduur van het octrooi
+ 5 jaar Aanvullend beschermingscertificaat (ABC)
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

5. 3 .1 .2 .2 Indiening van de octrooiaanvraag
11
Een Europese octrooiaanvraag dient te bevatten (Art. 78 E.O.V.) :
a) een verzoek tot verlening van een Europees octrooi;
b) een beschrijving van de uitvinding;
c) één of meerdere conclusies;
d) de tekeningen waarnaar verwezen wordt in de beschrijving of de conclusies;
e) een uittreksel.
De officiële talen van het E.O.B. zijn het Engels, het Frans en het Duits.
Het Europees Octrooiverdrag is een open systeem hetgeen betekent dat ook niet
Europese aanvragers een Europese octrooiaanvraag kunnen indienen.
De verdere behandeling van de Europese octrooiaanvraag eist het betalen van
verschillende taksen, met name de indieningstaks, de taks voor het
nieuwheidsonderzoek en de aanduidingstaksen voor de landen waarin men
bescherming wenst. De indieningstaks en taks voor nieuwheidsonderzoek dienen
betaald te worden binnen een termijn van één maand, te rekenen vanaf de
indieningsdatum van een Europese octrooiaanvraag.
5. 3 .1 .2 .3 Nieuwheidsonderzoek
Voor elke Europese octrooiaanvraag wordt eerst een verslag van
nieuwheidsonderzoek opgesteld door de opzoekingsafdeling van het E.O.B. in Den
Haag. Dit verslag van nieuwheidsonderzoek bevat een lijst van documenten die tot
de stand van de techniek behoren en die belangrijk kunnen zijn voor de
octrooieerbaarheid van de uitvinding. Dit verslag bevat eveneens een eerste indicatie
in hoeverre elk van de aangeduide documenten relevant is, hetgeen echter niet
bindend is voor verder onderzoek. Het verslag bevat verder een eerste advies van de
examiner betreffende de octrooieerbaarheid van de octrooiaanvraag.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

12
5. 3 .1 .2 .4 Publicatie van de aanvraag (Art. 93 E.O.V.)
De Europese octrooiaanvraag wordt gepubliceerd zo snel mogelijk na een termijn
van 18 maanden te rekenen vanaf de indieningsdatum of, indien voorrang werd
ingeroepen, te rekenen vanaf de voorrangsdatum. Het verslag van
nieuwheidsonderzoek wordt tegelijkertijd gepubliceerd, tenminste indien dit reeds
beschikbaar is. Anders wordt het later gepubliceerd.
5. 3 .1 .2 .5 Onderzoek van de aanvraag
Binnen een termijn van 6 maanden vanaf de publicatie van het verslag van
nieuwheidsonderzoek dienen de taksen voor grondig onderzoek en
aanduidingstaksen betaald te worden. Het dossier van de Europese octrooiaanvraag
wordt dan doorgegeven naar een onderzoeker die de octrooiaanvraag ten gronde zal
onderzoeken, in het bijzonder naar nieuwheid en uitvinderswerkzaamheid.
Gedurende de onderzoeksprocedure dient de aanvrager op ten minste één officieel
bericht van de onderzoeker te antwoorden vooraleer de aanvraag verleend wordt.
Het kan natuurlijk ook gebeuren, indien zeer relevante stand van de techniek
gevonden werd, dat de octrooiaanvraag geen octrooieerbare materie bevat zodat de
onderzoeker de aanvraag zal moeten verwerpen.
Hieromtrent is het belangrijk te weten dat na de indiening van de Europese
octrooiaanvraag geen nieuwe materie in de aanvraag kan worden bijgevoegd. Het is
daarom zeer belangrijk om te starten met een volledige tekst waarin alle mogelijke
details van de uitvinding beschreven worden.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

13
5. 3 .1 .2 .6 Publicatie van het Europees octrooi
Het verleend Europees octrooi wordt gepubliceerd. Ten einde een
octrooibescherming te behouden in de aangeduide landen, eisen de meeste landen
dat een vertaling van het Europees octrooi ingediend wordt bij de nationale
octrooidienst indien de officiële taal van dit land verschillend is van de proceduretaal.
5. 3 .1 .2 .7 Oppositie (Art. 99 E.O.V.)
Binnen een termijn van 9 maanden vanaf de publicatie van het Europees octrooi
kunnen derden een oppositie indienen tegen het verleend Europees octrooi. Deze
mogelijke oppositiefase wordt beëindigd door hetzij een verwerping van het octrooi,
of door een beslissing om het octrooi te behouden, eventueel in een gewijzigde vorm.
5. 3 .1 .2 .8 Beroep
Binnen twee maanden na de datum van bekendmaking van een beslissing kan
beroep worden aangetekend tegen deze beslissing. Een beroepstaks dient betaald te
worden.
5. 3 .2 De internationale of PCT-procedure
5. 3 .2 .1 Algemene opmerkingen
Indien men in een groot aantal landen bescherming wenst te verkrijgen, kan men
in plaats van een octrooiaanvraag in te dienen in elk van die afzonderlijke landen,
hetzij bij de nationale octrooidiensten of regionale octrooidiensten zoals het E.O.B.,
ook één enkele PCT-octrooiaanvraag indienen.
Een dergelijke PCT-aanvraag kan ingediend worden als eerste indiening of binnen
het voorrangsjaar van een eerdere nationale of regionale aanvraag.
De bijlage bevat een lijst van landen die aangeduid kunnen worden in een PCToctrooiaanvraag.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

14
Een eerste voordeel van de PCT-procedure is dat wanneer weinig tijd overblijft aan
het einde van het voorrangsjaar, een bescherming nog steeds verkregen kan worden
in al die landen door eenvoudigweg één enkele PCT-octrooiaanvraag in te dienen.
Een tweede voordeel van de PCT-procedure is dat zij een spreiding van de kosten
toelaat.
Vooraleer de PCT-procedure meer in detail uit te leggen, is het belangrijk te noteren
dat de PCT-procedure enkel een voorbereidende stap is tot de verleningsprocedure
van een octrooi en dat, na de PCT-fase, de aanvraag verder zal worden onderzocht
door de nationale en regionale diensten vooraleer een verleend octrooi verkregen
wordt.
5. 3 .2 .2 De procedure
5. 3 .2 .2 .1 FASE I PCT
5. 3 .2 .2 .1 .1 Indiening van de aanvraag
Waar een internationale aanvraag ingediend moet worden en in welke taal hangt af
van de nationaliteit en de woonplaats van de aanvrager. Een internationale
octrooiaanvraag mag alleen ingediend worden door inwoners en nationalen van een
verdragsluitende staat (Art. 9 PCT). PCT is daarom een “gesloten systeem”. In het
bijzonder dient een internationale octrooiaanvraag te worden ingediend bij de
nationale diensten van of handelend voor de verdragsluitende staat waarin de
aanvrager woonachtig is of waarvan de aanvrager de nationaliteit heeft. Het is ook
mogelijk om internationale octrooiaanvragen in te dienen bij regionale octrooidiensten
zoals het E.O.B. en het Internationaal Bureau.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

