13.07.2015 Views

Nieuws CVO 2008 - 2006 - Wageningen UR

Nieuws CVO 2008 - 2006 - Wageningen UR

Nieuws CVO 2008 - 2006 - Wageningen UR

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Nieuws</strong>archief <strong>CVO</strong> <strong>2008</strong> - <strong>2006</strong>“Linking Herring”: Een wetenschappelijke conferentie over haringVan 26 tot en met 29 augustus <strong>2008</strong> wordt in Galway (Ierland) een internationaal symposium gehouden overharing. Verschillende aspecten over haring zullen aan de orde komen zoals: de biologie van haring, de rol vanharing in het ecosysteem in zee, het onderzoek naar de omvang van de haringbestanden en het beheer van deharingbestanden. Gastspreker is Mike Sinclair uit Canada over de betekenis van het haringonderzoek voor hetwetenschappelijk zeeonderzoek.Het symposium wordt gesponsord door ICES ( www.ices.dk ), PICES ( www.pices.int ) en Globec (www.globec.org ), Marbef ( www.marbef.org ) en EurOceans ( www.eur-oceans.eu ).Meer informatie over het symposium kan worden gevonden op de website van LINKING HERRING (www.linkingherring.com ).


Figuur 1. Biomassa Noordzeeharing van twee surveys - de akoestische survey en de larvensurvey.


Figuur 2. Resultaten van de toestandsbeoordeling van Noordzeeharing door de ICES werkgroep haring, maart2007.De open staaf in de grafiek met de vangsten toont de verwachte vangst voor 2007 en de open cirkeltjes in degrafieken met paaistand en visserijsterfte zijn ook voorspellingen voor 2007. De horizontale lijn in de grafie met depaaistand is de biologische limiet. De horizontale lijn in de grafiek met de visserijsterfte is de overeengekomenvisserijsterfte voor de visserij voor menselijke consumptie.Haring survey op websiteVan 23 juni tot 13 juli <strong>2008</strong> is het onderzoeksvaartuig Tridensvan het ministerie van LNV op zee om een bestandsopname opharing uit te voeren. Aan boord zijn onderzoekers van IMARESom de haringstand in de Noordzee te bepalen. De hoeveelheidharing wordt gemeten door middel van akoestische technieken.Het verloop van de survey kan dit jaar voor het eerst wordengevolgd via de website akoestische surveys. Ook wordt op dewebsite informatie gegeven over de werkwijze aan boord. NaastNederland nemen Schotland, Duitsland, Denemarken enNoorwegen deel aan de survey. Zie ook de resultaten van devorige survey.Juni <strong>2008</strong> FvB/EHVisserij biologen zien mogelijkheden voor herstel van de kabeljauw (Oktober 2007)Dit is een gezamenlijk persbericht van <strong>Wageningen</strong> IMARES en het ministerie van LNVInternationale visserijbiologen zien mogelijkheden voor herstel van het kabeljauwbestand in deNoordzee. Dankzij