04.12.2012 Views

Untitled - Renault 4 Site

Untitled - Renault 4 Site

Untitled - Renault 4 Site

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Renault</strong> heet u welkom in uw <strong>Renault</strong> 4<br />

Deze auto is ontworpen en ontwikkeld om u alle goede eigenschappen te bieden die het sukses van<br />

<strong>Renault</strong> vormen:<br />

• Fraaie lijn en ruim interieur,<br />

• Veiligheid en betrouwbaarheid,<br />

• Komfort en bedieningsgemak,<br />

• Zuinig in verbruik, goedkoop in onderhoud en bij reparatie.<br />

Om dit te bereiken heeft <strong>Renault</strong> gebruik gemaakt van de nieuwste ontwikkelingen voor het verkrijgen<br />

van:<br />

• Geringe luchtweerstand (Cx),<br />

• Grote trekkracht bij laag motortoerental (laag brandstofverbruik),<br />

• Korte reparatietijden,<br />

• Zo weinig mogelijk periodiek onderhoud.<br />

Hoe meer eigenschappen en details u van uw<br />

<strong>Renault</strong> kent en hoe beter u bent geïnformeerd over<br />

het onderhoud, met des te meer plezier zult u hem<br />

gebruiken.<br />

De informatie in dit instruktieboekje zal u in<br />

staat stellen:<br />

• uw <strong>Renault</strong> goed te leren kennen zodat u<br />

hem ook goed zult kunnen gebruiken,<br />

• kleine storingen (lekke band, defekte lamp<br />

enz. ) zelf te verhelpen,<br />

• hem goed te onderhouden zodat hij u lange<br />

tijd trouw zal blijven dienen en zijn waarde<br />

zal blijven behouden.<br />

Wij nodigen u daarom uit dit boekje zorgvuldig<br />

te lezen.<br />

De <strong>Renault</strong> specialisten staan klaar om u aanvullende<br />

informatie te geven.<br />

In de alfabetische inhoudsopgave, zie de<br />

laatste bladzijde, vindt u de afzonderlijke onderwerpen.<br />

RENAULT DENKT AAN DE GEBRUIKERS Bij HET BOUWEN VAN DE AUTO'S.<br />

Reproduktie of vertaling, zelfs gedeeltelijk, is verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming Van de Regie Nationale des Usines <strong>Renault</strong>, 92 100 Billancourt NE 468.


UW NIEUWE RENAULT GOED ONDERHOUDEN<br />

IS DE BESTE GARANTIE VOOR TEVREDENHEID<br />

Aan elke auto moeten, afhankelijk van de kilometerstand, de leeftijd en de bedrijfsomstandigheden, kont roles en afstellingen worden uitgevoerd, terwijl zwaar<br />

belaste delen dienen te worden vervangen.<br />

Als dit wordt nagelaten, dan zullen de goede eigenschappen van de auto geleidel ijk achteruit gaan. De auto wordt minder economisch, minder komfortabel en<br />

minder betrouwbaar.<br />

Kortom, een slecht onderhouden auto zal u minder voldoening schenken en zal ook sneller verouderen.<br />

Dit alles geldt ook voor <strong>Renault</strong>-automobielen, ook al vragen ze maar een bescheiden onderhoud.<br />

Om dit onderhoud te kunnen uitvoeren en uw tevredenheid te kunnen waarborgen, heeft <strong>Renault</strong> een programma voor gevarieerd onderhoud opgesteld. Dit<br />

programma omschrijft nauwkeurig de aard van de uit te voeren onderhoudswerkzaamheden als mede de tijdstippen waarop ze moeten worden uitgevoerd,<br />

naargelang het aantal gereden kilometers of de verstreken tijd.<br />

De strekking<br />

van het<br />

onderhoudsprogramma<br />

is duidelijk:<br />

HET VASTSTELLEN EN UITVOEREN VAN DE<br />

NOODZAKELIJKE WERKZAAMHEDEN ZODRA<br />

DEZE OOK NOODZAKELIJK ZIJN.<br />

HET DRUKKEN VAN DE NORMALE ONDER-<br />

HOUDSKOSTEN, MAAR DEZE OOK BETER OVER<br />

DE GEBRUIKSDUUR VAN DE AUTO TE<br />

VERDELEN.<br />

Het principe<br />

van het<br />

onderhoudsprogramma<br />

is eenvoudig:<br />

Het gevarieerd onderhoudsprogramma van <strong>Renault</strong>:<br />

een reden temeer om uw <strong>Renault</strong> regelmatig te laten onderhouden<br />

HET OMVAT EEN PERIODIEK SCHEMA VAN EEN<br />

VIERTAL VERSCHILLENDE ONDERHOUDS-<br />

BEURTEN (de eerste kontrolebeurt niet<br />

meegerekend) WAARVAN DE AARD EN DE<br />

BELANGRIJKHEID AFHANGEN VAN:<br />

• de kilometerstand of leeftijd van de auto<br />

• het onderhoud dat reeds daarvoor is uitgevoerd.<br />

Laat uw <strong>Renault</strong> volgens dit onderhoudsschema door onze specialisten onderhouden, zodat uw auto in goede conditie blijft, de onderhoudskosten zo laag<br />

mogelijk blijven en de auto zo kort mogelijk buiten gebruik is.<br />

De uitgevoerde kontroles geven aan welke afstellingen er moeten worden uitgevoerd en welke onderdelen er moeten worden vervangen, opdat u vol<br />

vertrouwen en tevreden in uw auto kunt blijven rijden.<br />

De monteurs in onze <strong>Renault</strong>organisatie weten wat zij moeten doen en wanneer zij het moeten doen. Ook beschikken zij over de juiste middelen om dit<br />

onderhoud goed uit te voeren en kunnen zij altijd een beroep doen op onze technische dienst.<br />

WIJ WENSEN U DAAROM VEEL EN VOORAL LANG PLEZIER VAN UW RENAULT!<br />

2


Inhoudsopgave<br />

Blz.<br />

Inrijden en bandenspanning 4<br />

Gegevens van de motor 5<br />

Overzicht van de organen en de bediening.... 6<br />

Waar zoekt u? 7<br />

Tips voor zuinig rijden 8-9<br />

Ken uw auto<br />

• Sleutels 10<br />

• Portieren 10-11<br />

• Kindersloten 11<br />

• Achterklep 11<br />

• Achterdeur (bestelauto) 12<br />

• Dakklep (bestelauto) 12<br />

• Benzine tanken 13<br />

• Motorkap 13<br />

Voordat u gaat rijden<br />

• Peil motorolie 14<br />

• Peil koelvloeistof 15<br />

• Peil remvloeistof 15<br />

• Peil ruitesproeiervloeistof 15<br />

• Peil akkuvloeistof 15<br />

Bedieningsorganen<br />

• Dashboard, links stuur 16-17<br />

• Dashboard, rechts stuur 18-19<br />

• Instrumentenpaneel 20-21<br />

Interieuruitrusting<br />

• Voorzittingen 22<br />

• Hoofdsteun 23<br />

• Achterbank 23<br />

• Opklapbare achterbank 24-25<br />

• Opklapbare hoedenplank 24<br />

• Schuifruiten 26<br />

Komfort uitrusting<br />

• Binnenspiegel 27<br />

• Zonnekleppen 27<br />

• Binnenverlichting 28<br />

Blz.<br />

• Opbergvakje 28<br />

• Asbak 28<br />

Banden 29<br />

Autogordels 30-31<br />

Open dak 31<br />

Het rijden<br />

• Kontaktslot-stuurslot 32<br />

• Starten 32<br />

• Handrem 33<br />

• Versnellingshandel 33<br />

Signalisatie<br />

• Klaxon 34<br />

• Lichtsignaal 34<br />

• Richtingaanwijzers 34<br />

• Alarmsignaal 34<br />

Verlichting<br />

• Parkeerlicht 35<br />

• Dimlicht 35<br />

• Grootlicht 35<br />

• Mistachterlicht 35<br />

Ruitewissers/ruitesproeiers 35<br />

Uw komfort<br />

• Verwarming en ventilatie 36<br />

• Ontwasemen/ontdooien van de voorruit... 37<br />

• Verwarming 37<br />

• Ventilatie 37<br />

• Ontwasemen/ontdooien van de achterruit.. 37<br />

Het verwisselen van een wiel<br />

• Krik-wielmoersleutel 38<br />

• Reservewiel 38<br />

• Verwisselen van een wiel 39<br />

Kleine storingen<br />

• Vervangen van een koplampgloeilamp 40<br />

Blz.<br />

• Afstellen van de koplampen 40<br />

• Vervangen van overige gloeilampen 41<br />

• Zekeringen 42<br />

Praktisch advies<br />

• Ontsteking-bougies 43<br />

• Akku-starthulp 43<br />

• Extra lampen 44<br />

• Gebroken voorruit 44<br />

• Trekken van een caravan 44<br />

• Slepen 44<br />

• Inbouwen van een radio 45<br />

• Luchtfilter 46<br />

• Afschermplaat voor de radiateur 46<br />

Mechanisch onderhoud<br />

• Motorolie verversen 47<br />

• Oliefilter 47<br />

• Versnellingsbakolie verversen 48<br />

• Karburateur afstellen 48<br />

• Ontsteking afstellen 49<br />

Onderhoud van de karrosserie<br />

• Wassen 50<br />

• Bescherming tegen roestvorming 50<br />

• Schoonmaken 50<br />

• Laknummer 50<br />

Storingen 51-53<br />

Algemene gegevens<br />

• Maten 54-55<br />

• Gewichten 56<br />

• Aanhangwagengewichten 56<br />

• Onderdelen 56<br />

Identifikatie 57<br />

Service 58-61<br />

Aantekeningen 62-63<br />

3


Inrijden<br />

• Rijd gedurende de eerste 1.000 km niet sneller<br />

dan:<br />

90 km per uur in de hoogste versnelling (4e).<br />

• In de tussen liggende versnellingen mag u de<br />

motor nooit op een hoog toerental laten draaien.<br />

• Na 1.000 km kunt u uw auto zonder beperking<br />

gebruiken; pas na 3.000 km zal hij echter het<br />

volle vermogen kunnen geven.<br />

Regelmatige kontroles:<br />

Het peil van:<br />

moet regelmatig tussen de onderhoudsbeurten<br />

worden gekontroleerd.<br />

4<br />

zie blz.<br />

• motorolie, 14<br />

• koelvloeistof, 15<br />

• benzine, 13<br />

• akku, 15<br />

• remvloeistof, 15<br />

• ruitesproeiervloeistof, 15<br />

Bandenspanning<br />

(in bar of kg/cm 2 bij koude banden)<br />

Bandenmaten 135-13/145-13<br />

Normaal gebruik VOOR<br />

ACHTER<br />

Bij volle belastingen VOOR<br />

voor hoge snelheden ACHTER<br />

Standaard -<br />

TL - GTL<br />

1,4<br />

1, 7<br />

1, 5<br />

1, 8<br />

Model<br />

F4 F6<br />

1, 4<br />

1, 8<br />

1, 5<br />

2, 0<br />

Reservewiel: zie blz. 38 en 39 1, 8 2, 0 2, 2<br />

Algemene gegevens<br />

Gewichten, afhankelijk van model:<br />

665 tot 780 kg.<br />

Maten in m: Sedan F4 F6<br />

lengte: 3.668<br />

breedte: 1.485<br />

hoogte (onbelast) 1.550<br />

3. 653<br />

1. 500<br />

1. 710<br />

3. 853<br />

1. 532<br />

1. 720<br />

Cilinderinhoud: 845 of 1108 cm 3 , afhankelijk van<br />

motortype<br />

Bruikbare inhoud van de benzinetank: 34 liter<br />

Te gebruiken benzine (zie blz. 5 en 13).<br />

Modellen 1128 en 2370 met motor C1E 14:<br />

superbenzine<br />

Overige modellen: normale benzine<br />

Akku: 12 volt<br />

(zie ook blz. 15 en 43).<br />

Zuinig met de brandstof<br />

2 gulden regels<br />

• een goede onderhouden auto<br />

bandenspanning/diagnose onderhoud<br />

• rijstijl<br />

soepel rijden/matige snelheid<br />

Andere adviezen: zie blz. 8 en 9.<br />

1, 5<br />

2, 0<br />

1, 6<br />

2, 2<br />

Sleutels: noteer hier de nummers van de sleutels:<br />

Kontaktsleutel<br />

Portiersleutel<br />

Alfabetische inhoud: zie blz. 65.