15
5. 3 .2 .2 .1 .2 Uitgebreid nieuwheidsonderzoek
Een verslag van nieuwheidsonderzoek wordt opgesteld door de administratie belast
met het nieuwheidsonderzoek voor elke internationale aanvraag vóór het einde van
de 16de maand te rekenen vanaf de voorrangsdatum of de 9de maand te rekenen
vanaf de indieningsdatum, indien geen voorrang wordt ingeroepen. Het verslag bevat
een niet-bindende opinie van de onderzoeker m.b.t. de octrooieerbaarheid van de
uitvinding.
Na ontvangst van het verslag van nieuwheidsonderzoek kunnen gewijzigde
conclusies ingediend worden.
5. 3 .2 .2 .1 .3 Publicatie van de aanvraag (Art. 21 PCT)
De internationale aanvraag wordt gepubliceerd zo snel mogelijk na 18 maanden te
rekenen vanaf de voorrangsdatum van de aanvraag.
5. 3 .2 .2 .1 .4 Mogelijke opening van de nationale of regionale fase
De volgende landen Luxemburg, Oeganda, Tanzania, Zambia , Zweden, Zwitserland
hebben nog de verplichting om aan het einde van de 19 de maand, te rekenen vanaf
de voorrangsdatum, het verzoek tot preliminair onderzoek in te dienen teneinde de
opening van de nationale fase pas op 30 maanden te doen. Al deze landen zijn
echter via een regionale aanduiding aan te duiden zodat deze uitzondering in de
praktijk weinig zal voorkomen.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

5. 3 .2 .2 .2 FASE II PCT
16
Indien het uitgebreid rechercherapport problemen omtrent de octrooieerbaarheid aan
het licht heeft gebracht, dan is het aan te raden om een preliminair onderzoek te
laten uitvoeren. Hierdoor wordt de mogelijkheid geboden om gewijzigde conclusies
aan de onderzoeker voor te leggen en/of te reageren op de door hem in het
uitgebreid rechercherapport gemaakte bezwaren.
Een dergelijk preliminair onderzoek dient hetzij uiterlijk aan het einde van de 22 ste
maand, te rekenen vanaf de voorrangsdatum te worden aangevraagd, hetzij binnen
een periode van 3 maanden na ontvangst van het rechercherapport, afhankelijk van
welke van beide termijnen als laatste eindigt. Een preliminaire onderzoekstaks is
hiertoe verschuldigd.
5. 3 .3 Nationale verleningsprocedures
5. 3 .3 .1 De Belgische verleningsprocedure
In België worden octrooien verleend na een formeel onderzoek.
Voor een Belgisch octrooi moet een taks voor nieuwheidsonderzoek betaald worden
binnen de 18 maanden, te rekenen vanaf de voorrangsdatum. Een verslag van
nieuwheidsonderzoek wordt opgesteld door de onderzoeksafdeling van het E.O.B. en
de aanvrager zal de gelegenheid krijgen om de octrooiaanvraag te wijzigen in functie
van de aangeduide stand van de techniek.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

17
5. 3 .3 .2 De Amerikaanse verleningsprocedure
Zoals de Europese verleningsprocedure, bevat de Amerikaanse verleningsprocedure
eveneens een onderzoek ten gronde in verband met nieuwheid en dit geval het
zogenaamd niet voor de hand liggend zijn van de uitvinding.
Een belangrijk verschil tussen beide verleningsprocedures is dat de Amerikaanse
verleningsprocedure geen apart nieuwheidsonderzoek bevat.
Een US octrooiaanvraag ingediend op of na 29 november 2000 bevat de
publicatiedatum (P.P.D.) die eraan werd toegekend, behalve indien een verzoek tot
niet- publicatie werd ingediend. De P.P.D. vindt plaats 18 maanden te rekenen vanaf
de voorrangsdatum.
5. 3 .3 .3 Andere nationale verleningsprocedures
De meeste nationale verleningsprocedures bevatten een onderzoek ten gronde van
de uitvinding. Dit is bijvoorbeeld het geval in Duitsland, Japan, Australië, Canada en
de Scandinavische landen enz.
In Frankrijk wordt enkel het resultaat van een nieuwheidsonderzoek verricht door het
E.O.B. in beschouwing genomen en worden de octrooien dus verleend na een
formele procedure. De verleningsprocedure in Nederland is te vergelijken met de
Belgische verleningsprocedure.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

6. Besluit : Wat zijn in de praktijk de belangrijkste te volgen
stappen ?
18
1. De uitvinding geheim houden of onder geheimhoudingscontract tot de officiële
indieningsdatum van een eerste octrooiaanvraag.
2. Het verzamelen van de nodige technische informatie omtrent de uitvinding en
deze informatie bij voorkeur in een technische nota samenvatten.
3. Contact opnemen met een octrooigemachtigde voor het opstellen van de
octrooiaanvraag met tussenkomst van de uitvinder en voor het behandelen van
de octrooiaanvraag bij de verschillende octrooidiensten.
4. Binnen het voorrangsjaar beslissen in welke landen bescherming gewenst is en
op welke manier een dergelijke bescherming gewenst wordt. Gezien de
complexiteit van de verschillende verleningsprocedure zal de octrooigemachtigde
U natuurlijk bijstaan bij het nemen van deze verschillende
beslissingen.
5. Het indienen van octrooiaanvragen in het buitenland, indien nodig.
6. Het opvolgen van de verleningsprocedure.
7. Het bewaken van de concurrentie (inbreuk, licentie).
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

7. De octrooigemachtigde
19
Een eerste functie van een octrooigemachtigde bestaat erin de aanvrager bij te staan
bij het verkrijgen van een octrooibescherming in de gewenste landen. De
octrooigemachtigde staat de aanvrager ook bij wanneer derden inbreuk plegen op
zijn gevraagde octrooirechten. De octrooigemachtigde staat zijn cliënt ook bij
vermoede inbreuk door een derde op zijn verleend octrooi of in het geval de cliënt de
vermoede inbreukmaker is, door bijvoorbeeld te onderzoeken of er daadwerkelijk
inbreuk op het octrooirecht wordt gemaakt, en of het mogelijk is het betreffende
octrooi te nietig te verklaren. Verder kan de octrooigemachtigde tussenkomen in het
vastleggen van licentie- of overdrachtsovereenkomsten.
Ten einde een professionele bijstand te bieden, dient de octrooigemachtigde niet
enkel een ruime technische kennis te hebben om te kunnen omgaan met
uitvindingen in verschillende technische gebieden, maar dient hij ook juridisch
bekwaam te zijn. In het bijzonder dienen Europese en Belgische octrooigemachtigden
een bekwaamheidsexamen te halen waarin zij hun uitvoerige kennis
moeten bewijzen van de juridische en practische aspecten van de betrokken
octrooisystemen.
© 1998 – 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN – GEVERS PATENTS Effective from 01/01/2009

