1. Kenmerken van het Volkenrecht 1.1 Functies 1.2 ... - Sofia
1. Kenmerken van het Volkenrecht 1.1 Functies 1.2 ... - Sofia
1. Kenmerken van het Volkenrecht 1.1 Functies 1.2 ... - Sofia
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>1.</strong> <strong>Kenmerken</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>Volkenrecht</strong><br />
<strong>1.</strong>1 <strong>Functies</strong><br />
- Het volkenrecht brengt structuur aan in <strong>het</strong> grensoverschrijdende verkeer.<br />
• Het bevat regels over hoe internationale regels worden gemaakt (de bronnen)<br />
• Het bevat regels over wie aan deze regels rechten en plichten kan ontlenen, en ter zake kan optreden (de<br />
subjecten)<br />
• Het bevat regels over wie waar ter wereld bevoegdheid mag uitoefenen (rechtsmacht)<br />
• Het organiseert grensoverschrijdende contacten met <strong>het</strong> oog op een vreedzame regeling <strong>van</strong> geschillen en de<br />
oplossing <strong>van</strong> gemeenschappelijke problemen (instellingen)<br />
- Het volkenrecht bevat een aantal inhoudelijke regels over aanvaardbaar gedrag en beloofde samenwerking.<br />
<strong>1.</strong>2 <strong>Volkenrecht</strong> en internationale politiek<br />
- Inzichten uit de internationale betrekkingen leren dat de internationale gesteldheid <strong>van</strong> Staten samenhangt<br />
met de relatieve capaciteit <strong>van</strong> een Staat om <strong>het</strong> belang vd bevolking te verdedigen.<br />
- Dit hangt af vd eigen militaire en economische macht <strong>van</strong> een Staat in vergelijking met de macht <strong>van</strong> een andere<br />
Staat.<br />
- Dominante Staten kunnen zich gemakkelijker veroorloven om gn partij te worden bij internationale verdragen,<br />
en lopen ook minder schade op wnnr ze aangegane verplichtingen niet naleven.<br />
- Volgens een realistische benadering kan <strong>het</strong> internationale recht bijdragen tot een vreedzame regeling v<br />
geschillen, voor zover <strong>het</strong> de steun geniet vd Statengemeenschap, en vooral <strong>van</strong> die Staten die beschikken over<br />
kernwapens.<br />
- Een idealistische opvatting vh internationale recht ziet dit recht als een systeem dat gericht is op <strong>het</strong><br />
verwezenlijken <strong>van</strong> menselijke waardigheid. De finaliteit vh volkenrecht wordt dan niet in hoofdorde bepaald<br />
door de belangen vd machtigste Staten.<br />
<strong>1.</strong>3 Handhaving<br />
- De handhaving vh volkenrecht is problematisch.<br />
- Er is geen centrale wetgever, maar verscheidene wetgevers met een beperkt mandaat. Dit leidt tot<br />
fragmentering en soms tot tegenspraak.<br />
- Er is geen centrale rechter. Het IGH kan zich wel over veel zaken uitspreken maar <strong>het</strong> is enkel bevoegd wnnr<br />
de Staten de bevoegdheid vh Hof aanvaarden.<br />
- Er is geen centrale instantie voor rechtshandhaving.<br />
- Bijkomend probleem is dat internationale regels voor naleving ten dele afhankelijk zijn <strong>van</strong> hun doorwerking in<br />
<strong>het</strong> nationale recht. Nationale rechtssystemen verschillen in de mate waarin ze de nationale rechter in staat<br />
stellen om <strong>het</strong> volkenrecht te handhaven.<br />
<strong>1.</strong>4 Naleving<br />
- Of volkenrechtelijke rechtsregels worden nageleefd hangt niet enkel af vh al dan niet bindend karakter vd bron<br />
waarin een regel is opgenomen.<br />
- Volgens auteurs hangt de naleving af vd volgende factoren:<br />
• De politieke context waarin de regel wordt aangenomen:<br />
• regels die op consensus berusten, of nauw aansluiten bij al aanvaarde, harde regels worden beter<br />
nageleefd<br />
• De inhoudelijke hardheid vd regel:<br />
• de kans op naleving is groter als de regel duidelijk is geformuleerd<br />
• de economische kost <strong>van</strong> niet-naleving<br />
• Het institutionele kader waarbinnen de norm wordt aangenomen:<br />
• <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> een geloofwaardig handhavingsmechanisme, dat een gezagsvolle interpretatie aan de<br />
regels kan geven bij regeling <strong>van</strong> geschillen<br />
• Het doelwit vd regels:<br />
• Staten kunnen naleving door Staten gemakkelijker garanderen dan naleving door niet-statelijke actoren,<br />
Alexander Tanguy 1
tenzij deze deelnemen aan <strong>het</strong> opstellen <strong>van</strong> regels.<br />
<strong>1.</strong>5 Impact <strong>van</strong> globalisering<br />
- Door de globalisering staat <strong>het</strong> volkenrecht onder druk. De regels werden opgesteld met <strong>het</strong> oog op <strong>het</strong> regelen<br />
vd verhoudingen tss Staten. Het volkenrecht wordt nu geconfronteerd met een internationaal verkeer waaraan<br />
allerlei andere actoren dan Staten deelenemen.<br />
- Een modernere definitie vh volkenrecht zou zijn: <strong>het</strong> recht dat de internationale betrekkingen beheerst (ipv<br />
enkel betrekkingen tss staten)<br />
<strong>1.</strong>6 Humanisering<br />
- Mensenrechten nemen geleidelijk de rol <strong>van</strong> grondrechten vd internationale orde in, en evolueren tot een<br />
toetssteen <strong>van</strong> elke internationale regelgeving.<br />
Alexander Tanguy 2
2. Subjecten: De staat<br />
2.1 Definitie rechtssubject<br />
- Een internationaal rechtssubject kan drager zijn <strong>van</strong> internationale rechten en plichten, en heeft <strong>het</strong><br />
vermogen om een vordering in te stellen naar internationaal recht ter vrijwaring <strong>van</strong> deze rechten.<br />
- Internationale rechtssubjecten kunnen ook volkenrechtelijk aansprakelijk worden gesteld in geval <strong>van</strong> nietnaleving<br />
<strong>van</strong> hun verplichtingen.<br />
- In <strong>het</strong> internationaal recht verschilt <strong>het</strong> begrip rechtssubject <strong>van</strong> dat begrip in <strong>het</strong> nationaal recht.<br />
- De rechtspersoonlijkheid <strong>van</strong> individuen (kunnen wel optreden maar alleen ivm mensenrechten) en bepaalde<br />
organisaties (kunnen enkel optreden voor rechten waarvoor ze bevoegd zijn) is beperkt.<br />
- Staten hebben volkomen rechtspersoonlijkheid: de Staat kan rechten en plichten hebben op <strong>het</strong> gehele<br />
terrein vh volkenrecht.<br />
2.2 Definitie Staat<br />
- Een Staat heeft een bevolking (die met de Staat verbonden is door de nationaliteit), een grondgebied, en een<br />
regering die daadwerkelijk en effectief gezag uitoefent.<br />
- Staten laten zich echter bij de beslissing over de erkenning <strong>van</strong> nieuwe Staten niet steeds leiden door deze<br />
juridische definitie <strong>van</strong> een Staat.<br />
D1 Montevideo Convention Rights and Duties of States<br />
- Art. 1: De staat als internationaal rechtssubject moet de volgende kwalificaties bezitten:<br />
• a) een permante bevolking<br />
• De Nationaliteit verbindt <strong>het</strong> individu met een staat, als je niet verbonden bent met een staat dan kan de<br />
staat niet in jou naam optreden.<br />
• b) een bepaald grondgebied<br />
• Er moet een voldoende identificeerbare kern zijn.<br />
• Grensconflicten doen gn afbreuk aan <strong>het</strong> feit dat je grondgebied hebt.<br />
• Zeer veel staten hebben in bepaalde delen <strong>van</strong> <strong>het</strong> grondgebied maar beperkte controle.<br />
• Int recht maakt hier gn probleem <strong>van</strong> om zo een leemte te vermijden. Het is belangrijk een<br />
gesprekspartner te hebben (staat) zelfs wnnr die gebrekkig is.<br />
• Probleem: Nomadische volkeren, hun concept <strong>van</strong> politieke entiteit reist mee met de groep en is dus niet<br />
territoriaal gebonden. Deze volkeren leven vaak in gebieden waar grenzen wel bestaan op de kaart maar<br />
fysiek moeilijk te vinden zijn.<br />
• Grenzen komen tot uiting als gevolg <strong>van</strong> machtsuitoefening, en is geen gevolg <strong>van</strong> rationeel denken. Veel<br />
volkeren voelen zich opgesloten in een staat zonder dat men hier inspraak over had.<br />
• c) een regering<br />
• Er zijn gn kwalitatieve eisen in <strong>het</strong> gedrag <strong>van</strong> een regering.<br />
• Moderne opvatting is dat <strong>het</strong> een regering is die effectief gezag kan uitoefenen en dit minstens over een<br />
substantieel gedeelte vh grondgebied.<br />
• Gezagsuitoefening is de enige vereiste: Dit omwille vd rechtszekerheid, als je een verdrag sluit met een<br />
staat wil je ook dat die staat dit kan uitvoeren, als die staat gn macht heeft dan heeft zo'n verdrag geen<br />
nut. Wnnr zo'n staat gezagsuitoefening heeft dan heeft ze bescherming tegen inmenging door andere<br />
staten in interne aangelegenheden die wezenlijk onder de staatsmacht vallen.<br />
• d) de capaciteit om in relaties te treden met andere staten<br />
• niet meer essentieel / betwist<br />
• De praktische toepassing <strong>van</strong> deze criteria is problematisch. (bv Palestina)<br />
• Er zijn ook territoria waar<strong>van</strong> mensen vinden dat ze een staat zouden moeten zijn. (bv Koerdistan, zijn zelfs<br />
verdeelt over 4 staten)<br />
- Art. 3: Het politieke bestaan <strong>van</strong> de staat is onafhankelijk <strong>van</strong> de erkenning door andere staten.<br />
- Art. 4: Staten zijn juridisch gelijk, ze hebben dezelfde rechten, en dezelfde mogelijkheden in de uitoefening<br />
<strong>van</strong> deze rechten.<br />
- Art. 7: De erkenning <strong>van</strong> een staat kan uitdrukkelijk of stilzwijgend.<br />
Alexander Tanguy 3
- Art. 8: Geen staat heeft <strong>het</strong> recht om zich te mengen interne of externe aangelegenheden <strong>van</strong> een andere.<br />
- Art. 10: Het belangrijkste doel <strong>van</strong> staten is <strong>het</strong> bewaren <strong>van</strong> vrede.<br />
- Art. 11: De territoriale integriteit <strong>van</strong> een staat mag niet geschonden worden.<br />
- Lidmaatschap vd VN: Beslissing om staat toe te laten tot internationale instantie, is niet gebonden aan de<br />
definitie <strong>van</strong> een staat. Permanente leden vd Veiligheidsraad hebben vetorecht. Toelating moet ook worden<br />
goedgekeurd via een 2/3e meerderheid in de Algemene vergadering. (bv. Taiwan zal gn lid worden omdat China<br />
dit niet wil)<br />
- Zowel voor erkenning als lidmaatschap vd VN zijn de juridische voorwaarden <strong>van</strong> een staat dus gn verplichting.<br />
Verdrag <strong>van</strong> Montevideo is dus eerder een aanbeveling, in de realiteit zijn er gn jur verplichtingen om <strong>het</strong> op die<br />
manier te doen.<br />
2.3 Staatsvorming en zelfbeschikkingsrecht<br />
A. Erkenning<br />
- Is een politieke keuze, een beleidskeuze.<br />
- Het zou consequent zijn om enkel die staten te erkennen die aan de juridische voorwaarden voldoen. Maar er<br />
zijn gn regels over de erkenning, dus in de praktijk zijn er erkenningen <strong>van</strong> staten die niet voldoen aan de<br />
juridische voorwaarden <strong>van</strong> een staat voldoen.<br />
- De juridische consequentie vd Erkenning is dat je aanvaardt dat handelingen <strong>van</strong> een andere staat<br />
tegenstelbaar zijn aan jezelf en dat je die staat als gelijke behandelt.<br />
- Men erkent omdat men de goedkeuring wil geven aan een staat en <strong>het</strong> staatsvormingsproces wil legitimeren.<br />
- Voldoen aan de voorwaarden <strong>van</strong> de staat en de erkenning is een verschillende discussie.<br />
- Maar wnnr je maar erkent wordt door een beperkt aantal staten beperkt dit je mogelijkheden om verdragen te<br />
sluiten, er is dus wel een juridisch effect <strong>van</strong> de al dan niet erkenning.<br />
- Er is ook een onderscheid tss erkenning <strong>van</strong> staten en erkenning <strong>van</strong> regeringen.<br />
• Als je een regering erkent dan erken je de bevoegdheid <strong>van</strong> die regering om de staat internationaal te<br />
vertegenwoordigen.<br />
• Vaak erkent men een nieuwe regering niet na een problematische regeringswissel in een land om zo politieke<br />
druk te ontwikkelen om <strong>het</strong> ongrondwettelijk aan de macht gekomen regime zich terug aan zijn grondwet te<br />
laten houden.<br />
• Het kan ook omgekeerd en dit juist zien als een democratiseringsproces. Een regeringswissel heeft gn impact<br />
op de internationale verplichtingen <strong>van</strong> een staat.<br />
B. De problematiek <strong>van</strong> statenopvolging<br />
- Men kan wel uit een verdrag treden, maar enkel door de in dit verdrag voorziene manier.<br />
- Ook als een staat uiteenvalt gaan de verplichtingen <strong>van</strong> de oorspronkelijke staat niet zomaar over op de nieuwe<br />
staten (=staatopvolging).<br />
- Int recht verkiest vreedzame oplossing door onderhandeling vd staatopvolgers onderling. (Bv uiteenvallen vd<br />
Sovjet-Unie: Rusland nam alle verplichtingen <strong>van</strong> de SU over en werd de enige opvolgerstaat. Oekraine was gn<br />
opvolgerstaat, en begon met schone lei en moest alle verplichtingen opnieuw aangaan om lid te worden.)<br />
- Staatopvolging verschilt dus <strong>van</strong> regimewisseling omdat bij opvolging er wel gevolgen zijn.<br />
C. Zelfbeschikkingsrecht<br />
- Tijdens de dekolonisatie beriepen de kolonies zich met succes op <strong>het</strong> zelfbeschikkingsrecht om hun<br />
onafhankelijkheid af te dwingen.<br />
- Eens de onafhankelijkheid verkregen, bood <strong>het</strong> zelfbeschikkingsrecht de onafhankelijke landen bescherming<br />
tegen inmenging <strong>van</strong> buitenaf.<br />
- Na de koude oorlog laaide de discussie over <strong>het</strong> zelfbeschikkingsrecht opnieuw op.<br />
- Kunnen bevolkingsgroepen die deel uitmaken <strong>van</strong> een staat zich beroepen op <strong>het</strong> zelfbeschikkingsrecht om<br />
autonomie binnen de staat te verwerven, of om zich af te scheiden en een eigen staat op te richten?<br />
- Bij deze vraag zijn 2 benaderingen mogelijk.<br />
Alexander Tanguy 4
1) Het zelfbeschikkingsrecht komt enkel toe aan groepen met bepaalde kenmerken<br />
- Inheemse volkeren:<br />
• oorspronkelijke bewoners <strong>van</strong> een grondgebied die daar al gevestigd waren voor de groep die nu dominant is<br />
in de staat waartoe zij nu behoren.<br />
• Dit begrip heeft eerst erkenning gekregen in Latijns-Amerika. Die landen hebben zich onafhankelijk<br />
verklaard, maar de volken die dit deden waren de kolonisatoren. Oorspronkelijke indianen zeggen dat de<br />
dekolonisatie dus gn effect had voor hun. Dit komt ook voor in <strong>het</strong> Westen (bv, Maori eskimo's in Finland)<br />
- Minderheden:<br />
• hebben gn zelfbeschikkingsrecht, enkel bescherming <strong>van</strong> hun culturele, religieuze en taalkundige eigenheid.<br />
• Wordt meestal geformuleerd als een negatieve verplichting voor een staat.<br />
• Onderscheiden zich <strong>van</strong> inheemse volkeren omdat ze niet dat karakter bezitten <strong>van</strong> oorspronkelijk volk. Volk<br />
kan ook gn minderheid zijn maar wel inheems volk.<br />
D3 UN Declaration rights indigenous peoples:<br />
- resoluties vd algemene vergadering zijn niet bindend<br />
- Inheemse volkeren hebben <strong>het</strong> recht op zelfbeschikking. (art. 3)<br />
- Inheemse volkeren, in de uitoefening v hun recht op zelfbeschikking, hebben <strong>het</strong> recht op autonomie of<br />
zelfregering in materies aangaande hun interne en lokale zaken. (art. 4)<br />
- Inheemse volkeren en individuen hebben <strong>het</strong> recht om niet onderworpen te worden aan gedwongen verwijdering<br />
of vernietiging <strong>van</strong> hun cultuur. (art. 8)<br />
- Impl dus niet <strong>het</strong> recht om een onafhankelijke staat op te richten.<br />
- Is de eerste keer dat men zegt dat ze op al deze zaken aanspraak kunnen op maken.<br />
- De verklaring geeft gn definitie <strong>van</strong> wat een inheems volk is, dus <strong>het</strong> blijft een kwestie <strong>van</strong> genoeg politieke<br />
steun te verwerven om erkend te worden.<br />
2) Alles hangt af <strong>van</strong> de omstandigheden waarin een groep zich bevindt<br />
- 3 mogelijke criteria:<br />
• remedial secession: recht op onhafhankelijkheid zou compensatie kunnen zijn op aangedaan onrecht.<br />
• fysieke integriteit <strong>van</strong> een groep wordt bedreigd<br />
• gedurende lange periode heeft grootschalige schending <strong>van</strong> mensenrechten plaatsgevonden<br />
- Uitgangspunt is dat staten recht hebben op bescherming <strong>van</strong> hun territoriale integriteit.<br />
- Om welke reden zou zelfbeschikkingsrecht voorrang kunnen krijgen op territoriale integriteit?<br />
- Probleem: Dit erkennen bedreigt echter alle leden vd VN. Geschiedenis leert dat als men niet tot onderhandeld<br />
akkoord komt, afscheiding gebeurt door geweld. VN moet instaan voor vrede.<br />
A1: African commission on human and peoples' rights: Kevin Mgwanga Gunme et al VS Cameroon (2009)<br />
- In afrika heeft men gelijkaardig verdrag aan EVRM. Ook een afrikaans hof voor de rechten vd mens. ( nog niet<br />
in werking) voorlopig kan men klacht indienen bij een commissie.<br />
- Klacht komt uit Zuid-Kameroen. Kameroen is ontstaan in 1960 als gevolg <strong>van</strong> een door de VN georganiseerd<br />
referendum.<br />
- Aan de Zuid-Kameroeners werd de keuze gegeven om tot Nigeria of Kameroen toe te treden. Ze kozen voor<br />
Kameroen.<br />
- De franstalige groep is dominant.<br />
- Inhoud vd klachten:<br />
• de VN heeft hen niet de keuze gegeven om onafhankelijk te worden bij dat referendum<br />
• zeggen dat ze op 1 oktober 1961 geannexeerd werden door “La republique du Cameroun” omdat soevereiniteit<br />
nog niet was overgedragen<br />
• ze zeggen dat ze systematisch gediscrimineerd worden door de franstaligen<br />
• schending <strong>van</strong> mensenrechten<br />
- Afrikaanse commissie over artikel 19 vh “African Charter”:<br />
Alexander Tanguy 5
• Art 19: een absoluut verbod op de dominatie <strong>van</strong> een volk door een ander.<br />
• Commissie zegt niet te kunnen oordelen over <strong>het</strong> VN-referendum en over een eventuele illegale annexatie<br />
omdat dit buiten haar bevoegdheid 'rationae temporis' valt. Omdat <strong>het</strong> African Charter toen nog niet in<br />
werking was.<br />
• Commissie zegt dat ze deze bevoegdheid wel heeft wnnr de klagers kunnen aantonen dat een schending <strong>van</strong><br />
voor 18 december 1989, hierna nog verder duurde.<br />
• De klagers zeggen dat er economische marginalisatie en <strong>het</strong> weigeren <strong>van</strong> basisinfrastructuur is (schending<br />
<strong>van</strong> art. 19) en dat deze schendingen een gevolg zijn <strong>van</strong> de gebeurtenissen in 1961 en 1972 en nog verder<br />
duurde na 18 december 1989.<br />
• Kameroen zegt dat ze een zeehaven moest verplaatsen <strong>van</strong> Limbe (Zuid-Kameroen) naar Douala (Franstalig<br />
gedeelte) omdat ze <strong>het</strong> verkeer <strong>van</strong> personen en goederen moest kunnen bewaken.<br />
• Commissie zegt dat dit argument gelijk staat met <strong>het</strong> erkennen dat de Staat geen controle had over Limbe.<br />
En elke staat heeft de verplichting onder Int recht om de integriteit v haar gehele grondgebied te bewaren.<br />
• De bewaking vh verkeer <strong>van</strong> personen en goederen kon overigens evengoed in Limbe gebeuren.<br />
• Dus er is een schending <strong>van</strong> art. 19 vh Charter.<br />
- Afrikaanse commissie over artikel 20 vh “African Charter”:<br />
• Art 20: recht voor elk volk op bestaan, tot zelfbeschikking, en tot verzet tegen kolonisatie of onderdrukking<br />
door elk mogelijk internationaal erkend recht tot verzet<br />
• Klagers zeggen dat de Zuid-Kameroeners recht hebben op de uitoefening vh zelfbeschikkingsrecht onder<br />
Art. 20 aangezien ze een apart en verschillend volk zijn vh volk <strong>van</strong> 'La Republic du Cameroon'.<br />
• Kameroen zegt dat de Zuid-kameroeners geen apart volk zijn. Zegt dat de verschillen die de klagers<br />
oproepen enkel <strong>het</strong> gevolg zijn vd Engelse kolonisatie en dat er geen ento-antropologisch argument is.<br />
• De commissie zal dus onderzoeken of de Zuid-kameroeners een apart volk zijn.<br />
• Afrikaanse commissie vindt dat ze een volk zijn.<br />
• Ze beroepen zich hiervoor op een studie door UNESCO: ook groepen die niet een etno-antropologische<br />
identiteit hebben kunnen een volk zijn. In principe zouden ze dus een beroep kunnen doen op art. 20.<br />
• De commissie onderzoekt ook of <strong>het</strong> Zuid-kameroenees volk recht hebben op zelfbeschikking.<br />
• Klagers zeggen dat grondwettelijke voorstellen en een referendum door Zuid-Kameroen werden genegeerd<br />
door Kameroen in 1993-94-95. Ze zeggen dat dit een schending uitmaakt <strong>van</strong> art. 20 en dat ze daarom<br />
recht hebben op zelfbeschikking.<br />
• De commissie is verplicht om de territoriale integriteit <strong>van</strong> Kameroen te behouden. De commissie kan dus<br />
geen afscheiding aanbevelen als een vorm <strong>van</strong> zelfbeschikking. Dit is ook niet de enige weg om <strong>het</strong> recht op<br />
zelfbeschikking uit te oefenen.<br />
• Het African Charter kan niet ingeroepen worden door een klager om de soevereiniteit en territoriale<br />
integriteit <strong>van</strong> een Staatspartij te bedreigen.<br />
• De commissie aanvaardt echter autonomie binnen de soevereine staat in de vorm <strong>van</strong> zelfregering,<br />
confederatie of federatie. En er moet nationale consensus over zijn.<br />
• Kameroen aanvaardt ook uitdrukkelijk dat zelfbeschikking mag worden uitgeoefend op voorwaarde dat ze<br />
grove schendingen <strong>van</strong> mensenrechten of de weigering om aan de politiek deel te nemen kunnen aantonen.<br />
• De commissie zegt dat afscheiding niet mogelijk is, tenzij onder voorwaarden <strong>van</strong> hierboven, afscheiding<br />
wordt niet aanvaard als een variant vh zelfbeschikkingsrecht in de context vh African Charter.<br />
- De commissie oordeelt dat afscheiding niet de oplossing is voor Zuid-kameroen maar wel een nationale dialoog.<br />
- In bepaalde omstandigheden moet volgens dit arrest cecessie dus kunnen.<br />
D2 Kosovo Declaration of Independence (2008), A17 ICJ: Advisory Opinion Kosovo)<br />
- Voorlopige instellingen <strong>van</strong> zelfbestuur verklaren hun onafhankelijkheid.<br />
- Hiervoor was er een VN-bewind nadat de VN <strong>het</strong> servische leger had gebombardeerd dat hier gevestigd was.<br />
Civiel bewind <strong>van</strong> de VN en een militaire arm <strong>van</strong> de NAVO.<br />
- Kosovaren beroepen zich niet op <strong>het</strong> zelfbeschikkingsrecht.<br />
• Ze dachten dat als ze dat zouden doen dat een negatief effect zou hebben op de reactie vd internationale<br />
wereld.<br />
• Zeggen dus dat hun onafhankelijkheidsverklaring een uniek geval is en geen precedent voor andere groepen<br />
die zich zouden willen afsplitsen in andere landen.<br />
• Er was nl al 10j een internationaal bestuur.<br />
Alexander Tanguy 6
• Geen uitweg via een onderhandelde oplossing mogelijk, onderhandelingen waren al 10j bezig.<br />
- Bieden zich aan door te stellen dat ze internationaal gericht zullen zijn, en tot alles willen toetreden.<br />
- Bv spanje heeft Kosovo nog niet erkend uit vrees welke waarde dit zou kunnen hebben voor de Basken, kosovo<br />
zegt dan wel dat er geen precedentswaarde is maar kan ntrlk altijd effect hebben.<br />
A17 IGH: Advisory Opinion Kosovo (2010)<br />
- “Is the unilateral declaration of independence by the Provisional Institutions of Self-Government of Kosovo in<br />
accordance with international law?”<br />
- Hof geeft aan dat <strong>het</strong> al in andere zaken eerst de vraag heeft verduidelijkt vooraleer haar mening te geven<br />
over de vraag zelf.<br />
- Hof zegt dat ze alleen moeten antwoorden op de gestelde vraag en niet op andere vragen.<br />
- Uit <strong>het</strong> antwoorden vd huidige vraag valt niets af te leiden voor de juridische gevolgen <strong>van</strong> zo'n<br />
onafhankelijkheidsverklaring.<br />
- Hof geeft dus duidelijk aan welke vragen NIET gesteld zijn:<br />
• Er wordt niet naar de juridische consequenties <strong>van</strong> de verklaring gevraagd.<br />
• Er wordt niet gevraagd of Kosovo een staat is geworden.<br />
• Er wordt ook niet gevraagd naar de validiteit of juridische effecten vd erkenning <strong>van</strong> Kosovo door andere<br />
staten.<br />
- Hof geeft aan dat bij <strong>het</strong> nagaan of de onafhankelijkheidsverklaring in overeenstemming met internationaal<br />
recht is ze zelf vrij moet kunnen onderzoeken of de verklaring werd uitgevaardigd door de “voorlopige<br />
instellingen <strong>van</strong> zelfbestuur” of door een “ander orgaan”.<br />
- Hof geeft aan dat de vraag in de huidige zaak verschilt vd vraag die werd gesteld aan <strong>het</strong> “Supreme<br />
Court of Canada” over de “secessie <strong>van</strong> Quebec <strong>van</strong> Canada”.<br />
• In Canada was de vraag of er een recht op afscheiding was en of er een internationale regel was die deze<br />
bevoegdheid gaf aan een instelling <strong>van</strong> Quebec.<br />
• Terwijl hier de vraag zich voordoet of de onafhankelijkheidsverklaring in overeenstemming met<br />
internationaal recht was. Er moet dus worden nagegaan of de verklaring <strong>het</strong> int recht schond.<br />
• Het Hof moet dus niet antwoorden of <strong>het</strong> int recht een positieve bevoegdheid geeft aan Kosovo (of aan een<br />
andere entiteit) om zich onafhankelijk te verklaren.<br />
- Enige vraag die ze zullen beantwoorden is of onafhankelijkheidsverklaringen mogen in <strong>het</strong> internationaal recht.<br />
• Er is geen statenpraktijk die wijst op een nieuwe internationale regel die dit verbiedt.<br />
• Serviers zeggen dat een verbod op eenzijdige onafhankelijkheidsverklaringen impliciet verscholen ligt in <strong>het</strong><br />
principe <strong>van</strong> de territoriale integriteit.<br />
• Hof zegt dat principe vd bescherming vd territoriale integriteit is beperkt tot de bescherming tegen<br />
inmenging <strong>van</strong> buitenaf door andere staten en biedt dus gn bescherming tegen interne groepen die voor<br />
zelfbestuur ageren.<br />
• Is enkel <strong>van</strong> toepassing als andere staten deze groep steun zouden verlenen om onafhankelijk te worden.<br />
- Antwoord Hof: Deze onafhankelijkheidsverklaring hield geen schending <strong>van</strong> Int recht in.<br />
Alexander Tanguy 7
2.4 Soevereiniteit en jurisdictie; gemeenschappelijk erfgoed<br />
- Staten oefenen rechtsmacht uit op hun grondgebied over personen, goederen en gebeurtenissen.<br />
- Die rechtsmacht kan niettemin beperkt worden door volkenrechtelijke regels (<strong>van</strong> verdragsrechtelijke of<br />
gewoonterechtelijke aard).<br />
- Slechts uitzonderlijk mag een Staat buiten <strong>het</strong> eigen grondgebied rechtsmacht uitoefenen (= extraterritoriale<br />
bevoegdheid).<br />
- Op een aantal gebieden is de vestiging <strong>van</strong> nationale rechtsmacht niet toegelaten.<br />
• Deze gebieden vallen onder een internationaal regime, waarin telkens een evenwicht wordt gezocht tss vrij<br />
gebruik en bescherming als gemeenschappelijk erfgoed <strong>van</strong> de mensheid.<br />
- Gemeenschappelijk erfgoed/belang:<br />
• Goederen of middelen die zich wel op <strong>het</strong> grondgebied <strong>van</strong> een Staat bevinden, maar waar heel de<br />
internationale gemeenschap belang bij heeft.<br />
• In deze gevallen treedt de territoriaal bevoegde Staat op als bewaarder vh internationale belang, en heeft<br />
de internationale gemeenschap een recht op toezicht.<br />
• Uitgangspunt is territoriale jurisdictie, maar de staat die deze heeft moet dan die uitoefenen in naam vd<br />
internationale gemeenschap om zo dat gemeenschappelijk belang te waarborgen.<br />
• De territoriaal bevoegde staat krijgt als <strong>het</strong> ware de voogdij voor de bescherming v <strong>het</strong> gemeenschappelijk<br />
belang welk wordt toevertrouwd door de int gemeenschap. Deze heeft ook toezicht op hoe de territoriaal<br />
bevoegde staat omgaat met die voogdij en <strong>het</strong> gemeenschappelijk belang waarborgt.<br />
• Problemen:<br />
• Capaciteit voogdijstaten verschilt: Is de int gemeenschap bereidt iets te doen als <strong>het</strong> betreffende land te<br />
weinig mogelijkheden heeft?<br />
• Bijstandsverplichtingen (drempels?):<br />
• Quid in geval <strong>van</strong> niet-naleving: er zijn ook grenzen aan hoe je een gemeenschappelijk belang kan<br />
verdedigen (soevereiniteit)<br />
- Grondgebied:<br />
• grond, ondergrond, territoriale zee, binnenwateren, luchtruim boven <strong>het</strong> grondgebied<br />
• in al deze gebieden is de jurisdictie vd staat volledig<br />
- functionele jurisdictie:<br />
• gn soevereiniteit over dit gebied, maar enkel exploitatie mogelijkheden over bronnen die zich in de zee<br />
bevinden en in de ondergrond ( <strong>het</strong> continentaal plat = land dat onder water doorloopt tot aan diepte )<br />
- In <strong>het</strong> internationaal recht zijn er aantal feiten die internationaal strafwaardig worden geacht zelfs wnnr<br />
er gn aanknopingspunt is met <strong>het</strong> land dat haar rechtsmacht wil uitoefenen.<br />
• In B: oorlogsmisdrijven, seksuele exploitatie v minderjarigen<br />
• “Aut dedere, aut iudicare”<br />
- Handhaving: Je mag nooit internationaal recht handhaven tenzij met instemming vd betrokken staat<br />
• BV, Eichmann: Israel had toestemming tot uitlevering aan Argentinië moeten vragen.<br />
D4 UN Convention on the Law of the Sea (1982)<br />
- Alle staten mogen gebruik maken vd hoge zeeën maar slechts onder bepaalde voorwaarden v dit verdrag.<br />
- Art. 87, 2: rekening houdend met andere staten<br />
- Art. 88: enkel voor vreedzaam gebruik<br />
- Art. 116: alle staten kunnen in <strong>het</strong> belang <strong>van</strong> hun burgers vissen<br />
- Art. 117: verplichting om tav hun burgers maatregelen te nemen zodat de visbestanden niet uitgeput raken<br />
- “Area” = bodem onder de volle zee<br />
• Art. 136 : oceaan bodem behoort tot gemeenschappelijk erfgoed vd mensheid<br />
• Art. 137, 2: de internatoinale zee-autoriteit beheert de natuurlijke rijkdommen in de oceaanbodem in naam<br />
vd mensheid<br />
• Art. 140: actieviteiten in de oceaanbodem zullen uitgevoerd worden voor <strong>het</strong> belang vd mensheid in zijn<br />
geheel, en met specifieke aandacht voor de belangen en noden <strong>van</strong> ontwikkelingslanden<br />
- Art. 144: de autoriteit zal maatregelen nemen om de transfer <strong>van</strong> technologie die <strong>van</strong> belang is voor de<br />
