22.11.2014 Views

Decubitus doorgelicht: richtlijn onvoldoende in praktijk ... - BTSG

Decubitus doorgelicht: richtlijn onvoldoende in praktijk ... - BTSG

Decubitus doorgelicht: richtlijn onvoldoende in praktijk ... - BTSG

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Decubitus</strong> <strong>doorgelicht</strong>: <strong>richtlijn</strong><br />

<strong>onvoldoende</strong> <strong>in</strong> <strong>praktijk</strong> toegepast<br />

Een onderzoek naar de kwaliteit van de decubituszorg <strong>in</strong> Nederland<br />

en maatregelen om het aantal patiënten met decubitus te verm<strong>in</strong>deren.<br />

Den Haag, februari 2004


Aan de bew<strong>in</strong>dslieden van Volksgezondheid, Welzijn en Sport<br />

Hierbij bied ik u het <strong>in</strong>spectierapport aan over een onderzoek naar de kwaliteitszorg van<br />

decubituspreventie en -behandel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Nederland. <strong>Decubitus</strong> of doorliggen veroorzaakt veel<br />

leed bij patiënten; de wonden zijn pijnlijk, kunnen <strong>in</strong>fecteren en zelfs tot de dood leiden.<br />

Daarnaast kost de behandel<strong>in</strong>g de gezondheidszorg volgens de Gezondheidsraad ongeveer<br />

een half miljard euro per jaar omdat patiënten langer <strong>in</strong> het ziekenhuis moeten blijven of<br />

thuis <strong>in</strong>tensief behandeld moeten worden. <strong>Decubitus</strong> wordt gezien als een belangrijke<br />

<strong>in</strong>dicator voor de kwaliteit van de zorg en kan door een goede preventie dikwijls voorkomen<br />

worden.<br />

Hoewel b<strong>in</strong>nen de gezondheidszorg vele <strong>in</strong>itiatieven worden ontplooid met betrekk<strong>in</strong>g tot de<br />

preventie en behandel<strong>in</strong>g van decubitus komt uit het onderzoek naar voren dat afhankelijk<br />

van het type zorg<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g tussen de 15 en 35% van de risicopatiënten decubitus heeft en<br />

dat de kwaliteitszorg op diverse punten verbeterd dient te worden. Zo zijn vaak geen<br />

gegevens beschikbaar over het aantal patiënten met decubitus en ontbreekt een gerichte<br />

controle op de nalev<strong>in</strong>g van de <strong>richtlijn</strong> decubitus van het Kwaliteits<strong>in</strong>stituut voor de<br />

gezondheidszorg, het CBO.<br />

De <strong>in</strong>spectie zal de komende jaren een actief beleid voeren om de kwaliteitszorg met<br />

betrekk<strong>in</strong>g tot decubituspreventie en -behandel<strong>in</strong>g te verbeteren. Zo zal bij een groot aantal<br />

zorgaanbieders getoetst worden of de kwaliteitszorg verantwoord is en zullen zonodig<br />

maatregelen opgelegd worden wanneer dit niet het geval is.<br />

Daarnaast zal de <strong>in</strong>spectie <strong>in</strong> 2004 met koepelorganisaties van zorgaanbieders, zorgverleners,<br />

patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars afspraken maken over de te meten<br />

prestatie-<strong>in</strong>dicatoren met betrekk<strong>in</strong>g tot decubitus.<br />

Hoogachtend,<br />

Prof. dr. J. H. K<strong>in</strong>gma<br />

Den Haag, februari 2004


5 RAPPORT<br />

Inhoudsopgave<br />

Samenvatt<strong>in</strong>g 7<br />

1 Inleid<strong>in</strong>g 9<br />

1.1 Aanleid<strong>in</strong>g 9<br />

1.2 Doelstell<strong>in</strong>g <strong>in</strong>spectieonderzoek 11<br />

1.3 Vraagstell<strong>in</strong>gen 11<br />

2 Conclusies 12<br />

3 Te nemen maatregelen om decubitus te verm<strong>in</strong>deren 15<br />

3.1 Te nemen maatregelen door management zorgaanbieders 15<br />

3.2 Te nemen maatregelen door zorgverleners 15<br />

3.3 Te nemen maatregelen door patiëntenverenig<strong>in</strong>gen 15<br />

3.4 Te nemen maatregelen door fabrikanten en wederverkopers 16<br />

3.5 Vervolgacties door de <strong>in</strong>spectie 16<br />

4 Methode van onderzoek 17<br />

4.1 Werkwijze 17<br />

4.2 Vragenlijsten 18<br />

5 Resultaten 20<br />

5.1 Bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen onderzoek bij zorgaanbieders 20<br />

5.2 Bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen onderzoek fabrikanten en wederverkopers<br />

antidecubitusmatrassen 23<br />

6 Summary 25<br />

Bijlage<br />

1 Literatuur


6 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG


7 RAPPORT<br />

Samenvatt<strong>in</strong>g<br />

<strong>Decubitus</strong> of doorliggen veroorzaakt veel leed bij patiënten en kost de gezondheidszorg<br />

ongeveer een half miljard euro per jaar omdat patiënten langer <strong>in</strong> het ziekenhuis blijven of<br />

thuis <strong>in</strong>tensief behandeld moeten worden.<br />

Hoewel b<strong>in</strong>nen de gezondheidszorg een groot aantal partijen actief zijn om de kwaliteit van<br />

de decubituspreventie en -behandel<strong>in</strong>g te verbeteren blijkt uit verschillende onderzoeken dat<br />

de prevalentie nog steeds hoog is (tussen de 15 en 35%). Om het aantal patiënten met<br />

decubitus te verm<strong>in</strong>deren zijn maatregelen nodig van onder meer zorgaanbieders, beroepsgroepen,<br />

patiëntenverenig<strong>in</strong>gen, zorgverzekeraars en van fabrikanten van antidecubitusmatrassen.<br />

Dit <strong>in</strong>spectierapport geeft voor al deze partijen handvatten om deze<br />

verm<strong>in</strong>der<strong>in</strong>g te realiseren.<br />

De doelstell<strong>in</strong>g van dit onderzoek is daarom <strong>in</strong>zicht krijgen <strong>in</strong> de kwaliteitszorg met<br />

betrekk<strong>in</strong>g tot decubituspreventie en behandel<strong>in</strong>g, aanbevel<strong>in</strong>gen te formuleren voor<br />

verbeter<strong>in</strong>g en waarnodig corrigerend op te treden.<br />

Aan 94 zorgaanbieders waar patiënten verblijven met een risico op decubitus werd een<br />

bezoek gebracht zoals ziekenhuizen (20), revalidatiecentra (5), verpleeg- en verzorg<strong>in</strong>gshuizen<br />

(25), thuiszorg<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen (10), en <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen voor gehandicaptenzorg (19) en<br />

psychiatrie (5). Er is gesproken met ongeveer 450 personen zoals verzorgenden, verpleegkundigen,<br />

artsen en managers.<br />

Geconcludeerd kan worden dat de herziene decubitus<strong>richtlijn</strong> van het CBO uit 2002 nog<br />

<strong>onvoldoende</strong> <strong>in</strong> de <strong>praktijk</strong> wordt toegepast en dat de kwaliteitszorg op diverse punten<br />

verbeter<strong>in</strong>g behoeft. Belangrijke conclusies zijn:<br />

− Er is nog <strong>onvoldoende</strong> controle of de handel<strong>in</strong>gen die beschreven worden <strong>in</strong> het<br />

decubitusprotocol, ook daadwerkelijk worden toegepast. In zorgplannen staat dikwijls<br />

niet aangegeven welke preventieve maatregelen genomen moeten worden, <strong>in</strong><br />

rapportages ontbreken veelal gegevens of wisselligg<strong>in</strong>g ook daadwerkelijk is gegeven.<br />

− Het meten van het aantal patiënten met decubitus v<strong>in</strong>dt slechts <strong>in</strong> 35% van de onderzochte<br />

zorgaanbieders op een gestructureerde wijze plaats. Een uitzonder<strong>in</strong>g hierop zijn<br />

ziekenhuizen en revalidatiecentra waar dit percentage 90% is.<br />

− De managementlaag boven het afdel<strong>in</strong>gshoofd dragen taken met betrekk<strong>in</strong>g tot het<br />

decubitusbeleid vaak geheel over aan afdel<strong>in</strong>gsmanagers en/of de decubitusconsulent of<br />

de -commissie zonder dat er sprake is van een actieve stur<strong>in</strong>g en/of controle of het<br />

decubitusbeleid effectief wordt uitgevoerd.<br />

− Het decubitusprotocol is niet altijd goed bruikbaar. Het geeft bijvoorbeeld geen duidelijke<br />

werk<strong>in</strong>structies. Ook zijn niet alle protocollen aangepast aan de tweede herziene <strong>richtlijn</strong><br />

decubitus van het CBO. Schapenvachten, hielr<strong>in</strong>gen en het weglaten van blokken uit het<br />

matras worden nog steeds op afdel<strong>in</strong>gen gebruikt ter preventie van decubitus terwijl de<br />

<strong>richtlijn</strong> decubitus deze handel<strong>in</strong>gen niet z<strong>in</strong>vol of zelfs soms schadelijk acht.<br />

− B<strong>in</strong>nen sommige afdel<strong>in</strong>gen van ziekenhuizen kan volgens diverse deskundigen het aantal<br />

patiënten met decubitus nog sterk verm<strong>in</strong>derd worden zoals: de spoedeisende hulp, de<br />

operatiekamers en de functieafdel<strong>in</strong>gen. B<strong>in</strong>nen ziekenhuizen ontbreekt over het<br />

algemeen een gericht beleid om hier verander<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aan te brengen.<br />

− Patiënten en/of hun verzorgers worden veelal <strong>onvoldoende</strong> gestructureerd geïnformeerd<br />

over de preventie en behandel<strong>in</strong>g van decubitus.<br />

− Antidecubitusmatrassen zijn niet overal <strong>in</strong> voldoende mate voorhanden. Het komt voor<br />

dat patiënten door het beleid van de zorgaanbieder of van de zorgverzekeraar te lang<br />

moeten wachten op een antidecubitusmatras.