PCT CONTRACTING STATES
Status on May 20, 2009
European Patent European Patent OAPI Patent National Patent National Patent
Austria 1 Switzerland 1 Benin Albania 2 Laos
Belgium Turkey 1 Burkina Faso Algeria Liberia
Bulgaria 1 United Kingdom 1 Cameroon Angola Lybia
Croatia 1 Central African Rep. Antigua and Barbuda Madagascar
Cyprus Chad Australia Malaysia
Czech Republic 1 Aripo Patent Congo Bahrain Mexico
Denmark 1 Botswana 1 Equatorial Guinea Barbados Mongolia
Estonia 1 Gambia 1 Gabon Belize Montenegro
Finland 1 Ghana 1 Guinea Bosnia and Herzegovina 2 Morocco
France Kenya 1 Guinea-Bissau Brazil New Zealand
Germany 1 Lesotho 1 Ivory Coast Canada Nicaragua
Greece Malawi 1 Mali Chile* Nigeria
Hungary 1 Mozambique 1 Mauritania China Norway
Iceland 1 Namibia 1 Niger Colombia Oman
Ireland Sierra Leone 1 Senegal Comoro Islands Papua New Guinea
Italy Sudan 1 Togo Costa Rica Peru**
Latvia 1 Swaziland Croatia Philippines
Liechtenstein 1 Tanzania 1 Cuba Saint Kitts and Nevis
Lithuania 1 Uganda 1 Dominica Saint Lucia
Luxembourg 1 Zambia 1 Dominican Republic, The San Marino
Macedonia 1 Zimbabwe 1 Ecuador Sao Tome and Principe
Malta Egypt Serbia 2
Monaco Eurasian Patent El Salvador Seychelles
Netherlands Armenia 1 Georgia Singapore
Norway 1 Azerbaijan 1 Grenada South Africa
Poland 1 Belarus 1 Guatemala Sri Lanka
Portugal 1 Kazakhstan 1 Honduras St.Vinct & Grenadine
Romania 1 Kyrgyzstan 1 India Syrian Arab Republic
Slovakia 1 Moldova, Rep. of 1 Indonesia Trinidad & Tobago
Slovenia 1 Russian Federation 1 Israel Tunisia
Spain 1 Tajikistan 1 Japan Ukraine
Sweden 1 Turkmenistan 1 Korea Dem.People's Rep. United Arab Emirates
Korea, Republic of USA
REMARKS Uzbekistan
1 May also be designated for a national patent in a PCT application. Viet Nam
2 Protection is available through extension of a European Patent (provided this State is designated).
* Chile will also be designated for a national patent in a PCT application as of June 2, 2009
** Peru will also be designated for a national patent in a PCT application as of June 6, 2009
© 1998 - 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN - GEVERS PATENTS

PATENT CONVENTIONS MEMBERS
PARIS / WTO PCT REGIO PARIS / WTO PCT REGIO PARIS / WTO PCT REGIO PARIS / WTO PCT REGIO
AFGHANISTAN ANGUILLA ALBANIA P + W X EPE ALGERIA P X
AUSTRALIA P + W X ANTIGUA AND BARBUDA P + W X ANDORRA P ANGOLA W X
BANGLADESH P + W ARGENTINA P + W ARMENIA P + W X EA BAHRAIN P + W X GCC
BHUTAN P ARUBA AUSTRIA P + W X EP BENIN P + W X OA
BRUNEI W BAHAMAS P AZERBAIJAN P X EA BOTSWANA P + W X AR
CAMBODIA P + W BARBADOS P + W X BELARUS P X EA BURKINA FASO P + W X OA
CHINA P + W X BELIZE P + W X BELGIUM P + W X EP BURUNDI P + W
COOK ISLANDS BERMUDA BOSNIA AND HERZEGOVINA P X EPE CAMEROON P + W X OA
FIJI ISLANDS W BOLIVIA P + W BULGARIA P + W X EP CENTRAL AFRICAN REP. P + W X OA
HONG KONG (CHINA) P + W BRAZIL P + W X CROATIA P + W X EP CHAD P + W X OA
INDIA P + W X CANADA P + W X CYPRUS P + W X EP COMORO ISLANDS P X
INDONESIA P + W X CAYMAN ISLANDS CZECH REP. P + W X EP CONGO (REP. OF) P + W X OA
JAPAN P + W X CHILE * P + W X DENMARK P + W X EP CONGO (DEM. REP. OF) P + W
KAZAKSTAN P X EA COLOMBIA P + W X ESTONIA P + W X EP DJIBOUTI (REP. OF) P + W OA
KYRGYZSTAN P + W X EA COSTA RICA P + W X FAROE ISLANDS EGYPT P + W X
LAOS P X CUBA P + W X FINLAND P + W X EP EQUATORIAL GUINEA P X OA
MACAO W DOMINICA P + W X FRANCE P + W X EP ETHIOPIA
MALAYSIA P + W X DOMINICAN REPUBLIC P + W X GEORGIA P + W X GABON P + W X OA
MALDIVES W ECUADOR P + W X GERMANY P + W X EP GAMBIA P + W X AR
MONGOLIA P + W X EL SALVADOR P + W X GIBRALTAR GAZA DISTRICT (PALESTINE)
MYANMAR (FORMER BURMA) W FALKLAND ISLANDS GREECE P + W X EP GHANA P + W X AR
NEPAL P + W FRENCH GUYANA GUERNSEY GUINEA P + W X OA
NEW CALEDONIA GRENADA P + W X HUNGARY P + W X EP GUINEA-BISSAU P + W X OA
NEW ZEALAND P + W X GUATEMALA P + W X ICELAND P + W X EP IRAN P
NIUE GUYANA P + W IRELAND P + W X EP IRAQ P
NORTH KOREA P X HAITI P + W ISLE OF MAN ISRAEL P + W X
PAKISTAN P + W HONDURAS P + W X ITALY P + W X EP IVORY COAST P + W X OA
PAPUA (NEW GUINEA) P + W X JAMAICA P + W JERSEY JORDAN P + W
PHILIPPINES P + W X MEXICO P + W X LATVIA P + W X EP KENYA P + W X AR
SAMOA (WESTERN) MONTSERRAT LIECHTENSTEIN P + W X EP KUWAIT W GCC
SINGAPORE P + W X NETHERLANDS ANTILLES P + W LITHUANIA P + W X EP LEBANON P
SOLOMON ISLANDS W NICARAGUA P + W X LUXEMBOURG P + W X EP LESOTHO P + W X AR
SOUTH KOREA P + W X PANAMA P + W MACEDONIA P + W X EP LIBERIA P X
SRI LANKA P + W X PARAGUAY P + W MALTA P + W X EP LIBYA P X
TAIWAN W PERU ** P + W X MOLDOVA (REP. OF) P + W X EA MALAWI P + W X AR
TAJIKISTAN P X EA PUERTO RICO MONACO P X EP MADAGASCAR P + W X
THAILAND P + W SAINT LUCIA P + W X MONTENEGRO P X MALI P + W X OA
TOKELAU SAN MARINO P X NETHERLANDS P + W X EP MAURITIUS P + W
TONGA P ST. KITTS AND NEVIS P + W X NORWAY P + W X EP MAURITANIA P + W X OA
TURKMENISTAN P X EA ST. PIERRE ET MIQUELON POLAND P + W X EP MAYOTTE
TUVALU ST.VINCENT AND THE GRENADINES P + W X PORTUGAL P + W X EP MOROCCO P + W X
UZBEKISTAN P X SURINAME P + W ROMANIA P + W X EP MOZAMBIQUE P + W X AR
VANUATU TRINIDAD AND TOBAGO P + W X RUSSIAN FEDERATION P X EA NAMIBIA P + W X
VIET NAM P X TURKS & CAICOS ISLANDS SAN MARINO P X NIGER P + W X OA
WALLIS ET FUTUNA URUGUAY P + W SERBIA P X EPE NIGERIA P + W X
USA P + W X SLOVAKIA P + W X EP OMAN P + W X GCC
VENEZUELA P + W SLOVENIA P + W X EP QATAR P + W GCC
VIRGIN ISLANDS SPAIN P + W X EP RWANDA P + W
LEGEND
SWEDEN
SWITZERLAND
P + W
P + W
X
X
EP
EP
SAO TOME AND PRINCIPE
SAUDI ARABIA
P
P
X
GCC
TURKEY P + W X EP SENEGAL P + W X OA
PARIS PARIS CONVENTION
P PARIS CONVENTION
UKRAINE
UNITED KINGDOM
P
P + W
X
X EP
SEYCHELLES
SIERRA LEONE
P
P + W
X
X
W WORLD TRADE ORGANIZATION VATICAN ( HOLY SEE) P SOUTH AFRICA P + W X
PCT
PATENT COOPERATION
TREATY
P+W PARIS + WORLD TRADE ORGANIZATION
* CHILE WILL ALSO BE DESIGNATED FOR A NATIONAL PATENT IN A PCT APPLICATION AS OF JUNE 2, 2009
** PERU WILL ALSO BE DESIGNATED FOR A NATIONAL PATENT IN A PCT APPLICATION AS OF JUNE 6, 2009
ST. HELEN
SUDAN
SWAZILAND
P
P + W
X
X
AR
AR
SYRIAN ARAB REPUBLIC
TANGIER ZONE
P X
REGIO
REGIONAL PATENT
TANZANIA (UNITED REP. OF) P + W X
TOGO P + W X OA
TUNISIA P + W X
EP EUROPEAN PATENT UGANDA P + W X AR
EPE EXTENSION OF EUROPEAN PATENT UNITED ARAB EMIRATES P + W X GCC
EA EURASIAN PATENT WEST BANK (PALESTINE)
OA OAPI PATENT YEMEN
AR ARIPO PATENT ZAMBIA P + W X AR
GCC GULF COOPERATION COUNCIL PATENT ZIMBABWE P + W X AR
© 1998 - 2009 GEVERS & VANDER HAEGHEN - GEVERS PATENTS Status on May 20, 2009