een redelijke hoeveelheid jonge kabeljauw geboren in 2005 en dankzij een afnamevan de visserijdruk zou de stand van volwassen vis in 2009 boven de voorzorgsgrens uit kunnenkomen. Dit blijkt uit de adviezen van de Internationale Raad voor het Onderzoek van de Zee(International Council for the Exploration of the Sea, ICES).Visserijbiologen van <strong>Wageningen</strong> IMARES (Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)hebben vandaag de vangstadviezen gepresenteerd aan het ministerie van Landbouw, Natuur enVoedselkwaliteit (LNV), de visserijsector en maatschappelijke organisaties. De adviezen hebbenonder andere betrekking op de bodemvisserij van tong, schol en kabeljauw in de Noordzee en op devisserij van blauwe wijting, makreel en horsmakreel buiten de Noordzee. Het definitieve advies voorNoordzeeharing is in juni al gepresenteerd. De Europese visserijbiologen adviseerden toen de vangstvan haring in <strong>2008</strong> terug te brengen tot 200.000 ton (van 341.000 ton in 2007).Hieronder volgen de beoordelingen door ICES van de voor Nederland belangrijkste visstanden.Noordzee kabeljauwDit voorjaar adviseerde ICES nog dat het volledig stopzetten van de vangst de beste mogelijkhedenbiedt voor enig herstel van het bestand. Afgelopen week stelde ICES echter dat een kleine vangst van22.000 ton in <strong>2008</strong> toelaatbaar is. De kabeljauw bevindt zich al een aantal jaren in de problemen. Opdit moment ligt het volwassen bestand nog onder de grenswaarde (waaronder de aanwas in gevaar is)van 70.000 ton. Dit ondanks de inzetbeperkingen en lage vangsthoeveelheden die de laatste jaren zijntoegestaan. Herstel bleef tot nu toe uit door de geringe jaarlijkse aanwas van jonge kabeljauw. Recentis gebleken dat in 2005 voldoende kleine kabeljauwen zijn geboren om de stand van volwassenkabeljauw (vier jaar en ouder) in 2009 te laten toenemen. Hiervoor is het wel noodzakelijk dat striktevangstbeperkingen in <strong>2008</strong> van kracht blijven. De toegestane vangst in 2007 is 22.900 ton.Noordzee schol en tongIn het voorjaar constateerde ICES dat de bestanden van volwassen schol en tong zich onder devoorzorgsgrenswaarde bevonden. Het advies van ICES was gericht op het boven de voorzorgsgrensbrengen van deze bestanden in 2009. Afgelopen maanden is nieuwe informatie beschikbaar gekomendie aangeeft dat in <strong>2006</strong> meer jonge schol en minder jonge tong is geboren dan in het voorjaar werdaangenomen. Het vangstadvies voor schol in <strong>2008</strong> is daarom bijgesteld van 26.000 ton naar 35.000ton. Voor tong zou echter maar 9.800 ton in plaats van de in het voorjaar geadviseerde 13.900 tonmogen worden gevangen.


