12.07.2015 Views

Laatste versie (PDF, 27.11 Kb) - Fedweb

Laatste versie (PDF, 27.11 Kb) - Fedweb

Laatste versie (PDF, 27.11 Kb) - Fedweb

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

2Versie van 26.11.2008 (K.B. van 19.11.2008 inbegrepen)Art. 3.-Par dérogation à l'article 101 de l'arrêté royaldu 2 octobre 1937, le Ministre peut priverl'agent de la faculté de faire valoir ses titresà la promotion et à l'avancement dans sonéchelle de traitement (5), et réduire sontraitement, dans les cas suivants :1° Lorsque l'agent fait l'objet de poursuitespénales;2° Lorsque l'agent fait l'objet de poursuitesdisciplinaires en raison d'une fautegrave pour laquelle il y a soit flagrantdélit, soit des indices probants.Art. 3.-In afwijking van artikel 101 van het koninklijkbesluit van 2 oktober 1937, kan de Ministerde ambtenaar het recht ontzeggen om zijnaanspraken op bevordering en op debevordering in zijn weddenschaal (5) te doengelden en zijn wedde verminderen, in devolgende gevallen :1° wanneer de ambtenaar strafrechtelijkvervolgd wordt;2° wanneer de ambtenaar tuchtrechtelijkvervolgd wordt wegens een ernstigvergrijp waarbij hij op heterdaad isbetrapt of waarvoor er afdoendeaanwijzingen zijn.La réduction du traitement ne peut excédercelle visée à l'article 23, alinéa 2, de la loi du12 avril 1965 sur la protection de larémunération des travailleurs (4); elle ne peutnon plus avoir pour effet de ramener letraitement à un montant inférieur au montantdes allocations de chômage auxquellesl'agent aurait droit s'il bénéficiait du régimede la sécurité sociale des travailleurssalariés.Les mesures prévues par l'alinéa 1er sontprises sur proposition du président ducomité de direction ou de son délégué (6).Art. 4.-Dans les dix jours de la notification de laproposition prescrite par l'article 3, alinéa 3,l'agent peut introduire contre cetteproposition un recours auprès de la chambrede recours. Dans tous les cas, la décisionest prise par le Ministre.De wedde mag niet meer wordenverminderd dan zoals in artikel 23, tweedelid, van de wet van 12 april 1965 betreffendede bescherming van het loon derwerknemers is vastgesteld (4); zij magevenmin worden verminderd tot een bedragdat lager is dan de werkloosheidsuitkeringwaarop de ambtenaar recht zou hebbenindien hij onder de sociale zekerheid voorwerknemers viel.De in het eerste lid bedoelde maatregelenworden genomen op voorstel van devoorzitter van het directiecomité of zijngemachtigde (6).Art. 4.-Binnen tien dagen na de kennisgeving vanhet in artikel 3, derde lid, bedoelde voorstel,kan de ambtenaar daartegen beroepinstellen bij de raad van beroep. In iedergeval wordt de beslissing door de Ministergenomen.Art. 5.-Si, une fois terminé l'examen de son cas,l'agent fait l'objet d'une suspensiondisciplinaire, l'autorité compétente peut pardérogation à l'article 78, § 6, alinéa 2, del'arrêté royal du 2 octobre 1937 etnonobstant le délai maximum fixé à l'articleArt. 5.-Indien de ambtenaar, na afloop van hetonderzoek van zijn geval, eentuchtschorsing wordt opgelegd, kan debevoegde overheid, in afwijking van artikel78, § 6, tweede lid, van het koninklijk besluitvan 2 oktober 1937 en ongeacht deL:\Portaalsite_2007\Regelgeving\Quick Win\(03)_K.B._van_01.06.1964_-_A.R._du_01.06.1964_.doc