Gegevens van de motor<br />

Type van de auto<br />

Typenummer zoals aangegeven op het<br />

ovale plaatje (blz. 57)<br />

Standaard<br />

TL<br />

1123<br />

Type van de motor 800 05<br />

B1B<br />

Boringxslag(mm)<br />

Cilinderinhoud (cm 3 )<br />

Kompressieverhouding<br />

Klepspeling (mm)<br />

inlaat<br />

uitlaat<br />

Karburateur<br />

Stationair toerental (toeren/min. )<br />

58x80<br />

845<br />

8/1<br />

Zenith<br />

32IF7<br />

650 ±25<br />

GTL<br />

1128<br />

688 12<br />

C1E14*<br />

70x72<br />

1108<br />

9, 5/1<br />

Zenith<br />

28 IF<br />

650 ±25<br />

F4 F4<br />

210 B<br />

2106 239 B<br />

F6 - Pick-up<br />

2370<br />

3C2370<br />

F4* F6*<br />

210 B - 239 B<br />

2370<br />

800 05<br />

B1B C1E18 C1E 18 C1E14<br />

58x80 70x72<br />

845 1108<br />

8/1 8, 3/1<br />

Koud/warm<br />

0,15/0,18<br />

0,20/0,25<br />

Zenith Zenith<br />

32 IF 7 28 IF<br />

700 ±25 650 ±25<br />

70x72<br />

1108<br />

8, 3/1<br />

Zenith<br />

28 IF<br />

650 ± 25<br />

70x72<br />

1108<br />

9, 5/1<br />

Zenith<br />

28 IF<br />

650 ±25<br />

Benzine normaal super normaal super<br />

Vervroegingskromme<br />

Vaste voorontsteking<br />

Kontaktpuntafstand (mm)<br />

Kontakthoek<br />

Dweil percentage<br />

Bougies<br />

Elektrodenafstand (mm)<br />

R 287 D 83<br />

4° ± 1<br />

R244 D61<br />

6° ± 1<br />

R287 D83 R324 C33<br />

4° ± 1 6° ± 1<br />

0, 4<br />

57° ± 3°<br />

63% ± 3%<br />

korte schacht met pakkingring<br />

0,55-0,65<br />

Ontstekingsvolgorde 1-3-4-2<br />

*Afhankelijk van land<br />

R324 C33<br />

6° ± 1<br />

R 244 D61<br />

6°± 1


Overzicht van de organen en de bediening<br />

6


Waar zoekt u?<br />

Blz.<br />

1 Koplampen 40<br />

2 Krik 38<br />

3 Akku 15, 43<br />

4 Reservoir ruitesproeiers 15<br />

5 Wisselstroomdynamo (laadstroom) 20-21<br />

6 Expansievat koelsysteem 15<br />

7 Wielmoersleutel/krikslinger 38<br />

8 MotoroliepeiIstaaf 14<br />

9 Motorolievuldop 14<br />

10 Stroomverdeler 49<br />

11 Luchtfilter 46<br />

12 Identifikatieplaatjes 57<br />

*Afhankelijk van uitvoering of land<br />

Blz.<br />

13 Drukknop motorkapslot 13<br />

14 Versnellingshandel 33<br />

15 Voorruit 44<br />

16 Handrem* 33<br />

17 Open dak 31<br />

18 Hoofdsteun* 23<br />

19 Schuifruiten 26<br />

20 Hoedenplank 24<br />

21 Achterlichten 41<br />

22 Banden 4, 29<br />

23 Reservewiel 38<br />

24 Portierhandgrepen 10-11<br />

Blz.<br />

25 Kriksteunpunten 39<br />

26 Achterbank 24-25<br />

27 Autogordels 30-31<br />

28 Voorzittingen 22<br />

29 Zekeringen 42<br />

30 Remvloeistofreservoir 15<br />

31 Karburateur 48<br />

32 Oliefilter 47<br />

33 Versnellingsbak 47<br />

34 Radiateur 15<br />

35 Afschermplaat voor radiateur 46<br />

36 Knipperlichten/parkeerlichten 41<br />

7


Tips voor zuinig rijden<br />

Ondanks zijn indrukwekkende prestaties kan uw <strong>Renault</strong> 4 bescheiden zijn in zijn benzineverbruik. Maar bij het ontwerpen van<br />

een auto kan men niet alle faktoren bepalen. Het verbruik van uw auto zal ook afhangen van het onderhoud, uw rijstijl en van de<br />

gebruiksomstandigheden.<br />

Onderhoud<br />

Bepaalde afstellingen en kontroles van het diagnose<br />

onderhoud hebben direkt invloed op het benzineverbruik.<br />

Afstellingen van de motor<br />

• Ontsteking: de juiste kontaktpunt afstand en een<br />

goed afgestelde vaste voorontsteking.<br />

• Stationair toerental: dit moet op de voorgeschreven<br />

waarde zijn afgesteld:<br />

Zie de technische gegevens van de motor. Een te<br />

snel draaiende motor verbruikt te veel benzine.<br />

• Luchtfilter: een vervuild luchtfilter verhoogt het<br />

verbruik; laat het vervangen.<br />

8<br />

Banden<br />

• Door te lage bandenspanning neemt de rolweerstand<br />

en dus het verbruik toe.<br />

• Indien banden gemonteerd worden die niet worden<br />

aanbevolen, kan het verbruik stijgen.<br />

Het rijden<br />

• Rijd kalm tot de motor zijn bedrijfstemperatuur<br />

heeft bereikt; dit is beter dan warm draaien bij<br />

stilstaande auto.<br />

• Uw auto bezit een handbediende choke; druk de<br />

choke-knop geleidelijk terug naarmate de motor<br />

op temperatuur komt.<br />

• Sportief rijden kost benzine. Rijd daarom soepel<br />

en kijk ver vooruit.<br />

• Regel de snelheid met het gaspedaal door voor<br />

een bocht tijdig gas terug te nemen.


Tips voor zuinig rijden<br />

Het rijden<br />

• Vermijd hoge toerentallen in de tussenliggende<br />

versnellingen.<br />

Gebruik altijd de hoogst mogelijke versnelling<br />

zonder de motor te zwaar te belasten.<br />

Geef op een helling geen gas bij om de snelheid<br />

konstant te houden. Houd het gaspedaal in dezelfde<br />

stand.<br />

Snelheid kost geld.<br />

• Terugschakelen met tussengas, en het geven van<br />

gas voordat de motor wordt stilgezet, zijn overbodig<br />

bij de moderne automobielen.<br />

• Rijd bij een stoplicht kalm weg. • Rijd niet met een lege imperiaal op uw auto.<br />

Tips voor het gebruik<br />

• Gebruik uw auto zo weinig mogelijk op korte<br />

afstanden. De motor komt dan niet op temperatuur<br />

en de choke blijft werken. Doe al uw boodschappen<br />

in één keer.<br />

• Vul de benzinetank niet tot aan de rand; u verspilt<br />

hiermee brandstof. Plaats bij strenge kou het<br />

luchtfilter in de winterstand.<br />

• Zet in de zomer, zodra de temperatuur dit toelaat,<br />

het luchtfilter in de zomerstand.<br />

• Bij 100 km per uur verhogen openstaande ruiten<br />

het verbruik met 4%.<br />

Gebruik liever de ventilatie openingen.<br />

• Gebruik een aanhangwagen voor het vervoer<br />

van grote voorwerpen.<br />

• Ook het opwekken van stroom kost brandstof.<br />

Schakel alle verbruikers uit die u niet meer nodig<br />

heeft.<br />

Maar veiligheid voor alles:<br />

• Rijd met dimlicht zodra het zicht minder wordt.<br />

(Zien en gezien worden).<br />

9


Ken uw auto<br />

Kontaktsleutel<br />

Daarmee kunt u:<br />

- de motor starten,<br />

- de portieren afsluiten,<br />

- de achterklep afsluiten (sedan),<br />

- de achterdeur afsluiten (bestelwagen).<br />

Sleutelnummer<br />

Vergeet niet het sleutelnummer te noteren dat op<br />

het plaatje A is aangegeven.<br />

10<br />

Voorportieren<br />

Openen van buiten af<br />

Maak met de sleutel het slot van één van beide<br />

voorportieren vrij. Druk knop 1 in en trek de handgreep<br />

naar u toe.<br />

Openen van binnen uit<br />

Druk handel 2 omlaag.<br />

Advies<br />

Sleutels<br />

Bij verlies kunt u bij uw <strong>Renault</strong> dealer<br />

andere sleutels bestellen. Geef hem de<br />

sleutelnummers op en toon de autopapieren.<br />

Onze service afdeling kan u snel<br />

nieuwe sleutels leveren.


Ken uw auto<br />

Achterportieren (sedan)<br />

Afsluiten<br />

U maakt het van buiten af openen van de achterportieren<br />

mogelijk door het handeltje 1 omhoog te<br />

drukken.<br />

Kindersloten<br />

Als u het knopje 2 met de punt van de kontaktsleutel<br />

(bij wijze van schroevedraaier) verdraait,<br />

kan het portier niet meer van binnen uit<br />

worden geopend. Kontroleer aan de binnenzijde<br />

of het portier goed op slot zit.<br />

Bij gebruik van het kinderslot moet het portier niet<br />

ook met behulp van handeltje 1 worden afgesloten.<br />

Achterklep (sedan)<br />

Openen<br />

• Maak het slot met de sleutel vrij.<br />

• Verdraai de handgreepen Iicht de achterklep op.<br />

De klep wordt door een steun met aanslag automatisch<br />

open gehouden.<br />

Sluiten<br />

• Trek de achterklep omlaag en druk hem dicht in<br />

het slot.<br />

• Sluit de klep met de sleutel af.<br />

11


Ken uw auto<br />

Achterdeur (bestelauto en stationcar)<br />

Openen van buiten af<br />

Maak het slot vrij met de sleutel, druk de knop in en<br />

trek de handgreep naar u toe.<br />

Openen van binnen uit<br />

Bedien knop 1.<br />

Afsluiten<br />

Doe de deur aan de buitenzijde met de sleutel op<br />

slot.<br />

12<br />

\<br />

Dakklep (bestelauto en stationcar)<br />

Openen<br />

Om de klep omhoog te kunnen zetten moet de<br />

achterdeur open staan.<br />

• Trek de handels 2 naar voren om de beugels 3 vrij<br />

te maken.<br />

• Licht de dakklep op en plaats de steun in het<br />

bevestigingspunt 4.<br />

Verwijderen<br />

Licht de dakklep zover mogelijk op en schuif hem<br />

dan naar rechts uit de scharnierpennen.<br />

Opbergplaats (bestelauto)<br />

Bij bepaalde uitvoeringen kunnen gereedschappen<br />

en andere kleine voorwerpen in een met een<br />

deksel afsluitbare opbergplaats worden opgeborgen.


Ken uw auto<br />

Het tanken van brandstof<br />

De vuldop is in het rechter achterscherm geplaatst.<br />

Inhoud van de benzinetank: 34 liter.<br />

Soort benzine<br />

• Motortypen 800 en C1E 18:<br />

Gebruik normale benzine.<br />

• Motortypen 688 en C1E 14:<br />

Gebruik super benzine.<br />

Het octaangetal van de benzine moet overeenkomen<br />

met de hieronder genoemde waarden:<br />

- 97 tot 99 voor super benzine.<br />

- 89 tot 92 voor normale benzine.<br />

Motorkap<br />

Openen<br />

Druk de knop 1 in; deze bevindt zich onder het<br />

dashboard, rechts van het versnellingshandel.<br />

Licht de motorkap op, haak de steun 2 los en plaats<br />

deze in het steunpunt 3.<br />

Sluiten<br />

Maak de steun vrij en druk hem weer in de ruststand<br />

vast.<br />

Laat de motorkap zakken en laat hem vervolgens<br />

vanaf een hoogte van 20 cm vanzelf in het slot<br />

vallen.<br />

Kontroleer voor alle zekerheid of de kap goed<br />

gesloten is door hem omhoog te trekken.<br />

Advies<br />

Benzinetankvuldop:<br />

Deze is voorzien van een ventilatiegaatje.<br />

Vraag naar dit type als u een andere dop<br />

koopt.<br />

13


Voordat u gaat rijden<br />

Peil van de motorolie<br />

Kontroleer Het oliepeil ongeveer iedere 1.000 km<br />

en in ieder geval voor elke grote reis.<br />

Oliepeil: Het oliepeil moet met peilstaaf 1 worden<br />

gekontroleerd; het mag nooit onder het "mini"<br />

merkteken B dalen.<br />

Bij nieuwe motoren is het carter voor de inrijperiode<br />

tot aan het gemiddelde peil gevuld.<br />

14<br />

Bijvullen: gebruik voor het bijvullen via de vuldop<br />

2 olie van het zelfde merk als bij de vorige verversing.<br />

Laat de olie niet hoger komen dan het "maxi"<br />

merkteken A.<br />

Indien u na de eerste7.500km meer dan 1 liter olie<br />

per 1.000 km moet bijvullen, moet u dit aan uw<br />

<strong>Renault</strong> dealer melden.<br />

Olie verversen: zie blz. 47.<br />

BELANGRIJK:<br />

Laat de motor nooit in een gesloten ruimte<br />

draaien: uitlaatgassen zijn giftig.<br />

Advies<br />

Elke abnormale daling van het oliepeil of<br />

het peil van de koelvloeistof of de remvloeistof<br />

moet voor u aanleiding zijn direkt<br />

uw <strong>Renault</strong> dealer te raadplegen.