Halverwege dit jaar is door de Europese Raad van Visserijministers een meerjarenplan voor hetbeheer voor platvis aangenomen. In dit plan staat dat de visserijsterfte voor tong en schol met 10%per jaar moet dalen en dat de toegestane vangsthoeveelheid maximaal met 15% per jaar magfluctueren. Met dezelfde onderzoekgegevens van ICES zouden de beheerregels uit het meerjarenplanleiden tot de toegestane vangsthoeveelheid van 49.000 ton voor schol in <strong>2008</strong> en van 12.800 ton voortong. De toegestane vangsten voor schol en tong in 2007 waren respectievelijk 50.000 en 15.000 ton.Blauwe wijtingDoor de omvangrijke jonge aanwas was de stand van blauwe wijting in de westelijke wateren in hetbegin van deze eeuw sterk toegenomen. Dit ondanks de recordvangsten van rond de twee miljoen tonin de afgelopen jaren. Gedurende de laatste vier jaar is de stand weer afgenomen. ICES vindt dat devisserijdruk op dit bestand veel te hoog is. Ook is de jonge aanwas in 2005 en <strong>2006</strong> veel lager dan invoorgaande jaren. De verwachting is dat met een vangst van 835.000 ton in <strong>2008</strong> de visserijdruk weerop een duurzaam niveau zou komen. De toegestane vangst in 2007 is ongeveer 1.8 miljoen ton.MakreelDe makreelstand in de wateren ten westen van Engeland is de laatste 20 jaren vrij stabiel. De omvangvan de volwassen stand ligt rond de voorzorgsgrens van 2,3 miljoen ton. Ook voor makreel is eeninternationaal beheerplan van toepassing. Volgens dat beheerplan en de berekende omvang van hetbestand zou in <strong>2008</strong> een vangst mogelijk zijn van tussen de 349.000 en 456.000 ton. De toegestanevangst in 2007 is 502.000 ton.HorsmakreelDe stand van horsmakreel in de wateren ten westen van Engeland kan niet goed worden ingeschatmaar voorlopig onderzoek maakt duidelijk dat de stand de afgelopen jaren is toegenomen. DeEuropese Commissie en de visserijsector hebben voor horsmakreel een meerjarenplan voorgesteld.De vangstadviezen van ICES zijn gebaseerd op dit plan. De geadviseerde vangsthoeveelheid in <strong>2008</strong>tot en met 2010 is 180.000 ton per jaar. Dit jaar mag 150.000 ton worden gevangen.Atlanto-scandische haringAtlanto-scandische haring wordt vooral in de Noorse zee gevangen. Na een ineenstorting in de jarenzeventig en tachtig heeft deze haringsoort zich sterk hersteld dankzij een aantal sterke broedjaren eneen lage visserijdruk. Momenteel wordt de paaistand op ongeveer 12 miljoen ton geschat. Daarmee isde Atlanto-scandische haring het grootste haringbestand ter wereld en het grootste visbestand inEuropese wateren. Voor het beheer van deze vissoort is een internationaal beheerplan vantoepassing. De toegestane vangst in <strong>2008</strong> volgens dat beheerplan is 1.2 miljoen ton en komt overeenmet het ICES-advies. Dat is evenveel als de toegestane vangsthoeveelheid in 2007.VervolgDe ICES-adviezen worden door de lidstaten van de EU met de visserijsector en met maatschappelijkeorganisaties besproken. Begin november raadpleegt de Europese Commissie het bedrijfsleven en demaatschappelijke organisaties en maakt zij een voorstel voor het visserijbeheer in <strong>2008</strong>. Ook zullenmet Noorwegen voor de gezamenlijk beheerde bestanden zoals kabeljauw, schol en haringtoegestane vangsthoeveelheden moeten worden vastgesteld. De eerste gesprekken hierover vindenbegin november plaats. In december 2007 beslist de Europese raad van visserijministers over devangstquota voor volgend jaar.De adviezen zijn vanaf 19 oktober beschikbaar op de website van ICESICES press releaseVisserijbiologen adviseren voor 2007 een fors mindere vangst van schol en tong(Oktober <strong>2006</strong>)Ondanks dat de visserijdruk op de Noordzee langzaam afneemt, is een aantal visbestanden nog onder deinternationaal geaccepteerde biologische voorzorgsgrenzen. De jonge aanwas van tong en schol is laag en


