Grenzen-in-het-geding-digitaal-spread
Grenzen-in-het-geding-digitaal-spread
Grenzen-in-het-geding-digitaal-spread
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Jongeren, slachtofferschap,<br />
recht en hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
<strong>Grenzen</strong><br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />
Sonja Lefer<strong>in</strong>k
<strong>Grenzen</strong><br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g
GRENZEN IN HET GEDING<br />
INHOUDSOPGAVE<br />
Colofon<br />
Inhoudsopgave<br />
<strong>Grenzen</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />
Jongeren, slachtofferschap, recht en hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
voorwoord6<br />
Auteur<br />
Sonja Lefer<strong>in</strong>k<br />
Inleid<strong>in</strong>g8<br />
Correctie<br />
Schrijf-Schrijf<br />
Deel 1 Theoretische perspectieven 12<br />
Ondersteun<strong>in</strong>g, organisatie & advies<br />
Amal Boukarfada<br />
Vormgev<strong>in</strong>g<br />
Studio S&H, Dick Groot Hulze en Joost Radstake<br />
1 Feiten en cijfers<br />
1.1 Omvang 14<br />
Drukwerk<br />
1.2 Welke jongeren worden slachtoffer? 16<br />
Boereboom Grafische Bedrijven<br />
1.3 Waar worden jongeren slachtoffer? 17<br />
2 Uitgave<br />
1.4 Jongeren en slachtofferhulp 20<br />
3<br />
Slachtofferhulp Nederland<br />
Postbus 14208<br />
3508 SH Utrecht<br />
T 030-2340116<br />
F 030-2317655<br />
E <strong>in</strong>fo@slachtofferhulp.nl<br />
I www.slachtofferhulp.nl<br />
2 Puberbre<strong>in</strong> en pubergedrag. Een biologisch perspectief<br />
2.1 Inleid<strong>in</strong>g 22<br />
2.2 Hormonen 23<br />
2.3 Hersenen 23<br />
2.4 Gedrag 24<br />
2.5 Tot besluit 25<br />
Geen van de geïnterviewden staat op de foto.<br />
De foto’s <strong>in</strong> dit boek zijn afkomstig van de beeldbanken<br />
Istockphoto en Dreamstime.<br />
ISBN/EAN: 978-90-72970-11-4<br />
© Slachtofferhulp Nederland – Utrecht 2015<br />
Het auteursrecht van deze publicatie berust bij Slachtofferhulp<br />
Nederland. Gedeeltelijke overname van teksten is toegestaan,<br />
mits daarbij de bron wordt vermeld.<br />
3 Jongeren, victimisatie, identiteit en peers. Een sociocultureel perspectief<br />
3.1 Lifestyle exposure- en rout<strong>in</strong>e activities-theorie 27<br />
3.2 Slachtoffer-dadercongruentie 29<br />
3.3 Jongeren, identiteit en peers 32<br />
3.4 Maatschappelijke perceptie van slachtofferschap 34<br />
3.5 Tot besluit 36<br />
4 Gevolgen van victimisatie, reacties en cop<strong>in</strong>gmechanismen. Een psychologisch perspectief<br />
4.1 De impact van een misdrijf of ongeval 37<br />
4.2 Gevolgen van slachtofferschap 38<br />
4.3 Omgaan met slachtofferschap: cop<strong>in</strong>g 41<br />
4.4 Tot besluit 44
GRENZEN IN HET GEDING<br />
INHOUDSOPGAVE<br />
5 Rechten van jongeren, jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht. Een juridisch perspectief<br />
5.1 Jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> (straf)recht 45<br />
5.2 De positie van <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafproces 48<br />
5.3 De betekenis van <strong>in</strong>ternationaal recht 54<br />
5.4 Tot besluit 56<br />
Deel 2 Jongeren en slachtofferschap. Een verkennend onderzoek 58-59<br />
6 Ervar<strong>in</strong>gen en percepties van slachtofferschap van 12-21 jarigen<br />
6.1 Inleid<strong>in</strong>g 61<br />
6.2 De responsgroep 61<br />
6.3 Aangifte doen? 63<br />
Slachtofferhulpvrijwilliger Henriette Doensen (59) gunt jongeren de ruimte 110<br />
“Werken met jeugd betekent je creativiteit <strong>in</strong>zetten”<br />
Voor ROC-docenten Sanae Boukarfada (32) en Anoual Boutalab (29) draait <strong>het</strong> om vertrouwen 116<br />
“Probeer aansluit<strong>in</strong>g te v<strong>in</strong>den via scholen”<br />
Joey (14) deed ondanks angst voor wraak door de dader toch aangifte bij de politie 122<br />
“Alles wat hulp heet, heeft een imago”<br />
Jongerenofficier Isabeth Mijnarends (48) ziet strafrecht echt als uiterste middel 128<br />
“Ik geloof heilig <strong>in</strong> mediation”<br />
Voor vrijwilliger Jaap van Zoest (66) zijn jongeren veerkrachtig én kwetsbaar 134<br />
“Het is niet cool om slachtoffer te zijn”<br />
4<br />
6.4 Reacties op de gebeurtenis & behoeften 66<br />
Niek (18) v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte van een misdrijf moet doen 140<br />
6.5 Erover praten en hulp zoeken 70<br />
“Laat zien dat jouw organisatie <strong>het</strong> goed doet”<br />
5<br />
6.6 Jongeren en Slachtofferhulp Nederland 73<br />
6.7 Algemene perspectieven op crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap 75<br />
André Merlijn (42) van Bureau Coen specialiseert zich <strong>in</strong> jongerencommunicatie 146<br />
6.8 Tot besluit 81<br />
“Jongeren worden zelden serieus genomen”<br />
Deel 3 Verhalen uit de praktijk 84-85<br />
N<strong>in</strong>a (16) wil als jong volwassene behandeld worden 86<br />
“Ik wil niet dat anderen alles voor me regelen”<br />
Jeugdagenten zijn een vooruitgeschoven post tussen strafrecht en zorg 92<br />
“Je moet <strong>het</strong> ijzer smeden als <strong>het</strong> heet is”<br />
Socioloog René Veenstra (45) onderzoekt prosociaal en antisociaal gedrag bij jongeren 98<br />
“De groep en haar normen zijn bepalend”<br />
Ilse Vande Walle (41) ziet dat jonge slachtoffers steun <strong>in</strong> hun eigen omgev<strong>in</strong>g zoeken 152<br />
“Onderschat <strong>het</strong> belang van ouders niet”<br />
Het kostte Katie (24) jaren om de angst voor haar overvaller te overw<strong>in</strong>nen 158<br />
“Een slechte jeugd is geen excuus”<br />
slotbeschouw<strong>in</strong>g <strong>Grenzen</strong> verleggen: reiken en raken 164<br />
Bronnenlijst172<br />
Misbruikslachtoffer Marieke (21) durft na vijf jaar alsnog aangifte tegen de dader te doen 104<br />
“Maak duidelijk wat Slachtofferhulp kan betekenen”
VOORWOORD<br />
‘‘Jongeren zijn net aliens, je moet wachten tot ze<br />
geland zijn”, zegt een Slachtofferhulpmedewerker<br />
<strong>in</strong> dit boek. Ze bedoelt <strong>het</strong> natuurlijk gekscherend,<br />
maar tegelijkertijd zit er wel een kern van waarheid<br />
<strong>in</strong>. De wereld van officiële <strong>in</strong>stanties en die<br />
van jongeren liggen natuurlijk geen lichtjaren<br />
ver uit elkaar maar ze maken wel moeilijk<br />
contact. Die afstand overbruggen is een lastige<br />
opgave, zo is onze ervar<strong>in</strong>g. En Slachtofferhulp<br />
Nederland staat daar<strong>in</strong> ongetwijfeld niet alleen.<br />
In onderzoek, beleid en praktijk is lang niet zo<br />
veel aandacht voor jonge slachtoffers als voor<br />
jonge daders. Terwijl jongeren meer dan mensen<br />
<strong>in</strong> andere leeftijdsgroepen <strong>het</strong> risico lopen om<br />
slachtoffer te worden van een misdrijf of<br />
ongeval. Tegelijkertijd doen ze m<strong>in</strong>der vaak een<br />
beroep op justitiële en hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties, echte namen) voor de openheid waarmee zij<br />
om bijvoorbeeld aangifte te doen of praktische, hun ervar<strong>in</strong>gen als slachtoffer hebben gedeeld.<br />
emotionele en juridische steun te vragen.<br />
Zij gunnen ons een blik <strong>in</strong> de belev<strong>in</strong>g en<br />
betekenisgev<strong>in</strong>g van slachtofferschap <strong>in</strong> de<br />
‘Jongeren en slachtofferschap’ is dan ook een jongerenwereld.<br />
thema dat alle aandacht waard is. Vandaar dat<br />
Slachtofferhulp Nederland <strong>het</strong> heeft gekozen als Daarnaast wil ik Harry Crielaars, Victor Jammers<br />
onderwerp voor haar jaarlijkse symposium <strong>in</strong> en Alex Sas bedanken voor <strong>het</strong> meedenken<br />
<strong>het</strong> kader van de Europese Dag van <strong>het</strong><br />
Slachtoffer. Inmiddels is <strong>het</strong> zo’n beetje traditie<br />
over en meelezen van dit boek. Zonder Sarah<br />
6 7<br />
Penn<strong>in</strong>gton de Jongh en Dana Weistra was<br />
geworden om tijdens dat symposium een boek deel 2 er niet geweest. Zij hebben een<br />
te presenteren. Dit jaar hebben we een extra belangrijke bijdrage geleverd aan de uitvoer<strong>in</strong>g<br />
dikke en mooi vormgegeven publicatie gemaakt, van <strong>het</strong> panelonderzoek en de analyse van de<br />
hopend op een breed en belangstellend<br />
resultaten. Amal Boukarfada is – net als<br />
lezers publiek.<br />
voorgaande jaren – mijn steun en toeverlaat<br />
geweest vanaf <strong>het</strong> moment dat <strong>het</strong> boek alleen<br />
Een boek schrijf je nooit alleen. Allereerst wil ik nog bestond uit prille ideeën en een werktitel.<br />
de mensen bedanken die we hebben mogen Zij heeft mede ervoor gezorgd dat dit boek zo’n<br />
<strong>in</strong>terviewen. Het waren leuke, <strong>in</strong>spirerende, mooie uitgave is geworden.<br />
leerzame en soms ook emotionele gesprekken<br />
die een schat aan materiaal hebben opgeleverd. Utrecht, 21 januari 2015<br />
N<strong>in</strong>a, Marieke, Joey, Koen en Katie wil ik vooral Sonja Lefer<strong>in</strong>k<br />
noemen (al zijn <strong>het</strong> om privacyredenen niet hun
GRENZEN IN HET GEDING<br />
INLEIDING<br />
<strong>Grenzen</strong><br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />
<strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g<br />
Praat je over jongeren, dan gaat <strong>het</strong> al snel over grenzen. Op de<br />
grens van k<strong>in</strong>d zijn en volwassenheid zijn ze <strong>het</strong> een noch <strong>het</strong> ander.<br />
De periode tussen 12 en 25 jaar is fysiek en psychisch een turbulente<br />
en spannende ontwikkel<strong>in</strong>gsfase waar<strong>in</strong> jongeren zich afzetten tegen<br />
grenzen die de volwassen wereld stelt. Tegelijkertijd zijn ze bezig<br />
met <strong>het</strong> ontdekken van hun identiteit en <strong>het</strong> bepalen van hun eigen<br />
grenzen. Daarbij vormen steeds meer hun leeftijdsgenoten (‘peers’)<br />
<strong>het</strong> belangrijkste referentiekader, <strong>in</strong> plaats van ouders, leraren en<br />
andere volwassenen <strong>in</strong> hun omgev<strong>in</strong>g.<br />
Soms leidt <strong>het</strong> grenzen verkennen, testen en verleggen<br />
tot grenzen overschrijden. Van anderen, maar óók van<br />
zichzelf. Jongeren vormen een kwetsbare groep als <strong>het</strong><br />
gaat om slachtofferschap van crim<strong>in</strong>aliteit. Zij lopen aanzienlijk<br />
meer risico om slachtoffer te worden van een<br />
gewelds- of vermogensdelict dan andere leeftijdsgroepen.<br />
En ze lopen meer kans op herhaald en meervoudig<br />
slachtofferschap, zo wijst onderzoek uit. 1 Dat strookt niet<br />
helemaal met <strong>het</strong> maatschappelijke beeld van jongeren<br />
en crim<strong>in</strong>aliteit. In de algemene beeldvorm<strong>in</strong>g figureren<br />
jongeren veel eerder als dader dan als slachtoffer – zeker<br />
jongens met een allochtone achtergrond. Het klopt dat<br />
jongeren ook als daders relatief vaker voorkomen <strong>in</strong> de<br />
misdaadstatistieken. De kantteken<strong>in</strong>g daarbij is dat <strong>het</strong><br />
vaak gaat om m<strong>in</strong>der ernstige delicten (vermogen, openbare<br />
orde). Maar <strong>het</strong> zijn wel delicten die goed zichtbaar<br />
zijn, omdat ze zich voornamelijk <strong>in</strong> <strong>het</strong> publieke dome<strong>in</strong><br />
afspelen. 2 Terwijl juist de rovende scooterjochies die hele<br />
buurten onveilig maken – om maar eens een stereotiep<br />
beeld op te roepen – van alle burgers de meeste kans<br />
lopen om zelf slachtoffer te worden van een misdrijf.<br />
De grens tussen slachtoffer- en daderschap is lang niet<br />
altijd scherp te trekken. Factoren die <strong>het</strong> risico op daderschap<br />
verhogen, maken jongeren ook kwetsbaarder voor<br />
slachtofferschap. Daarnaast blijkt uit nationaal en <strong>in</strong>ternationaal<br />
onderzoek 3 dat ‘polyvictimisatie’ kenmerkend is<br />
voor slachtofferschap onder jongeren en adolescenten.<br />
Dat houdt <strong>in</strong> dat ze meermaals en soms langere tijd slachtoffer<br />
worden van verschillende delicten. Zijn bepaalde<br />
grenzen eenmaal overschreden, dan komen <strong>het</strong> (straf)<br />
rechtssysteem en <strong>het</strong> zorgsysteem of de hulpverlen<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />
actie. Deze systemen richten zich meestal op jongeren als<br />
plegers van crim<strong>in</strong>aliteit en veel m<strong>in</strong>der op jongeren als<br />
slachtoffers. Om allerlei redenen blijven die laatsten vaak<br />
buiten beeld. Jongeren zijn m<strong>in</strong>der snel geneigd <strong>in</strong>stanties<br />
<strong>in</strong> te schakelen wanneer zij <strong>in</strong> problemen raken, zo blijkt<br />
uit onderzoek en uit de praktijkervar<strong>in</strong>g van professionals.<br />
Soms vanuit weerstand of wantrouwen, soms uit onbekendheid<br />
met <strong>het</strong> bestaan van die <strong>in</strong>stanties en wat ze<br />
precies doen. Een andere reden is dat ze zich niet altijd<br />
slachtoffer voelen, of een hekel hebben aan <strong>het</strong> etiket<br />
‘slachtoffer’, dat zij als negatief ervaren. Slachtoffer zijn is<br />
allesbehalve cool, zoals later <strong>in</strong> dit boek nog uitgebreid<br />
aan de orde zal komen.<br />
CRUCIALE JAREN<br />
Dat wil niet zeggen dat <strong>het</strong> misdrijf geen materiële of<br />
immateriële impact op hen heeft. Integendeel. De puberjaren<br />
zijn cruciaal voor de vorm<strong>in</strong>g van de identiteit. De<br />
effecten van <strong>in</strong>grijpende gebeurtenissen kunnen hun<br />
<strong>in</strong>vloed lange tijd doen gelden en zelfs leiden tot een verander<strong>in</strong>g<br />
<strong>in</strong> de levensloop van de betrokkene. Dat gebeurt<br />
wanneer een jongere door een of meer slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />
<strong>in</strong> een neerwaartse spiraal terechtkomt en afhaakt<br />
van school, zijn toevlucht zoekt <strong>in</strong> drank, drugs of een<br />
andere vorm van verslav<strong>in</strong>g en soms, <strong>in</strong> <strong>het</strong> ergste geval,<br />
een e<strong>in</strong>de aan <strong>het</strong> leven maakt. Dat is natuurlijk <strong>het</strong> worst<br />
case scenario en daarmee een uitzonder<strong>in</strong>g. Toch zal niemand<br />
<strong>het</strong> oneens zijn met de stell<strong>in</strong>g: hoe m<strong>in</strong>der de<br />
slachtofferervar<strong>in</strong>g een negatief stempel op de verdere<br />
ontwikkel<strong>in</strong>g van de betrokken jongere kan drukken, hoe<br />
beter.<br />
8 9<br />
Nu beschikken jongeren doorgaans ook over een fl<strong>in</strong>ke<br />
dosis veerkracht en hebben ze een uitgebreid repertoire<br />
aan strategieën om <strong>het</strong> gebeurde de baas te worden. Toch<br />
is <strong>het</strong> belangrijk om jonge slachtoffers <strong>in</strong> beeld te krijgen<br />
en ze ondersteun<strong>in</strong>g te bieden wanneer ze <strong>het</strong> op eigen<br />
kracht niet redden. Als slachtoffer hebben ze hier recht op.<br />
De Europese Richtlijn tot vaststell<strong>in</strong>g van m<strong>in</strong>imumnormen<br />
voor de rechten, de ondersteun<strong>in</strong>g en de bescherm<strong>in</strong>g
GRENZEN IN HET GEDING<br />
INLEIDING<br />
van slachtoffers van strafbare feiten legt allerlei procedurele<br />
rechten voor slachtoffers vast. Daartoe hoort <strong>het</strong> recht<br />
op toegang tot en ondersteun<strong>in</strong>g van een slachtoffer hulporganisatie<br />
(artikel 8 en 9). De <strong>in</strong> de richtlijn genoemde<br />
rechten zijn (en worden) voor een belangrijk deel ook<br />
vastgelegd <strong>in</strong> de Nederlandse wet en aanvullende<br />
regel<strong>in</strong>gen.<br />
KINDVRIENDELIJKE AANPAK<br />
M<strong>in</strong>derjarigen hebben bovendien een fl<strong>in</strong>ke streep voor<br />
<strong>in</strong> de Europese richtlijn, want <strong>het</strong> tweede lid van artikel 1<br />
stelt letterlijk: ‘Wanneer <strong>het</strong> slachtoffer een k<strong>in</strong>d is, zorgen<br />
de lidstaten ervoor dat bij de toepass<strong>in</strong>g van deze richtlijn,<br />
de belangen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d op de eerste plaats komen en<br />
per geval worden beoordeeld. Een k<strong>in</strong>dvriendelijke aanpak,<br />
waarbij voldoende reken<strong>in</strong>g wordt gehouden met de<br />
leeftijd, <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau, de men<strong>in</strong>gen, behoeften<br />
en zorgen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d, prevaleert. Het k<strong>in</strong>d en, <strong>in</strong> voorkomend<br />
geval, de drager van de ouderlijke verantwoordelijkheid<br />
of andere wettelijke vertegenwoordiger, worden<br />
geïnformeerd over alle maatregelen en rechten die<br />
specifiek verband houden met <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d.’<br />
De uitdag<strong>in</strong>g is dan: hoe bereiken wij, justitiële en hulp<strong>in</strong>stanties,<br />
jongeren op een manier die aansluit bij hun<br />
ervar<strong>in</strong>g en belev<strong>in</strong>g? Hoe verlagen we de drempels die<br />
jongeren blijkbaar ervaren om op eigen <strong>in</strong>itiatief een<br />
beroep op ons te doen? Welke grenzen moeten wij<br />
daarvoor verleggen? Op 20 februari 2015 staan deze<br />
vragen centraal op <strong>het</strong> symposium ‘<strong>Grenzen</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g.<br />
Jongeren, slachtofferschap, recht en hulpverlen<strong>in</strong>g.’<br />
Slachtofferhulp Nederland organiseert dit symposium <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> kader van de Europese Dag van <strong>het</strong> Slachtoffer voor<br />
beleidsmakers, beroepskrachten en vrijwilligers uit de<br />
justitiële wereld en de hulpverlen<strong>in</strong>g, onderzoekers,<br />
docenten en vooral ook jongeren. Om gezamenlijk<br />
antwoorden op deze vragen te kunnen v<strong>in</strong>den is <strong>het</strong><br />
noodzakelijk aandacht te besteden aan vragen die<br />
hieraan voorafgaan, zoals:<br />
n Wat voor effect heeft een slachtofferervar<strong>in</strong>g op hen<br />
en hoe gaan zij om met de gevolgen?<br />
n Welke drempels of prikkels zijn er voor jongeren om<br />
hulp te zoeken en bij wie doen ze dat dan?<br />
n Wat verwachten ze van ‘officiële’ <strong>in</strong>stanties als politie,<br />
justitie, Slachtofferhulp Nederland, GGZ en andere<br />
hulpverleners?<br />
Daarvoor gaan we onder meer te rade bij verschillende<br />
wetenschappelijke discipl<strong>in</strong>es zoals de ontwikkel<strong>in</strong>gspsychologie,<br />
sociologie, victimologie en rechtsgeleerdheid.<br />
Daarnaast komen mensen uit de praktijk aan <strong>het</strong><br />
woord, zoals hulpverleners, justitiefunctionarissen, onderzoekers<br />
en docenten. De belangrijkste bron van <strong>in</strong>formatie<br />
blijven uiteraard jongeren zelf. Vijf jongeren zijn uitgebreid<br />
geïnterviewd en hun verhalen zijn te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> <strong>het</strong> derde<br />
deel van dit boek. Daarnaast hebben we aan een panel<br />
van ongeveer zeshonderd jongeren een korte vragen lijst<br />
voorgelegd. De uitkomsten daarvan staan <strong>in</strong> deel 2.<br />
LEESWIJZER<br />
In <strong>het</strong> eerste deel komen verschillende theoretische en<br />
wetenschappelijke perspectieven op slachtofferschap<br />
onder jongeren aan bod. Het beg<strong>in</strong>t met een overzicht van<br />
feiten en cijfers <strong>in</strong> hoofdstuk 1. Wat vertellen statistieken<br />
over slachtofferschap onder jongeren en welke nadere<br />
beschrijv<strong>in</strong>gen of verklar<strong>in</strong>gen zijn er voor <strong>het</strong> cijfermateriaal<br />
te v<strong>in</strong>den? Het tweede hoofdstuk kijkt door<br />
een neuropsychologische/neurobiologische bril naar de<br />
kwetsbaarheid van jongeren voor crim<strong>in</strong>aliteit door <strong>in</strong> te<br />
zoomen op de ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong>. In <strong>het</strong><br />
daaropvolgende hoofdstuk (3) kiezen we een sociologisch<br />
en victimologisch perspectief en kijken we naar de relatie<br />
tussen de jongere en zijn omgev<strong>in</strong>g met behulp van<br />
theorieën over lifestyle exposure en rout<strong>in</strong>e activities,<br />
identiteitsvorm<strong>in</strong>g en de peer group. We gaan ook nader <strong>in</strong><br />
op <strong>het</strong> verschil tussen risicofactoren en oorzaken van<br />
dader- en slachtofferschap met behulp van F<strong>in</strong>kelhors<br />
theorie van ‘congruentie’. Effecten van slachtofferschap en<br />
cop<strong>in</strong>gstrategieën van jongeren staan centraal <strong>in</strong> hoofdstuk<br />
4, dat een psychologische <strong>in</strong>steek heeft. Juridisch<br />
gezien zijn jongeren een bijzondere categorie, zo zal<br />
blijken uit hoofdstuk 5, waar<strong>in</strong> rechten van k<strong>in</strong>deren en<br />
jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> (straf)recht aan de orde komen.<br />
Deel 2 van dit boek is gewijd aan de uitkomsten van een<br />
10 panelonderzoek onder zeshonderd jongeren tussen de<br />
11<br />
12 en 20 jaar. Het derde en laatste deel bevat een aantal<br />
n Wat maakt jongeren kwetsbaarder dan andere<br />
groepen voor crim<strong>in</strong>aliteit?<br />
n Hoe beleven zij slachtofferschap en welke betekenis<br />
geven zij eraan?<br />
<strong>in</strong>terviews. Daar<strong>in</strong> geven verschillende beroepskrachten<br />
en vrijwilligers een <strong>in</strong>kijk <strong>in</strong> hun ervar<strong>in</strong>gen met en visie<br />
op <strong>het</strong> onderwerp jongeren en slachtofferschap, recht en<br />
hulpverlen<strong>in</strong>g. Daar doorheen lopen de verhalen van<br />
jongeren zelf. Ten slotte volgt een korte nabeschouw<strong>in</strong>g<br />
en keren we nog eenmaal terug naar de vragen uit de<br />
<strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g. Welke antwoorden hebben we gevonden en<br />
welke handvatten bieden ze om jongeren beter te bereiken<br />
en beter aan te sluiten bij hun ervar<strong>in</strong>gen en behoeften?<br />
De grens tussen slachtofferen<br />
daderschap is lang niet altijd<br />
scherp te trekken<br />
noten<br />
1)<br />
Zie onder meer Muncie (2009); Peeck (2012), Child Trends Databank (2013)<br />
2)<br />
White & W<strong>in</strong> (2013)<br />
3)<br />
F<strong>in</strong>kelhor (2008), Peeck (2012)
Deel 1<br />
Theoretische<br />
perspectieven<br />
In verschillende wetenschappelijke<br />
discipl<strong>in</strong>es zijn belangrijke <strong>in</strong>zichten ontwikkeld<br />
die helpen verklaren waarom jongeren kwetsbaar<br />
zijn voor crim<strong>in</strong>aliteit, hoe zij deze beleven en<br />
betekenis geven, welke <strong>in</strong>vloed slachtofferschap<br />
op hun (verdere) leven heeft en waar(om) zij al<br />
12 13<br />
dan niet hulp zoeken.<br />
Toch is <strong>het</strong> onderwerp jongeren en slachtofferschap<br />
tot nu toe onderbelicht en gefragmenteerd<br />
gebleven <strong>in</strong> onderzoek en theorieontwikkel<strong>in</strong>g.<br />
Anders dan naar jonge daders wordt er relatief<br />
we<strong>in</strong>ig onderzoek verricht naar jongeren en<br />
slachtofferschap. Verder ligt de wetenschappelijke<br />
focus vooral op k<strong>in</strong>deren. V<strong>in</strong>dt er al<br />
onderzoek plaats naar slachtofferschap <strong>in</strong> de<br />
puberteit en adolescentie, dan spitst dat zich<br />
meestal toe op specifieke thema’s als seksueel<br />
misbruik, huiselijk geweld en pesten.<br />
Dat neemt niet weg dat er wel wat statistieken<br />
voorhanden zijn en dat uit meer algemene<br />
wetenschappelijke theorieën antwoorden zijn<br />
af te leiden op de vragen die <strong>in</strong> dit boek<br />
centraal staan.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
GRAFIEK 1.1 SLACHTOFFERSCHAP NAAR LEEFTIJD EN DELICTCATEGORIE (2012)<br />
1 Feiten en cijfers<br />
30<br />
25<br />
20<br />
15-15 JAAR<br />
25-45 JAAR<br />
45-65 JAAR<br />
> 65 JAAR<br />
15<br />
10<br />
5<br />
Van alle burgers hebben jongeren en adolescenten <strong>in</strong> de<br />
leeftijd van 15 tot 25 jaar de grootste kans om slachtoffer<br />
van een misdrijf te worden. In dit hoofdstuk presenteren<br />
we cijfers over de omvang van slachtofferschap onder jongeren<br />
en de kenmerken van dit slachtofferschap. Ook<br />
geven we <strong>in</strong>zicht <strong>in</strong> de groep jonge slachtoffers die bij<br />
Slachtofferhulp Nederland terechtkomen.<br />
1.1 OMVANG<br />
Ieder jaar publiceert <strong>het</strong> CBS uitgebreide <strong>in</strong>formatie over<br />
crim<strong>in</strong>aliteit en rechtshandhav<strong>in</strong>g. Daaruit valt op te<br />
maken dat jongeren oververtegenwoordigd zijn waar <strong>het</strong><br />
gaat om slachtofferschap. In grote lijnen neemt de kans<br />
op slachtofferschap af naarmate de leeftijd toeneemt, al<br />
geldt dit niet voor alle delicten. De <strong>in</strong> tabel 1.1 gepresenteerde<br />
cijfers zijn gebaseerd op slachtofferenquêtes (zelfrapportage)<br />
en niet op de aangiftes die bij de politie zijn<br />
gedaan (geregistreerde crim<strong>in</strong>aliteit). Er wordt aan de respondenten<br />
gevraagd of ze de afgelopen 12 maanden<br />
slachtoffer zijn geworden van een misdrijf. De cijfers van<br />
de geregistreerde crim<strong>in</strong>aliteit zouden waarschijnlijk een<br />
heel ander beeld opleveren, omdat jongeren naar schatt<strong>in</strong>g<br />
maar <strong>in</strong> zo’n 10% van de gevallen aangifte bij de<br />
politie doen − ook als <strong>het</strong> om zwaardere misdrijven gaat. 4<br />
TABEL 1.1 SLACHTOFFERSCHAP NAAR<br />
LEEFTIJD (%)<br />
Bron: CBS<br />
jaar<br />
leeftijd<br />
2010 2011 2012 2013<br />
14<br />
15-17 29,7 30,6 22,7 21,8<br />
15<br />
18-24 37,8 36,3 27,6 27,7<br />
25-34 32,2 32,2 24,5 23,7<br />
35-44 28,5 27,2 20,3 20,8<br />
45-54 26,9 26,1 21,2 20,8<br />
55-64 19,8 18,8 16,6 17,3<br />
65-74 13,6 15,1 13 13,3<br />
>75 9,4 10,1 11 10,5<br />
totaal 25,4 24,9 19,8 19,8<br />
Bron: CBS<br />
In de tabel vallen twee d<strong>in</strong>gen op. Ten eerste is slachtofferschap<br />
onder alle leeftijdscategorieën van de Nederlandse<br />
bevolk<strong>in</strong>g de afgelopen jaren gedaald of stabiel gebleven.<br />
De nogal abrupte dal<strong>in</strong>g <strong>in</strong> 2012 is een zogenaamde<br />
trendbreuk; <strong>het</strong> <strong>in</strong>strument waarmee slachtofferschap<br />
gemeten wordt is toen aangepast. 5 Ten tweede zien we<br />
0<br />
TOTAAL GEWELD VERMOGEN VANDALISME<br />
dat de categorie 18-24 jaar met kop en schouders boven<br />
de andere leeftijdscategorieën uitsteekt, al wordt <strong>het</strong> verschil<br />
door de jaren heen wat kle<strong>in</strong>er. Uit ander onderzoek<br />
is ook gebleken dat jongeren een hoger risico hebben op<br />
meervoudig en op herhaald slachtofferschap. 6<br />
Worden jongeren vooral slachtoffer van bepaalde delicten<br />
of scoren ze op alle soorten misdrijven <strong>het</strong> hoogst? Er<br />
blijkt zich een patroon af te tekenen: ze lopen de hoogste<br />
kans om slachtoffer te worden van een gewelds- of vermogensdelict,<br />
maar een relatief lage kans om slachtoffer<br />
te worden van vandalismedelicten (zie grafiek 1.1). Een<br />
mogelijke verklar<strong>in</strong>g hiervoor is dat jongeren m<strong>in</strong>der<br />
bezitt<strong>in</strong>gen hebben die vatbaar zijn voor moedwillige verniel<strong>in</strong>g<br />
of beschadig<strong>in</strong>g, aldus een toelicht<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> CBS<br />
op de cijfers.<br />
Bij vermogensdelicten komen fietsendiefstal en zakkenrollerij<br />
veel voor. Jongeren vormen ook een risicogroep<br />
voor cybercrime, zoals hacken, oplicht<strong>in</strong>g bij aankoop en<br />
verkoop op <strong>in</strong>ternet en cyberpesten. Dat is niet verrassend<br />
aangezien zij ook tot de meest <strong>in</strong>tensieve gebruikers van<br />
mobiele diensten en sociale media behoren.<br />
Uit ander onderzoek over seksueel geweld en seksueel<br />
misbruik – feiten die <strong>in</strong> de grafiek verdisconteerd zijn <strong>in</strong> de<br />
categorie geweld − komt naar voren dat jongeren eveneens<br />
oververtegenwoordigd zijn. Zo hebben 11% van de<br />
mannen en 31% van de vrouwen tussen de 15 en 25 jaar<br />
ooit ongewenste seksuele handel<strong>in</strong>gen moeten ondergaan<br />
of verrichten. 7 Uit landelijke politiecijfers uit 2007<br />
blijkt dat 43% van de slachtoffers van seksueel huiselijk<br />
geweld jonger is dan 18 jaar: 19% is 0-12 jaar en 24% is<br />
12-18 jaar. 8<br />
Verder zien we dat naast vandalismedelicten ook levensdelicten<br />
een uitzonder<strong>in</strong>g vormen op de regel dat jongeren<br />
de hoogste kans hebben op slachtofferschap. Dit geldt<br />
dan vooral voor de 15-20 jarigen.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
TABEL 1.2 SLACHTOFFERS VAN LEVENSDELICTEN NAAR LEEFTIJDSCATEGORIE<br />
VERKEER<br />
Kijken we naar verkeersongevallen dan herhaalt <strong>het</strong><br />
patroon zich. De Sticht<strong>in</strong>g Wetenschappelijk Onderzoek<br />
Verkeersveiligheid (SWOV) heeft een aantal feiten op een<br />
rij gezet 9 :<br />
n Jonge, beg<strong>in</strong>nende automobilisten (18-24 jaar) lopen<br />
vijf keer zo veel risico op een ongeluk als ervaren<br />
bestuurders (30-59 jaar). Het risico voor jonge mannen<br />
is zeven keer zo groot. Passagiers van jonge automobilisten<br />
lopen daarmee ook een hoger risico.<br />
n Ook jongere verkeersdeelnemers (10-17 jaar) vormen<br />
een risicogroep. Zij hebben een verhoogde kans om<br />
betrokken te raken bij (dodelijke) verkeersongevallen;<br />
jongens meer dan meisjes. In ruim de helft van de<br />
gevallen zijn ze bij <strong>het</strong> ongeluk betrokken als fietser of<br />
bromfietser. In de periode 1996-2007 was 38% van de<br />
brom- en snorfietsslachtoffers een jongere.<br />
Als verklar<strong>in</strong>g hiervoor noemt de SWOV dat jongeren<br />
onervaren zijn, de risico’s van verkeersdeelname onderschatten<br />
en m<strong>in</strong>der zelfcontrole hebben. Ze zijn gevoelig<br />
voor groepsdruk, laten zich gemakkelijker uitdagen en<br />
vertonen <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen meer risicogedrag. In <strong>het</strong> geval<br />
van brom- en snorfietsers speelt de comb<strong>in</strong>atie van snelheid<br />
en kwetsbaarheid een rol.<br />
leeftijd<br />
gem./jaar* 80<br />
164 15 8 30 38 29 23 12 5 5<br />
* over de periode 2001-2012<br />
Bron: CBS<br />
De cijfers bevestigen dat leeftijd een risicofactor is voor<br />
slachtofferschap. Welke mechanismen daar<strong>in</strong> een rol<br />
kunnen spelen, komt <strong>in</strong> de volgende hoofdstukken aan<br />
de orde. Eerst proberen we <strong>in</strong> beeld te brengen welke<br />
groepen b<strong>in</strong>nen de categorie jongeren een hoger risico<br />
lopen en of er bepaalde plaatsen zijn waar jongeren een<br />
hoger risico lopen.<br />
1.2 WELKE JONGEREN WORDEN<br />
SLACHTOFFER?<br />
Niet alle jongeren lopen dus dezelfde risico’s. Hiervoor<br />
kwam al aan de orde dat jongens relatief vaker betrokken<br />
zijn bij verkeersongevallen dan meisjes. Jongens zijn ook<br />
vaker slachtoffer van geweldsdelicten, terwijl meisjes weer<br />
vaker met zedendelicten te maken krijgen. Geslacht is dus<br />
een factor van <strong>in</strong>vloed.<br />
GEZIN<br />
Ook sociale factoren spelen een rol. Een jongere uit een<br />
kwetsbaar of problematisch gez<strong>in</strong> loopt een aanzienlijk<br />
groter risico op slachtofferschap. Het maakt jongeren<br />
extra kwetsbaar om op te groeien <strong>in</strong> een eenoudergez<strong>in</strong>,<br />
een gez<strong>in</strong> met een stiefouder, een gez<strong>in</strong> waar<strong>in</strong> een of<br />
beide ouders zwakbegaafd zijn, een psychische stoornis<br />
hebben of een verslav<strong>in</strong>gsprobleem, dan wel een gez<strong>in</strong><br />
waar<strong>in</strong> veel conflicten en huiselijk geweld voorkomen.<br />
Daarvoor zijn verschillende verklar<strong>in</strong>gen. Jongeren ervaren<br />
<strong>in</strong> zo’n context meer spann<strong>in</strong>g, conflicten, verlies, weerstand<br />
en verwaarloz<strong>in</strong>g. Ook komen ze eerder <strong>in</strong><br />
contact met personen die een potentieel gevaar vormen.<br />
Ze worden meer blootgesteld aan – en leren daarmee –<br />
disfunctionele manieren van omgaan met elkaar en van<br />
<strong>het</strong> hanteren van conflicten en problemen. Er is vaak m<strong>in</strong>der<br />
toezicht van ouders. Een onveilige, problematische<br />
thuissituatie kan van generatie op generatie overgaan,<br />
iets wat veelvuldig aan de orde is bij huiselijk geweld (dat<br />
betekent overigens niet dat zo’n cirkel niet doorbroken<br />
kan worden). Hebben jongeren zelf bepaalde stoornissen,<br />
gedrags- of emotionele problemen en/of beperk<strong>in</strong>gen,<br />
dan vormen die ook een risicofactor. 10<br />
WIJK<br />
Behalve <strong>het</strong> gez<strong>in</strong> is ook de wijk waar men woont van<br />
betekenis. Achterstandswijken en wijken waar <strong>het</strong> verloop<br />
van bewoners hoog is, blijken een vruchtbare omgev<strong>in</strong>g<br />
voor crim<strong>in</strong>aliteit en dus voor slachtofferschap. De socialecohesietheorie<br />
verklaart dit uit een gebrek aan sociale<br />
samenhang. Daardoor is er we<strong>in</strong>ig formele en <strong>in</strong>formele<br />
controle. Dat geeft crim<strong>in</strong>aliteit en ander grensoverschrijdend<br />
gedrag meer kans. Dat jeugdbendes juist <strong>in</strong> dit soort<br />
wijken hun wortels hebben, is niet verwonderlijk.<br />
In buurten waar bewoners zich thuis voelen, veel contact<br />
hebben met buurtbewoners en op een prettige manier<br />
met elkaar omgaan, is de kans kle<strong>in</strong>er om slachtoffer te<br />
worden van geweld of een <strong>in</strong>braak. Daarbij maakt <strong>het</strong><br />
eigenlijk niet uit of er veel armoede is <strong>in</strong> een buurt of een<br />
hoge concentratie allochtonen. 11<br />
1.3 WAAR WORDEN JONGEREN<br />
SLACHTOFFER?<br />
UITGAANSLEVEN<br />
Waar <strong>het</strong> uitgaansleven zich concentreert, is de onveiligheid<br />
relatief groter. Jongeren lopen een fl<strong>in</strong>k hogere kans<br />
om slachtoffer te worden op de plaatsen waar veel kroegen,<br />
clubs en discotheken te v<strong>in</strong>den zijn. Evenals op bijvoorbeeld<br />
bushaltes en stations die op de route daarheen<br />
liggen. 12 Dat ligt nogal voor de hand: er is een hoge concentratie<br />
van jongeren, de alcohol vloeit rijkelijk en ook<br />
andere middelen worden niet geschuwd. ‘[Uitgaan] gaat<br />
gepaard met een verhoogde blootstell<strong>in</strong>g aan gemotiveerde<br />
daders. Overmatig gebruik van alcohol en verdovende<br />
middelen kan leiden tot een verm<strong>in</strong>derde zelfbeheers<strong>in</strong>g<br />
en een verm<strong>in</strong>derd vermogen om zichzelf te<br />
beschermen, waardoor <strong>in</strong>dividuen niet goed <strong>in</strong> staat zijn<br />
te anticiperen op gevaarlijke situaties en deze te vermijden.<br />
Bovendien zijn vrienden die ook gebruik maken van deze<br />
middelen waarschijnlijk niet <strong>in</strong> staat bescherm<strong>in</strong>g te<br />
bieden om geweld te voorkomen’, licht Wittebrood toe<br />
<strong>in</strong> haar studie Slachtoffers van crim<strong>in</strong>aliteit. 13 Overigens<br />
zullen de meeste jongeren zich terdege realiseren dat<br />
aan uitgaan bepaalde risico’s verbonden zijn.<br />
16 17<br />
SCHOLEN<br />
Scholen zijn wellicht een ander verhaal. Ze worden geacht<br />
een veilige plaats voor leerl<strong>in</strong>gen te zijn, maar uit<br />
Amerikaans en Engels onderzoek blijkt dat veel victimisatie<br />
<strong>in</strong> en rond scholen plaatsv<strong>in</strong>dt. 14 Daar is op zich een<br />
logische verklar<strong>in</strong>g voor: k<strong>in</strong>deren en jongeren moeten<br />
verplicht naar school en brengen er veel tijd door.<br />
Middelbare scholen en ROC’s zijn steeds grootschaliger<br />
geworden, met soms duizenden leerl<strong>in</strong>gen per vestig<strong>in</strong>g.<br />
Waar veel jongeren samen zijn, is ook een verhoogde kans
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
op crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap. Heel vaak neemt dat<br />
de vorm aan van <strong>in</strong>cidenten die veelal niet <strong>het</strong> stempel<br />
‘misdrijf’ krijgen: vechtpartijtjes, <strong>het</strong> afpakken van spullen<br />
of kle<strong>in</strong>e diefstallen, <strong>in</strong>timidatie, pesten.<br />
Scholen handelen veel van deze <strong>in</strong>cidenten zelf af, eventueel<br />
<strong>in</strong> samenwerk<strong>in</strong>g met de politie, zonder dat er een<br />
aangifte volgt. Daarnaast is er veel aandacht voor preventie<br />
met behulp van onder meer veiligheidsprotocollen, <strong>het</strong><br />
stimuleren van sociaalemotionele competenties, weerbaarheidstra<strong>in</strong><strong>in</strong>gen<br />
en anti-pestprogramma’s. Maar de –<br />
gelukkig zeldzame – ernstige <strong>in</strong>cidenten zoals schiet- en<br />
steekpartijen halen steevast de landelijke pers en dan<br />
zwelt de roep om veiligheidsmaatregelen aan. Zo is er <strong>in</strong><br />
de politiek verschillende malen gepleit voor <strong>het</strong> verplicht<br />
<strong>in</strong>stalleren van detectiepoortjes op scholen. Dergelijke<br />
maatregelen mogen misschien <strong>het</strong> veiligheidsgevoel van<br />
<strong>in</strong>getrokken. Scholen waren niet bepaald enthousiast.<br />
Daarvoor <strong>in</strong> de plaats is de vrijwillige deelname aan de<br />
Sociale Veiligheidsmonitor gekomen. Uit de rapportage<br />
over 2012 blijkt overigens dat zowel personeel als leerl<strong>in</strong>gen<br />
hun school <strong>in</strong> overgrote meerderheid als veilig ervaren,<br />
maar wel v<strong>in</strong>den dat de sociale veiligheid verbeterd moet<br />
worden. 15 Uit ander onderzoek komt naar voren dat <strong>het</strong><br />
risico op slachtofferschap op school groter is als er veel<br />
drugsgebruik op school plaatsv<strong>in</strong>dt en als er gangs actief<br />
zijn. 16<br />
THUISOMGEVING<br />
In de vorige paragraaf is al ter sprake gekomen dat <strong>het</strong><br />
soort wijk of buurt waar men woont, een risicofactor kan<br />
zijn. Dat de thuisomgev<strong>in</strong>g ook niet altijd een veilige plek<br />
is, blijkt uit de cijfers over k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g. De meest<br />
actuele gegevens hierover zijn te v<strong>in</strong>den op de website<br />
18 docenten en leerl<strong>in</strong>gen vergroten, maar er kleven allerlei<br />
praktische bezwaren aan en de vraag is of ze effectief zijn.<br />
In de Verenigde Staten behoren detectiepoortjes zo’n<br />
beetje tot de standaarduitrust<strong>in</strong>g op scholen voor voortgezet<br />
onderwijs, maar school shoot<strong>in</strong>gs hebben ze er niet<br />
altijd mee kunnen voorkomen, om over wapenloos<br />
geweld maar te zwijgen. Bijkomend nadelig effect is dat<br />
<strong>het</strong> probleem zich kan verplaatsten naar de omgev<strong>in</strong>g net<br />
buiten <strong>het</strong> schoolgebouw. Wel is er <strong>in</strong> 2011 een wetsvoorstel<br />
<strong>in</strong>gediend om een verplichte registratie van gewelds<strong>in</strong>cidenten<br />
op scholen <strong>in</strong> te voeren, maar dat is ook weer<br />
van <strong>het</strong> Nederlands Jeugd<strong>in</strong>stituut (NJI). In 2010 zijn<br />
118.000 k<strong>in</strong>deren van 0-18 jaar slachtoffer geworden van<br />
een vorm van mishandel<strong>in</strong>g (fysiek, emotioneel en/of seksueel).<br />
Dat is ongeveer 3% van de totale groep k<strong>in</strong>deren <strong>in</strong><br />
deze leeftijdscategorie. Dat lijkt een toename te zijn ten<br />
opzichte van een met<strong>in</strong>g <strong>in</strong> 2005, toen er 107.000 gevallen<br />
waren. Het NJI betwijfelt echter of <strong>het</strong> daadwerkelijke aantal<br />
mishandel<strong>in</strong>gen is toegenomen; <strong>het</strong> lijkt er meer op<br />
dat er gewoon beter wordt gemeld. Voor <strong>het</strong> berekenen<br />
van deze cijfers zijn drie bronnen gebruikt: een onderzoek<br />
onder professionals die met k<strong>in</strong>deren werken, onder<br />
AMK’s en een onderzoek onder scholieren. Maar: <strong>het</strong><br />
blijven altijd schatt<strong>in</strong>gen. Het werkelijk aantal gevallen<br />
mishandel<strong>in</strong>gen ligt waarschijnlijk hoger dan de cijfers<br />
die hier genoemd worden.<br />
INTERNET<br />
Ten slotte <strong>het</strong> virtuele dome<strong>in</strong>. Jongeren zijn zeer actieve<br />
gebruikers van sociale media en mobiele diensten. Van de<br />
15-25 jarigen maakt 96% dagelijks gebruik van <strong>in</strong>ternet,<br />
vooral via hun smartphone. Onder oudere leeftijdsgroepen<br />
ligt <strong>het</strong> <strong>in</strong>ternetgebruik tien procentpunten lager. Meer<br />
dan 90% is actief op sociale netwerken als Facebook en<br />
Twitter. 17 In 2012 was 12% van de jongeren slachtoffer<br />
van cybercrime, <strong>in</strong> de helft van de gevallen g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> om<br />
hacken, een kwart was slachtoffer van onl<strong>in</strong>e pesten en<br />
ongeveer een kwart slachtoffer van aan/verkoopfraude.<br />
Een kle<strong>in</strong> deel van de gevallen betrof identiteitsfraude. 18<br />
Een onderwerp waar momenteel veel aandacht naar uitgaat,<br />
is sext<strong>in</strong>g. 19 Zo heet <strong>het</strong> (seksueel) get<strong>in</strong>te foto’s en<br />
filmpjes van elkaar maken en deze onderl<strong>in</strong>g uitwisselen<br />
via digitale media. Uit een onderzoek van de Rutgers WPF<br />
blijkt dat 8% van de jongens en 4% van de meisjes ooit<br />
borsten en/of geslachtsdelen heeft laten zien voor de<br />
webcam. Een iets kle<strong>in</strong>er percentage, respectievelijk 6%<br />
en 2% delen weleens een foto of filmpje van een ander. 20<br />
Sext<strong>in</strong>g is op zich niet erg – volgens experts 21 is <strong>het</strong><br />
onderdeel van de gewone seksuele ontwikkel<strong>in</strong>g die een<br />
nieuwe uit<strong>in</strong>gsvorm heeft gekregen – maar kan heel nare<br />
consequenties hebben als de ontvanger de beelden met<br />
anderen deelt die ze op hun beurt ook weer verder verspreiden.<br />
In <strong>het</strong> tweede deel van deze publicatie vertellen<br />
jeugdagenten hoe sext<strong>in</strong>g veel opschudd<strong>in</strong>g kan veroorzaken<br />
en een forse impact op de slachtoffers kan hebben.<br />
Beelden die op <strong>in</strong>ternet circuleren zijn nagenoeg onuitwisbaar,<br />
dus een <strong>in</strong>tiem plaatje kan een slachtoffer nog<br />
heel lang achtervolgen. Bovendien wordt <strong>het</strong> slacht offer<br />
vaak veroordeeld door zijn of haar sociale omgev<strong>in</strong>g en<br />
niet degene die over de schreef is gegaan door de beelden<br />
te versturen. Een aantal Brabantse <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen is daarom<br />
een campagne begonnen om jongeren bewust te maken<br />
van risico’s via de website www.sext<strong>in</strong>gonuitwisbaar.nu<br />
19<br />
Dat de thuisomgev<strong>in</strong>g ook niet altijd<br />
een veilige plek is, blijkt uit<br />
de cijfers over k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />
TABEL 1.3 CLIËNTEN VAN SLACHTOFFERHULP NEDERLAND, TOTAAL EN 12-20 JAAR<br />
cliënten<br />
2011 2012 2013<br />
aantal % aantal % aantal %<br />
aanmeld<strong>in</strong>gen totaal 193.893 100% 220.346 100% 215.866 100%<br />
<strong>in</strong>take totaal 133.271 69% 150.952 69% 164.766 76%<br />
geen vervolghulp 89.292 67% 91.445 61% 93.932 57%<br />
wel vervolghulp 43.979 33% 59.507 39% 71.374 43%<br />
<strong>in</strong>take jongeren 12-20 16.234 12% 21.403 14% 23.860 14%<br />
geen vervolghulp 10.558 65% (8%)* 14.936 70% (10%)* 15.923 67% (10%)*<br />
wel vervolghulp 5.676 35% (4%)* 6.467 30% (4%)* 7.937 33% (5%)*<br />
* Percentage van <strong>in</strong>take totaal<br />
Bron: Slachtofferhulp Nederland
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
TABEL 1.4 SLACHTOFFERS 12-20 JAAR NAAR DELICT<br />
delict<br />
2011 2012 2013<br />
aantal % aantal % aantal %<br />
geweld 66% 64% 61%<br />
licht 1 4.581 - 6.398 - 7.374 -<br />
zwaar 2 6.186 - 7.337 - 7.218 -<br />
zeden 10% 9% 7%<br />
licht 3 469 - 616 - 407 -<br />
zwaar 4 1.106 - 1.379 - 1.291 -<br />
ongevallen 15% 16% 17%<br />
niet dodelijk 2.408 - 3.379 - 4.028 -<br />
dodelijk 83 - 117 - 112 -<br />
vermogen 841 5% 1.522 7% 2.569 11%<br />
nazorg 134 0,8% 187 0,8% 254 1%<br />
maar een afnemend gebruik van de vervolghulp ten<br />
van Slachtofferhulp Nederland zijn deze verschillen niet<br />
vermiss<strong>in</strong>g 0 0% 2 0% 8 0,03%<br />
20 opzichte van 2011 (-2%). In vergelijk<strong>in</strong>g met de totale<br />
zonder meer te duiden. In volgende hoofdstukken en <strong>in</strong><br />
21<br />
discrim<strong>in</strong>atie<br />
stalk<strong>in</strong>g<br />
overig 5 17<br />
70<br />
339<br />
0,1%<br />
0,4%<br />
2%<br />
11<br />
104<br />
351<br />
0,05%<br />
0,4%<br />
2%<br />
20<br />
93<br />
486<br />
0,1%<br />
0,4%<br />
2%<br />
groep aangemelde slachtoffers maken jongeren naar<br />
verhoud<strong>in</strong>g m<strong>in</strong>der gebruik van vervolghulp.<br />
de <strong>in</strong>terviews van deel 2 komt wel een aantal mogelijke<br />
verklar<strong>in</strong>gen aan de orde. Jongeren hebben vaak sterk <strong>het</strong><br />
gevoel dat ze <strong>het</strong> wel voor zichzelf kunnen oplossen. Dat<br />
TOTAAL 16.234 100% 21.403 100% 23.860 100%<br />
DELICTEN<br />
Voor jongeren vormen vooral geweldsdelicten de aanleid<strong>in</strong>g<br />
is de ervar<strong>in</strong>g van professionals die met jongeren werken,<br />
maar dat vertellen ze ook zelf. Daarnaast spelen schuld en<br />
Bron: Slachtofferhulp Nederland<br />
van <strong>het</strong> contact met Slachtofferhulp Nederland, daarna<br />
volgen ongevallen, vermogensdelicten en zedendelicten.<br />
schaamte een rol. Soms hebben ze <strong>het</strong> gevoel dat ze zelf<br />
iets verkeerd hebben gedaan, <strong>in</strong> plaats van dat hun iets is<br />
Vergeleken met <strong>het</strong> totaal aantal aangemelde slachtoffers overkomen, zoals misbruikslachtoffer Marieke vertelt.<br />
1.4 JONGEREN EN SLACHTOFFERHULP<br />
komen jongeren veel vaker bij Slachtofferhulp Nederland Waarschijnlijk zijn ook de onbekendheid met de dienstverlen<strong>in</strong>g<br />
terecht <strong>in</strong> verband met gewelds- en zedenmisdrijven<br />
en verkeersongevallen, en relatief heel we<strong>in</strong>ig voor<br />
van Slachtofferhulp Nederland en <strong>het</strong> imago dat<br />
de organisatie bij jongeren heeft factoren van <strong>in</strong>vloed.<br />
vermogensdelicten. Dat is een opvallend verschil, want<br />
vermogensdelicten vormen voor de algemene groep<br />
slachtoffers de belangrijkste aanleid<strong>in</strong>g (zie grafiek 1.2).<br />
Hoewel jongeren een grotere kans op slachtofferschap<br />
hebben, is de kans dat ze met Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong><br />
contact komen niet evenredig groter. De afgelopen twee<br />
jaar (2012 en 2013) werden er <strong>in</strong> totaal ruim tweehonderdduizend<br />
slachtoffers per jaar aangemeld bij Slachtofferhulp<br />
Nederland; <strong>het</strong> overgrote deel (90%) door de politie. Na<br />
de aanmeld<strong>in</strong>g probeert Slachtofferhulp Nederland altijd<br />
telefonisch contact op te nemen, maar dat lukt niet altijd.<br />
Met 70-75% van de aangemelde personen komt wel<br />
contact tot stand en kan er een <strong>in</strong>take plaatsv<strong>in</strong>den.<br />
1 Mishandel<strong>in</strong>g<br />
2 Zware mishandel<strong>in</strong>g, geweld<br />
dodelijk, bedreig<strong>in</strong>g, overval,<br />
berov<strong>in</strong>g, vrijheidsbenem<strong>in</strong>g<br />
en gijzel<strong>in</strong>g<br />
3 Openbare schennis, zeden<br />
algemeen/overig<br />
4 Aanrand<strong>in</strong>g, verkracht<strong>in</strong>g,<br />
<strong>in</strong>cest, ontucht m<strong>in</strong>derjarige,<br />
vrouwenhandel<br />
5 O.a. zelfdod<strong>in</strong>g, brand,<br />
verdr<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g, arbeidsongeval<br />
HULPAFNAME<br />
In meer dan de helft van de zaken blijft <strong>het</strong> bij een eenmalig<br />
contact. Een kle<strong>in</strong> deel van benaderde slachtoffers slaat<br />
ieder hulpaanbod af, een groot deel heeft genoeg aan<br />
<strong>in</strong>formatie, tips of een doorverwijz<strong>in</strong>g (de categorie ‘geen<br />
vervolghulp’). Het aandeel slachtoffers dat gebruikmaakt<br />
van vervolghulp, dat wil zeggen de juridische en algemene<br />
dienstverlen<strong>in</strong>g van Slachtofferhulp Nederland, <strong>het</strong> casemanagement<br />
en de nazorg bij rampen en calamiteiten, is<br />
ten opzichte van 2011 gestegen met 10%.<br />
Kijken we naar jongeren van 12 tot en met 20 jaar, dan zien<br />
we ook wel een kle<strong>in</strong>e stijg<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> aantal <strong>in</strong>takes (2%),<br />
GRAFIEK 1.2 VERDELING DELICTCATEGORIEËN 12-20-JARIGEN EN TOTAAL<br />
OVERIG<br />
VERMOGEN<br />
VERKEER<br />
ZEDEN<br />
GEWELD<br />
0% 18% 35% 53% 70%<br />
Bron: Slachtofferhulp Nederland<br />
Jongeren komen gemiddeld meer <strong>in</strong> beeld bij<br />
Slachtofferhulp Nederland voor verkeersongevallen,<br />
zeden- en bovenal geweldsdelicten. Ze zijn bovendien<br />
m<strong>in</strong>der geneigd om (vervolg)hulp te aanvaarden. Uit algemene<br />
slachtofferstatistieken en de hulpverlen<strong>in</strong>gscijfers<br />
TOTAAL<br />
12-20<br />
In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk beg<strong>in</strong>nen we met een nadere<br />
verkenn<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong>. ‘Wij zijn ons bre<strong>in</strong>’, stelt<br />
Swaab. Dat is een wel heel determ<strong>in</strong>istische opvatt<strong>in</strong>g,<br />
maar feit is dat de kwetsbaarheid van jongeren voor<br />
slachtofferschap samenhangt met allerlei ontwikkel<strong>in</strong>gsprocessen<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> bre<strong>in</strong>.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
2 Het puberbre<strong>in</strong><br />
en pubergedrag<br />
Een biologisch perspectief<br />
Puberteit is als verhuizen: <strong>het</strong> is een pu<strong>in</strong>hoop, maar <strong>het</strong> is<br />
slechts tijdelijk. Zo karakteriseert de Amerikaanse acteur<br />
en met <strong>het</strong> 16e jaar. Het begrip adolescentie slaat op de<br />
hele overgangsperiode van k<strong>in</strong>d naar volwassenheid.<br />
verwerven, oude banden (met ouders) losser maken en<br />
nieuwe banden aangaan met leeftijdsgenoten, potentiële<br />
partners en andere <strong>in</strong>dividuen die van belang zijn voor<br />
hun toekomst. Het is een periode die bol staat van groei<br />
en potentie, maar waaraan ook risico’s zijn verbonden. 25<br />
Want al verkeren adolescenten <strong>in</strong> de beste fysieke conditie<br />
van hun leven, hun sterftecijfer is twee à drie keer hoger<br />
dan bij k<strong>in</strong>deren. Die sterfte is dan ook voornamelijk te<br />
wijten aan vermijdbare doodsoorzaken, zoals verkeersongelukken,<br />
rijden onder <strong>in</strong>vloed, risicovol gedrag. 26<br />
In dit hoofdstuk beg<strong>in</strong>nen we bij de hormonale verander<strong>in</strong>gen<br />
die de motor vormen van allerlei <strong>in</strong>grijpende<br />
lichamelijke verander<strong>in</strong>gen en daarmee samenhangend<br />
gedrag. Vervolgens kijken we naar ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de<br />
hersenen en hoe die tot uitdrukk<strong>in</strong>g komen op cognitief,<br />
emotioneel en sociaal gebied. Ten slotte leggen we vanuit<br />
De puberteit komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> lichamelijke verander<strong>in</strong>gen<br />
en <strong>in</strong> gedrag. Hormonen spelen een cruciale rol <strong>in</strong><br />
dit proces. In de eerste plaats natuurlijk de hormonen die<br />
de rijp<strong>in</strong>g van de geslachtsorganen <strong>in</strong> gang zetten.<br />
Het proces beg<strong>in</strong>t wanneer de hypothalamus, <strong>het</strong> hormonale<br />
regelcentrum <strong>in</strong> de hersenen, de aanmaak van een<br />
bepaalde stof (Gonadotrop<strong>in</strong>-releas<strong>in</strong>g hormone) fl<strong>in</strong>k<br />
opvoert. Dit activeert op zijn beurt de hypofyse om<br />
geslachtshormonen, waaronder testosteron, aan te maken.<br />
Zo beg<strong>in</strong>t de productie van zaad- en eicellen bij jongens<br />
en meisjes. In <strong>het</strong> verlengde daarvan v<strong>in</strong>den er andere<br />
fysieke verander<strong>in</strong>gen plaats, zoals de groei van schaamhaar,<br />
borsten, en andere typische mannelijke en vrouwelijke<br />
lichaamskenmerken. Hormonen hebben ook direct<br />
<strong>in</strong>vloed op gedrag. Zo is er een duidelijk verband tussen<br />
testosteron en agressie en de neig<strong>in</strong>g om risico’s te nemen.<br />
Ook de productie van en gevoeligheid voor andere<br />
hormonen verandert. Pubers maken bijvoorbeeld m<strong>in</strong>der<br />
melaton<strong>in</strong>e aan omdat die stof de geslachtsrijp<strong>in</strong>g afremt.<br />
Het neveneffect is een verstoord slaapritme, juist <strong>in</strong> een<br />
periode dat jongeren heel veel slaap nodig hebben. Ze<br />
zitten als <strong>het</strong> ware <strong>in</strong> een cont<strong>in</strong>ue jetlag. 27 In de puberteit<br />
neemt ook de activiteit toe van hersendelen die reageren<br />
op dopam<strong>in</strong>e, een stof die een belangrijke functie vervult<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> belon<strong>in</strong>gssysteem. Dopam<strong>in</strong>e staat ook wel bekend<br />
als een van de gelukshormonen en komt vrij bij stimulerende<br />
en prettige ervar<strong>in</strong>gen. Het verklaart mede waarom<br />
jongeren sterk de neig<strong>in</strong>g hebben op zoek te gaan naar<br />
zulke ‘kicks’ <strong>in</strong> de vorm van spannende, opw<strong>in</strong>dende en<br />
vaak ook risicovolle situaties of gedrag<strong>in</strong>gen. En waarom<br />
zij ook gevoelig zijn voor verslav<strong>in</strong>gen.<br />
22<br />
Warren Thomas deze woelige periode <strong>in</strong> <strong>het</strong> mensenleven.<br />
Misschien ervaren pubers <strong>het</strong> zelf zo niet, hun ouders,<br />
docenten en andere volwassenen <strong>in</strong> ieder geval wel.<br />
Deze wordt bereikt ergens halverwege de tw<strong>in</strong>tig<br />
wanneer de ontwikkel<strong>in</strong>g van de hersenen is voltooid.<br />
Neuropsycholoog Jelle Jolles vergelijkt deze periode met<br />
deze kennis een verband met <strong>het</strong> verhoogde risico van<br />
jongeren voor slachtofferschap.<br />
Behalve een tijdelijke, activerende werk<strong>in</strong>g hebben<br />
hormonen ook een organiserende werk<strong>in</strong>g. Vooral op<br />
de hersenen, een orgaan dat uitermate gevoelig is voor<br />
23<br />
‘Onze jeugd heeft tegenwoordig een sterke hang naar de metamorfose van een rups tot vl<strong>in</strong>der. ‘Het k<strong>in</strong>d wordt<br />
dergelijke chemische boodschappen. Onder <strong>in</strong>vloed van<br />
luxe, heeft slechte manieren, m<strong>in</strong>acht<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> gezag adolescent en de adolescent wordt volwassen; <strong>het</strong> ‘verbre<strong>in</strong>t’.<br />
2.2 HORMONEN<br />
hormonen ontwikkelen zich permanente hersenstructuren<br />
en geen eerbied voor ouderen. Ze geven de voorkeur aan<br />
Het begrip ‘verbre<strong>in</strong>en’ duidt aan dat de verhou-<br />
die op hun beurt gedrag organiseren.<br />
kletspraatjes <strong>in</strong> plaats van schol<strong>in</strong>g (…) Jonge mensen d<strong>in</strong>g tussen k<strong>in</strong>d en adolescent dezelfde is als die van een<br />
staan niet meer op als een oudere de kamer b<strong>in</strong>nenkomt. larve en pop. De laatste moet – letterlijk – nog verpoppen<br />
Ze spreken hun ouders tegen, houden hun mond niet <strong>in</strong> om zich tot vl<strong>in</strong>der te ontwikkelen. Analoog moet de<br />
2.3 HERSENEN<br />
gezelschap (...) en tiranniseren hun leraren.’ Dit 2500 jaar adolescent verbre<strong>in</strong>en tot volwassene. Het is niet zomaar<br />
oude citaat van de Griekse wijsgeer Socrates heeft nagenoeg<br />
een ‘jonge volwassene’. Maar ook niet een oud k<strong>in</strong>d. Het is<br />
niets aan actualiteit <strong>in</strong>geboet. Het illustreert dat een tussenvorm tussen k<strong>in</strong>d en volwassene <strong>in</strong>, en <strong>het</strong> zijn<br />
puberaal gedrag van alle tijden is – net als de ergernis zowel biologische factoren als de omgev<strong>in</strong>g die bepalen<br />
van volwassen erover. 23<br />
hoe efficiënt <strong>het</strong> proces van verbre<strong>in</strong>en verloopt.’ 24<br />
2.1 INLEIDING<br />
Aan <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> van dit hoofdstuk is <strong>het</strong> goed om onderscheid<br />
te maken tussen de begrippen puberteit en adolescentie.<br />
Puberteit duidt op de ontwikkel<strong>in</strong>g van de<br />
geslachtsrijpheid bij k<strong>in</strong>deren, ruwweg vanaf <strong>het</strong> 12e tot<br />
Behalve als een fase van <strong>in</strong>grijpende lichamelijke, emotionele,<br />
cognitieve en gedragsverander<strong>in</strong>gen kan de adolescentie<br />
ook worden opgevat als een periode waar<strong>in</strong> een<br />
aantal belangrijke ontwikkel<strong>in</strong>gstaken moeten worden<br />
uitgevoerd. Jongeren moeten zich de competenties eigen<br />
maken waarmee ze hun rol als volwassene kunnen vervullen.<br />
Ze moeten een zekere mate van autonomie<br />
Hersenontwikkel<strong>in</strong>g is niet alleen een kwestie van groei <strong>in</strong><br />
omvang, maar vooral een kwestie van de aanleg van<br />
verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen en gespecialiseerde structuren. In de eerste<br />
levensfase is er een overproductie van grijze cellen (neuronen),<br />
die verantwoordelijk zijn voor <strong>het</strong> verwerken van<br />
<strong>in</strong>formatie. De productie van witte cellen (axonen), die<br />
zorgen voor de communicatie tussen de neuronen blijft<br />
daarbij achter. Gevolg is dat de hersenen m<strong>in</strong>der efficiënt<br />
werken. Pas wanneer de grijze stof weer afneemt, gaat <strong>het</strong><br />
aanleggen van verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen en daarmee <strong>het</strong> specialiseren<br />
van hersengebieden beter. 28 Er v<strong>in</strong>dt tegelijkertijd een<br />
snoeiproces plaats; sterke en veel gebruikte verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
De puberteit komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g<br />
<strong>in</strong> lichamelijke verander<strong>in</strong>gen<br />
en <strong>in</strong> gedrag<br />
worden sterker en zwakkere of ongebruikte verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen<br />
verdwijnen. 29 Dan gaat <strong>het</strong> bijvoorbeeld over gebieden<br />
als, of verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen met:<br />
n de amygdala, deze speelt een belangrijke rol bij primaire<br />
(onwillekeurige, directe) emoties op prikkels;<br />
n de nucleus accumbens <strong>in</strong> de basale ganglia, ook wel<br />
<strong>het</strong> pleziercentrum genoemd en zeer gevoelig voor<br />
belon<strong>in</strong>g;<br />
n de prefrontale cortex die de cognitieve vermogens<br />
regelt, zoals <strong>het</strong> tijdelijk opslaan van <strong>in</strong>formatie <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
werkgeheugen, <strong>het</strong> manipuleren van <strong>in</strong>formatie (bv.<br />
probleem oplossen), beoordel<strong>in</strong>gsvermogen, de impulscontrole<br />
(ook wel <strong>in</strong>hibitie genoemd), plannen en <strong>het</strong><br />
kunnen aanpassen van gedrag aan nieuwe <strong>in</strong>formatie;<br />
n orbitofrontale cortex: <strong>het</strong> verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gscentrum met de<br />
limbische hersenen (primair reageren op belon<strong>in</strong>g en<br />
straf), de sensomotorische cortex (‘bewustzijn’ van <strong>het</strong><br />
lichaam en aanstur<strong>in</strong>g van beweg<strong>in</strong>g) en laterale frontale<br />
cortex (aansturen van bewuste handel<strong>in</strong>gen). Hier<br />
komen cognitie en emotie samen, <strong>het</strong> is <strong>het</strong> raakvlak<br />
tussen gecontroleerd gedrag en onwillekeurig gedrag.<br />
Een tijdlang is <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong> beschouwd als een gemankeerd<br />
volwassenenbre<strong>in</strong>, waarbij met name de late ontwikkel<strong>in</strong>g<br />
van de prefrontale cortex de oorzaak zou zijn van<br />
typisch pubergedrag als impulsief en risicovol handelen,<br />
gevoeligheid voor verslav<strong>in</strong>gen, slecht kunnen plannen<br />
en snel afgeleid zijn. Maar de werkelijkheid ligt veel ge -<br />
nuanceerder, zo heeft hersenonderzoek met behulp van<br />
onder meer MRI- en fMRI-scans uitgewezen.<br />
2.4 GEDRAG<br />
De ontwikkel<strong>in</strong>g en activiteit van en de communicatie<br />
tussen de verschillende hersenengebieden lopen <strong>in</strong><br />
adolescentie niet netjes synchroon. Dat komt op verschillende<br />
manieren tot uitdrukk<strong>in</strong>g 30 :<br />
n Omdat de verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen tussen hersendelen nog <strong>in</strong><br />
aanbouw zijn, verloopt de <strong>in</strong>formatieoverdracht <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
bre<strong>in</strong> m<strong>in</strong>der snel en m<strong>in</strong>der rout<strong>in</strong>eus. Nelis en Van<br />
Sark, auteurs van Het puberende bre<strong>in</strong> b<strong>in</strong>nenstebuiten,<br />
gebruiken de metafoor van kronkelpaadjes die alleen<br />
te voet begaanbaar zijn en moeten uitgroeien tot<br />
snel wegen die grote hoeveelheden verkeer op hoge<br />
snelheid kunnen verwerken. Daarom hebben pubers<br />
meer moeite met complexe taken als overzicht houden<br />
en concentreren. Dat wil niet zeggen dat ze <strong>het</strong> niet<br />
kunnen. Het voordeel is dat ze m<strong>in</strong>der vastgeroest zitten<br />
<strong>in</strong> vaste denkpatronen – de automatische piloot die bij<br />
volwassen denken heel prom<strong>in</strong>ent is – en veel creatiever<br />
zijn <strong>in</strong> hun denken.<br />
n De prefrontale cortex van een puber gedraagt zich grillig<br />
en dat heeft weer sterke wissel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> gedrag en<br />
mogelijkheden tot gevolg. Nu eens hebben emotionele<br />
hersengebieden de overhand, dan weer de rationele. In<br />
pr<strong>in</strong>cipe kunnen pubers complexe taken net zo goed<br />
volbrengen als volwassenen, maar dat is sterk afhankelijk<br />
van hun motivatie (is er bijvoorbeeld een belon<strong>in</strong>g)<br />
en hun omgev<strong>in</strong>g (die zowel afleid<strong>in</strong>g als bevestig<strong>in</strong>g<br />
kan bieden).<br />
n De amygdala is zeer actief en gevoelig <strong>in</strong> de puberjaren.<br />
Dit <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met de overvloedige aanwezigheid<br />
van bepaalde hormonen en <strong>het</strong> feit dat de remmende<br />
<strong>in</strong>vloed van de prefrontale cortex nog niet optimaal is,<br />
leidt tot grote stemm<strong>in</strong>gswissel<strong>in</strong>gen. ‘In een seconde<br />
van huiskat naar tijger’, zo beschreef een van de geïnterviewde<br />
jongeren uit deel 2 de heftige omslag <strong>in</strong> haar<br />
emoties. Voor veel opvoeders zal dit een uitermate<br />
herkenbaar beeld zijn. Daarnaast is hun impulscontrole<br />
lager dan die van volwassenen, ze zijn m<strong>in</strong>der gevoelig<br />
voor signalen die risico’s aanduiden en juist heel<br />
gevoelig voor belon<strong>in</strong>gen en avontuur.<br />
n De puberteit is de fase waar<strong>in</strong> k<strong>in</strong>deren zich gaan afzetten<br />
tegen hun ouders en zich sterk gaan richten op leeftijdsgenoten.<br />
Daar zit evolutionaire logica achter: <strong>het</strong><br />
verkle<strong>in</strong>t de kans op voortplant<strong>in</strong>g <strong>in</strong> eigen kr<strong>in</strong>g en<br />
daarmee <strong>het</strong> risico op erfelijke afwijk<strong>in</strong>gen. 31 De oriëntatie<br />
van hun sociale bre<strong>in</strong> verschuift dus van ouders/<br />
opvoeders naar peers en reageert sterker op belon<strong>in</strong>gen<br />
of bedreig<strong>in</strong>gen die zich <strong>in</strong> deze context voordoen:<br />
bewonderd, geaccepteerd of juist afgewezen worden.<br />
Als jongeren weten (of denken) dat vrienden meekijken,<br />
zijn ze <strong>in</strong> wetenschappelijke spelexperimenten bereid<br />
om meer risico’s te nemen. In wetenschappelijke studies<br />
worden dergelijke affectief-emotioneel geladen situaties<br />
een ‘hot context’ genoemd. In die situaties wegen<br />
jongeren hun besliss<strong>in</strong>gen op een andere manier af dan<br />
<strong>in</strong> een neutrale of ‘koele’ context. In <strong>het</strong> laatste geval<br />
maken ze meer gebruik van hun cognitieve vermogens<br />
en is hun besliss<strong>in</strong>gsproces meer gelijk aan dat van volwassenen.<br />
Dit illustreert dat <strong>het</strong>geen <strong>in</strong> de hersenen<br />
gebeurt geen op zichzelf staande processen zijn, maar<br />
dat bre<strong>in</strong> en sociale omgev<strong>in</strong>g elkaar steeds beïnvloeden.<br />
32 Daarnaast hebben wetenschappers ontdekt dat<br />
<strong>het</strong> aflezen van emoties bij jongeren anders gebeurt<br />
dan bij volwassenen. Ze reageren heftiger op negatieve<br />
en blije gezichtsuitdrukk<strong>in</strong>gen en duiden angstige<br />
expressies eerder aan als boosheid dan als angst. Tussen<br />
de 12 en 14 jaar neemt <strong>het</strong> vermogen om signalen van<br />
woede en verdriet te herkennen zelfs af, maar rond hun<br />
17e jaar is dat weer bijgetrokken. Vanaf hun 12e zijn ze<br />
wel steeds beter <strong>in</strong> staat <strong>het</strong> perspectief van anderen<br />
aan te nemen en door de bril van een ander naar zichzelf<br />
te kijken.<br />
24 25<br />
In deze paragraaf hebben we globaal een aantal ontwikkel<strong>in</strong>gen<br />
<strong>in</strong> de hersenen van jongeren beschreven.<br />
Jongeren doorlopen dit proces niet op dezelfde manier of<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong>zelfde tempo. Iedere jongere is immers uniek, met<br />
unieke genetische en fysieke kenmerken en opgroeiend <strong>in</strong><br />
zijn eigen, steeds weer veranderende sociale omgev<strong>in</strong>g.<br />
2.5 TOT BESLUIT<br />
Het gedrag van pubers is veel meer dan <strong>het</strong> resultaat van<br />
allerlei biologische ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> bre<strong>in</strong>. Er v<strong>in</strong>dt<br />
voortdurend en op een complexe wijze beïnvloed<strong>in</strong>g plaats<br />
tussen biologische en sociale factoren. Dat gebeurt op zo’n<br />
manier dat ze <strong>in</strong>derdaad kwetsbaarder zijn voor bepaalde<br />
problemen, zoals verslav<strong>in</strong>g. Ze zijn veel gevoeliger voor
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
belon<strong>in</strong>g op korte termijn en besteden m<strong>in</strong>der aandacht<br />
aan de consequenties van hun keuzes. Ze zijn ook zeer<br />
gericht op sociale omgev<strong>in</strong>g en dan vooral leeftijdsgenoten.<br />
Ergens bij horen en status <strong>in</strong> een groep zijn belangrijk<br />
voor jonge adolescenten. Dit samenspel van verschillende<br />
factoren leidt tot keuzes <strong>in</strong> gedrag die nadelige consequenties<br />
kunnen hebben voor henzelf en anderen.<br />
De andere kant van de medaille is dat pubers <strong>in</strong> deze fase<br />
heel goed <strong>in</strong>gesteld zijn op leren (vooral op <strong>het</strong> sociaalemotionele<br />
vlak) en heel flexibel zijn. Daardoor zijn ze <strong>in</strong><br />
staat zich aan te passen aan verander<strong>in</strong>gen die <strong>het</strong> volwassen<br />
worden <strong>in</strong>leiden. Als ze niet zo gemakkelijk risico’s<br />
zouden nemen, zouden ze <strong>het</strong> veilige nest niet durven<br />
verlaten, moeilijk nieuwe relaties aangaan en m<strong>in</strong>der<br />
<strong>in</strong>gesteld zijn op <strong>het</strong> ontdekken van nieuwe d<strong>in</strong>gen.<br />
wassenenbre<strong>in</strong> dat nog niet klaar is; <strong>het</strong> zijn creatieve<br />
<strong>in</strong>novatie- en leermach<strong>in</strong>es’, concludeert Van H<strong>in</strong>tum. 33<br />
In plaats van de puberteit en adolescentie als een voornamelijk<br />
problematische fase <strong>in</strong> <strong>het</strong> mensenleven te<br />
beschouwen, een verraderlijke h<strong>in</strong>dernis die nu eenmaal<br />
moet worden genomen, doet <strong>het</strong> jongeren meer recht om<br />
deze periode te beschouwen als een fase van groei, kansen,<br />
uitdag<strong>in</strong>gen en flexibiliteit. De grote meerderheid<br />
komt uite<strong>in</strong>delijk dan ook zonder grote of blijvende kleerscheuren<br />
door deze periode heen. 2<br />
3 Jongeren, victimisatie,<br />
identiteit en peers<br />
Een sociocultureel perspectief<br />
Er valt <strong>in</strong> een hoofdstuk van enkele pag<strong>in</strong>a’s nauwelijks<br />
recht te doen aan de complexiteit van de materie zoals<br />
hier beschreven en de vele wetenschappelijke studies en<br />
26<br />
Het onderzoekende, nieuwsgierige en grensverleggende<br />
gedrag waardoor ze soms <strong>in</strong> zeven sloten tegelijk lopen is<br />
nodig om zich hun toekomstige rol als volwassene goed<br />
eigen te kunnen maken. ‘Als jongeren ergens hun z<strong>in</strong>nen<br />
op hebben gezet en dus een sterke <strong>in</strong>tr<strong>in</strong>sieke motivatie<br />
hebben, dan kunnen ze net zo goed complexe taken vervullen<br />
als volwassenen en met net zo veel volhard<strong>in</strong>g en<br />
concentratie. Puberhersenen zijn dus niet zozeer een volhandboeken<br />
die erover zijn geschreven. We hebben een<br />
aantal onderwerpen voor <strong>het</strong> voetlicht gebracht die goed<br />
zijn om <strong>in</strong> <strong>het</strong> achterhoofd te houden wanneer we jongeren<br />
proberen te bereiken en hen te ondersteunen bij de<br />
juridische en psychosociale gevolgen van slachtofferschap.<br />
In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk verleggen we de focus<br />
naar een onderwerp dat hier al even aan de orde is gekomen:<br />
de betekenis van leeftijdsgenoten voor jongeren.<br />
De sociologische en daaraan verwante discipl<strong>in</strong>es als<br />
crim<strong>in</strong>ologie en victimologie bieden <strong>in</strong>teressante aanknop<strong>in</strong>gspunten<br />