oceaanbodem naar alle partijen bij dit verdrag te promoten en aan te bevelen<br />
Alexander Tanguy 8
- 1994: 12 jaar na <strong>het</strong> verdrag constateerde men dat te weinig landen <strong>het</strong> verdrag ratificeerde<br />
• Men sloot dus een bijkomende overeenkomst om dit hoofdstuk te nuanceren. Via licenties die aan<br />
ondernemingen worden toegekend en waarbij wordt afgesproken dat die ondernemingen ook recht hebben op<br />
een deel vd opbrengst. Op basis hier<strong>van</strong> gingen de industrielanden wel akkoord om <strong>het</strong> verdrag te aanvaarden.<br />
• Op dit moment nog maar weinig toepassing omdat technologie nog niet op punt is om veel stoffen uit<br />
oceaanbodem te delven.<br />
- Antartica: Over Noordpool is gn verdrag want bestaat enkel uit ijs.<br />
• Grootste deel vd wereld vindt dat gn enkel land zich dit gebied mag toeeigenen.<br />
• In 1959 is er een verdrag afgesloten dat een compromis is tss de landen die aanspraak maken op antartica en<br />
de rest. Hierin laten de landen die aansprak maken hun aanspraak bevriezen voor de duur v dit verdrag. ( ze<br />
geven hun aanspraak dus niet op) Er mag gn mijnbouw en enkel wetenschappelijk onderzoek en beperkte vorm<br />
<strong>van</strong> toerisme zijn toegelaten. Die expedities vallen dan onder de rechtsmacht vd staat vd nationaliteit vd<br />
onderzoekers of vd staat v waaruit de expeditie is vertrokken.<br />
D5 UNESCO Convention concerning the Protection of World Cultural and Natural Heritage (1972)<br />
- Bescherming <strong>van</strong> natuur- en cultuurerfgoed in <strong>het</strong> belang <strong>van</strong> alle landen vd wereld.<br />
- Omdat bescherming <strong>van</strong> dit erfgoed op nationaal vlak vaak tekort komt wegens een gebrek aan economische,<br />
wetenschappelijke en technologische mogelijkheden.<br />
- 186 staten zijn partij: bijna allemaal<br />
- Bescherming <strong>van</strong> monumenten door internationale gemeenschap zonder evenwel de plaats in te nemen vd<br />
betrokken (soevereine) staat.<br />
- Artt. 1 en 2 geven aan wat onder cultuurerfgoed (monumenten, groepen <strong>van</strong> gebouwen, sites) en wat onder<br />
natuurerfgoed valt.<br />
- Bescherming <strong>van</strong> erfgoed blijft hoofdzakelijk de verantwoordelijkheid vd staat zelf. (art. 4)<br />
- Het Verdrag respecteert de soevereiniteit vd staat maar erkent dat de hele gemeenschap de verplichting<br />
heeft die staat te helpen bij de bescherming <strong>van</strong> <strong>het</strong> werelderfgoed. (art.6)<br />
- Er wordt een intergouvernementeel comité opgericht '<strong>het</strong> Wereld Erfgoed Comité'. (art.8)<br />
- Elke partij bij dit verdrag zal een inventaris geven aan dit comité <strong>van</strong> erfgoed waar<strong>van</strong> ze willen dat <strong>het</strong> comité<br />
ze opneemt als werelderfgoed, deze lijst is niet exhaustief. (art. 11,1)<br />
- Op basis <strong>van</strong> deze inventaris zal <strong>het</strong> comité een lijst maken <strong>van</strong> erfgoed zoals bepaald in artt. 1 en 2, waar<strong>van</strong> ze<br />
vinden dat <strong>het</strong> een universele waarde heeft. (art. 11,2)<br />
- Maar <strong>het</strong> opnemen <strong>van</strong> een eigendom in de Werelderfgoed Lijst heeft de toestemming vd betrokken Staat<br />
nodig. (art. 11,3)<br />
- Het feit dat iets behoort tot <strong>het</strong> cultureel of natuurlijk erfgoed, maar niet is opgenomen in deze lijst betekent<br />
geenzins dat <strong>het</strong> geen universele waarde heeft voor de mens die anders is dan deze die wil in de lijst staan. (art. 12)<br />
- Art. 15, 1: er wordt een fonds opgericht voor de bescherming vh werelderfgoed.<br />
- Art. 16, 1: staten die partij zijn moeten elke 2j een bijdrage betalen<br />
- Art. 16, 2: maar ten tijde <strong>van</strong> de ratificatie, aanvaarding of toetreding tot dit verdrag kan de betrokken staat<br />
een voorbehoud maken dat <strong>het</strong> niet gebonden zal zijn door art. 16,<strong>1.</strong><br />
- Art. 35: elke partij bij dit verdrag mag <strong>het</strong> verdrag verwerpen.<br />
- Er is dus de eigen verantwoordelijkheid vd staat en anderzijds de mogelijkheid steun te zoeken bij <strong>het</strong> fonds en<br />
erkenning.<br />
- Maar een regering kan een monument ook gwn niet voorgeven voor de lijst vh fonds.<br />
- Bv boeddha beelden in Afghanistan, bijkomnd probleem was dat de Talliban regering niet erkend was.<br />
• Unesco heeft dus wel toezicht maar heeft gn dwangmiddelen om een regering tegen te houden.<br />
• Unesco heeft wel gezegd dat ze vonden dat de vernietiging vd beelden een misdrijf was tegen de mensheid in<br />
haar geheel, tegen <strong>het</strong> gemeenschappelijk erfgoed vd mensheid.<br />
• Door dit te zeggen impl dat in de toekomst individuele strafbaarheid mogelijk moet zijn voor misdrijven<br />
tegen cultuurerfgoed.<br />
Alexander Tanguy 9
2.5 Gelijkheid en immuniteit<br />
- Staten zijn juridisch gelijk in <strong>het</strong> volkenrecht.<br />
- Een Staat kan geen gezag uitoefenen over een andere Staat.<br />
- Dit brengt met zich mee dat een Staat niet gedaagd kan worden voor de rechter <strong>van</strong> een andere Staat.<br />
Geschillen moeten op internationaal niveau worden geregeld.<br />
- Probleem vd immuniteit stelt zich in principe niet voor de internationale rechter aangezien deze boven alle<br />
staten verheven is.<br />
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de immuniteit v vreemde staten, overheidsfunctionarissen, diplomaten:<br />
- Staat<br />
• handelingen die de staat stelt in kader v overheidsgezag<br />
• handelingen die de staat stelt als particulier<br />
• In België zegt men dat de immuniteit wel geldt in <strong>het</strong> kader vh overheidsgezag maar niet wnnr de vreemde<br />
staat zich gedraagt als een privé persoon.<br />
• Grenzen tss wat handelingen v overheidsgezag en private aard zijn is soms vaag. (bv meubilair kopen voor<br />
ambassade)<br />
- Organen vd staat (overheidsfunctionarissen, staatshoofden en ministers, ambtenaren)<br />
• staatshoofden en ministers: de staat is int aansprakelijk voor <strong>het</strong> optreden v deze organen;<br />
• als deze in B een verkeersovertreding maken dan schenden ze wel de wet maar ze kunnen niet worden<br />
vervolgd;<br />
• ze genieten een volledige immuniteit zowel burgerrechtelijk als strafrechtelijk;<br />
• deze immuniteit is een gevolg v hun functie aangezien deze personen in alle omstandigheden moeten kunnen<br />
communiceren<br />
• immuniteit staat onder druk: Moet deze bv ook gelden wnnr ze zich schuldig maken aan schending v<br />
mensenrechten?<br />
• Genocide, oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de mensheid: Int strafhof art. 27 irrele<strong>van</strong>ce of official<br />
capacity: indien Strafhof bevoegd is dan geldt de immuniteit niet<br />
• Wat voor de nationale rechter?<br />
• Yerodia zaak: was Congolees minister, had op tv en radio in Congo de Tutsi congolezen vergeleken met<br />
insecten die moesten worden uitgeroeid. Kwam naar België en onder de toenmalige genocide wet werd hij<br />
beschuldigd. Congo ging naar Int gerechtshof wegens de immuniteit en won de zaak. In de uitspraak zegt<br />
<strong>het</strong> Hof dat de immuniteit geldt voor de duur vd functie en voor daden gesteld v toen men nog in functie<br />
was. Kan men dus ministers vervolgen na hun ambtstermijn? Volgens Int gerechtshof kan dit alleen voor<br />
daden gesteld door deze ministers in hun hoedanigheid v privépersoon. Oorlogsmisdrijven zijn altijd in<br />
privéhoedanigheid aangezien deze verboden zijn in <strong>het</strong> Internationaal recht, bij wijze v gezagsuitoefening<br />
kan je nl nooit op een legitieme wijze genocide uitvoeren. (Int strafgerechtshof was ten tijde vd feiten<br />
nog niet in werking, als feiten zich nu zouden afspelen zouden ze wel kunnen vervolgen)<br />
• Pinoc<strong>het</strong>: In UK vervolgd voor marteling. Want dit kan je nooit op legitieme wijze doen in<br />
overheidsfunctie. Hier heeft men gebruik gemaakt vd opening in <strong>het</strong> Yerodia arrest maar dus enkel voor<br />
personen na hun ambtstermijn.<br />
• Al deze regels zijn ongeschreven gewoonterechtelijke regels.<br />
• lagere functionarissen: geen duidelijkheid over<br />
- Diplomaten (Verdrag <strong>van</strong> Wenen)<br />
• Is een persoon die deel uitmaakt vh personeel v een staat (zendstaat) die hij vertegenwoordigt bij een<br />
andere staat (ont<strong>van</strong>gststaat) of een internationale organisatie.<br />
• De zendstaat moet de diplomaat laten accrediteren bij de ont<strong>van</strong>gststaat, deze moet de diplomaat dus<br />
aanvaarden. Ont<strong>van</strong>gststaat kan de accreditatie ook intrekken.<br />
• Hoofd vd diplomatieke zending is de ambassadeur (heeft absolute immuniteit).<br />
• Immuniteit geldt ook voor de gebouwen (de zending zelf). Inbeslagnemingen mogen dus niet, ook niet voor de<br />
diplomatieke tas. (bv op vliegveld, vermoeden v drugs)<br />
• Je mag de ambassade niet in maar je moet deze ook beschermen.<br />
• Je mag diplomaten ook niet v hun vrijheid beroven tenzij ze een gevaar voor anderen vormen.<br />
• De zendstaat kan echter beslissen afstand te doen vd immuniteit. De ont<strong>van</strong>gststaat kan de accreditatie<br />
intrekken. (persona non grata verklaring)<br />
• Vaak worden problemen door verzekeringsmaatschappijen opgelost via een minnelijke schikking.<br />
Alexander Tanguy 10
2.6 Staatsaansprakelijkheid<br />
D6 International Law Commission: Responsibility of States for Internationally Wrongful Acts (2001)<br />
- Commissie vh internationaal recht: hierin zetelen deskundigen die teksten v internationale regelgeving<br />
voorbereiden.<br />
- Is geen verdrag geworden. Is enkel vastlegging vd inhoud vh gewoonterecht inzake staatsaansprakelijkheid door<br />
de commissie.<br />
- 3 zaken worden besproken:<br />
• Part one:<br />
Wanneer is <strong>het</strong> gedrag v een staat onrechtmatig?<br />
• Part two:<br />
Wat zijn dan de juridische gevolgen v dat gedrag?<br />
• Part three:<br />
Hoe kunnen andere staten dan optreden tegen dat onrechtmatig gedrag?<br />
<strong>1.</strong> Toerekenbaarheid:<br />
- Er is een internationale onrechtmatige handeling <strong>van</strong> een Staat wnnr <strong>het</strong> gedrag dat bestaat uit een actie of<br />
nalaten (art. 2):<br />
• toerekenbaar is aan een Staat onder internationaal recht<br />
• een schending inhoudt <strong>van</strong> een internationale verplichting <strong>van</strong> een staat<br />
- Het maakt niet uit of de handeling in kwestie onder nationaal recht wel geldig is. (art. 3)<br />
- Het gedrag <strong>van</strong> een Staatsorgaan zal worden beschouwd als <strong>het</strong> gedrag vd Staat zelf. (art. 4.1)<br />
- Wat staatsorganen zijn wordt overgelaten aan <strong>het</strong> nationaal recht. (art. 4.2)<br />
- Ook <strong>het</strong> gedrag <strong>van</strong> een persoon of entiteit die geen orgaan is maar wel belast met de uitoefenening <strong>van</strong> een<br />
deel vd overheidsmacht wordt beschouwd als <strong>het</strong> gedrag vd Staat zelf. (art. 5)<br />
- Het gedrag <strong>van</strong> deze organen of entiteiten is <strong>het</strong> gedrag vd Staat zelf, zelfs wnnr men zijn bevoegdheid te<br />
buiten ging. (art. 7)<br />
- Het gedrag <strong>van</strong> een oppositiebeweging die achteraf zelf de nieuwe regering <strong>van</strong> een staat wordt zal worden<br />
beschouwd als <strong>het</strong> gedrag vd Staat zelf. Als deze er in slagen een nieuwe Staat op te richten in <strong>het</strong> oude<br />
grondgebied vd vorige Staat dan is enkel de nieuwe staat aansprakelijk. (art. 10)<br />
- De staat is niet int aanspr voor particulieren (ondernemingen en ntrlke personen) behalve:<br />
• Wel wnnr die particulieren onder instructie of leiding stonden vd betrokken staat. (art.8)<br />
bv. doodseskaders: die in opdracht vd regering moorden pleegden<br />
• Wel wnnr er een plicht bestaat voor de staat om handelingen v particulieren te voorkomen.<br />
bv. bescherming v ambassades tegen gewelddadige betogingen<br />
• Wel wnnr <strong>het</strong> particulier gedrag later wordt toegeëigend door de staat. (art.11)<br />
bv. protesten tegen bepaalde gebeurtenissen, overheid gaat achteraf akkoord met protest<br />
- Er moet een schending zijn <strong>van</strong> een internationale verplichting (chapter III.):<br />
• De verplichting moest bestaan ten tijde dat de feiten zich afspeelde. (art. 13)<br />
- Omstandigheden die de onrechtmatigheid uitsluiten (chapter V.):<br />
• In bepaalde gevallen kan een handeling die nrml onrechtmatig zou zijn <strong>het</strong> wegens omstandigheden toch niet<br />
zijn. (overmacht, noodzaak)<br />
2. Juridische gevolgen:<br />
- Stopzetting en niet-herhaling:<br />
• De staat verantwoordelijk voor de internationale onrechtmatigheid handeling is onder de verplichting om:<br />
• de handeling te stoppen<br />
• garanties te geven <strong>van</strong> niet-herhaling in de toekomst indien nodig<br />
- Herstel:<br />
• De verantwoordelijke staat is verplicht tot volledige schadeloosstelling/genoegdoening.<br />
- Vormen <strong>van</strong> herstel (apart of in combinatie):<br />
• Restitutie:<br />
Terugplaatsen in de toestand alsof er geen onrechtmatigheid gepleegd was.<br />
• Compensatie:<br />
Als de schade niet volledig hersteld is door restitutie kan een bijkomende compensatie.<br />
• Satisfactie:<br />
Als de schade niet volledig hersteld is door restitutie en compensatie is de staat hiertoe<br />
verplicht. (kan bestaan in verontschuldigingen, erkenning,...)<br />
3. Welke staten kunnen optreden?<br />
- Enkel de Staat die schade heeft geleden door de onrechtmatige handeling.<br />
• Uitzondering: 'de erga omnes verplichting', dit is een verplichting die je hebt tav de hele internationale<br />
Alexander Tanguy 11
gemeenschap, waarbij elke staat belang heeft dat de verplichting wordt nageleefd, hierbij moet je dus niet<br />
aantonen dat je directe schade hebt geleden<br />
- Tegenmaatregelen (Chapter II.):<br />
• Mogen worden genomen om de Staat in kwestie er toe aan te zetten zich aan zijn verplichtingen tot herstel<br />
te houden.<br />
• De tegenmaatregelen mogen dus niet <strong>van</strong> die aard zijn dat ze <strong>het</strong> herstel door de betrokken Staat<br />
onmogelijk maken.<br />
• Niet alle tegenmaatregelen zijn mogelijk, Men moet zich steeds aan bepaalde verplichtingen houden. (bv<br />
mensenrechten)<br />
• De tegenmaatregelen moeten proportioneel zijn met de geleden schade.<br />
2.7 Geschillenbeslechting IGH<br />
- Het Handvest <strong>van</strong> de Verenigde Naties vereist dat Staten hun geschillen op vreedzame wijze regelen. Dat kan<br />
ondermeer via gerechtelijke weg.<br />
- Het Internationaal Gerechtshof is een hoofdorgaan <strong>van</strong> de Verenigde Naties. Het statuut vh Hof is als bijlage<br />
toegevoegd bij <strong>het</strong> Handvest.<br />
D7 Charter of the United Nations (1945)<br />
- Doelstelling vd UN: Bewaren vd internationale vrede en veiligheid, vriendelijke relaties tss staten ontwikkelen,<br />
samenwerking bij internationale problemen, harmonisatie in de maatregelen om dit alles te bereiken<br />
- Alle lidstaten moeten hun internationale onenigheden op een vredevolle manier oplossen op een manier<br />
waardoor de internationale vrede en veiligheid en rechtvaardigheid niet in <strong>het</strong> gedrang komen. (art. 2, 4)<br />
- Hfdstk 6 pacific settlement of disputes<br />
• Art. 33 geeft de manieren v vreedzame geschillenregeling<br />
• mediation, conciliation: derde land wordt betrokken, de 2 landen praten niet rechtstreeks tegen elkaar maar<br />
via dit derde land<br />
• arbitrage: partijen gaan akkoord hun geschil voor te leggen aan een college dat evt hiervoor is opgericht, er<br />
zijn ook geinstitutionaliseerde vormen v arbitrage (bv permanent hof voor arbitrage: flexibel, staat ook open<br />
voor internationale geschillen <strong>van</strong> bv ngo's/ondernemingen en staten)<br />
- Alle leden vd UN zijn ipso facto partijen bij <strong>het</strong> Statuut vh IGH.<br />
- Leden vd UN moeten zich voegen naar de beslissing vh IGH in elke zaak waarin ze partij zijn.<br />
- Als een lid haar door een uitspraak vh IGH opgelegde verplichtingen niet nakomt kan de andere partij zich tot<br />
de Veiligheidsraad wenden. Deze kan dan aanbevelingen doen of zelf maatregelen nemen. Maar permanente<br />
leden vd Veiligheidsraad hebben een vetorecht.<br />
D8 Statute International Court of Justice (1945)<br />
- Wie partij is vh Handvest wordt ook automatisch partij vh statuut.<br />
- Feit dat je partij bent bij handvest en statuut creëert enkel de mogelijkheid v bevoegdheid vh IGH.<br />
- IGH bestaat uit 15 rechters v verschillende nationaliteiten verkozen voor 9j. Permanente leden vd<br />
veiligheidsraad hebben een veto recht over de benoeming v een rechter.<br />
- De idee is dat deze 15 representatief zijn voor alle rechtstelsels in de wereld. (maar rechters uit derde wereld<br />
hebben vaak opleiding genoten in Westen)<br />
- Als je gn rechter hebt v dezelfde nationaliteit als vh land, en dat land moet verschijnen voor <strong>het</strong> IGH dan kan<br />
dat land een ad hoc rechter aanduiden. Maar met 16 kan de stemming gelijk zijn, de stem vd voorzitter is in dat<br />
geval doorslaggevend.<br />
- De meeste arresten worden bij meerderheid genomen, unanimiteit is er zelden.<br />
• Separate opinion: eens met de beslissing, maar niet eens met de argumenten<br />
• Dissenting opinion: niet eens met de beslissing<br />
• deze 2 worden ook gepubliceerd<br />
- Voor <strong>het</strong> Hof bestaan 2 procedures:<br />
• de adviesprocedure, die niet open staat voor Staten, enkel voor sommige internationale organisaties<br />
• de geschillenbeslechting, alleen tss Staten die de rechtsmacht vh Hof hebben aanvaard<br />
Alexander Tanguy 12
- De rechtsmacht vh Hof kan op 4 wijzen worden aanvaard:<br />
• een compromis<br />
• een verdragsclausule<br />
• vaak aan einde v een verdrag dat staten die lid worden v verdrag de bevoegdheid vh IGH bevestigen bij<br />
een geschil over dit verdrag<br />
• een facultatieve verklaring <strong>van</strong> verplichte rechtsmacht(art 36 par 2)<br />
• verklaring dat men de rechtsmacht vh Hof altijd aanvaardt<br />
• staat kan de verklaring zo ruim maken als ze zelf wil (bv enkel tav bepaalde staten, voor bepaalde tijd)<br />
• geldt enkel tav staten die ook een facultatieve verklaring hebben afgelegd (wederkerigheid)<br />
• door deelname aan de procedure<br />
• als je optreedt in een geschil en zelfs wnnr je de bevoegdheid vh IGH niet erkend, maar je begint<br />
tegenargumenten te maken, je speelt <strong>het</strong> spel mee, dan geldt dit als erkenning v rechtsmacht IGH<br />
- Het Hof kan gebruik maken <strong>van</strong> bronnen vermeld in art. 38 (= gn volledige lijst)<br />
• Internationale verdragen<br />
• Internationale gewoonte, statenpraktijk<br />
• Algemene rechtsbeginselen<br />
• Rechtspraak en rechtsleer vd hoogst gekwalificeerde auteurs uit verscheidene staten<br />
• Het Hof kan naar billijkheid beslissen indien de partijen beide hierom vragen (art. 38, 2)<br />
- De beslissing vh Hof heeft enkel bindende kracht tussen de partijen en in <strong>het</strong> geval waarover <strong>het</strong> gaat. (art. 59)<br />
- Naleving:<br />
• Als een lid haar door een uitspraak vh IGH opgelegde verplichtingen niet nakomt kan de andere partij zich<br />
tot de Veiligheidsraad wenden. Deze kan dan aanbevelingen doen of zelf maatregelen nemen. Maar<br />
permanente leden vd Veiligheidsraad hebben een vetorecht. (art. 94 Handvest)<br />
• staat kan ook terug naar <strong>het</strong> IGH gaan om te laten vaststellen in een 2e arrest dat <strong>het</strong> 1e niet wordt<br />
nageleefd<br />
• niet-naleving is een schending <strong>van</strong> int recht maar de handhaving is problematisch<br />
• naleving kan ook problematisch zijn wnnr <strong>het</strong> voortbestaan v een staat op <strong>het</strong> spel staat<br />
- Adviesprocedure:<br />
• Enkel de Generale Vergadering of de Veiligheidsraad mag <strong>het</strong> IGH verzoeken een advies te geven over een<br />
juridische vraag. (art. 96 Handvest)<br />
• staten kunnen dit niet: men vreesde dat staten als ze dit wel konden de geschillenprocedure zouden omzeilen<br />
• betekent echter niet dat staten gn rol hebben in deze procedure (illustratie in D9)<br />
A14 IGH: Pulp Mills on the River Uruguay (Argentinië v. Uruguay) (2010)<br />
- Bouw v een pulp fabriek in Uruguay aan rivier 'Uruguay'<br />
- In 1975 sluiten Uruguay en Argentinië een verdrag over de rivier de 'Uruguay' waarbij ze een<br />
gemeenschappelijk regime in <strong>het</strong> leven roepen over <strong>het</strong> optimaal gebruik v die rivier en ook over werkzaamheden<br />
die een gevolg kunnen hebben voor de bevaarbaarheid vd rivier en de waterkwaliteit.<br />
- Geschillen hierover moesten voor <strong>het</strong> IGH komen via een verdragsclausule.<br />
• Deze houdt in dat alle geschillen over de interpretatie of toepassing vh Verdrag 1 of <strong>het</strong> Statuut die niet<br />
door onderhandelingen kunnen worden opgelost, mogen voor <strong>het</strong> IGH worden gebracht.<br />
- Argentinië zegt dat fabriek in strijd is met rivierverdrag en gaan naar IGH obv de verdragsclausule.<br />
- Uruguay zegt dat niet alle eisen <strong>van</strong> Argentinië binnen deze verdragsclausule vallen.<br />
• U erkent dat de bevoegdheid vh Hof onder de verdragsclausule zich strekt tot eisen over vervuiling vd rivier<br />
'Ururguay' die in strijd is met <strong>het</strong> rivierverdrag v 1975.<br />
• De klacht over de beweerde vervuiling vd rivier door de fabriek valt dus onder de verdragsclausule.<br />
• U zegt dat A zich niet op de verdragsclausule kan beroepen om te klagen over eender welke soort <strong>van</strong><br />
milieuschade.<br />
• U zegt dat de klachten <strong>van</strong> A over luchtvervuiling, lawaai, gezichts en algemene belemmering, en ook de<br />
impact op <strong>het</strong> toerisme, geen betrekking hebben op de 'interpretatie of toepassing vh rivierverdrag' en dat<br />
<strong>het</strong> Hof hiervoor dus niet bevoegd is.<br />
- A probeert de bevoegdheid vh Hof zo groot mogelijk te maken.<br />
• En zegt dat <strong>het</strong> rivierverdrag werd aangegaan met <strong>het</strong> oog om niet alleen de waterkwaliteit te beschermen<br />
maar meer in <strong>het</strong> algemeen <strong>het</strong> regime vd rivier en de gebieden die door de rivier worden beïnvloed.<br />
- Het Hof zal bij <strong>het</strong> behandelen vd eisen moeten nagaan of deze betrekking hebben op de 'interpretatie of<br />
Alexander Tanguy 13
toepassing' rivierverdrag.<br />
- Het Hof zegt enkel bevoegd te zijn voor klachten gebaseerd op <strong>het</strong> rivierverdrag.<br />
• Hierin gaat <strong>het</strong> enkel over de waterkwaliteit.<br />
• Het Hof is dus niet bevoegd voor de klachten over stank, lawaai en visuele vervuiling.<br />
- A zegt dat in <strong>het</strong> verdrag ook verwezen wordt naar andere milieuverplichtingen.<br />
• Verwijzingsclausules: <strong>het</strong> verdrag is gebaseerd op algemeen internationaal recht en een aantal internationale<br />
milieuverdragen.<br />
• Als gevolg hier<strong>van</strong> kan <strong>het</strong> Hof volgens A ook kijken naar die andere milieuverdragen om te bepalen of U zijn<br />
verplichtingen is nagekomen.<br />
• U zegt ook dat <strong>het</strong> rivierverdrag moet worden geinterpreteerd in <strong>het</strong> licht <strong>van</strong> algemeen internationaal recht<br />
(hierover zijn ze <strong>het</strong> eens).<br />
• U zegt evenwel dat haar interpretatie vh rivierverdrag overeenstemt met <strong>het</strong> internationaal recht en <strong>het</strong><br />
internationaal recht over rivieren.<br />
- Het Hof zegt dat er geen verwijzingsclausules aanwezig zijn<br />
• en dat de door A aangevoerde milieuverdragen dus niet geincorporeerd zijn in <strong>het</strong> rivierverdrag.<br />
• Het Hof kan dus ook niet nagaan of U zich aan die milieuverdragen heeft gehouden.<br />
• Het is niet omdat <strong>het</strong> rivierverdrag is gebaseerd op die andere verplichtingen dat ze er ook deel v uitmaken.<br />
- Hof kan wel rivierverdrag interpreteren <strong>van</strong>uit die andere milieuverdragen.<br />
D9 IGH: Request for an Advisory Opinion from the Court on the Unilateral Declaration of Independence of<br />
Kosovo (2008)<br />
- Servië vroeg advies bij IGH, via campagne in de Algemene Vergadering met stemming tot resultaat en een<br />
meerderheidsresultaat.<br />
- Lange lijst v staten die hun mening hierover willen geven via tussenkomst.<br />
- Adviezen zijn formeel niet bindend maar hebben beslissende impact op de juridische kwestie<br />
Alexander Tanguy 14
2.8 Teheran Hostages<br />
- In deze zaak komen verscheidene onderwerpen aan bod:<br />
• de betwiste rechtsmacht vh Hof en daaruit volgende problemen betreffende naleving vh arrest<br />
• de regels over de diplomatieke immuniteit<br />
• de toerekenbaarheid <strong>van</strong> gedragingen <strong>van</strong> particulieren aan de Staat en de daaruit volgende aansprakelijkheid<br />
en herstelverplichting<br />
• de toelaatbaarheid <strong>van</strong> tegenmaatregelen<br />
A2 IGH: US Diplomatic and Consular Staff in Teheran (US v. Iran) (24 mei 1980)<br />
- Zaak tussen VS en Iran bij IGH<br />
- In Iran was een volksrevolutie aan de gang met Islamtische republiek tot gevolg<br />
- De Sjah (toenmalige leider) vlucht naar de VS<br />
- Groep studenten valt de Amerikaanse ambassade binnen (50tal gijzelaars), gijzeling zal een jaar duren<br />
- Mei 1980 uitspraak <strong>van</strong> IGH , terwijl gijzeling nog aan de gang is<br />
- VS wil de schending door Iran <strong>van</strong> <strong>het</strong> internationaal recht laten vaststellen<br />
- Momenteel: Discussie of Achmedinejad toen een studentenleider was of niet<br />
- 4 stappen in de redenering die kunnen leiden tot een aansprakelijkheid <strong>van</strong> Iran:<br />
• Is <strong>het</strong> IGH bevoegd?<br />
• Toerekenbaarheid aan staat<br />
• Schending <strong>van</strong> een verdrag of v een internationale verplichting<br />
• Herstelmaatregelen<br />
Bevoegdheid IGH<br />
- Nieuwe regime schrijft brief aan IGH dat <strong>het</strong> Hof zich onbevoegd moet verklaren en dat <strong>het</strong> ook niet wenselijk<br />
is dat <strong>het</strong> Hof uitspraak zou doen. Ze vinden dat je dit incident niet op een geïsoleerde manier kan beschouwen.<br />
Je moet <strong>het</strong> zien in een decennialange inmenging <strong>van</strong> VS in beleid <strong>van</strong> Iran. Gijzeling is een legitieme<br />
tegenmaatregel tegen deze langdurige inmenging. Buitenlandse minister Iran laat weten dat ze wat <strong>het</strong> Hof ook<br />
zal doen niet zullen meewerken.<br />
- Hof zegt over politieke argument (dat je <strong>het</strong> volgens Iran niet als een geisoleerd iets kan bekijken): Hof<br />
is enkel bevoegd voor kwesties die aan Hof worden voorgelegd, als Iran had gewenst dat ook andere elementen<br />
werden betrokken in de besluitprocedure dan hadden ze maar moeten deelnemen aan de procedure<br />
- Argument vd VS is dat <strong>het</strong> Hof bevoegd is obv 2 verdragen waarin Iran ook lid is. Waarin een clausule is<br />
opgenomen dat wnnr er een geschil is dat <strong>het</strong> Hof bevoegd is.<br />
• Het gaat om een bilateraal vriendschapsverdrag tss VS en Iran dat was afgesloten tijdens <strong>het</strong> regime vd<br />
Sjah. En een clausule in <strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> Wenen over diplomatiek en consulair verkeer.<br />
- IGH verklaart zich bevoegd obv deze 2 verdragen.<br />
(bevestiging vd regel dat een nieuw regime zich niet kan onttrekken aan de verdragen aangegaan onder <strong>het</strong> oude<br />
regime) (maar Hof kan dan ook enkel de onrechtmatigheid toetsen aan deze 2 verdragen en dus niet aan <strong>het</strong> int<br />
recht in <strong>het</strong> algemeen)<br />
Toerekenbaarheid aan staat:<br />
- IGH vindt dat Iran aansprakelijk gesteld kan worden ondanks de handelingen door particulieren zijn gesteld.<br />
- Zegt dat langs de ene kant op Iran een zorgvuldigheidsverplichting rust (paragraaf 61), een positieve<br />
verplichting om diplomatieke gebouwen, personen te beschermen.<br />
- Langs andere kant is dat iets dat begon als een particuliere actie eindigde als een actie <strong>van</strong> de staat omdat men<br />
de actie toe-eigende <strong>van</strong>uit <strong>het</strong> regime.<br />
• De minister <strong>van</strong> buitenlandse zaken <strong>van</strong> Iran zei dat de regering de studenten (gijzelnemers) de steun vd<br />
regering genieten omdat Amerika zelf verantwoordelijk is voor dit incident.<br />
• Er kwam steun <strong>van</strong>uit religieuze, rechterlijke, uitvoerende en politionele autoriteiten.<br />
• Er werd door Ayatollah Khomeini zelfs een officieel decreet uitgevaardigd op 17 november 1979 waarin hij<br />
stelt dat de Amerikaanse ambassade een centrum voor spionage en samenzwering was en dat de mensen die in<br />
die plaats tegen Iran hadden geplot geen Internationaal diplomatiek respect verdienen. Alles blijft zoals <strong>het</strong><br />
nu is totdat de VS de Sjag overhandigen aan Iran.<br />
Alexander Tanguy 15
• Door dit alles zijn de militanten, de uitvoerders vd invasie en de gijzelnemers uitvoeringsagenten vd Iraanse<br />
staat geworden, waardoor ze zelf aansprakelijk is voor hun handelingen.<br />
Schending <strong>van</strong> een internationale verplichting<br />
- Als je kijkt naar verdrag <strong>van</strong> Wenen zijn er duidelijk een aantal flagrante schendingen gebeurt en nog steeds<br />
durende.<br />
- Men kijkt naar de bewaking <strong>van</strong> de ambassade en <strong>het</strong> blijkt dat <strong>het</strong> aantal wachters is vermindert de dag voor<br />
<strong>het</strong> gebeuren vh incident. (ziet men als teken dat Iran zorgvuldigheidscriterium niet heeft in acht genomen)<br />
- Hof gaat in op argument dat VS misbruik zou hebben gemaakt <strong>van</strong> de ambassade voor spionage ookal waren ze<br />
dit niet verplicht: 'zelfs als dit <strong>het</strong> geval zou zijn dan nog zou <strong>het</strong> gn rechtvaardiging zijn voor een gijzeling'<br />
(paragraaf 86)<br />
• omdat <strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> Wenen moet worden beschouwd als een self-contained regime, hiermee bedoelt men<br />
dat <strong>het</strong> verdrag zelf al voorziet in maatregelen mogelijk tegen diplomatiek personeel en dit zijn de enige die<br />
