02.03.2015 Views

Grenzen-in-het-geding-digitaal-spread

Grenzen-in-het-geding-digitaal-spread

Grenzen-in-het-geding-digitaal-spread

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Jongeren, slachtofferschap,<br />

recht en hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

<strong>Grenzen</strong><br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />

Sonja Lefer<strong>in</strong>k


<strong>Grenzen</strong><br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g


GRENZEN IN HET GEDING<br />

INHOUDSOPGAVE<br />

Colofon<br />

Inhoudsopgave<br />

<strong>Grenzen</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />

Jongeren, slachtofferschap, recht en hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

voorwoord6<br />

Auteur<br />

Sonja Lefer<strong>in</strong>k<br />

Inleid<strong>in</strong>g8<br />

Correctie<br />

Schrijf-Schrijf<br />

Deel 1 Theoretische perspectieven 12<br />

Ondersteun<strong>in</strong>g, organisatie & advies<br />

Amal Boukarfada<br />

Vormgev<strong>in</strong>g<br />

Studio S&H, Dick Groot Hulze en Joost Radstake<br />

1 Feiten en cijfers<br />

1.1 Omvang 14<br />

Drukwerk<br />

1.2 Welke jongeren worden slachtoffer? 16<br />

Boereboom Grafische Bedrijven<br />

1.3 Waar worden jongeren slachtoffer? 17<br />

2 Uitgave<br />

1.4 Jongeren en slachtofferhulp 20<br />

3<br />

Slachtofferhulp Nederland<br />

Postbus 14208<br />

3508 SH Utrecht<br />

T 030-2340116<br />

F 030-2317655<br />

E <strong>in</strong>fo@slachtofferhulp.nl<br />

I www.slachtofferhulp.nl<br />

2 Puberbre<strong>in</strong> en pubergedrag. Een biologisch perspectief<br />

2.1 Inleid<strong>in</strong>g 22<br />

2.2 Hormonen 23<br />

2.3 Hersenen 23<br />

2.4 Gedrag 24<br />

2.5 Tot besluit 25<br />

Geen van de geïnterviewden staat op de foto.<br />

De foto’s <strong>in</strong> dit boek zijn afkomstig van de beeldbanken<br />

Istockphoto en Dreamstime.<br />

ISBN/EAN: 978-90-72970-11-4<br />

© Slachtofferhulp Nederland – Utrecht 2015<br />

Het auteursrecht van deze publicatie berust bij Slachtofferhulp<br />

Nederland. Gedeeltelijke overname van teksten is toegestaan,<br />

mits daarbij de bron wordt vermeld.<br />

3 Jongeren, victimisatie, identiteit en peers. Een sociocultureel perspectief<br />

3.1 Lifestyle exposure- en rout<strong>in</strong>e activities-theorie 27<br />

3.2 Slachtoffer-dadercongruentie 29<br />

3.3 Jongeren, identiteit en peers 32<br />

3.4 Maatschappelijke perceptie van slachtofferschap 34<br />

3.5 Tot besluit 36<br />

4 Gevolgen van victimisatie, reacties en cop<strong>in</strong>gmechanismen. Een psychologisch perspectief<br />

4.1 De impact van een misdrijf of ongeval 37<br />

4.2 Gevolgen van slachtofferschap 38<br />

4.3 Omgaan met slachtofferschap: cop<strong>in</strong>g 41<br />

4.4 Tot besluit 44


GRENZEN IN HET GEDING<br />

INHOUDSOPGAVE<br />

5 Rechten van jongeren, jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht. Een juridisch perspectief<br />

5.1 Jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> (straf)recht 45<br />

5.2 De positie van <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafproces 48<br />

5.3 De betekenis van <strong>in</strong>ternationaal recht 54<br />

5.4 Tot besluit 56<br />

Deel 2 Jongeren en slachtofferschap. Een verkennend onderzoek 58-59<br />

6 Ervar<strong>in</strong>gen en percepties van slachtofferschap van 12-21 jarigen<br />

6.1 Inleid<strong>in</strong>g 61<br />

6.2 De responsgroep 61<br />

6.3 Aangifte doen? 63<br />

Slachtofferhulpvrijwilliger Henriette Doensen (59) gunt jongeren de ruimte 110<br />

“Werken met jeugd betekent je creativiteit <strong>in</strong>zetten”<br />

Voor ROC-docenten Sanae Boukarfada (32) en Anoual Boutalab (29) draait <strong>het</strong> om vertrouwen 116<br />

“Probeer aansluit<strong>in</strong>g te v<strong>in</strong>den via scholen”<br />

Joey (14) deed ondanks angst voor wraak door de dader toch aangifte bij de politie 122<br />

“Alles wat hulp heet, heeft een imago”<br />

Jongerenofficier Isabeth Mijnarends (48) ziet strafrecht echt als uiterste middel 128<br />

“Ik geloof heilig <strong>in</strong> mediation”<br />

Voor vrijwilliger Jaap van Zoest (66) zijn jongeren veerkrachtig én kwetsbaar 134<br />

“Het is niet cool om slachtoffer te zijn”<br />

4<br />

6.4 Reacties op de gebeurtenis & behoeften 66<br />

Niek (18) v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte van een misdrijf moet doen 140<br />

6.5 Erover praten en hulp zoeken 70<br />

“Laat zien dat jouw organisatie <strong>het</strong> goed doet”<br />

5<br />

6.6 Jongeren en Slachtofferhulp Nederland 73<br />

6.7 Algemene perspectieven op crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap 75<br />

André Merlijn (42) van Bureau Coen specialiseert zich <strong>in</strong> jongerencommunicatie 146<br />

6.8 Tot besluit 81<br />

“Jongeren worden zelden serieus genomen”<br />

Deel 3 Verhalen uit de praktijk 84-85<br />

N<strong>in</strong>a (16) wil als jong volwassene behandeld worden 86<br />

“Ik wil niet dat anderen alles voor me regelen”<br />

Jeugdagenten zijn een vooruitgeschoven post tussen strafrecht en zorg 92<br />

“Je moet <strong>het</strong> ijzer smeden als <strong>het</strong> heet is”<br />

Socioloog René Veenstra (45) onderzoekt prosociaal en antisociaal gedrag bij jongeren 98<br />

“De groep en haar normen zijn bepalend”<br />

Ilse Vande Walle (41) ziet dat jonge slachtoffers steun <strong>in</strong> hun eigen omgev<strong>in</strong>g zoeken 152<br />

“Onderschat <strong>het</strong> belang van ouders niet”<br />

Het kostte Katie (24) jaren om de angst voor haar overvaller te overw<strong>in</strong>nen 158<br />

“Een slechte jeugd is geen excuus”<br />

slotbeschouw<strong>in</strong>g <strong>Grenzen</strong> verleggen: reiken en raken 164<br />

Bronnenlijst172<br />

Misbruikslachtoffer Marieke (21) durft na vijf jaar alsnog aangifte tegen de dader te doen 104<br />

“Maak duidelijk wat Slachtofferhulp kan betekenen”


VOORWOORD<br />

‘‘Jongeren zijn net aliens, je moet wachten tot ze<br />

geland zijn”, zegt een Slachtofferhulpmedewerker<br />

<strong>in</strong> dit boek. Ze bedoelt <strong>het</strong> natuurlijk gekscherend,<br />

maar tegelijkertijd zit er wel een kern van waarheid<br />

<strong>in</strong>. De wereld van officiële <strong>in</strong>stanties en die<br />

van jongeren liggen natuurlijk geen lichtjaren<br />

ver uit elkaar maar ze maken wel moeilijk<br />

contact. Die afstand overbruggen is een lastige<br />

opgave, zo is onze ervar<strong>in</strong>g. En Slachtofferhulp<br />

Nederland staat daar<strong>in</strong> ongetwijfeld niet alleen.<br />

In onderzoek, beleid en praktijk is lang niet zo<br />

veel aandacht voor jonge slachtoffers als voor<br />

jonge daders. Terwijl jongeren meer dan mensen<br />

<strong>in</strong> andere leeftijdsgroepen <strong>het</strong> risico lopen om<br />

slachtoffer te worden van een misdrijf of<br />

ongeval. Tegelijkertijd doen ze m<strong>in</strong>der vaak een<br />

beroep op justitiële en hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties, echte namen) voor de openheid waarmee zij<br />

om bijvoorbeeld aangifte te doen of praktische, hun ervar<strong>in</strong>gen als slachtoffer hebben gedeeld.<br />

emotionele en juridische steun te vragen.<br />

Zij gunnen ons een blik <strong>in</strong> de belev<strong>in</strong>g en<br />

betekenisgev<strong>in</strong>g van slachtofferschap <strong>in</strong> de<br />

‘Jongeren en slachtofferschap’ is dan ook een jongerenwereld.<br />

thema dat alle aandacht waard is. Vandaar dat<br />

Slachtofferhulp Nederland <strong>het</strong> heeft gekozen als Daarnaast wil ik Harry Crielaars, Victor Jammers<br />

onderwerp voor haar jaarlijkse symposium <strong>in</strong> en Alex Sas bedanken voor <strong>het</strong> meedenken<br />

<strong>het</strong> kader van de Europese Dag van <strong>het</strong><br />

Slachtoffer. Inmiddels is <strong>het</strong> zo’n beetje traditie<br />

over en meelezen van dit boek. Zonder Sarah<br />

6 7<br />

Penn<strong>in</strong>gton de Jongh en Dana Weistra was<br />

geworden om tijdens dat symposium een boek deel 2 er niet geweest. Zij hebben een<br />

te presenteren. Dit jaar hebben we een extra belangrijke bijdrage geleverd aan de uitvoer<strong>in</strong>g<br />

dikke en mooi vormgegeven publicatie gemaakt, van <strong>het</strong> panelonderzoek en de analyse van de<br />

hopend op een breed en belangstellend<br />

resultaten. Amal Boukarfada is – net als<br />

lezers publiek.<br />

voorgaande jaren – mijn steun en toeverlaat<br />

geweest vanaf <strong>het</strong> moment dat <strong>het</strong> boek alleen<br />

Een boek schrijf je nooit alleen. Allereerst wil ik nog bestond uit prille ideeën en een werktitel.<br />

de mensen bedanken die we hebben mogen Zij heeft mede ervoor gezorgd dat dit boek zo’n<br />

<strong>in</strong>terviewen. Het waren leuke, <strong>in</strong>spirerende, mooie uitgave is geworden.<br />

leerzame en soms ook emotionele gesprekken<br />

die een schat aan materiaal hebben opgeleverd. Utrecht, 21 januari 2015<br />

N<strong>in</strong>a, Marieke, Joey, Koen en Katie wil ik vooral Sonja Lefer<strong>in</strong>k<br />

noemen (al zijn <strong>het</strong> om privacyredenen niet hun


GRENZEN IN HET GEDING<br />

INLEIDING<br />

<strong>Grenzen</strong><br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />

<strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g<br />

Praat je over jongeren, dan gaat <strong>het</strong> al snel over grenzen. Op de<br />

grens van k<strong>in</strong>d zijn en volwassenheid zijn ze <strong>het</strong> een noch <strong>het</strong> ander.<br />

De periode tussen 12 en 25 jaar is fysiek en psychisch een turbulente<br />

en spannende ontwikkel<strong>in</strong>gsfase waar<strong>in</strong> jongeren zich afzetten tegen<br />

grenzen die de volwassen wereld stelt. Tegelijkertijd zijn ze bezig<br />

met <strong>het</strong> ontdekken van hun identiteit en <strong>het</strong> bepalen van hun eigen<br />

grenzen. Daarbij vormen steeds meer hun leeftijdsgenoten (‘peers’)<br />

<strong>het</strong> belangrijkste referentiekader, <strong>in</strong> plaats van ouders, leraren en<br />

andere volwassenen <strong>in</strong> hun omgev<strong>in</strong>g.<br />

Soms leidt <strong>het</strong> grenzen verkennen, testen en verleggen<br />

tot grenzen overschrijden. Van anderen, maar óók van<br />

zichzelf. Jongeren vormen een kwetsbare groep als <strong>het</strong><br />

gaat om slachtofferschap van crim<strong>in</strong>aliteit. Zij lopen aanzienlijk<br />

meer risico om slachtoffer te worden van een<br />

gewelds- of vermogensdelict dan andere leeftijdsgroepen.<br />

En ze lopen meer kans op herhaald en meervoudig<br />

slachtofferschap, zo wijst onderzoek uit. 1 Dat strookt niet<br />

helemaal met <strong>het</strong> maatschappelijke beeld van jongeren<br />

en crim<strong>in</strong>aliteit. In de algemene beeldvorm<strong>in</strong>g figureren<br />

jongeren veel eerder als dader dan als slachtoffer – zeker<br />

jongens met een allochtone achtergrond. Het klopt dat<br />

jongeren ook als daders relatief vaker voorkomen <strong>in</strong> de<br />

misdaadstatistieken. De kantteken<strong>in</strong>g daarbij is dat <strong>het</strong><br />

vaak gaat om m<strong>in</strong>der ernstige delicten (vermogen, openbare<br />

orde). Maar <strong>het</strong> zijn wel delicten die goed zichtbaar<br />

zijn, omdat ze zich voornamelijk <strong>in</strong> <strong>het</strong> publieke dome<strong>in</strong><br />

afspelen. 2 Terwijl juist de rovende scooterjochies die hele<br />

buurten onveilig maken – om maar eens een stereotiep<br />

beeld op te roepen – van alle burgers de meeste kans<br />

lopen om zelf slachtoffer te worden van een misdrijf.<br />

De grens tussen slachtoffer- en daderschap is lang niet<br />

altijd scherp te trekken. Factoren die <strong>het</strong> risico op daderschap<br />

verhogen, maken jongeren ook kwetsbaarder voor<br />

slachtofferschap. Daarnaast blijkt uit nationaal en <strong>in</strong>ternationaal<br />

onderzoek 3 dat ‘polyvictimisatie’ kenmerkend is<br />

voor slachtofferschap onder jongeren en adolescenten.<br />

Dat houdt <strong>in</strong> dat ze meermaals en soms langere tijd slachtoffer<br />

worden van verschillende delicten. Zijn bepaalde<br />

grenzen eenmaal overschreden, dan komen <strong>het</strong> (straf)<br />

rechtssysteem en <strong>het</strong> zorgsysteem of de hulpverlen<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />

actie. Deze systemen richten zich meestal op jongeren als<br />

plegers van crim<strong>in</strong>aliteit en veel m<strong>in</strong>der op jongeren als<br />

slachtoffers. Om allerlei redenen blijven die laatsten vaak<br />

buiten beeld. Jongeren zijn m<strong>in</strong>der snel geneigd <strong>in</strong>stanties<br />

<strong>in</strong> te schakelen wanneer zij <strong>in</strong> problemen raken, zo blijkt<br />

uit onderzoek en uit de praktijkervar<strong>in</strong>g van professionals.<br />

Soms vanuit weerstand of wantrouwen, soms uit onbekendheid<br />

met <strong>het</strong> bestaan van die <strong>in</strong>stanties en wat ze<br />

precies doen. Een andere reden is dat ze zich niet altijd<br />

slachtoffer voelen, of een hekel hebben aan <strong>het</strong> etiket<br />

‘slachtoffer’, dat zij als negatief ervaren. Slachtoffer zijn is<br />

allesbehalve cool, zoals later <strong>in</strong> dit boek nog uitgebreid<br />

aan de orde zal komen.<br />

CRUCIALE JAREN<br />

Dat wil niet zeggen dat <strong>het</strong> misdrijf geen materiële of<br />

immateriële impact op hen heeft. Integendeel. De puberjaren<br />

zijn cruciaal voor de vorm<strong>in</strong>g van de identiteit. De<br />

effecten van <strong>in</strong>grijpende gebeurtenissen kunnen hun<br />

<strong>in</strong>vloed lange tijd doen gelden en zelfs leiden tot een verander<strong>in</strong>g<br />

<strong>in</strong> de levensloop van de betrokkene. Dat gebeurt<br />

wanneer een jongere door een of meer slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />

<strong>in</strong> een neerwaartse spiraal terechtkomt en afhaakt<br />

van school, zijn toevlucht zoekt <strong>in</strong> drank, drugs of een<br />

andere vorm van verslav<strong>in</strong>g en soms, <strong>in</strong> <strong>het</strong> ergste geval,<br />

een e<strong>in</strong>de aan <strong>het</strong> leven maakt. Dat is natuurlijk <strong>het</strong> worst<br />

case scenario en daarmee een uitzonder<strong>in</strong>g. Toch zal niemand<br />

<strong>het</strong> oneens zijn met de stell<strong>in</strong>g: hoe m<strong>in</strong>der de<br />

slachtofferervar<strong>in</strong>g een negatief stempel op de verdere<br />

ontwikkel<strong>in</strong>g van de betrokken jongere kan drukken, hoe<br />

beter.<br />

8 9<br />

Nu beschikken jongeren doorgaans ook over een fl<strong>in</strong>ke<br />

dosis veerkracht en hebben ze een uitgebreid repertoire<br />

aan strategieën om <strong>het</strong> gebeurde de baas te worden. Toch<br />

is <strong>het</strong> belangrijk om jonge slachtoffers <strong>in</strong> beeld te krijgen<br />

en ze ondersteun<strong>in</strong>g te bieden wanneer ze <strong>het</strong> op eigen<br />

kracht niet redden. Als slachtoffer hebben ze hier recht op.<br />

De Europese Richtlijn tot vaststell<strong>in</strong>g van m<strong>in</strong>imumnormen<br />

voor de rechten, de ondersteun<strong>in</strong>g en de bescherm<strong>in</strong>g


GRENZEN IN HET GEDING<br />

INLEIDING<br />

van slachtoffers van strafbare feiten legt allerlei procedurele<br />

rechten voor slachtoffers vast. Daartoe hoort <strong>het</strong> recht<br />

op toegang tot en ondersteun<strong>in</strong>g van een slachtoffer hulporganisatie<br />

(artikel 8 en 9). De <strong>in</strong> de richtlijn genoemde<br />

rechten zijn (en worden) voor een belangrijk deel ook<br />

vastgelegd <strong>in</strong> de Nederlandse wet en aanvullende<br />

regel<strong>in</strong>gen.<br />

KINDVRIENDELIJKE AANPAK<br />

M<strong>in</strong>derjarigen hebben bovendien een fl<strong>in</strong>ke streep voor<br />

<strong>in</strong> de Europese richtlijn, want <strong>het</strong> tweede lid van artikel 1<br />

stelt letterlijk: ‘Wanneer <strong>het</strong> slachtoffer een k<strong>in</strong>d is, zorgen<br />

de lidstaten ervoor dat bij de toepass<strong>in</strong>g van deze richtlijn,<br />

de belangen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d op de eerste plaats komen en<br />

per geval worden beoordeeld. Een k<strong>in</strong>dvriendelijke aanpak,<br />

waarbij voldoende reken<strong>in</strong>g wordt gehouden met de<br />

leeftijd, <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau, de men<strong>in</strong>gen, behoeften<br />

en zorgen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d, prevaleert. Het k<strong>in</strong>d en, <strong>in</strong> voorkomend<br />

geval, de drager van de ouderlijke verantwoordelijkheid<br />

of andere wettelijke vertegenwoordiger, worden<br />

geïnformeerd over alle maatregelen en rechten die<br />

specifiek verband houden met <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d.’<br />

De uitdag<strong>in</strong>g is dan: hoe bereiken wij, justitiële en hulp<strong>in</strong>stanties,<br />

jongeren op een manier die aansluit bij hun<br />

ervar<strong>in</strong>g en belev<strong>in</strong>g? Hoe verlagen we de drempels die<br />

jongeren blijkbaar ervaren om op eigen <strong>in</strong>itiatief een<br />

beroep op ons te doen? Welke grenzen moeten wij<br />

daarvoor verleggen? Op 20 februari 2015 staan deze<br />

vragen centraal op <strong>het</strong> symposium ‘<strong>Grenzen</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g.<br />

Jongeren, slachtofferschap, recht en hulpverlen<strong>in</strong>g.’<br />

Slachtofferhulp Nederland organiseert dit symposium <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> kader van de Europese Dag van <strong>het</strong> Slachtoffer voor<br />

beleidsmakers, beroepskrachten en vrijwilligers uit de<br />

justitiële wereld en de hulpverlen<strong>in</strong>g, onderzoekers,<br />

docenten en vooral ook jongeren. Om gezamenlijk<br />

antwoorden op deze vragen te kunnen v<strong>in</strong>den is <strong>het</strong><br />

noodzakelijk aandacht te besteden aan vragen die<br />

hieraan voorafgaan, zoals:<br />

n Wat voor effect heeft een slachtofferervar<strong>in</strong>g op hen<br />

en hoe gaan zij om met de gevolgen?<br />

n Welke drempels of prikkels zijn er voor jongeren om<br />

hulp te zoeken en bij wie doen ze dat dan?<br />

n Wat verwachten ze van ‘officiële’ <strong>in</strong>stanties als politie,<br />

justitie, Slachtofferhulp Nederland, GGZ en andere<br />

hulpverleners?<br />

Daarvoor gaan we onder meer te rade bij verschillende<br />

wetenschappelijke discipl<strong>in</strong>es zoals de ontwikkel<strong>in</strong>gspsychologie,<br />

sociologie, victimologie en rechtsgeleerdheid.<br />

Daarnaast komen mensen uit de praktijk aan <strong>het</strong><br />

woord, zoals hulpverleners, justitiefunctionarissen, onderzoekers<br />

en docenten. De belangrijkste bron van <strong>in</strong>formatie<br />

blijven uiteraard jongeren zelf. Vijf jongeren zijn uitgebreid<br />

geïnterviewd en hun verhalen zijn te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> <strong>het</strong> derde<br />

deel van dit boek. Daarnaast hebben we aan een panel<br />

van ongeveer zeshonderd jongeren een korte vragen lijst<br />

voorgelegd. De uitkomsten daarvan staan <strong>in</strong> deel 2.<br />

LEESWIJZER<br />

In <strong>het</strong> eerste deel komen verschillende theoretische en<br />

wetenschappelijke perspectieven op slachtofferschap<br />

onder jongeren aan bod. Het beg<strong>in</strong>t met een overzicht van<br />

feiten en cijfers <strong>in</strong> hoofdstuk 1. Wat vertellen statistieken<br />

over slachtofferschap onder jongeren en welke nadere<br />

beschrijv<strong>in</strong>gen of verklar<strong>in</strong>gen zijn er voor <strong>het</strong> cijfermateriaal<br />

te v<strong>in</strong>den? Het tweede hoofdstuk kijkt door<br />

een neuropsychologische/neurobiologische bril naar de<br />

kwetsbaarheid van jongeren voor crim<strong>in</strong>aliteit door <strong>in</strong> te<br />

zoomen op de ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong>. In <strong>het</strong><br />

daaropvolgende hoofdstuk (3) kiezen we een sociologisch<br />

en victimologisch perspectief en kijken we naar de relatie<br />

tussen de jongere en zijn omgev<strong>in</strong>g met behulp van<br />

theorieën over lifestyle exposure en rout<strong>in</strong>e activities,<br />

identiteitsvorm<strong>in</strong>g en de peer group. We gaan ook nader <strong>in</strong><br />

op <strong>het</strong> verschil tussen risicofactoren en oorzaken van<br />

dader- en slachtofferschap met behulp van F<strong>in</strong>kelhors<br />

theorie van ‘congruentie’. Effecten van slachtofferschap en<br />

cop<strong>in</strong>gstrategieën van jongeren staan centraal <strong>in</strong> hoofdstuk<br />

4, dat een psychologische <strong>in</strong>steek heeft. Juridisch<br />

gezien zijn jongeren een bijzondere categorie, zo zal<br />

blijken uit hoofdstuk 5, waar<strong>in</strong> rechten van k<strong>in</strong>deren en<br />

jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> (straf)recht aan de orde komen.<br />

Deel 2 van dit boek is gewijd aan de uitkomsten van een<br />

10 panelonderzoek onder zeshonderd jongeren tussen de<br />

11<br />

12 en 20 jaar. Het derde en laatste deel bevat een aantal<br />

n Wat maakt jongeren kwetsbaarder dan andere<br />

groepen voor crim<strong>in</strong>aliteit?<br />

n Hoe beleven zij slachtofferschap en welke betekenis<br />

geven zij eraan?<br />

<strong>in</strong>terviews. Daar<strong>in</strong> geven verschillende beroepskrachten<br />

en vrijwilligers een <strong>in</strong>kijk <strong>in</strong> hun ervar<strong>in</strong>gen met en visie<br />

op <strong>het</strong> onderwerp jongeren en slachtofferschap, recht en<br />

hulpverlen<strong>in</strong>g. Daar doorheen lopen de verhalen van<br />

jongeren zelf. Ten slotte volgt een korte nabeschouw<strong>in</strong>g<br />

en keren we nog eenmaal terug naar de vragen uit de<br />

<strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g. Welke antwoorden hebben we gevonden en<br />

welke handvatten bieden ze om jongeren beter te bereiken<br />

en beter aan te sluiten bij hun ervar<strong>in</strong>gen en behoeften?<br />

De grens tussen slachtofferen<br />

daderschap is lang niet altijd<br />

scherp te trekken<br />

noten<br />

1)<br />

Zie onder meer Muncie (2009); Peeck (2012), Child Trends Databank (2013)<br />

2)<br />

White & W<strong>in</strong> (2013)<br />

3)<br />

F<strong>in</strong>kelhor (2008), Peeck (2012)


Deel 1<br />

Theoretische<br />

perspectieven<br />

In verschillende wetenschappelijke<br />

discipl<strong>in</strong>es zijn belangrijke <strong>in</strong>zichten ontwikkeld<br />

die helpen verklaren waarom jongeren kwetsbaar<br />

zijn voor crim<strong>in</strong>aliteit, hoe zij deze beleven en<br />

betekenis geven, welke <strong>in</strong>vloed slachtofferschap<br />

op hun (verdere) leven heeft en waar(om) zij al<br />

12 13<br />

dan niet hulp zoeken.<br />

Toch is <strong>het</strong> onderwerp jongeren en slachtofferschap<br />

tot nu toe onderbelicht en gefragmenteerd<br />

gebleven <strong>in</strong> onderzoek en theorieontwikkel<strong>in</strong>g.<br />

Anders dan naar jonge daders wordt er relatief<br />

we<strong>in</strong>ig onderzoek verricht naar jongeren en<br />

slachtofferschap. Verder ligt de wetenschappelijke<br />

focus vooral op k<strong>in</strong>deren. V<strong>in</strong>dt er al<br />

onderzoek plaats naar slachtofferschap <strong>in</strong> de<br />

puberteit en adolescentie, dan spitst dat zich<br />

meestal toe op specifieke thema’s als seksueel<br />

misbruik, huiselijk geweld en pesten.<br />

Dat neemt niet weg dat er wel wat statistieken<br />

voorhanden zijn en dat uit meer algemene<br />

wetenschappelijke theorieën antwoorden zijn<br />

af te leiden op de vragen die <strong>in</strong> dit boek<br />

centraal staan.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

GRAFIEK 1.1 SLACHTOFFERSCHAP NAAR LEEFTIJD EN DELICTCATEGORIE (2012)<br />

1 Feiten en cijfers<br />

30<br />

25<br />

20<br />

15-15 JAAR<br />

25-45 JAAR<br />

45-65 JAAR<br />

> 65 JAAR<br />

15<br />

10<br />

5<br />

Van alle burgers hebben jongeren en adolescenten <strong>in</strong> de<br />

leeftijd van 15 tot 25 jaar de grootste kans om slachtoffer<br />

van een misdrijf te worden. In dit hoofdstuk presenteren<br />

we cijfers over de omvang van slachtofferschap onder jongeren<br />

en de kenmerken van dit slachtofferschap. Ook<br />

geven we <strong>in</strong>zicht <strong>in</strong> de groep jonge slachtoffers die bij<br />

Slachtofferhulp Nederland terechtkomen.<br />

1.1 OMVANG<br />

Ieder jaar publiceert <strong>het</strong> CBS uitgebreide <strong>in</strong>formatie over<br />

crim<strong>in</strong>aliteit en rechtshandhav<strong>in</strong>g. Daaruit valt op te<br />

maken dat jongeren oververtegenwoordigd zijn waar <strong>het</strong><br />

gaat om slachtofferschap. In grote lijnen neemt de kans<br />

op slachtofferschap af naarmate de leeftijd toeneemt, al<br />

geldt dit niet voor alle delicten. De <strong>in</strong> tabel 1.1 gepresenteerde<br />

cijfers zijn gebaseerd op slachtofferenquêtes (zelfrapportage)<br />

en niet op de aangiftes die bij de politie zijn<br />

gedaan (geregistreerde crim<strong>in</strong>aliteit). Er wordt aan de respondenten<br />

gevraagd of ze de afgelopen 12 maanden<br />

slachtoffer zijn geworden van een misdrijf. De cijfers van<br />

de geregistreerde crim<strong>in</strong>aliteit zouden waarschijnlijk een<br />

heel ander beeld opleveren, omdat jongeren naar schatt<strong>in</strong>g<br />

maar <strong>in</strong> zo’n 10% van de gevallen aangifte bij de<br />

politie doen − ook als <strong>het</strong> om zwaardere misdrijven gaat. 4<br />

TABEL 1.1 SLACHTOFFERSCHAP NAAR<br />

LEEFTIJD (%)<br />

Bron: CBS<br />

jaar<br />

leeftijd<br />

2010 2011 2012 2013<br />

14<br />

15-17 29,7 30,6 22,7 21,8<br />

15<br />

18-24 37,8 36,3 27,6 27,7<br />

25-34 32,2 32,2 24,5 23,7<br />

35-44 28,5 27,2 20,3 20,8<br />

45-54 26,9 26,1 21,2 20,8<br />

55-64 19,8 18,8 16,6 17,3<br />

65-74 13,6 15,1 13 13,3<br />

>75 9,4 10,1 11 10,5<br />

totaal 25,4 24,9 19,8 19,8<br />

Bron: CBS<br />

In de tabel vallen twee d<strong>in</strong>gen op. Ten eerste is slachtofferschap<br />

onder alle leeftijdscategorieën van de Nederlandse<br />

bevolk<strong>in</strong>g de afgelopen jaren gedaald of stabiel gebleven.<br />

De nogal abrupte dal<strong>in</strong>g <strong>in</strong> 2012 is een zogenaamde<br />

trendbreuk; <strong>het</strong> <strong>in</strong>strument waarmee slachtofferschap<br />

gemeten wordt is toen aangepast. 5 Ten tweede zien we<br />

0<br />

TOTAAL GEWELD VERMOGEN VANDALISME<br />

dat de categorie 18-24 jaar met kop en schouders boven<br />

de andere leeftijdscategorieën uitsteekt, al wordt <strong>het</strong> verschil<br />

door de jaren heen wat kle<strong>in</strong>er. Uit ander onderzoek<br />

is ook gebleken dat jongeren een hoger risico hebben op<br />

meervoudig en op herhaald slachtofferschap. 6<br />

Worden jongeren vooral slachtoffer van bepaalde delicten<br />

of scoren ze op alle soorten misdrijven <strong>het</strong> hoogst? Er<br />

blijkt zich een patroon af te tekenen: ze lopen de hoogste<br />

kans om slachtoffer te worden van een gewelds- of vermogensdelict,<br />

maar een relatief lage kans om slachtoffer<br />

te worden van vandalismedelicten (zie grafiek 1.1). Een<br />

mogelijke verklar<strong>in</strong>g hiervoor is dat jongeren m<strong>in</strong>der<br />

bezitt<strong>in</strong>gen hebben die vatbaar zijn voor moedwillige verniel<strong>in</strong>g<br />

of beschadig<strong>in</strong>g, aldus een toelicht<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> CBS<br />

op de cijfers.<br />

Bij vermogensdelicten komen fietsendiefstal en zakkenrollerij<br />

veel voor. Jongeren vormen ook een risicogroep<br />

voor cybercrime, zoals hacken, oplicht<strong>in</strong>g bij aankoop en<br />

verkoop op <strong>in</strong>ternet en cyberpesten. Dat is niet verrassend<br />

aangezien zij ook tot de meest <strong>in</strong>tensieve gebruikers van<br />

mobiele diensten en sociale media behoren.<br />

Uit ander onderzoek over seksueel geweld en seksueel<br />

misbruik – feiten die <strong>in</strong> de grafiek verdisconteerd zijn <strong>in</strong> de<br />

categorie geweld − komt naar voren dat jongeren eveneens<br />

oververtegenwoordigd zijn. Zo hebben 11% van de<br />

mannen en 31% van de vrouwen tussen de 15 en 25 jaar<br />

ooit ongewenste seksuele handel<strong>in</strong>gen moeten ondergaan<br />

of verrichten. 7 Uit landelijke politiecijfers uit 2007<br />

blijkt dat 43% van de slachtoffers van seksueel huiselijk<br />

geweld jonger is dan 18 jaar: 19% is 0-12 jaar en 24% is<br />

12-18 jaar. 8<br />

Verder zien we dat naast vandalismedelicten ook levensdelicten<br />

een uitzonder<strong>in</strong>g vormen op de regel dat jongeren<br />

de hoogste kans hebben op slachtofferschap. Dit geldt<br />

dan vooral voor de 15-20 jarigen.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

TABEL 1.2 SLACHTOFFERS VAN LEVENSDELICTEN NAAR LEEFTIJDSCATEGORIE<br />

VERKEER<br />

Kijken we naar verkeersongevallen dan herhaalt <strong>het</strong><br />

patroon zich. De Sticht<strong>in</strong>g Wetenschappelijk Onderzoek<br />

Verkeersveiligheid (SWOV) heeft een aantal feiten op een<br />

rij gezet 9 :<br />

n Jonge, beg<strong>in</strong>nende automobilisten (18-24 jaar) lopen<br />

vijf keer zo veel risico op een ongeluk als ervaren<br />

bestuurders (30-59 jaar). Het risico voor jonge mannen<br />

is zeven keer zo groot. Passagiers van jonge automobilisten<br />

lopen daarmee ook een hoger risico.<br />

n Ook jongere verkeersdeelnemers (10-17 jaar) vormen<br />

een risicogroep. Zij hebben een verhoogde kans om<br />

betrokken te raken bij (dodelijke) verkeersongevallen;<br />

jongens meer dan meisjes. In ruim de helft van de<br />

gevallen zijn ze bij <strong>het</strong> ongeluk betrokken als fietser of<br />

bromfietser. In de periode 1996-2007 was 38% van de<br />

brom- en snorfietsslachtoffers een jongere.<br />

Als verklar<strong>in</strong>g hiervoor noemt de SWOV dat jongeren<br />

onervaren zijn, de risico’s van verkeersdeelname onderschatten<br />

en m<strong>in</strong>der zelfcontrole hebben. Ze zijn gevoelig<br />

voor groepsdruk, laten zich gemakkelijker uitdagen en<br />

vertonen <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen meer risicogedrag. In <strong>het</strong> geval<br />

van brom- en snorfietsers speelt de comb<strong>in</strong>atie van snelheid<br />

en kwetsbaarheid een rol.<br />

leeftijd<br />

gem./jaar* 80<br />

164 15 8 30 38 29 23 12 5 5<br />

* over de periode 2001-2012<br />

Bron: CBS<br />

De cijfers bevestigen dat leeftijd een risicofactor is voor<br />

slachtofferschap. Welke mechanismen daar<strong>in</strong> een rol<br />

kunnen spelen, komt <strong>in</strong> de volgende hoofdstukken aan<br />

de orde. Eerst proberen we <strong>in</strong> beeld te brengen welke<br />

groepen b<strong>in</strong>nen de categorie jongeren een hoger risico<br />

lopen en of er bepaalde plaatsen zijn waar jongeren een<br />

hoger risico lopen.<br />

1.2 WELKE JONGEREN WORDEN<br />

SLACHTOFFER?<br />

Niet alle jongeren lopen dus dezelfde risico’s. Hiervoor<br />

kwam al aan de orde dat jongens relatief vaker betrokken<br />

zijn bij verkeersongevallen dan meisjes. Jongens zijn ook<br />

vaker slachtoffer van geweldsdelicten, terwijl meisjes weer<br />

vaker met zedendelicten te maken krijgen. Geslacht is dus<br />

een factor van <strong>in</strong>vloed.<br />

GEZIN<br />

Ook sociale factoren spelen een rol. Een jongere uit een<br />

kwetsbaar of problematisch gez<strong>in</strong> loopt een aanzienlijk<br />

groter risico op slachtofferschap. Het maakt jongeren<br />

extra kwetsbaar om op te groeien <strong>in</strong> een eenoudergez<strong>in</strong>,<br />

een gez<strong>in</strong> met een stiefouder, een gez<strong>in</strong> waar<strong>in</strong> een of<br />

beide ouders zwakbegaafd zijn, een psychische stoornis<br />

hebben of een verslav<strong>in</strong>gsprobleem, dan wel een gez<strong>in</strong><br />

waar<strong>in</strong> veel conflicten en huiselijk geweld voorkomen.<br />

Daarvoor zijn verschillende verklar<strong>in</strong>gen. Jongeren ervaren<br />

<strong>in</strong> zo’n context meer spann<strong>in</strong>g, conflicten, verlies, weerstand<br />

en verwaarloz<strong>in</strong>g. Ook komen ze eerder <strong>in</strong><br />

contact met personen die een potentieel gevaar vormen.<br />

Ze worden meer blootgesteld aan – en leren daarmee –<br />

disfunctionele manieren van omgaan met elkaar en van<br />

<strong>het</strong> hanteren van conflicten en problemen. Er is vaak m<strong>in</strong>der<br />

toezicht van ouders. Een onveilige, problematische<br />

thuissituatie kan van generatie op generatie overgaan,<br />

iets wat veelvuldig aan de orde is bij huiselijk geweld (dat<br />

betekent overigens niet dat zo’n cirkel niet doorbroken<br />

kan worden). Hebben jongeren zelf bepaalde stoornissen,<br />

gedrags- of emotionele problemen en/of beperk<strong>in</strong>gen,<br />

dan vormen die ook een risicofactor. 10<br />

WIJK<br />

Behalve <strong>het</strong> gez<strong>in</strong> is ook de wijk waar men woont van<br />

betekenis. Achterstandswijken en wijken waar <strong>het</strong> verloop<br />

van bewoners hoog is, blijken een vruchtbare omgev<strong>in</strong>g<br />

voor crim<strong>in</strong>aliteit en dus voor slachtofferschap. De socialecohesietheorie<br />

verklaart dit uit een gebrek aan sociale<br />

samenhang. Daardoor is er we<strong>in</strong>ig formele en <strong>in</strong>formele<br />

controle. Dat geeft crim<strong>in</strong>aliteit en ander grensoverschrijdend<br />

gedrag meer kans. Dat jeugdbendes juist <strong>in</strong> dit soort<br />

wijken hun wortels hebben, is niet verwonderlijk.<br />

In buurten waar bewoners zich thuis voelen, veel contact<br />

hebben met buurtbewoners en op een prettige manier<br />

met elkaar omgaan, is de kans kle<strong>in</strong>er om slachtoffer te<br />

worden van geweld of een <strong>in</strong>braak. Daarbij maakt <strong>het</strong><br />

eigenlijk niet uit of er veel armoede is <strong>in</strong> een buurt of een<br />

hoge concentratie allochtonen. 11<br />

1.3 WAAR WORDEN JONGEREN<br />

SLACHTOFFER?<br />

UITGAANSLEVEN<br />

Waar <strong>het</strong> uitgaansleven zich concentreert, is de onveiligheid<br />

relatief groter. Jongeren lopen een fl<strong>in</strong>k hogere kans<br />

om slachtoffer te worden op de plaatsen waar veel kroegen,<br />

clubs en discotheken te v<strong>in</strong>den zijn. Evenals op bijvoorbeeld<br />

bushaltes en stations die op de route daarheen<br />

liggen. 12 Dat ligt nogal voor de hand: er is een hoge concentratie<br />

van jongeren, de alcohol vloeit rijkelijk en ook<br />

andere middelen worden niet geschuwd. ‘[Uitgaan] gaat<br />

gepaard met een verhoogde blootstell<strong>in</strong>g aan gemotiveerde<br />

daders. Overmatig gebruik van alcohol en verdovende<br />

middelen kan leiden tot een verm<strong>in</strong>derde zelfbeheers<strong>in</strong>g<br />

en een verm<strong>in</strong>derd vermogen om zichzelf te<br />

beschermen, waardoor <strong>in</strong>dividuen niet goed <strong>in</strong> staat zijn<br />

te anticiperen op gevaarlijke situaties en deze te vermijden.<br />

Bovendien zijn vrienden die ook gebruik maken van deze<br />

middelen waarschijnlijk niet <strong>in</strong> staat bescherm<strong>in</strong>g te<br />

bieden om geweld te voorkomen’, licht Wittebrood toe<br />

<strong>in</strong> haar studie Slachtoffers van crim<strong>in</strong>aliteit. 13 Overigens<br />

zullen de meeste jongeren zich terdege realiseren dat<br />

aan uitgaan bepaalde risico’s verbonden zijn.<br />

16 17<br />

SCHOLEN<br />

Scholen zijn wellicht een ander verhaal. Ze worden geacht<br />

een veilige plaats voor leerl<strong>in</strong>gen te zijn, maar uit<br />

Amerikaans en Engels onderzoek blijkt dat veel victimisatie<br />

<strong>in</strong> en rond scholen plaatsv<strong>in</strong>dt. 14 Daar is op zich een<br />

logische verklar<strong>in</strong>g voor: k<strong>in</strong>deren en jongeren moeten<br />

verplicht naar school en brengen er veel tijd door.<br />

Middelbare scholen en ROC’s zijn steeds grootschaliger<br />

geworden, met soms duizenden leerl<strong>in</strong>gen per vestig<strong>in</strong>g.<br />

Waar veel jongeren samen zijn, is ook een verhoogde kans


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

op crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap. Heel vaak neemt dat<br />

de vorm aan van <strong>in</strong>cidenten die veelal niet <strong>het</strong> stempel<br />

‘misdrijf’ krijgen: vechtpartijtjes, <strong>het</strong> afpakken van spullen<br />

of kle<strong>in</strong>e diefstallen, <strong>in</strong>timidatie, pesten.<br />

Scholen handelen veel van deze <strong>in</strong>cidenten zelf af, eventueel<br />

<strong>in</strong> samenwerk<strong>in</strong>g met de politie, zonder dat er een<br />

aangifte volgt. Daarnaast is er veel aandacht voor preventie<br />

met behulp van onder meer veiligheidsprotocollen, <strong>het</strong><br />

stimuleren van sociaalemotionele competenties, weerbaarheidstra<strong>in</strong><strong>in</strong>gen<br />

en anti-pestprogramma’s. Maar de –<br />

gelukkig zeldzame – ernstige <strong>in</strong>cidenten zoals schiet- en<br />

steekpartijen halen steevast de landelijke pers en dan<br />

zwelt de roep om veiligheidsmaatregelen aan. Zo is er <strong>in</strong><br />

de politiek verschillende malen gepleit voor <strong>het</strong> verplicht<br />

<strong>in</strong>stalleren van detectiepoortjes op scholen. Dergelijke<br />

maatregelen mogen misschien <strong>het</strong> veiligheidsgevoel van<br />

<strong>in</strong>getrokken. Scholen waren niet bepaald enthousiast.<br />

Daarvoor <strong>in</strong> de plaats is de vrijwillige deelname aan de<br />

Sociale Veiligheidsmonitor gekomen. Uit de rapportage<br />

over 2012 blijkt overigens dat zowel personeel als leerl<strong>in</strong>gen<br />

hun school <strong>in</strong> overgrote meerderheid als veilig ervaren,<br />

maar wel v<strong>in</strong>den dat de sociale veiligheid verbeterd moet<br />

worden. 15 Uit ander onderzoek komt naar voren dat <strong>het</strong><br />

risico op slachtofferschap op school groter is als er veel<br />

drugsgebruik op school plaatsv<strong>in</strong>dt en als er gangs actief<br />

zijn. 16<br />

THUISOMGEVING<br />

In de vorige paragraaf is al ter sprake gekomen dat <strong>het</strong><br />

soort wijk of buurt waar men woont, een risicofactor kan<br />

zijn. Dat de thuisomgev<strong>in</strong>g ook niet altijd een veilige plek<br />

is, blijkt uit de cijfers over k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g. De meest<br />

actuele gegevens hierover zijn te v<strong>in</strong>den op de website<br />

18 docenten en leerl<strong>in</strong>gen vergroten, maar er kleven allerlei<br />

praktische bezwaren aan en de vraag is of ze effectief zijn.<br />

In de Verenigde Staten behoren detectiepoortjes zo’n<br />

beetje tot de standaarduitrust<strong>in</strong>g op scholen voor voortgezet<br />

onderwijs, maar school shoot<strong>in</strong>gs hebben ze er niet<br />

altijd mee kunnen voorkomen, om over wapenloos<br />

geweld maar te zwijgen. Bijkomend nadelig effect is dat<br />

<strong>het</strong> probleem zich kan verplaatsten naar de omgev<strong>in</strong>g net<br />

buiten <strong>het</strong> schoolgebouw. Wel is er <strong>in</strong> 2011 een wetsvoorstel<br />

<strong>in</strong>gediend om een verplichte registratie van gewelds<strong>in</strong>cidenten<br />

op scholen <strong>in</strong> te voeren, maar dat is ook weer<br />

van <strong>het</strong> Nederlands Jeugd<strong>in</strong>stituut (NJI). In 2010 zijn<br />

118.000 k<strong>in</strong>deren van 0-18 jaar slachtoffer geworden van<br />

een vorm van mishandel<strong>in</strong>g (fysiek, emotioneel en/of seksueel).<br />

Dat is ongeveer 3% van de totale groep k<strong>in</strong>deren <strong>in</strong><br />

deze leeftijdscategorie. Dat lijkt een toename te zijn ten<br />

opzichte van een met<strong>in</strong>g <strong>in</strong> 2005, toen er 107.000 gevallen<br />

waren. Het NJI betwijfelt echter of <strong>het</strong> daadwerkelijke aantal<br />

mishandel<strong>in</strong>gen is toegenomen; <strong>het</strong> lijkt er meer op<br />

dat er gewoon beter wordt gemeld. Voor <strong>het</strong> berekenen<br />

van deze cijfers zijn drie bronnen gebruikt: een onderzoek<br />

onder professionals die met k<strong>in</strong>deren werken, onder<br />

AMK’s en een onderzoek onder scholieren. Maar: <strong>het</strong><br />

blijven altijd schatt<strong>in</strong>gen. Het werkelijk aantal gevallen<br />

mishandel<strong>in</strong>gen ligt waarschijnlijk hoger dan de cijfers<br />

die hier genoemd worden.<br />

INTERNET<br />

Ten slotte <strong>het</strong> virtuele dome<strong>in</strong>. Jongeren zijn zeer actieve<br />

gebruikers van sociale media en mobiele diensten. Van de<br />

15-25 jarigen maakt 96% dagelijks gebruik van <strong>in</strong>ternet,<br />

vooral via hun smartphone. Onder oudere leeftijdsgroepen<br />

ligt <strong>het</strong> <strong>in</strong>ternetgebruik tien procentpunten lager. Meer<br />

dan 90% is actief op sociale netwerken als Facebook en<br />

Twitter. 17 In 2012 was 12% van de jongeren slachtoffer<br />

van cybercrime, <strong>in</strong> de helft van de gevallen g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> om<br />

hacken, een kwart was slachtoffer van onl<strong>in</strong>e pesten en<br />

ongeveer een kwart slachtoffer van aan/verkoopfraude.<br />

Een kle<strong>in</strong> deel van de gevallen betrof identiteitsfraude. 18<br />

Een onderwerp waar momenteel veel aandacht naar uitgaat,<br />

is sext<strong>in</strong>g. 19 Zo heet <strong>het</strong> (seksueel) get<strong>in</strong>te foto’s en<br />

filmpjes van elkaar maken en deze onderl<strong>in</strong>g uitwisselen<br />

via digitale media. Uit een onderzoek van de Rutgers WPF<br />

blijkt dat 8% van de jongens en 4% van de meisjes ooit<br />

borsten en/of geslachtsdelen heeft laten zien voor de<br />

webcam. Een iets kle<strong>in</strong>er percentage, respectievelijk 6%<br />

en 2% delen weleens een foto of filmpje van een ander. 20<br />

Sext<strong>in</strong>g is op zich niet erg – volgens experts 21 is <strong>het</strong><br />

onderdeel van de gewone seksuele ontwikkel<strong>in</strong>g die een<br />

nieuwe uit<strong>in</strong>gsvorm heeft gekregen – maar kan heel nare<br />

consequenties hebben als de ontvanger de beelden met<br />

anderen deelt die ze op hun beurt ook weer verder verspreiden.<br />

In <strong>het</strong> tweede deel van deze publicatie vertellen<br />

jeugdagenten hoe sext<strong>in</strong>g veel opschudd<strong>in</strong>g kan veroorzaken<br />

en een forse impact op de slachtoffers kan hebben.<br />

Beelden die op <strong>in</strong>ternet circuleren zijn nagenoeg onuitwisbaar,<br />

dus een <strong>in</strong>tiem plaatje kan een slachtoffer nog<br />

heel lang achtervolgen. Bovendien wordt <strong>het</strong> slacht offer<br />

vaak veroordeeld door zijn of haar sociale omgev<strong>in</strong>g en<br />

niet degene die over de schreef is gegaan door de beelden<br />

te versturen. Een aantal Brabantse <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen is daarom<br />

een campagne begonnen om jongeren bewust te maken<br />

van risico’s via de website www.sext<strong>in</strong>gonuitwisbaar.nu<br />

19<br />

Dat de thuisomgev<strong>in</strong>g ook niet altijd<br />

een veilige plek is, blijkt uit<br />

de cijfers over k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />

TABEL 1.3 CLIËNTEN VAN SLACHTOFFERHULP NEDERLAND, TOTAAL EN 12-20 JAAR<br />

cliënten<br />

2011 2012 2013<br />

aantal % aantal % aantal %<br />

aanmeld<strong>in</strong>gen totaal 193.893 100% 220.346 100% 215.866 100%<br />

<strong>in</strong>take totaal 133.271 69% 150.952 69% 164.766 76%<br />

geen vervolghulp 89.292 67% 91.445 61% 93.932 57%<br />

wel vervolghulp 43.979 33% 59.507 39% 71.374 43%<br />

<strong>in</strong>take jongeren 12-20 16.234 12% 21.403 14% 23.860 14%<br />

geen vervolghulp 10.558 65% (8%)* 14.936 70% (10%)* 15.923 67% (10%)*<br />

wel vervolghulp 5.676 35% (4%)* 6.467 30% (4%)* 7.937 33% (5%)*<br />

* Percentage van <strong>in</strong>take totaal<br />

Bron: Slachtofferhulp Nederland


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

TABEL 1.4 SLACHTOFFERS 12-20 JAAR NAAR DELICT<br />

delict<br />

2011 2012 2013<br />

aantal % aantal % aantal %<br />

geweld 66% 64% 61%<br />

licht 1 4.581 - 6.398 - 7.374 -<br />

zwaar 2 6.186 - 7.337 - 7.218 -<br />

zeden 10% 9% 7%<br />

licht 3 469 - 616 - 407 -<br />

zwaar 4 1.106 - 1.379 - 1.291 -<br />

ongevallen 15% 16% 17%<br />

niet dodelijk 2.408 - 3.379 - 4.028 -<br />

dodelijk 83 - 117 - 112 -<br />

vermogen 841 5% 1.522 7% 2.569 11%<br />

nazorg 134 0,8% 187 0,8% 254 1%<br />

maar een afnemend gebruik van de vervolghulp ten<br />

van Slachtofferhulp Nederland zijn deze verschillen niet<br />

vermiss<strong>in</strong>g 0 0% 2 0% 8 0,03%<br />

20 opzichte van 2011 (-2%). In vergelijk<strong>in</strong>g met de totale<br />

zonder meer te duiden. In volgende hoofdstukken en <strong>in</strong><br />

21<br />

discrim<strong>in</strong>atie<br />

stalk<strong>in</strong>g<br />

overig 5 17<br />

70<br />

339<br />

0,1%<br />

0,4%<br />

2%<br />

11<br />

104<br />

351<br />

0,05%<br />

0,4%<br />

2%<br />

20<br />

93<br />

486<br />

0,1%<br />

0,4%<br />

2%<br />

groep aangemelde slachtoffers maken jongeren naar<br />

verhoud<strong>in</strong>g m<strong>in</strong>der gebruik van vervolghulp.<br />

de <strong>in</strong>terviews van deel 2 komt wel een aantal mogelijke<br />

verklar<strong>in</strong>gen aan de orde. Jongeren hebben vaak sterk <strong>het</strong><br />

gevoel dat ze <strong>het</strong> wel voor zichzelf kunnen oplossen. Dat<br />

TOTAAL 16.234 100% 21.403 100% 23.860 100%<br />

DELICTEN<br />

Voor jongeren vormen vooral geweldsdelicten de aanleid<strong>in</strong>g<br />

is de ervar<strong>in</strong>g van professionals die met jongeren werken,<br />

maar dat vertellen ze ook zelf. Daarnaast spelen schuld en<br />

Bron: Slachtofferhulp Nederland<br />

van <strong>het</strong> contact met Slachtofferhulp Nederland, daarna<br />

volgen ongevallen, vermogensdelicten en zedendelicten.<br />

schaamte een rol. Soms hebben ze <strong>het</strong> gevoel dat ze zelf<br />

iets verkeerd hebben gedaan, <strong>in</strong> plaats van dat hun iets is<br />

Vergeleken met <strong>het</strong> totaal aantal aangemelde slachtoffers overkomen, zoals misbruikslachtoffer Marieke vertelt.<br />

1.4 JONGEREN EN SLACHTOFFERHULP<br />

komen jongeren veel vaker bij Slachtofferhulp Nederland Waarschijnlijk zijn ook de onbekendheid met de dienstverlen<strong>in</strong>g<br />

terecht <strong>in</strong> verband met gewelds- en zedenmisdrijven<br />

en verkeersongevallen, en relatief heel we<strong>in</strong>ig voor<br />

van Slachtofferhulp Nederland en <strong>het</strong> imago dat<br />

de organisatie bij jongeren heeft factoren van <strong>in</strong>vloed.<br />

vermogensdelicten. Dat is een opvallend verschil, want<br />

vermogensdelicten vormen voor de algemene groep<br />

slachtoffers de belangrijkste aanleid<strong>in</strong>g (zie grafiek 1.2).<br />

Hoewel jongeren een grotere kans op slachtofferschap<br />

hebben, is de kans dat ze met Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong><br />

contact komen niet evenredig groter. De afgelopen twee<br />

jaar (2012 en 2013) werden er <strong>in</strong> totaal ruim tweehonderdduizend<br />

slachtoffers per jaar aangemeld bij Slachtofferhulp<br />

Nederland; <strong>het</strong> overgrote deel (90%) door de politie. Na<br />

de aanmeld<strong>in</strong>g probeert Slachtofferhulp Nederland altijd<br />

telefonisch contact op te nemen, maar dat lukt niet altijd.<br />

Met 70-75% van de aangemelde personen komt wel<br />

contact tot stand en kan er een <strong>in</strong>take plaatsv<strong>in</strong>den.<br />

1 Mishandel<strong>in</strong>g<br />

2 Zware mishandel<strong>in</strong>g, geweld<br />

dodelijk, bedreig<strong>in</strong>g, overval,<br />

berov<strong>in</strong>g, vrijheidsbenem<strong>in</strong>g<br />

en gijzel<strong>in</strong>g<br />

3 Openbare schennis, zeden<br />

algemeen/overig<br />

4 Aanrand<strong>in</strong>g, verkracht<strong>in</strong>g,<br />

<strong>in</strong>cest, ontucht m<strong>in</strong>derjarige,<br />

vrouwenhandel<br />

5 O.a. zelfdod<strong>in</strong>g, brand,<br />

verdr<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g, arbeidsongeval<br />

HULPAFNAME<br />

In meer dan de helft van de zaken blijft <strong>het</strong> bij een eenmalig<br />

contact. Een kle<strong>in</strong> deel van benaderde slachtoffers slaat<br />

ieder hulpaanbod af, een groot deel heeft genoeg aan<br />

<strong>in</strong>formatie, tips of een doorverwijz<strong>in</strong>g (de categorie ‘geen<br />

vervolghulp’). Het aandeel slachtoffers dat gebruikmaakt<br />

van vervolghulp, dat wil zeggen de juridische en algemene<br />

dienstverlen<strong>in</strong>g van Slachtofferhulp Nederland, <strong>het</strong> casemanagement<br />

en de nazorg bij rampen en calamiteiten, is<br />

ten opzichte van 2011 gestegen met 10%.<br />

Kijken we naar jongeren van 12 tot en met 20 jaar, dan zien<br />

we ook wel een kle<strong>in</strong>e stijg<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> aantal <strong>in</strong>takes (2%),<br />

GRAFIEK 1.2 VERDELING DELICTCATEGORIEËN 12-20-JARIGEN EN TOTAAL<br />

OVERIG<br />

VERMOGEN<br />

VERKEER<br />

ZEDEN<br />

GEWELD<br />

0% 18% 35% 53% 70%<br />

Bron: Slachtofferhulp Nederland<br />

Jongeren komen gemiddeld meer <strong>in</strong> beeld bij<br />

Slachtofferhulp Nederland voor verkeersongevallen,<br />

zeden- en bovenal geweldsdelicten. Ze zijn bovendien<br />

m<strong>in</strong>der geneigd om (vervolg)hulp te aanvaarden. Uit algemene<br />

slachtofferstatistieken en de hulpverlen<strong>in</strong>gscijfers<br />

TOTAAL<br />

12-20<br />

In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk beg<strong>in</strong>nen we met een nadere<br />

verkenn<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong>. ‘Wij zijn ons bre<strong>in</strong>’, stelt<br />

Swaab. Dat is een wel heel determ<strong>in</strong>istische opvatt<strong>in</strong>g,<br />

maar feit is dat de kwetsbaarheid van jongeren voor<br />

slachtofferschap samenhangt met allerlei ontwikkel<strong>in</strong>gsprocessen<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> bre<strong>in</strong>.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

2 Het puberbre<strong>in</strong><br />

en pubergedrag<br />

Een biologisch perspectief<br />

Puberteit is als verhuizen: <strong>het</strong> is een pu<strong>in</strong>hoop, maar <strong>het</strong> is<br />

slechts tijdelijk. Zo karakteriseert de Amerikaanse acteur<br />

en met <strong>het</strong> 16e jaar. Het begrip adolescentie slaat op de<br />

hele overgangsperiode van k<strong>in</strong>d naar volwassenheid.<br />

verwerven, oude banden (met ouders) losser maken en<br />

nieuwe banden aangaan met leeftijdsgenoten, potentiële<br />

partners en andere <strong>in</strong>dividuen die van belang zijn voor<br />

hun toekomst. Het is een periode die bol staat van groei<br />

en potentie, maar waaraan ook risico’s zijn verbonden. 25<br />

Want al verkeren adolescenten <strong>in</strong> de beste fysieke conditie<br />

van hun leven, hun sterftecijfer is twee à drie keer hoger<br />

dan bij k<strong>in</strong>deren. Die sterfte is dan ook voornamelijk te<br />

wijten aan vermijdbare doodsoorzaken, zoals verkeersongelukken,<br />

rijden onder <strong>in</strong>vloed, risicovol gedrag. 26<br />

In dit hoofdstuk beg<strong>in</strong>nen we bij de hormonale verander<strong>in</strong>gen<br />

die de motor vormen van allerlei <strong>in</strong>grijpende<br />

lichamelijke verander<strong>in</strong>gen en daarmee samenhangend<br />

gedrag. Vervolgens kijken we naar ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de<br />

hersenen en hoe die tot uitdrukk<strong>in</strong>g komen op cognitief,<br />

emotioneel en sociaal gebied. Ten slotte leggen we vanuit<br />

De puberteit komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> lichamelijke verander<strong>in</strong>gen<br />

en <strong>in</strong> gedrag. Hormonen spelen een cruciale rol <strong>in</strong><br />

dit proces. In de eerste plaats natuurlijk de hormonen die<br />

de rijp<strong>in</strong>g van de geslachtsorganen <strong>in</strong> gang zetten.<br />

Het proces beg<strong>in</strong>t wanneer de hypothalamus, <strong>het</strong> hormonale<br />

regelcentrum <strong>in</strong> de hersenen, de aanmaak van een<br />

bepaalde stof (Gonadotrop<strong>in</strong>-releas<strong>in</strong>g hormone) fl<strong>in</strong>k<br />

opvoert. Dit activeert op zijn beurt de hypofyse om<br />

geslachtshormonen, waaronder testosteron, aan te maken.<br />

Zo beg<strong>in</strong>t de productie van zaad- en eicellen bij jongens<br />

en meisjes. In <strong>het</strong> verlengde daarvan v<strong>in</strong>den er andere<br />

fysieke verander<strong>in</strong>gen plaats, zoals de groei van schaamhaar,<br />

borsten, en andere typische mannelijke en vrouwelijke<br />

lichaamskenmerken. Hormonen hebben ook direct<br />

<strong>in</strong>vloed op gedrag. Zo is er een duidelijk verband tussen<br />

testosteron en agressie en de neig<strong>in</strong>g om risico’s te nemen.<br />

Ook de productie van en gevoeligheid voor andere<br />

hormonen verandert. Pubers maken bijvoorbeeld m<strong>in</strong>der<br />

melaton<strong>in</strong>e aan omdat die stof de geslachtsrijp<strong>in</strong>g afremt.<br />

Het neveneffect is een verstoord slaapritme, juist <strong>in</strong> een<br />

periode dat jongeren heel veel slaap nodig hebben. Ze<br />

zitten als <strong>het</strong> ware <strong>in</strong> een cont<strong>in</strong>ue jetlag. 27 In de puberteit<br />

neemt ook de activiteit toe van hersendelen die reageren<br />

op dopam<strong>in</strong>e, een stof die een belangrijke functie vervult<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> belon<strong>in</strong>gssysteem. Dopam<strong>in</strong>e staat ook wel bekend<br />

als een van de gelukshormonen en komt vrij bij stimulerende<br />

en prettige ervar<strong>in</strong>gen. Het verklaart mede waarom<br />

jongeren sterk de neig<strong>in</strong>g hebben op zoek te gaan naar<br />

zulke ‘kicks’ <strong>in</strong> de vorm van spannende, opw<strong>in</strong>dende en<br />

vaak ook risicovolle situaties of gedrag<strong>in</strong>gen. En waarom<br />

zij ook gevoelig zijn voor verslav<strong>in</strong>gen.<br />

22<br />

Warren Thomas deze woelige periode <strong>in</strong> <strong>het</strong> mensenleven.<br />

Misschien ervaren pubers <strong>het</strong> zelf zo niet, hun ouders,<br />

docenten en andere volwassenen <strong>in</strong> ieder geval wel.<br />

Deze wordt bereikt ergens halverwege de tw<strong>in</strong>tig<br />

wanneer de ontwikkel<strong>in</strong>g van de hersenen is voltooid.<br />

Neuropsycholoog Jelle Jolles vergelijkt deze periode met<br />

deze kennis een verband met <strong>het</strong> verhoogde risico van<br />

jongeren voor slachtofferschap.<br />

Behalve een tijdelijke, activerende werk<strong>in</strong>g hebben<br />

hormonen ook een organiserende werk<strong>in</strong>g. Vooral op<br />

de hersenen, een orgaan dat uitermate gevoelig is voor<br />

23<br />

‘Onze jeugd heeft tegenwoordig een sterke hang naar de metamorfose van een rups tot vl<strong>in</strong>der. ‘Het k<strong>in</strong>d wordt<br />

dergelijke chemische boodschappen. Onder <strong>in</strong>vloed van<br />

luxe, heeft slechte manieren, m<strong>in</strong>acht<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> gezag adolescent en de adolescent wordt volwassen; <strong>het</strong> ‘verbre<strong>in</strong>t’.<br />

2.2 HORMONEN<br />

hormonen ontwikkelen zich permanente hersenstructuren<br />

en geen eerbied voor ouderen. Ze geven de voorkeur aan<br />

Het begrip ‘verbre<strong>in</strong>en’ duidt aan dat de verhou-<br />

die op hun beurt gedrag organiseren.<br />

kletspraatjes <strong>in</strong> plaats van schol<strong>in</strong>g (…) Jonge mensen d<strong>in</strong>g tussen k<strong>in</strong>d en adolescent dezelfde is als die van een<br />

staan niet meer op als een oudere de kamer b<strong>in</strong>nenkomt. larve en pop. De laatste moet – letterlijk – nog verpoppen<br />

Ze spreken hun ouders tegen, houden hun mond niet <strong>in</strong> om zich tot vl<strong>in</strong>der te ontwikkelen. Analoog moet de<br />

2.3 HERSENEN<br />

gezelschap (...) en tiranniseren hun leraren.’ Dit 2500 jaar adolescent verbre<strong>in</strong>en tot volwassene. Het is niet zomaar<br />

oude citaat van de Griekse wijsgeer Socrates heeft nagenoeg<br />

een ‘jonge volwassene’. Maar ook niet een oud k<strong>in</strong>d. Het is<br />

niets aan actualiteit <strong>in</strong>geboet. Het illustreert dat een tussenvorm tussen k<strong>in</strong>d en volwassene <strong>in</strong>, en <strong>het</strong> zijn<br />

puberaal gedrag van alle tijden is – net als de ergernis zowel biologische factoren als de omgev<strong>in</strong>g die bepalen<br />

van volwassen erover. 23<br />

hoe efficiënt <strong>het</strong> proces van verbre<strong>in</strong>en verloopt.’ 24<br />

2.1 INLEIDING<br />

Aan <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> van dit hoofdstuk is <strong>het</strong> goed om onderscheid<br />

te maken tussen de begrippen puberteit en adolescentie.<br />

Puberteit duidt op de ontwikkel<strong>in</strong>g van de<br />

geslachtsrijpheid bij k<strong>in</strong>deren, ruwweg vanaf <strong>het</strong> 12e tot<br />

Behalve als een fase van <strong>in</strong>grijpende lichamelijke, emotionele,<br />

cognitieve en gedragsverander<strong>in</strong>gen kan de adolescentie<br />

ook worden opgevat als een periode waar<strong>in</strong> een<br />

aantal belangrijke ontwikkel<strong>in</strong>gstaken moeten worden<br />

uitgevoerd. Jongeren moeten zich de competenties eigen<br />

maken waarmee ze hun rol als volwassene kunnen vervullen.<br />

Ze moeten een zekere mate van autonomie<br />

Hersenontwikkel<strong>in</strong>g is niet alleen een kwestie van groei <strong>in</strong><br />

omvang, maar vooral een kwestie van de aanleg van<br />

verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen en gespecialiseerde structuren. In de eerste<br />

levensfase is er een overproductie van grijze cellen (neuronen),<br />

die verantwoordelijk zijn voor <strong>het</strong> verwerken van<br />

<strong>in</strong>formatie. De productie van witte cellen (axonen), die<br />

zorgen voor de communicatie tussen de neuronen blijft<br />

daarbij achter. Gevolg is dat de hersenen m<strong>in</strong>der efficiënt<br />

werken. Pas wanneer de grijze stof weer afneemt, gaat <strong>het</strong><br />

aanleggen van verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen en daarmee <strong>het</strong> specialiseren<br />

van hersengebieden beter. 28 Er v<strong>in</strong>dt tegelijkertijd een<br />

snoeiproces plaats; sterke en veel gebruikte verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

De puberteit komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g<br />

<strong>in</strong> lichamelijke verander<strong>in</strong>gen<br />

en <strong>in</strong> gedrag<br />

worden sterker en zwakkere of ongebruikte verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen<br />

verdwijnen. 29 Dan gaat <strong>het</strong> bijvoorbeeld over gebieden<br />

als, of verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen met:<br />

n de amygdala, deze speelt een belangrijke rol bij primaire<br />

(onwillekeurige, directe) emoties op prikkels;<br />

n de nucleus accumbens <strong>in</strong> de basale ganglia, ook wel<br />

<strong>het</strong> pleziercentrum genoemd en zeer gevoelig voor<br />

belon<strong>in</strong>g;<br />

n de prefrontale cortex die de cognitieve vermogens<br />

regelt, zoals <strong>het</strong> tijdelijk opslaan van <strong>in</strong>formatie <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

werkgeheugen, <strong>het</strong> manipuleren van <strong>in</strong>formatie (bv.<br />

probleem oplossen), beoordel<strong>in</strong>gsvermogen, de impulscontrole<br />

(ook wel <strong>in</strong>hibitie genoemd), plannen en <strong>het</strong><br />

kunnen aanpassen van gedrag aan nieuwe <strong>in</strong>formatie;<br />

n orbitofrontale cortex: <strong>het</strong> verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gscentrum met de<br />

limbische hersenen (primair reageren op belon<strong>in</strong>g en<br />

straf), de sensomotorische cortex (‘bewustzijn’ van <strong>het</strong><br />

lichaam en aanstur<strong>in</strong>g van beweg<strong>in</strong>g) en laterale frontale<br />

cortex (aansturen van bewuste handel<strong>in</strong>gen). Hier<br />

komen cognitie en emotie samen, <strong>het</strong> is <strong>het</strong> raakvlak<br />

tussen gecontroleerd gedrag en onwillekeurig gedrag.<br />

Een tijdlang is <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong> beschouwd als een gemankeerd<br />

volwassenenbre<strong>in</strong>, waarbij met name de late ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

van de prefrontale cortex de oorzaak zou zijn van<br />

typisch pubergedrag als impulsief en risicovol handelen,<br />

gevoeligheid voor verslav<strong>in</strong>gen, slecht kunnen plannen<br />

en snel afgeleid zijn. Maar de werkelijkheid ligt veel ge -<br />

nuanceerder, zo heeft hersenonderzoek met behulp van<br />

onder meer MRI- en fMRI-scans uitgewezen.<br />

2.4 GEDRAG<br />

De ontwikkel<strong>in</strong>g en activiteit van en de communicatie<br />

tussen de verschillende hersenengebieden lopen <strong>in</strong><br />

adolescentie niet netjes synchroon. Dat komt op verschillende<br />

manieren tot uitdrukk<strong>in</strong>g 30 :<br />

n Omdat de verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen tussen hersendelen nog <strong>in</strong><br />

aanbouw zijn, verloopt de <strong>in</strong>formatieoverdracht <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

bre<strong>in</strong> m<strong>in</strong>der snel en m<strong>in</strong>der rout<strong>in</strong>eus. Nelis en Van<br />

Sark, auteurs van Het puberende bre<strong>in</strong> b<strong>in</strong>nenstebuiten,<br />

gebruiken de metafoor van kronkelpaadjes die alleen<br />

te voet begaanbaar zijn en moeten uitgroeien tot<br />

snel wegen die grote hoeveelheden verkeer op hoge<br />

snelheid kunnen verwerken. Daarom hebben pubers<br />

meer moeite met complexe taken als overzicht houden<br />

en concentreren. Dat wil niet zeggen dat ze <strong>het</strong> niet<br />

kunnen. Het voordeel is dat ze m<strong>in</strong>der vastgeroest zitten<br />

<strong>in</strong> vaste denkpatronen – de automatische piloot die bij<br />

volwassen denken heel prom<strong>in</strong>ent is – en veel creatiever<br />

zijn <strong>in</strong> hun denken.<br />

n De prefrontale cortex van een puber gedraagt zich grillig<br />

en dat heeft weer sterke wissel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> gedrag en<br />

mogelijkheden tot gevolg. Nu eens hebben emotionele<br />

hersengebieden de overhand, dan weer de rationele. In<br />

pr<strong>in</strong>cipe kunnen pubers complexe taken net zo goed<br />

volbrengen als volwassenen, maar dat is sterk afhankelijk<br />

van hun motivatie (is er bijvoorbeeld een belon<strong>in</strong>g)<br />

en hun omgev<strong>in</strong>g (die zowel afleid<strong>in</strong>g als bevestig<strong>in</strong>g<br />

kan bieden).<br />

n De amygdala is zeer actief en gevoelig <strong>in</strong> de puberjaren.<br />

Dit <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met de overvloedige aanwezigheid<br />

van bepaalde hormonen en <strong>het</strong> feit dat de remmende<br />

<strong>in</strong>vloed van de prefrontale cortex nog niet optimaal is,<br />

leidt tot grote stemm<strong>in</strong>gswissel<strong>in</strong>gen. ‘In een seconde<br />

van huiskat naar tijger’, zo beschreef een van de geïnterviewde<br />

jongeren uit deel 2 de heftige omslag <strong>in</strong> haar<br />

emoties. Voor veel opvoeders zal dit een uitermate<br />

herkenbaar beeld zijn. Daarnaast is hun impulscontrole<br />

lager dan die van volwassenen, ze zijn m<strong>in</strong>der gevoelig<br />

voor signalen die risico’s aanduiden en juist heel<br />

gevoelig voor belon<strong>in</strong>gen en avontuur.<br />

n De puberteit is de fase waar<strong>in</strong> k<strong>in</strong>deren zich gaan afzetten<br />

tegen hun ouders en zich sterk gaan richten op leeftijdsgenoten.<br />

Daar zit evolutionaire logica achter: <strong>het</strong><br />

verkle<strong>in</strong>t de kans op voortplant<strong>in</strong>g <strong>in</strong> eigen kr<strong>in</strong>g en<br />

daarmee <strong>het</strong> risico op erfelijke afwijk<strong>in</strong>gen. 31 De oriëntatie<br />

van hun sociale bre<strong>in</strong> verschuift dus van ouders/<br />

opvoeders naar peers en reageert sterker op belon<strong>in</strong>gen<br />

of bedreig<strong>in</strong>gen die zich <strong>in</strong> deze context voordoen:<br />

bewonderd, geaccepteerd of juist afgewezen worden.<br />

Als jongeren weten (of denken) dat vrienden meekijken,<br />

zijn ze <strong>in</strong> wetenschappelijke spelexperimenten bereid<br />

om meer risico’s te nemen. In wetenschappelijke studies<br />

worden dergelijke affectief-emotioneel geladen situaties<br />

een ‘hot context’ genoemd. In die situaties wegen<br />

jongeren hun besliss<strong>in</strong>gen op een andere manier af dan<br />

<strong>in</strong> een neutrale of ‘koele’ context. In <strong>het</strong> laatste geval<br />

maken ze meer gebruik van hun cognitieve vermogens<br />

en is hun besliss<strong>in</strong>gsproces meer gelijk aan dat van volwassenen.<br />

Dit illustreert dat <strong>het</strong>geen <strong>in</strong> de hersenen<br />

gebeurt geen op zichzelf staande processen zijn, maar<br />

dat bre<strong>in</strong> en sociale omgev<strong>in</strong>g elkaar steeds beïnvloeden.<br />

32 Daarnaast hebben wetenschappers ontdekt dat<br />

<strong>het</strong> aflezen van emoties bij jongeren anders gebeurt<br />

dan bij volwassenen. Ze reageren heftiger op negatieve<br />

en blije gezichtsuitdrukk<strong>in</strong>gen en duiden angstige<br />

expressies eerder aan als boosheid dan als angst. Tussen<br />

de 12 en 14 jaar neemt <strong>het</strong> vermogen om signalen van<br />

woede en verdriet te herkennen zelfs af, maar rond hun<br />

17e jaar is dat weer bijgetrokken. Vanaf hun 12e zijn ze<br />

wel steeds beter <strong>in</strong> staat <strong>het</strong> perspectief van anderen<br />

aan te nemen en door de bril van een ander naar zichzelf<br />

te kijken.<br />

24 25<br />

In deze paragraaf hebben we globaal een aantal ontwikkel<strong>in</strong>gen<br />

<strong>in</strong> de hersenen van jongeren beschreven.<br />

Jongeren doorlopen dit proces niet op dezelfde manier of<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong>zelfde tempo. Iedere jongere is immers uniek, met<br />

unieke genetische en fysieke kenmerken en opgroeiend <strong>in</strong><br />

zijn eigen, steeds weer veranderende sociale omgev<strong>in</strong>g.<br />

2.5 TOT BESLUIT<br />

Het gedrag van pubers is veel meer dan <strong>het</strong> resultaat van<br />

allerlei biologische ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> bre<strong>in</strong>. Er v<strong>in</strong>dt<br />

voortdurend en op een complexe wijze beïnvloed<strong>in</strong>g plaats<br />

tussen biologische en sociale factoren. Dat gebeurt op zo’n<br />

manier dat ze <strong>in</strong>derdaad kwetsbaarder zijn voor bepaalde<br />

problemen, zoals verslav<strong>in</strong>g. Ze zijn veel gevoeliger voor


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

belon<strong>in</strong>g op korte termijn en besteden m<strong>in</strong>der aandacht<br />

aan de consequenties van hun keuzes. Ze zijn ook zeer<br />

gericht op sociale omgev<strong>in</strong>g en dan vooral leeftijdsgenoten.<br />