Voordat u gaat rijden<br />

Peil van de koelvloeistof<br />

Dit moet regelmatig worden gekontroleerd, tenminste<br />

iedere 1.000 km.<br />

Gebruik voor het bijvullen uitsluitend de originele<br />

<strong>Renault</strong> koelvloeistof.<br />

Het koelsysteem is tot -23°C tegen bevriezen beveiligd;<br />

in zeer koude landen is de bescherming op<br />

-40°C gebracht.<br />

Het peil moet staan tussen de merktekens MINI en<br />

MAXI op het expansievat 1.<br />

Vul het koelsysteem - bij koude motor - bij voordat<br />

het peil beneden het MINI merkteken daalt.<br />

Inhoud: ca. 5 of 6 liter afhankelijk van het motortype.<br />

Peil van de remvloeistof<br />

Kontroleer de remvloeistof regelmatig en in ieder<br />

geval zodra u een verschil, hoe klein dan ook, in de<br />

remwerking opmerkt.<br />

Het remvloeistofpeil 2 mag nooit beneden het<br />

merkteken "DANGER" dalen. Wanneer het peil<br />

abnormaal daalt moet u de afdichting van het<br />

circuit laten kontroleren.<br />

Bijvullen: gebruik uitsluitend een remvloeistof die<br />

voldoet aan de norm SAEj 1703f of Dot 3 of Dot 4.<br />

Peil van de ruitesproeiervloeistof<br />

Vullen:<br />

Het reservoir 3 bevindt zich in het motorkompartiment.<br />

Vloeistof:<br />

Water + produkt voor ruitesproeiers. In de winter<br />

een produkt dat tevens bevriezing voorkomt.<br />

Peil van de akkuvloeistof<br />

Kontroleer het vloeistofpeil iedere maand.<br />

Vul bij met gedistilleerd of gedemineraliseerd water<br />

tot 1,5 cm boven de platen.<br />

15


Bedieningsorganen: rechts stuur<br />

16


Bedieningsorganen: rechts stuur<br />

1 Zekeringhouder 9 Knop voor toevoer van frisse lucht 17 Handrem*<br />

2 Instrumentenpaneel<br />

3 Ventilatieklep links<br />

4 Schakelaars*<br />

(of blinde schakelaars)<br />

• Alarmknipperlichten<br />

• Achterruitverwarming*<br />

• Mistachterlicht*<br />

5 Vakje voor munten<br />

6 Versnellingshandel<br />

7 Drukknop voor openen van motorkap<br />

10 Ventilatieklep rechts<br />

11 Opbergvak rechts<br />

12 Bedieningshandel luchtverdeelklep<br />

13 Temperatuurregelknop (kachelkraan)<br />

18 Ruitewisserschakelaar<br />

19 Kontaktslot en startschakelaar<br />

20 Chokeknop<br />

21 Voetknop voor bediening van de ruitesproeiers<br />

14 Schakelaar voor ventilateurmotor 22 Schakelaar voor richtingaanwijzers, klaxon en<br />

verlichting<br />

15 Plaats voor luidspreker*<br />

23 Opbergvak links<br />

8 Asbak 16 Plaats voor radio* *Afhankelijk van uitvoering of land<br />

17


Bedieningsorganen: rechts stuur<br />

18


Bedieningsorganen: rechts stuur<br />

1 Ventilatieklep links 9 Instrumentenpaneel 17 Bedieningshandel luchtverdeelklep<br />

2 Asbak 10 Schakelaar voor ruitewissers en ruitesproeiers 18 Temperatuurregelknop (kachelkraan)<br />

3 Versnellingshandel<br />

4 Drukknop voor openen van motorkap<br />

5 Vakje voor munten<br />

6 Knop voor toevoer van frisse lucht<br />

7 Schakelaars*<br />

(of blinde schakelaars)<br />

• Alarmknipperlichten<br />

• Achterruitverwarming*<br />

• Mistachterlicht*<br />

8 Ventilatieklep rechts<br />

11 Zekeringhouder 19 Plaats voor radio*<br />

12 Opbergvak rechts 20 Plaats voor luidspreker*<br />

13 Chokeknop<br />

14 Kontaktslot en startschakelaar<br />

15 Handrem*<br />

16 Schakelaar voor richtingaanwijzers,<br />

klaxon en verlichting<br />

21 Schakelaar voor ventilateurmotor<br />

22 Opbergvak links<br />

*Afhankelijk van uitvoering of land<br />

19


Instrumentenpaneel<br />

20


Instrumentenpaneel<br />

Snelheidsmeter (in kilometers of in mijlen*)<br />

De oranje merktekens 1-2-3-4 geven het<br />

maximale bereik van een versnelling aan indien<br />

u zuinig wilt rijden.<br />

Indien op een vlakke weg, bij normale belasting,<br />

de wijzer van de snelheidsmeter bij één van<br />

deze merktekens komt, schakelt u over naar de<br />

volgende versnelling.<br />

Voorbeeld: merkteken 2: schakel over naar de<br />

3e versnelling.<br />

2 Kilometer totaalteller<br />

3 Kontrolelampje dimlicht*<br />

4 Kontrolelampje koelvloeistoftemperatuur<br />

Zodra dit lampje onder het rijden gaat branden<br />

moet u stoppen, het peil van de koelvloeistof<br />

kontroleren en de riemen kontroleren. Roep<br />

zonodig de hulp in van een <strong>Renault</strong> dealer.<br />

5 Kontrolelampje mistachterlicht*<br />

6 Kontrolelampje richtingaanwijzers<br />

7 Kontrolelampje achterruitverwarming*<br />

8 Kontrolelampje grootlicht<br />

9 Kontrolelampje alarmknipperlichten<br />

10 Kontrolelampje laadstroom<br />

Dit moet uitgaan zodra de motor draait; als het<br />

onder het rijden gaat branden moet u het laadcircuit<br />

laten kontroleren.<br />

11 Kontrolelampje choke<br />

12 Kontrolelampje voor het remsysteem en voor<br />

de handrem<br />

Als dit lampje blijft branden betekent het dat de<br />

handrem niet geheel is teruggedrukt. Als het<br />

onder het remmen gaat branden betekent dit<br />

een daling van de hoeveelheid remvloeistof.<br />

Het kan gevaarlijk zijn hiermee door te rijden;<br />

vraag het advies van een <strong>Renault</strong> dealer. U kunt<br />

het lampje kontroleren door het kontakt aan te<br />

zetten en de handrem aan te trekken; het<br />

lampje moet gaan branden. Een defekt lampje<br />

moet zo snel mogelijk worden vervangen.<br />

13 Kontrolelampje voor de oliedruk<br />

Dit moet na het starten van de motor uitgaan.<br />

Indien het tijdens het rijden gaat branden, moet<br />

u de motor onmiddellijk afzetten en het<br />

oliepeil kontroleren.<br />

Indien het oliepeil normaal is, heeft deze storing<br />

een andere oorzaak.<br />

Roep de hulp in van een <strong>Renault</strong>-dealer.<br />

14 Benzinemeter<br />

A - tank bijna leeg<br />

B - tank halfvol<br />

C - tank vol *Afhankelijk van uitvoering of land<br />

21


Bedieningsorganen en interieuruitrusting<br />

Voorzitting<br />

• Voor- of achteruit verschuiven<br />

Zonder uw zetel te verlaten kantelt u hefboom 1<br />

omlaag om de vergrendeling vrij te maken.<br />

Verschuif de zittingen laat de hefboom weer los<br />

als de zitting zich in de gewenste positie bevindt;<br />

kontroleer of de zitting wel goed vergrendeld is.<br />

• Verstellen van de rugleuning*<br />

Stel de rugleuning in de gewenste stand door<br />

knop 2 te verdraaien.<br />

* Afhankelijk van de uitvoering.<br />

22<br />

Opklapbare voorzitting*<br />

(passagierszitting bij bestelauto en stationcar)<br />

• Opklappen van de zitting<br />

Maak de rugleuningvergrendeling vrij door hefboom<br />

3 naar achteren te klappen.<br />

Klap de rugleuning op het zitkussen en zet hem<br />

met de hefboom 3 vast.<br />

Trek hefboom 4 naar buiten en klap het geheel<br />

naar voren weg.<br />

• Terugklappen van de voorzitting<br />

Klap de zitting naar achteren en sla de rugleuning<br />

terug in de rechtopstand.


Hoofdsteun*<br />

Verwijderen van de hoofdsteun:<br />

Draai de vergrendelhulzen 1 een kwart slag.<br />

* Bij uitvoeringen zonder hoofdsteunen zijn de<br />

rugleuningen wel reeds van de bevestigingspunten<br />

ervoor voorzien, om ze naderhand toch op eenvoudige<br />

wijze aan te kunnen brengen.<br />

Aanbrengen van de hoofdsteun:<br />

• Bevestig de bekledingshoes op de hoofdsteun.<br />

De hoes is met klitband uitgerust.<br />

* Afhankelijk van de uitvoering.<br />

• Snij de bekleding van de rugleuning bij de bevestigingspunten<br />

weg.<br />

• Plaats de plastic hulzen in de bevestigingspunten<br />

van de leuning.<br />

• Breng de hoofdsteun op zijn plaatsen vergrendel<br />

de hulzen door ze een kwart slag te verdraaien.<br />

Voorbank (standaarduitvoering)<br />

• Voor- of achteruit verschuiven<br />

Maak de vergrendeling met behulp van handel 2<br />

vrij, zonder de bank te verlaten.<br />

Verschuif de bank en laat het handel weer los<br />

zodra de bank zich in de gewenste stand bevindt.<br />

Kontroleer of de bank wel goed vergendeld is.<br />

23


Bedieningsorganen en interieuruitrusting<br />

Opklapbare achterbank<br />

model met klapleuning<br />

Alvorens de achterbank op te klappen, moet u de<br />

voorzittingen tijdelijk in de voorste stand schuiven.<br />

Draai de kartelmoeren 1 los om de bevestigingsstrippen<br />

2 aan beide zijden van de rugleuning vrij<br />

te maken.<br />

Klap de rugleuning op de zitting en kantel het<br />

geheel naar voren.<br />

* Afhankelijk van de uitvoering.<br />

24<br />

Opklapbare hoedenplank*<br />

De voorzijde van de hoedenplank is scharnierend<br />

aan de rugleuning van de achterbank bevestigd;<br />

aan de achterzijde grijpen de uitsparingen 3 om de<br />

pennen 4.<br />

Opklappen van de hoedenplank:<br />

Maak de rugleuning los (zie hiernaast) en trek de<br />

leuning iets naar voren zodat de uitsparingen 3 aan<br />

de achterkant van de hoedenplank vrijkomen van<br />

de pennen 4. De hoedenplank wordt door verende<br />

klemmen tegen de achterzijde van de rugleuning<br />

gedrukt. Als u alleen de hoedenplank opklapt,<br />

moet u niet vergeten de rugleuning van de achterbank<br />

met de twee strippen weer vast te zetten.<br />

Hoedenplank op zijn plaats brengen:<br />

Druk de rugleuning iets naar voren en til de<br />

hoedenplank tot in horizontale stand op. Trek de<br />

rugleuning vervolgens naar achteren zodat de<br />

pennen in de uitsparingen vallen.


