Voorstelling spoed - AZ Sint-Jan Brugge
Voorstelling spoed - AZ Sint-Jan Brugge
Voorstelling spoed - AZ Sint-Jan Brugge
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Voorstelling</strong><br />
Spoed<br />
Versiedatum: 05-08-2011
1 VERWELKOMING<br />
2/9<br />
Welkom op onze dienst <strong>spoed</strong>gevallen in het <strong>AZ</strong> <strong>Sint</strong> – <strong>Jan</strong> <strong>Brugge</strong> - Oostende AV Campus <strong>Brugge</strong>!<br />
Deze brochure heeft tot doel om u beter wegwijs te maken op onze dienst, informatie te geven en<br />
om een aantal afspraken te maken, zodat de samenwerking optimaal kan verlopen.
2 BESCHRIJVING VAN DE AFDELING<br />
3/9<br />
2.1 ALGEMENE GEGEVENS<br />
Op onze <strong>spoed</strong>gevallendienst werken er verschillende groepen personeelsleden:<br />
geneesheren:<br />
o Dr. Vandycke (diensthoofd)<br />
o Dr. Müller<br />
o Dr. Martens<br />
o Dr. Vandevelde<br />
o Spoedarts (doet het eerste klinisch onderzoek + triage van de patiënt)<br />
o Dr. Stagair (geneesheer in opleiding)<br />
o Diverse geneesheer specialisten, assistenten,…<br />
<br />
hoofdverpleegkundigen:<br />
o Frans Vercruysse<br />
o Johan De Knock (contactpersoon voor studenten)<br />
verpleegkundigen:<br />
Je kan aan alle verpleegkundigen op <strong>spoed</strong>gevallen informatie, toelichting en begeleiding<br />
vragen. Wel zijn er een aantal verpleegkundigen (mentoren) die zich in het bijzonder toeleggen<br />
op de studenten. Het is de bedoeling dat je elke week 1 maal samenwerkt met de jou<br />
toegewezen mentor, zodat deze je persoonlijke evolutie kan opvolgen (bij het opmaken van de<br />
uurregeling voor de student wordt hiermee rekening gehouden). Deze mentor bevraagt dan<br />
ook zijn collega’s naar jouw prestaties, zodat de mentor in overleg met de stage docent een<br />
objectieve evaluatie kan opmaken. De mentor moet je vooral als contactpersoon en<br />
vertrouwenspersoon zien, algemene informatie kan je van elke verpleegkundige bekomen.<br />
pediatrisch verpleegkundigen:<br />
Alle verpleegkundigen zijn bekwaam om kinderen op te nemen (zowel in de gewone boxen als<br />
in de rea’s), maar op <strong>spoed</strong>gevallen zijn er ook 2 verpleegkundigen werkzaam die zich specifiek<br />
toeleggen op de bijzonderheden van kinderen. Bij hen kan je terecht met meer specifieke<br />
vragen: Ingrid Schorreel en Mieke Vannoote<br />
<br />
secretariaat, Centrale en Brancardiers<br />
<br />
onderhoudspersoneel
3 BESPREKING VAN DE VERSCHILLENDE OPDRACHTEN<br />
VAN DE VERPLEEGKUNDIGEN<br />
4/9<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
V1 of N1 of W1: Dit is de verpleegkundige die van ‘eerste uitruk’ is. Hij/Zij houdt zich<br />
klaar om op interventie te gaan, na de interventie blijft deze verpleegkundige de patiënt<br />
verder volgen tot na ontslag van de patiënt uit <strong>spoed</strong>gevallen. Als er geen interventie is en<br />
hij/zij geen patiënt moet volgen, zorgt hij/zij dat al het materiaal in de wagens, heli,<br />
reanimatiekamers,… aangevuld en operationeel is. Als hij/zij hiermee klaar is, helpt hij/zij<br />
de andere collega’s.<br />
V2 of N2 of W2: dit is de verpleegkundige die van ‘tweede uitruk’ is. Hij/Zij houdt zich<br />
klaar om op interventie te gaan (als de verpleegkundige van eerste uitruk niet beschikbaar<br />
is), na de interventie blijft deze verpleegkundige de patiënt verder volgen tot na ontslag<br />
van de patiënt uit <strong>spoed</strong>gevallen. Als er geen interventie is, en hij/zij geen patiënt moet<br />
volgen, zorgt hij/zij dat al het materiaal in de wagens, heli, reanimatiekamers,… aangevuld<br />