om te verklaren waarom jongeren zoveel<br />
kwetsbaarder zijn voor crim<strong>in</strong>aliteit, welke betekenis aan<br />
slachtofferschap wordt gegeven door jongeren zelf en<br />
hoe de samenlev<strong>in</strong>g omgaat met jonge slachtoffers. In dit<br />
hoofdstuk bespreken we kort een aantal theorieën over<br />
risico’s die leiden tot een verhoogde kans op slachtofferschap,<br />
vervolgens besteden we aandacht aan enkele<br />
ideeën over jongerencultuur en de <strong>in</strong>vloed van leeftijdsgenoten,<br />
drijf als gevolg van zijn leefstijl. De plaatsen waar iemand<br />
zich begeeft, de d<strong>in</strong>gen die hij daar doet, <strong>het</strong> tijdstip<br />
waarop die handel<strong>in</strong>gen plaatsv<strong>in</strong>den en de mensen met<br />
wie hij <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g komt, hangen sterk samen met<br />
iemands leefstijl.<br />
Leefstijl is een samenspel van verschillende factoren waaronder<br />
demografische kenmerken zoals leeftijd, geslacht<br />
en burgerlijke staat; sociaaleconomische karakteristieken<br />
als opleid<strong>in</strong>g, werkkr<strong>in</strong>g en woonsituatie en variabelen als<br />
sociale relaties (vriendenkr<strong>in</strong>g), vrijetijdsbested<strong>in</strong>g en con-<br />
27<br />
om te besluiten met maatschappelijke beelden sumptiegedrag van alcohol en/of andere middelen. Met<br />
over jongeren en slachtofferschap.<br />
andere woorden: leefstijlen geven verschillen weer <strong>in</strong> de<br />
Als ze niet zo gemakkelijk<br />
relatie die mensen hebben met sociale <strong>in</strong>stituties, zoals<br />
familie en economie, en <strong>in</strong> de sociale rollen die zij vervullen.<br />
3.1 LIFESTYLE EXPOSURE- EN ROUTINE Een bepaalde levensstijl verhoogt de kans op slachtofferschap<br />
vanwege de hogere blootstell<strong>in</strong>g aan potentiële<br />
risico’s zouden nemen, zouden ze<br />
ACTIVITY-THEORIE<br />
daders, en situaties dan wel plaatsen waar crim<strong>in</strong>aliteit<br />
zich concentreert. 36 Voor de hand liggende voorbeelden<br />
<strong>het</strong> veilige nest niet durven verlaten<br />
LIFESTYLE EXPOSURE-THEORIE<br />
zijn veel uitgaan, deel uitmaken van een groep hangjongeren<br />
De lifestyle exposure-theorie 35 zoekt een verklar<strong>in</strong>g voor<br />
slachtofferschap <strong>in</strong> de kenmerken en <strong>het</strong> gedrag van <strong>het</strong><br />
slachtoffer en <strong>in</strong> diens relatie tot de dader. Deze theorie<br />
beschouwt <strong>het</strong> slachtoffer als een ‘katalysator’ van <strong>het</strong> mis-<br />
en voetbalwedstrijden bezoeken. Maar ook<br />
iemands beroep kan een grote rol spelen; denk bijvoorbeeld<br />
aan politieagenten, tre<strong>in</strong>conducteurs, ambulancepersoneel<br />
en prostituees.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
Er is nogal wat kritiek geweest op deze theorie. Bepaalde<br />
auteurs zien leefstijl als <strong>het</strong> resultaat van persoonlijke keuzes<br />
van <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu. Dat maakt die persoon althans voor een<br />
deel zelf verantwoordelijk voor de gevolgen van zijn keuzes,<br />
dus ook eventueel slachtofferschap. Hij heeft zich immers,<br />
soms uit onwetendheid of ondoordachtheid, maar soms<br />
ook weloverwogen blootgesteld aan gevaar. Had hij andere<br />
keuzes gemaakt, dan was hem veel leed bespaard gebleven.<br />
De kritiek is dan ook dat deze theorie een vorm van victim<br />
blam<strong>in</strong>g <strong>in</strong>houdt. Aan de andere kant biedt <strong>het</strong> (potentiële)<br />
slachtoffers ook een handel<strong>in</strong>gsperspectief: door hun<br />
gedrag te veranderen kunnen ze risico’s verm<strong>in</strong>deren.<br />
Volgen we de lijn van de lifestyle exposure-theorie, dan is<br />
<strong>het</strong> niet moeilijk te verklaren waarom jongeren een<br />
hogere kans op slachtofferschap hebben. Zij brengen veel<br />
n De mate waar<strong>in</strong> iemand <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g kan komen met<br />
potentiële daders. Nemen we jongeren als voorbeeld,<br />
dan zijn er diverse activiteiten waar de kans op contact<br />
met potentiële daders relatief hoog is, zoals: uitgaan, lid<br />
zijn van een hanggroep en naar school gaan.<br />
n De nabijheid tot risicogebieden waar veel potentiële<br />
grote bl<strong>in</strong>de vlek. In geval van andere veel voorkomende<br />
vormen van slachtofferschap onder k<strong>in</strong>deren en jongeren<br />
− zoals huiselijk geweld en seksueel misbruik − schiet<br />
deze theorie tekort. 38 Daarnaast blijft ook <strong>in</strong> deze theorie<br />
de dader grotendeels buiten de analyse.<br />
28 De theorieën vanuit lifestyle exposure en rout<strong>in</strong>e activity<br />
zijn nauw aan elkaar verwant. Het belangrijkste verschil<br />
zit hem <strong>in</strong> <strong>het</strong> perspectief. De eerste theorie focust op<br />
vermeende keuzes van <strong>het</strong> slachtoffer en bij de rout<strong>in</strong>e<br />
activity-theorie wordt <strong>het</strong> meeste gewicht <strong>in</strong> de schaal<br />
gelegd door de afwezigheid van adequate beschermende<br />
structuren, mechanismen of personen die een potentiële<br />
dader <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen of op een specifiek moment weerhouden<br />
van zijn daad. Zoals <strong>het</strong> spreekwoord al zegt:<br />
de gelegenheid maakt de dief.<br />
29<br />
tijd door op plaatsen waar veel mogelijke daders zijn en<br />
waar crim<strong>in</strong>aliteit bovengemiddeld voorkomt. Het hoort<br />
bij hun leeftijd om op zoek te gaan naar spann<strong>in</strong>g en sensatie.<br />
Maar <strong>in</strong> hoeverre maken ze daar<strong>in</strong> bewuste of rationele<br />
keuzes? Overwegen jongeren <strong>het</strong> risico op slachtofferschap<br />
bij de activiteiten die ze ondernemen en de<br />
sociale situaties waar<strong>in</strong> ze zich begeven? In <strong>het</strong> vorige<br />
hoofdstuk hebben we gezien dat besliss<strong>in</strong>gsprocessen<br />
van jongeren anders verlopen dan van volwassenen als<br />
gevolg van <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsproces <strong>in</strong> de hersenen.<br />
Emoties hebben meer en sneller de overhand dan de ratio.<br />
Ze zijn meer gericht op belon<strong>in</strong>g op korte termijn en m<strong>in</strong>der<br />
gevoelig voor signalen van gevaar en consequenties<br />
op lange termijn. Bovendien, nogal wat levensomstandigheden<br />
en activiteiten van jongeren zijn niet bepaald gebaseerd<br />
op (al of niet rationele) keuzes. Zoals de gez<strong>in</strong>ssituatie,<br />
<strong>het</strong> feit dat ze tot hun 18e naar school moeten en<br />
eventuele psychische of gedragsstoornissen. De vraag is of<br />
crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap niet veel beter verklaard<br />
zouden kunnen worden uit keuzes die de dader maakt.<br />
ROUTINE ACTIVITY-THEORIE<br />
Deze theorie zoekt naar dezelfde soort verbanden als de<br />
lifestyle exposure-theorie, maar kiest een ander perspectief.<br />
De grondleggers van deze theorie, de Amerikaanse crim<strong>in</strong>ologen<br />
Cohen en Felson, def<strong>in</strong>iëren drie noodzakelijke<br />
‘<strong>in</strong>grediënten’ voor <strong>het</strong> voltrekken van een misdrijf: een<br />
gemotiveerde dader, een geschikt slachtoffer en de afwezigheid<br />
van adequate bescherm<strong>in</strong>g (oftewel: gelegenheid).<br />
De theorie verklaart de toename van crim<strong>in</strong>aliteit<br />
<strong>in</strong> de periode na de Tweede Wereldoorlog uit <strong>het</strong> feit dat<br />
veranderende sociale structuren en levenspatronen de<br />
‘geschiktheid’ van mensen als doelwit hebben vergroot en<br />
de mogelijkheden voor adequate bescherm<strong>in</strong>g hebben<br />
verm<strong>in</strong>derd. Het afkalven van gedeelde religieuze waarden,<br />
verander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de gez<strong>in</strong>ssamenstell<strong>in</strong>g, <strong>het</strong> verdwijnen<br />
van de sociale samenhang <strong>in</strong> wijken, <strong>het</strong> handhav<strong>in</strong>gstekort<br />
van politie zijn verander<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> dit plaatje<br />
passen. Om een concreet voorbeeld te geven: dat vrouwen<br />
steeds meer buitenshuis zijn gaan studeren en werken,<br />
heeft geleid tot een toename van zowel <strong>het</strong> aantal<br />
<strong>in</strong>braken als een toename van predatory crimes (bv. overvallen<br />
en zedendelicten), concludeerden de auteurs na<br />
bestuder<strong>in</strong>g van de crim<strong>in</strong>aliteitsstatistieken. M<strong>in</strong>der aanwezigheid<br />
van een volwassene <strong>in</strong> <strong>het</strong> huishouden betekent<br />
m<strong>in</strong>der bescherm<strong>in</strong>g en dus meer gelegenheid voor<br />
<strong>in</strong>brekers. Tegelijkertijd lopen vrouwen buitenshuis meer<br />
risico om potentiële daders tegen te komen en zich op<br />
plekken te begeven waar adequate bescherm<strong>in</strong>g<br />
ontbreekt. 37<br />
Op een kle<strong>in</strong>ere schaal kan de rout<strong>in</strong>e activity-theorie aanknop<strong>in</strong>gspunten<br />
bieden voor <strong>in</strong>dividuele kwetsbaarheid<br />
van bepaalde personen voor bepaalde vormen van crim<strong>in</strong>aliteit.<br />
Het gaat dan om rout<strong>in</strong>ematige activiteiten (bv.<br />
naar school gaan, werken of ontspannen) <strong>in</strong> relatie tot vier<br />
criteria:<br />
De vraag is of crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap<br />
niet veel beter verklaard zouden kunnen worden<br />
uit keuzes die de dader maakt<br />
daders en/of veel potentiële slachtoffers zijn. Denk bijvoorbeeld<br />
aan grootschalige onderwijs<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen, uitgaansgebieden,<br />
maar ook wonen <strong>in</strong> of bij een<br />
achterstandswijk.<br />
n De mate waar<strong>in</strong> een persoon een aantrekkelijk doelwit<br />
is, vanwege bepaalde fysieke kenmerken en/of omdat<br />
hij <strong>in</strong> <strong>het</strong> bezit is van waardevolle, zichtbare, draagbare<br />
of verplaatsbare spullen, zoals een mobiele telefoon,<br />
tablet of scooter.<br />
n Het gebrek aan adequate bescherm<strong>in</strong>g, zoals <strong>het</strong> ontbreken<br />
van toezicht door volwassenen en wonen/werken<br />
<strong>in</strong> een omgev<strong>in</strong>g die slecht is beveiligd. Denk<br />
bijvoorbeeld aan een studentenhuis en <strong>het</strong> rondbrengen<br />
van pizza’s.<br />
Critici stellen dat de rout<strong>in</strong>e activity-theorie vooral verklarende<br />
waarde heeft met betrekk<strong>in</strong>g tot bepaalde vermogens-<br />
en geweldsdelicten en ‘straatcrim<strong>in</strong>aliteit’. Ze kan<br />
deels verklaren waarom jongeren kwetsbaar zijn voor<br />
bepaalde vormen van slachtofferschap, maar er is ook een<br />
3.2 SLACHTOFFER-DADER CONGRUENTIE<br />
David F<strong>in</strong>kelhor, een vooraanstaande Amerikaanse onderzoeker<br />
op <strong>het</strong> gebied van slachtofferschap onder k<strong>in</strong>deren<br />
en jongeren heeft <strong>in</strong> reactie op beide theorieën en hun<br />
beperk<strong>in</strong>gen een denkmodel ontwikkeld dat hij target<br />
congruence noemt. In <strong>het</strong> Nederlands laat zich dat ver talen<br />
als ‘doelwitcongruentie’, een term die enige uitleg vergt.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
F<strong>in</strong>kelhor beaamt dat bepaalde kenmerken van <strong>in</strong>dividuen<br />
<strong>het</strong> risico op slachtofferschap verhogen. Maar deze<br />
kenmerken leveren niet altijd en <strong>in</strong> elke situatie gevaar op,<br />
alleen daar waar zij als <strong>het</strong> ware een klik maken met iets <strong>in</strong><br />
gevaarlijke <strong>in</strong>dividuen – potentiële daders.<br />
Dat ‘iets’ kan bestaan uit bepaalde behoeften, motieven<br />
en/of psychologische kwetsbaarheden van de dader <strong>in</strong><br />
kwestie. Dus omdat bepaalde typen daders worden<br />
aangetrokken tot een bepaald type slachtoffer, of een<br />
bepaald type kenmerk(en) van slachtoffers, zijn die slachtoffers<br />
kwetsbaarder. Zo vermijdt F<strong>in</strong>kelhor de valkuil van<br />
victim blam<strong>in</strong>g. Wat de Amerikaanse victimoloog probeert<br />
te beschrijven laat zich misschien nog <strong>het</strong> best vergelijken<br />
met een gevaarlijke scheikundige reactie die alleen dan<br />
optreedt als er bepaalde stoffen <strong>in</strong> een bepaalde verhoud<strong>in</strong>g<br />
bij elkaar komen, en anders niet.<br />
schoolple<strong>in</strong> voortdurend moet bewijzen hoe stoer hij<br />
wel niet is, zijn de karakteristieken van <strong>het</strong> ‘watje’ van de<br />
klas congruent met zijn antagonisme.<br />
n Target vulnerability: dit refereert aan de kwetsbaarheden<br />
die belemmeren dat <strong>het</strong> slachtoffer victimisatie kan<br />
ontlopen of zich ertegen kan beschermen. Bij jongeren<br />
zijn dat bijvoorbeeld kenmerken als fysieke zwakheid,<br />
een handicap, emotionele behoeftigheid of psychologische<br />
problemen.<br />
Target congruence verschilt van delict tot delict en van<br />
dader tot dader. Soms kan <strong>het</strong> concept heel goed verklaren<br />
waarom een bepaalde dader een bepaald slachtoffer kiest,<br />
bijvoorbeeld <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval dat een dader zijn ex-partner<br />
stalkt. In andere gevallen speelt congruentie nauwelijks<br />
een rol; iemand was toevallig op de plek waar de dader op<br />
dat moment zijn daad pleegde. Denk aan de situatie dat<br />
iemand <strong>in</strong> een openbare gelegenheid lukraak om zich<br />
heen schiet en willekeurige mensen verwondt.<br />
stimuleren. Bij sociale conflicten valt bijvoorbeeld te denken<br />
aan kle<strong>in</strong>schalige conflicten, zoals de rivaliteit tussen<br />
jeugdbendes <strong>in</strong> een buurt of grootschalige conflicten <strong>in</strong><br />
de vorm van (burger)oorlogen. Tot de categorie probleemgez<strong>in</strong>nen<br />
horen onder meer gebroken gez<strong>in</strong>nen, huiselijk<br />
geweldsituaties, of gez<strong>in</strong>nen waar verwaarloz<strong>in</strong>g plaatsv<strong>in</strong>dt.<br />
‘Deviante normen’ refereert aan een normen- en<br />
waardenpatroon waar<strong>in</strong> <strong>het</strong> plegen van crim<strong>in</strong>aliteit als<br />
normaal geldt of zelfs wordt aangemoedigd. Niet alleen<br />
omgev<strong>in</strong>gsfactoren maar ook <strong>het</strong> gedrag of de kenmerken<br />
van <strong>het</strong> slachtoffer kunnen daders provoceren. Een gepest<br />
k<strong>in</strong>d dat agressief reageert kan op zijn beurt weer een<br />
agressieve reactie bij leeftijdsgenoten losmaken. Een<br />
voortdurend huilende baby of jengelend k<strong>in</strong>d kan de<br />
irritatie van een ouder opwekken. Wanneer een jongere<br />
speels flirt op <strong>in</strong>ternet kan dat de aandacht van verkeerde<br />
personen trekken.<br />
<strong>in</strong>stigatieprocessen selectieprocessen protectieprocessen<br />
<strong>in</strong>dividueel niveau grijpen terug op wat hiervoor be schreven<br />
is bij target gratifiability en target antagonism.<br />
Bepaalde <strong>in</strong>dividuele kenmerken van <strong>het</strong> slachtoffer<br />
vergroten de kans op victimisatie omdat ze appelleren<br />
aan bepaalde eigenschappen of behoeften van daders.<br />
30 DRIE SUBCATEGORIEËN<br />
31<br />
Target congruence kent drie subcategorieën:<br />
n Target gratifiability: deze term beschrijft de situatie dat<br />
<strong>het</strong> slachtoffer voldoet aan datgene waarnaar de dader<br />
op zoek is omdat <strong>het</strong> slachtoffer bepaalde eigenschappen,<br />
bezitt<strong>in</strong>gen, vaardigheden of attributen heeft<br />
die daders willen hebben, gebruiken, zich eigen maken<br />
of manipuleren. Voor een dader die uit is op geld, is<br />
een rijke persoon of de bezitter van een dure auto<br />
UITGEBREID MODEL<br />
In een volgende denkstap breidt F<strong>in</strong>kelhor zijn verklar<strong>in</strong>gsmodel<br />
voor slachtofferschap van crim<strong>in</strong>aliteit uit. Daar<strong>in</strong><br />
vervlecht hij elementen uit de lifestyle exposure- en rout<strong>in</strong>e<br />
activity-theorieën. Enerzijds maakt hij onderscheid tussen<br />
<strong>in</strong>dividuele factoren en omgev<strong>in</strong>gsfactoren; anderzijds<br />
Als derde onderscheidt F<strong>in</strong>kelhor beschermende processen.<br />
Wat betreft de beschermde processen die samenhangen<br />
met de omgev<strong>in</strong>g is er een grote overlap met de rout<strong>in</strong>e<br />
activity-theorie. Als voorbeelden noemt hij gebrek aan<br />
sociale controle en sociale isolatie, bijvoorbeeld als gevolg<br />
van armoede of etnische afkomst.<br />
congruent met zijn behoefte. Voor een (<strong>het</strong>eroseksuele)<br />
zedendel<strong>in</strong>quent is een vrouw een congruent doelwit,<br />
voor een pedofiel zijn <strong>het</strong> k<strong>in</strong>deren.<br />
n Target antagonism: antagonisten zijn elkaars tegenpolen<br />
en een confrontatie roept een negatieve reactie op. In<br />
dit geval roepen bepaalde eigenschappen, bezitt<strong>in</strong>gen,<br />
vaardigheden of status van <strong>het</strong> slachtoffer bij de dader<br />
boosheid, jaloezie, of destructieve neig<strong>in</strong>gen op.<br />
Bijvoorbeeld de etnische achtergrond of seksuele oriëntatie<br />
brengt hij drie fasen aan <strong>in</strong> <strong>het</strong> proces van victimisatie.<br />
Die noemt hij <strong>in</strong>stigation processes, selection processes en<br />
protection processes. Instigation processes zijn mechanismen<br />
die <strong>het</strong> waarschijnlijker maken dat een misdrijf wordt<br />
gepleegd of die de motivatie van potentiële daders<br />
ver hogen. Selection processes zijn mechanismen die de<br />
keuze sturen voor een bepaald slachtoffer uit de algemene<br />
groep mogelijke slachtoffers. Protection processes zijn<br />
mechanismen die als ze ontbreken, de mogelijkheid<br />
In de kolom ‘selectieprocessen’ maakt <strong>het</strong> schema <strong>in</strong>zichtelijk<br />
waarom de dader kiest voor een bepaald slachtoffer<br />
of een groep bepaalde slachtoffers. Hier<strong>in</strong> zijn elementen<br />
van de rout<strong>in</strong>e activity-theorie te herkennen. Een k<strong>in</strong>d<br />
Beschermende processen op <strong>in</strong>dividueel niveau zijn <strong>het</strong><br />
spiegelbeeld van target vulnerability. Jongeren die sterk en<br />
gezond zijn, die lekker <strong>in</strong> hun vel zitten en die beschikken<br />
over een goede opleid<strong>in</strong>g of algemene ontwikkel<strong>in</strong>g,<br />
hebben meer mogelijkheden om slachtofferschap te<br />
voorkomen of zich te verweren dan jongeren met een<br />
beperk<strong>in</strong>g of zwakke fysiek, met emotionele beperk<strong>in</strong>g<br />
en/of een kennisachterstand.<br />
van <strong>het</strong> slachtoffer. Voor een homohater is iemand<br />
wiens homofiele seksuele oriëntatie herkenbaar is<br />
congruent met zijn afkeer. Voor een pestkop die op <strong>het</strong><br />
verkle<strong>in</strong>en van <strong>het</strong> slachtoffer om victimisatie te ontlopen,<br />
te ontmoedigen of zich ertegen te verdedigen. Instigatieprocessen<br />
zijn de mechanismen die slachtofferschap<br />
loopt risico wanneer hij woont <strong>in</strong> gevaarlijke wijken, naar<br />
onveilige scholen gaat, opgroeit <strong>in</strong> kwetsbare gez<strong>in</strong>nen of<br />
risicovolle <strong>in</strong>ternetsites bezoekt. Selectieprocessen op<br />
Dit model illustreert dat slachtofferschap <strong>het</strong> resultaat is<br />
van uiteenlopende processen en factoren en vooral van<br />
de wijze waarop deze bij elkaar komen. Daarmee is <strong>het</strong><br />
Omgev<strong>in</strong>g<br />
Individu<br />
Sociale conflicten<br />
Probleemgez<strong>in</strong><br />
Deviante normen<br />
Agressief gedrag<br />
Opwekken irritatie<br />
Geseksualiseerd gedrag<br />
Toegankelijkheid<br />
- buurt<br />
- <strong>in</strong>ternet<br />
- school<br />
- familie<br />
Kenmerken<br />
- leeftijd<br />
- geslacht<br />
- etnische achtergrond<br />
Gebrek aan toezicht<br />
Sociale isolatie<br />
Lichamelijke beperk<strong>in</strong>gen<br />
Emotionele verwaarloz<strong>in</strong>g<br />
Gebrek aan kennis
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
categorie jongeren kan rekenen, wat jongere zijn betekent,<br />
en welke maatschappelijke status jongeren hebben,<br />
dat alles is een product van een bepaalde tijd en plaats.<br />
Welke <strong>in</strong>steek we ook kiezen, willen we de besliss<strong>in</strong>gen en<br />
handel<strong>in</strong>gen van jongeren begrijpen, dan moeten we op<br />
zijn m<strong>in</strong>st een idee hebben van hoe jongeren zichzelf zien<br />
en betekenis geven aan de wereld om hen heen. 39<br />
Daarbij vormt <strong>het</strong> begrip identiteit een goede <strong>in</strong>steek.<br />
De psychologie beschouwt de vorm<strong>in</strong>g van een stabiele<br />
identiteit als een van de belangrijkste ontwikkel<strong>in</strong>gstaken<br />
<strong>in</strong> de adolescentie. Niet dat na <strong>het</strong> 25e levensjaar de identiteit<br />
‘af’ is − de vorm<strong>in</strong>g van de identiteit duurt een heel<br />
mensenleven − maar de periode van de adolescentie is<br />
een bijzondere. Juist dan beg<strong>in</strong>t <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu na te denken<br />
over hoe zijn of haar identiteit <strong>het</strong> leven beïnvloedt en<br />
andersom door op zoek te gaan naar antwoorden op<br />
fundamentele bestaansvragen als: Wie ben ik? Waar wil ik<br />
heen? Wat zal er van mij worden? Als geen ander zijn adolescenten<br />
zich bewust van hun veranderende identiteit. 40<br />
Vanaf dat moment worden zij bewuste scheppers van een<br />
‘levensmythe’, aldus de Amerikaanse psycholoog Dan<br />
McAdams. Hij beschouwt identiteit voor alles als een<br />
levensverhaal, een ‘persoonlijke mythe waaraan <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu<br />
beg<strong>in</strong>t te werken <strong>in</strong> de fase van de late adolescentie<br />
en vroege volwassenheid, met als doel <strong>het</strong> leven samenmodel<br />
beter dan andere theorieën <strong>in</strong> staat een verklar<strong>in</strong>g<br />
te geven voor uiteenlopende vormen van slachtofferschap<br />
van crim<strong>in</strong>aliteit. Als verklar<strong>in</strong>gsmodel biedt <strong>het</strong><br />
zogezegd meer maatwerk. Tegelijkertijd kan de analyse<br />
van bepaalde gevallen of vormen van slachtofferschap<br />
volgens dit model belangrijke aanknop<strong>in</strong>gspunten bieden<br />
voor de preventie van (herhaald) slachtofferschap.<br />
In de eerste twee paragrafen hebben we aandacht<br />
besteed aan theorieën en modellen die een verklar<strong>in</strong>g<br />
geven voor risico’s op slachtofferschap <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen en<br />
meer specifiek onder jongeren. In de volgende twee paragrafen<br />
staan beelden en ervar<strong>in</strong>gen van slachtofferschap<br />
centraal <strong>in</strong> relatie tot identiteit, de peer group en algemene<br />
maatschappelijke ideeën over slachtofferschap.<br />
3.3 JONGEREN, IDENTITEIT EN PEERS<br />
Voor psychologen zijn puberteit en adolescentie redelijk<br />
eenduidige en universele categorieën die een bepaalde<br />
levensfase vertegenwoordigen met duidelijke lichamelijke,<br />
emotionele, cognitieve en sociale determ<strong>in</strong>anten.<br />
Sociologen benaderen <strong>het</strong> verschijnsel ‘jongeren’ als een<br />
sociaal construct. Met andere woorden: wie zich tot de<br />
Wie ben ik?<br />
Waar wil ik heen? Wat zal<br />
er van mij worden?<br />
hang, doel en z<strong>in</strong> te geven en uitdrukk<strong>in</strong>g te geven aan<br />
zijn eigen betekenisvolle en unieke plek <strong>in</strong> de psychosociale<br />
wereld’. In deze periode beg<strong>in</strong>nen de verschillende<br />
verhaallijnen, karakters, plots en terugkerende thema’s te<br />
ontstaan die <strong>het</strong> levensverhaal zullen vormen. 41 Dit borduurt<br />
voort op <strong>het</strong> idee dat identiteit geen gefixeerd en<br />
eenduidig gegeven is maar flexibel, samengesteld en veranderlijk.<br />
Identiteit kent verschillende facetten, die passen<br />
bij de verschillende sociale situaties waarmee <strong>in</strong>dividuen,<br />
<strong>in</strong> ons geval jongeren, te maken hebben. 42 Zo tonen<br />
jongeren <strong>in</strong> hun thuisomgev<strong>in</strong>g hele andere facetten van<br />
hun identiteit dan <strong>in</strong> hun vriendengroep, op <strong>het</strong> sportveld<br />
of <strong>in</strong> hun school- dan wel werkomgev<strong>in</strong>g.<br />
Al eerder is aan de orde gekomen dat jongeren zich vanaf<br />
de puberteit steeds meer gaan losmaken van hun ouders<br />
en zich gaan richten op leeftijdsgenoten. De <strong>in</strong>vloed van de<br />
peer group op de identiteitsvorm<strong>in</strong>g van jongeren is groot,<br />
al verdwijnen ouders, familie en school natuurlijk niet van<br />
<strong>het</strong> toneel. Maar als je jezelf aan <strong>het</strong> ontdekken bent, ligt<br />
<strong>het</strong> voor de hand om dat te doen met mensen die ongeveer<br />
even oud zijn, op dezelfde manier <strong>in</strong> <strong>het</strong> leven staan,<br />
dezelfde <strong>in</strong>teresses hebben en aan wie je je gelijk kunt<br />
voelen. Jongeren ontwikkelen hun sociale normen en<br />
vaardigheden voor een belangrijk deel <strong>in</strong> deze context. 43<br />
Zoomen we verder <strong>in</strong> op de peer group, dan zijn daar<br />
verschillende soorten relaties <strong>in</strong> te ontdekken:<br />
n Beste vrienden. Gemiddeld heeft een jongere zes à<br />
zeven echt goede vrienden. 44<br />
n Romantische en seksuele relaties (vriendjes en<br />
vriend<strong>in</strong>netjes).<br />
n Kennissen, bijvoorbeeld leeftijdsgenoten, teamleden op<br />
de sportclub, jongeren uit de buurt, de vele honderden<br />
Facebookvrienden.<br />
De eerste twee zijn als strong ties te karakteriseren. Goede<br />
vrienden/vriend<strong>in</strong>nen en vriendjes/vriend<strong>in</strong>netjes zijn<br />
degenen met wie <strong>in</strong>tieme gevoelens besproken kunnen<br />
worden, ervar<strong>in</strong>gen gedeeld en bij wie jongeren zich<br />
kwetsbaar kunnen opstellen. Tegenover de grotere groep<br />
bekenden, de weak ties, is <strong>het</strong> juist zaak om sterk en zelfverzekerd<br />
over te komen. Hoe liggen ze <strong>in</strong> de groep en wat<br />
v<strong>in</strong>den anderen van ze? Hoe je overkomt is daarbij belangrijker<br />
dan hoe je werkelijk bent en sociale media bieden<br />
een uitstekend platform om <strong>het</strong> gewenste beeld van jezelf<br />
te construeren en met de buitenwereld te communiceren. 45<br />
Bij <strong>het</strong> ontwikkelen van hun identiteit spelen status en<br />
populariteit <strong>in</strong> de groep voor jongeren een belangrijke rol.<br />
Status is langs verschillende wegen te verkrijgen.<br />
Bepaalde eigenschappen zijn statusverhogend, zoals een<br />
knap uiterlijk. Anderen moeten <strong>het</strong> hebben van bepaalde<br />
kennis, vaardigheden en talenten. 46 Uitbl<strong>in</strong>ken <strong>in</strong> populaire<br />
sporten doet <strong>het</strong> natuurlijk goed, maar status verwerf<br />
je op vele manieren: sensationele clips op <strong>in</strong>ternet posten,<br />
goed kunnen dansen of z<strong>in</strong>gen – en daar misschien zelfs<br />
mee <strong>in</strong> een talentenshow op televisie komen – altijd over<br />
de nieuwste gadgets beschikken, verbaal vaardig zijn en<br />
altijd een woordje klaar hebben. Een andere manier is<br />
proberen tot de <strong>in</strong>ner circle van de populaire jongens en<br />
meiden <strong>in</strong> de groep te behoren, zodat hun status een<br />
beetje op jou afstraalt.<br />
32 33<br />
Niet alleen positieve eigenschappen of gedrag verhogen<br />
populariteit, antisociaal gedrag doet dat ook. Een beetje<br />
antisociaal gedrag is wel cool, stelt socioloog Jan Dijkstra<br />
<strong>in</strong> Het Puberbre<strong>in</strong> b<strong>in</strong>nenstebuiten, en hij noemt als<br />
verklar<strong>in</strong>g de maturity gap. Dat is de spann<strong>in</strong>g tussen <strong>het</strong><br />
feit dat jongeren biologisch (bijna) volwassen zijn, maar<br />
sociaal nog niet. Jongeren proberen hun volwassenheid<br />
<strong>in</strong> te vullen met stoer en onafhankelijk gedrag en zoeken<br />
daarbij graag risico’s en grenzen op. Roken, dr<strong>in</strong>ken en<br />
kle<strong>in</strong>e vergrijpen plegen leveren status op, mits ze samengaan<br />
met positieve eigenschappen. Zulke jongeren zijn<br />
populair en dus ook dom<strong>in</strong>ant <strong>in</strong> een groep. Andere<br />
jongeren gaan hen imiteren en dan vooral hun negatieve
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
gedrag, want positieve eigenschappen heb je of niet. 47<br />
Aan je uiterlijk, je gebrekkige voetbaltalent of je twee<br />
‘l<strong>in</strong>kervoeten’ valt nu eenmaal niet zo veel te veranderen.<br />
Angst om afgewezen te worden maakt dat jongeren zich<br />
conformeren aan normen b<strong>in</strong>nen de groep. Hoe beïnvloedbaar<br />
jongeren zijn, blijkt uit onderzoek waar<strong>in</strong> bijna<br />
de helft van de ondervraagde jongeren aangaf alles voor<br />
hun vrienden te doen. Een op de vijf geeft aan met hun<br />
vrienden wel eens d<strong>in</strong>gen te doen waar ze later spijt van<br />
krijgen. 48<br />
Amerikaans onderzoek wees uit dat relatief veel jongeren<br />
zich door leeftijdsgenoten laten overhalen of uitdagen tot<br />
negatief gedrag als vechten, kle<strong>in</strong>e diefstallen, roken of<br />
experimenteren met drugs. 49<br />
Uit <strong>het</strong> bovenstaande valt vrij gemakkelijk af te leiden dat<br />
slachtofferschap en status onder leeftijdsgenoten zich niet<br />
goed verhouden. Slachtofferschap wordt geassocieerd<br />
met zwakheid en kwetsbaarheid en daar scoort een<br />
jongere geen punten mee b<strong>in</strong>nen de peer group. Het<br />
verdraagt zich slecht met de cool rule, de <strong>in</strong>formele code<br />
dat jongeren hun emoties <strong>in</strong> bepaalde omstandigheden<br />
maskeren of vermijden zich gevoelig op te stellen. Want<br />
‘los<strong>in</strong>g one’s cool’, om een treffende Engelse uitdrukk<strong>in</strong>g te<br />
gebruiken, is <strong>het</strong> laatste dat ze willen. Daarnaast relativeren<br />
of banaliseren jongeren wat hun overkomen is, omdat <strong>het</strong><br />
hun en anderen zo vaak overkomt dat ze <strong>het</strong> m<strong>in</strong> of meer<br />
als ‘normaal’ beschouwen. Een gestolen fiets of<br />
telefoon, klappen krijgen of bedreigd worden: <strong>het</strong> hoort<br />
er nu eenmaal bij. Het heeft we<strong>in</strong>ig z<strong>in</strong> daar veel aandacht<br />
aan te besteden; ermee naar de politie of hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
stappen is dan helemaal een brug te ver. 50<br />
Wat hiervoor over identiteit, de peer group, sociale status<br />
en de cool rule is gesteld, gaat uiteraard niet voor alle<br />
jongeren en niet altijd <strong>in</strong> dezelfde mate op. Het verschilt<br />
met de omstandigheden van <strong>het</strong> delict of ongeval en<br />
achtergrondkenmerken zoals geslacht en culturele<br />
afkomst. Het laat wel zien waarom jongeren de stap naar<br />
de politie of de hulpverlen<strong>in</strong>g m<strong>in</strong>der snel zetten. De cool<br />
rule schrijft immers voor niet te zwaar aan een <strong>in</strong>cident te<br />
tillen en <strong>het</strong> zelf te verwerken en af te handelen, zonder<br />
volwassenen, terwijl anderzijds <strong>het</strong> slachtoffer ook daadwerkelijk<br />
van oordeel kan zijn dat <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident niet erg<br />
(genoeg) is of omwille van andere afweg<strong>in</strong>gen kan afzien<br />
van contact opnemen met hulpverlen<strong>in</strong>g of politie, vat de<br />
Vlaamse crim<strong>in</strong>ologe Vynckier nog eens bondig samen. 51<br />
Niet alleen jongeren hebben bepaalde ideeën en beelden<br />
over slachtofferschap, de maatschappij als zodanig ook.<br />
Daarover meer <strong>in</strong> de volgende paragraaf.<br />
3.4 MAATSCHAPPELIJKE PERCEPTIE<br />
VAN SLACHTOFFERSCHAP<br />
Net als <strong>het</strong> fenomeen ‘jongeren’ beschouwen de sociologie<br />
en daaraan verwante discipl<strong>in</strong>es slachtofferschap als een<br />
sociale constructie met een sterke normatieve lad<strong>in</strong>g.<br />
Slachtofferschap brengt een bepaalde status en rol met<br />
zich mee. Slachtoffers hebben <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel aanspraak op<br />
sympathie, medeleven en een vorm van genoegdoen<strong>in</strong>g<br />
of gerechtigheid. De samenlev<strong>in</strong>g staat als <strong>het</strong> ware bij<br />
hen <strong>in</strong> <strong>het</strong> krijt omdat ze is tekortgeschoten <strong>in</strong> <strong>het</strong> waarborgen<br />
van hun lichamelijke en/of materiële veiligheid.<br />
Maar niet alle slachtoffers kunnen rekenen op dezelfde<br />
mate van aandacht en erkenn<strong>in</strong>g. Ze moeten voldoen aan<br />
bepaalde normen. Er bestaat <strong>in</strong> de ogen van de samenlev<strong>in</strong>g<br />
namelijk zoiets als ‘the ideal victim’, <strong>het</strong> ideaaltypische<br />
slachtoffer, aldus de Noorse crim<strong>in</strong>oloog<br />
Nils Christie. 52 Verwant daaraan is <strong>het</strong> idee van ‘deserv<strong>in</strong>g<br />
victims’, slachtoffers die de status van slachtoffer ‘verdienen’<br />
omdat ze beantwoorden aan stereotiepe ideeën over<br />
schuld, onschuld en legitimiteit.<br />
‘Ideale’ slachtoffers voldoen aan die maatschappelijke<br />
norm vanwege hun veronderstelde kwetsbaarheid en<br />
onschuld, zoals k<strong>in</strong>deren, ouderen en vrouwen.<br />
Slachtofferschap wordt ook geassocieerd met passiviteit,<br />
zieligheid en zwakheid. Mannen, jongeren en allochtonen<br />
beantwoorden niet of te we<strong>in</strong>ig aan deze criteria.<br />
De samenlev<strong>in</strong>g is dan ook m<strong>in</strong>der snel geneigd deze<br />
groepen de status van slachtoffer toe te kennen. 53<br />
Bij deze ruwe tweedel<strong>in</strong>g zijn natuurlijk kantteken<strong>in</strong>gen<br />
te plaatsen. B<strong>in</strong>nen de hoofdcategorieën – k<strong>in</strong>deren,<br />
vrouwen, ouderen versus mannen, jongeren, allochtonen<br />
– bestaan weer allerlei gradaties van meer of m<strong>in</strong>der<br />
ideale slachtoffers. Daarbij spelen zowel persoonlijke kenmerken<br />
als de context een rol. Bij zedendelicten borrelt<br />
bijvoorbeeld nogal eens <strong>het</strong> verwijt op dat <strong>het</strong> slachtoffer<br />
zelf onbedoeld of juist openlijk aanleid<strong>in</strong>g heeft gegeven<br />
door kled<strong>in</strong>g of gedrag. Een prostituee die verkracht<br />
wordt, kan op aanzienlijk m<strong>in</strong>der maatschappelijke erkenn<strong>in</strong>g<br />
en sympathie rekenen dan een gymnasiumscholiere<br />
van 16 die van haar fiets wordt gesleurd en aangerand<br />
door een onbekende. En zou een Nederlands-Marokkaanse<br />
jongen die, rondhangend <strong>in</strong> een w<strong>in</strong>kel centrum, onder<br />
bedreig<strong>in</strong>g zijn geld moet afgeven aan een leeftijdsgenoot<br />
op dezelfde sympathie kunnen rekenen als een<br />
Nederlandse vader van wie <strong>in</strong> de parkeergarage van<br />
datzelfde w<strong>in</strong>kelcentrum een autoruit wordt <strong>in</strong>getikt en<br />
de tomtom wordt meegenomen?<br />
Hoe meer een <strong>in</strong>dividu zich conformeert aan maatschappelijke<br />
normen en voldoet aan <strong>het</strong> ideale slachtofferbeeld,<br />
hoe meer hij of zij aanspraak kan maken op de erkenn<strong>in</strong>g<br />
en status van slachtoffer wanneer zich een misdrijf<br />
voordoet. Dat jongeren wat dat betreft aan de verkeerde<br />
kant van de streep staan is niet moeilijk te beredeneren.<br />
Jongeren zijn <strong>in</strong> de maatschappelijke perceptie notoire<br />
non-conformisten. In hun groei naar volwassenheid en<br />
<strong>het</strong> verkennen van hun onafhankelijkheid zetten ze zich af<br />
tegen de normen van hun ouders, verleggen ze grenzen<br />
en schoppen ze tegen maatschappelijke schenen. Rebellie<br />
en deviant gedrag komt ook vaak tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> hun<br />
subculturen, van nozems, hippies en provo’s, tot punks,<br />
alto’s, sk<strong>in</strong>heads, gabbers en hiphoppers. De neig<strong>in</strong>g tot<br />
normoverschrijdend gedrag plaatst hen eerder <strong>in</strong> de hoek<br />
van plegers van crim<strong>in</strong>eel gedrag.<br />
Tegelijkertijd bestaat <strong>in</strong> de samenlev<strong>in</strong>g de neig<strong>in</strong>g om<br />
veel normoverschrijdend gedrag van jongeren te normaliseren,<br />
zoals jongeren dat zelf ook doen. ‘Het hoort bij de<br />
leeftijd’, ‘<strong>het</strong> is een fase’ en ‘ze groeien er wel overheen’ −<br />
<strong>het</strong> zijn reacties die iedereen bekend <strong>in</strong> de oren kl<strong>in</strong>ken.<br />
Een vechtpartij tussen tieners wordt negen van de tien<br />
keer afgedaan met een reprimande en nablijven op<br />
school, maar als twee volwassenen elkaar te lijf gaan,<br />
is er sprake van een geweldsmisdrijf met een mogelijk<br />
strafrechtelijk gevolg. In eerste <strong>in</strong>stantie probeert de<br />
maatschappij jongeren zo veel mogelijk buiten <strong>het</strong> strafrechtssysteem<br />
te houden en dat moet vooral zo blijven.<br />
34 35<br />
Er bestaat <strong>in</strong><br />
de ogen van de<br />
samenlev<strong>in</strong>g<br />
namelijk zoiets<br />
als ‘the ideal victim’
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
De vraag is echter of en hoe dat doorkl<strong>in</strong>kt <strong>in</strong> de maatschappelijke<br />
duid<strong>in</strong>g van adolescent slachtofferschap:<br />
wanneer crim<strong>in</strong>eel gedrag van jongeren als m<strong>in</strong> of meer<br />
<strong>in</strong>herent aan hun ontwikkel<strong>in</strong>gsfase wordt beschouwd,<br />
geldt dan <strong>het</strong>zelfde voor victimisatie? Hoort <strong>het</strong> bij de<br />
leeftijd en moeten we <strong>het</strong> maar beschouwen als wijze<br />
levensles? Zulke reacties liggen misschien voor de hand<br />
bij slachtofferschap van als m<strong>in</strong>der ernstig beschouwde<br />
<strong>in</strong>cidenten. Maar uit allerlei onderzoek en beleidsdocumentatie<br />
wordt duidelijk dat de samenlev<strong>in</strong>g andere vormen<br />
van slachtofferschap buitengewoon serieus neemt.<br />
Vooral seksueel geweld, misbruik en k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />
krijgen veel aandacht. Maar daarbij moeten we niet uit <strong>het</strong><br />
oog verliezen dat slachtofferschap <strong>in</strong> brede z<strong>in</strong> veel meer<br />
voorkomt dan de statistieken doen vermoeden en ook <strong>in</strong><br />
brede z<strong>in</strong> maatschappelijke aandacht verdient.<br />
3.5 TOT BESLUIT<br />
Slachtofferschap is de uitkomst van sociale processen<br />
waar<strong>in</strong> zowel <strong>in</strong>dividuele kenmerken als omgev<strong>in</strong>gsfactoren<br />
aandacht verdienen. Opvallend is dat bij een aantal<br />
belangrijke theorieën over crim<strong>in</strong>aliteit en slachtofferschap<br />
de dader zelf nauwelijks <strong>in</strong> de analyse wordt betrokken.<br />
De focus ligt op kenmerken en gedrag van <strong>het</strong> slachtoffer<br />
en de aan- of afwezigheid van bepaalde ‘dempende’<br />
sociale mechanismen. Een ongewenst neveneffect van<br />
deze denkwijze is victim blam<strong>in</strong>g. F<strong>in</strong>kelhor gaat een stap<br />
verder en betrekt de dader wel <strong>in</strong> zijn denkmodel. Hij<br />
onderscheidt verschillende dimensies en fasen <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
proces van victimisatie en is daarmee beter <strong>in</strong> staat de<br />
kwetsbaarheid van uiteenlopende groepen of type<br />
personen voor bepaalde vormen van slachtofferschap te<br />
verklaren. Om dat te illustreren gebruikten we de metafoor<br />
De impact van een misdrijf of ongeval is een optelsom van<br />
zeer uiteenlopende factoren. Uiteraard spelen de aard en<br />
ernst van <strong>het</strong> misdrijf een rol: is er sprake van aantast<strong>in</strong>g<br />
van de fysieke <strong>in</strong>tegriteit en heeft dat letsel tot gevolg?<br />
Heeft <strong>het</strong> misdrijf plaatsgevonden op een vertrouwde<br />
plek die <strong>het</strong> slachtoffer als veilig of privé beschouwde of<br />
gebeurde <strong>het</strong> op een vreemde plek? Welke emotionele en<br />
f<strong>in</strong>anciële waarde vertegenwoordigen de zaken die evenvan<br />
een gevaarlijke scheikundige reactie die alleen<br />
optreedt als stoffen met bepaalde eigenschappen <strong>in</strong> een<br />
bepaalde verhoud<strong>in</strong>g en onder bepaalde omstandigheden<br />
bij elkaar komen.<br />
In <strong>het</strong> tweede deel van <strong>het</strong> hoofdstuk kwam de duid<strong>in</strong>g<br />
van slachtofferschap aan de orde, zowel door jongeren<br />
zelf als door de samenlev<strong>in</strong>g als geheel. Het gemeenschappelijke<br />
is dat noch jongeren zelf noch de maatschappij<br />
jongeren associeert met slachtofferschap. Wat betreft<br />
jongeren hebben we vooral een verklar<strong>in</strong>g gezocht <strong>in</strong><br />
ideeën rond identiteit en de rol van de peer group daar<strong>in</strong>.<br />
Sociale status is belangrijk onder leeftijdsgenoten en<br />
kwetsbaarheid of slachtofferschap past daar niet bij.<br />
Factoren als de drang naar onafhankelijkheid, de cool rule<br />
en de neig<strong>in</strong>g om slachtofferschap te beschouwen als iets<br />
wat tot op zekere hoogte ‘normaal’ is, maken dat jongeren<br />
hun problemen <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie zelf proberen op te<br />
lossen en er m<strong>in</strong>der snel mee naar buiten treden. Als ze<br />
dat doen, dan veel eerder <strong>in</strong> de kr<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>tieme en vertrouwde<br />
bekenden dan bij officiële <strong>in</strong>stanties. Ook de<br />
samenlev<strong>in</strong>g heeft niet altijd een ruim oog voor slachtofferschap<br />
onder jongeren. Ze beantwoorden m<strong>in</strong>der<br />
goed aan de maatschappelijke ideaalbeelden over slachtoffers<br />
en worden eerder geassocieerd met <strong>het</strong> plegen van<br />
crim<strong>in</strong>aliteit. Wel is <strong>het</strong> zo dat crim<strong>in</strong>aliteit door en onder<br />
jongeren weer met andere ogen wordt beschouwd dan<br />
volwassen crim<strong>in</strong>aliteit waar eerder een strafrechtelijke<br />
bril aan te pas komt.<br />
In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk zetten we de verkenn<strong>in</strong>g van<br />
slachtofferschap onder jongeren voort vanuit een psychologische<br />
<strong>in</strong>valshoek. De focus ligt op reacties van jongeren<br />
op een slachtofferervar<strong>in</strong>g en de wijze waarop zij de<br />
gevolgen ervan hanteren.<br />
4 Gevolgen van victimisatie,<br />
reacties en cop<strong>in</strong>gmechanismen<br />
Een psychologisch perspectief<br />
Wat brengt een misdrijf of ongeval bij jongeren teweeg?<br />
Hoe gaan zij om met de gevolgen en bij wie zoeken ze<br />
steun en hulp? Dit zijn de twee kernvragen van dit hoofdstuk.<br />
Hoewel er veel onderzoek is gedaan naar de psychosociale<br />
gevolgen van misdrijven voor slachtoffers, hun<br />
reacties en behoeften, spitsten maar we<strong>in</strong>ig (Nederlandse)<br />
studies zich toe op de groep jongeren. In dit hoofdstuk<br />
leunen we daarom vooral op twee Vlaamse auteurs die<br />
vanuit onderzoek en jarenlange praktijkervar<strong>in</strong>g belangrijke<br />
<strong>in</strong>zichten hebben gepubliceerd. 54<br />
4.1 DE IMPACT VAN EEN MISDRIJF<br />
OF ONGEVAL<br />
tueel zijn ontvreemd of beschadigd? Was er sprake van<br />
een eenmalige gebeurtenis, van verschillende <strong>in</strong>cidenten,<br />
of van een langdurige slachtofferervar<strong>in</strong>g, zoals je vaak<br />
ziet bij huiselijk geweld of misbruik? Was <strong>het</strong> opzet of<br />
achteloosheid, toeval of pech?<br />
36 37<br />
Net zo bepalend voor de impact zijn factoren die niet of<br />
we<strong>in</strong>ig <strong>in</strong> direct verband staan met <strong>het</strong> ongeval of misdrijf.<br />
De fysieke en psychische gesteldheid van <strong>het</strong> slachtoffer<br />
voorafgaand aan de gebeurtenis zijn een belangrijke<br />
voorspeller van de mate waar<strong>in</strong> hij of zij last zal hebben<br />
van <strong>het</strong> gebeurde. Een handicap of psychische stoornis<br />
bijvoorbeeld zorgen voor een beperkte draagkracht.<br />
Iemands karakter, competenties en veerkracht bepalen<br />
ook mede hoe de betrokkene omgaat met negatieve<br />
ervar<strong>in</strong>gen. Mensen voor wie <strong>het</strong> glas altijd half leeg is,<br />
hebben vaak meer moeite met <strong>het</strong> hanteren van tegenslagen<br />
dan de ‘half-vol’-types. Bepaalde gewoonten en<br />
levenspatronen kunnen steunend zijn (mediteren, gezond<br />
eten), of juist stressverhogend (hoge werkdruk, middelengebruik).<br />
De aanwezigheid van persoonlijke hulpbronnen<br />
en de sterkte van <strong>het</strong> sociale netwerk vormen belangrijke<br />
elementen van <strong>het</strong> vermogen met tegenslagen om te<br />
gaan. Denk aan de steun van familie en een uitgebreid
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
vriendennetwerk, maar bijvoorbeeld ook aan goed verzekerd<br />
zijn. De reacties van de sociale omgev<strong>in</strong>g kunnen de<br />
reacties van <strong>het</strong> slachtoffer op de gebeurtenis <strong>in</strong> positieve<br />
of negatieve z<strong>in</strong> beïnvloeden. Slachtoffers zitten niet echt<br />
te wachten op reacties als: ‘Had dat maar anders gedaan,<br />
dan was <strong>het</strong> misschien niet gebeurd’, of: ‘Het is al een<br />
maand geleden, nu moet je er wel overheen zijn’ – hoe<br />
goed bedoeld die opmerk<strong>in</strong>gen meestal ook zijn.<br />
Voor ieder slachtoffer is de uitkomst van deze optelsom<br />
uniek. Dat geldt dus ook voor jongeren die slachtoffer<br />
worden. Toch zijn er wel algemeenheden aan te wijzen die<br />
samenhangen met hun ontwikkel<strong>in</strong>gsfase. In hoofdstuk 1<br />
is beschreven dat <strong>het</strong> functioneren van hun cognitieve<br />
vermogens nog aan een zekere grilligheid onderhevig is,<br />
en dat emotioneel geladen impulsen vaak een grotere rol<br />
spelen <strong>in</strong> gedrag dan een ‘neutraler’, rationeel afweg<strong>in</strong>gsproces.<br />
Jongeren beschikken doorgaans over m<strong>in</strong>der<br />
sociale hulpbronnen dan volwassenen. Hun competenties<br />
en netwerk zijn nog volop <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g. Ze zijn net<br />
begonnen met <strong>het</strong> opbouwen van de nodige levenservar<strong>in</strong>g,<br />
en datzelfde geldt voor de psychische en emotionele<br />
weerbaarheid waarmee ze <strong>in</strong>grijpende gebeurtenissen <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> leven (adverse life events) <strong>het</strong> hoofd kunnen bieden.<br />
F<strong>in</strong>ancieel, maar ook <strong>in</strong> psychosociale z<strong>in</strong>, zijn de meeste<br />
jongeren nog afhankelijk van hun ouders, tegen wie ze<br />
zich meer en meer beg<strong>in</strong>nen af te zetten. Juist <strong>in</strong> deze fase<br />
groeit hun behoefte aan zelfstandigheid en willen ze zelf<br />
hun problemen oplossen. Ze oriënteren zich <strong>in</strong> de puberteit<br />
steeds meer op leeftijdgenoten en zijn gevoelig voor<br />
status en druk vanuit de groep(en) waartoe ze (willen)<br />
horen. Zo’n groep kan een steunende omgev<strong>in</strong>g vormen,<br />
bijvoorbeeld om over <strong>het</strong> gebeurde te praten, of om<br />
samen te gaan stappen of een film te kijken. Om de<br />
d<strong>in</strong>gen te doen die bij <strong>het</strong> ‘gewone’ leven horen en een<br />
afleid<strong>in</strong>g vormen voor de negatieve gevoelens die voortkomen<br />
uit de slachtofferervar<strong>in</strong>g. Maar de peer group kan<br />
net zo goed de oorzaak van slachtofferschap zijn of een<br />
negatief stempel op de slachtofferervar<strong>in</strong>g zetten.<br />
Schaamte en <strong>het</strong> gevoel niet begrepen te worden kunnen<br />
juist leiden tot eenzaamheid. Praten over en tonen van<br />
gevoelens en kwetsbaarheid is op deze leeftijd sowieso<br />
lastig. 55 Tegelijkertijd beschikken jongeren over flexibiliteit<br />
en veerkracht en is hun bre<strong>in</strong> optimaal <strong>in</strong>gesteld op <strong>het</strong><br />
omgaan met grote verander<strong>in</strong>gen. Het meemaken van<br />
een misdrijf of ongeval kan littekens nalaten, maar kan<br />
jongeren ook belangrijke d<strong>in</strong>gen leren over zichzelf en de<br />
wereld om hen heen.<br />
Een misdrijf of ongeval dat <strong>in</strong> de ogen van een volwassene<br />
weliswaar een vervelende gebeurtenis is waarvan de<br />
gevolgen echter allesz<strong>in</strong>s zijn te overzien, kan <strong>in</strong> de<br />
belev<strong>in</strong>g van een jongere van een heel andere orde zijn.<br />
De diefstal van een mobiele telefoon is voor niemand leuk,<br />
maar als je smartphone je sociale leven en je sociale status<br />
representeert en je maanden moet sparen voor een<br />
nieuwe, dan ervaar je dat waarschijnlijk als een aanzienlijk<br />
verlies. Een vechtpartij op een schoolple<strong>in</strong> levert wellicht<br />
we<strong>in</strong>ig letsel op en verdient nauwelijks <strong>het</strong> predikaat<br />
misdrijf, maar als de zwakkere partij doodsangsten<br />
uitstaat voor de sterkere en ze elkaar voortdurend tegenkomen<br />
<strong>in</strong> en rond de school, dan kan dat <strong>het</strong> leven van<br />
een jongere aardig vergallen.<br />
4.2 GEVOLGEN VAN SLACHTOFFERSCHAP<br />
Een misdrijf of ongeval heeft allerlei gevolgen, van fysiek<br />
en materieel tot emotioneel, cognitief en sociaal. In deze<br />
paragraaf richten we ons voornamelijk op psychosociale<br />
gevolgen van een slachtofferervar<strong>in</strong>g. Zo’n ervar<strong>in</strong>g maakt<br />
een scala aan emoties los en gaat gepaard met allerlei<br />
psychosomatische reacties. Dat zijn normale reacties op<br />
een abnormale gebeurtenis, maar soms ontwikkelen ze<br />
zich tot aanhoudende en ernstige klachten. Ook <strong>in</strong> sociaal<br />
gedrag en gewoonten kunnen verander<strong>in</strong>gen optreden<br />
als gevolg van slachtofferschap.<br />
EMOTIES<br />
Slachtoffer worden van een misdrijf of ongeval laat<br />
niemand onberoerd. Veelvoorkomende emoties zijn 56 :<br />
n Boosheid: op de dader, maar ook op zichzelf. Omdat <strong>het</strong><br />
jonge slachtoffer zichzelf <strong>in</strong> de situatie heeft gebracht<br />
dat <strong>het</strong> misdrijf of ongeval heeft kunnen plaatsv<strong>in</strong>den.<br />
Of omdat <strong>het</strong> slachtoffer tijdens de gebeurtenis heel<br />
anders reageerde dan hij/zij verwachtte of wilde.<br />
Bijvoorbeeld verstijven van angst en niet weg kunnen<br />
komen of zich teweer kunnen stellen.<br />
n Angst: voor de dader om opnieuw slachtoffer te worden,<br />
of voor wraak wanneer <strong>het</strong> slachtoffer rapporteert wat<br />
er gebeurd is. Daarnaast kan er angst zijn voor de<br />
reacties van de sociale omgev<strong>in</strong>g, bijvoorbeeld<br />
boosheid of verwijten van ouders, onbegrip of spot<br />
van vrienden. Een derde vorm van angst komt voort<br />
uit de her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>g aan <strong>het</strong> voorval, <strong>in</strong> de vorm van<br />
herbelev<strong>in</strong>g of nachtmerries.<br />
n Schaamte en schuld: niet zelden schamen slachtoffers<br />
zich voor wat er gebeurd is of voelen ze zich (mede)-<br />
verantwoordelijk. Omdat ze bijvoorbeeld niet goed op<br />
de spullen hebben gepast die gestolen of vernield zijn.<br />
Of omdat ze denken aanleid<strong>in</strong>g te hebben gegeven<br />
tot seksueel ongewenste handel<strong>in</strong>gen door hun gedrag<br />
of kled<strong>in</strong>g.<br />
n Rouw: gevoelens van rouw treden niet alleen op bij <strong>het</strong><br />
verlies van een dierbare persoon, maar kunnen ook<br />
voorkomen bij <strong>het</strong> verlies van dierbare spullen of van<br />
lichamelijke en geestelijke vermogens als gevolg van<br />
letsel. Soms betekent dat afscheid nemen van <strong>het</strong> leven<br />
zoals iemand dat tot dan toe kende en een streep door<br />
de toekomstplannen qua carrière, sport, wonen, relaties<br />
en vrije tijd.<br />
n Wantrouwen: een misdrijf meemaken betekent een<br />
<strong>in</strong>breuk op <strong>het</strong> gevoel van onkwetsbaarheid en de<br />
overtuig<strong>in</strong>g dat de wereld <strong>in</strong> essentie rechtvaardig is.<br />
Deze diep <strong>in</strong> de psyche verankerde basale assumpties<br />
stellen de mens <strong>in</strong> staat om te leven zonder verlamd te<br />
raken door alle reële en mogelijke gevaren waarvan de<br />
omr<strong>in</strong>gende wereld is vervuld. Deze psychische zekerheden<br />
lopen <strong>in</strong> meer of m<strong>in</strong>dere mate een deuk op en<br />
dat zal er meestal toe leiden dat iemand de wereld<br />
voortaan m<strong>in</strong>der onbevangen en met meer wantrouwen<br />
tegemoet treedt. Dat hoeft niet louter negatief te<br />
zijn, want door schade en schande wordt men wijs.<br />
n Onbegrip en twijfel: een vraag die menig slachtoffer<br />
zich stelt is: waarom ik? Het is mensen eigen om een<br />
verklar<strong>in</strong>g of reden te zoeken voor de d<strong>in</strong>gen die gebeuren;<br />
wij kunnen slecht overweg met toeval. Daarmee<br />
hangt samen de just world-theorie, ook zo’n fundamentele<br />
psychische overtuig<strong>in</strong>g. Die komt erop neer dat<br />
iedereen krijgt wat hem toekomt. Positieve gebeurtenissen<br />
zijn dan <strong>het</strong> gevolg van <strong>het</strong> juiste gedrag, de<br />
juiste keuzes, de juiste overtuig<strong>in</strong>gen of de juiste houd<strong>in</strong>g.<br />
Terwijl negatieve gebeurtenissen te wijten zijn aan<br />
<strong>het</strong> ontbreken van dergelijke legitimiteit. Dat kan leiden<br />
tot een slechter zelfbeeld of twijfel aan <strong>het</strong> eigen<br />
handelen.<br />
38 39<br />
Uiteraard ervaart niet ieder slachtoffer al deze emoties, of<br />
<strong>in</strong> dezelfde mate, en ze zijn zeker niet exclusief voor jongeren.<br />
Maar de <strong>in</strong>kleur<strong>in</strong>g ervan is wel leeftijdsspecifiek.<br />
STRESSREACTIES EN PSYCHISCHE KLACHTEN<br />
Slachtoffer worden van een misdrijf of ongeval is een<br />
stressvolle gebeurtenis. Een persoon reageert erop met<br />
een complex samenspel van psychische en lichamelijke<br />
reacties. Op <strong>het</strong> moment van de gebeurtenis zelf zijn dat<br />
grotendeels autonome reacties vanuit <strong>het</strong> sympathische<br />
zenuwstelsel, gestuurd door stresshormonen. De bloeddruk<br />
stijgt, de ademhal<strong>in</strong>g versnelt, <strong>het</strong> bewustzijn vernauwt<br />
en de spieren spannen zich om een vecht- of<br />
vluchtreactie mogelijk te maken. De tegenovergestelde
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
reactie is dat iemand <strong>in</strong> shock raakt en als <strong>het</strong> ware<br />
bevriest. Hoe <strong>in</strong>grijpender de gebeurtenis, hoe sterker de<br />
reacties. Is de gebeurtenis voorbij, dan moet vaak <strong>het</strong><br />
besef <strong>in</strong>dalen van wat er precies is gebeurd. Niet zelden<br />
zijn mensen verbaasd over hun eigen reacties op <strong>het</strong><br />
moment zelf. Dat ze heel koelbloedig waren, heel assertief<br />
of juist verlamd en weerloos. Is de situatie weer veilig, dan<br />
moeten lichaam en geest ook weer uit de ‘stressstand’<br />
komen en terugkeren naar <strong>het</strong> normale functioneren.<br />
Wordt de gebeurtenis als <strong>in</strong>grijpend ervaren, dan duurt<br />
<strong>het</strong> vaak even voor de toestand is genormaliseerd.<br />
Ingrijpend wil zeggen dat de gebeurtenis buiten de ‘normale’<br />
dagelijkse ervar<strong>in</strong>gswereld valt en <strong>in</strong>tense gevoelens<br />
van machteloosheid, hulpeloosheid en (doods)angst<br />
teweegbrengt. Het belangrijkste diagnostische handboek<br />
De eerste dagen tot weken zijn dit normale reacties op<br />
een abnormale gebeurtenis en ze vormen onderdeel van<br />
<strong>het</strong> verwerken ervan. Ze doven doorgaans vanzelf uit.<br />
Maar houden deze reacties aan en veroorzaken ze ernstige<br />
lijdensdruk, dan is er meer aan de hand. Lijdensdruk<br />
wil zeggen dat de persoon er veel last van heeft en de<br />
symptomen hem belemmeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> dagelijks functioneren<br />
en zijn sociale contacten. In dat geval kan er sprake<br />
zijn van een posttraumatische stressstoornis (ptss).<br />
verslav<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de hand werken. 60 Soms ontwikkelen jongeren<br />
dwangmatig gedrag <strong>in</strong> een pog<strong>in</strong>g controle te krijgen<br />
over de chaos aan gevoelens <strong>in</strong> hun hoofd en grip te krijgen<br />
op onberekenbare en als onveilig ervaren situaties.<br />
Genetische aanleg speelt daarbij ook een rol. 61<br />
ANDERE GEVOLGEN<br />
Vanuit de behoefte om problemen zelf op te lossen, kunnen<br />
jongeren <strong>het</strong> gebeurde bagatelliseren, wegstoppen<br />
of ontkennen. Soms gebeurt dat ook vanuit de drang om<br />
anderen, zoals ouders te beschermen. Maar l<strong>in</strong>ksom of<br />
rechtsom komt <strong>het</strong> er vaak toch wel uit. De adolescentie<br />
kenmerkt zich mede door risicovol gedrag en heftig<br />
wisselende emoties. Het meemaken van een <strong>in</strong>grijpende<br />
gebeurtenis als een ernstig misdrijf of ongeval kan dit<br />
versterken, zonder dat de omgev<strong>in</strong>g direct <strong>in</strong> de gaten<br />
worden, relatief lichte delicten zijn waarvan de impact en<br />
de gevolgen doorgaans beperkt blijven. Daarnaast<br />
beschikken jongeren over veerkracht en kunnen ze vaak<br />
terugvallen op steun uit hun omgev<strong>in</strong>g. Voor velen is een<br />
slachtofferervar<strong>in</strong>g iets wat ze weliswaar niet snel zullen<br />
vergeten, maar wat geen onherstelbare schade achterlaat.<br />
Uite<strong>in</strong>delijk zien ze <strong>het</strong> vaak ook als een leerzame ervar<strong>in</strong>g<br />
die hen weerbaarder maakt − type: ‘door schade en<br />
schande’ − zo blijkt uit een onderzoek onder zeshonderd<br />
jongeren dat <strong>in</strong> deel 2 van dit boekje aan bod komt.<br />
4.3 OMGAAN MET<br />
SLACHTOFFERSCHAP: COPING<br />
Is de <strong>in</strong>grijpende gebeurtenis geen <strong>in</strong>cident, maar een<br />
serie van gebeurtenissen of een aanhoudende toestand<br />
− zoals we vaak zien bij huiselijk geweld, k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />
of seksueel misbruik − dan kan ernstig psychotrauma<br />
<strong>het</strong> gevolg zijn. Dat uit zich <strong>in</strong> symptomen als zelfbeschadig<strong>in</strong>g,<br />
dissociatieve persoonlijkheidsstoornis, eetstoor-<br />
40 nissen, suïcidaal gedrag, verslav<strong>in</strong>gsproblematiek, borderl<strong>in</strong>e<br />
stoornis, pijnklachten zonder directe lichamelijke<br />
oorzaak, depressies en psychosen. 57<br />
heeft wat de aanleid<strong>in</strong>g of <strong>het</strong> onderliggende probleem is.<br />
Schoolprestaties en relaties kunnen hieronder lijden.<br />
Ervaren jongeren veel stress en bijkomende problemen,<br />
dan heeft dat vaak ook weer een fysieke weerslag <strong>in</strong> de<br />
vorm van buikpijn, hoofdpijn of slaapproblemen. 62<br />
Deze paragraaf is voornamelijk gebaseerd op de studie<br />
van de Vlaamse crim<strong>in</strong>ologe Vynckier, die een zeer uitgebreid<br />
onderzoek verrichtte onder Belgische en<br />
Nederlandse jongeren die slachtoffer zijn geworden<br />
van een gewelds- of vermogensdelict. 63<br />
41<br />
<strong>in</strong> de psychologie, de DSMV, onderscheidt vier clusters van<br />
reacties:<br />
n Herbelev<strong>in</strong>g; zoals spontane her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen aan de<br />
<strong>in</strong>grijpende gebeurtenis, nachtmerries, flashbacks en<br />
dergelijke.<br />
n Vermijd<strong>in</strong>g; men probeert pijnlijke her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen,<br />
gedachten en gevoelens of geuren, geluiden en voorwerpen<br />
die aan de gebeurtenis her<strong>in</strong>neren (triggers) te<br />
ontlopen.<br />
n Negatieve cognities en stemm<strong>in</strong>g; daarmee worden<br />
allerlei subjectieve ervar<strong>in</strong>gen bedoeld die variëren van<br />
een hardnekkig maar niet gerechtvaardigd idee dat <strong>het</strong><br />
slachtoffer zelf of iemand anders schuldig is, vervreemd<strong>in</strong>g<br />
van de sociale omgev<strong>in</strong>g, een duidelijk verm<strong>in</strong>derde<br />
belangstell<strong>in</strong>g voor dagelijkse activiteiten, tot <strong>het</strong><br />
zich niet kunnen her<strong>in</strong>neren van belangrijke aspecten<br />
van de gebeurtenis.<br />
n Prikkelbaarheid of hyperarousal; agressief, roekeloos of<br />
zelfdestructief gedrag, slaapstoornissen, overdreven<br />
alertheid en vergelijkbare problemen.<br />
In tegenstell<strong>in</strong>g tot wat veel mensen denken, is <strong>het</strong> risico<br />
om een ptss te krijgen na een misdrijf of ongeval betrekkelijk<br />
kle<strong>in</strong>. Ongeveer 10 tot 20% van slachtoffers die een<br />
als <strong>in</strong>grijpend te beschouwen gebeurtenis meemaken<br />
of er getuige van zijn − zoals een feitelijke of dreigende<br />
dood, een ernstige verwond<strong>in</strong>g of seksueel geweld −<br />
lopen de kans op ernstige posttraumatische stressklachten.<br />
58 In <strong>het</strong> geval van seksueel geweld is dat percentage<br />
aanzienlijk hoger; <strong>in</strong> (buitenlands) onderzoek worden<br />
percentages gevonden van 25-50%. 59<br />
Behalve of naast ptss kunnen slachtoffers ook andere<br />
psychische klachten ervaren of problematisch gedrag<br />
ontwikkelen. Depressieve gevoelens komen, zeker bij jongeren,<br />
ook regelmatig voor, soms uitmondend <strong>in</strong> suïcidale<br />
neig<strong>in</strong>gen. Toevlucht zoeken <strong>in</strong> drank of drugs kan een<br />
Aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>d van deze paragraaf enkele woorden ter relativer<strong>in</strong>g.<br />
Allerlei mogelijke klachten, stoornissen en problemen<br />
waarmee jonge slachtoffers te maken kunnen<br />
krijgen, zijn de revue gepasseerd. Dat levert een nogal<br />
somber plaatje op. Laten we niet vergeten dat <strong>het</strong> grootste<br />
deel van de misdrijven waarvan jongeren slachtoffer<br />
betekenisgev<strong>in</strong>g<br />
cognitief<br />
cop<strong>in</strong>g met <strong>in</strong>cident zelf<br />
emoties controleren<br />
Op basis van <strong>in</strong>terviews met slachtoffers ziet Vynckier een<br />
onderscheid tussen cop<strong>in</strong>g met <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident zelf en<br />
cop<strong>in</strong>g met de kans om hernieuwd slachtoffer te worden.<br />
Daarnaast brengt zij een tweedel<strong>in</strong>g aan tussen cognitieve<br />
en gedragsmatige cop<strong>in</strong>gmechanismen. Schematisch ziet<br />
dat er zo uit:<br />
cop<strong>in</strong>g met kans op revictimisatie<br />
gedragsmatig cognitief gedragsmatig
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
had kunnen aflopen, om zich te realiseren dat ze er<br />
eigenlijk nog goed van af zijn gekomen.<br />
n Relativeren en normaliseren: slachtoffers zetten de<br />
ervar<strong>in</strong>g af tegen eerdere nare ervar<strong>in</strong>gen die ze<br />
hebben gehad en die een grotere impact hadden.<br />
Daarnaast kan er een vorm van berust<strong>in</strong>g zijn: misdrijven<br />
gebeuren zo vaak en ze zijn beslist niet de enige wie<br />
<strong>het</strong> is overkomen. Shit happens, dat hoort bij <strong>het</strong> leven.<br />
n Oorzaak en gevolg (attributie): al eerder kwam aan de<br />
orde dat slachtoffers geneigd zijn zich af te vragen:<br />
waarom ik? Wat is de oorzaak van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident?<br />
Oorzaken kan <strong>het</strong> slachtoffer buiten zichzelf zoeken,<br />
maar ook <strong>in</strong> eigen gedrag of persoonlijke kenmerken.<br />
In de victimologie staat dat laatste bekend als victim<br />
self-blam<strong>in</strong>g.<br />
n Het slachtofferschap als verdiend beschouwen. Deze<br />
strategie ligt <strong>in</strong> <strong>het</strong> verlengde van self-blam<strong>in</strong>g. Als je<br />
bijvoorbeeld zelf een notoire ruziezoeker bent, of je<br />
schuldig maakt aan crim<strong>in</strong>eel gedrag, dan kan <strong>het</strong> slachtoffer<br />
zijn eigen victimisatie <strong>in</strong>terpreteren als oogsten<br />
COGNITIEVE COPINGMECHANISMEN:<br />
BETEKENISGEVING<br />
Betekenisgev<strong>in</strong>g omvat verschillende strategieën om<br />
<strong>het</strong> gebeurde een plek te kunnen geven:<br />
n Alternatieve scenario’s bedenken. Aan de ene kant<br />
bedenken slachtoffers scenario’s waardoor <strong>het</strong> voorval<br />
<strong>in</strong> hun perceptie beter zou zijn afgelopen omdat ze<br />
anders handelen dan ze gedaan hebben. Sommigen<br />
verbeelden zich dat ze meer weerstand zouden hebben<br />
geboden <strong>in</strong> plaats van <strong>het</strong> misdrijf passief te ondergaan,<br />
of dat anderen <strong>in</strong>gegrepen zouden hebben. Anderen,<br />
die niet direct op de eisen van de dader zijn <strong>in</strong>gegaan<br />
en daardoor letsel hebben opgelopen, zouden dat bij<br />
wat je zaait. Deze ‘verdiende-loonredener<strong>in</strong>g’ blijft <strong>in</strong> de<br />
pas met <strong>het</strong> cognitieve basisschema van de just world.<br />
n Confrontatie met de kwaadwilligheid van daders. Tot<br />
op zekere hoogte waant iedereen zich onkwetsbaar.<br />
Je gelooft wel <strong>in</strong> <strong>het</strong> bestaan van crim<strong>in</strong>aliteit, maar niet<br />
dat <strong>het</strong> jezelf overkomt. Of dat de dader tot zulke d<strong>in</strong>gen<br />
<strong>in</strong> staat is. Daarom heeft <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> eerste<br />
<strong>in</strong>stantie de neig<strong>in</strong>g te denken dat hij zijn geld of<br />
mobiel verloren is, totdat hij zich realiseert dat zijn<br />
spullen zijn gestolen.<br />
COGNITIEVE COPINGMECHANISMEN:<br />
EMOTIES CONTROLEREN<br />
GEDRAGSMATIGE COPINGMECHANISMEN<br />
Gedragsmatige cop<strong>in</strong>g met <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident zelf neemt de<br />
vorm aan van:<br />
n Een gewelddadige reactie tijdens <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident zelf. Soms<br />
stellen slachtoffers zich fysiek of verbaal teweer. Vooral<br />
voor jongens geldt er toch een soort ‘erecode’ (cool rule)<br />
dat iemand die wordt aangevallen tenm<strong>in</strong>ste een<br />
pog<strong>in</strong>g doet om zich te verdedigen, ook al is de andere<br />
partij sterker. Maar niet altijd is <strong>het</strong> slachtoffer tot een<br />
tegenreactie <strong>in</strong> staat, door verrass<strong>in</strong>g of angst. Het kan<br />
ook een bewuste overweg<strong>in</strong>g zijn om zich niet te verdedigen,<br />
als <strong>het</strong> slachtoffer zich bij voorbaat kansloos acht.<br />
Uit angst de dader te provoceren, of uit angst om mede<br />
<strong>het</strong> onderzoek komt naar voren dat slachtoffers meestal<br />
een beroep op hun ouders doen, al was <strong>het</strong> maar omdat<br />
ze verwond<strong>in</strong>gen of verdwenen spullen moeten verklaren.<br />
Zwijgen slachtoffers tegenover hen, dan is dat<br />
meestal uit angst voor hun reactie, om ze te ontzien, of<br />
omdat ze ongewenste gevolgen voorzien, zoals <strong>het</strong><br />
<strong>in</strong>schakelen van politie of <strong>in</strong>stitutionele hulp. Jonge<br />
slachtoffers blijken we<strong>in</strong>ig beroep te doen op officiële<br />
hulp<strong>in</strong>stanties. Ze zijn onbekend met <strong>het</strong> aanbod, v<strong>in</strong>den<br />
wat hen is overkomen niet erg genoeg om <strong>in</strong>stitutionele<br />
hulp <strong>in</strong> te schakelen of worden goed opgevangen<br />
b<strong>in</strong>nen hun eigen sociale netwerk.<br />
nader <strong>in</strong>zien wel hebben willen doen. Aan de andere<br />
kant bedenken ze scenario’s waar<strong>in</strong> <strong>het</strong> veel slechter<br />
In paragraaf 2 is aan de orde gekomen dat <strong>het</strong> meemaken<br />
van een misdrijf of ongeval allerlei emoties oproept, waar-<br />
de schuld te krijgen van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident.<br />
n Het heft <strong>in</strong> eigen handen nemen. Daarmee doelt<br />
Cop<strong>in</strong>g <strong>in</strong> relatie tot de kans op hernieuwd slachtofferschap<br />
<strong>in</strong> de toekomst heeft eveneens een cognitieve en<br />
42 gedragsmatige component.<br />
43<br />
van boosheid en angst de belangrijkste zijn. Deze emoties<br />
moeten gekanaliseerd worden en daarbij onderscheidt<br />
Vynckier drie strategieën:<br />
n Uit<strong>in</strong>g van wraakgevoelens <strong>in</strong> fantasie: als uitlaatklep<br />
bedenken slachtoffers wraakacties en handel<strong>in</strong>gen die<br />
ze de dader willen aandoen, zonder deze overigens uit<br />
te voeren. Dit is ook een vorm van scenario’s bedenken,<br />
maar dan om boosheid te uiten.<br />
n Confrontatie met angst: om hun angst te overw<strong>in</strong>nen<br />
gaan slachtoffers soms zo snel mogelijk terug naar de<br />
plaats waar <strong>het</strong> delict heeft plaatsgevonden. Door hun<br />
angst onder ogen te zien en op dat moment te accepteren<br />
hoopt men dat deze zal verm<strong>in</strong>deren of verdwijnen.<br />
n Verdr<strong>in</strong>gen en taboeïseren: dat doen jongeren door te<br />
proberen niet meer aan <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident te denken en er<br />
met niemand over te praten. Doorgaan met <strong>het</strong> leven<br />
alsof er niets gebeurd is. Een andere manier is om de<br />
schijn op te houden dat <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident <strong>het</strong> slachtoffer niet<br />
geraakt heeft en wat er gebeurd is ridiculiseren of<br />
bagatelliseren.<br />
Vynckier op alle daden die <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> de nasleep<br />