Bedieningsorganen en interieuruitrusting<br />

Opklapbare achterbank<br />

model met buizenframe<br />

Handel zoals bij een achterbank met klapleuning,<br />

zie vorige bladzijde. Voor het opklappen van de<br />

bank moet u echter ook de vleugelmoer 1 losdraaien.<br />

U kunt de achterbank ook verwijderen:<br />

schuif de bank zijwaarts vrij van de scharnierpennen<br />

2 van de bevestigingssteunen.<br />

Advies<br />

Let op dat u bij het op zijn plaats brengen van<br />

de achterbank de autogordels goed binnen<br />

handbereik legt.<br />

25


Bedieningsorganen en interieuruitrusting<br />

Schuifruiten in de portieren en het achterkompartiment<br />

van de <strong>Renault</strong> 4 F4<br />

met ramen<br />

Trek aan het grendelknopje 1 en verschuif tegelijk<br />

de ruit.<br />

In de ruitgeleider bevinden zich twee grendelopeningen;<br />

in opening 2 kunt u de ruit in iets geopende<br />

stand vergrendelen.<br />

26<br />

Schuifruit in het achterkompartiment<br />

van de <strong>Renault</strong> 4 F6 met ramen<br />

Voor het openen van het voorste gedeelte schuift u<br />

de ruit eenvoudig bij knop 3 naar achteren. Het<br />

achterste gedeelte van de ruit maakt u open door<br />

knop 4 naar rechts te draaien (u hoort daarbij een<br />

zachte klik).<br />

Voor het vergrendelen drukt u op knop 4 zodat de<br />

aanslagpen 5 naar buiten komt; het voorste deel<br />

van de ruit moet geheel gesloten zijn.


Komfort uitrusting<br />

Binnenspiegel<br />

De binnenspiegel is verstelbaar.<br />

Binnenspiegel met anti-verblindingsstand*<br />

Bij rijden in het donker kunt u verblinding door de<br />

koplampen van een auto achter u voorkomen door<br />

handeltje 1 te kantelen.<br />

* Afhankelijk van uitvoering of land.<br />

Zonneklep<br />

U kunt de zonneklep omlaag klappen of hem opzij<br />

draaien tot tegen de zijruit.


Komfort uitrusting<br />

Binnenverlichting<br />

Draai het lampglas zonder erop te drukken naar<br />

links, om de verlichting te ontsteken.<br />

Voor het vervangen van het gloeilampje draait u<br />

het lampglas eveneens naar links maar drukt u het<br />

glas tegelijk in zodat het vergrendel lipje vrij komt.<br />

28<br />

Opbergvakken Asbak<br />

Voor het openen kantelt u de asbak naar u toe.<br />

Voor het ledigen kunt u de asbak verwijderen door<br />

hem naar u toe te kantelen en uit de houder te<br />

trekken.


Banden<br />

Veiligheid van de banden<br />

De banden van uw auto moeten altijd aan de<br />

wettelijke voorschriften voldoen. Bovendien<br />

moeten de banden, in het belang van een goede<br />

wegligging van uw auto, van hetzelfde merk zijn en<br />

hetzelfde profiel hebben.<br />

De banden moeten in goede staat verkeren en<br />

voldoende profiel hebben; de merken die door de<br />

fabriek zijn goedgekeurd zijn voorzien van slijtage<br />

kontrolestiften.<br />

Deze slijtage kontrolestiften 1 zijn op regelmatige<br />

afstanden over de omtrek van het loopvlak verdeeld.<br />

Als het loopvlak van een band tot aan deze stiften is<br />

weggesleten, zoals bij 2, moet u deze band laten<br />

vervangen omdat er dan nog slechts 1,6 mm profiel<br />

overblijft.<br />

Zeker op een nat wegdek heeft een dergelijke band<br />

onvoldoende grip.<br />

Houd u ook aan de bandenspanning die op blz. 4<br />

wordt genoemd.<br />

Kontroleer de bandenspanning tenminste 1 x per<br />

maand en vooral voor een lange rit. Kontroleer ook<br />

de spanning van de reserveband.<br />

Door te lage bandenspanning ontstaat vroegtijdige<br />

slijtage en worden de banden abnormaal heet, met<br />

alle gevolgen van dien voor de veiligheid:<br />

- slechte wegligging<br />

- kans op een klapband of het loslaten van het<br />

loopvlak.<br />

Kontroleer de spanning bij koude banden; houd<br />

geen rekening met de hogere waarden bij warm<br />

weer of na een snel gereden rit.<br />

Indien u de bandenspanning niet bij koude banden<br />

kunt kontroleren, moet u de aangegeven spanning<br />

met 0, 2 tot 0, 3 bar verhogen.<br />

Verlaag nooit de spanning van een warme band.<br />

Door een bedieningsfout, bijvoorbeeld door het<br />

rijden tegen een stoeprand, kan een band worden<br />

beschadigd en de afstelling van de voorwielen<br />

worden ontregeld. Na iedere forse stoot tegen een<br />

band, of als u met een lekke band niet direkt bent<br />

gestopt, moet u de betreffende band door uw <strong>Renault</strong><br />

dealer laten kontroleren.<br />

Ook door overbelasting, door het langdurig snel<br />

rijden bij hoge buiten temperaturen en door het<br />

regelmatig rijden op slechte wegen, kunnen de<br />

banden worden beschadigd waardoor de veiligheid<br />

in gevaar komt.<br />

Reservewiel: Zie blz. 38 en 39 (voor het verwisselen<br />

van een lekke band).<br />

Kruiselings verwisselen van de wielen<br />

Wij raden u af de wielen van plaats te verwisselen.<br />

29


Autogordels<br />

Zelf oprollende gordels<br />

Rol de riem langzaam af tot u de gesp 1in de sluiting<br />

3 kunt drukken. Wanneer de riem vastslaat moet u<br />

hem even laten teruggaan en dan weer rustig afrollen.<br />

Losmaken: Druk op knop 2 van de sluiting 3; de<br />

gesp wordt dan door het oprolmechanisme teruggetrokken.<br />

Het oprollen gaat soepeler wanneer u de gesp met<br />

de hand naar de portierstijl brengt.<br />

30<br />

Advies<br />

Indien de gordel niet op de juiste manier wordt<br />

gedragen kan dit een gevaar inhouden.<br />

Kontroleer na het vastgespen of de gordel<br />

goed gespannen is. Voor een goede bescherming<br />

mag de gordel niet verdraaid zijn.<br />

Kontroleer altijd, en bij elk type gordel, of de<br />

werking er van niet gehinderd wordt.<br />

Gordels die bij een aanrijding zwaar zijn belast<br />

moeten beslist vervangen worden.<br />

De driepuntsgordels zijn slechts geschikt voor<br />

personen boven 6 jaar. Gebruik voor kleine<br />

kinderen een kinderzitje of een harnasgordel<br />

die aan de veiligheidseisen voldoet. Vraag het<br />

advies van uw <strong>Renault</strong> dealer.<br />

Gordels achterin zonder oprolautomaat<br />

Het vastgespen en losmaken van deze gordels<br />

geschiedt op dezelfde wijze als bij de zelf oprollende<br />

gordels.<br />

Het afstellen<br />

• Trek aan het vrije uiteinde 4 als u de gordel<br />

strakker wilt dragen.<br />

• Om de gordel losser te stellen drukt u de gesp 5<br />

omhoog (zie de inzet in de figuur) en trekt u de<br />

schoudergordel 6 omlaag. Stel de gordel zo af dat u<br />

uw vlakke hand tussen de schoudergordel en uw<br />

bovenlichaam kunt steken.<br />

Indien bi j de achterste zitplaatsen geen gordels<br />

gemonteerd zijn, zijn wel de bevestigingspunten<br />

er voor aanwezig. Uw <strong>Renault</strong> dealer<br />

kan deze gordels voor u monteren.


Autogordels Open dak<br />

N. B.: Teneinde de autogordels beter aan het postuur<br />

van bestuurder of voorpassagier aan te kunnen<br />

passen zijn in de middenstijl twee bevestigingspunten<br />

A aangebracht. Vraag advies aan uw <strong>Renault</strong><br />

dealer.<br />

Open dak<br />

Openen:<br />

• haak aan de zijkant de rubber bevestigingen 1<br />

los,<br />

• klap de handgreep 2 omlaag en maak hem vrij<br />

van het bevestigingspunt,<br />

• draai de knoppen 3 los,<br />

• sla de kap open en zet hem vast met de elastieken<br />

banden 4.<br />

Sluiten:<br />

• haak de elastieken banden 4 los,<br />

• klap de kap dicht,<br />

• zet de kap vast met behulp van de knoppen 3, de<br />

handgreep 2 en de rubber bevestigingen 1.<br />

Advies<br />

Maak de kap alleen open als de auto stil staat,<br />

anders bestaat de kans dat de kap door de<br />

rijwind met geweld wordt opengerukt.<br />

31


Het rijden<br />

Kontaktslot-stuurslot<br />

1. Stuurslotstand St<br />

Als u de sleutel uit het slot trekt en het stuur iets<br />

draait hoort u een klik; de stuurinrichting is nu<br />

vergrendeld. Bij het vrijmaken draait u het stuur<br />

iets heen en weer.<br />

2. Accessoiresstand A<br />

Het kontakt staat af maar de accessoires (radio b.v.)<br />

kunnen worden gebruikt.<br />

3. Garagestand G<br />

Het kontakt staat af, de sleutel kan worden meegenomen<br />

maar de stuurinrichting wordt niet vergrendeld.<br />

4. Kontakt aan M<br />

Het kontakt staat aan; u kunt starten.<br />

5. Startstand D<br />

Indien de motor niet aanslaat moet u de kontaktsleutel<br />

terugdraaien tot de kontrolelampjes<br />

uitgaan voordat u opnieuw kunt starten. Laat de<br />

sleutel los zodra de motor aanslaat.<br />

32<br />

Starten<br />

Koude motor: druk het gaspedaal iets in en trek de<br />

chokeknop 1 helemaal uit. Neem uw voet van het<br />

gaspedaal en start de motor.<br />

Druk de chokeknop terug naarmate de behoefte<br />

van de motor aan de choke minder wordt.<br />

Indien de motor niet aanslaat moet u opnieuw<br />

starten maar nu de chokeknop voor eenderde terugdrukken.<br />

Warme motor: gebruik de choke niet maar druk<br />

het gaspedaal onder het starten geheel in.<br />

Bepaalde typen hebben een middenstand van de<br />

choke (zwaar punt).<br />

Gebruik deze stand voor het starten van een half<br />

warme motor in de winter of de koude motor in de<br />

zomer.<br />

Een kontrolelampje op het instrumentenpaneel<br />

geeft aan dat de choke gebruikt wordt. Het gaat pas<br />

uit als de knop helemaal wordt teruggedrukt.<br />

Stilzetten van de motor<br />

Laat de motor even stationair draaien en draai de<br />

kontaktsleutel in de stand "garage" of "stop".<br />

Advies<br />

De stuurinrichting wordt alleen geblokkeerd<br />

als u de sleutel uit het slot neemt en het stuur<br />

draait tot u een klik hoort.


Handrem tussen de voorzetels*<br />

Loszetten:<br />

Trek de handgreep iets omhoog, druk de knop 1 op<br />

het uiteinde in en druk de handgreep nu naar<br />

beneden.<br />

Als de handgreep niet ver genoeg wordt teruggedrukt<br />

blijft een rood kontrolelampje op het instrumentenpaneel<br />

branden.<br />

Vastzetten:<br />

Trek de handgreep omhoog. De handgreep moet<br />

ongeveer 10 tanden worden aangetrokken voordat<br />

de handrem werkt. De <strong>Renault</strong> 4 heeft zelfstellende<br />

achterwielremmen; de handrem mag alleen in de<br />

werkplaats van een <strong>Renault</strong> dealer worden afgesteld.<br />

\<br />

* Afhankelijk van de uitvoering.<br />

Handrem onder het dashboard*<br />

Loszetten:<br />

Draai de handgreep omlaag en druk hem vervolgens<br />

geheel terug.<br />

Als u de handrem niet ver genoeg terugdrukt blijft<br />

een rood kontrolelampje op het instrumentenpaneel<br />

branden*.<br />

Vastzetten:<br />

Trek de handgreep naar u toe zonder hem te verdraaien.<br />

• Auto's met de handrem rechts van het stuur<br />

hebben achter zelfstellende remmen. In dat geval<br />

mag de handrem alleen in de werkplaats<br />

worden afgesteld.<br />

Versnellingshandel<br />

De schakelstanden zijn op de knop van het handel<br />

aangegeven. Het handel wordt vanzelf in het vlak<br />

voor 3-4 teruggebracht.<br />

33


Signalisatie<br />

Klaxon<br />

Druk het uiteinde van de schakelaar (1) in de<br />

richting van de stuurkolom, zie A.<br />

Lichtsignaal<br />

Zelfs wanneer de verlichting uit is, kunt u een<br />

lichtsignaal geven door de schakelaar (1) naar het<br />

stuur toe te trekken in de richting B.<br />

U geeft dan een signaal met het grootlicht.<br />

34<br />

Richtingaanwijzers<br />

Verplaats de schakelaar (1) evenwijdig aan het<br />

stuurwiel en in de richting waarin u het stuur gaat<br />

draaien.<br />

N. B.:<br />

Bij het veranderen van rijstrook op een snelweg<br />

wordt het stuur slechts weinig gedraaid, waardoor<br />

de schakelaar niet vanzelf terugkomt. U geeft dan<br />

richting aan door slechts even op de richtingaanwijzerschakelaar<br />

te drukken; deze komt weer automatisch<br />

in de ruststand terug.<br />

Alarm-signaal<br />

Het alarm-signaal wordt gebruikt als u gedwongen<br />

bent te stoppen op een plaats waar dit verboden is,<br />

of waar het overige verkeer dit niet verwacht, bijv.<br />

ingeval van overmacht of ongeval.<br />

De bedieningsschakelaar is hierboven met een pijl<br />

aangegeven.