en nagekeken is. Als hij/zij hiermee klaar is, helpt hij/zij de andere collega’s.<br />
V3 of N3: dit is de verpleegkundige die van ‘derde uitruk’ is. Naast het aanvullen van<br />
materiaal en op interventie gaan, heeft hij/zij nog enkele andere specifieke taken:<br />
o als er een kritische patiënt langdurig op <strong>spoed</strong>gevallen moet verblijven (vb. geen<br />
vrij bed op intensieve zorgen), neemt deze verpleegkundige de observatie van de<br />
patiënt over.<br />
o als er een behandeling in de hyperbare zuurstoftank moet gestart worden en er is<br />
geen verpleegkundige van D-dienst, zorgt de verpleegkundige 3 voor de<br />
behandeling in de hyperbare.<br />
Vh of Nh of Wh: dit is de verpleegkundige die van ‘nachthospitaal’ is. ’s Morgens zorgt<br />
hij/zij voor de patiënten van interne die overnacht hebben op <strong>spoed</strong>gevallen in afwachting<br />
van een vrij bed op interne. Als deze patiënten dan in de loop van de ochtend opgenomen<br />
zijn op een VE, helpt deze verpleegkundige de collega van de boxen. ’s Nachts zorgt de<br />
Wh voor de observatie van de patiënten in het nachthospitaal, en is hij/zij ook van<br />
‘supervisie’ voor het ziekenhuis (hulp op andere VE’n bij moeilijke bloednames, transporten,<br />
lijktooi,…)<br />
<br />
<br />
V of N of W: dit is de verpleegkundige die van ‘boxen’ is. ’s Morgens vult hij/zij eerst al<br />
het materiaal van de boxen (voornamelijk de verzorgingskarren) aan, daarna staat deze<br />
verpleegkundige in voor de opvang, onderzoeken en behandeling van de patiënten die in<br />
de boxen opgenomen worden.<br />
D: dit is de verpleegkundige die zorgt voor de behandelingen in de hyperbare zuurstoftank.
4 BESPREKING VAN DE DIVERSE LOKALEN OP ONZE<br />
SPOEDGEVALLEN<br />
5/9<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
secretariaat: hier worden alle patiënten ontvangen en administratief verwerkt, zodat<br />
onderzoeken, behandelingen,… kunnen gepland worden.<br />
centrale: hier worden de MUG-interventies uitgestuurd, worden wachtlijsten bijgehouden,<br />
gebeurt het telefoonverkeer, opstarten brandprocedure, …<br />
de boxen: dit zijn de lokalen waar de patiënten met vermoedelijk niet-levensbedreigende<br />
pathologie opgenomen worden voor verder onderzoek/behandeling. Al deze boxen zijn<br />
genummerd om een beter overzicht te kunnen bewaren over onze dienst:<br />
o Box 1 Box 10 : gewone boxen voor liggende patiënten<br />
o Box 11, 12 en 13: Pediatrische boxen<br />
o Box 14 Box 20: boxen voor zittende patiënten<br />
CPU: De ‘Chest Pain Unit’ (boxen 7 en 8). Deze boxen zijn uitgerust voor de opvang van<br />
patiënten met thoracale pijn (vermoeden van cardiale problematiek), zodat de tijd tussen<br />
opname-diagnose-behandeling in het cathlab tot een minimum kan herleid worden (Time is<br />
Muscle).<br />
gipskamer: aanbrengen/verwijderen van gipsen, aanleggen van huidtractie, aanleggen<br />
van gewone tractie.<br />
sutuurbox: hechten van wonden onder locale anesthesie.<br />
spoelruimte: voor distributie van afval en linnen, voorraad antiseptica, wasautomaat voor<br />
bedpannen, urinaal,…<br />
reanimatiekamers 1 – 2 – 3: Voor de opname en stabilisatie van patiënten met<br />
levensbedreigende aandoeningen (myocardinfarct, verkeersongeval, majeure bloedingen,<br />
syncope,…). Daar we vooraf meestal niet weten welke patiënten er hier zullen opgenomen<br />
worden, zijn deze ruimtes voorzien voor de opvang, stabilisatie, onderzoek en eventueel<br />
behandeling van patiënten van alle leeftijden.<br />
de hyperbare zuurstofkamer: Hier worden de patiënten behandeld met CO-intoxicaties,<br />
