Register Tijdschrift en Verhandelingen .... tot het jaar 1907 - kitlv

REGISTER 

op de artikelen voorkomende in het 

TIJDSCHRIFT VOOR INDISCHE TAAL-, 

LAND- EN VOLKENKUNDE 

T:>; r>E 

VERHANDELINGEN 

VAX 

HET 

BATAVIAASCH GENOOTSCHAP 

VAN KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN, 

loopende tot het jaar 1907, benevens eene 

INHOUDSOPGAVE tevens PRIJSLIJST 

van 's Genootschaps uitgaven bijgewerkt tot Juni 1908 

nooit 

D. VAN HINLOOPEN LABBERTON, 

Lid van 's Genootschaps Directie. 

15 A T A V I A. 

A [-BRECHT & Co. 

1008. 

'.S i i A BE. 

M. N t.T HOFF.

BIBLIOTHEEK KITLV 

0077 8678

REGISTER 

op de artikelen voorkomende in het 

TIJDSCHRIFT VOOR INDISCHE TAAL=, 

LAND- EN VOLKENKUNDE 

EN DE 

VERHANDELINGEN 

VAN 

HET 

BATAVIAASCH GENOOTSCHAP 

VAN KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN, 

loopende tot het jaar 1907, benevens eene 

INHOUDSOPGAVE tevens PRIJSLIJST 

van 's Genootschaps uitgaven bijgewerkt tot Juni 1908 

DOOR 

D. VAN HINLOOPEN LABBERTON, 

Lid van 's Genootschaps Directie, 

B A T A V I A. 

ALBRECHT & Co. 

1908. 

'S H A G E. 

M. NIJHOFF.

t. 

»•

EEN WOORD VOORAF. 

In den loop van 1906-1907 gedurende een jaar belast met 

het Directeurschap over de Boekerij van het Bataviaasch 

Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, werd het noodig 

om eene nieuwe Inhoudsopgave, tevens Prijslijst, der door 

dat Genootschap uitgegeven werken het licht te doen zien. 

Het kwam mij gewenscht voor daaraan een Zaak- en 

Naamregister op de artikelen opgenomen in bet „Tijdschrift 

voor Indische Taal-, Land- en Volkenkunde" en de „Verhandelingen" 

toe te voegen, te meer omdat voor de andere 

belangrijke periodieke werken op onzen Archipel betrekking 

hebbende in de laatste jaren hulpmiddelen van dezen aard 

voor bestudeerders van het belangwekkend veld voor wetenschappelijk 

onderzoek, dat onze Koloniën aanbieden, zijn beschikbaar 

geworden. 

Over de inrichting van dezen klapper behoeft niet veel te 

worden gezegd, daar zich de weg vanzelf wijst. Van die 

gevolgd in het door den heer G. P. ROUFPAEE bewerkte ^Register 

op de eerste 50 deelen van de „Bijdragen tot de 

Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch-Indië, uitgegeven 

door het Koninklijk Instituut" meende ik te moeten 

afwijken in zoover, dat ik geene afzonderlijke registers voor 

zaken en namen gaf, doch deze te zamen deed smelten. Bij 

eene wéinig-volumineuze opgave als het voorliggende werkje 

biedt, komt het mij voor den gebruiker gemakkelijker voor, 

dat hij in één lijst alles bijeenvindt. 

De meest-volledige omschrijving zal men aantreffen onder 

de namen van de schrijvers. De behandelde zaak naslaande, 

hetzij op het onderwerp zelf of onder het algemeen hoofd 

van de tak van wetenschap, waaronder het valt, zal men eene 

zoo beknopt mogelijke omschrijving vinden, met verwijzing 

naar den naam van den schrijver. Om het lastige heen-enweer 

gezoek te voorkomen, is echter zorg gedragen, overal

2 

de plaats in „Tijdschrift" of „Verhandeling" aan te wijzen, 

waar men het op het onderwerp betrekking hebbend artikel 

zal aantreffen. 

De Alphabetische orde is zoo consequent mogelijk doorgevoerd. 

Ten aanzien van samengestelde eigennamen is, in 

aansluiting aan den regel voor onze Boekerij gesteld, steeds 

het laatste deel van den naam als hoofdwoord gekozen. 

Ten aanzien van Inlandsche eigennamen, kon maar weinioin 

de spelling verbeterd worden, gebonden als de bewerker 

was aan de door de auteurs zelf gekozen wijze van spelling. 

Men zal dus vele woorden in de alphabetische orde vinden 

op die plaatsen, waar zij volgens de meest-gangbare wanspelling 

behooren. Op de plaats, waar het woord naar eene 

meer stelselmatige (doch niet de dusgenaamd „wetenschappelijke" 

of „Geneefsche") spelling behoorde te staan, zal 

men eene overwijzing aantreffen. 

In Inlandsche woorden is zooveel mogelijk de e van een 

accent aigu of grave voorzien, naar gelang ze volkomen of 

onvolkomen geacht wordt, terwijl de toonlooze e zonder 

teeken gelaten is. 

De gegevens ontbraken mij echter om dit met voldoende 

zekerheid overal te kunnen doorvoeren, dank zij de vroeger 

vrij algemeen gevolgde gewoonte om de werkelijke e en de 

toonlooze e in het geheel niet van elkander te onderscheiden. 

Er behoort echter beproefd te worden met deze slechte gewoonte 

zooveel mogelijk te doen breken. 

De artikelen, welke in de „Verhandelingen" zijn opgenomen, 

zijn gemakshalve door middel van een vóór aan den 

regel geplaatst sterretje van die in het „Tijdschrift" onderscheiden. 

Ten aanzien van een gedeelte van de „Verhandelingen" 

(1779-1881) en voor de drie eerste reeksen van 12 deelen 

van het „Tijdschrift" bestonden reeds registers, welke men 

zal vinden in deel 18 en 41 van de „Verhandelingen" en 

aan het einde van elk dozijn deelen van het „Tijdschrift". 

Het kwam mij bij onderzoek gewenscht voor om deze niet

I 

3 

tot grondslag te nemen, doch het geheel naar ée'n stelsel 

zelfstandig te bewerken. 

De inrichting van Inhoudsopgave en Prijslijst is onveranderd 

gebleven, alleen is in de eerste de onderverdeeling 

van de deelen van het „Tijdschrift" in Afleveringen aangegeven, 

aangezien de afwezigheid van zulk eene splitsing 

dikwijls als een gemis gevoeld werd. 

September 1907. 

D. VAN HINLOOPEN LABBERTON. 

N. B. De onderwerpen waaromtrent annotaties (en dikwijls zeer 

belangrijke) voorkomen in de Notulen der Directievergaderingen, 

zijn in dit Register niet opgenomen, aangezien op bedoelde Notulen 

een eigen klapper bestaat. Ook het opnemen in het Register 

van de titels der afzonderlijke werken door het Genootschap uitgegeven 

scheen onnoodig. Men vindt deze bijeen in het Lijstje 

van afzonderlijke uitgaven, op pags. 95-98 van hetjtweede gedeelte.

ld. 

ld. 

NAAM- EN ZAAKREGISTER, 

op de artikelen voorkomende in het „Tijdschrift voor Indische 

Taal-, Land- en Volkenkunde" en de „Verhandelingen" 

van het Bataviaasch Genootschap van 

Kunsten en Wetenschappen, loopende 

tot het jaar 1907. 

A. 

AALST (J. van.) 

Opgaven omtrent verschillende Hindoe-oudheden, 

voorkomende in de Contrôle-afdeeling Probolinggo, 

regentschap Magelang, residentie Kedoe. Tijdschrift, 

deel 31 (1899), pag. 391. 

in de Contrôle-afdeeling Prapag, afdeeling Temanggoeng, 

res. Kedoe. Tijdschrift, deel 33 (1901), pag. 482. 

in de districten Ngasinan en Balak, afdeeling Magelang, 

residentie Kedoe. Tijdschrift, deel 37 (1894), 

pag. 551. 

*A ANMERKINGEN op de vraag: „Welk zijn de beste en 

spoedigst voortkomende wortelen om de behoeftigen 

bij misgewas van granen te spijzigen". Verhandelingen, 

deel 3, pag. 175. 

*AANTEEKENINGEN omtrent Midden-Sumatra, aan officiëele 

bescheiden ontleend. Verhandelingen, deel 39. 

*AAP. 

Bornéosche orang oetan, zie WURMB. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. Kahan, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3 en 4. 

•AARDBEVING 

Verhandelingen, deel 2, pag. 369. 

AARDRIJKSKUNDE: 

Aroe-eilanden. Statistiek, zie BOSSCHER. 

van 22 Jan. 1780, zie RADERMACHER. 

Tijdschrift, 

deel 1, pag. 323 en Tijdschrift, deel 2, pag. 337. 

ld. zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 33, pag. 57, 

Kei-eilanden pag. 102. 

Babar, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 33. pag. 187. 

Register, Bat. Gen. ,

Naam= en zaakregist e r. 2. 

AARDRIJKSKUNDE (vervolg) : 

Bali. Aanteekeningen, zie WAANDERS. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 431. Tijdschrift, deel 7, pag. 73. 

ld. Het rijk Bangli, zie LIEFRINCK. Tijdschrift, deel 24, 

pag. 180. 

ld. Het rijk Djembrana, zie LIER. Tijdschrift, deel 15, 

pag. 273. 

Id. Kerta sima, of gemeente en waterschapswetten, 

zie ECK. Tijdschrift, deel 23, pag. 161. 

ld. zie LIEFRINCK. Tijdschrift, deel 33, pag. 233. 

Banka. Orang Belom. Tijdschrift, deel 11, pag. 388. 

Belitoeng, zie Billiton. 

Billiton. Bevolking en handel, zie CROOCKEWIT. 

Tijdschrift, deel 1, pag. 77. 

ld. (De bevolking van-), zie SCHEPERN. Tijdschrift, 

deel 9, pag. 56. 

Bonératé en Kalao (ten Z. v. Saleier), zie BAKKERS. 


Bornéo. Bandjermasin (met kaart), zie VEN. Tijdschrift, 


ld. De afdeeling groote Dajak, zie POTTHAST. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 324. 

ld. Doesoen ilir, zie BANGERT. Tijdschrift, deel 9, 

pag. 134. 

ld. Het rijk Sanggau, zie BAKKER. Tijdschrift, deel 29, 

pag. 353. Nalezing, pag. 591. 

ld. Kindjin-Dajak's, zie ENGELHARDT. Tijdschrift, deel 

39, pag. 458. 

Id. La recente expédition scientifique, zie NIEUWEN- 

HUIS. Tijdschrift, deel 40, pag. 508. 

ld. Montrado in 1861, zie FABER. Tijdschrift, deel 13, 

pag. 457. 

ld. (Noord-Oostkust), zie DEWALL. Tijdschrift, deel 4, 

pag. 423. 

ld. (Oostkust), zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 4, pag. 71. 

*Id. Overzicht der afdeeling Soekadana, zie BART. 

Verhandelingen, deel 50.

Naam= enzaakregister. 3. 

AARDRIJKSKUNDE, (vervolg) : 

Bornéo. Rambai- en Sebroeang-Dajak's, zie TROMP. 


ld. Reis naar het landschap Palo en Tandjong Datoe, 

zie CROOCKEWIT. Tijdschrift, deel 3, pag. 378. 

ld. Westerafdeeling, Landschappen a. d. Boven-Pinoh, 

zie BARTH. Tijdschrift, deel 39, pag. 588. 

ld. Westerafdeeling, Matan, Simpang, Soekadana, Karimata-eil., 

Koeboe, zie DEWALL. Tijdschrift, deel 

11, pag. 1. 

ld. Westerafdeeling, zie WIESE. Tijdschrift, deel 10, 

pag. 104. 

ld. Westkust. Aanteekeningen, zie PREHN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 5, 468. 

ld. (Z. en O. afdeeling). Tijdschrift, deel 16, pag. 81. 

*Id. zie LE1JDEN. Verhandelingen, deel 7. 

ld. zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 2. 

Celebes. Afdeeling Sandjai (Sindjai), zie BAKKERS. 


ld. Bolaang-Mongondou, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

13, pag. 266. 

ld. Boni, zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 15, pag. 1. 

*Id. Het landschap Gowa, zie EERDMANS. Verhandelingen, 

deel 50. 

ld. Loehoe, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 32, pag. 498. 

Masénrém poeloe of Masénré boeloe, zie MORRIS. 

Tijdschrift, deel 36, pag. 149. Contracten pag. 152, 

164, 178, 185. Adjatapparang. Contracten. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 193, 202, 213. 

ld. (Noorderdistricten), zie GERSEN. Tijdschrift, deel 

16, pag. 352. 

ld. Regentschap Kadjang, zie WIGGERS. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 247. 

ld. Tanète en Barroe, zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 

12, pag. 255. 

*Id. Timor. Sumbawa. Lombok. Bali, zie RADEMA 

CHER. Verhandelingen, deel 4.

Naam= en zaakregister. 4. 

AARDRIJKSKUNDE (vervolg): 

Celebes. (Tomboekoe en Banggaai op de Oostkust 

van—), zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 2, pag. 63. 

Céram (Oostelijk) en omliggende eilanden, zie BOS 

SCHER. Tijdschrift, deel 4, pag. 34. 

ld. zie ROSENBERG. Tijdschrift, deel 16, pag. 97. 

* China, zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 4. 

Eiland Siaoe, zie DINTER. Tijdschrift, deel 41, pag. 

324. 

Èngano (Ènggano) onderzocht in 1854, zie STRAATEN. 


ld. — en zijne bewoners, zie ROSENBERG. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 370. 

ld. (Het eiland-), zie BOEWANG. Tijdschrift, deel 2, 

pag. 379. 

ld. zie WALLAND. Tijdschrift, deel 14, pag. 93 en 330. 

ld. zie WINKLER. Tijdschrift, deel 46, pag. 558. 

Exploitatie van Boeroe, zie WILLER. Tijdschrift, deel 

2, pag. 403. 

Florès. Eene voetreis over het Oostelijk deel, zie KLEIAN. 


Id. Iets over Éndéh (Héndé), zie ROOS. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 481. 

ld. Noordkust. Geliting, zie VOSMAER. Tijdschrift, deel 

11, pag. 147. 

Id. (West-), zie MEERBURG. Tijdschrift, deel 34, pag. 

434. 

Halmahera, zie CAMPEN. Tijdschrift, deel 28, pag. 240. 


* Hindustan. Voor-Indie, zie RADERMACHER. Verhandelingen, 

deel 4. 

Javaansche oude plaatsnamen, zie HAGEMAN. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 75, zie ook Tijdschrift, deel 

17, pag. 367. 

*Japan, zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 3. 

Java. Afdeeling Bandawasa, zie BOOM. Tijdschrift, deel 

6, pag. 469.

Naam= en zaakregistcr. 5. 


Java. Batavia's jurisdictie, enz., zie KEUCHENIUS. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 390. 

ld. Batavia's plattegrond in 1632, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 249. 

ld. Beklimming v. d. Darawati. (Kediri. Madioen), zie 

FOKKENS. Tijdschrift, deel 30, pag. 558. 

*Id. Bornéo, Sumatra, zie BIJVOEGSELS TOT BE 

SCHRIJVING. Verhandelingen, deel 3. 

Id. De berg Gedè, zie BLUME. Verhandelingen, 

deel 10. 

ld. District Salem, en het gehucht Goenoeng Segara, 

zie Tjandra Negara. Tijdschrift, deel 29, pag. 509. 

ld. Djampangtengah (Préanger), zie HOOGEVEEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 493. 

*Id. Goenoeng Merbaboe. Salatiga, zie BOEKHOLD. Verhandelingen, 

deel 6. 

ld. Het landschap Soerabaja in 1812, zie ROTHEN- 

BÜHLER. Verhandelingen, deel 41. 

ld. Hoogte van bergen in de Préanger, zie REINWARDT. 

Verhandelingen, deel 9. 

ld. Kaart van Oud-Banten, zie SERRURIER. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 257. 

ld. Malang en omstreken, zie HAGEMAN. Tijdschrift, 


ld. Overzicht van — op het einde der 18de eeuw, zie 

HAGEMAN. Tijdschrift, deel 9, pag. 261. 

ld. Préanger. De kaart van Tji-ela of Timbanganten, zie 

HOLLE. Tijdschrift, deel'24, pag. 168. 

*Id. Reis van Welèri naar het gebergte Praauw (Prahoe), 

zie DOMIS. Verhandelingen, deel 12. 

ld. Sala-rivier en Oostelijk-Java, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7. 

*Id. Salatiga, Merbaboe en de zeven tempels, zie DOMIS. 


ld. Tengger-gebergte, zie DOMIS. Verhandelingen, 

deel 13.

N a a m= en zaakregister. 6. 

AARDRIJKSKUNDE {vervolg): 

Java. Vogelnestgrot Rongkob in Jogjakarta, zie KOMOAN. 


*ld. Vorstenlanden, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 8. 

Kei-eilanden, zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 4, 

pag. 23. 

* Kokos- of Keeling eilanden, zie JAGT. Verhandelingen, 

deel 13. 

Korte schets van de Bezittingen der N. O. I. Maatschappij, 

benevens eene beschrijving v. h. Koninkrijk 

Jaccatra en der Stad Batavia, zie RADERMACHER. 


Lèti, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 22, pag. 200. 

* Lingga, zie ANGELBEEK. Verhandelingen, deel 11. 

Lombok. Bij de situatiekaart van Narmada, zie FAILLE. 

Tijdschrift, deel 41, pag. 416 en 429. 

ld. zie ECK. Tijdschrift, deel 22, pag. 311. 

Madoera. Labang Mèsem, HOORN. Tijdschrift, deel 32, 

pag. 431. 

Mangarai (Manggarai) en Lombok in 1854-1856, zie 

FREIJSS. Tijdschrift, deel 9, pag. 443. 

Menado. Boeooi, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 189. 

ld. Landschappen Holontalo, Boné, Boalémo en Kattinggola, 

zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 19, pag. 45. 

ld. Oud-Tondano, zie MANGINDAAN. Tijdschrift, deel 

20, pag. 364. 

ld. Ranodjapo's overzijde, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 

19, pag. 521. 

ld. Todjo, Posso en Saoesoe, zie HOEVELL. Tijdschrift, 


Mentawei (Mantawai)-eilanden (met kaart), zie ROSEN 

BERG. Tijdschrift, deel 1, pag. 399. 

ld. zie MESS. Tijdschrift, deel 26, pag. 63. 

Molukken. Bangka, zie GOLDMAN. Tijdschrift, deel 

10, pag. 145.



Molukken. Grondbezit, zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 

7, pag. 197. 

*Nias en bewoners, zie NIEWENHUISEN. Verhandelingen, 

deel 30. 

Nieuw-Guinéa. Aanteekeningen,, zie FABR1TIUS. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 209. 

ld. Humboldtsbaai, zie BINK. Tijdschrift, deel 29, 

pag. 143. 

* Notes on the Malay Archipelago and Malacca, from 

Chinese sources (met kaart), zie GROENEVELDT. 


Obi-eilanden, zie STORMER. Tijdschrift, deel 32, 

pag. 620. 

Poeloe Si Maloe (Simeuloe) of Hog-Island. (West van 

Sumatra), z/e NETSCHER. Tijdschrift, deel 5, pag. 397. 

Poggi-eilanden (Mantawei-groep), zie HINLOPEN. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 319. 

Reis naar Bima, Soembawa, Celebes, Saleyer en Florès, 

zie ZOLLENGER. Verhandelingen, deel 23. 

Riouw (Riau). Anambas-, Natoena- en Tambilan-eilanden, 

zie KROESEN. Tijdschrift, deel 21, pag. 235. 

ld. (De residentie- ten deele beschreven), zie Netscher. 


Roti en de Rotineezen, zie JACKSTEIN. Tijdschrift, deel 

20, pag. 350. 

Saleier, zie STOK. Tijdschrift, deel 15. pag. 398. 

Sapoedi-archipel, zie JOCHIM. Tijdschrift, deel 36, 

pag. 343. 

ld. zie VERWIJK. Tijdschrift, deel 35, pag. 234. 

Savoeneezen, zie TEFFER. Tijdschrift, deel 23, pag. 

347 en HUMME pag. 359. 

Soembawa. Economische en ethnographische aanteekeningen, 

zie LIGTVOET. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 555. 

Soemba, zie ALDERWERELT. Tijdschrift, deel 33, 

pag. 565.

Naam= en zaakregister. 8. 


*Soemba, zie ROOS. Verhandelingen, deel 36. 

Solor-eilanden, zie KLUPPELL. Tijdschrift, deel 20, 

pag. 378. 

Sumatra (Soematra). Aanteekeningen betreffende de 

Bataklanden, zie MEERWALDT. Tijdschrift, deel 

37, pag. 513. 

ld. Baros, zie DEUTZ. Tijdschrift, deel 22, pag. 156. 

ld. Bataklanden, speciaal Simeloengoen, zie KROESEN. 

Tijdschrift, deel 41, pag. 253, zie voorts WESTEN 

BERG. Tijdschrift, deel 34, pag. 105 en verder Het 

ontstaan van het Toba-meer, R. D. M. VERBEEK. 


*Id. Benkoelen, (Bengkoeloe), zie NAHU1S. Verhandelingen, 

deel 10. 

ld. Beschrijving van Singkel, (Singkil), enz., zie RO 

SENBERG. Tijdschrift, deel 3, pag. 397. 

*Id. De hoofdplaats Palembang, zie SEVENHOVEN. 


ld. Dèli. (Gegevens omtrent het rijk van-), zie HALE 

WIJN. Tijdschrift, deel 23, pag. 147. 

Id. De marga Semindo darat in Palembang, zie KATE. 


ld. Djambi, Stroomgebied der Boelian, Djeba en Djangga, 

zie HELFRICH. Tijdschrit, deel 45, pag. 161, 

ld. Gloegoer VI Kota, zie DELDEN. Tijdschrift, deel 

27, pag. 128 en 166. 

ld. Het landschap Blida (Palembang). Tijdschrift, deel 

14, pag. 554. 

ld. Korintji, Serampas en Soengai Tenang, zie KLERKS. 


ld. VI Kota Pangkalan en XII Kota Kampar, zie HOLLE. 


ld. Kwanten, zie SCHWARTZ. Tijdschrift, deel 36, 

pag. 325. 

ld. Lampongsche districten Reisverslag, zie KÖHLER. 

Tijdschrift, deel 3, pag. 495.

N a a m= e n z a a k r e g i s t e r. 9. 


Sumatra. Land en volk beoosten Kota VII, zie TWISS. 


ld. Noordoostkust, zie BOR. Tijdschrift, deel 17, pag. 

377, en SCHEEMAKER, idem, pag. 412, 431 en 

480. 

ld. Nota van aanvulling betreffende de Batang-haridistricten, 

zie TWISS. Tijdschrift, deel 45, pag. 93. 

ld. Onafhankelijke landschappen Mapat Toenggoel en 

Moeara, Soengei Solo. VI Kota, zie NEUMANN. 


ld. Oostkust. De afdeeling Laboean batoe, zie NEU 

MANN. Tijdschrift, deel 26, pag. 434. 

ld. (Oost). Stroomgebied der Kateman, zie SCHOT. 


ld. Palèmbangsche bovenlanden, zie GRAMBERG. Tijdschrift, 

deel 15, pag. 446. 

ld. Pelalawan, zie FAES. Tijdschrift, deel 27, pag. 489. 

ld. Politieke toestand der Rokan-staatjes, zie QUAST. 


ld. Rapport nopens Soengei Pagoe en XIII Kota's. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 569. 

*Id. Reis door de Padangsche bovenlanden, zie BURGER. 


*Id. Reis in de Battaklanden, zie HAAN. Verhandelingen, 

deel 38. 

ld. Siak. (Het rijk van —) zie ANROOY. Tijdschrift, deel 

30, pag. 259. 

ld. Siak sri Indrapoera, zie NIEUWENHUIJZEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 388. 

Id. Tapanoeli in 1852, zie COUPERUS. Tijdschrift, deel 

4, pag. 216. 

*Id. Topografie. Padang in het laatst der 18de eeuw, 

zie NETSCHER. Verhandelingen, deel 41. 

ld. Uitwatering v. h. Toba-meer en de Batoe Bongbong, 

zie DIJK. Tijdschrift, deel 35, pag. 640. 

*Id. zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 3. 

Reg. Bat. Gen. 2

N a a m= en zaakregister. 10 


Tanah Boemboe, (Z. O. Bornéo), zie SCHWANER. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 335. 

Tanah Laoet, zie MEIJER. Tijdschrift, deel 14, pag. 

381. 

Tartarije. Japan. Oost-Azië. West-Amerika, zie RADER- 

MACHER. Verhandelingen, deel 4. 

Tengger, zie HERWERDEN. Verhandelingen, deel 

20. 

Tenimbar en Timor laoet, zie HOEVELL. Tijdschrift, 

deel 33, pag. 160. 

Ternaté, zie GOLDMAN. Tijdschrift, deel 7, pag. 203. 

Timor enz. van 1668 tot en met 1809, zie ALDERWE- 

RELT. Tijdschrift, deel 47, pag. 195. 

ld. (Z. O. Kust), zie VERSTEQE. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 121. 

*Id. zie GRAMBERG. Verhandelingen, deel 36. 

*Id. zie HOGENDORP. Verhandelingen, deel 1 en 2. 

•Zeekaarten zie IPEREN. Verhandelingen, deel 1 en 2. 

»ACUPUNCTUUR in Japan, zie S1EBOLD. Verhandelingen, 

deel 14, pag. 379. 

•ADDER zie WURMB. Verhandelingen, deel 3, pag. 213. 

•ADELSTAND der Javanen, zie MAC GILLAVRY. Verhandelingen, 

deel 16, pag. 29. 

ADJATAPPARANG-CONTRACT, zie MORRIS. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 193. 

ADJI SAKA en de zoutwaterwellen van Grobogan, zie KEMP. 


ld. (Serat), Tijdschrift, deel 34, pag. 104. 

ADOPTIE in verband met matriarchaat bij de Toradja's, 

zie KRUYT. Tijdschrift, deel 41, pag. 80. 

ADRIANI (Dr. N.) De legende van Menoti-poti. Tijdschrift, 

deel 41, (1899), pag. 541. 

ld. (Dr. N.) De talen der Togian-eilanden. Tijdschrift, 

deel 42, (1900), pag. 428 en 539. 

Id. (Dr. N.) Etude sur la littérature des To Radja. 

Tijdschrift, deel 40, (1898), pag. 339.


*ADRIANI (Dr. N.) Laolita i Sésé n Taola. Het verhaal van 

Sésé n Taola. Oorspronkelijke tekst in de Barée 

taal. Verhandelingen, deel 51. Vertaling, deel 55. 

ld. (Dr. N.) Lijst van errata in het opstel : Over. het 

tusschenzetsel in het Barée en eenige verwante 

talen. Tijdschrift, deel 39, (1897), pag. 526. 

ld. (Dr. N.) Maka, Naka en Paka in het Barée en eenige 

verwante talen. Tijdschrift, deel 41, (1899), pag. 

529. 

ld. (Dr. N.) Mededeelingen omtrent de Toradja's van 

Midden-Celébès; lezing gehouden den 3en September 

1900. Tijdschrift, deel 44, (1901), pag 215. 

ld. (Dr. N.) Over het tusschenzetsel in het Barée en 

eenige verwante talen. Tijdschrift, deel 39, (1897), 

pag. 496 en 526. 

Id. (Dr. N.) Toradjasche Uilespiegelverhalen. Tijdschrift, 

deel 36 (1903), pag. 118. 

Id. (Dr. N.) Toradjasche vertellingen. Tijdschrift deel 

45 (1902), pag. 483. 

*Id. (Dr. N.) Verhaal van Sésé n Taola. Inleiding en 

vertaling, Verhandelingen, deel 55. 

*Id. (N.). Het verhaal van den gulzigaard, zie SCHWARZ. 


AFDRUKKEN van handen op rotsen bij Nieuw-Guinéa. 

Tijdschrift, deel 29, (1884), pag. 582. 

AFPLATTING van het voorhoofd bij de Alfoeren der Minahasa, 

zie WILKEN. Tijdschrift, deel 21, pag. 374. 

*ALBINO. Blanke negerin, z/elPEREN. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. Witte neger van Bali, zie 1PEREN. Verhandelingen, 

deel 1. 

ALBRECHT (J. E.) Het schoolonderwijs onder de Chineezen 

op Java. Tijdschrift, deel 25, (1879), pag. 

225. 

ALDERWERELT (J. de Roo van). Aanteekeningen over 

Timor en Onderhoorigheden, 1668 tot en met 1809, 

met eene toelichting. Tijdschrift, deel 47, (1904), 

pag. 195.

Naam- en xaakregister. 12 

ALDERWERELT (J. de Roo van). Eenige mededeelingen 

over Soemba. Tijdschrift, deel 33, (1890), pag. 565. 

ld. (J. de Roo van) Historische aanteekeningen over 

Soemba ^residentie Timor en onderhoorigheden). 


Id. (J. de Roo van) Soembaneesch-Hollandsche woordenlijst, 

met eene schets eener grammatika. Tijdschrift, 

deel 34, (1891), pag. 234. 

*ALFABET. (Bimaasch-), zie ZOLLINGER. Verhandelingen, 

deel 23. 

*Id. (Karau-Bataksch-), zie HAAN. Verhandelingen, deel 

38. 

*Id. (Malabaarsch-), zie CELLARIUS. Verhandelingen, 

deel 3, pag. 187. 

*Id. (Oud-Javaansch-) van Midden-Java, zie BRANDES, 


ALFOEREN, zie Alifoeren, Alifoeroe, Alifoersch. 

ALIETTA. Contract, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 36, pag. 193. 

*ALIFOEREN. (De- van het eiland Boeroe), zie WILKEN. 


ld. Rechten en verplichtingen der vrije Alifoeroe's in vroeger 

tijd, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 18, pag. 157. 

ALIFOEROE. Fosso Mahapansa feest, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 546. 

*Id. op Halmahera. Godsdienstige begrippen, zie CAM 

PEN. Tijdschrif, deel 27 pag. 438, zie ook deel 28, 

pag. 240 en 337, zoomede deel 30, pag. 437. 

*Id. Volkenkunde. Afplatting van het voorhoofd, zie 

WILKEN. Tijdschrift, deel 21, pag. 374. 

ld. zie ALIFOEREN. 

ALIFOERSCH (Bonfia), en Céramsch, zie d'ARMANDVILLE. 


ALIFOERSCHE gebeden, zie WINTJES. Tijdschrift, deel 40, 

pag. 571. 

ld. grafteekenen, T z/e TUUK. Tijdschrift, deel 21, pag 102. 

ld. naamgeving, zie WILKEN. Tijdschrift, deel 22, pag. 

363. ^

N a a m= en zaak register. 13 

ALIFOERSCHE poëzie. Tijdschrift, deel 6, pag. 258. 

Id. taal op Boeroe, zie JELLESMA. Tijdschrift, deel 21, 

pag. 295. 

*ALIFOERSCH. Het Halifoersch der Z. O. kust van Nieuw- 

Guinéa, zie KOK. Verhandelingen, deel 56. 

ALI HADJI (Radja). Twaalf Maleische spreukgedichten (met 

vertaling), zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 2, pag. 11. 

ALPHABET, zie ook ALFABET. 

ALPHABETISCHE lijst van de medewerkers aan de 24 eerste 

deelen van dit Tijdschrift. Tijdschrift, deel 24, (1877). 

pag. 611. 

ALPHABETISCH register op de 41 eerste deelen der Verhandelingen, 

1779-1881. Verhandelingen, deel 41. 

*ALTINGIA EXCELSA, zie NORONA. Verhandelingen, deel 5. 

*ALTING. 's Compagnie's recht op de Groote Oost. zie 

KLERK. Verhandelingen, deel 33. 

AL-QADRI'S. (De geschiedenis der eerste-) Met vertaling. 

zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 4, pag. 285. 

AMBERGRIS (Chineesche schrijvers over Poelo-), zie GROE- 

NEVELDT. Verhandelingen, deel 39. 

*AMBOINA, Epidemie in 1838, zie SCHINDELE. Verhandelingen, 

deel 17. 

*Id. Landbouw, zie VISSCHER. Tijdschrift, deel 8, pag. 

19. 

*Id. Opstand van 1829. Tijdschrift, deel 11, pag. 374. 

*Id. Portugeesche en Hollandsche Gouverneurs, zie LU- 

DEKING. Tijdschrift, deel 14, pag. 524. 

AMBONEEZEN, Péla-verbond, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 

20, pag. 365. 

AMBONSCHE landtaal, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 27, 

pag. 69. 

AMBONSCH KRUIDBOEK, zie RADERMACHÉR. Verhandelingen, 

deel 1. 

AMBTENAREN, (Inlandsche). Lijst van ambtsbenamingen, 

zie WALBEEHM. Tijdschrift, deel 16, pag. 479. 

AMPAT LAWANGSCHE huwelijksgebruiken (Sumatra), zie 

PLATE. Tijdschrift, deel 48, pag. 161.


AMULETTEN (Javaansche-), zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 

40, pag. 497. 

ANAMBAS-, Natoena- en Tambilan-eilanden, zie KROESEN. 


ANQELBEEK (C. van). Het eiland Lingga en zijne bewoners. 


*ANGL1NQ DARMO. Javaansch. zie WINTER. Verhandelingen, 

deel 25. 

ANROOIJ (H. A. Hij mans van). Nota omtrent het rijk van 

Siak. Tijdschrift, deel 30, (1885), pag. 259. 

«ANTHROPOLOGIE. Afkomst der Japanners, zie SIEBOLD. 


ld. De Javaan in Oostelijk-Java, zie BOECKHOLSZ. 


ld. Een misvormd kind geboren in Semarang, zie 

DOMIS. Verhandelingen, deel 10. 

*Id. Gedaante en kleur der menschen, zie RADERMA- 

CHER. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. Witte negerin, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. Witte neger, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 1. 

ÂRABISCH. Catalogus van Arabische handschriften van het 

Bat. Gen, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, deel 25. 

ld. Een palataal miskend, zie HURGRONJE. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 85. 

ARABISCHE jaartelling in den Archipel, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 195. 

*Id. strijdschriften besproken, zie HURGRONJE. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 379. 

ld. syntaxis van invloed op de Maleische, zie RONKEL. 


ld. verhandeling over de zwaartekracht, zie RONKEL. 


*ARAKBRANDERIJEN zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 


ARCHAEOLOGICAL SURVEY van Britsch-Indië, zie ROUF- 

FAER. Tijdschrift, deel 44, pag. 373.


*ARCHEOLOGIE, Brambanan, zie MACKENZIE. Verhandelingen, 

deel 7. 

«ARCHIPELAGO, zie Maleische Archipel. 

ARCHIPEL (INDISCHE-). Reizen, zie BERNSTEIN. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 79. 

ld. Zeekaarten. (Verslag van de commissie tot verbetering 

der-). Tijdschrift, deel 4, pag. 167; deel 5, pag. 

407; deel 7, pag. 97; deel 10, pag. 26. 

Id. Zeeroof in 1852 en 1853. Tijdschrift, deel 3, pag. 

1. voorts: deel 4, pag. 383; deel 6, pag. 125; 

deel 7, pag. 350; deel 18, pag. 435 ; deel 20, pag. 

302, 399 en 567 ; en zie LEUPE. Tijdschrift, deel 

22, pag. 90; deel 23 pag. 380 en deel 24, pag. 475. 

ARCHIPEL zie Maleische Archipel. 

*ARDJOENA SASRA BAOE, Javaansch gedicht met vertaling, 

zie BROEK. Verhandelingen, deel 34. 

*Id. WIWAHA Kawi, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

ARENDS (P. Q.) Verslag van een reis naar het eiland 

Noesa Baroeng. Tijdschrift, deel 27, (1882), pag. 173. 

«ARISCHE talen. Les racines primitives dans les langues 

chinoise et aryennes, zie SCHLEGEL. Verhandelingen, 

deel 36. 

d'ARMANDVILLE (C. J. F. Le Cocq-). Taal gesproken van 

het Kapaur-gebergte tot aan Sekar, (Z. W. Nieuw- 

Guinéa). Tijdschrift, deel 46, pag. 1. 

ld. (C. J. F. Le Cocq-). Vergelijkende woordenlijst in 

het Hollandsch, Céramsch en Alfoersch (Bonfia). 


d'ARMANDVILLE'S brieven, zie KATE. Tijdschrift, deel 40, 

pag. 214. 

AROE-EILANDEN. Statistiek, zie BOSSCHER. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 323; deel 2, pag. 337. 

ld. zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 33 pag. 57. Keieilanden 

pag. 102. 

AROE- EN KEI-EILANDEN, Woordenlijst, zie EIJBERGEN. 



AROE- EN KEI-EILANDEN, zie EIJBERGEN, Tijdschrift, deel 


*AROK (Kèn), of het boek der koningen van Toemapel en 

Madjapait, zie BRANDES. Verhandelingen, deel 49. 

ARIJA PENANQSANG'S rechten, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 488. 

ASAHAN (Geschiedenis van-), zie KROESEN. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 82. 

ld. zie BOR. Tijdschrift, deel 17 pag. 377, en SCHEE- 

. MAKER. Tijdschrift, deel 17, pag. 412. 

ASTROLOGIE. Gelukkige en ongelukkige dagen in den Archipel, 

zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 7, pag. 130. 

Id. in Midden-Célébès. zie KRUIJT. Tijdschrift, deel 

44, pag. 85. 

*Id kalender op Bali, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

ld. Kotika's bij Makassaren en Boegineezen, zie MAT- 

THES. Tijdschrift, deel 18, pag. 1. 

ld. Omina et portenta, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

42, pag 323. 

ATJÈH. Brief van Prins Maurits. Tijdschrift, deel 25, pag. 

162. 

ld. De „Sja'ir perang Atjèh," met vertaling, zie BLOK, 


ld. Oorsprong van het Atjèhsche volk en 't voormalig 

Sultanaat. Tijdschrift, deel 32, pag. 89. 

ATJÈHSCHE gouden zilversmeedkunst. zie VELTMAN. 


ld. klank- en schriftleer. zie HURGRONJE. Tijdschrift, 

deel 35, pag. 346, 

ld. taalstudiën, zie HURGRONJE. Tijdschrift, deel 42, 

pag. 144. 

ld. taalstudiën, zie LANGEN. Tijdschrift, deel 28, pag. 

176. 

ld. woorden, zie DIAS. Tijdschrift, deel 25, pag. 140. 

ATJÈHSCH Sultansbevelschrift, zie BERG. Tijdschrift, deel 

23, pag. 113.

Naam en z aakregister. 17 

ATJÈHSCH woordenlijstje. Tijdschrift, deel 24, pag. 337. 

ATJÈH'S Zuidelijke nederzettingen,'zie GOOSSENS. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 465. 

ATMADJA (Mas Pringga) en Uytterbroeck (H. Th. J.) Huwelijksgebruiken 

op het eiland Bawéan. Tijdschrift, 

deel 34 (1891), pag. 533. 

AUFGABEN der Ethnologie, zie BASTIAN. Tijdschrift, deel 

40, pag. 191. 

* AUSTRALIE. Nieuw-Holland. Geologische bestanddeelen, 

zie SOMMER. Verhandelingen, deel 22. 

AWOEH TAROENA. Uitbarsting in 1865, zie RIEDEL. 


B. 

BABAD. Algemeene geschiedenis van Java, zie HAGEMAN. 

Tijdschrift, deel 1, pag. 173, 383; deel 2, pag. 33. 

ld. Arya Penangsang's rechten, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 488. 

ld. Banjoemas, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 43, pag,. 

397. 

ld. Blambangan, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, pag. 

325; deel 38, pag. 283. 

Id. Jacques Lefêbre (Djakawès), zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 286. 

*Id. Pasir (Tembang, met vertaling,) zie KNEBEL. Verhandelingen, 

deel 51. 

* ld. Tanah djawa. Aanmerkingen, zie OVERBEEK. Verhandelingen, 

deel 10. 

*Id. Tanah djawa, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 

1, 2, 3. 

*Id. Tanah djawi. Register op de proza-omzetting, zie 

BRANDES. Verhandelingen, deel 51. 

ld. Tanah djawi. Tekst-castigatie, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 556. Foutieve eigennamen in 

id. Tijdschrift, deel 35, pag. 127. 

BABAR, zie HOEVELL. Tijdschrift,' deel 33, pag. 187. 

*BADJO'S, zie VOSMAER. Verhandelingen, deel 17, pag. 61a. 

Register Bat. Gen. 3

Naan= en zaakregister. 18 

BADOEJ'S (De- in verband met Bantensche oudheden), zie 

PENNINQS. Tijdschrift, deel 45, pag. 370. 

BADOEJ'S (Karang-), Kosala, zie QUANT. Tijdschrift, deel 

41, pag. 588. 

BADOENQ en Tabanan. Reisbeschrijving. Tijdschrift, deel 

43, pag. 132. 

*Id. (Geslachtsregister der vorsten van-)zie FRIEDERICH. 


BADOEWI'S, zie BADOEJ'S. 

BAGELÈN. Beteekenis v. d. naam, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 377. 

ld. onder Vorstenlandsch bestuur, zie KOLLMANN. 


ld. Oudheden, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 11, pag. 443. 

BAHAAM (Landschap-), Nieuw-Guinéa, zie DISSEL. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 433. 

BAJAN boediman, zie BRANDES. Tijdschrift deel 38, pag. 379 ; 

en deel 41, pag. 431. 

BAKKER (H. P. A.) Het rijk Sanggau. Tijdschrift, deel 29 

(1884), pag. 353; nalezing, pag. 591. 

ld. (H. P. A.) Verbeteringen en Nalezingen op „Het rijk 

van Sanggau" (bladz. 353—463). Tijdschrift, deel 

29 (1884), pag. 591. 

BAKKERS (J. A.) De afdeeling Sandjai. Tijdschrift, deel 11 

(1862), pag. 265. 

Id. (J. A.) De eilanden Bonératé en Kalao. Tijdschrift, 

deel 11 (1862), pag. 215. 

ld. (J. A.) Het leenvorstendom Boni; met drie teekeningen 

van de belangrijkste punten tijdens den jüngsten 

met dat rijk gevoerden oorlog. Tijdschrift, deel 

15 (1866). 

ld. (J. A.) Het particulier landbezit op Celebes. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 316. 

Id. (J. A.) Tanètte en Barroe. Tijdschrift, deel 12(1862), 

pag. 255. 

*BAKOENG of crinum asiaticum, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7.

Naam = en zaakregister. 19 

*BALANGINGI. Talen en dialecten, zie RIEDEL. Verhandelingen, 

deel 33. 

BALANIPA. Naamsafleiding, zie LIGTVOET. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 40. 

BALEN (J. A. van). Iets over het doodenfeest bij de Papoea's 

aan de Geelvinksbaai. Uittreksels uit een 

brief. Tijdschrift, deel 31 (1886), pag. 556. 

BALI. Aanteekeningen, zie WAANDERS. Tijdschrift, deel 5 

pag. 431 ; deel 7, pag. 73. 

ld. Aanteekeningen uit eene adversaria, zie VROOM. 


ld. Ardjoena wiwaha Kawi, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

ld. Boelèlèng. Zeden en gebruiken, zie WAANDERS. 


*Id. (Chineesche schrijvers over —) zie GROENEVELDT. 


ld. Controleur Schwartz naar Bangli. Tijdschrift, deel 

43, pag. 124. 

ld. en Lombok. Invoering v. d. Islam. Tijdschrift, deel 

22, pag. 358. 

*Id. en Lombok. Reisbeschrijving, zie ZOLLINGER. 


ld. (Het lot der vrouw op—) zie ECK. Tijdschrift, deel 

18, pag. 370. 

ld. Het rijk Bangli, zie LIEFRINCK. Tijdschrift, deel 24, 

pag. 180. 

ld. Het rijk Djembrana, zie LIER. Tijdschrift, deel 15, 

pag. 273. 

ld. Kerta sima, of gemeenteen waterschapswetten, zie 

ECK. Tijdschrift, deel 23, pag. 161. 

ld. Naar Karang-asem en Kloengkoeng. Tijdschrift, deel 

43, pag. 108. Naar Tabanan en Badoeng pag. 132. 

BALINEESCHE lontarbrieven, zie VROOM. Tijdschrift, deel 

18, pag. 228; deel 21, pag. 104. 

ld. telwoorden, VROOM. Tijdschrift, deel 21, pag. 169.


BALINEESCH gedicht. Hi Lingga P'ta, zie VROOM. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 403 en 530; Mégantaka, zie 

ECK. Verhandelingen, deel 38. 

ld. Hooge en lage taal, zie VROOM. Tijdschrift, deel 

18, pag. 310. 

ld. manuscript op lontar, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 22. 

*Id. Mégantaka, (gagoeritan met vertaling), zie ECK. 


*Id Nagarakretagama, lofdicht op Hajam-woeroek van 


ld. verhaal Hi Dreman, met vertaling, zie VROOM. 

Tijdschrift deel 21, pag. 323. 

ld. Woordenboek van VAN ECK beoordeeld, z/eTUUK. 


BALI. Politieke reis. Tijdschrift, deel 43, pag. 554. 

BALISCHE spreekwoorden, zie ECK. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 170; deel 21, pag. 122 en 377. 

*BALI (Voorloopig verslag v. h. eiland-), zie FRIEDERICH. 


ld. Reisbeschrijving, zie BRUMUND. Tijdschrift, deel 

13, pag. 362. 

ld. zie LIEFR1NCK. Tijdschrift, deel 33, pag. 233. 

•ld. zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 4. 

*BALKIS (Prinses). Maleisch verhaal met vertaling, zie WIJK. 


BALLOT ([.) Verslag betreffende een dienstreis van den 

assistent-resident van Loeboeq Sikaping, vergezeld 

van den chef van den staf van Sumatra's Westkust 

naar de landschappen Moeara Soengei, Lolo VI Kota 

Kampar en Mapat Toenggoel (Silajang, Loeboeq 

Gedang en Moeara Tahis). Met een kaart. Tijdschrift, 

deei 47 (1904), pag. 471. 

BANDA'S veroveringsdag, zie CHYS. Tijdschrift, deel 26, 

pag. 195. 

BANDA. (Vijf jaren op-), zie BERG. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 332.


BANDAWASA (Afdeeling-). Oudheden, zie STEINMETS. 


Id. (De afdeeling-) zie BOOM. Tijdschrift, deel 6, 

pag. 469. 

BANDJARAN- Javaansch, zie WALBEEHM. Tijdschrift, deel 

38, pag. 316. 

BANDJARNEGARA. Inlandsche nijverheid, zie DOES. Tijdschrift, 


ld. Twee koperen platen. Tijdschrift, deel 25, pag. 120. 

BANDJERMASIN. (Aanteekeningen omtrent het rijk—), zie 

VEN. Tijdschrift, deel 9, pag. 93; Chineesche bronnen, 

zie GROENEVELDT. Verhandelingen, deel 39. 

Id. (De Dajak's van—), zie HALEWIJN. Verhandelingen, 

deel 1,3. 

ld. Twee rijkssieraden. Tijdschrift, deel 14, pag. 501. 

ld. Vroegste historie, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 24, 

pag. 238. 

BANDJERMASINSCHE munten, zie MOQUETTE. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 489. 

BANDOENG'S oudheden, zie STEINMETS. Tijdschrift, deel 

41, pag. 286. 

BANGERT (C.) De binnenwaarts gelegen streken van 

Doesoen-Ilir. Tijdschrift, deel 9 (1860), pag. 134. 

BANGGAAI (Tomboekoe en—) op de Oostkust van Celebes, 

zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 2, pag. 63. 

BANGKAHOELOE, zie BENKOELEN. 

BANGKA. (Molukken), zie GOLDMAN. Tijdschrift, deel 10, 

pag. 145. 

BANGKAOELOE, zie BENKOELEN. 

BANKA en de daratbewoners, zie NOOY. Tijdschrift, deel 

37, pag. 606. Chineesche schrijvers over Ha-kang, 


BANGLI (Het rijk—), zie LIEFRINCK. Tijdschrift, deel 24, 

pag. 160. 

ld. (Reis v. d. Controleur Schwartz naar—). Tijdschrift, 

deel 43, pag. 124.

Naam= en zaakregister. 22 

BANJAK-EILANDEN, Singkil enz. Geografisch en ethnografisch, 

zie ROZENBERG. Tijdschrift, deel 3, pag. 397. 

*BANJOEMAS. Babad pasir, zie KNEBEL. Verhandelingen, 

deel 51. 

ld. (Babad), zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 43, pag. 397. 

BANTAM, zie Banten. 

BANTEN. Asal moelanja jang mendjadi Radja. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 96. 

ld. (Hindoe-oudheden aan de grens van—), zie FRIEDE 

RICH. Tijdschrift, deel 3, pag. 32. 

ld. (Kaart van Oud-), zie SERRURIER. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 257. 

*Id. Mineralogische reis, zie HORNER. Verhandelingen, 

deel 17. 

BANTEN. (OUD-), zie CHYS. Tijdschrift, deel 26, pag. 1. 

BANTENSCHE. oudheden en de BADOEJ'S, zie PENNINGS. 


ld. Sultansproclamatie, zie TUUK. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 134. 

BANTIKSCHE legenden, met vertaling, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 258; Verhandelingen, deel 33. 

BARABOEDOER-aanteekeningen, zie JOCHIM. Tijdschrift, 

deel, 48, pag. 13. 

ld. (Boeddhistenkoning op den-), zie GRONEMAN. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 367. 

BARABOEDOER'S oorspronkelijke voet, zie IJZERMAN. 


BARABOEDOER. Tempels in Kefloe en Jogjakarta, zie 

FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 19, pag. 411. 

ld. Twee oude berichten, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 78. 

ld. zie Wilsen. Tijdschrift, deel 1, pag. 235; en deel 

2, pag. 1. 

BARÉE en verwanten. (Het tusschenzetsel), zie ADRIANI. 


ld. en verwanten. Maka, naka en paka, zie ADRIANI. 


Naam= en zaak register. 23 

BARÈE. Het verhaal van den gulzigaard, zie SCHWARZ. 


*Id. Het verhaal van Sésé n Taola, zie ADRIANI. Verhandelingen, 

deel 51 en 55. 

^BAROMETERSTÄNDEN zie BERICHT WEGENS DE 

HOOGTE enz. Verhandelingen, deel 2. 

* ld In de Bataklanden, zie HAAN. Verhandelingen, deel 38 ; 

op Soembawa, enz. zie ZOLLINGER- Verhandelingen, 

deel 23. 

BAROS (Sumatra), zie DEUTZ. Tijdschrift, deel 22, pag. 156. 

BARTH (J. P. J.) De landschappen aan de Boven-Pinoh 

(Wester-afdeeling van Bornéo). Tijdschrift, deel 39 

(1897), pag. 588. 

ld. (J. P. J.) Overzicht der afdeeling Soekadana in 1896. 


BASA kedaton, zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 105. 

BASTIAN (Dr. A.) Die Aufgaben der Ethnologie. Tijdschrift, 

deel 40 (1898), pag. 191. 

BATAAFSCH en Hollandsch gouvernement op Java, zie HAGE- 

MAN. Tijdschrift, deel 4, pag. 333; en deel 5, pag. 164. 

BATAKGODSDIENST, zie HAGEN. Tijdschrift, deel 28, 

pag. 498. 

BATAKLANDEN. Aanteekeningen, zie MEERWALDT. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 513; en NETSCHER. Verhandelingen, 

deel 39. 

ld. Reisbeschrijving, zie RAET. Tijdschrift, deel 22, pag. 

164; en RADEMACHER. Verhandelingen, deel 3, pag. 

1 ; HAAN. Verhandelingen, deel 38. 

*Id. (Reis in de—), zie HAAN. Verhandelingen, deel 38. 

ld. Reis naar Si Gompoelon en Si Lindong, zie HENNY. 


ld. Singamaharadja's geboorte en het ontstaan van de 

koeria Ilir in Baros, zie JAMES. Tijdschrift, deel 45, 

pag. 134. 

ld. speciaal Simeloengoen, zie KROESEN, Tijdschrift, 

deel 41, pag. 253.


BATAKLANDEN. Toba-meer. Reisbeschrijving, zie HAGEN. 


ld. Uitwatering van het Toba-meer en Batoe Bongbong, 

zie DYK. Tijdschrift, deel 35, pag. 640. 

ld. Volkenkunde. Doodenfeest der marga Simbiring, zie 

JOUSTRA. Tijdschrift, deel 45, pag. 541; en deel 

46, pag. 472. 

ld. zie. WESTENBERG. Tijdschrift, deel 34, pag. 105. 

BATAKSCHE raadsels, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 

28, pag 201 ; en deel 30, pag. 459. 

ld. spreekwoorden, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 34 

pag. 72; en deel 35, pag. 613. 

*BATAKSCH. Karo-Bataksche vertellingen, z/eJOUSTRA. Verhandelingen, 

deel 56. 

Id. (Karo—). Schrift en uitspraak, zie JOUSTRA. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 12. 

ld. oordeel over wijlen van der Tuuk, zie PLEYTE. 


BÄTÄK'S (Karo—). Kemali, pantang en reboe, zie NEU 


ld. Oud bericht. Tijdschrift, deel 39, pag. 647. 

ld. Stamverdeeling, zie DYK. Tijdschrift, deel 38, pag. 296. 

ld. Tijger en bijgeloof, zie HELDERMAN. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 170. 

BATANG-HARIDISTRICTEN. Nota van aanvulling, zie 

TWISS. Tijdschrift, deel 45, pag. 93. 

*BATAVIAASCH GENOOTSCHAP VAN KUNSTEN EN 

WETENSCHAPPEN. Arabische handschriften, zie 

FRIEDERICH. Verhandelingen, deel 25. 

*Id. Geschiedenis van 1778—1853, zie BLEEKER. Verhandelingen, 

deel 25. 

*Id. javaansche monumenten in het kabinet van oudheden, 

zie HOEVELL. Verhandelingen, deel 21 ; 

FRIEDERICH, deel 23. 

*Id. Correspondentie met Lord Minto. Verhandelingen, 

deel 7; Adres aan Raffles en antwoord van Raffles, 

deel 8.


*BATAVIAASCH GENOOTSCHAP. Toezang, zie IPEREN. 


*Id. Wetten of reglementen. Verhandelingen, deel 7, 9 

en 10. 

BATAVIAASCH TOONEEL in vroeger tijd, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 313. 

BATAVIA. Batoe toelis, zie GRAMBERG. Tijdschrift, deel 

16, pag. 427. 

*Id. Beschrijving van Omme- en bovenlanden, zie TEIS- 

SE1RE. Verhandelingen, deel 6; en ook RADER- 

MACHER, deel 1. 

ld. Conflict tusschen Regeering en Raad van Justitie in 

1795, zie BERG. Tijdschrift, deel 29, pag. 229. 

ld. De „Académie de Marine", zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 551. 

ld. Doodlijsten 1759—1778, zie DOODLIJSTEN. Verhandelingen, 

deel 2, pag. 377. 

ld. Geschiedenis v. d. Conspiratie van 1721, zie ROO. 


ld. (Geschiedenis v. d. kerk van-), zie BRUMUND. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 1; zie HAGEMAN, deel 14, 

pag. 375. 

ld. (Het oude-), met kaart, zie BRUMUND. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 362. 

ld. Inscriptie Erberveld, zie STUART. Tijdschrift, deel 

19, pag. 270. 

ld. Laatste overblijfsel van Djakarta, zie CHYS. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 460. 

ld. Meerdere voordeden uit de Jacatrasche en Préanger-regentschappen, 

zie NEDERBURG. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 110, 195 en 299. 

ld. Nieuwsbladen, zie CHYS. Tijdschrift, deel 11, pag. 159. 

ld. Naamsoorsprong v. d. buurt Rijswijk, zie BERG. 


ld. (Oud-), Losse mededeelingen, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 105; deel 43, pag. 1 en 493 



en deel 45, pag. 1. Kota Tahi, zie HAAN. Tijdschrift 

deel 42, pag. 567. 

BATAVIA. Oude woningen, zie BOSBOOM. Tijdschrift, deel 

40, pag. 542 ; zie ook BRANDES, deel 42, pag. 348 ; 

en voorts BOSBOOM, deel 44, pag. 137; deel 45, 

pag. 193 ; deel 46, pag. 373 ; zoomede deel 47, pag. 55. 

ld. Platte grond in 1632, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

43, pag. 249. 

BATAVIASCHE speel- en kinderliedjes, zie DEWALL. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 182. 

BATAVIA. Seminarium en Latynsche scholen, zie CHYS. 


BATAVIA'S jurisdictie, zie KEUCHENIUS enz. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 390. 

BATAVIA. Smeekschrift der burgerij, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 532. 

Id. (Van Oud-), zie BRANDES. Tijdschrift, deel 45, 

pag. 289. 

BATJAN en MAKJAN. Reisbeschrijving, zie BRUMUND. 


BATOEBARA. (Sumatra). Tijdschrift, deel 17, pag. 412 en 461. 

BATOE BONGBONG (Bataklanden), zie DYK. Tijdschrift, 

deel 35, pag. 640. 

BATOELAPPA. Contracten, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 

36, pag. 185. 

BATOE TOELIS. (Batavia), zie GRAMBERG. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 427. 

ld. bij Buitenzorg (met facsimile), zie FRIEDERICH. 

Tijdschrift, deel 1, pag. 442; deel 14, pag. 559; 

deel 17, pag. 483; deel 27, pag. 90 en 187. 

BATTAKSCH, zie Bataksch. 

BAWÉANSCHE huwelijksgebruiken, zie ATMADJA. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 533. 

*BEKNOPT chronologisch en alphabetisch register op de 

18 eerste deelen der Verhandelingen van het Bataviaasch 

Genootschap (1781—1842). Verhandelingen, 

deel 18.


BEKNOPT verhaal van den opstand op Amboina in 1829. 

Tijdschrift, deel 11 (1862), pag. 374. 

*BÉLOE of Midden-Timor, zie GRYZEN. Verhandelingen, 

deel 54. 

*BENGALEN, (Cholera morbus in- sedert 1817), zie VOS. Verhandelingen, 

deel 10. 

*Id. Inname van Chinsura, zie KLERK DE REUS. Verhandelingen, 

deel 38. 

*Id. Visschen, zie BLEEKER. Verhandelingen, deel 25 


BENGKOELEN, zie Benkoelen. 

BENKOELEESCHE raadsels, zie HELFRICH. Tijdschrift, deel 

37, pag. 98. 

*BENKOELEN. Lampongsche woordenlijst, dialect van Kroë, 

zie HELFRICH. Verhandelingen, deel 45. 

ld. Letterkunde van Serawajer en Besemaher, zie HEL 

FRICH. Tijdschrift, deel 37, pag. 65. 

ld. Ontstaan van eenige regentschappen, zie OPHUY- 

SEN. Tijdschrift, deel 11, pag. 193. 

*\ ld. Oud beeld. Tijdschrift, deel 14, pag. 188. 

ld. zie NAHUIS. Verhandelingen, deel 10, pag. 209. 

*BERBERIDIAE, zie SIEBOLD. Verhandelingen, deel 12. 

BERCKEL (J. M. van) Iets over de Dajaks van Melintan en 

Njawan. Tijdschrift, deel 26, (1881), pag. 423. 

ld. Koeboesche woordenlijst verbeterd, zie DEIBERT. 


^BERICHT wegens de hoogte der barometer en thermometer 

enz. te Batavia, Kaap de Goede Hoop en Nangasaki. 


BERIGT, nopens Malagasi, Kawi enz. ingezonden door 

A. B. COHEN STUART. Tijdschrift, deel 15 (1866), 

pag. 286. 

BERNSTEIN (Dr. H. A.). Reizen in den Indischen Archipel 

(1864). Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 79. 

ld. (Dr. H. A.) Reizen in den Molukschen archipel, 

Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 399.


BERG (Mr. L. W. C. van den). De Mohammedaansche 

geestelijkheid en de geestelijke goederen op Java 

en Madoera. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 1 en 

190. 

Id. (Mr. L. W. C van den). Een bevelschrift van den sultan 

van Atjèh. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 113. 

Id. (Mr. L. W. C van den) Het ambt van den Qâdhî. 

Tijdschrift, deel 18 (1868—1872), pag. 418. 

Id. (Mr. L. W. C. van den). Het Mohammedaansche 

godsdienstonderwijs op Java en Madoera, en de 

daarbij gebruikte Arabische boeken. Tijdschrift, deel 

31 (1886), pag. 518. 

ld. (Mr. L. W. C. van den). In memoriam, Dr. A. B. 

COHEN STUART. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 422. 

ld. (Mr. L. W. C van den). Over de devotie der Naqsjibendîjah 

in den Indischen Archipel. Tijdschrift, 

deel 28 (1883), pag. 158 ; zie HOLLE, deel 31, pag. 67. 

ld. (Mr. L W. C. van den). Rectificatie op „Moham. 

geestelijkheid enz." Tijdschrift, deel 27 pag 190. 

ld. (Mr. N. P. van den). De O. I. Compagnie der Edelen 

van Genua, (1648—1649). Tijdschrift, deel 24 (1877), 

pag. 442. 

ld. (Mr. N. P. van den). Een conflict tusschen de Regeering 

en den Raad van Justitie des Kasteels 

Batavia 1795. Tijdschrift, deel 29 (1884), pag. 229. 

ld. (Mr. N. P.) Het tooneel te Batavia in vroegeren 

tijd. Tijdschrift, deel 26 (1881), pag. 313. 

ld. (Mr. N. P. van den). Vroegere berichten omtrent 

Krakatau. De uitbarsting van 1680. Tijdschrift, deel 

29 (1884), pag. 208. 

ld. (N. P. v. d.) Batavia's jurisdictie ; zie KEUCHENIUS. 


ld. (N. P. van den). Een smeekschrift van de Bataviasche 

burgerij. Tijdschrift, deel 22 (1875), pag. 532. 

ld. (N. P. van den) Naamsoorsprong van de buurt 

Rijswijk te Batavia. Tijdschrift, deel 18 (1868—1872), 

pag. 328.

N a a m= en zaakregister, 29 

BERG (N. P. van den) Vijf jaren op Banda (1633—1638). 

Met aanteekeningen. Tijdschrift, deel 18 (1868 - 

1872), pag. 332. 

'BESCHRIJVINGEN. Bornéo, zie RADERMACHER. Verhandelingen, 

deel 2. 

Id. Celebes, Timor, Sumbawa, Lombok, Bali, zie RA 

DERMACHER. Verhandelingen, deel 4. 

Id. Eiland Timor, zie HOGENDORP. Verhandelingen 


ld. Japan, zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 3. 

ld. Java, Bornéo, Sumatra, zie BIJVOEGSELS tot beschrijving, 

enz. Verhandelingen, deel 3. 

ld. Sumatra zie RADERMACHER. Verhandelingen, 

deel 3. 

:i BESEMAH'SCH en Serawaj'sch dialect (Midden-Maleisch), 


*BIBLIOGRAFIE. Alphabetisch register op de 41 eerste deelen 

der Verhandelingen; deel 41. 

ld. (Proeve eener Ned.-Indische-) zie CHYS- Verhandelingen, 

deel 37, 39 en 55. 

ld. zie Letterkunde. 

BICKÈR (L.) Antwoord op de vraag: Welke redenen zijn er 

om te mogen vaststellen, dat de inenting der kinderziekte 

in de Oostersche volkplantingen met even 

zoo goeden uitslag zou kunnen worden aangewend 

als in de Noordelijke gewesten van Europa enz. 

(Bekroond). Verhandelingen, deel 4. 

BIDASARI (Sjair)-). Maleisch, zie HOEVELL. Verhandelingen, 

deel 19. 

BIGNONIAE, zie BLUME. Verhandelingen, deel 9, pag. 127; 

en zie SIEBOLD, deel 2, pag. 1. 

BIK (J. Th.) Reis door West-Bantam in 1823. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 260. 

ld. (J. Th.) Reis naar Bima, Timor, de Moluksche eilanden, 

Menado en Oost-Javain 1821 en 1822. Tijdschrift, 

deel 14 (1864), pag. 125. 

BILITON zie Billiton.


BILLITON. Bevolking en handel zie CROOCKEWIT. Tijdschrift, 


Id. (De bevolking van-), zie SCHEPERN. Tijdschrift, 


BILLITONEESCH schermfeest, zie DOORMAN. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 339. 

BILLITON-MALEISCH, zie VORDERMAN. Tijdschrift, deel 

34, pag. 373; errata pag. 624. 

BILLITON's Sekah bevolking, zie VERSTEGE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 201. 

BILLITON. Verhalen der Oranglaoet of Orang Sekah, zie 

RIEDEL. Tijdschrift, deel 26, pag. 264. 

BIMA. (Contract met-), zie MORRIS. Tijdschrift, deel 34, 

pag. 176. 

ld. enz. Reisbeschrijving, zie BIK. Tijdschrift, deel 14, 

pag. 125. 

*Id. reisbeschrijving, zie ZOLLENGER. Verhandelingen, 

deel 23. 

*BIMANEESCHE spraakkunst, zie JONKER. Verhandelingen, 

deel 48. 

Id. texten, zie JONKER. Verhandelingen, deel 48. 

BIMANEESCH Woordenboek, zie JONKER. Verhandelingen, 

deel-48. 

BINK (G. D.) Drie maanden aan de Humboldtsbaai. Tijdschrift, 

deel 39 (1897), pag. 143. 

ld. (G. L.) Karau-Jatafasche woordenlijst (Humboldtsbaai). 


ld. (G. L.) Lijstje van telwoorden en eenige zelfstandige 

naamwoorden, enz. van Wandammer. Tijdschrift, 

deel 34 H891), pag. 62. 

BINTAN. (Bijdrage tot de kennis van Oud-), zie SCHOT. 


«BIOLOGIE. Warmte-ontwikkelingin planten, z/e HASSKARL. 


*BISAJASCHE taal, zie RIEDEL. Verhandelingen, deel 33. 

BLADVULLING. De huidskleur van de Javanen volgens 

hen zelf. Tijdschrift, deel 33 (1890), pag. 600.


BLADVULLING. Eene kunstige Javaansche strophe. Tijdschrift, 

deel 36 (1893), pag. 231. 

Id. Eenige foutieve eigennamen in de door Meinsma 

uitgegeven proza-bewerking van den Babad Tanah 

Jawi. Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 127. 

ld. Een nieuwe bewerking van de serat AJI SAKA. Tijdschrift, 

deel 34 (1891), pag. 104. 

ld. La Société Khédiviale de Géographie. Tijdschrift, 

deel 23 (1876), pag. 111. 

ld. Nog een Javaansch geheimschrift. Tijdschrift, deel 

36 (1893), pag. 419. 

*BLEEKER (Dr. P.) Geschiedenis van het Bat. Genootschap 

van 1778—1853. Verhandelingen, deel 35. 

Id. (Dr. P.) Ichthyologische bijdrage. Verhandelingen, deel 

21, 22, 23, 24, 25 en 26. 

BLIDA (Landschap- in Palembang). Tijdschrift, deel 14, pag. 

554. 

*BLIKSEMAFLEIDERS (De calappus), zie DULX. Verhandelingen, 

deel 5. 

BLITOENG zie BILLITON. 

BLOEMEN WAANDERS zie WAANDERS. 

BLOK (E.) Sjair Perang Atjèh, naar een te Siajapoera (?) 

gelithographeerden Maleischen tekst in het Hollandsch 

vertaald. Tijdschrift, deel 30 flSSo), pag. 

568. 

BLOKZEYL (A. H. G.) Hollandsche vertaling van het Kawiwetboek 

Déwa-Danda. Tijdschrift, deel 18 (1868 — 

1872), pag. 295. 

*BLUME (C. L.) Bijdrage tot de kennis der Javaansche eiken. 

(Met zes platen). Verhandelingen, deel 9. 

ld. (C. L.) Monographie der Oost-Indische pepersoorten. 


ld. (C L.) Over eenige gewassen op den Salak. Verhandelingen, 

deel 9. 

ld. (C. L.) Over de gesteldheid van den berg Gedè. 



BODEMEYER (Ch. E.) De oudheden in de Contrôle-afdeeling 

Gending, afdeeling Kraksaän, residentie Probolinggo. 


ld. (Ch. E.) Rapport naar aanleiding van de Nota betreffende 

het Tenggergebied van den heer H. M. la 

Chapelle, opgenomen in deel XLI van hetTijdschr. 

voor Ind. taal-, landen volkenkunde. Tijdschrift, 

deel 43 (1901), pag. 310 

BODHA'S van Lombok, zie EERDE. Tijdschrift, deel 43, 

pag. 290. 

:!: BOECKHOLD (F. van.) Aanteekeningen nopens den Javaan 

in het Oostelijk gedeelte van Java. Verhandelingen, 


*BOEDDHA en zijn leer, zie OVERBEEK. Verhandelingen, 

deel 11, pag. 293- 

BOEDDHISME. Boroboedoer, door WILSEN. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 235, en zie deel 2, pag. 1. 

ld. zie ook HINDOEÏSME, OUDHEDEN, GODSDIEN 

STEN. 

*Id. zie OVERBEEK. Verhandelingen, deel 11. 

BOEDDHISTENKONING op den Boroboedoer, zie GRO- 

NEMAN. Tijdschrift, deel 39, pag. 367. 

BOEDDHISTISCHE bouwwerken te Moeara Takoes, zie 

YZERMAN. Tijdschrift, deel 35 pag. 48. 

ld. Triemoerti, Mendoet, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 

20, pag. 166. 

BOEDDHISTISCH monniksbeeld, en de voornaamste moedra's, 

zie BRANDES. Tijdschrift, deel 48, pag. 37. 

BOEDISME, zie BOEDDHISME. 

*BOEKHOLD (F. van) Relaas van een reis naar den berg 

Merbaboe, van een tocht naar den brandenden berg 

op Java; van een tweeden tocht derwaarts, en opmerkingen 

over de gelegenheid en gezondheid van 

Salatiga. Verhandelingen, deel VI. 

BOELAND1BELAH DOEA. Maleisch verhaal, zie RAAT. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 78.

Naam = enz aakregister. " 33 

BOELÈLÈNG. Zeden en gebruiken, zie WAANDERS. Tijdschrift, 

deel 8, pag. 103. 

BOELOENQAN en BERAU. Bornéo, zie DEWALL. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 423. 

BOEOOL, zie BWOOL. 

BOEWANG (Djoeragan-). Het eiland Ènggano. Tijdschrift, 

deel 2 (1854), pag. 379. 

BOEROE, Alfoersch. zie JELLESMA. Tijdschrift, deel 21, 

pag. 295. 

* ld. (De Alfoeren van het eiland-) zie W1LKEN. Verhandelingen, 

deel 38. 

ld. (Exploitatie van-) zie WILLER. Tijdschrift, deel 2, 

pag. 403. 

BOESTâNOE '1 KâTIBîN, zie DEWALL. Tijdschrift, deel 19, 

pag. 565; en RONKEL, deel 44, pag. 512. 

BOLAANG-MONGONDOU (Het landschap-), zie RIEDEL. 


ld. Huizen, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 18, pag. 282. 

ld. zie MENAMBAHI enz. Tijdschrift, deel 35, pag. 

481. 

BOLAANQ'S oppergezag over de Minahasa, zie RIEDEL. 


*BOMA KAWJA (Kawi), zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 24. 

BOMA, naar het Maleisch, zie TUUK. Tijdschrift, deel 21, 

pag. 91. 

BONÉRATÉ en KALAO (De eilanden-), zie BAKKERS. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 215. 

BONFIA-ALFOERSCH en CÉRAMSCH, zie d'ARMANDVILLE. 


BONI. Beschrijving, zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 15, pag. 1. 

BOOM en BOSCH (C. J.) De afdeeling Bondowoso. Tijdschrift, 

deel 6 (1857), pag. 469. 

BOOMEN en planten in Riouw, Oostkust van Sumatra enz. 

zie KOPS. Tijdschrift, deel 2, pag. 271. 

BORIE. Notice sur les Mantras, tribu sauvage de la péninsule 

malaise. Tijdschrift, deel 10 (1861), pag. 413. 



BORNÉO. Afdeeling Groote Dajak, zie POTTHAST. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 324. 

Id. Bandjermasin. Beschreven balken uit den troonzaal 

van Martapoera, ziß STUART. Tijdschrift, deel 17, 

pag. 548. 

ld. Bandjermasin (met kaart), zie VEN. Tijdschrift ,deel 

9, pag. 93. 

ld. Bandjermasin's vroegste historie, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 238. 

ld. Chineesche vereenigingen, zie SCHAANK. Tijdschrift, 

deel 35, pag. 498; en deel 36, pag. 417. 

ld. Contract van Boegineezen met den Sultan van Koefei. 


ld. Dajaksche sterrekunde, zie SCHAANK. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 435. 

ld. Dajak's van Melintam en Njawan, zie BERCKEL. 


ld. Dajak's van Siding, zie KATER. Tijdschrift, deel 16 

pag. 183. 

* ld. De Dajak's van Bandjermasin, zie HALEWIJN. Verhandelingen, 

deel 13. 

ld. Doesoen-ilir, zie BANGERT. Tijdschrift, deel 9, pag. 

134. 

ld. Doodenfeest der Dajak's zie ULLMANN. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 70. 

ld. Geschiedkundige bijdrage, zie HAGEMAN. Tijdschrift, 

deel 6, pag. 

ld. Het rijk Sanggau, zie BAKKER. Tijdschrift, deel 29, 

pag. 353; nalezing pag. 591. 

ld. Instellingen en gebruiken der Dajak's van Doesoen, 

Moeroeng en Siang. Tijdschrift, deel 1, pag. 201. 

ld. Kroniek van Mampawa en Sambas, zie WILLER. 

Tijdschrift, deel 3, pag. 516; deel 6, pag. 69. 

ld. Kronyk van Sambas en Soekadana, tekst en vertaling 


Id. La récente expédition scientifique, zie NIEUWEN- 

HUIS. Tijdschrift, deel 40, pag. 508.


BORNÉO. Legendarisch ontstaan van Pasir's vorstenhuis, zie 

IN'TVELD. Tijdschrift, deel 27, pag. 557. 

ld Montrado in 1861, zie FABER. Tijdschrift, deel 13, 

pag. 457. 

ld. Noordkust. Hindoe-oudheden. Tijdschrift, deel 14, 

pag. 91. 

ld. (Noord-oostkust). Aanteekeningen, zie DEWALL. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 423. 

ld. (Oost). Aanteekeningen, zie HAQEMAN. Tijdschrift, 


*Id. Overzicht der afdeeling Soekadana, zie BARTH. 


Id. Rambai en Sebroeang-Dajak's, zie TROMP. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 108. 

ld. Reisbeschrijving. Moealang en Sekadan-Dajak's, zie 

WESTENENK. Tijdschrift, deel 39, pag. 305. 

ld. Reis naar Kapoeas en Kahajan, zie MAKS. Tijdschrift, 

deel 10, pag. 466. 

ld. Reis naar Koetei's bovenlanden, zie TROMP. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 273. 

ld. Sampit- en Ketingan-stroomgebied, zie MICHIEL- 


ld. Sneltocht aan de Boven-Kapoeas, zie KATER. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 252.. 

BORNEO'S Westerafdeeling, zie YOUNG. Tijdschrift, deel 

36, pag. 499. 

ld. westkust. Aanteekeningen, zie PREHN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 5 en 468. 

ld. Westerafdeeling, zie WIESE. Tijdschrift, deel 10, pag. 

104. 

BORNÉO. Tanah Iaoet, zie MEYER. Tijdschrift, deel 14, 

pag. 381. 

ld. Tatoeage bij de Biadjoe stammen, zie HAMER. 


Id. Tempajah's of Tandjau's bij de Dajak's, zie KATER. 



*BORNÉO. Uitrusting van een Dajakschen koppensneller, zie 

KATER. Tijdschrift, deel 24, pag. 234. 

ld. Wapenfabricatie, zie HENDRIKS. Verhandelingen, 

deel 18. 

ld. (Westerafdeeling). Landschappen aan den Boven- 

Pinoh, zie BARTH. Tijdschrift, deel 39, pag. 588. 

ld. (Westerafdeeling). Matan Simpang, Soekadana, Karimata-eil., 

Koekoe, zie DEWALL. Tijdschrift, deel 11, 

pag. 1. 

Id. (West). Folklore, zie WESTENENK. Tijdschrift, 


ld. (Z. en O. afdeeling). Kahajan-rivier, zie MAKS. 


* ld. (Z. en O. afdeeling). Tanah boemboe, zie SCHWA- 

NER. Tijdschrift, deel 1, pag. 335. 

ld. (Z. en O. afdeeling). Tijdschrift, deel 16, pag. 81. 

*Id. (Z. en O. afdeeling). Woordenlijst voor Sampit en 

Katingan, zie TIEDTKE. Verhandelingen, deel 36. 

ld. Zes taaltakken voorkomende in de Z. en O. afdeeling, 

zie HAMER. Tijdschrift, deel 32, pag. 455. 

*Id. (Zuid-Oost). Geologisch onderzoek, zie HORNER. 


*Id. z/e BIJVOEGSELS tot BESCHRIJVING enz. Verhandelingen, 

deel 3. 

* ld. zie LEYDEN. Verhandelingen, deel 7. 


BOR (R. C. van den). De lijang na moewap en de legende 

daaraan verbonden. (Padang Lawas). Tijdschrift, deel 

37 (1894), pag. 201. 

BOSBOOM (H. D. H.) De oorsprong van de Kwatiestraat 

in Oud-Batavia. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 

373. 

ld. (H. D. H.) Een buitenverblijf of „thuijn" nabij Batavia 

in de 18e eeuw (met twee platen). Tijdschrift, 

deel 47 (1904), pag. 55. 

ld. (H. D. H.) Het verdwenen waterkasteel te Djokjakarta. 


Naam .- en zaakregister. 37 

BOSBOOM (H. D. H.) Naar aanleiding van teekeningen van 

het oude Batavia en andere vestigingen der O. I. 

Compagnie (met twee platen). Tijdschrift, deel 44 

(1901), pag. 137; deel 45, pag. 193. 

ld. (H. D. H.) Nog eens de teekeningen van het Oude 

Batavia en andere vestigingen der O. I. Compagnie. 


ld. (H. D. H.) Opgaven van calques en reproducties 

naar kaarten en plattegronden, aanwezig in het Rijksarchief 

te 's-Qravenhage en in de Universiteitsbibliotheek 

te Leiden, aan het Bataviaasch Genootschap 

toegezonden. Tijdschrift, deel 46 (1903), 

pag. 385. 

ld. (H. D. H.) Oude woningen in de stad Batavia, 

met drie platen. Tijdschrift, deel 40 (1898), pag. 

542, zie BRANDES, deel 42, pag. 348, BOSBOOM 

deel 44, pag. 137 en deel 45, pag. 193; deel 46, pag. 

373, deel 47, pag. 55. 

BOSCH (C. J.) Uitbarsting der vulkanen Idjin en Raun. 


ld. De afdeeling Bondowoso, zie BOOM. Tijdschrift, 

deel 6, pag. 469. 

BOSSCHER (C.) De Key-eilanden. Tijdschrift, deel 4 (1855), 

pag. 23. 

ld. (C.) en Matthijsen (P. A.) Tomboekoe en Banggaai, 

op de Oostkust van Celebes. Tijdschrift, deel 2 

(1854), pag. 63. 

ld. (C. F.) Landbezit in het zuidelijk gedeelte der Molukken. 


ld. (C ) Oostelijk Céram en omliggende eilanden. Tijdschrift, 

deel 4 (1855), pag. 34. 

Id. (C.) Statistiek der Aroe-eilanden. Tijdschrift, deel 

1 (1853), pag. 323; deel 2 (1854), pag. 337. 

ld. (C.) Statistiek der Zuid-Wester-eilanden. Tijdschrift, 

deel 2 (1854), pag. 419. 

*BOTANIE. Palmen, zie WURMB. Verhandelingen, deel 1.

N a a n= en zaakregister. 38 

*BOTANIE. Relatio plantarum Javanensium, zie NORONA. 


BOUQUET (Mr. J.) Verovering van Ternaté doordeEngelschen 

in 1810. Tijdschrift, deel 16 (1867), pag. 87. 

BRAMA. (Waarom de Tenggereezen offers brengen aan 

den-), zie KOHLBRUQGE. Tijdschrift, - deel 39, 

pag. 428. 

*BRAMBANAN zie MACKENZIE. Verhandelingen, deel 7. 

*BRANDERIJEN (arak)z/eHOOYMAN.Verhandelingen,deel 2. 

BRANDES (Dr. J.) Aanvulling van het opstel over oude 

woningen in de stad Batavia, van den Heer H.D. 

H. BOSBOOM. Tijdschrift, deel 42 (1900), pag. 348. 

Id. (Dr. J.) Arya Penangsang's rechten en pogingen 

tot herstel daarvan. Tijdschrift, deel 43 (1901) pag. 

488. 

Id. (Dr. J.) Bladvulling betreffende het citeeren uit palmbladhandschriften. 

Tijdschrift, deel 42 (1900), pag. 

102. 

Id. (Dr. J.) Bladvulling. Een hofreis naar Mataram om 

en bij 1648 A. D. Tijdschrift, deel 42 (1900), pag. 

387. 

ld. (Dr. J.) Bladvulling (Kaya kumendur angedjawa). 


ld. (Dr. J.) Bladvulling (Warung, Bata en Wangan), 


ld. (Dr J.) Bijschrift bij de door den heer NEEB gezonden 

photo's van oudheden in het Djambische. 

Tijdschrift, deel 45 (1902), pag, 128. 

ld. (Dr. J.) De inhoud van de groote Hikayat Baktyar, 

volgens eene aanteekening van Dr H. N. VAN DER 

TUUK. Tijdschrift, deel 41 (1899), pag. 292. 

Id. (Dr. J.) De inkt gebezigd voor het schrijven der 

oud-Javaansche handschriften uit de 14e en 15e 

Çaka-eeuw. Tijdschrift, deel 32 (1889), pag. 438. 

ld. (Dr. J ) De koperen platen van Sembiran (Boelèlèng, 

Bali), oorkonden in het oud-Javaansch en het oud- 

Balineesch. Tijdschrift, deel 33 (1890), pag. 16.


BRANDES (Dr. J.) De maandnaam Hapit. Tijdschrift, deel 

41 (1899), pag. 19. 

Id. (Dr. J.) De makara als haartressieraad (met zeven 

platen). Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 21, 

Id, (Dr. J.) De verzameling gouden godenbeelden gevonden 

in het gehucht Gemoeroeh, bij Wanasaba, 

en naar aanleiding daarvan iets over Harihara en 

de geschiedenis van Garuda op Java (met elf platen), 

Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 552, 

Id. (Dr. J.) De waarde van Tjandi Prambanan tegenover 

de andere oudheden van Java en een hartig woord 

over de deblayeering. Tijdschrift, deel 47 (1904), 

pag. 414. 

ld. (Dr. J.) Djakawès in de Babad tijdens de belegering 

van Batavia, JACQUES LEFÊBRE. Tijdschrift, 

deel 44 (1901), pag. 286. 

ld. (Dr. J.) Drie koperen platen uit den Mataramschen 

tijd, gevonden in de residentie Krawang. Tijdschrift, 

deel 32 (1889), pag. 338. 

Id. (Dr. J.) Dwerghert-verhalen buiten den Archipel. 

Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 226 en 275. 

ld. (Dr. J.) Dwerghert-verhalen- uit den Archipel. Javaansche 

verhalen. Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 

127; deel 46, pag. 73. 

Id. (Dr. J.) Dwerghert-verhalen uit den Archipel. Maleische 

verhalen. Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 

50 en 366. 

Id. (Dr. J-). Een Buddhistisch monniksbeeld, en naar 

aanleiding daarvan een en ander over eenige der 

voornaamste mudrâ's (met zes platen). Tijdschrift, 

deel 48 (1905), pag. 37. 

Id. (Dr. J.) Eenige officieele stukken met betrekking tot 

Tjerbon. Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 449. 

ld. (Dr. J.) Een Javaansche preek van den duivel. Tijdschrift, 

deel 37 (1894), pag. 506.


BRANDES (Dr. J.) Een jayapattra of acte van eene rechterlijke 

uitspraak van Çaka 849. Tijdschrift, deel 32 (1889), 

pag. 98. 

Id. (Dr. J.) Een Negari-opschrift gevonden tusschen 

Kalasan en Prambanan, Tijdschrift, deel 31 (1886), 

pag. 240. 

ld. (Dr. J.) Een oud-Javaansch alphabet van Midden-Java. 

(Met een facsimile). Tijdschrift, deel 32 (1889), 

pag. 441. 

ld. (D. J.) Een paar bijzonderheden uit een handschrift 

van de hikajat Kalila dan Damina. Tijdschrift, deel 

36 (1893), pag. 394. 

ld. (Dr. J.) Een Plattegrond van Batavia van 1632 (met 

een kaartje). Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 249. 

ld. (Dr. J.) Een puzzle opgehelderd. (Het Lingga-voetstuk 

van Singasari). Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 

461. 

ld. (Dr. J.) Een verslag van Professor A. C VREEDE 

omtrent eene verzameling Javaansche en Madoereesche 

handschriften. Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 

443. 

Id. (Dr. J.) Enkele oude stukken, betrekking hebbende 

op Oud-Javaansche opschriften, en bewaard in de 

Rijks-Universiteits-boekerij te Leiden. Tijdschrift, 

deel 47 (1904), pag. 448. 

ld. (Dr. J.) Het Damar Wulan verhaal in lakon-vorm. 


ld. (Dr. J.) Iets over een ouderen Dipanegara in verband 

met een Prototype van de voorspellingen van 

Jayabaya. Tijdschrift, deel 32 (1889), pag, 368. 

Id. (Dr. J.) Iets .over het Papegaai-boek, zooals het. 

bij de Maleiers voorkomt. Tijdschrift, deel 41 (1899), 

pag. 431. 

ld. (Dr. J.) Inleiding bij Serrurier's kaart van Oud- 

Banten, zie SERRURIER. Tijdschrift, deel 45, pag. 

257.


BRANDES (Dr. J.) Insluimeren van het gevoel voor de symbolieke 

waarde van ornament, ook in de Chineesche 

kunst op te merken. Tijdschrift, deel 46 (1903), 

pag. 97. 

ld. (Dr. J. L. A.). In memoriam, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 89- 

ld. (Dr. J.) Lo Tong, een Javaansche reflex van een 

Chineeschen ridderroman. Tijdschrift, deel 45 (1902), 

pag. 263. 

Id. (Dr. J.) Naar aanleiding van Prof. A. C. VREEDE's 

„Kantteekeningen" enz. Tijdschrift, deel 32 (1889), 

pag. 150. 

Id. (Dr. J.) Nadere opmerkingen over de Maleische bewerkingen 

van de geschiedenis der 10 vizieren, 

Hikayat Golam (Hik. Zadabaktin, Hik. Azbak), Hik. 

Kalila dan Damina (laatste gedeelte), en de daarvan 

te onderscheiden, bij de Maleiers voorhanden uiteenloopende 

Hikayats Batyar. Tijdschrift, deel 38 

(1895), pag. 191. 

*Id. (Dr. J.) Nagarakretagama. Lofdicht van Prapanjtja 

op Koning Rasadjanagara, Hajam Wuruk van Madjapahit. 


ld. (Dr. J.) Nalezing op het verslag over een Babad 

Balambangan. (zie Tijdschrift, deel 37, pag. 325). 


Id. (Dr. J.) Nog eenige Javaansche piagem's uit het 

Mohammedaansche tijdvak, afkomstig van Mataram, 

Banten en Palembang. Tijdschrift, deel 32 (1889), 

pag. 557 ; (Eerste vervolg) deel 34, pag. 605 ; (Tweede 

en derde vervolg) deel 35, pag. 110 en 209 ^Vierde 

vervolg) deel 37, pag. 119; (Vijfde en zesde 

vervolg) deel 42, pag. 131 en 491 ; (Zevende vervolg) 

deel 43, pag. 577 ; (Achtste vervolg) deel 45, pag. 272. 

/ ld. (Dr. J.) Nog eenige sporen van de Oudheidkundige 

verrichtingen van den Luitenant der genie H. C 

CORNELIUS. Tijdschrift, deel 31 (1886), pag. 597. 

ld- (Dr. J.) Nog iets over een reeds vroeger gepubli- 

6 

Register Bat. Gen.


ceerden piagem van Sultan Ageng. Tijdschrift, deel 

32 (1889), pag. 363. 

*BRANDES (Dr. J.) Pararaton (Kèn Arok) of het boek der Koningen 

van Tumapel en van Majapahit, uitgegeven 

en toegelicht. Verhandelingen, deel 49. 

*Id. (Dr. J.) Register op de proza-omzetting van de 

Babad Tanah Jawa. Verhandelingen, deel 51. 

Id. Transcriptie van 4 oud-Javaansche oorkonden op 

koper, zie TUUK. Tijdschrift, deel 30, pag. 603. 

*Id. (Dr. J.) Twee oude berichten over de Baraboedoer. 


Id. (Dr. J.) Uittreksels ter vergelijking met hetgeen door 

den heer Q. K NIEMANN gepubliceerd werd uit 

een Hik. Bayan budiman, in zijne bloemlezing uit 

Maleische geschriften. Tijdschrift, deel 38 (1895), 

pag. 379. 

ld. (Dr. J.) Verslag over een babad Balambangan. 

Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 325; deel 38, 

pag. 283. 

ld. (Dr. J.) Van Oud-Batavia. Losse mededeelingen. 

Tijdschrift, deel 42, (1900), pag. 105; deel 43, 

pag. 1 en 493; deel 45, pag. 1 en 289. 

ld. (Dr. J.) Verslag van het Internationaal Oriëntalistencongres 

te Hanoi van 1—6 December 1902. Tijdschrift, 

deel 46 (1903), pag. 481 en 513. 

Id. (Dr. J.) Vervolg der Dwerghert-verhalen buiten den 

Archipel. Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 275. 

ld. (Dr. J.) Yogyakarta. Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 415. 

*BRATA JOEDA. Javaansch, zie STUART. Verhandelingen, 


BRAUW (C. A. de). Aanmerkingen op het stuk getiteld : 

Iets betreffende de verhouding der Pasemahlanden 

tot de Sultans van Palembang. Tijdschrift, deel 4 

(1855), pag. 516. 

BRIEVEN (Balineesche lontar-) zie VROOM. Tijdschrift, deel 

18, pag. 228; deel 21, pag. 104. 

*Id. van en aan Mr. H. J. VAN DE GRAAFF 1816-


1826. Uitgegeven door P. H. VAN DER KEMP. Twee 

stukken en supplement. Verhandelingen, deel 52. 

BRITSCH-INDIË'S „Archeological Survey", zie ROUFFAER. 


BROEK (Dr. W. PALMER VAN DEN). Ardjoena-Sasra-Baoe, 

Jav. gedicht bewerkt en vertaald. Verhandelingen, 

deel 34. 

ld. (Dr. W. PALMER VAN DEN). Geschiedenis van het 

vorstenhuis van Madoera, uit het Javaansch vertaald. 

Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 241 en 471; deel 

22, pag. 1 en 280; deel 24, pag. 1. 

BROUWER. Beschreven steenen op Java, zie STUART. 