van <strong>het</strong> misdrijf, al dan niet met hulp van anderen stelt<br />
ten aanzien van de dader, of om gestolen spullen terug<br />
te v<strong>in</strong>den. Dat kunnen daden van vergeld<strong>in</strong>g zijn, bijvoorbeeld<br />
wanneer een slachtoffer de dader door zijn<br />
vrienden onder handen laat nemen bij wijze van gelegitimeerde<br />
‘straf’. Het kan ook gaan om compensatie,<br />
zoals <strong>het</strong> ‘terugstelen’ van een fiets ter vervang<strong>in</strong>g van<br />
<strong>het</strong> gestolen exemplaar.<br />
n Zwijgen of spreken? Het gaat hier om de keuze om derden<br />
of <strong>in</strong>stanties op de hoogte te brengen van wat er<br />
gebeurd is en een beroep te doen op steun en hulp.<br />
Vynckier merkt hierover op dat slachtoffers doorgaans<br />
vertrouwen hebben <strong>in</strong> of iets verwachten van de personen<br />
en <strong>in</strong>stanties tot wie ze zich wenden. Soms is <strong>het</strong><br />
ook een kwestie van wie er op dat moment toevallig<br />
beschikbaar is. Het slachtoffer maakt de keuze niet altijd<br />
alleen. Ouders kunnen bijvoorbeeld aandr<strong>in</strong>gen op <strong>het</strong><br />
doen van aangifte en een vertrouwenspersoon op<br />
school kan besluiten om ouders toch te <strong>in</strong>formeren. Uit<br />
REVICTIMISATIE: COGNITIEVE<br />
COPINGMECHANISMEN<br />
Wantrouwen: een slachtofferervar<strong>in</strong>g is een confrontatie<br />
met de eigen kwetsbaarheid en kwaadwillendheid van<br />
anderen. Het slachtoffer raakt − <strong>in</strong> overdrachtelijke z<strong>in</strong> −<br />
zijn onschuld kwijt. Ook uit ons eigen onderzoek (zie<br />
deel 2) blijkt dat <strong>het</strong> misdrijf <strong>het</strong> vertrouwen <strong>in</strong> anderen<br />
aantast en slachtoffers meer op hun hoede zijn.<br />
Shit happens,<br />
dat hoort bij<br />
<strong>het</strong> leven
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
REVICTIMISATIE: GEDRAGSMATIGE<br />
COPINGMECHANISMEN<br />
Dit betreft datgene wat <strong>het</strong> slachtoffer onderneemt om de<br />
kans te verkle<strong>in</strong>en om <strong>in</strong> de toekomst opnieuw slachtoffer<br />
te worden.<br />
n Situationele en technische preventie. Hierbij valt te denken<br />
aan <strong>het</strong> aanschaffen van extra sloten om een<br />
nieuwe (fietsen)diefstal te voorkomen, <strong>het</strong> verstoppen<br />
van waardevolle spullen of <strong>het</strong> voortdurend toezicht<br />
houden erop, en <strong>het</strong> zo m<strong>in</strong> mogelijk geld of waardevolle<br />
spullen op zak hebben.<br />
n Alerter zijn, want een gewaarschuwd mens telt voor<br />
twee. Soms beperkt die alertheid zich tot de plaats of<br />
situatie waar de betrokkene slachtoffer is geworden, of<br />
tot de bevolk<strong>in</strong>gsgroep waartoe de dader behoort.<br />
n Vermijd<strong>in</strong>gsgedrag. In <strong>het</strong> verlengde van <strong>het</strong> vorige,<br />
kunnen slachtoffers bepaalde plaatsen, situaties of personen<br />
gaan vermijden. Bijvoorbeeld door een andere<br />
route naar school te nemen of een blokje om te gaan als<br />
potentiële daders worden gespot. Jongeren kunnen<br />
daar<strong>in</strong> ook behoorlijk ver gaan, zoals <strong>het</strong> veranderen<br />
van school, of <strong>het</strong> stoppen met sport om de dader(s)<br />
maar uit de weg te kunnen gaan.<br />
n De <strong>in</strong>zet van fysieke kracht en wapens. Sommige slachtoffers<br />
gaan op zelfverdedig<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de hoop of verwacht<strong>in</strong>g<br />
om potentiële daders te ontmoedigen of zich te<br />
kunnen verweren als de gelegenheid zich voordoet.<br />
Verschillende slachtoffers <strong>in</strong> Vynckiers onderzoek melden<br />
voortaan wapens bij zich te hebben, zoals een mes<br />
en zelfs een stungun.<br />
n Safety <strong>in</strong> numbers. Met zijn tweeën of meer ben je veiliger<br />
dan <strong>in</strong> je eentje. Een groep biedt bescherm<strong>in</strong>g en is een<br />
morele steun <strong>in</strong> de rug. In feite is dit ook een vorm van<br />
vermijd<strong>in</strong>g, namelijk vermijden alleen over straat te gaan.<br />
n Andere strategieën. Een voorbeeld hiervan is proberen<br />
anderen te behoeden voor een soortgelijke<br />
slachtofferervar<strong>in</strong>g.<br />
4.4 TOT BESLUIT<br />
Slachtoffer denkt men niet gauw te worden, maar <strong>het</strong> kan<br />
iedereen gebeuren. Voor jongeren is een misdrijf of ongeval<br />
vaak een eerste serieuze confrontatie met hun eigen<br />
kwetsbaarheid en de kwaadwillendheid van anderen. Een<br />
confrontatie die zij ieder op hun eigen wijze aangaan. Hun<br />
gevoelens, reacties, de betekenis die ze geven aan <strong>het</strong><br />
<strong>in</strong>cident en <strong>het</strong> emotioneel, cognitief en sociaal hanteren<br />
van de ervar<strong>in</strong>g verschillen van persoon tot persoon. Niet<br />
alleen de aard en ernst van <strong>het</strong> misdrijf of ongeval zijn<br />
daar<strong>in</strong> bepalend, maar evenzo persoonlijke omstandigheden<br />
en eigenschappen en omgev<strong>in</strong>gsfactoren. Zo kan de<br />
gebeurtenis bij de een diepe sporen achterlaten, terwijl<br />
anderen <strong>het</strong> voorval tamelijk gemakkelijk van zich af kunnen<br />
laten glijden.<br />
In de vorige paragraaf hebben we kunnen zien dat jongeren<br />
een variëteit aan cop<strong>in</strong>gstrategieën <strong>in</strong>zetten om plaats<br />
en betekenis te geven aan hun slachtofferervar<strong>in</strong>g.<br />
Bepaalde strategieën kunnen contraproductief lijken, maar<br />
zijn dat bij nader <strong>in</strong>zien niet. Zichzelf de schuld geven van<br />
<strong>het</strong> gebeurde biedt tegelijkertijd een vorm van controle en<br />
een handel<strong>in</strong>gsperspectief. Zwijgen over wat er gebeurd is,<br />
zouden wij niet snel aanbevelen, maar voor <strong>het</strong> jonge<br />
slachtoffer kunnen de gevolgen van spreken nog onaangenamer<br />
zijn. Uit <strong>het</strong> onderzoek van Vynckier blijkt dat veel<br />
jonge slachtoffers op een of andere manier hun gedrag<br />
aanpassen om kans op hernieuwd slachtofferschap te<br />
voorkomen. Door die verantwoordelijkheid te nemen en<br />
risico’s te verkle<strong>in</strong>en, vergroten zij hun weerbaarheid. Zo<br />
levert een nare ervar<strong>in</strong>g toch iets positiefs op.<br />
In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk maken we overstap naar <strong>het</strong><br />
juridische dome<strong>in</strong> en bekijken we welke plaats jongeren<br />
<strong>in</strong>nemen <strong>in</strong> <strong>het</strong> (straf)recht.<br />
5 Rechten van jongeren,<br />
jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht<br />
Een juridisch perspectief<br />
Over de positie van jongeren <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafrecht kunnen we<br />
eigenlijk heel kort zijn. Voor jonge verdachten en daders<br />
geldt een speciaal regime: <strong>het</strong> jeugd- en adolescentenstrafrecht.<br />
Maar voor jonge slachtoffers zijn vooralsnog<br />
geen speciale rechten of voorzien<strong>in</strong>gen gecreëerd. Voor<br />
hen gelden de ‘algemene’ slachtofferrechten zoals die <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> Wetboek van Strafvorder<strong>in</strong>g, aanwijz<strong>in</strong>gen en regel<strong>in</strong>gen<br />
zijn vastgelegd. Na een korte beschouw<strong>in</strong>g over de<br />
relatie tussen strafrecht en jongeren volgt een beschrijv<strong>in</strong>g<br />
van de huidige positie van <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
Nederlandse strafrecht en kijken we naar de betekenis van<br />
<strong>in</strong>ternationaalrechtelijke bepal<strong>in</strong>gen. Dat zijn dan met<br />
name de Richtlijn 2012/29/EU van <strong>het</strong> Europees Parlement<br />
en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststell<strong>in</strong>g van m<strong>in</strong>imumnormen<br />
voor de rechten, de ondersteun<strong>in</strong>g en de<br />
bescherm<strong>in</strong>g van slachtoffers van strafbare feiten (kortweg<br />
de Slachtofferrichtlijn) en <strong>het</strong> Internationaal Verdrag<br />
voor de Rechten van <strong>het</strong> K<strong>in</strong>d (IVRK).<br />
5.1 JONGEREN IN HET (STRAF)RECHT<br />
Al vroeg heeft <strong>in</strong> <strong>het</strong> Nederlandse (straf)recht de overtuig<strong>in</strong>g<br />
postgevat dat k<strong>in</strong>deren, <strong>in</strong> casu m<strong>in</strong>derjarigen, niet<br />
op dezelfde manier behandeld kunnen worden als vol-<br />
wassenen. Zij kunnen de consequenties van hun keuzes<br />
en daden niet goed overzien en de gevolgen vaak ook<br />
niet zelfstandig dragen. Daarom rekent de wet m<strong>in</strong>derjarigen,<br />
afhankelijk van hun leeftijd, hun handel<strong>in</strong>gen<br />
niet of slechts gedeeltelijk toe. Dat heeft tot gevolg dat<br />
ze bepaalde d<strong>in</strong>gen helemaal niet mogen − stemmen,<br />
autorijden zonder begeleid<strong>in</strong>g, alcohol kopen − en andere<br />
d<strong>in</strong>gen slechts met toestemm<strong>in</strong>g van de verantwoordelijke<br />
volwassene(n).<br />
44 45<br />
GEZAG EN TOESTEMMING<br />
Het burgerlijk recht bepaalt dat k<strong>in</strong>deren onder de 18<br />
voor de meeste (rechts)handel<strong>in</strong>gen uitdrukkelijke of stilzwijgende<br />
toestemm<strong>in</strong>g van hun ouders of voogd nodig<br />
hebben. Ontbreekt die, dan kan de handel<strong>in</strong>g ongedaan<br />
worden gemaakt door degene onder wiens gezag <strong>het</strong><br />
k<strong>in</strong>d staat. Denk aan <strong>het</strong> afsluiten van een mobiel telefoonabonnement<br />
of de aankoop van een scooter.<br />
Wel neemt tussen <strong>het</strong> 12e en 18e jaar de wettelijke handel<strong>in</strong>gsvrijheid<br />
en verantwoordelijkheid van jongeren stapsgewijs<br />
toe. Vanaf hun 12e jaar mogen ze hun men<strong>in</strong>g<br />
geven over medische of rechterlijke besliss<strong>in</strong>gen die hen<br />
aangaan en zelfstandig een identiteitskaart aanvragen.<br />
Een 13-jarige mag betaald werk verrichten en vanaf hun<br />
14e zijn jongeren <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel zelf aansprakelijk voor
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
schade die zij aanrichten, al zijn ouders nog medeaansprakelijk.<br />
Vanaf hun 16e hebben jongeren geen toestemm<strong>in</strong>g<br />
van ouders meer nodig als ze zich als donor willen registreren,<br />
een arbeidsovereenkomst willen aangaan of een<br />
testament laten opstellen. Ze beslissen zelf over medische<br />
handel<strong>in</strong>gen. In geval van zwangerschap kan een 16-jarige<br />
de rechter vragen om haar meerderjarig te verklaren.<br />
S<strong>in</strong>ds een aantal jaar is <strong>het</strong> mogelijk op 17-jarige leeftijd<br />
een rijbewijs te halen en onder begeleid<strong>in</strong>g van een coach<br />
een auto op de openbare weg te besturen. Vanaf 18 zijn<br />
jongeren meerderjarig en kunnen zij alle burgerlijke<br />
rechten en plichten <strong>in</strong> volle omvang uitoefenen, tenzij er<br />
sprake is van een uitzonder<strong>in</strong>gssituatie zoals een psychische<br />
stoornis of ernstige beperk<strong>in</strong>g. 64<br />
Op 1 april 2014 is <strong>het</strong> adolescentenstrafrecht <strong>in</strong>gevoerd.<br />
Dat betekent dat bij verdachten <strong>in</strong> de leeftijd van 16 tot 23<br />
jaar de rechter kan besluiten om voor <strong>het</strong> jeugdstrafrecht<br />
of juist voor <strong>het</strong> volwassenenstrafrecht te kiezen. Hij laat<br />
zich daarbij leiden door <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau van de<br />
verdachte. Een 18-jarige kan emotioneel en cognitief op<br />
<strong>het</strong> niveau van een 12-jarige zitten, terwijl een 16-jarige<br />
net zo ver is <strong>in</strong> zijn doen en denken als een 18-jarige.<br />
JEUGDIGE SLACHTOFFERS<br />
Over jeugdige slachtoffers zeggen de Wetboeken van<br />
Strafrecht en Strafvorder<strong>in</strong>g niet zo veel. Er is een aantal<br />
misdrijven waarbij de leeftijd van <strong>het</strong> slachtoffer van<br />
<strong>in</strong>vloed is op de strafmaat. Zo is <strong>het</strong> vervaardigen, verspreiden<br />
en bezitten van pornografisch materiaal waar<strong>in</strong><br />
alleen volwassenen figureren niet strafbaar, maar k<strong>in</strong>derporno<br />
is dat wel (art. 240b Sr). Seksuele handel<strong>in</strong>gen door<br />
een volwassene met een k<strong>in</strong>d beneden de 16 zijn strafbaar<br />
(art. 245 Sr). Is <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d jonger dan 12 jaar, dan is straf<br />
hoger (art. 244 Sr). Andere zedendelicten die strafbaar<br />
zijn vanwege de m<strong>in</strong>derjarigheid van <strong>het</strong> slachtoffer, zijn<br />
onder meer <strong>het</strong> aanzetten van een m<strong>in</strong>derjarige tot<br />
ontuchtige handel<strong>in</strong>gen (art. 248a Sr), of hem/haar getuige<br />
laten zijn zulke handel<strong>in</strong>gen (art. 248d Sr) of gebruik<br />
maken van de diensten van een m<strong>in</strong>derjarige prostituee<br />
(art. 248b Sr). Relatief recent is <strong>het</strong> artikel over groom<strong>in</strong>g<br />
(art. 248e Sr), <strong>het</strong> via <strong>in</strong>ternet benaderen van 16-m<strong>in</strong>ners<br />
en deze verleiden tot <strong>het</strong> plegen of getuige zijn van<br />
ontuchtige handelen voor de webcam of tijdens een<br />
(fysieke) ontmoet<strong>in</strong>g. Ten slotte is <strong>het</strong> een strafverzwarende<br />
omstandigheid wanneer ontucht of misbruik wordt<br />
gepleegd door een ouder, voogd, opvoeder, verzorger of<br />
andere persoon die een bepaalde verantwoordelijkheid<br />
heeft voor <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d (art. 248, tweede lid).<br />
AANGIFTE DOEN EN GETUIGEN<br />
In <strong>het</strong> Wetboek van Strafvorder<strong>in</strong>g is nog veel m<strong>in</strong>der te<br />
v<strong>in</strong>den over m<strong>in</strong>derjarigen als slachtoffer en/of getuigen.<br />
Er is geen m<strong>in</strong>imumleeftijd voor <strong>het</strong> doen van aangifte.<br />
Iedereen mag aangifte doen (art. 161 Sv) en de politie is<br />
verplicht deze op te nemen. Voor sommige delicten moet<br />
een slachtoffer niet alleen aangifte doen maar ook een<br />
klacht <strong>in</strong>dienen, wil de officier van justitie tot vervolg<strong>in</strong>g<br />
over kunnen gaan. Dit is bijvoorbeeld zo bij smaad, laster<br />
en beledig<strong>in</strong>g en vroeger ook bij zedendelicten. Dient een<br />
wettelijk vertegenwoordiger (ouder of voogd) namens<br />
een k<strong>in</strong>d van 12 jaar en ouder een klacht <strong>in</strong>, dan moet <strong>het</strong><br />
OM <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d zelf <strong>in</strong> de gelegenheid stellen zijn men<strong>in</strong>g te<br />
geven over de wenselijkheid van een eventuele vervolg<strong>in</strong>g<br />
(art. 165a Sv). Stel dat een meisje slachtoffer wordt<br />
van sext<strong>in</strong>g: een boos ex-vriendje stuurt <strong>in</strong>tieme plaatjes<br />
van haar via Facebook de hele school rond. Het meisje<br />
schaamt zich enorm en wil er absoluut geen aangifte van<br />
doen, maar haar ouders wel en zij dienen een klacht <strong>in</strong> bij<br />
de politie. De officier van justitie moet dan <strong>het</strong> meisje de<br />
kans geven haar men<strong>in</strong>g kenbaar te maken. Zij wil juist<br />
dat de dader met rust wordt gelaten, want de plaatjes zijn<br />
toch al <strong>in</strong> omloop en hoe meer aandacht erop gevestigd<br />
wordt, hoe meer zij er last van heeft. Bovendien is ze bang<br />
voor wraak van <strong>het</strong> ex-vriendje. De officier is verplicht de<br />
belangen van <strong>het</strong> slachtoffer mee te nemen <strong>in</strong> zijn besluit<br />
om al dan niet te vervolgen. Artikel 167a Sv bepaalt <strong>het</strong>zelfde<br />
voor sommige zedendelicten, zoals bij gemeenschap<br />
met een persoon jonger dan 16 jaar. Ook daarbij<br />
moet <strong>het</strong> OM <strong>het</strong> m<strong>in</strong>derjarige slachtoffer <strong>in</strong> de gelegenheid<br />
stellen zijn men<strong>in</strong>g te geven over <strong>het</strong> misdrijf en de<br />
vervolg<strong>in</strong>g daarvan.<br />
Een artikel dat niet per se op jeugdige slachtoffers betrekk<strong>in</strong>g<br />
heeft, maar wel op getuigen onder de 16 jaar, is artikel<br />
216a, tweede lid Sv. Getuigen ouder dan 16 worden<br />
beëdigd en zijn verplicht de waarheid te vertellen, anders<br />
plegen ze me<strong>in</strong>eed en dat is strafbaar. Getuigen jonger<br />
dan 16 jaar worden ‘gemaand’ de waarheid te vertellen en<br />
kunnen dus ook geen me<strong>in</strong>eed plegen. In de politiefase<br />
van <strong>het</strong> onderzoek worden k<strong>in</strong>deren van 4-12 jaar vaak<br />
verhoord <strong>in</strong> een speciale studio. Dan gaat <strong>het</strong> bijna altijd<br />
om zaken van k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g of seksueel misbruik.<br />
Dat staat echter niet <strong>in</strong> <strong>het</strong> wetboek, maar <strong>in</strong> de<br />
Aanwijz<strong>in</strong>g Opspor<strong>in</strong>g en Vervolg<strong>in</strong>g <strong>in</strong>zake seksueel<br />
misbruik van <strong>het</strong> Openbaar M<strong>in</strong>isterie. 65 Overigens kan<br />
de politie k<strong>in</strong>deren verhoren zonder toestemm<strong>in</strong>g van de<br />
ouders en zonder hen daarvan eerst op de hoogte te<br />
stellen.<br />
SPREEKRECHT<br />
Een ander artikel waar<strong>in</strong> specifiek aan de leeftijd van <strong>het</strong><br />
slachtoffer wordt gerefereerd, is 51e Sv, dat <strong>het</strong> spreekrecht<br />
regelt. Het derde lid vermeldt: ‘Tot de slachtoffers of<br />
nabestaanden die van <strong>het</strong> spreekrecht gebruik kunnen<br />
maken, behoort de m<strong>in</strong>derjarige die de leeftijd van 12 jaar<br />
heeft bereikt. Hetzelfde geldt voor de m<strong>in</strong>derjarige die die<br />
leeftijd nog niet heeft bereikt en die <strong>in</strong> staat kan worden<br />
geacht tot een redelijke waarder<strong>in</strong>g van zijn belangen<br />
terzake.’ Of de 12-m<strong>in</strong>ner <strong>in</strong> staat is ‘tot een redelijke waarder<strong>in</strong>g<br />
van zijn belangen terzake’ beoordeelt de rechter.<br />
Met andere woorden: als de rechter denkt dat een k<strong>in</strong>d<br />
van 12 jaar of jonger <strong>in</strong> staat is om tijdens de rechtszitt<strong>in</strong>g<br />
zelf te spreken over de impact van <strong>het</strong> misdrijf, dan kan hij<br />
dat toestaan. Wil een k<strong>in</strong>d iemand anders voor zich laten<br />
spreken, dan is dat ook mogelijk, want dat recht hebben<br />
alle slachtoffers.<br />
46<br />
TOEREKENBAARHEID EN STRAF<br />
Het Nederlandse strafrecht sluit vervolg<strong>in</strong>g van k<strong>in</strong>deren<br />
jonger dan 12 jaar uit, ongeacht wat zij gedaan hebben.<br />
Vanwege hun prille ontwikkel<strong>in</strong>g zijn hun daden hun niet<br />
toe te rekenen. Ook al zou een 11-jarige een moord hebben<br />
gepleegd, dan nog kan <strong>het</strong> Openbaar M<strong>in</strong>isterie (OM)<br />
geen vervolg<strong>in</strong>g <strong>in</strong>stellen. Er zijn natuurlijk wel andere<br />
wettelijke <strong>in</strong>strumenten om de dader onder toezicht en<br />
behandel<strong>in</strong>g te stellen. Daarvoor wordt Bureau Jeugdzorg<br />
<strong>in</strong>geschakeld.<br />
47<br />
Tussen 12 en 16 geldt <strong>het</strong> jeugdstrafrecht. Uitgangspunt<br />
is dat daden nog steeds <strong>in</strong> beperkte mate toerekenbaar<br />
zijn aan k<strong>in</strong>deren <strong>in</strong> deze leeftijd, maar dat vergeld<strong>in</strong>g en<br />
vooral rehabilitatie wel aan de orde zijn. Ook verdienen ze<br />
extra bescherm<strong>in</strong>g tijdens de strafprocedure. Dat betekent<br />
dat er speciale rechten en voorzien<strong>in</strong>gen zijn voor jeugdigen,<br />
bijvoorbeeld met betrekk<strong>in</strong>g tot de bijstand van een<br />
advocaat, <strong>het</strong> afnemen van verhoren en de openbaarheid<br />
van de rechtszitt<strong>in</strong>g. Verder gelden voor daders <strong>in</strong> deze<br />
leeftijdscategorie andere straffen. Die zijn meestal lager en<br />
meer gericht op leren van je fouten en aanleren van ander<br />
gedrag, bijvoorbeeld door werk- en leerstraffen.<br />
Aan de andere slachtofferbepal<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> Wetboek van<br />
Strafvorder<strong>in</strong>g is geen leeftijdsgrens gekoppeld. De vraag<br />
is natuurlijk wel <strong>in</strong> hoeverre jongeren deze rechten zelfstandig<br />
kunnen en willen uitoefenen. Voor een volwassene<br />
is dat vaak al <strong>in</strong>gewikkeld genoeg. In paragraaf 5.2 komt<br />
de positie van <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafproces aan de<br />
orde aan de hand van de verschillende rechten en voorzien<strong>in</strong>gen<br />
waarop slachtoffers aanspraak kunnen maken.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
5.2 DE POSITIE VAN HET SLACHTOFFER<br />
IN HET STRAFPROCES<br />
Vanaf de jaren zeventig is de maatschappelijke en politieke<br />
belangstell<strong>in</strong>g voor slachtoffers van misdrijven gestaag<br />
toegenomen. Mijlpalen <strong>in</strong> deze ontwikkel<strong>in</strong>g zijn de<br />
opricht<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven<br />
(1976), de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de Wet Terwee (1995) die de<br />
mogelijkheid voor <strong>het</strong> slachtoffer om als benadeelde<br />
partij <strong>in</strong> de strafprocedure een schadevergoed<strong>in</strong>g van de<br />
verdachte te eisen (voegen) aanzienlijk uitbreidt, en de<br />
<strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de schriftelijke slachtofferverklar<strong>in</strong>g (2004)<br />
en <strong>het</strong> spreekrecht (2005) voor slachtoffers.<br />
spreekrecht. Per 1 januari is de Wet conservatoir beslag<br />
slachtoffers <strong>in</strong> werk<strong>in</strong>g getreden. Het OM kan daarmee<br />
beslag leggen op <strong>het</strong> vermogen van de verdachte ten<br />
behoeve van <strong>het</strong> benadeelde slachtoffer. Een wet op de<br />
verdere <strong>in</strong>houdelijke uitbreid<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> spreekrecht is<br />
<strong>in</strong>middels <strong>in</strong> behandel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de Tweede Kamer. Daarmee<br />
wordt beoogd de huidige beperk<strong>in</strong>g weg te nemen dat<br />
<strong>het</strong> slachtoffer alleen mag spreken over de gevolgen van<br />
<strong>het</strong> strafbare feit.<br />
Terugkijkend kunnen we concluderen dat de positie van<br />
<strong>het</strong> slachtoffer de afgelopen decennia veel sterker is<br />
geworden. Meer dan ooit zijn politiek, rechterlijke macht<br />
en politie zich ervan bewust dat <strong>het</strong> slachtoffer een rol<br />
hoort te hebben <strong>in</strong> de afwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> misdrijf dat<br />
hem of haar is aangedaan. Maar weerstand is er ook, van<br />
degenen die v<strong>in</strong>den dat <strong>het</strong> strafproces alleen om de<br />
verdachte hoort te draaien. In hun visie gaat de (verdere)<br />
uitbreid<strong>in</strong>g van slachtofferrechten ten koste van de rechten<br />
en waarborgen van de verdachte. Is die angst terecht?<br />
In Duitsland hebben slachtoffers bevoegdheden die veel<br />
verder gaan. Slachtoffers die daarvoor <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g<br />
komen, kunnen <strong>in</strong> de rechtszaal optreden als toegevoegde<br />
aanklager (Nebenklage). Het slachtoffer heeft daar als<br />
Nebenkläger vergaande procedurele rechten. Ten gunste<br />
van Nederland moet dan weer gezegd worden dat de<br />
schadevergoed<strong>in</strong>gsregel<strong>in</strong>g voor slachtoffers waarschijnlijk<br />
nergens <strong>in</strong> Europa beter is en de samenwerk<strong>in</strong>g tussen<br />
de organisaties <strong>in</strong> de strafrechtketen van hoog niveau is.<br />
BELEID<br />
De positie van <strong>het</strong> slachtoffer wordt niet alleen bepaald<br />
door wat er <strong>in</strong> <strong>het</strong> wetboek staat, maar vooral door hoe de<br />
verantwoordelijke <strong>in</strong>stanties daaraan <strong>in</strong> de praktijk <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g<br />
geven. Dat gebeurt met behulp van allerlei richtlijnen,<br />
aanwijz<strong>in</strong>gen, reglementen en protocollen. Zoals de<br />
Aanwijz<strong>in</strong>g slachtofferzorg van <strong>het</strong> OM en de Model -<br />
r egel<strong>in</strong>g <strong>in</strong>zake passende verblijfsomgev<strong>in</strong>g slachtoffers<br />
van de Raad voor de Rechtspraak. Richt<strong>in</strong>ggevend daar<strong>in</strong><br />
zijn de visie en <strong>het</strong> beleid van <strong>het</strong> m<strong>in</strong>isterie van Veiligheid<br />
en Justitie.<br />
Uitgangspunt voor <strong>het</strong> landelijke slachtofferbeleid zijn de<br />
behoeften van <strong>het</strong> slachtoffer. Hiertoe worden ook<br />
nabestaanden gerekend. Het m<strong>in</strong>isterie onderscheidt vijf<br />
thema’s, namelijk erkenn<strong>in</strong>g en zorgvuldige bejegen<strong>in</strong>g<br />
(waaronder een goede <strong>in</strong>formatievoorzien<strong>in</strong>g), toegang<br />
tot <strong>het</strong> recht, bescherm<strong>in</strong>g, ondersteun<strong>in</strong>g en schadeloosstell<strong>in</strong>g<br />
en herstel. 66 Aan de hand van deze thema’s lichten<br />
we de rechten en de positie van <strong>het</strong> slachtoffer (en nabestaanden)<br />
toe. 67<br />
Slachtoffers hebben behoefte aan erkenn<strong>in</strong>g van wat hun<br />
is aangedaan en een zorgvuldige bejegen<strong>in</strong>g door de<br />
<strong>in</strong>stanties die zijn belast met de afhandel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />
misdrijf of ongeval. Zorgvuldig is een breed begrip waarvoor<br />
geen spijkerharde criteria zijn. Een respectvolle<br />
behandel<strong>in</strong>g en serieus genomen worden is belangrijk<br />
voor slachtoffers, zo blijkt uit onderzoek. 68 Maar hoe is dat<br />
te vertalen naar wettelijke voorschriften? In feite ligt de<br />
notie van erkenn<strong>in</strong>g en zorgvuldige bejegen<strong>in</strong>g ten<br />
grondslag aan alle slachtofferrechten, waarbij <strong>het</strong><br />
m<strong>in</strong>isterie een accent legt op <strong>in</strong>formatieverstrekk<strong>in</strong>g:<br />
n Het slachtoffer heeft recht op een correcte bejegen<strong>in</strong>g<br />
(art. 51a lid 2 Sv). De officier van justitie draagt zorg voor<br />
een correcte bejegen<strong>in</strong>g door <strong>het</strong> OM en de politie, op<br />
de rechtszitt<strong>in</strong>g is de voorzitter (rechter) daarvoor verantwoordelijk<br />
(art. 288a lid 2 Sv).<br />
n Het slachtoffer heeft recht op <strong>in</strong>formatie over de (voortgang<br />
van de) procedure, zijn rechten (bv. op schadevergoed<strong>in</strong>g)<br />
en de besliss<strong>in</strong>gen van politie en OM<br />
<strong>in</strong>zake de opspor<strong>in</strong>g, vervolg<strong>in</strong>g en vrijlat<strong>in</strong>g van de<br />
verdachte/veroordeelde (art. 51a, lid 3 en 4 Sv).<br />
Uitgangspunt hierbij is dat <strong>het</strong> slachtoffer zelf mag<br />
aangeven of hij op de hoogte gehouden wil worden.<br />
Hij kan er ook voor kiezen om juist geen <strong>in</strong>formatie te<br />
willen ontvangen.<br />
n Het recht op <strong>in</strong>formatie betekent dat <strong>het</strong> slachtoffer ook<br />
kennis mag nemen van de processtukken (strafdossier)<br />
voor zover dat <strong>in</strong> zijn belang is (art. 51b lid 1 Sv). De officier<br />
kan dit op bepaalde gronden weigeren. Voor een<br />
dergelijke weiger<strong>in</strong>g heeft de officier toestemm<strong>in</strong>g<br />
nodig van de rechter-commissaris.<br />
n Het slachtoffer mag ook stukken toevoegen aan <strong>het</strong><br />
procesdossier, voor zover ze relevant zijn voor de beoordel<strong>in</strong>g<br />
van de zaak tegen verdachte of de schadevergoed<strong>in</strong>g<br />
(art. 51b lid 2 Sv). Het slachtoffer kan dus zelf<br />
bewijs tegen de verdachte aandragen. De officier kan<br />
dit weigeren, maar ook <strong>in</strong> dat geval heeft de officier toestemm<strong>in</strong>g<br />
nodig van de rechter-commissaris.<br />
n De officier kan <strong>het</strong> slachtoffer een slachtoffergesprek<br />
aanbieden, bijvoorbeeld om <strong>het</strong> dossier of de strafeis<br />
toe te lichten. Bij spreekrechtwaardige delicten is dat<br />
een verplicht<strong>in</strong>g. Deze verplicht<strong>in</strong>g is echter niet <strong>in</strong> de<br />
wet, maar <strong>in</strong> een beleidsregel neergelegd.<br />
48<br />
Met de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de Wet versterk<strong>in</strong>g positie slachtoffers<br />
(2011) komt er voor <strong>het</strong> eerst een aparte slachtoffertitel<br />
(IIIA) <strong>in</strong> <strong>het</strong> Wetboek van Strafvorder<strong>in</strong>g. De wet codificeert<br />
bestaand beleid, breidt de werk<strong>in</strong>g van bestaande<br />
rechten uit en voegt een aantal nieuwe rechten toe.<br />
Belangrijk zijn de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de voorschotmaatregel,<br />
<strong>het</strong> recht op <strong>in</strong>formatie, waaronder kennisnemen van <strong>het</strong><br />
strafdossier, en <strong>het</strong> recht om stukken toe te voegen aan<br />
<strong>het</strong> strafdossier. In 2012 volgde een uitbreid<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />
49<br />
In Nederland zijn slachtoffers<br />
procesdeelnemer en geen procespartij,<br />
wat betekent dat slachtoffers uite<strong>in</strong>delijk<br />
maar een heel kle<strong>in</strong>e rol hebben
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
Toegang tot <strong>het</strong> recht refereert voornamelijk aan de<br />
behoefte van <strong>het</strong> slachtoffer om een stem te hebben <strong>in</strong> de<br />
wijze waarop justitie <strong>het</strong> misdrijf afhandelt. Er zijn verschillende<br />
rechten die <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> staat stellen om actief<br />
te participeren <strong>in</strong> de strafprocedure:<br />
n Toegang tot <strong>het</strong> recht beg<strong>in</strong>t bij duidelijke en tijdige<br />
<strong>in</strong>formatie over de procedure, de besliss<strong>in</strong>gen die ge -<br />
nomen worden en de rol die <strong>het</strong> slachtoffer daar<strong>in</strong> kan<br />
spelen. Zo moet <strong>het</strong> OM <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong>formeren over<br />
zitt<strong>in</strong>gsdata, maar ook over de mogelijkheid van schadevergoed<strong>in</strong>g,<br />
uitoefen<strong>in</strong>g van spreekrecht en dergelijke.<br />
n Belanghebbenden kunnen bezwaar maken tegen<br />
besliss<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong> OM op grond van artikel 12 Sv<br />
(‘beklag’) om een strafbaar feit niet te vervolgen. Het<br />
beheersen, kunnen dat aangeven bij <strong>het</strong> OM zodat een<br />
tolk op de rechtszitt<strong>in</strong>g voor vertal<strong>in</strong>g kan zorgen (art.<br />
51c lid 3 Sv). Voor <strong>het</strong> slachtoffer is deze dienst gratis.<br />
n Het spreekrecht staat open voor slachtoffers van zwaardere<br />
delicten (art. 51e en art. 302 Sv). Dat zijn misdrijven<br />
waarop acht of meer jaar gevangenisstraf staat en een<br />
aantal specifiek genoemde delicten. Spreekgerechtigd<br />
zijn slachtoffers en nabestaanden. Ze kunnen iemand<br />
namens hen laten spreken, bijvoorbeeld een familielid,<br />
advocaat of Slachtofferhulpmedewerker. Slachtoffers en<br />
nabestaanden mogen alleen spreken over de gevolgen<br />
van <strong>het</strong> misdrijf, niet over <strong>het</strong> bewijs, de verdachte of de<br />
straf.<br />
n Het is op grond van artikel 51b lid 2 Sv altijd mogelijk<br />
De positie van <strong>het</strong> slachtoffer<br />
wordt niet alleen bepaald door wat er<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> wetboek staat, maar vooral door<br />
hoe de verantwoordelijke <strong>in</strong>stanties daaraan<br />
<strong>in</strong> de praktijk <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g geven<br />
50<br />
slachtoffer is uiteraard zo’n belanghebbende. Hij kan<br />
op grond hiervan de besliss<strong>in</strong>g van de officier om de<br />
verdachte niet te vervolgen of de zaak af te doen met<br />
een transactie aan <strong>het</strong> Gerechtshof voorleggen. Het Hof<br />
kan besluiten dat <strong>het</strong> OM alsnog moet vervolgen.<br />
Het is een lange procedure en de kans op herzien<strong>in</strong>g<br />
van de besliss<strong>in</strong>g van de officier is niet erg groot.<br />
n In pr<strong>in</strong>cipe hebben alle slachtoffers recht op bijstand<br />
(art. 51c Sv); zij kunnen zich laten bijstaan door een persoon<br />
naar keuze (familielid, kennis, Slachtofferhulpmedewerker,<br />
advocaat, e.d.). Zij kunnen ook iemand<br />
machtigen om hem te vertegenwoordigen op de zitt<strong>in</strong>g,<br />
bijvoorbeeld om de schadevergoed<strong>in</strong>g toe te lichten.<br />
Slachtoffers hebben geen algemeen recht op een<br />
(gratis) advocaat, maar kunnen soms wel <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g<br />
komen voor gef<strong>in</strong>ancierde rechtsbijstand. De Raad<br />
voor de Rechtsbijstand beslist hierover. Slachtoffers<br />
van ernstige zeden- of geweldsmisdrijven of hun nabestaanden<br />
kunnen <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe altijd een gratis advocaat<br />
toegewezen krijgen. Dat heet een toevoeg<strong>in</strong>g.<br />
n Slachtoffers die de Nederlandse taal niet goed<br />
een schriftelijke slachtofferverklar<strong>in</strong>g op te stellen en te<br />
laten toevoegen aan <strong>het</strong> strafdossier. Gebruikelijk is dan<br />
dat de officier of de rechter deze (gedeeltelijk) voorleest<br />
op de zitt<strong>in</strong>g.<br />
n Rechtszitt<strong>in</strong>gen zijn <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel openbaar, maar de rechter<br />
kan besluiten tot een besloten zitt<strong>in</strong>g. Hij heeft de<br />
bevoegdheid <strong>het</strong> slachtoffer <strong>in</strong> zo’n geval bijzondere<br />
toegang tot de besloten zitt<strong>in</strong>g te verlenen. Jeugdzitt<strong>in</strong>gen<br />
zijn altijd besloten, maar <strong>het</strong> slachtoffer heeft<br />
<strong>het</strong> recht hierbij aanwezig te zijn (art. 495b lid1 Sv).<br />
Slachtoffers hebben behoefte aan bescherm<strong>in</strong>g, bijvoorbeeld<br />
tegen een ongewenste confrontatie met de dader<br />
of hernieuwd slachtofferschap. De bescherm<strong>in</strong>g van hun<br />
privacy, ook ten aanzien van de media, krijgt steeds meer<br />
aandacht:<br />
n Het is <strong>in</strong> uitzonderlijke gevallen mogelijk om aangifte te<br />
doen zonder dat de identiteit (volledig) bij de verdachte<br />
bekend wordt (anonieme aangifte). Hiervoor moet dan<br />
wel een goede reden zijn. Bijvoorbeeld ernstige bedreig<strong>in</strong>g<br />
van <strong>het</strong> slachtoffer. Via Meld Misdaad Anoniem<br />
kunnen slachtoffers of derden wel anoniem een misdrijf<br />
melden. Dat is echter niet <strong>het</strong>zelfde als aangifte doen.<br />
Het is wel altijd mogelijk voor slachtoffers om domicilie<br />
te kiezen bij de aangifte door een ander contactadres<br />
dan <strong>het</strong> eigen adres op te geven. De politie is verplicht<br />
om slachtoffers op deze mogelijkheid te wijzen.<br />
n Om de schade op de verdachte te verhalen moet <strong>het</strong><br />
slachtoffer een formulier <strong>in</strong>vullen (schadeopgave formulier<br />
of voeg<strong>in</strong>gsformulier). Dat komt <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafdossier<br />
en de verdachte en zijn advocaat kunnen dit <strong>in</strong>zien.<br />
Daarom heeft <strong>het</strong> formulier verschillende delen. Het deel<br />
waarop de persoonlijke gegevens van <strong>het</strong> slachtoffer<br />
staan, kan eventueel op <strong>het</strong> parket worden bewaard,<br />
waardoor de verdachte deze gegevens niet te zien krijgt.<br />
n Het slachtoffer kan de officier of rechter ook vragen om<br />
als bijzondere voorwaarde of als bijzondere maatregel<br />
bepaalde bescherm<strong>in</strong>gsmaatregelen op te leggen, zoals<br />
een contactverbod of gebiedsverbod. Dat kan op verschillende<br />
momenten <strong>in</strong> de procedure: bij <strong>het</strong> opheffen<br />
van de voorlopige hechtenis of als voorwaarde bij verlof<br />
of voorwaardelijke <strong>in</strong>vrijheidstell<strong>in</strong>g van de dader.<br />
Het slachtoffer heeft behoefte aan ondersteun<strong>in</strong>g bij<br />
<strong>het</strong> verwerken van de gevolgen van <strong>het</strong> misdrijf. Dat kan<br />
psychosociale ondersteun<strong>in</strong>g zijn, maar ook praktische<br />
en juridische ondersteun<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> uitoefenen van zijn<br />
rechten. Voor de leek is <strong>het</strong> juridische dome<strong>in</strong> een <strong>in</strong>gewikkelde<br />
wereld en wie de spelregels niet goed kent,<br />
staat al snel aan de kant.<br />
n De politie hoort slachtoffers te <strong>in</strong>formeren over de<br />
mogelijkheden van ondersteun<strong>in</strong>g. Bijvoorbeeld door<br />
Slachtofferhulp Nederland, maar ook over specifieke<br />
hulpverlen<strong>in</strong>g zoals de Centra voor Seksueel Geweld en<br />
Veilig Thuis. Met <strong>in</strong>gang van 1 januari 2015 zijn gemeenten<br />
verantwoordelijk voor de aanpak van huiselijk<br />
geweld en k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g.<br />
n Slachtoffers van zware geweld- en zedendelicten en<br />
nabestaanden van levensdelicten hebben recht op een<br />
extra zorgvuldige behandel<strong>in</strong>g en <strong>in</strong>tensieve begeleid<strong>in</strong>g.<br />
Politie, OM en Slachtofferhulp Nederland hebben<br />
hierover afspraken gemaakt en ook andere <strong>in</strong>stanties <strong>in</strong><br />
de strafrechtketen, zoals <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven,<br />
sluiten zich hierbij aan.<br />
51
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
Veel slachtoffers lijden materiële en immateriële schade<br />
als gevolg van <strong>het</strong> misdrijf. Er zijn verschillende mogelijkheden<br />
om die schade (voor een deel) te verhalen of<br />
herstellen.<br />
n Het slachtoffer kan zich als benadeelde partij voegen <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> strafproces door een schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong> te dienen<br />
(art. 51f lid 1 Sv). Zowel materiële (schade aan kled<strong>in</strong>g of<br />
spullen, medische kosten) als immateriële schade (smartengeld)<br />
komen voor vergoed<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g. De<br />
schade moet wel een rechtstreeks gevolg van <strong>het</strong> misdrijf<br />
zijn en onderbouwd zijn, bijvoorbeeld met bewijsstukken<br />
of jurisprudentie. Ook mag de behandel<strong>in</strong>g van<br />
de schadevorder<strong>in</strong>g niet onevenredig veel tijd van de<br />
rechtszitt<strong>in</strong>g <strong>in</strong> beslag nemen. De rechter moet de voeg<strong>in</strong>g<br />
eerst (gedeeltelijk) ontvankelijk verklaren; dat<br />
maanden nog niet of niet de hele schadevergoed<strong>in</strong>g<br />
betaald, dan keert de Staat <strong>het</strong> (resterende) bedrag aan<br />
<strong>het</strong> slachtoffer uit (art. 36f lid 6 Sr). Met <strong>in</strong>gang van 2016<br />
geldt de voorschotregel<strong>in</strong>g ook voor slachtoffers van<br />
vermogensdelicten. Zij kunnen dan maximaal 5000<br />
euro krijgen.<br />
n Het OM kan ten behoeve van <strong>het</strong> slachtoffer conservatoir<br />
beslag leggen op <strong>het</strong> vermogen van de verdachte.<br />
Dat betekent dat de verdachte, nog voor er van een<br />
rechtszaak sprake is en de rechter zijn schuld heeft<br />
kunnen bepalen, de zeggenschap verliest over (een<br />
deel van) zijn bezitt<strong>in</strong>gen. Dat kan gaan om een auto,<br />
computer, telefoon, onroerend goed of banktegoeden.<br />
Het is een voorzorgsmaatregel om zeker te stellen dat<br />
een eventuele schadevergoed<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> slachtoffer<br />
cursus te volgen − kortom, alles wat door <strong>het</strong> slachtoffer<br />
als herstel wordt gezien. In Nederland zijn er <strong>in</strong> grote<br />
lijnen twee varianten:<br />
◆ Mediation: hier maken slachtoffer en verdachte<br />
afspraken over <strong>het</strong> herstel van de schade, <strong>in</strong> welke<br />
vorm dan ook. Dat komt <strong>in</strong> een overeenkomst te<br />
staan. Bij hun besliss<strong>in</strong>g over hoe de zaak tegen de<br />
verdachte af te handelen, houdt de officier of de<br />
rechter reken<strong>in</strong>g met de uitkomst van de mediation.<br />
Zij kunnen bijvoorbeeld een stok achter de deur<br />
plaatsen door een voorwaardelijke straf op te leggen.<br />
Voert de dader de afspraken niet naar behoren uit,<br />
dan treedt de voorwaardelijke straf <strong>in</strong> werk<strong>in</strong>g.<br />
◆ Slachtoffer-dadergesprekken: hierbij staat de dialoog<br />
en/of de ontmoet<strong>in</strong>g tussen slachtoffer en dader<br />
actief opstellen en hun wensen kenbaar maken. Er zijn<br />
over <strong>het</strong> algemeen geen sancties aan slachtofferrechten<br />
verbonden. Ook heeft <strong>het</strong> slachtoffer vaak geen rechtsmiddel<br />
als zijn rechten worden veronachtzaamd. Met<br />
andere woorden: voldoet een <strong>in</strong> de wet genoemde <strong>in</strong>stantie<br />
niet aan zijn plicht, dan heeft dat geen directe consequenties<br />
voor die <strong>in</strong>stantie. Zo kan een slachtoffer dat<br />
bijvoorbeeld niet (goed) wordt geïnformeerd een schadevergoed<strong>in</strong>g<br />
mislopen, een rechtszett<strong>in</strong>g niet bijwonen of<br />
geen gebruik maken van <strong>het</strong> spreekrecht. Het slachtoffer<br />
kan dan niet <strong>in</strong> hoger beroep <strong>in</strong> verband met de schend<strong>in</strong>g<br />
van zijn rechten. Worden rechten van de verdachte<br />
geschonden, dan heeft dat soms consequenties voor <strong>het</strong><br />
bewijs of de strafmaat en de verdachte kan bovendien <strong>in</strong><br />
hoger beroep.<br />
betekent dat de schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g komt ook betaald wordt, desnoods door de <strong>in</strong> beslag<br />
centraal. Het slachtoffer krijgt de gelegenheid om<br />
52 voor behandel<strong>in</strong>g tijdens de strafzaak. Vervolgens kan<br />
de rechter de vorder<strong>in</strong>g geheel of gedeeltelijk toewijzen<br />
of afwijzen. Bij een (gedeeltelijke) niet-ontvankelijkverklar<strong>in</strong>g<br />
of afwijz<strong>in</strong>g zal <strong>het</strong> slachtoffer naar de burgerrechter<br />
moeten om vergoed<strong>in</strong>g van (<strong>het</strong> restant van) de<br />
schade te eisen.<br />
n Wijst de rechter de schadevorder<strong>in</strong>g (gedeeltelijk) toe,<br />
dan is <strong>het</strong> gebruikelijk dat hij ook een schadevergoed<strong>in</strong>gsmaatregel<br />
oplegt (art. 36f Sr). Die verplicht de<br />
dader een bedrag als schadevergoed<strong>in</strong>g aan de Staat te<br />
betalen ten behoeve van <strong>het</strong> slachtoffer. De Staat − <strong>het</strong><br />
Centraal Justitieel Incassobureau − <strong>in</strong>t <strong>het</strong> geld bij de<br />
dader en keert <strong>het</strong> uit aan <strong>het</strong> slachtoffer. Betaalt de<br />
dader niet, dan kan hij vervangende hechtenis krijgen.<br />
n S<strong>in</strong>ds 2011 is er voor slachtoffers van geweld- en zedenmisdrijven<br />
een voorschotregel<strong>in</strong>g. Dan moet de rechter<br />
wel een schadevergoed<strong>in</strong>gsmaatregel hebben opgelegd.<br />
Als <strong>het</strong> vonnis onherroepelijk is geworden, gaat<br />
<strong>het</strong> CJIB de toegewezen schadevergoed<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong><br />
genomen spullen te verkopen.<br />
n S<strong>in</strong>ds 1976 kunnen slachtoffers van geweldsmisdrijven<br />
een uitker<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven<br />
aanvragen. Het Schadefonds werkt met categorieën<br />
waaraan vaste bedragen gekoppeld zijn, variërend van<br />
1000 tot 35.000 euro. Aan de hand van een letsellijst<br />
bepaalt <strong>het</strong> Schadefonds <strong>in</strong> welke categorie <strong>het</strong> letsel<br />
van <strong>het</strong> slachtoffer valt. Het uitgekeerde bedrag is een<br />
tegemoetkom<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de schade die <strong>het</strong> slachtoffer heeft<br />
geleden.<br />
n Behalve door strafrecht is reparatie van de toegebrachte<br />
materiële en immateriële schade ook mogelijk via<br />
herstelrecht (art. 51h Sv). Strafrecht richt zich op <strong>het</strong><br />
bestraffen van de dader en <strong>het</strong> slachtoffer speelt daarbij<br />
een ondergeschikte rol. In <strong>het</strong> herstelrecht staat <strong>het</strong><br />
slachtoffer centraal en gaat <strong>het</strong> er juist om de schade<br />
die door een misdrijf is aangericht te herstellen. De<br />
dader behoort de schade ongedaan te maken. Dat kan<br />
f<strong>in</strong>anciële compensatie zijn, maar ook gaan om excuses,<br />
vragen te stellen en de confrontatie met de dader aan<br />
te gaan. De dader kan uitleg geven over zijn handelen<br />
en wellicht excuses aanbieden. Slachtoffer-dadergesprekken<br />
staan los van de afhandel<strong>in</strong>g van de<br />
strafzaak, ook nadat de dader veroordeeld is en zijn<br />
straf ondergaat, is een gesprek mogelijk.<br />
Mediation en slachtoffer-dadergesprekken kunnen alleen<br />
plaatsv<strong>in</strong>den op basis van een vrijwillige keuze van beide<br />
partijen. Bij mediation staat compensatie centraal, bij<br />
slachtoffer-dadergesprekken meer de relationele aspecten.<br />
Beide hebben als doel <strong>het</strong> oplossen van de gevolgen van<br />
<strong>het</strong> conflict onder begeleid<strong>in</strong>g van een neutrale derde<br />
(bemiddelaar).<br />
Slachtoffers hebben wettelijk vastgelegde rechten. De<br />
uitoefen<strong>in</strong>g daarvan is afhankelijk van de <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>g van<br />
politie, OM, rechters, Slachtofferhulp Nederland, <strong>het</strong><br />
Schadefonds en tal van andere betrokken <strong>in</strong>stanties.<br />
Hoe toegankelijk zijn deze rechten en voorzien<strong>in</strong>gen voor<br />
jongeren? Het vereist ten eerste dat zij <strong>in</strong>formatie krijgen<br />
over de mogelijkheden. Duidelijke en tijdige <strong>in</strong>formatie <strong>in</strong><br />
een vorm die voor hen begrijpelijk en aantrekkelijk is en<br />
via kanalen die hen ook daadwerkelijk bereiken. Ze moeten<br />
weten wat er te koop is en wat <strong>het</strong> hun oplevert, wat<br />
de voor- en nadelen zijn van bepaalde keuzes. Daar is nog<br />
veel w<strong>in</strong>st te behalen. Een tweede vraag is: <strong>in</strong> hoeverre zijn<br />
zij <strong>in</strong> staat om actief en zo nodig assertief een beroep te<br />
doen op hun rechten? Zo lang zij m<strong>in</strong>derjarig zijn, zullen<br />
<strong>in</strong> veel gevallen ouders hun belangen (mede) behartigen.<br />
Maar wat als de relatie tussen de jongere en een of beide<br />
ouders is verstoord? Denk bijvoorbeeld aan de situatie dat<br />
<strong>het</strong> misdrijf zich <strong>in</strong> de huiselijke kr<strong>in</strong>g heeft afgespeeld.<br />
Juist dan is er behoefte aan ondersteun<strong>in</strong>g en bijstand.<br />
Dat laat onverlet dat ook als ouders hun k<strong>in</strong>d wel bijstaan,<br />
ondersteun<strong>in</strong>g gewenst is. Want ook hen ontbreekt <strong>het</strong><br />
vaak aan kennis en ervar<strong>in</strong>g om de complexe strafrechtwereld<br />
te doorgronden.<br />
53<br />
slachtoffer <strong>in</strong>nen. Heeft de veroordeelde na acht<br />
reparatie van kapotte spullen, de belofte een gedrags -<br />
Van slachtoffers wordt verwacht dat zij zich waar mogelijk
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
5.3 DE BETEKENIS VAN<br />
INTERNATIONAAL RECHT<br />
Het <strong>in</strong>ternationale recht heeft verschillende keren een<br />
impuls gegeven aan de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van slachtofferrechten<br />
<strong>in</strong> Nederland. Wat betreft jongeren, strafrecht en slachtofferschap<br />
zijn er twee belangrijke bronnen te noemen:<br />
de Richtlijn 2012/29/EU van <strong>het</strong> Europees Parlement en de<br />
Raad van 25 oktober 2012 tot vaststell<strong>in</strong>g van m<strong>in</strong>imumnormen<br />
voor de rechten, de ondersteun<strong>in</strong>g en de<br />
bescherm<strong>in</strong>g van slachtoffers van strafbare feiten. 69<br />
(Slachtofferrichtlijn en <strong>het</strong> Internationale Verdrag van de<br />
Rechten van <strong>het</strong> K<strong>in</strong>d (IVRK)).<br />
Artikel 1 bepaalt onder meer dat bij de toepass<strong>in</strong>g van<br />
deze richtlijn de belangen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d op de eerste plaats<br />
komen en per geval moeten worden beoordeeld.<br />
Lidstaten moeten een k<strong>in</strong>dvriendelijke aanpak waarborgen<br />
en reken<strong>in</strong>g houden met de leeftijd, <strong>het</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau,<br />
de men<strong>in</strong>gen, behoeften en zorgen van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d.<br />
Het k<strong>in</strong>d en degene die de verantwoordelijkheid draagt<br />
voor <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d moeten geïnformeerd worden over alle<br />
maatregelen en rechten die specifiek verband houden<br />
met <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d. Artikel 2 geeft een def<strong>in</strong>itie van ‘k<strong>in</strong>dslachtoffers’,<br />
namelijk slachtoffers jonger dan 18 jaar.<br />
Net als volwassen slachtoffers hebben k<strong>in</strong>dslachtoffers<br />
<strong>het</strong> recht om gehoord te worden en bewijs aan te dragen<br />
<strong>in</strong> de strafprocedure. Artikel 10 bepaalt dat dit moet<br />
gebeuren op een manier die past bij hun leeftijd en ontwikkel<strong>in</strong>gsniveau.<br />
De bescherm<strong>in</strong>g van de privacy van<br />
<strong>het</strong> k<strong>in</strong>dslachtoffer krijgt expliciet aandacht <strong>in</strong> artikel 21.<br />
Lidstaten moeten ervoor zorgen dat de bevoegde autoriteiten<br />
alle toegestane maatregelen kunnen nemen om<br />
publieke verspreid<strong>in</strong>g van gegevens te voorkomen die<br />
identificatie van een k<strong>in</strong>dslachtoffer mogelijk maken. De<br />
overheid moet de media aansporen om de persoonlijke<br />
levenssfeer van jeugdige slachtoffers te ontzien − zij <strong>het</strong><br />
natuurlijk wel met respect voor de vrijheid van men<strong>in</strong>gsuit<strong>in</strong>g<br />
en de persvrijheid.<br />
Een belangrijke vernieuw<strong>in</strong>g van de Slachtofferrichtlijn<br />
staat <strong>in</strong> artikel 22, namelijk de verplicht<strong>in</strong>g om van ieder<br />
slachtoffer <strong>in</strong>dividueel te beoordelen of hij specifieke<br />
bescherm<strong>in</strong>gsbehoeften heeft en wat zijn wensen zijn op<br />
dit vlak. Van k<strong>in</strong>dslachtoffers stelt de richtlijn bij voorbaat<br />
vast dat die behoeften er zijn vanwege hun kwetsbaarheid<br />
voor secundaire en herhaalde victimisatie, <strong>in</strong>timidatie en<br />
vergeld<strong>in</strong>g. Zo nodig kunnen zij gebruik maken van de<br />
speciale maatregelen die artikel 23 en 24 omschrijven. Die<br />
hebben onder meer betrekk<strong>in</strong>g op <strong>het</strong> verhoor van m<strong>in</strong>derjarige<br />
slachtoffers. Daarvan mogen altijd audiovisuele<br />
opnamen worden gemaakt die tijdens de rechtszitt<strong>in</strong>g als<br />
bewijs dienen. Dat voorkomt dat <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d <strong>in</strong> de − <strong>in</strong>timiderende<br />
omgev<strong>in</strong>g van de − rechtszaal opnieuw getuigenis<br />
moet afleggen. Tijdens de rechtszitt<strong>in</strong>g kan communicatietechnologie<br />
(zoals videoconferenc<strong>in</strong>g) een ongewenste<br />
confrontatie tussen slachtoffer en verdachte voorkomen.<br />
Als de ouders of andere verantwoordelijke persoon om<br />
een of andere reden niet <strong>in</strong> staat zijn <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d te vertegenwoordigen,<br />
dan kan de rechter een vertegenwoordiger<br />
benoemen. Het jeugdige slachtoffer heeft <strong>in</strong> zo’n geval<br />
ook recht op ‘eigen’ rechtsbijstand of juridisch advies.<br />
IVRK<br />
Het Internationale Verdrag voor de Rechten van <strong>het</strong> K<strong>in</strong>d<br />
is opgesteld door de Verenigde Naties. In feite is <strong>het</strong> een<br />
vertaalslag van de universele rechten van de mens naar de<br />
positie en situatie van k<strong>in</strong>deren. In Nederland waakt de<br />
K<strong>in</strong>derombudsman s<strong>in</strong>ds 2011 over de uitvoer<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />
verdrag. Elk jaar presenteert hij een K<strong>in</strong>derrechtenmonitor<br />
die beschrijft hoe <strong>het</strong> met de rechten van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d gesteld<br />
is. In de K<strong>in</strong>derrechtermonitor 2014 toont hij zich bezorgd<br />
over de veiligheid van k<strong>in</strong>deren. Hij constateert dat <strong>het</strong><br />
aantal m<strong>in</strong>derjarige daders daalt, maar <strong>het</strong> aantal jeugdige<br />
slachtoffers daarentegen stijgt. 71<br />
Net als de Slachtofferrichtlijn hanteert <strong>het</strong> IVRK de leeftijdsgrens<br />
van 18 jaar (artikel 1). Artikel 3 is enigsz<strong>in</strong>s verwant<br />
aan <strong>het</strong> eerste artikel van de Slachtofferrichtlijn met<br />
de bepal<strong>in</strong>g dat <strong>het</strong> belang van <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d voorop moet<br />
staan bij alle maatregelen die k<strong>in</strong>deren aangaan. De overheid<br />
moet <strong>het</strong> welzijn van alle k<strong>in</strong>deren bevorderen en<br />
houdt toezicht op alle voorzien<strong>in</strong>gen voor de zorg en<br />
bescherm<strong>in</strong>g van k<strong>in</strong>deren. Op grond van artikel 12 heeft<br />
<strong>het</strong> k<strong>in</strong>d <strong>het</strong> recht om zijn of haar men<strong>in</strong>g te geven over<br />
alle zaken die <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d aangaan. De overheid zorgt ervoor<br />
dat <strong>het</strong> k<strong>in</strong>d die men<strong>in</strong>g kan uiten en dat ernaar wordt<br />
geluisterd. Dit geldt ook voor gerechtelijke en bestuurlijke<br />
procedures. Daarnaast zijn er artikelen die de overheid<br />
verplichten k<strong>in</strong>deren te beschermen tegen bepaalde<br />
misdrijven, namelijk k<strong>in</strong>derontvoer<strong>in</strong>g (art. 11), k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g<br />
(art. 19), seksueel misbruik (art. 34), de handel<br />
<strong>in</strong> k<strong>in</strong>deren (art. 35), en andere vormen van uitbuit<strong>in</strong>g.<br />
Uit artikel 29 volgt dat de overheid bijzondere zorg heeft<br />
voor slachtoffers: een k<strong>in</strong>d dat slachtoffer is van oorlogsgeweld<br />
of van uitbuit<strong>in</strong>g, misbruik, folter<strong>in</strong>g of een andere<br />
wrede, onmenselijke of onterende behandel<strong>in</strong>g of<br />
bestraff<strong>in</strong>g heeft recht op bijzondere zorg om te herstellen<br />
en te her<strong>in</strong>tegreren <strong>in</strong> de samenlev<strong>in</strong>g. Het moet die zorg<br />
bovendien ontvangen <strong>in</strong> een omgev<strong>in</strong>g die goed is voor<br />
<strong>het</strong> zelfrespect, de gezondheid en de waardigheid van<br />
<strong>het</strong> k<strong>in</strong>d.<br />
54<br />
DE EUROPESE SLACHTOFFERRICHTLIJN<br />
De Europese Slachtofferrichtlijn is <strong>in</strong> 2012 vastgesteld. De<br />
lidstaten van de EU hebben drie jaar om de <strong>in</strong>houd van de<br />
richtlijn te vertalen naar nationaal recht. Dat moet <strong>in</strong> 2015<br />
zijn beslag hebben gekregen. De <strong>in</strong>steek van de Europese<br />
Slachtofferrichtlijn is dat jeugdige slachtoffers kwetsbare<br />
slachtoffers zijn en als zodanig speciale zorg behoeven. Dat<br />
komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de artikelen 1, 2, 10, 21, 22 en 24. 70<br />
55<br />
DE k<strong>in</strong>derombudsman constateert dat<br />
<strong>het</strong> aantal m<strong>in</strong>derjarige daders daalt,<br />
maar <strong>het</strong> aantal jeugdige<br />
slachtoffers daarentegen stijgt<br />
Zowel de Slachtofferrichtlijn als <strong>het</strong> IVRK stellen een nogal<br />
strikte leeftijdsgrens van 18 jaar. Juridisch gezien begrijpelijk,<br />
maar er zijn wel vraagtekens bij te zetten. Het is
GRENZEN IN HET GEDING<br />
THEORETISCHE PERSPECTIEVEN<br />
immers niet voor niets dat <strong>in</strong> Nederland <strong>het</strong> adolescentenstrafrecht<br />
is <strong>in</strong>gevoerd. Dat erkent dat (biologische) leeftijd<br />
niets zegt over de cognitieve, sociale en emotionele<br />
volwassenheid van een persoon en daarmee de toerekenbaarheid<br />
van zijn daden. Dat geldt evenzeer voor jonge<br />
slachtoffers en hun vermogen met <strong>het</strong> slachtofferschap<br />
om te gaan. Een tweede punt van kritiek is <strong>het</strong> feit dat de<br />
bepal<strong>in</strong>gen van de Slachtofferrichtlijn en <strong>het</strong> IVRK nogal<br />
ruim geformuleerd zijn. Het effect hangt af van de vertal<strong>in</strong>g<br />
naar de Nederlandse wet en andere regels die de<br />
overheid zichzelf en anderen oplegt. De rechten zijn op<br />
geen enkele wijze afdw<strong>in</strong>gbaar. De K<strong>in</strong>derombudsman<br />
kan wel tekortkom<strong>in</strong>gen vaststellen, maar geen sanctie<br />
opleggen. De richtlijn en <strong>het</strong> verdrag leggen vooral<br />
<strong>in</strong>spann<strong>in</strong>gsverplicht<strong>in</strong>gen op en geven geen concrete<br />
normen of criteria waaraan die <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>g moeten voldoen.<br />
Meer is waarschijnlijk ook niet haalbaar, omdat de<br />
regels <strong>in</strong> zeer uiteenlopende rechtssystemen als richtsnoer<br />
moeten dienen.<br />
matisch, want waar <strong>het</strong> voor volwassenen al behoorlijk<br />
lastig is om gebruik te maken van die rechten, is de drempel<br />
voor jongeren nog hoger.<br />
1)<br />
Zie onder meer Muncie (2009); Peeck (2012), Child Trends Databank (2013)<br />
40)<br />
De Erikson en Piaget staan mede aan de basis van <strong>het</strong> idee dat <strong>het</strong> zwaartepunt<br />
2)<br />
White & W<strong>in</strong> (2013)<br />
van de identiteitsvorm<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de adolescentie ligt. Zie Muuss (1975)<br />
3)<br />
F<strong>in</strong>kelhor (2008), Peeck (2012)<br />
41)<br />
MacAdams (1993: 5)<br />
4)<br />
Peeck (2012: 27)<br />
42)<br />
Turner et all (1987), zie ook White & Wyn (2013)<br />
5)<br />
Dat was tot en met 2011 de Integrale Veiligheidsmonitor en daarna de Veiligheidsmonitor.<br />
43)<br />
Nelis & Van Sark (2014)<br />
Verschillen zitten onder meer <strong>in</strong> de gemeten periode en de<br />
Pr<strong>in</strong>s (2008: 11)<br />
44)<br />
In vorige hoofdstukken is al aan de orde gekomen welke<br />
45)<br />
categoriser<strong>in</strong>g van delicten<br />
Nelis & Van Sark (2014)<br />
belemmer<strong>in</strong>gen er liggen. Cognitief, sociaal en emotioneel<br />
6) 46)<br />
Zie o.a. Peeck (2012:40), F<strong>in</strong>kelhor (2008)<br />
idem<br />
functioneren zij anders dan volwassenen. Ze gaan<br />
7)<br />
De Haas (2012)<br />
47)<br />
idem<br />
anders met <strong>in</strong>formatie om, maken afweg<strong>in</strong>gen op een<br />
8)<br />
Ferwerda (2008)<br />
48)<br />
Pr<strong>in</strong>s (2008: 11)<br />
9)<br />
Zie www.swov.nl, Factsheet Jonge bestuurders, Factsheet jonge adolescenten,<br />
49)<br />
Lewis & Lewis (1984)<br />
andere manier, hebben andere <strong>in</strong>teresses en missen kennis,<br />
Factsheet brom/snorfietsers en Factsheet fietsers<br />
50)<br />
Vynckier (2012<br />
ervar<strong>in</strong>g en hulpbronnen om hun eigen belangen te<br />
11) 52)<br />
10) 51)<br />
Zie onder meer F<strong>in</strong>kelhor (2008)<br />
Vynckier (2102: 395)<br />
Wittebrood (2006: 83 e.v.)<br />
Christie (1987)<br />
behartigen. Hoe keuzes <strong>in</strong> <strong>het</strong> heden uitpakken op de langere<br />
12)<br />
Landelijke jeugdmonitor (2014)<br />
53)<br />
Zie o.m. Vynckier (2012)<br />
termijn is voor hen niet goed te overzien. Veel jonge-<br />
13) 54<br />
Wittebrood (2006: 72)<br />
Vynckier (2012) en Vande Walle (2013)<br />
14) 55)<br />
Daigle (2013: 202 e.v.)<br />
Vande Walle en Willems (2013)<br />
ren beschouwen de strafprocedure waarschijnlijk als een<br />
15) 56)<br />
http://www.schoolenveiligheid.nl/<br />
Vynckier (2012)<br />
16) 57)<br />
hoop gedoe − <strong>in</strong>gewikkeld, belastend, tijdrovend, <strong>in</strong>timiderend.<br />
Dat participeren <strong>in</strong> de strafrechtprocedure of<br />
18)<br />
Peeck (2012: 20)<br />
Voor een uitgebreide beschrijv<strong>in</strong>g van complexe ptss en vroegk<strong>in</strong>derlijke<br />
17)<br />
CBS (2014: 97)<br />
chronische traumatiser<strong>in</strong>g zie Herman (1992) Nicolaï (2009) Struik (2011),<br />
56 57<br />
Bron: CBS<br />
Lefer<strong>in</strong>k (2014)<br />
herstelrechtelijke <strong>in</strong>terventies ook opbrengsten kunnen<br />
19)<br />
De term is een samentrekk<strong>in</strong>g van ‘sex’ en ‘text<strong>in</strong>g’ (<strong>het</strong> versturen van sms of<br />
58)<br />
Kleber (2007)<br />
hebben, is voor hen vaak niet duidelijk. Ze komen zo misschien<br />
mms berichten)<br />
59)<br />
Bicanic (2012)<br />
20)<br />
Haas et al (2012)<br />
60)<br />
Zie onder meer Vande Walle & Willems (2013)<br />
te snel tot de conclusie dat de baten niet opwegen<br />
21)<br />
Zie o.m. www.movisie.nl<br />
61)<br />
De Neef & Van der Pas (2008)<br />
22) 62)<br />
Percentages zijn berekend aan de hand van de gemiddelden over de jaren<br />
Vande Walle & Willems (2013)<br />
tegen de kosten.<br />
63)<br />
2011-2013<br />
Vynckier (2012: 189 - 250)<br />
23)<br />
Geciteerd <strong>in</strong> Swaab (2010)<br />
64)<br />
Zie voor een volledig overzicht www.dek<strong>in</strong>derombudsman.nl/46/ladder<br />
5.4 TOT BESLUIT<br />
24) 65)<br />
Jolles & Idema (2011)<br />
Een vergelijkbare bepal<strong>in</strong>g is te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> de Aanwijz<strong>in</strong>g opspor<strong>in</strong>g en vervolg<strong>in</strong>g<br />
k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g, die verwijst naar de Aanwijz<strong>in</strong>g Auditief en audiovi-<br />
De Slachtofferrichtlijn geeft een voorzet <strong>in</strong> de goede<br />
25)<br />
Kipke (1999)<br />
richt<strong>in</strong>g om de drempel te verlagen. Hoewel de richtlijn<br />
26)<br />
Braams, Leijenhorst & Crone (2014)<br />
sueel registreren van verhoren van aangevers, getuigen en verdachten.<br />
27) 66)<br />
de kwetsbaarheid van jonge slachtoffers als uitgangspunt<br />
Crone (2008) met samenvatt<strong>in</strong>g van Ronald Doornekamp<br />
Zie de brief van staatssecretaris F. Teeven aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal<br />
d.d. 22 februari 2013, referentienummer 348461<br />
28)<br />
Crone (2008) idem<br />
Jongeren hebben <strong>in</strong> Nederland dezelfde rechten als ieder neemt, en niet hun emancipatie, biedt zij wel degelijk<br />
29) 67)<br />
Nelis & Van Sark (2014)<br />
Voor een uitgebreide beschrijv<strong>in</strong>g zie Slachtofferhulp Nederland (2011)<br />
30) 68)<br />
ander slachtoffer; de wetboeken van strafrecht houden op aanknop<strong>in</strong>gspunten. Ze vestigt <strong>in</strong> ieder geval <strong>het</strong> besef<br />
Voor een uitgebreide beschrijv<strong>in</strong>g zie Nelis en Van Sark (2014, 25 e.v.)<br />
Zie onder meer Van Mierlo en Pemberton (2009) en Timmermans et al (2012,<br />
31)<br />
Swaab (2010)<br />
2013)<br />
dit moment nog niet specifiek reken<strong>in</strong>g met hen. Aan de dat de betrokken <strong>in</strong>stanties een tandje bij zetten als zij<br />
32) 69)<br />
Braams, Van Leijenhorst & Crone (2014)<br />
De volledige Richtlijn is te v<strong>in</strong>den op http://eur-lex.europa.eu/legal-content/<br />
ene kant is dat goed nieuws; ze hebben <strong>in</strong> ieder geval niet met een jeugdig slachtoffer te maken hebben.<br />
1)<br />
De Volkskrant, 16 september 2012<br />
NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32012L0029&from=en<br />
2) 70)<br />
Crone & Dahl (2012), Kipke (1999)<br />
http://www.dek<strong>in</strong>derombudsman.nl/70/ouders-professionals/nieuws/<br />
m<strong>in</strong>der rechten dan volwassenen. Maar <strong>het</strong> is ook proble-<br />
35)<br />
H<strong>in</strong>delang, Gottfredson & Garofalo (1978)<br />
k<strong>in</strong>derrechtenmonitor-2014<br />
36)<br />
Wilcox (2010), Dietrich (2008), Witttebrood (2006)<br />
71)<br />
http://www.dek<strong>in</strong>derombudsman.nl/70/ouders-professionals/nieuws/<br />
37)<br />
Wilcox (2010)<br />
k<strong>in</strong>derrechtenmonitor-2014-veiligheid-k<strong>in</strong>deren-moet-beter/?id=441<br />
38)<br />
F<strong>in</strong>kelhor (2008)<br />
39)<br />
White & Wyn (2013)<br />
noten
Deel 2<br />
Jongeren en<br />
slachtofferschap<br />
58 59<br />
een verkennend onderzoek<br />
In Nederland is niet heel veel onderzoek<br />
gedaan naar slachtofferervar<strong>in</strong>gen van jongeren<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen. Crim<strong>in</strong>eel gedrag van jongeren<br />
staat veel meer <strong>in</strong> de belangstell<strong>in</strong>g. En <strong>het</strong><br />
we<strong>in</strong>ige onderzoek dat er is, richt zich op specifieke<br />
groepen, zoals slachtoffers van seksueel<br />
geweld, misbruik en k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g. Soms<br />
komt slachtofferschap terug als onderdeel van<br />
een breder onderzoek. Om die leemte een beetje<br />
op te vullen, is er <strong>in</strong> de maand december een<br />
kle<strong>in</strong> onderzoek uitgezet onder een panel van<br />
ongeveer zeshonderd jongeren <strong>in</strong> de leeftijd van<br />
12 tot en met 20 jaar.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
We hebben ze onder meer gevraagd of ze wel eens slachtoffer<br />
waren geworden en zo ja, van welk misdrijf (of ongeval).<br />
We wilden weten of ze aangifte hadden gedaan en<br />
wat daarbij hun overweg<strong>in</strong>gen waren. Verder waren we<br />
benieuwd met wie ze hun ervar<strong>in</strong>g bespreken en bij wie<br />
of welke <strong>in</strong>stantie ze om hulp vragen. Of juist niet om<br />
hulp vragen, en waarom niet. Aan de hand van twee cases<br />
en een aantal stell<strong>in</strong>gen wilden we te weten komen hoe<br />
jongeren een slachtofferervar<strong>in</strong>g van leeftijdsgenoten<br />
beoordelen en hoe zij zelf zouden handelen <strong>in</strong> die situatie.<br />
Voor zover mogelijk hebben we gekeken of jongeren met<br />
en zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g significant verschillende<br />
antwoorden gaven, maar dat bleek meestal niet zo te zijn.<br />
Vraag je jongeren naar hun voornaamste behoeften, dan<br />
noemen ze vooral emotionele steun. Die zoeken en<br />
v<strong>in</strong>den ze doorgaans ook <strong>in</strong> hun directe sociale omgev<strong>in</strong>g,<br />
vooral bij ouders. In zoverre sluiten de bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen aan bij<br />
<strong>het</strong> omvangrijke onderzoek van Vynckier dat eerder uitgebreid<br />
aan de orde kwam.<br />
6 Ervar<strong>in</strong>gen en percepties<br />
van slachtofferschap<br />
van 12- tot 21-jarigen<br />
6.1 INLEIDING<br />
Dit onderzoek heeft overigens geen wetenschappelijke<br />
leeftijdsgroep vielen (134) en respondenten die helemaal<br />
pretenties. Aan panelonderzoek kleven altijd nadelen,<br />
niets hadden <strong>in</strong>gevuld (43) eruit waren gefilterd. De respondenten<br />
omdat hoger opgeleide jongeren <strong>in</strong> een dergelijk panel<br />
Als we een relatief willekeurige groep jongeren vragen of<br />
zijn als volgt over de verschillende leeftijden<br />
oververtegenwoordigd zijn. Het beeld dat uit <strong>het</strong> onderzoek<br />
ze wel eens slachtoffer zijn geworden van een misdrijf of verdeeld.<br />
60<br />
naar voren komt is dus niet per def<strong>in</strong>itie represen-<br />
ongeval, bevestigen hun antwoorden dan <strong>het</strong> beeld dat<br />
61<br />
tatief voor alle jongeren <strong>in</strong> deze leeftijdscategorie.<br />
uit statistieken en literatuur naar voren komt, namelijk dat GRAFIEK 1 PERCENTAGE RESPONDENTEN<br />
Tegelijkertijd geven de resultaten, samen met de vijf uitgebreide<br />
de kans dat ze zoiets meemaken best groot is? En wat NAAR LEEFTIJD<br />
We zullen zien dat nogal wat jongeren een of meer slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />
(misdrijf of ongeval) rapporteren. Het<br />
meemaken van zo’n ervar<strong>in</strong>g brengt vooral boosheid<br />
verhalen van jonge slachtoffers <strong>in</strong> <strong>het</strong> volgende<br />
deel, wel een <strong>in</strong>kijk <strong>in</strong> de ervar<strong>in</strong>gen en de perceptie van<br />
slachtofferschap van adolescenten.<br />
gebeurt er na zo’n gebeurtenis? Doen ze aangifte?<br />
Waarom wel of niet? Wat zijn hun behoeften aan opvang<br />
en steun? Bij wie zoeken ze en v<strong>in</strong>den ze die? Wat zijn hun<br />
14% ---------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
12% ---------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
teweeg, maar ook angst, verdriet en schaamte. Aangifte<br />
redenen om geen hulp te zoeken? Hoe duiden ze slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />
van leeftijdsgenoten, en hoe zouden zij<br />
doen jongeren niet zo snel. Mochten ze <strong>het</strong> wel doen, dan<br />
10% ---------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
is dat <strong>in</strong> de eerste plaats zodat de dader wordt gestraft<br />
en/of omdat je <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van een misdrijf aangifte hoort<br />
te doen. Als redenen om <strong>het</strong> niet te doen is de ger<strong>in</strong>ge<br />
ernst van <strong>het</strong> gebeurde doorslaggevend, of onvoldoende<br />
vertrouwen <strong>in</strong> een succesvolle opspor<strong>in</strong>g en vervolg<strong>in</strong>g.<br />