acute doofheid, chronische wonden, duikongevallen, …<br />
nieuwbouw: met o.a. leslokaal, burelen,…
5 PRAKTISCHE AFSPRAKEN - STAGEREGELING<br />
6/9<br />
Bij aanvang van de stage wordt door Johan De Knock een ‘werklijst’ opgemaakt. Hierbij wordt er<br />
rekening gehouden met:<br />
de momenten van stage toezicht door de docent<br />
het werkrooster van de mentor<br />
het aantal studenten op dienst (daarom soms advies om ook in week-ends of ’s nachts<br />
stage te lopen)<br />
in principe wordt onmiddellijk de werklijst opgemaakt voor de totale stageperiode<br />
wijzigingen in de uurregeling kunnen alleen na akkoord van Johan De Knock of Frans<br />
Vercruysse<br />
Vroegdienst: 06.45 uur – 15.15 uur (30 minuten pauze, te nemen in overleg met verpleegkundige).<br />
Namiddagdienst: 12.45 uur – 21.15 uur (30 minuten pauze, te nemen in overleg met<br />
verpleegkundige).<br />
Nachtdienst: 21.00 uur – 07.00 uur<br />
Dagelijks laat je je formulier van uitgevoerde handelingen invullen door de verpleegkundige met<br />
wie je samenwerkte. Minstens 1 maal per week werk je samen met je mentor, zodat deze jouw<br />
persoonlijke evolutie kan opvolgen, en de reeds uitgevoerde handelingen met andere<br />
verpleegkundigen eens kan bespreken.<br />
Op het einde van je stageperiode informeert de mentor zich bij de andere verpleegkundigen i.v.m.<br />
je stage, en probeert zich op deze manier een ‘totaalbeeld’ te vormen over hoe je stage verlopen<br />
is. Hierbij houdt de mentor rekening met:<br />
je opleiding + begin van het schooljaar einde van het schooljaar<br />
je persoonlijke evolutie<br />
De stagedocent houdt dan zelf een bespreking met de mentor, om zo tot een correcte<br />
eindevaluatie te komen.
7/9<br />
6 WAT MAG U VAN ONS VERWACHTEN?<br />
Op <strong>spoed</strong>gevallen kan je bijna alle verpleegkundige technieken terugvinden, en dus ook inoefenen.<br />
Je werkt telkens samen met een verpleegkundige, die je zoveel mogelijk zal informeren. Volgende<br />
handelingen zal je bijna zeker kunnen bijwonen of uitvoeren:<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
boxen: parametercontrole, plaatsen van een infuus, bloedafname, kleine en grotere<br />
wondverzorgingen, EKG afname, klinische observatie van een patiënt, … Op het einde van<br />
de stageperiode moet je in staat zijn om een standaardopname in de boxen op te starten<br />
en dan de overdracht naar de verpleegkundige te verzorgen.<br />
CPU: parametercontrole, afname EKG, bloedname, plaatsen perifeer infuus, dringende<br />
begeleiding naar cathlab (in cathlab: coronarografie, PTCA,…)<br />
reanimatiekamers: BLS en ALS, intuberen, defibrilleren, hartmassage, plaatsen van<br />
centraal veneuze katheters, plaatsen van arteriële katheters, plaatsen van thoraxdrainage,<br />
toedienen van medicatie (IV, PO, SC, IM,…), stelpen van bloedingen, parametercontrole,<br />
opvang en begeleiding van familie,…<br />
hyperbare zuurstofkamer: tijdens je stage, krijg je de mogelijkheid om eens een<br />
behandeling bij te wonen<br />
gipskamer: gipsen + aanleggen tractie<br />
sutuurbox: hechten van kleine en grote wonden + wondzorg<br />
MUG-interventies: zie verder<br />
Je mag alles inoefenen (rekening houdend met je opleiding), maar dit steeds in overleg<br />
met de verantwoordelijke verpleegkundige!<br />
Door de veelheid aan studenten en de diverse opleidingen (bachelor opleidingen, BaNaBaopleidingen,<br />
gebrevetteerde verpleegkundigen,…) is het voor onze verpleegkundigen onmogelijk<br />
om van elke student het opleidingsniveau bij te houden. Daarom de uitdrukkelijke afspraak dat je<br />
