Aanvraag ontheffing Flora- en Faunawet werkterrein Maasvlakte 2.pdf
Aanvraag ontheffing Flora- en Faunawet werkterrein Maasvlakte 2.pdf
Aanvraag ontheffing Flora- en Faunawet werkterrein Maasvlakte 2.pdf
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
PROJECTORGANISATIE<br />
MAASVLAKTE<br />
<strong>Aanvraag</strong> <strong>ontheffing</strong><br />
flora- <strong>en</strong> faunawet<br />
WERKTERREIN MAASVLAKTE 1
<strong>Aanvraag</strong>formulier<br />
<strong>ontheffing</strong> <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet voor het <strong>werkterrein</strong><br />
(originele ondertek<strong>en</strong>de versie wordt separaat toegestuurd)
Gegev<strong>en</strong>s betreff<strong>en</strong>de de aanvrager (niet op<strong>en</strong>baar,<br />
afzonderlijk ingedi<strong>en</strong>d):<br />
Statut<strong>en</strong> + Uittreksel Kamer van Koophandel + Legitimatiebewijs
Projectbeschrijving met bijlage tek<strong>en</strong>ing <strong>werkterrein</strong>
Projectbeschrijving t<strong>en</strong> behoeve van aanvraag<br />
<strong>ontheffing</strong> <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet<br />
Werkterrein<br />
Projectorganisatie <strong>Maasvlakte</strong> 2<br />
Hav<strong>en</strong>bedrijf Rotterdam N.V.<br />
23 februari 2007<br />
9S0134.A0/Ff-wet
Randwycksingel 20<br />
Postbus 1754<br />
6201 BT Maastricht<br />
+31 (0)43 356 62 00 Telefoon<br />
+31 (0)43 361 23 52 Fax<br />
info@maastricht.royalhaskoning.com E-mail<br />
www.royalhaskoning.com Internet<br />
Arnhem 09122561 KvK<br />
Docum<strong>en</strong>ttitel<br />
Verkorte docum<strong>en</strong>ttitel<br />
Projectbeschrijving t<strong>en</strong> behoeve van<br />
aanvraag <strong>ontheffing</strong> <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet<br />
Werkterrein<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
Datum 23 februari 2007<br />
Projectnaam Vergunningaanvrag<strong>en</strong> <strong>Maasvlakte</strong> 2<br />
Projectnummer<br />
Refer<strong>en</strong>tie<br />
9S0134.A0/Ff-wet<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
Opdrachtgever Projectorganisatie <strong>Maasvlakte</strong> 2<br />
Hav<strong>en</strong>bedrijf Rotterdam N.V.<br />
Dhr. R. Paul<br />
Directeur Projectorganisatie <strong>Maasvlakte</strong> 2<br />
Handtek<strong>en</strong>ing<br />
Auteur(s)<br />
Collegiale toets<br />
Linda H. Wortel<br />
Karel-H<strong>en</strong>k Grootjans, Frank Montanus<br />
Datum/paraaf 19 februari 2007 ………………….<br />
Vrijgegev<strong>en</strong> door<br />
Mark van Zant<strong>en</strong><br />
Datum/paraaf 19 februari 2007 ………………….
INHOUDSOPGAVE<br />
Blz.<br />
1 INLEIDING 1<br />
2 GEGEVENS LOCATIE EN ACTIVITEIT 2<br />
2.1 Beschrijving locatie 2<br />
2.2 Nabijheid beschermd gebied 2<br />
2.3 Periode <strong>ontheffing</strong>saanvraag 2<br />
2.4 De voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit 2<br />
3 ONDERBOUWING 3<br />
3.1 Actuele <strong>en</strong> toekomstige functie plangebied voor de soort<strong>en</strong> 3<br />
3.2 Wijze van inv<strong>en</strong>tarisatie 3<br />
3.2.1 Plant<strong>en</strong> 3<br />
3.2.2 Broedvogels 3<br />
3.2.3 Amfibieën 4<br />
3.2.4 Reptiel<strong>en</strong> 4<br />
3.2.5 Zoogdier<strong>en</strong> 4<br />
3.3 Resultat<strong>en</strong> inv<strong>en</strong>tarisaties 4<br />
3.3.1 Plant<strong>en</strong> 4<br />
3.3.2 Broedvogels 4<br />
3.3.3 Amfibieën 5<br />
3.3.4 Reptiel<strong>en</strong> 5<br />
3.3.5 Zoogdier<strong>en</strong> 5<br />
3.4 Verwachte effect<strong>en</strong> van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit op soort<strong>en</strong> 6<br />
3.4.1 Plant<strong>en</strong> 6<br />
3.4.2 Broedvogels 6<br />
3.4.3 Amfibieën 7<br />
3.4.4 Reptiel<strong>en</strong> 7<br />
3.4.5 Zoogdier<strong>en</strong> 7<br />
3.5 Gevolg<strong>en</strong> van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit op de gunstige staat van<br />
instandhouding 8<br />
3.5.1 Plant<strong>en</strong> 8<br />
3.5.2 Broedvogels 8<br />
3.5.3 Amfibieën 8<br />
3.5.4 Reptiel<strong>en</strong> 9<br />
3.6 Gevolg<strong>en</strong> op habitat van soort<strong>en</strong> in bouw- <strong>en</strong> gebruiksfase 9<br />
3.7 Mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> <strong>werkterrein</strong> 9<br />
3.7.1 Vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> op het land 10<br />
3.8 Mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> cumulatieve effect<strong>en</strong> 10<br />
3.8.1 Onbruikbaar mak<strong>en</strong> terrein voor voortplanting 10<br />
3.8.2 Plaats<strong>en</strong> van padd<strong>en</strong>scherm<strong>en</strong> <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> nodig vang<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
verplaats<strong>en</strong> van jonge dier<strong>en</strong> met vangemmers 11<br />
3.8.3 Vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> op het land 11<br />
3.9 Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> <strong>werkterrein</strong> 12<br />
3.10 Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> cumulatieve effect<strong>en</strong> 12<br />
3.11 Uitvoering mitigatie <strong>en</strong> comp<strong>en</strong>satie 12<br />
3.12 Alternatiev<strong>en</strong> 13<br />
3.13 Zorgvuldig handel<strong>en</strong> 13<br />
3.14 Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> individu<strong>en</strong> 13<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- i - 23 februari 2007
3.15 Dwing<strong>en</strong>de red<strong>en</strong> van op<strong>en</strong>baar belang 13<br />
4 BRONNEN 15<br />
Bijlage 1: Kaart <strong>werkterrein</strong><br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- ii - 23 februari 2007
1 INLEIDING<br />
Deze projectbeschrijving behoort bij e<strong>en</strong> aanvraag om e<strong>en</strong> <strong>ontheffing</strong> op grond van<br />
<strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet voor e<strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit op nu braakligg<strong>en</strong>d industrieterrein<br />
op <strong>Maasvlakte</strong> 1. Dit terrein wordt verder aangeduid als: <strong>werkterrein</strong>. De aanvraag wordt<br />
ingedi<strong>en</strong>d met het daartoe door het bevoegd gezag gehanteerde standaard<br />
aanvraagformulier. In dit formulier wordt verwez<strong>en</strong> naar de nu voorligg<strong>en</strong>de<br />
projectbeschrijving.<br />
Het <strong>werkterrein</strong> is bedoeld om gebruikt te word<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van de aanleg van<br />
<strong>Maasvlakte</strong> 2. De activiteit<strong>en</strong> die op het terrein plaatsvind<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd<br />
door e<strong>en</strong> nog door het Hav<strong>en</strong>bedrijf Rotterdam te contracter<strong>en</strong> aannemer.<br />
De aanvraag moet word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> afzonderlijk in te di<strong>en</strong><strong>en</strong> verzoek om<br />
<strong>ontheffing</strong> voor de aanleg van <strong>Maasvlakte</strong> 2 <strong>en</strong> de daarvoor b<strong>en</strong>odigde zandwinning.<br />
Waar nodig wordt in deze aanvraag verwez<strong>en</strong> naar dat verzoek.<br />
In hoofdstuk 2 word<strong>en</strong> locatie <strong>en</strong> activiteit beschrev<strong>en</strong>. Hoofdstuk 3 gaat in op de<br />
inv<strong>en</strong>tarisatie naar <strong>en</strong> de aanwezigheid van beschermde soort<strong>en</strong>, de mogelijke effect<strong>en</strong><br />
daarop <strong>en</strong> de ev<strong>en</strong>tuele mitiger<strong>en</strong>de <strong>en</strong> comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s wordt het<br />
bij de activiteit betrokk<strong>en</strong> belang gekwalificeerd. In hoofdstuk 4 zijn de bronn<strong>en</strong> vermeld<br />
waaruit t<strong>en</strong> behoeve van hoofdstuk 3 is geput.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 1 - 23 februari 2007
2 GEGEVENS LOCATIE EN ACTIVITEIT<br />
2.1 Beschrijving locatie<br />
<strong>Maasvlakte</strong> 1<br />
Geme<strong>en</strong>te Rotterdam<br />
Provincie Zuid-Holland<br />
In bijlage 1 is e<strong>en</strong> topografische kaart opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met de ligging van het <strong>werkterrein</strong>.<br />
Het <strong>werkterrein</strong> ligt binn<strong>en</strong> kmhok 061-443<br />
2.2 Nabijheid beschermd gebied<br />
Het plangebied ligt nabij e<strong>en</strong> Habitat- <strong>en</strong>/of Vogelrichtlijngebied. Het dichtstbijzijnde<br />
gebied, de Voordelta, ligt <strong>en</strong>kele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> tot honderd<strong>en</strong> meters van het <strong>werkterrein</strong>.<br />
Van de ingebruikname van het <strong>werkterrein</strong> word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> effect<strong>en</strong> op dit Vogel- <strong>en</strong><br />