3Versie van 26.11.2008 (K.B. van 19.11.2008 inbegrepen)77, § 4, du même arrêté, faire rétroagir cettesuspension à une date qui ne peutcependant être antérieure à celle à laquelleles mesures prises en application de l'article3 ont produit leurs effets. (1)En ce cas, la durée de la suspension dansl'intérêt du service est imputée à dueconcurrence sur la durée de la suspensiondisciplinaire.maximumtermijn vastgesteld bij artikel 77, §4, van hetzelfde besluit, die schorsing doenterugwerken tot een datum die evenwel dedag niet mag voorafgaan waarop de bijtoepassing van artikel 3 getroffenmaatregelen uitwerking hebben gehad. (1)In dit geval wordt de duur van de schorsingin het belang van de dienst, tot de nodigetermijn, op de duur van de tuchtschorsingaangerekend.Art. 6.-Une fois terminé l’examen du cas de l’agent,les mesures prises en application de l’article3 sont retirées par des décisionsrétroagissant à la date à partir de laquelleces mesures ont produit effet, sauf :1° si, en conclusion de cet examen, l’agentfait l’objet d’une démission d’office oud’une révocation ;2° pour la période de suspension dansl’intérêt du service imputée sur la duréede la suspension disciplinaire enapplication de l’article 5.Art. 6.-Nadat het geval van de ambtenaar isonderzocht, worden de bij toepassing vanartikel 3 genomen maatregelen ingetrokkendoor beslissingen die terugwerken tot dedag met ingang waarvan die maatregelenuitwerking hebben gehad, behalve :1° indien tot besluit van dat onderzoek deambtenaar van ambtswege wordtontslagen of afgezet wordt;2° voor de periode van schorsing in hetbelang van de dienst aangerekend opde duur van de tuchtschorsing bijtoepassing van artikel 5.Art. 7.-Lorsqu’après le retrait des mesures prisesen application de l’article 3, il est établi quel’agent aurait bénéficié d’une nomination parpromotion (8) ou changement de grade s’iln’avait pas été privé de la faculté de fairevaloir ses titres à la promotion ou auchangement de grade, il ne peut obtenircette nomination qu’aux conditionsimposées pour la recevoir.Art. 7.-Wanneer na de intrekking van de bijtoepassing van artikel 3 genomenmaatregelen aangetoond is dat deambtenaar een benoeming zou hebbengekregen bij wege van bevordering (8) ofverandering van graad indien hem niet hetrecht was ontzegd om zijn aanspraken opbevordering of verandering van graad tedoen gelden, kan hij die benoeming alleenverkrijgen onder de voorwaarden diedaarvoor zijn gesteld.Toutefois, lorsque la nomination lui estconférée, l’agent prend rang pourl’avancement à la classe supérieure et pourl’avancement dans l’échelle de traitement (7)à la date à laquelle il aurait obtenu cettenomination, sans préjudice néanmoins deseffets attachés à la peine disciplinaire ou àWordt de ambtenaar benoemd dan neemthij evenwel voor de verhoging tot de hogereklasse en voor de verhoging in deweddenschaal (7), rang in op de datumwaarop hij die benoeming zou hebbenverkregen, onverminderd echter degevolgen verbonden aan de eventueel doorL:\Portaalsite_2007\Regelgeving\Quick Win\(03)_K.B._van_01.06.1964_-_A.R._du_01.06.1964_.doc


4Versie van 26.11.2008 (K.B. van 19.11.2008 inbegrepen)la mesure administrative qu’il a pu encourir.hem opgelopen tuchtstraf of administratievemaatregel.Art. 8.-L’agent est invité à viser les propositions etdécisions tant pour les mesures desuspension dans l’intérêt du service quepour les mesures complétant cettesuspension. Si l’agent refuse de le faire, il enest dressé procès-verbal par le président ducomité de direction ou son délégué (6) ou lesupérieur hiérarchique.Si l’agent n’est déjà plus présent dans leservice, les propositions et décisions lui sontnotifiées par pli recommandé à la poste.Art. 8.-De ambtenaar wordt verzocht de voorstellenen beslissingen tot schorsing in het belangvan de dienst en tot maatregelen teraanvulling van die schorsing te viseren.Weigert de ambtenaar dit te doen, dan wordtdaarvan proces-verbaal opgemaakt door devoorzitter van het directiecomité of zijngemachtigde (6) of door de hiërarchischemeerdere.Is de ambtenaar reeds niet meer in dienst,dan wordt hem bij een ter postaangetekende brief kennis gegeven van devoorstellen en beslissingen.Art. 9.-Les décisions suspendant les agents dansl'intérêt du service ou prenant une desmesures complémentaires prévues parl'article 3, ne peuvent produire leurs effetspour une période antérieure à la date àlaquelle la suspension ou la mesurecomplémentaire a été proposée.Art. 9.-Beslissingen waarbij ambtenaren in hetbelang van de dienst worden geschorst ofwaarbij een van de in artikel 3 bepaaldeaanvullende maatregelen wordt genomen,kunnen geen uitwerking hebben over eenperiode vóór de datum waarop de schorsingof de aanvullende maatregel is voorgesteld.Art. 10. - . . . . . . . . . . (3) Art. 10. - . . . . . . . . . . (3)Art. 11. - . . . . . . . . . . (3) Art. 11. - . . . . . . . . . . (3)Art. 12.-Le présent arrêté entre en vigueur le 1eraoût 1964.Art. 12.-Dit besluit treedt in werking op 1 augustus1964.1. A.R. du 25.2.1985 (M.B. du 19.3.1985)2. A.R. du 22.11.1991 (M.B. du 24.12.1991) et annulé par leConseil d'Etat le 31.5.19943. A.R. du 4.3.1993 (M.B. du 23.3.1993)4. A.R. du 26.9.1994 (M.B. du 1.10.1994)5. A.R. du 17.3.1995 (M.B. du 29.3.1995)6. A.R. du 5.9.2002 (M.B. du 26.9.2002)7. A.R. du 4.8.2004 (M.B. du 16.8.2004)8. A.R. du 19.11.2008 (M.B. du 26.11.2008)1. K.B. van 25.2.1985 (B.S. van 19.3.1985)2. K.B. van 22.11.1991 (B.S. van 24.12.1991) en vernietigddoor de Raad van State op 31.5.19943. K.B. van 4.3.1993 (B.S. van 23.3.1993)4. K.B. van 26.9.1994 (B.S. van 1.10.1994)5. K.B. van 17.3.1995 (B.S. van 29.3.1995)6. K.B. van 5.9.2002 (B.S. van 26.9.2002)7. K.B. van 4.8.2004 (B.S. van 16.8.2004)8. K.B. van 19.11.2008 (B.S. van 26.11.2008)L:\Portaalsite_2007\Regelgeving\Quick Win\(03)_K.B._van_01.06.1964_-_A.R._du_01.06.1964_.doc

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!