je mag gebruiken als reactie op een inbreuk<br />
• deze theorie is wel omstreden omdat <strong>het</strong> de fragmentatie vh int recht bevestigt<br />
• self-contained regime is een uitz op de algemene regel dat tegenmaatregelen proportioneel moeten zijn<br />
- Ook schendingen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Internationaal recht in <strong>het</strong> algemeen.<br />
Herstel<br />
- IGH acht Iran onder Internationaal recht verantwoordelijk tov de VS.<br />
- vrijlaten <strong>van</strong> de gijzelaars en deze de mogelijkheid geven <strong>het</strong> land te verlaten;<br />
- <strong>het</strong> niet vervolgen vh ambassadepersoneel<br />
- een schadevergoeding betalen (hier wordt gn bedrag op geplakt, men hoopt dat de partijen tot een<br />
overeenkomst zullen komen tot wat een redelijke SV is, alleen als dit niet lukt dan zal <strong>het</strong> Hof in een apart<br />
arrest zich hier over uitspreken) (aarzeling vh Hof omdat er gn duidelijke internationale normen zijn om een SV<br />
te berekenen)<br />
- Na een aantal maanden werd de druk op president Carter groter, publieke opinie werd ongeduldig. Ze hebben<br />
zelfhulp toegepast. (met militaire operatie eigen burgers in gevaar redden ookal wordt hierdoor de<br />
soevereiniteit geschonden)<br />
- Er werden helicopters gezonden, dit mislukte, ze geraakten in een zandstorm en botsten tegen elkaar.<br />
- Paragraaf 30-32 en 93: IGH geeft bedenking: dit soort acties getuigd niet <strong>van</strong> veel respect voor gerechtelijke<br />
geschillenoplossing<br />
• Want de actie vd VS gebeurde op <strong>het</strong> moment dat <strong>het</strong> IGH bezig was met <strong>het</strong> vonnis te formuleren.<br />
Naleving:<br />
• De diplomatieke relaties tss VS en Iran werden naar aanleiding <strong>van</strong> dit incident verbroken.<br />
• Onderhandelde oplossing tot SV kon dus niet.<br />
• 8m na <strong>het</strong> arrest werden de gijzelaars vrijgelaten.<br />
• Hoe kon dit: Sjah stierf, in september 1980 is er oorlog tss Iran en Irak dus aandacht <strong>van</strong> Iran verschuift,<br />
juridisch gezien kwam de doorbraak er door een tsskomst <strong>van</strong> Algerijë, <strong>het</strong> bood zijn goede diensten aan om<br />
te komen tot een oplossing. VS en Iran praten apart beiden tegen Algerijë. Deze onderhandelingen leiden tot<br />
<strong>het</strong> akkoord <strong>van</strong> Algiers. (in feite is dit gn akkoord maar een eenzijdige verklaring <strong>van</strong> Algerijë waar<strong>van</strong> apart<br />
de VS en Iran zeggen dat ze er akkoord mee gaan) Is een soort package deal geworden, waarbij VS afziet<br />
<strong>van</strong> schadevergoedingseis en schrijven dit ook in een brief naar voorzitter <strong>van</strong> <strong>het</strong> IGH, omdat <strong>het</strong> Hof de<br />
bevoegdheid heeft om te oordelen over een akkoord over de SV.<br />
• Gijzelaars werden vrijgelaten en er werd een arbitrage tribunaal opgericht: 'IRAN-US claims tribunal' (gaat<br />
over betwistingen over bezittingen die ten tijde <strong>van</strong> revolutie in beslag werden genomen <strong>van</strong> VS)<br />
• De teruggave <strong>van</strong> <strong>het</strong> ambassade gebouw aan de Vs is nooit gebeurt ook niet de inboedel vh gebouw.<br />
Alexander Tanguy 16
3. Bronnen <strong>van</strong> <strong>het</strong> volkenrecht<br />
3.1 Algemeen<br />
- Art. 38 vh Statuut vh Internationaal Gerechtshof bevat een niet-exhaustieve lijst <strong>van</strong> bronnen die <strong>het</strong> Hof kan<br />
gebruiken bij de oplossing <strong>van</strong> juridische geschillen.<br />
- Art. 38 is echter gn volledige lijst vd bronnen vh internationale recht<br />
- In de rechtspraak vh IGH zal dus ook gebruik kunnen worden gemaakt <strong>van</strong> andere bronnen<br />
D8 Statute International Court of Justice (statuut vh IGH) (1945)<br />
- Art. 38, paragraaf 1:<br />
• Er is een hiërarchie, enkel wnnr <strong>het</strong> IGH niet tot een oplossing kan komen met behulp <strong>van</strong> A en B, kunnen ze<br />
pas een beroep doen op C en D<br />
• a. Internationale verdragen die door de verdragssluitende staten erkende regels bevatten<br />
• b. Internationaal gewoonterecht<br />
• c. Algemene rechtsbeginselen<br />
• d. Onderworpen aan art. 59, rechtspraak en hoog gekwalificeerde rechtsleer <strong>van</strong> verschillende naties als<br />
subsidiaire manier om regels te bepalen. (art. 59: Beslissingen vh IGH hebben geen bindende kracht dan<br />
tussen de betrokken partijen en enkel voor de desbetreffende zaak)<br />
- Art. 38, paragraaf 2:<br />
• Billijkheid, wnnr de partijen hiertoe instemmen<br />
• IGH maakt wel gebruik <strong>van</strong> billijkheid maar eerder in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> art. 38 lid 1 als interpretatiehulp<br />
3 categorieën <strong>van</strong> bronnen die niet voor komen in Art 38:<br />
- Ius cogens regels:<br />
• hier<strong>van</strong> mag je niet bij verdrag <strong>van</strong> afwijken (bv men mag gn verdrag sluiten waarin genocide wordt<br />
toegelaten)<br />
- Eenzijdige rechtshandelingen:<br />
• <strong>van</strong> een staat: bv. Verklaring die een staat aflegt die duidelijk bedoelt is om juridische gevolgen te hebben<br />
(bv belofte om zich aan verdrag te houden)<br />
• <strong>van</strong> internationale organisaties: bv resoluties <strong>van</strong> de veiligheidsraad (zijn aangenomen als reactie op wat de<br />
veiligheidsraad beschouwt als een bedreiging vd internationale vrede en veiligheid) (bv als er een conflict is<br />
tss een verplichting v een staat en een verplichting v een staat verbonden aan <strong>het</strong> handvest, dan krijgen deze<br />
laatste verplichtingen voorrang)<br />
- Soft law:<br />
• Niet-juridisch bindend politieke handelingen die een bijdrage leveren tot de ontwikkeling vh recht.<br />
• is in feite niet-bindend recht die toch enige impact kunnen hebben, zijn vaak regels in de wachtkamer<br />
waar<strong>van</strong> men in de toekomst bindende regels zou kunnen maken<br />
• Ze stellen internationale organisaties in staat om nieuwe ontwikkelingen te stimuleren.<br />
• Ze laten overeenstemming toe wnnr hard recht niet haalbaar is.<br />
• Ze ontwikkelen druk op onwillige partijen.<br />
• Ze volstaan voor samenwerking gebaseerd op vertrouwen.<br />
• Ze maken <strong>het</strong> mogelijk een dringend probleem voorlopig te regelen.<br />
• Ze laten niet-statelijke actoren toe te participeren in regelgeving.<br />
• Ze kunnen sneller worden aangenomen en gewijzigd dan hard recht.<br />
3.2 Verdragenrecht<br />
D10 Verdrag <strong>van</strong> Wenen betreffende <strong>het</strong> verdragenrecht (1969)<br />
<strong>1.</strong> Algemeen<br />
- Dit verdrag is <strong>van</strong> toepassing op verdragen afgesloten tussen Staten.<br />
• Het is niet <strong>van</strong> toepassing op verdragen tussen staten en subjecten onderworpen aan <strong>het</strong> internationale<br />
recht, maar <strong>het</strong> erkent wel <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> zulke verdragen. (art. 3)<br />
- Ten dele is <strong>het</strong> een <strong>van</strong>gnetverdrag: <strong>van</strong> vele bepalingen mogen partijen afwijken, maar als niets is geregeld, zijn<br />
de bepalingen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong> Wenen <strong>van</strong> toepassing.<br />
Alexander Tanguy 17
- Staten zijn enkel gebonden aan een verdrag indien zij hun instemming om gebonden te zijn hebben geuit.<br />
- Het verdragen recht is contractueel <strong>van</strong> aard. Verdragen hebben in beginsel geen gevolgen voor derden.<br />
- Het Verdrag <strong>van</strong> Wenen regelt de totstandkoming, wijziging en beëindiging <strong>van</strong> verdragen.<br />
- Het Verdrag laat <strong>het</strong> maken <strong>van</strong> voorbehouden (art. 19 ev) bij multilaterale verdragen toe, zij <strong>het</strong> binnen<br />
bepaalde beperkingen.<br />
- Belangrijk zijn ook de regels over de interpretatie <strong>van</strong> verdragen (art. 30-33) die de rechter helpen om een<br />
vaak abstract geformuleerde verdragsbepaling correct toe te passen op een concrete situatie.<br />
- Een verdrag: is een internationale overeenkomst gesloten tss staten, in geschriftvorm, en beheerst door <strong>het</strong><br />
internationale recht, de naam vh instrument heeft geen belang (art. 2)<br />
2. Totstandkoming, wijziging en beëindiging<br />
A. Totstandkoming<br />
- Opstellen:<br />
• Er zijn onderhandelingen tussen staten (multilaterale verdragen). Dit gebeurt meestal door diplomaten of<br />
specialisten. Vaak gebeurt <strong>het</strong> ook in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> internationale organisaties zoals de VN,… Deze fase<br />
eindigt met <strong>het</strong> aannemen <strong>van</strong> een tekst waarbij de staten instemmen met de tekst <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag. Wat<br />
voor die aanneming vereist is is meestal zelf voorwerp <strong>van</strong> onderhandeling.<br />
- Ondertekening:<br />
• Gebeurt door onderhandelaars.<br />
• Men is niet verplicht tot ondertekening, ondanks onderhandelingen.<br />
• Juridisch gevolg is dat men zich moet onthouden <strong>van</strong> handelingen die <strong>het</strong> doel en <strong>het</strong> voorwerp vh verdrag<br />
schenden (de essentie vh verdrag). Men is dus nog niet gebonden door <strong>het</strong> verdrag maar wel gehouden zich te<br />
onthouden <strong>van</strong> bepaalde handelingen.<br />
- Bekrachtigen:<br />
• Juridisch gevolg is dat je aangeeft dat je gebonden wilt zijn door <strong>het</strong> verdrag.<br />
• Is de tekst voorleggen aan <strong>het</strong> nationaal recht door de daarvoor geldende procedure (idee <strong>van</strong> democratische<br />
controle)<br />
• Koning stuurt verdrag naar Depositaris vh verdrag (afdeling vh secretariaat <strong>van</strong> de VN, die bijhouden welke<br />
staten partij worden en communiceren dit met de andere leden), op <strong>het</strong> ogenblik dat de brief de Depositaris<br />
bereikt is aangegeven dat men internationaal gebonden wilt zijn door <strong>het</strong> verdrag.<br />
• Toetreden: is de term voor landen die niet hebben deelgenomen aan de onderhandelingen maar <strong>het</strong> verdrag<br />
achteraf toch bekrachtigen. (art. 15)<br />
- Inwerkingtreding:<br />
• Het Verdrag <strong>van</strong> Wenen zegt dat men de inwerkingtreding <strong>van</strong> een verdrag zelf moet regelen.<br />
• Het gebeurt meestal zo dat een minimum aantal landen <strong>het</strong> verdrag moeten ratificeren en dan nog een<br />
minimum tijd moet verstrijken vooraleer <strong>het</strong> verdrag in kracht treedt zodat de staten zich nog snel kunnen<br />
voorbereiden. Het idee hierachter is dat multilaterale verdragen een minimum aan steun moeten hebben<br />
vooraleer ze bindend zijn. Het gevolg kan dan wel zijn dat je al bekrachtigd hebt maar dat <strong>het</strong> verdrag nog<br />
niet <strong>van</strong> kracht is.<br />
• Vaak is er dan nog een sperperiode (bv 30 bekrachtigingen + 3m tijd hierna)<br />
• De internationaal juridische verplichting voor een staat komt pas tot stand op ogenblik dat verdrag <strong>van</strong><br />
kracht wordt.<br />
• De juridische situatie waarin je je bevind wnnr je <strong>het</strong> verdrag al wel hebt bekrachtigd maar nog niet <strong>van</strong><br />
kracht is is dat je <strong>het</strong> voorwerp en <strong>het</strong> doel vh verdrag niet mag ondermijnen.<br />
B. Wijziging<br />
- Men kan verdragen wijzigen. Dit gebeurt door zelf te bepalen hoe men een verdrag wijzigt in <strong>het</strong> verdrag of<br />
anders door naar art. 40 <strong>van</strong> <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong> Wenen te kijken wanneer er niets is afgesproken. Wanneer <strong>het</strong><br />
verdrag gewijzigd is dient er opnieuw geratificeerd te worden.<br />
C. Beëindiging<br />
- Beëindiging of terugtrekking uit een verdrag is mogelijk onder de voorwaarden die partijen in <strong>het</strong> betreffende<br />
verdrag zelf hebben bepaald of op elk moment met toestemming <strong>van</strong> alle partijen bij <strong>het</strong> verdrag. (art. 54)<br />
- Het kan dus dat er in <strong>het</strong> verdrag staat dat opzegging niet mogelijk is. (bv Mensenrechtenverdragen)<br />
- Ontsnappingsclausules worden heel restrictief geinterpreteerd.<br />
- Ook zijn er bijzondere gevallen die opschorten/beëindigen mogelijk maken zonder de procedure:<br />
- Art. 60 gaat over wanprestatie:<br />
Alexander Tanguy 18
• staat A schendt verdrag tss A en B, dan is B ook niet meer gehouden<br />
• dit is enkel mogelijk bij schending <strong>van</strong> een voor <strong>het</strong> verdrag wezenlijke bepaling<br />
- Art. 61 gaat over overmacht:<br />
• men kan <strong>het</strong> verdrag niet meer uitvoeren (bv omdat <strong>het</strong> voorwerp <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag verdwenen is)<br />
• overmacht kan men niet inroepen als men daar zelf toe heeft bijgedragen door eigen gedrag<br />
- Art. 62 gaat over een wezenlijke verandering <strong>van</strong> de omstandigheden:<br />
• omstandigheden die door de partijen niet konden worden voorzien op <strong>het</strong> ogenblik vh sluiten vh verdrag<br />
• men moet kunnen aantonen dat je nooit zou hebben ingestemd met <strong>het</strong> verdrag als die omstandigheden er<br />
zouden zijn geweest op <strong>het</strong> moment vd instemming<br />
- Art. 63 <strong>het</strong> opzeggen vd diplomatieke relaties heeft geen invloed op uw verdragsverplichtingen<br />
3. Gevolgen vh internationale verdrag in de nationale rechtsorde:<br />
- wordt in <strong>het</strong> nationale recht geregeld<br />
4. Voorbehouden<br />
- Het Verdrag laat <strong>het</strong> maken <strong>van</strong> voorbehouden (art. 19 ev) bij multilaterale verdragen toe, zij <strong>het</strong> binnen<br />
bepaalde beperkingen.<br />
- Begrip: een eenzijdige verklaring afgelegd door een staat waarbij de staat te kennen geeft de rechtsgevolgen<br />
<strong>van</strong> zekere bepalingen vh verdrag in hun toepassing mbt deze staat uit te sluiten of te wijzigen (art. 2)<br />
• op moment <strong>van</strong> bekrachtiging kan men zeggen dat bepaalde bepalingen niet wenselijk zijn, dus men wilt wel<br />
meedoen in geval <strong>van</strong> voorbehouden vd betreffende bepalingen<br />
• die bepaling kan men volledig voorbehouden of een wijziging toebrengen<br />
• Men laat dit toe om zoveel mogelijk bekrachtigingen te verkrijgen.<br />
- Voorbehoud is mogelijk onder voorwaarden (art. 19):<br />
• <strong>het</strong> mag niet als een voorbehouden is verboden door <strong>het</strong> verdrag<br />
• <strong>het</strong> mag niet wnnr <strong>het</strong> verdrag enkel bepaalde voorbehouden toelaat, en waartoe <strong>het</strong> betreffende<br />
voorbehoud niet behoort<br />
• <strong>het</strong> mag niet wnnr <strong>het</strong> voorbehouden strijdig is met <strong>het</strong> voorwerp en doel vh verdrag (de essentie vh verdrag)<br />
- Een voorbehouden moet men melden aan de Depositaris. De andere verdragspartijen kunnen dan reageren<br />
(art. 20):<br />
• door <strong>het</strong> voorbehoud te aanvaarden<br />
(dan wordt de relatie tss A en B met de bepalingen zoals gewijzigd of voorbehouden door A)<br />
• door een bezwaar te maken<br />
• men kan een ernstig bezwaar maken<br />
(dat men omwille vh voorbehoud niet wenst dat er een verdragsrelatie ontstaat tss A en B)<br />
• men kan een betrekkelijk bezwaar maken<br />
(dan vervalt tss A en B de bepaling waarop <strong>het</strong> voorbehouden werd gemaakt)<br />
• Als B niet reageert dan is er <strong>het</strong> principe dat men na 12m stilzwijgend heeft aanvaard<br />
- Uitzondering bij mensenrechtenverdragen:<br />
• bv staat A maakt voorbehoud dat recht op onderwijs alleen aan jongens wordt toegekend, B maakt bezwaar<br />
maar geen voorbehoud dat met zich meebrengt dat B die staat A niet meer zou kunnen aanspreken op zijn<br />
andere verplichtingen uit dat verdrag. Maar dan zou de bepaling vervallen in zijn geheel en zouden ook<br />
jongens gn recht op onderwijs hebben. Maar omdat <strong>het</strong> hier gaat over personen is <strong>het</strong> effect vh bezwaar dat<br />
<strong>het</strong> voorbehoud vervalt en niet de bepaling zelf zoals bij een verdrag over staten <strong>het</strong> geval is.<br />
Toepassing: A4 Armed activities on the Territory of the Congo (Congo vs Rwanda)<br />
- Congo beschuldigde Rwanda <strong>van</strong> genocide op Congolees grondgebied<br />
- IGH kan enkel beoordelen obv Genocide verdrag: Rwanda had voorbehoud gemaakt bij Art. 9<br />
- Congo moest dus argumenteren dat voorbehoud niet meer geldig of <strong>van</strong> kracht was anders was IGH niet<br />
bevoegd.<br />
- Argument 1: Congo stelt dat voorbehoud was ingetrokken door Rwanda:<br />
• Congo verwijst naar een Rwandeese wet die alle voorbehouden ooit gemaakt bij mensenrechtenverdragen<br />
introk<br />
• IGH zegt dat dit niet voldoende is omdat Rwanda de Depositaris niet op de hoogte had gebracht hier<strong>van</strong>, dus<br />
Alexander Tanguy 19
internationaal gezien was <strong>het</strong> voorbehoud niet ingetrokken<br />
- Argument 2: Congo stelt dat Art. 9 een essentieel element vh verdrag is en een verbehoud dus niet kan:<br />
• Want men kan iemand enkel aanspr stellen voor genocide via art. 9 (toegang tot IGH)<br />
• IGH zegt dat art. 9 enkel de bevoegdheid vh Hof raakt en niet raakt aan de verplichtingen onder dit verdrag.<br />
• Toegang tot IGH is maar 1 manier waarmee men de doelstelling vd aansprakelijkheid kan verwezenlijken.<br />
• IGH heeft dus liever dat ze <strong>het</strong> verdrag ratificeren en een voorbehoud maken dan dat ze <strong>het</strong> helemaal niet<br />
zouden ratificeren.<br />
- Hof verklaart voorbehoud geldig en verklaart zich onbevoegd om te oordelen over evt genocide.<br />
5. Interpretatie <strong>van</strong> verdragen<br />
- Hoe ouder een verdrag is, hoe groter de kans dat <strong>het</strong> wordt ingeroepen in omstandigheden waarvoor <strong>het</strong> niet<br />
bedoeld was.<br />
- Technieken die rechters kunnen gebruiken om de betekenis te achterhalen <strong>van</strong> een tekst:<br />
• Art. 31: Een verdrag moet te goeder trouw worden geïnterpreteerd en in overeenstemming met de gewone<br />
betekenis vd termen vh verdrag in hun context en in <strong>het</strong> licht vh voorwerp en doel vh verdrag.<br />
• Art. 32: Aanvullende middelen tot interpretatie zijn toegelaten, inclusief de voorbereidende werkzaamheden<br />
<strong>van</strong> een verdrag.<br />
- Men mag dus niet ingaan tegen de heldere betekenis <strong>van</strong> de tekst en men moet <strong>het</strong> plaatsen in <strong>het</strong> licht <strong>van</strong><br />
voorwerp en doel (men moet dus naar de essentiële doelstellingen <strong>van</strong> de tekst kijken).<br />
- Schaal <strong>van</strong> objectieve tot subjectieve benadering <strong>van</strong> interpretatie. (meningsverschil in rechtsleer)<br />
• Subjectieve benadering<br />
• Rechter hecht veel belang aan de wil <strong>van</strong> de partijen<br />
• Past in een houding die heel respectvol is naar de soevereiniteit <strong>van</strong> de staten.<br />
• Objectieve benadering<br />
• Rechter is veel zelfstandiger<br />
• Hij wil komen tot een oplossing die aan <strong>het</strong> verdrag recht doet door te kijken naar de bedoelingen <strong>van</strong> dat<br />
verdrag als juridisch systeem.<br />
A3 Inter-American Court of Human Rights: Mayagna (Sumo) Awas Tingni Community VS Nicaragua<br />
- Klacht wordt neergelegd door de Awas Tingni (een geïsoleerd inheems volk bij Nicaragua).<br />
- Op een dag verschijnen er mensen bij de Awas Tingni die opmetingen komen doen. De provincie blijkt een<br />
licentie verleent te hebben aan een Koreaans bosbouwbedrijf om aan ontginning te doen.<br />
- De Awas Tingni vinden dat aan hen <strong>het</strong> recht toekomt om te beslissen over de ontginning <strong>van</strong> dat bos.<br />
- De Nicaraguaanse regering had dus geen toestemming mogen geven zonder de toestemming <strong>van</strong> de Awas Tingni,<br />
menen zij.<br />
- In de grondwet staat dat de inheemse volkeren en hun eigendom moeten worden beschermd en dat ze<br />
toestemming moeten geven.<br />
- Het probleem is dat er in de praktijk geen gronden zijn die als inheems waren gecatalogiseerd.<br />
- Met de hulp <strong>van</strong> een aantal internationale experten gaan de Awas Tingi naar de rechtbank.<br />
- Ze krijgen nergens gelijk en gaan naar <strong>het</strong> Inter-Amerikaans Hof.<br />
- Ze beroepen zich op art. 21 <strong>van</strong> dat Inter-Amerikaans verdrag. Dit artikel spreekt over <strong>het</strong> recht op eigendom<br />
(‘everybody has the right to the use and enjoyment of his property’).<br />
• De Awas Tingi zegt wel dat ze geen eigendom als titel hebben, maar in hun eigen juridisch concept binnen de<br />
gemeenschap is <strong>het</strong> heel duidelijk dat zij collectief de eigenaar zijn <strong>van</strong> dat gebied.<br />
• Argument: in hun gewoonterechtelijk systeem zit <strong>het</strong> zo in elkaar dat de gebieden waarin zij wonen behoren<br />
tot de groep in z’n geheel. Een familie krijgt <strong>het</strong> tijdelijke gebruiksrecht om een stuk gebied te cultiveren.<br />
Als dit gebied is uitgeput, krijgen ze een nieuw stukje grond toegewezen. Zij zeggen dat artikel 21 moet<br />
geïnterpreteerd worden door <strong>het</strong> Hof in de zin die zij eraan geven.<br />
- Het Amerikaans Hof aanvaardt <strong>het</strong> argument om <strong>het</strong> verdrag in die context te lezen. ‘Een<br />
mensenrechtenverdrag heeft een autonome betekenis, dat zijn levende instrumenten wiens interpretatie moet<br />
worden aangepast in <strong>het</strong> licht <strong>van</strong> de huidige omstandigheden.’ à evolutieve interpretatie.<br />
- Het Hof kijkt bij de interpretatie ook naar de voorbereidende werkzaamheden. In art. 21 werd <strong>het</strong> woord<br />
Alexander Tanguy 20
“private” voor eigendom geschrapt.<br />
- Dit betekent dat men vindt dat Nicaragua artikel 21 heeft geschonden, voornamelijk door de afbakening <strong>van</strong> de<br />
gebieden <strong>van</strong> de inheemse volkeren niet te organiseren.<br />
- Hof beslist dat de ontginning moet worden opgeschort totdat de afbakening <strong>van</strong> de grondgebieden is gebeurd.<br />
Daarna moeten de inheemse volkeren toestemming geven over <strong>het</strong> al dan niet ontginnen in hun grondgebied.<br />
D11 Convention on the Prevention and Punishment of the Crime of Genocide (1948)<br />
- De Staten die partij zijn bevestigen dat genocide, gepleegd in ofwel tijden <strong>van</strong> vrede ofwel ten tijde <strong>van</strong> oorlog,<br />
een misdaad onder internationaal recht uitmaakt, waartoe ze zich verbinden dit te voorkomen en bestraffen.<br />
(art. 1)<br />
- In dit Verdrag verstaat men onder Genocide elk vd volgende handelingen gepleegd met de intentie een<br />
nationale, etnische, raciale of religieuze groep volledig of gedeeltelijk te vernietigen, zoals:<br />
• leden vd groep doden<br />
• ernstige fysieke of mentale schade veroorzaken bij leden vd groep<br />
• opzettelijk voorwaarden <strong>van</strong> leven opleggen op de groep om zo de gedeeltelijke of volledige fysieke<br />
vernietiging vd groep te veroorzaken<br />
• maatregelen om geboortebeperking op te leggen aan de groep<br />
• kinderen met geweld verhuizen vd ene groep naar een andere<br />
- Strafbare handelingen zijn:<br />
• Genocide<br />
• Samenzwering om genocide te plegen<br />
• Rechtstreekse en publieke aansporing om genocide te plegen<br />
• Poging tot <strong>het</strong> plegen <strong>van</strong> genocide<br />
• Medeplichtigheid tot genocide<br />
- Personen schuldig aan 1 <strong>van</strong> deze handelingen zullen worden bestraft, of ze nu grondwettelijk verantwoordelijke<br />
leiders zijn, publieke officieren of private individuen.<br />
- De Staten die partij zijn moeten de nodige wetgeving implementeren om de uitvoering <strong>van</strong> deze bepalingen<br />
mogelijk te maken, en om effectieve straffen te voorzien voor personen die schuldig zijn aan 1 v deze<br />
handelingen.<br />
- Personen die worden beschuldigd <strong>van</strong> deze handelingen zullen worden berecht door een bevoegde rechtbank vd<br />
Staat in wiens territorium de handelingen werden gepleegd of door een internationale strafrechtbank die<br />
hiervoor bevoegd kan zijn mbt die Partijstaten die de bevoegdheid v die rechtbank aanvaarden.<br />
- Geschillen tussen Partijstaten ivm de interpretatie, toepassing of vervulling v dit Verdrag, inclusief die<br />
geschillen ivm de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> een Staat voor genocide of 1 vd strafbare handelingen, zullen<br />
neergelegd worden bij <strong>het</strong> IGH op verzoek <strong>van</strong> een partij bij <strong>het</strong> geschil.<br />
3.3 Bosnia VS Serbia<br />
A5 IGH: Application of the Convention on the Prevention and Punishment of the Crime of Genocide<br />
(Bosnia and Herzegovina v. Serbia and Montenegro) (26 februari 2007) (A5, D11)<br />
- Toepassing <strong>van</strong>:<br />
• bevoegdheid IGH<br />
• bewijslast voor <strong>het</strong> IGH<br />
• Statenopvolging<br />
• staatsaansprakelijkheid<br />
• interpretatie door IGH <strong>van</strong> <strong>het</strong> Genocideverdrag (hoofdzakelijk ging <strong>het</strong> hierover)<br />
Statenopvolging:<br />
- Bosnie leidde vordering in tegen Servië en Montenegro, maar deze landen waren reeds uiteengegaan.<br />
- Servië is een statenopvolger en bleef dus gebonden door de bevoegdheidserkenning <strong>van</strong> de oude staat.<br />
- Montenegro werd niet beschouwd als een opvolger, door onderlinge afspraken, dus procedure kon enkel worden<br />
verdergezet tegen Montenegro indien deze daarmee instemde, wat Montenegro niet deed.<br />
Alexander Tanguy 21
- Hof doet dus enkel uitspraak over de aansprakelijkheid <strong>van</strong> Servië.<br />
Genocideverdrag:<br />
- Bevoegdheid Hof was gebaseerd op dit verdrag. Kon dus enkel uitspraak doen of Servië in <strong>het</strong> licht <strong>van</strong> dit<br />
verdrag aansprakelijk was.<br />
- Genocideverdrag is enige toets. (bv schending <strong>van</strong> mensenrechten aantonen is veel makkelijker)<br />
- Interpretatie vd eerste 2 artikelen <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag:<br />
• Servië zegt dat er in art 1 iets anders staat dan de verplichting voor de staat om geen genocide te plegen.<br />
Staat moet enkel bestraffen. Enkel individuen kunnen misdrijven plegen en bestraft worden. Dit gaat om<br />
individuele aansprakelijkheid. (en hiervoor moet je niet bij <strong>het</strong> IGH zijn, want enkel uitspraak over conflicten<br />
tss staten)<br />
• IGH volgt deze redenering niet.<br />
• Bosnië argumenteerde dat Servië aansprakelijk is voor genocide in Bosnië tov niet-Serviërs. Hof zegt dat<br />
deze argumentatie niet verenigbaar is met art. 2, want dit artikel doelt op een positief-gedefinieerde groep.<br />
IGH her-interpreteert klacht tot Bosnische moslims.<br />
Bewijslast:<br />
- Deze ligt bij diegene die een andere staat beschuldigt.<br />
- Genocideverbod is ius cogens regel, een zware beschuldiging dus moet <strong>het</strong> bewijsmateriaal zwaar zijn.<br />
- Veel <strong>van</strong> dit bewijs ligt echter in Servië. Deze is wel verplicht om mee te werken, maar zal ntrlk niet alle<br />
documenten vrijgeven. (is anders dan bij bv Rwanda, waar <strong>het</strong> vorige regime werd verdreven, en de huidige<br />
regering maar al te graag alle documenten vrijgaf, om dit vorige regime te laten veroordelen voor genocide)<br />
Feitenrelaas:<br />
- Servische bevolking in Bosnische gedeelte <strong>van</strong> Yoegoslavië roept onafhankelijkheid uit. Hierop roept Bosnië de<br />
onafhankelijkheid uit <strong>van</strong> <strong>het</strong> hele gebied, inclusief <strong>het</strong> Servische gedeelte die zich 1 st onafhankelijk verklaarde.<br />
(gevolg=burgeroorlog)<br />
- VN komt tussenbeide, verklaart Srebrenica als 'safe-haven'. Stationeert hier licht-gewapende VN troepen. Om<br />
te vermijden dat de Serviërs vd Republika Srpska (maar eigenlijk is deze “staat” nooit erkend geweest) met<br />
militaire middelen deze stad zou kunnen overnemen. Als afschrikking aanwezig zijn zodat ze dit niet zouden<br />
durven.<br />
- Er was een afspraak met NAVO dat als deze operatie toch zou mislopen dat er dan luchtsteun <strong>van</strong> de NAVO zou<br />
zijn.<br />
- In juli 1995 wordt de stad omsingeld door milities <strong>van</strong> “Republika Srpska”. Communicatieproblemen tussen VN en<br />
NAVO. Er komt dus geen luchtsteun. De VN troepen waren niet zwaar genoeg bewapend om tssbeide te komen<br />
en besloten dus niets te doen.<br />
- Alle mannen worden uit Srebrenica gebracht en in bossen om <strong>het</strong> leven gebracht.<br />
Staatsaansprakelijkheid:<br />
- IGH erkent dat er genocide was in Bosnië.<br />
- Maar dit wilt nog niet zeggen dat Servië hiervoor aansprakelijk kan worden gesteld.<br />
- Men kan de “Republika Srpska” niet aansprakelijk stellen, want deze heeft de facto zelfs nooit bestaan.<br />
- Hof stelt dat Servië niet aansprakelijk is voor de genocide gepleegd in Srebrenica.<br />
• “Republika” was geen orgaan <strong>van</strong> de staat Servië en stond ook niet onder controle <strong>van</strong> de staat Servië.<br />
- Hof stelt dat Servië niet medeplichtig is aan de genocide gepleegd in Srebrenica.<br />
• Uit <strong>het</strong> bewijs materiaal blijkt niet dat Servië op de hoogte was <strong>van</strong> de gebeurtenissen in juli 1995 (nl de<br />
beslissing om de mannelijke moslism <strong>van</strong> Srebrenica om te brengen).<br />
- Hof stelt dat Servië art. 1 Genocideverdrag heeft geschonden door te weinig te doen om genocide te<br />
voorkomen en te bestraffen.<br />
• Servië had een inspanningsverplichting, ze hadden moeten weten dat als de milities in de stad trokken dit kon<br />
gebeuren, vervolgens had Servië te weinig gedaan om de Bosnische-Serviërs te ontraden hun plannen voort te<br />
zetten.<br />
• IGH hecht qua beoordeling <strong>van</strong> de bestraffing door Servië (di <strong>het</strong> gebrek eraan) veel waarde aan <strong>het</strong> gebrek<br />
aan medewerking <strong>van</strong> Servië bij de procedure om tot een bestraffing te kunnen komen bij <strong>het</strong> ICTY<br />
(International Criminal Tribunal for the former Yoegoslavia).<br />
• Door <strong>het</strong> niet-uitleveren <strong>van</strong> verdachten, nl Ratko Mladic.<br />