Habitatrichtlijngebied verwacht. E<strong>en</strong> vergunning op grond van de<br />
Natuurbeschermingswet 1998 (Nb-wet) specifiek voor de ingebruikname van het<br />
<strong>werkterrein</strong> zal daarom niet word<strong>en</strong> aangevraagd. In het kader van het hele project<br />
<strong>Maasvlakte</strong> 2 word<strong>en</strong> voor de aanleg <strong>en</strong> aanwezigheid van <strong>Maasvlakte</strong> 2 Nbwetvergunning<strong>en</strong><br />
aangevraagd voor onder andere de activiteit<strong>en</strong> met effect<strong>en</strong> op<br />
Voordelta.<br />
2.3 Periode <strong>ontheffing</strong>saanvraag<br />
<strong>Aanvraag</strong>periode: 1 september 2007 tot 31 augustus 2012<br />
2.4 De voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit<br />
Het exacte gebruik van het <strong>werkterrein</strong> is afhankelijk van de planning <strong>en</strong> aanpak van de<br />
aannemer die voor de aanleg van <strong>Maasvlakte</strong> 2 zal word<strong>en</strong> gecontracteerd. Op basis<br />
van aanbieding<strong>en</strong> van pot<strong>en</strong>tiële aannemers wordt e<strong>en</strong> gebruik voorzi<strong>en</strong> dat in ieder<br />
geval de volg<strong>en</strong>de functies omvat:<br />
• Werkterrein met kantor<strong>en</strong>/bouwket<strong>en</strong>, parkeer- <strong>en</strong> werkplaats voor materieel, kade;<br />
• Aanvoer (per schip, weg <strong>en</strong>/of spoor) van bouwelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, overslag, tijdelijke opslag<br />
<strong>en</strong> afvoer van bouwelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>;<br />
• Betonc<strong>en</strong>trale voor het mak<strong>en</strong> van betonelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of blokk<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> puinbreker.<br />
Het betreft e<strong>en</strong> afgebak<strong>en</strong>d, niet op<strong>en</strong>baar toegankelijk <strong>werkterrein</strong> met volcontinue<br />
activiteit<strong>en</strong>. Na de realisatie van <strong>Maasvlakte</strong> 2 zal het <strong>werkterrein</strong> bij de Yangtzehav<strong>en</strong><br />
getrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 2 - 23 februari 2007
3 ONDERBOUWING<br />
3.1 Actuele <strong>en</strong> toekomstige functie plangebied voor de soort<strong>en</strong><br />
<strong>Maasvlakte</strong> 1 bestaat sinds de aanleg in zee voor het grootste deel uit opgespot<strong>en</strong><br />
terrein waarop zich lage pioniersvegetaties hebb<strong>en</strong> ontwikkeld van (zeer) droge,<br />
kalkrijke, zandige grond met e<strong>en</strong> groot aandeel moss<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> grazige vegetatie<br />
gedomineerd door helm. Door begrazing <strong>en</strong> gegraaf van het konijn <strong>en</strong> ingrep<strong>en</strong> van de<br />
m<strong>en</strong>s wordt de successie gedeeltelijk teg<strong>en</strong>gegaan <strong>en</strong> zijn perman<strong>en</strong>t kale stukk<strong>en</strong> zand<br />
aanwezig. Het <strong>werkterrein</strong> maakt onderdeel uit van dit gebied. Uit inv<strong>en</strong>tarisaties uit het<br />
verled<strong>en</strong> is bek<strong>en</strong>d dat binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> rond het plangebied van het <strong>werkterrein</strong><br />
rugstreeppadd<strong>en</strong> voorkwam<strong>en</strong>. Ook het <strong>werkterrein</strong> gebruikt door op de grond<br />
broed<strong>en</strong>de vogels. Van grotere zoogdier<strong>en</strong> als Bunzing, Hermelijn, Vos <strong>en</strong> Ree is<br />
bek<strong>en</strong>d dat zij al dan niet perman<strong>en</strong>t op de <strong>Maasvlakte</strong> voorkom<strong>en</strong>.<br />
Het betreft hier dus e<strong>en</strong> stuk land dat slechts zeer kort bestaat, waar het pioniersstadium<br />
bewust in stand wordt gehoud<strong>en</strong> waardoor langdurig e<strong>en</strong> biotoop ontstaat die<br />
geschikt is voor de Rugstreeppad <strong>en</strong> andere pionierssoort<strong>en</strong>. In natuurlijke situaties zou<br />
na <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> successie optred<strong>en</strong> <strong>en</strong> het pioniersstadium voorbij zijn <strong>en</strong> daarmee ook<br />
de geschiktheid voor pionierssoort<strong>en</strong> als de Rugstreeppad.<br />
3.2 Wijze van inv<strong>en</strong>tarisatie<br />
3.2.1 Plant<strong>en</strong><br />
De flora-inv<strong>en</strong>tarisatie is uitgevoerd in 2005 door Bureau Stadsnatuur Rotterdam, <strong>en</strong> is<br />
primair gericht op de aanwezigheid van beschermde soort<strong>en</strong> uit de tabell<strong>en</strong> 2 <strong>en</strong> 3 van<br />
de <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet. Dit betek<strong>en</strong>t dat ge<strong>en</strong> uitputt<strong>en</strong>de inv<strong>en</strong>tarisatie is uitgevoerd van<br />
alle voorkom<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>, maar alle<strong>en</strong> is gezocht naar te verwacht<strong>en</strong> beschermde<br />
soort<strong>en</strong>. De belangrijkste groep beschermde plant<strong>en</strong> in het Rotterdamse hav<strong>en</strong>gebied is<br />
die van de orchideeën. In de bloeitijd van de meeste soort<strong>en</strong> (eind mei-juli) zijn alle<br />
locaties bezocht waarvan het voorkom<strong>en</strong> van orchideeën bek<strong>en</strong>d is, daarnaast is in<br />
deze periode e<strong>en</strong> groot aantal berm<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere (grazige) vegetaties op het voorkom<strong>en</strong><br />
van orchideeën onderzocht. Per vindplaats is het aantal exemplar<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oteerd, al dan<br />
niet in klass<strong>en</strong>. Overige in het hav<strong>en</strong>gebied bek<strong>en</strong>de of te verwacht<strong>en</strong> beschermde<br />
soort<strong>en</strong> zijn bijvoorbeeld Parnassia (Parnassia palustris), Zwartsteel (Aspl<strong>en</strong>ium<br />
adiantum-nigrum), Blauwe zeedistel (Eryngium maritimum) <strong>en</strong> Slanke g<strong>en</strong>tiaan<br />
(G<strong>en</strong>tiana amarella). Naar deze soort<strong>en</strong> is, op basis van gebiedsk<strong>en</strong>nis, gericht gezocht.<br />
3.2.2 Broedvogels<br />
Jaarlijks word<strong>en</strong> de broedvogels in het deltagebied geïnv<strong>en</strong>tariseerd door het RIKZ<br />
(RIKZ, 2004; RIKZ, 2005), gebruikmak<strong>en</strong>d van e<strong>en</strong> standaard inv<strong>en</strong>tarisatiemethode<br />
(Meininger et. al., 1999). E<strong>en</strong> van de gebied<strong>en</strong> die dan geïnv<strong>en</strong>tariseerd word<strong>en</strong>, is<br />
<strong>Maasvlakte</strong> 1. De inv<strong>en</strong>tarisaties vind<strong>en</strong> plaats in de maand<strong>en</strong> mei <strong>en</strong> juni.<br />
Daarnaast is in 2001 in het “Euromaxgebied” in de noordwesthoek van de <strong>Maasvlakte</strong><br />
(t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van het werkterrrein) e<strong>en</strong> vogelinv<strong>en</strong>tarisatie door Stichting Ornithologisch<br />
Veldstation Voorne gehoud<strong>en</strong>.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 3 - 23 februari 2007
3.2.3 Amfibieën<br />
3.2.4 Reptiel<strong>en</strong><br />
De Rugstreeppad is al langer bek<strong>en</strong>d van de <strong>Maasvlakte</strong>. Op de locaties waar in<br />
voorgaande jar<strong>en</strong> dier<strong>en</strong> zijn aangetroff<strong>en</strong> is in 2005 door Bureau Stadsnatuur<br />
Rotterdam onderzoek gedaan. Daarnaast is gezocht naar nieuwe<br />
(voortplantings-)locaties. Onderzoek naar het voorkom<strong>en</strong> van de Rugstreeppad gebeurt<br />
in de avondur<strong>en</strong> in de periode mei-juni, waarbij twee bezoek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebracht. In<br />
deze tijd vindt voortplanting plaats <strong>en</strong> zijn de roep<strong>en</strong>de mannetjes van grote afstand<br />
hoorbaar. Aanvull<strong>en</strong>d zijn in de periode juni-juli diverse water<strong>en</strong> onderzocht op het<br />
voorkom<strong>en</strong> van eier<strong>en</strong> <strong>en</strong> larv<strong>en</strong> van de Rugstreeppad.<br />
Onderzoek naar het voorkom<strong>en</strong> van de Zandhagedis kan plaatsvind<strong>en</strong> vanaf het vroege<br />
voorjaar tot in de herfst. In het voorjaar kunn<strong>en</strong> met name mannetjes goed word<strong>en</strong><br />
geïnv<strong>en</strong>tariseerd, wanneer zij op zoek gaan naar vrouwtjes <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gro<strong>en</strong>e kleuring<br />
hebb<strong>en</strong> (paarkleed). Later in de zomer zijn met name vrouwtjes redelijk makkelijk te<br />
vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> in het najaar de jong<strong>en</strong>. De inv<strong>en</strong>tarisatie door Bureau Stadsnatuur<br />
Rotterdam heeft in 2005 plaatsgevond<strong>en</strong> door verspreid in het seizo<strong>en</strong> rustig door<br />
geschikte biotop<strong>en</strong> te lop<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele meters vooruit te kijk<strong>en</strong>. De trefkans is het grootst<br />
in overgangssituaties <strong>en</strong> op zonbesch<strong>en</strong><strong>en</strong> helling<strong>en</strong>. In verband met de grootte van het<br />
onderzoeksgebied, de beschermde status, de onbek<strong>en</strong>dheid betreff<strong>en</strong>de de<br />
verspreiding in het hav<strong>en</strong>gebied <strong>en</strong> de beperkte trefkans bij lage dichthed<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> groot<br />
aantal van de te bested<strong>en</strong> velddag<strong>en</strong> aan deze soort gewijd.<br />
3.2.5 Zoogdier<strong>en</strong><br />
In 2001 is met behulp van e<strong>en</strong> gestratificeerd vall<strong>en</strong>onderzoek de noordwesthoek van<br />
<strong>Maasvlakte</strong> 1 onderzocht op muiz<strong>en</strong>. Neg<strong>en</strong>tig longworth-vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> 18 potvall<strong>en</strong> zijn<br />
gebruikt. Vleermuiz<strong>en</strong> zijn gedur<strong>en</strong>de 2 nacht<strong>en</strong> in 2001 met behulp van e<strong>en</strong> “batdetector“<br />
geïnv<strong>en</strong>tariseerd. De overige zoogdier<strong>en</strong> zijn geïnv<strong>en</strong>tariseerd door het<br />
zoek<strong>en</strong> naar spor<strong>en</strong> (uitwerpsel<strong>en</strong>, pr<strong>en</strong>t<strong>en</strong>) <strong>en</strong> het verkrijg<strong>en</strong> van zicht waarneming<strong>en</strong>.<br />
De zoogdierinv<strong>en</strong>tarisaties zijn uitgevoerd door bureau Natuurbalans / Limes diverg<strong>en</strong>s<br />
<strong>en</strong> Bureau Fauna onderzoek in opdracht van Arcadis (Arcadis 2001).<br />
3.3 Resultat<strong>en</strong> inv<strong>en</strong>tarisaties<br />
3.3.1 Plant<strong>en</strong><br />
Tijd<strong>en</strong>s de inv<strong>en</strong>tarisatie in 2005 zijn in op het <strong>werkterrein</strong> ge<strong>en</strong> beschermde of<br />
zeldzame plant<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
3.3.2 Broedvogels<br />
De resultat<strong>en</strong> van de broedvogelinv<strong>en</strong>tarisaties op de hele <strong>Maasvlakte</strong> 1 van het RIKZ in<br />
2003 <strong>en</strong> 2004 zijn in tabel 1 weergegev<strong>en</strong>.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 4 - 23 februari 2007
Tabel 1: resultat<strong>en</strong> broedvogelinv<strong>en</strong>tarisatie RIKZ 2003 <strong>en</strong> 2004<br />
Soort Resultat<strong>en</strong> 2003 Resultat<strong>en</strong> 2004<br />
Kluut 140 90<br />
Kleine plevier 3 4<br />
Bontbekplevier 7 9<br />
Strandplevier 1<br />
Kokmeeuw 70 490<br />
Zwartkopmeeuw 1 2<br />
Stormmeeuw 161 104<br />
Kleine mantelmeeuw 12.686 10.276<br />
Zilvermeeuw 2.118 2.159<br />
Visdief 706 713<br />
3.3.3 Amfibieën<br />
3.3.4 Reptiel<strong>en</strong><br />
De aantall<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> het hele <strong>Maasvlakte</strong> 1-gebied. Het noordwestelijke deel van<br />
<strong>Maasvlakte</strong> 1 behoort echter niet tot de belangrijkste gebied<strong>en</strong> van de <strong>Maasvlakte</strong> voor<br />
broedvogels. Het grootste deel van de aantall<strong>en</strong> broed<strong>en</strong> in de gebied<strong>en</strong> de Slufter, de<br />
Kleine slufter, de Vogelvallei <strong>en</strong> het Sluftermeer.<br />
Binn<strong>en</strong> het <strong>werkterrein</strong> ligg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> poel<strong>en</strong> die als voortplantingslocatie voor<br />
rugstreeppadd<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> functioner<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de inv<strong>en</strong>tarisatie van 2005 zijn daarom<br />
ge<strong>en</strong> larv<strong>en</strong> of volwass<strong>en</strong> dier<strong>en</strong> van de Rugstreeppad waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Wel zijn in het<br />
gebied t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> <strong>en</strong>kele poel<strong>en</strong> met larv<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
waardoor het waarschijnlijk is dat de <strong>werkterrein</strong><strong>en</strong> als landbiotoop word<strong>en</strong> gebruikt<br />
(Brekelmans & Andeweg, 2006; Brekelmans, 2005). Deze poel<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> locatie<br />
die in de toekomst zal word<strong>en</strong> ontwikkeld als uitbreiding van de Yangtzehav<strong>en</strong>. Deze<br />
poel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> dus op termijn verdwijn<strong>en</strong>.<br />
Tijd<strong>en</strong>s de inv<strong>en</strong>tarisatie van 2005 zijn ge<strong>en</strong> zandhagediss<strong>en</strong> in het plangebied van het<br />
<strong>werkterrein</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>min als in voorgaande jar<strong>en</strong> (Brekelmans & Andeweg,<br />
2006, Brekelmans, 2005).<br />
3.3.5 Zoogdier<strong>en</strong><br />
In onderstaande tabel 3 zijn de gegev<strong>en</strong>s van de inv<strong>en</strong>tarisatie in 2001 weergegev<strong>en</strong><br />
(Arcadis, 2001).<br />
Tabel 3: resultat<strong>en</strong> zoogdierinv<strong>en</strong>tarisatie noordwesthoek <strong>Maasvlakte</strong>2001<br />
Soort 2001<br />
Bosmuis 16<br />
Bunzing<br />
X<br />
Dwergspitsmuis<br />
X<br />
Egel<br />
X<br />
Haas<br />
X<br />
Hermelijn<br />
X<br />
Konijn<br />
X<br />
Veldmuis 2<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 5 - 23 februari 2007
Gezi<strong>en</strong> het feit dat het <strong>werkterrein</strong> e<strong>en</strong>zelfde pionierskarakter heeft, is het aannemelijk<br />
dat de zoogdiersam<strong>en</strong>stelling van dit terrein overe<strong>en</strong>komt met die van de<br />
noordwesthoek van de <strong>Maasvlakte</strong>.<br />
Uit eerdere onderzoek<strong>en</strong> of waarneming<strong>en</strong> is bek<strong>en</strong>d dat soort<strong>en</strong> als Vos <strong>en</strong> Ree ook in<br />
<strong>Maasvlakte</strong> 1 voorkom<strong>en</strong>. Gezi<strong>en</strong> het pionierskarakter van de <strong>werkterrein</strong><strong>en</strong> zijn ze<br />
echter als leefbiotoop vrij ongeschikt voor deze grote zoogdier<strong>en</strong>.<br />
Vleermuiz<strong>en</strong> zijn tijd<strong>en</strong>s de inv<strong>en</strong>tarisatie in 2001 niet waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het totale<br />
Rijnmondgebied is door zijn aard <strong>en</strong> inrichting één van de minst aantrekkelijke gebied<strong>en</strong><br />
voor vleermuiz<strong>en</strong> in Nederland. Doordat mogelijke verblijfslocaties ontbrek<strong>en</strong> in <strong>en</strong> rond<br />
de <strong>werkterrein</strong><strong>en</strong> is het niet te verwacht<strong>en</strong> dat vleermuiz<strong>en</strong> in het gebied voorkom<strong>en</strong> of<br />
gebruik mak<strong>en</strong> van het gebied.<br />
3.4 Verwachte effect<strong>en</strong> van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit op soort<strong>en</strong><br />
3.4.1 Plant<strong>en</strong><br />
De resultat<strong>en</strong> van de inv<strong>en</strong>tarisatie gev<strong>en</strong> aan dat er ge<strong>en</strong> hogere plant<strong>en</strong> van de <strong>Flora</strong><strong>en</strong><br />
faunawet op het <strong>werkterrein</strong> voorkom<strong>en</strong>. Effect<strong>en</strong> op beschermde soort<strong>en</strong> zijn<br />
daarom niet te verwacht<strong>en</strong>.<br />
3.4.2 Broedvogels<br />
In het kader van het MER Aanleg is vastgesteld dat de voorspelde geluidemissies<br />
tijd<strong>en</strong>s de aanlegfase niveaus bereik<strong>en</strong> waarbij effect<strong>en</strong> op broedvogels in het huidige<br />
hav<strong>en</strong>gebied kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>. Daarbij is ervan uitgegaan dat de dichtheid aan<br />
broedpar<strong>en</strong> afneemt vanaf e<strong>en</strong> geluidsniveau van 45 dB(A). De effect<strong>en</strong> zijn het grootst<br />
tijd<strong>en</strong>s de laatste 3 jaar van de eerste aanlegfase, wanneer op diverse locaties langs de<br />
kustlijn, rond de Yangtzehav<strong>en</strong> (het <strong>werkterrein</strong>) <strong>en</strong> aan de nieuwe infrabundel direct t<strong>en</strong><br />
noord<strong>en</strong> van het Slufterdepot wordt gewerkt. Wanneer deze effect<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gewog<strong>en</strong><br />