8 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

− Fabrikanten en wederverkopers van antidecubitusmatrassen voldoen volstrekt<br />

<strong>onvoldoende</strong> aan het Besluit medische hulpmiddelen. Dit blijkt ondermeer uit de beperkte<br />

bschikbaarheid van goede gebruiksaanwijz<strong>in</strong>gen, technische documentatie en<br />

procedures.<br />

De <strong>in</strong>spectie zal de komende jaren een actief beleid voeren om de kwaliteitszorg met<br />

betrekk<strong>in</strong>g tot decubituspreventie en -behandel<strong>in</strong>g te verbeteren. Zo zal bij zorgaanbieders<br />

getoetst worden of de kwaliteitszorg verantwoord is en zullen zonodig maatregelen<br />

opgelegd worden wanneer dit niet het geval is.<br />

Daarnaast zal de <strong>in</strong>spectie <strong>in</strong> 2004 met koepelorganisaties van zorgaanbieders, zorgverleners,<br />

patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars afspraken maken over de te meten<br />

prestatie-<strong>in</strong>dicatoren met betrekk<strong>in</strong>g tot decubitus.


9 RAPPORT<br />

1 Inleid<strong>in</strong>g<br />

1.1 Aanleid<strong>in</strong>g<br />

<strong>Decubitus</strong> of doorliggen veroorzaakt veel leed bij patiënten. De wonden zijn pijnlijk, kunnen<br />

<strong>in</strong>fecteren en zelfs tot de dood leiden. <strong>Decubitus</strong> ontstaat door druk-, schuif- of wrijv<strong>in</strong>gskrachten<br />

op de huid en komt over het algemeen voor bij <strong>in</strong>actieve patiënten die veel <strong>in</strong> bed<br />

liggen of op een stoel zitten. Een verhoogd risico is aanwezig bij oudere patiënten daar bij<br />

deze de weerstand van de huid en spieren tegen druk-, schuif- of wrijv<strong>in</strong>gskrachten zijn<br />

verm<strong>in</strong>derd. Oorzaken hiervan zijn het normale verouder<strong>in</strong>gsproces, maar ook de vaak<br />

slechtere voed<strong>in</strong>gstoestand en een verm<strong>in</strong>derde doorbloed<strong>in</strong>g door arteriosclerose (CBO,<br />

2002).<br />

<strong>Decubitus</strong> kost de gezondheidszorg ongeveer een half miljard euro per jaar (CBO, 1999)<br />

omdat patiënten langer <strong>in</strong> het ziekenhuis blijven of thuis <strong>in</strong>tensief behandeld moeten<br />

worden.<br />

<strong>Decubitus</strong> wordt gezien als een belangrijke <strong>in</strong>dicator voor de kwaliteit van de verpleegkundige<br />

zorg (Bours, 2003) en kan door een goede verpleegkundige zorg dikwijls voorkomen<br />

worden.<br />

De afgelopen jaren zijn verschillende <strong>in</strong>itiatieven ontplooid om de preventie en de<br />

behandel<strong>in</strong>g van decubitus te verbeteren zoals:<br />

− Het kwaliteits<strong>in</strong>stituut voor de gezondheidszorg (CBO) heeft <strong>in</strong> 1992 een multidiscipl<strong>in</strong>aire<br />

<strong>richtlijn</strong> decubitus opgesteld die <strong>in</strong> 2002 herzien is. De <strong>richtlijn</strong> heeft tot doel<br />

de kwaliteit van de zorgverlen<strong>in</strong>g te verbeteren, de kl<strong>in</strong>ische besluitvorm<strong>in</strong>g te<br />

ondersteunen, de diversiteit <strong>in</strong> handelen van professionals te verm<strong>in</strong>deren en een beter<br />

<strong>in</strong>zicht te geven <strong>in</strong> dit handelen (CBO, 2002).<br />

− In 1996 is het European Pressure Ulcer Advisory Panel (EPUAP) opgericht met als doel<br />

alle Europese landen te ondersteunen om de preventie en behandel<strong>in</strong>g van decubitus te<br />

verbeteren.<br />

− S<strong>in</strong>ds 1998 verzamelt de Universiteit Maastricht, op <strong>in</strong>itiatief van de landelijke<br />

stuurgroep decubitus, jaarlijks het voorkomen (prevalentie) van decubitus (Bours, 2002).<br />

Daarnaast worden elf kwaliteits<strong>in</strong>dicatoren gescoord die van belang zijn voor een goede<br />

decubituszorg zoals de aanwezigheid van een decubituscommissie, het registreren van<br />

het aantal patiënten met decubitus en het geven van bijschol<strong>in</strong>g. In 2002 namen 153<br />

<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen deel. Een van de conclusies die naar voren kwam was dat het aantal<br />

patiënten met decubitus afneemt bij organisaties die meedoen aan de jaarlijkse met<strong>in</strong>g<br />

(Bours, 2003).<br />

− In 1999 verscheen het rapport ‘<strong>Decubitus</strong>’ van de Gezondheidsraad. In het rapport<br />

wordt gesteld dat er nog <strong>onvoldoende</strong> gebeurt om het aantal patiënten met decubitus te<br />

verm<strong>in</strong>deren. Er worden hiervoor verscheidene redenen aangegeven zoals: een tekort aan<br />

kennis over decubitus bij zorgverleners en het feit dat decubitus te we<strong>in</strong>ig als een groot<br />

probleem wordt gezien. Daarnaast is het volgens de Gezondheidsraad onduidelijk wie<br />

verantwoordelijk is voor de decubituszorg b<strong>in</strong>nen een organisatie; de kwaliteit van zorg<br />

hangt te veel af van de <strong>in</strong>dividuele zorgverlener.<br />

− De Nederlandse Verenig<strong>in</strong>g van Verpleeghuisartsen heeft op basis van de <strong>richtlijn</strong> van<br />

het CBO <strong>in</strong> 2003 de <strong>richtlijn</strong> uitgegeven: ‘Samenwerk<strong>in</strong>g en logistiek rond decubitus.’ De<br />

<strong>richtlijn</strong> is opgesteld <strong>in</strong> samenwerk<strong>in</strong>g met patiëntenorganisaties, zorgverzekeraars en<br />

beroepsorganisaties voor verpleegkundigen en verzorgenden.


10 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

− Per 1 januari 2003 is het decubituscentrum NIGZ opgericht. Het centrum heeft als<br />

belangrijke taak kennis uit de wetenschap en ervar<strong>in</strong>gen uit de <strong>praktijk</strong> te bundelen en<br />

door te geven.<br />

− De afgelopen jaren zijn diverse symposia en congressen georganiseerd over decubitus.<br />

Ook hebben een groot aantal zorgaanbieders decubitusconsulenten <strong>in</strong> dienst die als<br />

belangrijke taak hebben het decubitusbeleid te implementeren en te bewaken. Deze<br />

consulenten hebben ook op landelijk niveau contact met elkaar.<br />

Ondanks deze <strong>in</strong>itiatieven blijkt uit verscheidene onderzoeken dat de zorg voor decubituspreventie<br />

en -behandel<strong>in</strong>g nog niet optimaal is.<br />

Het landelijk prevalentieonderzoek decubitus (stuurgroep decubitus, 2002) laat nog steeds<br />

verontrustende decubitusprevalentiecijfers zien. Afhankelijk van het type zorg<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g heeft<br />

tussen de 15 en 35% van de risicopatiënten decubitus. Onderzoek tussen diverse landen<br />

laten per land uiteenlopende cijfers zien, die door de verschillende meetmethoden en<br />

patiëntenpopulaties moeilijk te vergelijken zijn.<br />

Het geven van wisselligg<strong>in</strong>g en het gebruik van een antidecubitusmatras zijn belangrijke<br />

maatregelen om decubitus te voorkomen. Uit onderzoek van Bours (2003) blijkt dat slechts<br />

één op de drie risicopatiënten wisselligg<strong>in</strong>g krijgt en slechts de helft van de risicopatiënten<br />

op een antidecubitusmatras ligt.<br />

Uit onderzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ, 2002) blijkt onder meer dat<br />

fabrikanten en wederverkopers van medische hulpmiddelen (Zweedse banden) niet voldoen<br />

aan het Besluit medische hulpmiddelen. Zo ontbreken dikwijls duidelijk opgestelde gebruiksaanwijz<strong>in</strong>gen<br />

en doet de fabrikant te we<strong>in</strong>ig met signalen uit het veld om het product te<br />

verbeteren. In hoeverre fabrikanten en wederverkopers van antidecubitusmatrassen voldoen<br />

aan het Besluit medische hulpmiddelen is nog onduidelijk.<br />

Uit het bovenstaande kan geconcludeerd worden dat er b<strong>in</strong>nen de gezondheidszorg<br />

aandacht is voor decubitus, maar dat de kwaliteitszorg met betrekk<strong>in</strong>g tot de preventie en<br />

behandel<strong>in</strong>g van decubitus verbeterd kan worden.<br />

Met kwaliteitszorg wordt een cyclisch complex van activiteiten bedoeld, gericht op het<br />

verbeteren of het handhaven van de kwaliteit van zorg (Hollands e.a., 2000). Het betreft<br />

onder meer activiteiten zoals:<br />

− Het identificeren van mogelijke problemen <strong>in</strong> de kwaliteit van zorg.<br />

− Het def<strong>in</strong>iëren van het gewenste niveau <strong>in</strong> de vorm van <strong>richtlijn</strong>en en standaarden.<br />

− Het beoordelen of de beoogde kwaliteit wordt gerealiseerd.<br />

− De stappen die worden ondernomen om de kwaliteit te verbeteren.<br />

− Het scheppen van voorwaarden om de beoogde kwaliteit en kwaliteitszorg te realiseren.<br />

De Inspectie voor de Gezondheidszorg dient, conform haar taakopdracht op basis van de<br />

Gezondheidswet, toezicht te houden op de volksgezondheid. Het toets<strong>in</strong>gkader voor dit<br />

onderzoek wordt voornamelijk bepaald door de Kwaliteitswet zorg<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen, de Wet op de<br />

beroepen <strong>in</strong> de <strong>in</strong>dividuele gezondheidszorg en het Besluit medische hulpmiddelen.<br />

Om het aantal patiënten met decubitus te verm<strong>in</strong>deren zijn maatregelen nodig van onder<br />

meer zorgaanbieders, beroepsgroepen, patiëntenverenig<strong>in</strong>gen, zorgverzekeraars, fabrikanten<br />

van antidecubitusmatrassen en van de <strong>in</strong>spectie. Dit <strong>in</strong>spectierapport moet voor al deze<br />

partijen handvatten bieden om deze verm<strong>in</strong>der<strong>in</strong>g te realiseren. Er zullen op termijn met<br />

bovenstaande partijen afspraken worden gemaakt met hoeveel procent decubitus<br />

verm<strong>in</strong>derd kan worden.