als student zelf aangeeft aan de verpleegkundige welke taken je wel/niet kan/mag uitvoeren.<br />
Het kan ook interessant zijn om het volledige traject van je patiënt te volgen (vb. MUG -<br />
interventie voor reanimatie bij een cardio patiënt, patiënt eerst stabiliseren in de<br />
reanimatiekamers, daarna interventie op het kathlab waarna opname op intensieve zorgen). Je kan<br />
alle onderzoeken en behandelingen bijwonen (mits in acht nemen van de nodige<br />
voorzorgsmaatregelen). Enkel voor het bijwonen van een operatie in het operatiekwartier moet je<br />
eerst contact opnemen met de hoofdverpleegkundige van <strong>spoed</strong>gevallen of van het<br />
operatiekwartier.
7 AFSPRAKEN I.V.M. MUG-INTERVENTIES<br />
8/9<br />
In de centrale van <strong>spoed</strong>gevallen zijn er 2 DECT-telefoons beschikbaar voor de studenten.<br />
Bij aanvang van je ‘shift’ kan je in de centrale een telefoon krijgen, dit natuurlijk in overleg met de<br />
andere studenten die op dat moment op <strong>spoed</strong>gevallen aanwezig zijn. Via deze telefoon kan de<br />
verantwoordelijke verpleegkundige je opbellen, en worden ook de MUG-interventies aangekondigd.<br />
Spreek steeds af met de andere studenten wie welke telefoon bij zich houdt en wie wanneer op<br />
interventie gaat.<br />
7.1 WAT DOE JE ALS JE EEN ALARM KRIJGT?<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
nakijken welke boodschap er op het scherm komt:<br />
o MUG extern<br />
o Bij een interne MUG verschijnt het kamernummer of het lokaal<br />
telefoon opnemen door te drukken op het groen telefoontje<br />
dan hoor je een automatische band vragen of je meegaat op interventie:<br />
o Als je meegaat op interventie druk je op: 1 (= positief bevestigen)<br />
o Als je niet meegaat op interventie druk je op: 0 (= negatief bevestigen)<br />
op rood telefoontje drukken om af te sluiten<br />
naar waar moet je je begeven?<br />
o MUG extern: ga onmiddellijk naar de centrale en spreek daar af met de MUG<br />
verpleegkundige of het een MUG-wagen of MUG-Heli interventie betreft.<br />
o MUG intern: ga onmiddellijk naar de interne uitrukkar, en wacht daar op de MUG<br />
verpleegkundige.<br />
Tijdens MUG-interventies voer je enkel handelingen uit in uitdrukkelijke opdracht van<br />
de verantwoordelijke verpleegkundige. Stel je behulpzaam op (helpen dragen<br />
materiaal,…), bekijk de situatie en leer uit de handelingen van de verpleegkundige.<br />
Voordat je vertrekt op interventie doe je een interventiejas voor verpleegkundigen aan (bevinden<br />
zich in de garage: oranje jas met groen opschrift). Deze jas is nodig voor je eigen veiligheid en<br />
herkenbaarheid op interventie.<br />
MUG-wagen: Hier gaat steeds 1 verpleegkundige + 1 arts mee. Dan zijn er nog 2<br />
plaatsen achteraan in de wagen: hier kunnen er steeds 2 extra personen mee (meestal is<br />
dit 1 dokter stagair + 1 student verpleegkunde, als er geen dokter stagair meegaat, mogen<br />
er 2 studenten verpleegkunde mee op interventie) STEEDS AUTOGORDEL AAN !<br />
<br />
<br />
MUG-Heli: In de heli is er slechts plaats voor 4 personen: de piloot + de verpleegkundige<br />
+ de arts + de patiënt. Hierbij komt dat de verzekering van de MUG-heli niet toelaat dat er<br />
studenten meegaan op interventie, vandaar de duidelijke afspraak dat er geen studenten<br />
meekunnen met de MUG-heli.<br />
Interne MUG: dit is een reanimatie situatie in ons ziekenhuis zelf, dan verschijnt er op je<br />
scherm een kamernummer of een lokaal. Het best kan je je dan onmiddellijk begeven naar<br />
de interne uitrukkar die zich bevindt in de gang naast de hyperbare zuurstofkamer, daar<br />
wacht je op de verpleegkundige.