Id. (Dr. J. J. VAN LIMBURG). Tjarèta Brakaj, proeve 

van Madoereesche spelling. Tijdschrift, deel 23 (1876), 

pag. 313. 

Id. (J. J. VAN LIMBURG). Kitab Pakih Soenda. Tijdschrift, 

deel 19 (1870), pag. 423. 

ld. (J. J. VAN LIMBURG). Steenen beitels in het Museum 

van het Bataviaasch Genootschap. (Met een plaat). 

Tijdschrift, deel 18 (1868-1872), pag. 67. 

ld. (J. J. VAN LIMBURG). Tjoerito palasik, proeve 

van Menangkabausch dialect. Tijdschrift, deel 21 

(1875), pag. 288, 

BRUIDSCHAT bij eenige volken in den Indischen Archipel, 

zie HOEVEN. Tijdschrift, deel 16, pag. 277. 

BRUMUND (J. F. G) Bali. Fragment van eene reisbeschrijving. 

Tijdschrift, deel 13 (1864), pag. 362- 

ld. (J. F. G.) Bijdrage tot de geschiedenis der kerk van 

Batavia. Tijdschrift, deel 13 1864), pag. 1, zie 

HAGEMAN, deel 14, pag. 375. 

*Id. (J. F. G) Bijdragen tot de kennis van het Hindoeisme 

op Java. Verhandelingen, deel 33. 

ld. (J. F- G.) Een en ander over het oude Batavia. 

(Met een kaart). Tijdschrift, deel 25 (1879), pag. 362. 

ld. (J. F. G) Reis door de Molukko's (Batjan en Makjan) 

met een kaart. Tijdschrift, deel 5 (1856), pag. 323.

N a a m- en zaakregister. 44 

BRUYN KOPS (G. F. de) zie KOF S. 

> *BUDDINGH (Dr. S. A.) Het Panthéisme. Verhandelingen, 

deel 22. 

*BUlKLOOP zie WOLF. Verhandelingen, deel 2. 

*BU1TENZ0RG. Batoe toelis verklaard (met facsimile) zie 

FRIEDERICH. Tijdschrift, deel l,pag. 442; deel 14, 

pag. 559 ; deel 17, pag. 483 ; deel 27, pag. 90 en 187. 

* ld. Djasinga. Sketch of geology, zie RIGG. Verhandelingen, 

deel 17. 

*BURGER (H.) De Japansche kopermijnen en de bereiding 

van het koper. Verhandelingen, deel 16. 

*Id. (H.) Reis door eenige districten der Padangsche 

Bovenlanden. Verhandelingen, deel 16. 

BWOOL. (Landschap), zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 18, pag. 

189. 

*BIJBELCR1TIEK, verdediging van 1 Chron. 22 zie HOGEN- 

DORP. Verhandelingen, deel 2. 

BIJDRAGEN tot de geschiedenis van het rijk van LINGGA 

en RIOUW. Tijdschrift, deel 4 (1855), pag. 411. 

Id. tot de kennis van SUMATRA'S NOORD-OOSTKUST : 

i. BOR (A. C. VAN DEN) Rapport over eene reis van 

Tandjong Balei naar de omstreken van Pasir Mendagel 

; bovenlanden van Asahan. (Met twee kaarten). 


II. SCHEEMAKER (L. de) Aanteekeningen gehouden op 

eene reis naar de marktplaats (Pedagangan) der Lima 

Laras, vier dagreizen de rivier van Batoesara opwaarts 

gelegen. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 412. 

III. VIGELIUS (J. C F.) Memorie van overgave van het 

Bestuur over de afdeeling Panei en Bila, (Nov. 1866). 


IV. SCHEEMAKER (L. de) Nota betreffende het landschap 

Batoebarah. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 461. 

V. Extrakt uit eene aanteekening van den kontroleur van 

Panei en Bila. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 480. 

BIJDRAGE tot de kennis der rechtspraak volgens den Islam. 

Tijdschrift, deel 18 (1868—1872), pag. 418.

N a a m= en zaakregistcr. 45 

BIJGELOOVIQHEDEN der Soendaneezen, zie WILSEN. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 465 ; deel 6, pag. 75 ; deel 7, pag. 45. 

*BIJLON. (D.) Over de knokkelkoorts. Verhandelingen, deel 2. 

:i: ßlJVOEGSELS tot beschrijving der Sundasche eilanden Java, 

Bornéo en Sumatra. Verhandelingen, deel 3. 

ÇAKA-JAARTELL1NQ. zie STUART. Tijdschrift, deel 20, pag. 

151. 

*CALON (L. F.) Bijdrage tot de kennis van het dialektvan 

Sikka, 1895. Verhandelingen, deel 50. 

ld. (L. F.) Eenige opmerkingen over het dialect van 

Sikka. Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 129. 

ld. (L. F.) Woordenlijstje van het dialect van Sikka 

(Midden-Flores). Tijdschrift, deel 33 (1890), pag. 

501 ; deel 34, pag. 283. 

ld. (L. F.) Woordenlijst van het dialect van Lio (West- 

Flores). Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 200. 

CAMARECQ (A. W. KINDER DE.) De volksinstellingen in 

de Oostelijke Soendalanden. Tijdschrift, deel 10 

(1861), pag. 259. 

CAMPEN (C F. H.) De godsdienstbegrippen der Halmahérasche 

Alfoeren. Tijdschrift, deel 27 (1882) pag. 438; 

zie ook deel 28, pag. 240 en 337; deel 30, pag. 437. 

ld. (C F. H.) De godsdienstbegrippen der Halemahérasche 

Alfoeren, eenige oude volkssagen naverteld. 


ld. (C F. H.) Het eiland Halemahéra. Tijdschrift, deel 

28 (1883), pag. 240, zie ook deel 27, pag. 438 ; deel 

28, pag. 337 ; deel 30, pag. 437. 

ld. (C. F. H.) Nalezingen op het opstel over de godsdienstbegrippen 

der Halemahérasche Alfoeren. Tijdschrift, 

deel 27, pag. 438; deel 28 (1883), pag. 

337; deel 30, pag. 437. 

ld. (C. F. H) Ternataansche pantoen's, Ie serie. Tijdschrift, 

deel 30 (1885), pag. 443; 2e serie. Tijdschrift, 

deel 30 (1885), pag. 624.


CANNE (H. D.) Bijdrage tot de geschiedenis der Lampong's. 

Tijdschrift, deel 11 (1862), pag. 507, 

CARLIER (G. J. P.) De vogelnestklippen te Karang Bollong. 

(Heeveel zij van 1846—1851 opleverden en de kosten 

van exploita'ie gedurende die jaren). Tijdschrift, 

deel 1 (1853), pag. 304. 

CARTERET (PHILIP; in Ned.-Indië, zie CHYS. Tijdschrift, 


CARTOLOG1E, zie KAARTEN, ZEEKAARTEN. 

CASTRO (A. de). Résumé historique de 1' établissement 

Portugais à Timor, des us et coutumes de ses habitants. 


Id. (A. de.) Une rébellion à Timor en 1861. Tijdschrift, 

deel 13 (1864), pag. 389. 

*CATALOGUS cod. Mss Arabicorum in Bibliotheca Soc. 

Art. et Scient. Bat. zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 25. 

CEILON. Nederlandsche landvoogden, zie MARK. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 184. 

CELEBES. Aardrijkskunde. Loehoe, zie MORRIS. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 498, 

ld. Aardrijkskunde. Masenrempoeloe, zie MORRIS. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 149. 

*Id. Barée taal. Het verhaal van Sésé'nTaola,z/eADRIANI. 

Verhandelingen, deel 51 en 55. 

ld. Bekentenis van een Holontaloschen Ponggoh, zie 


ld. Bolaang Mongondou, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

13, pag. 266. 

*ld. -expeditie. Legerziekten, zie DEGENHARD. Verhandelingen, 

deel 12. 

ld. Geschiedenis. Masenrempoeloe, zie MORRIS. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 149. 

*Id. Goudmijnen, zie DUHR. Verhandelingen, deel 3. 

*Id. Gowa. Beschrijving en geschiedenis, z/eEERDMANS. 


* ld. Het verhaal van den gulzigaard in het Tontemboansch,

N a a m= enzaakregister. 47 

Sangireesch en Barèe, zie SCHWARZ. Verhandelingen, 

deel 56. 

CELEBES. Kaartspel Omi, zie MATTHES. Tijdschrift, deel 

11, pag. 525 en WILSEN, deel 13, pag. 192. 

ld. Legende van Menoti-poti, zie ADRIANI. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 541. 

ld. Letterkunde. Toradja's, zie ADRIANI. Tijdschrift, deel 

40, pag. 339. 

ld. Maka enz. in het Barèe en verwanten, zie ADRIANI. 


ld. (Midden-). De Toradja's, zie ADRIANI. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 215. 

ld. (Midden-j. Het wichelen, zie KRUYT. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 85. 

ld. Naamsafleiding van Balanipa, zie LICHTVOET. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 40 

ld. (Noorderdistricten), zie GERSEN. Tijdschrift, deel 

16, pag. 352. 

ld. (Noord-). Holontalosche vertelling, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 209. 

ld. Particulier landbezit, zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 

16, pag. 316. 

ld. Regenbezweerders bij de Toradja's, zie KRUYT. 


ld. Regentschap Kadjang, zie WIGGERS. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 247. 

*Id. Reisbeschrijving, zie ZOLLENGER. Verhandelingen, 

deel 23, 

ld. Sindjai (De afdeeling-), zie BAKKERS. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 265. 

*Id. Talen en dialecten van Noord- of Midden-Célébes, 

zie RIEDEL. Verhandelingen, deel 33. 

ld. Tanète en Barroe, zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 

12, pag. 255. 

ld. Tomboekoe en Banggaai op de Oostkust, zie BOS- 

SCHER. Tijdschrift, deel 2, pag. 63.

N a a m= en zaakregister 48 

*CÉLÉBES. Tompakéwa'sch (Bijdragen tot de kennis van het-), 

zie JELLESMA. Verhandelingen, deel 47. 

ld. Toradjasche vertellingen, zie ADR1ANI. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 483. 

ld. Toradjasche Uilenspiegelverhalen, zie ADRIANI. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 118. 

ld. Tusschenzetsel in het Barèe en verwanten, zie 

ADRIANI. Tijdschrift, -deel 39, pag. 496 en 526. 

ld. Vestiging der Mandaren in de Tomini-bocht, zie 


ld. Volkenkunde. Adoptie in verband met matriarchaat, bij 

de Toradja's, zie KRUYT. Tijdschrift, deel 41, pag. 80. 

ld. Volkenkunde. De weerwolf bij de Toradja's, zie 

KRUYT. Tijdschrift, deel 41, pag. 548. 

ld. Volkenkunde. Schaking bij den Makassaar, zie 

RUTTE. Tijdschrift, deel 41, pag. 300. 

ld. zie ook M1NAHASSA. 


*Id. (Zuid-oost) zie VOSMAER. Verhandelingen, deel 17. 

*CELLARIUS. (J. A.) Over de spraak, wetenschappen en 

kunsten der Malabaren. Verhandelingen, deel 3. 

CÉRAM en CÉRAM-LAUT. Reisbeschrijving, zie CRAB. 


ld. Kerkelijk rapport, zie VRIES Tijdschrift, deel 22, 

pag. 220. 

ld. (Oostelijk-) en omliggende eilanden, zie BOSSCHER. 


CÉRAMSCH Kakian-verbond, zie EKRIS. Tijdschrift, deel 

16, pag. 290. 

ld. eedformulier, zie NIEUWENHUYZEN. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 510. 

ld. en Alfoersch (Bonfia), zie d'ARMANDVILLE, Tijdschrift, 

deel 43, pag. 345. 

CÉRAM'S Noordoostkust, zie EYBERQEN. Tijdschrift, deel 

17, pag. 489. 

CÉRAM zie ROSENBERG. Tijdschrift, deel 16, pag. 97. 

CEYLON, zie CEILON.

N a a m= en zaakregister 49 

CHAPELLE (H. M. la). Nota betreffende het Tengger-gebied. 

Tijdschrift, deel 41 (1899), pag. 32, zie BODEMEY- 

EIÎ, deel 43, pag. 310. 

CHASTELEYN (C.) Invallende gedachten. Tijdschrift, deel 

3 (1855), pag. 63. 

CHATELIN (L. N. H. A.) Godsdienst en bijgeloof der Niassers. 


CHERIBON. (Tjirebon). Oudheden, zie WILSEN. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 146 en 488; en deel 6, pag. 57: zie 

SEYFF, deel 7, pag. 379. 

*Id. zie TJERBON, 

*CHINA (De prostitutie in-). Verhandelingen, deel 32. 

*Id. Feesten en gebruiken der Emoy-chineezen, zie 

GROOT. Verhandelingen, deel 42. 

ld. Huwelijkswetgeving, zie YOUNG. Tijdschrift, deel 

38, pag. 1. 

*Id. (Tegenwoordige staat , zie RADERMACHER. Verhandelingen, 

deel 4. 

ld. Toepassing der mouches als toiletartikel, zie SCHLE 

GEL. Tijdschrift, deel 14, pag. 569. 

*CHINEESCHE berichten over den Archipel en Malakka, 


ld. betrekkingen met Java. zie SCHLEGEL. Tijdschrift, 


ld. feestdagen (naar het Maleisch), zie YOUNG. Tijdschrift, 


ld. geheime genootschappen, zie YOUNG. Tijdschrift, 

deel 28, pag. 546, zie SCHAANK, MONTRADO 

deel 35, pag. 498; deel 36, pag. 417; YOUNG, 

deel 38, pag. 499; SCHAALJE, deel 20, pag. 1; 

zoomede THIAN TI HWUI. Verhandelingen, deel 

32. 

*Id. gerechtelijke geneeskunde, zie GRYS. Verhandelingen, 

deel 30. 

ld. kaartspelen, zie FABER, Tijdschrift, deel 26, pag. 

413, en YOUNG, deel 31, pag. 269. 



CHINEESCHE kunst. Insluimeren van het gevoel voor de 

symbolieke waarde van het ornament, zie BRANDES. 


*Id. letterkunde. De roman Hoa Tsien Ki vertaald, zie 

SCHLEGEL, Verhandelingen, deel 32. 

ld. ridderroman in het Javaansch gerefleteerd, zie 

BRANDES. Tijdschrift, deel 45, pag. 263. 

*Id. taal. Les racines primitives dans les langues chinoise 

et aryennes, zie SCHLEGEL. Verhandelingen, deel 

36; zie ook S1EBOLD, Verhandelingen, deel 13. 

CHINEEZEN (Doodenfeest der-) zie VOGELAAR. Verhandelingen, 

deel 6. 

ld. Godsdienst en bijgeloof, zie FRANCKEN. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 38. 

ld. Kleine voeten der vrouwen, zie SCHAALJE. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 33. 

Id. Montrado in 1861. Tijdschrift, deel 13, pag. 457. 

ld. Optocht te Padang, zie YOUNG. Tijdschrift, deel 

27, pag. 560. 

ld. (Schoolonderwijs onder de-opJava),z/e ALBRECHT. 


ld. Versterfecht, adoptie en pleegkinderen, zie YOUNG. 

Tijdschrift, deel 31, pag. 214'. 

ld. Thay pèk koeng, zie LANGENHOFF. Tijdschrift, 


ld. Tahit nyèt pan feest en Thièn thy foei-genootschap, 

zie LANGENHOFF. Tijdschrift, deel 7, pag. 473. 

ld. Tijdrekening, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 9, 

• pag. 67. 

*CHINSURA vermeesterd in 1781 en 1795, zie REUS. Verhandelingen, 

deel 38. 

*CHOLERA, buikloop, zie WOLF. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. morbus in Benggalen, zie VOS. Verhandelingen, 

deel 10. 

*Id. morbus op Java, zie MULLER. Verhandelingen, 

deel 13.

Naam = enzaakregister. 51 

*CHOLERA orientalis, zie SCHILLET. Verhandelingen, deel 

13. 

^CHRISTELIJKE' theologie, zie HOQENDORP. Verhandelingen, 

deel 2. 

CHRISTENDOM. Céram. Kerkelijk rapport, zie VRIES. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 220. 

*Id. Deensche zending. Coromandel, zie HOOYMAN. Verhandelingen, 

deel 2. 

CHRONOLOGIE. Opmerking omtrent de Çaka-jaarteîing, 

zie STUART. Tijdschrift, deel 20, pag. 151. 

ld. zie TIJDREKENKUNDE. 

CHYS (Mr. J. A. van der). Alphabetische lijst van de medewerkers 

aan deel 25 tot en met 36 van dit Tijdschrift, 

deel 36 (1893), pag 724. 

Id. (Mr. J. A. van der). Alphabetisch-systematisch 

opgave van de 12 eerste deelen van het Tijdschrift, 

deel 12 (1862), pag 595. 

Id. (Mr. J. A. van der). Alphabetisch-systematische 

inhouds-opgave van deel 13—24 van dit Tijdschrift, 

deel 24 (18/7), pag. 589. 

Id. (Mr. J. A. van der). Alphabetisch-systematische 

inhouds-opgave van deel 22 tot en met 36 van dit 


Id. (Mr. J. A. van der). Banda's veroveringsdag. Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag. 195. 

ld. (Mr. j. A. van der). Beschrijving van een eerepenning, 

geschonken aan den sultan van Ternaté. Tijdschrift, 

deel 11 (1862), pag. 528. 

Id. (Mr. J. A. van der). Bladvulling. Tijdschrift, deel 

30 (1885), pag. 637. 

Id. (Mr. J. A. van der). Burgerlijke Europeesche gezaghebbers 

over Soerabaja. Tijdschrift, deel 39(1897), 

pag. 520. 

ld. (Mr. J. A. van der). Bijdragen tot de geschiedenis 

van het inlandsch onderwijs in Ned.-Indië. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 212; deel 16 (1867), pag. 1, 

en deel 25 (1877), pag. 1.

• 


CHYS (Mr. J. A. van der). De Bataviasche Nouvelles 1744— 

1746 en de Bataviasche Koloniale Courant van 

1810—1811. Tijdschrift, deel 11 (1862), pag. 159. 

Id. (Mr. J. A. van der). De Latynsche scholen van 

1642 en 1666, alsmede het Seminarium van 1745 

te Batavia. Tijdschrift, deel 10 (1861), pag. 163. 

*Id. (Mr. J. A. van der). De munten van Nederlandsch- 

Indië, zie NETSCHER. Verhandelingen, deel 31. 

ld. (Mr. J. A. van der). Geschiedenis van eenige gouvernementeele 

inlandsche scholen op Timor. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 52. 

ld. (Mr. J. A. van der). Geschiedenis van het Inlandsen 

onderwijs in Nederlandsch-Indië, aan officiëele bronnen 

ontleend. Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 212; 


ld. (M. J. A. van der.) Gouden medaille, vereerd aan 

den Sultan van Ternaté. Tijdschrift, deel 14 (1864), 

pag. 187. 

Id. (Mr. J. A. van der.) Het laatste overblijfsel van Djakarta. 


ld. (Mr. J. A. van der.) Hoe de Compagnie soms met 

Javaansche regenten handelde. Tijdschrift, deel 25 

(1879), pag. 221. 

ld. (Mr. J. A. van der.) Hoe men in de 17e eeuw Gouverneur-Generaal 

werd. Tijdschrift, deel 30 (1885), 

pag. 596. 

Id. (Mr. J. A. van der.) Kapitein JONKER 1630 (?) — 1689. - 

Tijdschrift, deel 28 (1883), pag. 371 ; deel 30. pag. 1. 

Id. (Mr. J. A. van der.) Koepang omstreeks 1750. Tijdschrift, 

deel 18 (1868—1872) pag. 209. 

Id. (Mr. J. A. van der.) Philip Carteret in Nederlandsch- 

Indië, 1767—1768. Tijdschrift, deel 34(1891), pag. 1. 

Id. (Mr. J. A. van der.) Oud-Bantam. Tijdschrift, deel 

26 (1881), pag. 1. 

*Id. (Mr. J. A. van der.) Proeve eener Nederlandsch- 

Indische bibliographie (1659—1870). Verhandelingen.

PHMraHHi 


deel 37 ; Supplement, deel 39 ; Supplement 2, deel 

40. 

*CHYS (Mr. J. van der) Suikerriet-ampas als brandstof. 

Bijdrage tot de geschiedenis der suikerfabricatie op 

Java. Tijdschrift, deel 37, (1894), pag. 1. 

Id. (Mr. J. A. van der) „Victorie branden". Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag. 256. 

ÇIWABEELD zie SIWAHBEELD. 

CLERCQ (F. A. de) De Fosso Mahapansa zooals die voorheen 

gevierd werd door de Alifoeroe in de Minahasa. 


ld. (F. S. A. de) De grafteekenen der Alifoeroe in het 

district Tonsawang (Minahasa). Tijdschrift, deel 21 

(1875), pag. 102. 

ld. (F. S. A. de) De huizen in Bolaang-Mongondou. 


ld. (F. S. A. de) De overzijde der Ranojapo. (Met een 

kaart). Tijdschrift, deel 18 (1870), pag. 521. 

ld. (F. S. A. de) De vroegste geschiedenis van Bandjarmasin. 


• ld. (F. S. A. de) Eene episode uit de geschiedenis van 

Madjapahit. Tijdschrift, deel 24 (1877), pag. 280. 

ld. (F. S. A. de) Eenige bijzonderheden over het Maleisch 

van Palembang. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 517. 

ld. (F. S. A. de) Het Péla der Amboneezen. Tijdschrift, 

deel 20 (1873), pag. 565. 

ld. (F. S. A. de) Javaansche raadsels. Tijdschrift, deel 

20 (1873), pag. 570. 

ld. (F. S. A. de) Losse aanteekeningen. Tijdschrift, deel 

20 (1873). 

A. de Bron Koemaloko in de Minahasa, pag. 192. 

B. Winangkil im poriara en mangalap, pag 193. 

C. Tijdverdéeling van den dag in Oost-java, pag. 194. 

ld. (F. S. A. de) Rapport over drie reizen naar het 

Nederlandsche gedeelte van Nieuw-Guinéa. Tijdschrift, 

deel 34 (1891), pag. 117.


CLERCQ (F. S. A. de) Verbeterde spelling van eenige inlandsche 

plaatsnamen. Tijdschrift, deel 24 (1877), pag. 

268. 

ld. (F. S. A. de) Verklaring van het pèhi-spel. Tijdschrift, 

deel 23 (1876), pag. 512. 

COCK d'ARMANDVILLE, zie d'ARMANDVILLE. 

*COEN (JAN PIETERSZ.) Lofrede, zie SERIÈRE. Verhandelingen, 

deel 11, pag. 247. 

COEVORDEN (J. S. van) Beschrijving der Ned. Ind. munten. 

Tijdschrift, deel 7 (1858), pag. 105—129,332—341. 

Id. (J. S. van) Chronologische lijst van Indische 

penningen. Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 24 en 496; 

deel 15, pag. 209; deel 16 pag. 317; deel 19, pag. 

358. 

COHEN Fzn. (S.) Iets over eedzwering bij de Javanen. Tijdschrift, 

deel 40 (1898), pag. 144. 

ld. Fzn. (S.) Wajang Dampoe Awang. Tijdschrift, deel 

45 (1902), pag. 144. 

COHEN STUART, zie STUART. 

COMPAGNIE. Kapitein JONKER, zie CHYS. Tijdschrift, deel 

28, pag. 351; deel 30, pag. 1. 

*Id. Korte schets van de bezittingen der Nederlandsen 

Oost- Indische Maatschappij zie RADERMACHER. 


Id. (Nederlandsch West-Indische- aan de Goudkust), zie 

DOORMAN. Tijdschrift, deel 40, pag. 389. 

*Id. (N. O. I.) Administrative, rechtliche und finanzielle 

Entwicklung, zie REUS. Verhandelingen, deel 47. 

Id. (N. O. I.) Betrekkingen met Siam. Tijdschrift, deel 

13, pag. 410. 

Id. (N. O.I.) Consideratiën over de Jacatrasche en Préanger 

Regentschappen, onder Batavia sorteerende en 

of daaruit meerdere voordeden voor de Compagnie 

te halen zijn, zie NEDERBURG. Tijdschrift, deel 3, 

pag. 110, 195, 299. 

ld. (N. O. I.) Dood van Tack te Kartasoera, zie 

HAAN. Tijdschrift, deel 40, pag. 335.

Naam= enzaakregister. 55 

COMPAGNIE (N. O. I.) Hoe de Compagnie soms met Javaansche 

regenten handelde, zie CHYS. Tijdschrift, deel 

25,pag. 221. 

ld. (N. O. I.) Hoe men in de 17de eeuw Gouverneur- 

Generaal werd, zie CHYS. Tijdschrift, deel 30, pag. 

596. 

ld. (N. O. I.) Hofreis naar Mataram, zie BRANDES. 


ld. (N. O. I.) Instructie voor den Gouverneur-Generaal 

GERARD REYNST. Tijdschrift, deel 1, pag. 117. 

Id. (Oostindische- der edelen van Genua), zie BERG. 


COMMUNAAL GRONDBEZIT op Java, zie LAERNE. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 254. 

COMPENDIUM der Mohammedaansche wetten, zie Tamson. 


CONGRESSEN. Internationaal Orientalistencongres te Hanoi, 

zie BRANDES. Tijdschrift, deel 46, pag. 481 en 513. 

CONTRACTEN. BORNÉO. Boegineezen met den Sultan van 

Koetei. Tijdschrift, deel 24, pag. 212. 

Id. CELEBES. Adjatapparang, zie MORRIS. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 193, 202, 213. 

Aliètta zie MORRIS. Tijds. deel 36, pag. 193. 

Batoelappa ,, „ ,, ,, 36, ,, 185. 

Doeri „ „ „ „ 36, „ 164. 

Kassa „ „ „ „ 36, „ 178. 

Maiwa „ „ „ „ 36, „ 152. 

Masenrempoeloe „ „ „ „ 36, „ 149. 

Sawiètto zie MORRIS. Tijds. deel 36, pag. 213. 

Soeppa ,, „ „ ,, 36, ,, 202. 

CONTRACT MET BIMA, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 34, 

pag. 176. 

COOLSMA (S.) Antikritiek. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 

282. 

ld. (S.)' De Soendaneesche tolk van G. J. GRASHUIS. 

Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 1, zie pag. 593.

Naam- en zaakregister 56 

ld. Handleiding voor het Soendaneesch beoordeeld, zie 

U1LKENS. Tijdschrift, deel 21, pag.248, zie COOLS- 

MA. Tijdschrift, deel 23, pag. 282. 

*CORNABÉ (A.) Beschrijving van 's Genootschaps paradijsvogel. 


CORNELIUS' OUDHEIDKUNDIGE VERRICHTINGEN, zie 


*COROMANDEL. Deensche zending, zie HOOYMAN. Verhandelingen, 

deel 2. 

*CORTE beschrijving ofte substantieële vervattingh van 't 

Leven Manieren, ende Postuur der wilde menschen, 

hun omtrent Melacca, de Rivier opwaarts in 

de bosschagien onthoudende, en preciselyk lettende 

op de fruyt tijdt, van 't Jaar. Tijdschrift, deel 28 

(1883), pag. 88. 

*COUPERUS (.A.) Bericht aangaande de gambir, hare planting 

en bewerking op Malakka. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. (P. Th.) De instellingen der Maleyers in de Padangsche 

bovenlanden. Tijdschrift, deel 4 (1855), pag. 1. 

ld. (P. Th.) De residentie Tapanoeli in 1852. Tijdschrift, 

deel 4 (1855). pag. 216. 

ld. (P. Th.) Eenige aanteekeningen betreffende de goudproductie 

in de Padangsche bovenlanden. Tijdschrift, 

deel 5 (1856), pag. 122. 

ld. (P. Th.) Landbouwkundige nijverheid in de Padangsche 

bovenlanden. Tijdschrift, deel 5 (1856), pag. 295. 

CRAB (P. van der) Reis naar Nieuw-Guinéa, de Goramen 

Céram-Laoet-eilanden en Oostelijk Céram. Tijdschrift, 

deel 13 (1864), pag. 531. 

CRANSSEN te Ternaté, zie ROO. Tijdschrift, deel 16, pag. 503. 

*CRAWFURD. An inscription from the Kawi or ancient 

Javanese language taken from a stone found in the 

district of Surabaya on Java, translated into the 

modern idiom by Natakoesoema, Panambahan of 

Soemanap; rendered into English. Verhandelingen, 

deel 8.


CR00CKEW1T (Dr. J. H.) Bevolking en handel van Billiton. 


*GRYPTOGAMAE, zie JUNGHUHN. Verhandelingen, deel 17. 

CROOCKEWIT (Dr. J. H.) Reis naar het landschap Palo en naar 

Tandjong Datoe. Tijdschrift, deel 3 (1855), pag. 387. 

D. 

DAGBOEK van den Controleur van Bima, J. W. MEER 

BURG, gehouden gedurende zijne reis door het 

binnenland van Manggarai (West-Flores) van Réo 

via Kai-Tjiba-Dégé-Roetè-Lolah en Todo naarNanga 

Ramo van den 14den April tot en met den 6en Mei 

1890. Tijdschrift, deel 36 (1893), pag. 113. 

DAGVERHAAL van een reis van den resident van Bali en 

Lombok vergezeld van den controleur voor de politieke 

aanraking en de poenggawa's Ida Bagoes 

Gelgel en Goesti Ktoet Djelantik naar Tabanan en 

Badoeng, van 17 Juli tot met 5 Augustus 1899 

(met een kaartje en een geslachtslijst). Tijdschrift, 

deel 43 (1901), pag. 132. 

ld. van eene reis van den resident van Bali en Lombok, 

vergezeld van den controleur voor de politie 

aangelegenheden en de poenggawa's Ida Njoman 

Bandjar en Goesti Njoman Raka naar Karang-asem en 

Kloengkoeng van 11 tot met 26 April 1898, (met 

een kaartje). Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 108. 

DAHA. Hindoerijk op Java, zie HOEPERMANS. Tijdschrift 

deel 21, pag. 146. 

DAJAKSCH doodenfeest, zie ULLMANN. Tijdschrift, deel 

17, pag. 70. 

DAJAKSCHE koppensneller. Inventaris van diens uitrusting, 

zie KATER. Tijdschrift deel 24, pag. 234. 

ld. sterrekunde, zie SCHAANK. Tijdschrift, deel 32, pag. 

435. 

ld. woorden, zie RADERMACHER, Verhandelingen, deel 

2, pag. 43 en deel 3, pag. 271.

ossa 


DAJAK'S. De afdeeling Groote Dajak, zie POTTHAST. 


Id. Instellingen en gebruiken der Dajak's van Doesoen, 

Moeroeng en Siang. Tijdschrift, deel 1, pag. 201. 

ld. (Moealang- en Sekadan-) zie WESTENENK. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 305. 

Id. (Rambai- en Sebroeang-), zie TROMP. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 108. 

ld. (Taman-). Sneltocht aan den Boven-Kapoeas, zie 


ld. Tatoeage bij de Biadjoe's, zie HAMER. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 451. 

ld. (Tempajan's of Tandjau's bij de-), zie KATER. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 438. 

*Id. van Bandjermasin, zie HALEWYN. Verhandelingen, 

deel 13. 

ld. van Melintam en Njawan, zie BERCKEL. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 423. 

Id. van Sidin(g). zie KATER, Tijdschrift, deel 16, pag. 183. 

K *DAMAR WOELAN. Javaansch proza. Verhandelingen, deel 30. 

t DAMAR-WOELANVERHAAL in lakonvorm, zie BRANDES. 


DAMPO AWANG. Wajangverhaal, zie COHEN. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 144. 

DARAWATI beklommen. (Kediri-Madioen), zie FOKKENS. 


DARMA KOESOEMA of Sèh Djamboekarang. Désalegende. 

zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 39, pag. 118. 

DAVELAAR (Mr, W. A. J. van) Middenpersonen tusschen 

de districts-beambten en désa-hoofden op Java 


DE ASOERA IN DE DOERGA-VOORSTELLING van de 

Hindoebeeldhouwkunst op Java, door J. KNEBEL. 

Tijdschrift, deel 48 (1905], pag. 514. 

*DEGENHARD. Legerziekten waargenomen tijdens de Célébesche 

expeditie en de jongste onlusten op Java, 

tot 30 Juni 1827. Verhandelingen, deel 12.


DEIBERT (J. H.) Maleisch-Koeboesche woordenlijst met 

aanteekeningen van Dr. H. N VAN DERTUUKen 

verbeteringen van J. M. VAN BERCKEL. Tijdschrift, 

deel 21 (1875), pag. 447. 

DE KONGSI'S van Montrado (Errata). Tijdschrift, deel 36 

(1893), pag. 417. 

DE KRIS SINGKIR EN DE LANS KALIBLAH, behoorende 

tot de kroonsieraden van Bandjermasin. Tijdschrift, 

deel 14 (1864), pag. 501. 

DELDEN (E. Th. van) Dagverhaal van een reis naar Gloegoer 

VI Kota. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 128. 

ld. (E. Th. van) Toestand van het landschap Gloegoer 

VI Kota. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 166. 

*Id. Hindoeruïnen bij Moeara Takoes, zie VERBEEK. 


DELDEN LAERNE zie LAERNE. 

DÉLI. Geographische en ethnographische gegevens, zie 

HALEWYN. Tijdschrift, deel 23, pag. 147. 

DÉLI, Serdang en Langkat, zie RAET. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 20. 

DE MALEISCH EN BOEGINEESCHE NEDERZETTINGEN 

aan de Koetei-rivier, vertaald uit het Maleisch. Tijdschrift, 

deel 24 (1877), pag. 212. 

DE MILITAIRE BEZETTING VAN TIMOR in 1757. Tijdschrift, 

deel 1 (1853), pag. 332. 

DE ORANG LOM of Belom op Banka. Tijdschrift, deel 11 

(1862), pag. 388. 

*DE PROSTITUTIE IN CHINA. Verhandelingen, deel 32. 

DÉSABESTUUR in Tegal, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 

38, pag. 436. 

DÉSALEGENDEN, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 37, pag. 

390; deel 38, pag. 289 en 486; deel 39, pag. 118 

en 221 ; deel 41, pag. 97; deel 46, pag. 341. 

DÉSA-LEVEN op Java meegeleefd, zie MECHELE. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 165. 

DE TEKST VAN DE PROZABEWERKING VAN DE BABAD 

TANAH DJAWI gecastigeerd. (Bladvulling). Tijd-


schrift, deel 32 (1889), pag. 556 ; Foutieve eigennamen 

in id. Tijdschrift, deel 35, pag. 127. 

DE TEMPELGROEP VAN TJANDI SÈWOE.( Met een plattegrond). 

Tijdschrift, deel 31 (1886). 

DE TIEN VIZIEREN, volgens de Maleische Hikajat's Golam 

en Kalila dan Damina tegenover de Hikajat's Baktyar, 


DEUTZ (G. J. J.) Baros. Tijdschrift, deel 22 (1875), pag. 

156. 

DE VERHOUDING DER PASEMAH-LANDEN tot de Sultans 

van Palembang. Tijdschrift, deel 4 (1855), pag. 186 

en vgl. pag. 516. 

DE VRIJHAVEN VAN RIOUW in 1833. Tijdschrift, deel 3 

(1855), pag. 48. 

DEW ALL (A. F. von) De Pelandoek Djinaka, vertalingen en 

conjectures alsmede Maleische tropen en figuren 

van den Heer J. VAN DISSEL beoordeeld. Tijdschrift, 

deel 42 (1900), pag. 40. 

Id. (A. F. von) Eenige opmerkingen op de Maleische 

taalstudiën van den heer Ch. A. VAN OPHUYZEN. 


Id. (A. F. von) Enkele aanteekeningen op het supplement 

op het nieuw Mal.-Ned. woordenboek met 

Arabisch karakter van H. C. KLINKERT Sr., Tijdschrift, 

deel 42 (1900), pag. 7. 

ld. (A. F. von) Verklaring van twee Maleische uitdrukkingen. 


Id. (H. von) Aanteekeningen omtrent de Noord-Oostkust 

van Bornéo. Tijdschrift, deel 4(1855), pag. 423. 

ld. (H. von) Antwoord op eenige opmerkingen van A. 

B. COHEN STUART {zie deel 7). Tijdschrift, deel 

8 (1859), pag. 327. 

ld. (H. von) Boekbeoordeeling. Boestânoe'1 kâtibîn. 


Id. (H. von) Boekbeoordeeling. Twee geschriften van 

den Heer H. C. KLINKERT. Tijdschrift, deel 20 

(1873), pag. 78.


*DEWALL (H. von) De vormveranderingen der Maleische 

taal. Verhandelingen, deel 31. 

Id. (H. von) Eenige opmerkingen op drie kleine geschriften 

van H. C KLINKERT. Tijdschrift, deel 19 

(1870), pag. 305. 

Id. (H. von) Eenige te Batavia inheemsche Speel- en 

Kinderliedjes. Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 182. 

ld. (H. von) Lijst van eenige in het Maleisch gebruikelijke 

woorden van Sanskrit-oorsprong. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 381. 

ld. (H. von) Matan, Simpang, Soekadana, de Karimata-eilandeii 

en Koeboe. Tijdschrift, deel 11 (1862), 

pag. 1. 

Id. (H. von) Ontwerp van een Maleisch woordenboek 

en eene Maleische spraakkunst. Tijdschrift, deel 6 

(1857), pag. 535, zie STUART, deel 7, pag. 287 

en DEWALL, deel 8, pag. 327; deel 9, pag. 420; 


ld. (H. von) Vaststelling der beteekenis en afstamming 

van eenige in het Maleisch gebruikelijke woorden. 


ld. (A. F. von) zie ook WALL (A. F. von de). 

*DIAMANTMIJNEN, zie HORNER. Verhandelingen, deel 17. 

DIAS (J.) Lijst van Atjèh'sche woorden. Tijdschrift, deel 25 

(1879), pag. 140. 

*DIEDUKSMAN (Koperplaten uit de collectie-), zie HOLLE. 


DIÈNG-PL ATEAU, zie VERWYK. Tijdschrift, deel 35, pag. 

215. 

.DIERENRIEM, zie ZODIAK. 

^DIERKUNDE Bijdragen tot de natuurlijke historie, zie 

WURMB. Verhandelingen, deel 4. 

*Id. De Paradijsvogel, zie Cornabe. Verhandelingen, 

deel 5. 

*Id. Grijze otter, Juno vogel, Kiekendief, zie WURMB. 


N a a m~ en zaakregister 62 

DIERKUNDE Ichthyologie, zie BLEEKER. Verhandelingen, 

deel 21, 22, 23, 24, 25, 26. 

*Id. Kitip (een wanschapen mensch), Kanan (langstaartige 

aap), het Dwerghert, de Havik, de Nachtuil, de Witte 

Reiger, de Ijsvogel, de Nestjes-zwaluw, de Adder, 

goudachtig gevlekte Teek, Tuinspin, zie WURMB. 


*Id. Orang oetan, zie WURMB. Verhandelingen, deel 2. 

ld. Riouw, Oostkust van Sumatra enz. zie KOPS. Tijdschrift, 

deel 2. pag. 480. 

*Id. Vogelnestjes zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 3. 

*Id. Wouwouwen, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 2. 

DINTER (B. C A. J. van) Eenige geographische en ethnographische 

aanteekeningen betreffende het eiland 

Siaoe. Tijdschrift, deel 41 (1899), 'pag. 324. 

DIPANEGARA (Oudere-), zie BRANDES. Tijdschrift, deel 32, 

pag. 368. 

DISSEL (J. van) Beschrijving van een tocht naar het landschap 

Bahaam. Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 433. 

ld. (J. van) De vertaling van den Pelandoek Djinaka 

beoordeeld, zie DEWALL. Tijdschrift, deel 42, 

pag. 40. 

DIVERSE BERICHTEN. Tijdschrift, deel 2, (1854) en deel 3 

(1855), pag. 107, 188, 203, 205, 207, 208, 275, 281,284, 

380, 459, 460, 519; deel 5 (1856), pag. 150, 151, 

313, 314, 315, 316, 484, 485, 486, 487; deel 6 (1857), 

pag. 100, 102, 103, 193, 279, 280, 459, 461, 463, 

464, 573; deel 7 (1858), pag. 93, 176,177,178,260, 

261, 262, 342, 344, 439, 444, 526, 528. 

ld. Waaronder een bij de kaart van de hoofdplaatst 

Soerakarta in 1857 op een schaal van 1 op 20.000. 

Tijdschrift, deel 8 (1859), pag. 75, 76, 317, 318. 

ld. Waaronder een lijst der Europeesche gezaghebbers 

op Java sedert de komst der Europeanen. Tijdschrift, 

deel 9 (1860), pag. 75. 

ld. Tijdschrift, deel 10 (1861), pag. 80, 161; deel 11 

(1862), pag. 155, 157, 158.


DJAJABAJA, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 32, pag. 368. 

DJAKARTA. Laatste overblijfsel, zie CHYS. Tijdschrift, deel 

25, pag. 460. 

DJAMBISCHE Hindoe-oudheden, zie NEEB. Tijdschrift, deel 

45, pag. 120, zie ook BRANDES, pag. 128. 

ld. krissen, dienende als rijkssierraad, zie HAMER. 

Tijdschrift, deel 48, pag. 106. LEGENDES, pag. 113. 

DJAMBOE. Inscriptie, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 3, 

pag. 149. 

DJAMPANG TENGAH (Préanger), zie HOOGEVEEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 493. 

DJAMPÈ PANJÈWÈRAN, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 20, 

pag. 91. 

DJAMPÈ'S. (Soendaneesche- bij overlijden enz.), zie WINATA. 


*DJAPARASCH DIALECT, zie WALBEEHM. Verhandelingen, 

deel 54. 

*DJASINGA. Sketch of geology, zie RIGG. Verhandelingen, 

deel 17. 

DJEMBRANA (Het rijk- op Bali), zie LIER. Tijdschrift, deel 

15, pag. 273. 

DJIMAT'S, zie AMULETTEN. 

DJOERAGAN BOEWANG, zie BOEWANG. 

*DJOHOR EN SIAK (De Nederlanders in-), zie NETSCHER. 


DJOHOR. Sprachrüdimente der Orang-utan, zie MACLAY. 


DJOKJAKARTA (Jogjakarta). Troonsvervvisseling 1792. Tijdschrift, 

deel z7, pag. 295. 

ld. Waterkasteel, zie GRONEMAN. Tijdschrift, deel 30, 

pag. 412; VERBEEK, pag. 435. 

DOERGA-VOORSTELLING in Hindoesche beeldhouwkunst 

en litteratuur, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 46, 

pag. 213. Prototype en variant, deel 48, pag. 317; 

de Asoera, deel 48, pag. 514 

DOERI (Celebes). Contract, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 

36, pag. 164.


DOES (A. M. K. de) Toestand der nijverheid in de afdeeling 

Bandjarnegara. Tijdschrift, deel 36 (1893), pag. 1. 

DOESOEN ILIR, (Bornéo) zie BANGERT. Tijdschrift, deel 9, 

pag. 134. 

ld. zie D AJAK. 

*DOMIS (H. J ) Aanteekeningen over het gebergte Tengger. 


*Id. (H. J.) Beschrijving van een misvormd kind geboren 

in de residentie Samarang op den 2en Augustus 

1824. Verhandelingen, deel 10. 

*ld. (H. J.) Journaal eener reis van Welèrie naar het 

gebergte Praauw. Verhandelingen, deel 12. 

*ld. (H. J.) Salatiga, Merbaboe en de zeven tempels. 


DONSELAAR (W. M.) Lijstjes van Roitineesche woorden, 

gebruikelijk in het Koepangsch- Maleisch. Tijdschrift, 

deel 20 (1873), pag. 357. 

ld. (W. M.) Portugeesche woorden opgenomen in 't 

Koepangsch- Maleisch. Tijdschrift, deel 15 (1873), 

pag. 363, zie ook pag. 357. 

ld. (W. M.) Woorden uit andere talen in het Koepangsch- 

Maleisch. Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 571, zie ook 


*DOODENFEEST der Chineezen, zie VOGELAAR. Verhandelingen, 

deel 6. 

ld. der marga Simbirjng. Bataklanden, zie JOUSTRA. 


Id. der Papoea's aan de Geelvinksbaai. Tijdschrift, deel 

31, pag. 556. 

*D00DL1JSTEN van de stad Batavia van 1759—1778. Verhandelingen, 

deel 2. 

*DOODSTRAF zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 

deel 2. 

DOORMAN (J. G.) Die Niederländisch West-Indische Compagnie 

an der Goldküste ; mit einer Karte. Tijdschrift, 

deel 40 (1898), pag. 389.


DOORMAN (W. H. C.) Main beripat. Een Billitoneesch 

schermfeest. Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 339. 

DORÈH- Nieuw-Guinéa, zie GOLDMAN. Tijdschrift, deel 

15, pag. 392, en deel 16, pag. 92. 

*DR1NKWATER te Batavia, zie DUURKOOP. Verhandelingen, 

deel 2. 

*DRUKKERS EN DRUKWERKEN van Nederlandsch-lndië, 

zie CH1JS. Verhandelingen, deel 37 en 39. 

*DUHR (G. F.) Over de goudmijnen op de kust van Celebes. 


*DULX (Dr. G. P. Ie) Bericht wegens een watervrees toegebracht 

door de beet van een woedend mensch. 


*Id. (Dr. G. P. Ie) De calappus boomen als natuurlijke 

afleiders van den bliksem beschouwd en verdedigd. 


*DUURKOOP (J. A.) Over de oorzaken der meeste, vooral 

epidemische ziekten te Batavia, inzonderheid van de 

rotkoorts en de middelen tot genezing. (Bekroond 

antwoord op een prijsvraag). Verhandelingen, 

deel 2. 

DWERGHERTVERHALEN. Buiten der Archipel, zie BRAN 

DES. Tijdschrift, deel 43 pag. 226 en 275. Javaansche, 

zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, pag 27 en 127, en 

deel 46, pag. 73. Maleische. Tijdschrift, deel 37, pag. 

50 en 366. Soendasche, zie KERN. Tijdschrift, deel 

42, pag. 356. Kangéansche, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 60. 

*DWERGHERT zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

DYK (P. A. L. E. van) De uitwatering van het Toba-meer 

en de Batoe Bongbong. Tijdschrift, deel 35 (1893), 

pag. 640. 

ld. (P. A. L. E. van) Eenige aanteekeningen omtrent de 

verschillende stammen (Marga's) en de stamverdeeling 

bij de Battak's. Tijdschrift, deel 38 (1895), 

pag. 296. 

ld. (P. A. L. E. van) Rapport betreffende de Si Baloe- 

Register Bat. Gen. 9.

Naam= en üaakregister, 66 

ngoensche landschappen Tandjoeng Kasau, Tanah 

Djawa en Si Antar. Tijdschrift, deel 37(1894),pag. 145. 

E. 

ECK (R. van) Balineesche sprsekwoorden. Tijdschrift, deel 

18 (1868—1872), pag. 170; deel 21, pag. 122 en 377. 

ld. (R. van) en Liefrinck (F. A.) Kerta-Sima of gemeente- 

en waterschapswetten op Bali. Tijdschrift, deel 

23 (1876), pag. 161. 

Id. (R. van) Het lot der vrouw op Bali. Tijdschrift, deel 

18 (1868—1872), pag. 370. 

Id. (R. van) Schets van het eiland Lombok. Tijdschrift, 

deel 22 (1875), pag. 311. 

• *Id. (R. van) Tekst en vertaling van de Mégantaka. Verhandelingen, 

deel 38. 

1'ÉCOLE française d'Extrême Orient, zie FINOT. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 513. 

ÉCONOMIE politique, zie STAATHUISHOUDKUNDE, en 

EEDFORMULIER STATISTIEK der Alifoeroe op 

Céram, zie NIEUWENHUYZEN. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 510. 

ld. Kawi, zie TUUK. Tijdschrift, deel 23, pag. 140. 

EEDFORMULIEREN, op Java, zie COHEN. Tijdschrift, deel 

40, pag. 144. 

EEDSAFLEGGING bij den Tooe oen boeloe, zie RIEDEL. 


Id. Sumatra's Westkust, sie HOËVELL. Tijdschrift, deel 

26, pag. 529. 

Id. Timor en Roti, zie WIGGERS. Tijdschrift, deel 36, 

pag. 279. 

EEN brief van Prins Maurits aan den Sultan van Atjèh. 


EEN HELDENZANG der Niassers. Gesang der Gäste beim 

Feste eines Häuptlings, als er sich den Titel „Balugu" 

beilegte. Übersetst von H. LAGEMANN. Tijdschrift, 

deel 48 (1905), pag. 341.

Naam- en zaakregister. 67 

EENIGE mededeelingen omtrent het voorkomen van geophagie 

in de residentie Tapanoeli. Tijdschrift, deel 37 

(1894), pag. 310. 

EEN NIEUW GENOOTSCHAP op het gebied van Indische 

Taal-, Land- en Volkenkunde (Journal of the Straits 

branch of the Royal Asiatic Society). Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 215. 

Id. Palèmbangsche piagem. Tijdschrift, deel 25 (1879), 

pag. 127. 

EERDE (J. C. van) Aanteekeningen over de Bodha's van 

Lombok. Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 290. 

Id. (J. C. van) De Kalanglegende op Lombok. Tijdschrift, 

deel 45 (1902), pag. 39. 

ld. (J. C. van) De vertelling van 1 Bung-Keling op 

Lombok. Tijdschrift, deel 45 (1902), pag. 168. 

ld. (J. C. van) Een huwelijk bij de Minangkabausche 

Maleiers. Zeden en gesprekken. Tijdschrift, deel 44 

(1901), pag. 387. 

ld. (J. C. van) Gebruiken bij den rijstbouw en den rijstoogst 

op Lombok. Tijdschrift, deel 45 (1902), pag. 563. 

Id. (J. C van) Minangkabausche poëzie. Tijdschrift, 

deel 39 (1897), pag. 529. 

*EERDMANS (A. J. A. F.) Het landschap Gowa. ERKELENS 

(B.) Geschiedenis van het Rijk Gowa. Verhandelingen, 

deel 50. 

EEREPENNING van den Sultan van Ternaté, zie CHYS. 


*EIKEN (Javaansche-) zie BLUME. Verhandelingen, deel 9. 

*EISINGA (P. P. Roorda van). Verhandeling over het Maleische 

werk Hhikajat Isma Jatiem. Verhandelingen, deel 10. 

EKRIS (A. van) Het Céramsch Kakian-verbond. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 290. 

*ELECTRICITE1T, de klapper (calappus)als bliksemafleider 

zie DULX. Verhandelingen, deel 5. 

ld. Kunstmagneet, zie STEEGE. Verhandelingen, deel 1. 

*EMOY-CHINEEZEN. Feesten en gebruiken, zie GROOT. 

Verhandelingen, deel 42


EMPONGZETEL (Steenen-) in de Minahasa, zie RIEDEL. 


ÉNDÉ (Flores), zie ÉNDÉH. 

ÉNDÉH (Flores), zie ROOS. Tijdschrift,-deel 23, pag. 481. 

ENQANO, zie ÈNGGANO. 

ENGELSCHEN (De- op Java), zie HAGEMAN. Tijdschrift, 

deel 6, pag. 290. 

ld. Verovering van Ternaté, zie BOUSQUET. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 87. 

ÈNGGANEESCH, zie HELFR1CH. Tijdschrift, deel 34, pag, 

539; deel 35, pag. 228. 

ÈNGGANO en zijne bewoners, zie ROSENBERG. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 370. 

ld. enz. Woordenlijst, zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 

25, pag. 484. 

ld. (Het eiland-) zie BOEWANG. Tijdschrift, deel 2, 

pag 379. 

ld. onderzocht in 1854, zie STRAATEN. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 338. 

ld. Reisbeschrijving. Tijdschrift, deel 19, pag. 165. 

ld. zie WALLAND. Tijdschrift, deel 14, pag. 93 en 330. 

ld. zie WINKLER. Tijdschrift, deel 46, pag. 558. 

*EP1DEMIEËN. Amboina in 1838, zie SCHINDEL. Verhandelingen, 

deel 17. 

* ld. Cholera morbus in Benggalen, zie VOS. Verhandelingen, 

deel 10. 

*Id. Cholera morbus op Java, zie MULLER. Verhandelingen, 

deel 13. 

*Id. Cholera orientalis, zie SCHILLET. Verhandelingen, 

deel 13. 

*Id. Inenting te Batavia, zie STEEGE. Verhandelingen, 

deel 1. 

*Id. Oorzaak en genezing van rotkoorts zie DUURKOOP. 


*EPIGRAPHIE. Java en Sumatra, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 26.


*EP1GRAPHIE. Soerabaja, zie CRAWFURD. Verhandelingen, 

deel 8, zie RAFFLES- Verhandelingen, deel 8, Lawoe, 

zie VLIS. Verhandelingen, deel 19. 

*Id. Kawi-oorkonden op koperen platen van 782 en 

1285 Çaka, met transcriptie, zie HOLLE. Verhandelingen, 

deel 39. 

ERBERVELD (Pieter), zie ROO. Tijdschrift, deel 15, pag. 

362. 

*ERKELENS. Geschiedenis van het rijk Gowa, zie EERD- 

MANS. Verhandelingen, deel 50. 

ÊRUPTION from the Tomboro mountain on Sumbawa. 


ERRATA in het: Antwoord op eenige opmerkingen enz. 

door H. VON DEWALL [zie deel 8, bl. 327), Tijdschrift, 

deel 9 (1860), pag. 420. 

ld. voorkomende in Kawi-Oorkonden (bladz. 479—497). 

Tijdschrift, deel 28 (1883) pag. 582. 

*ETHNOGRAFIE. Doodenfeest der Chineezen zie VOGELAAR. 


»ETHNOLOGIE. Bromo-bewoners, zie RYCK. Verhandelingen, 

deel 7. 

*Id. De Dajak's van Bandjermasin, zie HALEWYN. Verhandelingen, 

deel 13. 

*Id. De Javaan in Oostelijk-Java, zie BOECKHOLSZ. 


EUROPEESCHE boeren op Java, zie HAGEMAN. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 59. 

ld. burgerlijke gezaghebbers over Soerabaja, zie CHYS. 


ld. gezaghebbers op Java en Madoera, zie HAGEMAN. 

Tijdschrift, deel 13, pag. 227, 557. 

EXPEDITIES (Militaire-) zie GESCHIEDENIS, 

ld. zie Reisbeschrijvingen. 

EXTRACT uit een rapport van 1881 van den controleur 

van Soengei Pagoe en 12 Kota's aan den assistentresident 

der 13 en 9 Kota's. Tijdschrift, deel 43 

(1901), pag. 569.


EXTRACT uit een rapport van den resident der Zuideren 

Ooster-afdeeling van Bornéo, van 30 Sept. 1863. 


EYBERGEN (H. C. van.) Geschiedkundige aanteekeningen 

omtrent de Noordkust van Céram van af 1861 tot 

1832. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag, 489. 

Id. (H. C. vanT) Reizen naar de Aroe- en Key-eilanden 

(in 1862 en 1864). Tijdschrift, deel 15 (1866), pag. 


Id. (H C. van.) Reis naar de Zuid-wester-eilanden.Tijdschrift, 

deel 13 (1864), pag. 193. 

Id. (H. C van.) Verslag eener reis naar de Aroe- en 

Key-eilanden, in de maanden April en Mei 1864. 


ld. (H. C. van.) Woordenlijst van de taal der Aroe- en 

Key-eilanden. Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 557. 

F. 

FABER HERWYNEN (von), zie HERWYNEN. 

Id. (M. von.) Beschrijving van drie Chineesche kaartspelen. 


Id. (M. von.) Montrado in 1861. Tijdschrift, deel 13 

(1864), pag, 457. 

FABRITIUS (G. J.) Aanteekeningen omtrent Nieuw-Guinéa. 


FACSIMILE van de inscriptie van Sinèh (lees : Siné) Ngawi. 


Id. van twee beschreven koperen platen uit Bandjar 

Negara. Tijdschrift, deel 25 (1879), pag. 120. 

FACSIMILE'S. Batoe toelis zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 442. 

FAES (J.) Het rijk Pelalawan. Tijdschrift, deel 27 (1882), 

pag. 489. 

FAILLE (P. de Roo de la). Bij de situatie-kaart van het 

lustverblijf te Narmada (Lombok), met kaart. Tijdschrift, 

deel 41 (1899), pag. 416 en 429.


FAUNA der residentie Riouw, met inbegrip der Oostkust 

van Sumatra en omliggende landen, zie KOPS. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 480. 

*FAVORLANGSCH, zie HAPPART. Verhandelingen, deel 18. 

FEEST (Dooden-), der Papoea's aan de Qeelvinksbaai, zie 

BALEN. Tijdschrift, deel 31, pag. 556. 

FEESTEN. Chineezen. Tshit nijet pan, zie LANGENHOFF. 


ld. Chineesche feesten, zie YOUNG. Tijdschrift, deel 32 

pag. 1. 

ld. Chineesche optocht te Padang voor het beschreven 

papier zie YOUNG. Tijdschrift, deel 27, pag. 560. 

Id. in Sumatra's Bovenlanden, zie TOORN. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 466. 

FINOT (L.) l'École française d'Extrême Orient. Tijdschrift, 

deel 46 (1903), pag. 513. 

FLORES. Dialect van Sikka zie CALON. Tijdschrift, deel 

33, pag. 501 ; deel 34, pag. 283. 

Id. Iets over Éndéh, zie ROOS Tijdschritf, deel 24, pag. 581. 

ld. Lioosch dialect, zie CALON. Tijdschritf, deel 35, 

pag. 200. 

ld. noordkust. Geliting zie VOSMAER. Tijdschrift deel 

11, pag. 147. 

ld. (Oostelijk), zie KLEIAN. Tijdschrift, deel 34, pag. 485. 

ld. Reisbeschrijving, zie ZOLLENGER. Verhandelingen, 

deel 23. 

ld. Sikkaasch dialect, zie CALON. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 129. 

Id. (West), Reisverhaal. Tijdschrift, deel 36, pag. 113. 


Id. (West), zie MEERBURG. Tijdschrift, deel 34, pag. 434; 

deel 35, pag. 75, deel 36, pag. 113. 

FLUXUS ventris zie WOLF. Verhandelingen, deel 2. 

FOKKENS, Jr. (F.) Beklimming van den Darawati. Tijdschrift, 

deel 30 (1885). pag. 558. 

ld. (F.) De priesterschool te Tegalsari. (Met een plaat), 

deel 26 (1877), pag. 318.


FOKKENS Jr. (F.) Vrije desa's op Java en Madura, deel 31 

(1886). pag. 477. 

FOLKLORE van West-Bornéo, zie WESTENENK. Tijdschrift, 

dee! 41, pag. 193; deel 43, pag. 159. 

Id. zie LETTERKUNDE, VOLKENKUNDE. 

FORENSISCHE geneeskunde, zie GENEESKUNDE. 

«FORMOSA zie VLIS. Verhandelingen, deel 18. 

ld. Favorlangsch woordenboek, zie HAPPART. Verhandelingen, 

deel 18. 

ld. Nederlandsche landvoogden, zie MARK, Tijdschrift, 

deel 16, pag. 259. 

FRANCIS (E.) De vestiging der Nederlanders ter Westkust 

van Sumatra. Tijdschrift, deel 5 (1856). pag. 8. 

ld. (J. J. C.) Godsdienst en bijgeloof der Chineezen. 

Tijdschrift, deel 14 (1864). pag. 38- 

FRBIJER (D. W.) auteur van het „Compendium der Mohammedaansche 

wetten" zie TAMSON. Tijdschrift, deel 

39. pag. 511. 

FREIJER (J. P.) Mangarai en Lombok in 1854-1856. Tijdschrift, 

deel 9 (1860), pag. 443. 

FRIEDERICH (R. H. Th.) Aanteekeningen over de hoofdtempels 

in Kadoe en Djokdjokarta. Tijdschrift, deel 

19 (1870), pag. 411. 

Id. (R. H. Th.) Aanteekeningen over de hoofdtempels 

in Kedoe en Djokjarta. Tijdschrift deel 23 (1876), 

pag. 361. 

*Id. Ardjoena wiwaha. Verhandelingen, deel 23. 

Id. (R. H. Th.) Beschrijving van een metalen Çiwabeeld. 

(Met een plaat). Tijdschrift, deel 8 (1859), pag. 72. 

Id. Borna kawja. Verhandelingen, deel 24. 

ld. Codicum manuscriptorum Arabicorum in bibliotheca 

societatis artium et literarum quae Bataviae 

floret, asservatorum catalogi. Verhandelingen, deel 25. 

ld. (R. H. Th.) De omgeving van het Oengaran-gebergte. 


ld. (R. H. Th.) Een oude pilaar van Modjopahit met


verklaring. (Met een plaat). Tijdschrift, deel 6 

(1857), pag. 509; deel 7, pag. 172. 

FRIEDERICH (R. H. Th.) Over eenige inscription op ringen 

en gesneden steenen van Sumatra. (Met een plaat). 


*Id. (R. H. Th.) Over inscriptiën op Java en Sumatra 

voor het eerst ontcijferd (Met platen). Verhandelingen, 

deel 26. 

ld. (R. H. Th.) Rapport over reizen gedaan op Java. 


ld. (R. H. Th.) Verklaring van inscriptiën op gouden 

ringen van Java. (Met een plaat). Tijdschrift, deel 

5 (1856), pag. 471; deel 7, pag. 141. 

*Id. (R.) Ardjoena-Wiwaha, een oorspronkelijk Kawiwerk, 

volgens een Balineesch manuscript. Verhandelingen, 

deel 23. 

*Id. (R.) Borna Kawja, een Kawi-gedicht. Verhandelingen, 

deel 24. 

ld. (R.) Boro Boedoer. Aanteekeningen op het stuk van F. 

C WILSEN(z/edeel 1).Tijdschrift,deel2(1854),pag.n. 

ld. (R.) Catalogus codicum manuscriptorum Arabicorum 

in Bibliotheca Soc. Art. et Scient. Bat. Verhandelingen, 

deel 25. 

ld. (R.) Hindoe-oudheden aan de grens van Banten. 


ld. (R.) Iets over het schrift der Maleyers. Tijdschrift, 

deel 2 (1854), pag. 471. 

*Id. (R.) Javaansche oudheden bij het Bat. Gen. zie 

HOEVELL. Verhandelingen, deel 21. 

*Id. (R.) Javaansche oudheden met 24 platen. Verhandelingen, 

deel 23. 

ld. (R.) Ontcijfering der inscriptiën te Kawali, Idem te 

Djamboe. Tijdschrift, deel 3 (1855), pag. 149. 

ld. (R) Verklaring van den Batoe-toelis van Buitenzorg. 

(Met een facsimile). Tijdschrift, deel 1 (1853), pag. 442, 

zie deel 14, 559; deel 17, pag. 483 ; deel 27, pag. 90 




*FRIEDERICH (R.) Vervolg van het voorloopig verslag van 

het eiland Bali (zie deel 22). Verhandelingen, deel 23. 

*Id. (R.) Voorloopig verslag van het eiland Bali. Verhandelingen, 

deel 22. 

Q. 

GALOEH. De kohkol met inscriptie, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 583. 

*GAMB1R zie COUPERUS. Verhandelingen, deel 2. 

GAROEDA op Java, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 47, 

pag. 552. 

*GATlPBOOM beschreven, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7. 

GEBOORTE. Nias, zie LAGEMAN. Tijdschrift, deel 36, pag. 

296. 

*GEDÉ (De gesteldheid van den berg-) zie BLUME. Verhandelingen, 

deel 10. 

*Id. (De vulkaan-) zie HORNER. Verhandelingen, deel 

17. 

GEELVINKSBAAI. Doodenfeest der Papoea's, zie BALEN. 


^GELDWEZEN. Munten in N.-I. zie VERHANDELING OVER 

DE MUNTEN enz. Verhandelingen, deel 4. 

GELITING. Flores-noordkust, zie VOSMAER. Tijdschrift, 

, deel 11, pag. 147. 

GEMOEROEH'S gouden Godenbeeldjes, Harihara en de Garoeda, 


GENDING (Kareksan, Pasoeroean). Oudheden, zie BODE- 

MEYER. Tijdschrift, deel 40, pag. 178. 

*GENEESKUNDE. Buikloop, zie WOLF. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. Acupunctuur in Japan, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 14. 

*Id. Cholera morbus in Bengalen, zie VOS. Verhandelingen, 

deel 10. 

*Id. Cholera morbus op Java, zie MULLER. Verhandelingen, 

deel 13.


*GENEESKUNDE. Cholera orientalis, zie SCHILLET. Verhandelingen, 

deel 13. 

*Id. Een doodelijke watervrees, zie STEEGE. Verhandelingen, 

deel 3; zie DULX. Verhandelingen, deel 5. 

*Id. Epidemie te Amboina, zie SCHINDEL. Verhandelingen, 

deel 17. 

*Id. Epidemische ziekten, rotkoorts, zie DUURKOOP. 


* ld. (Gerechtelijke- uit het Chineesch vertaald), zie GRYS. 


*Id. Inenting te Batavia, zie STEEGE. Verhandelingen, 

deel 1. 

*ld. Knokkelkoorts, zie BYLON. Verhandelingen, deel 2. 

* ld. Legerziekten tijdens Célébes-expeditie en Java-oorlog 

tot 1827, zie DEGENHARD. Verhandelingen, deel 

12. 

*Id. Medicinal plants of Java, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 8. 

*Id. Vaccine zie BICKER. Verhandelingen, deel 4; zie 

HOGENDORP. Verhandelingen, deel 2; NIELEN. 

Verhandelingen, deel 4; zie STEEGE, deel 6. 

*Id, Voedsel voor zuigelingen,^ TERNE. Verhandelingen, 

deel 7. 

GENOOTSCHAPPEN. Amboneezen. Péla, zie CLERCQ. 


ld. (Bataviaasch Genootschap). Aperçu des travaux de la 

Société pendant Fan 1897, zie SERRURIER. Tijdschrift, 

deel 40, pag. 325. 

ld. (Bataviaasch Genootschap). Kaarten en plattegronden 

verkregen uit het Rijksarchief te 's-Gravenhage en de 

Leidsche Universiteitsbibliotheek, zie BOSBOOM. 


*Id. (Bataviaasch genootschap.) Register op 41 deelen 

Verhandelingen. Verhandelingen, deel 41. 

ld. (Bataviaasch Genootschap). Register op de tweede 

twaalf deelen, zie CHYS. Tijdschrift, deel 24, pag. 598.

Naa m= en zaakregister. 76 

Lijst van medewerkers. Tijdschrift, deel 24, pag. 611. 

Id. id. zie CHYS. deel 36, pag. 700, 724. 

GENOOTSCHAPPEN. (Bataviaasch Genootschap). Steenen 

beitels in het Museum, zie BROUWER. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 67. 

Id. (Chineesche geheime-), zie YOUNG. Tijdschrift, 

deel 28, pag. 546, zie SCHAANK, MONTRADO, 

deel 35, pag 498, en YOUNG, deel 38, pag. 499. 

ld. (Chineesche geheime-) zie SCHAALJE. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 1, zie TH1AN TI HWUI. Verhandelingen, 

deel 33. 

ld. Chineezen. Tien thy foei, zie LANGENHOFF. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 4/3. 

*Id. (Geheime- bij de Chineezen) zie THIAN TI HWUI. 


Id. Straits Branch of the Royal Asiatic Society. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 215. 

•GEOLOGIE. Bron in Parakan-moentjan(g) zie HORSFIELD. 


*ld. De vulkaan Gedè, zie HORNER. Verhandelingen, 

deel 17. 

*Id. Djasinga, zie RIGG. Verhandelingen, deel 17. 

*Id. goudmijnen op Celebes zie DUHR. Verhandelingen, 

deel 3. 

*Id. Japansche kopermijnen, zie BURGER. Verhandelingen, 

deel 16. 

*Id. Nieuw-Holland geologisch gecatalogiseerd, zie SOM 

MER. Verhandelingen, deel 22. 

*Id. Pulo Ubin, zie LOGAN. Verhandelingen, deel 22. 

*Id. Vulkanische ertsen geanalyseerd, zie HORSFIELD. 


*Id. Z. O. Borneo, zie HORNER. Verhandelingen, deel 17. 

GEOPHAGIE. Tapanoeli. Tijdschrift, deel 37, pag. 310. 

GENUA. O. I. Compagnie der Genueesche edelen, zie BERG. 

Tijdschrift, deel 24, pag, 442. 

•GERECHTELIJKE GENEESKUNDE (Naar het Chineesch) 

zie GRYS. Verhandelingen, deel 30.

N a a tn= enzaakregister. 77 

*GERICKE. Javaansche spraakkunst, zie CORNETS DE 


*Id. (J. F. C.) Iets over de Javaansche tijdrekening. Verhandelingen, 

deel 16. 

*Id. (J. F. C.) Wiwoho of Mintorogo, een Javaansch 

gedicht met vertaling en aanteekeningen. Verhandelingen, 

deel 20. 

GERSEN (G. J.) Oendang-oendangof verzameling van voorschriften 

in de Lematang-Oeloe en Ilir en de 

Pasemah-landen. Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 

108. 

ld. (G. J.) Topographische schets van de bergregentschappen 

in de Noorder-districten van Celebes. 

Tijdschrift, deel 16 11867), pag. 352. 

*GERTH VAN WYK. zie WYK. 

•GESCHIEDENIS. Aanmerkingen op de Sadjara(h) Radja 

Djawa, zie OVERBEEK. Verhandelingen, deel 10. 

ld. Aanteekeningen over Borneo's oostkust zie HAGE- 

MAN. Tijdschrift, deel 4, pag. 71. 

*Id. Afkomst der Japanners, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 13. 

ld. Amboina. Portugeesche en Hollandsche Gouverneurs 

zie LUDEKING. Tijdschrift, deel 14, pag. 524. 

ld. Amboina'sche opstand in 1829. Tijdschrift, deel 11, 

pag. 374. 

ld. Bagelèn onder het bestuur der Vorstenlanden, zie 

KOLLMANN, Tijdschrift, deel 14, pag. 352. 

Id. Bali en Lombok. Invoering van den Islam. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 358. 

ld. Banda's veroveringsdag, zie CHYS. Tijdschrift, deel 

26, pag. 195. 

ld. Banda (Vijf jaren op-), zie BERG. Tijdschrift, deel 

18, pag, 332. 

ld. Bataafsch en Hollandsch gouvernement op Java, zie 

HAGEMAN. Tijdschrift, deel 4, pag. 333, en 5 pag. 

164. 

ld. Batavia. Conflict tusschen Regeering en Raad van


Justitie des Kasteels Batavia, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 229. 

GESCHIEDENIS. Batavia. De „Académie de Marine" in 1748— 

1755, zie HAAN. Tijdschrift, deel 38, pag. 551, 

ld. Batavia. De conspiratie van 1721, zie ROO. Tijdschrift, 

deel \3, pag. 362. 

* ld. Batavia. Destad Batavia, Djakarta en de bezittingen der 

N. O. I. Maatschappij, zie RADERMACHER. Verhandelingen, 

deel 1. 

ld. Batavia. Het tooneel in vroeger tijd, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 313. 

ld. Batavia. Inscriptie Elberveld,z/e STUART. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 270. 

ld. Batavia. Naamsoorsprong van de buurt RIJSWIJK, 

zie BERG. Tijdschrift, deel 18, pag. 328. 

ld. Batavia. Nieuwsbladen, zie CHYS. Tijdschrift, deel 

11, pag. 159. 

ld. Batavia's oude woningen, zie BOSBOOM. Tijdschrift, 

deel 40, pag. 542; zie BRANDES, deel 42, pag. 348;' 

BOSBOOM, deel 44, pag. 137 en 45, pag. 193, 


ld. Benkoelen. Ontstaan van eenige regentschappen, 

zie OPHUYZEN. Tijdscnrift, deel 11, pag. 193. 

ld. Betrekkingen der O. I. Compagnie met Siam. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 410. 

ld. Bornéo. Bandjermasinsche rijkssieraden. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 501. 

ld. Bornéo. Bandjermasin's vroegste historie, zie CLERCQ. 


ld. Bornéo. Bijdrage, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 

6, pag. 220. 

ld. Bornéo. Contract van den Sultan van Koetei met 

Boegineezen. Tijdschrift, deel 24, pag. 212. 

ld. Bornéo. Kroniek van Mampawa en Sambas, zie 

WILLER. Tijdschrift, deel 3, pag. 516 ; deel 6, pag. 69. 

ld. Bornéo. Ontstaan van 't vorstenhuis Pasir, zie INT 

VELD. Tijdschrift, deel 27, pag. 557.


GESCHIEDENIS. Borneo's Westerafdeeling, zie YOUNG. 


ld. Brief van Prins Maurits aan den Sultan van Atjèh. 


*Id. Brieven van en aan Mr. H. J. v. d. GRAAFF. Verhandelingen, 

deel 52. 

ld. Brieven van Ie Cocq d'Armandville, zie KATE. 


Id. Celebes. Afdeeling Tallo, zie LIGTVOET. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 43. 

Id. Celebes. Boni. Teekeningen van belangrijke punten 

tijdens den oorlog, zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 

15, pag. 1. 

*Id. Celebes. Het rijk Gowa, zie ERKELENS. Verhandelingen, 

deel 50. 

Id. Celebes. Masènempoeloe. Tijdschrift, deel 36, pag. 

149. 

Id. Celebes. Vestiging der Mandaren in de Tominibocht, 


ld. Céram's Noordoostkust, zie EYBERGEN. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 489. 

*Id. 's Compagnie's recht op de Groote Oost, zie KLERK. 


ld. Contract met Siam. Nota van toelichting, zie MORRIS. 


*Id. De Nederlanders in Djohor en Siak, z/e NETSCHER. 


ld. De O. I. Compagnie der edelen van Genua, zie BERG. 


Id. Die Niederländisch West-Indische Compagnie an der 

Goldküste, zie DOORMAN. Tijdschrift, deel 40, pag. 

389. 

* Id. Djakarta. Batavia en de N. O. Maatschappij, zie 

RADERMACHER. Verhandelingen, deel 1. 

ld. Engelschen op Java, zie HAGEMAN. Tijdschrift, 

deel 6, pag. 290.


*GESCHIEDENIS. Entwicklung der Nied. O. I. Comp, zie 

REUS. Verhandelingen, deel 47. 

Id. Generaal-Majoor Jhr. C. v. d. WYCK, zie WEITZEL. 


ld. Historie van een oudgast. zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 195. 

ld. Hoe men in de 17 eeuw Gouverneur-Generaal 

werd, zie CHYS. Tijdschrift, deel 30, pag. 596. 

ld. Inlandsch onderwijs op Timor, zie CHYS. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 52. 

ld. Inlandsch onderwijs, zie CHYS. Tijdschrift, deel 14, 

pag. 212; deel 16, pag. 1; deel 25, pag. 1. 

ld. Instructie voor den G. G. GERARD REYNST. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 117. 

*Id. Javaansche babad's. Babad Pasir, zie KNEBEL. 


*Id. Javaansche vorsten, zie IPEREN. Verhandelingen, 

deel 1, p.ig. 23 en deel 2. 

*Id. Javaansch geslachtsregister, zie TRANSLAAT VAN 


Id. Java. Arya Penangsang's rechten, zie BRANDET. 


ld. Java. Babad Banjoemas, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 43. pag. 397. 

Id. Java. Banten. Katrangan asal moelanja Radja. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 96. 

ld. Java. Batavia's kerk, zie BRUMUND. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 1, zie HAGEMAN, deel 14, pag. 37ö' 

ld. Java. Blambangan, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

37, pag. 325; deel 38, pag. 283. 

Id. Java. Chineesche betrekkingen, zie SCHLEGEL. Tijdschrift, 


ld. Java. Djakawès in de Babad, Jacques Lefêbre, zie 

BRANDES. Tijdschrift, deel 44, pag. 286, 

ld. Java. Dood van François Tack te Kartasoera, zie 

HAAN. Tijdschrift, deel 40, pag. 335.


GESCHIEDENIS. Java en Madoera. Namen der Europeesche 

enz. gezaghebbers, zie HAQEMAN. Tijdschrift, deel 

13, pag. 227, 557. 

Id. Java. Europeesche boeren, zie HAQEMAN. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 59. 

Id. Java. Grissee's geestelijke en wereldlijke suprematie 

in de 16de en 17de eeuw, zie WISELIUS. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 458. 

ld. Java. Hindoerijk Daha, zie HOEPERMANS. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 146. 

ld. Java. Hoe de Compagnie soms met regenten handelde, 

zie CHYS, Tijdschrift, deel 25, pag. 221. 

Id. Java. Hofreis naar Mataram om en bij 1648, zie 


Id. Java. Inlandsche kaart der Soendalanden, zie HOLLE. 


Id. Java. Jacobijnen te Batavia, zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 103, 

ld. Java. Joartan en andere plaatsnamen, zie HAGEMAN. 

Tijdschrift, deel 14, pag. 75, zie ook Tijdschrift, 

deel 17, pag. 367. 

Id. Java. Jogjakarta's verdwenen waterkasteel, zie BOS 

BOOM. Tijdschrift, deel 45, pag. 518. 

Id. Java. Jogjakarta, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 415. 

Id. Java. Kaart van Oud-Banten, zie SERRURIER. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 257. 

Id. Java. Kapitein JONKER, zie CHYS. Tijdschrift, deel 

28, pag. 351; deel 30, pag. 1. 

Id. Java. Kolonisatie, zie SCHIEF. Tijdschrift, deel 17, 

pag. 110. 

Id. Java. Laatste overblijfsel van Djakarta, zie CHYS. 


Id. Java. Lijst van Europeesche gezaghebbers. Tijdschrift, 


Id. Java. Mataramsche piagem nopens het beleg van 

Batavia, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 13, pag. 492. 



GESCHIEDENIS Java. Nagarakretagama, lofdicht op Hajam 

woeroek van Madjapait, (tekst in Balineesch karakter), 

zie BRANDES. Verhandelingen, deel 54. 

Id. Java. Oud-Banten, zie CHYS. Tijdschrift, deel 26, 

pag. 1. 

ld. Java. Oud-Batavia, zie BRUMUND. Tijdschrift, deel 

25, pag. 362. 

ld. Java. Oudere Dipanegara en Djajabaja-voorspellingen, 


ld. Java. Oud vuurwapen van Djakatra ? zie STUART. 


Id. Java. Overstraten's reis naar Jogjakarta in 1792. 


Id. Java. (Overzicht van- op het einde der 18de eeuw). 

zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 9, pag. 261. 

ld. Java. Pakoe alam enz. Tijdschrift, deel 23, pag. 126. 

ld. Java. Platte grond van Batavia in 1632, zie BRAN 

DES. Tijdschrift, deel 43, pag. 249. 

Id. Java. Préanger-regentschappen, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 316. 

* ld. Java. Préanger-regentschappen, zie REES. Verhandelingen, 

deel 39. 

*Id. Java, Register op de Babad tanah djawi, zie BRAN 

DES. Verhandelingen, deel 51. 

ld. Java, Salsilah Bestaman, olèh boepati Madjalengka. 


*Id. Javasche oorlogen van 1741-1757, zie KORT 

VERHAEL enz. Verhandelingen, deel 12. 

Id. Java. Soendalanden. Batoe toelis bij Buitenzorg verklaard, 

zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 1, pag. 

442. 

Id. Java. Soendalanden. Bijdragen uit het Maleisch, zie 

WALBEEHM. Tijdschrift, deel 6, pag. 247. 

Id ? Java. Soendalanden, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 

16, pag. 193; deel 17, pag. 178; deel 19, pag. 

201.

N a a m= en zaakregis t e r. 83 

GESCHIEDENIS. Java. Soerabaja's burgerlijke gezaghebbers, 

zie CHYS. Tijdschrift deel 39, pag. 520. 

*Id. Java. Tjerbonsch wetboek, zie HAZEU. Verhandelingen, 

deel 55. 

Id. Java. Tjerbon, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 449. 

Id. Java. Van Oud Batavia, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 105; deel 43, pag. 1 en 493, en 45, 

pag. 1 en 289. Uit Oud-Batavia, zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 567. 

ld. Java, zie HAQEMAN. Tijdschrift, deel 1, pag. 173, 

383; deel 2, pag. 33. 

*Id. Korte schets van de Bezittingen der N. O. I. 

Maatschappij benevens eene beschrijving van het 

Koningrijk Jaccatra en der stad Batavia, zie RA- 

DERMACHER. Verhandelingen, deel 1. 

Id. Kronyk van Sambas en Soekadana, Maleische tekst 

en vertaling, zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 1, 

pag. 1. 

ld. Lampongsche districten, zie CANNE. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 507. 

ld. Lingga en Riouw (Het rijk van-). Tijdschrift, deel 

4, pag. 411. 

ld. Madjapait's val, naar een Maleisch handschrift, 

zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 24, pag. 280. 

ld. Madoera's vorstenhuis, zie BROEK. Tijdschrift, deel 

20, pag. 341 en 471 ; deel 22, pag. 1 en 280; deel 

24, pag. 1. 

ld. Makasaarsche historiën. Tijdschrift, deel 4, pag. 111 ; 

deel 7, pag. 147. 

Id. Malakka. Twee belegeringen, z\e NETSCHER. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 285. 

Id. Malakka. (Was tusschen 1795 en 1818 — een Nederlandsche 

of een Britsche bezitting ?), zie NETSCHER. 


Id. Menado. Boiaang Mongondo. Maleische proclamatie. 



GESCHIEDENIS. Menado. Bolaang's oppergezag over de 

Minahasa, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 17, pag. 505. 

ld. Menado. De Minahasa in 1825, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 458. 

ld. Menado. Oud-Tondano, zie MANGINDAAN. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 364. 

ld. Middelbaar onderwijs in Ned.-Indië, zie HERWYNEN. 


ld. Naar Midden-Sumatra in 1684, zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 327. 

ld. Nederlandsche landvoogden van Ceylon, zie MARK. 


ld. Nederlandsche landvoogden van Tayouan (Formosa), 

zie MARK. Tijdschrift, deel 16, pag. 259. 

*Id. Notes on the Malay Archipelago and Malacca, from 

Chinese sources, zie GROENEVELDT. Verhandelingen, 

deel 39. 

ld. Onderwerping van het landschap Tanah djawa aanvaard, 


ld. Oorsprong van het communaal grondbezit op Java, 

zie LAERNE. Tijdschrift, deel 22, pag. 254. 

ld. Over den dood van G. MULLER, zie HAGEMAN. 


ld. Padari's in Sumatra, zie PARVÉ. Tijdschrift, deel 3, 

pag. 249. 

*Id. Pararaton, of het boek der koningen van Tumapel 

en Majapahit, zie BRANDES. Verhandelingen, deel 49. 

ld. Philip Carteret in Ned.-Indië, zie CHYS. Tijdschrift, 


ld. Portugeezen op Timor, zie CASTRO. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 465. 

ld. Riouw. Bijdrage tot de kennis van Oud-Bintan, zie 

SCHOT. Tijdschrift, deel 32, pag. 602. 

ld. Semarang's stedelijk wapen, zie HAGEMAN. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 440. 

ld. Slag bij Penefoei en Vendrig Lip, zie HAGA. Tijdschrift, 

deel 27, pag. 389.


GESCHIEDENIS. Smeekschrift der Bataviasche burgerij, zie 

BERG. Tijdschrift, deel 22, pag. 532, 

ld. Soemba, zie ALDERWERELT. Tijdschrift, deel 48, 

pag. 185. 

*Id. Soerabaja in 1812, zie ROTHENBUHLER. Verhandelingen, 

deel 41. 

ld. Staatsstuk van den vorst van Lombok, zie LIEFRINCK. 


Id. Sumatra Bataklanden. Singamaharadja's geboorte en 

het ontstaan van de koeria Ilir in Baros, zie JAMES. 


ld. Sumatra. Geregeld bestuur ingevoerd in Gloegoer 

III Kota di Ilir, zie VISSER. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 216. 

ld. Sumatra. Geschiedenis van Asahan, zie KROESEN. 


ld. Sumatra. Oorsprong van het Atjèhsche volk en 't 

voormalig Sultanaat. Tijdschrift, deel 32, pag. 89. 

*ld. Sumatra. Padang in het laatst der 18de eeuw, zie 

NETSCHER. Verhandelingen, deel 41. 

Id. Sumatra. Palembang. De verhouding der Pasemahlanden 

tot^ de Sultans van Palembang. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 168, en vgl. pag. 516. 

Id. Sumatra. Pasemah Oeloe Mana door Raffles onderworpen, 

zie VISSER. Tijdschrift, deel 28, pag. 314. 

Id. Sumatra's westkust. Vestiging der Nederlanders, zie 

FRANCIS. Tijdschrift, deel 5, pag. 8. 

ld. Ternaté door de Engelschen veroverd, zie BOUS 

QUET. Tijdschrift, deel 16, pag. 87. 

ld. Ternaté (J. W. Cranssen te-) sie ROO. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 503. 

Id. Timor. (De Mardijkers van-), zie HAGA. Tijdschrift, 


Id. Timor (De militaire bezetting van- in 1757). Tijdschrift, 

deel 1, pag. 332. 

Id. Timor enz. van 1668 tot en met 1809, zie ALDER 

WERELT. Tijdschrift, deel 47, pag. 195.


GESCHIEDENIS. Timor Koepang omstreeks 1750, zie.CHYS. 


Id. Timor. (Une rébellion à-), zie CASTRO. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 389. 

Id. Uit oude notarispapieren, zie HAAN. Tijdschrift, 


Id. van Java door J. WOLBERS, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 154. 

*Id. van het Bataviaasch Genootschap tot 1853, zie 

BLEEKER. Verhandelingen, deel 25. 

*Id. Verhandeling over historiekennis, zie IPEREN. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. Vermeestering van Chisura, zie REUS. Verhandelingen, 

deel 38. 

*Id. Verovering van Malakka, zie HAGEMAN. Verhandelingen, 

deel 24. 

ld. Vestiging der Nederlanders in Pérak, zie KRUYT. 


ld. Victorie-branden, zie CHYS. Tijdschrift, deel 26, pag. 

256. 

•GEWICHTEN in Ned. Indië zie VERHANDELING OVER 

DE MUNTEN enz. Verhandelingen, deel 4. 

*GILLAVRY, zie MAC GILLAVRY. 

GLOEGOER III Kota di Ilir. Geregeld bestuur ingevoerd, 

zie VISSER. Tijdschrift, deel 28, pag. 216. 

•GODGELEERDHEID. Het Panthéisme, zie BUDDHING. Verhandelingen, 

deel 23. 

•GODSDIENSTEN. Bali-verslag, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 


ld. Chineesche godsdienst en bijgeloof, zie FRANCKEN. 


GODSDIENSTGESCHIEDENIS, Deensche zending. Coro- 

'mandel, zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 2. 

•GODSDIENSTEN. Feesten en gebruiken der Emoy-chineezen, 

en hunne godheden, zie GROOT. Verhandelingen, 

deel 42.

Naam - en z a a,k"r e g i s t e r. 87 

GODSDIENSTEN. Hindoeisme op Java, zie BRUMUND. Verhandelingen, 

deel 33. 

*Id. Iconografie. De voornaamste Hindoe-oudheden van 

Java, met kaart, zie VERBEEK. Verhandelingen, 

deel 46, en HAANSE, deel 43, pag. 561. 

GOLDMAN (Jhr. W. C F.) Het eiland Bangka (Molukken). 

(Met een kaart). Tijdschrift, deel 10 (1861), pag. 145. 

ld. (Jhr. W. C. F.) Reis naar Dorei (Nieuw Guinea) in 

de maanden Juni-Sept. 1863. Tijdschrift, deel 15 

(1866), pag. 475; deel 16, pag. 392. 

ld. (Jhr. C. F.) Tochten in de residentie Ternaté. Tijdschrift, 

deel 7 (1853), pag. 203. 

GOOSSENS (M. A. F.) Reis naar de zuidelijke nederzettingen 

van Groot-Atjèh. Tijdschrift, deel 29 (1884), 

pag. 465. 

GORAM. Reisbeschrijving, zie CRAB. Tijdschrift, deel 13, 

pag. 531. 

GOUDEN MEDAILLE voor den Sultan van Ternaté, zie 

CHYS. Tijdschrift, deel 14, pag. 187. 

GOUD- EN ZILVERSMEEDKUNST in Atjèh, z/e VELTMAN. 


GOUDKUST. (De Ned. West-Ind. Compagnie aan de-), 

zie DOORMAN. Tijdschrift, deel 40, pag. 389. 

*GOUDMIJNEN op Celebes, zie DUHR. Verhandelingen, 

deel 3. 

GOUDPRODUCTIE der Padangsche bovenlanden, zie COU 

PERUS. Tijdschrift, deel 5, pag. 122. 

GOUVERNEUR-GENERAAL. Instructie G. G. REYNST. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 117. 

*GOWA. Beschrijving en geschiedenis, zie EERDMANS. 


*GRAAFF. (Brieven van en aan Mr. H. J. van der-) Verhandelingen, 

deel 52. 

GRAFTEEKENEN bij den Alifoeroe in de Minahasa, zie 

CLERCQ. Tijdschrift, deel 21, pag. 102. 

GRAMBERG (J. S. G.) De Batoe-toelis te Batavia. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 427.


GRASHUIS (Q. J.) De spelling van het Soendaneesch met 

Latijnsch letterschrift. Tijdschrift, deel 19 (1870) 

pag. 490, zie HOLLE, deel 20, pag. 91. 

GRAMBERG (J. S. G) De troeboekvisscherij op de Oostkust 

van Sumatra. Tijdschrift, deel 24 (1877) nap- 

F 

298. 

s ' 

*ld. (J. S. G.) Een maand in de binnenlanden van Timor. 


ld. (J. S. G.) Pasemah. Tijdschrift, deel 16 (1867) pae 

H 

536. 

s " 

ld. (J. S. G.) Reis naar Siak. Tijdschrift, deel 13(1864) 

pag. 497. 

ld. (J. S. G.) Schets van Kesam, Seméndo, Makakauw 

en Blalauw (Palembang). Tijdschrift, deel 15(1866) 

pag. 446. 

GRASHUIS' Soendaneesche tolk beoordeeld, zie COOLSMA. 

Tijdschrift, deel 23, pag. 1, zie pag. 593 

*GRAT1AEN (J. F.) Redeneringen over nuttige muzikale' 

onderwerpen. Verhandelingen, deel 6 

GRAVESANDE (F. J. B. Storm van 's) De stad Palembang. 

Tijdschrift, deel 5 (1856), pag. 448 

GRESIK, zie GRISSEE. 

GRISSEE'S suprematie in de 16de en 17de eeuw, zie WI- 

SELIUS. Tijdschrift, deel 23, pag. 458. 

GROBOGAN'S zoutwaterwellen en Adji Saka, zie KEMP 

Tijdschrift, deel 38. pag. 274. 

*GROENEVELDT. Hindoeruinen bij Moeara Takoes, zie VER 

BEEK. Verhandelingen, deel 41. 

*Id. (W. P.) Notes on the Malay Archipelago and Malacca, 

compiled from Chinese sources. (Met een 

kaart). Verhandelingen, deel 39. 