Ergens bij horen en status <strong>in</strong> een groep zijn belangrijk<br />

voor jonge adolescenten. Dit samenspel van verschillende<br />

factoren leidt tot keuzes <strong>in</strong> gedrag die nadelige consequenties<br />

kunnen hebben voor henzelf en anderen.<br />

De andere kant van de medaille is dat pubers <strong>in</strong> deze fase<br />

heel goed <strong>in</strong>gesteld zijn op leren (vooral op <strong>het</strong> sociaalemotionele<br />

vlak) en heel flexibel zijn. Daardoor zijn ze <strong>in</strong><br />

staat zich aan te passen aan verander<strong>in</strong>gen die <strong>het</strong> volwassen<br />

worden <strong>in</strong>leiden. Als ze niet zo gemakkelijk risico’s<br />

zouden nemen, zouden ze <strong>het</strong> veilige nest niet durven<br />

verlaten, moeilijk nieuwe relaties aangaan en m<strong>in</strong>der<br />

<strong>in</strong>gesteld zijn op <strong>het</strong> ontdekken van nieuwe d<strong>in</strong>gen.<br />

wassenenbre<strong>in</strong> dat nog niet klaar is; <strong>het</strong> zijn creatieve<br />

<strong>in</strong>novatie- en leermach<strong>in</strong>es’, concludeert Van H<strong>in</strong>tum. 33<br />

In plaats van de puberteit en adolescentie als een voornamelijk<br />

problematische fase <strong>in</strong> <strong>het</strong> mensenleven te<br />

beschouwen, een verraderlijke h<strong>in</strong>dernis die nu eenmaal<br />

moet worden genomen, doet <strong>het</strong> jongeren meer recht om<br />

deze periode te beschouwen als een fase van groei, kansen,<br />

uitdag<strong>in</strong>gen en flexibiliteit. De grote meerderheid<br />

komt uite<strong>in</strong>delijk dan ook zonder grote of blijvende kleerscheuren<br />

door deze periode heen. 2<br />

3 Jongeren, victimisatie,<br />

identiteit en peers<br />

Een sociocultureel perspectief<br />

Er valt <strong>in</strong> een hoofdstuk van enkele pag<strong>in</strong>a’s nauwelijks<br />

recht te doen aan de complexiteit van de materie zoals<br />

hier beschreven en de vele wetenschappelijke studies en<br />

26<br />

Het onderzoekende, nieuwsgierige en grensverleggende<br />

gedrag waardoor ze soms <strong>in</strong> zeven sloten tegelijk lopen is<br />

nodig om zich hun toekomstige rol als volwassene goed<br />

eigen te kunnen maken. ‘Als jongeren ergens hun z<strong>in</strong>nen<br />

op hebben gezet en dus een sterke <strong>in</strong>tr<strong>in</strong>sieke motivatie<br />

hebben, dan kunnen ze net zo goed complexe taken vervullen<br />

als volwassenen en met net zo veel volhard<strong>in</strong>g en<br />

concentratie. Puberhersenen zijn dus niet zozeer een volhandboeken<br />

die erover zijn geschreven. We hebben een<br />

aantal onderwerpen voor <strong>het</strong> voetlicht gebracht die goed<br />

zijn om <strong>in</strong> <strong>het</strong> achterhoofd te houden wanneer we jongeren<br />

proberen te bereiken en hen te ondersteunen bij de<br />

juridische en psychosociale gevolgen van slachtofferschap.<br />

In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk verleggen we de focus<br />

naar een onderwerp dat hier al even aan de orde is gekomen:<br />

de betekenis van leeftijdsgenoten voor jongeren.<br />

De sociologische en daaraan verwante discipl<strong>in</strong>es als<br />

crim<strong>in</strong>ologie en victimologie bieden <strong>in</strong>teressante aanknop<strong>in</strong>gspunten<br />

om te verklaren waarom jongeren zoveel<br />

kwetsbaarder zijn voor crim<strong>in</strong>aliteit, welke betekenis aan<br />

slachtofferschap wordt gegeven door jongeren zelf en<br />

hoe de samenlev<strong>in</strong>g omgaat met jonge slachtoffers. In dit<br />

hoofdstuk bespreken we kort een aantal theorieën over<br />

risico’s die leiden tot een verhoogde kans op slachtofferschap,<br />

vervolgens besteden we aandacht aan enkele<br />

ideeën over jongerencultuur en de <strong>in</strong>vloed van leeftijdsgenoten,<br />

drijf als gevolg van zijn leefstijl. De plaatsen waar iemand<br />

zich begeeft, de d<strong>in</strong>gen die hij daar doet, <strong>het</strong> tijdstip<br />

waarop die handel<strong>in</strong>gen plaatsv<strong>in</strong>den en de mensen met<br />

wie hij <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g komt, hangen sterk samen met<br />

iemands leefstijl.<br />

Leefstijl is een samenspel van verschillende factoren waaronder<br />

demografische kenmerken zoals leeftijd, geslacht<br />

en burgerlijke staat; sociaaleconomische karakteristieken<br />

als opleid<strong>in</strong>g, werkkr<strong>in</strong>g en woonsituatie en variabelen als<br />

sociale relaties (vriendenkr<strong>in</strong>g), vrijetijdsbested<strong>in</strong>g en con-<br />

27<br />

om te besluiten met maatschappelijke beelden sumptiegedrag van alcohol en/of andere middelen. Met<br />

over jongeren en slachtofferschap.<br />

andere woorden: leefstijlen geven verschillen weer <strong>in</strong> de<br />

Als ze niet zo gemakkelijk<br />

relatie die mensen hebben met sociale <strong>in</strong>stituties, zoals<br />

familie en economie, en <strong>in</strong> de sociale rollen die zij vervullen.<br />

3.1 LIFESTYLE EXPOSURE- EN ROUTINE Een bepaalde levensstijl verhoogt de kans op slachtofferschap<br />

vanwege de hogere blootstell<strong>in</strong>g aan potentiële<br />

risico’s zouden nemen, zouden ze<br />

ACTIVITY-THEORIE<br />

daders, en situaties dan wel plaatsen waar crim<strong>in</strong>aliteit<br />

zich concentreert. 36 Voor de hand liggende voorbeelden<br />

<strong>het</strong> veilige nest niet durven verlaten<br />

LIFESTYLE EXPOSURE-THEORIE<br />

zijn veel uitgaan, deel uitmaken van een groep hangjongeren<br />

De lifestyle exposure-theorie 35 zoekt een verklar<strong>in</strong>g voor<br />

slachtofferschap <strong>in</strong> de kenmerken en <strong>het</strong> gedrag van <strong>het</strong><br />

slachtoffer en <strong>in</strong> diens relatie tot de dader. Deze theorie<br />

beschouwt <strong>het</strong> slachtoffer als een ‘katalysator’ van <strong>het</strong> mis-<br />

en voetbalwedstrijden bezoeken. Maar ook<br />

iemands beroep kan een grote rol spelen; denk bijvoorbeeld<br />

aan politieagenten, tre<strong>in</strong>conducteurs, ambulancepersoneel<br />

en prostituees.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

Er is nogal wat kritiek geweest op deze theorie. Bepaalde<br />

auteurs zien leefstijl als <strong>het</strong> resultaat van persoonlijke keuzes<br />

van <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu. Dat maakt die persoon althans voor een<br />

deel zelf verantwoordelijk voor de gevolgen van zijn keuzes,<br />

dus ook eventueel slachtofferschap. Hij heeft zich immers,<br />

soms uit onwetendheid of ondoordachtheid, maar soms<br />

ook weloverwogen blootgesteld aan gevaar. Had hij andere<br />

keuzes gemaakt, dan was hem veel leed bespaard gebleven.<br />

De kritiek is dan ook dat deze theorie een vorm van victim<br />

blam<strong>in</strong>g <strong>in</strong>houdt. Aan de andere kant biedt <strong>het</strong> (potentiële)<br />

slachtoffers ook een handel<strong>in</strong>gsperspectief: door hun<br />

gedrag te veranderen kunnen ze risico’s verm<strong>in</strong>deren.<br />

Volgen we de lijn van de lifestyle exposure-theorie, dan is<br />

<strong>het</strong> niet moeilijk te verklaren waarom jongeren een<br />

hogere kans op slachtofferschap hebben. Zij brengen veel<br />

n De mate waar<strong>in</strong> iemand <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g kan komen met<br />

potentiële daders. Nemen we jongeren als voorbeeld,<br />

dan zijn er diverse activiteiten waar de kans op contact<br />

met potentiële daders relatief hoog is, zoals: uitgaan, lid<br />

zijn van een hanggroep en naar school gaan.<br />

n De nabijheid tot risicogebieden waar veel potentiële<br />

grote bl<strong>in</strong>de vlek. In geval van andere veel voorkomende<br />

vormen van slachtofferschap onder k<strong>in</strong>deren en jongeren<br />

− zoals huiselijk geweld en seksueel misbruik − schiet<br />

deze theorie tekort. 38 Daarnaast blijft ook <strong>in</strong> deze theorie<br />

de dader grotendeels buiten de analyse.<br />

28 De theorieën vanuit lifestyle exposure en rout<strong>in</strong>e activity<br />

zijn nauw aan elkaar verwant. Het belangrijkste verschil<br />

zit hem <strong>in</strong> <strong>het</strong> perspectief. De eerste theorie focust op<br />

vermeende keuzes van <strong>het</strong> slachtoffer en bij de rout<strong>in</strong>e<br />

activity-theorie wordt <strong>het</strong> meeste gewicht <strong>in</strong> de schaal<br />

gelegd door de afwezigheid van adequate beschermende<br />

structuren, mechanismen of personen die een potentiële<br />

dader <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen of op een specifiek moment weerhouden<br />

van zijn daad. Zoals <strong>het</strong> spreekwoord al zegt:<br />

de gelegenheid maakt de dief.<br />

29<br />

tijd door op plaatsen waar veel mogelijke daders zijn en<br />

waar crim<strong>in</strong>aliteit bovengemiddeld voorkomt. Het hoort<br />

bij hun leeftijd om op zoek te gaan naar spann<strong>in</strong>g en sensatie.<br />

Maar <strong>in</strong> hoeverre maken ze daar<strong>in</strong> bewuste of rationele<br />

keuzes? Overwegen jongeren <strong>het</strong> risico op slachtofferschap<br />

bij de activiteiten die ze ondernemen en de<br />

sociale situaties waar<strong>in</strong> ze zich begeven? In <strong>het</strong> vorige<br />

hoofdstuk hebben we gezien dat besliss<strong>in</strong>gsprocessen<br />

van jongeren anders verlopen dan van volwassenen als<br />

gevolg van <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsproces <strong>in</strong> de hersenen.<br />

Emoties hebben meer en sneller de overhand dan de ratio.<br />

Ze zijn meer gericht op belon<strong>in</strong>g op korte termijn en m<strong>in</strong>der<br />

gevoelig voor signalen van gevaar en consequenties<br />

op lange termijn. Bovendien, nogal wat levensomstandigheden<br />

en activiteiten van jongeren zijn niet bepaald gebaseerd<br />

op (al of niet rationele) keuzes. Zoals de gez<strong>in</strong>ssituatie,<br />

<strong>het</strong> feit dat ze tot hun 18e naar school moeten en<br />

eventuele psychische of gedragsstoornissen. De vraag is of<br />

crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap niet veel beter verklaard<br />

zouden kunnen worden uit keuzes die de dader maakt.<br />

ROUTINE ACTIVITY-THEORIE<br />

Deze theorie zoekt naar dezelfde soort verbanden als de<br />

lifestyle exposure-theorie, maar kiest een ander perspectief.<br />

De grondleggers van deze theorie, de Amerikaanse crim<strong>in</strong>ologen<br />

Cohen en Felson, def<strong>in</strong>iëren drie noodzakelijke<br />

‘<strong>in</strong>grediënten’ voor <strong>het</strong> voltrekken van een misdrijf: een<br />

gemotiveerde dader, een geschikt slachtoffer en de afwezigheid<br />

van adequate bescherm<strong>in</strong>g (oftewel: gelegenheid).<br />

De theorie verklaart de toename van crim<strong>in</strong>aliteit<br />

<strong>in</strong> de periode na de Tweede Wereldoorlog uit <strong>het</strong> feit dat<br />

veranderende sociale structuren en levenspatronen de<br />

‘geschiktheid’ van mensen als doelwit hebben vergroot en<br />

de mogelijkheden voor adequate bescherm<strong>in</strong>g hebben<br />

verm<strong>in</strong>derd. Het afkalven van gedeelde religieuze waarden,<br />

verander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de gez<strong>in</strong>ssamenstell<strong>in</strong>g, <strong>het</strong> verdwijnen<br />

van de sociale samenhang <strong>in</strong> wijken, <strong>het</strong> handhav<strong>in</strong>gstekort<br />

van politie zijn verander<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> dit plaatje<br />

passen. Om een concreet voorbeeld te geven: dat vrouwen<br />

steeds meer buitenshuis zijn gaan studeren en werken,<br />

heeft geleid tot een toename van zowel <strong>het</strong> aantal<br />

<strong>in</strong>braken als een toename van predatory crimes (bv. overvallen<br />

en zedendelicten), concludeerden de auteurs na<br />

bestuder<strong>in</strong>g van de crim<strong>in</strong>aliteitsstatistieken. M<strong>in</strong>der aanwezigheid<br />

van een volwassene <strong>in</strong> <strong>het</strong> huishouden betekent<br />

m<strong>in</strong>der bescherm<strong>in</strong>g en dus meer gelegenheid voor<br />

<strong>in</strong>brekers. Tegelijkertijd lopen vrouwen buitenshuis meer<br />

risico om potentiële daders tegen te komen en zich op<br />

plekken te begeven waar adequate bescherm<strong>in</strong>g<br />

ontbreekt. 37<br />

Op een kle<strong>in</strong>ere schaal kan de rout<strong>in</strong>e activity-theorie aanknop<strong>in</strong>gspunten<br />

bieden voor <strong>in</strong>dividuele kwetsbaarheid<br />

van bepaalde personen voor bepaalde vormen van crim<strong>in</strong>aliteit.<br />

Het gaat dan om rout<strong>in</strong>ematige activiteiten (bv.<br />

naar school gaan, werken of ontspannen) <strong>in</strong> relatie tot vier<br />

criteria:<br />

De vraag is of crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap<br />

niet veel beter verklaard zouden kunnen worden<br />

uit keuzes die de dader maakt<br />

daders en/of veel potentiële slachtoffers zijn. Denk bijvoorbeeld<br />

aan grootschalige onderwijs<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen, uitgaansgebieden,<br />

maar ook wonen <strong>in</strong> of bij een<br />

achterstandswijk.<br />

n De mate waar<strong>in</strong> een persoon een aantrekkelijk doelwit<br />

is, vanwege bepaalde fysieke kenmerken en/of omdat<br />

hij <strong>in</strong> <strong>het</strong> bezit is van waardevolle, zichtbare, draagbare<br />

of verplaatsbare spullen, zoals een mobiele telefoon,<br />

tablet of scooter.<br />

n Het gebrek aan adequate bescherm<strong>in</strong>g, zoals <strong>het</strong> ontbreken<br />

van toezicht door volwassenen en wonen/werken<br />

<strong>in</strong> een omgev<strong>in</strong>g die slecht is beveiligd. Denk<br />

bijvoorbeeld aan een studentenhuis en <strong>het</strong> rondbrengen<br />

van pizza’s.<br />

Critici stellen dat de rout<strong>in</strong>e activity-theorie vooral verklarende<br />

waarde heeft met betrekk<strong>in</strong>g tot bepaalde vermogens-<br />

en geweldsdelicten en ‘straatcrim<strong>in</strong>aliteit’. Ze kan<br />

deels verklaren waarom jongeren kwetsbaar zijn voor<br />

bepaalde vormen van slachtofferschap, maar er is ook een<br />

3.2 SLACHTOFFER-DADER CONGRUENTIE<br />

David F<strong>in</strong>kelhor, een vooraanstaande Amerikaanse onderzoeker<br />

op <strong>het</strong> gebied van slachtofferschap onder k<strong>in</strong>deren<br />

en jongeren heeft <strong>in</strong> reactie op beide theorieën en hun<br />

beperk<strong>in</strong>gen een denkmodel ontwikkeld dat hij target<br />

congruence noemt. In <strong>het</strong> Nederlands laat zich dat ver talen<br />

als ‘doelwitcongruentie’, een term die enige uitleg vergt.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

F<strong>in</strong>kelhor beaamt dat bepaalde kenmerken van <strong>in</strong>dividuen<br />

<strong>het</strong> risico op slachtofferschap verhogen. Maar deze<br />

kenmerken leveren niet altijd en <strong>in</strong> elke situatie gevaar op,<br />

alleen daar waar zij als <strong>het</strong> ware een klik maken met iets <strong>in</strong><br />

gevaarlijke <strong>in</strong>dividuen – potentiële daders.<br />

Dat ‘iets’ kan bestaan uit bepaalde behoeften, motieven<br />

en/of psychologische kwetsbaarheden van de dader <strong>in</strong><br />

kwestie. Dus omdat bepaalde typen daders worden<br />

aangetrokken tot een bepaald type slachtoffer, of een<br />

bepaald type kenmerk(en) van slachtoffers, zijn die slachtoffers<br />

kwetsbaarder. Zo vermijdt F<strong>in</strong>kelhor de valkuil van<br />

victim blam<strong>in</strong>g. Wat de Amerikaanse victimoloog probeert<br />

te beschrijven laat zich misschien nog <strong>het</strong> best vergelijken<br />

met een gevaarlijke scheikundige reactie die alleen dan<br />

optreedt als er bepaalde stoffen <strong>in</strong> een bepaalde verhoud<strong>in</strong>g<br />

bij elkaar komen, en anders niet.<br />

schoolple<strong>in</strong> voortdurend moet bewijzen hoe stoer hij<br />

wel niet is, zijn de karakteristieken van <strong>het</strong> ‘watje’ van de<br />

klas congruent met zijn antagonisme.<br />

n Target vulnerability: dit refereert aan de kwetsbaarheden<br />

die belemmeren dat <strong>het</strong> slachtoffer victimisatie kan<br />

ontlopen of zich ertegen kan beschermen. Bij jongeren<br />

zijn dat bijvoorbeeld kenmerken als fysieke zwakheid,<br />

een handicap, emotionele behoeftigheid of psychologische<br />

problemen.<br />

Target congruence verschilt van delict tot delict en van<br />

dader tot dader. Soms kan <strong>het</strong> concept heel goed verklaren<br />

waarom een bepaalde dader een bepaald slachtoffer kiest,<br />

bijvoorbeeld <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval dat een dader zijn ex-partner<br />

stalkt. In andere gevallen speelt congruentie nauwelijks<br />

een rol; iemand was toevallig op de plek waar de dader op<br />

dat moment zijn daad pleegde. Denk aan de situatie dat<br />

iemand <strong>in</strong> een openbare gelegenheid lukraak om zich<br />

heen schiet en willekeurige mensen verwondt.<br />

stimuleren. Bij sociale conflicten valt bijvoorbeeld te denken<br />

aan kle<strong>in</strong>schalige conflicten, zoals de rivaliteit tussen<br />

jeugdbendes <strong>in</strong> een buurt of grootschalige conflicten <strong>in</strong><br />

de vorm van (burger)oorlogen. Tot de categorie probleemgez<strong>in</strong>nen<br />

horen onder meer gebroken gez<strong>in</strong>nen, huiselijk<br />

geweldsituaties, of gez<strong>in</strong>nen waar verwaarloz<strong>in</strong>g plaatsv<strong>in</strong>dt.<br />

‘Deviante normen’ refereert aan een normen- en<br />

waardenpatroon waar<strong>in</strong> <strong>het</strong> plegen van crim<strong>in</strong>aliteit als<br />

normaal geldt of zelfs wordt aangemoedigd. Niet alleen<br />

omgev<strong>in</strong>gsfactoren maar ook <strong>het</strong> gedrag of de kenmerken<br />

van <strong>het</strong> slachtoffer kunnen daders provoceren. Een gepest<br />

k<strong>in</strong>d dat agressief reageert kan op zijn beurt weer een<br />

agressieve reactie bij leeftijdsgenoten losmaken. Een<br />

voortdurend huilende baby of jengelend k<strong>in</strong>d kan de<br />

irritatie van een ouder opwekken. Wanneer een jongere<br />

speels flirt op <strong>in</strong>ternet kan dat de aandacht van verkeerde<br />

personen trekken.<br />

<strong>in</strong>stigatieprocessen selectieprocessen protectieprocessen<br />

<strong>in</strong>dividueel niveau grijpen terug op wat hiervoor be schreven<br />

is bij target gratifiability en target antagonism.<br />

Bepaalde <strong>in</strong>dividuele kenmerken van <strong>het</strong> slachtoffer<br />

vergroten de kans op victimisatie omdat ze appelleren<br />

aan bepaalde eigenschappen of behoeften van daders.<br />

30 DRIE SUBCATEGORIEËN<br />

31<br />

Target congruence kent drie subcategorieën:<br />

n Target gratifiability: deze term beschrijft de situatie dat<br />

<strong>het</strong> slachtoffer voldoet aan datgene waarnaar de dader<br />

op zoek is omdat <strong>het</strong> slachtoffer bepaalde eigenschappen,<br />

bezitt<strong>in</strong>gen, vaardigheden of attributen heeft<br />

die daders willen hebben, gebruiken, zich eigen maken<br />

of manipuleren. Voor een dader die uit is op geld, is<br />

een rijke persoon of de bezitter van een dure auto<br />

UITGEBREID MODEL<br />

In een volgende denkstap breidt F<strong>in</strong>kelhor zijn verklar<strong>in</strong>gsmodel<br />

voor slachtofferschap van crim<strong>in</strong>aliteit uit. Daar<strong>in</strong><br />

vervlecht hij elementen uit de lifestyle exposure- en rout<strong>in</strong>e<br />

activity-theorieën. Enerzijds maakt hij onderscheid tussen<br />

<strong>in</strong>dividuele factoren en omgev<strong>in</strong>gsfactoren; anderzijds<br />

Als derde onderscheidt F<strong>in</strong>kelhor beschermende processen.<br />

Wat betreft de beschermde processen die samenhangen<br />

met de omgev<strong>in</strong>g is er een grote overlap met de rout<strong>in</strong>e<br />

activity-theorie. Als voorbeelden noemt hij gebrek aan<br />

sociale controle en sociale isolatie, bijvoorbeeld als gevolg<br />

van armoede of etnische afkomst.<br />

congruent met zijn behoefte. Voor een (<strong>het</strong>eroseksuele)<br />

zedendel<strong>in</strong>quent is een vrouw een congruent doelwit,<br />

voor een pedofiel zijn <strong>het</strong> k<strong>in</strong>deren.<br />

n Target antagonism: antagonisten zijn elkaars tegenpolen<br />

en een confrontatie roept een negatieve reactie op. In<br />

dit geval roepen bepaalde eigenschappen, bezitt<strong>in</strong>gen,<br />

vaardigheden of status van <strong>het</strong> slachtoffer bij de dader<br />

boosheid, jaloezie, of destructieve neig<strong>in</strong>gen op.<br />

Bijvoorbeeld de etnische achtergrond of seksuele oriëntatie<br />

brengt hij drie fasen aan <strong>in</strong> <strong>het</strong> proces van victimisatie.<br />

Die noemt hij <strong>in</strong>stigation processes, selection processes en<br />

protection processes. Instigation processes zijn mechanismen<br />

die <strong>het</strong> waarschijnlijker maken dat een misdrijf wordt<br />

gepleegd of die de motivatie van potentiële daders<br />

ver hogen. Selection processes zijn mechanismen die de<br />

keuze sturen voor een bepaald slachtoffer uit de algemene<br />

groep mogelijke slachtoffers. Protection processes zijn<br />

mechanismen die als ze ontbreken, de mogelijkheid<br />

In de kolom ‘selectieprocessen’ maakt <strong>het</strong> schema <strong>in</strong>zichtelijk<br />

waarom de dader kiest voor een bepaald slachtoffer<br />

of een groep bepaalde slachtoffers. Hier<strong>in</strong> zijn elementen<br />

van de rout<strong>in</strong>e activity-theorie te herkennen. Een k<strong>in</strong>d<br />

Beschermende processen op <strong>in</strong>dividueel niveau zijn <strong>het</strong><br />

spiegelbeeld van target vulnerability. Jongeren die sterk en<br />

gezond zijn, die lekker <strong>in</strong> hun vel zitten en die beschikken<br />

over een goede opleid<strong>in</strong>g of algemene ontwikkel<strong>in</strong>g,<br />

hebben meer mogelijkheden om slachtofferschap te<br />

voorkomen of zich te verweren dan jongeren met een<br />

beperk<strong>in</strong>g of zwakke fysiek, met emotionele beperk<strong>in</strong>g<br />

en/of een kennisachterstand.<br />

van <strong>het</strong> slachtoffer. Voor een homohater is iemand<br />

wiens homofiele seksuele oriëntatie herkenbaar is<br />

congruent met zijn afkeer. Voor een pestkop die op <strong>het</strong><br />

verkle<strong>in</strong>en van <strong>het</strong> slachtoffer om victimisatie te ontlopen,<br />

te ontmoedigen of zich ertegen te verdedigen. Instigatieprocessen<br />

zijn de mechanismen die slachtofferschap<br />

loopt risico wanneer hij woont <strong>in</strong> gevaarlijke wijken, naar<br />

onveilige scholen gaat, opgroeit <strong>in</strong> kwetsbare gez<strong>in</strong>nen of<br />

risicovolle <strong>in</strong>ternetsites bezoekt. Selectieprocessen op<br />

Dit model illustreert dat slachtofferschap <strong>het</strong> resultaat is<br />

van uiteenlopende processen en factoren en vooral van<br />

de wijze waarop deze bij elkaar komen. Daarmee is <strong>het</strong><br />

Omgev<strong>in</strong>g<br />

Individu<br />

Sociale conflicten<br />

Probleemgez<strong>in</strong><br />

Deviante normen<br />

Agressief gedrag<br />

Opwekken irritatie<br />

Geseksualiseerd gedrag<br />

Toegankelijkheid<br />

- buurt<br />

- <strong>in</strong>ternet<br />

- school<br />

- familie<br />

Kenmerken<br />

- leeftijd<br />

- geslacht<br />

- etnische achtergrond<br />

Gebrek aan toezicht<br />

Sociale isolatie<br />

Lichamelijke beperk<strong>in</strong>gen<br />

Emotionele verwaarloz<strong>in</strong>g<br />

Gebrek aan kennis


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

categorie jongeren kan rekenen, wat jongere zijn betekent,<br />

en welke maatschappelijke status jongeren hebben,<br />

dat alles is een product van een bepaalde tijd en plaats.<br />

Welke <strong>in</strong>steek we ook kiezen, willen we de besliss<strong>in</strong>gen en<br />

handel<strong>in</strong>gen van jongeren begrijpen, dan moeten we op<br />

zijn m<strong>in</strong>st een idee hebben van hoe jongeren zichzelf zien<br />

en betekenis geven aan de wereld om hen heen. 39<br />

Daarbij vormt <strong>het</strong> begrip identiteit een goede <strong>in</strong>steek.<br />

De psychologie beschouwt de vorm<strong>in</strong>g van een stabiele<br />

identiteit als een van de belangrijkste ontwikkel<strong>in</strong>gstaken<br />

<strong>in</strong> de adolescentie. Niet dat na <strong>het</strong> 25e levensjaar de identiteit<br />

‘af’ is − de vorm<strong>in</strong>g van de identiteit duurt een heel<br />

mensenleven − maar de periode van de adolescentie is<br />

een bijzondere. Juist dan beg<strong>in</strong>t <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu na te denken<br />

over hoe zijn of haar identiteit <strong>het</strong> leven beïnvloedt en<br />

andersom door op zoek te gaan naar antwoorden op<br />

fundamentele bestaansvragen als: Wie ben ik? Waar wil ik<br />

heen? Wat zal er van mij worden? Als geen ander zijn adolescenten<br />

zich bewust van hun veranderende identiteit. 40<br />

Vanaf dat moment worden zij bewuste scheppers van een<br />

‘levensmythe’, aldus de Amerikaanse psycholoog Dan<br />

McAdams. Hij beschouwt identiteit voor alles als een<br />

levensverhaal, een ‘persoonlijke mythe waaraan <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu<br />

beg<strong>in</strong>t te werken <strong>in</strong> de fase van de late adolescentie<br />

en vroege volwassenheid, met als doel <strong>het</strong> leven samenmodel<br />

beter dan andere theorieën <strong>in</strong> staat een verklar<strong>in</strong>g<br />

te geven voor uiteenlopende vormen van slachtofferschap<br />

van crim<strong>in</strong>aliteit. Als verklar<strong>in</strong>gsmodel biedt <strong>het</strong><br />

zogezegd meer maatwerk. Tegelijkertijd kan de analyse<br />

van bepaalde gevallen of vormen van slachtofferschap<br />

volgens dit model belangrijke aanknop<strong>in</strong>gspunten bieden<br />

voor de preventie van (herhaald) slachtofferschap.<br />

In de eerste twee paragrafen hebben we aandacht<br />

besteed aan theorieën en modellen die een verklar<strong>in</strong>g<br />

geven voor risico’s op slachtofferschap <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen en<br />

meer specifiek onder jongeren. In de volgende twee paragrafen<br />

staan beelden en ervar<strong>in</strong>gen van slachtofferschap<br />

centraal <strong>in</strong> relatie tot identiteit, de peer group en algemene<br />

maatschappelijke ideeën over slachtofferschap.<br />

3.3 JONGEREN, IDENTITEIT EN PEERS<br />

Voor psychologen zijn puberteit en adolescentie redelijk<br />

eenduidige en universele categorieën die een bepaalde<br />

levensfase vertegenwoordigen met duidelijke lichamelijke,<br />

emotionele, cognitieve en sociale determ<strong>in</strong>anten.<br />

Sociologen benaderen <strong>het</strong> verschijnsel ‘jongeren’ als een<br />

sociaal construct. Met andere woorden: wie zich tot de<br />

Wie ben ik?<br />

Waar wil ik heen? Wat zal<br />

er van mij worden?<br />

hang, doel en z<strong>in</strong> te geven en uitdrukk<strong>in</strong>g te geven aan<br />

zijn eigen betekenisvolle en unieke plek <strong>in</strong> de psychosociale<br />

wereld’. In deze periode beg<strong>in</strong>nen de verschillende<br />

verhaallijnen, karakters, plots en terugkerende thema’s te<br />

ontstaan die <strong>het</strong> levensverhaal zullen vormen. 41 Dit borduurt<br />

voort op <strong>het</strong> idee dat identiteit geen gefixeerd en<br />

eenduidig gegeven is maar flexibel, samengesteld en veranderlijk.<br />

Identiteit kent verschillende facetten, die passen<br />

bij de verschillende sociale situaties waarmee <strong>in</strong>dividuen,<br />

<strong>in</strong> ons geval jongeren, te maken hebben. 42 Zo tonen<br />

jongeren <strong>in</strong> hun thuisomgev<strong>in</strong>g hele andere facetten van<br />

hun identiteit dan <strong>in</strong> hun vriendengroep, op <strong>het</strong> sportveld<br />

of <strong>in</strong> hun school- dan wel werkomgev<strong>in</strong>g.<br />

Al eerder is aan de orde gekomen dat jongeren zich vanaf<br />

de puberteit steeds meer gaan losmaken van hun ouders<br />

en zich gaan richten op leeftijdsgenoten. De <strong>in</strong>vloed van de<br />

peer group op de identiteitsvorm<strong>in</strong>g van jongeren is groot,<br />

al verdwijnen ouders, familie en school natuurlijk niet van<br />

<strong>het</strong> toneel. Maar als je jezelf aan <strong>het</strong> ontdekken bent, ligt<br />

<strong>het</strong> voor de hand om dat te doen met mensen die ongeveer<br />

even oud zijn, op dezelfde manier <strong>in</strong> <strong>het</strong> leven staan,<br />

dezelfde <strong>in</strong>teresses hebben en aan wie je je gelijk kunt<br />

voelen. Jongeren ontwikkelen hun sociale normen en<br />

vaardigheden voor een belangrijk deel <strong>in</strong> deze context. 43<br />

Zoomen we verder <strong>in</strong> op de peer group, dan zijn daar<br />

verschillende soorten relaties <strong>in</strong> te ontdekken:<br />

n Beste vrienden. Gemiddeld heeft een jongere zes à<br />

zeven echt goede vrienden. 44<br />

n Romantische en seksuele relaties (vriendjes en<br />

vriend<strong>in</strong>netjes).<br />

n Kennissen, bijvoorbeeld leeftijdsgenoten, teamleden op<br />

de sportclub, jongeren uit de buurt, de vele honderden<br />

Facebookvrienden.<br />

De eerste twee zijn als strong ties te karakteriseren. Goede<br />

vrienden/vriend<strong>in</strong>nen en vriendjes/vriend<strong>in</strong>netjes zijn<br />

degenen met wie <strong>in</strong>tieme gevoelens besproken kunnen<br />

worden, ervar<strong>in</strong>gen gedeeld en bij wie jongeren zich<br />

kwetsbaar kunnen opstellen. Tegenover de grotere groep<br />

bekenden, de weak ties, is <strong>het</strong> juist zaak om sterk en zelfverzekerd<br />

over te komen. Hoe liggen ze <strong>in</strong> de groep en wat<br />

v<strong>in</strong>den anderen van ze? Hoe je overkomt is daarbij belangrijker<br />

dan hoe je werkelijk bent en sociale media bieden<br />

een uitstekend platform om <strong>het</strong> gewenste beeld van jezelf<br />

te construeren en met de buitenwereld te communiceren. 45<br />

Bij <strong>het</strong> ontwikkelen van hun identiteit spelen status en<br />

populariteit <strong>in</strong> de groep voor jongeren een belangrijke rol.<br />

Status is langs verschillende wegen te verkrijgen.<br />

Bepaalde eigenschappen zijn statusverhogend, zoals een<br />

knap uiterlijk. Anderen moeten <strong>het</strong> hebben van bepaalde<br />

kennis, vaardigheden en talenten. 46 Uitbl<strong>in</strong>ken <strong>in</strong> populaire<br />

sporten doet <strong>het</strong> natuurlijk goed, maar status verwerf<br />

je op vele manieren: sensationele clips op <strong>in</strong>ternet posten,<br />

goed kunnen dansen of z<strong>in</strong>gen – en daar misschien zelfs<br />

mee <strong>in</strong> een talentenshow op televisie komen – altijd over<br />

de nieuwste gadgets beschikken, verbaal vaardig zijn en<br />

altijd een woordje klaar hebben. Een andere manier is<br />

proberen tot de <strong>in</strong>ner circle van de populaire jongens en<br />

meiden <strong>in</strong> de groep te behoren, zodat hun status een<br />

beetje op jou afstraalt.<br />

32 33<br />

Niet alleen positieve eigenschappen of gedrag verhogen<br />

populariteit, antisociaal gedrag doet dat ook. Een beetje<br />

antisociaal gedrag is wel cool, stelt socioloog Jan Dijkstra<br />

<strong>in</strong> Het Puberbre<strong>in</strong> b<strong>in</strong>nenstebuiten, en hij noemt als<br />

verklar<strong>in</strong>g de maturity gap. Dat is de spann<strong>in</strong>g tussen <strong>het</strong><br />

feit dat jongeren biologisch (bijna) volwassen zijn, maar<br />

sociaal nog niet. Jongeren proberen hun volwassenheid<br />

<strong>in</strong> te vullen met stoer en onafhankelijk gedrag en zoeken<br />

daarbij graag risico’s en grenzen op. Roken, dr<strong>in</strong>ken en<br />

kle<strong>in</strong>e vergrijpen plegen leveren status op, mits ze samengaan<br />

met positieve eigenschappen. Zulke jongeren zijn<br />

populair en dus ook dom<strong>in</strong>ant <strong>in</strong> een groep. Andere<br />

jongeren gaan hen imiteren en dan vooral hun negatieve


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

gedrag, want positieve eigenschappen heb je of niet. 47<br />

Aan je uiterlijk, je gebrekkige voetbaltalent of je twee<br />

‘l<strong>in</strong>kervoeten’ valt nu eenmaal niet zo veel te veranderen.<br />

Angst om afgewezen te worden maakt dat jongeren zich<br />

conformeren aan normen b<strong>in</strong>nen de groep. Hoe beïnvloedbaar<br />

jongeren zijn, blijkt uit onderzoek waar<strong>in</strong> bijna<br />

de helft van de ondervraagde jongeren aangaf alles voor<br />

hun vrienden te doen. Een op de vijf geeft aan met hun<br />

vrienden wel eens d<strong>in</strong>gen te doen waar ze later spijt van<br />

krijgen. 48<br />

Amerikaans onderzoek wees uit dat relatief veel jongeren<br />

zich door leeftijdsgenoten laten overhalen of uitdagen tot<br />

negatief gedrag als vechten, kle<strong>in</strong>e diefstallen, roken of<br />

experimenteren met drugs. 49<br />

Uit <strong>het</strong> bovenstaande valt vrij gemakkelijk af te leiden dat<br />

slachtofferschap en status onder leeftijdsgenoten zich niet<br />

goed verhouden. Slachtofferschap wordt geassocieerd<br />

met zwakheid en kwetsbaarheid en daar scoort een<br />

jongere geen punten mee b<strong>in</strong>nen de peer group. Het<br />

verdraagt zich slecht met de cool rule, de <strong>in</strong>formele code<br />

dat jongeren hun emoties <strong>in</strong> bepaalde omstandigheden<br />

maskeren of vermijden zich gevoelig op te stellen. Want<br />

‘los<strong>in</strong>g one’s cool’, om een treffende Engelse uitdrukk<strong>in</strong>g te<br />

gebruiken, is <strong>het</strong> laatste dat ze willen. Daarnaast relativeren<br />

of banaliseren jongeren wat hun overkomen is, omdat <strong>het</strong><br />

hun en anderen zo vaak overkomt dat ze <strong>het</strong> m<strong>in</strong> of meer<br />

als ‘normaal’ beschouwen. Een gestolen fiets of<br />

telefoon, klappen krijgen of bedreigd worden: <strong>het</strong> hoort<br />

er nu eenmaal bij. Het heeft we<strong>in</strong>ig z<strong>in</strong> daar veel aandacht<br />

aan te besteden; ermee naar de politie of hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

stappen is dan helemaal een brug te ver. 50<br />

Wat hiervoor over identiteit, de peer group, sociale status<br />

en de cool rule is gesteld, gaat uiteraard niet voor alle<br />

jongeren en niet altijd <strong>in</strong> dezelfde mate op. Het verschilt<br />

met de omstandigheden van <strong>het</strong> delict of ongeval en<br />

achtergrondkenmerken zoals geslacht en culturele<br />

afkomst. Het laat wel zien waarom jongeren de stap naar<br />

de politie of de hulpverlen<strong>in</strong>g m<strong>in</strong>der snel zetten. De cool<br />

rule schrijft immers voor niet te zwaar aan een <strong>in</strong>cident te<br />

tillen en <strong>het</strong> zelf te verwerken en af te handelen, zonder<br />

volwassenen, terwijl anderzijds <strong>het</strong> slachtoffer ook daadwerkelijk<br />

van oordeel kan zijn dat <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident niet erg<br />

(genoeg) is of omwille van andere afweg<strong>in</strong>gen kan afzien<br />

van contact opnemen met hulpverlen<strong>in</strong>g of politie, vat de<br />

Vlaamse crim<strong>in</strong>ologe Vynckier nog eens bondig samen. 51<br />

Niet alleen jongeren hebben bepaalde ideeën en beelden<br />

over slachtofferschap, de maatschappij als zodanig ook.<br />

Daarover meer <strong>in</strong> de volgende paragraaf.<br />

3.4 MAATSCHAPPELIJKE PERCEPTIE<br />

VAN SLACHTOFFERSCHAP<br />

Net als <strong>het</strong> fenomeen ‘jongeren’ beschouwen de sociologie<br />

en daaraan verwante discipl<strong>in</strong>es slachtofferschap als een<br />

sociale constructie met een sterke normatieve lad<strong>in</strong>g.<br />

Slachtofferschap brengt een bepaalde status en rol met<br />

zich mee. Slachtoffers hebben <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel aanspraak op<br />

sympathie, medeleven en een vorm van genoegdoen<strong>in</strong>g<br />

of gerechtigheid. De samenlev<strong>in</strong>g staat als <strong>het</strong> ware bij<br />

hen <strong>in</strong> <strong>het</strong> krijt omdat ze is tekortgeschoten <strong>in</strong> <strong>het</strong> waarborgen<br />

van hun lichamelijke en/of materiële veiligheid.<br />

Maar niet alle slachtoffers kunnen rekenen op dezelfde<br />

mate van aandacht en erkenn<strong>in</strong>g. Ze moeten voldoen aan<br />

bepaalde normen. Er bestaat <strong>in</strong> de ogen van de samenlev<strong>in</strong>g<br />

namelijk zoiets als ‘the ideal victim’, <strong>het</strong> ideaaltypische<br />

slachtoffer, aldus de Noorse crim<strong>in</strong>oloog<br />

Nils Christie. 52 Verwant daaraan is <strong>het</strong> idee van ‘deserv<strong>in</strong>g<br />

victims’, slachtoffers die de status van slachtoffer ‘verdienen’<br />

omdat ze beantwoorden aan stereotiepe ideeën over<br />

schuld, onschuld en legitimiteit.<br />

‘Ideale’ slachtoffers voldoen aan die maatschappelijke<br />

norm vanwege hun veronderstelde kwetsbaarheid en<br />

onschuld, zoals k<strong>in</strong>deren, ouderen en vrouwen.<br />

Slachtofferschap wordt ook geassocieerd met passiviteit,<br />

zieligheid en zwakheid. Mannen, jongeren en allochtonen<br />

beantwoorden niet of te we<strong>in</strong>ig aan deze criteria.<br />

De samenlev<strong>in</strong>g is dan ook m<strong>in</strong>der snel geneigd deze<br />

groepen de status van slachtoffer toe te kennen. 53<br />

Bij deze ruwe tweedel<strong>in</strong>g zijn natuurlijk kantteken<strong>in</strong>gen<br />

te plaatsen. B<strong>in</strong>nen de hoofdcategorieën – k<strong>in</strong>deren,<br />

vrouwen, ouderen versus mannen, jongeren, allochtonen<br />

– bestaan weer allerlei gradaties van meer of m<strong>in</strong>der<br />

ideale slachtoffers. Daarbij spelen zowel persoonlijke kenmerken<br />

als de context een rol. Bij zedendelicten borrelt<br />

bijvoorbeeld nogal eens <strong>het</strong> verwijt op dat <strong>het</strong> slachtoffer<br />

zelf onbedoeld of juist openlijk aanleid<strong>in</strong>g heeft gegeven<br />

door kled<strong>in</strong>g of gedrag. Een prostituee die verkracht<br />

wordt, kan op aanzienlijk m<strong>in</strong>der maatschappelijke erkenn<strong>in</strong>g<br />

en sympathie rekenen dan een gymnasiumscholiere<br />

van 16 die van haar fiets wordt gesleurd en aangerand<br />

door een onbekende. En zou een Nederlands-Marokkaanse<br />

jongen die, rondhangend <strong>in</strong> een w<strong>in</strong>kel centrum, onder<br />

bedreig<strong>in</strong>g zijn geld moet afgeven aan een leeftijdsgenoot<br />

op dezelfde sympathie kunnen rekenen als een<br />

Nederlandse vader van wie <strong>in</strong> de parkeergarage van<br />

datzelfde w<strong>in</strong>kelcentrum een autoruit wordt <strong>in</strong>getikt en<br />

de tomtom wordt meegenomen?<br />

Hoe meer een <strong>in</strong>dividu zich conformeert aan maatschappelijke<br />

normen en voldoet aan <strong>het</strong> ideale slachtofferbeeld,<br />

hoe meer hij of zij aanspraak kan maken op de erkenn<strong>in</strong>g<br />

en status van slachtoffer wanneer zich een misdrijf<br />

voordoet. Dat jongeren wat dat betreft aan de verkeerde<br />

kant van de streep staan is niet moeilijk te beredeneren.<br />

Jongeren zijn <strong>in</strong> de maatschappelijke perceptie notoire<br />

non-conformisten. In hun groei naar volwassenheid en<br />

<strong>het</strong> verkennen van hun onafhankelijkheid zetten ze zich af<br />

tegen de normen van hun ouders, verleggen ze grenzen<br />

en schoppen ze tegen maatschappelijke schenen. Rebellie<br />

en deviant gedrag komt ook vaak tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> hun<br />

subculturen, van nozems, hippies en provo’s, tot punks,<br />

alto’s, sk<strong>in</strong>heads, gabbers en hiphoppers. De neig<strong>in</strong>g tot<br />

normoverschrijdend gedrag plaatst hen eerder <strong>in</strong> de hoek<br />

van plegers van crim<strong>in</strong>eel gedrag.<br />

Tegelijkertijd bestaat <strong>in</strong> de samenlev<strong>in</strong>g de neig<strong>in</strong>g om<br />

veel normoverschrijdend gedrag van jongeren te normaliseren,<br />

zoals jongeren dat zelf ook doen. ‘Het hoort bij de<br />

leeftijd’, ‘<strong>het</strong> is een fase’ en ‘ze groeien er wel overheen’ −<br />

<strong>het</strong> zijn reacties die iedereen bekend <strong>in</strong> de oren kl<strong>in</strong>ken.<br />

Een vechtpartij tussen tieners wordt negen van de tien<br />

keer afgedaan met een reprimande en nablijven op<br />

school, maar als twee volwassenen elkaar te lijf gaan,<br />

is er sprake van een geweldsmisdrijf met een mogelijk<br />

strafrechtelijk gevolg. In eerste <strong>in</strong>stantie probeert de<br />

maatschappij jongeren zo veel mogelijk buiten <strong>het</strong> strafrechtssysteem<br />

te houden en dat moet vooral zo blijven.<br />

34 35<br />

Er bestaat <strong>in</strong><br />

de ogen van de<br />

samenlev<strong>in</strong>g<br />

namelijk zoiets<br />

als ‘the ideal victim’


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

De vraag is echter of en hoe dat doorkl<strong>in</strong>kt <strong>in</strong> de maatschappelijke<br />

duid<strong>in</strong>g van adolescent slachtofferschap:<br />

wanneer crim<strong>in</strong>eel gedrag van jongeren als m<strong>in</strong> of meer<br />

<strong>in</strong>herent aan hun ontwikkel<strong>in</strong>gsfase wordt beschouwd,<br />

geldt dan <strong>het</strong>zelfde voor victimisatie? Hoort <strong>het</strong> bij de<br />

leeftijd en moeten we <strong>het</strong> maar beschouwen als wijze<br />

levensles? Zulke reacties liggen misschien voor de hand<br />

bij slachtofferschap van als m<strong>in</strong>der ernstig beschouwde<br />

<strong>in</strong>cidenten. Maar uit allerlei onderzoek en beleidsdocumentatie<br />

wordt duidelijk dat de samenlev<strong>in</strong>g andere vormen<br />

van slachtofferschap buitengewoon serieus neemt.<br />

Vooral seksueel geweld, misbruik en k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />

krijgen veel aandacht. Maar daarbij moeten we niet uit <strong>het</strong><br />

oog verliezen dat slachtofferschap <strong>in</strong> brede z<strong>in</strong> veel meer<br />

voorkomt dan de statistieken doen vermoeden en ook <strong>in</strong><br />

brede z<strong>in</strong> maatschappelijke aandacht verdient.<br />

3.5 TOT BESLUIT<br />

Slachtofferschap is de uitkomst van sociale processen<br />

waar<strong>in</strong> zowel <strong>in</strong>dividuele kenmerken als omgev<strong>in</strong>gsfactoren<br />

aandacht verdienen. Opvallend is dat bij een aantal<br />

belangrijke theorieën over crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap<br />

de dader zelf nauwelijks <strong>in</strong> de analyse wordt betrokken.<br />

De focus ligt op kenmerken en gedrag van <strong>het</strong> slachtoffer<br />

en de aan- of afwezigheid van bepaalde ‘dempende’<br />

sociale mechanismen. Een ongewenst neveneffect van<br />

deze denkwijze is victim blam<strong>in</strong>g. F<strong>in</strong>kelhor gaat een stap<br />

verder en betrekt de dader wel <strong>in</strong> zijn denkmodel. Hij<br />

onderscheidt verschillende dimensies en fasen <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

proces van victimisatie en is daarmee beter <strong>in</strong> staat de<br />

kwetsbaarheid van uiteenlopende groepen of type<br />

personen voor bepaalde vormen van slachtofferschap te<br />

verklaren. Om dat te illustreren gebruikten we de metafoor<br />

De impact van een misdrijf of ongeval is een optelsom van<br />

zeer uiteenlopende factoren. Uiteraard spelen de aard en<br />

ernst van <strong>het</strong> misdrijf een rol: is er sprake van aantast<strong>in</strong>g<br />

van de fysieke <strong>in</strong>tegriteit en heeft dat letsel tot gevolg?<br />

Heeft <strong>het</strong> misdrijf plaatsgevonden op een vertrouwde<br />

plek die <strong>het</strong> slachtoffer als veilig of privé beschouwde of<br />

gebeurde <strong>het</strong> op een vreemde plek? Welke emotionele en<br />

f<strong>in</strong>anciële waarde vertegenwoordigen de zaken die evenvan<br />

een gevaarlijke scheikundige reactie die alleen<br />

optreedt als stoffen met bepaalde eigenschappen <strong>in</strong> een<br />

bepaalde verhoud<strong>in</strong>g en onder bepaalde omstandigheden<br />

bij elkaar komen.<br />

In <strong>het</strong> tweede deel van <strong>het</strong> hoofdstuk kwam de duid<strong>in</strong>g<br />

van slachtofferschap aan de orde, zowel door jongeren<br />

zelf als door de samenlev<strong>in</strong>g als geheel. Het gemeenschappelijke<br />

is dat noch jongeren zelf noch de maatschappij<br />

jongeren associeert met slachtofferschap. Wat betreft<br />

jongeren hebben we vooral een verklar<strong>in</strong>g gezocht <strong>in</strong><br />

ideeën rond identiteit en de rol van de peer group daar<strong>in</strong>.<br />

Sociale status is belangrijk onder leeftijdsgenoten en<br />

kwetsbaarheid of slachtofferschap past daar niet bij.<br />

Factoren als de drang naar onafhankelijkheid, de cool rule<br />

en de neig<strong>in</strong>g om slachtofferschap te beschouwen als iets<br />

wat tot op zekere hoogte ‘normaal’ is, maken dat jongeren<br />

hun problemen <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie zelf proberen op te<br />

lossen en er m<strong>in</strong>der snel mee naar buiten treden. Als ze<br />

dat doen, dan veel eerder <strong>in</strong> de kr<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>tieme en vertrouwde<br />

bekenden dan bij officiële <strong>in</strong>stanties. Ook de<br />

samenlev<strong>in</strong>g heeft niet altijd een ruim oog voor slachtofferschap<br />

onder jongeren. Ze beantwoorden m<strong>in</strong>der<br />

goed aan de maatschappelijke ideaalbeelden over slachtoffers<br />

en worden eerder geassocieerd met <strong>het</strong> plegen van<br />

crim<strong>in</strong>aliteit. Wel is <strong>het</strong> zo dat crim<strong>in</strong>aliteit door en onder<br />

jongeren weer met andere ogen wordt beschouwd dan<br />

volwassen crim<strong>in</strong>aliteit waar eerder een strafrechtelijke<br />

bril aan te pas komt.<br />

In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk zetten we de verkenn<strong>in</strong>g van<br />

slachtofferschap onder jongeren voort vanuit een psychologische<br />

<strong>in</strong>valshoek. De focus ligt op reacties van jongeren<br />

op een slachtofferervar<strong>in</strong>g en de wijze waarop zij de<br />

gevolgen ervan hanteren.<br />

4 Gevolgen van victimisatie,<br />

reacties en cop<strong>in</strong>gmechanismen<br />

Een psychologisch perspectief<br />

Wat brengt een misdrijf of ongeval bij jongeren teweeg?<br />

Hoe gaan zij om met de gevolgen en bij wie zoeken ze<br />

steun en hulp? Dit zijn de twee kernvragen van dit hoofdstuk.<br />

Hoewel er veel onderzoek is gedaan naar de psychosociale<br />

gevolgen van misdrijven voor slachtoffers, hun<br />

reacties en behoeften, spitsten maar we<strong>in</strong>ig (Nederlandse)<br />

studies zich toe op de groep jongeren. In dit hoofdstuk<br />

leunen we daarom vooral op twee Vlaamse auteurs die<br />

vanuit onderzoek en jarenlange praktijkervar<strong>in</strong>g belangrijke<br />

<strong>in</strong>zichten hebben gepubliceerd. 54<br />

4.1 DE IMPACT VAN EEN MISDRIJF<br />

OF ONGEVAL<br />

tueel zijn ontvreemd of beschadigd? Was er sprake van<br />

een eenmalige gebeurtenis, van verschillende <strong>in</strong>cidenten,<br />

of van een langdurige slachtofferervar<strong>in</strong>g, zoals je vaak<br />

ziet bij huiselijk geweld of misbruik? Was <strong>het</strong> opzet of<br />

achteloosheid, toeval of pech?<br />

36 37<br />

Net zo bepalend voor de impact zijn factoren die niet of<br />

we<strong>in</strong>ig <strong>in</strong> direct verband staan met <strong>het</strong> ongeval of misdrijf.<br />

De fysieke en psychische gesteldheid van <strong>het</strong> slachtoffer<br />

voorafgaand aan de gebeurtenis zijn een belangrijke<br />

voorspeller van de mate waar<strong>in</strong> hij of zij last zal hebben<br />

van <strong>het</strong> gebeurde. Een handicap of psychische stoornis<br />

bijvoorbeeld zorgen voor een beperkte draagkracht.<br />

Iemands karakter, competenties en veerkracht bepalen<br />

ook mede hoe de betrokkene omgaat met negatieve<br />

ervar<strong>in</strong>gen. Mensen voor wie <strong>het</strong> glas altijd half leeg is,<br />

hebben vaak meer moeite met <strong>het</strong> hanteren van tegenslagen<br />

dan de ‘half-vol’-types. Bepaalde gewoonten en<br />

levenspatronen kunnen steunend zijn (mediteren, gezond<br />

eten), of juist stressverhogend (hoge werkdruk, middelengebruik).<br />

De aanwezigheid van persoonlijke hulpbronnen<br />

en de sterkte van <strong>het</strong> sociale netwerk vormen belangrijke<br />

elementen van <strong>het</strong> vermogen met tegenslagen om te<br />

gaan. Denk aan de steun van familie en een uitgebreid


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

vriendennetwerk, maar bijvoorbeeld ook aan goed verzekerd<br />

zijn. De reacties van de sociale omgev<strong>in</strong>g kunnen de<br />

reacties van <strong>het</strong> slachtoffer op de gebeurtenis <strong>in</strong> positieve<br />

of negatieve z<strong>in</strong> beïnvloeden. Slachtoffers zitten niet echt<br />

te wachten op reacties als: ‘Had dat maar anders gedaan,<br />

dan was <strong>het</strong> misschien niet gebeurd’, of: ‘Het is al een<br />

maand geleden, nu moet je er wel overheen zijn’ – hoe<br />

goed bedoeld die opmerk<strong>in</strong>gen meestal ook zijn.<br />

Voor ieder slachtoffer is de uitkomst van deze optelsom<br />

uniek. Dat geldt dus ook voor jongeren die slachtoffer<br />

worden. Toch zijn er wel algemeenheden aan te wijzen die<br />

samenhangen met hun ontwikkel<strong>in</strong>gsfase. In hoofdstuk 1<br />

is beschreven dat <strong>het</strong> functioneren van hun cognitieve<br />

vermogens nog aan een zekere grilligheid onderhevig is,<br />

en dat emotioneel geladen impulsen vaak een grotere rol<br />

spelen <strong>in</strong> gedrag dan een ‘neutraler’, rationeel afweg<strong>in</strong>gsproces.<br />

Jongeren beschikken doorgaans over m<strong>in</strong>der<br />

sociale hulpbronnen dan volwassenen. Hun competenties<br />

en netwerk zijn nog volop <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g. Ze zijn net<br />

begonnen met <strong>het</strong> opbouwen van de nodige levenservar<strong>in</strong>g,<br />

en datzelfde geldt voor de psychische en emotionele<br />

weerbaarheid waarmee ze <strong>in</strong>grijpende gebeurtenissen <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> leven (adverse life events) <strong>het</strong> hoofd kunnen bieden.<br />

F<strong>in</strong>ancieel, maar ook <strong>in</strong> psychosociale z<strong>in</strong>, zijn de meeste<br />

jongeren nog afhankelijk van hun ouders, tegen wie ze<br />

zich meer en meer beg<strong>in</strong>nen af te zetten. Juist <strong>in</strong> deze fase<br />

groeit hun behoefte aan zelfstandigheid en willen ze zelf<br />

hun problemen oplossen. Ze oriënteren zich <strong>in</strong> de puberteit<br />

steeds meer op leeftijdgenoten en zijn gevoelig voor<br />

status en druk vanuit de groep(en) waartoe ze (willen)<br />

horen. Zo’n groep kan een steunende omgev<strong>in</strong>g vormen,<br />

bijvoorbeeld om over <strong>het</strong> gebeurde te praten, of om<br />

samen te gaan stappen of een film te kijken. Om de<br />

d<strong>in</strong>gen te doen die bij <strong>het</strong> ‘gewone’ leven horen en een<br />

afleid<strong>in</strong>g vormen voor de negatieve gevoelens die voortkomen<br />

uit de slachtofferervar<strong>in</strong>g. Maar de peer group kan<br />

net zo goed de oorzaak van slachtofferschap zijn of een<br />

negatief stempel op de slachtofferervar<strong>in</strong>g zetten.<br />

Schaamte en <strong>het</strong> gevoel niet begrepen te worden kunnen<br />

juist leiden tot eenzaamheid. Praten over en tonen van<br />

gevoelens en kwetsbaarheid is op deze leeftijd sowieso<br />

lastig. 55 Tegelijkertijd beschikken jongeren over flexibiliteit<br />

en veerkracht en is hun bre<strong>in</strong> optimaal <strong>in</strong>gesteld op <strong>het</strong><br />

omgaan met grote verander<strong>in</strong>gen. Het meemaken van<br />

een misdrijf of ongeval kan littekens nalaten, maar kan<br />

jongeren ook belangrijke d<strong>in</strong>gen leren over zichzelf en de<br />

wereld om hen heen.<br />

Een misdrijf of ongeval dat <strong>in</strong> de ogen van een volwassene<br />

weliswaar een vervelende gebeurtenis is waarvan de<br />

gevolgen echter allesz<strong>in</strong>s zijn te overzien, kan <strong>in</strong> de<br />

belev<strong>in</strong>g van een jongere van een heel andere orde zijn.<br />

De diefstal van een mobiele telefoon is voor niemand leuk,<br />

maar als je smartphone je sociale leven en je sociale status<br />

representeert en je maanden moet sparen voor een<br />

nieuwe, dan ervaar je dat waarschijnlijk als een aanzienlijk<br />

verlies. Een vechtpartij op een schoolple<strong>in</strong> levert wellicht<br />

we<strong>in</strong>ig letsel op en verdient nauwelijks <strong>het</strong> predikaat<br />

misdrijf, maar als de zwakkere partij doodsangsten<br />

uitstaat voor de sterkere en ze elkaar voortdurend tegenkomen<br />

<strong>in</strong> en rond de school, dan kan dat <strong>het</strong> leven van<br />

een jongere aardig vergallen.<br />

4.2 GEVOLGEN VAN SLACHTOFFERSCHAP<br />

Een misdrijf of ongeval heeft allerlei gevolgen, van fysiek<br />

en materieel tot emotioneel, cognitief en sociaal. In deze<br />

paragraaf richten we ons voornamelijk op psychosociale<br />

gevolgen van een slachtofferervar<strong>in</strong>g. Zo’n ervar<strong>in</strong>g maakt<br />

een scala aan emoties los en gaat gepaard met allerlei<br />

psychosomatische reacties. Dat zijn normale reacties op<br />

een abnormale gebeurtenis, maar soms ontwikkelen ze<br />

zich tot aanhoudende en ernstige klachten. Ook <strong>in</strong> sociaal<br />

gedrag en gewoonten kunnen verander<strong>in</strong>gen optreden<br />

als gevolg van slachtofferschap.<br />

EMOTIES<br />

Slachtoffer worden van een misdrijf of ongeval laat<br />

niemand onberoerd. Veelvoorkomende emoties zijn 56 :<br />

n Boosheid: op de dader, maar ook op zichzelf. Omdat <strong>het</strong><br />

jonge slachtoffer zichzelf <strong>in</strong> de situatie heeft gebracht<br />

dat <strong>het</strong> misdrijf of ongeval heeft kunnen plaatsv<strong>in</strong>den.<br />

Of omdat <strong>het</strong> slachtoffer tijdens de gebeurtenis heel<br />

anders reageerde dan hij/zij verwachtte of wilde.<br />

Bijvoorbeeld verstijven van angst en niet weg kunnen<br />

komen of zich teweer kunnen stellen.<br />

n Angst: voor de dader om opnieuw slachtoffer te worden,<br />

of voor wraak wanneer <strong>het</strong> slachtoffer rapporteert wat<br />

er gebeurd is. Daarnaast kan er angst zijn voor de<br />

reacties van de sociale omgev<strong>in</strong>g, bijvoorbeeld<br />

boosheid of verwijten van ouders, onbegrip of spot<br />

van vrienden. Een derde vorm van angst komt voort<br />

uit de her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>g aan <strong>het</strong> voorval, <strong>in</strong> de vorm van<br />

herbelev<strong>in</strong>g of nachtmerries.<br />

n Schaamte en schuld: niet zelden schamen slachtoffers<br />

zich voor wat er gebeurd is of voelen ze zich (mede)-<br />

verantwoordelijk. Omdat ze bijvoorbeeld niet goed op<br />

de spullen hebben gepast die gestolen of vernield zijn.<br />

Of omdat ze denken aanleid<strong>in</strong>g te hebben gegeven<br />

tot seksueel ongewenste handel<strong>in</strong>gen door hun gedrag<br />

of kled<strong>in</strong>g.<br />

n Rouw: gevoelens van rouw treden niet alleen op bij <strong>het</strong><br />

verlies van een dierbare persoon, maar kunnen ook<br />

voorkomen bij <strong>het</strong> verlies van dierbare spullen of van<br />

lichamelijke en geestelijke vermogens als gevolg van<br />

letsel. Soms betekent dat afscheid nemen van <strong>het</strong> leven<br />

zoals iemand dat tot dan toe kende en een streep door<br />

de toekomstplannen qua carrière, sport, wonen, relaties<br />

en vrije tijd.<br />

n Wantrouwen: een misdrijf meemaken betekent een<br />

<strong>in</strong>breuk op <strong>het</strong> gevoel van onkwetsbaarheid en de<br />

overtuig<strong>in</strong>g dat de wereld <strong>in</strong> essentie rechtvaardig is.<br />

Deze diep <strong>in</strong> de psyche verankerde basale assumpties<br />

stellen de mens <strong>in</strong> staat om te leven zonder verlamd te<br />

raken door alle reële en mogelijke gevaren waarvan de<br />

omr<strong>in</strong>gende wereld is vervuld. Deze psychische zekerheden<br />

lopen <strong>in</strong> meer of m<strong>in</strong>dere mate een deuk op en<br />

dat zal er meestal toe leiden dat iemand de wereld<br />

voortaan m<strong>in</strong>der onbevangen en met meer wantrouwen<br />

tegemoet treedt. Dat hoeft niet louter negatief te<br />

zijn, want door schade en schande wordt men wijs.<br />

n Onbegrip en twijfel: een vraag die menig slachtoffer<br />

zich stelt is: waarom ik? Het is mensen eigen om een<br />

verklar<strong>in</strong>g of reden te zoeken voor de d<strong>in</strong>gen die gebeuren;<br />

wij kunnen slecht overweg met toeval. Daarmee<br />

hangt samen de just world-theorie, ook zo’n fundamentele<br />

psychische overtuig<strong>in</strong>g. Die komt erop neer dat<br />

iedereen krijgt wat hem toekomt. Positieve gebeurtenissen<br />

zijn dan <strong>het</strong> gevolg van <strong>het</strong> juiste gedrag, de<br />

juiste keuzes, de juiste overtuig<strong>in</strong>gen of de juiste houd<strong>in</strong>g.<br />

Terwijl negatieve gebeurtenissen te wijten zijn aan<br />

<strong>het</strong> ontbreken van dergelijke legitimiteit. Dat kan leiden<br />

tot een slechter zelfbeeld of twijfel aan <strong>het</strong> eigen<br />

handelen.<br />

38 39<br />

Uiteraard ervaart niet ieder slachtoffer al deze emoties, of<br />

<strong>in</strong> dezelfde mate, en ze zijn zeker niet exclusief voor jongeren.<br />

Maar de <strong>in</strong>kleur<strong>in</strong>g ervan is wel leeftijdsspecifiek.<br />

STRESSREACTIES EN PSYCHISCHE KLACHTEN<br />

Slachtoffer worden van een misdrijf of ongeval is een<br />

stressvolle gebeurtenis. Een persoon reageert erop met<br />

een complex samenspel van psychische en lichamelijke<br />

reacties. Op <strong>het</strong> moment van de gebeurtenis zelf zijn dat<br />

grotendeels autonome reacties vanuit <strong>het</strong> sympathische<br />

zenuwstelsel, gestuurd door stresshormonen. De bloeddruk<br />

stijgt, de ademhal<strong>in</strong>g versnelt, <strong>het</strong> bewustzijn vernauwt<br />

en de spieren spannen zich om een vecht- of<br />

vluchtreactie mogelijk te maken. De tegenovergestelde


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

reactie is dat iemand <strong>in</strong> shock raakt en als <strong>het</strong> ware<br />

bevriest. Hoe <strong>in</strong>grijpender de gebeurtenis, hoe sterker de<br />

reacties. Is de gebeurtenis voorbij, dan moet vaak <strong>het</strong><br />

besef <strong>in</strong>dalen van wat er precies is gebeurd. Niet zelden<br />

zijn mensen verbaasd over hun eigen reacties op <strong>het</strong><br />

moment zelf. Dat ze heel koelbloedig waren, heel assertief<br />

of juist verlamd en weerloos. Is de situatie weer veilig, dan<br />

moeten lichaam en geest ook weer uit de ‘stressstand’<br />

komen en terugkeren naar <strong>het</strong> normale functioneren.<br />

Wordt de gebeurtenis als <strong>in</strong>grijpend ervaren, dan duurt<br />

<strong>het</strong> vaak even voor de toestand is genormaliseerd.<br />

Ingrijpend wil zeggen dat de gebeurtenis buiten de ‘normale’<br />

dagelijkse ervar<strong>in</strong>gswereld valt en <strong>in</strong>tense gevoelens<br />

van machteloosheid, hulpeloosheid en (doods)angst<br />

teweegbrengt. Het belangrijkste diagnostische handboek<br />

De eerste dagen tot weken zijn dit normale reacties op<br />

een abnormale gebeurtenis en ze vormen onderdeel van<br />

<strong>het</strong> verwerken ervan. Ze doven doorgaans vanzelf uit.<br />

Maar houden deze reacties aan en veroorzaken ze ernstige<br />

lijdensdruk, dan is er meer aan de hand. Lijdensdruk<br />

wil zeggen dat de persoon er veel last van heeft en de<br />

symptomen hem belemmeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> dagelijks functioneren<br />

en zijn sociale contacten. In dat geval kan er sprake<br />

zijn van een posttraumatische stressstoornis (ptss).<br />

verslav<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de hand werken. 60 Soms ontwikkelen jongeren<br />

dwangmatig gedrag <strong>in</strong> een pog<strong>in</strong>g controle te krijgen<br />

over de chaos aan gevoelens <strong>in</strong> hun hoofd en grip te krijgen<br />

op onberekenbare en als onveilig ervaren situaties.<br />

Genetische aanleg speelt daarbij ook een rol. 61<br />

ANDERE GEVOLGEN<br />

Vanuit de behoefte om problemen zelf op te lossen, kunnen<br />

jongeren <strong>het</strong> gebeurde bagatelliseren, wegstoppen<br />

of ontkennen. Soms gebeurt dat ook vanuit de drang om<br />

anderen, zoals ouders te beschermen. Maar l<strong>in</strong>ksom of<br />

rechtsom komt <strong>het</strong> er vaak toch wel uit. De adolescentie<br />

kenmerkt zich mede door risicovol gedrag en heftig<br />

wisselende emoties. Het meemaken van een <strong>in</strong>grijpende<br />

gebeurtenis als een ernstig misdrijf of ongeval kan dit<br />

versterken, zonder dat de omgev<strong>in</strong>g direct <strong>in</strong> de gaten<br />

worden, relatief lichte delicten zijn waarvan de impact en<br />

de gevolgen doorgaans beperkt blijven. Daarnaast<br />

beschikken jongeren over veerkracht en kunnen ze vaak<br />

terugvallen op steun uit hun omgev<strong>in</strong>g. Voor velen is een<br />

slachtofferervar<strong>in</strong>g iets wat ze weliswaar niet snel zullen<br />

vergeten, maar wat geen onherstelbare schade achterlaat.<br />

Uite<strong>in</strong>delijk zien ze <strong>het</strong> vaak ook als een leerzame ervar<strong>in</strong>g<br />

die hen weerbaarder maakt − type: ‘door schade en<br />

schande’ − zo blijkt uit een onderzoek onder zeshonderd<br />

jongeren dat <strong>in</strong> deel 2 van dit boekje aan bod komt.<br />

4.3 OMGAAN MET<br />

SLACHTOFFERSCHAP: COPING<br />

Is de <strong>in</strong>grijpende gebeurtenis geen <strong>in</strong>cident, maar een<br />

serie van gebeurtenissen of een aanhoudende toestand<br />

− zoals we vaak zien bij huiselijk geweld, k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />

of seksueel misbruik − dan kan ernstig psychotrauma<br />

<strong>het</strong> gevolg zijn. Dat uit zich <strong>in</strong> symptomen als zelfbeschadig<strong>in</strong>g,<br />

dissociatieve persoonlijkheidsstoornis, eetstoor-<br />

40 nissen, suïcidaal gedrag, verslav<strong>in</strong>gsproblematiek, borderl<strong>in</strong>e<br />

stoornis, pijnklachten zonder directe lichamelijke<br />

oorzaak, depressies en psychosen. 57<br />

heeft wat de aanleid<strong>in</strong>g of <strong>het</strong> onderliggende probleem is.<br />

Schoolprestaties en relaties kunnen hieronder lijden.<br />

Ervaren jongeren veel stress en bijkomende problemen,<br />

dan heeft dat vaak ook weer een fysieke weerslag <strong>in</strong> de<br />

vorm van buikpijn, hoofdpijn of slaapproblemen. 62<br />

Deze paragraaf is voornamelijk gebaseerd op de studie<br />

van de Vlaamse crim<strong>in</strong>ologe Vynckier, die een zeer uitgebreid<br />

onderzoek verrichtte onder Belgische en<br />

Nederlandse jongeren die slachtoffer zijn geworden<br />

van een gewelds- of vermogensdelict. 63<br />

41<br />

<strong>in</strong> de psychologie, de DSMV, onderscheidt vier clusters van<br />

reacties:<br />

n Herbelev<strong>in</strong>g; zoals spontane her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen aan de<br />

<strong>in</strong>grijpende gebeurtenis, nachtmerries, flashbacks en<br />

dergelijke.<br />

n Vermijd<strong>in</strong>g; men probeert pijnlijke her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen,<br />

gedachten en gevoelens of geuren, geluiden en voorwerpen<br />

die aan de gebeurtenis her<strong>in</strong>neren (triggers) te<br />

ontlopen.<br />

n Negatieve cognities en stemm<strong>in</strong>g; daarmee worden<br />

allerlei subjectieve ervar<strong>in</strong>gen bedoeld die variëren van<br />

een hardnekkig maar niet gerechtvaardigd idee dat <strong>het</strong><br />

slachtoffer zelf of iemand anders schuldig is, vervreemd<strong>in</strong>g<br />

van de sociale omgev<strong>in</strong>g, een duidelijk verm<strong>in</strong>derde<br />

belangstell<strong>in</strong>g voor dagelijkse activiteiten, tot <strong>het</strong><br />

zich niet kunnen her<strong>in</strong>neren van belangrijke aspecten<br />

van de gebeurtenis.<br />

n Prikkelbaarheid of hyperarousal; agressief, roekeloos of<br />

zelfdestructief gedrag, slaapstoornissen, overdreven<br />

alertheid en vergelijkbare problemen.<br />

In tegenstell<strong>in</strong>g tot wat veel mensen denken, is <strong>het</strong> risico<br />

om een ptss te krijgen na een misdrijf of ongeval betrekkelijk<br />

kle<strong>in</strong>. Ongeveer 10 tot 20% van slachtoffers die een<br />

als <strong>in</strong>grijpend te beschouwen gebeurtenis meemaken<br />

of er getuige van zijn − zoals een feitelijke of dreigende<br />

dood, een ernstige verwond<strong>in</strong>g of seksueel geweld −<br />

lopen de kans op ernstige posttraumatische stressklachten.<br />

58 In <strong>het</strong> geval van seksueel geweld is dat percentage<br />

aanzienlijk hoger; <strong>in</strong> (buitenlands) onderzoek worden<br />

percentages gevonden van 25-50%. 59<br />

Behalve of naast ptss kunnen slachtoffers ook andere<br />

psychische klachten ervaren of problematisch gedrag<br />

ontwikkelen. Depressieve gevoelens komen, zeker bij jongeren,<br />

ook regelmatig voor, soms uitmondend <strong>in</strong> suïcidale<br />

neig<strong>in</strong>gen. Toevlucht zoeken <strong>in</strong> drank of drugs kan een<br />

Aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>d van deze paragraaf enkele woorden ter relativer<strong>in</strong>g.<br />

Allerlei mogelijke klachten, stoornissen en problemen<br />

waarmee jonge slachtoffers te maken kunnen<br />

krijgen, zijn de revue gepasseerd. Dat levert een nogal<br />

somber plaatje op. Laten we niet vergeten dat <strong>het</strong> grootste<br />

deel van de misdrijven waarvan jongeren slachtoffer<br />

betekenisgev<strong>in</strong>g<br />

cognitief<br />

cop<strong>in</strong>g met <strong>in</strong>cident zelf<br />

emoties controleren<br />

Op basis van <strong>in</strong>terviews met slachtoffers ziet Vynckier een<br />

onderscheid tussen cop<strong>in</strong>g met <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident zelf en<br />

cop<strong>in</strong>g met de kans om hernieuwd slachtoffer te worden.<br />

Daarnaast brengt zij een tweedel<strong>in</strong>g aan tussen cognitieve<br />

en gedragsmatige cop<strong>in</strong>gmechanismen. Schematisch ziet<br />

dat er zo uit:<br />

cop<strong>in</strong>g met kans op revictimisatie<br />

gedragsmatig cognitief gedragsmatig


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

had kunnen aflopen, om zich te realiseren dat ze er<br />

eigenlijk nog goed van af zijn gekomen.<br />

n Relativeren en normaliseren: slachtoffers zetten de<br />

ervar<strong>in</strong>g af tegen eerdere nare ervar<strong>in</strong>gen die ze<br />

hebben gehad en die een grotere impact hadden.<br />

Daarnaast kan er een vorm van berust<strong>in</strong>g zijn: misdrijven<br />

gebeuren zo vaak en ze zijn beslist niet de enige wie<br />

<strong>het</strong> is overkomen. Shit happens, dat hoort bij <strong>het</strong> leven.<br />

n Oorzaak en gevolg (attributie): al eerder kwam aan de<br />

orde dat slachtoffers geneigd zijn zich af te vragen:<br />

waarom ik? Wat is de oorzaak van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident?<br />

Oorzaken kan <strong>het</strong> slachtoffer buiten zichzelf zoeken,<br />

maar ook <strong>in</strong> eigen gedrag of persoonlijke kenmerken.<br />

In de victimologie staat dat laatste bekend als victim<br />

self-blam<strong>in</strong>g.<br />

n Het slachtofferschap als verdiend beschouwen. Deze<br />

strategie ligt <strong>in</strong> <strong>het</strong> verlengde van self-blam<strong>in</strong>g. Als je<br />

bijvoorbeeld zelf een notoire ruziezoeker bent, of je<br />

schuldig maakt aan crim<strong>in</strong>eel gedrag, dan kan <strong>het</strong> slachtoffer<br />

zijn eigen victimisatie <strong>in</strong>terpreteren als oogsten<br />

COGNITIEVE COPINGMECHANISMEN:<br />

BETEKENISGEVING<br />

Betekenisgev<strong>in</strong>g omvat verschillende strategieën om<br />

<strong>het</strong> gebeurde een plek te kunnen geven:<br />

n Alternatieve scenario’s bedenken. Aan de ene kant<br />

bedenken slachtoffers scenario’s waardoor <strong>het</strong> voorval<br />

<strong>in</strong> hun perceptie beter zou zijn afgelopen omdat ze<br />

anders handelen dan ze gedaan hebben. Sommigen<br />

verbeelden zich dat ze meer weerstand zouden hebben<br />

geboden <strong>in</strong> plaats van <strong>het</strong> misdrijf passief te ondergaan,<br />

of dat anderen <strong>in</strong>gegrepen zouden hebben. Anderen,<br />

die niet direct op de eisen van de dader zijn <strong>in</strong>gegaan<br />

en daardoor letsel hebben opgelopen, zouden dat bij<br />

wat je zaait. Deze ‘verdiende-loonredener<strong>in</strong>g’ blijft <strong>in</strong> de<br />

pas met <strong>het</strong> cognitieve basisschema van de just world.<br />

n Confrontatie met de kwaadwilligheid van daders. Tot<br />

op zekere hoogte waant iedereen zich onkwetsbaar.<br />

Je gelooft wel <strong>in</strong> <strong>het</strong> bestaan van crim<strong>in</strong>aliteit, maar niet<br />

dat <strong>het</strong> jezelf overkomt. Of dat de dader tot zulke d<strong>in</strong>gen<br />