handelen <strong>in</strong> een vergelijkbaar geval? In dit hoofdstuk rapporteren<br />
we de resultaten van een verkennend onderzoek<br />
waar<strong>in</strong> deze vragen centraal stonden. Aan dit onderzoek<br />
namen een kle<strong>in</strong>e zeshonderd jongeren deel.<br />
8% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
6% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
4% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
2% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
6.2 DE RESPONSGROEP<br />
Voor dit onderzoek is gebruikgemaakt van een bestaand<br />
panel. 1 De leeftijdsgrens van de onderzoekspopulatie is<br />
vastgesteld op 12 tot en met 20 jaar. In eerste <strong>in</strong>stantie<br />
hebben 745 personen de vragenlijst beantwoord. Daarvan<br />
bleven er 568 over nadat alle respondenten die buiten de<br />
0% ----------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
20 19 18 17 16 15 14 13 12<br />
De <strong>in</strong>vullers van de vragenlijst zijn redelijk gelijkmatig<br />
over de verschillende leeftijdscategorieën verspreid, met<br />
uitzonder<strong>in</strong>g van de 12- en 13-jarigen, die <strong>in</strong> <strong>het</strong> gebruikte<br />
panel ondervertegenwoordigd zijn en via ouders zijn<br />
benaderd om de vragenlijst <strong>in</strong> te vullen. De man-vrouwverdel<strong>in</strong>g<br />
is 47% om 53%.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
GRAFIEK 2 TYPE SLACHTOFFERERVARING<br />
DICRIMINATIE<br />
16%<br />
AFPERSING<br />
2%<br />
BEDREIGING<br />
19%<br />
Ruim de helft (56%) van de respondenten meldt ooit<br />
slachtoffer te zijn geworden van een of meerdere delicten<br />
en/of een verkeersongeval. De categorie verkeersongevallen<br />
wordt <strong>het</strong> meest genoemd, gevolgd door vermogensdelicten,<br />
discrim<strong>in</strong>atie 2 en mishandel<strong>in</strong>g. Zedendelicten<br />
komen aanzienlijk m<strong>in</strong>der vaak voor en afpers<strong>in</strong>g was<br />
tamelijk zeldzaam. Voor details zie grafiek 2. 3<br />
TABEL 2 GEBEURTENIS NAAR LEEFTIJDSCATEGORIE<br />
18 jaar<br />
Bedreig<strong>in</strong>g en discrim<strong>in</strong>atie (29% elk) Verkeersongeval (38%) Verkeersongeval (54%)<br />
Vermogensdelict en mishandel<strong>in</strong>g (27%) Vermogensdelict (35%) Bedreig<strong>in</strong>g (42%)<br />
Verkeersongeval (20%) Bedreig<strong>in</strong>g (28%) Discrim<strong>in</strong>atie (31%)<br />
VERKEERSONGEVAL<br />
23%<br />
Een behoorlijke groep respondenten (28% van <strong>het</strong> totale<br />
aantal en 56% van de respondenten die een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
rapporteren) geeft aan meervoudig slachtoffer<br />
te zijn geweest. Tabel 1 geeft de aard van dat meervoudige<br />
slachtofferschap aan. Ongeveer tweederde van de meervoudige<br />
slachtoffers onder de respondenten rapporteert<br />
<strong>in</strong>cidenten <strong>in</strong> twee categorieën, een kwart <strong>in</strong> drie verschillende<br />
categorieën.<br />
62 7%<br />
De groep slachtoffers heeft een ervar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> gemiddeld 1,8<br />
<strong>in</strong>cidentcategorie. Het werkelijk aantal ondervonden delicten<br />
doen is er een zwak verband 7 of er was te we<strong>in</strong>ig data om<br />
de analyse te kunnen doen.<br />
63<br />
VERMOGENSDELICT<br />
17%<br />
en verkeersongevallen ligt zeer waarschijnlijk hoger,<br />
omdat respondenten slechts categorieën hebben kunnen<br />
TABEL 1 ANALYSE MEERVOUDIG SLACHTOFFERSCHAP<br />
meervoudig<br />
slachtofferschap<br />
ZEDENDELICT<br />
MISHANDELING<br />
16%<br />
aantal % totaal % slachtoffers % meervoudige<br />
slachtoffers<br />
7 categorieën 2 0% 1% 1%<br />
6 categorieën 4 1% 1% 3%<br />
5 categorieën 3 1% 1% 2%<br />
4 categorieën 11 2% 3% 7%<br />
3 categorieën 40 7% 13% 25%<br />
2 categorieën 99 17% 31% 62%<br />
totaal 159 28% 50% 100%<br />
kiezen en niet <strong>het</strong> aantal <strong>in</strong>cidenten per categorie hebben<br />
kunnen aangeven. Meervoudig slachtofferschap komt dus<br />
zeer regelmatig voor onder jongeren en dat sluit aan bij<br />
wetenschappelijke bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> eerdere hoofdstukken<br />
aan de orde kwamen.<br />
Uit de gegevens is een top 3 van gebeurtenissen naar leeftijdscategorie<br />
samengesteld (tabel 2). Daaruit blijkt dat <strong>het</strong><br />
meemaken van een verkeersongeval toeneemt naarmate<br />
iemand ouder wordt. Dat verband is significant maar niet<br />
heel sterk. 4 Het feit dat jongeren vanaf 16 jaar brommer<br />
mogen rijden en vanaf 17 jaar een auto mogen besturen<br />
vertaalt zich <strong>in</strong> een hoger risico op ongelukken. Ook<br />
melden de 18-plussers vaker slachtoffer te zijn geweest<br />
van bedreig<strong>in</strong>g en discrim<strong>in</strong>atie, maar daar is niet een heel<br />
sterk significant verband <strong>in</strong> te ontdekken, evenm<strong>in</strong> tussen<br />
andere categorieën gebeurtenissen en leeftijd. 5<br />
6.3 AANGIFTE DOEN?<br />
Doen jongeren die een of meerdere slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />
melden ook aangifte hiervan? Iets meer dan de helft (53%)<br />
geeft aan dat niet gedaan te hebben, een kwart van de<br />
respondenten heeft wel zelf aangifte gedaan en nog eens<br />
17% meldt dat ouders aangifte hebben gedaan. Vijf procent<br />
van de ondervraagde slachtoffers geeft aan dat aangifte<br />
doen niet aan de orde was. Het blijkt dan meestal te gaan<br />
om een (eenzijdig) verkeersongeval. Nadere statistische<br />
analyse wijst uit dat er een significant positief verband<br />
bestaat tussen een vermogensdelict meemaken en aangifte<br />
doen, de sterkte van <strong>het</strong> verband is medium. 6 Dit<br />
sluit aan bij wat andere onderzoeken naar aangiftegedrag<br />
rapporteren. Het laat zich voor een belangrijk deel verklaren<br />
uit <strong>het</strong> feit dat een proces-verbaal van aangifte nodig<br />
is om bij de verzeker<strong>in</strong>g een schadevergoed<strong>in</strong>g te kunnen<br />
claimen. Tussen de andere delictcategorieën en aangifte<br />
Aan de jongeren die een slachtofferervar<strong>in</strong>g melden, maar<br />
aangeven zelf geen aangifte te hebben gedaan 8 , is vervolgens<br />
gevraagd wat daarvoor de belangrijkste reden was.<br />
‘Ik dacht dat <strong>het</strong> geen z<strong>in</strong> zou hebben’ wordt <strong>het</strong> vaakst<br />
(zie tabel 3 op de volgende pag<strong>in</strong>a) genoemd. Angst voor<br />
de dader speelt geen grote rol <strong>in</strong> hun overweg<strong>in</strong>gen.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
TABEL 3 REDEN OM GEEN AANGIFTE TE DOEN<br />
– SLACHTOFFERS<br />
reden geen aangifte %<br />
Ik was bang voor de reactie van de verdachte<br />
(bv. wraak)<br />
6%<br />
Ik wist niet dat dit strafbaar was 10%<br />
Ik vond <strong>het</strong> te veel moeite 17%<br />
Ik dacht dat <strong>het</strong> geen z<strong>in</strong> zou hebben 30%<br />
Ik wilde niet over de gebeurtenis praten 13%<br />
Anders, namelijk 25%<br />
Totaal 100%<br />
geen aangifte te doen en drie respondenten melden dat<br />
ze zelf ook iets hebben gedaan (medeschuld). In zes gevallen<br />
is <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident op een andere manier afgehandeld, bijvoorbeeld<br />
via de verzeker<strong>in</strong>g.<br />
Kijken we naar de groep waarbij geen aangifte is gedaan,<br />
ook niet door ouders, dan noemen ze <strong>het</strong> vaakst verkeersongevallen<br />
en discrim<strong>in</strong>atie als de categorieën waarb<strong>in</strong>nen<br />
hun slachtofferervar<strong>in</strong>g valt (respectievelijk 24% en<br />
20%). Daarnaast worden bedreig<strong>in</strong>g en mishandel<strong>in</strong>g<br />
genoemd (19% en 17%). Van de personen die geen aangifte<br />
hebben gedaan, is 20% meervoudig slachtoffer<br />
geweest.<br />
stell<strong>in</strong>gen +/++2 +/- -/- -<br />
De politie neemt mij niet serieus als ik aangifte doe 26% 29% 44%<br />
Als slachtoffer van een misdrijf hoor je altijd aangifte te doen bij de politie 53% 32% 15%<br />
Mijn vrienden lachen me uit als ik aangifte bij de politie doe 8% 18% 74%<br />
Aangifte doen heeft geen z<strong>in</strong> want de politie kan we<strong>in</strong>ig voor me doen 31% 38% 31%<br />
Aangifte doen verm<strong>in</strong>dert mijn gevoel van angst en onveiligheid 22% 37% 41%<br />
Als ik aangifte doe, neemt de dader wraak 20% 35% 45%<br />
Ik moet van mijn ouders aangifte doen 27% 33% 39%<br />
Ik doe aangifte omdat ik wil dat de dader gestraft wordt 65% 23% 12%<br />
Ik v<strong>in</strong>d <strong>het</strong> te veel moeite 28% 30% 42%<br />
iemands grenzen overschreden zijn door <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident, en<br />
eventuele opbrengsten als straf voor de dader en vergoed<strong>in</strong>g<br />
van de schade. Om dat overweg<strong>in</strong>gsproces rond de<br />
aangifte wat nader uit te diepen, is aan alle respondenten<br />
met een slachtofferervar<strong>in</strong>g (N=318) gevraagd te reageren<br />
op de volgende stell<strong>in</strong>gen (zie tabel 4 op de vorige pag<strong>in</strong>a).<br />
Ook aan de jongeren die geen slachtofferervar<strong>in</strong>g rapporteren<br />
(N=250) is de vraag voorgelegd of en wanneer zij<br />
aangifte zouden doen van een misdrijf (tabel 5).<br />
Meer dan slachtoffers zijn de jongeren die geen slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
rapporteren van men<strong>in</strong>g dat je altijd<br />
aangifte hoort te doen. Het verlies van spullen is voor<br />
ongeveer een vijfde van deze groep een belangrijke<br />
reden. De enkele jongeren die ‘anders, namelijk’ hebben<br />
gekozen geven als toelicht<strong>in</strong>g meestal dat ze <strong>het</strong> zouden<br />
laten afhangen van de omstandigheden van <strong>het</strong> geval of<br />
<strong>het</strong> advies van hun ouders.<br />
In de tabel vallen een paar d<strong>in</strong>gen op. Ten eerste is er telkens<br />
een aanzienlijk percentage jongeren dat geen uitgesproken<br />
men<strong>in</strong>g (+/-) heeft over de voorgelegde stell<strong>in</strong>g.<br />
Er zijn drie stell<strong>in</strong>gen die wat betreft de scores eruit spr<strong>in</strong>gen.<br />
Iets meer dan de helft van de ondervraagde jongeren<br />
v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte moet doen als je slachtoffer<br />
wordt van een misdrijf. Daarnaast is een sterke motivatie<br />
om aangifte te doen de wens dat de dader gestraft wordt.<br />
Ten slotte zijn de respondenten niet bang voor een nega-<br />
Bij de volgende vraag stonden de belangrijkste overweg<strong>in</strong>gen<br />
Degenen die de optie ‘anders, namelijk’ hebben gekozen,<br />
In de literatuur zijn we al tegengekomen dat jongeren<br />
m<strong>in</strong>der gemakkelijk dan volwassenen naar de politie stappen<br />
om al dan niet aangifte te doen centraal.<br />
Respondenten mochten er maximaal drie kiezen.<br />
64<br />
hebben hun keuze toegelicht. De meest genoemde reden<br />
(40%) is dat <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident en/of de gevolgen niet ernstig<br />
genoeg waren, of de respondent niet <strong>het</strong> primaire slachtoffer<br />
en dat daarbij allerlei overweg<strong>in</strong>gen een rol spelen.<br />
Zo’n besliss<strong>in</strong>gsproces komt uite<strong>in</strong>delijk neer op een afweg<strong>in</strong>g<br />
van kosten en baten. Die kosten en baten komen<br />
tieve reactie uit hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Dat is <strong>in</strong>teressant<br />
omdat <strong>in</strong> de literatuur, en ook <strong>in</strong> een aantal <strong>in</strong>terviews <strong>in</strong><br />
deel 3, schaamte over <strong>het</strong> gebeurde (vooral richt<strong>in</strong>g leef-<br />
TABEL 6 OVERWEGINGEN ROND AANGIFTE<br />
DOEN – NIET SLACHTOFFERS<br />
65<br />
was. Daarna zijn leeftijd (te jong) of <strong>het</strong> feit dat<br />
voort uit ideeën over de politie, haar effectiviteit en attitijdsgenoten)<br />
regelmatig wordt genoemd als drempel om<br />
ouders aangifte hebben gedaan of hoorden te doen de tude, de hoeveelheid tijd en moeite die men kwijt is aan<br />
naar de politie of andere personen/<strong>in</strong>stanties te stappen.<br />
stell<strong>in</strong>gen %<br />
meest genoemde redenen (26%). Zes respondenten noemen<br />
<strong>het</strong> feit dat de dader een familielid was een reden om<br />
de aangifte en <strong>het</strong> eventuele vervolg <strong>in</strong> de vorm van een<br />
rechtszaak, de reacties van de omgev<strong>in</strong>g, <strong>in</strong> welke mate<br />
Ten slotte is ruim een kwart van de jongeren van men<strong>in</strong>g<br />
dat de politie hen niet serieus zal nemen. Ruim 40% denkt<br />
De politie neemt mij niet serieus als ik aangifte<br />
doe<br />
17%<br />
juist van wel.<br />
Als slachtoffer van een misdrijf hoor je altijd<br />
55%<br />
TABEL 4 OVERWEGINGEN ROND AANGIFTE DOEN - SLACHTOFFERS<br />
aangifte te doen bij de politie<br />
TABEL 5 AANGIFTE DOEN? – NIET<br />
SLACHTOFFERS<br />
aangifte doen %<br />
altijd 72%<br />
als er spullen zijn gestolen of afgepakt 18%<br />
als ik gewond ben geraakt 7%<br />
anders, namelijk 3%<br />
niet <strong>in</strong>gevuld 1%<br />
totaal 100%<br />
Mijn vrienden lachen me uit als ik aangifte bij de<br />
politie doe<br />
Aangifte doen heeft geen z<strong>in</strong> want de politie kan<br />
we<strong>in</strong>ig voor me doen<br />
Aangifte doen verm<strong>in</strong>dert mijn gevoel van angst<br />
en onveiligheid<br />
2%<br />
21%<br />
30%<br />
Als ik aangifte doe, neemt de dader wraak 19%<br />
Ik moet van mijn ouders aangifte doen 12%<br />
Ik doe aangifte omdat ik wil dat de dader gestraft<br />
wordt<br />
70%<br />
Ik v<strong>in</strong>d <strong>het</strong> te veel moeite 6%
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
Jongeren die geen slachtoffer zijn geworden hebben twee<br />
belangrijke motieven om wel aangifte te doen mochten zij<br />
een misdrijf meemaken, namelijk dat zij v<strong>in</strong>den dat je<br />
altijd aangifte moet doen <strong>in</strong> dit soort gevallen (gekozen<br />
door 55%) en vooral omdat de dader gestraft moet worden<br />
(70%). Op dat punt sluiten hun overweg<strong>in</strong>gen aan bij<br />
die van de slachtoffergroep. Verder denken zij dat aangifte<br />
doen <strong>het</strong> gevoel van onveiligheid verm<strong>in</strong>dert. Voor een<br />
vijfde speelt mee dat aangifte doen geen z<strong>in</strong> heeft en eenzelfde<br />
aantal zou zich laten weerhouden door de angst<br />
dat de dader wraak zal nemen. Relatief we<strong>in</strong>ig jongeren<br />
laten zich afschrikken door de moeite die <strong>het</strong> zou kosten<br />
of de reacties van vrienden.<br />
6.4 REACTIES OP DE GEBEURTENIS<br />
& BEHOEFTEN<br />
De belangrijkste emotionele reactie van jongeren na een<br />
misdrijf of ongeval is boosheid. Zo valt te concluderen uit<br />
<strong>het</strong> feit dat 60% van de jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
enige of een hoge mate van boosheid rapporteert.<br />
Angst en verdriet worden door ongeveer 40% van de<br />
respondenten gemeld.<br />
TABEL 7 GEVOELENS NAAR AANLEIDING VAN<br />
HET INCIDENT - SLACHTOFFERS<br />
gevoelens +/++3 +/- -/- -<br />
Of jongeren nu wel of niet slachtoffer zijn geworden, een<br />
kle<strong>in</strong>e meerderheid v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte moet doen, boosheid 60% 21% 18%<br />
waarbij de overweg<strong>in</strong>g dat de dader gestraft moet wor-<br />
angst 38% 24% 37%<br />
‘Ik ben wijzer geworden door de gebeurtenis’ wordt door TABEL 9 BEHOEFTEN NA MISDRIJF OF<br />
66 ONGEVAL - SLACHTOFFERS<br />
67<br />
verdriet 39% 29% 30%<br />
schaamte 19% 20% 59%<br />
behoefte aan %<br />
spijt 14% 18% 67%<br />
41%<br />
den door een ruime meerderheid wordt gedeeld. De<br />
bereidheid is er <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel, maar <strong>in</strong> de praktijk vertaalt<br />
zich dat niet altijd <strong>in</strong> handelen. Hoewel bijna driekwart<br />
van de niet-slachtoffers antwoordt dat zij altijd aangifte<br />
zouden doen <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van een misdrijf, blijkt dat de<br />
jongeren die daadwerkelijk slachtoffer zijn geworden <strong>in</strong><br />
m<strong>in</strong>der dan de helft van de gevallen (42%) aangifte hebben<br />
gedaan van wat hen overkomen is. Mogelijke verklar<strong>in</strong>gen<br />
hiervoor zijn de <strong>in</strong>schatt<strong>in</strong>g dat een aangifte niets<br />
zal opleveren omdat de politie er we<strong>in</strong>ig mee gaat doen,<br />
of dat aangifte doen niet aan de orde was vanwege de<br />
aard van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident. Opvallend is ook dat voor ongeveer<br />
20% van alle respondenten de angst voor eventuele wraak<br />
van de dader wel een overweg<strong>in</strong>g is, terwijl voor 6% van<br />
de jongeren die geen aangifte hebben gedaan dit een<br />
belangrijke reden was.<br />
eenzaamheid 19% 20% 60%<br />
wraak 27% 22% 49%<br />
Schaamte, spijt en eenzaamheid spelen bij een m<strong>in</strong>derheid<br />
een rol, een ruime meerderheid v<strong>in</strong>dt deze emoties<br />
niet of nauwelijks van toepass<strong>in</strong>g. Daarbij spelen leeftijd<br />
en soort slachtoffergebeurtenis niet of nauwelijks een rol.<br />
Ruim een kwart van de ondervraagde jongeren ervoer <strong>in</strong><br />
meer of m<strong>in</strong>dere mate gevoelens van wraak.<br />
De jongeren die een slachtofferervar<strong>in</strong>g hebben, is een<br />
serie stell<strong>in</strong>gen voorgelegd om te <strong>in</strong>ventariseren hoe zij de<br />
ervar<strong>in</strong>g en de gevolgen duiden (zie tabel 8 op de volgende<br />
pag<strong>in</strong>a). Zij konden van de onderstaande stell<strong>in</strong>gen de<br />
drie uitspraken kiezen die ze <strong>het</strong> meest op zichzelf van<br />
toepass<strong>in</strong>g achtten.<br />
9<br />
TABEL 8 BELEVING VAN HET INCIDENT EN DE GEVOLGEN - SLACHTOFFERS<br />
stell<strong>in</strong>gen<br />
bijna de helft van de respondenten gekozen en is daarmee<br />
de meest gekozen stell<strong>in</strong>g. Bij een derde heeft de<br />
gebeurtenis <strong>het</strong> vertrouwen <strong>in</strong> mensen aangetast. Een<br />
kwart geeft aan zich onveiliger te voelen als gevolg van<br />
de gebeurtenis en nog eens bijna een kwart kiest voor<br />
‘achteraf had ik andere keuzes gemaakt’.<br />
Relatief we<strong>in</strong>ig respondenten geven zichzelf de schuld.<br />
Bijna 30% geeft aan dat de gebeurtenis geen grote impact<br />
heeft gehad, terwijl voor ruim 20% de impact juist groter<br />
was dan verwacht.<br />
Voor de omgev<strong>in</strong>g van slachtoffers en voor de wijdere<br />
kr<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>stanties is <strong>het</strong> belangrijk om te weten wat<br />
behoeften zijn van jonge slachtoffers na een misdrijf of<br />
ongeval. Die zijn door middel van een open vraag aan de<br />
orde gesteld, de antwoorden zijn na coder<strong>in</strong>g te verdelen<br />
over elf categorieën (zie tabel 9).<br />
% respondenten<br />
De gebeurtenis deed mij niet zo veel 28%<br />
Ik zie wat mij overkomen is als mijn eigen schuld 17%<br />
Ik vertrouw anderen m<strong>in</strong>der dan dat ik deed voor de gebeurtenis 33%<br />
Ik heb <strong>het</strong> gevoel dat ik wijzer ben geworden door de gebeurtenis 44%<br />
Ik voel mij nu onveiliger dan voor de gebeurtenis 23%<br />
Achteraf had ik andere keuzes gemaakt 24%<br />
Ik had niet verwacht dat <strong>het</strong> zo’n impact op mij zou hebben 21%<br />
Geen van bovenstaande 12%<br />
emotionele steun (aandacht, luisterend oor, affectie,<br />
troost, begrip, erover praten)<br />
personen (ouder(s), vrienden, familie) 3%<br />
materieel (gestolen spullen terugkrijgen of<br />
vervangen, schadevergoed<strong>in</strong>g)<br />
5%<br />
fysiek (herstel, slapen, eten, sporten) 3%<br />
afzonder<strong>in</strong>g (rust, tijd en ruimte voor jezelf, alleen zijn) 11%<br />
dader (weten wie <strong>het</strong> is, straf en/of excuses, wraak) 10%<br />
de draad oppakken (normale leven, afleid<strong>in</strong>g, plezier,<br />
vergeten)<br />
veiligheid (herstel gevoel van veiligheid, vertrouwen,<br />
voorkomen herhal<strong>in</strong>g)<br />
overig (erkenn<strong>in</strong>g, serieus genomen worden, iemand<br />
die voor je opkomt, eerlijkheid, uitleg)<br />
3%<br />
3%<br />
3%<br />
niets 11%<br />
niet <strong>in</strong>gevuld 8%
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
Ruim 40% heeft behoefte aan een vorm van emotionele<br />
steun. Een luisterend oor en erover kunnen praten worden<br />
vaak genoemd. Een aantal jongeren geeft daarbij aan dat<br />
ze niet zitten te wachten op een overdaad aan medelijden<br />
of oordelen. Enkele citaten ter illustratie:<br />
“Gewoon doorgaan met mijn leven alsof er niets gebeurd<br />
was, <strong>het</strong> had eigenlijk niet echt veel impact op mij.”<br />
Voor een aantal is <strong>het</strong> herstel van veiligheid en vertrouwen<br />
belangrijk.<br />
TABEL 10 TEKORTKOMINGEN IN HULP EN ONDERSTEUNING - SLACHTOFFERS<br />
wat als negatief ervaren of gemist? %<br />
emotionele support (steun, begrip, luisterend oor, aandacht, affectie) 12%<br />
reacties omgev<strong>in</strong>g (bagatelliseren, gebrek aan erkenn<strong>in</strong>g, niet-gewenste adviezen of hulp) 5%<br />
“Mijn verhaal kwijt kunnen, en begrepen worden zonder dat<br />
mensen te veel medelijden toonden.”<br />
“Aan iemand die kon luisteren zonder te oordelen.”<br />
“Uithuilen bij iemand die ik ken en kan vertrouwen.”<br />
“Aandacht, hulp, iemand die voor je opkomt.”<br />
“Dat ik die jongens [daders] nooit meer tegen zou komen.”<br />
“Bevestig<strong>in</strong>g dat <strong>het</strong> niet mijn fout was en dat alles goed<br />
zou komen.”<br />
Ten slotte geeft ongeveer een vijfde van de ondervraagde<br />
jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g aan dat ze geen specifieke<br />
behoeften hadden, of ze hebben de vraag niet<br />
<strong>in</strong>gevuld.<br />
Nogal wat jongeren hebben ook behoeften die <strong>in</strong> relatie<br />
staan tot de dader: ze willen excuses, weten wie <strong>het</strong> was of<br />
gestolen voorwerp of schade (verlies, geen schadevergoed<strong>in</strong>g) 3%<br />
dat hij/zij straf krijgt, en regelmatig noemen ze ook de<br />
Letsel (fysieke, soms langdurige gevolgen) 2%<br />
behoefte aan wraak.<br />
Vervolgens is hun de vraag voorgelegd of na <strong>het</strong> voorval<br />
professionele hulp 1%<br />
waarvan ze slachtoffer werden, voorzien is <strong>in</strong> die behoeften.<br />
Wat hebben ze gemist en welke negatieve ervar<strong>in</strong>gen<br />
69<br />
overig 2%<br />
68<br />
hebben ze? De antwoorden zijn na coder<strong>in</strong>g verdeeld over<br />
twaalf categorieën (zie tabel 10 op de volgende pag<strong>in</strong>a).<br />
niets<br />
niets <strong>in</strong>gevuld<br />
32%<br />
18%<br />
“Gerechtigheid, maar dat was bijna onmogelijk.”<br />
“Dat degene zich verontschuldigde en zijn fout heeft<br />
<strong>in</strong>gezien.”<br />
“Dat de daders gepakt werden en dat we <strong>het</strong> gestolen voorwerp<br />
terug zouden krijgen.”<br />
“Ik wil hem terugpakken.”<br />
Verder eisten jongeren ook nadrukkelijk tijd voor zichzelf.<br />
Ze hebben soms de behoefte om gewoon met rust gelaten<br />
te worden.<br />
“Op veel momenten wilde ik gewoon rust aan mijn hoofd en<br />
wilde ik geen mensen om me heen, maar dan leek de hele<br />
wereld met mij te willen praten. Maar als ik eens erover<br />
wilde praten, kwam <strong>het</strong> mensen om mij heen niet uit.”<br />
“Een goed gesprek met iemand, maar ook de tijd om <strong>het</strong> zelf<br />
te verwerken.”<br />
Regelmatig geven jongeren aan dat ze zo snel mogelijk de<br />
draad weer willen oppakken, door weer naar school of<br />
werk te gaan, leuke d<strong>in</strong>gen te doen of afleid<strong>in</strong>g te zoeken.<br />
De helft van de respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
rapporteert met betrekk<strong>in</strong>g tot de directe gevolgen van<br />
<strong>het</strong> delict en de steun en reacties van hun omgev<strong>in</strong>g en<br />
<strong>in</strong>stanties als de politie of hulpverlen<strong>in</strong>g geen negatieve<br />
zaken of iets gemist te hebben, of ze hebben geen antwoord<br />
<strong>in</strong>gevuld.<br />
Bij de respondenten die aangeven wel iets gemist te hebben<br />
of negatieve ervar<strong>in</strong>gen te hebben, is <strong>het</strong> meest<br />
opvallend <strong>het</strong> gemis aan emotionele support en steunende<br />
reacties van de directe omgev<strong>in</strong>g, zoals erkenn<strong>in</strong>g,<br />
begrip, aandacht, hulp en een luisterend oor. Een ander<br />
punt is <strong>het</strong> gebrek aan aansluit<strong>in</strong>g tussen de belev<strong>in</strong>g en<br />
behoefte van <strong>het</strong> slachtoffer en de reactie van de<br />
omgev<strong>in</strong>g.<br />
eigen reactie (impact onderschatten, achteraf anders willen handelen) 3%<br />
gebeurtenis en gevolgen (gebeurtenis zelf, angst, ongelukkig zijn, verdriet) 5%<br />
zelfbeeld/wereldbeeld veranderd (vertrouwen verloren, confrontatie met onrecht) 4%<br />
adequaat <strong>in</strong>grijpen (politie of school doet niets of te we<strong>in</strong>ig) 8%<br />
dader (geen excuus, bang voor herhal<strong>in</strong>g) 3%<br />
“Dat mensen <strong>het</strong> vertrouwen beschamen, ook de hulpverlen<strong>in</strong>g,<br />
waardoor <strong>het</strong> wantrouwen dat er al was, nog groter is<br />
geworden. Dat mensen er altijd veel over willen praten, en<br />
<strong>het</strong> er niet bij kunnen laten. Dat mensen <strong>het</strong> gevoel geven<br />
dat zij <strong>het</strong> nog erger v<strong>in</strong>den dan ikzelf. Gewoon, <strong>het</strong> onbegrip<br />
en <strong>het</strong> taboe dat er is, dat is heel erg lastig geweest.”<br />
“Mensen die <strong>het</strong> zelf niet hebben meegemaakt kunnen zich<br />
er geen beeld bij vormen wat je kan voelen.”<br />
“Het gevoel dat <strong>het</strong> niet uitmaakt wat er is gebeurd en dat ik<br />
er maar mee moet leren leven omdat er veel meer mensen<br />
last van hebben. In mijn redener<strong>in</strong>g is dat juist een reden<br />
om er iets aan te doen, maar de maatschappij lijkt <strong>het</strong> juist<br />
te accepteren/niet erg te v<strong>in</strong>den dat veel mensen slachtoffer<br />
worden van dit soort praktijken.”<br />
“Ik vond dat er eigenlijk te veel is gedaan.”<br />
Nogal wat jongeren zijn teleurgesteld <strong>in</strong> de politie die we<strong>in</strong>ig<br />
doet met de aangifte, of de dader niet weet op te sporen.<br />
Soms gaat <strong>het</strong> verwijt richt<strong>in</strong>g de school die niet adequaat<br />
<strong>in</strong>grijpt <strong>in</strong> geval van pesten. Daarnaast richt de<br />
teleurstell<strong>in</strong>g van sommige jongeren zich op de dader, dat<br />
deze nooit is gepakt of geen excuses heeft aangeboden.<br />
“Dat ik <strong>het</strong> nooit met de ‘dader’ heb kunnen uitpraten.”<br />
Een enkele jongere geeft aan de impact van <strong>het</strong> gebeurde<br />
onderschat te hebben of achteraf anders te hebben willen<br />
handelen.<br />
“Niets vertellen zorgt later voor problemen.”<br />
“Nu baal ik dat ik geen aangifte heb gedaan.”
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
De directe gevolgen van <strong>het</strong> gebeuren zoals letsel of<br />
gevoelens van angst en onveiligheid worden regelmatig<br />
genoemd.<br />
“Het feit dat ik niet meer gelukkig kan zijn omdat ik bang ben.”<br />
“Dat je m<strong>in</strong>der blij kan zijn met de huidskleur die je hebt.”<br />
Ten slotte een reactie op de vraag ‘wat heb je gemist?’<br />
waaruit de veerkracht van jongeren blijkt:<br />
“Niet echt veel, ik heb veel negatieve d<strong>in</strong>gen weten om te<br />
zetten <strong>in</strong> iets positiefs.”<br />
6.5 EROVER PRATEN & HULP ZOEKEN<br />
Ouders worden <strong>het</strong> meest genoemd, gevolgd door vrienden<br />
en leeftijdsgenoten, andere familieleden en – op<br />
enige afstand – medewerkers van school. Jongeren storten<br />
hun hart dus vooral uit <strong>in</strong> hun naaste omgev<strong>in</strong>g en<br />
gaan we<strong>in</strong>ig naar hulpverlenende <strong>in</strong>stanties toe om hun<br />
verhaal te vertellen. Enkelen kozen voor de categorie<br />
‘anders, namelijk’ en gaven daar als toelicht<strong>in</strong>g onder<br />
meer collega’s en (ouders van) de dader. Tien procent<br />
geeft aan er met niemand over te hebben gepraat.<br />
Met behulp van een aantal stell<strong>in</strong>gen is geprobeerd wat<br />
nader <strong>in</strong> te gaan op de behoefte <strong>het</strong> gebeurde al dan niet<br />
te delen, en de ervar<strong>in</strong>gen daarmee.<br />
TABEL 12 PRATEN OVER DE ERVARING,<br />
BEHOEFTEN EN ERVARINGEN – SLACHTOFFERS<br />
Als jongeren een misdrijf of verkeersongeval meemaken,<br />
70 met wie praten zij er dan over? De respondenten konden<br />
GRAFIEK 3 JONGEREN ZOEKEN HULP BIJ… SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />
71<br />
stell<strong>in</strong>gen %<br />
hierbij kiezen uit meerdere antwoorden.<br />
Ik heb <strong>het</strong> gevoel dat ik mijn verhaal kwijt kon bij de 59%<br />
ANDERS, NAMELIJK<br />
NIET-SLACHTOFFERS (N=251)<br />
mensen om mij heen en dat ik gesteund werd<br />
SLACHTOFFERS (N=56)<br />
TABEL 11 PRATEN OVER DE ERVARING<br />
- SLACHTOFFERS<br />
29%<br />
KINDERTELEFOON<br />
met wie erover gesproken? %<br />
ouders 74%<br />
ander(e) familielid/leden 33%<br />
vrienden/leeftijdsgenoten 59%<br />
medewerker van school 16%<br />
hulpverleners (bv. maatschappelijk werk, jeugdzorg) 7%<br />
K<strong>in</strong>dertelefoon 0%<br />
huisarts 4%<br />
Slachtofferhulp Nederland 2%<br />
niemand 10%<br />
anders, namelijk 2%<br />
Ik vond <strong>het</strong> lastig om te praten over wat ik heb<br />
meegemaakt<br />
De reacties uit mijn omgev<strong>in</strong>g vielen mij tegen 10%<br />
Ik had graag met leeftijdsgenoten willen spreken die<br />
dezelfde gebeurtenis hebben meegemaakt<br />
(lotgenotencontact)<br />
Achteraf denk ik dat ik meer over de gebeurtenis had<br />
moeten praten<br />
De relaties en vriendschappen die ik al had, zijn<br />
hechter geworden door deze gebeurtenis<br />
Ik had we<strong>in</strong>ig behoefte om te praten over wat ik had<br />
meegemaakt.<br />
13%<br />
17%<br />
18%<br />
41%<br />
Ik schaamde me voor wat er was gebeurd 13%<br />
De meeste respondenten (bijna 60%) v<strong>in</strong>den dat ze een<br />
luisterend oor en steun <strong>in</strong> hun omgev<strong>in</strong>g hebben kunnen<br />
v<strong>in</strong>den. Voor 10% vielen de reacties uit de omgev<strong>in</strong>g juist<br />
tegen. Ruim 40% geeft aan we<strong>in</strong>ig behoefte te hebben<br />
gehad om te praten over hun ervar<strong>in</strong>gen, hoewel uit de<br />
vorige tabel blijkt dat een veel kle<strong>in</strong>ere groep (10%) dat<br />
dan niet doet. Bijna een derde van de jongeren v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong><br />
lastig om over <strong>het</strong> gebeurde te praten. Dat is iets wat<br />
zowel <strong>in</strong> de literatuur (deel 1) als <strong>in</strong> de <strong>in</strong>terviews (deel 3)<br />
terugkomt. Een kle<strong>in</strong>e groep geeft aan behoefte te hebben<br />
gevoeld aan lotgenotencontact. Schaamte komt ook<br />
nu weer om de hoek kijken, al wordt <strong>het</strong> door een kle<strong>in</strong>er<br />
deel van de jongeren ervaren dan <strong>in</strong> tabel 7 (13% respectievelijk<br />
19%). De gevolgen van de gebeurtenis zijn niet<br />
PSYCHOLOOG<br />
SLACHTOFFERHULP NEDERLAND<br />
HUISARTS<br />
VERTROUWENSPERSOON OP SCHOOL<br />
VRIENDEN<br />
OUDERS OF SNDERE FAMILIELEDEN<br />
alleen maar negatief, bijna 20% heeft ervaren dat relaties<br />
of vriendschappen hierdoor hechter zijn geworden.<br />
Van de 318 respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
geven er 56 aan hulp te hebben gezocht na de gebeurtenis.<br />
Aan de respondenten zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g is<br />
gevraagd of zij hulp zouden zoeken als hun een misdrijf<br />
of ongeval zou overkomen. Slechts 6% antwoordt ja, 43%<br />
kiest voor nee en 51% weet <strong>het</strong> niet. De verschillen tussen<br />
beide groepen zijn significant, maar de significantie is niet<br />
heel sterk. 10 Vervolgens is aan de slachtoffers gevraagd bij<br />
wie ze hulp hebben gezocht en aan de niet-slachtoffers<br />
bij wie ze eventueel hulp zouden zoeken. Ze konden<br />
meerdere opties kiezen.<br />
0% 25% 50% 75% 100%
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
Beide groepen zien ouders of andere familieleden als de<br />
belangrijkste bron van hulp, daarna volgen vrienden en<br />
vertrouwenspersonen op school. Slachtoffers kiezen vaker<br />
voor de optie ‘psycholoog’. Slachtofferhulp Nederland<br />
wordt door slachtoffers en niet-slachtoffers even vaak<br />
gekozen. Degenen die voor de optie ‘anders, namelijk’<br />
hebben gekozen, geven als toelicht<strong>in</strong>g partner, werk en<br />
gespecialiseerde (jeugd- of thuis)zorg. Twee kantteken<strong>in</strong>gen<br />
bij deze grafiek: slachtoffers hebben gemiddeld meer<br />
opties gekozen dan niet-slachtoffers, dus de percentages<br />
zijn niet een op een vergelijkbaar. Ten tweede is bij slachtoffers<br />
naar een daadwerkelijk gemaakte keuze gevraagd<br />
en bij niet-slachtoffers naar een hypot<strong>het</strong>ische keuze.<br />
Duidelijk is wel dat jongeren <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie hulp <strong>in</strong><br />
hun eigen omgev<strong>in</strong>g (zouden) zoeken en niet zo snel naar<br />
<strong>in</strong>stitutionele vormen van hulp stappen. Dat bevestigt <strong>het</strong><br />
beeld uit deel 1 van deze bundel en zal ook terugkomen<br />
<strong>in</strong> de <strong>in</strong>terviews <strong>in</strong> <strong>het</strong> volgende deel.<br />
Gevraagd naar de reden waarom ze geen hulp hebben<br />
gezocht of zouden zoeken tekent zich een duidelijk verschil<br />
af tussen slachtoffers en niet-slachtoffers (zie grafiek 4).<br />
Voor de eerste groep is de belangrijkste reden dat zij <strong>het</strong><br />
niet nodig vonden, voor de tweede groep is niet weten bij<br />
welke organisatie aan te kloppen de meest genoemde<br />
reden.<br />
Niet alleen of en waar ze hulp zouden zoeken, maar ook<br />
op welke manier ze die hulp <strong>het</strong> liefst zouden ontvangen,<br />
is een <strong>in</strong>teressante vraag. De gedachte achter deze vraag<br />
is dat jongeren de voorkeur zouden geven aan meer anonieme<br />
kanalen voor hulp en <strong>in</strong>formatie, of via de media<br />
die zij <strong>in</strong> <strong>het</strong> dagelijks leven veel gebruiken, zoals telefoon,<br />
e-mail, WhatsApp, Facebook en dergelijke. Dat blijkt verrassend<br />
genoeg niet <strong>het</strong> geval te zijn. Zowel slachtoffers<br />
als niet-slachtoffers geven <strong>in</strong> meerderheid de voorkeur<br />
aan persoonlijk face-to-facecontact (grafiek 5).<br />
6.6 JONGEREN EN SLACHTOFFERHULP<br />
NEDERLAND<br />
In paragraaf 6.2 hebben we beschreven dat 318 jongeren<br />
een of meerdere slachtofferervar<strong>in</strong>gen rapporteren.<br />
Hiervan hebben er 24 zelf of via hun ouders ondersteun<strong>in</strong>g<br />
gekregen van Slachtofferhulp Nederland. Dat is m<strong>in</strong>der<br />
dan 10%. Degenen die contact hadden met Slachtofferhulp<br />
Nederland, maakten meestal gebruik van de emotionele<br />
ondersteun<strong>in</strong>g. Rechtszitt<strong>in</strong>gsbegeleid<strong>in</strong>g en lotgenotencontact<br />
worden niet genoemd (zie tabel 14 op<br />
de volgende pag<strong>in</strong>a).<br />
Bij de optie ‘anders’ noemden slachtoffers meestal dat ze<br />
voldoende hulp vanuit hun directe omgev<strong>in</strong>g (ouders,<br />
school) kregen of dat <strong>het</strong> om een gebeurtenis van we<strong>in</strong>ig<br />
betekenis g<strong>in</strong>g. Twee respondenten hebben <strong>het</strong> met de<br />
Niet-slachtoffers hebben een sterkere voorkeur voor<br />
dader (al dan niet <strong>in</strong> der m<strong>in</strong>ne) opgelost en een respondent<br />
noemt geld als belemmer<strong>in</strong>g. Niet-slachtoffers zeggen<br />
ervar<strong>in</strong>g, die weer een wat grotere voorkeur hebben<br />
persoonlijk contact dan respondenten met een slachtoffer-<br />
voornamelijk dat ze <strong>het</strong> zouden laten afhangen van de<br />
voor hulp en <strong>in</strong>formatie via elektronische kanalen.<br />
situatie of <strong>in</strong> zo’n geval op hun ouders zouden steunen.<br />
Deze verschillen zijn significant. 11<br />
72 73<br />
GRAFIEK 4 REDEN OM GEEN HULP TE ZOEKEN - SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />
GRAFIEK 5 BIJ VOORKEUR HULP EN INFORMATIE VIA… SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />
ANDERS, NAMELIJK<br />
NIET-SLACHTOFFERS<br />
SLACHTOFFERS<br />
HET MAAKT ME NIET UIT<br />
NIET-SLACHTOFFERS<br />
SLACHTOFFERS<br />
IK VOND/VIND HET VOOR MEZELF NIET NODIG<br />
ANDERS, NAMELIJK<br />
IK WAS BANG/ZOU BANG ZIJN VOOR DE REACTIE VAN ANDEREN<br />
PERSOONLIJK (FACE TO FACE)<br />
IK HEB SLECHTE ERVARINGEN MET DE HULPVERLENING OF IK KEN ANDEREN<br />
DIE SLECHTE ERVARINGEN HEBBEN<br />
TELEFOON<br />
IK HAD/HEB AL HULPVERLENING VANWEGE ANDERE PROBLEMEN<br />
SOCIALE MEDIA ALS FACEBOOK<br />
IK WEET NIET WELKE ORGANISATIES HULP KUNNEN BIEDEN EN WAT ZIJ PRECIES DOEN<br />
CHAT OF WHATSAPP<br />
0% 20% 40% 60% 80%<br />
E-MAIL<br />
0% 18% 35% 53% 70%
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
TABEL 14 CONTACT MET SLACHTOFFERHULP<br />
NEDERLAND - SLACHTOFFERS<br />
geen contact 294 (92,5%)<br />
mijn ouders 10 (3%)<br />
ikzelf 14 (4,5%)<br />
Een luisterend oor en<br />
emotionele steun<br />
Informatie over de<br />
psychische gevolgen<br />
van een misdrijf en<br />
tips hoe je daarmee<br />
om kunt gaan<br />
9<br />
2<br />
is gedaan (zie paragraaf 6.3), <strong>het</strong>zij door henzelf <strong>het</strong>zij<br />
door hun ouders. Hiervan zijn er 24 (18%) direct of <strong>in</strong>direct<br />
bij Slachtofferhulp Nederland terechtgekomen. Dat lijkt<br />
erg we<strong>in</strong>ig gezien <strong>het</strong> feit dat de politie <strong>in</strong> geval van aangifte<br />
of meld<strong>in</strong>g de gegevens van slachtoffers, maar ook<br />
van eventuele betrokkenen of getuigen doorgeeft aan<br />
Slachtofferhulp Nederland. Die benadert slachtoffers<br />
actief met <strong>in</strong>formatie, advies en een aanbod voor juridische,<br />
praktische en emotionele ondersteun<strong>in</strong>g. Deze procedure<br />
geldt overigens bij aangifte of meld<strong>in</strong>g van zwaardere<br />
delicten; vandalisme, eenvoudige diefstal en andere<br />
low impact crimes vallen niet daaronder. Slachtoffers<br />
kunnen uiteraard ook zelf contact opnemen met<br />
Slachtofferhulp Nederland, maar dat gebeurt niet veel. 12<br />
Informatie over de<br />
2<br />
juridische kanten van<br />
<strong>het</strong> misdrijf,<br />
Een mogelijke verklar<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> relatief lage aantal aanmeld<strong>in</strong>gen<br />
bij Slachtofferhulp Nederland kan dus zijn dat<br />
Anders, namelijk 3% 0% 1,5%<br />
bijvoorbeeld over <strong>het</strong><br />
strafproces<br />
74 <strong>het</strong> <strong>in</strong> veel gevallen om een low impact crime g<strong>in</strong>g, of dat<br />
75<br />
Hulp bij <strong>het</strong> vergoed<br />
2<br />
krijgen van mijn<br />
betrokkenen <strong>het</strong> aanbod van Slachtofferhulp Nederland<br />
schade<br />
hebben afgeslagen. Zoals uit de <strong>in</strong>terviews <strong>in</strong> deel 3 naar<br />
voren komt hebben jongeren vaak nauwelijks een beeld<br />
Een medewerker is<br />
-<br />
meegegaan naar<br />
van wat Slachtofferhulp Nederland voor hen kan betekenen<br />
afstand en beide groepen respondenten hechten hier<br />
6.7 ALGEMENE PERSPECTIEVEN OP<br />
rechtszitt<strong>in</strong>g om<br />
en wat <strong>het</strong> nut is van de aangeboden hulp. Om een <strong>in</strong>druk<br />
ongeveer evenveel belang aan. Meegaan naar de rechtszitt<strong>in</strong>g<br />
is een vorm van ondersteun<strong>in</strong>g die niet-slachtoffers CRIMINALITEIT EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
uitleg te geven<br />
te krijgen van wat jongeren v<strong>in</strong>den dat Slachtofferhulp<br />
Hulp bij <strong>het</strong> opstellen<br />
2 Nederland <strong>in</strong> ieder geval voor slachtoffers zou moeten<br />
belangrijker v<strong>in</strong>den dan slachtoffers, maar ook dat verschil<br />
van een<br />
doen, vroegen we ze te kiezen uit een aantal vormen van<br />
is we<strong>in</strong>ig significant. 14 Ongeveer een derde van de respondenten<br />
v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> belangrijk dat Slachtofferhulp Nederland<br />
slachtofferverklar<strong>in</strong>g<br />
ondersteun<strong>in</strong>g. Gemiddeld kozen de respondenten er drie<br />
- (zie tabel 15 op de volgende pag<strong>in</strong>a).<br />
lotgenotencontact organiseert.<br />
De mogelijkheid om<br />
met lotgenoten <strong>in</strong><br />
contact te komen<br />
Het lage aantal is deels te verklaren door <strong>het</strong> feit dat onder<br />
de gerapporteerde slachtofferervar<strong>in</strong>gen ook niet-strafbare<br />
feiten zullen zitten, zoals pesten op school of discrim<strong>in</strong>atie<br />
vanwege uiterlijk. Maar 131 slachtoffers (42% van <strong>het</strong><br />
totale aantal respondenten dat een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
meldt) hebben <strong>in</strong> <strong>het</strong> onderzoek aangegeven dat aangifte<br />
Het bieden van een luisterend oor en emotionele ondersteun<strong>in</strong>g<br />
voert de lijst overtuigend aan. Informatie geven<br />
over de psychische gevolgen van een misdrijf <strong>in</strong>clusief tips<br />
over de verwerk<strong>in</strong>g staat op de tweede plaats. Niet-slachtoffers<br />
hechten hier meer belang aan dan slachtoffers,<br />
maar <strong>het</strong> verschil is nauwelijks significant. 13<br />
Ondersteun<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> verhalen van schade en <strong>in</strong>formatie<br />
over de juridische kanten van <strong>het</strong> misdrijf volgen op enige<br />
TABEL 15 TAKEN VAN SLACHTOFFERHULP NEDERLAND – SLACHTOFFERS EN NIET SLACHTOFFERS<br />
ondersteun<strong>in</strong>g Slachtofferhulp Nederland slachtoffers niet-slachtoffers gemiddeld<br />
Een luisterend oor bieden en emotionele steun geven 79% 78% 78,5%<br />
Informatie geven over de psychische gevolgen van een misdrijf<br />
en tips hoe je daarmee om kunt gaan<br />
Slachtoffers helpen om eventuele schade die ze hebben<br />
opgelopen vergoed te krijgen<br />
Informatie geven over de juridische kanten van <strong>het</strong> misdrijf,<br />
bijvoorbeeld over <strong>het</strong> strafproces<br />
Meegaan met slachtoffers naar de rechtszitt<strong>in</strong>g om uitleg te<br />
geven<br />
Lotgenotengroepen organiseren voor slachtoffers die <strong>het</strong>zelfde<br />
hebben meegemaakt<br />
Een enkel<strong>in</strong>g heeft gekozen voor de optie ‘anders, namelijk’<br />
en soms een toelicht<strong>in</strong>g gegeven, <strong>in</strong> de trant van:<br />
“Er gewoon voor je zijn, en afleid<strong>in</strong>g bieden waar nodig.<br />
Misschien ook helpen met <strong>het</strong> opzetten van je leven na de<br />
gebeurtenis.”<br />
“Het slachtoffer bieden wat hij of zij nodig heeft.”<br />
“Zorgen dat mensen van hun trauma afkomen.”<br />
46% 60% 53%<br />
44% 46% 45%<br />
41% 46% 43,5%<br />
28% 38% 33%<br />
32% 36% 34%<br />
Ten slotte wilden we verkennen hoe jongeren <strong>in</strong> algemene<br />
z<strong>in</strong> denken over victimisatie en slachtofferervar<strong>in</strong>gen<br />
van anderen. Ten eerste waren we benieuwd <strong>in</strong> welke<br />
mate jongeren bepaalde gebeurtenissen en handel<strong>in</strong>gen<br />
beschouwen als een misdrijf. Anders gezegd: wat v<strong>in</strong>den<br />
zij strafbaar en waarvan zouden ze aangifte doen bij de<br />
politie? Daarnaast hebben we de respondenten twee<br />
cases voorgelegd over jongeren die slachtoffer worden<br />
van respectievelijk een berov<strong>in</strong>g en grensoverschrijdend<br />
seksueel gedrag op <strong>in</strong>ternet.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
Wat betreft de ideeën over strafbare feiten en of je daarvan<br />
aangifte zou moeten doen, ontlopen de antwoorden<br />
van slachtoffers en niet-slachtoffers elkaar we<strong>in</strong>ig. Het<br />
meest uitgesproken zijn respondenten over mishandeld<br />
worden op straat na een avondje stappen en de diefstal<br />
van een fiets uit de voortu<strong>in</strong>. Niet-slachtoffers zijn meer<br />
geneigd dit als strafbaar te beschouwen; <strong>het</strong> verschil is<br />
nauwelijks significant. 15 Een mishandel<strong>in</strong>g op <strong>het</strong> schoolple<strong>in</strong><br />
kan bij een ruime meerderheid strafrechtelijk ook<br />
niet door de beugel, net als discrim<strong>in</strong>atie bij de <strong>in</strong>gang<br />
van de discotheek op grond van huidskleur of afkomst.<br />
Opvallend is dat ongeveer driekwart van de respondenten<br />
<strong>het</strong> een strafbaar (en aangiftewaardig) feit v<strong>in</strong>dt als ze<br />
door een ouder <strong>in</strong> <strong>het</strong> gezicht worden geslagen. Dat<br />
JE WORDT NA EEN AVONDJE STAPPEN OP STRAAT DOOR<br />
EEN ONBEKENDE GESLAGEN<br />
EEN EX STUURT INTIEME FOTO’S VAN JOU ROND AAN VRIENDEN<br />
JE WORDT IN ELKAAR GESLAGEN OP HET SCHOOLPLEIN<br />
JE LERAAR ZEGT DAT JE ER MOOI UIT ZIET EN GEEFT JE EEN ZOEN<br />
JE FIETS WORDT GESTOLEN UIT DE VOORTUIN<br />
TIJDENS EEN FEESTJE WORDT JE TEGEN JE WIL DOOR EEN VAN DE<br />
AANWEZIGEN BETAST EN GEZOEND<br />
JE WORDT DOOR EEN VAN JE OUDERS IN JE GEZICHT GESLAGEN<br />
JE WORDT DOOR EEN KLASGENOOT GEPEST VANWEGE JE UITERLIJK<br />
JE VERKOOPT VIA MARKTPLAATS EEN PAAR SCHOENEN DIE JE NIET MEER<br />
DRAAGT, MAAR KRIJGT HET GELD NOOIT GESTORT<br />
JE WORDT NIET TOEGELATEN IN EEN DISCOTHEEK VANWEGE<br />
JE HUIDSKLEUR/AFKOMST<br />
IEMAND BOTST PER ONGELUK TEGEN JE AAN OP STRAAT,<br />
WAARDOOR JE TELEFOON STUKVALT<br />
wordt duidelijk niet als een (aanvaardbare) pedagogische<br />
tik beschouwd. De situatie dat een docent grensoverschrijdend<br />
gedrag vertoont door een leerl<strong>in</strong>g te zoenen<br />
wordt door een meerderheid als strafbaar gezien, maar<br />
<strong>het</strong> percentage ligt al wat lager. Slachtoffers lijken dit<br />
meer dan niet-slachtoffers als strafbaar gedrag te zien,<br />
maar een nadere analyse wijst uit dat dat verschil niet<br />
significant is. Oplicht<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> handelen op Marktplaats is<br />
dan wel weer voor een meerderheid een strafbaar feit<br />
waarbij aangifte aan de orde is, hoewel ongeveer 40%<br />
dat niet zo ziet. Misschien beschouwen ze <strong>het</strong> als een <strong>in</strong><br />
te calculeren risico. Pesten en een ongelukje waarbij <strong>het</strong><br />
‘slachtoffer’ schade oploopt worden maar door we<strong>in</strong>ig<br />
respondenten als strafbaar beschouwd.<br />
NIET-SLACHTOFFERS<br />
SLACHTOFFERS<br />
0% 25% 50% 75% 100%<br />
Uit grafiek 6 blijkt dat een groot deel van de ondervraagde<br />
jongeren een behoorlijk adequate perceptie heeft van wat<br />
strafbaar is en wat niet, en waarvoor zij <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe aangifte<br />
zouden doen. De vraag is: als puntje bij paaltje komt,<br />
zouden zij dan ook handelen conform deze perceptie?<br />
Zoals eerder <strong>in</strong> dit deel aan de orde kwam, laten jongeren<br />
hun daadwerkelijke handelen vooral afhangen van de<br />
omstandigheden (zwaarte van <strong>het</strong> delict), de impact die<br />
<strong>het</strong> op hen heeft en de verwacht<strong>in</strong>gen omtrent de<br />
opbrengst van hun handelen.<br />
TABEL 16 STELLINGEN<br />
VERANTWOORDELIJKHEID EN IMPACT<br />
stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />
Mitchel had misschien andere keuzes moeten maken, maar deze<br />
gebeurtenis is niet zijn eigen schuld<br />
(helemaal) oneens 15% 13%<br />
neutraal 22% 18%<br />
(helemaal) eens 64% 70%<br />
Ik zou goed begrijpen als Mitchel erg van slag is door deze<br />
gebeurtenis<br />
Als laatste item komen de twee cases aan bod aan de hand<br />
waarvan de respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
(helemaal) oneens 6% 4%<br />
(N=318) en de respondenten zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
(N=250) een serie stell<strong>in</strong>gen hebben beoordeeld.<br />
neutraal 14% 10%<br />
(helemaal) eens 80% 87%<br />
GRAFIEK 6 STRAFBAAR FEIT EN AANGIFTE DOEN – SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />
Het is Mitchel zijn eigen schuld dat hij dit heeft meegemaakt, hij<br />
76 had niet alleen naar huis moeten fietsen<br />
77<br />
Casus 1 Een berov<strong>in</strong>g op straat<br />
Mitchel (16 jaar) fietst terug nadat hij was wezen<br />
stappen <strong>in</strong> de b<strong>in</strong>nenstad. Hij fietst alleen naar<br />
huis omdat hij langer is gebleven dan de rest<br />
van zijn vrienden, ondanks dat zijn ouders dit<br />
hebben verboden. Halverwege de fietstocht<br />
wordt hij tegengehouden door drie jongens.<br />
Hij kent ze van gezicht, ze zitten een klas hoger<br />
bij hem op school. Onder bedreig<strong>in</strong>g van een<br />
mes moet hij zijn geld en telefoon afgeven. Ze<br />
zeggen tegen hem: ‘‘We weten wie je bent en<br />
waar je woont, waag <strong>het</strong> niet om iemand iets te<br />
vertellen!” Er is niemand <strong>in</strong> de buurt om hem te<br />
helpen.<br />
De eerste serie van drie stell<strong>in</strong>gen peilt ideeën over verantwoordelijkheid<br />
voor <strong>het</strong> gebeurde en de mate van<br />
begrip voor wat zo’n gebeurtenis teweegbrengt bij <strong>het</strong><br />
slachtoffer.<br />
(helemaal) oneens 59% 64%<br />
neutraal 28% 24%<br />
(helemaal) eens 12% 12%<br />
Uit de antwoorden op de eerste en derde stell<strong>in</strong>g blijkt<br />
dat de meeste respondenten <strong>het</strong> (met de kennis van nu)<br />
wijs hadden gevonden als Mitchel eerder andere keuzes<br />
had gemaakt. Dat doet denken aan een van de cop<strong>in</strong>gmechanismen<br />
die werd beschreven <strong>in</strong> hoofdstuk 4,<br />
namelijk <strong>het</strong> bedenken van alternatieve scenario’s voor<br />
de gebeurtenis. De geënquêteerde jongeren zien wel<br />
een bepaalde verantwoordelijkheid om (<strong>het</strong> risico) op<br />
slachtofferschap te vermijden, maar victim blam<strong>in</strong>g lijkt<br />
niet aan de orde. Want de meerderheid – niet-slachtoffers<br />
meer dan slachtoffers – legt de schuld voor <strong>het</strong> gebeurde<br />
niet bij Mitchel. Dat doet 12% wel. De verschillen <strong>in</strong> de<br />
antwoorden op de drie stell<strong>in</strong>gen zijn overigens niet<br />
significant gebleken na nadere statistische analyse. 16
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
In de volgende serie stell<strong>in</strong>gen gaat <strong>het</strong> over de vraag aan<br />
wie respondenten zouden melden wat er was gebeurd als<br />
ze <strong>in</strong> de schoenen van Mitchel stonden. Een ruime meerderheid<br />
is van men<strong>in</strong>g dat de berov<strong>in</strong>g een strafbaar feit is<br />
en zou <strong>het</strong> <strong>in</strong> ieder geval bij zijn ouders melden. M<strong>in</strong>der<br />
dan de helft zou direct naar de politie stappen, maar voor<br />
de meeste jongeren is de bedreig<strong>in</strong>g van de daders geen<br />
reden om niet naar de politie te stappen.<br />
Ook hier liggen de antwoorden van slachtoffers en<br />
niet-slachtoffers niet ver uit elkaar, nadere statistische<br />
analyse heeft geen significante verschillen aan <strong>het</strong> licht<br />
gebracht.<br />
De tweede casus beschrijft een meer ambigue situatie,<br />
namelijk van <strong>het</strong> uitlokken van grensoverschrijdend<br />
seksueel gedrag op <strong>in</strong>ternet.<br />
kunnen uitdraaien op sext<strong>in</strong>g als de jongen <strong>in</strong> kwestie de<br />
met tegenz<strong>in</strong> gestuurde plaatjes met anderen deelt en ze<br />
via hen steeds verder verspreid raken. De vraag of er iets<br />
strafbaars is gebeurd, is nog niet goed te beantwoorden,<br />
Anne heeft zich echter wel onder druk laten zetten om<br />
haar grenzen te overschrijden.<br />
TABEL 18 STELLINGEN CASUS 2<br />
Hoe <strong>in</strong>terpreteren jongeren deze gebeurtenis? Zien ze<br />
deze als (potentieel) strafbaar of niet? In hoeverre is de<br />
situatie Anne’s schuld? Welke gevoelens spelen een rol?<br />
Hiervoor zijn vijf stell<strong>in</strong>gen aan de respondenten voorgelegd<br />
met <strong>het</strong> verzoek aan te geven <strong>in</strong> hoeverre zij <strong>het</strong><br />
hiermee oneens of eens waren.<br />
TABEL 17 ALS IK MITCHEL WAS DAN…<br />
stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />
(helemaal) oneens 74% 79%<br />
neutraal 18% 14%<br />
(helemaal) eens 8% 8%<br />
Casus 2 Grensoverschrijdend<br />
seksueel gedrag op <strong>in</strong>ternet<br />
Ik zou geen aangifte doen tegen de jongens, omdat ze me zouden<br />
weten te v<strong>in</strong>den<br />
Anne (15 jaar) heeft op <strong>in</strong>ternet s<strong>in</strong>ds een paar<br />
maanden contact met een jongen van 19 jaar.<br />
neutraal<br />
(helemaal) eens<br />
33%<br />
46%<br />
28%<br />
56%<br />
Ze heeft hem ontmoet via een chatroom en<br />
(helemaal) oneens 57% 65%<br />
Ik zou niet willen dat mijn ouders contact opnemen met de politie, ik zou me schamen<br />
78 kent hem alleen van <strong>in</strong>ternet, ze heeft hem nog<br />
79<br />
neutraal 26% 20%<br />
nooit <strong>in</strong> <strong>het</strong> echt gezien. Anne voelt zich op<br />
(helemaal) oneens 34% 37%<br />
(helemaal) eens 17% 15%<br />
haar gemak bij deze jongen en vertelt tegen<br />
neutraal 31% 35%<br />
Ik had gelijk de politie gebeld om <strong>het</strong> te melden<br />
haar vriend<strong>in</strong>nen dat ze verliefd is. Maar na een<br />
tijdje beg<strong>in</strong>t hij steeds vaker d<strong>in</strong>gen aan haar te<br />
(helemaal) eens 35% 28%<br />
(helemaal) oneens 24% 25%<br />
vragen die zij niet prettig v<strong>in</strong>dt, bijvoorbeeld of<br />
Als je verliefd bent, is <strong>het</strong> geen strafbaar feit als iemand zoiets aan je vraagt<br />
neutraal 31% 32%<br />
zij foto’s wil sturen waarop ze naakt poseert. Als<br />
(helemaal) oneens 58% 65%<br />
(helemaal) eens 44% 43%<br />
ze dat niet doet, wordt hij geïrriteerd en praat<br />
een aantal dagen niet tegen haar. Uite<strong>in</strong>delijk<br />
neutraal 28% 25%<br />
Ik zou <strong>het</strong> tegen mijn ouders zeggen<br />
heeft Anne toegegeven en een aantal foto’s<br />
(helemaal) eens 14% 10%<br />
(helemaal) oneens 10% 8%<br />
waar ze naakt op staat, naar hem gestuurd.<br />
Ik zou <strong>het</strong> goed begrijpen dat Anne met iemand hierover zou willen praten<br />
neutraal 16% 13%<br />
Haar ouders komen erachter en zijn ontzettend<br />
geschrokken. Ze besluiten contact op te nemen<br />
(helemaal) oneens 9% 8%<br />
(helemaal) eens 74% 79%<br />
met de politie.<br />
neutraal 25% 21%<br />
Ik zou geen aangifte doen tegen de jongens, omdat er geen sprake<br />
is van een strafbaar feit<br />
(helemaal) eens 66% 72%<br />
De beschreven situatie zou een geval kunnen zijn van<br />
groom<strong>in</strong>g (<strong>het</strong> manipuleren van m<strong>in</strong>derjarigen met een<br />
seksueel doel). Want hoe weet Anne zeker dat haar chatvriend<br />
<strong>in</strong>derdaad een 19-jarige jongen is? De situatie zou<br />
stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />
Anne had andere keuzes moeten maken, deze gebeurtenis is haar eigen schuld<br />
(helemaal) oneens 21% 16%<br />
Zolang er niets met de foto’s wordt gedaan door deze jongen (zoals ze openbaar maken), is er niets aan de hand<br />
(helemaal) oneens 45% 50%<br />
neutraal 31% 30%<br />
(helemaal) eens 24% 19%
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
Ongeveer de helft van de respondenten v<strong>in</strong>dt dat Anne<br />
de situatie over zichzelf heeft afgeroepen en leggen de<br />
schuld bij haar neer. Respondenten zonder slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
zijn daar iets uitgesprokener <strong>in</strong>, maar <strong>het</strong> verschil is<br />
niet significant. Wat opvalt is dat desondanks nogal wat<br />
jongeren van men<strong>in</strong>g zijn dat er wel degelijk grenzen zijn<br />
overschreden, gezien <strong>het</strong> feit dat tussen de 45 en 65% <strong>het</strong><br />
niet eens is met de derde en vijfde stell<strong>in</strong>g. Voor ongeveer<br />
een derde van de jongeren is schaamte een reden om<br />
contact met de politie over <strong>het</strong> gebeurde te vermijden.<br />
Ruim tweederde van de jongeren (h)erkent de behoefte<br />
van Anne om met iemand over de situatie te praten.<br />
Hoe zouden de respondenten zelf gehandeld hebben <strong>in</strong><br />
Annes geval? Daarop konden ze antwoorden door uit de<br />
stell<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de volgende tabel maximaal drie stell<strong>in</strong>gen te<br />
kiezen; ze kozen er gemiddeld twee. Ruim driekwart van<br />
de jongeren geeft aan dat ze <strong>in</strong> een vergelijkbare situatie<br />
nooit foto’s van zichzelf zouden sturen. Blijkbaar herkennen<br />
ze wel de risico’s van dit soort <strong>in</strong>ternetcontacten: is de<br />
persoon met wie je contact hebt degene die hij of zij voorgeeft<br />
te zijn en wat zijn diens (werkelijke) <strong>in</strong>tenties? Maar<br />
ook een bekende kan misbruik maken van <strong>het</strong> <strong>in</strong> hem/<br />
haar gestelde vertrouwen.<br />
Een behoorlijk aantal jongeren (38%) zou <strong>in</strong> zo’n geval zelf<br />
proberen te voorkomen dat de situatie ongewenste gevolgen<br />
krijgt door de chatvriend ervan te overtuigen de foto’s<br />
niet verder te verspreiden. Zoals op verschillende plaatsen<br />
<strong>in</strong> dit boek aan de orde komt, hebben jongeren sterk de<br />
neig<strong>in</strong>g om problemen zelf te willen oplossen. Dat past<br />
bij hun streven naar onafhankelijkheid, maar kan ook te<br />
maken hebben met gevoelens als schuld of schaamte.<br />
Dat is voor 38% van de jongeren een reden om <strong>het</strong> voorval<br />
niet met hun ouders te willen bespreken. Ongeveer<br />
een vijfde zou <strong>het</strong> wel met vrienden/vriend<strong>in</strong>nen willen<br />
bespreken. De jongeren die de optie ‘anders, namelijk’<br />
hebben gekozen, geven soms een toelicht<strong>in</strong>g. Een aantal<br />
geeft aan <strong>het</strong> juist wel met hun ouders te bespreken.<br />
Verder noemen verscheidene respondenten dat zij de<br />
chatvriend zouden dreigen met aangifte bij de politie als<br />
hij de foto’s zou verspreiden. Anderen geven aan <strong>in</strong> de<br />
eerste plaats al nooit foto’s te zullen sturen, al maakt een<br />
enkel<strong>in</strong>g wel een nuance.<br />
TABEL 19 ALS IK ANNE WAS DAN … SLACHTOFFERS EN NIET-SLACHTOFFERS<br />
stell<strong>in</strong>gen slachtoffers niet-slachtoffers<br />
Boos worden op mijn ouders omdat ze een aangifte willen doen, omdat <strong>het</strong> mijn vriendje is 11% 8%<br />
Ik zou niet met mijn ouders hierover willen praten, omdat ik me schaam 38% 32%<br />
Ik zou de jongen overtuigen dat hij de foto’s niet moet verspreiden 38% 32%<br />
Ik had nooit zulke foto’s naar iemand hebben gestuurd die ik nog nooit heb ontmoet 77% 82%<br />
Ik zou de gebeurtenis bespreken met mijn vrienden/vriend<strong>in</strong>nen 20% 22%<br />
Anders, namelijk: 5% 3%<br />
“Ik zou <strong>het</strong> denk ik pas bespreekbaar durven maken als <strong>het</strong><br />
al te laat is, en de foto’s al verspreid zijn, dus dan is <strong>het</strong><br />
eigenlijk al te laat. Maar nu op dit moment zou ik dat soort<br />
foto’s gewoon niet meer sturen. Maar dit meisje is 15, en als<br />
ik kijk naar mijzelf van toen..... Zeg nooit nooit!”<br />
6.8 TOT BESLUIT<br />
In grote lijnen bevestigt dit panelonderzoek een aantal<br />
bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen uit ander onderzoek van onder meer<br />
Vynckier. Veel jongeren hebben een of verschillende<br />
slachtofferervar<strong>in</strong>gen meegemaakt. Dat roept vooral<br />
angst op, maar ook boosheid en verdriet en <strong>in</strong> m<strong>in</strong>dere<br />
mate gevoelens van wraak, schaamte, eenzaamheid of<br />
spijt. Aangifte doen jongeren niet zo snel; vooral omdat<br />
ze <strong>het</strong> gebeurde daarvoor niet ernstig genoeg v<strong>in</strong>den of<br />
omdat ze niet zo veel fiducie hebben <strong>in</strong> de opspor<strong>in</strong>g en<br />
berecht<strong>in</strong>g. Toch v<strong>in</strong>den heel wat jongeren dat als je een<br />
misdrijf overkomt, je wel aangifte zou moeten doen. En <strong>in</strong><br />
meerderheid hebben ze wel een idee van wat strafbaar is<br />
en wat niet. Het bestraffen van de dader is <strong>het</strong> belangrijkste<br />
motief om eventueel aangifte te doen. Angst voor<br />
negatieve reacties vanuit hun vriendenkr<strong>in</strong>g of represailles<br />
van de dader spelen nauwelijks een rol <strong>in</strong> de overweg<strong>in</strong>g<br />
al dan niet aangifte te doen.<br />
De jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g geven aan vooral<br />
behoefte te hebben aan emotionele steun. Die zoeken en<br />
v<strong>in</strong>den ze met name <strong>in</strong> hun directe omgev<strong>in</strong>g, bij hun<br />
ouders en vrienden. Een luisterend oor, erover kunnen<br />
praten, dat wordt veel genoemd. Al geeft een redelijk<br />
grote groep aan <strong>het</strong> ook wel lastig te v<strong>in</strong>den om erover te<br />
praten. Op <strong>in</strong>stitutionele vormen van hulp als huisarts,<br />
psycholoog of Slachtofferhulp Nederland wordt niet veel<br />
een beroep gedaan. Op de vraag waarom ze geen hulp<br />
hebben gezocht of zouden zoeken, antwoorden jongeren<br />
met een slachtofferervar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> meerderheid dat ze dat<br />
voor zichzelf niet nodig vonden. Voor niet-slachtoffers is<br />
de belangrijkste reden dat ze niet zouden weten bij welke<br />
<strong>in</strong>stantie aan te kloppen.<br />
Van de respondenten met een slachtofferervar<strong>in</strong>g is maar<br />
een heel kle<strong>in</strong> deel bij Slachtofferhulp Nederland terechtgekomen.<br />
Beide groepen respondenten, slachtoffers en<br />
niet-slachtoffers, zijn tamelijk eensgez<strong>in</strong>d over de vraag<br />
welke hulp de organisatie <strong>in</strong> ieder geval zou moeten bieden.<br />
Allereerst is dat emotionele steun en een luisterend<br />
oor, gevolgd door <strong>in</strong>formatie over de psychosociale gevolgen<br />
en tips voor de verwerk<strong>in</strong>g van de gebeurtenis, hulp<br />
bij <strong>het</strong> vergoed krijgen van de schade en <strong>in</strong>formatie over<br />
de juridische gevolgen van de gebeurtenis, waaronder de<br />
strafprocedure. Er is ook gevraagd op welke manier de<br />
deelnemers aan <strong>het</strong> onderzoek <strong>het</strong> liefst hulp zouden<br />
ontvangen. Dan is er bij een meerderheid een voorkeur<br />
voor face-to-facecontact, terwijl slachtoffers meer dan<br />
niet-slachtoffers de voorkeur geven aan ondersteun<strong>in</strong>g<br />
via digitale kanalen, zoals sociale media en e-mail.<br />
80 81<br />
Verder hebben beide groepen respondenten aan de hand<br />
van twee cases een aantal stell<strong>in</strong>gen beoordeeld. In <strong>het</strong><br />
geval van een berov<strong>in</strong>g op straat van een jongen die<br />
tegen de afspraak met zijn ouders <strong>in</strong> alleen naar huis is<br />
gefietst na een avondje uit, v<strong>in</strong>den beide groepen dat <strong>het</strong><br />
slachtoffer weliswaar andere keuzes had moeten maken,<br />
maar dat de berov<strong>in</strong>g niet zijn schuld is. Waren zij zelf<br />
slachtoffer van een berov<strong>in</strong>g geworden, dan had een<br />
meerderheid <strong>het</strong> <strong>in</strong> ieder geval met zijn ouders besproken<br />
en ongeveer de helft zou ook aangifte doen, ondanks <strong>het</strong><br />
dreigement van de daders. De tweede casus beschreef <strong>het</strong><br />
geval van een meisje dat zich tegen haar z<strong>in</strong> laat overhalen<br />
om naaktfoto’s te sturen naar haar onbekende chatvriendje.<br />
Nu v<strong>in</strong>dt een meerderheid van de respondenten<br />
dat <strong>het</strong> ‘slachtoffer’ wel degelijk iets te verwijten valt.<br />
Veruit de meerderheid geeft aan zich <strong>in</strong> die situatie niet te<br />
hebben laten overhalen om naaktfoto’s te sturen. Het is<br />
een situatie waarvan heel wat jongeren <strong>het</strong> lastig zouden
GRENZEN IN HET GEDING<br />
JONGEREN EN SLACHTOFFERSCHAP<br />
v<strong>in</strong>den om die met hun ouders te bespreken, laat staan<br />
aangifte te doen. Ook al is er aantoonbaar nog niets strafbaars<br />
(zoals sext<strong>in</strong>g of groom<strong>in</strong>g) gebeurd, voor veel jongeren<br />
zijn er toch wel grenzen overschreden en herkennen<br />
zij blijkbaar de risico’s van seksueel get<strong>in</strong>te onl<strong>in</strong>e uitwissel<strong>in</strong>g<br />
met iemand die je <strong>in</strong> feite niet kent.<br />
Hier en daar zijn er significante verschillen tussen de<br />
antwoorden van slachtoffers en niet-slachtoffers, maar die<br />
significantie is steeds zwak. Dat betekent dat de slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
geen goede verklar<strong>in</strong>g vormt voor die<br />
verschillen.<br />
In <strong>het</strong> volgende deel worden enkele van deze thema’s<br />
verder uitgediept aan de hand van <strong>in</strong>terviews met jonge<br />
slachtoffers en volwassenen die met en voor jongeren<br />
werken <strong>in</strong> de justitiële sector, hulpverlen<strong>in</strong>g, onderwijs en<br />
onderzoekswereld.<br />
noten<br />
1.<br />
Er is gebruikgemaakt van <strong>het</strong> panel van Panelclix.<br />
2.<br />
De <strong>in</strong>druk bestaat dat deze categorie door jongeren breed geïnterpreteerd is,<br />
uit open antwoorden viel op te maken dat jongeren die gepest worden<br />
vanwege hun uiterlijk (anders dan huidskleur) dat ook als discrim<strong>in</strong>atie<br />
ervaren.<br />
3.<br />
Van de verschillende categorieën is geen (strafrechtelijke) def<strong>in</strong>itie gegeven,<br />
maar er zijn voorbeelden genoemd van <strong>in</strong>cidenten die <strong>in</strong> deze categorie<br />
vallen. Er is verder geen onderscheid gemaakt naar ernst van de gebeurtenis.<br />
Zo omvat de categorie verkeersongevallen relatief lichte aanrijd<strong>in</strong>gen waarbij<br />
alleen fiets of auto werd beschadigd, tot ongevallen met zwaar letsel<br />
4.<br />
X2= 43.59, p= 0.000, Cramer’s v = 0.28<br />
5.<br />
In alle gevallen blijft Cramer’s v < 0.2, bij p = 0.02<br />
6.<br />
X2= 63,43, p= 0.00, Cramer’s v = 0.45<br />
7.<br />
Cramer’s v < 0.2, p = 0,02<br />
8.<br />
Deze categorie omvat ook de respondenten die aangeven dat hun ouders<br />
aangifte hebben gedaan.<br />
9.<br />
Sommige percentages tellen niet op tot 100% <strong>in</strong> verband met afrond<strong>in</strong>gsfouten<br />
en omdat enkele respondenten de vraag niet volledig hebben beantwoord.<br />
10.<br />
X2= 42.18 p= 0.00, Cramer’s v = .28<br />
11.<br />
X2=18.67, p=.01, Cramer’s v = 0.18<br />
12.<br />
De cijfers over de afgelopen jaren leren dat ongeveer 10% van de slachtoffers<br />
waarmee Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong> contact komt, zelf <strong>het</strong> <strong>in</strong>itiatief daartoe<br />
hebben genomen.<br />
13.<br />
X2= 11.70, p= 0.01, Cramer’s v = 0.15<br />
14.<br />
X2= 6.03, p= 0.02, Cramer’s v = 0.11<br />
15.<br />
X2= 4.0, p= 0.05, Cramer’s v = 0.09<br />
16.<br />
Volgens een Chikwadraattoets<br />
82 83
Deel 3<br />
Verhalen uit<br />
de praktijk<br />
Interviews<br />
“Als je iets wilt met jongeren, moet je vragen wat<br />
zij willen.” Dat is <strong>het</strong> motto van communicatiedeskundige<br />
André Merlijn die <strong>in</strong> dit deel van <strong>het</strong><br />
boek zijn verhaal doet. Een soortgelijk uitgangspunt<br />
hebben we ook gehad bij <strong>het</strong> houden van<br />
deze <strong>in</strong>terviews. Wil je weten hoe jongeren<br />
slachtofferschap <strong>in</strong> de praktijk beleven en<br />
betekenis geven? En wil je weten welke ideeën<br />
volwassenen die veel met en voor jongeren<br />
werken hierover hebben? Dan kun je ze <strong>het</strong> beste<br />
zelf aan <strong>het</strong> woord laten. Dat heeft geresulteerd<br />
<strong>in</strong> een serie zeer uiteenlopende verhalen.<br />
Vijf van deze verhalen zijn van jongeren die<br />
zelf slachtoffer zijn geworden van een delict,<br />
variërend van misbruik en geweld tot diefstal,<br />
stalk<strong>in</strong>g en een overval. Een officier van justitie<br />
vertelt over de speciale positie die jongeren <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> strafrecht <strong>in</strong>nemen, hoewel dat meer voor<br />
jonge daders dan voor jonge slachtoffers geldt.<br />
Drie jeugdagenten laten zien hoe zij op <strong>het</strong><br />
snijvlak van zorg en strafrecht proberen te<br />
voorkomen dat jongeren serieus uit de bocht<br />
vliegen. Hun ervar<strong>in</strong>g is dat slachtofferschap en<br />
daderschap vaak <strong>in</strong> elkaars verlengde liggen.<br />
In de literatuur worden scholen vaak beschouwd<br />
als een plaats met verhoogd risico op slachtofferschap<br />
voor jongeren, maar twee mbo-docenten<br />
weten daar de nodige nuancer<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aan te<br />
brengen. Een <strong>in</strong>ternationale expert op <strong>het</strong> gebied<br />
van slachtofferondersteun<strong>in</strong>g aan jongeren<br />
beschrijft reacties van jongeren op <strong>in</strong>grijpende<br />
gebeurtenissen en geeft adviezen over adequate<br />
ondersteun<strong>in</strong>g. De hierboven genoemde<br />
communicatiedeskundige gaat <strong>in</strong> op de do’s<br />
en don’ts van de communicatie met jongeren en<br />
hoe die beter bereikt kunnen worden.<br />
Een hoogleraar sociologie geeft uitleg over<br />
groepsprocessen <strong>in</strong> relatie tot pesten en andere<br />
vormen van slachtofferschap. Daarnaast delen<br />
drie medewerkers van Slachtofferhulp Nederland<br />
hun ervar<strong>in</strong>gen met <strong>het</strong> ondersteunen van jonge<br />
slachtoffers.<br />
84 85<br />
Zoals gezegd: zeer uiteenlopende verhalen van<br />
zeer betrokken mensen. Waar ook weer allerlei<br />
rode draden <strong>in</strong> zijn te ontdekken, en<br />
herkenn<strong>in</strong>gspunten met wat <strong>in</strong> de voorgaande<br />
twee delen aan de orde kwam.