GRONDBEZIT. Celebes, zie BAKKERS. Tijdschrift deel 16 

pag. 316. 

ld. en waterrechten op Bali, zie ECK. Tijdschrift, deel 

23, pag. 161. 

Id. Java's communaal bezit, zie LAERNE. Tijdschrift 

deel 22, pag. 254.


GRONDBEZIT. Java Vrije desa's, zie FOKKENS. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 477. 

ld. Molukken, zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 7, pag. 

197. 

Id. Sumatra's Westkust. De gronden in de XIII Kota's, 

zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 3, pag. 477. 

ld. Tapanoeli, zie HART. Tijdschrift, deel 6, pag. 185. 

. QRONEMAN (Dr. J.) Een Boeddhisten-Koning op den Baraboe-doer. 


ld. (Dr. J.) Javaansch dialekt van Dermajoe (Indramajoe). 


Id. (Dr. J.) Tempelwachters (Met drie platen). Tijdschrift, 

deel 41 (1899), pag. 13. 

Id. (J.) Het waterkasteel te Jogjakarta. Tijdschrift, deel 

30 (1885), pag. 412. 

Id. (J.) Tjandi Idjo nabij Jogjakarta. (Met platen, aanhangsel 

en verklaring der platen.) Tijdschrift, deel 

32 (1889), pag. 313. 

^GYNAECOLOGIE. Een misvormd kind geboren in Semarang, 


*Id. Japansche vroedkunde, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 10. 

*GULZIGAARD (Het verhaal van den- in het Tontemboansch, 

Sangireesch en Barée), door J. A. M. T. 

SCHWARZ en N. ADRIANI. Verhandelingen, deel 

56. 

GUINEA (Nieuw), zie NIEUW-GUINEA. 

*Id (Nieuw). Halifoersch der Z. O. kust, zie KOK. Verhandelingen, 

deel 56. 

*GRYZEN (H. J.) Mededeelingen omtrent Béloe of Midden- 

Timor. Verhandelingen, deel 54.


de kennis van onze Chineesche medeburgers op 

Java. Met uitgebreide monographieën van godheden, 

die te Emoy worden vereerd. Verhandelingen, deel 42. 

*GROOT (A. D. Cornets de). Javaansche spraakkunst. 


ld. (H. F. W. Cornets de) Kota Tjandi. (Sumatra's 

Westkust) (Met een plaat). Tijdschrift, deel 9 (1860), 

pag. 531. 

ld. (H. F. W. Cornets de.) Nota over de slavernij en 

het pandelingschap in de Lampongsche districten. 


H. 

*HAAN (C. de) Reis in de Bataklanden. Verhandelingen, 

deel 38. 

ld. (Dr. F. de) De „Académie de Marine" te Batavia 

1743—1755. Tijdschrift, deel 38 (1895), pag. 551. 

ld. (Dr. F. de) De Historie van een oudgast. Tijdschrift, 

deel 43 (1901), pag. 195. 

ld. (Dr. F. de) Een oud bericht aangaande de Bata's. 

(Bladvulling). Tijdschrift, deel 39 (1897), pag. 647. 

ld. (Dr. F. de) Iets aangaande den dood van François 

Tack te Kartasoera. Tijdschrift, deel 40 (1898), pag. 

335. 

ld. (Dr. F. de) Jacobijnen te Batavia. Tijdschrift, deel 

41 (1899), pag. 103. 

Id. (Dr. F. de) Naar Midden-Sumatra in 1684. Tijdschrift, 

deel 39 (1897), pag. 327. 

Id. (Dr. F. de) Opium „schuiven". Tijdschrift, deel 

46 (1903), pag. 4/8. 

ld. (Dr. F. de) Uit Oud-Batavia. Kota Tahi (met een 

kaartje). Tijdschrift, deel 42 (1900), pag. 567. 

ld. (Dr. F. de) Uit oude notarispapieren, I. Tijdschrift, 

deel 42 (1900), pag. 297; deel 46, pag. 423. 

Id. (Dr. F. de) Uit oude notarispapieren II. Andreas 

Cleyer. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 423.


v 

HAASE (Mr. W. F.) Aanteekeningen op de lijst der voornaamste 

overblijfselen uit den Hindoetijd op Java 

door Dr. D. M. VERBEEK. (Verhandelingen, B. G. 

deel 46) Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 561. 

HABBEMA (J.) Enkele onjuistheden in den 3 den druk van het 

Maleisch-Nederlandsche woordenboek bewerkt door 

Dr, J. PIJNAPPEL. Tijdschrift, deel 31 (1886), pag.594. 

Id. (J.) Fragmenten uit een Maleisch handschrift. Tijdschrift, 

deel 30 (1885), pag. 473. 

Id. (J.) Inlichtingen omtrent eenige Maleische woorden 

en uitdrukkingen gevraagd of gegeven. Tijdschrift, 

deel 32 (1889), pag. 305. 

Id- (J.) Menangkabausche persoonlijke voornaamwoorden. 


Id. (J.) Menangkabausche spreekwoorden. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 417—431; 538—552; deel 26, 


Id. (J.) Menangkabausche spreekwoorden (vervolg). Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag. 168—181 ; 234—255. 

ld. (J.) Proeven van West-Sumatraansch Maleisch. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 337. 

HAQA (A.) De Mardijkers van Timor (met bronnen en aanteekeningen). 

Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 191 


ld. (A.) De Slag bij Penefoey en Vendrig Lip. Naschrift 

op „De Mardijkers van Timor". Tijdschrift, deel 27 

(1882), pag. 389. 

ld. (A.) Het rapport van H. ZWAARDECROON en C. 

CHASTELEYN betreffende de reis naar Nieuw- 

Guinéa in 1705 ondernomen door Jacob Weijland. 


HAGEMAN (J.) Aanteekeningen omtrent een gedeelte der 

Oostkust van Bornéo. Tijdschrift, deel 4 (1855), 

pag. 71. 

ld. (J.) Aanvulling der antwoorden op de vragen over 

Indische tijdrekenkunde (zie deel 1 en 2). Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 104.


HAGEMAN (J.) Algemeene geschiedenis van Java, 3 e boek 

(Vervolg van het Indisch-Archief, 2de jaargang, 12 e 

afl.) Tijdschrift, deel 1 (1853), pag. 173 en 383. 

Id. (J.) Algemeene geschiedenis van Java (vervolg van 

deel 1). Tijdschrift, deel 2 (1854), pag. 33. 

' ld. (J.) Antwoorden op de vragen over Indische tijdrekenkunde 

(zie deel 1). Tijdschrift, deel 2 (1854), pag. 318. 

Id. (J.) Bijdrage tot de geschiedenis der kerk van Batavia. 


ld. (J.) Bijdrage tot de geschiedenis van Bornéo. Tijdschrift, 

deel 6 (1857), pag. 220. 

ld. (J.) De Engelschen op Java. Tijdschrift, deel 6 (1857), 

pag. 290. 

ld. (J.) De oorsprong van het stedelijk wapen van Samarang. 


ld. (J.) Geschied- en aardrijkskundig overzicht van Java 

op het einde der 18de eeuw. Tijdschrift, deel 9 

(1860), pag. 261. 

Id. (J.) Geschiedenis der Soenda-landen. Tijdschrift, deel 

16 (1867), pag. 193, deel 17, pag. 178; deel 19, 

pag. 201. 

*Id. (J.) Geschiedenis der verovering van Malakka en 

der oorlogen tusschen de Portugezen en Maleyers. 


ld. (J.) Geschiedenis van het Bataafsch en Hollandsch 

Gouvernement op Java, 1802-1810. Tijdschrift, deel 

4 (1855), pag. 333 en deel 5, pag. 164. 

Id. (J.) Geschiedenis van het Hollandsch Gouvernement 

op Java (zie deel 4). Tijdschrift, deel 5(1856), 

pag. 164. 

ld. (J.) Iefs over de tijdrekening der Chineezen. Tijdschrift, 

deel 9 (I860), pag. 67. 

Id. (J.) Joartan wedergevonden. Tijdschrift, deel 17 

(1869), pag. 367. 

ld. (J.) Malang en omstreken. Tijdschrift, deel 1 (1853), 

pag. 42.


HAGEMAN (J.) Namen der gewestelijke Europeesche, enz. 

gezaghebbers op Java en Madura. Tijdschrift, deel 

13 (1864), pag. 227—265, 557-564. 

ld. (J.) Nasporingen omtrent Joartan en andere verdwenen 

plaatsen op Oost-Java. Tijdschrift, deel 14 

(1864), pag. 75, zie ook deel 17, pag. 367. 

Id. (J.) Over de Europeesche boeren, 1742—1760. Tijdschrift, 

deel 17 (1869), pag. 59. 

ld. (J.) Over den dood van G. MULLER. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 487. 

Id. (J.) Tafels van gelukkige en ongelukkige dagen en 

uren volgens de meening der handeldrijvende volken 

in den Indischen Archipel. Tijdschrift, deel 7 

(1858), pag. 130. 

- Id (J.) Tjandi-pari. Tijdschrift, deel 2(1854), pag. 394. 

« ld. (J ) Toelichting over den ouden pilaar van Modjopahit 

(zie deel 6 en de plaat achter bl. 574). Tijdschrift, 

deel 7 (1858), pag. 172. 

ld. (J.) Tweede aanvulling der antwoorden op de vragen 

over de Indische tijdrekenkunde. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 279. 

ld. (J.) Vervolg der algemeene geschiedenis van Java. 


HAGEN (Dr. B.) Beitrage zur Kenntniss der Battareligion. 


Id. (Dr. B.) Rapport über eine im December 1883 unternommene 

wissenschaftliche Reise an den Toba- 

See (Central-Sumatra). Met platen en twee kaarten. 


*HAJAM WOEROEK koning van Madjapait. zie BRANDES. 


HAKSTEEN (P.) en het „Compendium", zie TAMSON. 


ld. (E. A.) Geographische en ethnographische gegevens 

betreffende het rijk van Dèli. (Met een kaart). 



*HALEWYN (M. H.) lets over de Dajak's (Béajou's) van Bandjermasin. 


*HALIFOEROE, zie ALFOEREN. 

HALMAHÉRASCHE Alfoeren. Godsdienstige begrippen, zie 

CAMPEN. Tijdschrift, deel 27, pag. 438, zie ook deel 


HAMER (C den) Beschrijving van de twee krissen als 

rijkssieraad verbonden aan het Sultansgezag over 

Djambi en het Pangéran-Ratoeschap aldaar (met drie 

platen). Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 106. LE 

GENDES, pag. 113. 

Id. (C den) (De Sair Madi Kentjana, vertaald door-). 


ld. (C. den) Iets over het tatoeeren of toetaug bij de 

Biadjoestammen in de 2. O. afd. van Bornéo. Tijdschrift, 

deel 30 (1885), pag. 451. 

ld. (C. den) Proeve eener vergelijkende woordenlijst 

van zes in de Z. O. afd. van Bornéo voorkomende 

taaltakken. Tijdschrift, deel 32 (1889), pag. 455. 

HAMZAHVERHAAL uit de Soenda-landen, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 213. 

HANDEL. Aroe-eilanden, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 33, 

p;ig. 57; Kei-eil. pag. 102. 

ld. en bevolking van Billiton, zie CROOCKEWIT. Tijdschrift, 


ld. en scheepvaart te Timor Koepang in 1853. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 38. 

*Id. (Geschiedkundig overzicht van den-der Europeezen 

op Japan), zie MEYLAN. Verhandelingen, deel 14. 

ld. Riouw vrijhaven in 1833. Tijdschrift, deel 3, pag. 48. 

HANDSCHRIFTEN. Professor A. C. VREEDE'S verslag over 

eene verzameling Javaansche en Madoereesche handschriften, 

door DR. J. BRANDES. Tijdschrift, deel 

35, pag. 443. 

HANGLING DARMO. Javaansch, zie WINTER. Verhandelingen, 

deel 25.


HANOI. Internationaal Orientalistencongres, zie BRANDES. 


HAP1T als maandnaam, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 19. 

''"HAPPART (G.) Woordenboek der Favorlangsche taal. Verhandelingen, 

deel 18. 

HARIHARA en de Garoeda op Java, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 552. 

HARMSEN (L. K.) Menangkabausch-Maleische raadsels. 


ld. (L. K.) Vijftig Menangkabausche pantoens. Tijdschrift, 

deel 21 (1875), pag. 480. 

HART (A. van der) Grondbezit in Tapanoeli. Tijdschrift, 

deel 6 (1857), pag. 185. 

HASSELT (A. L. van) Nota betreffende de rijstcultuur in de residentie 

Tapanoeli, samengesteld uit bijdragen van de 

in die residentie dienende ambtenaren van het Binnenlandsch 

Bestuur. Tijdschrift, deel 36 (1893), pag. 502. 

ld. (J. C. van) Eenige aanteekeningen aangaande de bewoners 

der N. Westkust van Nieuw-Guinéa, meer 

bepaaldelijk den stam der Noefoereezen. Tijdschrift, 

deel 32 (1889), 261. 

ld. (J. F. van) Gebruik van vermomde taal door de 

Nufooren. Tijdschrift, deel 45 (1902), pag. 276 en 557. 

ld. (J. F. van) Nog iets over vermomde taal in het 

Nufoorsch en Nufoorsche raadsels. Tijdschrift, deel 

45 (1902), pag. 557. 

ld. (J. L. van) Aanteekeningen aangaande de gewoonten 

der Papoea's in de Dorèhbaai, ten opzichte van 

zwangerschap en geboorte. Tijdschrift, deel 43 (1901), 

pag. 566; deel 46, pag. 287. 

ld. (J. L. van) Aanvulling van het artikel over gewoonten 

der Papoea's in de Dorèhbaai ten opzichte van 

zwangerschap en geboorte. Tijdschrift, deel 46 

(1903), pag. 287. 

ld. (J. L. van) Eenige aanteekeningen aangaande de 

bewoners der N. Westkust van Nieuw-Guinéa, meer


bepaaldelijk den stam der Noefooreezen. Tijdschrift, 

deel 31 (1886), pag. 576 en deel 32, pag. 261. 

*HASSKARL (K.) Over de ontwikkeling van warmte in 

planten. Verhandelingen,'deel 17. 

HAVIK, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

HAZEU (Dr. G. A. J.) Een beschreven koperen plaat uit de 

Lampoengs. Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 1. 

. ld. (Dr. Q. A. J.) Het Oud-Javaansche Adiparwa en zijn 

Sanskrit origineel. Tijdschrift, deel 44 (1901), pag. 

289. 

• ld. (Dr. Q. A. J.) Iets over Koe'li en Tjoendrik (met 

eene plaat). Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 398 zie 

ook HURGRONJE, pag. 387. 

ld. (Dr. G. A. J.) Kleine bijdragen tot de ethnographie 

en de folklore van Java. Tijdschrift, deel 46 (1903), 

pag. 289. 

• ld. (Dr. G. A. J.) Lakon Ngroena-Ngoeni. Tijdschrift, 

deel 46 (1903), pag. 182. 

ld. (Dr. G. A. J.) Nini-Towong. Tijdschrift, deel 43 

(1901), pag. 86. 

*Id. (Dr. G. A. J.) Tjerbonsch Wetboek (Pepakem Tjerbon) 

van het jaar 1768, in tekst en vertaling. 


HEBREEUWSCH woord met Maleischen oorsprong, zie 

RONKEL. Tijdschrift, deel 43, pag. 492. 

HELDERMAN (W. D.) De Tijger en het bijgeloof der Batak's. 


HELFRICH (O. L.) Aanvulling en verbeteringen op de Maleisch-Nederlandsch-Èngganeesche 

woordenlijst (zie 

deel 34, bl. 539 en volg.) Tijdschrift, deel 35 (1893), 

pag. 228. 

ld. (O. L.) Bengkoeleesche raadsels (Tekaq-Teki). Tijdschrift, 

deel 37 (1894), pag. 98. 

ld. (O. L.) Bijdragen tot de kennis van het Midden- 

Maleisch (Besemahsch en Serawajsch dialect). Verhandelingen, 

deel 53.


HELFR1CH (0. L.) Bijdrage tot de letterkunde van den Serawajer 

en Besemaher in de afdeeling Manna en 

P. 0. Manna (residentie Beiikoelen). Tijdschrift, deel 

37 (1894), pag. 65. 

Id. (0. L.) en Pieters (J. A. C. J.) Proeve van eene 

Maleisch-Nederlandsch-Èngganeesche woordenlijst. 

Tijdschrift, deel 34 (1891), pag. 539, en deel 35, 

pag. 228. 

ld. (O. L.) Proeve van een Lampongsch-Hollandsche 

woordenlijst, bepaaldelijk voor het dialect van Kroë. 


ld. (O. L.) Verzameling Lampongsche teksten, getranscribeerd 

onder zijn toezicht 1891. Verhandelingen, 

deel 45. 

^HENDRIKS (A.) Iets over de wapenfabricatie op Bornéo. 


HENNY (Mr. W. A.) Nog iets over de Loeboe's en Oeloe's. 


ld. (Mr. W. A.) Reis naar Si Gompoelon en Si Lindong 

in 1858. Bijdrage tot de kennis der Bataklanden. 


* HERWERDEN (J. D. van) Het Tenggersch gebergte en zijn 

bewoners. Verhandelingen, deel 20. 

HERWIJNEN (M. von Faber), Bijdrage tot de geschiedenis 

van het Middelbaar Onderwijs in Nederlandsch- 

Indië. Tijdschrift, deel 30 (1885), pag. 519. 

*HET HALIFOERSCH zooals dit gesproken wordt terZ. O. 

kust van Nederlandsen Nieuw-Guinéa, door J. Seyne 

Kok. Verhandelingen, deel 56. 

HET LANDSCHAP BLIDA (Palembang). Tijdschrift, deel 14 

(1864) pag. 554. 

*HET VERHAAL VAN DEN GULZIGAARD inhetTontembaansch, 

Sangireesch en Barée. Tekst, vertaling en 

aanteekeningen, uitgegeven door J. A. M. T. Schwarz 

en N. Adriani. Verhandelingen, deel 56. 

HI DREMAN. Balineesch verhaal, met vertaling, zie VROOM. 



Naa m= en zaak register. 98 

HIKAJAT Baktiar, volgens v. d. TUUK's aanteekeningen, zie 

BRANDES. Tijdschrift., deel 41, pag. 292. 

ld. nganggo dangding basa Soenda Bantën parahyang, 

tjarios kaäjaän di kaboepatèn Lebak sarëng Sèrang 

didjënëngkeun Asmara Sri Angga. Tijdschrift, deel 

37 (1894), pag. 563. Vertaling, zie STOORVOGEL 

pag. 590. 

Id. Sama'oen. (Maleisch), zie RONKEL. Tijdschrift, deel 

43, pag. 444. 

Hl LINGGA PTA. Balineesch gedichte/e VROOM. Tijdschrift, 


HINDOEÏSME. Batoe-toelis bij Buitenzorg verklaard, zie 

FRIEDERICH. Tijdschrift deel 1, pag. 422; zie ook 

deel 14, pag. 559; deel 17, pag. 483; deel 27, 


ld. Doerga-voorstelling in beeldhouwwerk en litteratuur, 

zie KNEBEL, Tijdschrift, deel 46, pag. 213. Prototype 

en variant, Tijdschrift, deel 48, pag. 37; de Asoera, 


ld. Inscriptiën op ringen, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 471. 

ld. Java.Bagelèn,z/eWILSEN. Tijdschriftdeel 11,pag. 443. 

ld. „ Oudheden in Cheribon. zie WILSEN. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 146 en 488; zie SEYFF. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 379. 

ld. Metalen Çiwahbeeld. zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 


ld. Oudheden aan de grens van Banten, zie FRIEDERICH. 


ld. Oudheden in Padang lawas, zie ROSENBERG. Tijdschrift, 


ld. Tjandi pari, zie H AGEMAN. Tijdschrift, deel 2, pag.394. 

ld. Tempelgrotten van Koeta-ardja, zie KINDER. Tijdschrift, 


*Id. op Java, zie BRUMUND. Verhandelingen, deel 33. 

ld. Wahanna's van het Brahmaansche en Boeddhistische 

pantheon, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 47, pag. 227.


HINDOE Monumenten in de bovenlanden van Palembang. 

zie TOMBRINK. Tijdschrift, deel 19, pag. 1. 

ld. Oudheden op de Noordkust van Bornéo. Tijdschrift, 

deel 14 (1864), pag. 91. 

ld. Oudheden op de Oostkust van Sumatra. Tijdschrift, 

deel 12 (1862), pag. 230. 

*Id. Oudheden-op Java, met kaart, zie VERBEEK. Verhandelingen, 

deel 46; zie HAASE. Tijdschrift, deel 43, 

pag. 561. 

ld. Oudheden te Moeara Takoes. zie HOLLE. Tijdschrift 

deel 25, pag. 217. 

*HJNDOERUINEN bij Moeara Takoes aan de Kampar-rivier. 

zie VERBEEK. Verhandelingen, deel 41. 

HINDOESTANI EN MALEISCH, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 583. 

HINDUSTAN, zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 4. 

HUWELIJK bij de Menangkabauers, zie EERDE. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 387. 

HINLOPEN (P. A. M.) en Severijn (P.) Verslag van een 

onderzoek der Poggi-eilanden in 1852. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag.' 319. 

HISSINK (J. H.) Het pepadonwezen en zijne attributen in 

verband met de oude staatkundige indeeling in 

marga's en het huwelijks- en erf-recht in de afdeeling 

Toelang-Bawang der Lampongsche districten. 

Tijdschrift, deel 1 (l904), pag. 69. 

HISTORIEKENNIS, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 2. 

*HOA TS1EN KI. Chineesche roman vertaald door SCHLE 

GEL. Verhandelingen, deel 32. 

HOEDT. Reis door West Flores (Noordkust). Tijdschrift, 

pag. 281, zie ook MEERBURG, pag. 113. 

:i HOEVELL (Dr. W. R. van) en Friederich (R.) Beschrijving 

der Javaansche monumenten in het kabinet van 

oudheden van het Bataviaasch Genootschap ;met afbeeldingen. 

(Ie gedeelte) Verhandelingen, deel 21. 

ld. (Dr. W. R. van) Sjair Bidasari, gedicht met vertaling 

en aanteekeningen. Verhandelingen, deel 19.


HOËVELL (G. W. W. C. Baron van) De afdeeling Babar. (Met 

een kaart). Tijdschrift, deel 33 (1890), pag. 187. 

Id. (G. W. W. C. Baron van) De Aroe-eilanden, 

geografisch, ethnographisch en commercieel. Tijdschrift, 

deel 33 (1890), pag. 57. 

ld. (G. W. W. C. Baron van) De Kei-eilanden. (Met 


ld. (G. W. W. C. Baron van) Lèti-eilanden. Tijdschrift, 

deel 33 (1890), pag. 200. 

ld. (G. W. W. C Baron van) Over den eed der Maleiers 

ter Sumatra's Westkust. Tijdschrift, deel 26 (1881), 

pag. 529. 

ld. (G. W. W. C. Baron van) Tanimbar en Timoerlaoeteilanden. 


ld. (G. W. W. C Baron van) Todjo, Posso en Saoesoe. 


ld. (G. W. W. C. Baron van) Twee zangen in de Ambonsche 

landtaal. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 69. 

ld. (G. W. W. C. Baron van) Vragen en mededeelingen. 


HOEVEN (A. Pruijs van der) De bruidschat bij eenige volken 

in den Indischen Archipel. Tijdschrift, deel 16 

(1867), pag. 277. 

HOEPERMANS. Het Hindoerijk van Daha. (Met uiislaande 

platen). Tijdschrift, deel 21 (1875), pag. 146. 

*HOGENDORP (Mr. W. van) Beschrijving van het eiland 

Timor, Verhandelingen, deel 1. 

*Id. (Mr. W. van.) De Bezittingen der N. O. I. Maatschappij 

enz. zie RADEMACHER. Verhandelingen, deel 1. 

*Id. (Mr. W' van) Historische opheldering en verdediging 

van I. Chron. 22 vs. 14, tegen de zwarigheden 

van den Heer de Voltaire. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (Mr. W. van) Redevoering der inenting. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. (Mr. W. van) Vervolg der beschrijving van Timor 

en van eenige nabijgelegen eilanden. Verhandelingen, 

deel 2.

apwwTrmrai« 


HOG-ISLAND of Poeloe Simaloe, zie NETSCHER. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 397. 

*HOLLANDER (Dr. J. J. de) Manik Maja, een Javaansch gedicht. 


HOLLANDERS. Sumatra's Westkust. Vestiging der Nederlanders, 

zie FRANCIS. Tijdschrift, deel 5, pag. 8. 

HOLLANDSCH (Bataafsch en- gouvernement op Java), zie 

HAGEMAN. Tijdschrift, deel 4, pag. 333 en deel 5, 

pag. 164. 

HOLLE (G. du Ry van Beest) Beschrijving van Hindoeoudheden 

te Moeara Takoes, 12 Kota Kampar. (Met 

een plaat). Tijdschrift, deel 25 (1879), pag. 217. 

ld. (G. du Ry van Beest) De landschappen VI Kota 

Pangkalan en XII Kota Kampar. (Met een kaart). 


ld. (K. F.) Bericht omtrent de vijf koperen platen van 

Kebantenan. Tijdschrift, deel 16 (1867), pag. 559. 

ld. (K.F.) Bericht omtrent eenige Lontar-handschriften 

van Raden Salèh. Tijdschrift, deel 16 (1867), pag. 

450. 

ld. (K. F.) Beschreven metalen plaatjes uit de desa 

Pasindoer, afdeeling Ledok (Bagelèn). Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 464. 

ld. (K. F.) Beschreven steen uit de afdeeling Tasikmalaja. 

Tijdschrift, deel 24(1877), pag. 586. 

ld. (K. F.) Bijdragen tot de geschiedenis der Préanger- 

Regentschappen. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 316. 

ld. (K. F.) De Batoe-Toelis te Buitenzorg. Tijdschrift 

deel 17 (1869), pag. 483. 

ld. (K. F.) De Batoe-Toelis te Buitenzorg. Tijdschrift, 

deel 27 (1882), pag. 90. 

ld. (K. F.) De kaart van Tjiëlah of Timbanganten. (Met 


ld. (K. F.) De klok of kohkol van Galoeh. Tijdschrift, 

deel 24 (1877), pag. 583. 

ld. (K. F.) De koperen plaatjes van Kebantenan. Tijdschrift, 

deel 18 (1868-1871), pag. 367.


HOLLE (K. F.) De plaatsnaam Singaparna. Tijdschrift, deel 

24 (1877), pag. 177. 

Id. (K. F.) District Salem en gehucht Goenoeng Segara, zie 

TJANDRA NAGARA. Tijdschrift, deel 29, pag. 509. 

ld. (K. F.) Het schrijven van Soendasch met Latijnsche 

letter. Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 91. 

ld. (K. F.) Honderd en een Soendasche spreekwoorden. 


*Id. (K. F.) Kawi-oorkonden. Facsimile's met transcriptie 

van koperen platen van 782 en 1285 çaka (A. D. 

860 en 1373). Verhandelingen, deel 39. 

Id. (K. F.) Kawi-Oorkonden (vervolg). Tijdschrift, deel 

27 (1881), pag. 538; deel 28 (1883), pag. 479. 

ld. (K. F.) Mededeelingen over de devotie der Naqsjibendijah 

in den Nederlandsch-Indischen Archipel. 


ld. (K. F.) Nog een woord over den Batoe-Toelis te 

Buitenzorg. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 187. 

ld. (IC F.) Pyagem van den vorst van Mataram. Tijdschrift, 

deel 13 (1864), pag. 492. 

ld. (K. F.) Proeve van Soendaneesche poëzy (sindir's). 


ld. (K. F.) Snippers betreffende Indische Land- en Volkenkunde. 


ld. (K. F. Snippers. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 

558; deel 19, pag. 472; deel 20, pag. 63, 153 en 

231 ; deel 27, pag. 99. 

ld. (K. F.) Snippers van den regent van Galoeh, met 

vertaling. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 99. 

ld. (K. F.) Soendasche raadsels. Tijdschrift, deel 17 

(1869), pag. 369. 

ld. (K. F.) Soendasche spreekwoorden (vervolg van 

deel 10). Tijdschrift, deel 19 (1870), pag. 271. 

HOLLE (K. F.) Wat beteekent de naam Bagelèn. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 377. 

HOLONTALO. Bekentenis Van een Ponggoh, zie RIEDEL. 


pr-— 


HOLONTALOSCHE vertelling, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

21, pag. 209. 

«•HONDSDOLHEID, zie STEEQE. Verhandelingen, deel 3. 

zie DULX. Verhandelingen, deel 5. 

*HONGERSNOOD zie AANMERKINGEN OP DE VRAAG 


HOOGEVEEN (W. F.) Het district Djampang-tengah (Préanger). 


HOORN (S. C. Keiler van) De Labang Mèsem te Tandjoeng 

Anjar op het eiland Madoera (Bangkalan). (Met 

een afbeelding). Tijdschrift, deel 32 (1889), pag. 431. 

*HOOYMAN. (J.) Bericht omtrent het katoenspinnen en weven 

onder de Javanen en Chineezen, benevens 

eentge andere merkwaardigheden hiertoe betrekkelijk. 


*Id. (J.) Bericht wegens tarwe, gezaaid en geoogst in een 

tuin op Jacatra. Verhandelingen, deel 5. 

*Id. (J.) Beschrijving der vogelnestjes. Verhandelingen, 

deel 3. 

*Id. (J.) De tegenwoordige staat van den landbouw in 

de Ommelanden van Batavia. Arakbranderijen en 

katjangtuinen. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (J.) Kort verhaal van de Deensche zending ter voortplanting 

van den Christelijken godsdienst op de 

kust van Coromandel. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (J.) Verhandeling over den landbouw en over de 

suikermolens. Verhandelingen, deel 1. 

*Id. (J.) Vervolg der verhandeling over den tegenwoordigen 

staat van den landbouw in de ommelanden 

van Batavia. Indigo, rijst en rijstmolens (zie deel 2) 


*HORNER (Dr. L.) Geologische gesteldheid van den vulkaan 

Gedè. Verhandelingen, deel 17. 

*Id. (Dr. L.) Geologisch onderzoek van Z. O. Borneo. 


*Id. (Dr. L.) Mineralogische reis door Bantam. Verhandelingen, 

deel 17.

Naam= en zaak register. 104 

* HORNER (L.) Reizen over Sumatra. Tijdschrift, deel 10 

(1861), pag. 322. 

*HORSFIELD (Th.) An essay on the oopas or poison tree of 

Java. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. (Th.) Bericht van een met vaste lucht bezwangerde 

bron in het regentschap Parakan-Moentjang. Verhandelingen, 

deel 7. 

*ld. (Th.) Beschrijving van den gaTïpboom. Verhandelingen, 

deel 7. 

*Id. (Th.) Beschrijving van het crinum asiaticum of 

Bakoeng der inlanders. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. (Th.) Essay on the geography-, mineralogy and botany 

of the western portion of the territory of the 

Native Princes of Java. Verhandelingen, deel 8. 

* Id. (Th.) On de mineralogy of Java. Verhandelingen, deel 8. 

*Id. (Th.) Over de rivier van Solo en een reis naar de 

Oosterstreken van Java*. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. (Th.) Scheikundige ontleding der vruchten vanden 

rarakboom. Verhandeling, deel 7. 

*Id. (Th.) Scheikundige ontleding van een vulkanisch 

zand- en ijzererts. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. (Th.) Short account of the medicinal plants of Java. 


HORST (Dr. D. W.) Rapport van een reis naar de Noordkust 

van Nieuw-Guinéa. Tijdschrift, deel 32(1889 \ 

pag. 217. 

*HOUTGEBREK BIJ SUIKERMOLENS, zie JACOBI. Verhandelingen, 

deel 2. 

HUIZEN IN BOLAANG MONGONDOU, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 282. 

HUMBOLDTSBAAI, zie BINK. Tijdschrift, deel 39, pag. 143. 

HUMME (H. C.) Aanteekeningen tot de bijdrage van den 

Heer Teffer over het eiland Savoe. Tijdschrift, deel 

23 (1877), pag. 359. 

HUNG-LEAGUE or Heaven-Earth-league, zie THIAN TI 

HWUI. Verhandelingen, deel 32. 

ld. zie SCHAALJE. Tijdschrift, deel 20, pag. 1.

N a a m= en z a a k r e g i s t e r. 105 

HURGRONJE (Dr. C. Snouck) Atjèhsche taal-studiën. Tijdschrift, 

deel 42 (1900), pag. 144. 

Id. (Dr. C. Snouck) Eenige Arabische strijdschriften 

besproken. Tijdschrift, deel 39 (1897), pag. 379. 

ld. (Dr. C. Snouck) Een miskende Arabische palataal. 


ld. (Dr. C. Snouck) Iets over verjaring in het Moehammedaansche 

recht. Tijdschrift, deel 39 (1897*, 

pag. 431. 

ld. (Dr. C. Snouck) Iets over Koedjang en badi (met 

platen). Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 387, zie ook 

HAZEU, pag. 398. 

Id. (Dr. C. Snouck) Islam und Phonograph. Tijdschrift, 

deel 42 (1900), pag. 393. 

Id. (Dr. C. Snouck) „Mensch" en „Ding" als voegwoord. 


ld. (Dr. C. Snouck). Studiën over Atjèhsche klank- en 

schriftleer. Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 346. 

HUWELIJK. Nias, zie LAGEMAN. Tijdschrift, deel 36, pag. 

296. 

HUWELIJKS- en erfrecht in de Lampong's, zie HISSINK. 


HUWELIJKSWETGEVING in China, zie YOUNG. Tijdschrift, 


HUWELIJKSGEBRUIKEN op Bawéan. zie ATMADJA. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 533. 

HYDROGRAFIE. Verslag van de Commissie tot verbetering 

der zeekaarten. Tijdschrift, deel 5, pag. 407 ; 

deel 7, pag. 97; en deel 10, pag. 26. 

HYGIENE. Batavia's jurisdictie, zie KEUCHENIUS. enz. 


*Id. Gezondheid van Salatiga, zie BOEKHOLD. Verhandelingen, 

deel 6- 

HYMANS van Anrooy, zie ANROOY. 

I. 

I BOENG-KELING. Lomboksche vertelling, zie EERDE. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 168. 


N a a m= en % a a k r e g i s t e r. 106 

*ICHTHYOLOGISCHE bijdrage, zie BLEEKER. Verhandelingen, 

deel 21, 22, 23, 24, 25, 26. 

ICONOGRAFIE. De voornaamste Hindoe-oudheden van Java, 

met kaart, zie VERBEEK. Verhandelingen, deel 46, 

zie HAAZE. Tijdschrift, deel 43, pag. 561. 

1DJIN en Raoeng. Uitbarsting, zie BOSCH. Tijdschrift, deel 

7, pag. 265. 

IETS OVER DE MUNTEN VAN BANDJARMASIN EN MA- 

LOEKOE, door J. P. MOQUETTE (metacht platen). 


IETS OVER DEN OORSPRONG VAN HET ATJÈHSCHE 

VOLK. Toestand onder het voormalig Sultanaat in 

Atjèh. Tijdschrift, deel 32 (1889), pag. 89. 

*IND1Ë (Voor-), zie RADERMACHER. Verhandelingen, 

deel 4. 

;: INDIGO, zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 3. 

INDISCHE Land- en Volkenkunde, zie HOLLE, Tijdschrift, 

deel 16, pag. 568. 

ld. penningen. Chronologische lijst, zie COEVORDEN. 

Tijdschrift, deel 13, pag. 24 en 496; deel 15, pag. 


INDRAMAJOE-JAVAANSCH, zie GRONEMAN. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 462. 

•INDUSTRIE. Houtgebrek bij suikermolens, zie JACOBI. 


*Id. Spinnen en weven, zie HOOIJMAN. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. Suikerriet-ampas als brandstof, zie CHIJS. Tijdschrift, 


•INENTING, zie HOGENDORP. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. zie BICKER. Verhandelingen, deel 4, zie NIELEN. 


*Id. zie STEEGE. Verhandelingen, deel 1. 

INKT gebruikt voor oud-Javaansche handschriften, zie BRAN 


INLANDSCH bestuur in Sumatra's Westkust, zie LINDEN. 



1NLANDSCHE bestuurders op Java, zie DAVELAAR. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 364. 

Id. plantennamen, zie SCHEFFER. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 319. 

INSCRIPTIES. Beschreven steenen op Java, zie STUART. 


ld. Handafdrukken op rotsen bij Nieuw-Guinéa. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 582. 

ld. Javaansch (Oud-).' Oorkonden op koper, zie TUUK. 


ld. Javaansch (Oud-). Koperen platen van Sembiran 

(Bali), zie BRANDES. Tijdschrift, deel 33, pag. 16. 


deel 21, pag. 146. 

Id. Java. Beschreven steen in Tasikmalaja, zie HOLLE. 


Id. Java. Koperen platen uit den Mataramschen tijd, 


Id. Java. Oud vuurwapen, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 70. 

ld. Sanskrit-opschriit,gevonden tusschenKalasanen Prambanan, 


ld. Java. Soendaneesch opschrift op den kohkol van 

Galoeh, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 24, pag. 583. 

ld. Java. Stukken uit de Leidsche Universiteitsboekerij, 

betrekking hebbende op Oud-Javaansche opschriften, 

zie BRANDES. Tijdschrift, deel 47, pag. 448/ 

ld. Java. Twee koperen platen uit Bandjar Negara. 


ld. Kawali en Djamboe. zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 149. 

ld. Kawi. 'n Eedformulier, zie TUUK. Tijdschrift, deel 

23, pag. 140. 

ld. Kawi-oorkonden, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 27, 

pag. 538; deel 28, pag. 479, 532. 

*Id. Koperen platen uit Soerabaja, zie RAFFLES. Ver= 

handelingen, deel 8.

N a a m- en z a a k r e g i s t e r. 108 

INSCRIPTIES. Lampongsche koperen plaat, zie HAZEU. 


ld. op gouden ringen, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 


*Id. op Java en Sumatra, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 26. 

*Id. op koperen platen van 782 en 1285 Çaka, zie 

HOLLE. Verhandelingen, deel 39. 

Id. Prambanan. (Sanskrit op een steen van-), zie KERN. 


ld. te Batoe-Toelis (Buitenzorg) verklaard, zie FRIE 

DERICH. Tijdschrift, deel 2, pag. 335. 

Id. van Erberveld, zie STUART. Tijdschrift, deel 19, 

pag. 270. 

ld. van Sinéh (Ngawi), met een facsimile. Tijdschrift, 

deel 2 (1854), pag. 335. 

*Id Soekoeh en Tjetto in het Lawoe-gebergte, zie VLIS. 


*Id. Soerabaja-inscriptie, zie CRAWFURD. Verhandelingen, 

deel 8. 

INSTRUCTIE voor den Gouverneur-Generaal Gerard Reynst 

enz. van 11 Mei 1613. Tijdschrift, deel 1 (1853), pag. 117. 

IN'TVELD (S. G.) Legende over het ontstaan van het vorstenhuis 

van Pasir (Oostkust van Bornéo). Tijdschrift, 

deel 27 (1882), pag. 557. 

INVOERING VAN DEN ISLAM op Bali en Lombok. (Volgens 

de Balineezen.) Tijdschrift, deel 22 (1875), pag. 358. 

*IPEREN (J. van) De belemmeringen. Treurzang. Toezang aan 

het Bataviaasch Genootschap. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (J. van) en Schouwing (F.) Beschrijving van de 

wouwouwen. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (J. van) Beschrijving van eene blanke negerin uit 

de Papoesche eilanden. Verhandelingen, deel 2. 

:,: Id. (J. van) Beschrijving van eenen witten neger van 

het eiland Bali. Verhandelingen, deel 1. 

*Id. (J. van) Verhandeling over de gebreken onzer Hollandsche 

zeekaarten. Verhandelingen, deel 1.


*1PEREN. (J. van) Begin van een Javaansche historie, genaamd 

Sadjara Radja Djawa. Verhandelingen, deel 1. 

*Id (J. van) Verhandeling over de historiekennis. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. (J. van) Vervolg eener Javaansche historie genaamd 

Sadjara Radja Djawa. (zie deel 1.) Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. (J. van) Vervolg eener Javaansche historie. Sadjara 

Radja Djawa (zie deel 2). Verhandelingen, deel 3. 

*Id. (J. van) Waarnemingen over het verbeteren der Hollandsche 

zeekaarten (zie deel 1.) Verhandelingen, deel 2. 

ISLAM Arabische strijdschriften besproken, zie HURGRON- 

JE. Tijdschrift, deel 39, pag. 379. 

ld. Compendium der Mohammedaansche wetten, zie 

TAMSON. Tijdschrift, deel 39, pag. 511. 

ld. DevotieNaqsjibendijah in den Archipel, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 28, pag. 158, zie HOLLE, deel 31, pag. 67. 

ld. Het ambt van den Qadhi, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 418. 

ld. Invoering op Bali en Lombok. Tijdschrift, deel 22, 

pag- 358. 

Id. Java. Geestelijkheid en geestelijke goederen, zie 

BERG. Tijdschrift, deel 27, pag. 1 en 190. 

ld. Kitab pakih vertaald, zie BROUWER. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 411. 

ld. Koranische verhalen. (Naar het Maleisch,) zie WYK. 


ld. Mohammedaansch godsdienstonderwijs op Java en 

Madoera, zie BERG. Tijdschrift, deel 31, pag. 518. 

ld. Poëtische geschiedenis van den Profeet in het Javaansch, 

zie RONKEL. Tijdschrift, deel 44, pag. 97. 

ld. Priesterschool Tegal sari, zie FOKKENS. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 318. 

Id. und Phonograph, zie HURGRONJE. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 393. 

ld. Verjaring in het Mohammedaansche recht, zie HUR 

GRONJE. Tijdschrift, deel 39, pag. 431.


*ISMA JATIEM (Hikajat), zie ROORDA VAN EISINGA. Verhandelingen, 

deel 10. 

J. 

JACATRASCHE en Préanger-regentschappen. Meerdere voordeden, 

zie NEDERBURG. Tijdschrift, deel 3, pag. 

110, 195, 299. 

*JACCATRA, zie DJAKARTA. 

JACHT op het eiland Nias, zie THOMAS. Tijdschrift, deel 

26, pag. 274. 

JACKSTEIN. Eenige Notizen over Rotti en de Rottinezen. 


*JACOBI (Ch.) Om het toenemend houtgebrek bij de suikermolens 

in de bovenlanden spoedig en duurzaam 

te verhelpen. (Bekroond antwoord op een prijsvraag). 


JACOBIJNEN te Batavia, zie HAAN. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 103. 

*JAGT. (H. van der) De Kokos- of Keeling-eilanden (Met 

een kaart). Verhandelingen, deel 13. 

JAMES. (K. A.) De geboorte van Singa Maharadja, en het 

ontstaan van de Koeria (district) Ilir in de Onderafdeling 

Baros. Tijdschrift, deel 45 (1902), pag. 134. 

JANGGEBERGTE. Lingga-tempel en andere oudheden, zie 

KOHLBRUGGE. Tijdschrift, deel 41, pag. 70. 

JANSEN. (A. J. F.) Landbouw in de Minahassa in 1853. 


ld. (A. J. F.) Solok en de Soloksche zeeroovers. Tijdschrift, 

deel 7 (1858), pag. 211. 

ld (A. J. F.) Woordenlijst van talen en dialecten in de 

residentie Menado. Tijdschrift, deel 6 (1855), pag. 521. 

JANSZ. Supplement Javaansch woordenboek, zie STUART. 


*JAPAN. Acupunctuur of naaldensteekkunde, zie SIEBOLD. 


*Id. De afkomst der Japanners; zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 13.

N a a m= en zaakregister. . 

Ill 

*JAPAN. (Europeesche handel op-,) zie MEYLAN. Verhandelingen, 

deel 14. 

*Id. Kopermijnen en- bereiding, zie BURGER. Verhandelingen, 

deel 16. 

*Id. Nuttige planten, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 12. 

*JAPANSCHE woorden (Eenige). Verhandelingen, deel 3. 

*Id. taal. Kort begrip, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 11. 

*Id. Vroedkunde, zie SIEBOLD. Verhandelingen, deel 10. 

' i: JAPAN, zie KAEMPFER. Verhandelingen, deel 2. 

»ld. zie RADEMACHER. Verhandelingen, deel 3 en 4. 

*JASA DHIPOERA. RAMA (Javaansch gedicht), zie WIN 

TER. Verhandelingen, deel 21. 

*JASINGA. zie DJASINGA. 

JASPER. (J. E.) Inlandsche methoden van hoorn-, been-, schildpad-,schelpen-en 

paarlemoerbewerking, (metplatenen 

figuren in den tekst). Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 1. 

JAVAANSCH. Adji Saka en de zoutwaterwellen van Grobogan, 

zie KEMP. Tijdschrift, deel 38, pag. 274. 

*Id. Ardjoena Sasra Baoe. Tembang met vertaling, zie 

BROEK. Verhandelingen, deel 34. 

*Id. Ardjoena wiwaha Kawi, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

ld. Babad Banjoemas, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 

43, pag. 397. 

ld. Babad Blambangan, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

37, pag. 325; deel 38 pag. 283. 

ld. Bantensche Sultansproclamatie, zie TUUK. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 134. 

ld. Basa Kedaton, zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 

37, pag. 105. 

ld. Beschreven balken uit den troonzaal van den kraton te 

Martapoera (Bandjermasin.) Tijdschrift, deel 17, pag. 

548. 

Id. Beteekenis van den naam Bagelèn, zie HOLLE. 



•JAVAANSCH. Borna kawja (kawi), zie FRIEDERICH, Verhandelingen, 

deel 24. 

*Id. Brata Joeda Tembang, zie STUART. Verhandelingen, 

deel 27, 28. 

Id. Damar-woelan in lakonvorm, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 457. 

ld. De gladde weduwe, zie PANT. Tijdschrift, deel 31, 

pag. 1. 

ld. désa-leven meegeleefd, zie MECHELEN. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 165. 

*Id. Dialect van Malang-Pasoeroean, zie LABBERTON. 


ld. De tekst van den Babad gecastigeerd, zie BRAN 

DES. Tijdschrift, deel 32, pag. 556. Foutieve eigennaam 

in id., deel 35, pag. 127. 

*Id. Dialect van Djapara, zie WALBEEHM. Verhandelingen, 

deel 49. 

*Id. Dialect van Tegal, zie WALBEEHM. Verhandelingen, 

deel 54. 

ld. Dwerghert-verhalen, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 


ld. Een en ander over de wajang, zie MECHELEN. 


ld. Een paar bladzijden levend Soerakarta-Javaansch, 

zie PANT. Tijdschrift, deel 30, pag. 492. 

JAVAANSCHE brieven, zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 37, 

pag? 113. 

ld. désalegende, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 37, pag. 

390; deel 38, pag. 289 en 486; deel 39, pag. 118 

en 221; deel 41, pag 97; deel 46, pag. 341. 

*Id. geschiedenis. Aanmerkingen op de Sadjara(h), zie 

OVERBEEK. Verhandelingen, deel 10. 

*Id. geschiedenis, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 1, 


*Id. monumenten in het kabinet van oudheden van het 

Bataviaasch Genootschap, zie HOEVELL. Verhandelingen, 

deel 21.


JAVAANSCH. KAWI. Misverstand, zie KERN. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 297 ; zie TUUK, deel 26, pag. 538. 

*JAVAANSCHE oudheden, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

ld. piagem's, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 32, pag. 363. 

Id. pyagem's van Mataram, Banten, Palembang, zie 

BRANDES. Tijdschrift, deel 32, pag. 557; deel 34, 

pag. 605; deel 35, pag. 110 en 209; deel 37, pag. 

119; deel 42, pag. 131 en 491; deel 43, pag. 577; 

deel 45, pag. 272. 

*Id. raadsels in proza verklaard, zie RANNEFT. Verhandelingen, 

deel 47. 

*Id. raadsels in poëzie verklaard, zie RANNEFT. Verhandelingen, 

deel 49. 

ld. raadsels, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 20, pag. 570. 

ld. raadsels, zie STIRUM. Tijdschrift, deel 34, pag. 364. 

ld. reflex van een Chineeschen ridderroman, zie BRAN 


*Id. spraakkunst, zie CORNETS DE GROOT. Verhandelingen, 

deel 15. 

Id. strophe (cijferraadsel). Tijdschrift, deel 36 pag. 231. 

*Id. tijdrekenkunde,z/eQERICKE. Verhandelingen, deel 16. 

ld. uitdrukking, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 112. 

ld. varia, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 44, pag. 24. 

ld. woorden opgehelderd, zie TUUK. Tijdschrift, deel 

25, pag. 132, 329, 432. 

ld. woorden in Tegal in gebruik, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 344. 

JAVAANSCH geheimschrift. Tijdschrift, deel 36, pag. 419. 

* ld. Hangling darmo, zie WINTER. Verhandelingen, deel 25. 

* ld. (Hoog-, gemeen- en berg-,) zie PROEVE. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. Jansz' supplement-woordenboek beoordeeld, zie 

STUART. Tijdschrift, deel 10. 

ld. kaartspel: pèhi, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 512. 



*J ^VAANSCH. Lajang Damar Woelan. Verhandelingen, 

deel 30. 

ld. Lakon Ngroena-Ngroeni, zie HAZEU. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 132. 

*Id. 23 lakon's van den wajang poerwa, zie MECHE- 

LEN. Verhandelingen, deel 40. 

*Id. Manik maja Tembang, zie HOLLANDER. Verhandelingen, 

deel 24. 

ld. (Oud-) Adiparwa en Sanskrit-origineel, zie HAZEU. 


ld. (Oud-). Djajapattra van Çaka 849, zie BRANDES. 


*Id. (Oud en middel-). Nagarakretagama, lofdicht op Hajam 

woeroek van Madja pait, zie BRANDES. Verhandelingen, 

deel 54. 

*Id. (Oud en middel-). Pararaten (Kèn Arok) of het 

Boek der koningen van Tumapel en Majapahit, 


*Id. (Oud-). Inscriptie ontcijferd door Natakoesoema, zie 

CRAWBURD.-Verhandelingen, deel 8. 

ld. (Oud-). Koperen platen uit den Mataramschen tijd, 


ld. (Oud-). Koperen platen van Sembiran (Bal-), zie 


*Id. (Oud-). Koperen platen, zie RAFFLES. Verhandelingen, 

deel 8. 

Id. Over het meer van Grati, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 541. 

ld. Overzicht van het verhaal Sasi kirana, zie PHILIPS. 


ld. Palèmbangsche piagem. Tijdschrift, deel 25, pag. 127. 

ld. Poethoet Gandha Prana. Inhoudsoverzicht, zie PHI 

LIPS. Tijdschrift, deel 6, pag. 202. 

ld. Poëtische geschiedenis van den Profeet, zie RON- 

KEL. Tijdschrift, deel 44, pag. 97. 

ld. Preek van den duivel, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 506.

^M^MMBBMMIMailll! 1 — 


JAVAANSCH. Prof. Vreede's handschriftencatalogus beoordeeld, 


*ld. Rama, zie WINTER. Verhandelingen, deel 21. 

ld. Serat Adji Saka. Nieuwe bewerking. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 104. 

*Id. 3 teksten uit de wajang poerwa, zie MECHELEN. 

Verhandelingen, deel 43; idem 44. 

*Id. Tembang. Babad Pasir, met vertaling, zie KNEBEL. 


*Id. Tjerbonsch wetboek (Pepakem Tjerbon), tekst en 

vertaling, zie HAZEU. Verhandelingen, deel 55. 

ld. Twee koperen platen uit Bandjar Negara. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 120. 

ld. van Bandjaran (Djapara), zie WALBEEHM. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 316. 

ld. van Indramajoe, zie GRONEMAN. Tijdschrift, deel 

36, pag. 462. 

ld. Wajang Dampo Awang, zie COHEN. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 144. 

ld. Wajangverhaal Djaladara rabi (aanteekeningen), zie 

POENSEN. Tijdschrift, deel 31, pag. 387. 

ld. Wajangverhaal Karta Wyoga, zie POENSEN. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 101. 

ld. Waroeng, Bata en Wangan, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 400. 

*Id. Wiwaha of Mintaraga, zie GERICKE. Verhandelingen, 

deel 20. 

*JAVA. Adelstand der Javanen, zie MAC GILLAVRY. Verhandelingen, 

deel 16. 

ld. Afdeeling Bondowoso, zie BOOM. Tijdschrift, deel 

6, pag. 469. 

*Id. Babad tanah Djawi. Register op de proza-omzetting, 


ld. Badoej's, zie PENNINGS. Tijdschrift, deel 45, pag. 

370. 

ld. Bagelèn onder Vorstenlandsch bestuur, zie KOLL- 

MANN. Tijdschrift, deel 14, pag. 352.


JAVA. Bagelèn. Oudheden, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 11, 

pag. 443. 

ld. Banjoewangi. Uitbarsting van Idjèn en Raoeng, zie 

BOSCH. Tijdschrift, deel 7, pag. 265. 

ld. Banten. (Hindoe-oudheden aan de grens van-), zie 


ld. Banten (West-). Reisbeschrijving, zie BIK. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 260. 

ld. Bara Boe


JAVA. Europeesche boeren, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 

17, pag. 59, en SCHIFF, deel 17, pag. 110. 

ld. Europeesche gezaghebbers, sedert de komst der 

Europeanen. Tijdschrift, deel 9, pag. 75. 

ld. Geschied- en aardrijkskundig overzicht op het einde 

der 18 eeuw, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 9, 

pag. 261. 

ld. Geschiedenis. Arija Penangsang's rechten, zie BRAN 


ld. Geschiedenis. Batavia's oude woningen, zie BOS 

BOOM. Tijdschrift, deel 40, pag. 542, zie BRANDES, 

deel 42 pag. 348; BOSBOOM, deel 44, pag. 137 en 

deel 45, pag. 193; deel 46, pag. 373; deel 47, pag. 55. 

ld. Geschiedenis. Chineesche betrekkingen, zie SCHLE 


*Id. Geschiedenis der Préanger-regentschappen.z/eREES. 


ld. Geschiedenis der Soendalanden, zie HAGEMAN. 


deel 19, pag. 201. 

ld. Geschiedenis. Djakawès-Lefêbre, zie BRANDES. 


ld. Geschiedenis. Hofreis naar Mataram in 1648, zie 

BRANDES. Tijdschrift, deel 42, pag, 387. 

ld. Geschiedenis. Jacobijnen te Batavia, zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 103. 

ld. Geschiedenis. Jogjakarta, sie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 415. 

ld. Geschiedenis. Kapitein Jonker, zie CHYS. Tijdschrift, 


*Id. Geschiedenis. Oorlogen met de prinsen van 1741 — 

1757, zie KORT VERHAEL VAN enz. Verhandelingen, 

deel 12. 

ld. Geschiedenis. Oud-Banten, zie CHYS. Tijdschrift, 


ld. Geschiedenis. Oudere Dipanegara en Djajabaja-voorspellingen.z/e 

BRANDES. Tijdschrift, deel 32, pag. 368.


i 

JAVA. Geschiedenis. Platte grond van Batavia, zie BRAN 

DES. Tijdschrift, deel 43, pag. 49. id. Oud-Batavia, 

zie BRANDES. Tijdschrift, deel 42, pag. 105; deel 

43, pag. 1 en 493 en deel 45, pag. 1 ; HAAN, deel 

42, pag. 567. 

ld. Geschiedenis. Pakoe alam enz. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 126. 

ld. (Geschiedenis van-), zie STUART. Tijdschrift, deel 

19, pag. 154. 

ld. Geschiedenis, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 1, 

pag. 173 en 383; deel 2, pag. 33. 

ld. Gewijde plaatsen in Madioen, zie KNEBEL. Tijdschrift, 


ld. Grissee's wereldlijke en geestelijke macht in de 16de 

en de 17de eeuw, zie WISEL1US. Tijdschrift, deel 

23, pag. 458. 

ld. Het oude Batavia, zie BRUMUND. Tijdschrift, deel 

25, pag. 362. 

ld. Het schoonmaken van wapenen. Tijdschrift, deel 12 

pag. 592. 

* ld. Hindoeisme, zie BRUMUND. Verhandelingen, deel 33. 

ld. Hindoe-munten, zie MOQUETTE. Tijdschrift, deel 

42, pag. 1. 

*Id. Hindoe-oudheden, met kaart, zie VERBEEK. Verhandelingen, 

deel 46; zie HAASE. Tijdschrift, deel 

43, pag. 561. 

ld. Hoe de Compagnie soms met regenten handelde, 

zie CHYS. Tijdschrift, deel 25, pag. 221. 

ld. Hoorn-, been-, schildpad-, schelpen- en paarlemoerbewerking, 

zie JASPER. Tijdschrift, deel 47, pag. 1. 

ld. Inlandsen bestuur Tegal, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 436. 

ld. Inlandsche ambtsbenamingen, met aanduiding der 

werkzaamheden enz., zie WALBEEHM. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 479. 

ld. Inlandsche bestuurders, zie DAVELAAR. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 364.


JAVA. Inscripties. Beschreven steen in Tasikmalaja, zie 

HOLLE. Tijdschrift, deel 24, pag. 586. 

ld. Inscripties. Stukken uit de Leidsche Universiteitsbibliotheek 

betrekking hebbende op Oud-Javaansche 

opschriften, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 47, pag. 

448. 

ld. Inscripties, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, deel 

26. 

ld. Inscriptie van Sinéh (Ngawi), met facsimile. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 235. 

ld. Joartan en andere plaatsnamen van Oost-Java, zie 

HAGEMAN. Tijdschrift, deel 14, pag. 75, zie ook 

deel 17, pag. 367. 

Id. Jogjakarta's verdwenen waterkasteel, zie BOSBOOM. 


ld. Kalang-legende, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 489. 

ld. Kalang's, zie Ketjen. Tijdschrift, deel 24, pag. 421, 

deel 28, pag. 185. 



ld. Kolonisatie van Europeanen, zie SCHIFF. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 110, en HAGEMAN, deel 17, pag. 59. 

ld. Laatste overblijfsel van Djakarta, zie CHYS. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 460. 

ld. Letterkunde. Soendasche spreekwoorden, zie UIL- 

KENS. Tijdschrift, deel 18, pag. 395. HOLLE, deel 

19, pag. 21\, deel 20, pag. 327; deel 21, pag. 183. 

Id. Lontar-handschriften van Raden Salèh, zie HOLLE. 


ld. Madja pahit ('n Pilaar van-), zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 




ld. Mohammedaansche geestelijkheid en geestelijke goederen, 

zie BERG. Tijdschrift, deel 27, pag. 1 en 

190.


*JAVA. (Natuurkundige aanteekeningen op een reis over-), zie 

OORT. Verhandelingen, deel 16. 

ld. Nijverheid. Afdeeling Bandjar negara, zie DOES. 

Tijdschrift, deel 36, pag 1. 

*Id. oorlog. Legerziekten, zie DEQENHARD. Verhandelingen, 

deel 12. 

ld. (Oost), enz. Reisbeschrijving, zie BIK. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 125. 

ld. Oudheden. Afdeeling Bandawasa (Besoeki), zie 

STEINMETS. Tijdschrift, deel 40, pag. 1. 

ld. Oudheden. Bandoeng, zie STEINMETS. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 286. 

ld. Oudheden. Bara boeiloer-aanteekeningen, zie JO 

CHIM. Tijdschrift, deel 48, pag. 13. 

ld. Oudheden. Batoe toelis te Batavia, zie GRAMBERG. 


ld. Oudheden. Beschreven steenen, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 89. 

ld. Oudheden. Boeddhistische Trimoerti. Mendoet, zie 

WILSEN. Tijdschrift, deel 20, pag. 166. 

ld. Oudheden. Boeddhistisch monniksbeeld en de voornaamste 

moedra's, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

48, pag. 37. 

ld. Oudheden. Controle-afdeeling Prapag, Kedoe, zie 

AALST. Tijdschrift, deel 43, pag. 482. 

ld. Oudheden. Hoofdtempels in Kedoe en Jogjakarta, 

zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 19, pag. 411; 

deel 23, pag. 361. 

ld. Oudheden in Cheribon, zie WILSEN. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 146 en 488; deel 6, pag. 57, zie 

SLEYFF, deel 7, pag. 379. 

ld. Oudheden in de Controle-afdeeling Gending (Pasoeroean), 

zie BODEMEYER. Tijdschrift, deel 40 

pag. 178. 

ld. Oudheden. Janggebergte. Lingga-tempel enz., zie 

KOHLBRUGGE.'Tijdschrift, deel 41, pag. 70.


JAVA. Oudheden. Jogjakarta's waterkasteel, zie GRONEMAN. 

Tijdschrift, deel 30, pag. 412, met nota VERBEEK, 

pag. 435. 

Id. Oudheden. Kosala (Banten), de heilige plaats der 

Karang-Badoej, zie QUANT. Tijdschrift, deel 41, pag, 

588. 

ld. Oudheden. Mad.japahit in 1815 en 1887, zie VER 

BEEK. Tijdschrift, deel 33, pag. 1. 

ld. Oudheden. Ngasinan en Balak, afdeeling Magelang, 

zie AALST. Tijdschrift, deel 37, pag. 551. 

ld. Oudheden. Nota over den toestand van eenige voorname 

monumenten van Midden-Java, zie SERRU 

RIER. Tijdschrift, deel 41, pag. 1. 

ld. Oudheden. Oengaran-gebergte, zie FRIEDERICH. 


ld. Oudheden. Over Gouden Godenbeelden uit Gemoeroeh 

bij Wanasaba, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

47, pag. 552. 

ld. Oudheden. Prabalingga (Magelang), zie AALST. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 391. 

ld. Oudheden. Ruinen van Panataran, zie PORTE. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 263. 

ld. Oudheden. Ruine Panampikan in Kediri, zie NOORD- 

ZIEK. Tijdschrift, deel 5, pag. 425. 

ld. Oudheden. Singasari's Lingga-voetstuk, zie BRAN 


ld. Oudheden. Siwah-beelden, zie WILSEN, Tijdschrift, 

deel 20, pag. 57. 

ld. Oudheden. Steenen trap aan den voet van Soembing 

en Sindoro, zie PET. Tijdschrift, deel 16, pag. 

472. 

ld. Oudheden. Tempelwachters, zie GRONEMAN. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 13. 

ld. Oudheden. Tjandi Prambanan's deblayeering, zie 


ld. Oudheden. Twee oude berichten over de Baraboe- 

(Joer, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 44, pag. 73. 


Naam= en zaakregistei*. 122 

JAVA. Oudheden, zie VORDERMAN. Tijdschrift, deel 36, 

pag. 481 ; deel 37, pag. 313. 

ld. Oud vuurwapen met inscriptie Djakatra ? zie 

STUART. Tijdschrift, deel 20, pag. 70. 

ld. Pesantren Tegal sari, zie FOKKENS. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 318. 

Id. Piagem van den vorst van Mataram, zie HOLLE. 


ld. (Reis over-), zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 42. 

Id. Rongkob, vogelnestgrot in Jogjakarta, zie KOMOAN. 


Id. Ruine van Kota Rosan, zie WISELIUS. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 18. 

ld. Soendalanden. District Djampang tengah, zie HOO- 

GEVEEN. Tijdschrift, deel 7, pag. 493. 

ld. Soendalanden. Volksinstellingen, zie CAMARECQ. 


*Id. Soendaneesch-Engelsch woordenboek, zie RIQG. 


ld. Soendaneesche Snippers, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 558; deel 19, pag. 472; deel 20, pag. 

63, 153 en 231 ; deel 27, pag. 99. 

ld. Soendaneesch. Inscripties te Kawali en Djamboe, 

zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 3, pag. 149. 

ld. Soendaneesch. Kilab Pakih, zie BROUWER. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 411. 

ld. Soendaneesch met Latijnsche karakters, zie GRAS 

HUIS. Tijdschrift, deel 19, pag. 490, zie HOLLE. 

deel 20, pag 91. 

ld. Soendaneesch opschrift op den Kohkol van Galoeh, 

zie HOLLE. Tijdschrift, deel 24, pag. 583. 

ld. Soendaneezen. Bijgeloovigheden, zie WILSEN. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 465 en deel 6, pag. "/5; deel 

7, pag. 45. 

ld. Soendasche dongèng, zie UILKENS. Tijdschrift, deel 

18, pag. 284.


JAVA. Soendasche raadsels, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 

17, pag. 369. 

ld. Spelling van plaatsnamen verbeterd, zie CLERCQ. 

Tijdschrift, deel 24, pag. 268- 

ld. Tempelgrotten te Koeta-ardjo, zie KINDER. Tijdschrift, 


*Id. Tenggersche gebergte en bewoners, zie HERWER 

DEN. Verhandelingen, deel 20. 

ld. Titels der grooten te Soerakarta, zie WINTER. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 459. 

ld. Tjandi Idjo, zie QRONEMAN. Tijdschrift, deel 32, 

pag. 313. 

ld. Tjandi pari, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 2, 

pag. 394. 

ld Tjerbon, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, pag. 

449. 

Id. Van Oud-Batavia, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

45, pag. 289. 

Id. Visscherij in Qrati (Pasoeroean), zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 283, zie pag. 591. 

Id. Vogelnestklippen te Karang bolong. Tijdschrift, deel 

1, pag. 304. 

ld. Volkenkunde. Amulettes javanaises, zie KNEBEL. 


ld. Volkenkunde, zie A propos d'armes javan. etc, zie 

KNEBEL. Tijdschrift, deel 40, pag. 239. 

ld. Volkenkunde. De weertijger op Midden-Java, zie 

KNEBEL. Tijdschrift, deel 41, pag. 568, 

ld. Volkenkunde. Eedzwering, zie COHEN. Tijdschrift, 

deel 40, pag. 144. 

ld. Volkenkunde. Koedi en Tjoendrik, zie HAZEU. 

Tijdschrift, deel 47, pag. 398, zie ook HURGRON- 

JE, pag. 387. 

ïd. Volkenkunde. Koedjang en badi bij de Soendaneezen, 

zie HURGRONJE. Tijdschrift, deel 47, pag. 

387, zie ook HAZEU, pag. 398.

N a a ni= en zaakregister. 124 

JAVA. Volkenkunde. Lijkbezorging (Eene oude wijze van-), 

zie KERN. Tijdschrift, deel 47, pag. 385. 

ld. Volkenkunde. Nini Towong, zie HAZEU. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 86. 

ld. Volkenkunde. Nota betreffende het Tenggergebied, 

zie CHAPPELLE. Tijdschrift, deel 41, pag. 32, zie 

BODEMEYER, deel 43, pag. 310. 

ld. Volkenkunde. Sur la mensuration des armes, zie 

KNEBEL. Tijdschrift, deel 40, pag. 317, zie ook 

LABBERTON, deel 41, pag. 191 en 590. 

ld. Volkenkunde. Waarom de Tenggereezen offers brengen 

aan den Brama. Kjai Koesoema, zie KOHL- 

BRUGGE. Tijdschrift, deel 39, pag. 428. 

ld. Voorspellingskunst, zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 

6, pag. 511. HAGEMAN, deel 7, pag. 130. 

*Id. Vorstenhuizen, zie TRANSLAAT VAN EEN JA- 

VAANSCH GESLACHTSREGISTER. Verhandelingen, 

deel 8. 

ld. Wajangverhaal Karna tandingan. Tijdschrift, deel 

7, pag. 33. 

* ld. zie BIJVOEGSELS TOT BESCHRIJVING. Verhandelingen, 

deel 3. 

ld. zodiak-bekers van den Tengger, zie KOHLBRUGGE. 


*JAWI, zie Djawi en Java. 

*JELLESMA (E. J.) Bijdragen tot de kennis van het Tompakéwasch, 


ld. (E. J.) Woordenlijst van de taal der Alifoeroe op 

Boeroe met grammaticale aanteekeningen. Tijdschrift, 

deel 21 (1875), pag. 295. 

JOARTAN en andere plaatsnamen van Oost-Java, zie HA 

GEMAN. Tijdschrift, deel 14, pag. 75, zie ook deel 

17, pag. 367. 

• JOCHIM (E. F.) Aanteekeningen naar aanleiding van een 

bezoek aan den Boroboedoer. Tijdschrift, deel 48 

(1905), pag. 13.

N a a m= en zaakregis te r. 125 

JOCHIM (E. F.) Beschrijving van den Sapoedi Archipel. 

(Met een kaart van het eiland Sapoedi). Tijdschrift, 

deel 36 (1893), pag. 343. 

JOGJAKARTA, de vogelnestgrot Rongkob, zie KOMOAN. 


ld. Overstratens reis in 1792, zie ROTHENBUHLER. 


ld. Tempels, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 19, 

pag. 411. 

ld. zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, pag. 415. 

JOGJAKARTA'S verdwenen waterkasteel, zie BOSBOOM. 


ld. waterkasteel, zie GRONEMAN. Tijdschrift, deel 30, 

pag. 412, met nota VERBEEK, pag. 435. 

*JONKER (Dr. J. C. G.) Bimaneesche spraikkunst, 1896. 


*Id. (Dr. J. C. G.) Bimaneesche Texten, 1894. Verhandelingen, 

deel 48. 

*Id. (Dr J. C. G.) Bimaneesch-Hollandsch Woordenboek, 


JOUSTRA (M.) Eene verklaring van den naam van het 

Sembiringsche doodenfeest. Tijdschrift, deel 46 

(1903), pag. 472. 

*Id. (M.) Karo-Bataksche vertellingen. Verhandelingen, 

deel 56. 

Id- (M.) Mededeelingen omtrent en opmerkingen naar 

aanleiding van het Pek Dewaloeh of het doodenfeest 

der Merga Simbiring. Tijdschrift, deel 45 

(1902), pag. 541, zie ook deel 46, pag. 472. 

ld. (M.) Over schrift en uitspraak van het Karo-Bataksch. 


*JUNGHUHN (F.) Praemissa in floram cryptogamicam Javae 

insulae. Verhandelingen, deel 17. 

K. 

KAARTEN en plattegronden uit het Rijksarchief te 's-Gravenhage 

en de Leidsche Universiteitsbibliotheek aan


het Bat. Genootschap gezonden, zie BOSBOOM. 

Tijdschrift; deel 46, pag. 385. 

*KAARTEN (Gebreken der Hollandsche-), zie IPEREN. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. (Hollandsche zee-), zie IPEREN. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. Inlandsche kaart van de Soendalanden, zie HOLLE. 


ld. Kaartje van de Mentawei-eilanden, zie ROSEN 


ld. Soerakarta. Bericht daarbij. Tijdschrift, deel 8, pag. 318. 

ld. (Zee-). Verslag van de commissie tot verbetering 

der Indische zeekaarten. Tijdschrift, deel 4, pag. 

167; deel 5, pag. 407; deel 7, pag. 97; deel 10, 

pag. 25. 

KAARTSPELEN (Chineesche), zie FABER. Tijdschrift, deel 

20, pag, 413. 

ld. (Chineesche-), zie YOUNG. Tijdschrift, deel 31, pag. 

269. 

Id. Omi op Celebes, zie MATTHES. Tijdschrift, deel 

11, pag. 525, en WILSEN, deel 13, pag. 192. 

KAARTSPEL pèhi bij de Javanen, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 512. 

KAART van Oud-Banten (Bantam) in gereedheid gebracht 

door wijlen Mr. L. SERRURIER. (Met eene inleiding 

van Dr. J. BRANDES). Tijdschrift, deel 45 (1902), 

pag. 257. 

KADJANG (Regentschap-). Celebes, zie WIGGERS. Tijdschrift, 

\ieel 36, pag. 247. 

*KAEMPFER. (E.) Lijst der geestelijke en wereldlijke keijzers 

van Japan. Verhandelingen, deel 2. 

KAHAJAN en KAPOEAS. (Bornéo). Reisbeschrijving, zie 

MAKS. Tijdschrift, deel 10, pag. 466. 

KAHAJAN-RIVIER. Bornéo. Reisbeschrijving, zie MAKS. 


KAKIAN-VERBOND op Céram, zie EKR1S. Tijdschrift, deel 

16, pag. 290.


KALANG-LEGENDE van Lombok, zie EERDE. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 39. 

ld. zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 37, pag. 489. 

KALANG'S op Java, z/e KETJEN. Tijdschrift, deel 24, pag. 

421, en deel 28, pag. 185. 

KALENDER, zie STUART. Tijdschrift, deel 20, pag. 195. 

KALILA dan Damina, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 36, 

pag. 394. 

-'KAMPAR-RIVIER. Hindoeruinen, zie VERBEEK. Verhandelingen, 

deel 41. 

KANGÉANSCH. Uilespiegel en Dwerghert verhaal, zie RON- 

. KEL. Tijdschrift, deel 44, pag. 60. 

*KANTJ1L, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

KAPITEIN JONKER, zie CHYS. Tijdschrift, deel 28, pag. 

351 ; deel 30, pag. 1. 

KAPOEAS en KAHAJAN. (Bornéo). Reisbeschrijving, zie 

MAKS. Tijdschrift, deel 10, pag. 466. 

KARANG-ASEM en KLOENGKOENG. Reisbeschrijving. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 108. Tabanan en Badoeng, 

pag. 132. 

KARANG BOLONG, z/eCARLIER. Tijdschrift, deel 1, pag. 304. 

KARAU-JATAFASCHE woordenlijst. Tijdschrift, deel 45, 

pag. 59. 

KARIMON-djawa eilanden, zie METMAN. Tijdschrift, deel 

31, pag. 140. 

KARNA TANDINGAN. Wajangverhaal, zie PHILIPS. Tijdschrift, 


*KARO=BATAKSCHE vertellingen, medegedeeld door M. 

JOUSTRA. Verhandelingen, deel 56. 

KARTA WIJOGA. Wajangverhaal, zie POENSEN. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 101. 

KASSA (Celebes), Contract, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 

36, pag. 178. 

*KASTENWEZEN. Adelstand der Javanen, zie MAC GILLA- 

VRY. Verhandelingen, deel 16. 

ld. Bali-verslag, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, deel 

22, 23.


KATE (Dr. HERMAN TEN.) Brieven van R. P. le Cocq 

d'Armandville. Tijdschrift, deel 40 (1898), pag. 214. 

Id. (H. PAUW TEN.) De marga Semindo Darat in Palembang. 


KATEMAN-STROOMGEB1ED. Oost-Sumatra, zie SCHOT. 


KATER (C.) De Dajak's van Sidin. Tijdschrift, deel 16 (1867), 

pag. 183. 

ld. (Ci De Tempajang's of Tandjau's bij de Dajak's. 

(Met vier platen). Tijdschrift, deel 16(1867), pag. 438. 

ld. (C.) Rapport omtrent een op de boven-Kapoeas, 

gehouden sneltocht, ondernomen door een bende 

Taman-Dajak's in het voorjaar van 1862. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 252. 

Id. (C.) Uitrusting van een Dajakschen koppensneller. 

Tijdschrift, deel 24 (1877 , pag. 234 

*KATINGAN, woordenlijst, zie TIEDTKE. Verhandelingen, 

deel 36. 

*KATOENSPINNEN bij Javanen en Chineezen, zie HOOY- 

MAN. Verhandelingen, deel 2. 

KATOEN uit den pisangboom bereid, zie PARINOAUW. 


KATRANGAN dari assal moelanja jang mendjadi Radja 

di tanah Bantam enz. Tijdschrift, deel 16 (1867), 

pag. 96. 

KAWALI. Inscriptie, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 3, 

pag. 149. 

*KAWI. Ardjoena wiwaha, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

*Id. Bali-verslag, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, deel 

22, 23. 

ld. Batoe toelis bij Buitenzorg verklaard (metfacsimile) 


*Id. Borna kawja, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 24. 

ld. Eedformulier, zie TUUK. Tijdschrift, deel 23, pag. 

140.


KAWI-HANDSCHR1FTEN in de Preanger, zie NETSCHER. 


*KAWI-INSCRIPTIE ontcijferd door Natakoesoema, zie 

CRAWFURD. Verhandelingen, deel 8. 

ld. van Sinéh (Ngawi), met facsimile. Tijdschrift, deel 

2, pag. 235. 

*KAWI-INSCRIPTIES op koperen platen, zie RAFFLES. 


*KAWI-OORKONDEN op koper van 782 en 1285Caka, z/e 

HOLLE. Verhandelingen, deel 39. 

ld. op koper, zie v. d. TUUK. Tijdschrift, deel 30, pag. 

603. 

ld. zie HOLLE. Tijdschrift, deel 27, pag. 538, deel 28, 


*KAWI. Oudheden en opschriften op Soekoeh en Tjetto in 

het Lawoe-gebergte, zie VLIS, Verhandelingen, deel 

19. 

ld. Pamentjangah Ngoerah Sidemen, verkort weergegeven, 

zie WAANDERS, Tijdschrift, deel 8, pag. 61. 

ld. Vijf koperen platen van Kebantenan, zie HOLLE, 

Tijdschrift, deel 16, pag. 559, deel 18, pag. 367. 

KAWI-WETBOEK Déwa danda, vertaling, zie BLOKZEYL, 


KAWIWOORDEN. Opheldering gevraagd, zie v. d. TUUK, 

Tijdschrift, deel 25, pag. 132, 329 en 432. 

KEBANTENAN. Vijf koperen platen, zie HOLLE, Tijdschrift, 


*KËDËLÉ, sojabereiding,zieTITSING. Verhandelingen, deel3. 

KEDIRI. Ruïne Penampikan, zie NOORDZIEK, Tijdschrift, 

deel 5, pag. 425. 

KEDOE. Tempels, zie FRIEDERICH, Tijdschrift, deel 19, 

pag. 411. 

*KEELING-EILANDEN (met kaart), zie JAGT, Verhandelingen, 

deel 13. 

KEI- EN AROE-EILANDEN. Woordenlijst, zie EYBERGEN, 


ld. zie EYBERGEN, Tijdschrift, deel 15, pag. 220 en 293. 



KEI-EILANDEN, zie BOSSCHER, Tijdschrift, deel 4, pag. 

23. 

ld. zie van HOËVELL. Tijdschrift, deel 33, pag. 102. 

KEMALI, Pantang en Rëboe bij de Karo-Bataks, door J. E. 

NEUMANN. Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 505. 

KEMP (P. H. v. d.), Brieven van en aan Mr. H. J. v. d. 

QRAAFF. Verhandelingen, deel 52. 

ld. (P. H. van der) De Adji Saka-legende over het 

ontstaan der zoutwaterwellen in de afdeeling Grobogan. 


*KEN AROK, zie AROK. 

•KENDARI. Celebes, zie VOSMAER, Verhandelingen, deel 

17. 

KERCKHOFF (Ch. E. P. van) Aanteekeningen betreffende 

eenige der in de afdeeling Padang Lawas voorkomende 

Hindoe oudheden. Tijdschrift, deel 32 (1889), 

pag. 487. 

ld. (Ch. E. P. van) Het Maleisch tooneel ter Westkust 

van Sumatra. Tijdschrift, deel 31 (1886), pag. 303. 

KERN (Dr. H.) Een misverstand. Tijdschrift, deel 25 (1881) 

pag. 297. 

ld. (H.) Het Sanskrit op een steen afkomstig uit Prambanan. 


*Id. (Prof. H.) drie lakon's uit de wajang poerwa, zie 

te MECHELEN. Verhandelingen, deel 43 en 44. 

Id. (R. A.) Iets over eene oude wijze van lijkbezorging 

op Java. Tijdschrift, deel 47 (1904», pag. 385. 

ld. (R.) Dwerghert verhalen uit den Archipel, Soendasche 

verhalen. Tijdschrift, deel 42 (1900), pag. 356. 

KERTA SIMA, of gemeenteen waterschapswetten op Bali, 

zie van ECK. Tijdschrift, deel 23, pag. 161. 

KESAM, SEMENDO, enz. Palembang, zie GRAMBERG. Tijdschrift, 

deel 15, pag. 446. 

KETINGAN-STROOMGEBIED, zie MICHIELSEN. Tijdschrift 


KETJEN (E.) Bijdrage tot de geschiedenis der Kalangs op 

Java. Tijdschrift, deel 28 (1883), pag. 185.


KETJEN (E.) De Kaiangers. Tijdschrift, deel 24(1877), pag. 

421 en deel 18, pag. 185. 

•Id. (E.) Levensbericht van F. J. ROTHENBÜHLER. 


KEUCHENIUS (Dr. W, M.) Beschrijving der Bataviasche 

Jurisdictie en onderzoek naar de oorzaken der meerdere 

ongezondheid van Batavia, enz. met inleiding 

van N. P. VAN DEN BERG. Tijdschrift, deel 22 

(1875), pag. 390. 

K1EKENDIEF. zie WURMB. Verhandelingen, deel 2. 

• KINDER (A. W.) De tempelgrotten van Koeto-ardjo. Tijdschrift, 

deel 1 (1853), pag. 89. 

KINDER DE CAMARECQ, zie. CAMARECQ. 

»KINDERZIEKTE, zie HOGENDORP, Verhandelingen, deel 2. 

ld. zie STEEGE. Verhandelingen, deel 1. 

KITAB PAKIH. (Soendaasch), zie BROUWER. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 411. 

*KITIP (wanschapen mensch) zie WURMB. Verhandelingen 

deel 3. 

' 

KJAI KOESOEMA. Waarom de Tenggereezen offers brengen 

aan den Bromo. zie KOHLBRUGGE. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 428. 

KLEIAN (E. F.). Eene voetreis over het oostelijk gedeelte 

van het eiland Flores. (Met schetskaart). Tijdschrift 

deel 34 (1891), pag. 485. 

ld. (E. F.) Lijst van woorden in het Maleisch, Hollandsch, 

Rottineesch en Timoreesch. Tijdschrift, deel 37 

(1898), pag. 209. 

KLINKERT'S Maleische werkjes beoordeeld, zie DEWALL. 


KLINKERT'S beoordeeling van De Hollanders Maleische 

spraakkunst gerevideerd, zie van WIJK. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 182. 

ld. geschriften beoordeeld, zie DEWALL. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 78. 

Id. Maleisch woordenboek (supplement) beoordeeld, 

zie DEWALL. Tijdschrift, deel 42, pag. 7.

N a a m= en zaak register 132 

*KLERX DE REUS, zie REUS. 

KLERKS (E. A.), Geographisch en Ethnographisch opstel 

over de landschappen Korintji, Sërampas en Soengai 

Tenang. Tijdschrift, deel 39 (1897), pag. 1. 

KLOENGKOENQ en Karang-asem. Reisbeschrijving. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 108. 

KLUPPELL (J. M.) De Solor-eilanden. Tijdschrift, deel 20, 

(1873), pag. 378. 

• KNEBEL (J.) Amulettes javanaises. Tijdschrift, deel 40 

(1898), pag. 497. 

Id. (J.) A propos d'armes et d'autres objets désignés 

par le Javanais sous les noms de Kjai, Njai, Poen 

et Si, Kaämpoehan et Kasiat, Croyances populaires 

et traditions. Tijdschrift, deel 40 (1898), pag. 239. 

• Id. (J.) Babad Banjoemas. Volgens een Banjoemaasch 

handschrift beschreven. Tijdschrift, deel 43 (1901), 

pag. J97. 

ld. (J.) Babad Pasir, volgens een Banjoemaasch handschrift 

(2 vel). Verhandelingen, deel 51. 

Id. (J.) Darmakoesoema of Seh Djamboekarang, desalegende 

uit het Javaansch. Tijdschrift, deel 39(1897), 

pag. 118. 

ld. (J.) De Doerga-voorstelling in de beeldhouwkunst 

en litteratuur der Hindoes. Tijdschrift, deel 46 (1903), 

pag. 213. Prototype en variant, Tijdschrift, deel 48, 

pag. 517, de Asoera. Tijdschrift, deel 48, pag. 514. 

Id. (J.) De goenoeng Slamet (Antaboga, Koerès, Bangbang-doersila, 

Djaka-Adji), desa-legende uit het 

Javaansch. Tijdschrift, deel 38 (1895), pag. 289. 

Id. (J.) De Kalang-legende volgens Tegalsche lezing, uit 

het Javaansch. Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 489. 

Id. (J.) Désa-legenden. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 

341. 

ld. (J.) Désa-legenden van Pânârâgâ. Tijdschrift, deel 

41 (1899), pag. 97. 

ld. (J.) Désa-legende uit het Javaansch. Tijdschrift, deel 

39 (1897), pag. 221.


KNEBEL (J.) De vâhanna's van het Brahmaansch en Boeddhistisch 

pantheon. Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 227. 

Id. (J ) De weertijger op midden-Java, den Javaan naverteld. 


ld. (J.) Een en ander over het meer van Grati, uit het 

Javaansch overgezet. Tijdschrift, deel 26 (1881), pag. 

541. 

ld. (J.) Goenoeng Gadjah, Raden Brataséna en Dèwi 

Arimbi, eene désa-legende, uit het Javaansch. Tijdschrift, 

deel 37 (1894), pag. 390, zie deel 38, pag. 

289 en 486, deel 39, pag. 118 en 221, deel 41, 

pag. 97, deel 46, pag. 341. 

ld. (J.) Iets over de visscherij in de afdeeling Grati. 

(Pasoeroean). Tijdschrift, deel 26 (1881), pag. 283, 

zie pag. 541. 

ld. (J.) Legenden over de plaatsen van vereering (poendën), 

de plaatsen waar offers gebracht worden 

(pangadranan), de plaatsen waar geloften worden 

gedaan (kaoelan, panadaran) of waar men zich afzondert 

om eene openbaring te ontvangen (panëpën) 

in het regentschap Madioen. Tijdschrift, deel 48 

(1905), pag. 527. 

ld. (J.) Opgave van Javaansche woorden, die in de 

residentie Tegal in gebruik zijn en verschillen van 

het Javaansch in Solo. Tijdschrift, deel 42 (1900), 

pag. 344. 

ld. (J.) Prototype en variant in de Doergavoorstelling 

van de Hindoesche beeldhouwkunst op Java (met 

eene plaat). Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 317. 

Id. (J.) Rembangsche désa-legenden uit het Javaansch. 


ld Ruïnen van Panatiran, zie PORTE. Tijdschrift, deel 

42, pag. 263. 

ld. (J.) Sur la mensuration des armes chez les Javanais, 

avec une planche. Tijdschrift, deel 40 (1898), pag. 

317, zie ook LABBERTON. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 191 en 590.

Naam= en zaakr egister. 134 

KNEBEL (J.) Varia Javanica. Tijdschrift, deel 44 (1901), 

pag. 24. 

ld. (J.) Voordeden van het desa-hoofd (bekel) en de 

leden van het desa-bestuur (Djoengdjang krawat) 

in de residentie Tegal. Tijdschrift, deel 38 (1895), 

pag. 436. 

*KNOKKELKOORTS, zie BYLON. Verhandelingen, deel 2. 

KOEBOESCHE woordenlijst, zie DE1BERT. Tijdschrift, deel 

21, pag. 447. 

KOEDI EN TJOENDRIK, zie HAZEU. Tijdschrift, deel 47, 

pag. 398, zie ook HURGRONJE, pag. 387. 

KOEDJANG EN BADI, zie HURGRONJE. Tijdschrift, deel 

47, pag. 387, zie ook HAZEU, pag. 398. 

*KOEN (Jan Pieterszoon) lofrede, zie SERIËRE. Verhandelingen, 

deel 11. 

KOEPANG-MALEISCH, met Rotineesche en Portugeesche 

woorden, zie DONSELAAR. Tijdschrift, deel 20, 

pag. 357, 363 en 571. 

KOEPANG omstreeks 1750, zie v. d. CHIJS. Tijdschrift, deel 

18, pag. 209. 

«KOEPOKINENTING, zie BICKER. Verhandelingen, deel 4, 

zie NIELEN. Verhandelingen, deel 4. 

*Id. zie HOGENDORP. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. zie STEEGE. Verhandelingen, deel 1. 

KOETA-ARDJO. Tempelgrotten, zie KINDER. Tijdschrift, deel 

1, pag. 89. 

KOETA ROSAN, zie Kota Rosan. 

KOETEI'S bovenlanden, zie TROMP. Tijdsch-ift, deel 32 

pag. 273. 

ld. Sultan en contract met de Boegineezen. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 212. 

KOETIKA'S, bij Makassaren en Boegineezen, zie MATTHES. 


KOHLBRUGGE (Dr. J. H. F.) De heilige bekers derTenggereezen. 

Zodiabekers (met een plaat). Tijdschrift 

deel 39 (1897), pag. 129.


KOHLBRUGQE (Dr. J. H. F.) De Lingga-tempel en andere 

oudheden op het Yang-gebergte. Tijdschrift, deel 

41 (1899), pag. 70. 

ld. (Dr. j. H. F.) Waarom de Tenggereezen offers brengen 

aan den Bromo. De legende van Kjahi Koesoemo. 


KÖHLER (J. C.) Reis door een gedeelte der Lampongsehe 

districten. Tijdschrift, deel 5 (1856), pag. 132. 

ld. (J. C.) Reis in de Lampongsehe districten. Tijdschrift 

deel 3 (1855), pag. 495. 

*KOK (J. SEYNE). Het Halifoersch, zooals dit gesproken 

wordt ter Z. O. kust van Nieuw-Guinea. Verhandelingen, 

deel 56. 

*KOKOSEILANDEN (met kaart) zie JAGT. Verhandelingen 

deel 13. 

KOLLMANN (M. H. j.) Bagelen onder het bestuur van Soerakarta 

en Djokjokarta. Tijdschrift deel 14(1864) 

pag. 352. " 

KOLONISATIE. Europeesche boeren op Java, zie HAGE- 


Id. van Europeanen i. d. buurt van Batavia, zie SCHIFF 


KOMOAN. De vogelnestgrot „Rôngkôb" in Djokjakarta (met 

een plaat). Tijdschrift, deel 39 (1897), pag 516 

KOPERBEWERKING, zie de DOES. Tijdschrift, deel 36, pag. 1. 

•KOPERMIJNEN en bereiding in Japan, zie BURGER. Verhandelingen, 

deel 16. 

KOPS (G. F. DE BRUYN.) Fauna der residentie Riouw, met 

inbegrip der Oostkust van Sumatra en omliggende 

landen. Tijdschrift, deel 2 (1854), pag. 480 

ld. (G. F. DE BRUYN). Lijst van boomen en planten 

in de residentie Riouw, op de Oostkust van Sumatra 

en omliggende landen. Tijdschrift, deel 2 (1854) 

pag. 271. 

KORANISCHE verhalen in het Maleisch, zie v. WIJK. Tijdschrift, 

deel 35, pag. 249, deel 36, pag. 533.


KORINTJI, geogr. en Ethnogr. zie KLERKS. Tijdschrift, deel 

39, pag. 1. 

•KORTHALS (P. W.) Over de op Java, Sumatra en Borneo 

verzamelde loranthaceae. Verhandelingen, deel 17. 

Id. (P. W.) Over het geslacht tupeia. Verhandelingen, 

deel 17. 

*KORT verhaal van de Javasche oorlogen welke met onderscheidene 

prinsen gevoerd zijn sedert 1741, tot 

den algemeenen vrede gesloten in den jare 1757. 


KORWARE oder AhnerbildenNeu-Guinea's, zie SERRURIER. 


VI KOTA PANGKALAN en 12 Kota Kampar, zie HOLLE. 


KOTA PINANG. Reis naar de bovenstreken, zie LARIVE. 