<strong>in</strong> staat is. Daarom heeft <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> eerste<br />

<strong>in</strong>stantie de neig<strong>in</strong>g te denken dat hij zijn geld of<br />

mobiel verloren is, totdat hij zich realiseert dat zijn<br />

spullen zijn gestolen.<br />

COGNITIEVE COPINGMECHANISMEN:<br />

EMOTIES CONTROLEREN<br />

GEDRAGSMATIGE COPINGMECHANISMEN<br />

Gedragsmatige cop<strong>in</strong>g met <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident zelf neemt de<br />

vorm aan van:<br />

n Een gewelddadige reactie tijdens <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident zelf. Soms<br />

stellen slachtoffers zich fysiek of verbaal teweer. Vooral<br />

voor jongens geldt er toch een soort ‘erecode’ (cool rule)<br />

dat iemand die wordt aangevallen tenm<strong>in</strong>ste een<br />

pog<strong>in</strong>g doet om zich te verdedigen, ook al is de andere<br />

partij sterker. Maar niet altijd is <strong>het</strong> slachtoffer tot een<br />

tegenreactie <strong>in</strong> staat, door verrass<strong>in</strong>g of angst. Het kan<br />

ook een bewuste overweg<strong>in</strong>g zijn om zich niet te verdedigen,<br />

als <strong>het</strong> slachtoffer zich bij voorbaat kansloos acht.<br />

Uit angst de dader te provoceren, of uit angst om mede<br />

<strong>het</strong> onderzoek komt naar voren dat slachtoffers meestal<br />

een beroep op hun ouders doen, al was <strong>het</strong> maar omdat<br />

ze verwond<strong>in</strong>gen of verdwenen spullen moeten verklaren.<br />

Zwijgen slachtoffers tegenover hen, dan is dat<br />

meestal uit angst voor hun reactie, om ze te ontzien, of<br />

omdat ze ongewenste gevolgen voorzien, zoals <strong>het</strong><br />

<strong>in</strong>schakelen van politie of <strong>in</strong>stitutionele hulp. Jonge<br />

slachtoffers blijken we<strong>in</strong>ig beroep te doen op officiële<br />

hulp<strong>in</strong>stanties. Ze zijn onbekend met <strong>het</strong> aanbod, v<strong>in</strong>den<br />

wat hen is overkomen niet erg genoeg om <strong>in</strong>stitutionele<br />

hulp <strong>in</strong> te schakelen of worden goed opgevangen<br />

b<strong>in</strong>nen hun eigen sociale netwerk.<br />

nader <strong>in</strong>zien wel hebben willen doen. Aan de andere<br />

kant bedenken ze scenario’s waar<strong>in</strong> <strong>het</strong> veel slechter<br />

In paragraaf 2 is aan de orde gekomen dat <strong>het</strong> meemaken<br />

van een misdrijf of ongeval allerlei emoties oproept, waar-<br />

de schuld te krijgen van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident.<br />

n Het heft <strong>in</strong> eigen handen nemen. Daarmee doelt<br />

Cop<strong>in</strong>g <strong>in</strong> relatie tot de kans op hernieuwd slachtofferschap<br />

<strong>in</strong> de toekomst heeft eveneens een cognitieve en<br />

42 gedragsmatige component.<br />

43<br />

van boosheid en angst de belangrijkste zijn. Deze emoties<br />

moeten gekanaliseerd worden en daarbij onderscheidt<br />

Vynckier drie strategieën:<br />

n Uit<strong>in</strong>g van wraakgevoelens <strong>in</strong> fantasie: als uitlaatklep<br />

bedenken slachtoffers wraakacties en handel<strong>in</strong>gen die<br />

ze de dader willen aandoen, zonder deze overigens uit<br />

te voeren. Dit is ook een vorm van scenario’s bedenken,<br />

maar dan om boosheid te uiten.<br />

n Confrontatie met angst: om hun angst te overw<strong>in</strong>nen<br />

gaan slachtoffers soms zo snel mogelijk terug naar de<br />

plaats waar <strong>het</strong> delict heeft plaatsgevonden. Door hun<br />

angst onder ogen te zien en op dat moment te accepteren<br />

hoopt men dat deze zal verm<strong>in</strong>deren of verdwijnen.<br />

n Verdr<strong>in</strong>gen en taboeïseren: dat doen jongeren door te<br />

proberen niet meer aan <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident te denken en er<br />

met niemand over te praten. Doorgaan met <strong>het</strong> leven<br />

alsof er niets gebeurd is. Een andere manier is om de<br />

schijn op te houden dat <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident <strong>het</strong> slachtoffer niet<br />

geraakt heeft en wat er gebeurd is ridiculiseren of<br />

bagatelliseren.<br />

Vynckier op alle daden die <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> de nasleep<br />

van <strong>het</strong> misdrijf, al dan niet met hulp van anderen stelt<br />

ten aanzien van de dader, of om gestolen spullen terug<br />

te v<strong>in</strong>den. Dat kunnen daden van vergeld<strong>in</strong>g zijn, bijvoorbeeld<br />

wanneer een slachtoffer de dader door zijn<br />

vrienden onder handen laat nemen bij wijze van gelegitimeerde<br />

‘straf’. Het kan ook gaan om compensatie,<br />

zoals <strong>het</strong> ‘terugstelen’ van een fiets ter vervang<strong>in</strong>g van<br />

<strong>het</strong> gestolen exemplaar.<br />

n Zwijgen of spreken? Het gaat hier om de keuze om derden<br />

of <strong>in</strong>stanties op de hoogte te brengen van wat er<br />

gebeurd is en een beroep te doen op steun en hulp.<br />

Vynckier merkt hierover op dat slachtoffers doorgaans<br />

vertrouwen hebben <strong>in</strong> of iets verwachten van de personen<br />

en <strong>in</strong>stanties tot wie ze zich wenden. Soms is <strong>het</strong><br />

ook een kwestie van wie er op dat moment toevallig<br />

beschikbaar is. Het slachtoffer maakt de keuze niet altijd<br />

alleen. Ouders kunnen bijvoorbeeld aandr<strong>in</strong>gen op <strong>het</strong><br />

doen van aangifte en een vertrouwenspersoon op<br />

school kan besluiten om ouders toch te <strong>in</strong>formeren. Uit<br />

REVICTIMISATIE: COGNITIEVE<br />

COPINGMECHANISMEN<br />

Wantrouwen: een slachtofferervar<strong>in</strong>g is een confrontatie<br />

met de eigen kwetsbaarheid en kwaadwillendheid van<br />

anderen. Het slachtoffer raakt − <strong>in</strong> overdrachtelijke z<strong>in</strong> −<br />

zijn onschuld kwijt. Ook uit ons eigen onderzoek (zie<br />

deel 2) blijkt dat <strong>het</strong> misdrijf <strong>het</strong> vertrouwen <strong>in</strong> anderen<br />

aantast en slachtoffers meer op hun hoede zijn.<br />

Shit happens,<br />

dat hoort bij<br />

<strong>het</strong> leven


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

REVICTIMISATIE: GEDRAGSMATIGE<br />

COPINGMECHANISMEN<br />

Dit betreft datgene wat <strong>het</strong> slachtoffer onderneemt om de<br />

kans te verkle<strong>in</strong>en om <strong>in</strong> de toekomst opnieuw slachtoffer<br />

te worden.<br />

n Situationele en technische preventie. Hierbij valt te denken<br />

aan <strong>het</strong> aanschaffen van extra sloten om een<br />

nieuwe (fietsen)diefstal te voorkomen, <strong>het</strong> verstoppen<br />

van waardevolle spullen of <strong>het</strong> voortdurend toezicht<br />

houden erop, en <strong>het</strong> zo m<strong>in</strong> mogelijk geld of waardevolle<br />

spullen op zak hebben.<br />

n Alerter zijn, want een gewaarschuwd mens telt voor<br />

twee. Soms beperkt die alertheid zich tot de plaats of<br />

situatie waar de betrokkene slachtoffer is geworden, of<br />

tot de bevolk<strong>in</strong>gsgroep waartoe de dader behoort.<br />

n Vermijd<strong>in</strong>gsgedrag. In <strong>het</strong> verlengde van <strong>het</strong> vorige,<br />

kunnen slachtoffers bepaalde plaatsen, situaties of personen<br />

gaan vermijden. Bijvoorbeeld door een andere<br />

route naar school te nemen of een blokje om te gaan als<br />

potentiële daders worden gespot. Jongeren kunnen<br />

daar<strong>in</strong> ook behoorlijk ver gaan, zoals <strong>het</strong> veranderen<br />

van school, of <strong>het</strong> stoppen met sport om de dader(s)<br />

maar uit de weg te kunnen gaan.<br />

n De <strong>in</strong>zet van fysieke kracht en wapens. Sommige slachtoffers<br />

gaan op zelfverdedig<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de hoop of verwacht<strong>in</strong>g<br />

om potentiële daders te ontmoedigen of zich te<br />

kunnen verweren als de gelegenheid zich voordoet.<br />

Verschillende slachtoffers <strong>in</strong> Vynckiers onderzoek melden<br />

voortaan wapens bij zich te hebben, zoals een mes<br />

en zelfs een stungun.<br />

n Safety <strong>in</strong> numbers. Met zijn tweeën of meer ben je veiliger<br />

dan <strong>in</strong> je eentje. Een groep biedt bescherm<strong>in</strong>g en is een<br />

morele steun <strong>in</strong> de rug. In feite is dit ook een vorm van<br />

vermijd<strong>in</strong>g, namelijk vermijden alleen over straat te gaan.<br />

n Andere strategieën. Een voorbeeld hiervan is proberen<br />

anderen te behoeden voor een soortgelijke<br />

slachtofferervar<strong>in</strong>g.<br />

4.4 TOT BESLUIT<br />

Slachtoffer denkt men niet gauw te worden, maar <strong>het</strong> kan<br />

iedereen gebeuren. Voor jongeren is een misdrijf of ongeval<br />

vaak een eerste serieuze confrontatie met hun eigen<br />

kwetsbaarheid en de kwaadwillendheid van anderen. Een<br />

confrontatie die zij ieder op hun eigen wijze aangaan. Hun<br />

gevoelens, reacties, de betekenis die ze geven aan <strong>het</strong><br />

<strong>in</strong>cident en <strong>het</strong> emotioneel, cognitief en sociaal hanteren<br />

van de ervar<strong>in</strong>g verschillen van persoon tot persoon. Niet<br />

alleen de aard en ernst van <strong>het</strong> misdrijf of ongeval zijn<br />

daar<strong>in</strong> bepalend, maar evenzo persoonlijke omstandigheden<br />

en eigenschappen en omgev<strong>in</strong>gsfactoren. Zo kan de<br />

gebeurtenis bij de een diepe sporen achterlaten, terwijl<br />

anderen <strong>het</strong> voorval tamelijk gemakkelijk van zich af kunnen<br />

laten glijden.<br />

In de vorige paragraaf hebben we kunnen zien dat jongeren<br />

een variëteit aan cop<strong>in</strong>gstrategieën <strong>in</strong>zetten om plaats<br />

en betekenis te geven aan hun slachtofferervar<strong>in</strong>g.<br />

Bepaalde strategieën kunnen contraproductief lijken, maar<br />

zijn dat bij nader <strong>in</strong>zien niet. Zichzelf de schuld geven van<br />

<strong>het</strong> gebeurde biedt tegelijkertijd een vorm van controle en<br />

een handel<strong>in</strong>gsperspectief. Zwijgen over wat er gebeurd is,<br />

zouden wij niet snel aanbevelen, maar voor <strong>het</strong> jonge<br />

slachtoffer kunnen de gevolgen van spreken nog onaangenamer<br />

zijn. Uit <strong>het</strong> onderzoek van Vynckier blijkt dat veel<br />

jonge slachtoffers op een of andere manier hun gedrag<br />

aanpassen om kans op hernieuwd slachtofferschap te<br />

voorkomen. Door die verantwoordelijkheid te nemen en<br />

risico’s te verkle<strong>in</strong>en, vergroten zij hun weerbaarheid. Zo<br />

levert een nare ervar<strong>in</strong>g toch iets positiefs op.<br />

In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk maken we overstap naar <strong>het</strong><br />

juridische dome<strong>in</strong> en bekijken we welke plaats jongeren<br />

<strong>in</strong>nemen <strong>in</strong> <strong>het</strong> (straf)recht.<br />

5 Rechten van jongeren,<br />

jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht<br />

Een juridisch perspectief<br />

Over de positie van jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafrecht kunnen we<br />

eigenlijk heel kort zijn. Voor jonge verdachten en daders<br />

geldt een speciaal regime: <strong>het</strong> jeugd- en adolescentenstrafrecht.<br />

Maar voor jonge slachtoffers zijn vooralsnog<br />

geen speciale rechten of voorzien<strong>in</strong>gen gecreëerd. Voor<br />

hen gelden de ‘algemene’ slachtofferrechten zoals die <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> Wetboek van Strafvorder<strong>in</strong>g, aanwijz<strong>in</strong>gen en regel<strong>in</strong>gen<br />

zijn vastgelegd. Na een korte beschouw<strong>in</strong>g over de<br />

relatie tussen strafrecht en jongeren volgt een beschrijv<strong>in</strong>g<br />

van de huidige positie van <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

Nederlandse strafrecht en kijken we naar de betekenis van<br />

<strong>in</strong>ternationaalrechtelijke bepal<strong>in</strong>gen. Dat zijn dan met<br />

name de Richtlijn 2012/29/EU van <strong>het</strong> Europees Parlement<br />

en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststell<strong>in</strong>g van m<strong>in</strong>imumnormen<br />

voor de rechten, de ondersteun<strong>in</strong>g en de<br />

bescherm<strong>in</strong>g van slachtoffers van strafbare feiten (kortweg<br />

de Slachtofferrichtlijn) en <strong>het</strong> Internationaal Verdrag<br />

voor de Rechten van <strong>het</strong> K<strong>in</strong>d (IVRK).<br />

5.1 JONGEREN IN HET (STRAF)RECHT<br />

Al vroeg heeft <strong>in</strong> <strong>het</strong> Nederlandse (straf)recht de overtuig<strong>in</strong>g<br />

postgevat dat k<strong>in</strong>deren, <strong>in</strong> casu m<strong>in</strong>derjarigen, niet<br />

op dezelfde manier behandeld kunnen worden als vol-<br />

wassenen. Zij kunnen de consequenties van hun keuzes<br />

en daden niet goed overzien en de gevolgen vaak ook<br />

niet zelfstandig dragen. Daarom rekent de wet m<strong>in</strong>derjarigen,<br />

afhankelijk van hun leeftijd, hun handel<strong>in</strong>gen<br />

niet of slechts gedeeltelijk toe. Dat heeft tot gevolg dat<br />

ze bepaalde d<strong>in</strong>gen helemaal niet mogen − stemmen,<br />

autorijden zonder begeleid<strong>in</strong>g, alcohol kopen − en andere<br />

d<strong>in</strong>gen slechts met toestemm<strong>in</strong>g van de verantwoordelijke<br />

volwassene(n).<br />

44 45<br />

GEZAG EN TOESTEMMING<br />

Het burgerlijk recht bepaalt dat k<strong>in</strong>deren onder de 18<br />

voor de meeste (rechts)handel<strong>in</strong>gen uitdrukkelijke of stilzwijgende<br />

toestemm<strong>in</strong>g van hun ouders of voogd nodig<br />

hebben. Ontbreekt die, dan kan de handel<strong>in</strong>g ongedaan<br />

worden gemaakt door degene onder wiens gezag <strong>het</strong><br />

k<strong>in</strong>d staat. Denk aan <strong>het</strong> afsluiten van een mobiel telefoonabonnement<br />

of de aankoop van een scooter.<br />

Wel neemt tussen <strong>het</strong> 12e en 18e jaar de wettelijke handel<strong>in</strong>gsvrijheid<br />

en verantwoordelijkheid van jongeren stapsgewijs<br />

toe. Vanaf hun 12e jaar mogen ze hun men<strong>in</strong>g<br />

geven over medische of rechterlijke besliss<strong>in</strong>gen die hen<br />

aangaan en zelfstandig een identiteitskaart aanvragen.<br />

Een 13-jarige mag betaald werk verrichten en vanaf hun<br />

14e zijn jongeren <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel zelf aansprakelijk voor


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

schade die zij aanrichten, al zijn ouders nog medeaansprakelijk.<br />

Vanaf hun 16e hebben jongeren geen toestemm<strong>in</strong>g<br />

van ouders meer nodig als ze zich als donor willen registreren,<br />

een arbeidsovereenkomst willen aangaan of een<br />

testament laten opstellen. Ze beslissen zelf over medische<br />

handel<strong>in</strong>gen. In geval van zwangerschap kan een 16-jarige<br />

de rechter vragen om haar meerderjarig te verklaren.<br />

S<strong>in</strong>ds een aantal jaar is <strong>het</strong> mogelijk op 17-jarige leeftijd<br />

een rijbewijs te halen en onder begeleid<strong>in</strong>g van een coach<br />

een auto op de openbare weg te besturen. Vanaf 18 zijn<br />

jongeren meerderjarig en kunnen zij alle burgerlijke<br />

rechten en plichten <strong>in</strong> volle omvang uitoefenen, tenzij er<br />

sprake is van een uitzonder<strong>in</strong>gssituatie zoals een psychische<br />

stoornis of ernstige beperk<strong>in</strong>g. 64<br />

Op 1 april 2014 is <strong>het</strong> adolescentenstrafrecht <strong>in</strong>gevoerd.<br />

Dat betekent dat bij verdachten <strong>in</strong> de leeftijd van 16 tot 23<br />

jaar de rechter kan besluiten om voor <strong>het</strong> jeugdstrafrecht<br />

of juist voor <strong>het</strong> volwassenenstrafrecht te kiezen. Hij laat<br />

zich daarbij leiden door <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau van de<br />

verdachte. Een 18-jarige kan emotioneel en cognitief op<br />

<strong>het</strong> niveau van een 12-jarige zitten, terwijl een 16-jarige<br />

net zo ver is <strong>in</strong> zijn doen en denken als een 18-jarige.<br />

JEUGDIGE SLACHTOFFERS<br />

Over jeugdige slachtoffers zeggen de Wetboeken van<br />

Strafrecht en Strafvorder<strong>in</strong>g niet zo veel. Er is een aantal<br />

misdrijven waarbij de leeftijd van <strong>het</strong> slachtoffer van<br />

<strong>in</strong>vloed is op de strafmaat. Zo is <strong>het</strong> vervaardigen, verspreiden<br />

en bezitten van pornografisch materiaal waar<strong>in</strong><br />

alleen volwassenen figureren niet strafbaar, maar k<strong>in</strong>derporno<br />

is dat wel (art. 240b Sr). Seksuele handel<strong>in</strong>gen door<br />

een volwassene met een k<strong>in</strong>d beneden de 16 zijn strafbaar<br />

(art. 245 Sr). Is <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d jonger dan 12 jaar, dan is straf<br />

hoger (art. 244 Sr). Andere zedendelicten die strafbaar<br />

zijn vanwege de m<strong>in</strong>derjarigheid van <strong>het</strong> slachtoffer, zijn<br />

onder meer <strong>het</strong> aanzetten van een m<strong>in</strong>derjarige tot<br />

ontuchtige handel<strong>in</strong>gen (art. 248a Sr), of hem/haar getuige<br />

laten zijn zulke handel<strong>in</strong>gen (art. 248d Sr) of gebruik<br />

maken van de diensten van een m<strong>in</strong>derjarige prostituee<br />

(art. 248b Sr). Relatief recent is <strong>het</strong> artikel over groom<strong>in</strong>g<br />

(art. 248e Sr), <strong>het</strong> via <strong>in</strong>ternet benaderen van 16-m<strong>in</strong>ners<br />

en deze verleiden tot <strong>het</strong> plegen of getuige zijn van<br />

ontuchtige handelen voor de webcam of tijdens een<br />

(fysieke) ontmoet<strong>in</strong>g. Ten slotte is <strong>het</strong> een strafverzwarende<br />

omstandigheid wanneer ontucht of misbruik wordt<br />

gepleegd door een ouder, voogd, opvoeder, verzorger of<br />

andere persoon die een bepaalde verantwoordelijkheid<br />

heeft voor <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d (art. 248, tweede lid).<br />

AANGIFTE DOEN EN GETUIGEN<br />

In <strong>het</strong> Wetboek van Strafvorder<strong>in</strong>g is nog veel m<strong>in</strong>der te<br />

v<strong>in</strong>den over m<strong>in</strong>derjarigen als slachtoffer en/of getuigen.<br />

Er is geen m<strong>in</strong>imumleeftijd voor <strong>het</strong> doen van aangifte.<br />

Iedereen mag aangifte doen (art. 161 Sv) en de politie is<br />

verplicht deze op te nemen. Voor sommige delicten moet<br />

een slachtoffer niet alleen aangifte doen maar ook een<br />

klacht <strong>in</strong>dienen, wil de officier van justitie tot vervolg<strong>in</strong>g<br />

over kunnen gaan. Dit is bijvoorbeeld zo bij smaad, laster<br />

en beledig<strong>in</strong>g en vroeger ook bij zedendelicten. Dient een<br />

wettelijk vertegenwoordiger (ouder of voogd) namens<br />

een k<strong>in</strong>d van 12 jaar en ouder een klacht <strong>in</strong>, dan moet <strong>het</strong><br />

OM <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d zelf <strong>in</strong> de gelegenheid stellen zijn men<strong>in</strong>g te<br />

geven over de wenselijkheid van een eventuele vervolg<strong>in</strong>g<br />

(art. 165a Sv). Stel dat een meisje slachtoffer wordt<br />

van sext<strong>in</strong>g: een boos ex-vriendje stuurt <strong>in</strong>tieme plaatjes<br />

van haar via Facebook de hele school rond. Het meisje<br />

schaamt zich enorm en wil er absoluut geen aangifte van<br />

doen, maar haar ouders wel en zij dienen een klacht <strong>in</strong> bij<br />

de politie. De officier van justitie moet dan <strong>het</strong> meisje de<br />

kans geven haar men<strong>in</strong>g kenbaar te maken. Zij wil juist<br />

dat de dader met rust wordt gelaten, want de plaatjes zijn<br />

toch al <strong>in</strong> omloop en hoe meer aandacht erop gevestigd<br />

wordt, hoe meer zij er last van heeft. Bovendien is ze bang<br />

voor wraak van <strong>het</strong> ex-vriendje. De officier is verplicht de<br />

belangen van <strong>het</strong> slachtoffer mee te nemen <strong>in</strong> zijn besluit<br />

om al dan niet te vervolgen. Artikel 167a Sv bepaalt <strong>het</strong>zelfde<br />

voor sommige zedendelicten, zoals bij gemeenschap<br />

met een persoon jonger dan 16 jaar. Ook daarbij<br />

moet <strong>het</strong> OM <strong>het</strong> m<strong>in</strong>derjarige slachtoffer <strong>in</strong> de gelegenheid<br />

stellen zijn men<strong>in</strong>g te geven over <strong>het</strong> misdrijf en de<br />

vervolg<strong>in</strong>g daarvan.<br />

Een artikel dat niet per se op jeugdige slachtoffers betrekk<strong>in</strong>g<br />

heeft, maar wel op getuigen onder de 16 jaar, is artikel<br />

216a, tweede lid Sv. Getuigen ouder dan 16 worden<br />

beëdigd en zijn verplicht de waarheid te vertellen, anders<br />

plegen ze me<strong>in</strong>eed en dat is strafbaar. Getuigen jonger<br />

dan 16 jaar worden ‘gemaand’ de waarheid te vertellen en<br />

kunnen dus ook geen me<strong>in</strong>eed plegen. In de politiefase<br />

van <strong>het</strong> onderzoek worden k<strong>in</strong>deren van 4-12 jaar vaak<br />

verhoord <strong>in</strong> een speciale studio. Dan gaat <strong>het</strong> bijna altijd<br />

om zaken van k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g of seksueel misbruik.<br />

Dat staat echter niet <strong>in</strong> <strong>het</strong> wetboek, maar <strong>in</strong> de<br />

Aanwijz<strong>in</strong>g Opspor<strong>in</strong>g en Vervolg<strong>in</strong>g <strong>in</strong>zake seksueel<br />

misbruik van <strong>het</strong> Openbaar M<strong>in</strong>isterie. 65 Overigens kan<br />

de politie k<strong>in</strong>deren verhoren zonder toestemm<strong>in</strong>g van de<br />

ouders en zonder hen daarvan eerst op de hoogte te<br />

stellen.<br />

SPREEKRECHT<br />

Een ander artikel waar<strong>in</strong> specifiek aan de leeftijd van <strong>het</strong><br />

slachtoffer wordt gerefereerd, is 51e Sv, dat <strong>het</strong> spreekrecht<br />

regelt. Het derde lid vermeldt: ‘Tot de slachtoffers of<br />

nabestaanden die van <strong>het</strong> spreekrecht gebruik kunnen<br />

maken, behoort de m<strong>in</strong>derjarige die de leeftijd van 12 jaar<br />

heeft bereikt. Hetzelfde geldt voor de m<strong>in</strong>derjarige die die<br />

leeftijd nog niet heeft bereikt en die <strong>in</strong> staat kan worden<br />

geacht tot een redelijke waarder<strong>in</strong>g van zijn belangen<br />

terzake.’ Of de 12-m<strong>in</strong>ner <strong>in</strong> staat is ‘tot een redelijke waarder<strong>in</strong>g<br />

van zijn belangen terzake’ beoordeelt de rechter.<br />

Met andere woorden: als de rechter denkt dat een k<strong>in</strong>d<br />

van 12 jaar of jonger <strong>in</strong> staat is om tijdens de rechtszitt<strong>in</strong>g<br />

zelf te spreken over de impact van <strong>het</strong> misdrijf, dan kan hij<br />

dat toestaan. Wil een k<strong>in</strong>d iemand anders voor zich laten<br />

spreken, dan is dat ook mogelijk, want dat recht hebben<br />

alle slachtoffers.<br />

46<br />

TOEREKENBAARHEID EN STRAF<br />

Het Nederlandse strafrecht sluit vervolg<strong>in</strong>g van k<strong>in</strong>deren<br />

jonger dan 12 jaar uit, ongeacht wat zij gedaan hebben.<br />

Vanwege hun prille ontwikkel<strong>in</strong>g zijn hun daden hun niet<br />

toe te rekenen. Ook al zou een 11-jarige een moord hebben<br />

gepleegd, dan nog kan <strong>het</strong> Openbaar M<strong>in</strong>isterie (OM)<br />

geen vervolg<strong>in</strong>g <strong>in</strong>stellen. Er zijn natuurlijk wel andere<br />

wettelijke <strong>in</strong>strumenten om de dader onder toezicht en<br />

behandel<strong>in</strong>g te stellen. Daarvoor wordt Bureau Jeugdzorg<br />

<strong>in</strong>geschakeld.<br />

47<br />

Tussen 12 en 16 geldt <strong>het</strong> jeugdstrafrecht. Uitgangspunt<br />

is dat daden nog steeds <strong>in</strong> beperkte mate toerekenbaar<br />

zijn aan k<strong>in</strong>deren <strong>in</strong> deze leeftijd, maar dat vergeld<strong>in</strong>g en<br />

vooral rehabilitatie wel aan de orde zijn. Ook verdienen ze<br />

extra bescherm<strong>in</strong>g tijdens de strafprocedure. Dat betekent<br />

dat er speciale rechten en voorzien<strong>in</strong>gen zijn voor jeugdigen,<br />

bijvoorbeeld met betrekk<strong>in</strong>g tot de bijstand van een<br />

advocaat, <strong>het</strong> afnemen van verhoren en de openbaarheid<br />

van de rechtszitt<strong>in</strong>g. Verder gelden voor daders <strong>in</strong> deze<br />

leeftijdscategorie andere straffen. Die zijn meestal lager en<br />

meer gericht op leren van je fouten en aanleren van ander<br />

gedrag, bijvoorbeeld door werk- en leerstraffen.<br />

Aan de andere slachtofferbepal<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> Wetboek van<br />

Strafvorder<strong>in</strong>g is geen leeftijdsgrens gekoppeld. De vraag<br />

is natuurlijk wel <strong>in</strong> hoeverre jongeren deze rechten zelfstandig<br />

kunnen en willen uitoefenen. Voor een volwassene<br />

is dat vaak al <strong>in</strong>gewikkeld genoeg. In paragraaf 5.2 komt<br />

de positie van <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafproces aan de<br />

orde aan de hand van de verschillende rechten en voorzien<strong>in</strong>gen<br />

waarop slachtoffers aanspraak kunnen maken.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

5.2 DE POSITIE VAN HET SLACHTOFFER<br />

IN HET STRAFPROCES<br />

Vanaf de jaren zeventig is de maatschappelijke en politieke<br />

belangstell<strong>in</strong>g voor slachtoffers van misdrijven gestaag<br />

toegenomen. Mijlpalen <strong>in</strong> deze ontwikkel<strong>in</strong>g zijn de<br />

opricht<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven<br />

(1976), de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de Wet Terwee (1995) die de<br />

mogelijkheid voor <strong>het</strong> slachtoffer om als benadeelde<br />

partij <strong>in</strong> de strafprocedure een schadevergoed<strong>in</strong>g van de<br />

verdachte te eisen (voegen) aanzienlijk uitbreidt, en de<br />

<strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de schriftelijke slachtofferverklar<strong>in</strong>g (2004)<br />

en <strong>het</strong> spreekrecht (2005) voor slachtoffers.<br />

spreekrecht. Per 1 januari is de Wet conservatoir beslag<br />

slachtoffers <strong>in</strong> werk<strong>in</strong>g getreden. Het OM kan daarmee<br />

beslag leggen op <strong>het</strong> vermogen van de verdachte ten<br />

behoeve van <strong>het</strong> benadeelde slachtoffer. Een wet op de<br />

verdere <strong>in</strong>houdelijke uitbreid<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> spreekrecht is<br />

<strong>in</strong>middels <strong>in</strong> behandel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de Tweede Kamer. Daarmee<br />

wordt beoogd de huidige beperk<strong>in</strong>g weg te nemen dat<br />

<strong>het</strong> slachtoffer alleen mag spreken over de gevolgen van<br />

<strong>het</strong> strafbare feit.<br />

Terugkijkend kunnen we concluderen dat de positie van<br />

<strong>het</strong> slachtoffer de afgelopen decennia veel sterker is<br />

geworden. Meer dan ooit zijn politiek, rechterlijke macht<br />

en politie zich ervan bewust dat <strong>het</strong> slachtoffer een rol<br />

hoort te hebben <strong>in</strong> de afwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> misdrijf dat<br />

hem of haar is aangedaan. Maar weerstand is er ook, van<br />

degenen die v<strong>in</strong>den dat <strong>het</strong> strafproces alleen om de<br />

verdachte hoort te draaien. In hun visie gaat de (verdere)<br />

uitbreid<strong>in</strong>g van slachtofferrechten ten koste van de rechten<br />

en waarborgen van de verdachte. Is die angst terecht?<br />

In Duitsland hebben slachtoffers bevoegdheden die veel<br />

verder gaan. Slachtoffers die daarvoor <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g<br />

komen, kunnen <strong>in</strong> de rechtszaal optreden als toegevoegde<br />

aanklager (Nebenklage). Het slachtoffer heeft daar als<br />

Nebenkläger vergaande procedurele rechten. Ten gunste<br />

van Nederland moet dan weer gezegd worden dat de<br />

schadevergoed<strong>in</strong>gsregel<strong>in</strong>g voor slachtoffers waarschijnlijk<br />

nergens <strong>in</strong> Europa beter is en de samenwerk<strong>in</strong>g tussen<br />

de organisaties <strong>in</strong> de strafrechtketen van hoog niveau is.<br />

BELEID<br />

De positie van <strong>het</strong> slachtoffer wordt niet alleen bepaald<br />

door wat er <strong>in</strong> <strong>het</strong> wetboek staat, maar vooral door hoe de<br />

verantwoordelijke <strong>in</strong>stanties daaraan <strong>in</strong> de praktijk <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g<br />

geven. Dat gebeurt met behulp van allerlei richtlijnen,<br />

aanwijz<strong>in</strong>gen, reglementen en protocollen. Zoals de<br />

Aanwijz<strong>in</strong>g slachtofferzorg van <strong>het</strong> OM en de Model -<br />

r egel<strong>in</strong>g <strong>in</strong>zake passende verblijfsomgev<strong>in</strong>g slachtoffers<br />

van de Raad voor de Rechtspraak. Richt<strong>in</strong>ggevend daar<strong>in</strong><br />

zijn de visie en <strong>het</strong> beleid van <strong>het</strong> m<strong>in</strong>isterie van Veiligheid<br />

en Justitie.<br />

Uitgangspunt voor <strong>het</strong> landelijke slachtofferbeleid zijn de<br />

behoeften van <strong>het</strong> slachtoffer. Hiertoe worden ook<br />

nabestaanden gerekend. Het m<strong>in</strong>isterie onderscheidt vijf<br />

thema’s, namelijk erkenn<strong>in</strong>g en zorgvuldige bejegen<strong>in</strong>g<br />

(waaronder een goede <strong>in</strong>formatievoorzien<strong>in</strong>g), toegang<br />

tot <strong>het</strong> recht, bescherm<strong>in</strong>g, ondersteun<strong>in</strong>g en schadeloosstell<strong>in</strong>g<br />

en herstel. 66 Aan de hand van deze thema’s lichten<br />

we de rechten en de positie van <strong>het</strong> slachtoffer (en nabestaanden)<br />

toe. 67<br />

Slachtoffers hebben behoefte aan erkenn<strong>in</strong>g van wat hun<br />

is aangedaan en een zorgvuldige bejegen<strong>in</strong>g door de<br />

<strong>in</strong>stanties die zijn belast met de afhandel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

misdrijf of ongeval. Zorgvuldig is een breed begrip waarvoor<br />

geen spijkerharde criteria zijn. Een respectvolle<br />

behandel<strong>in</strong>g en serieus genomen worden is belangrijk<br />

voor slachtoffers, zo blijkt uit onderzoek. 68 Maar hoe is dat<br />

te vertalen naar wettelijke voorschriften? In feite ligt de<br />

notie van erkenn<strong>in</strong>g en zorgvuldige bejegen<strong>in</strong>g ten<br />

grondslag aan alle slachtofferrechten, waarbij <strong>het</strong><br />

m<strong>in</strong>isterie een accent legt op <strong>in</strong>formatieverstrekk<strong>in</strong>g:<br />

n Het slachtoffer heeft recht op een correcte bejegen<strong>in</strong>g<br />

(art. 51a lid 2 Sv). De officier van justitie draagt zorg voor<br />

een correcte bejegen<strong>in</strong>g door <strong>het</strong> OM en de politie, op<br />

de rechtszitt<strong>in</strong>g is de voorzitter (rechter) daarvoor verantwoordelijk<br />

(art. 288a lid 2 Sv).<br />

n Het slachtoffer heeft recht op <strong>in</strong>formatie over de (voortgang<br />

van de) procedure, zijn rechten (bv. op schadevergoed<strong>in</strong>g)<br />

en de besliss<strong>in</strong>gen van politie en OM<br />

<strong>in</strong>zake de opspor<strong>in</strong>g, vervolg<strong>in</strong>g en vrijlat<strong>in</strong>g van de<br />

verdachte/veroordeelde (art. 51a, lid 3 en 4 Sv).<br />

Uitgangspunt hierbij is dat <strong>het</strong> slachtoffer zelf mag<br />

aangeven of hij op de hoogte gehouden wil worden.<br />

Hij kan er ook voor kiezen om juist geen <strong>in</strong>formatie te<br />

willen ontvangen.<br />

n Het recht op <strong>in</strong>formatie betekent dat <strong>het</strong> slachtoffer ook<br />

kennis mag nemen van de processtukken (strafdossier)<br />

voor zover dat <strong>in</strong> zijn belang is (art. 51b lid 1 Sv). De officier<br />

kan dit op bepaalde gronden weigeren. Voor een<br />

dergelijke weiger<strong>in</strong>g heeft de officier toestemm<strong>in</strong>g<br />

nodig van de rechter-commissaris.<br />

n Het slachtoffer mag ook stukken toevoegen aan <strong>het</strong><br />

procesdossier, voor zover ze relevant zijn voor de beoordel<strong>in</strong>g<br />

van de zaak tegen verdachte of de schadevergoed<strong>in</strong>g<br />

(art. 51b lid 2 Sv). Het slachtoffer kan dus zelf<br />

bewijs tegen de verdachte aandragen. De officier kan<br />

dit weigeren, maar ook <strong>in</strong> dat geval heeft de officier toestemm<strong>in</strong>g<br />

nodig van de rechter-commissaris.<br />

n De officier kan <strong>het</strong> slachtoffer een slachtoffergesprek<br />

aanbieden, bijvoorbeeld om <strong>het</strong> dossier of de strafeis<br />

toe te lichten. Bij spreekrechtwaardige delicten is dat<br />

een verplicht<strong>in</strong>g. Deze verplicht<strong>in</strong>g is echter niet <strong>in</strong> de<br />

wet, maar <strong>in</strong> een beleidsregel neergelegd.<br />

48<br />

Met de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de Wet versterk<strong>in</strong>g positie slachtoffers<br />

(2011) komt er voor <strong>het</strong> eerst een aparte slachtoffertitel<br />

(IIIA) <strong>in</strong> <strong>het</strong> Wetboek van Strafvorder<strong>in</strong>g. De wet codificeert<br />

bestaand beleid, breidt de werk<strong>in</strong>g van bestaande<br />

rechten uit en voegt een aantal nieuwe rechten toe.<br />

Belangrijk zijn de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de voorschotmaatregel,<br />

<strong>het</strong> recht op <strong>in</strong>formatie, waaronder kennisnemen van <strong>het</strong><br />

strafdossier, en <strong>het</strong> recht om stukken toe te voegen aan<br />

<strong>het</strong> strafdossier. In 2012 volgde een uitbreid<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

49<br />

In Nederland zijn slachtoffers<br />

procesdeelnemer en geen procespartij,<br />

wat betekent dat slachtoffers uite<strong>in</strong>delijk<br />

maar een heel kle<strong>in</strong>e rol hebben


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

Toegang tot <strong>het</strong> recht refereert voornamelijk aan de<br />

behoefte van <strong>het</strong> slachtoffer om een stem te hebben <strong>in</strong> de<br />

wijze waarop justitie <strong>het</strong> misdrijf afhandelt. Er zijn verschillende<br />

rechten die <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> staat stellen om actief<br />

te participeren <strong>in</strong> de strafprocedure:<br />

n Toegang tot <strong>het</strong> recht beg<strong>in</strong>t bij duidelijke en tijdige<br />

<strong>in</strong>formatie over de procedure, de besliss<strong>in</strong>gen die ge -<br />

nomen worden en de rol die <strong>het</strong> slachtoffer daar<strong>in</strong> kan<br />

spelen. Zo moet <strong>het</strong> OM <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong>formeren over<br />

zitt<strong>in</strong>gsdata, maar ook over de mogelijkheid van schadevergoed<strong>in</strong>g,<br />

uitoefen<strong>in</strong>g van spreekrecht en dergelijke.<br />

n Belanghebbenden kunnen bezwaar maken tegen<br />

besliss<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong> OM op grond van artikel 12 Sv<br />

(‘beklag’) om een strafbaar feit niet te vervolgen. Het<br />

beheersen, kunnen dat aangeven bij <strong>het</strong> OM zodat een<br />

tolk op de rechtszitt<strong>in</strong>g voor vertal<strong>in</strong>g kan zorgen (art.<br />

51c lid 3 Sv). Voor <strong>het</strong> slachtoffer is deze dienst gratis.<br />

n Het spreekrecht staat open voor slachtoffers van zwaardere<br />

delicten (art. 51e en art. 302 Sv). Dat zijn misdrijven<br />

waarop acht of meer jaar gevangenisstraf staat en een<br />

aantal specifiek genoemde delicten. Spreekgerechtigd<br />

zijn slachtoffers en nabestaanden. Ze kunnen iemand<br />

namens hen laten spreken, bijvoorbeeld een familielid,<br />

advocaat of Slachtofferhulpmedewerker. Slachtoffers en<br />

nabestaanden mogen alleen spreken over de gevolgen<br />

van <strong>het</strong> misdrijf, niet over <strong>het</strong> bewijs, de verdachte of de<br />

straf.<br />

n Het is op grond van artikel 51b lid 2 Sv altijd mogelijk<br />

De positie van <strong>het</strong> slachtoffer<br />

wordt niet alleen bepaald door wat er<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> wetboek staat, maar vooral door<br />

hoe de verantwoordelijke <strong>in</strong>stanties daaraan<br />

<strong>in</strong> de praktijk <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g geven<br />

50<br />

slachtoffer is uiteraard zo’n belanghebbende. Hij kan<br />

op grond hiervan de besliss<strong>in</strong>g van de officier om de<br />

verdachte niet te vervolgen of de zaak af te doen met<br />

een transactie aan <strong>het</strong> Gerechtshof voorleggen. Het Hof<br />

kan besluiten dat <strong>het</strong> OM alsnog moet vervolgen.<br />

Het is een lange procedure en de kans op herzien<strong>in</strong>g<br />

van de besliss<strong>in</strong>g van de officier is niet erg groot.<br />

n In pr<strong>in</strong>cipe hebben alle slachtoffers recht op bijstand<br />

(art. 51c Sv); zij kunnen zich laten bijstaan door een persoon<br />

naar keuze (familielid, kennis, Slachtofferhulpmedewerker,<br />

advocaat, e.d.). Zij kunnen ook iemand<br />

machtigen om hem te vertegenwoordigen op de zitt<strong>in</strong>g,<br />

bijvoorbeeld om de schadevergoed<strong>in</strong>g toe te lichten.<br />

Slachtoffers hebben geen algemeen recht op een<br />

(gratis) advocaat, maar kunnen soms wel <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g<br />

komen voor gef<strong>in</strong>ancierde rechtsbijstand. De Raad<br />

voor de Rechtsbijstand beslist hierover. Slachtoffers<br />

van ernstige zeden- of geweldsmisdrijven of hun nabestaanden<br />

kunnen <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe altijd een gratis advocaat<br />

toegewezen krijgen. Dat heet een toevoeg<strong>in</strong>g.<br />

n Slachtoffers die de Nederlandse taal niet goed<br />

een schriftelijke slachtofferverklar<strong>in</strong>g op te stellen en te<br />

laten toevoegen aan <strong>het</strong> strafdossier. Gebruikelijk is dan<br />

dat de officier of de rechter deze (gedeeltelijk) voorleest<br />

op de zitt<strong>in</strong>g.<br />

n Rechtszitt<strong>in</strong>gen zijn <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel openbaar, maar de rechter<br />

kan besluiten tot een besloten zitt<strong>in</strong>g. Hij heeft de<br />

bevoegdheid <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> zo’n geval bijzondere<br />

toegang tot de besloten zitt<strong>in</strong>g te verlenen. Jeugdzitt<strong>in</strong>gen<br />

zijn altijd besloten, maar <strong>het</strong> slachtoffer heeft<br />

<strong>het</strong> recht hierbij aanwezig te zijn (art. 495b lid1 Sv).<br />

Slachtoffers hebben behoefte aan bescherm<strong>in</strong>g, bijvoorbeeld<br />

tegen een ongewenste confrontatie met de dader<br />

of hernieuwd slachtofferschap. De bescherm<strong>in</strong>g van hun<br />

privacy, ook ten aanzien van de media, krijgt steeds meer<br />

aandacht:<br />

n Het is <strong>in</strong> uitzonderlijke gevallen mogelijk om aangifte te<br />

doen zonder dat de identiteit (volledig) bij de verdachte<br />

bekend wordt (anonieme aangifte). Hiervoor moet dan<br />

wel een goede reden zijn. Bijvoorbeeld ernstige bedreig<strong>in</strong>g<br />

van <strong>het</strong> slachtoffer. Via Meld Misdaad Anoniem<br />

kunnen slachtoffers of derden wel anoniem een misdrijf<br />

melden. Dat is echter niet <strong>het</strong>zelfde als aangifte doen.<br />

Het is wel altijd mogelijk voor slachtoffers om domicilie<br />

te kiezen bij de aangifte door een ander contactadres<br />

dan <strong>het</strong> eigen adres op te geven. De politie is verplicht<br />

om slachtoffers op deze mogelijkheid te wijzen.<br />

n Om de schade op de verdachte te verhalen moet <strong>het</strong><br />

slachtoffer een formulier <strong>in</strong>vullen (schadeopgave formulier<br />

of voeg<strong>in</strong>gsformulier). Dat komt <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafdossier<br />

en de verdachte en zijn advocaat kunnen dit <strong>in</strong>zien.<br />

Daarom heeft <strong>het</strong> formulier verschillende delen. Het deel<br />

waarop de persoonlijke gegevens van <strong>het</strong> slachtoffer<br />

staan, kan eventueel op <strong>het</strong> parket worden bewaard,<br />

waardoor de verdachte deze gegevens niet te zien krijgt.<br />

n Het slachtoffer kan de officier of rechter ook vragen om<br />

als bijzondere voorwaarde of als bijzondere maatregel<br />

bepaalde bescherm<strong>in</strong>gsmaatregelen op te leggen, zoals<br />

een contactverbod of gebiedsverbod. Dat kan op verschillende<br />

momenten <strong>in</strong> de procedure: bij <strong>het</strong> opheffen<br />

van de voorlopige hechtenis of als voorwaarde bij verlof<br />

of voorwaardelijke <strong>in</strong>vrijheidstell<strong>in</strong>g van de dader.<br />

Het slachtoffer heeft behoefte aan ondersteun<strong>in</strong>g bij<br />

<strong>het</strong> verwerken van de gevolgen van <strong>het</strong> misdrijf. Dat kan<br />

psychosociale ondersteun<strong>in</strong>g zijn, maar ook praktische<br />

en juridische ondersteun<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> uitoefenen van zijn<br />

rechten. Voor de leek is <strong>het</strong> juridische dome<strong>in</strong> een <strong>in</strong>gewikkelde<br />

wereld en wie de spelregels niet goed kent,<br />

staat al snel aan de kant.<br />

n De politie hoort slachtoffers te <strong>in</strong>formeren over de<br />

mogelijkheden van ondersteun<strong>in</strong>g. Bijvoorbeeld door<br />

Slachtofferhulp Nederland, maar ook over specifieke<br />

hulpverlen<strong>in</strong>g zoals de Centra voor Seksueel Geweld en<br />

Veilig Thuis. Met <strong>in</strong>gang van 1 januari 2015 zijn gemeenten<br />

verantwoordelijk voor de aanpak van huiselijk<br />

geweld en k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g.<br />

n Slachtoffers van zware geweld- en zedendelicten en<br />

nabestaanden van levensdelicten hebben recht op een<br />

extra zorgvuldige behandel<strong>in</strong>g en <strong>in</strong>tensieve begeleid<strong>in</strong>g.<br />

Politie, OM en Slachtofferhulp Nederland hebben<br />

hierover afspraken gemaakt en ook andere <strong>in</strong>stanties <strong>in</strong><br />

de strafrechtketen, zoals <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven,<br />

sluiten zich hierbij aan.<br />

51


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

Veel slachtoffers lijden materiële en immateriële schade<br />

als gevolg van <strong>het</strong> misdrijf. Er zijn verschillende mogelijkheden<br />

om die schade (voor een deel) te verhalen of<br />

herstellen.<br />

n Het slachtoffer kan zich als benadeelde partij voegen <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> strafproces door een schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong> te dienen<br />

(art. 51f lid 1 Sv). Zowel materiële (schade aan kled<strong>in</strong>g of<br />

spullen, medische kosten) als immateriële schade (smartengeld)<br />

komen voor vergoed<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g. De<br />

schade moet wel een rechtstreeks gevolg van <strong>het</strong> misdrijf<br />

zijn en onderbouwd zijn, bijvoorbeeld met bewijsstukken<br />

of jurisprudentie. Ook mag de behandel<strong>in</strong>g van<br />

de schadevorder<strong>in</strong>g niet onevenredig veel tijd van de<br />

rechtszitt<strong>in</strong>g <strong>in</strong> beslag nemen. De rechter moet de voeg<strong>in</strong>g<br />

eerst (gedeeltelijk) ontvankelijk verklaren; dat<br />

maanden nog niet of niet de hele schadevergoed<strong>in</strong>g<br />

betaald, dan keert de Staat <strong>het</strong> (resterende) bedrag aan<br />

<strong>het</strong> slachtoffer uit (art. 36f lid 6 Sr). Met <strong>in</strong>gang van 2016<br />

geldt de voorschotregel<strong>in</strong>g ook voor slachtoffers van<br />

vermogensdelicten. Zij kunnen dan maximaal 5000<br />

euro krijgen.<br />

n Het OM kan ten behoeve van <strong>het</strong> slachtoffer conservatoir<br />

beslag leggen op <strong>het</strong> vermogen van de verdachte.<br />

Dat betekent dat de verdachte, nog voor er van een<br />

rechtszaak sprake is en de rechter zijn schuld heeft<br />

kunnen bepalen, de zeggenschap verliest over (een<br />

deel van) zijn bezitt<strong>in</strong>gen. Dat kan gaan om een auto,<br />

computer, telefoon, onroerend goed of banktegoeden.<br />

Het is een voorzorgsmaatregel om zeker te stellen dat<br />

een eventuele schadevergoed<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> slachtoffer<br />

cursus te volgen − kortom, alles wat door <strong>het</strong> slachtoffer<br />

als herstel wordt gezien. In Nederland zijn er <strong>in</strong> grote<br />

lijnen twee varianten:<br />

◆ Mediation: hier maken slachtoffer en verdachte<br />

afspraken over <strong>het</strong> herstel van de schade, <strong>in</strong> welke<br />

vorm dan ook. Dat komt <strong>in</strong> een overeenkomst te<br />

staan. Bij hun besliss<strong>in</strong>g over hoe de zaak tegen de<br />

verdachte af te handelen, houdt de officier of de<br />

rechter reken<strong>in</strong>g met de uitkomst van de mediation.<br />

Zij kunnen bijvoorbeeld een stok achter de deur<br />

plaatsen door een voorwaardelijke straf op te leggen.<br />

Voert de dader de afspraken niet naar behoren uit,<br />

dan treedt de voorwaardelijke straf <strong>in</strong> werk<strong>in</strong>g.<br />

◆ Slachtoffer-dadergesprekken: hierbij staat de dialoog<br />

en/of de ontmoet<strong>in</strong>g tussen slachtoffer en dader<br />

actief opstellen en hun wensen kenbaar maken. Er zijn<br />

over <strong>het</strong> algemeen geen sancties aan slachtofferrechten<br />

verbonden. Ook heeft <strong>het</strong> slachtoffer vaak geen rechtsmiddel<br />

als zijn rechten worden veronachtzaamd. Met<br />

andere woorden: voldoet een <strong>in</strong> de wet genoemde <strong>in</strong>stantie<br />

niet aan zijn plicht, dan heeft dat geen directe consequenties<br />

voor die <strong>in</strong>stantie. Zo kan een slachtoffer dat<br />

bijvoorbeeld niet (goed) wordt geïnformeerd een schadevergoed<strong>in</strong>g<br />

mislopen, een rechtszett<strong>in</strong>g niet bijwonen of<br />

geen gebruik maken van <strong>het</strong> spreekrecht. Het slachtoffer<br />

kan dan niet <strong>in</strong> hoger beroep <strong>in</strong> verband met de schend<strong>in</strong>g<br />

van zijn rechten. Worden rechten van de verdachte<br />

geschonden, dan heeft dat soms consequenties voor <strong>het</strong><br />

bewijs of de strafmaat en de verdachte kan bovendien <strong>in</strong><br />

hoger beroep.<br />

betekent dat de schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g komt ook betaald wordt, desnoods door de <strong>in</strong> beslag<br />

centraal. Het slachtoffer krijgt de gelegenheid om<br />

52 voor behandel<strong>in</strong>g tijdens de strafzaak. Vervolgens kan<br />

de rechter de vorder<strong>in</strong>g geheel of gedeeltelijk toewijzen<br />

of afwijzen. Bij een (gedeeltelijke) niet-ontvankelijkverklar<strong>in</strong>g<br />

of afwijz<strong>in</strong>g zal <strong>het</strong> slachtoffer naar de burgerrechter<br />

moeten om vergoed<strong>in</strong>g van (<strong>het</strong> restant van) de<br />

schade te eisen.<br />

n Wijst de rechter de schadevorder<strong>in</strong>g (gedeeltelijk) toe,<br />

dan is <strong>het</strong> gebruikelijk dat hij ook een schadevergoed<strong>in</strong>gsmaatregel<br />

oplegt (art. 36f Sr). Die verplicht de<br />

dader een bedrag als schadevergoed<strong>in</strong>g aan de Staat te<br />

betalen ten behoeve van <strong>het</strong> slachtoffer. De Staat − <strong>het</strong><br />

Centraal Justitieel Incassobureau − <strong>in</strong>t <strong>het</strong> geld bij de<br />

dader en keert <strong>het</strong> uit aan <strong>het</strong> slachtoffer. Betaalt de<br />

dader niet, dan kan hij vervangende hechtenis krijgen.<br />

n S<strong>in</strong>ds 2011 is er voor slachtoffers van geweld- en zedenmisdrijven<br />

een voorschotregel<strong>in</strong>g. Dan moet de rechter<br />

wel een schadevergoed<strong>in</strong>gsmaatregel hebben opgelegd.<br />

Als <strong>het</strong> vonnis onherroepelijk is geworden, gaat<br />

<strong>het</strong> CJIB de toegewezen schadevergoed<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong><br />

genomen spullen te verkopen.<br />

n S<strong>in</strong>ds 1976 kunnen slachtoffers van geweldsmisdrijven<br />

een uitker<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven<br />

aanvragen. Het Schadefonds werkt met categorieën<br />

waaraan vaste bedragen gekoppeld zijn, variërend van<br />

1000 tot 35.000 euro. Aan de hand van een letsellijst<br />

bepaalt <strong>het</strong> Schadefonds <strong>in</strong> welke categorie <strong>het</strong> letsel<br />

van <strong>het</strong> slachtoffer valt. Het uitgekeerde bedrag is een<br />

tegemoetkom<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de schade die <strong>het</strong> slachtoffer heeft<br />

geleden.<br />

n Behalve door strafrecht is reparatie van de toegebrachte<br />

materiële en immateriële schade ook mogelijk via<br />

herstelrecht (art. 51h Sv). Strafrecht richt zich op <strong>het</strong><br />

bestraffen van de dader en <strong>het</strong> slachtoffer speelt daarbij<br />

een ondergeschikte rol. In <strong>het</strong> herstelrecht staat <strong>het</strong><br />

slachtoffer centraal en gaat <strong>het</strong> er juist om de schade<br />

die door een misdrijf is aangericht te herstellen. De<br />

dader behoort de schade ongedaan te maken. Dat kan<br />

f<strong>in</strong>anciële compensatie zijn, maar ook gaan om excuses,<br />

vragen te stellen en de confrontatie met de dader aan<br />

te gaan. De dader kan uitleg geven over zijn handelen<br />

en wellicht excuses aanbieden. Slachtoffer-dadergesprekken<br />

staan los van de afhandel<strong>in</strong>g van de<br />

strafzaak, ook nadat de dader veroordeeld is en zijn<br />

straf ondergaat, is een gesprek mogelijk.<br />

Mediation en slachtoffer-dadergesprekken kunnen alleen<br />

plaatsv<strong>in</strong>den op basis van een vrijwillige keuze van beide<br />

partijen. Bij mediation staat compensatie centraal, bij<br />

slachtoffer-dadergesprekken meer de relationele aspecten.<br />

Beide hebben als doel <strong>het</strong> oplossen van de gevolgen van<br />

<strong>het</strong> conflict onder begeleid<strong>in</strong>g van een neutrale derde<br />

(bemiddelaar).<br />

Slachtoffers hebben wettelijk vastgelegde rechten. De<br />

uitoefen<strong>in</strong>g daarvan is afhankelijk van de <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>g van<br />

politie, OM, rechters, Slachtofferhulp Nederland, <strong>het</strong><br />

Schadefonds en tal van andere betrokken <strong>in</strong>stanties.<br />

Hoe toegankelijk zijn deze rechten en voorzien<strong>in</strong>gen voor<br />

jongeren? Het vereist ten eerste dat zij <strong>in</strong>formatie krijgen<br />

over de mogelijkheden. Duidelijke en tijdige <strong>in</strong>formatie <strong>in</strong><br />

een vorm die voor hen begrijpelijk en aantrekkelijk is en<br />

via kanalen die hen ook daadwerkelijk bereiken. Ze moeten<br />

weten wat er te koop is en wat <strong>het</strong> hun oplevert, wat<br />

de voor- en nadelen zijn van bepaalde keuzes. Daar is nog<br />

veel w<strong>in</strong>st te behalen. Een tweede vraag is: <strong>in</strong> hoeverre zijn<br />

zij <strong>in</strong> staat om actief en zo nodig assertief een beroep te<br />

doen op hun rechten? Zo lang zij m<strong>in</strong>derjarig zijn, zullen<br />

<strong>in</strong> veel gevallen ouders hun belangen (mede) behartigen.<br />

Maar wat als de relatie tussen de jongere en een of beide<br />

ouders is verstoord? Denk bijvoorbeeld aan de situatie dat<br />

<strong>het</strong> misdrijf zich <strong>in</strong> de huiselijke kr<strong>in</strong>g heeft afgespeeld.<br />

Juist dan is er behoefte aan ondersteun<strong>in</strong>g en bijstand.<br />

Dat laat onverlet dat ook als ouders hun k<strong>in</strong>d wel bijstaan,<br />

ondersteun<strong>in</strong>g gewenst is. Want ook hen ontbreekt <strong>het</strong><br />

vaak aan kennis en ervar<strong>in</strong>g om de complexe strafrechtwereld<br />

te doorgronden.<br />

53<br />

slachtoffer <strong>in</strong>nen. Heeft de veroordeelde na acht<br />

reparatie van kapotte spullen, de belofte een gedrags -<br />

Van slachtoffers wordt verwacht dat zij zich waar mogelijk


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

5.3 DE BETEKENIS VAN<br />

INTERNATIONAAL RECHT<br />

Het <strong>in</strong>ternationale recht heeft verschillende keren een<br />

impuls gegeven aan de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van slachtofferrechten<br />

<strong>in</strong> Nederland. Wat betreft jongeren, strafrecht en slachtofferschap<br />

zijn er twee belangrijke bronnen te noemen:<br />

de Richtlijn 2012/29/EU van <strong>het</strong> Europees Parlement en de<br />

Raad van 25 oktober 2012 tot vaststell<strong>in</strong>g van m<strong>in</strong>imumnormen<br />

voor de rechten, de ondersteun<strong>in</strong>g en de<br />

bescherm<strong>in</strong>g van slachtoffers van strafbare feiten. 69<br />

(Slachtofferrichtlijn en <strong>het</strong> Internationale Verdrag van de<br />

Rechten van <strong>het</strong> K<strong>in</strong>d (IVRK)).<br />

Artikel 1 bepaalt onder meer dat bij de toepass<strong>in</strong>g van<br />

deze richtlijn de belangen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d op de eerste plaats<br />

komen en per geval moeten worden beoordeeld.<br />

Lidstaten moeten een k<strong>in</strong>dvriendelijke aanpak waarborgen<br />

en reken<strong>in</strong>g houden met de leeftijd, <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau,<br />

de men<strong>in</strong>gen, behoeften en zorgen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d.<br />

Het k<strong>in</strong>d en degene die de verantwoordelijkheid draagt<br />

voor <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d moeten geïnformeerd worden over alle<br />

maatregelen en rechten die specifiek verband houden<br />

met <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d. Artikel 2 geeft een def<strong>in</strong>itie van ‘k<strong>in</strong>dslachtoffers’,<br />

namelijk slachtoffers jonger dan 18 jaar.<br />

Net als volwassen slachtoffers hebben k<strong>in</strong>dslachtoffers<br />

<strong>het</strong> recht om gehoord te worden en bewijs aan te dragen<br />

<strong>in</strong> de strafprocedure. Artikel 10 bepaalt dat dit moet<br />

gebeuren op een manier die past bij hun leeftijd en ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau.<br />

De bescherm<strong>in</strong>g van de privacy van<br />

<strong>het</strong> k<strong>in</strong>dslachtoffer krijgt expliciet aandacht <strong>in</strong> artikel 21.<br />

Lidstaten moeten ervoor zorgen dat de bevoegde autoriteiten<br />

alle toegestane maatregelen kunnen nemen om<br />

publieke verspreid<strong>in</strong>g van gegevens te voorkomen die<br />

identificatie van een k<strong>in</strong>dslachtoffer mogelijk maken. De<br />

overheid moet de media aansporen om de persoonlijke<br />

levenssfeer van jeugdige slachtoffers te ontzien − zij <strong>het</strong><br />

natuurlijk wel met respect voor de vrijheid van men<strong>in</strong>gsuit<strong>in</strong>g<br />

en de persvrijheid.<br />

Een belangrijke vernieuw<strong>in</strong>g van de Slachtofferrichtlijn<br />

staat <strong>in</strong> artikel 22, namelijk de verplicht<strong>in</strong>g om van ieder<br />

slachtoffer <strong>in</strong>dividueel te beoordelen of hij specifieke<br />

bescherm<strong>in</strong>gsbehoeften heeft en wat zijn wensen zijn op<br />

dit vlak. Van k<strong>in</strong>dslachtoffers stelt de richtlijn bij voorbaat<br />

vast dat die behoeften er zijn vanwege hun kwetsbaarheid<br />

voor secundaire en herhaalde victimisatie, <strong>in</strong>timidatie en<br />

vergeld<strong>in</strong>g. Zo nodig kunnen zij gebruik maken van de<br />

speciale maatregelen die artikel 23 en 24 omschrijven. Die<br />

hebben onder meer betrekk<strong>in</strong>g op <strong>het</strong> verhoor van m<strong>in</strong>derjarige<br />

slachtoffers. Daarvan mogen altijd audiovisuele<br />

opnamen worden gemaakt die tijdens de rechtszitt<strong>in</strong>g als<br />

bewijs dienen. Dat voorkomt dat <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d <strong>in</strong> de − <strong>in</strong>timiderende<br />

omgev<strong>in</strong>g van de − rechtszaal opnieuw getuigenis<br />

moet afleggen. Tijdens de rechtszitt<strong>in</strong>g kan communicatietechnologie<br />

(zoals videoconferenc<strong>in</strong>g) een ongewenste<br />

confrontatie tussen slachtoffer en verdachte voorkomen.<br />

Als de ouders of andere verantwoordelijke persoon om<br />

een of andere reden niet <strong>in</strong> staat zijn <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d te vertegenwoordigen,<br />

dan kan de rechter een vertegenwoordiger<br />

benoemen. Het jeugdige slachtoffer heeft <strong>in</strong> zo’n geval<br />

ook recht op ‘eigen’ rechtsbijstand of juridisch advies.<br />

IVRK<br />

Het Internationale Verdrag voor de Rechten van <strong>het</strong> K<strong>in</strong>d<br />

is opgesteld door de Verenigde Naties. In feite is <strong>het</strong> een<br />

vertaalslag van de universele rechten van de mens naar de<br />

positie en situatie van k<strong>in</strong>deren. In Nederland waakt de<br />

K<strong>in</strong>derombudsman s<strong>in</strong>ds 2011 over de uitvoer<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

verdrag. Elk jaar presenteert hij een K<strong>in</strong>derrechtenmonitor<br />

die beschrijft hoe <strong>het</strong> met de rechten van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d gesteld<br />

is. In de K<strong>in</strong>derrechtermonitor 2014 toont hij zich bezorgd<br />

over de veiligheid van k<strong>in</strong>deren. Hij constateert dat <strong>het</strong><br />

aantal m<strong>in</strong>derjarige daders daalt, maar <strong>het</strong> aantal jeugdige<br />

slachtoffers daarentegen stijgt. 71<br />

Net als de Slachtofferrichtlijn hanteert <strong>het</strong> IVRK de leeftijdsgrens<br />

van 18 jaar (artikel 1). Artikel 3 is enigsz<strong>in</strong>s verwant<br />

aan <strong>het</strong> eerste artikel van de Slachtofferrichtlijn met<br />

de bepal<strong>in</strong>g dat <strong>het</strong> belang van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d voorop moet<br />

staan bij alle maatregelen die k<strong>in</strong>deren aangaan. De overheid<br />

moet <strong>het</strong> welzijn van alle k<strong>in</strong>deren bevorderen en<br />

houdt toezicht op alle voorzien<strong>in</strong>gen voor de zorg en<br />

bescherm<strong>in</strong>g van k<strong>in</strong>deren. Op grond van artikel 12 heeft<br />

<strong>het</strong> k<strong>in</strong>d <strong>het</strong> recht om zijn of haar men<strong>in</strong>g te geven over<br />

alle zaken die <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d aangaan. De overheid zorgt ervoor<br />

dat <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d die men<strong>in</strong>g kan uiten en dat ernaar wordt<br />

geluisterd. Dit geldt ook voor gerechtelijke en bestuurlijke<br />

procedures. Daarnaast zijn er artikelen die de overheid<br />

verplichten k<strong>in</strong>deren te beschermen tegen bepaalde<br />

misdrijven, namelijk k<strong>in</strong>derontvoer<strong>in</strong>g (art. 11), k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />

(art. 19), seksueel misbruik (art. 34), de handel<br />

<strong>in</strong> k<strong>in</strong>deren (art. 35), en andere vormen van uitbuit<strong>in</strong>g.<br />

Uit artikel 29 volgt dat de overheid bijzondere zorg heeft<br />

voor slachtoffers: een k<strong>in</strong>d dat slachtoffer is van oorlogsgeweld<br />

of van uitbuit<strong>in</strong>g, misbruik, folter<strong>in</strong>g of een andere<br />

wrede, onmenselijke of onterende behandel<strong>in</strong>g of<br />

bestraff<strong>in</strong>g heeft recht op bijzondere zorg om te herstellen<br />

en te her<strong>in</strong>tegreren <strong>in</strong> de samenlev<strong>in</strong>g. Het moet die zorg<br />

bovendien ontvangen <strong>in</strong> een omgev<strong>in</strong>g die goed is voor<br />

<strong>het</strong> zelfrespect, de gezondheid en de waardigheid van<br />

<strong>het</strong> k<strong>in</strong>d.<br />

54<br />

DE EUROPESE SLACHTOFFERRICHTLIJN<br />

De Europese Slachtofferrichtlijn is <strong>in</strong> 2012 vastgesteld. De<br />

lidstaten van de EU hebben drie jaar om de <strong>in</strong>houd van de<br />

richtlijn te vertalen naar nationaal recht. Dat moet <strong>in</strong> 2015<br />

zijn beslag hebben gekregen. De <strong>in</strong>steek van de Europese<br />

Slachtofferrichtlijn is dat jeugdige slachtoffers kwetsbare<br />

slachtoffers zijn en als zodanig speciale zorg behoeven. Dat<br />

komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de artikelen 1, 2, 10, 21, 22 en 24. 70<br />

55<br />

DE k<strong>in</strong>derombudsman constateert dat<br />

<strong>het</strong> aantal m<strong>in</strong>derjarige daders daalt,<br />

maar <strong>het</strong> aantal jeugdige<br />

slachtoffers daarentegen stijgt<br />

Zowel de Slachtofferrichtlijn als <strong>het</strong> IVRK stellen een nogal<br />

strikte leeftijdsgrens van 18 jaar. Juridisch gezien begrijpelijk,<br />

maar er zijn wel vraagtekens bij te zetten. Het is


GRENZEN IN HET GEDING<br />

THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />

immers niet voor niets dat <strong>in</strong> Nederland <strong>het</strong> adolescentenstrafrecht<br />

is <strong>in</strong>gevoerd. Dat erkent dat (biologische) leeftijd<br />

niets zegt over de cognitieve, sociale en emotionele<br />

volwassenheid van een persoon en daarmee de toerekenbaarheid<br />

van zijn daden. Dat geldt evenzeer voor jonge<br />

slachtoffers en hun vermogen met <strong>het</strong> slachtofferschap<br />

om te gaan. Een tweede punt van kritiek is <strong>het</strong> feit dat de<br />

bepal<strong>in</strong>gen van de Slachtofferrichtlijn en <strong>het</strong> IVRK nogal<br />

ruim geformuleerd zijn. Het effect hangt af van de vertal<strong>in</strong>g<br />

naar de Nederlandse wet en andere regels die de<br />

overheid zichzelf en anderen oplegt. De rechten zijn op<br />

geen enkele wijze afdw<strong>in</strong>gbaar. De K<strong>in</strong>derombudsman<br />

kan wel tekortkom<strong>in</strong>gen vaststellen, maar geen sanctie<br />

opleggen. De richtlijn en <strong>het</strong> verdrag leggen vooral<br />

<strong>in</strong>spann<strong>in</strong>gsverplicht<strong>in</strong>gen op en geven geen concrete<br />

normen of criteria waaraan die <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>g moeten voldoen.<br />

Meer is waarschijnlijk ook niet haalbaar, omdat de<br />

regels <strong>in</strong> zeer uiteenlopende rechtssystemen als richtsnoer<br />

moeten dienen.<br />

matisch, want waar <strong>het</strong> voor volwassenen al behoorlijk<br />

lastig is om gebruik te maken van die rechten, is de drempel<br />

voor jongeren nog hoger.<br />

1)<br />

Zie onder meer Muncie (2009); Peeck (2012), Child Trends Databank (2013)<br />

40)<br />

De Erikson en Piaget staan mede aan de basis van <strong>het</strong> idee dat <strong>het</strong> zwaartepunt<br />

2)<br />

White & W<strong>in</strong> (2013)<br />

van de identiteitsvorm<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de adolescentie ligt. Zie Muuss (1975)<br />

3)<br />

F<strong>in</strong>kelhor (2008), Peeck (2012)<br />

41)<br />

MacAdams (1993: 5)<br />

4)<br />

Peeck (2012: 27)<br />

42)<br />

Turner et all (1987), zie ook White & Wyn (2013)<br />

5)<br />

Dat was tot en met 2011 de Integrale Veiligheidsmonitor en daarna de Veiligheidsmonitor.<br />

43)<br />

Nelis & Van Sark (2014)<br />

Verschillen zitten onder meer <strong>in</strong> de gemeten periode en de<br />

Pr<strong>in</strong>s (2008: 11)<br />

44)<br />

In vorige hoofdstukken is al aan de orde gekomen welke<br />

45)<br />

categoriser<strong>in</strong>g van delicten<br />

Nelis & Van Sark (2014)<br />

belemmer<strong>in</strong>gen er liggen. Cognitief, sociaal en emotioneel<br />

6) 46)<br />

Zie o.a. Peeck (2012:40), F<strong>in</strong>kelhor (2008)<br />

idem<br />

functioneren zij anders dan volwassenen. Ze gaan<br />

7)<br />

De Haas (2012)<br />

47)<br />

idem<br />

anders met <strong>in</strong>formatie om, maken afweg<strong>in</strong>gen op een<br />

8)<br />

Ferwerda (2008)<br />

48)<br />

Pr<strong>in</strong>s (2008: 11)<br />

9)<br />

Zie www.swov.nl, Factsheet Jonge bestuurders, Factsheet jonge adolescenten,<br />

49)<br />

Lewis & Lewis (1984)<br />

andere manier, hebben andere <strong>in</strong>teresses en missen kennis,<br />

Factsheet brom/snorfietsers en Factsheet fietsers<br />

50)<br />

Vynckier (2012<br />

ervar<strong>in</strong>g en hulpbronnen om hun eigen belangen te<br />

11) 52)<br />

10) 51)<br />

Zie onder meer F<strong>in</strong>kelhor (2008)<br />

Vynckier (2102: 395)<br />

Wittebrood (2006: 83 e.v.)<br />

Christie (1987)<br />

behartigen. Hoe keuzes <strong>in</strong> <strong>het</strong> heden uitpakken op de langere<br />

12)<br />

Landelijke jeugdmonitor (2014)<br />

53)<br />

Zie o.m. Vynckier (2012)<br />

termijn is voor hen niet goed te overzien. Veel jonge-<br />

13) 54<br />

Wittebrood (2006: 72)<br />

Vynckier (2012) en Vande Walle (2013)<br />

14) 55)<br />

Daigle (2013: 202 e.v.)<br />

Vande Walle en Willems (2013)<br />

ren beschouwen de strafprocedure waarschijnlijk als een<br />

15) 56)<br />

http://www.schoolenveiligheid.nl/<br />

Vynckier (2012)<br />

16) 57)<br />

hoop gedoe − <strong>in</strong>gewikkeld, belastend, tijdrovend, <strong>in</strong>timiderend.<br />

Dat participeren <strong>in</strong> de strafrechtprocedure of<br />

18)<br />

Peeck (2012: 20)<br />

Voor een uitgebreide beschrijv<strong>in</strong>g van complexe ptss en vroegk<strong>in</strong>derlijke<br />

17)<br />

CBS (2014: 97)<br />

chronische traumatiser<strong>in</strong>g zie Herman (1992) Nicolaï (2009) Struik (2011),<br />

56 57<br />

Bron: CBS<br />

Lefer<strong>in</strong>k (2014)<br />

herstelrechtelijke <strong>in</strong>terventies ook opbrengsten kunnen<br />

19)<br />

De term is een samentrekk<strong>in</strong>g van ‘sex’ en ‘text<strong>in</strong>g’ (<strong>het</strong> versturen van sms of<br />

58)<br />

Kleber (2007)<br />

hebben, is voor hen vaak niet duidelijk. Ze komen zo misschien<br />

mms berichten)<br />

59)<br />

Bicanic (2012)<br />

20)<br />

Haas et al (2012)<br />

60)<br />

Zie onder meer Vande Walle & Willems (2013)<br />

te snel tot de conclusie dat de baten niet opwegen<br />

21)<br />

Zie o.m. www.movisie.nl<br />

61)<br />

De Neef & Van der Pas (2008)<br />

22) 62)<br />

Percentages zijn berekend aan de hand van de gemiddelden over de jaren<br />

Vande Walle & Willems (2013)<br />

tegen de kosten.<br />

63)<br />

2011-2013<br />

Vynckier (2012: 189 - 250)<br />

23)<br />

Geciteerd <strong>in</strong> Swaab (2010)<br />

64)<br />

Zie voor een volledig overzicht www.dek<strong>in</strong>derombudsman.nl/46/ladder<br />

5.4 TOT BESLUIT<br />

24) 65)<br />

Jolles & Idema (2011)<br />

Een vergelijkbare bepal<strong>in</strong>g is te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> de Aanwijz<strong>in</strong>g opspor<strong>in</strong>g en vervolg<strong>in</strong>g<br />

k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g, die verwijst naar de Aanwijz<strong>in</strong>g Auditief en audiovi-<br />

De Slachtofferrichtlijn geeft een voorzet <strong>in</strong> de goede<br />

25)<br />

Kipke (1999)<br />

richt<strong>in</strong>g om de drempel te verlagen. Hoewel de richtlijn<br />

26)<br />

Braams, Leijenhorst & Crone (2014)<br />

sueel registreren van verhoren van aangevers, getuigen en verdachten.<br />

27) 66)<br />

de kwetsbaarheid van jonge slachtoffers als uitgangspunt<br />

Crone (2008) met samenvatt<strong>in</strong>g van Ronald Doornekamp<br />

Zie de brief van staatssecretaris F. Teeven aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal<br />

d.d. 22 februari 2013, referentienummer 348461<br />

28)<br />

Crone (2008) idem<br />

Jongeren hebben <strong>in</strong> Nederland dezelfde rechten als ieder neemt, en niet hun emancipatie, biedt zij wel degelijk<br />

29) 67)<br />

Nelis & Van Sark (2014)<br />

Voor een uitgebreide beschrijv<strong>in</strong>g zie Slachtofferhulp Nederland (2011)<br />

30) 68)<br />

ander slachtoffer; de wetboeken van strafrecht houden op aanknop<strong>in</strong>gspunten. Ze vestigt <strong>in</strong> ieder geval <strong>het</strong> besef<br />

Voor een uitgebreide beschrijv<strong>in</strong>g zie Nelis en Van Sark (2014, 25 e.v.)<br />

Zie onder meer Van Mierlo en Pemberton (2009) en Timmermans et al (2012,<br />

31)<br />

Swaab (2010)<br />

2013)<br />

dit moment nog niet specifiek reken<strong>in</strong>g met hen. Aan de dat de betrokken <strong>in</strong>stanties een tandje bij zetten als zij<br />