- IGH zegt dat qua vergoeding <strong>van</strong> de betrokkenen <strong>het</strong> arrest zelf een voldoende genoegdoening moet zijn voor<br />
de betrokkenen.<br />
Alexander Tanguy 22
- Reactie bij Servië is een halve overwinning, want geen genocide gepleegd door Servië en geen schadevergoeding.<br />
3.4 Gewoonterecht<br />
- Bestaat uit 2 bestanddelen: statenpraktijk en rechtsovertuiging<br />
• Statenpraktijk: veelvuldige herhaling over zekere duur <strong>van</strong> gelijklopende handelingen, de praktijk is<br />
eenvormig en standvastig<br />
• Rechtsovertuiging: de overtuiging dat <strong>het</strong> gedrag een verplichtend karakter heeft<br />
- Een gewoonte is bindend voor alle Staten.<br />
• 1 uitzondering: “perceptive objective”: De gedachte dat je je als staat tegen de vorming <strong>van</strong> gewoonterecht<br />
expliciet verzet en dit op een blijvende manier.<br />
- Historisch gezien was dit een manier om internationaal recht te vinden.<br />
- Het bewijzen <strong>van</strong> <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> een gewoonte is niet eenvoudig.<br />
• In principe moet aangetoond worden dat er een eenvormige en standvastige algemene statenpraktijk bestaat<br />
die gebaseerd is op de overtuiging dat <strong>het</strong> gedrag een verplichtend karakter heeft.<br />
- In de rechtspraak is er een tendens om deze moeilijke bewijslast te vergemakkelijken.<br />
A6 IGH: Military and Paramilitary Activitiets in and against Nicaragua (Nicaragua vs VS)<br />
- Nicaragua zegt dat de oppositiebeweging gesteund, betaald, georganiseerd en gecontroleerd worden door de VS<br />
en dat de VS dus aansprakelijk is voor de handelingen <strong>van</strong> deze bewegingen.<br />
- IGH: zegt dat zelfs wnnr die bewegingen onder de controle stonden vd VS dit op zichzelf nog niet betekent bij<br />
gebrek aan verder bewijs dat de VS aanstuurde op de schendingen <strong>van</strong> mensenrechten door deze bewegingen.<br />
De mensenrechten konden ook worden geschonden door leden vd beweging die niet onder de controle vd VS<br />
stonden.<br />
- IGH: De VS is enkel verantwoordelijk voor zijn gedrag tov Nicaragua en zijn gedrag tov de handelingen vd<br />
“Contras”. Hierbij moet dus bekeken worden of de VS op de hoogte was vd schendingen <strong>van</strong> mensenrechten.<br />
Welke regels zijn <strong>van</strong> toepassing:<br />
- Hadden beide facultatieve verklaringen <strong>van</strong> verplichte rechtsmacht. Maar hierbij mag je zelf omschrijven hoe<br />
groot de bevoegdheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> IGH is. VS was alleen bereid om de bevoegdheid vh IGH te erkennen indien al de<br />
andere staten die bij dat verdrag partij zijn ook <strong>het</strong> IGH bevoegd verklaren.<br />
- VS zegt dat IGH regels vh handvest niet kan toepassen. Want de partijen die ook betrokken zijn, zijn niet<br />
bereid de bevoegdheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> IGH te erkennen.<br />
- VS zegt dat Nicaragua hun eis baseert op gewoonte- en algemeen internationaal recht dat eigenlijk in <strong>het</strong><br />
verdrag vervat ligt waarbij de VS een voorbehoud had gemaakt.<br />
- IGH aanvaardt dit argument maar sluit niet uit dat ze <strong>het</strong> gewoonterecht wel mag toepassen.<br />
• IGH: zegt dat <strong>het</strong> de eis <strong>van</strong> Nicaragua die gebaseerd is op gewoonte- en algemeen internationaal recht niet<br />
kan afwijzen gewoon omdat deze principes in een verdrag zijn opgenomen waarbij de VS een voorbehoud had<br />
gemaakt. Deze regels houden niet op te bestaan door opname in een verdrag.<br />
• IGH: Principes zoals <strong>het</strong> niet gebruiken <strong>van</strong> geweld, <strong>het</strong> interventieverbod, respect voor de onafhankelijkheid<br />
en territoriale integriteit <strong>van</strong> Staten blijven bindend als Gewoonterecht, ondanks de werking <strong>van</strong> voorbehouden<br />
bij verdragen waarin deze principes zijn opgenomen.<br />
- Nicaragua zegt dat VS beginsel <strong>van</strong> niet-interventie schendt, door inmenging in interne aangelegenheden.<br />
- IGH moet dus nagaan of er een gewoonterechtelijke regel is die <strong>het</strong> principe <strong>van</strong> niet-interventie verwoord.<br />
• Probleem is dat alle landen dit wel al is hebben gedaan dus kan je moeilijk zeggen dat er een gewoonte is die<br />
deze praktijk verbiedt.<br />
- IGH: Het is niet noodzakelijk dat in de statenpraktijk de toepassing vd regels in kwestie perfect moet zijn, in<br />
de zin dat Staten zich compleet consistent moesten onthouden vh gebruik <strong>van</strong> geweld of <strong>van</strong> interventie in<br />
elkaars aangelegenheden.<br />
- IGH: Om <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> gewoonterecht te achterhalen is <strong>het</strong> voldoende dat <strong>het</strong> gedrag <strong>van</strong> Staten in <strong>het</strong><br />
algemeen in overeenstemming is met zulke regels, en dat wnnr gedrag <strong>van</strong> Staten niet in overeenstemming is<br />
met zulke regels dit in <strong>het</strong> algemeen als een inbreuk op zulke regels moet worden beschouwd.<br />
- Paragraaf 186: Als de hele internationale gemeenschap dit gedrag veroordeelt dan wordt de regel hierdoor<br />
versterkt en niet verzwakt.<br />
- IGH stelt dat <strong>het</strong> interventieverbod gewoonterecht is: er is nl een statenpraktijk en een rechtsovertuiging<br />
dat er een regel is die interventie verbied. Er zijn ook verklaringen <strong>van</strong> beide partijen dat dit gewoonterecht is.<br />
Alexander Tanguy 23
- Gewoonterecht kan dus <strong>van</strong> belang zijn voor staten die weinig verdragen hebben geratificeerd. Of wanneer een<br />
verdrag niet kan worden toegepast of heel specifieke drempels voorziet voor de situaties waarin <strong>het</strong> kan<br />
worden toegepast. Deze staten kunnen dus toch gehouden zijn aan bepaalde regels.<br />
- bv. Rode kruis: probeert aan te tonen in gigantisch onderzoek dat regels <strong>van</strong> Verdrag <strong>van</strong> Genève (bescherming <strong>van</strong><br />
burgers bij klassieke internationale oorlogen) intussen ook praktijk zijn geworden in geval <strong>van</strong> burgeroorlog.<br />
A8 ICTY Appelas chamber: Prosecutor VS Tadic<br />
- (International Criminal Tribunal for the former Yoegoslavia)<br />
- Tradic argumenteerde voor Yoegotribunaal dat conflict in Yoego een intern conflict was en dus niet kon worden<br />
veroordeeld door dit tribunaal.<br />
- Tribunaal moest dus aantonen dat individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid nu ook <strong>van</strong> toepassing is<br />
op een intern conflict.<br />
- Tribunaal zegt dat sinds 1930 <strong>het</strong> juridische verschil tussen oorlogen tussen soevereine Staten en interne<br />
oorlogen (bv burgeroolog) steeds meer is vervaagd, en dat er steeds meer internationale regels zijn gekomen om<br />
interne gewapende conflicten te regelen.<br />
- Tribunaal zegt dat interne oorlogen steeds harder zijn geworden in hun gevolgen voor de bevolking en dat <strong>het</strong><br />
verschil met internationale oorlogen nog maar vaag is.<br />
- Tribunaal zegt dat <strong>het</strong> door de vaak grote schaal <strong>van</strong> civilie onrust <strong>het</strong> steeds moeilijker is voor derde-staten om<br />
zich te onthouden omdat ze ook gevolgen voelen. Er is dus nood aan internationaal recht voor interne conflicten.<br />
- Tribunaal zegt dat de oorspronkelijke Staatssoevereiniteit-gerichte aanpak steeds meer ver<strong>van</strong>gen wordt door<br />
een Menselijke-aanpak in de zin <strong>van</strong> mensenrechten. Het verschil tss de 2 soorten gewapende conflicten verliest<br />
dus aan belang inzoverre <strong>het</strong> mensenrechten betreft.<br />
- Tribunaal zegt dat er zowel in <strong>het</strong> gewoonterecht als in <strong>het</strong> verdragenrecht regels zijn opgekomen betreffende<br />
interne conflicten en dat de interactie tussen deze 2 bronnen er voor heeft gezorgd dat sommige regels uit<br />
verdragen een gewoonterechtelijke regel zijn geworden.<br />
- Tribunaal zegt dat <strong>het</strong> bij <strong>het</strong> bepalen vh gewoonterecht zeer moeilijk is de werkelijke bedoeling vast te<br />
stellen <strong>van</strong> in dit geval de troepen in <strong>het</strong> veld. Was dit in overeenstemming of nalatig tov bepaald<br />
standaardgedrag?<br />
- Tribunaal geeft dus aan dat men bij de beoordeling of men een gewoonterechtelijke regel <strong>van</strong> individuele<br />
strafrechtelijke aansprakelijkheid heeft aanvaard naar officiële verklaringen <strong>van</strong> staten, militaire handboeken<br />
en rechterlijke uitspraken moet kijken. (ipv te kijken naar de werkelijke praktijk)<br />
- (bv folteren gebeurt op veel plaatsen, maar alle staten zullen dit veroordelen en zeggen dat <strong>het</strong> niet mag) Dit<br />
moet aantonen dat er een gewoonterechtelijke regel is die individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid<br />
mogelijk maakt bij interne conflicten.<br />
- Tribunaal somt voorbeelden en bronnen op waaruit moet blijken dat er gewoonterecht is bij interne conflicten,<br />
- Tribunaal stelt dat er gewoonterechtelijke regels zijn ontwikkeld die betrekking hebben op interne<br />
conflicten.<br />
• Deze regels hebben betrekking op gebieden zoals bescherming <strong>van</strong> burgers tegen vijandigheden, cultureel<br />
eigendom <strong>van</strong> burgers, bescherming <strong>van</strong> al wie niet of niet langer deelneemt aan de vijandigheden, verbod op<br />
oorlogsmiddelen die ook verboden zijn in internationale conflicten<br />
- In principe zijn <strong>het</strong> verdragenrecht en gewoonterecht gelijkwaardige bronnen.<br />
- Dit betekent dat je bij verdrag kan afwijken <strong>van</strong> een gewoonte. Behalve voor gewoonterecht dat een ius cogens<br />
regel uitmaakt. Ius Cogens-regel blijft gelden naast of ondanks een verdrag.<br />
- Tussen partijen die <strong>het</strong> verdrag hebben gesloten geldt <strong>het</strong> verdrag en voor alle andere staten blijft de<br />
gewoonte bestaan. Maar uiteindelijk zal de gewoonte dus vervallen omdat die niet meer blijkt uit een algemene<br />
statenpraktijk.<br />
A7 IGH: North Sea Continental Shelf Cases (Duitsland VS Denemarken; Duitsland VS Nederland)<br />
- Duitsland vs Denemarken en Nederland over de afbakening <strong>van</strong> <strong>het</strong> continentaal plat.<br />
- Economisch geschil: wie mag er waar exploiteren op de zeebodem?<br />
Alexander Tanguy 24
- Zijn <strong>het</strong> niet eens over de methode om kustlijnen te tekenen.<br />
- Denemarken en Nederland zijn <strong>het</strong> wel met elkaar eens omdat zij partij zijn bij een verdrag waarbij de staten<br />
afspreken een specifieke methode voor afbakening te zullen gebruiken.<br />
- Duitsland is echter geen partij bij dit verdrag.<br />
- D en N kunnen Duitsland dus enkel verplichten deze methode te kiezen als ze kunnen aantonen dat dit<br />
verdrag inmiddels gewoonterecht is geworden.<br />
- IGH zegt dat <strong>het</strong> mogelijk is dat gewoonterecht ontstaat uit een regel uit een verdrag.<br />
- Om dit te kunnen aantonen moeten voldoende staten partij zijn geworden bij <strong>het</strong> verdrag, en ook moet worden<br />
bekeken om welke staten <strong>het</strong> specifiek gaat. Ook <strong>het</strong> belang <strong>van</strong> de staten die partij zijn moet worden bekeken.<br />
(bv staten moeten dan ook wel een kustlijn hebben)<br />
- IGH: er zijn onvoldoende partijen om een algemene statenpraktijk aan te tonen<br />
- IGH: Stelt vast dat er maar een korte tijd is voorbijgegaan sinds <strong>het</strong> verdrag in kwestie <strong>van</strong> kracht is<br />
geworden en de onderhandelingen over <strong>het</strong> geschil tss de partijen zijn afgesprongen.<br />
• IGH stelt dat hoewel slechts een korte tijd is voorbijgegaan dit niet noodzakelijk de vorming <strong>van</strong> een nieuwe<br />
gewoonterechtelijke regel obv wat voorheen slechts een regel uit een verdrag was belemmert. Maar in die<br />
tijd moet dan wel de Statenpraktijk, inclusief die <strong>van</strong> Staten die een direct belang hebben, uniform zijn naar<br />
die regel en op een manier die duidelijk aangeeft dat <strong>het</strong> een verplichtende rechtsregel betreft.<br />
- Ned en Den komen met 15 voorbeelden waarbij deze praktijk wel is gebruikt.<br />
• IGH is er echter niet <strong>van</strong> overtuigd dat deze voldoende zijn om de praktijk aan te tonen en bovendien ook<br />
niet overtuigd dat staten bij deze voorbeelden tot die oplossing zijn gekomen <strong>van</strong>uit een rechtsovertuiging<br />
(dat <strong>het</strong> dus om een verplichte regel ging).<br />
• IGH stelt dat meer dan de helft vd betreffende Staten in deze zaken, reeds of kort daarna partij waren bij<br />
<strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong> Geneve, en dat ze daarom dus wss handelden in toepassing <strong>van</strong> dit Verdrag. Uit hun gedrag<br />
kan dus niet tot <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> een gewoonterechtelijke regel worden besloten.<br />
• Bij de Staten die geen partij geworden zijn vh Verdrag besluit men dat hun bedoeling speculatief blijft.<br />
• Zelfs als er meer gevallen waren waarbij niet-partij Staten zo handelden dan volstaat dit nog steeds niet om<br />
<strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> een rechtsovertuiging te bewijzen.<br />
• De handelingen moeten in overeenstemming zijn met een gevestigde praktijk, maar ze moeten ook <strong>van</strong> een<br />
aard zijn of op zo'n manier zijn gesteld, dat ze <strong>het</strong> bewijs zijn <strong>van</strong> een rechtsovertuiging.<br />
- Logica art. 38 statuut IGH: als je <strong>het</strong> niet kan oplossen met een verdrag of gewoonte dan kan je andere<br />
bronnen gebruiken.<br />
- IGH vindt alleen dat partijen verplicht zijn om in goede trouw tot een oplossing te komen die de test vd<br />
billijkheid kan doorstaan.<br />
Algemene rechtsbeginselen<br />
- Beginselen die gemeenschappelijk zijn aan de nationale rechtssystemen <strong>van</strong> alle beschaafde naties.<br />
Toepassing: VS tegen Canada<br />
- Eerste milieuzaak, maar er was nog geen internationale milieuregeling.<br />
- Canadees bedrijf <strong>van</strong> lood en zink stuurde allerlei gassen de lucht in welke overdreven naar Amerikaans<br />
grondgebied en landbouwgronden beschadigde.<br />
- Leggen geschil voor aan arbitrage. Dit vindt geen voorbeelden of regels op internationaal vlak die kunnen worden<br />
gebruikt om tot een oplossing te komen. Men zoekt dus analogische toepassingen. Bv federale staten<br />
- Bij deze federale staten is <strong>het</strong> uitgangspunt dat de deelstaat aansprakelijk is om schade in een andere<br />
deelstaat te voorkomen. Dit principe paste men ook toe op Vs en Canada.<br />
- Een staat kan aanspr worden gesteld voor grensoverschrijdende schade wnnr kan worden aangetoond dat<br />
die staat niet alles heeft gedaan om deze schade te voorkomen.<br />
Alexander Tanguy 25
4. Materieel Recht: Internationale Vrede en Veiligheid<br />
- In art. 2 <strong>van</strong> <strong>het</strong> VN Handvest komen Staten overeen om geweld te bannen uit de internationale verhoudingen.<br />
- Toch is <strong>het</strong> Handvest geen pacifistisch document. Het verdrag organiseert zelf een systeem voor <strong>het</strong> gebruik<br />
<strong>van</strong> geweld, dat bekend staat als collectieve rechtshandhaving.<br />
- Daarnaast laat art. 51 vh Handvest Staten <strong>het</strong> gebruik <strong>van</strong> geweld toe zonder instemming vd Veiligheidsraad, bij<br />
wijze <strong>van</strong> zelfverdediging tegen een gewapende aanval.<br />
- Tijdens gewapende conflicten is <strong>het</strong> internationaal humanitair recht <strong>van</strong> toepassing. Dit recht bestaat uit regels<br />
die personen beschermen die niet deelnemen aan <strong>het</strong> gewapende conflict en regels die de methoden <strong>van</strong><br />
oorlogsvoering beperken.<br />
- Internationaal humanitair recht is grotendeels interstatelijk recht, maar voor ernstige inbreuken op de<br />
Verdragen <strong>van</strong> Genève geldt ook een individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid. (zie A8 Tadic)<br />
4.1 Geweldverbod (Handvest, artikel 2, par. 3-4)<br />
- Uitwerking in hfdstk VI: vreedzame regeling <strong>van</strong> geschillen.<br />
- De uitzonderingen op <strong>het</strong> geweldverbod moeten restrictief worden geïnterpreteerd.<br />
- Het handvest is dus geen pacifistisch document maar <strong>het</strong> geeft wel een klimaat aan tot vreedzame regeling.<br />
4.2 Uitzonderingen op <strong>het</strong> geweldverbod in <strong>het</strong> Handvest<br />
A. Collectieve rechtshandhaving (Hfdst VII)<br />
Hiertoe kan enkel worden besloten door de Veiligheidsraad.<br />
- Samenstelling en manier <strong>van</strong> besluitvorming veiligheidsraad staan in hoofdstuk V.<br />
- Bestaat uit 15 leden vd VN. 5 permanente en 10 niet-permanente leden.<br />
- 5 Permanente leden (China, Frankrijk, Rusland, Uk, US): want <strong>het</strong> is belangrijk de belangrijkste militaire<br />
machten aan <strong>het</strong> hoofd te zetten, want een slagvaardige veiligheidsraad moet kunnen rekenen op meewerking<br />
<strong>van</strong> deze grootmachten<br />
- Bij de andere 10 (niet permanente leden) heeft men wel gezocht naar een geografische spreiding<br />
- De samenstelling kan enkel gewijzigd worden door een amendering vh handvest, en alle permanente leden<br />
moeten <strong>het</strong> hiermee eens zijn.<br />
- Geen vd permanente leden mag tegen een beslissing stemmen (veto)<br />
- art. 24 'primary': betekent dat wnnr de veiligheidsraad een aangelegenheid in behandeling heeft dat dan de<br />
algemene vergadering zich moet onthouden <strong>van</strong> tussenkomst<br />
• Lijkt met name <strong>het</strong> geval bij dwangmaatregelen <strong>het</strong> geval, beslissingen hierover lijken <strong>het</strong> voorrecht te zijn<br />
vd veiligheidsraad<br />
• Van zodra een dossier nog maar in behandeling is kan de algemene vergadering niet meer tsskomen<br />
• Sommige stellen dat zodra een permanent lid een veto recht stelt dat de zaak niet meer in behandeling is. De<br />
praktijk gaat anders.<br />
• Er is een soort taakverdeling, waarbij de veiligheidsraad zich bezighoudt met dwang, en de algemene<br />
vergadering veel meer met vreedzame regelingen.<br />
Hfdstk VII<br />
- Er is een chronologische volgorde in de artikels overeenkomstig de te volgen procedure<br />
- Art. 39: Er zijn gn regels over hoe de veiligheidsraad <strong>het</strong> begrip 'bedreiging voor de int vrede...' moet<br />
interpreteren. Is dus een zuiver politieke beslissing.<br />
- Art. 40: Veiligheidsraad kan voorlopige maatregelen opleggen.<br />
- Art. 41: Dwangmaatregelen zonder wapengeweld.<br />
• economische sancties:<br />
humanitaire excepties zijn mogelijk, om de impact op de bevolking te verkleinen<br />
• diplomatieke sancties:<br />
bv reisverbod voor staatspersoneel (smartsanctions: deze zijn specifiek gericht tegen<br />
de bewindvoerders zonder de bevolking te raken)<br />
- Art. 42: Militair optreden.<br />
• De idee vd VN was dat de VN een eigen leger zou hebben. Dit systeem is er nooit doorgekomen, omdat de<br />
politieke wil ontbrak. De lidstaten wilden geval per geval beoordelen of ze zouden meedoen.<br />
Alexander Tanguy 26
• Dus na men besloten heeft dat geweld noodzakelijk is voor de vrede te bewaren moet men nog naar leden<br />
opzoek die troepen willen sturen. (meestal omgekeerde volgorde, pas als men weet dat er een minimum aan<br />
troepen zal zijn hakt men de knoop door)<br />
• Dus veel landen die permanent lid willen worden sturen zeer vaak troepen, als een soort campagne.<br />
D12 Resolutie 678 (1990) (Klassieke voorbeeld <strong>van</strong> een hfdstk VII resolutie)<br />
- Resolutie genomen in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> Irak die Koeweit binnenviel.<br />
- Begint met vernoemen <strong>van</strong> andere reeds genomen resoluties die een eerder deel vh proces v hfdstk 7 waren.<br />
- 1e par: Veiligheidsraad geeft Irak laatste kans om zich te voegen naar de vermelde resoluties.<br />
- 2e par: deadline aan Irak om toch de vorige resoluties uit te voeren, als ze dit niet doen dan geeft ze lidstaten<br />
<strong>het</strong> mandaat met troepenmacht de naleving vd vorige resoluties af te dwingen, met alle noodzakelijke middelen<br />
en zo de internationale vrede en veiligheid te herstellen in <strong>het</strong> gebied.<br />
- 4e par: vraag aan staten om veiligheidsraad op de hoogte te houden<br />
- 5e par: materie blijft op de agenda<br />
- Er kwam een oorlog. Irak moest zich terugtrekken uit Koeweit.<br />
- De veiligheidsraad kwam pas terug in actie na <strong>het</strong> succesvol voltooien vd opdracht. Tijdens de oorlog hadden de<br />
lidstaten die troepen leverden <strong>het</strong> dus 'voor <strong>het</strong> zeggen'.<br />
- Onderscheid moet worden gemaakt met dit soort acties en plaatsing <strong>van</strong> politiepersoneel in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong><br />
hfdstk 6 over vreedzame regeling <strong>van</strong> geschillen.<br />
• Ook in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> Hfdstk 6 kunnen militairen worden gestuurd, maar de opdracht is verschillend.<br />
• In hfdstk 7 gaat <strong>het</strong> over grootschalige militaire operaties met als doel de agressor te overwinnen<br />
• In hfdstk 6 gaat <strong>het</strong> eerder over een vreedzame operatie, er is een uitnodiging <strong>van</strong> de betrokken staat (bv<br />
bij dreiging <strong>van</strong> burgeroorlog) waarbij men vraagt aan de VN om tussen te komen als buffer<br />
• Het onderscheid is echter niet altijd even duidelijk (bv wat als <strong>het</strong> toch escaleert? → evt overschakeling naar<br />
hfdstk 7)<br />
• Er bestaat zoiets als 6,5 hfdstk situaties<br />
• De verstandhouding tss de betrokken staat en de VN kan ook stroef zijn<br />
D12 Resolutie 1925 (2010) Congo (soort hfdstk 6,5 regime)<br />
- Formeel is die resolutie aangenomen onder hfdstk 7, omdat er in delen <strong>van</strong> Congo een conflict gaande was ( en<br />
nu nog ), en men wou tot een demilitarisatie komen <strong>van</strong> rebellengroeperingen.<br />
- Aan de andere kant zitten een deel <strong>van</strong> die militairen in gebieden waar er geen conflict is en waar <strong>het</strong> er vooral<br />
om gaat Congo te ondersteunen in <strong>het</strong> verwezenlijken <strong>van</strong> een rechtsstaat.<br />
- VN leger werkt samen met Congolese leger. Maar dit leger begaat zelf schendingen <strong>van</strong> mensenrechten.<br />
Het is dus tevens de opdracht vd VN troepen om dit te voorkomen.<br />
- Historiek resoluties: begint bij hfdstk 7 situatie, en nu naar een hfdstk 6 situatie onder druk mede <strong>van</strong><br />
Congolees regime zelf. (bevoegdheden worden dus steeds beperkter)<br />
- Veiligheidsraad benadrukt blijvende bezorgdheid over schendingen <strong>van</strong> mensenrechten en spoort de Congolese<br />
regering om in samenwerking met de VN en andere rele<strong>van</strong>te actoren hier een einde aan te maken.<br />
- Veiligheidsraad stelt dat Congo in een nieuwe fase is aanbeland met een overgang naar blijvende vrede.<br />
- Veiligheidsraad stelt echter dat de situatie in Congo een bedreiging blijft voor de internationale vrede en<br />
veiligheid in de regio. (<strong>van</strong>af p. 315; operationele deel vd resolutie)<br />
• De resolutie blijft dus onder <strong>het</strong> regime <strong>van</strong> hfdstk 7 vh Handvest wat de VN dus de mogelijkheid geeft<br />
indien nodig op te treden tegen <strong>het</strong> Congolese leger zelf.<br />
• Naam verandert <strong>van</strong> MONUC naar MONUSCO wegens nieuwe stabilisatie opdracht (charme offensief naar<br />
Congo toe).<br />
• 3e par: Terugtrekking <strong>van</strong> 2000 militairen uit de gebieden waar dit mogelijk is. (is een genoegdoening aan<br />
Congo en een teken <strong>van</strong> vertrouwen in <strong>het</strong> regime)<br />
• 5e par: Congolees regime is primair verantwoordelijk voor veiligheid, <strong>het</strong> vredesproces en ontwikkeling vh<br />
land, maar er wordt <strong>het</strong> regime aangemoedigd navolging te geven aan de verwachtingen om de bevolking te<br />
beschermen, de orde te herstellen, niet-militaire geschillenoplossing te hanteren en de volledige<br />
staatsautoriteit te herstellen in gebieden bevrijd <strong>van</strong> gewapende groeperingen.<br />
Alexander Tanguy 27
• 12e par: Doel vd MONUSCO:<br />
• mensenrechten beschermen (tegen alle partijen, dus ook tov Congolees leger)<br />
• staat tegenover (12h) dat men steun wil geven aan <strong>het</strong> Congolees leger tegen de rebellengroepen<br />
• dus continue wisselwerking tss controle en samenwerking<br />
B. Recht op zelfverdediging (art. 51)<br />
- De beslissing om geweld te gebruiken ligt bij <strong>het</strong> land dat <strong>het</strong> recht op zelfverdediging inroept.<br />
- De logica is dat in geval een gewapende aanval de eerste aandacht vh land niet gaat naar <strong>het</strong> raadplegen vd<br />
Veiligheidsraad maar naar <strong>het</strong> verdedigen <strong>van</strong> hun land.<br />
- Gaat dus niet om de situatie waarover de veiligheidsraad zich heeft uitgesproken.<br />
- Individueel recht op zelfverdediging: wnnr de staat zelf handelt<br />
- Collectief recht op zelfverdediging: wnnr de aangevallen staat een beroep doet op andere staten die dan op<br />
verzoek ook militair optreden (bv NAVO)<br />
- In kader <strong>van</strong> hfdstk 7 kan men beroep doen op regionale organisaties (hfdstk 8)<br />
- Maar NAVO beschouwd zich niet als een regionale organisatie, maar beroept zich op art. 51 zodat <strong>het</strong> ook zelf<br />
kan handelen en niet enkel op vraag vd Veiligheidsraad<br />
- Wat is een gewapende aanval (art. 51)?<br />
• Kan gaan om een aanval <strong>van</strong> reguliere strijdkrachten maar ook om gewapende groepen waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> handelen<br />
toerekenbaar is aan de staat.<br />
• Toerekenbaarheid is er als men effectief kan aantonen dat die groepen onder controle staan vd staat.<br />
• Toerekenbaarheid moet omdat men <strong>het</strong> zelfverdedigingsrecht gaat uitoefenen op <strong>het</strong> grondgebied vd staat<br />
aan welke de handelingen vd gewapende groeperingen toerekenbaar is. Men schendt dus de territoriale<br />
integriteit v deze staat om <strong>het</strong> zelfverdedigingsrecht uit te oefenen.<br />
• Het moet iets zijn <strong>van</strong> een bepaalde hoedanigheid. Meer dan een of ander geisoleerd grensincident.<br />
• Maar wat met precisieaanvallen in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> terrorisme bestrijding? Bv raket uit Amerikaans schip op<br />
auto in Jemen. (Dit is niet vd schaal die <strong>het</strong> IGH voor ogen heeft voor een gewapende aanval)<br />
A6 IGH: Military and Paramilitary Activitiets in and against Nicaragua (Nicaragua vs VS)<br />
- In paragraaf 176 wordt verwezen naar <strong>het</strong> VN Handvest waarin men <strong>het</strong> heeft over een 'inherent' recht<br />
op zelfverdediging (art. 51)<br />
• Hof zegt dat <strong>het</strong> Handvest niet alle zaken <strong>van</strong> geweld regelt. Het woord 'inherent' wijst hierop.<br />
• Het inherent recht <strong>van</strong> een staat is een recht dat men al heeft puur omdat men een staat is. Het Handvest<br />
doet niet anders dan dit eerder bestaand recht te erkennen.<br />
• Naast artikel 51 is er dus ook gewoonterecht. Het is gewoonterechtelijk aanvaard dat bij zelfverdediging<br />
enkel maatregelen kunnen worden genomen die proportioneel en noodzakelijk zijn. Deze voorwaarden staan<br />
dus niet in art. 51 maar maken deel uit vh gewoonterecht.<br />
• Mensen die een ruimer begrip vh recht op zelfverdediging bepleiten beroepen zich op deze redenering vh<br />
IGH.<br />
• Terwijl <strong>het</strong> IGH hier juist <strong>het</strong> recht op zelfverdediging wil beperken, <strong>het</strong> legt nl extra voorwaarden op aan<br />
<strong>het</strong> gebruik <strong>van</strong> zelfverdediging. (proportioneel en noodzakelijk)<br />
- Amerika beroept zich op <strong>het</strong> collectief zelfverdedigingsrecht, Nicaragua vormt een bedreiging voor zijn<br />
buurlanden en Amerika wil buurlanden verdedigen.<br />
- De partijen beroepen zich enkel op <strong>het</strong> zelfverdedigingsrecht in <strong>het</strong> geval <strong>van</strong> een gewapende aanval die reeds<br />
heeft plaatsgevonden.<br />
- Er is dus niet gerept over de rechtmatigheid <strong>van</strong> een reactie in de situatie <strong>van</strong> een dreigende aanval/gevaar.<br />
Het Hof moet op deze hypothese dus geen antwoord opgeven.<br />
- Het Hof onderzoekt vervolgens wat een gewapende aanval inhoudt:<br />
• Het zenden door of in naam <strong>van</strong> een Staat <strong>van</strong> gewapende groepen, rebellen, huurlingen, die gewelddadige<br />
handelingen stellen tegen een andere Staat <strong>van</strong> zulke zwaarwichtigheid als een echte aanval gesteld door<br />
reguliere strijdkrachten.<br />
• Het moet iets zijn <strong>van</strong> een bepaalde hoedanigheid. Meer dan een of ander geïsoleerd grensincident waar<br />
reguliere strijdkrachten betrokken zijn.<br />
• Ook <strong>het</strong> steunen <strong>van</strong> rebellen in de vorm <strong>van</strong> levering <strong>van</strong> wapens, logistiek en dergelijke. Zulke steun kan<br />
Alexander Tanguy 28
worden beschouwd als een bedreiging of gebruik <strong>van</strong> geweld, of interventie in de interne en externe affaires<br />
<strong>van</strong> andere Staten.<br />
• Het komt uiteindelijk aan de Staat die <strong>het</strong> slachtoffer is <strong>van</strong> een gewapende aanval toe om te verklaren dat<br />
<strong>het</strong> in hun visie werd aangevallen.<br />
• Er is geen regel in <strong>het</strong> gewoonterecht die een andere Staat toelaat <strong>het</strong> recht <strong>van</strong> collectieve zelfverdediging<br />
uit te oefenen op basis <strong>van</strong> hun eigen inschatting vd situatie.<br />
- IGH stelt dat <strong>het</strong> collectief zelfverdedigingsrecht enkel <strong>van</strong> toepassing kan zijn na en op verzoek vd staat<br />
die direct wordt aangevallen.<br />
• Dus kan de steun <strong>van</strong> Amerika aan de contra's in Nicaragua niet op die grond worden gebaseerd.<br />