KOTA ROSAN, zie WISELIUS Tijdschrift, deel 23, pag. 18. 

XII KOTA'S en Soengei Pagoe. Rapport. Tijdschrift, deel 

43, pag. 569. 

L KOT A'S. Rijstcultuur, zie de WAAL. Tijdschrift, deel 30, pag. 

391. 

XIII KOTA'S (Sumatra's Westkust). Grondbezit, zie OPHUY- 


KOTA TAHI. Oud-Batavia, zie de HAAN. Tijdschrift, deel 42, 

pag. 567. 

KOTA TjANDl, (Sumatra's Westkust) zie GROOT. Tijdschrift, 

deel 9, pag 531, 

VI KOTA, zie NEUMANN. Tijdschrift, deel 29, pag. 1 en 38. 

KRAKATAU. Vroegere berichten, zie v. d. BERG. Tijdschrift 

deel 29, pag. 208. 

KRAMER (Fr.) Der Götzendienst der Niasser. Tijdschrift, 

deel 33 (1880), pag. 473. 

•KRIEL (S. C.) en Scott (Joh") Chemicale ontleding van de 

bron Tjipanas. Verhandelingen, deel 8. 

*KROË. Lampongsche woordenlijst, zie HELFRICH. Verhandelingen, 

deel 45.

N a am= en zaakregister. 137 

KROESEN (J. A.) Eene reis door de landschappen Tandjoeng 

Kassau, Siantar en Tanah Djawa, res. Oostkust van 

Sumatra. Tijdschrift, deel 30 (1897), pag. 229. 

ld. (C. A.) Geschiedenis van Asahan. Tijdschrift, deel 

31 (1886), pag. 82. 

ld. (J. A.) Nota omtrent de Batak-landen (Speciaal Simeloengoen). 


ld. (J. A.) Rapport betreffende de aanvaarding van de 

onderwerping aan het Nederlandsch oppergezag van 

het landschap Tanah Djawa. Tijdschrift, deel 41 

(1899), pag. 211. 

ld. (R. C.) De Anambas-, Natoena- en Tambilan-eilanden. 


KRONYK van Sambas en Soekadana, tekst en vert., zie 

NETSCHER. Tijdschrift, deel 1, pag. 1. 

KROPAK'S, zie PALMBLADHANDSCHRIFTEN. 

KRUYT (A. C.) Het wichelen in Midden=Celebes. Tijdschrift, 

deel 44 (1901), pag. 85. 

ld. (A. C.) Regen lokken en regen verdrijven bij de 

Toradja's van Midden-Celebes. Tijdschrift, deel 44 

(1901), pag. 1. 

Id. (Aib. C.) De adoptie in verband met het matriarchaat 

bij de Toradja's van Midden-Celebes. Tijdschrift, 

deel 41 (1899), pag. 80. 

Id. (Aib. C.) De weerwolf bij de Toradja's van Midden- 

Celebes. Tijdschrift, deel 41 (1899), pag. 548. 

ld. (J- A.) Iets over de vestiging der Nederlanders in 

Pérak. Tijdschrift, deel 33 (1890), pag. 596. 

KRIJGSKUNDE. De Generaal-Majoor Jhr. C. VAN DER 

WYCK, zie WEITZEL. Tijdschrift, deel 1, pag. 480.' 

KRIJGSWETENSCHAPPEN. De militaire bezetting van Timor 

in 1757. Tijdschrift, deel 1, pag. 332. 

*KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN bij de Malabaren, zie 

CELLARIUS. Verhandelingen, deel 3. 

KUNSTGESCHIEDENIS. Korware oder Ahnerbilder Neu- 

Guinea's, zie SERRURIER. Tijdschrift, deel 40, pag. 

287. 



*KUNSTMAGNEET, zie STEEGE. Verhandelingen, deel 1. 

KWANTEN. Politiek en economisch, zie SCHWARZ. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 325. 

L. 

LABANG MÈSEM. Madoera, zie HOORN. Tijdschrift, deel 

32, pag. 431. 

LABBERTON (D. van Hinloopen.) Eene aanvulling op het 

artikel van den Heer J. KNEBEL, over het meten 

van wapenen bij de Javanen. Tijdschrift, deel 41 

(1899), pag. 191 en 590, 

*Id. (D. van Hinloopen.) Het Javaansch van Malang- 

Pasoeroean. Verhandelingen, deel 51. 

LABOEAN BATOE. (De afdeeling), zie NEUMANN. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 434. 

LAERNE (C F. van Delden.) Iets over den oorsprong van 

het communaal landbezit op Java. Tijdschrift, deel 

22 (1875), pag. 254. 

LAGEMANN (H.) Das Niassische Mädchen von seiner Geburt 

bis zu seiner Verheiratung. Tijdschrift deel 36 (1893), 

pag. 295. 

Id. (H.) Niassche heldenzang. Tijdschrift, deel 48, pag. 

341. 

*LAJANG DAMAR WOELAN. Verhandelingen, deel 30. 

LAMPONGSCHE correspondentie, zie v. d. TUUK. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 362. 

ld. districten. Geschiedkundige bijdrage, zie CANNE. 


ld. districten. Reisbeschrijving, zie KÖHLER. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 132. 

ld. districten. Reisverslag, zie KÖHLER. Tijdschrift, deel 

3, pag. 495. 

ld. koperen plaat, zie HAZEU. Tijdschrift, deel 47, 

pag. 552. 

*LAMPONGSCH. Getranscribeerde teksten, zie HELFRICH. 



LAMPONGSCHE piagem's, zie v. d. TUUK. Tijdschrift, deel 

29, pag. 191. 

Id. woordenlijsten, zie v. d. TUUK. Tijdschrift, deel 17, 

pag. 569, deel 18, pag. 118. 

LAMPONGSCH. Pepadonwezen en huwelijks- en erfrecht, 

zie HISSINK. Tijdschrift, deel 47, pag. 69. 

*Id. Woordenlijst, speciaal voor Kroë, zie HELFRICH. 


LAMPONG'S. Slavernij en pandelingschap, zie de GROOT. 


LANDBOUW. Amboina, zie VISSCHER. Tijdschrift, deel 8, 

pag. 19. 

*Id. Eetbare wortelen bij misgewas, zie AANMERKIN 

GEN OP DE VRAAG enz. Verhandelingen, deel 3. 

*Id. en suikermolens, zie HOOYMAN. Verhandelingen, 

deel 1, zie TEISSEIRE. Verhandelingen, deel 5. 

*Id. Gambir op Malaka, zie COUPERUS. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. Indigo en rijst in de Bataviasche ommelanden, zie 

HOOYMAN. Verhandelingen, deel 3. 

*Id. Latjang, zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 2. 

* ld. Katoenbereiding uit den pisangboom, zie PARIN- 

GAUW. Verhandelingen, deel 1. 

ld. Minahassa, zie JANSEN. Tijdschrift, deel 10, pag. 

221. 

ld. Rijstcultuur op sawah's in de Padangsche bovenlanden, 

zie de WAAL. Tijdschrift, deel 30, pag. 391, 

id. boschgronden, pag. 400. 

ld. Rijstcultuur. Tapanoeli, zie v. HASSELT. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 502. 

Id. Sumatra. Padangsche bovenlanden, zie COUPERUS, 


* ld. Tarwe, zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 5, zie 

TEISSEIRE. Verhandelingen, deel 5. 

LANGENHOFF (J. J.) De Thay-pak-koeng der Chineezen. 


N a am= en zaakregister. 140 

LANGENHOFF (J. J.) Het Chineesch feest Tshit-nyet-pan 

en het genootschap Thien-thy-foei. Tijdschrift, deel 

7 (1858), pag. 473. 

LANGEN (K. F. H. van) Atjèhsche taalstudiën. Tijdschrift, 

deel 28 (1883), pag. 176. 

ld. (K. F. H. van) Reis naar Poeloe Si Maloer in Feb. 

en Maart 1881, Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 380. 

LANGKAT enz., zie RAET. Tijdschrift, deel 23, pag. 20. 

*LAOLITA i Sésé n Taola Barée-taal), zie Adriani. Verhandelingen, 


LAORANEESCHE spraakkunst, zie VELDEN. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 57. 

LARIVE (W. J.) Reis naar de bovenstreken van Kota-Pinang. 

Tijdschrift, deel 18, (1868-1872), pag. 240. 

*LAWOE-GEBERGTE. Oudheden en opschriften, zie VLIS. 


LEBAK (Kaboepatèn-) beschreven, zie Tijdschrift, deel 37, 

pag. 563, vertaling, zie STOORVOGEL, pag. 590. 

LEEMKER (H. H. O.) Woordenlijstje van de Soloreesche 

taal (Soloreesch-Hollandsch). Tijdschrift, deel 36 

(1893), pag. 421. 

LEFÊBRE (Jacques) = Djakawès in de Babad, zie BRANDES. 


LEGENDE van de Kris Si Géndjé, zooals die den Assistent- 

Resident van Djambi door eenige oude anaq-radja 

werd medegedeeld, met als aanhangsel, de legende 

omtrent Si Gendje Maboeh, zooals die aan den 

controleur R. C. VAN DEN BOR, in het Soeroelangoensche 

is verhaald. Tijdschrift, deel 48 (1905) 

pag. 113. 

LEGENDE behoorende bij de situatie-schets van het lustverblijf 

te Narmada. Tijdschrift, deel 41 (1899), pag. 429. 

*LEGERZIEKTEN. tijdens Celebes-expeditie en Java-oorlog, 

zie DEGENHARD. Verhandelingen, deel 12. 

LEKKERKERKER (C.) Enkele opmerkingen over sporen van 

Shamanisme bij Madoereezen en Javanen. Tijdschrift, 

deel 45 (1902), pag. 281.


LETI, zie v. HOËVELL. Tijdschrift, deel 33, pag. 200. 

*LETTERKUNDE. A dictionary of the Sunda language, zie 

RIGG. Verhandelingen, deel 29. 

Id. Alifoersche gebeden, zie WINTJES. Tijdschrift, deel 

40, pag. 571. 

ld. Ambonsche landtaal, zie v. HOEVELL. Tijdschrift, 

deel 27, pag. 69. 

ld. Arabische fetwa omtrent den Phonograaf, zie HUR- 

GRONJE. Tijdschrift, deel 42, pag. 393 

ld. Arabische verhandeling over de zwaartekracht, zie 

v. RONKEL. Tijdschrift, deel 46, pag. 243. 

Id. Bali. Aanteekeningen uit eene Bausche adversaria, 

zie VROOM. Tijdschrift, deel 18, pag. 164. 

ld. Balineesche lontarbrieven, zie VROOM. Tijdschrift, 


ld. Balineesch gedicht. Hi Lingga P'ta, zie VROOM. 


*Id. Balineesch. Mégantaka tembang met vert., zie v. 

ECK. Verhandelingen, deel 38. 

ld. Balineesch verhaal, zie VROOM. Tijdschrift, deel 

21, pag. 323. 

Id. Balische spreekwoorden, zie v. ECK. Tijdschrift, deel 

18, pag. 170, deel 21, pag. 122 en 377. 

ld. Billiton (Belitoeng). Verhalen in het dialect der 

Orang Laoet of orang Sekah, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 264. 

*Id. Bimaneesche teksten, zie JONKER. Verhandelingen, 

deel 48. 

*Id. Catalogus cod. manuscr. Arabicorum in Bibliotheca 

Soc. Art. et Scient. Bat. zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 25. 

*Id. Celebes. Barée taal. Het verhaal van Sésé n Taola, 

zie ADRIANI. Verhandelingen, deel 51 en 55. 

ld. Celebes. De bekentenis v. een Holontaloschen Ponggoh, 


ld. Celebes. Het verhaal van den gulzigaard in het Ton-

N a a rn= en zaakregister. 142 

temboansch, Sangireesch en Barée. Verhandelingen, 

deel 56. 

LETTERKUNDE. Celebes. Legende van Menoti-poti, zie 

ADRIANI. Tijdschrift, deel 41, pag. 541. 

Id. Celebes. Makassaarsche historiën. Tijdschrift, deel 

4, pag. 111, deel 7, pag. 147. 

ld. Celebes (Noord). Holontalosche vertelling, met vertaling, 


Id. Celebes. Torad.jasche Uilenspiegel-verhalen, zie 


Id. Celebes. Toradjasche vertellingen, zie ADRIANI. 


ld. Celebes. Toradja's, zie ADRIANI. Tijdschrift, deel 

40, pag. 339. 

ld. Céramsch eedformulier, zie NIEUWENHUYZEN. 


ld. Dwerghertverhalen buiten den Archipel, zie BRAN 

DES. ^Tijdschrift, deel 43, pag. 226 en 275. 

ld. Javaansch. Adji Saka en de zoutwaterwellen, zie 

v. d. KEMP. Tijdschrift, deel 38, pag. 274. 

*Id. Javaansch. Ardjoena Sasra Baoe Tembang met vertaling, 

zie v. d. BROEK. Verhandelingen, deel 34. 

ld. Javaansch. Babad Banjoemas, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 397. 

*Id. Javaansch. Angling darmo (Tembang), zie WINTER. 


ld. Javaansch. Babad Blambangan, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 37. pag. 325, deel 38, pag. 283. 

*Id. Javaansch. Babad Pasir, met vertaling, zie KNEBEL. 


ld. Javaansch. Balken uit de Troonzaal van den kraton 

Martapoera (Bandjermasin), zie STUART. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 548. 

* ld. Javaansch. Brata joeda (Tembang), zie STUART. 


ld. Javaansch. Citeeren uit palmbladhandschriften, zie 

BRANDES. Tijdschrift, deel 42, pag. 102.

m^ÊÊM 


LETTERKUNDE. Javaansch. Damar-woelan in lakon-vorm, 


ld. Javaansch. De gladde weduwe, zie v. d. PANT. Tijdschrift, 


ld. Javaansch. De tekst v. d. Babad gecastigeerd, zie 

BRANDES. Tijdschrift, deel 32, pag. 556. Foutieve 

eigennamen in id. deel 35, pag. 127. 

ld. Javaansch. Djajabaja-voorspellingen, zie BRANDES. 


ld. Javaansche brieven, zie OUDEMANS. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 113. 

ld. Javaansche désalegende, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 390, deel 38, pag. 289 en 486, deel 

39, pag. 118 en 221, deel 41, pag. 97, deel 46, 

pag. 341. 

ld. Javaansche Dwerghert-verhalen, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 27 en 127, deel 46, pag. 73, 

Maleische dwerghertverhalen, zie BRANDES, Tijdschrift, 

deel 37, pag. 50, en 366, Soendasche Dwerghertverhalen 


ld. Javaansch. Een en ander over de wajang, zie ME- 

CHELEN. Tijdschrift, deel 25, pag 72. 

ld. Javaansch. Een paar bladzijden levend-, zie v. d. 

PANT. Tijdschrift, deel 30, pag. 492. 

ld. Javaansche opvatting ' omtrent hunne huidskleur. 


ld. Javaansche piagem's, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 363. 

ld. Javaansche raadsels, zie de CLERCQ. Tijdschrift, deel 

20, pag. 570. 

ld. Javaansche raadsels, zie STIRUM Tijdschrift, deel 

34, pag. 364. 

ld. Javaansche reflex van een Chineeschen ridderroman, 


ld. Javaansche strophe. Tijdschrift, deel 36, pag. 231. 

ld. Javaansche uitdrukking, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 112.


LETTERKUNDE. Javaansche voorspellingskunst, zie NET- 

SCHER. Tijdschrift, deel 6, pag. 511 en HAQEMAN, 


ld. Javaansch geheimschrift. Tijdschrift, deel 36, pag. 419. 

*Id. Javaansch. Lajang Damar Woelan. Verhandelingen, 

deel 30. 

ld. Javaansch. Lakon Djaladara rabi (aanteekeningen), 

zie POENSEN. Tijdschrift, deel 31, pag. 387, 

ld. Javaansch. Lakon Ngroena-Ngroeni, zie HAZEU. 


*Id. Javaansch. Manik maja, zie HOLLANDER. Verhandelingen, 

deel 24. 

ld. Javaansch. Nini Towong, zie HAZEU. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 86. 

ld. Javaansch (Oud-) Adiparwa en Sanskrit-origineel, 

zie HAZEU. Tijdschrift, deel 44, pag. 289. 

*Id. Javaansch (oud en middel). Nagarakretagama, lofdicht 

op Hajam woeroek van Madjapait, zie BRAN 


ld. Javaansch (oud). Koperen platen uit den Mataramschen 

tijd, zie BRANDES. Tijdschrift, deel.32, pag. 338. 

ld. Javaansch (Oud) Koperen platen van Sembiran (Bali), 


ld. Javaansch. Over het meer van Grati, zie KNEBEL. 


*Id. Javaansch (oud). Pararaton (Kèn Arok) of het Boek 

der koningen van Tumapël en Majapahit, zie BRAN 


ld. Javaansch. Over de inkt gebruikt voor oud-Javaansche 

handschriften, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

32, pag. 438. 

ld. Javaansch. Overzicht van het verhaal Sasi kirana, 

zie PHILIPS. Tijdschrift, deel 4, pag. 43. 

ld. Javaansch. Palembangsche piagem. Tijdschrift, deel 

25, pag. 127. 

ld. Javaansch. Piagem's van Mataram, Banten en Palembang, 

zie BRANDES. Tijdschrift, deel 32, pag.


557, deel 34, pag. 605, deel 35, pag. 110 en 209, 

deel 37, pag. 119, deel 42, pag. 131 en 491, deel 

43, pag. 577, deel 45, pag. 272. 

LETTERKUNDE. Javaansch. Poethoet Gandha Prana, zie 

PHILIPS. Tijdschrift, deel 6, pag. 202. 

ld. Javaansch. Poetische geschiedenis van den Profeet, 

zie v. RONKEL. Tijdschrift, deel 44 pag. 97. 

ld. Javaansch. Preek van den duivel, zie BRANDES. 


*Id. Javaansch. Raadsels in proza verklaard, zie RAN- 

NEFT. Verhandelingen, deel 47. Raadsels in poëzie 

verklaard, zie RANNEFT. Verhandelingen deel 49. 

*Id. Javaansch. Rama zie WINTER. Verhandelingen, deel 21. 

*Id. Javaansch. 23 schetsen van lakon's, zie MECHELEN. 


ld. Javaansch. Serat Adji Saka opnieuw bewerkt. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 104. 

*Id. Javaansch. 3 teksten uit de wajang poerwa, zie 

MECHELEN. Verhandelingen, deel 43, en 44. 

*Id. Javaansch. Tjerbonsch wetboek. (Pepakem Tjerbon) 

zie HAZEU. Verhandelingen, deel 55. 

ld. Javaansch. Varia Javanice, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 24. 

ld. Javaansch. Vertaling v. d. lakon karta Wyoga. zie 

POENSEN. Tijdschrift, deel 29, pag. 101. 

ld. Javaansch. Wajang Dampoe Awang, zie COHEN. 


ld. Javaansch. Waroeng, Bata en Wangan, zie BRANDES. 


*Id. Javaansch. Wiwaha of Mintaraga. zie GERICKE. 


ld. Javaansch. Gewijde plaatsen, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 527. 

ld. Javaansch. Het broedergevecht uit de wajang Karna 

tandingan. Tijdschrift, deel 7, pag. 33. 

ld. Javaansch. Piagem van den vorst van Mataram, zie 




"'LETTERKUNDE. Javaansch. Register op de Babad tanah 

djawi. zie BRANDES. Verhandelingen, deel 51. 

Id. Java. Soendaneesch. De kaboepaten Lebak. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 563. Vertaling, zie STOOR- 

VOGEL, pag. 590. 

Id. Java. Soendaneesch. Een Hamzah-verhaal. zie v. 


Id. Java. Soendaneesch formulieren bij overlijden, zie 

WINATA. Tijdschrift, deel 32, pag. 211. 

Id. Java. Soendaneesche snippers, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 558, deel 19, pag. 472. deel 

20, pag. 153 en 631, deel 27, pag. 99. 

Id. Java. Soendaneesch. Kitab Pakih. zie BROUWER. 


ld. Java. Soendasche dongeng, zie U1LKENS. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 284. 

Id. Java. Soendasche raadsels, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 369. 

ld. Java. Soedasche spreekwoorden, zie UILKENS. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 395. (HOLLE. Tijdschrift, deel 

19, pag. 271.) deel 20, pag. 327. deel 21, pag. 135. 

Id. Java. Tegalsche Kalang-legende, zie KNEBEL, Tijdschrift, 

deel 37, pag. 489. 

Id. Java. Vorstenhuis Madoera, naar het Javaansch, zie 

v. d. BROEK. Tijdschrift, deel 20 pag. 471, deel 22, 

pag. 1 en 280. deel 24, pag. 1. 

ld. Kangeansch. Uilespiegel en Dwerghertverhaal, zie 


*Id. Kawi, Ardjoena wiweha, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

*Id. Kawi. Borna kawja, zie FRIEDERICH. Verhandelingen 

deel 24. 

Id. Kawi-handschriften in de Preanger, zie NETSCHER. 

Tijdschrift deel 1, pag. 469. 

Id. Kawi-oorkonden op koperen platen van 782 en 

1285 Çaka, met transcriptie, zie HOLLE. Verhandelingen, 

deel 39.

Naam= en zaakregis t e r. 147 

*LETTERKUNDE.Kawi. Oorkonden op koper, zie v. d. 

TUUK. Tijdschrift, deel 30, pag. 603. 


pag. 538 deel 28, pag. 479 en 582. 

ld. Kawi. Pamentjangah Ngoerah Sidemen, verkort weergegeve, 

zie WAANDERS. Tijdschrift, deel 8, pag.' 

61. 

ld. Kawi-wetboek Déwa danda, (vertaling), zie BLOK- 

ZEYL. Tijdschrift, deel 18, pag. 295. 

ld. Lombok. De vertelling I Boeng-Keling, zie v. EERDE. 


ld. Lombok. Kalang-legende, zie v. EERDE. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 39. 

ld. Madoereesche versjes, raadsels en spreekwoorden, 

zie SPIEGEL. Tijdschrift, deel 37, pag. 285. 

ld. Madoereesch. Tjarita Brakaj, zie BROUWER, Tijdschrift, 

deel 23, pag. 313. 

Id. Maleisch. Boelan dibelah doea, zie RAAT. Tijdschrift, 


Id. Maleisch. Chineesche feesten, door Tshoa Tsoe Koan, 

zie YOUNG. Tijdschrift, deel 32, pag. 1. 

Id. Maleisch. Contract tusschen den Sultan van Koetei 

en de Boegineezen. Tijdschrift, deel 24, pag. 

212. 

*Id. Maleisch, De geschiedenis van Prinses Balkis, met 

vertaling, zie v. WIJK. Verhandelingen, 41. 

Id. Maleisch. De krissen si Gendjé en si Gendjé maboek. 


Id. Maleisch. De kroon der Koningen, zie RONKEL. 


Id. Maleische brief van 1602 uit Siam aan den Hollandschen 

Kapitein te Patani. zie v. RONKEL. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 286. 

Id. Maleisch. Een oude lijst van handschriften, zie 


Id. Maleische inventaris v. d. uitrusting v. e. Dajakschen

N a a m== en zaakregister. 148 

koppensneller, zie KATER. Tijdschrift, deel 24, pag. 

234. 

LETTERKUNDE. Maleisch. De tien vizieren, volgens verschillende 

verhalen, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 

38, pag. 191. 

Id. Maleische geschiedenis der Pandawa's, zie v. d. 

TUUK. Tijdschrift, deel 2, pag. 1. 

Id. Maleische Koranische verhalen, zie v. WIJK. Tijdschrift, 

deel 35, pag. 249. deel 36, pag. 533. 

Id. Maleische oendang-oendang's vertaald, zie OERSEN. 


Id. Maleische redacties v. d. Sri Rama, zie v. WIJK. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 401. 

Id. Maleische wajangverhalen toegelicht, zie v. d. TUUK. 

Tijdschrift, deel 25, pag. 489. deel 26, pag. 199. 

Id. Maleisch. Fragmenten uit een handschrift, zie HAB- 

BEMA. Tijdschrift, deel 30, pag. 473. 

Id. Maleisch gedicht van Radja Ali, zie NETSCHER. 


Id. Maleisch. Geschiedenis der eerste Al Qadri's, met 

vertaling, zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 4, pag. 

285. 

Id. Maleisch. Geschiedenis van Borna, zie v. d. TUUK. 


ld. Maleisch. Groote Hikajat Baktiar, volgens aanteekeningen 

van der Tuuk, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 292. 

*Id. Maleisch. Hikajat Isma Jatiem, zie ROORDA VAN 

EYSINGA. Verhandelingen, deel 10. 

Id. Maleisch. Hikajat Kalila dan Damina, zie BRANDES. 


Id. Maleisch. Hikajat Sama'oen, zie v. RONKEL. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 444. 

Id. Maleisch. Kronijk van Sambas en Soekadana, met 

vertaling, zie NETSCHER. Tijdschrift, deel l,pag. 1. 

Id. Maleisch. Madjapait's val, volgens een Maleisch


handschrift, zie de CLERCQ. Tijdschrift, deel 24, 

pag. 280. 

LETTERKUNDE. Maleisch. Menangkabausch heilige, zie 

v. WIJCK. Tijdschrift, deel 24, pag. 224. 

Id. Maleisch. Over de Hikajat Bajan boediman, zie 


Id. Maleisch. Papegaai-Boek, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 431. 

Id. Maleisch. Salsilah Bestaman olèh boepatih Madjalengka. 


Id. Maleisch. Sjair Bidasari, zie v. HOEVELL. Verhandelingen, 

deel 19. 

Id. Maleisch. Sa'ir Madi Kentjana vertaald, zie HAMER. 


Id. Maleisch. Sjair Perang Atjeh. (vertaling), zie BLOK. 


Id. Maleisch. Sjair Radja Mambang Djoeari, zie SPAT. 


Id. Maleisch. Te Batavia inheemsche speel- en kinderliedjes, 

zie v. DEWALL. Tijdschrift, deel 43, pag. 

182. 

Id. Maleisch. Toevoegsel op de Sadjarah Melajoe, zie 


Id. Maleisch. Twaalf spreukgedichten van Radja Ali 

Hadji van RIOUW. tekst en vertaling, zie NET- 


ld. Maleisch. Van Dissel's vertaling v. d. Pelandoek 

Djinaka beoordeeld, zie v. DEWALL. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 40. 

ld. Menado. Bantiksche legenden, met vertaling, zie 


ld. Menado Minahassische Uilenspiegelverhalen, zie 

SCHWARZ Tijdschrift, deel 46, pag. 310. 

ld. Menado. Tooe oensea'sche fabelen, Zie RIEDEL. 


ld. Niassche heldenzang, zie LAGEMAN. Tijdschrift, deel 

48, pag. 341.

N a a m= en 7, aakregister. 150 

LETTERKUNDE. Niassische Erzählungen, zie SUNDER 


ld. Overlevering omtrent de reuzen v. d. bergPatiajam. 

Tijdschrift, deel 6, pag 275. 

*Id. Proeve eener N.-I. bibliographie, zie v. d. CHIJS. 

Verhandelingen, deel 37, 39, 55. 

ld. Prof. Vreede's catalogus beoordeeld, zie BRANDES. 


ld. Publicaties van Dr. A. B. COHEN STUART, zie 

v. d. BERG. Tijdschrift, deel 23, pag. 422. 

Id. Sangische volksliederen, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

17, pag. 281. 

ld. Sangi-siawoeh'sch dialect, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 91. 

Id. Sanskrit. Doerga-voorstelling in Hindoesch beeldhouwwerk 

en litteratuur, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 213. Prototype en variant, deel 48, 

pag. 317, de Asoera, deel 48, pag. 514. 

Id. Sumatra. Bataksche raadsels, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, 


Id. Sumatra. Bataksche spreekwoorden enz. zie OP 

HUYSEN. Tijdschrift, deel 34, pag. 72 en deel 35, 

pag. 613. 

* Id. Sumatra. Bataksch. Karo-Bataksche vertellingen, zie 

JOUSTRA. Verhandelingen, deel 56. 

ld. Sumatra. Bataksch oordeel over wijlen van der 

TUUK, zie PLEYTE. Tijdschrift, deel 47, pag. 468. 

Id. Sumatra. Benkoeleesche raadsels, zie HELFRICH. 


Id. Sumatra. Benkoelen. Serawaj en Besemah, zie HEL 

FRICH. Tijdschrift, deel 37, pag. 65. 

Id. Sumatra. Lampongsche piagem's, zie v. d. TUUK. 


*Id. Sumatra. Lampongsche teksten, zie HELFRICH. Verhandelingen, 

45. 

Id. Sumatra. Menangkabausche legende van de Liang 

na moeap, zie v. d. BOR. Tijdschrift, deel 37, pag. 201.


LETTERKUNDE. Sumatra. Menangkabausche pantoens, zie 

HARMSEN. Tijdschrift, deel 21, pag. 480. 

ld. Sumatra. Menangkabausche poëzie, zie v. EERDE. 


ld. Sumatra. Menangkabausche raadsels, zie HARMSEN. 


ld. Sumatra. Menangkabausche spreekwoorden, zie HAB- 

BEMA. Tijdschrift, deel 25, pag. 417, 538, deel 


ld. Sumatra. Menangkabausch. Feesten in de Bovenlanden, 

met vertaling, ziev. d. TOORN. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 466. 

ld. Sumatra. Menangkabausch. Spreekwoorden uit de 

Padangsche Bovenlanden, tie v. d. TOORN. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 553. 

ld. Sumatra. Menangkabausch. Tjoerito palasik, zie 

BROUWER. Tijdschrift, deel 21, pag. 288. 

ld. Sumatra. Menangkabausch. Verhalen omtrent het 

bijgeloof der Maleiers in Menangkabau, met vertaling, 

zie v. d. TOORN. Tijdschrift, deel 25, pag 441. 

*Id. Sumatra. Menangkabausch. Vertaling van Mandjau 

Ari en van Tjindoer Mato, zie v. d. TOORN. Verhandelingen, 

deel 45. 

Id. Syrisch. Een bericht over vampirisme, zie v. RON- 


ld. Ternataansche pantoen's, zie CAMPEN. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 443, 624. 

*Id. Vertaling van den Chineeschen roman: Hoa Tsien Ki, 

zie Schlegel. Verhandelingen, deel 32. 

LEUPE (P. A.) Bijdrage tot de geschiedenis van den zeeroof 

in den Oost-Indischen archipel 1800—1802. 

(Met 2 platen). Tijdschrift, deel 22 (1875), pag. 96. 

LEVENSBESCHRIJVINGEN. Oeneraal-Majoor, Jhr. C. v. d. 

Wijck, zie WEITZEL. Tijdschrift, deel 1, pag. 

480. 

LEXICOGRAFIE, zie WOORDENBOEKEN. 

*LEYDEN (Dr.) Sketch of Borneo. Verhandelingen, deel VIL


LIANG na moeap en daaraan verbonden legende (Padang 

Lawas), zie v. d. BOR. Tijdschrift, deel 37, pag. 201. 

LIEFRINCK (F. A.) Bijdrage tot de kennis van het eiland 

Bali. Tijdschrift, deel 33 (1890), pag. 233. 

ld. Een staatsstuk van den vorst van Lombok. Tijdschrift, 

deel 42 (1900), pag. 19. 

ld. Het rijk Bangli (Bali). Tijdschrift, deel 24 (1877), 

pag. 180. 

ld. Kerta sima op Bali, zie v. ECK. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 161. 

ld. Slavernij op Lombok. Tijdschrift, deel 42 (1900), 

pag. 508. 

LIER (van). Het rijk Djambrana (Bali). Tijdschrift, deel 15 

(1866), pag. 273. 

LIGTVOET (A.) Aanteekeningen betreffende den economischen 

toestand en de ethnographie van het rijk van 

Sumbawa. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 555. 

ld. Geschiedenis van de afdeeling Tallo (Celebes). Tijdschrift, 

deel 18 (1868-1872). pag. 43. 

ld. Naamsafleiding van het rijk Balangnipa in Mandar. 


ld. Zijn de munten No. 287 en 283 van het werk van 

Professor Millies: Recherches sur les monnaies des 

indignées etc. van Makassaarschen oorsprong? Tijdschrift, 

deel 23 (1876), pag. 159. 

LIMA LARAS (Sumatra's Noordoostkust), zie SCHEEMA 

KER. Tijdschrift, deel 17, pag. 412. 

LIMBURG BROUWER, zie BROUWER. 

LINDEN (]• van der.) Het Inlandsch bestuur in het Gouvernement 

van Sumatra's Westkust. Tijdschrift, deel 

4 (1855), pag. 257. 

LINGGA en RIOUW. (Geschiedenis van het rijk van) Tijdschrift, 

deel 4, pag. 411. 

:? Id. (het eiland-), zie ANGELBEEK. Verhandelingen, 

deel 11. 

ld. Retih en Mandah, zie TOBIAS. Tijdschrift, deel 10, 

pag. 81.


LINGGA-VOETSTUK van Singasari, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 461. 

*LINGUISTIEK. De Malabaren, zie CELLARIUS. Verhandelingen, 

deel 3. 

*Id. Eenige Japansche woorden, zie JÄPANSCHE WOOR 

DEN. Verhandelingen, deel 3. 

LIOOSCH, zie CALON. Tijdschrift, deel 35, pag. 200. 

LOEBOE'S en OELOE'S op Sumatra, zie WILLER. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 56 en HENNY. Tijdschrift, deel 

4, pag. 401. 

ld. zie Ophuijsen. Tijdschrift, deel 29, pag. 88 en 526. 

*LOFREDE op J. P. Koen, zie SERIERE. Verhandelingen, 

deel 11. 

*LOGAN (J. R.) The rocks of Pulo Ubin. Verhandelingen, 

deel 22. 

*LOMBOK (Bali en-) reisbeschrijving, zie ZOLLENOER. 


ld. Bij de situatiekaart van Narmada, zie FAILLE. Tijdschrift, 


ld. De vertelling IBoeng-Këling,zz'e EERDE. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 168. 

ld. Een staatsstuk van den vorst van Lombok, zie LIEF- 

R1NCK. Tijdschrift, deel 42, pag. 19. 

ld. en Mangarai, zie FREYSS. Tijdschrift, deel 9, pag. 

443. 

ld. Rijstbouw en rijstoogst, zie EERDE. Tijdschrift, deel 

45, pag. 563. 

LOMBOK S BODHÄ'S, zie EERDE. Tijdschrift, deel 43, pag. 

290. 

LOMBOKSCHE KÄLÄNG-LEGENDE, z/e EERDE. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 39. 

LOMBOK. Slavernij, zie LIEFRINCK. Tijdschrift deel 42, 

pag. 508. 

ld. zie ECK. Tijdschrift, deel 22, pag. 311. 


LONTAR HÄNDSCHRIFTEN van Radèn Salèh, zie HOLLE. 


Bat. Gen. Register 19.


LONTAR'S. zie PALMBLADHANDSCHRIFTEN. 

*LORANTHACEAE, zie KORTHALS. Verhandelingen, deel 

17. 

LOTGEVALLEN VAN C. Z. PIETERSZ, onder de zeeroovers 

van Mangindanao. Tijdschrift, deel 4 (1855), pag. 492. 

LO TONG, een Javaansche reflex van een Chineeschen 

ridderroman, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 45. 

pag. 263. 

LOUDON (Mr. A.) Aanteekeningen gehouden op eene zending 

naar Siam. Tijdschrift, deel 12 (1862), pag. 380. 

LUDEKING (E. A. W.) Lijst der Portugeesche en Hollandsche 

Gouverneurs van Amboina. Tijdschrift, deel 14 

(1864), pag. 524. 

*LUZON. Talen en dialecten, zie RIEDEL. Verhandelingen, 

deel 33. 

*LIJFSTRAFFEN. (Doodstraf en pijniging^ zie RADERMA- 


•LIJKBEZORGING. Crematie. Bali-verslag, zie FRIEDERICH. 

Verhandelingen, deel 22, 23. 

*Id. Eene oude Javaansche methode, zie KERN. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 385. 

LIJST van woorden opgeteekend uit den mond der Karau- 

Jatafa, bewoners der Humboldts-baai, door wijlen 

G. L. BINK. Tijdschrift, deel 45 (1902), pag. 59. 

M. 

*MAC GILLAVRY (H.) De adelstand der Javanen. Verhandelingen, 

deel 16. 

•MACKENZIE (C) Narrative of a Journey to examine the 

remains of an ancient city and temples atBrambanan 

in Java. Verhandelingen, deel 7. 

MACLAY (N. von). Eine Correction zur Seite 459 von Theil 


Id. (N. von Miklucho). Einiges über die Dialecte der 

Melanesischen Völkerschaften in der Malaischen 

Halbinsel. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 309.

fËwmmÊBBMsm 

Naam- en 

zaakregister. 

MACLAY (N. von Miklucho). Sprachrudimente der Orangutan 

von Johor. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 

303. 

Id. (N. von Miklucho). Verzeichniss einiger Worte der 

Dialecte der Papuas der Küste Papua-Koway in 

Neu-Guinea. Tijdschrift, deel 23 (1876.), pag. 372. 

MADAGASCAR, zie MALEGASSISCH. 

MADI KENTJANA. Maleische sair, vertaald, zie HAMER. 


MADIOEN. Hindoerijk Daha, zie HOEPERMANS. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 146. 

ld. Inscriptie van Sinéh met facsimile. Tijdschrift, deel 

2, pag. 235. 

MADIOEN'S gewijde plaatsen, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 

48, pag. 527. 

*MADJAPAIT. (Het boek der koningen van Toemapël en-), zie 

BRANDES. Verhandelingen, deel 49. 

Id. in 1815 en 1887, zie VERBEEK. Tijdschrift, deel 

33, pag. 1. 

*Id. Nagarakrëtagama, lofdicht van Prapanjtja op Koning 

Rasadja nagara, Hajam woeroek, zie BRANDES. 


ld. ('n Pilaar van-), zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 

6, pag. 509; deel 7, pag. 172. 

MADJAPAIT'S VAL, naar een Maleisch verhaal, zie CLERCQ. 


MADOERA EN JAVA. Sporen van Shamanisme, zie LEK 

KERKERKER. Tijdschrift, deel 45, pag. 281. 

ld. Laboeng Mèsem te Tandjoenganjar, zie HOORN. 


MADOERA. Oudheden, zie VORDERMAN. Tijdschrift, deel 

36, pag. 233. 

MADOERA'S VORSTENHUIS, zie BROEK. Tijdschrift, deel 

20, pag. 241 en 471 ; deel 22, pag. 1 en 280; deel 

24, pag. 1. 

MADOEREESCHE SPELLING. Tjarèta Brakaj, zie BROU 

WER. Tijdschrift, deel 23, pag. 313.


MADOEREESCHE VERSJES, raadsels en spreekwoorden, zie 

SPIEGEL. Tijdschrift, deel 37, pag. 285. 

MADOEREESCH. Prof. Vreede's handschriften catalogus 

beoordeeld, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 35, pag. 

443. 

MAGELANG. Oudheden, zie AALST. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 551. 

*MAHâ-BHâRATA. Javaansch. Brata joeda, zie STUART. 

Verhandelingen, deel 27, 28. 

ld. Javaansche désalegende. Goenoeng Gadjah, Brataséna 

en Arimbi, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 37, pag. 

390 en 486; zie ook deel 39, pag. 118; deel 41, 

pag. 97; deel 46, pag. 341. 

Id. Maleische geschiedenis der Pandawa's, zie TUUK. 


ld. Oud-Javaansch Adiparwa en Sanskrit-origineel, zie 

HAZEU. Tijdschrift, deel 44, pag. 289. 

MAIWA. (Celebes). Contract, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 

36, pag. 152. 

*MAJAPAHIT, zie MADJAPA1T. 

MAKARA als haartressieraad, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 21. 

MAKASAR, zie MAKASSAR. 

MAKASSAARSCHE EN BOEGINEESCHE kotika's, zie MAT- 

THES. Tijdschrift, deel 18, pag. 1. 

MÄKÄSSÄÄRSCHE HISTORIËN I. Tijdschrift, deel 4 (1855), 

pag. 111 ; deel 7, pag. 147. 

MAKASSAREN. Schaking in verband met de hedendaagsche 

toestanden, zie RUT TE. Tijdschrift, deel 41, pag. 300. 

MAKJAN EN BATJAN. Reisbeschrijving, zie BRUMUND. 


MAKOTA SEGÄLÄ RÄDJÄ, zie RONKEL. Tijdschrift, deel 

41, pag. 55. 

MAKS (H. G.) Reis langs de Kahajan (Z. en O. afd. Bornéo). 


ld. (H. G.) Reis naar de Kapoeas en de Kahajan. Tijdschrift, 

deel 10 (1861), pag. 465.


*MALABAARSCH, zie CELLARIUS. Verhandelingen, deel 3. 

•"MALACCA, zie MALAKKA. 

MALAGASSISCH EN JAVAANSCH, zie MEINSMA. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 348. 

*MALAKKA. Geschiedenis van de verovering, zie HAGEMAN. 


*Id. (Maleische Archipel en-). Notes from Chinese sources, 

zie GROENEVELDT. Verhandelingen, deel 

39. 

MALAKKA'S bovenlanden. Tijdschrift, deel 28, pag. 88. 

MALAKKA. Twee belegeringen, zie NETSCHER. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 285. 

ld. (Was- tusschen 1795 en 1818 een Nederlandsche of 

een Britsche bezitting ?) zie NETSCHER. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 68. 

MALANG en omstreken, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 

1, pag. 42. 

*MALANGSCH DIALEKT, zie LABBERTON. Verhandelingen, 

deel 51. 

*MALAY ARCHIPELAGO and Malacca. Notes from Chinese 

sources, zie GROENEVELDT. Verhandelingen, deel 

39. 

MALEIERS. Menangkabau. Instellingen in de Padangsche 

bovenlanden, zie COUPERUS. Tijdschrift, deel 4, 

pag. 1. 

MALEISCH-ATJÈHSCH woordenlijstje. Tijdschrift, deel 24 

(1877), pag. 337. 

MALEISCH. Boestanoe '1 kâtibîn, zie DEWALL. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 565. 

Id. Borna, zie TUUK. Tijdschrift, deel 21, pag. 91. 

ld Boelan dibelah doea, zie RAAT. Tijdschrift, deel 7, 

pag. 78. 

*Id. De geschiedenis van Prinses Balkis, met vertaling, 

zie WYK. Verhandelingen, deel 41. 

ld. De groote Hikajat Baktiar, volgens van der TUUK'S 

aanteekeningen, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 292.


MALEISCH. De kroon der Koningen, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 55. 

ld De tien vizieren, volgens verschillende verhalen, 


* ld. De vormveranderingen, zie DEWALL. Verhandelingen, 

deel 31. 

ld. Djatnbische legenden, nopens de krissen si Géndjé 

en si Géndjé maboek. Tijdschrift, deel 48, pag. 

113. 

ld. Dwerghert-verhalen, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 


*MALEISCHE Archipel en Malakka. Notes from Chinese 

sources, zie GROENEVELDT. Verhandelingen, deel 

39. 

ld. brief uit Siam aan den Hollandschen Kapitein te 

Patani in 1608, zie RONKEL. Tijdschrift, deel 45, 

pag. 286. 

ld. handschriften, volgens eene oude opgave, zie RON 


*Id, namen voor de geslachten der drie natuurrijken, zie 

RADERMACHER. Verhandelingen, deel 1. 

MÄLEISCH en Hindoestani, zie RONKEL. Tijdschrift, deel 

43, pag. 583. 

MALEISCHE oorsprong van een Hebreeuwsch woord, zie 


ld. proclamatie. Bolaang Mongondo, zie MENAMBAHI 

enz. Tijdschrift, deel 35, pag. 481. 

ld. spraakkunst van De Hollander, zie WIJK. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 182. 

ld. redacties van de Seri Rama, zie WIJK. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 401. 

ld. speel- en kinderliedjes van Batavia, zie DEWALL. 


ld. syntaxis, beïnvloed door de Arabische, zie RONKEL. 


ld. taalstudiën, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 46, 

pag. 145; zie ook DEWALL, deel 48, pag. 57.

N a a m=* en zaakregister. 159 

MÄLEISCH. Etymologie van eenige woorden, zie DEWÄLL. 


MÄLEISCHE uitdrukkingen verklaard, zie DEWALL. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 57. 

ld. wajangverhalen toegelicht, zie TUUK. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 489 ; deel 26, pag. 199. 

ld. woorden en uitdrukkingen, zie HABBEMA. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 305. 

MALE1SGH. Feiten en cijfers uit de Sadjarah Melajoe, zie 

TENDELOO. Tijdschrift, deel 40, pag. 61. 

ld. Fragmenten uit een handschrift, zie HABBEMA. 


ld. Geschiedenis der eerste Al-Qadri's, met vertaling, 

zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 4, pag 285. 

ld. Geschiedenis der Pandawa's vertaald, zie TUUK. 


ld. gewaad voor Tamilwoorden, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 532. 

*Id. Gronden der spelling, zie ROBINSON. Verhandelingen, 

deel 36. 

ld. handschrift met klankteekens, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 189. 

ld. (Het Tamilelement in het-), zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 97. 

*ld. Hikajat Isma Jatiem, zie ROORDA VAN EISINGA. 


ld. Hikajat Kalila dan Damina, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 394. 

ld. Hikajat Sama'oen, zie RONKEL. Tijdschrift, deel 43, 

pag. 444. 

ld. Kissersche woordenlijst, zie RINNOOY. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 149. 

ld. Klinkert's geschriften beoordeeld, zie DEWALL. 


* ld. -Koeboesche woordenlijst, zie DEIBERT. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 447.


MALEISCH Koranische verhalen, zie WIJK. Tijdschrift, deel 

35, pag. 249 ; deel 36, pag. 533. 

Id. Kronyk van Sambas en Soekadana, met vertaling, 


* ld. (Midden-). Besemah'sch en Serawaj'sch dialect, zie 

HELFRICH. Verhandelingen, deel 53. 

ld. Ontwerp van een woordenboek en een spraakkunst, 

zie DEWALL. Tijdschrift, deel 6, pag. 535 en 

STUART, deel 7, pag. 287 en DEWALL, deel 8, 

pag. 327; deel 9, pag. 420 en deel 12, pag. 1, 354. 

ld. Oorsprong van het woord tjoema, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 71; 't woord binara, deel 46, 

pag. 92; 't woord djodo, deel 46, pag. 128; bagai 

deel 46, pag. 241 ; pawai, deel 46, pag. 469, kamandikai, 

deel 46, pag. 476; diverse woorden, deel 

97, pag. 189. 

ld. Over de Hikajat Bajan boediman, zie BRANDES. 


ld. Papegaaiboek, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 431. 

ld. „Raadgevingen", gedicht van Radja Ali, zie NET 


• ld. Sanskrit-woorden, zie DEWALL. Tijdschrift, deel 16, 

pag. 381. 

ld. Salsilah Bestaman, olèh boepatih Madjalengka. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 135. 

ld. schiereiland. Melanesische volken, zie MACLAY. 


ld. schiereiland. Notice sur les Mantra's, zie BORIE. 


ld. schrift, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 2, pag. 471. 

ld. Sjair Bidasari, zie HOEVELL. Verhandelingen, deel 

19. 

ld. Sjair Madi Kentjana vertaald, zie HAMER. Tijdschrift, 

deel 33, pag. 531. 

ld. Sjair perang Atjèh, vertaald, zie BLOK. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 568.


MALEISCH. Sja'ir Radja Mambang Djoeari. Inhoudsopgave, 

zie SPAT. Tijdschrift, deel 45, pag. 333. 

ld. Spelling van Robertson. Opmerkingen en bedenkingen, 

zie STUART. Tijdschrift, deel 6, pag 37. 

Antwoord, deel 6, pag. 156. 

ld. Spreekwoorden enz. van H. C. KLINKERT beoordeeld, 

zie DEWALL. Tijdschrift, deel 19, pag. 305. 

ld. telwoord in het Teloegoe, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 568. 

ld. Toevoegsel op de Sadjarah Malajoe, zie RONKEL. 


Id. tooneel, (Sumatra's westkust), z/eKERCKHOFF.Tijdschrift, 

deel 31, pag. 303. 

ld. Twaalf spreukgedichten van Radja Ali Hadji van 

Riouw (Riau), met vertaling, zie NETSCHER. Tijdschrift, 


ld. Uitrusting van een Dajakschen koppensneller, zie, 


ld. van Palembang, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 517. 

ld. Van Dissel's vertaling van de Pelandoek Djinaka beoordeeld, 


ld. woordenboek (supplement) van Klinkert beoordeeld, 


ld. woordenboek van Pynappel. Verbeteringen, zie 

HABBEMA. Tijdschrift, deel 3, pag. 594. 

MALOEKASCHE munten, zie MOQUETTE. Tijdschrift, deel 

48, pag. 489. 

MAMPAWA EN SAMBAS. Eerste proeve eener kroniek, zie 

WILLER. Tijdschrift, :deel 3, pag. 516 ; deel 6, 

pag. 69. 

MANDAH, Retih en Lingga, zie TOBIAS. Tijdschrift, deel 

10, pag. 81. 

MANDAREN in de Tomini-bocht, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 555. 

*MANIK MAJA Tembang. Javaansch, zie HOLLANDER. Verhandelingen, 

deel 24. 



*MANDJAU ARI, Minangkabausche vertelling, vertaald door 

J. L. v. d. Toorn. Verhandelingen, deel 45. 

MANGARÄI EN LOMBOK, zie FREYSS. Tijdschrift, deel 

9, pag. 443. 

MANGGARAI (Florès). Reisverhaal. Tijdschrift, deel 36, 

pag. 113. 

MANGGARAISCHE woorden, zie MEERBURG, Tijdschrift, 

deel 35, pag. 75. 

MANGINDAäN (L.) Oud Tondano. Tijdschrift, deel 20 

(1873), pag. 364. 

MANGINDANAO. (Pietersz onder de zeeroovers van-). Tijdschrift, 

deel 4, pag. 492. 

MANSVELD (G.) Namen en galars onder de Maleyers in de 

Padangsche Bovenlanden ; bepaaldelijk in Noordelijk 

Agam. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 442. 

MANT AWAI zie MENTAWAI. 

MANTRA'S (De stam der-). Maleisch schiereiland, zie BORIE. 


MAPALUS-VEREENIGINGEN in de Minahassa. Tijdschrift, 

deel 13, (1864), pag. 190. 

MARDYKERS van Timor, zie HAGA. Tijdschrift, deel 27, 


MARK (J. P. C. van der). Lijst der Nederlandsche landvoogden 

van Ceylon. Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 184. 

Id. (J. P. C. van der). Lijst der Nederlandsche landvoogden 

van Tayouan (Formosa). Tijdschrift, deel 

16 (1867), pag. 259. 

MARTAPOERA'S troonzaal. Beschreven balken, zie STUART 


MASÈNREMPOELOE. (Celebes). Contract, zie MORRIS. 


MASOR-SINGGIH. Hooge en lage taal in het Balineesch, 

zie VROOM. Tijdschrift, deel 18, pag. 310. 

MATARAM. Algemeene geschiedenis van Java, zie HAGEMAN. 

Tijdschrift, deel 1, pag. 173 en 383; deel 2, pag. 33. 

*MATARAMSCHE huis. Aanmerkingen op de Sadjara(h), 

zie OVERBEEK. Verhandelingen, deel 10.


*MÄTÄRÄMSCHE huis. Oorlogen van 1741—1757, zie 

KORT VERHÄEL enz. Verhandelingen, deel 12. 

ld. huis. Register op de proza-babad, zie BRANDES. 


*Id. huis zie 1PEREN. Verhandelingen, deel 1, 2, 3. 

* ld. huis, zie TRANSLAAT van een Javaansch geslachtsregister. 


ld. piagem, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 13, pag. 492. 

MÄTÄRÄM. Titels der grooten te Soerakarta, zie WINTER. 


*MÄTEN in N.-I., zie VERHANDELING OvER DE MUN 

TEN, MATEN enz. Verhandelingen, deel 4. 

*MÄTHYSEN (Ä.) Tettum-Hollandsche woordenlijst met beknopte 

spraakkunst. Verhandelingen, deel 56. 

MATRIARCHAAT (Adoptie in verband met- bij de Toradja's) 

zie KRUYT. Tijdschrift, deel 41, pag. 80. 

MÄTTHES (Dr. B. F.) De Makassaarsche en Boeginesche 

Kotika's. (Met zestien platen). Tijdschrift, deel 18 

(1868—1872), pag. 1. 

ld. (Dr. B. F.) Het Célébesche kaartspel OMI. Tijdschrift, 

deel 11 (1862), pag. 525, zie WILSEN. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 192. 

MÄTTHYSEN (P. A.) Tomboekoe en Banggaai, zie l:OS- 

SCHER. Tijdschrift, deei 2, pag. 63. 

MECHELEN (Ch. te). Een en ander over de wayang. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 72. 

ld. (Ch. te). Eenige dagen het désa-leven medegeleefd. 

Tijdschrift, deel 25 (1879), pag. 165, en 256, 

*Id. (H. L. Ch. te). Drie en twintig schetsen van wajang 

stukken (lakon's), gebruikelijk bij de vertooningen der 

Wajang-Poerwa op Java. Verhandelingen, deel 40. 

*Id. (H. L. Ch. te). Drie teksten van tooneelstukken uit 

de Wayang-Poerwa met een voorrede van Profossor 

H. KERN, Ie deel. Verhandelingen, deel 43. 

* ld. (H. L. Ch. te), Drie teksten van tooneelstukken uit 

de Wayang-Poerwa met een voorrede van Professor 

H. KERN, 2e deel. Verhandelingen, deel 44.


MEDEDEELINGEN betreffende Roté (Rotti) door een inlandschen 

schoolmeester. Tijdschrift, deel 26 (1882), pag. 

549. 

MEERBURG (J. W.) Lijst van eenige woorden der Manggaraische 

taal. Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 75. 

Id. (J. W.) Proeve eener beschrijving van land en volk 

van Midden-Manggarai (West-Flores), afdeeling Bima, 

Gouvernement Celebes en Onderhoorigheden. Tijdschrift, 

deel 34 (1891), pag. 434. 

MEERWALDT (J. H.) Aanteekeningen betreffende de Bataklanden. 

Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 513. Reis 

door West-Florès. Tijdschrift, deel 36, pag. 113, 

zie ook HOEDT, pag. 281. 

*MÉGANTAKA. Balineesche tembang met vertaling, zie ECK. 


MEINSMA (J.) Een anachronisme. Tijdschrift, deel 23 (1876), 

pag 126. 

Id. (J.) Malagassisch en Javaansch. Tijdschrift, deel 24 

(1877), pag. 348. 

MEINSMA'S Bantensche proclamatie beoordeeld, zie TUUK. 


MELANESISCHE Volkerschafte in der Malaiischen Halbinsel, 

zie MACLAY. Tijdschrift, deel 28, pag. 309. 

MENADO. Alifoersche grafteekenen, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 102. 

ld. Bantiksche legenden, met vertaling, zie RIEDEL. 


Id. Bolaang Mongondo. Maleische proclamatie, zie ME 

NAMBAHI enz. Tijdschrift, deel 35, pag 481. 

ld. Bolaang's oppergezag over de Minahasa, zie RIEDEL. 


ld. Bron Koemaloko, Winangkil im poriara en Mangalap, 


ld. Bijdragen tot de kennis van het Tompakéwa'sch. 


ld. De benamingen Tontemboan en Tompakéwa, zie 

SCHWARZ. Tijdschrift, deel 46, pag. 108.


MENADO. De Minahasa in 1825, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 458. 

ld. enz Reisbeschrijving, zie BIK. Tijdschrift, deel 14, 

pag. 125. 

ld. Fosso Mahapanso feest, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 546. 

ld. Huizen in Bolaang Mongondou. zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 282. 

ld. Landbouw in de Minahassa in 1853, zie JANSEN. 


ld. Landschap Boeooi, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

18, pag. 189. 

ld. Landschappen Holontalo, Boné, Boalémo, en Kattinggola, 


ld. Manggaraische woordenlijst, zie MEERBURG. Tijdschrift, 

deel 35, pag. 75. 

ld. Minahasische Uilenspiegelverhalen, zie SCHWARZ. 


ld. Overzijde van de Rano djapo, zie FRIEDERICH. 


ld. Todjo, Posso en Saoesoe, zie HOEVELL. Tijdschrift, 


ld. Tooe oenséa'sche fabelen, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 302. 

ld. Woordenlijst van talen en dialecten, zie JANSEN. 


MENAMBAHI dèri kaoel dan perdjandjian diboeat pengakoewan 

dan di bertegoehken segala hal-hal diantara, 

olèh akoe padoeka Radja Johannis Manuel Menopo. 


MENANGKABAUERS. Huwelijk, zie EERDE. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 387. 

MENANGKABAU. Instellingen der Maleiers in de Padangsche 

bovenlanden, zie COUPERUS. Tijdschrift, deel 

4, pag. 1. 

MENANGKABAUSCH bijgeloof, zie TOORN. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 441.


MENANGKABAUSCHE eedsaflegging, zie HOEVELL. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 529. 

ld. pantoen's, zie HARMSEN. Tijdschrift, deel 21, pag. 

480. 

ld. persoonlijke voornaamwoorden, zie HABBEMA. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 564. 

ld. poëzie, zie EERDE. Tijdschrift, deel 39, pag. 529. 

ld. raadsels, zie HARMSEN. Tijdschrift, deel 23, pag. 258. 

ld. spreekwoorden, zie HABBEMA. Tijdschrift, deel 25, 


MENANGKABAUSCH heilige, zie WYK. Tijdschrift, deel 

24, pag. 224. 

ld. Namen en galar's zie MANSVELD. Tijdschrift, deel 

23, pag. 442. 

Id. Over Bovenlandsche feesten, met vertaling, zie 

TOORN. Tijdschrift, deel 25, pag. 466. 

ld. (Proeven van-) zie HABBEMA. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 337. 

ld. Spreekwoorden uit de Padangsche Bovenlanden, 

zie TOORN. Tijdschrift, deel 25, pag. 553. 

ld. Tjoerito palasik, zie BROUWER. Tijdschrift, deel 

21, pag. 288. 

*Id. Vertaling van Mandjau Ari en van Tjindoer Mato. 

zie TOORN. Verhandelingen, deel 45. 

MENDOET, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 20, pag. 166. 

MENKASARA, zie MAKASAR. 

MENOTI-POTI LEGENDE, zie ADRIANI. Tijdschrift, deel 

4 , pag. 541. 

„MENSCH" EN „DING" als voegwoord, zie HURGRONJE. 


MENTAWEI-EILANDEN (met kaart) zie ROSENBERG. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 399. 

ld. Onderzoek der Poggi-eilanden, zie HINLOPEN. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 319. 

ld. zie MESS. Tijdschrift, deel 26, pag. 63. 

MENTAWEI-WOORDENL1JST, zie OUDEMANS. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 484.


*MENTAWEI, zie Katingan. 

*MERAUKE. Het Halifoersch van Z. O. Nieuw-Guinéa, zie 

KOK. Verhandelingen, deel 56. 

*MERBABOE een tocht naar de-) zie BOEKHOLD. Verhandelingen, 

deel 6. 

ld. zie DOMIS. Verhandelingen, deel 10. 

MESS (H. A.) De Mentawei-eilanden. Tijdschrift, deel 26, 

(1881), pag. 53. 

*METEREOLOGIE, zie BERICHT wegens de hoogte der barometer 

en thermometer te Batavia ; Kaap de goede 

hoop en Nangasaki. Verhandelingen, deel 2. 

METMAN (Mr. J. P.) Verslag van een reis naar de Karimon 

Djawa eilanden in Augustus 1885 gemaakt door 

den resident van Japara. Tijdschrift, deel 31 (1886) 

pag. 140. 

MEYER (Dr. A. B.) Ein Beitrag zu der Kenntniss der 

Sprachen auf Mindanao, Solog und Siau, der Papuas 

der Astrolabe-Bay auf Neu-Guinea, der Negritos 

der Philippinen, und einige bemerkungen uber 

Herrn Riedel's Uebersetzungen im Tagalische nnd 

Visayasche. Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 441, 

Correctie, zie deel 21, pag. 120. 

Id. (Dr. A. B.) Ueber die Einwohnerzahl der Philippinischen 

Inseln. Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 434. 

Id. (J. J.) De Tanah-laoet. Tijdschrift, deel 14 (1864), 

pag. 381. 

*Id. Ranneft, zie RANNEFT. 

MEYLAN (G. F.) Geschiedkundig overzicht van den handel 

der Europeezen op Japan. Verhandelingen, deel 14. 

MICHIELSEN (W. J. M.) Verslag eener reis door de bovendistricten 

der Sampit- en Katinganrivieren in Maart 

en April 1880. Tijdschrift, deel 28 (1883), pag. 1. 

*MIDDEN-SUMATRA. Aanteekeningen aan officieele bescheiden 

ontleend. Verhandelingen, deel 39. 

*MIKADO. (Geestelijke en wereldlijke keizers van Japan) 

zie KAEMPFER. Verhandelingen, deel 2.


MIKLUCHO. Melanesisch dialecte. Sprachrüdimente der 

Orang-utan von Djohor, zie MACLAY. Tijdschrift, 


MILLIES. (Makassaarsche oorsprong van eenige munten bij-), 

zie LIGTVOET. Tijdschrift, deel 23, pag. 159. 

MINAHASA. Bolaang's oppergezag, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 505. 

In. Eedsaflegging bij den Tooe oen boeloe, zie RIEDEL. 


ld. Godsgericht bij den Tooe oen boeloe, zie RIEDEL. 


Id. in 1825, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 18, pag. 458. 

ld. Landbouw in 1853, zie JANSEN. Tijdschrift, deel 

10, pag. 221. 

ld. Mapalus-vereenigingen. Tijdschrift, deel 13, pag. 190. 

ld. Steenen Èmpong-zetel, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

40, pag. 188. 

Id. Tiwoekar of steenen graven, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 379. 

ld. Zeeroof, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 14, pag. 511. 

*MINANGKABAUSCH, zie MENANGKABAUSCH. 

MINANGKARBAU, zie MENANGKABAU. 

*MINERALOGlE. Banten, zie HORNER. Verhandelingen, 

deel 17. 

ld. van Java zie HORSFIELD. Verhandelingen, deel 8. 

ld. Vorstenlanden, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 8. 

*MINTARAGA of Wiwaha. Javaansch gedicht, zie GERICKE. 


*MISGEWAS, zie AANMERKINGEN OP DE VRAAG enz. 


MOEARA TAKOES. Boeddhistische oudheden, zie IJZER 


ld. Hindoe-oudheden, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 217. 

* ld. Hindoeruinen, zie VERBEEK. Verhandelingen, deel 41.


MOEHAMMEDAANSCH RECHT. Verjaring, zie HURGRON- 


MOEROENQ, zie DAJAKS. 

MOHAMEDAANSCH RECHT, zie ISLAM. 

MOLOEKOE, zie MOLUKKEN. 

MOLUKKEN. Bangka, zie GOLDMAN. Tijdschrift, deel 10, 

pag. 145. 

Id. Batjan en Makjan. Reisbeschrijving, zie BRUMUND. 


*Id. 's Compagnie's recht op de Groote Oost, zie KLERK. 


ld. Grondbezit, zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 7, 

pag. 197. 

ld. Reisbeschrijving, zie BERNSTEIN. Tijdschrift, deel 

14, pag. 399. 

ld. Reisbeschrijving, zie BIK. Tijdschrift, deel 14, png. 

125. 

MONTRADO. Chineesche vereenigingen, zie SCHAANK. 


ld. in 1861, zie FABER. Tijdschrift, deel 13, pag. 457. 

MOOLENBURGH (P. E.) Corrigenda in het Extract uit een 

verslag der Noord-Nieuw-Guinéa expeditie, uitgegeven 

in dit Tijdschrift, deel 47 bl. 168—188. Tijdschrift, 

deel 47 (1904\ pag. 381. 

ld. (P. E.) Extract uit een verslag der Noord-Nieuw- 

Guinéa-expeditie. Tijdschrift, deel 47 (1904), pag 


• MOQUETTE (J, P.) Eenige opmerkingen omtrent de Hindoemunten 

van Java, met een plaat. Tijdschrift, deel 

42 (1900), pag. 1. 

Id. (J. P-) Iets over de munten van Bandjermasin en 

Maloeka. Tijdschrift, deel 48, pag. 489. 

MORRIS (D. F. van Braam) Geschiedenis van het bondgenootschap 

Masènrempoeloe of Masènre-Boeloe. 


ld. (D. F. van Braam). Het landschap Loeboe (Celebes). 




MORRIS D. F. van Braam) Nota van toelichting behoorende 

bij het contract gesloten met het landschap Bima. 


Id. (D. F. van Braam) Nota van toelichting op het 

contract gesloten met het landschap Aliètta (Adjatapparang) 

op den 20sten Juli 1890. Tijdschrift, deel 

36 (1893), pag. 193. 

ld. (D. F. van Braam) Nota van toelichting op het 

contract gesloten met het landschap Batoelappa 

(Masènrempoeloe) op den 23sten November 1890. 


ld. (D. F. van Braam) Nota van toelichting op het 

contract, gesloten met het landschap Doerie (Masènrempoeloe) 

op den 30sten September 1890. Tijdschrift, 

deel 36 (1893), pag. 164. 

ld. (D. F. van Braam). Nota van toelichting behoorende 

bij het contract gesloten met het landschap Kassa 

(Masènrempoeloe) op den 23sten November 1890. 


ld. (D. F. van Braam). Nota van toelichting op het contract, 

gesloten met het landschap Maiwa (Masènrempoeloe) 

op den 8sten September 1890. Tijdschrift, 

deel 36 (1893), pag 152. 

ld. (D. F. van Braam). Nota van toelichting op het contract 

gesloten met het landschap Sawiètto (Adjatapparang) 

op den 30sten October 1890. Tijdschrift, 

deel 36 (1893), pag. 213. 

ld. (D. F. van Braam). Nota van toelichting op het contract 

gesloten met het landschap Soeppa (Adjatapparang) 

op den 18den Juli 1890. Tijdschrift, deel 

36 (1893), pag. 202. 

MOUCHES als toiletartikel bij de Chineezen, zie SCHLE 


*MULLER (Dr. M. J. E.) Kort verslag aangaande de cholera 

morbus op Java (met 2 platen). Verhandelingen, deel 13. 

Id. (Q.) (Over den dood van-), zie HAGEMÄN. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 487.

N a a m- en zaak register. 171 

*MULLER. Reis over Java, zie OORT. Verhandelingen, deel 16. 

MUNTEN (Hindoe-) van Java, zie MOQUETTE. Tijdschrift, 


*Id. maten en gewichten, zie VERHANDELING OVER 

DE—. Verhandelingen, deel 4. 

ld. Vermoede Makassaarschen oorsprong van eenige 

munten bij Millies, zie LIGTVOET. Tijdschrift, deel 

23, pag. 159. 

ld. van Nederlandsch-Indië, zie COEVORDEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 105, 332. 

*MUNTWEZEN Beschrijving van de munten van Ned.-Indië, 

met afbeeldingen, zie NETSCHER. Verhandelingen, 

deel 31. 

*Id. Muntstelsel in Nederlandsch-Indië, zie VERHANDE 

LING OVER DE MUNTEN, MATEN EN GEWICH 

TEN. Verhandelingen, deel 4. 

MUSEUM van het Bataviaasch Genootschap. Steenen beitels, 

zie BROUWER. Tijdschrift, deel 18, pag. 67. 

*MUZIEK (Redeneeringen over-) zie GRATIAEN. Verhandelingen, 

deel 6. 

*MYLENBROEK. 's Compagnie's recht op de Groote Oost, 

zie KLERK. Verhandelingen, deel 33. 

•MIJNBOUW. Goudmijnen in Celebes, zie DUHR. Verhandelingen, 

deel 3. 

*Id. Japansche kopermijnen, zie BURGER. Verhandelingen, 

deel 16. 

*Id. Mineralogie van Java, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 8. 

MIJNWEZEN. Goudproductie der Padangsche bovenlanden, 

zie COUPERUS. Tijdschrift, deel 5, pag. 122. 

MYTHOLOGIE. Bantiksche legenden, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 258. 

ld. Overlevering omtrent de reuzen van den berg Pati 

ajam. Tijdschrift, deel 6, pag. 275. 

ld. Tooe oenséa'sehe fabelen, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 302, 

ld. zie GODSDIENSTEN. LETTERKUNDE. VOLKEN 

KUNDE.


N. 

NAAMGEVING bij de Alifoeroe's, zie WILKEN. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 363. 

*NACHTUIL, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

*NAGARAKRETAGAMA. Lofdicht op Hajam woeroek van 


*NAHUIS (Mr. G. H.) Schets van Benkoelen. Verhandelingen, 

deel 10. 

NAMEN en galar's in het Menangkabausch, zie MANSVELD. 


NAQSJIBENDIJAH in den Archipel, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 28, pag. 158; zie HOLLE, deel 3 , pag. 67. 

NARMADA. (Lustverblijf- op Lombok), zie FAILLE. Tijdschrift, 


NATUURKUNDE. Arabische verhandeling over de zwaartekracht, 


•NATUURKUNDIGE aanteekeningen op een reis over Java, 

zie OORT. Verhandelingen, deel 16. 

•NATUURLIJKE HISTORIE (Bijdragen tot de-), zie WURMB. 


NECROLOGIE. Dr. J. L. A. BRANDES, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 89. 

ld. In memoriam Dr. A. B. COHEN STUART, zie 


ld. Levensbericht van F. J. ROTHENBüHLER door E. 

KETJEN. Verhandelingen, deel 41. 

ld. Over den dood van G. MULLER, zie HAGEMAN. 


NEDERBURG (Mr. S. N.) Consideratiën over de Jacatrasche 

en Préanger-regentschappen, onder Batavia sorteerende 

en of daaruit meerder voordeden dan thans 

voor de Compagnie te halen zijn. Tijdschrift, deel 

3 (1855), pag. 110—148, 195-246, 299-318. 

NEDERLANDERS, zie HOLLANDERS. 

NEDERLANDSCHE landvoogden van Formosa, zie MARK. 


N a a m» en zaakregister. 173 

NEDERLANDSCHE landvoogden van Ceilon, zie MARK. 


*NEDERLANDSCH-IND1Ë. Proeve eener bibliographie, zie 

CHYS. Verhandelingen, deel 37, 39 en 55. 

NEEB (Dr. C. J,) Het een en ander over Hindoe-oudheden 

in het Djambische (met vier platen.) Tijdschrift, deel 

45 (1902), pag. 120, zie ook BRANDES, pag. 128. 

NETSCHER (E.) Antwoord op de opmerkingen en bedenkingen 

van COHEN STUART« Tijdschrift, deel 6 

(1857), pag. 156. 

ld. (E.) Beschrijving van een gedeelte der residentie 

Riouw (Riau). Tijdschrift, deel 2 (1854), pag. 108. 

*Id. (E.) De Nederlanders in Djohor en Siak 1602 — 

1865, (Met eenige kaarten). Verhandelingen, deel 35. 

ld. (E.) De twaalf spreukgedichten door Radja Ali Hadji 

van Riouw. Maleische tekst met vertaling. Tijdschrift, 

deel 2 (1854), pag. 11. 

*ld. (E.) en Chijs (Mr. J. A. van der) De munten van 

Nederlandsch-Indië, beschreven en afgebeeld. Verhandelingen, 

deel 31. 

ld. (E.) Geschiedenis der eerste Al-Qadri's met vertaling. 


ld. (E.) Kawi-handschriften in de Préanger. Tijdschrift, 

deel 1 (1853), pag. 469. 

*Id. (E.) Gronden der Maleische spelling, zie ROBIN 

SON. Verhandelingen, deel 36. 

ld. (E.) Kronijk van Sambas en Soekadana in het Maleisch, 

met vertaling. Tijdschrift, deel 1 (1853) pag. 1. 

*Id. (E.) Padang in het laatst der 18de eeuw. Verhandelingen, 

deel 41. 

ld. (E.) Raadgevingen, Maleisch gedicht van Radja Ali, 

onderkoning van Riouw. Tijdschrift, deel 7 (1858), 

pag. 57. 

ld. (E.) Tochtjes in het gebied van Riouw en Onderhoorigheden. 


ld. (E.) Tochtjes in Riouw en oniderhoorigheden. Tijdschrift, 

deel 12 (1862), pag. 233-254, 357—379;


deel 14, pag. 1, zie ook deel 14, pag. 340 en 

voorts KROESEN, deel 21, pag. 235. 

NETSCHER (E.) Twee belegeringen van Malakka (1756/57 en 

1784). Tijdschrift, deel 13 (1864), pag. 285. 

ld. (E.) Was Malakka tusschen 1795 en 1818 een Nederlandsche 

of een Britsche bezitting? Tijdschrift, 

deel 17 (1869), pag. 68. 

ld. (F. H. J.) De voorspellingskunst uit de woekoe's 

van de Javanen. (Met een plaat). Tijdschrift, deel 

6 (1857), pag. 511. 

ld. (F. H. J.) Poeloe Si-Maloe. (Hog-lsland der Engelsche 

zeekaarten). Tijdschrift, deel 5 (1856), pag. 397. 

ld. (F. H. J.) Reis door de Zuid-Oostelijke grensdistricten 

der Padangsche Bovenlanden. Tijdschrift, 

deel 6 (1857), pag. 166. 

NEUMANN (J. B.) Nota betreffende de onafhankelijke landschappen 

Mapat Toenggoel en Moeara Soengei Lolo 

VI Kota. Tijdschrift, deel 29 (1884), pag 38. 

ld. (J. B.) Reis naar de onafhankelijke landschappen 

Mapat Toenggoel en Moeara Soengei Lolo VI Kota. 


ld. (J. B.) Schets der afdeeling Laboean-batoe (Sumatra's 

Oostkust). Tijdschrift, deel 26 (1881 \ pag. 434. 

ld. (J. E.) Kemali, pantang en reboe bij de Karo-Batak's. 


NGAWI. Inscriptie van Sinéh met facsimile. Tijdschrift, deel 

2, pag. 235. 

NGROENA-NGROENI. Javaansch wajangverhaal, zie HAZEU. 


NIAS. Afgodendienst, zie KRAMER. Tijdschrift, deel 33, 

pag. 437. 

Id. Das Mädchen von seiner Geburt bis zu seiner Verheiratung, 

zie LAGEMAN. Tijdschrift, deel 36, pag. 

296. 

*ld. en bewoners (met platen en kaart), zie NIEWEN- 

HUISEN. Verhandelingen, deel 30.


NIAS. Godsdienst en bijgeloof, zie CHATELIN. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 109. 

ld. Jacht, zie THOMAS. Tijdschrift, deel 26, pag. 274. 

NIASSCHE heldenzang, zie LAGEMAN. Tijdschrift, deel 48, 

pag. 341. 

ld. spraakkunst, zie SUNDERMANN. Tijdschrift, deel 


NIASSISCHE Erzählungen, zie SUNDERMANN. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 315. 

NIAS. Woordenlijst, zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 484. 

*NIELEN. (P. M. van) Antwoord op de vraag, welkeredenen 

er zijn om te mogen vaststellen dat de 

inenting in Indië evengoed als in Europa kan geschieden. 

Verhandelingen deel 4. 

N1EUWENHU1S (Dr. A. W.) La récente expéditon scientifique 

dans l'île de Bornéo. Conférence. Tijdschrift, 

deel 40 (1898\ pag. 508. 

*N1EWENHUISEN (J. T.) en Rosenberg (H. C. B. von.) 

Nias en zijn bewoners. (Met platen en een kaart). 


NIEUWENHUYZEN (F. A.) Eedformulier van de Alfoeren 

op Groot-Céram. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 510. 

Id. (F. N.) Het rijk Siak Sri Indrapoera. Tijdschrift, deel 

7 (1858\ pag. 388, 

NIEUW-GUINÉA. Aanteekeningen, zie FABRITIUS. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 209. 

ld. De Noeforeezen aan de N. W. kust, zie HASSELT. 


ld. Doodenfeest aan de Geelvinksbaai, zie BALEN. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 556. 

ld. enz. Reisbeschrijving, zie CRAB. Tijdschrift, deel 

13, pag. 531. 

ld. Handafdrukken op rotsen. Tijdschrift, deel 29, pag. 

582. 

ld. Humboldtsbaai, zie BINK. Tijdschrift, deel 29, pag. 

143.


NIEUW-QUINÉA. Korware oder Ahnerbilder, zie SERRU 

RIER. Tijdschrift, deel 40, pag. 287 

ld. Landschap Bahaam, zie DISSEL. Tijdschrift, deel 

47, pag. 433. 

ld. Nederlandsch gedeelte, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 117. 

ld. (Noord- expeditie), zie MOOLENBURGH. Tijdschrift, 


ld. (Noordkust), zie HORST. Tijdschrift, deel 32, pag. 

217. 

ld. Reis naar Dorèh, zie GOLDMAN. Tijdschrift, deel 

15, pag. 475; deel 16, pag. 392. 

ld. Reis van WEYLAND in 1705, zie HAGA. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 235. 

ld. Taal gesproken van Kapaur-Gebergte tot aan Sekar. 

Tijdschrift, deel 46, pag. 1. ?••'•- c«.*«.—•*_*„.*u 

ld. Volkenkunde. Windessi, zie ROEST. Tijdschrift, 

deel 40, pag. 150. 

ld. Woordenlijst van het Karau-Jat^jfasch (Humboldtsbaai). 


ld. (Zuidkust), zie OLDENBORGH. Tijdschrift, deel 27, 

pag. 363, id. Noordkust, pag. 10. 

ld. Zwangerschap en geboorte bij de Papoea's in de 

Dorêhbaai, zie HASSELT. Tijdschrift, deel 43, pag. 

566; deel 46, pag. 287. 

*NIEUW-HOLLAND. Geologische bestanddeelen, zie SOM 

MER. Verhandelingen, deel 22. 

N1NI TOWONG, zie HAZEU. Tijdschrift, deel 43, pag. 86. 

NOEFOREEZEN, zie NUFOOREEZEN. 

NOES'A BAROENG, zie ARENDS. Tijdschrift, deel 27, pag. 

173. 

NOLTE (H. C), Gezagvoerder van den brik Anne Maria, 

in gevangenschap bij de zeeroovers. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 162. 


NOOY (H. A. de). Aanteekeningen omtrent de bewoners van 

het binnenland van het eiland Banka en omtrent 

de taal der darat-bewoners, speciaal van het district 

Muntok. Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 606. 

*NORONA (F.) Altingia excelsa Malaice et Javanice rasamala, 

lignum papuanum Rumphii Herb. Ambon. 

Vertaling daarvan. Verhandelingen, deel 5. 

*Id. (F.) Descriptio arboris Ranghas. Vertaling daarvan. 


*Id. (F.) Relatio plantarum Javanensium ; iterfactione 

usque in Bandong recognitarium. Verhandelingen, 

deel 5. 

*NOTES on the Malay Archipelago and Malacca, compiled 

from Chinese sources, zie GROENEVELDT. Verhandelingen, 

deel 39. 

NUFOORSCHE vermomde taal, zie HASSELT. Tijdschrift, 


NUFOREEZEN aan de N. W. kust van Nieuw-Guinéa, 

zie HASSELT. Tijdschrift, deel 31, pag. 576; deel 

32, pag. 261. 

NUMISMATIEK. Bandjermasinsche en Maloekasche munten, 

zie MOQUETTE. Tijdschrift, deel 48, pag. 489. 

ld. Chronologische lijst van Indische penningen, zie 

COEVORDEN. Tijdschrift, deel 13, pag. 24 en 496; 


358. 

*Id. De Indische munten beschreven en afgebeeld, zie 

NETSCHER. Verhandelingen, deel 31. 

ld. Makassaarschen oorsprong van eenige munten bij 

Millies, LIGTVOET. Tijdschrift, deel 23. pag. 159. 

ld. Munten van Nederlandsch-Indië, zie COEVORDEN. 


ld. Opmerkingen omtrent de Hindoe-munten van Java, 

zie MOQUETTE. Tijdschrift, deel 42, pag. 1. 

*NYVERHEID. Arakbranderijen, zie HOOYMAN. Verhandelingen, 

deel 2. 



*NIJVERHEID. Bereiding van sacki en van soja, zie TITSING. 


Id. Atjèhsche gouden zilversmeedkunst, zie VELTMAN. 


ld. Inlandsche methoden van hoorn-, been-, schildpad-, 

schelpen-, en paarlemoerbewerking, zie JASPER. 


Id. Java. Afdeeling Bandjarnegara, zie DOES. Tijdschrift, 


* ld. Katoenspinnen en weven, zie HOOYMAN. Verhandelingen, 

deel 2. 

* ld. Katoen uit den pisangboom bereid, zie PARIN- 

GAUW. Verhandelingen, deel 1. 

ld. (Landbouwkundige- in de Padangsche bovenlanden), 


* ld. Kopermijnen en -bereiding in Japan, zie BURGER. 


* ld. Wapenfabricatie op Bornéo, zie HENDRIKS. Verhandelingen, 

deel 18. 

O. 

ÔMMELANDEN van Batavia. Landbouw, zie HOOYMAN. 


OELOE'S en Loeboe's op Sumatra, zie WILLER. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 56, en HENNY, deel 4, pag. 401. 

OENDANG-OENDANG voor Lematang oeloe en ilir en de 

Pasemah, zie GERSEN. Tijdschriftdeel 20, pag. 108. 

OENGARAN-GEBERGTE. Oudheden, zie FRIEDERICH. 


*OEPASBOOM, zie HORSFIELD. Verhandelingen, deel 7. 

OESMAN (Sajid). Tarèkat, zie WALL. Tijdschrift, deel 35, 

pag. 223. 

OLDENBORGH (J. van). Verslag eener reis met Z. M. 

Stoomer Batavia van Ternaté naar de Zuidkust van 

Nieuw-Guinéa tot 141 O. L. Tijdschrift, deel 27 

(1882), pag. 363. ld. naar de Noordkust, pag. 409.


OLDENBORQH (J. van). Verslag eener reis van Ternaté 

naar de Noord- en Noordwestkust van Nieuw- 

Guinéa. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 409. 

ONDERWYS aan de Chineezen op Java, zie ALBRECHT. 


ld. Geschiedenis van eenige Gouvernementsscholen op 

Timor, zie CHYS. Tijdschrift, deel 25, pag. 52. 

ld. (Geschiedenis van het Inlandsch-), zie CHYS. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 212; deel 16, pag. 1; deel 25, 

pag. 1. 

ld. Latynsche scholen en Seminarium te Batavia, zie 


ld. (Middelbaar- in Nederlandsch-Indië), zie HERWY- 

NEN. Tijdschrift, deel 30, pag. 519. 

*OORT (P. van) en Müller (S.) Natuurkundige aanteekeningen 

op eene reis over Java in den aanvang van 

het jaar 1833. Verhandelingen, deel 16. 

*OOST-JAVA. (De Javaan in-), zie BOECKHOLSZ. Verhandelingen, 

deel 8. » 

OOSTKUST van Sumatra, Riouw enz. Fauna, zie KOPS. 


OPHUYSEN (C. A. van). Bataksche Spreekwoorden en 

spreekwijzen. Tijdschrift, deel 34 (1891), pag. 72; 

deel 35, pag. 613. 

Id. De Loeboe's. Tijdschrift, deel 29 (1884), pag. 88 


Id. (C. A. van). Eenige Bataksche raadsels medegedeeld. 

Tijdschrift, deel 28 (1883), pag. 201; deel 

30, pag. 459. 

ld. (C. A. van). Woordenlijst van de taal der Loeboe's. 

(Vervolg van bladz. 100). Tijdschrift, deel 29 (1884), 

pag. 526. 

ld. (Ch. A. van). Maleische taalstudiën I. Tijdschrift, 

deel 46 (1903), pag. 145, zie ook DEWALL, deel 

48, pag. 57. 

Id. (J. A. W. van). Omtrent het ontstaan van eenige 

regentschappen in Benkoelen. Tijdschrift, deel 11 

(1862), pag. 193.


OPHUYSEN (J. A. W. van). Over het grondbezit en de onderscheiding 

der gronden in de 13 Kota's, uit het 

Maleisch. Tijdschrift, deel 3 (1855), pag. 477. 

ORANG BELOM op Banka. Tijdschrift, deel 11, pag. 388. 

ORANG LAOET. Verhalen, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

26, pag. 264. 

ORANG SEKAH, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 26, pag. 264. 

ORANG-UTAN VON DJOHOR. Sprachrudimente, zie MA- 

CLAY. Tijdschrift, deel 23, pag. 303. 

ORDALIUM bij de Toe oen boeloe (Minahasa), zie RIEDEL. 


ORTHOGRAFIE, zie TAALKUNDE; SCHRIFT; FACSIMI 

LE'S. 

*OTTERS, zie WURMB. Verhandelingen, deel 2. 

• OUD BEELD IN BENKOELEN, door v. d. C. Tijdschrift, 

deel 14 (1864), pag. 188. 

OUDEMANS (G. J.) Een en ander over het schrijven van 

Javaansche brieven. Tijdschrift, deel 37 (1894), 

pag. 113. 

ld. (G. J.) Iets over de Basa-Këdaton. Tijdschrift, deel 

37 (1894), pag. 105. 

ld. (J. A. C) Woordenlijst der talen van Ènggano, 

Mentawei en Nias. Tijdschrift, deel 25 (1879), pag. 

484. 

OUDHEDEN. Borneo's Noordkust. Tijdschrift, deel 14, pag. 

91. 

ld. Britsch-Indië's „Archaeological Survey", zie ROUF- 

FAER. Tijdschrift, deel 44, pag. 373. 

ld. Chineesche kunst. Insluimeren van het gevoel voor 

de symbolieke waarde van het ornament, zie BRAN 


Id. Doerga-voorstelling in Hindoesche beeldhouwkunst 

en litteratuur, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 46, 

pag. 213. Prototype en variant, deel 98, pag. 317; 

de Asoera, deel 48, pag. 514. 

* ld. f École française d'Extrême Orient, zie FINOT. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 513.


OUDHEDEN. Hindoeruïnen bij Moeara Takoes aan de Kamparrivier 

met aanteekeningen van Groeneveldt, zie 

VERBEEK. Verhandelingen, deel 41. 

' ld. Inscriptie van Sinéh (Ngawi), met facsimilé. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 235. 

- ld. Javaansch. Twee koperen platen. Tijdschrift, deel 

25, pag. 120. 

ld. Java. Afdeeling Bandawasa (Bësoeki), zie STEIN- 

METS. Tijdschrift, deel 40, pag. 1. 

ld. Java. Badoej's, zie PENNINGS. Tijdschrift, deel 45, 

pag. 370. 

Id. Java. Bagelèn, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 11, 

pag. 443. 

Id. Java. Bandoeng, zie STEINMETS. Tijdschrift, deel 

41, pag. 286. 

Id. Java. Boroboedoer-aanteekeningen, zie JOCHIM. 


ld. Java. Boroboedoer's oorspronkelijke voet, zie YZER- 


Id. Java. Boroboedoer, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 

1, pag. 235, zie deel 2, pag. 1. 

ld. Java. Batoe-toelis bij Buitenzorg, (met Facsimile) 

zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel l.pag. 442; deel 

14, pag. 559; deel 17, pag. 483; deel 27, pag. 90 


Id. Java. Batoe-toelis te Batavia, zie GRAMBERG. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 427. 

Id. Java. Beschreven steenen, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 89- 

ld. Java. Boeddhistenkoning op den Baraboedoer, zie 

GRONEMAN. Tijdschrift, deel 39, pag. 367. 

Id. Java. Boeddhistische Triemoerti (Mendoet), zie WIL 


ld. Java. Boeddhistisch monniksbeeld, en de voornaamste 

moedra's, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 48, 

pag. 37.


OUDHEDEN. Java. Cheribon, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 

4, pag. 146 en 488 en deel 6, pag. 57, zie SEYFF. 

deel 7, pag. 379. 

Id. Java, Controle-afdeeling Prapag, Kedoe, zie AALST. 


Id. Java. Cornelius' oudheidkundige verrichtingen, zie 


Jd. Java. De kohkol van Galoeh. met Soendaneesch 

opschrift, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 24, pag. 583. 

ld. Java. Dièng-gebergte, zie VERWYK. Tijdschrift, deel 

35, pag. 215. 

ld. Java. Gending (Prabalingga-Pasoeroean), zie BODE- 


Id. Java. Gouden Godenbeelden uit Gemoeroeh bij 

Wanasaba, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 47, pag. 

552. 

ld. Java. Hindoe-oudheden aan de grens van Banten, 



deel 21, pag. 146. 

Id. Java. Hoofdtempels in Kedoe en Jogjakarta, zie 

FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 19, pag. 411 en deel 

23, pag. 361. 

ld. Java. Janggebergte, zie KOHLBRUGGE. Tijdschrift, 

deel 41, pag.. 70. 

Id. Java. Jogjakarta's waterkasteel, zie GRONEMAN. 

Tijdschrift, deel 30, pag. 412, met nota VERBEEK, 

pag. 435. 

ld. Java. Kosala, de heilige plaats der Karang-Badoej's, 

zie QUANT. Tijdschrift, deel 41, pag. 588. 

Id. Java. Madjapait in 1815 en 1887, zie VERBEEK. 


Id. Java. Negari-opschrift, gevonden tusschen Kalasan 

en Prambanan, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 31, 

pag. 240. 

Id. Java. Ngasinan en Balak, afdeeling Magelang, zie 

AALST. Tijdschrift, deel 37, pag. 551.


OUDHEDEN. Java. Nota over den toestand waarin eenige 

voorname monumenten van Midden-Java verkeeren, 

zie SERRURIER. Tijdschrift, deel 41, pag. 1. 

Id. Java. Oengaran-gebergte, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 501. 

Id. Java. Pilaar van Madjapahit, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 


Id. Java. Prabalingga (Magelang), zie AALST. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 391. 

Id. Java. (Reis over-), zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 

23, pag. 42. 

Id. Java. Ruïnen van Panataran, zie PORTE. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 263. 

ld. Java. Ruïne Penampikan in Kediri, zie NOORDZIEK. 


ld. Java. Ruïne van Koeta Rosan, zie WISELIUS. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 18. 

Id. Java. Sanskrit op een steen van Prambanan, zie 

KERN. Tijdschrift, deel 20, pag. 219. 

Id. Java. Singasari's Lingga-voetstuk, zie BRANDES. 


Id. Java. Siwah-beelden, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 

20, pag. 57. 

ld. Java. Steenen trap aan den voet van Soembing en 

Sindoro, zie PET. Tijdschrift, deel 16, pag. 472. 

ld Java. Tempelwachters, zie GRONEMAN. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 13. 

Id. Java. Tjandi Idjo, zie GRONEMAN. Tijdschrift, deel 

32, pag. 313. 

Id. Java. Tjandi Prambanan tegenover de andere oudheden, 


* ld. Java. Tjandi Sèwoe. Tijdschrift, deel 31, pag. 327. 

ld. Java. Twee oude berichten over de Baraboedoer, 


ld. Java, zie VORDERMAN. Tijdschrift, deel 36, pag. 

481 ; deel 37, pag. 313. 

ld. Lombok's Bodha's, zie EERDE. Tijdschrift, deel 43, 

pag. 290.


