20.07.2015 Views

Resultaten van de ATLAS - (www.projectatlas.org).

Resultaten van de ATLAS - (www.projectatlas.org).

Resultaten van de ATLAS - (www.projectatlas.org).

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

6.2.2.2 Evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n: kin<strong>de</strong>ren en adolescenten ..... 716.2.3 Beroepsevaluatieschalen met een ge<strong>de</strong>elte betreffen<strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n .................................................................................... 766.2.4 Specifieke evaluaties <strong>van</strong> sociale beroepsvaardighe<strong>de</strong>n .................. 796.3 An<strong>de</strong>re nuttige evaluatie-instrumenten.............................................. 796.3.1 Inleiding............................................................................................. 796.3.2 STARR.............................................................................................. 806.3.3 Portfolio............................................................................................. 846.3.4 SMART: een persoonlijk ontwikkelingsplan schrijven........................ 866.3.5 Persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning ....................................................... 88


7 <strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfase ............................................................917.1 Inleiding............................................................................................917.2 Algemene conclusies (verschillen, gelijkenissen) per vraag.............1027.3 Lijst <strong>van</strong> opmerkelijke kwesties, antwoor<strong>de</strong>n....................................1058 Overeenstemmen<strong>de</strong> profielen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt en <strong>de</strong> werkplaats .............1098.1 Inleiding............................................................................................1098.2 Profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt..........................................................................1108.3 Profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplaats .................................................................1119 Grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> ervaringen...........................................................1159.1 EU-financiering en het programma Leonardo da Vinci.....................1159.2 Het belang <strong>van</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> projecten voor <strong>de</strong>Europese gehandicaptensector........................................................1179.3 Het belang <strong>van</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> projecten voor<strong>org</strong>anisaties die op het terrein werken..............................................1189.4 Conclusies........................................................................................1209.5 Persoonlijke ervaringen <strong>van</strong> een Belgische <strong>ATLAS</strong>-trainer ..............1209.6 Persoonlijke ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-projectpromotor..................12110 Conclusies en aanbevelingen..................................................................125Referenties 129


Bijvoegsels:1 Informatie over <strong>de</strong> partners............................................................................. 1352 Overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competenties en vaardighe<strong>de</strong>n, waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong>werkgeverswaar<strong>de</strong>ringen <strong>van</strong> het belang <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n.............. 1533 Vragenlijst voor werkgevers ........................................................................... 1574 Overzicht sociale sleutelvaardighe<strong>de</strong>n ............................................................1615 Overzicht evaluatie-instrumenten ................................................................... 1636 Beslissingsboom <strong>ATLAS</strong> ................................................................................ 1857 Informatierooster casestudy’s ........................................................................ 1958 Casestudy’s.................................................................................................... 2019 Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n.......................................................................... 211