Ik wil niet dat<br />
anderen alles<br />
voor me regelen<br />
N<strong>in</strong>a (16) wil als jongvolwassene<br />
behandeld worden<br />
INTERVIEW<br />
86 87<br />
“Ze achtervolgt me als mijn eigen schaduw.”<br />
Dat is de situatie waar<strong>in</strong> N<strong>in</strong>a 1 (16) een jaar<br />
geleden verzeild raakte. S<strong>in</strong>ds die tijd wordt ze<br />
belaagd door de moeder van een vriend<strong>in</strong>,<br />
via sociale media, anonieme briefjes, openlijke<br />
scheldpartijen en confrontaties. Het aanhoudende<br />
getreiter heeft haar leven danig op zijn kop gezet<br />
en ze onderv<strong>in</strong>dt daar dagelijks de gevolgen<br />
van. “Het is warrig <strong>in</strong> mijn hoofd. Ze tikt mij l<strong>in</strong>ks<br />
en rechts van mijn pad af en daardoor kan ik <strong>het</strong><br />
niet meer overzien. Je hebt <strong>het</strong> gevoel dat elke<br />
stap die je doet verkeerd is”, zo beschrijft N<strong>in</strong>a<br />
haar gemoed. Haar ouders hebben na lang<br />
aarzelen aangifte gedaan bij de politie en N<strong>in</strong>a<br />
heeft – op eigen <strong>in</strong>itiatief – hulp gezocht bij een<br />
psychiater.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
De blonde havo-scholiere ziet er moe uit als ze aan de<br />
keukentafel van <strong>het</strong> ouderlijk huis haar verhaal vertelt. Af<br />
en toe gaapt ze. “Sorry hoor, maar ik heb de hele week al<br />
slecht geslapen.” Hoe raakt een tiener, die met haar ouders<br />
en broertje <strong>in</strong> een rustige plattelandsgemeente woont, <strong>in</strong><br />
zo’n situatie verzeild? Omdat ze haar vriend<strong>in</strong> Sanne wilde<br />
helpen, legt N<strong>in</strong>a uit. Bij Sanne was de situatie <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
ouderlijk huis zo onhoudbaar geworden dat N<strong>in</strong>a besloot<br />
haar vriend<strong>in</strong> mee naar huis te nemen. Het zou voor een<br />
weekje zijn. Maar dat weekje veranderde <strong>in</strong> onbepaalde<br />
tijd. De problemen waren van dien aard dat Jeugdzorg<br />
besliste dat Sanne bij N<strong>in</strong>a’s gez<strong>in</strong> mocht blijven wonen.<br />
Dit tot groot ongenoegen van de moeder van Sanne. “Ze<br />
heeft meerdere dreigmails naar mij gestuurd. Op sociale<br />
media word ik <strong>in</strong> de gaten gehouden. Twitter gebruik ik niet<br />
meer. Mijn Facebook is helemaal afgeschermd, dat heeft<br />
de politie gecontroleerd. Ik mag niet veel delen op sociale<br />
media, want ze heeft geprobeerd leeftijdsgenoten om te<br />
kopen om mij te bespioneren. Ze heeft brieven naar mijn<br />
werkgever gestuurd waar<strong>in</strong> ze zegt dat ik een w<strong>in</strong>keldievegge<br />
ben en dat ik eerder ben ontslagen vanwege<br />
onbeschoft gedrag. Ze heeft een paar keer geprobeerd<br />
aangifte tegen mij te doen. Dan mag ik <strong>het</strong> iedere keer<br />
weer komen uitleggen, ook bij de politie. Als ik haar tegenkom,<br />
scheldt ze me uit, ook op mijn werk. Ze volgt elke<br />
stap die ik zet. Ik word achtervolgd en ik word er wanhopig<br />
van, omdat ik niet meer weet wat ik er nog aan kan doen.”<br />
WOEDE<br />
N<strong>in</strong>a voelt zich tot <strong>het</strong> uiterste getergd door de acties van<br />
haar belaagster. “Ik voel enorm veel opgekropte woede en<br />
heb daardoor last van agressieproblemen. Ik ben van<br />
mezelf nogal opvliegerig − dat zit <strong>in</strong> mijn familie − en ik<br />
zou haar <strong>het</strong> liefst aanvliegen. Dat weet ze en dat wil ze<br />
ook, want dan kan zij <strong>het</strong> slachtoffer uithangen. Ze kent<br />
mij goed en zit de hele tijd naaldjes <strong>in</strong> mij te prikken, totdat<br />
ik een keer een ‘stoot’ teruggeef. Ik v<strong>in</strong>d dat heel heftig.<br />
Zij is 60 en ik ben 16, en ík moet me de hele tijd <strong>in</strong>houden.<br />
Dat zou toch eigenlijk juist andersom moeten zijn.<br />
Maar ze gaat gewoon door, ze heeft geen rem. Zolang<br />
Sanne hier woont, zal ze doorgaan met mij, want ik ben<br />
voor haar de duivel en ze zal alles doen om mij te stoppen.”<br />
Behalve de agressieproblemen heeft N<strong>in</strong>a ook regelmatig<br />
last van depressieve gevoelens “Ik loop daarvoor nu<br />
bij een psychiater. En op school heb ik begeleid<strong>in</strong>g omdat<br />
ik daar ook uit mijn slof spr<strong>in</strong>g. Ik ben zeg maar een beetje<br />
van <strong>het</strong> pad af”, en ze lacht wat verlegen, “Dat komt allemaal<br />
wel doordat zoveel veranderd is de laatste jaar,<br />
vooral door de acties van Sanne’s moeder.”<br />
Zelf had ze al direct aangifte willen doen, maar haar<br />
ouders hielden dat aanvankelijk af.<br />
“Mijn ouders dachten: nee, die vrouw is niet goed <strong>in</strong> haar<br />
hoofd, we wachten <strong>het</strong> nog even af. Op een gegeven<br />
moment kreeg ik een mail waar<strong>in</strong> ze zich ook tegen mijn<br />
Dan mag ik <strong>het</strong> iedere keer<br />
weer komen uitleggen,<br />
ook bij de politie<br />
broertje richtte. Dat was voor mijn ouders de druppel.”<br />
Haar ouders hebben uite<strong>in</strong>delijk <strong>in</strong> de zomer namens <strong>het</strong><br />
gez<strong>in</strong> een aanklacht <strong>in</strong>gediend wegens smaad, laster en<br />
beledig<strong>in</strong>g. N<strong>in</strong>a voelt zich hierdoor gepasseerd en er<br />
kl<strong>in</strong>kt verontwaardig<strong>in</strong>g door <strong>in</strong> haar stem. “Ik had zélf een<br />
aanklacht willen <strong>in</strong>dienen. Ze valt míj lastig. En dan is <strong>het</strong>:<br />
‘Nee, wij doen dit wel.’ Maar <strong>het</strong> raakt mij. Hen ook natuurlijk,<br />
omdat ik hun dochter ben, maar <strong>het</strong> geeft mij <strong>het</strong><br />
gevoel dat ik niet serieus wordt genomen. Het is uit<br />
bescherm<strong>in</strong>g, dat snap ik ook wel, maar ik wil <strong>het</strong> zelf<br />
afhandelen. Door haar voel ik me heel machteloos. Ik heb<br />
een sterk rechtvaardigheidsgevoel. Als iemand mij iets<br />
aandoet, wil ik iets terugdoen. Daar<strong>in</strong> word ik kort gehouden.<br />
Als ik zelf de aanklacht had kunnen <strong>in</strong>dienen, dan had<br />
ik wel iets meer van mijn woede kwijt gekund. Dan had ik<br />
terug kunnen stoten. Daarom heb ik een brief geschreven<br />
op school. Daar<strong>in</strong> staat letterlijk dat ik achtervolgd word<br />
als door mijn eigen schaduw en dat <strong>het</strong> mij te veel wordt.<br />
Ik heb zelf een aanvoegende klacht gedaan en die brief<br />
ligt ook bij de politie, die gaat mee met mijn klacht. Ik heb<br />
er geen z<strong>in</strong> <strong>in</strong> dat iedereen alles maar voor mij loopt te<br />
regelen terwijl <strong>het</strong> eigenlijk gaat om wat er met mij is<br />
gebeurd.”<br />
Nee, <strong>het</strong> is gewoon:<br />
Jij bent m<strong>in</strong>derjarig,<br />
wij kiezen wel<br />
wat <strong>het</strong> beste is<br />
DIKKE STRAF<br />
Hoewel ze v<strong>in</strong>dt dat de politie serieus met de aangifte is<br />
omgegaan en zich <strong>in</strong>zet voor de zaak, heeft ze we<strong>in</strong>ig vertrouwen<br />
<strong>in</strong> de uitkomst. “De politie is er op zich wel druk<br />
mee bezig. Ik mag altijd aan de bel trekken bij ze, want ze<br />
weten hoe erg <strong>het</strong> is. Ze doen wat ze kunnen, maar er zijn<br />
natuurlijk ook nog andere zaken. Al die <strong>in</strong>braken van de<br />
laatste tijd en zo, die moeten ook nog allemaal behandeld<br />
worden. Dat snap ik wel. Ik probeer <strong>het</strong> zo veel mogelijk<br />
zelf op te lossen.” Of en wanneer <strong>het</strong> daadwerkelijk tot vervolg<strong>in</strong>g<br />
komt weet ze op dit moment niet. “Ze willen haar<br />
gedwongen psychiatrische hulp geven en als ze dat niet<br />
accepteert, dan heeft dat consequenties. Maar <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe<br />
gaan ze gedwongen behandelen omdat ze denken daarmee<br />
<strong>het</strong> probleem meer te verhelpen dan door straf. Maar<br />
ik denk: hoezo?! Ze heeft geprobeerd mij <strong>in</strong> mijn hoofd en<br />
mijn gevoel kapot te maken en dat is haar aardig gelukt.<br />
En dan komt ze weg met psychiatrische hulp. Ik heb die er<br />
gratis bij gekregen, terwijl ík niets heb gedaan. Wat mij<br />
betreft mag ze een dikke straf krijgen. Maar ik heb niets <strong>in</strong><br />
te brengen natuurlijk”, besluit ze. “Ook niet wat een schadevergoed<strong>in</strong>g<br />
betreft. Ik wilde een schadevergoed<strong>in</strong>g om<br />
wat ze me psychisch heeft aangedaan. Maar zij zit <strong>in</strong> de<br />
bijstand. Mijn ouders v<strong>in</strong>den <strong>het</strong> belangrijker dat ze<br />
psychisch geholpen wordt. Het is niet: ‘N<strong>in</strong>a wat wil jij, je<br />
mag kiezen uit deze opties.’ Nee, <strong>het</strong> is gewoon: ‘Jij bent<br />
m<strong>in</strong>derjarig, wij kiezen wel wat <strong>het</strong> beste is.’ En ik moet<br />
maar dealen met wat mij is aangedaan. Zij krijgt straks<br />
hulp. Zíj profiteert van de d<strong>in</strong>gen die ze mij heeft<br />
aangedaan.”<br />
88 89<br />
Ze heeft een hekel aan <strong>het</strong> etiket ‘m<strong>in</strong>derjarige’ dat bij haar<br />
16 jaren hoort. “Als ik 18 zou zijn zou ik waarschijnlijk wel<br />
serieuzer genomen worden, terwijl ik qua denkwijze en<br />
gedrag prima een 18-jarige kan bijhouden. Het feit dat ik<br />
nog maar 16 jaar ben, is <strong>in</strong> mijn nadeel en dat v<strong>in</strong>d ik persoonlijk<br />
nergens op slaan. Ik had liever zelf die stappen<br />
willen nemen. Als ik 24 of 25 ben en ik heb problemen dan
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Niet zielig lopen doen;<br />
ik hou er niet van<br />
om slachtoffer te zijn<br />
kan ik ook niet mijn ouders opbellen om <strong>het</strong> op te lossen.”<br />
Bij <strong>het</strong> zoeken van psychische hulp hield ze wel <strong>het</strong> eigen<br />
heft <strong>in</strong> handen. Best bijzonder voor een 16-jarige om zelf<br />
die stap te zetten. ”Dat klopt”, zegt ze niet zonder enige<br />
trots, “maar <strong>het</strong> was voor mij de druppel dat ik mijn vriend<strong>in</strong><br />
ben aangevlogen omdat <strong>het</strong> mij te veel werd. Toen heb ik<br />
direct de telefoon gepakt en een afspraak gemaakt voor<br />
doorverwijz<strong>in</strong>g. Twee of drie weken later was de eerste<br />
afspraak voor de <strong>in</strong>take. Ik heb om een mannelijke psychiater<br />
verzocht. Eentje die wat directer is. Gewoon van:<br />
zo is <strong>het</strong> en dit gaan we doen. Niet zielig lopen doen; ik<br />
hou er niet van om slachtoffer te zijn. Ik wil vooruit. Hij is<br />
nu nog heel erg bezig met screenen, uitvogelen hoe ik<br />
precies op allerlei d<strong>in</strong>gen reageer. We bespreken situaties<br />
die zijn gebeurd <strong>in</strong> de afgelopen week. Hij is heel erg aan<br />
<strong>het</strong> puzzelen voor een oploss<strong>in</strong>g, en ik hoop dat er wat uitkomt.<br />
Want ik ga vooral omdat ik zelf de oploss<strong>in</strong>g niet<br />
kan v<strong>in</strong>den”, zegt ze ernstig. Om dan met een verlegen<br />
lachje te vervolgen: “Dan geef ik iemand die een studie<br />
heeft gedaan toch meer kans.”<br />
STEUN<br />
Behalve psychische hulp heeft N<strong>in</strong>a ook regelmatig<br />
gesprekken met een leerl<strong>in</strong>gbegeleider op school. Over<br />
de professionele hulp is ze wat beter te spreken dan over<br />
de hulp uit haar eigen directe omgev<strong>in</strong>g. Haar ouders<br />
steunen haar, maar er is enige wrijv<strong>in</strong>g. “Ze doen hun best.<br />
Mijn emoties zijn heel heftig, dus zij moeten er wel mee<br />
dealen. Maar ik weet wel zeker dat ik niet altijd even serieus<br />
word genomen. Dan denken ze dat ik me misschien<br />
aanstel of zo. Ik heb van jongs af aan al veel pijntjes en<br />
kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>getjes gehad, dus dan denken ze nu vast ook:<br />
we zien <strong>het</strong> wel aan.” Op de vraag hoe haar vrienden reageren<br />
op haar situatie antwoordt ze bijna m<strong>in</strong>achtend:<br />
“Laks. Dat is een goed woord. Erg laks. ‘Overdrijf niet zo,<br />
d’r is niks, ze doet toch niks.’ Dat frustreert mij. Nou, ze doet<br />
wél wat. Laatst hebben ze wat mailtjes gelezen, dus ze<br />
weten wel hoe ze kan zijn. En dan is <strong>het</strong> ook echt wel van:<br />
‘Ach, kom hier.’ Ze zorgen voor afleid<strong>in</strong>g. Dat werkt wel.” En<br />
hoewel ze niet veel steun van haar vriend<strong>in</strong> Sanne onderv<strong>in</strong>dt,<br />
probeert N<strong>in</strong>a er wel voor haar te zijn. “Mijn depressieve<br />
gevoelens over mezelf vallen weg zodra ik iemand<br />
geholpen heb. Dan dan heb ik er heel even geen last van.<br />
Zo los ik <strong>het</strong> voor mezelf op.”<br />
Al pratend over hulp zoeken en ontvangen komt <strong>het</strong><br />
gesprek ook op Slachtofferhulp Nederland. N<strong>in</strong>a kende de<br />
organisatie al, maar zou de stap zelf niet gezet hebben. “Ik<br />
dacht dat Slachtofferhulp voor veel ernstigere zaken was.<br />
Moord, gijzel<strong>in</strong>g, dat soort d<strong>in</strong>gen. Dat <strong>het</strong> ook op mij van<br />
toepass<strong>in</strong>g was, wist ik niet.” Ze heeft een paar gesprekken<br />
gehad met een medewerker en is daar wel tevreden over.<br />
”De gesprekken g<strong>in</strong>gen over hoe ik me voelde en hoe ik<br />
dat gevoel even kon loslaten. En dan kreeg ik wat tips mee<br />
en na een tijdje werd ik weer gebeld, hoe de stand van<br />
zaken was, of <strong>het</strong> beter g<strong>in</strong>g. Dat werkt wel, want je wordt<br />
weer even her<strong>in</strong>nerd aan alle tips. Ik krijg zo veel tips van<br />
iedereen dat ik ze niet steeds allemaal onthoud. Wat ik ook<br />
belangrijk v<strong>in</strong>d, is dat Slachtofferhulp Nederland vraagt<br />
hoe <strong>het</strong> met jou gaat, wat er <strong>in</strong> jouw hoofd omgaat”, is<br />
haar ervar<strong>in</strong>g. Bij andere <strong>in</strong>stanties heeft ze dat gemist, die<br />
proberen vooral de feiten op een rijtje te krijgen. “Als dat<br />
er niet geweest was, dan was <strong>het</strong> bij mij <strong>in</strong> ieder geval veel<br />
verder uit de hand gelopen.”<br />
AFWEGING<br />
Dat jongeren die slachtoffer zijn geworden <strong>het</strong> doorgaans<br />
moeilijk v<strong>in</strong>den om bij de politie of hulpverlen<strong>in</strong>g aan de<br />
bel te trekken, begrijpt ze wel. “Weet je, ik heb een aantal<br />
jaren op straat gelopen, dus ik weet wat er gebeurt en dat<br />
is meer dan volwassenen soms denken. Er is heel veel <strong>in</strong>timidatie.<br />
Je weet wie er sterk is en je weet wie er kwetsbaar<br />
is. Als zo’n kwetsbare jongere mishandeld wordt, dan<br />
redeneert hij: als ik <strong>het</strong> nu ga aangeven, heb ik een probleem.<br />
Want als ik die gast weer tegenkom, gebeurt <strong>het</strong><br />
opnieuw. Dus dan laat je <strong>het</strong> maar gaan. Het is een af -<br />
weg<strong>in</strong>g. Jongeren kijken voor zichzelf: waar heb ik <strong>het</strong><br />
meeste last van? Geen aandacht aan besteden of naar de<br />
politie stappen? Maar wij jongeren zijn niet dom. Negen<br />
van de tien keer gebeurt er niet veel mee. Of de dader krijgt<br />
een taakstrafje, of zo. Daar doe je <strong>het</strong> niet voor.”<br />
Over hulpverlen<strong>in</strong>g en jongeren zegt N<strong>in</strong>a: “Je hebt de<br />
stoere types, je hebt de stille types en je hebt de aandachtvragende<br />
types. De laatste zul je wel bij de hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
tegenkomen en de eerste twee absoluut niet, tenm<strong>in</strong>ste,<br />
dat is mijn ervar<strong>in</strong>g.” Over de vraag hoe <strong>in</strong>stanties<br />
als Slachtofferhulp Nederland jongeren beter kunnen<br />
bereiken en bedienen, moet ze even nadenken. “Ik denk<br />
dat je je steeds moet verplaatsen <strong>in</strong> degene die je helpt en<br />
hem op zijn manier moet benaderen. Sommige jongeren<br />
kun je op een heel volwassen manier benaderen. Bij mij<br />
werkte dat. Niet te formeel, maar een beetje losjes. Zo zijn<br />
wij jongeren nu eenmaal. We maken af en toe een domme<br />
opmerk<strong>in</strong>g die niet gepast is of floepen er een scheldwoord<br />
uit, dat gaat gewoon zo. Ik noem <strong>het</strong> jongvolwassen:<br />
we hebben een volwassen kant, maar we kunnen ook<br />
k<strong>in</strong>d zijn. Behandel me dus niet als een k<strong>in</strong>d, maar ook niet<br />
als volledig volwassen, want dat ben ik niet. Het is echt<br />
een mix. Je moet bij elke persoon kijken of die een meer<br />
volwassen benader<strong>in</strong>g nodig heeft of een speelsere,”<br />
besluit N<strong>in</strong>a haar advies.<br />
90 91<br />
noten<br />
1)<br />
De namen <strong>in</strong> dit artikel zijn veranderd om de privacy van de<br />
betrokkenen te beschermen.
Je moet <strong>het</strong><br />
ijzer smeden als<br />
<strong>het</strong> heet is<br />
Jeugdagenten zijn een<br />
vooruitgeschoven post<br />
tussen strafrecht en zorg<br />
INTERVIEW<br />
92 93<br />
Het gezicht van de politie voor de jeugd van<br />
Lelystad. Zo omschrijven André Hendriksen (31),<br />
Ronald van Beeren (44) en Wouter Velten (31)<br />
hun werk als wijkagent Jeugd. Van Beeren is de<br />
veteraan van <strong>het</strong> drietal, al vijftien jaar werkzaam<br />
bij de politie waarvan vier als jeugdagent.<br />
Hendriksen en Velten hebben twee jaar als<br />
jeugdagent op de teller staan, maar zijn beiden<br />
al ruim tien jaar actief <strong>in</strong> verschillende politiefuncties.<br />
Er zit dus heel wat politie-ervar<strong>in</strong>g<br />
aan tafel tijdens <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview dat plaatsv<strong>in</strong>dt<br />
op een grijze novembermiddag <strong>in</strong> politiebureau<br />
aan <strong>het</strong> Zuiderwagenple<strong>in</strong>. En die ervar<strong>in</strong>g is wel<br />
nodig ook, zo stelt <strong>het</strong> drietal, om jeugdagent<br />
te kunnen zijn.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
SOCIALE MEDIA<br />
Gevraagd naar <strong>het</strong> soort crim<strong>in</strong>aliteit waar jongeren<br />
vatbaar voor zijn, hoeven ze niet lang na te denken. Van<br />
Beeren: “Waar we nu mee doodgegooid worden zijn zaken<br />
waar<strong>in</strong> ze pornografische beelden naar elkaar sturen.<br />
Vroeger was seksualiteit volgens mij iets wat zich voornamelijk<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> fietsenhok achter de school afspeelde,<br />
maar de jeugd van nu beleeft seksualiteit ook via <strong>in</strong>ternet.<br />
Dan krijg je d<strong>in</strong>gen als sext<strong>in</strong>g, groom<strong>in</strong>g, noem maar op.<br />
Daar zijn veel jongeren slachtoffer van.” “Neem <strong>het</strong> geval<br />
dat een jongere een naaktfoto post van iemand die twee<br />
weken daarvoor nog zijn vriend<strong>in</strong> was”, gaat Hendriksen<br />
verder. “Dat geeft heel veel onrust, vooral op school.<br />
Dat plaatje blijft niet bij één persoon, dat is <strong>in</strong> mum van tijd<br />
de hele school rond. Dan doen wij een soort crisismanage-<br />
Bureau Zuiderwagenple<strong>in</strong> is de uitvalsbasis van André<br />
Hendriksen. In zijn kantoor staan twee fietsbanden tegen<br />
de muur. De jeugdagenten gaan vaak per mounta<strong>in</strong>bike<br />
hun wijk <strong>in</strong> en zijn dan ook gekleed <strong>in</strong> een sportieve versie<br />
van <strong>het</strong> standaard politietenue. Alle drie zijn ze vanuit de<br />
‘noodhulp’ − de snelle <strong>in</strong>zet na 112-meld<strong>in</strong>gen − <strong>in</strong> de<br />
functie van wijkagent Jeugd terechtgekomen.<br />
LEUKE RESPONS<br />
“Noodhulp is hartstikke mooi”, vertelt Velten, “maar je bent<br />
vaak aan <strong>het</strong> sussen, brandjes blussen en vervolgens ga je<br />
weer verder. Ik wilde verder kijken en breder <strong>in</strong> <strong>het</strong> werkveld<br />
bezig zijn, samen met netwerkpartners. Met <strong>het</strong> doel<br />
om d<strong>in</strong>gen te voorkomen, want dat is eigenlijk waarvoor<br />
we aan <strong>het</strong> werk zijn. Om te zorgen dat de jeugd <strong>het</strong><br />
niet te extravert. En niet te zwart-wit denken, want dan<br />
ga je <strong>het</strong> bij ons niet redden.”<br />
Hendriksen v<strong>in</strong>dt de afwissel<strong>in</strong>g en dynamiek plezierig.<br />
“Je bent dagelijks volop bezig met alles wat met jeugd te<br />
maken heeft. ‘Jeugd’ is voor ons iedereen tussen 0 en 23<br />
jaar. De dag is gevuld met veel zaken vanuit de wijk. Ook<br />
bezoeken we zeker een keer per week de scholen <strong>in</strong> onze<br />
wijken om te kijken wat er speelt. Het is superdynamisch<br />
werk, elke dag is anders. Normaal gesproken zou een<br />
reguliere wijkagent zijn dag redelijk kunnen vullen met<br />
zijn vaste veelplegers en vaste probleemlocaties. Voor ons<br />
is elke dag een complete verrass<strong>in</strong>g.”<br />
INVESTEREN<br />
Van Beeren verder. “Wij zijn <strong>het</strong> gezicht van de politie voor<br />
de jongeren op straat. Dan zie je dat wij veel <strong>in</strong> <strong>het</strong> grijze<br />
gebied werken tussen strafrecht en zorg.” “Iemand uit de<br />
noodhulp zegt als snel: ‘Hij heeft gejat, dus we schrijven<br />
een bon uit en hij moet naar ZSM (zie kader op pag<strong>in</strong>a 97)’,<br />
zoals dat dan tegenwoordig heet. En dan is <strong>het</strong> klaar.<br />
Wij kijken verder: waarom steelt hij? Wat is zijn thuissituatie,<br />
zijn er signalen op school? Is er groepsdruk, zijn er problemen<br />
thuis? We zoeken <strong>het</strong> pijnpunt en kijken wie daarmee<br />
aan de slag kan”, verduidelijkt Hendriksen. “We doen als<br />
politie Lelystad 1100 zorgmeld<strong>in</strong>gen per jaar bij Bureau<br />
Jeugdzorg”, vult van Beeren aan. Velten: “Die positie hebben<br />
wij ook <strong>in</strong> <strong>het</strong> netwerk. We hebben onze spreekuren<br />
op school, we zijn aanwezig bij ZAT 1 -overleggen, we gaan<br />
op huisbezoek. Op basis van al die <strong>in</strong>formatie kunnen wij ment: wat moet er gebeuren, wat wil diegene zelf?”<br />
94 allemaal een beetje b<strong>in</strong>nen de perken houdt, hoe lastig<br />
dat soms ook is. En tot nu toe bevalt <strong>het</strong> mij prima.” “Het is<br />
een leuke doelgroep, je krijgt een leuke respons”, vult Van<br />
Beeren aan. Om er snel aan toe te voegen: “Soms ook niet,<br />
maar je hebt <strong>het</strong> idee dat je er nog wat mee kan. De jeugd<br />
heeft de toekomst, dat soort kreten. Maar volgens mij<br />
moet je <strong>het</strong> als persoon vooral ook leuk v<strong>in</strong>den om met<br />
jongeren te werken. Je moet kunnen communiceren, voor<br />
de klas kunnen staan, niet al te <strong>in</strong>trovert zijn, maar ook<br />
‘Boeven vangen’ is niet de belangrijkste focus van de<br />
jeugdagenten. “Een heleboel zaken komen weliswaar bij<br />
de politie terecht omdat ze strafbaar zijn”, aldus<br />
Hendriksen, “maar wij zitten dan vaak <strong>in</strong> <strong>het</strong> voortraject.<br />
Daar kunnen we zaken soms ook bij de recherche weghouden<br />
omdat we zelf bemiddelen. Bijvoorbeeld wanneer<br />
de problematiek nog niet heel groot is, en de gedrag<strong>in</strong>g er<br />
misschien niet om vraagt om <strong>het</strong> strafrechtelijk op te pakken.”<br />
“Wij zijn eigenlijk de vooruitgeschoven post”, gaat<br />
adviseren om zaken anders aan te pakken. Door als er al<br />
een strafrechtelijk onderzoek loopt bijvoorbeeld aan te<br />
geven om terughoudend te zijn met optreden. Of juist <strong>het</strong><br />
strafrecht <strong>in</strong> te schakelen om een (hulp)traject op poten te<br />
kunnen zetten.”<br />
95<br />
Noodhulp is hartstikke mooi,<br />
maar je bent vaak aan <strong>het</strong> sussen,<br />
brandjes blussen en vervolgens<br />
ga je weer verder<br />
Sext<strong>in</strong>g, groom<strong>in</strong>g,<br />
noem maar op.<br />
Daar zijn veel jongeren<br />
slachtoffer van<br />
“Uite<strong>in</strong>delijk is <strong>het</strong> aan <strong>het</strong> slachtoffer hoeveel commotie<br />
hij of zij daarmee wil veroorzaken”, licht Van Beeren toe.<br />
“Want op <strong>het</strong> moment dat je zo op de foto staat en de<br />
politie gaat ook nog eens een keer bij iedereen aan de bel<br />
trekken… Dat moet je wel zien zitten. Wil je dat <strong>het</strong> na<br />
twee dagen weer <strong>in</strong> de doofpot verdwijnt − wat doorgaans<br />
redelijk snel gebeurt omdat dan de volgende aan de beurt<br />
is − of wil je dat <strong>het</strong> een vervolg krijgt? Het slachtoffer is<br />
daar<strong>in</strong> leidend voor ons.” Velten vult aan: “Naar mijn gevoel<br />
komt afpers<strong>in</strong>g met behulp van sociale media ook steeds<br />
vaker voor. Dat ze die plaatjes gebruiken om anderen iets<br />
afhandig te maken, p<strong>in</strong>passen bijvoorbeeld. Jongeren zijn<br />
dan niet snel geneigd bij ons aan de bel te trekken.<br />
Uite<strong>in</strong>delijk wel, maar dan is hun geld al weg.”<br />
NIET STOER<br />
Dat jongeren evenm<strong>in</strong> snel aan de bel trekken bij<br />
Slachtofferhulp Nederland verbaast hen niet. “Ik denk dat<br />
een jongere heel snel verder gaat waar hij mee bezig was”,<br />
zegt Van Beeren. “Het heeft voor justitie daarom geen z<strong>in</strong><br />
bij strafbare feiten na maanden nog eens aan te komen bij
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Je moet goed uitleggen<br />
wat Slachtofferhulp<br />
kan betekenen<br />
ZSM<br />
ZSM staat voor Zo Samen, Snel, Slim, Selectief, Simpel<br />
en Samenlev<strong>in</strong>gsgericht Mogelijk. Door middel van ZSM<br />
wordt veelvoorkomende crim<strong>in</strong>aliteit daadkrachtig, snel,<br />
passend en efficiënt aangepakt b<strong>in</strong>nen de strafrechtelijke<br />
keten. Niet alleen een verdachte, maar ook <strong>het</strong> slachtoffer<br />
weet b<strong>in</strong>nen zes uur, drie dagen of zeven dagen<br />
wat de politie en <strong>het</strong> OM met een zaak gaan doen.<br />
Dit gebeurt <strong>in</strong> nauwe samenwerk<strong>in</strong>g met onder andere<br />
Slachtofferhulp Nederland.<br />
plegers: ‘Nou, <strong>het</strong> was niet goed wat je deed.’ Jongeren<br />
gaan gewoon verder waar ze mee bezig waren en zetten<br />
er een punt achter. Dus moet je niet na een week of vier<br />
nog eens komen vragen hoe <strong>het</strong> zit. Het moment waarop je<br />
ze benadert, is heel bepalend om iets voor jongeren te kunnen<br />
betekenen. Je moet <strong>het</strong> ijzer smeden als <strong>het</strong> heet is.<br />
B<strong>in</strong>nen een week nadat <strong>het</strong> gebeurd is, contact maken.<br />
Dan is je bereik veel groter. Daarnaast is <strong>het</strong> natuurlijk niet<br />
stoer om achteraf nog even met iemand te praten.”<br />
Slachtofferhulp is ook onbekend, denkt Hendriksen. “Je<br />
moet goed uitleggen wat Slachtofferhulp kan betekenen.<br />
Op <strong>het</strong> moment dat ze slachtoffer worden, komen ze voor<br />
<strong>het</strong> eerst <strong>in</strong> hun leven <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g met dat soort begrippen.<br />
Ze hebben natuurlijk ook hun vertrouwenspersoon<br />
op school, en allerlei mensen om zich heen. Om dan met<br />
een vreemde te gaan praten, dat voelt wel een beetje als<br />
een ver-van-je-bedshow.”<br />
CULTUURVERSCHILLEN<br />
De drie merken dagelijks hoe kwetsbaar jongeren kunnen<br />
zijn en dat de grens tussen dader- en slachtofferschap <strong>in</strong><br />
de praktijk lang niet altijd scherp te trekken is. “Vaak is <strong>het</strong><br />
niet een kale-diefstalpleger, zoals André al zei”, aldus Van<br />
Beeren. “Problemen thuis, een verslav<strong>in</strong>g, meelopen met<br />
de groep. Erfelijkheid speelt ook een rol. Als een k<strong>in</strong>d een<br />
verstandelijke beperk<strong>in</strong>g heeft, kan <strong>het</strong> zijn dat een ouder<br />
dezelfde problematiek heeft. Dit is een belangrijk aspect<br />
om reken<strong>in</strong>g mee te houden <strong>in</strong> de manier van communiceren.<br />
Je moet <strong>het</strong> verhaal dan anders gaan vertellen.<br />
Korte z<strong>in</strong>nen en vaak vragen of ze <strong>het</strong> begrijpen.” De agenten<br />
ervaren tijdens huisbezoeken ook dat cultuur een rol<br />
speelt. En cultuurverschillen kunnen soms schrijnende<br />
gevolgen hebben, merkt Hendriksen. “In <strong>het</strong> ene gez<strong>in</strong> is<br />
<strong>het</strong> mogelijk om de via sext<strong>in</strong>g verspreide naaktfoto met<br />
<strong>het</strong> slachtoffer en de ouders te bespreken. Bij een ander<br />
gez<strong>in</strong> is dat, vaak door culturele aspecten, not done. Dan<br />
moet er soms diezelfde dag nog een spoeduithuisplaats<strong>in</strong>g<br />
geregeld worden. Dat je als k<strong>in</strong>d <strong>in</strong> zo’n geval geen<br />
veilige thuishaven hebt, dat v<strong>in</strong>d ik wel <strong>in</strong>drukwekkend.”<br />
SUCCESVERHALEN<br />
Gelukkig hebben de drie jeugdagenten ook succesverhalen.<br />
Van Beeren “Bij de skatebaan zag ik altijd een jongen<br />
van een jaar of 19. Dennis 2 viel op omdat hij al wat ouder<br />
was. Ik zeg: ‘Dennis, vriend, hoe is <strong>het</strong>?’, nou ja, je weet wel,<br />
een praatje pot. Hij was eigenlijk zwervende, sliep her en<br />
der bij vrienden. Hij had thuis heel veel problemen en een<br />
hele dikke wietverslav<strong>in</strong>g. Ik kom wel eens op Flevodrome,<br />
een leer- werk- en tra<strong>in</strong><strong>in</strong>gscentrum voor jongeren. Daar<br />
leren ze bijvoorbeeld houtbewerk<strong>in</strong>g, waarna gekeken<br />
wordt of ze kunnen uitstromen naar een betaalde baan.<br />
Daarnaast hebben ze veel contacten met bijvoorbeeld de<br />
Waag 3 en Tactus om zo’n jongere hulp te kunnen bieden.<br />
Ik heb Dennis <strong>in</strong> de dienstauto gezet en gebeld: ‘Ik kom<br />
eraan.’ Bleek dat hij daar jaren geleden ook al geweest was,<br />
maar Dennis had zoveel geblowd, dat wist hij niet meer.<br />
Die jongen heeft <strong>het</strong> gigantisch goed gedaan; hij heeft<br />
echt <strong>het</strong> licht gezien, om <strong>het</strong> zo maar eens te zeggen. Hij is<br />
nu vrijwilliger bij Tactus, zo ver heeft hij <strong>het</strong> geschopt. Dat<br />
is een succeservar<strong>in</strong>g die ik wel onthoud.” Velten: “Het is<br />
niet allemaal meetbaar natuurlijk. Je kunt achteraf niet<br />
zeggen: als we niet hadden <strong>in</strong>gegrepen, had hij misschien<br />
strafbare feiten gepleegd. Maar door de problematiek<br />
<strong>in</strong>zichtelijk te maken en snel <strong>in</strong> te grijpen kun je d<strong>in</strong>gen<br />
voorkomen. Ik ben er echt van overtuigd dat we een aantal<br />
mensen ervoor hebben behoed om meer of ergere<br />
strafbare feiten te plegen.”<br />
NOTEN<br />
1)<br />
Zorg advies team<br />
2)<br />
De naam van betrokkene is uit privacy overweg<strong>in</strong>gen veranderd.<br />
3)<br />
De Waag biedt zorg aan mensen die grensoverschrijdend gedrag comb<strong>in</strong>eren<br />
met een psychische stoornis. Tactus is een <strong>in</strong>stantie voor verslav<strong>in</strong>gszorg.<br />
4)<br />
http://www.pm.nl/artikel/3083/<br />
zsm-werkwijze-bespoedigt-afdoen<strong>in</strong>g-jeugdzaken<br />
In de ZSM-werkwijze wordt na aanhoud<strong>in</strong>g van de<br />
verdachte snel een besliss<strong>in</strong>g genomen over <strong>het</strong> afdoen<strong>in</strong>gstraject.<br />
Het gaat om <strong>in</strong>terventies waarbij:<br />
• verdachten een passende reactie krijgen;<br />
• recht wordt gedaan aan <strong>het</strong> slachtoffer;<br />
• de buurt merkt hoe snel daders worden gecorrigeerd.<br />
96 97<br />
De officier van justitie kan aan de dader versneld een<br />
taakstraf en geldboete opleggen als de zaak aan een<br />
aantal voorwaarden voldoet. De dader moet bekend<br />
hebben of op <strong>het</strong>erdaad betrapt zijn. De schade van <strong>het</strong><br />
slachtoffer moet eenvoudig vast te stellen zijn. En de<br />
dader moet bereid zijn aan deze zogenaamde ZSM-afdoen<strong>in</strong>g<br />
mee te werken. Als hij dat niet wil, dan komt de<br />
zaak voor bij de rechter.<br />
ZSM wordt ook toegepast <strong>in</strong> jeugdzaken. Het uitgangspunt<br />
is dan ‘licht waar <strong>het</strong> kan en zwaar waar <strong>het</strong> moet’.<br />
Jeugdcrim<strong>in</strong>aliteit bestaat voor een belangrijk deel uit<br />
grensoverschrijdend gedrag van pubers. Wil je voorkomen<br />
dat jongeren opnieuw <strong>in</strong> de fout gaan en dat is een<br />
sewlectieve aanpak <strong>het</strong> beste: zwaardere <strong>in</strong>terventies bij<br />
de doelgroep met <strong>het</strong> hoogste risico op recidive en een<br />
terughoudende en snelle aanpak bij jongeren met een<br />
laag recidiverisico of bij lichte delicten. Daar zet ZSM<br />
op <strong>in</strong> waar <strong>het</strong> om jeugdcrim<strong>in</strong>aliteit gaat. 4
DE GROEP<br />
98 99<br />
INTERVIEW<br />
EN HAAR NORMEN<br />
ZIJN BEPALEND<br />
Socioloog René Veenstra (45)<br />
onderzoekt prosociaal en antisociaal<br />
gedrag bij jongeren<br />
“Wie is <strong>het</strong> meest bang om slachtoffer te worden?<br />
Vrouwen veel meer dan mannen en ouderen veel<br />
meer dan jongeren. Maar wie lopen <strong>het</strong> meeste<br />
kans op slachtofferschap? Juist jongeren en<br />
mannen. Dat heet de fear-victimization paradox”,<br />
aldus socioloog René Veenstra. Hij doelt daarmee<br />
op de disproportionele angst van bepaalde<br />
groepen burgers om ten prooi te vallen aan<br />
crim<strong>in</strong>aliteit. Veenstra is hoogleraar aan de<br />
vakgroep sociologie van de Rijksuniversiteit<br />
Gron<strong>in</strong>gen en bekleedt daar de leerstoel Sociale<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g. Veenstra doet onderzoek naar<br />
pro- en antisociaal gedrag van jongeren.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
“Die paradox is eigenlijk niet zo <strong>in</strong>gewikkeld”, legt Veenstra<br />
uit <strong>in</strong> zijn werkkamer die uitkijkt op een rustig Gron<strong>in</strong>gs<br />
straatje met veel groen en we<strong>in</strong>ig verkeer. “Oudere mensen<br />
komen na tien uur ’s avonds de deur niet meer uit of<br />
gaan zo laat niet meer p<strong>in</strong>nen. En jongeren juist wel. Op<br />
<strong>het</strong> moment dat je allerlei maatregelen neemt om je eigen<br />
veiligheid voorop te stellen, verkle<strong>in</strong> je de kans op slachtofferschap.<br />
Jongeren, vooral jongens, zijn daar<strong>in</strong> roekelozer.<br />
Bovendien hanteren ouders verschillende standaarden.<br />
Bij meisjes zullen ouders doorgaans zeggen: ‘Als je<br />
uitgaat en daarna naar huis gaat, doe dat dan wel <strong>in</strong> een<br />
groep. Of zorg dat je thuis wordt gebracht.’ Bij jongens zullen<br />
ze eerder zeggen: ‘Liever <strong>in</strong> een groep, maar als dat<br />
niet kan, vooruit dan maar.’”<br />
Daarnaast is er dus een andere groep. En dat zijn, als <strong>het</strong><br />
om pesten gaat, jongeren die hun eigen gedrag niet goed<br />
onder controle hebben. Ze zijn bijvoorbeeld gemakkelijk<br />
over de rooie te krijgen en ze reageren overal op. Daardoor<br />
worden ze ook vaak slachtoffer. Anderen zijn gauw bang<br />
voor hen omdat ze zo onvoorspelbaar zijn. Omdat ze<br />
b<strong>in</strong>nen de kortste keren helemaal door <strong>het</strong> l<strong>in</strong>t gaan. Ze<br />
denken niet goed na als ze handelen en brengen dus vaak<br />
zichzelf <strong>in</strong> de problemen en daarmee ook weer anderen.”<br />
De scheidslijn tussen dader<br />
en slachtoffer is niet zo scherp<br />
GROEP ALS PROBLEEM<br />
Maar wat precies maakt de groep ‘pure’ slachtoffers zo<br />
kwetsbaar? Spelen uiterlijk, een handicap of andere persoonlijke<br />
wijskundige en pedagoog met een specialisatie <strong>in</strong> onder-<br />
soort. Het is een subtiel proces waarbij verschillende voor-<br />
kenmerken een rol? “Dat is veel te simpel”, v<strong>in</strong>dt<br />
wijssociologie. “Mijn proefschrift g<strong>in</strong>g over schoolloopbakeuren<br />
een rol spelen, maar ook gelegenheid.” Hij denkt<br />
Veenstra. “In mijn onderzoek zien we dat vooral de groep<br />
nen van jongeren, leerprestaties en <strong>in</strong>vloeden daarop. Na even na over een voorbeeld. “Dus als jij naar een middelbare<br />
100<br />
PURE SLACHTOFFERS<br />
Aan de orde is de vraag waarom jongeren van alle leeftijdsgroepen<br />
<strong>het</strong> hoogste risico lopen om slachtoffer te worden,<br />
terwijl zij <strong>in</strong> de maatschappelijke beeldvorm<strong>in</strong>g veel<br />
eerder een daderetiket krijgen opgeplakt. “De scheidslijn<br />
tussen dader en slachtoffer is niet zo scherp. De puberteit<br />
is een fase waar<strong>in</strong> del<strong>in</strong>quent gedrag op zijn top is. In de<br />
politiestatistieken is de groep van 16-, 17- en 18-jarigen<br />
zwaar oververtegenwoordigd. En als je <strong>het</strong> aan jongeren<br />
zelf vraagt, levert dat <strong>het</strong>zelfde beeld op. We weten dat er<br />
een overlap is met slachtofferschap. Op <strong>het</strong> terre<strong>in</strong> waarop<br />
ik veel onderzoek doe, pesten, is dat voor een deel ook zo.<br />
Eigenlijk zijn er twee soorten slachtoffers. Aan de ene kant<br />
de ‘pure’ slachtoffers die erg kwetsbaar zijn en die er echt<br />
uitgepikt worden. Die zul je nooit <strong>in</strong> de rol van dader zien.<br />
Datzelfde komt ook voor bij slachtoffers van delicten; er<br />
zijn mensen die altijd <strong>in</strong> de slachtofferrol zitten en waarvan<br />
anderen direct doorhebben: hé, dat is een gemakkelijk<br />
slachtoffer. Verschillende studies hebben aangetoond dat<br />
als je al een keer slachtoffer bent geweest, je veel meer<br />
kans hebt opnieuw slachtoffer te worden.<br />
en de normen b<strong>in</strong>nen de groep bepalen of iemand al dan<br />
niet slachtoffer wordt. Er zijn veel jongeren die achteraf<br />
misschien zullen zeggen: ‘Ik werd gepest omdat ik te dik<br />
ben, of omdat ik rood haar heb of omdat ik een handicap<br />
heb.’ Maar ze realiseren zich niet dat er veel andere jongeren<br />
zijn die ook rood haar hebben, te dik zijn of een handicap<br />
hebben, maar die niet gepest worden. Omdat ze <strong>in</strong><br />
een klas of groep zitten waar <strong>het</strong> wel lekker loopt. Waar<br />
<strong>het</strong> de norm is dat je elkaar respecteert en dat je op een<br />
normale manier met elkaar omgaat.” Enigsz<strong>in</strong>s relativerend<br />
voegt hij eraan toe: “Ik heb onderzoek gedaan waaruit<br />
blijkt dat sommigen <strong>in</strong>derdaad een grotere kans lopen<br />
om gepest te worden. Vooral de groep jongeren die motorisch<br />
wat onhandig zijn. De k<strong>in</strong>deren die bij een gymles<br />
altijd als laatste worden gekozen, waarna de rest ervan<br />
baalt dat ze <strong>in</strong> hun team zitten. Die staan laag <strong>in</strong> de pikorde.<br />
Maar als een groep dat wil, dan kan iedereen slachtoffer<br />
worden. Ook dat heel knappe meisje, omdat andere meisjes<br />
<strong>het</strong> op haar gemunt hebben. Of die heel slimme leerl<strong>in</strong>g,<br />
want de norm <strong>in</strong> de klas is om je best niet te doen.”<br />
Veenstra begon zijn wetenschappelijke carrière als ondermijn<br />
promotie ben ik begonnen met TRAILS, een groot<br />
onderzoek waarbij k<strong>in</strong>deren van hun 10e tot <strong>in</strong>middels<br />
hun 25e gevolgd worden (zie kader op pag<strong>in</strong>a 103).<br />
Na vijf jaar ben ik teruggekeerd naar de sociologie. Ik geef<br />
colleges op <strong>het</strong> terre<strong>in</strong> van crim<strong>in</strong>aliteit en veiligheid. En<br />
mijn onderzoek richt zich vooral op groepsprocessen bij<br />
jongeren: hoe jongeren elkaar beïnvloeden qua gedrag,<br />
hoe bepaald gedrag versterkt kan worden <strong>in</strong> een groep,<br />
besmett<strong>in</strong>gsgevaren. Hoe één rotte appel <strong>in</strong> de mand de<br />
rest tot schand maakt. Dat soort processen probeer ik uit<br />
te zoeken.”<br />
SOORT ZOEKT SOORT<br />
Een van de bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen uit <strong>het</strong> onderzoek van Veenstra is<br />
dat gelijkenis tussen jongeren twee mechanismen kent.<br />
“Het gaat om selectie en wederzijdse beïnvloed<strong>in</strong>g.<br />
Jongeren die veel met elkaar omgaan, hebben veel gelijkenissen.<br />
Of je nu een school b<strong>in</strong>nenloopt, op camp<strong>in</strong>gs<br />
gaat kijken, <strong>in</strong> uitgaansgelegenheden of op andere plekken<br />
waar jongeren elkaar ontmoeten; je zult vaak zien dat<br />
jongeren met soortgelijke jongeren omgaan. Soort zoekt<br />
school gaat waar alleen maar vwo-leerl<strong>in</strong>gen zitten,<br />
dan zit je <strong>in</strong> een selecte groep jongeren. Iedereen die havo<br />
of lager als advies heeft, zul je daar niet tegenkomen. Maar<br />
op een brede scholengemeenschap kun je als vwo’er al<br />
die andere jongeren ook tegenkomen. Misschien fiets je<br />
wel samen met hen op naar je woonplaats. Het tweede<br />
mechanisme is dat jongeren <strong>in</strong> een groep elkaar beïnvloeden<br />
en daardoor gaandeweg op elkaar kunnen gaan lijken,<br />
al zijn ze misschien op <strong>het</strong> moment dat ze vrienden<br />
worden nog verschillend. Dat soort processen zie je duidelijk<br />
bij del<strong>in</strong>quent gedrag, want dat is gedrag dat <strong>in</strong> de<br />
puberteit populariteit kan opleveren. Jongeren die hoog<br />
scoren op antisociaal gedrag hebben vaak een stoer<br />
imago en zijn dom<strong>in</strong>ant <strong>in</strong> de groep. Zij roken als eerste, ze<br />
dr<strong>in</strong>ken <strong>het</strong> meeste, ze blowen misschien wel. Ze hebben<br />
ook al verscheidene keren seks gehad. Tenm<strong>in</strong>ste”, en hij<br />
lacht, “dat zeggen ze. Maar waarschijnlijk is <strong>het</strong> ook zo.<br />
Op veel terre<strong>in</strong>en zijn ze vroeg ontwikkeld en daarmee<br />
hebben ze een zekere status <strong>in</strong> de groep: anderen kijken<br />
tegen ze op en beschouwen hen als rolmodel. Of ze zijn<br />
misschien een beetje bang voor hen en redeneren dat <strong>het</strong><br />
101
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
maar beter is om bevriend met ze te blijven. Op zo’n<br />
moment zijn beïnvloed<strong>in</strong>gsprocessen vanzelfsprekend,<br />
want hun gedrag is dan de norm.”<br />
SERIEUS NEMEN<br />
Antisociaal gedrag ontstaat dus vaak <strong>in</strong> groepen. Maar als<br />
<strong>het</strong> om slachtofferschap gaat, zijn jongeren dan óók<br />
geneigd <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie terug te vallen op hun vriendengroep<br />
voor hulp en steun? Of zoeken ze die liever bij<br />
hun ouders of andere volwassenen? “We weten dat jongeren<br />
sterk geneigd zijn hun vrienden op te zoeken, maar<br />
dat eventuele hulp of steun van ouders wel meer zoden<br />
aan de dijk zet. Het is een spann<strong>in</strong>gsveld. Het is belangrijk<br />
om te beseffen dat jongeren die steun van volwassenen<br />
ook echt wel nodig hebben. Ze v<strong>in</strong>den zichzelf vaak al erg<br />
volwassen. Fysiek zijn ze dat misschien wel, maar op sociaal<br />
en cognitief vlak zijn ze nog lang niet zo ver als volwassenen.”<br />
Dat jongeren drempels ervaren, verbaast de<br />
Gron<strong>in</strong>gse hoogleraar niet. “Soms v<strong>in</strong>den jongeren <strong>het</strong> erg<br />
vervelend om over slachtofferschap te praten, omdat ze<br />
bijvoorbeeld v<strong>in</strong>den dat hun ouders <strong>het</strong> al zwaar genoeg<br />
hebben of dat ze dan bekend komen te staan als een zeurleerl<strong>in</strong>g.<br />
Als ze <strong>het</strong> wél aankaarten, wordt dat vaak niet<br />
opgepikt of niet serieus genomen. Er zijn nog veel volwassenen<br />
die zeggen: ‘Je moet niet moeilijk doen, daar word<br />
je sterk van.’ Zo zijn er allerlei misverstanden. Maar we<br />
moeten slachtoffers altijd serieus nemen. Als iemand <strong>het</strong><br />
aankaart, dan is dat is al hartstikke moeilijk. Dat gebeurt<br />
niet zo vaak, dus als ze dat doen, neem <strong>het</strong> dan alsjeblieft<br />
serieus. Natuurlijk denken we soms: <strong>het</strong> zal wel je verdiende<br />
loon zijn. Bijvoorbeeld een leraar die denkt: ‘Jij presenteert<br />
je nu wel als slachtoffer, maar ik weet wel beter,<br />
want jij bent iemand die anderen ook vaak <strong>in</strong> problemen<br />
brengt.’ Of: ‘Dat is jouw perspectief, maar ik heb andere<br />
geluiden gehoord.’ Dat kan allemaal wel zo zijn, maar als<br />
iemand naar je toekomt, dan is dat moedig. Zo iemand<br />
heeft behoefte aan steun en dat moet je serieus nemen.”<br />
GROEP ALS OPLOSSING<br />
Veenstra legt uit dat voor de oploss<strong>in</strong>g van probleemgedrag<br />
als pesten eerst de groep <strong>in</strong> beeld komt. “Pesten<br />
kun je op verschillende manieren aanpakken. Haak je <strong>in</strong><br />
op de dader, bijvoorbeeld door pesten strafbaar te stellen,<br />
dan vergeet je dat de pester vaak goed ligt <strong>in</strong> de groep en<br />
zodoende een machtige positie heeft. De leerkracht loopt<br />
dan <strong>het</strong> risico zo’n pester tegen zich te krijgen. Bovendien<br />
nagel je een persoon aan de schandpaal voor gedrag<br />
waar<strong>in</strong> de hele groep een rol speelt. Richt een antipestprogramma<br />
zich daarentegen op <strong>het</strong> slachtoffer, dan is<br />
de boodschap eigenlijk: er is iets mis met de slachtoffers;<br />
die moeten weerbaarder worden. Dat v<strong>in</strong>d ik een negatief<br />
signaal naar slachtoffers. Er zijn genoeg k<strong>in</strong>deren die precies<br />
zo zijn maar die <strong>in</strong> een veel leukere groep zitten waar <strong>het</strong><br />
allemaal prima gaat. Bovendien vraag ik me af of al die<br />
weerbaarheidscursussen wel effect hebben op alle slachtoffers.<br />
Sommige jongeren zijn anders en die kun je wel<br />
naar tien van dat soort cursussen sturen, maar daarmee<br />
veranderen ze niet echt. De derde strom<strong>in</strong>g, en die beweg<strong>in</strong>g<br />
v<strong>in</strong>dt steeds meer opgang, beschouwt pesten als een<br />
groepsprobleem. Waarom staat de groep dergelijk gedrag<br />
toe? De oploss<strong>in</strong>g komt dus ook vanuit de groep. In de z<strong>in</strong><br />
van: we zijn er misschien niet allemaal verantwoordelijk<br />
voor dat er gepest wordt, maar wel dat er een e<strong>in</strong>de aan<br />
komt. Het programma waar ik onderzoek naar doe, KiVa,<br />
heeft een duidelijke boodschap: pesten moet stoppen<br />
want <strong>het</strong> is geen normaal gedrag. Op school hoort <strong>het</strong><br />
leuk te zijn voor iedereen. Pesten moet je altijd melden.<br />
Niet om een klikcultuur <strong>in</strong> <strong>het</strong> leven te roepen, maar om<br />
<strong>het</strong> bespreekbaar te maken: ‘Bij ons <strong>in</strong> de klas zit iemand<br />
die v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> niet fijn om naar school te gaan en ik heb<br />
jullie hulp nodig als groep. Dus ik wil graag dat jullie de<br />
komende weken iets bedenken voor dat k<strong>in</strong>d zodat hij<br />
of zij een fijnere tijd heeft op school.’ Dan kan een k<strong>in</strong>d<br />
bijvoorbeeld voorstellen: ‘Hij woont bij mij <strong>in</strong> de buurt,<br />
dus we kunnen wel eens samen naar school fietsen.’ Of:<br />
’Als we gaan voetballen, vraag ik of hij mee wil doen.’ Een<br />
ander zegt misschien: ‘Ik zal hem voortaan groeten, en als<br />
hij een vraag heeft zal ik die beantwoorden.’ Het hoeven<br />
geen grote d<strong>in</strong>gen te zijn en ze hoeven niet gelijk vrienden<br />
te worden. Het gaat erom dat ze weer normaal doen<br />
tegen elkaar, elkaar respecteren en doorhebben wat<br />
iemand ervaart die zich echt rot voelt.”<br />
102 Veenstra wil <strong>het</strong> gesprek graag afsluiten met een positieve<br />
103<br />
vragen <strong>in</strong>, maar leveren bijvoorbeeld ook DNA <strong>in</strong> en ondergaan<br />
medische onderzoeken.<br />
noot: “Slachtofferhulp Nederland krijgt natuurlijk met veel<br />
ellende te maken, maar we moeten wel beseffen dat we <strong>in</strong><br />
relatief vredige tijden leven. We denken allemaal dat <strong>het</strong><br />
De bedoel<strong>in</strong>g is dat <strong>in</strong>zichten die <strong>het</strong> onderzoek oplevert,<br />
steeds onveiliger wordt, maar als je gaat kijken naar de<br />
kunnen bijdragen aan de preventie van bepaalde problemen<br />
verschillende periodes <strong>in</strong> de geschiedenis, dan zie je dat<br />
en risicogedrag bij jongeren. Een deel van <strong>het</strong> onderzoek<br />
toen veel meer mensen door geweld om <strong>het</strong> leven kwamen focust daarom op drie groepen problemen: overgewicht,<br />
dan nu. Ook <strong>in</strong> de ‘vredige’ stammen <strong>in</strong> <strong>het</strong> Amazonegebied,<br />
die we als westerl<strong>in</strong>gen zo graag idealiseren, komt<br />
bisgebruik; en psychosociale problemen als depressie, agres<br />
lichamelijke beweg<strong>in</strong>g en voed<strong>in</strong>g; roken, alcohol en canna<br />
dertig tot veertig procent van de mannen door geweld<br />
sie en pesten. De onderzoeksresultaten laten zien dat problemen<br />
op een aantal terre<strong>in</strong>en sterk toenemen <strong>in</strong> de<br />
om <strong>het</strong> leven. Oog om oog, tand om tand. Kijken we naar<br />
adolescentie. Die toename is sterker <strong>in</strong> bepaalde groepen,<br />
de afgelopen honderd jaar, dan moeten we ondanks twee<br />
zoals jongeren met laag opgeleide ouders en <strong>in</strong> lagere<br />
wereldoorlogen constateren dat er m<strong>in</strong>der mensen door<br />
schoolniveaus. De verschillen tussen groepen zijn echter<br />
geweld zijn gestorven dan ooit te voren. En de laatste<br />
relatief kle<strong>in</strong>; alle jongeren hebben aandacht nodig.<br />
jaren wordt <strong>het</strong> nog steeds veiliger, en daalt <strong>het</strong> risico op<br />
geweld nog verder. Dat wordt vaak vergeten.”<br />
TRAILS<br />
TRAILS (Track<strong>in</strong>g Adolescents Individual Lives Survey) is een<br />
grootschalig en langlopend onderzoek naar de lichamelijke<br />
en geestelijke gezondheid van jongeren op weg naar volwassenheid.<br />
Er doen bijna 2900 jongeren uit de noordelijke<br />
prov<strong>in</strong>cies mee. In de periode tussen hun 10e en 24e levensjaar<br />
worden om de twee jaar gegevens verzameld.<br />
TRAILS probeert verschillende d<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> kaart te brengen,<br />
zoals welke factoren een rol spelen bij <strong>het</strong> ontstaan van<br />
emotionele en gedragsproblemen en hoe deze verschillende<br />
factoren elkaar beïnvloeden. Dan gaat <strong>het</strong> om een samenspel<br />
van <strong>in</strong>dividuele factoren (bv. erfelijkheid) en omgev<strong>in</strong>gsfactoren<br />
(bv. de wijk waar<strong>in</strong> iemand opgroeit). Om antwoord te<br />
krijgen op deze vragen, kijken de onderzoekers naar uitgebreide<br />
(sociaal-)demografische kenmerken, psychische<br />
gezondheid en aanpass<strong>in</strong>g, biografie en belangrijke levensgebeurtenissen<br />
(life events), lichamelijke gezondheid en<br />
ontwikkel<strong>in</strong>g, sociale cognitie, <strong>in</strong>telligentie en schoolprestaties<br />
en (anti)sociaal gedrag. Deelnemers vullen hierover<br />
TRAILS is gestart <strong>in</strong> 2001. Er zijn tientallen onderzoekers bij<br />
betrokken uit verschillende wetenschappelijke discipl<strong>in</strong>es en<br />
van verschillende universiteiten, waaronder de Rijksuniversiteit<br />
Gron<strong>in</strong>gen en de Erasmusuniversiteit Rotterdam.<br />
Meer <strong>in</strong>formatie op www.trails.nl
Maak duidelijk<br />
INTERVIEW<br />
wat Slachtofferhulp<br />
kan betekenen<br />
Misbruikslachtoffer Marieke (21)<br />
durft na vijf jaar alsnog aangifte<br />
tegen de dader te doen<br />
De puberteit is een kwetsbare periode <strong>in</strong> een<br />
mensenleven, zo heeft Marieke 1 aan den lijve<br />
ondervonden. Zeker als <strong>het</strong> thuis niet zo lekker<br />
loopt. “Er waren thuis problemen, dus <strong>het</strong> was<br />
niet echt gezellig. Daar ben je als jong meisje<br />
best wel gevoelig voor en er was iemand die<br />
daar dankbaar gebruik van maakte. Ik was aan<br />
<strong>het</strong> experimenteren met drugs en hij verkocht<br />
ze, zo kwam ik bij hem thuis. Hij wist precies hoe<br />
hij me kon <strong>in</strong>palmen door me die aandacht te<br />
geven die je als meisje op zo’n moment zo nodig<br />
hebt. En toen g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> mis: ik belandde bij hem<br />
<strong>in</strong> bed terwijl ik dat eigenlijk niet wilde. Maar<br />
goed, hij was een brede man en ik wist ook wel<br />
dat hij geen lieverdje was − dat ben je niet als<br />
je drugs verkoopt. Dus ik durfde geen nee te<br />
zeggen en liet <strong>het</strong> maar gewoon over me heen<br />
komen.”<br />
104 105
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Zo had ze als 15-jarige ongewild seks met een man van<br />
30 en de gevolgen van die ervar<strong>in</strong>g hebben haar leven<br />
een tijdje danig <strong>in</strong> de war geschopt. In haar bescheiden<br />
studentenkamertje − bed, bureau, bank en een grote kooi<br />
met daar<strong>in</strong> twee slaperige ch<strong>in</strong>chilla’s − vertelt ze hoe ze<br />
die periode heeft beleefd en hoe ze daarna haar leven<br />
weer op de rails kreeg. Inmiddels studeert ze psychologie<br />
en kan ze met enige afstandelijkheid terugkijken op die<br />
episode.<br />
SCHAAMTE EN SCHULD<br />
Nadat <strong>het</strong> gebeurd was, voelde ze zich helemaal geen<br />
slachtoffer, vertelt ze, maar schaamde ze zich vooral. “Tja,<br />
je hebt toch seks gehad met een man van 30, terwijl dat<br />
niet echt de bedoel<strong>in</strong>g was. Ik had hem ook pas twee keer<br />
gezien. Ik ben naar hem gegaan terwijl ik wist dat <strong>het</strong> niet<br />
goed zat. Op <strong>het</strong> moment zelf speelt dat wel door je hoofd<br />
maar ja, hij is wel lief en hij zegt wat je wilt horen en dat<br />
is toch eigenlijk wel leuk. Als er dan iets gebeurt wat je<br />
eigenlijk niet wilt … Ik had toch zoiets van: <strong>het</strong> is mijn eigen<br />
schuld. Ik heb <strong>het</strong> gewoon zelf gedaan, ik had er niet heen<br />
moeten gaan. In <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> had ik dus niet zozeer <strong>het</strong> idee<br />
dat me iets was overkomen, maar dat ik iets had gedaan.”<br />
Ze was dan ook zeker niet van plan om <strong>het</strong> aan haar ouders<br />
te vertellen of aangifte te doen. “Ik was bang voor problemen,<br />
bang voor ruzie, want dat was er al zo veel. Ik dacht:<br />
laat maar. Ze hoeven <strong>het</strong> niet te weten, <strong>het</strong> komt wel weer<br />
goed.”<br />
Maar <strong>het</strong> kwam niet goed. Een vriend<strong>in</strong> lichtte haar ouders<br />
<strong>in</strong>. “Ik had <strong>het</strong> haar verteld, gewoon wat er gebeurd was en<br />
niet dat ik <strong>het</strong> niet wilde. Maar zij kwam tot de conclusie<br />
dat <strong>het</strong> niet goed was en lichtte mijn ouders <strong>in</strong>. Die hebben<br />
mij uite<strong>in</strong>delijk zo ver gekregen om een verklar<strong>in</strong>g af<br />
te leggen bij de politie. Aangifte heb ik niet gedaan want<br />
dat durfde ik niet. Het was een foute jongen, met foute<br />
vrienden, die foute d<strong>in</strong>gen deed. Ondertussen had ik van<br />
mijn ouders ook al gehoord dat hij een strafblad had, niet<br />
alleen voor diefstal, maar voor geweld. Dus ik dacht: laat<br />
maar, <strong>het</strong> is goed. Ik was bang dat hij me iets zou aandoen,<br />
of zou laten aandoen. Ik heb een verklar<strong>in</strong>g afgelegd bij<br />
de drugspolitie en ze hebben hem vervolgd voor dealen.<br />
Ook heb ik met de zedenpolitie gepraat − dat moest van<br />
mijn ouders − maar ik heb geen aangifte gedaan. Dan zou<br />
ik straks <strong>in</strong> de rechtszaal moeten zitten waar hij ook is. Dan<br />
moet ik hem onder ogen komen en dan weet hij dat ik dit<br />
gedaan heb. Daar was ik heel bang voor.”<br />
EMMERS BEGRIP<br />
Marieke heeft niet bepaald positieve her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen aan<br />
<strong>het</strong> gesprek met de zedenpolitie, en dat kl<strong>in</strong>kt duidelijk <strong>in</strong><br />
haar stem door. Het bevestigde haar <strong>in</strong> <strong>het</strong> gevoel dat ze<br />
<strong>het</strong> toch vooral over zichzelf afgeroepen had. “Het was een<br />
heel vervelend gesprek, meer een verhoor eigenlijk. Ik zat<br />
met twee agenten aan een bureau en had nog net niet de<br />
lamp op mijn gezicht gericht staan. Mijn ouders mochten<br />
er niet bij zijn. Daar zit je dan als meisje en moet je steeds<br />
weer alles vertellen wat er is gebeurd. Honderd keer<br />
dezelfde vragen maar dan telkens net weer even anders.<br />
Alsof ze je aan <strong>het</strong> testen zijn. En de twee vrouwelijke<br />
agenten waren niet echt aardig. Niet dat ik zat te wachten<br />
op bakken vol medelijden en emmers begrip, maar een<br />
beetje was wel leuk geweest. Ze gaven me heel erg <strong>het</strong><br />
gevoel dat <strong>het</strong> allemaal mijn schuld was geweest. Ze hebben<br />
me trouwens ook niet verteld dat je niet bij de rechtszaak<br />
aanwezig hoeft te zijn, je hoeft de dader niet te zien.<br />
Als me dat was verteld had ik toen misschien wel aangifte<br />
gedaan. Terwijl ik toch duidelijk mijn angsten heb uitgesproken.<br />
Er is me geen uitleg gegeven, geen slachtofferhulp<br />
aangeboden.”<br />
De situatie thuis was er <strong>in</strong>middels ook niet beter op<br />
geworden. De relatie met haar ouders raakte verder verstoord.<br />
“Bij mijn vader had ik <strong>het</strong> echt verpest en dat heb ik<br />
Ze gaven me <strong>het</strong> gevoel<br />
dat <strong>het</strong> mijn schuld was geweest<br />
ook geweten. Mijn moeder heeft er heel veel verdriet van<br />
gehad. Die heeft altijd erg haar best gedaan om mij zo<br />
goed mogelijk terecht te laten komen en dan gebeurt er<br />
dit. Misschien voelde ze <strong>het</strong> toch een beetje als falen van<br />
haar kant. En vroeg ze zich natuurlijk af hoe ik zo dom kon<br />
zijn. In <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> zijn ze er heel boos over geweest en<br />
daarna werden ze heel wantrouwend. Als ik dan ergens<br />
naartoe g<strong>in</strong>g, dan belden ze me en wilden mijn vrienden<br />
aan de telefoon hebben om te controleren of ik daar echt<br />
was. Ik moest ook op de m<strong>in</strong>uut af op tijd thuis zijn. Op<br />
zich is dat logisch, maar <strong>het</strong> g<strong>in</strong>g ten koste van de gezelligheid.<br />
Echt heel uitgebreid hebben we <strong>het</strong> er toen niet<br />
over gehad. Achteraf gezien vond ik <strong>het</strong> ook best logisch<br />
dat ze boos waren, al was <strong>het</strong> rot op <strong>het</strong> moment zelf. Wat<br />
ik dan had gewild? In ieder geval geen medelijden en een<br />
arm om de schouder. Dat klopte niet met mijn gevoel,<br />
want ik gaf mezelf heel erg de schuld van <strong>het</strong> gebeurde.”<br />
Ze valt even stil. “Het is gewoon gegaan zoals <strong>het</strong> is<br />
gegaan. Ik ben <strong>in</strong> ieder geval blij dat <strong>het</strong> nu goed gaat, dat<br />
we er eigenlijk allemaal weer bovenop zijn gekomen.”<br />
EETSTOORNIS<br />
De misbruikervar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met de verstoorde<br />
relatie met haar ouders leidde tot een waterval aan problemen.<br />
“Ik ben dat jaar blijven zitten op school. Mijn seksuele<br />
grenzen waren zoek, ik ben daarna een tijd losbandig<br />
geweest. Je gaat op zoek naar mensen die zeggen<br />
voor jou te gaan <strong>in</strong> plaats van voor je lichaam. Dat blijkt<br />
achteraf natuurlijk niet zo te zijn, maar goed”, ze slaakt een<br />
zucht, “zo gaat dat dan. Ik heb toen veel d<strong>in</strong>gen gedaan<br />
waar ik spijt van kreeg. Mijn zelfvertrouwen is daardoor<br />
alleen maar verder gekelderd en dat heeft uite<strong>in</strong>delijk tot<br />
een eetstoornis geleid.” Op school, bij leeftijdsgenoten<br />
vond ze we<strong>in</strong>ig steun, <strong>in</strong>tegendeel. “Er werd heel veel over<br />
mij geroddeld. Ik mocht er zelf niet over praten van de<br />
schoolleid<strong>in</strong>g. Ter bescherm<strong>in</strong>g van de reputatie van de<br />
school, want die stond <strong>in</strong> de top drie van de Elsevier-lijst<br />
van beste scholen <strong>in</strong> Nederland. Dan gaan mensen hun<br />
eigen verhaal verz<strong>in</strong>nen. Op een gegeven moment g<strong>in</strong>g<br />
<strong>het</strong> de hele stad rond: dat meisje van die en die school<br />
heeft van alles met die loverboy gedaan, ze heeft seks <strong>in</strong><br />
ruil voor drugs, ze heeft aids, ze is zwanger, hele verhalen.<br />
Mijn klasgenoten wilden niet meer met mij praten; je hebt<br />
een stempel op je voorhoofd. Ik zat er best wel mee dat ze<br />
niet de moeite namen om te zien wie ik werkelijk was.<br />
Alleen maar die verhalen.”<br />
106 107<br />
Ze greep haar kans toen haar school zich <strong>in</strong>schreef voor<br />
<strong>het</strong> tv-programma Over de streep. 2 In dat programma<br />
‘leren middelbare scholieren elkaar <strong>in</strong> één dag tijd pas<br />
echt goed kennen door mee te doen aan een Challenge<br />
Day; een s<strong>in</strong>ds tw<strong>in</strong>tig jaar beproefde Amerikaanse<br />
methode om onverschilligheid en onbegrip tussen scholieren<br />
tegen te gaan en wederzijds respect te stimuleren.<br />
Door spelletjes af te wisselen met serieuze gesprekken,<br />
is <strong>het</strong> de bedoel<strong>in</strong>g dat muren tussen de verschillende
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
kliekjes op middelbare scholen afbrokkelen en hun vooroordelen<br />
over elkaar veranderen’. “Op die dag heb ik mijn<br />
nieuwe klas verteld wat er wel en niet gebeurd is, welke<br />
delen van <strong>het</strong> verhaal wel en niet waar waren. Want ik zat<br />
er best mee dat ze een verkeerd beeld van mij hadden.<br />
Daarna zijn veel klasgenoten naar me toe gekomen en<br />
hebben gezegd: ‘Sorry, ik wist niet dat <strong>het</strong> zo zat.’ Ook<br />
andere mensen die <strong>het</strong> hadden gezien, want <strong>het</strong> is landelijk<br />
uitgezonden. Dat heeft de roddel wel de wereld<br />
uitgeholpen.”<br />
TWEE JAAR THERAPIE<br />
Daarnaast zocht Marieke hulp bij een therapeut. “In die tijd<br />
zat ik niet goed <strong>in</strong> mijn vel. Ik heb tegen mijn moeder<br />
gezegd: ‘Ik wil eigenlijk wel met iemand praten.’ En zo ben<br />
ik bij een psycholoog terechtgekomen. Daar kwam naar<br />
boven dat ik er eigenlijk heel erg mee zat dat de relatie met<br />
mijn vader zo verstoord was. In die periode heb ik die eetstoornis<br />
ontwikkeld. Daarom heeft de psycholoog me ook<br />
doorgestuurd naar een diëtist. Ik heb <strong>in</strong> totaal twee jaar<br />
therapie gehad. Gepraat over alle d<strong>in</strong>gen die mij dwarszaten<br />
en daar is wel uit naar voren gekomen dat er een direct<br />
verband lag met <strong>het</strong> misbruik. Toen heb ik <strong>het</strong> voor mijzelf<br />
op een rijtje kunnen zetten. Veel over mijn vader gepraat,<br />
veel met mijn vader gepraat”, vertelt ze, “Dat waren rampzalige<br />
sessies; toen dacht ik echt: nu komt <strong>het</strong> echt nooit<br />
meer goed. Maar daarna is <strong>het</strong> eigenlijk steeds beter<br />
gegaan. Als we elkaar nu zien dan is <strong>het</strong> gewoon leuk,<br />
gezellig, zoals <strong>het</strong> hoort eigenlijk. Daarom ben ik ook blij<br />
dat we <strong>het</strong> toen hebben opgelost. Dat heeft veel voor mij<br />
gedaan. Toen ik ook nog klaar was met mijn examens en ik<br />
mijn toenmalige relatie achter de rug had, viel er heel veel<br />
van mijn schouders af en g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> steeds beter.”<br />
Hoewel de psychologiestudente <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie geen<br />
aangifte had willen doen uit angst voor represailles van de<br />
dader, deed zich vijf jaar later een nieuwe mogelijkheid<br />
voor. “Toen is de zaak heropend. Er lagen <strong>in</strong>middels heel<br />
wat verklar<strong>in</strong>gen van meisjes bij wie hij <strong>het</strong>zelfde had<br />
gedaan. De politie heeft toen alle meisjes die wel een verklar<strong>in</strong>g<br />
hebben afgelegd maar geen aangifte durfden te<br />
doen, benaderd met de vraag of ze alsnog aangifte wilden<br />
doen. Het was <strong>in</strong>middels vijf jaar geleden en de angst was<br />
een beetje weg, dus ik dacht: toe maar dan. Ik vond <strong>het</strong><br />
wel goed als hij gestraft zou worden voor wat hij allemaal<br />
gedaan had.”<br />
SMARTENGELD<br />
De strafzaak <strong>in</strong> eerste aanleg heeft <strong>in</strong>middels plaatsgevonden.<br />
De dader is veroordeeld tot vier jaar celstraf en <strong>het</strong><br />
betalen van een schadevergoed<strong>in</strong>g aan zijn slachtoffers.<br />
Marieke heeft <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe recht op duizend euro, maar de<br />
dader heeft hoger beroep aangetekend tegen de besliss<strong>in</strong>g<br />
van de rechter. “Ik had helemaal niet nagedacht over<br />
een schadevergoed<strong>in</strong>g, maar toen ik aangifte kwam doen,<br />
zei de politie dat ik daar recht op had en dat Slachtofferhulp<br />
me erbij kon helpen. Tja, als ik er recht op heb… gratis<br />
geld is nooit weg”, lacht ze, om serieus te vervolgen: “Ik zie<br />
<strong>het</strong> wel echt als erkenn<strong>in</strong>g, als smartengeld voor wat hij<br />
mij heeft aangedaan. Niet dat ik er een emotioneel wrak<br />
van ben geworden, maar ik heb er wel lang last van gehad,<br />
veel last.” De rechtszaak zelf bracht ook wel de nodige<br />
stress met zich mee. “Ik vond <strong>het</strong> heel eng om hem daar te<br />
zien, om met hem <strong>in</strong> één ruimte te zitten. Tijdens de<br />
rechtszaak ontkende hij alles, dat <strong>het</strong> allemaal niet was<br />
gebeurd. Toen had ik wel zoiets van: hallo! Ik wist van b<strong>in</strong>nen<br />
dat de lieve d<strong>in</strong>gen die hij destijds had gezegd een<br />
toneelstukje waren, maar op zo’n moment word je weer<br />
met je neus op <strong>het</strong> feit gedrukt dat je gewoon gebruikt<br />
bent. Dat was wel even heftig. De zitt<strong>in</strong>g duurde ook heel<br />
lang, ja, alles wordt tot <strong>in</strong> detail besproken.” Ondanks haar<br />
angst voor de dader heeft ze wel gebruik gemaakt van de<br />
mogelijkheid om een slachtofferverklar<strong>in</strong>g te geven.<br />
“Iemand van Slachtofferhulp heeft de verklar<strong>in</strong>g samen<br />
met mij opgesteld. De rechter heeft hem tijdens de zitt<strong>in</strong>g<br />
voorgelezen. Ik wilde dat de dader <strong>het</strong> zou horen. Hij heeft<br />
zich er natuurlijk niets van aangetrokken, maar <strong>het</strong> is goed<br />
dat deze mogelijkheid bestaat.”<br />
Bij verschillende onderdelen van de strafprocedure heeft<br />
Marieke gebruikt gemaakt van de ondersteun<strong>in</strong>g van<br />
Slachtofferhulp Nederland. “Bij de aangifte heb ik te horen<br />
gekregen dat ik bij de rechtszaak en zo begeleid kon worden.<br />
Nou, dat wilde ik wel, want ik weet niet hoe dat allemaal<br />
<strong>in</strong> zijn werk gaat. Slachtofferhulp heeft mij gebeld,<br />
folders opgestuurd en formulieren om een schadevergoed<strong>in</strong>g<br />
aan te vragen bij <strong>het</strong> Schadefonds Geweldsmisdrijven.<br />
Toen de datum van de rechtszaak bekend was heeft<br />
Slachtofferhulp weer contact met mij opgenomen om te<br />
kijken of ik van <strong>het</strong> spreekrecht gebruik wilde maken en<br />
om samen een verklar<strong>in</strong>g op papier te zetten. Ik heb ook<br />
hulp gekregen bij <strong>het</strong> <strong>in</strong>dienen van de schadevorder<strong>in</strong>g.<br />
En naar de rechtszaak zelf is iemand mee geweest voor<br />
<strong>het</strong> geval er vragen gesteld zouden worden. Ik vond dat<br />
heel prettig, want ja, hoe dien je zo’n schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong>?<br />
Het is een hoop gedoe en ik was bang dat ik iets verkeerd<br />
zou doen. Bovendien had ik echt geen z<strong>in</strong> om tijdens de<br />
rechtszaak iets te moeten zeggen, daar was ik heel bang<br />
voor. Dan is <strong>het</strong> fijn als iemand dat van je overneemt.”<br />
Ze geeft toe dat ze, net als veel andere jongeren, nooit uit<br />
eigen beweg<strong>in</strong>g contact opgenomen zou hebben met<br />
Slachtofferhulp Nederland. “Ik kende <strong>het</strong> eigenlijk helemaal<br />
niet. Ja, je hoort de naam wel eens, maar zo lang je er<br />
geen gebruik van hoeft te maken …”, legt ze uit. Als ze al<br />
een beeld had bij Slachtofferhulp dan toch vooral dat van<br />
de emotionele ondersteun<strong>in</strong>g, voegt ze eraan toe. En daar<br />
zat zij nou net niet op te wachten en, is haar <strong>in</strong>schatt<strong>in</strong>g,<br />
andere jongeren evenm<strong>in</strong>. “Jongeren hebben over <strong>het</strong><br />
algemeen best een groot sociaal netwerk. Je kunt je verhaal<br />
bij vrienden kwijt of, zoals <strong>in</strong> mijn geval, bij therapeuten.<br />
Dus dan heb je geen behoefte om <strong>het</strong> nog eens aan<br />
iemand van Slachtofferhulp te vertellen. Maar die juridische<br />
ondersteun<strong>in</strong>g, zoals hulp met formulieren <strong>in</strong>vullen<br />
en zo, dat is heel handig. Dat wist ik <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie niet<br />
en ik denk dat heel veel mensen niet weten dat<br />
Slachtofferhulp Nederland dat doet. Jongeren willen misschien<br />
niet praten, maar ze kunnen die juridische hulp<br />
waarschijnlijk best wel gebruiken. Maar daar zijn ze niet<br />
mee bekend. De politie heeft mij verteld dat Slachtofferhulp<br />
contact met mij kan opnemen en erbij verteld waarmee<br />
ze me allemaal kunnen helpen. Als ze dat niet hadden<br />
uitgelegd, had ik nee gezegd, denk ik. Omdat ik denk:<br />
ik hoef niet te praten. Dus <strong>het</strong> is goed als de <strong>in</strong>stantie waar<br />
een slachtoffer als eerste terechtkomt precies uitlegt wat<br />
de mogelijkheden zijn.” Tot slot geeft Marieke nog een<br />
kle<strong>in</strong> pleidooi voor onl<strong>in</strong>e vormen van ondersteun<strong>in</strong>g voor<br />
jonge slachtoffers. “Een soort van onl<strong>in</strong>e vraagbaak of zo.<br />
Ik vond bijvoorbeeld <strong>het</strong> <strong>in</strong>vullen van formulieren best<br />
moeilijk, want dat doe je niet zo vaak. Een beetje hulp op<br />
afstand is dan best handig, bijvoorbeeld via de chat. Ik heb<br />
de Slachtofferhulpwebsite niet bekeken, maar misschien<br />
zou je een speciaal deel moeten <strong>in</strong>richten voor jongeren<br />
met uitleg en tips voor <strong>het</strong> <strong>in</strong>vullen van formulieren. En<br />
wees actief op sociale media, want daar zijn jongeren te<br />
v<strong>in</strong>den.”<br />
108 109<br />
NOTEN<br />
1)<br />
De naam van Marieke is om privacyredenen veranderd.<br />
2)<br />
http://overdestreep.kro.nl/
Werken met<br />
jeugd betekent<br />
je creativiteit<br />
<strong>in</strong>zetten<br />
110 111<br />
Slachtofferhulpvrijwilliger Henriette<br />
Doensen (59) gunt jongeren de ruimte<br />
INTERVIEW<br />
“Ik zeg wel eens: pubers zijn net aliens; je<br />
moet wachten tot ze geland zijn”, zegt Henriette<br />
Doensen met een brede lach. Ze gebruikt die<br />
z<strong>in</strong> ook wel eens als ijsbreker bij haar jeugdige<br />
cliënten. Maar de onderliggende boodschap is<br />
serieus. Het werken met jongeren, en vooral<br />
jongeren met een beperk<strong>in</strong>g of een stoornis,<br />
vergt specifieke kennis, veel geduld, en een<br />
f<strong>in</strong>gerspitzengefühl om met ieder op zijn niveau<br />
aansluit<strong>in</strong>g te v<strong>in</strong>den. “Het is maatwerk; je moet<br />
<strong>het</strong> aanvoelen.”