OUDHEDEN. Madoera, zie VORDERMAN. Tijdschrift, deel 

36, pag. 233. 

ld. Makara als haartressieraad, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 21. 

ld. Metalen Çiwahbeeld, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 


- Id. Sumatra. Beeld in Benkoelen. Tijdschrift, deel 14, 

pag. 188. 

Id. Sumatra. Boeddhistische bouwwerken te Moeara 

Takoes, zie YZERMAN. Tijdschrift, deel 35, pag. 48. 

Id. Sumatra. Djambi, zie NEEB. Tijdschrift, deel 45, 

pag. 120, zie ook BRANDES, pag. 128. 

Id. Sumatra. Hindoe monumenten in de bovenlanden 

van Palembang, zie TOMBRINK. Tijdschrift, deel 

19, pag. 1. 

ld. Sumatra. Hindoe oudheden van Padang lawas, zie 

KERCKHOFF. Tijdschrift, deel 32, pag. 487. 

ld. Sumatra. Kota Tjandi, zie GROOT. Tijdschrift, deel 

9, pag. 531. 

ld. Sumatra. Moeara Takoes, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 217. 

ld. Sumatra. (Oostkust). Tijdschrift, deel 12, pag. 230. 

ld. Sumatra. Padang lawas, zie ROSENBERG. Tijdschrift, 


Id. Sumatra. Twee krissen als rijkssierraad in Djambi, 

zie HAMER. Tijdschrift, deel 48, pag. 106. Legenden, 

pag. 113. 

ld. Tempelgrotten van Koeta-ardja, zie KINDER. Tijdschrift, 


ld. Tjandi pari, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 2, 

pag. 394. 

*OUDHEDEN van Java, met kaart, zie VERBEEK. Verhandelingen, 

deel 46, zie HAASE. Tijdschrift, deel 43. 

ld. Wahanna's van het Brahmaansche en Boeddhistische 

pantheon, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 47, pag. 

227.


*OUDHEIDKUNDE. Brambanan, zie MACKENZIE. Verhandelingen, 

deel 7. 

*Id. Hindoeisme op Java, zie BRUMUND. Verhandelingen, 

deel 33. 

*Id. Javaansche monumenten in het kabinet van het 

Bataviaasch Genootschap, zie HOEVELL. Verhandelingen, 

deel 21. 

*Id. Javaansche oudheden, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

* ld. Salatiga, Merbaboe en de zeven tempels, zie DOMIS. 


* ld. Oudheden en inscripties op Soekoeh en Tjetto in het 

Lawoe-gebergte, zie VUS. Verhandelingen, deel 19. 

• *OVERBEEK (D. A.) Aanmerkingen op de Javaansche geschiedenis 

genaamd Sadjara Radja Djawa voorkomende 

in het 1ste en 2de deel der Verhandelingen van 

het Bat. Gen. van K. en W. Verhandelingen, deel 10. 

*Id. (D. A.) Iets over Boeddhoe en zijne leer. Verhandelingen, 

deel 11. 

OVERLEVERING omtrent de reuzen van den berg Patiajam. 

Tijdschrift, deel 6 (1857,\ pag. 275. 

OVERSTRATENS dagboek van een reis. naar Jogjakarta, 

zie ROTHENBULER. Tijdschrift, deel 27, pag. 295. 

OVERZICHT der betrekkingen van de Oost-Indische Compagnie 

met Siam. Tijdschrift, deel 13 (1864), pag. 410. 

P. 

PADANG. Chineesche optocht, zie YOUNG. Tijdschrift, 

deel 27, pag. 560. 

*Id. in het laatst der 18de eeuw, zie NETSCHER. Verhandelingen, 

deel 41. 

PÄDÄNG-LÄWÄS (Sumatra). Hindoe-oudheden, zie KERCK- 

HOFF. Tijdschrift, deel 32, pag. 487. 

ld. Hindoe-oudheden, zie ROSENBERG. Tijdschrift, deel 

3, pag. 58. 

PADANGSCHE BOVENLANDEN. Familieleven, zie TOORN. 

Tijdschrift, deel 26, pag. 205, 514. 

23, 

Bat. Gen. Register


PADANGSCHE BOVENLANDEN. Goudproductie, zie COU 

PERUS. Tijdschrift, deel 5, pag. 122. 

ld. Instellingen der Maleiers, zie COUPERUS. Tijdschrift, 


ld. Landbouwkundige nijverheid, zie COUPERUS. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 295. 

ld. Namen en galar's, zie MANSVELD. Tijdschrift, deel 

23, pag. 442. 

*Id. Reis door eenige districten, zie BURGER. Verhandelingen, 

deel 16. 

ld. Reis door de Z. O. grensdistricten, zie NETSCHER. 


ld. Rijstcultuur op sawah's, zie WAAL. Tijdschrift, deel 

30, pag. 391. ld. op boschgronden, pag. 400. 

ld. Spreekwoorden, zie TOORN. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 553. 

PADMA SOESASTRA. De gladde weduwe (Javaansch sprookje), 

zie PANT. Tijdschrift, deel 31, pag. 1. 

ld. Levend Soerakarta-Javaansch, zie PANT. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 492. 

PADRI-ONLUSTEN. Fragmenten uit een Maleisch handschrift, 

zie HABBEMA. Tijdschrift, deel 30, pag. 473. 

PADARIES (Padri's) in Sumatra, zie PARVÉ. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 249. 

PADRI'S, zie PADARIES. 

PAKOE ALAM. Tijdschrift, deel 23, pag. 126. 

PAKOENTJÈN-DÉSA'S OP JAVA, zie FOKKENS. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 477. 

*PALÈMBANG. (De hoofdplaats-), zie SEVENHOVEN. Verhandelingen, 

deel 9. 

Id. De marga Semindo darat, zie KATE. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 525. 

ld. (De stad-), zie GRAVESANDE. Tijdschrift, deel 5, 

pag. 448, zie ook Verhandelingen, deel 9. 

ld. (De Sultans van- in verhouding tot de Pasemahlanden.) 

Tijdschrift, deel 4, pag. 168, en vgl. pag. 516.


PALEMBANG. Hindoe-monumenten, zie TOMBRINK. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 1, 

Id. Maleisch, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 23, pag. 

517. 

PALÈMBANGSCHE BOVENLANDEN. Kesam, Semendo, 

Makakau, Blalau, zie GRAMBERG. Tijdschrift, deel 

15, pag. 446. 

PALÈMBANGSCHE piagem. Tijdschrift, deel 25, pag. 127. 

PALMBLADHANDSCHRIFTEN. (Het citeeren uit-), zie BRAN 


*PALMBOOMEN, zie WURMB. Verhandelingen, deel 1. 

•PALMEN. De calappus als natuurlijke bliksemafleider, zie 

DULX. Verhandelingen, deel 5. 

*Id. zie WURMB. Verhandelingen, deel 2 en 3. 

*PALMER VÄN DEN BROEK, zie BROEK. 

PALO (Het landschap- en Tandjong Datoe. Borneo), zie 

CROOCKEWIT. Tijdschrift, deel 3, pag. 378. 

PAMENTJANGAH NGOERAH SIDEMEN. Kawi-verhaal, beknopt 

weergegeven, zie WAANDERS. Tijdschrift, 


*PANAI, talen en dialecten, zie RIEDEL. Verhandelingen, 

deel 33. 

PANATARAN. Ruinen, zie PORTE- Tijdschrift, deel 42, 

pag. 263. 

PANDAWA'S, naar het Maleisch, zie TUUK. Tijdschrift, 


PANDJI. Javaansch. Overzicht van het verhaal Sasi-kirana, 


PANEI EN BILA. Sumatra. Tijdschrift, deel 17, pag, 480. 

PANT (D. F. van der). Een paar bladzijden levend Javaansch, 

als proeve van Soerakartasche spreektaal, met bijstand 

van raden Padma Soesastra. Tijdschrift, deel 

30 (1885), pag. 492. 

ld. (D. F. van der), met bijstand van Raden Padma 

Soesastra en vele anderen. De gladde weduwe. Een 

Javaansch sprookje in de Soerakartasche spreektaal 

naverteld. Tijdschrift, deel 31 (1886), pag. 1,


•PANTHEISME, zie BUDDINQH. Verhandelingen, deel 23. 

PANTOEN'S. (Ternataansche), zie CAMPEN. Tijdschrift, deel 

30, pag. 443, 624. 

PAPOEA-DIALECTEN, zie MACLAY. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 372. 

PAPOEA EN NEGRITO-TALEN, zie MEYER. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 441, correctie. Tijdschrift, deel 21, 

pag. 120. 

PAPOEA'S in de Dorèh-baai, Zwangerschap en geboorte, 

zie HASSELT. Tijdschrift, deel 43, pag. 556 ; deel 

46, pag. 287. 

*PARADYSVOGELS. Beschrijving, zie CORNABE. Verhandelingen, 

deel 5. 

*PARARATON (Kèn Arok) of het Boek der Koningen van 

Tumapel en Majapahit, zie BRANDES. Verhandelingen, 

deel 49. 

*PARINGAUW (J. H.) Over de bereiding van een soort van 

katoen uit den pisangboom. Verhandelingen, deel 1. 

PARVE (H. A. Steijn). De secte der Padaries. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 249. 

PASEMAH-LANDEN in hunne verhouding tot de Sultans 

van Palembang. Tijdschrift, deel 4, pag. 168 en 

vgl. p. 516. 

PASEMAH OELOE MÄNA door Raffles onderworpen, zie 

VISSER. Tijdschrift, deel 28, pag. 314. 

PASEMAH, zie GRAMBERG. Tijdschrift, deel 16, pag. 536. 

*PAS1R (Babad-). Tembang met vertaling, zie KNEBEL. Verhandelingen, 

deel 51. 

ld. (Bornéo). Legendarisch ontstaan van het Vorstenhuis, 

zie IN'TVELD. Tijdschrift, deel 27, pag. 557. 

ld. Mendagei. Asahan, zie BOR. Tijdschrift, deel 17, 

pag. 377. 

*PASOEROEAN (Dialect van Malang-), zie LABBERTON. 




PÄSOEROEHÄN, zie Pasoeroean.


PASOEROEWAN, zie PASOEROEAN. 

PATI AJAM. (Overlevering omtrent de reuzen van den berg-). 


PAWOEKON. Voorspellingskunst der Javanen, zie NET- 

SCHER. Tijdschrift, deel 6, pag. 511; HAGEMAN, 

deel 7, pag. 130. 

*PEKALONGAN. Tegal'sch dialect, zie WALBEEHM. Verhandelingen, 

deel 54. 

PELALAWAN, zie FAES. Tijdschrift, deel 27, pag. 489. 

PELANDOEK DJINAKA. V. Dissel's vertaling beoordeeld, 


PENAMPIKAN. Tempelruïne bij het Wilisgebergte, zie 

NOORDZIEK. Tijdschrift, deel 5, pag. 425. 

*PENNINGKUNDE. De Indische munten beschreven en afgebeeld, 

zie NETSCHER. Verhandelingen, deel 31. 

PENNINGS (Ant. A.) De Badoewi's in verband met enkele 

oudheden in de residentie Bantam. Tijdschrift, deel 

45 (1902), pag. 370. 

PEPADONWEZEN in de Lampong's, zie HISSINK. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 69. 

*PEPAKEM TJERBON. Oud wetboek in tekst en vertaling, 


*PEPER. De Oost-Indische soorten, zie BLUME. Verhandelingen, 

deel 11. 

PÉRAK. (Vestiging der Nederlanders in-), zie KRUYT. Tijdschrift, 

deel 33, pag. 596. 

PERANG ATJÈH (Sjair) vertaald, zie BLOK. Tijdschrift, deel 

30, pag. 568. 

PÉTANGAN. Makassaarsche en Boegineesche kotika's, zie 

MATTHES. Tijdschrift, deel 18, pag. 1. 

ld. Voorspellingskunst der Javanen, zie NETSCHER. 

Tijdschrift, deel 6, pag. 511 en HAGEMAN, deel 7, 

pag. 130. 

PET (G. A.) Verslag omtrent een langs den voet van den 

Soembing en den Sindoro ontgraven steenen trap. 


*PHARMACOGNOSIE. Medicinal plants of Java, zie HORS- 

FIELD. Verhandelingen, deel 8. «


PHILIPPINEN. Einwohnerzahl, zie MEYER. Tijdschrift, deel 

20, pag. 434. 

Id. Talen, zie MEYER. Tijdschrift, deel 80, pag. 441, 

correctie deel 21, pag. 120. 

PHILIPS (C. F.) Het broedergevecht uit de wajang Kerno 

Tandingan. Tijdschrift, deel 7 (1858), pag. 33-44. 

ld. (C. F.) Overzicht van het Javaansche verhaal Poethoet 

Gondho Prono. Tijdschrift, deel 6 (1857), pag. 

202. 

ld. (C. F.) Overzicht van het Javaansch verhaal Sasikirono. 


PHILOLOGIE, zie TAALKUNDE, WOORDENBOEKEN. 

PHONOGRAAF (Islam en de-), zie HURGRONJE. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 393. 

PIAGEM. Palembang. Tijdschrift, deel 25, pag. 127. 

PIAGEM'S. Bantensche Sultansproclamatie, zie TUUK. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 134. 

ld. Een pyagem van Sultan Ageng, zie BRANDES. 


ld. Lampong's, zie TUUK. Tijdschrift, deel 29, pag. 191. 

Id. van Mataram, Banten, Palembang, zie BRANDES. 


deel 35, pag.. 110 en 209; deel 37, pag. 119; deel 

42, pag. 131 en 491; deel 43, pag. 577; deel 45, 

pag 272; zie ook deel 25, pag. 127. 

PIETERS. Èngganeesche woordenlijst, zie HELFR1CH. Tijdschrift, 


ld. onder de zeeroovers van Mangindanao. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 492. 

PINOH (Borneo's Westerafdeeling). (Landschappen aan den 

Boven-), zie BARTH. Tijdschrift, deel 39, pag. 588. 

*PISANG. (Katoenbereiding uit de- boom),z/e PARINGAUW. 


PLAATSNAMEN. Buurt Rijswijk te Batavia, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 328. 

Id. Jogjakarta, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, pag. 

415.


PLAATSNAMEN. Soendaneesch, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 177. 

Id. Java. Verbeterde spelling, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 268. 

*PLANTKUNDE, altingia excelsa rasamala, lignum papuanum, 

zie NORONA. Verhandelingen, deel 5. 

*Id. Analyse van rarak-vruchten, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7. 

*Id. Bakoeng of crinum asiat., zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7. 

* ld. Biologie. Warmte-ontwikkeling in planten, zie HASS- 

KARL. Verhandelingen, deel 17. 

Id. Boomen en planten in Riouw, Oostkust van Sumatra 

enz., zie KOPS. Tijdschrift, deel 2, pag. 271. 

*Id. Bijdragen natuurlijke historie, zie WURMB. Verhandelingen, 

deel 4. 

*Id, Cryptogamae, zie JUNGHUHN. Verhandelingen, deel 

17. 

*Id. Descriptio arboris Ranghas, zie NORONA. Verhandelingen, 

deel 5. 

*Id. Doornrolpalm, poelpalm, zie WURMB. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. Eenige gewassen op den Salak, zie BLUME Verhandelingen, 

deel 9. 

* ld. Gatipboom, zie HORSFIELD. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. Indische pepersoorten, zie BLUME. Verhandelingen, 

deel 11. 

*Id. Inlandsche plantennamen, zie SCHEFFER. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 319. 

* ld. Javaansche eiken, zie BLUME. Verhandelingen, deel 9. 

*Id. Loranthaceae, zie KORTHALS. Verhandelingen, deel 

17. 

*Id. Medicinal plants of Java, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 8. 

*Id. Moespalm, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

*Id. Oopas or poison tree, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7.

Naam -' en zaakregister. 192 

*PLANTKUNDE. Synopsis plantarum oeconomicarum universi 

regni Japonica, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 12. 

*Id. Relatio plantarum Javanensium, zie NORONA. Verhandelingen, 

deel 5. 

*Id. Tupeia, zie KORTHALS. Verhandelingen, deel 17. 

*Id. Vorstenlanden, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 8. 

*Id. zie WURMB. Verhandelingen, deel 1. 

PLEYTE (C.) Hoe de Batak's over wijlen Dr. H. N. VAN DER 

TUUK dachten. Tijdschrift, deel 47 (1904), pag. 468. 

POELAU TELANDJANG, zie ÈNGGANO. 

POELOE SI MALOE of Hog-island, (ten Westen van Sumatra), 


POELOE SI MALOER, zie LANGEN. Tijdschrift, deel 27, 

pag. 380. 

*Id. Oebin, zie LOGAN. Verhandelingen, deel 22. 

POENSEN (C.) Aanteekeningen op de lakon Djaladara-rabi. 


ld. (C.) Lakon Karta-Wyoga. Tijdschrift, deel 29 (1884), 

pag. 101. 

POETHOET Gandha Prana. Javaansch verhaal. Inhoudsoverzicht, 


*POEZIE. Toezang aan het Bataviaasch genootschap, zie 

IPEREN. Verhandelingen, deel 2. 

POGG1-EILANDEN (Mentawei-groep), zie HINLOPEN. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 319. 

*PONGO of orang oetan uit Bornéo, zie WURMB. Verhandelingen, 

deel 2 

POSSO, Todjo en Saoesoe, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 

35, pag. 1. 

POTTENBAKKERY, zie DOES. Tijdschrift, deel 36, pag. 1. 

PORTE (J. André de la) en Knebel (J.) De ruïnen van Panataran, 

met situatiekaart en platten grond. Tijdschrift, 

deel 42, (1900), pag. 263. 

PORTUGEESCHE en Hollandsche Gouverneurs over Amboina, 

zie LUDEK1NG. Tijdschrift, deel 14, pag. 524.


PORTUGEESCHE vestiging op Timor, zie CASTRO. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 465. 

Id. woorden in het Koepang-Maleisch, zie DONSELAAR. 


*PORTUGEESCH-MALEISCHE oorlogen, zie HAGEMAN. 


POTTHÄST (H. W. C.) De afdeeling Groote-Dajak. Tijdschrift, 

deel 14 (1864), pag. 324. 

*PRAAUW, zie PRAHOE. 

PRÄBÄLINGGÄ (Magelang-Kedoe). Hindoe-oudheden, zie 

ÄÄLST. Tijdschrift, deel 41, pag. 391. 

*PRÄHOE-GEBERGTE, z/eDOMIS. Verhandelingen, deel 12. 

PRAffiBANAN. Steen met Sanskrit-opschrift, zie KERN. 


PRAPAG (Controle-afdeeling-), Kedoe. Hindoe-oudheden, zie 

AALST. Tijdschrift, deel 43, pag. 482. 

*PRAPANJTJA'S lofdicht op Hajam woeroek van Madjapait, 


PRÉANGER. (Priangan). District Djampang tengah, zie 

HOOGEVEEN. Tijdschrift, deel 7, pag. 493. 

ld. Geschiedenis der Soendalanden, zie HÄGEMAN. 


deel 19, pag! 201. 

ld. Geschiedkundige bijdrage voor de Soendalanden. 

Uit het Maleisch, zie WALBEEHM. Tijdschrift, deel 

6, pag. 247. 

*Id. Hoogte van bergen, zie REINWARDT. Verhandelingen, 

deel 9. 

ld. Kawi-handschriften, zie NETSCHER. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 469. 

PRÉANGER-REGENTSCHAPPEN en Bataviasche ommelanden. 

Meerdere voordeden, zie NEDERBURG. 

Tijdschrift, deel 3, pag. 110, 195, 299. 

*Id. (Geschiedenis der-), zie REES. Verhandelingen, deel 

39. 

ld. Geschiedenis, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 17, pag. 

316. 



PREEK van den duivel. Javaansch, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 506. 

PREHN (R. C. van) Äanteekeningen betreffende Borneo's 

Westkust. Tijdschrift, deel 7 (1858), pag. 5—32, 

486-492. 

PREHN WIESE, zie WIESE. 

*PRINSES BALKIS. Maleisch verhaal met vertaling, zie WYK. 


PRINS MÄURITS' brief aan den Sultan van Atjèh. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 162. 

*PROEVE eener N.-I. bibliographie, zie CHYS. Verhandelingen, 

deel 37, 39. 55. 

Id. van Älfoersche poezy. Tijdschrift, deel 6 (1857), 

pag. 258. 

*Id. van hoog-, gemeen en berg-Javaansch. Verhandelingen, 

deel 2. 

PROEVEN van Redjangsch. Tijdschrift, deel 30 (1885), pag. 

484. 

*PROSTITUTIE in China. Verhandelingen, deel 32. 

PRUYS VÄN DER HOEVEN, zie HOEVEN. 

*PULO, zie POELO. 

PYNÄPPELS woordenboek. Verbeteringen, zie HÄBBEMÄ. 


*PYNIGING, zie RÄDERMACHER. Verhandelingen, deel 2. 

PLATE (L. M. F.) Bijdrage tot de kennis der gebruiken bij 

verloving en huwelijk in de onderafdeeling Ämpat 

Lawang. Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 16. 

R. 

RAADGEVINGEN, Maleisch gedicht van Radja Ali, zie 

NETSCHER. Tijdschrift, deel 7, pag. 67. 

RAADSELS. Bataksche, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 

28, pag. 291 ; deel 30, pag. 459. 

ld. Benkoelen, zie HELFRICH. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 98. 

* ld. (Javaansche- in proza), zie RÄNNEFT. Verhandelingen, 

deel 47.


*RÄÄDSELS (Javaansche- in poëzie), zie RANNEFT. Verhandelingen, 

deel 49. 

ld. Javaansche strophe. Tijdschrift, deel 36, pag. 231. 

ld. Javaansch, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 20, pag. 

570. 

ld. Javaansch, zie STIRUM. Tijdschrift, deel 34, pag. 

364. 

ld. Nufoorsch, zie HASSELT. Tijdschrift, deel 45, pag 

557. 

ld. Madoereesch, zie SPIEGEL. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 285. 

ld. (Menangkabausche), zie HARMSEN. Tijdschrift, deel 

23, pag. 258. 

ld. (Soendasche), zie HOLLE. Tijdschrift, deel 17, pag. 

369. 

RÄÄT (H.) Hoe de maan zich in tweën verdeelde, uit het 

Maleisch. Tijdschrift, deel 7 (1858), pag. 78. 

RÄET (J. A. M. van Cats baron de). Reis in de Bataklanden 

in Dec. 1866 en Jan. 1867. Tijdschrift, deel 

22 (1876), pag. 164. 

ld. (J. Ä. M. van Cats baron de). Vergelijking van den 

vroegeren toestand van Dèli, Serdang en Langkat 

met den tegenwoordigen. (Reisverslag van Februari 


RÄDERMACHER (Mr. J. C M.) Bedenkingen over den tegenwoordigen 

staat van China. Verhandelingen, deel 4. 

*Id. (Mr. J, C. M.) Bedenkingen over Tartarye en Japan 

en de ontdekkingen der Russen aan de Oostkust 

van Azië en Westkust van Amerika. Verhandelingen, 

deel 4. 

*Id. (Mr. J. C. M.) Bericht wegens de zware aardbeving 

van. 22 Jan. 1780. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (Mr. J. C. M.) Beschrijving van het eiland Bornéo, 

voor zoo ver hetzelve tot nu toe bekend is. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. (Mr. J. C. M) Beschrijving van het eiland Sumatra. 



RÄDERMÄCHER (Mr. J. C. M.) Bijdragen tot de beschrijving 

van Japan. Verhandelingen, deel 3. 

*Id. (Mr. J. C. M.) en Mr. W. VÄN HOQENDORP. 

Korte schets van de bezittingen der N. O. I. Maatschappij, 

benevens eene beschrijving van het Koningrijk 

Jaccatra en der stad Batavia. Verhandelingen, 

deel 1. 

*Id. (Mr. J. C. M.) Korte beschrijving van Celebes, 

Timor, Sumbawa, Lombok, en Bali. Verhandelingen, 

deel 4. 

•Id. (Mr. J. C. M.) Korte schets van het Half-eiland 

beoosten die rivier. Verhandelingen, deel 4. 

*Id. (Mr. J. C. M.) Korte schets van den tegenwoordigen 

staat van het Hindostansche Rijk en het Halfeiland 

bewesten de Ganges. Verhandelingen, deel 4. 

* ld. (Mr. J. C. M.) Over de doodstraffe en het pijnigen. 


*Id. (Mr. J. C. M.) Proeven nopens de verschillende gedaante 

en kleur der menschen. Verhandelingen 

deel 2. 

*Id. (Mr. J. C. M.) Register der geslachten van de drie 

rijken der natuur in het Maleisch, Hollandsch en 

Latijn. Verhandelingen, deel 1. 

. *Id. (Mr. J. C. M.). Verschil der tijdrekening bij de 

Aziatische volkeren en derzelver vergelijking voor de 

jaren 1779 en 1780. Verhandelingen, deel 1. 

RÄDJÄ ALI HÄDJI van Riouw. Twaalf spreukgedichten met 

^ vertaling, zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 2, pag. 11. 

*RÄFFLES (T. S,) Copies of two of the ancient inscriptions 

on copper plates dug up in the vicinity of Surabaya, 

rendered from the ancient Kawi character into 

the Roman. Verhandelingen, deel 8. 

•Id, Discourse 24 April 1813. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. Discourse on the 11 September 1815. Verhandelingen, 

deel 8. 

* ld. Onderwerping van Pasemah Oeloe Mana, zie VISSER. 



*RÄFFLES (Stamford) Discourse of Sir Stamford Raffles on 

the 11 September 1815. Verhandelingen, deel 8. 

*Id. (Th. Ä. Stamford) Discourse delivered on 24 April 


RÄMÄYÄNÄ. Maleische redacties, zie WYK. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 401. 

RÄNGHÄS-BOOM, zie NORONÄ. Verhandelingen, deel 5. 

*RÄNNEFT (W. Meyer). Verklaring van de meest bekende 

Javaansche raadsels in poëzie 1896. Verhandelingen, 

deel 49. 

*Id. (W. Meyer). Verklaring van de meest bekende Javaansche 

raadsels in proza, 1893. Verhandelingen, 

deel 47. 

RÄOENG EN IDJIN. Uitbarsting, zie BOSCH. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 265. 

RÄNODJÄPO (Minahasa), zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 521. 

*RÄPPORT over 's Compagnie's regt op de Groote Oost 

door Klerk (R. de\ Mijlenbroek (J. E. van) en Älting 

(W. A.). Verhandelingen, deel 33. 

Id. van de reis van den controleur Schwartz naar Bangli 

(met een kaartje). Tijdschrift, deel 43 J 901), pag. 124. 

ld. van een reis van den controleur voor de politieke 

aangelegenheden vergezeld door den Poenggawa 

van Soekasada Goesti Njoman Raka van 27 Januari 

t/m Februari 1900, (met kaartje en plattengrond.) 

Tijdschrift, deel 43 (1901 \ pag. 554. 

RÄRÄK-VRUCHTJES scheikundig ontleed, z/eHORSFIELD. 


*RÄSÄDJÄNAGÄRÄ, Hajam woeroek, koning van Madjapait, 


*RASAMALA, zie NORONÄ. Verhandelingen, deel 5. 

»RECHTSPLEGING, doodstraf en pijniging, zie RADER- 


*RECHTSWEZEN. Java. Tjerbonsch wetboek, zie HAZEU 


RECHTSPRAAK. Volgens den Islam, Tijdschrift, deel 18, 

pag. 418.


RECTIFICATIE. Tijdschrift, deel 40 (1899), pag. 590. 

REDEVOERINGEN. Bornéo. La récente expédition scientifique, 

zie NIEUWENHUIS. Tijdschrift, deel 40, pag. 

508. 

*Id. Discourse on the 11 Sept. 1815, zie STAMFORD 

RAFFLES. Verhandelingen, deel 8. 

*Id. Lofrede op Jan Pieterszoon Koen, zie SERIERE. 


ld. Mededeelingen omtrent de Toradja's, zie ÄDRIÄNI. 


*Id. zie STAMFORD RAFFLES. Verhandelingen, deel 7. 

REDJÄNGSCH. Tijdschrift, deel 30, pag. 484. 

*REES (O. van) Geschiedenis der Préanger-regentschappen. 


REGENBEZWERING bij de Toradja's, zie KRUYT. Tijdschrift, 


REGEERING. Instructie voor den G. G. GERARD REYNST. 


•REGISTER (Alphabetisch) op 41 deelen verhandelingen, 

deel 41. 

*Id. der geslachten van drie natuurrijken. Maleisch, 

Hollandsen en Latyn, zie RÄDERMÄCHER. Verhandelingen, 

deel 1. 

*Id. op de Babad tanah djawi, zie BRANDES. Verhandelingen, 

deel 51. 

Id. op de deelen 13 tot 24 van het Tijdschrift, van het 

Bataviaasch Genootschap, zie CHYS. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 598. Lijst van medewerkers, deel 24, 

pag 611. Id. id. 25—36, zie CHYS, deel 6, pag. 

700, 424. 

*Id. op de 18 eerste deelen der Verhandelingen, deel 

18. 

ld. op de 12 eerste deelen van het Tijdschrift, zie CHYS. 


REGISTERS. Een oude lijst van Maleische handschriften, 


*REIGER, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3.


*REINWÄRDT (C. G. C) Over de hoogte enz. van eenige 

bergen in de Préanger-regentschappen. Verhandelingen, 

deel 9. 

REISBESCHRIJVINGEN. Äroe- en Kei-eilanden, zie EYBER- 

GEN. Tijdschrift, deel 15, pag. 220 en 293. 

Id. Äsahan, zie BOR. Tijdschrift, deel 17, pag. 377. 

SCHEEMAKER, deel 17, pag. 412. 

Id. Bali. Controleur Schwartz naar Bangli, Tijdschrift, 

deel 43, pag. 124. 

*Id. Bali en Lombok, zie ZOLLENGER. Verhandelingen, 

deel 22. 

Id. Bali. Naar Karang-asem en Kloengkoeng. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 108. Naar Tabanan en Badoeng, pag. 

132. 

Id. Bali. Politieke reis. Tijdschrift, deel 43, pag. 554. 

Id. Bali, zie BRUMUND. Tijdschrift deel 13, pag. 

362. 

*Id. Bima, Soembawa, Celebes, Saleijer, en Flores, zie 

ZOLLENGER. Verhandelingen, deel 23. 

ld. Bima, Timor, Moluksche eilanden, Menado, Oost- 

Java, zie BIK. Tijdschrift, deel 15, pag. 125. 

ld. Bornéo. Doesoen ilir, zie Bangert. Tijdschrift, deel 

9, pag. 134. 

ld. Bornéo. Kahajan, zie MAKS. Tijdschrift, deel 6, 

pag. 6. 

ld. Bornéo. Kapoeas en Kahajan, zie Tijdschrift, deel 

10, pag. 466. 

ld. Bornéo. Koetei's bovenlanden, zie TROMP. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 273. 

ld. Bornéo. La récente expédition scientifique, zie 

NIEUWENHUIS. Tijdschrift, deel 40, pag. 508. 

ld. Bornéo. Moealang- en Sekadan-Dajak's, zie WES 

TENENK. Tijdschrift, deel 39, pag. 305. 

ld. Bornéo. Naar Palo en Tandjong Datoe, zie CROOC- 

KEWIT. Tijdschrift, deel 3, pag. 378. 

ld. Bornéo. Sampit en Ketingan-gebied, zie MICHIEL- 

SEN. Tijdschrift, deel 28, pag. 1.

Naa m = en zaakregister. 200 

REISBESCHRIJVINGEN. Borneo's westerafdeeling, zie 

WIESE. Tijdschrift, deel 10, pag. 104. 

In. Bovenstreken van Kota Pinang, zie LÄRIVE Tijdschrift, 

deel 18, pag. 240. 

ld. Door den Archipel, zie BERNSTEIN. Tijdschrift 

deel 17, pag. 79. 

ld. Ènggano, zie Tijdschrift, deel 19, pag. 155 en 

WINKLER. Tijdschrift, deel 46, pag. 558. 

ld. Flores. Manggarai, zie DAGBOEK, enz. Tijdschrift 

deel 36, pag. 113, zie VERSLAG, enz. pag. 281. 

*Id. Java de Solo-rivier en Oostelijk-java, zie HORS- 

FIELD. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. Java. Journey teBrambanan, zie MACKENZIE. Verhandelingen, 

deel 7. 

*Id. Java. Mineralogie van Banten, zie HORNER. Verhandelingen, 

deel 17. 

* ld. Java. (Natuurkundige aanteekeningen op een reis 

over-), zie OORT. Verhandelingen, deel 16. 

*Id. Java. Overstraten's Dagboek van een reis naar Jogjakarta, 

zie ROTHENBUHLER. Tijdschrift, deel 27 

pag. 295. 

*Id. Java. Salatiga, Merbaboe en de zeven tempels, zie 

DOMIS. Verhandelingen, deel 10. 

*Id. Java. Van Welèri naar het gebergte Praauw (Prahoe) 


Id. Java. West-Banten, zie BIK. Tijdschrift, deel 16 

pag. 260. 

ld. Karimon djawa-eilanden, z/eMETMÄN. Tijdschrift 

deel 31, pag. 140. 

ld. Lingga, Reten (Retih) en Manda (Mandah). Riouwarchipel, 

zie TOBIAS. Tijdschrift, deel 10, pag. 81 

ld. Mentawei-eilanden, zie MESS. Tijdschrift, deel 26 

pag. 63. 

ld. Molukken. Batjan en Makjan, met een kaart zie 

BRUMUND. Tijdschrift, deel 5, pag. 323. 

ld. Molukken, zie BERNSTEIN. Tijdschrift deel 14 

pag. 399.

N a a m= eri zaakregister. 20 L 

REISBESCHRIJVINGEN. Nieuw-Guinéa Dorèh, zie GOLD 

MAN. Tijdschrift, deel 15, pag. 475; deel 16, pag. 392. 

ld. Nieuw-Guinéa, Goram, Cérarn-laut, Oost-Céram 

(Séran), zie CRAB. Tijdschrift, deel 13, pag. 531. 

ld. Nieuw-Guinéa. Landschap Bahaam, zie DISSEL. 


ld. Nieuw-Guinéa. (Nederlandsen gedeelde), CLERCQ. 


ld. Nieuw-Guinéa (Noord-). Expeditie, zie MOOLEN- 

BURGH. Tijdschrift, deel 47, pag. 168 en 381. 

In. Nieuw-Guinéa (Noordkust), zie HORST. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 217. 

ld. Nieuw-Guinéa. Rapport van Zwaardecroon en Chasteleijn 

betreffende Weijland's reis, zie HAGÄ. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 235. 

ld. Nieuw-Guinéa van Ternaté naar Z. Nieuw-Guinéa, 

zie OLDENBORGH. Tijdschrift, deel 27, pag. 363, 

id. naar de Noordkust, pag. 109. 

ld. Noesa Baroeng, zie ARENDS. Tijdschrift, deel 27, 

pag. 173. 

ld. Poeloe si maloer, zie LANGEN. Tijdschrift, deel 27, 

pag. 380. 

ld. Riouw. Anambas-, Natoena- en Tambilan-eilanden, 


ld. Riouw enz., zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 12, 

pag. 233, 357. Tijdschrift, deel 14, pag. 1. 

ld. Siak, zie GRAMBERG. Tijdschrift, deel 13, pag. 

497. 

ld. Siam, zie LOUDON. Tijdschrift, deel 12, pag. 380. 

Id. Sumatra. Bataklanden. Si Gompoelon en Si Lindong, 

zie HENNY. Tijdschrift, deel 17, pag. 1. 

*Id. Sumatra. Bataklanden, zie HAAN. Verhandelingen, 

deel 38. 

Id. Sumatra. Bataklanden, zie RAET. Tijdschrift, deel 22, 

pag. 164. 

*Id. Sumatra. Door eenige districten der Padangsche 

bovenlanden, zie BURGER. Verhandelingen, deel 16. 


N a a m- en zaakregister. 

2Ô2 

REISBESCHRIJVINGEN. Sumatra. Gloegoer VI Kota, zie 

DELDEN. Tijdschrift, deel 27, pag. 128. 

ld. Sumatra. Lampongsche districten, zie KöHLER. 


ld. Sumatra. Lampongsche districten, zie KöHLER. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 132. 

ld. Sumatra. Mapat Toenggoel en Moeara Soengei Lolo 

VI Kota, zie NEUMANN. Tijdschrift, deel 29, pag. 1 


Id. Sumatra. Naar Moeara Soengei Lolo VI Kota Kampar 

en Mapat Toenggoel, zie BALLOT. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 471. 

ld. Sumatra. (Oostkust), Dèli, Serdang en Langkat, vroeger 

en thans, zie RAET. Tijdschrift, deel 23, pag. 20. 

ld. Sumatra (Oostkust). Si Baloengoen, Tandjoeng Kasau, 

Tanah Djawa en Si antar, zie DYK. Tijdschrift, deel 

37, pag. 145, zie KROESEN. Tijdschrift, deel 39, 

pag. 229. 

Id. Sumatra. Padangsche bovenlanden, Z. O. grensdistricten, 


Id. Sumatra. Toba-meer, zie HAGEN. Tijdschrift, deel 

31, pag. 328. 

Id. Sumatra, zie HORNER. Tijdschrift, deel 10, pag. 322. 

Id. Sumatra. Zuidelijke nederzettingen vanGroot-Atjèh, 

zie GOOSSENS. Tijdschrift, deel 29, pag. 465. 

ld. Ternaté, zie GOLDMAN. Tijdschrift, deel 7, pag. 203. 

Id. Timor. Reis naar de Noe mina rivier, zie VER- 

STEGE. Tijdschrift, deel 25, pag. 121. 

ld. Zuidwestereilanden, zie EYBERGEN. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 193. 

REMBANGSCHE DÉSALEGENDEN, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 486. 

*REUS (G. C. Klerk de). Geschichtlicher Ueberblick der administrativen, 

rechtlichen und finanziellen Entwicklung 

der Nied. O. I. Com. 1894. Verhandelingen, deel 47. 

Id. (R. G. Klerk de). Vermeestering van Chisura in 1781 

en 1795. Verhandelingen, deel 38.


RETIH, Lingga en Mandah, zie TOBIAS, Tijdschrift, deel 

10, pag. 81. 

REYNST. (Instructie voor den Gouverneur-Generaal-), Tijdschrift, 

deel 1, pag. 117. 

RIAU, zie RIOUW. 

RIEDEL (J. G. F.) Bantiksche legenden ; met vertaling. Tijdschrift, 

deel 17 (1859), pag. 258. 

*Id, (J. G. F.) Bijdrage tot de kennis der talen en dialecten 

op de eilanden Luzon, Panai, Balang nigi, 

Solog, Sangi- en Noord of Midden-Célébes. (Met 

een kaart\ Verhandelingen, deel 33. 

ld. (J. G. F.) De bekentenis van een Holontaloschen 

Ponggoh. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 270. 

ld. (J. G. F.) De eedsaflegging bij de Tooe-oen-boeloe 

in de Minahasa. Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 

369. 

ld. (J. G. F.) De landschappen Holontalo, Limoeto, 

Boné, Boalémo en Kattinggola of Andagilé. Tijdschrift, 

deel 19 (1870), pag. 45. 

ld. (J. G. F.) De Minahassa in 1825. Tijdschrift, deel 

18 (1868-1872), pag. 458. 

ld (J. G. F.) De pateda-hoelawa of de gouden armband, 

eene Holontalosche vertelling in het oorspronkelijke 

medegedeeld, vergezeld van een Nederlandsche 

vertaling en aanteekeningen. Tijdschrift, deel 

21 (1875), pag. 209. 

ld. (J. G. F.) De Sesamboh of Sangische volksliederen. 


ld. (J. G. F.) De tiwoekar of steenen graven in de 

Minahasa. Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 379. 

ld. (J. G. F.) De vestiging der Mandaren in de Tominilanden. 


ld. (J. G. F.) De vroegere rechten en verplichtingen der 

vrije Alifoeroe's van Noord-Sélébes. Tijdschrift, deel 

18 (1868-1872), pag. 157. 

ld. (J. G. F.) De uitbarsting van de Awoeh-Taroena in


1856; in Sangi-Siawoehsch dialect, met vertaling. 


RIEDEL (Dr. J. G. F.) De watu reruméran né Empung of 

de steenen zetel der Empong's in de Minahassa, met 

eene plaat. Tijdschrift, deel 40 (1898), pag. 188. 

ld. (J. G. F.) Een Toe-oen-boeloesch ordalium. Tijdschrift, 

deel 14 (1864), pag. 506. 

ld. (J. G. F.) Het landschap Boeooi. Tijdschrift, deel 

18 (1868-1872), pag. 189. 

ld. (J. G. F.) Het landschap Bolaäng-Mongondouw. Tijdschrift, 

deel 13 (1864), pag. 266. 

ld. (J. G. F.) Het oppergezag der vorsten van Bolaang 

over de Minahassa. (Bijdrage tot de kennis der oude 

geschiedenis van Noord-Sélébes). Tijdschrift, deel 

17 (1869), pag. 505. 

ld. (J. G. F.) Sangi-manganitusche woordenlijst. Tijdschrift, 

deel 10 (1861), pag. 375. 

ld. (J. G. F.) Tooe Oenséasche fabelen met vertaling en 

aanteekeningen. Tijdschrift, deel 17 (1869), pag. 

302. 

ld. (J. G. F.) Twee volksverhalen in het dialect der 

Orang Lawoet of orang Sekah van Belitoeng. Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag. 264. 

ld. (J. G. F.) Zeerooverijen op de kusten der Minahasa 

(1776—1777). Tijdschrift, deel 14 (1864), pag. 511. 

*RIGG (J.) A dictionary of the Sunda language of Java. 


*Id. (J.) Sketch of the geology of Jasinga. Verhandelingen 

deel 17. 

RINGEN. Inscripties, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 5, 

pag. 471 ; deel 7, pag. 141. 

RINNOOY. (N.) Maleisch-Kissersche woordenlijst. Met eene 

inleiding van Dr. J. BRANDES. Tijdschrift, deel 31, 

(1886), pag. 149. 

RIOUW. Anambas-, Natoena- .en Tambilan-eilanden, zie 

KROESEN, Tijdschrift, deel 21, pag. 235.


RIOUW-ARCHIPEL. Lingga, Retih en Mandah, zie TOBIAS. 


RIOUW (Boomen en planten in de residentie- enz.), zie KOPS. 


ld. (De residentie- ten deele beschreven), zie NET- 


ld. en Onderhoorigheden. Tochtjes, zie NETSCHER. 

Tijdschrift, deel 12, pag. 233, 357; deel 14, pag. 1. 

ld. (Geschiedenis van het rijk van Lingga en-). Tijdschrift, 

deel 4, pag. 411. 

ld. Oostkust van Sumatra enz. Fauna, zie KOPS. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 480. 

ld. vrijhaven in 1833. Tijdschrift, deel 3, pag. 48. 

ROBINSON (W.) Proeve tot opheldering van de gronden 

der Maleische spelling. Uit het Engelsen vertaald 

door E. NETSCHER. Verhandelingen, deel 26. 

ROBINSON'S Maleische spelling. Opmerkingen, zie STUART. 

Tijdschrift, deel 6, pag. 37. Antw. deel 6, pag. 156. 

ROEST (J. L. D. van der). Uit het leven der bevolking van 

Windèssi (Ned. Nieuw-Guinéa). Tijdschrift, deel 40 

(1898), pag. 150. 

ROKANSTAATJES. Politieke toestand, zie QUAST. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 408. 

*ROMO. (Rama). Javaansch gedicht, zie WINTER. Verhandelingen, 

deel 21. 

RONGKOB, vogelnestgrot in Jogjakarta, zie KOMOAN. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 516. 

RONKEL (Dr. Ph. S. van). De kroon der Koningen. Tijdschrift, 

deel 41 (1899), pag. 55. 

Id. (Dr. Ph. S. van). De oorsprong van het Maleische 

woord bagai. Tijdschrift, deel 46 (1903\ pag. 241. 

ld. (Dr. Ph. S. van). De oorsp;ong van het Maleische 

woord kamandikai. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 

476. 

ld. (Dr. Ph. S. van). De oorsprong van het Maleische 

woord tjoema. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 71.


RONKEL (Dr. Ph. S. van). Een bericht over vampirisme bij 

een Syrischen schrijver. Tijdschrift, deel 46(1903), 

pag. 95. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Eene Arabische verhandeling over 

de zwaartekracht. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 

243. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Een Hebreeuwsch woord van Maleischen 

oorsprong? Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 

492. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Een Maleische brief van 1608, uit 

Siam gezonden aan den Hollandschen Kapitein te 

Patani. Tijdschrift, deel 45 (1902), pag. 286. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Een Maleisch telwoord in hetTeloegoe? 


ld. (Dr. Ph. S. van). Een Soendasch Hamzahverhaal. 


ld. (Dr. Ph. S. van). Een toevoegsel op de Sadjarah 

Malajoe. Tijdschrift, deel 44 (1901), pag. 358. 

ld. (Dr, Ph. S. van). Een Uilespiegel en een Dwerghertverhaal 

in het Kangéansch. Tijdschrift, deel 44 (1901), 

pag. 60. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Het Tamil-element in het Maleisch. 


• ld. (Dr. Ph. S. van). Het verhaal van den held Samâ' 

oen en van Maria de Koptische (Hikajat Samâ' 

oen). Tijdschrift, deel 43 (1901), pag. 444. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Hindoestani en Maleisch. Tijdschrift, 

deel 43 (1901), pag. 583. 

• ld. (Dr. Ph. S. van\ In memoriam Dr. J. L. A. BRAN 

DES. Tijdschrift, deel 48 (1905), pag. 89. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Over de herkomst van enkele 

Arabische bastaanwoorden in het Maleisch. Tijdschrift, 

deel 47 (1904), pag. 189. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Over den invloed der Arabische 

syntaxis op de Maleische. Tijdschrift, deel 41 

(1899), pag. 498.

N a a tn= en zaakregister. 207 

RONKEL (Dr. Ph. S. van). Over den oorsprong van het 

Maleische woord binara. Tijdschrift, deel 46 (1903), 

pag. 92. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Over de herkomst van het Maleische 

woord djodo. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 

128. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Over den oorsprong van het Maleische 

woord pawai. Tijdschrift, deel 46 (1903), 

pag. 469. 

• ld. (Dr. Ph. S, van). Over een oude lijst van Maleische 

handschriften. Tijdschrift, deel 42 (1900), pag. 309. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Poëtische geschiedenis van den 

Profeet in het Javaansch. Tijdschrift, deel 44 (1901), 

pag. 97. 

ld. (Dr. Ph. S. van). Tamil-woorden in Maleisch gewaad. 


ROO (Dr. L. W. G. de). De conspiratie van 1721. Tijdschrift, 

deel 15 (1866), pag. 362. 

ld. (Dr. L. W. O. de). J. W. CRANSSEN te Ternaté 

1799-1801. Tijdschrift, deel 16 (1867), pag. 503. 

*ROOS (S.) Het eiland Soemba. Verhandelingen, deel 36. 

Id. (S.) Iets over Éndéh. Tijdschrift, deel 24 (1877), 

pag. 481. 

ROSENBERG (H. C. B. von). Beschrijving van Singkil, de 

landen liggende langs de Simpang-kanan en de 

Banjak-eilanden, benevens eenige korte aanteekeningen 

nopens de Simpang-kiri. Tijdschrift, deel 

3 (1855), pag. 397. 

ld. (H. C. B. von). Ènggano en zijne bewoners. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 370. 

* ld. (H. C. B. von). Hindoe-oudheden in Padang Lawas. 

Tijdschrift, deel 3 (1855), pag 58. 

ld. (H.) Beschrijving van een gedeelte van Céram. (Met 


ld. (H. von). De Mentawei-eilanden. (Met een kaartje). 


N a a m= en zaakregïster. 208 

*ROSENBERG. Nias en bewoners, zie NIEWENHUISEN. 


ROTÉ, zie ROTI. 

ROTHENBUHLER (F. J.) Dagregister gehouden op een reis 

naar Djokjakarta door den Gouverneur van Overstraten 

in 1792. Tijdschrift, deel 27 (1882), pag. 295. 

* ld. (F. J.). Levensbericht door E. KETJEN. Verhandelingen, 

deel 41. 

* ld. (F. J.) Rapport van den staat van het landschap 

Soerabaya in 1812. Appendix: Levensbericht van F. 

J. ROTHENBUHLER door E. KETJEN. Verhandelingen, 

deel 41. 

ROTINEESCH eedformulier, zie WIGGERS. Tijdschrift, deel 

36, pag. 279. 

ROTINEESCHE woorden in het Koepang-Maleisch, zie DON 

SELAAR. Tijdschrift, deel 20, pag. 357. 

ld. woorden, zie KLEIAN. Tijdschrift, deel 37, pag. 209. 

ROTI en de Rotineezen, zie JACKSTEIN. Tijdschrift, deel 

20, pag. 350. 

ld. Mededeelingen. Tijdschrift, deel 27, pag. 549. 

*ROTKOORTS, zie DUURKOOP. Verhandelingen, deel 2. 

ROTTI, zie ROTI. 

• ROUFFAER (G. P.) De T Archaeological Survey" in Britsch- 

Indië. Tijdschrift, deel 44 (1901), pag. 373. 

*RUSSISCHE ontdekkingen (Oostkust van Azië, Westkust van 

Amerika),z/e RADERMACHER. Verhandelingen, deel 4. 

RUTTE (Mr. J. M. Ch. E. Ie). De schaking bij den Makassaar, 

in verband met de hedendaagsche toestanden. 


*RYCK (A. van). Over de zeden en gewoonten der bewoners 

van den berg Bromo. Verhandelingen, deel 7. 

RYSTBOUW en rijstoogst op Lombok. Gebruiken daarbij. 

zie EERDE. Tijdschrift, deel 45, pag. 563. 

RYSTCULTUUR in Tapanoeli, zie HASSELT. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 502. 

ld. op sawah's inde Padangsche bovenlanden, zie WAAL. 

Tijdschrift, deel 30, pag. 391 ; id. boschgronden 

pag. 400.


*RYSTMOLENS, zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 3. 

*RYSTSCHAARSTE. Eetbaie wortelen, zie AANMERKINGEN 

OP DE VRAAG enz. Verhandelingen, deel 3. 

*RYST, zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 3. 

RYSWYK (Naamsoorsprong van de buurt — te Batavia\ zie 


*SACKI- en soja-bereiding, zie TITSING. Verhandelingen, 

deel 3. 

SADJARAH MELAJOE. Een toevoegsel, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 358. 

ld. Feiten en cijfers, zie TENDELOO. Tijdschrift, deel 

40, pag. 61. 

*SADJARAH RADJA DJAWA, zie IPEREN. Verhandelingen, 

deel 1, 2, 3. Aanmerkingen, zie OVERBEEK. Verhandelingen, 

deel 10. 

*SALAK. Eenige gewassen beschreven, zie BLUME. Verhandelingen, 

deel 9. 

SALATIGA. Gelegenheid en gezondheid, zie BOEKHOLD. 


ld. zie DOMIS. Verhandelingen, deel 10. 

SALA, zie SOERAKARTA. 

SALÈH (Raden). Lontar-handschriften, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 450. 

SALEIER, zie STOK. Tijdschrift, deel 15, pag. 398, en zie 

SÄLEYER. 

SALEM (District), zie TJÄNDRÄ NÄGÄRÄ. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 509. 

*SALEYER, reisbeschrijving, zie ZOLLENGER. Verhandelingen, 

deel 23. 

SALS1LAH Bestaman, olèh Boepatih Madjalengka Raden 

Adipati Aria Kartadiningrat, di ambil toeroenan olèh 

anaknja No. 17 Raden Bèi Koeroewaningajoeda 

(not. 1899, pag. 163). Tijdschrift, deel 42 (1900), pag. 

135. 



SAMBAS EN MAMPAWA. Eerste proeve eener kroniek, zie 

WILLER. Tijdschrift, deel 3, pag. 516 ; deel 6, pag. 69. 

SAMBAS. (Kronyk van- en Soekadana), zie NETSCHER. 


SAMP1T-STROOMGEBIED, zie MICHIELSEN. Tijdschrift, 


*SAMPIT-WOORDENLIJST, zie TIEDTKE. Verhandelingen, 

deel 36. 

SANDJA1, zie SINDJAI. 

*SANGIREESCH. Het verhaal van den gulzigaard, zie 

SCHWARZ. Verhandelingen, deel 56. 

SANGGAU (Bornéo), zie BAKKER. Tijdschrift deel 29, pag. 

353, nalezing pag. 591. 

*SANGI-E1LANDEN. Talen en dialecten, zie RIEDEL. Verhandelingen, 

deel 33. 

SANGI-MANGANITOE woordenlijst, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 10, pag. 375. 

SANGISCHE volksliederen, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 17, 

pag. 281. 

SANSKRIT-OPSCHR1FT gevonden tusschen Kalasan en 

Prambanan, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 31, 

pag. 240. 

ld. op een steen van Prambanan, zie KERN. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 219. 

SANSKRIT-ORIGINEEL en Oud-Javaansche bewerking van 

het Adiparwa, zie HAZEU. Tijdschrift, deel 44, pag. 

289. 

SAOESOE, Todjo en Posso (Menado), zie HOEVELL. Tijdschrift, 


SAPOEDI-ARCHIPEL, zie JOCHIM. Tijdschrift, deel 36, 

pag. 343. 

ld. zie VERWYK. Tijdschrift, deel 35, pag. 234. 

SASAKSCHE woordenlijst, zie VORDERMAN. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 404. 

SASI KIRANA. Javaansch verhaal, zie PHILIPS. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 43.


SAVOE, zie TEFFER. Tijdschrift, deel 23, pag. 347 en 

HUMME. pag. 359. 

SAW1ÈTTO. (Celebes). Contract, zie MORRIS. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 213. 

SCHAALJE (M.) Bijdrage tot de kennis der Chineesche geheime 

genootschappen. Tijdschrift, deel 20 (1870), 

pag. 1. 

ld. (M.) De kleine voeten der Chineesche vrouwen. 


SCHAANK (S. H.) De Kongsi's van Montrado. Bijdrage tot 

de geschiedenis en de kennis van het wezen der 

Chineesche vereenigingen op de Westkust van Borneo 

(Met eene schetskaart). Tijdschrift, deel 35 (1893), 

pag. 498; deel 36, pag. 417. 

ld. (S. H.) Iets over de Dajaksche sterrekunde. Tijdschrift, 

deel 32 (1889), pag. 435. 

SCHAKING bij den Makassaar, in verband met hedendaagsche 

toestanden, zie RUTTE. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 300. 

SCHEEPVAART (Handel en- te Timor Koepang in 1853). 


ld. Riouw, vrijhaven in 1833. Tijdschrift, deel 3, pag. 48. 

SCHEFFER (Dr. R. H. C. C) Inlandsche plantennamen. 


•SCHEIKUNDE. Analyse bron Tjipanas, zie KRIEL Verhandelingen, 

deel 8. 

*Id. Analyse van rarak-vruchijes, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7. 

*ld. Met vaste lucht bezwangerde bron in Parakanmoentjan 

(g), zie HORSFIELD. Verhandelingen, deel 7. 

*Id. Ontleding van vulkanische ertsen, zie HORSFIELD. 


SCHEPERN (L). De bevolking van Billiton. Tijdschrift, deel 

9 (1860), pag. 56. 

SCHIFF (D. W.) Kolonisatie op Java. Tijdschrift, deel 17 

(1869), pag. 110.


*SCHILLET (H.) Eenige waarnemingen omtrent de cholera 

orientalis. Verhandelingen, deel 13. 

*SCHINDELE (P. F.) Verslag omtrent de te Amboina gedurende 

1838 heerschende ziekte. Verhandelingen, 

deel 17. 

SCHLEGEL (G) Chineesche mouches. Tijdschrift, deel 14 

(1864), pag. 569. 

*Id, (Dr. G.) Hoa Tsien Ki of Geschiedenis van het 

gebloemde briefpapier. Chineesche roman vertaald. 


ld. (Dr. G.) Iets omtrent de betrekkingen der Chineezen 

met Java vóór de komst der Europeanen aldaar. 


*Id. (G.) Sinico Aryaca ou recherches sur les racines 

primitives dans les langues chinoise et aryennes. 


SCHOLEN (Latynsche- en Seminarium te Batavia), zie CHYS. 


SCHOT (J. G.) Bijdrage tot de kennis van oud-Bintan. Tijdschrift, 

deel 32 (1889), pag. 602. 

ld. (J. G ) Het Stroomgebied der Kateman. Bijdrage 

tot de kennis van Oost-Sumatra. (Met een kaarl). 

Tijdschrift, deel 29 (1884', pag. 555. 

*SCHOUMANG (Verhandeling over wouwouwen), zie IPEREN. 


SCHRIFT DER MALEIERS, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 471. 

SCHWANER (C.) Maatschappelijke instellingen en gebruiken 

der Dajaks van Doesoen, Moeroeng en Siang. Tijdschrift, 

deel 1, (1853), pag. 201. 

ld. (C.) Tanah Boemboe. Tijdschrift, deel 1 (1853), 

pag. 335. 

SCHWARTZ (H. J. E. F.) Nota over den politieken en 

economischen toestand van het landschap Kwantan. 


ld. (J. Aib. T.) De benamingen Tontemboan en Tompakéwa. 



*SCHWARZ (J. A. M. T.) en N. ADRIANI. Het verhaal van 

den gulzigaard in het Tontemboansch, Sangireesch 

en Barèe. Verhandelingen, deel 56. 

Id. (J. A. T.) Voorloopige mededeelingen omtrent Minahassische 

Uilespiegel-verhalen. Tijdschrift, deel 

46 (1903), pag. 310. 

ld. Reis naar Bangli. Tijdschrift, deel 43, pag. 124. 

*SCOTT. Bron-analyse, zie KRIEL. Verhandelingen, deel 8. 

*SEISMOLOGIE Aardbeving van 22 Jan. 1780, zie RADER- 


*Id. zie ERUPTION FROM THE TOMBORO MOUN 

TAIN. Verhandelingen, deel 8. 

SEKAH-bevolking van Billiton, zie VERSTEGE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 201. 

*SÉLÉBES, zie CELEBES. 

*SEMARANG. Djapara'sch dialect, zie WALBEEHM. Verhandelingen, 

deel 54. 

SEMARANG'S stedelijk wapen, zie HAGEMAN. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 440. 

SEMINARIUM EN LATYNSCHE scholen te Batavia, zie 


SEMINDO DARAT. Eene marga van Palembang, zie KATE. 


SERAMPAS EN SOENGAI TENANG (Sumatra), zie KLERKS. 


SÉRAN, zie CÉRAM. 

SERAWAJ- EN BESEMAHSCHE letterkunde, zie HELFRICH. 


*SERAWAJSCH(BESEMAH'SCH en- dialect), zie HELFRICH. 


SERDANG, Dèli en Langkat, zie RAET. Tijdsein ift, deel 

23, pag. 20. 

*SER1ÈRE (G. de) Lofrede op Jan Pieterszoon Koen. Verhandelingen, 

deel 11. 

SERRURIER (Dr. L.) Aperçu des travaux de la Société pendant 

1'an 1897. Tijdschrift, deel 40 (1898), pag. 325.

Naam= en z a a k r e gi s t e r. 214 

SERRURIER (Dr. L.) Die Korwâre oder Ahnerbilder Neu- 

Guinéa's; ein Beitrag zu Geschichte der bildenden 

Kunst, Mit zwei Tafeln u. einer Karte. Tijdschrift, 

deel 40 (1898\ pag. 287. 

Id. (Mr. L) Kaart van Oud-Banten. Tijdschrift, deel 

45, pag. 257. 

Id. (Mr. L.) Nota over den toestand waarin eenige 

voorname monumenten van Midden-Java verkeeren. 


SESAMBON OF SANGISCHE volksliederen. Tijdschrift, 

deel 17, pag. 281. 

SÉSÉ'N TÄOLÄ. Barèe taal, met vertaling, zie ÄDRIÄNI. 


*SEVENHOVEN (J. J. van) De hoofdplaats Palembang. Verhandelingen, 

deel 9. 

SEVERYN. Ènggano onderzocht in 1854, zie STRÄÄTEN. 


ld. Poggi-eilanden (Mentawei-groep), zie H1NLOPEN. 


SEYFF (R. F. de). Oudheden in Cheribon. (Met 2 platen). 

Tijdschrift, deel 7 (1858\ pag. 379. 

*SEYNE KOK, zie KOK. 

SHÄMÄNISME op Java en Madoera, zie LEKKERKERKER. 


*SIÄK (De Nederlanders in Djohor en-), zie NETSCHER. 


ld (Het rijk van-), zie ÄNROOY. Tijdschrift, deel 30, 

pag. 259. 

ld. Reisbeschrijving, zie GRÄMBERG. Tijdschrift, deel 

13, pag. 497. 

Id. Sri indrapoera, zie NIEUWENHUYZEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 388. 

ld. (Aanteekeningen gehouden op eene zending naar-), 

zie LOUDON. Tijdschrift, deel 12, pag. 380. 

SLAM. Betrekkingen met de O.-I. Compagnie. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 410. 

ld. (Koning van- op den Baraboedoer), zie GRONEMÄN, 


Naa m= en zaakregister, 215 

SIANG, zie DAJAK'S. 

SIÄOE (Eiland-). Geographische en ethnographische aanteekeningen, 

zie D1NTER. Tijdschrift, deel 41, pag. 

324. 

SIAUW, zie SIAOE. 

SIDIN(G)SCHE DAJAK'S, zie KATER. Tijdschrift, deel 16, 

pag. 183. 

*SIEBOLD (Dr. von). Iets over de acupunctuur (naaldensteekkunde) 

in Japan; getrokken uit eenen brief van 

den Japansch-Keizerlijken naaldensteker Isi Saka 

Sotels. (Met een plaat). Verhandelingen, deel 14. 

*Id. (Dr. von). Over de afkomst der Japanners. Verhandelingen, 

deel 13. 

*Id. (Dr. von). Over de Japansche vroedkunde. Verhandelingen, 

deel 10. 

*Id. (Ph. Fr. de). Epitome linguae Japonicae. Verhandelingen, 

deel 11. 

*Id. (Ph. Fr. de). Synopsis plantarum oeconomicarum 

universi regni Japonici. Verhandelingen, deel 12. 

*SIKKANEESCH. Bijdragen tot de kennis van dit dialect, 

zie CALON. Verhandelingen, 50. 

SIKKAASCH dialect, zie CALON. Tijdschrift, deel 35, pag. 

129. 

SIKKA-WOORDENLIJST, zie CALON. Tijdschrift, deel 33, 

pag. 501 ; deel 37, pag. 283. 

SILAJARA, zie SALEIER. 

S1MELOENGOEN, Bataklanden, zie KROESEN. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 253. 

SIMPANG KANAN, Singkil enz. Geografisch en Ethnografisch 

en woordenlijst, zie ROSENBERG. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 397. 

SINDJAI (De afdeeling-), zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 11, 

pag. 265. 

SINDORO EN SOEMBING. (Steenen trap aan den voet van-) 

zie PET, Tijdschrift, deel 16, pag. 472. 

v SINÉH (Siné). Inscriptie met facsimile. Tijdschrift, deel 2, 

pag. 235.


SINGAMÄHÄRÄDJA'S GEBOORTE, zie JAMES. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 134. 

SINGÄPÄRNÄ. Beteekenis van den naam, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 177. 

SINGASARFS Lingga-voetstuk, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 461. 

SINGKIL, Simpang kanan en Banjak-eilanden. Geografisch 

en Ethnografisch en woordenlijst zie ROSENBERG. 


*SINICO~ARYACA, ou recherches sur les racines primitives 

dans les langues chinoise et aryennes, zie SCHLE 

GEL. Verhandelingen, deel 36. 

SIWÄH-BEELDEN of Boeddha Beelden ? zie WILSEN. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 57. 

SIWAHBEELD. (Metalen-), zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 


*SJATR BIDÄSÄRI. (Maleisch), zie HOEVELL. Verhandelingen, 

deel 19. 

SJÄ'IR RADJA MAMBANG DJOEARI. Inhoudsopgave, zie 

SPAT. Tijdschrift, deel 45, pag. 333. 

SLAVERNY EN PANDELINGSCHAP in de Lampongs, zie 

GROOT. Tijdschrift, deel 27, pag. 452. 

SLAVERNY OP LOMBOK, zie LIEFRINCK. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 503. 

SNACKEY. (Arnold). Berichten en mededeelingen. Tijdschrift, 

deel 28 (1883), pag. 473 en 578; deel 30 (1885), 

pag. 631. 

SNELTOCHT aan den Boven-Kapoeas, zie KATFR. Tijdschrift, 

deel 16 pag. 252. 

SNOUCK HURGRONJE (Dr. C), zie HURGRONJE. 

^SOCIOLOGIE. Prostitutie in China. Verhandelingen, deel 32. 

ld. zie STAATHUISHOUDKUNDE, en STATISTIEK. 

SOEKADANA. (Kronyk van Sambas en-), zie NETSCHER. 


* ld. (Overzicht der afdeeling-), zie BARTH. Verhandelingen, 

deel 50.


*SOEKOEH EN TJETTO (Tjëta) op den berg Lawoe. Oudheden 

en inscripties, zie VLIS. Verhandelingen, 

deel 19. 

SOELOE-EILANDEN, zie SOLLOK. 

•SOEMBA (Het eiland-), zie ROOS. Verhandelingen, deel 

36. 

ld. Historische aanteekeningen, zie ALDERWERELT. 


SOEMBANEESCH-HOLLANDSCHE woordenlijst, zie AL 

DERWERELT. Tijdschrift, deel 34, pag. 234. 

SOEMBA, zie ALDERWERELT. Tijdschrift, deel 33, pag. 565. 

SOEMBAWA. Economisch en ethnographisch, zie LIGT- 

VOET. Tijdschrift, deel 23, pag. 555. 

*Id. Reisbeschrijving, zie ZOLLENGER. Verhandelingen, 

deel 23. 

*Id. Tomboro mountain, zie ERUPTION FROM THE-. 


•Id. zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 4. 

SOEMBING EN SINDORO. (Steenen trap aan den voet van-), 

zie PET. Tijdschrift, deel 16, pag. 472. 

SOENDALANDEN. Batoe toelis bij Buitenzorg verklaard, 

zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 1, pag. 442; 

deel 14, pag. 559; deel 17, pag. 483 ; deel 27, pag. 


ld. Geschiedenis der Préanger-regentschappen, zie HOL 

LE. Tijdschrift, deel 17, pag. 316. 

•ld. Geschiedenis der Préanger-regentschappen, zie 

REES. Verhandelingen, deel 39. 

ld. Geschiedenis, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 16, 


ld. Geschiedkundige bijdrage uit het Maleisch, zie WAL- 

BEEHM. Tijdschrift, deel 6, pag. 247. 

ld. Indische Land- en Volkenkunde, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 568. 

ld. Inlandsche kaart, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 24, 

pag. 168. 



SOENDALANDEN. Koedjang en badi, zie HURGRONJE. 

Tijdschrift, deel 47, pag. 387; zie ook HAZEU, 

pag. 398. 

ld. (Oostelijke-), Volksinstellingen, zie CAMARECQ. 


ld. Salsilah Bestaman, olèh boepati Madjalengka. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 135. 

ld. Vijf koperen platen van Kebantenan, zie HOLLE. 


*SOENDANEESCH (Bergjavaansch), zie PROEVE. Verhandelingen, 

deel 2. 

Id. De plaatsnaam Singaparna, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 177. 

ld. Dongèng, zie U1LKENS. Tijdschrift, deel 18, pag. 284. 

ld. Dwerghert-verhalen, zie KERN. Tijdschrift, deel 42, 

pag. 356. 

ld. Formulieren bij overlijden, zie WINATA. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 211. 

ld. handleiding van COOLSMA. Beoordeeling, zie UIL- 

KENS. Tijdschrift, deel 21, pag. 248; zie COOLSMA. 


ld. Inscriptie in Tasik malaja, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 586. 

*SOENDANEESCH-ENQELSCH WOORDENBOEK, zie RIGG. 


SOENDANEESCHE tolk van Grashuis beoordeeld, zie COOLS 

MA. Tijdschrift, deel 23, pag. 1, zie pag. 593. 

SOENDANEESCH. Hamzahverhaal, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 213. 

ld. Inscripties te Kawali en Djamboe, zie FRIEDERICH. 


ld. Kaboepatèn Lebak. Tijdschrift, deel 37, pag. 563. 

Vertaling, zie STOORVOGEL, pag. 590. 

ld. Kawi-handschriften in de Préanger, zie NETSCHER. 


ld. Kitab pakih, zie BROUWER. Tijdschrift, deel 19, 

pag. 411.


SOENDANEESCH met Latijnsche karakters, zie GRASHUIS. 

Tijdschrift, deel 19, pag. 490; zie HOLLE, deel 20, 

pag. 91. 

ld. Sindir's, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 6, pag. 114. 

ld. Snippers, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 17, pag. 558; 

deel 19, pag. 472; deel 20, pag. 63, 153 en 231; 

deel 27, pag. 99. 

ld. Spreekwoorden, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 10, 

pag. 62. 

SOENDANEEZEN. Bijgelovigheden, zie W1LSEN. Tijdschrift, 


45. 

*SOENDASCHE eilanden, zie BYVOEQSELS TOT BE- 

SCHRYV1NG. Verhandelingen, deel 3. 

ld. raadsels, zie HOLLE. Tijdschrift, deel 17, pag. 

369. 

ld. spreekwoorden, zie U1LKENS. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 395. HOLLE, (deel 19, pag. 271) ; deel 20, 

pag. 327; deel 21, pag. 183. 

SOENGEI PAGOE en XII KOTA'S. Rapport. Tijdschrift, deel 

43, pag. 569. 

SOEPPA. (Celebes). Contract, zie MORRIS. Tijdschrift, deel 

36, pag. 202. 

SOERABAJA. Oudheden van Koeta Rosan, zie WISELIUS. 


*Id. ('t Landschap- in 1812), z/eROTHENBUHLER. Verhandelingen, 

deel 41. 

SOERABAJA'S burgerlijke gezaghebbers, zie CHYS. Tijdschrift, 

deel 39, pag. 520. 

SOERAKARTA. Bericht nopens eene kaart van de hoofdplaats. 


ld. Metalen Çiwahbeeld, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 


SOERAKARTA. Titels der grooten, zie WINTER. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 459. 

*SOJA-bereiding, zie TITSING. Verhandelingen, deel 3.


SOLLOK-ARCHIPEL. Zeeroovers, zie JANSEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 211. 

*SOLOG. Talen en dialecten, zie RIEDEL. Verhandelingen, 

deel 33. 

SOLOREESCH, zie LEEMKER. Tijdschrift, deel 36, pag. 421. 

SOLOR-EILANDEN, zie KLUPPELL. Tijdschrift, deel 20, 

pag. 378, 

SOLO, zie SOERÄKÄRTA. 

*SOMMER (F. von). Catalogus der geologische bestanddeelen 

van Nieuw-Holland. Verhandelingen, deel 22. 

SPÄT (C.) Inhoudsopgave van het Maleische gedicht Sjâir 

Râdja Mambang Djoeâri. Tijdschrift, deel 45 (1902), 

pag. 333. 

SPIEGEL (H. van den). Eenige Madoereesche versjes, raadsels 

en spreekwoorden. Tijdschrift, deel 37 (1894), 

pag. 285. 

*SPIN, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

SPREEKWOORDEN. (Bausche), zie ECK. Tijdschrift, deel 

18, pag. 170; deel 21, pag. 122 en 377. 

ld. Bataksch, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 34, pag. 

72; deel 35, pag. 613. 

ld. Madoereesch, zie SPIEGEL. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 285. 

ld. Menangkabausch, zie HÄBBEMÄ. Tijdschrift, deel 

25, pag. 417; deel 26, pag. 168 en 234. 

ld. Menangkabausch, zie TOORN. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 553. 

ld. (Soendasche), zie UILKENS. Tijdschrift, deel 18, pag. 

395. (HOLLE, deel 19, pag. 271); deel 20, pag. 327; 

deel 21, pag. 183. 

STAATHUISHOUDKUNDE. Bali. Economische toestand 

van het rijk Bangli, zie L1EFRINCK. Tijdschrift deel 

24, pag. 180. 

Id. Bali, zie L1EFRINCK. Tijdschrift, deel 33, pag. 233. 

Id. Celebes. Vroegere rechten en verplichtingen der 

vrije Alifoeroe's, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 157.


STAATHUISHOUDKUNDE. Communaal grondbezit op Java, 

zie LÄERNE. Tijdschrift, deel 22, pag. 254. 

ld. Exploitatie van Boeroe, zie WILLER. Tijdschrift, deel 

2, pag. 403. 

ld. Grondbezit in de XIII Kota's (Sumatra's Westkust), 

zie OPHUYZEN. Tijdschrift, deel 3, pag. 477. 

ld. Meerdere voordeelen uit de Jacatrasche en Préangerregentschappen, 

zie NEDERBURQ. Tijdschrift, deel 

3, pag. 110, 195 en 299. 

ld. Soembawa, zie LIGTVOET. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 555. 

STAATSINRICHTING. Sumatra's Westkust. Inlandsch bestuur, 

zie LINDEN. Tijdschrift, deel 4, pag. 257. 

STÄMVERDEELING bij de Batak's, zie DYK. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 295. 

STATISTIEK der Aroe-eilanden, zie BOSSCHER. Tijdschrift, 


Id. der Zuid-Wester-eilanden, zie BOSSCHER. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 419. 

*Id. Doodlijsten van Batavia, zie DOODLYSTEN. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. Philippijnen. Einwohnerzahl, zie MEYER. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 434. 

*STEEGE. (J. van der). Bericht nopens de inenting te Batavia 

en tot hoeverre met de inenting gevorderd is, 

en wat daarbij is waargenomen. Verhandelingen, 

deel 1. 

*Id. (J. van der). Bericht van de proefnemingen met den 

door kunst gemaakten magneet. Verhandelingen, 

deel 1. 

*Id. (J. van der). Bericht wegens een doodelijke watervrees. 


*Id. (J. van der). Nader bericht aangaande de inenting 

der kinderziekte te Batavia. Verhandelingen, deel 1. 

STEENEN BEITELS in het Museum van het Bataviaasch 

Genootschap, zie BROUWER. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 67.

Naam - en zaakregister. 222 

- STEINMETS (H. E.) Oudheidkundige beschrijving van de afdeeling 

Bandawasa (residentie Besoeki) met twee 

platen, drie kaarten en vele tekstfiguren. Tijdschrift, 

/U deel 40 (1890f, pag. 1. 

Id. (H. E.) Over eenige oudheden in Bandoeng. Tijdschrift, 

deel 41 (1899), pag. 286. 

STEYN PARVE, zie PÄRVE. 

STERREKUNDE. Dajak's, zie SCHÄÄNK. Tijdschrift, deel 

32, pag. 435. 

ld. Zodiakbekers van den Tengger, zie KOHLBRUGGE. 


STIRUM (O. J. H. van Limburg). Javaansche raadsels. Tijdschrift, 

deel 34 (1891), pag. 364. 

STOK (Dr. J. P. v. d.). Gresik's koperen zonnewijzer, zie 

TJÄNDRÄ NÄGÄRÄ. Tijdschrift, deel 27, pag 47. 

ld. (N. P. van der). Het eiland SÄLEYER. Tijdschrift, 

deel 15 (1866), pag. 398. 

STOORVOGEL (Ä. P.) Vrije vertaling van de Hikajat nganggo 

dangding basa Soenda Banten, Parahiyang, tjarios 

kaäjan di kaboepatèn Lebak. Gedicht. Tijdschrift, 

deel 37 (1894), pag. 590. 

STORMER (J.) Schets der Obi-eilanden. (Met een Schetskaart). 


STORM VAN 's GRAVESANDE, zie GRAVESANDE. Tijdschrift, 


STRAATEN (J. van der) en Severyn (P.) Verslag van een 

onderzoek van het eiland Ènggano in 1854. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 338. 

STRAITS BRANCH of the Royal Asiatic Society. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 215. 

STUART (A. B. Cohen). Boekaankondiging. Geschiedenis 

van Java door J. WOLBERS. Tijdschrift, deel 19 

(1870), pag. 154. 

Id. (Ä. B. Cohen). Boekbeoordeeling. Vervolg op Gericke's 

Jav. Nederl. woordenboek door JÄNSZ. 



*STUART (A. B. Cohen). Brata-Joeda, Indisch-Javaansch 

heldendicht. Met voorrede, inleiding, verklaring, 

registers enz. 2 dln. Verhandelingen, deel 27 en 

28. 

Id. (Ä. B. Cohen). De beschreven balken afkomstig uit 

de troonzaal van den voormaligen kraton te Martapoera 

in Bandjerrnasin. Tijdschrift, deel 17 (1869), 

pag. 548. 

Id. (Ä. B. Cohen). Eenige opmerkingen en bedenkingen 

naar aanleiding van de „Proeve tot opheldering van 

de gronden der Maleische spelling door W. RO 

BINSON, vertaald door E. NETSCHER". Tijdschrift, 

deel 6 (1857), pag. 37. Antwoord van NETSCHER. 


Id. (Ä. B. Cohen). Eenige opmerkingen naar aanleiding 

van VON DEWALL'S ontwerp van een Maleisch 

woordenboek, enz. {zie deel 6). Tijdschrift, deel 7 

(1858), pag. 287. 

ld. (A. B. Cohen). Een Maleisch handschrift met klankteekens. 


ld. (A. B. Cohen). Een oud vuurwapen van Jakatra. 

(Met een plaat;. Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 

70. 

ld. (A. B. Cohen). Een paar rectificaties. Tijdschrift, 

deel 16 (1867), pag. 189. 

- ld. (A. B. Cohen) en v BROUWER (J. J. Limburg). Beschreven 

steenen op Java. (Met een plaat). Tijdschrift, 

deel 18 (1868—1872), pag. 89. 

ld. (A. B. Cohen). Etymologie van ja-itoe, istiar, mërbot 

en modin. Tijdschrift, deel 19 (1870), pag. 540. 

ld. (A. B. Cohen). Inscriptie op den gedenksteen aan 

den weg van Jakatra. (Met een facsimile van de 

inscriptie op den gedenksteen van PIETER ERBER- 

VELD). Tijdschrift, deel 19 (1870), pag. 270. 

ld. (A. B. Cohen). Nieuwe bijdragen tot de kennis der 

Moehammedaansche tijdrekening in den Indischen 

Archipel. Tijdschrift, deel 20 (1873), pag. 195.


STUART (Ä. B. Cohen).*Repliek aan den heer VON DE 

WÄLL (zie deel 8). Verbetering der hierin voorkomende 

drukfouten, bl. 354. Tijdschrift, deel 12 

(1862), pag. 1-116, 354-356. 

Id. (Ä. B.Cohen). Toelichting. Tijdschrift, deel 20 (1873) 

pag. 151. 

Id. (Dr. Ä. B. Cohen) in memoriam, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 422. 

SUIKERFABRICÄTIE. Ampas als brandstof, zie CHYS. Tijdschrift, 


*SUIKERMOLENS, houtgebrek, zie JÄCOBI. Verhandelingen 

8 

deel 2. 

*Id. 2réH00YMAN. Verhandelingen, deel 1, zie TEIS- 

SEIRE. Verhandelingen, deel 5. 

SUMATRA. Baros, zie DEUTZ. Tijdschrift, deel 22, pag. 156. 

ld. Bataklanden. Kemali, pantang en reboe bijdeKaro- 

Batak's, zie NEUMANN. Tijdschrift, deel 48, pag. 505. 

ld. Bataklanden. Reis naar Si Gompoelon en Si lindong 

zie HENNY. Tijdschrift, deel 17, pag. 1. 

ld. Bataklanden, zie MEERWALDT. Tijdschrift deel 

37, pag. 513. 

* Id '^ksch - Karo-Bataksche vertellingen, zie JOU- 

STRÄ. Verhandelingen, deel 56. 

ld. Batak's. (Oud bericht aangaande de —), zie HAAN 


ld. Patak's. Stamverdeeling, zie DYK. Tijdschrift, deel 

38, pag. 296. 

ld. Batak's. Tijger en bijgeloof, zie HELDERMAN. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 170. 

ld. Batang-haridistricten. Nota van aanvulling, zie 

TWISS. Tijdschrift, deel 45, pag. 93. 

ld. Battareligion, zie HAGEN. Tijdschrift, deel 28 oae. 

s 

498. ' 

ld. Benkoelen. Ontstaan van eenige regentschappen 

zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 11, pag. 193. 

Id. De marga Semindo darat in Palembang, zie KATE. 



SUMATRA. Djambische krissen, dienende als rijkssieraad, 

zie HAMER. Tijdschrift, deel 48, pag. 106. LEGEN 

DES, pag. 113. 

ld. Familieleven in de Padangsche bovenlanden, zie 

TOORN. Tijdschrift, deel 26, pag. 205, 514. 

ld. Feesten in de Bovenlanden, zie TOORN. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 466. 

ld. Gloegoer VI Kota, zie DELDEN. Tijdschrift, deel 

27, pag. 128. 

ld. Hindoe-oudheden van Padang lawas, zie KERCK- 


ld. Hindoe-monumenten in de bovenlanden van Palembang, 

zie TOMBRINK. Tijdschrift, deel 19, pag. 1. 

*Id. Hindoeruinen bij Moeara Takoes aan de Kampar, 

zie VERBEEK. Verhandelingen, deel 41. 

ld. Huwelijk bij de Menangkabauers, zie EERDE. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 387. - 

*Id. Inscripties, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, deel 

26. 

ld. Karo-Bataksch. Schrift en uitspraak, zie JOUSTRÄ. 


ld. Korintji, Serampas en Soengai Tenang, zie KLERKS. 


ld. VI Kota Pangkalan en XII Kota Kampar, zie HOLLE. 


ld. L Kota. Rijstbouw, zie WÄÄL. Tijdschrift, deel 30, 

pag. 391. Pangkalan Kota Beharoe en XII Kota 

Kampar, pag. 400. 

Jd. VI Kota, zie NEUMANN. Tijdschrift, deel 29, pag. 


ld. Kwanten, Politiek en economisch, zie SCHWARTZ. 


ld, Lampongsche correspondentie, zie TUUK. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 362. 

*Id. Lampongsche teksten, zie HELFRICH. Verhandelingen, 

deel 45. 

Register Bat. Gen. 

28 -


•SUMATRA. Lampongsche woordenlijst, dialect van Kroë, 


Id. Land en volk beoosten Kota VII. Tijdschrift, deel 

44, pag. 255. 

ld. Letterkunde. Menangkabausche poezië, zie EERDE. 


ld. Loeboe's en Oeloe's, zie WILLER. Tijdschrift, deel 

4, pag. 56 en HENNY, deel 4, pag. 401- 

ld. Loeboe's, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 29, pag. 


*Id. Maleisch (Midden-). Besemah en Seiawaj dialect, 


ld. Menangkabausche spreekwoorden, zie HÄBBEMÄ. 

Tijdschrift, deel 25, pag. 417; deel 26, pag. 168 en 

234. 

ld. Menangkabausch. (Proeven van-), zie HÄBBEMÄ. 


*Id. (Midden). Aanteekeningen aan officiëele bescheiden 

ontleend. Verhandelingen, deel 39. 

ld. (Naar Midden- in 1684), zie HÄÄN. Tijdschrift, deel 

39, pag. 327. 

ld. (Noordoostkust), zie BOR. Tijdschrift, deel 17, pag. 

377 en SCHEEMAKER. Tijdschrift, deel 17, pag. 

412, id. 431, 480. 

Id. Oendang-oendang voor Lematang oeloe en ilir en 

de Paseinah, zie GERSEN. Tijdschrift, deel 20, pag. 

108. 

ld. (Oost). Kateman-stroomgebied, zie SCHOT. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 555. 

ld. (Oostkust). De afdeeling Laboean batoe, zie NEU 


ld. (Oostkust). Dèli, Serdang en Langkat, vroeger en 

thans, zie RAET. Tijdschrift, deel 23, pag. 20. 

ld. (Oostkust). Hindoe-oudheden. Tijdschrift, deel 12, 

pag. 230. 

ld. (Oostkust). Naar de bovenstreken van Kota Pinang, 

zie LARIVE. Tijdschrift, deel 18, pag. 240.


SUMATRA. (Oostkust). Si Baloengoen enz., zie DYK. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 145, zie KROESEN, deel 39, 

pag. 229. 

ld. (Oostkust). Troeboekvisscherij en bezweringen, zie 

GRAMBERG. Tijdschrift, deel 24, pag. 298. 

ld. Oudheden in het Djambische, zie NEEB. Tijdschriftdeel 

45, pag. 120, zie ook BRANDES, pag. 128. 

ld. Oudheden Moeara Takoes, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 217; YZERMAN. Tijdschrift, deel 35, 

pag. 48. 

ld. Oudheden. Padang-lawas, zie ROSENBERG. Tijdschrift, 


*Id. Padang in het laatst der 18de eeuw, z/e NETSCHER. 


ld. Padang-lawas. De liang na moeap en de daaraan 

verbonden legende, zie BOR. Tijdschrift, deel 37, 

pag. 201. 

ld. Padangsche bovenlanden. Instellingen der Maleiers, 


ld. Padangsche bovenlanden. Landbouwkundige nijverheid, 


ld. Padangsche bovenlanden. Reis door de Z. O. grensdistricten, 

zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 6, pag. 

166. 

ld. Palembang (De stad-), «te GRAVESANDE. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 448. 

ld. Palembang. Het landschap Blida. Tijdschrift, deel 

14, pag. 554. 

ld. Palèmbangsche bovenlanden. (Kesam, Semèndo, 

Makakau, Blalau), zie GRAMBERG. Tijdschrift, deel 

15, pag. 446. 

ld. Pasemah-landen in hunne verhouding tot de Sultans 

van Palembang. Tijdschrift, deel 4, pag. 186 en 

pag. 516. 

ld. Pasetnah Oeloe Mana door Raffles onderworpen, 

zie VISSER. Tijdschrift, deel 28, pag. 314.

N a a m- en zaak register. 228 

SUMATRA. Pasemah, zie GRAMBERG. Tijdschrift, deel 16, 

pag. 536. 

Id. Pelalawan. zie FAES. Tijdschrift, deel 27, pag. 489. 

ld. Politieke toestand der Rokanstaatjes, zie QUAST. 


ld. Redjangsch. Tijdschrift, deel 30, pag. 484. 

ld. Reis naar Moeara Soengei enz. zie BALLOT. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 471. 

ld. Reizen voor natunrkundig onderzoek, zie HORNER. 


ld. Rijstcultuur in Tapanoeli, zie HASSELT. Tijdschrift, 

deel 36, pag. 502. 

ld. Secte der Padaries (Padri's), zie PARVÉ. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 249. 

ld. Siak. Reisbeschrijving. Tijdschrift, deel 13, pag. 497. 

ld. Siak Sri Indrapoera, zie N1EUWENHUYZEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 388- 

ld. Siak, zie ANROOY. Tijdschrift, deel 30, pag. 259. 

ld. Singkil, Simpang kanan en de Banjak-eilanden. 

Geografisch en ethnografiisch, zie ROSENBERG. 


SUMATRA'S WESTKUST. Batoeah en tilako, zie TOORN. 


ld. De gronden in de XIII Kota's, zie OPHUYZEN. 


ld. Eed der Maleiets, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 

26, pag. 529. 

ld. Inlandsch bestuur, zie LINDEN. Tijdschrift, deel 4, 

pag. 257. 

Id. Maleisch tooneel, zie KERCKHOFF. Tijdschrift, deel 

31, pag. 303. 

ld. Rapport nopens Soengei Pagoe en XII Kota's. Tijdschrift, 

deel 43, pag 569. 

ld. Vestiging der Nederlanders, zie FRANCIS. Tijdschrift, 


SUMATRA. Tapanoeli. Grondbezit, zie HART. Tijdschrift, 

deel 6, pag. 185.


SUMATRA. Tapanoeli in 1852, zie COUPERUS. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 216. 

Id. Uitwatering van het Toba-meer en de Batoe Bongbong, 

zie DYK. Tijdschrift, deel 35, pag. 640. 

ld. Wetenschappelijke reis naar het Toba-meer, zie 

HAGEN. Tijdschrift, deel 31, pag. 328. 

•ld. zie BYVOEGSELS TOT BESCHRIJVING. Verhandelingen, 

deel 3. 


ld. Zuidelijke nederzettingen van Groot-Atjèh, zie GOOS- 

SENS. Tijdschrift, deel 29, pag. 465. 

SUMBAWA, zie SOEMBAWA. 

*SUNDA, zie SOENDA. 

SUNDERMAN (H.) Berichtigungen in der kurzen Formenlehre 

der Niassischen Sprache (Seite 95-157). Tijdschrift, 

deel 28 (1883), pag. 349. 

Id. (H.) Kurze Formenlehre der Niassischen Sprache 

nebst einem syntaktischen Anhange. Tijdschrift, deel 

28 (1883), pag. 93 en pag. 349. 

Id. (H.) Niassische Erzählungen. Tijdschrift, deel 31 

(1886 , pag. 315. 

•SUPPLEMENT op de proeve eener Ned.-Ind. bibliographie, 

zie CHYS. Verhandelingen, deel 39; 2e supplement, 

deel 55. 

SYMBOLIEK. Insluimeren van het gevoel voor de symbolieke 

waarde van het ornament, ook in de Chineesche 

kunst, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 46, 

pag. 97. 

•SYNCHRONISME bij de Aziatische volkeren, zie RADER- 


T. 

TAALKUNDE. Alifoersche poëzie. Tijdschrift, deel 6, pag. 

258. 

ld. Alifoersch op Boeroe, zie JELLESMA. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 295.


TAALKUNDE. Arabisch. Een miskende palataal, zie HUR- 

GRONJE. Tijdschrift, deel 48, pag. 85. 

ld. Atjèhsche klank- en schriftleer, zie HURQRONJE. 


ld. Atjèhsch. Sultans bevelschrift, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 113. 

ld. Atjèhsche taalstudiën, zie HURGRONJE. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 144. 

ld. Atjèhsche woorden, zie DIAS. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 140. 

ld. Balineesche telwoorden, zie VROOM. Tijdschrift, 

deel 21, pag. 169. 

ld. Balineesch. Hooge en lage laai, zie VROOM. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 310. 

ld. Balineesch woordenboek van VAN ECK beoordeeld, 

zie TUUK. Tijdschrift, deel 25, pag. 242. 

*Id. Bali (Voorlooopig verslag van het eiland-), z/e FRIE 

DERICH. Verhandelingen, deel 22 en 23. 

ld. Bericht nopens eene voorgenomen uitgave van een 

Malagasische spraakkunst door VAN DER TUUK. 


*Id. Bimaneesche spraakkunst, zie JONKER. Verhandelingen, 

deel 48. 

*Id. Bimaneesch, zie JONKER. Verhandelingen, deel 48. 

*Id. Bijdragen tot de kennis van het Tompakéwa'sch, 


Id. Celebes. Maka enz. in het Barèe en verwanten, zie 


Id. Celebes. Naamsafleiding van Balanipa, zie LIGT- 

VOET. Tijdschrift, deel 23, pag. 40. 

