8.b Bijlage 1, Eindverslag inspraak concept ... - Gemeente Vught

Eindverslag inspraak concept beeldkwaliteitplan Stadhouderspark
(bijlage raadsvoorstel 26 juni 2008)
1. Inleiding
Op grond van de Algemene Inspraak- en Participatieverordening van de gemeente Vught heeft het
concept beeldkwaliteitplan Stadhouderspark van 3 april 2008 tot 15 mei ter inzage gelegen in het
gemeentekantoor van Vught aan de Secretaris van Rooijstraat 1.
Tijdens deze periode heeft eenieder de mogelijkheid gekregen om schriftelijk of mondeling een
inspraakreactie in te dienen. Mondelinge reacties konden hiertoe worden ingebracht bij mevrouw M
Pullens of de heer J. van Engelen. Het bovenstaande is gepubliceerd in het Klaverblad van 2 april
2007.
Gedurende de ter inzagelegging is er één zienswijze tegen het beeldkwaliteitplan ingediend. Deze
zienswijze is afkomstig van Comité Kwaliteit Woonomgeving Kampdijklaan. Onderstaand volgt
hiervan een samenvatting gevolgd door een gemeentelijke reactie.
2. Zienswijze Comité Kwaliteit Woonomgeving Kampdijklaan
2.1 Inspraakreactie
Comité Kwaliteit Woonomgeving Kampdijklaan (CKWK) maakt in haar inspraakreactie bezwaar op
de doorlopen procedure en op enkele inhoudelijke aspecten van het beeldkwaliteitplan
Stadhouderspark. Samenvattend stelt inspreker:
procedureel:
1) Voormalig wethouder Van Laarhoven en daarna meermalen (hoge) ambtenaren hebben
de toezegging gedaan dat inspreker mee zou mogen praten over de architectuur voor
Stadhouderspark. Hierbij wordt gerefereerd naar klankbordgroepverslagen van 19 mei
2004 en 12 april 2007. Tot op heden heeft inspreker deze gelegenheid niet gekregen.
Vervolgens is nu de architectuur in procedure gebracht met het beeldkwaliteitplan. De
daarbij door de raad op grond van de algemene inspraakverordening gekozen
participatietrede 2 (raadplegen) strookt niet met de bovengenoemde toezeggingen;
inhoudelijk:
2) Er is op geen enkele wijze rekening gehouden met de architectuur van de omliggende
woningen. De architectuur, met name die van deelgebieden Hagen en Kamers, doet
afbreuk op de woningen aan de Kampdijklaan;
3) Met een mooi, voor Vught architectonisch goed plan kan een kwalitatief betere
woonomgeving worden gecreëerd, waar ook nieuwe bewoners met plezier willen wonen;
4) In het voorliggende plan worden foeilelijke blokkendozen neergezet;
5) Vught loopt achter op de landelijke tendens doordat woningen in Stadhouderspark geen
privé buitenruimte hebben. Hierbij refereert inspreker naar een onderzoek van
Vereniging Eigen Huis waarin is aangetoond dat Nederlanders appartementen zonder
eigen berging en/of balkon onacceptabel vinden;
6) Het ontbreekt aan speelruimte in het plan Stadhouderspark;
7) De houdbaarheid van een vernieuwend woonconcept is beperkt. Hierbij refereert
inspreker naar een artikel van Sjoerd Soeters (Soeters van Eldonk Architecten,
Amsterdam) waarin de schrijver stelt dat tegenwoordig vaak vernieuwende
bouwconcepten worden bedacht die uiteindelijk een beperkte houdbaarheid blijken te
hebben en dat bouwkunst enigszins conservatief hoort te zijn.

2.2 Reactie gemeente
Ad. 1
Inspreker verwijst naar een aankondiging in 2004 van toenmalig wethouder Van Laarhoven en
aanvullend van ambtenaren dat over de toe te passen architectuur op Stadhouderspark inspraak zou
plaatsvinden. Voor de vaststelling van het beeldkwaliteitplan waarin de architectuurrichtlijnen
worden vastgelegd is een inspraakprocedure conform de gemeentelijke verordening verplicht, dus
die aankondiging komt overeen met het traject zoals nu doorlopen wordt.
De inspraakreactie stelt nu dat het toepassen van participatietrede 2 “raadplegen” afwijkt van deze
toezegging. De Algemene participatieverordening is pas dit jaar in werking getreden en hanteert een
andere terminologie dan destijds gebruikelijk. In dit verband betreft het toepassen van
participatietrede 2 feitelijk het ter visie leggen van de plannen zodat eenieder hierop kan inspreken.
