11.07.2015 Views

Onverwacht boeiend platteland 8 - Landelijke Gilden

Onverwacht boeiend platteland 8 - Landelijke Gilden

Onverwacht boeiend platteland 8 - Landelijke Gilden

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

8Jaarverslag<strong>Onverwacht</strong> <strong>boeiend</strong><strong>platteland</strong>De <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> biedt bewoners van het <strong>platteland</strong> de kanselkaar te ontmoeten, te leren in een groep, cultuur op te snuiven enactie te ondernemen rond het <strong>platteland</strong> en zijn leefbaarheid.Enkele van de grotere activiteiten waren ‘Dorp in de Kijker’, ‘OpenTuinen’, de Streekzoektocht, de <strong>platteland</strong>sacademie, de ‘Dag van deLandbouw’ en ‘Dorp met Toekomst’. Daarnaast was er ook eenspecifiek aanbod voor tuinliefhebbers, senioren en schapenhouders.33


1 2 3 4 5 6 7 8 Samen beweging makenStralende dorpsbewonersJaarlijks slaan heel wat verenigingen de handen in elkaar. Met allerlei activiteitenbrengen ze het dorp samen: van sportevenementen over praalstoeten tot culinaireuitspattingen zoals een pensenkermis. Vaak zijn de plaatselijke landelijke gilden demotor achter zulke initiatieven. Om hun inspanningen te belonen, richtten de<strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> met de actie ‘Dorp in de Kijker’ al acht keer de spots op enkeleVlaamse pareltjes.Het concept is eenvoudig. Jaarlijks organiseert één landelijke gilde per provincie‘Dorp in de Kijker’. Met de hulp van andere verenigingen, brengen de plaatselijkegilden alle kleine en verrassende kantjes van hun dorp aan het licht. Steeds verbaasthet resultaat de nieuwsgierigen. Zo deden in West-Vleteren maar liefst 5000 kaarsjesde straten en huizen baden in een sfeervolle gloed tijdens de Lichtjeswandeling.Verder lieten alle inwoners zich voor hun woning vastleggen op foto. Het resultaatwas een fotoboek van en voor het hele dorp.De samenwerking tussen de verenigingen brengt duidelijk ‘schwung’ in de dorpen.Dat is in de eerste plaats positief voor de dynamiek binnen de gilde of tussen degilden onderling. Maar ook de rest van de gemeenschap plukt hiervan de vruchten.Het dorp krijgt de kans om een eigen identiteit te ontwikkelen en uit te stralen naarde rest van Vlaanderen.Er is beweging in het veldHet <strong>platteland</strong> biedt (stads)mensen de ruimte om te onthaasten. Wandelen enfietsen kan er in een aangenaam kader. Trage wegen bieden hen de kans om hetlandelijk gebied te (her)ontdekken. De behoefte aan nieuwe wandel- en fietswegenstijgt. Maar de open ruimte is beperkt. Soms zijn recreanten te talrijk, teenthousiast, te nonchalant of te veeleisend. Dat kan de verstandhouding verstorenmet de bewoners, natuurbeschermers en landbouwers. De <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> en deBoerenbond aanvaarden het veelzijdig karakter van het <strong>platteland</strong>. Voorwaarde isechter dat de vele activiteiten verlopen met respect voor de ruimtelijke ontwikkelingvan de aanwezige actoren. Boeren en tuinders moeten ongestoord kunnen werkenin landbouwgebied.Op heel wat plaatsen nemen overheden initiatieven om het gebruik van tragewegen en in het bijzonder ook van buurtwegen te evalueren en te stimuleren.De <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> en de Boerenbond zijn voorstander van een oefening opdorpsniveau. Daarbij is overleg tussen alle betrokken lokale partijen noodzakelijkom tot een goed resultaat te komen. Wederzijds respect vormt een cruciale factor.De <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> werkte een uitgebreid dossier uit en organiseerde verschillendeinfovergaderingen voor leden. Op Vlaams niveau gaf overleg met de vzw‘Trage Wegen’ alvast aanleiding tot de gezamenlijke uitgave van een informatievefolder met tips voor de gebruikers én de beheerders van trage wegen. Zo kunnentegengestelde verwachtingen in een breder kader geplaatst worden en conflictenvermeden.34