naar de duur van de eerste fase als geheel (5 jaar) komt het effect (afgerond) op e<strong>en</strong><br />
verlies van in totaal 17-36 broedpar<strong>en</strong> per jaar, t<strong>en</strong> opzichte van de nu aanwezige<br />
broedbevolking. Onder verlies wordt in dit verband ook verstaan het uitwijk<strong>en</strong> van<br />
t<strong>en</strong>minste e<strong>en</strong> deel van de broedvogels naar elders. Bij correctie voor e<strong>en</strong> autonome<br />
achteruitgang van de broedvogelstand t<strong>en</strong> opzichte van de huidige situatie door<br />
geleidelijke ingebruikname van <strong>Maasvlakte</strong> 2 komt het gemiddeld jaarlijkse verlies uit op<br />
12-25 broedpar<strong>en</strong> van aandachtssoort<strong>en</strong>.<br />
In fase 2 (3 jaar tuss<strong>en</strong> 2013 <strong>en</strong> 2023) veroorzaakt de aanwezigheid van de<br />
Yangtzehav<strong>en</strong> in nieuwe vorm e<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>d verlies. Na correctie voor deze afname komt<br />
het berek<strong>en</strong>d geluideffect van de gezam<strong>en</strong>lijke aanlegwerkzaamhed<strong>en</strong> op 2-4<br />
broedpar<strong>en</strong>; gecorrigeerd voor e<strong>en</strong> autonome achteruitgang als gevolg van<br />
ingebruikname van de huidige <strong>Maasvlakte</strong> komt dit effect (naar bov<strong>en</strong> afgerond) uit op<br />
1-2 broedpar<strong>en</strong>.<br />
Deze effect<strong>en</strong> zijn tijdelijk; ze hebb<strong>en</strong> betrekking op e<strong>en</strong> periode van 5 respectievelijk 3<br />
jaar; na beëindiging van de werkzaamhed<strong>en</strong> – voor zover andere ontwikkeling<strong>en</strong> dit niet<br />
verhinder<strong>en</strong> – herstel mogelijk.<br />
De ingebruikname van het <strong>werkterrein</strong> zou teg<strong>en</strong> deze achtergrond in het kader van de<br />
<strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet e<strong>en</strong> verstoring <strong>en</strong> mogelijk vernietiging van nest<strong>en</strong> <strong>en</strong> eier<strong>en</strong> van<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 6 - 23 februari 2007
3.4.3 Amfibieën<br />
3.4.4 Reptiel<strong>en</strong><br />
grondbroed<strong>en</strong>de vogels kunn<strong>en</strong> veroorzak<strong>en</strong>. Wanneer de werkzaamhed<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het<br />
broedseizo<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangevang<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> deze effect<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Daarbij is verder van belang dat het gebied rond het <strong>werkterrein</strong> niet tot de zeer<br />
belangrijke gebied<strong>en</strong> voor broedvogels behoort (circa 0-40 broedpar<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van<br />
het <strong>werkterrein</strong> ligt industriegebied, t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van het terrein ligt nog braak terrein dat<br />
echter op korte termijn in beslag zal word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door de Euromaxterminal <strong>en</strong> de<br />
uitbreiding van de Yangtzehav<strong>en</strong>. Hierdoor zull<strong>en</strong> er nog weinig locaties rond het<br />
<strong>werkterrein</strong> zijn waar broedvogels broed<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijk negatieve effect<strong>en</strong> van de<br />
blokbreker ondervind<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> de zeereep t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> zal in zijn<br />
huidige vorm gehandhaafd blijv<strong>en</strong>. Het aantal broedvogels in dit gebied is echter niet<br />
hoog. Om ge<strong>en</strong> geluidseffect<strong>en</strong> op in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998<br />
beschermde gebied de Voordelta (die achter de zeereep ligt) te veroorzak<strong>en</strong>, zal de<br />
blokbreker echter zo ver mogelijk van de zeereep <strong>en</strong> de Voordelta word<strong>en</strong> geplaatst.<br />
Grote effect<strong>en</strong> op de broedvogels in de zeereep word<strong>en</strong> daarom niet verwacht.<br />
Op het <strong>werkterrein</strong> zijn nauwelijks poel<strong>en</strong> of plass<strong>en</strong> aanwezig die als voortplantingsplek<br />
voor amfibieën zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> funger<strong>en</strong>. Mogelijk word<strong>en</strong> de gebied<strong>en</strong> wel als<br />
landbiotoop voor de Rugstreeppad gebruikt. Deze soort van tabel 3 van de <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong><br />
faunawet is in <strong>Maasvlakte</strong> 1 op meerdere plaats<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>. Het effect van het in<br />
gebruik nem<strong>en</strong> als <strong>werkterrein</strong> bestaat mogelijk uit de vernietiging van het landbiotoop.<br />
Wanneer de werkzaamhed<strong>en</strong> voor het winterseizo<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangevang<strong>en</strong> zal de kans<br />
dat individu<strong>en</strong> onbedoeld word<strong>en</strong> gedood het kleinst zijn.<br />
Cumulatieve effect<strong>en</strong><br />
T<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> ligg<strong>en</strong> wel <strong>en</strong>kele voortplantingspoel<strong>en</strong> van de<br />
Rugstreeppad. Deze poel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> op termijn verdwijn<strong>en</strong> wanneer het gebied wordt<br />
ontwikkeld als uitbreiding van de Yangtzehav<strong>en</strong> in het kader van <strong>Maasvlakte</strong> 2. Dit<br />
betek<strong>en</strong>t dat op termijn niet alle<strong>en</strong> het landbiotoop maar ook de voortplantingslocatie zal<br />
verdwijn<strong>en</strong>, waardoor sprake is van e<strong>en</strong> significant effect op de (meta)populatie op de<br />
Vuurtor<strong>en</strong>vlakte.<br />
Het <strong>werkterrein</strong> is door zijn karakter van braakligg<strong>en</strong>d industrieterrein met<br />
pioniersvegetatie mogelijk geschikt als biotoop voor reptiel<strong>en</strong>. Er zijn echter ge<strong>en</strong><br />
reptiel<strong>en</strong> bij rec<strong>en</strong>te of oudere inv<strong>en</strong>tarisaties waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Effect<strong>en</strong> op reptiel<strong>en</strong> zijn<br />
daarom niet te verwacht<strong>en</strong>.<br />
3.4.5 Zoogdier<strong>en</strong><br />
Het <strong>werkterrein</strong> is door zijn pionierskarakter weinig geschikt als biotoop voor grote<br />
zoogdier<strong>en</strong>. Kleine zoogdier<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> hier wel e<strong>en</strong> leefbiotoop zoals inv<strong>en</strong>tarisaties in<br />
2001 aanton<strong>en</strong>. Het betreft echter soort<strong>en</strong> van tabel 1 van de <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet. Het<br />
effect van het in gebruik nem<strong>en</strong> als <strong>werkterrein</strong> bestaat uit de vernietiging van de<br />
biotoop <strong>en</strong> incid<strong>en</strong>teel dod<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> van tabel 1 van de <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 7 - 23 februari 2007
3.5 Gevolg<strong>en</strong> van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit op de gunstige staat van<br />
instandhouding<br />
3.5.1 Plant<strong>en</strong><br />
De voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> effect op de gunstige staat van instandhouding<br />
van soort<strong>en</strong> van de <strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet, omdat ge<strong>en</strong> beschermde soort<strong>en</strong><br />
aanwezig zijn.<br />
3.5.2 Broedvogels<br />
3.5.3 Amfibieën<br />
De gunstige staat van instandhouding van de verschill<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> die op het<br />
<strong>werkterrein</strong> broed<strong>en</strong> zal niet word<strong>en</strong> aangetast. Voor de meeste soort<strong>en</strong> betreft het<br />
slechts <strong>en</strong>kele broedpar<strong>en</strong> die hun broedlocatie verliez<strong>en</strong>.<br />
Werkterrein<br />
De voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> op het <strong>werkterrein</strong>, los van de activiteit<strong>en</strong> van ontwikkeling<br />
van de Yangtzehav<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> effect op de gunstige staat van instandhouding van<br />
de Rugstreeppad of andere amfibieën. Van de amfibieën van tabel 2 <strong>en</strong> 3 van de <strong>Flora</strong><strong>en</strong><br />
faunawet komt alle<strong>en</strong> de Rugstreeppad op het terrein voor.<br />
In Nederland is de Rugstreeppad e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e soort in het kustgebied. Hij komt voor in<br />