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Doensen is vrijwillig medewerker bij Slachtofferhulp<br />
Nederland <strong>in</strong> Den Bosch. Vanuit <strong>het</strong> station loop je zo <strong>het</strong><br />
Slachtofferhulpbureau b<strong>in</strong>nen, dat aan <strong>het</strong>zelfde ple<strong>in</strong><br />
huist als de rechtbank. Bijna acht jaar werkt ze er nu. En<br />
ook al is ze vrijwilliger, <strong>het</strong> is zo’n beetje een fulltime baan<br />
geworden. Een nare ervar<strong>in</strong>g van haar eigen zoon maakte<br />
dat zij <strong>in</strong> slachtofferhulp geïnteresseerd raakte.<br />
NIET DWINGEN<br />
“Die jongen was toen 14, zijn broer werd 16 en ze hadden<br />
voor <strong>het</strong> eerst samen een feestje <strong>in</strong> de stad. Hij werd door<br />
een aantal mannen gewoon <strong>in</strong> <strong>het</strong> kanaal gegooid.<br />
Godzijdank was <strong>het</strong> een heel goede zwemmer. Qua hulp<br />
wilde hij natuurlijk niks, want <strong>het</strong> was een puber en hij<br />
loste dat zelf wel op. Dat heb ik hem ook laten doen.<br />
We hebben <strong>het</strong> er nu nog wel eens over en dan zegt hij:<br />
‘Terugkijkend had ik dat misschien anders gedaan.’<br />
Dw<strong>in</strong>gen wilde ik hem ook niet. Ik was er voor hem, dat<br />
vond ik genoeg. Dat merk ik wel: op die leeftijd willen ze<br />
geen vreemden erbij hebben. Familie, je moeder, je<br />
ouders − als die er voor je zijn, prima. Vooral vrienden<br />
zijn heel belangrijk. Als je <strong>het</strong> met hen kan oplossen, dan<br />
doe je dat. Vooral niet met vreemden en zeker niet als ze<br />
dan ook nog van Slachtofferhulp Nederland zijn”, aldus<br />
Doensen, “Maar dat is al lang geleden. Hij is nu 34.<br />
Intussen zijn de jeugd en <strong>het</strong> hele tijdsbeeld veranderd.”<br />
B<strong>in</strong>nen bureau Den Bosch geldt Doensen als ervar<strong>in</strong>gsdeskundige<br />
op <strong>het</strong> gebied van jongeren en autisme. Niet<br />
verwonderlijk: ze is moeder van een autistisch k<strong>in</strong>d en<br />
heeft zowel een opleid<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de psychiatrie als opleid<strong>in</strong>g<br />
tot coach gevolgd. Daarnaast heeft ze veel met k<strong>in</strong>deren<br />
gewerkt: taalles gegeven aan buitenlandse k<strong>in</strong>deren,<br />
radioprogramma’s voor de jeugd gemaakt, creatieve workshops<br />
gegeven. Haar aff<strong>in</strong>iteit met de doelgroep jeugd<br />
was overigens niet de doorslaggevende reden om bij<br />
Slachtofferhulp Nederland te solliciteren. “Die kwam ook<br />
vanuit mijn geloof. Ik ben boeddhist, heb me <strong>in</strong> 1984 laten<br />
<strong>in</strong>wijden. Dat betekent voor mij actief met vrede bezig<br />
zijn, actief de wereld een betere plek maken. Ga daar maar<br />
eens aan staan”, zegt ze niet zonder humor <strong>in</strong> haar stem.<br />
“Ik kan daar actief aan bijdragen door een meerwaarde <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> leven van slachtoffers te brengen. Meerwaarde <strong>in</strong> de<br />
z<strong>in</strong> van een beetje verlicht<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de ellende die ze op dat<br />
moment meemaken.”<br />
Uit de literatuur is bekend dat jongeren met een beperk<strong>in</strong>g<br />
“Vraag of <strong>het</strong> mag. Dat soort kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen. Daarmee kun<br />
of stoornis als autisme extra kwetsbaar zijn als <strong>het</strong> om je iemand op zijn gemak stellen. Door te laten blijken dat<br />
112 slachtofferschap (en daderschap) gaat. Herkent Doensen je begrijpt hoe <strong>het</strong> bij hen werkt en dat je daar reken<strong>in</strong>g<br />
113<br />
dat <strong>in</strong> haar dagelijkse praktijk? “Ja, ze trekken <strong>het</strong> bijna aan mee houdt en ze respecteert.” Ze voegt eraan toe: “Wat dat<br />
als een magneet. Dat heeft te maken met hun gedrag. Ik betreft zijn mensen met autisme ook heerlijke mensen. Je<br />
KLEINE DINGEN<br />
Haar focus op jeugdige slachtoffers − en dan vooral jongeren<br />
met stoornissen − is <strong>in</strong> de loop der jaren ontstaan.<br />
“Mijn teamleider vond dat ik daar talent voor had en zij is<br />
iemand die heel goed gebruik weet te maken van de<br />
talenten <strong>in</strong> haar team. Zo is <strong>het</strong> gegroeid.”<br />
mag <strong>het</strong> misschien eigenlijk niet zeggen, maar soms zie ik<br />
<strong>het</strong> aan ze, <strong>in</strong> hun houd<strong>in</strong>g, hun uiterlijk, hoe ze zich kleden,<br />
hoe ze reageren. Omdat ze hun grenzen niet scherp<br />
hebben, zoeken ze veel vaker d<strong>in</strong>gen op die ze beter niet<br />
hadden kunnen opzoeken. Ze reageren sowieso anders op<br />
situaties, ze zijn sociaal wat meer onhandig, hun vaardigheden<br />
mag heel direct zijn. Je moet ook heel direct zijn, anders<br />
begrijpen ze je niet meer. Als je niet congruent bent, dan<br />
ben je ze kwijt. Dus: ik zeg wat ik doe en ik doe wat ik zeg.<br />
Dat v<strong>in</strong>d ik prima.”<br />
LEEFGEBIEDENCHECK<br />
liggen m<strong>in</strong>der hoog. Dat moet je bij <strong>in</strong>stanties ook Vaak zijn <strong>het</strong> niet de jongeren die Slachtofferhulp voor<br />
duidelijk maken. Zo heb ik de politie wel eens moeten vertellen:<br />
zichzelf <strong>in</strong>schakelen, maar ouders die met hun handen <strong>in</strong><br />
‘Jouw benader<strong>in</strong>g gaat ’m niet worden.’ Dat is best <strong>het</strong> haar zitten. “Vanmiddag ga ik naar zo’n zaak toe. Een<br />
lastig, want zo’n agent zit daar vreselijk zijn best te doen. jongen die heeft aangegeven dat hij door twee mannen<br />
Daarom heb ook een keer een dvd afgegeven, ‘Autisme en gedwongen is om mee te gaan <strong>in</strong> een auto, die een<br />
justitie’, met de uitnodig<strong>in</strong>g die een keer te bekijken. Dat messnee op zijn wang gekregen heeft en die 20.000 euro<br />
heb ik overigens ook gedaan bij onze eigen afdel<strong>in</strong>g juridische<br />
moest betalen. Hij moest ook zijn jas en telefoon afgeven.<br />
dienstverlen<strong>in</strong>g. Al pik je er maar wat kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen Zijn moeder was vorige week hier. Die jongen heeft adhd,<br />
uit. Voor deze mensen zijn <strong>het</strong> vaak de kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen die wil niks, ook geen aangifte doen, hij wil eigenlijk alleen<br />
<strong>het</strong> grote verschil maken. Bijvoorbeeld: wij kijken elkaar maar b<strong>in</strong>nen <strong>in</strong> zijn bed liggen en verder niks. Daar ga ik<br />
aan. Dat moet je bij hen niet steeds doen. En een hand vanmiddag naartoe. Die jongen is 17; hij wil natuurlijk ook<br />
geven bij <strong>het</strong> b<strong>in</strong>nenkomen?” Ze schudt haar hoofd.<br />
helemaal niets met Slachtofferhulp te maken hebben.<br />
Dw<strong>in</strong>gen wilde ik hem ook niet<br />
Ik was er voor hem,<br />
dat vond ik genoeg<br />
Ik wil ze volwaardig behandelen<br />
en ze de ruimte laten<br />
hun kop te stoten
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Daarom neem ik vanmiddag ook een mannelijke collega<br />
mee. Stel dat die jongen bereid is even een stukje te gaan<br />
lopen, dan kan hij hem mee naar buiten nemen. Wie weet<br />
wat er al wandelend tot stand komt. Ondertussen probeer<br />
ik met de moeder te praten. En dan maar afwachten. Ik<br />
moet steeds creatief blijven. Kijken wat je tegenkomt en<br />
daarop <strong>in</strong>haken.”<br />
Creativiteit en geduld zijn buitengewoon belangrijke<br />
eigenschappen, volgens Doensen. “Ik heb <strong>het</strong> soms tijdens<br />
de eerste contacten helemaal niet over wat hun is overkomen.<br />
Dan heb ik <strong>het</strong> over school, vrienden, films en uitgaan.<br />
En over welke muziek ze leuk v<strong>in</strong>den. Ik heb thuis<br />
zelf ook een puber zitten, dus daar kan ik wel over meepraten.<br />
Maar iemand van mijn leeftijd moet niet proberen<br />
populair te doen, door bijvoorbeeld hun taalgebruik over<br />
te nemen. Je kunt wel proberen om aan te sluiten bij hun<br />
niveau. Niet op hun niveau gaan zitten, maar er een stap<br />
naartoe doen. En… gevoelens liggen nu eenmaal heel<br />
lastig bij pubers. Dus ik steek <strong>het</strong> heel praktisch <strong>in</strong>. Slaap je<br />
goed, eet je goed, <strong>het</strong> hele rijtje af. Dat noem ik de leefgebiedencheck.<br />
Zie je je vrienden nog? Heb je nog zakgeld<br />
en kom je ervan rond? Dat soort d<strong>in</strong>gen. Ik zeg ook wel<br />
eens: ‘Je moet mij zien als een helikopter die overvliegt.<br />
Ik cirkel rond over <strong>het</strong> hele gebied, en ik kijk mee of op alle<br />
gebieden alles goed gaat. Als ik merk dat <strong>het</strong> ergens niet<br />
zo goed gaat, dan breng ik dat onder de aandacht. En dan<br />
kunnen we later samen kijken wat daar nodig is.”<br />
omhoog, hoor je wat gemompel. Dan vraag ik wel: ‘Kun je<br />
er niet over praten of wil je er niet over praten?’ ‘Ach, laat<br />
maar zitten.’ Nou ja, oké, je moet niets. Ze hoeven <strong>het</strong> mij<br />
niet te vertellen, als ze <strong>het</strong> maar ergens kwijt kunnen. Op<br />
een manier die bij hen past. Soms raad ik wel eens aan<br />
een creatieve weg te zoeken. Bijvoorbeeld <strong>het</strong> te uiten <strong>in</strong><br />
songteksten schrijven, muziek spelen, sporten. Mep die<br />
bal maar verrot!”<br />
Ze erkent dat er ook wel nadelen kleven aan de neig<strong>in</strong>g<br />
van jongeren om <strong>het</strong> vooral zelf te willen oplossen.<br />
Gevoelens naar aanleid<strong>in</strong>g van een <strong>in</strong>grijpende gebeurtenis<br />
laten zich misschien een tijdje wegstoppen. Maar de<br />
kans is groot dat die gevoelens later <strong>in</strong> alle hevigheid<br />
terugkomen en <strong>het</strong> leven danig <strong>in</strong> de war schoppen.<br />
Tegelijkertijd gunnen we jongeren hun autonomie en willen<br />
we vertrouwen op hun veerkracht. In zulke gevallen<br />
betrekt Doensen de ouders erbij. “Ik geef ze mee dat ze<br />
<strong>het</strong> gedrag van hun zoon of dochter maar beter kunnen<br />
volgen. Is hij of zij bezig om weer zo te worden als voordat<br />
<strong>het</strong> gebeurde? Als je na drie maanden denkt: ‘Ik heb mijn<br />
zoon of dochter nog niet terug’, dan heb je denk ik reden<br />
om te zeggen dat er iets moet gebeuren. Ik wil jongeren<br />
niet <strong>het</strong> gevoel geven dat ze niet over zichzelf kunnen<br />
beslissen, ik wil ze volwaardig behandelen. En ze de<br />
ruimte laten hun kop te stoten. Ik zeg dat ook wel eens<br />
tegen de ouders. Maar daar voeg ik aan toe: voorkom dat<br />
ze hun kop zodanig stoten dat ze er levenslang een bult<br />
aan overhouden. Dat is niet de bedoel<strong>in</strong>g, dat moeten we<br />
voorblijven. Een kle<strong>in</strong>e bult die vanzelf overgaat, oké. Daar<br />
leren ze van en dat recht hebben ze ook, dat wil ik ze niet<br />
afpakken. Maar ik weet als volwassene dat je ook <strong>in</strong> de<br />
gaten moet houden of <strong>het</strong> allemaal weer goed gaat. Door<br />
Ik geef ze mee<br />
dat ze <strong>het</strong> gedrag van<br />
hun zoon of dochter maar<br />
beter kunnen volgen<br />
114 af en toe gesprekjes te hebben met je k<strong>in</strong>d. ‘Gaat <strong>het</strong> goed<br />
met je? Wat gaat er goed, en als <strong>het</strong> niet goed gaat, wat<br />
gaat er niet goed? Voel je je <strong>het</strong>zelfde nu als voor die tijd?<br />
En als er verschil is, wat is er nu anders?’ Blijf dat soort<br />
open gesprekjes voeren.”<br />
VANUIT JE HART<br />
Dat jongeren snel de neig<strong>in</strong>g hebben om de boot af te<br />
houden, daar moeten we ons als ouders en hulpverleners<br />
dus niet door laten ontmoedigen. “Nee,” is <strong>het</strong> stellige antwoord<br />
van de Slachtofferhulpvrijwilligster. “En vooral niet<br />
bij mensen met gedragsstoornissen. Dat is misschien een<br />
onconventionele situatie, dus daar moet je ook onconventioneel<br />
mee omgaan. Niet rechtlijnig alles van tevoren al<br />
<strong>in</strong>vullen. Nee, laat open en haak <strong>in</strong> op wat je onderweg<br />
Ter afsluit<strong>in</strong>g wil Doensen wel een gouden tip meegeven<br />
voor een betere dienstverlen<strong>in</strong>g aan jongeren en slachtoffers<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen: “Laat de kantoortijden los. Van<br />
negen tot vijf is op zich prima, maar we zitten steeds meer<br />
<strong>in</strong> een 24-uurs economie. Er gebeurt 24 uur lang van alles<br />
en nog wat. Er zijn allerlei situaties die geparkeerd kunnen<br />
worden tot morgen, maar dan nog is een telefoontje vaak<br />
heel belangrijk. Even vragen: ‘Hoe is <strong>het</strong> met je en hoe ga<br />
je de nacht <strong>in</strong>? Morgenochtend bel ik terug’. Dat stukje<br />
echte aandacht, dat kun je ook niet vervangen met onl<strong>in</strong>e<br />
dienstverlen<strong>in</strong>g. Aandacht die ze niet met anderen hoeven<br />
te delen.” Cliënten kunnen haar daarom, als <strong>het</strong> echt nodig<br />
is, tot negen uur ’s avonds bellen. Dan gaat de (werk)-<br />
telefoon uit, maar ’s morgens om acht uur gaat hij weer<br />
aan. Ze weet dat sommige collega’s haar wel erg soepel<br />
115<br />
KOP STOTEN<br />
Komen gevoelens dan helemaal niet aan bod? “Dat laat ik<br />
aan hen over”, antwoordt Doensen. “Soms vraag ik ernaar:<br />
‘Hoe voel je je daarover?’ Dan gaan die schouders<br />
tegenkomt. Ik zeg ook wel eens tegen ze: ‘Ik hou van<br />
breien. Ik zie deze situatie als een bolletje wol dat <strong>in</strong> de<br />
knoop zit en ik hou ervan om d<strong>in</strong>gen uit de knoop halen.’<br />
Ik hou van puzzelen.”<br />
v<strong>in</strong>den, maar hanteert daar<strong>in</strong> haar eigen norm: “Wat ik<br />
belangrijk v<strong>in</strong>d <strong>in</strong> dit werk is dat je <strong>het</strong> doet vanuit je hart.<br />
Niet volgens <strong>het</strong> boekje − dat is natuurlijk wel de algemene<br />
leidraad − maar verder vooral vanuit je hart.”
Probeer<br />
aansluit<strong>in</strong>g<br />
te v<strong>in</strong>den<br />
via scholen<br />
Voor ROC-docenten<br />
Sanae Boukarfada (32) en<br />
Anoual Boutalab (29) draait<br />
<strong>het</strong> om vertrouwen<br />
INTERVIEW<br />
116 117<br />
Veiligheid en vertrouwen. Weet een docent<br />
dat te bieden, dan kun je veel voor studenten<br />
betekenen. Dat is de ervar<strong>in</strong>g van ROC-docenten<br />
Sanae Boukarfada en Anoual Boutalab. Want<br />
hun studenten stappen niet zo snel naar een<br />
vreemde met hun problemen. En die problemen<br />
kunnen soms best heftig zijn. “We zien alles<br />
wel voorbijkomen. Verslav<strong>in</strong>g aan wiet, maar<br />
ook aan gamen. Een slechte thuissituatie,<br />
mishandel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de relatie, ongewenste<br />
zwangerschappen, schulden. Het belangrijkste<br />
is dat studenten eerst hun verhaal kwijt kunnen.<br />
Ergens houdt onze rol als docent op en kijken<br />
we samen met de student bij welke zorg- of<br />
hulpverlener hij of zij <strong>het</strong> beste terechtkan.”
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Beiden geven sociale vakken als burgerschap en loopbaanleren<br />
aan <strong>het</strong> Bus<strong>in</strong>ess & Adm<strong>in</strong>istration College van ROC<br />
Midden-Nederland <strong>in</strong> Amersfoort. Boukarfada doet dat<br />
voornamelijk aan niveau 2-leerl<strong>in</strong>gen van de studiericht<strong>in</strong>g<br />
Adm<strong>in</strong>istratief Medewerker. En Boutalab aan niveau<br />
4-leerl<strong>in</strong>gen van de opleid<strong>in</strong>g Juridisch Medewerker. Het<br />
is een middelgrote vestig<strong>in</strong>g met ongeveer 900 studenten.<br />
Boukarfada werkt er nu ruim drie jaar, Boutalab een jaartje<br />
langer.<br />
IMAGO VMBO<br />
“Ik heb eerst een opleid<strong>in</strong>g maatschappelijk werk en<br />
dienstverlen<strong>in</strong>g afgerond”, beg<strong>in</strong>t Boutalab. “Na mijn<br />
studie ben ik me verder gaan ontwikkelen wat betreft mijn<br />
loopbaan. Ik kwam tot de conclusie dat ik <strong>in</strong> <strong>het</strong> onderwijs<br />
thuishoor en dat mbo-leerl<strong>in</strong>gen mij <strong>in</strong> <strong>het</strong> bijzonder<br />
aanspreken. Vervolgens heb ik een lerarenbevoegdheid<br />
gehaald door opleid<strong>in</strong>g en werk te comb<strong>in</strong>eren. Zo ben ik<br />
hier terechtgekomen. Ik geef voornamelijk vakken die een<br />
relatie hebben met mijn vorige studie en die gericht zijn<br />
op de persoonlijke ontwikkel<strong>in</strong>g van studenten. De<br />
nadruk ligt op <strong>het</strong> ontwikkelen van verschillende beroepscompetenties,<br />
zoals gesprekstechnieken, feedback geven<br />
en ontvangen. Daarnaast ben ik mentor, stagebegeleider<br />
en voer ik <strong>in</strong>takegesprekken met nieuwe studenten.”<br />
Boukarfada kwam via een andere route <strong>in</strong> <strong>het</strong> mbo terecht.<br />
“Ik heb eerst de pabo gedaan omdat ik graag een bijdrage<br />
aan de ontwikkel<strong>in</strong>g van anderen wil leveren en omdat<br />
<strong>het</strong> onderwijs mij altijd heeft gefasc<strong>in</strong>eerd. Toen ik klaar<br />
was met de Pabo, kwam ik er achter dat ik nog niet uitgeleerd<br />
was. De sociaalpsychologische vakken spraken me<br />
erg aan. Daarom besloot ik om me daar<strong>in</strong> te verdiepen.<br />
Mijn vervolgstudie werd Algemene Sociale Wetenschappen.<br />
Ondertussen gaf ik parttime les op basisscholen,<br />
van Wagen<strong>in</strong>gen tot Kanaleneiland <strong>in</strong> Utrecht. Dat brengt<br />
je met verschillende leerl<strong>in</strong>gpopulaties <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g.<br />
Na mijn studie heb ik een eenjarig tra<strong>in</strong>eeship gevolgd<br />
bij de gemeente Utrecht, en was daarnaast werkzaam als<br />
beleidsmedewerker onderwijs bij de gemeente Utrecht.<br />
Het tra<strong>in</strong>eeship is een programma voor high potentialambtenaren<br />
om breed b<strong>in</strong>nen de organisatie <strong>in</strong>zetbaar<br />
te zijn. Na <strong>het</strong> tra<strong>in</strong>eeship ben ik nog ruim twee jaar als<br />
beleidsmedewerker onderwijs werkzaam geweest. Daar<br />
hield ik me bezig met projecten als de verbeter<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />
imago van <strong>het</strong> vmbo <strong>in</strong> Utrecht, en voor een betere aansluit<strong>in</strong>g<br />
tussen vmbo- en mbo-scholen <strong>in</strong> Utrecht. Verder<br />
hield ik me bezig met <strong>het</strong> implementeren van <strong>het</strong> vak<br />
loopbaanleren op vmbo- en mbo-scholen. Hierdoor kwam<br />
ik <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g met <strong>het</strong> mbo en leerde ik <strong>het</strong> vanuit een<br />
beleidsperspectief kennen. Ik wilde <strong>het</strong> mbo ook als<br />
docent ervaren en daarom besloot ik om weer voor de<br />
klas te gaan staan.”<br />
GEZIEN WORDEN<br />
De voormalige beleidsmedewerker begon met <strong>het</strong> opzetten<br />
van een niveau 1-opleid<strong>in</strong>g en met <strong>het</strong> lesgeven aan<br />
deze leerl<strong>in</strong>gen van niveau 1. “Sommige leerl<strong>in</strong>gen zitten<br />
op dit niveau vanwege hun cognitief vermogen. Anderen<br />
hebben complexe problemen en weer andere leerl<strong>in</strong>gen<br />
zijn slecht gemotiveerd. Voor de niveau 1-leerl<strong>in</strong>gen heb<br />
ik een speciaal traject opgezet: ik had een eigen klas, ik gaf<br />
ze meerdere vakken, we werkten <strong>in</strong> een kle<strong>in</strong> team voor<br />
een kle<strong>in</strong> groepje studenten en <strong>in</strong> een vast lokaal. Dat is<br />
ook de kracht, want ze hebben een aanspreekpunt en <strong>het</strong><br />
biedt structuur. Als iemand er niet was, belde of mailde ik<br />
er gelijk achteraan: ‘Waar ben je, waarom ben je niet op<br />
school?’ Zo bouw je een vertrouwensband met ze op.<br />
Daarmee geef je aan: ik zie je,<br />
en ik merk <strong>het</strong> als je er niet bent<br />
Dat v<strong>in</strong>den ze echt belangrijk; een leerl<strong>in</strong>g zei dat ook<br />
tegen me: ‘Als ik er niet ben, krijg ik gelijk een mailtje:<br />
waarom was je niet op school? Soms baal ik: alweer zo’n<br />
mailtje, maar eigenlijk v<strong>in</strong>d ik <strong>het</strong> heel fijn dat u <strong>het</strong> doet.<br />
Dat <strong>het</strong> is opgevallen dat ik er niet was en dat u toch wilt<br />
dat ik naar school kom.’”<br />
118 Boutalab vult aan: “Dat waarderen ze. Dat <strong>het</strong> je is opgevallen<br />
dat ze er niet zijn. Daarmee geef je aan: ik zie je, en<br />
ik merk <strong>het</strong> als je er niet bent.” Zij werkt met niveau 4-leerl<strong>in</strong>gen<br />
en ziet een duidelijk verschil met niveau 1 en 2,<br />
waar <strong>het</strong> aanleren van de meest basale vaardigheden<br />
centraal staat. ‘Wat ik zo leuk v<strong>in</strong>d aan niveau 4-studenten<br />
is dat ze goed aanspreekbaar zijn. Ze kunnen goed met<br />
feedback overweg. Anders dan <strong>in</strong> <strong>het</strong> voortgezet onderwijs,<br />
leid ik studenten op voor een specifiek beroep waarbij<br />
beroepscompetenties centraal staan. Hoe ziet dat eruit,<br />
een professional? Welk gedrag hoort daarbij? Daar<strong>in</strong><br />
probeer ik ze iedere les te ondersteunen.”<br />
respect.” “Precies”, bevestigt Boukarfada. “Het is van belang<br />
dat je heel veel <strong>in</strong> de relatie met studenten <strong>in</strong>vesteert.<br />
Als je dat gelukt is, krijg je ze mee en kun je echt resultaten<br />
boeken.”<br />
119<br />
Wanneer ze over hun leerl<strong>in</strong>gen praten, straalt <strong>het</strong><br />
enthousiasme van hun gezichten. Hier zitten twee jonge<br />
vrouwen met een roep<strong>in</strong>g en een grote betrokkenheid.<br />
Boukarfada: “Ik kies voor dit vak omdat ik hier een verschil<br />
kan maken. Leerl<strong>in</strong>gen komen b<strong>in</strong>nen en zeggen: ‘Ik heb<br />
altijd gehoord dat ik niet kan leren en nu hoor ik voor <strong>het</strong><br />
eerst dat ik <strong>het</strong> wel kan.’ Dan zie je ze echt groeien en dat<br />
v<strong>in</strong>d ik heel mooi om te zien. Sommige leerl<strong>in</strong>gen komen<br />
b<strong>in</strong>nen op niveau 1, maar slagen er<strong>in</strong> de opleid<strong>in</strong>g op<br />
niveau 2 of 3 af te ronden. Een prestatie die ze eerst nooit<br />
voor mogelijk hadden gehouden.” “Dat maakt verschil,<br />
dat iemand vertrouwen <strong>in</strong> ze heeft. Dat we <strong>in</strong> ze geloven”,<br />
aldus Boutalab. “Daarmee w<strong>in</strong> je hun vertrouwen en<br />
BEWUSTE KEUZE<br />
Een vak als burgerschap, dat Boukarfada aan haar niveau<br />
2-studenten doceert, probeert jongeren een stevige basis<br />
mee te geven. “We zien heel wat problemen voorbij<br />
komen en die beperken zich meestal niet tot één dome<strong>in</strong>.<br />
Gaat <strong>het</strong> thuis niet goed, dan gaat <strong>het</strong> op school ook niet<br />
goed. Daar komen vaak ook nog f<strong>in</strong>anciële problemen bij.<br />
Ongewenste zwangerschappen. En überhaupt: hoe ga<br />
je om met seksualiteit? Of met drugs? Er zijn zo veel<br />
verleid<strong>in</strong>gen. Het vak burgerschap focust daarop: wat zijn<br />
risico’s en hoe kun je daar<strong>in</strong> een bewuste keuze maken.<br />
Dat is best moeilijk voor ze.” “Voor studenten van de lagere<br />
niveaus is logisch redeneren over <strong>het</strong> algemeen lastig”,<br />
heeft Boukarfada geconstateerd. “Ik denk dat bepaalde
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
problemen ook wel op <strong>het</strong> hbo voorkomen, maar die jongeren<br />
zijn beter <strong>in</strong> staat om de regie te nemen en naar<br />
oploss<strong>in</strong>gen te zoeken. Hbo-studenten zijn over <strong>het</strong> algemeen<br />
zelfstandiger. Ze zien eerder de verschillende mogelijkheden<br />
en weten waar ze hulp kunnen zoeken. Het zou<br />
natuurlijk ook kunnen dat hbo-studenten hun problemen<br />
beter verborgen weten te houden voor hun docenten.<br />
Wij zijn als school erg betrokken bij studenten en v<strong>in</strong>den<br />
de persoonlijke relatie belangrijk. Op <strong>het</strong> mbo gelden<br />
soms ook andere regels, leerl<strong>in</strong>gen moeten namelijk een<br />
startkwalificatie halen. Daarbij zijn sommigen ook nog<br />
leerplichtig. We hebben een wettelijke verplicht<strong>in</strong>g om<br />
daar veel meer op <strong>in</strong> te zetten.”<br />
Natuurlijk merken ze wel eens dat sommige leerl<strong>in</strong>gen<br />
<strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g komen met justitie, bijvoorbeeld als Bureau<br />
Jeugdzorg of de Reclasser<strong>in</strong>g zich meldt voor een gesprek.<br />
Maar aan hun docenten vertellen dat ze iets hebben<br />
gedaan wat niet mag, dat doen leerl<strong>in</strong>gen niet zo gauw.<br />
Boutalab begrijpt dat wel. “Wanneer een student iets<br />
vertelt wat nadelige gevolgen voor hem of haar heeft, dan<br />
moet je als docent, en als school, er ook iets mee doen.<br />
Het is <strong>in</strong> ieder geval van groot belang dat ik <strong>het</strong> vertrouwen<br />
van de student behoud en dat ik hem of haar verder kan<br />
begeleiden.” Ze vult aan: “Ik werk voor een juridische<br />
opleid<strong>in</strong>g. Een belangrijke vraag die we tijdens de <strong>in</strong>take<br />
stellen is of een student antecedenten heeft. Dat is<br />
belangrijk als een student later bijvoorbeeld juridisch<br />
medewerker wil worden.”<br />
doen? Proberen een steentje bij te dragen door hem of<br />
haar <strong>in</strong> te laten zien dat elke actie een gevolg heeft.<br />
Dat zien ze vaak niet. Een aantal studenten kan primair<br />
reageren, ze reageren <strong>in</strong> <strong>het</strong> hier en nu. Vooruitdenken<br />
en doelen stellen voor de lange termijn, dat kan lastig zijn<br />
voor mbo-studenten. In mijn visie speelt de docent een<br />
belangrijke rol <strong>in</strong> <strong>het</strong> creëren van <strong>het</strong> bewustzijn welk<br />
effect hun gedrag op anderen heeft. Het is voor een<br />
student soms moeilijk om zijn eigen gedrag te begrijpen,<br />
laat staat wat dat gedrag met een ander doet.”<br />
Ze slaan een hulpaanbod af omdat ze niet goed weten<br />
wat ze eraan hebben. Wat voor verschil kun je voor hen<br />
maken? Daarom zou <strong>het</strong> helemaal geen slecht idee zijn<br />
als Slachtofferhulp Nederland op scholen voorlicht<strong>in</strong>g zou<br />
gaan geven.” “Of een soort wekelijks spreekuur houden”,<br />
doet Boutalab een duit <strong>in</strong> <strong>het</strong> zakje. “Er hangt daar”, en<br />
Boukarfada wijst naar de gang, “een poster van FiS, dat is<br />
<strong>het</strong> F<strong>in</strong>ancieel Spreekuur. Daar kunnen studenten terecht<br />
met f<strong>in</strong>anciële problemen. Medewerkers van FiS komt<br />
regelmatig <strong>in</strong> de klassen vertellen wat ze doen. De schoolmaatschappelijk<br />
werkster doet dat ook. Dan hebben leerl<strong>in</strong>gen<br />
er een gezicht bij, <strong>het</strong> is bij wijze van spreken dicht<br />
bij huis en dat is drempelverlagend. Op Blackboard, ons<br />
digitale leersysteem, staan knoppen om direct advies te<br />
Slachtofferschap is ook al geen gemakkelijk onderwerp.<br />
Boukarfada: “Leerl<strong>in</strong>gen die slachtoffer zijn geworden, zijn<br />
nogal eens boos op zichzelf. Boos omdat ze niet gehan-<br />
PRIMAIR REAGEREN<br />
deld hebben zoals ze dachten dat ze zouden doen. Ze vragen op <strong>het</strong> gebied van f<strong>in</strong>anciën, zorg, studieloopbaan.<br />
120 Ze zijn zich ervan bewust dat <strong>het</strong> mbo niet altijd zo’n goed<br />
vonden zich heel erg assertief en dachten goed voor<br />
Het zou mooi zijn als Slachtofferhulp ook onder zo’n knop<br />
121<br />
imago heeft en − zeker wat betreft de lagere niveaus − als<br />
<strong>het</strong> afvoerputje van <strong>het</strong> beroepsonderwijs wordt gezien.<br />
Desondanks hebben Boukarfada en Boutalab niet <strong>het</strong> idee<br />
dat hun studenten op school bovengemiddeld veel <strong>in</strong><br />
aanrak<strong>in</strong>g komen met crim<strong>in</strong>aliteit. Goed, er hangen<br />
camera’s <strong>in</strong> de school. Die zijn echter niet bedoeld om<br />
leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de gaten te houden, maar om ongewenste<br />
bezoekers van buiten de school te weren. “Dit schijnt niet<br />
zo’n beste wijk te zijn”, verklaart Boutalab en Boukarfada<br />
beaamt dat. “Je moet leerl<strong>in</strong>gen wel veiligheid bieden.”<br />
“Ik denk trouwens dat <strong>het</strong> wel meevalt met <strong>het</strong> crim<strong>in</strong>ele<br />
gedrag van onze studenten”, aldus Boukarfada. “Volgens<br />
mij heeft <strong>het</strong> vaak te maken met frustratie en <strong>het</strong> feit dat<br />
ze soms niet weten hoe ze met hun emoties om kunnen<br />
gaan. Een docent moet hier bewust van zijn. Gaat <strong>het</strong> fout<br />
bij leerl<strong>in</strong>gen en krijgen ze met een jeugdzorgwerker of<br />
reclasser<strong>in</strong>gsambtenaar te maken, dan is <strong>het</strong> belangrijk<br />
dat je vanuit de school zo’n leerl<strong>in</strong>g ook aanspreekt. Hoe<br />
is iemand <strong>in</strong> deze situatie terechtgekomen, hoe heeft<br />
iemand gehandeld en wat had hij of zij beter kunnen<br />
zichzelf op te kunnen komen, maar op <strong>het</strong> moment zelf<br />
bevriezen ze en kunnen ze niets doen. Voor hen is dat toch<br />
een schok, ze kunnen moeilijk accepteren dat ze anders<br />
reageren dan ze <strong>in</strong> normale situaties zouden doen. Het<br />
slaat een deuk <strong>in</strong> hun zelfbeeld en daar moeten ze eerst<br />
overheen. Je moet ze helpen realiseren dat <strong>het</strong> niet hun<br />
fout is. Dat <strong>het</strong> juist heel normaal is dat ze zo reageren en<br />
dat <strong>het</strong> anderen ook overkomt.”<br />
SPREEKUUR EN HULPBUTTON<br />
zit. En docenten kunnen ook wat doen. Ik zou als<br />
Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong>zetten op de docenten die de<br />
sociale vakken geven. Hen goed <strong>in</strong>formeren zodat zij leerl<strong>in</strong>gen<br />
erop kunnen attenderen, of hen een aansprekende<br />
folder of een <strong>in</strong>ternetl<strong>in</strong>k kunnen geven of zo.”<br />
De beide docentes denken dat <strong>het</strong> weliswaar achterhaalde,<br />
maar hardnekkig stand houdende ‘arm-om-de-schouder’-<br />
imago van Slachtofferhulp Nederland geen pre is bij<br />
jongeren. Als jongeren beter zouden weten wat de<br />
De docenten merken dat leerl<strong>in</strong>gen vaak niet weten<br />
organisatie op praktisch en juridisch gebied voor hen kan<br />
wat te doen wanneer hen iets overkomt. “Ik vraag wel<br />
doen, zouden ze een hulpaanbod m<strong>in</strong>der snel afslaan, is<br />
eens waarom studenten geen aangifte doen”, vertelt<br />
hun <strong>in</strong>schatt<strong>in</strong>g. En de gouden tip om jongeren beter te<br />
Boukarfada. “Voor hen is <strong>het</strong> gewoon klaar. Ze willen geen bereiken? Boutalab weet <strong>het</strong> wel. “Zorg voor een reclamespot<br />
problemen thuis. Ze denken dat <strong>het</strong> probleem weg is als<br />
tijdens Goede Tijden Slechte Tijden. Of nog beter,<br />
ze <strong>het</strong> er niet meer over hebben. Zo werkt <strong>het</strong> dus niet. dat <strong>in</strong> <strong>het</strong> script een gebeurtenis wordt opgenomen<br />
Maar hulp vragen en over jezelf praten kunnen ze lastig waarbij Slachtofferhulp wordt <strong>in</strong>geschakeld. Want daar<br />
v<strong>in</strong>den. En dan ook nog eens met iemand die je niet kent kijken ze bijna allemaal naar.”<br />
en waarvan je niet weet wat die voor je kan betekenen.<br />
Gaat <strong>het</strong> thuis niet goed,<br />
dan gaat <strong>het</strong> op school ook niet goed
Alles wat<br />
hulp heet, heeft<br />
een imago<br />
Joey (14) deed ondanks angst<br />
voor wraak door de dader<br />
toch aangifte bij de politie<br />
122 123<br />
INTERVIEW<br />
School hoort een veilige plaats voor jongeren<br />
te zijn, maar de realiteit is soms net even anders,<br />
zo heeft Joey 1 aan de lijve ervaren. De vmbo’er<br />
autotechniek werd <strong>in</strong> elkaar geslagen door een<br />
schoolgenoot en liep fl<strong>in</strong>ke kneuz<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> zijn<br />
gezicht en een gebroken teen op. Hij wil wel<br />
meewerken aan een <strong>in</strong>terview over zijn ervar<strong>in</strong>gen.<br />
Want, zo v<strong>in</strong>dt hij, “als je een ander ermee kunt<br />
helpen, waarom niet?” Dus is hij met zijn moeder<br />
op een grijze woensdag morgen naar <strong>het</strong> politiebureau<br />
gekomen waar <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview plaatsv<strong>in</strong>dt.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
De mishandel<strong>in</strong>g gebeurde tijdens de pauze op <strong>het</strong><br />
campusterre<strong>in</strong>, beg<strong>in</strong>t Joey zijn verhaal. “Ik had een blikje<br />
cola <strong>in</strong> mijn handen en een jongen schopte hem zo uit<br />
mijn hand. ‘Doe even normaal, man, dat doe je toch niet’,<br />
reageerde ik. Toen hij dom begon te doen zei ik nog een<br />
keer: ‘Doe normaal.’ Toen kwam hij op mij af en <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
beg<strong>in</strong> kon ik hem nog wel van me afhouden. Hij begon<br />
weer over dat blikje en toen zei ik: ‘Laat nou gewoon.’<br />
Vervolgens begon hij van alles over mijn moeder te<br />
schreeuwen, dat ze gehandicapt is en zo. Ik zei: ‘Ik zeg<br />
toch ook niet dat jouw moeder gehandicapt is?’ Toen<br />
schreeuwde hij: ‘Wat, mijn moeder is gehandicapt!?’ En<br />
hij begon op me <strong>in</strong> te slaan. Ik zag <strong>het</strong> eerst niet, want ik<br />
wilde iets uit mijn tas pakken en toen ik omhoog kwam<br />
stond hij al voor me met zijn vuisten en g<strong>in</strong>g ik naar de<br />
grond. Dan kun je niets meer. Hij begon te slaan, met zijn<br />
vuisten <strong>in</strong> mijn gezicht, hij heeft me bij de keel gepakt, ik<br />
kreeg zelfs een kopstoot, hij draaide helemaal door. Dan<br />
staan er vijf vrienden om je heen en die doen helemaal<br />
niets. Je ligt daar en je kan gewoon niets.”<br />
TOKKIES<br />
Op een geven moment zag hij een kans om weg te komen.<br />
Daarna stond hij <strong>in</strong> dubio. Teruggaan naar school? “Bij ons<br />
op school hebben we lokaal negen. Daar ga je heen als je<br />
eruit wordt gestuurd en er is altijd een leraar aanwezig.<br />
Daar wilde ik niet heen, want ik wilde geen problemen<br />
met de jongen die mij <strong>in</strong> elkaar had geslagen. Maar ik<br />
haalde mijn hand over mijn gezicht”, hij maakt een vegend<br />
gebaar, “en ik zag allemaal bloed. Toen ben ik er toch maar<br />
heen gegaan. Ik heb wel een half uur uit mijn neus<br />
gebloed. Het probleem is dan dat je <strong>in</strong> dat lokaal zit en die<br />
jongen wordt ook opgehaald. Dus je zit samen <strong>in</strong> dat hok.<br />
En dan stellen ze aan mij de vraag of hij geschorst moet<br />
worden of niet. Natuurlijk durfde ik echt niet te zeggen<br />
dat hij geschorst moest worden. Ik was echt bang voor die<br />
jongen. Dat wilde ik op dat moment niet laten merken,<br />
dus ik probeerde er zo nuchter mogelijk over te doen.” Hij<br />
is nog steeds verbolgen over de manier waarop <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident<br />
op dat moment werd afgehandeld. “Ze hadden hem<br />
tenm<strong>in</strong>ste <strong>in</strong> een ander lokaal kunnen zetten. Want<br />
natuurlijk wilde ik dat hij geschorst werd.” De dader komt<br />
uit een gez<strong>in</strong> dat als asociaal bekend staat. ‘Tokkies’, <strong>in</strong> de<br />
kwalificatie van Joey. “Het was ook niet de eerste of tweede<br />
keer dat hij dit gedaan heeft.” De oploss<strong>in</strong>g van de school<br />
op dat moment: handen schudden en zand erover.<br />
“Ik ben <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie wel gebeld”, vertelt Ellen, Joey’s<br />
moeder, “maar uit dat gesprek kreeg ik helemaal niet de<br />
<strong>in</strong>druk dat <strong>het</strong> een dikke vechtpartij was geweest, meer<br />
Dan staan er vijf vrienden om je heen<br />
en die doen helemaal niets.<br />
Je ligt daar en je kan gewoon niets<br />
een uit de hand gelopen ruzietje. Totdat ik thuiskwam en<br />
hem zag.” Joey’s gezicht was <strong>in</strong>middels fl<strong>in</strong>k opgezwollen.<br />
“Toen schrok ik wel. Later heeft de school ook toegegeven<br />
<strong>het</strong> verkeerd te hebben <strong>in</strong>geschat, want hij heeft fl<strong>in</strong>k<br />
letsel opgelopen. Dat hij zelfs iets gebroken had, was de<br />
aanleid<strong>in</strong>g om toch aangifte te doen bij de politie. Dat was<br />
echt te gek, dat moet je elkaar op die leeftijd niet aan willen<br />
doen.” “Ik wilde eerst helemaal geen aangifte doen, want ik<br />
was doodsbang”, gaat Joey verder. “Die jongen is natuurlijk<br />
geen fan van de politie. Ik wist dat hij wel vaker d<strong>in</strong>gen<br />
deed die niet door de beugel kunnen. Straks ga ik aangifte<br />
doen en krijgt hij misschien last met de politie en dan is<br />
<strong>het</strong> mijn schuld. Dan staat hij straks voor m’n deur. Maar<br />
toen dacht ik: zo veel kan me nu ook weer niet gebeuren,<br />
want allebei mijn ouders werken bij de politie. Toch bleef<br />
<strong>het</strong> moeilijk, want je vrienden worden er ook bij betrokken.”<br />
“Die moeten gehoord worden en getuigen”, vult zijn moeder<br />
aan, “dat maakt <strong>het</strong> natuurlijk lastig.”<br />
GEEN SCHADEVERGOEDING<br />
Joey deed aangifte en tot zijn oplucht<strong>in</strong>g is de dader nooit<br />
verhaal komen halen. “Als ik van de ene naar de andere<br />
leslocatie loop dan kom ik hem wel eens tegen. Dan zeg<br />
ik natuurlijk niets en probeer ik maar net te doen of ik hem<br />
niet zie.” De jongen is uite<strong>in</strong>delijk veroordeeld tot vijftien<br />
uur werkstraf. Over de afhandel<strong>in</strong>g van de zaak en de uitkomst<br />
zijn Joey en Ellen allerm<strong>in</strong>st te spreken. De zaak is<br />
door de officier van justitie zelf afgedaan <strong>in</strong> OTP-zitt<strong>in</strong>g. 2<br />
Joey en zijn ouders mochten er niet bij aanwezig zijn.<br />
“Als slachtoffer kan hij zijn verhaal niet kwijt”, aldus Ellen.<br />
“De dader zit daar alleen met zijn advocaat zijn verhaal te<br />
doen en that’s it. Er is geen wederpartij die vertelt hoe <strong>het</strong><br />
zit. Dat moeten ze dan uit <strong>het</strong> dossier halen. Over de angst<br />
die hij <strong>in</strong> <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> had en de f<strong>in</strong>anciële schade die je lijdt,<br />
wordt verder helemaal niet gesproken. We hadden een<br />
schadevorder<strong>in</strong>g <strong>in</strong>gediend, daar heeft Slachtofferhulp<br />
ons mee geholpen. Wij hebben de materiële kosten aangedragen<br />
en de Slachtofferhulpmedewerker heeft gekeken<br />
naar wat er <strong>in</strong> vergelijkbare zaken aan smartengeld is<br />
geëist. Allemaal keurig onderbouwd.” De schadevorder<strong>in</strong>g<br />
werd niet-ontvankelijk verklaard. “De vorder<strong>in</strong>g was blijkbaar<br />
te complex, dat moesten we maar civiel oppakken”,<br />
zegt ze. Om met enige verontwaardig<strong>in</strong>g te vervolgen:<br />
“Het is tot op de cent nauwkeurig beschreven, dus hoe<br />
moeilijk kan <strong>het</strong> zijn? Het kan toch niet zo zijn dat zo’n jongen<br />
jou schade toebrengt en dat je er dan als slachtoffer<br />
zelf nog achteraan moet via de civiele rechter. Wij hebben<br />
als ouders extra kosten moeten maken omdat die jongen<br />
zijn handjes niet thuishoudt. En dat was ook niet de eerste<br />
keer. Hij heeft nooit laten merken dat hij spijt had, ook de<br />
ouders niet. Als Joey zoiets zou doen, zouden wij direct<br />
contact zoeken met die ouders en excuses aanbieden. Als<br />
je zo’n jongen wat wil leren dan zou ik tijdens zo’n gesprek<br />
zeggen: ‘Je krijgt vijftien uur werkstraf en omdat we v<strong>in</strong>den<br />
dat <strong>het</strong> jouw schuld is, moet jij ook de kosten van <strong>het</strong><br />
slachtoffer vergoeden, en niet je ouders. Jij moet zorgen<br />
dat <strong>het</strong> geld op tafel komt.’ Zo veel was <strong>het</strong> uite<strong>in</strong>delijk<br />
niet, iets van 89 euro <strong>in</strong> totaal. Dat zet hem misschien aan<br />
<strong>het</strong> denken: ‘O, wat ik doe heeft toch wel consequenties.’<br />
Daarom willen we een pog<strong>in</strong>g doen om <strong>het</strong> alsnog voor<br />
de rechter te krijgen.”<br />
124 125<br />
ARTIKEL 12-PROCEDURE<br />
Daartoe hebben ze een zogenaamde artikel 12<br />
Sv-procedure aan gespannen. Is een slachtoffer <strong>het</strong> niet<br />
eens met een bepaalde besliss<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> Openbaar<br />
M<strong>in</strong>isterie (OM), dan kan hij daartegen bezwaar aantekenen<br />
bij <strong>het</strong> Gerechtshof. (Hetzelfde geldt overigens voor<br />
een verdachte.) Het kan bijvoorbeeld gaan om een besliss<strong>in</strong>g<br />
om <strong>het</strong> opspor<strong>in</strong>gsonderzoek stop te zetten, de
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
In <strong>het</strong> hele<br />
proces is <strong>het</strong><br />
slachtoffer<br />
eigenlijk zoek<br />
Terwijl <strong>het</strong><br />
slachtoffer<br />
eigenlijk voorop<br />
zou moeten<br />
staan<br />
verdachte niet te vervolgen, of een besluit van de officier<br />
om de schadevorder<strong>in</strong>g niet mee te nemen <strong>in</strong> afhandel<strong>in</strong>g<br />
van een zaak. Het Gerechtshof beoordeelt dan de zaak<br />
opnieuw en kan <strong>het</strong> OM de opdracht geven zijn besliss<strong>in</strong>g<br />
te herzien, of <strong>het</strong> Hof neemt zelf een besliss<strong>in</strong>g. Het is een<br />
langdurige procedure, en de kans op succes is niet zo<br />
groot, maar Joey en zijn ouders willen zich niet zomaar<br />
buiten spel laten zetten: “Het gaat uite<strong>in</strong>delijk toch om <strong>het</strong><br />
slachtoffer?”<br />
De opgelegde straf, daar valt nog wel mee te leven. Joey<br />
had liever gezien dat de dader alle veertig uur van de<br />
aanvankelijk geëiste werkstraf had gekregen, <strong>in</strong> plaats van<br />
vijftien uur. Hij twijfelt ook of de werkstraf een groot pedagogisch<br />
effect gaat hebben. Maar opsluiten hoeft voor<br />
hem niet. “Dat helpt ook niet. Stel hij zit een jaar en dan<br />
komt hij buiten en beg<strong>in</strong>nen de problemen opnieuw. Ik<br />
denk dat die jongen professionele hulp nodig heeft, want<br />
hij spoort niet. Een week nadat hij mij had gepakt, trapte<br />
hij een ander zomaar van zijn fiets af. En zijn ouders doen<br />
er niets aan.”<br />
ZELF JE RECHT HALEN<br />
Mocht <strong>het</strong> tot een rechtszitt<strong>in</strong>g komen, dan wil Joey erbij<br />
zijn. Op de vraag waarom, moet hij even zoeken naar<br />
woorden. “Als ik erbij ben, kan hij zien wat hij iemand<br />
heeft aangedaan. Daar heeft hij volgens mij helemaal<br />
geen beeld van. Als hij daartoe al <strong>in</strong> staat is.” Bovendien<br />
heeft Joey <strong>het</strong> gevoel dat <strong>het</strong> zijn zaak is. “Ik kan wel thuis<br />
blijven zitten wachten op de uitslag, maar dan…” Zijn<br />
moeder vult aan: “In <strong>het</strong> hele proces is <strong>het</strong> slachtoffer<br />
eigenlijk zoek. Terwijl <strong>het</strong> slachtoffer eigenlijk voorop zou<br />
moeten staan. Er zijn misschien wel slachtofferrechten op<br />
papier, maar je moet je recht zelf halen.”<br />
Behalve de juridische gevolgen heeft <strong>het</strong> gebeuren ook<br />
de nodige psychische impact gehad op de tiener. Zijn vertrouwen<br />
<strong>in</strong> mensen heeft een deuk opgelopen. “Als je met<br />
een groepje mensen staat, ben je gewoon bang dat er iets<br />
gebeurt. Als ik <strong>het</strong> gevoel heb dat iets of iemand niet<br />
klopt, dan ben ik weg. Hiervoor was ik met iedereen<br />
bevriend, ik had heel veel vrienden. Maar nu… Ik heb een<br />
paar vrienden en daar houdt <strong>het</strong> ook mee op. Joey heeft<br />
ook emotionele ondersteun<strong>in</strong>g van Slachtofferhulp<br />
Nederland gehad om de nare ervar<strong>in</strong>g te verwerken. “In<br />
<strong>het</strong> beg<strong>in</strong> wilde ik geen Slachtofferhulp, want ik heb toch<br />
mijn ouders. Maar die zijn allebei bij de politie en hebben<br />
soms de neig<strong>in</strong>g om d<strong>in</strong>gen door een politiebril te zien.<br />
Dan v<strong>in</strong>d ik <strong>het</strong> soms moeilijk om d<strong>in</strong>gen met hen te<br />
bespreken… Als je bijvoorbeeld zegt dat je ergens last van<br />
hebt., v<strong>in</strong>den ze er gelijk iets van.” “Dat was <strong>in</strong>derdaad lastig<br />
voor hem”, beaamt Ellen. “Maar op een gegeven moment<br />
beg<strong>in</strong> je je toch zorgen te maken. Daarom heb ik gebeld.”<br />
AANGIFTE DOEN<br />
Een Slachtofferhulpmedewerker kwam bij Joey op huisbezoek.<br />
“In <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> was <strong>het</strong> een beetje raar, ik wist niet<br />
goed wat ik kon verwachten.” Maar praten met een relatieve<br />
vreemde bleek toch wel te werken. “Hij heeft uitgelegd<br />
wat je kunt verwachten als je zoiets overkomen is. Toen<br />
heb ik verteld wat er gebeurd was en hij vroeg daar wat<br />
op door. En op een gegeven moment − we hadden afgesproken<br />
op een bepaalde tijd te stoppen − was <strong>het</strong><br />
gewoon een uur later. We hebben gepraat over waar ik me<br />
zorgen over maakte, maar hij heeft me ook laten praten<br />
over mijn <strong>in</strong>teresses en zo. Dat maakt wel dat je je beter<br />
voelt als hij weer weg gaat. Dan denk je: ja, er zijn ook nog<br />
andere d<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> leven.” Na twee gesprekken vond hij<br />
<strong>het</strong> genoeg en is <strong>het</strong> contact beë<strong>in</strong>digd.<br />
Joey begrijpt wel dat jongeren niet zo snel contact zoeken<br />
met Slachtofferhulp Nederland of een hulpaanbod aanvaarden.<br />
Zelf had hij immers ook zo zijn bedenk<strong>in</strong>gen.<br />
“Ik dacht: dan komt er zo’n alternatievel<strong>in</strong>g een beetje<br />
over je problemen praten.” In de praktijk pakte <strong>het</strong> heel<br />
anders uit, maar hij vermoedt dat de organisatie bij veel<br />
jongeren wel een soft imago heeft. “Alles wat hulp heet,<br />
heeft een imago. Jongeren willen geen hulp, ze willen<br />
<strong>het</strong> zelf doen. Bovendien, slachtoffer zijn is een teken van<br />
zwakte hier. Dan ben je al snel een dikke miet.” Hoe<br />
Slachtofferhulp Nederland meer jongeren zou kunnen<br />
bereiken? Joey denkt even na en zegt dan met een grijns:<br />
“Gratis een nieuwe telefoon geven bij elke keer dat je<br />
geholpen wordt.” Zijn moeder pleit voor foldermateriaal<br />
dat qua vormgev<strong>in</strong>g en <strong>in</strong>houd beter bij de doelgroep<br />
aansluit. Een advies wil Joey zijn leeftijdsgenoten nog wel<br />
meegeven: “Geen aangifte doen is dom. De dader denkt<br />
dan dat hij <strong>het</strong> nog wel een keer kan doen, want er<br />
gebeurt toch niets. Ik was eerst ook bang voor problemen.<br />
Maar zo kun je de dader misschien een beetje laten voelen:<br />
ik wil niet dat jij mij zo behandelt.”<br />
126 127<br />
1)<br />
De naam van Joey is om privacyredenen veranderd.<br />
2)<br />
Een speciale zitt<strong>in</strong>g voor m<strong>in</strong>derjarige verdachten waarbij geen rechter<br />
aanwezig is. OTP staat voor ‘Oproep Ten Parkette’ (bij meerderjarige verdachten<br />
heeft men <strong>het</strong> over een TOM-zitt<strong>in</strong>g, dit staat voor ‘Taakstrafzitt<strong>in</strong>g Openbaar<br />
M<strong>in</strong>isterie’. De officier van justitie of een parketsecretaris doen tijdens een<br />
dergelijke zitt<strong>in</strong>g een strafvoorstel. Het voorstel kan bijvoorbeeld bestaan uit<br />
<strong>het</strong> aanbieden van een werkstraf (van maximaal zestig uur) of een leertraject<br />
of uit de betal<strong>in</strong>g van de schade aan <strong>het</strong> slachtoffer. Alleen strafbare feiten<br />
waar een maximum gevangenisstraf op staat van m<strong>in</strong>der dan zes jaar kunnen<br />
op deze wijze afgedaan worden.