“De kracht van de<strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>ligt bij devrijwilligers.”Ludo Vansant,nationaalondervoorzitter“De kracht van de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> ligt bij de vrijwilligers. Datzijn stuk voor stuk mensen die anderen willen samenbrengen endaarvoor veel inspanningen leveren. Ze zetten zich in voor leuke envormende activiteiten, maar springen ook in de bres voor kwestiesdie hen aanbelangen. De lokale gilden laten zich horen als dedorpsschool de deuren moet sluiten, organiseren acties voor veiligerverkeer of denken mee over een problematiek zoals de zuivering vanhet individuele afvalwater. Rond dat laatste thema hebben we inhet afgelopen jaar bijvoorbeeld hard gewerkt om onze leden tesensibiliseren en met de Vereniging voor Steden en Gemeenten eengedeeld standpunt uit te werken. Pas wanneer je mensen hebt diehun nek uitsteken, kan er iets gebeuren. Ook over de parochiegrenzenheen hebben de gilden een belangrijke uitstraling. De motivatievan de vrijwilligers komt altijd voort uit een sociale gedrevenheid.De lokale activiteiten verbinden mensen van verschillende leeftijdenen verschillende achtergronden. Als ik zie met welk plezier de plaatselijkevrijwilligers zich inzetten, geloof ik rotsvast in de kracht vanonze beweging. Natuurlijk is er nog werk aan de winkel. Wemoeten ons nog beter profileren als <strong>platteland</strong>sbeweging, met eenduidelijke sympathie voor de landbouw. Maar met onze duizendenvrijwilligers en de sterke ploeg van beroepskrachten kunnen weelkaar alleen maar versterken.”35


1 2 3 4 5 6 7 8Actief op het <strong>platteland</strong>De <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> hebben in Oost-België 15 afdelingen, gespreid over deverschillende gemeenten van de streek. Samen tellen ze 700 leden waarvan 300actieve landbouwers.Europese wedstrijd voor dorpen met toekomstOost-België is bij uitstek een landelijk gebied met een zeer gevarieerd landschap.De kwaliteit van wonen en leven is er hoog. Er zijn de goed uitgeruste stedelijkekernen Eupen in het noorden en St.Vith en Malmedy in het zuiden, gescheidendoor de ruige Hoge Venen. Daartussen ligt een netwerk van grotere en kleineredorpjes, sommige met minder dan 200 inwoners.De interne dynamiek in de regio en de dorpen is één van de verklarende succesfactorenvoor de lokale <strong>platteland</strong>sontwikkeling. De voorbije tientallen jaren zijn erheel wat initiatieven gestart rond <strong>platteland</strong>sbeleving, erfgoedtoerisme en dorpsontwikkeling.Het succes van de regio is evenredig met de graad van zelforganisatiedie de bewoners ontwikkelen in talloze grote en kleine actieve verenigingen. Het isdan ook geen wonder dat de regering van Oost-België enkele jaren geleden beslistetot de deelname aan de tweejaarlijkse Europese wedstrijd ‘Ons dorp zal toekomsthebben’. Aan de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> – dé dorps- en <strong>platteland</strong>svereniging bij uitstek –is in 2005 gevraagd de organisatie van deze wedstrijd op zich te nemen. De wedstrijdmobiliseert dorpsbewoners in verschillende regio’s van Duitsland, Oostenrijk,Nederland, Polen, Hongarije, e.a. Om deel te kunnen nemen aan de wedstrijdmaakten vrijwilligers een sterkte-zwakte analyse van het dorp. Experten op diverserelevante domeinen hielpen en gaven tips voor verbeteracties. Deze steun was eenbelangrijke stimulans voor de kwaliteit van de dorpsontwikkeling op middellangeen lange termijn. De Europese samenwerking maakte het mogelijk om echt overhet muurtje te kijken. Men leerde uit de creatieve oplossingen die anderen gevondenhadden voor vergelijkbare problemen. Deelname loont dus, ook al is winnenniet voor iedereen weggelegd. De Oost-Belgische winnaar van de editie 2007-2008was het dorpje Steffeshausen met 120 inwoners.Nationale streekzoektocht ‘Suche und finde Hochbelgien’De nationale streekzoektocht van de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> was in 2008 te gast in deFranstalige gemeenten van Oost-België: Malmedy en Waimes. Met de streekzoektochtbrengen de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> gekende en minder gekende <strong>platteland</strong>sregio’sonder de aandacht. De zoektochten schetsen het verhaal van hun geschiedenis, hunontwikkeling en van de uitdagingen waarvoor ze staan.De tocht vertrok op het hoogste punt van België, het ‘Signalde Botrange’. De omloop bracht de deelnemers van het dakvan België, de Hoge Venen, door een landschap met weiden,bossen, poelen en schilderachtige dorpjes als Sourbrodt,Ofivat, Walk en Champagne tot in het stadscentrum vanMalmedy. Met meer dan 2000 ingezonden deelnemersformulierenwas de editie 2008 bijzonder succesvol.36