het gehele Nederlandse kustduingebied, het binn<strong>en</strong>duingebied <strong>en</strong> in de polders in West-<br />
Nederland. De Rugstreeppad is niet bedreigd in Nederland <strong>en</strong> staat ook niet vermeld op<br />
de Nederlandse Rode lijst. <strong>Maasvlakte</strong> 1 vormt e<strong>en</strong> beperkt deel (< 1%) van het<br />
inheemse verspreidingsgebied <strong>en</strong> ligt relatief geïsoleerd. De bijdrage van de metapopulatie<br />
op <strong>Maasvlakte</strong> 1 voor de instandhouding van de soort in Nederland kan<br />
word<strong>en</strong> beschouwd als verwaarloosbaar (Smit et al., 2005).<br />
Op (meta)populati<strong>en</strong>iveau heeft het <strong>werkterrein</strong> slechts weinig gevolg<strong>en</strong> voor goede<br />
staat van instandhouding. Rond de voortplantingspoel<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het <strong>werkterrein</strong><br />
ligg<strong>en</strong>, ligt nog voldo<strong>en</strong>de landbiotoop.<br />
Cumulatieve effect<strong>en</strong><br />
Ook wanneer het effect van de ontwikkeling van de Yangtzehav<strong>en</strong> op de<br />
voortplantingspoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de effect<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> in sam<strong>en</strong>hang beschouwd<br />
zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, is nog ge<strong>en</strong> sprake van effect op de gunstige staat van instandhouding<br />
van de Rugstreeppad in Nederland of op regionale schaal. De bijdrage van de<br />
(meta)populatie voor de instandhouding van de soort op regionaal <strong>en</strong> nationaal niveau<br />
wordt beschouwd als verwaarloosbaar.<br />
De gezam<strong>en</strong>lijke effect<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> <strong>en</strong> de uitbreiding van de Yangtzehav<strong>en</strong> op<br />
de staat van instandhouding op lokaal niveau is echter zeer ongunstig: de<br />
(meta)populatie verliest zijn leefgebied (voortplantingsplaats <strong>en</strong> landbiotoop) <strong>en</strong> zal zeer<br />
waarschijnlijk totaal verdwijn<strong>en</strong>.<br />
Voor de situatie waarin tijdelijk nieuwe natuur ontstaat waarin sprake is van te<br />
bescherm<strong>en</strong> soort<strong>en</strong>, wordt e<strong>en</strong> gedragsprotocol opgesteld. Uitgangspunt voor dit<br />
protocol is dat deze ontwikkeling zo lang mogelijk wordt toegelat<strong>en</strong> <strong>en</strong> gemonitord. Bij<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 8 - 23 februari 2007
3.5.4 Reptiel<strong>en</strong><br />
<strong>ontheffing</strong> van de tijdelijke situatie word<strong>en</strong> de noodzaak <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> bezi<strong>en</strong> van<br />
verplaatsing naar e<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>d gebied, bijvoorbeeld de zandige zeewering.<br />
Dit protocol maakt ge<strong>en</strong> deel uit van de <strong>ontheffing</strong>saanvrag<strong>en</strong>, maar zal ter informatie bij<br />
de aanvraag voor de aanleg <strong>en</strong> zandwinning van <strong>Maasvlakte</strong> 2 word<strong>en</strong> gevoegd.<br />
De voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> effect op de gunstige staat van<br />
instandhouding van de Zandhagedis of andere reptiel<strong>en</strong>. Op het <strong>werkterrein</strong> kom<strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> reptiel<strong>en</strong> voor.<br />
3.6 Gevolg<strong>en</strong> op habitat van soort<strong>en</strong> in bouw- <strong>en</strong> gebruiksfase<br />
Werkterrein<br />
Het gevolg van het in gebruik nem<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> is dat de pioniersvegetatie<br />
aldaar zal verdwijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat waarschijnlijk e<strong>en</strong> deel van het landbiotoop van e<strong>en</strong><br />
populatie van de beschermde Rugstreeppad vernietigd zal word<strong>en</strong>.<br />
Cumulatieve effect<strong>en</strong><br />
Het gevolg van het in gebruik nem<strong>en</strong> van vrijwel de gehele Vuurtor<strong>en</strong>vlakte is dat het<br />
leefgebied (inclusief het voortplantingsgebied) van e<strong>en</strong> metapopulatie rugstreeppadd<strong>en</strong><br />
zal verdwijn<strong>en</strong>.<br />
3.7 Mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> <strong>werkterrein</strong><br />
Broedvogels<br />
Om te voorkom<strong>en</strong> dat nest<strong>en</strong> <strong>en</strong> eier<strong>en</strong> van broedvogels word<strong>en</strong> vernietigd zull<strong>en</strong> de<br />
opbouw- <strong>en</strong> opstartwerkzaamhed<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> zo veel mogelijk buit<strong>en</strong> het<br />
broedseizo<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>, dan wel zal, voorafgaand aan het broedseizo<strong>en</strong>, het terrein<br />
ongeschikt word<strong>en</strong> gemaakt voor broedvogels.<br />
Rugstreeppad<br />
Directe effect<strong>en</strong> op de Rugstreeppad (sterfte van dier<strong>en</strong> door werkzaamhed<strong>en</strong>) zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> vermed<strong>en</strong> door de werkzaamhed<strong>en</strong> op het terrein zo veel mogelijk buit<strong>en</strong><br />
gevoelige period<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong> of – waar dat gelet op de noodzakelijke continuïteit niet<br />
mogelijk is – voortijdig zodanige voorzorgsmaatregel<strong>en</strong> te treff<strong>en</strong> dat effect<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s<br />
deze gevoelige periode niet kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>. Zo zal, wanneer in september of oktober<br />
de voortplantingspoel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dicht geschov<strong>en</strong>, de voortplantingsperiode ge<strong>en</strong><br />
gevoelige periode voor die locatie meer zijn. Indi<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor zover werkzaamhed<strong>en</strong> niet<br />
of onvoldo<strong>en</strong>de buit<strong>en</strong> de gevoelige periode kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd word<strong>en</strong><br />
aanvull<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> in onderstaande vorm. Tev<strong>en</strong>s wordt voor de<br />
effect<strong>en</strong> van deze werkzaamhed<strong>en</strong> <strong>ontheffing</strong> aangevraagd.<br />
Omdat het plangebied van de <strong>werkterrein</strong><strong>en</strong> alle<strong>en</strong> uit landbiotoop van de rugstreeppad<br />
bestaat, zijn alle<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> ter voorkoming van het dod<strong>en</strong> van volwass<strong>en</strong> dier<strong>en</strong><br />
noodzakelijk.<br />
Vlak voor de werkzaamhed<strong>en</strong> wordt middels monitoring de aan- dan wel afwezigheid<br />
van rugstreeppadd<strong>en</strong> vastgesteld. Wanneer de aanwezigheid van rugstreeppadd<strong>en</strong><br />
wordt vastgesteld (of ernstig vermoed) word<strong>en</strong> de dier<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaatst naar<br />
de (zog<strong>en</strong>aamde) Leidingstrook (zie ook paragraaf 3.7.5).<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 9 - 23 februari 2007
Zowel de inv<strong>en</strong>tarisatie als het vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van individu<strong>en</strong> wordt uitgevoerd<br />
door e<strong>en</strong> ter zake kundige (bijvoorbeeld e<strong>en</strong> ecoloog) <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de<br />
overwinteringsperiode (tijd<strong>en</strong>s deze periode hebb<strong>en</strong> de padd<strong>en</strong> zich in de grond<br />
gegrav<strong>en</strong>). Vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van individu<strong>en</strong> wordt uitgevoerd conform de methode<br />
beschrev<strong>en</strong> in Smit et al (2005), die hieronder in paragraaf 3.7.1 in hoofdlijn<strong>en</strong> is<br />
beschrev<strong>en</strong>. Deze methode wordt door het Hav<strong>en</strong>bedrijf Rotterdam gehanteerd in het<br />
instandhoudingsplan voor de Rugstreeppad binn<strong>en</strong> het beheersgebied van HbR.<br />
3.7.1 Vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> op het land<br />
Volwass<strong>en</strong> rugstreeppadd<strong>en</strong> <strong>en</strong> jonge rugstreeppadd<strong>en</strong> van <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> oud zijn zeer<br />
mobiel. Het vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> heeft alle<strong>en</strong> zin als ze direct door de<br />
werkzaamhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bedreigd <strong>en</strong> het verplaats<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de overwinteringsperiode<br />