11 RAPPORT<br />

1.2 Doelstell<strong>in</strong>g <strong>in</strong>spectieonderzoek<br />

Inzicht krijgen <strong>in</strong> de kwaliteitszorg met betrekk<strong>in</strong>g tot decubituspreventie en behandel<strong>in</strong>g,<br />

aanbevel<strong>in</strong>gen formuleren voor verbeter<strong>in</strong>g en waarnodig corrigerend optreden.<br />

1.3 Vraagstell<strong>in</strong>gen<br />

De bovenstaande doelstell<strong>in</strong>g is uitgewerkt <strong>in</strong> de volgende onderzoeksvragen:<br />

1 In hoeverre voldoet de kwaliteitszorg met betrekk<strong>in</strong>g tot decubituspreventie en<br />

behandel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Nederland aan de huidige <strong>in</strong>zichten?<br />

2 Wat zijn de factoren die van <strong>in</strong>vloed zijn op een adequate kwaliteitszorg ten aanzien van<br />

de preventie en behandel<strong>in</strong>g van decubitus?<br />

3 Voldoen fabrikanten en wederverkopers van antidecubitusmatrassen aan het Besluit<br />

medische hulpmiddelen?<br />

4 Welke maatregelen moeten genomen worden om het aantal patiënten met decubitus te<br />

verm<strong>in</strong>deren?<br />

Voor het beantwoorden van de derde onderzoeksvraag werd <strong>in</strong> opdracht van de Inspectie<br />

voor de Gezondheidszorg door het Rijks<strong>in</strong>stituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM &<br />

IGZ, 2003) een onderzoek uitgevoerd. Het onderzoeksrapport hiervan is te v<strong>in</strong>den op de<br />

<strong>in</strong>ternetsite van de <strong>in</strong>spectie (www.igz.nl). In het u voorliggende rapport zijn de belangrijkste<br />

conclusies uit dit rapport opgenomen.


12 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

2 Conclusies<br />

Op basis van het onderzoek kan geconcludeerd worden dat er b<strong>in</strong>nen de gezondheidszorg<br />

op een groot aantal plaatsen aandacht is voor de kwaliteitszorg met betrekk<strong>in</strong>g tot<br />

decubitus. Vele zorgaanbieders hebben een decubitusprotocol opgesteld, er zijn op<br />

meerdere plaatsen gemotiveerde decubitusconsulenten actief en vooral ziekenhuizen meten<br />

gestructureerd het aantal patiënten met decubitus en rapporteren hierover. Positief is ook<br />

dat over het algemeen zorgverleners aangeven voldoende tijd te hebben om op een<br />

professionele wijze decubituszorg te geven die voldoet aan de decubitus<strong>richtlijn</strong> van het<br />

CBO, 2002.<br />

Naast deze positieve bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen kan ook gesteld worden dat de herziene decubitus<strong>richtlijn</strong><br />

van het CBO uit 2002 nog <strong>onvoldoende</strong> wordt nageleefd en dat de kwaliteitszorg met<br />

betrekk<strong>in</strong>g tot decubitus verbeter<strong>in</strong>g behoeft.<br />

In het hiernavolgende wordt deze conclusie verder uitgewerkt.<br />

2.1 We<strong>in</strong>ig controle op nalev<strong>in</strong>g decubitusprotocollen<br />

Er is nog <strong>onvoldoende</strong> controle of de handel<strong>in</strong>gen die beschreven worden <strong>in</strong> het decubitusprotocol,<br />

ook daadwerkelijk worden toegepast. Afdel<strong>in</strong>gsmanagers vertrouwen dikwijls te<br />

veel op hun eigen <strong>in</strong>tuïtie of op subjectieve gegevens om te bepalen of handel<strong>in</strong>gen ook<br />

daadwerkelijk zijn uitgevoerd. In zorgplannen staat dikwijls niet aangegeven welke<br />

preventieve maatregelen genomen moeten worden, <strong>in</strong> rapportages ontbreken veelal<br />

gegevens of wisselligg<strong>in</strong>g ook daadwerkelijk is gegeven.<br />

2.2 Gegevens over aantal patiënten met decubitus niet voorhanden<br />

Het meten van het aantal patiënten met decubitus v<strong>in</strong>dt, met uitzonder<strong>in</strong>g van veel<br />

ziekenhuizen en revalidatiecentra, niet overal op een gestructureerde wijze plaats. Slechts<br />

35% van de bezochte zorgaanbieders doen dit. Waar gegevens bekend zijn worden deze<br />

dikwijls niet teruggekoppeld naar medewerkers op de werkvloer.<br />

Uit de literatuur, maar ook uit bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen van dit onderzoek blijkt dat door het<br />

management, maar ook door hulpverleners zelf, het aantal patiënten met decubitus<br />

stelselmatig wordt onderschat. Daarnaast blijkt uit diverse onderzoeken dat het meten van<br />

het aantal patiënten met decubitus een belangrijke stimulans is om zaken te verbeteren. Zo<br />

worden de effecten van preventieve maatregelen bekend, kunnen afdel<strong>in</strong>gen met elkaar<br />

vergeleken worden en is het voor managers beter mogelijk gericht beleid voeren om het<br />

aantal decubituspatiënten te verm<strong>in</strong>deren.<br />

2.3 Management we<strong>in</strong>ig sturend op decubitusbeleid<br />

De managementlaag boven het afdel<strong>in</strong>gshoofd (vaak cluster- of sectormanagers genoemd)<br />

dragen taken met betrekk<strong>in</strong>g tot het decubitusbeleid vaak geheel over aan<br />

afdel<strong>in</strong>gsmanagers en/of de decubitusconsulent of de –commissie zonder dat er sprake is<br />

van een actieve stur<strong>in</strong>g of controle of het decubitusbeleid effectief wordt uitgevoerd.<br />

2.4 Kwaliteit decubitusprotocollen kan beter<br />

Het decubitusprotocol is niet altijd goed bruikbaar. Het geeft bijvoorbeeld geen duidelijke<br />

werk<strong>in</strong>structies. Ook zijn niet alle protocollen aangepast aan de tweede herziene <strong>richtlijn</strong><br />

decubitus van het CBO, er staan soms handel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> beschreven die volgens deze <strong>richtlijn</strong>


13 RAPPORT<br />

als niet z<strong>in</strong>vol, of zelfs als schadelijk worden omschreven zoals het gebruik van hielr<strong>in</strong>gen en<br />

het weglaten van blokken uit het matras. Daarnaast wordt er <strong>in</strong> protocollen te we<strong>in</strong>ig<br />

aandacht besteed aan <strong>in</strong>structies over de juiste houd<strong>in</strong>g om decubitus te voorkomen.<br />

2.5 Niet z<strong>in</strong>volle handel<strong>in</strong>gen nog steeds uitgevoerd<br />

Schapenvachten, hielr<strong>in</strong>gen en het weglaten van blokken uit het matras worden nog steeds<br />

op afdel<strong>in</strong>gen gebruikt ter preventie van decubitus terwijl de <strong>richtlijn</strong> decubitus deze<br />

handel<strong>in</strong>gen niet z<strong>in</strong>vol of zelfs soms schadelijk acht. Via thuiszorgw<strong>in</strong>kels, al of niet<br />

onderdeel van een thuiszorg<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g, worden dikwijls hielr<strong>in</strong>gen en schapenvachten<br />

verkocht. Personeel van deze w<strong>in</strong>kels geven niet altijd goede voorlicht<strong>in</strong>g aan patiënten hoe<br />

deze materialen te gebruiken en dat ze decubitus kunnen veroorzaken.<br />

2.6 <strong>Decubitus</strong>preventie niet overal prioriteit<br />

B<strong>in</strong>nen sommige afdel<strong>in</strong>gen van ziekenhuizen kan volgens diverse deskundigen het aantal<br />

patiënten met decubitus nog sterk verm<strong>in</strong>derd worden zoals: de spoedeisende hulp, de<br />

operatiekamers en de functieafdel<strong>in</strong>gen. Dit is ook al geconstateerd door de stuurgroep<br />

decubitus (CBO, 2002). B<strong>in</strong>nen ziekenhuizen ontbreekt over het algemeen een gericht beleid<br />

om hier verander<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aan te brengen.<br />

<strong>Decubitus</strong>preventie heeft niet b<strong>in</strong>nen alle sectoren <strong>in</strong> de gezondheidszorg een even grote<br />

prioriteit. In bijvoorbeeld de verstandelijke, de lichamelijke gehandicaptenzorg en de<br />

psychiatrie wordt we<strong>in</strong>ig gedaan op het gebied van kwaliteitszorg met betrekk<strong>in</strong>g tot<br />

decubitus. Zo wordt zelden het aantal patiënten met decubitus op <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsniveau<br />

gemeten, wordt er we<strong>in</strong>ig met een protocol gewerkt en zijn er nauwelijks decubitusconsulenten<br />

of een werkgroep decubitus actief. B<strong>in</strong>nen de verstandelijke en lichamelijke<br />

gehandicaptenzorg komt decubitus volgens de ondervraagde zorgverleners we<strong>in</strong>ig voor<br />

vooral omdat patiënten <strong>in</strong> deze sectoren veelal gericht worden geactiveerd. Een gerichte<br />

met<strong>in</strong>g ontbreekt echter vaak <strong>in</strong> deze sectoren. Daarnaast v<strong>in</strong>dt schol<strong>in</strong>g en bijschol<strong>in</strong>g<br />

omtrent decubitus soms <strong>onvoldoende</strong> plaats.<br />

2.7 Gerichte voorlicht<strong>in</strong>g aan patiënten kan beter<br />

Patiënten en/of hun verzorgers worden veelal <strong>onvoldoende</strong> gestructureerd geïnformeerd<br />

over de preventie en behandel<strong>in</strong>g van decubitus. Zo doen zij wellicht te we<strong>in</strong>ig om<br />

doorliggen te voorkomen. Ook is het voor de patiënt onduidelijk dat door een adequate<br />

preventie, decubitus dikwijls voorkomen kan worden. Patiënten met een risico op decubitus<br />

of hun vertegenwoordigers missen de kennis op basis waarvan zij de zorgverlener kunnen<br />

aan spreken wanneer preventieve handel<strong>in</strong>gen achterwege blijven.<br />

2.8 Antidecubitusmatrassen niet altijd <strong>in</strong> voldoende mate aanwezig<br />

Antidecubitusmatrassen zijn niet overal <strong>in</strong> voldoende mate voorhanden. Het komt voor dat<br />

patiënten door het beleid van de zorgaanbieder of van de zorgverzekeraar te lang moeten<br />

wachten op een antidecubitusmatras.<br />

2.9 Fabrikanten en wederverkopers van antidecubitusmatrassen voldoen niet aan<br />

wettelijke eisen<br />

Een meerderheid van fabrikanten en wederverkopers voldoen volstrekt <strong>onvoldoende</strong> aan het<br />

Besluit medische hulpmiddelen. De kwaliteit en veiligheid van de geleverde producten is niet<br />

structureel geborgd. Dit blijkt ondermeer uit de beperkte beschikbaarheid van goede


14 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

gebruiksaanwijz<strong>in</strong>gen, technische documentatie en procedures (post market surveillance en<br />

vigilantieprocedures). De kans is aanwezig dat het product verkeerd wordt toegepast. Dit<br />

kan mogelijk als gevolg hebben dat het drukreducerende vermogen van het matras wordt<br />

verm<strong>in</strong>derd of dat de kans op verspreid<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>fecties wordt verhoogd. Daarnaast is het<br />

mogelijk dat wanneer het antidecubitusmatras bovenop een ander matras wordt geplaatst,<br />

door de hoogte, de patiënt over het bedhek valt.