GENERAL TERMS
for the performance of services by the members of the chamber of industrial
property attorneys (patents, trademarks and designs) of Belgium
ARTICLE 1 : MISSION
1.1. The industrial property attorney (IPA) advises, assists and
represents the principal, and draws up all of the documents
required for obtaining, maintaining, prosecuting or defending
industrial property rights, in Belgium and abroad.
1.2. The IPA shall only accept missions as specified in the
framework of item 1.1.
ARTICLE 2 : ATTITUDE
2.1. The IPA performs his professional functions with due
observance of the laws and regulations governing his profession
and he acts with dignity, conscientiously and with integrity.
2.2. The IPA observes professional secrecy and is attentive
regarding situations with conflicts of interest.
2.3. The IPA shall observe under any and all circumstances
the principles of prudence and of diligence required in the
safeguarding of the principal’s interests.
ARTICLE 3 : MANDATE
3.1. Any mandate given to an industrial property attorney
(IPA) shall be in writing. It will specify the name and the
capacity of the principal and the subject matter for which
it has been written.
3.2. The principal shall provide the IPA with all the
necessary information for ensuring that the instructions are
carried out correctly.
3.3. The IPA is obliged to use all the means necessary but
does not guarantee the result under the terms of article 3.7.
He can only be held responsible for the precise written
instructions in the documents received from the principal.
3.4. The IPA shall submit to the principal any document he
deems necessary to be signed.
3.5. The principal undertakes to respond with diligence to
all communication received from the IPA.
3.6. All communication originating from the IPA shall
be sent to the last known address of the principal. The
principal has to inform the IPA of any change of address
and/or of status. The IPA may not be held responsible for
any loss of rights if he has not been kept properly informed
about changes which have occurred.
3.7. Except in the case of fraud imputable to the IPA, the
responsibility for possible damage suffered by the principal
in particular in the event of loss of industrial property right,
for which the CPI could be directly or indirectly involved,
will not exceed the figure of two hundred and fifty thousand
euro, even in the event of serious fault by the CPI.
3.8. In the case of force majeure, whatsoever that may consist
of, the obligations of the principle will be suspended so long
as the event causing the force majeure endures.
ARTICLE 4 : COSTS AND FEES
4.1. Unless specified explicitly otherwise, any order for the services
commits its author (the principal) whether he is the beneficiary
of the service, the representative or the intermediary. If the debit
note is established in the name of a third party at principal’s
request, the principal is in any case responsible for payment
and, if the case arises, shall jointly pay with the third party.
4.2. At the request of the principal, the IPA will give, for information
only, estimates of the costs and services. They do not take into
account the variations which could occur, for example, comments
made by the administration or third party oppositions as well as
developments in the complexity of the matter involved.
4.3. The IPA has the right to request a retainer.
4.4. Debit notes shall be paid, upon receipt, into the account
of the IPA. In the case of late payment an interest rate and
recovering costs will be applied without notice as stipulated in
the law, currently the law of 2nd August 2002. Moreover, and by
right of penalty clause, all unpaid amount within the month will
be increased by an indemnity equal to 10%, with a minimum of
150 euro, and this without prejudice of the right of the IPA to
claim the full indemnity of its proven damage.
4.5. Any objection regarding debit notes shall be considered only
if an objection is received by registered letter within fourteen
days, at the latest, following the postal date of the debit note.
ARTICLE 5 : DEFAULT BY THE PRINCIPAL
Without affecting the content of article 4.4, in the event that
the principal has not respected his part of the agreement (for
example, an error in the payment of a debit note or information
requested not being supplied), the contract can be
terminated by the IPA eight days after giving notice where
there has not been any response, and without affecting the
IPA’s right to claim compensation.
ARTICLE 6 : BANKRUPTCY, INSOLVENCY
In every case where there is a change in the situation of
the principal, such as death, bankruptcy, dissolution or
modification to the principal’s business, or in any other
circumstances which could allow one to anticipate the
insolvency of the principal, the IPA has the right to require
immediate payment of the entire outstanding amount of all
invoices, regardless of their settlement date, or to require
an undertaking from the principal that they will fulfil their
obligations under terms of payment with the approval of
the IPA, without affecting the rights of the IPA to suspend or
cancel the execution of the contract.
ARTICLE 7 : LITIGATION
All litigation will fall exclusively under the jurisdiction
of Brussels or of the place of business of the IPA. The IPA
nevertheless reserves the right to submit the litigation to
tribunals at the headquarters of the principal. The laws of
Belgium will be applied.
GEVERS GROUP
BUREAU GEVERS
GEVERS & PARTNERS
GEVERS & VANDER HAEGHEN
GEVERS MARKS
GEVERS PATENTS
GEVERS & ASSOCIATES
BLOCH & GEVERS
ALGEMENE VOORWAARDEN
voor prestaties geleverd door leden van de kamer van raadgevers inzake
industriële eigendom (octrooien, merken en modellen) van België
ARTIKEL 1 : OPDRACHT
1.1. De raadgever inzake industriële eigendom (RIE) adviseert,
verschaft bijstand, vertegenwoordigt de opdrachtgever
(OG) en stelt alle documenten op die nodig zijn voor het
verkrij gen, handhaven, uitbaten of verdedigen van industriële
eigendomsrechten zowel in België als in het buitenland.1.2.
De RIE mag uitsluitend opdrachten aanvaarden die onder
punt 1.1. bepaald zijn.
ARTIKEL 2 : GEDRAGSLIJN
2.1. De RIE oefent zijn beroep uit te goeder trouw met
naleving van de wetten en reglementen die het regelen en
handelt waardig, plichtsbewust en rechtschapen.
2.2. De RIE neemt het beroepsgeheim in acht en is waakzaam
voor mogelijke belangenconflicten.
2.3. De RIE moet in alle omstandigheden de regels van
voorzichtigheid en zorgvuldigheid in acht nemen die vereist
zijn voor het vrijwaren van de belangen van de OG.
ARTIKEL 3 : MANDAAT
3.1. Elk mandaat dat aan een raadgever inzake industriële
eigendom (RIE) wordt gegeven, moet schriftelijk opgesteld zijn.
Het moet zowel de naam en de hoedanigheid van de lastgever
als het doel waarvoor het mandaat werd opgesteld, vermelden.
3.2. De opdrachtgever (OG) moet aan de RIE alle nodige informatie
bezorgen om een juiste uitvoering van het mandaat toe te laten.
3.3. De RIE heeft een middelenverbintenis; hij waarborgt niet het
resultaat. Hij kan slechts verantwoordelijk worden gesteld binnen de
grenzen van artikel 3.7 voor zover het de precieze instructies betreft
die schriftelijk voorkomen op de documenten ontvangen van de OG.
3.4. De RIE moet aan de OG elk document bezorgen waarvan hij de
ondertekening nodig acht.
3.5. De OG verbindt zich ertoe alle mededelingen van de RIE
zorgvuldig te beantwoorden.
3.6. Elke mededeling uitgaande van de RIE moet naar het laatst gekende
adres van de OG worden gestuurd. Deze laatste is verplicht de RIE op de
hoogte te brengen van elke wijziging van adres en/of statuut. De RIE kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor het verlies van rechten indien hij
niet behoorlijk op de hoogte werd gebracht van opgetreden wijzigingen.
3.7. Behoudens opzet vanwege de RIE is de aansprakelijkheid ten
gevolge van eventueel door de OG geleden schade, onder meer in
geval van verlies van een industrieel eigendomsrecht, waarbij de
verantwoordelijkheid van de RIE rechtstreeks of onrechtstreeks kan
betrokken zijn, in ieder geval beperkt tot een bedrag van tweehonderdvijftigduizend
euro, en dit zelfs ingeval van zware fout van de RIE.
3.8. Gevallen van overmacht, welke ook, schorsen de verplichtingen
van de OG zolang de toestand van overmacht duurt.
ARTIKEL 4 : ONKOSTEN EN HONORARIA
4.1. Tenzij uitdrukkelijk anders bepaald, is de opsteller (de OG)
gebonden door elke prestatie-opdracht, ongeacht of hij begunstigde van
de prestatie, mandataris of tussenpersoon is. Indien de debetnota op
verzoek van de OG op naam van een derde wordt opgesteld, zal de OG
in ieder geval verantwoordelijk zijn voor de betaling en desgevallend
gehouden zijn tot betaling en dit solidair met deze derde.
4.2. Op vraag van de OG zal de RIE, ter aanwijzing, ramingen van
de kosten en prestaties verstrekken. Zij houden geen rekening met
mogelijke schommelingen, zoals, bijvoorbeeld, verhoging van
de officiële taksen, wijzigingen van de honoraria toegepast door
buitenlandse confraters, schommelingen van de wisselkoersen,
de kosten van intellectuele prestaties (bijv.: behandeling van
ambtelijke bezwaren of van het verzet van derden) evenmin als
met de ontwikkeling van de complexiteit van de betrokken zaak.
4.3. De RIE heeft het recht om een provisie te vragen.
4.4. De debetnota’s zijn contant betaalbaar op de rekening van de RIE.
Zij leveren van rechtswege en zonder voorafgaande ingebrekestelling
een moratoire interest op, alsook invorderingskosten, zoals deze zijn
gestipuleerd door de wettelijke van kracht zijnde bepalingen, op dit
ogenblik de wet van 2 augustus 2002. Bovendien, en bij wijze van
boetebeding, zullen de sommen die na één maand onbetaald blijven
vermeerderd worden met een vergoeding van 10%, met een minimum
van 150 euro, en dit onverminderd het recht van de RIE om
volledige schadevergoeding te eisen voor zijn bewezen schade.
4.5. Elke betwisting met betrekking tot debetnota’s zal slechts
ontvankelijk zijn indien zij door middel van een aangetekende
brief uiterlijk veertien dagen na de verzendingsdatum van de betrokken
nota werd geformuleerd.
ARTIKEL 5 : NALATEN VAN DE OG
Onverminderd artikel 4.4, ingeval de OG welke ook van de
verbintenissen die op hem rusten niet nakomt (bijvoorbeeld:
in gebreke blijven van het voldoen van een debetnota, het niet
verschaffen van gevraagde informatie, …), kan de overeenkomst
worden ontbonden door de RIE 8 dagen na een ingebrekestelling
waaraan geen gevolg is gegeven, onverminderd
het recht van de RIE op een vergoeding.
ARTIKEL 6 : FAILLISSEMENT, INSOLVABILITEIT
In alle gevallen waarin de situatie van de OG verandert, zoals overlijden,
faillissement, ontbinding of wijziging van de onderneming van de OG,
of van enig ander feit dat kan doen vrezen voor insolvabiliteit van de
OG, heeft de RIE het recht de onmiddellijke betaling te eisen van het
geheel van de verschuldigde sommen/ van alle debetnota’s, zelfs voor
hun vervaldatum, of voor de goede uitvoering van de verbintenissen
waarborgen te vragen die aan de RIE zullen worden voorgelegd ter
goedkeuring, onverminderd het recht van de RIE om de uitvoering van
de overeenkomst op te schorten of deze te ontbinden.
ARTIKEL 7 : GESCHILLEN
Voor alle geschillen zullen uitsluitend de rechtbanken van Brussel of
de plaats van de vestiging van de RIE bevoegd zijn. De RIE behoudt
zich echter het recht voor om het geschil voor de rechtbanken te
brengen van de zetel van de OG. Het belgisch recht is van toepassing.
Patent and/or Trade Mark Attorneys :
Raymond Bindels
Gérard Bloch
Kris Bonnarens
Christoph Bourgeois
Marc Bruers
Hanne Callewaert
Rodrigo Calvo de Nó
Pierre Claeys
Charlotte Cosyns
Ludivine Coulon
Donatienne Croonenberghs
Daniel David
Philippe De Bock
Johan Dedeckel
Bram Dejan
Audrey Delhaye
Roland De Meersman
Aubin de Perthuis
Carole De Roeck
Tom Desot
Candice De Wandeleer
Linda Driesen
Christophe Du Jardin
Christophe Dupont
Patrice Durand
Jurgen Duyver
Alain Englebert
Claire Fobe
Jessica Gautier
Karen Geerts
Benjamin Gevers
Florent Gevers
François Gevers
CONDITIONS GENERALES
pour prestations rendues par des membres de la chambre des conseils en
propriéte industrielle (brevets, marques et modèles) de Belgique
ARTICLE 1 : MISSION
1.1. Le conseil en propriété industrielle (CPI) conseille,
assiste, représente le donneur d’ordre (DO) et rédige tous
documents nécessaires en vue de l’obtention, du maintien,
de l’exploitation ou de la défense des droits de propriété
industrielle tant en Belgique qu’à l’étranger.
1.2. Le CPI ne peut accepter que des missions précisées dans
le cadre du point 1.1.
ARTICLE 2 : ATTITUDE
2.1. Le CPI exerce sa profession de bonne foi, dans le respect
des lois et des règlements qui la régissent, et agit avec dignité,
conscience et probité.
2.2. Le CPI observe le secret professionnel et est attentif aux
situations de conflits d’intérêts.
2.3. Le CPI doit en toute circonstance observer les règles de prudence
et de diligence qu’impose la sauvegarde des intérêts du DO.
ARTICLE 3 : MANDAT
3.1. Tout mandat donné à un conseil en propriété industrielle
(CPI) doit être écrit. Il doit préciser les nom et qualité du mandant
et l’objet pour lequel il est établi.
3.2. Le donneur d’ordre (DO) doit fournir au CPI toutes les informations
nécessaires pour permettre une exécution correcte du mandat.
3.3. Le CPI a une obligation de moyens ; il ne garantit pas le
résultat. Il ne pourra être tenu responsable dans les limites de
l’article 3.7 que pour ce qui concerne les instructions précises
figurant par écrit sur les documents reçus du DO.
3.4. Le CPI soumettra au DO tout document qu’il juge nécessaire
à faire signer.
3.5. Le DO s’engage à répondre avec diligence à toutes les
communications du CPI.
3.6. Toute communication émanant du CPI sera envoyée à la
dernière adresse connue du DO. Celui-ci est tenu d’informer
le CPI de tout changement d’adresse et/ou de statut. Le CPI ne
pourra être tenu responsable pour des pertes de droits s’il n’a
pas été dûment tenu au courant de changements intervenus.
3.7. Sauf cas de dol imputable au CPI, la responsabilité du fait
des dommages éventuellement subis par le DO, notamment en
cas de perte d’un droit de propriété industrielle, pour laquelle
le CPI pourrait directement ou indirectement être impliqué, ne
pourra en aucun cas excéder un montant de deux cent cinquante
mille euros, et ce même en cas de faute lourde du CPI.
3.8. Les cas de force majeure, quels qu’ils soient, suspendent
les obligations du DO aussi longtemps que durera l’événement
de force majeure.
ARTICLE 4 : FRAIS ET HONORAIRES
4.1. Sauf stipulation contraire expresse en ce sens, tout ordre
de prestation engage son auteur (le DO), qu’il soit bénéficiaire
de la prestation, mandataire ou intermédiaire. Si la note de
débit est établie au nom d’un tiers à la demande du DO, ce
dernier sera en tout état de cause responsable du paiement et le
cas échéant tenu de payer et ce solidairement avec ce tiers.
4.2. A la demande du DO, le CPI donnera, à titre indicatif, des
estimations des frais et des prestations. Elles ne tiennent pas
compte des variations qui pourraient intervenir telles, par exemple,
les augmentations de taxes officielles, les modifications des honoraires
pratiqués par les confrères étrangers, les variations des taux
de change, le coût des prestations intellectuelles (ex.: traitement des
remarques des administrations ou des oppositions des tiers) ainsi
que le développement de la complexité de l’affaire en cause.
4.3. Le CPI est en droit de demander une provision.
4.4. Les notes de débit sont payables au grand comptant,
sur le compte du CPI. Elles porteront de plein droit, et
sans mise en demeure préalable, un intérêt de retard et
des frais de recouvrement tels qu’ils sont stipulés par les
dispositions légales en vigueur, actuellement la loi du 2 août
2002. En outre, et à titre de clause pénale, toutes sommes
impayées dans le mois seront majorées d’une indemnité
égale à 10% avec un minimum de 150 euros, et ce sans
préjudice du droit du CPI de réclamer l’indemnisation
intégrale de son dommage prouvé.
4.5. Toute contestation concernant les notes de débit ne sera
recevable que si elle a été formulée par lettre recommandée au plus
tard quatorze jours après la date d’envoi de la note en question.
ARTICLE 5 : MANQUEMENTS DU DO
Sans préjudice des dispositions de l’article 4.4. dans le cas
où le DO ne respecterait pas l’un des quelconques engagements
qui lui incombent (par exemple défaut de règlement
d’une note de débit, non communication d’information
demandée,…) le contrat pourra être résilié par le CPI 8 jours
après mise en demeure restée sans effet, sans préjudice du
droit du CPI à une indemnisation.
ARTICLE 6 : FAILLITE, INSOLVABILITÉ
Dans tous les cas de changement de la situation du DO,
tel que décès, faillite, dissolution ou modification de
l’entreprise du DO, ou de tout autre fait pouvant laisser
prévoir l’insolvabilité du DO, le CPI a le droit d’exiger
le paiement immédiat de la totalité des sommes dues/de
toutes les notes de débit, même avant leur échéance, ou
de demander des garanties de la bonne exécution des
engagements qui seront soumises à l’approbation du CPI,
sans préjudice du droit du CPI de suspendre l’exécution du
contrat ou de le résilier.
ARTICLE 7 : LITIGE
Tout litige sera de la compétence exclusive des juridictions
de Bruxelles ou du siège du CPI. Le CPI se réserve cependant
le droit de soumettre le litige aux tribunaux du siège du DO.
Le droit belge est applicable.
Karolien Goethals
Annick Hagenaers
Dominique Hubart
Gert Jacobs
Lidy-Anne Jeswiet
Mounir Kadjaj
Yves Lagae
Roland Lapoux
Georges Leherte*
Kristin Lievens
Bénédicte Linden
Marie-José Luys
Dominique Marloye
Guillaume Milcent
Joost Muylle
Sandra R. Paulsson
Yannick Philippaerts
Jean L. Pire
Céline Pires
Andries Quataert
Claude Quintelier
Yves Roland
Steven Sarlet
Yvon Schmitz
Marika Simar
Bernadette Tshiebue
Sophie van Galen
Thomas Van Herzele
Joseph Van Reet
Bart Verhelst
Sabine Vermerre
Alexander D. von
Franquemont
(*) Consultant