Het is dus conform de formele inspraakprocedure, welke er juist op is gericht dat eenieder zijn haar
reactie kan geven op het plan, waarna deze reacties bij de vaststelling worden afgewogen. Wij
constateren dat het verlenen van inspraak op basis van participatietrede 2 dus geheel in
overeenstemming is met de inspraakverordening en mogelijke aankondigingen daarvan. Dat neemt
niet weg dat inspreker een ander beeld kan hebben van de wijze van inspreken. Het op deze wijze
verlenen van inspraak voor dit beeldkwaliteitplan is op grond van de participatieverordening door de
raad besloten.
Voor fase 1 van Stadhouderspark is vooruitlopend op deze inspraakronde reeds de aanbesteding van
de woningbouw aan 2 partijen gegund. Zoals in de inspraakreactie zelf wordt vermeld, is reeds in de
klankbordgroepbijeenkomst van 12 april 2007 toegelicht dat een keuze voor een
aanbestedingsprocedure in zich draagt dat omwonenden in dat proces geen stem hebben in de keuze
van de architectuur. Het is dan immers aan de deelnemende ontwikkelaars om te bepalen welke
architecten zij selecteren voor hun planpropositie en in welke stijl zij hun plannen presenteren.
Daarbij is inderdaad verwezen naar het raadsbesluit dat aan de ontwikkelstrategie ten grondslag ligt.
Echter ook voor de architectuur in fase 1 speelt de relatie met het nu voor inspraak voorliggende
beeldkwaliteitplan een rol. Het beeldkwaliteitplan vormt immers het toetsingskader voor Welstand
voor de woningontwerpen. Die woningontwerpen worden momenteel uitgewerkt binnen het kader
van het voorliggende concept-beeldkwaliteitplan. Indien de inspraak leidt tot bijstellingen van het
beeldkwaliteitplan, dan zullen ook de woningontwerpen hierop aangepast moeten worden. De
inspraak op het beeldkwaliteitplan is derhalve in de volle breedte mogelijk. Ook op de visie voor de
beeldkwaliteit van fase 1 kan eenieder zijn of haar reacties via de inspraakprocedure kenbaar maken,
waarna deze reacties worden afgewogen in de besluitvorming.
Ad. 2
In het Masterplan is er bewust voor gekozen om de woningtypologie af te stemmen op de
landschappelijke kwaliteiten van de verschillende deelgebieden. De Kampdijklaan is een bestaand
lint in het gebied met een heel eigen karakteristiek.
Karakteristiek voor het gebied 'kamers' zijn de sterke houtwalstructuren en de groene graslanden. In
de stedenbouwkundige typologie is het idee van deze 'kamers' voelbaar gebleven en verder versterkt.
Dat is een heel ander thema dan de lintstructuur van de Kampdijklaan.
Karakteristiek voor het gebied 'hagen' zijn de sterke nieuwe groenstructuren. Ook in dit gebied is
bewust een andere invulling en typologie gekozen dan de lintstructuur van de Kampdijklaan.
De architectuur is niet ingezet om afbreuk te doen aan de woningen aan de Kampdijklaan. De
architectuur is ingezet om de bestaande landschappelijke typologieën te versterken en de
Kampdijklaan als lint juist te respecteren.

Ad. 3 en 4
Een ‘mooi voor Vught architectonisch goed plan’ is een subjectieve omschrijving. Definitie ervan
hangt af van persoonlijke smaak. De inspreker omschrijft de architectuur als ‘foeilelijke
blokkendozen’, waarbij verdere nuances ontbreken. Daarbij geeft inspreker geen richting aan de
wijze waarop naar haar mening op een betere wijze invulling wordt gegeven aan de architectonische
richtlijnen. Dat belemmert een inhoudelijke afweging op deze zienswijze gericht op de in het
beeldkwaliteitplan aangegeven architectuurrichtlijnen.
Er wordt, als vanzelfsprekend, ingezet op een mooi, voor Vught architectonisch goed plan waarmee
een betere woonomgeving kan worden gecreëerd, en waar ook nieuwe bewoners met plezier willen
wonen. Er is daarbij heel bewust niet gekozen voor de makkelijkste weg. De bijzonder waardevolle
landschappelijke typologie van het gebied is vertrekpunt geweest bij het stedenbouwkundig plan en
het opstellen van het beeldkwaliteitplan. Dit vraagt op plaatsen om andere dan de meest gangbare
oplossingen.