32) 69)<br />

Braams, Van Leijenhorst & Crone (2014)<br />

De volledige Richtlijn is te v<strong>in</strong>den op http://eur-lex.europa.eu/legal-content/<br />

ene kant is dat goed nieuws; ze hebben <strong>in</strong> ieder geval niet met een jeugdig slachtoffer te maken hebben.<br />

1)<br />

De Volkskrant, 16 september 2012<br />

NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32012L0029&from=en<br />

2) 70)<br />

Crone & Dahl (2012), Kipke (1999)<br />

http://www.dek<strong>in</strong>derombudsman.nl/70/ouders-professionals/nieuws/<br />

m<strong>in</strong>der rechten dan volwassenen. Maar <strong>het</strong> is ook proble-<br />

35)<br />

H<strong>in</strong>delang, Gottfredson & Garofalo (1978)<br />

k<strong>in</strong>derrechtenmonitor-2014<br />

36)<br />

Wilcox (2010), Dietrich (2008), Witttebrood (2006)<br />

71)<br />

http://www.dek<strong>in</strong>derombudsman.nl/70/ouders-professionals/nieuws/<br />

37)<br />

Wilcox (2010)<br />

k<strong>in</strong>derrechtenmonitor-2014-veiligheid-k<strong>in</strong>deren-moet-beter/?id=441<br />

38)<br />

F<strong>in</strong>kelhor (2008)<br />

39)<br />

White & Wyn (2013)<br />

noten


Deel 2<br />

Jongeren en<br />

slachtofferschap<br />

58 59<br />

een verkennend onderzoek<br />

In Nederland is niet heel veel onderzoek<br />

gedaan naar slachtofferervar<strong>in</strong>gen van jongeren<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen. Crim<strong>in</strong>eel gedrag van jongeren<br />

staat veel meer <strong>in</strong> de belangstell<strong>in</strong>g. En <strong>het</strong><br />

we<strong>in</strong>ige onderzoek dat er is, richt zich op specifieke<br />

groepen, zoals slachtoffers van seksueel<br />

geweld, misbruik en k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g. Soms<br />

komt slachtofferschap terug als onderdeel van<br />

een breder onderzoek. Om die leemte een beetje<br />

op te vullen, is er <strong>in</strong> de maand december een<br />

kle<strong>in</strong> onderzoek uitgezet onder een panel van<br />

ongeveer zeshonderd jongeren <strong>in</strong> de leeftijd van<br />

12 tot en met 20 jaar.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

We hebben ze onder meer gevraagd of ze wel eens slachtoffer<br />

waren geworden en zo ja, van welk misdrijf (of ongeval).<br />

We wilden weten of ze aangifte hadden gedaan en<br />

wat daarbij hun overweg<strong>in</strong>gen waren. Verder waren we<br />

benieuwd met wie ze hun ervar<strong>in</strong>g bespreken en bij wie<br />

of welke <strong>in</strong>stantie ze om hulp vragen. Of juist niet om<br />

hulp vragen, en waarom niet. Aan de hand van twee cases<br />

en een aantal stell<strong>in</strong>gen wilden we te weten komen hoe<br />

jongeren een slachtofferervar<strong>in</strong>g van leeftijdsgenoten<br />

beoordelen en hoe zij zelf zouden handelen <strong>in</strong> die situatie.<br />

Voor zover mogelijk hebben we gekeken of jongeren met<br />

en zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g significant verschillende<br />

antwoorden gaven, maar dat bleek meestal niet zo te zijn.<br />

Vraag je jongeren naar hun voornaamste behoeften, dan<br />

noemen ze vooral emotionele steun. Die zoeken en<br />

v<strong>in</strong>den ze doorgaans ook <strong>in</strong> hun directe sociale omgev<strong>in</strong>g,<br />

vooral bij ouders. In zoverre sluiten de bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen aan bij<br />

<strong>het</strong> omvangrijke onderzoek van Vynckier dat eerder uitgebreid<br />

aan de orde kwam.<br />

6 Ervar<strong>in</strong>gen en percepties<br />

van slachtofferschap<br />

van 12- tot 21-jarigen<br />

6.1 INLEIDING<br />

Dit onderzoek heeft overigens geen wetenschappelijke<br />

leeftijdsgroep vielen (134) en respondenten die helemaal<br />

pretenties. Aan panelonderzoek kleven altijd nadelen,<br />

niets hadden <strong>in</strong>gevuld (43) eruit waren gefilterd. De respondenten<br />

omdat hoger opgeleide jongeren <strong>in</strong> een dergelijk panel<br />

Als we een relatief willekeurige groep jongeren vragen of<br />

zijn als volgt over de verschillende leeftijden<br />

oververtegenwoordigd zijn. Het beeld dat uit <strong>het</strong> onderzoek<br />

ze wel eens slachtoffer zijn geworden van een misdrijf of verdeeld.<br />

60<br />

naar voren komt is dus niet per def<strong>in</strong>itie represen-<br />

ongeval, bevestigen hun antwoorden dan <strong>het</strong> beeld dat<br />

61<br />

tatief voor alle jongeren <strong>in</strong> deze leeftijdscategorie.<br />

uit statistieken en literatuur naar voren komt, namelijk dat GRAFIEK 1 PERCENTAGE RESPONDENTEN<br />

Tegelijkertijd geven de resultaten, samen met de vijf uitgebreide<br />

de kans dat ze zoiets meemaken best groot is? En wat NAAR LEEFTIJD<br />

We zullen zien dat nogal wat jongeren een of meer slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />

(misdrijf of ongeval) rapporteren. Het<br />

meemaken van zo’n ervar<strong>in</strong>g brengt vooral boosheid<br />

verhalen van jonge slachtoffers <strong>in</strong> <strong>het</strong> volgende<br />

deel, wel een <strong>in</strong>kijk <strong>in</strong> de ervar<strong>in</strong>gen en de perceptie van<br />

slachtofferschap van adolescenten.<br />

gebeurt er na zo’n gebeurtenis? Doen ze aangifte?<br />

Waarom wel of niet? Wat zijn hun behoeften aan opvang<br />

en steun? Bij wie zoeken ze en v<strong>in</strong>den ze die? Wat zijn hun<br />

14% ---------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

12% ---------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

teweeg, maar ook angst, verdriet en schaamte. Aangifte<br />

redenen om geen hulp te zoeken? Hoe duiden ze slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />

van leeftijdsgenoten, en hoe zouden zij<br />

doen jongeren niet zo snel. Mochten ze <strong>het</strong> wel doen, dan<br />

10% ---------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

is dat <strong>in</strong> de eerste plaats zodat de dader wordt gestraft<br />

en/of omdat je <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van een misdrijf aangifte hoort<br />

te doen. Als redenen om <strong>het</strong> niet te doen is de ger<strong>in</strong>ge<br />

ernst van <strong>het</strong> gebeurde doorslaggevend, of onvoldoende<br />

vertrouwen <strong>in</strong> een succesvolle opspor<strong>in</strong>g en vervolg<strong>in</strong>g.<br />

handelen <strong>in</strong> een vergelijkbaar geval? In dit hoofdstuk rapporteren<br />

we de resultaten van een verkennend onderzoek<br />

waar<strong>in</strong> deze vragen centraal stonden. Aan dit onderzoek<br />

namen een kle<strong>in</strong>e zeshonderd jongeren deel.<br />

8% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

6% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

4% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

2% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

6.2 DE RESPONSGROEP<br />

Voor dit onderzoek is gebruikgemaakt van een bestaand<br />

panel. 1 De leeftijdsgrens van de onderzoekspopulatie is<br />

vastgesteld op 12 tot en met 20 jaar. In eerste <strong>in</strong>stantie<br />

hebben 745 personen de vragenlijst beantwoord. Daarvan<br />

bleven er 568 over nadat alle respondenten die buiten de<br />

0% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />

20 19 18 17 16 15 14 13 12<br />

De <strong>in</strong>vullers van de vragenlijst zijn redelijk gelijkmatig<br />

over de verschillende leeftijdscategorieën verspreid, met<br />

uitzonder<strong>in</strong>g van de 12- en 13-jarigen, die <strong>in</strong> <strong>het</strong> gebruikte<br />

panel ondervertegenwoordigd zijn en via ouders zijn<br />

benaderd om de vragenlijst <strong>in</strong> te vullen. De man-vrouwverdel<strong>in</strong>g<br />

is 47% om 53%.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

GRAFIEK 2 TYPE SLACHTOFFERERVARING<br />

DICRIMINATIE<br />

16%<br />

AFPERSING<br />

2%<br />

BEDREIGING<br />

19%<br />

Ruim de helft (56%) van de respondenten meldt ooit<br />

slachtoffer te zijn geworden van een of meerdere delicten<br />

en/of een verkeersongeval. De categorie verkeersongevallen<br />

wordt <strong>het</strong> meest genoemd, gevolgd door vermogensdelicten,<br />

discrim<strong>in</strong>atie 2 en mishandel<strong>in</strong>g. Zedendelicten<br />

komen aanzienlijk m<strong>in</strong>der vaak voor en afpers<strong>in</strong>g was<br />

tamelijk zeldzaam. Voor details zie grafiek 2. 3<br />

TABEL 2 GEBEURTENIS NAAR LEEFTIJDSCATEGORIE<br />

18 jaar<br />

Bedreig<strong>in</strong>g en discrim<strong>in</strong>atie (29% elk) Verkeersongeval (38%) Verkeersongeval (54%)<br />

Vermogensdelict en mishandel<strong>in</strong>g (27%) Vermogensdelict (35%) Bedreig<strong>in</strong>g (42%)<br />

Verkeersongeval (20%) Bedreig<strong>in</strong>g (28%) Discrim<strong>in</strong>atie (31%)<br />

VERKEERSONGEVAL<br />

23%<br />

Een behoorlijke groep respondenten (28% van <strong>het</strong> totale<br />

aantal en 56% van de respondenten die een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

rapporteren) geeft aan meervoudig slachtoffer<br />

te zijn geweest. Tabel 1 geeft de aard van dat meervoudige<br />

slachtofferschap aan. Ongeveer tweederde van de meervoudige<br />

slachtoffers onder de respondenten rapporteert<br />

<strong>in</strong>cidenten <strong>in</strong> twee categorieën, een kwart <strong>in</strong> drie verschillende<br />

categorieën.<br />

62 7%<br />

De groep slachtoffers heeft een ervar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> gemiddeld 1,8<br />

<strong>in</strong>cidentcategorie. Het werkelijk aantal ondervonden delicten<br />

doen is er een zwak verband 7 of er was te we<strong>in</strong>ig data om<br />

de analyse te kunnen doen.<br />

63<br />

VERMOGENSDELICT<br />

17%<br />

en verkeersongevallen ligt zeer waarschijnlijk hoger,<br />

omdat respondenten slechts categorieën hebben kunnen<br />

TABEL 1 ANALYSE MEERVOUDIG SLACHTOFFERSCHAP<br />

meervoudig<br />

slachtofferschap<br />

ZEDENDELICT<br />

MISHANDELING<br />

16%<br />

aantal % totaal % slachtoffers % meervoudige<br />

slachtoffers<br />

7 categorieën 2 0% 1% 1%<br />

6 categorieën 4 1% 1% 3%<br />

5 categorieën 3 1% 1% 2%<br />

4 categorieën 11 2% 3% 7%<br />

3 categorieën 40 7% 13% 25%<br />

2 categorieën 99 17% 31% 62%<br />

totaal 159 28% 50% 100%<br />

kiezen en niet <strong>het</strong> aantal <strong>in</strong>cidenten per categorie hebben<br />

kunnen aangeven. Meervoudig slachtofferschap komt dus<br />

zeer regelmatig voor onder jongeren en dat sluit aan bij<br />

wetenschappelijke bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> eerdere hoofdstukken<br />

aan de orde kwamen.<br />

Uit de gegevens is een top 3 van gebeurtenissen naar leeftijdscategorie<br />

samengesteld (tabel 2). Daaruit blijkt dat <strong>het</strong><br />

meemaken van een verkeersongeval toeneemt naarmate<br />

iemand ouder wordt. Dat verband is significant maar niet<br />

heel sterk. 4 Het feit dat jongeren vanaf 16 jaar brommer<br />

mogen rijden en vanaf 17 jaar een auto mogen besturen<br />

vertaalt zich <strong>in</strong> een hoger risico op ongelukken. Ook<br />

melden de 18-plussers vaker slachtoffer te zijn geweest<br />

van bedreig<strong>in</strong>g en discrim<strong>in</strong>atie, maar daar is niet een heel<br />

sterk significant verband <strong>in</strong> te ontdekken, evenm<strong>in</strong> tussen<br />

andere categorieën gebeurtenissen en leeftijd. 5<br />

6.3 AANGIFTE DOEN?<br />

Doen jongeren die een of meerdere slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />

melden ook aangifte hiervan? Iets meer dan de helft (53%)<br />

geeft aan dat niet gedaan te hebben, een kwart van de<br />

respondenten heeft wel zelf aangifte gedaan en nog eens<br />

17% meldt dat ouders aangifte hebben gedaan. Vijf procent<br />

van de ondervraagde slachtoffers geeft aan dat aangifte<br />

doen niet aan de orde was. Het blijkt dan meestal te gaan<br />

om een (eenzijdig) verkeersongeval. Nadere statistische<br />

analyse wijst uit dat er een significant positief verband<br />

bestaat tussen een vermogensdelict meemaken en aangifte<br />

doen, de sterkte van <strong>het</strong> verband is medium. 6 Dit<br />

sluit aan bij wat andere onderzoeken naar aangiftegedrag<br />

rapporteren. Het laat zich voor een belangrijk deel verklaren<br />

uit <strong>het</strong> feit dat een proces-verbaal van aangifte nodig<br />

is om bij de verzeker<strong>in</strong>g een schadevergoed<strong>in</strong>g te kunnen<br />

claimen. Tussen de andere delictcategorieën en aangifte<br />

Aan de jongeren die een slachtofferervar<strong>in</strong>g melden, maar<br />

aangeven zelf geen aangifte te hebben gedaan 8 , is vervolgens<br />

gevraagd wat daarvoor de belangrijkste reden was.<br />

‘Ik dacht dat <strong>het</strong> geen z<strong>in</strong> zou hebben’ wordt <strong>het</strong> vaakst<br />

(zie tabel 3 op de volgende pag<strong>in</strong>a) genoemd. Angst voor<br />

de dader speelt geen grote rol <strong>in</strong> hun overweg<strong>in</strong>gen.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

TABEL 3 REDEN OM GEEN AANGIFTE TE DOEN<br />

– SLACHTOFFERS<br />

reden geen aangifte %<br />

Ik was bang voor de reactie van de verdachte<br />

(bv. wraak)<br />

6%<br />

Ik wist niet dat dit strafbaar was 10%<br />

Ik vond <strong>het</strong> te veel moeite 17%<br />

Ik dacht dat <strong>het</strong> geen z<strong>in</strong> zou hebben 30%<br />

Ik wilde niet over de gebeurtenis praten 13%<br />

Anders, namelijk 25%<br />

Totaal 100%<br />

geen aangifte te doen en drie respondenten melden dat<br />

ze zelf ook iets hebben gedaan (medeschuld). In zes gevallen<br />

is <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident op een andere manier afgehandeld, bijvoorbeeld<br />

via de verzeker<strong>in</strong>g.<br />

Kijken we naar de groep waarbij geen aangifte is gedaan,<br />

ook niet door ouders, dan noemen ze <strong>het</strong> vaakst verkeersongevallen<br />

en discrim<strong>in</strong>atie als de categorieën waarb<strong>in</strong>nen<br />

hun slachtofferervar<strong>in</strong>g valt (respectievelijk 24% en<br />

20%). Daarnaast worden bedreig<strong>in</strong>g en mishandel<strong>in</strong>g<br />

genoemd (19% en 17%). Van de personen die geen aangifte<br />

hebben gedaan, is 20% meervoudig slachtoffer<br />

geweest.<br />

stell<strong>in</strong>gen +/++2 +/- -/- -<br />

De politie neemt mij niet serieus als ik aangifte doe 26% 29% 44%<br />

Als slachtoffer van een misdrijf hoor je altijd aangifte te doen bij de politie 53% 32% 15%<br />

Mijn vrienden lachen me uit als ik aangifte bij de politie doe 8% 18% 74%<br />

Aangifte doen heeft geen z<strong>in</strong> want de politie kan we<strong>in</strong>ig voor me doen 31% 38% 31%<br />

Aangifte doen verm<strong>in</strong>dert mijn gevoel van angst en onveiligheid 22% 37% 41%<br />

Als ik aangifte doe, neemt de dader wraak 20% 35% 45%<br />

Ik moet van mijn ouders aangifte doen 27% 33% 39%<br />

Ik doe aangifte omdat ik wil dat de dader gestraft wordt 65% 23% 12%<br />

Ik v<strong>in</strong>d <strong>het</strong> te veel moeite 28% 30% 42%<br />

iemands grenzen overschreden zijn door <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident, en<br />

eventuele opbrengsten als straf voor de dader en vergoed<strong>in</strong>g<br />

van de schade. Om dat overweg<strong>in</strong>gsproces rond de<br />

aangifte wat nader uit te diepen, is aan alle respondenten<br />

met een slachtofferervar<strong>in</strong>g (N=318) gevraagd te reageren<br />

op de volgende stell<strong>in</strong>gen (zie tabel 4 op de vorige pag<strong>in</strong>a).<br />

Ook aan de jongeren die geen slachtofferervar<strong>in</strong>g rapporteren<br />

(N=250) is de vraag voorgelegd of en wanneer zij<br />

aangifte zouden doen van een misdrijf (tabel 5).<br />

Meer dan slachtoffers zijn de jongeren die geen slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

rapporteren van men<strong>in</strong>g dat je altijd<br />

aangifte hoort te doen. Het verlies van spullen is voor<br />

ongeveer een vijfde van deze groep een belangrijke<br />

reden. De enkele jongeren die ‘anders, namelijk’ hebben<br />

gekozen geven als toelicht<strong>in</strong>g meestal dat ze <strong>het</strong> zouden<br />

laten afhangen van de omstandigheden van <strong>het</strong> geval of<br />

<strong>het</strong> advies van hun ouders.<br />

In de tabel vallen een paar d<strong>in</strong>gen op. Ten eerste is er telkens<br />

een aanzienlijk percentage jongeren dat geen uitgesproken<br />

men<strong>in</strong>g (+/-) heeft over de voorgelegde stell<strong>in</strong>g.<br />

Er zijn drie stell<strong>in</strong>gen die wat betreft de scores eruit spr<strong>in</strong>gen.<br />

Iets meer dan de helft van de ondervraagde jongeren<br />

v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte moet doen als je slachtoffer<br />

wordt van een misdrijf. Daarnaast is een sterke motivatie<br />

om aangifte te doen de wens dat de dader gestraft wordt.<br />

Ten slotte zijn de respondenten niet bang voor een nega-<br />

Bij de volgende vraag stonden de belangrijkste overweg<strong>in</strong>gen<br />

Degenen die de optie ‘anders, namelijk’ hebben gekozen,<br />

In de literatuur zijn we al tegengekomen dat jongeren<br />

m<strong>in</strong>der gemakkelijk dan volwassenen naar de politie stappen<br />

om al dan niet aangifte te doen centraal.<br />

Respondenten mochten er maximaal drie kiezen.<br />

64<br />

hebben hun keuze toegelicht. De meest genoemde reden<br />

(40%) is dat <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident en/of de gevolgen niet ernstig<br />

genoeg waren, of de respondent niet <strong>het</strong> primaire slachtoffer<br />

en dat daarbij allerlei overweg<strong>in</strong>gen een rol spelen.<br />

Zo’n besliss<strong>in</strong>gsproces komt uite<strong>in</strong>delijk neer op een afweg<strong>in</strong>g<br />

van kosten en baten. Die kosten en baten komen<br />

tieve reactie uit hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Dat is <strong>in</strong>teressant<br />

omdat <strong>in</strong> de literatuur, en ook <strong>in</strong> een aantal <strong>in</strong>terviews <strong>in</strong><br />

deel 3, schaamte over <strong>het</strong> gebeurde (vooral richt<strong>in</strong>g leef-<br />

TABEL 6 OVERWEGINGEN ROND AANGIFTE<br />

DOEN – NIET SLACHTOFFERS<br />

65<br />

was. Daarna zijn leeftijd (te jong) of <strong>het</strong> feit dat<br />

voort uit ideeën over de politie, haar effectiviteit en attitijdsgenoten)<br />

regelmatig wordt genoemd als drempel om<br />

ouders aangifte hebben gedaan of hoorden te doen de tude, de hoeveelheid tijd en moeite die men kwijt is aan<br />

naar de politie of andere personen/<strong>in</strong>stanties te stappen.<br />

stell<strong>in</strong>gen %<br />

meest genoemde redenen (26%). Zes respondenten noemen<br />

<strong>het</strong> feit dat de dader een familielid was een reden om<br />

de aangifte en <strong>het</strong> eventuele vervolg <strong>in</strong> de vorm van een<br />

rechtszaak, de reacties van de omgev<strong>in</strong>g, <strong>in</strong> welke mate<br />

Ten slotte is ruim een kwart van de jongeren van men<strong>in</strong>g<br />

dat de politie hen niet serieus zal nemen. Ruim 40% denkt<br />

De politie neemt mij niet serieus als ik aangifte<br />

doe<br />

17%<br />

juist van wel.<br />

Als slachtoffer van een misdrijf hoor je altijd<br />

55%<br />

TABEL 4 OVERWEGINGEN ROND AANGIFTE DOEN - SLACHTOFFERS<br />

aangifte te doen bij de politie<br />

TABEL 5 AANGIFTE DOEN? – NIET<br />

SLACHTOFFERS<br />

aangifte doen %<br />

altijd 72%<br />

als er spullen zijn gestolen of afgepakt 18%<br />

als ik gewond ben geraakt 7%<br />

anders, namelijk 3%<br />

niet <strong>in</strong>gevuld 1%<br />

totaal 100%<br />

Mijn vrienden lachen me uit als ik aangifte bij de<br />

politie doe<br />

Aangifte doen heeft geen z<strong>in</strong> want de politie kan<br />

we<strong>in</strong>ig voor me doen<br />

Aangifte doen verm<strong>in</strong>dert mijn gevoel van angst<br />

en onveiligheid<br />

2%<br />

21%<br />

30%<br />

Als ik aangifte doe, neemt de dader wraak 19%<br />

Ik moet van mijn ouders aangifte doen 12%<br />

Ik doe aangifte omdat ik wil dat de dader gestraft<br />

wordt<br />

70%<br />

Ik v<strong>in</strong>d <strong>het</strong> te veel moeite 6%


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

Jongeren die geen slachtoffer zijn geworden hebben twee<br />

belangrijke motieven om wel aangifte te doen mochten zij<br />

een misdrijf meemaken, namelijk dat zij v<strong>in</strong>den dat je<br />

altijd aangifte moet doen <strong>in</strong> dit soort gevallen (gekozen<br />

door 55%) en vooral omdat de dader gestraft moet worden<br />

(70%). Op dat punt sluiten hun overweg<strong>in</strong>gen aan bij<br />

die van de slachtoffergroep. Verder denken zij dat aangifte<br />

doen <strong>het</strong> gevoel van onveiligheid verm<strong>in</strong>dert. Voor een<br />

vijfde speelt mee dat aangifte doen geen z<strong>in</strong> heeft en eenzelfde<br />

aantal zou zich laten weerhouden door de angst<br />

dat de dader wraak zal nemen. Relatief we<strong>in</strong>ig jongeren<br />

laten zich afschrikken door de moeite die <strong>het</strong> zou kosten<br />

of de reacties van vrienden.<br />

6.4 REACTIES OP DE GEBEURTENIS<br />

& BEHOEFTEN<br />

De belangrijkste emotionele reactie van jongeren na een<br />

misdrijf of ongeval is boosheid. Zo valt te concluderen uit<br />

<strong>het</strong> feit dat 60% van de jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

enige of een hoge mate van boosheid rapporteert.<br />

Angst en verdriet worden door ongeveer 40% van de<br />

respondenten gemeld.<br />

TABEL 7 GEVOELENS NAAR AANLEIDING VAN<br />

HET INCIDENT - SLACHTOFFERS<br />

gevoelens +/++3 +/- -/- -<br />

Of jongeren nu wel of niet slachtoffer zijn geworden, een<br />

kle<strong>in</strong>e meerderheid v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte moet doen, boosheid 60% 21% 18%<br />

waarbij de overweg<strong>in</strong>g dat de dader gestraft moet wor-<br />

angst 38% 24% 37%<br />

‘Ik ben wijzer geworden door de gebeurtenis’ wordt door TABEL 9 BEHOEFTEN NA MISDRIJF OF<br />

66 ONGEVAL - SLACHTOFFERS<br />

67<br />

verdriet 39% 29% 30%<br />

schaamte 19% 20% 59%<br />

behoefte aan %<br />

spijt 14% 18% 67%<br />

41%<br />

den door een ruime meerderheid wordt gedeeld. De<br />

bereidheid is er <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel, maar <strong>in</strong> de praktijk vertaalt<br />

zich dat niet altijd <strong>in</strong> handelen. Hoewel bijna driekwart<br />

van de niet-slachtoffers antwoordt dat zij altijd aangifte<br />

zouden doen <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van een misdrijf, blijkt dat de<br />

jongeren die daadwerkelijk slachtoffer zijn geworden <strong>in</strong><br />

m<strong>in</strong>der dan de helft van de gevallen (42%) aangifte hebben<br />

gedaan van wat hen overkomen is. Mogelijke verklar<strong>in</strong>gen<br />

hiervoor zijn de <strong>in</strong>schatt<strong>in</strong>g dat een aangifte niets<br />

zal opleveren omdat de politie er we<strong>in</strong>ig mee gaat doen,<br />

of dat aangifte doen niet aan de orde was vanwege de<br />

aard van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident. Opvallend is ook dat voor ongeveer<br />

20% van alle respondenten de angst voor eventuele wraak<br />

van de dader wel een overweg<strong>in</strong>g is, terwijl voor 6% van<br />

de jongeren die geen aangifte hebben gedaan dit een<br />

belangrijke reden was.<br />

eenzaamheid 19% 20% 60%<br />

wraak 27% 22% 49%<br />

Schaamte, spijt en eenzaamheid spelen bij een m<strong>in</strong>derheid<br />

een rol, een ruime meerderheid v<strong>in</strong>dt deze emoties<br />

niet of nauwelijks van toepass<strong>in</strong>g. Daarbij spelen leeftijd<br />

en soort slachtoffergebeurtenis niet of nauwelijks een rol.<br />

Ruim een kwart van de ondervraagde jongeren ervoer <strong>in</strong><br />

meer of m<strong>in</strong>dere mate gevoelens van wraak.<br />

De jongeren die een slachtofferervar<strong>in</strong>g hebben, is een<br />

serie stell<strong>in</strong>gen voorgelegd om te <strong>in</strong>ventariseren hoe zij de<br />

ervar<strong>in</strong>g en de gevolgen duiden (zie tabel 8 op de volgende<br />

pag<strong>in</strong>a). Zij konden van de onderstaande stell<strong>in</strong>gen de<br />

drie uitspraken kiezen die ze <strong>het</strong> meest op zichzelf van<br />

toepass<strong>in</strong>g achtten.<br />

9<br />

TABEL 8 BELEVING VAN HET INCIDENT EN DE GEVOLGEN - SLACHTOFFERS<br />

stell<strong>in</strong>gen<br />

bijna de helft van de respondenten gekozen en is daarmee<br />

de meest gekozen stell<strong>in</strong>g. Bij een derde heeft de<br />

gebeurtenis <strong>het</strong> vertrouwen <strong>in</strong> mensen aangetast. Een<br />

kwart geeft aan zich onveiliger te voelen als gevolg van<br />

de gebeurtenis en nog eens bijna een kwart kiest voor<br />

‘achteraf had ik andere keuzes gemaakt’.<br />

Relatief we<strong>in</strong>ig respondenten geven zichzelf de schuld.<br />

Bijna 30% geeft aan dat de gebeurtenis geen grote impact<br />

heeft gehad, terwijl voor ruim 20% de impact juist groter<br />

was dan verwacht.<br />

Voor de omgev<strong>in</strong>g van slachtoffers en voor de wijdere<br />

kr<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>stanties is <strong>het</strong> belangrijk om te weten wat<br />

behoeften zijn van jonge slachtoffers na een misdrijf of<br />

ongeval. Die zijn door middel van een open vraag aan de<br />

orde gesteld, de antwoorden zijn na coder<strong>in</strong>g te verdelen<br />

over elf categorieën (zie tabel 9).<br />

% respondenten<br />

De gebeurtenis deed mij niet zo veel 28%<br />

Ik zie wat mij overkomen is als mijn eigen schuld 17%<br />

Ik vertrouw anderen m<strong>in</strong>der dan dat ik deed voor de gebeurtenis 33%<br />

Ik heb <strong>het</strong> gevoel dat ik wijzer ben geworden door de gebeurtenis 44%<br />

Ik voel mij nu onveiliger dan voor de gebeurtenis 23%<br />

Achteraf had ik andere keuzes gemaakt 24%<br />

Ik had niet verwacht dat <strong>het</strong> zo’n impact op mij zou hebben 21%<br />

Geen van bovenstaande 12%<br />

emotionele steun (aandacht, luisterend oor, affectie,<br />

troost, begrip, erover praten)<br />

personen (ouder(s), vrienden, familie) 3%<br />

materieel (gestolen spullen terugkrijgen of<br />

vervangen, schadevergoed<strong>in</strong>g)<br />

5%<br />

fysiek (herstel, slapen, eten, sporten) 3%<br />

afzonder<strong>in</strong>g (rust, tijd en ruimte voor jezelf, alleen zijn) 11%<br />

dader (weten wie <strong>het</strong> is, straf en/of excuses, wraak) 10%<br />

de draad oppakken (normale leven, afleid<strong>in</strong>g, plezier,<br />

vergeten)<br />

veiligheid (herstel gevoel van veiligheid, vertrouwen,<br />

voorkomen herhal<strong>in</strong>g)<br />

overig (erkenn<strong>in</strong>g, serieus genomen worden, iemand<br />

die voor je opkomt, eerlijkheid, uitleg)<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

niets 11%<br />

niet <strong>in</strong>gevuld 8%


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

Ruim 40% heeft behoefte aan een vorm van emotionele<br />

steun. Een luisterend oor en erover kunnen praten worden<br />

vaak genoemd. Een aantal jongeren geeft daarbij aan dat<br />

ze niet zitten te wachten op een overdaad aan medelijden<br />

of oordelen. Enkele citaten ter illustratie:<br />

“Gewoon doorgaan met mijn leven alsof er niets gebeurd<br />

was, <strong>het</strong> had eigenlijk niet echt veel impact op mij.”<br />

Voor een aantal is <strong>het</strong> herstel van veiligheid en vertrouwen<br />

belangrijk.<br />

TABEL 10 TEKORTKOMINGEN IN HULP EN ONDERSTEUNING - SLACHTOFFERS<br />

wat als negatief ervaren of gemist? %<br />

emotionele support (steun, begrip, luisterend oor, aandacht, affectie) 12%<br />

reacties omgev<strong>in</strong>g (bagatelliseren, gebrek aan erkenn<strong>in</strong>g, niet-gewenste adviezen of hulp) 5%<br />

“Mijn verhaal kwijt kunnen, en begrepen worden zonder dat<br />

mensen te veel medelijden toonden.”<br />

“Aan iemand die kon luisteren zonder te oordelen.”<br />

“Uithuilen bij iemand die ik ken en kan vertrouwen.”<br />

“Aandacht, hulp, iemand die voor je opkomt.”<br />

“Dat ik die jongens [daders] nooit meer tegen zou komen.”<br />

“Bevestig<strong>in</strong>g dat <strong>het</strong> niet mijn fout was en dat alles goed<br />

zou komen.”<br />

Ten slotte geeft ongeveer een vijfde van de ondervraagde<br />

jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g aan dat ze geen specifieke<br />

behoeften hadden, of ze hebben de vraag niet<br />

<strong>in</strong>gevuld.<br />

Nogal wat jongeren hebben ook behoeften die <strong>in</strong> relatie<br />

staan tot de dader: ze willen excuses, weten wie <strong>het</strong> was of<br />

gestolen voorwerp of schade (verlies, geen schadevergoed<strong>in</strong>g) 3%<br />

dat hij/zij straf krijgt, en regelmatig noemen ze ook de<br />

Letsel (fysieke, soms langdurige gevolgen) 2%<br />

behoefte aan wraak.<br />

Vervolgens is hun de vraag voorgelegd of na <strong>het</strong> voorval<br />

professionele hulp 1%<br />

waarvan ze slachtoffer werden, voorzien is <strong>in</strong> die behoeften.<br />

Wat hebben ze gemist en welke negatieve ervar<strong>in</strong>gen<br />

69<br />

overig 2%<br />

68<br />

hebben ze? De antwoorden zijn na coder<strong>in</strong>g verdeeld over<br />

twaalf categorieën (zie tabel 10 op de volgende pag<strong>in</strong>a).<br />

niets<br />

niets <strong>in</strong>gevuld<br />

32%<br />

18%<br />

“Gerechtigheid, maar dat was bijna onmogelijk.”<br />

“Dat degene zich verontschuldigde en zijn fout heeft<br />

<strong>in</strong>gezien.”<br />

“Dat de daders gepakt werden en dat we <strong>het</strong> gestolen voorwerp<br />

terug zouden krijgen.”<br />

“Ik wil hem terugpakken.”<br />

Verder eisten jongeren ook nadrukkelijk tijd voor zichzelf.<br />

Ze hebben soms de behoefte om gewoon met rust gelaten<br />

te worden.<br />

“Op veel momenten wilde ik gewoon rust aan mijn hoofd en<br />

wilde ik geen mensen om me heen, maar dan leek de hele<br />

wereld met mij te willen praten. Maar als ik eens erover<br />

wilde praten, kwam <strong>het</strong> mensen om mij heen niet uit.”<br />

“Een goed gesprek met iemand, maar ook de tijd om <strong>het</strong> zelf<br />

te verwerken.”<br />

Regelmatig geven jongeren aan dat ze zo snel mogelijk de<br />

draad weer willen oppakken, door weer naar school of<br />

werk te gaan, leuke d<strong>in</strong>gen te doen of afleid<strong>in</strong>g te zoeken.<br />

De helft van de respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

rapporteert met betrekk<strong>in</strong>g tot de directe gevolgen van<br />

<strong>het</strong> delict en de steun en reacties van hun omgev<strong>in</strong>g en<br />

<strong>in</strong>stanties als de politie of hulpverlen<strong>in</strong>g geen negatieve<br />

zaken of iets gemist te hebben, of ze hebben geen antwoord<br />

<strong>in</strong>gevuld.<br />

Bij de respondenten die aangeven wel iets gemist te hebben<br />

of negatieve ervar<strong>in</strong>gen te hebben, is <strong>het</strong> meest<br />

opvallend <strong>het</strong> gemis aan emotionele support en steunende<br />

reacties van de directe omgev<strong>in</strong>g, zoals erkenn<strong>in</strong>g,<br />

begrip, aandacht, hulp en een luisterend oor. Een ander<br />

punt is <strong>het</strong> gebrek aan aansluit<strong>in</strong>g tussen de belev<strong>in</strong>g en<br />

behoefte van <strong>het</strong> slachtoffer en de reactie van de<br />

omgev<strong>in</strong>g.<br />

eigen reactie (impact onderschatten, achteraf anders willen handelen) 3%<br />

gebeurtenis en gevolgen (gebeurtenis zelf, angst, ongelukkig zijn, verdriet) 5%<br />

zelfbeeld/wereldbeeld veranderd (vertrouwen verloren, confrontatie met onrecht) 4%<br />

adequaat <strong>in</strong>grijpen (politie of school doet niets of te we<strong>in</strong>ig) 8%<br />

dader (geen excuus, bang voor herhal<strong>in</strong>g) 3%<br />

“Dat mensen <strong>het</strong> vertrouwen beschamen, ook de hulpverlen<strong>in</strong>g,<br />

waardoor <strong>het</strong> wantrouwen dat er al was, nog groter is<br />

geworden. Dat mensen er altijd veel over willen praten, en<br />

<strong>het</strong> er niet bij kunnen laten. Dat mensen <strong>het</strong> gevoel geven<br />

dat zij <strong>het</strong> nog erger v<strong>in</strong>den dan ikzelf. Gewoon, <strong>het</strong> onbegrip<br />

en <strong>het</strong> taboe dat er is, dat is heel erg lastig geweest.”<br />

“Mensen die <strong>het</strong> zelf niet hebben meegemaakt kunnen zich<br />

er geen beeld bij vormen wat je kan voelen.”<br />

“Het gevoel dat <strong>het</strong> niet uitmaakt wat er is gebeurd en dat ik<br />

er maar mee moet leren leven omdat er veel meer mensen<br />

last van hebben. In mijn redener<strong>in</strong>g is dat juist een reden<br />

om er iets aan te doen, maar de maatschappij lijkt <strong>het</strong> juist<br />

te accepteren/niet erg te v<strong>in</strong>den dat veel mensen slachtoffer<br />

worden van dit soort praktijken.”<br />

“Ik vond dat er eigenlijk te veel is gedaan.”<br />

Nogal wat jongeren zijn teleurgesteld <strong>in</strong> de politie die we<strong>in</strong>ig<br />

doet met de aangifte, of de dader niet weet op te sporen.<br />

Soms gaat <strong>het</strong> verwijt richt<strong>in</strong>g de school die niet adequaat<br />

<strong>in</strong>grijpt <strong>in</strong> geval van pesten. Daarnaast richt de<br />

teleurstell<strong>in</strong>g van sommige jongeren zich op de dader, dat<br />

deze nooit is gepakt of geen excuses heeft aangeboden.<br />

“Dat ik <strong>het</strong> nooit met de ‘dader’ heb kunnen uitpraten.”<br />

Een enkele jongere geeft aan de impact van <strong>het</strong> gebeurde<br />

onderschat te hebben of achteraf anders te hebben willen<br />

handelen.<br />

“Niets vertellen zorgt later voor problemen.”<br />

“Nu baal ik dat ik geen aangifte heb gedaan.”


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

De directe gevolgen van <strong>het</strong> gebeuren zoals letsel of<br />

gevoelens van angst en onveiligheid worden regelmatig<br />

genoemd.<br />

“Het feit dat ik niet meer gelukkig kan zijn omdat ik bang ben.”<br />

“Dat je m<strong>in</strong>der blij kan zijn met de huidskleur die je hebt.”<br />

Ten slotte een reactie op de vraag ‘wat heb je gemist?’<br />

waaruit de veerkracht van jongeren blijkt:<br />

“Niet echt veel, ik heb veel negatieve d<strong>in</strong>gen weten om te<br />

zetten <strong>in</strong> iets positiefs.”<br />

6.5 EROVER PRATEN & HULP ZOEKEN<br />

Ouders worden <strong>het</strong> meest genoemd, gevolgd door vrienden<br />

en leeftijdsgenoten, andere familieleden en – op<br />

enige afstand – medewerkers van school. Jongeren storten<br />

hun hart dus vooral uit <strong>in</strong> hun naaste omgev<strong>in</strong>g en<br />

gaan we<strong>in</strong>ig naar hulpverlenende <strong>in</strong>stanties toe om hun<br />

verhaal te vertellen. Enkelen kozen voor de categorie<br />

‘anders, namelijk’ en gaven daar als toelicht<strong>in</strong>g onder<br />

meer collega’s en (ouders van) de dader. Tien procent<br />

geeft aan er met niemand over te hebben gepraat.<br />

Met behulp van een aantal stell<strong>in</strong>gen is geprobeerd wat<br />

nader <strong>in</strong> te gaan op de behoefte <strong>het</strong> gebeurde al dan niet<br />

te delen, en de ervar<strong>in</strong>gen daarmee.<br />

TABEL 12 PRATEN OVER DE ERVARING,<br />

BEHOEFTEN EN ERVARINGEN – SLACHTOFFERS<br />

Als jongeren een misdrijf of verkeersongeval meemaken,<br />

70 met wie praten zij er dan over? De respondenten konden<br />

GRAFIEK 3 JONGEREN ZOEKEN HULP BIJ… SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />

71<br />

stell<strong>in</strong>gen %<br />

hierbij kiezen uit meerdere antwoorden.<br />

Ik heb <strong>het</strong> gevoel dat ik mijn verhaal kwijt kon bij de 59%<br />

ANDERS, NAMELIJK<br />

NIET-SLACHTOFFERS (N=251)<br />

mensen om mij heen en dat ik gesteund werd<br />

SLACHTOFFERS (N=56)<br />

TABEL 11 PRATEN OVER DE ERVARING<br />

- SLACHTOFFERS<br />

29%<br />

KINDERTELEFOON<br />

met wie erover gesproken? %<br />

ouders 74%<br />

ander(e) familielid/leden 33%<br />

vrienden/leeftijdsgenoten 59%<br />

medewerker van school 16%<br />

hulpverleners (bv. maatschappelijk werk, jeugdzorg) 7%<br />

K<strong>in</strong>dertelefoon 0%<br />

huisarts 4%<br />

Slachtofferhulp Nederland 2%<br />

niemand 10%<br />

anders, namelijk 2%<br />

Ik vond <strong>het</strong> lastig om te praten over wat ik heb<br />

meegemaakt<br />

De reacties uit mijn omgev<strong>in</strong>g vielen mij tegen 10%<br />

Ik had graag met leeftijdsgenoten willen spreken die<br />

dezelfde gebeurtenis hebben meegemaakt<br />

(lotgenotencontact)<br />

Achteraf denk ik dat ik meer over de gebeurtenis had<br />

moeten praten<br />

De relaties en vriendschappen die ik al had, zijn<br />

hechter geworden door deze gebeurtenis<br />

Ik had we<strong>in</strong>ig behoefte om te praten over wat ik had<br />

meegemaakt.<br />

13%<br />

17%<br />

18%<br />

41%<br />

Ik schaamde me voor wat er was gebeurd 13%<br />

De meeste respondenten (bijna 60%) v<strong>in</strong>den dat ze een<br />

luisterend oor en steun <strong>in</strong> hun omgev<strong>in</strong>g hebben kunnen<br />

v<strong>in</strong>den. Voor 10% vielen de reacties uit de omgev<strong>in</strong>g juist<br />

tegen. Ruim 40% geeft aan we<strong>in</strong>ig behoefte te hebben<br />

gehad om te praten over hun ervar<strong>in</strong>gen, hoewel uit de<br />

vorige tabel blijkt dat een veel kle<strong>in</strong>ere groep (10%) dat<br />

dan niet doet. Bijna een derde van de jongeren v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong><br />

lastig om over <strong>het</strong> gebeurde te praten. Dat is iets wat<br />

zowel <strong>in</strong> de literatuur (deel 1) als <strong>in</strong> de <strong>in</strong>terviews (deel 3)<br />

terugkomt. Een kle<strong>in</strong>e groep geeft aan behoefte te hebben<br />

gevoeld aan lotgenotencontact. Schaamte komt ook<br />

nu weer om de hoek kijken, al wordt <strong>het</strong> door een kle<strong>in</strong>er<br />

deel van de jongeren ervaren dan <strong>in</strong> tabel 7 (13% respectievelijk<br />

19%). De gevolgen van de gebeurtenis zijn niet<br />

PSYCHOLOOG<br />

SLACHTOFFERHULP NEDERLAND<br />

HUISARTS<br />

VERTROUWENSPERSOON OP SCHOOL<br />

VRIENDEN<br />

OUDERS OF SNDERE FAMILIELEDEN<br />

alleen maar negatief, bijna 20% heeft ervaren dat relaties<br />

of vriendschappen hierdoor hechter zijn geworden.<br />

Van de 318 respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

geven er 56 aan hulp te hebben gezocht na de gebeurtenis.<br />

Aan de respondenten zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g is<br />

gevraagd of zij hulp zouden zoeken als hun een misdrijf<br />

of ongeval zou overkomen. Slechts 6% antwoordt ja, 43%<br />

kiest voor nee en 51% weet <strong>het</strong> niet. De verschillen tussen<br />

beide groepen zijn significant, maar de significantie is niet<br />

heel sterk. 10 Vervolgens is aan de slachtoffers gevraagd bij<br />

wie ze hulp hebben gezocht en aan de niet-slachtoffers<br />

bij wie ze eventueel hulp zouden zoeken. Ze konden<br />

meerdere opties kiezen.<br />

0% 25% 50% 75% 100%


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

Beide groepen zien ouders of andere familieleden als de<br />

belangrijkste bron van hulp, daarna volgen vrienden en<br />

vertrouwenspersonen op school. Slachtoffers kiezen vaker<br />

voor de optie ‘psycholoog’. Slachtofferhulp Nederland<br />

wordt door slachtoffers en niet-slachtoffers even vaak<br />

gekozen. Degenen die voor de optie ‘anders, namelijk’<br />

hebben gekozen, geven als toelicht<strong>in</strong>g partner, werk en<br />

gespecialiseerde (jeugd- of thuis)zorg. Twee kantteken<strong>in</strong>gen<br />

bij deze grafiek: slachtoffers hebben gemiddeld meer<br />

opties gekozen dan niet-slachtoffers, dus de percentages<br />

zijn niet een op een vergelijkbaar. Ten tweede is bij slachtoffers<br />

naar een daadwerkelijk gemaakte keuze gevraagd<br />

en bij niet-slachtoffers naar een hypot<strong>het</strong>ische keuze.<br />

Duidelijk is wel dat jongeren <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie hulp <strong>in</strong><br />

hun eigen omgev<strong>in</strong>g (zouden) zoeken en niet zo snel naar<br />

<strong>in</strong>stitutionele vormen van hulp stappen. Dat bevestigt <strong>het</strong><br />

beeld uit deel 1 van deze bundel en zal ook terugkomen<br />

<strong>in</strong> de <strong>in</strong>terviews <strong>in</strong> <strong>het</strong> volgende deel.<br />

Gevraagd naar de reden waarom ze geen hulp hebben<br />

gezocht of zouden zoeken tekent zich een duidelijk verschil<br />

af tussen slachtoffers en niet-slachtoffers (zie grafiek 4).<br />

Voor de eerste groep is de belangrijkste reden dat zij <strong>het</strong><br />

niet nodig vonden, voor de tweede groep is niet weten bij<br />

welke organisatie aan te kloppen de meest genoemde<br />

reden.<br />

Niet alleen of en waar ze hulp zouden zoeken, maar ook<br />

op welke manier ze die hulp <strong>het</strong> liefst zouden ontvangen,<br />

is een <strong>in</strong>teressante vraag. De gedachte achter deze vraag<br />

is dat jongeren de voorkeur zouden geven aan meer anonieme<br />

kanalen voor hulp en <strong>in</strong>formatie, of via de media<br />

die zij <strong>in</strong> <strong>het</strong> dagelijks leven veel gebruiken, zoals telefoon,<br />

e-mail, WhatsApp, Facebook en dergelijke. Dat blijkt verrassend<br />

genoeg niet <strong>het</strong> geval te zijn. Zowel slachtoffers<br />

als niet-slachtoffers geven <strong>in</strong> meerderheid de voorkeur<br />

aan persoonlijk face-to-facecontact (grafiek 5).<br />

6.6 JONGEREN EN SLACHTOFFERHULP<br />

NEDERLAND<br />

In paragraaf 6.2 hebben we beschreven dat 318 jongeren<br />

een of meerdere slachtofferervar<strong>in</strong>gen rapporteren.<br />

Hiervan hebben er 24 zelf of via hun ouders ondersteun<strong>in</strong>g<br />

gekregen van Slachtofferhulp Nederland. Dat is m<strong>in</strong>der<br />

dan 10%. Degenen die contact hadden met Slachtofferhulp<br />

Nederland, maakten meestal gebruik van de emotionele<br />

ondersteun<strong>in</strong>g. Rechtszitt<strong>in</strong>gsbegeleid<strong>in</strong>g en lotgenotencontact<br />

worden niet genoemd (zie tabel 14 op<br />

de volgende pag<strong>in</strong>a).<br />

Bij de optie ‘anders’ noemden slachtoffers meestal dat ze<br />

voldoende hulp vanuit hun directe omgev<strong>in</strong>g (ouders,<br />

school) kregen of dat <strong>het</strong> om een gebeurtenis van we<strong>in</strong>ig<br />

betekenis g<strong>in</strong>g. Twee respondenten hebben <strong>het</strong> met de<br />

Niet-slachtoffers hebben een sterkere voorkeur voor<br />

dader (al dan niet <strong>in</strong> der m<strong>in</strong>ne) opgelost en een respondent<br />

noemt geld als belemmer<strong>in</strong>g. Niet-slachtoffers zeggen<br />

ervar<strong>in</strong>g, die weer een wat grotere voorkeur hebben<br />

persoonlijk contact dan respondenten met een slachtoffer-<br />

voornamelijk dat ze <strong>het</strong> zouden laten afhangen van de<br />

voor hulp en <strong>in</strong>formatie via elektronische kanalen.<br />

situatie of <strong>in</strong> zo’n geval op hun ouders zouden steunen.<br />

Deze verschillen zijn significant. 11<br />

72 73<br />

GRAFIEK 4 REDEN OM GEEN HULP TE ZOEKEN - SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />

GRAFIEK 5 BIJ VOORKEUR HULP EN INFORMATIE VIA… SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />

ANDERS, NAMELIJK<br />

NIET-SLACHTOFFERS<br />

SLACHTOFFERS<br />

HET MAAKT ME NIET UIT<br />

NIET-SLACHTOFFERS<br />

SLACHTOFFERS<br />

IK VOND/VIND HET VOOR MEZELF NIET NODIG<br />

ANDERS, NAMELIJK<br />

IK WAS BANG/ZOU BANG ZIJN VOOR DE REACTIE VAN ANDEREN<br />

PERSOONLIJK (FACE TO FACE)<br />

IK HEB SLECHTE ERVARINGEN MET DE HULPVERLENING OF IK KEN ANDEREN<br />

DIE SLECHTE ERVARINGEN HEBBEN<br />

TELEFOON<br />

IK HAD/HEB AL HULPVERLENING VANWEGE ANDERE PROBLEMEN<br />

SOCIALE MEDIA ALS FACEBOOK<br />

IK WEET NIET WELKE ORGANISATIES HULP KUNNEN BIEDEN EN WAT ZIJ PRECIES DOEN<br />

CHAT OF WHATSAPP<br />

0% 20% 40% 60% 80%<br />

E-MAIL<br />

0% 18% 35% 53% 70%


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

TABEL 14 CONTACT MET SLACHTOFFERHULP<br />

NEDERLAND - SLACHTOFFERS<br />

geen contact 294 (92,5%)<br />

mijn ouders 10 (3%)<br />

ikzelf 14 (4,5%)<br />

Een luisterend oor en<br />

emotionele steun<br />

Informatie over de<br />

psychische gevolgen<br />

van een misdrijf en<br />

tips hoe je daarmee<br />

om kunt gaan<br />

9<br />

2<br />

is gedaan (zie paragraaf 6.3), <strong>het</strong>zij door henzelf <strong>het</strong>zij<br />

door hun ouders. Hiervan zijn er 24 (18%) direct of <strong>in</strong>direct<br />

bij Slachtofferhulp Nederland terechtgekomen. Dat lijkt<br />

erg we<strong>in</strong>ig gezien <strong>het</strong> feit dat de politie <strong>in</strong> geval van aangifte<br />

of meld<strong>in</strong>g de gegevens van slachtoffers, maar ook<br />

van eventuele betrokkenen of getuigen doorgeeft aan<br />

Slachtofferhulp Nederland. Die benadert slachtoffers<br />

actief met <strong>in</strong>formatie, advies en een aanbod voor juridische,<br />

praktische en emotionele ondersteun<strong>in</strong>g. Deze procedure<br />

geldt overigens bij aangifte of meld<strong>in</strong>g van zwaardere<br />

delicten; vandalisme, eenvoudige diefstal en andere<br />

low impact crimes vallen niet daaronder. Slachtoffers<br />

kunnen uiteraard ook zelf contact opnemen met<br />

Slachtofferhulp Nederland, maar dat gebeurt niet veel. 12<br />

Informatie over de<br />

2<br />

juridische kanten van<br />

<strong>het</strong> misdrijf,<br />

Een mogelijke verklar<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> relatief lage aantal aanmeld<strong>in</strong>gen<br />

bij Slachtofferhulp Nederland kan dus zijn dat<br />

Anders, namelijk 3% 0% 1,5%<br />

bijvoorbeeld over <strong>het</strong><br />

strafproces<br />

74 <strong>het</strong> <strong>in</strong> veel gevallen om een low impact crime g<strong>in</strong>g, of dat<br />

75<br />

Hulp bij <strong>het</strong> vergoed<br />

2<br />

krijgen van mijn<br />

betrokkenen <strong>het</strong> aanbod van Slachtofferhulp Nederland<br />

schade<br />

hebben afgeslagen. Zoals uit de <strong>in</strong>terviews <strong>in</strong> deel 3 naar<br />

voren komt hebben jongeren vaak nauwelijks een beeld<br />

Een medewerker is<br />

-<br />

meegegaan naar<br />

van wat Slachtofferhulp Nederland voor hen kan betekenen<br />

afstand en beide groepen respondenten hechten hier<br />

6.7 ALGEMENE PERSPECTIEVEN OP<br />

rechtszitt<strong>in</strong>g om<br />

en wat <strong>het</strong> nut is van de aangeboden hulp. Om een <strong>in</strong>druk<br />

ongeveer evenveel belang aan. Meegaan naar de rechtszitt<strong>in</strong>g<br />

is een vorm van ondersteun<strong>in</strong>g die niet-slachtoffers CRIMINALITEIT EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

uitleg te geven<br />

te krijgen van wat jongeren v<strong>in</strong>den dat Slachtofferhulp<br />

Hulp bij <strong>het</strong> opstellen<br />

2 Nederland <strong>in</strong> ieder geval voor slachtoffers zou moeten<br />

belangrijker v<strong>in</strong>den dan slachtoffers, maar ook dat verschil<br />

van een<br />

doen, vroegen we ze te kiezen uit een aantal vormen van<br />

is we<strong>in</strong>ig significant. 14 Ongeveer een derde van de respondenten<br />

v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> belangrijk dat Slachtofferhulp Nederland<br />

slachtofferverklar<strong>in</strong>g<br />

ondersteun<strong>in</strong>g. Gemiddeld kozen de respondenten er drie<br />

- (zie tabel 15 op de volgende pag<strong>in</strong>a).<br />

lotgenotencontact organiseert.<br />

De mogelijkheid om<br />

met lotgenoten <strong>in</strong><br />

contact te komen<br />

Het lage aantal is deels te verklaren door <strong>het</strong> feit dat onder<br />

de gerapporteerde slachtofferervar<strong>in</strong>gen ook niet-strafbare<br />

feiten zullen zitten, zoals pesten op school of discrim<strong>in</strong>atie<br />

vanwege uiterlijk. Maar 131 slachtoffers (42% van <strong>het</strong><br />

totale aantal respondenten dat een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

meldt) hebben <strong>in</strong> <strong>het</strong> onderzoek aangegeven dat aangifte<br />

Het bieden van een luisterend oor en emotionele ondersteun<strong>in</strong>g<br />

voert de lijst overtuigend aan. Informatie geven<br />

over de psychische gevolgen van een misdrijf <strong>in</strong>clusief tips<br />

over de verwerk<strong>in</strong>g staat op de tweede plaats. Niet-slachtoffers<br />

hechten hier meer belang aan dan slachtoffers,<br />

maar <strong>het</strong> verschil is nauwelijks significant. 13<br />

Ondersteun<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> verhalen van schade en <strong>in</strong>formatie<br />

over de juridische kanten van <strong>het</strong> misdrijf volgen op enige<br />

TABEL 15 TAKEN VAN SLACHTOFFERHULP NEDERLAND – SLACHTOFFERS EN NIET SLACHTOFFERS<br />

ondersteun<strong>in</strong>g Slachtofferhulp Nederland slachtoffers niet-slachtoffers gemiddeld<br />

Een luisterend oor bieden en emotionele steun geven 79% 78% 78,5%<br />

Informatie geven over de psychische gevolgen van een misdrijf<br />

en tips hoe je daarmee om kunt gaan<br />

Slachtoffers helpen om eventuele schade die ze hebben<br />

opgelopen vergoed te krijgen<br />

Informatie geven over de juridische kanten van <strong>het</strong> misdrijf,<br />

bijvoorbeeld over <strong>het</strong> strafproces<br />

Meegaan met slachtoffers naar de rechtszitt<strong>in</strong>g om uitleg te<br />

geven<br />

Lotgenotengroepen organiseren voor slachtoffers die <strong>het</strong>zelfde<br />

hebben meegemaakt<br />

Een enkel<strong>in</strong>g heeft gekozen voor de optie ‘anders, namelijk’<br />

en soms een toelicht<strong>in</strong>g gegeven, <strong>in</strong> de trant van:<br />

“Er gewoon voor je zijn, en afleid<strong>in</strong>g bieden waar nodig.<br />

Misschien ook helpen met <strong>het</strong> opzetten van je leven na de<br />

gebeurtenis.”<br />

“Het slachtoffer bieden wat hij of zij nodig heeft.”<br />

“Zorgen dat mensen van hun trauma afkomen.”<br />

46% 60% 53%<br />

44% 46% 45%<br />

41% 46% 43,5%<br />

28% 38% 33%<br />

32% 36% 34%<br />

Ten slotte wilden we verkennen hoe jongeren <strong>in</strong> algemene<br />

z<strong>in</strong> denken over victimisatie en slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />

van anderen. Ten eerste waren we benieuwd <strong>in</strong> welke<br />

mate jongeren bepaalde gebeurtenissen en handel<strong>in</strong>gen<br />

beschouwen als een misdrijf. Anders gezegd: wat v<strong>in</strong>den<br />

zij strafbaar en waarvan zouden ze aangifte doen bij de<br />

politie? Daarnaast hebben we de respondenten twee<br />

cases voorgelegd over jongeren die slachtoffer worden<br />

van respectievelijk een berov<strong>in</strong>g en grensoverschrijdend<br />

seksueel gedrag op <strong>in</strong>ternet.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

Wat betreft de ideeën over strafbare feiten en of je daarvan<br />

aangifte zou moeten doen, ontlopen de antwoorden<br />

van slachtoffers en niet-slachtoffers elkaar we<strong>in</strong>ig. Het<br />

meest uitgesproken zijn respondenten over mishandeld<br />

worden op straat na een avondje stappen en de diefstal<br />

van een fiets uit de voortu<strong>in</strong>. Niet-slachtoffers zijn meer<br />

geneigd dit als strafbaar te beschouwen; <strong>het</strong> verschil is<br />

nauwelijks significant. 15 Een mishandel<strong>in</strong>g op <strong>het</strong> schoolple<strong>in</strong><br />

kan bij een ruime meerderheid strafrechtelijk ook<br />

niet door de beugel, net als discrim<strong>in</strong>atie bij de <strong>in</strong>gang<br />

van de discotheek op grond van huidskleur of afkomst.<br />

Opvallend is dat ongeveer driekwart van de respondenten<br />

<strong>het</strong> een strafbaar (en aangiftewaardig) feit v<strong>in</strong>dt als ze<br />

door een ouder <strong>in</strong> <strong>het</strong> gezicht worden geslagen. Dat<br />

JE WORDT NA EEN AVONDJE STAPPEN OP STRAAT DOOR<br />

EEN ONBEKENDE GESLAGEN<br />

EEN EX STUURT INTIEME FOTO’S VAN JOU ROND AAN VRIENDEN<br />

JE WORDT IN ELKAAR GESLAGEN OP HET SCHOOLPLEIN<br />

JE LERAAR ZEGT DAT JE ER MOOI UIT ZIET EN GEEFT JE EEN ZOEN<br />

JE FIETS WORDT GESTOLEN UIT DE VOORTUIN<br />

TIJDENS EEN FEESTJE WORDT JE TEGEN JE WIL DOOR EEN VAN DE<br />

AANWEZIGEN BETAST EN GEZOEND<br />

JE WORDT DOOR EEN VAN JE OUDERS IN JE GEZICHT GESLAGEN<br />

JE WORDT DOOR EEN KLASGENOOT GEPEST VANWEGE JE UITERLIJK<br />

JE VERKOOPT VIA MARKTPLAATS EEN PAAR SCHOENEN DIE JE NIET MEER<br />

DRAAGT, MAAR KRIJGT HET GELD NOOIT GESTORT<br />

JE WORDT NIET TOEGELATEN IN EEN DISCOTHEEK VANWEGE<br />

JE HUIDSKLEUR/AFKOMST<br />

IEMAND BOTST PER ONGELUK TEGEN JE AAN OP STRAAT,<br />

WAARDOOR JE TELEFOON STUKVALT<br />

wordt duidelijk niet als een (aanvaardbare) pedagogische<br />

tik beschouwd. De situatie dat een docent grensoverschrijdend<br />

gedrag vertoont door een leerl<strong>in</strong>g te zoenen<br />

wordt door een meerderheid als strafbaar gezien, maar<br />

<strong>het</strong> percentage ligt al wat lager. Slachtoffers lijken dit<br />

meer dan niet-slachtoffers als strafbaar gedrag te zien,<br />

maar een nadere analyse wijst uit dat dat verschil niet<br />

significant is. Oplicht<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> handelen op Marktplaats is<br />

dan wel weer voor een meerderheid een strafbaar feit<br />

waarbij aangifte aan de orde is, hoewel ongeveer 40%<br />

dat niet zo ziet. Misschien beschouwen ze <strong>het</strong> als een <strong>in</strong><br />

te calculeren risico. Pesten en een ongelukje waarbij <strong>het</strong><br />

‘slachtoffer’ schade oploopt worden maar door we<strong>in</strong>ig<br />

respondenten als strafbaar beschouwd.<br />

NIET-SLACHTOFFERS<br />

SLACHTOFFERS<br />

0% 25% 50% 75% 100%<br />

Uit grafiek 6 blijkt dat een groot deel van de ondervraagde<br />

jongeren een behoorlijk adequate perceptie heeft van wat<br />

strafbaar is en wat niet, en waarvoor zij <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe aangifte<br />

zouden doen. De vraag is: als puntje bij paaltje komt,<br />

zouden zij dan ook handelen conform deze perceptie?<br />

Zoals eerder <strong>in</strong> dit deel aan de orde kwam, laten jongeren<br />

hun daadwerkelijke handelen vooral afhangen van de<br />

omstandigheden (zwaarte van <strong>het</strong> delict), de impact die<br />

<strong>het</strong> op hen heeft en de verwacht<strong>in</strong>gen omtrent de<br />

opbrengst van hun handelen.<br />

TABEL 16 STELLINGEN<br />

VERANTWOORDELIJKHEID EN IMPACT<br />

stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />

Mitchel had misschien andere keuzes moeten maken, maar deze<br />

gebeurtenis is niet zijn eigen schuld<br />

(helemaal) oneens 15% 13%<br />

neutraal 22% 18%<br />

(helemaal) eens 64% 70%<br />

Ik zou goed begrijpen als Mitchel erg van slag is door deze<br />

gebeurtenis<br />

Als laatste item komen de twee cases aan bod aan de hand<br />

waarvan de respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

(helemaal) oneens 6% 4%<br />

(N=318) en de respondenten zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

(N=250) een serie stell<strong>in</strong>gen hebben beoordeeld.<br />

neutraal 14% 10%<br />

(helemaal) eens 80% 87%<br />

GRAFIEK 6 STRAFBAAR FEIT EN AANGIFTE DOEN – SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />

Het is Mitchel zijn eigen schuld dat hij dit heeft meegemaakt, hij<br />

76 had niet alleen naar huis moeten fietsen<br />

77<br />

Casus 1 Een berov<strong>in</strong>g op straat<br />

Mitchel (16 jaar) fietst terug nadat hij was wezen<br />

stappen <strong>in</strong> de b<strong>in</strong>nenstad. Hij fietst alleen naar<br />

huis omdat hij langer is gebleven dan de rest<br />

van zijn vrienden, ondanks dat zijn ouders dit<br />

hebben verboden. Halverwege de fietstocht<br />

wordt hij tegengehouden door drie jongens.<br />

Hij kent ze van gezicht, ze zitten een klas hoger<br />

bij hem op school. Onder bedreig<strong>in</strong>g van een<br />

mes moet hij zijn geld en telefoon afgeven. Ze<br />

zeggen tegen hem: ‘‘We weten wie je bent en<br />

waar je woont, waag <strong>het</strong> niet om iemand iets te<br />

vertellen!” Er is niemand <strong>in</strong> de buurt om hem te<br />

helpen.<br />

De eerste serie van drie stell<strong>in</strong>gen peilt ideeën over verantwoordelijkheid<br />

voor <strong>het</strong> gebeurde en de mate van<br />

begrip voor wat zo’n gebeurtenis teweegbrengt bij <strong>het</strong><br />

slachtoffer.<br />

(helemaal) oneens 59% 64%<br />

neutraal 28% 24%<br />

(helemaal) eens 12% 12%<br />

Uit de antwoorden op de eerste en derde stell<strong>in</strong>g blijkt<br />

dat de meeste respondenten <strong>het</strong> (met de kennis van nu)<br />

wijs hadden gevonden als Mitchel eerder andere keuzes<br />

had gemaakt. Dat doet denken aan een van de cop<strong>in</strong>gmechanismen<br />

die werd beschreven <strong>in</strong> hoofdstuk 4,<br />

namelijk <strong>het</strong> bedenken van alternatieve scenario’s voor<br />

de gebeurtenis. De geënquêteerde jongeren zien wel<br />

een bepaalde verantwoordelijkheid om (<strong>het</strong> risico) op<br />

slachtofferschap te vermijden, maar victim blam<strong>in</strong>g lijkt<br />

niet aan de orde. Want de meerderheid – niet-slachtoffers<br />

meer dan slachtoffers – legt de schuld voor <strong>het</strong> gebeurde<br />

niet bij Mitchel. Dat doet 12% wel. De verschillen <strong>in</strong> de<br />

antwoorden op de drie stell<strong>in</strong>gen zijn overigens niet<br />

significant gebleken na nadere statistische analyse. 16


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

In de volgende serie stell<strong>in</strong>gen gaat <strong>het</strong> over de vraag aan<br />

wie respondenten zouden melden wat er was gebeurd als<br />

ze <strong>in</strong> de schoenen van Mitchel stonden. Een ruime meerderheid<br />

is van men<strong>in</strong>g dat de berov<strong>in</strong>g een strafbaar feit is<br />

en zou <strong>het</strong> <strong>in</strong> ieder geval bij zijn ouders melden. M<strong>in</strong>der<br />

dan de helft zou direct naar de politie stappen, maar voor<br />

de meeste jongeren is de bedreig<strong>in</strong>g van de daders geen<br />

reden om niet naar de politie te stappen.<br />

Ook hier liggen de antwoorden van slachtoffers en<br />

niet-slachtoffers niet ver uit elkaar, nadere statistische<br />

analyse heeft geen significante verschillen aan <strong>het</strong> licht<br />

gebracht.<br />

De tweede casus beschrijft een meer ambigue situatie,<br />

namelijk van <strong>het</strong> uitlokken van grensoverschrijdend<br />

seksueel gedrag op <strong>in</strong>ternet.<br />

kunnen uitdraaien op sext<strong>in</strong>g als de jongen <strong>in</strong> kwestie de<br />

met tegenz<strong>in</strong> gestuurde plaatjes met anderen deelt en ze<br />

via hen steeds verder verspreid raken. De vraag of er iets<br />

strafbaars is gebeurd, is nog niet goed te beantwoorden,<br />

Anne heeft zich echter wel onder druk laten zetten om<br />

haar grenzen te overschrijden.<br />

TABEL 18 STELLINGEN CASUS 2<br />

Hoe <strong>in</strong>terpreteren jongeren deze gebeurtenis? Zien ze<br />

deze als (potentieel) strafbaar of niet? In hoeverre is de<br />

situatie Anne’s schuld? Welke gevoelens spelen een rol?<br />

Hiervoor zijn vijf stell<strong>in</strong>gen aan de respondenten voorgelegd<br />

met <strong>het</strong> verzoek aan te geven <strong>in</strong> hoeverre zij <strong>het</strong><br />

hiermee oneens of eens waren.<br />

TABEL 17 ALS IK MITCHEL WAS DAN…<br />

stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />

(helemaal) oneens 74% 79%<br />

neutraal 18% 14%<br />

(helemaal) eens 8% 8%<br />

Casus 2 Grensoverschrijdend<br />

seksueel gedrag op <strong>in</strong>ternet<br />

Ik zou geen aangifte doen tegen de jongens, omdat ze me zouden<br />

weten te v<strong>in</strong>den<br />

Anne (15 jaar) heeft op <strong>in</strong>ternet s<strong>in</strong>ds een paar<br />

maanden contact met een jongen van 19 jaar.<br />

neutraal<br />

(helemaal) eens<br />

33%<br />

46%<br />

28%<br />

56%<br />

Ze heeft hem ontmoet via een chatroom en<br />

(helemaal) oneens 57% 65%<br />

Ik zou niet willen dat mijn ouders contact opnemen met de politie, ik zou me schamen<br />

78 kent hem alleen van <strong>in</strong>ternet, ze heeft hem nog<br />

79<br />

neutraal 26% 20%<br />

nooit <strong>in</strong> <strong>het</strong> echt gezien. Anne voelt zich op<br />

(helemaal) oneens 34% 37%<br />

(helemaal) eens 17% 15%<br />

haar gemak bij deze jongen en vertelt tegen<br />

neutraal 31% 35%<br />

Ik had gelijk de politie gebeld om <strong>het</strong> te melden<br />

haar vriend<strong>in</strong>nen dat ze verliefd is. Maar na een<br />

tijdje beg<strong>in</strong>t hij steeds vaker d<strong>in</strong>gen aan haar te<br />

(helemaal) eens 35% 28%<br />

(helemaal) oneens 24% 25%<br />

vragen die zij niet prettig v<strong>in</strong>dt, bijvoorbeeld of<br />

Als je verliefd bent, is <strong>het</strong> geen strafbaar feit als iemand zoiets aan je vraagt<br />

neutraal 31% 32%<br />

zij foto’s wil sturen waarop ze naakt poseert. Als<br />

(helemaal) oneens 58% 65%<br />

(helemaal) eens 44% 43%<br />

ze dat niet doet, wordt hij geïrriteerd en praat<br />

een aantal dagen niet tegen haar. Uite<strong>in</strong>delijk<br />

neutraal 28% 25%<br />

Ik zou <strong>het</strong> tegen mijn ouders zeggen<br />

heeft Anne toegegeven en een aantal foto’s<br />

(helemaal) eens 14% 10%<br />

(helemaal) oneens 10% 8%<br />

waar ze naakt op staat, naar hem gestuurd.<br />

Ik zou <strong>het</strong> goed begrijpen dat Anne met iemand hierover zou willen praten<br />

neutraal 16% 13%<br />

Haar ouders komen erachter en zijn ontzettend<br />

geschrokken. Ze besluiten contact op te nemen<br />

(helemaal) oneens 9% 8%<br />

(helemaal) eens 74% 79%<br />

met de politie.<br />

neutraal 25% 21%<br />

Ik zou geen aangifte doen tegen de jongens, omdat er geen sprake<br />

is van een strafbaar feit<br />

(helemaal) eens 66% 72%<br />

De beschreven situatie zou een geval kunnen zijn van<br />

groom<strong>in</strong>g (<strong>het</strong> manipuleren van m<strong>in</strong>derjarigen met een<br />

seksueel doel). Want hoe weet Anne zeker dat haar chatvriend<br />

<strong>in</strong>derdaad een 19-jarige jongen is? De situatie zou<br />

stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />

Anne had andere keuzes moeten maken, deze gebeurtenis is haar eigen schuld<br />

(helemaal) oneens 21% 16%<br />

Zolang er niets met de foto’s wordt gedaan door deze jongen (zoals ze openbaar maken), is er niets aan de hand<br />

(helemaal) oneens 45% 50%<br />

neutraal 31% 30%<br />

(helemaal) eens 24% 19%


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

Ongeveer de helft van de respondenten v<strong>in</strong>dt dat Anne<br />

de situatie over zichzelf heeft afgeroepen en leggen de<br />

schuld bij haar neer. Respondenten zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

zijn daar iets uitgesprokener <strong>in</strong>, maar <strong>het</strong> verschil is<br />

niet significant. Wat opvalt is dat desondanks nogal wat<br />

jongeren van men<strong>in</strong>g zijn dat er wel degelijk grenzen zijn<br />

overschreden, gezien <strong>het</strong> feit dat tussen de 45 en 65% <strong>het</strong><br />

niet eens is met de derde en vijfde stell<strong>in</strong>g. Voor ongeveer<br />

een derde van de jongeren is schaamte een reden om<br />

contact met de politie over <strong>het</strong> gebeurde te vermijden.<br />

Ruim tweederde van de jongeren (h)erkent de behoefte<br />

van Anne om met iemand over de situatie te praten.<br />

Hoe zouden de respondenten zelf gehandeld hebben <strong>in</strong><br />

Annes geval? Daarop konden ze antwoorden door uit de<br />

stell<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de volgende tabel maximaal drie stell<strong>in</strong>gen te<br />

kiezen; ze kozen er gemiddeld twee. Ruim driekwart van<br />

de jongeren geeft aan dat ze <strong>in</strong> een vergelijkbare situatie<br />

nooit foto’s van zichzelf zouden sturen. Blijkbaar herkennen<br />

ze wel de risico’s van dit soort <strong>in</strong>ternetcontacten: is de<br />

persoon met wie je contact hebt degene die hij of zij voorgeeft<br />

te zijn en wat zijn diens (werkelijke) <strong>in</strong>tenties? Maar<br />

ook een bekende kan misbruik maken van <strong>het</strong> <strong>in</strong> hem/<br />

haar gestelde vertrouwen.<br />

Een behoorlijk aantal jongeren (38%) zou <strong>in</strong> zo’n geval zelf<br />

proberen te voorkomen dat de situatie ongewenste gevolgen<br />

krijgt door de chatvriend ervan te overtuigen de foto’s<br />

niet verder te verspreiden. Zoals op verschillende plaatsen<br />

<strong>in</strong> dit boek aan de orde komt, hebben jongeren sterk de<br />

neig<strong>in</strong>g om problemen zelf te willen oplossen. Dat past<br />

bij hun streven naar onafhankelijkheid, maar kan ook te<br />

maken hebben met gevoelens als schuld of schaamte.<br />

Dat is voor 38% van de jongeren een reden om <strong>het</strong> voorval<br />

niet met hun ouders te willen bespreken. Ongeveer<br />

een vijfde zou <strong>het</strong> wel met vrienden/vriend<strong>in</strong>nen willen<br />

bespreken. De jongeren die de optie ‘anders, namelijk’<br />

hebben gekozen, geven soms een toelicht<strong>in</strong>g. Een aantal<br />

geeft aan <strong>het</strong> juist wel met hun ouders te bespreken.<br />

Verder noemen verscheidene respondenten dat zij de<br />

chatvriend zouden dreigen met aangifte bij de politie als<br />

hij de foto’s zou verspreiden. Anderen geven aan <strong>in</strong> de<br />

eerste plaats al nooit foto’s te zullen sturen, al maakt een<br />

enkel<strong>in</strong>g wel een nuance.<br />

TABEL 19 ALS IK ANNE WAS DAN … SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />

stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />

Boos worden op mijn ouders omdat ze een aangifte willen doen, omdat <strong>het</strong> mijn vriendje is 11% 8%<br />

Ik zou niet met mijn ouders hierover willen praten, omdat ik me schaam 38% 32%<br />

Ik zou de jongen overtuigen dat hij de foto’s niet moet verspreiden 38% 32%<br />

Ik had nooit zulke foto’s naar iemand hebben gestuurd die ik nog nooit heb ontmoet 77% 82%<br />

Ik zou de gebeurtenis bespreken met mijn vrienden/vriend<strong>in</strong>nen 20% 22%<br />

Anders, namelijk: 5% 3%<br />

“Ik zou <strong>het</strong> denk ik pas bespreekbaar durven maken als <strong>het</strong><br />

al te laat is, en de foto’s al verspreid zijn, dus dan is <strong>het</strong><br />

eigenlijk al te laat. Maar nu op dit moment zou ik dat soort<br />

foto’s gewoon niet meer sturen. Maar dit meisje is 15, en als<br />

ik kijk naar mijzelf van toen..... Zeg nooit nooit!”<br />

6.8 TOT BESLUIT<br />

In grote lijnen bevestigt dit panelonderzoek een aantal<br />

bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen uit ander onderzoek van onder meer<br />

Vynckier. Veel jongeren hebben een of verschillende<br />

slachtofferervar<strong>in</strong>gen meegemaakt. Dat roept vooral<br />

angst op, maar ook boosheid en verdriet en <strong>in</strong> m<strong>in</strong>dere<br />

mate gevoelens van wraak, schaamte, eenzaamheid of<br />

spijt. Aangifte doen jongeren niet zo snel; vooral omdat<br />

ze <strong>het</strong> gebeurde daarvoor niet ernstig genoeg v<strong>in</strong>den of<br />

omdat ze niet zo veel fiducie hebben <strong>in</strong> de opspor<strong>in</strong>g en<br />

berecht<strong>in</strong>g. Toch v<strong>in</strong>den heel wat jongeren dat als je een<br />

misdrijf overkomt, je wel aangifte zou moeten doen. En <strong>in</strong><br />

meerderheid hebben ze wel een idee van wat strafbaar is<br />

en wat niet. Het bestraffen van de dader is <strong>het</strong> belangrijkste<br />

motief om eventueel aangifte te doen. Angst voor<br />

negatieve reacties vanuit hun vriendenkr<strong>in</strong>g of represailles<br />

van de dader spelen nauwelijks een rol <strong>in</strong> de overweg<strong>in</strong>g<br />

al dan niet aangifte te doen.<br />

De jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g geven aan vooral<br />

behoefte te hebben aan emotionele steun. Die zoeken en<br />

v<strong>in</strong>den ze met name <strong>in</strong> hun directe omgev<strong>in</strong>g, bij hun<br />

ouders en vrienden. Een luisterend oor, erover kunnen<br />

praten, dat wordt veel genoemd. Al geeft een redelijk<br />

grote groep aan <strong>het</strong> ook wel lastig te v<strong>in</strong>den om erover te<br />

praten. Op <strong>in</strong>stitutionele vormen van hulp als huisarts,<br />

psycholoog of Slachtofferhulp Nederland wordt niet veel<br />

een beroep gedaan. Op de vraag waarom ze geen hulp<br />

hebben gezocht of zouden zoeken, antwoorden jongeren<br />

met een slachtofferervar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> meerderheid dat ze dat<br />

voor zichzelf niet nodig vonden. Voor niet-slachtoffers is<br />

de belangrijkste reden dat ze niet zouden weten bij welke<br />

<strong>in</strong>stantie aan te kloppen.<br />

Van de respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g is maar<br />

een heel kle<strong>in</strong> deel bij Slachtofferhulp Nederland terechtgekomen.<br />

Beide groepen respondenten, slachtoffers en<br />

niet-slachtoffers, zijn tamelijk eensgez<strong>in</strong>d over de vraag<br />

welke hulp de organisatie <strong>in</strong> ieder geval zou moeten bieden.<br />

Allereerst is dat emotionele steun en een luisterend<br />

oor, gevolgd door <strong>in</strong>formatie over de psychosociale gevolgen<br />

en tips voor de verwerk<strong>in</strong>g van de gebeurtenis, hulp<br />

bij <strong>het</strong> vergoed krijgen van de schade en <strong>in</strong>formatie over<br />

de juridische gevolgen van de gebeurtenis, waaronder de<br />

strafprocedure. Er is ook gevraagd op welke manier de<br />

deelnemers aan <strong>het</strong> onderzoek <strong>het</strong> liefst hulp zouden<br />

ontvangen. Dan is er bij een meerderheid een voorkeur<br />

voor face-to-facecontact, terwijl slachtoffers meer dan<br />

niet-slachtoffers de voorkeur geven aan ondersteun<strong>in</strong>g<br />

via digitale kanalen, zoals sociale media en e-mail.<br />

80 81<br />

Verder hebben beide groepen respondenten aan de hand<br />

van twee cases een aantal stell<strong>in</strong>gen beoordeeld. In <strong>het</strong><br />

geval van een berov<strong>in</strong>g op straat van een jongen die<br />

tegen de afspraak met zijn ouders <strong>in</strong> alleen naar huis is<br />

gefietst na een avondje uit, v<strong>in</strong>den beide groepen dat <strong>het</strong><br />

slachtoffer weliswaar andere keuzes had moeten maken,<br />

maar dat de berov<strong>in</strong>g niet zijn schuld is. Waren zij zelf<br />

slachtoffer van een berov<strong>in</strong>g geworden, dan had een<br />

meerderheid <strong>het</strong> <strong>in</strong> ieder geval met zijn ouders besproken<br />

en ongeveer de helft zou ook aangifte doen, ondanks <strong>het</strong><br />

dreigement van de daders. De tweede casus beschreef <strong>het</strong><br />

geval van een meisje dat zich tegen haar z<strong>in</strong> laat overhalen<br />

om naaktfoto’s te sturen naar haar onbekende chatvriendje.<br />

Nu v<strong>in</strong>dt een meerderheid van de respondenten<br />

dat <strong>het</strong> ‘slachtoffer’ wel degelijk iets te verwijten valt.<br />

Veruit de meerderheid geeft aan zich <strong>in</strong> die situatie niet te<br />

hebben laten overhalen om naaktfoto’s te sturen. Het is<br />

een situatie waarvan heel wat jongeren <strong>het</strong> lastig zouden


GRENZEN IN HET GEDING<br />

JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />

v<strong>in</strong>den om die met hun ouders te bespreken, laat staan<br />

aangifte te doen. Ook al is er aantoonbaar nog niets strafbaars<br />

(zoals sext<strong>in</strong>g of groom<strong>in</strong>g) gebeurd, voor veel jongeren<br />

zijn er toch wel grenzen overschreden en herkennen<br />

zij blijkbaar de risico’s van seksueel get<strong>in</strong>te onl<strong>in</strong>e uitwissel<strong>in</strong>g<br />

met iemand die je <strong>in</strong> feite niet kent.<br />

Hier en daar zijn er significante verschillen tussen de<br />

antwoorden van slachtoffers en niet-slachtoffers, maar die<br />

significantie is steeds zwak. Dat betekent dat de slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

geen goede verklar<strong>in</strong>g vormt voor die<br />

verschillen.<br />

In <strong>het</strong> volgende deel worden enkele van deze thema’s<br />

verder uitgediept aan de hand van <strong>in</strong>terviews met jonge<br />

slachtoffers en volwassenen die met en voor jongeren<br />

werken <strong>in</strong> de justitiële sector, hulpverlen<strong>in</strong>g, onderwijs en<br />

onderzoekswereld.<br />

noten<br />

1.<br />

Er is gebruikgemaakt van <strong>het</strong> panel van Panelclix.<br />

2.<br />

De <strong>in</strong>druk bestaat dat deze categorie door jongeren breed geïnterpreteerd is,<br />

uit open antwoorden viel op te maken dat jongeren die gepest worden<br />

vanwege hun uiterlijk (anders dan huidskleur) dat ook als discrim<strong>in</strong>atie<br />

ervaren.<br />

3.<br />

Van de verschillende categorieën is geen (strafrechtelijke) def<strong>in</strong>itie gegeven,<br />

maar er zijn voorbeelden genoemd van <strong>in</strong>cidenten die <strong>in</strong> deze categorie<br />

vallen. Er is verder geen onderscheid gemaakt naar ernst van de gebeurtenis.<br />

Zo omvat de categorie verkeersongevallen relatief lichte aanrijd<strong>in</strong>gen waarbij<br />

alleen fiets of auto werd beschadigd, tot ongevallen met zwaar letsel<br />

4.<br />

X2= 43.59, p= 0.000, Cramer’s v = 0.28<br />

5.<br />

In alle gevallen blijft Cramer’s v < 0.2, bij p = 0.02<br />

6.<br />

X2= 63,43, p= 0.00, Cramer’s v = 0.45<br />

7.<br />

Cramer’s v < 0.2, p = 0,02<br />

8.<br />

Deze categorie omvat ook de respondenten die aangeven dat hun ouders<br />

aangifte hebben gedaan.<br />

9.<br />

Sommige percentages tellen niet op tot 100% <strong>in</strong> verband met afrond<strong>in</strong>gsfouten<br />

en omdat enkele respondenten de vraag niet volledig hebben beantwoord.<br />

10.<br />

X2= 42.18 p= 0.00, Cramer’s v = .28<br />

11.<br />

X2=18.67, p=.01, Cramer’s v = 0.18<br />

12.<br />

De cijfers over de afgelopen jaren leren dat ongeveer 10% van de slachtoffers<br />

waarmee Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong> contact komt, zelf <strong>het</strong> <strong>in</strong>itiatief daartoe<br />

hebben genomen.<br />

13.<br />

X2= 11.70, p= 0.01, Cramer’s v = 0.15<br />

14.<br />

X2= 6.03, p= 0.02, Cramer’s v = 0.11<br />

15.<br />

X2= 4.0, p= 0.05, Cramer’s v = 0.09<br />

16.<br />

Volgens een Chikwadraattoets<br />

82 83


Deel 3<br />

Verhalen uit<br />

de praktijk<br />

Interviews<br />

“Als je iets wilt met jongeren, moet je vragen wat<br />

zij willen.” Dat is <strong>het</strong> motto van communicatiedeskundige<br />

André Merlijn die <strong>in</strong> dit deel van <strong>het</strong><br />

boek zijn verhaal doet. Een soortgelijk uitgangspunt<br />

hebben we ook gehad bij <strong>het</strong> houden van<br />

deze <strong>in</strong>terviews. Wil je weten hoe jongeren<br />

slachtofferschap <strong>in</strong> de praktijk beleven en<br />

betekenis geven? En wil je weten welke ideeën<br />

volwassenen die veel met en voor jongeren<br />

werken hierover hebben? Dan kun je ze <strong>het</strong> beste<br />

zelf aan <strong>het</strong> woord laten. Dat heeft geresulteerd<br />

<strong>in</strong> een serie zeer uiteenlopende verhalen.<br />

Vijf van deze verhalen zijn van jongeren die<br />

zelf slachtoffer zijn geworden van een delict,<br />

variërend van misbruik en geweld tot diefstal,<br />

stalk<strong>in</strong>g en een overval. Een officier van justitie<br />

vertelt over de speciale positie die jongeren <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> strafrecht <strong>in</strong>nemen, hoewel dat meer voor<br />

jonge daders dan voor jonge slachtoffers geldt.<br />

Drie jeugdagenten laten zien hoe zij op <strong>het</strong><br />

snijvlak van zorg en strafrecht proberen te<br />

voorkomen dat jongeren serieus uit de bocht<br />

vliegen. Hun ervar<strong>in</strong>g is dat slachtofferschap en<br />

daderschap vaak <strong>in</strong> elkaars verlengde liggen.<br />

In de literatuur worden scholen vaak beschouwd<br />

als een plaats met verhoogd risico op slachtofferschap<br />

voor jongeren, maar twee mbo-docenten<br />

weten daar de nodige nuancer<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aan te<br />

brengen. Een <strong>in</strong>ternationale expert op <strong>het</strong> gebied<br />

van slachtofferondersteun<strong>in</strong>g aan jongeren<br />

beschrijft reacties van jongeren op <strong>in</strong>grijpende<br />

gebeurtenissen en geeft adviezen over adequate<br />

ondersteun<strong>in</strong>g. De hierboven genoemde<br />

communicatiedeskundige gaat <strong>in</strong> op de do’s<br />

en don’ts van de communicatie met jongeren en<br />

hoe die beter bereikt kunnen worden.<br />

Een hoogleraar sociologie geeft uitleg over<br />

groepsprocessen <strong>in</strong> relatie tot pesten en andere<br />

vormen van slachtofferschap. Daarnaast delen<br />

drie medewerkers van Slachtofferhulp Nederland<br />

hun ervar<strong>in</strong>gen met <strong>het</strong> ondersteunen van jonge<br />

slachtoffers.<br />

84 85<br />

Zoals gezegd: zeer uiteenlopende verhalen van<br />

zeer betrokken mensen. Waar ook weer allerlei<br />

rode draden <strong>in</strong> zijn te ontdekken, en<br />

herkenn<strong>in</strong>gspunten met wat <strong>in</strong> de voorgaande<br />

twee delen aan de orde kwam.