European, Benelux & French Trade Mark and Design Attorneys
European, Belgian, French & Dutch Patent Attorneys
LIST OF PROFESSIONALS PRACTISING WITH THE GEVERS FIRMS (ATTORNEYS)
Raymond BINDELS: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Louvain-la-Neuve, Belgium, 2002).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Gérard BLOCH: European & French Trade Mark and Patent Attorney.
Bachelor in Electrical Engineering (Toulouse Institute of Technology, France);
Master in Electrical Engineering (California Institute of Technology, USA); Strasbourg Law
School (France).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Patents.
Kris BONNARENS: Trainee Patent Attorney.
Master in Physics (University of Ghent, Belgium, 2001).
PRACTICE AREAS: Patents, Physics.
Christoph BOURGEOIS: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Ghent, Belgium, 1995);
Master in Intellectual Property Law (University of London, UK , 1996).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Copyright, Unfair Competition, License Agreements.
Marc BRUERS: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Mass Communication (University of Brussels, Belgium, 1981).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Hanne CALLEWAERT: Trainee Patent Attorney.
PhD in Medical Sciences, K.U.Leuven (Belgium), 2008;
Master after Master in Intellectual Property Law, K.U.Brussels & K.U.Leuven (Belgium), 2007.
PRACTICE AREAS: Patents, Medical Sciences.
Rodrigo CALVO DE NO: European Patent Attorney.
Master in Mechanical Engineering (RWTH Aachen, Germany)
PRACTICE AREAS: Patents.
Pierre CLAEYS: European & Belgian Patent Attorney.
Bachelor in Biological Sciences (University of Brussels, Belgium, 1964).
PRACTICE AREAS: Patents.
Charlotte COSYNS: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Leuven, Belgium);
Master in Intellectual Property (University of Brussels, Belgium, 2003).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Ludivine COULON: Belgian Patent Attorney.
Chemical and Biochemical Engineer (University of Brussels, Belgium, 1999).
PRACTICE AREAS: Patents.
Donatienne CROONENBERGHS: European & Benelux Trademark & Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Louvain-la-Neuve, Belgium, 1986).
PRACTICE AREAS: Management, Trade Marks, Designs, Copyrights, Licenses agreements,
Unfair competition.
Daniel DAVID: European & French Trade Mark and Patent Attorney.
Master in Civil Engineering (Ecole des Mines de Nancy, France) ; Strasbourg Law School
(France).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Patents.
© GEVERS – January 2009 1/6