maakt een beperking van de vangst van deze soorten nodig. Dit blijkt uit de adviezen van de Internationale Raadvoor het Onderzoek van de Zee (International Council for the Exploration of the Sea, ICES).Visserijbiologen van <strong>Wageningen</strong> IMARES hebben de adviezen vandaag gepresenteerd aan het ministerie vanLandbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), de visserijsector en maatschappelijke organisaties. De adviezenhebben onder andere betrekking op de bodemvisserij van tong, schol en kabeljauw in de Noordzee, en op devisserij van blauwe wijting, makreel en horsmakreel buiten de Noordzee.Hieronder volgen de beoordelingen door ICES van de voor Nederland belangrijkste visstanden.Noordzee tongDe visserijdruk op het tongbestand in de Noordzee is de laatste twee jaar afgenomen, maar de stand vanvolwassen vis ligt met 25 000 ton nog onder de voorzorgsgrens van 35 000 ton. De laatste jaren is de natuurlijkeaanwas van jonge vis laag. Om het bestand op termijn boven de voorzorgsgrens te brengen, zou de vangst in2007 beperkt moeten worden tot 10 800 ton. Als de toegestane vangst op hetzelfde niveau als in <strong>2006</strong> zouworden gehouden (17 700 ton) dan zal het tongbestand eind 2007 beneden het voorzorgsniveau uitkomen.Noordzee scholDe stand van volwassen schol is stabiel gebleven en wordt geschat op ongeveer 190 000 ton. De stand blijftdaarmee onder het voorzorgsniveau van 230 000 ton. Een vermindering van de voor <strong>2006</strong> toegestane vangst van57 400 ton naar 32 000 ton in 2007 is nodig om het bestand te laten toenemen tot boven het voorzorgsniveau.Noordzee kabeljauwDe kabeljauw bevindt zich al een aantal jaren in de problemen. Alles wijst erop dat het paaibestand nog steedsonder de grenswaarde (waaronder de aanwas in gevaar is) van70 000 ton ligt. Ook de aanwas van jonge kabeljauw blijft laag. Dit ondanks de inzetbeperkingen en lagevangsthoeveelheden die de laatste jaren zijn afgesproken. De geringe aanwas van jonge kabeljauw en debestaande visserij op deze soort vertragen een eventueel herstel. De EU heeft een herstelplan voor kabeljauwingesteld, waardoor een beperkte vangst van kabeljauw mogelijk blijft. De toegestane vangst in 2007 is volgensdit herstelplan 32 000 ton. ICES concludeert, net als vorig jaar, dat het volledig stopzetten van de vangst de bestemogelijkheden biedt voor enig herstel van het bestand.Noorse kreeftjes in de NoordzeeNoorse kreeftjes zijn in toenemende mate een doelsoort voor de Nederlandse visserij. Het inschatten van debestandsontwikkeling is moeilijk voor deze soorten. Toch is de algemene indruk dat de Noorse kreeftjes hetrelatief goed doen op de Noordzee. De verschillende bestanden lijken stabiel te zijn of licht toegenomen. Het isechter niet mogelijk vangstvoorspellingen te doen voor deze bestanden. Daarom adviseert ICES om devisserijinspanning op Noorse kreefjes niet toe te laten nemen.Roggen en haaien in de NoordzeeDe beschikbare gegevens voor deze soorten zijn veel beperkter dan voor de traditionele vissoorten omdat hetvooral om bijvangsten gaat. De vangsten van de onderzoeksschepen laten wel zien dat de vleet en de stekelrogin aantallen en in verspreidingsgebied in de loop der jaren sterk achteruit zijn gegaan en dat kleine haaiensoortenzoals hondshaai en gladde haai zijn toegenomen. Voor de overige roggesoorten is het signaal minder duidelijk.Roggen worden voor een belangrijk deel bijgevangen in de bodemvisserij op de Noordzee. ICES adviseert om debijvangsten van roggen zo sterk mogelijk te beperken en geen gerichte visserij toe te staan.Blauwe wijtingDoor de omvangrijke jonge aanwas is de stand aan blauwe wijting in de westelijke wateren sterk gegroeid. Ditondanks de recordvangsten van de rond de twee miljoen ton afgelopen jaren. In de afgelopen drie jaar is destand weer afgenomen. ICES oordeelt dat de visserijdruk op dit bestand ver boven de voorzorgsgrens ligt enmoet worden teruggebracht naar dit niveau. De verwachting is dat met een vangst van 980 000 ton in 2007 devisserijdruk weer op een duurzaam niveau zou komen. De toegestane vangst is ongeveer 2.1 miljoen ton in <strong>2006</strong>.De bij de visserij op deze vissoort betrokken landen hebben onderling afgesproken de vangsten in de komende