Verlichting Ruitewisser<br />

Markeringslichten (stadslichten)<br />

Verdraai de lichtschakelaar 1 tot het hiernaast<br />

afgebeelde symbool zichtbaar wordt.<br />

De instrumenten worden verlicht.<br />

Dimlicht<br />

Verdraai lichtschakelaar 1 tot het hiernaast afgebeelde<br />

symbool zichtbaar wordt.<br />

Het kontrolelampje voor het dimlicht gaat branden.<br />

Grootlicht<br />

Trek vanuit de dimlichtstand de lichtschakelaar<br />

naar het stuur toe, in de richting van B. Door de<br />

schakelaar nogmaals naar u toe te trekken, wordt<br />

het dimlicht weer aangezet. Als het grootlicht<br />

brandt, wordt dit door een kontrolelampje aangegeven.<br />

Verlichting uit<br />

Om de verlichting uit te doen, draait u de schakelaar<br />

1 terug in zijn oorspronkelijke stand.<br />

* Afhankelijk van uitvoering of land.<br />

Mistachterlicht*<br />

Als de lichtschakelaar in de dimlichtstand staat,<br />

kunt u het mistachterlicht met deze schakelaar<br />

inschakelen.<br />

Op het instrumentenpaneel gaat dan een kontrolelampje<br />

branden.<br />

Advies<br />

Voordat u straks gaat rijden, kontroleert<br />

u de verlichting van uw auto. Pas de stand<br />

van de koplampen aan de belasting van<br />

uw auto aan.<br />

Kontroleer, als het vriest, voordat u wegrijdt<br />

of de ruitewissers (en koplampwissers*)<br />

niet vastgevroren zijn. Kontroleer<br />

regelmatig de wisserbladen en vervang<br />

deze zodra ze de ruit niet goed schoon<br />

vegen.<br />

Ruitewissers van de voorruit<br />

O - Ruststand<br />

A - Langzaam wissen<br />

B - Snel wissen<br />

Ruitesproeier<br />

Deze wordt bediend:<br />

- Bij links stuur d.m.v. voetknop 3.<br />

- Bij rechts stuur door schakelaar 2 recht naar het<br />

stuur toe te trekken, in de richting van C.<br />

35


Uw komfort<br />

1 Schakelaar voor ventilateur<br />

2 Temperatuurregelknop<br />

3 Draaiknop van luchtverdeelklep<br />

4 Handel voor toevoer van buitenlucht<br />

5 Schakelaar voor de achterruitverwarming<br />

6 Klep voor toevoer van buitenlucht<br />

36


Verwarming en ventilatie<br />

Ontwasemen-ontdooien van de voorruit<br />

Voor zo snel mogelijk ontwasemen van de voorruit<br />

na het starten:<br />

• Sluit de kleppen 6, trek aan handel 4, draai de<br />

knop 3 naar boven evenals de temperatuurregelknop2<br />

(rode stip), en druk schakelaar 1 in om de<br />

ventilateur aan te zetten.<br />

Verwarming<br />

Wanneer de ruit weer helder is laat u de kleppen 6<br />

gesloten en het handel 4 aangetrokken, maar draait<br />

u knop 3 omlaag om warme lucht naar beneden te<br />

leiden. Met de tussenstanden van draaiknop 2 kunt<br />

u de temperatuur regelen.<br />

Ventilatie<br />

Voor de toevoer van frisse buitenlucht trekt u aan<br />

handel 4 en zet u de kleppen 6 open.<br />

Om de frisse lucht naar beneden te leiden draait u<br />

de temperatuurregelknop 2 omlaag (blauwe stip)<br />

evenals knop 3.<br />

Voor geheel afsluiten van de luchttoevoer drukt u<br />

handel 4 terug.<br />

N.B.: Verwarming en ventilatie kunnen gezamenlijk<br />

worden gebruikt en afhankelijk van de buitentemperatuur<br />

worden geregeld.<br />

Achterruitverwarming<br />

Voor het ontwasemen of ontdooien van de achterruit<br />

drukt u schakelaar 5 in; op het instrumentenpaneel<br />

gaat dan het desbetreffende kontrolelampje<br />

branden.<br />

Ventilateur<br />

Druk schakelaar 1 in.<br />

1e stand: ventilateur draait langzaam,<br />

2e stand: ventilateur draait snel.<br />

Zowel in geval van ontdooien-ontwasemen van de<br />

voorruit, verwarmen als ventilatie kunt u de toevoer<br />

van warme of koude Iucht met behuIp van de<br />

ventilateur versterken, vooral wanneer de auto met<br />

een lagere snelheid dan 60 km/h rijdt.<br />

Advies<br />

Gebruik de ventilateur en de achterruitverwarming<br />

alleen zolang als dit nodig is en alleen<br />

als de motor draait, om de akku niet te zwaar te<br />

belasten.<br />

Maak de binnenkant van de achterruit voorzichtig<br />

schoon om de draden van de verwarming<br />

niet te beschadigen.<br />

Vermijd het kontakt met scherpe voorwerpen.<br />

37


Het verwisselen van een wiel<br />

Krik en wielmoersleutel<br />

Deze zijn rechts in het motorkompartiment ondergebracht.<br />

• De krik zit vastgeklemd tussen zijn steunpunten.<br />

Draai de gaffel 1 enkele slagen los om de krik vrij<br />

te maken.<br />

• De wielmoersleutel 2 wordt in drie klemmen op<br />

zijn plaats gehouden. Behalve voor het los- en<br />

vastdraaien van de wielmoeren wordt hij ook<br />

gebruikt voor het vrijmaken van de reservewieldrager<br />

en het bedienen van de krik.<br />

38<br />

Reservewiel<br />

Dit is onder de vloer van de bagageruimte opgeborgen.<br />

• Verwijderen:<br />

- Open de achterklep.<br />

- Draai bout 3 met behulp van de wielmoersleutel<br />

8 à 10 slagen los.<br />

- Klap de haak 4 naar voren terwijl u de beugel 6<br />

iets oplicht om hem vrij te maken van de tanden<br />

(twee in totaal) van de haak.<br />

• Voor het opbergen plaatst u het reservewiel op de<br />

beugel die u vervolgens oplicht en vasthaakt aan<br />

de tand die het best bij de dikte van de band past;<br />

draai dan bout 3 weer vast.<br />

Advies<br />

De krik mag nooit als steun bij werkzaamheden<br />

onder de auto worden gebruikt. De krik<br />

dient uitsluitend voor het verwisselen van een<br />

wiel.<br />

N. B.: Bij auto's voor bepaalde landen is een veiligheidshaak<br />

gemonteerd om te voorkomen dat de<br />

beugel geheel kan losschieten waardoor het reservewiel<br />

wordt verloren.<br />

In deze uitvoering moet u dus voor het laten zakken<br />

van de beugel tevens de veiligheidshaak 5 naar<br />

achteren trekken.<br />

Advies<br />

Als u een wiel hebt verwisseld:<br />

• Trek na een paar kilometer de wielmoeren<br />

na.<br />

• Laat de bandenspanning kontroleren en laat<br />

de lekke band zo snel mogelijk repareren of<br />

vervangen.<br />

• Monteer dit wiel weer op zijn oorspronkelijke<br />

plaats.


Het verwisselen van een wiel<br />

Elke wielmoer 2 wordt beschermd door een plastic<br />

dopje 1 dat eerst moet worden verwijderd en dat<br />

later na het vastdraaien en natrekken van de<br />

wielmoeren weer moet worden aangebracht.<br />

• Om de achterwielen te blokkeren trekt u de<br />

handrem aan (alleen bij auto's met schijfremmen).<br />

• Om de voorwielen te blokkeren schakelt u een<br />

versnelling in of trekt u de handrem aan bij auto's<br />

met rondom trommelremmen.<br />

• Leg een blok voor een wiel als de auto op een<br />

helling staat en krik de auto pas daarna op.<br />

• Trek de dopjes van de wielmoeren.<br />

• Draai de wielmoeren iets los en zet de wielmoersleutel<br />

zò op de moeren dat u op de sleutel moet<br />

drukken en niet omhoog moet trekken.<br />

• Opkrikken:<br />

Aan elke kant bevinden zich vlakbij de wielen<br />

steunpunten voor de krik 3 aan de onderrand van<br />

de karrosserie, waarin de kop van de krik kan<br />

worden vastgehaakt.<br />

Breng de krik horizontaal naar het steunpunt 3 bij<br />

het te verwisselen wiel en haak de kop van de krik<br />

eraan vast. De haak op de kop moet daarbij naar u<br />

toe gekeerd zijn.<br />

• Draai nu de krik met de hand omhoog zodat u de<br />

voet van de krik goed vlak op de grond kunt zetten,<br />

iets binnen de rand van de karrosserie. Bij een<br />

zachte ondergrond moet u een plankje onder de<br />

voet plaatsen.<br />

• Steek nu de pen aan de wielmoersleutel eerst in<br />

het dichte deel van de gaffel 4, dan draait u de<br />

sleutel recht voor de gaffel en krikt u de auto op tot<br />

het wiel loskomt van de grond.<br />

• Draai de wielmoeren geheel los.<br />

• Verwijder het wiel.<br />

• Breng het reservewiel op zijn plaats over het<br />

bovenste tapeind en centreer het wiel over de<br />

andere tapeinden.<br />

• Draai de wielmoeren aan.<br />

• Laat de krik zakken en draai nu de wielmoeren<br />

goed vast.<br />

• Druk de plastic dopjes pas op de wielmoeren als<br />

u na een paar kilometer rijden de wielmoeren hebt<br />

nagetrokken.<br />

39


Kleine storingen<br />

Vervangen van een koplampgloeilamp Halogeengloeilamp* (type H 4)<br />

Duplo gloeilamp voor groot-en dimlicht van 45/50 De lamp wordt op zijn plaats gehouden door een<br />

W.<br />

veer, die in twee inkepingen vastzit.<br />

Bij de montage van een nieuwe lamp is het nood-<br />

Zet de motorkap open. Trek het kontaktblokje van<br />

zakelijk voorzorgsmaatregelen te treffen om te<br />

de lampen wip de klemveertjes terug (de dubbele<br />

voorkomen dat het glas van de lamp aangeraakt<br />

kraag vormt één geheel met de lampfitting). Breng<br />

wordt. Wij raden u aan de lamp alleen bij de fitting<br />

een nieuwe, goed schoongemaakte lamp aan.<br />

vast te pakken.<br />

Door een pasnokje op de kraag van de lamp kan<br />

deze niet verkeerd worden gemonteerd.<br />

De vorm van de fitting is zodanig, dat verkeerde<br />

Na het vernieuwen van een lamp moet de afstelIing montage is uitgesloten.<br />

van de koplampen gekontroleerd worden.<br />

Bij bepaalde uitrustingen:<br />

N.B.: Bij bepaalde uitvoeringen zijn de koplampen De reflektor bezit een schuifknopje dat u moet<br />

aan de achterzijde met een beschermkap afgedekt, verschuiven als u overgaat van een land met rechts<br />

die met nokjes aan de binnenkant wordt vast- verkeer naar een land met links verkeer (of omgegeklemd.<br />

Verwijder de beschermkap door eraan te keerd).<br />

trekken.<br />

1 Voor rechts verkeer<br />

2 Voor links verkeer<br />

Ga te werk als voor het vervangen van de gloeilamp:<br />

verwijder de lamp, druk het knopje (op de<br />

lamphouder) in de richting zoals aangegeven op de<br />

40<br />

reflektor en breng de gloeilamp weer aan.<br />

Afstellen van de koplampen<br />

Het is van groot belang dat de koplampen goed zijn<br />

afgesteld.<br />

Laat de afstelling door een <strong>Renault</strong> dealer uitvoeren,<br />

deze beschikt over het gereedschap dat nodig<br />

is om de koplampen volgens de voorschriften in het<br />

Wegenverkeersreglement af te stellen.<br />

A Stelschroef voor de richting<br />

B Stelschroef voor de hoogte<br />

De koplampen moeten bij onbelaste wagen worden<br />

afgesteld.<br />

Het handeltje C moet in de stand voor lichtbeladen<br />

auto staan.<br />

Koplampstand aanpassen aan belasting: Met het<br />

handeltje aan de onderzijde van iedere koplamp<br />

kunt u de stand van de lichtbundels aan de belasting<br />

van uw auto aanpassen.<br />

Vol beladen auto: Druk het handeltje C naar links.<br />

Licht beladen auto: Druk het handeltje C naar<br />

rechts.