“Onze leden komenuit alle leeftijdsklassenen zijn nietnoodzakelijkverbonden met delandbouw.”Herman Chantraine,voorzitter <strong>Landelijke</strong><strong>Gilden</strong> in Oost-België“Vergeleken met Vlaanderen hebben we in de Oostkantons ergweinig leden. De afgelopen twee jaar daalde het ledenaantal nogsterk. Veel boeren gaan namelijk met pensioen en stappen op datmoment ook uit de plaatselijke gilde. Onze leden komen uit alleleeftijdsklassen en zijn niet noodzakelijk verbonden met de landbouw.Wel zijn ze erg geïnteresseerd in agrarische thema’s. Datzorgt voor genoeg gesprekstof binnen de gilden. Melk vormt de rodedraad tijdens de babbels. We leven hier nu eenmaal in een streekmet veel melkvee; varkens- en vleesveebedrijven zijn hier echtzeldzaam. Elke twee jaar organiseren we een studiedag. Danbezoeken we landbouwbedrijven in de streek.Vorig jaar vond de Streekzoektocht ‘Suche und finde Hochbelgien’hier plaats. Die had heel veel succes en ik hoorde een massapositieve geluiden. Voor mij persoonlijk neemt het voorzitterschapveel tijd in beslag, maar zulke momenten maken alles de moeitewaard. De band tussen de Oostkantons en Vlaanderen vinden wijecht belangrijk, zelfs al zijn we in de minderheid.”37


1 2 3 4 5 6 7 8Buurten bij boerenCreatief van natureOp 21 september openden 50 land- en tuinbouwers hun bedrijfspoorten voor hetgrote publiek op de jaarlijkse ‘Dag van de Landbouw’. Om en bij de 60.000geïnteresseerden trokken een dag lang op verkenning door het <strong>platteland</strong>. Debedrijfsleiders gidsten hun gasten door hun serres, langs hun velden en door hunplantages en stallen en gaven de nodige tekst en uitleg.In alle Vlaamse provincies waren zorgvuldig een aantal bedrijven geselecteerd:van fruittelers over zorgboerderijen tot varkensbedrijven. De meeste deelnemersbevonden zich in en om één dorp of op fietsafstand van elkaar. Zo kreeg iedereende kans om meerdere bedrijven te bezoeken.De slogan ‘creatief van nature’ stelde de vernieuwings- en innovatiedrang inde kijker. Voor de land- en tuinbouwers zijn er voortdurend nieuwe uitdagingen.Strengere eisen rond milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid,hogere kwaliteitseisen voor producten, stijgende kosten voor energie,water en veevoeder … Deze wijzigingen dwingen ondernemers om zichzelf enhun bedrijf telkens opnieuw in vraag te stellen en te zoeken naar nieuwekansen. Dit leidt tot merkwaardige initiatieven en realisaties: zonnepanelendie groene stroom leveren, luchtzuiveringsinstallaties om de geurhinder teverlagen, mestverwerkingsinstallaties en biovergisting, melk- en andereautomaten, hoevetoerisme, thuisverkoop, landbouweductie … de creativiteitvan de <strong>platteland</strong>sondernemers is ruim en zeer divers.Op verschillende bedrijven zorgden lokale afdelingen van <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>voor de randanimatie met een fietstocht, een tochtje met de huifkar, een springkasteelof een drankje en een hapje … De plaatselijke afdelingen deden hun uiterstebest om iedereen een aangename zondagmiddag bij de boer te bezorgen!Nabij de boerderijDe leden van de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> wonen kortbij, naast of zelfs op de boerderij.De <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> hebben dan ook een hart voor land- en tuinbouw en willeneen brug zijn tussen landbouw en <strong>platteland</strong>, tussen leefbare dorpen en duurzameagrarische bedrijven. Daarom wordt in tal van activiteiten de land- en tuinbouw eencentrale plaats gegeven. Burgers en buitenlui kunnen op het <strong>platteland</strong> lekkernijengaan proeven tijdens één van de vele sneukeltochten; zij kunnen landbouw- of <strong>platteland</strong>sleerpadenvolgen of op de ‘Dag van de Landbouw’ een kijkje achter de schermennemen. Een zorgzaam en leerrijk <strong>platteland</strong>, daar gaan de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>voor! Zo hebben al meer dan300 bedrijven een aanbod uitgewerktvoor personen met eenhandicap, mensen met psychologischeproblemen, jongerenmet schoolmoeheid … Op het<strong>platteland</strong> is een gast geen last!38