jaren te verminderen.MakreelDe makreelstand in de wateren ten westen van Engeland is de laatste 20 jaren vrij stabiel. De omvang van devolwassen stand ligt rond de voorzorgsgrens van 2,3 miljoen ton. Ook voor makreel is een internationaalbeheersplan van toepassing. Volgens dat beheersplan en de berekende omvang van het bestand, zou in <strong>2006</strong>een vangst mogelijk zijn van tussen de 390 000 en 509 000 ton. De toegestane vangst in <strong>2006</strong> is 444 000 ton.HorsmakreelDe stand van horsmakreel in de wateren ten westen van Engeland kan niet goed worden ingeschat, maarduidelijk is wel dat de stand in recente jaren stabiel is. Ook zijn er aanwijzingen voor een toename van deaanwas, die jaren lang zwak is gebeleven. ICES adviseert voor dit bestand een vangst van maximaal 150 000ton. In <strong>2006</strong> mag 137 000 ton worden gevangen.Atlanto-scandische haringAtlanto-scandische haring wordt vooral in de Noorse zee gevangen. Na een ineenstorting in de jaren zeventig entachtig heeft deze haringsoort zich sterk hersteld dankzij een aantal sterke broedjaren en een verminderdevisserijdruk. Momenteel wordt de paaistand op ongeveer 10 miljoen ton geschat. Voor het beheer van dezevissoort is een internationaal beheersplan van toepassing. De toegestane vangst in 2007 volgens datbeheersplan is 1.3 miljoen ton en komt overeen met het ICES-advies. Dat is hoger dan de toegestanevangsthoeveelheid voor <strong>2006</strong> (967 000 ton).VervolgDe ICES-adviezen worden binnen de lidstaten van de EU met de visserijsector en met maatschappelijkeorganisaties besproken. Begin november consulteert de Europese Commissie het bedrijfsleven en demaatschappelijke organisaties en maakt zij een voorstel voor het visserijbeheer in 2007. In december <strong>2006</strong> beslistde Europese raad van visserijministers over de vangstquota voor volgend jaar.De adviezen zijn op te vragen op de website van ICES: www.ices.dk.VISSERIJBIOLOGEN ADVISEREN LAGERE HARINGVANGST (Juni <strong>2006</strong>)Dit is een gezamenlijk persbericht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en<strong>Wageningen</strong> IMARES (Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)VISSERIJBIOLOGEN ADVISEREN LAGERE HARINGVANGSTEuropese visserijbiologen waarschuwen voor een daling van de haringstand in de Noordzee en adviseren devangst van haring in 2007 terug te brengen tot 240 duizend ton. Verder adviseren zij de bijvangst van jongeharing in visserij op soorten die bestemd zijn voor vismeel (zogenoemde industrievisserij) te halveren.Vandaag hebben de biologen de nieuwe gegevens over de omvang van de haringstand gepresenteerd aan hetministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de visserijsector en maatschappelijke organisaties.De belangrijkste oorzaak is de tegenvallende hoeveelheid jonge haring die in de afgelopen vier jaar is geboren.De toegestane vangst in <strong>2006</strong> was 455 duizend ton.Visserijbiologen hebben de omvang van de haringstand in de Noordzee beoordeeld. Dezetoestandsbeoordelingen worden jaarlijks uitgevoerd door de Internationale Raad voor Onderzoek der Zee(International Council for the Exploration of the Sea, ICES). Nederland is in ICES vertegenwoordigd doorvisserijbiologen van <strong>Wageningen</strong> IMARES te IJmuiden. De toestandsbeoordelingen worden op grond vanbiologische overwegingen en afspraken over het beheer van de visstand vertaald naar een advies aan deEuropese Commissie over nieuwe vangstquota. De EU beheert het haringbestand samen met Noorwegen. Laterdit jaar zullen de Europese visserijministers een besluit nemen over de hoogte van de vangstquota voor 2007.Hoewel de volwassen haringstand in de Noordzee momenteel gezond is en op 1.7 miljoen ton wordt geschat,verwachten de biologen dat deze in de komende jaren zal afnemen. De afname wordt veroorzaakt doordat er inde afgelopen vier jaar weinig aanwas van jonge haring was. Hoewel de biologen veel haringlarven in zeeaantroffen, is de overleving van deze larven uitzonderlijk laag geweest. De oorzaak van de lage overleving is nog


niet bekend. ICES wil het onderzoek naar de oorzaak intensiveren.De uitgebrachte adviezen zijn vooral belangrijk voor de Nederlandse trawlervloot. Deze vloot vist onder andere opharing in de Noordzee. De adviezen voor makreel, horsmakreel, blauwe wijting, schol, tong en kabeljauw zullen inoktober door de ICES worden opgesteld.Minister Veerman van LNV zal op grond van deze adviezen en reacties vanuit de visserijsector en vanmaatschappelijke organisaties een standpunt innemen voor overleg in de Europese Visserijraad.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!