Kleine storingen<br />

Vervangen van een gloeilamp in de Vervangen van een gloeilamp in de ach-<br />

kleine lampen vóór<br />

Verwijder het met een schroef bevestigde kapje.<br />

1 • Parkeerlicht:<br />

Bolvormig lampje met bajonetfitting van 5 W.<br />

2 - Richtingaanwijzer en alarmsignaal:<br />

Peervormig lampje met bajonetfitting van 21 W.<br />

terlichten<br />

Verwijder het met schroeven bevestigde kapje.<br />

3 - Stop- en achterlicht:<br />

Peervormig lampje met bajonetfittingen 2 gloeidraden<br />

van 21/5 W.<br />

4 - Richtingaanwijzer en alarmsignaal:<br />

Peervormig lampje met bajonetfitting van 21 W.<br />

Achteruitrijlicht*:<br />

Peervormig lampje met bajonetfitting van 21 W.<br />

Mistachterlicht*:<br />

Peervormig lampje met bajonetfitting van 21 W.<br />

Kentekenplaatverlichting:<br />

Bolvormig lampje met bajonetfitting van 5 W.<br />

* Afhankelijk van uitvoering of land.<br />

41


Zekeringen<br />

Zekeringen<br />

De zekeringhouder 1 bevindt zich onder het<br />

dashboard.<br />

Bij een storing aan de elektrische apparatuur moet<br />

u eerst kontroleren of er zekeringen zijn doorgeslagen.<br />

Kontroleer eveneens of het betreffende apparaat<br />

goed is aangesloten. Bij een eventuele kortsluiting<br />

kunt u snel de gehele installatie stroomloos<br />

maken door de vleugelmoer op een van de akkupolen<br />

los te draaien.<br />

42<br />

Goed<br />

Defekt<br />

ZEKERINGEN<br />

Nr. Ampère Bestemming<br />

16<br />

Achteruitrijlicht*<br />

Achterruitverwarming*<br />

Voeding instrumentenpaneel<br />

Niet in gebruik<br />

3 8 Ruitewisser/ruitesproeier<br />

4 8<br />

Stoplichtschakelaar<br />

Ventilateurmotor verwarming/<br />

ventilatie<br />

5<br />

6<br />

7<br />

8<br />

5<br />

5<br />

Interieurverlichting<br />

Rustkontakt ruitewisser<br />

Parkeerlichten<br />

voor en achter links<br />

8 5<br />

Parkeerlichten<br />

voor en achter rechts<br />

Instrumentenverlichting<br />

9 5<br />

Knipperlichtautomaat<br />

10<br />

11<br />

5 Schakelaar mistachterlicht*<br />

Reservezekering<br />

Advies<br />

* Afhankelijk van de uitvoering.<br />

Zorg dat u altijd reservelampen en zekeringen<br />

in uw auto hebt. Uw <strong>Renault</strong> dealer kan u deze<br />

leveren.


Praktisch advies<br />

Ontsteking - bougies<br />

Aansluiten van de bougiekabels.<br />

Ontstekingsvolgorde: 1-3-4-2.<br />

Houd u beslist aan de hierboven aangegeven aansluitvolgorde.<br />

Bougies: Zie blz. 5.<br />

Akku<br />

Bij een kortsluiting kunt u de stroomkring onderbreken<br />

door de groene knop op de akkupool loste<br />

draaien.<br />

Aansluiten van een akkulader: Maak altijd, bij<br />

stilstaande motor, de twee kabels los van de akkupolen.<br />

Maak nooit de akkukabels los als de<br />

motor draait. Indien u met startkabels (verkrijgbaar<br />

bij uw <strong>Renault</strong> dealer) gebruik maakt van de energie<br />

in de akku van een andere auto, moet u de<br />

kabels als volgt aansluiten:<br />

Let op: + pool met + pool (klem met rode manchet)<br />

en - pool met - pool (klem met zwarte of groene<br />

manchet).<br />

Start de motor. Verwijderde kabels zodra de motor<br />

loopt.<br />

Advies<br />

Let op bij werkzaamheden onder de motorkap.<br />

Bij warme motor kan de ventilateurmotor<br />

op elk moment gaan draaien.<br />

43


Praktisch advies<br />

Extra lampen<br />

Vraag uw <strong>Renault</strong> dealer advies indien u extra<br />

lampen op uw auto wilt monteren want door een<br />

verkeerde aansluiting kan de elektrische installatie<br />

worden beschadigd (bedrading, organen en in het<br />

bijzonder de wisselstroomdynamo).<br />

Voorruit<br />

Wanneer de voorruit door steenslag springt moet u<br />

zo snel mogelijk de ontwasemingsopeningen onderaan<br />

de voorruit afdekken met doeken om te<br />

voorkomen dat er stukjes glas in vallen als de ruit<br />

breekt.<br />

44<br />

Trekken van een aanhangwagen (caravan)<br />

of rijden in de bergen, op steile<br />

hellingen enz.<br />

Bij auto's die zijn uitgerust met een elektrische<br />

koelventilateur is het niet nodig naar een lagere<br />

versnelling terug te schakelen om door een hoger<br />

toerental de motor te laten afkoelen.<br />

De elektrische ventilateur draait alleen wanneer<br />

dit nodig is om de temperatuur van de koelvloeistof<br />

konstant te houden.<br />

Slepen<br />

Bevestig nooit een sleepkabel aan enig onderdeel<br />

van de voortrein of aan een aandrijfas.<br />

Het stuur mag niet op het stuurslot staan; draai de<br />

kontaktsleutel in de stand "M" (kontakt aan),<br />

zodat stoplichten en richtingaanwijzers kunnen<br />

werken. Als het donker is moet de verlichting<br />

branden.<br />

Verder moeten de in ieder land geldende wettelijke<br />

voorschriften voor slepen in acht worden genomen.<br />

Advies<br />

Gebruik van een garagekrik: plaats de krik<br />

uitsluitend op de door onze technische dienst<br />

voorgeschreven plaatsen onder de auto.


Inbouwen van een radio<br />

Inbouwen van een radio<br />

Sommige uitvoeringen zijn voorzien van een console<br />

voor de radio. Deze console kan ook naderhand<br />

eenvoudig worden ingebouwd. Hij wordt<br />

aan de bovenzijde door een nok 1, die in een<br />

uitsparing van het huis van de ventilateur valt,<br />

bevestigd en vervolgens d. m. v. van twee schroeven<br />

2 opzij vastgezet.<br />

Aanbrengen van de radio<br />

• Bestel bij uw <strong>Renault</strong> dealer de steun 3 en de bij<br />

uw toestel passende kabelbundel.<br />

• Maak onder het dashboard 4 de dubbele rode<br />

stekker los en sluit het toestel aan: kontrastekker<br />

+ en stekker —.<br />

Deze aansluiting krijgt spanning als de kontaktsleutel<br />

in de stand "accessoires" staat of als het<br />

kontakt aan staat.<br />

Monteren van een dakantenne<br />

• Verwijder het reeds voorgesneden schijfje 5 uit<br />

de hemelbekleding.<br />

• Boor een gat in het dak.<br />

• Monteer de antenne en laat de kabel bij voorkeur<br />

door de ruitstijl aan de kant van de passagier<br />

lopen.<br />

• Breng na montage van de antenne een afdekplaatje<br />

van Φ33 mm aan om het gat in de bekleding<br />

weer weg te werken.<br />

45


Praktisch advies<br />

Luchtfilter<br />

De staat van het luchtfilter moet regelmatig worden<br />

gekontroleerd (zie de onderhoudsvoorschriften in<br />

het GARANTIEBEWIJS).<br />

Een vervuild luchtfilter moet worden vervangen<br />

omdat dit een ongunstige invloed heeft op het<br />

benzineverbruik, de werking van de motor en op de<br />

luchtverontreiniging.<br />

Voorverwarmen van de inlaatlucht<br />

Bij koud weer kunt u de werking van de motor<br />

verbeteren door de inlaatlucht voor te verwarmen.<br />

Bij een buitentemperatuur beneden + 5°C plaatst u<br />

de luchtinlaatslang in stand 1.<br />

Bij een buitentemperatuur boven +5°C plaatst u de<br />

luchtinlaatslang in stand 2.<br />

46<br />

Afschermplaat voor de radiateur*<br />

Teneinde onder de motorkap een voor een goede<br />

karburatie bevorderlijke temperatuur te scheppen,<br />

dient u de bij uw auto geleverde afschermplaat<br />

achter tegen de radiateurgrille te bevestigen; zet de<br />

plaat met de hiervoor bestemde ringen vast.<br />

Vergeet de plaat niet te verwijderen zodra de<br />

buitentemperatuur overwegend boven 5 à 8°C ligt. ><br />

* Bij bepaalde uitvoeringen.


Mechanisch onderhoud<br />

Motorolie verversen<br />

Aftapplug 1.<br />

De olie moet de eerste keer tussen 1.000 en 3.000<br />

km worden ververst, daarna bij kilometerstand<br />

7.500 en vervolgens elke 7.500 km.<br />

Bijzondere gebruiksomstandigheden kunnen het<br />

noodzakelijk maken de motorolie eerder te verversen.<br />

De motor mag in geen geval worden doorgespoeld.<br />

Inhoud: Motortypen 800 en B1B: 2,5 l<br />

Motortypen 688 en C1E: 3 l<br />

Motorolie<br />

Gebruik motorolie conform de norm API SE.<br />

Bijnormaal gebruik: multigrade 15W40, 20 W40<br />

of 20 W 50.<br />

Beneden -10°C: multigrade 15 W 40 of 10 W 30.<br />

Beneden -20°C: multigrade 5 W 20 of, indien dit<br />

niet verkrijgbaar is, 10 W 30.<br />

Oliefilter<br />

Het oliefilter moet worden vervangen tussen 1.000<br />

en 3.000 km en vervolgens elke 15.000 km (zie het<br />

garantiebewijs met het onderhoud).<br />

Voeg bij elke vervanging van het oliefilter 0,25 I<br />

olie toe aan de carterinhoud.<br />

Versnellingsbakolie verversen<br />

De olie moet de eerste maal tussen 1.000 en 3.000<br />

km worden ververst, daarna elke 60.000 km.<br />

Aftappen van de olie bij plug 2.<br />

Oliepeilkontrole en vullen bij plug 3.<br />

Kwaliteit van de olie<br />

Gebruik SAE 80 W (of SAE 75 W in zeer koude<br />

landen) olie die voldoet aan de normen API GL5 of<br />

MIL L 2105 B of C.<br />

Inhoud: 1,8 I.<br />

47


Mechanisch onderhoud<br />

Enkelvoudige karburateur Zenith 32IF7<br />

Stationair toerental: 650 ± 25 tr/min<br />

Laat uw karburateur door uw <strong>Renault</strong> dealer afstellen;<br />

deze werkzaamheid is inbegrepen in het<br />

diagnose onderhoud. Indien de motor echter door<br />

een storing afslaat kunt u door schroef A te verdraaien<br />

het stationair toerental verhogen.<br />

Dit is slechts een tijdelijke maatregel. Laat uw auto<br />

zo snel mogelijk door een <strong>Renault</strong> dealer afstellen<br />

in overeenstemming met de bepalingen in de wet<br />

op de luchtverontreiniging.<br />

48<br />

Enkelvoudige karburateur Zenith 28 IF<br />

Stationair toerental: 650 ± 25 tr/min<br />

Ontsteking afstellen<br />

Voor het afstellen van de ontsteking is speciaal<br />

gereedschap nodig. Na het afstellen van de kontaktpuntafstand<br />

moet de ontsteking opnieuw op<br />

tijd worden gezet.<br />

De waarde van de vaste voorontsteking is aangegeven<br />

op een klemmetje 1 rond één van de<br />

bougiekabels.<br />

De voorontsteking is afhankelijk van de vervroegingskromme<br />

die bij 2 op de verdeler is aangegeven.


