Ken uw klassieken Kolmogorov in het Concertgebouw - Wiskunde
Ken uw klassieken Kolmogorov in het Concertgebouw - Wiskunde
Ken uw klassieken Kolmogorov in het Concertgebouw - Wiskunde
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Ken</strong> <strong>uw</strong> <strong>klassieken</strong><br />
<strong>Kolmogorov</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> Concertgebo<strong>uw</strong><br />
Henk Broer<br />
December 6, 2003<br />
A.N. <strong>Kolmogorov</strong>, The general theory of dynamical systems and classical mechanics.<br />
Proceed<strong>in</strong>gs of the International Congress of Mathematicians (Amsterdam,<br />
1954), Vol. 1, pp 315-333, North Holland, Amsterdam, 1957 [<strong>in</strong> <strong>het</strong> Russisch].<br />
Engelse vertal<strong>in</strong>g als Appendix D <strong>in</strong> R.H. Abraham Foundations of Mechanics,<br />
pp 263-279. Benjam<strong>in</strong>, 1967.<br />
Andreĭ Nikolaevich <strong>Kolmogorov</strong> (1903 - 1987) was een der grootste wiskundigen<br />
van de 20ste ee<strong>uw</strong>, onder meer betrokken bij <strong>het</strong> funderen van de kansreken<strong>in</strong>g<br />
en haar toepass<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de fysica (via ergodentheorie) en de <strong>in</strong>formatietheorie<br />
(met <strong>het</strong> begrip entropie). Ook werkte hij aan dynamische systemen en turbulentietheorie.<br />
Hij is de geestelijke vader van de <strong>Kolmogorov</strong>-Arnold-Moser (KAM)<br />
stell<strong>in</strong>g, die wellicht de belangrijkste bijdrage van de 20ste ee<strong>uw</strong> vormt aan de<br />
klassieke mechanica. De KAM stell<strong>in</strong>g zegt dat voor bijna-<strong>in</strong>tegreerbare Hamiltoniaanse<br />
systemen meestal <strong>het</strong> volgende geldt. Bij willekeurig gekozen beg<strong>in</strong>waarden<br />
is de evolutie <strong>in</strong> de plaats-snelheidsruimte (de ‘faseruimte’) met grote<br />
kans geheel beperkt tot een torus met daar<strong>in</strong> multi- of quasi-periodieke dynamica.<br />
De dimensie van zo’n torus, die dus <strong>in</strong>variant is onder de dynamica, is gelijk<br />
aan <strong>het</strong> aantal vrijheidsgraden. De bijbehorende stor<strong>in</strong>gsreeksen divergeren echter<br />
op een dichte verzamel<strong>in</strong>g beg<strong>in</strong>waarden, die corresponderen met resonanties <strong>in</strong><br />
de torusfrequenties. Convergentie treedt op als de frequentieverhoud<strong>in</strong>gen ‘voldoende<br />
irrationaal’ zijn, <strong>het</strong>geen <strong>in</strong> de praktijk natuurlijk moeilijk meetbaar is ¡ ¡<br />
Dit resultaat heeft een grote <strong>in</strong>vloed gehad zowel <strong>in</strong> de klassieke mechanica als<br />
<strong>in</strong> de statistische mechanica. Het werd door <strong>Kolmogorov</strong> aangekondigd <strong>in</strong> 1954,<br />
tijdens de slotrede van <strong>het</strong> Internationaal Wiskundig Congres <strong>in</strong> <strong>het</strong> Amsterdamse<br />
Concertgebo<strong>uw</strong>. Deze rede verdient met recht <strong>het</strong> predikaat ‘klassieker’.<br />
Ter toelicht<strong>in</strong>g <strong>het</strong> volgende. In the 19de ee<strong>uw</strong> dacht men dat alle problemen<br />
uit de klassieke mechanica <strong>in</strong>tegreerbaar zijn, met andere woorden: dat er even-<br />
1
veel behoudswetten zijn als vrijheidsgraden en dus dat elk probleem gereduceerd<br />
kan worden tot één vrijheidsgraad. Alle bekende voorbeelden spreken hier ook<br />
voor, zoals <strong>het</strong> Keplerse twee-lichamen probleem en de Euler tol. Po<strong>in</strong>caré liet<br />
echter zien dat dit programma reeds spaak loopt bij een eenvoudige versie van<br />
<strong>het</strong> drie-lichamen probleem, <strong>in</strong> dit geval geschreven als kle<strong>in</strong>e stor<strong>in</strong>g van een<br />
twee-lichamen probleem. In hedendaagse termen zouden we zeggen dat er chaos<br />
optreedt. De quasi-periodieke dynamica geleverd door de KAM stell<strong>in</strong>g is echter<br />
niet-chaotisch. Beperkt tot de bijbehorende <strong>in</strong>variante tori ziet de dynamica er<br />
nog steeds <strong>in</strong>tegreerbaar uit. De KAM stell<strong>in</strong>g heeft tenm<strong>in</strong>ste twee <strong>in</strong>teressante<br />
aspecten, die we nu zullen bespreken.<br />
Bescho<strong>uw</strong> eerst <strong>het</strong> Zonnestelsel, als klassiek mechanisch systeem, waarvan Laplace<br />