“Tijdens de Dag vande Landbouwkonden we bij heelwat bezoekers deverbazing van hetgezicht aflezen.”Stefan Baugniet,Dag van de Landbouw“Tijdens de Dag van de Landbouw konden we bij heel wat bezoekersde verbazing van het gezicht aflezen. Tegenwoordig wetenmensen blijkbaar erg weinig over de gang van zaken op eenlandbouwbedrijf. Het stereotype beeld van een dag op mijn boerderijin Heers reikte niet verder dan varkens voederen en wat flanerenin een rustieke omgeving. Onze strakke planning waarbij we devarkens om de drie weken een nieuwe levensfase laten beleven, bleektotaal onbekend. Ook de propere stallen met plastic en inoxkwamen hen erg vreemd voor. De reacties stoorden me niet,integendeel. De bevolking raakt namelijk hoe langer, hoe meervervreemd van de landbouw. Ik vond het daarom erg zinvol ommijn kennis over te brengen. De bezoekers luisterden met belangstellingen ook achteraf hoorde ik positieve geluiden. Elk jaardeelnemen is misschien wel wat veel. Je bent toch gauw een heleweek in de weer met de voorbereidingen. Maar natuurlijk profiteerthet bedrijf er ook van: door al dat poets- en opruimwerk blinken deramen en de varkenshokken als nooit tevoren!”39


1 2 3 4 5 6 7 8TuinwerkingVoor jong en oudDe <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> hebben een intensieve werking voor tuinliefhebbers op hetlokale en het bovenlokale vlak. Het jaarlijkse hoogtepunt hiervan is het OpenTuinen weekend. Tijdens het weekend van 28 en 29 juni telden 295 tuinen inVlaanderen en in Nederland 80.240 bezoeken. Dit is goed voor een gemiddeldevan 272 bezoekers per tuin. In de editie van 2008 kregen de rozen extra aandacht.Rozen zijn echt geen moeilijke planten die omwille van ziekten en plagen veel werkvragen; vandaag zijn er heel wat nieuwe, gezonde en sterke variëteiten beschikbaar.In de tuingids en bij tientallen ‘rozentuinen’ konden bezoekers hierover meer vernemen.Het educatief project ‘de Schooltuin’ kende met 67 deelnemers een record aantaldeelnemende scholen. Na afloop bleek dat dit initiatief op heel wat enthousiasmemocht rekenen bij leerlingen en bij leerkrachten. Al moesten sommige leerlingenvaststellen dat niet elke teelt even succesvol was ... Maar dat hoort bij tuinieren.Nieuw was de opening van de schooltuinroute in Berlaar. Niet minder dan6 schooltuinen kan men er via een bewegwijzerde route van ongeveer 25 kmbezoeken. Een prachtig initiatief van de <strong>Landelijke</strong> Gilde van Berlaar.Tuinieren met kinderen was in 2008 de steraanbieding van de tuinwerking. Ditwas een bijzonder thema, met veel mogelijkheden in de uitwerking: activiteitenvoor kinderen, voor kinderen met (groot)ouders …De schooltuinwerking werdomkaderd met een nieuwe brochure in de reeks ‘Thuis in eigen tuin’: ‘Een tuinvoor kinderen’.Rozen zonder doornenHet tuinteam van de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> sloot de zomervakantie af met een ‘Rozendag’een gloednieuw evenement voor de leden. Het opzet was Putte, de sierteelt inde gemeente en in de provincie de aandacht geven die ze verdienen. De rozentuinvan de kwekerij Casteels Rozen ontsluierde meer dan duizend rozenvariëteiten.Drieduizend groenfanaten ontdekten er hoe een rozenstruik uitgroeit tot bodembedekker,heester of klimroos. Vragen stellen kon tijdens een rozenbabbel en groendoktersgaven hun geheimen prijs. Alle zintuigen kwamen aan bod. Zo proefden debezoekers van rozenijs of van een heerlijke rozenjenever en konden de jongstenzich uitleven tijdens creatieve workshops. Heel wat sportievelingenmet groene vingers volgden een fietsroute van25 kilometer langs vier tuinen. Hoogtepunt van de Rozendagwas de doop van Rosa Midsummersnow, een wondermooienieuwe roos. Met deze Rozendag werd de OpenTuinenwerking 2008 afgesloten.40