Ik geloof heilig<br />
<strong>in</strong> mediation<br />
Jongerenofficier Isabeth Mijnarends<br />
(48) ziet strafrecht als uiterste middel<br />
128 129<br />
INTERVIEW<br />
“Mijn expertise betreft natuurlijk vooral jonge<br />
verdachten”, zegt officier van justitie Isabeth<br />
Mijnarends enigsz<strong>in</strong>s verontschuldigend aan<br />
<strong>het</strong> beg<strong>in</strong> van <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview over jongeren en<br />
slachtofferschap is. Maar tijdens <strong>het</strong> gesprek<br />
komt al snel aan de orde dat de grens tussen<br />
dader- en slachtofferschap fl<strong>in</strong>terdun kan zijn.<br />
En dat <strong>het</strong> strafrecht zo zijn beperk<strong>in</strong>gen heeft<br />
om met beide vormen om te gaan.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Mijnarends is jongerenofficier, een betrekkelijk nieuw<br />
fenomeen <strong>in</strong> <strong>het</strong> Nederlandse strafrecht. Deze uitbreid<strong>in</strong>g<br />
van haar functie − ze was tot 2012 jeugdofficier – vond<br />
plaats vooruitlopend op de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> adolescentenrecht<br />
<strong>in</strong> april 2014. In een kantoor dat uitziet over<br />
de sporenkluwen van Utrecht Centraal vertelt ze over haar<br />
passie voor <strong>het</strong> jeugd- en jongerenrecht. Als er even een<br />
korte stilte valt, is <strong>het</strong> metalige schrapen hoorbaar waarmee<br />
de tre<strong>in</strong>en beneden <strong>in</strong> de diepte van spoor wisselen.<br />
“Ik heb nog steeds de hoop − soms is <strong>het</strong> misschien een<br />
illusie − dat je met strafrecht gedrag kunt bijsturen <strong>in</strong> een<br />
positieve richt<strong>in</strong>g. Of liever gezegd, dat strafrecht erop<br />
gericht moet zijn om gedrag bij te sturen <strong>in</strong> een positieve<br />
richt<strong>in</strong>g. Dat is best <strong>in</strong>gewikkeld omdat <strong>het</strong> niet zo vaak<br />
lukt.” Doelend op de rechterlijke macht, zegt ze: “Wij zitten<br />
helemaal aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de, wanneer <strong>het</strong> leed al is geschied<br />
en levens al zijn gevormd.”<br />
Behalve jongerenofficier is Mijnarends ook een dag per<br />
week bijzonder hoogleraar K<strong>in</strong>derstrafrecht aan de<br />
Universiteit van Leiden. “Dat v<strong>in</strong>d ik heel leuk om erbij te<br />
doen. De Landelijke Verenig<strong>in</strong>g voor Jeugdrecht f<strong>in</strong>anciert<br />
mijn leerstoel en ik probeer daarb<strong>in</strong>nen de theorie en de<br />
praktijk aan elkaar te koppelen om de kruisbestuiv<strong>in</strong>g zo<br />
groot mogelijk te maken.”<br />
HEKJES EN HOKJES<br />
Het nieuwe adolescentenstrafrecht geeft de officier van<br />
justitie de mogelijkheid een verdachte tussen de 18 en de<br />
23 jaar te laten berechten volgens <strong>het</strong> jeugdstrafrecht.<br />
“Niet de biologische leeftijd, maar de ontwikkel<strong>in</strong>gsleeftijd<br />
van de verdachte staat dan centraal. Dat kan <strong>het</strong> verschil<br />
betekenen tussen je straf uitzitten <strong>in</strong> een jeugd<strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g<br />
of <strong>in</strong> een penitentiaire <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g voor volwassenen, waar<br />
toch wel een andere dynamiek heerst”, legt ze uit. “In de<br />
uitvoer<strong>in</strong>gsfase van de straf kun je ook een ander soort<br />
begeleid<strong>in</strong>g opleggen, die beter aansluit bij de noden en<br />
behoefte van de veroordeelde. Volwassenen krijgen<br />
reclasser<strong>in</strong>gsbegeleid<strong>in</strong>g. Komen ze niet opdagen, nou,<br />
dan komen ze toch niet opdagen. Terwijl jeugdbegeleid<strong>in</strong>g<br />
meer op <strong>het</strong> <strong>in</strong>dividu is gericht. Is hij bijvoorbeeld<br />
<strong>in</strong> staat aan de voorwaarden te voldoen of heeft hij toch<br />
meer hekjes en hokjes om zich heen nodig? Dat v<strong>in</strong>d ik<br />
<strong>het</strong> mooie ervan. Er moet overigens nog wel heel wat<br />
water naar de zee voordat <strong>het</strong> volledig functioneert.<br />
Ik merk dat volwassenenofficieren nog vaak met een volwassenenbril<br />
kijken, en dat geldt ook voor rechters. Dus<br />
<strong>het</strong> hele concept van die leeftijdsgrens loslaten en meer<br />
kijken naar de ontwikkel<strong>in</strong>gsleeftijd, ja, dat heeft tijd<br />
nodig.”<br />
Wij zitten helemaal aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de,<br />
wanneer <strong>het</strong> leed al is geschied<br />
en levens al zijn gevormd<br />
ROL VAN STRAFRECHT<br />
“Het verschil tussen jeugdzaken en reguliere zaken is dat<br />
een jongerenofficier meer bezig is met de buitenwereld.<br />
Bij jeugdzaken zijn veel meer ketenpartners betrokken.<br />
Denk maar aan de Raad voor de K<strong>in</strong>derbescherm<strong>in</strong>g,<br />
Bureau Jeugdzorg, de gemeente met zijn leerplichtambtenaren<br />
en allerlei hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties. Het gaat<br />
dus niet om <strong>het</strong> puur vergelden, wat bij <strong>het</strong> afdoen van<br />
strafzaken bij volwassenen meer de leidraad is. Het is de<br />
pedagogische notie die typerend is voor <strong>het</strong> jeugdstrafrecht.<br />
Dat je van je fouten moet leren en pas <strong>in</strong> laatste<br />
<strong>in</strong>stantie van je vrijheid mag worden beroofd. Daar zit<br />
altijd spann<strong>in</strong>g, want wij hebben ook met de samenlev<strong>in</strong>g<br />
en de slachtoffers te maken. De rechterlijke macht de<strong>in</strong>t<br />
mee op de gevoelens van de samenlev<strong>in</strong>g. Rechters en<br />
officieren zijn niet ongevoelig voor de geluiden uit de<br />
maatschappij. De utopie van veiligheid en de reflex om<br />
strenger en eerder <strong>in</strong> te grijpen dw<strong>in</strong>gt ons, professionals<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> jeugdrecht, kritisch te blijven kijken naar de rol die<br />
<strong>het</strong> strafrecht moet en kan spelen bij <strong>het</strong> <strong>in</strong>grijpen <strong>in</strong> een<br />
k<strong>in</strong>derleven. Opsluiten van jeugdigen is <strong>in</strong> uiterste gevallen<br />
nodig maar we moeten daar selectief mee omgaan.<br />
Hoe repressiever de samenlev<strong>in</strong>g, hoe banger zij wordt.<br />
En dan is <strong>het</strong> best <strong>in</strong>gewikkeld om de samenlev<strong>in</strong>g uit te<br />
leggen dat we k<strong>in</strong>deren wel kunnen opsluiten, maar dat<br />
daarmee de problemen niet zijn opgelost. Opsluiten biedt<br />
schijnveiligheid.”<br />
MORELE ONTWIKKELING<br />
Jonge verdachten dragen niet zelden een fl<strong>in</strong>ke rugzak vol<br />
problemen en eigen slachtofferervar<strong>in</strong>gen mee. De grens<br />
tussen slachtoffer- en daderschap is niet scherp te trekken.<br />
Ben je <strong>het</strong> een, dan loop je een verhoogde kans ook <strong>het</strong><br />
ander te worden. Mijnarends herkent dat <strong>in</strong> haar eigen<br />
praktijk. “Het Openbaar M<strong>in</strong>isterie gaat nu steeds meer<br />
werken met <strong>het</strong> concept kwetsbare personen. Zorgvuldig<br />
kijken naar wat zij nodig hebben. In de Amerikaanse staat<br />
Florida laten ze jonge verdachten een self-assessment<br />
afleggen om allerlei achterliggende problemen op tafel te<br />
krijgen, zoals trauma’s en slachtofferschap van huiselijk<br />
geweld. In Nederland maakt de Raad voor de K<strong>in</strong>derbescherm<strong>in</strong>g<br />
ook rapportages, maar daar<strong>in</strong> komt dit<br />
niet uitgebreid aan bod. En wat doet <strong>het</strong> strafrecht er vervolgens<br />
mee? Stel, er komt iemand bij mij b<strong>in</strong>nen omdat<br />
hij een won<strong>in</strong>g<strong>in</strong>braak heeft gepleegd en dan blijkt dat hij<br />
een IQ van 70 heeft en dat hij thuis mishandeld is. Hij niet<br />
alleen, maar zijn moeder en zijn zusjes ook. Dan is de<br />
vraag: hoe weeg ik dat? Maakt dat uit voor <strong>het</strong> gegeven<br />
dat hij een won<strong>in</strong>g b<strong>in</strong>nengedrongen is? Besefte hij niet<br />
dat hij dat niet mocht doen, of wist hij <strong>het</strong> wel maar is <strong>het</strong><br />
‘eerst doen, dan denken’? Welke impact heeft <strong>het</strong> trauma<br />
van huiselijk geweld op zijn functioneren? Als een deskundige<br />
dan zegt: ‘Mevrouw de officier, dat moet u niet via <strong>het</strong><br />
strafrecht afdoen, maar via behandel<strong>in</strong>g’, prima! De toereken<strong>in</strong>gsvatbaarheid<br />
van jongeren is per def<strong>in</strong>itie m<strong>in</strong>der.<br />
Dat is een stap die wij als rechterlijke macht nog steeds<br />
niet goed maken. Hoewel die verm<strong>in</strong>derde toe reken<strong>in</strong>gsvatbaarheid<br />
is terug te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> andere straffen is een<br />
echte vertal<strong>in</strong>g van dit moeilijke begrip nog steeds niet<br />
goed uitgedacht. Stel, een jonge verdachte van tasjesroof<br />
is licht verstandelijk beperkt. Daarvan zie ik er steeds meer.<br />
Ik heb van ontwikkel<strong>in</strong>gspsychologen geleerd dat de<br />
morele ontwikkel<strong>in</strong>g van zulke verdachten op zich prima<br />
is, want ze doen dit niet bij hun eigen oma, maar wel bij<br />
een ander. Dus waar gaat <strong>het</strong> precies mis en wat betekent<br />
dat vervolgens voor mijn bewijslast, maar ook voor de<br />
behandel<strong>in</strong>g? Want anders kun je die spiraal niet<br />
doorbreken.”<br />
130 131
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Ook al is Mijnarends jongerenofficier, toch heeft ze <strong>in</strong> haar<br />
werk niet veel contact met jongeren zelf. “Te we<strong>in</strong>ig. Daar<br />
hebben we allang geen tijd meer voor. Het gaat allemaal<br />
op basis van dossiers. Ik zie jongeren op de zitt<strong>in</strong>g en dan<br />
heb ik we<strong>in</strong>ig contact. In een heel enkel geval kun je<br />
iemand raken door iets te zeggen. Maar over <strong>het</strong> algemeen<br />
zijn <strong>het</strong> de volwassenen die daar de regie bepalen. Dat is<br />
wel een lacune, hoor. Want <strong>het</strong> communiceren met k<strong>in</strong>deren,<br />
of dat nu op zitt<strong>in</strong>g is of <strong>in</strong> een politiecel omdat ze net<br />
zijn opgepakt, dat is natuurlijk wel waar <strong>het</strong> eigenlijk over<br />
gaat.”<br />
Maar <strong>het</strong> hoort een beetje bij die leeftijd en groepsdruk:<br />
hoe handhaaf ik me? Jongens vechten. Ja, dat mag ook<br />
allemaal niet, zeker niet als iemand een gebroken neus<br />
wordt geslagen, maar <strong>het</strong> hoort erbij, <strong>het</strong> is van alle tijden,<br />
snap je wat ik bedoel? Bij won<strong>in</strong>g<strong>in</strong>braak ligt <strong>het</strong> anders.<br />
Dat je als jonkie <strong>in</strong> <strong>het</strong> huis van een ander durft te zijn, is<br />
iets waar ik me wel zorgen om maak. Zedendelicten zijn<br />
echt over de grens. Maar ontuchtige handel<strong>in</strong>gen… alle<br />
k<strong>in</strong>deren hebben wel eens doktertje gespeeld. Alleen gaat<br />
de een daar<strong>in</strong> verder dan de ander. Dus <strong>het</strong> is de kunst om<br />
te kijken naar de beschrijv<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> strafbare gedrag en<br />
tegelijkertijd naar de context waar<strong>in</strong> <strong>het</strong> zich afspeelt.<br />
Het kan ook onze k<strong>in</strong>deren overkomen dat ze iets doen<br />
wat niet mag. Maar als k<strong>in</strong>deren ermee doorgaan en ongevoelig<br />
blijken voor straf, dan moeten we ons wel zorgen<br />
maken. Je kunt die ontwikkel<strong>in</strong>g bijna uittekenen. Want<br />
over <strong>het</strong> algemeen zijn <strong>het</strong> k<strong>in</strong>deren die op school moeilijk<br />
mee kunnen komen, die <strong>in</strong> slechte wijken wonen, die<br />
ouders hebben die onmachtig zijn, de Nederlandse taal<br />
niet spreken of werkloos zijn. K<strong>in</strong>deren die opgroeien met<br />
huiselijk geweld. Dan is onze uitdag<strong>in</strong>g: hoe gaan we ze<br />
perspectief bieden? En daar laten we echt wel iets liggen,<br />
v<strong>in</strong>d ik. Er is natuurlijk ontzettend veel wegbezu<strong>in</strong>igd.”<br />
Wat valt <strong>in</strong> de categorie<br />
‘puberaal opgroeigedrag’<br />
en waNNEER moet de samenlev<strong>in</strong>g<br />
Zich echt zorgen gaan maken?<br />
tegenwoordig toegang tot besloten jeugdzitt<strong>in</strong>gen. Dat dat ik <strong>het</strong> heel fijn zou v<strong>in</strong>den als iemand toch zou willen<br />
132 kan heel oncomfortabel zijn voor zo’n jonge verdachte. zeggen wat <strong>het</strong> voor hem betekend heeft, vanuit een<br />
133<br />
Maar ik heb daar heel mooie d<strong>in</strong>gen zien gebeuren, zeker opvoedkundige rol. En slachtoffers kunnen er ook wat aan<br />
als <strong>het</strong> om jongeren onderl<strong>in</strong>g gaat. Dat een verdachte hebben. Zien dat de verdachte, die <strong>in</strong> hun verbeeld<strong>in</strong>g<br />
PUBERAAL OPGROEIGEDRAG<br />
tegen mij zei: ‘Het spijt me; ik had <strong>het</strong> ook helemaal niet misschien tot een soort monster was uitgegroeid, <strong>in</strong><br />
Als officier is <strong>het</strong> de kunst om <strong>het</strong> kaf van <strong>het</strong> koren te<br />
moeten doen, hartstikke stom.’ Toen zei ik: ‘Je moet <strong>het</strong> werkelijkheid een onooglijk kle<strong>in</strong> jongetje is met een veel<br />
scheiden. Wat valt <strong>in</strong> de categorie ‘puberaal opgroeigedrag’<br />
niet tegen mij zeggen, kijk maar wie er achter je zit. Draai te grote mond. Om <strong>het</strong> weer <strong>in</strong> verhoud<strong>in</strong>g te krijgen.<br />
en wanneer moet de samenlev<strong>in</strong>g zich echt zorgen gaan<br />
je maar eens om.’ En verdomd, er werden excuses aangeboden!<br />
Het moet allemaal goed begeleid worden en eenieders<br />
maken? “Wat ik b<strong>in</strong>nenkrijg is erg tijdsafhankelijk. Vroeger<br />
Ik geloof wel <strong>in</strong> de oprechtheid ervan, want zo’n rechten moeten gewaarborgd zijn, want als <strong>het</strong> door je<br />
was <strong>het</strong> heel gangbaar om een autoruitje <strong>in</strong> te slaan en de<br />
jongen hoeft dat helemaal niet te doen.”<br />
strot geduwd wordt, heeft <strong>het</strong> ook niet zo veel z<strong>in</strong>. Zeker<br />
tomtom of de mobiele telefoon weg te halen. Dat wordt<br />
niet voor een slachtoffer. Maar <strong>in</strong> mediation kunnen dader<br />
bijna niet meer gedaan, omdat die spullen er over <strong>het</strong><br />
“Natuurlijk zal <strong>het</strong> strafrecht altijd op de verdachte gefocust<br />
en slachtoffer elkaar veel meer tegemoet treden dan <strong>in</strong><br />
algemeen niet meer <strong>in</strong> liggen. Oude dametjes met een<br />
blijven. En dat is ook goed. Maar vooral bij de jeugd zo’n anonieme zitt<strong>in</strong>gszaal waar dan gezegd wordt: ‘O ja,<br />
rollator omduwen en hun tasjes grijpen is blijkbaar wel<br />
moeten we meer op zoek gaan naar de pedagogische u had ook nog materiële schade. Deze verdachte moet<br />
heel leuk en lucratief om te doen. Echt lucratief is de<br />
dimensie via <strong>het</strong> slachtoffer.” Mijnarends doelt op slachtoffer-daderbemiddel<strong>in</strong>g,<br />
300 euro aan u betalen.’ Werkt dat? Heeft dat pedagogisch<br />
drugscrim<strong>in</strong>aliteit. Vermogensdelicten, alles wat met geld<br />
<strong>in</strong> de vorm van slachtoffer-<br />
effect? Ik denk dat <strong>het</strong> veel moeilijker is om face to face<br />
te maken heeft, <strong>in</strong>breken, dat soort misdrijven is van alle<br />
tijden. Een deel is puberaal opgroeigedrag. Welk meisje<br />
heeft niet eens een mascara gejat? Of <strong>in</strong> ieder geval<br />
gedacht: ‘Zal ik <strong>het</strong> doen of niet?’ Is dat erg? Het mag niet.<br />
MEDIATION<br />
Dat slachtoffers een steeds sterkere positie <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafrecht<br />
hebben gekregen, v<strong>in</strong>dt Mijnarends een goede zaak,<br />
ook voor jeugdige verdachten. “Slachtoffers hebben<br />
dadergesprekken of mediation. “Ik geloof heilig <strong>in</strong><br />
mediation. Natuurlijk moet je <strong>het</strong> slachtoffer beschermen.<br />
Als <strong>het</strong> slachtoffer dat niet wil, prima. Maar als ik een<br />
slachtoffergesprek voer, dan probeer ik wel mee te geven<br />
tegen <strong>het</strong> slachtoffer te zeggen: ‘Het spijt me, ik heb <strong>het</strong><br />
fout gedaan.’ Of alleen je excuses aan te bieden en niet<br />
eens schuld te bekennen, dat v<strong>in</strong>d ik ook oké.”
Het is niet cool<br />
om slachtoffer<br />
134 135<br />
te zijn<br />
Voor vrijwilliger Jaap van Zoest (66) zijn<br />
jongeren veerkrachtig én kwetsbaar<br />
INTERVIEW<br />
“De twee politieagenten die erbij waren,<br />
hebben terecht nazorg nodig gehad. Die hebben<br />
een heel traject gevolgd. En zo’n jongen van 16?<br />
Die moet <strong>het</strong> alleen met mij doen. Dat is toch<br />
bijzonder?” De ‘mij’ <strong>in</strong> kwestie is Jaap van Zoest,<br />
vrijwilliger bij Slachtofferhulp Nederland. De<br />
jongen van 16 is een slachtoffer <strong>in</strong> een van de<br />
meest <strong>in</strong>drukwekkende zaken die hij als<br />
vrijwilliger meemaakte. Van Zoest gebruikt de<br />
casus als voorbeeld van <strong>het</strong> vermogen en de<br />
drang van jongeren om zelf hun problemen op<br />
te lossen en de bijbehorende emoties slechts <strong>in</strong><br />
zeer afgepaste porties toe te laten.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
136<br />
“De jongen was <strong>in</strong> een park overvallen en met een mes<br />
bedreigd. De politie had de overvaller voor zijn ogen<br />
neergeschoten, een schot <strong>in</strong> de benen. Hij wilde alleen<br />
met mij praten, dat was meer dan genoeg. Eigenlijk liever<br />
met mij ook niet, maar hij redeneerde: ‘Ik moet <strong>het</strong> toch<br />
ergens kwijt. Dan maar bij jou.’ Hij wilde ook niet dat ik bij<br />
hem thuis kwam. Alle gesprekken zijn op <strong>het</strong> politiebureau<br />
gevoerd. Hij wilde niet naar een ‘-loog’ of een dokter of<br />
wat dan ook. Dat hij wel met mij wilde praten, kwam doordat<br />
hij ook wel <strong>in</strong> de gaten had dat hij er wat mee moest.<br />
Voor twee van die bomen van politieagenten wordt<br />
– terecht overigens – een heel ondersteun<strong>in</strong>gsapparaat<br />
<strong>in</strong>gezet. En die jongen deed <strong>het</strong> gewoon vooral zelf.”<br />
ON HOLD<br />
Dat jongeren slachtofferschap anders ervaren dan volwassenen<br />
is voor Van Zoest een uitgemaakte zaak. “Jongeren<br />
hebben een mooi vermogen om te parkeren, zoals ik dat<br />
noem. Als een oudere iets overkomt, dan maakt <strong>het</strong> 24 uur<br />
van de dag deel van zijn leven uit. Jongeren kunnen af -<br />
sluiten, afkaderen: ‘Ik ga nú’”, hij slaat hij met zijn hand op<br />
tafel, ‘“iets leuks doen.’ Dan kunnen ze daarvoor gaan en<br />
laten ze al <strong>het</strong> gedoe even los. Dat v<strong>in</strong>d ik wel mooi. Bij ons<br />
gaat <strong>het</strong> maar door, 24 uur per dag; zij kunnen <strong>het</strong> on hold<br />
zetten. Dat geeft lucht denk ik. Het maakt ze veerkrachtiger.<br />
Doordat afgrenzen kunnen ze sneller weer mee <strong>in</strong><br />
de vaart der volkeren. Wel zit er een nadeel aan, want ze<br />
houden zichzelf ook voor de gek: de problemen komen<br />
geheid na verloop van tijd weer terug. Ouderen zijn wat<br />
meer bereid om even ‘door te zieken’. Accepteren <strong>het</strong><br />
gemakkelijker, geloof ik. Jongeren zijn sterk <strong>in</strong> hun<br />
begrenz<strong>in</strong>g en kwetsbaar <strong>in</strong> <strong>het</strong> ontbreken van ervar<strong>in</strong>g.<br />
Als er iets <strong>in</strong>grijpends is gebeurd, betreden ze echt volledig<br />
nieuwe paden. Een van mijn cliënten, een jonge<br />
vrouw, zei nog niet zo lang geleden: ‘Ik ben voor <strong>het</strong> eerst<br />
met crim<strong>in</strong>aliteit <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g geweest, ik wist niet dat dit<br />
bestond, dat er mensen zijn die zo doen.’ Ze was echt<br />
helemaal van slag. Vooral toen ze erachter kwam hoeveel<br />
moeite ze ermee had om daarmee om te leren gaan. Zij<br />
had gedacht dat ze alles wel aankon, dat de wereld volledig<br />
voor haar open lag en dat ze elk probleem aankon.<br />
Ik heb veertien dagen geleden <strong>het</strong> schadeformulier met<br />
haar <strong>in</strong>gevuld, en de tranen stroomden overvloedig.<br />
Op dat moment was <strong>het</strong> alweer een maand of vier<br />
geleden gebeurd. Hun wereldbeeld stort een beetje <strong>in</strong>.<br />
Zoiets als erachter komen dat S<strong>in</strong>terklaas niet bestaat.<br />
Zo’n reactie zie je bij ouderen wat m<strong>in</strong>der, want die weten<br />
wel hoe <strong>het</strong> zit.”<br />
Jaap van Zoest, kortgeknipt grijs haar, bril, baardje en een<br />
gulle lach die tijdens <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview met grote regelmaat<br />
door de kamer schalt, is nu vijf jaar bij Slachtofferhulp<br />
Nederland actief als vrijwilliger. Regelmatig heeft hij jonge<br />
slachtoffers onder zijn hoede. Dat die juist aan hem worden<br />
toegewezen, is gezien zijn voorgeschiedenis niet<br />
vreemd. “Ik ben op mijn 15e aan <strong>het</strong> werk gegaan. Ik had<br />
genoeg van school en <strong>het</strong> leerl<strong>in</strong>gwezen bleek een uitkomst<br />
voor mij. Werken en één dag naar school. Een jaar<br />
of 24 heb ik <strong>in</strong> de horeca gewerkt. Toen ik iemand tegenkwam<br />
die aan de lerarenopleid<strong>in</strong>g was begonnen, dacht<br />
ik: dat ga ik ook doen. Daarna heb ik nog 22 of 23 jaar − ik<br />
ben nooit zo goed met getallen − gewerkt <strong>in</strong> wat tegenwoordig<br />
een ROC heet. Ik heb lesgegeven, ben manager<br />
en schoolopleider geweest, had veel contacten met studenten<br />
van de Hogeschool Utrecht die bij ons <strong>het</strong> vak wilden<br />
leren. Op mijn 61e kwam er een berichtje van de<br />
directie dat er een mooie regel<strong>in</strong>g was om eruit te gaan.<br />
Dat heb ik gedaan en dan heb je tijd voor andere d<strong>in</strong>gen,<br />
waaronder dus vrijwilligerswerk voor Slachtofferhulp<br />
Nederland. Daarmee ben ik al snel twee of drie dagen per<br />
week bezig.”<br />
uniformen en gezag, welnee!”, lacht hij. “Natuurlijk komt er<br />
ook wel stoerdoenerij bij kijken. Maar vroeger had een<br />
politieagent toch meer status. Daar moest je toch niet<br />
mee <strong>in</strong> aanrak<strong>in</strong>g komen. En nog niet, maar <strong>het</strong> is toch<br />
anders geworden.”<br />
Van Zoest heeft doorgaans snel een klik met zijn jonge<br />
cliënten. “Vaak wel, maar niet altijd. Jongeren zijn heel erg<br />
kritisch. De reden dat je contact met ze hebt, v<strong>in</strong>den ze al<br />
niks. Het is niet cool om slachtoffer te zijn. Het is niet iets<br />
wat je even makkelijk <strong>in</strong> je vriendengroep bespreekt: ‘Joh,<br />
ik ben slachtoffer geworden.’ Ze zijn <strong>het</strong> liever niet en douwen<br />
<strong>het</strong> weg. Maar ze voelen zich vaak ook wel degelijk<br />
slachtoffer. In veel gevallen zijn ze gewoon bang. Dat is<br />
niet gemakkelijk om te erkennen. Überhaupt laten ze niet<br />
snel hun emoties zien. Ik denk dat ze <strong>het</strong> lastig v<strong>in</strong>den om<br />
te benoemen dat ze slachtoffer zijn en dat ze daar bang<br />
van mogen zijn, of verdriet van mogen hebben of wat dan<br />
ook. Dat is niet gemakkelijk uit die mondjes te krijgen.”<br />
137<br />
Jongeren zijn sterk <strong>in</strong> hun begrenz<strong>in</strong>g<br />
en kwetsbaar <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
ontbreken van ervar<strong>in</strong>g<br />
STOERDOENERIJ<br />
Hoewel zijn standplaats <strong>het</strong> Utrechtse politiebureau<br />
Paardeveld is, v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> gesprek plaats <strong>in</strong> politiebureau<br />
Nieuwege<strong>in</strong>, want hij is actief <strong>in</strong> de hele regio rond<br />
Utrecht. Het bescheiden spreekkamertje kijkt uit op <strong>het</strong><br />
soort anonieme hoogbouw waar steden als Nieuwege<strong>in</strong><br />
zo rijk aan zijn. Is <strong>het</strong> voor jongeren een drempel om naar<br />
<strong>het</strong> politiebureau te komen voor een afspraak met<br />
Slachtofferhulp Nederland? Ze worden immers verondersteld<br />
weerstand te hebben tegen officiële <strong>in</strong>stanties en<br />
gezag? “Nou, ze v<strong>in</strong>den <strong>het</strong> wel leuk, spannend soms. Dan<br />
zie je ze om zich heen kijken, al die wouten en zo, dat v<strong>in</strong>den<br />
ze wel <strong>in</strong>teressant. Ze stappen <strong>in</strong> de meeste gevallen<br />
ook gemakkelijker een gerechtsgebouw b<strong>in</strong>nen dan<br />
ouderen. Jongeren van nu kijken niet meer zo op tegen<br />
VERTROUWEN<br />
Vertrouwen is een belangrijk thema. “Bij jongeren is <strong>het</strong><br />
belangrijk dat je vertrouwen met ze opbouwt. Als die klik<br />
er is, dan geven ze zich helemaal, bijna onvoorwaardelijk.<br />
Daar zijn ze vaak … grenzeloos <strong>in</strong>. Maar je kunt <strong>het</strong> ook<br />
door dit”, en hij knipt met zijn v<strong>in</strong>gers, “weer verliezen. Het<br />
vertrouwen is heel kwetsbaar. Het is een andere dynamiek<br />
dan met ouderen. Wat me bijvoorbeeld ook opvalt: ze<br />
zitten volledig <strong>in</strong> de shit, je hebt drie of vier afspraken en<br />
iedere keer is <strong>het</strong> emoties en tranen, en op een gegeven<br />
moment v<strong>in</strong>den ze <strong>het</strong> genoeg en dan kun je wegblijven,<br />
dan is <strong>het</strong> over en uit: weg jij. Jongeren kunnen dat zo<br />
heerlijk, zonder plichtpleg<strong>in</strong>gen”, en weer volgt er een<br />
klap op tafel: “‘Nou hebben we wel genoeg gehad, Jaap,<br />
wegwezen.’ Fantastisch toch?”, en hij lacht breeduit. Voor<br />
sommige collega’s mag dat als ondankbaarheid overkomen,<br />
Van Zoest heeft er geen problemen mee.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Je kunt dan iets<br />
voor jongeren betekenen door<br />
even met ze op te trekken<br />
“PROBLEMEN PASSEN NIET<br />
IN HET PUBERPLAATJE”<br />
“Over <strong>het</strong> algemeen doen ze heel laconiek over de<br />
impact van een misdrijf”, is ook de ervar<strong>in</strong>g van Petra<br />
Holleman (53). Ze werkt s<strong>in</strong>ds een jaar als vrijwilliger bij<br />
Slachtofferhulp Nederland en daarvoor zeven jaar bij de<br />
K<strong>in</strong>dertelefoon. Genoeg ervar<strong>in</strong>g met jongeren dus.<br />
“Problemen passen niet <strong>in</strong> <strong>het</strong> puberplaatje. Ze doen<br />
zich vaak stoerder voor dan ze zijn. Zeker vanaf een jaar<br />
of 15 hebben ze er toch wel moeite mee om over hun<br />
gevoelens te praten. Maar na een tijdje blijken ze er<br />
meer mee te zitten dan ze aanvankelijk willen toegeven.<br />
De keren dat ik jongeren heb geholpen, waren ze meestal<br />
door hun ouders naar Slachtofferhulp gestuurd.<br />
138<br />
Integendeel: “Dát is juist hun veerkracht. Jonge cliënten<br />
komen ook vaak te laat of niet opdagen. Collega’s kunnen<br />
daar heel boos om worden. Ik begrijp dat wel hoor. Maar<br />
zo werkt dat nu eenmaal. Wij denken dat iedereen maar op<br />
tijd kan komen, maar dat is voor sommigen heel moeilijk.”<br />
Je ziet bijna nooit iemand die dan doorvraagt: ‘Waarom<br />
wil je dat dan niet?’ Wel wordt gezegd: ‘Je moet dat<br />
gewoon gaan doen, want dat staat hier en dat is nu eenmaal<br />
zo.’ Ik denk dat als <strong>in</strong>stanties daar wat meer tijd <strong>in</strong><br />
zouden <strong>in</strong>vesteren, ze meer rendement halen en er m<strong>in</strong>der<br />
ferhulp altijd maatwerk is. Vorige week was ik met een<br />
nieuwe medewerkster op huisbezoek bij een cliënt die<br />
doof was. Toen we aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de van <strong>het</strong> gesprek buiten<br />
stonden, vroeg ze: ‘Pak jij <strong>het</strong> met deze meneer nou<br />
anders aan?’ Daar moest ik even over nadenken, maar nee.<br />
Zelf hadden ze zoiets van: wat moet ik ermee? Voor hun<br />
gevoel hebben ze er meer aan als ze erover praten <strong>in</strong><br />
hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Tja, <strong>het</strong> is ook wel confronterend als<br />
er opeens iemand van Slachtofferhulp Nederland op de<br />
stoep staat. Dat zet een bepaald stempel. Slachtoffer<br />
139<br />
contacten – die ook geld kosten – met zo’n jongere<br />
Ik realiseerde me dat <strong>het</strong> altijd maatwerk is. Met een<br />
zijn, dat kl<strong>in</strong>kt zo zwaar, terwijl ze <strong>het</strong> zelf helemaal niet<br />
zo zien. Soms denk ik ook wel eens dat hulp aan jongeren<br />
beter gedijt <strong>in</strong> de anonimiteit van de telefoon of<br />
NEGEN-TOT-VIJFMENTALITEIT<br />
nodig zijn.”<br />
mevrouw die thuis is beroofd door een stel mensen die<br />
Waar de Slachtofferhulpvrijwilliger wel moeite mee heeft Aan de andere kant zijn Slachtofferhulpmedewerkers ook<br />
met een taart en een bloemetje aan de deur stonden<br />
WhatsApp. Mijn aanpak is: humor en <strong>het</strong> een beetje<br />
is de negen-tot-vijfmentaliteit die hij en zijn cliënten bij weer beperkt <strong>in</strong> hun mogelijkheden, al heeft Van Zoest<br />
omdat ze zogenaamd een prijs zou hebben gewonnen<br />
luchtig houden. Op hun niveau communiceren, dat<br />
<strong>in</strong>stanties als maatschappelijk werk ontmoeten. “Het gaat ervaren dat <strong>het</strong> verschil maken <strong>in</strong> kle<strong>in</strong>e d<strong>in</strong>gen kan zitten.<br />
ga je anders om dan met een 18-jarige die op de markt <strong>in</strong><br />
werkt over <strong>het</strong> algemeen redelijk. Ik denk dat jongeren<br />
niet alleen om de werktijden, ze stralen die mentaliteit<br />
vaak ook uit. Dat afgepaste: ‘Je zit hier nu wel, maar je moet<br />
over tw<strong>in</strong>tig m<strong>in</strong>uten wegwezen, want dan heb ik de volgende.’<br />
Bij mij kun je afspraken maken van ’s ochtends tot<br />
’s avonds laat. Het gaat erom hoe toegankelijk je bent. Het<br />
kan zijn dat ik na een half uur weg ben, maar <strong>het</strong> kan ook<br />
pas na anderhalf uur zijn. Ik kan me dat permitteren, want<br />
“Ik ben geen psycholoog, geen huisarts, geen jurist. Maar<br />
ik kan samen met mijn cliënt kijken wat er nodig is <strong>in</strong> een<br />
situatie en daar samen aan gaan staan. Je kunt dan iets<br />
voor jongeren betekenen door even met ze op te trekken.<br />
Meegaan naar de politie, meegaan naar de rechtszaak.<br />
Soms laat ik me wel eens verleiden om verder te gaan.<br />
Kijken naar huisvest<strong>in</strong>g, naar schulden, naar school. De<br />
Nieuwege<strong>in</strong> <strong>in</strong> elkaar is geslagen. Het is iedere keer kijken:<br />
wat is hier aan de hand en hoe kun je er <strong>het</strong> beste mee<br />
omgaan? En, zoals eerder gezegd, als Slachtofferhulpmedewerker<br />
ben je heel veel níet. Soms heb je <strong>het</strong> gevoel<br />
dat je met lege handen staat. Dat maakt <strong>het</strong> werk dan lastig.<br />
Aan de andere kant ben ik erachter gekomen dat ik<br />
niet zoveel hoef te doen. Mijn cliënten doen eigenlijk <strong>het</strong><br />
er <strong>het</strong> meest aan hebben dat ze hun verhaal kwijt kunnen<br />
en dat ze te horen krijgen dat hun reactie normaal<br />
is. Dat ze niet de enige zijn die <strong>het</strong> is overkomen. Want<br />
je ziet ze vaak heel kle<strong>in</strong> worden als ze aan je vertellen<br />
wat er is gebeurd. Tot je ze vertelt: ‘Joh, dat gebeurt heel<br />
veel. Het is niet iets om je voor te schamen, je bent niet<br />
de enige.’ Dan zie je ze weer een beetje bijtrekken.<br />
Uite<strong>in</strong>delijk is <strong>het</strong> een veerkrachtige groep, veel veerkrachtiger<br />
dan volwassenen. Na een of twee belletjes of<br />
ik hoef niet strak te plannen.”<br />
aanleid<strong>in</strong>g is dan <strong>het</strong> misdrijf, maar daarachter schuilt vaak<br />
werk. Ik ga gewoon zitten, luister en zoek samen met de<br />
Daar<strong>in</strong> schuilt wel de kracht van Slachtofferhulp Nederland, een complexiteit aan problemen. Dat zie je ook wel vaak<br />
cliënt naar vervolgstappen, en die bewaken we samen.<br />
een huisbezoek geven ze vaak aan dat ze hun leven wel<br />
v<strong>in</strong>dt hij. “Dat je veel meer flexibiliteit hebt. En dat mis ik bij jongeren, de opeenstapel<strong>in</strong>g van problemen. Ouderen<br />
Dat is toch prima?”, lacht hij, “Dat werkt ook wel zo ontspannen.<br />
Ik dacht altijd dat ik veel meer zou moeten doen.<br />
weer op de rit hebben en alweer bezig zijn met andere<br />
bijvoorbeeld bij <strong>het</strong> maatschappelijk werk. Die zijn erop hebben hun zaken meestal beter georganiseerd.”<br />
d<strong>in</strong>gen. Ik vraag dan natuurlijk wel eens door, want<br />
geënt alles b<strong>in</strong>nen de perken van hun agenda te houden.<br />
Dat is niet zo. Die jongens en meisjes doen <strong>het</strong> gewoon<br />
soms zeggen ze dat om van me af te zijn. Maar ik heb<br />
En niet van de agenda van de cliënt. Het enige wat jongeren<br />
te horen krijgen, is waarom ze iets wel of niet moeten<br />
doen. Terwijl die dan aangeven daar geen z<strong>in</strong> <strong>in</strong> te hebben.<br />
MAATWERK<br />
Gaat Jaap met volwassen cliënten anders te werk dan met<br />
jongeren? “Eigenlijk niet. Ik merk steeds meer dat slachtofzelf<br />
en een beetje samen met mij.”<br />
<strong>het</strong> idee dat <strong>het</strong> <strong>in</strong> tachtig procent van de gevallen<br />
ook zo is.”
Laat zien dat<br />
jouw organisatie<br />
<strong>het</strong> goed doet<br />
Niek (18) v<strong>in</strong>dt dat je altijd aangifte<br />
van een misdrijf moet doen<br />
INTERVIEW<br />
140 141<br />
Niek werd dit jaar slachtoffer van diefstal<br />
van zijn mobiele telefoon. Niet echt een zwaar<br />
misdrijf, v<strong>in</strong>dt ook de 18-jarige vwo-scholier zelf.<br />
Hij zou model kunnen staan voor een grote<br />
groep jongeren <strong>in</strong> de crim<strong>in</strong>aliteits statistieken<br />
die slachtoffer zijn van soortgelijke, relatief lichte<br />
vergrijpen. Hun ervar<strong>in</strong>gen zijn niet m<strong>in</strong>der<br />
relevant dan die van zwaarder getroffen leeftijdsgenoten.<br />
En dus deed Niek mee aan <strong>het</strong><br />
onderzoek uit deel 2 van deze bundel en een<br />
vervolg<strong>in</strong>terview. Hij v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> belangrijk dat de<br />
stem van jongeren gehoord wordt <strong>in</strong> maatschappelijke<br />
discussies. Daarom zit hij ook <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
debatteam van zijn school en maakt hij deel<br />
uit van <strong>het</strong> UNICEF jongerenpanel. En gaat hij<br />
volgend jaar politicologie studeren.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
De diefstal is alweer twee jaar geleden. De impact van <strong>het</strong><br />
gebeuren was misschien niet zo groot, maar op de avond<br />
zelf was hij er danig van ondersteboven, vertelt Niek. “Het<br />
gebeurde tijdens <strong>het</strong> allereerste concert waar ik naartoe<br />
g<strong>in</strong>g. Een kerstcadeau van mijn vader. Hij had kaartjes<br />
weten te krijgen voor <strong>het</strong> allerlaatste concert van mijn<br />
favoriete band. Het was een heel leuke dag <strong>in</strong> Amsterdam<br />
en <strong>het</strong> concert was helemaal top. Nu ben ik altijd heel<br />
voorzichtig met mijn mobiel, ik berg hem altijd goed op.<br />
Ik had hem achter een rits weggestopt zodat er zeker niets<br />
mee zou gebeuren. Regelmatig voelde ik even of hij er<br />
nog zat. Halverwege <strong>het</strong> concert voel ik <strong>in</strong> mijn zak en…<br />
weg! Weg mobiel. Mijn concert was gelijk helemaal<br />
verpest. Ik kon alleen nog maar denken: hoe ga ik dit aan<br />
mijn vader vertellen?”<br />
volgende ochtend, daar ben ik heel pr<strong>in</strong>cipieel <strong>in</strong>. Als<br />
er iets gebeurt, moet je aangifte doen”, zegt hij beslist.<br />
“Dat kon onl<strong>in</strong>e. Je doet eerst een aangifte <strong>in</strong> je eigen<br />
politie regio en die stuurt hem door naar de politie van<br />
Amsterdam Amstelland. Aan de ene kant is <strong>het</strong> wel handig,<br />
maar ook wel lastig om te doen. Er werden moeilijke<br />
termen gebruikt en ik dacht geregeld: wat willen ze hier<br />
nu eigenlijk van me weten? Hoe die telefoon gestolen is<br />
of waar die uit gestolen is? Ik had <strong>het</strong> gevoel dat ik ook<br />
veel dubbel zat <strong>in</strong> te vullen.”<br />
Ook denk ik dat ze bang kunnen zijn<br />
voor represailles van de dader, vooral<br />
als <strong>het</strong> om ergere misdrijven gaat<br />
en was dat niet gebeurd. Ik ben gewoon gaan gymmen<br />
en pas ’s middags ontdekte ik dat er dertig euro uit mijn<br />
bewaren. Wel hebben ze extra maatregelen genomen,<br />
want dit is vaker gebeurd. Op de openbare roostersite zijn<br />
Drie dagen later kreeg Niek een e-mail: zaak gesloten.<br />
Hij moet even lachen als hij eraan terugdenkt. “Aan de ene<br />
portemonnee was verdwenen.” De beheerder van de<br />
voortaan de gymtijden niet meer te zien. Want je hoeft<br />
142 kant begrijp ik <strong>het</strong> wel. Er waren tienduizend mensen bij<br />
sportaccommodatie denkt dat <strong>het</strong> medeleerl<strong>in</strong>gen zijn mijn naam maar aan te klikken en je ziet wanneer ik<br />
143<br />
dat concert, ga dat maar eens onderzoeken. Dat gaat<br />
geweest. “Ze hebben de camerabeelden van de receptie gymles heb. Een paar jaar geleden hebben ze een aantal<br />
gewoon niet. Aan de ander kant dacht ik: tja, wat levert<br />
bekeken maar er komt niemand b<strong>in</strong>nen die er niet mag oud-leerl<strong>in</strong>gen gepakt die via de roostersite precies<br />
ZAAK GESLOTEN<br />
Niek zag de reactie van zijn ouders al voor zich. “Je schaamt<br />
je echt dat <strong>het</strong> je gebeurt. Ik dacht: ben ik dan zo stom dat<br />
mij dit overkomt? En dan moet je <strong>het</strong> dus aan je ouders<br />
vertellen. Dan weet je al wat voor reacties je gaat krijgen:<br />
‘Had je maar beter op je spullen moeten letten.’ Of: ‘Dan<br />
had je hem beter weg moeten stoppen en geen foto’s<br />
moeten maken, want dan zien ze dat je een mobieltje<br />
hebt.’” Maar zijn ouders reageerden anders dan verwacht.<br />
“Mijn vader baalde wel ontzettend, maar hij zei dat <strong>het</strong><br />
iedereen had kunnen gebeuren.” Zelf baalde hij ook stevig:<br />
“Foto’s weg, contacten weg, alles weg. Ik kon niemand<br />
meer bereiken. Ik doe alles via mijn telefoon, ook <strong>in</strong>ternetbankieren.<br />
De volgende morgen heb ik gelijk alles laten<br />
blokkeren. Een heel gedoe, maar gelukkig was ik op tijd.<br />
Hij heeft aangifte gedaan van de diefstal. “Meteen de<br />
aangifte doen eigenlijk op als de zaak toch direct gesloten<br />
wordt?” Wat hem betreft mag de politie dan ook wel meer<br />
aan verwacht<strong>in</strong>genmanagement doen bij <strong>het</strong> stimuleren<br />
van de burger om elke misdrijf vooral aan te geven. “Want<br />
mensen doen aangifte met de verwacht<strong>in</strong>g dat de politie<br />
de dader gaat pakken. Ik v<strong>in</strong>d dat de politie realistisch<br />
moet zijn en ervoor uit moet komen dat die aangiftes<br />
eigenlijk vooral voor de statistiek zijn. Al verlaagt dat<br />
misschien de aangiftebereidheid.”<br />
VERTROUWEN<br />
Beg<strong>in</strong> dit jaar was <strong>het</strong> weer raak. Dit keer verdween er geld<br />
uit zijn portemonnee. Het gebeurde tijdens de gymles.<br />
“Ik was vergeten mijn portemonnee uit mijn schooltas te<br />
halen. Normaal wordt de kleedkamer van b<strong>in</strong>nen op slot<br />
gedaan, maar die dag waren een aantal mensen te laat<br />
zijn.” Niek v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> een rotidee dat <strong>het</strong> een van zijn klasgenoten<br />
kan zijn geweest. “Daar moet ik niet aan denken.<br />
Ik hou mezelf maar voor dat <strong>het</strong> ook een medewerker kan<br />
zijn geweest. Het is slecht voor je gevoel van vertrouwen.<br />
Ik controleer nu voortdurend of ik al mijn spullen wel heb<br />
en of ik alles uit mijn tas heb gehaald.” Hij is er zich bewust<br />
van dat hij vooral op zijn hoede is <strong>in</strong> de buurt van bepaalde<br />
mensen en daar voelt hij zich ongemakkelijk onder.<br />
Discrim<strong>in</strong>eren is wel <strong>het</strong> laatste wat hij wil. “Dat gebeurt<br />
ongewild. Als er <strong>in</strong> de stad allemaal get<strong>in</strong>te mensen om<br />
me heen lopen, ben ik toch extra alert op mijn spullen.”<br />
Ook nu deed Niek aangifte, maar de dag erna werd de<br />
zaak al gesloten. “Geen verder onderzoek. De school<br />
neemt ook geen aansprakelijkheid want ik ben vergeten<br />
mijn portemonnee uit mijn tas te halen en <strong>in</strong> een kluisje te<br />
konden uitv<strong>in</strong>den wanneer de gymles plaatsvond en die<br />
haalden tussendoor gewoon alles uit de kleedkamer.”<br />
KOSTEN-BATENANALYSE<br />
Gezien <strong>het</strong> matige resultaat van zijn eigen aangifte<br />
begrijpt de vwo-scholier wel dat zijn leeftijdsgenoten niet<br />
zo snel naar de politie stappen om aangifte te doen. “Ook<br />
denk ik dat ze bang kunnen zijn voor represailles van de<br />
dader, vooral als <strong>het</strong> om ergere misdrijven gaat. Daarnaast<br />
speelt schaamte ook een rol. Jongeren hebben vaak <strong>het</strong><br />
gevoel dat ze er zelf wat aan konden doen, dat <strong>het</strong> hun<br />
eigen schuld was. En de rompslomp die <strong>het</strong> met zich meebrengt.<br />
Steeds weer <strong>het</strong>zelfde verhaal doen. Want je gaat<br />
eerst naar de politie en die wil <strong>het</strong> hele verhaal horen. En<br />
als er een strafrechtelijk vervolg komt, dan wil de rechter<br />
<strong>het</strong> ook horen. Vervolgens kan er weer een hoger beroep
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Jongeren durven niet<br />
zo heel snel toe te geven<br />
dat ze hulp nodig hebben<br />
komen. Dat is een heel traject. Jij wilt de zaak <strong>het</strong> liefst<br />
afsluiten, maar omdat je steeds opnieuw je verhaal moet<br />
doen, lukt dat niet”, denkt Niek. Om vervolgens te concluderen:<br />
“Ik denk dat jongeren een kosten-batenanalyse<br />
maken: wat kost <strong>het</strong> mij en wat levert <strong>het</strong> op.”<br />
Voor de politicoloog <strong>in</strong> spe was de afweg<strong>in</strong>g dat hij zijn<br />
burgerplicht wilde doen. “Ook al levert een aangifte niets<br />
op, dan weet de politie tenm<strong>in</strong>ste dat er iets is gebeurd.<br />
Vooral als zo’n misdrijf vaker gebeurt. Als niemand aangifte<br />
doet, dan blijven die zaken buiten beeld. Met de aangifte<br />
zelf kan de politie misschien niet zo veel, maar die<br />
komt wel <strong>in</strong> de statistieken terecht en dan wordt duidelijk<br />
hoe groot <strong>het</strong> probleem is. Dan is de politie misschien<br />
bereid om extra actie te ondernemen.”<br />
ZIELIG PERSOONTJE<br />
Net zo m<strong>in</strong> als jongeren snel naar politie stappen voor<br />
aangifte, doen ze gemakkelijk een beroep op de hulpverlen<strong>in</strong>g.<br />
Voor Niek vielen de emotionele en psychische<br />
impact van de beide diefstallen erg mee, maar bij wie zou<br />
hij steun en hulp zoeken als hem een zwaar misdrijf of<br />
ongeval was overkomen? “Ik zou toch eerst op familie en<br />
vrienden terugvallen, denk ik, en daarna pas professionele<br />
hulp zoeken. Al zou ik niet weten bij wie ik dan zou moeten<br />
aankloppen.” Na even te hebben nagedacht, zegt hij: “Ik<br />
denk dat ik <strong>het</strong> eerste zou aankloppen bij <strong>het</strong> schoolmaatschappelijk<br />
werk. Dat is dichtbij en bekend.” Hij vraagt zich<br />
overigens af of leeftijdsgenoten die stap snel zouden<br />
zetten. “Ik zou eerst denken dat ik <strong>het</strong> zelf zou kunnen<br />
regelen. Jongeren durven niet zo heel snel toe te geven<br />
dat ze hulp nodig hebben. In eerste <strong>in</strong>stantie uit schaamte.<br />
Want als iemand vertelt dat hij bij Slachtoffer hulp loopt<br />
om hulp te krijgen bij de verwerk<strong>in</strong>g, dan denkt zijn<br />
omgev<strong>in</strong>g al snel: die spoort zeker niet helemaal. Je bent<br />
al heel snel een zielig persoontje als je slachtoffer bent.”<br />
Daar komt volgens Niek nog bij dat de hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
sowieso een negatief imago heeft. Dat is mede te wijten<br />
aan negatieve berichtgev<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de media; jongeren zijn<br />
daar gevoelig voor. “Dat gaat niet alleen om hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
aan slachtoffers. Ik heb laatst een discussie gehad over<br />
k<strong>in</strong>dermishandel<strong>in</strong>g en dan blijkt dat de jeugdhulpverlen<strong>in</strong>g<br />
een heel negatief imago heeft, <strong>het</strong> imago dat ze er<br />
een zootje van maken. Jongeren scheren alle hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties<br />
over één kam en zo’n negatief imago<br />
straalt dus ook af op Slachtofferhulp Nederland.” Toch is de<br />
vwo-scholier wel van men<strong>in</strong>g dat jongeren gebaat kunnen<br />
zijn bij de hulp. “Ik dacht zelf ook altijd dat Slachtofferhulp<br />
alleen emotionele steun gaf. Maar ik begrijp dat ze ook<br />
hulp geeft bij <strong>het</strong> vergoed krijgen van de schade, de f<strong>in</strong>anciële<br />
en juridische gevolgen van <strong>het</strong> misdrijf, dat soort d<strong>in</strong>gen.<br />
Vooral de mensen die snel verdwaald raken <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
systeem, kunnen zulke ondersteun<strong>in</strong>g waarschijnlijk goed<br />
gebruiken. Dan kun je ze misschien ook stimuleren om<br />
aangifte te doen.”<br />
Slachtofferhulp meer voorlicht<strong>in</strong>g geven op scholen.<br />
Organisaties als UNICEF en Slachtofferhulp zijn voor jongeren<br />
echt een ver-van-mijn-bedshow. Maar ga je naar<br />
jongeren toe en leg je ze duidelijk uit hoe <strong>het</strong> zit, dan<br />
staan ze er meer open voor. En dan vooral niet alleen maar<br />
vertellen, maar ook iets verz<strong>in</strong>nen om te doen. Je moet<br />
<strong>het</strong> <strong>in</strong>teractief houden. Organiseer discussies, of zoiets.”<br />
144 145<br />
INTERACTIEF<br />
De plannen om meer onl<strong>in</strong>e diensten aan te bieden, v<strong>in</strong>dt<br />
hij een goed idee. “Een chatservice of onl<strong>in</strong>e formulieren<br />
<strong>in</strong>vullen kan geweldig werken. Dat kun je doen zonder dat<br />
iemand <strong>het</strong> <strong>in</strong> de gaten heeft. Dan doel ik niet zozeer op<br />
anonimiteit, maar op <strong>het</strong> feit dat je dat gewoon op je<br />
smartphone kunt doen. Je hoeft niet helemaal naar <strong>het</strong><br />
politiebureau, waardoor je geen uren van school hoeft te<br />
missen.” De vraag is dan natuurlijk wel hoe je jongeren<br />
naar je website lokt. “Bij UNICEF zijn we foto’s gaan posten<br />
omdat jongeren heel veel op Instagram zitten. Maar dat is<br />
voor jullie waarschijnlijk wat lastig. Misschien moet<br />
En tot slot de gouden tip van de Niek als ervar<strong>in</strong>gsdeskundige.<br />
“Profileer jezelf. Zorg dat je niet geassocieerd wordt<br />
met andere organisaties die slecht <strong>in</strong> <strong>het</strong> nieuws komen<br />
en <strong>het</strong> imago hebben dat ze falen. Laat vooral de d<strong>in</strong>gen<br />
zien die goed gaan. Bijvoorbeeld met behulp van ervar<strong>in</strong>gsverhalen.<br />
Zodra jongeren zien dat leeftijdsgenoten<br />
goede ervar<strong>in</strong>gen hebben, zijn ze wel bereid om zich te<br />
melden.”<br />
Noten<br />
1)<br />
Zijn naam is veranderd <strong>in</strong> verband met de privacy
Jongeren worden<br />
zelden serieus<br />
146 147<br />
genomen<br />
André Merlijn (42) van<br />
Bureau Coen specialiseert zich<br />
<strong>in</strong> jongerencommunicatie<br />
INTERVIEW<br />
Eigenlijk is de boodschap van André Merlijn<br />
even simpel als kort: “Als je iets met jongeren<br />
wilt, dan moet je ze vragen wat zij willen.”<br />
Merlijn is directeur en een van de oprichters van<br />
Bureau Coen, dat zich specialiseert <strong>in</strong> jongerencommunicatie<br />
en jongeren onderzoek. “Als we<br />
kijken naar slacht offerschap, dan denk ik dat<br />
ze geen enkel idee hebben hoe ze ermee naar<br />
buiten moeten komen, waar ze moeten zijn en<br />
wat exact de bedoel<strong>in</strong>g is.”
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Als er een<br />
probleem is<br />
willen ze weten:<br />
waar moet ik zijn?<br />
Meer is <strong>het</strong> niet<br />
Bureau Coen is ontstaan omdat Beeldenstorm − <strong>het</strong><br />
reclame bedrijf dat Merlijn eerder oprichtte − steeds vaker<br />
geconfronteerd werd met vragen van organisaties die er<br />
maar niet <strong>in</strong> slaagden om jongeren met hun boodschap te<br />
bereiken. “Wij kregen steeds meer klanten die vastliepen<br />
op jongeren: ‘Hoe bereiken we ze? We proberen van alles<br />
er gebeurt niets. We leggen <strong>het</strong> ze uit en ze begrijpen <strong>het</strong><br />
niet. We zien aantallen jonge klanten naar beneden lopen,<br />
we zien ze niet naar ons toekomen.’ Dat soort vragen.<br />
Wij dachten: dat is <strong>in</strong>teressant om iets mee te doen en er is<br />
ruimte <strong>in</strong> de markt. We doen <strong>het</strong> gewoon. De mensen met<br />
wie ik samenwerk hebben allemaal een sterke drive om uit<br />
te zoeken en te begrijpen waarom iets niet werkt, zodat ze<br />
dat kunnen omvormen tot iets dat wél werkt. We zijn ons<br />
gaan specialiseren <strong>in</strong> jongeren en zo is Bureau Coen<br />
ontstaan.”<br />
De klantenkr<strong>in</strong>g van Bureau Coen is zeer divers. Onderwijs -<br />
<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen willen bijvoorbeeld graag weten hoe ze de<br />
juiste leerl<strong>in</strong>g op de juiste opleid<strong>in</strong>g krijgen en hoe ze de<br />
<strong>in</strong>formatieoverdracht tijdens colleges kunnen verbeteren.<br />
“Maar ook vraagstukken als gezond eten en pesten spelen<br />
daar. De transitie <strong>in</strong> de jeugdzorg is op dit moment een<br />
belangrijk traject en de prov<strong>in</strong>ciale verkiez<strong>in</strong>gen komen<br />
eraan”, zet Merlijn uiteen aan de grote vergadertafel <strong>in</strong> zijn<br />
werkkamer, waar een w<strong>in</strong>ters zonnetje door <strong>het</strong> oranje<br />
get<strong>in</strong>te glas naar b<strong>in</strong>nen schijnt. In de hoek liggen gestapelde<br />
pallets met daarop grote zitkussens. Het bureau<br />
huist boven een benz<strong>in</strong>estation <strong>in</strong> Veenendaal. Geen hippe<br />
plek misschien, maar wel een hippe <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g, compleet<br />
met graffiti op de muren en een voetbaltafel op de<br />
werkvloer.<br />
v<strong>in</strong>den. Misschien triggert dat ze om er wat meer over te<br />
lezen of ergens naartoe te gaan. Op die manier kunnen<br />
jongeren beter bevatten waar <strong>het</strong> om gaat en zullen ze<br />
ook eerder geneigd zijn om te gaan stemmen.”<br />
Op <strong>het</strong> gebied van slachtofferschap onder jongeren heeft<br />
Bureau Coen nog geen specifiek onderzoek of project<br />
gedaan. Zijdel<strong>in</strong>gs komt <strong>het</strong> wel aan de orde, bijvoorbeeld<br />
<strong>in</strong> projecten voor de jeugdzorg of Bureau Halt. “Dan vragen<br />
we jongeren ook wel: ‘Wat ga je doen als je slachtoffer<br />
bent geworden? Wat ga je doen als je hulp nodig hebt?’<br />
Interessant is dat je dan ziet dat jongeren geen idee<br />
hebben hoe ze ermee naar buiten moeten komen en wat<br />
nu precies de bedoel<strong>in</strong>g is”, heeft Merlijn gemerkt. “Neem<br />
<strong>het</strong> onderwerp loverboys. Een bepaalde gemeente had<br />
bedacht om midden <strong>in</strong> de school een <strong>in</strong>formatiezuil neer<br />
148 SWIPEN OF LIKEN<br />
te zetten. Daar ga je dan naartoe, je drukt op een knop en<br />
149<br />
METAFOOR<br />
Vanwaar de naam ‘Bureau Coen’? “Coen is Coen Visser,<br />
onze stagiair toen we net begonnen. We vroegen altijd<br />
van alles aan hem. Want bij alles je wat doet, vooral als <strong>het</strong><br />
om jongeren gaat, is <strong>het</strong> de crux dat je niet voor hen<br />
bedenkt wat er werkt, maar dat je vraagt hoe zij <strong>het</strong> willen.<br />
En of ze <strong>het</strong> überhaupt willen. Bij alles wat wij aanpakken,<br />
doen wij onderzoek met jongeren. We vragen <strong>het</strong> aan ze<br />
en we toetsen wat we bedenken bij ze. Zo weten we altijd<br />
zeker wat hun behoeftes zijn en of ze <strong>het</strong> begrijpen of niet.<br />
Aan de hand daarvan werken we onze strategie en concepten<br />
uit. Dus vroegen we steeds aan Coen: ‘Hoe kijk jij<br />
daar nu tegenaan? Wat v<strong>in</strong>d jij daarvan? Herken jij jezelf<br />
hier<strong>in</strong>?’ Coen kan <strong>het</strong> weten, dat was de <strong>in</strong>steek, want<br />
Coen is jong. En zo is Coen de metafoor geworden voor<br />
onze werkwijze: als je iets met jongeren wil, moet je <strong>het</strong><br />
aan ze vragen. We hebben hem beloofd dat als <strong>het</strong> bedrijf<br />
een succes werd, we <strong>het</strong> naar hem zouden noemen.<br />
Vandaar dus.”<br />
“Die verkiez<strong>in</strong>gen, dat is wel een mooi voorbeeld”, gaat<br />
Merlijn verder. “Jongeren en prov<strong>in</strong>ciale verkiez<strong>in</strong>gen, dat<br />
gaat natuurlijk niet goed samen. Als je ze vraagt of ze gaan<br />
stemmen, dan zegt tachtig procent ‘nee’. Vraag je waarom<br />
niet, dan krijg je antwoorden als: ‘Waar is <strong>het</strong> voor bedoeld?<br />
Wat doet een prov<strong>in</strong>cie überhaupt?’ Dan moet je niet over<br />
<strong>het</strong> belang van stemmen of politiek gaan praten, maar<br />
over onderwerpen die hen aangaan. Dat werkt. Het vervoer<br />
<strong>in</strong> de prov<strong>in</strong>cies bijvoorbeeld. Dat is best wel belabberd.<br />
In de leefwereld van jongeren is vervoer belangrijk, want<br />
ze moeten naar school. Zo hebben we een lijstje topics die<br />
ze kunnen swipen of liken. V<strong>in</strong>d je <strong>het</strong> niet belangrijk, dan<br />
swipe je <strong>het</strong> gewoon weg, like je <strong>het</strong>, dan is <strong>het</strong> een onderwerp<br />
dat voor jou en de politiek belangrijk is. Zo kun je de<br />
prov<strong>in</strong>cie tot leven laten komen. Via de onderwerpen waar<br />
de prov<strong>in</strong>cie voor staat, maar waarvan jij als jongere niet<br />
wist dat ze dat voor jou deed. Als je dan hebt aangegeven<br />
wat je belangrijk v<strong>in</strong>dt, dan komt er een mandje <strong>in</strong>teressegebieden<br />
uit rollen en daar kun je meer <strong>in</strong>formatie over<br />
er verschijnt een overzicht van alle mogelijke hulpverleners<br />
op dit terre<strong>in</strong>. Stel, jij bent 13, 14 jaar en slachtoffer van die<br />
praktijken. Dan ga je niet midden <strong>in</strong> de aula waar al je leeftijdsgenoten<br />
bij staan op de knop ‘loverboy’ klikken.<br />
En dan moet je ook nog kiezen uit een hele lijst hulpverleners.<br />
Dat ga je dus niet doen. Ten eerste omdat <strong>het</strong><br />
beschamend is, want iedereen let op je. Zoiets wil je graag<br />
anoniem houden. En ten tweede wil je helemaal niet<br />
kiezen tussen al die verschillende <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen waarvan jij<br />
niet weet wat ze eventueel voor jou kunnen betekenen.<br />
Kortom, die zuil is nooit gebruikt.”<br />
LOTGENOTEN<br />
Voor Merlijn is de oploss<strong>in</strong>g betrekkelijk simpel. “Als je ze<br />
gaat vragen wat ze dan wel willen, dan willen ze gewoon<br />
weten hoe <strong>het</strong> werkt. Als er een probleem is, willen ze<br />
weten: waar moet ik zijn? That’s it, meer is <strong>het</strong> niet. En dan<br />
willen ze zo snel mogelijk contact met iemand. Ze willen<br />
geen keuzes. Ze willen geen extreme d<strong>in</strong>gen, maar <strong>het</strong>
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Dan krijg je dat belerende:<br />
Beschouw <strong>het</strong> als een Levensles<br />
liefst <strong>in</strong> de wereld waar<strong>in</strong> ze leven met middelen te maken<br />
hebben die ze kennen. Er worden veel U-bochten ge -<br />
creëerd. Allerlei verschillende mensen zijn met ze bezig.<br />
Jongeren zien door de bomen <strong>het</strong> bos niet meer. Dan<br />
denken ze: laat maar lekker zitten, ik heb er geen z<strong>in</strong> meer<br />
<strong>in</strong>. Want ze begrijpen me toch niet. Of: ík begrijp <strong>het</strong> toch<br />
niet – want op die leeftijd twijfelen ze heel erg aan zichzelf.<br />
Het zou ideaal zijn als er een knop op je telefoon zou zitten<br />
waarmee je direct bij de juiste persoon terechtkomt. Als<br />
<strong>het</strong> zo simpel was, dan zou er veel meer hulp gevraagd<br />
worden. Maar <strong>het</strong> is nu erg ondoorzichtig en dan haken ze<br />
gewoon af.”<br />
Maar, waarschuwt Merlijn, een organisatie die iets met<br />
jongeren wil moet de valkuil vermijden dat die zich<br />
geforceerd ‘jong’ gaat profileren en zich helemaal stort<br />
<strong>in</strong> de jongerentaal, sociale media en dergelijke. “Je moet<br />
vooral niet gaan doen wat jij denkt dat jongeren doen,<br />
want dat raad je toch niet. Dat verandert de hele tijd en<br />
<strong>het</strong> past waarschijnlijk niet bij je organisatie. Wees gewoon<br />
jezelf. Dat verwachten ze van je. Wat ik bedoel met aansluiten<br />
bij de leefwereld van jongeren is dat je met concrete<br />
voorbeelden moet aankomen en soortgelijke verhalen<br />
waar<strong>in</strong> ze zichzelf erkennen en herkennen.<br />
Om weer <strong>het</strong> voorbeeld van loverboys erbij te halen: op<br />
<strong>het</strong> moment dat jij daar slachtoffer van wordt, dan geef je<br />
er de voorkeur aan om verhalen van lotgenoten te horen.<br />
Dat is herkenbaar en maakt duidelijk welke stappen je<br />
kunt nemen. Dat hoor je <strong>het</strong> liefst van leeftijdsgenoten,<br />
want dat is vertrouwd en dichtbij. Dat Slachtofferhulp<br />
Nederland daar uite<strong>in</strong>delijk achter zit is vanzelfsprekend,<br />
maar <strong>het</strong> beg<strong>in</strong>t allemaal met de vraag: ‘Waarom zou ik<br />
überhaupt contact met jullie opnemen?’ Als je dat te<br />
horen krijgt van iemand van dezelfde leeftijd en die <strong>in</strong><br />
dezelfde situatie heeft gezeten en door jullie geholpen is,<br />
dan gaan ze <strong>in</strong> beweg<strong>in</strong>g komen. Dan weten ze hoe <strong>het</strong><br />
werkt, wat de vervolgstappen zijn, waar jullie voor zijn en<br />
dan vertrouwen ze je ook.”<br />
NIET ZEUREN<br />
Merlijn ziet vaak dat organisaties vanuit hun eigen<br />
structuur en aanbod met hun cliënten communiceren.<br />
“Trajecten zijn vaak helemaal niet aangesloten op jongeren.<br />
D<strong>in</strong>gen gaan zelden zoals jongeren willen. Terwijl de<br />
vraag eigenlijk moet zijn: hoe willen jongeren, ouderen,<br />
wie dan ook <strong>het</strong> liefst geholpen worden? Op <strong>het</strong> moment<br />
dat je daar een antwoord uit krijgt dan is de organisatie<br />
daar heel makkelijk naar te vormen. Met dat uitgangspunt<br />
kun je veel effectiever werken. De klassieke reflex is ‘zo<br />
werkt <strong>het</strong> hier nu eenmaal’. Dat kan natuurlijk nooit <strong>het</strong><br />
antwoord zijn, maar volwassenen zijn meer gewend om<br />
zich te conformeren aan een organisatie en te accepteren<br />
dat iets lang duurt of <strong>in</strong>gewikkeld is. Wij houden daar bij<br />
voorbaat reken<strong>in</strong>g mee. Jongeren accepteren dat gewoon<br />
nog niet. Wat ik verder merk is dat jongeren – en dat is,<br />
denk ik, van alle tijden – nooit serieus genomen worden.<br />
Bijvoorbeeld <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van slachtofferschap. Als jongeren<br />
slachtoffer worden dan zal <strong>het</strong> wel meevallen. Die moeten<br />
maar flexibel zijn. Terwijl als <strong>het</strong> een oud vrouwtje gebeurt,<br />
dan staat de hele wereld op zijn kop. Het algemene beeld<br />
is dat jongeren gewoon niet moeten zeuren. Blijkbaar hoort<br />
<strong>het</strong> er gewoon bij. Dan krijg je dat belerende: ‘Beschouw<br />
<strong>het</strong> als een levensles. Het overkomt iedereen wel eens.’<br />
Daar kunnen wij van Bureau Coen ons erg boos om<br />
maken. Of <strong>het</strong> nu om onderwijs gaat of wat dan ook, we<br />
kijken door een volwassenenbril en niet naar wat <strong>het</strong><br />
beste bij jongeren past.”<br />
DRIE LAGEN<br />
In <strong>het</strong> geval van slachtofferschap speelt dan ook nog mee<br />
dat <strong>het</strong> voor veel jongeren onbekend terre<strong>in</strong> is. “Als je<br />
nooit slachtoffer bent geweest, en niemand heeft je ooit<br />
de bedoel<strong>in</strong>g van de hulpverlen<strong>in</strong>g of de strafprocedure<br />
uitgelegd, hoe kun je dan ooit dat pad gaan bewandelen?<br />
Als ik niet weet hoe <strong>het</strong> werkt en als <strong>het</strong> mijn leefwereld<br />
niet aanspreekt dan ga ik <strong>het</strong> niet doen. Waarom zou ik?<br />
Ik wil een overtuigend antwoord op de vraag: waarom zou<br />
ik naar jou, Slachtofferhulp, toekomen?”, verplaatst Merlijn<br />
zich <strong>in</strong> de positie van een jong slachtoffer. “Als ik dat niet<br />
krijg, dan kom ik niet. Een antwoord van leeftijdsgenoten<br />
is voor mij veel overtuigender. Jij kunt als organisatie tien<br />
keer proberen uit te leggen waarom ik bij jou aan <strong>het</strong> juiste<br />
adres zou zijn, maar dat werkt niet. Want jij hebt er <strong>in</strong> mijn<br />
ogen een bepaald belang bij.” Daarom adviseert Merlijn:<br />
“Communiceer <strong>in</strong> drie lagen. De eerste stap is <strong>het</strong> beantwoorden<br />
van de vraag: waarom zou ik naar jullie komen?<br />
Waarom zijn jullie de <strong>in</strong>stantie die mij kunnen helpen?<br />
Dat antwoord willen ze krijgen van leeftijds genoten die<br />
<strong>het</strong>zelfde hebben meegemaakt. Die hebben geen belang,<br />
zijn objectief. Dan ga je helder maken hoe <strong>het</strong> vervolgtraject<br />
eruitziet, stap voor stap. De derde laag draait om de<br />
vraag wat ze zelf moeten ondernemen om die stappen te<br />
zetten. Daar komt Slachtofferhulp Nederland om de hoek,<br />
want ze zullen toch met iemand moeten gaan praten of<br />
een afspraak maken, om maar wat te noemen. Dat zijn de<br />
stappen naar succes.”<br />
150 151<br />
Wat hij nog wil meegeven is dat te veel focussen op de<br />
verschillen tussen generaties <strong>in</strong> veel gevallen niet tot<br />
een goede oploss<strong>in</strong>g leidt. “Ik ben van men<strong>in</strong>g dat alle<br />
generaties uite<strong>in</strong>delijk allemaal dezelfde behoeften<br />
hebben. Ook al zijn de tijden waar<strong>in</strong> we opgroeien verschillend,<br />
zeker wat de technische ontwikkel<strong>in</strong>gen betreft.<br />
Je hebt behoefte aan helderheid en duidelijkheid. Je hebt<br />
erkenn<strong>in</strong>g en herkenn<strong>in</strong>g nodig. Als je iets kunt overzien,<br />
kun je makkelijker tot actie overgaan. Dat is van alle tijden<br />
en voor iedereen.”