Ik wil niet dat<br />

anderen alles<br />

voor me regelen<br />

N<strong>in</strong>a (16) wil als jongvolwassene<br />

behandeld worden<br />

INTERVIEW<br />

86 87<br />

“Ze achtervolgt me als mijn eigen schaduw.”<br />

Dat is de situatie waar<strong>in</strong> N<strong>in</strong>a 1 (16) een jaar<br />

geleden verzeild raakte. S<strong>in</strong>ds die tijd wordt ze<br />

belaagd door de moeder van een vriend<strong>in</strong>,<br />

via sociale media, anonieme briefjes, openlijke<br />

scheldpartijen en confrontaties. Het aanhoudende<br />

getreiter heeft haar leven danig op zijn kop gezet<br />

en ze onderv<strong>in</strong>dt daar dagelijks de gevolgen<br />

van. “Het is warrig <strong>in</strong> mijn hoofd. Ze tikt mij l<strong>in</strong>ks<br />

en rechts van mijn pad af en daardoor kan ik <strong>het</strong><br />

niet meer overzien. Je hebt <strong>het</strong> gevoel dat elke<br />

stap die je doet verkeerd is”, zo beschrijft N<strong>in</strong>a<br />

haar gemoed. Haar ouders hebben na lang<br />

aarzelen aangifte gedaan bij de politie en N<strong>in</strong>a<br />

heeft – op eigen <strong>in</strong>itiatief – hulp gezocht bij een<br />

psychiater.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

De blonde havo-scholiere ziet er moe uit als ze aan de<br />

keukentafel van <strong>het</strong> ouderlijk huis haar verhaal vertelt. Af<br />

en toe gaapt ze. “Sorry hoor, maar ik heb de hele week al<br />

slecht geslapen.” Hoe raakt een tiener, die met haar ouders<br />

en broertje <strong>in</strong> een rustige plattelandsgemeente woont, <strong>in</strong><br />

zo’n situatie verzeild? Omdat ze haar vriend<strong>in</strong> Sanne wilde<br />

helpen, legt N<strong>in</strong>a uit. Bij Sanne was de situatie <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

ouderlijk huis zo onhoudbaar geworden dat N<strong>in</strong>a besloot<br />

haar vriend<strong>in</strong> mee naar huis te nemen. Het zou voor een<br />

weekje zijn. Maar dat weekje veranderde <strong>in</strong> onbepaalde<br />

tijd. De problemen waren van dien aard dat Jeugdzorg<br />

besliste dat Sanne bij N<strong>in</strong>a’s gez<strong>in</strong> mocht blijven wonen.<br />

Dit tot groot ongenoegen van de moeder van Sanne. “Ze<br />

heeft meerdere dreigmails naar mij gestuurd. Op sociale<br />

media word ik <strong>in</strong> de gaten gehouden. Twitter gebruik ik niet<br />

meer. Mijn Facebook is helemaal afgeschermd, dat heeft<br />

de politie gecontroleerd. Ik mag niet veel delen op sociale<br />

media, want ze heeft geprobeerd leeftijdsgenoten om te<br />

kopen om mij te bespioneren. Ze heeft brieven naar mijn<br />

werkgever gestuurd waar<strong>in</strong> ze zegt dat ik een w<strong>in</strong>keldievegge<br />

ben en dat ik eerder ben ontslagen vanwege<br />

onbeschoft gedrag. Ze heeft een paar keer geprobeerd<br />

aangifte tegen mij te doen. Dan mag ik <strong>het</strong> iedere keer<br />

weer komen uitleggen, ook bij de politie. Als ik haar tegenkom,<br />

scheldt ze me uit, ook op mijn werk. Ze volgt elke<br />

stap die ik zet. Ik word achtervolgd en ik word er wanhopig<br />

van, omdat ik niet meer weet wat ik er nog aan kan doen.”<br />

WOEDE<br />

N<strong>in</strong>a voelt zich tot <strong>het</strong> uiterste getergd door de acties van<br />

haar belaagster. “Ik voel enorm veel opgekropte woede en<br />

heb daardoor last van agressieproblemen. Ik ben van<br />

mezelf nogal opvliegerig − dat zit <strong>in</strong> mijn familie − en ik<br />

zou haar <strong>het</strong> liefst aanvliegen. Dat weet ze en dat wil ze<br />

ook, want dan kan zij <strong>het</strong> slachtoffer uithangen. Ze kent<br />

mij goed en zit de hele tijd naaldjes <strong>in</strong> mij te prikken, totdat<br />

ik een keer een ‘stoot’ teruggeef. Ik v<strong>in</strong>d dat heel heftig.<br />

Zij is 60 en ik ben 16, en ík moet me de hele tijd <strong>in</strong>houden.<br />

Dat zou toch eigenlijk juist andersom moeten zijn.<br />

Maar ze gaat gewoon door, ze heeft geen rem. Zolang<br />

Sanne hier woont, zal ze doorgaan met mij, want ik ben<br />

voor haar de duivel en ze zal alles doen om mij te stoppen.”<br />

Behalve de agressieproblemen heeft N<strong>in</strong>a ook regelmatig<br />

last van depressieve gevoelens “Ik loop daarvoor nu<br />

bij een psychiater. En op school heb ik begeleid<strong>in</strong>g omdat<br />

ik daar ook uit mijn slof spr<strong>in</strong>g. Ik ben zeg maar een beetje<br />

van <strong>het</strong> pad af”, en ze lacht wat verlegen, “Dat komt allemaal<br />

wel doordat zoveel veranderd is de laatste jaar,<br />

vooral door de acties van Sanne’s moeder.”<br />

Zelf had ze al direct aangifte willen doen, maar haar<br />

ouders hielden dat aanvankelijk af.<br />

“Mijn ouders dachten: nee, die vrouw is niet goed <strong>in</strong> haar<br />

hoofd, we wachten <strong>het</strong> nog even af. Op een gegeven<br />

moment kreeg ik een mail waar<strong>in</strong> ze zich ook tegen mijn<br />

Dan mag ik <strong>het</strong> iedere keer<br />

weer komen uitleggen,<br />

ook bij de politie<br />

broertje richtte. Dat was voor mijn ouders de druppel.”<br />

Haar ouders hebben uite<strong>in</strong>delijk <strong>in</strong> de zomer namens <strong>het</strong><br />

gez<strong>in</strong> een aanklacht <strong>in</strong>gediend wegens smaad, laster en<br />

beledig<strong>in</strong>g. N<strong>in</strong>a voelt zich hierdoor gepasseerd en er<br />

kl<strong>in</strong>kt verontwaardig<strong>in</strong>g door <strong>in</strong> haar stem. “Ik had zélf een<br />

aanklacht willen <strong>in</strong>dienen. Ze valt míj lastig. En dan is <strong>het</strong>:<br />

‘Nee, wij doen dit wel.’ Maar <strong>het</strong> raakt mij. Hen ook natuurlijk,<br />

omdat ik hun dochter ben, maar <strong>het</strong> geeft mij <strong>het</strong><br />

gevoel dat ik niet serieus wordt genomen. Het is uit<br />

bescherm<strong>in</strong>g, dat snap ik ook wel, maar ik wil <strong>het</strong> zelf<br />

afhandelen. Door haar voel ik me heel machteloos. Ik heb<br />

een sterk rechtvaardigheidsgevoel. Als iemand mij iets<br />

aandoet, wil ik iets terugdoen. Daar<strong>in</strong> word ik kort gehouden.<br />

Als ik zelf de aanklacht had kunnen <strong>in</strong>dienen, dan had<br />

ik wel iets meer van mijn woede kwijt gekund. Dan had ik<br />

terug kunnen stoten. Daarom heb ik een brief geschreven<br />

op school. Daar<strong>in</strong> staat letterlijk dat ik achtervolgd word<br />

als door mijn eigen schaduw en dat <strong>het</strong> mij te veel wordt.<br />

Ik heb zelf een aanvoegende klacht gedaan en die brief<br />

ligt ook bij de politie, die gaat mee met mijn klacht. Ik heb<br />

er geen z<strong>in</strong> <strong>in</strong> dat iedereen alles maar voor mij loopt te<br />

regelen terwijl <strong>het</strong> eigenlijk gaat om wat er met mij is<br />

gebeurd.”<br />

Nee, <strong>het</strong> is gewoon:<br />

Jij bent m<strong>in</strong>derjarig,<br />

wij kiezen wel<br />

wat <strong>het</strong> beste is<br />

DIKKE STRAF<br />

Hoewel ze v<strong>in</strong>dt dat de politie serieus met de aangifte is<br />

omgegaan en zich <strong>in</strong>zet voor de zaak, heeft ze we<strong>in</strong>ig vertrouwen<br />

<strong>in</strong> de uitkomst. “De politie is er op zich wel druk<br />

mee bezig. Ik mag altijd aan de bel trekken bij ze, want ze<br />

weten hoe erg <strong>het</strong> is. Ze doen wat ze kunnen, maar er zijn<br />

natuurlijk ook nog andere zaken. Al die <strong>in</strong>braken van de<br />

laatste tijd en zo, die moeten ook nog allemaal behandeld<br />

worden. Dat snap ik wel. Ik probeer <strong>het</strong> zo veel mogelijk<br />

zelf op te lossen.” Of en wanneer <strong>het</strong> daadwerkelijk tot vervolg<strong>in</strong>g<br />

komt weet ze op dit moment niet. “Ze willen haar<br />

gedwongen psychiatrische hulp geven en als ze dat niet<br />

accepteert, dan heeft dat consequenties. Maar <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe<br />

gaan ze gedwongen behandelen omdat ze denken daarmee<br />

<strong>het</strong> probleem meer te verhelpen dan door straf. Maar<br />

ik denk: hoezo?! Ze heeft geprobeerd mij <strong>in</strong> mijn hoofd en<br />

mijn gevoel kapot te maken en dat is haar aardig gelukt.<br />

En dan komt ze weg met psychiatrische hulp. Ik heb die er<br />

gratis bij gekregen, terwijl ík niets heb gedaan. Wat mij<br />

betreft mag ze een dikke straf krijgen. Maar ik heb niets <strong>in</strong><br />

te brengen natuurlijk”, besluit ze. “Ook niet wat een schadevergoed<strong>in</strong>g<br />

betreft. Ik wilde een schadevergoed<strong>in</strong>g om<br />

wat ze me psychisch heeft aangedaan. Maar zij zit <strong>in</strong> de<br />

bijstand. Mijn ouders v<strong>in</strong>den <strong>het</strong> belangrijker dat ze<br />

psychisch geholpen wordt. Het is niet: ‘N<strong>in</strong>a wat wil jij, je<br />

mag kiezen uit deze opties.’ Nee, <strong>het</strong> is gewoon: ‘Jij bent<br />

m<strong>in</strong>derjarig, wij kiezen wel wat <strong>het</strong> beste is.’ En ik moet<br />

maar dealen met wat mij is aangedaan. Zij krijgt straks<br />

hulp. Zíj profiteert van de d<strong>in</strong>gen die ze mij heeft<br />

aangedaan.”<br />

88 89<br />

Ze heeft een hekel aan <strong>het</strong> etiket ‘m<strong>in</strong>derjarige’ dat bij haar<br />

16 jaren hoort. “Als ik 18 zou zijn zou ik waarschijnlijk wel<br />

serieuzer genomen worden, terwijl ik qua denkwijze en<br />

gedrag prima een 18-jarige kan bijhouden. Het feit dat ik<br />

nog maar 16 jaar ben, is <strong>in</strong> mijn nadeel en dat v<strong>in</strong>d ik persoonlijk<br />

nergens op slaan. Ik had liever zelf die stappen<br />

willen nemen. Als ik 24 of 25 ben en ik heb problemen dan


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Niet zielig lopen doen;<br />

ik hou er niet van<br />

om slachtoffer te zijn<br />

kan ik ook niet mijn ouders opbellen om <strong>het</strong> op te lossen.”<br />

Bij <strong>het</strong> zoeken van psychische hulp hield ze wel <strong>het</strong> eigen<br />

heft <strong>in</strong> handen. Best bijzonder voor een 16-jarige om zelf<br />

die stap te zetten. ”Dat klopt”, zegt ze niet zonder enige<br />

trots, “maar <strong>het</strong> was voor mij de druppel dat ik mijn vriend<strong>in</strong><br />

ben aangevlogen omdat <strong>het</strong> mij te veel werd. Toen heb ik<br />

direct de telefoon gepakt en een afspraak gemaakt voor<br />

doorverwijz<strong>in</strong>g. Twee of drie weken later was de eerste<br />

afspraak voor de <strong>in</strong>take. Ik heb om een mannelijke psychiater<br />

verzocht. Eentje die wat directer is. Gewoon van:<br />

zo is <strong>het</strong> en dit gaan we doen. Niet zielig lopen doen; ik<br />

hou er niet van om slachtoffer te zijn. Ik wil vooruit. Hij is<br />

nu nog heel erg bezig met screenen, uitvogelen hoe ik<br />

precies op allerlei d<strong>in</strong>gen reageer. We bespreken situaties<br />

die zijn gebeurd <strong>in</strong> de afgelopen week. Hij is heel erg aan<br />

<strong>het</strong> puzzelen voor een oploss<strong>in</strong>g, en ik hoop dat er wat uitkomt.<br />

Want ik ga vooral omdat ik zelf de oploss<strong>in</strong>g niet<br />

kan v<strong>in</strong>den”, zegt ze ernstig. Om dan met een verlegen<br />

lachje te vervolgen: “Dan geef ik iemand die een studie<br />

heeft gedaan toch meer kans.”<br />

STEUN<br />

Behalve psychische hulp heeft N<strong>in</strong>a ook regelmatig<br />

gesprekken met een leerl<strong>in</strong>gbegeleider op school. Over<br />

de professionele hulp is ze wat beter te spreken dan over<br />

de hulp uit haar eigen directe omgev<strong>in</strong>g. Haar ouders<br />

steunen haar, maar er is enige wrijv<strong>in</strong>g. “Ze doen hun best.<br />

Mijn emoties zijn heel heftig, dus zij moeten er wel mee<br />

dealen. Maar ik weet wel zeker dat ik niet altijd even serieus<br />

word genomen. Dan denken ze dat ik me misschien<br />

aanstel of zo. Ik heb van jongs af aan al veel pijntjes en<br />

kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>getjes gehad, dus dan denken ze nu vast ook:<br />

we zien <strong>het</strong> wel aan.” Op de vraag hoe haar vrienden reageren<br />

op haar situatie antwoordt ze bijna m<strong>in</strong>achtend:<br />

“Laks. Dat is een goed woord. Erg laks. ‘Overdrijf niet zo,<br />

d’r is niks, ze doet toch niks.’ Dat frustreert mij. Nou, ze doet<br />

wél wat. Laatst hebben ze wat mailtjes gelezen, dus ze<br />

weten wel hoe ze kan zijn. En dan is <strong>het</strong> ook echt wel van:<br />

‘Ach, kom hier.’ Ze zorgen voor afleid<strong>in</strong>g. Dat werkt wel.” En<br />

hoewel ze niet veel steun van haar vriend<strong>in</strong> Sanne onderv<strong>in</strong>dt,<br />

probeert N<strong>in</strong>a er wel voor haar te zijn. “Mijn depressieve<br />

gevoelens over mezelf vallen weg zodra ik iemand<br />

geholpen heb. Dan dan heb ik er heel even geen last van.<br />

Zo los ik <strong>het</strong> voor mezelf op.”<br />

Al pratend over hulp zoeken en ontvangen komt <strong>het</strong><br />

gesprek ook op Slachtofferhulp Nederland. N<strong>in</strong>a kende de<br />

organisatie al, maar zou de stap zelf niet gezet hebben. “Ik<br />

dacht dat Slachtofferhulp voor veel ernstigere zaken was.<br />

Moord, gijzel<strong>in</strong>g, dat soort d<strong>in</strong>gen. Dat <strong>het</strong> ook op mij van<br />

toepass<strong>in</strong>g was, wist ik niet.” Ze heeft een paar gesprekken<br />

gehad met een medewerker en is daar wel tevreden over.<br />

”De gesprekken g<strong>in</strong>gen over hoe ik me voelde en hoe ik<br />

dat gevoel even kon loslaten. En dan kreeg ik wat tips mee<br />

en na een tijdje werd ik weer gebeld, hoe de stand van<br />

zaken was, of <strong>het</strong> beter g<strong>in</strong>g. Dat werkt wel, want je wordt<br />

weer even her<strong>in</strong>nerd aan alle tips. Ik krijg zo veel tips van<br />

iedereen dat ik ze niet steeds allemaal onthoud. Wat ik ook<br />

belangrijk v<strong>in</strong>d, is dat Slachtofferhulp Nederland vraagt<br />

hoe <strong>het</strong> met jou gaat, wat er <strong>in</strong> jouw hoofd omgaat”, is<br />

haar ervar<strong>in</strong>g. Bij andere <strong>in</strong>stanties heeft ze dat gemist, die<br />

proberen vooral de feiten op een rijtje te krijgen. “Als dat<br />

er niet geweest was, dan was <strong>het</strong> bij mij <strong>in</strong> ieder geval veel<br />

verder uit de hand gelopen.”<br />

AFWEGING<br />

Dat jongeren die slachtoffer zijn geworden <strong>het</strong> doorgaans<br />

moeilijk v<strong>in</strong>den om bij de politie of hulpverlen<strong>in</strong>g aan de<br />

bel te trekken, begrijpt ze wel. “Weet je, ik heb een aantal<br />

jaren op straat gelopen, dus ik weet wat er gebeurt en dat<br />

is meer dan volwassenen soms denken. Er is heel veel <strong>in</strong>timidatie.<br />

Je weet wie er sterk is en je weet wie er kwetsbaar<br />

is. Als zo’n kwetsbare jongere mishandeld wordt, dan<br />

redeneert hij: als ik <strong>het</strong> nu ga aangeven, heb ik een probleem.<br />

Want als ik die gast weer tegenkom, gebeurt <strong>het</strong><br />

opnieuw. Dus dan laat je <strong>het</strong> maar gaan. Het is een af -<br />

weg<strong>in</strong>g. Jongeren kijken voor zichzelf: waar heb ik <strong>het</strong><br />

meeste last van? Geen aandacht aan besteden of naar de<br />

politie stappen? Maar wij jongeren zijn niet dom. Negen<br />

van de tien keer gebeurt er niet veel mee. Of de dader krijgt<br />

een taakstrafje, of zo. Daar doe je <strong>het</strong> niet voor.”<br />

Over hulpverlen<strong>in</strong>g en jongeren zegt N<strong>in</strong>a: “Je hebt de<br />

stoere types, je hebt de stille types en je hebt de aandachtvragende<br />

types. De laatste zul je wel bij de hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

tegenkomen en de eerste twee absoluut niet, tenm<strong>in</strong>ste,<br />

dat is mijn ervar<strong>in</strong>g.” Over de vraag hoe <strong>in</strong>stanties<br />

als Slachtofferhulp Nederland jongeren beter kunnen<br />

bereiken en bedienen, moet ze even nadenken. “Ik denk<br />

dat je je steeds moet verplaatsen <strong>in</strong> degene die je helpt en<br />

hem op zijn manier moet benaderen. Sommige jongeren<br />

kun je op een heel volwassen manier benaderen. Bij mij<br />

werkte dat. Niet te formeel, maar een beetje losjes. Zo zijn<br />

wij jongeren nu eenmaal. We maken af en toe een domme<br />

opmerk<strong>in</strong>g die niet gepast is of floepen er een scheldwoord<br />

uit, dat gaat gewoon zo. Ik noem <strong>het</strong> jongvolwassen:<br />

we hebben een volwassen kant, maar we kunnen ook<br />

k<strong>in</strong>d zijn. Behandel me dus niet als een k<strong>in</strong>d, maar ook niet<br />

als volledig volwassen, want dat ben ik niet. Het is echt<br />

een mix. Je moet bij elke persoon kijken of die een meer<br />

volwassen benader<strong>in</strong>g nodig heeft of een speelsere,”<br />

besluit N<strong>in</strong>a haar advies.<br />

90 91<br />

noten<br />

1)<br />

De namen <strong>in</strong> dit artikel zijn veranderd om de privacy van de<br />

betrokkenen te beschermen.


Je moet <strong>het</strong><br />

ijzer smeden als<br />

<strong>het</strong> heet is<br />

Jeugdagenten zijn een<br />

vooruitgeschoven post<br />

tussen strafrecht en zorg<br />

INTERVIEW<br />

92 93<br />

Het gezicht van de politie voor de jeugd van<br />

Lelystad. Zo omschrijven André Hendriksen (31),<br />

Ronald van Beeren (44) en Wouter Velten (31)<br />

hun werk als wijkagent Jeugd. Van Beeren is de<br />

veteraan van <strong>het</strong> drietal, al vijftien jaar werkzaam<br />

bij de politie waarvan vier als jeugdagent.<br />

Hendriksen en Velten hebben twee jaar als<br />

jeugdagent op de teller staan, maar zijn beiden<br />

al ruim tien jaar actief <strong>in</strong> verschillende politiefuncties.<br />

Er zit dus heel wat politie-ervar<strong>in</strong>g<br />

aan tafel tijdens <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview dat plaatsv<strong>in</strong>dt<br />

op een grijze novembermiddag <strong>in</strong> politiebureau<br />

aan <strong>het</strong> Zuiderwagenple<strong>in</strong>. En die ervar<strong>in</strong>g is wel<br />

nodig ook, zo stelt <strong>het</strong> drietal, om jeugdagent<br />

te kunnen zijn.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

SOCIALE MEDIA<br />

Gevraagd naar <strong>het</strong> soort crim<strong>in</strong>aliteit waar jongeren<br />

vatbaar voor zijn, hoeven ze niet lang na te denken. Van<br />

Beeren: “Waar we nu mee doodgegooid worden zijn zaken<br />

waar<strong>in</strong> ze pornografische beelden naar elkaar sturen.<br />

Vroeger was seksualiteit volgens mij iets wat zich voornamelijk<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> fietsenhok achter de school afspeelde,<br />

maar de jeugd van nu beleeft seksualiteit ook via <strong>in</strong>ternet.<br />

Dan krijg je d<strong>in</strong>gen als sext<strong>in</strong>g, groom<strong>in</strong>g, noem maar op.<br />

Daar zijn veel jongeren slachtoffer van.” “Neem <strong>het</strong> geval<br />

dat een jongere een naaktfoto post van iemand die twee<br />

weken daarvoor nog zijn vriend<strong>in</strong> was”, gaat Hendriksen<br />

verder. “Dat geeft heel veel onrust, vooral op school.<br />

Dat plaatje blijft niet bij één persoon, dat is <strong>in</strong> mum van tijd<br />

de hele school rond. Dan doen wij een soort crisismanage-<br />

Bureau Zuiderwagenple<strong>in</strong> is de uitvalsbasis van André<br />

Hendriksen. In zijn kantoor staan twee fietsbanden tegen<br />

de muur. De jeugdagenten gaan vaak per mounta<strong>in</strong>bike<br />

hun wijk <strong>in</strong> en zijn dan ook gekleed <strong>in</strong> een sportieve versie<br />

van <strong>het</strong> standaard politietenue. Alle drie zijn ze vanuit de<br />

‘noodhulp’ − de snelle <strong>in</strong>zet na 112-meld<strong>in</strong>gen − <strong>in</strong> de<br />

functie van wijkagent Jeugd terechtgekomen.<br />

LEUKE RESPONS<br />

“Noodhulp is hartstikke mooi”, vertelt Velten, “maar je bent<br />

vaak aan <strong>het</strong> sussen, brandjes blussen en vervolgens ga je<br />

weer verder. Ik wilde verder kijken en breder <strong>in</strong> <strong>het</strong> werkveld<br />

bezig zijn, samen met netwerkpartners. Met <strong>het</strong> doel<br />

om d<strong>in</strong>gen te voorkomen, want dat is eigenlijk waarvoor<br />

we aan <strong>het</strong> werk zijn. Om te zorgen dat de jeugd <strong>het</strong><br />

niet te extravert. En niet te zwart-wit denken, want dan<br />

ga je <strong>het</strong> bij ons niet redden.”<br />

Hendriksen v<strong>in</strong>dt de afwissel<strong>in</strong>g en dynamiek plezierig.<br />

“Je bent dagelijks volop bezig met alles wat met jeugd te<br />

maken heeft. ‘Jeugd’ is voor ons iedereen tussen 0 en 23<br />

jaar. De dag is gevuld met veel zaken vanuit de wijk. Ook<br />

bezoeken we zeker een keer per week de scholen <strong>in</strong> onze<br />

wijken om te kijken wat er speelt. Het is superdynamisch<br />

werk, elke dag is anders. Normaal gesproken zou een<br />

reguliere wijkagent zijn dag redelijk kunnen vullen met<br />

zijn vaste veelplegers en vaste probleemlocaties. Voor ons<br />

is elke dag een complete verrass<strong>in</strong>g.”<br />

INVESTEREN<br />

Van Beeren verder. “Wij zijn <strong>het</strong> gezicht van de politie voor<br />

de jongeren op straat. Dan zie je dat wij veel <strong>in</strong> <strong>het</strong> grijze<br />

gebied werken tussen strafrecht en zorg.” “Iemand uit de<br />

noodhulp zegt als snel: ‘Hij heeft gejat, dus we schrijven<br />

een bon uit en hij moet naar ZSM (zie kader op pag<strong>in</strong>a 97)’,<br />

zoals dat dan tegenwoordig heet. En dan is <strong>het</strong> klaar.<br />

Wij kijken verder: waarom steelt hij? Wat is zijn thuissituatie,<br />

zijn er signalen op school? Is er groepsdruk, zijn er problemen<br />

thuis? We zoeken <strong>het</strong> pijnpunt en kijken wie daarmee<br />

aan de slag kan”, verduidelijkt Hendriksen. “We doen als<br />

politie Lelystad 1100 zorgmeld<strong>in</strong>gen per jaar bij Bureau<br />

Jeugdzorg”, vult van Beeren aan. Velten: “Die positie hebben<br />

wij ook <strong>in</strong> <strong>het</strong> netwerk. We hebben onze spreekuren<br />

op school, we zijn aanwezig bij ZAT 1 -overleggen, we gaan<br />

op huisbezoek. Op basis van al die <strong>in</strong>formatie kunnen wij ment: wat moet er gebeuren, wat wil diegene zelf?”<br />

94 allemaal een beetje b<strong>in</strong>nen de perken houdt, hoe lastig<br />

dat soms ook is. En tot nu toe bevalt <strong>het</strong> mij prima.” “Het is<br />

een leuke doelgroep, je krijgt een leuke respons”, vult Van<br />

Beeren aan. Om er snel aan toe te voegen: “Soms ook niet,<br />

maar je hebt <strong>het</strong> idee dat je er nog wat mee kan. De jeugd<br />

heeft de toekomst, dat soort kreten. Maar volgens mij<br />

moet je <strong>het</strong> als persoon vooral ook leuk v<strong>in</strong>den om met<br />

jongeren te werken. Je moet kunnen communiceren, voor<br />

de klas kunnen staan, niet al te <strong>in</strong>trovert zijn, maar ook<br />

‘Boeven vangen’ is niet de belangrijkste focus van de<br />

jeugdagenten. “Een heleboel zaken komen weliswaar bij<br />

de politie terecht omdat ze strafbaar zijn”, aldus<br />

Hendriksen, “maar wij zitten dan vaak <strong>in</strong> <strong>het</strong> voortraject.<br />

Daar kunnen we zaken soms ook bij de recherche weghouden<br />

omdat we zelf bemiddelen. Bijvoorbeeld wanneer<br />

de problematiek nog niet heel groot is, en de gedrag<strong>in</strong>g er<br />

misschien niet om vraagt om <strong>het</strong> strafrechtelijk op te pakken.”<br />

“Wij zijn eigenlijk de vooruitgeschoven post”, gaat<br />

adviseren om zaken anders aan te pakken. Door als er al<br />

een strafrechtelijk onderzoek loopt bijvoorbeeld aan te<br />

geven om terughoudend te zijn met optreden. Of juist <strong>het</strong><br />

strafrecht <strong>in</strong> te schakelen om een (hulp)traject op poten te<br />

kunnen zetten.”<br />

95<br />

Noodhulp is hartstikke mooi,<br />

maar je bent vaak aan <strong>het</strong> sussen,<br />

brandjes blussen en vervolgens<br />

ga je weer verder<br />

Sext<strong>in</strong>g, groom<strong>in</strong>g,<br />

noem maar op.<br />

Daar zijn veel jongeren<br />

slachtoffer van<br />

“Uite<strong>in</strong>delijk is <strong>het</strong> aan <strong>het</strong> slachtoffer hoeveel commotie<br />

hij of zij daarmee wil veroorzaken”, licht Van Beeren toe.<br />

“Want op <strong>het</strong> moment dat je zo op de foto staat en de<br />

politie gaat ook nog eens een keer bij iedereen aan de bel<br />

trekken… Dat moet je wel zien zitten. Wil je dat <strong>het</strong> na<br />

twee dagen weer <strong>in</strong> de doofpot verdwijnt − wat doorgaans<br />

redelijk snel gebeurt omdat dan de volgende aan de beurt<br />

is − of wil je dat <strong>het</strong> een vervolg krijgt? Het slachtoffer is<br />

daar<strong>in</strong> leidend voor ons.” Velten vult aan: “Naar mijn gevoel<br />

komt afpers<strong>in</strong>g met behulp van sociale media ook steeds<br />

vaker voor. Dat ze die plaatjes gebruiken om anderen iets<br />

afhandig te maken, p<strong>in</strong>passen bijvoorbeeld. Jongeren zijn<br />

dan niet snel geneigd bij ons aan de bel te trekken.<br />

Uite<strong>in</strong>delijk wel, maar dan is hun geld al weg.”<br />

NIET STOER<br />

Dat jongeren evenm<strong>in</strong> snel aan de bel trekken bij<br />

Slachtofferhulp Nederland verbaast hen niet. “Ik denk dat<br />

een jongere heel snel verder gaat waar hij mee bezig was”,<br />

zegt Van Beeren. “Het heeft voor justitie daarom geen z<strong>in</strong><br />

bij strafbare feiten na maanden nog eens aan te komen bij


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Je moet goed uitleggen<br />

wat Slachtofferhulp<br />

kan betekenen<br />

ZSM<br />

ZSM staat voor Zo Samen, Snel, Slim, Selectief, Simpel<br />

en Samenlev<strong>in</strong>gsgericht Mogelijk. Door middel van ZSM<br />

wordt veelvoorkomende crim<strong>in</strong>aliteit daadkrachtig, snel,<br />

passend en efficiënt aangepakt b<strong>in</strong>nen de strafrechtelijke<br />

keten. Niet alleen een verdachte, maar ook <strong>het</strong> slachtoffer<br />

weet b<strong>in</strong>nen zes uur, drie dagen of zeven dagen<br />

wat de politie en <strong>het</strong> OM met een zaak gaan doen.<br />

Dit gebeurt <strong>in</strong> nauwe samenwerk<strong>in</strong>g met onder andere<br />

Slachtofferhulp Nederland.<br />

plegers: ‘Nou, <strong>het</strong> was niet goed wat je deed.’ Jongeren<br />

gaan gewoon verder waar ze mee bezig waren en zetten<br />

er een punt achter. Dus moet je niet na een week of vier<br />

nog eens komen vragen hoe <strong>het</strong> zit. Het moment waarop je<br />

ze benadert, is heel bepalend om iets voor jongeren te kunnen<br />

betekenen. Je moet <strong>het</strong> ijzer smeden als <strong>het</strong> heet is.<br />

B<strong>in</strong>nen een week nadat <strong>het</strong> gebeurd is, contact maken.<br />

Dan is je bereik veel groter. Daarnaast is <strong>het</strong> natuurlijk niet<br />

stoer om achteraf nog even met iemand te praten.”<br />

Slachtofferhulp is ook onbekend, denkt Hendriksen. “Je<br />

moet goed uitleggen wat Slachtofferhulp kan betekenen.<br />

Op <strong>het</strong> moment dat ze slachtoffer worden, komen ze voor<br />

<strong>het</strong> eerst <strong>in</strong> hun leven <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g met dat soort begrippen.<br />

Ze hebben natuurlijk ook hun vertrouwenspersoon<br />

op school, en allerlei mensen om zich heen. Om dan met<br />

een vreemde te gaan praten, dat voelt wel een beetje als<br />

een ver-van-je-bedshow.”<br />

CULTUURVERSCHILLEN<br />

De drie merken dagelijks hoe kwetsbaar jongeren kunnen<br />

zijn en dat de grens tussen dader- en slachtofferschap <strong>in</strong><br />

de praktijk lang niet altijd scherp te trekken is. “Vaak is <strong>het</strong><br />

niet een kale-diefstalpleger, zoals André al zei”, aldus Van<br />

Beeren. “Problemen thuis, een verslav<strong>in</strong>g, meelopen met<br />

de groep. Erfelijkheid speelt ook een rol. Als een k<strong>in</strong>d een<br />

verstandelijke beperk<strong>in</strong>g heeft, kan <strong>het</strong> zijn dat een ouder<br />

dezelfde problematiek heeft. Dit is een belangrijk aspect<br />

om reken<strong>in</strong>g mee te houden <strong>in</strong> de manier van communiceren.<br />

Je moet <strong>het</strong> verhaal dan anders gaan vertellen.<br />

Korte z<strong>in</strong>nen en vaak vragen of ze <strong>het</strong> begrijpen.” De agenten<br />

ervaren tijdens huisbezoeken ook dat cultuur een rol<br />

speelt. En cultuurverschillen kunnen soms schrijnende<br />

gevolgen hebben, merkt Hendriksen. “In <strong>het</strong> ene gez<strong>in</strong> is<br />

<strong>het</strong> mogelijk om de via sext<strong>in</strong>g verspreide naaktfoto met<br />

<strong>het</strong> slachtoffer en de ouders te bespreken. Bij een ander<br />

gez<strong>in</strong> is dat, vaak door culturele aspecten, not done. Dan<br />

moet er soms diezelfde dag nog een spoeduithuisplaats<strong>in</strong>g<br />

geregeld worden. Dat je als k<strong>in</strong>d <strong>in</strong> zo’n geval geen<br />

veilige thuishaven hebt, dat v<strong>in</strong>d ik wel <strong>in</strong>drukwekkend.”<br />

SUCCESVERHALEN<br />

Gelukkig hebben de drie jeugdagenten ook succesverhalen.<br />

Van Beeren “Bij de skatebaan zag ik altijd een jongen<br />

van een jaar of 19. Dennis 2 viel op omdat hij al wat ouder<br />

was. Ik zeg: ‘Dennis, vriend, hoe is <strong>het</strong>?’, nou ja, je weet wel,<br />

een praatje pot. Hij was eigenlijk zwervende, sliep her en<br />

der bij vrienden. Hij had thuis heel veel problemen en een<br />

hele dikke wietverslav<strong>in</strong>g. Ik kom wel eens op Flevodrome,<br />

een leer- werk- en tra<strong>in</strong><strong>in</strong>gscentrum voor jongeren. Daar<br />

leren ze bijvoorbeeld houtbewerk<strong>in</strong>g, waarna gekeken<br />

wordt of ze kunnen uitstromen naar een betaalde baan.<br />

Daarnaast hebben ze veel contacten met bijvoorbeeld de<br />

Waag 3 en Tactus om zo’n jongere hulp te kunnen bieden.<br />

Ik heb Dennis <strong>in</strong> de dienstauto gezet en gebeld: ‘Ik kom<br />

eraan.’ Bleek dat hij daar jaren geleden ook al geweest was,<br />

maar Dennis had zoveel geblowd, dat wist hij niet meer.<br />

Die jongen heeft <strong>het</strong> gigantisch goed gedaan; hij heeft<br />

echt <strong>het</strong> licht gezien, om <strong>het</strong> zo maar eens te zeggen. Hij is<br />

nu vrijwilliger bij Tactus, zo ver heeft hij <strong>het</strong> geschopt. Dat<br />

is een succeservar<strong>in</strong>g die ik wel onthoud.” Velten: “Het is<br />

niet allemaal meetbaar natuurlijk. Je kunt achteraf niet<br />

zeggen: als we niet hadden <strong>in</strong>gegrepen, had hij misschien<br />

strafbare feiten gepleegd. Maar door de problematiek<br />

<strong>in</strong>zichtelijk te maken en snel <strong>in</strong> te grijpen kun je d<strong>in</strong>gen<br />

voorkomen. Ik ben er echt van overtuigd dat we een aantal<br />

mensen ervoor hebben behoed om meer of ergere<br />

strafbare feiten te plegen.”<br />

NOTEN<br />

1)<br />

Zorg advies team<br />

2)<br />

De naam van betrokkene is uit privacy overweg<strong>in</strong>gen veranderd.<br />

3)<br />

De Waag biedt zorg aan mensen die grensoverschrijdend gedrag comb<strong>in</strong>eren<br />

met een psychische stoornis. Tactus is een <strong>in</strong>stantie voor verslav<strong>in</strong>gszorg.<br />

4)<br />

http://www.pm.nl/artikel/3083/<br />

zsm-werkwijze-bespoedigt-afdoen<strong>in</strong>g-jeugdzaken<br />

In de ZSM-werkwijze wordt na aanhoud<strong>in</strong>g van de<br />

verdachte snel een besliss<strong>in</strong>g genomen over <strong>het</strong> afdoen<strong>in</strong>gstraject.<br />

Het gaat om <strong>in</strong>terventies waarbij:<br />

• verdachten een passende reactie krijgen;<br />

• recht wordt gedaan aan <strong>het</strong> slachtoffer;<br />

• de buurt merkt hoe snel daders worden gecorrigeerd.<br />

96 97<br />

De officier van justitie kan aan de dader versneld een<br />

taakstraf en geldboete opleggen als de zaak aan een<br />

aantal voorwaarden voldoet. De dader moet bekend<br />

hebben of op <strong>het</strong>erdaad betrapt zijn. De schade van <strong>het</strong><br />

slachtoffer moet eenvoudig vast te stellen zijn. En de<br />

dader moet bereid zijn aan deze zogenaamde ZSM-afdoen<strong>in</strong>g<br />

mee te werken. Als hij dat niet wil, dan komt de<br />

zaak voor bij de rechter.<br />

ZSM wordt ook toegepast <strong>in</strong> jeugdzaken. Het uitgangspunt<br />

is dan ‘licht waar <strong>het</strong> kan en zwaar waar <strong>het</strong> moet’.<br />

Jeugdcrim<strong>in</strong>aliteit bestaat voor een belangrijk deel uit<br />

grensoverschrijdend gedrag van pubers. Wil je voorkomen<br />

dat jongeren opnieuw <strong>in</strong> de fout gaan en dat is een<br />

sewlectieve aanpak <strong>het</strong> beste: zwaardere <strong>in</strong>terventies bij<br />

de doelgroep met <strong>het</strong> hoogste risico op recidive en een<br />

terughoudende en snelle aanpak bij jongeren met een<br />

laag recidiverisico of bij lichte delicten. Daar zet ZSM<br />

op <strong>in</strong> waar <strong>het</strong> om jeugdcrim<strong>in</strong>aliteit gaat. 4


DE GROEP<br />

98 99<br />

INTERVIEW<br />

EN HAAR NORMEN<br />

ZIJN BEPALEND<br />

Socioloog René Veenstra (45)<br />

onderzoekt prosociaal en antisociaal<br />

gedrag bij jongeren<br />

“Wie is <strong>het</strong> meest bang om slachtoffer te worden?<br />

Vrouwen veel meer dan mannen en ouderen veel<br />

meer dan jongeren. Maar wie lopen <strong>het</strong> meeste<br />

kans op slachtofferschap? Juist jongeren en<br />

mannen. Dat heet de fear-victimization paradox”,<br />

aldus socioloog René Veenstra. Hij doelt daarmee<br />

op de disproportionele angst van bepaalde<br />

groepen burgers om ten prooi te vallen aan<br />

crim<strong>in</strong>aliteit. Veenstra is hoogleraar aan de<br />

vakgroep sociologie van de Rijksuniversiteit<br />

Gron<strong>in</strong>gen en bekleedt daar de leerstoel Sociale<br />

Ontwikkel<strong>in</strong>g. Veenstra doet onderzoek naar<br />

pro- en antisociaal gedrag van jongeren.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

“Die paradox is eigenlijk niet zo <strong>in</strong>gewikkeld”, legt Veenstra<br />

uit <strong>in</strong> zijn werkkamer die uitkijkt op een rustig Gron<strong>in</strong>gs<br />

straatje met veel groen en we<strong>in</strong>ig verkeer. “Oudere mensen<br />

komen na tien uur ’s avonds de deur niet meer uit of<br />

gaan zo laat niet meer p<strong>in</strong>nen. En jongeren juist wel. Op<br />

<strong>het</strong> moment dat je allerlei maatregelen neemt om je eigen<br />

veiligheid voorop te stellen, verkle<strong>in</strong> je de kans op slachtofferschap.<br />

Jongeren, vooral jongens, zijn daar<strong>in</strong> roekelozer.<br />

Bovendien hanteren ouders verschillende standaarden.<br />

Bij meisjes zullen ouders doorgaans zeggen: ‘Als je<br />

uitgaat en daarna naar huis gaat, doe dat dan wel <strong>in</strong> een<br />

groep. Of zorg dat je thuis wordt gebracht.’ Bij jongens zullen<br />

ze eerder zeggen: ‘Liever <strong>in</strong> een groep, maar als dat<br />

niet kan, vooruit dan maar.’”<br />

Daarnaast is er dus een andere groep. En dat zijn, als <strong>het</strong><br />

om pesten gaat, jongeren die hun eigen gedrag niet goed<br />

onder controle hebben. Ze zijn bijvoorbeeld gemakkelijk<br />

over de rooie te krijgen en ze reageren overal op. Daardoor<br />

worden ze ook vaak slachtoffer. Anderen zijn gauw bang<br />

voor hen omdat ze zo onvoorspelbaar zijn. Omdat ze<br />

b<strong>in</strong>nen de kortste keren helemaal door <strong>het</strong> l<strong>in</strong>t gaan. Ze<br />

denken niet goed na als ze handelen en brengen dus vaak<br />

zichzelf <strong>in</strong> de problemen en daarmee ook weer anderen.”<br />

De scheidslijn tussen dader<br />

en slachtoffer is niet zo scherp<br />

GROEP ALS PROBLEEM<br />

Maar wat precies maakt de groep ‘pure’ slachtoffers zo<br />

kwetsbaar? Spelen uiterlijk, een handicap of andere persoonlijke<br />

wijskundige en pedagoog met een specialisatie <strong>in</strong> onder-<br />

soort. Het is een subtiel proces waarbij verschillende voor-<br />

kenmerken een rol? “Dat is veel te simpel”, v<strong>in</strong>dt<br />

wijssociologie. “Mijn proefschrift g<strong>in</strong>g over schoolloopbakeuren<br />

een rol spelen, maar ook gelegenheid.” Hij denkt<br />

Veenstra. “In mijn onderzoek zien we dat vooral de groep<br />

nen van jongeren, leerprestaties en <strong>in</strong>vloeden daarop. Na even na over een voorbeeld. “Dus als jij naar een middelbare<br />

100<br />

PURE SLACHTOFFERS<br />

Aan de orde is de vraag waarom jongeren van alle leeftijdsgroepen<br />

<strong>het</strong> hoogste risico lopen om slachtoffer te worden,<br />

terwijl zij <strong>in</strong> de maatschappelijke beeldvorm<strong>in</strong>g veel<br />

eerder een daderetiket krijgen opgeplakt. “De scheidslijn<br />

tussen dader en slachtoffer is niet zo scherp. De puberteit<br />

is een fase waar<strong>in</strong> del<strong>in</strong>quent gedrag op zijn top is. In de<br />

politiestatistieken is de groep van 16-, 17- en 18-jarigen<br />

zwaar oververtegenwoordigd. En als je <strong>het</strong> aan jongeren<br />

zelf vraagt, levert dat <strong>het</strong>zelfde beeld op. We weten dat er<br />

een overlap is met slachtofferschap. Op <strong>het</strong> terre<strong>in</strong> waarop<br />

ik veel onderzoek doe, pesten, is dat voor een deel ook zo.<br />

Eigenlijk zijn er twee soorten slachtoffers. Aan de ene kant<br />

de ‘pure’ slachtoffers die erg kwetsbaar zijn en die er echt<br />

uitgepikt worden. Die zul je nooit <strong>in</strong> de rol van dader zien.<br />

Datzelfde komt ook voor bij slachtoffers van delicten; er<br />

zijn mensen die altijd <strong>in</strong> de slachtofferrol zitten en waarvan<br />

anderen direct doorhebben: hé, dat is een gemakkelijk<br />

slachtoffer. Verschillende studies hebben aangetoond dat<br />

als je al een keer slachtoffer bent geweest, je veel meer<br />

kans hebt opnieuw slachtoffer te worden.<br />

en de normen b<strong>in</strong>nen de groep bepalen of iemand al dan<br />

niet slachtoffer wordt. Er zijn veel jongeren die achteraf<br />

misschien zullen zeggen: ‘Ik werd gepest omdat ik te dik<br />

ben, of omdat ik rood haar heb of omdat ik een handicap<br />

heb.’ Maar ze realiseren zich niet dat er veel andere jongeren<br />

zijn die ook rood haar hebben, te dik zijn of een handicap<br />

hebben, maar die niet gepest worden. Omdat ze <strong>in</strong><br />

een klas of groep zitten waar <strong>het</strong> wel lekker loopt. Waar<br />

<strong>het</strong> de norm is dat je elkaar respecteert en dat je op een<br />

normale manier met elkaar omgaat.” Enigsz<strong>in</strong>s relativerend<br />

voegt hij eraan toe: “Ik heb onderzoek gedaan waaruit<br />

blijkt dat sommigen <strong>in</strong>derdaad een grotere kans lopen<br />

om gepest te worden. Vooral de groep jongeren die motorisch<br />

wat onhandig zijn. De k<strong>in</strong>deren die bij een gymles<br />

altijd als laatste worden gekozen, waarna de rest ervan<br />

baalt dat ze <strong>in</strong> hun team zitten. Die staan laag <strong>in</strong> de pikorde.<br />

Maar als een groep dat wil, dan kan iedereen slachtoffer<br />

worden. Ook dat heel knappe meisje, omdat andere meisjes<br />

<strong>het</strong> op haar gemunt hebben. Of die heel slimme leerl<strong>in</strong>g,<br />

want de norm <strong>in</strong> de klas is om je best niet te doen.”<br />

Veenstra begon zijn wetenschappelijke carrière als ondermijn<br />

promotie ben ik begonnen met TRAILS, een groot<br />

onderzoek waarbij k<strong>in</strong>deren van hun 10e tot <strong>in</strong>middels<br />

hun 25e gevolgd worden (zie kader op pag<strong>in</strong>a 103).<br />

Na vijf jaar ben ik teruggekeerd naar de sociologie. Ik geef<br />

colleges op <strong>het</strong> terre<strong>in</strong> van crim<strong>in</strong>aliteit en veiligheid. En<br />

mijn onderzoek richt zich vooral op groepsprocessen bij<br />

jongeren: hoe jongeren elkaar beïnvloeden qua gedrag,<br />

hoe bepaald gedrag versterkt kan worden <strong>in</strong> een groep,<br />

besmett<strong>in</strong>gsgevaren. Hoe één rotte appel <strong>in</strong> de mand de<br />

rest tot schand maakt. Dat soort processen probeer ik uit<br />

te zoeken.”<br />

SOORT ZOEKT SOORT<br />

Een van de bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen uit <strong>het</strong> onderzoek van Veenstra is<br />

dat gelijkenis tussen jongeren twee mechanismen kent.<br />

“Het gaat om selectie en wederzijdse beïnvloed<strong>in</strong>g.<br />

Jongeren die veel met elkaar omgaan, hebben veel gelijkenissen.<br />

Of je nu een school b<strong>in</strong>nenloopt, op camp<strong>in</strong>gs<br />

gaat kijken, <strong>in</strong> uitgaansgelegenheden of op andere plekken<br />

waar jongeren elkaar ontmoeten; je zult vaak zien dat<br />

jongeren met soortgelijke jongeren omgaan. Soort zoekt<br />

school gaat waar alleen maar vwo-leerl<strong>in</strong>gen zitten,<br />

dan zit je <strong>in</strong> een selecte groep jongeren. Iedereen die havo<br />

of lager als advies heeft, zul je daar niet tegenkomen. Maar<br />

op een brede scholengemeenschap kun je als vwo’er al<br />

die andere jongeren ook tegenkomen. Misschien fiets je<br />

wel samen met hen op naar je woonplaats. Het tweede<br />

mechanisme is dat jongeren <strong>in</strong> een groep elkaar beïnvloeden<br />

en daardoor gaandeweg op elkaar kunnen gaan lijken,<br />

al zijn ze misschien op <strong>het</strong> moment dat ze vrienden<br />

worden nog verschillend. Dat soort processen zie je duidelijk<br />

bij del<strong>in</strong>quent gedrag, want dat is gedrag dat <strong>in</strong> de<br />

puberteit populariteit kan opleveren. Jongeren die hoog<br />

scoren op antisociaal gedrag hebben vaak een stoer<br />

imago en zijn dom<strong>in</strong>ant <strong>in</strong> de groep. Zij roken als eerste, ze<br />

dr<strong>in</strong>ken <strong>het</strong> meeste, ze blowen misschien wel. Ze hebben<br />

ook al verscheidene keren seks gehad. Tenm<strong>in</strong>ste”, en hij<br />

lacht, “dat zeggen ze. Maar waarschijnlijk is <strong>het</strong> ook zo.<br />

Op veel terre<strong>in</strong>en zijn ze vroeg ontwikkeld en daarmee<br />

hebben ze een zekere status <strong>in</strong> de groep: anderen kijken<br />

tegen ze op en beschouwen hen als rolmodel. Of ze zijn<br />

misschien een beetje bang voor hen en redeneren dat <strong>het</strong><br />

101


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

maar beter is om bevriend met ze te blijven. Op zo’n<br />

moment zijn beïnvloed<strong>in</strong>gsprocessen vanzelfsprekend,<br />

want hun gedrag is dan de norm.”<br />

SERIEUS NEMEN<br />

Antisociaal gedrag ontstaat dus vaak <strong>in</strong> groepen. Maar als<br />

<strong>het</strong> om slachtofferschap gaat, zijn jongeren dan óók<br />

geneigd <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie terug te vallen op hun vriendengroep<br />

voor hulp en steun? Of zoeken ze die liever bij<br />

hun ouders of andere volwassenen? “We weten dat jongeren<br />

sterk geneigd zijn hun vrienden op te zoeken, maar<br />

dat eventuele hulp of steun van ouders wel meer zoden<br />

aan de dijk zet. Het is een spann<strong>in</strong>gsveld. Het is belangrijk<br />

om te beseffen dat jongeren die steun van volwassenen<br />

ook echt wel nodig hebben. Ze v<strong>in</strong>den zichzelf vaak al erg<br />

volwassen. Fysiek zijn ze dat misschien wel, maar op sociaal<br />

en cognitief vlak zijn ze nog lang niet zo ver als volwassenen.”<br />

Dat jongeren drempels ervaren, verbaast de<br />

Gron<strong>in</strong>gse hoogleraar niet. “Soms v<strong>in</strong>den jongeren <strong>het</strong> erg<br />

vervelend om over slachtofferschap te praten, omdat ze<br />

bijvoorbeeld v<strong>in</strong>den dat hun ouders <strong>het</strong> al zwaar genoeg<br />

hebben of dat ze dan bekend komen te staan als een zeurleerl<strong>in</strong>g.<br />

Als ze <strong>het</strong> wél aankaarten, wordt dat vaak niet<br />

opgepikt of niet serieus genomen. Er zijn nog veel volwassenen<br />

die zeggen: ‘Je moet niet moeilijk doen, daar word<br />

je sterk van.’ Zo zijn er allerlei misverstanden. Maar we<br />

moeten slachtoffers altijd serieus nemen. Als iemand <strong>het</strong><br />

aankaart, dan is dat is al hartstikke moeilijk. Dat gebeurt<br />

niet zo vaak, dus als ze dat doen, neem <strong>het</strong> dan alsjeblieft<br />

serieus. Natuurlijk denken we soms: <strong>het</strong> zal wel je verdiende<br />

loon zijn. Bijvoorbeeld een leraar die denkt: ‘Jij presenteert<br />

je nu wel als slachtoffer, maar ik weet wel beter,<br />

want jij bent iemand die anderen ook vaak <strong>in</strong> problemen<br />

brengt.’ Of: ‘Dat is jouw perspectief, maar ik heb andere<br />

geluiden gehoord.’ Dat kan allemaal wel zo zijn, maar als<br />

iemand naar je toekomt, dan is dat moedig. Zo iemand<br />

heeft behoefte aan steun en dat moet je serieus nemen.”<br />

GROEP ALS OPLOSSING<br />

Veenstra legt uit dat voor de oploss<strong>in</strong>g van probleemgedrag<br />

als pesten eerst de groep <strong>in</strong> beeld komt. “Pesten<br />

kun je op verschillende manieren aanpakken. Haak je <strong>in</strong><br />

op de dader, bijvoorbeeld door pesten strafbaar te stellen,<br />

dan vergeet je dat de pester vaak goed ligt <strong>in</strong> de groep en<br />

zodoende een machtige positie heeft. De leerkracht loopt<br />

dan <strong>het</strong> risico zo’n pester tegen zich te krijgen. Bovendien<br />

nagel je een persoon aan de schandpaal voor gedrag<br />

waar<strong>in</strong> de hele groep een rol speelt. Richt een antipestprogramma<br />

zich daarentegen op <strong>het</strong> slachtoffer, dan is<br />

de boodschap eigenlijk: er is iets mis met de slachtoffers;<br />

die moeten weerbaarder worden. Dat v<strong>in</strong>d ik een negatief<br />

signaal naar slachtoffers. Er zijn genoeg k<strong>in</strong>deren die precies<br />

zo zijn maar die <strong>in</strong> een veel leukere groep zitten waar <strong>het</strong><br />

allemaal prima gaat. Bovendien vraag ik me af of al die<br />

weerbaarheidscursussen wel effect hebben op alle slachtoffers.<br />

Sommige jongeren zijn anders en die kun je wel<br />

naar tien van dat soort cursussen sturen, maar daarmee<br />

veranderen ze niet echt. De derde strom<strong>in</strong>g, en die beweg<strong>in</strong>g<br />

v<strong>in</strong>dt steeds meer opgang, beschouwt pesten als een<br />

groepsprobleem. Waarom staat de groep dergelijk gedrag<br />

toe? De oploss<strong>in</strong>g komt dus ook vanuit de groep. In de z<strong>in</strong><br />

van: we zijn er misschien niet allemaal verantwoordelijk<br />

voor dat er gepest wordt, maar wel dat er een e<strong>in</strong>de aan<br />

komt. Het programma waar ik onderzoek naar doe, KiVa,<br />

heeft een duidelijke boodschap: pesten moet stoppen<br />

want <strong>het</strong> is geen normaal gedrag. Op school hoort <strong>het</strong><br />

leuk te zijn voor iedereen. Pesten moet je altijd melden.<br />

Niet om een klikcultuur <strong>in</strong> <strong>het</strong> leven te roepen, maar om<br />

<strong>het</strong> bespreekbaar te maken: ‘Bij ons <strong>in</strong> de klas zit iemand<br />

die v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> niet fijn om naar school te gaan en ik heb<br />

jullie hulp nodig als groep. Dus ik wil graag dat jullie de<br />

komende weken iets bedenken voor dat k<strong>in</strong>d zodat hij<br />

of zij een fijnere tijd heeft op school.’ Dan kan een k<strong>in</strong>d<br />

bijvoorbeeld voorstellen: ‘Hij woont bij mij <strong>in</strong> de buurt,<br />

dus we kunnen wel eens samen naar school fietsen.’ Of:<br />

’Als we gaan voetballen, vraag ik of hij mee wil doen.’ Een<br />

ander zegt misschien: ‘Ik zal hem voortaan groeten, en als<br />

hij een vraag heeft zal ik die beantwoorden.’ Het hoeven<br />

geen grote d<strong>in</strong>gen te zijn en ze hoeven niet gelijk vrienden<br />

te worden. Het gaat erom dat ze weer normaal doen<br />

tegen elkaar, elkaar respecteren en doorhebben wat<br />

iemand ervaart die zich echt rot voelt.”<br />

102 Veenstra wil <strong>het</strong> gesprek graag afsluiten met een positieve<br />

103<br />

vragen <strong>in</strong>, maar leveren bijvoorbeeld ook DNA <strong>in</strong> en ondergaan<br />

medische onderzoeken.<br />

noot: “Slachtofferhulp Nederland krijgt natuurlijk met veel<br />

ellende te maken, maar we moeten wel beseffen dat we <strong>in</strong><br />

relatief vredige tijden leven. We denken allemaal dat <strong>het</strong><br />

De bedoel<strong>in</strong>g is dat <strong>in</strong>zichten die <strong>het</strong> onderzoek oplevert,<br />

steeds onveiliger wordt, maar als je gaat kijken naar de<br />

kunnen bijdragen aan de preventie van bepaalde problemen<br />

verschillende periodes <strong>in</strong> de geschiedenis, dan zie je dat<br />

en risicogedrag bij jongeren. Een deel van <strong>het</strong> onderzoek<br />

toen veel meer mensen door geweld om <strong>het</strong> leven kwamen focust daarom op drie groepen problemen: overgewicht,<br />

dan nu. Ook <strong>in</strong> de ‘vredige’ stammen <strong>in</strong> <strong>het</strong> Amazonegebied,<br />

die we als westerl<strong>in</strong>gen zo graag idealiseren, komt<br />

bisgebruik; en psychosociale problemen als depressie, agres­<br />

lichamelijke beweg<strong>in</strong>g en voed<strong>in</strong>g; roken, alcohol en canna­<br />

dertig tot veertig procent van de mannen door geweld<br />

sie en pesten. De onderzoeksresultaten laten zien dat problemen<br />

op een aantal terre<strong>in</strong>en sterk toenemen <strong>in</strong> de<br />

om <strong>het</strong> leven. Oog om oog, tand om tand. Kijken we naar<br />

adolescentie. Die toename is sterker <strong>in</strong> bepaalde groepen,<br />

de afgelopen honderd jaar, dan moeten we ondanks twee<br />

zoals jongeren met laag opgeleide ouders en <strong>in</strong> lagere<br />

wereldoorlogen constateren dat er m<strong>in</strong>der mensen door<br />

schoolniveaus. De verschillen tussen groepen zijn echter<br />

geweld zijn gestorven dan ooit te voren. En de laatste<br />

relatief kle<strong>in</strong>; alle jongeren hebben aandacht nodig.<br />

jaren wordt <strong>het</strong> nog steeds veiliger, en daalt <strong>het</strong> risico op<br />

geweld nog verder. Dat wordt vaak vergeten.”<br />

TRAILS<br />

TRAILS (Track<strong>in</strong>g Adolescents Individual Lives Survey) is een<br />

grootschalig en langlopend onderzoek naar de lichamelijke<br />

en geestelijke gezondheid van jongeren op weg naar volwassenheid.<br />

Er doen bijna 2900 jongeren uit de noordelijke<br />

prov<strong>in</strong>cies mee. In de periode tussen hun 10e en 24e levensjaar<br />

worden om de twee jaar gegevens verzameld.<br />

TRAILS probeert verschillende d<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> kaart te brengen,<br />

zoals welke factoren een rol spelen bij <strong>het</strong> ontstaan van<br />

emotionele en gedragsproblemen en hoe deze verschillende<br />

factoren elkaar beïnvloeden. Dan gaat <strong>het</strong> om een samenspel<br />

van <strong>in</strong>dividuele factoren (bv. erfelijkheid) en omgev<strong>in</strong>gsfactoren<br />

(bv. de wijk waar<strong>in</strong> iemand opgroeit). Om antwoord te<br />

krijgen op deze vragen, kijken de onderzoekers naar uitgebreide<br />

(sociaal-)demografische kenmerken, psychische<br />

gezondheid en aanpass<strong>in</strong>g, biografie en belangrijke levensgebeurtenissen<br />

(life events), lichamelijke gezondheid en<br />

ontwikkel<strong>in</strong>g, sociale cognitie, <strong>in</strong>telligentie en schoolprestaties<br />

en (anti)sociaal gedrag. Deelnemers vullen hierover<br />

TRAILS is gestart <strong>in</strong> 2001. Er zijn tientallen onderzoekers bij<br />

betrokken uit verschillende wetenschappelijke discipl<strong>in</strong>es en<br />

van verschillende universiteiten, waaronder de Rijksuniversiteit<br />

Gron<strong>in</strong>gen en de Erasmusuniversiteit Rotterdam.<br />

Meer <strong>in</strong>formatie op www.trails.nl


Maak duidelijk<br />

INTERVIEW<br />

wat Slachtofferhulp<br />

kan betekenen<br />

Misbruikslachtoffer Marieke (21)<br />

durft na vijf jaar alsnog aangifte<br />

tegen de dader te doen<br />

De puberteit is een kwetsbare periode <strong>in</strong> een<br />

mensenleven, zo heeft Marieke 1 aan den lijve<br />

ondervonden. Zeker als <strong>het</strong> thuis niet zo lekker<br />

loopt. “Er waren thuis problemen, dus <strong>het</strong> was<br />

niet echt gezellig. Daar ben je als jong meisje<br />

best wel gevoelig voor en er was iemand die<br />

daar dankbaar gebruik van maakte. Ik was aan<br />

<strong>het</strong> experimenteren met drugs en hij verkocht<br />

ze, zo kwam ik bij hem thuis. Hij wist precies hoe<br />

hij me kon <strong>in</strong>palmen door me die aandacht te<br />

geven die je als meisje op zo’n moment zo nodig<br />

hebt. En toen g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> mis: ik belandde bij hem<br />

<strong>in</strong> bed terwijl ik dat eigenlijk niet wilde. Maar<br />

goed, hij was een brede man en ik wist ook wel<br />

dat hij geen lieverdje was − dat ben je niet als<br />

je drugs verkoopt. Dus ik durfde geen nee te<br />

zeggen en liet <strong>het</strong> maar gewoon over me heen<br />

komen.”<br />

104 105


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Zo had ze als 15-jarige ongewild seks met een man van<br />

30 en de gevolgen van die ervar<strong>in</strong>g hebben haar leven<br />

een tijdje danig <strong>in</strong> de war geschopt. In haar bescheiden<br />

studentenkamertje − bed, bureau, bank en een grote kooi<br />

met daar<strong>in</strong> twee slaperige ch<strong>in</strong>chilla’s − vertelt ze hoe ze<br />

die periode heeft beleefd en hoe ze daarna haar leven<br />

weer op de rails kreeg. Inmiddels studeert ze psychologie<br />

en kan ze met enige afstandelijkheid terugkijken op die<br />

episode.<br />

SCHAAMTE EN SCHULD<br />

Nadat <strong>het</strong> gebeurd was, voelde ze zich helemaal geen<br />

slachtoffer, vertelt ze, maar schaamde ze zich vooral. “Tja,<br />

je hebt toch seks gehad met een man van 30, terwijl dat<br />

niet echt de bedoel<strong>in</strong>g was. Ik had hem ook pas twee keer<br />

gezien. Ik ben naar hem gegaan terwijl ik wist dat <strong>het</strong> niet<br />

goed zat. Op <strong>het</strong> moment zelf speelt dat wel door je hoofd<br />

maar ja, hij is wel lief en hij zegt wat je wilt horen en dat<br />

is toch eigenlijk wel leuk. Als er dan iets gebeurt wat je<br />

eigenlijk niet wilt … Ik had toch zoiets van: <strong>het</strong> is mijn eigen<br />

schuld. Ik heb <strong>het</strong> gewoon zelf gedaan, ik had er niet heen<br />

moeten gaan. In <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> had ik dus niet zozeer <strong>het</strong> idee<br />

dat me iets was overkomen, maar dat ik iets had gedaan.”<br />

Ze was dan ook zeker niet van plan om <strong>het</strong> aan haar ouders<br />

te vertellen of aangifte te doen. “Ik was bang voor problemen,<br />

bang voor ruzie, want dat was er al zo veel. Ik dacht:<br />

laat maar. Ze hoeven <strong>het</strong> niet te weten, <strong>het</strong> komt wel weer<br />

goed.”<br />

Maar <strong>het</strong> kwam niet goed. Een vriend<strong>in</strong> lichtte haar ouders<br />

<strong>in</strong>. “Ik had <strong>het</strong> haar verteld, gewoon wat er gebeurd was en<br />

niet dat ik <strong>het</strong> niet wilde. Maar zij kwam tot de conclusie<br />

dat <strong>het</strong> niet goed was en lichtte mijn ouders <strong>in</strong>. Die hebben<br />

mij uite<strong>in</strong>delijk zo ver gekregen om een verklar<strong>in</strong>g af<br />

te leggen bij de politie. Aangifte heb ik niet gedaan want<br />

dat durfde ik niet. Het was een foute jongen, met foute<br />

vrienden, die foute d<strong>in</strong>gen deed. Ondertussen had ik van<br />

mijn ouders ook al gehoord dat hij een strafblad had, niet<br />

alleen voor diefstal, maar voor geweld. Dus ik dacht: laat<br />

maar, <strong>het</strong> is goed. Ik was bang dat hij me iets zou aandoen,<br />

of zou laten aandoen. Ik heb een verklar<strong>in</strong>g afgelegd bij<br />

de drugspolitie en ze hebben hem vervolgd voor dealen.<br />

Ook heb ik met de zedenpolitie gepraat − dat moest van<br />

mijn ouders − maar ik heb geen aangifte gedaan. Dan zou<br />

ik straks <strong>in</strong> de rechtszaal moeten zitten waar hij ook is. Dan<br />

moet ik hem onder ogen komen en dan weet hij dat ik dit<br />

gedaan heb. Daar was ik heel bang voor.”<br />

EMMERS BEGRIP<br />

Marieke heeft niet bepaald positieve her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen aan<br />