“Alles samen eenmooi voorbeeld vande samenwerkingtussen de ‘nationale’en de ‘lokale’ tuinwerkingvan de<strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>.”Bert Christianen,Rozendag“De Rozendag bood een ideale gelegenheid om de handen in elkaarte slaan met twee andere gilden. Het resultaat van de samenwerkingtussen de landelijke gilden van Peulis, Grasheide en Puttecentrumwas een tuinkrant met tips om groenwerkzaamheden aante vatten. Ook de werking en het programma van de Rozendagkwamen aan bod. De drie gilden verspreidden uiteindelijk tienduizendexemplaren van de tuinkrant. Eerst reageerden de partnerserg twijfelachtig. Zouden we hiermee onze krachten niet overschatten?Maar de enthousiaste adverteerders van het krantje steldeniedereen snel gerust. We hielden uiteindelijk zelfs een mooi spaarpotjeover om in 2010 met een nieuw tuininitiatief naar buiten tekomen. Wat dat precies zal inhouden, weten we nog niet.Vast staat wel dat de drie gilden dan opnieuw de krachten zullenbundelen. Samen sta je sterker en kan je de bezoekers ook zoveelmeer kwaliteit bieden. Dat merkten we ook bij deze Rozendag.Waar de nationale ‘tuinmadammen’ van de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>instonden voor het inhoudelijke deel, zorgden wij met de drie gildenvoor enkele plaatsgebonden acties. We namen onder meer decatering voor onze rekening en organiseerden de fietstocht langsvier plaatselijke tuinen. Alles samen een mooi voorbeeld van desamenwerking tussen de ‘nationale’ en de ‘lokale’ tuinwerking vande <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>.”41


1 2 3 4 5 6 7 8De Plattelandsacademie,een kenniscentrumKennis delenDag na dag is het <strong>platteland</strong> in beweging. Onderwerpen zoals leefbaarheid, landbouwen verstedelijking, mobiliteit, regionale ontwikkeling en ontspanning zorgenvoortdurend voor nieuwe uitdagingen. De <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> bouwden de voorbijejaren heel wat kennis op over diverse <strong>platteland</strong>sthema’s. Om die deskundigheid teverspreiden, organiseert de vereniging jaarlijks enkele Plattelandacademies waaropdeskundigen uit allerhande sectoren elkaar ontmoeten. Zij gaan in gesprek over detoekomst van het Vlaamse <strong>platteland</strong> en delen inzichten en ervaringen met elkaaren met de aanwezige stake-holders.De Plattelandsacademie van midden maart kende een grote opkomst. Het onderwerpwas de betekenis en de waarde van beeldbepalende elementen op het <strong>platteland</strong>zoals molens, solitaire bomen of boerderijen. Het is een veelzijdig thema, datniet te vatten is door één sector of invalshoek. De bijdragen uit de omgevingspsychologie,de agrarische architectuur en verschillende onderzoeken droegenieder op hun manier bij tot een beter begrip.In de herfst kwam ‘regional branding’ aan bod. Daarbij wordt een streek als eenmerk beschouwd en als dusdanig behandeld. Deze aanpak ter ondersteuning vande <strong>platteland</strong>seconomie speelt de streekidentiteit en de landschappelijke kwaliteitenvan <strong>platteland</strong>sregio’s uit. Dat kan onder meer door er een label of merknaam vante maken, waarmee de regio dan promotie kan voeren.PlattelandsknabbelsMinder uitgebreid, maar minstens even <strong>boeiend</strong> zijn de infomomentenrond <strong>platteland</strong>sontwikkeling waarop de <strong>Landelijke</strong><strong>Gilden</strong> tijdens een middag- of avondvergadering een<strong>platteland</strong>sthema op maat van de leden en <strong>platteland</strong>sbewonersaanbieden. Tijdens zo’n infomoment in november verteldeYves Segers van het Centrum voor Agrarische Geschiedenisop een toegankelijke manier over cultureel erfgoed.Enkele voorbeelden uit de praktijk bewezen dat cultureel erfgoedeen bindmiddel kan zijn voor de gemeenschap.Via de zogenaamde pleisterplaatsen proberen de <strong>Landelijke</strong><strong>Gilden</strong> haast letterlijk <strong>platteland</strong>sthema’s naar de dorpsbewoners te brengen. Doordeze werking ter plekke krijgen gemeentemandatarissen in hun thuisbasis achtergrondkennisaangeboden over onderwerpen die hen aanbelangen. Zo belandt ergeen eenheidsworst, maar hapklare duiding op het bord van alle spelers!42