- IGH besluit dus dat er 2 voorwaarden zijn voor <strong>het</strong> collectieve zelfverdedigingsrecht:<br />
• een Staat moet verklaren dat <strong>het</strong> werd aangevallen<br />
• de Staat die zichzelf <strong>het</strong> slachtoffer acht <strong>van</strong> een gewapende aanval moet er om verzoeken<br />
- Conclusie:<br />
• De gewapende aanval moet toerekenbaar zijn aan de staat, de aanval moet <strong>van</strong> een zekere schaal zijn, en <strong>het</strong><br />
zelfverdedigingsrecht mag enkel worden uitgeoefend zolang de aanval duurt (dus niet achteraf als<br />
vergelding) en <strong>het</strong> moet proportioneel zijn en noodzakelijk.<br />
- Bedenkingen:<br />
• Hoe zit <strong>het</strong> met gewapende groepen waar<strong>van</strong> de handelingen niet toerekenbaar zijn. Omdat je de<br />
betrokkenheid vd staat niet kan aantonen. Is <strong>het</strong> geweld tegen deze groeperingen dan niet toegelaten in <strong>het</strong><br />
kader vh zelfverdedigingsrecht?<br />
• Wat is geval <strong>van</strong> een imminent dreigende aanval? Moet je dan w88 tot raket inslaagt totdat je geweld mag<br />
gebruiken?<br />
• Deze discussie is in stroomversnelling gekomen na WTC aanslag.<br />
• VS hebben naar aanleiding <strong>van</strong> deze aanslag een brief geschreven aan de Veiligheidsraad om te zeggen dat ze<br />
een war on terror beginnen en dat ze zich gelegimiteerd voelen om ter voorkoming <strong>van</strong> opnieuw dergelijke<br />
gevallen aanvallen mogen uitvoeren tegen kampen vd Talliban in Afghanistan.<br />
• De veiligheidsraad heeft niet gereageerd op deze brief. (veto Amerika)<br />
• Toen de oorlog tegen Irak werd begonnen zonder toestemming vd Veiligheidsraad was <strong>het</strong> argument <strong>van</strong> Tony<br />
Blair dat er in Irak raketten waren opgesteld die tegen UK zullen worden gebruikt. (imminente dreiging)<br />
(Veiligheidsraad reageerde weer niet want veto VS en UK)<br />
• Men verwijst vaak naar paragraaf 176 vh Nicaragua-arrest ter rechtvaardiging vd uitbreiding <strong>van</strong><br />
zelfverdedigingsrecht.<br />
A9 IGH: Armed Activities on the Territory of the Congo (Congo VS Uganda)<br />
- Was de kans vh IGH om te beslissing of ze hun theorie bij <strong>het</strong> nicaragua-arrest willen hernemen in dit<br />
arrest in <strong>het</strong> licht vd gebeurtenissen met VS en UK. (die zich beroepten op preventieve zelfverdediging)<br />
- Arrest gaat over <strong>het</strong> moment dat er een machtsstrijd is over de opvolging <strong>van</strong> regime's.<br />
- Congo doet beroep op buurlanden om hulp om controle te verwerven over grondgebied.<br />
- Uganda en Rwanda sturen troepen om Congo te assisteren en dit vooral naar streken die grenzen aan hun eigen<br />
land, mede ook uit eigen veiligheidsoverwegingen.<br />
- Ugandese en Rwandese legers beginnen lucratieve projecten te ondernemen op Congolees grondgebied<br />
(plunderingen <strong>van</strong> natuurlijke rijkdommen <strong>van</strong> Congo).<br />
- Congo verzoekt de buitenlandse troepen <strong>het</strong> land te verlaten. Deze doen dit niet.<br />
- Dus Congo stelt dat er schending is vd territoriale integriteit voor de periode nadat Congo had gevraagd <strong>het</strong><br />
land te verlaten.<br />
- De discussie gaat erover of er een rechtvaardiging is voor <strong>het</strong> verlengde verblijf <strong>van</strong> de Ugandese troepen.<br />
- Uganda verwijst naar <strong>het</strong> zelfverdedigingsrecht: want ze wouden verdere aanvallen voorkomen tov hun eigen<br />
land door gewapende groepen in Congo.<br />
• Maar <strong>het</strong> gedrag <strong>van</strong> deze gewapende groepen kon men niet toerekenen aan Congo want deze vochten zelf<br />
tegen Congo.<br />
• Uganda claimde wel gehandeld te hebben naar <strong>het</strong> zelfverdedigingsrecht, maar <strong>het</strong> claimde niet dat <strong>het</strong> <strong>het</strong><br />
slachtoffer was <strong>van</strong> een gewapende aanval vd gewapende krachten <strong>van</strong> Congo. De gewapende aanvallen naar<br />
welke werd verwezen kwamen eerder vh ADF (rebellen).<br />
Alexander Tanguy 29
• Er is geen bewijs vd betrokkenheid <strong>van</strong> Congo bij deze aanvallen. Dus zijn ze niet toerekenbaar.<br />
- IGH stelt dat wegens deze redenen de juridische en feitelijke omstandigheden voor de uitoefening vh recht op<br />
zelfverdediging door Uganda tegen Congo niet aanwezig waren.<br />
• Dus <strong>het</strong> IGH moet niet antwoorden op de vraag of en onder welke omstandigheden met <strong>het</strong><br />
zelfverdedigingsrecht kan uitoefenen tegen groepen waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> gedrag niet toerekenbaar is aan de staat.<br />
- IGH stelt dat <strong>het</strong> zelfverdedigingsrecht enkel <strong>van</strong> toepassing is onder de voorwaarden in art. 51 vh Handvest<br />
(toerekenbare gewapende aanval).<br />
• Een louter veiligheidsbelang is dus niet voldoende om militair op te treden.<br />
- IGH concludeert dat Uganda sinds 7 augustus 1998 geweld gebruikten voor doeleinden en in gebieden waarvoor<br />
<strong>het</strong> geen toestemming had. En de door Uganda aangehaalde evenementen rechtvaardigen <strong>het</strong> gebruik <strong>van</strong> geweld<br />
niet in <strong>het</strong> licht vh zelfverdedigingsrecht.<br />
- IGH verwijst naar de Nicaragua zaak (A6) waarin <strong>het</strong> stelde dat <strong>het</strong> principe <strong>van</strong> non-interventie een Staat<br />
verbied om te interveniëren, direct of indirect, met of zonder gewapende krachten, ter ondersteuning <strong>van</strong> een<br />
interne oppositie in een andere Staat.<br />
- IGH stelt dat Uganda de soevereiniteit en territorialiteit <strong>van</strong> Congo heeft geschonden. Het stelt ook dat<br />
de militaire interventie <strong>van</strong> Uganda <strong>van</strong> zulke grote schaal en duratie was dat <strong>het</strong> een grove schending uitmaakt<br />
vh verbod op geweld neergelegd in artikel 2 vh Handvest.<br />
- Conclusie: IGH verandert niet <strong>van</strong> standpunt (blijven bij lijn uiteengezet in <strong>het</strong> nicaragua-arrest)<br />
4.3 Buiten <strong>het</strong> Handvest?<br />
1 Zelfhulp<br />
- Eigen burgers beschermen met militaire macht.<br />
- In de literatuur zegt men dat dit moet kunnen onder een aantal voorwaarden:<br />
• <strong>het</strong> land waar <strong>het</strong> gebeurt wil niet tsskomen<br />
• onderdanen lopen erg risico<br />
• geweld moet noodzakelijk zijn<br />
• terugtrekking zodra operatie afgelopen is<br />
2 Humanitaire interventie<br />
- Bescherming <strong>van</strong> onderdanen <strong>van</strong> een andere staat op <strong>het</strong> grondgebied <strong>van</strong> een andere staat.<br />
- Bv Genocide aan de gang in Rwanda, een land wilt dit tegengaan ook al is er geen toestemming vd veiligheidsraad<br />
- Voorstanders aanvaarden dit ongeveer onder de zelfde voorwaarden als bij zelfhulp:<br />
• <strong>het</strong> land waar <strong>het</strong> gebeurt wil niet tsskomen<br />
• onderdanen lopen erg risico<br />
• geweld moet noodzakelijk zijn<br />
• terugtrekking zodra operatie afgelopen is<br />
• sommige mensen zeggen dat men ook moet kunnen aantonen dat de Veiligheidsraad geblokkeerd wordt<br />
waardoor deze geen beslissing kan nemen (veto <strong>van</strong> een permanent lid)<br />
- Vaak zijn er andere intenties achter zo'n interventie.<br />
- Er is op dit moment nog geen gewoonterechtelijke grondslag hiervoor.<br />
3 R2P (responsabillity to protect)<br />
- zie p. 18<br />
- Men zegt dat er een gedeelde verantwoordelijkheid is <strong>van</strong> <strong>het</strong> land waar de schending <strong>van</strong> mensenrechten<br />
gebeurt en de overige landen.<br />
- Dit zet de Veiligheidsraad onder druk om in situaties <strong>van</strong> genocide en dergelijke maatregelen te nemen.<br />
Permanente leden waar<strong>van</strong> bevriende landen schendingen begaan zouden voorrang moeten geven aan humanitaire<br />
overwegingen boven andere overwegingen.<br />
Alexander Tanguy 30
5. Subjecten: Internationale organisaties<br />
5.1 Rechten<br />
- Al snel na de oprichting vd VN, adviseerde <strong>het</strong> IGH dat de organisatie internationale rechtspersoonlijkheid<br />
bezat, ook al stond daarover niets in <strong>het</strong> Handvest vd VN.<br />
- Intussen is de internationale rechtspersoonlijkheid <strong>van</strong> internationale gouvernementele organisaties<br />
algemeen aanvaard.<br />
• Ze worden gezien als autonome actoren die zelfstandig kunnen optreden tov de staten die <strong>van</strong> die<br />
organisaties deel uitmaken.<br />
• Ze ontlenen hun bestaan aan de Internationale rechtsorde. De beginselen vh internationaal recht zijn <strong>van</strong><br />
toepassing op hen.<br />
• De staten geven een mandaat aan die organisaties om bepaalde zaken te verwezenlijken.<br />
- Aan<strong>van</strong>kelijk lag de klemtoon geheel op de rechten die internationale organisaties aan <strong>het</strong> volkenrecht kunnen<br />
ontlenen.<br />
- De rechtspersoonlijkheid <strong>van</strong> een internationale organisatie is beperkt tot haar doelstellingen en taken zoals die<br />
uitdrukkelijk of impliciet blijken uit <strong>het</strong> oprichtingsverdrag vd organisatie en de daarna ontwikkelde praktijk.<br />
A10 IGH: Reparation for Injuries Suffered in the Service of the United Nations (advisory opinion 1949)<br />
- Een VN-diplomaat (Bernadotte) was als bemiddelaar opgetreden in <strong>het</strong> conflict tss de VN en Israël. (begin vd<br />
oprichting vd staat Israel)<br />
- Wordt tijdens een missie in Jeruzalem om <strong>het</strong> leven gebracht.<br />
- De Algemene Vergadering vd VN stelt een juridische vraag aan <strong>het</strong> IGH:<br />
• Kan de VN als organisatie, in <strong>het</strong> geval dat een agent vd VN in de uitvoering <strong>van</strong> zijn opdrachten schade<br />
oploopt waarbij een staat aansprakelijk kan gesteld worden, schadevergoeding eisen voor zichzelf, voor de<br />
schade aan <strong>het</strong> slachtoffer of zijn rechthebbenden of in naam vd staat <strong>van</strong> wiens nationaliteit de agent was?<br />
- Het Handvest doet gn uitspraak over of de VN internationale rechtspersoonlijkheid heeft.<br />
- De VN vraagt dus niet of Israël aansprakelijk is maar enkel ofdat <strong>het</strong> mogelijk is dat de VN SV kan vragen.<br />
- Het IGH maakt eerst een aantal observaties mbt de vraag:<br />
• Het IGH geeft een zeer ruime betekenis aan <strong>het</strong> woord 'agent'. (elke persoon met opdracht vd VN)<br />
• Het IGH stelt dat bij dit advies <strong>het</strong> gaat om schade die voortvloeit uit <strong>het</strong> falen <strong>van</strong> een Staat om zijn<br />
verplichtingen na te komen om agenten vd VN in de uitvoering <strong>van</strong> hun opdracht te beschermen.<br />
- IGH:<br />
• De bedoeling vd lidstaten was vd VN iets meer te maken dan enkel een ontmoetingsplaats voor Staten, men<br />
wou tevens organen maken die specifieke taken konden uitoefenen.<br />
• Daardoor ontstaat er een zekere afstand tss enerzijds de internationale org en anderzijds de Staten.<br />
• Uit die analyse vd aard vd organisatie kan niet anders volgen dan dat de VN Internationale rechtspersoonlijkheid<br />
heeft.<br />
- IGH:<br />
• Maar daarmee is nog geen antwoord gegeven op de vraag of ze ook SV kunnen vorderen.<br />
• Want de rechtspersoonlijkheid vd Internationale organisaties verschilt <strong>van</strong> die <strong>van</strong> Staten.<br />
• Staten hebben een volledige rechtspersoonlijkheid, bij de Int org gaat <strong>het</strong> over een beperkte rechtspersoonlijkheid.<br />
• Die beperktheid vloeit voort uit de bevoegdheidsopdracht die ze hebben gekregen (de doelstellingen en taken<br />
zoals die kunnen worden afgeleid uit de oprichtingsakte vd organisatie en de daarna ontwikkelde praktijk).<br />
- IGH gaat nog een stap verder (de impliciete bevoegdheden)<br />
• Deze kunnen worden afgeleid uit de aard vd organisatie maar alleen voorzover die bevoegdheden absoluut<br />
essentieel zijn voor de uitoefening vd taken die dan wel uitdrukkelijk zijn opgenomen in de oprichtingsakte.<br />
• Dus volgens <strong>het</strong> IGH is <strong>het</strong> essentieel voor de VN voor wat hen is opgedragen in de oprichtingsakte uit te<br />
voeren om SV te vorderen.<br />
• IGH redeneert dat niemand nog voor de VN zou willen werken indien geen SV kan worden gevorderd bij<br />
schadegevallen. (want gevaarlijke opdrachten)<br />
- Conclusie vh IGH:<br />
• De VN heeft <strong>het</strong> recht om <strong>van</strong> zijn leden te eisen dat ze hun verplichtingen nakomen die ze zijn aangegaan in<br />
<strong>het</strong> belang vd goede werking vd VN zelf.<br />
Alexander Tanguy 31
• In geval <strong>van</strong> schending <strong>van</strong> deze verplichtingen kan de VN schadevergoeding eisen, en bij de raming <strong>van</strong> deze<br />
vergoeding is de VN bevoegd om de schade toe te voegen geleden door <strong>het</strong> slachtoffer of zijn<br />
rechthebbenden.<br />
A11 IGH: Legality of the Use by a State of Nuclear Weapons in Armed Conflict (WHO) (1996)<br />
- Gaat over een vraag gesteld door de Wereldgezondheidsorganisatie.<br />
• De wereldgezondheidsorganisatie is een gespecialiseerde organisatie vd VN. Dit zijn onafhankelijke<br />
organisaties met een eigen oprichtingsverdrag en een eigen lidmaatschap. (staten moeten zelf <strong>het</strong> initiatief<br />
nemen om hier lid <strong>van</strong> te worden) In praktijk is er dus een internationaal akkoord tss de VN en de<br />
gespecialiseerde organisatie waardoor de VN deze organisatie als gespecialiseerd beschouwt.<br />
- Vraag: Kan <strong>het</strong> gebruik <strong>van</strong> kernwapens door een Staat in een oorlog of ander gewapend conflict, in <strong>het</strong> kader<br />
vd gezondheids- en natuurlijke gevolgen, een breuk zijn vd verplichtingen die op de Staat rusten wegens <strong>het</strong><br />
Internationaal recht inclusief <strong>het</strong> WHO Verdrag?<br />
- IGH moet nagaan of ze bevoegd is adhv 3 regels (art 65 Statuut en art 96 Handvest):<br />
• De gespecialiseerde organisatie die de vraag stelt moet toelating vd Algemene Vergadering vd VN hebben om<br />
die te stellen. (VN gaf goedkeuring)<br />
• Het moet gaan om een juridische vraag. (IGH zegt dat de vraag juridisch is geformuleerd)<br />
• En die vraag moet gaan om een kwestie die tot de bevoegdheid vd organisatie behoort.<br />
- Maar valt de vraag binnen de bevoegdheid/werkzaamheden vd WHO?<br />
• WHO stelt dat in <strong>het</strong> oprichtingsverdrag staat dat zij aan preventie moeten doen.<br />
• IGH zegt dat de rechtspersoonlijkheid vd internationale organisaties is beperkt tot gespecialiseerde<br />
bevoegdheden (beperkt aantal onderwerpen). Ze erkennen dat de WHO een belangrijke rol heeft te spelen in<br />
<strong>het</strong> voorkomen <strong>van</strong> menselijk lijden, maar ze menen niet dat <strong>het</strong> antwoord dat ze zouden geven voor die<br />
organisatie enig verschil zou uitmaken.<br />
• Want de voornaamste taak voor <strong>het</strong> WHO is zich bezighouden met de gevolgen vh gebruik <strong>van</strong> kernwapens.<br />
• En die gevolgen zijn <strong>het</strong>zelfde of die wapens nu op een legale of illegale manier worden gebruikt.<br />
• IGH zegt dat de int rechtspersoonlijkheid vh WHO zich niet zover uitstrekt.<br />
• IGH zegt dat VN gespecialiseerde organisatie willen om aan technische samenwerking te doen, om de<br />
deskundigen op <strong>het</strong> terrein technisch te laten samenwerken. Het is beter dat dit gescheiden loopt vd politiek<br />
om zo beter naar hun doel te kunnen streven (betere gezondheid in de wereld).<br />
- Op <strong>het</strong>zelfde moment vraagt ook de Algemene Vergadering vd VN ofdat kernwapens legaal zijn:<br />
• Nu behandelt <strong>het</strong> IGH de zaak wel ten gronde.<br />
• IGH stelt dat de stand vh Internationaal recht nog te onduidelijk is.<br />
• Als <strong>het</strong> voortbestaan <strong>van</strong> een Staat niet wordt bedreigd is <strong>het</strong> gebruik niet toegelaten.<br />
• In situaties waarin <strong>het</strong> voortbestaan <strong>van</strong> een Staat wordt bedreigd is de stand vh recht onzeker.<br />
5.2 Plichten<br />
- Nu internationale organisaties op <strong>het</strong> terrein allerlei operationele taken uitvoeren bestaat <strong>het</strong> risico dat hun<br />
activiteiten leiden tot schendingen vh volkenrecht.<br />
- Kan de organisatie hiervoor aansprakelijk kan worden gesteld?<br />
• Een hinderpaal vormen de immuniteiten die internationale organisaties genieten tav de nationale rechter<br />
(zoals bv vastgelegd in art. 105 vh Handvest vd VN).<br />
• Internationale organisaties kunnen niet voor de internationale rechter (arbitrage) worden gebracht zonder<br />
hun instemming.<br />
• Indien een internationale organisatie niet zelf aansprakelijk kan worden gesteld, is een mogelijke<br />
terugvalpositie <strong>het</strong> aansprakelijk stellen vd Lidstaten vd organisatie. (dit probeerde men bv in de<br />
Behrami/Saramati v. zaak)<br />
Alexander Tanguy 32
A12 EHRM: Behrami, Behrami and Saramati VS Frankrijk<br />
- Het gaat om 2 zaken die worden samengevoegd:<br />
• Behrami zaak gaat over 2 kinderen die stierven door een mijn die nog in de grond stak.<br />
• Saramati zaak gaat over een Kosovaar die verdacht wordt <strong>van</strong> terrorisme en maandenlang in detentie wordt<br />
gehouden zonder toegang tot een rechter.<br />
- De VN Veiligheidsraad richtte in Kosovo een Internationale burgerlijke administratie op 'UNMIK' als een<br />
hulporgaan vd VN, en ook een Internationale veiligheidsmacht 'KFOR' die werd geleid door de NAVO en<br />
samengesteld uit legers aangeboden door lidstaten vd VN.<br />
- Kosovo was geen lid vd EU. De regel is echter dat wnnr Europese troepen de controle uitvoeren over een gebied<br />
dat op zich niet tot de EU behoort ze zich toch moeten houden aan oa <strong>het</strong> EVRM.<br />
- Ten eerste stelt <strong>het</strong> Hof vast welke entiteit, KFOR of UNMIK, <strong>het</strong> mandaat had om iemand in hechtenis<br />
te nemen en om te ontmijnen:<br />
• De betrokken staten stelden dat <strong>het</strong> niet uitmaakte welke vd 2 <strong>het</strong> mandaat had omdat beide Internationale<br />
organisaties waren toerekenbaar aan de VN Veiligheidsraad.<br />
• De eisers stellen dat KFOR <strong>het</strong> mandaat had voor beide taken en dat de structuur <strong>van</strong> KFOR dusdanig <strong>van</strong><br />
UNMIK verschilt zodat de betrokken Staten individueel aansprakelijk zijn.<br />
• Hof stelt dat KFOR bevoegd was voor in hechtenisnemingen en UNMIK voor ontmijningen.<br />
- Ten tweede gaat <strong>het</strong> Hof na of de betwiste handeling <strong>van</strong> KFOR (detentie <strong>van</strong> Saramati-zaak) en nalaten<br />
<strong>van</strong> UNMIK (falen te ontmijnen in Behrami-zaak) toerekenbaar zijn aan de VN:<br />
• KFOR:<br />
Hof stelt dat de VN Veiligheidsraad de uiteindelijke autoriteit en controle behield en dat <strong>het</strong><br />
effectieve bevel over de rele<strong>van</strong>te operationele materies bij de NAVO lag. KFOR oefende rechtmatig door<br />
de VN Veiligheidsraad gedelegeerde hfdstk 7 machten uit. De betwiste handeling kan dus in principe<br />
toerekenbaar zijn aan de VN.<br />
• UNMIK:<br />
Hof stelt dat UNMIK een onder hfdstk 7 opgericht hulporgaan vd VN was, zodat <strong>het</strong> betwiste<br />
nalaten in principe toerekenbaar kan zijn aan de VN.<br />
- Ten derde gaat <strong>het</strong> Hof na of <strong>het</strong> ratione personae bevoegd is om te oordelen over <strong>het</strong> betwiste handelen<br />
en nalaten:<br />
• Hof zegt dat in deze zaak <strong>het</strong> betwiste handelen en nalaten niet toerekenbaar zijn aan de lidstaten.<br />
• Hof stelt dat <strong>het</strong> handelen <strong>van</strong> UNMIK en KFOR toerekenbaar was aan de VN. Het Hof kan dus niet oordelen<br />
over de klacht want de VN heeft immuniteit. (art. 105 Handvest)<br />
- De klassieke regel is echter dat wie verantwoordelijk is wordt bepaald door wie de effectieve controle<br />
heeft.<br />
• Kijken naar de feiten (wie geeft de orders en instructies?)<br />
• Er is altijd een spoor <strong>van</strong> bevelen naar de Navo of naar een lidstaat te volgen. Maar nooit naar de VN.<br />
• De Veiligheidsraad was niet ter plekke aanwezig en had dus ook gn effectieve bevel.<br />
• Staatsaansprakelijkheid zou dus mogelijk kunnen zijn als de staat <strong>het</strong> effectieve bevel had. Maar deze regel<br />
werd in deze zaak dus niet gevolgd.<br />
- Leidde tot ontevredenheid voor de slachtoffers:<br />
• IGH niet bevoegd want de staten zijn niet aansprakelijk, maar wel de VN<br />
• De uitspraak betekent dus dat inwoners <strong>van</strong> Kosovo geen bescherming hebben tegen schendingen <strong>van</strong><br />
mensenrechten want de VN kan niet voor een rechter worden gebracht.<br />
- Wat zijn mogelijke oplossingen?<br />
• Gedeelde verantwoordelijkheid: vd lidstaat en de VN<br />
- Verantwoordelijkheid (responsibility): hiermee wordt aansprakelijkheid in juridische zin (vergelijkbaar met de<br />
staatsaansprakelijkheid) bedoeld.<br />
- De regels voor staatsaansprakelijkheid zijn ook <strong>van</strong> toepassing op Internationale organisaties.<br />
• <strong>1.</strong> Schending <strong>van</strong> een internationale verplichting<br />
• 2. De handeling moet toerekenbaar zijn<br />
• 3. Vaststelling door een rechter<br />
• 4. De onrechtmatigheid leidt tot een verplichting tot herstel<br />
• Er bestaan echter immuniteiten en er ontbreken internationale rechters.<br />
Alexander Tanguy 33
- Rekenschap (accountability):<br />
• Wnnr Internationale organisaties zich beroepen op hun immuniteit en geen arbitrage gebruiken moeten ze<br />
een alternatief bieden.<br />
• Vereist een bereidheid om verantwoording af te leggen over handelingen aan een geloofwaardig<br />
toezichtmechanisme, en om gevolgen te verbinden aan een vaststelling dat gedrag niet te rechtvaardigen<br />
valt.<br />
• Het gaat slechts om een verwachting en geen juridische verplichting om gedrag te verrechtvaardigen.<br />
• Gedrag toetsbaar aan vooraf vastgelegde normen<br />
(bv rules of engagement voor militairen, geen internationaal recht, door IO zelf aangenomen & gepubliceerd)<br />
• Toetsing uitgevoerd door een geloofwaardig (dus voldoende onafhankelijk) toezichtsmechanisme<br />
(kan door organisatie zelf worden opgericht, maar onderzoek moet voldoende onafhankelijk zijn)<br />
• Er moeten gevolgen zijn als de toetsing tot de vaststelling leidt dat <strong>het</strong> gedrag niet te rechtvaardigen<br />
(maar geen schadevergoeding)<br />
De Wereldbank: D14 IBRD Articles of Agreement (1944) en D15 IBRD/IDA resolution on World Bank<br />
Inspection Panel<br />
D14: Oprichtingsverdrag vd wereldbank<br />
- Is een intergouvernementele organisatie die leningen verstrekt aan ontwikkelingslanden die problemen<br />
hebben om <strong>van</strong> de commerciële banken leningen te krijgen.<br />
- Omdat <strong>het</strong> vaak gaat om grote infrastructuurwerken, zijn deze omstreden (vb. bouwen <strong>van</strong> een dam). Het<br />
verzoek <strong>van</strong> een lening gebeurt door de betrokken regering, maar vaak is er interne oppositie.<br />
- De Wereldbank is in de jaren ’80 zwaar onder vuur gekomen omdat zij financiering gaven aan projecten die<br />
zware gevolgen hadden voor <strong>het</strong> milieu en zeer nadelig waren voor bevolkingsgroepen.<br />
- Vaak wordt geargumenteerd dat zulke projecten <strong>het</strong> internationaal recht schenden. Men wil dan de Wereldbank<br />
mee aansprakelijk maken met <strong>het</strong> argument dat als de Wereldbank geen financiering gaf, dat <strong>het</strong> project niet<br />
had kunnen plaatsvinden.<br />
- De wereldbank heeft geen absolute immuniteit (Art. VII, 3)<br />
• De bank kan niet voor nationale rechter gebracht worden door een lidstaat of een privépersoon die vordert<br />
voor of tegen een lidstaat.<br />
• Er kan dus wel een procedure worden opgestart onder bepaalde voorwaarden door privépersonen bij schade<br />
door een handeling vd wereldbank.<br />
- Het is vaak echter niet makkelijk te bewijzen dat de schade toerekenbaar is, dus via <strong>het</strong> responsibility-kader.<br />
- Op dit ogenblik zijn er nog geen precedenten <strong>van</strong> personen die geprobeerd hebben de Wereldbank aansprakelijk<br />
te stellen voor de nationale rechter.<br />
D15: Resolutie over <strong>het</strong> inspection Panel vd Wereldbank<br />
- Is op eigen initiatief vd Wereldbank opgericht en is een voorbeeld <strong>van</strong> een accountability mechanisme.<br />
- Art. 2:<br />
Panel bestaat uit 3 leden uit verschillende Wereldbank-lidstaten die worden aangesteld door <strong>het</strong><br />
bestuur <strong>van</strong> de Wereldbank<br />
- Art. 12:<br />
Het panel behandelt verzoeken tot inspectie voorgelegd door de benadeelde partij (deze moet een<br />
groep, een gemeenschap, organisatie zijn, of lokale vertegenwoordiger, dus niet enkel 1 persoon) die kan<br />
aantonen dat zijn rechten of belangen die rechtstreeks, zijn of met waarschijnlijkheid zijn, aangetast door een<br />
handeling of nalaten vd Bank ten gevolge v een falen vd Bank om zijn eigen beleid en procedures over (...) te<br />
volgen.<br />
- De Wereldbank heeft eigen interne regels die gepubliceerd worden. Wanneer de Wereldbank de aanvraag tot<br />
verstrekken <strong>van</strong> een lening beoordeeld, moet er met deze regels rekening worden gehouden.<br />
- Het Panel onderzoekt de klachten onafhankelijk zonder inmenging <strong>van</strong> buitenaf.<br />
- Dus eerst onderzoekt <strong>het</strong> Panel de ont<strong>van</strong>kelijkheid vh verzoek.<br />
- Ten tweede beoordeelt <strong>het</strong> Panel de klacht ten gronde.<br />
• bezoek ter plaatse is mogelijk indien Staat daarvoor toestemming voor geeft (wordt in meeste gevallen<br />
toegestaan, want bevordert miss toekomstige financiering)<br />
• Panel bekijkt enkel of de Wereldbank de eigen regels heeft geschonden (dus niet mbt regels v Staat)<br />
- Art. 25:<br />
Dit alles komt in een rapport, waarin <strong>het</strong> Panel aanbevelingen zal doen wat er verder moet gebeuren (vb.<br />
aanpassingen maken over <strong>het</strong> project). Er is geen sprake <strong>van</strong> schadevergoeding. Het ultieme resultaat is dat de<br />
Wereldbank zijn financiering terugtrekt.<br />
Alexander Tanguy 34
- Dit rapport gaat naar <strong>het</strong> bestuur <strong>van</strong> de Wereldbank, zij krijgen als eerste de kans om erop te reageren.<br />
- De uiteindelijke beslissing ligt bij de Raad <strong>van</strong> <strong>het</strong> Bestuur, zij kan de aanbevelingen <strong>van</strong> <strong>het</strong> panel naast zich<br />
neer leggen.<br />
• Negatief: uiteindelijk blijft de beslissingsbevoegdheid bij de Wereldbank zelf<br />
• Positief: <strong>het</strong> opent een rechtstreekse lijn tussen een internationale organisatie en individuen die schade<br />
hebben geleden door de internationale organisatie (dus erkenning dat rechtstreekse aansprakelijkheid v deze<br />
internationale organisatie mogelijk is)<br />
Alexander Tanguy 35
5.3 Voorbeeld: De Verenigde Naties<br />
- Het handvest vd Verenigde Naties bepaalt de bevoegdheden vd hoofdorganen vd VN.<br />
- Tot <strong>het</strong> systeem vd VN behoren ook:<br />
• Talrijke door de hoofdorganen opgerichte hulporganen.<br />
• De gespecialiseerde organisaties vd VN, die onafhankelijk opereren, maar met de VN een verdrag hebben<br />
afgesloten waarin zij de doelstellingen vd VN onderschrijven.<br />
D13 United Nations System Chart<br />
Hoofdorganen:<br />
Algemene Vergadering:<br />
- Algemene Vergadering begint en eindigt met een plenaire zitting.<br />
- Elke lidstaat heeft 1 stem.<br />
- Het resultaat <strong>van</strong> stemmingen is <strong>het</strong> aannemen <strong>van</strong> niet-bindende resoluties. (soft-law)<br />
- Belangrijke bevoegdheid is <strong>het</strong> vaststellen vd begroting. Hiervoor is een bijzondere meerderheid vereist.<br />
• Landen met <strong>het</strong> grootste Bbp zullen <strong>het</strong> meeste moeten bijdragen.<br />
• Dit resulteert niet in een groter aantal stemmen, maar wel meer invloed in de praktijk.<br />
• Er zijn sancties voor landen die hun bijdrage niet betalen. (worden zeer weinig gebruikt)<br />
Veiligheidsraad<br />
Internationaal gerechtshof<br />
ECOSOC (economische en sociale raad):<br />
- Ook een systeem <strong>van</strong> aan te nemen resoluties die enkel een aanbeveling inhouden.<br />
- Is een aanknopingspunt voor samenwerking tss de VN en andere internationale organisaties en NGO's.<br />
Thrustschapsraad:<br />
- Oud systeem waarbij kolonies die men onder WOII heeft verloren onder <strong>het</strong> mandaat vd VN werden gesteld.<br />
- Het idee bestaat om deze niet volledig af te schaffen omdat die toch nog mogelijkheden kan bieden. (bv<br />
Kosovo)<br />
Secretariaat vd VN:<br />
- Secretaris-Generaal: Ban Ki Moon<br />
• Deze wordt benoemd voor 5j door de Algemene Vergadering op aanraden vd Veiligheidsraad. Men probeert<br />
tot een consensus te komen.<br />
• Hij kan herkozen worden.<br />
• Interne rol: Is <strong>het</strong> hoofd vd administratie<br />
• Externe rol: S-G hebben vaak de ambitie om politiek betrokken te zijn met de overige wereldleiders<br />
Gespecialiseerde organisaties:<br />
- Hebben een eigen oprichtingsverdrag<br />
- Hebben een eigen lidmaatschap<br />
- Hebben een relationship-agreement met de VN<br />
• Hiervoor moeten ze zich akkoord verklaren met de doelstellingen vh Handvest<br />
• Er is een verplichte informatiestroom via de ECOSOC die de besluitvorming in de VN voedt<br />
• De oorspronkelijke gedachte is dat deze relationship-agreements de gespecialiseerde organisaties<br />
beschermen tegen inmenging (= mislukt). De discussies over de derde wereldlanden zijn een oorzaak <strong>van</strong><br />
politisering <strong>van</strong> deze organisaties (noord-zuid).<br />
- De Secretaris-Generaal heeft geen autoriteit over deze gespecialiseerde organisaties, hij kan dus ook niet<br />
herorganiseren. Baas <strong>van</strong> deze organisaties is de specifieke Secretaris-Generaal <strong>van</strong> elke organisatie op zich.<br />
Hulporganen (bv UNICEF):<br />
- De oorsprong <strong>van</strong> een hulporgaan is niet een Verdrag maar enkel een Resolutie <strong>van</strong> een hoofdorgaan.<br />
- Bv UNMIK is een tijdelijk hulporgaan in Kosovo opgericht door de Veiligheidsraad<br />