Id. Celebes. Tusschenzetsel in het Barèe en verwanten, 

zie ADRIANI. Tijdschrift, deel 39, pag. 496 en 526. 

*Id. De Malabaren, zie CELLARIUS. Verhandelingen, 

deel 3. 

Id. Djohor. Sprachrudimente der Orang-utan, zie MA- 

CLAY. Tijdschrift, deel 23, pag. 303.

N a a m= en 7. aakregister. 231 

TAALKUNDE. Een misverstand (Javaansch-Kawi) zie KERN. 


*Id. Epitome linguae Japonicae, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 11. 

ld. Etymologie van eenige woorden, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 540. 

*Id. Favorlangsch, zie HAPPART. Verhandelingen, deel 

18. 

*Id. Formosaansch, zie VL1S. Verhandelingen, deel 18. 

ld. Hebreeuwsch woord van Maleischen oorsprong? 


ld. Hindoestani en Maleisch, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 583. 

ld. Inlandsche plantennamen, zie SCHEFFER. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 319. 

ld. Internationaal Orientalistencongres te Hanoi, zie 

BRANDES. Tijdschrift, deel 46, pag. 481 en 513. 

ld. Invloed der Arabische syntaxis op de Maleische, 


*Id. Japansche woorden, zie JAPANSCHE WOORDEN. 


ld. Javaansch. Bantensche Sultansproclamatie, zie TUUK. 


ld. Javaansch. Basa Kedaton, zie OUDEMANS. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 105. 

ld. Javaansch. Beteekenis van den naam BAGELÈN, 


ld. Javaansche dagindeeling, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 192. 

ld. Javaansch en Kawi. Misverstand? zie TUUK. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 538. 

ld. Javaansche woorden opgehelderd, zie TUUK. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 132, 329, 432. 

*Id. Javaansche spraakkunst, zie CORNETS DE GROOT. 


ld. Javaansch. Inscriptiën op gouden ringen, zie FRIEDE 

RICH. Tijdschrift, deel 5, pag. 471 ; deel 7, pag. 141.


TAALKUNDE. Javaansch (Oud- alfabet van Midden-Java), 


ld. Javaansch. Prof. A. C. VREEDE'S Kantteekeningen 

enz., zie BRANDES. Tijdschrift, deel 32, pag. 150. 

*Id. Javaansch. 't Dialect van Djapara, zie WALBEEHM. 


ld. Javaansch. 't Dialect van Tëgal, zie WALBEEHM. 


*Id. Java. Hoog-, gemeen- en berg-Javaansch, zie PROE 

VE. Verhandelingen, deel 2. 

ld. Java. Kawi. Djajapattra van Çaka 849, zie BRAN 


*Id. Java. Kawi-inscriptie op koperen platen, zie RAF 

FLES. Verhandelingen, deel 8. 

*Id. Java. Kawi-inscriptie vertaald door Natakoesoema, 

zie CRAWFURD. Verhandelingen, deel 8. 

ld. Java. Kawi. Lontar-handschriften van Raden Salèh, 


ld. Java. Kawi. Vijf koperen platen van Kebantenan, zie 

HOLLE. Tijdschrift, deel 16, pag. 559; deel 18, 

pag, 367. 

ld. Java. Lijst van ambtsbenamingen met aanduiding 

der werkzaamheden enz., zie WALBEEHM. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 479. 

Id. Java, Namen van gewijde plaatsen, zie FRIEDERICH. 


Id. Java. Soendaneesch. Bafoe toelis verklaard, zie 


Id. Java. Soendaneesch. De plaatsnaam Singaparna, zie 


Id. Java. Soendaneesche tolk van Grashuis beoordeeld, 

zie COOLSMA. Tijdschrift, deel 23, pag. l.z/epag. 

593. 

ld. Java. Soendaneesch. Inscriptiën te Kawali en Djamboe, 


ld. Java. Soendaneesch. Kawi-handschriften in de Préanger, 

zie NETSCHER. Tijdschrift, deel 1, pag. 469.


TAALKUNDE. Java. Soendaneesch met Latynsche karakters, 

zie GRASHUIS. Tijdschrift, deel 19, pag. 490; zie 

HOLLE, deel 20, pag. 91. 

ld. Java. Soendaneesch. Opmerkingen nopens COOLS- 

MA'S Handleiding, zie UILKENS. Tijdschrift, deel 

21, pag. 248; zie COOLSMA, Tijdschrift, deel 23, 

pag. 282. 

Id. Java. Soendasche poezië (Sindir's), zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 6, pag. 114. 

ld. Java. Soendasche spreekwoorden, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 10, pag. 62, 

ld. Java. Spelling van plaatsnamen verbeterd, zie CLERCQ. 


ld. Laoraneesche spraakkunst, zie VELDEN. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 57. 

*Id. Les racines primitives dans les langues chinoise et 

aryennes, zie SCHLEGEL. Verhandelingen, deel 36. 

Id. Madoereesch. Tjarèta Brakaj, zie BROUWER. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 313. 

ld. Malagassisch en Javaansch, zie MEINSMA. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 348. 

ld. Maleisch-Atjèhsch woordenlijstje. Tijdschrift, deel 

24, pag. 337. 

Id. Maleisch. Boestânoe 'I kâtibîn, zie DEWALL. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 565. 

Id. Maleische spraakkunst van de Hollander. Klinkert's 

beoordeeling gerevideerd, zie WYK. Tijdschrift, deel 

26, pag. 182. 

Id. Maleische taalstudiën, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 145, zie ook DEWALL. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 57. 

Id. Maleisch. Etymologie van eenige woorden, zie DE 

WALL. Tijdschrift, deel 11, pag. 197. 

Id. Maleische uitdrukkingen verklaard, zie DEWALL. 


ld. Maleische woorden en uitdrukkingen, zie HABBEMA. 



29 -


TAALKUNDE. Maleisch. Feiten en cijfers uit de Sadjarah 

Melajoe, zie TENDELOO. Tijdschrift, deel 40, pag. 61. 

*Id. Maleisch. Gronden der Maleisclie spelling, zie RO 

BINSON. Verhandelingen, deel 36. 

Id. Maleisch handschrift met klankteekens, zie STUART. 


Id. Maleisch. Iets over het schrift der Maleiers, zie 


ld. Maleisch-Kissersche woordenlijst, met inleiding van 

Dr. BRANDES, zie RINNOOY. Tijdschrift, deel 31, 

pag. 149. 

Id. Maleisch. Klinkert's geschriften beoordeeld, zie DE- 


ld. Maleisch-Koeboesche woordenlijst met aanteekeningen, 

zie DEIBERT. Tijdschrift, deel 21, pag. 447. 

*Id. Maleisch (Midden-). Besemah'sch en Serawaj'sch 

dialect, zie HELFRICH. Verhandelingen, deel 53. 

ld. Maleisch. Ontwerp van een woordenboek en eene 

spraakkunst, zie DEW ALL. Tijdschrift, deel 6, pag. 

535; en STUART. Tijdschrift, deel 7, pag. 287; en 

DEWALL. Tijdschrift, deel 8, pag. 327 ; voorts deel 

9, pag. 420; deel 12, pag. 1, 354. 

Id. Maleisch schiereiland. Mélanésische volken, zie MA- 


Id. Maleisch. Spelling van Robinson, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 6, pag. 37. Antw. Tijdschrift, deel 6, pag. 

156. 

Id. Maleisch. Spreekwoorden enz. van Klinkert beoordeeld, 


Id. Maleisch telwoord in het Teloegoe? zie RONKEL. 


Id. Maleisch van Palembang, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 517. 

Id. Maleisch. Van Dissel's vertaling van den Pelandoek 

Djinaka beoordeeld, zie DEWALL. Tijdschrift, deel 

42, pag. 40.


•TAALKUNDE. Maleisch. (Vormveranderingen van het-), 

zie DEWALL. Verhandelingen, deel 31. 

ld. Maleisch. Woorden van Sanskrit-oorsprong, zie DE 


ld. Menado. De benamingen Tontemboan en Tompakéwa. 


ld. Menado. Talen en dialecten. Tijdschrift, deel 4, pag. 

521. 

ld. Menangkabausche pronomina, zie HABBEMA. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 564. 

Id. „Mensch" en „Ding" als voegwoord, zie HURGRON- 


ld. Nederlandsch. Opium „schuiven", zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 478. 

ld. Niassche spraakkunst, zie SUNDERMANN. Tijdschrift, 


ld. Nieuw-Guinéa. (N. W. kust). Noeforeezen, zie HAS 

SELT. Tijdschrift, deel 31, pag. 576; deel 32, pag. 

261. 

ld. Nufoorsche vermomde taal, zie HASSELT. Tijdschrift, 


*Id. Opschriften op Soekoeh en Tjeta (Lawoe-gebergte), 

zie VL1S. Verhandelingen, deel 19. 

ld. Papoea-dialecten, zie MACLAY. Tijdschrift, deel 

23, pag. 372. 

ld. Papoea en Negrito-talen. Tagaleesch en Bisaya, zie 

MEYER. Tijdschrift, deel 20, pag. 449; Conectie. 


ld. Portugeesche woorden in het Koepang-Maleisch, zie 

DONSELAAR. Tijdschrift, deel 20, pag. 363 en 571. 

ld. Rotineesche woorden in het Koepang-Maleisch, zie 

DONSELAAR. Tijdschrift, deel 20, pag. 357. 

ld. Sangi-manganitoe woordenlijst, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 10, pag. 375. 

ld. Sangi-siawoeh'sch dialect. Verhaal van de uitbarsting 

van den Awoeh taroena, met vertaling, zie 

RIEDEL. Tijdschrift, deel 16, pag. 91.


TAALKUNDE. Sanskrit-opschrift op een steen van Prambanan, 


Id. Sikkaasch dialect, zie CALON. Tijdschrift, deel 

35, pag. 129. 

*Id. Sikkaneesch, zie CALON. Verhandelingen, deel 50. 

ld. Singkil, Pak-pak, Toba enz. vergelijkende woordenlijst, 

zie ROSENBERG. Tijdschrift, deel 3, pag. 397. 

ld. Soembaneesch, zie ALDERWERELT. Tijdschrift, deel 

34, pag. 234. 

ld. Sumatra. Atjèhsche taalstudiën, zie LANGEN. Tijdschrift, 

deel 28, pag. 176. 

ld. Sumatra. Karo-Bataksch. Schrift en uitspraak, zie 

JOUSTRA. Tijdschrift, deel 44, pag. 12. 

Id. Sumatra. Lampongsche correspondentie, zie TUUK. 


*Id. Sumatra. Lampongsche woordenlijst, speciaal voor 

Kroé, zie HELFRICH. Verhandelingen, deel 45. 

Id. Sumatra. Proeven van West-Sumatraansch-Maleisch. 

zie HABBEMA. Tijdschrift, deel 25, pag. 337. 

* ld. Talen en dialecten op de eilanden Luzon, Panai, 

Balang' nipi, Solog, Sangi en Noord- of Midden- 

Célébes, zie RIEDEL. Verhandelingen, deel 33. 

Id. Tamil-element in het Maleisch, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 97. 

ld. Tamil woorden in Maleisch gewaad, zie RONKEL. 


*Id. Timor. Beknopte Tèttumsche spraakkunsten woordenlijst 

door A. MATHYSEN. Verhandelingen, deel 

56. 

ld. Togian-eilanden. (De talen der-), zie ADRIANI. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 428. 

ld. Vergelijkende woordenlijsten van Lampongsche tongvallen, 

zie TUUK. Tijdschrift, deel 17, pag. 569 en 

deel 18, pag. 118. 

*ld. Woordenlijst der Sampitsche en Katingansche taal, 

tzie T1EDTKE. Verhandelingen, deel 36. 

TABANAN EN BADOENG. Tijdschrift, deel 43, pag. 132.


TACK'S dood te Kartasoera, zie HAAN. Tijdschrift, deel 40, 

pag. 335. 

TALLO (De afdeeling-. Celebes), zie LIQTVOET. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 43. 

TAMILELEMENT in het Maleisch, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 97. 

TAMILWOORDEN in Maleisch gewaad, zie RONKEL. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 532. 

TAMSON (J. W.) Eene onverdiende reputatie en een misstelling 

in het Staatsblad. Tijdschrift, deel 39 (1897), 

pag. 511. 

TANAH BOEMBOE, zie SCHWANER. Tijdschrift, deel 1, 

pag. 335 (Z. O. Bornéo). 

TANAH DJAWA (Landschap-), De onderwerping aanvaard, 


TANAH DOANG, zie SALEIER. 

TANAH LAOET, zie MEYER. Tijdschrift, deel 14, pag. 381. 

TANDJONQ BALEI. Asahan, zie BOR. Tijdschrift, deel 17, 

pag. 377. 

TANDJONQ DATOE en Palo. Borneo zie CROOCKEWIT. 


TANÈTE (Het leenvorstendom-), zie BAKKERS. Tijdschrift, 

deel 12, pag. 255. 

TANÈTTE, zie TANÈTE. 

TAPANOEL1. Geophagie. Tijdschrift, deel 37, pag. 310. 

ld. in 1852, zie COUPERUS. Tijdschrift, deel 4, pag. 

216. 

ld. Rijstcultuur, zie HASSELT. Tijdschrift, deel 36, pag. 

502. 

TAP1AN NA OELI, zie TAPANOEL1. 

TARÈKAT. Eenige Arabische strijdschriften besproken, zie 

HURGRONJE. Tijdschrift, deel 39, pag. 379. 

ld. Naqsjibendîjah, zie BERG. Tijdschrift, deel 28, pag. 

158; zie HOLLE, deel 31, pag. 67. 

ld. volgens Sajid Oesman, zie WALL. Tijdschrift, deel 

35, pag. 223. 

*TARTARYE, zie RADERMACHER. Verhandelingen, deel 4.


*TARWE in een tuin op Jacatra, zie HOOYMAN. Verhandelingen, 

deel 5. 

*Id. te Cheribon, zie TEISSEIRE. Verhandelingen, deel 5. 

TASIKMALAJA. Beschreven steen, zie HOLLE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 586. 

TATOEAGE bij de Biadjoe stammen, zie HAMER. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 451. 

TAYOUAN, zie FORMOSA. 

*TEEK, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

TEFFER (M.) Iets omtrent de Savoeneezen. Tijdschrift, deel 

23 (1876), pag. 347. 

TEGALSARI. (Pesantren), zie FOKKENS. Tijdschrift, deel 

24, pag. 318. 

TEGÄLSCH dialect van het Javaansch, zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 344. 

*Id. dialect, zie WALBEEHM. Verhandelingen, deel 54. 

*TEISSEIRE (A.) Bericht aangaande het planten van tarwe 

te Cheribon. Verhandelingen, deel 5. 

*Id. (A.). Beschrijving van een gedeelte der Orarae- en 

bovenlanden van Batavia, Verhandelingen, deel 6. 

*Id. (A.). Over den tegenwoordigen staat der suikermolens 

omstreeks de stad Batavia, benevens de middelen 

tot derzelver herstel enz. Verhandelingen, deel 5. 

TELOEGOESCH. Maleisch telwoord overgenomen ? zie RON- 


*TEMBING of doodenfeest der Chineezen, zie VOGELAAR. 


TEMPAjAN'S of Tandjau's bij de Dajak's, zie KATER. 


TEMPELGROTTEN van Koeta-ardja,2/e KINDER. Tijdschrift, 


TEMPELWACHTERS. (Java\ zie GRONEMAN. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 13. 

TEMPELS. JAVA. Baraboeiloer-aanteekeningen, zie JOCHIM. 


ld. Baraboedoer's oorspronkelijke voet, zie YZERMAN. 


Naam- en zaakregister 239 

TEMPELS, JAVA. Baraboedoer, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 

1, pag. 235; zie Tijdschrift, deel 2, pag. 1. 

ld. Boeddhistenkoning op den Baraboedoer, zie GRO- 

NEMÄN. Tijdschrift, deel 39, pag. 367. 

ld. Kecloe en Jogjakarta, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 411 . 

Id. Kedoe en Jogjakarta, zie FRIEDERICH. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 361. 

ld. Lingga-tempel en andere oudheden op het Janggebergte, 

zie KOHLBRUGGE. Tijdschrift, deel 41, pag. 

70. 

ld. Mendoet, zie WILSEN. Tijdschrift, deel 20, pag. 166. 

ld. Nota over den toestand van eenige voorname monumenten 

van Midden-Java, zie SERRURIER. Tijdschrift, 


ld. Penampikan. (Wilis), zie NOORDZ1EK. Tijdschrift, 

deel 5, pag. 425. 

ld. Tjandi Sèwoe. Tijdschrift, deel 31, pag 327. 

ld. Tjandi Idjo, zie GRONEMÄN. Tijdschrift, deel 32, 

pag. 313. 

ld. Tjandi Pari, zie HÄGEMÄN. Tijdschrift, deel 2, pag. 

394. 

ld. Tjandi Prambanan's deblayeering, zie BRANDES. 


ld. Twee oude berichten over de Baraboedoer, zie BRAN 


ld. zie FRIEDERICH. Tijdschrift, deel 23, pag. 42. 

TENDELOO (Dr. H. J. E) Feiten en cijfers uit de Sadjarah 

Mëlajoe, in verband met enkele betwiste hoofdpunten 

der Maleische grammatica. Tijdschrift, deel 50 

(1898), pag. 61. 

TENGGEREEZEN. (Waarom de- offers brengen aan den Brama), 

zie KOHLBRUGGE .Tijdschrift, deel 39, pag. 428. 

*TENGGER-GEBERGTE, zie DOMIS. Verhandelingen, deel 

13. 

TENGGERGEBIED (Nota betreffende het-), zie CHAPELLE. 

Tijdschrift, deel 41, pag. 32; zie BODEMEYER. Tijdschrift, 

deel 43, pag. 310.


*TëNGG6RSCHE gebergte en bewoners, zie HERWERDEN. 


TENIMBÄR EN TIMOR LÄOET, zie HOEVELL. Tijdschrift, 

deel 33, pag. 160. 

TÉPÈKKONG, zie THAY PÈK KOENG. 

TERNATÄÄNSCHE pantoen's, zie CAMPEN. Tijdschrift, 

deel 30, pag. 443, 624. 

TERNATÉ. Eerepenning van den Sultan, zie CHYS. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 528. 

ld. door de Engelschen veroverd, zie BOUSQUET. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 87. 

ld. (Gouden medaille voor den Sultan van-), zie CHYS. 


ld. (J. W. CRÄNSSEN te-), zie ROO. Tijdschrift, deel 16, 

pag. 503. 

ld. (Tochten in de residentie-), GOLDMAN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 203. 

ld. (Van- naar Z. Nieuw-Guinéa), zie OLDENBORGH. 

Tijdschrift, deel 27, pag. 363, id. naar de Noordkust, 

pag. 109. 

*TERNE (C.) Over het beste voedsel om pas geboren kinderen 

zonder borst of moedermelk op te voeden. 


TÈTTUM-HOLLANDSCHE woordenlijst met beknopte 

spraakkunst door Ä. MÄTHYSEN. Verhandelingen, 

deel 56 

TÈTTUMSCH-MALEISCH woordenlijstje, door een missionaris. 


TÈTTUMSCH. Tijdschrift, deel 37, pag. 401. 

THÄY PÈK KOENG, zie LÄNGENHOFF. Tijdschrift, deel 

6, pag. 97. 

*THERMOMETERSTÄNDEN, zie BERICHT WEGENS DE 

HOOGTE enz. Verhandelingen, deel 2. 

THIÄN TI HWUI. The Hung-league or Heaven-Earth-League. 

Ä secret society with the Chinese in China and 

India. (With numerous cuts and illustrations). Verhandelingen, 

deel 32.

Naam = en zaakregister 241 

THOMAS (J. W.) De jacht op het eiland Nias. Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag. 274. 

*TIEDTKE (K. W.) Woordenlijst der Sampitsche en Katingansche 

taal. Verhandelingen, deel 36. 

TIMOR. (De militaire bezetting van- in 1757). Tijdschrift, 

deel 1, pag. 332. 

*Id. (Een maand in de binnenlanden van-), zie GRÄM 

BERG. Verhandelingen, deel 36. 

TIMOREESCH eedformulier, zie WIGGERS. Tijdschrift, deel 

deel 36, pag. 279. 

T1MOREESCHE en Rotineesche woorden, zie KLEIÄN. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 209. 

TIMOR enz. Reisbeschrijving, zie BIK. Tijdschrift, deel 14, 

pag. 125. 

ld. enz. van 1668 tot en met 18C9, zie ÄLDERWERELT. 


ld. Inlandsen onderwijs, zie CHYS. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 52. 

TIMOR KOEPÄNG. Handel en scheepvaart in 1853. Tijdschrift, 


ld. omstreeks 1750, zie CHYS. Tijdschrift, deel 18, pag. 

209. 

TIMOR. (Midden- of Béloe), zie GRYZEN. Verhandelingen, 

deel 54, 

ld. Portugeesche vestiging, zie CASTRO. Tijdschrift, 

deel 11, pag. 465. 

ld. Reis naar de Noe mina rivier, zie VERSTEGE. Tijd- 

. schrift, deel 25, pag. 121. 

TIMOR'S Mardijkers, zie HÄGÄ. Tijdschrift, deel 27, pag. 


TIMOR. Tèttumsch. Tijdschrift, deel 37, pag. 401. 

*Id. Tèttumsche woordenlijst en spraakkunst door Ä. 

MÄTHYSEN, Verhandelingen, deel 56. 

ld. (Une rébellion à-en 1861), zie CASTRO. Tijdschrift, 

deel 13, pag. 389. 

*Id. zie HOGENDORP. Verhandelingen, deel 1 en 2. 




TITELS der Javaansche grooten te Soerakarta, zie WINTER. 


*TITSING (Mr. J.) Bereiding van de sacki. Idem van de 

soya. Verhandelingen, deel 3. 

TITULATUUR, zie TITELS. 

TIWA der Dajak's, zie ULLMANN. Tijdschrift, deel 17, pag. 

70. 

TIWOEKAR of steenen graven in de Minahasa, zie RIEDEL. 


TJANDI Sèwoe. Tijdschrift, deel 31, pag. 327. 

ld. Prambanan's deblayeering, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 414. 

ld. Pari, zie HAGEMAN. Tijdschrift, deel 2, pag. 394. 

TJANDRA NEGARA (Raden Aria\ Beschrijving van het 

district Salem en in het bizonder van het gehucht 

Goenoeng Segara, met een naschrift van K. F. HOLLE. 

(Met een plaat). Tijdschrift, deel 29 (1884), pag. 509. 

ld. (Raden Mas Adipati Aria) De koperen zonnewijzer 

van Gresik met aanteekeningen van Dr. J. P. VAN 

DER STOK. (Met vier platen). Tijdschrift, deel 27 

(1882), pag. 47. 

TJARÈTA BRAKAJ. Madoereesch, zie BROUWER. Tijdschrift, 

deel 23, pag. 313. 

*TJERBONSCH wetboek (Pepakem Tjerbon), tekst en vertaling, 


TJERBON, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 37, pag. 449. 

ld. zie CHERIBON. 

*TJETTO (Tjëta en Soekoe). Lawoe. Oudheden en opschriften, 


*TJINDOER MATO. Menangkabausche vertelling vertaald 

door J. L. v. D. TOORN. Verhandelingen, deel 45. 

*TJIPANAS, bronanalyse, zie KRILL. Verhandelingen, deel 8. 

TJOERITO PALASIK. Menangkabausch, zie BROUWER. 

Tijdschrift, deel 21, pag. 288.. 

TOBA-MEER. Reisbeschrijving, zie HAGEM. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 328. 

ld. zie DYK. Tijdschrift, deel 36, pag. 640.


TOBIAS (J. H.) Tocht naar Lingga, Retèh en Manda. Tijdschrift, 

deel 10 (1861), pag. 81. 

TODJO, POSSO en Saoesoe, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 

35, pag. 1. 

*TOEMAPEL. (Het boek der koningen van- en Madjapait), 


TOQIAN-EILANDEN (De talen der-), zie ADR1ANI. Tijdschrift, 


TOMBOEKOE en Banggaai op de Oostkust van Celebes, 

zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 2, pag. 63. 

*TOMBORO, zie ERUPTION FROM THE MOUNTAIN ON 

SUMBAWA. Verhandelingen, deel 8. 

r TOMBRINK (E. P.) Hindoe-monumenten in de bovenlanden 

van Palembang. (Met dertig platen). Tijdschrift, deel 

19 (1870), pag. 1. 

TOMINI-LANDEN (Celebes). Vestiging der Mandaren, zie 


*TOMPAKÉWA'SCH (Bijdragen tot de kennis van het-), zie 

JELLESMA. Verhandelingen, deel 47. 

TONDANO (Oud), zie MANQINDAAN. Tijdschrift, deel 20, 

pag. 364. 

*TONTEMBOANSCH. Het verhaal van den gulzigaard. zie 

SCHWARZ. Verhandelingen, deel 56. 

TOOE OEN BOELOE. (Minahasa). Eedsaflegging, zie RIE 

DEL. Tijdschrift, deel 14, pag. 369. 

TOOE oenséa'sche fabelen, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

17, pag. 302. 

TOONEEL (Maleisch-), zie KERCKHOFF. Tijdschrift, deel 

31, pag. 303. 

ld. te Batavia in vroeger tijd, zie BERG. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 313. 

TOORN (J. L. van der . Aanteekeningen uit het familieleven 

bij den Maleier in de Padangsche Bovenlanden. Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag, 205—233; 514—528. 

ld. (J. L. van der). Iets over het „Batoeah en tilako" 

zijn bij de Maleiers. Tijdschrift, deel 26 (1881), 

pag. 556.


TOORN (J. L. van der). Over de feesten bij de Maleijers 

van de Bovenlanden met vertaling. Tijdschrift, deel 

25 (1879), pag. 466. 

*Id. (J. L. van der). Mandjau Ari, Minangkabausche vertelling. 


Id. (J. L. van der». Spreekwoordelijke uitdrukkingen bij 

de bewoners der Padangsche Bovenlanden. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 553. 

*Id. (J. L. van der). Tjindoer Mato, Minangkabausch- 

Maleische legende. Verhandelingen, deel 45. 

Id. (J. L. van der). Verha'len omtrent het bijgeloof van 

de Maleijers in Minangkabau, met vertaling. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 441. 

TORADJASCHE regenbezweerders, zie KRUYT. Tijdschrift, 


ld. vertellingen, zie ADR1ANI. Tijdschrift, deel 45, pag. 

483. 

ld. weerwolf, zie KRUYT. Tijdschrift, deel 41, pag. 

548. 

ld. Uilenspiegelverhalen, zie ADRIANI. Tijdschrift, deel 

46, pag. 118. 

TORÄDJÄ'S. Étude sur la littérature des To Radja, zie 

ÄDRIÄNI. Tijdschrift, deel 40, pag. 339. 

ld. zie ÄDRIÄNI. Tijdschrift, deel 44, pag. 215. 

TORÄDJÄ-TÄLEN, (Barèe enz.), Het tusschenzetsel, zie 

ÄDRIÄNI. Tijdschrift, deel 39, pag. 496 en 526. 

ld. Maka, naka en paka, zie ÄDRIÄNI. Tijdschrift, deel 

41, pag. 529. 

*TOXICOLOGIE, de oepas-boom, zie HORSFIELD. Verhandelingen, 

deel 7. 

*TRÄNSLÄÄT van een Javaansch geslachtsregister van de 

vorsten van Java. Verhandelingen, deel 8. 

TROEBOEKVISSCHERIJ EN BEZWERINGEN, zie GRAM 


TROMP (J. C E.). De Rambai- en Sebroeng-Dajak's. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 108.

N a a m= en z aakregister. 245 

TROMP (S. W.). Een reis naar de bovenlanden van Koetei. 


TSHOA TSOE KOAN. Chineesche feesten, zie YOUNG. 


*TUMAPEL, zie TOEMÄPEL. 

*TUPEIA ('t Geslacht-), zie KORTHALS. Verhandelingen, 

deel 17. 

TUUK (Dr. H. N. v. d.). Aanteekeningen nopens de groote 

Hikajat Baktian, zie BRANDES. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 29Z-J. 

ld. (Dr. H. N. van der-) beoordeeld door de Batak's, 

zie PLEYTE. Tijdschrift, deel 47, pag. 468. 

ld. (Dr. H. N. van der). Brieven betreffende het Lampongsch. 


ld. (Dr. H. N. van der) Eenige Maleische wajangverhalen 

toegelicht. Tijdschrift, deel 25 (1879), pag. 

489 en deel 26, pag. 199. 

. ld. (Dr. H. N. van der) en BRÄNDES (Dr. J. L. A.). 

Transcriptie van vier oud-Javaansche oorkonden op 

koper, gevonden op het eiland Bali. Tijdschrift, deel 

30 (1885), pag. 603. 

- ld. (Dr. H. N. van der). Geschiedenis der Pandawa's 

naar een Maleisch handschrift der Royal Asiatic 

Society. Tijdschrift, deel 21 (1875), pag. 1. 

ld. (Dr. H. N. van der). Geschiedenis van Borna naar 

een Maleisch handschrift van de Royal Asiatic Society. 


ld. (Dr. H. N. van der). Het Lampongsch en zijne tongvallen. 


ld. (Dr. H. N. van der). Lampongsche pyagem's. Tijdschrift, 

deel 29 (1884), pag. 191. 

ld. (Dr. H. N. van der). Misverstand (over Javaansch 

en Kawi). Tijdschrift, deel 26 (1881), pag. 528. 

ld. (Dr. H. N. van der). Naar aanleiding van eene proclamatie 

van den Sultan van Bantam. Tijdschrift, deel 

23, (1876), pag. 134.


TUUK (Dr. H. N. van der). Naar aanleiding van VÄN ECK'S 

Balineesch-Nederlandsch woordenboek. Tijdschrift, 

deel 25 (1879), pag. 242. 

Id. (Dr. H. N. van der). Nalezingen op „Eenige Maleische 

wajangverhalen toegelicht." (Zie deel 25). Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag. 199. 

ld. (Dr. H. N. van der). Omtrent eene Oud-Javaansche 

inscriptie. Tijdschrift, deel 23 (1876), pag. 140. 

ld. (Dr. H. N. van der). Proeve van een vergelijkende 

woordenlijst van Lampongsche tongvallen. Tijdschrift, 

deel 17 (1869), pag. 569. 

ld. (Dr. H. Neubronner van der). Vragen ter opheldering 

van oud-Javaansche woorden. Tijdschrift, deel 

25 (1879), pag. 132, 329, 432, 

TW1SS (F.) Nota van aanvulling betreffende de onafhankelijke 

Batanghari-DistrLcten van 1882. Tijdschrift, deel 

45 (1902), pag. 93. 

ld. (F.) Eenige aanteekeningen omtrent land en volk 

der beoosten de onderafdeeling Kotta VII gelegen 

onafhankelijke landen. Tijdschrift, deel 44 (1901), 

pag. 255. 

•TIJDREKENING der Aziatische volkeren, zie RADERMÄ- 


ld. Opmerking omtrent de Çaka-jaartelling, z/eSTUART. 


ld. zie TIJDREKENKUNDE. 

TIJDREKENKUNDE. Chineesche tijdrekening, zie HÄGE- 


Id. De maandnaam Hapit, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 19. 

ld. Grissee's koperen zonnewijzer, zie Tjandra Nagara. 


ld. Java. Dagverdeeling, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 

20, pag. 192. 

ld. Moehatnedaansche kalender, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 195.


TIJDREKENKUNDE. Verschil der tijdrekening bij de Aziatische 

volkeren, zie RADERMÄCHER. Tijdschrift, 

deel 12, pag. 12. 

ld. (Vragen over Indische-). Tijdschrift, deel 1, pag 372. 

Antw. Tijdschrift, deel 2, pag. 31 ; deel 3, pag. 104— 

379. 

ld. Wichelen in Midden-Célébes, zie KRUYT. Tijdschrift, 

deel 44, pag, 85. 

*Id. zie GERICKE. Verhandelingen, deel 16. 

U. 

UILESPIEQEL en Dwerghertverhaal in het Kangéansch, zie 


UILENSPIEGELVERHALEN bij de Toradja's, zie ADRIANI. 


ld. Minahasa, zie SCHWARZ. Tijdschrift, deel 46, pag. 

310. 

UILKENS (J. A.) Eenige opmerkingen betreffende Coolsma's 

handleiding tot beoefening der Soendaneesche taal. 

Tijdschrift, deel 21 (1875), pag. 248, zie COOLSMA, 

deel 23, pag. 282. 

ld. (J. A.) Soendasche dongèng. Tijdschrift, deel 18 

(1868—1872', pag. 284. 

ld. fj. A-) Soendasche spreekwoorden. Tijdschrift, deel 

18 (1868-1872), pag. 395; deel 20, pag. 327; deel 

21, pag. 183. 

ld. (J. A.) Soendasche spreekwoorden (zie deel 18'. 


ld. (J. A.) Soendasche spreekwoorden (zie deel 20). 

Tijdschrift, deel 21 (1875), pag 183. 

UILMANN. Het „tiwa" der Dajak's. Tijdschrift, deel 17 (1869), 

pag. 70. 

UYTTERBROECK Bawéansche huwelijksgebruiken, zie AT- 

MADJA. Tijdschrift, deel 34, pag. 533. 

V. 

•VACCINE, te Batavia, zie STEEGE. Verhandelingen, deel 1. 

*Id. zie BICKER, Verhandelingen, deel 4; zie NIELEN. 



*VACCINE, zie HOGENDORP. Verhandelingen, deel 2. 

VÄHÄNNA'S, zie WAHANNA'S. 

VAMPIRISME, naar een Syrischen schrijver, zie RONKEL. 


VARIA JAvANICA, zie KNEBEL, Tijdschrift, deel 44, pag. 24. 

VELDEN (Am. J. H. van der). Proeve eener spraakleer van 

de Laoraneesche taal. Tijdschrift, deel 42 (1900), 

pag. 57. 

VEETMAN (F. J) Nota betreffende de Atjèhsche goud-en 

zilversmeedkunst (met platen). Tijdschrift, deel 47 

(1904), pag. 341. 

VEN (A. van der). Aanteekeningen omtrent het rijk Bandjarmasin. 

(Met een kaart). Tijdschrift, deel 9 (I860) 

pag. 93. 

•VERBEEK (Dr. R. D. M.) De oudheden van Madjapahit in 

' 1815 en 1887. (Met een kaartje). Tijdschrift, deel 

33 (1890), pag. 1. 

*Id. (R. D. M.) en Delden (E. Th. van).' De Hindoeruinen 

bij Moeara Tak.'es aan de Kampar-rivier met 

aanteekeningen van W. P. GROENEVELDT. Verhandelingen, 

deel 41. 

ld. (R. D. M.) Nota behoorende bij de teekening van 

het waterkasteel. (Jogjakarta). Tijdschrift, deel 30 

(1885), pag. 435. 

• *Id. (Dr. R. D. M.) Oudheden van Java. Lijst der voornaamste 

overblijfselen uit den Hindoetijd op Java 

met eene oudheidkundige kaart. (Met atlas) Verhandelingen, 

deel 46; zie HAASE. Tijdschrift, deel 43, 

pag. 561. 

VERHAAL van den gezagvoerder der brik Anna Maria (H. 

C. Nolte) omtrent zijne ontmoeting met en zijne 

gevangenschap bij de zeeroovers, in Maart 1822. 

Tijdschrift, deel 1 (1853), pag, 162. 

•VERHANDELINGEN. Beknopt register op de 18 eerste 

deelen. Verhandelingen, deel 18. 

•VERHANDELING over de munten, maten en gewichten 

van Nederl. Indië. Verhandelingen, deel 4.

wmmmmMm 


VERJARING in het Moehammedaarische recht, zie HURGRON- 


*VERMEESTERING van Chisura in 1781 en 1795, zie REUS. 


VERMOMDE taal bij de Nufooren, zie HASSELT. Tijdschrift, 


^VERORDENINGEN. Tjerbonsch wetboek. (Pepakem Tjerbon) 

in Javaansche tekst en vertaling, zie HAZEU. 


VERSLAG der hydrographie van N.-I. in 1855. Tijdschrift, 

deel 5 (1856), pag. 407; deel 7, pag. 97; deel 10, 

pag. 26. 

Id. der hydrographie van den Ind. Archipel, over 1856. 


Id. der hydrographie in den Ind. archipel over 1857— 


Id. der kommissie tot verbetering der Indische zeekaarten, 

1854. Tijdschrift, deel 4 (1855), pag. 167; deel 

5, pag. 407; deel 7, pag. 97; deel 10, pag. 26. 

Id. der reis van den Controleur Hoedt naar de Noordkust 

van West-Flores. Tijdschrift, deel 36 (1893), 

pag. 281. 

ld. eener reis naar Ènggano door den Assistent-resident 

van Benkoelen. (Met een kaart). Tijdschrift, deel 19 

(1870), pag. 165. 

ld. nopens den politieken toestand in de Rokanstaatjes, 

van H. C. E. Quast (met een kaartje). Tijdschrift, 

deel 48 (1905), pag. 408. 

ld. van den staat van het Bataviaasch Genootschap op 

den 24sten April 1855. Tijdschrift, deel 4 (1855), 

pag. 197. 

VERSTEGE (Ch. M. G. A. M. EcomaX Bijzonderheden over 

de Sekah-bevolking van Billiton. Tijdschrift, deel 

24 (1877', pag. 201. 

ld. (Ch. M. G. A. M. Ecoma). Reis naar de Noë-minarivier 

enz. óp de Z. O. 'kust van Timor. (In Juli 



N a a m= en zaakre gister. 250 

VERSTERFRECHT, adoptie en pleegkinderen bij de Chineezen, 


' VERWYK (J. J.) Aanteekeningen omtrent het Dièng-gebergte 

en zijne merkwaardigheden (met kaart). Tijdschrift, 

deel 35 (1893), pag. 215. 

ld (J. J.) Bijdrage tot de kennis van den Sapoedi- 

Archipel (Met kaart). Tijdschrift, deel 35 (1893), 

pag. 234. 

VICTORIE-BRANDEN, zie CHYS. Tijdschrift, deel 26, pag. 

256. 

*VISSCHEN. Ichthyologische bijdrage, zie BLEEKER. Verhandelingen, 

deel 21, 22, 23, 24, 25, 26. 

V1SSCHER (C M.) De landbouw in Amboina in 1853. Tijdschrift, 

deel 8 (1859), pag. 19. 

VISSCHERY in Grati (Pasoeroean), zie KNEBEL. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 283, en zie pag. 541. 

VISSER (H.) Iets over het landschap de Pasemah Oeloe 

Manna en zijne tijdelijke onderwerping door Sir 

Thomas Stamford Raffles. Tijdschrift, deel 28 (1883), 

pag. 314. 

ld. (H.) Verslag omtrent de invoering van het geregeld 

bestuur in het landschap Gloegoer 111 Kota di Ilir. 


VISCHVANGST. Troeboek-visscherij, zie GRAMBERG. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 298. 

VLECHTEN, zie DOES. Tijdschrift, deel 36, pag. 1. 

*VLIS (C. J. van der). Beschrijving en verklaring der oudheden 

en opschriften op Soekoeh (Soekoe) en Tjetto 

(Tjeta) in het Lawoegebergte (Met zes platen). Verhandelingen, 

deel 19. 

*Id. (C. J. van der) Formosaansche woordenlijst met 

aanteekeningen betreffende de Formosansche taal. 

Verhandelingen deel 18. 

VOEDINGSSTOFFEN voor pas geboren kinderen, zie TER 

NE. Verhandelingen, deel 7. 

*VOGELAAR, (J. J.), De tembing of het doodenfeest der 

Chineezen. Verhandelingen, deel 6.


VOGELNESTEN, Grot Rongkob in Jogjakarta, zie KOMOAN. 


'»VOGELNESTJES, zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 3. 

VOGELNESTKLIPPEN te Karang-bolong, z/eCARLIER. Tijdschrift, 

deel 1, pag. 304. 

*VOGELS. De paradysvogel, zie CORNABE. Verhandelingen, 

deel 5. 

ld. Havik, nachtuil, reiger, ijsvogel, zwaluw, zie WURMB. 


^VOLKENKUNDE. Aanteekeningen omtrent Midden-Sumatra, 

aan officiëele bescheiden ontleend. Verhandelingen, 

deel 39. 

*Id. Adelstand der Javanen, zie MAC GILLAVRY. Verhandelingen, 

deel 16. 

Id. Alifoeroe der Minahasa. Het afplatten van het voorhoofd, 

zie WILKEN. Tijdschrift, deel 21, pag. 374. 

ld. Alifoersche naamgeving, zie WILKEN. Tijdschrift, 

deel 22, pag. 363. 

ld. Amboneesch péla-verbond, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 365. 

ld. Aroe-eilanden, zie HOEVELL. Tijdschrift, deel 33, 

pag. 57. Kei eil. pag. 102. 

Id. Bali. Aanteekeningen, zie WAANDERS. Tijdschrift, 


ld. Bali. Zeden en gebruiken, zie WAANDERS. Tijdschrift, 

deel 8, pag. 103. 

ld. Banka en de darat-bewoners, zie NOOY. Tijdschrift, 

deel 37, pag. 606. 

ld. Banka. Orang (be)lom. Tijdschrift, deel 11, pag. 388. 

ld. Bantiksche legenden, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

17, pag. 258. 

ld. Bataklanden, speciaal Simeloengoen, zie KROESEN. 


ld. Batak's. Stamverdeeling, zie DYK. Tijdschrift, deel 

38, pag. 296. 

ld. Bawéansche huwelijksgebruiken, zie ATMADJA. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 533.


VOLKENKUNDE. Bevolking en handel van Billiton. zie 

CROOCKEWIT. Tijdschrift, deel 1, pag. 77. 

ld. Billitoneesch schermfeest, zie DOORMAN. Tijdschrift, 

deel 48, pag. 339. 

ld. Billiton, zie SCHEPERN. Tijdschrift, deel 9, pag. 56. 

ld. Bornéo. Dajaksche sterrekunde, zie SCHAANK. Tijdschrift, 

deel 32, pag. 435. 

ld. Bornéo. Dajak's van Melintam en Njawan, zie BERC- 


ld. Bornéo. Dajak's van Sidin (Siding), zie KATER. 


ld. Bornéo. Doodenfeest der Dajak's, zie ULLMANN. 


ld. Bornéo. Instellingen en gebruiken der Dajak's van 

Doesoen, Moeroeng en Siang. Tijdschrift, deel 1, 

pag. 201. 

*Id. Bornéo. Overzicht der afdeeling Soekadana, zie 

BARTH. Verhandelingen, deel 50. 

ld! Bornéo. Sneltocht aan den Boven-Kapoeas, zie KA 

TER. Tijdschrift, deel 16, pag. 252. 

ld. Bornéo. Tatoeëeren of toetang bij de Biadjoe-stammen, 

zie HAMER. Tijdschrift, deel 30, pag. 451. 

ld. Bornéo. Tempajan's of Tandjau's bij de Dajak's, 

zie KATER. Tijdschrift, deel 16, pag. 438. 

ld. Bornéo. Uitrusting van een Dajakschen koppensneller, 

zie KATER. Tijdschrift, deel 24, pag. 234. 

ld. Bornéo (West). Bijdrage tot de folklore, zie WES 

TENENK. Tijdschrift, deel 41, pag. 193; deel 43, 

pag. 159. 

*Id. Brama-bewoners, zie RYCK. Verhandelingen, deel 7. 

ld. Bruidschat, zie HOEVEN. Tijdschrift, deel 16, pag. 

277. 

Id. Celebes. Adoptie in verband met matriarchaat bij 

de Toradja's, zie KRUYT. Tijdschrift, deel 41, pag. 

80. 

Id. Celebes. Boni, zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 15,


VOLKENKUNDE. Celebes. De bekentenis van een Holontaloschen 

Ponggoh, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

17, pag. 270. 

Id. Celebes. De Toradja's, zie ADRIANI. Tijdschrift, 

deel 44, pag. 215. 

Id. Celebes. De weerwolf bij de Toradja's, zie KRUYT, 


Id. Celebes. Kaartspel OMI. Tijdschrift, deel 11, pag. 

525, en WILSEN, deel 13, pag. 192. 

Id. Celebes. Makassaarsche en Boegineesche kotika's, 

zie MATTHES. Tijdschrift, deel 18, pag. 1. 

Id. Celebes (Noord). Vroegere rechten en verplichtingen 

der vrije Alifoeroe's, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

18, pag. 157. 

Id. Celebes. Regenbezweerders bij Toradja's, zie KRUYT. 

Tijdschrift, deel 44. pag. 1. 

Id. Celebes. Schaking bij den Makassaar, zie RUTTE. 


ld. Céram (Oostelijk- en omliggende eilanden), zie 

BOSSCHER. Tijdschrift, deel 4, pag. 34. 

ld. Céramsch Kakian-verbond, zie EKRIS. Tijdschrift, 

deel 16, pag. 290. 

ld. Chineesche feestdagen, zie YOUNG. Tijdschrift, deel 

32, pag. 1. 

ld. Chineesche kaartspelen, zie FABER. Tijdschrift, deel. 

26, pag. 413; zie YOUNG. Tijdschrift, deel 31, 

pag. 269. 

ld. Chineesche optocht te Padang, zie YOUNG. Tijdschrift, 

deel 27, pag. 560. 

ld. Chineesche mouches, zie SCHLEGEL. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 569. 

ld. Chineesche vrouwenvoetjes, zie SCHAALJE. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 33. 

ld. Chineezen. Een feest en een genootschap, zie LAN 

GENHOFF, Tijdschrift, deel 7, pag. 473- 

ld. Chineezen. Godsdienst en bijgeloof, zie FRANCKEN. 



VOLKENKUNDE. Chineezen. Thay pak koeng, zie LAN 

GENHOFF. Tijdschrift, deel 6, pag. 97. 

*Id. Dajak's van Bandjermasin, zie HALEWYN. Verhandelingen, 

deel 13. 

*Id. De Alifoeren van het eiland Boeroe, zie WILKEN. 


*ïd. De Javaan in Oostelijk-Java, zie BOECKHOLSZ. 


ld. Dèli (Gegevens omtrent het rijk van-), zie HALE 

WYN. Tijdschrift, deel 23, pag. 147. 

Id. Die Aufgaben der Ethnologie, zie BASTIAN. Tijdschrift, 

deel 40, pag. 191. 

*Id. Doodenfeest der Chineezen, zie VOGELAAR. Verhandelingen, 

deel 6. 

ld. Eedformulier. Timoreezen en Rotineezen, zie WIG- 

GERS. Tijdschrift, deel 36, pag. 279. 

ld. Eiland Siaoe, zie DINTER. Tijdschrift, deel 41, pag. 

324. 

ld. Ènggano en zijne bewoners, zie ROSENBERG. Tijdschrift, 

deel 3, pag. 370. 

*Id. Feesten en gebruiken der Emoy-chineezen, zie 


ld. Flores (West), zie MEERBURG. Tijdschrift, deel 34, 

pag. 434. 

Id. Geophagie in Tapanoeli. Tijdschrift, deel 37, pag. 

310. 

ld. Halmahérasche Alfoeren. Godsdienstige begrippen, 

zie CAMPEN. Tijdschrift, deel 27, pag. 438, zie ook 

deel 28, pag. 240 en 337 ; deel 30, pag. 437. 

ld. Huizen in Bolaang Mongondou, zie CLERCQ. Tijdschrift, 

deel 18, pag. 282. 

ld. Huwelijkswetgeving in China, zie YOUNG. Tijdschrift, 


ld. (Indische Land en-), zie HOLLE. Tijdschrift, deel 16, 

pag. 568. 

ld. Instellingen der Maleiers in de Padangsche Bovenlanden, 

zie COUPERUS. Tijdschrift, deel 4, pag. 1.


VOLKENKUNDE. Java. Amulettes javanaises, zie KNEBEL. 


ld. Java. A propos d'armes javanaises, zie KNEBEL. 


ld. Java. De Kalang's, zie KETJEN. Tijdschrift, deel 24, 

pag. 421 ; deel 28, pag. 185. 

ld. Java. Désa-leven meegeleefd, zie MECHELEN. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 165, 256. 

ld. Java. De weertijger op Midden-Java, zie KNEBEL. 


Id. Java. Eedzwering, zie COHEN. Tijdschrift, deel 40, 

pag. 144. 

Id. Java. Eene oude wijze van lijkbezorging, zie KERN. 


ld. Java en Madoera. Sporen van Shamanisme, zie LEK 

KERKERKER. Tijdschrift, deel 45, pag. 281. 

ld» Java. Ethnographische en folkloristische bijdragen, 

zie HAZEU. Tijdschrift, deel 46, pag. 289. 

ld Java. het schoomaken der krissen. Tijdschrift, deel 

12, pag. 592. 

Id. Java. Kalang-legende, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 

37, pag. 489. 

ld. Java. Koedi en tjoendrik, zie HAZEU. Tijdschrift, 

deel 47, pag. 398, zie ook HURGRONJE, pag. 387. 

ld. Java. Koedjang en badi bij de Soendaneezen, zie 

HURGRONJE. Tijdschrift, deel 47, pag. 387, zie 

ook HAZEU, pag. 398. 

Id. Java. Nini Towong, zie HAZEU. Tijdschrift, deel 

43, pag. 86. 

Id. Java. Nota betreffende het Tengger-gebied, zie 

CHAPELLE. Tijdschrift, deel 41, pag. 32; zie BODE- 


ld. Java. Sur la mensuration des armes, zie KNEBEL. 

Tijdschrift, deel 40, pag. 317, zie ook LABBERTON, 


ld. Java. Tenggereesche zodiakbekers, zie KOHLBRUG- 

GE. Tijdschrift, deel 39, pag. 129.


VOLKENKUNDE. Java. Volksinstellingen in de Oostelijke 

Soendalanden, zie CAMARECQ. Tijdschrift, deel 10, 

pag. 259. 

Id. Java. Waarom de Tenggereezen offers brengen aan 

den Brama. Kjai Koesoema, zie KOHLBRUGQE. 


ld. Java, Wajang, zie MECHELEN. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 72. 

ld. Kei-eilanden, zie BOSSCHER. Tijdschrift, deel 4, 

pag. 23. 

ld. Lampongs. Pepadonwezen en huwelijks- en erfrecht, 

zie HISS1NK. Tijdschrift, deel 47, pag. 69. 

ld. Lombok. Rijstbouw en rijstoogst, zie EERDE. Tijdschrift, 

deel 45, pag. 563. 

Id. Malakka en bovenlanden. Tijdschrift, deel 28, pag. 88. 

Id. Maleisch schiereiland. Notice sur les Mantra's, tribu 

sauvage, zie BO RIE. Tijdschrift, deel 10, pag. 413. 

ld. Menado. Alifoersche grafteekenen, zie CLERCQ. 


ld. Menado. Bron Koemaloko, Winangkil im poriara en 

Mangalap, zie CLERCQ. Tijdschrift, deel 20, pag. 192. 

ld. Menado. Fosso Mahapansa feest der oude Alifoeroe, 


ld. Minahasa. Eedsaflegging bij de Toöe oen boeloe, 


ld. Minahasa. Godsgericht bij den Toöe oen boeloe, zie 

RIEDEL. Tijdschrift, deel 14, pag, 506. 

ld. Minahasa. Steenen Èmpong-zetel, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 40, pag. 188. 

ld. Minahasa. Steenen graven, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 379. 

ld. Nias. (De jacht op het eiland-), zie THOMAS. Tijdschrift, 

deel 26, pag, 274. 

*Id. Nias en bewoners, zie NIEWENHUISEN. Verhandelingen, 

deel 30. 

ld. Nias. Godsdienst en bijgeloof, zie CHATELIN. Tijdschrift, 

deel 26, pag. 109.


VOLKENKUNDE. 'Nias. Meisjes van het geboorte tot hun 

huwelijk, zie LAGEMAN. Tijdschrift, deel 36, pag. 

296. 

ld. Niassche afgodendienst, zie KRAMER. Tijdschrift, 

deel 33, pag. 473. 

ld. Nieuw-Guinéa. Doodenfeest aan de Geelvinksbaai, 

zie BALEN. Tijdschrift, deel 31, pag. 556. 

ld. Nieuw-Guinéa. (N. W. kust\ Noeforeezen, zie HAS 

SELT. Tijdschrift, deel 31, pag. 576; deel 32, pag. 

261. 

ld. Nieuw-Guinéa. Korware oder Ahnerbilder, zie SER 

RURIER. Tijdschrift, deel 40, pag, 287. 

ld. Nieuw-Guinéa. Uit het leven der bevolking van 

WINDESSI, zie ROEST. Tijdschrift, deel 40, pag. 150. 

ld. Nieuw-Guinéa. Zwangerschap en geboorte bij de 

Papoea's in de Dorèh-baai, zie HASSELT. Tijdschrift, 


Id. Philippinen. Einwohnerzahl, zie MEYER. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 434. 

*Id. Prostitutie in China. Verhandelingen, deel 32. 

*Id. Reis in de Battaklanden, zie HAAN. Verhandelingen, 

deel 38. 

* ld. Reis over Bali en Lombok, zie ZOLLENGER. Verhandelingen, 

deel 22. 

ld. Riouw (De residentie- ten deele beschreven). Tijdschrift, 

deel 2, pag. 108. 

ld. Roti en de Rotineezen, zie JACKSTE1N. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 350. 

Id. Sekah-bevolking van Billiton, zie VERSTEGE. Tijdschrift, 

deel 24, pag. 201. 

ld. Slavernij en pandelingschap in de Lampong's, zie 

GROOT. Tijdschrift, deel 27, pag. 452. 

ld. Slavernij op Lombok, zie L1EFR1NCK. Tijdschrift, 

deel 42, pag. 508. 

ld. Soembawa, zie LIGTVOET. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 555. 

ld. Soemba, zie ROOS. Verhandelingen, deel 36. 


N a a m= en zaakregis ter. 258 

VOLKENKUNDE. Soendaneezen. Bijgeloovigheden, zie WIL- 

SEN, Tijdschrift, deel 4, pag. 465; deel 6, pag. 

75; deel 7, pag. 45. 

Id. Sollok-archipel. Zeeroovers, zie JANSEN. Tijdschrift, 

deel 7, pag. 211. 

Id. Steenen beitels in het Museum van het Bataviaasch 

Genootschap, zie BROUWER. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 67. 

Id. Sumatra. Bataklanden. Doodenfeest der marga Simbiring, 

zie JOUSTRA. Tijdschrift, deel 45, pag. 541 ; 

deel 46, pag. 472. 

ld. Sumatra. Battareligion, zie HAGEN. Tijdschrift, deel 

28, pag. 498. 

ld. Sumatra. Beschrijving van Singkil enz. zie ROSEN 


Id. Sumatra. Eed der Menangkabauers, zie HOEVELL. 


Id. Sumatra. Familieleven in de Padangsche bovenlanden, 

zie TOORN. Tijdschrift, deel 26, pag. 205, 

514. 

Id. Sumatra. Feesten in de bovenlanden, zie TOORN. 


Id. Sumatra. Huwelijk bij de Menangkabauers, zie EERDE. 


Id. Sumatra. Kemali, pantang en reboe bij de Karo- 

Batak's. Tijdschrift, deel 48, pag. 505. 

ld. Sumatra, Korintji, Serampas en Soengai Tenang, 

zie KLERKS. Tijdschrift, deel 39, pag. 1. 

ld. Sumatra. Loeboe's en Oeloe's, zie WILLER. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 56; zie HENNY, deel 4, pag. 

401. 

Id. Sumatra. Loeboe's, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, deel 


Id. Sumatra. Menangkabausch bijgeloof, zie TOORN. 


Id. Sumatra. Oud bericht aangaande de Batak's, zie 

HAAN. Tijdschrift, deel 39, pag. 647. 

V

Naam = en z aak register 259 

Id. Sumatra. Palembang (De stad-), zie GRAVESANDE. 


Id. Sumatra. Palembang. Pasemah, zie GRAMBERG. 


ld. Sumatra. Politieke toestand der Rokanstaatjes, zie 

QUAST. Tijdschrift, deel 48, pag. 408. 

Id. Sumatra's westkust. Batoeah en tilako, zie TOORN. 


Id. Sumatra's westkust. Maleisch tooneel, zie KERCK- 


Id. Sumatra. Tijger en bijgeloof der Batak's, zie HEL 

DERMAN. Tijdschrift, 34, pag. 170. 

*Id. Tengger en bewoners, zie HERWERDEN. Verhandelingen, 

deel 20. 

*Id. Timor (Mededeelingen omtrent Midden-), zie GRY- 

ZEN. Verhandelingen, deel 54. 

•Id. Timor, zie GRAMBERG. Verhandelingen, deel 36. 

ld. Troeboek.visscherij en bezweringen, zie GRAMBERG. 


ld. Vampirisme, naar een Syrischen schrijver, zie RON- 


ld. Vrouwenlot op Bali, zie ECK. Tijdschrift, deel 18, 

pag. 370. 

*Id. Z. O. Celebes, zie VOSMAER. Verhandelingen, deel 

17. 

VOLKSINSTELLINGEN.Java.Soendalanden,z/eCAMARECQ. 


*VOLTAIRE versus I Chron. XXII, zie HOGENDORP. Verhandelingen, 

deel 2. 

*VOOR-INDIË. Hindostansche rijk, zie RADERMACHER. Verhandelingen, 

deel 4. 

VOORSPELLINGSKUNST der Javanen, zie NETSCHER. 

Tijdschrift, deel 6, pag. 511; HAGEMAN, deel 7, 

pag. 130. 

VORDERMAN (A. G.) Bijdrage tot de kennis der oudheden 

van Java. Tijdschrift, deel 36 (1893), pag. 481 ; 

deel 37, pag. 313.


VORDERMAN (A. G.) Bijdrage tot de kennis van het Billiton-Maleisch. 

Tijdschrift, deel 34 (1891), pag. 373; 

errata, pag. 624. 

Id. (A. G.) Errata in de „Bijdrage tot de kennis van 

het Billiton-Maleisch". Tijdschrift, deel 34 (1891), 

pag. 624. 

Id. (A. G.) Over eenige weinig bekende oudheden van 

de residentie Madoera. Tijdschrift, deel 36 (1893), 

pag. 233. 

Id. (A. G.) Sasaksche woordenlijst. Tijdschrift, deel 38 

(1895), pag. 404. 

• ld. (A. G.) Tweede bijdrage tot de kennis der oudheden 

van Java. Tijdschrift, deel 37 (1894), pag. 313. 

NORMVERANDERINGEN der Maleische taal, zie DEWALL. 


*VORSTENFAMILIES. Keizers van Japan, zie KAEMPFER. 


;; VORSTENLANDEN. Geography, mineralogy and botany, 

zie HORSFIELD. Verhandelingen, deel 8. 

Id. Hofreis naar Mataram om en bij 1648, zie BRANDES. 


Id. Jogjakarta's verdwenen waterkasteel, zie BOSBOOM. 


ld. Oorlogen van 1741—1757, zie KORT VERHAEL 

VAN enz. Verhandelingen, deel 12. 

ld. Titels der Grooten te Soerakarta, zie WINTER. Tijdschrift, 

deel 2, pag. 459. 

VORSTENLANDSCH beheer over Bagelèn, zie KOL.LMAN. 


*VOS (J. R.) Over de cholera morbus in Bengalen sedert 

1817 geheerscht hebbende. Verhandelingen, deel 

10. 

VOSMAER (J. N.) Beschrijving van Z. O. Celebes, in het 

bijzonder van de Vosmaersbaai of van Kendari, 

verrijkt met eenige berichten omtrent den stam der 

Orang Badjo's enz. (Met een kaart). Verhandelingen, 

deel 17.


VOSMAER (J. N.) Geliting (Noordkust van Flores). Tijdschrift, 

deel 11 (1862), pag. 147. 

•VOSMAERSBAAI. Celebes, zie VOSMAER. Verhandelingen, 

deel 17. 

VRAAQBUS. Tijdschrift, deel 41 (1899), pag. 192. 

VRAGEN EN MEDEDEELINGEN. Tijdschrift, deel 25 (1879), 

pag. 196, 565. 

Id. met vervolgen. Tijdschrift, deel 26 (1881), pag. 

102, 202, 299, 571. 

VRAGEN over Indische tijdrekenkunde. Tijdschrift, deel 1, 

(1853), pag. 372. Antwoorden, deel 2, pag. 318; deel 

3, pag. 104, 279. 

VREEDE (Prof. A. C.) 's „Kantteekeningen enz." zie BRAN 


VREEDE'S Catalogus der Leidsche Universiteitsbibliotheek, 


VRIES (De). Kerkelijk rapport over Céram. Tijdschrift, deel 

22 (1875), pag. 220. 

*VROEDKUNDE in Japan, zie SIEBOLD. Verhandelingen, 

deel 10. 

VROOM (J. de). Aanteekeningen uit eene Balische adversaria. 


ld. (J. de). Balineesche lontarbrieven met vertaling en 

aanteekeningen. Tijdschrift, deel 18 (1868-1872), 

pag. 228; deel 21, pag. 104. 

ld. (J). Balineesche lontarbrieven met vertaling en aanteekeningen. 


ld. (J. de). De telwoorden in het Balineesch. Tijdschrift, 

deel 21 (1875), pag. 169. 

ld. (J. de). Hi Lingga P'ta. Balineesch volksgedicht. 

(Eerste gedeelte). Tijdschrift, deel 21 (1875), pag. 


Id. (J. de). Hi Lingga P'ta. (Tweede gedeelte). Tijdschrift, 

deel 21 (1875), pag. 530. 

Id. (J. de). Masorsinggih; eenige verspreide aanteekeningen 

over het bestaan en gebruik van eene hooge


en eene lage taal in het Balineesch. Tijdschrift, deel 

18 (1868-1872), pag. 310. 

ld (1 de) Trouwe liefde beloond, een Balineesch ver- 

' haal. Tijdschrift, deel 21 (1875), pag. 323. 

VRIJHAVENS. Riouw in 1833. Tijdschrift, deel 3, pag. 48. 

VULKANISME. Krakatau. Vroegere berichten, zie BERG. 


*Id. Tomboro, zie ERUPTION FROM THE-MOUNTAIN. 


Id Uitbarsting van Idjin en Raun, (Banjoewang.), zie 

BOSCH. Tijdschrift, deel 7, pag. 265. 

ld. Uitbarsting van den Awoeh taroena, in 1865, zie 


W. 

WAAL (G. de). Aanteekeningen betreffende de rijstcultuur 

op boschgronden in de onderafdeeling Pangkalan 

Kota Baharoe en XII Kota Kampar der residentie 

Padangsche Bovenlanden. Tijdschrift, deel 30(1885), 

pag- 400. .. 

ld (G de). Aanteekeningen betreffende de rijstcultuur 

op sawah's in de onderafdeeling Limapoeloeh Kota 

der residentie Padangsche Bovenlanden. Tijdschrift, 

deel 30 (1885), pag. 391. 

WAANDERS (P. L. van Bloemen). Aanteekeningen omtrent 

Bali. Tijdschrift, deel 5 (1856), pag. 431; deel 7, 

pag. 73. 

Td (P L van Bloemen). Aanteekeningen omtrent Bali 

' (vervolg van deel 5, bl. 447). Tijdschrift, deel 7 

(1858), pag. 73. 

ld (P L van Bloemen). Aanteekeningen omtrent de 

' zeden en gebruiken der Balineezen, inzonderheid die 

van Boelèlèng. Tijdschrift, deel 8 (1859), pag. 105. 

ld (P L van Bloemen). Beknopte en zakelijke inhoud 

van het Kawi-handschrift Pamentjangah Ngoerah 

Sidemen. Tijdschrift, deel 8 (1859) pag. 61.


WAHANNA'S van het Brahmaansche en Boeddhistische pantheon, 

zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 47, pag. 227. 

WAJANG Dampo Awang, zie COHEN. Tijdschrift, deel 45, 

pag. 144. 

ld. Javaansch, zie Mechelen, Tijdschrift, deel 25, pag. 72. 

Id. Karna tandingan. Tijdschrift, deel 7, pag. 33. 

ld. karoetjil. Damar woelan, zie BRANDES. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 457. 

Id. Maleische verhalen toegelicht, zie TUUK. Tijdschrift, 


*Id. poerwa, 23 Lakon's, zie MECHELEN. Verhandelingen, 

deel 40. 

*Id. poerwa. 3 Teksten, zie MECHELEN. Verhandelingen, 

deel 43; idem, deel 44. 

WAJANQVERHAAL Djaladara rabi, zie POENSEN. Tijdschrift, 

deel 31, pag. 387. 

ld. Karta Wijoga, zie POENSEN. Tijdschrift, deel 29, 

pag. 101. 

WALBEEHM (A. H. J. Q.) Eenige opmerkingen over het 

Javaansch zooals dat gesproken wordt in het district 

Bandjaran (residentie Djapärä). Tijdschrift, deel 

38 (1895), pag. 316. 

*Id. (A. H. J. G). Het dialect van Djapârn. Verhandelingen, 

deel 49. 

*Id. (A. H. J. G.) Het dialect van Tegal. Verhandelingen, 

deel 54. 

ld. (C. W.) Bijdragen tot de geschiedenis der Soendalanden 

uit het Maleisch. Tijdschrift, deel 6 (1857), pag. 

247. 

ld. (C. W.) Lijst van de voornaamste inlandsche ambtsbenamingen 

met korte aanduiding der aan de betrekkingen 

verbonden werkzaamheden, voorregten 

enz. Tijdschrift, deel 16 (1867), pag. 479. 

WALL (A. F. von de). Kort begrip der beteekenis van de 

tarèkat nàar het Maleisch van Sajid Oesman bin 

Abdoellah bin Akil bin Jahja, adviseur-honorair voor 

Arabische zaken. Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 223.


WALLAND (J.) Het eiland Èngano (Ènggano). Tijdschrift, 

deel 14 (1864), pag. 93 en 330. 

WANDAMMER. Telwoorden enz. zie BINK. Tijdschrift, deel 

34, pag. 62. 

WAPENEN. Javaansche wijze van schoonmaken. Tijdschrift, 

deel 12, pag. 592. 

*WAPENFABRICATIE. Bornéo, zie HENDRIKS. Verhandelingen, 

deel 18 

WAPENS (Javaansche- en andere gewijde voorwerpen), zie 

KNEBEL. Tijdschrift, deel 40, pag. 239. 

ld. Sur la mensuration des armes chez les Javanais, zie 

KNEBEL. Tijdschrift, deel 40, pag. 317, zie ook 

LABBERTON. Tijdschrift, deel 41, pag. 191, 590. 

*WÄTERVREES, zie STEEGE. Verhandelingen, deel 3 ; zie 

DULX. Verhandelingen, deel 5. 

*WEEFKUNST, zie HOOYfflÄN. Verhandelingen, deel 2. 

WEERTYGER, zie WEERWOLF. 

WEERWOLF bij de Toradja's, zie KRUYT. Tijdschrift, 

deel 41, pag. 548. 

Id. op Midden-Java, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 41, 

pag. 568. 

WEITZEL (Ä. W. P.) De Generaal-Majoor Jhr. C. van der 

WYCK. Tijdschrift, deel 1 (1853), pag. 480. 

*WELÈRI (Van- naar het gebergte Praauw), zie DOMIS. Verhandelingen, 

deel 11. 

WESTENBERG (C. J.) Nota over de onafhankelijke Baraklanden. 


WESTENENK (L. C.) Bijdrage tot de kennis der folklore 

van West-Bornéo. Tijdschrift, deel 41 (1899», pag. 

193; deel 53, pag. 159. 

ld. (L. C.) De Moealang-en Sekadau-Dajak's, (Een reisverhaal 

door den Controleur van Sanggau en Sekadan 

(Westerafdeeling van Bornéo). Tijdschrift, deel 39 

(1897), pag. 305. 

WETBOEKEN. Kawi. Déwa danda. Vertaling, zie BLOKZEYL. 



WETBOEKEN. Sumatra. Oendang-oendang in Lematang oeloe 

en ilir en de Pasemah, zie GERSEN. Tijdschrift, deel 

20, pag. 108. 

ld. Versterfrecht, adoptie en pleegkinderen bij de Chineezen, 


*WEVEN bij Javanen en Chineezen, zie HOOYMAN. Verhandelingen, 

deel 2. 

ld. zie DOES. Tijdschrift, deel 36, pag. 1. 

WEYLAND'S reis naar Nieuw-Guinéa in 1705, zie HAGA. 


WIESE (R. C. van Prehn) De Westerafdeeling van Bornéo. 


WIGGERS (H. D.) Gewone eed der Timoreezen en Rottineezen. 


ld. (H. D.) Schets van het regentschap Kadjang (Celebes 

en Onderhoorigheden). Tijdschrift, deel 36 (1893), 

pag. 247. 

*WILKEN (G. A.) De Mfoeren van het eiland Boeroe. Verhandelingen, 

deel 38. 

ld. (G. A.) Het afplatten van het voorhoofd bij de Alfoeren 

van de Minahasa. Tijdschrift, deel 21 (1875), 

pag. 374. 

ld. (G. A.) Iets over naamgeving en eigennamen bij de 

Alfoeren van de Minahasa. Tijdschrift, deel 22 (1875), 

pag. 363. 

WILLER (T. P.) Eerste proeve eener kronyk van Mampawa 

en Pontianak. Tijdschrift, deel 3 (1855), pag. 516; 


ld. (T. P.) Exploitatie van Boeroe. Tijdschrift, deel 2 

(1854), pag. 403. 

ld. (T. P.) Iets over de Loeboe's en Oeloe's op Sumatra. 

Tijdschrift, deel 4 (1855), pag. 56. • 

ld. (T P..) Proeve eener kronyk van Mampawa en Pontianak 

(slot van deel 3, bladz. 562) Tijdschrift, deel 

6 (1857), pag. 69. 

. WILSEN (F. C.) Bara Boedoer. Tijdschrift, deel 1 (1853), 

pag. 235, zie deel 2, pag. 1. 


33 -

M 

•• 

Naam- en 

zaakregister. 

WILSEN (F. C.) Bijgeloovigheden der Soendaneezen. Tijdschrift, 

deel 6 (1855), pag. 465; deel 6, pag. 75; 


ld. (F. C.) Bijgeloovigheden der Soendaneezen (vervolg 

van deel 4, bladz. 486) ; met platen. Tijdschrift, deel 

6 (1857), pag. 75. 

ld. (F. C.) Bijgeloovigheden der Soendaneezen (zie deel 

6). Met twee platen. Tijdschrift, deel 7 (1858), pag. 45. 

• ld. (F. C.) De Boeddhistische triemoerti op Java voorgesteld 

in den tempel te Mendoet. (Met zes platen). 


• ld. (F. C.) Eenige opmerkingen omtrent de vele op Java 

voorkomende zoogenaamde Siwabeelden. Tijdschrift, 

deel 20 (1873), pag. 57. 

ld. (F. C.) Fragment uit eene beschrijving van Bagelèn. 


ld. (F. C.) Nog iets over het OMI-spel (zie deel 11). 


• ld. (F. C.) Oudheden in Cheribon. (Met platen). Tijdschrift, 

deel 4, pag. 488; deel 6 (1857), pag. 57. 

WINATA (Raden Karta). Formulieren in gebruik bij het afsterven 

en liet begraven in de desa Bëngang, afdeeling 

Soemëdang. Tijdschrift, deel 32 (1889', pag. 211. 

ld. (Raden Karta). Opmerking ten aanzien van Daharpake 

van den Heer COOLSMA. Tijdschrift, deel 23 

(1876), pag. 593. 

WINDESSI. (Nieuw-Guinéa). Uit het leven der bevolking, 

zie ROEST. Tijdschrift, deel 40, pag. 150. 

WINKLER (Dr. Johan). Bericht über die Untersuchungsreise 

nach der Insel Ènggano 4—19 April 1903. Tijdschrift, 

deel 46 (1903), pag. 558. 

• *WINTER. Damar Woelan. Javaansch proza. Verhandelingen, 

deel 30. 

* ld. (C. F.) Hangling Darma, Javaansch vorst. Verhandelingen, 

deel 25. 

ld. (C. F.) Rama, een Javaansch gedicht, naar de be- 

' werking van Jasa Dhipoera. Verhandelingen, deel 

21.

Naam= en zaakregîster. 267 

*WINTER (C. F.) Titels der Javaansche grooten te Soerakarta. 


WINTJES (P. A.) Alfoersche gebeden. Tijdschrift, deel 40 

(1898), pag. 571. 

*W1TTE negerin, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. neger, zie IPEREN. Verhandelingen, deel 1. 

W1SELIUS (J. A. B.) Historisch onderzoek naar de geestelijke 

en wereldlijke supprematie van Grissee op 

Midden en Oost-Java in de 16 en 17 eeuw. Tijdschrift, 

deel 23 (1876;, pag. 458. 

Id. (J. A. B.) Ruine van Koefa Rosan ; district Lingkir 

in Soerabaja. (Met een kaartje). Tijdschrift, deel 23 

(1876), pag. 18. 

*WIWAHA (Ardjoena-). Kawi, zie FRIEDERICH. Verhandelingen, 

deel 23. 

*Id. of Mintaraga. Javaansch gedicht, zie GERICKE. 


WOEKOE, zie PAWOEKON. 

WOLBERS. Geschiedenis van Java, zie STUART. Tijdschrift, 

deel 19, pag. 154. 

*WOLF. (B.) Fluxus ventris of buikloop. Verhandelingen, 

deel 2. 

•WOORDENBOEKEN. A dictionary of the Sunda language, 

zie RIGG. Verhandelingen, deel 29. 

Id. Alifoersch (Bonfia) en Céramsch, zie d'ARMAND- 

V1LLE. Tijdschrift, deel 43, pag. 345. 

ld. 

lifoersch van Boeroe, zie JELLESM \. Tijdschrift, 

deel 21, pag- 295. 

ld. Alifoersch, zie nog ld. Halifoersch. 

ld. Mjèhsche woordenlijst, zie DIAS. Tijdschrift, deel 

25, pag. 140. 

ld Balineesch woordenboek van VAN ECK beoordeeld, 

zie TUUK. Tijdschrift, deel 25, pag. 242. 

ld. Banka's darat bewoners, zie NOOY. Tijdschrift, deel 

37, pag. 606. 

ld. Billiton-maleisch, z/e VORDERMAN. Tijdschrift, deel 

34, pag. 373, errata pag. 624. 

*id. Bimaneesch, zie JONKER. Verhandelingen, deel 48.


WOORDENBOEKEN. Bonératé en Kalao'sche woordenlijst, 

zie BAKKERS. Tijdschrift, deel 11, pag. 215. 

ld. Bornéo, Zes dialecten der Z. en O. afdeeling, zie 

HAMER. Tijdschrift, deel 32, pag. 455. 

*ld. Bijdragen voor het Tompakéwa'sch, z/eJELLESMA. 


*Id. Bijdrage tot de kennis van het dialect van Sikka, 

zie CALON. Verhandelingen, deel 50. 

Id. Djohor. Sprachrudimente der orang-utan, zie MA- 


ld. Èngganeesch, zie HELFRICH. Tijdschrift, deel 34, 

pag. 539; deel 35, pag. 228. 

ld. Ènggano enz. zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 484. 

ld. Etymologie van eenige bastaardwoorden in Inlandsche 

talen, zie STUART. Tijdschrift, deel 19, pag. 540. 

*Id. Favorlangsch, zie H\PPART. Verhandelingen, deel 

18. 

ld. Flores. Dialect van Sikka, zie CALON. Tijdschrift, 


ld. Flores. Lioosch, zie CLAON. Tijdschrift, deel 35, 

pag. 200. 

ld. Flores. Sikkaansch, zie CALON. Tijdschrift, deel 

35, pag. 129. 

*Id. Formosaansche woordenlijst met aanteekeningen, 


* ld. Halifoersch van Z. O. Nieuw-Guinéa, zie KOK. Verhandelingen, 

deel 56. 

ld. Hebreeuwsch woord van Maleischen oorsprong? 


* ld. Hoog, gemeen en berg Javaansch, zie PROEVE. 


ld. Inlandsche plantennamen, zie SCHEFFER. Tijdschrift, 

deel 25, pag. 319. 

* ld. Japansche woorden. Verhandelingen, deel 3. 

ld. Javaansch. Beoordeeling van Jansz' supplement, zie 

STUART. Tijdschrift, deel 19, pag. 296.

Naam- en z a a k r e g i s t e r. 269 

WOORDENBOEKEN. Javaarisch. Dialect van Dermajoe, zie 

GRONEMAN. Tijdschrift, deel 36, pag. 462. 

* ld. Javaansch. Dialect van Djapara, zie WALBEEHM. 

Verhandelingen, deel 49; zie ook Tijdschrift, deel 

38, pag. 316. 

ld. Javaansch. Dialect van Tegal, zie WALBEEHM. Verhandelingen, 

deel 54 

*Id. Javaansch. Dialect van Malang-Pasoeroehan, zie 

LABBERTON. Verhandelingen, deel 51. 

ld. Javaansch van Bandjaran (Djapara), zie WALBEEHM. 


ld. Javaansch van Tegal, zie KNEBEL. Tijdschrift, deel 

42, pag. 344. 

ld. Kawiwoorden. Opheldering gevraagd, zie TUUK. 

Tijdschrift, deel 25, pag. 132, 329, 432. 

ld. Kei- en Aroe-eilanden, zie EYBERGEN. Tijdschrift, 

deel 14, pag. 557. 

*Id. Lampongsche woordenlijst, speciaal voor Kroé, zie 

HELFR1CH. Verhandelingen, deel 45. 

ld. Loeboesche woordenlijst, zie OPHUYSEN. Tijdschrift, 

deel 29, pag. 526. 

ld. Maleisch-Atjèhsch woordenlijstje. Tijdschrift, deel 

24, pag. 337. 

Id. Maleische geschriften van Klinkert beoordeeld, zie 

DEWALL. Tijdschrift, deel 20, pag. 78. 

Id. Maleische uitdrukkingen verklaard, zie DEWALL. 


Id. Maleische woorden en uitdrukkingen, zie HABBEMA. 


ld. Maleisch-Kissersche woordenlijst (Kei en Aroe eilanden), 

zie RINNOOY. Tijdschrift, deel 31, pag. 149. 

ld. Maleisch-Koeboesche woordenlijst, zie DE1BERT. 


*Id. Maleisch (Midden-). Besemah'sch en Serawnj'sch, zie 

HELFR1CH. Verhandelingen, deel 53. 

ld. Maleisch. Ontwerp van een woordenboek, zie DE 

WALL. Tijdschrift, deel 6, pag. 535, zie STUART,


deel 7, pag. 287; en DEWALL, deel 8, pag. 327; 

en deel 9, pag. 420; deel 12, pag. 1 en 354. 

*WOORDENBOEKEN. Maleisch. Oorsprong van het woord 

tjoema, zie RONKEL. Tijdschrift, deel 46, pag. 71,'t 

woord binara, deel 46, pag. 92 ; 't woord djodo, deel 

46, pag. 128; bagai, deel 46, pag. 241 ; pawai, deel 

46, pag. 469; kamandikai, deel 46, pag. 476; diverse 

woorden, deel 47, pag. 189. 

Id. Maleisch telwoord in het Teloegoe? zie RONKEL. 


Id. Maleisch woordenboek (supplement) van Klinkert 

beoordeeld, zie DEWALL. Tijdschrift, deel 42, pag. 7. 

Id. Maleisch woordenboek van Pijnappel. Onjuistheden 

verbeterd, zie HABBEMA. Tijdschrift, deel 31, pag. 

594. 

ld. Menado. Manggaraische taal, zie MEERBURG. Tijdschrift, 

deel 35, pag. 75. 

ld. Menado. Talen en dialecten, zie J NSEN. Tijdschrift, 

deel 4, pag. 521. 

ld. Mentawei enz. zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 

25, pag. 484. 

ld. Nederlandsch. Opium „schuiven", zie HAAN. Tijdschrift, 

deel 46, pag. 478. 

ld. Nias enz. zie OUDEMANS. Tijdschrift, deel 25, 

pag. 484. 

ld. Nieuw-Guinéa. Karau-Jatafa's der HUMBOLDTS- 

BAA1. Tijdschrift, deel 45, pag. 59. 

ld. Nieuw-Guinéa. Zuidwestkust van Kapaur-gebergte 

tot aan Sekar. Tijdschrift, deel 46, pag. 1. 

* ld. Nieuw-Guinéa (Zuid-oost), zie KOK. Verhandelingen, 

deel 56. 

ld. Papoea-dialecten, zie MA CLAY. Tijdschrift, deel 23, 

pag. 372. 

ld. Papoea en Negrito-talen, zie MEYER. Tijdschrift, 

deel 20, pag. 441. 

ld. Portugeesche woorden in het Koepang-Maleisch,2/e 

DONSELAAR. Tijdschrift, deel 20, pag. 363 en 571.


WOORDENBOEKEN. Redjangsch. Tijdschrift, deel 30, pag. 

484. 

ld. Rotineesche woorden in het Koepang Maleisch, zie 

DONSELAAR. Tijdschrift, deel 20, pag. 357. 

ld. Sangi-manganitoe woordenlijst, zie RIEDEL. Tijdschrift, 

deel 10, pag. 375. 

ld. Sasaksche woordenlijst, zie VORDERMAN. Tijdschrift, 

deel 38, pag. 404. 

ld. Soembaneesch-Hollandsche woordenlijst, zie AL- 

DERWERELT. Tijdschrift, deel 34, pag. 234. 

ld. Soloreesch, zie LEEMKER. Tijdschrift, deel 36, pag. 

421. 

Id. Sumatra. Lampongsche woordenlijsten, zie TUUK. 


Id. Tamilwoorden in Maleisch gewaad, zie RONKEL. 


ld. Timoreesche en Rotineesche woorden, zie KLEIAN. 


ld. Timor. Tèttumsche woordenlijst met beknopte spraakkunst, 

door A. MATHYSEN. Verhandelingen, deel 56. 

Id. Timor. Tèttumsch. Tijdschrift, deel 37, pag. 401. 

ld. Togian-eilanden (De talen der-), zie ADRIANI. Tijdschrift, 


ld. Vergelijkende tabel van het Singkilsch, Pak-paksch. 

Toba'sch en de taal der Banjak-eilanden, zie RO 

SENBERG. Tijdschrift, deel 3, pag. 397. 

ld. Wandammersche telwoorden enz. zie BINK. Tijdschrift, 

deel 34, pag. 62. 

*Id. Woordenlijst voor Sampit en Katingan, zie TIEDT- 

KE. Verhandelingen, deel 36. 

WOORDENLIJST der taal die gesproken wordt in het gebergte 

van Kapaur tot aan Sekar (Zuid-Westkust 

van Nieuw-Guinéa), door wijlen C. J. F. Ie COCQ 

d'ARMANDVILLE. Tijdschrift, deel 46 (1903), pag. 1. 

•WORTELEN (Eetbare- bij rijstschaarste), zie AANMERKIN 

GEN OP DE VRAAG enz. Verhandelingen, deel 3. 

*WURMB (F, Baron von). Orde der palmboomen. Verhandelingen, 

deel 1.


*WURMB (F. Baron von). Beschrijving van de groote Bornéosche 

orang-outan(g), of de Oost-Indische Pongo. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. (F. Baron von). Bijdragen tot de natuurlijke historie, 

a. De grijze otter die omstreeks Batavia gevonden 

wordt. b. De Juno vogel van Malakka, c. De kuikendief 

van het eiland Java. d. De doorn-rolpalm. e. De 

heesterachtige poelpalm. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (F. Baron von). Bijdragen tot de natuurlijke historie. 

a. Kitip, een klein onsimetrisch wanschapen mensch. 

b. De 'kanan, eene langstaartige aap. c. Het dwergbokje 

van het eiland Java. d. De havik van het 

eiland Java. e. De nachtuil van het eiland Java. f. 

De kleine, witte reiger van het eiland Java. g. De 

groote ijsvogel van het eiland Java. h. De nestjeszwaluw 

van het eiland Java. i. De groote adder van 

het eiland Java. j. De goudachtige gevlekte teek van 

het eiland Java. k. De groote tuinspin van het eiland 

Java. 1. De krullende moespalm van het eiland Java. 


*Id. (F. Baron von). Bijdragen tot de natuurlijke historie. 


WYCK (Generaal-Majoor Jhr. C. van der-), zie WE1TZEL. 


WYK (D. Qerth van). De geschiedenis van Prinses Balkis, een 

Maleische vertelling met tekst en vertaling. Verhandelingen, 

deel 41. 

ld. (D. Qerth van). De Koranische verhalen in het Maleisch. 

Tijdschrift, deel 35 (1893), pag. 249; deel 

36, pag. 533. 

ld. (D. Oerth van). De Koranische verhalen in het Maleisch 

(vervolg en slot). Tijdschrift, deel 36(1893), 

pag. 533., 

Id. (D. Gerth van). Eenige opmerkingen naar aanleiding 

van Klinkert's beoordeeling der Maleische Spraakkunst 

van Dr. J. J. DE HOLLANDER. Tijdschrift, 

deel 26 (1881), pag. 182.


WYK (D. Gerth van). Een Menangkarbauwsche heilige. 


ld. (D. Gerth van). Iets over verschillende Maleische 

redactiën van den Seri Rama. Tijdschrift, deel 34 

(1891), pag. 401. 

WYSBEGEERTE. Chasteleijn. Invallende gedachten. Tijdschrift, 


*Id. I Chron: XXII en Voltaire, zie HOGENDORP. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. Het Panthéisme, zie BUDDINGH. Verhandelingen, 

deel 23. 

*Id. Over historiekennis, zie 1PEREN. Verhandelingen, 

deel 2. 

*Id. Redeneeringen over nuttige muzikale onderwerpen, 

zie GRAT1AEN. Verhandelingen, deel 6. 

WYZE waarop de Javanen hunne wapenen schoonmaken; 

uit het Javaansch. Tijdschrift, deel 12 (1862), pag. 

592. 

Y. 

YOGYAKARTA, zie JOGJAKARTA. 

*YSVOG£L, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

YOUNG (J. W.) Bijdrage tot de geschiedenis van Borneo's 

Wester-afdeeling. Tijdschrift, deel 38 (1895), pag. 

499. 

Id. (J. W.) Bijdrage tot de kennis der Chineesche Geheime 

Genootschappen. Tijdschrift, deel 28 (1883), 

pag. 546; zie SCHAANK. Montrado, deel 35, pag. 

498, en YOUNG, deel 38, pag. 499. 

ld. 'J. W.) Bijdrage tot de kennis der Chineesche Hazaiden 

kaart-spelen. (Met afbeeldingen). Tijdschrift, deel 

31 (1886), pag. 269. 

ld. (J. W.) De feestdagen der Chineezen door Tshoa 

Tsoe Koan, naar den Maleischen tekst bewerkt. 


ld. (J. W.) Het huwelijken de wetgeving dienaangaande 

in China. Tijdschrift, deel 38 (18S5), pag. 1.


YOUNG (J. W.) Sang djie tjoa. De optocht der Chineezen 

voor het beschreven papier te Padang. Tijdschrift, 

deel 27 (1882), pag. 560. 

Id. (J. W.) Versterfrecht, adoptie en pleegkinderen bij 

de Chineezen. Behandeling der betrekkelijke artikelen 

van het wetboek Tai Tshing Loet Lé. Tijdschrift, 

deel 31 (1886), pag. 214. 

•YZERMAN (J. W.) Beschrijving van de Boeddhistische bouwwerken 

te Moeara Takoes (Met zes platen'. Tijdschrift, 

deel 35 (1898), pag. 48. 

ld. (J. W.) Iets over den oorspronkelijken voet van 

Bara Boedoer. (Met een plaat). Tijdschrift, deel 31 

(1886), pag 261. 

Z 

ZEEKAARTEN van Indië. Verslag der commissie tot verbetering. 


ld. Verslag nopens de hydrografie. Tijdschrift, deel 5, 


*Id. zie 1PEREN. Verhandelingen, deel 1 en 2. 

ZEEROOF. Bangka (Molukken), zie GOLDMAN. Tijdschrift, 

deel 10, pag. 145. 

ld. De gezagvoerder van de Anna Maria bij de zeeroovers. 


Id. in den Indischen Archipel in 1852 en 1853. Tijdschrift, 

deel 3 (1855), pag. 1; deel 6, pag. 125; 


302, pag. 399 en 567 ; zie LEUPE, deel 22, pag. 


Id. in den Archipel in 1854. Tijdschrift, deel 4(1855\ 

pag. 383. 

Id. in den Indischen Archipel in 1855. Tijdschrift, deel 

6 (1857), pag. 125. 

Id. in den Indischen Archipel over 1856. Tijdschrift, 

deel 7 (1858), pag. 350. 


20 (1873), pag. 302.


ZEEROOF in den Indischen Archipel in 1859 en 1860. Tijdschrift, 

deel 20 (1873), pag. 399. 


20 (1873), pag. 567. 

ld in den Indischen Archipel. Tijdschrift, deel 18 

(1868—1872), pag. 455. 

Id. in den Indischen Archipel 1862—1875. Tijdschrift, 

deel 23 (1876), pag. 380. 

Id. in den Indischen Archipel over 1876. Tijdschrift, 

deel 24 (1877), pag. 475. 

ld. Lotgevallen van C. Z. Pietersz onder de zeeroovers 

van Mangindanao. Tijdschrift, deel 4, pag. 492. 

ld. Minahasische kusten, zie RIEDEL. Tijdschrift, deel 

14, pag. 511. 

ld. Soloksche zeeroovers, zie JANSEN. Tijdschrift, deel 

7, pag. 211. 

ZENDING. Céram. Kerkelijk rapport, zie VRIE C . Tijdschrift, 

deel 22, pag. 220. 

*ZENDINGSGESCHIEDENIS. Deensche zending. Coromandel, 

zie HOOYMAN. Verhandelingen, deel 2. 

*ZIEKTEN. Buikloop, zie WOLF. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. (Epidemische-inzonderheid rotkoorts), zie DUUR 

KOOP. Verhandelingen, deel 2. 

*Id Knokkelkoorts, zie BYLON. Verhandelingen, deel 2. 

*Id. Vaccine, zie BICKER. Verhandelingen, deel 4, zie 

NIELEN. Verhandelingen, deel 4. 

ZODIAKBEKERS van den Tengger, zie KOHLBRUGGE. 


*ZOLLENGER (H.) Reis over Bali en Lombok. Verhandelingen, 

deel 22. 

*Id. (H.) Verslag van een reis naar Bima en Soembawa 

en eenige plaatsen op Celebes, Saleyer en Floris, 

gedurende de maanden Mei tot Dec. 1847. Verhandelingen, 

deel 23. 

ZONNEWYZER (Koperen- te Gresik), zie TJANDRA NA- 

GARA. Tijdschrift, deel 27, pag. 47.

« 


ZUIDWESTEREILANDEN. Reisbeschrijving, z/eEYBERGEN. 


Id. Statistiek, zie Bosscher. Tijdschrift, deel 2, pag. 419. 

ZWAARDECROON'S en Chasteleijn's rapport, nopens Weyland's 

Guinea reis, zie HAGA. Tijdschrift, deel 30, 

pag. 235. 