“De Plattelandsacademiezoektmanieren om kennisin verband met<strong>platteland</strong>sthematiekenoverte dragen.”Piet Vanthemsche,Plattelandsacademie“Ik hoor en ik vergeet. Ik zie en ik onthoud. Ik doe en ik begrijp.”Met dit eeuwenoude motto van Confucius in het achterhoofd, zoektde Plattelandsacademie manieren om kennis in verband met<strong>platteland</strong>sthematieken over te dragen. De meest interactieve vormis het kennisatelier. In 2008 probeerden we dit voor het eerst uit nade studiedag over ‘regional branding’. De projectpromotoren vandrie <strong>platteland</strong>sregio’s waren aanwezig. Ze werkten samen metervaren collega’s van het Groene Woud in de omgeving van’s Hertogenbosch. Naast een één-op-éénuitwisseling en een gemodereerdgroepsgesprek, organiseerde het Innovatiesteunpunt eenwerksessie op basis van een creatieve techniek waarbij er eendiagram op tafel ligt en elk individu nagaat hoe hij of zij omgaatmet heersende trends. Nadien komt er een groepsbeslissing totstand. Dit werkatelier scherpte het inzicht aan over het thema.Iemand van het Plattelandscentrum Meetjesland vzw verwoorddehet zo: ‘Regional branding is een proces, geen product. Het heeftminstens vijf jaar incubatietijd nodig en vooral veel doorzettingsvermogen.’Iemand anders leerde er een manier van aanpak:‘Branding kan de onderlinge samenhang in een regio duidelijkmaken en vormt een vertrekpunt om tot samenwerking te komen.’Na afloop maakten de meeste deelnemers nog afspraken voor detoekomst.”43