15 RAPPORT<br />

3 Maatregelen om decubitus te verm<strong>in</strong>deren<br />

In dit hoofdstuk wordt <strong>in</strong>gegaan op de te nemen maatregelen om het aantal patiënten met<br />

decubitus te verm<strong>in</strong>deren. De maatregelen zijn uitgesplitst naar die partijen die volgens de<br />

<strong>in</strong>spectie het <strong>in</strong>itiatief dienen te nemen met betrekk<strong>in</strong>g tot de betreffende maatregel. Dat wil<br />

niet zeggen dat andere partijen hier geen verantwoordelijkheid hebben. Ook worden <strong>in</strong> dit<br />

hoofdstuk de vervolgacties van de <strong>in</strong>spectie genoemd.<br />

3.1 Maatregelen voor management zorgaanbieders<br />

Zorgaanbieders die zorg bieden aan patiënten met een verhoogd risico op decubitus dienen<br />

op gestructureerde wijze te meten of patiënten decubitus hebben. Deze gegevens dienen<br />

zowel op patiënt- als <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsniveau verzameld te worden.<br />

Zorgaanbieders dienen een decubitusprotocol te hebben dat voldoet aan de <strong>richtlijn</strong> van het<br />

CBO 2002.<br />

Zorgaanbieders dienen op gestructureerde wijze te controleren of medewerkers volgens het<br />

decubitusprotocol werken.<br />

Zorgaanbieders moeten voldoende antidecubitusmatrassen voorhanden hebben. Er dienen<br />

afspraken gemaakt te worden b<strong>in</strong>nen hoeveel uur een risicopatiënt een dergelijk matras<br />

moet hebben.<br />

Zorgaanbieders dienen een protocol te hebben voor het gebruik van antidecubitusmatrassen<br />

gebaseerd op de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g. Het protocol en de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g dienen beschikbaar<br />

te zijn op de werkvloer. In het protocol dient opgenomen te zijn dat <strong>in</strong>cidenten met het<br />

product gemeld dienen te worden bij de fabrikant.<br />

3.2 Maatregelen voor beroepsbeoefenaren<br />

Beroepsbeoefenaren zoals verpleegkundigen, verzorgenden, artsen en paramedici die<br />

werken met patiënten met een risico op decubitus dienen b<strong>in</strong>nen hun <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g een actieve<br />

bijdrage te leveren aan de totstandkom<strong>in</strong>g van een decubitusprotocol dat voldoet aan de<br />

<strong>richtlijn</strong> van het CBO 2002. Zij dienen zich op de hoogte te stellen van de <strong>in</strong>houd en er naar<br />

te handelen. Daarnaast dienen zij hun vakliteratuur bij te houden met betrekk<strong>in</strong>g tot de<br />

preventie en behandel<strong>in</strong>g van decubitus.<br />

Verpleegkundigen en verzorgenden dienen <strong>in</strong> het zorg- of verpleegplan van de patiënt te<br />

beschrijven welke maatregelen moeten worden ondernomen ter preventie en behandel<strong>in</strong>g<br />

van decubitus en dienen verantwoord<strong>in</strong>g af te leggen dat deze maatregelen ook uitgevoerd<br />

zijn.<br />

3.3 Maatregelen voor patiëntenverenig<strong>in</strong>gen<br />

Patiëntenverenig<strong>in</strong>gen dienen hun leden op de hoogte te stellen dat bij een verhoogd risico<br />

op decubitus, preventieve maatregelen geboden zijn. Wanneer bij een risicopatiënt geen<br />

preventieve maatregelen zijn genomen, dan kan deze patiënt de zorgaanbieder en/of de<br />

professional hierop aanspreken en eventueel een klacht <strong>in</strong>dienen.


16 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

3.4 Maatregelen voor fabrikanten en wederverkopers<br />

Bedrijven van antidecubitusmatrassen dienen voor zichzelf vast te stellen of ze fabrikant zijn<br />

of wederverkoper. Als die status helder is dienen ze ernaar te handelen.<br />

Fabrikanten dienen de kwaliteitscirkel te verbeteren. Hiervoor dienen onder meer de<br />

volgende maatregelen te worden genomen:<br />

− De gebruiksbestemm<strong>in</strong>g dient helder geformuleerd te worden. Dit betekent dat de<br />

risico’s zoals verspreid<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>fecties of het gebruik van het antidecubitusmatras <strong>in</strong><br />

comb<strong>in</strong>atie met een gewoon matras beschreven staan <strong>in</strong> de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g.<br />

− De risicoanalyse dient deugdelijk te worden uitgevoerd. De consequenties van deze<br />

analyse dienen terug te v<strong>in</strong>den te zijn <strong>in</strong> het ontwerp van het product, het etiket en de<br />

gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g.<br />

− De fabrikant volgt actief de prestaties van het product. Er dient gericht beleid gevoerd te<br />

worden op het achterhalen van mogelijke <strong>in</strong>cidenten en bijna-<strong>in</strong>cidenten.<br />

− De resultaten van ervar<strong>in</strong>gen uit de markt dienen structureel gebruikt te worden om<br />

aanpass<strong>in</strong>gen te maken aan de gebruiksbestemm<strong>in</strong>g, de risicoanalyse en het ontwerp.<br />

3.5 Vervolgacties door de <strong>in</strong>spectie<br />

De <strong>in</strong>spectie zal <strong>in</strong> 2004 met alle betrokken partijen de resultaten van dit onderzoek<br />

bespreken en afspraken maken over de bovengenoemde maatregelen. Aan deze maatregelen<br />

zal een tijdslimiet gebonden zijn.<br />

In 2003 heeft de <strong>in</strong>spectie met de Nederlandse Verenig<strong>in</strong>g van Ziekenhuizen, de Verenig<strong>in</strong>g<br />

van Academische Ziekenhuizen en de orde van medisch specialisten afspraken gemaakt<br />

over de jaarlijks te meten prestatie<strong>in</strong>dicatoren ten aanzien van patiënten met decubitus. In<br />

2004 zal de <strong>in</strong>spectie ook met andere koepelorganisaties van zorgaanbieders, beroepsbeoefenaren,<br />

patiëntenorganisaties en zorgverzekaars afspraken maken over de te meten<br />

prestatie-<strong>in</strong>dicatoren met betrekk<strong>in</strong>g tot decubitus. De prestatie-<strong>in</strong>dicatoren dienen jaarlijks<br />

door zorgaanbieders aan de <strong>in</strong>spectie overlegd te worden. Daarnaast zullen afspraken<br />

gemaakt worden over maatregelen die tot doel hebben het aantal patiënten met decubitus<br />

te verm<strong>in</strong>deren.<br />

De <strong>in</strong>spectie zal <strong>in</strong> 2004, 2005 en 2006 bij een groot aantal zorgaanbieders toetsen <strong>in</strong><br />

hoeverre de kwaliteitszorg met betrekk<strong>in</strong>g tot decubitus voldoet en zal maatregelen<br />

opleggen wanneer dit niet het geval is.<br />

De <strong>in</strong>spectie zal beroepsbeoefenaren zoals artsen, verpleegkundigen, verzorgenden en<br />

paramedici aanspreken op hun professionele verantwoordelijkheid <strong>in</strong>zake decubituspreventie<br />

en -behandel<strong>in</strong>g.


17 RAPPORT<br />

4 Methode van onderzoek<br />

4.1 Werkwijze<br />

In totaal zijn door de Inspectie voor de Gezondheidszorg 94 bezoeken gebracht. De<br />

volgende type locaties werden bezocht: ziekenhuizen (20), revalidatiecentra (5), verpleeghuizen<br />

(15), thuiszorg<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen (10), verzorg<strong>in</strong>gshuizen (10), verstandelijke (9) en<br />

lichamelijke gehandicaptenzorg (10) en <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen voor psychiatrie (5).<br />

B<strong>in</strong>nen de ziekenhuizen is of de afdel<strong>in</strong>g neurologie of <strong>in</strong>terne geneeskunde onderzocht.<br />

B<strong>in</strong>nen verstandelijke gehandicaptenzorg betrof het afdel<strong>in</strong>gen voor meervoudig<br />

verstandelijk gehandicapten en <strong>in</strong> de psychiatrie afdel<strong>in</strong>gen voor ouderen. Bij de andere<br />

locaties is niet voor een bepaald type afdel<strong>in</strong>g gekozen.<br />

Tijdens het <strong>in</strong>spectiebezoek is aan de hand van een <strong>in</strong>terviewschema gesproken met de<br />

volgende personen:<br />

− De e<strong>in</strong>dverantwoordelijke manager van de zorgaanbieder.<br />

− Indien aanwezig een aandachtsfunctionaris decubitus of een lid van de decubituscommissie.<br />