*ZWALUW, zie WURMB. Verhandelingen, deel 3. 

ZWANGERSCHAP en geboorte bij de Papoea's in de Dorèhbaai, 

zie HASSELT. Tijdschrift, deel 43, pag. 566; 

deel 46, pag. 287.

! 

TWEEDE GEDEELTE 

/ 

INHOUDSOPGAVE TEVENS PRIJSLIJST 

VAN DE UITGAVEN VAN HET 

BATAVIAASCH GENOOTSCHAP VAN KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN. 

(Bijgewerkt tot Juni 1908.)

VERHANDELINGEN. 

DEEL I. (Uitverkocht). 

(lste druk 1779, 2" 1820, 3^ 1825. Roll, druk 1781.) 

Mr. J. C. M. RADERMACHER en Mr. W. v AH HOGENDORP. 

Korte schets van de Bezittingen der Nederlandsche Oost-Indische 

Maatschappij, benevens eene beschrijving van het koningrijk 

Jaccatra en der stad Batavia. 

J. VAN DER STEKGE. Berigt nopens de kinderziekte te Batavia 

en tot hoe verre men met de inenting gevorderd is, en wat 

daarbij is waargenomen. 

J. H. PARINGATJW. Over de bereiding van een soort Tan katoen 

uit den pisangboom. 

Mr. J. 0. M. RADERMACHER. Register der geslachten van de 

drie rijken der natuur in het Maleisch, Hollandsen en Latijn. 

J. VAN DER STIEGE. Bericht van de proefnemingen met den 

door kunst gemaakten magneet. 

Mr. J. C. Af. RADERMACHER. Verschil der tijdrekening bij 

de Aziatische volkeren en derzelver vergelijking voor de jaren 


J. VAN IPEREN. Begin van een Javaansche historie, genaamd 

Sadjara Radja Djawa. 

J. HoomiAN. Verhandeling over den landbouw en over de 

suikermolens. 

J. VAN IPEREN. Verhandeling over de gebreken onzer Hollandsche 

zeekaarten. 

Mr. W. VAN HOGENDORP. Beschrijving van het eiland Timor. 

J. VAN IPEREN. Beschrijving van eenen witten neger van 

het eiland Bali. 

J. VAN DER STEEGE. Nader berigt aangaande de inenting der 

kinderziekte te Batavia. 

F. BARON VON WURMB. Orde der palmboomen. 

3

INHOUDSOPGAVE, TEVENS PRIJSLIJST. VERHANDELINGEN. 

DEEL II. (Uitverkocht). 

(lste druk 1780, 2° 1823, 3e 1826. Iloll, druk 1784). 

J. VAN" IPEREN. Verhandeling over de historiekennis. 

Mr. J. C. M. RADERMACHER. Beschrijving van het eiland 

Bornéo, voor zoover hetzelve tot nu toe bekend is. 

E. KAEMPEER. Lijst der geestelijke en wereldlijke keizers 

van Japan. 

J. VAN IPEREN. De belemmeringen. Treurgezang. Toezang 

aan het Bataviaasch Genootschap. 

J. HOOIJMAN. De tegenwoordige staat van den landbouw in 

de Ommelanden van Batavia. Arakbranderijen en katjangtuinen. 

Mr. J. O. M. RADERMACHER. Proeve nopens de verschillende 

gedaante en kleur der menschen. 

J. VAN IPEREN. Beschrijving van eene blanke negerin uit 

de Papoesche eilanden. 

F. BARON VON WURMB. Beschrijving van de groote Bornéosche 

orang-outang, of de Oost-Indische Pongo. 

J. VAN IPEREN. Vervolg eener Javaansche historie genaamd 

Sadjara Radja Djawa. (zie deel I). 

Proeve van hoog, gemeen- en berg-Javaansch. 

J. HOOIJMAN. Kort verhaal van de Deensche zending ter 

voortplanting van den Christelijken godsdienst op de kust van 

Coromandel. 

Mr. J. C. M. RADERMACHER. Over de doodstraffe en het pijnigen. 

Waarnemingen over het verbeteren der Hollandsche 

zeekaarten (zie deel I). 

Mr. W. VAN HOGENDORP. Redevoering der inenting. 

A. COUPERUS. Bericht aangaande de gambier, hare planting 

en bewerking op Malakka. 

J. VAN IPEREN en F. SCHOUMAN. Beschrijving van de wouwouwen. 

J. HOOIJMAN. Bericht omtrent het katoen spinnen en weven 

onder de Javanen en Chineezen, benevens eenige andere merkwaardigheden 

hiertoe betrekkelijk. 

Mr. W. TAN HOGENDORP. Historische opheldering en verdediging 

van I. Chron. XXII, vs. 14 tegen de zwarigheden van 

den Heer de Voltaire. 

4


F. Baron VON WUEMB. Bijdragen tot de natuurlijke historie. 

a. De grijze otter, die omstreeks Batavia gevonden wordt. 

b. De Juno vogel van Malakka. 

e. De kuikendief van het eiland Java. 

d. De doorn rolpalm. 

e. De heesterachtige poelpalm. 

J. A. DUURKOOP. Over de oorzaken der meeste, vooral epidemische, 

ziekten te Batavia, inzonderheid van de rotkoorts en 

de middelen tot genezing. (Bekroond antwoord op een prijsvraag). 

CH. JACOBI. Om het toenemend houtgebrek bij de suikermolens 

in de bovenlanden spoedig en duurzaam te verhelpen. 

(Bekroond antwoord op een prijsvraag). 

D. BYLON. Over de knokkelkoorts. 

B. WOLÏ. Fluxus ventris of buikloop. 

Mr. J.. C. M. RADEEMACHEE, Bericht wegens de zware aardbeving 

van 22 Januari 1780. 

Doodlijsten van de stad Batavia van 1759—1778. 

Bericht wegens de hoogte der barometer en thermometer 

enz. te Batavia, Kaap de Goede Hoop en Nangasaki. 

Mr. W. VAN HOGENDOBP. Vervolg der beschrijving van Timor 

en van eenige nabijgelegen eilanden. 

DEEL ITI. (Uitverkocht). 

(l^te druk 1781, 2e 1821. Iloll. druk 1787). 

Mr. J. C. M. RADEEMACHEE. Beschrijving van het eiland 

Sumatra. 

J. HOOIJMAN. Beschrijving der vogelnestjes. 

G. F. DUHE. Over de goudmijnen op de kust van Celebes. 

J. VAN IPEEEN. Vervolg eener Javaansche historie, Sadjara 

Radja Djawa (zie deel II). 

Mr. J. C. M. RADEEMACHEE. Bijdragen tot de beschrijving 

van Japan. 

Mr. J. TITSING. Bereiding van de sacki. 

Idem van de soija. 

Eenige Japansche woorden. 

J. VAN DEE STEEGE. Bericht wegens een doodelijke 

watervrees. 

5


Aanmerkingen op de vraag:. „Welke zijn de beste en spoedigst 

voortkomende wortelen om de behoeftigen bij misgewas 

van graanen te spijzigen" ? 

J. A. CBLLAEIÜS, Over de spraak, wetenschappen en kunsten 

der Malabaren. 

F. 

a, 

h. 

c. 

d. 

e. 

f- 

fill. 

i. 

j- 

Baron VON WURMB. 

Kitip, een klein 

De kahan. eene lan gstaartige 

Het dwergbokje van het 

De havik 

De nachtuil 

11 

11 

11 

11 

De kleine, witte reiger ,, 11 

De groote ijsvogel i? 11 

De nestjes-zwaluw 

De groote adder 

De goudachtige gevlekte 

teek. 

k. De groote tuinspin n 

L De krullende moespalm. 

Bijvoegsels tot beschrijving 

Bijdragen tot de natuurlijke historie. 

en simetrisch wanschapen mensch 

ii 

ii 

11 

11 

11 

aap. 

eiland Java. 

ii 

a 

5? 11 

11 11 

11 11 

îî 11 

11 11 * 

ii 

n 

der Sundasche eilanden Java, 

Bornéo en Sumatra. 

J. HOOIJMAN. Vervolg der verhandeling over den tegenwoordigen 

staat van den landbouw in de Ommelanden van 

Batavia. Indigo, rijst en rijstmolen (zie deel IT). 

DEEL IV. (Uitverkocht). 

(lste druk 1786, 2 e 1824). 

L. BICKEIÏ. Antwoord op de vraag welke redenen zijn 

er om te mogen vaststellen, dat de inenting der kinderziekte 

in de Oostersche volkplantingen niet even zoo goeden uitslag 

zou kunnen worden aangewend als in de noordelijke gewesten 

van Europa enz. (Bekroond). 

P. M. VAN NIELEN. Antwoord op dezelfde vraag, 

Mr. J. C. M. RADEKMACHEU. Korte beschrijving van Celebes, 

Timor, Sumbawa, Lombok en Bali. 

• Korte schets van den tegenwoordigen staat van 

het Ilindostansche Rijk en het Half-eiland bewesten de Ganges. 

Idem van het Half-eiland beoosten die rivier.


Bedenkingen over den tegenwoordigen staat van 

China. 

Bedenkingen over Tartarije en Japan en de ontdekkingen 

der Rassen aan, de Oostkust van Azië en Westkust 

van Amerika. 

Verhandeling over de munten, maten en gewichten van 

Nederl. Indië. 

G. Baron VON WTTEMB. Bijdragen tot de natuurlijke historie. 

DEEL 

V. (Uitverkocht). 

(l«te druk 17P0, 2^ 1827). 

Dr. G. P. LE DULX. De calappus boomen als natuurlijke 

afleiders van den bliksem beschouwd en verdedigd. 

F. NoEONA. Altingia excelsa Malaice et Java Rasamala, 

lignum papuanum Rumphii Herb. Ambon. 

Vertaling daarvan. 

Descriptio arboris Ranghas. 

Vertaling daarvan. 

Relatio plantarum Javanensium; iterfactione usque 

in Bandong recognitarum. 

J. HooroiAN. Bericht wegens tarwe gezaaid en geoogst 

in een tuin op Jacatra. 

A. TEISSEIEE. Bericht aangaande het planten van tarwe 

te Cheribon. 

Dr. G. P. LE DÜLX, Bericht wegens een watervrees toegebracht 

door de beet van een mensch. 

A. COENABÉ. Beschrijving van den paradijsvogel. 

A. TEISSEIEE. Over den tegenwoordigen staat der suikermolens 

omstreeks de stad Batavia, benevens de middelen tot derzelver 

herstel enz. 

DEEL VI ƒ 5.— 

(lste druk 1792, 2« druk 1827). 

J. J. VOGELAAE. De Tjembing of het doodenfeest der Chineezen. 

F. VAN BOEKHOLD. Relaas van een reis naar den berg 

Merbaboe. 

7


Relaas van een tocht naar den brandenden berg 

op Java. 

Idem van een tweeden tocht derwaarts. 

Opmerkingen over de gelegenheid en gezondheid 

van Salatiga. 

A. TEISSEIRE. Beschrijving van een gedeelte der omrae- en 

bovenlanden van Batavia. 

J. F. GrRATiAEN. Redeneringen over nuttige muzikale onderwerpen. 

DEEL VII. (Uitverkocht). 

(1814). 

TH. STAMFORD RATOLES. A discourse delivered on 24 April 1813. 

C. TERNE. Over het beste voedsel om pas geboren kinderen 

zonder borst of moedermelk op te voeden. 

A. VAN RUCK. Over de zeden en gewoonten der bewoners 

van den berg Bromo. 

TH. HORSEIELD. Scheikundige ontleding van een vulkanisch 

zand- en ijzererts. 

Over de rivier van Solo en een reis naar de 

Oosterstreken van Java. 

Beschrijving van het crinum asiaticum of Bakoeng 

der inlanders. 

Beschrijving van den gatipboom. 

Scheikundige ontleding der vruchten van den 

rarakboom. 

Bericht van een met vaste lucht bezwangerde 

bron in het regentschap Parakan-Moentjang. 

C. MACKENZIE, Narrative of' a journey to examine the remains 

of an ancient city and temples at Brambanan in Java. 

TH. HORSFIELD. An essay on the oopas or poison tree 

of Java. 

DE. LEDDEN. Sketch of Borneo. 

DEEL VIII. 

(Uitverkocht), 

(lste druk 1816, 2e 1826). 

Discourse of Sir Stamford Raffles on the 11 September 1815.


F. TAN BOECKHOLTZ. Aanteekeningen nopens den Javaan 

in liet Oostelijk gedeelte Tan Java. 

S. 0. KRIEL en JOHN SCOTT. Chemieale ontleding van 

liet water van de bron Tjipanas. 

TH. HOESFIELD. Short account of the medicinal plants 

of Java. 

On the mineralogy of Java. 

^- Essay on the geography, mineralogy and botany 

of the Western portion of the territory of the Native Princes 

of Java. 

CEAWFUED. An inscription from the Kawi or ancient Javanese 

language taken from a stone found in the district 

of Surabaya on Java, translated into the modern idiom by 

Natakoesoema, Panembahan of Soemanap; rendered into 

English by—. 

TH. S. RAFFLES. Copies of two of the ancient inscriptions 

on copper plates dug up in the vicinity of Surabaya, rendered 

from the ancient Kawi character into the Roman. 

Translaat van een Javaansch geslaclitsregister van de 

vorsten Tan Java. 

Eruption from the Tomboro, mountain on Sumbawa. 

DEEL IX. 

(Uitverkocht). 

(1823). 

C. Gr. C. REINWAEDT. Over de hoogte enz. van eenige 

bergen in de Préanger-regentschappen. 

J. J. TAN SETENHOVEN. De hoofdplaats Palembang. 

C. L. BLUME. Over eenige gewassen op den Salak. 

Bijdrage tot de kennis der Javaanscbe eiken. 

(Met zes platen). 

DEEL X. 


(1825). 

P. P. RooEDA TAN EusiNGA. Verhandeling OTer het Maleische 

werk : Hikajat Isma Jâtiem. 

C. L. BLUME. OTer de gesteldheid Tan den berg Gedè. 

9 

./


' H. J. DOMIS. Salatiga, Merbaboe en de zeven tempels. 

Beschrijving van een misvormd kind geboren in 

de residentie Samarang op den 2en Augustus 1824. 

J. R. Vos. Over de cholera morbus in Bengalen sedert 

1817 geheerscht hebbende. 

DR. VON SIEBOLD. Over de Japansche vroedkunde. 

MR. G. H. NAHUIS. Schets van Benkoelen. 

• D. A. OVERBEEK. Aanmerkingen op de Javaansche geschiedenis 

genaamd Sadjara Radja Djawa voorkomende in het le en 

2e deel der Verh. v/h Bat. Gen. v. K. en W. 

DEEL XI. (Uitverkocht), 

(1826). 

O. VAN ANGELBEEK. Het eiland Lingga en zijne bewoners. 

PH. FE. SIEBOLD. Epitome linguae Japonicae. 

C. L. BLUME. Monographie der Oost-Indische pepersoorten. 

G. DE SERIKRE. Lofrede op Jan Pieterszoon Koen. 

• D. A. OVERBEEK. Iets over Boeddhoe en zijne leer. 

DEEL XII. (Uitverkocht). 

(1830). 

PH. FR. DE SIEBOLD. Synopsis plantarum oeconomicarum 

Universi regni Japonici. 

Kort verhaal van de Javasche oorlogen welke met onderscheidene 

prinsen gevoerd zijn sedert 1741, tot den algemeenen 

vrede gesloten in den j are 1757. 

DESENHARD. Legerziekten waargenomen tijdens de Celébesche 

expeditie en de jongste onlusten op Java, tot 30 

Juni 1827. 

H. J. Doms. Journaal eener reis van Welèri naar het 

gebergte 

Praauw. 

DEEL XIII. (Uitverkocht). 

(1832). 

DR. M. J. E. MULLER. Kort verslag aangaande de cholera 

morbus op Java. (Met 2 platen). 

10


H. SCHILLET. Eenige waarnemingen omtrent de cholera 

orientalis. 

DE. VON SIEBOLD. Over de afkomst der Japanners. 

M. H. HALEWIJN. Iets over de Dajak's (Beajou's) van 

Bandjermasin. 

H. VAN DEE JAGT. De Kokos- of Keeling-eilanden. (Met 

een kaart). 

H. J. Doms. Aanteekenir.gen over het gebergte Tengger. 

DEEL XIV. 


(1833). 

Gr. F. MEIJLAN. Geschiedkundig overzicht van den handel 

der Europeezen op Japan. 

DE. VON SIEBOLD. Iets over de acupunctuur (naaldensteekkunde) 

in Japan; getrokken uit eenen brief van den Japansch- 

Keizerlijken naaldensteker Isi Saka Sotels. (Met een plaat). 

DEEL XV. (Uitverkocht). 

(1833). 

A. D. CORNETS DE GROOT. Javaausche spraakkunst, uitgegeven 

door J. F. C. Gericke. 

DEEL XVI. 


(1836'. 

H. BURGER. De Japansche kopermijnen en de bereiding 

van het koper. 

H. MAC GILLAVEY. De adelstand der Javanen, 

J. F. 0. GEEICKE. Iets over de Javaansche tijdrekening. 

P. VAN OOET en S. MULLER. Natuurkundige aanteekeningen, 

op eene reis over Java in den aanvang van het jaar 1833. 

H. BÜEGEE. Reis door eenige districten der Padangsche 

Bovenlanden. 

DEEL XVII. 

(1839). 


DE. L. HOENEE. Geologische gesteldheid van den vulkaan 

Gedè. 

11


Mineralogische reis door Bantam. 

J. N. VOSMAEE. Beschrijving van Z. O. Celebes, in het bijzonder 

van de Vosmaersbaai of van Kendari, verrijkt met eenige berichten 

omtrent den stam der Orang Badjo's enz. (Met een kaart). 

P. W. KORTHALS. Over het geslacht tupeia. 

Over de op Java, Sumatra en Bornéo verzamelde 

loranthaceae. 

F. JUNGHUHN. Praemissa in floram cryptogamicam Javae insulae. 

Dr. L. HORNEB,. Geologisch onderzoek van Z. O. Bornéo. 

J. RIGG. Sketch of the geology of Jasinga. 

K. HASSKARL. Over de ontwikkeling van warmte in planten. 

P. F. SCHINDELE. Verslag omtrent de te Amboina gedurende 

1838 heerschende ziekte. 

DEEL XVIII. ƒ 5.— 

(1842). 

Beknopt chronologisch en alphabetisch register op de 18 

eerste deelen der Verhandelingen van het Bataviaasch Genootschap 

(1781—1842). 

Â. HENDRIKS. Iets over de wapenfabricatie op Bornéo. 

G. HAPPART. Woordenboek der Favorlangsche taal. 

C. J. VAN DIE VLIS. Formosaansche woordenlijst met aanteekeningen 

betreffende de Formosaansche taal. 

DEEL XIX. (Uitverkocht). 

(1843). 

C. J. VAN DER VLIS. Beschrijving en verklaring der oudheden 

en opschriften op Soekoeh en Tjetto in het Lawoegebergte. 

(Met zes platen). 

DE. W. R. VAN HOËVELL. Sjaïr Bidasari, een Maleisch 

gedicht met vertaling en aanteekeningen uitgegeven door —. 

DEEL XX. ƒ 5.— 

(1844). 

J. F. C. GERIOKE. Wiwoho of Mintorogo, een Javaansch 

gedicht met een vertaling en aanteekeningen. 

J. D. VAN HERWEEDEN. Het ïenggersch gebergte en zijn 

bewoners. 

12

INHOUDSOPGAVE, TEVENS PRIJSLIJST. VERHANDELINGEN 

DEEL XXI. 

l ste gedeelte (1846). /5.~ 

DE. P. BLEEKEE. Ichthyologische bijdrage. 

DR. W. E. VAN HOEVELL en R. FEIEDEEICH. Beschrijving 

der Javaansche monumenten in het kabinet van oudheden van 

het Bat. Genootschap; met afbeeldingen. (Ie gedeelte). 

2 a e gedeelte (1847). (Uitverkocht). 

C. F. WINÏEE. Romo, een Javaansche gedicht, naar de 

bewerking van Joso Dhipoero. 

DEEL XXII. ƒ 5.— 

(1849). 

DE. P. BLEEKEE. Ichthyologische bijdragen. 

J. R. LOGAN. The rocks of Pulo Ubin. 

DE. S. A. BUDDINGH. Het Pantheïsme. 

H. ZOLLINGEE. Reis over Bali en Lombok. 

R. FEIEDEEICH. Voorloopig verslag van het eiland Bali. 

F. VON SOMMEE. Catalogus der geologische bestanddeelen 

van Nieuw-Holland. 

DEEL XXIII. ƒ 5.— 

(1850). 

H. ZOLTJNGEE. Verslag van een reis naar Bima en Soembawa 

en eenige plaatsen op Celebes, Saleijer en Floris, gedurende 

de maanden Mei tot Dec. 1847. 

DE. P. BLEEKER. Ichthyologische bijdragen. 

1 

R. FEibERiCH. Vervolg van het voorloopig verslag van het; 

eiland Bali (zie deel 22). 

Javaansche oudheden, met 24 platen. 

Ardjoena-Wiwaha, een oorspronkelijk Kawiwerk, 

volgens een Balineesch manuscript. 

DEEL XXIV. (Uitverkocht) 

(1852). 

J. HAGEMAN. Geschiedenis der verovering van Malakka en 

der oorlogen tusschen de Portugezen en Maleijers. 

13


DE. P. BLEEKEE. Ickthyologische bijdragen. 

DE. J. J. BE HOLLANDES. Manik Maja, een Javaansch gedicht, 

> R. FEIEDEEICH. Borna Kawja, een Kawi-gedicht. 

DEEL XXV. (Uitverkocht.) 

(1853). 

DE. P. BLEEKEE. Geschiedenis ran het Bat. Genootschap 

van 1778—1853. 

Ichthyologische bijdragen. 

C. F. WINTEE. Hangling Darmo, Javaansch vorst. 

R. FEIEDEEICH. Catalogus codicnm manuscriptorum Arabicorum 

in Biliotheca Soc. Art., et Scient. Bat. 

DEEL XXVI. ƒ 5 — 

(1857). 

* R. H. TH. FEIEDEEICH. Over inscription op Java en Sumatra 

voor het eerst ontcijferd door—. (Met platen). 

W. ROBINSON. Froeve tot opheldering van de gronden der 

Maleische spelling. Uit het Engelsch vertaald door E. Netscher. 

Dn. F. BLEEKEE. Ichthyologische bijdragen. 

DEEL XXVII EN XXVIII te zamen ƒ 8.— 

(1860). 

* A. B. COHEN STUAET. Brätä-Joedä, Indisch-Javaansch heldendicht. 

Met voorrede, inleiding, verklaring, registers enz. 2 dln. 

DEEL XXIX. ƒ 3.— 

(1862), 

J. RIGG. A dictionary of the Sunda language of Java. 

DEEL XXX. ƒ 5.— 

(1863). 

J. T. NIEUWENHTJISEN en H. G. B. VON ROSENBEEG. Nias en 

zijn bewoners. (Met platen en een kaart). 

Lajang Damar Woelan. 

14 . .


C. F. M. DE GEUS, Geregtelijke geneeskunde; uit het 

Chineesch vertaald. 

DEEL XXXI. ƒ 10.— 

(1864). 

H. TON DEWALL. De vormveranderingen der Maleische taal. 

E. NETSCHER en Mr. J. A. VAN DEK CHIJS. De munten van 

Ned. Indië, beschreven en afgebeeld door—-. 

DEEL XXXII. ƒ 10.— 

(1865 en 66). 

Dr. G. SCHLEGEL. Hoa Tsien Ki of Geschiedenis van het 

gebloemde briefpapier. Chineesche roman vertaald door—. 

Thian ti hwui. The Hung-leaguc or Heaven- 

Earth-League. A secret society with the Chinese in China and 

India. (With numerous cuts and illustrations). 

De prostitutie in China. 

DEEL XXXIII. ƒ 5.- - 

(1868). 

' J. F. G. BRUMUND. Bijdragen tot de kennis van het Hindoeïsme 

op Java. 

J. G. F. RIEDEL. Bijdrage tot de kennis der talen en 

dialecten op de eilanden Luzon, Panaï, Balang nigi, Solog, 

Sangi- en Noord- of Midden-Célébes. (Met een kaart). 

Rapport over 's Compagnie's regt op de Groote Oost door 

R. DE KLERK, J. E. VAN MIJLENBROEK en W. A. ALTING. 

DEEL XXXIV. ƒ 6.— 

(1870). 

• Dr. W. PALMER VAN DEN BROEK. 

gedicht bewerkt en vertaald. 

Ardjoenä-Sasra-Baoe, Jav. 

DEEL 

XXXV. ƒ3.— 

(1870). 

E. NETSCHER. De Nederlanders in Djohor en Siak 1602- 

1865. (Met eenige kaarten). 

15


DEEL XXXVI. ƒ 5.— 

(1872). 

S. Roos. Het eiland Soemba. 

J. S. Gr. GRAMBERG. Een maand in de binnenlanden van 

Timor. 

G. SCHLEGEL. Sinico Aryaca on recherches sur les racines 

primitives dans les langues chinoises et aryennes. 

K. W. TIEDTKE. Woordenlijst der Sampitsche en Katingansche 

taal. 

DEEL XXXVII. ƒ 5 . - 

(1875). 

Mr. J. A. VAN DER CHUS. Proeve eener Nederl.-Ind. bibliographie 

(1659-1870). 

DEEL XXXVIII. ƒ 5.— 

(1875). 

G. A. WILKENS. De Alfoeren van het eiland Boeroe. 

C. DE HAAN. Reis in de Bataklanden. 

R. VAN ECK. Tekst en vertaling van de Mègantaka. 

G. C. KLERK DE REUS. De vermeestering van Chinsura 

in 1781 en 1795. 

DEEL 

XXXIX. 

1ste gedeelte (1877). ƒ 5.— 

W. P. GROENEVELDT. Notes on the Malay Archipelago and 

Malacca, compiled from Chinese sources. (Met een kaart). 

0. VAN REES. Geschiedenis der Préanger-regentschappen. 

2de gedeelte (1880). ƒ 3.— 

Aanteekeningen omtrent Midden-Sumatra aan officieele bescheiden 

ontleend. 

Mr. J. A. VAN DER CHLJS. Supplement op de proeve eener 

Ned.-Ind bibliographie (zie deel 37). 

16


' K. F. HOLLE. Kawi-oorkonden. Facsimile's met transcriptie 

van een inscriptie op koperen platen van 782 en 1285 

van Çaka (A°. D'. 860 en 1373). 

DEEL XL. f 6.— 

(1879). 

H. L. OH. TE MECHELEX. Drie en twintig schetsen van 

wajangstukken 

Wavang-Poerwâ op Java. 

(lakon's), gebruikelijk bij de vertooningen der 

DEEL XLI. ƒ 3.— 

lste gedeelte (1880). ƒ 3.— 

D. GEETH VAN WIJK. De geschiedenis van Prinses Balkis, 

een Maleische vertelling met tekst en vertaling. 

2de gedeelte (1881), ƒ 2.50 

E. NETSCHEB. Padang in het laatst der 18 de eeuw. 

3 d e gedeelte (1882). ƒ 2.50 

F. J. ROTHEXBÜHLEK. Rapport van den staat van het landschap 

Soerabaja in 1812. Appendix: Levensbericht van F. J. 

Rothenbühler door E. Ketjen. 

• R. D. M. VEEBEEK en E. TH. VAN DELDEN. De Hindoeruïnen 

bij Moeara ïakoes aan de Kampar-rivier, met aanteekeningen 

van W. P. Groeneveldt. 

Alphabetisch register op de 41 eerste deelen der Verhandedelingen. 

1779—1881. 

DEEL XLIL ƒ 10.— 

2 stukken (1881/82). 

J. J. M. DE GEOOT. Jaarlijksche feesten on gebruiken van 

de Emoy-Chineezen. Een vergelijkende bijdrage tot de kennis 

van onze Chineesche medeburgers op Java. Met uitgebreide 

monographieën van godheden, die te Einoy worden vereerd. 

DEEL XLIII. ƒ 10.— 

(1882). 

H. L. CH. TE MECHELEN. Drie teksten van tooneelstukken 

uit de Wajang Poerwä met een voorrede van Professor H. 

Kern, Ie deel. 

17


DEEL XLIV. ƒ 10.— 

(1883). 

Idem. 2 e deel. 

DEEL XLV. ƒ 12.— (ƒ 8.— per stuk.) 

(1885—1891). 

ie stuk. 

J. L. TAN DEE, TooiiN. Maiidjau Ari, Minangkabausclie vertelling, 

vertaald door —. 1885. 

2 e stuk. 

J. L. TAX DEE TOOEN. Tjindoer Mato, Minangkabausch- 

Maleische legende, vertaald door —. 1886. 

3 e stuk. 

O. L. HELFEICH. Proeve van een Lampongsch-Hollandsche 

woordenlijst, bepaaldelijk voor het dialect van Kroë. 1891. 

4 e stuk. 

O. L. HELFEICH. Verzameling Lampongsche teksten, getranscribeerd 

onder toezicht van—.1891. 

DEEL XLVI. ƒ5.— 

• DE. R. D. M. VEEBEEK. Oudheden van Java. Lijst der voornaamste 

overblijfselen uit den Hindoetijd op Java met eene 

oudheidkundige kaart. (Met atlas.) 

DEEL XLVII. 

(1892—1894). 

ie stuk. f 1.50. 

E. J. JBLLESMA. Bijdragen tot de kennis van het Tompakéwa'sch 

1892. 

2e stuk. f 1.50. 

W. MEIJEE RANNEFT. Verklaring van de meest bekende 

Javaansche raadsels in proza. 1893. 

3e stuk. ƒ 3.00. 

G. C. KLEEK DE REUS. Geschichtlicher üeberblick der 

18


administrativen, rechtlichen und finanziellen Entwicklung der 

Niéd. O. I. Cornue- 1894. 

DEEL XLVIII. 

(1893—1896). 

le stuk. f 2.50. 

Woorden 

DE. J. C. Gr. JONKER. Bimaneesch-Hollandsch 

boek. 1893. 

2e stuk. ƒ 2.50. 

DR. J. C. G. JONKER. Bimaneesche Texten. 1894. 

3e stuk. ƒ 5.00. 

DE. J. C. G. JONKER. Bimaneesche spraakkunst. 1896. 

DEEL XLIX. 

(1896). 

Ie stuk. ƒ 3.00. 

DR. J. A. BRANDES. Pararaten (Kèn Arok) of Het boek der 

Koningen van Tumapël en van Majapahit, uitgegeven en toegelicht 

door—. 1896. 

2e stuk. f 1.50. 

W. MEIJER RANNEFT. Verklaring van de meest bekende 

Javaansche raadsels in poëzie. 1896. 

DEEL L. 

(1895—1897). 

Ie stuk. ƒ 1.00. 

L. F. CALON. Bijdrage tot de kennis van het dialekt van 

Sikka. 1895. 

2e stuk. ƒ 2.50. 

J. P. J. BAEÏH. Overzicht der afdeeling Soekadana, 1896. 

3e stuk. ƒ 1.50. 

A. J. A. F. EEEDMANS. Het landschap Gowa. B. EEKELENS. 

Geschiedenis van het Rijk Gowa. 

19


DEEL LI. 

ie stuk (1898) ƒ 3.— 

J. KNEBEL. Babad Pasir, Yolgens een Banjoemaasch handschrift. 

2° stuk (1900) ƒ 1.50. 

DE. N. ADRIANI. Laolita i Sésé n Taola. Het verhaal van 

Sésé n Taola. Oorspronkelijke tekst in de Barée taal. 

3e stuk (1900) ƒ1.— " 

D. VAN HINLOOPEN LABBEKTON. Het Javaansch van Malang- 

Pasoeroean. 

1 

4e stuk (1900) ƒ 3.50. 

DK. J. BKANDES. Register op de proza-omzetting van de 

Babad Tanah Jawi. 

DEEL LIL ƒ 6.— (1901). 

Brieven van en aan Mr. H. J. VAN DE GKAAFF. 1816— 

1826. Uitgegeven door P. II. van der Kemp. 2 stukken en 

supplement. 

DEEL LUI. (1901) ƒ3.— 

O. L. HELEKICH. Bijdragen tot de Kennis van het Midden 

Maleisch (Besemahsch en Serawasch dialect). 

DEEL LIV. (1902—1904) ƒ1.— 

1° stuk. 

' DK. J. BKANDES. Negara Krëtâgama. Lofdicht van Prapanjtja 

op Koning Kasadjanagara, Haiam Wuruk, van Madjapahit. 

2« stuk (1903) ƒ 2.50. 

A.. H. J. G. WALBEEHM. Het dialect van Tegal ƒ 2.50. 

20


3e stuk 

(1904) ƒ2.— 

H. J. GRIJZEN. Mededeelingen. omtrent Béloe of Midden- 

Timor. 

DEEL LV. (1902—1905). 

Ie stuk (1902) ƒ 1.50. 

DE. N. ADEIANI. Verhaal van Sésé n Taola. Inleiding en 

vertaling. 

2e stuk (1905) ƒ 2.50. 

Dr. G. A. J. HAZEU. Tjeribonsch Wetboek (Pépakëm 

Tjërbon) van het jaar 1768, in tekst en vertaling. 

3e stuk (1903) ƒ 1. — . 

Mr. J. A. VAN DEE CHUS. Proeve eener Nederlandsch- 

Tndische bibliographie (1659—1870) Supplement II. 

DEEL LVI. (1905). 

ie stuk (1905) ƒ 1.50. 

Karo-Bataksche vertellingen, medegedeeld door M. JOUSTRA. 

2e stuk (1906). 

Tettum-Hollandsche woordenlijst met beknopte spraakkunst 

door A. 

MATHUSEN. 

3 e stuk (1906) ƒ1. — . 

Het verhaal van den gulzigaard in het Tontemboansch, 

Sangireesch en Barée. Tekst, vertaling en aanteekeningen uitgegeven 

door J. ALB. T. SCHWAEZ en N. ADEIANI. 

4e stuk (1906) ƒ 0.75. 

Het Halifoersch zooals dit gesproken wordt ter Z. O. kust 

/ van Ned. Nieuw-Guinéa door J. SEYNE KOK. 

21

INHOUDSOPGAVE, TEVENS PRIJSLIJST. TIJDSCHRIFT. 

TIJDSCHRIFT VOOR INDISCHE TAAL-, 

LAND-EN VOLKENKUNDE. 

ƒ 4 per 

deel. 

DEEL 

I. (Uitverkocht). 

(1853). 

E. NETSCHER. Kronijk van Sambas en Soekadana in het 

Maleisch met vertaling, pag. 1—41. 

J. HAGEMAN. Malang en omstreken, pag. 42—76. 

Dr. J. H. CROOCKEWIT. Bevolking en handel van Billiton, 

pag. 77—89. 

A. W. KINDER. De tempelgrotten van Koeto-ardjo, pag. 

89—116. 

Instructie voor den Gouverneur Generaal Gerard Reijnst 

enz. van 11 Mei 1613, pag. 117—161. 

Verhaal van den gezagvoerder der brik Anna Maria (H. 

0. Nolte) omtrent zijne ontmoeting met en zijne gevangenschap 

bij de zeeroovers, in Maart 1822, pag. 162—172. 

J. HAGEMAN. Algemeene geschiedenis van Java. Ille boek 

(vervolg van het het Indisch-Archief, 2de jaargang, 12e afl.), 

pag. 173—200. 

C. SCHWANER Maatschappelijke instellingen en gebruiken 

der Dajaks van Doesoen, Moeroeng en Siang, pag. 201—234. 

F. C. WILSEN. Boro Boedoer, pag. 235—303. 

G. J. P. CARLIER. De vogelnestklippen te Karang Bollong 

(Hoeveel zij van 1846—1851 opleverden en de kosten van 

exploitatie gedurende die jaren), pag. 304—322. 

0. BOSSCHER. Statistiek der Aroe-eilanden, pag. 323 — 331. 

De militaire bezetting van Timor in 1757, pag. 332—334. 

C. SCHWANER. Tanah Boemboe, pag. 335—371. 

Vragen over Indische tijdrekenkunde, pag. 372—382. 

J. HAGEMAN. Vervolg der algemeene geschiedenis van Java, 

pag. 383-398. 

22


H. VON ROSENBERG. De Mentawei-eilanden. (Met een 

kaartje), pag. 399—441. 

R. FRIEDERICH. Verklaring Tan den Batoe-toelis Tan Buitenzorg. 

(Met een facsimile), pag. 442—468. 

E. NETSCHEE. Kawi-handschriften in de Préanger, pag. 

469—479. 

A. W. P. WEITZEL. De Generaal-Majoor Jhr. C. Tan der 

Wijck, pag. 480-510. 

DEEL II. (Uitverkocht). 

(1854). 

R. FEIEDERICH. Boro Boedoer, Aanteekeningen op het stuk 

Tan F. O. Wilsen (zie deel I), pag. 1—10. 

E. NETSCHEE. De twaalf spreukgedichten door Radja Ali 

Hadji van Riouw. Maleische tekst met vertaling, pag. 11—32. 

J. HAGEMAN. Algemeene geschiedenis van Java (vervolg 

van deel I), pag. 33—62. 

C. BOSSOHER. en P.A. MATTHIJSEN. Tomboekoe en Banggaai, 

op de Oostkust van Celebes, pag. 63—107. 

E. NETSCHER. Beschrijving van een gedeelte der residentie 

Riouw, pag. 108—270. 

G. F. DE BEUIJN KOPS. Lijst van boomen en planten in 

de residentie Riouw, op de Oostkust Tan Sumatra en omliggende 

landen, pag. 271—317. 

J. HAGEMAN. Antwoorden op de vragen over Indische tijdrekenkunde 

(zie deel I), pag. 318—334. 

Inscriptie van Sinéh (Ngawi;, door R. Friederich, met een 

facsimile, pag. 335—336. 

C. BOSSCHEE. Statistiek der Aroe-eilanden, pag. 337—378. 

Djoeragan BOEWANG. Het eiland Enggano, pag. 379—393. 

J. HAGEMAN. Tjandi-pari, pag. 3M—402. 

T. P. WVLLER. Exploitatie van Boeroe, pag. 403—418. 

O. BOSSCHEE. Statistiek der Zuid-Wester-eilanden, pag. 

419—458. 

C. F. WINTER. Titels der Javaansche grooten te Soerakarta, 

pag. 459—470. 

23


R. FRIEDERICH. Tets over het schrift der Malei] ers, pag. 

471-479. 

Gr. F. DE BRUIJN KOPS. Fauna der residentie Riouw, met inbegrip 

der Oostkust Tan Sumatra en omliggende landen, pag. 480. 

Diverse berichten. 

DEEL III. (Uitverkocht). 

(1855). 

Zeeroof in den Indischen Archipel in 1852 en 1853, pag. 

1—31. 

R. FRIEDERICH. Hindoe-oudheden aan de grens van Banten, 

pag. 32—37. 

Handel en scheepvaart te Timor Koepang in 1853, pag. 

38—47. 

De vrijhaven van Riouw in 1833, pag. 48—57. 

H. O. B. VON ROSENBERG. Hindoe-oudheden in Padang Lawas, 

pag. 58—62. 

C. CHASTELEIJN. Invallende gedachten, pag. 63—104. 

J. HAGEMAN. Aanvulling der antwoorden op de vragen over 

Indische tijdrekenkunde (zie deel 1 en 2), pag. 104—109. 

Mr. S. N. NIDERBÜRG. Consideration over de Jacatrasche en 

Préanger-regentschappen, onder Batavia sorteerende en of daaruit 

meerder voordeelen dan thans voor de Compagnie te halen 

zijn, pag. 110—148, 195-246, 299—318. 

E. FRIEDERICH. Ontcijfering der inscription te Kawali. Idem 

te Djamboe, pag. 149 — 193. 

H. A. STEUN PARVÉ. De secte der Padaries. pag. 249—278. 

J HAGEMAN. Tweede aanvulling der antwoorden op de 

vragen over de Indische tijdrekenkunde, pag. 279—318. 

P. A. M. HINLOPEN en F, SEVERLTN. Verslag van een onderzoek 

der Poggi-eilanden in 1852, pag. 319—337. 

J. VAN DER STRAATEN en P. SEVERIJN. Idem van het eiland 

Ènggano in 1854, pag. 338—369. 

H. O. B. VON ROSENBERG. Ènggano en zijne bewoners, pag. 

370—386. 

Dr. J. H. CEOOCKEWIT. Reis naar het landschap Polo en 

naar Tandjong Datoe, pag. 387—393. 

24


H. C. B. YON ROSENBERG. Beschrij ving van Singkel, de landen 

liggende langs de Simpang-kanan en de Banjakeilanden, benevens 

eenige korte aanteekeningen nopens de Simpang-kiri, pag. 

394_476. 

J. A. W. VAN OPHULTSEN. Over het grondbezit en de onderscheiding 

der gronden in de XII Kota's ; uit het Maleisch, 

pag. 477—486. 

J. HAGEN. Over den dood van G. MULLER, pag. 487—494. 

J. C. KÖHLER. Reis in de Lampongsche districten, pag. 

495—515. 

T. P. WILLER. Eerste proeve eener kronijk van Mampawa 

en Pontianak, pag. 516—563. 

Diverse berichten I—XXIV. 

DEEL IV. 

(Eersle deel der nieuwe Serie) 

Afl. 1. (1855). 

C. TH. COUPERUS. De instellingen der Malei]ers in de Padangsche 

bovenlanden, pag. 1—22. 

C. BOSSCHEE. De Key-eilanden, pag. 23—33. 

Oostelijk Céram en omliggende eilanden, pag, 34-42. 

C. F. PHILIPS. Overzicht van het Javaansch verhaal Sasikirono, 

pag. 43—56. 

T. P. WILLER. Iets over de Loeboe's en Oeloe's op Sumatra, 

pag. 56—70. 

J. HAGEMAN. Aanteekeningen omtrent een gedeelte dei- 

Oostkust van Borneo, pag. 71—106. 

Afl. 2. 

Makasaarsche historiën I, pag. 111—145. 

P. C. WILSEN. Oudheden in Cheribon, pag. 146—166. 

Verslag der kommissie tot verbetering der Indische zeekaarten 

1854, pag. 167—185. 

De verhouding der Pasemah-landen tot de sultans van 

Palembang, pag. J 86—196. 

Verslag van den staat van het Bataviaasch Genootschap op 

den 24 April 1855, pag. 197—202. 

25


Afl. 3. 

G. J. FABEITIUS. Aanteekeningen omtrent Nieuw-Guinéa, pag. 

209—215. 

P. Th. OOUPEEUS. De residentie Tapanoeli in 1852, pag. 

216—256. 

J. VAN DEK LINDEN. Het inlandsen bestuur in het Gouvernement 

van Sumatra's Westkust, pag. 257—284. 

Afl. 4. 

E. NETSCHEE. Geschiedenis der eerste Al-Qadri's, met vertaling, 

pag. 285—332. 

J. HAGEMAN. Geschiedenis van het Bataafsch en Hollandsen 

Gouvernement op Java, 1802-1810, pag. 333—382. 

Afl. 5. 

Zeeroof in den Archipel in 1854, pag. 383—400. 

MR. W. A. HENNY. Nog iets over de Loeboe's en Oeloe's, 

pag. 401—412. 

Bijdragen tot de geschiedenis van het rijk van Lingga en 

Riouw, pag. 411—422. 

H. VON DEWALL. Aanteekeningen omtrent de Noord-Oostkust 

van Borneo, pag. 423—464. 

Afl. 6. 

F. C. WILSEN. Bijgeloovigheden der Soendanezen, pag. 

465—487. 

Oudheden in Cheribon, pag. 488—491. 

Lotgevallen van 0. Z. Pietersz. onder de zeeroovers van 

Mangindanao, pag. 492—515. 

C. A. de BEAUW. Aanmerkingen op het stuk getiteld: Iets 

betreffende de verhouding der Pasemahlanden tot de sultans 

van Palembang, pag. 516—520. 

A. J. F. JANSEN. Woordenlijst van talen en dialecten in de 

residentie Menado, pag. 521—548. 

Diverse berichten, pag. 107, 188, 203, 205, 207, 208, 275 

281, 284, 380, 459, 460, 549. 

26


DEEL V. 

(Nieuive Serie, deel II). 

Afl. 1—2 (1856). 

E. FRANCIS De vestiging der Nederlanders ter Westkust van 

Sumatra, pag. 8 —121. 

P. TH. COUPERUS. Eenige aanteekeningen betreffende de 

goudproductie in de Padangsclie Bovenlanden, pag. 122—131. 

J. O. KÖHLER. Reis door een gedeelte der Lampongsche 

districten, pag. 132—163. 

Afl. 3—4. 

J. HAGEMAN. Geschiedenis van het Hollandsen. Gouvernement 

op Java, (zie deel 4) pag. 164—284. 

P. TH. COUPERUS. Landbouwkundige nijverheid in de Padangsclie 

Bovenlanden, pag. 295—322. 

Afl. 3—4. 

J. F. G. BEÜHDND'. Reis door de Molukko's (Batjan en 

Makjan; met een kaart), pag. 323—396. 

F. H. J. NETSCHER. Poeloe Si-Maloe. (Hog-Island der 

Engelsehe zeekaarten), pag. 397—406. 

Verslag der hydrographie van N.-I. in 1855, pag. 407—424. 

D. C. NOORDZIEK. De ruïne Panampikkan in Kediri, pag. 

425—430. 

P. L. VAX BLOEMEN WAANDERS. Aanteekeningen omtrent 

Bali, pag. 431—447. 

F. J. B. STORM VAN 'S GRAVESANDE. De stad Palembang, pag. 

448—470. 

R. H. TH. FRIEDERICH, Verklaring van inscription op gouden 

ringen van Java. (Met een plaat), pag. 471—484. 

Diverse berichten, pag. 150, 151, 313, 314, 315, 316, 484, 

485, 486, 487. 

DEEL VI. 

(Nieuive 


Serie, deel III.) 

(1857). 

H. G. MAKS. Reis langs de Kahajan (Z. en O. afd. Bornéo), 

pag. 6—36. 

27


A. B. COHEN STUART. Eenige opmerkingen en bedenkingen 

naar aanleiding van de „Proeve tot opheldering van de 

gronden der Maleische spelling door W. Robinson, vertaald 

door E. Netscher", pag. 37—56. 

F. 0. WILSEN. Oudheden in Cheribon. (Met platen), pag. 57—68. 

J. T. WILLEK. Proeve eener kronijk van Mampawa en 

Pontianak (slot van deel 3, bladz. 562), pag. 69—74. 

P. C. WILSEN. Bijgeloovigheden der Soendaneezen (vervolg 

van deel 4, bladz. 486; met platen), pag 75 — 96. 

J. J. LANGENHOFF. De Thay-päk-koSng der Chineezen, 

pag. 97—113. 

K. F. HOLLE. Proeve van Soendaneesche poëzy (sindirs). 

pag. 114—124. 

Zeeroof in den Indischen Archipel in 1855, pag, 125—155. 

E. NETSCHER. Antwoord op de opmerkingen en bedenkingen 

van Cohen Stuart (zie boven), pag. 156—165. 

F. H. J. NETSCHER. Reis door de Zuid-Oostelijke grensdistricten 

der Padangsche Bovenlanden, pag. 166—184. 

A. VAN DER HART. Grondbezit in Tapanoeli, pag. 185—201. 

C. F. PHILIPS. Overzicht van het Javaansche verhaal Poethoet 

Gondho Prono, pag. 202—219. 

J. HAGEMAN. Bijdrage tot de geschiedenis van Bornéo, pag. 

220—246. 

C. W. WALBEEHM. Hij dragen tot de geschiedenis der Soen- . 

dalanden, uit het Maleisch, pag. 247—257. 

Proeve van Alfoersche poëzy, pag. 258—274. 

Overlevering omtrent de reuzen van den berg Patiajam, pag. 

275—289. 

J. HAGEMAN. De Engelschen op Java, pag. 290—468. 

BOOM en C. J. BOSCH. De afdeeling Bondowoso, pag. 469—508. 

R. H. TH. FRIEDERICH. Een oude pilaar van Modjopahit 

met verklaring. (Met een plaat), pag. 509—510. 

F. H. J. NETSCHER. De voorspellingskunst uit de woekoe's 

van de Javanen. (Met e-en plaat), pag. 511—534. 

H. VON DEWALL. Ontwerp van een Maleisch woordenboek 

en eene Maleische spraakkunst, pag. 535—572. 

28


Diverse berichten, pag. 100, 102, 103, 193, 279, 280,459. 

461, 463, 464, 573. 

DEEL VIL 

(Derde Serie, deel 7,) 

(1858). 

Afl. 1—2. 

R. 0. VAN PEEHN. Aanteekeningen betreffende Borneo's 

Westkust, pag. 5—32, 486—492. 

C. H. PHILIPS. Het broedergevecht uit de wajang Kerno 

Tandingan, pag. 33—44. 

F. C. WILSEN. Bijgeloovigkeden der Soedaneezen, (zie deel 

6). Met twee platen, pag. 45—66. 

E. NETSCHEK. Raadgeving, Maleisch gedicht van Radja Ali r 

onderkoning van Riouw, pag. 67—72. 

P. L. VAN BLOEMEN WAANDEES. Aanteekeningen omtrent 

Bali, (vervolg van deel 5, blz. 447), pag. 73 — 77. 

H. RAAT. Hoe de maan zich in tweeën verdeelde, uit het 

Maleisch, pag. 78—96. 

Verslag der hydrographie van den Ind. Archipel over 1856. 

pag. 97—104. 

J. S. VAN COEVOEDEN. Beschrijving der Ned.-Ind. munten, 

pag. 105—129, 332—341. 

J. HAGEMAN. Tafels van gelukkige en ongelukkige dagenen 

uren volgens de meening der handeldrijvende volken in. 

den Indischen Archipel, pag. 130—140. 

R. H. TH. FBIEDEEICH. Over eenige inscription op ringen en gesneden 

steeneu van Sumatra. (Met een plaat), pag. 141—146. 

Makassaarsche historiën II. (zie deel 4), pag. 147—171. 

J. HAGEMAN. Toelichting over den ouden pilaar van Modjopahit 

(zie deel 6 en de plaat achter bl. 574), pag. 172—175. 

Afl. 3—4. 

C. F. BOSSCHEE. Landbezit in het zuidelijk gedeelte der 

Molukken, pag. 197—202. 

Jhr. G. F. GOLDMAN. Tochten in de residentie Ternaté, 

pag. 203—210. 

29


A. J. F. JANSEN. Solok eu de Soloksche zeeroovers, pag. 

211—264. 

C. J. BOSCH. Uitbarsting der vulkanen Idjin en Raun, pag. 

265—286. 

A. B. COHEN STUAET. Eenige opmerkingen naar aanleiding 

van Von Dewall's ontwerp van een Maleisch woordenboek, enz. 

(zie deel 6), pag. 287—349. 

Afl. 5. 

Zeeroof in den Indischen Archipel over 1856, pag. 350—378. 

R. F. DE SEDOT. Oudheden in Gheribon. (Met 2 platen), 

pag. 379—387. 

F. N. NiEUWENHtaZEN. Het rijk Siak Sri Indrapoera, pag. 

388—472. 

Afl. 6. 

J. J. LANGENHOOT. Het Chineesche feest Tshit-nyet-pan en 

het genootschap Thien-thy-foei, pag. 437—492. 

W. F. HOOGEVEEN. Het district Djampang-tengah (Préanger), 

pag. 493—525. 

Diverse berichten, pag. 93, 176, 177, 178, 260, 261, 262, 

342, 344, 439, 444, 526, 528. 

DEEL 

VIII. 

(Derde Serie, deel II) 

(1859). 

Afl. 1. 

C. M. VISSCHEK. De landbouw in Amboina in 1853, pag. 

19—60. 

P L. VAN BLOEMEN WAANDERS. Beknopte en zakelijke inhoud 

van het Kawi-handschrift Pamentjangah Ngoerah Sidemen, 

pag. 61—71. 

R. H. TH. FKIEDERICH. Beschrijving van een metalen Çivaheeld 

(Met een plaat), 72—104. 

Afl. 2—4. 

P. L. VAN BLOEMEN WAANDEKS. Aanteekeningen omtrent de 

zeden en gebruiken der Balineezen, inzonderheid die van Boelèlèng, 

pag. 105—326. 

30


Afl. 5—6. 

H. VON DEWALL. Antwoord op eenige opmerkingen van A. 

B. Cohen Stuart (zie deel 7), pag. 327—440. 

Diverse berichten, waaronder een bij de kaart van de hoofdplaats 

Soerakarta in 1857 op een schaal van 1/20.000, pag. 

75, 76, 317, 318. 

DEEL 

IX. 

(Derde Serie, deel 

III). 

(1860). 

Afl. 1. 

L. SCHEPERN. De bevolking van Billiton, pag. 56—66. 

J. HAGEMAN. Iets over de tijdrekening der Chineezen, 

pag. 67—92. 

Afl. 2—3. 

A. VAN DEE. VEN Aanteekeningen omtrent het rijk Bandjermasin. 

(Met een kaart), pag. 93—133. 

C. BANGERT. De binnenwaarts gelegen streken van Doesoenilir, 

pag. 134-260. 

Afl. 4—5. 

J. HAGEMAN. Geschied- en aardrijkskundig overzicht van 

Java op het einde der 18 de eeuw, pag. 261—419. 

Errata in het: Antwoord op eenige opmerkingen enz. door 

H. von Dewall (zie deel VIII, bl. 327), pag. 420—424. 

Afl. 6. 

J. P. FREIJSS. Mangarai en Lombok in 1854—1856, pag. 

443—530. 

CORN, DE GROOT. Kota Tjandi. (Met een plaat), pag. 531—533. 

Diverse berichten, 

waaronder een lijst der Europeesche gezaghebbers 

op Java sedert de komst der Europeanen, 

pag. 75, 76. 

31


DEEL X. 

(Vierde Serie, deel I). 

(1861). 

Afl. 1. 

Verslag der hydrographie in den Ind. Archipel over 1857— 

1859, pag. 26—61. 

K. F. HOLLE. Honderd en één Soendasche spreekwoorden, 

pag. 62-79. 

Afl. 2. 

J. H. TOBIAS. Tocht naar Lingga, Rétéh en Manda, pag. 

81—103. 

R. C. VAN PKEHN WIESE. De Westerafdeeling van Bornéo, 

pag. 104—114. 

JHE. W. C. F. GOLDMAN. Het eiland Bangka (Molukken), 


Afl. 3. 

Mr. J. A. VAN DER CHUS. De Latijnsche scholen van 1642 

en 1666, alsmede het Seminarium van 1745 te Batavia, pag. 

163—220. 

A. J. F. JANSEN. Landbouw in de JMinahassa in 1853, pag. 

221—258. 

Afl. 4. 

A. W. KINDEK DE CAMAUECQ. De volksmstellingen in de 

Oostelijke Soendalanden, pag. 259—321. 

L. HORNER. Reizen over Sumatra, pag. 322—374. 

Afl. 5—6. 

J. G. F. RIEDEL. Sangi-manganitusche woordenlijst, pag. 

375—412. 

BoiiiE. Notice sur les Mantras, tribu sauvage de la péninsule 

malaise, pag. 413—465. 

H. G. MAKS. Reis naar de Kapoeas en de Kahajan, pag. 

466—558. 

Diverse Berichten, pag. 80, 161. 

32


DEEL XI. 

(Vierde Serie, deel II). 

(1862). 

Afl. 1—2. 

H. VON DEWALL. Matan, Simpang. Soekadana, de Karimataeilanden 

en Koeboe, pag. 1—146. 

J. N. VOSMA.EE. Geliting (Noordkust van Flores), pag. 

147—158. 

Afl. 3. 

Mr. J. A. VAN BEU CHUS. De Bataviasche Nouvelles 1744 — 

1746 en de Bataviasche Koloniale Courant van 1810—1811, 

pag. 159—192. 

J. A. W. VAN OJMII'IJSEN. Omtrent het ontstaan van eenige 

regentschappen in Benkoelen, pag. 193—196. 

H. VON DEW ALL. Vaststelling der beteekenis en afstamming van 

eenige in het Maleisch gebruikelijke woorden, pag. 197—214. 

264. 

J. A. BAKKERS. De eilanden Bonérate en Kalaoe. pag. 215— 

Afl. 4—5. 

J. A. Bakkers. De afdeeling Sandjai, pag. 265—373. 

Beknopt verhaal van den opstand op Amboina in 1829. pag. 

374_387. 

De orang Lom of' Belom op Banka, pag. 388—439. 

J. HAGEMAX. De oorsprong van het stedelijk wapen van 

Samarang, pag. 440—442. 

Afl. 6. 

F. 0. WILSEX. Fragment uit eene beschrijving van Bagelèn. 

pag. 443—464. 

A. DE GASTRO. Résumé historique de l'établissement Portugais 

à Timor, des us et des coutumes de ses habitants, pag. 

465—506. 

H. D. CANNE. Bijdrage tot de geschiedenis der Lampong's, 

pag. 507—524. 

Dr. B. F. MATTHES. Het Célébesche kaartspel Oini, pag. 

5^5—527. 

33


Mr. J. A. VAX DBit CHUS. Beschrijving van een eerepenning, 

geschonken aan den sultan van Ternaté, pag. 528—530. 

Diverse Berichten, pag. 155, 157, 158. 

DEEL XII. 

(Vierde Serie, deel III). 

(1862). 

Afl. 1. 

k. B. COHEN STUART. Repliek aan den heer Von Dewall (zie 

deel 8). Verbetering der hierin voorkomende drukfouten bl. 

354, pag. 1—116, 354-356. 

Afl. 2. 

Hindoe-oudheden op de Oostkust van Sumatra, pag. 230—232. 

Afl. 3. 

E. NETSCHEII. Tochtjes in Riouw en onderhoorigheden, pag. 

233-254, 357—379. 

J. A. BAKKERS. Tanètté en Barroe, pag. 255—357. 

Afl. 4—6. 

A. LOUDOX. Aanteekeningen gehouden op eene zending naar 

Siam, pag. 380-591. 

Wijze waarop de Javanen hunne wapenen schoonmaken ; uit 

het Jayaansch, pag. 592—594. 

Mr. J. A. VAX DER CHIJS. Alphabetisch-systematische opgave 

van de 12 eerste deelen van het Tijdschrift, pag. 595 — 620. 

DEEL XIII. 

(1864). 

(Vierde Serie, deel IV). 

Afl. 1—2. 

J. F. G. BRÜMUXD. Bijdrage tot de geschiedenis der kerk 

van Batavia, pag. 1 —189. 

De Mapalus-verecnigingen in de Minahasa, pag. 190—192. 

[


Afl. 3. 

H. C. VAN EUBEBGEN. Reis naar de Zuid-wester-eilanden, 

pag. 193—226. 

J. HAGEMAK. Namen der gewestelijke Europeesche, enz. gezaghebbers 

op Java en Madura, pag. 227 - 265, 557—564. 

J. G. F. RIEDEL. Het landschap Bolaäng-Mongondouw, pag. 

266-284. 

Afl. 4. 

E. NKTSCH E. Twee belegeringen van Malakka (1756—57 en 

1784), pag. 285—361. 

J. F. G. BEUMÜND. Bali. Fragment van eene reisbeschrijving. 

pag. 362—388. 

Afl. 5—6. 

A. DE CASTEO. Une rébellion à Timor en 1861, pag. 389— 

409. 

Overzicht der betrekkingen van de Oost-Indische Compagnie 

met Siam, pag. 410—456. 

M. VON FABEE. Montrado in 1861, pag. 457—491. 

K. F. HOLLE. Piagem van den vorst van Mataram, pag. 492—496. 

J. S. O. GEAMBEEG. Reis naar Siak, pag. 497—530. 

P. TAX DEE CEAB. Reis naar Nieuw-Guinéa, de Goram- en 

Céram-Laut-eilanden en Oostelijk Céram, pag. 531—556. 

DEEL XIV. 

(Vierde serie, deel V). 

(1864), 

Afl. 1. 

E. NETSCHEE. Tochtjes in Riouw en onderhoorigheden (zie 

deel 12), pag. 1—23. 

J. S. VAN OOEVOEDEN. Chronologische lijst van Indische penningen 

enz., pag. 24—37. 

J. J. C. FEANCKEX. Godsdienst en bijgeloof der Chineezen, 

pag. 38—74. 

J. HAGEMAN. Nasporingen omtrent Joartam en andere verdwenen 

plaatsen op Oost-Java, pag. 75—90. 

Hindoe-oudheden op de Noordkust van Borneo, pag. 91—92. 

35


Afl. 2. 

J. WALLAND. Het eiland Enggano, pag. 93—124. 

J. Th. BIK. Reis naar Bima, Timor, de Moluksehe eilanden, 

Menado en Oost-Java in 1821 en 1822, pag. 125—183. " 

J. P. C. TAX DEE MAEK. Lijst der Nederlandsche landvoogden 

van Ceylon, pag. 184—186. 

Mr. J. A. VAN DEE CHUS. Gouden medaille, vereerd aan den 

Sultan van Ternaté, pag. 187. 

Oud beeld in Benkoelen, door v. D. C. pag. 188. 

Afl.. 3—4. 

A. B. COHEX STUAET. Een Maleisch handschrift met klankteekens, 

pag. 189—211. 

Mr. J. A. VAN DEE CHUS. Geschiedenis van het inlandsen 

onderwijs in Ned.-Indië, aan officiëele bronnen ontleend, pag. 

212—323. 

H. W. C. POTTHAST. De afdeeling Groot-Dajak, pag. 324— 

329. 

J. WALLAXD. Het eiland Enggano, pag. 330 — 339. 

Togtjes in het gebied van Riouw en onderhoorigheden, door 

E. NETSCHEE, pag. 340—35 L. 

M. H. J. KOLLMANN. Bagelèn onder het bestuur van Soerakarta 

en Djokjokarta, pag. 352— 368. 

J. G. F. RIEDEL. De eedsaflegging bij de Toe-oen-boeloe 

in de Minahasa, pag. 369—374. 

J. HAGEMAX. Bijdragen tot de geschiedenis der kerk van 

Batavia, pag. 374—378. 

J. G. P. RIED KL. De tiwockar of steenen graven in de 

Minahasa, pag. 379—380. 

Afl. 5—6. 

J. J. MEIJEE. De Tanah-laoet, pag. 381—398. 

Dr. H. A. BERNSTEIN. Reizen in den Molukschen archipel, 

pag. 399—495. 

J. S. VAX COEVOEDE-V. Ned. Indische penningen, pag. 496—500. 

De kris Singkir en de lans Kali bläh, behoorende tot de 

kroonsieraden van Bandjermasin, pag. 501—505. 

36


J. G. F, RIEDEL. Een Toe-oen-boeloesch ordalium, pag. 

506—510. 

Zeerooverijen op de kusten der Minahasa 

(1776—1777), pag. 511—523. 

E. A. W. LUDEKING. Lijst der Portugeesche en Hollandsche • 

Gouverneurs van Amboina, pag. 524—553. 

Het landschap Blida (Palembang), pag. 554—556. 

H. C. VAN EIJBERGEN. Woordenlijst van de taal der Aroeen 

Keij-eilanden, pag. 557—568. 

G. SCHLEGEL. Ohineesche mouches, pag. 569—572. 

DEEL XV. 

{Vijfde serie, deel I) 

(1866). 

Afl. 1—2. 

J. A. BAKKERS. Het leenvorstendom Boni; met drie teekeningen 

van de belangrijkste punten tijdens den jongsten met 

dat rijk gevoerden oorlog, pag. 1—208. 

Afl. 3. 

J. S. VAN COEVOEDEN. Chronologische lijst van Indische 

penningen enz. (zie deel 14), pag. 200—219. 

H. C. VAN EIJBERGEN, Reizen naar de Aroe- en Keijeilanden 

(in 1862 en 1864), pag. 220—272. 

VAN LIER. Het rijk Djambrana (Bali), pag. 273 — 285. 

Berigt, ingezonden door A. B. Cohen Stuart, pag. 286—292. 

Afl. 4—5. 

Verslag eener reis naar de Aroe- en Key- eilanden, in de 

maanden 

April en Mei 1864. van H. C. van Eybergen, pag. 

293—361. 

Dr. L. W. G. DE Boo. De conspiratie van 1721, pag. 362 

— 397. 

N. P. VA-V iJEii STOK. Het eiland Saleijer, pag. 398—445. 

J. S. G. GRAMBERG. Schets van Kesam, Seméndo, Makakauw 

en Blalauw (Palembang), pag. 446—474. 

37


JHR. W. C. F. GOLDMAN. Reis naar Dorei (Nieuw Guinéa) ; 

in de maanden Juni—Sept. 1863, pag. 475—556. 

DEEL XVI. 

( Vijfde serie, deel 77). 

(1867). 

Afl. 1. 

Mr. J. A. VAN DER CHIJS. Bijdragen tot de geschiedenis 

van het inlandsch onderwijs in Ned.-Indië (zie deel 14), 

pag. 1—80. 

Extract uif een rapport van den Resident der Zuider- en 

Ooster-afdeeling van Bornéo, van 30 Sept. 1863, pag. 81—86. 

Mr. J. BOUSQUET. Verovering van Ternaté door de Engelschen 

in 1810, pag. 87—90. 

J. G. F. RIEDEL. De uitbarsting van de Awoeh-Taroena 

in 1856; in het Sangi-Siawoesch dialect, met vertaling, pag. 

91—95. 

Katrangan dari assal moelanja jang mendjadi Radja di 

tanah Bantam enz., pag 964. 

Afl. 2. 

H. VON ROSENBERG. Beschrijving van een gedeelte van 

Céram. (Met een kaart), pag. 97—182. 

C. KATER. De Dajak's van Sidin, pag. 183—188. 

A. B. COHEN STUART. Een paar rectificaties, pag. 189 — 192. 

Afl. 3. 

J. HAGEMAN. Geschiedenis der Soenda-landen, pag. 193—251. 

G KATER. Rapport omtrent een op de boven-Kapoeas, 

gehouden sneltocht, ondernomen door een bende Taman- 

Dajak's in het voorjaar van 1862, pag. 252—258. 

J. P. 0 VAN DER MARK. Lijst der Nederlandsche landvoogden 

van Tayoenan (Formosa), pag. 259. 

J. TH. BIK. Reis door West-Bantam in 1823, pag. 260—276. 

A. PRUIS VAN DER HOEVEN. De bruidschat bij eenige volken 

in den Indischen Archipel, pag. 277 — 289. 

38


Afl 4. 

À. TAN EKRIS. Het Céramseh Kakian-verbond, pag. 290 — 315. 

J. A. BAKKBES. Het particulier landbezit op Celebes, pag. 816. 

J. S. VAN COEVORDEN. Chronologische lijst van Indische 

penningen (vervolg van deel 15), pag. 317—351. 

G. J. GEISSEN. Topographische schets van de bergregentschappen 

in de Noorder-districten van Celebes, pag. 352—376. 

K. F. HOLLE. Wat beteekent de naam Bagelèn? pag. 377—380. 

Afl. 5. 

H. VON DEWALL. Lijst van eenige in het Maleisch gebruikelijke 

woorden van Sanskrit-oorsprong, pag. 381—391. 

Jhr. W. C. F. GOLDMAN. Reis naar Doeri (zie deel 15), 

pag. 392—420. 

J. S. G. GRAMBERG. De Batoe-toelis te Batavia, pag. 

420-437. 

C. KATER. De Tempajan's of tadjau's bij de Da}ak's. (Met 

vier platen), pag. 438—449. 

K. F. HOLLE. Bericht omtrent eenige lontar-handschriften 

van Baden Salèh, pag. 450—471. 

G. A. PET. Verslag omtrent een langs den voet van den 

Soembing en den Sindoro ontgraven steenen trap, pag. 472 - 478. 

Afl. 6. 

C. W. WALBEEHM. Lijst van de voornaamste inlandsche 

ambtsbenamingen met korte aanduiding der aan de betrekkingen 

verbonden werkzaamheden, voorregten enz. pag. 

479—502. 

Dr. L. W. G. DE Roo. J. W. CRANSSEN te Ternaté 1799— 

1801, pag. 503—535. 

J. S. G. GRAMBERG. Pasemah, pag. 536—558. 

K. F. HOLLE. Bericht omtrent de vijf koperen platen van 

"Kebantenan, pag. 559—567. 

Snippers betreffende Indische landen volkenkunde, 

pag. 568—570. 

39


DEEL XVII. 

( Vijfde serie, deel lil). 

(1869). 

Afl. 1. 

Mr. W. A. HENNY. Reis naar Si Grompoelon en Si Lindong 

in 1858. Bijdrage tot de kennis der Baraklanden, pag. 

1—58. 

J. HAGEMAN. Over de Europeesche boeren, 1742—1760 

pag. 59—67. 

E. NETSCHER. Was Malakka tnsschen 1795 en 1818 een 

Nederlandsche of een Britsche bezitting? pag. 68 — 69. 

ULLMANN. Het ,,tiwa" der Dajak's. pag. 70—78. 

Dr. H. A. BERNSTEIN. Reizen in den Indischen Archipel 

(1864), pag. 79—109. 

Afl. 2—3. 

D. W. SCHIEP. Kolonisatie op Java, pag. 110—177. 

J. HAGEMÀN. Geschiedenis der Soenda-landen (vervolg van 

deel 16), pag. 178—257. 

J. Gr. F. RIEDEL. Bantiksche legende; met vertaling, pag. 

258—269. 

De bekentenis van een Holontaloschen Ponggoh, 

pag. 270—280. 

De Sesamboh of' Sangische volkliederen, pag. 

281—301. 

Tooe Oenseasche fabelen, vertaling en aanteekeningen, 

pag. 302 — 315. 

K. F. HOLLE. Bijdragen tot de geschiedenis der Préanger- 

Regentschappen, pag. 316—366. 

J. HAGEMAN. Joartan wedergevonden, pag. 367 — 368. 

K. F. HOLLE. Soendascbe raadsels, pag. 369—376. 

Bijdragen tot de kennis van Sumatra's Noord-Oostkust: 

I. A. C. TAN Bo«. Rapport over eene reis van Tandjong 

Balei naar de omstreken van Pasir Mendagei; bovenlanden van 

Asahan. (Met twee kaarten), pag. 377—411. 

40


II. L. DE SCHEEMAKER. Äanteekeningen gehouden op eeno, 

reis naar de marktplaats (Pedagangan) der Lima Laras, vier 

dagreizen de rivier van Batoebara opwaartsgelegen, pag. 412—430. 

III. J. C. F. VIGELIUS. Memorie van overgave van het 

bestuur over de afdeeling Panei en Bila. (Nov. 1866), pag. 

431—460. 

IV. L. DE SCHEEMAKER. Nota betreffende het landschap 

Batoebarah, pag. 461—479. 

Y. Extrakt uit eene aanteekening van den kontroleur van 

Panei en Bila, pag. 480—482. 

K. F. HOLLE. De Batoe-Toelis te Buitenzorg, pag. 483—488. 

H. 0. VAN EIJBERGEN. Geschiedkundige äanteekeningen omtrent 

de Noordkast van Céram van af 1816 tot 1832, pag. 

489—504. 

J. G. F. RIEDEL. Het oppergezag der vorsten van Bolaang 

over de Minahassa. (Bijdrage tot de kennis der oude geschiedenis 

van Noord-Sélébes), pag. 505—524. 

H. PAUW TEN KATE. De marga Semindo Darat in Palembang, 

pag. 525—547. 

A. B. COHEN STUART. De beschreven balken afkomstig uit 

de troonzaal van den voormaligen kraton te Martapoera in 

Bandjermasin, pag. 548—557. 

K. F. HOLLE. Snippers, pag. 558—568. 

Du. H. N. VAN DER TUUK. Proeve van een vergelijkende 

woordenlijst van Lampongsche tongvallen, pag. 569—575. 

DEEL XVIII. 

Afl. 1 (1868—1872). 

DR. B. F. MATTHES. De Makassaarsche en Boegineesche 

Knclilius. (Met zestien platen), pag. 1—42. 

A. LIGTVOET. Geschiedenis van de afdeeling Tallo (Celebes), 

pag. 43—66. 

Afl. 2. 

J. J. VAN LIMBURG BROUWER. Steenen beitels in het Museum 

van het Bataviaasch Genootschap. (Met een plaat), pag. 67—88. 

41


A. B. COHEN STUART en J. J. LIMBURG BROUWER. Beschreven 

steenen op Java. (Met een plaat), pag. 89—117. 

DR. H. N. VAX DER TUUK. Het Lampongsch en zijne tongvallen, 

pag. 118—156. 

J. G. F. RIEDEL. De vroegere rechten en verplichtingen deivrije 

Alifoeroe's van Noord-Sélébes, pag. 157—163. 

J. DE VROOM. Aanteekeningen uit eene Balische adversaria, 

pag. 164—169. 

R. VAN ECK. Balische spreekwoorden, pag. 170—188. 

Afl. 3. 

J. G. F. RIEDEL. Het landschap Boeooi, pag. 189—208. 

MR. J. A. VAN DER CHIJS. Koepang omstreeks 1750, pag. 

209—227. 

J. DE VROOM. Balineesche lontarbrieven met vertaling en 

aanteekeningen, pag. 228—239. 

W. J. LARIVE. Reis naar de bovenstreken van Kota-Pinang, 

pag. 240—281. 

F. S. A. DE CLERQ, De huizen in Bolaäng- Mongondou, 

pag. 282—283. 

Afl. 4. 

J. A. UILKENS. Soendasche dongeng, pag. 284—294. 

A. H. G. BLOKZEI.IL. Hollandsche vertaling van het Kawiwetboek 

Déwa-danda, pag. 295—309. 

J. DE VROOM. Masorsinggih ; eenige verspreide aanteekeningen 

over het bestaan en gebruik van eene hooge en een lage 

taal in het Balineesch, pag. 310—327. 

N. P. VAN DEN BEKG. Naamsoorsprong van de buurt Rijswijk 

te Batavia, pag. 328—331. 

' Vijf jaren op Banda (1633—1638). Met aanteekeningen, 

pag. 332—366. 

K. F. HOLLE. De koperen plaatjes van Këbantënan, pag. 

367—333. 

R. VAN ECK. Het lot der vrouw op Bali, pag. 370—394. 

42


Afl. 5—6. 

J. A. UTLKENS. Soendasche spreekwoorden, pag. 395—417. 

Mr. L. W. C. VAN DEN BERG. Het ambt van den Qadhï, 

Bijdrage tot de kennis der rechtspraak volgens den Islam, 

pag. 418-434. 

Zeeroof in den Indischen Archipel, pag. 435—457. 

J. G. F. BIEDEL. De Minahassa in 1825, pag. 458—568. 

DEEL XIX. 

(1870). 

Afl. 1—2. 

E. P. TOMBRINK. Hindoe monumenten in de bovenlanden 

van Palembang. (Met dertig platen), pag. L—44. 

J. Gr. F. RIEDEL. De landschappen Holontalo, Limoeto, 

Boné, Boalémo en Kattinggola of Andagilé, pag. 41—153. 

A. B. COHEN STUART. Boekaankondiging. Geschiedenis van 

Java door J. Wolbers, pag. 154—164. 

Verslag eener reis naar Enggano door den Assistent-Resident 

van Beukoelen. (Met een kaart), pag. 165—200. 

Afl. 3. 

J. HAGEMAN. Geschiedenis der Soenda-landen (vervolg van 

deel 18), pag. 201—269. 

A. B. COHEN STUART. Inscriptie op den gedenksteen aan 

den weg van Jakatra. (Met een facsimile v/d inscriptie op 

den gedenksteen van Pieter Erberveld), pag. 270. 

K. F. HOLLE. Soendasche spreekwoorden (vervolg), pag. 

276—295. 

A. B. COHEN STUART. Boekbeoordeeling. Vervolg op Gericke's 

Jav.-Nederl. woordenboek door Jansz, pag. 296—304. 

Afl. 4—5. 

H. VON DEWALL. Eenige opmerkingen op drie kleine geschriften 

van H. C. Klinkert, pag. 305—357. 

43


J. S. VAN COEVORDEX. Chronologische lijst van Indische 

penningen enz. (vervolg van deel 16), pag. 858—361. 

Dr. H, N. VAN DEE TTJIJK. Brieven betreffende het Lampongseh, 

pag. 362 — 410. 

R. H. TH. FRIEDERICH. Aantekeningen over de hoofdtempels 

in Kadoe en Djokdjokerta, pag. 411—422. 

J. J. VAN LIMBURG BROUWER. Kitab Pakih Soenda, pag. 

423—471. 

J. F. HOLLE. Snippers (vervolg van deel 17), pag. 

472—489. 

G. J. GRASHUIS. De spelling van het Soendaneeseh met 

Latijnsch letterschrift, pag. 490—500. 

Aft. 6. 

R. H. TH. FRIEDERICH. De omgeving van het Oengarangebergte, 

pag. 501—520. 

F. S. A, DE CLERCQ. De overzijde der Ranojapo. (Met 

een kaart), pag. 521—539. 

A. B. COHEN STUART. Etymologie van ja-iloe, isliar, 

merbot en modin, pag. 540—545. 

F. S. A. DE CLERCQ. De Fosso Mahapansa, zooals die 

voorheen gevierd werd door de Alifoeroe in de Minahasa, 

pag. 546-554. 

J. G. F. RIEDEL. De vestiging der Mandaren in de Tominilanden, 

pag. 555—564. 

H. VON DEW ALL. Boekbeoordeeling. Boestänoe 'Ikätibln 

door Dr. H. N. van der Tuuk, pag. 565—574. 

DEEL XX. 

(1863). 

Aft. 1. 

M. SCHAAKTE. Bijdrage tot de kennis dor Chineesche geheime 

genootschappen, pag. 1—8. 

Dr. G. SCHLEGEL. Tets omtrent de betrekkingen der Chineezen 

9-32. 

met Java voor de komst der Europeanen aldaar, pag. 

44


M. SCHAALJB. De kleine voeten der Chineesche vrouwen, 

pag. 33—56. 

F. Ç. WIESEN. Eenige opmerkingen omtrent de vele op 

Java voorkomende zoogenaamde Siwabeelden, pag. 57—62. 

K. F. HOLLE. Snippers, pag. 63-69. 

A. B. COHEN STUART. Een oud vuurwapen van Jakatra. 

(Met een plaat), pag. 70—77. 

H. VON DBWALL. Boekbeoordeeling. Twee geschriften van 

den Heer H.C. Klinkert. pag. 78—90. 

Afl. 2. 

K. F. HOLLE. Het schrijven van Soendasch met Latijnsche 

letter, pag. 91 — 107. 

G. J. GEUSEN. Oendang-oendang of verzameling van voorschriften 

in de Lematang-Oeloe en Ilir en de Pasemahlanden, 

pag. 108—150. 

A. B. COHEN STÜAST. Toelichting, pag. 151—k52. 

K. F. HOLLE. Snippers (vervolg), pag. 153—165. 

F. C. WILSEN. De Boeddhistische trimoerti op Java voorgesteld 

in den tempel te Mëndoet. (Met zes platen), pag. 

166—191. 

F. S. A. DE CLERCQ. Losse aanteekeningen, pag. 192—194. 

a. De bron Koemaloko in de Minahasa. 

h. Winangkil im poriara en mangalap. 

c. Tijdverdeeling van den dag in Oost-Java. 

Ad. 3. 

A. B. COHEN STUART. Nieuwe bijdragen tot de kennis der 

Mohammedaansche tijdrekening in den Indische Archipel, pag. 

195—218. 

H. KERN. Het Sanskrit op een steen afkomstig uit Prambanan, 

pag. 219—230. 

K. F. HOLLE. Snippers, pag. 231—240. 

DR. W. PALMER VAN DEN BROEK, Geschiedenis van het 

vorstenhuis van Madoera uit het Javaansche vertaald, pag, 

241—301. 

45


Afl. 4. 

Zeeroof in den Indischen Archipel in 1858, pag. 302—326. 

J. A. ULLKENS. Soendasche spreekwoorden (zie deel 18). pag. 

327—349. 

JACKSTEIN. Benige Notizen over Rotfci en de Rottineezen, pag. 

350—356. 

W. M. DONSELAAR. Lijstjes van Rottineesche woorden gebruikelijk 

in het Koepangsch Maleisch, pag. 357—362. 

W. M. DONSELAAR. Portugeesche woorden opgenomen in 't 

Koepangsch Maleisch, pag. 363. 

L. MANGiNDAäN. Oud Tondano, pag. 364—377. 

J. M. KLUPPEL. De Solor-eilanden, pag. 378—398. 

* 

Afl. 5. 

Zeeroof in den Indischen Archipel in 1859 en 1860, pag. 

899—438. 

DR. A. B. MEIJER. 

Ueber die Einwohnerzahl der Philippinischen 

Inseln, pag. 434—440. 

DR. A. B. MEIJER. Ein Beitrag zu der Kenntniss der 

Sprachen auf Mindanao, Solog und Siau, der Papua's der 

Astrolabé-Bay auf Neu-Guinéa, der Negrito's der Philippinen, 

und einige Bemerkungen über Herrn Riedel's Uebersetzungen 

im Tagalische und Visayasche, pag. 441—470. 

Afl. 6. 

DR. W. PALMER VAN DEN BROEK. Geschiedenis van het 

vorstenhuis van Madoera (2° gedeelte), pag. 471—564. 

P. S. A. DE CLERCQ. Het Péla der Amboneezen, pag. 

565—566. 

Zeeroof in den Indischen Archipel in 1861, pag. 567—569. 

F. S. A. DE CLERCQ. Javaansche raadsels, pag. 570. 

W. M. DONSELAAR. Woorden uit andere talen in het 

Koepangsch Maleisch, pag. 571. 

46


DEEL XXI. 

(1875). 

Afl. 1. 

DE. H. N. VAN DEE TITUK. Geschiedenis der Pandawa's 

naar een Maleisch handschrift der Royal Asiatic Society, pag. 

1—90. 

Geschiedenis van Borna naar een Maleische handschrift 

van de Royal Asiatic Society, pag. 91—101. 

E. S. A. DE OLEECQ. De grafteekenen der Alifoeroe in het 

district Tonsawang. (Minahasa), pag 102—103. 

J. DE VEOOM. Balineesche lontarbrievea met vertaling en 

aanteekeningen (deel 18), pag. 104—119. 

Afl. 2. 

N. VON MACLAY. Eine Correction zur Seite 459 von Theil 

XX, pag. 120—121. 

R. VAN ECK. Balineesche spreekwoorden (zie deel 18), pag. 

122—145. 

HoEPEEMANS. Het Hindoerijk van Doho. (Met uitslaande 

platen), pag. 146—168. 

J. DE VEOOII. De telwoorden in het Balineesch, pag. 169—182. 

J. A. UILKENS. Soendasche spreekwoorden (zie deel 20), 

pag. 183—208. 

Afl. 3. 

J. G. P. RIEDEL. De pateda-hoelawa of de gouden armband, 

eene Holontalosche vertelling in het oorspronkelijke medegedeeld, 

vergezeld van een Nederlandsche vertaling en aanteekeningen, 

pag. 209—234. 

R. C. KEOESKN. De Anambas-, Natoena- en Tambilaneilanden, 

pag. 235—247. 

J. A. UILKENS. Eenige opmerkingen betreffende Coolsma's 

handleiding tot beoefening der Soendaneesche taal, pag. 

248—287. 

J. J. VAN LIMBUEGJ BEOÜWEE. Tjoerito palasik, proeve van 

Menangkabausch dialect, pag. 288—294. 

47


Afl. 4. 

E. J. JELLESMA. Woordenlijst van de taal der Alifoeroe op 

Boeroe met grammaticale aanteekeningen, pag. 295—322. 

J. DE VEOOJI. Trouwe liefde beloond, een Balineesch verhaal, 

pag. 323—373. 

G. A. WILKENS. Het afplatten van het voorhoofd bij de 

Alfoeren van de Minahasa, pag. 374—370. 

Afl. 5. 

R. VAN ECK. Balineesche spreekwoorden (vervolg), pag. 

377—402. 

J. DE VEOOM. Hi Lingga P'ta. Balineesch volksgedicht. 

(Eerste gedeelte), pag. 403—44G. 

J. H. DEIBEET. Maleisch-Koeboesche woordenlijst met aanteekeningen 

van DE. H. N. van der Tuuk en verbeteringen 

van J. M. van Berckel, pag. 447—479. 

Afl. 6. 

L. K. HAEMSEN. Vijftig Menangkabausche pantoen's, pag. 

480—529. 

J. DE VEOOM. Hi Lingga P'ta. (Tweede gedeelte), pag. 

530—597. 

DEEL XXII. 

(1875). 

Afl. 1—2. 

DE. W. PALMÉE VAN DEN BEOEK. Geschiedenis van het 

vorstenhuis van Madoera (zie deel 20), pag. 1—89. 

P, A. LEUPE. Bijdrage tot de geschiedenis van den zeeroof 

in den Oost-Indischen archipel 1800—1802. (Met 2 platen), 

pag. 90—155. 

G. J. J. DEUTZ. Baros, pag. 156—163. 

J. A. M. VAN CATS BAEON DE RAEÏ. Reis in de Bataklanden 

in Dec. 1866 en Jan. 1867, 164—219. 

Afl. 3. 

DE VEIES. Kerkelijk rapport over Céram, pag. 220—253. 

48

INHOUDSOPGAVE, TEVENS PRIJSLIJST TIJDSCHRIFT. 

C. F. VAX DELDEN LAËEXE. Iets over den oorsprong van liet 

communaal landbezit op Java, pag. 254—279. 

DR. W. PALMÉE VAN DEX BROEK. Geschiedenis van het 

vorstenhuis van Madoera (vervolg), pag. 280—310. 

Afl. 4. 

R. VAX ECK. Schets van het eiland Lombok, pag. 311—357. 

Invoering van den Islam op Bali en Lombok. (Volgens de 

Balineezen), pag. 358—362. 

(x. A. WILKEN. Iets over naamgeving en eigennamen bij de 

Alfoeren van de Minahasa, pag. 363—399. 

Afl. 5—6. 

DE. W. M. KEUCHENIUS. Beschrijving der Bataviasche jurisdictie 

en onderzoek naar de oorzaken der meerdere ongezondheid 

van Batavia, enz. met inleiding van N. P. van den Berg, 

pag. 400—531. 

N. P. VAX DEX BEUG. Een smeekschrift van de Bataviasche 

burgerij, pag. 532—576. 

DEEL XXIII. 

(1876). 

Afl 1. 

S. OOOLSMA. De Soendaneesche tolk van Gr. J. Grashuis, 

pag. 1—17. 

J. A. B. WISELITJS. Ruine van Koeta Rosan : district Linges 

kir in Soerabaja. (Met een kaartje), pag. 18—19. 

J. A. M. VAX OATS BAEOX DE RAET. Vergelijking van den 

vroegeren toestand van Dèli, Serdang en Langkat raet den 

tegenwoordigen. (Reisverslag van Februari 1876), pag. 20—39. 

A. LIGTVOET. Naamsafleiding van het rijk Balangnipa in 

Mandar, pag. 40—41. 

R. H. TH. FEIEDEEICH. Rapport over reizen gedaan op Java, 

pag. 42—110. 

Bladvulling. La Société Khédiviale de Géographie, pag. 

111—112. 

49


Afl. 2. 

Mu. L. W. C. VAX DEN BEUG. Een bevelschrift van den 

sultan van Atjèh, pag. 113—125. 

J. MEINSMA. Een anachronisme, pag. 126—133. 

H. N. VAX BEii T/IJUK. Naar aanleiding van eene proclamatie 

van den Sultan van Bantam, pag. 134—139. 

Omtrent eene Oud-Javaansche inscriptie, pag. 

140—146. 

E. A. HALEWIJN. Geographische en etnographische gegevens 

betreffende het rijk van Dèli. (Met een kaart), pag. 147—1 58. 

A. LIGTVOET. Zijn de munten No. 287 en 288 van het werk 

van Professor Millies : Recherches sur les monnaies des indigènes 

etc. van Makassaarschen oorsprong? pag. 159—160. 4 

R. VAN ECK en F. A. LIEEBINCK. Kertä-Sima of gemeenteen 

waterschapswetten op Bali, pag. 161—227. 

Afl. 3. 

L. E. HAEMSEN. Menangkerbausch-Maleische raadsels, pag. 

228—281. 

S. CooLSMA. Antikritiek, pag. 282—302. 

N. vox MiKLUCiio MACLAY. Sprachrudimente der Orangutan 

von Johoi', pag. 303—308. 

N. VON MiKLUCHO MACLAY. Einiges ueber die Dialecte der 

Melanesischen Völkerschaften in der Malaischen Halbinsel, pag. 

309-312. 

Afl. 4. 

DE,. J. J. VAN LniBuiiG BROUWER. Tjarèta Brakaj. proeve 

van Madoereesche spelling, pag. 313—346. 

M. TEFTEL. Iets omtrent de Savoeneezen, pag. 347—358. 

H. 0. HUJDIE. Aanteekeningen tot de bijdrage van den Heer 

Teffer over het eiland Savoe, pag. 359—360. 

R. H. Th. FKIEDEIUCH. Aanteekeningen over de hoofdtempels 

in Kedoe en Djokjakarta, pag. 361—371. 

N. VON MIKLÜCHO MACLAY. Verzeichniss einiger Worte der 

Dialecte der Papua's der Küste Papua-Kowiay in Neu-Guinéa. 

pag. 372—379. 

50


Zeeroof in den Indischen Archipel 1862—1875, pag. 

3 s 0—422. 

DE. L. W. C VAX DEN BEUG. In memoriam. DR. A. B. 

Cohen Stuart, pag. 422—441. 

G. MANSVELD. Namen en galar's onder de Maleijers in de 

Padangsche Bovenlanden; bepaaldelijk in Noordelijk Agam. 

pag. 442—457. 

Afl. 5—6. 

J. A. B. WISELIUS. Historisch onderzoek naar de geestelijke 

en wereldlijke suprematie, van Grissee op Midden- en Oost- 

Java in de 16 de en 17 de eeuw. pag. 458—509. 

F. A. NIEUWENHUIJZEN. Eedformulier van de Alfoeren op 

Groot-Oéram, pag. 510—511. 

F. S. A. DE CLERCQ. Verklaring van het péhi-spel, pag. 

512—516. 

Eenige bijzonderheden over het Maleisch van 

Palembang pag. 517—554. 

A. LIGTVOET. Aanteekeningen betreffende den economischen 

toestand en de ethnographie van het rijk van Sumbawa, pag. 

.555—592. 

RADEN 

KARTA WINATA. Opmerking ten aanzien van Daharpakè 

van den Heer Coolsma, pag. 593—594. 

DEEL XXIV. 

Afl. 1—2 (1877). 

Du. W. PALMÉE VAN DEN BROEK. Geschiedenis van het 

Madoereescbe vorstenhuis (zie deel 22), pag. 1—167. 

K. F. HOLLE De kaart van Tjiëla of Timbanganten. (Met 

een kaart), pag. 168—176. 

De plaatsnaam Singaparna, pag. 177—179. 

F. A. LiBEiiiNCK. Het rijk Bangli (Bali), pag. 180—200. 

Afl. 3. 

OH. M. G. A. M. ECOMA VERSTEGE. Bijzonderheden over de 

Sekah-bevolking van Billiton, pag. 201—211. 