European, Benelux & French Trade Mark and Design Attorneys
European, Belgian, French & Dutch Patent Attorneys
Alexander DAVID VON FRANQUEMONT: European & Benelux Trade Mark and Design
Attorney.
Master in Law (University of Leiden and Vrije Universiteit of Amsterdam, the Netherlands)
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Patents.
Philippe DE BOCK: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Ghent, Belgium, 2004).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names, Copyright and related matters.
Johan DEDECKEL: Benelux & European Trade Mark and Design Attorney.
Lic. Juris., Business Lawyer.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Bram DEJAN: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law, University of Leuven (Belgium);
PEJE, Université Paul Cézanne, Aix-en-Provence (France).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright - Databases.
Audrey DELHAYE: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Liège, Belgium, 2002);
European Master in Intellectual Property (University of Leicester, UK; University of Liège,
Belgium, 2003);
Specialist in Legal Translation English-Spanish (University of Alicante, Spain, 2005).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Roland DE MEERSMAN: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Anti-Counterfeiting, Domain Names.
Aubin DE PERTHUIS: Trainee Trade Mark and Design Attorney.
Carole DE ROECK: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Brussels, Belgium, 1996);
Master in European Law (University of Ghent, Belgium, 1998).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright, License Agreements, Anti-Counterfeiting.
Anne DESMOUSSEAUX: European & French Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law; BA; IP Degree (CEIPI).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright, Unfair Competition, Domain Names,
Custom Withholding Procedures, Litigation, Agreements, Strategic Management of IP Rights.
Tom DESOT: European & Benelux Trade Mark and Design Consultant.
Bachelor in Law, Hogeschool Gent (Belgium), 2000.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names.
Candice DE WANDELEER: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Leuven, Belgium, 1997);
Master in Media and Communication (University of Ghent, Belgium, 1998);
Master in Intellectual Property (University of Brussels, Belgium, 2006).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names, License Agreements, Unfair
Competition.
Linda DRIESEN: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Christophe DU JARDIN: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Antwerp, Belgium, 2001);
Master in Industrial Property (University of Strasbourg, France, 2002).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright and related matters, License Agreements.
Christophe DUPONT: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Liège, Belgium, 1992);
Master in Communication (High School ISIS of Liège, Belgium, 1994).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
© GEVERS – January 2009 2/6