− Het afdel<strong>in</strong>gshoofd en de arts van een afdel<strong>in</strong>g waar zich patiënten bev<strong>in</strong>den met een<br />

risico op decubitus.<br />

− M<strong>in</strong>imaal twee zorgverleners van een afdel<strong>in</strong>g waar zich patiënten bev<strong>in</strong>den met een<br />

risico op decubitus.<br />

In totaal zijn er 223 gespreksrondes geweest en is er met ongeveer 450 personen<br />

gesproken. Van deze personen werkten er ongeveer 350 <strong>in</strong> de directe zorgverlen<strong>in</strong>g. De<br />

overigen waren manager, afdel<strong>in</strong>gshoofd of behandelaar.<br />

Tenslotte zijn het beleidsplan decubitus, het decubituspreventieprotocol en/of het decubitusbehandelprotocol<br />

geanalyseerd aan de hand van de decubitus<strong>richtlijn</strong> van het Kwaliteits<strong>in</strong>stituut<br />

voor de Gezondheidszorg (CBO, 2002).<br />

Aan alle bezochte zorgaanbieders werden schriftelijk de bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen medegedeeld. Zonodig<br />

werden maatregelen genoemd die uitgevoerd moesten worden om de kwaliteitszorg te<br />

verbeteren.<br />

Gelijk met het onderzoek <strong>in</strong> de <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen zijn bij 20 fabrikanten en wederverkopers van<br />

veel <strong>in</strong> Nederland verkochte antidecubitusmatrassen 59 dossiers opgevraagd. Na het<br />

opvragen van aanvullende <strong>in</strong>formatie konden uite<strong>in</strong>delijk slechts 36 dossiers geanalyseerd<br />

worden van tien fabrikanten en vijf wederverkopers. De overige 23 dossiers (36%) konden<br />

door gebrek aan voldoende of geen <strong>in</strong>formatie niet geanalyseerd worden.<br />

Per product werd de technische documentatie, de vigilantieprocedures en het aantal<br />

meld<strong>in</strong>gen van <strong>in</strong>cidenten en bijna-<strong>in</strong>cidenten opgevraagd.<br />

De technische documentatie diende te bevatten: de beschrijv<strong>in</strong>g van het medisch hulpmiddel,<br />

de gebruiksbestemm<strong>in</strong>g, de complete risicoanalyse (onderkende risico’s en getroffen<br />

maatregelen) de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g en het etiket.<br />

Vigilantieprocedures omvatten alle werkwijzen die de fabrikant hanteert om op grond van<br />

ervar<strong>in</strong>gen opgedaan met het afgeleverde product om de kwaliteit van de medische hulpmiddelen<br />

te bewaken en te verbeteren (kwaliteitscirkel). Deze procedures omvatten onder<br />

andere: een systematische procedure om opgedane ervar<strong>in</strong>g te onderzoeken, een klachtenprocedure,<br />

een procedure voor <strong>in</strong>cidenten en een recallprocedure (een procedure voor het<br />

terughalen van het medisch hulpmiddel). Deze procedures zijn alleen verplicht voor de<br />

fabrikanten <strong>in</strong> de z<strong>in</strong> der wet, maar het is mogelijk dat wederverkopers daar<strong>in</strong> een duidelijke<br />

rol krijgen toegewezen. Aan de wederverkopers werd daarom gevraagd aan te geven welke<br />

rol zij <strong>in</strong> de vigilantieprocedures hebben.


18 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

4.2 Vragenlijsten<br />

Voor het onderzoek bij de zorgaanbieders werden drie vragenlijsten ontwikkeld: een<br />

vragenlijst die <strong>in</strong>gevuld moest worden door zorgverleners die direct werken met risicopatiënten,<br />

een <strong>in</strong>terviewschema (semi-gestructureerde vragenlijst) die tijdens het gesprek<br />

door de <strong>in</strong>specteur werd <strong>in</strong>gevuld en één checklist voor het decubitusprotocol en het<br />

beleidsplan.<br />

Voor het onderzoek bij de fabrikanten en wederverkopers van antidecubitusmatrassen werd<br />

een checklist ontwikkeld om het toegestuurde dossier te beoordelen.<br />

4.2.1 Vragenlijst zorgverleners die direct werken met risicopatiënten<br />

De vragenlijst ‘zorgverleners die direct werken met risicopatiënten’ bestond uit twee delen.<br />

In het eerste deel werd gevraagd of een bepaalde handel<strong>in</strong>g of middel op een afdel<strong>in</strong>g werd<br />

toegepast ter preventie of behandel<strong>in</strong>g van decubitus. In totaal werden 26 handel<strong>in</strong>gen<br />

beschreven. De handel<strong>in</strong>gen kunnen <strong>in</strong> de CBO <strong>richtlijn</strong> 2002 als z<strong>in</strong>vol of als niet z<strong>in</strong>vol<br />

omschreven zijn. Voorbeelden van handel<strong>in</strong>gen/middelen waren: schapenvacht, <strong>in</strong>pakken<br />

hielen met vette watten en zwachtels, ijzen en föhnen en low air loss systeem (matras waar<br />

cont<strong>in</strong>ue lucht door wordt geblazen).<br />

Het tweede deel bevatte 26 factoren die <strong>in</strong> meer of m<strong>in</strong>dere mate van <strong>in</strong>vloed konden zijn<br />

op de preventie en de behandel<strong>in</strong>g van decubitus. De factoren zijn genoemd <strong>in</strong> de literatuur<br />

of zijn naar voren gekomen tijdens <strong>in</strong>spectieonderzoeken. De zorgverlener moest <strong>in</strong>vullen <strong>in</strong><br />

hoeverre ze het eens of oneens waren met de betreffende stell<strong>in</strong>g. Voorbeelden van<br />

stell<strong>in</strong>gen zijn: ”Het aantal gevallen van decubitus op mijn afdel<strong>in</strong>g wordt onderschat.”<br />

“Artsen op mijn afdel<strong>in</strong>g hebben aandacht voor decubituspreventie en behandel<strong>in</strong>g.” “Er is<br />

op de afdel<strong>in</strong>g een gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g aanwezig hoe een anti-decubitus matras te<br />

gebruiken.” “Er is op mijn afdel<strong>in</strong>g voldoende personeel aanwezig om decubituspreventie<br />

goed uit te voeren.”<br />

4.2.2 Interviewschema bezoek <strong>in</strong>specteur<br />

Het <strong>in</strong>terviewschema werd gebruikt tijdens de verschillende gesprekken die de <strong>in</strong>specteur<br />

had. Bij alle gesprekken werd hetzelfde schema gebruikt zodat antwoorden met elkaar<br />

vergeleken konden worden. Het schema bestond uit 33 open en gesloten vragen. De vragen<br />

hadden betrekk<strong>in</strong>g op het decubitusbeleid b<strong>in</strong>nen de <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g, over knelpunten <strong>in</strong> de<br />

decubituszorg en over oploss<strong>in</strong>gen om de decubituszorg te verbeteren. Voorbeelden van<br />

vragen zijn: “Is er b<strong>in</strong>nen uw <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g sprake van een prevalentie of <strong>in</strong>cidentieonderzoek<br />

naar decubitus”? Van welke methode werd gebruik gemaakt en wat is er met de uitkomst<br />

gedaan”? Ook werd er gevraagd naar de aanwezigheid van een decubituscommissie en naar<br />

het functioneren er van.<br />

4.2.3 Checklist beleidsplan decubitus en decubitusprotocol<br />

De checklist beleidsplan decubitus en decubitusprotocol bevatte 25 gesloten vragen. Met<br />

behulp van deze checklist werd door de <strong>in</strong>specteur nagegaan <strong>in</strong> hoeverre het protocol<br />

voldoet aan de <strong>richtlijn</strong> van het CBO, tweede herzien<strong>in</strong>g uit 2002. Daarnaast werden een<br />

aantal kwaliteitscriteria gevraagd zoals staat op het protocol vermeld wanneer deze is<br />

vastgesteld, wie de protocolhouder is en wanneer de evaluatie dient plaats te v<strong>in</strong>den?


19 RAPPORT<br />

4.2.4 Checklist technisch dossier fabrikanten wederverkopers van<br />

antidecubitusmatrassen<br />

De checklist technisch dossier bevatte vragen om te bepalen of werd voldaan aan het<br />

Besluit medische hulpmiddelen en aan de Europese <strong>richtlijn</strong> betreffende medische hulpmiddelen.<br />

In dit besluit, dat s<strong>in</strong>ds 1998 <strong>in</strong> Nederland van kracht is, worden nadere regels<br />

gesteld aan onder meer fabrikanten van medische hulpmiddelen, aan wederverkopers van<br />

medische hulpmiddelen (groothandels, leveranciers, etc.) en aan gebruikers van medische<br />

hulpmiddelen (Europese Unie, 1993). Het Besluit medische hulpmiddelen geeft de fabrikant<br />

expliciet de verantwoordelijkheid voor het ontwerp, de vervaardig<strong>in</strong>g, de verpakk<strong>in</strong>g, de<br />

gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g en de etiketter<strong>in</strong>g van het medisch hulpmiddel, alsmede het opstellen en<br />

volgen van enkele procedures. Deze procedures zijn:<br />

− Het opstellen van een verklar<strong>in</strong>g van overeenstemm<strong>in</strong>g.<br />

− Het bijhouden van technische documentatie.<br />

− Het opstellen en volgen van de opgedane ervar<strong>in</strong>gen met het hulpmiddel.<br />

− Het afhandelen van <strong>in</strong>cidenten met het medisch hulpmiddel en het terughalen, wijzigen<br />

of vervangen van het medisch hulpmiddel naar aanleid<strong>in</strong>g van deze <strong>in</strong>cidenten .<br />

Al deze taken kan een fabrikant uitbesteden. Hij blijft echter verantwoordelijk voor het juist<br />

uitvoeren van deze processen. Uit de technische documentatie zijn de volgende onderdelen<br />

beoordeeld:<br />

− Beschrijv<strong>in</strong>g van het medisch hulpmiddel. Hier laat de fabrikant zien om welk product het<br />

gaat. Aan de hand van deze beschrijv<strong>in</strong>g is het medisch hulpmiddel te identificeren.<br />

− Gebruiksbestemm<strong>in</strong>g. De fabrikant dient aan te geven waarvoor het medisch hulpmiddel<br />

bedoeld is. Hier moet gedacht worden aan zaken als beschrijv<strong>in</strong>g van de patiënt,<br />

<strong>in</strong>dicaties en contra-<strong>in</strong>dicaties, criteria om te stoppen met gebruik en comb<strong>in</strong>aties met<br />

andere medische hulpmiddelen. Vaak is de gebruiksbestemm<strong>in</strong>g beschreven <strong>in</strong> de<br />

gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g van een medisch hulpmiddel.<br />

− Complete risicoanalyse. De fabrikant laat zien dat hij overdacht heeft welke risico's bij<br />

het dagelijkse gebruik te verwachten zijn en welke maatregelen hij getroffen heeft om de<br />

risico's te beperken.<br />

− Gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g en etiket. Deze dienen de door het Besluit beschreven gegevens te<br />

bevatten en <strong>in</strong> het Nederlands te zijn opgesteld. De wederverkoper dient een medisch<br />

hulpmiddel te voorzien van het juiste etiket en met de Nederlandstalige gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g<br />

af te leveren.<br />

Wederverkopers mogen medische hulpmiddelen alleen afleveren wanneer deze aan de<br />

essentiële eisen voldoen. Dit betekent onder meer dat een wederverkoper een product dient<br />

af te leveren met een Nederlandstalige gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g.<br />

Gebruikers van medische hulpmiddelen mogen deze niet toepassen als niet voldaan wordt<br />

aan de wettelijke eisen. Dit betekent onder meer dat bij een antidecubitusmatras een<br />

Nederlandstalige gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g beschikbaar moet zijn.