- Wnnr ze opgericht worden door de Algemene Vergadering zijn ze vaak voor onbepaalde duur.<br />
- Bij onderwerpen waarvoor er al een gespecialiseerde organisatie bestaat werd soms toch nog een hulporgaan<br />
opgericht door de VN (maakt <strong>het</strong> dus des te ingewikkelder)<br />
- De hoofdorganen kunnen een hulporgaan afschaffen of hervormen.<br />
Alexander Tanguy 36
6. Subjecten: Ondernemingen<br />
- Ondernemingen kunnen, in de huidige stand vh volkenrecht, geen partij worden bij internationale verdragen.<br />
- Ook <strong>het</strong> gewoonte recht wordt gedefinieerd als Statenpraktijk en rechtsovertuiging <strong>van</strong> Staten.<br />
- Het ontbreekt <strong>het</strong> klassieke volkenrecht aan technieken om <strong>het</strong> gedrag <strong>van</strong> ondernemingen rechtstreeks te<br />
regelen.<br />
- Regelgeving op internationaal vlak doet dus een beroep op:<br />
• Soft law (dit kan wel door ondernemingen worden onderschreven)<br />
• Onrechtstreekse regelgeving (verplichtingen voor staten om <strong>het</strong> gedrag <strong>van</strong> 'hun' ondernemingen te regelen)<br />
• Internationaal strafrecht (individuele aansprakelijkheid <strong>van</strong> ondernemers, eerder dan ondernemingen)<br />
- Naast <strong>het</strong> volkenrecht zijn ook <strong>het</strong> nationale recht vh gastland en vh land <strong>van</strong> oorsprong (dat dan<br />
extraterritoriaal moet worden toegepast) <strong>van</strong> belang, en zelfregulering (regelgeving door <strong>het</strong> bedrijfsleven<br />
zelf, wat de vorm kan aannemen <strong>van</strong> internationale gedragscodes).<br />
6.1 Rechten (ICSID)<br />
- Ondernemingen beroepen zich op de bescherming vh volkenrecht wnnr zij in <strong>het</strong> buitenland investeren.<br />
- De 'minimumstandaard voor vreemdelingen', en <strong>het</strong> daaraan gekoppelde diplomatieke beschermrecht (dat door<br />
staten ten voordele vd ondernemingen kan worden uitgeoefend) ontwikkelden zich eerder op internationaal<br />
niveau dan de rechten vd mens.<br />
- Intussen kunnen ondernemingen ook zelf hun rechten afdwingen tav <strong>het</strong> gastland waar zij investeren door een<br />
beroep op internationale arbitrage.<br />
- Het Internationaal Centrum voor de Beslechting <strong>van</strong> Investeringsgeschillen (ICSID) is een geïnstitutionaliseerde<br />
vorm <strong>van</strong> arbitrage tussen ondernemingen en Staten.<br />
- Inmiddels is men bereidt rechten toe te kennen aan internationale ondernemingen <strong>van</strong>uit <strong>het</strong> internationaal recht.<br />
- Stap 1 De minimumstandaard voor vreemdelingen:<br />
• Is een gewoonterechtelijk beginsel dat gericht was op buitenlandse investeerders.<br />
• Als reactie op een aantal revoluties die hadden geleid tot <strong>het</strong> nationaliseren <strong>van</strong> een aantal buitenlandse<br />
ondernemingen<br />
• De revolutionaire machten eigenden zich deze bedrijven toe om controle te krijgen over de economie<br />
• De landen <strong>van</strong> die ondernemingen stelden dat er in <strong>het</strong> internationale recht voorwaarden zijn voor <strong>het</strong><br />
nationaliseren <strong>van</strong> buitenlandse ondernemingen.<br />
• Idee vd minimumstandaard was dat landen ondernemingen mochten onteigenen maar dat dit moet in <strong>het</strong> openbaar<br />
belang en niet discriminerend en de onteigening moest gevolgd worden door een effectieve schadevergoeding<br />
(moest overeenstemmen met de werkelijke waarde vh onteigende goed).<br />
• Het juridische mechanisme ter bescherming v die minimumstandaard is <strong>het</strong> diplomatiek beschermrecht:<br />
de<br />
staat <strong>van</strong> waar de onderneming afkomstig was kan opkomen voor de belangen vd onderneming in <strong>het</strong><br />
buitenland.<br />
• Is dus niet voldoende voor internationale rechtspersoonlijkheid, want hiervoor is vereist dat men<br />
internationaal rechten heeft maar er ook zelf voor kan opkomen (wat dus niet <strong>het</strong> geval is).<br />
- Stap 2 Idee om Organen te creëren waarin de ondernemingen zelf kunnen optreden:<br />
• De ondernemingen willen dus de rechtenkant maar niet de plichtenkant vd internationale<br />
rechtspersoonlijkheid.<br />
• dit kan men verkrijgen door in een licentie op te laten nemen dat bij een geschil <strong>het</strong> int recht <strong>van</strong> toepassing<br />
is of dat een internationale rechter bevoegd is (bv arbitrage)<br />
• men spreekt vd internationalisering v contracten tss ondernemingen en staten die tot effect hebben dat in<br />
een geschil deze op een zelfde hoogte komen te staan (in deze zin hebben ondernemingen dus wel<br />
internationale rechtspersoonlijkheid, want rechten en mogelijkheid tot opkomen voor die rechten)<br />
• Inmiddels zijn er permanente internationale Arbitragehoven.<br />
Het Internationaal Centrum voor de Beslechting <strong>van</strong> Investeringsgeschillen (ICSID) is een geïnstitutionaliseerde<br />
vorm <strong>van</strong> arbitrage tussen ondernemingen en Staten.<br />
- Opgericht in internationaal verdrag in 1965, maakt institutioneel deel uit <strong>van</strong> Wereldbankgroep<br />
- De gedachte is dat <strong>het</strong> belangrijk is voor ontwikkelingslanden om buitenlandse investeerders aan te trekken<br />
- Het aanbieden <strong>van</strong> ICSID als instrument dient ervoor om de ondernemingen over de streep te trekken om toch<br />
te investeren in niet aantrekkelijke landen.<br />
Alexander Tanguy 37
- Bevoegdheid ICSID:<br />
• Staten die partij worden bij dit verdrag erkennen de bevoegdheid vh tribunaal bij een geschil<br />
• Wnnr <strong>het</strong> tribunaal bevoegd is, kan de nationale rechter niet bevoegd zijn.<br />
• Maar in een concreet geschil moet ook nog eens de instemming worden verworven vd partijen bij dat geschil<br />
om <strong>het</strong> tribunaal bevoegd te verklaren. Dit kan via 2 mogelijkheden:<br />
• BIT (internationaal-bilaterale verdrag tss staten): tussenstaatse verdragen die ICSID bevoegd verklaren.<br />
Dit betekent dat wnnr een land zo'n verdrag heeft, dat een onderneming die in dit land investeert<br />
automatisch een beroep kan doen op ICSID.<br />
• Of een clausule in een investeringsverdrag tss staat en onderneming<br />
- Toepasselijk recht:<br />
• Is <strong>het</strong> recht dat de partijen kiezen (vaak bedongen in een investeringsverdrag dat <strong>het</strong> internationale recht<br />
<strong>van</strong> toepassing is, als niets bedongen is dan past ICSID <strong>het</strong> nationale recht toe in zoverre dit overeenstemt<br />
met <strong>het</strong> internationale recht).<br />
- Uitspraak:<br />
• Wordt gelijkgesteld met een uitspraak in laatste aanleg zoals in <strong>het</strong> nationale rechtssysteem.<br />
• Men moet de mechanismen <strong>van</strong> uitvoering in <strong>het</strong> nationale recht ook ter beschikking stellen voor uitspraken<br />
<strong>van</strong> ICSID. (bv deurwaarder)<br />
• Het niet-uitvoeren <strong>van</strong> een uitspraak zal effect hebben op de reputatie vh land en moeilijkheden opleveren<br />
om leningen vd wereldbank te verkrijgen want ICSID is deel daar<strong>van</strong>!<br />
- Ondernemingen hebben een internationale rechtspersoonlijkheid in de mate dat ze bescherming genieten door<br />
<strong>het</strong> internationale recht en ze ook zelf kunnen opkomen hiervoor bij <strong>het</strong> ICSID.<br />
A15 ICSID: S. Elena VS Costa rica<br />
- Zaak in Costa Rica<br />
- Feiten:<br />
• Er is een groep <strong>van</strong> Amerikaanse investeerders die een stuk grond koopt in Costa Rica, maar die grond ligt<br />
naast een natuurpark.<br />
• Investeerdersgroep wil een bungalowpark oprichten.<br />
• Natuurpark was opgestart in nakoming <strong>van</strong> een Internationaal milieuverdrag dat de oprichting <strong>van</strong><br />
natuurparken in gebieden waar een grote bio-diversiteit is verordert.<br />
• Na een aantal jaren maar nog voor dat de werken vd investeerders waren begonnen blijkt volgens onderzoek<br />
dat <strong>het</strong> natuurpark niet groot genoeg is. Op basis hier<strong>van</strong> beslist CR om <strong>het</strong> stuk grond naast <strong>het</strong> gebied te<br />
onteigenen.<br />
• CR wilt SV betalen maar er ontstaat een geschil over de waarde vd grond.<br />
• Groep wilt CR voor ICSID brengen.<br />
• Maar er is geen contract dus er is een probleem om CR te doen aanvaarden voor de ICSID te komen.<br />
• Groep zoek daarom hulp bij de Amerikaanse regering. Er is een Amerikaanse wet die stelt dat wnnr landen<br />
Amerikaanse investeerders niet behoorlijk behandelen dat dan de vertegenwoordigers in de Internationale<br />
financiële instellingen (bv wereldbank) de instructie zullen krijgen om leningen aan die landen te blokkeren.<br />
• Hierdoor aanvaardt CR de bevoegdheid <strong>van</strong> ICSID. Er is dus een ad hoc-akkoord hierover.<br />
- Toepasselijk recht:<br />
• Hiervoor geldt wat in <strong>het</strong> ICSID verdrag staat<br />
• Is <strong>het</strong> recht dat de partijen kiezen, als niets bedongen is dan past ICSID <strong>het</strong> nationale recht toe in zoverre<br />
dit overeenstemt met <strong>het</strong> internationale recht (di internationale regels over onteigening).<br />
• ICSID stelt vast dat <strong>het</strong> Costa Ricaans recht niet strijdig is met <strong>het</strong> Internationaal recht maar concludeert<br />
uit de argumentaties vd partijen dat ze naar Internationaal recht zal oordelen.<br />
• belang (noodzakelijkheid)<br />
• niet-discriminatoir<br />
• schadevergoeding<br />
- Standaard voor compensatie:<br />
• ICSID stelt dat de onteigening rechtmatig was want was voor <strong>het</strong> publiek belang. (dit werd ook niet betwist)<br />
• ICSID stelt dat he feit dat de onteigening rechtmatig was echter geen invloed heeft op de grootte vd<br />
schadevergoeding die moet worden betaald. Ook <strong>het</strong> feit dat de oorzaak vd onteigening een verplichting was<br />
om <strong>het</strong> milieu te beschermen doet hier geen afbreuk aan.<br />
Alexander Tanguy 38
• Er is ook geen betwisting over de toepassing vh principe v 'volledige vergoeding vd eerlijke marktwaarde vh<br />
eigendom'. De betwisting gaat over de datum waarop er werd onteigend en over de waarde vh eigendom op<br />
die datum.<br />
- ICSID onthoudt zich volledig <strong>van</strong> een feitelijk onderzoek naar <strong>het</strong> argument v CR over de verplichting die ze<br />
hadden te onteigenen wegens instandhouden vd bio-diversiteit.<br />
6.2 Plichten<br />
- Er bestaat geen internationaal verdrag dat Staten toelaat er zich toe te verbinden om de plichten <strong>van</strong><br />
ondernemingen in wetgeving vast te leggen.<br />
- Wel nam de OESO niet-bindende Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen aan.<br />
- De Global Compact is een ander soft law document waarbij ondernemingen zich rechtstreeks kunnen aansluiten.<br />
- Op <strong>het</strong> gebied vd rechten vd mens, geldt de Speciale Vertegenwoordiger vd VN Secretaris Generaal voor<br />
Bedrijfsleven en Mensenrechten als aanspreekpunt.<br />
D22 VN: Global Compact documents: ten principles (2000) + note on integrity measures (2010)<br />
- Soft law document dat rechtstreeks kan worden onderschreven door ondernemingen.<br />
- Was initiatief vd vorige secretaris-generaal Kofi Annan.<br />
- Was bedoeld als een fondsenwervingsinstrument:<br />
om ook sponsering te krijgen <strong>van</strong> ondernemingen, naast de<br />
bijdragen <strong>van</strong> staten.<br />
- De gedachte was dat ondernemingen een verklaring zouden kunnen ondertekenen waarin ze een aantal<br />
beginselen onderschrijven <strong>van</strong> de VN. (beginselen dus uit andere verdragen ontleend)<br />
- Bedoeling was dat ondernemingen deze 10 principes ondersteunen, ook in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> hun bedrijfsactiviteiten.<br />
- In ruil krijgt de onderneming <strong>het</strong> gebruiksrecht vh VN Global compact logo.<br />
- Je kon echter niet naar de rechter stappen als een bedrijf 1 <strong>van</strong> deze regels niet zou nakomen, want is soft law.<br />
- Verplichte rapportering:<br />
• Als bedrijf moet je enkel rapporteren aan <strong>het</strong> secretariaat vh Global compact over hoe je de principes zult<br />
implementeren.<br />
- Is dus geen toezichtsorgaan maar enkel een incentive om een platform te maken binnen <strong>het</strong> bedrijfsleven over<br />
deze principes.<br />
- Na enkele jaren heeft <strong>het</strong> Global compact secretariaat echter een integriteitsmechanisme gemaakt:<br />
• Omdat <strong>het</strong> schadelijk zou kunnen zijn voor de reputatie vd VN als een bedrijf met <strong>het</strong> GC logo op <strong>het</strong> eerste<br />
zicht duidelijk zich niet aan deze principes houdt.<br />
• Als een onderneming niet rapporteert dan zal dit op de Global Compact website gezet worden. Als hierna nog<br />
1j voorbij gaat dan is de sanctie dat de onderneming vd lijst wordt gehaald.<br />
• Men kan klacht indienen over flagrante schendingen <strong>van</strong> die beginselen door een onderneming.<br />
• Dan komt er een tegensprekelijke procedure op gang waarbij <strong>het</strong> secretariaat probeert te mediëren tss de<br />
partijen om de zaak op te lossen.<br />
• Als een bedrijf weigert hieraan mee te werken dan kan <strong>het</strong> geschrapt worden vd lijst en mag <strong>het</strong> <strong>het</strong> GC logo<br />
niet meer gebruiken.<br />
D23 OECD guidelines for multinational enterprises<br />
- OESO niet-bindende Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen.<br />
- Doelstelling is dat deze richtlijnen er voor zorgen dat de operaties <strong>van</strong> deze ondernemingen in overeenstemming<br />
zijn met <strong>het</strong> regeringsbeleid (v <strong>het</strong> land waar men 'onderneemt'), en <strong>het</strong> wederzijds vertrouwen tussen de<br />
ondernemingen en de gemeenschappen waar ze opereren te versterken, om zo <strong>het</strong> buitenlands<br />
investeringsklimaat te verbeteren.<br />
- Concepts and principles (par 1): Het zijn richtlijnen die principes en standaarden <strong>van</strong> goede praktijken<br />
inhouden en die in overeenstemming zijn met de toepasbare wetgeving.<br />
- Gaat over onrechtstreekse regelgeving (de indirecte weg, dus richtlijnen voor staten om <strong>het</strong> gedrag <strong>van</strong> 'hun'<br />
ondernemingen te regelen)<br />
Alexander Tanguy 39
- Concepts and principles (par 3) Definitie multinationale ondernemingen: zijn meestal bedrijven die zich<br />
hebben gevestigd in meerdere landen en die zo met elkaar verbonden zijn dat ze hun operaties op verschillende<br />
wijzen kunnen coördineren.<br />
- Concepts and principles (par 7): Regeringen hebben <strong>het</strong> recht om zelf voorwaarden te stellen waaronder<br />
multinationale ondernemingen kunnen opereren in hun territorium, onderhavig aan in internationaal recht. Wnnr<br />
een multinationale onderneming onderhavig zijn aan tegenstrijdige regelgevingen v verschillende landen, dan<br />
moeten de betreffende landen als er problemen ontstaan, deze te goeder trouw in samenwerking met elkaar<br />
oplossen.<br />
- Qua toepassingsgebied veel uitgebreider dan <strong>het</strong> Global Compact.<br />
- De OESO-richtlijnen zijn extraterritoriaal <strong>van</strong> toepassing: ze hebben een wereldwijde toepassing, ze gaan<br />
mee met <strong>het</strong> bedrijf ( bv Belgisch bedrijf vestigt zich in Ecuador).<br />
- Het zijn enkel niet bindende-richtlijnen en dus geen verdrag: er is weerstand vd staten om dezelfde inhoud<br />
op te nemen in een bindende tekst.<br />
- Het is mogelijk om deze OEZO richtlijnen om te zetten in nationale wetgeving. Maar de richtlijnen verplichten<br />
de staten hier echter niet toe.<br />
- Sommige landen die een Delcredere dienst hebben (verzekering voor ondernemen in ontwikkelingslanden) bieden<br />
deze verzekering enkel aan in ruil <strong>van</strong> bekrachtiging door <strong>het</strong> bedrijf vd OESO-richtlijnen.<br />
- Toezichtsmechanisme: lidstaten hebben de verplichting om een nationaal Contactpunt op te richten, bij ons bij<br />
ministerie <strong>van</strong> Economische zaken. Dit Contactpunt moet de richtlijnen promoten bij bedrijven om ze deze te<br />
doen naleven.<br />
- Er is ook een klachtenprocedure bij dat Contactpunt indien bepaalde bedrijven deze richtlijnen niet naleven.<br />
- Bij een klacht wordt een procedure opgestart die grotendeels vertrouwelijk is, <strong>het</strong> Contactpunt brengt de 2<br />
partijen aan de tafel om tot een overleg te komen.<br />
- Contactpunten kunnen er voor kiezen om delen vd procedure publiek te maken. Belgisch nationaal contactpunt<br />
heeft de gewoonte te melden dat een zaak in behandeling is en ook hoe <strong>het</strong> is afgelopen (procedure afgesloten<br />
met of zonder akkoord). De inhoud kan enkel worden vrijgegeven indien beide partijen hiertoe instemmen.<br />
D24 Report of the Special Representative of the Secretery-General on the issue of Human Rights and<br />
Transnational Corporations and Other Business Enterprises, John Ruggie (2010)<br />
- Op <strong>het</strong> gebied vd rechten vd mens, geldt de Speciale Vertegenwoordiger vd VN Secretaris Generaal voor<br />
Bedrijfsleven en Mensenrechten als aanspreekpunt.<br />
- Centrale mensenrechten orgaan vd VN is de Mensenrechtenraad<br />
- Dit is een hulporgaan vd Algemene Vergadering vd VN. Is dus samengesteld uit Staten en niet uit deskundigen.<br />
- 1 vd experten die werd aangesteld door de secretaris-generaal is een speciale vertegenwoordiger voor<br />
mensenrechten bij ondernemingen.<br />
- Deze expert komt jaarlijks met een rapport waarbij hij probeert een conceptueel kader op te stellen over de<br />
verantwoordelijkheid vh bedrijfsleven voor mensenrechten.<br />
- De mensenrechtenraad heeft in 2008 unaniem <strong>het</strong> 'protect, respect and remedy' beleidskader aanvaard,<br />
dat door de 'Special Representative' werd voorgesteld om bedrijfs en mensenrechten uitdagingen te<br />
behandelen (ook <strong>het</strong> 'VN kader' genoemd).<br />
- Deze onderdelen zijn bedoeld als elkaar versterkende onderdelen <strong>van</strong> een dynamisch, interactief systeem om<br />
<strong>het</strong> genot <strong>van</strong> mensenrechten te verbeteren.<br />
- De Mensenrechtenraad heeft <strong>het</strong> mandaat vd 'Special Representative' verlengt tot 2011, met 2<br />
hoofdtaken: <strong>het</strong> kader operationaliseren en <strong>het</strong> te promoten.<br />
- Dit kader bestaat uit 3 delen:<br />
• State duty to protect:<br />
• De staat heeft een juridische verplichting om bescherming te bieden tegen mensenrechtenschendingen<br />
door derden, waaronder ondernemingen, door <strong>het</strong> nodige beleid, regulering, en berechting.<br />
• De staat mag dus niet enkel zelf de mensenrechten niet schenden maar ook verplichting tot bescherming.<br />
• Dit kan enkel resulteren in staatsaansprakelijkheid. (dus gn bedrijfsaansprakelijkheid).<br />
• Hij geeft 5 prioriteitsdomeinen waarop de Staat zich moet focussen zoals o.a.:<br />
• Het veiligstellen v hun eigen capaciteit om hun mensenrechtenverplichtingen na te komen<br />
• Mensenrechten in beschouwing nemen wnnr de Staat zaken doet met ondernemingen<br />
• Een beleid hebben voor ondernemingen die handelen in conflictgebieden<br />
• Corporate responsibility to respect:<br />
Alexander Tanguy 40
• Responsibility wordt hier niet gebruikt in de zin <strong>van</strong> staatsaansprakelijkheid.<br />
• Corporate responsibility to respect human rights, wat wilt zeggen dat ze moeten handelen met <strong>het</strong> idee om<br />
te vermijden dat ze anderen hun rechten zouden schenden.<br />
• Hij gebruikt de term 'responsibility to respect' ipv 'duty' om aan te tonen dat er onder <strong>het</strong> huidige<br />
internationale recht over mensenrechten, in <strong>het</strong> algemeen, geen directe juridische verplichting is voor<br />
bedrijven om deze rechten te respecteren. In <strong>het</strong> nationale recht zijn er wel verplichtingen voor<br />
bedrijven. (Hij zegt 'in <strong>het</strong> algemeen', dus <strong>het</strong> blijkt dat er uitzonderingen kunnen zijn.)<br />
• Op internationaal vlak stelt hij dat de 'responsibility to protect' v bedrijven een standaard is <strong>van</strong><br />
verwacht gedrag dat wordt erkend in zowat elk soft-law instrument dat over<br />
bedrijfsverantwoordelijkheid gaat. (dus hij zegt dat ze <strong>het</strong> eigenlijk wel zouden moeten naleven)<br />
• Access to remedy:<br />
• De Mensenrechtenraad vond dat er een verbetering moest komen in de beschikbaarheid v mechanismen<br />
die kunnen oordelen / herstel bieden aan slachtoffers <strong>van</strong> mensenrechtenschendingen door bedrijven.<br />
• De 'Special Representative' focust op 3 types: mechanismen door de bedrijven zelf opgericht, en<br />
mechanismen door de Staat, zowel juridische als niet-juridische.<br />
• Hij stelt dat Staatsmechanismen de basis moeten zijn in een breder systeem <strong>van</strong> herstel voor<br />
bedrijfsgerelateerde mensenrechtenschendingen. Maar in dit systeem kunnen bedrijfsmechanismen een<br />
eerste stadium zijn voor mogelijke oplossingen.<br />
• Hij stelt vast dat alle types v mechanismen momenteel tekortschieten.<br />
• H maakt niet uit of dit mechanisme publiekrechtelijk is of door bedrijven zelf opgericht zolang <strong>het</strong><br />
resultaat er maar is. (nl een efficiëntere beoordeling v mensenrechtenschendingen)<br />
- In zijn conclusie zegt hij dat een verbetering in 1 onderdeel automatisch een reactie en verbetering zal<br />
inhouden voor de andere onderdelen. Bv Wnnr staten beter voldoen aan hun duty to protect, zal dat<br />
vergemakkelijken dat meer bedrijven voldoen aan hun responsibility to respect...<br />
- In zijn conclusie zegt hij dat dit VN kader de basis legt voor een systeem <strong>van</strong> betere behering ivm<br />
ondernemingen en mensenrechten.<br />
Alexander Tanguy 41
7. Materieel recht: Internationale Samenwerking<br />
- Vele niet-statelijke actoren zijn grensoverschrijdend actief op <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> handel, milieu en<br />
ontwikkelingssamenwerking.<br />
- Hun invloed is vaak even belangrijk, of zelfs belangrijker dan die <strong>van</strong> Staten. Het volkenrecht tracht zich aan te<br />
passen aan deze nieuwe realiteit.<br />
7.1 Handel<br />
- In afwezigheid <strong>van</strong> verdragsverplichtingen voeren Staten <strong>het</strong> handelsbeleid dat zij wenselijk vinden.<br />
- Intussen hebben Staten echter talrijke regionale en bilaterale handelsverdragen gesloten, die de internationale<br />
handel verregaand juridiseren.<br />
- Op mondiaal vlak functioneert sinds 1 januari 1995 de Wereldhandelsorganisatie.<br />
- De WTO maakt geen deel uit vh systeem vd Verenigde Naties.<br />
- De organisatie beschikt over een geschillenbeslechtingsmechanisme met verplichte rechtsmacht.<br />
- De niet-naleving <strong>van</strong> beslissingen vd WTO Vaste Beroepscommissie kan leiden tot handelssancties.<br />
- Over de verhouding tussen internationale handelsverplichtingen en verplichtingen op <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> milieu,<br />
ontwikkeling en mensenrechten bestaat veel controverse.<br />
D16 WTO documents<br />
- Oorspronkelijke bedoeling was dat er een gespecialiseerde organisatie over handel zou zijn. Maar dit verdrag<br />
werd maar geratificeerd door 2 staten en deze organisatie is er dus nooit gekomen. 1 onderdeel v dit verdrag is<br />
wel doorgegaan (<strong>het</strong> GATT verdrag), dit sloeg op de handel in goederen waarbij men er naar streefde om de<br />
invoertarieven en andere barrieres die bestonden te verminderen.<br />
- WTO gaat dus over <strong>het</strong> aanmoedigen <strong>van</strong> staten om hun grenzen zo weinig mogelijk te gebruiken bij<br />
handel.<br />
- WTO oprichtingsverdrag (1994) is een institutioneel verdrag: je vindt er dus info in terug over de<br />
organisatie, beslissingsprocedures, geschillenbeslechtingsprocedures.<br />
- De verplichtingen die staten aangaan door dit oprichtingsverdrag zijn vastgemaakt aan dit verdrag bij wijze <strong>van</strong><br />
annex.<br />
- Annex 2 (geschillenbeslechting) en 3 (rapporteren over hoe je de WTO regels toepast in de eigen wetgeving)<br />
zijn geschillenbeslechtingsmechanisemen.<br />
- De institutionele structuur vh WTO-verdrag is <strong>van</strong> toepassing op al die annex-verdragen.<br />
- Als je partij wordt bij de WTO dan ben je verplicht partij bij alle verdragen vd annex. Dit is vooral<br />
belangrijk voor <strong>het</strong> geschillenbeslechtingsmechanisme, je kan dus niet vermijden dat je onder dit<br />
geschillenbeslechtingsmechanisme valt.<br />
• Er is dus een verplichte rechtsmacht, wat niet zo is bij <strong>het</strong> IGH.<br />
- Doel vd WTO: de WTO biedt een gemeenschappelijk institutioneel kader aan voor gedrag bij handelsrelaties<br />
tussen de Leden in zaken gerelateerd aan verdragen en geassocieerde juridische instrumenten uit de annex.<br />
- Art. IV Instellingen:<br />
• Ministeriële conferentie:<br />
met vertegenwoordigers <strong>van</strong> alle leden, samenkomst minstens 1 keer per 2j.<br />
• Algemene raad:<br />
ook samengesteld uit vertegenwoordigers <strong>van</strong> alle leden, komt samen wnnr <strong>het</strong> noodzakelijk<br />
is, kan ook optreden in <strong>het</strong> kader vd geschillenbeslechtingsprocedure en <strong>het</strong> statenrapporteringsmechanisme<br />
- Art. VI Het secretariaat:<br />
• Er is een Secretariaat vh WTO met een door de Ministeriële conferentie aangeduide Directeur-Generaal.<br />
- Art. IX De besluitvorming:<br />
• In principe beslissing bij consensus. Indien niet mogelijk wordt met stemmen gewerkt (1 per lid) met gewone<br />
meerderheid, tenzij anders beslist (bv bijzondere meerderheid).<br />
• In de praktijk is er in de WTO nog nooit gestemd. Er zijn dus maar 2 opties: ofwel beslissing bij consensus<br />
(dus wnnr er gn tegenstem is) ofwel wordt er gwn niet beslist.<br />
• Hierover gaat de discussie over <strong>het</strong> democratisch deficit in de WTO.<br />
• Green room fenomeen:<br />
er wordt vooraafgaandelijk een beslissing over alles onderhandelt om zo zeker te<br />
zijn of een voorstel er door kan geraken. De belangrijkste lidstaten worden bij de secretaris gevraagd om<br />
met elkaar reeds een akkoord te sluiten, zodat de kleinere landen dan wel zouden volgen.<br />
• De moeilijkheden vd laatste jaren om tot een besluit te komen is dat de ontwikkelingslanden zich hebben<br />
Alexander Tanguy 42
verbonden met elkaar om zo veel mogelijk voorstellen tegen te houden. Ze kunnen dus gn besluitvorming<br />
opleggen maar wel tegenhouden.<br />
• Er is de laatste jaren dus een impasse in de WTO en er is dus terug een tendens om op lagere niveaus<br />
handelsverdragen te sluiten in plaats <strong>van</strong> op <strong>het</strong> universele niveau vd WTO.<br />
- Geschillenbeslechtingsmechanisme:<br />
• Vindt je een klein stukje <strong>van</strong> terug in <strong>het</strong> oprichtingsverdrag en verder uitgewerkt in 1 vd annexen.<br />
• Elke staat die partij is bij <strong>het</strong> verdrag kan een klacht neerleggen in eerste instantie bij een panel vd WTO<br />
waarbij je argumenteert dat een andere lidstaat 1 vd verplichtingen vh WTO niet nakomt.<br />
• Panel bestaat uit 3 personen die komen uit een lijst waarbij lidstaten panelleden mogen voordragen.<br />
• Panel zal proberen te bemiddelen. Als dit niet lukt dan beslist <strong>het</strong> zelf.<br />
• Tegen deze beslissing kan je in beroep gaan bij een beroepscommissie die bestaat uit experten vh<br />
internationaal handelsrecht. Deze beslissing is dan bindend voor de Staten.<br />
• De beslissingen <strong>van</strong> deze beroepscommissie worden voorgelegd bij de Algemene Raad vd VN. Deze kan een<br />
beslissing bij consensus verwerpen. (wat nooit gebeurt want de partij die gewonnen had heeft ook een stem<br />
in de VN)<br />
- Afdwinging:<br />
• Indien de partij die verloor de beslissing niet nakomt dan kan de andere partij zich terug richten tot de<br />
Algemene Raad om handelssancties op te leggen.<br />
• De enige toets bij de tegenmaatregel is de proportionaliteit. De tegenmaatregel moet dus niet gaan over <strong>het</strong><br />
zelfde product maar <strong>het</strong> moet wel om een tegenmaatregel in <strong>het</strong> gebied vd handel gaan.<br />
- De vaste beroepscommissie is dus een sterker orgaan waarbij de staten minder soeverein zijn dan bij de<br />
Veiligheidsraad.<br />
- Controverse bij de WTO:<br />
• Democratisch deficit<br />
• De vraag of WTO regels en besluiten binnen <strong>het</strong> geschillenbeslechtingsmechanisme geen negatieve impact<br />
hebben op andere domeinen vh internationaal recht (bv milieu, mensenrechten).<br />
• De vaste beroepscommissie kijkt voor hun oordeel enkel naar WTO-regels (self-contained regime) en kan<br />
enkel kijken naar andere regelgeving in de mate dat <strong>het</strong> WTO-verdrag hiernaar verwijst.<br />
• Dit is <strong>het</strong> probleem <strong>van</strong> fragmentering vh internationaal recht<br />
• bv wij voeren beperkingen in tegen invoer <strong>van</strong> tonijn uit landen die vis <strong>van</strong>gen met netten die ook schade<br />
toebrengen aan bedreigde diersoorten, maar als hier een geschil over komt bij de WTO zullen die hierover<br />
oordelen in de mate dat <strong>het</strong> WTO verdrag verwijst naar een evt milieuverdrag hierover<br />
• Mensenrechtenverenigingen argumenteren <strong>van</strong>uit de hiërarchie:<br />
de mensenrechtenverdragen gaan voor de<br />
WTO-regels (maar eigenlijk is er geen hiërarchie), dus als ius-cogens regelgeving.<br />
- Een waiver p344:<br />
• Ging over conflictdiamanten (komen uit gebieden onder controle <strong>van</strong> rebellengroepen)<br />
• Men wou een certificatiesysteem voor de diamantenhandel invoeren.<br />
• De Algemene Vergadering en de Veiligheidsraad hadden beide hun goedkeuring verleend aan dit idee bij wijze<br />
<strong>van</strong> resolutie.<br />
• Zo'n regeling staat wel op gespannen voet met de WTO-regels, want is een handelsbarrière.<br />
• De landen die dit voorstelden hebben <strong>het</strong> daarom voorgelegd aan de Algemene Raad vd WTO.<br />
• Algemene Raad (in hoedanigheid <strong>van</strong> raad die controleert op de naleving vh GATT-verdrag besliste<br />
hierover):<br />
• Een tijdelijke vrijstelling aan de landen die daarom vragen een dergelijk certificatiesysteem toe te passen.<br />