Mechanisch onderhoud<br />

Ontsteking afstellen Vervroegingskromme R 287/D83 = 4° ± 1.<br />

Afstand a voor de vaste voorontsteking = 7 mm.<br />

Vervroegingskromme R 222/C33 = 3° ± 1.<br />

Afstand a voor de vaste voorontsteking = 6 mm.<br />

In het bovenste dodepunt van de zuiger ligt de kerf<br />

in het vliegwiel tegenover het merkteken op het<br />

koppelingshuis.<br />

Vervroegingskromme R 244/D61 = 6° ± 1.<br />

Afstand a voor de vaste voorontsteking = 12 mm.<br />

49


Onderhoud van de karrosserie<br />

Wassen:<br />

Was uw auto niet in de volle zon. Voor het<br />

schoonmaken van de voorruit kunnen de ruitewissers<br />

naar voren worden geklapt. Gebruik een<br />

beetje <strong>Renault</strong> shampoo in het waswater en spoel<br />

de auto na het wassen met overvloedig water<br />

schoon.<br />

Na het wassen van de auto moet u de remwerking<br />

kontroleren.<br />

Gebruik nooit benzine, petroleum, trichloorethyleen,<br />

benzol of alcohol voor het schoonmaken van<br />

de lak of de plastic accessoires (knipperlichtglaasjes,<br />

sieremblemen).<br />

50<br />

Advies<br />

Wanneer u uw auto onder een wasportaal met<br />

borstels laat wassen, kunt u het beste met<br />

plakband de ruitewissers, eventueel de koplampwissers<br />

en de antenne vastplakken.<br />

Na het wassen moeten de sloten gesmeerd<br />

worden. Vraag aan uw <strong>Renault</strong> dealer het speciale<br />

spuitbusje.<br />

Adviezen om roestvorming te voorkomen<br />

Belangrijk: Enkele malen in de winter, en aan het<br />

einde van de winterperiode, moet de onderzijde<br />

van de auto en de wielkuipen schoon gespoten<br />

worden om het zand en pekel te verwijderen dat<br />

's winters op de wegen wordt gestrooid en dat<br />

onder de auto is achtergebleven.<br />

Het verwijderen van dit zand en pekel is het behoud<br />

van uw auto doordat roestvorming wordt<br />

vermeden.<br />

• Kontroleer of de afwateringsgaten in de onderkant<br />

van de portieren, de achterklep, de drempelkokers<br />

en het chassis niet verstopt zijn.<br />

• Herstel de plaatsen waar de oorspronkelijke beschermlaag<br />

door steenslag is beschadigd.<br />

• Laat zo snel mogelijk lakbeschadigingen door<br />

krassen, deukjes en door steenslag herstellen.<br />

Schoonmaken:<br />

Zittingen en bekleding:<br />

<strong>Renault</strong> Boutique kan u speciale produkten leveren<br />

voor het onderhouden van stoffen en kunstleren<br />

bekleding.<br />

Autogordels:<br />

Autogordels moeten goed schoon gehouden worden.<br />

Gebruik geen oplosmiddelen of kleurstoffen omdat<br />

deze de gordel kunnen beschadigen, maar<br />

produkten die door <strong>Renault</strong> Boutique worden geleverd.<br />

U kunt ook lauw zeepsop en een spons gebruiken;<br />

veeg de riemen met een doek droog.<br />

Lak:<br />

Het nummer van de lak A is op de wielkuip voor het<br />

rechtervoorwiel aangegeven.


Mogelijke storingen<br />

Wanneer uw auto wordt onderhouden volgens het <strong>Renault</strong> onderhoudsprogramma, zal deze geen storingen vertonen die hem langdurig buiten gebruik stellen.<br />

Onderstaande aanwijzingen zullen u helpen eventuele storingen snel, maar voorlopig te verhelpen.<br />

Wendt u echter zo snel mogelijk tot een <strong>Renault</strong> dealer.<br />

U schakelt de startmotor in<br />

• Er gebeurt niets; de kontrolelampjes gaan niet<br />

branden, de startmotor draait niet.<br />

• De kontrolelampjes branden zwak, de startmotor<br />

draait zeer langzaam.<br />

• De motor ploft in de uitlaat maar slaat niet aan of<br />

de koude motor start moeilijk.<br />

De motor start moeilijk bij vochtig weer of na een<br />

wasbeurt, of hij slaat af.<br />

OORZAAK<br />

De akkukabel zit los.<br />

De akku is defekt.<br />

De akkupoolklemmen zijn los of vuil.<br />

Akku is leeg.<br />

Storing in de benzinetoevoer: teveel benzine of<br />

slechte ontsteking (de motor is verzopen).<br />

Storing in de benzinetoevoer.<br />

Slechte ontsteking: vocht in het ontstekingsmechanisme.<br />

• De warme motor start moeilijk. Slechte ontsteking.<br />

Slechte karburatie (gasbellen in de leidingen).<br />

Onvoldoende kompressie.<br />

WAT TE DOEN<br />

Kontroleer de poolklemmen; krab ze schoon en zet<br />

ze goed vast.<br />

Vervang de akku.<br />

Kontroleer de poolklemmen.<br />

Zet het kontakt aan en laat u aanduwen of aanslepen<br />

(behalve bij auto's met automatische transmissie)<br />

in de 2e versnelling. Laat het koppelingspedaal<br />

los wanneer de auto voldoende vaart heeft of:<br />

Sluit de akku aan op de akku van een andere auto,<br />

zie blz. 43.<br />

Demonteer de bougies en maak ze schoon; kontroleer<br />

de elektrodenafstand en monteer de<br />

bougies weer.<br />

De choke werkt slecht, kontroleer de stand van de<br />

chokeklep. Verwijder de kap van het luchtfilter,<br />

trek de chokeklep geheel uit; de klep moet nu dicht<br />

zijn.<br />

Droog de bougiekabels en de bobinekabel af.<br />

Verwijder de kap van de stroomverdeler en veeg de<br />

binnen- en buitenkant met een droge doek af.<br />

Laat de motor afkoelen. Druk het gaspedaal in en<br />

schakel de startmotor 10 tot 20 seconden in.<br />

51


Mogelijke storingen<br />

Tijdens het rijden<br />

• De motor loopt warm.<br />

De wijzer van de temperatuurmeter staat in de rode<br />

zone.<br />

• De motor lijkt onvoldoende vermogen te hebben.<br />

Het stationair toerental is onregelmatig of de<br />

motor slaat af. Zwarte rook uit de uitlaat.<br />

• Zwarte rook uit de uitlaat.<br />

De vloeistof in het expansievat borrelt.<br />

52<br />

De ventilateurmotor werkt niet goed.<br />

De aandrijfriem van de waterpomp is gebroken of<br />

onvoldoende gespannen.<br />

Kontroleer of de elektrisch aangedreven ventilateurmotor<br />

draait bij warme motor en het kontakt<br />

aan.<br />

Start de motor niet.<br />

Kontroleer de staat van de riem.<br />

Vervang deze indien nodig.<br />

Radiateurscherm. Verwijder het radiateurscherm indien de buitentemperatuur<br />

het gebruik ervan niet noodzakelijk<br />

maakt.<br />

Verlies van koelvloeistof. Kontroleer of er vloeistof in het expansievat zit; als<br />

het leeg is moet u het voor de helft met water vullen.<br />

Vul ook de radiateur bij met water (nadat deze<br />

afgekoeld is). Pas op dat u zich niet brandt.<br />

Raadpleeg echter zo snel mogelijk uw <strong>Renault</strong><br />

dealer. Kontroleer de staat van de waterslangen en<br />

of de slangklemmen vastzitten.<br />

IJsvorming in de karburateur. Wacht enkele minuten tot de karburateur ontdooid<br />

is voordat u weer wegrijdt.<br />

Mechanische storing. Koppakking doorgeblazen. Waterpomp defekt.<br />

Raadpleeg een <strong>Renault</strong> dealer.<br />

• Rook onder de motorkap. Kortsluiting. Zet de auto stil, zet het motorkontakt af en maak,<br />

indien mogelijk, de akkuklem los.<br />

• Het kontrolelampje van de oliedruk gaat branden.<br />

Het lampje brandt in de bocht of bij het remmen.<br />

Het brandt bij stationair draaien.<br />

Het blijft branden, of gaat pas langzaam uit, bij<br />

versneld stationair toerental.<br />

Het oliepeil is te laag; vul olie bij.<br />

Raadpleeg de dichtstbijzijnde <strong>Renault</strong> dealer.<br />

Roep direkt de hulp in van een <strong>Renault</strong> dealer.


Elektrische apparaten<br />

• Ruitewissers werken niet. Zekering doorgeslagen. Vervang deze.<br />

• De richtingaanwijzers werken niet. Aan een kant:<br />

- lampje doorgebrand,<br />

- voedingsdraad los,<br />

- massakabel los.<br />

Advies<br />

De asjes zijn vastgelopen. Probeer ze vrij te maken met een hiervoor geschikt<br />

produkt.<br />

De ruitewissermotor is defekt. Raadpleeg een <strong>Renault</strong> dealer.<br />

Aan beide kanten:<br />

- zekering doorgeslagen,<br />

- knipperlichtautomaat defekt.<br />

• De koplampen werken niet. Eén of beide:<br />

- lamp doorgebrand,<br />

- draad los,<br />

- slechte massa aansluiting.<br />

Als het circuit door een zekering beveiligd is:<br />

Vervang het lampje.<br />

Bevestig de voedingsdraad.<br />

Zoek de massakabel die op metaal bevestigd is,<br />

krab het uiteinde van de kabel schoon en bevestig<br />

hem opnieuw.<br />

Vervang de zekering.<br />

Laat de knipperlichtautomaat door uw <strong>Renault</strong><br />

dealer vervangen.<br />

Vervang de gloeilamp.<br />

Kontroleer de draad en sluit hem weer aan.<br />

Zie hierboven.<br />

Kontroleer de zekering, vervang deze indien nodig.<br />

Radiateur.<br />

Wanneer de motor heet is mag u nooit het koelsysteem met koud water bijvullen. Na elke reparatie, waarbij het<br />

koelsysteem geheel of gedeeltelijk is afgetapt, moet het met nieuwe en door ons goedgekeurde koelvloeistof (in de juiste<br />

mengverhouding) worden gevuld.<br />

53


Algemene gegevens<br />

54


Algemene gegevens - maten (in meters)<br />

A Totale lengte<br />

* Met beschermstrips<br />

Standaard-TL-GTL<br />

3, 668<br />

F4<br />

3, 653<br />

F6<br />

3, 853<br />

B Totale breedte 1,485 (1,509*) 1, 500 1, 532<br />

C Totale hoogte<br />

onbelast:<br />

belast:<br />

D Wielbasis<br />

links:<br />

rechts:<br />

E Spoorbreedte<br />

voor:<br />

achter:<br />

1, 550<br />

1, 440<br />

2,401<br />

2,449<br />

1,280<br />

1,244 (GTL: 1,248)<br />

1, 710<br />

1, 610<br />

2, 401<br />

2, 449<br />

1, 280<br />

1, 244<br />

1, 720<br />

2, 521<br />

2, 569<br />

1, 280<br />

1, 248<br />

F Bodemvrijheid (belast)<br />

onder stabilisatorstang: 0,175 0,140 0,140<br />

G Breedte achterklepopening 0, 950 1, 000 1, 016<br />

H Hoogte achterklepopening<br />

I Totale hoogte achterdeuropening<br />

bij geopende achterklep<br />

J Diepte bagageruimte:<br />

• achterbank weggeklapt<br />

• zonder achterbank<br />

0, 860 0,938<br />

1,120<br />

0, 920<br />

1, 120<br />

1,090 (GTL: 1,035) 1, 090<br />

1, 300 1, 490<br />

K Hoogte bagageruimte - 1,150 1, 200<br />

Draaicirkel:<br />

tussen troittoirs<br />

tussen muren<br />

9,75<br />

10,10<br />

9, 75<br />

10, 10<br />

10, 15<br />

10, 75<br />

55


Algemene gegevens<br />

Gewichten (kg) Standaard<br />

1123<br />

Ledig rijklaar gewicht Voor<br />

(Afhankelijk van de uitvoering) Achter<br />

385<br />

280<br />

TL<br />

1123<br />

390<br />

305<br />

GTL<br />

1128<br />

415<br />

305<br />

F4<br />

2106<br />

zonder met<br />

ruiten ruiten<br />

390 395<br />

290 315<br />

F4<br />

210 B - 239 B<br />

zonder met<br />

ruiten ruiten<br />

410<br />

290 315<br />

F6<br />

2370<br />

zonder met<br />

ruiten ruiten<br />

425 430<br />

325 350<br />

Totaal 665 695 720 680 710 700 725 750 780<br />

Maximaal toelaatbaar totaal gewicht 1025 1025 1050 1105 1150 1165 1220<br />

Maximaal toelaatbaar gewicht per as Voor<br />

Achter<br />

500<br />

570<br />

500<br />

570<br />

520<br />

570<br />

520<br />

650<br />

520 540<br />

650 670<br />

Maximaal toelaatbare dakbelasting 60 60 60 60 60 60<br />

Aanhangwagengewichten<br />

Voor caravan, boot enz.<br />

Het maximaal toelaatbare aanhangwagen gewicht wordt in ieder land van de EEG door de plaatselijke overheid bepaald. Vraag advies aan uw <strong>Renault</strong> dealer over<br />