20 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

5 Resultaten<br />

In dit hoofdstuk worden de belangrijkste resultaten van het onderzoek beschreven. In de<br />

eerste paragraaf betreft het de bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen van het onderzoek verricht bij de zorgaanbieders.<br />

De tweede paragraaf geeft de belangrijkste bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen weer uit het onderzoek<br />

bij fabrikanten en wederverkopers van antidecubitusmatrassen.<br />

5.1 Bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen onderzoek bij zorgaanbieders<br />

5.1.1 Inhoud beleidsplan decubitus en decubitusprotocol<br />

Zorgaanbieders hebben <strong>in</strong> 30% van de gevallen een beleidsplan decubitus, terwijl 75% een<br />

decubitusprotocol heeft. Bij nader onderzoek naar de <strong>in</strong>houd van het decubitusprotocol<br />

kwam het volgende naar voren:<br />

In 34% van de protocollen ontbreekt de datum van vaststell<strong>in</strong>g, <strong>in</strong> 48% staat niet<br />

omschreven wie de verantwoordelijke protocolhouder is en <strong>in</strong> 73% staat niet vermeld<br />

wanneer het protocol weer geëvalueerd dient te worden.<br />

In 91% wordt de gradatie <strong>in</strong> vier stadia van decubitus beschreven en <strong>in</strong> 60% de classificatie<br />

<strong>in</strong> drie kleuren van de Woundcare Consultant Society.<br />

Roodheid die niet wegdrukbaar is (zogenaamde ‘niet-wegdrukbare roodheid’, graad 1 van<br />

decubitus) wordt <strong>in</strong> 35% van de protocollen niet omschreven. In 40% staat niet aangegeven<br />

welke houd<strong>in</strong>g <strong>in</strong> bed of stoel het beste is om decubitus te voorkomen en <strong>in</strong> 32%<br />

ontbreekt de frequentie hoe vaak wisselhoud<strong>in</strong>g moet worden gegeven.<br />

De decubitus<strong>richtlijn</strong> van het CBO 2002 geeft een aantal handel<strong>in</strong>gen aan die niet z<strong>in</strong>vol zijn<br />

voor de preventie van decubitus. Sommige handel<strong>in</strong>gen staan toch <strong>in</strong> het protocol genoemd.<br />

Zo worden een schapenvacht en het weglaten van delen van het matras <strong>in</strong> 14% van de<br />

protocollen genoemd als z<strong>in</strong>volle handel<strong>in</strong>gen.<br />

In 45% van de protocollen staat niet dat de patiënt en of de mantelzorgers gestructureerd<br />

geïnformeerd dienen te worden over decubituspreventie en behandel<strong>in</strong>g.<br />

In alle decubitusprotocollen worden preventieve handel<strong>in</strong>gen omschreven. De behandel<strong>in</strong>g<br />

van decubitus (vanaf graad 2) wordt dikwijls omschreven <strong>in</strong> een apart wondprotocol.<br />

5.1.2 Het meten van het aantal patiënten met decubitus<br />

Van de ondervraagden v<strong>in</strong>dt 84% dat decubitus op de afdel<strong>in</strong>g niet wordt onderschat.<br />

Echter uit onderzoek (Bours, 2003) blijkt dat het aantal decubituspatiënten wordt onderschat<br />

wanneer er concreet, met een meet<strong>in</strong>strument, gemeten wordt. Vooral ‘niet-wegdrukbare<br />

roodheid’ wordt dikwijls niet opgemerkt.<br />

In 35% van de onderzochte <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen wordt een prevalentiemet<strong>in</strong>g gedaan. Bij een<br />

prevalentiemet<strong>in</strong>g worden op <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsniveau het aantal decubituspatiënten op een bepaald<br />

tijdstip gemeten. Dit gebeurt <strong>in</strong> het bijzonder <strong>in</strong> ziekenhuizen (95%) en revalidatiecentra<br />

(75% ) en <strong>in</strong> m<strong>in</strong>dere mate <strong>in</strong> verpleeghuizen (42%) en de thuiszorg (27%). In verzorg<strong>in</strong>gshuizen,<br />

de verstandelijk gehandicaptenzorg de lichamelijke gehandicaptenzorg en de<br />

psychiatrie wordt dit maar door enkele zorgaanbieders gedaan.<br />

B<strong>in</strong>nen de lichamelijke en verstandelijk gehandicaptensector wordt aangegeven dat<br />

decubitus we<strong>in</strong>ig voorkomt, hoewel het aantal patiënten met decubitus niet op gestructureerde<br />

wijze wordt bepaald. Volgens de ondervraagden komt dit omdat patiënten op diverse<br />

wijzen geactiveerd worden. Zo is het <strong>in</strong> de verstandelijk gehandicaptensector gebruikelijk<br />

om met patiënten (bewoners) met een meervoudige complexe handicap uit bed of de


21 RAPPORT<br />

(rol)stoel te halen om bijvoorbeeld te snoezelen. Ook wordt er regelmatig gebruik gemaakt<br />

van een zogenaamde staplank welke de patiënt ondersteunt <strong>in</strong> het goed rechtop staan.<br />

Daarnaast zijn er volgens de ondervraagden veelal op maat gemaakte rolstoelen aanwezig<br />

die als het nodig is <strong>in</strong> verschillende standen kunnen worden gezet. De patiënt kan op deze<br />

manier niet of nauwelijks onderuit zakken en is het gemakkelijk van druk te wisselen.<br />

Van de zorgaanbieders die prevalentiemet<strong>in</strong>gen verrichten, doen 58% dit via het landelijke<br />

prevalentieonderzoek decubitus uitgevoerd door de Universiteit van Maastricht, 4% via<br />

Hilrom en 29% met een andere methode. Slechts 5% van de onderzochte zorgaanbieders<br />

verrichten een <strong>in</strong>cidentieonderzoek. Bij een <strong>in</strong>cidentieonderzoek wordt cont<strong>in</strong>ue op<br />

<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsniveau gegevens verzameld met betrekk<strong>in</strong>g tot decubitus.<br />

Opvallend is dat van de ondervraagde verpleegkundigen/verzorgenden 42% aangeeft dat ze<br />

niet op de hoogte zijn van de score van de laatste met<strong>in</strong>g of weten wat er met de score is<br />

gedaan b<strong>in</strong>nen de organisatie.<br />

Bij het bepalen of een patiënt een verhoogd risico heeft op decubitus, wordt <strong>in</strong> 43% gebruik<br />

gemaakt van een scor<strong>in</strong>gslijst. Dikwijls wordt aangegeven dat deze niet gebruikt worden<br />

omdat de validiteit en betrouwbaarheid van scor<strong>in</strong>gslijsten ter discussie staan (CBO, 2002).<br />

Verschillende partijen geven aan dat decubitus vooral <strong>in</strong> het ziekenhuis ontstaat. Ziekenhuizen<br />

geven dikwijls aan dat zij patiënten met een slechte conditie vanuit de thuissituatie<br />

krijgen, waarvan sommigen ook thuis al decubitus hadden.<br />

5.1.3 <strong>Decubitus</strong>commissie en aandachtsfunctionaris decubitus<br />

In bijna de helft van de onderzochte <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen is een decubituscommissie aanwezig en <strong>in</strong><br />

43% een aandachtsfunctionaris decubitus. Discipl<strong>in</strong>es die hier zitt<strong>in</strong>g <strong>in</strong> hebben zijn:<br />

verpleegkundigen (92%), artsen (65%), fysiotherapeut (39%), ergotherapeut (19%) en een<br />

diëtist (8%).<br />

In de onderzochte ziekenhuizen hadden 90% een werkgroep decubitus en <strong>in</strong> 84% van de<br />

gevallen een aandachtsfunctionaris decubitus. In de lichamelijk en verstandelijk<br />

gehandicaptensector komen zowel een werkgroep decubitus als een aandachtsfunctionaris<br />

decubitus bijna niet voor. In de andere sectoren varieerde dit tussen de 20 en 40%. Over<br />

het algemeen waren de ondervraagden tevreden over het functioneren van de commissie<br />

en/of de aandachtsfunctionaris. Wel was de we<strong>in</strong>ige tijd die de leden van de decubituscommissie<br />

konden besteden aan commissiewerkzaamheden soms een probleem.<br />

In een afstudeeronderzoek dat <strong>in</strong> het kader van dit <strong>in</strong>spectieonderzoek werd uitgevoerd (van<br />

Helden, 2004) werd gevonden dat een decubituscommissie en/of een decubitusconsulent<br />

door het management een belangrijke rol toebedeeld krijgt bij het gehele decubitusbeleid.<br />

Het management heeft <strong>in</strong> deze dikwijls een beperkte rol, terwijl het zelf aangeeft een meer<br />

stimulerende of controlerende rol te willen hebben. Ook tijdens de gesprekken tussen deze<br />

managers en de <strong>in</strong>specteurs kwam dit naar voren.<br />

5.1.4 Preventieve maatregelen<br />

Van de ondervraagden geeft 80% aan dat b<strong>in</strong>nen hun team voldoende personeel is om de<br />

preventieve handel<strong>in</strong>gen op een adequate, professionele manier uit te voeren.<br />

In het zorgplan wordt volgens 89% van de ondervraagden geen aandacht besteed aan<br />

decubitus. Tijdens de gesprekken met de <strong>in</strong>specteurs werd dit beeld bevestigd.<br />

Van de ondervraagden zegt 86% dat er wisselligg<strong>in</strong>g wordt gegeven aan een patiënt met<br />

een risico op decubitus. In 93% wordt deze wisselligg<strong>in</strong>g door één zorgverlener gegeven,<br />

terwijl de kans op schuifkrachten bij de patiënt, en rugklachten bij de zorgverleners hierdoor<br />

worden vergroot. Daarnaast geeft 65% aan dat de houd<strong>in</strong>g van de patiënt wordt<br />

omschreven <strong>in</strong> het decubitusprotocol of het zorgdossier. De frequentie van deze wissel-


22 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

houd<strong>in</strong>g wordt volgens 86% aangegeven <strong>in</strong> het protocol of het zorgplan. Daarnaast worden<br />

verschillende handel<strong>in</strong>gen verricht om de huid te beschermen zoals: z<strong>in</strong>koxidezalf (89%),<br />

barrièrespray (59%), folieverband (57%) en eusolparaff<strong>in</strong>e (41%).<br />