<strong>het</strong> gesprek met de zedenpolitie, en dat kl<strong>in</strong>kt duidelijk <strong>in</strong><br />

haar stem door. Het bevestigde haar <strong>in</strong> <strong>het</strong> gevoel dat ze<br />

<strong>het</strong> toch vooral over zichzelf afgeroepen had. “Het was een<br />

heel vervelend gesprek, meer een verhoor eigenlijk. Ik zat<br />

met twee agenten aan een bureau en had nog net niet de<br />

lamp op mijn gezicht gericht staan. Mijn ouders mochten<br />

er niet bij zijn. Daar zit je dan als meisje en moet je steeds<br />

weer alles vertellen wat er is gebeurd. Honderd keer<br />

dezelfde vragen maar dan telkens net weer even anders.<br />

Alsof ze je aan <strong>het</strong> testen zijn. En de twee vrouwelijke<br />

agenten waren niet echt aardig. Niet dat ik zat te wachten<br />

op bakken vol medelijden en emmers begrip, maar een<br />

beetje was wel leuk geweest. Ze gaven me heel erg <strong>het</strong><br />

gevoel dat <strong>het</strong> allemaal mijn schuld was geweest. Ze hebben<br />

me trouwens ook niet verteld dat je niet bij de rechtszaak<br />

aanwezig hoeft te zijn, je hoeft de dader niet te zien.<br />

Als me dat was verteld had ik toen misschien wel aangifte<br />

gedaan. Terwijl ik toch duidelijk mijn angsten heb uitgesproken.<br />

Er is me geen uitleg gegeven, geen slachtofferhulp<br />

aangeboden.”<br />

De situatie thuis was er <strong>in</strong>middels ook niet beter op<br />

geworden. De relatie met haar ouders raakte verder verstoord.<br />

“Bij mijn vader had ik <strong>het</strong> echt verpest en dat heb ik<br />

Ze gaven me <strong>het</strong> gevoel<br />

dat <strong>het</strong> mijn schuld was geweest<br />

ook geweten. Mijn moeder heeft er heel veel verdriet van<br />

gehad. Die heeft altijd erg haar best gedaan om mij zo<br />

goed mogelijk terecht te laten komen en dan gebeurt er<br />

dit. Misschien voelde ze <strong>het</strong> toch een beetje als falen van<br />

haar kant. En vroeg ze zich natuurlijk af hoe ik zo dom kon<br />

zijn. In <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> zijn ze er heel boos over geweest en<br />

daarna werden ze heel wantrouwend. Als ik dan ergens<br />

naartoe g<strong>in</strong>g, dan belden ze me en wilden mijn vrienden<br />

aan de telefoon hebben om te controleren of ik daar echt<br />

was. Ik moest ook op de m<strong>in</strong>uut af op tijd thuis zijn. Op<br />

zich is dat logisch, maar <strong>het</strong> g<strong>in</strong>g ten koste van de gezelligheid.<br />

Echt heel uitgebreid hebben we <strong>het</strong> er toen niet<br />

over gehad. Achteraf gezien vond ik <strong>het</strong> ook best logisch<br />

dat ze boos waren, al was <strong>het</strong> rot op <strong>het</strong> moment zelf. Wat<br />

ik dan had gewild? In ieder geval geen medelijden en een<br />

arm om de schouder. Dat klopte niet met mijn gevoel,<br />

want ik gaf mezelf heel erg de schuld van <strong>het</strong> gebeurde.”<br />

Ze valt even stil. “Het is gewoon gegaan zoals <strong>het</strong> is<br />

gegaan. Ik ben <strong>in</strong> ieder geval blij dat <strong>het</strong> nu goed gaat, dat<br />

we er eigenlijk allemaal weer bovenop zijn gekomen.”<br />

EETSTOORNIS<br />

De misbruikervar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met de verstoorde<br />

relatie met haar ouders leidde tot een waterval aan problemen.<br />

“Ik ben dat jaar blijven zitten op school. Mijn seksuele<br />

grenzen waren zoek, ik ben daarna een tijd losbandig<br />

geweest. Je gaat op zoek naar mensen die zeggen<br />

voor jou te gaan <strong>in</strong> plaats van voor je lichaam. Dat blijkt<br />

achteraf natuurlijk niet zo te zijn, maar goed”, ze slaakt een<br />

zucht, “zo gaat dat dan. Ik heb toen veel d<strong>in</strong>gen gedaan<br />

waar ik spijt van kreeg. Mijn zelfvertrouwen is daardoor<br />

alleen maar verder gekelderd en dat heeft uite<strong>in</strong>delijk tot<br />

een eetstoornis geleid.” Op school, bij leeftijdsgenoten<br />

vond ze we<strong>in</strong>ig steun, <strong>in</strong>tegendeel. “Er werd heel veel over<br />

mij geroddeld. Ik mocht er zelf niet over praten van de<br />

schoolleid<strong>in</strong>g. Ter bescherm<strong>in</strong>g van de reputatie van de<br />

school, want die stond <strong>in</strong> de top drie van de Elsevier-lijst<br />

van beste scholen <strong>in</strong> Nederland. Dan gaan mensen hun<br />

eigen verhaal verz<strong>in</strong>nen. Op een gegeven moment g<strong>in</strong>g<br />

<strong>het</strong> de hele stad rond: dat meisje van die en die school<br />

heeft van alles met die loverboy gedaan, ze heeft seks <strong>in</strong><br />

ruil voor drugs, ze heeft aids, ze is zwanger, hele verhalen.<br />

Mijn klasgenoten wilden niet meer met mij praten; je hebt<br />

een stempel op je voorhoofd. Ik zat er best wel mee dat ze<br />

niet de moeite namen om te zien wie ik werkelijk was.<br />

Alleen maar die verhalen.”<br />

106 107<br />

Ze greep haar kans toen haar school zich <strong>in</strong>schreef voor<br />

<strong>het</strong> tv-programma Over de streep. 2 In dat programma<br />

‘leren middelbare scholieren elkaar <strong>in</strong> één dag tijd pas<br />

echt goed kennen door mee te doen aan een Challenge<br />

Day; een s<strong>in</strong>ds tw<strong>in</strong>tig jaar beproefde Amerikaanse<br />

methode om onverschilligheid en onbegrip tussen scholieren<br />

tegen te gaan en wederzijds respect te stimuleren.<br />

Door spelletjes af te wisselen met serieuze gesprekken,<br />

is <strong>het</strong> de bedoel<strong>in</strong>g dat muren tussen de verschillende


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

kliekjes op middelbare scholen afbrokkelen en hun vooroordelen<br />

over elkaar veranderen’. “Op die dag heb ik mijn<br />

nieuwe klas verteld wat er wel en niet gebeurd is, welke<br />

delen van <strong>het</strong> verhaal wel en niet waar waren. Want ik zat<br />

er best mee dat ze een verkeerd beeld van mij hadden.<br />

Daarna zijn veel klasgenoten naar me toe gekomen en<br />

hebben gezegd: ‘Sorry, ik wist niet dat <strong>het</strong> zo zat.’ Ook<br />

andere mensen die <strong>het</strong> hadden gezien, want <strong>het</strong> is landelijk<br />

uitgezonden. Dat heeft de roddel wel de wereld<br />

uitgeholpen.”<br />

TWEE JAAR THERAPIE<br />

Daarnaast zocht Marieke hulp bij een therapeut. “In die tijd<br />

zat ik niet goed <strong>in</strong> mijn vel. Ik heb tegen mijn moeder<br />

gezegd: ‘Ik wil eigenlijk wel met iemand praten.’ En zo ben<br />

ik bij een psycholoog terechtgekomen. Daar kwam naar<br />

boven dat ik er eigenlijk heel erg mee zat dat de relatie met<br />

mijn vader zo verstoord was. In die periode heb ik die eetstoornis<br />

ontwikkeld. Daarom heeft de psycholoog me ook<br />

doorgestuurd naar een diëtist. Ik heb <strong>in</strong> totaal twee jaar<br />

therapie gehad. Gepraat over alle d<strong>in</strong>gen die mij dwarszaten<br />

en daar is wel uit naar voren gekomen dat er een direct<br />

verband lag met <strong>het</strong> misbruik. Toen heb ik <strong>het</strong> voor mijzelf<br />

op een rijtje kunnen zetten. Veel over mijn vader gepraat,<br />

veel met mijn vader gepraat”, vertelt ze, “Dat waren rampzalige<br />

sessies; toen dacht ik echt: nu komt <strong>het</strong> echt nooit<br />

meer goed. Maar daarna is <strong>het</strong> eigenlijk steeds beter<br />

gegaan. Als we elkaar nu zien dan is <strong>het</strong> gewoon leuk,<br />

gezellig, zoals <strong>het</strong> hoort eigenlijk. Daarom ben ik ook blij<br />

dat we <strong>het</strong> toen hebben opgelost. Dat heeft veel voor mij<br />

gedaan. Toen ik ook nog klaar was met mijn examens en ik<br />

mijn toenmalige relatie achter de rug had, viel er heel veel<br />

van mijn schouders af en g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> steeds beter.”<br />

Hoewel de psychologiestudente <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie geen<br />

aangifte had willen doen uit angst voor represailles van de<br />

dader, deed zich vijf jaar later een nieuwe mogelijkheid<br />

voor. “Toen is de zaak heropend. Er lagen <strong>in</strong>middels heel<br />

wat verklar<strong>in</strong>gen van meisjes bij wie hij <strong>het</strong>zelfde had<br />

gedaan. De politie heeft toen alle meisjes die wel een verklar<strong>in</strong>g<br />

hebben afgelegd maar geen aangifte durfden te<br />

doen, benaderd met de vraag of ze alsnog aangifte wilden<br />

doen. Het was <strong>in</strong>middels vijf jaar geleden en de angst was<br />

een beetje weg, dus ik dacht: toe maar dan. Ik vond <strong>het</strong><br />

wel goed als hij gestraft zou worden voor wat hij allemaal<br />

gedaan had.”<br />

SMARTENGELD<br />

De strafzaak <strong>in</strong> eerste aanleg heeft <strong>in</strong>middels plaatsgevonden.<br />

De dader is veroordeeld tot vier jaar celstraf en <strong>het</strong><br />

betalen van een schadevergoed<strong>in</strong>g aan zijn slachtoffers.<br />

Marieke heeft <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe recht op duizend euro, maar de<br />

dader heeft hoger beroep aangetekend tegen de besliss<strong>in</strong>g<br />

van de rechter. “Ik had helemaal niet nagedacht over<br />

een schadevergoed<strong>in</strong>g, maar toen ik aangifte kwam doen,<br />

zei de politie dat ik daar recht op had en dat Slachtofferhulp<br />

me erbij kon helpen. Tja, als ik er recht op heb… gratis<br />

geld is nooit weg”, lacht ze, om serieus te vervolgen: “Ik zie<br />

<strong>het</strong> wel echt als erkenn<strong>in</strong>g, als smartengeld voor wat hij<br />

mij heeft aangedaan. Niet dat ik er een emotioneel wrak<br />

van ben geworden, maar ik heb er wel lang last van gehad,<br />

veel last.” De rechtszaak zelf bracht ook wel de nodige<br />

stress met zich mee. “Ik vond <strong>het</strong> heel eng om hem daar te<br />

zien, om met hem <strong>in</strong> één ruimte te zitten. Tijdens de<br />

rechtszaak ontkende hij alles, dat <strong>het</strong> allemaal niet was<br />

gebeurd. Toen had ik wel zoiets van: hallo! Ik wist van b<strong>in</strong>nen<br />

dat de lieve d<strong>in</strong>gen die hij destijds had gezegd een<br />

toneelstukje waren, maar op zo’n moment word je weer<br />

met je neus op <strong>het</strong> feit gedrukt dat je gewoon gebruikt<br />

bent. Dat was wel even heftig. De zitt<strong>in</strong>g duurde ook heel<br />

lang, ja, alles wordt tot <strong>in</strong> detail besproken.” Ondanks haar<br />

angst voor de dader heeft ze wel gebruik gemaakt van de<br />

mogelijkheid om een slachtofferverklar<strong>in</strong>g te geven.<br />

“Iemand van Slachtofferhulp heeft de verklar<strong>in</strong>g samen<br />

met mij opgesteld. De rechter heeft hem tijdens de zitt<strong>in</strong>g<br />

voorgelezen. Ik wilde dat de dader <strong>het</strong> zou horen. Hij heeft<br />

zich er natuurlijk niets van aangetrokken, maar <strong>het</strong> is goed<br />

dat deze mogelijkheid bestaat.”<br />

Bij verschillende onderdelen van de strafprocedure heeft<br />

Marieke gebruikt gemaakt van de ondersteun<strong>in</strong>g van<br />

Slachtofferhulp Nederland. “Bij de aangifte heb ik te horen<br />

gekregen dat ik bij de rechtszaak en zo begeleid kon worden.<br />

Nou, dat wilde ik wel, want ik weet niet hoe dat allemaal<br />

<strong>in</strong> zijn werk gaat. Slachtofferhulp heeft mij gebeld,<br />

folders opgestuurd en formulieren om een schadevergoed<strong>in</strong>g<br />

aan te vragen bij <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven.<br />

Toen de datum van de rechtszaak bekend was heeft<br />

Slachtofferhulp weer contact met mij opgenomen om te<br />

kijken of ik van <strong>het</strong> spreekrecht gebruik wilde maken en<br />

om samen een verklar<strong>in</strong>g op papier te zetten. Ik heb ook<br />

hulp gekregen bij <strong>het</strong> <strong>in</strong>dienen van de schadevorder<strong>in</strong>g.<br />

En naar de rechtszaak zelf is iemand mee geweest voor<br />

<strong>het</strong> geval er vragen gesteld zouden worden. Ik vond dat<br />

heel prettig, want ja, hoe dien je zo’n schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong>?<br />

Het is een hoop gedoe en ik was bang dat ik iets verkeerd<br />

zou doen. Bovendien had ik echt geen z<strong>in</strong> om tijdens de<br />

rechtszaak iets te moeten zeggen, daar was ik heel bang<br />

voor. Dan is <strong>het</strong> fijn als iemand dat van je overneemt.”<br />

Ze geeft toe dat ze, net als veel andere jongeren, nooit uit<br />

eigen beweg<strong>in</strong>g contact opgenomen zou hebben met<br />

Slachtofferhulp Nederland. “Ik kende <strong>het</strong> eigenlijk helemaal<br />

niet. Ja, je hoort de naam wel eens, maar zo lang je er<br />

geen gebruik van hoeft te maken …”, legt ze uit. Als ze al<br />

een beeld had bij Slachtofferhulp dan toch vooral dat van<br />

de emotionele ondersteun<strong>in</strong>g, voegt ze eraan toe. En daar<br />

zat zij nou net niet op te wachten en, is haar <strong>in</strong>schatt<strong>in</strong>g,<br />

andere jongeren evenm<strong>in</strong>. “Jongeren hebben over <strong>het</strong><br />

algemeen best een groot sociaal netwerk. Je kunt je verhaal<br />

bij vrienden kwijt of, zoals <strong>in</strong> mijn geval, bij therapeuten.<br />

Dus dan heb je geen behoefte om <strong>het</strong> nog eens aan<br />

iemand van Slachtofferhulp te vertellen. Maar die juridische<br />

ondersteun<strong>in</strong>g, zoals hulp met formulieren <strong>in</strong>vullen<br />

en zo, dat is heel handig. Dat wist ik <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie niet<br />

en ik denk dat heel veel mensen niet weten dat<br />

Slachtofferhulp Nederland dat doet. Jongeren willen misschien<br />

niet praten, maar ze kunnen die juridische hulp<br />

waarschijnlijk best wel gebruiken. Maar daar zijn ze niet<br />

mee bekend. De politie heeft mij verteld dat Slachtofferhulp<br />

contact met mij kan opnemen en erbij verteld waarmee<br />

ze me allemaal kunnen helpen. Als ze dat niet hadden<br />

uitgelegd, had ik nee gezegd, denk ik. Omdat ik denk:<br />

ik hoef niet te praten. Dus <strong>het</strong> is goed als de <strong>in</strong>stantie waar<br />

een slachtoffer als eerste terechtkomt precies uitlegt wat<br />

de mogelijkheden zijn.” Tot slot geeft Marieke nog een<br />

kle<strong>in</strong> pleidooi voor onl<strong>in</strong>e vormen van ondersteun<strong>in</strong>g voor<br />

jonge slachtoffers. “Een soort van onl<strong>in</strong>e vraagbaak of zo.<br />

Ik vond bijvoorbeeld <strong>het</strong> <strong>in</strong>vullen van formulieren best<br />

moeilijk, want dat doe je niet zo vaak. Een beetje hulp op<br />

afstand is dan best handig, bijvoorbeeld via de chat. Ik heb<br />

de Slachtofferhulpwebsite niet bekeken, maar misschien<br />

zou je een speciaal deel moeten <strong>in</strong>richten voor jongeren<br />

met uitleg en tips voor <strong>het</strong> <strong>in</strong>vullen van formulieren. En<br />

wees actief op sociale media, want daar zijn jongeren te<br />

v<strong>in</strong>den.”<br />

108 109<br />

NOTEN<br />

1)<br />

De naam van Marieke is om privacyredenen veranderd.<br />

2)<br />

http://overdestreep.kro.nl/


Werken met<br />

jeugd betekent<br />

je creativiteit<br />

<strong>in</strong>zetten<br />

110 111<br />

Slachtofferhulpvrijwilliger Henriette<br />

Doensen (59) gunt jongeren de ruimte<br />

INTERVIEW<br />

“Ik zeg wel eens: pubers zijn net aliens; je<br />

moet wachten tot ze geland zijn”, zegt Henriette<br />

Doensen met een brede lach. Ze gebruikt die<br />

z<strong>in</strong> ook wel eens als ijsbreker bij haar jeugdige<br />

cliënten. Maar de onderliggende boodschap is<br />

serieus. Het werken met jongeren, en vooral<br />

jongeren met een beperk<strong>in</strong>g of een stoornis,<br />

vergt specifieke kennis, veel geduld, en een<br />

f<strong>in</strong>gerspitzengefühl om met ieder op zijn niveau<br />

aansluit<strong>in</strong>g te v<strong>in</strong>den. “Het is maatwerk; je moet<br />

<strong>het</strong> aanvoelen.”


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Doensen is vrijwillig medewerker bij Slachtofferhulp<br />

Nederland <strong>in</strong> Den Bosch. Vanuit <strong>het</strong> station loop je zo <strong>het</strong><br />

Slachtofferhulpbureau b<strong>in</strong>nen, dat aan <strong>het</strong>zelfde ple<strong>in</strong><br />

huist als de rechtbank. Bijna acht jaar werkt ze er nu. En<br />

ook al is ze vrijwilliger, <strong>het</strong> is zo’n beetje een fulltime baan<br />

geworden. Een nare ervar<strong>in</strong>g van haar eigen zoon maakte<br />

dat zij <strong>in</strong> slachtofferhulp geïnteresseerd raakte.<br />

NIET DWINGEN<br />

“Die jongen was toen 14, zijn broer werd 16 en ze hadden<br />

voor <strong>het</strong> eerst samen een feestje <strong>in</strong> de stad. Hij werd door<br />

een aantal mannen gewoon <strong>in</strong> <strong>het</strong> kanaal gegooid.<br />

Godzijdank was <strong>het</strong> een heel goede zwemmer. Qua hulp<br />

wilde hij natuurlijk niks, want <strong>het</strong> was een puber en hij<br />

loste dat zelf wel op. Dat heb ik hem ook laten doen.<br />

We hebben <strong>het</strong> er nu nog wel eens over en dan zegt hij:<br />

‘Terugkijkend had ik dat misschien anders gedaan.’<br />

Dw<strong>in</strong>gen wilde ik hem ook niet. Ik was er voor hem, dat<br />

vond ik genoeg. Dat merk ik wel: op die leeftijd willen ze<br />

geen vreemden erbij hebben. Familie, je moeder, je<br />

ouders − als die er voor je zijn, prima. Vooral vrienden<br />

zijn heel belangrijk. Als je <strong>het</strong> met hen kan oplossen, dan<br />

doe je dat. Vooral niet met vreemden en zeker niet als ze<br />

dan ook nog van Slachtofferhulp Nederland zijn”, aldus<br />

Doensen, “Maar dat is al lang geleden. Hij is nu 34.<br />

Intussen zijn de jeugd en <strong>het</strong> hele tijdsbeeld veranderd.”<br />

B<strong>in</strong>nen bureau Den Bosch geldt Doensen als ervar<strong>in</strong>gsdeskundige<br />

op <strong>het</strong> gebied van jongeren en autisme. Niet<br />

verwonderlijk: ze is moeder van een autistisch k<strong>in</strong>d en<br />

heeft zowel een opleid<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de psychiatrie als opleid<strong>in</strong>g<br />

tot coach gevolgd. Daarnaast heeft ze veel met k<strong>in</strong>deren<br />

gewerkt: taalles gegeven aan buitenlandse k<strong>in</strong>deren,<br />

radioprogramma’s voor de jeugd gemaakt, creatieve workshops<br />

gegeven. Haar aff<strong>in</strong>iteit met de doelgroep jeugd<br />

was overigens niet de doorslaggevende reden om bij<br />

Slachtofferhulp Nederland te solliciteren. “Die kwam ook<br />

vanuit mijn geloof. Ik ben boeddhist, heb me <strong>in</strong> 1984 laten<br />

<strong>in</strong>wijden. Dat betekent voor mij actief met vrede bezig<br />

zijn, actief de wereld een betere plek maken. Ga daar maar<br />

eens aan staan”, zegt ze niet zonder humor <strong>in</strong> haar stem.<br />

“Ik kan daar actief aan bijdragen door een meerwaarde <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> leven van slachtoffers te brengen. Meerwaarde <strong>in</strong> de<br />

z<strong>in</strong> van een beetje verlicht<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de ellende die ze op dat<br />

moment meemaken.”<br />

Uit de literatuur is bekend dat jongeren met een beperk<strong>in</strong>g<br />

“Vraag of <strong>het</strong> mag. Dat soort kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen. Daarmee kun<br />

of stoornis als autisme extra kwetsbaar zijn als <strong>het</strong> om je iemand op zijn gemak stellen. Door te laten blijken dat<br />

112 slachtofferschap (en daderschap) gaat. Herkent Doensen je begrijpt hoe <strong>het</strong> bij hen werkt en dat je daar reken<strong>in</strong>g<br />

113<br />

dat <strong>in</strong> haar dagelijkse praktijk? “Ja, ze trekken <strong>het</strong> bijna aan mee houdt en ze respecteert.” Ze voegt eraan toe: “Wat dat<br />

als een magneet. Dat heeft te maken met hun gedrag. Ik betreft zijn mensen met autisme ook heerlijke mensen. Je<br />

KLEINE DINGEN<br />

Haar focus op jeugdige slachtoffers − en dan vooral jongeren<br />

met stoornissen − is <strong>in</strong> de loop der jaren ontstaan.<br />

“Mijn teamleider vond dat ik daar talent voor had en zij is<br />

iemand die heel goed gebruik weet te maken van de<br />

talenten <strong>in</strong> haar team. Zo is <strong>het</strong> gegroeid.”<br />

mag <strong>het</strong> misschien eigenlijk niet zeggen, maar soms zie ik<br />

<strong>het</strong> aan ze, <strong>in</strong> hun houd<strong>in</strong>g, hun uiterlijk, hoe ze zich kleden,<br />

hoe ze reageren. Omdat ze hun grenzen niet scherp<br />

hebben, zoeken ze veel vaker d<strong>in</strong>gen op die ze beter niet<br />

hadden kunnen opzoeken. Ze reageren sowieso anders op<br />

situaties, ze zijn sociaal wat meer onhandig, hun vaardigheden<br />

mag heel direct zijn. Je moet ook heel direct zijn, anders<br />

begrijpen ze je niet meer. Als je niet congruent bent, dan<br />

ben je ze kwijt. Dus: ik zeg wat ik doe en ik doe wat ik zeg.<br />

Dat v<strong>in</strong>d ik prima.”<br />

LEEFGEBIEDENCHECK<br />

liggen m<strong>in</strong>der hoog. Dat moet je bij <strong>in</strong>stanties ook Vaak zijn <strong>het</strong> niet de jongeren die Slachtofferhulp voor<br />

duidelijk maken. Zo heb ik de politie wel eens moeten vertellen:<br />

zichzelf <strong>in</strong>schakelen, maar ouders die met hun handen <strong>in</strong><br />

‘Jouw benader<strong>in</strong>g gaat ’m niet worden.’ Dat is best <strong>het</strong> haar zitten. “Vanmiddag ga ik naar zo’n zaak toe. Een<br />

lastig, want zo’n agent zit daar vreselijk zijn best te doen. jongen die heeft aangegeven dat hij door twee mannen<br />

Daarom heb ook een keer een dvd afgegeven, ‘Autisme en gedwongen is om mee te gaan <strong>in</strong> een auto, die een<br />

justitie’, met de uitnodig<strong>in</strong>g die een keer te bekijken. Dat messnee op zijn wang gekregen heeft en die 20.000 euro<br />

heb ik overigens ook gedaan bij onze eigen afdel<strong>in</strong>g juridische<br />

moest betalen. Hij moest ook zijn jas en telefoon afgeven.<br />

dienstverlen<strong>in</strong>g. Al pik je er maar wat kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen Zijn moeder was vorige week hier. Die jongen heeft adhd,<br />

uit. Voor deze mensen zijn <strong>het</strong> vaak de kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen die wil niks, ook geen aangifte doen, hij wil eigenlijk alleen<br />

<strong>het</strong> grote verschil maken. Bijvoorbeeld: wij kijken elkaar maar b<strong>in</strong>nen <strong>in</strong> zijn bed liggen en verder niks. Daar ga ik<br />

aan. Dat moet je bij hen niet steeds doen. En een hand vanmiddag naartoe. Die jongen is 17; hij wil natuurlijk ook<br />

geven bij <strong>het</strong> b<strong>in</strong>nenkomen?” Ze schudt haar hoofd.<br />

helemaal niets met Slachtofferhulp te maken hebben.<br />

Dw<strong>in</strong>gen wilde ik hem ook niet<br />

Ik was er voor hem,<br />

dat vond ik genoeg<br />

Ik wil ze volwaardig behandelen<br />

en ze de ruimte laten<br />

hun kop te stoten


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Daarom neem ik vanmiddag ook een mannelijke collega<br />

mee. Stel dat die jongen bereid is even een stukje te gaan<br />

lopen, dan kan hij hem mee naar buiten nemen. Wie weet<br />

wat er al wandelend tot stand komt. Ondertussen probeer<br />

ik met de moeder te praten. En dan maar afwachten. Ik<br />

moet steeds creatief blijven. Kijken wat je tegenkomt en<br />

daarop <strong>in</strong>haken.”<br />

Creativiteit en geduld zijn buitengewoon belangrijke<br />

eigenschappen, volgens Doensen. “Ik heb <strong>het</strong> soms tijdens<br />

de eerste contacten helemaal niet over wat hun is overkomen.<br />

Dan heb ik <strong>het</strong> over school, vrienden, films en uitgaan.<br />

En over welke muziek ze leuk v<strong>in</strong>den. Ik heb thuis<br />

zelf ook een puber zitten, dus daar kan ik wel over meepraten.<br />

Maar iemand van mijn leeftijd moet niet proberen<br />

populair te doen, door bijvoorbeeld hun taalgebruik over<br />

te nemen. Je kunt wel proberen om aan te sluiten bij hun<br />

niveau. Niet op hun niveau gaan zitten, maar er een stap<br />

naartoe doen. En… gevoelens liggen nu eenmaal heel<br />

lastig bij pubers. Dus ik steek <strong>het</strong> heel praktisch <strong>in</strong>. Slaap je<br />

goed, eet je goed, <strong>het</strong> hele rijtje af. Dat noem ik de leefgebiedencheck.<br />

Zie je je vrienden nog? Heb je nog zakgeld<br />

en kom je ervan rond? Dat soort d<strong>in</strong>gen. Ik zeg ook wel<br />

eens: ‘Je moet mij zien als een helikopter die overvliegt.<br />

Ik cirkel rond over <strong>het</strong> hele gebied, en ik kijk mee of op alle<br />

gebieden alles goed gaat. Als ik merk dat <strong>het</strong> ergens niet<br />

zo goed gaat, dan breng ik dat onder de aandacht. En dan<br />

kunnen we later samen kijken wat daar nodig is.”<br />

omhoog, hoor je wat gemompel. Dan vraag ik wel: ‘Kun je<br />

er niet over praten of wil je er niet over praten?’ ‘Ach, laat<br />

maar zitten.’ Nou ja, oké, je moet niets. Ze hoeven <strong>het</strong> mij<br />

niet te vertellen, als ze <strong>het</strong> maar ergens kwijt kunnen. Op<br />

een manier die bij hen past. Soms raad ik wel eens aan<br />

een creatieve weg te zoeken. Bijvoorbeeld <strong>het</strong> te uiten <strong>in</strong><br />

songteksten schrijven, muziek spelen, sporten. Mep die<br />

bal maar verrot!”<br />

Ze erkent dat er ook wel nadelen kleven aan de neig<strong>in</strong>g<br />

van jongeren om <strong>het</strong> vooral zelf te willen oplossen.<br />

Gevoelens naar aanleid<strong>in</strong>g van een <strong>in</strong>grijpende gebeurtenis<br />

laten zich misschien een tijdje wegstoppen. Maar de<br />

kans is groot dat die gevoelens later <strong>in</strong> alle hevigheid<br />

terugkomen en <strong>het</strong> leven danig <strong>in</strong> de war schoppen.<br />

Tegelijkertijd gunnen we jongeren hun autonomie en willen<br />

we vertrouwen op hun veerkracht. In zulke gevallen<br />

betrekt Doensen de ouders erbij. “Ik geef ze mee dat ze<br />

<strong>het</strong> gedrag van hun zoon of dochter maar beter kunnen<br />

volgen. Is hij of zij bezig om weer zo te worden als voordat<br />

<strong>het</strong> gebeurde? Als je na drie maanden denkt: ‘Ik heb mijn<br />

zoon of dochter nog niet terug’, dan heb je denk ik reden<br />

om te zeggen dat er iets moet gebeuren. Ik wil jongeren<br />

niet <strong>het</strong> gevoel geven dat ze niet over zichzelf kunnen<br />

beslissen, ik wil ze volwaardig behandelen. En ze de<br />

ruimte laten hun kop te stoten. Ik zeg dat ook wel eens<br />

tegen de ouders. Maar daar voeg ik aan toe: voorkom dat<br />

ze hun kop zodanig stoten dat ze er levenslang een bult<br />

aan overhouden. Dat is niet de bedoel<strong>in</strong>g, dat moeten we<br />

voorblijven. Een kle<strong>in</strong>e bult die vanzelf overgaat, oké. Daar<br />

leren ze van en dat recht hebben ze ook, dat wil ik ze niet<br />

afpakken. Maar ik weet als volwassene dat je ook <strong>in</strong> de<br />

gaten moet houden of <strong>het</strong> allemaal weer goed gaat. Door<br />

Ik geef ze mee<br />

dat ze <strong>het</strong> gedrag van<br />

hun zoon of dochter maar<br />

beter kunnen volgen<br />

114 af en toe gesprekjes te hebben met je k<strong>in</strong>d. ‘Gaat <strong>het</strong> goed<br />

met je? Wat gaat er goed, en als <strong>het</strong> niet goed gaat, wat<br />

gaat er niet goed? Voel je je <strong>het</strong>zelfde nu als voor die tijd?<br />

En als er verschil is, wat is er nu anders?’ Blijf dat soort<br />

open gesprekjes voeren.”<br />

VANUIT JE HART<br />

Dat jongeren snel de neig<strong>in</strong>g hebben om de boot af te<br />

houden, daar moeten we ons als ouders en hulpverleners<br />

dus niet door laten ontmoedigen. “Nee,” is <strong>het</strong> stellige antwoord<br />

van de Slachtofferhulpvrijwilligster. “En vooral niet<br />

bij mensen met gedragsstoornissen. Dat is misschien een<br />

onconventionele situatie, dus daar moet je ook onconventioneel<br />

mee omgaan. Niet rechtlijnig alles van tevoren al<br />

<strong>in</strong>vullen. Nee, laat open en haak <strong>in</strong> op wat je onderweg<br />

Ter afsluit<strong>in</strong>g wil Doensen wel een gouden tip meegeven<br />

voor een betere dienstverlen<strong>in</strong>g aan jongeren en slachtoffers<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen: “Laat de kantoortijden los. Van<br />

negen tot vijf is op zich prima, maar we zitten steeds meer<br />

<strong>in</strong> een 24-uurs economie. Er gebeurt 24 uur lang van alles<br />

en nog wat. Er zijn allerlei situaties die geparkeerd kunnen<br />

worden tot morgen, maar dan nog is een telefoontje vaak<br />

heel belangrijk. Even vragen: ‘Hoe is <strong>het</strong> met je en hoe ga<br />

je de nacht <strong>in</strong>? Morgenochtend bel ik terug’. Dat stukje<br />

echte aandacht, dat kun je ook niet vervangen met onl<strong>in</strong>e<br />

dienstverlen<strong>in</strong>g. Aandacht die ze niet met anderen hoeven<br />

te delen.” Cliënten kunnen haar daarom, als <strong>het</strong> echt nodig<br />

is, tot negen uur ’s avonds bellen. Dan gaat de (werk)-<br />

telefoon uit, maar ’s morgens om acht uur gaat hij weer<br />

aan. Ze weet dat sommige collega’s haar wel erg soepel<br />

115<br />

KOP STOTEN<br />

Komen gevoelens dan helemaal niet aan bod? “Dat laat ik<br />

aan hen over”, antwoordt Doensen. “Soms vraag ik ernaar:<br />

‘Hoe voel je je daarover?’ Dan gaan die schouders<br />

tegenkomt. Ik zeg ook wel eens tegen ze: ‘Ik hou van<br />

breien. Ik zie deze situatie als een bolletje wol dat <strong>in</strong> de<br />

knoop zit en ik hou ervan om d<strong>in</strong>gen uit de knoop halen.’<br />

Ik hou van puzzelen.”<br />

v<strong>in</strong>den, maar hanteert daar<strong>in</strong> haar eigen norm: “Wat ik<br />

belangrijk v<strong>in</strong>d <strong>in</strong> dit werk is dat je <strong>het</strong> doet vanuit je hart.<br />

Niet volgens <strong>het</strong> boekje − dat is natuurlijk wel de algemene<br />

leidraad − maar verder vooral vanuit je hart.”


Probeer<br />

aansluit<strong>in</strong>g<br />

te v<strong>in</strong>den<br />

via scholen<br />

Voor ROC-docenten<br />

Sanae Boukarfada (32) en<br />

Anoual Boutalab (29) draait<br />

<strong>het</strong> om vertrouwen<br />

INTERVIEW<br />

116 117<br />

Veiligheid en vertrouwen. Weet een docent<br />

dat te bieden, dan kun je veel voor studenten<br />

betekenen. Dat is de ervar<strong>in</strong>g van ROC-docenten<br />

Sanae Boukarfada en Anoual Boutalab. Want<br />

hun studenten stappen niet zo snel naar een<br />

vreemde met hun problemen. En die problemen<br />

kunnen soms best heftig zijn. “We zien alles<br />

wel voorbijkomen. Verslav<strong>in</strong>g aan wiet, maar<br />

ook aan gamen. Een slechte thuissituatie,<br />

mishandel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de relatie, ongewenste<br />

zwangerschappen, schulden. Het belangrijkste<br />

is dat studenten eerst hun verhaal kwijt kunnen.<br />

Ergens houdt onze rol als docent op en kijken<br />

we samen met de student bij welke zorg- of<br />

hulpverlener hij of zij <strong>het</strong> beste terechtkan.”


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Beiden geven sociale vakken als burgerschap en loopbaanleren<br />

aan <strong>het</strong> Bus<strong>in</strong>ess & Adm<strong>in</strong>istration College van ROC<br />

Midden-Nederland <strong>in</strong> Amersfoort. Boukarfada doet dat<br />

voornamelijk aan niveau 2-leerl<strong>in</strong>gen van de studiericht<strong>in</strong>g<br />

Adm<strong>in</strong>istratief Medewerker. En Boutalab aan niveau<br />

4-leerl<strong>in</strong>gen van de opleid<strong>in</strong>g Juridisch Medewerker. Het<br />

is een middelgrote vestig<strong>in</strong>g met ongeveer 900 studenten.<br />

Boukarfada werkt er nu ruim drie jaar, Boutalab een jaartje<br />

langer.<br />

IMAGO VMBO<br />

“Ik heb eerst een opleid<strong>in</strong>g maatschappelijk werk en<br />

dienstverlen<strong>in</strong>g afgerond”, beg<strong>in</strong>t Boutalab. “Na mijn<br />

studie ben ik me verder gaan ontwikkelen wat betreft mijn<br />

loopbaan. Ik kwam tot de conclusie dat ik <strong>in</strong> <strong>het</strong> onderwijs<br />

thuishoor en dat mbo-leerl<strong>in</strong>gen mij <strong>in</strong> <strong>het</strong> bijzonder<br />

aanspreken. Vervolgens heb ik een lerarenbevoegdheid<br />

gehaald door opleid<strong>in</strong>g en werk te comb<strong>in</strong>eren. Zo ben ik<br />

hier terechtgekomen. Ik geef voornamelijk vakken die een<br />

relatie hebben met mijn vorige studie en die gericht zijn<br />

op de persoonlijke ontwikkel<strong>in</strong>g van studenten. De<br />

nadruk ligt op <strong>het</strong> ontwikkelen van verschillende beroepscompetenties,<br />

zoals gesprekstechnieken, feedback geven<br />

en ontvangen. Daarnaast ben ik mentor, stagebegeleider<br />

en voer ik <strong>in</strong>takegesprekken met nieuwe studenten.”<br />

Boukarfada kwam via een andere route <strong>in</strong> <strong>het</strong> mbo terecht.<br />

“Ik heb eerst de pabo gedaan omdat ik graag een bijdrage<br />

aan de ontwikkel<strong>in</strong>g van anderen wil leveren en omdat<br />

<strong>het</strong> onderwijs mij altijd heeft gefasc<strong>in</strong>eerd. Toen ik klaar<br />

was met de Pabo, kwam ik er achter dat ik nog niet uitgeleerd<br />

was. De sociaalpsychologische vakken spraken me<br />

erg aan. Daarom besloot ik om me daar<strong>in</strong> te verdiepen.<br />

Mijn vervolgstudie werd Algemene Sociale Wetenschappen.<br />

Ondertussen gaf ik parttime les op basisscholen,<br />

van Wagen<strong>in</strong>gen tot Kanaleneiland <strong>in</strong> Utrecht. Dat brengt<br />

je met verschillende leerl<strong>in</strong>gpopulaties <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g.<br />

Na mijn studie heb ik een eenjarig tra<strong>in</strong>eeship gevolgd<br />

bij de gemeente Utrecht, en was daarnaast werkzaam als<br />

beleidsmedewerker onderwijs bij de gemeente Utrecht.<br />

Het tra<strong>in</strong>eeship is een programma voor high potentialambtenaren<br />

om breed b<strong>in</strong>nen de organisatie <strong>in</strong>zetbaar<br />

te zijn. Na <strong>het</strong> tra<strong>in</strong>eeship ben ik nog ruim twee jaar als<br />

beleidsmedewerker onderwijs werkzaam geweest. Daar<br />

hield ik me bezig met projecten als de verbeter<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

imago van <strong>het</strong> vmbo <strong>in</strong> Utrecht, en voor een betere aansluit<strong>in</strong>g<br />

tussen vmbo- en mbo-scholen <strong>in</strong> Utrecht. Verder<br />

hield ik me bezig met <strong>het</strong> implementeren van <strong>het</strong> vak<br />

loopbaanleren op vmbo- en mbo-scholen. Hierdoor kwam<br />

ik <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g met <strong>het</strong> mbo en leerde ik <strong>het</strong> vanuit een<br />

beleidsperspectief kennen. Ik wilde <strong>het</strong> mbo ook als<br />

docent ervaren en daarom besloot ik om weer voor de<br />

klas te gaan staan.”<br />

GEZIEN WORDEN<br />

De voormalige beleidsmedewerker begon met <strong>het</strong> opzetten<br />

van een niveau 1-opleid<strong>in</strong>g en met <strong>het</strong> lesgeven aan<br />

deze leerl<strong>in</strong>gen van niveau 1. “Sommige leerl<strong>in</strong>gen zitten<br />

op dit niveau vanwege hun cognitief vermogen. Anderen<br />

hebben complexe problemen en weer andere leerl<strong>in</strong>gen<br />

zijn slecht gemotiveerd. Voor de niveau 1-leerl<strong>in</strong>gen heb<br />

ik een speciaal traject opgezet: ik had een eigen klas, ik gaf<br />

ze meerdere vakken, we werkten <strong>in</strong> een kle<strong>in</strong> team voor<br />

een kle<strong>in</strong> groepje studenten en <strong>in</strong> een vast lokaal. Dat is<br />

ook de kracht, want ze hebben een aanspreekpunt en <strong>het</strong><br />

biedt structuur. Als iemand er niet was, belde of mailde ik<br />

er gelijk achteraan: ‘Waar ben je, waarom ben je niet op<br />

school?’ Zo bouw je een vertrouwensband met ze op.<br />

Daarmee geef je aan: ik zie je,<br />

en ik merk <strong>het</strong> als je er niet bent<br />

Dat v<strong>in</strong>den ze echt belangrijk; een leerl<strong>in</strong>g zei dat ook<br />

tegen me: ‘Als ik er niet ben, krijg ik gelijk een mailtje:<br />

waarom was je niet op school? Soms baal ik: alweer zo’n<br />

mailtje, maar eigenlijk v<strong>in</strong>d ik <strong>het</strong> heel fijn dat u <strong>het</strong> doet.<br />

Dat <strong>het</strong> is opgevallen dat ik er niet was en dat u toch wilt<br />

dat ik naar school kom.’”<br />

118 Boutalab vult aan: “Dat waarderen ze. Dat <strong>het</strong> je is opgevallen<br />

dat ze er niet zijn. Daarmee geef je aan: ik zie je, en<br />

ik merk <strong>het</strong> als je er niet bent.” Zij werkt met niveau 4-leerl<strong>in</strong>gen<br />

en ziet een duidelijk verschil met niveau 1 en 2,<br />

waar <strong>het</strong> aanleren van de meest basale vaardigheden<br />

centraal staat. ‘Wat ik zo leuk v<strong>in</strong>d aan niveau 4-studenten<br />

is dat ze goed aanspreekbaar zijn. Ze kunnen goed met<br />

feedback overweg. Anders dan <strong>in</strong> <strong>het</strong> voortgezet onderwijs,<br />

leid ik studenten op voor een specifiek beroep waarbij<br />

beroepscompetenties centraal staan. Hoe ziet dat eruit,<br />

een professional? Welk gedrag hoort daarbij? Daar<strong>in</strong><br />

probeer ik ze iedere les te ondersteunen.”<br />

respect.” “Precies”, bevestigt Boukarfada. “Het is van belang<br />

dat je heel veel <strong>in</strong> de relatie met studenten <strong>in</strong>vesteert.<br />

Als je dat gelukt is, krijg je ze mee en kun je echt resultaten<br />

boeken.”<br />

119<br />

Wanneer ze over hun leerl<strong>in</strong>gen praten, straalt <strong>het</strong><br />

enthousiasme van hun gezichten. Hier zitten twee jonge<br />

vrouwen met een roep<strong>in</strong>g en een grote betrokkenheid.<br />

Boukarfada: “Ik kies voor dit vak omdat ik hier een verschil<br />

kan maken. Leerl<strong>in</strong>gen komen b<strong>in</strong>nen en zeggen: ‘Ik heb<br />

altijd gehoord dat ik niet kan leren en nu hoor ik voor <strong>het</strong><br />

eerst dat ik <strong>het</strong> wel kan.’ Dan zie je ze echt groeien en dat<br />

v<strong>in</strong>d ik heel mooi om te zien. Sommige leerl<strong>in</strong>gen komen<br />

b<strong>in</strong>nen op niveau 1, maar slagen er<strong>in</strong> de opleid<strong>in</strong>g op<br />

niveau 2 of 3 af te ronden. Een prestatie die ze eerst nooit<br />

voor mogelijk hadden gehouden.” “Dat maakt verschil,<br />

dat iemand vertrouwen <strong>in</strong> ze heeft. Dat we <strong>in</strong> ze geloven”,<br />

aldus Boutalab. “Daarmee w<strong>in</strong> je hun vertrouwen en<br />

BEWUSTE KEUZE<br />

Een vak als burgerschap, dat Boukarfada aan haar niveau<br />

2-studenten doceert, probeert jongeren een stevige basis<br />

mee te geven. “We zien heel wat problemen voorbij<br />

komen en die beperken zich meestal niet tot één dome<strong>in</strong>.<br />

Gaat <strong>het</strong> thuis niet goed, dan gaat <strong>het</strong> op school ook niet<br />

goed. Daar komen vaak ook nog f<strong>in</strong>anciële problemen bij.<br />

Ongewenste zwangerschappen. En überhaupt: hoe ga<br />

je om met seksualiteit? Of met drugs? Er zijn zo veel<br />

verleid<strong>in</strong>gen. Het vak burgerschap focust daarop: wat zijn<br />

risico’s en hoe kun je daar<strong>in</strong> een bewuste keuze maken.<br />

Dat is best moeilijk voor ze.” “Voor studenten van de lagere<br />

niveaus is logisch redeneren over <strong>het</strong> algemeen lastig”,<br />

heeft Boukarfada geconstateerd. “Ik denk dat bepaalde


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

problemen ook wel op <strong>het</strong> hbo voorkomen, maar die jongeren<br />

zijn beter <strong>in</strong> staat om de regie te nemen en naar<br />

oploss<strong>in</strong>gen te zoeken. Hbo-studenten zijn over <strong>het</strong> algemeen<br />

zelfstandiger. Ze zien eerder de verschillende mogelijkheden<br />

en weten waar ze hulp kunnen zoeken. Het zou<br />

natuurlijk ook kunnen dat hbo-studenten hun problemen<br />

beter verborgen weten te houden voor hun docenten.<br />

Wij zijn als school erg betrokken bij studenten en v<strong>in</strong>den<br />

de persoonlijke relatie belangrijk. Op <strong>het</strong> mbo gelden<br />

soms ook andere regels, leerl<strong>in</strong>gen moeten namelijk een<br />

startkwalificatie halen. Daarbij zijn sommigen ook nog<br />

leerplichtig. We hebben een wettelijke verplicht<strong>in</strong>g om<br />

daar veel meer op <strong>in</strong> te zetten.”<br />

Natuurlijk merken ze wel eens dat sommige leerl<strong>in</strong>gen<br />

<strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g komen met justitie, bijvoorbeeld als Bureau<br />

Jeugdzorg of de Reclasser<strong>in</strong>g zich meldt voor een gesprek.<br />

Maar aan hun docenten vertellen dat ze iets hebben<br />

gedaan wat niet mag, dat doen leerl<strong>in</strong>gen niet zo gauw.<br />

Boutalab begrijpt dat wel. “Wanneer een student iets<br />

vertelt wat nadelige gevolgen voor hem of haar heeft, dan<br />

moet je als docent, en als school, er ook iets mee doen.<br />

Het is <strong>in</strong> ieder geval van groot belang dat ik <strong>het</strong> vertrouwen<br />

van de student behoud en dat ik hem of haar verder kan<br />

begeleiden.” Ze vult aan: “Ik werk voor een juridische<br />

opleid<strong>in</strong>g. Een belangrijke vraag die we tijdens de <strong>in</strong>take<br />

stellen is of een student antecedenten heeft. Dat is<br />

belangrijk als een student later bijvoorbeeld juridisch<br />

medewerker wil worden.”<br />

doen? Proberen een steentje bij te dragen door hem of<br />

haar <strong>in</strong> te laten zien dat elke actie een gevolg heeft.<br />

Dat zien ze vaak niet. Een aantal studenten kan primair<br />

reageren, ze reageren <strong>in</strong> <strong>het</strong> hier en nu. Vooruitdenken<br />

en doelen stellen voor de lange termijn, dat kan lastig zijn<br />

voor mbo-studenten. In mijn visie speelt de docent een<br />

belangrijke rol <strong>in</strong> <strong>het</strong> creëren van <strong>het</strong> bewustzijn welk<br />

effect hun gedrag op anderen heeft. Het is voor een<br />

student soms moeilijk om zijn eigen gedrag te begrijpen,<br />

laat staat wat dat gedrag met een ander doet.”<br />

Ze slaan een hulpaanbod af omdat ze niet goed weten<br />

wat ze eraan hebben. Wat voor verschil kun je voor hen<br />

maken? Daarom zou <strong>het</strong> helemaal geen slecht idee zijn<br />

als Slachtofferhulp Nederland op scholen voorlicht<strong>in</strong>g zou<br />

gaan geven.” “Of een soort wekelijks spreekuur houden”,<br />

doet Boutalab een duit <strong>in</strong> <strong>het</strong> zakje. “Er hangt daar”, en<br />

Boukarfada wijst naar de gang, “een poster van FiS, dat is<br />

<strong>het</strong> F<strong>in</strong>ancieel Spreekuur. Daar kunnen studenten terecht<br />

met f<strong>in</strong>anciële problemen. Medewerkers van FiS komt<br />

regelmatig <strong>in</strong> de klassen vertellen wat ze doen. De schoolmaatschappelijk<br />

werkster doet dat ook. Dan hebben leerl<strong>in</strong>gen<br />

er een gezicht bij, <strong>het</strong> is bij wijze van spreken dicht<br />

bij huis en dat is drempelverlagend. Op Blackboard, ons<br />

digitale leersysteem, staan knoppen om direct advies te<br />

Slachtofferschap is ook al geen gemakkelijk onderwerp.<br />

Boukarfada: “Leerl<strong>in</strong>gen die slachtoffer zijn geworden, zijn<br />

nogal eens boos op zichzelf. Boos omdat ze niet gehan-<br />

PRIMAIR REAGEREN<br />

deld hebben zoals ze dachten dat ze zouden doen. Ze vragen op <strong>het</strong> gebied van f<strong>in</strong>anciën, zorg, studieloopbaan.<br />

120 Ze zijn zich ervan bewust dat <strong>het</strong> mbo niet altijd zo’n goed<br />

vonden zich heel erg assertief en dachten goed voor<br />

Het zou mooi zijn als Slachtofferhulp ook onder zo’n knop<br />

121<br />

imago heeft en − zeker wat betreft de lagere niveaus − als<br />

<strong>het</strong> afvoerputje van <strong>het</strong> beroepsonderwijs wordt gezien.<br />

Desondanks hebben Boukarfada en Boutalab niet <strong>het</strong> idee<br />

dat hun studenten op school bovengemiddeld veel <strong>in</strong><br />

aanrak<strong>in</strong>g komen met crim<strong>in</strong>aliteit. Goed, er hangen<br />

camera’s <strong>in</strong> de school. Die zijn echter niet bedoeld om<br />

leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de gaten te houden, maar om ongewenste<br />

bezoekers van buiten de school te weren. “Dit schijnt niet<br />

zo’n beste wijk te zijn”, verklaart Boutalab en Boukarfada<br />

beaamt dat. “Je moet leerl<strong>in</strong>gen wel veiligheid bieden.”<br />

“Ik denk trouwens dat <strong>het</strong> wel meevalt met <strong>het</strong> crim<strong>in</strong>ele<br />

gedrag van onze studenten”, aldus Boukarfada. “Volgens<br />

mij heeft <strong>het</strong> vaak te maken met frustratie en <strong>het</strong> feit dat<br />

ze soms niet weten hoe ze met hun emoties om kunnen<br />

gaan. Een docent moet hier bewust van zijn. Gaat <strong>het</strong> fout<br />

bij leerl<strong>in</strong>gen en krijgen ze met een jeugdzorgwerker of<br />

reclasser<strong>in</strong>gsambtenaar te maken, dan is <strong>het</strong> belangrijk<br />

dat je vanuit de school zo’n leerl<strong>in</strong>g ook aanspreekt. Hoe<br />

is iemand <strong>in</strong> deze situatie terechtgekomen, hoe heeft<br />

iemand gehandeld en wat had hij of zij beter kunnen<br />

zichzelf op te kunnen komen, maar op <strong>het</strong> moment zelf<br />

bevriezen ze en kunnen ze niets doen. Voor hen is dat toch<br />

een schok, ze kunnen moeilijk accepteren dat ze anders<br />

reageren dan ze <strong>in</strong> normale situaties zouden doen. Het<br />

slaat een deuk <strong>in</strong> hun zelfbeeld en daar moeten ze eerst<br />

overheen. Je moet ze helpen realiseren dat <strong>het</strong> niet hun<br />

fout is. Dat <strong>het</strong> juist heel normaal is dat ze zo reageren en<br />

dat <strong>het</strong> anderen ook overkomt.”<br />

SPREEKUUR EN HULPBUTTON<br />

zit. En docenten kunnen ook wat doen. Ik zou als<br />

Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong>zetten op de docenten die de<br />

sociale vakken geven. Hen goed <strong>in</strong>formeren zodat zij leerl<strong>in</strong>gen<br />

erop kunnen attenderen, of hen een aansprekende<br />

folder of een <strong>in</strong>ternetl<strong>in</strong>k kunnen geven of zo.”<br />

De beide docentes denken dat <strong>het</strong> weliswaar achterhaalde,<br />

maar hardnekkig stand houdende ‘arm-om-de-schouder’-<br />

imago van Slachtofferhulp Nederland geen pre is bij<br />

jongeren. Als jongeren beter zouden weten wat de<br />

De docenten merken dat leerl<strong>in</strong>gen vaak niet weten<br />

organisatie op praktisch en juridisch gebied voor hen kan<br />

wat te doen wanneer hen iets overkomt. “Ik vraag wel<br />

doen, zouden ze een hulpaanbod m<strong>in</strong>der snel afslaan, is<br />

eens waarom studenten geen aangifte doen”, vertelt<br />

hun <strong>in</strong>schatt<strong>in</strong>g. En de gouden tip om jongeren beter te<br />

Boukarfada. “Voor hen is <strong>het</strong> gewoon klaar. Ze willen geen bereiken? Boutalab weet <strong>het</strong> wel. “Zorg voor een reclamespot<br />

problemen thuis. Ze denken dat <strong>het</strong> probleem weg is als<br />

tijdens Goede Tijden Slechte Tijden. Of nog beter,<br />

ze <strong>het</strong> er niet meer over hebben. Zo werkt <strong>het</strong> dus niet. dat <strong>in</strong> <strong>het</strong> script een gebeurtenis wordt opgenomen<br />

Maar hulp vragen en over jezelf praten kunnen ze lastig waarbij Slachtofferhulp wordt <strong>in</strong>geschakeld. Want daar<br />

v<strong>in</strong>den. En dan ook nog eens met iemand die je niet kent kijken ze bijna allemaal naar.”<br />

en waarvan je niet weet wat die voor je kan betekenen.<br />

Gaat <strong>het</strong> thuis niet goed,<br />

dan gaat <strong>het</strong> op school ook niet goed


Alles wat<br />

hulp heet, heeft<br />

een imago<br />

Joey (14) deed ondanks angst<br />

voor wraak door de dader<br />

toch aangifte bij de politie<br />

122 123<br />

INTERVIEW<br />

School hoort een veilige plaats voor jongeren<br />

te zijn, maar de realiteit is soms net even anders,<br />

zo heeft Joey 1 aan de lijve ervaren. De vmbo’er<br />

autotechniek werd <strong>in</strong> elkaar geslagen door een<br />

schoolgenoot en liep fl<strong>in</strong>ke kneuz<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> zijn<br />

gezicht en een gebroken teen op. Hij wil wel<br />

meewerken aan een <strong>in</strong>terview over zijn ervar<strong>in</strong>gen.<br />

Want, zo v<strong>in</strong>dt hij, “als je een ander ermee kunt<br />

helpen, waarom niet?” Dus is hij met zijn moeder<br />

op een grijze woensdag morgen naar <strong>het</strong> politiebureau<br />

gekomen waar <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview plaatsv<strong>in</strong>dt.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

De mishandel<strong>in</strong>g gebeurde tijdens de pauze op <strong>het</strong><br />

campusterre<strong>in</strong>, beg<strong>in</strong>t Joey zijn verhaal. “Ik had een blikje<br />

cola <strong>in</strong> mijn handen en een jongen schopte hem zo uit<br />

mijn hand. ‘Doe even normaal, man, dat doe je toch niet’,<br />

reageerde ik. Toen hij dom begon te doen zei ik nog een<br />

keer: ‘Doe normaal.’ Toen kwam hij op mij af en <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

beg<strong>in</strong> kon ik hem nog wel van me afhouden. Hij begon<br />

weer over dat blikje en toen zei ik: ‘Laat nou gewoon.’<br />

Vervolgens begon hij van alles over mijn moeder te<br />

schreeuwen, dat ze gehandicapt is en zo. Ik zei: ‘Ik zeg<br />

toch ook niet dat jouw moeder gehandicapt is?’ Toen<br />

schreeuwde hij: ‘Wat, mijn moeder is gehandicapt!?’ En<br />

hij begon op me <strong>in</strong> te slaan. Ik zag <strong>het</strong> eerst niet, want ik<br />

wilde iets uit mijn tas pakken en toen ik omhoog kwam<br />

stond hij al voor me met zijn vuisten en g<strong>in</strong>g ik naar de<br />

grond. Dan kun je niets meer. Hij begon te slaan, met zijn<br />

vuisten <strong>in</strong> mijn gezicht, hij heeft me bij de keel gepakt, ik<br />

kreeg zelfs een kopstoot, hij draaide helemaal door. Dan<br />

staan er vijf vrienden om je heen en die doen helemaal<br />

niets. Je ligt daar en je kan gewoon niets.”<br />

TOKKIES<br />

Op een geven moment zag hij een kans om weg te komen.<br />

Daarna stond hij <strong>in</strong> dubio. Teruggaan naar school? “Bij ons<br />

op school hebben we lokaal negen. Daar ga je heen als je<br />

eruit wordt gestuurd en er is altijd een leraar aanwezig.<br />

Daar wilde ik niet heen, want ik wilde geen problemen<br />

met de jongen die mij <strong>in</strong> elkaar had geslagen. Maar ik<br />

haalde mijn hand over mijn gezicht”, hij maakt een vegend<br />

gebaar, “en ik zag allemaal bloed. Toen ben ik er toch maar<br />

heen gegaan. Ik heb wel een half uur uit mijn neus<br />

gebloed. Het probleem is dan dat je <strong>in</strong> dat lokaal zit en die<br />

jongen wordt ook opgehaald. Dus je zit samen <strong>in</strong> dat hok.<br />

En dan stellen ze aan mij de vraag of hij geschorst moet<br />

worden of niet. Natuurlijk durfde ik echt niet te zeggen<br />

dat hij geschorst moest worden. Ik was echt bang voor die<br />

jongen. Dat wilde ik op dat moment niet laten merken,<br />

dus ik probeerde er zo nuchter mogelijk over te doen.” Hij<br />

is nog steeds verbolgen over de manier waarop <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident<br />

op dat moment werd afgehandeld. “Ze hadden hem<br />

tenm<strong>in</strong>ste <strong>in</strong> een ander lokaal kunnen zetten. Want<br />

natuurlijk wilde ik dat hij geschorst werd.” De dader komt<br />

uit een gez<strong>in</strong> dat als asociaal bekend staat. ‘Tokkies’, <strong>in</strong> de<br />

kwalificatie van Joey. “Het was ook niet de eerste of tweede<br />

keer dat hij dit gedaan heeft.” De oploss<strong>in</strong>g van de school<br />

op dat moment: handen schudden en zand erover.<br />

“Ik ben <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie wel gebeld”, vertelt Ellen, Joey’s<br />

moeder, “maar uit dat gesprek kreeg ik helemaal niet de<br />

<strong>in</strong>druk dat <strong>het</strong> een dikke vechtpartij was geweest, meer<br />

Dan staan er vijf vrienden om je heen<br />

en die doen helemaal niets.<br />

Je ligt daar en je kan gewoon niets<br />

een uit de hand gelopen ruzietje. Totdat ik thuiskwam en<br />

hem zag.” Joey’s gezicht was <strong>in</strong>middels fl<strong>in</strong>k opgezwollen.<br />

“Toen schrok ik wel. Later heeft de school ook toegegeven<br />

<strong>het</strong> verkeerd te hebben <strong>in</strong>geschat, want hij heeft fl<strong>in</strong>k<br />

letsel opgelopen. Dat hij zelfs iets gebroken had, was de<br />

aanleid<strong>in</strong>g om toch aangifte te doen bij de politie. Dat was<br />

echt te gek, dat moet je elkaar op die leeftijd niet aan willen<br />

doen.” “Ik wilde eerst helemaal geen aangifte doen, want ik<br />

was doodsbang”, gaat Joey verder. “Die jongen is natuurlijk<br />

geen fan van de politie. Ik wist dat hij wel vaker d<strong>in</strong>gen<br />

deed die niet door de beugel kunnen. Straks ga ik aangifte<br />

doen en krijgt hij misschien last met de politie en dan is<br />

<strong>het</strong> mijn schuld. Dan staat hij straks voor m’n deur. Maar<br />

toen dacht ik: zo veel kan me nu ook weer niet gebeuren,<br />

want allebei mijn ouders werken bij de politie. Toch bleef<br />

<strong>het</strong> moeilijk, want je vrienden worden er ook bij betrokken.”<br />

“Die moeten gehoord worden en getuigen”, vult zijn moeder<br />

aan, “dat maakt <strong>het</strong> natuurlijk lastig.”<br />

GEEN SCHADEVERGOEDING<br />

Joey deed aangifte en tot zijn oplucht<strong>in</strong>g is de dader nooit<br />

verhaal komen halen. “Als ik van de ene naar de andere<br />

leslocatie loop dan kom ik hem wel eens tegen. Dan zeg<br />

ik natuurlijk niets en probeer ik maar net te doen of ik hem<br />

niet zie.” De jongen is uite<strong>in</strong>delijk veroordeeld tot vijftien<br />

uur werkstraf. Over de afhandel<strong>in</strong>g van de zaak en de uitkomst<br />

zijn Joey en Ellen allerm<strong>in</strong>st te spreken. De zaak is<br />

door de officier van justitie zelf afgedaan <strong>in</strong> OTP-zitt<strong>in</strong>g. 2<br />

Joey en zijn ouders mochten er niet bij aanwezig zijn.<br />

“Als slachtoffer kan hij zijn verhaal niet kwijt”, aldus Ellen.<br />

“De dader zit daar alleen met zijn advocaat zijn verhaal te<br />

doen en that’s it. Er is geen wederpartij die vertelt hoe <strong>het</strong><br />

zit. Dat moeten ze dan uit <strong>het</strong> dossier halen. Over de angst<br />

die hij <strong>in</strong> <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> had en de f<strong>in</strong>anciële schade die je lijdt,<br />

wordt verder helemaal niet gesproken. We hadden een<br />

schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong>gediend, daar heeft Slachtofferhulp<br />

ons mee geholpen. Wij hebben de materiële kosten aangedragen<br />

en de Slachtofferhulpmedewerker heeft gekeken<br />

naar wat er <strong>in</strong> vergelijkbare zaken aan smartengeld is<br />

geëist. Allemaal keurig onderbouwd.” De schadevorder<strong>in</strong>g<br />

werd niet-ontvankelijk verklaard. “De vorder<strong>in</strong>g was blijkbaar<br />

te complex, dat moesten we maar civiel oppakken”,<br />

zegt ze. Om met enige verontwaardig<strong>in</strong>g te vervolgen:<br />

“Het is tot op de cent nauwkeurig beschreven, dus hoe<br />

moeilijk kan <strong>het</strong> zijn? Het kan toch niet zo zijn dat zo’n jongen<br />

jou schade toebrengt en dat je er dan als slachtoffer<br />

zelf nog achteraan moet via de civiele rechter. Wij hebben<br />

als ouders extra kosten moeten maken omdat die jongen<br />

zijn handjes niet thuishoudt. En dat was ook niet de eerste<br />

keer. Hij heeft nooit laten merken dat hij spijt had, ook de<br />

ouders niet. Als Joey zoiets zou doen, zouden wij direct<br />

contact zoeken met die ouders en excuses aanbieden. Als<br />

je zo’n jongen wat wil leren dan zou ik tijdens zo’n gesprek<br />

zeggen: ‘Je krijgt vijftien uur werkstraf en omdat we v<strong>in</strong>den<br />

dat <strong>het</strong> jouw schuld is, moet jij ook de kosten van <strong>het</strong><br />

slachtoffer vergoeden, en niet je ouders. Jij moet zorgen<br />

dat <strong>het</strong> geld op tafel komt.’ Zo veel was <strong>het</strong> uite<strong>in</strong>delijk<br />

niet, iets van 89 euro <strong>in</strong> totaal. Dat zet hem misschien aan<br />

<strong>het</strong> denken: ‘O, wat ik doe heeft toch wel consequenties.’<br />

Daarom willen we een pog<strong>in</strong>g doen om <strong>het</strong> alsnog voor<br />

de rechter te krijgen.”<br />

124 125<br />

ARTIKEL 12-PROCEDURE<br />

Daartoe hebben ze een zogenaamde artikel 12<br />

Sv-procedure aan gespannen. Is een slachtoffer <strong>het</strong> niet<br />

eens met een bepaalde besliss<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> Openbaar<br />

M<strong>in</strong>isterie (OM), dan kan hij daartegen bezwaar aantekenen<br />

bij <strong>het</strong> Gerechtshof. (Hetzelfde geldt overigens voor<br />

een verdachte.) Het kan bijvoorbeeld gaan om een besliss<strong>in</strong>g<br />

om <strong>het</strong> opspor<strong>in</strong>gsonderzoek stop te zetten, de


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

In <strong>het</strong> hele<br />

proces is <strong>het</strong><br />

slachtoffer<br />

eigenlijk zoek<br />

Terwijl <strong>het</strong><br />

slachtoffer<br />

eigenlijk voorop<br />

zou moeten<br />

staan<br />

verdachte niet te vervolgen, of een besluit van de officier<br />

om de schadevorder<strong>in</strong>g niet mee te nemen <strong>in</strong> afhandel<strong>in</strong>g<br />

van een zaak. Het Gerechtshof beoordeelt dan de zaak<br />

opnieuw en kan <strong>het</strong> OM de opdracht geven zijn besliss<strong>in</strong>g<br />

te herzien, of <strong>het</strong> Hof neemt zelf een besliss<strong>in</strong>g. Het is een<br />

langdurige procedure, en de kans op succes is niet zo<br />

groot, maar Joey en zijn ouders willen zich niet zomaar<br />

buiten spel laten zetten: “Het gaat uite<strong>in</strong>delijk toch om <strong>het</strong><br />

slachtoffer?”<br />

De opgelegde straf, daar valt nog wel mee te leven. Joey<br />

had liever gezien dat de dader alle veertig uur van de<br />

aanvankelijk geëiste werkstraf had gekregen, <strong>in</strong> plaats van<br />

vijftien uur. Hij twijfelt ook of de werkstraf een groot pedagogisch<br />

effect gaat hebben. Maar opsluiten hoeft voor<br />

hem niet. “Dat helpt ook niet. Stel hij zit een jaar en dan<br />

komt hij buiten en beg<strong>in</strong>nen de problemen opnieuw. Ik<br />

denk dat die jongen professionele hulp nodig heeft, want<br />

hij spoort niet. Een week nadat hij mij had gepakt, trapte<br />

hij een ander zomaar van zijn fiets af. En zijn ouders doen<br />

er niets aan.”<br />

ZELF JE RECHT HALEN<br />

Mocht <strong>het</strong> tot een rechtszitt<strong>in</strong>g komen, dan wil Joey erbij<br />

zijn. Op de vraag waarom, moet hij even zoeken naar<br />

woorden. “Als ik erbij ben, kan hij zien wat hij iemand<br />

heeft aangedaan. Daar heeft hij volgens mij helemaal<br />

geen beeld van. Als hij daartoe al <strong>in</strong> staat is.” Bovendien<br />

heeft Joey <strong>het</strong> gevoel dat <strong>het</strong> zijn zaak is. “Ik kan wel thuis<br />

blijven zitten wachten op de uitslag, maar dan…” Zijn<br />

moeder vult aan: “In <strong>het</strong> hele proces is <strong>het</strong> slachtoffer<br />

eigenlijk zoek. Terwijl <strong>het</strong> slachtoffer eigenlijk voorop zou<br />

moeten staan. Er zijn misschien wel slachtofferrechten op<br />

papier, maar je moet je recht zelf halen.”<br />

Behalve de juridische gevolgen heeft <strong>het</strong> gebeuren ook<br />

de nodige psychische impact gehad op de tiener. Zijn vertrouwen<br />

<strong>in</strong> mensen heeft een deuk opgelopen. “Als je met<br />

een groepje mensen staat, ben je gewoon bang dat er iets<br />

gebeurt. Als ik <strong>het</strong> gevoel heb dat iets of iemand niet<br />

klopt, dan ben ik weg. Hiervoor was ik met iedereen<br />

bevriend, ik had heel veel vrienden. Maar nu… Ik heb een<br />

paar vrienden en daar houdt <strong>het</strong> ook mee op. Joey heeft<br />

ook emotionele ondersteun<strong>in</strong>g van Slachtofferhulp<br />

Nederland gehad om de nare ervar<strong>in</strong>g te verwerken. “In<br />

<strong>het</strong> beg<strong>in</strong> wilde ik geen Slachtofferhulp, want ik heb toch<br />

mijn ouders. Maar die zijn allebei bij de politie en hebben<br />

soms de neig<strong>in</strong>g om d<strong>in</strong>gen door een politiebril te zien.<br />

Dan v<strong>in</strong>d ik <strong>het</strong> soms moeilijk om d<strong>in</strong>gen met hen te<br />

bespreken… Als je bijvoorbeeld zegt dat je ergens last van<br />

hebt., v<strong>in</strong>den ze er gelijk iets van.” “Dat was <strong>in</strong>derdaad lastig<br />

voor hem”, beaamt Ellen. “Maar op een gegeven moment<br />

beg<strong>in</strong> je je toch zorgen te maken. Daarom heb ik gebeld.”<br />

AANGIFTE DOEN<br />

Een Slachtofferhulpmedewerker kwam bij Joey op huisbezoek.<br />

“In <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> was <strong>het</strong> een beetje raar, ik wist niet<br />

goed wat ik kon verwachten.” Maar praten met een relatieve<br />

vreemde bleek toch wel te werken. “Hij heeft uitgelegd<br />

wat je kunt verwachten als je zoiets overkomen is. Toen<br />

heb ik verteld wat er gebeurd was en hij vroeg daar wat<br />

op door. En op een gegeven moment − we hadden afgesproken<br />

op een bepaalde tijd te stoppen − was <strong>het</strong><br />

gewoon een uur later. We hebben gepraat over waar ik me<br />

zorgen over maakte, maar hij heeft me ook laten praten<br />

over mijn <strong>in</strong>teresses en zo. Dat maakt wel dat je je beter<br />

voelt als hij weer weg gaat. Dan denk je: ja, er zijn ook nog<br />

andere d<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> leven.” Na twee gesprekken vond hij<br />

<strong>het</strong> genoeg en is <strong>het</strong> contact beë<strong>in</strong>digd.<br />

Joey begrijpt wel dat jongeren niet zo snel contact zoeken<br />

met Slachtofferhulp Nederland of een hulpaanbod aanvaarden.<br />

Zelf had hij immers ook zo zijn bedenk<strong>in</strong>gen.<br />

“Ik dacht: dan komt er zo’n alternatievel<strong>in</strong>g een beetje<br />

over je problemen praten.” In de praktijk pakte <strong>het</strong> heel<br />

anders uit, maar hij vermoedt dat de organisatie bij veel<br />

jongeren wel een soft imago heeft. “Alles wat hulp heet,<br />

heeft een imago. Jongeren willen geen hulp, ze willen<br />

<strong>het</strong> zelf doen. Bovendien, slachtoffer zijn is een teken van<br />

zwakte hier. Dan ben je al snel een dikke miet.” Hoe<br />

Slachtofferhulp Nederland meer jongeren zou kunnen<br />

bereiken? Joey denkt even na en zegt dan met een grijns:<br />

“Gratis een nieuwe telefoon geven bij elke keer dat je<br />

geholpen wordt.” Zijn moeder pleit voor foldermateriaal<br />

dat qua vormgev<strong>in</strong>g en <strong>in</strong>houd beter bij de doelgroep<br />

aansluit. Een advies wil Joey zijn leeftijdsgenoten nog wel<br />

meegeven: “Geen aangifte doen is dom. De dader denkt<br />

dan dat hij <strong>het</strong> nog wel een keer kan doen, want er<br />

gebeurt toch niets. Ik was eerst ook bang voor problemen.<br />

Maar zo kun je de dader misschien een beetje laten voelen:<br />

ik wil niet dat jij mij zo behandelt.”<br />

126 127<br />

1)<br />

De naam van Joey is om privacyredenen veranderd.<br />

2)<br />

Een speciale zitt<strong>in</strong>g voor m<strong>in</strong>derjarige verdachten waarbij geen rechter<br />

aanwezig is. OTP staat voor ‘Oproep Ten Parkette’ (bij meerderjarige verdachten<br />

heeft men <strong>het</strong> over een TOM-zitt<strong>in</strong>g, dit staat voor ‘Taakstrafzitt<strong>in</strong>g Openbaar<br />

M<strong>in</strong>isterie’. De officier van justitie of een parketsecretaris doen tijdens een<br />

dergelijke zitt<strong>in</strong>g een strafvoorstel. Het voorstel kan bijvoorbeeld bestaan uit<br />

<strong>het</strong> aanbieden van een werkstraf (van maximaal zestig uur) of een leertraject<br />

of uit de betal<strong>in</strong>g van de schade aan <strong>het</strong> slachtoffer. Alleen strafbare feiten<br />

waar een maximum gevangenisstraf op staat van m<strong>in</strong>der dan zes jaar kunnen<br />

op deze wijze afgedaan worden.