het maximaal toelaatbare treingewicht. Laat uw <strong>Renault</strong> dealer de trekhaak voor uw aanhangwagen monteren en de elektrische installatie veranderen in<br />

overeenstemming met de wettelijke bepalingen. Uw <strong>Renault</strong> dealer kan u ook inlichten over de montage van een oliekoeler indien de auto voorzien is van een<br />

automatische transmissie.<br />

Onderdelen<br />

Iedere auto wordt geleverd in een specifikatie die overeenstemt met de wettelijke bepalingen die ter plaatse gelden. Door het veranderen of vervangen van <strong>Renault</strong><br />

onderdelen, of door het toevoegen van onderdelen van een andere oorsprong, kan de auto afwijken van de wettelijke bepalingen op het gebied van veiligheid,<br />

luchtverontreiniging, geluidshinder of van het wegenverkeersreglement. De eigenaar van de gewijzigde auto stelt zich hierdoor bloot aan een eventuele<br />

strafvervolging.<br />

Bovendien wordt de garantie van de konstrukteur geweigerd indien onderdelen zijn ingebouwd of wijzigingen zijn aangebracht die niet door de konstrukteur zijn<br />

goedgekeurd of voorzien. Alle onderdelen van uw auto zijn met dezelfde zorg ontworpen en ontwikkeld in het belang van uw veiligheid en tot uw tevredenheid.<br />

Dit geldt voor alle onderdelen in:<br />

• het remsysteem,<br />

• de verlichting,<br />

• de richtingaanwijzers,<br />

56<br />

• de uitlaat,<br />

• de stuurinrichting,<br />

• de motor,<br />

• de toebehoren van de motor,<br />

de tekst "originele <strong>Renault</strong> onderdelen" geeft u de zekerheid dat de juiste onderdelen gebruikt zijn.<br />

570<br />

700<br />

• de karrosserie, de wielen en de banden<br />

• de uitrusting van de auto, zowel inwendig als<br />

uitwendig.


Identifikatie<br />

De identifikatieplaatjes zijn in de motorruimte geplaatst.<br />

Het is van belang de gegevens van het ovale plaatje<br />

en van het motorplaatje te vermelden bij het bestellen<br />

van onderdelen.<br />

A - Ovale plaatje<br />

1 Type van de auto<br />

2 Bijzonderheden<br />

3 Uitrustingsnummer<br />

4 Extra uitrusting<br />

5 Fabrikagenummer<br />

6 Modeljaar (in bepaalde landen)<br />

B - Motorplaatje<br />

14 Type van de motor<br />

15 Indice nummer<br />

16 Motornummer<br />

C - Konstrukteursplaatje<br />

7 Typenummer van de auto<br />

8 Chassisnummer<br />

9 Maximaal toelaatbaar totaalgewicht van de<br />

auto<br />

10 Maximaal toelaatbaar treingewicht (auto plus<br />

aanhangwagen)<br />

11 Maximaal toelaatbaar gewicht onder de vooras<br />

12 Maximaal toelaatbaar gewicht onder de achteras<br />

13 Modeljaar (bij bepaalde landen)<br />

D - Laknummer<br />

Het laknummer van de oorspronkelijke lak is bij D<br />

aangegeven.<br />

57


RENAULT SERVICE<br />

alles in het werk stellen om aan uw wensen te voldoen<br />

Uw RENAULT is gebouwd om u onder al Ie omstandigheden tot volIe tevredenheid van dienst te zijn.<br />

U kunt hem overal gebruiken, RENAULT is nooit ver weg.<br />

En achter iedere RENAULT gevel vindt u telkens dezelfde toewijding voor uw voldoening.<br />

De vele RENAULT dealers waken over de gezondheid van uw auto. U kunt ze dat toevertrouwen, zij<br />

kennen uw auto het best.


De diensten van <strong>Renault</strong><br />

service<br />

station<br />

Op het Service Station geeft men uw auto de steeds terugkerende<br />

verzorging; wassen, olie verversen, kontroles enz.<br />

quick<br />

service<br />

Onderhoud of kleine reparaties; de mensen van de Quick Service<br />

zorgen ervoor dat u uw auto weer zo snel mogelijk kunt gebruiken.<br />

schade<br />

afdeling<br />

Specialisten, die door <strong>Renault</strong> zijn opgeleid en die over een moderne<br />

uitrusting beschikken, maken uw auto weer even veiligen de karrosserie<br />

weer even strak als voorheen. Ook de kontakten met de verzekeringsmaatschappij<br />

worden door hen verzorgd.<br />

60


onderdelen<br />

magazijn<br />

Alle onderdelen van uw auto zijn zodanig ontworpen en gefabriceerd dat de<br />

kwaliteit gewaarborgd is met het oog op uw veiligheid en uw tevredenheid.<br />

De RENAULT dealers leveren u originele onderdelen. Hiermee kan uw auto in<br />

een optimale konditie worden gehouden.<br />

De tekst "originele <strong>Renault</strong> onderdelen" geeft u de zekerheid dat de juiste<br />

onderdelen gebruikt zijn.<br />

Garantie op ruilorganen<br />

Wij herinneren u eraan dat <strong>Renault</strong> 6 maanden garantie geeft op onderdelen en<br />

arbeidsloon voor defekten aan ruilorganen (motoren, versnellingsbakken) die<br />

door een <strong>Renault</strong> dealer zijn ingebouwd.<br />

RENAULT<br />

In de RENAULT Boutique vindt u een kompleet gamma accessoires en uitrustingsstukken,<br />

speciaal voor uw <strong>Renault</strong> 4 ontwikkeld. De merknaam "RE-<br />

NAULT BOUTIQUE" staat garant voor een hoge kwaliteit; op de verpakking is<br />

hierover al zoveel mogelijk informatievermeid.<br />

Denk aan de uitrusting en het onderhoud van uw auto<br />

De medewerkers van de <strong>Renault</strong> dealers zullen u behulpzaam zijn bij het<br />

maken van een keus in de <strong>Renault</strong> Boutique.<br />

-voor het kiezen van een radio of voor het aanbrengen van een persoonlijk<br />

accent<br />

- voor het leveren van zittinghoezen om uw bekleding te beschermen<br />

-voor het leveren van reservelampen, zekeringen en extra verlichting<br />

-voor het leveren van spoilers<br />

-voor het leveren van de vakantie uitrusting<br />

-voor het leveren van alle onderhoudsprodukten om uw auto een zo lang<br />

mogelijk leven te kunnen geven.


Het onderhoud van uw <strong>Renault</strong><br />

dat is het werk van onze specialisten: zij kennen uw auto beter dan wie ook<br />

Teneinde uw RENAULT zo plezierig, zuinig en veilig mogelijk te laten rijden<br />

heeft RENAULT het ONDERHOUD PER DIAGNOSE met MICROPROCESSOR<br />

ontwikkeld.<br />

Daarmee kunnen de in het kader van het ONDERHOUDSSCHEMA voorgeschreven<br />

onderhouds- en kontrolewerkzaamheden op een logische, snel Ie en<br />

nauwkeurige wijze worden uitgevoerd.<br />

ALS UW AUTO GOED ONDERHOUDEN WORDT<br />

VERBRUIKT HIJ MINDER EN FUNKTIONEERT HIJ<br />

BETER<br />

62<br />

HIJ SCHENKT U DAN TEVENS MEER<br />

VOLDOENING.


Aantekeningen


De konstrukteur behoudt zich het recht voor<br />

tijdens de produktie wijzigingen aan te brengen<br />

die hij nodig acht. Dientengevolge kan dit<br />

instruktieboekje niet worden beschouwd als<br />

een definitieve specifikatie van de <strong>Renault</strong> 4<br />

modellen.<br />

SAGI - 04237


Alfabetische inhoud<br />

A aanhangwagen 44<br />

aanslepen 44<br />

akku 15 en 43<br />

achterbank 24-25<br />

achterruitverwarming 37<br />

alarmsignaal 34<br />

algemene gegevens 54-56<br />

asbak 28<br />

autogordels 30-31<br />

B bagageruimte 11<br />

banden 4 en 29<br />

bandenspanning 4<br />

bedieningsorganen 16-21<br />

benzine, besparing 8-9<br />

benzinesoort 4 en 13<br />

benzinetank 13<br />

binnenverlichting 28<br />

bougies 5 en 43<br />

C caravan 44<br />

carburateur 5 en 48<br />

chassisnummer 57<br />

choke 32<br />

claxon 34<br />

controlelampjes 20-21<br />

D dashboard 16 tot 19<br />

dashboard kastje 28<br />

diagnose onderhoud 47-49<br />

draaicirkel 55<br />

E expansievat (koelsysteem) 15<br />

G gegevens, motor 5<br />

gewichten 56<br />

H handrem 33<br />

hoedenplank 24<br />

hoofdsteunen 23<br />

I identifikatie 57<br />

inhouden 47<br />

inrijden 4<br />

instrumentenpaneel 16-21<br />

K kachelmotor 36-37<br />

klaxon 34<br />

klepspeling 5<br />

kindersloten 11<br />

knipperlichten 34<br />

koelsysteem 15<br />

kontaktslot 32<br />

kontroles voor het vertrek 14-15<br />

kontrolelampjes 16-21<br />

koplampen, afstellen 40<br />

krik 38<br />

L laadkontrolelampje 21<br />

lak nummer 50<br />

lampen, afstellen 40-41<br />

lampen, vervangen 40-41<br />

lichtschakelaar 34-35<br />

luchttoevoer 36-37<br />

luchtfilter 46<br />

M maten 54-55<br />

mistachterlicht 35<br />

mistlampen 44<br />

motor, gegevens 5<br />

motorkap 13<br />

O olie 14 en 47<br />

oliedruk 21<br />

oliefilter 47<br />

oliepeil 14<br />

onderdelen 56<br />

onderhoud 47 tot 49<br />

onderhoud v. d. karrosserie 50<br />

ontsteking 43 en 49<br />

opbergkastje 28<br />

open dak 31<br />

opkrikken 38-39<br />

P parkeerrem 33<br />

portieren 10-12<br />

R radio 45<br />

remvloeistof 15<br />

reservewiel 38<br />

richtingaanwijzers 34<br />

rijden 32-33<br />

ruiten 26<br />

ruitesproeiers 35<br />

ruitewissers 35<br />

S schuifdak 31<br />

slepen 44<br />

sleutels 10<br />

sloten 10<br />

spiegels 27<br />

starten 32<br />

stationair toerental 48<br />

storingen 51-53<br />

stuurslot 32<br />

T technische gegevens 5 en 55-56<br />

V veiligheidsgordels 30-31<br />

ventilatie 36 en 37<br />

ventilateurmotor, koelsysteem 44<br />

verlichting 35<br />

versnellingshandel 33<br />

verwarming 37<br />

W wassen 50<br />

wielen wisselen 38-39<br />

Z zekeringen 42<br />

zittingen 20-25<br />

zonnekleppen 27<br />

zuinig rijden 8-9


77 11 074 515<br />

NE 468 83 06 84<br />

2e Edition Néerlandaise

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!