Van de ondervraagden v<strong>in</strong>dt 51% dat er geen sprake is van een gestructureerde voorlicht<strong>in</strong>g<br />

van patiënten waarbij bijvoorbeeld gebruik wordt gemaakt van een <strong>in</strong>formatiefolder.<br />

Van de ondervraagden zegt 88% dat de wisselhoud<strong>in</strong>g wordt gecomb<strong>in</strong>eerd met een drukreducerend<br />

matras en 89% geeft aan dat de patiënt aangepaste voed<strong>in</strong>g krijgt. Uit onderzoek<br />

(Bours, 2003) blijkt dat slechts eenderde van de risicopatiënten ook daadwerkelijk<br />

aangepaste voed<strong>in</strong>g krijgen.<br />

B<strong>in</strong>nen de gezondheidszorg worden verschillende typen van antidecubitusmatrassen<br />

gebruikt. Tussen haakjes staat hoeveel procent van de ondervraagden aangaf deze typen te<br />

gebruiken:<br />

− Drukreducerende matrassen die bovenop gebruikelijke ziekenhuismatrassen kunnen<br />

worden gelegd (28%).<br />

− Matrassen bestaande uit een enkele of verschillende lagen polyetherfoam (50%).<br />

− Low-air-loss bedden die bestaan uit verschillende compartimenten waardoor cont<strong>in</strong>ue<br />

lucht wordt geblazen (70%).<br />

− Bij een alternerend systeem is een matras opgebouwd uit verschillende compartimenten<br />

die afwisselend worden opgeblazen of leeggedrukt (69%).<br />

− Het air-fluidised of zandbed bestaat uit een kuip die gevuld is met gesiliconeerde korrels<br />

die door een luchtstroom <strong>in</strong> ‘halfvloeibare’ vorm gebracht kunnen worden (22%).<br />

Het college voor zorgverzeker<strong>in</strong>gen heeft <strong>in</strong> haar rapport anti-decubitusmaterialen onder<br />

druk (CVZ, 2002) een eerste stap gezet om te komen tot <strong>richtlijn</strong>en voor het voorschrijven<br />

van anti-decubitusmatrerialen. Vervolgonderzoek is echter volgens het CVZ nog nodig om<br />

tot een verantwoorde en doelmatige productkeuze te komen.<br />

Van de ondervraagden v<strong>in</strong>dt 68% dat er geen controle is of het decubitusprotocol wordt<br />

nageleefd. Ook bleek tijdens de gesprekken dat er veelal geen aftekenlijsten gebruikt<br />

worden waar<strong>in</strong> aangetekend staat of wisselligg<strong>in</strong>g is gegeven.<br />

5.1.5 Welke niet-z<strong>in</strong>volle preventieve maatregelen worden uitgevoerd?<br />

Van de <strong>in</strong> de <strong>richtlijn</strong> decubitus (CBO, 2002) genoemde niet z<strong>in</strong>volle handel<strong>in</strong>gen worden de<br />

volgende volgens de ondervraagden medewerkers op de afdel<strong>in</strong>g toegepast (n=354):<br />

<strong>in</strong>pakken van hielen met vette watten en zwachtels (20%); hielr<strong>in</strong>gen ( 23%); met water<br />

gevulde operatiehandschoen voor onder de hiel (7%); ijzen en föhnen (2%); w<strong>in</strong>dr<strong>in</strong>gen<br />

(9%); weglaten delen (blokken) van het matras (29%); weglaten delen (blokken) van een<br />

kussen <strong>in</strong> een (rol)stoel, (23%); schapenvacht (49%); blaaskatheter ter preventie van<br />

decubitus (38%); ultrageluid, ultraviolet lichtbestral<strong>in</strong>g en low-levellaser behandel<strong>in</strong>g (2%).<br />

Via thuiszorgw<strong>in</strong>kels, al of niet onderdeel van een thuiszorg<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g, worden hielr<strong>in</strong>gen en<br />

schapenvachten verkocht. Aangegeven wordt dat het personeel van deze w<strong>in</strong>kels niet altijd<br />

goede voorlicht<strong>in</strong>g geeft aan patiënten hoe deze materialen te gebruiken. Schapenvachten<br />

worden niet alleen gebruikt ter preventie van decubitus, maar ook voor de warmte en/of de<br />

behaaglijkheid. In de <strong>richtlijn</strong> van het CBO wordt aangegeven dat het gebruik van een<br />

schapenvacht kan leiden tot een verm<strong>in</strong>der<strong>in</strong>g van het drukspreidend effect van het<br />

onderliggende matras.<br />

5.1.6 Behandel<strong>in</strong>g van decubitus<br />

Artsen geven over het algemeen aan betrokken te worden wanneer er decubitus is<br />

ontstaan. Dit gebeurt meestal vanaf graad 2 van decubitus (oppervlakkig huiddefect van de<br />

opperhuid, al dan niet met aantast<strong>in</strong>g van de huidlaag daaronder). Verpleegkundigen en


23 RAPPORT<br />

verzorgenden geven aan dat artsen over het algemeen te we<strong>in</strong>ig betrokken zijn bij de<br />

decubituspreventie en -behandel<strong>in</strong>g. <strong>Decubitus</strong>preventie wordt door hen echter wel als een<br />

belangrijke verpleegkundige en verzorgende taak gezien.<br />

In de thuiszorg en de verzorg<strong>in</strong>gshuiszorg hebben zorgverleners met een groot aantal<br />

huisartsen te maken. Aangegeven wordt dat voor de behandel<strong>in</strong>g van decubitus soms<br />

verschillend beleid wordt gevoerd dat niet altijd voldoet aan de <strong>richtlijn</strong> van het CBO.<br />

5.1.7 Schol<strong>in</strong>g en bijschol<strong>in</strong>g<br />

Van de ondervraagden v<strong>in</strong>dt 58% dat er voldoende bijschol<strong>in</strong>g wordt gegeven betreft<br />

decubitus terwijl 28% dit niet v<strong>in</strong>dt. 89% v<strong>in</strong>dt echter dat b<strong>in</strong>nen de beroepsopleid<strong>in</strong>gen<br />

<strong>onvoldoende</strong> aandacht is voor het onderwerp decubitus. B<strong>in</strong>nen de opleid<strong>in</strong>gen voor<br />

verpleegkundigen en verzorgenden is decubitus thans een onderwerp dat aandacht krijgt <strong>in</strong><br />

het curriculum. In hoeverre dit het geval is bij andere opleid<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de gezondheidszorg<br />

dient nog nader onderzocht te worden.<br />

In Nederland zijn verschillende bijschol<strong>in</strong>gsprogramma’s op het gebied van decubitus<br />

waaronder programma’s die te volgen zijn via het <strong>in</strong>ternet (e-learn<strong>in</strong>g).<br />

5.2 Bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen onderzoek fabrikanten en wederverkopers<br />

antidecubitusmatrassen<br />

5.2.1 Gebruiksbestemm<strong>in</strong>g<br />

In de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g, op het etiket en <strong>in</strong> de overige <strong>in</strong>formatie <strong>in</strong> de dossiers werden<br />

veel tekortkom<strong>in</strong>gen aangetroffen. In meer dan de helft van de gevallen ontbrak <strong>in</strong>formatie<br />

over de zorgomgev<strong>in</strong>g en <strong>in</strong> 86% ontbrak <strong>in</strong>formatie over de situaties waar<strong>in</strong> het product<br />

niet mag worden toegepast of de toepass<strong>in</strong>g gestopt dient te worden. Dit betekent <strong>in</strong>direct<br />

dat <strong>in</strong> deze gevallen geen <strong>in</strong>formatie wordt gegeven over de vereiste professionaliteit van de<br />

zorgverleners en niet wordt gewaarschuwd voor situaties waar<strong>in</strong> het gebruik van het hulpmiddel<br />

nadelig kan zijn voor de patiënt.<br />

Er kan over de noodzaak van het leveren van <strong>in</strong>formatie over de gebruiksbestemm<strong>in</strong>g<br />

worden gediscussieerd, omdat deze <strong>in</strong>formatie wellicht voor de meeste gebruikers door de<br />

fabrikanten duidelijk wordt verondersteld. Dit houdt echter <strong>in</strong> dat <strong>in</strong> ieder geval het kennisniveau<br />

van de beoogde gebruiker (dus de zorgomgev<strong>in</strong>g) omschreven moet zijn, terwijl dat<br />

<strong>in</strong> veel gevallen niet wordt gedaan. Ook werd <strong>in</strong> ongeveer eenderde van de dossiers niet<br />

gesproken over de comb<strong>in</strong>atie met andere medische hulpmiddelen. Dit is verontrustend,<br />

omdat er <strong>in</strong> het nabije verleden <strong>in</strong>cidenten zijn voorgevallen die samenh<strong>in</strong>gen met onjuiste<br />

comb<strong>in</strong>aties van (antidecubitus) matrassen en bedhekken (IGZ, 2000).<br />

5.2.2 Risicoanalyse en de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g<br />

De voor de beoordel<strong>in</strong>g geselecteerde risico’s spelen een rol bij vrijwel alle onderzochte<br />

typen antidecubitusmatrassen. Toch werden deze risico’s <strong>in</strong> ongeveer tweederde van de<br />

risicoanalyses niet aangetroffen. De kwaliteit van de risicoanalyses liep sterk uiteen en<br />

varieerde van de opmerk<strong>in</strong>g ‘geen risico’s geïdentificeerd’ tot goed uitgewerkte<br />

documenten, maar de meeste analyses waren matig van kwaliteit. Voor een deel is dit<br />

verschil <strong>in</strong> kwaliteit wellicht terug te voeren op een verschil <strong>in</strong> de complexiteit van het<br />

hulpmiddel. Voor de actieve producten bleken de risicoanalyses beter van kwaliteit te zijn<br />

dan voor de andere twee groepen. In een aantal risicoanalyses werd aan technische<br />

problemen (productfalen) meer aandacht besteed dan aan mogelijke fouten bij de<br />

toepass<strong>in</strong>g.