• Waivers zijn altijd maar tijdelijk <strong>van</strong> toepassing maar verlengen kan mits goedkeuring.<br />
• In de literatuur zegt men dat de Staten zich ook hadden kunnen beroepen op art. 103 vh Handvest: 'de<br />
artikelen vh handvest gaan voor op andere verdragen'. (dus ook de bescherming v mensenrechten)<br />
• De staten die de waiver hebben gemaakt zijn echter vaak voorstander vd WTO en willen de discussie over<br />
<strong>het</strong> hiërarchie-argument uit de weg gaan uit schrik dat ook andere landen deze redenering zouden volgen.<br />
Alexander Tanguy 43
7.2 Ontwikkelingssamenwerking<br />
- Er zijn geen algemeen geldende volkenrechtelijke definities <strong>van</strong> ontwikkeling of ontwikkelingsland.<br />
- Organisaties/Verdragen hanteren verschillende definities naar gelang hun mandaat.<br />
- Een definitie kan wel juridische consequenties hebben: zo kunnen bv ontwikkelde landen geen leningen<br />
afsluiten bij de Wereldbank.<br />
- Verscheidene verdragen maken ook onderscheid op <strong>het</strong> gebied vd verplichtingen <strong>van</strong> ontwikkelde en<br />
ontwikkelingslanden. (Gedifferentieerde verantwoordelijkheid)<br />
- Op <strong>het</strong> terrein vd ontwikkelingssamenwerking komt he volkenrecht tot nu toe niet verder dan niet-bindende<br />
verklaringen.<br />
- Alle documenten waarin sprake is <strong>van</strong> een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid vd internationale<br />
gemeenschap om aan armoedebestrijding te doen hebben een soft law karakter.<br />
- Staten zijn tegen verplichtingen op <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> ontwikkelingssamenwerking. Want dit zou afbreuk doen aan<br />
de soevereiniteit aangezien er dan ook een toezichtsmechanisme zou moeten zijn op de geldtransfers.<br />
- D17 en D18 zijn resoluties vd VN (dus soft law)<br />
D17 UN Millennium Declaration (resolutie <strong>van</strong> 2000)<br />
- Is een resolutie dus Soft law.<br />
- Waarden en principes:<br />
• Collectieve verantwoordelijkheid voor de principes vd menselijke waardigheid, gelijkheid en dit geldt ook als<br />
plicht, vooral tov de meest zwakke en kwetsbare personen, en vooral kinderen. (als dit in een verdrag zou<br />
staan, dan zouden alle ontwikkelde landen hiertegen stemmen)<br />
• Bevestiging vd verbintenis aangegaan bij <strong>het</strong> Handvest vd VN.<br />
• Vrede in de wereld volgens de principe vh Handvest.<br />
• Verzekeren dat de globalisatie een positieve kracht is voor alle volkeren in de wereld.<br />
• Er zijn een aantal fundamentele waarden essentieel voor internationale relaties: vrijheid, gelijkheid,<br />
solidariteit, tolerantie, respect voor de natuur, gedeelde verantwoordelijkheid.<br />
- Om deze waarden om te zetten in praktijk identificeert de verklaring vervolgens een aantal<br />
sleuteldoelstellingen:<br />
• Vrede, veiligheid en ontwapening:<br />
oa <strong>het</strong> versterken vd VN bij conflictsituaties en vredesmissies.<br />
• Ontwikkeling en armoedebestrijding:<br />
In paragraaf 19 worden voor de eerste keer een aantal doelstellingen<br />
aangenomen die tegen 2015 verwezenlijkt moeten worden, oa <strong>het</strong> halveren vh aantal mensen wiens inkomen<br />
minder dan 1 dollar is per dag en vd hoeveelheid mensen die honger lijden.<br />
• Men speelt eigenlijk vals want men vergelijkt 2015 met 1990 en dus niet met 2000. Terwijl in die periode<br />
landen zoals India en China veel zijn gegroeid.<br />
• Bescherming <strong>van</strong> ons gemeenschappelijk milieu:<br />
oa samenwerking verbeteren tegen de effecten rampen door<br />
de mens en natuurrampen.<br />
• Mensenrechten, democratie en goed beleid:<br />
oa <strong>het</strong> verzekeren vd persvrijheid.<br />
• De kwetsbare beschermen:<br />
oa ratificatie en implementatie vh Verdrag vd Rechten vh Kind promoten.<br />
• Aandacht besteden aan de speciale noden <strong>van</strong> Afrika:<br />
oa steun geven aan de politieke en institutionele<br />
structuren <strong>van</strong> opkomende democratieën in Afrika.<br />
• De Verenigde Naties versterken:<br />
oa <strong>het</strong> IGH sterker maken.<br />
- Die prioriteitenlijst geldt ook voor de landen intern in hun nationale beleid. Die landen moeten dus niet enkel<br />
steunen op internationale middelen, welke eerder in additie moeten worden gezien op de eigen interne uitgaven<br />
die op zich moeten voldoen aan de doelstellingen.<br />
D18 UN Declaration Right to Development (resolutie <strong>van</strong> 1986)<br />
- Is een resolutie dus Soft law.<br />
- Dateert uit een tijd dat de ontwikkelingslanden argumenteerde dat <strong>het</strong> mensenrechtendiscours onvolledig was.<br />
Hun argumentatie was dat elk individueel mens recht heeft op ontwikkeling.<br />
- Soort compromis tss wat ontwikkelingslanden wilden en de tegenstand tegen dit concept.<br />
- Art. 1: Recht op ontwikkeling is een onvervreemdbaar mensenrecht.<br />
- Art. 2: De menselijke persoon is <strong>het</strong> centrale subject <strong>van</strong> ontwikkeling en zou de actieve participant en ook<br />
begunstigde moeten zijn vh recht op ontwikkeling.<br />
Alexander Tanguy 44
- Art. 3: Ten eerste ligt de verantwoordelijkheid voor de creatie v nationale en internationale omstandigheden<br />
ten goede vd realisatie vh recht op ontwikkeling bij de Staten zelf.<br />
• Staten moeten hiertoe ook samenwerken in overeenstemming met <strong>het</strong> Handvest.<br />
- Art. 4: Staten hebben de plicht de nodige stappen te nemen voor de realisatie vh recht op ontwikkeling. (dus<br />
soft law achtig uitgedrukt)<br />
• Er moet een snellere ontwikkeling worden gepromoot voor ontwikkelingslanden.<br />
• Naast de inspanning vd ontwikkelingslanden zelf moet er ook internationale samenwerking zijn om sneller tot<br />
resultaat te komen.<br />
- Art. 5: Staten moeten resolute stappen ondernemen om grootschalige en flagrante schendingen vd rechten <strong>van</strong><br />
volkeren en mensenrechten te elimineren.<br />
- Art. 6: Staten moeten samenwerking om respect voor mensenrechten en fundamentele vrijheden voor iedereen<br />
te promoten en te versterken.<br />
• Alle mensenrechten en fundamentele vrijheden zijn onscheidbaar en moeten gelijke aandacht krijgen. (dus<br />
niet bv civiele en politieke rechten boven economische en sociale, culturele rechten prefereren)<br />
- Art. 7: Alle staten moeten internationale vrede en veiligheid promoten en behouden, oa door ontwapening<br />
onder effectieve internationale controle.<br />
Alexander Tanguy 45
7.3 Milieu<br />
- Het uitgangspunt vh internationale milieurecht was de aansprakelijkheid v Staten voor grensoverschrijdende<br />
schade.<br />
- Sinds de jaren 70' wordt de bescherming vh milieu echter steeds meer gezien als een gemeenschappelijke<br />
verantwoordelijkheid vd internationale gemeenschap.<br />
- Soft law documenten evolueerden tot raamverdragen en daarna tot verdragen met specifieke afspraken en<br />
toezichtmechanismen.<br />
- Geschillen over <strong>het</strong> milieurecht komen recent vaker aan bod in de rechtspraak vh IGH, al wordt ook gepleit voor<br />
de oprichting <strong>van</strong> een gespecialiseerd internationaal milieuhof.<br />
A13 IGH: Gabcikovo-Nagymaros project (Hongarije VS Slowakije) (1997)<br />
- Hongarije en toen nog Tsjecho-Slowakije sluiten in 1977 een verdrag over de bouw <strong>van</strong> een dam.<br />
- Dit verdrag bevat ook regels tegen de vervuiling vd rivier door die dam en ook regels om de natuurlijke<br />
omgeving rondom die dam zoveel mogelijk in stand te houden.<br />
- Na <strong>het</strong> uiteenvallen <strong>van</strong> Tsjecho-Slowakije wenst Hongarije terug te komen op de beslissing om de dam te<br />
bouwen (1989).<br />
- Ze stellen dat de ecologische gevolgen vd dam werden onderschat door <strong>het</strong> regime (hun voorgangers, een<br />
communistisch regime) dat <strong>het</strong> verdrag had gesloten.<br />
- H moet dus aanvoeren dat er uitzonderlijke redenen zijn om <strong>het</strong> verdrag niet uit te voeren:<br />
• H stelt dat er dus een 'staat <strong>van</strong> noodzaak' was waardoor ze de bouw vd dam niet moesten uitvoeren,<br />
waartoe ze wel de verplichting hadden volgens <strong>het</strong> verdrag in 1977 aangegaan.<br />
• H stelt dat er een 'fundamentele verandering <strong>van</strong> omstandigheden' heeft plaatsgevonden, waaronder<br />
veranderingen <strong>van</strong> politieke aard, en nieuwe kennis over <strong>het</strong> milieu en ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe normen en<br />
voorschriften in <strong>het</strong> internationaal milieurecht.<br />
- IGH stelt dat de omstandigheden door H genoemd niet v die aard zijn dat ze de verplichtingen die nog moeten<br />
worden uitgevoerd onder <strong>het</strong> verdrag radicaal zouden transformeren. Een fundamentele verandering <strong>van</strong><br />
omstandigheden moet onvoorzienbaar zijn geweest.<br />
- Er wordt voor de 1e maal in een arrest erkend dat ook milieubelangen tot <strong>het</strong> essentieel belang <strong>van</strong> een staat<br />
kunnen behoren.<br />
- IGH vindt dat de argumenten voor <strong>het</strong> niet-uitvoeren vh verdrag niet goed genoeg zijn.<br />
- IGH stelt wel dat de partijen opnieuw moeten onderhandelen over <strong>het</strong> verdrag en de gevolgen hier<strong>van</strong> voor <strong>het</strong><br />
milieu, wegens de evolutie in <strong>het</strong> milieurecht en de nieuwe wetenschappelijke inzichten sinds 1977.<br />
- IGH stelt dat <strong>het</strong> niet aan hun is om te bepalen wat de uitkomst zal zijn <strong>van</strong> deze nieuwe onderhandelingen. Het<br />
Hof verwijst er wel naar dat partijen onder de verplichting staan om zo te handelen dat de onderhandelingen<br />
betekenisvol kunnen verlopen, wat niet <strong>het</strong> geval is als 1 v hen niet wil denken over een aanpassing vh verdrag.<br />
- IGH pleit dus voor een evolutieve interpretatie vh damverdrag die rekening houdt met de stijgende<br />
erkenning vh milieu in <strong>het</strong> internationaal recht.<br />
D19 Verklaring <strong>van</strong> Rio over milieu en ontwikkeling (1992)<br />
- Soft law tekst die echter wel reeds veel impact heeft gehad<br />
- Men heeft geprobeerd een lijst <strong>van</strong> algemene beginselen te maken die voor <strong>het</strong> milieurecht kunnen gelden die ze<br />
dan zullen uitwerken in concrete verdragen die dan wel juridisch bindend zijn en die te maken hebben met<br />
specifieke onderwerpen waarop die beginselen dan kunnen worden toegepast.<br />
• Bv D20 en 21 zijn gebaseerd op deze beginselen<br />
- Principe 1: Mensen zijn de belangrijkste zorg bij duurzame ontwikkeling.<br />
• Duurzame ontwikkeling slaat erop dat ontwikkeling <strong>van</strong> nu niet ten koste mag gaan <strong>van</strong> ontwikkelingskansen<br />
<strong>van</strong> volgende generaties.<br />
- Principe 2: Staten hebben <strong>het</strong> soevereine recht om hun eigen rijkdommen te exploiteren strevend naar hun<br />
eigen milieu en ontwikkelingsbeleid. Ze hebben de verantwoordelijkheid om er voor te zorgen dat de activiteiten<br />
op hun grondgebied of onder hun jurisdictie geen schade veroorzaken aan <strong>het</strong> milieu <strong>van</strong> andere Staten of aan<br />
gebieden buiten hun nationale jurisdictie.<br />
- Principe 3: Het recht op ontwikkeling moet zo vervuld worden dat <strong>het</strong> beantwoordt aan de ontwikkelings- en<br />
Alexander Tanguy 46
milieunoden vd huidige en toekomstige generaties.<br />
- Principe 7: Staten zullen samenwerken om de toestand en integriteit vh ecosysteem te behouden, beschermen<br />
en herstellen. Staten hebben een gemeenschappelijke maar gedifferentieerde verantwoordelijkheid, de<br />
ontwikkelde landen erkennen de verantwoordelijkheid die ze dragen.<br />
- Principe 13: Staten zullen wetgeving ontwikkelen aangaande <strong>het</strong> vergoeden <strong>van</strong> slachtoffers <strong>van</strong> <strong>van</strong> vervuiling<br />
en andere milieuschade.<br />
- Principe 15: Staten zullen <strong>het</strong> voorzorgsbeginsel toepassen naargelang hun mogelijkheden. Dit is de gedachte<br />
dat de wetenschappelijke onzekerheid vd milieu-impact <strong>van</strong> een bepaalde interventie geen argument is om<br />
vooraf niet aan voldoende risico-inschatting te doen.<br />
- Principe 16: De nationale overheden moeten systemen ontwikkelen die de ultieme verantwoordelijk leggen bij<br />
diegene die daadwerkelijk de schade heeft veroorzaakt. De vervuiler betaalt (bv bedrijf, privé-persoon).<br />
- Principe 17: Er moet aan milieu-effectenrapportage worden gedaan, voorafgaandelijk elke activiteit die<br />
mogelijk schadelijke gevolgen heeft voor <strong>het</strong> milieu, en die vatbaar is voor een beslissing door een bevoegde<br />
nationale autoriteit. Maar die rapportage moet echter wel op nationaal niveau gebeuren.<br />
- Principe 18: Staten moet onmiddellijk andere Staten inlichten in geval <strong>van</strong> natuurrampen of andere<br />
noodgevallen die mogelijk gevolgen kunnen hebben voor <strong>het</strong> milieu v die Staten.<br />
D20 VN Raamverdrag over Klimaatverandering (1992)<br />
- Juridisch bindend verdrag<br />
- Raamverdrag: is een instrument typisch voor <strong>het</strong> internationaal milieurecht, de idee is dat je zegt dat je een<br />
platform (hier conferentie) maakt dat als opdracht krijgt om specifieke regels uit te werken op <strong>het</strong> terrein<br />
waarop <strong>het</strong> raamverdrag <strong>van</strong> toepassing is.<br />
- Het raamverdrag legt <strong>het</strong> principe vast dat men de uitstoot v broeikasgassen wil reduceren.<br />
- Art. 2: Doelstellingen: Het stabiliseren vd broeikasgassen in de atmosfeer tot een niveau dat geen gevaar<br />
meer vormt voor <strong>het</strong> klimaat. (deze doelstellingen resulteren in D21)<br />
- Art. 4: Er is een gemeenschappelijke maar gedifferentieerde verantwoordelijkheid voor de lidstaten.<br />
• Er zijn soms verschillende regelingen naargelang een Staat is opgenomen in annex 1 of annex 2 of niet is<br />
opgenomen in een annex.<br />
• Zo moeten bv de ontwikkelde landen uit annex 2 hulp bieden aan ontwikkelingslanden die zeer gevoelig zijn<br />
voor de effecten <strong>van</strong> klimaatverandering.<br />
- Art. 7: Er wordt een Conferentie vd Leden opgericht. Deze zal de implementatie vh Verdrag en elk juridisch<br />
instrument dat de Ledenconferentie aanneemt regelmatig controleren.<br />
- Art. 24: Er kunnen geen voorbehouden worden gemaakt op dit Verdrag.<br />
D21 Kyoto Protocol to the UN Framework Convention on Climate Change (1997)<br />
- 5j na <strong>het</strong> Raamverdrag is men er klaar voor om echte regels te maken hierover.<br />
- Protocol: <strong>het</strong> sluit aan bij een eerder gesloten verdrag. Het heeft een beperkte levensduur (in casu tot 2012).<br />
Hierdoor moet men <strong>het</strong> raamverdrag niet telkens amenderen maar men laat <strong>het</strong> als kader bestaan.<br />
- De bedoeling is dat er in 2012 een nieuw protocol zal worden aangenomen. Het basisverdrag blijft dus altijd<br />
bestaan maar telkens nieuwe protocollen.<br />
- Kyoto protocol is gebaseerd op gemeenschappelijke maar gedifferentieerde verantwoordelijkheid.<br />
• Alle landen die ratificeren en anderzijds de annex-1 landen (deze hebben specifieke beperkingen) (dit is de<br />
differentiëring)<br />
• Op de annex-1 landen is art. 3 <strong>van</strong> toepassing:<br />
zij verbinden zich ertoe om hun uitstoot te verlagen tegen<br />
2008 met gemiddeld 5%<br />
• Alle andere landen zijn enkel gebonden door art. 10: wat betekent dat ze beleid moeten ontwikkelen dat erop<br />
gericht is om hun uitstoot te verminderen en dat ze op de eerste plaats moeten beginnen met <strong>het</strong> verzamelen<br />
<strong>van</strong> informatie over de uitstoot in hun land en dan plannen moeten maken voor de toekomst.<br />
• Dus grote discussie over welke landen tot welke categorie moeten behoren: enkel de traditionele<br />
industrielanden behoren tot annex-1, maar de nieuwe groeilanden (bv china) behoren niet tot annex-1 en<br />
hebben dus geen echte procentuele verplichtingen.<br />
- Ontwikkelingslanden moeten niet alleen minder doen maar ze moeten via <strong>het</strong> 'trade-development' system<br />
ook steun krijgen vd industrielanden.<br />
• Industrielanden kunnen de uitstoot verminderen in eigen land en de kost daar<strong>van</strong> doorrekenen aan de<br />
consument<br />
Alexander Tanguy 47
• Of percentage bereiken door initiatieven te nemen in ontwikkelingslanden.<br />
- In <strong>het</strong> protocol zelf staat niets over naleving, een akkoord hierover is pas later gekomen. Hierbij werd<br />
een compliance committee opgericht, dat nagaat of de landen voldoen aan hun verplichtingen.<br />
• Een niet gerealiseerde verplichting wordt toegevoegd aan volgende periode + extra verplichting om 30%<br />
extra uitstoot te verminderen, maar dan moet er wel een opvolgend protocol zijn<br />
- Momenteel bestaat er onenigheid over de criteria om te bepalen welke landen extra moeten 'bezuinigen'<br />
- Met welke criteria kan je allemaal rekening houden?<br />
• Capacity to pay:<br />
differentiëren obv de middelen die landen hebben op dit moment om bij te dragen tot een<br />
internationale inspanning gericht op <strong>het</strong> voorkomen vd negatieve gevolgen v klimaatverandering (bv BBP)<br />
• Kijken naar de bijdrage die landen op dit moment leveren tot vervuiling vh milieu, dus wie meer schade<br />
verwekt moet een grotere inspanning leveren (bv zou slecht zijn voor india en china, want industrialisatie)<br />
• Historisch aandeel in de totstandkoming vh milieuprobleem:<br />
dan redeneert men dat een stuk vd aangerichte<br />
schade reeds onomkeerbaar is<br />
• Balans tss milieu en economische ontwikkeling:<br />
dan wil men niet dat de milieuverplichtingen v die aard zijn dat<br />
ze de economische ontwikkeling v die landen te veel belemmeren (of bv mag niet ten koste gaan vd<br />
armoedebestrijding/basisbehoefte voorziening)<br />
• Dringende noden:<br />
kijken naar de landen die zeer kwetsbaar zijn voor de gevolgen v klimaatverandering, bv<br />
door stijging vh zeeniveau, hierdoor dragen ze een onevenredige last.<br />
- Naargelang <strong>het</strong> criteria komt men dus tot zwaardere verplichtingen/lasten voor een bepaalde categorie v<br />
landen.<br />
- Art. 25: bevat een clausule over <strong>het</strong> <strong>van</strong> kracht worden vh Verdrag: Dit gebeurt enkel indien <strong>het</strong><br />
geratificeerd wordt door 25 staten waaronder voldoende staten onder annex-1, nl een hoeveelheid <strong>van</strong> staten<br />
die samen instonden voor 55% vd emissie <strong>van</strong> broeikasgassen in 1990.<br />
• om concurrentievervalsing tss industrielanden te voorkomen<br />
• uiteindelijk werd de doelstelling behaald doordat Rusland partij is geworden (VS nog niet)<br />
A14 IGH: Pulp Mills on the River Uruguay (Argentinië VS Uruguay)<br />
- Werd reeds besproken ivm de bevoegdheid vh IGH (p. 13)<br />
- In dat 'rivierverdrag' werd ook een bilaterale commissie opgericht (CARU). De bevoegdheid hier<strong>van</strong> is dat<br />
wnnr landen een handeling stellen met mogelijke negatieve impacten voor <strong>het</strong> milieu, men dit moet melden, en de<br />
gemengde commissie zal hier dan op toekijken.<br />
- Feiten:<br />
• U ging contract aan met Spaans en Fins bedrijf die licentie krijgen om de bouw <strong>van</strong> zo'n papiermakende<br />
fabriek te realiseren.<br />
• A zegt dat de bouw een negatieve impact gaat hebben op de toeristische sector. Er komt protest tegen de<br />
bouw, de protesten nemen ook de vorm aan v blokkades op de bruggen over de rivier 'Uruguay'.<br />
- Interessante aan dit arrest is dat <strong>het</strong> Hof een aantal beginselen uit de Verklaring v Rio (1992) tot<br />
gewoonte verheft.<br />
• Het voorzorgsbeginsel (beginsel 15 in RIO)<br />
• en <strong>het</strong> beginsel vd verplichting om aan milieu-effecten raportage te doen (beginsel 17 in RIO).<br />
- De Argentijnen roepen beide beginselen in ter ondersteuning v hun argumenten.<br />
- A stelt dat U tekort is geschoten in hun meldingsplicht aan CARU (bilaterale commissie), want ze hadden al<br />
een licentie verstrekt aan bedrijven alvorens te communiceren met de CARU-commissie.<br />
• IGH stelt dat <strong>het</strong> voorzorgsbeginsel een Staat verplicht om bij activiteiten die mogelijke milieuschade<br />
kunnen veroorzaken alle nodige maatregelen te nemen die erop gericht zijn om die mogelijke schade te<br />
voorkomen. (in RIO staat dat ook wnnr <strong>het</strong> wetenschappelijk niet bewezen is dat die gevolgen er zullen zijn,<br />
dat je toch maatregelen moet nemen)<br />
• IGH stelt dat dit dus inderdaad een schending is vh Rivierverdrag. Want juist door de meldingsplicht aan<br />
CARU konden beide partijen hun verplichtingen door <strong>het</strong> voorzorgsbeginsel nakomen.<br />
- A stelt dat <strong>het</strong> voorzorgsbeginsel in een zaak zoals deze een omkering vd bewijslast teweegbrengt. Want<br />
<strong>het</strong> is duidelijk dat de fabrieken een risico inhouden om schadelijke gevolgen teweeg te brengen. Dus is <strong>het</strong> aan<br />
U om aan te tonen dat er gn schadelijke gevolgen zijn of dat ze de nodige voorzorgsmaatregelen hebben<br />
genomen. Het is dus niet aan ons (A) om te bewijzen dat er schadelijke gevolgen kunnen zijn.<br />
• IGH gaat hier niet mee akkoord.<br />
(zelfde gevolg als bij Bosnie vs servie) Het is de partij die een klacht<br />
neerlegt die <strong>het</strong> bewijsmateriaal moet leveren om hun klacht te ondersteunen. De verantwoordelijkheid ligt<br />
Alexander Tanguy 48
ij de partijen (passieve houding vh Hof geldt ook in milieuzaken). IGH stelt dat men <strong>het</strong> voorzorgsbeginsel<br />
niet zo centraal kan stellen dat de procedure zou moeten veranderen.<br />
- U had wel milieu-effecten rapport gemaakt, maar A stelt dat de kwaliteit hier<strong>van</strong> onvoldoende was.<br />
• IGH stelt dat partijen bij een verdrag inhoud vatbaar voor evolutie kunnen opnemen zodat er kan worden<br />
gekeken naar de evoluties in <strong>het</strong> milieurecht. Het Hof doet dus een beroep op een evolutieve interpretatie,<br />
zodat men <strong>het</strong> rivierverdrag v 1975 moet interpreteren in <strong>het</strong> licht vd nieuwe ontwikkelingen in <strong>het</strong><br />
milieurecht.<br />
• IGH:<br />
Het Verdrag moet gelezen worden in <strong>het</strong> licht vd statenpraktijk: er is inmiddels op gewoonterechtelijke<br />
basis een verplichting tot stand gekomen dat staten een milieueffecten rapportage moeten doen wnnr ze<br />
activiteiten overwegen die mogelijke milieuschade kunnen teweegbrengen voorafgaand de aan<strong>van</strong>g vh project.<br />
(Hof verheft milieueffecten rapportage tot een Statenpraktijk)<br />
• IGH stelt dat er in <strong>het</strong> Rivierverdrag of in <strong>het</strong> Internationaal Recht in <strong>het</strong> algemeen geen kwalitatieve eisen<br />
worden gesteld aan zo'n rapportage. Het is aan de Staat zelf om te bepalen welke inhoud deze rapportage<br />
moet bevatten. Het Hof kan hier dus niet over oordelen.<br />
• Bijna alle europese landen hebben wel al een verdrag gesloten over zo'n kwaliteitseisen, maar U is hier geen<br />
partij bij.<br />
- Dissenting opinion:<br />
• Discussie over de vraag of <strong>het</strong> IGH deze vragen wel aankan, want <strong>het</strong> gaat om wetenschappelijk moeilijke<br />
zaken.<br />
• Beide partijen namen deskundigen mee, die elkaar tegenspraken. IGH stelt dat ze <strong>het</strong> betreuren dat die<br />
experten zijn opgenomen in de delegaties voor <strong>het</strong> Hof ipv als getuigen die ook door de tegenpartij kunnen<br />
worden ondervraagd. Nu is er geen tegensprekelijk debat tss de experten.<br />
• In dissenting opinion zeggen 2 rechters dat er de mogelijkheid bestaat dat <strong>het</strong> Hof zelf deskundigen<br />
oproept en dus actief experten kan aanstellen die <strong>het</strong> IGH kunnen adviseren.<br />
- In de commentaren op dit arrest is er ook voor gepleit dat gezien de groeiende aandacht voor miliekwesties<br />
<strong>het</strong> miss beter is om een gespecialiseerde milieurechtbank op te richten. (bv gemengd juristen-wetenschappers)<br />
Nadeel hier<strong>van</strong> is dat er dan weer een verdere fragmentering is (zoals bij WTO), die rb zal wss minder goed<br />
andere belangen in beraad nemen.<br />
- Uitslag vh arrest: Bouw v fabrieken moet uiteindelijk niet gestopt worden. De vaststelling dat U zijn<br />
procedurele verplichtingen niet is nagekomen volstaat volgens <strong>het</strong> IGH.<br />
Alexander Tanguy 49
8. Subjecten: Niet-gouvernementele Organisaties<br />
- Over 'niet-gouvernementele organisaties' bestaat geen algemeen geldende internationale definitie.<br />
- Internationale organisaties definiëren NGO's in functie <strong>van</strong> hun doelstellingen.<br />
- In de VN kunnen NGO's deelnemen aan de werkzaamheden wnnr ze aan een aantal voorwaarden voldoen.<br />
- NGO's vallen in beginsel onder <strong>het</strong> nationale recht, zelfs al zijn ze grensoverschrijdend georganiseerd.<br />
- a) Uitzonderlijk kunnen NGO's optreden als procespartij in internationale geschillenregelingen (bv bij <strong>het</strong><br />
EHRM).<br />
• Nl wnnr ze slachtoffer zijn in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> mensenrechtenschendingen.<br />
• Ze kunnen ook gebruik maken <strong>van</strong> arbitrage maar dan moet de andere partij ntrlk ook toestemmen tot<br />
arbitrage.<br />
- b) Soms kunnen NGO's optreden als vriend vh Hof in internationale geschillenregeling.<br />
• Een vriend vh Hof is iemand die belang heeft bij de zaak, en de toestemming vraagt om een verklaring te<br />
geven aan <strong>het</strong> Hof, welke verklaring <strong>het</strong> Hof dan kan betrekken in de besluitvorming.<br />
• Deze vriend is niet partijdig maar geeft een verklaring <strong>van</strong>wege een ander belang dan datgene wat door de<br />
partijen wordt verdedigd.<br />
• Kan bv bij de WTO, EHRM, Internationaal Strafhof, ICSID<br />
- c) NGO's kunnen beperkt deelnemen aan besluitvorming binnen internationale organisaties.<br />
- d) NGO's kunnen akkoorden sluiten waarop <strong>het</strong> volkenrecht <strong>van</strong> toepassing is.<br />
- Een aantal NGO's sloten zich aan bij internationale gedragscodes (zelfregulering) waarin zij verplichtingen mbt<br />
hun werking aanvaarden.<br />
D25 ECOSOC Resolution on Consultative Relationship between the UN and NGO's (1996)<br />
Algemeen:<br />
- Art. 71 Handvest VN: De ECOSOC Raad mag regelingen maken voor consultatie bij NGO's die zich<br />
bezighouden met materies waarvoor de ECOSOC Raad bevoegd is.<br />
- Als NGO kan je deze consultatieve status aanvragen onder de voorwaarden bepaalt in deze resolutie.<br />
- In deze resolutie wordt onder een NGO verstaan: een organisatie met een representatieve structuur, met de<br />
nodige mechanismen voor toerekenbaarheid <strong>van</strong> zijn leden, met effectieve controle over <strong>het</strong> beleid en de<br />
handelingen via een democratisch proces, en die niet is opgericht door een regering of een overeenkomst tss<br />
regeringen.<br />
- Deze status wordt verleend om de ECOSOC Raad of 1 <strong>van</strong> zijn organen toegang te verlenen tot de expertise v<br />
deze organisaties die speciale kennis hebben over <strong>het</strong> onderwerp waarvoor de Consultatieve relationship werd<br />
gemaakt; en om internationale, regionale, subregionale en nationale organisaties die belangrijke delen vd<br />
publieke opinie vertegenwoordigen toe te laten hun mening te geven.<br />
- Deze regeling mag de Raad echter niet overbelasten of deze doen transformeren <strong>van</strong> een lichaam voor<br />
coördinatie <strong>van</strong> beleid en actie in een algemeen forum voor discussie.<br />
Voorwaarden:<br />
<strong>1.</strong> doelstellingen vd VN onderschrijven.<br />
2. een expertise/deskundigheid kunnen verschaffen die nuttig is voor de VN.<br />
3. een representatieve structuur hebben. Intern democratisch georganiseerd zijn.<br />
4. een hoofdkwartier hebben en een verantwoordelijke.<br />
5. De NGO mag niet opgericht zijn door een regering.<br />
• Probleem zijn echter de GONGO's: dit zijn NGO's opgericht door een regering zodat deze invloed zou<br />
kunnen hebben in de niet-gouvernementele wereld.<br />
6. De NGO's moeten hoofdzakelijk gefinancierd zijn door eigen middelen (door eigen leden)<br />
• Als er vrijwillige bijdragen zijn dan moet de hoeveelheid en de schenker bekend worden gemaakt aan de<br />
Commissie voor NGO's.<br />
• Als er een bijdrage is door een regering dan moet de NGO hier transparant over zijn en dit melden aan de<br />
Commissie voor NGO's via de Secretaris-Generaal.<br />
Verschillende soorten statussen:<br />
- Naargelang <strong>het</strong> doel en de activiteiten <strong>van</strong> een NGO kan <strong>het</strong> een Algemene consultatieve status of een Speciale<br />
consultatieve status krijgen.<br />
- Een NGO die geen <strong>van</strong> beide heeft kan toch nog op een lijst worden gezet (<strong>het</strong> Roster), en kunnen ook voor<br />
consultatie beschikbaar zijn op vraag vd Raad of 1 <strong>van</strong> zijn organen.<br />
Alexander Tanguy 50
Inhoud <strong>van</strong> een Status ivm consultatie bij de ECOSOC-Raad:<br />
- Provisionele agenda:<br />
• Een NGO met Algemene consultatieve status kan aan de Commissie voorstellen om aan de Secretarisgeneraal<br />
te vragen een bepaald item op de provisionele agenda te zetten vd ECOSOC-raad.<br />
- Bijwonen v vergaderingen:<br />
• Behoudens andere voorwaarden kunnen NGO's met Algemene en Speciale consultatieve status<br />
vertegenwoordigers afvaardigen om publieke vergaderingen vd ECOSOC-raad en zijn organen bij te wonen.<br />
• NGO's op de lijst kunnen dit enkel bij vergaderingen die over hun specifiek domein <strong>van</strong> belang zijn.<br />
- Geschreven verklaringen:<br />
• NGO's met Algemene en Speciale consultatieve bevoegdheid mogen, ivm onderwerpen waarin ze speciale<br />
kennis hebben en onder de voorwaarden genoemd in de resolutie, geschreven verklaringen rele<strong>van</strong>t voor <strong>het</strong><br />
werk vd ECOSOC-raad inleveren.<br />
• Deze verklaringen worden door de Secretaris-Generaal aan de leden vd Raad gegeven.<br />
- Mondelinge presentaties tijdens vergaderingen:<br />
• Onder bepaalde voorwaarden kunnen NGO's met Algemene en Speciale consultatieve status, op voordracht<br />
vd Commissie aan de ECOSOC-Raad, een mondelinge uiteenzetting doen voor de Raad.<br />