reeds de stabiliteit aan de orde stelde. Instabiliteit zou betekenen dat bots<strong>in</strong>gen<br />
kunnen optreden of dat een hemellichaam na een lange, maar begrensde tijd uit<br />
<strong>het</strong> Zonnestelsel wegschiet. De KAM stell<strong>in</strong>g heeft haar oorsprong <strong>in</strong> dit stabiliteitsprobleem.<br />
Voor toepass<strong>in</strong>g ervan vatten we <strong>het</strong> Zonnestelsel op als stor<strong>in</strong>g van<br />
<strong>het</strong> <strong>in</strong>tegreerbare systeem dat bestaat uit een aantal onafhankelijke Kepler problemen.<br />
In deze <strong>in</strong>tegreerbare benader<strong>in</strong>g verwaarlozen we dus de <strong>in</strong>teracties der<br />
planeten onderl<strong>in</strong>g. Stel dat de <strong>in</strong>teractie tussen de planeten een stor<strong>in</strong>g belichaamt<br />
die b<strong>in</strong>nen de toepass<strong>in</strong>gsnormen van de KAM stell<strong>in</strong>g valt. In dat geval zou, als de<br />
beg<strong>in</strong>waarde van de evolutie van <strong>het</strong> Zonnestelsel willekeurig gekozen was, deze<br />
met positieve kans zo’n quasi-periodieke vorm hebben. Dat laatste zou betekenen<br />
dat <strong>het</strong> huidige programma van zonsverduister<strong>in</strong>gen, paasdata, etc., tot <strong>in</strong><br />
der ee<strong>uw</strong>igheid zou blijven doorgaan, <strong>het</strong>geen zeker stabiliteit belichaamt. Op<br />
deze gedachte is overigens veel af te d<strong>in</strong>gen; ik noem een drietal aspecten. Ten<br />
eerste bevat <strong>het</strong> Zonnestelsel nogal wat resonantie en is een betere <strong>in</strong>tegreerbare<br />
benader<strong>in</strong>g nodig dan hierboven gegeven. Ten tweede valt de grootte van de <strong>in</strong>teractie<br />
tussen de planeten waarschijnlijk buiten de stor<strong>in</strong>gstolerantie van de KAM<br />
stell<strong>in</strong>g. En ten derde suggereert recent numeriek onderzoek van de Franse sterrenkundige<br />
J. Laskar dat <strong>het</strong> Zonnestelsel erg chaotisch is, maar dat de mensheid<br />
nog niet lang genoeg bestaat om daar weet van te kunnen hebben ...<br />
Een ander aspect van de KAM stell<strong>in</strong>g betreft <strong>het</strong> kanstheoretische deel van de conclusie:<br />
bij willekeurig kiezen van de beg<strong>in</strong>waarde zit je op zo’n quasi-periodieke<br />
torus. Dit geldt ook onder de restrictie van energiebehoud. Dat betekent dat elke<br />
begrensde niveauverzamel<strong>in</strong>g van de energiefunctie (energie-oppervlak) gesplitst<br />
kan worden <strong>in</strong> verschillende delen met de volgende eigenschappen. Ten eerste is<br />
elk deel <strong>in</strong>variant onder de dynamica: evoluties maken geen verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen tussen<br />
de verschillende delen. Ten tweede geldt dat <strong>in</strong> elk deel bij willekeurige keus de<br />
beg<strong>in</strong>waarden met quasi-periodieke tori met positieve kans optreden.<br />
Deze conclusie is <strong>in</strong> tegenspraak met <strong>het</strong> ‘ergodenpostulaat voor <strong>het</strong> microkanoniek<br />
ensemble’, dat impliceert dat de begrensde energie-oppervlakken ergodisch<br />
2
0.8<br />
0.75<br />
0.7<br />
0.65<br />
0.6<br />
0.55<br />
0.5<br />
0.38 0.4 0.42 0.44 0.46 0.48 0.5 0.52<br />
Figure 1: Toepass<strong>in</strong>gen van KAM theorie <strong>in</strong> de fysica geeft soms aanleid<strong>in</strong>g tot<br />
een ‘duivelstrap’. Dit is de grafiek van een cont<strong>in</strong>ue trap-functie met one<strong>in</strong>dig<br />
veel treden, die corresponderen met een dichte deelverzamel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> beeld.<br />
3
zijn. Dat wil r<strong>uw</strong>weg zeggen dat elke evolutie <strong>het</strong> hele energie-oppervlak doorloopt.<br />
Het uiteenvallen van <strong>het</strong> energie-oppervlak <strong>in</strong> quasi-periodieke tori zou dus<br />
volstrekt niet mogen. Overigens past <strong>het</strong> chaotische deel van de dynamica wel<br />
goed bij <strong>het</strong> ergodenpostulaat. Inmiddels is <strong>in</strong> een aantal gevallen vastgesteld dat<br />
totale kans om op een KAM torus te zitten razendsnel afneemt als <strong>het</strong> aantal vrijheidsgraden<br />
toeneemt, dus of de statistische fysica veel last zal hebben van deze<br />
‘paradox’ ...<br />
4