Ik geloof heilig<br />

<strong>in</strong> mediation<br />

Jongerenofficier Isabeth Mijnarends<br />

(48) ziet strafrecht als uiterste middel<br />

128 129<br />

INTERVIEW<br />

“Mijn expertise betreft natuurlijk vooral jonge<br />

verdachten”, zegt officier van justitie Isabeth<br />

Mijnarends enigsz<strong>in</strong>s verontschuldigend aan<br />

<strong>het</strong> beg<strong>in</strong> van <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview over jongeren en<br />

slachtofferschap is. Maar tijdens <strong>het</strong> gesprek<br />

komt al snel aan de orde dat de grens tussen<br />

dader- en slachtofferschap fl<strong>in</strong>terdun kan zijn.<br />

En dat <strong>het</strong> strafrecht zo zijn beperk<strong>in</strong>gen heeft<br />

om met beide vormen om te gaan.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Mijnarends is jongerenofficier, een betrekkelijk nieuw<br />

fenomeen <strong>in</strong> <strong>het</strong> Nederlandse strafrecht. Deze uitbreid<strong>in</strong>g<br />

van haar functie − ze was tot 2012 jeugdofficier – vond<br />

plaats vooruitlopend op de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> adolescentenrecht<br />

<strong>in</strong> april 2014. In een kantoor dat uitziet over<br />

de sporenkluwen van Utrecht Centraal vertelt ze over haar<br />

passie voor <strong>het</strong> jeugd- en jongerenrecht. Als er even een<br />

korte stilte valt, is <strong>het</strong> metalige schrapen hoorbaar waarmee<br />

de tre<strong>in</strong>en beneden <strong>in</strong> de diepte van spoor wisselen.<br />

“Ik heb nog steeds de hoop − soms is <strong>het</strong> misschien een<br />

illusie − dat je met strafrecht gedrag kunt bijsturen <strong>in</strong> een<br />

positieve richt<strong>in</strong>g. Of liever gezegd, dat strafrecht erop<br />

gericht moet zijn om gedrag bij te sturen <strong>in</strong> een positieve<br />

richt<strong>in</strong>g. Dat is best <strong>in</strong>gewikkeld omdat <strong>het</strong> niet zo vaak<br />

lukt.” Doelend op de rechterlijke macht, zegt ze: “Wij zitten<br />

helemaal aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de, wanneer <strong>het</strong> leed al is geschied<br />

en levens al zijn gevormd.”<br />

Behalve jongerenofficier is Mijnarends ook een dag per<br />

week bijzonder hoogleraar K<strong>in</strong>derstrafrecht aan de<br />

Universiteit van Leiden. “Dat v<strong>in</strong>d ik heel leuk om erbij te<br />

doen. De Landelijke Verenig<strong>in</strong>g voor Jeugdrecht f<strong>in</strong>anciert<br />

mijn leerstoel en ik probeer daarb<strong>in</strong>nen de theorie en de<br />

praktijk aan elkaar te koppelen om de kruisbestuiv<strong>in</strong>g zo<br />

groot mogelijk te maken.”<br />

HEKJES EN HOKJES<br />

Het nieuwe adolescentenstrafrecht geeft de officier van<br />

justitie de mogelijkheid een verdachte tussen de 18 en de<br />

23 jaar te laten berechten volgens <strong>het</strong> jeugdstrafrecht.<br />

“Niet de biologische leeftijd, maar de ontwikkel<strong>in</strong>gsleeftijd<br />

van de verdachte staat dan centraal. Dat kan <strong>het</strong> verschil<br />

betekenen tussen je straf uitzitten <strong>in</strong> een jeugd<strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g<br />

of <strong>in</strong> een penitentiaire <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g voor volwassenen, waar<br />

toch wel een andere dynamiek heerst”, legt ze uit. “In de<br />

uitvoer<strong>in</strong>gsfase van de straf kun je ook een ander soort<br />

begeleid<strong>in</strong>g opleggen, die beter aansluit bij de noden en<br />

behoefte van de veroordeelde. Volwassenen krijgen<br />

reclasser<strong>in</strong>gsbegeleid<strong>in</strong>g. Komen ze niet opdagen, nou,<br />

dan komen ze toch niet opdagen. Terwijl jeugdbegeleid<strong>in</strong>g<br />

meer op <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu is gericht. Is hij bijvoorbeeld<br />

<strong>in</strong> staat aan de voorwaarden te voldoen of heeft hij toch<br />

meer hekjes en hokjes om zich heen nodig? Dat v<strong>in</strong>d ik<br />

<strong>het</strong> mooie ervan. Er moet overigens nog wel heel wat<br />

water naar de zee voordat <strong>het</strong> volledig functioneert.<br />

Ik merk dat volwassenenofficieren nog vaak met een volwassenenbril<br />

kijken, en dat geldt ook voor rechters. Dus<br />

<strong>het</strong> hele concept van die leeftijdsgrens loslaten en meer<br />

kijken naar de ontwikkel<strong>in</strong>gsleeftijd, ja, dat heeft tijd<br />

nodig.”<br />

Wij zitten helemaal aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de,<br />

wanneer <strong>het</strong> leed al is geschied<br />

en levens al zijn gevormd<br />

ROL VAN STRAFRECHT<br />

“Het verschil tussen jeugdzaken en reguliere zaken is dat<br />

een jongerenofficier meer bezig is met de buitenwereld.<br />

Bij jeugdzaken zijn veel meer ketenpartners betrokken.<br />

Denk maar aan de Raad voor de K<strong>in</strong>derbescherm<strong>in</strong>g,<br />

Bureau Jeugdzorg, de gemeente met zijn leerplichtambtenaren<br />

en allerlei hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties. Het gaat<br />

dus niet om <strong>het</strong> puur vergelden, wat bij <strong>het</strong> afdoen van<br />

strafzaken bij volwassenen meer de leidraad is. Het is de<br />

pedagogische notie die typerend is voor <strong>het</strong> jeugdstrafrecht.<br />

Dat je van je fouten moet leren en pas <strong>in</strong> laatste<br />

<strong>in</strong>stantie van je vrijheid mag worden beroofd. Daar zit<br />

altijd spann<strong>in</strong>g, want wij hebben ook met de samenlev<strong>in</strong>g<br />

en de slachtoffers te maken. De rechterlijke macht de<strong>in</strong>t<br />

mee op de gevoelens van de samenlev<strong>in</strong>g. Rechters en<br />

officieren zijn niet ongevoelig voor de geluiden uit de<br />

maatschappij. De utopie van veiligheid en de reflex om<br />

strenger en eerder <strong>in</strong> te grijpen dw<strong>in</strong>gt ons, professionals<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> jeugdrecht, kritisch te blijven kijken naar de rol die<br />

<strong>het</strong> strafrecht moet en kan spelen bij <strong>het</strong> <strong>in</strong>grijpen <strong>in</strong> een<br />

k<strong>in</strong>derleven. Opsluiten van jeugdigen is <strong>in</strong> uiterste gevallen<br />

nodig maar we moeten daar selectief mee omgaan.<br />

Hoe repressiever de samenlev<strong>in</strong>g, hoe banger zij wordt.<br />

En dan is <strong>het</strong> best <strong>in</strong>gewikkeld om de samenlev<strong>in</strong>g uit te<br />

leggen dat we k<strong>in</strong>deren wel kunnen opsluiten, maar dat<br />

daarmee de problemen niet zijn opgelost. Opsluiten biedt<br />

schijnveiligheid.”<br />

MORELE ONTWIKKELING<br />

Jonge verdachten dragen niet zelden een fl<strong>in</strong>ke rugzak vol<br />

problemen en eigen slachtofferervar<strong>in</strong>gen mee. De grens<br />

tussen slachtoffer- en daderschap is niet scherp te trekken.<br />

Ben je <strong>het</strong> een, dan loop je een verhoogde kans ook <strong>het</strong><br />

ander te worden. Mijnarends herkent dat <strong>in</strong> haar eigen<br />

praktijk. “Het Openbaar M<strong>in</strong>isterie gaat nu steeds meer<br />

werken met <strong>het</strong> concept kwetsbare personen. Zorgvuldig<br />

kijken naar wat zij nodig hebben. In de Amerikaanse staat<br />

Florida laten ze jonge verdachten een self-assessment<br />

afleggen om allerlei achterliggende problemen op tafel te<br />

krijgen, zoals trauma’s en slachtofferschap van huiselijk<br />

geweld. In Nederland maakt de Raad voor de K<strong>in</strong>derbescherm<strong>in</strong>g<br />

ook rapportages, maar daar<strong>in</strong> komt dit<br />

niet uitgebreid aan bod. En wat doet <strong>het</strong> strafrecht er vervolgens<br />

mee? Stel, er komt iemand bij mij b<strong>in</strong>nen omdat<br />

hij een won<strong>in</strong>g<strong>in</strong>braak heeft gepleegd en dan blijkt dat hij<br />

een IQ van 70 heeft en dat hij thuis mishandeld is. Hij niet<br />

alleen, maar zijn moeder en zijn zusjes ook. Dan is de<br />

vraag: hoe weeg ik dat? Maakt dat uit voor <strong>het</strong> gegeven<br />

dat hij een won<strong>in</strong>g b<strong>in</strong>nengedrongen is? Besefte hij niet<br />

dat hij dat niet mocht doen, of wist hij <strong>het</strong> wel maar is <strong>het</strong><br />

‘eerst doen, dan denken’? Welke impact heeft <strong>het</strong> trauma<br />

van huiselijk geweld op zijn functioneren? Als een deskundige<br />

dan zegt: ‘Mevrouw de officier, dat moet u niet via <strong>het</strong><br />

strafrecht afdoen, maar via behandel<strong>in</strong>g’, prima! De toereken<strong>in</strong>gsvatbaarheid<br />

van jongeren is per def<strong>in</strong>itie m<strong>in</strong>der.<br />

Dat is een stap die wij als rechterlijke macht nog steeds<br />

niet goed maken. Hoewel die verm<strong>in</strong>derde toe reken<strong>in</strong>gsvatbaarheid<br />

is terug te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> andere straffen is een<br />

echte vertal<strong>in</strong>g van dit moeilijke begrip nog steeds niet<br />

goed uitgedacht. Stel, een jonge verdachte van tasjesroof<br />

is licht verstandelijk beperkt. Daarvan zie ik er steeds meer.<br />

Ik heb van ontwikkel<strong>in</strong>gspsychologen geleerd dat de<br />

morele ontwikkel<strong>in</strong>g van zulke verdachten op zich prima<br />

is, want ze doen dit niet bij hun eigen oma, maar wel bij<br />

een ander. Dus waar gaat <strong>het</strong> precies mis en wat betekent<br />

dat vervolgens voor mijn bewijslast, maar ook voor de<br />

behandel<strong>in</strong>g? Want anders kun je die spiraal niet<br />

doorbreken.”<br />

130 131


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Ook al is Mijnarends jongerenofficier, toch heeft ze <strong>in</strong> haar<br />

werk niet veel contact met jongeren zelf. “Te we<strong>in</strong>ig. Daar<br />

hebben we allang geen tijd meer voor. Het gaat allemaal<br />

op basis van dossiers. Ik zie jongeren op de zitt<strong>in</strong>g en dan<br />

heb ik we<strong>in</strong>ig contact. In een heel enkel geval kun je<br />

iemand raken door iets te zeggen. Maar over <strong>het</strong> algemeen<br />

zijn <strong>het</strong> de volwassenen die daar de regie bepalen. Dat is<br />

wel een lacune, hoor. Want <strong>het</strong> communiceren met k<strong>in</strong>deren,<br />

of dat nu op zitt<strong>in</strong>g is of <strong>in</strong> een politiecel omdat ze net<br />

zijn opgepakt, dat is natuurlijk wel waar <strong>het</strong> eigenlijk over<br />

gaat.”<br />

Maar <strong>het</strong> hoort een beetje bij die leeftijd en groepsdruk:<br />

hoe handhaaf ik me? Jongens vechten. Ja, dat mag ook<br />

allemaal niet, zeker niet als iemand een gebroken neus<br />

wordt geslagen, maar <strong>het</strong> hoort erbij, <strong>het</strong> is van alle tijden,<br />

snap je wat ik bedoel? Bij won<strong>in</strong>g<strong>in</strong>braak ligt <strong>het</strong> anders.<br />

Dat je als jonkie <strong>in</strong> <strong>het</strong> huis van een ander durft te zijn, is<br />

iets waar ik me wel zorgen om maak. Zedendelicten zijn<br />

echt over de grens. Maar ontuchtige handel<strong>in</strong>gen… alle<br />

k<strong>in</strong>deren hebben wel eens doktertje gespeeld. Alleen gaat<br />

de een daar<strong>in</strong> verder dan de ander. Dus <strong>het</strong> is de kunst om<br />

te kijken naar de beschrijv<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> strafbare gedrag en<br />

tegelijkertijd naar de context waar<strong>in</strong> <strong>het</strong> zich afspeelt.<br />

Het kan ook onze k<strong>in</strong>deren overkomen dat ze iets doen<br />

wat niet mag. Maar als k<strong>in</strong>deren ermee doorgaan en ongevoelig<br />

blijken voor straf, dan moeten we ons wel zorgen<br />

maken. Je kunt die ontwikkel<strong>in</strong>g bijna uittekenen. Want<br />

over <strong>het</strong> algemeen zijn <strong>het</strong> k<strong>in</strong>deren die op school moeilijk<br />

mee kunnen komen, die <strong>in</strong> slechte wijken wonen, die<br />

ouders hebben die onmachtig zijn, de Nederlandse taal<br />

niet spreken of werkloos zijn. K<strong>in</strong>deren die opgroeien met<br />

huiselijk geweld. Dan is onze uitdag<strong>in</strong>g: hoe gaan we ze<br />

perspectief bieden? En daar laten we echt wel iets liggen,<br />

v<strong>in</strong>d ik. Er is natuurlijk ontzettend veel wegbezu<strong>in</strong>igd.”<br />

Wat valt <strong>in</strong> de categorie<br />

‘puberaal opgroeigedrag’<br />

en waNNEER moet de samenlev<strong>in</strong>g<br />

Zich echt zorgen gaan maken?<br />

tegenwoordig toegang tot besloten jeugdzitt<strong>in</strong>gen. Dat dat ik <strong>het</strong> heel fijn zou v<strong>in</strong>den als iemand toch zou willen<br />

132 kan heel oncomfortabel zijn voor zo’n jonge verdachte. zeggen wat <strong>het</strong> voor hem betekend heeft, vanuit een<br />

133<br />

Maar ik heb daar heel mooie d<strong>in</strong>gen zien gebeuren, zeker opvoedkundige rol. En slachtoffers kunnen er ook wat aan<br />

als <strong>het</strong> om jongeren onderl<strong>in</strong>g gaat. Dat een verdachte hebben. Zien dat de verdachte, die <strong>in</strong> hun verbeeld<strong>in</strong>g<br />

PUBERAAL OPGROEIGEDRAG<br />

tegen mij zei: ‘Het spijt me; ik had <strong>het</strong> ook helemaal niet misschien tot een soort monster was uitgegroeid, <strong>in</strong><br />

Als officier is <strong>het</strong> de kunst om <strong>het</strong> kaf van <strong>het</strong> koren te<br />

moeten doen, hartstikke stom.’ Toen zei ik: ‘Je moet <strong>het</strong> werkelijkheid een onooglijk kle<strong>in</strong> jongetje is met een veel<br />

scheiden. Wat valt <strong>in</strong> de categorie ‘puberaal opgroeigedrag’<br />

niet tegen mij zeggen, kijk maar wie er achter je zit. Draai te grote mond. Om <strong>het</strong> weer <strong>in</strong> verhoud<strong>in</strong>g te krijgen.<br />

en wanneer moet de samenlev<strong>in</strong>g zich echt zorgen gaan<br />

je maar eens om.’ En verdomd, er werden excuses aangeboden!<br />

Het moet allemaal goed begeleid worden en eenieders<br />

maken? “Wat ik b<strong>in</strong>nenkrijg is erg tijdsafhankelijk. Vroeger<br />

Ik geloof wel <strong>in</strong> de oprechtheid ervan, want zo’n rechten moeten gewaarborgd zijn, want als <strong>het</strong> door je<br />

was <strong>het</strong> heel gangbaar om een autoruitje <strong>in</strong> te slaan en de<br />

jongen hoeft dat helemaal niet te doen.”<br />

strot geduwd wordt, heeft <strong>het</strong> ook niet zo veel z<strong>in</strong>. Zeker<br />

tomtom of de mobiele telefoon weg te halen. Dat wordt<br />

niet voor een slachtoffer. Maar <strong>in</strong> mediation kunnen dader<br />

bijna niet meer gedaan, omdat die spullen er over <strong>het</strong><br />

“Natuurlijk zal <strong>het</strong> strafrecht altijd op de verdachte gefocust<br />

en slachtoffer elkaar veel meer tegemoet treden dan <strong>in</strong><br />

algemeen niet meer <strong>in</strong> liggen. Oude dametjes met een<br />

blijven. En dat is ook goed. Maar vooral bij de jeugd zo’n anonieme zitt<strong>in</strong>gszaal waar dan gezegd wordt: ‘O ja,<br />

rollator omduwen en hun tasjes grijpen is blijkbaar wel<br />

moeten we meer op zoek gaan naar de pedagogische u had ook nog materiële schade. Deze verdachte moet<br />

heel leuk en lucratief om te doen. Echt lucratief is de<br />

dimensie via <strong>het</strong> slachtoffer.” Mijnarends doelt op slachtoffer-daderbemiddel<strong>in</strong>g,<br />

300 euro aan u betalen.’ Werkt dat? Heeft dat pedagogisch<br />

drugscrim<strong>in</strong>aliteit. Vermogensdelicten, alles wat met geld<br />

<strong>in</strong> de vorm van slachtoffer-<br />

effect? Ik denk dat <strong>het</strong> veel moeilijker is om face to face<br />

te maken heeft, <strong>in</strong>breken, dat soort misdrijven is van alle<br />

tijden. Een deel is puberaal opgroeigedrag. Welk meisje<br />

heeft niet eens een mascara gejat? Of <strong>in</strong> ieder geval<br />

gedacht: ‘Zal ik <strong>het</strong> doen of niet?’ Is dat erg? Het mag niet.<br />

MEDIATION<br />

Dat slachtoffers een steeds sterkere positie <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafrecht<br />

hebben gekregen, v<strong>in</strong>dt Mijnarends een goede zaak,<br />

ook voor jeugdige verdachten. “Slachtoffers hebben<br />

dadergesprekken of mediation. “Ik geloof heilig <strong>in</strong><br />

mediation. Natuurlijk moet je <strong>het</strong> slachtoffer beschermen.<br />

Als <strong>het</strong> slachtoffer dat niet wil, prima. Maar als ik een<br />

slachtoffergesprek voer, dan probeer ik wel mee te geven<br />

tegen <strong>het</strong> slachtoffer te zeggen: ‘Het spijt me, ik heb <strong>het</strong><br />

fout gedaan.’ Of alleen je excuses aan te bieden en niet<br />

eens schuld te bekennen, dat v<strong>in</strong>d ik ook oké.”


Het is niet cool<br />

om slachtoffer<br />

134 135<br />

te zijn<br />

Voor vrijwilliger Jaap van Zoest (66) zijn<br />

jongeren veerkrachtig én kwetsbaar<br />

INTERVIEW<br />

“De twee politieagenten die erbij waren,<br />

hebben terecht nazorg nodig gehad. Die hebben<br />

een heel traject gevolgd. En zo’n jongen van 16?<br />

Die moet <strong>het</strong> alleen met mij doen. Dat is toch<br />

bijzonder?” De ‘mij’ <strong>in</strong> kwestie is Jaap van Zoest,<br />

vrijwilliger bij Slachtofferhulp Nederland. De<br />

jongen van 16 is een slachtoffer <strong>in</strong> een van de<br />

meest <strong>in</strong>drukwekkende zaken die hij als<br />

vrijwilliger meemaakte. Van Zoest gebruikt de<br />

casus als voorbeeld van <strong>het</strong> vermogen en de<br />

drang van jongeren om zelf hun problemen op<br />

te lossen en de bijbehorende emoties slechts <strong>in</strong><br />

zeer afgepaste porties toe te laten.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

136<br />

“De jongen was <strong>in</strong> een park overvallen en met een mes<br />

bedreigd. De politie had de overvaller voor zijn ogen<br />

neergeschoten, een schot <strong>in</strong> de benen. Hij wilde alleen<br />

met mij praten, dat was meer dan genoeg. Eigenlijk liever<br />

met mij ook niet, maar hij redeneerde: ‘Ik moet <strong>het</strong> toch<br />

ergens kwijt. Dan maar bij jou.’ Hij wilde ook niet dat ik bij<br />

hem thuis kwam. Alle gesprekken zijn op <strong>het</strong> politiebureau<br />

gevoerd. Hij wilde niet naar een ‘-loog’ of een dokter of<br />

wat dan ook. Dat hij wel met mij wilde praten, kwam doordat<br />

hij ook wel <strong>in</strong> de gaten had dat hij er wat mee moest.<br />

Voor twee van die bomen van politieagenten wordt<br />

– terecht overigens – een heel ondersteun<strong>in</strong>gsapparaat<br />

<strong>in</strong>gezet. En die jongen deed <strong>het</strong> gewoon vooral zelf.”<br />

ON HOLD<br />

Dat jongeren slachtofferschap anders ervaren dan volwassenen<br />

is voor Van Zoest een uitgemaakte zaak. “Jongeren<br />

hebben een mooi vermogen om te parkeren, zoals ik dat<br />

noem. Als een oudere iets overkomt, dan maakt <strong>het</strong> 24 uur<br />

van de dag deel van zijn leven uit. Jongeren kunnen af -<br />

sluiten, afkaderen: ‘Ik ga nú’”, hij slaat hij met zijn hand op<br />

tafel, ‘“iets leuks doen.’ Dan kunnen ze daarvoor gaan en<br />

laten ze al <strong>het</strong> gedoe even los. Dat v<strong>in</strong>d ik wel mooi. Bij ons<br />

gaat <strong>het</strong> maar door, 24 uur per dag; zij kunnen <strong>het</strong> on hold<br />

zetten. Dat geeft lucht denk ik. Het maakt ze veerkrachtiger.<br />

Doordat afgrenzen kunnen ze sneller weer mee <strong>in</strong><br />

de vaart der volkeren. Wel zit er een nadeel aan, want ze<br />

houden zichzelf ook voor de gek: de problemen komen<br />

geheid na verloop van tijd weer terug. Ouderen zijn wat<br />

meer bereid om even ‘door te zieken’. Accepteren <strong>het</strong><br />

gemakkelijker, geloof ik. Jongeren zijn sterk <strong>in</strong> hun<br />

begrenz<strong>in</strong>g en kwetsbaar <strong>in</strong> <strong>het</strong> ontbreken van ervar<strong>in</strong>g.<br />

Als er iets <strong>in</strong>grijpends is gebeurd, betreden ze echt volledig<br />

nieuwe paden. Een van mijn cliënten, een jonge<br />

vrouw, zei nog niet zo lang geleden: ‘Ik ben voor <strong>het</strong> eerst<br />

met crim<strong>in</strong>aliteit <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g geweest, ik wist niet dat dit<br />

bestond, dat er mensen zijn die zo doen.’ Ze was echt<br />

helemaal van slag. Vooral toen ze erachter kwam hoeveel<br />

moeite ze ermee had om daarmee om te leren gaan. Zij<br />

had gedacht dat ze alles wel aankon, dat de wereld volledig<br />

voor haar open lag en dat ze elk probleem aankon.<br />

Ik heb veertien dagen geleden <strong>het</strong> schadeformulier met<br />

haar <strong>in</strong>gevuld, en de tranen stroomden overvloedig.<br />

Op dat moment was <strong>het</strong> alweer een maand of vier<br />

geleden gebeurd. Hun wereldbeeld stort een beetje <strong>in</strong>.<br />

Zoiets als erachter komen dat S<strong>in</strong>terklaas niet bestaat.<br />

Zo’n reactie zie je bij ouderen wat m<strong>in</strong>der, want die weten<br />

wel hoe <strong>het</strong> zit.”<br />

Jaap van Zoest, kortgeknipt grijs haar, bril, baardje en een<br />

gulle lach die tijdens <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview met grote regelmaat<br />

door de kamer schalt, is nu vijf jaar bij Slachtofferhulp<br />

Nederland actief als vrijwilliger. Regelmatig heeft hij jonge<br />

slachtoffers onder zijn hoede. Dat die juist aan hem worden<br />

toegewezen, is gezien zijn voorgeschiedenis niet<br />

vreemd. “Ik ben op mijn 15e aan <strong>het</strong> werk gegaan. Ik had<br />

genoeg van school en <strong>het</strong> leerl<strong>in</strong>gwezen bleek een uitkomst<br />

voor mij. Werken en één dag naar school. Een jaar<br />

of 24 heb ik <strong>in</strong> de horeca gewerkt. Toen ik iemand tegenkwam<br />

die aan de lerarenopleid<strong>in</strong>g was begonnen, dacht<br />

ik: dat ga ik ook doen. Daarna heb ik nog 22 of 23 jaar − ik<br />

ben nooit zo goed met getallen − gewerkt <strong>in</strong> wat tegenwoordig<br />

een ROC heet. Ik heb lesgegeven, ben manager<br />

en schoolopleider geweest, had veel contacten met studenten<br />

van de Hogeschool Utrecht die bij ons <strong>het</strong> vak wilden<br />

leren. Op mijn 61e kwam er een berichtje van de<br />

directie dat er een mooie regel<strong>in</strong>g was om eruit te gaan.<br />

Dat heb ik gedaan en dan heb je tijd voor andere d<strong>in</strong>gen,<br />

waaronder dus vrijwilligerswerk voor Slachtofferhulp<br />

Nederland. Daarmee ben ik al snel twee of drie dagen per<br />

week bezig.”<br />

uniformen en gezag, welnee!”, lacht hij. “Natuurlijk komt er<br />

ook wel stoerdoenerij bij kijken. Maar vroeger had een<br />

politieagent toch meer status. Daar moest je toch niet<br />

mee <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g komen. En nog niet, maar <strong>het</strong> is toch<br />

anders geworden.”<br />

Van Zoest heeft doorgaans snel een klik met zijn jonge<br />

cliënten. “Vaak wel, maar niet altijd. Jongeren zijn heel erg<br />

kritisch. De reden dat je contact met ze hebt, v<strong>in</strong>den ze al<br />

niks. Het is niet cool om slachtoffer te zijn. Het is niet iets<br />

wat je even makkelijk <strong>in</strong> je vriendengroep bespreekt: ‘Joh,<br />

ik ben slachtoffer geworden.’ Ze zijn <strong>het</strong> liever niet en douwen<br />

<strong>het</strong> weg. Maar ze voelen zich vaak ook wel degelijk<br />

slachtoffer. In veel gevallen zijn ze gewoon bang. Dat is<br />

niet gemakkelijk om te erkennen. Überhaupt laten ze niet<br />

snel hun emoties zien. Ik denk dat ze <strong>het</strong> lastig v<strong>in</strong>den om<br />

te benoemen dat ze slachtoffer zijn en dat ze daar bang<br />

van mogen zijn, of verdriet van mogen hebben of wat dan<br />

ook. Dat is niet gemakkelijk uit die mondjes te krijgen.”<br />

137<br />

Jongeren zijn sterk <strong>in</strong> hun begrenz<strong>in</strong>g<br />

en kwetsbaar <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

ontbreken van ervar<strong>in</strong>g<br />

STOERDOENERIJ<br />

Hoewel zijn standplaats <strong>het</strong> Utrechtse politiebureau<br />

Paardeveld is, v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> gesprek plaats <strong>in</strong> politiebureau<br />

Nieuwege<strong>in</strong>, want hij is actief <strong>in</strong> de hele regio rond<br />

Utrecht. Het bescheiden spreekkamertje kijkt uit op <strong>het</strong><br />

soort anonieme hoogbouw waar steden als Nieuwege<strong>in</strong><br />

zo rijk aan zijn. Is <strong>het</strong> voor jongeren een drempel om naar<br />

<strong>het</strong> politiebureau te komen voor een afspraak met<br />

Slachtofferhulp Nederland? Ze worden immers verondersteld<br />

weerstand te hebben tegen officiële <strong>in</strong>stanties en<br />

gezag? “Nou, ze v<strong>in</strong>den <strong>het</strong> wel leuk, spannend soms. Dan<br />

zie je ze om zich heen kijken, al die wouten en zo, dat v<strong>in</strong>den<br />

ze wel <strong>in</strong>teressant. Ze stappen <strong>in</strong> de meeste gevallen<br />

ook gemakkelijker een gerechtsgebouw b<strong>in</strong>nen dan<br />

ouderen. Jongeren van nu kijken niet meer zo op tegen<br />

VERTROUWEN<br />

Vertrouwen is een belangrijk thema. “Bij jongeren is <strong>het</strong><br />

belangrijk dat je vertrouwen met ze opbouwt. Als die klik<br />

er is, dan geven ze zich helemaal, bijna onvoorwaardelijk.<br />

Daar zijn ze vaak … grenzeloos <strong>in</strong>. Maar je kunt <strong>het</strong> ook<br />

door dit”, en hij knipt met zijn v<strong>in</strong>gers, “weer verliezen. Het<br />

vertrouwen is heel kwetsbaar. Het is een andere dynamiek<br />

dan met ouderen. Wat me bijvoorbeeld ook opvalt: ze<br />

zitten volledig <strong>in</strong> de shit, je hebt drie of vier afspraken en<br />

iedere keer is <strong>het</strong> emoties en tranen, en op een gegeven<br />

moment v<strong>in</strong>den ze <strong>het</strong> genoeg en dan kun je wegblijven,<br />

dan is <strong>het</strong> over en uit: weg jij. Jongeren kunnen dat zo<br />

heerlijk, zonder plichtpleg<strong>in</strong>gen”, en weer volgt er een<br />

klap op tafel: “‘Nou hebben we wel genoeg gehad, Jaap,<br />

wegwezen.’ Fantastisch toch?”, en hij lacht breeduit. Voor<br />

sommige collega’s mag dat als ondankbaarheid overkomen,<br />

Van Zoest heeft er geen problemen mee.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Je kunt dan iets<br />

voor jongeren betekenen door<br />

even met ze op te trekken<br />

“PROBLEMEN PASSEN NIET<br />

IN HET PUBERPLAATJE”<br />

“Over <strong>het</strong> algemeen doen ze heel laconiek over de<br />

impact van een misdrijf”, is ook de ervar<strong>in</strong>g van Petra<br />

Holleman (53). Ze werkt s<strong>in</strong>ds een jaar als vrijwilliger bij<br />

Slachtofferhulp Nederland en daarvoor zeven jaar bij de<br />

K<strong>in</strong>dertelefoon. Genoeg ervar<strong>in</strong>g met jongeren dus.<br />

“Problemen passen niet <strong>in</strong> <strong>het</strong> puberplaatje. Ze doen<br />

zich vaak stoerder voor dan ze zijn. Zeker vanaf een jaar<br />

of 15 hebben ze er toch wel moeite mee om over hun<br />

gevoelens te praten. Maar na een tijdje blijken ze er<br />

meer mee te zitten dan ze aanvankelijk willen toegeven.<br />

De keren dat ik jongeren heb geholpen, waren ze meestal<br />

door hun ouders naar Slachtofferhulp gestuurd.<br />

138<br />

Integendeel: “Dát is juist hun veerkracht. Jonge cliënten<br />

komen ook vaak te laat of niet opdagen. Collega’s kunnen<br />

daar heel boos om worden. Ik begrijp dat wel hoor. Maar<br />

zo werkt dat nu eenmaal. Wij denken dat iedereen maar op<br />

tijd kan komen, maar dat is voor sommigen heel moeilijk.”<br />

Je ziet bijna nooit iemand die dan doorvraagt: ‘Waarom<br />

wil je dat dan niet?’ Wel wordt gezegd: ‘Je moet dat<br />

gewoon gaan doen, want dat staat hier en dat is nu eenmaal<br />

zo.’ Ik denk dat als <strong>in</strong>stanties daar wat meer tijd <strong>in</strong><br />

zouden <strong>in</strong>vesteren, ze meer rendement halen en er m<strong>in</strong>der<br />

ferhulp altijd maatwerk is. Vorige week was ik met een<br />

nieuwe medewerkster op huisbezoek bij een cliënt die<br />

doof was. Toen we aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de van <strong>het</strong> gesprek buiten<br />

stonden, vroeg ze: ‘Pak jij <strong>het</strong> met deze meneer nou<br />

anders aan?’ Daar moest ik even over nadenken, maar nee.<br />

Zelf hadden ze zoiets van: wat moet ik ermee? Voor hun<br />

gevoel hebben ze er meer aan als ze erover praten <strong>in</strong><br />

hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Tja, <strong>het</strong> is ook wel confronterend als<br />

er opeens iemand van Slachtofferhulp Nederland op de<br />

stoep staat. Dat zet een bepaald stempel. Slachtoffer<br />

139<br />

contacten – die ook geld kosten – met zo’n jongere<br />

Ik realiseerde me dat <strong>het</strong> altijd maatwerk is. Met een<br />

zijn, dat kl<strong>in</strong>kt zo zwaar, terwijl ze <strong>het</strong> zelf helemaal niet<br />

zo zien. Soms denk ik ook wel eens dat hulp aan jongeren<br />

beter gedijt <strong>in</strong> de anonimiteit van de telefoon of<br />

NEGEN-TOT-VIJFMENTALITEIT<br />

nodig zijn.”<br />

mevrouw die thuis is beroofd door een stel mensen die<br />

Waar de Slachtofferhulpvrijwilliger wel moeite mee heeft Aan de andere kant zijn Slachtofferhulpmedewerkers ook<br />

met een taart en een bloemetje aan de deur stonden<br />

WhatsApp. Mijn aanpak is: humor en <strong>het</strong> een beetje<br />

is de negen-tot-vijfmentaliteit die hij en zijn cliënten bij weer beperkt <strong>in</strong> hun mogelijkheden, al heeft Van Zoest<br />

omdat ze zogenaamd een prijs zou hebben gewonnen<br />

luchtig houden. Op hun niveau communiceren, dat<br />

<strong>in</strong>stanties als maatschappelijk werk ontmoeten. “Het gaat ervaren dat <strong>het</strong> verschil maken <strong>in</strong> kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen kan zitten.<br />

ga je anders om dan met een 18-jarige die op de markt <strong>in</strong><br />

werkt over <strong>het</strong> algemeen redelijk. Ik denk dat jongeren<br />

niet alleen om de werktijden, ze stralen die mentaliteit<br />

vaak ook uit. Dat afgepaste: ‘Je zit hier nu wel, maar je moet<br />

over tw<strong>in</strong>tig m<strong>in</strong>uten wegwezen, want dan heb ik de volgende.’<br />

Bij mij kun je afspraken maken van ’s ochtends tot<br />

’s avonds laat. Het gaat erom hoe toegankelijk je bent. Het<br />

kan zijn dat ik na een half uur weg ben, maar <strong>het</strong> kan ook<br />

pas na anderhalf uur zijn. Ik kan me dat permitteren, want<br />

“Ik ben geen psycholoog, geen huisarts, geen jurist. Maar<br />

ik kan samen met mijn cliënt kijken wat er nodig is <strong>in</strong> een<br />

situatie en daar samen aan gaan staan. Je kunt dan iets<br />

voor jongeren betekenen door even met ze op te trekken.<br />

Meegaan naar de politie, meegaan naar de rechtszaak.<br />

Soms laat ik me wel eens verleiden om verder te gaan.<br />

Kijken naar huisvest<strong>in</strong>g, naar schulden, naar school. De<br />

Nieuwege<strong>in</strong> <strong>in</strong> elkaar is geslagen. Het is iedere keer kijken:<br />

wat is hier aan de hand en hoe kun je er <strong>het</strong> beste mee<br />

omgaan? En, zoals eerder gezegd, als Slachtofferhulpmedewerker<br />

ben je heel veel níet. Soms heb je <strong>het</strong> gevoel<br />

dat je met lege handen staat. Dat maakt <strong>het</strong> werk dan lastig.<br />

Aan de andere kant ben ik erachter gekomen dat ik<br />

niet zoveel hoef te doen. Mijn cliënten doen eigenlijk <strong>het</strong><br />

er <strong>het</strong> meest aan hebben dat ze hun verhaal kwijt kunnen<br />

en dat ze te horen krijgen dat hun reactie normaal<br />

is. Dat ze niet de enige zijn die <strong>het</strong> is overkomen. Want<br />

je ziet ze vaak heel kle<strong>in</strong> worden als ze aan je vertellen<br />

wat er is gebeurd. Tot je ze vertelt: ‘Joh, dat gebeurt heel<br />

veel. Het is niet iets om je voor te schamen, je bent niet<br />

de enige.’ Dan zie je ze weer een beetje bijtrekken.<br />

Uite<strong>in</strong>delijk is <strong>het</strong> een veerkrachtige groep, veel veerkrachtiger<br />

dan volwassenen. Na een of twee belletjes of<br />

ik hoef niet strak te plannen.”<br />

aanleid<strong>in</strong>g is dan <strong>het</strong> misdrijf, maar daarachter schuilt vaak<br />

werk. Ik ga gewoon zitten, luister en zoek samen met de<br />

Daar<strong>in</strong> schuilt wel de kracht van Slachtofferhulp Nederland, een complexiteit aan problemen. Dat zie je ook wel vaak<br />

cliënt naar vervolgstappen, en die bewaken we samen.<br />

een huisbezoek geven ze vaak aan dat ze hun leven wel<br />

v<strong>in</strong>dt hij. “Dat je veel meer flexibiliteit hebt. En dat mis ik bij jongeren, de opeenstapel<strong>in</strong>g van problemen. Ouderen<br />

Dat is toch prima?”, lacht hij, “Dat werkt ook wel zo ontspannen.<br />

Ik dacht altijd dat ik veel meer zou moeten doen.<br />

weer op de rit hebben en alweer bezig zijn met andere<br />

bijvoorbeeld bij <strong>het</strong> maatschappelijk werk. Die zijn erop hebben hun zaken meestal beter georganiseerd.”<br />

d<strong>in</strong>gen. Ik vraag dan natuurlijk wel eens door, want<br />

geënt alles b<strong>in</strong>nen de perken van hun agenda te houden.<br />

Dat is niet zo. Die jongens en meisjes doen <strong>het</strong> gewoon<br />

soms zeggen ze dat om van me af te zijn. Maar ik heb<br />

En niet van de agenda van de cliënt. Het enige wat jongeren<br />

te horen krijgen, is waarom ze iets wel of niet moeten<br />

doen. Terwijl die dan aangeven daar geen z<strong>in</strong> <strong>in</strong> te hebben.<br />

MAATWERK<br />

Gaat Jaap met volwassen cliënten anders te werk dan met<br />

jongeren? “Eigenlijk niet. Ik merk steeds meer dat slachtofzelf<br />

en een beetje samen met mij.”<br />

<strong>het</strong> idee dat <strong>het</strong> <strong>in</strong> tachtig procent van de gevallen<br />

ook zo is.”


Laat zien dat<br />

jouw organisatie<br />

<strong>het</strong> goed doet<br />

Niek (18) v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte<br />

van een misdrijf moet doen<br />

INTERVIEW<br />

140 141<br />

Niek werd dit jaar slachtoffer van diefstal<br />

van zijn mobiele telefoon. Niet echt een zwaar<br />

misdrijf, v<strong>in</strong>dt ook de 18-jarige vwo-scholier zelf.<br />

Hij zou model kunnen staan voor een grote<br />

groep jongeren <strong>in</strong> de crim<strong>in</strong>aliteits statistieken<br />

die slachtoffer zijn van soortgelijke, relatief lichte<br />

vergrijpen. Hun ervar<strong>in</strong>gen zijn niet m<strong>in</strong>der<br />

relevant dan die van zwaarder getroffen leeftijdsgenoten.<br />

En dus deed Niek mee aan <strong>het</strong><br />

onderzoek uit deel 2 van deze bundel en een<br />

vervolg<strong>in</strong>terview. Hij v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> belangrijk dat de<br />

stem van jongeren gehoord wordt <strong>in</strong> maatschappelijke<br />

discussies. Daarom zit hij ook <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

debatteam van zijn school en maakt hij deel<br />

uit van <strong>het</strong> UNICEF jongerenpanel. En gaat hij<br />

volgend jaar politicologie studeren.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

De diefstal is alweer twee jaar geleden. De impact van <strong>het</strong><br />

gebeuren was misschien niet zo groot, maar op de avond<br />

zelf was hij er danig van ondersteboven, vertelt Niek. “Het<br />

gebeurde tijdens <strong>het</strong> allereerste concert waar ik naartoe<br />

g<strong>in</strong>g. Een kerstcadeau van mijn vader. Hij had kaartjes<br />

weten te krijgen voor <strong>het</strong> allerlaatste concert van mijn<br />

favoriete band. Het was een heel leuke dag <strong>in</strong> Amsterdam<br />

en <strong>het</strong> concert was helemaal top. Nu ben ik altijd heel<br />

voorzichtig met mijn mobiel, ik berg hem altijd goed op.<br />

Ik had hem achter een rits weggestopt zodat er zeker niets<br />

mee zou gebeuren. Regelmatig voelde ik even of hij er<br />

nog zat. Halverwege <strong>het</strong> concert voel ik <strong>in</strong> mijn zak en…<br />

weg! Weg mobiel. Mijn concert was gelijk helemaal<br />

verpest. Ik kon alleen nog maar denken: hoe ga ik dit aan<br />

mijn vader vertellen?”<br />

volgende ochtend, daar ben ik heel pr<strong>in</strong>cipieel <strong>in</strong>. Als<br />

er iets gebeurt, moet je aangifte doen”, zegt hij beslist.<br />

“Dat kon onl<strong>in</strong>e. Je doet eerst een aangifte <strong>in</strong> je eigen<br />

politie regio en die stuurt hem door naar de politie van<br />

Amsterdam Amstelland. Aan de ene kant is <strong>het</strong> wel handig,<br />

maar ook wel lastig om te doen. Er werden moeilijke<br />

termen gebruikt en ik dacht geregeld: wat willen ze hier<br />

nu eigenlijk van me weten? Hoe die telefoon gestolen is<br />

of waar die uit gestolen is? Ik had <strong>het</strong> gevoel dat ik ook<br />

veel dubbel zat <strong>in</strong> te vullen.”<br />

Ook denk ik dat ze bang kunnen zijn<br />

voor represailles van de dader, vooral<br />

als <strong>het</strong> om ergere misdrijven gaat<br />

en was dat niet gebeurd. Ik ben gewoon gaan gymmen<br />

en pas ’s middags ontdekte ik dat er dertig euro uit mijn<br />

bewaren. Wel hebben ze extra maatregelen genomen,<br />

want dit is vaker gebeurd. Op de openbare roostersite zijn<br />

Drie dagen later kreeg Niek een e-mail: zaak gesloten.<br />

Hij moet even lachen als hij eraan terugdenkt. “Aan de ene<br />

portemonnee was verdwenen.” De beheerder van de<br />

voortaan de gymtijden niet meer te zien. Want je hoeft<br />

142 kant begrijp ik <strong>het</strong> wel. Er waren tienduizend mensen bij<br />

sportaccommodatie denkt dat <strong>het</strong> medeleerl<strong>in</strong>gen zijn mijn naam maar aan te klikken en je ziet wanneer ik<br />

143<br />

dat concert, ga dat maar eens onderzoeken. Dat gaat<br />

geweest. “Ze hebben de camerabeelden van de receptie gymles heb. Een paar jaar geleden hebben ze een aantal<br />

gewoon niet. Aan de ander kant dacht ik: tja, wat levert<br />

bekeken maar er komt niemand b<strong>in</strong>nen die er niet mag oud-leerl<strong>in</strong>gen gepakt die via de roostersite precies<br />

ZAAK GESLOTEN<br />

Niek zag de reactie van zijn ouders al voor zich. “Je schaamt<br />

je echt dat <strong>het</strong> je gebeurt. Ik dacht: ben ik dan zo stom dat<br />

mij dit overkomt? En dan moet je <strong>het</strong> dus aan je ouders<br />

vertellen. Dan weet je al wat voor reacties je gaat krijgen:<br />

‘Had je maar beter op je spullen moeten letten.’ Of: ‘Dan<br />

had je hem beter weg moeten stoppen en geen foto’s<br />

moeten maken, want dan zien ze dat je een mobieltje<br />

hebt.’” Maar zijn ouders reageerden anders dan verwacht.<br />

“Mijn vader baalde wel ontzettend, maar hij zei dat <strong>het</strong><br />

iedereen had kunnen gebeuren.” Zelf baalde hij ook stevig:<br />

“Foto’s weg, contacten weg, alles weg. Ik kon niemand<br />

meer bereiken. Ik doe alles via mijn telefoon, ook <strong>in</strong>ternetbankieren.<br />

De volgende morgen heb ik gelijk alles laten<br />

blokkeren. Een heel gedoe, maar gelukkig was ik op tijd.<br />

Hij heeft aangifte gedaan van de diefstal. “Meteen de<br />

aangifte doen eigenlijk op als de zaak toch direct gesloten<br />

wordt?” Wat hem betreft mag de politie dan ook wel meer<br />

aan verwacht<strong>in</strong>genmanagement doen bij <strong>het</strong> stimuleren<br />

van de burger om elke misdrijf vooral aan te geven. “Want<br />

mensen doen aangifte met de verwacht<strong>in</strong>g dat de politie<br />

de dader gaat pakken. Ik v<strong>in</strong>d dat de politie realistisch<br />

moet zijn en ervoor uit moet komen dat die aangiftes<br />

eigenlijk vooral voor de statistiek zijn. Al verlaagt dat<br />

misschien de aangiftebereidheid.”<br />

VERTROUWEN<br />

Beg<strong>in</strong> dit jaar was <strong>het</strong> weer raak. Dit keer verdween er geld<br />

uit zijn portemonnee. Het gebeurde tijdens de gymles.<br />

“Ik was vergeten mijn portemonnee uit mijn schooltas te<br />

halen. Normaal wordt de kleedkamer van b<strong>in</strong>nen op slot<br />

gedaan, maar die dag waren een aantal mensen te laat<br />

zijn.” Niek v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> een rotidee dat <strong>het</strong> een van zijn klasgenoten<br />

kan zijn geweest. “Daar moet ik niet aan denken.<br />

Ik hou mezelf maar voor dat <strong>het</strong> ook een medewerker kan<br />

zijn geweest. Het is slecht voor je gevoel van vertrouwen.<br />

Ik controleer nu voortdurend of ik al mijn spullen wel heb<br />

en of ik alles uit mijn tas heb gehaald.” Hij is er zich bewust<br />

van dat hij vooral op zijn hoede is <strong>in</strong> de buurt van bepaalde<br />

mensen en daar voelt hij zich ongemakkelijk onder.<br />

Discrim<strong>in</strong>eren is wel <strong>het</strong> laatste wat hij wil. “Dat gebeurt<br />

ongewild. Als er <strong>in</strong> de stad allemaal get<strong>in</strong>te mensen om<br />

me heen lopen, ben ik toch extra alert op mijn spullen.”<br />

Ook nu deed Niek aangifte, maar de dag erna werd de<br />

zaak al gesloten. “Geen verder onderzoek. De school<br />

neemt ook geen aansprakelijkheid want ik ben vergeten<br />

mijn portemonnee uit mijn tas te halen en <strong>in</strong> een kluisje te<br />

konden uitv<strong>in</strong>den wanneer de gymles plaatsvond en die<br />

haalden tussendoor gewoon alles uit de kleedkamer.”<br />

KOSTEN-BATENANALYSE<br />

Gezien <strong>het</strong> matige resultaat van zijn eigen aangifte<br />

begrijpt de vwo-scholier wel dat zijn leeftijdsgenoten niet<br />

zo snel naar de politie stappen om aangifte te doen. “Ook<br />

denk ik dat ze bang kunnen zijn voor represailles van de<br />

dader, vooral als <strong>het</strong> om ergere misdrijven gaat. Daarnaast<br />

speelt schaamte ook een rol. Jongeren hebben vaak <strong>het</strong><br />

gevoel dat ze er zelf wat aan konden doen, dat <strong>het</strong> hun<br />

eigen schuld was. En de rompslomp die <strong>het</strong> met zich meebrengt.<br />

Steeds weer <strong>het</strong>zelfde verhaal doen. Want je gaat<br />

eerst naar de politie en die wil <strong>het</strong> hele verhaal horen. En<br />

als er een strafrechtelijk vervolg komt, dan wil de rechter<br />

<strong>het</strong> ook horen. Vervolgens kan er weer een hoger beroep


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Jongeren durven niet<br />

zo heel snel toe te geven<br />

dat ze hulp nodig hebben<br />

komen. Dat is een heel traject. Jij wilt de zaak <strong>het</strong> liefst<br />

afsluiten, maar omdat je steeds opnieuw je verhaal moet<br />

doen, lukt dat niet”, denkt Niek. Om vervolgens te concluderen:<br />

“Ik denk dat jongeren een kosten-batenanalyse<br />

maken: wat kost <strong>het</strong> mij en wat levert <strong>het</strong> op.”<br />

Voor de politicoloog <strong>in</strong> spe was de afweg<strong>in</strong>g dat hij zijn<br />

burgerplicht wilde doen. “Ook al levert een aangifte niets<br />

op, dan weet de politie tenm<strong>in</strong>ste dat er iets is gebeurd.<br />

Vooral als zo’n misdrijf vaker gebeurt. Als niemand aangifte<br />

doet, dan blijven die zaken buiten beeld. Met de aangifte<br />

zelf kan de politie misschien niet zo veel, maar die<br />

komt wel <strong>in</strong> de statistieken terecht en dan wordt duidelijk<br />

hoe groot <strong>het</strong> probleem is. Dan is de politie misschien<br />

bereid om extra actie te ondernemen.”<br />

ZIELIG PERSOONTJE<br />

Net zo m<strong>in</strong> als jongeren snel naar politie stappen voor<br />

aangifte, doen ze gemakkelijk een beroep op de hulpverlen<strong>in</strong>g.<br />

Voor Niek vielen de emotionele en psychische<br />

impact van de beide diefstallen erg mee, maar bij wie zou<br />

hij steun en hulp zoeken als hem een zwaar misdrijf of<br />

ongeval was overkomen? “Ik zou toch eerst op familie en<br />

vrienden terugvallen, denk ik, en daarna pas professionele<br />

hulp zoeken. Al zou ik niet weten bij wie ik dan zou moeten<br />

aankloppen.” Na even te hebben nagedacht, zegt hij: “Ik<br />

denk dat ik <strong>het</strong> eerste zou aankloppen bij <strong>het</strong> schoolmaatschappelijk<br />

werk. Dat is dichtbij en bekend.” Hij vraagt zich<br />

overigens af of leeftijdsgenoten die stap snel zouden<br />

zetten. “Ik zou eerst denken dat ik <strong>het</strong> zelf zou kunnen<br />

regelen. Jongeren durven niet zo heel snel toe te geven<br />

dat ze hulp nodig hebben. In eerste <strong>in</strong>stantie uit schaamte.<br />

Want als iemand vertelt dat hij bij Slachtoffer hulp loopt<br />

om hulp te krijgen bij de verwerk<strong>in</strong>g, dan denkt zijn<br />

omgev<strong>in</strong>g al snel: die spoort zeker niet helemaal. Je bent<br />

al heel snel een zielig persoontje als je slachtoffer bent.”<br />

Daar komt volgens Niek nog bij dat de hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

sowieso een negatief imago heeft. Dat is mede te wijten<br />

aan negatieve berichtgev<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de media; jongeren zijn<br />

daar gevoelig voor. “Dat gaat niet alleen om hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

aan slachtoffers. Ik heb laatst een discussie gehad over<br />

k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g en dan blijkt dat de jeugdhulpverlen<strong>in</strong>g<br />

een heel negatief imago heeft, <strong>het</strong> imago dat ze er<br />

een zootje van maken. Jongeren scheren alle hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties<br />

over één kam en zo’n negatief imago<br />

straalt dus ook af op Slachtofferhulp Nederland.” Toch is de<br />

vwo-scholier wel van men<strong>in</strong>g dat jongeren gebaat kunnen<br />

zijn bij de hulp. “Ik dacht zelf ook altijd dat Slachtofferhulp<br />

alleen emotionele steun gaf. Maar ik begrijp dat ze ook<br />

hulp geeft bij <strong>het</strong> vergoed krijgen van de schade, de f<strong>in</strong>anciële<br />

en juridische gevolgen van <strong>het</strong> misdrijf, dat soort d<strong>in</strong>gen.<br />

Vooral de mensen die snel verdwaald raken <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

systeem, kunnen zulke ondersteun<strong>in</strong>g waarschijnlijk goed<br />

gebruiken. Dan kun je ze misschien ook stimuleren om<br />

aangifte te doen.”<br />

Slachtofferhulp meer voorlicht<strong>in</strong>g geven op scholen.<br />

Organisaties als UNICEF en Slachtofferhulp zijn voor jongeren<br />

echt een ver-van-mijn-bedshow. Maar ga je naar<br />

jongeren toe en leg je ze duidelijk uit hoe <strong>het</strong> zit, dan<br />

staan ze er meer open voor. En dan vooral niet alleen maar<br />

vertellen, maar ook iets verz<strong>in</strong>nen om te doen. Je moet<br />

<strong>het</strong> <strong>in</strong>teractief houden. Organiseer discussies, of zoiets.”<br />

144 145<br />

INTERACTIEF<br />

De plannen om meer onl<strong>in</strong>e diensten aan te bieden, v<strong>in</strong>dt<br />

hij een goed idee. “Een chatservice of onl<strong>in</strong>e formulieren<br />

<strong>in</strong>vullen kan geweldig werken. Dat kun je doen zonder dat<br />

iemand <strong>het</strong> <strong>in</strong> de gaten heeft. Dan doel ik niet zozeer op<br />

anonimiteit, maar op <strong>het</strong> feit dat je dat gewoon op je<br />

smartphone kunt doen. Je hoeft niet helemaal naar <strong>het</strong><br />

politiebureau, waardoor je geen uren van school hoeft te<br />

missen.” De vraag is dan natuurlijk wel hoe je jongeren<br />

naar je website lokt. “Bij UNICEF zijn we foto’s gaan posten<br />

omdat jongeren heel veel op Instagram zitten. Maar dat is<br />

voor jullie waarschijnlijk wat lastig. Misschien moet<br />

En tot slot de gouden tip van de Niek als ervar<strong>in</strong>gsdeskundige.<br />

“Profileer jezelf. Zorg dat je niet geassocieerd wordt<br />

met andere organisaties die slecht <strong>in</strong> <strong>het</strong> nieuws komen<br />

en <strong>het</strong> imago hebben dat ze falen. Laat vooral de d<strong>in</strong>gen<br />

zien die goed gaan. Bijvoorbeeld met behulp van ervar<strong>in</strong>gsverhalen.<br />

Zodra jongeren zien dat leeftijdsgenoten<br />

goede ervar<strong>in</strong>gen hebben, zijn ze wel bereid om zich te<br />

melden.”<br />

Noten<br />

1)<br />

Zijn naam is veranderd <strong>in</strong> verband met de privacy


Jongeren worden<br />

zelden serieus<br />

146 147<br />

genomen<br />

André Merlijn (42) van<br />

Bureau Coen specialiseert zich<br />

<strong>in</strong> jongerencommunicatie<br />

INTERVIEW<br />

Eigenlijk is de boodschap van André Merlijn<br />

even simpel als kort: “Als je iets met jongeren<br />

wilt, dan moet je ze vragen wat zij willen.”<br />

Merlijn is directeur en een van de oprichters van<br />

Bureau Coen, dat zich specialiseert <strong>in</strong> jongerencommunicatie<br />

en jongeren onderzoek. “Als we<br />

kijken naar slacht offerschap, dan denk ik dat<br />

ze geen enkel idee hebben hoe ze ermee naar<br />

buiten moeten komen, waar ze moeten zijn en<br />

wat exact de bedoel<strong>in</strong>g is.”


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Als er een<br />

probleem is<br />

willen ze weten:<br />

waar moet ik zijn?<br />

Meer is <strong>het</strong> niet<br />

Bureau Coen is ontstaan omdat Beeldenstorm − <strong>het</strong><br />

reclame bedrijf dat Merlijn eerder oprichtte − steeds vaker<br />

geconfronteerd werd met vragen van organisaties die er<br />

maar niet <strong>in</strong> slaagden om jongeren met hun boodschap te<br />

bereiken. “Wij kregen steeds meer klanten die vastliepen<br />

op jongeren: ‘Hoe bereiken we ze? We proberen van alles<br />

er gebeurt niets. We leggen <strong>het</strong> ze uit en ze begrijpen <strong>het</strong><br />

niet. We zien aantallen jonge klanten naar beneden lopen,<br />

we zien ze niet naar ons toekomen.’ Dat soort vragen.<br />

Wij dachten: dat is <strong>in</strong>teressant om iets mee te doen en er is<br />

ruimte <strong>in</strong> de markt. We doen <strong>het</strong> gewoon. De mensen met<br />

wie ik samenwerk hebben allemaal een sterke drive om uit<br />

te zoeken en te begrijpen waarom iets niet werkt, zodat ze<br />

dat kunnen omvormen tot iets dat wél werkt. We zijn ons<br />

gaan specialiseren <strong>in</strong> jongeren en zo is Bureau Coen<br />

ontstaan.”<br />

De klantenkr<strong>in</strong>g van Bureau Coen is zeer divers. Onderwijs -<br />

<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen willen bijvoorbeeld graag weten hoe ze de<br />

juiste leerl<strong>in</strong>g op de juiste opleid<strong>in</strong>g krijgen en hoe ze de<br />

<strong>in</strong>formatieoverdracht tijdens colleges kunnen verbeteren.<br />

“Maar ook vraagstukken als gezond eten en pesten spelen<br />

daar. De transitie <strong>in</strong> de jeugdzorg is op dit moment een<br />

belangrijk traject en de prov<strong>in</strong>ciale verkiez<strong>in</strong>gen komen<br />

eraan”, zet Merlijn uiteen aan de grote vergadertafel <strong>in</strong> zijn<br />

werkkamer, waar een w<strong>in</strong>ters zonnetje door <strong>het</strong> oranje<br />

get<strong>in</strong>te glas naar b<strong>in</strong>nen schijnt. In de hoek liggen gestapelde<br />

pallets met daarop grote zitkussens. Het bureau<br />

huist boven een benz<strong>in</strong>estation <strong>in</strong> Veenendaal. Geen hippe<br />

plek misschien, maar wel een hippe <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g, compleet<br />

met graffiti op de muren en een voetbaltafel op de<br />

werkvloer.<br />

v<strong>in</strong>den. Misschien triggert dat ze om er wat meer over te<br />

lezen of ergens naartoe te gaan. Op die manier kunnen<br />

jongeren beter bevatten waar <strong>het</strong> om gaat en zullen ze<br />

ook eerder geneigd zijn om te gaan stemmen.”<br />

Op <strong>het</strong> gebied van slachtofferschap onder jongeren heeft<br />

Bureau Coen nog geen specifiek onderzoek of project<br />

gedaan. Zijdel<strong>in</strong>gs komt <strong>het</strong> wel aan de orde, bijvoorbeeld<br />

<strong>in</strong> projecten voor de jeugdzorg of Bureau Halt. “Dan vragen<br />

we jongeren ook wel: ‘Wat ga je doen als je slachtoffer<br />

bent geworden? Wat ga je doen als je hulp nodig hebt?’<br />

Interessant is dat je dan ziet dat jongeren geen idee<br />

hebben hoe ze ermee naar buiten moeten komen en wat<br />

nu precies de bedoel<strong>in</strong>g is”, heeft Merlijn gemerkt. “Neem<br />

<strong>het</strong> onderwerp loverboys. Een bepaalde gemeente had<br />

bedacht om midden <strong>in</strong> de school een <strong>in</strong>formatiezuil neer<br />

148 SWIPEN OF LIKEN<br />

te zetten. Daar ga je dan naartoe, je drukt op een knop en<br />

149<br />

METAFOOR<br />

Vanwaar de naam ‘Bureau Coen’? “Coen is Coen Visser,<br />

onze stagiair toen we net begonnen. We vroegen altijd<br />

van alles aan hem. Want bij alles je wat doet, vooral als <strong>het</strong><br />

om jongeren gaat, is <strong>het</strong> de crux dat je niet voor hen<br />

bedenkt wat er werkt, maar dat je vraagt hoe zij <strong>het</strong> willen.<br />

En of ze <strong>het</strong> überhaupt willen. Bij alles wat wij aanpakken,<br />

doen wij onderzoek met jongeren. We vragen <strong>het</strong> aan ze<br />

en we toetsen wat we bedenken bij ze. Zo weten we altijd<br />

zeker wat hun behoeftes zijn en of ze <strong>het</strong> begrijpen of niet.<br />

Aan de hand daarvan werken we onze strategie en concepten<br />

uit. Dus vroegen we steeds aan Coen: ‘Hoe kijk jij<br />

daar nu tegenaan? Wat v<strong>in</strong>d jij daarvan? Herken jij jezelf<br />

hier<strong>in</strong>?’ Coen kan <strong>het</strong> weten, dat was de <strong>in</strong>steek, want<br />

Coen is jong. En zo is Coen de metafoor geworden voor<br />

onze werkwijze: als je iets met jongeren wil, moet je <strong>het</strong><br />

aan ze vragen. We hebben hem beloofd dat als <strong>het</strong> bedrijf<br />

een succes werd, we <strong>het</strong> naar hem zouden noemen.<br />

Vandaar dus.”<br />

“Die verkiez<strong>in</strong>gen, dat is wel een mooi voorbeeld”, gaat<br />

Merlijn verder. “Jongeren en prov<strong>in</strong>ciale verkiez<strong>in</strong>gen, dat<br />

gaat natuurlijk niet goed samen. Als je ze vraagt of ze gaan<br />

stemmen, dan zegt tachtig procent ‘nee’. Vraag je waarom<br />

niet, dan krijg je antwoorden als: ‘Waar is <strong>het</strong> voor bedoeld?<br />

Wat doet een prov<strong>in</strong>cie überhaupt?’ Dan moet je niet over<br />

<strong>het</strong> belang van stemmen of politiek gaan praten, maar<br />

over onderwerpen die hen aangaan. Dat werkt. Het vervoer<br />

<strong>in</strong> de prov<strong>in</strong>cies bijvoorbeeld. Dat is best wel belabberd.<br />

In de leefwereld van jongeren is vervoer belangrijk, want<br />

ze moeten naar school. Zo hebben we een lijstje topics die<br />

ze kunnen swipen of liken. V<strong>in</strong>d je <strong>het</strong> niet belangrijk, dan<br />

swipe je <strong>het</strong> gewoon weg, like je <strong>het</strong>, dan is <strong>het</strong> een onderwerp<br />

dat voor jou en de politiek belangrijk is. Zo kun je de<br />

prov<strong>in</strong>cie tot leven laten komen. Via de onderwerpen waar<br />

de prov<strong>in</strong>cie voor staat, maar waarvan jij als jongere niet<br />

wist dat ze dat voor jou deed. Als je dan hebt aangegeven<br />

wat je belangrijk v<strong>in</strong>dt, dan komt er een mandje <strong>in</strong>teressegebieden<br />

uit rollen en daar kun je meer <strong>in</strong>formatie over<br />

er verschijnt een overzicht van alle mogelijke hulpverleners<br />

op dit terre<strong>in</strong>. Stel, jij bent 13, 14 jaar en slachtoffer van die<br />

praktijken. Dan ga je niet midden <strong>in</strong> de aula waar al je leeftijdsgenoten<br />

bij staan op de knop ‘loverboy’ klikken.<br />

En dan moet je ook nog kiezen uit een hele lijst hulpverleners.<br />

Dat ga je dus niet doen. Ten eerste omdat <strong>het</strong><br />

beschamend is, want iedereen let op je. Zoiets wil je graag<br />

anoniem houden. En ten tweede wil je helemaal niet<br />

kiezen tussen al die verschillende <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen waarvan jij<br />

niet weet wat ze eventueel voor jou kunnen betekenen.<br />

Kortom, die zuil is nooit gebruikt.”<br />

LOTGENOTEN<br />

Voor Merlijn is de oploss<strong>in</strong>g betrekkelijk simpel. “Als je ze<br />

gaat vragen wat ze dan wel willen, dan willen ze gewoon<br />

weten hoe <strong>het</strong> werkt. Als er een probleem is, willen ze<br />

weten: waar moet ik zijn? That’s it, meer is <strong>het</strong> niet. En dan<br />

willen ze zo snel mogelijk contact met iemand. Ze willen<br />

geen keuzes. Ze willen geen extreme d<strong>in</strong>gen, maar <strong>het</strong>


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Dan krijg je dat belerende:<br />

Beschouw <strong>het</strong> als een Levensles<br />

liefst <strong>in</strong> de wereld waar<strong>in</strong> ze leven met middelen te maken<br />

hebben die ze kennen. Er worden veel U-bochten ge -<br />

creëerd. Allerlei verschillende mensen zijn met ze bezig.<br />

Jongeren zien door de bomen <strong>het</strong> bos niet meer. Dan<br />

denken ze: laat maar lekker zitten, ik heb er geen z<strong>in</strong> meer<br />

<strong>in</strong>. Want ze begrijpen me toch niet. Of: ík begrijp <strong>het</strong> toch<br />

niet – want op die leeftijd twijfelen ze heel erg aan zichzelf.<br />

Het zou ideaal zijn als er een knop op je telefoon zou zitten<br />

waarmee je direct bij de juiste persoon terechtkomt. Als<br />

<strong>het</strong> zo simpel was, dan zou er veel meer hulp gevraagd<br />

worden. Maar <strong>het</strong> is nu erg ondoorzichtig en dan haken ze<br />

gewoon af.”<br />

Maar, waarschuwt Merlijn, een organisatie die iets met<br />

jongeren wil moet de valkuil vermijden dat die zich<br />

geforceerd ‘jong’ gaat profileren en zich helemaal stort<br />

<strong>in</strong> de jongerentaal, sociale media en dergelijke. “Je moet<br />

vooral niet gaan doen wat jij denkt dat jongeren doen,<br />

want dat raad je toch niet. Dat verandert de hele tijd en<br />

<strong>het</strong> past waarschijnlijk niet bij je organisatie. Wees gewoon<br />

jezelf. Dat verwachten ze van je. Wat ik bedoel met aansluiten<br />

bij de leefwereld van jongeren is dat je met concrete<br />

voorbeelden moet aankomen en soortgelijke verhalen<br />

waar<strong>in</strong> ze zichzelf erkennen en herkennen.<br />

Om weer <strong>het</strong> voorbeeld van loverboys erbij te halen: op<br />

<strong>het</strong> moment dat jij daar slachtoffer van wordt, dan geef je<br />

er de voorkeur aan om verhalen van lotgenoten te horen.<br />

Dat is herkenbaar en maakt duidelijk welke stappen je<br />

kunt nemen. Dat hoor je <strong>het</strong> liefst van leeftijdsgenoten,<br />

want dat is vertrouwd en dichtbij. Dat Slachtofferhulp<br />

Nederland daar uite<strong>in</strong>delijk achter zit is vanzelfsprekend,<br />

maar <strong>het</strong> beg<strong>in</strong>t allemaal met de vraag: ‘Waarom zou ik<br />

überhaupt contact met jullie opnemen?’ Als je dat te<br />

horen krijgt van iemand van dezelfde leeftijd en die <strong>in</strong><br />

dezelfde situatie heeft gezeten en door jullie geholpen is,<br />

dan gaan ze <strong>in</strong> beweg<strong>in</strong>g komen. Dan weten ze hoe <strong>het</strong><br />

werkt, wat de vervolgstappen zijn, waar jullie voor zijn en<br />

dan vertrouwen ze je ook.”<br />

NIET ZEUREN<br />

Merlijn ziet vaak dat organisaties vanuit hun eigen<br />

structuur en aanbod met hun cliënten communiceren.<br />

“Trajecten zijn vaak helemaal niet aangesloten op jongeren.<br />

D<strong>in</strong>gen gaan zelden zoals jongeren willen. Terwijl de<br />

vraag eigenlijk moet zijn: hoe willen jongeren, ouderen,<br />

wie dan ook <strong>het</strong> liefst geholpen worden? Op <strong>het</strong> moment<br />

dat je daar een antwoord uit krijgt dan is de organisatie<br />

daar heel makkelijk naar te vormen. Met dat uitgangspunt<br />

kun je veel effectiever werken. De klassieke reflex is ‘zo<br />

werkt <strong>het</strong> hier nu eenmaal’. Dat kan natuurlijk nooit <strong>het</strong><br />

antwoord zijn, maar volwassenen zijn meer gewend om<br />

zich te conformeren aan een organisatie en te accepteren<br />

dat iets lang duurt of <strong>in</strong>gewikkeld is. Wij houden daar bij<br />

voorbaat reken<strong>in</strong>g mee. Jongeren accepteren dat gewoon<br />

nog niet. Wat ik verder merk is dat jongeren – en dat is,<br />

denk ik, van alle tijden – nooit serieus genomen worden.<br />

Bijvoorbeeld <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van slachtofferschap. Als jongeren<br />

slachtoffer worden dan zal <strong>het</strong> wel meevallen. Die moeten<br />

maar flexibel zijn. Terwijl als <strong>het</strong> een oud vrouwtje gebeurt,<br />

dan staat de hele wereld op zijn kop. Het algemene beeld<br />

is dat jongeren gewoon niet moeten zeuren. Blijkbaar hoort<br />

<strong>het</strong> er gewoon bij. Dan krijg je dat belerende: ‘Beschouw<br />

<strong>het</strong> als een levensles. Het overkomt iedereen wel eens.’<br />

Daar kunnen wij van Bureau Coen ons erg boos om<br />

maken. Of <strong>het</strong> nu om onderwijs gaat of wat dan ook, we<br />

kijken door een volwassenenbril en niet naar wat <strong>het</strong><br />

beste bij jongeren past.”<br />

DRIE LAGEN<br />

In <strong>het</strong> geval van slachtofferschap speelt dan ook nog mee<br />

dat <strong>het</strong> voor veel jongeren onbekend terre<strong>in</strong> is. “Als je<br />

nooit slachtoffer bent geweest, en niemand heeft je ooit<br />

de bedoel<strong>in</strong>g van de hulpverlen<strong>in</strong>g of de strafprocedure<br />

uitgelegd, hoe kun je dan ooit dat pad gaan bewandelen?<br />

Als ik niet weet hoe <strong>het</strong> werkt en als <strong>het</strong> mijn leefwereld<br />

niet aanspreekt dan ga ik <strong>het</strong> niet doen. Waarom zou ik?<br />

Ik wil een overtuigend antwoord op de vraag: waarom zou<br />

ik naar jou, Slachtofferhulp, toekomen?”, verplaatst Merlijn<br />

zich <strong>in</strong> de positie van een jong slachtoffer. “Als ik dat niet<br />

krijg, dan kom ik niet. Een antwoord van leeftijdsgenoten<br />

is voor mij veel overtuigender. Jij kunt als organisatie tien<br />

keer proberen uit te leggen waarom ik bij jou aan <strong>het</strong> juiste<br />

adres zou zijn, maar dat werkt niet. Want jij hebt er <strong>in</strong> mijn<br />

ogen een bepaald belang bij.” Daarom adviseert Merlijn:<br />

“Communiceer <strong>in</strong> drie lagen. De eerste stap is <strong>het</strong> beantwoorden<br />

van de vraag: waarom zou ik naar jullie komen?<br />

Waarom zijn jullie de <strong>in</strong>stantie die mij kunnen helpen?<br />

Dat antwoord willen ze krijgen van leeftijds genoten die<br />

<strong>het</strong>zelfde hebben meegemaakt. Die hebben geen belang,<br />

zijn objectief. Dan ga je helder maken hoe <strong>het</strong> vervolgtraject<br />

eruitziet, stap voor stap. De derde laag draait om de<br />

vraag wat ze zelf moeten ondernemen om die stappen te<br />

zetten. Daar komt Slachtofferhulp Nederland om de hoek,<br />

want ze zullen toch met iemand moeten gaan praten of<br />

een afspraak maken, om maar wat te noemen. Dat zijn de<br />

stappen naar succes.”<br />

150 151<br />

Wat hij nog wil meegeven is dat te veel focussen op de<br />

verschillen tussen generaties <strong>in</strong> veel gevallen niet tot<br />

een goede oploss<strong>in</strong>g leidt. “Ik ben van men<strong>in</strong>g dat alle<br />

generaties uite<strong>in</strong>delijk allemaal dezelfde behoeften<br />

hebben. Ook al zijn de tijden waar<strong>in</strong> we opgroeien verschillend,<br />

zeker wat de technische ontwikkel<strong>in</strong>gen betreft.<br />

Je hebt behoefte aan helderheid en duidelijkheid. Je hebt<br />

erkenn<strong>in</strong>g en herkenn<strong>in</strong>g nodig. Als je iets kunt overzien,<br />

kun je makkelijker tot actie overgaan. Dat is van alle tijden<br />

en voor iedereen.”