- Voor consultaties Commissies en andere subsidiaire organen vd ECOSOC-Raad gelden nog bijzondere<br />
voorwaarden.<br />
- Onder bepaalde voorwaarden kunnen NGO's deelnemen Internationale Conferenties vd VN.<br />
Alexander Tanguy 51
A16 ICSID: Foresti VS South Africa (2009)<br />
- Is een voorbeeld <strong>van</strong> een ICSID zaak waarin men heeft toegelaten dat een NGO tussenkomt als vriend.<br />
- Idee v ICSID was altijd om de minimumstandaard voor vreemdelingen te beschermen voor ondernemingen.<br />
- Normaal ging <strong>het</strong> bij ICSID om vertrouwelijke procedures, waarbij enkel bekendmaking vd uitkomst indien<br />
beide partijen daartoe instemmen.<br />
- Deze handelswijze kwam onder druk <strong>van</strong> NGO's te staan omdat veel diensten geprivatiseerd zijn. Buitenlandse<br />
bedrijven namen diensten over <strong>van</strong> wat vroeger staatsondernemingen waren. Zeiden dat <strong>het</strong> niet meer ging<br />
enkel om de ondernemingen maar dat de beslissingen v ICSID een publieke dimensie hebben.<br />
Feiten:<br />
- In <strong>het</strong> concrete geval gaat ging <strong>het</strong> over Italiaanse mijnbouwbedrijven en Zuid-Afrika.<br />
- Zuid-Afrika had beslist dat alle eerder uitgereikte licenties nu onder een nieuw regime vallen en dat de<br />
bedrijven opnieuw een licentie moeten aanvragen.<br />
- De idee was dat de zwarte bevolking nu een aandeel zou kunnen verwerven in deze buitenlandse ondernemingen<br />
en ook een bepaald percentage in <strong>het</strong> bestuur v deze ondernemingen zwarte personen moeten zijn.<br />
- De mijnbouwbedrijven gaan dus naar ICSID en beroepen zich op bilaterale investeringsverdragen en zeggen dat<br />
deze nieuwe regeling <strong>van</strong> Z-A neerkomt op een gedeeltelijke onteigening.<br />
- Aantal NGO's vroegen tussenkomst <strong>van</strong>uit <strong>het</strong> perspectief vd verplichtingen die Z-A heeft op<br />
mensenrechtengebied en specifiek rassendiscriminatie.<br />
Voorwaarden <strong>van</strong> een tussenkomst in arbitrage <strong>van</strong> een 'non-disputing party':<br />
- De bijdrage vd NDP moet <strong>het</strong> Hof helpen in de bepaling <strong>van</strong> een feitelijke of juridische kwestie door een eigen<br />
persperctief, specifieke kennis of inzicht dat anders is dan dat vd partijen.<br />
- De bijdrage vd NDP moet een onderwerp aanbelangen binnen de grenzen vh geschil.<br />
- De NDP moet een aanzienlijk belang hebben bij de procedure.<br />
- Het Hof moet erop toezien dat de NDP onpartijdig is.<br />
De International Commission of Jurists (ICJ) was een NGO die tussenkomst vroeg:<br />
- Het geeft hiervoor als reden aan dat <strong>het</strong> geschil een belangrijke publieke dimensie heeft die voortvloeit uit de<br />
verantwoordelijkheid <strong>van</strong> RSA, zowel onder internationaal als onder nationaal recht, om de juridische en<br />
feitelijke nalatenschap vh apartheidsregime 'af te breken'.<br />
- Het geschil heeft publieke gevolgen, aangezien <strong>het</strong> <strong>het</strong> zeer gevoelige onderwerp vd legaliteit en legitimiteit<br />
onder internationaal recht vd post-apartheid wetgeving en beleidsvormen <strong>van</strong> RSA betreft (bekend als 'Black<br />
Economic Empowerment).<br />
- Het ICJ stelt dat <strong>het</strong> belang dat ze hebben om als NDP tussen te komen voortvloeit uit hun missie, hun<br />
expertise in internationaal recht, inclusief internationaal mensenrechten recht en hun werk en engagement in<br />
Zuid-Afrika.<br />
- Het ICJ geeft in de petitie om tussen te komen ook aan welke bijdrage ze als NDP kunnen bieden aan <strong>het</strong> Hof.<br />
Beslissing <strong>van</strong> ICSID over de tussenkomst:<br />
- ICSID-panel gaf hun hiertoe de toestemming, <strong>het</strong> bood hen ook toegang tot een aantal vd stukken.<br />
- Wat dus aan<strong>van</strong>kelijk een vertrouwelijke procedure was, wordt nu dus een stuk openbaar omwille vd publieke<br />
dimensie vh geschil (in casu mensenrechten).<br />
- Uiteindelijk hebben de ondernemingen beslist om de zaak in te trekken, mogelijk ten gevolge vd negatieve<br />
publiciteit.<br />
- De mogelijkheid tot tussenkomst is dus een manier om de fragmentering vh internationaal recht aan te pakken.<br />
NGO's kunnen nu opkomen 'hun' belangen in geschillen waarbij met deze belangen normaal gezien geen rekening<br />
zou worden gehouden.<br />
Alexander Tanguy 52
9. Subjecten: Individuen<br />
9.<strong>1.</strong> Mensenrechten<br />
- De Universele Verklaring voor de Rechten vd Mens, aangenomen als een niet-bindende resolutie vd Algemene<br />
Vergadering vd VN, vormt <strong>het</strong> uitgangspunt voor <strong>het</strong> internationale recht vd rechten vd mens.<br />
- Dit recht bestaat nu uit een uitgebreid netwerk <strong>van</strong> internationale verdragen met specifieke<br />
toezichtsmechanismen bemand door individuele deskundigen.<br />
- Sommige toezichtmechanismen bespreken niet enkel Statenrapporten, maar behandelen ook individuele<br />
klachten.<br />
- Mensenrechten verwierven ook een gewoonterechtelijke grondslag in <strong>het</strong> volkenrecht.<br />
- De Mensenrechtenraad is <strong>het</strong> centrale hulporgaan vd VN op <strong>het</strong> gebied vd rechten vd mens. In de Raad doen<br />
regeringen aan politieke besluitvorming op dit terrein.<br />
- Er is een evolutie <strong>van</strong> mensenrechten naar grondrechten. Elke internationale regel zou de toets met de<br />
mensenrechtelijke regels moeten kunnen doorstaan.<br />
D26 Universal Declaration of Human Rights (1948)<br />
- Art. 1 Handvest (1945): mensenrechten behoren tot de hoofddoelstellingen vd VN<br />
- Verschil met voorgangers vd mensenrechten in de zin v dit artikel is dat <strong>het</strong> hier om internationale regels gaat,<br />
terwijl vroeger nationaal.<br />
- In <strong>het</strong> Handvest staat geen lijst vd verschillende mensenrechten specifiek.<br />
- De ECOSOC heeft een hulporgaan opgericht; commissie voor de rechten vd mens. Hulporgaan betekent dus<br />
orgaan waarin een aantal staten zetelen. Had als opdracht een lijst op te stellen <strong>van</strong> mensenrechten en <strong>het</strong><br />
concept vh Handvest art. 1 dus te verduidelijken.<br />
- In 1948 heeft deze commissie een tekst voorgelegd aan de Algemene Raad vd VN. Deze werd aanvaard als<br />
resolutie en heeft als naam 'Universele verklaring voor de rechten vd mens'.<br />
- Het gaat om een niet bindende tekst en er wordt ook geen toezichtsmechanisme voorzien, de tekst maakt<br />
enkel duidelijk wat <strong>het</strong> Handvest bedoelde met <strong>het</strong> concept 'mensenrechten'.<br />
- De staten waren nog niet bereid een bindende tekst aan te nemen. Omdat de idee dat een individu haar eigen<br />
staat aansprakelijk zou kunnen stellen bij een internationale organisatie wegens de schending <strong>van</strong> zijn rechten<br />
moeilijk lag.<br />
- Genocideverdrag (1948) werd wel aangenomen als bindend verdrag.<br />
- In <strong>het</strong> systeem v mensenrechten in de VN zijn er dus 2 sporen:<br />
• Grove grootschalige schendingen vd rechten vd mens (genocide)<br />
• hier wou men wel een verdrag over aannemen wegens de ernst vd feiten die de gehele internationale<br />
gemeenschap aangaat<br />
• Individu die de staat aansprakelijk stelt<br />
• men vroeg zich af of dit wel belangrijk genoeg was, men was nog niet bereid de VN hiervoor in te<br />
schakelen<br />
- De commissie die de tekst heeft opgesteld werd voorgezeten door de vrouw <strong>van</strong> 'F. Roosevelt'.<br />
• Er is geen verwijzing naar de doodstraf, zij kwam uit Amerika waar doodstraf dus mag<br />
- Opstellers hoopten dat de tekst zich over de wereld zou verspreiden.<br />
- Inhoudelijk bevat de tekst een cataloog v verschillende soorten rechten (burgerlijke rechten, culturele<br />
rechten,...) maar hecht geen verschillend belang toe aan een bepaalde categorie.<br />
- De tekst is aangenomen zonder tegenstem, maar een paar landen hebben zich wel onthouden. De VN was wel<br />
kleiner dan nu omdat er nog geen dekolonisatie had plaatsgevonden. Dit vormt een probleem omdat de<br />
gedekoloniseerde landen achteraf deze verklaring betwistten omdat ze niet mee hadden kunnen beslissen.<br />
- Er wordt niet aangegeven wat de filosofische achtergrond was vd tekst, omdat hier geen consensus over<br />
bestond. Verschillende delegaties hadden andere redenen in gedachte voor deze tekst. Het enige ankerpunt is<br />
'de menselijke waardigheid'.<br />
- De universele verklaring maakte eigenlijk een platform voor <strong>het</strong> aannemen <strong>van</strong> echte verdragen over mensenrechten.<br />
- In 1965 kwam er mensenrechtenverdrag over rassendiscriminatie, lag in <strong>het</strong> verlengde vh genocideverdrag, de<br />
nadruk lag dus weer op <strong>het</strong> collectieve (als groep gediscrimineerd worden). Dit was <strong>het</strong> eerste<br />
mensenrechtenverdrag met een toezichtsmechanisme.<br />
Alexander Tanguy 53
- Tot 1966 heeft <strong>het</strong> geduurd alvorens overeenstemming te bereiken over 2 verdragen die de inhoud vh<br />
UDHR omzetten in verdragsrecht: BUPO-verdrag en ECOSOC-verdrag<br />
- Er kwam dus een opsplitsing vd oorspronkelijke resolutie, waardoor staten bv voor 1 vd 2 konden kiezen.<br />
- Hierbij wierp vooral <strong>het</strong> westen zich op voor BUPO rechten en <strong>het</strong> oostblok voor ECOSOC rechten.<br />
- NA 1966: VN Folterverdrag, Verdrag over vrouwendiscriminatie, Kinderrechtenverdrag (meest geratificeerde<br />
in de VN), Verdrag voor mensen met handicap → deze hebben allemaal een toezichtsmechanisme<br />
- Vanaf 1993 is de kloof tss Bupo en Ecosoc rechten gedicht. Bijeenkomst in Wenen <strong>van</strong> alle onafhankelijke<br />
staten (ook die gn partij waren bij opstellen v eerste verdrag), men herbevestigt de UVRM nu met alle landen.<br />
In de tekst v deze wereldconferentie staat dat alle rechten even belangrijk zijn en dat die onlosmakelijk met<br />
elkaar verbonden zijn. De ene zijn dus niet te verwezenlijken zonder de andere.<br />
- De verdragen na 1993 zijn dus allemaal verdragen waarin Bupo en Ecosoc rechten terug samen in vervat zijn.<br />
- Maar de opvatting in <strong>het</strong> Westen dat de BUPO rechten belangrijker zijn is nog niet verdwenen. Blijft zichtbaar<br />
in beleid naar derde staten toe.<br />
- Wat voor bevoegdheden hebben de verschillende comités die verbonden zijn aan de mensenrechtenverdragen?<br />
• Statenrapportering:<br />
• geldt voor elk comité<br />
• staten moeten elk jaar aan de comités rapporteren hoe ze op nationaal niveau in de wet en in de praktijk<br />
de mensenrechten naleven<br />
• maar hangt af vd staat zelf af, dus veel hangt af v over welke alternatieve bronnen <strong>het</strong> comité beschikt,<br />
zoals pers of rapportering door NGO's<br />
• de uitkomst v zo'n procedure=concluding observation;<br />
nl ze kunnen vaststellingen maken bv dat bepaalde<br />
praktijken een schending uitmaken v een verplichting, <strong>het</strong> gaat echter om een niet-bindende tekst<br />
• of de statenrapportering veel impact heeft hangt vooral af of men in <strong>het</strong> desbetreffende land er belang<br />
aan hecht, bv wnnr de media er veel aandacht aan besteed<br />
• Statenklachtenrecht<br />
• Individueel klachtrecht<br />
• idee dat je als individu naar een comité kunt gaan met een klacht tegen een staat omdat je rechten zijn<br />
geschonden<br />
• ratificatie vh verdrag volstaat niet voor dit klachtrecht te erkennen, staten moeten dit nog eens extra<br />
toelaten<br />
• als <strong>het</strong> klachtrecht wordt erkend dan is er een quasi-rechterlijke procedure; nl een beoordeling door <strong>het</strong><br />
comité en een gemotiveerde beslissing die qua vorm lijkt op een beslissing vh EHRM, maar blijft slechts<br />
een aanbeveling<br />
• Kunnen ook op eigen initiatief situaties onderzoeken<br />
• slechts zelden wordt deze bevoegdheid opgenomen in een verdrag, enkel bij ernstige zaken bv zoals bij<br />
<strong>het</strong> VN Folterverdrag<br />
D28 CERD: Concluding observations Belgium (2008)<br />
- Is een concluding observation door de Commissie voor de Eliminatie <strong>van</strong> Rassendiscriminatie.<br />
- Deze commissie gaat na of België de doelstellingen vd VN genoeg in wetgeving heeft omgezet.<br />
- Positief is oa <strong>het</strong> aannemen vd nieuwe wet <strong>van</strong> 2007 op de bestraffing <strong>van</strong> uitingen <strong>van</strong> rascisme en xenofobie.<br />
- Het Comité drukt ook zijn bezorgdheid uit over:<br />
• Het Front National en <strong>het</strong> Vlaams Belang, en doet een aanbeveling om strengere maatregelen tegen en ter<br />
preventie <strong>van</strong> xenofobie en rascisme bij politici en de bevolking in <strong>het</strong> algemeen.<br />
• Het kleine aantal strafrechtelijke zaken over rascistische uitlatingen en <strong>het</strong> hoge aantal <strong>van</strong> klachten die<br />
niet behandeld worden.<br />
• De overrepresentatie <strong>van</strong> etnische minderheden in sociale woningen.<br />
• De Vlaamse Wooncode waardoor sociale woningen enkel verleend worden aan mensen die Nederlands spreken<br />
of hiertoe bereid zijn. Het Comité erkend dat België een federale structuur heeft, maar <strong>het</strong> blijft 1 Staat<br />
onder internationaal recht.<br />
• Ivm hoofddoeken, de gelijke kansen op onderwijs voor alle meisjes. Het Comité doet een aanbeveling dat als<br />
er regulering komt in een school, deze de nadruk moet leggen op dialoog zodat wordt vermeden dat regulering<br />
de kans op onderwijs zou ontzeggen aan iemand.<br />
- Marino Keulen, toenmalig minister, reageerde heftig tegen <strong>het</strong> comité omdat <strong>het</strong> de bezorgdheid over de<br />
Alexander Tanguy 54
Vlaamse Wooncode had uitgedrukt.<br />
- Een deel vd spanning had ook te maken met <strong>het</strong> feit dat de Vlaamse overheid miss ook niet voldoende duidelijk<br />
kon maken waarom ze deze regeling had getroffen. Er is wel Vlaamse minister bevoegd voor buitenlands beleid<br />
maar is gevestigd in Brussel en enkel staten kunnen partij worden bij een verdrag.<br />
D27 UN Human Rights Council<br />
- De Mensenrechtenraad is <strong>het</strong> centrale hulporgaan vd VN op <strong>het</strong> gebied vd rechten vd mens. In de Raad doen<br />
regeringen aan politieke besluitvorming op dit terrein.<br />
- Deze resolutie vd Algemene Vergadering vormt de oorspronkelijke Commissie voor Mensenrechten om tot een<br />
MensenrechtenRaad.<br />
• Men wou nl de mensenrechtenraad rechtstreeks hechten aan de Algemene Vergadering, zonder <strong>het</strong><br />
tssstadium vd ECOSOC zoals bij de commissie nog <strong>het</strong> geval was.<br />
• Oorspronkelijk voorstel was om een mensenrechten raad te maken naar model vd Veiligheidsraad. (niet<br />
gelukt)<br />
- De commissie had geloofwaardigheid verloren omdat <strong>het</strong> te selectief omging met mensenrechtenproblemen.<br />
Hierin zetelden nl staten. En men vond dat men situaties in landen die veel politieke invloed hadden amper/nooit<br />
behandeld werden.<br />
- Ergste veroordeling door de commissie was/ Mensenrechtenraad is dat er een landenrapporteur wordt<br />
aangesteld, omdat de situatie zo ernstig is. Staten proberen dit zo vaak mogelijk te vermijden. De conclusie<br />
over de commissie was dus dat dit nooit lukte bij machtige staten.<br />
- Een probleem was ook dat er in de commissie zelf landen zetelden waarin de mensenrechtensituatie niet goed<br />
was, en die moesten dan beslissen over andere landen...<br />
- Heel deze context heeft geleid tot deze hervorming naar een Mensenrechtenraad.<br />
- Oplossing voor <strong>het</strong> probleem v leden die zelf de mensenrechten schenden:<br />
• Een Staat die zich kandidaat stelt voor lidmaatschap in de Raad moet een publiek document neerleggen (een<br />
pledge) waarin de Staat belooft om bepaalde zaken te realiseren (bv <strong>het</strong> ratificeren v bepaalde Verdragen).<br />
• Het is de bedoeling dat de Staten in de Algemene Vergadering bij <strong>het</strong> uitbrengen <strong>van</strong> hun stem dan kijken<br />
naar die pledges.<br />
• Er is ook de mogelijkheid om <strong>van</strong> landen die al lid zijn, <strong>het</strong> lidmaatschap op te schorten wnnr er<br />
mensenrechtenschendingen zijn. Een 2/3 meerderheid vd aanwezigen moet hiervoor stemmen.<br />
- Men heeft een nieuw mechanisme (UPR: Universal periodic review) bedacht voor <strong>het</strong> probleem dat landen<br />
feitelijk te veel macht zouden hebben waardoor ze ontsnappen aan elke vorm <strong>van</strong> controle.<br />
• Staten die lid zijn vd Raad moeten gecontroleerd worden on <strong>het</strong> universal periodic review-mechanism<br />
gedurende hun lidmaatschap.<br />
• Lidstaten moeten verschijnen voor <strong>het</strong> UPR-panel.<br />
• Nieuwe landen zullen snellen voor UPR-panel moeten verschijnen.<br />
• Staten moeten zelf een rapport voorleggen, maar ook de administratie vd VN maakt een samenvattend rapport.<br />
• Het is de bedoeling dat de aanbevelingen door dit panel dan worden geïmplementeerd, geen verplichting, wel<br />
ntrlk drukzetting.<br />
• Over <strong>het</strong> toezicht vd implementatie v aanbevelingen is er nog geen duidelijkheid.<br />
Alexander Tanguy 55
9.2. Strafrechtelijke aansprakelijkheid<br />
- Het Internationaal Strafgerechthof is, onder bepaalde voorwaarden, bevoegd om de strafrechtelijke<br />
aansprakelijkheid <strong>van</strong> individuen die beschuldigd worden <strong>van</strong> genocide, misdaden tegen de mensheid,<br />
oorlogsmisdaden en misdaden tegen agressie (die nog nader moeten worden gedefinieerd) vast te stellen.<br />
D29 Rome Statute of the International Criminal Court (1988)<br />
Materies waarvoor <strong>het</strong> Hof bevoegd is:<br />
- Art. 5: Is bevoegd om individuen aansprakelijk te stellen voor genocide, misdaden tegen de mensheid,<br />
oorlogsmisdaden en misdaden <strong>van</strong> agressie.<br />
- Genocide (Art. 6)<br />
• Genocide heeft dezelfde betekenis hier als in <strong>het</strong> genocideverdrag.<br />
• Maar verschil met genocideverdrag is dat er nu een Internationaal Hof bevoegd is en niet de Staten zelf.<br />
- Misdaden tegen de mensheid (Art. 7)<br />
• Definitie <strong>van</strong> misdaden tegen de mensheid en oorlogsmisdaden worden in <strong>het</strong> statuut zelf gegeven.<br />
- Oorlogsmisdaden (art. 8)<br />
- Misdaden <strong>van</strong> agressie: dit is nog niet in <strong>het</strong> Statuut uitgewerkt, <strong>het</strong> gaat over schenden vd territoriale<br />
integriteit v een ander land met miskenning vh Handvest. (dus in de praktijk is <strong>het</strong> Hof hier nog niet voor<br />
bevoegd op <strong>het</strong> moment, omdat er nog geen consensus is over dit begrip)<br />
Bevoegdheid ratione temporis (art. 11):<br />
- Het Hof is enkel bevoegd voor misdaden begaan na <strong>het</strong> <strong>van</strong> kracht worden vh Statuut.<br />
- Als een Staat partij wordt v dit Statuut na <strong>het</strong> in kracht treden er<strong>van</strong>, dan is <strong>het</strong> Hof maar bevoegd voor<br />
misdaden <strong>van</strong> die Staat begaan na dat <strong>het</strong> Statuut voor die Staat <strong>van</strong> kracht werd.<br />
Uitoefening <strong>van</strong> bevoegdheid en voorwaarden (art. 12-13):<br />
- Er zijn 3 manieren waarop <strong>het</strong> Hof bevoegd kan zijn:<br />
• a) Een verdragspartij kan vragen een bepaalde situatie te onderzoeken<br />
• Het Hof kan dan echter ook vaststellen dat deze klachtdoende partij zelf aansprakelijk is, omdat <strong>het</strong><br />
gedrag <strong>van</strong> alle partijen bij de situatie moet worden nagegaan.<br />
• b) Verwijzing vd Veiligheidsraad handelend onder hfdstk VII vh Handvest, voor verder onderzoek <strong>van</strong> een<br />
bepaalde situatie<br />
• Dit kan zelfs wnnr <strong>het</strong> gaat om een land dat geen partij is bij <strong>het</strong> Statuut. Het gaat dus om een<br />
supranationale bevoegdheid vd Veiligheidsraad, omdat er gn toestemming nodig is vd Staat.<br />
• c) De openbare aanklager bij <strong>het</strong> Hof kan zelf een initiatief nemen<br />
- Bijkomende voorwaarden (Art. 12): In de situatie (a) en (c) is <strong>het</strong> Hof enkel bevoegd als, ofwel de staat op<br />
wiens gebied de situatie zich heeft voorgedaan, ofwel de staat waar<strong>van</strong> de beschuldigde persoon de<br />
nationaliteit heeft, partij zijn bij dit Statuut of de bevoegdheid vh Hof aanvaarden.<br />
Het Hof heeft een complementaire bevoegdheid (art. 17):<br />
- Het Hof is niet bevoegd als de zaak reeds wordt onderzocht of vervolgd door een Staat die hiervoor bevoegd is,<br />
behalve wnnr deze Staat onwillig is of in de onmogelijkheid verkeerd om een onderzoek of vervolging te starten.<br />
- Het Hof is niet bevoegd als de zaak reeds werd onderzocht door de bevoegde Staat en deze besloot om niet te<br />
vervolgen, tenzij deze beslissing volgde uit de onwil of onmogelijkheid vd Staat om te vervolgen.<br />
- Het Hof is volgens <strong>het</strong> non bis in idem beginsel niet bevoegd wnnr er reeds een uitspraak was door een<br />
rechtbank vd bevoegde Staat.<br />
- Het is niet bevoegd wnnr de zaak niet voldoende ernstig is om verdere stappen door <strong>het</strong> Hof te rechtvaardigen.<br />
Alexander Tanguy 56
<strong>1.</strong> <strong>Kenmerken</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>Volkenrecht</strong>..................................................................................................................................................1<br />
<strong>1.</strong>1 <strong>Functies</strong>......................................................................................................................................................................................1<br />
<strong>1.</strong>2 <strong>Volkenrecht</strong> en internationale politiek.............................................................................................................................1<br />
<strong>1.</strong>3 Handhaving................................................................................................................................................................................1<br />
<strong>1.</strong>4 Naleving.....................................................................................................................................................................................1<br />
<strong>1.</strong>5 Impact <strong>van</strong> globalisering......................................................................................................................................................2<br />
<strong>1.</strong>6 Humanisering...........................................................................................................................................................................2<br />
2. Subjecten: De staat......................................................................................................................................................................3<br />
2.1 Definitie rechtssubject.......................................................................................................................................................3<br />
2.2 Definitie Staat.......................................................................................................................................................................3<br />
2.3 Staatsvorming en zelfbeschikkingsrecht.......................................................................................................................4<br />
A. Erkenning.............................................................................................................................................................................4<br />
B. De problematiek <strong>van</strong> statenopvolging..........................................................................................................................4<br />
C. Zelfbeschikkingsrecht.....................................................................................................................................................4<br />
2.4 Soevereiniteit en jurisdictie; gemeenschappelijk erfgoed.......................................................................................8<br />
2.5 Gelijkheid en immuniteit....................................................................................................................................................10<br />
2.6 Staatsaansprakelijkheid.....................................................................................................................................................11<br />
2.7 Geschillenbeslechting IGH................................................................................................................................................12<br />
2.8 Teheran Hostages...............................................................................................................................................................15<br />
3. Bronnen <strong>van</strong> <strong>het</strong> volkenrecht.....................................................................................................................................................17<br />
3.1 Algemeen................................................................................................................................................................................17<br />
3.2 Verdragenrecht....................................................................................................................................................................17<br />
3.3 Bosnia VS Serbia.................................................................................................................................................................21<br />
3.4 Gewoonterecht....................................................................................................................................................................23<br />
Algemene rechtsbeginselen.....................................................................................................................................................25<br />
4. Materieel Recht: Internationale Vrede en Veiligheid.......................................................................................................26<br />
4.1 Geweldverbod (Handvest, artikel 2, par. 3-4).............................................................................................................26<br />
4.2 Uitzonderingen op <strong>het</strong> geweldverbod in <strong>het</strong> Handvest............................................................................................26<br />
A. Collectieve rechtshandhaving (Hfdst VII).............................................................................................................26<br />
B. Recht op zelfverdediging (art. 51).............................................................................................................................28<br />
4.3 Buiten <strong>het</strong> Handvest?........................................................................................................................................................30<br />
1 Zelfhulp...............................................................................................................................................................................30<br />
2 Humanitaire interventie.................................................................................................................................................30<br />
3 R2P (responsabillity to protect)..................................................................................................................................30<br />
5. Subjecten: Internationale organisaties.................................................................................................................................31<br />
5.1 Rechten...................................................................................................................................................................................31<br />
5.2 Plichten..................................................................................................................................................................................32<br />
5.3 Voorbeeld: De Verenigde Naties....................................................................................................................................36<br />
6. Subjecten: Ondernemingen.......................................................................................................................................................37<br />
6.1 Rechten (ICSID)..................................................................................................................................................................37<br />
6.2 Plichten..................................................................................................................................................................................39<br />
7. Materieel recht: Internationale Samenwerking..................................................................................................................42<br />
7.1 Handel ....................................................................................................................................................................................42<br />
7.2 Ontwikkelingssamenwerking.............................................................................................................................................44<br />
7.3 Milieu .....................................................................................................................................................................................46<br />
8. Subjecten: Niet-gouvernementele Organisaties................................................................................................................50<br />
9. Subjecten: Individuen................................................................................................................................................................53<br />
9.<strong>1.</strong> Mensenrechten....................................................................................................................................................................53<br />
9.2. Strafrechtelijke aansprakelijkheid..............................................................................................................................56<br />
Alexander Tanguy 57