13.07.2015 Views

ECHTSCHEIDING EN SOCIAAL KAPITAAL IN ... - Vlaanderen.be

ECHTSCHEIDING EN SOCIAAL KAPITAAL IN ... - Vlaanderen.be

ECHTSCHEIDING EN SOCIAAL KAPITAAL IN ... - Vlaanderen.be

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

BELiNDA WiJCKMANS • MAAiKE JAPP<strong>EN</strong>S • JAN VAN BAVELSamengevat, blijken alleenstaande respondenten, gescheiden of niet, over het algemeen minderfrequent contact te heb<strong>be</strong>n met de buren dan gehuwde respondenten. Gescheiden alleenstaandevrouwen praten echter relatief meer met de buren dan gescheiden alleenstaandemannen. Gescheiden alleenstaanden met jonge kinderen in het huishouden praten significantmeer met de buren dan gehuwde respondenten met jonge kinderen. Het onderhouden vanvriendschapsrelaties lijkt dan weer vooral <strong>be</strong>langrijk te zijn voor de nooit gehuwde alleenstaanden.De effecten van partnerstatus verschillen hierin niet voor mannen en vrouwen ofvoor het al dan niet heb<strong>be</strong>n van jonge kinderen.In het contact met familieleden ten slotte zien we dat vooral gescheiden mannen en vrouwendie ongehuwd samenwonen met een partner en gescheiden alleenstaande mannen <strong>be</strong>duidendminder contact heb<strong>be</strong>n.4.4.2. Deelname aan het verenigingslevenIn deze paragraaf <strong>be</strong>kijken we de kansverhouding op actieve deelname binnen elk van deeerder <strong>be</strong>schreven groepen van verenigingen, voor elk van de gegeven kenmerken. Dit doenwe aan de hand van een logistische regressieanalyse. De interpretaties ge<strong>be</strong>uren in termenvan odds en odds ratios (Pampel, 2000, Pickery, 2006). De odds is de verhouding van de kansop actieve deelname tot de kans op passieve of geen deelname. De odds ratio is de verhoudingvan de odds voor twee verschillende groepen (zie Pickery (2006) voor meer uitleg bijde interpretatie). De resultaten worden weergegeven in ta<strong>be</strong>l 3.Participatie aan het verenigingsleven hangt in veel sterkere mate samen met het geslacht,de leeftijd en de socio-economische status van de respondent dan met de partnerstatus.Vrouwen zijn over het algemeen actiever binnen de nieuwe sociale <strong>be</strong>wegingen maar minderactief binnen de socio-culturele en sportverenigingen dan mannen. Verder zijn er ook sterkeleeftijdsverschillen. Binnen de nieuwe sociale <strong>be</strong>wegingen en socio-culturele verenigingenzijn vooral de 50- tot 65-jarigen actief, met respectievelijk 2,09 en 1,44 keer zoveel kans opactief lidmaatschap in verhouding tot de kans op geen (actief) lidmaatschap in vergelijkingmet de jongste leeftijdsgroep. In de sportverenigingen daarentegen ligt de kansverhoudingvan de twee oudste leeftijdsgroepen ongeveer de helft lager dan deze van de jongste respondenten.Het opleidingsniveau speelt eveneens een <strong>be</strong>langrijke rol. In alle drie de groepenverenigingen nemen de hoger opgeleiden vaker actief deel dan de laagopgeleiden. Dit ligtin de lijn met wat in eerder onderzoek reeds werd vastgesteld (Hooghe e.a., 2001). Mensendie in (grote) steden wonen, en in het geval van de sportverenigingen ook mensen die ophet platteland wonen, zijn dan weer duidelijk ondervertegenwoordigd in het actieve verenigingslevenin vergelijking met mensen die in landelijkere gemeenten wonen.320

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!