Onderschat<br />

<strong>het</strong> belang van<br />

ouders niet<br />

152 153<br />

Ilse Vande Walle (41) ziet dat<br />

jonge slachtoffers steun <strong>in</strong><br />

hun eigen omgev<strong>in</strong>g zoeken<br />

INTERVIEW<br />

“Niet opgeven”, is <strong>het</strong> stellige advies van<br />

Ilse Vande Walle. “Want jongeren zeggen vaak<br />

‘nee’ tegen Slachtofferhulp omdat ze <strong>het</strong> niet<br />

kennen.” De van orig<strong>in</strong>e Vlaamse Vande Walle is<br />

opgeleid als sociaal werker en <strong>in</strong>middels al zo’n<br />

tw<strong>in</strong>tig jaar actief <strong>in</strong> <strong>het</strong> slachtofferhulp wezen,<br />

waar ze geldt als expert op <strong>het</strong> gebied van<br />

k<strong>in</strong>deren en jongeren.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

En als er dan contact is,<br />

accepteren ze <strong>het</strong><br />

hulpaanbod vaak niet<br />

Het gesprek v<strong>in</strong>dt telefonisch plaats, want Vande Walle<br />

woont momenteel <strong>in</strong> Londen. Met een sappig Vlaams<br />

accent vertelt ze over <strong>in</strong>zichten die zij als hulpverlener <strong>in</strong><br />

drie landen vergaarde. Bijvoorbeeld over <strong>het</strong> vraagstuk<br />

dat jongeren toch zo moeilijk aangifte doen of contact<br />

opnemen met <strong>in</strong>stanties die hen kunnen ondersteunen.<br />

En als er dan contact is, accepteren ze <strong>het</strong> hulpaanbod<br />

vaak niet. “Wat ik altijd deed, was even bellen met de<br />

vraag: ‘Kun je mij kort vertellen wat er precies is gebeurd?<br />

Ik weet dat je overvallen bent, maar ik wil graag jouw verhaal<br />

horen. Ik v<strong>in</strong>d <strong>het</strong> fijn om te horen dat je geen hulp<br />

wilt, als dat zo is dan is dat oké.’ Maar ik ga dan toch even<br />

<strong>het</strong> rijtje af. Ik vraag of er d<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> hun leven anders zijn<br />

geworden en of ze <strong>het</strong> aan iemand verteld hebben.<br />

Als ze nee zeggen, dan gaat er een alarmbelletje r<strong>in</strong>kelen.<br />

Dan zeg ik: ‘Ik bel je volgende week of over twee weken<br />

nog eens terug.’ En wanneer ik dat doe, neemt negentig<br />

procent toch weer de telefoon op. Dat valt wel op.”<br />

LIEVER TELEFONISCH<br />

Vande Walle geeft <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie de voorkeur aan een<br />

telefonische benader<strong>in</strong>g boven face-to-facecontact.<br />

“Ik heb <strong>het</strong> gevoel dat <strong>het</strong> voor jongeren echt een drempel<br />

is om naar een bureau te komen of iemand op bezoek te<br />

krijgen. Hier <strong>in</strong> Engeland is mijn ervar<strong>in</strong>g met jongeren dat<br />

ik ze wel zes maanden lang wekelijks aan de telefoon kon<br />

hebben, maar dat ze bij de drie of vier afspraken die we<br />

maakten nooit zijn komen opdagen. We bleven wel telefonisch<br />

contact houden; ze verwachtten mijn telefoontje<br />

ook. Jongeren zijn bezig met hun leven, die plannen geen<br />

week vooruit. Over een week kan <strong>het</strong> allemaal weer heel<br />

anders zijn. Evel<strong>in</strong>e Crone, de auteur van <strong>het</strong> boek Het<br />

puberende bre<strong>in</strong> zegt dat plannen voor jongeren een complexe<br />

aangelegenheid is. Bovendien, de eerste keer naar<br />

een hulpverlener gaan is absoluut niet iets waar jongeren<br />

naar uitkijken. Ze hebben vaak ook geen idee wat ze kunnen<br />

verwachten. Dus zo’n afspraak wordt dan gemakkelijk<br />

‘vergeten’. Daarom geef ik de voorkeur aan telefonisch<br />

contact. Ik vraag of ze <strong>het</strong> al aan iemand hebben verteld,<br />

of ze goed slapen, waar ze nu mee bezig zijn. Als ze dan<br />

aangeven dat ze <strong>het</strong> toch wel moeilijk hebben, dan bied ik<br />

aan: ‘Zullen we eens afspreken of heb je liever dat ik je nog<br />

eens bel?’ Ook wanneer jongeren aangeven dat <strong>het</strong> goed<br />

gaat, bied ik aan om de week erna nog eens terug te bellen:<br />

‘Je doet <strong>het</strong> echt wel heel goed, maar is <strong>het</strong> goed dat ik<br />

jou de week hierna nog eens bel?’ Eigenlijk sta ik er wel op<br />

dat als we geen afspraak maken, ik hen mag terugbellen.<br />

Komt <strong>het</strong> dan tot een face-to-face-afspraak, dan heb ik ze<br />

meestal al vier of vijf keer aan de telefoon gehad. Soms<br />

kan <strong>het</strong> gewoon ook wel nodig zijn om samen d<strong>in</strong>gen<br />

voor te bereiden: de schadevergoed<strong>in</strong>g, de rechtszitt<strong>in</strong>g,<br />

allerlei praktische zaken.”<br />

In Engeland werkt <strong>het</strong> aanbieden van slachtofferhulp <strong>in</strong><br />

grote lijnen <strong>het</strong>zelfde als <strong>in</strong> Nederland: de politie geeft de<br />

gegevens van slachtoffers door aan de betreffende slachtofferhulporganisatie,<br />

die dan <strong>het</strong> contact <strong>in</strong>itieert. Zo’n<br />

actieve benader<strong>in</strong>g is noodzakelijk omdat slachtoffers −<br />

en <strong>in</strong> <strong>het</strong> bijzonder jonge slachtoffers − de hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

op eigen gelegenheid moeilijk weten te bereiken. Doen<br />

slachtoffers geen aangifte, dan kan Slachtofferhulp ook<br />

geen contact opnemen. En juist aangifte doen is voor veel<br />

jongeren een probleem.<br />

WEGSTUREN<br />

“Dat ze niet snel aangifte doen, heeft met een aantal<br />

zaken te maken”, legt Vande Walle uit. “In bepaalde gevallen<br />

realiseren jongeren zich helemaal niet dat <strong>het</strong> om een<br />

misdrijf gaat waarvan je aangifte moet doen. Bijvoorbeeld<br />

dat er iets van je afgepakt wordt, een vechtpartij op school<br />

of ernstige vormen van pesten. Anderzijds zie je bij jongeren<br />

ook <strong>het</strong> denkbeeld: de politie gaat toch niets voor mij<br />

doen, die gaan mij gewoon wegsturen. Toen ik hier <strong>in</strong><br />

Londen bij Slachtofferhulp werkte, merkte ik dat <strong>het</strong> soms<br />

ook zo gaat. Zo hielp ik een jongen van een jaar of 13. Zijn<br />

mobiele telefoon was gestolen, al zijn contacten waren<br />

weg. Voor hem was dat verschrikkelijk. Hij g<strong>in</strong>g naar de<br />

politie en vroeg ze om de telefoon te traceren, want dat is<br />

mogelijk via de satelliet. ‘Dat doen we alleen als je vermoord<br />

wordt en niet als je telefoon alleen maar gestolen<br />

is’, kreeg hij als antwoord. Zo’n jongen voelt zich absoluut<br />

niet serieus genomen. Met als gevolg dat hij nooit meer<br />

naar de politie gaat en zijn vriendjes ook niet. Want hij had<br />

ze natuurlijk wel verteld: ‘Daar hoef je niet naartoe te gaan,<br />

ze nemen je echt niet serieus.’ Daarnaast speelt de peer<br />

group een belangrijke rol. Jongeren willen stoer zijn en bij<br />

de groep horen. Worden ze slachtoffer − ook al raakt hen<br />

dat enorm − dan zullen ze dat toch niet snel aan de politie<br />

vertellen of ermee naar de hulpverlen<strong>in</strong>g gaan. Soms ook<br />

omdat ze bang zijn voor wraak. Hier <strong>in</strong> Engeland heb je<br />

heel slechte buurten, waar gangs de dienst uitmaken.”<br />

Ze onderbreekt <strong>het</strong> gesprek wanneer er babygehuil op de<br />

achtergrond kl<strong>in</strong>kt. ‘De tandjes komen door’, verontschuldigt<br />

ze zich met een lach. Dan hervat ze <strong>het</strong> gesprek:<br />

“En niet te vergeten: er is de schaamte. Vooral als <strong>het</strong> gaat<br />

om seksuele misdrijven. Jongeren schamen zich en voelen<br />

zich schuldig. Zijn bang dat hun ouders <strong>het</strong> te weten<br />

zullen komen. Vaak wordt hun door de dader een schuldgevoel<br />

aangepraat. Of je kent de situaties wel dat jongeren<br />

aan hun ouders hebben verteld dat ze bij een vriend of<br />

vriend<strong>in</strong>netje blijven slapen en dan stiekem naar een feest<br />

gaan. Als hun daar iets overkomt, zullen ze dat niet vertellen,<br />

want ze zijn bang dat <strong>het</strong> uitkomt bij hun ouders.<br />

Soms pakt <strong>het</strong> voor hen ook helemaal verkeerd uit<br />

wanneer ze <strong>het</strong> wel aan iemand vertellen. Ik heb ooit een<br />

meisje begeleid die een jaar geleden was verkracht door<br />

de broer van haar toenmalige vriend. Ze wilde dat echt<br />

aan niemand zeggen, want ze was bang haar vriend kwijt<br />

te raken. Bovendien was de dader een heel populaire<br />

jongen <strong>in</strong> hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Dus ze had er met niemand<br />

over gesproken. Maar een jaar later g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> niet meer,<br />

ze studeerde aan de universiteit en haar punten g<strong>in</strong>gen<br />

onderuit. Ze is ermee naar haar studiebegeleider gegaan,<br />

heeft enorm gehuild en die studiebegeleider heeft toen<br />

direct de politie <strong>in</strong>geschakeld. Die heeft haar wel serieus<br />

genomen, maar een jaar na dato viel er natuurlijk niets<br />

meer te bewijzen. Ze hebben haar vriend, met wie <strong>het</strong><br />

toen al uit was, ondervraagd, en de broer die <strong>het</strong> gedaan<br />

had en een aantal mensen uit hun vriendenkr<strong>in</strong>g. De politie<br />

geloofde haar wel, maar veel van haar vrienden niet. Ze<br />

zei: ‘Als ik dit geweten had zou ik <strong>het</strong> nooit, nooit, nooit<br />

aan iemand verteld hebben.’ Als jongeren met iets naar<br />

buiten komen, hebben wij volwassenen de neig<strong>in</strong>g<br />

meteen <strong>het</strong> roer van hen over te nemen, direct de politie<br />

<strong>in</strong> te schakelen, terwijl dat niet is wat ze willen. Belangrijk<br />

is om te luisteren en samen met de jongere te bespreken<br />

wat die zelf wil.”<br />

154 155


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

SIGNALEN<br />

Jongeren mogen dan niet altijd expliciet aan de bel trekken,<br />

ouders zien vaak wel signalen, weet Vande Walle. “Ik<br />

heb een aantal <strong>in</strong>terviews gedaan met jongeren die niets<br />

verteld hebben; dan bleek <strong>het</strong> meestal te gaan om seksuele<br />

misdrijven. Daarover kunnen jongeren heel lang zwijgen,<br />

maar eigenlijk konden hun ouders bijna de datum<br />

aanwijzen waarop ze merkten dat hun k<strong>in</strong>d volledig was<br />

veranderd. ‘Plots zag ik dat er iets mankeerde’, zeggen ze<br />

dan. Ze denken <strong>in</strong> zulke gevallen vaak dat er iets op school<br />

speelt, want <strong>het</strong> laatste waar je aan denkt is dat je k<strong>in</strong>d is<br />

verkracht. Dat komt gewoon niet <strong>in</strong> hen op. Bij jongeren<br />

zie je twee reacties. De ene groep komt er uite<strong>in</strong>delijk mee<br />

naar buiten. Dat kan een paar maanden duren, een jaar of<br />

zelfs langer. De andere groep jongeren vertelt <strong>het</strong> niet en<br />

zoekt een manier om ermee te leven. Dat houdt vaak <strong>in</strong><br />

dat ze een aantal activiteiten of plaatsen vermijden of breken<br />

met mensen <strong>in</strong> hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Maar de jongeren<br />

die besloten <strong>het</strong> wel te vertellen, gaven <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview<br />

aan: ‘Het stomste wat ik heb gedaan, is <strong>het</strong> zo lang voor<br />

me te houden.’ Ze hadden verwacht dat hun ouders<br />

kwaad zouden worden, maar dat gebeurt niet. Ouders zijn<br />

eigenlijk altijd begripvol, en ze zijn vaak ook opgelucht.<br />

Want nu weten ze tenm<strong>in</strong>ste wat er aan de hand is.”<br />

Vaak zoeken jongeren steun <strong>in</strong> hun vriendengroep. Vande<br />

Walle verbaast zich erover hoe begripvol jongeren soms<br />

naar elkaar kunnen zijn. “Meisjes die verkracht zijn toen ze<br />

15, 16 jaar waren en op hun 18e een vriend krijgen die hen<br />

echt steunt. Ik ben heel aangenaam verrast hoe begripvol<br />

zo’n jongen kan zijn. Maar <strong>het</strong> tegenovergestelde gebeurt<br />

ook, en dan kan de ontgoochel<strong>in</strong>g groot zijn. Jongeren die<br />

vertellen: ‘Ik heb <strong>het</strong> aan mijn beste vriend<strong>in</strong> verteld en die<br />

heeft <strong>het</strong> doorgebrieft aan de hele school.’ Ze kunnen heel<br />

empathisch zijn, maar evengoed denken: ‘Krijg de kouwe<br />

kleren, <strong>het</strong> is jouw probleem.’ Soms worden de slachtoffers<br />

zelfs uitgelachen door hun leeftijdsgenoten. Misschien<br />

omdat ze met bepaalde, schokkende verhalen nog niet<br />

goed kunnen omgaan. We moeten ook niet vergeten dat<br />

jongeren die een schokkende gebeurtenis hebben meegemaakt,<br />

soms een bepaalde leeftijdsfase overslaan. Die<br />

zijn geconfronteerd met d<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> dat jongere-zijn<br />

niet thuishoren. Vandaar dat lotgenotencontact veel voor<br />

hen kan betekenen. Jongeren met jongeren <strong>in</strong> contact<br />

brengen die <strong>het</strong>zelfde hebben meegemaakt, die op<br />

<strong>het</strong>zelfde niveau staan. Dat kan face to face maar ook via<br />

een forum of chat. Heel belangrijk is dat ze zich niet meer<br />

alleen voelen. Want hoe vaak zijn ze niet de enige <strong>in</strong> de<br />

klas of <strong>in</strong> de vriendengroep die dat specifieke feit hebben<br />

meegemaakt? Tijdens zo’n bijeenkomst zie je dat ze eigenlijk<br />

allemaal dezelfde vragen stellen en dezelfde gevoelens<br />

Het stomste wat ik heb gedaan,<br />

is <strong>het</strong> zo lang voor me te houden<br />

uiten: de schaamte, <strong>het</strong> lange zwijgen. Nu zien ze: ik ben<br />

niet alleen. Dat is vaak al zo’n veradem<strong>in</strong>g voor jongeren.”<br />

Erover kunnen praten is niet de enige vorm van steun<br />

waar jongeren iets aan hebben, vult Vande Walle aan.<br />

“Er zijn veel vormen van steun. De vriendengroep kan<br />

steunend zijn omdat daar <strong>het</strong> normale leven verder gaat.<br />

Dat je er juist niet over hoeft te praten. Volwassenen v<strong>in</strong>den<br />

dat soms moeilijk te begrijpen: je ziet dat ze <strong>het</strong> moeilijk<br />

hebben maar dan gaan ze ’s avonds wel gezellig uit met<br />

vrienden en is er <strong>in</strong>eens niets meer aan de hand. Maar dat<br />

is iets wat ze nodig hebben: gezellig samen dr<strong>in</strong>ken, uitgaan,<br />

een film kijken. Gewoon, <strong>het</strong> normale leven dat<br />

verdergaat. Dat maakt <strong>het</strong> dragelijk. Dat is ook steun.”<br />

verzoek om contact op te nemen met hun k<strong>in</strong>d. Dan zeg<br />

ik: ‘Oké, dat wil ik gerust doen, maar dan zeg ik dat jij me<br />

dat hebt gevraagd.’ En dan vertel ik zo’n jongere: ‘Kijk, je<br />

moeder belt mij, die maakt zich zorgen. Ik wil graag jouw<br />

kant van <strong>het</strong> verhaal horen. Heeft ze gelijk dat ze zich zorgen<br />

maakt?’ Dan is er met jongeren vaak wel sneller een<br />

afspraak te maken, want ze willen <strong>het</strong> probleem van hun<br />

moeder opgelost zien. Want als je aan jongeren vraagt wie<br />

voor hen <strong>het</strong> belangrijkste is, en dat hebben we <strong>in</strong> vrijwel<br />

al onze <strong>in</strong>terviews 1 gehoord, dan zeggen ze bijna allemaal<br />

automatisch: ‘Mijn moeder.’ Of: ‘Mijn ouders.’ Maar meestal<br />

is <strong>het</strong> de moeder. En als je dan vraagt waarom, dan zeggen<br />

ze: ‘Ik weet dat ze er altijd is als ik haar nodig heb.’ Dus als<br />

ouders bellen uit zorg over hun k<strong>in</strong>d en jij belt vervolgens<br />

die jongere, dan nemen ze je dat meestal niet kwalijk.<br />

Want diep van b<strong>in</strong>nen v<strong>in</strong>den ze <strong>het</strong> ook wel fijn dat hun<br />

ouders bezorgd zijn. Dat bevestigt: ze houden van mij. Ik<br />

denk dat <strong>het</strong> belang van ouders absoluut onderschat<br />

wordt. Bij alle <strong>in</strong>terviews met jongeren was dat voor mij<br />

<strong>het</strong> meest verrassende wat eruit kwam. Zelf dacht ik ook<br />

altijd dat ze veel eerder de steun van hun vrienden, hun<br />

peer group zouden zoeken. En die is ook heel belangrijk.<br />

Zowel positief, om <strong>het</strong> dagelijks leven mee door te zetten,<br />

als <strong>in</strong> negatieve z<strong>in</strong>. Want als vrienden op een verkeerde<br />

manier reageren dan gaan jongeren ook volledig <strong>in</strong> de put<br />

zitten. ‘Ik heb nu niemand meer.’ Maar voor de basis en stabiliteit,<br />

en om te kunnen terugvallen op iemand, blijven<br />

de ouders wel <strong>het</strong> belangrijkste.”<br />

OUTREACHEND WERKEN<br />

156 Aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de van <strong>het</strong> gesprek heeft de Vlaamse jongerenexpert<br />

157<br />

nog wat tips mee te geven. “Slachtofferhulp kan<br />

een heel belangrijke rol spelen <strong>in</strong> <strong>het</strong> verwerk<strong>in</strong>gsproces<br />

van jongeren, maar je moet ze kunnen bereiken. Daarom<br />

is <strong>het</strong> belangrijk om outreachend te werken en de de juiste<br />

<strong>in</strong>steek te v<strong>in</strong>den. Het is net alsof je een enorme bos sleutels<br />

hebt en je moet degene zien te v<strong>in</strong>den die past. Soms<br />

lukt dat al na drie keer, en soms moet je tien, vijftien keer<br />

blijven proberen. Kijk, <strong>in</strong> Vlaanderen bereiken ze zo goed<br />

als geen jongeren, want daar moeten jongeren er zelfs<br />

voor tekenen: ik wil dat iemand van Slachtofferhulp mij<br />

contacteert. Geen jongere die dat doet, dat is een enorme<br />

drempel. En ook aandr<strong>in</strong>gen op een bezoek is niet verstandig.<br />

Met een telefoontje kun je veel meer bereiken.<br />

noten<br />

Zo’n eerste gesprek duurt meestal niet meer dan vijf of zes<br />

1)<br />

De <strong>in</strong>terviews waar Vande Walle <strong>het</strong> over heeft werden verzameld <strong>in</strong> <strong>het</strong> boek<br />

m<strong>in</strong>uten − áls ze al zo lang duren. Gewoon de basis: ‘Kun je<br />

“Ik krijg <strong>het</strong> moeilijk uit mijn hoofd.” Getuigenissen van k<strong>in</strong>deren, jongeren en<br />

mij kort vertellen wat er is gebeurd? Van de politie weet ik<br />

dat je overvallen bent, maar ik wil <strong>het</strong> graag even van jou<br />

ouders na een misdrijf of een plotsel<strong>in</strong>g overlijden. Ilse Vande Walle en Liselot<br />

Willems, 2013, Witsant Uitgever.<br />

horen. Wat is er gebeurd?’ Soms bellen ouders met <strong>het</strong>


Een slechte jeugd<br />

is geen excuus<br />

Het kostte Katie (24 ) jaren<br />

om de angst voor haar overvaller<br />

te overw<strong>in</strong>nen<br />

158 159<br />

INTERVIEW<br />

Een paar m<strong>in</strong>uten kunnen je leven voorgoed<br />

veranderen. In Katie’s 1 geval gebeurde dat <strong>in</strong><br />

de zomer van 2009, toen ze 19 was. “Ik stond <strong>in</strong><br />

de w<strong>in</strong>kel en <strong>het</strong> was vijf uur ’s middags. De deur<br />

stond open omdat <strong>het</strong> zo ontzettend warm was.<br />

Toen gebeurde <strong>het</strong>.” Ineens stond er een man<br />

met pruik en pet op voor haar neus. Hij bedreigt<br />

haar met een pistool en vraagt om <strong>het</strong> geld uit<br />

de kassa. “Ik bevroor en was helemaal perplex.<br />

Het enige dat ik kon denken was dat ik moest<br />

doen wat hij zei. Dat heb ik gedaan.”


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

Katie, destijds bezig met een hbo-opleid<strong>in</strong>g, werkt <strong>in</strong> de<br />

zomervakantie <strong>in</strong> een w<strong>in</strong>kel om wat bij te verdienen wanneer<br />

de overval plaatsv<strong>in</strong>dt. Op <strong>het</strong> moment dat de overvaller<br />

met <strong>het</strong> geld de w<strong>in</strong>kel uitrent, komt ze weer bij<br />

haar positieven en rent erachteraan. “Ik wilde weten waar<br />

hij naartoe g<strong>in</strong>g. Toen ben ik naar de buurman gegaan en<br />

die heeft de politie gebeld.” De politie is snel ter plaatse en<br />

beg<strong>in</strong>t gelijk met <strong>het</strong> onderzoek. Er zijn camerabeelden<br />

van de overval en Katie kan een beschrijv<strong>in</strong>g van de dader<br />

geven, al blijkt die achteraf niet zo accuraat. Een d<strong>in</strong>g weet<br />

ze wel zeker: <strong>het</strong> is een jonge knul.<br />

SUPERRECHERCHEURS<br />

Anneke, haar moeder, is ondertussen <strong>in</strong>gelicht en naar de<br />

w<strong>in</strong>kel toegekomen. Ze beseft welke doodsangst Katie<br />

heeft uitgestaan als ze de natte broek van haar dochter<br />

ziet. “Ze wilden haar zo meenemen naar <strong>het</strong> politiebureau.<br />

Dat vond ik wel heel naar. Op dat moment liet <strong>het</strong> haar<br />

koud, maar <strong>het</strong> greep mij erg aan. Ik heb haar toen mijn<br />

eigen kleren gegeven zodat ze wat droogs aan kon trekken.<br />

Kijk, ik begrijp best dat ze haar mee moeten nemen<br />

naar <strong>het</strong> politiebureau, maar ik wilde dat ze haar even de<br />

tijd hadden gegund om zich fatsoenlijk om te kleden. Bij<br />

de kled<strong>in</strong>gw<strong>in</strong>kel aan de overkant had ik zo even een<br />

broek kunnen kopen.” Dat is de enige kritiek op <strong>het</strong> optreden<br />

van de politie, want verder zijn moeder en dochter vol<br />

lof. Anneke: “Die rechercheurs waren echt super. Ze zijn<br />

mee geweest naar elke rechtszitt<strong>in</strong>g.” “Dat had ik nooit verwacht”,<br />

vult Katie aan, “Ik had altijd een heel ander beeld<br />

van ze.”<br />

De dader is snel gegrepen. Zijn eigen moeder heeft hem<br />

de volgende dag aangegeven na een uitzend<strong>in</strong>g op de<br />

regionale tv. Het blijkt een jongen van 18 te zijn met veel<br />

problemen, vertelt Anneke. “Hij had geen vaste woon- of<br />

verblijfplaats, zijn vader zat <strong>in</strong> <strong>het</strong> buitenland. En hij heeft<br />

nog een w<strong>in</strong>kel overvallen.” “Hij had <strong>het</strong> geld nodig voor<br />

zijn gokverslav<strong>in</strong>g”, weet Katie <strong>in</strong>middels. Zijn moeilijke<br />

jeugd en slechte omstandigheden werden door de advocaat<br />

en officier van justitie uitvoerig aangehaald tijdens<br />

de rechtszitt<strong>in</strong>g. Dat geeft Katie en haar moeder na ruim<br />

vijf jaar nog steeds een heel nare smaak <strong>in</strong> de mond. “De<br />

advocaat zei dat ik <strong>het</strong> geluk had dat mijn wieg op de<br />

goede plek stond en die van hem niet”, vertelt Katie. In<br />

haar stem kl<strong>in</strong>kt bitterheid door. “Maar dat hij uit een<br />

slecht milieu komt, is toch geen reden om te doen wat hij<br />

mij heeft aangedaan? Dat geeft hem toch geen vrijbrief?<br />

Mijn wieg mag dan wel op de goede plek hebben gestaan,<br />

maar ik heb vanaf mijn 15e ook gewoon gewerkt voor<br />

mijn geld. Die opmerk<strong>in</strong>g gaf mij <strong>het</strong> gevoel dat ik <strong>het</strong><br />

over mezelf had afgeroepen, of zo. Maar ik heb er toch niet<br />

om gevraagd?” “Wij hebben dat als heel kwetsend ervaren”,<br />

Maar dat hij uit een slecht milieu komt,<br />

is toch geen reden om te doen<br />

wat hij mij heeft aangedaan?<br />

vult Anneke aan. “Dus als jouw wieg niet op de goede plek<br />

staat, dan mag je blijkbaar een ander bij wijze van spreken<br />

de hersens <strong>in</strong>slaan.”<br />

METAMORFOSE<br />

Katie vraagt zich af of de dader enig besef heeft gehad<br />

van wat hij haar <strong>in</strong> die paar m<strong>in</strong>uten heeft aangedaan. De<br />

angst heeft haar nog jaren <strong>in</strong> zijn greep gehad. “Het was<br />

niet zozeer <strong>het</strong> wapen maar <strong>het</strong> totaal onverwachte dat<br />

mij zo bang heeft gemaakt. Normaal durfde ik altijd de<br />

straat op, ook ’s nachts. Maar nu niet meer. Als ik alleen<br />

thuis was g<strong>in</strong>gen alle ramen dicht en de deur op slot. Zo<br />

was ik nooit.” Ze vertelt hoe ze meer dan dertig kilo kwijtraakte<br />

en haar lange haar afknipte om maar niet meer<br />

herkenbaar te zijn, zo bang was ze voor hem. Ze onderg<strong>in</strong>g<br />

een totale metamorfose, zelfs haar eigen klasgenoten herkenden<br />

haar niet meer. Alleen zijn durfde ze niet. Ze kreeg<br />

nachtmerries. Er ontstonden problemen op school, waar<br />

ze alle zeilen bij moest zetten om verplichte toetsen te<br />

halen en te kunnen blijven studeren. Ze verhuisde zelfs<br />

naar een andere plaats. “Het heeft jaren geduurd tot ik<br />

weer een beetje kon functioneren, zeker tot na mijn studie.<br />

En nog steeds… Ik ben niet zo snel bang, maar als ik<br />

’s avonds buiten loop of als ik alleen <strong>in</strong> huis ben en ik hoor<br />

wat, dan komt alles weer terug. Niet dat ik dan huilend <strong>in</strong><br />

een hoekje kruip, maar <strong>het</strong> komt wel terug.”<br />

Bij de vraag of ze naar de rechtszaak is geweest, komen de<br />

emoties toch weer even naar boven. Haar moeder neemt<br />

<strong>het</strong> verhaal over. “Ze was zo ontzettend bang voor hem.<br />

De politie zei ook dat <strong>het</strong> geen fijn mannetje was. Op de<br />

eerste zitt<strong>in</strong>g waren zijn vader en tw<strong>in</strong>tig van zijn vrienden<br />

erbij. Heel <strong>in</strong>timiderend. De aanwezige rechercheurs vroegen<br />

of ik bang was voor hen, of voor de dader. Want hij<br />

heeft zelfs vanuit de gevangenis nog geprobeerd haar<br />

bang te maken. Maar ik laat me niet bang maken. Als ik de<br />

kans zou krijgen doe ik hem wat, want hij heeft mijn dochter<br />

kapotgemaakt. Hij heeft vier jaar van haar jeugd afgenomen.<br />

Van de vrolijke meid die ze was, is niets meer over.”<br />

De dader werd uite<strong>in</strong>delijk veroordeeld tot vier jaar, waarvan<br />

twee jaar voorwaardelijk. De andere twee jaar moest<br />

hij doorbrengen <strong>in</strong> een jeugd<strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g voor behandel<strong>in</strong>g.<br />

“Voor Nederlandse begrippen is twee jaar veel”, aldus<br />

Anneke, die er geen geheim van maakt dat de straf wat<br />

haar betreft heel wat zwaarder had mogen zijn. “We hebben<br />

onlangs bericht gekregen dat hij vrij is gekomen.<br />

Maar hij heeft gelijk daarna weer een autokraak gezet en<br />

dus hebben ze hem weer opgepakt.”<br />

GEKKE MENSEN<br />

Voor Katie waren de rechtszitt<strong>in</strong>gen een te grote belast<strong>in</strong>g,<br />

maar Anneke is naar alle zitt<strong>in</strong>gen geweest. Ze werd<br />

daarbij steeds vergezeld door de eigenaar van de w<strong>in</strong>kel,<br />

een vriend<strong>in</strong> en Jack, een medewerker van Slachtofferhulp<br />

Nederland. Ook voor Jack – “onze steun en toeverlaat” –<br />

hebben moeder en dochter niets dan waarder<strong>in</strong>g, hoewel<br />

Katie <strong>in</strong> <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> erg twijfelde of ze Slachtofferhulp wel<br />

zou <strong>in</strong>schakelen. “Op <strong>het</strong> politiebureau adviseerden de<br />

rechercheurs me om contact op te nemen met<br />

Slachtofferhulp en ik kreeg een folder mee. Eerst wilde ik<br />

dat niet. Ik vond dat ik er zelf wel uit kon komen en wilde<br />

er eigenlijk niet over praten. Gewoon doorgaan met mijn<br />

leven. Bij Slachtofferhulp dacht ik aan de psycholoog, dat<br />

soort hulp. In mijn belev<strong>in</strong>g was dat alleen voor ‘gekke’<br />

mensen. Ik kon <strong>het</strong> gewoon zelf en daarbij had ik geen<br />

hulp nodig. Maar de rechercheurs zeiden: ‘Doe <strong>het</strong> nou<br />

maar.’ Toen dacht ik: laten we <strong>het</strong> dan maar doen. Als<br />

iedereen zegt dat <strong>het</strong> werkt...” Ze belde zelf en kwam zo <strong>in</strong><br />

contact met Jack. Nu zou ze iedere jongere adviseren om<br />

gebruik te maken van Slachtofferhulp. “Wij zijn heel goed<br />

begeleid. Dat was echt super.” “Jij hebt ook <strong>het</strong> geluk<br />

gehad dat de rechercheurs jou die richt<strong>in</strong>g opduwden”,<br />

160 161


GRENZEN IN HET GEDING<br />

VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />

v<strong>in</strong>dt Anneke, die wel begrijpt dat voor jongeren de drempel<br />

vaak hoog is. “Daarom zou <strong>het</strong> wel goed zijn om de<br />

<strong>in</strong>gang duidelijker te maken.”<br />

Jack en andere medewerkers van Slachtofferhulp<br />

Nederland hielpen de familie ook bij <strong>het</strong> opstellen van een<br />

schriftelijke slachtofferverklar<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> verhalen van de<br />

schade op de dader. De rechter heeft Katie de schadevergoed<strong>in</strong>g<br />

toegewezen, al vocht de advocaat van de overvaller<br />

<strong>het</strong> opgevoerde bedrag wel aan. “Jack zei op een<br />

gegeven moment tegen haar: ‘Je moet terug de w<strong>in</strong>kel <strong>in</strong>.<br />

Je angst overw<strong>in</strong>nen en weer proberen te werken’”, beg<strong>in</strong>t<br />

Anneke uit te leggen. Katie: “Ik heb <strong>het</strong> een dag geprobeerd,<br />

maar…” “Het g<strong>in</strong>g gewoon niet”, pakt Anneke de<br />

draad weer op, “Zijn advocaat eiste dat <strong>het</strong> loon van die<br />

andersom mag <strong>het</strong> slachtoffer niets van de dader weten.<br />

Dat is toch de omgekeerde wereld?”, v<strong>in</strong>dt Anneke. Dat<br />

speelde zich af voor de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de Wet versterk<strong>in</strong>g<br />

positie slachtoffers, die slachtoffers <strong>het</strong> recht geeft om<br />

kennis te nemen van de processtukken. “De aangifte zit <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> strafdossier, en daar<strong>in</strong> sta je met naam en toenaam<br />

vermeld. Hij weet dus alles van mij. En ik mag niets van<br />

hem weten. Dat v<strong>in</strong>d ik zo krom. Dat is ook een van de<br />

redenen dat ik me <strong>in</strong> huis opsloot. Hij heeft me gezien, hij<br />

weet wie ik ben, waar ik woon.” Met behulp van een sympathiserende<br />

officier van justitie werd de kennisachterstand<br />

uite<strong>in</strong>delijk verholpen. Anneke: “De officier moest<br />

toevallig even naar <strong>het</strong> toilet en ze liet <strong>het</strong> dossier omgekeerd<br />

op tafel liggen. Dus konden Jack en ik alles lezen.”<br />

162<br />

ene dag moest worden afgetrokken van de schadevergoed<strong>in</strong>g.”<br />

“Het gaat me niet om <strong>het</strong> geld”, vervolgt haar dochter.<br />

“Wat voor mij telde was dat <strong>het</strong> ook daadwerkelijk van<br />

hem komt. Ik hoef geen geld van de overheid of zo, ik<br />

wilde dat hij elk dubbeltje zelf zou neertellen. Al moet hij<br />

Op de vraag hoe ze de hulp heeft ervaren, antwoordt Katie:<br />

“Ik wist helemaal niets van rechtszaken. Dan is <strong>het</strong> fijn als<br />

iemand je persoonlijk komt uitleggen wat de mogelijkheden<br />

zijn en hoe <strong>het</strong> allemaal <strong>in</strong> zijn werk gaat. Met een<br />

standaardbrief lukt dat niet. Ik wilde weliswaar niet zelf<br />

163<br />

tien jaar betalen. Dan voelt hij misschien wat hij gedaan<br />

heeft.” Uite<strong>in</strong>delijk kreeg ze <strong>het</strong> geld <strong>in</strong> één keer gestort<br />

omdat ze <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g kwam voor de voorschotregel<strong>in</strong>g.<br />

“Maar Jack heeft me verzekerd dat ze <strong>het</strong> bij hem gaan<br />

<strong>in</strong>nen. 2275 euro heb ik gekregen. Een hoog bedrag, zei<br />

naar die rechtszaken, maar ik wilde wel precies weten wat<br />

er gebeurde. Jack vroeg dan netjes aan mij of ik wilde dat<br />

hij voor mij zou gaan. Wilde ik iets weten over slachtofferzaken<br />

of over de strafprocedure dan belde hij er gelijk achteraan<br />

en kreeg ik de volgende dag een antwoord.”<br />

<strong>het</strong> beg<strong>in</strong> kwam hij iedere week wel even langs of hij<br />

belde. Op zijn aandr<strong>in</strong>gen ben ik toch ook maar naar een<br />

psycholoog gegaan, al had ik nog steeds <strong>het</strong> idee: ik ben<br />

toch niet gek? Ik heb EMDR-therapie gekregen en dat<br />

heeft wel geholpen”, aldus Katie. “Jack heeft ook met mijn<br />

allemaal doorheen gaat. Jack zei altijd: ‘Ik heb zelf niet<br />

meegemaakt wat jou is overkomen, maar ik kan me wel<br />

<strong>in</strong>leven.’ Het was fijn dat ik altijd kon bellen als dat nodig<br />

was. Ik hoef er ook niet dagelijks over te praten. Heel veel<br />

mensen weten niet wat er gebeurd is en dat is wat mij<br />

de officier. Dat was wat ik verdiend zou hebben als ik de<br />

schoolbegeleider gepraat. Dat durfde ik namelijk niet.” betreft prima. Ik wil niet dat ze me zielig v<strong>in</strong>den om wat ik<br />

hele zomervakantie had kunnen blijven werken. M<strong>in</strong>us<br />

“Maar wij vonden <strong>het</strong> wel belangrijk dat ze op haar school heb meegemaakt. Het had iedereen kunnen overkomen.<br />

125 euro voor die ene dag dat ik geprobeerd heb weer te<br />

wisten wat er aan de hand was”, vult Anneke aan, “Waarom Het zal nooit helemaal weggaan, ik moet ermee leren<br />

werken. Want daar heb je dan geen recht op.”<br />

Katie zo veranderd was. Vroeger zat ze altijd vooraan, maar leven. Dat kost tijd. Maar uite<strong>in</strong>delijk ben ik er sterker uitgekomen.<br />

nu kroop ze <strong>in</strong> een hoekje achteraan om de deur <strong>in</strong> de<br />

Ik heb <strong>het</strong> ergste meegemaakt en dat overwon-<br />

gaten te kunnen houden.”<br />

nen. Daarna wordt <strong>het</strong> alleen maar beter.”<br />

NAAM EN TOENAAM<br />

Al pratend over haar ervar<strong>in</strong>gen tijdens <strong>het</strong> onderzoek en<br />

<strong>het</strong> strafproces komt Katie’s diepe angst voor de dader<br />

verschillende malen voorbij. Zo was <strong>het</strong> voor beiden ontluisterend<br />

om te ontdekken dat de gegevens van Katie via<br />

<strong>het</strong> strafdossier <strong>in</strong> <strong>het</strong> bezit waren van de dader. “De dader<br />

kan alles te weten komen van <strong>het</strong> slachtoffer, maar<br />

EEN BAND OPBOUWEN<br />

Behalve praktische hulp bood de Slachtofferhulp medewerker<br />

ook emotionele ondersteun<strong>in</strong>g. “Ik kon er niet<br />

gemakkelijk over praten met anderen. Ik ben altijd een<br />

sterke persoon geweest, dus waarom zou ik er nu zelf niet<br />

uitkomen? In geen geval wilde ik dat mensen me zielig<br />

zouden v<strong>in</strong>den. Dus met Jack was <strong>het</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> ook wel<br />

lastig. Maar naarmate je iemand leert kennen, wordt <strong>het</strong><br />

gemakkelijker. Ik kon hem overal voor bellen en hij kwam<br />

altijd zijn beloften na. Op een gegeven moment bouw je<br />

toch een band op. Uite<strong>in</strong>delijk hebben we veel gepraat, <strong>in</strong><br />

Heel veel mensen weten<br />

niet wat er gebeurd is en<br />

dat is wat mij betreft prima<br />

STERKER<br />

Nu, vijf jaar later, is ze nog steeds blij dat ze met<br />

Slachtofferhulp <strong>in</strong> zee is gegaan. “De hulp maakt je sterker”,<br />

heeft ze ervaren, “Je durft er beter over te praten. Dat<br />

is een stuk gemakkelijker met iemand die weet waar je<br />

noten<br />

1)<br />

In verband met de privacy zijn de namen van alle betrokkenen<br />

<strong>in</strong> deze tekst veranderd.


<strong>Grenzen</strong><br />

verleggen:<br />

reiken en raken<br />

Slotbeschouw<strong>in</strong>g<br />

Dit boek is een pog<strong>in</strong>g om verschillende <strong>in</strong>zichten over<br />

jongeren, slachtofferschap, recht en hulpverlen<strong>in</strong>g bij<br />

elkaar te brengen. Het eerste deel presenteert theoretische<br />

<strong>in</strong>valshoeken en onderzoeksbev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen uit diverse<br />

wetenschappelijke discipl<strong>in</strong>es. Die hebben we aangevuld<br />

164 165<br />

met de resultaten van een panelonderzoek onder jongeren<br />

en een serie <strong>in</strong>terviews met jonge slachtoffers, en met<br />

volwassenen die beroepsmatig of vrijwillig met en voor<br />

jongeren werken (deel 2 en 3). Nu is <strong>het</strong> tijd om terug te<br />

keren naar de vragen die daarbij als leidraad hebben<br />

gediend, namelijk:<br />

• Wat maakt jongeren kwetsbaarder voor crim<strong>in</strong>aliteit<br />

dan andere groepen?<br />

• Hoe beleven zij slachtofferschap en welke betekenis<br />

geven zij eraan?<br />

• Wat voor effect heeft een slachtofferervar<strong>in</strong>g op hen<br />

en hoe gaan zij om met de gevolgen?<br />

• Welke drempels of prikkels zijn er voor jongeren om<br />

hulp te zoeken en bij wie doen ze dat dan?<br />

• Wat verwachten ze van ‘officiële’ <strong>in</strong>stanties als politie,<br />

justitie, Slachtofferhulp Nederland, GGZ en andere<br />

hulpverleners?


GRENZEN IN HET GEDING<br />

SLOTBESCHOUWING<br />

KWETSBAARHEID<br />

De kwetsbaarheid van jongeren voor crim<strong>in</strong>aliteit hangt <strong>in</strong><br />

de eerste plaats samen met hun ontwikkel<strong>in</strong>gsfase. Een<br />

kenmerk van de puberteit en adolescentie is <strong>het</strong> verkennen<br />

van onafhankelijkheid door grenzen op te zoeken en deze<br />

soms ook te overschrijden. Zo maken jongeren zich los uit<br />

hun beschermde omgev<strong>in</strong>g. Spann<strong>in</strong>g en opw<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g zijn<br />

belangrijke drijfveren. Ze leren <strong>het</strong> uitgaansleven kennen,<br />

experimenteren met alcohol, drugs en seks, gaan brommer<br />

en/of autorijden, plegen soms (al dan niet aangemoedigd<br />

door leeftijdsgenoten) kle<strong>in</strong>e vergrijpen en zoeken<br />

gevaarlijke situaties of gevaarlijke mensen op. Ze vertonen<br />

kortom allerlei vormen van ‘puberaal opgroeigedrag’, zoals<br />

officier van justitie Isabeth Mijnarends typeerde. De gevolgen<br />

van hun gedrag – zeker de gevolgen op langere termijn<br />

– kunnen ze m<strong>in</strong>der goed <strong>in</strong>schatten dan volwassenen.<br />

Ze zijn veel gevoeliger voor snelle belon<strong>in</strong>gen dan<br />

voor signalen van gevaar. Bovendien oriënteren ze zich<br />

meer en meer op leeftijdsgenoten, de peer group, waarb<strong>in</strong>nen<br />

andere normen heersen dan <strong>in</strong> de volwassen<br />

wereld en waar<strong>in</strong> status belangrijk is. Dat alles is <strong>in</strong>herent<br />

aan de ontwikkel<strong>in</strong>gen die hun hersenen en lichaam doormaken<br />

<strong>in</strong> de periode tussen <strong>het</strong> 12e en 25e jaar en die<br />

functioneel zijn <strong>in</strong> de transitie van k<strong>in</strong>d naar volwassene.<br />

De ‘prijs’ is een verhoogd risico om slachtoffer te worden<br />

van een misdrijf of ongeval.<br />

Kwetsbaarheid komt niet alleen voort uit de turbulente<br />

ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong> en de expressie daarvan.<br />

Er zijn allerlei <strong>in</strong>dividuele en omgev<strong>in</strong>gsfactoren die<br />

een duit <strong>in</strong> <strong>het</strong> zakje doen. De gez<strong>in</strong>ssituatie is van grote<br />

<strong>in</strong>vloed op de kans om slachtoffer te worden, net als de<br />

buurt waar je woont, de school waar je heengaat en waar<br />

en met wie je optrekt <strong>in</strong> je vrije tijd of <strong>in</strong> <strong>het</strong> uitgaansleven.<br />

Welke normen gelden daar, is er een vorm van toezicht of<br />

juist een plek waar crim<strong>in</strong>aliteit en potentieel gevaarlijke<br />

personen zich concentreren? Op <strong>het</strong> persoonlijke vlak<br />

kunnen we factoren aanwijzen als karakter, psychische<br />

stoornissen, lichamelijke beperk<strong>in</strong>gen, moreel besef en<br />

cognitieve vermogens. De lifestyle exposure- en rout<strong>in</strong>e<br />

activities-theorieën zoeken de verklar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> deze factoren.<br />

Daarbij valt op dat de karakteristieken van de dader en<br />

diens motieven grotendeels buiten beeld blijven. Het<br />

antwoord op de vraag waarom een bepaalde jongere<br />

slachtoffer wordt van een bepaald misdrijf is dan ook<br />

alleen te geven door de dader <strong>in</strong> de analyse te betrekken<br />

en verschillende fasen <strong>in</strong> <strong>het</strong> proces van victimisatie te<br />

zien. Dan komen we terecht bij F<strong>in</strong>kelhors begrip ‘doelwitcongruentie’,<br />

waarmee hij aangeeft dat een bepaald kenmerk<br />

van een slachtoffer pas een risico oplevert wanneer<br />

hij <strong>in</strong> bepaalde situaties en onder <strong>in</strong>vloed van bepaalde<br />

mechanismen een klik maakt met de voorkeur en eigenschappen<br />

van een bepaalde dader. Bij <strong>het</strong> praktisch<br />

gevoeliger voor snelle belon<strong>in</strong>gen<br />

dan voor signalen VAn gevaar<br />

<strong>in</strong>vullen van de verplicht<strong>in</strong>g uit de Europese Slachtofferricht<br />

lijn om van kwetsbare slachtoffers <strong>in</strong>dividueel de<br />

bescherm<strong>in</strong>gs- en zorgbehoeften vast te stellen, kan <strong>het</strong><br />

geen kwaad zo’n denkmodel <strong>in</strong> <strong>het</strong> achterhoofd te houden,<br />

zeker als <strong>het</strong> gaat om preventie van toekomstig<br />

slachtofferschap.<br />

ERVARING EN BETEKENISGEVING<br />

Uit <strong>het</strong> panelonderzoek blijkt dat jongeren over <strong>het</strong> algemeen<br />

wel een adequaat idee hebben wat strafbare feiten<br />

zijn waarvan je aangifte zou moeten doen. Ze beschouwen<br />

een misdrijf <strong>in</strong> zo’n geval als onrecht dat om vergeld<strong>in</strong>g<br />

vraagt, gezien de grote meerderheid voor wie <strong>het</strong><br />

bestraffen van de dader <strong>het</strong> belangrijkste motief zou zijn<br />

om aangifte te doen. Wat uit de literatuur en <strong>in</strong>terviews<br />

verder naar voren komt, is dat ze een eigen slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

lang niet altijd duiden <strong>in</strong> termen van een misdrijf<br />

waarbij een strafrechtelijk vervolg hoort. Crim<strong>in</strong>ologe<br />

Gerw<strong>in</strong>de Vynckier noemt <strong>in</strong> haar studie dat veelvoorkomende<br />

crim<strong>in</strong>aliteit als kle<strong>in</strong>e diefstallen of vechtpartijen<br />

worden beschouwd als ‘iets wat er nu eenmaal bij hoort’<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> leven van jongeren. In de resultaten van <strong>het</strong> panelonderzoek<br />

en de <strong>in</strong>terviews komt dat eveneens terug.<br />

Ook de maatschappij hanteert andere maatstaven voor<br />

crim<strong>in</strong>aliteit onder jongeren. Niet voor niets kent<br />

Nederland een apart jeugd- en adolescentenstrafrecht en<br />

wordt een deel van de mogelijk strafbare gedrag<strong>in</strong>gen<br />

niet vanuit <strong>het</strong> strafrecht aangepakt maar door de school,<br />

jeugdzorg of ouders opgelost. Daar komt bij dat jongeren<br />

eerder met daderschap dan met slachtofferschap worden<br />

geassocieerd, zo blijkt uit de literatuur.<br />

Nogal wat jongeren zien wat hun overkomen is niet als<br />

heel ernstig. Het is niet de moeite waard om aangifte van<br />

te doen en niet ernstig genoeg om hulp te zoeken.<br />

Gezien <strong>het</strong> feit dat <strong>het</strong> grootste deel van de geregistreerde<br />

misdaad en ongevallen lichtere feiten zijn, hoeven we<br />

ons daar misschien niet al te veel zorgen om te maken.<br />

Maar <strong>het</strong> gebeurt ook regelmatig dat jongeren ernstige<br />

feiten voor zich houden. Omdat ze denken zelf schuld te<br />

hebben en ook wel omdat ze denken dat ze de enige zijn<br />

die <strong>het</strong> is overkomen. Schaamte speelt regelmatig mee.<br />

Slachtofferschap is nu eenmaal geen prettig stempel. In<br />

alle delen van <strong>het</strong> boek komt terug dat slachtofferschap<br />

vooral negatieve associaties oproept. Jongeren ervaren<br />

<strong>het</strong> als een stigma. We willen niet zielig gevonden worden,<br />

geven Katie en N<strong>in</strong>a duidelijk als boodschap mee.<br />

GEVOLGEN EN COPING<br />

De aard van <strong>het</strong> misdrijf of ongeval bepaalt mede de<br />

gevolgen en de impact ervan. Er kan sprake zijn van letsel<br />

dat misschien wel blijvend is. Dan ziet je toekomst er<br />

opeens anders uit. Soms is er alleen materiële schade,<br />

zoals gestolen of beschadigde spullen. Ook al is de<br />

economische waarde misschien niet zo heel groot, <strong>het</strong><br />

kan best hard aankomen en vervelende consequenties<br />

hebben als iemand je moeizaam bij elkaar gespaarde<br />

scooter steelt, of je smartphone met daar<strong>in</strong> al je<br />

contacten, foto’s, berichten en privégegevens.<br />

166 167<br />

Dan is er de emotionele impact van een misdrijf of<br />

ongeval. Behalve van de aard van <strong>het</strong> misdrijf zelf, is die<br />

afhankelijk van onder meer <strong>in</strong>dividuele karakteristieken<br />

en eigenschappen van <strong>het</strong> slachtoffer, zijn of haar voorgeschiedenis<br />

en de sociale omgev<strong>in</strong>g. Gevoelens die<br />

jongeren rapporteren zijn boosheid, verdriet en angst,<br />

en daarnaast onder meer schaamte en wraakzucht.<br />

Uit psychologische studies weten we dat langdurig<br />

psychisch letsel − waaronder een ptss, depressie en<br />

angst- en dwangstoornissen − <strong>het</strong> gevolg kunnen zijn<br />

van een <strong>in</strong>grijpende gebeurtenis zoals een ernstig<br />

gewelds- of zedenmisdrijf. Gelukkig geldt dat maar voor


GRENZEN IN HET GEDING<br />

SLOTBESCHOUWING<br />

een m<strong>in</strong>derheid van de slachtoffers. Bij de meesten doven<br />

reacties als herbelev<strong>in</strong>g, vermijd<strong>in</strong>g, slaapproblemen,<br />

stemm<strong>in</strong>gs wissel<strong>in</strong>gen en dergelijke na verloop van tijd<br />

vanzelf uit.<br />

Jongeren hanteren allerlei cop<strong>in</strong>gstrategieën om de slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

te hanteren en te <strong>in</strong>tegreren <strong>in</strong> hun levensverhaal.<br />

Zo bedenken ze alternatieve scenario’s die leiden<br />

tot een andere – betere – afloop. ‘Had ik maar teruggeslagen<br />

dan was ik mijn geld niet kwijtgeraakt.’ Of: ‘Had ik maar<br />

beter uitgekeken dan was <strong>het</strong> ongeluk niet gebeurd.’<br />

Slachtoffers lijken zichzelf daarmee de schuld te geven,<br />

maar <strong>het</strong> is ook een vorm van controle nemen over de<br />

situatie: <strong>het</strong> is <strong>in</strong> je macht om iets te doen waardoor je kunt<br />

voorkomen dat <strong>het</strong> weer gebeurt. Soms bedenken slachtoffers<br />

dat <strong>het</strong> veel slechter had kunnen aflopen, dus dat<br />

<strong>het</strong> eigenlijk wel meevalt. Andere reacties zijn <strong>het</strong> normaliseren<br />

of banaliseren van <strong>het</strong> gebeurde, of <strong>het</strong> misdrijf<br />

beschouwen als ‘verdiend’ gevolg van eigen handelen.<br />

Als je zelf mensen loopt te jennen, moet je niet verrast zijn<br />

wanneer ze je een keer terugpakken. Andere strategieën<br />

zijn vermijden, verdr<strong>in</strong>gen of juist de confrontatie aangaan<br />

met de gebeurtenis en/of de dader(s). Andere reacties zijn<br />

juist preventief, zoals niet meer alleen de straat op gaan,<br />

een wapen op zak hebben of waardevolle spullen beter<br />

opbergen c.q. <strong>in</strong> de gaten houden. Wraakgevoelens komen<br />

ook regelmatig voor. Slachtoffers kunnen fantaseren over<br />

de manier waarop ze wraak zouden nemen op de dader,<br />

en heel af en toe voegen ze de daad bij <strong>het</strong> woord.<br />

De gebeurtenis laat vaak wel sporen na, al zijn die niet<br />

altijd negatief, zo blijkt uit <strong>het</strong> onderzoek. Het vertrouwen<br />

<strong>in</strong> anderen loopt weliswaar een deuk op, maar nogal wat<br />

jongeren v<strong>in</strong>den dat ze ook wijzer zijn geworden. Katie,<br />

die een overval meemaakte en jaren last had van de psychische<br />

gevolgen, vertelt dat zij sterker uit deze moeilijke<br />

periode is gekomen. Ze heeft iets afschuwelijk meegemaakt,<br />

en <strong>het</strong> overwonnen. Marieke vond een <strong>in</strong>gang om<br />

de relatie met haar vader te herstellen.<br />

HULP ZOEKEN<br />

Praten over <strong>het</strong> misdrijf of verkeersongeval doen jongeren<br />

vaak wel, al was <strong>het</strong> maar omdat ze de zichtbare gevolgen<br />

moeten uitleggen. Dat blijkt uit de literatuur en wordt<br />

bevestigd door <strong>het</strong> panelonderzoek en de verhalen van<br />

de jonge slachtoffers <strong>in</strong> deel 3. Toch zijn er drempels, zoals<br />

schaamte, schuld of <strong>het</strong> gevoel helemaal alleen te staan <strong>in</strong><br />

de ervar<strong>in</strong>g. Ouders zijn doorgaans de eerste steun en toeverlaat,<br />

gevolgd door vrienden. Uit de literatuur wordt<br />

duidelijk dat <strong>het</strong> dan vooral om goede vrienden gaat, de<br />

strong ties. Een slachtofferervar<strong>in</strong>g delen met de bredere<br />

groep van kennissen ligt m<strong>in</strong>der voor de hand omdat de<br />

heersende cool rule <strong>in</strong> de peer group stoerheid en onaangedaanheid<br />

meer status geven, terwijl zwakte en kwetsbaarheid<br />

juist de status ondermijnen. Het komt ook wel<br />

voor dat <strong>het</strong> delen van de slachtofferervar<strong>in</strong>g vooral negatieve<br />

consequenties heeft, legt Ilse Vande Walle uit, expert<br />

op <strong>het</strong> gebied van slachtofferhulp en k<strong>in</strong>deren/jongeren.<br />

Je verhaal gaat de hele school rond, of tegen je z<strong>in</strong> wordt<br />

de politie erbij betrokken, terwijl je misschien bang bent<br />

voor wraak van de dader of een bekende wilt beschermen.<br />

Daarnaast is een strafrechtelijk vervolg voor jongeren niet<br />

zo’n aantrekkelijk vooruitzicht. Ze komen dan terecht <strong>in</strong><br />

formele procedures die ze lang niet altijd begrijpen, dus<br />

ook niet wat de mogelijkheden en opbrengsten zijn.<br />

Besliss<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> zo’n procedure worden vóór en zelden mét<br />

hen genomen. Daarnaast kost de strafprocedure tijd,<br />

vormt die vaak een emotionele belast<strong>in</strong>g en kan de uitkomst<br />

teleurstellend zijn, bijvoorbeeld omdat de straf lager<br />

uitpakt dan gehoopt. Aan de andere kant voelen jongeren<br />

zich ook bij de juridische afwikkel<strong>in</strong>g betrokken, zoals blijkt<br />

uit de verhalen van Katie, Marieke, N<strong>in</strong>a en Joey.<br />

VERWACHTINGEN<br />

Wat verwachten jongeren van ‘officiële’ <strong>in</strong>stanties als politie,<br />

justitie, Slachtofferhulp Nederland, GGZ en andere<br />

hulpverleners? Deze vraag is best lastig om <strong>in</strong> detail te<br />

beantwoorden. In algemene z<strong>in</strong> willen jongeren serieus<br />

genomen, zoals N<strong>in</strong>a <strong>in</strong> haar verhaal duidelijk naar voren<br />

brengt. Ze willen een stem hebben <strong>in</strong> wat er gaat gebeuren.<br />

Jongeren hebben een sterke behoefte om zelf problemen<br />

op te lossen en willen niet dat volwassen <strong>het</strong> overnemen<br />

en <strong>het</strong> allemaal wel even regelen. Inhoudelijk<br />

hebben jongeren vaak niet zo’n goed idee wat ze van verschillende<br />

justitiële en hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties kunnen<br />

verwachten. Ten eerste omdat een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

(meestal) een <strong>in</strong>cidentele gebeurtenis is waar ze geen uitgebreid<br />

referentiekader of handel<strong>in</strong>gsrepertoire voor hebben.<br />

Ze weten niet wat er allemaal komt kijken <strong>in</strong> de psychosociale<br />

en juridische nasleep van <strong>het</strong> misdrijf of<br />

ongeval. Dat maakt <strong>het</strong> moeilijk om je behoeften onder<br />

woorden te brengen en te weten waarop je aanspraak<br />

kunt maken. Ten tweede zijn jongeren niet of nauwelijks<br />

bekend met justitiële en hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties <strong>in</strong> de<br />

slachtofferzorg, wat die allemaal te bieden hebben en<br />

vooral ook wat <strong>het</strong> nut daarvan is.<br />

Het kan ook zijn dat ze, al dan niet terecht, een bepaald<br />

beeld hebben van organisaties dat niet aansluit bij hun<br />

behoeften. Slachtofferhulp Nederland wordt bijvoorbeeld<br />

vooral geassocieerd met emotionele steun: erover praten.<br />

Dat is iets wat jongeren niet snel geneigd zijn te doen met<br />

vreemden. Hulpverlen<strong>in</strong>g heeft een bepaald – meestal<br />

niet zo positief – imago, bevestigen Niek en Joey. Terwijl<br />

de jongeren die wel ondersteun<strong>in</strong>g van Slachtofferhulp<br />

Nederland hebben gekregen, aangeven dat die ondersteun<strong>in</strong>g<br />

voor hen waardevol is geweest, zowel emotioneel<br />

als juridisch en praktisch. Dat is zelfs zo als ze <strong>in</strong> eerste<br />

<strong>in</strong>stantie wat afhoudend waren ten aanzien van <strong>het</strong><br />

hulpaanbod, zoals <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van Katie en Marieke.<br />

Eigenlijk verwachten jongeren van justitiële <strong>in</strong>stanties <strong>in</strong><br />

de eerste plaats dat de dader wordt gepakt en bestraft.<br />

Daar<strong>in</strong> verschillen ze we<strong>in</strong>ig van andere slachtoffers. In <strong>het</strong><br />

panelonderzoek is gevraagd naar negatieve ervar<strong>in</strong>gen <strong>in</strong><br />

de nasleep van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident en dan komt nog <strong>het</strong> meest<br />

naar boven dat ze teleurgesteld zijn <strong>in</strong> de daadkracht van<br />

politie. Aan de andere kant kl<strong>in</strong>kt ook realisme door <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

verhaal van Niek, die twee keer aangifte deed van diefstal<br />

en bijna per ommegaande de boodschap kreeg dat de<br />

zaak gesloten was. Teleurstellend, maar hij begrijpt dat er<br />

vaak geen mogelijkheden zijn voor de politie om de dader<br />

op te sporen of <strong>het</strong> gestolene terug te v<strong>in</strong>den.<br />

Op <strong>het</strong> psychosociale vlak geven veel jongeren aan<br />

behoefte te hebben aan emotionele ondersteun<strong>in</strong>g: een<br />

luisterend oor om hun verhaal kwijt te kunnen. En troost.<br />

Dat blijkt uit <strong>het</strong> panelonderzoek en dat wordt bevestigd<br />

door experts als Vande Walle. Die steun zoeken jongeren<br />

<strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie <strong>in</strong> hun directe omgev<strong>in</strong>g. Maar als ze<br />

moeten aangeven wat Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong> ieder<br />

geval zou moeten bieden, dan staat de emotionele ondersteun<strong>in</strong>g<br />

op de eerste plaats. En kort daarop volgen: <strong>in</strong>formatie<br />

over de psychische gevolgen en over <strong>het</strong> juridische<br />

traject, en hulp bij <strong>het</strong> vergoed krijgen van de schade.<br />

168 169<br />

Daarmee zijn de belangrijkste vragen uit de <strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g bijna<br />

allemaal beantwoord. Voordat we overgaan naar de laatste<br />

vraag nog een paar opmerk<strong>in</strong>gen. Uit de literatuur, <strong>het</strong><br />

onderzoek en de <strong>in</strong>terviews leren we dat jongeren ook erg<br />

veerkrachtig zijn. Jongeren kunnen de gevolgen van <strong>het</strong><br />

misdrijf of ongeval en de bijbehorende emoties goed<br />

‘parkeren’, zo heeft Slachtofferhulpmedewerker Jaap van<br />

Zoest geconstateerd. En die ervar<strong>in</strong>g deelt hij met collega’s.<br />

Vande Walle heeft uitgelegd dat ‘parkeren’ kan helpen bij<br />

de verwerk<strong>in</strong>g, evenals weer even overgaan tot de orde<br />

van de dag of je overgeven aan leuke d<strong>in</strong>gen. Uit de


GRENZEN IN HET GEDING<br />

SLOTBESCHOUWING<br />

verhalen van de vijf jonge slachtoffers blijkt dat ze er allemaal<br />

wel <strong>in</strong> slagen om de weg omhoog te v<strong>in</strong>den, al duurt<br />

<strong>het</strong> bij de een wat langer dan bij de ander.<br />

REIKEN EN RAKEN<br />

Dan nu <strong>het</strong> centrale vraagstuk van <strong>het</strong> boek: hoe bereiken<br />

wij, justitiële en hulp<strong>in</strong>stanties, jongeren op een manier<br />

die aansluit bij hun ervar<strong>in</strong>g en belev<strong>in</strong>g? Hoe verlagen<br />

we de drempels die jongeren blijkbaar ervaren om op<br />

eigen <strong>in</strong>itiatief een beroep op ons te doen?<br />

Om jongeren te bereiken moet je <strong>in</strong> de eerste plaats naar<br />

ze reiken en ze <strong>in</strong> de tweede plaats weten te raken. Dat<br />

betekent dat je soms eigen grenzen moet verleggen, achter<br />

je voordeur vandaan moet komen, oude denkpatronen<br />

moet loslaten en de effectiviteit van bepaalde werkprocessen<br />

kritisch en door de bril van slachtoffers moet<br />

beschouwen – en zo nodig herzien.<br />

Jongeren zullen dus niet snel op eigen <strong>in</strong>itiatief naar<br />

<strong>in</strong>stanties toe komen om aangifte te doen, hulp te vragen<br />

of andersz<strong>in</strong>s een beroep op ze te doen. Daarom zullen<br />

<strong>in</strong>stanties naar hen toe moeten komen. Een outreachende<br />

benader<strong>in</strong>g, dus. En die kan op vele manieren gestalte<br />

krijgen. Een benader<strong>in</strong>g die Slachtofferhulp Nederland op<br />

dit moment ontwikkelt is webcare. Op allerlei <strong>in</strong>ternetplatforms<br />

laten jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />

impliciete en expliciete signalen achter dat hun iets overkomen<br />

is, dat er vragen bij hen leven, of dat ze best wel<br />

advies, <strong>in</strong>formatie en steun zouden willen hebben. Een<br />

team medewerkers speurt actief op <strong>in</strong>ternet naar deze<br />

berichten en reageert eventueel met <strong>in</strong>formatie of laat<br />

weten dat de deur voor hen openstaat, mochten ze meer<br />

willen dan dat. Zo is een eerste lijntje gelegd en daarmee<br />

hopen we ook vooral de jongeren te bereiken die geen<br />

aangifte doen.<br />

Ambassadeurs kunnen de weg voor je effenen. Doen jongeren<br />

wel aangifte en krijgt Slachtofferhulp Nederland de<br />

gegevens van de politie door, dan is een directe, actieve<br />

benader<strong>in</strong>g mogelijk. De politie is dus een belangrijke<br />

poortwachter en staat hoog <strong>in</strong> <strong>het</strong> lijstje met ambassadeurs.<br />

Katie vertelt hoe zij door de politie overtuigd werd<br />

om <strong>in</strong> contact te treden met Slachtofferhulp Nederland.<br />

Dat wij zélf slachtoffers actief benaderen, wil nog niet zeggen<br />

dat ze <strong>het</strong> hulpaanbod accepteren. Dat is geen probleem<br />

als er geen hulpbehoefte is. Maar als die er wel is,<br />

en <strong>het</strong> slachtoffer zegt vooral nee omdat hij niet goed<br />

weet welke soorten ondersteun<strong>in</strong>g mogelijk zijn en wat<br />

<strong>het</strong> nut daarvan is, dan is dat een gemiste kans. Vandaar<br />

<strong>het</strong> belang van ambassadeurs. De politie is de eerste die<br />

<strong>het</strong> slachtoffer kan bijpraten over Slachtofferhulp<br />

Nederland, en wij willen veel blijven <strong>in</strong>vesteren <strong>in</strong> voorlicht<strong>in</strong>g<br />

en bewustword<strong>in</strong>g bij deze belangrijke ketenpartner.<br />

Datzelfde geldt voor <strong>het</strong> Openbaar M<strong>in</strong>isterie, dat <strong>het</strong><br />

slachtoffer kan wijzen op de juridische ondersteun<strong>in</strong>g van<br />

Slachtofferhulp Nederland zodra dat nut concreet wordt.<br />

Bijvoorbeeld wanneer <strong>het</strong> <strong>in</strong>dienen van een schadevorder<strong>in</strong>g<br />

aan de orde is, of <strong>het</strong> opstellen van een<br />

slachtofferverklar<strong>in</strong>g.<br />

Daarnaast is <strong>het</strong> belangrijk om ook ouders niet uit <strong>het</strong> oog<br />

te verliezen. Zij zijn de eerste steun en toeverlaat voor<br />

jonge slachtoffers en degenen die <strong>het</strong> meeste zicht hebben<br />

op hun verwerk<strong>in</strong>gsproces. Zoals onder meer Vande<br />

Walle stelt: ouders merken <strong>het</strong> wanneer hun k<strong>in</strong>d iets<br />

overkomen is en ook wanneer <strong>het</strong> daarna niet goed gaat.<br />

Nogal wat jonge cliënten zijn via hun ouders bij Slachtoffer<br />

hulp Nederland terechtgekomen. Daarnaast wil<br />

Slacht offerhulp Nederland onderzoeken of <strong>het</strong> mogelijk is<br />

scholen beter te <strong>in</strong>formeren over haar dienstverlen<strong>in</strong>g.<br />

Iedere school beschikt over mentoren, vertrouwenspersonen<br />

en/of schoolmaatschappelijk werkers die <strong>het</strong> psychosociaal<br />

welbev<strong>in</strong>den van jongeren tot hun taken rekenen.<br />

Om jongeren te bereiken moet je<br />

<strong>in</strong> de eerste plaats naar ze reiken en<br />

ze <strong>in</strong> de tweede plaats weten te raken<br />

Mbo-docenten Sanae Boukarfada en Anoual Boutalab<br />

hebben een paar <strong>in</strong>teressante suggesties gedaan hoe<br />

voorlicht<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> creëren van een aanspreekpunt vorm<br />

zouden kunnen krijgen. Maar misschien zijn jonge slachtoffers<br />

zelf wel de beste ambassadeurs. Jongeren oriënteren<br />

zich op leeftijdsgenoten en v<strong>in</strong>den elkaar gemakkelijker <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> delen van ervar<strong>in</strong>gen. Een jongere die goede ondersteun<strong>in</strong>g<br />

heeft gekregen van Slachtofferhulp Nederland<br />

kan leeftijdgenoten die slachtoffer worden de weg wijzen.<br />

Na <strong>het</strong> reiken volgt <strong>het</strong> raken. Daarmee bedoelen we: hoe<br />

maak je de connectie met de belev<strong>in</strong>gswereld van jongeren?<br />

Hoe vertalen we ons aanbod op zo’n manier dat jongeren<br />

daar<strong>in</strong> herkennen wat zij belangrijk v<strong>in</strong>den? Willen<br />

ze überhaupt aangesproken worden als slachtoffer als er<br />

zulke negatieve associaties aan <strong>het</strong> begrip kleven?<br />

Verschillende jongeren hebben <strong>in</strong> de <strong>in</strong>terviews meegegeven<br />

dat slachtofferschap een stempel is dat zij niet op<br />

hun voorhoofd willen. Een slachtofferervar<strong>in</strong>g willen ze<br />

<strong>het</strong> liefst zo snel mogelijk vergeten. Ze hoeven geen ‘bakken<br />

medelijden’ en willen al helemaal niet zielig zijn <strong>in</strong> de<br />

ogen van anderen. Communicatiedeskundige André<br />

Merlijn heeft een aantal nuttige adviezen gegeven: vraag<br />

jongeren wat ze willen en wat ze van d<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong>den en<br />

laat de boodschap van de organisatie door leeftijdsgenoten<br />

vertellen. Dan neem je ze serieus en w<strong>in</strong> je bovendien<br />

aan orig<strong>in</strong>ele denkkracht. Slachtofferhulp Nederland gaat<br />

de komende tijd de dialoog met jongeren stimuleren.<br />

Verder willen we een kritische blik werpen op de wijze<br />

waarop wij <strong>in</strong>formatie aanbieden aan de verschillende<br />

leeftijdsgroepen en kijken hoe de ervar<strong>in</strong>gen van jongeren<br />

daar<strong>in</strong> verweven kunnen worden. Daarbij willen we<br />

nieuwe kanalen openen, bijvoorbeeld met webcare en<br />

meer <strong>in</strong>teractieve vormen van onl<strong>in</strong>e dienstverlen<strong>in</strong>g.<br />

Zonder daarbij uit <strong>het</strong> oog te verliezen dat <strong>het</strong> persoonlijke<br />

contact belangrijk is en tegemoet komt aan de<br />

behoeften van jongeren volgens de resultaten van <strong>het</strong><br />

panelonderzoek. Daarom zetten we nadrukkelijk <strong>in</strong> op<br />

blended care.<br />

170 171<br />

Tot slot: moeten er aparte slachtofferrechten voor jongeren<br />

komen? Dat is wat ons betreft nu niet aan de orde. De<br />

Europese Slachtofferrichtlijn biedt, <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met<br />

bestaande rechten en voorzien<strong>in</strong>gen, <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe voldoende<br />

mogelijkheden om maatwerk <strong>in</strong> de uitvoer<strong>in</strong>g te<br />

leveren. Cruciaal is natuurlijk wel hoe bepal<strong>in</strong>gen als de<br />

verplichte <strong>in</strong>dividuele assessment van kwetsbare slachtoffers<br />

en <strong>het</strong> voorzien <strong>in</strong> hun specifieke bescherm<strong>in</strong>gsbehoeften<br />

worden vertaald naar Nederlands beleid en<br />

regels. Een grote uitdag<strong>in</strong>g − zo niet de grootste − ligt op<br />

<strong>het</strong> gebied van communicatie, want de formele strafrechtwereld<br />

staat ver van de belev<strong>in</strong>gswereld van jongeren.<br />

Willen de twee werelden tot elkaar komen, dan moet er<br />

een gemeenschappelijke taal worden gevonden. Want, en<br />

ook dat staat <strong>in</strong> de richtlijn, jonge slachtoffers hebben <strong>het</strong><br />

recht om te begrijpen en begrepen te worden.


GRENZEN IN HET GEDING<br />

LITERATUURLIJST<br />

Literatuurlijst<br />

Braams, B., Leijenhorst, L. van & Crone, E. (2014) Risks,<br />

Rewards, and the Develop<strong>in</strong>g Bra<strong>in</strong> <strong>in</strong> Childhood and<br />

Adolescence. In Reyna V. & Zayas, V. (Eds.)<br />

The Neuroscience of Risky Decision Mak<strong>in</strong>g. Wash<strong>in</strong>gton DC:<br />

American Psychological Association.<br />

Bicanic, I. (2012) ; Initiatief tot bundel<strong>in</strong>g zorg voldoet aan<br />

behoefte. Geïntegreerde opvang van slachtoffers van<br />

verkracht<strong>in</strong>g’, <strong>in</strong>: Cogiscope 2012 (03): 10-13<br />

Centraal Bureau voor de Statistiek (2014) Jaarrapport 2014<br />

landelijke jeugdmonitor. Den Haag: CBS<br />

172 Child Trends Data Bank (2013) Violent crime victimization. onder jongeren en volwassenen <strong>in</strong> Nederland’, <strong>in</strong>:<br />

Utrecht: Slachtofferhulp Nederland<br />

Sisk, C. & Zehr, J. (2005) ‘Pubertal hormones organize<br />

173<br />

Indicators on children and youth. www.childrenstrendsdatabank.org<br />

Tijdschrift voor Seksuologie 36-2, 136-145<br />

the adolescent bra<strong>in</strong> and behavior’, <strong>in</strong>: Frontiers <strong>in</strong><br />

Neuroendocr<strong>in</strong>ology,<br />

26(2005):163-174<br />

Christie, N. (1986) ‘The ideal victim.’ In: Fattah, E. (ed)<br />

From Crime Policy to Victim Policy: Reorient<strong>in</strong>g the Justice<br />

System. London: Macmillan, p. 17-30<br />

Crone, E. & Dahl, R. (2012) ‘Understand<strong>in</strong>g adolescence as<br />

a period of social-affective engagement and goal<br />

flexibility’, <strong>in</strong> Nature Reviews/Neuroscience, vol. 13<br />

(September 2012): 636-650<br />

Daigle, L. (2013) Victimology. The essentials. London: Sage<br />

Publications Ltd<br />

Dietrich, H. (2008) Victimology: An Emphasis on the<br />

Lifestyle-Exposure Theory and the Victim Precipitation<br />

Theory as it Applies to Violent Crime, www.dsc-forensics.<br />

com/uploads/Victim_Precipiation_Paper_for_Website.pdf<br />

Ferwerda, H. (2008) Huiselijk geweld gemeten – cijfers 2007.<br />

Vierde met<strong>in</strong>g op basis van landelijke politiecijfers. Arnhem:<br />

Advies- en Onderzoeksgroep Beke.<br />

F<strong>in</strong>kelhor, D. (2008) Childhood Victimization. Violence,<br />

Crime and Abuse <strong>in</strong> the Lives of Young People. Oxford:<br />

Oxford University Press<br />

Graaf, H. de, Kruijer, H. Acker, J. van & Meijer, S. (2012) Seks<br />

onder je 25e. Seksuele gezondheid van jongeren <strong>in</strong> Nederland<br />

anno 2012. Utrecht: Rutgers WPF<br />

Haas, S. de (2012). ‘Seksueel grensoverschrijdend gedrag<br />

Heer-de Lange, K. de en S. Kalidien (2014) Crim<strong>in</strong>aliteit en<br />

rechtshandhav<strong>in</strong>g 2013. Den Haag: Boom Lemma<br />

H<strong>in</strong>delang, M. Gottfredson, M. & Garofalo, J. (1978) Victims<br />

of Personal Crime. An Empirical Foundation for a Theory of<br />

Personal Victimization. Pensacola: Ball<strong>in</strong>ger Publish<strong>in</strong>g<br />

Johnson, W. (2012) What Is the Lifestyle Theory <strong>in</strong> Crim<strong>in</strong>al<br />

Justice? http://www.ehow.com/about_6633747_lifestyletheory-crim<strong>in</strong>al-justice_.html<br />

Jolles, J. & Idema, W. (2011) ‘Help, de leerl<strong>in</strong>g verbre<strong>in</strong>t.<br />

Onderwijs<strong>in</strong>novatie en <strong>het</strong> verbre<strong>in</strong>en. In: Bij de les, vol. 7,<br />

juni 2011: 6-9<br />

Kipke, M. (ed) (1999) Adolescent Development and the<br />

Biology of Puberty. Summary of a Workshop on New<br />

Research. Wash<strong>in</strong>gton: National Academic Press<br />

Kleber, R. (2007) Weg van <strong>het</strong> trauma. Utrecht:<br />

Universiteit Utrecht<br />

Lahlah, E. (2013) Invisible victims? Ethnic Differences <strong>in</strong> the<br />

Risk of Juvenile Violent Del<strong>in</strong>quency of Dutch and Morrocan-<br />

Dutch Adolescent Boys. Tilburg: Intervict<br />

Lefer<strong>in</strong>k, S. (2014) Het verschil maken. Samenwerken voor<br />

slachtoffers van seksueel geweld en misbruik. Utrecht:<br />

Slachtofferhulp Nederland<br />

Lefer<strong>in</strong>k, S. (2012) Verbouw of nieuwbouw? Hoe<br />

slachtofferrechten meer recht aan slachtoffers kunnen doen.<br />

Lewis, C. & Lewis, M. (1984) ‘Peer pressure and risk-tak<strong>in</strong>g<br />

behaviors <strong>in</strong> children’, <strong>in</strong>: AJPH June 1984, Vol. 74 (6):<br />

580-584<br />

Mierlo, F. van & Pemberton, A. (2009) Van tevredenheid<br />

naar kwaliteit. Een meet<strong>in</strong>strument voor de slachtofferzorg.<br />

Tilburg: Intervict<br />

Muncie, J. (2009) Youth and Crime. Third Edition. Londen:<br />

Sage Publications<br />

Muuss, R. (1975) Adolescent Behavior and Society. New York:<br />

Random House<br />

Neef, M. de & Pas, Y. van der (2008) Dwang. Den Haag:<br />

Boom Uitgevers<br />

Nelis, H. & Sark, Y. van (2014) Het puberbre<strong>in</strong><br />

b<strong>in</strong>nenstebuiten. Wat beweegt jongeren van 10 tot 25 jaar?<br />

Utrecht/Antwerpen: Kosmos Uitgevers<br />

Peeck, V. (2012) Jonge slachtoffers, jonge daders?<br />

Een onderzoek naar risicofactoren en kenmerken van<br />

slachtoffers van geweld en de relatie met daderschap.<br />

Den Haag: Boom Lemma<br />

Pr<strong>in</strong>s, M. (2008) De deugd van tegenwoordig. Onderzoek<br />

naar jongeren en hun grenzen. Nijmegen: Radboud<br />

Universiteit Nijmegen<br />

Smith, A., Che<strong>in</strong>, J. & Ste<strong>in</strong>berg, L. (2013) ‘Impact of<br />

socio-emotional context, bra<strong>in</strong> development and pubertal<br />

maturation on adolescent risk-tak<strong>in</strong>g’, <strong>in</strong>: Hormones and<br />

Behavior, vol. 64(2): 323-332<br />

Slachtofferhulp Nederland (2011) De positie van <strong>het</strong><br />

slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafproces. Utrecht: Slachtofferhulp<br />

Nederland<br />

Swaab, D. (2010) Wij zijn ons bre<strong>in</strong>. Van baarmoeder tot<br />

alzheimer. Amsterdam: uitgeverij Contact<br />

Timmermans, M., Tillaart, J. & Homburg, G. van den (2011)<br />

Eerste met<strong>in</strong>g slachtoffermonitor: Ervar<strong>in</strong>gen van<br />

slachtoffers met justitiële slachtofferondersteun<strong>in</strong>g:<br />

Deel 1: politie. Amsterdam: Regioplan


GRENZEN IN HET GEDING<br />

Timmermans, M., Tillaart, J. & Homburg, G. van den (2013)<br />

Eerste met<strong>in</strong>g slachtoffermonitor: Ervar<strong>in</strong>gen van<br />

slachtoffers met justitiële slachtofferondersteun<strong>in</strong>g:<br />

Deel 2: Openbaar M<strong>in</strong>isterie, Rechtspraak en Slachtofferhulp<br />

Nederland. Amsterdam: Regioplan<br />

Turner, J., Hogg, M., Oakes, P. J., Reicher, S. , & Wetherell, M.<br />

(1987). Rediscover<strong>in</strong>g the Social Group: A Self-Categorization<br />

Theory. Oxford and New York: Blackwell<br />

174<br />

Vynckier, G. (2012) De ervar<strong>in</strong>g, belev<strong>in</strong>g en cop<strong>in</strong>g van midadolescente<br />

slachtoffers van vermogens- en geweldsdelicten.<br />

Den Haag: Boom Lemma<br />

Walle, I. vande & Willems, L. (2013) Ik krijg <strong>het</strong> moeilijk uit<br />

mijn hoofd. Getuigenissen van k<strong>in</strong>deren, jongeren en ouders<br />

na een misdrijf of een plotsel<strong>in</strong>g overlijden. Antwerpen:<br />

Witsand Uitgevers<br />

White, R. & Wyn, J. (2013) Youth and Society. Third Edition.<br />

Melbourne: Oxford University Press<br />

Wilcox, P. (2010) ‘Theories of victimization’, <strong>in</strong>: B. Fisher &<br />

Lab, S. (eds) Encyclopaedia of Victimology and<br />

Crim<strong>in</strong>alization, p. 978-986. Thousand Oaks: Sage<br />

Publications<br />

Wittebrood, K. (2006) Slachtoffers van crim<strong>in</strong>aliteit.<br />

Den Haag: Sociaal Cultureel Planbureau


<strong>Grenzen</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />

Jongeren, slachtofferschap,<br />

recht en hulpverlen<strong>in</strong>g<br />

Jongeren verkennen, verleggen en overschrijden grenzen<br />

<strong>in</strong> hun groei naar onafhankelijkheid. Dat is een van de<br />

redenen dat ze oververtegenwoordigd zijn <strong>in</strong> de<br />

crim<strong>in</strong>aliteitsstatistieken – als dader maar vooral ook als<br />

slachtoffer. In wetenschap en beleid is veel aandacht voor<br />

jonge daders, maar veel m<strong>in</strong>der voor jonge slachtoffers.<br />

Ze komen niet zo snel <strong>in</strong> beeld bij politie en hulpverlen<strong>in</strong>g.<br />

Dit boek probeert antwoord te geven op vragen als:<br />

wat maakt jongeren kwetsbaar voor slachtofferschap?<br />

Hoe ervaren ze slachtofferschap en de gevolgen?<br />

Hoe gaan ze daarmee om? Wat weten en verwachten ze<br />

van officiële <strong>in</strong>stanties? Door verschillende theoretische<br />

<strong>in</strong>zichten, onderzoeksresultaten en praktijkervar<strong>in</strong>g samen<br />

te brengen, hopen we aanknop<strong>in</strong>gspunten te bieden om<br />

de drempels voor jongeren naar hulpverlen<strong>in</strong>g en recht te<br />

laten verdwijnen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!