1 2 3 4 5 6 7 8Het <strong>platteland</strong> in de boekentasEen nieuwe partnerDe vzw Plattelandsklassen wil jongeren in contact brengen met het Vlaamse <strong>platteland</strong>vanuit een integrale benadering. De kernactiviteit is het aanbieden van één- ofmeerdaagse verblijfsarrangementen op het <strong>platteland</strong>.In 2008 kwam een beloftevolle samenwerking met de uitgeverij Averbode totstand. Zo konden de tienduizenden Zonnestraal-lezertjes zich verdiepen in eenthemanummer dat volledig in het teken van de landbouw stond. Dit nummer washet eerste concrete resultaat van de samenwerking tussen Uitgeverij Averbode enPlattelandsklassen.Via inhoudelijke artikels in de schooltijdschriften van de uitgeverij, de promotie vanmateriaal van Plattelandsklassen en de ontwikkeling van nieuwe producten willenbeide partijen elkaar sterker maken. Door de krachten te bundelen, kan Averbodeuitpakken met de jarenlange ervaring met jongerentijdschriften en Plattelandsklassenmet deskundigheid rond landbouweducatie. De schooltijdschriften brengennu een meer genuanceerd, levensnabij verhaal achter de mooie plaatjes. Er is ookruimte voor zingeving en ethiek in de landbouw. Meer dan 90% van de leerkrachtenin het lager onderwijs en een half miljoen lezers in het kleuteronderwijs, de lagereschool en het secundair onderwijs komen nu alles te weten over land- en tuinbouwen <strong>platteland</strong>. De toekomst heeft nog veel in petto voor de partners. De kleutertijdschriftenzullen focussen op concrete beeldvorming. De jongste leerlingen van delagere school werken rond melk, terwijl de oudsten zich in veeteelt verdiepen meteen themanummer van Zonneland. Voor het secundair onderwijs staan ondermeer de middaghap op school, dierenrechten, landbouw en globalisering envoedingssupplementen op het programma. Daarnaast zijn er ook respons- enpromotieacties. De overeenkomst ligt voorlopig vast voor vijf jaar, maar een bloeiendesamenwerking lijkt geboren!Maximumfactuur, minimumbeleving?4333 leerlingen lieten zich in 2008 onderdompelen in het leven op het <strong>platteland</strong> of900 minder dan in 2007. De maximumfactuur verklaart alles. Gespreid over de zesleerjaren mogen meerdaagse uitstappen maximaal 360 euro kosten. Hierdoor stoppensommige scholen hun openluchtklas. Andere scholen snoeien in het aantaldagen Plattelandsklassen en komen eerder drie dagen dan vijf. Aan deandere kant melden nieuwe scholen zich tijdens hun zoektocht naargoedkopere alternatieven voor sport- of sneeuwklassen.De Plattelandsklassen blijven een ijzersterk en kwalitatief uithangbordvoor de sector dankzij de inzet van de honderden land- en tuinbouwersen vrijwillige medewerkers. Hun enthousiasme kent geenmaximumfactuur!44


“Ik vind het belangrijkdat de kinderenbeseffen dat een boerderijuiteindelijk leidttot een waaier aanvoedselproducten inde supermarkt.”Familie Saelens,nabijheidsboerderijin Herent“Het project rond nabijheidsboerderijen brengt de oudste leerlingenvan basisschool De Bijenkorf in Herent tot bij ons. Seizoen perseizoen wijzen we ze op de veranderingen op en rond de boerderij.Tijdens de winter stond het eerste bezoek op het programma. Dedieren verbleven op dat moment in de stal. De elfjarigen zagen hoeeen koe haar pasgeboren kalfje zoogde. Hun taalvaardigheid vielme op. In combinatie met hun nieuwsgierigheid zorgde die trouwensvoor leuke vragen.Ik vind het belangrijk dat de kinderen beseffen dat een boerderijuiteindelijk leidt tot een waaier aan voedselproducten in de supermarkt.De link tussen de lieve diertjes en een stuk vlees lijken zemoeilijk te vatten. Begrijpelijk, maar met onze boerderij en hoeveslagerijprobeer ik ze hiervan bewust te maken. Tijdens het volgendebezoek in de zomer zou ik ze trouwens willen verrassen met eenbarbecue. Ze mogen alles zelf bereiden, maar eerst een wandelinglangs de bloeiende velden! In combinatie met een portie aardappelenvan eigen akker wordt dat een bezoekje om duimen en vingersbij af te likken.”45


“Buren gaven elkaareen zelf versierdestoel cadeau.”Gert De Broeck,initiatiefnemer“Nooit had ik gedacht dat de actie zo’n weerslag zou hebben op hetdorp. Stoelen in alle vormen en formaten kleurden het straatbeeld.Dikwijls ging het zelfs om echte kunstwerkjes. ‘Een stoel voor jou’begon bescheiden. Zelf durfde ik al eens mijmeren over de vroegerezomeravonden in het dorp. Mensen trokken toen met hun stoelnaar buiten en keuvelden tot in de late uurtjes. “Waarom creërenwe dezelfde sfeer niet tijdens de Pinksterprocessie?” dacht ik bijmezelf. Mijn idee viel meteen in goede aarde. Al snel zag hetstoelencomité het licht en Dorp met Toekomst bezorgde ons denodige centjes. Onverhoopt kwam ook de rest van het dorp inbeweging. Kleinkinderen spoorden hun grootouders aan om werk temaken van een versierde stoel en buren gaven elkaar een zelfversierd exemplaar cadeau. Op Pinksteren zagen we het verbluffenderesultaat van die verbondenheid. De hoofdprijs van dewedstrijd, het dorpsfeest, was het mooiste cadeau dat Elewijt konkrijgen. Zowat iedereen heeft me gevraagd of we niet elk jaar zo’nfeest kunnen houden. Een fantastisch idee, maar die organisatielaat ik liever aan anderen over. ‘Een stoel voor jou’ blijft wel mijnkindje. Jaarlijks willen we de stoelen met Pinksteren weer op straatkrijgen. Hopelijk is een nieuwe traditie geboren!”47