wordt uitgevoerd (tijd<strong>en</strong>s deze periode zitt<strong>en</strong> de padd<strong>en</strong> onder de grond). Bij verstoring<br />
door activiteit<strong>en</strong> in de omgeving zijn de dier<strong>en</strong> goed in staat zelf rustiger terrein op te<br />
zoek<strong>en</strong>. Het vang<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> gebeurt op volg<strong>en</strong>de wijze:<br />
• Al het in het <strong>werkterrein</strong> aanwezige op de grond ligg<strong>en</strong>de materiaal (ook zwerfvuil)<br />
wordt omgedraaid <strong>en</strong> gecontroleerd op aanwezige dier<strong>en</strong>.<br />
• Ev<strong>en</strong>tueel aanwezige dier<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> verzameld in e<strong>en</strong><br />
emmer. De dier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> direct overgebracht naar de (zog<strong>en</strong>aamde) Leidingstrook<br />
(zie ook paragraaf 3.7.5). De dier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onder plaatmateriaal losgelat<strong>en</strong>.<br />
Daartoe wordt eerst met de hand e<strong>en</strong> kuiltje gegrav<strong>en</strong> waarin de dier<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
losgelat<strong>en</strong>, De kuil wordt daarna met de plaat (plank, platte ste<strong>en</strong> e.d.) bedekt.<br />
• Al het in het <strong>werkterrein</strong> aanwezige op de grond ligg<strong>en</strong>de materiaal (ook zwerfvuil)<br />
wordt verwijderd.<br />
3.8 Mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> cumulatieve effect<strong>en</strong><br />
Als gevolg van het in gebruik nem<strong>en</strong> van vrijwel de gehele Vuurtor<strong>en</strong>vlakte voor zowel<br />
het <strong>werkterrein</strong> als de Yangtzehav<strong>en</strong> zal het gehele leefgebied (voortplantingspoel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
landbiotoop) van e<strong>en</strong> metapopulatie rugstreeppadd<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong>. Dit betek<strong>en</strong>t dat op<br />
termijn niet alle<strong>en</strong> de landbiotoop maar ook de voortplantingslocatie zal verdwijn<strong>en</strong>,<br />
waardoor sprake is van e<strong>en</strong> significant effect op de (meta)populatie op de<br />
Vuurtor<strong>en</strong>vlakte. Om dit effect te mitiger<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> de onderstaande maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
uitgevoerd.<br />
Parallel aan de onderhavige <strong>ontheffing</strong>saanvraag, zal e<strong>en</strong> aparte <strong>ontheffing</strong> van de<br />
<strong>Flora</strong>- <strong>en</strong> faunawet voor <strong>Maasvlakte</strong> 2 (waaronder de ontwikkeling van de Yangtzehav<strong>en</strong><br />
valt) word<strong>en</strong> ingedi<strong>en</strong>d, waarin deze mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s zijn<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Deze aanvull<strong>en</strong>de mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaalde planning moet<strong>en</strong><br />
volg<strong>en</strong>, die hieronder ook wordt aangegev<strong>en</strong><br />
3.8.1 Onbruikbaar mak<strong>en</strong> terrein voor voortplanting<br />
Op<strong>en</strong> water binn<strong>en</strong> het plangebied zal word<strong>en</strong> gedempt. Deze werkzaamhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
niet in de voortplantings- (april t/m augustus) of overwinteringsperiode (november t/m<br />
maart) uitgevoerd. Op deze manier wordt voorkom<strong>en</strong> dat de Rugstreeppad zich in het<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 10 - 23 februari 2007
plangebied zal voorplant<strong>en</strong>. Effect<strong>en</strong> op eier<strong>en</strong>, eisnoer<strong>en</strong> of in water aanwezige dier<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> dan tijd<strong>en</strong>s het voortplantingsseizo<strong>en</strong> niet meer optred<strong>en</strong>.<br />
3.8.2 Plaats<strong>en</strong> van padd<strong>en</strong>scherm<strong>en</strong> <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> nodig vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van jonge dier<strong>en</strong><br />
met vangemmers<br />
Voorafgaand aan het demp<strong>en</strong> van poel<strong>en</strong> (Zie paragraaf 6.4.1) <strong>en</strong> na de voortplanting<br />
kunn<strong>en</strong> padd<strong>en</strong>scherm<strong>en</strong> rond de poel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangelegd. Padd<strong>en</strong>scherm<strong>en</strong> bestaan<br />
uit strok<strong>en</strong> plastic van circa 30 cm hoog <strong>en</strong> word<strong>en</strong> ca 10 cm ingegrav<strong>en</strong>. De scherm<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> op korte afstand (tot 3 meter) van de oever geplaatst. Langs de binn<strong>en</strong>kant van<br />
het scherm word<strong>en</strong> vangemmers ingegrav<strong>en</strong> die dagelijks word<strong>en</strong> gecontroleerd. De<br />
jonge dier<strong>en</strong> die pas het water hebb<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong> zijn nog weinig mobiel <strong>en</strong> houd<strong>en</strong> zich<br />
de eerste dag<strong>en</strong> in de directe omgeving van de oever op. De zo gevang<strong>en</strong> jonge<br />
gevang<strong>en</strong> dier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> losgelat<strong>en</strong> in de Leidingstrook in de zandige maar begroeide<br />
oevers van de aanwezige water<strong>en</strong>. Op deze manier wordt voorkom<strong>en</strong> dat nieuwe jonge<br />
dier<strong>en</strong> zich over het plangebied verspreid<strong>en</strong> <strong>en</strong> later als nog gevang<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
3.8.3 Vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> op het land<br />
Vlak voor de werkzaamhed<strong>en</strong>, maar buit<strong>en</strong> de overwinteringsperiode wordt middels<br />
monitoring de aan- dan wel afwezigheid van Rugstreeppadd<strong>en</strong> vastgesteld. Wanneer de<br />
aanwezigheid van Rugstreeppadd<strong>en</strong> wordt vastgesteld (of ernstig vermoed) word<strong>en</strong> de<br />
dier<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaatst naar e<strong>en</strong> geschikte biotoop (in dit geval naar de<br />
Leidingstrook).<br />
Het terrein wordt vervolg<strong>en</strong>s ongeschikt (onaantrekkelijk) of onbereikbaar gemaakt,<br />
zodat de dier<strong>en</strong> niet terugker<strong>en</strong>.<br />
Zowel de inv<strong>en</strong>tarisatie als het vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van individu<strong>en</strong> wordt uitgevoerd<br />
door e<strong>en</strong> ter zake kundige (bijvoorbeeld e<strong>en</strong> ecoloog) <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de<br />
overwinteringsperiode (tijd<strong>en</strong>s deze periode hebb<strong>en</strong> de padd<strong>en</strong> zich in de grond<br />
gegrav<strong>en</strong>). Vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van individu<strong>en</strong> wordt uitgevoerd conform de methode<br />
die is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in (<strong>en</strong> hieronder is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uit) Smit et al. (2005).<br />
Volwass<strong>en</strong> rugstreeppadd<strong>en</strong> <strong>en</strong> jonge rugstreeppadd<strong>en</strong> van <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> oud zijn zeer<br />
mobiel. Het vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> heeft alle<strong>en</strong> zin als ze direct door de<br />
werkzaamhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bedreigd <strong>en</strong> het verplaats<strong>en</strong> <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de<br />
overwinteringsperiode wordt uitgevoerd (tijd<strong>en</strong>s deze periode zitt<strong>en</strong> de padd<strong>en</strong> onder de<br />
grond). Bij verstoring door activiteit<strong>en</strong> in de omgeving zijn de dier<strong>en</strong> goed in staat zelf<br />
rustiger terrein op te zoek<strong>en</strong>. Het vang<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong> gebeurt op volg<strong>en</strong>de wijze:<br />
• Al het in het <strong>werkterrein</strong> aanwezige op de grond ligg<strong>en</strong>de materiaal (ook zwerfvuil)<br />
wordt omgedraaid <strong>en</strong> gecontroleerd op aanwezige dier<strong>en</strong>.<br />
• Ev<strong>en</strong>tueel aanwezige dier<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> verzameld in e<strong>en</strong><br />
emmer. Dit vindt plaats in de maand september, na het voortplantingsseizo<strong>en</strong>. De<br />
dier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> direct overgebracht naar de (zog<strong>en</strong>aamde) Leidingstrook (zie ook<br />