51


De Maleische en Boegineesche nederzettingen aan de Koeteirivier, 

vertaald uit het Maleisen, pag. 212—223. 

D. G-ERTH VAX WIJK. Een Menangkarbauwsche heilige,, 

pag. 224—233. 

C. KATER . Uitrusting van een Dajakscken koppensneller, 

pag. 234—237. 

F. S. A. DE KLEECQ, De vroegste geschiedenis van Bandjarmasin, 

pag. 238—267. 

Verbeterde spelling van eenige inlandsche plaatsnamen, 

pag. 268—279. 

Eene episode uit de geschiedenis van Madjapahit.. 

pag. 280—297. 

Afl. 4—5. 

J. S. Cl. GRAMBERG. De troeboekvisscherij op de Oostkust 

van Sumatra, pag. 298—317. 

F. FOKKEXS. De priesterschool te'Tegalsari. (Met een plaat) 

pag. 318—336. 

Maleisch-Atjèhsch woordenlijstje, pag. 337—347. 

J. MEINSMA. Malagassisch en Javaansch, pag. 348—355. 

G. DU RIJ VAN BEEST HOLLE. De landschappen VI Kota 

Pangkalan en XII Kota Kampar. (Met een kaart), pag 

356—420. 

E. KETJEN. De Kalangers, pag. 421—441. 

MR. N. P. VAX DEN BERG. De O. I. Compagnie der 

Edelen van Genua. (1648—1649), pag. 442 474. 

Zeeroof in den Indischen Archipel over 1876, pag. 475 480. 

Afl. 6. 

S. Roos. Iets over Èndèh, pag. 481—582. 

K. F. HOLLE. De klok of kohkol van Galoeh, pao- 

583—585. 

Beschreven steen uit de afdeeling Tasikmalaja,. 

pag. 586—588. 

MR. J. A. VAN DER CHUS. Alphabetisch-systematische inhouds-opgave 

van deel XIII—XXIV van dit Tijdschrift, pag 

589—610. 

52


Alphabetische lijst van 3e medewerkers aan de 24 eerste 

deelen van dit Tijdschrift, pag. 611—616. 

DEEL XXV. 

Afl. 1 (1879) 

ME. J. A. VAX DEE CHUS. Bijdrage tot de geschiedenis 

van het inlandsch onderwijs in Ned.-lndië (zie deel 16), 

pag. 1—51. 

Geschiedenis van eenige gouvernementeele inlandsche 

scholen op Timor, pag. 52—71. 

CH. TE MECHELEN. Een en ander over de wayang, pag. 

72—107. 

J. C. E. TEOÜP. De Rambai- en Sebroeang-Dajak's. pag. 

108—119. 

Facsimile van twee beschreven koperen platen uit Bandjar 

Negara, pag. 120. 

All. 2. 

CH. M. G. A. M. ECOMA VEESTEGE. Reis naar de Noëminarivier 

enz. op de Z. O. kust van Timor. (In Juli] 877). 

pag. 121—126. 

Een Palèmbangsche piagêffi, pag. 127. 

Dr. H. NEUBEONXEE VAN DEE TUUK. Vragen ter opheldering 

van oud-Javaansche woorden, pag. 132, 329, 432. 

J. DIAS. Lijst van Atjèhsche woorden, pag. 140—161. 

Een brief van Prins Maurits aan den Sultan van Atjèh, 

pag. 162—164. 

CH. TE MECHELEN. Eenige dagen het dèsa-leven medegeleefd, 

pag. 165, 195. 256, 318. 

Vragen en mededeelingen, pag. 196—565. 

Een nieuw genootschap op het gebied van Indische Taal,- 

Land- en Volkenkunde (Journal of the Straits branch of the 

Royal Asiatic Society), pag. 215—216. 

Afl. 3. 

G. Du Ru VAN BEEST HOLLE. Beschrijving van Hindoe- 

53 .


oudheden te Moeara Takoes, XII Kota Kampar. (Met een 

plaat), pag. 217—220. 

Mr. J. A. VAN DEE CHUS. Hoe de Compagnie soms met 

Javaansche regenten handelde, pag. 221—224. 

J. E. ALBRECHT. Het schoolonderwijs onder de Chineezen 

op Java, pag. 225—241. 

Dr. H. N. VAN DER TUÜK. Naar aanleiding van Van 

Eck's Balineesch-Nederlandsch woordenboek, pag. 242—255. 

Dr. R. H. C. O. SCHEPPER. Inlandsche plantennamen, 

pag. 319—336. 

Afl. 4. 

J. HABBEMA. Proeven van West Sumatraansch Maleisch, 

pag. 337—361. 

J. F. G. BRTJMUND. *Een en ander over het oude Batavia, 


J. HABBEMA. Menangkabausche spreekwoorden, pag. 417». 

431, 538,-352. 

Afl. 5—6. 

J. L. VAN DER. TOORN. Verhalen omtrent het bijgeloof van 

de Maleijers in Minangkabau, met vertaling, pag. 441—459. 

Mr. J. A. VAN DER CHUS. Het laatste overblijfsel van 

Djakatra, pag. 460—463. 

K. F. HOLLE. Beschreven metalen plaatjes uit de desa 

Pasindoer, afd. Ledok, (Bagelèn), pag. 464—465. 

J. L. VAN DER TOORN. Over de feesten bij de Maleijers 

van de Bovenlanden met vertaling, pag. 466—483. 

J. A.C. OUDEMANS. Woordenlijst der talen van Enggano, 

Mentawei en Nias, pag. 484—488. 

Dr. H. N. VAN DER TUUK. Eenige Maleische wajangverhalen. 

toegelicht, pag. 489—552. 

J. L. VAN DER TOORN. Spreekwoordelijke uitdrukkingen 

bij de bewoners der Padangsche Bovenlanden, pag. 553— 

564. 

Vragen en mededeelingen (Vervolg), pag. 565—575. 

• 54


DEEL XXVI. 

(1881). 

Afl. 1. 

Mr. J. A. VAN DEE CHUS. Oud-Bantam, pag. 1—62. 

H. A. MESS. De Mentawei-eilanden, pag. 63—101. 

Vragen en mededeelingen met vervolgen, pag. 102, 202, 

299. 571. 

Afl. 2. 

L. X. H. A. CHATELIN. Godsdienst en bijgeloof der 

Niassers, pag. 109—167. 

J. HABBEMA. Menangkabausche spreekwoorden (vervolg), 

pag. 168, 181, 234, 255. 

D. GERTH VAN WIJK. Benige opmerkingen naar aanleiding 

van Klinkert's beoordeeling der Maleische Spraakkunst 

van Dr. J. J. de Hollander, pag. 182—194. 

Mr. J. A. VAN DEK CHLTS. 

195—198. 

Banda's veroveringsdag, pag. 

Dr. H. N. VAX DER TUUK. Nalezingen op eenige Maleische 

wajangverhalen toegelicht, (zie deel XXV), pag. 199—204. 

Afl. 3. 

J. L. VAN DER TOORN. Aanteekeningen uit het familieleven 

bij den Maleier in de Padangsche Bovenlanden, pag. 

205, 233. 514, 528. 

Mr. J. A. VAN DER CHLTS. .,Victorie branden." pag. 

256—263. 

J. G-, E. RIEDEL. Twee volksverhalen in het dialect der 

Orang Lawoet of Orang Sekali van Belitoeng. pag. 264—273. 

J . AV. THOMAS . De jacht op het eiland Nias, pag. 274—282. 

J. KNEBEL. Iets over de visscherij in de afdeeling Grati, 

(Pasoeroean), pag. 283—296. 

Dr. II. KERN. Een misverstand, pag. 297—312. 

Afl. 4. 

Mr. N. P. VAN DEN BERG. Het toonecl te Batavia in 

vroegeren tijd, pag. 313—412. 

55


Afl. 5—6. 

M. VON E ABER. Beschrijving van drie Chineesche kaartspelen, 

pag. 413—422. 

J. M. VAN BER'CKKL. Iets over de Dajak's van Melintam en 

Njawan, pag. 423—433. 

J. B. NEUMANN. Schets der afdeeling Laboean-batoe (Sumatra's 

Oostkust), pag. 434—528. 

Gr. W. W. 0. VAN HOËVELL. Over den eed der Maleiers 

ter Sumatra's Westkust, pag. 529—537. 

DE. H. N. VAN DEH TUTJE. Misverstand? pag. 538—540. 

J. KNEBEL. Een en ander over het meer van Grati, uit 

het Javaansche overgezet, pag. 541—555. 

J. L. VAN DEK TOORN. Iets over het ,,Batoeah en tilakö 

zijn" bij de Maleiers, pag 556—563. 

J. HABBEJIA. Menangkabausche persoonlijke voornaamwoorden, 

pag. 564—571. 

DEEL XXVII. 

Afl. I (1882). 

MR. L. W. 0. VAN DEN BERG. De Mohammedaansche 

geestelijkheid en de geestelijke goederen op Java en Madoera. 

pag. 1—46. 

RADEN MAS ADIPATI ARIO TJONDRO NEGORO. De koperen 

zonnewijzer van Gresik met aanteekeningen van Dr. J. P. 

van der Stok. (Met 4 platen), pag. 47—68. 

G. G. W. 0. BARON VAN HOËVELL. Twee zangen in de 

Ambonsche landtaal, pag. 69—89. 

K. F. HOLLE. De Batoe-Toelis te Buitenzorg, pag. 90—98. 

Afl. 2. 

K. F. HOLLE. Snippers van den regent van Galoeh, met 

vertaling, pag. 99—127. 

E. TH. VAN DELDEN. Dagverhaal van een reis naar Gloegoer 

VI Kota, pag. 128—165. 

Toestand van dat landschap, pag. 166—172. 

56


P. C. AEENDS. Verslag van een reis naar het eiland Noesa 

Baroeng pag. 173—186. 

K. F. HOLLE. Nog een woord over den Batoe-Toelis te 

Buitenzorg, pag. 187—189, 

Afl. 3. 

MR. L. W. C. TAX DEN BEEG. Rectificatie, pag. 190. 

A. HAGA. De Mardijkers van Timor met bronnen en aanteekeningen, 

pag. 191—294. 

Afl. 4. 

F. J. ROTHEXBÜHLEE. Dagregister gehouden op een reis 

naar Djokjakarta door den Gouverneur van Overstraten in 

1792, pag. 295—362. 

J. VAN OLDENBOIICH. Verslag eener reis met Z. M. stoomer 

Batavia van Ternaté naar de Zuidkust van Nieuw-Guinéa tot 

141° 0. L. pag. 363—379. 

K. F. H. VAX LANGEN. Reis naar Poeloe Si Maloer in Feb. 

en Maart 1881, pag. 380—388. 

Afl. 5. 

A. HAGA. De Slag bij Penefoey en Vendrig Lip. Naschrift 

op „De Mardykers van Timor", pag. 389—408. 

J. VAX OLDEXBOEGH. Verslag eener reis van Ternaté naaide 

Noord- en Noordwest-kust van Nieuw-Guinéa, pag. 409—437. 

0. F. H. CAMPEN. De godsdienstbegrippen der Halmahérasche 

Alfoeren, pag. 438—451. 

H. F. W. COENETS DE GEOOT. Nota over de slavernij en 

het pandelingschap in de Lampongsche districten, pag. 452—488. 

Afl. 6. 

J. FAES. Het rijk Pelalawan, pag. 489—537. 

K. F. HOLLE, Kawi-Oorkonden (vervolg), pag 538—548. 

Mededeelingen betreffende Roté (Rotti) door een inlandschen 

schoolmeester, pag. 549—556. 

S. G. IN'TVELD. Legende over het ontstaan van liet vorstenhuis 

van Pasir (Oostkust van Borneo), pag. 557—559. 

57


J. W. YOÜN'G. Sang cljie tjoa. De optocht der Chineezen 

voor het beschreven papier te Padang, pag. 560—564. 

DEEL XXVIII. 

(1883). 

Afl. 1. 

W. J. M.MICHIELSEK. Verslag eener reis door de bovendistricten 

der Sampit- en Katinganrivieren in Maart en April 

1880, pag. 1 — 87. 

Corte beschrijvingh ofte substantiële vervattingh van 't Leven. 

Manieren, ende Postuur der wilde menschen, hun omtrent 

Melacca, de Rivier opwaarts in de bosschagien onthoudende, 

en preciselijk lettende op de froijt tijdt van 't Jaar, pag. 88—02. 

Afl. 2. 

H. SUNDERMANN. Kurze Formenlehre der Klassischen Sprache 

nebst einem syntaktischen Anhange, pag. 93—157. 

Mr. L. W. C. VAN DEN BEIK4. Over de devotie der 

Naqsjibendîjah in den Indischen Archipel, pag, 158—175. 

K. F. H. VAN LAXC4EN. Atjèhsche taalstudiën, pag. 176—184. 

Afl. 3—4. 

E. KETJEN. Bijdrage tot de geschiedenis der Kalang's op 

Java, pag. 185—200. 

C. A. OPHUYSEN. Eenige Bataksche raadsels medegedeeld, 

pag. 201—215. 

H. VISSEE . Verslag omtrent de invoering van het geregeld 

bestuur in het landschap Gloegoer III Kota di ilir, pag. 

216—239. 

0. T. H. CAMPEN. Het eiland Halemahe'ra, pag. 240—313. 

H. VISSER. Iets over het landschap de Pasemah Oeloe Manna 

en zijne tijdelijke onderwerping door sir Thomas Stamford 

Raffles, pag. 314—336. 

C. F. H. CAMPEN. Nalezingen op het opstel over de godsdienstbegrippcn 

der Halemahérasche Alfoeren. (Deel XXVII, 

pag. 438 en volg), pag. 337—348. 

58


H. SONDEEMAN. Berichtigungen in der kurzen Formenlehre 

der Niassischen Sprache (Seite 95—157), pag. 349—350. 

An. 5. 

ME. J. A. TAX DEE CHUS. Kapitein Jonker 1630 (?)—1689 T 

pag. 351—473. 

•ARNOLD SNACKEY. Berichten en mededeelingen, pag. 473—478. 

An. 6. 

K. F. HOLLE. Kawi-Oorkonden (vervolg), pag. 479—497. 

DE. B. HAGEN. Beiträge zur Kenntniss der Battareligion r 

pag. 498—545. 

J. W. YOUNG. Bijdrage tot de kennis der Chineesche Geheime 

Genootschappen, pag. 546—577. 

AENOLD SXACKEY. Berichten en Mededeelingen, pag. 578—582. 

Errata voorkomende in Kawi-Oorkonden (bladz. 479-497) 

pag. 582. 

DEEL XXIX. 

(1884). 

An. 1. 

J. B. NEUMANN. Peis naar de onafhankelijke landschappen 

Mapat Toenggoel en Moeara Soengei Lolo VI Kota, pag. 1—37. 

J. B. NEUMANN. Nota betreffende de onafhankelijke landschappen 

Mapat Toenggoel en Moeara Soengei Lolo VI Kota. 

pag. 38—87. 

C. A. VAN OPUIJSEX. De Loeboe's, pag. 88—100. 

Aft. 2. 

0. POENSEX. Lakon-Karta-Wyoga, pag. 101—190. 

DE. H. N. VAN DEE TUUK. Lampongsche pijagems, pag.. 

191- 207. 

ME. M. P. VAN DEE BEEG. Vroegere berichten omtrent 

Krakatau. De uitbarsting van 1680, pag. 208—228. 

Afl. 3. 

ME. N. P. VAN DEN BERG. Een conflict tusschen de Regeering 

en den Raad van Justitie des kasteels Batavia 1795 r 

pag. 229—352. 

59


Afl. 4. 

H. P. A. BAKKER. Het rijk Sanggau, pag. 353—464. 

Afl. 5—6. 

M. A. F. CTOOSSENS. Reis naar de zuidelijke nederzettingen 

Tan Groot-Atjèh, pag 465—508. 

RADEN ARI O TJONDRO NEC40R0. Beschrijving Tan het district 

Salem en in het bizonder van het gehucht Goenoeng Segara, 

met een naschritt van het K. F. Holle. (Met een plaat), 

pag. 509—525. 

0. A. TAN OPHUYSEN. Woordenlijst van de taal der Loeboe's. 

(Vervolg van bladz. 100), pag, 526-554. 

J. G. SCHOT. Het Stroomgebied der Kateman. Bijdrage tot 

de kennis van Oost-Sumatra. (Met een kaart), pag. 555—581. 

Afdrukken van handen op rotsen bij Xieuw-Guiiiéa. pag. 

582—590. 

H. P. A. BAKKER. Verbeteringen en Nalezingen op ,,Het 

rijk van Sanggau" (bladz. 353—463), pag. 591—600. 

DEEL XXX. 

(1885). 

Afl. 1—2. 

MR. J. A. VAN DER CHIJS. Kapitein Jonker 1630 (?)—1689 

(vervolg van deel XXVIII, bladz. 453). pag. 1—234. 

Afl. 3—4. 

A. HAGA. Het rapport van H. Zwaardecroon en C. Ohasteleyn 

betreffende de reis naar Nieuw-Guinéa in 1705 ondernomen 

door Jacob Weijland, pag. 235—258. 

H. A. HUMANS VAN ANROOIJ. Nota omtrent het rijk van 

Siak, pag. 259—390. 

Afl. 5. 

G. DE WAAL. Aanteekeningen betreffende de rijstcultuur op 

60


sawah's in de onderafdeeling Lirnapoeloeh Kota der residentie 

Padangsche Bovenlanden, pag. 391—399. 

G. DE WAAL. Aanteekeningen betreffende de rijstcultuur op 

boschgronden in de onderafdeeling Pangkalan Kota Baharoe 

en XII Kota Kampar der residentie Padangsche Bovenlanden,, 

pag. 400—411. 

J. GRONEMAN. Het waterkasteel te Jogjakarta, png. 412—134. 

R. D. M. VEEBEEK. Nota behoorende bij de teekening van 

het waterkasteel, pag. 435—436. 

G. F. H. CAMPEN. De godsdienstbegrippen der Halemahérasche 

Alfoeren : eenige oude volkssagen naverteld, pag. 

437—442. 

Ternataansche pantoen's, Ie. serie pag. 

443—450. 

C. DEN HAMER. Iets over het tatoeeren of toetang bij de 

Biadjoe-stammen in de Z. O. afd. van Borneo, pag. 451—458. 

C. A. VAN OPHTJYSEN. Eenige Bataksche raadsels, (vervolg 

van deel XXVIII. bladz. 201), pag. 459—472. 

J. HABBEMA. Fragmenten uit een Maleisch handschrift, pag. 

473—483. 

Proeven van Redjangsch, pag. 484—491. 

D. F. VAN DER PANT. Een paar bladzijden levend Javaansch,. 

als proeve van Soerakartasche spreektaal, met bijstand van 

raden Padmä Soesasträ, pag. 492—518. 

Afl. 6. 

M. VON FABER HERWIJNEN. Bijdrage tot de Geschiedenis van 

het Middelbaar Onderwijs in Ned.-Tndië, pag. 519—557. 

F. FOKKENS JR. Beklimming van den Däräwati, pag. 558—467. 

E. BLOK. Sjair Perang Atjèh, naar een te Siajapoera (?) 

gelithographeerden Maleischen tekst, in het Hollandsch vertaald, 

pag. 568—595. 

MR. J. A. TAN DER CHUS. Hoe men in de 17e eeuw Gouverneur-Generaal 

werd, pag. 596—602. 

DR. H. N. VAN DER TUUK en DR. J. L. A. BRAXDES. 

Transcriptie van vier oud Javaansche oorkonden op koper, 

gevonden op het eiland Bali. pag. 603—623. 

61

i 


C. F. H. CAMPEN. Ternataanschë pantoens, 2e serie, pag. 

624—630. 

ARNOLD SNACKEY. Berichten en mededeeling, pag. 621—634. 

G W. W. C. BARON VAN HOËVELL. Vragen en mededeelirigen, 

pag. 635—636. 

MR. J. A. VAN DER CHIJS. Bladvulling, pag. 637. 

DEEL XLIX. 

(1886). 

Afl. 1—2. 

D. F. VAN DER PANT, met bijstand van Kaden Padmâ Soesastrâ 

en vele anderen. De gladde weduwe. Een Javaansch sprookje 

in de Soerakartasche spreektaal naverteld, pag. 1—ö(i. 

K. F. HOLLE.. Mededeelingen over de devotie der Nacjsjibendijah 

in den Nederlandsch-Indischen Archipel, pag. 67—81. 

C. A. KROESEN. Geschiedenis van Asahan, pag. 82—139. 

MR. J. P. METMAN. Verslag van een reis naar de Karimon 

Djawa eilanden in Augustus 1885 gemaakt door den resident 

van Japara, pag. 140—148. 

Afl. 2-3. 

IS. RINXOOY. Maleisch-Kissersche woordenlijst. Met eene 

inleiding van DR. J. BRANDES, pag. 149—213. 

J. W. YOUNG. Versterfrecht, adoptie en pleegkinderen bij de 

Chineezen. Behandeling der betrekkelijke artikelen van het 

Tai Tshing Loet Lé, pag. 214—239. < 

DR. J. BRANDES. Een Nagari-opschrift gevonden tusschen 

Kalasan en Prambanan, pag. 240—260. 

J. W. IJZERMAN. Iets over den oorspronkelijker* voet van 

Boro Boedoer. (Met een plaat), pag. 261—268. 

j. W. YOUNG. Bijdrage tot de kennis der Chineesche hazarden 

kaartspelen. (Met afbeeldingen), pag. 269—302. 

Afl. 4. 

OH. E. P. VAN KERKHOFE. Het Maleisch tooneel ter Westkust 

van Sumatra, pag. 303—314. 

H. SUNDERMANN. Klassische Erzählungen, pag. 315—326. 

62


De tempelgroep van Tjandi Sèwoe. (Met een plattegrond), 

pag. 327. 

Da. B. HAGEN. Rapport über eine im December 1883 

unternommene wissenschaftliche Reise an den Toba-See (Central-Sumatra). 

Met platen en twee kaarten, pag. 328—382. 

Nota von Heran R. D. M. VERBEEK, pag. 383. 

F. 0. E. MEIJER. Bemerkungen zu den zwei Karten, Sprachliche 

Bemerkungen der Redaction pag. 384—386. 

0. POENSEN. Aanteekeningen op de lakon Djaladara-rabi, pag. 

387—476. 

An. 5—6. 

F. FOKKENS JH., Vrije desa's op Java en Madura pag. 477—517. 

MR. L. W. 0. VAX DEN BERG. Het Mohammedaansche 

godsdienstonderwijs op Java en Madoera, en de daarbij 

gebruikte Arabische boeken, pag. -518—555. 

J. A. VAN BALEN. Iets over het doodenfeest bij de Papoea's 

aan de Geelvinksbaai. Uittreksels uit een brief, pag. 556—575. 

J. L. VAN HASSELT. Eenige aanteekeningen aangaande 

de bewoner der N. Westkust van Nieuw-Guinéa. meer bepaaldelijk 

den stam der Noefboreezen, pag. 576—593. 

J. HABBEMA. Enkele onjuistheden in den 3en druk van het 

Maleisch-Nederlandsche woordenboek bewerkt door DR. J. 

PIJNAPPEL, pag. 594—596. 

DR. J. BRANDES. Nog eenige sporen van de oudheidkundige 

verrichtingen van den Luitenant der genie H. C. Cornelius, 

pag. 537—614. 

DEEL 

XXXII. 

(1889). 

Aft. 1. 

J. W. YOUNG. De feestdagen der Chineezen door Tshoa 

Tsoe Koan, naar den Maleischen tekst bewerkt, pag. 1—88. 

Afl. 2. 

Iets over den oorsprong van het Atjèhsche volk en den toestand 

onder het voormalig Sultanaat in Atjèb, pag. 89—97. 

63


DE J. BRANDES. Een jayapattra of acte van eene rechterlijke 

uitspraak van Çaka 849, pag. 98 —149. 

Kaar aanleiding van Prof. A. C. Vreede's 

„Kantteekeningen" enz., pag. 150—210. 

Raden KARTA WINATA. Formulieren in gebruik in de 

afdeelingSoemedang, pag. 211—216. 

Afl. 3. 

DE. D. W. HOEST. Rapport van een reis naar de Noordkust 

van Nieuw-Guinéa, pag. 217—260. 

J. C. TAN" HASSELT. Eenige aanteekeningen aangaande de 

bewoners der N. Westkust van Nieuw-Guinéa meer bepaaldelijk 

den stam der Noefoereezen, pag. 261—272. 

, S. W. TROMP JE. Een reis naar de bovenlanden van 

Koetei, pag. 273 - 304. 

J. HABBEMA. Inlichtingen omtrent eenige Maleische woorden 

en uitdrukkingen gevraagd of gegeven, pag 305—312. 

Afl. 4. 

J. GRONEMAN. Tjandi Idjo nabij Jogjakarta. (Met platen, 

aanhangsel en verklaring der platen), pag. 313—337. 

DE. J. BRANDJES. Drie koperen platen uit den Mataramschen 

tijd, gevonden in de residentie Lrawang, pag. 338—362. 

Nog iets over een reeds vroeger gepubliceerden 

piagem van Sultan Agëng, pag. 363—367. 

DE. J. BRANDES. Iets over een ouderen Dipanëgara in verband 

met een prototype van de voorspellingen van Jayabaya, 

pag. 368-430. 

S. 0. KELLER VAN HOOEN. De Labang Mèsëm te Tandjoeng 

Anjar op het eiland Madoera (Bangkalan). (Met een afbeelding), 

pag 431-434. 

S. H. SCHAANK. Iets over de Dajaksche sterrekunde, pag. 

435_437. 

DE. J. BRANDES. De inkt gebezigd voor het schrijven der 

oud-Javaansche handschriften uit cle 14e en 15e Çaka-eeuw. 

pag. 438—440. 

64


Aft, 5. 

DR. J. BRANDES. Een oud-Javaansch alphabet van Midden-Java. 

(Met een facsimile), pag. 441 — 454. 

C. DEN HAMEE. Proeve eener vergelijkende woordenlijst 

van zes in de Z. O. afd. v. Borneo voorkomende taaltakken, 

pag. 455- 48G 

OH. E. P. VAN KEECKHOFF. Aanteekeningen betreffende 

eenige der in de afdeeling Padang Lawas voorkomende Hindoe 

oudheden, pag. 487—597. 

D. F. VAN BEAAM MOEEIS. Het landschap Loehoe, pag. 

498—555. 

De tekst van de prozabewerking van de Babad Tanah Djawi 

gecastigeerd. (Bladvulling), pag. 556. 

An. 6. 

DE. J. BEANDES. Nog eenige Javaansche piagëm's uit het 

Mohammedaansche tijdvak, afkomstig van Mataram, Banten 

en Palembang, pag. 557—601. 

J. G. SCHOT. Bijdrage tot de kennis van oud-liitrtan, pag. 

602—619. 

J. SÏOEMEE. Schets der Obi-eilanden. (Met een sclietskaart, 

620—636. 

DEEL XXXIII, 

(1890). 

Aft. 1. 

DE. R. D. M. VEEBEEK. De oudheden van Madjapahit in 

1815 en 1887. (Met een kaartje), pag. 1—15. 

DE. J. BEANDES. De koperen platen van Sëmbiran (Boeleleng, 

Bali), oorkonden in het oud-Javaansch en het oud-Balineesch, 

pag. 16 — 56. 

G. W. W. C. BAEON TAN HOËVELT,. De A.roe-eilanden, 

geographisch, ethnographisch en commercieel, pag. 57—101. 

Afl. 2. 

G. W. W. BAEON VAN HOÜVEET,. De Kei-eilanden. (Met 

een kaart), pag. 132—159, 

65


G. W. W. C. BAEON VAN HoëvELL. Tanimbar en Timorlaoeteilanden, 

pag. 160 — 186. 

. De afdeeling Babar. (Met een kaart), pag. 

187—199. 

Leti-eilanden, pag. 200—202. 

Afl. 3-4. 

F. A. LIEFRINCK. Bijdrage tot de kennis van bet eiland 

Bali, pag. 233—472. 

Afl. 5—6. 

FE. KRAMER. Der Götzendienst der Niasser, pag. 473—500. 

L. F. CALÓN. Woordenlijstje van liet dialect van Sikka 

(Midden-Flores), pag. 501—530. 

C. DEN HAMER. De Sair Madi Këntjana, vertaald door—, 

pag. 531'—564. 

J. DE Boo VAN ALDERWERELT. Benige mededeelingen over 

Soemba, pag. 565—595. 

J. A. KRUIJT. Iets over de vestiging der Nederlanders in 

Perak, pag. 596—599. 

Bladvulling. De huidskleur van de Javanen volgens ben 

zelf, pag. 600. 

DEEL XXXIV. 

(1891). 

Afl. 1. 

ME. J. A. VAN DER CHUS. Philip Carteret in Nederlandseh- 

Indië, 1767-1768, pag. 1—61. 

G. L. BINK. Lijstje van telwoorden en eenige zelfstandige 

naamwoorden, enz. van Wandammer, pag. 62—71. 

C. A. VAN OHUIJSEN. Batakscbe spreekwoorden en spreekwijzen, 

pag. 72—103. 

Bladvulling. Een nieuwe bewerking van de sërat Aji Saka, 

pag. 104. 

Afl. 2. 

C. J. WESTENBERG. Nota over de onafhankelijke Bataklanden, 

pag. 105—116. 

66


F. S. A. DE CLEECQ. Rapport over drie reizen naar het Nederlandsche 

gedeelte van Nieuw-Guinea, pag. 117—169. 

W. D. HELDEEMAN. De tijger en liet bijgeloof der Bataks, 

pag. 170—175. 

D. F. VAN BEAAM MOEEIS. Nota van toelichting behoorende 

bij het contract gesloten met het landschap Bima, pag. 176—233. 

Afl. 3—4, 

J. DE Roo VAX ALDEEWEEELT. Soembaneesch-Hollandsche woordenlost, 

niet eene schets eener grammatika, pag. 234—282. 

L. F. CALON. Woordenlijstje van het dialect van Sikka 

(Midden-Flores), pag. 283—363. 

O. J. H. VAX LIMBURG STIEUM. Javaansche raadsels, pag. 364 

ME W. Â. J. VA w DAVELAAE. Middenpersonen tusschen de 

districts-beambten en desa-hoofden op Java, pag. 365—372. 

Afl. 5. 

A. G. VOEDERMAN. Bijdrage tot de kennis van het Billiton- 

Maleisch, pag. 373—400. 

1). GERTII VAN WIJK. Iets over verschillende Maleische redactiën 

van den Seri Rama, pag. 401—433. 

J. W. MEEEBUEG. Proeve eener beschrijving van land en volk 

van Midden-Manggarai (West-Flores), afdeeling Bima, Gouvernement 

Celebes en onderhoorigheden, pag. 434—484. 

Afl. 6. 

E. F. KLEIAN. Eene voetreis over het oostelijk gedeelte 

van het eiland Flores. (Met schetskaart), pag. 485—532. 

MAS PEINGGA ATMADJA en H. TH. J. UYTTEEBEOECK. Huwelijksgebruiken 

op het eiland Bawejan, pag. 533— 538. 

O. L. HELFEICH en J. A. C. J. PIETEES. Proeve van eene 

Maleiseh-Nederlandsch-Enganeesebe woordenlijst, pag. 539—604. 

DE. J. BEANDES. Nog eenige Javaansche piagëm's uit het 

Mohammedaansche tijdvak, afkomstig van Mataram, Banten en 

Palembang. (Vervolg), pag. 605—623. 

A. G. VoRDERMAN. Errata in de »Bijdrage tot de kennis 

van het Billiton-Maleisch", pag. 624. 

67


DEEL XXXV. 

(1893). 

Afl. 1. 

G. W. W. 0. BABON VAN HoëvELL. Todjo, Posso en Saoesoe, 

pag. 1—47. 

J. W. IJZERMAN. Beschrijving van de Boedhistische bouwwerken 

te Moeara Takoes (Met zes platen), pag. 48—74. 

J. W. MEERBURG. Lijst van eenige woorden der Mauggaraische 

taal, pag. 75—109. 

Dit. J. BBANDES. Nog eenige Javaansehe piag.-m's uit het 

Móh. tijdvak, afkomstig van Mataram, Bauten en Palembang 

(Tweede vervolg), pag. 110 — 126. 

Bladvulling. Eenige foutieve eigennamen in de door Meiusma 

uitgegeven 

127 — 128. 

proza bewerking van den Babad tanah Jawi, pag. 

Afl. 2. 

L. F. GALON. Eenige opmerkingen over het dialect van 

Sikka, pag. 129—199. 

Woordenlijst van het dialect van Lio (West- 

Flores , pag. 200—208. 

DR. 

J. BRANDES. Nog eenige Jav. piagem's (Derde vervolg), 

pag. 209—204. 

J. J. VERWIJK. Aanteekeningen omtrent het Diëng-gebergte 

en zijne merkwaardigheden (met kaart), pag. 215—222. 

A. E. VON DE WALL. Kort begrip der beteekenis van de 

tarekat naar het Maleisch van Sajid Oesmau ibn Abdoellah 

ibn Akil ibn Jahja, adviseur honorair voor Arabische zaken, 

pag. 223—227. 

O. L. HELPRICH. Aanvullingen en verbeteringen op de 

Maleisch-Nederlandsch-Enganeesche woordenlijst. (Zie Deel 

XXXIV, bl. 539 en volg.), pag. 228—233. 

J. J. YERWIJK. Bijdrage tot de kennis van den Sapoedi- 

Archipel (Met kaart), pag. 234—248. 

Afl. 3—4. 

D. GERTH VAN WIJK. De Koranische verhalen in het Maleisch, 

pag. 239—345. 

68 

/


DR. C. SNOUCK HURGRONJE. Studiën over Atjehsche klank- en 

schriftleer, pag. 346—442. 

DR. J. BRANDES. Een verslag van Professor A. C. Vreede 

omtrent 

eene verzameling Javaanscke en Madoereesche handschriften, 

pag. 443—480. 

Afl. 5—6. 

Menambahi deri kaoel dan perdjandjian diboeat pengakoewan 

dan di bertegoehken segala hal-hal diantara, oleh akoe padoeka 

Radja Johannis Manuel Menopo, pag. 481—497. 

S. H. SCHAANK. De Kongsi's van Montrado. Bijdrage tot 

de geschiedenis en de kennis van het wezen der Chineesche 

vereenigingen op de Westkust van Borneo (Met een schetskaart), 

pag. 498—612. 

C. A. VAN OPHUYSEN. Bataksche spreekwoorden en spreekwijzen 

(Vervolg), pag. 613—639. 

P. A. L. E. VAN DIJK. De uitwatering van het Tobameer 

en de Batoe Bongbong, pag. 640—657. 

DEEL XXXVI. 

(1893). 

Afl. 1. 

A. M. K. DE DOES. Toestand der nijverheid in de afdeeling 

Bandjarnegara, pag. 1—112. 

Afl. 2. 

Dagboek van den Controleur van Bima, J. W. Meerburg, 

gehouden gedurende zijne reis door het binnenland van 

Manggarai (West-Flores) van Reo via Kai-Tjiba-Dege-Roetè- 

Lolah en Todo naar Nanga Ramo van den 14en April tot en 

met den 6en Mei 1890, pag. 113—148. 

D. F. VAN BRAAM MORRIS. Geschiedenis van het bondgenootschap 

Masenrempoeloe of Masenre-Boeloe, pag. 149—151, 

D. F. VAN BAARM MORRIS. Nota van toelichting op het 

contract gesloten met het landschap Maiwa (Masenrempoeloe) 

op den 8en September 1890, pag. 152—163. 

69


D. F. VAN BRAAM MOEEIS. Nota van toelichting op het 

contract, gesloten met het landschap Doerie (Masenrempoeloo) 

op den 30sten September 1890, pag., 164—177. 

D. F. TAN BEAAM MORRIS. Nota van toelichting behoorende 

bij het contract gesloten met het landschap Kassa (Masenrempoeloe) 

op den 23sten November. 1890, pag. 178—184. 

D. F. VAN BRAAM MORRIS. Nota van toelichting op het 

contract gesloten met het landschap Batoelappa (Masenrempoeloe) 

op den 23stcn November 1890, pag. 185—192. 


contract gesloten met het landschap Alietta (Adjatapparang) 

op den 20sten Juli 1890, pag. 193—201. 


contract gesloten met het landschap Soeppa (Adjatapparang) 

op den 18en Juli 1890, pag. 202—212. 


contract gesloten met het landschap Sawietto (Adjatapparang) 

op den 30sten October 1890, pag. 213—230. 

Bladvulling. Eene kunstige Javaansche strophe, pag. 231—232. 

Afl. 3. 

A. Gr. VORDERMAN. Over eenige weinig bekende oudheden 

van de residentie Madoera, pag. 233—246. 

H. D. WIGGERS. Schets van het regentschap Kadjang (Celebes 

en Onderhoorigheden) pag. 247—278. 

H. D. WIGGERS. Gewone eed der Timoreezen en Rottineezen, 

pag. 279—280. 

Verslag der reis van den Controleur Hoedt naar de Noordkust 

van West-Flores, pag. 281—295. 

H. LAGEMANN. Das Niassische Mädchen von seiner Geburt bis 

zu seiner Verheiratung pag. 296 — 324. 

Afl. 4. 

H. J. E. F. SCHWARTZ. Nota over den politieken en cconomischen 

toestand van het landschap Kwantan, pag. 325—342. 

E. F. JOCHIM. Beschrijving van den Sapoedi Archipel. 

(Met eene kaart van het eiland Sapoedi), 343—393. 

70


DR. J. BEANDES. Een paar bijzonderheden uit een handschrift 

van de hikajat Kalila dan Damina, pag. 394—416. 

De Kongsi's van Montrado (Errata). Nog een Javaansch 

geheimschrift (Bladvulling), pag. 417—418. 

Bladvulling. Nog een Javaansch geheimschrift, pag. 419—420. 

Afi. 5. 

H. H. O. LEEMKEE. Woordenlijstje van de. Soloreesche taal 

(Soloreesch-Hollandsch), pag. 421—461. 

DE. J. GrRONEMAH. Javaansch dialekt van Dërmajoe (Indramajoe), 

pag. 462—480. 

A. G. VOEDEEMAN. Bijdrage tot de kennis der oudheden 

van Java, pag. 481—501. 

A. L. VAX HASSELT. Nota betreffende de rijstcultuur in de 

residentie Tapanoeli, samengesteld uit bijdragen van de in die 

residentie dienende ambtenaren van het Binnenlandsch Bestuur, 

pag. 502—530. 

D. GEBTH VAN WIJK. De Koranische verhalen in het Maleisch 

(Vervolg en slot), pag. 531—699. 

Mu. J. A. VAN DEB CHUS. Alphabetisch-systematische 

inhouds-opgave van deel XXV t/m XXXVI van dit Tijdschrift, 

pag. 700—723. 

, Alphabetische lijst van de medewerkers aan 

deel XXV t/m XXXVI van dit Tijdschrift, pag. 724- 727. 

ME. J. A. VAN DEE CHUS. 

DEEL XXXVII. 

(1894). 

Afl. 1. 

Suikerriet-ampas als brandstof; 

bijdrage tot de geschiedenis der suikerfabricatie op Java, pag. 

1—26. 

DE. J. BEANDKS. Dwerghert-verhalen uit den Archipel, Javaansche 

verhalen, pag. 27—49. 

Dwerghert-verhalen 

uit den Archipel, Maleische 


O. L. HELEEICH. Bijdrage tot de letterkunde van den 

71


• 

Serawajer en Bësemaher in de afdeeling Manna en P. O. Manna 

(residentie Bengkoelen), pag. 65 — 97). 

0. L. HELFRICH. Bengkoeleesche raadsels (Tekoq-Tëki), pag. 

98—104), 

G. J. OCJDEMANS. Iets over de Basa-Kédaton, pag. 105—111. 

Afl. 2. 

DR. J. BRANDES. Bladvulling (Kaya kumSndur angëdjawa), 

pag. 112. 

G. J. OUDEMANS. Een en ander over het schrijven van 

Javaansche brieven, pag. 113—118. 

Dit. J. BRANDES. Nog eenige Javaansche piagéms uit het 

Mohammedaansche tijdvak, afkomstig van Mataram, Bantën 

en Palembang (Vierde vervolg), pag. 119-126. 

.— Dwerghert-verhalen uit den Archipel. Javaansche 


P. A. L. E. VAN DIJK. Rapport betreffende de Si Baloengoensche 

landschappen Tandjoeng Kasau, Tanah Djawa en 

Si Antar, pag. 145—200. 

R. C. VAN DEN BOR. De lijang na moewap en de legende 

daaraan verbonden, pag. 201—208. 

Afl. 3. 

E. F. KLEIAN. Lijst van woorden in het Maleisch, Hollandsen, 

Rottineesch en Timoreesch, pag. 209—284. 

H. VAN DEN SPIEGEL. Eenige Madoereesche versjes, raadsels 

en spreekwoorden, pag. 285—309. 

Eenige mededeelingen omtrent het voorkomen van geophagie 

in de residentie ïapanoeli, pag. 310—312. 

Afl. 4. 

A. G. VORDERMAN. Tweede bijdrage tot de kennis der 

oudheden van Java, pag. 313—324. 

DR. J. BRANDES. Verslag over een babad Lalambangan, 

pag. 325-365. 

Dwerghert-verhalen 

uit den Archipel, Maleische 

verhalen, pag. 366—389, 

72


J. KNEBEL. Goenoeng Gadjah, Raden Bratasena en Dewi 

Arimbi, eene desa-legende, uit het Javaanscb, pag. 390—399. 

DE. J. BEANDES. 

pag. 400. 

Bladvulling (Warung, bata en Waiigan) 

Afl. 5. 

Tettumsch-Maleisch woordenlijstje, door een missionaris, 

pag. 401—414. 

DE. J. BEANDES. Yogyakarta, pag. 415 — 448. 

Eenige officieele stukken met betrekking tot 

Tjërbon, pag. 449—488. 

J. KNEBEL. De Kalang-legende, volgens Tegalsche lezing, 

uit het Javaansch, pag. 489—505. 

DR. J. BEANDES. Een Javaansche preek van den duivel, 

pag. 506—512. 

Afl. 6. 

J. H. MEEEWALDT. Aanteekeningen betreffende de Bataklanden, 

pag. 513—550. 

J. VAN AALST. Opgaven omtrent verschillende Ilindoeoudheden, 

voorkomende in de districten Ngasinan en Balak, 

afdeeling Magelang, residentie Kedoe, pag. 551—562. 

Hikajat nganggo dangding basa soenda Bauten parahijang, 

tjarios kaäjaän di kaboepaten Lebak Saréng Serang, didjënëngkeun 

Asmara Sri Angga, pag. 563—589. 

A. P. STOOEVOGEL. Vrije vertaling van voormeld gedicht, 

pag. 590—605. 

H. A. DE Noou. Aanteekeningen omtrent de bewoners 

van liet binnenland van het eiland Banka en omtrent de 

taal der daratbewoners, speciaal van het district Muntok, 

pag. 606—621. 

DE. C. SNOUCK HÜEGEONJE. „Mensch" en „Ding" als 

voegwoord, pag. 622—624. 

DEEL XXXVIII. 

(1895)/ 

Afl. 1—2. 

J. W. IJOUNG. Het huwelijk en de wetgeving dienaangaande 

in China, pag. 1—190. 

73


AH. 3. 

DR. J. BEANDES. Nadere opmerkingen over de maleisehe 

bewerkingen van de geschiedenis der 10 vizieren, Hikajat 

Golam (Hik. Zadabaktin, Hik. Azbak). Hik. Kalila dan 

üamina (laatste gedeelte', en de daarvan te onderscheiden, 

bij de Maleiers voorhanden uiteenloopende Hikayat's Baktiyar, 

pag. 101—273. 

P. H. VAN DEE, KEMP. De Adji Saka-legende over het 

ontstaan der zoutwaterwellen in de afdeeling Grobogan. pag. 

274—282. 

DE. J. BRANDES. Nalezing.op het verslag over een Babad 

Balambangan (Zie deel XXXVII, 1)1. 325). pag. 283—288. 

J. KNEBEL. De goenoeng Slamet (Antaboga, Koerés, Bangbang-doersila, 

Djaka-Adji) desa-legende uit het Javaansch, pag. 

289—295. 

P.* A. L. E. VAN DIJK. 

Afl. 4. 

Eenigc aanteekeningen omtrent de 

verschillende stammen (margas) en de stam verdeeling bij de 

Battaks, pag. 296—315. 

A. H. J. G. WALBEEHM. Benige opmerkingen over het 

Javaansch zooals dat gesproken wordt in het district Bandjaran 

(residentie Djapärä), pag. 316—378. 

DE. J. BRANDES. Uittreksels. 60, ter vergelijking met 

hetgeen door den heer G. K. NIEMANN gepubliceerd werd uit 

een Hik. Baijan budiman, in zijne bloemlezing uit Maleische 

geschriften, pag. 379—403. 

Afl. 5. 

A. G. VORDERMAN. Sasaksche woordenlijst, pag. 404—435. 

J. KNEBEL. Voordeden van het desa-hoofd (bekel) en de 

leden van het desa-bestuur (djoendjang krawat) in de residentie 

Tegal, pag. 436—443. 

DE. C. SNOUCK HITEGEOXJE. De chabar Mama 1 Si Hetong, 

pag. 444—456. 

DE. J. BEANDES. Het Damar Wulan verhaal in lakonvorm. 

pag. 457—485. 

74


J. KNEBEL. Rembangsehe desa-legenden uit liet Javaansch. 

pag. 486—498. 

Afl. 6. 

J. W. YOUNG. Bijdrage tot de geschiedenis van Borneo's 

Wester-afdeeling, pag. 499—550. 

Du. F. DE HAAN. De ,,Académie de Marine" te Batavia 

1743—1755, pag. 551—621. 

DEEL XXXIX. 

(1897). 

Afl. 1. 

E. A. KLERKS. Geographisch en Ethnographisch opstel 

over de landschappen Korintji, Serampas en Soengai Tënang, 

pag. 1 —117. 

J. KNEBEL. Darmakoesoema of Seh Djamboekarang, desalegende 

uit het Javaansch, pag. 118—128. 

Afl. 2. 

J. H. F. KOHT/BRIJGGE. De heilige bekers der Tenggereezen. 

Zodiakbekers (met een plaat), pag. 129—142. 

G. D. HINK. Drie maanden aan de Humboldtsbaai, pag. 

143—211. 

DE. PH. S. VAN RONKEL. Een Soendascb Hamzahverhaal, 

pag. 212—220. 

J. KNEBEL. Desa-legenden uit bet Javaansch, pag. 221—228. 

Afl. 3. 

J. A. KROESEN. Eene reis door de landschappen Tandjoeng 

Kassau, 

Siantar en Tanah Djawa, res. Oostkust van Sumatra, 

pag. 229—304. 

L. C. WESTENENK. De Moeàlang- en Sekàdan-Dajaks, (een 

reisverhaal) door—, Controleur van Senggau en Sekadan 

(Wcsterafdeeling van Borneo), pag. 305—326. 

Afl. 4. 

Dr. F. DE HAAN. Naar Midden-Sumatra in 1.634, pag. 

327—366. 

75


Dr. J. GEONEMAN. Een Boeddhisten-Koning op don Bäräboedoer, 

pag. 367—378. 

Dr. C. SNOUCK HÜEGEONJE. Benige Arabische strijdschriften 

besproken, pag. 379—427. 

J. H. F. KOHLBEÜGGE. Waarom de Tènggereezen offers brengen 

aan den Bromo.— De legende van Kjahi Koesoemo, pag. 

428—430. 

Afl. 5. 

Dr. 0. SNOUCK HTTRGROIVJE. Iets over verjaring in het 

Moehammedaansche recht, pag 431—457. 

H. E. D. EXGELHARB. Aanteekeningen betreffende de Kindjin 

Dajaks in het Landschap Baloengan, pag. 458—495. 

Dr. N. ADRIAN:. Over het tusscheuzetscl in het Baree en 

eenige verwante talen, pag. 496—510. 

J. W. TAMSON. Eene onverdiende reputatie en een misstelling 

in het Staatsblad, pag. 511—515. 

KOMOAN. Do vogelnestgrot „Röngköb" in Djokjakarta (met 

een plaat), pag. 516—519. 

Mr. J. A VAN DER CHUS. Burgerlijke Europeesche gezaghebbers 

over Soerabaja, pag. 520—525. 

Dr. N. ADEIANI. Lijst van errata in het opstel: Over het 

tusschenzetsel in het Baree en eenige verwante talen, pag. 

526—528. 

Afl. 6. 

J. 0. VAN EERDE. Minangkabausche poëzie, pag. 529—580. 

J. P. J. BARTH. De landschappen aan de Boven-Pinoh 

(Wester-afdeeling van Borneo), pag. 581—646. 

Dr. E. DE HAAN. ECU oud bericht aangaande de Bata's. 

(Bladvulling), pag. 647—648. 

76


DEEL XL. 

(1898). 

Afl. 1—2. 

H. E. STEINMETZ. Oudheidkundige beschrijving Tan de afdeeling 

Bandawasa (residentie Besoeki) met twee platen, drie kaarten 

en vele tekstfiguren, pag. 1—60. 

DR. 

H. J. E. TENDELOO. Feiten en cijfers uit de Sadjarah 

Melayu, in verband met enkele betwiste hoofdpunten der maleische 

grammatica, pag. 61—143. 

S. COHEN FZN. Iets over eedzwering bij de Javanen, pag. 

144—149. 

J. L. D. VAN DER ROEST. Uit het leven van de bevolking 

van Windessi (Ned. Nieuw-G uinéa), pag. 150—177. 

OH. E. BODEMEYER. De oudheden in de contrôle-afdeeling 

Gending, af deeling Kraksaän, residentie Probolinggo, pag. 

178—187. 

DR. J. G. F. RIEDEL. De watu rerumëran ne Empung of 

de steenen zetel der Empong's in de Minahasa, met eene plaat, 

pag. 188-190. 

Afl. 3. 

DR. A. BASTIAN. Die Aufgaben der Ethnologie, pag. 191—213. 

DR. 

HERMAN TEN KATE. Brieven van R. P. le Cocq d Armandville, 

pag. 214-238. 

J. KNEBEL. A propos d'armes et d'autres objets désignés 

par le Javanais sous les noms de Kjai, Njai, Poen et Si, Ka'àmpoehan 

et Kasiat. Croyances populaires et traditions, pag. 239— 

286. 

Afl. 4. 

DR. L. SERRURIER. Die Korwâre oder Ahnenbilder Neu-Guinea's 

ein Beitrag der Geschichte der bildenden Kunst. Mit zwei 

Tafeln u. einer Karte, pag. 287—316. 

J. KNEBEL. Sur la mensuration des armes chez les Javanais, 

avec une planche, pag. 317—324. 

77


DR. L. S. Aperçu des travaux de la Société pendant 1'an 

1897, pag. 325—334. 

Du. H. DE HAAN. Iets aangaande den dood van François 

Tack te Kartasoera, pag. 335—338. 

DE. N. ADRIANI. Etude sur la littérature des To Radja, 

pag. 339—388. 

Afl. 5—6. 

J. G. DOORMAN. Die Niederländisch West-Indische Compagnie 

an der Goldküste m. einer Karte, pag. 389-496. 

J. KNEBEL. Amulettes javanaises, pag. 497—507. 

DR. A. W. NIKUWENHUIS. La récente expédition scientifique 

dans l'île de Bornéo. Conférence, pag. 508—541. 

D. H. D. BOSBOOM. Oude woningen in de stad Batavia, met 

drie platen, pag. 542—570. 

P. A. WiNTJES. Alfoersche gebeden, pag. 571—580. 

DEEL XL1. 

(1899). 

Afl. 1. 

MR. L. SERRURIER. Nota over den toestand, waarin eenige 

voorname monumenten van Midden-Java verkeereu, pag. 1—12. 

DR. J. GRONEMAN. Tempelwachters (met drie platen), pag. 

13—18. 

DR. J. BRANDES. De maandnaam Hapit, pag. 19—31. 

R. M. LA CHAPELLE. Nota betreffende het Tengger-gebied, 

pag. 32—54. 

DR. PR. S. VAN RONKEL. De Kroon der Koningen, pag. 55—69. 

DR. J. II. F. KOHLBRDGGE. De Linggatempel en andere 

oudheden op het Janggebergte, pag. 70—79. 

ALB. C. KRUYT. De adoptie in verband met het matriarchaat 

bij de Toradja's van Midden-Célébes, pag. 80—92. 

A. F. VON DEW ALL. Verklaring van de beteekenis der Maleische 

woorden Teboes en Oemban, pag. 93—96. 

78


Afl. 2. 

J. KNEBEL. Désalegenden van Pânârâgâ, pag. 97—102. 

DE. F. DE HAAN. Jacobijnen te Batavia, pag. 103—190. 

D. VAN HINLOOPEN LABBEUTOS. Eene aanvulling op het artikel 

van den Heer J. KNEBEL, over het meten van wapenen bij 

de Javanen, pag. 191. 

Vraagbus, pag. 192. 

Afl. 3—4. 

L. C. WESTENENK. Bijdrage tot de kennis der folklore van 

West-Bornéo, pag. 193—210. 

J. A. KEOESEN. Rapport betreffende de aanvaarding van de 

onderwerping aan het Nederlandsch oppergezag van het landschap 

Tanah Djawa, pag. 211—252. 

J. A. KEOESEN. Nota omtrent de Bataklanden (speciaal Simeloengoen), 

pag. 253—285. 

H. E. STEINMETZ. Over eenige oudheden in Bandoeng, pag. 

286—29 . 

DE. J. BEANDES. De inhoud van de groote Hikajat Baktijar, 

volgens een aanteekening van DE. H. N VAN DEE TUUK, pag. 

192—299. 

ME. J. M. CH. E. LE RÜTTE. De schaking bij den Makassaar, 

in verband met de hedendaagsche toestanden, pag. 300—323. 

B. C. A. J. VAN DINTEE. Eenige geographische en ethnographische 

aanteekeningen betreffende het eiland Siaoe, pag. 

324—390. 

Afl. 5—6. 

J. VAN AALST. Opgaven omtrent verschillende Hindoe-oudheden, 

voorkomende in de contrôle-afdeeling Prâbâlinggâ, 

regentschap Magelang, residentie Kedoe, pag. 391—415. 

P. DE Roo DE LA FAILLE. Bij de situatiekaart van bet 

lustverblijf te Narmada (Lombok) met kaart, pag. 416—428. 

Legenda behoorende bij de situatieschets van het lustverblijf 

te Narmada, pag. 429—430. 

DE. J. BEANDES. Iets over het Papegaai-boek, zooals het 

bij de Maleiers voorkomt, pag. 431—497. 

79


DE. PH. S. VAN RONKEL. Over invloed der Arabische syntaxis 

op de Maleische, pag. 498—528. 

DK. N. ADBIANI. Maka, Naka en Paka in het Barée en 

eenige verwante talen, pag. 529—540. 

DE. N. ADEIANI. De legende van Menoti-noti, pag. 541—547. 

ALB. C. KEUYT. De weerwolf bij de ïoradja's van Midden- 

Célébes, pag. 548—567. 

J. KNEBEL. De weer tijger op Midden-Java, den Javaan naverteld, 

pag. 568—587. 

A. DE QUANT, Kosala, de heilige plaats der Badoej's van 

Karang, pag. 588—590. 

Rectificatie, pag. 590. 

DEEL 

XML 

(1900). 

Afl. 1. 

J. P. MOQUETTE. Eenige opmerkingen omtrent de Hindoemunten 

van Java, met een plaat, pag. 1—6. 

A. F. VON DEWAI.L. Enkele aanteekeningen op het supplement 

op het nieuw Mal.-Ned. Woordenboek met Arabische 

karakter van H. C. KLIKKEET Sr., pag. 7—18. 

F. A. LIEEEINCK. Een staatsstnk van den vorst van Lombok, 

pag. 19—39. 

A. F. VON DEWALL. De pelandoek djinaka, vertalingen en 

conjectures, alsmede Maleische tropen en figuren van den Heer 

J. VAN DISSEL beoordeeld, pag. 40—56. 

AEN. J. H. VAN DER VELDEN. Proeve eener spraakleer van 

de Laoraneesche taal, pag. 57—101. 

DE. J. BEANDES. Bladvulling, betreffende het citeeren uit 

palmbladhandschriften, pag. 102—104. 

Afl. 2—3. 

DR. J. BEANDES. Van Oud-Batavia, losse mededeelingen, 

pag. 105—130. 

DE. J. BRANDES. Nog eenige Javaansche piagem's uit het 

mohamedaansche tijdvak, afkomstig van Mataram, Bantën en 

Palembang (vijfde vervolg), pag. 131—134. 

80


Salsilah Bëstaman, olèh Boepafci Madjalengka, Raden Adipati 

Aria Kartadiningrat, di ambil toeroenan olèh anaknja 

No. 17, Raden bèi Koesoemaningajoeda (Not. 1899, pag. 163). 

pag. 135—143. 

Dit. C. SNOUCK HURGROXJE. Atjèhsche taal-studiën, pag. 

U4—262. 

J. ANDRÉ DE LA PORTE en J. KNEBEL, De ruïnen van 

Panataran, met situatiekaart en platten grond, pag. 263—296. 

Afl. 4. 

DR. F. DE BAAN. Uit oude notarispapieren I, pag. 297—308. 

DR. PH. S. VAX RONKBL. Over eene oude lijst van Maleische 

handschriften, pag. 309—322. 

DR. J. BRANDES. Omina et Pof tenta, pag. 323—343. 

J. KNEBEL. Opgave van Javaansche woorden, die in de 

residentie Tegal in gebruik zijn en verschillen van het 

Javaansch in Sala, pag. 344—347. 

DR. J. BRANDES. Aanvulling van het opstel over „Oude 

woningen in de stad Batavia" van den Heer H. D. H. Bosboom, 

pag. 348—355. 

R. KERX. Dwerghertverhalen uit den Archipel, Sundasche 


DR. J. BRANDES. Bladvulling. Een hofreis naar Mataram 

om en bij 1648 A. D., pag. 387—392. 

Afl. 5. 

DR. C. SNOTJCK HURGRONJE. Islam und Phonograph, pag. 

393—427. 

DR. N. ADRIANI. De talen der Togian-eilanden, pag. 428—490. 

Afl. 6. 

DR. J. BRAXDER. Nog eenige Javaansche piagëm's uit het 

Mohamedaansche tijdvak, afkomstig van Mataram. Banten en 

Palembang (zesde vervolg), pag. 491—507. 

F. A. LIEERIXCK. Slavernij op Lombok, pag. 508—538. 

DR. N. ADRIAXI. De talen der Togian-eilanden, pag. 539—566. 

DR. F. DE HAAX. Uit oud-Batavia, Kota Tahi (met een 

kaartje), pag. 567—583. 

81


DEEL XLIII. 

(1901). 

Afl. 1—2. 

DE. J. BEANDES. Van oud-Batayia, losse mededeelingen 

(eerste reeks), pag. 1—35. 

DE. G. A. J. HAZEU. Nini-Towong, pag. 36—107. 

Dagverhaal van eene reis van den resident van Bali en 

Lombok, vergezeld van den Controleur voor de politieke aangelegenheden 

en de Poenggawa's Ida Njoman Bandjar en Goesti 

Njoman Raka naar Karangasem en Kloengkoeng van U t/m 

26 April 1898 (met een kaartje), pag. 108—123. 

Rapport van de reis van den Controleur Schwartz naar 

Bangli (met een kaartje), pag. 124—131. 

Dagverhaal van eene reis van den resident van Bali en 

Lombok,'vergezeld van den Controleur voor de politieke aanrakingen 

en de Poenggawa's Ida ! agoes Gèlgèl en Goesti Ktoet 

Djelantik naar Tabanan en Badoeng, van 17 Juli t/m 5 Augustus 

1899 (met een kaartje en een geslachtslijst), pag. 132—158. 

L. G. WESTENENK. Bijdragen tot de kenDis der folklore 

van West-Bornéo (vervolg), pag. 159—181. 

H. VON DEWALL. Eenige te Batavia inheemsche speel- en 

kinderliedjes, pag. 182—194. 

Afl. 3—4. 

DE. F. DE HAAN. De historie van een oudgast, pag. 195—225. 

DE. J. BEANDES. Dwerghertverhalen buiten den Archipel, 

pag. 226-248. 

DE. J. BEANDES. Een Plattegrond van Batavia van 1632 

(met een kaartje), pag. 219—274. 

DE. J. BEANDES. Vervolg der Dwerghertverhalen buiten 

den Archipel, pag. 275—289. 

J. C. VAN EERDE. Aanteekeningen over de Bodha's van Lombok, 

pag. 290—309. 

CH. E. BODEMEIJEK. Rapport naar aanleiding van de Nota 

betreffende het Tenggergebied van den Heer H. M. la


Chapelle, opgenomen in deel XLI Tan het Tijdschrift voor Ind. 

taal-, landen volkenkunde, pag. 310—330. 

Gr. G. L. TON FEEIJBIJEG. Rapport, pag. 331—344. 

C. J. F. LE COCQ D'AEMANDVILLE. Vergelijkende woordenlijst 

in het Hollandsch, Céramscb en Alfoersch 

pag.' 345—396. 

(Bonfia), 

Afl. 5. 

J. KNEBEL. Babad Baujoemas, volgens een Danjoemaasch 

handschrift, pag. 397—443. 

DE. PH. S. VAN RONKEL. Het verhaal van den held Samâ'oen 

en van Maria de Koptische (Hikâjat Samâ'oen), pag. 444—481. 

J. VAN AALST. Opgaven omtrent verschillende Hindoe-oudheden 

voorkomende in de contrôle-afdeeling Prapag, afdeeling 

Temanggoeng, res. Kedoe, pag. 482—487. 

DE. J. BEANDES. Arya Penangsang's rechten en pogingen 

tot herstel daarvan, pag. 488—49 !. 

DE. PH. S. VAN RONKEL. Een Hebreeuwsch woord van 

Maleischen oorsprong, pag. 492. 

Afl. 6. 

DE. J. BEANDES. Van Oud-Batavia. Losse mededeelingen, 

pag. 493—553. 

Rapport van eene reis van den Controleur voor de politieke 

aangelegenheden vergezeld door den Poenggawa van Soekasada 

Goesti Njaman Raka van 27 Januari t/m 7 Februari 1900 

(met kaartje en plattegrond), pag. 554—560. 

ME. W. F. HAASE. Aanteekeningen op de lijst der voornaamste 

overblijfselen uit den Hindoetijd op Java door Dr. R. 

D. M. Verbeek (Verh. B. G. XLV1), pag. 561—565. 

J. L. VAN HASSELT. Aanteekeningen aangaande de gewoonten 

der Papoea's in de Dorèhbaai, ten opzichte van zwangerschap 

en geboorte, pag. 566—568. 

Extract uit een rapport van 1881 van den Controleur van 

Soengai Pagoe en XII Kota's aan den Ass. resident der XIII 

en IX Kota's, pag. 569—576. 

83


DR. J. BRANDIS. Nog eenige Javaanscke piagëm's uit het 

Mohamedaansche tijdvak afkomstig van Mataram, Bantën en 

Palembang (zevende vervolg), pag. 577—582. 

Dn. PH. S. VAN RONKEL. Hindoestani en Maleisch, pag. 

583 — 588. 

DEEL XLIV. 

(1901). 

An. 1. 

A. C. KRULTT. Regen lokken en regen verdrijven bij de 

Toradja's van Midden-Célébes, pag. 1—11. 

M. JOUSTRA. Over schrift en uitspraak van het Karo- 

Bataksch, pag. 12—23. 

J. KNEBEL. Varia Javanica, pag. 24—59. 

DR. PH. S. VAN RONKEL. Een Uilespiegel- en een Dwerghertverhaal 

in bet Kangéansch, pag. 60—72. 

DR. J. BRANDES. 

pag. 73—84. 

Twee oude berichten over de Bäräboedoer, 

A. C. KKUIJT. Het wichelen in Midden-Célébes, pag. 85—96. 

Afl. 2—3. 

DR. PH. S. VAN RONKEL. Poëtische geschiedenis van den 

profeet in het Javaansch, pag. 97—136. 

H. D. H. BOSBOOM. Naar aanleiding van teekeningen van 

het oude Batavia en andere vestigingen der O. I. Compagnie 

(met twee platen), pag. 137—214. 

DR. N. ADRIANI. Mededeelingen omtrent de Toradja's van 

Midden-Célébes; lezing gehouden den 3en September 1900, 

pag. 215—254. 

F. Twiss. Eenige aanteekenino-eu omtrent land en volk der 

beoosten de ouderafdeeling Kotta VII gelegen onafhankelijke 

landen, pag. 255—285. 

DR. J. BRANDES. Djakawès in de Babad tijdens de belegering 

van Batavia = Jacques Lefèbvre, pag. 286—288. 

84


Afl. 4. 

DE. G. A. J. HAZEÜ. Het Oud-Javaanseke Adiparwa en 

zijn Sanskrt origineel, pag. 289—357. 

Dn. PH. S. VAX ROXKEL. Een toevoegsel op de Sadjarali 

Malajoe,pag.858—372. 

G. P. ROUFFAEE. De „Archaeological Survey" in Britsch- 

Indië, pag. 373—386. 

Afl. 5—6. 

J. C. VAN EERDE. Een huwelijk bij de Minangkabausche 

Maleiers. Zeden en gesprekken, pag. 387—511. 

DE. PH. S. VAX ROXKEL. De Maleische schriftleer en 

spraakkunst getiteld Boestânoe'1 Katiblna, pag. 512 — 581. 

DEEL XLV. 

(1902). 

Afl. 1. 

DE. J. BRANDES. Van Oud-Batavia. Losse niededeelingen. 

Vervolg, pag. 1—29. 

J. C.VAX EERDE. De Kalanglegende op Lombok, pag. 30—58. 

Lijst van woorden, opgeteekend uit den mond der Karau- 

Jotaf'a, bewoners der Humboldtsbaai, door wijlen G. L. BINK, 

pag. 59—92. 

F. Twiss. Nota van aanvulling betreffende de onafhankelijke 

Batanghari-Districten van 1882, pag. 93—96. 

Afl. 2. 

DE. PH. S. VAN ROXKEL. Het Tamil-element in het Maleisch, 

pag. 97—119. 

DE. 0. J. NEEB. Het een en ander over Hindoe-oudheden 

in het Djambische (met vier platen), pag. 120 —127. 

DE. J. BRANDES. Bijschrift bij de door den Heer Neeb gezonden 

photo's van oudheden in het Djambische, pag. 128—133. 

K. A. JAMES. De geboorte van Singa-Maharadja en het ontstaan 

van de Koeria (distrikt) Ilir in de onderafdeeling Baros, 

134—143. 

85


8. COHEN FZN. Wajang Dampoe Awang, pag. 144—167. 

J. C. VAN EEBDE. De vertelling van 1 Bangkeling op Lombok, 

pag. 168 — 192. 

Afl. 3. 

D. H. D. BOSBOOM. Nog eens de teekeningen van Oud- 

Batavia en andere vestigingen van de O. 1. Compagnie, pag. 

193—256. 

Kaart van Oud-Banten in gereedheid gebracht door wijlen 

Mu. L. SERRURIER. (Met eene inleiding van Dr. J. Brandes), 

pag. 257—i'6 \ 

DR. J. BRANDES. LO Tong, een Javaansche reflex van een 

Chineesche ridderroman, pag. 263—271. 

DE. J. BRANDES. Nog eenige Javaansche piagëms uit het 

Mohamedaansche tijdvak, afkomstig van Mataram, Bantën en 

Palembang (achtste vervolg), pag. 272—275. 

J. F. VAN HASSELT. Gebruik van vermomde taal door de 

Nufooren, pag. 276-280. 

C. LEKKERKERKER. Enkele opmerkingen over sporen van 

Shamanisme bij Madoereezen en Javanen, pag. 281 — 285. 

DR. PH. S. VAN PIONKEE. Een Maleische brief van 1608, uit Siam 

gezonden aan den Hollandschen kapitein te Patani, pag. 286— 

288. 

Afl. 4. 

DE. J. BRANDES. Van Oud-Batavia. Losse mededeelingen (vervolg), 

pag. 289—332. 

C. SPAT. Inhoudsopgave van het Maleische gedicht Sjâir 

Râdja Mambang Djoeâri, pag. 333 — 369, 

ANT. A. PENNINÖS. De Badoewi's in verband met enkele 

oudheden in de residentie Bantam, pag. 370—3 6. 

Afl. 5. 

DE. N. A)EiANi. Toradjasche vertellingen, pag. 387—482. 

Afl. 6. 

•A. J. M. HAELOFF. Opgave van Oudheden in het district 

Balapoelang, pag. 483—517. 

86


H. D. H. BOSBOOM. Het verdwenen waterkasteel te Djogjakarta, 

pag. 518—529. 

0. L. HELFEICH. Nota omtrent het stroomgebied der Boelian, 

Djeba en Djangga, pag. 530—540. 

M. JOUSTEA. Mededeelingen omtrent en opmerkingen naar 

aanleiding van het Pek dewaloeh of het doodenfeest der Merga 

Simbiring, pag. 541-556. 

J. F. VAN HASSELT. Nog iets over vermomde taal in het 

Nufoorsch en over Nufoorsche raadsels, pag. 557 — 562. 

J. C. VAN EEEDE. Gebruiken bij den rijstbouw en den rijstoogst 

op Lombok, pag. 563—574. 

A. F. VON DEYVALL. Verklaring van twee Maleische uitdrukkingen, 

pag. 575—578. 

DEEL XLVI. 

(1903). 

Afl. 1. 

Woordenlijst der taal, die gesproken wordt in het gebergte 

van Eapaur tot aan Sekar (Zuid-Westkust van Nieuw-Guinéa), 

door wijlen 0. J. P. LE COCQ D'AEMANDVILLE, pag. 1—70. 

DR. PH. S. VAX RONKEL. De oorsprong van het Maleische 

woord „tjoema", pag. 71—72. 

DE. J. BEANDES. Dwerghertverhaleu uit den Archipel; Javaansche 


DE. PH. S. VAN RONKEL. Een bericht over vampirisme bij 

een Syrischen schrijver, pag. 95—9 '. 

Afl. 2—3. 

DE. J. BEANDES. Insluimeren van het gevoel voor de symbolieke 

waarde van ornament, ook in de Ohineesche kunst op 

te merken, pag. 97—107. 

J. ALB. F. SCHWARZ. De benamingen Tontemboan en ïompakéwa, 

pag. L08—117. 

DE. N. ADEIANI. Toradjasche Uilespiegel-verhalen, pag. 

118—127. 

87


DR. 

PH. S. VAN RONKEL, Over de herkomst van het Maleische 

woord „djodo," pag. 128—131. 

DE. G. A. J. HAZETJ. Lakon Ngroena-Ngroeni, pag. 132—144. 

Oh. A. VAN OPHUYZEN. Maleische Taalstudiën 1. 

J. KNEBEL. De Doerga-voorstelling in de beeldhouwkunsten 

litteratuur der Hindoe's, pag. 213—240. 

Dit. PH. S. 

woord „bagai", pag. 241—242. 

Dn. 

VAN RONKEL. De oorsprong van het Maleische 

PH. S. VAN RONKEL. Een Arabische verhandeling over 

de zwaartekracht, pag. 243—286. 

J. L. VAN HASSELT. Aanvulling van het artikel over gewoonten 

der' Papoea's in de Dorèhbaai ten opzichte van zwangerschap 

en geboorte, pag. 287—288. 

AH. 4. 

DR. G. A. J. HAZEU. Kleine bijdragen tot de ethnographie 

en de folklore van Java, pag. 289—309. 

J. A. F. SCHWARZ. Voorloopige mededeelingen omtrent 

Minahasische Uilespiegel-verhalen, pag. 310—317. 

G. MAAN. Eenige mededeelingen omtrent de zeden en gewoonten 

der Toeratéya ten opzichte van den rijstbouw, pag. 

318—340. 

J. KNEBEL. Désalegenden, pag. 341—372. 

H. D. H. BOSBOOM. De oorsprong van de Kwartierstraat 

in Oud-Batavia, pag. 373—384. 

An. 5. 

H. D. H. BOSBOOM. Opgave van calques en reproducties 

naar' kaarten en plattegronden, aanwezig in het Rijksarchiefte 

's-Gravenhage en in de Universiteitsbibliotheek te Leiden, 

aan het Bataviaasch Genootschap toegezonden, pag. 385-422. 

DR, F. DE HAAN. Uit oude notarispapieren II. Andreas 

Cleijer, pag. 423-4G8. 

DR. PH. S. VAN RONKEL. 

Over den oorsprong van het Maleische 

woord „pawai", pag. 469—471. 

M. JOHSTRA. Eene verklaring van den naam van het bembiringsche 

doodenfeest, pag. 472—475.


DE. PH. S. VAN KONKEL. De Oorsprong van het Maleische 

woord „kamandikai", pag. 476—477. 

DE. F. DE HAAN. Opium »schuiven", pag. 478—480. 

- Afl. 6. 

DE. J. BRANDES. Verslag van het Internationaal Oriëntalistencongres 

te Hanoi van 1—6 December 1902, pag. 481—512. 

L. FINOT. Bijlage van het voorgaand artikel : Nota sur 

l'Ecole française d'Extrême Orient, pag. 513 — 531. 

Dit. PH. S. VAN RONKEL. Tamilwoorden in Maleisch gewaad, 

pag. 532—557. 

DE. JOHAN WINKLEB. Bericht über die Untersuchungsreise 

nach der Insel Ènggano 4—11 April 1903, pag. 558—507. 

DE. PH. S. VAN KONKEL. Een Maleisch telwoord in het 

Teloegoe ? pag. 568. 

DEEL 

XLVII. 

(1904). 

Afl. 1 — 2. 

J. E. JASPEE. Inlandsche methoden van hoorn-, been-, schildpad-, 

schelp-, en paarlemoerbewerking (met platen en figuren 

in den tekst\ pag. 1 — 54. 

H. D. H. BOSBOOM. Een buitenverblijf of »thuijn" nabij 

Batavia in de 18e eeuw (met twee platen), pag. 55—68. 

J. H. HISSINK. Het pepadonwezen en zijne attributen, in 

verband met de oude staatkundige indeeling in marga's en het 

huwelijks- en erfrecht in de afdeeling Toelang Bawang der 

Lampoengsche districten, pag. 69—167. 

P. E. MOOLENBÜEGH. Extract uit een verslag der Noord- 

Nieuw-Guinéa-expeditie, pag. 168—188. 

DE. PH. S. VAN RONKEL. Over de herkomst van enkele 

Arabische bastaardwoorden in het Maleisch, pag. 189—194. 

Afl. 3—4. 

J. DE Roo VAN ALDKEWEEELT. Aanteekeningen over Timor 

en Onderhoorigheden, 1668 tot en met 1809, met een toelichting, 

pag. 195—226. 

89

INHOUDSOPGAVE, TEVENS PRIJSLIJST, TIJDSCHRIFT. 

J. KNEBEL. De vâhana's van het Brahmaansch en Boeddhistisch 

pantheon, pag. 227—340. 

^ T. J. VELTMAN. Nota betreffende de Atjèhsche gouden 

zilversmeedkunst (met platen), pag. 341- -380. 

P. E. MOOLENBURGH. Corrigenda in het Extract uit een 

verslag der Noord-Nieuw-G uine'a expeditie, uitgegeven in dit 

Tijdschrift deel XLVII, bl. 168—188, pag 381—384. 

R. A. KERN. Iets over eene oude wijze van lijkbezorging 

op Java, pag. 385 — 386. 

Afl. 5. 

C. SNOUCK HURGRONJE. Iets over Koedjang en Badi, (met 

platen), pag. 387—397. 

Du. G. A. J. HAZEÜ. Iets over Koedi en Tjoendrik (met 

een plaat), pag. 398—413. 

DR. J. BRANDES. De waarde van Tjandi Prambanan tegenover 

de andere oudheden van Java en een hartig woord over 

de déblayeering, pag. 414—432. 

J. VAN DISSEL. Beschrijving van een tocht naar het landschap 

Bahaam, pag. 433—447. 

DE. J. BRANDES. Enkele oude stukken betrekking hebbende 

op Oud-Javaansche opschriften, en bewaard in de Rijks- 

Universiteits-boekerij te Leiden, pag. 448—460. 

DR. J. BRANDES. Een puzzle opgehelderd. (Het Linggavoeststuk 

van Singasari), pag. 460—467. 

C. PLEUTE. Hoe de Batak's over wijlen Dr. H. N. van 

der Tuuk dachten, pag. 468—470. 

Afl. 6. 

J. BALLOT. Verslag betreffende een dienstreis van den 

Assistent-Resident van Loeboeq Fikapang, vergezeld van den 

chef van den staf van Sumatra's Westkust naar de Landschappen 

Moeara Soengei Lolo VI, Kota Kampar en Mapat Toenggoel 

(Silajang Loeboeq Gedang en Moeara Tahis), met een kaart, 

pag. 471—551. 

DR. J. BRANDES. De verzameling gouden godenbeelden, 

gevonden in het gehucht Gemoeroeh, bij Wänäsabä en naar 

90

W H O Ü D S O P G Ä V E , T E V E N S P R I J S L I J S T . T I J D S C H R I F T . 

aanleiding daarvan iets over Harihara en de geschiedenis van 

Garuda op Java (met elf platen), pag. 552—577. 

Dit. G. A. J. HAZETJ. 

Lampong's, pag. 1—12. 

DEEL 

(1905). 

Aft. 1. 

XLVIIT. 

Een beschreven koperen plaat uit de 

E. F. JOCHIM. Aanteekeningen naar aanleiding van een 

bezoek aan den Bäräboedoer, pag. 13—20. 

DE. J. BEANDES. De makara als haartressieraad (met zeven 

platen), pag 21—36. 

DE. J. BEANDES. Een Boeddhistisch monniksbeeld, en naar 

aanleiding daarvan een en ander over eenige der voornaamste 

mudrâ's (met zes platen), pag. 37—56. 

A. F. TON DEWALL. Eenige opmerkingen op de Maleische 

taalstudiën van den Heer Ch. A. van Ophuijsen, pag. 57—84. 

C. SNOUCK HTJEGEONJE. Een miskende Arabische palataal, 

pag. 85—88. 

Afl. 2. 

DE. PH. S. VAN KONKEL. In memoriam Dr. J. L. A. Brandes, 

pag. 89—105. 

C. DEN HAMER. Beschrijving van de twee krissen als rijkssieraad 

verbonden aan het Sultansgezag over Djambi en het 

Pangeran Ratoeschap aldaar (met drie platen), pag. 106 — 112. 

Legende van de kris Si Géndjé, zooals die den Assistent- 

Resident van Djambi door eenige oude anaqradja werd medegedeeld, 

met, als aanhangsel, de legende omtrent Si Géndjé 

Maboek, zooals die aan den Controleur R. O, VAN DEN BOR 

m het Soeroelangoensche is verhaald, pag. 113—160. 

L. M. F. PLATE. Bijdrage tot de kennis der gebruiken bij 

verloving en huwelijk in de on d eraf deeling Ampat Lawanà, 

pag. 161—184. 

J. DE Roo VAN ALDERWERELT. Historische aanteekeningen 

over Soemba (Residentie Timor en Onderhoorigheden), pag. 

185—316. 

91

INHOUDSOPGAVE, TEVENS PftJJSLÎjSf. fIJDSCHRIFT^ 

Afl. 3—4. 

J KNEBEL. Prototype en variant in de Doerga voorstelling 

van' de Hindoesche beeldhouwkunst op Java (met een plaat), 

Pa W. H. 0,'DOOEMAN. Main beripat. Een Bülitoneesch 

schermfeest, pag. 339—340. 

Afl. 5. 

Een heldenzang der Niasscrs. Gesang der Gäste beim Feste 

eines Häuptlings, als er sieh den Titel» Balugu» beüegte. 

Übersetzt von H. Lagemann, pag. 341-407. 

Versla- nopens den politieken toestand m de Rokanstaatjes, 

van H. C E. Quast (met een kaartje), pag. 408-488. 

Afl. 6. 

J P MOQUETTE. Iets over de munten van Bandjarmasin 

en Maloeka (met acht platen), pag. 489-504. 

J. E. NEUMANN. Kemali, Pantang en Rëboe bij de Karo- 

Ritak's nac. 505—513. . 

J L L l De Asoera in de Doerga-voorstelhng van de 

Hindoe beeldhouwkunst op Java, pag. 514—526 

Legenden over de plaatsen van vereering (poenden), de plaatsen, 

waar offers gebracht worden (penjadranan) de plaatsen 

waar geloften worden gedaan (kaoelan, panadaran) of waai 

nren L afzondert om een openbaring te ontvangen (pan ël n 

in het regentschap Madioen. Uit het Javaanseh naverteld dool 

J. Knebel, pag. 527—565. 

DEEL XL1X. 

(1906). 

Afl. 1—2. 

C. M. PLEUTE. Raden Moending Laja di Koesoema. Een 

oude Soendasche ridderroman, pag. 1—159. 

Afl. 3—4. 

H. KERN. De Wij-inscriptie op het Amoghapâça-beeld van 

Padang-tjandi (met een plaat), pag. 159—170. 

92


0. M. PLBIJTE. Over een paar Hindoebeelden van Padangtjandi, 

(met 4 platen), pag. 171—177. 

C. M. PLEKTE. Bijdrage tot de kennis van het Maliâvâna 

op Java, (met 2 platen), pag. 178—180. 

Dr. J. Gr. F. RIEDEL. Prohibitieve teekens en Tatuage-vormen 

op het eiland Timor, (met 2 platen), pag. 181—189. 

E. F. JOCHIM. Sangka-schelpen, (met een plaat), pag. 

188—202. 

Een Formosaansch (koop) contract (met eene reproductie), 

pag. 203—205. 

OH. L. J. PALMER VAN DEN BROEK. Nota over de Batang- 

Hari distrieten, pag. 206—246. 

CH. L. J. PALMER VAN DEN BROEK Nota omtrent de middelen 

van bestaan der bevolking in Kota-besar en onderhoorige 

landschappen en de Batang-Hari-districten, pag. 247—279. 

Ch. L. J. PALMER VAN DEN BROEK. Nota over Kota-besar 

en onderhoorige landschappen met uitzoüdering van Soengai 

Koenit en Talao, pag. 280—318. 

J. P. MOQUETTE. De Munten van Nederlandsch-Indië i met 

4 platen), pag. 319—354. 

Afl. 5-6. 

W. K. H. YPES. Nota omtrent Singkil en de Pak-pak 

landen, pag. 355 — 642. 

DEEL L. 

Afl. 1. 

J. P. MOQUETTE. De Munten van Nederlandsch-lndië (met 

4 platen), pag. 1 — 61. 

H. J. GRIJZEN. Nota omtrent de IX Kota en Padang 

Tarap (Midden Sumatra), met een kaart, pag. 62—120. 

Afl. 2. 

J. KNEBEL. De legende van Bèdji Tawoen naverteld, pag. 

121 — 139. 

W. P. GROENEVELDT. Hindoe-Javaansche portretbeelden (met 

drie platen), pag. 140—146. 

93


DE Jons. WINKLER. Bericht üder die zweite Unterzuchungsreise 

nach der Insel Ènggano 4 October bis 19 November 

ly04, pag. 147—185. 

J. P. MOQUETTE. De Munten van Nederlandsch-Indié (met 

2 platen), pag. 186—204. 

.Afl. 3. 

DK. 11. Ron nu. Bijdrage tot de Geneeskunst der Karo- 

Batak's, pag. 206-287. 

Afl. 4. 

C. A. VAN AFFELEN VAN SAEMSKOORT. De Koealpalm en wat 

er van hem verkregen wordt (met 4 platen), pag. 288—325. 

J. P. MOQUETTE De Munten van Nederlandsch-Indié (met 

zeven platen), pag. 326—387. 

Afl. 5—6. 

J. KNEBEL. Over de plaatsen der Hoogste Vereering (Poendèn) 

in de afdeeling Awi (Madioen), pag. 388—406. 

J. TH. E. KILIAAN. Oudheden, aangetroffen in het landschap 

Besoa (Midden-Célébes). Met kaart en 2 platen, pag. 407 —410. 

J. KNEBEL. Een paar eigenaardige gebruiken in de desa 

Tjërmé (Soerabaja), (met een plaat), pag. 411—413. 

H. A. VON DEWALL. Het vliegerspel te Batavia, pag. 

414 - 433. 

H. A. VON DEWALL. Het Maën Goendoe (Knikkerspel) te 

Batavia, pag. 434—441. 

O. H. GOEDHART. Drie Landschappen in Celebes, (Banggaai, 

Eoengkoe en Mori), pag. 442—548. 

ALB. C. KRÜIJT. Nadere gegevens betreffende de oudheden, 

aangetroffen in het Landschap Besoa (Midden-Célébes), pag. 

549—551. 

94

NOTULEN EN AFZONDERLIJKE WERKEN. 

NOTULEN VAN DE ALGEMEENE EN 

BESTUURSVERGADERINGEN. 

DEEL I—XXXVII à ƒ 2.— per deel. 

Vanaf » XXXVIII » » 4 » » 

(18(53—1908). 

Het register op de Notulen van 1857—66 is te vinden in deel 5 der Not, van 

18G7 en in het ïijdschr. deel VII—XII. 

Register 1867—78 ƒ 2.— 

Register 1879—88 „ 2.— 

AFZONDERLIJKE WERKEN. 

Catalogus van de "bibliotheek met 2 vervolgen. (Niet 

meer voorhanden). 

Idem van de ethnologische verzameling met supplement 

_ ƒ 1- 

Idem van het numismatisch kabinet „ 1.50 

Idem der archeologische verzameling . . . . „ 2.— 

Catalogus codicum Arabicorum ,, 2.— 

ME. T. H. DEK KINDEKEN. Gedenkboek van het 

lOOjarig bestaan van het Genootschap . „ 10.— 

Verslag der feestviering ,, 2.— 

Mr. L. W. C. VAN DEN BERG. Verslag der Maleische 

en andere handschriften „ 2.— 

K. F. HOLLE. Tabel van Indische alphabetten . ,, 7.50 

E. NETSCHER en MR. J. A. VAN DER CHIJS. Munten 

van Nederlandsch-Indië (Verh. deel 31). . . . „ 7.50 

DR. G. SCHLEGEL. Hung league (Verh. deel 32) . „ 7.50 

. Gebloemd briefpapier (id). . . . ,, 2.50 

_ Prostitutie in China. (Verh. deel 32). „ 1.— 

Sinico Aryaca (Verh. deel 36) . . ,, 5.— 

MR. J. A. VAN DER CHIJS Ned. Ind. Bibliographie 

met supplement (Verh. deel 37 en 39) . . . . „ 6.— 

O. VAN REES. Geschiedenis der Préanger (Verh. 

95


deel 39) ƒ 3 -— 

's Compagnie's Recht op de Groote Oost (Verb. 

deel 33) „ 2.— 

P. L. VAN BLOEMEN .WAANDEES. Aanteekeningen over 

de Balineezen (Tijds. deel 5, 7 en 8) ,, 2.— 

J. N. VOSMAEIÏ, Zuid-Oost Celebes (Verb. dl. 17). „ 2.— 

Geschriften voor den inlander „ 1- — 

R. H. TH. FRIEDERICH. Wiwoho djarwo en Brata 

Yoeda Kawi in f. s. . Ü 10- 

A. B. COHEN STUART. Kawi-oorkonden in f. s. . ,, 10.— 

Inleiding en transscriptie . . . ,, 3.— 

F. S. A. DE CLERCQ. Het Maleisch der Molukken „ 2.— 

FRANCKEN en DE GRIJS. Chineesch-Hollandseh woordenboek 

in het Emoy-dialect >, 6.— 

Realia, l st0 deel . 1°-— 

id, 2 e deel „ 6.— 

id. 3° deel » 8 -— 

Mu. L. W. C. VAN DEN BERR. De Mohamedaansche 

geestelijkheid enz. op Java. 2 e druk „ 1-50 

H. SUNDERMANN. Kurze Formenlehre der Niassische 

Sprache 

u 0-°^ 

A. HAGA. Ned. Nieuw Guinea, 2 diu . . . . , , 10.— 

Nederl. Indisch-Plakaatboek, door Mr. J. A. van 

der Chijs, I—XV (per deel) „ 3.— 

P. J. F. Louw. De derde Javaansche Successie- 

Oorlog (1746—1755) „3.— 

De Java-oorlog van 1825—30. I e 

deel. (Met atlas) ' . . . , , ö— 

2° doel >i 5 -— 

à 0 » " 

le » (bewerkt door E. S. de Klerek) . . . ,, 5.50 

5c » ( » » Idem ) . . . „ 5-— 

ME. J. A. VAN DEE CH ,TS. Banda ,, 3.50 

Hari raja orang Tjina ,, 1- •>r, • ) 

- J. W. IJZERMAN. Beschrijving der oudheden nabij 

de grens der residentie's Soerakarta en Djogjakarta. 

(Met atlas) » 12. 

96 

d '


DAGII-REGISTEB, gehouden int Gasteel Batavia vant 

passerende.daer ter plaetse als over Nederlandts India. 

Anno 1624—1629 / 4.— 

» 1631-1634 » 4.— 

» 1636 » 2.— 

1637 . » 2.— 

» 1640—1641 » 5.— 

1641—1642 » 4.- 

» 1643—1644 » 4.— 

» 1644—1645 » 4.— 

1647—1648 » 2.— 

» 1653 » 2.— 

» 1656 - 1658 » 4.— 

1659 » 

3 -~ 

» 1661 » 

5 -— 

1663 5-— 

1664 » 

5 -— 

» 1665 » 4.— 

» 1666—1667 » 5 — 

1668—1669 » 4.— 

» 1070—1671 » 5.— 

» 1672 » 

5 -— 

» !673 » 

5 -— 

1674 » 5.— 

» 1675 » 

& -— 

1676 » 

5 -— 

1677 » 

5 -— 

1678 » 

6 -— 

1679 » 

5 -— 

(N. B. Van de ontbrekende jaren was het handschrift niet 

meer voorhanden). 

B. KERSJES EX C. DEN HAMEK. De Tjandi Mendoet vóór de 

restauratie / °- 

H. N. STUABT. Catalogus der munten en amuletten van 

China, Japan, Korea en Annam, 1904 . . . . ƒ 2.50 

• Rapport van de Commissie in Nederlandseh-Indië voor oudheidkundig 

onderzoek op Java en Madura, 1901. Uitgegeven 

97


voor rekening van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten 

en Wetenschappen, Batavia—'s Gravenhage. . . /' 1.50 

Idem over 1902 » 5,— 

» 1903 » 3.— 

» » 1904 » 3.— 

» 1905/'06 » 3.— 

SUNDERM^NN. Niassisch-Deufcscb.es Wörterbuch, 1905 » '2.— 

Tjandi Djago » 15- — 

Yeltman, Atjèhsche woordenlijst » 1.25 

MEVR. SERRURIER—TEN KATE. De Compaguieskamer. » —.50 

98

•' 

I

Register Tijdschrift en Verhandelingen .... tot het jaar 1907 - kitlv

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?