1 2 3 4 5 6 7 8IVA wordt TRIASSteun aan boeren in het ZuidenSinds begin 2008 opereert ‘Ieder voor Allen’ (IVA), de voormalige niet-gouvernementeleorganisatie voor ontwikkelingssamenwerking van de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>,onder de grote vlag van Trias. Die samenwerking betekent niet het einde van eentijdperk, eerder een nieuw hoofdstuk.Als ontwikkelingsorganisatie met een sterke verankering in de Boerenbond en de<strong>Landelijke</strong> Beweging (<strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong>, KVLV en KLJ) ondersteunt Trias namelijknog steeds boeren en <strong>platteland</strong>sbewoners in het Zuiden ondermeer via microfinanciering.In dat systeem lenen boeren en ondernemers kleine kredieten om bijvoorbeeldzaaigoed te kopen. Wanneer zij dan lokaal de handen in elkaar slaan, kaner een beweging ontstaan van succesvolle ondernemers. Op die manier gaat Triassamen met hen op pad in plaats van alles voor hen te doen. Deze visie bezorgt delokale bevolking een stevig wapen tegen de armoede. Door de krachten te bundelenbinnen Trias, kunnen de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> sterker meewerken aan de emancipatieen de economische zelfredzaamheid van de <strong>platteland</strong>sbewoners in het Zuiden.Het Noord-Zuidbewustzijn komt ook sterk naar voren in het activiteitenaanbodvoor de lokale afdelingen. Zo bracht Gi Mateusen in verschillende afdelingen zijnverhaal over Congo en kregen een aantal leden dankzij inleefreizen de kans kenniste gaan maken met de lokale cultuur en gebruiken.Congo in beeldAan de hand van Congolese schilderijen vol humor en anekdotes getuigt Gi Matteusenover het leven van de gewone man. Dit verhaal, dat getuigt van het optimisme,de blijheid, vindingrijkheid en de overlevingsdrang van het Congolese volk, sluitnaadloos aan bij het solidariteitsproject dat TRIAS en de <strong>Landelijke</strong> <strong>Gilden</strong> willenopzetten in Kinshasa. Door de lokale landbouw te versterken, willen ze de voedselsituatiein de grootstad verbeteren. Het gaat niet om reusachtige projecten, maarom veranderingen die de mensen echt voelen.48


“De mensen gelovenmeer in zichzelf enleren zelf initiatiefnemen.”Victor Emmerechts,deelnemer inleefreisTrias“De reis naar het bergachtige gedeelte van Honduras was in éénwoord verrijkend! Ik zag daar heel wat kleine boeren die hun levensstandaardwillen verbeteren. Trias helpt hen via microfinanciering.Sinds de reis ben ik ervan overtuigd dat dit zinvolle projecten zijn.De mensen geloven weer in zichzelf en leren zelf initiatief nemen.Het is ook schitterend dat onze knowhow als <strong>platteland</strong>sbewegingdaar dienst kan doen.”“Op een inleefreis ben je minder toerist en krijg je de kans om nauwcontact te hebben met de inwoners. Het onthaal in Santa Rosa deCopan was bijvoorbeeld prachtig. De honger naar kennis viel mij op,net als de welbespraaktheid van de mensen. Pilhar-Ampro, deplaatselijke organisatie van Trias, heeft er een erg solide werking. Hetwas schitterend hoe ontwikkelingswerker Martin Viaene de organisatiebegeleidt. Hij zorgt voor ondersteuning, maar geeft de aangeslotenboeren zelf de verantwoordelijkheid en laat hen de accenten bepalen.Een inleefreis brengt ook een engagement met zich mee. Sindsdiensprak ik op verschillende gelegenheden over mijn ervaring. Dat ben ikaan de mensen daar verplicht. Zij boden ons wat ze hadden, zijstelden zoveel hoop op ons. Al is het misschien maar een kleinsteentje, ik hoop zo toch te kunnen bouwen aan een betere wereld.”49

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!