Voorwoord<strong>ATLAS</strong> is een afkorting <strong>van</strong> woor<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> zoektocht aangeven <strong>van</strong> mensen met eenhandicap naar een rechtmatige plaats op <strong>de</strong> arbeidsmarkt. Binnen <strong>ATLAS</strong> wordt er eenspecifieke klemtoon gelegd op het evalueren en aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n die <strong>van</strong> groot belang zijn voor een geslaag<strong>de</strong> beëindiging <strong>van</strong> die zoektocht. Hoekeuzes maken, hoe ontwikkelen, hoe on<strong>de</strong>rsteunen, dat zijn allemaal vragen waarmee we opdie weg geconfronteerd wor<strong>de</strong>n. Die vragen vormen <strong>de</strong> basis voor succes, en daarom moetener antwoor<strong>de</strong>n op wor<strong>de</strong>n gegeven.<strong>ATLAS</strong> is een LEONARDO-project, gefinancierd door het DG On<strong>de</strong>rwijs. Wij beschouwengrensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> samenwerking als <strong>van</strong> cruciaal belang voor <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong>innovatieve antwoor<strong>de</strong>n in domeinen als dat <strong>van</strong> <strong>de</strong> beroepsopleiding.Het hoofddoel <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project is als volgt ge<strong>de</strong>finieerd: een perspectief op Europeseschaal ontwikkelen voor het evalueren en aanleren <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n bij mensen meteen verstan<strong>de</strong>lijke handicap in <strong>de</strong> context <strong>van</strong> <strong>de</strong> gewone arbeidsmarkt.Stichting Sterk in Werk en EASPD hebben zich verbon<strong>de</strong>n tot het maximaliseren <strong>van</strong>opportuniteiten voor mensen met een handicap en hun inclusie in <strong>de</strong> gewone samenleving, enwe erkennen dat het in staat stellen <strong>van</strong> mensen om een baan te vin<strong>de</strong>n en te hou<strong>de</strong>n door hetgeven <strong>van</strong> beroepsopleiding centraal staat in <strong>de</strong>ze doelstelling.Het netwerken tussen <strong>de</strong> diverse belanghebben<strong>de</strong>n is een zeer belangrijk element geweest in<strong>ATLAS</strong>. In het partnerschap hebben we een zeer bre<strong>de</strong> vertegenwoordiging gehad, waaron<strong>de</strong>ron<strong>de</strong>rzoekers, trainers, aca<strong>de</strong>mici, dienstverleners, enz., en namens Stichting Sterk in Werk alsprojectpromotor en namens EASPD als projectcoördinator5


zou<strong>de</strong>n we onze dank willen betuigen voor al hun waar<strong>de</strong>volle bijdragen.Tot slot zou<strong>de</strong>n we <strong>de</strong> uitsteken<strong>de</strong> samenwerking tussen EASPD als projectcoördinatoren Sterk in Werk als projectpromotor met voorzitter Ben <strong>van</strong> Hamond speciaal willenvermel<strong>de</strong>n, en een bijzon<strong>de</strong>r blijk <strong>van</strong> waar<strong>de</strong>ring willen geven aan het personeel <strong>van</strong>bei<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisaties voor zijn inzet en professionalisme doorheen het hele project.Dit boek schetst <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> drie jaar <strong>ATLAS</strong>-project in <strong>de</strong> loop waar<strong>van</strong> doormid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> inventarisatie, on<strong>de</strong>rzoek en testen antwoor<strong>de</strong>n zijn gezocht op <strong>de</strong> vragen diewe hebben vermeld.We hopen dat u in uw zoektocht naar passen<strong>de</strong> antwoor<strong>de</strong>n gebruik kunt maken <strong>van</strong> onzebevindingen, en we wensen u daarbij veel succes.Paul <strong>van</strong> Alphen, Directeur Sterk in WerkBrian O’Donnell, Voorzitter EASPD6


Hoofdstuk 1Inleiding1.1 InleidingIn 2003 startte Sterk in Werk (een re-integratie- en jobcoaching<strong>org</strong>anisatie in Boxtel,Ne<strong>de</strong>rland) een internationaal project in “werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n voor mensenmet een verstan<strong>de</strong>lijke handicap”. Jaarlijkse follow-upstudies bij Sterk in Werk brachten aanhet licht dat ontbreken<strong>de</strong> toepasselijke sociale vaardighe<strong>de</strong>n <strong>de</strong> belangrijkste oorzaak zijn <strong>van</strong>uitsluiting uit <strong>de</strong> (betaal<strong>de</strong>) arbeidsmarkt. Het initiatief <strong>van</strong> Sterk in Werk werd on<strong>de</strong>rsteunddoor 8 Europese partners die hun ervaringen met Sterk in Werk <strong>de</strong>el<strong>de</strong>n, en die elk op hunmanier actief betrokken waren bij het opnieuw aan het werk krijgen <strong>van</strong> die doelgroep. Datinitiatief werd daarom snel omgezet in een concreet plan: het <strong>ATLAS</strong>-project (Assessment andTraining of LAbour related Social skills, evalueren en aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong>sociale vaardighe<strong>de</strong>n). Drie jaar lang zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> partners hun aandacht toespitsen op <strong>de</strong>ontwikkeling <strong>van</strong> een test-/trainingsprogramma dat afgestemd is op sociale vaardighe<strong>de</strong>n.1.2 WerkpakkettenEr werd besloten aandacht te beste<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> sectoren:1. Wat wordt bedoeld met (arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong>) sociale vaardighe<strong>de</strong>n?2. Welke sociale vaardighe<strong>de</strong>n achten werkgevers belangrijk om aan te leren?3. Welke instrumenten kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt om <strong>de</strong> graad te kennen waarin socialevaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n beheerst (nulmeting)?4. Welke metho<strong>de</strong>n zijn er beschikbaar om sociale vaardighe<strong>de</strong>n specifiek aan te leren?5. Het verzamelen <strong>van</strong> ervaring met betrekking tot test-/trainingsinstrumenten tij<strong>de</strong>ns eentestfase <strong>van</strong> één jaar.6. Verspreiding en valorisatie.7. Conclusies en aanbevelingen formuleren.7