8 VERWACHTINGEN VANUIT DE VE NAAR DE STUDENT<br />
9/9<br />
Op <strong>spoed</strong>gevallen kan je heel veel leren, maar kan je ook gemakkelijk wegvluchten. Dit hangt<br />
volledig van jezelf af!<br />
Op een <strong>spoed</strong>gevallen afdeling kom je in contact met heel wat patiënten. Vaak maak je ook<br />
spectaculaire zaken mee: ongevallen, pogingen tot zelfdoding, drugs, contacten met gevangenen,<br />
… Ook kan je op plaatsen komen waar reeds pers aanwezig is …<br />
Wij willen je er nog eens extra attent op maken dat jullie steeds en in alle situaties<br />
gebonden zijn aan het BEROEPSGEHEIM !!!<br />
Daarom volgende afspraken:<br />
we verwachten dat je deze introductiebrochure grondig gelezen hebt !<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
we verwachten dat je de doelstellingen van je stage vooraf formuleert en bespreekt met de<br />
stagelector en de mentor bij het begin van de stage. Na feed-back kunnen de<br />
doelstellingen aangepast worden.<br />
wij verwachten dat je de afgesproken aanvangstijden van je shift respecteert. Als je<br />
overwerkt, kan je dit altijd (na overleg) compenseren op een ander moment<br />
wij verwachten dat je je geïnteresseerd en ‘open’ opstelt, steeds bereid om te helpen, maar<br />
dit steeds in overleg met de verantwoordelijke verpleegkundige<br />
met problemen, voorstellen, vragen,… kan je steeds bij je mentor of bij Johan De Knock<br />
terecht (t: 2850).<br />
wij verwachten steeds een correcte houding, ook t.o.v. patiënten met minder ernstige<br />
kwalen, daar ook zij op dat moment in nood zijn.<br />
vraag informatie aan de verpleegkundige: waarom doet hij iets, wat is het probleem, hoe<br />
lost hij zoiets op (dit best na de interventie of (be)handeling), …<br />
als er geen directe hulp nodig is bij de patiënten waar je helpt, kan je steeds in een andere<br />
‘zone’ (vb. rea’s, hyperbare, …) kijken of je daar hulp kan bieden. Maar het heeft geen zin<br />
om de ganse dag van hier naar daar rond te wandelen, want op die manier kan je geen<br />
enkele patiënt volgen of afwerken.<br />
als student verpleegkunde kun je altijd je uitgevoerde handelingen en observaties noteren<br />
op het verpleegkundig observatieblad. Vermits vaak verschillende hulpverleners bij de<br />
patiënt komen, is mondelinge en schriftelijke rapportage heel belangrijk.<br />
Mogen we tenslotte nog vragen om in de laatste week van je stage de stage-enquête in te<br />
vullen. Dit neemt slechts enkele minuten in beslag. Je vindt deze terug op intranet- studenten<br />
stage-enquête.<br />
Maak er een boeiende stage ervaring van!!!