24 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

De tekortkom<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de risicoanalyses kunnen ook veroorzaakt worden door een gebrek<br />

aan deskundigheid of ervar<strong>in</strong>g bij het opstellen van de analyse. Ook is het mogelijk dat een<br />

fabrikant niet doordrongen is van het belang van een goede analyse.<br />

Opvallend was dat nagenoeg alle onderzochte risico's <strong>in</strong> de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g vaker<br />

werden behandeld dan <strong>in</strong> de risicoanalyse. Eén verklar<strong>in</strong>g zou kunnen zijn, dat er meer<br />

aandacht besteed wordt aan het opstellen van een goede gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g dan aan het<br />

opstellen van een risicoanalyse. Wellicht zijn verschillende afdel<strong>in</strong>gen b<strong>in</strong>nen een bedrijf<br />

verantwoordelijk voor het opstellen van de documenten. Een andere verklar<strong>in</strong>g kan zijn, dat<br />

naar aanleid<strong>in</strong>g van ervar<strong>in</strong>gen wél de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g wordt aangepast, maar niet de<br />

risicoanalyse. Feit blijft wel dat bepaalde risico's <strong>in</strong> de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>gen toch nog vaak<br />

ontbraken.<br />

5.2.3 Gebruikers<strong>in</strong>formatie<br />

Op 20 van de 36 etiketten werd een volledig adres aangetroffen en op 8 een onvolledig. Bij<br />

de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>gen waren de resultaten 25 volledig en 7 onvolledig. Het etiket en de<br />

gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g waren meestal opgesteld <strong>in</strong> de Nederlandse taal. Sommige etiketten,<br />

hoewel niet <strong>in</strong> de Nederlandse taal, werden voor de gebruikers toch begrijpelijk geacht<br />

vanwege de zeer beknopte <strong>in</strong>formatie. Overigens ontstond uit een nadere beoordel<strong>in</strong>g een<br />

m<strong>in</strong>der positief beeld. Dit wordt veroorzaakt doordat er een aantal aspecten (zoals naam en<br />

adres van fabrikant en de naam van het product op etiket én gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g) zijn<br />

samengenomen. Slechts een kwart van de fabrikanten had alles op orde.<br />

In de dossiers was soms onduidelijkheid over de status van de betrokken bedrijven<br />

(fabrikant of wederverkoper). Dit zou uit de naam op het etiket of de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g<br />

duidelijk moeten zijn, maar soms gaf het bedrijf <strong>in</strong> het dossier of de aanbied<strong>in</strong>gsbrief aan dit<br />

anders te zien. Er is bij de beoordel<strong>in</strong>g uitgegaan van de namen op het etiket en de gebruiksaanwijz<strong>in</strong>g.<br />

5.2.4 Post Market Surveillance en vigilantieprocedures<br />

Er zijn we<strong>in</strong>ig procedures aangetroffen, die gebruikt worden om ervar<strong>in</strong>gen van gebruikers<br />

met het product systematisch te onderzoeken. Er zijn 6 klachtenprocedures aangetroffen en<br />

3 post market surveillance procedures (van 10 fabrikanten en 5 wederverkopers). Een<br />

klachtenprocedure is een passieve manier van het verzamelen van ervar<strong>in</strong>gen. Hoewel uit<br />

een aantal dossiers bleek dat er wel <strong>in</strong>formeel b<strong>in</strong>nen bedrijven veel overleg plaatsv<strong>in</strong>dt over<br />

de ervar<strong>in</strong>g met producten, biedt een formele en systematische procedure structuur en<br />

garanties voor cont<strong>in</strong>uïteit. Het merendeel van de leveranciers gaf aan dat zij geen<br />

meld<strong>in</strong>gen hadden gekregen van <strong>in</strong>cidenten over de afgelopen twee jaar.


25 RAPPORT<br />

6 Summary<br />

<strong>Decubitus</strong> causes considerable suffer<strong>in</strong>g to patients and costs the health service<br />

approximately half a billion euros each year because patients must rema<strong>in</strong> <strong>in</strong> hospital longer<br />

than otherwise required, or must be given <strong>in</strong>tensive treatment at home. Although there are<br />

many parties active <strong>in</strong> improv<strong>in</strong>g the quality of decubitus prevention and treatment<br />

methods, various studies have revealed a persistently high prevalence (between 15% and<br />

35%). In order to reduce the number of patients who succumb to decubitus (also known as<br />

bedsores or pressure ulcers), measures must be taken by healthcare providers, professional<br />

bodies, patient associations, healthcare <strong>in</strong>surers and the manufacturers of pressure-relief<br />

mattresses. This report offers a number of suggestions for ways <strong>in</strong> which the number of<br />

decubitus patients can be reduced. The objective of this study is therefore to ga<strong>in</strong> a better<br />

<strong>in</strong>sight <strong>in</strong>to quality management practices with regard to the prevention and treatment of<br />

decubitus, and to present recommendations for improvement. Where necessary, corrective<br />

action will be taken.<br />

N<strong>in</strong>ety-four care <strong>in</strong>stitutes <strong>in</strong> which patients at <strong>in</strong>creased risk of develop<strong>in</strong>g decubitus were<br />

visited. These <strong>in</strong>cluded hospitals (20), rehabilitation centres (5), nurs<strong>in</strong>g homes (25),<br />

homecare services (10), <strong>in</strong>stitutes for the care of the disabled (19) and psychiatric <strong>in</strong>stitutes<br />

(5). Some 450 people were <strong>in</strong>terviewed, <strong>in</strong>clud<strong>in</strong>g care assistants, nurses, doctors and<br />

managers.<br />

It may be concluded that the revised <strong>Decubitus</strong> Prevention Directive, published by the<br />

Dutch Institute for Healthcare (CBO) <strong>in</strong> 2002, is still not be<strong>in</strong>g applied <strong>in</strong> practice to a<br />

satisfactory degree. Quality management requires improvement <strong>in</strong> a number of areas. The<br />

ma<strong>in</strong> specific conclusions are:<br />

− There is still <strong>in</strong>sufficient supervision to ensure that the action recommended <strong>in</strong> the<br />

guidel<strong>in</strong>es is actually be<strong>in</strong>g taken. Care plans rarely state what preventative measures<br />

are required, while reports seldom <strong>in</strong>dicate whether the patient has been moved <strong>in</strong> the<br />

prescribed manner.<br />

− Only 35% of the care <strong>in</strong>stitutes studied make any structured attempt to monitor the<br />

number of patients who develop decubitus. (Hospitals and rehabilitation centres form<br />

notable exceptions, the figure here be<strong>in</strong>g 90%).<br />

− The level of management immediately above the heads of department (or ward<br />

managers) often leave all tasks relat<strong>in</strong>g to the decubitus policy to their subord<strong>in</strong>ates, the<br />

decubitus consultant or decubitus committee, without any active management or control<br />

to ensure that decubitus policy is be<strong>in</strong>g implemented effectively.<br />

− The decubitus protocol is not ideal <strong>in</strong> every situation. For example, there are no clear<br />

work<strong>in</strong>g <strong>in</strong>structions. Moreover, not all protocols have been amended <strong>in</strong> l<strong>in</strong>e with the<br />

CBO’s second revised Directive. Sheepsk<strong>in</strong> underblankets, heel r<strong>in</strong>gs and the removal of<br />

blocks from mattresses are still among the measures used on the wards to prevent<br />

decubitus, while the Directive describes these measures as be<strong>in</strong>g of limited usefulness<br />

or, <strong>in</strong> some cases, harmful.<br />

− Various experts believe that the number of decubitus patients can be significantly<br />

reduced by certa<strong>in</strong> hospital departments. These <strong>in</strong>clude A&E, operat<strong>in</strong>g theatres and the<br />

specialist medical wards. In general, hospitals have no specific policy <strong>in</strong> this regard.<br />

− Patients and/or their carers are often not given adequate <strong>in</strong>formation about the<br />

prevention and treatment of decubitus.


26 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

− Special anti-decubitus mattresses are not <strong>in</strong> adequate supply at some locations. In some<br />

cases, the patient must wait too long for a mattress to become available, due to the<br />

policy of the healthcare provider or health <strong>in</strong>surer.<br />

− Manufacturers and distributors of anti-decubitus mattresses do not comply fully with the<br />

terms of the Medical Devices Decree. This is apparent from the limited availability of<br />

clear <strong>in</strong>structions for use, technical documentation and procedures.<br />

In the years to come, the Health Care Inspectorate will take active measures to ensure that<br />

quality management with regard to decubitus prevention and treatment is significantly<br />

improved. The quality management procedures of healthcare providers will be assessed to<br />

ascerta<strong>in</strong> their effectiveness and, where necessary, corrective measures will be imposed<br />

should the procedures be found want<strong>in</strong>g. Moreover, <strong>in</strong> 2004 the Inspectorate will make firm<br />

agreements with healthcare providers, care staff, patient organizations and health <strong>in</strong>surers<br />

with regard to the performance <strong>in</strong>dicators to be measured <strong>in</strong> connection with decubitus.


27 RAPPORT<br />

BIJLAGE 1<br />

Literatuur<br />

− Bours, G., Pressure Ulcers: Prevalence measurements as a tool for improv<strong>in</strong>g care,<br />

Proefschrift, Universiteit Maastricht, 2003.<br />

− CBO, Richtlijn decubitus, tweede herzien<strong>in</strong>g, Utrecht, 2002.<br />

− CVZ, anti-decubitusmaterialen onder druk, Den Haag, 2002.<br />

− Gezondheidsraad, <strong>Decubitus</strong>, Den Haag, 1999.<br />

− Helden, van, A., De implementatie van <strong>richtlijn</strong>en <strong>in</strong> de gezondheidszorg: de rol van de<br />

(e<strong>in</strong>d) verantwoordelijke manager bij de implementatie van de decubitus<strong>richtlijn</strong>,<br />

Afstudeerwerkstuk, Maastricht, 2004.<br />

− Hollands, L., Hendriks, L., Ariens, H., Elementen van kwaliteitszorg, Maastricht, 2000.<br />

− Inspectie voor de Gezondheidszorg, Veiligheidsrisico’s bij het gebruik van bedden,<br />

bedhekken en fixatiemateriaal <strong>in</strong> verpleeghuizen, Den Haag, 2000.<br />

− Inspectie voor de Gezondheidszorg, Risico’s bij het gebruik van de Zweedse band <strong>in</strong> de<br />

Gehandicaptenzorg, Den Haag, 2002.<br />

− NVVA, Samenwerk<strong>in</strong>g en logistiek rond decubitus, Utrecht, 2003.<br />

− RIVM & Inspectie voor de gezondheidszorg, Beoordel<strong>in</strong>g dossiers van antidecubitusligprodukten,<br />

Bilthoven, 2003.<br />

− Stuurgroep decubitus, Landelijk prevalentie onderzoek decubitus, Universiteit Maastricht,<br />

Maastricht, 2002.


28 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG<br />

IGZ 04-12 / oplage 400 exemplaren

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!