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Wat wordt bedoeld met (werkgerelateer<strong>de</strong>) socialevaardighe<strong>de</strong>n?Na een inleiding door David Felce (Universiteit <strong>van</strong> Cardiff) besloot het partnerschap tot eenevaluatie <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n, gaan<strong>de</strong> <strong>van</strong>: “oogcontact makentij<strong>de</strong>ns het spreken met een collega tot “geschikte kleding dragen tij<strong>de</strong>ns het werk”. Nadat <strong>de</strong>evaluatie aan <strong>de</strong>skundigen in <strong>de</strong> diverse partnerlan<strong>de</strong>n was vo<strong>org</strong>esteld, wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> antwoor<strong>de</strong>nopgenomen in een <strong>de</strong>finitieve evaluatie <strong>van</strong> 62 vaardighe<strong>de</strong>n. Na een aanbeveling door RonaldHaccou (Fontys OSO, Hogeschool voor Toegepaste Wetenschappen) werd besloten niet langer<strong>de</strong> klemtoon te leggen op sociale vaardighe<strong>de</strong>n alleen, maar <strong>de</strong>ze uit te brei<strong>de</strong>n tot socialecompetenties.Sub 1. Wat werd bedoeld met competenties?Competentie is <strong>de</strong> capaciteit <strong>van</strong> een persoon om een bepaal<strong>de</strong> taak uit te voeren. Diecapaciteit kan beschreven wor<strong>de</strong>n als het product <strong>van</strong> <strong>de</strong> (on<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong>) kennis, ervaring,vaardighe<strong>de</strong>n en houding die zich voordoen in een zekere context en op een zeker moment(Weggeman).Door <strong>de</strong> aandacht naast vaardighe<strong>de</strong>n toe te spitsen op kennis, ervaring en <strong>de</strong> houding <strong>van</strong>cliënten of hun omgeving is er niet alleen sprake <strong>van</strong> een meer “holistische cliëntbena<strong>de</strong>ring”,maar wordt ook een beter beeld gegeven <strong>van</strong> <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> en <strong>org</strong>anisatie <strong>van</strong> een eventueeltrainingsprogramma.Sub 2. Welke sociale vaardighe<strong>de</strong>n achten werkgevers belangrijk om aan te leren?Nadat een overzicht was gemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competenties enbijhoren<strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n, voer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners enquêtes uit on<strong>de</strong>r werkgevers. Drierele<strong>van</strong>te sectoren wer<strong>de</strong>n bena<strong>de</strong>rd:<strong>de</strong> sector <strong>van</strong> <strong>de</strong> (lichte) industrie;<strong>de</strong> planning <strong>van</strong> open ruimten;. <strong>de</strong> dienstensector (catering/ schoonmaak).(Een opvolgenquête <strong>van</strong> Sterk in Werk in maart 2004 toon<strong>de</strong> aan dat meer dan 50 % <strong>van</strong> haarcliënten uitein<strong>de</strong>lijk in één <strong>van</strong> die sectoren werk vond.). vrije on<strong>de</strong>rnemingen;. beschutte tewerkstelling;. dagcentra.Daarnaast wer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>ze sectoren werkgevers bena<strong>de</strong>rd in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> segmenten:8