Onderschat<br />
<strong>het</strong> belang van<br />
ouders niet<br />
152 153<br />
Ilse Vande Walle (41) ziet dat<br />
jonge slachtoffers steun <strong>in</strong><br />
hun eigen omgev<strong>in</strong>g zoeken<br />
INTERVIEW<br />
“Niet opgeven”, is <strong>het</strong> stellige advies van<br />
Ilse Vande Walle. “Want jongeren zeggen vaak<br />
‘nee’ tegen Slachtofferhulp omdat ze <strong>het</strong> niet<br />
kennen.” De van orig<strong>in</strong>e Vlaamse Vande Walle is<br />
opgeleid als sociaal werker en <strong>in</strong>middels al zo’n<br />
tw<strong>in</strong>tig jaar actief <strong>in</strong> <strong>het</strong> slachtofferhulp wezen,<br />
waar ze geldt als expert op <strong>het</strong> gebied van<br />
k<strong>in</strong>deren en jongeren.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
En als er dan contact is,<br />
accepteren ze <strong>het</strong><br />
hulpaanbod vaak niet<br />
Het gesprek v<strong>in</strong>dt telefonisch plaats, want Vande Walle<br />
woont momenteel <strong>in</strong> Londen. Met een sappig Vlaams<br />
accent vertelt ze over <strong>in</strong>zichten die zij als hulpverlener <strong>in</strong><br />
drie landen vergaarde. Bijvoorbeeld over <strong>het</strong> vraagstuk<br />
dat jongeren toch zo moeilijk aangifte doen of contact<br />
opnemen met <strong>in</strong>stanties die hen kunnen ondersteunen.<br />
En als er dan contact is, accepteren ze <strong>het</strong> hulpaanbod<br />
vaak niet. “Wat ik altijd deed, was even bellen met de<br />
vraag: ‘Kun je mij kort vertellen wat er precies is gebeurd?<br />
Ik weet dat je overvallen bent, maar ik wil graag jouw verhaal<br />
horen. Ik v<strong>in</strong>d <strong>het</strong> fijn om te horen dat je geen hulp<br />
wilt, als dat zo is dan is dat oké.’ Maar ik ga dan toch even<br />
<strong>het</strong> rijtje af. Ik vraag of er d<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> hun leven anders zijn<br />
geworden en of ze <strong>het</strong> aan iemand verteld hebben.<br />
Als ze nee zeggen, dan gaat er een alarmbelletje r<strong>in</strong>kelen.<br />
Dan zeg ik: ‘Ik bel je volgende week of over twee weken<br />
nog eens terug.’ En wanneer ik dat doe, neemt negentig<br />
procent toch weer de telefoon op. Dat valt wel op.”<br />
LIEVER TELEFONISCH<br />
Vande Walle geeft <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie de voorkeur aan een<br />
telefonische benader<strong>in</strong>g boven face-to-facecontact.<br />
“Ik heb <strong>het</strong> gevoel dat <strong>het</strong> voor jongeren echt een drempel<br />
is om naar een bureau te komen of iemand op bezoek te<br />
krijgen. Hier <strong>in</strong> Engeland is mijn ervar<strong>in</strong>g met jongeren dat<br />
ik ze wel zes maanden lang wekelijks aan de telefoon kon<br />
hebben, maar dat ze bij de drie of vier afspraken die we<br />
maakten nooit zijn komen opdagen. We bleven wel telefonisch<br />
contact houden; ze verwachtten mijn telefoontje<br />
ook. Jongeren zijn bezig met hun leven, die plannen geen<br />
week vooruit. Over een week kan <strong>het</strong> allemaal weer heel<br />
anders zijn. Evel<strong>in</strong>e Crone, de auteur van <strong>het</strong> boek Het<br />
puberende bre<strong>in</strong> zegt dat plannen voor jongeren een complexe<br />
aangelegenheid is. Bovendien, de eerste keer naar<br />
een hulpverlener gaan is absoluut niet iets waar jongeren<br />
naar uitkijken. Ze hebben vaak ook geen idee wat ze kunnen<br />
verwachten. Dus zo’n afspraak wordt dan gemakkelijk<br />
‘vergeten’. Daarom geef ik de voorkeur aan telefonisch<br />
contact. Ik vraag of ze <strong>het</strong> al aan iemand hebben verteld,<br />
of ze goed slapen, waar ze nu mee bezig zijn. Als ze dan<br />
aangeven dat ze <strong>het</strong> toch wel moeilijk hebben, dan bied ik<br />
aan: ‘Zullen we eens afspreken of heb je liever dat ik je nog<br />
eens bel?’ Ook wanneer jongeren aangeven dat <strong>het</strong> goed<br />
gaat, bied ik aan om de week erna nog eens terug te bellen:<br />
‘Je doet <strong>het</strong> echt wel heel goed, maar is <strong>het</strong> goed dat ik<br />
jou de week hierna nog eens bel?’ Eigenlijk sta ik er wel op<br />
dat als we geen afspraak maken, ik hen mag terugbellen.<br />
Komt <strong>het</strong> dan tot een face-to-face-afspraak, dan heb ik ze<br />
meestal al vier of vijf keer aan de telefoon gehad. Soms<br />
kan <strong>het</strong> gewoon ook wel nodig zijn om samen d<strong>in</strong>gen<br />
voor te bereiden: de schadevergoed<strong>in</strong>g, de rechtszitt<strong>in</strong>g,<br />
allerlei praktische zaken.”<br />
In Engeland werkt <strong>het</strong> aanbieden van slachtofferhulp <strong>in</strong><br />
grote lijnen <strong>het</strong>zelfde als <strong>in</strong> Nederland: de politie geeft de<br />
gegevens van slachtoffers door aan de betreffende slachtofferhulporganisatie,<br />
die dan <strong>het</strong> contact <strong>in</strong>itieert. Zo’n<br />
actieve benader<strong>in</strong>g is noodzakelijk omdat slachtoffers −<br />
en <strong>in</strong> <strong>het</strong> bijzonder jonge slachtoffers − de hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
op eigen gelegenheid moeilijk weten te bereiken. Doen<br />
slachtoffers geen aangifte, dan kan Slachtofferhulp ook<br />
geen contact opnemen. En juist aangifte doen is voor veel<br />
jongeren een probleem.<br />
WEGSTUREN<br />
“Dat ze niet snel aangifte doen, heeft met een aantal<br />
zaken te maken”, legt Vande Walle uit. “In bepaalde gevallen<br />
realiseren jongeren zich helemaal niet dat <strong>het</strong> om een<br />
misdrijf gaat waarvan je aangifte moet doen. Bijvoorbeeld<br />
dat er iets van je afgepakt wordt, een vechtpartij op school<br />
of ernstige vormen van pesten. Anderzijds zie je bij jongeren<br />
ook <strong>het</strong> denkbeeld: de politie gaat toch niets voor mij<br />
doen, die gaan mij gewoon wegsturen. Toen ik hier <strong>in</strong><br />
Londen bij Slachtofferhulp werkte, merkte ik dat <strong>het</strong> soms<br />
ook zo gaat. Zo hielp ik een jongen van een jaar of 13. Zijn<br />
mobiele telefoon was gestolen, al zijn contacten waren<br />
weg. Voor hem was dat verschrikkelijk. Hij g<strong>in</strong>g naar de<br />
politie en vroeg ze om de telefoon te traceren, want dat is<br />
mogelijk via de satelliet. ‘Dat doen we alleen als je vermoord<br />
wordt en niet als je telefoon alleen maar gestolen<br />
is’, kreeg hij als antwoord. Zo’n jongen voelt zich absoluut<br />
niet serieus genomen. Met als gevolg dat hij nooit meer<br />
naar de politie gaat en zijn vriendjes ook niet. Want hij had<br />
ze natuurlijk wel verteld: ‘Daar hoef je niet naartoe te gaan,<br />
ze nemen je echt niet serieus.’ Daarnaast speelt de peer<br />
group een belangrijke rol. Jongeren willen stoer zijn en bij<br />
de groep horen. Worden ze slachtoffer − ook al raakt hen<br />
dat enorm − dan zullen ze dat toch niet snel aan de politie<br />
vertellen of ermee naar de hulpverlen<strong>in</strong>g gaan. Soms ook<br />
omdat ze bang zijn voor wraak. Hier <strong>in</strong> Engeland heb je<br />
heel slechte buurten, waar gangs de dienst uitmaken.”<br />
Ze onderbreekt <strong>het</strong> gesprek wanneer er babygehuil op de<br />
achtergrond kl<strong>in</strong>kt. ‘De tandjes komen door’, verontschuldigt<br />
ze zich met een lach. Dan hervat ze <strong>het</strong> gesprek:<br />
“En niet te vergeten: er is de schaamte. Vooral als <strong>het</strong> gaat<br />
om seksuele misdrijven. Jongeren schamen zich en voelen<br />
zich schuldig. Zijn bang dat hun ouders <strong>het</strong> te weten<br />
zullen komen. Vaak wordt hun door de dader een schuldgevoel<br />
aangepraat. Of je kent de situaties wel dat jongeren<br />
aan hun ouders hebben verteld dat ze bij een vriend of<br />
vriend<strong>in</strong>netje blijven slapen en dan stiekem naar een feest<br />
gaan. Als hun daar iets overkomt, zullen ze dat niet vertellen,<br />
want ze zijn bang dat <strong>het</strong> uitkomt bij hun ouders.<br />
Soms pakt <strong>het</strong> voor hen ook helemaal verkeerd uit<br />
wanneer ze <strong>het</strong> wel aan iemand vertellen. Ik heb ooit een<br />
meisje begeleid die een jaar geleden was verkracht door<br />
de broer van haar toenmalige vriend. Ze wilde dat echt<br />
aan niemand zeggen, want ze was bang haar vriend kwijt<br />
te raken. Bovendien was de dader een heel populaire<br />
jongen <strong>in</strong> hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Dus ze had er met niemand<br />
over gesproken. Maar een jaar later g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> niet meer,<br />
ze studeerde aan de universiteit en haar punten g<strong>in</strong>gen<br />
onderuit. Ze is ermee naar haar studiebegeleider gegaan,<br />
heeft enorm gehuild en die studiebegeleider heeft toen<br />
direct de politie <strong>in</strong>geschakeld. Die heeft haar wel serieus<br />
genomen, maar een jaar na dato viel er natuurlijk niets<br />
meer te bewijzen. Ze hebben haar vriend, met wie <strong>het</strong><br />
toen al uit was, ondervraagd, en de broer die <strong>het</strong> gedaan<br />
had en een aantal mensen uit hun vriendenkr<strong>in</strong>g. De politie<br />
geloofde haar wel, maar veel van haar vrienden niet. Ze<br />
zei: ‘Als ik dit geweten had zou ik <strong>het</strong> nooit, nooit, nooit<br />
aan iemand verteld hebben.’ Als jongeren met iets naar<br />
buiten komen, hebben wij volwassenen de neig<strong>in</strong>g<br />
meteen <strong>het</strong> roer van hen over te nemen, direct de politie<br />
<strong>in</strong> te schakelen, terwijl dat niet is wat ze willen. Belangrijk<br />
is om te luisteren en samen met de jongere te bespreken<br />
wat die zelf wil.”<br />
154 155
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
SIGNALEN<br />
Jongeren mogen dan niet altijd expliciet aan de bel trekken,<br />
ouders zien vaak wel signalen, weet Vande Walle. “Ik<br />
heb een aantal <strong>in</strong>terviews gedaan met jongeren die niets<br />
verteld hebben; dan bleek <strong>het</strong> meestal te gaan om seksuele<br />
misdrijven. Daarover kunnen jongeren heel lang zwijgen,<br />
maar eigenlijk konden hun ouders bijna de datum<br />
aanwijzen waarop ze merkten dat hun k<strong>in</strong>d volledig was<br />
veranderd. ‘Plots zag ik dat er iets mankeerde’, zeggen ze<br />
dan. Ze denken <strong>in</strong> zulke gevallen vaak dat er iets op school<br />
speelt, want <strong>het</strong> laatste waar je aan denkt is dat je k<strong>in</strong>d is<br />
verkracht. Dat komt gewoon niet <strong>in</strong> hen op. Bij jongeren<br />
zie je twee reacties. De ene groep komt er uite<strong>in</strong>delijk mee<br />
naar buiten. Dat kan een paar maanden duren, een jaar of<br />
zelfs langer. De andere groep jongeren vertelt <strong>het</strong> niet en<br />
zoekt een manier om ermee te leven. Dat houdt vaak <strong>in</strong><br />
dat ze een aantal activiteiten of plaatsen vermijden of breken<br />
met mensen <strong>in</strong> hun vriendenkr<strong>in</strong>g. Maar de jongeren<br />
die besloten <strong>het</strong> wel te vertellen, gaven <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>in</strong>terview<br />
aan: ‘Het stomste wat ik heb gedaan, is <strong>het</strong> zo lang voor<br />
me te houden.’ Ze hadden verwacht dat hun ouders<br />
kwaad zouden worden, maar dat gebeurt niet. Ouders zijn<br />
eigenlijk altijd begripvol, en ze zijn vaak ook opgelucht.<br />
Want nu weten ze tenm<strong>in</strong>ste wat er aan de hand is.”<br />
Vaak zoeken jongeren steun <strong>in</strong> hun vriendengroep. Vande<br />
Walle verbaast zich erover hoe begripvol jongeren soms<br />
naar elkaar kunnen zijn. “Meisjes die verkracht zijn toen ze<br />
15, 16 jaar waren en op hun 18e een vriend krijgen die hen<br />
echt steunt. Ik ben heel aangenaam verrast hoe begripvol<br />
zo’n jongen kan zijn. Maar <strong>het</strong> tegenovergestelde gebeurt<br />
ook, en dan kan de ontgoochel<strong>in</strong>g groot zijn. Jongeren die<br />
vertellen: ‘Ik heb <strong>het</strong> aan mijn beste vriend<strong>in</strong> verteld en die<br />
heeft <strong>het</strong> doorgebrieft aan de hele school.’ Ze kunnen heel<br />
empathisch zijn, maar evengoed denken: ‘Krijg de kouwe<br />
kleren, <strong>het</strong> is jouw probleem.’ Soms worden de slachtoffers<br />
zelfs uitgelachen door hun leeftijdsgenoten. Misschien<br />
omdat ze met bepaalde, schokkende verhalen nog niet<br />
goed kunnen omgaan. We moeten ook niet vergeten dat<br />
jongeren die een schokkende gebeurtenis hebben meegemaakt,<br />
soms een bepaalde leeftijdsfase overslaan. Die<br />
zijn geconfronteerd met d<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> dat jongere-zijn<br />
niet thuishoren. Vandaar dat lotgenotencontact veel voor<br />
hen kan betekenen. Jongeren met jongeren <strong>in</strong> contact<br />
brengen die <strong>het</strong>zelfde hebben meegemaakt, die op<br />
<strong>het</strong>zelfde niveau staan. Dat kan face to face maar ook via<br />
een forum of chat. Heel belangrijk is dat ze zich niet meer<br />
alleen voelen. Want hoe vaak zijn ze niet de enige <strong>in</strong> de<br />
klas of <strong>in</strong> de vriendengroep die dat specifieke feit hebben<br />
meegemaakt? Tijdens zo’n bijeenkomst zie je dat ze eigenlijk<br />
allemaal dezelfde vragen stellen en dezelfde gevoelens<br />
Het stomste wat ik heb gedaan,<br />
is <strong>het</strong> zo lang voor me te houden<br />
uiten: de schaamte, <strong>het</strong> lange zwijgen. Nu zien ze: ik ben<br />
niet alleen. Dat is vaak al zo’n veradem<strong>in</strong>g voor jongeren.”<br />
Erover kunnen praten is niet de enige vorm van steun<br />
waar jongeren iets aan hebben, vult Vande Walle aan.<br />
“Er zijn veel vormen van steun. De vriendengroep kan<br />
steunend zijn omdat daar <strong>het</strong> normale leven verder gaat.<br />
Dat je er juist niet over hoeft te praten. Volwassenen v<strong>in</strong>den<br />
dat soms moeilijk te begrijpen: je ziet dat ze <strong>het</strong> moeilijk<br />
hebben maar dan gaan ze ’s avonds wel gezellig uit met<br />
vrienden en is er <strong>in</strong>eens niets meer aan de hand. Maar dat<br />
is iets wat ze nodig hebben: gezellig samen dr<strong>in</strong>ken, uitgaan,<br />
een film kijken. Gewoon, <strong>het</strong> normale leven dat<br />
verdergaat. Dat maakt <strong>het</strong> dragelijk. Dat is ook steun.”<br />
verzoek om contact op te nemen met hun k<strong>in</strong>d. Dan zeg<br />
ik: ‘Oké, dat wil ik gerust doen, maar dan zeg ik dat jij me<br />
dat hebt gevraagd.’ En dan vertel ik zo’n jongere: ‘Kijk, je<br />
moeder belt mij, die maakt zich zorgen. Ik wil graag jouw<br />
kant van <strong>het</strong> verhaal horen. Heeft ze gelijk dat ze zich zorgen<br />
maakt?’ Dan is er met jongeren vaak wel sneller een<br />
afspraak te maken, want ze willen <strong>het</strong> probleem van hun<br />
moeder opgelost zien. Want als je aan jongeren vraagt wie<br />
voor hen <strong>het</strong> belangrijkste is, en dat hebben we <strong>in</strong> vrijwel<br />
al onze <strong>in</strong>terviews 1 gehoord, dan zeggen ze bijna allemaal<br />
automatisch: ‘Mijn moeder.’ Of: ‘Mijn ouders.’ Maar meestal<br />
is <strong>het</strong> de moeder. En als je dan vraagt waarom, dan zeggen<br />
ze: ‘Ik weet dat ze er altijd is als ik haar nodig heb.’ Dus als<br />
ouders bellen uit zorg over hun k<strong>in</strong>d en jij belt vervolgens<br />
die jongere, dan nemen ze je dat meestal niet kwalijk.<br />
Want diep van b<strong>in</strong>nen v<strong>in</strong>den ze <strong>het</strong> ook wel fijn dat hun<br />
ouders bezorgd zijn. Dat bevestigt: ze houden van mij. Ik<br />
denk dat <strong>het</strong> belang van ouders absoluut onderschat<br />
wordt. Bij alle <strong>in</strong>terviews met jongeren was dat voor mij<br />
<strong>het</strong> meest verrassende wat eruit kwam. Zelf dacht ik ook<br />
altijd dat ze veel eerder de steun van hun vrienden, hun<br />
peer group zouden zoeken. En die is ook heel belangrijk.<br />
Zowel positief, om <strong>het</strong> dagelijks leven mee door te zetten,<br />
als <strong>in</strong> negatieve z<strong>in</strong>. Want als vrienden op een verkeerde<br />
manier reageren dan gaan jongeren ook volledig <strong>in</strong> de put<br />
zitten. ‘Ik heb nu niemand meer.’ Maar voor de basis en stabiliteit,<br />
en om te kunnen terugvallen op iemand, blijven<br />
de ouders wel <strong>het</strong> belangrijkste.”<br />
OUTREACHEND WERKEN<br />
156 Aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>de van <strong>het</strong> gesprek heeft de Vlaamse jongerenexpert<br />
157<br />
nog wat tips mee te geven. “Slachtofferhulp kan<br />
een heel belangrijke rol spelen <strong>in</strong> <strong>het</strong> verwerk<strong>in</strong>gsproces<br />
van jongeren, maar je moet ze kunnen bereiken. Daarom<br />
is <strong>het</strong> belangrijk om outreachend te werken en de de juiste<br />
<strong>in</strong>steek te v<strong>in</strong>den. Het is net alsof je een enorme bos sleutels<br />
hebt en je moet degene zien te v<strong>in</strong>den die past. Soms<br />
lukt dat al na drie keer, en soms moet je tien, vijftien keer<br />
blijven proberen. Kijk, <strong>in</strong> Vlaanderen bereiken ze zo goed<br />
als geen jongeren, want daar moeten jongeren er zelfs<br />
voor tekenen: ik wil dat iemand van Slachtofferhulp mij<br />
contacteert. Geen jongere die dat doet, dat is een enorme<br />
drempel. En ook aandr<strong>in</strong>gen op een bezoek is niet verstandig.<br />
Met een telefoontje kun je veel meer bereiken.<br />
noten<br />
Zo’n eerste gesprek duurt meestal niet meer dan vijf of zes<br />
1)<br />
De <strong>in</strong>terviews waar Vande Walle <strong>het</strong> over heeft werden verzameld <strong>in</strong> <strong>het</strong> boek<br />
m<strong>in</strong>uten − áls ze al zo lang duren. Gewoon de basis: ‘Kun je<br />
“Ik krijg <strong>het</strong> moeilijk uit mijn hoofd.” Getuigenissen van k<strong>in</strong>deren, jongeren en<br />
mij kort vertellen wat er is gebeurd? Van de politie weet ik<br />
dat je overvallen bent, maar ik wil <strong>het</strong> graag even van jou<br />
ouders na een misdrijf of een plotsel<strong>in</strong>g overlijden. Ilse Vande Walle en Liselot<br />
Willems, 2013, Witsant Uitgever.<br />
horen. Wat is er gebeurd?’ Soms bellen ouders met <strong>het</strong>
Een slechte jeugd<br />
is geen excuus<br />
Het kostte Katie (24 ) jaren<br />
om de angst voor haar overvaller<br />
te overw<strong>in</strong>nen<br />
158 159<br />
INTERVIEW<br />
Een paar m<strong>in</strong>uten kunnen je leven voorgoed<br />
veranderen. In Katie’s 1 geval gebeurde dat <strong>in</strong><br />
de zomer van 2009, toen ze 19 was. “Ik stond <strong>in</strong><br />
de w<strong>in</strong>kel en <strong>het</strong> was vijf uur ’s middags. De deur<br />
stond open omdat <strong>het</strong> zo ontzettend warm was.<br />
Toen gebeurde <strong>het</strong>.” Ineens stond er een man<br />
met pruik en pet op voor haar neus. Hij bedreigt<br />
haar met een pistool en vraagt om <strong>het</strong> geld uit<br />
de kassa. “Ik bevroor en was helemaal perplex.<br />
Het enige dat ik kon denken was dat ik moest<br />
doen wat hij zei. Dat heb ik gedaan.”
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
Katie, destijds bezig met een hbo-opleid<strong>in</strong>g, werkt <strong>in</strong> de<br />
zomervakantie <strong>in</strong> een w<strong>in</strong>kel om wat bij te verdienen wanneer<br />
de overval plaatsv<strong>in</strong>dt. Op <strong>het</strong> moment dat de overvaller<br />
met <strong>het</strong> geld de w<strong>in</strong>kel uitrent, komt ze weer bij<br />
haar positieven en rent erachteraan. “Ik wilde weten waar<br />
hij naartoe g<strong>in</strong>g. Toen ben ik naar de buurman gegaan en<br />
die heeft de politie gebeld.” De politie is snel ter plaatse en<br />
beg<strong>in</strong>t gelijk met <strong>het</strong> onderzoek. Er zijn camerabeelden<br />
van de overval en Katie kan een beschrijv<strong>in</strong>g van de dader<br />
geven, al blijkt die achteraf niet zo accuraat. Een d<strong>in</strong>g weet<br />
ze wel zeker: <strong>het</strong> is een jonge knul.<br />
SUPERRECHERCHEURS<br />
Anneke, haar moeder, is ondertussen <strong>in</strong>gelicht en naar de<br />
w<strong>in</strong>kel toegekomen. Ze beseft welke doodsangst Katie<br />
heeft uitgestaan als ze de natte broek van haar dochter<br />
ziet. “Ze wilden haar zo meenemen naar <strong>het</strong> politiebureau.<br />
Dat vond ik wel heel naar. Op dat moment liet <strong>het</strong> haar<br />
koud, maar <strong>het</strong> greep mij erg aan. Ik heb haar toen mijn<br />
eigen kleren gegeven zodat ze wat droogs aan kon trekken.<br />
Kijk, ik begrijp best dat ze haar mee moeten nemen<br />
naar <strong>het</strong> politiebureau, maar ik wilde dat ze haar even de<br />
tijd hadden gegund om zich fatsoenlijk om te kleden. Bij<br />
de kled<strong>in</strong>gw<strong>in</strong>kel aan de overkant had ik zo even een<br />
broek kunnen kopen.” Dat is de enige kritiek op <strong>het</strong> optreden<br />
van de politie, want verder zijn moeder en dochter vol<br />
lof. Anneke: “Die rechercheurs waren echt super. Ze zijn<br />
mee geweest naar elke rechtszitt<strong>in</strong>g.” “Dat had ik nooit verwacht”,<br />
vult Katie aan, “Ik had altijd een heel ander beeld<br />
van ze.”<br />
De dader is snel gegrepen. Zijn eigen moeder heeft hem<br />
de volgende dag aangegeven na een uitzend<strong>in</strong>g op de<br />
regionale tv. Het blijkt een jongen van 18 te zijn met veel<br />
problemen, vertelt Anneke. “Hij had geen vaste woon- of<br />
verblijfplaats, zijn vader zat <strong>in</strong> <strong>het</strong> buitenland. En hij heeft<br />
nog een w<strong>in</strong>kel overvallen.” “Hij had <strong>het</strong> geld nodig voor<br />
zijn gokverslav<strong>in</strong>g”, weet Katie <strong>in</strong>middels. Zijn moeilijke<br />
jeugd en slechte omstandigheden werden door de advocaat<br />
en officier van justitie uitvoerig aangehaald tijdens<br />
de rechtszitt<strong>in</strong>g. Dat geeft Katie en haar moeder na ruim<br />
vijf jaar nog steeds een heel nare smaak <strong>in</strong> de mond. “De<br />
advocaat zei dat ik <strong>het</strong> geluk had dat mijn wieg op de<br />
goede plek stond en die van hem niet”, vertelt Katie. In<br />
haar stem kl<strong>in</strong>kt bitterheid door. “Maar dat hij uit een<br />
slecht milieu komt, is toch geen reden om te doen wat hij<br />
mij heeft aangedaan? Dat geeft hem toch geen vrijbrief?<br />
Mijn wieg mag dan wel op de goede plek hebben gestaan,<br />
maar ik heb vanaf mijn 15e ook gewoon gewerkt voor<br />
mijn geld. Die opmerk<strong>in</strong>g gaf mij <strong>het</strong> gevoel dat ik <strong>het</strong><br />
over mezelf had afgeroepen, of zo. Maar ik heb er toch niet<br />
om gevraagd?” “Wij hebben dat als heel kwetsend ervaren”,<br />
Maar dat hij uit een slecht milieu komt,<br />
is toch geen reden om te doen<br />
wat hij mij heeft aangedaan?<br />
vult Anneke aan. “Dus als jouw wieg niet op de goede plek<br />
staat, dan mag je blijkbaar een ander bij wijze van spreken<br />
de hersens <strong>in</strong>slaan.”<br />
METAMORFOSE<br />
Katie vraagt zich af of de dader enig besef heeft gehad<br />
van wat hij haar <strong>in</strong> die paar m<strong>in</strong>uten heeft aangedaan. De<br />
angst heeft haar nog jaren <strong>in</strong> zijn greep gehad. “Het was<br />
niet zozeer <strong>het</strong> wapen maar <strong>het</strong> totaal onverwachte dat<br />
mij zo bang heeft gemaakt. Normaal durfde ik altijd de<br />
straat op, ook ’s nachts. Maar nu niet meer. Als ik alleen<br />
thuis was g<strong>in</strong>gen alle ramen dicht en de deur op slot. Zo<br />
was ik nooit.” Ze vertelt hoe ze meer dan dertig kilo kwijtraakte<br />
en haar lange haar afknipte om maar niet meer<br />
herkenbaar te zijn, zo bang was ze voor hem. Ze onderg<strong>in</strong>g<br />
een totale metamorfose, zelfs haar eigen klasgenoten herkenden<br />
haar niet meer. Alleen zijn durfde ze niet. Ze kreeg<br />
nachtmerries. Er ontstonden problemen op school, waar<br />
ze alle zeilen bij moest zetten om verplichte toetsen te<br />
halen en te kunnen blijven studeren. Ze verhuisde zelfs<br />
naar een andere plaats. “Het heeft jaren geduurd tot ik<br />
weer een beetje kon functioneren, zeker tot na mijn studie.<br />
En nog steeds… Ik ben niet zo snel bang, maar als ik<br />
’s avonds buiten loop of als ik alleen <strong>in</strong> huis ben en ik hoor<br />
wat, dan komt alles weer terug. Niet dat ik dan huilend <strong>in</strong><br />
een hoekje kruip, maar <strong>het</strong> komt wel terug.”<br />
Bij de vraag of ze naar de rechtszaak is geweest, komen de<br />
emoties toch weer even naar boven. Haar moeder neemt<br />
<strong>het</strong> verhaal over. “Ze was zo ontzettend bang voor hem.<br />
De politie zei ook dat <strong>het</strong> geen fijn mannetje was. Op de<br />
eerste zitt<strong>in</strong>g waren zijn vader en tw<strong>in</strong>tig van zijn vrienden<br />
erbij. Heel <strong>in</strong>timiderend. De aanwezige rechercheurs vroegen<br />
of ik bang was voor hen, of voor de dader. Want hij<br />
heeft zelfs vanuit de gevangenis nog geprobeerd haar<br />
bang te maken. Maar ik laat me niet bang maken. Als ik de<br />
kans zou krijgen doe ik hem wat, want hij heeft mijn dochter<br />
kapotgemaakt. Hij heeft vier jaar van haar jeugd afgenomen.<br />
Van de vrolijke meid die ze was, is niets meer over.”<br />
De dader werd uite<strong>in</strong>delijk veroordeeld tot vier jaar, waarvan<br />
twee jaar voorwaardelijk. De andere twee jaar moest<br />
hij doorbrengen <strong>in</strong> een jeugd<strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g voor behandel<strong>in</strong>g.<br />
“Voor Nederlandse begrippen is twee jaar veel”, aldus<br />
Anneke, die er geen geheim van maakt dat de straf wat<br />
haar betreft heel wat zwaarder had mogen zijn. “We hebben<br />
onlangs bericht gekregen dat hij vrij is gekomen.<br />
Maar hij heeft gelijk daarna weer een autokraak gezet en<br />
dus hebben ze hem weer opgepakt.”<br />
GEKKE MENSEN<br />
Voor Katie waren de rechtszitt<strong>in</strong>gen een te grote belast<strong>in</strong>g,<br />
maar Anneke is naar alle zitt<strong>in</strong>gen geweest. Ze werd<br />
daarbij steeds vergezeld door de eigenaar van de w<strong>in</strong>kel,<br />
een vriend<strong>in</strong> en Jack, een medewerker van Slachtofferhulp<br />
Nederland. Ook voor Jack – “onze steun en toeverlaat” –<br />
hebben moeder en dochter niets dan waarder<strong>in</strong>g, hoewel<br />
Katie <strong>in</strong> <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> erg twijfelde of ze Slachtofferhulp wel<br />
zou <strong>in</strong>schakelen. “Op <strong>het</strong> politiebureau adviseerden de<br />
rechercheurs me om contact op te nemen met<br />
Slachtofferhulp en ik kreeg een folder mee. Eerst wilde ik<br />
dat niet. Ik vond dat ik er zelf wel uit kon komen en wilde<br />
er eigenlijk niet over praten. Gewoon doorgaan met mijn<br />
leven. Bij Slachtofferhulp dacht ik aan de psycholoog, dat<br />
soort hulp. In mijn belev<strong>in</strong>g was dat alleen voor ‘gekke’<br />
mensen. Ik kon <strong>het</strong> gewoon zelf en daarbij had ik geen<br />
hulp nodig. Maar de rechercheurs zeiden: ‘Doe <strong>het</strong> nou<br />
maar.’ Toen dacht ik: laten we <strong>het</strong> dan maar doen. Als<br />
iedereen zegt dat <strong>het</strong> werkt...” Ze belde zelf en kwam zo <strong>in</strong><br />
contact met Jack. Nu zou ze iedere jongere adviseren om<br />
gebruik te maken van Slachtofferhulp. “Wij zijn heel goed<br />
begeleid. Dat was echt super.” “Jij hebt ook <strong>het</strong> geluk<br />
gehad dat de rechercheurs jou die richt<strong>in</strong>g opduwden”,<br />
160 161
GRENZEN IN HET GEDING<br />
VERHALEN UIT DE PRAKTIJK<br />
v<strong>in</strong>dt Anneke, die wel begrijpt dat voor jongeren de drempel<br />
vaak hoog is. “Daarom zou <strong>het</strong> wel goed zijn om de<br />
<strong>in</strong>gang duidelijker te maken.”<br />
Jack en andere medewerkers van Slachtofferhulp<br />
Nederland hielpen de familie ook bij <strong>het</strong> opstellen van een<br />
schriftelijke slachtofferverklar<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> verhalen van de<br />
schade op de dader. De rechter heeft Katie de schadevergoed<strong>in</strong>g<br />
toegewezen, al vocht de advocaat van de overvaller<br />
<strong>het</strong> opgevoerde bedrag wel aan. “Jack zei op een<br />
gegeven moment tegen haar: ‘Je moet terug de w<strong>in</strong>kel <strong>in</strong>.<br />
Je angst overw<strong>in</strong>nen en weer proberen te werken’”, beg<strong>in</strong>t<br />
Anneke uit te leggen. Katie: “Ik heb <strong>het</strong> een dag geprobeerd,<br />
maar…” “Het g<strong>in</strong>g gewoon niet”, pakt Anneke de<br />
draad weer op, “Zijn advocaat eiste dat <strong>het</strong> loon van die<br />
andersom mag <strong>het</strong> slachtoffer niets van de dader weten.<br />
Dat is toch de omgekeerde wereld?”, v<strong>in</strong>dt Anneke. Dat<br />
speelde zich af voor de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de Wet versterk<strong>in</strong>g<br />
positie slachtoffers, die slachtoffers <strong>het</strong> recht geeft om<br />
kennis te nemen van de processtukken. “De aangifte zit <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> strafdossier, en daar<strong>in</strong> sta je met naam en toenaam<br />
vermeld. Hij weet dus alles van mij. En ik mag niets van<br />
hem weten. Dat v<strong>in</strong>d ik zo krom. Dat is ook een van de<br />
redenen dat ik me <strong>in</strong> huis opsloot. Hij heeft me gezien, hij<br />
weet wie ik ben, waar ik woon.” Met behulp van een sympathiserende<br />
officier van justitie werd de kennisachterstand<br />
uite<strong>in</strong>delijk verholpen. Anneke: “De officier moest<br />
toevallig even naar <strong>het</strong> toilet en ze liet <strong>het</strong> dossier omgekeerd<br />
op tafel liggen. Dus konden Jack en ik alles lezen.”<br />
162<br />
ene dag moest worden afgetrokken van de schadevergoed<strong>in</strong>g.”<br />
“Het gaat me niet om <strong>het</strong> geld”, vervolgt haar dochter.<br />
“Wat voor mij telde was dat <strong>het</strong> ook daadwerkelijk van<br />
hem komt. Ik hoef geen geld van de overheid of zo, ik<br />
wilde dat hij elk dubbeltje zelf zou neertellen. Al moet hij<br />
Op de vraag hoe ze de hulp heeft ervaren, antwoordt Katie:<br />
“Ik wist helemaal niets van rechtszaken. Dan is <strong>het</strong> fijn als<br />
iemand je persoonlijk komt uitleggen wat de mogelijkheden<br />
zijn en hoe <strong>het</strong> allemaal <strong>in</strong> zijn werk gaat. Met een<br />
standaardbrief lukt dat niet. Ik wilde weliswaar niet zelf<br />
163<br />
tien jaar betalen. Dan voelt hij misschien wat hij gedaan<br />
heeft.” Uite<strong>in</strong>delijk kreeg ze <strong>het</strong> geld <strong>in</strong> één keer gestort<br />
omdat ze <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g kwam voor de voorschotregel<strong>in</strong>g.<br />
“Maar Jack heeft me verzekerd dat ze <strong>het</strong> bij hem gaan<br />
<strong>in</strong>nen. 2275 euro heb ik gekregen. Een hoog bedrag, zei<br />
naar die rechtszaken, maar ik wilde wel precies weten wat<br />
er gebeurde. Jack vroeg dan netjes aan mij of ik wilde dat<br />
hij voor mij zou gaan. Wilde ik iets weten over slachtofferzaken<br />
of over de strafprocedure dan belde hij er gelijk achteraan<br />
en kreeg ik de volgende dag een antwoord.”<br />
<strong>het</strong> beg<strong>in</strong> kwam hij iedere week wel even langs of hij<br />
belde. Op zijn aandr<strong>in</strong>gen ben ik toch ook maar naar een<br />
psycholoog gegaan, al had ik nog steeds <strong>het</strong> idee: ik ben<br />
toch niet gek? Ik heb EMDR-therapie gekregen en dat<br />
heeft wel geholpen”, aldus Katie. “Jack heeft ook met mijn<br />
allemaal doorheen gaat. Jack zei altijd: ‘Ik heb zelf niet<br />
meegemaakt wat jou is overkomen, maar ik kan me wel<br />
<strong>in</strong>leven.’ Het was fijn dat ik altijd kon bellen als dat nodig<br />
was. Ik hoef er ook niet dagelijks over te praten. Heel veel<br />
mensen weten niet wat er gebeurd is en dat is wat mij<br />
de officier. Dat was wat ik verdiend zou hebben als ik de<br />
schoolbegeleider gepraat. Dat durfde ik namelijk niet.” betreft prima. Ik wil niet dat ze me zielig v<strong>in</strong>den om wat ik<br />
hele zomervakantie had kunnen blijven werken. M<strong>in</strong>us<br />
“Maar wij vonden <strong>het</strong> wel belangrijk dat ze op haar school heb meegemaakt. Het had iedereen kunnen overkomen.<br />
125 euro voor die ene dag dat ik geprobeerd heb weer te<br />
wisten wat er aan de hand was”, vult Anneke aan, “Waarom Het zal nooit helemaal weggaan, ik moet ermee leren<br />
werken. Want daar heb je dan geen recht op.”<br />
Katie zo veranderd was. Vroeger zat ze altijd vooraan, maar leven. Dat kost tijd. Maar uite<strong>in</strong>delijk ben ik er sterker uitgekomen.<br />
nu kroop ze <strong>in</strong> een hoekje achteraan om de deur <strong>in</strong> de<br />
Ik heb <strong>het</strong> ergste meegemaakt en dat overwon-<br />
gaten te kunnen houden.”<br />
nen. Daarna wordt <strong>het</strong> alleen maar beter.”<br />
NAAM EN TOENAAM<br />
Al pratend over haar ervar<strong>in</strong>gen tijdens <strong>het</strong> onderzoek en<br />
<strong>het</strong> strafproces komt Katie’s diepe angst voor de dader<br />
verschillende malen voorbij. Zo was <strong>het</strong> voor beiden ontluisterend<br />
om te ontdekken dat de gegevens van Katie via<br />
<strong>het</strong> strafdossier <strong>in</strong> <strong>het</strong> bezit waren van de dader. “De dader<br />
kan alles te weten komen van <strong>het</strong> slachtoffer, maar<br />
EEN BAND OPBOUWEN<br />
Behalve praktische hulp bood de Slachtofferhulp medewerker<br />
ook emotionele ondersteun<strong>in</strong>g. “Ik kon er niet<br />
gemakkelijk over praten met anderen. Ik ben altijd een<br />
sterke persoon geweest, dus waarom zou ik er nu zelf niet<br />
uitkomen? In geen geval wilde ik dat mensen me zielig<br />
zouden v<strong>in</strong>den. Dus met Jack was <strong>het</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> ook wel<br />
lastig. Maar naarmate je iemand leert kennen, wordt <strong>het</strong><br />
gemakkelijker. Ik kon hem overal voor bellen en hij kwam<br />
altijd zijn beloften na. Op een gegeven moment bouw je<br />
toch een band op. Uite<strong>in</strong>delijk hebben we veel gepraat, <strong>in</strong><br />
Heel veel mensen weten<br />
niet wat er gebeurd is en<br />
dat is wat mij betreft prima<br />
STERKER<br />
Nu, vijf jaar later, is ze nog steeds blij dat ze met<br />
Slachtofferhulp <strong>in</strong> zee is gegaan. “De hulp maakt je sterker”,<br />
heeft ze ervaren, “Je durft er beter over te praten. Dat<br />
is een stuk gemakkelijker met iemand die weet waar je<br />
noten<br />
1)<br />
In verband met de privacy zijn de namen van alle betrokkenen<br />
<strong>in</strong> deze tekst veranderd.
<strong>Grenzen</strong><br />
verleggen:<br />
reiken en raken<br />
Slotbeschouw<strong>in</strong>g<br />
Dit boek is een pog<strong>in</strong>g om verschillende <strong>in</strong>zichten over<br />
jongeren, slachtofferschap, recht en hulpverlen<strong>in</strong>g bij<br />
elkaar te brengen. Het eerste deel presenteert theoretische<br />
<strong>in</strong>valshoeken en onderzoeksbev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen uit diverse<br />
wetenschappelijke discipl<strong>in</strong>es. Die hebben we aangevuld<br />
164 165<br />
met de resultaten van een panelonderzoek onder jongeren<br />
en een serie <strong>in</strong>terviews met jonge slachtoffers, en met<br />
volwassenen die beroepsmatig of vrijwillig met en voor<br />
jongeren werken (deel 2 en 3). Nu is <strong>het</strong> tijd om terug te<br />
keren naar de vragen die daarbij als leidraad hebben<br />
gediend, namelijk:<br />
• Wat maakt jongeren kwetsbaarder voor crim<strong>in</strong>aliteit<br />
dan andere groepen?<br />
• Hoe beleven zij slachtofferschap en welke betekenis<br />
geven zij eraan?<br />
• Wat voor effect heeft een slachtofferervar<strong>in</strong>g op hen<br />
en hoe gaan zij om met de gevolgen?<br />
• Welke drempels of prikkels zijn er voor jongeren om<br />
hulp te zoeken en bij wie doen ze dat dan?<br />
• Wat verwachten ze van ‘officiële’ <strong>in</strong>stanties als politie,<br />
justitie, Slachtofferhulp Nederland, GGZ en andere<br />
hulpverleners?
GRENZEN IN HET GEDING<br />
SLOTBESCHOUWING<br />
KWETSBAARHEID<br />
De kwetsbaarheid van jongeren voor crim<strong>in</strong>aliteit hangt <strong>in</strong><br />
de eerste plaats samen met hun ontwikkel<strong>in</strong>gsfase. Een<br />
kenmerk van de puberteit en adolescentie is <strong>het</strong> verkennen<br />
van onafhankelijkheid door grenzen op te zoeken en deze<br />
soms ook te overschrijden. Zo maken jongeren zich los uit<br />
hun beschermde omgev<strong>in</strong>g. Spann<strong>in</strong>g en opw<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g zijn<br />
belangrijke drijfveren. Ze leren <strong>het</strong> uitgaansleven kennen,<br />
experimenteren met alcohol, drugs en seks, gaan brommer<br />
en/of autorijden, plegen soms (al dan niet aangemoedigd<br />
door leeftijdsgenoten) kle<strong>in</strong>e vergrijpen en zoeken<br />
gevaarlijke situaties of gevaarlijke mensen op. Ze vertonen<br />
kortom allerlei vormen van ‘puberaal opgroeigedrag’, zoals<br />
officier van justitie Isabeth Mijnarends typeerde. De gevolgen<br />
van hun gedrag – zeker de gevolgen op langere termijn<br />
– kunnen ze m<strong>in</strong>der goed <strong>in</strong>schatten dan volwassenen.<br />
Ze zijn veel gevoeliger voor snelle belon<strong>in</strong>gen dan<br />
voor signalen van gevaar. Bovendien oriënteren ze zich<br />
meer en meer op leeftijdsgenoten, de peer group, waarb<strong>in</strong>nen<br />
andere normen heersen dan <strong>in</strong> de volwassen<br />
wereld en waar<strong>in</strong> status belangrijk is. Dat alles is <strong>in</strong>herent<br />
aan de ontwikkel<strong>in</strong>gen die hun hersenen en lichaam doormaken<br />
<strong>in</strong> de periode tussen <strong>het</strong> 12e en 25e jaar en die<br />
functioneel zijn <strong>in</strong> de transitie van k<strong>in</strong>d naar volwassene.<br />
De ‘prijs’ is een verhoogd risico om slachtoffer te worden<br />
van een misdrijf of ongeval.<br />
Kwetsbaarheid komt niet alleen voort uit de turbulente<br />
ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> puberbre<strong>in</strong> en de expressie daarvan.<br />
Er zijn allerlei <strong>in</strong>dividuele en omgev<strong>in</strong>gsfactoren die<br />
een duit <strong>in</strong> <strong>het</strong> zakje doen. De gez<strong>in</strong>ssituatie is van grote<br />
<strong>in</strong>vloed op de kans om slachtoffer te worden, net als de<br />
buurt waar je woont, de school waar je heengaat en waar<br />
en met wie je optrekt <strong>in</strong> je vrije tijd of <strong>in</strong> <strong>het</strong> uitgaansleven.<br />
Welke normen gelden daar, is er een vorm van toezicht of<br />
juist een plek waar crim<strong>in</strong>aliteit en potentieel gevaarlijke<br />
personen zich concentreren? Op <strong>het</strong> persoonlijke vlak<br />
kunnen we factoren aanwijzen als karakter, psychische<br />
stoornissen, lichamelijke beperk<strong>in</strong>gen, moreel besef en<br />
cognitieve vermogens. De lifestyle exposure- en rout<strong>in</strong>e<br />
activities-theorieën zoeken de verklar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> deze factoren.<br />
Daarbij valt op dat de karakteristieken van de dader en<br />
diens motieven grotendeels buiten beeld blijven. Het<br />
antwoord op de vraag waarom een bepaalde jongere<br />
slachtoffer wordt van een bepaald misdrijf is dan ook<br />
alleen te geven door de dader <strong>in</strong> de analyse te betrekken<br />
en verschillende fasen <strong>in</strong> <strong>het</strong> proces van victimisatie te<br />
zien. Dan komen we terecht bij F<strong>in</strong>kelhors begrip ‘doelwitcongruentie’,<br />
waarmee hij aangeeft dat een bepaald kenmerk<br />
van een slachtoffer pas een risico oplevert wanneer<br />
hij <strong>in</strong> bepaalde situaties en onder <strong>in</strong>vloed van bepaalde<br />
mechanismen een klik maakt met de voorkeur en eigenschappen<br />
van een bepaalde dader. Bij <strong>het</strong> praktisch<br />
gevoeliger voor snelle belon<strong>in</strong>gen<br />
dan voor signalen VAn gevaar<br />
<strong>in</strong>vullen van de verplicht<strong>in</strong>g uit de Europese Slachtofferricht<br />
lijn om van kwetsbare slachtoffers <strong>in</strong>dividueel de<br />
bescherm<strong>in</strong>gs- en zorgbehoeften vast te stellen, kan <strong>het</strong><br />
geen kwaad zo’n denkmodel <strong>in</strong> <strong>het</strong> achterhoofd te houden,<br />
zeker als <strong>het</strong> gaat om preventie van toekomstig<br />
slachtofferschap.<br />
ERVARING EN BETEKENISGEVING<br />
Uit <strong>het</strong> panelonderzoek blijkt dat jongeren over <strong>het</strong> algemeen<br />
wel een adequaat idee hebben wat strafbare feiten<br />
zijn waarvan je aangifte zou moeten doen. Ze beschouwen<br />
een misdrijf <strong>in</strong> zo’n geval als onrecht dat om vergeld<strong>in</strong>g<br />
vraagt, gezien de grote meerderheid voor wie <strong>het</strong><br />
bestraffen van de dader <strong>het</strong> belangrijkste motief zou zijn<br />
om aangifte te doen. Wat uit de literatuur en <strong>in</strong>terviews<br />
verder naar voren komt, is dat ze een eigen slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
lang niet altijd duiden <strong>in</strong> termen van een misdrijf<br />
waarbij een strafrechtelijk vervolg hoort. Crim<strong>in</strong>ologe<br />
Gerw<strong>in</strong>de Vynckier noemt <strong>in</strong> haar studie dat veelvoorkomende<br />
crim<strong>in</strong>aliteit als kle<strong>in</strong>e diefstallen of vechtpartijen<br />
worden beschouwd als ‘iets wat er nu eenmaal bij hoort’<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> leven van jongeren. In de resultaten van <strong>het</strong> panelonderzoek<br />
en de <strong>in</strong>terviews komt dat eveneens terug.<br />
Ook de maatschappij hanteert andere maatstaven voor<br />
crim<strong>in</strong>aliteit onder jongeren. Niet voor niets kent<br />
Nederland een apart jeugd- en adolescentenstrafrecht en<br />
wordt een deel van de mogelijk strafbare gedrag<strong>in</strong>gen<br />
niet vanuit <strong>het</strong> strafrecht aangepakt maar door de school,<br />
jeugdzorg of ouders opgelost. Daar komt bij dat jongeren<br />
eerder met daderschap dan met slachtofferschap worden<br />
geassocieerd, zo blijkt uit de literatuur.<br />
Nogal wat jongeren zien wat hun overkomen is niet als<br />
heel ernstig. Het is niet de moeite waard om aangifte van<br />
te doen en niet ernstig genoeg om hulp te zoeken.<br />
Gezien <strong>het</strong> feit dat <strong>het</strong> grootste deel van de geregistreerde<br />
misdaad en ongevallen lichtere feiten zijn, hoeven we<br />
ons daar misschien niet al te veel zorgen om te maken.<br />
Maar <strong>het</strong> gebeurt ook regelmatig dat jongeren ernstige<br />
feiten voor zich houden. Omdat ze denken zelf schuld te<br />
hebben en ook wel omdat ze denken dat ze de enige zijn<br />
die <strong>het</strong> is overkomen. Schaamte speelt regelmatig mee.<br />
Slachtofferschap is nu eenmaal geen prettig stempel. In<br />
alle delen van <strong>het</strong> boek komt terug dat slachtofferschap<br />
vooral negatieve associaties oproept. Jongeren ervaren<br />
<strong>het</strong> als een stigma. We willen niet zielig gevonden worden,<br />
geven Katie en N<strong>in</strong>a duidelijk als boodschap mee.<br />
GEVOLGEN EN COPING<br />
De aard van <strong>het</strong> misdrijf of ongeval bepaalt mede de<br />
gevolgen en de impact ervan. Er kan sprake zijn van letsel<br />
dat misschien wel blijvend is. Dan ziet je toekomst er<br />
opeens anders uit. Soms is er alleen materiële schade,<br />
zoals gestolen of beschadigde spullen. Ook al is de<br />
economische waarde misschien niet zo heel groot, <strong>het</strong><br />
kan best hard aankomen en vervelende consequenties<br />
hebben als iemand je moeizaam bij elkaar gespaarde<br />
scooter steelt, of je smartphone met daar<strong>in</strong> al je<br />
contacten, foto’s, berichten en privégegevens.<br />
166 167<br />
Dan is er de emotionele impact van een misdrijf of<br />
ongeval. Behalve van de aard van <strong>het</strong> misdrijf zelf, is die<br />
afhankelijk van onder meer <strong>in</strong>dividuele karakteristieken<br />
en eigenschappen van <strong>het</strong> slachtoffer, zijn of haar voorgeschiedenis<br />
en de sociale omgev<strong>in</strong>g. Gevoelens die<br />
jongeren rapporteren zijn boosheid, verdriet en angst,<br />
en daarnaast onder meer schaamte en wraakzucht.<br />
Uit psychologische studies weten we dat langdurig<br />
psychisch letsel − waaronder een ptss, depressie en<br />
angst- en dwangstoornissen − <strong>het</strong> gevolg kunnen zijn<br />
van een <strong>in</strong>grijpende gebeurtenis zoals een ernstig<br />
gewelds- of zedenmisdrijf. Gelukkig geldt dat maar voor
GRENZEN IN HET GEDING<br />
SLOTBESCHOUWING<br />
een m<strong>in</strong>derheid van de slachtoffers. Bij de meesten doven<br />
reacties als herbelev<strong>in</strong>g, vermijd<strong>in</strong>g, slaapproblemen,<br />
stemm<strong>in</strong>gs wissel<strong>in</strong>gen en dergelijke na verloop van tijd<br />
vanzelf uit.<br />
Jongeren hanteren allerlei cop<strong>in</strong>gstrategieën om de slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
te hanteren en te <strong>in</strong>tegreren <strong>in</strong> hun levensverhaal.<br />
Zo bedenken ze alternatieve scenario’s die leiden<br />
tot een andere – betere – afloop. ‘Had ik maar teruggeslagen<br />
dan was ik mijn geld niet kwijtgeraakt.’ Of: ‘Had ik maar<br />
beter uitgekeken dan was <strong>het</strong> ongeluk niet gebeurd.’<br />
Slachtoffers lijken zichzelf daarmee de schuld te geven,<br />
maar <strong>het</strong> is ook een vorm van controle nemen over de<br />
situatie: <strong>het</strong> is <strong>in</strong> je macht om iets te doen waardoor je kunt<br />
voorkomen dat <strong>het</strong> weer gebeurt. Soms bedenken slachtoffers<br />
dat <strong>het</strong> veel slechter had kunnen aflopen, dus dat<br />
<strong>het</strong> eigenlijk wel meevalt. Andere reacties zijn <strong>het</strong> normaliseren<br />
of banaliseren van <strong>het</strong> gebeurde, of <strong>het</strong> misdrijf<br />
beschouwen als ‘verdiend’ gevolg van eigen handelen.<br />
Als je zelf mensen loopt te jennen, moet je niet verrast zijn<br />
wanneer ze je een keer terugpakken. Andere strategieën<br />
zijn vermijden, verdr<strong>in</strong>gen of juist de confrontatie aangaan<br />
met de gebeurtenis en/of de dader(s). Andere reacties zijn<br />
juist preventief, zoals niet meer alleen de straat op gaan,<br />
een wapen op zak hebben of waardevolle spullen beter<br />
opbergen c.q. <strong>in</strong> de gaten houden. Wraakgevoelens komen<br />
ook regelmatig voor. Slachtoffers kunnen fantaseren over<br />
de manier waarop ze wraak zouden nemen op de dader,<br />
en heel af en toe voegen ze de daad bij <strong>het</strong> woord.<br />
De gebeurtenis laat vaak wel sporen na, al zijn die niet<br />
altijd negatief, zo blijkt uit <strong>het</strong> onderzoek. Het vertrouwen<br />
<strong>in</strong> anderen loopt weliswaar een deuk op, maar nogal wat<br />
jongeren v<strong>in</strong>den dat ze ook wijzer zijn geworden. Katie,<br />
die een overval meemaakte en jaren last had van de psychische<br />
gevolgen, vertelt dat zij sterker uit deze moeilijke<br />
periode is gekomen. Ze heeft iets afschuwelijk meegemaakt,<br />
en <strong>het</strong> overwonnen. Marieke vond een <strong>in</strong>gang om<br />
de relatie met haar vader te herstellen.<br />
HULP ZOEKEN<br />
Praten over <strong>het</strong> misdrijf of verkeersongeval doen jongeren<br />
vaak wel, al was <strong>het</strong> maar omdat ze de zichtbare gevolgen<br />
moeten uitleggen. Dat blijkt uit de literatuur en wordt<br />
bevestigd door <strong>het</strong> panelonderzoek en de verhalen van<br />
de jonge slachtoffers <strong>in</strong> deel 3. Toch zijn er drempels, zoals<br />
schaamte, schuld of <strong>het</strong> gevoel helemaal alleen te staan <strong>in</strong><br />
de ervar<strong>in</strong>g. Ouders zijn doorgaans de eerste steun en toeverlaat,<br />
gevolgd door vrienden. Uit de literatuur wordt<br />
duidelijk dat <strong>het</strong> dan vooral om goede vrienden gaat, de<br />
strong ties. Een slachtofferervar<strong>in</strong>g delen met de bredere<br />
groep van kennissen ligt m<strong>in</strong>der voor de hand omdat de<br />
heersende cool rule <strong>in</strong> de peer group stoerheid en onaangedaanheid<br />
meer status geven, terwijl zwakte en kwetsbaarheid<br />
juist de status ondermijnen. Het komt ook wel<br />
voor dat <strong>het</strong> delen van de slachtofferervar<strong>in</strong>g vooral negatieve<br />
consequenties heeft, legt Ilse Vande Walle uit, expert<br />
op <strong>het</strong> gebied van slachtofferhulp en k<strong>in</strong>deren/jongeren.<br />
Je verhaal gaat de hele school rond, of tegen je z<strong>in</strong> wordt<br />
de politie erbij betrokken, terwijl je misschien bang bent<br />
voor wraak van de dader of een bekende wilt beschermen.<br />
Daarnaast is een strafrechtelijk vervolg voor jongeren niet<br />
zo’n aantrekkelijk vooruitzicht. Ze komen dan terecht <strong>in</strong><br />
formele procedures die ze lang niet altijd begrijpen, dus<br />
ook niet wat de mogelijkheden en opbrengsten zijn.<br />
Besliss<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> zo’n procedure worden vóór en zelden mét<br />
hen genomen. Daarnaast kost de strafprocedure tijd,<br />
vormt die vaak een emotionele belast<strong>in</strong>g en kan de uitkomst<br />
teleurstellend zijn, bijvoorbeeld omdat de straf lager<br />
uitpakt dan gehoopt. Aan de andere kant voelen jongeren<br />
zich ook bij de juridische afwikkel<strong>in</strong>g betrokken, zoals blijkt<br />
uit de verhalen van Katie, Marieke, N<strong>in</strong>a en Joey.<br />
VERWACHTINGEN<br />
Wat verwachten jongeren van ‘officiële’ <strong>in</strong>stanties als politie,<br />
justitie, Slachtofferhulp Nederland, GGZ en andere<br />
hulpverleners? Deze vraag is best lastig om <strong>in</strong> detail te<br />
beantwoorden. In algemene z<strong>in</strong> willen jongeren serieus<br />
genomen, zoals N<strong>in</strong>a <strong>in</strong> haar verhaal duidelijk naar voren<br />
brengt. Ze willen een stem hebben <strong>in</strong> wat er gaat gebeuren.<br />
Jongeren hebben een sterke behoefte om zelf problemen<br />
op te lossen en willen niet dat volwassen <strong>het</strong> overnemen<br />
en <strong>het</strong> allemaal wel even regelen. Inhoudelijk<br />
hebben jongeren vaak niet zo’n goed idee wat ze van verschillende<br />
justitiële en hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties kunnen<br />
verwachten. Ten eerste omdat een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
(meestal) een <strong>in</strong>cidentele gebeurtenis is waar ze geen uitgebreid<br />
referentiekader of handel<strong>in</strong>gsrepertoire voor hebben.<br />
Ze weten niet wat er allemaal komt kijken <strong>in</strong> de psychosociale<br />
en juridische nasleep van <strong>het</strong> misdrijf of<br />
ongeval. Dat maakt <strong>het</strong> moeilijk om je behoeften onder<br />
woorden te brengen en te weten waarop je aanspraak<br />
kunt maken. Ten tweede zijn jongeren niet of nauwelijks<br />
bekend met justitiële en hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties <strong>in</strong> de<br />
slachtofferzorg, wat die allemaal te bieden hebben en<br />
vooral ook wat <strong>het</strong> nut daarvan is.<br />
Het kan ook zijn dat ze, al dan niet terecht, een bepaald<br />
beeld hebben van organisaties dat niet aansluit bij hun<br />
behoeften. Slachtofferhulp Nederland wordt bijvoorbeeld<br />
vooral geassocieerd met emotionele steun: erover praten.<br />
Dat is iets wat jongeren niet snel geneigd zijn te doen met<br />
vreemden. Hulpverlen<strong>in</strong>g heeft een bepaald – meestal<br />
niet zo positief – imago, bevestigen Niek en Joey. Terwijl<br />
de jongeren die wel ondersteun<strong>in</strong>g van Slachtofferhulp<br />
Nederland hebben gekregen, aangeven dat die ondersteun<strong>in</strong>g<br />
voor hen waardevol is geweest, zowel emotioneel<br />
als juridisch en praktisch. Dat is zelfs zo als ze <strong>in</strong> eerste<br />
<strong>in</strong>stantie wat afhoudend waren ten aanzien van <strong>het</strong><br />
hulpaanbod, zoals <strong>in</strong> <strong>het</strong> geval van Katie en Marieke.<br />
Eigenlijk verwachten jongeren van justitiële <strong>in</strong>stanties <strong>in</strong><br />
de eerste plaats dat de dader wordt gepakt en bestraft.<br />
Daar<strong>in</strong> verschillen ze we<strong>in</strong>ig van andere slachtoffers. In <strong>het</strong><br />
panelonderzoek is gevraagd naar negatieve ervar<strong>in</strong>gen <strong>in</strong><br />
de nasleep van <strong>het</strong> <strong>in</strong>cident en dan komt nog <strong>het</strong> meest<br />
naar boven dat ze teleurgesteld zijn <strong>in</strong> de daadkracht van<br />
politie. Aan de andere kant kl<strong>in</strong>kt ook realisme door <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />
verhaal van Niek, die twee keer aangifte deed van diefstal<br />
en bijna per ommegaande de boodschap kreeg dat de<br />
zaak gesloten was. Teleurstellend, maar hij begrijpt dat er<br />
vaak geen mogelijkheden zijn voor de politie om de dader<br />
op te sporen of <strong>het</strong> gestolene terug te v<strong>in</strong>den.<br />
Op <strong>het</strong> psychosociale vlak geven veel jongeren aan<br />
behoefte te hebben aan emotionele ondersteun<strong>in</strong>g: een<br />
luisterend oor om hun verhaal kwijt te kunnen. En troost.<br />
Dat blijkt uit <strong>het</strong> panelonderzoek en dat wordt bevestigd<br />
door experts als Vande Walle. Die steun zoeken jongeren<br />
<strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie <strong>in</strong> hun directe omgev<strong>in</strong>g. Maar als ze<br />
moeten aangeven wat Slachtofferhulp Nederland <strong>in</strong> ieder<br />
geval zou moeten bieden, dan staat de emotionele ondersteun<strong>in</strong>g<br />
op de eerste plaats. En kort daarop volgen: <strong>in</strong>formatie<br />
over de psychische gevolgen en over <strong>het</strong> juridische<br />
traject, en hulp bij <strong>het</strong> vergoed krijgen van de schade.<br />
168 169<br />
Daarmee zijn de belangrijkste vragen uit de <strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g bijna<br />
allemaal beantwoord. Voordat we overgaan naar de laatste<br />
vraag nog een paar opmerk<strong>in</strong>gen. Uit de literatuur, <strong>het</strong><br />
onderzoek en de <strong>in</strong>terviews leren we dat jongeren ook erg<br />
veerkrachtig zijn. Jongeren kunnen de gevolgen van <strong>het</strong><br />
misdrijf of ongeval en de bijbehorende emoties goed<br />
‘parkeren’, zo heeft Slachtofferhulpmedewerker Jaap van<br />
Zoest geconstateerd. En die ervar<strong>in</strong>g deelt hij met collega’s.<br />
Vande Walle heeft uitgelegd dat ‘parkeren’ kan helpen bij<br />
de verwerk<strong>in</strong>g, evenals weer even overgaan tot de orde<br />
van de dag of je overgeven aan leuke d<strong>in</strong>gen. Uit de
GRENZEN IN HET GEDING<br />
SLOTBESCHOUWING<br />
verhalen van de vijf jonge slachtoffers blijkt dat ze er allemaal<br />
wel <strong>in</strong> slagen om de weg omhoog te v<strong>in</strong>den, al duurt<br />
<strong>het</strong> bij de een wat langer dan bij de ander.<br />
REIKEN EN RAKEN<br />
Dan nu <strong>het</strong> centrale vraagstuk van <strong>het</strong> boek: hoe bereiken<br />
wij, justitiële en hulp<strong>in</strong>stanties, jongeren op een manier<br />
die aansluit bij hun ervar<strong>in</strong>g en belev<strong>in</strong>g? Hoe verlagen<br />
we de drempels die jongeren blijkbaar ervaren om op<br />
eigen <strong>in</strong>itiatief een beroep op ons te doen?<br />
Om jongeren te bereiken moet je <strong>in</strong> de eerste plaats naar<br />
ze reiken en ze <strong>in</strong> de tweede plaats weten te raken. Dat<br />
betekent dat je soms eigen grenzen moet verleggen, achter<br />
je voordeur vandaan moet komen, oude denkpatronen<br />
moet loslaten en de effectiviteit van bepaalde werkprocessen<br />
kritisch en door de bril van slachtoffers moet<br />
beschouwen – en zo nodig herzien.<br />
Jongeren zullen dus niet snel op eigen <strong>in</strong>itiatief naar<br />
<strong>in</strong>stanties toe komen om aangifte te doen, hulp te vragen<br />
of andersz<strong>in</strong>s een beroep op ze te doen. Daarom zullen<br />
<strong>in</strong>stanties naar hen toe moeten komen. Een outreachende<br />
benader<strong>in</strong>g, dus. En die kan op vele manieren gestalte<br />
krijgen. Een benader<strong>in</strong>g die Slachtofferhulp Nederland op<br />
dit moment ontwikkelt is webcare. Op allerlei <strong>in</strong>ternetplatforms<br />
laten jongeren met een slachtofferervar<strong>in</strong>g<br />
impliciete en expliciete signalen achter dat hun iets overkomen<br />
is, dat er vragen bij hen leven, of dat ze best wel<br />
advies, <strong>in</strong>formatie en steun zouden willen hebben. Een<br />
team medewerkers speurt actief op <strong>in</strong>ternet naar deze<br />
berichten en reageert eventueel met <strong>in</strong>formatie of laat<br />
weten dat de deur voor hen openstaat, mochten ze meer<br />
willen dan dat. Zo is een eerste lijntje gelegd en daarmee<br />
hopen we ook vooral de jongeren te bereiken die geen<br />
aangifte doen.<br />
Ambassadeurs kunnen de weg voor je effenen. Doen jongeren<br />
wel aangifte en krijgt Slachtofferhulp Nederland de<br />
gegevens van de politie door, dan is een directe, actieve<br />
benader<strong>in</strong>g mogelijk. De politie is dus een belangrijke<br />
poortwachter en staat hoog <strong>in</strong> <strong>het</strong> lijstje met ambassadeurs.<br />
Katie vertelt hoe zij door de politie overtuigd werd<br />
om <strong>in</strong> contact te treden met Slachtofferhulp Nederland.<br />
Dat wij zélf slachtoffers actief benaderen, wil nog niet zeggen<br />
dat ze <strong>het</strong> hulpaanbod accepteren. Dat is geen probleem<br />
als er geen hulpbehoefte is. Maar als die er wel is,<br />
en <strong>het</strong> slachtoffer zegt vooral nee omdat hij niet goed<br />
weet welke soorten ondersteun<strong>in</strong>g mogelijk zijn en wat<br />
<strong>het</strong> nut daarvan is, dan is dat een gemiste kans. Vandaar<br />
<strong>het</strong> belang van ambassadeurs. De politie is de eerste die<br />
<strong>het</strong> slachtoffer kan bijpraten over Slachtofferhulp<br />
Nederland, en wij willen veel blijven <strong>in</strong>vesteren <strong>in</strong> voorlicht<strong>in</strong>g<br />
en bewustword<strong>in</strong>g bij deze belangrijke ketenpartner.<br />
Datzelfde geldt voor <strong>het</strong> Openbaar M<strong>in</strong>isterie, dat <strong>het</strong><br />
slachtoffer kan wijzen op de juridische ondersteun<strong>in</strong>g van<br />
Slachtofferhulp Nederland zodra dat nut concreet wordt.<br />
Bijvoorbeeld wanneer <strong>het</strong> <strong>in</strong>dienen van een schadevorder<strong>in</strong>g<br />
aan de orde is, of <strong>het</strong> opstellen van een<br />
slachtofferverklar<strong>in</strong>g.<br />
Daarnaast is <strong>het</strong> belangrijk om ook ouders niet uit <strong>het</strong> oog<br />
te verliezen. Zij zijn de eerste steun en toeverlaat voor<br />
jonge slachtoffers en degenen die <strong>het</strong> meeste zicht hebben<br />
op hun verwerk<strong>in</strong>gsproces. Zoals onder meer Vande<br />
Walle stelt: ouders merken <strong>het</strong> wanneer hun k<strong>in</strong>d iets<br />
overkomen is en ook wanneer <strong>het</strong> daarna niet goed gaat.<br />
Nogal wat jonge cliënten zijn via hun ouders bij Slachtoffer<br />
hulp Nederland terechtgekomen. Daarnaast wil<br />
Slacht offerhulp Nederland onderzoeken of <strong>het</strong> mogelijk is<br />
scholen beter te <strong>in</strong>formeren over haar dienstverlen<strong>in</strong>g.<br />
Iedere school beschikt over mentoren, vertrouwenspersonen<br />
en/of schoolmaatschappelijk werkers die <strong>het</strong> psychosociaal<br />
welbev<strong>in</strong>den van jongeren tot hun taken rekenen.<br />
Om jongeren te bereiken moet je<br />
<strong>in</strong> de eerste plaats naar ze reiken en<br />
ze <strong>in</strong> de tweede plaats weten te raken<br />
Mbo-docenten Sanae Boukarfada en Anoual Boutalab<br />
hebben een paar <strong>in</strong>teressante suggesties gedaan hoe<br />
voorlicht<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> creëren van een aanspreekpunt vorm<br />
zouden kunnen krijgen. Maar misschien zijn jonge slachtoffers<br />
zelf wel de beste ambassadeurs. Jongeren oriënteren<br />
zich op leeftijdsgenoten en v<strong>in</strong>den elkaar gemakkelijker <strong>in</strong><br />
<strong>het</strong> delen van ervar<strong>in</strong>gen. Een jongere die goede ondersteun<strong>in</strong>g<br />
heeft gekregen van Slachtofferhulp Nederland<br />
kan leeftijdgenoten die slachtoffer worden de weg wijzen.<br />
Na <strong>het</strong> reiken volgt <strong>het</strong> raken. Daarmee bedoelen we: hoe<br />
maak je de connectie met de belev<strong>in</strong>gswereld van jongeren?<br />
Hoe vertalen we ons aanbod op zo’n manier dat jongeren<br />
daar<strong>in</strong> herkennen wat zij belangrijk v<strong>in</strong>den? Willen<br />
ze überhaupt aangesproken worden als slachtoffer als er<br />
zulke negatieve associaties aan <strong>het</strong> begrip kleven?<br />
Verschillende jongeren hebben <strong>in</strong> de <strong>in</strong>terviews meegegeven<br />
dat slachtofferschap een stempel is dat zij niet op<br />
hun voorhoofd willen. Een slachtofferervar<strong>in</strong>g willen ze<br />
<strong>het</strong> liefst zo snel mogelijk vergeten. Ze hoeven geen ‘bakken<br />
medelijden’ en willen al helemaal niet zielig zijn <strong>in</strong> de<br />
ogen van anderen. Communicatiedeskundige André<br />
Merlijn heeft een aantal nuttige adviezen gegeven: vraag<br />
jongeren wat ze willen en wat ze van d<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong>den en<br />
laat de boodschap van de organisatie door leeftijdsgenoten<br />
vertellen. Dan neem je ze serieus en w<strong>in</strong> je bovendien<br />
aan orig<strong>in</strong>ele denkkracht. Slachtofferhulp Nederland gaat<br />
de komende tijd de dialoog met jongeren stimuleren.<br />
Verder willen we een kritische blik werpen op de wijze<br />
waarop wij <strong>in</strong>formatie aanbieden aan de verschillende<br />
leeftijdsgroepen en kijken hoe de ervar<strong>in</strong>gen van jongeren<br />
daar<strong>in</strong> verweven kunnen worden. Daarbij willen we<br />
nieuwe kanalen openen, bijvoorbeeld met webcare en<br />
meer <strong>in</strong>teractieve vormen van onl<strong>in</strong>e dienstverlen<strong>in</strong>g.<br />
Zonder daarbij uit <strong>het</strong> oog te verliezen dat <strong>het</strong> persoonlijke<br />
contact belangrijk is en tegemoet komt aan de<br />
behoeften van jongeren volgens de resultaten van <strong>het</strong><br />
panelonderzoek. Daarom zetten we nadrukkelijk <strong>in</strong> op<br />
blended care.<br />
170 171<br />
Tot slot: moeten er aparte slachtofferrechten voor jongeren<br />
komen? Dat is wat ons betreft nu niet aan de orde. De<br />
Europese Slachtofferrichtlijn biedt, <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met<br />
bestaande rechten en voorzien<strong>in</strong>gen, <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe voldoende<br />
mogelijkheden om maatwerk <strong>in</strong> de uitvoer<strong>in</strong>g te<br />
leveren. Cruciaal is natuurlijk wel hoe bepal<strong>in</strong>gen als de<br />
verplichte <strong>in</strong>dividuele assessment van kwetsbare slachtoffers<br />
en <strong>het</strong> voorzien <strong>in</strong> hun specifieke bescherm<strong>in</strong>gsbehoeften<br />
worden vertaald naar Nederlands beleid en<br />
regels. Een grote uitdag<strong>in</strong>g − zo niet de grootste − ligt op<br />
<strong>het</strong> gebied van communicatie, want de formele strafrechtwereld<br />
staat ver van de belev<strong>in</strong>gswereld van jongeren.<br />
Willen de twee werelden tot elkaar komen, dan moet er<br />
een gemeenschappelijke taal worden gevonden. Want, en<br />
ook dat staat <strong>in</strong> de richtlijn, jonge slachtoffers hebben <strong>het</strong><br />
recht om te begrijpen en begrepen te worden.
GRENZEN IN HET GEDING<br />
LITERATUURLIJST<br />
Literatuurlijst<br />
Braams, B., Leijenhorst, L. van & Crone, E. (2014) Risks,<br />
Rewards, and the Develop<strong>in</strong>g Bra<strong>in</strong> <strong>in</strong> Childhood and<br />
Adolescence. In Reyna V. & Zayas, V. (Eds.)<br />
The Neuroscience of Risky Decision Mak<strong>in</strong>g. Wash<strong>in</strong>gton DC:<br />
American Psychological Association.<br />
Bicanic, I. (2012) ; Initiatief tot bundel<strong>in</strong>g zorg voldoet aan<br />
behoefte. Geïntegreerde opvang van slachtoffers van<br />
verkracht<strong>in</strong>g’, <strong>in</strong>: Cogiscope 2012 (03): 10-13<br />
Centraal Bureau voor de Statistiek (2014) Jaarrapport 2014<br />
landelijke jeugdmonitor. Den Haag: CBS<br />
172 Child Trends Data Bank (2013) Violent crime victimization. onder jongeren en volwassenen <strong>in</strong> Nederland’, <strong>in</strong>:<br />
Utrecht: Slachtofferhulp Nederland<br />
Sisk, C. & Zehr, J. (2005) ‘Pubertal hormones organize<br />
173<br />
Indicators on children and youth. www.childrenstrendsdatabank.org<br />
Tijdschrift voor Seksuologie 36-2, 136-145<br />
the adolescent bra<strong>in</strong> and behavior’, <strong>in</strong>: Frontiers <strong>in</strong><br />
Neuroendocr<strong>in</strong>ology,<br />
26(2005):163-174<br />
Christie, N. (1986) ‘The ideal victim.’ In: Fattah, E. (ed)<br />
From Crime Policy to Victim Policy: Reorient<strong>in</strong>g the Justice<br />
System. London: Macmillan, p. 17-30<br />
Crone, E. & Dahl, R. (2012) ‘Understand<strong>in</strong>g adolescence as<br />
a period of social-affective engagement and goal<br />
flexibility’, <strong>in</strong> Nature Reviews/Neuroscience, vol. 13<br />
(September 2012): 636-650<br />
Daigle, L. (2013) Victimology. The essentials. London: Sage<br />
Publications Ltd<br />
Dietrich, H. (2008) Victimology: An Emphasis on the<br />
Lifestyle-Exposure Theory and the Victim Precipitation<br />
Theory as it Applies to Violent Crime, www.dsc-forensics.<br />
com/uploads/Victim_Precipiation_Paper_for_Website.pdf<br />
Ferwerda, H. (2008) Huiselijk geweld gemeten – cijfers 2007.<br />
Vierde met<strong>in</strong>g op basis van landelijke politiecijfers. Arnhem:<br />
Advies- en Onderzoeksgroep Beke.<br />
F<strong>in</strong>kelhor, D. (2008) Childhood Victimization. Violence,<br />
Crime and Abuse <strong>in</strong> the Lives of Young People. Oxford:<br />
Oxford University Press<br />
Graaf, H. de, Kruijer, H. Acker, J. van & Meijer, S. (2012) Seks<br />
onder je 25e. Seksuele gezondheid van jongeren <strong>in</strong> Nederland<br />
anno 2012. Utrecht: Rutgers WPF<br />
Haas, S. de (2012). ‘Seksueel grensoverschrijdend gedrag<br />
Heer-de Lange, K. de en S. Kalidien (2014) Crim<strong>in</strong>aliteit en<br />
rechtshandhav<strong>in</strong>g 2013. Den Haag: Boom Lemma<br />
H<strong>in</strong>delang, M. Gottfredson, M. & Garofalo, J. (1978) Victims<br />
of Personal Crime. An Empirical Foundation for a Theory of<br />
Personal Victimization. Pensacola: Ball<strong>in</strong>ger Publish<strong>in</strong>g<br />
Johnson, W. (2012) What Is the Lifestyle Theory <strong>in</strong> Crim<strong>in</strong>al<br />
Justice? http://www.ehow.com/about_6633747_lifestyletheory-crim<strong>in</strong>al-justice_.html<br />
Jolles, J. & Idema, W. (2011) ‘Help, de leerl<strong>in</strong>g verbre<strong>in</strong>t.<br />
Onderwijs<strong>in</strong>novatie en <strong>het</strong> verbre<strong>in</strong>en. In: Bij de les, vol. 7,<br />
juni 2011: 6-9<br />
Kipke, M. (ed) (1999) Adolescent Development and the<br />
Biology of Puberty. Summary of a Workshop on New<br />
Research. Wash<strong>in</strong>gton: National Academic Press<br />
Kleber, R. (2007) Weg van <strong>het</strong> trauma. Utrecht:<br />
Universiteit Utrecht<br />
Lahlah, E. (2013) Invisible victims? Ethnic Differences <strong>in</strong> the<br />
Risk of Juvenile Violent Del<strong>in</strong>quency of Dutch and Morrocan-<br />
Dutch Adolescent Boys. Tilburg: Intervict<br />
Lefer<strong>in</strong>k, S. (2014) Het verschil maken. Samenwerken voor<br />
slachtoffers van seksueel geweld en misbruik. Utrecht:<br />
Slachtofferhulp Nederland<br />
Lefer<strong>in</strong>k, S. (2012) Verbouw of nieuwbouw? Hoe<br />
slachtofferrechten meer recht aan slachtoffers kunnen doen.<br />
Lewis, C. & Lewis, M. (1984) ‘Peer pressure and risk-tak<strong>in</strong>g<br />
behaviors <strong>in</strong> children’, <strong>in</strong>: AJPH June 1984, Vol. 74 (6):<br />
580-584<br />
Mierlo, F. van & Pemberton, A. (2009) Van tevredenheid<br />
naar kwaliteit. Een meet<strong>in</strong>strument voor de slachtofferzorg.<br />
Tilburg: Intervict<br />
Muncie, J. (2009) Youth and Crime. Third Edition. Londen:<br />
Sage Publications<br />
Muuss, R. (1975) Adolescent Behavior and Society. New York:<br />
Random House<br />
Neef, M. de & Pas, Y. van der (2008) Dwang. Den Haag:<br />
Boom Uitgevers<br />
Nelis, H. & Sark, Y. van (2014) Het puberbre<strong>in</strong><br />
b<strong>in</strong>nenstebuiten. Wat beweegt jongeren van 10 tot 25 jaar?<br />
Utrecht/Antwerpen: Kosmos Uitgevers<br />
Peeck, V. (2012) Jonge slachtoffers, jonge daders?<br />
Een onderzoek naar risicofactoren en kenmerken van<br />
slachtoffers van geweld en de relatie met daderschap.<br />
Den Haag: Boom Lemma<br />
Pr<strong>in</strong>s, M. (2008) De deugd van tegenwoordig. Onderzoek<br />
naar jongeren en hun grenzen. Nijmegen: Radboud<br />
Universiteit Nijmegen<br />
Smith, A., Che<strong>in</strong>, J. & Ste<strong>in</strong>berg, L. (2013) ‘Impact of<br />
socio-emotional context, bra<strong>in</strong> development and pubertal<br />
maturation on adolescent risk-tak<strong>in</strong>g’, <strong>in</strong>: Hormones and<br />
Behavior, vol. 64(2): 323-332<br />
Slachtofferhulp Nederland (2011) De positie van <strong>het</strong><br />
slachtoffer <strong>in</strong> <strong>het</strong> strafproces. Utrecht: Slachtofferhulp<br />
Nederland<br />
Swaab, D. (2010) Wij zijn ons bre<strong>in</strong>. Van baarmoeder tot<br />
alzheimer. Amsterdam: uitgeverij Contact<br />
Timmermans, M., Tillaart, J. & Homburg, G. van den (2011)<br />
Eerste met<strong>in</strong>g slachtoffermonitor: Ervar<strong>in</strong>gen van<br />
slachtoffers met justitiële slachtofferondersteun<strong>in</strong>g:<br />
Deel 1: politie. Amsterdam: Regioplan
GRENZEN IN HET GEDING<br />
Timmermans, M., Tillaart, J. & Homburg, G. van den (2013)<br />
Eerste met<strong>in</strong>g slachtoffermonitor: Ervar<strong>in</strong>gen van<br />
slachtoffers met justitiële slachtofferondersteun<strong>in</strong>g:<br />
Deel 2: Openbaar M<strong>in</strong>isterie, Rechtspraak en Slachtofferhulp<br />
Nederland. Amsterdam: Regioplan<br />
Turner, J., Hogg, M., Oakes, P. J., Reicher, S. , & Wetherell, M.<br />
(1987). Rediscover<strong>in</strong>g the Social Group: A Self-Categorization<br />
Theory. Oxford and New York: Blackwell<br />
174<br />
Vynckier, G. (2012) De ervar<strong>in</strong>g, belev<strong>in</strong>g en cop<strong>in</strong>g van midadolescente<br />
slachtoffers van vermogens- en geweldsdelicten.<br />
Den Haag: Boom Lemma<br />
Walle, I. vande & Willems, L. (2013) Ik krijg <strong>het</strong> moeilijk uit<br />
mijn hoofd. Getuigenissen van k<strong>in</strong>deren, jongeren en ouders<br />
na een misdrijf of een plotsel<strong>in</strong>g overlijden. Antwerpen:<br />
Witsand Uitgevers<br />
White, R. & Wyn, J. (2013) Youth and Society. Third Edition.<br />
Melbourne: Oxford University Press<br />
Wilcox, P. (2010) ‘Theories of victimization’, <strong>in</strong>: B. Fisher &<br />
Lab, S. (eds) Encyclopaedia of Victimology and<br />
Crim<strong>in</strong>alization, p. 978-986. Thousand Oaks: Sage<br />
Publications<br />
Wittebrood, K. (2006) Slachtoffers van crim<strong>in</strong>aliteit.<br />
Den Haag: Sociaal Cultureel Planbureau
<strong>Grenzen</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> ged<strong>in</strong>g<br />
Jongeren, slachtofferschap,<br />
recht en hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
Jongeren verkennen, verleggen en overschrijden grenzen<br />
<strong>in</strong> hun groei naar onafhankelijkheid. Dat is een van de<br />
redenen dat ze oververtegenwoordigd zijn <strong>in</strong> de<br />
crim<strong>in</strong>aliteitsstatistieken – als dader maar vooral ook als<br />
slachtoffer. In wetenschap en beleid is veel aandacht voor<br />
jonge daders, maar veel m<strong>in</strong>der voor jonge slachtoffers.<br />
Ze komen niet zo snel <strong>in</strong> beeld bij politie en hulpverlen<strong>in</strong>g.<br />
Dit boek probeert antwoord te geven op vragen als:<br />
wat maakt jongeren kwetsbaar voor slachtofferschap?<br />
Hoe ervaren ze slachtofferschap en de gevolgen?<br />
Hoe gaan ze daarmee om? Wat weten en verwachten ze<br />
van officiële <strong>in</strong>stanties? Door verschillende theoretische<br />
<strong>in</strong>zichten, onderzoeksresultaten en praktijkervar<strong>in</strong>g samen<br />
te brengen, hopen we aanknop<strong>in</strong>gspunten te bieden om<br />
de drempels voor jongeren naar hulpverlen<strong>in</strong>g en recht te<br />
laten verdwijnen.