Met het voorliggend beeldkwaliteitplan wordt ingestoken op eenzelfde hoog ambitieniveau voor alle
drie de fases in het plan. Deelgebied De Hagen kent weliswaar een hogere bebouwingsdichtheid en
een relatief hoog aandeel sociale huurwoningen, maar dat neemt niet weg dat ook daar zwaar wordt
ingezet op de architectonische kwaliteit. Voor wat betreft het stedenbouwkundig plan geldt dat dit
niet in dit beeldkwaliteitplan, maar in het reeds goedgekeurde bestemmingsplan is vastgelegd.
Ad. 5
Alle woningen in Stadhouderspark krijgen, in tegenstelling tot wat de inspreker beweert, privé
buitenruimte. Het beeldkwaliteitplan legt als kaderstellend document randvoorwaarden op waaraan
het beeld van deze privé buitenruimte moet voldoen. Zo stelt het beeldkwaliteitplan dat voor de
woningen in deelgebied Parkbos geen traditionele tuinen zijn toegestaan en dat in deelgebied
Kazerne de appartementen geen uitstekende balkons mogen hebben. Al deze randvoorwaarden zijn
bewuste keuzes geweest in de context van het totale stedenbouwkundige plan Stadhouderspark.
Immers in deelgebied Parkbos is niet voor een traditionele verkaveling gekozen met name vanwege
het behoud van het aldaar aanwezige bomenkapitaal. Voor deelgebied Kazerne is bepaald dat de
nieuw te bouwen appartementen in hun uiterlijk dienen te refereren naar de bestaande oude
kazernegebouwen door middel van een strakke en kloeke vormgeving. Uithangende balkons passen
daar niet in. Bovenstaande betekent echter niet dat de betreffende gebouwen geen privé
buitenruimte krijgen. Zo hebben de woningen in deelgebied Parkbos oplossingen in de architectuur
zoals dakterrassen en veranda’s en is voor de appartementen in deelgebied Kazerne gekozen voor
ruime inpandige balkons. Alle appartementencomplexen in Stadhouderspark krijgen overigens ook
bergruimten. De landelijke tendens dat steeds meer appartementen worden gebouwd zonder privé
buitenruimte en balkons, zoals genoemd in het bij de inspraakreactie gevoegde onderzoek, is dus
niet van toepassing op Stadhouderspark.
Ad. 6
Deze reactie is niet van toepassing op het beeldkwaliteitplan, maar wordt geregeld in het
bestemmingsplan. Het beeldkwaliteitplan beperkt zich tot welstandsaspecten en is niet het
instrument waarin de toekomstige speelruimte voor Stadhouderspark kan worden vastgelegd.
Uiteraard is in Stadhouderspark binnen het bestemmingsplan in alle deelgebieden gelegenheid tot
het realiseren van speelvoorzieningen voorzien.
Ad. 7

In het ontwerp voor Stadhouderspark is gestreefd naar een dichtheid die lager is dan de gemiddelde
Vinexwijk. Heel bewust komen er geen kleine tuintjes en dicht op elkaar gepropte woningen. Heel
bewust wordt het gebied ook niet met een zandlaag opgespoten en zonder landschappelijke
randvoorwaarden bedacht.
Sjoerd Soeters is van mening dat je juist in alle plannen gebruik moet maken van de unieke context
en geschiedenis van de plek. De landschappelijke kwaliteiten zijn heel bewust ingezet om dit te
realiseren.
Er is veel ruimte in het gebied; de landschappelijke context wordt volledig benut; de woningtypen
zijn niet experimenteel en modern maar warm en duurzaam gematerialiseerd; woningen hebben
grote buitenruimten. De woningen sluiten aan op de uitgangspunten zoals Sjoerd Soeters die in het
citaat opsomt.
3. Conclusie
Gelet op bovenstaande afwegingen is er geen aanleiding het concept - beeldkwaliteitplan
Stadhouderspark te wijzigen naar aanleiding van de, op grond van de Algemene Inspraak- en
Participatieverordening van de gemeente Vught, doorlopen inspraakprocedure.
Vught, 27 mei 2008
Burgemeester en wethouders van Vught,
de secretaris,
de burgemeester,
mr. drs. A.P.M. ter Voert
R.J. van de Mortel
Bijlage: inspraakreactie Comité Kwaliteit Woonomgeving Kampdijklaan d.d. 13 mei 2008