European, Benelux & French Trade Mark and Design Attorneys
European, Belgian, French & Dutch Patent Attorneys
Patrice DURAND: European & French Patent Attorney.
Ecole Centrale de Paris (France, 2002); Strasbourg Law School (France, 2005).
PRACTICE AREAS: Patents, Physics, Mechanics, Aeronautics, Electronics,
Telecommunication.
Jurgen DUYVER: Trainee Patent Attorney.
Master in Physics (University of Antwerp, Belgium, 2004).
PRACTICE AREAS: Patents, Physics, Solid State Physics, Mechanics.
Alain ENGLEBERT: Trade Mark Attorney.
Bachelor in Law (University of Leuven, Belgium, 1978);
Master in European Law (University of Louvain-La-Neuve, Belgium, 1980);
Master in Management (High School ICHEC of Brussels, Belgium, 2003).
PRACTICE AREAS: Management, Trade Marks, IP Valuation, License Agreements, Unfair
Competition.
Claire FOBE: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Louvain-la-Neuve, Belgium, 2005).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Jessica GAUTIER: Benelux Trade Mark Attorney.
Master in International Business Law (University of Rennes, France, 2003).
PRACTICE AREAS: Domain Names.
Karen GEERTS: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Ghent, Belgium, 2003);
Master in Intellectual Property Law and the Information Society (University of Alicante, Spain,
2004).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Unfair Competition, Copyright, Information
Society Law.
Benjamin GEVERS: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Liège, Belgium, 1999);
Master in Intellectual Property (University of Brussels, Belgium, 2003)
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Anti-Counterfeiting, Domain Names, License
Agreements.
Florent GEVERS: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney;
European & Belgian Patent Attorney.
Commercial Engineer (University of Leuven, Belgium, 1959);
Master in Industrial Property (University of Strasbourg, France, 1968).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Patents, Designs, Copyright, Unfair Competition, License
Agreements.
François GEVERS: European & Belgian Patent Attorney.
Industrial Engineer in Electro-Mechanics (High School De Nayer of Mechelen, Belgium,
1994);
Master in Business Administration (Northwestern University of Chicago, USA, 2003).
PRACTICE AREAS: Patents, Management.
Karolien GOETHALS: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Translation, HIVT Antwerpen 2004.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Annick HAGENAERS: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law, University of Antwerpen, Belgium, 2007.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright, License Agreements, Unfair
Competition.
Gert JACOBS: Trainee Patent Attorney.
Civil Engineer Electronics.
PRACTICE AREAS: Patents.
Lidy-Anne JESWIET: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law and Intellectual Property Law (University of Leiden, The Netherlands).
© GEVERS – January 2009 3/6

European, Benelux & French Trade Mark and Design Attorneys
European, Belgian, French & Dutch Patent Attorneys
PRACTICE AREAS: Management, Trade Marks, Designs, Domain Names, Licensing.
Mounir KADJAJ: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law, University of Louvain-la-Neuve (Belgium), 2004.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Yves LAGAE: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Ghent, Belgium, 2003);
Master in Intellectual Property (Queen Mary and Westfield College of London, UK, 2004).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, License Agreements, Copyright.
Roland LAPOUX: European & French Patent and Trade Mark Attorney.
Doctor in Physics (Paris).
PRACTICE AREAS: Patents, Trade Marks.
Georges LEHERTE *: European, Belgian & Dutch Patent Attorney;
European Trade Mark Attorney; registered WIPO Arbitrator and Mediator.
Doctor of Science (University of Brussels, Belgium, 1978).
PRACTICE AREAS: Computer Assisted and Business Methods, Licensing, Patent Oppositions
and Litigation, IP Portfolio Management.
Kristin LIEVENS: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Brussels, Belgium, 2005).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Economic Law, Contract Law.
Bénédicte LINDEN: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Montpellier, France, 1995);
Bachelor in Comparative Law (University of Tilburg, The Netherlands, 1996);
Master in European Law (University of Stockholm, Sweden, 1997);
Master in American and International Law (George Washington University of Washington
D.C., USA, 1998).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright, Domain Names, License Agreements,
Oppositions.
Marie-José LUYS: European, Belgian & Dutch Patent Attorney;
European Patent Litigator;
European Trade Mark Attorney.
Doctor in Chemistry (University of Antwerp, Belgium, 1986).
PRACTICE AREAS: Management, Patents.
Dominique MARLOYE: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Legal Sciences (High School of Namur, Belgium, 1978).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Copyright, Unfair Competition, License Agreements.
Guillaume MILCENT: Patent Engineer, ENSEEIHT.
Electrical Engineer (Toulouse Institute of Technology, France);
Master of Research in Signal Processing (Carnegie Mellon, USA).
PRACTICE AREAS: Patents, Physics, Mechanics, Computer Sciences, Electronics,
Telecommunication.
Joost MUYLLE: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Chemistry Engineer.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names, Copyright, Anti-counterfeiting,
Unfair Competition, License Agreements, Management.
Sandra R. PAULSSON: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (Lund University, Sweden, 2003);
Master in Global Technology, Information Technology and Intellectual Property Law (Suffolk
University of Boston, USA, 2004).
PRACTICE AREAS: American and European Copyright, Patents, E-commerce, Privacy Law,
Human Rights, IT Law and related matters.
Yannick PHILIPPAERTS: Trainee Patent Attorney.
Master in Electro-Mechanical Engineering (Katholieke Hogeschool Limburg, Belgium).
PRACTICE AREAS: Patents.
© GEVERS – January 2009 4/6