paragraaf 6.5). De dier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onder plaatmateriaal losgelat<strong>en</strong>. Daartoe wordt<br />
eerst met de hand e<strong>en</strong> kuiltje gegrav<strong>en</strong> waarin de dier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> losgelat<strong>en</strong>, De kuil<br />
wordt daarna met de plaat (plank, platte ste<strong>en</strong> e.d.) bedekt.<br />
• Al het in het <strong>werkterrein</strong> aanwezige op de grond ligg<strong>en</strong>de materiaal (ook zwerfvuil)<br />
wordt verwijderd.<br />
• Het terrein wordt vervolg<strong>en</strong>s (buit<strong>en</strong> het broedvogelseizo<strong>en</strong>) ongeschikt gemaakt<br />
voor de terugkeer van de Rugstreeppad.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 11 - 23 februari 2007
3.9 Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> <strong>werkterrein</strong><br />
Op het <strong>werkterrein</strong> kom<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> beschermde soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> negatieve effect<strong>en</strong><br />
op beschermde soort<strong>en</strong> ontstaan. Daarom zijn comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> voor de<br />
<strong>werkterrein</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> de verbindingsweg niet noodzakelijk.<br />
3.10 Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> cumulatieve effect<strong>en</strong><br />
Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> voor de cumulatieve effect<strong>en</strong> van het <strong>werkterrein</strong> <strong>en</strong> de<br />
uitbreiding van de Yangtzehav<strong>en</strong> zijn hieronder beschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in de<br />
<strong>ontheffing</strong>saanvraag voor <strong>Maasvlakte</strong> 2 (inclusief de Yangtzehav<strong>en</strong>) word<strong>en</strong><br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Dwars door de <strong>Maasvlakte</strong> loopt e<strong>en</strong> brede gro<strong>en</strong>strook onder de hoogspanningsleiding,<br />
de zog<strong>en</strong>aamde Leidingstrook. De Leidingstrook is door zijn functie e<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>d<br />
elem<strong>en</strong>t van de <strong>Maasvlakte</strong> <strong>en</strong> biedt daarmee uitstek<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong> er<br />
comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> te treff<strong>en</strong> (Smit et al., 2005). T<strong>en</strong> eerste blijft de strook<br />
op<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt niet afgedekt met bijvoorbeeld straatst<strong>en</strong><strong>en</strong> of beton. T<strong>en</strong> tweede is<br />
voldo<strong>en</strong>de ruimte beschikbaar om verschill<strong>en</strong>de voortplantingswater<strong>en</strong> <strong>en</strong> landhabitat<br />
voor de Rugstreeppad aan te legg<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> derde loopt de strook als e<strong>en</strong> aane<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong><br />
lint door het gebied <strong>en</strong> is daarmee uitermate geschikt als migratieroute.<br />
De Leidingstrook is in de huidige situatie reeds geschikt als landbiotoop. De strook<br />
bestaat uit e<strong>en</strong> korte vegetatie op zandige bodem, is <strong>en</strong>kele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> meters breed <strong>en</strong><br />
heeft e<strong>en</strong> l<strong>en</strong>gte van circa 5 kilometer. In de bodem bevind<strong>en</strong> zich diverse kabels.<br />
Ingrep<strong>en</strong> anders dan grondwerkzaamhed<strong>en</strong> aan kabels zijn niet te verwacht<strong>en</strong>.<br />
Voortplantingsgeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gecreëerd door verspreid over de Leidingstrook<br />
e<strong>en</strong> groot aantal poel<strong>en</strong> te grav<strong>en</strong>. De voortplantingswater<strong>en</strong> in de leidingstrook zull<strong>en</strong> in<br />
clusters van drie afzonderlijke kleinere water<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerealiseerd. De clusters<br />
hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderlinge afstand van 500 tot 1000 m. De onderlinge afstand van de drie<br />
poel<strong>en</strong> bedraagt <strong>en</strong>kele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> meters. Het aantal clusters bedraagt minimaal zes.<br />
Middels de uitvoering van deze maatregel<strong>en</strong> wordt de vernietiging van leefgebied in de<br />
Vuurtor<strong>en</strong>vlakte (<strong>en</strong> andere locaties op maasvlakte 1) geheel <strong>en</strong> duurzaam<br />
gecomp<strong>en</strong>seerd. Door de inrichting van de Leidingstrook ontstaan mogelijkhed<strong>en</strong> voor<br />
lokale populaties van <strong>en</strong>kele tot <strong>en</strong>kele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> dier<strong>en</strong> per cluster <strong>en</strong> e<strong>en</strong> totale<br />
populatie van <strong>en</strong>kele honderd<strong>en</strong> dier<strong>en</strong> voor de gehele Leidingstrook. Aanvull<strong>en</strong>d kan<br />
gesteld word<strong>en</strong> dat ook in de <strong>Maasvlakte</strong> 2 leidingstrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> overhoek<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>d in<br />
leefgebied voor de Rugstreeppad kunn<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>.<br />
De leidingbeheerders zijn akkoord met deze aanpak. Tev<strong>en</strong>s zijn deze maatregel<strong>en</strong><br />
besprok<strong>en</strong> in het kader van de aanbesteding.<br />
3.11 Uitvoering mitigatie <strong>en</strong> comp<strong>en</strong>satie<br />
Werkterrein<br />
Mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> bestaan uit het aanpass<strong>en</strong> van de planning van de<br />
werkzaamhed<strong>en</strong> aan de kwetsbare periodes van broedvogels <strong>en</strong> de Rugstreeppad <strong>en</strong><br />
het (bij aanwezigheid) wegvang<strong>en</strong> van individu<strong>en</strong> van de Rugstreeppad.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 12 - 23 februari 2007
3.12 Alternatiev<strong>en</strong><br />
Werkterrein<br />
In het voorbereidingstraject zijn circa 10 locaties op <strong>Maasvlakte</strong> 1 onderzocht als<br />
mogelijk <strong>werkterrein</strong>. Het gekoz<strong>en</strong> <strong>werkterrein</strong> is op grond van beschikbaarheid,<br />
ontsluitingsmogelijkheid per weg, spoor <strong>en</strong> over water, voldo<strong>en</strong>de oppervlak (minimaal<br />
15 maar bij voorkeur 20 ha) e.d. als beste naar vor<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong>.<br />
Tev<strong>en</strong>s is gekek<strong>en</strong> naar de mogelijke effect<strong>en</strong> die de verschill<strong>en</strong>de locaties hebb<strong>en</strong> op<br />
beschermde natuurwaard<strong>en</strong>. Gezi<strong>en</strong> het uniforme karakter van deze onderzochte<br />
terrein<strong>en</strong> op <strong>Maasvlakte</strong> 1 <strong>en</strong> de spreiding in aanwezigheid van soort<strong>en</strong> verschild<strong>en</strong> de<br />
10 locaties niet veel van elkaar in effect op natuurwaard<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> uitzondering hierop<br />
geldt voor <strong>en</strong>kele onderzochte terrein<strong>en</strong> aan de rand van <strong>Maasvlakte</strong> 1, waar de kans<br />
op effect<strong>en</strong> op natuurwaard<strong>en</strong> van de Voordelta groter zijn dan op de andere locaties. Er<br />
is dan ook ge<strong>en</strong> (beter) alternatief voorhand<strong>en</strong> voor de beoogde locatie van het<br />
<strong>werkterrein</strong>.<br />
3.13 Zorgvuldig handel<strong>en</strong><br />
De <strong>werkterrein</strong><strong>en</strong> zull<strong>en</strong> voor de start van de werkzaamhed<strong>en</strong> gecontroleerd word<strong>en</strong> op<br />
de ev<strong>en</strong>tuele aanwezigheid van beschermde soort<strong>en</strong>. Bij aantreff<strong>en</strong> van individu<strong>en</strong> van<br />
beschermde soort<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> deze op adequate wijze word<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> <strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />
geschikte plaats elders in de omgeving word<strong>en</strong> uitgezet. E<strong>en</strong> geschikte locatie is de<br />
Leidingstrook op <strong>Maasvlakte</strong> 1. Op deze locatie word<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> nu ook rugstreeppadd<strong>en</strong><br />
voor. Ter comp<strong>en</strong>satie van de cumulatieve effect<strong>en</strong> op de Rugstreeppad op onder<br />
andere de Vuurtor<strong>en</strong>vlakte wordt dit terrein verder ingericht <strong>en</strong> verbeterd als leefgebied<br />