European, Benelux & French Trade Mark and Design Attorneys
European, Belgian, French & Dutch Patent Attorneys
Jean-Léon PIRE: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Unfair Competition, License Agreements.
Céline PIRES: European & French Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (Paris XI, France);
DU Propriété Industrielle (CEIPI, Strasbourg, France).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names.
Andries QUATAERT: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Arbitrator with WIPO Arbitration and Mediation Centre.
Master in Law (University of Brussels, Belgium, 1986);
Master in International and Comparative Law (University of Brussels, Belgium, 1987).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright, Unfair Competition, License
Agreements.
Claude QUINTELIER: European, Belgian & Dutch Patent Attorney;
European Patent Litigator; European Trade Mark Attorney.
Drs in Physics (University of Nijmegen, The Netherlands, 1978).
PRACTICE AREAS: Patents, License Agreements.
Yves ROLAND: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Bachelor in Law (University of Leuven, Belgium, 1974).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names, Copyright, Anti-Counterfeiting,
Unfair Competition, License Agreements.
Steven SARLET: European & Belgian Patent Attorney.
Electricity Engineer (High School St-Lieven of Ghent, Belgium, 1997);
Bachelor in Germanic Languages (University of Ghent, Belgium, 1999).
PRACTICE AREAS: Patents, Electromechanical Engineering, Software, Litigation.
Yvon SCHMITZ: European & Belgian Patent Attorney.
Doctor in Chemical Sciences (University of Brussels, Belgium, 1965).
PRACTICE AREAS: Patents.
Marika SIMAR: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Sophie van GALEN: European & Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Leuven, Belgium, 1997);
Master in International Business Legal Studies (University of Exeter, UK, 1998);
Master in European Patent Law (Brussels, 2001).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Copyright.
Thomas VAN HERZELE: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
Master in Law (University of Ghent, Belgium, 2005);
Master in Competition Law and Intellectual Property (University of Liège, Belgium, 2006).
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs.
Joseph VAN REET: European & Belgian Patent Attorney.
Agricultural Engineer (University of Leuven, Belgium, 1985).
PRACTICE AREAS: Patents, Mechanical, Biological and Chemical Engineering, Plant
Breeder’s Rights, License Agreements.
Bart VERHELST: European & Benelux Trade Mark and Design Consultant.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names.
Sabine VERMERRE: Benelux Trade Mark and Design Attorney.
PRACTICE AREAS: Trade Marks, Designs, Domain Names.
(*) consultant
ONE OR MORE PROFESSIONALS ARE MEMBERS OF THE FOLLOWING INTERNATIONAL ASSOCIATIONS:
ABA (associate member), AIPPI, BMM, ECTA, EPI, FICPI, INTA, ITMA, LES, MARQUES, PTMG.
© GEVERS – January 2009 5/6

European, Benelux & French Trade Mark and Design Attorneys
European, Belgian, French & Dutch Patent Attorneys
BRUSSELS
Intellectual Property House - Holidaystraat, 5 - B-1831 Diegem – Brussels (Belgium)
Rue de Livourne – Livornostraat, 7 B-1060 Brussels (Belgium)
Trade Marks: GEVERS & PARTNERS
T. +32 2 715 37 11
F. +32 2 715 37 00
trademarks@gevers.eu
ANTWERP
Frankrijklei, 53-55 bus 3-5 - B-2000 Antwerp (Belgium)
Trade Marks: GEVERS MARKS
T. +32 3 206 99 66
F. +32 3 206 99 50
antwerpen@gevers.eu
GHENT
Kouter, 1 bus 3 - B-9000 Ghent (Belgium)
T. +32 9 269 23 80
F. +32 9 234 24 75
Trade Marks: GEVERS & ASSOCIATES
gent@gevers.eu
HASSELT
Luikersteenweg 232 bus 13 - B-3500 Hasselt (Belgium)
Trade Marks: GEVERS MARKS
T. +32 11 26 59 90
F. +32 11 26 59 91
hasselt@gevers.eu
LIEGE
Rue Sainte-Croix, 4 - B-4000 Liège (Belgium)
T. +32 4 252 42 24
F. +32 4 252 56 90
Trade Marks: GEVERS & PARTNERS
liege@gevers.eu
PARIS
23bis, rue de Turin - F-75008 Paris (France)
T. +33 1 45 00 48 48
F. +33 1 40 67 95 67
Trade Marks and Patents: BLOCH & GEVERS
info@bloch-gevers.fr
ALICANTE (Spain)
Liaison Office
Patents: GEVERS & VANDER HAEGHEN
T. +32 2 715 37 11
F. +32 2 535 99 00
patents@gevers.eu
Patents: GEVERS PATENTS
T. +32 3 206 99 88
F. +32 3 206 99 51
gevers.patents@gevers.eu
Patents : GEVERS & VANDER HAEGHEN
gevers.patents@gevers.eu
Patents: GEVERS PATENTS
T. +32 11 26 59 99
F. +32 11 26 59 91
hasselt@gevers.eu
Patents: GEVERS & VANDER HAEGHEN
patents@gevers.eu
LANGUAGES
English, French, Dutch, German, Spanish, Italian, Greek, Portuguese, Swedish
© GEVERS – January 2009 6/6

OCTROOIEN
TABEL VAN DE ONKOSTEN
VOOR HET INDIENEN VAN EEN EERSTE OCTROOIAANVRAAG. 1
Tarief in EUR (excl. 21% BTW) 2
April 2009
Opstellen van een
octrooiaanvraag
en/of raadpleging
TYPE BELGISCH EUROPEES
€ 120 - 260 / uur 3
Opstellen van tekeningen € 75 / uur
Indiening van de
octrooiaanvraag met
betaling van de
indieningstaks en taks voor
het nieuwheidsonderzoek 4
Betaling van de taks per
tekenblad
Betaling van de taks voor
elke conclusie vanaf de
16 de
Betaling van de taks voor
elke bladzijde vanaf de
ste 7
31
€ 845 5
of
€ 345 + 700 6
PCT
(INTERNATIONAAL)
€ 2.050 € 3.720
€ 6 - -
- € 235 -
- - € 13
1 De aangeduide kosten zijn kosten bij de indiening. Andere kosten dient men te voorzien gedurende de procedure
(aanduidingstaksen, kosten voor het onderzoek ten gronde, kosten voor nationale fazen, …) in funktie van de gekozen
procedure, betaling van jaartaksen voor het instandhouden van het octrooi, …
2 Onder voorbehoud van wijzigingen.
3 Afhankelijk van de ervaring van de octrooigemachtigde (in opleiding).
4 Inclusief het opsturen van het verslag van nieuwheidsonderzoek met de geciteerde documenten, echter zonder studie van
onzentwege.
5 Taks voor het nieuwheidsonderzoek betaald bij de indiening van de octrooiaanvraag.
6 Taks voor het nieuwheidsonderzoek betaald na de indiening van de octrooiaanvraag, binnen de 18 maanden vanaf de
indieningsdatum (prioriteitsdatum).
7 Inclusief de bladzijden van het verzoekschrift.
© GEVERS p. 1/1