voor rugstreeppadd<strong>en</strong> (zie paragraaf 3.8).<br />
3.14 Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> individu<strong>en</strong><br />
Comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> voor individu<strong>en</strong> zijn niet voorzi<strong>en</strong>, omdat met de<br />
mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> <strong>en</strong> het zorgvuldig handel<strong>en</strong> de effect<strong>en</strong> op de <strong>en</strong>ige<br />
beschermde soort die mogelijk op het <strong>werkterrein</strong> voorkomt word<strong>en</strong> verminderd tot bijna<br />
nul. Daarnaast word<strong>en</strong> voor de cumulatieve effect<strong>en</strong> op de (meta)populatie<br />
rugstreeppadd<strong>en</strong> op de Vuurtor<strong>en</strong>vlakte comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong>. Deze<br />
comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in paragraaf 3.8 van deze projectbeschrijving <strong>en</strong><br />
de <strong>ontheffing</strong>saanvraag voor <strong>Maasvlakte</strong> 2 (inclusief de Yangtzehav<strong>en</strong>) beschrev<strong>en</strong>.<br />
3.15 Dwing<strong>en</strong>de red<strong>en</strong> van op<strong>en</strong>baar belang<br />
Het project <strong>Maasvlakte</strong> 2 is e<strong>en</strong> deelproject van het Project Mainportontwikkeling<br />
Rotterdam (PMR). De dubbeldoelstelling van PMR is gedefinieerd als: versterking van<br />
de positie van de mainport Rotterdam <strong>en</strong> het verbeter<strong>en</strong> van de kwaliteit van de<br />
leefomgeving in Rijnmond. PMR is opgedeeld in drie deelproject<strong>en</strong>:<br />
• Bestaand Rotterdams Gebied (BRG): e<strong>en</strong> serie leefbaarheids- <strong>en</strong> int<strong>en</strong>siveringsproject<strong>en</strong><br />
in het bestaande hav<strong>en</strong>gebied;<br />
• Uitbreiding hav<strong>en</strong>gebied: e<strong>en</strong> landaanwinning in de Noordzee t<strong>en</strong> behoeve van<br />
hav<strong>en</strong>- <strong>en</strong> industrieterrein van 1.000 hectare netto <strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de<br />
natuurcomp<strong>en</strong>satie;<br />
• 750 hectare natuur- <strong>en</strong> recreatiegebied: ontwikkeling van nieuwe natuur- <strong>en</strong><br />
recreatiegebied<strong>en</strong> in de nabijheid van de stad Rotterdam.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 13 - 23 februari 2007
Met de landaanwinning kan de Rotterdamse vraag naar ruimte voor hav<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />
industriële activiteit<strong>en</strong> naar verwachting tot 2033 word<strong>en</strong> opgevang<strong>en</strong>. De landwinning<br />
biedt ruimte aan deepseagebond<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong>, zoals grootschalige container op- <strong>en</strong><br />
overslag, hieraan gerelateerde distributieactiviteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> grootschalige chemische<br />
industrie.<br />
De PKB biedt ook ruimte voor andere, niet g<strong>en</strong>oemde activiteit<strong>en</strong>, op basis van e<strong>en</strong><br />
zorgvuldige afweging met e<strong>en</strong> daarvoor in de PKB vermeld kader. Dit is e<strong>en</strong><br />
zelfstandige afwegingsprocedure, inclusief alternatiev<strong>en</strong>onderzoek.<br />
Voor het totaalpakket aan project<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> in het kader van PMR is e<strong>en</strong><br />
Planologische Kernbeslissing (PKB)-procedure doorlop<strong>en</strong>, in combinatie met de<br />
procedure van de milieueffectrapportage. In september 2003 is het laatste deel van de<br />
to<strong>en</strong>malige PKB-plus (Deel 4: Definitieve tekst0 versch<strong>en</strong><strong>en</strong>. Hiermee werd de<br />
uitvoering van de drie g<strong>en</strong>oemde deelproject<strong>en</strong>, waaronder <strong>Maasvlakte</strong> 2 (de<br />
landaanwinning), ruimtelijk mogelijk gemaakt.<br />
Voorafgaand aan het uitkom<strong>en</strong> van de PKB-plus, Deel 4, heeft de Europese Commissie<br />
e<strong>en</strong> positief advies uitgebracht met betrekking tot de Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijn. Dit houdt<br />
in dat er voldo<strong>en</strong>de dwing<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong> van groot op<strong>en</strong>baar belang zijn die uitvoering<br />
van de landaanwinning rechtvaardig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat is aangetoond dat er ge<strong>en</strong> alternatieve<br />
oplossing<strong>en</strong> mogelijk zijn. Er zijn wel voorwaard<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> aan de aanleg van de<br />
landaanwinning, waaronder de uitvoering van de mitigatie- <strong>en</strong> comp<strong>en</strong>satiemaatregel<strong>en</strong><br />
zoals g<strong>en</strong>oemd in de PKB-plus <strong>en</strong> de monitoring van de effect<strong>en</strong> ervan.<br />
Naar aanleiding van de gedeeltelijke vernietiging van de oorspronkelijke PKB in 2005 is<br />
e<strong>en</strong> hersteltraject doorlop<strong>en</strong>, dat heeft geleid tot de PKB PMR (2006). Hierin zijn nut <strong>en</strong><br />
noodzaak van de landaanwinning bevestigd <strong>en</strong> is vastgesteld dat het EU-advies haar<br />
actualiteit heeft behoud<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s is geconstateerd dat de Raad van State de<br />
alternatiev<strong>en</strong>afweging op planniveau afdo<strong>en</strong>de heeft bevond<strong>en</strong>.<br />
Met het vaststell<strong>en</strong> van dwing<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong> van groot op<strong>en</strong>baar belang voor de<br />
landaanwinning door de Europese Commissie, zijn ook de voorbereid<strong>en</strong>de<br />
werkzaamhed<strong>en</strong> die nodig zijn voor landaanwinning gelegitimeerd. Hieronder valt ook<br />
de ingebruikname van het <strong>werkterrein</strong>. De afweging van alternatiev<strong>en</strong> op projectniveau<br />
laat vervolg<strong>en</strong>s <strong>en</strong>erzijds zi<strong>en</strong> dat ge<strong>en</strong> geschiktere locaties voorhand<strong>en</strong> zijn (zie 3.10).<br />
Anderzijds zijn er qua werkwijze beperkte alternatieve mogelijkhed<strong>en</strong>, die zijn verwerkt<br />
in de beschrijving van mitiger<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> <strong>en</strong> zorgvuldig handel<strong>en</strong>.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 14 - 23 februari 2007
4 BRONNEN<br />
Arcadis, 2001. Noordwesthoek <strong>Maasvlakte</strong> beschermde plant- <strong>en</strong> diersoort<strong>en</strong>. In<br />
opdracht van Geme<strong>en</strong>telijke Hav<strong>en</strong>bedrijf Rotterdam.<br />
Brekelmans, F.L.A. & R.W.G. Andeweg, 2006. Beschermde soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> muurplant<strong>en</strong> in<br />
de hav<strong>en</strong> van Rotterdam 2005. bSR-rapport 58 bSR ecologisch advies, Rotterdam.<br />
Brekelmans, F.L.A., 2005. Beschermde soort<strong>en</strong> in het hav<strong>en</strong>gebied van Rotterdam<br />
2004. bSR-rapport 41 bSR ecologisch advies, Rotterdam.<br />
Meininger P.L., Berrevoets C.M. & Strucker R.C.W. 1999. Kustbroedvogels in het<br />
Deltagebied: e<strong>en</strong> terugblik op 20 jaar monitoring (1979-1998). Rijksinstituut voor Kust <strong>en</strong><br />
Zee Rapport RIKZ 99-025, Middelburg.<br />
RIKZ, 2005. Kustbroedvogels in het Deltagebied in 2004.<br />
RIKZ, 2004. Kustbroedvogels in het Deltagebied in 2003.<br />
Smit, G.F.J., D.M. Soes <strong>en</strong> R. van Eekel<strong>en</strong>, 2005. Comp<strong>en</strong>satie <strong>en</strong> monitoring<br />
Rugstreeppad <strong>Maasvlakte</strong>. Aanvulling op het comp<strong>en</strong>satieplan d.d. 01/10/2002.<br />
Stichting ornithologisch Station Voorne, 2001. Vogelonderzoek 2001 Noordwesthoek<br />
<strong>Maasvlakte</strong>. Uit: Arcadis, 2001. Noordwesthoek maasvlakte beschermde plant- <strong>en</strong><br />
diersoort<strong>en</strong>.<br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 15 - 23 februari 2007
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
- 16 - 23 februari 2007
Bijlage 1<br />
Kaart <strong>werkterrein</strong><br />
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
23 februari 2007
Projectbeschrijving Werkterrein<br />
9S0134.A0/R0013/Ffw/FAHM/Nijm<br />
23 februari 2007
Hav<strong>en</strong>bedrijf Rotterdam N.V.<br />
Projectorganisatie <strong>Maasvlakte</strong> 2<br />
Postbus 6622<br />
3002 AP Rotterdam<br />
Nederland<br />
T +31 (0)10 252 1111<br />
F +31 (0)10 252 1100<br />
E<br />
W<br />
W<br />
infomv2@portofrotterdam.com<br />
www.portofrotterdam.com<br />
www.maasvlakte2.com