Hoofdstuk 1 - InleidingDe enquêtes resulteer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong> een lijst <strong>van</strong> “sociale sleutelvaardighe<strong>de</strong>n”(zie bijvoegsel 4), bijzon<strong>de</strong>r belangrijke vaardighe<strong>de</strong>n om aan te leren om met succes tekunnen <strong>de</strong>elnemen aan het arbeidsproces.Sub 3. Welke instrumenten kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt om <strong>de</strong> graad te kennen waarinsociale vaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n beheerst (nulmeting)?De volgen<strong>de</strong> fase in het project was <strong>de</strong> inventaris <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetinstrumenten die op <strong>de</strong> ene ofan<strong>de</strong>re manier <strong>de</strong> graad aangeven waarin <strong>de</strong> cliënten <strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n/competentiesbeheersen. Immers, pas nadat het startniveau bepaald is (nulmeting), kan <strong>de</strong> uitein<strong>de</strong>lijkeopleiding beginnen. De inventarisatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> meetinstrumenten gebeur<strong>de</strong> op twee manieren:1. <strong>de</strong> partners verzamel<strong>de</strong>n op basis <strong>van</strong> een informatierooster informatie over instrumentendie hen goed bekend waren (en gebruikt of niet gebruikt wer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie zelf);behalve <strong>de</strong> roosterinformatie probeer<strong>de</strong>n ze ook handleidingen, <strong>de</strong>moversies of an<strong>de</strong>rbijkomend materiaal <strong>van</strong> instrumenten te verzamelen;2. het bureauon<strong>de</strong>rzoek werd uitgevoerd door <strong>de</strong> Universiteit <strong>van</strong> Wales (wetenschappelijkepartner), eveneens om informatie te verzamelen.Aan<strong>van</strong>kelijk had<strong>de</strong>n ze <strong>de</strong> bedoeling het evaluatie-instrument te kiezen dat naar verwachtinghet best zou beantwoor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> verwachtingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners. Dat instrument zoudaaropvolgend tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfase gebruikt wor<strong>de</strong>n om het resultaat en <strong>de</strong> efficiëntiein <strong>de</strong> praktijk te testen. Toch was het kiezen <strong>van</strong> één instrument om diverse re<strong>de</strong>nen nietmogelijk. De meeste instrumenten waren slechts in één taal beschikbaar, wat ze voor velepartners ontoegankelijk maakte. <strong>ATLAS</strong> had niet <strong>de</strong> financiële mid<strong>de</strong>len om een volledigevaluatie-instrument te vertalen (en daarnaast waren er ook uitgevers die hun instrumenthad<strong>de</strong>n vertaald in het belang <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project). Er waren ook beperkingen op het vrijegebruik (licenties) <strong>van</strong> <strong>de</strong> instrumenten. Eén instrument mocht pas gebruikt wor<strong>de</strong>n, nadat <strong>de</strong>betrokken personen een specifieke cursus had<strong>de</strong>n gevolgd. Dat heeft <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners doenbesluiten om alle verzamel<strong>de</strong> instrumenten (8 in totaal) te integreren in <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>beslissingsboom(zie Bijvoegsel 6). Aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> specifieke vragen wordt inzichtverkregen in <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse instrumenten om tot een keuze te komen die is afgestemdop <strong>de</strong> persoonlijke no<strong>de</strong>n en op <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke <strong>org</strong>anisatie.Tot slot wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> punten in <strong>de</strong> diverse instrumenten vergeleken met <strong>de</strong> lijst <strong>van</strong> (62)vaardighe<strong>de</strong>n en (7) competenties, zoals <strong>ATLAS</strong> die uitein<strong>de</strong>lijk ontwikkel<strong>de</strong>. Op die manierblijkt9


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>dat het ene instrument meer inzicht geeft in <strong>de</strong> “communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n” <strong>van</strong> een cliënt,terwijl het an<strong>de</strong>re instrument <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een cliënt om “een partner in een team” tewor<strong>de</strong>n op een positieve of niet zo positieve manier verhel<strong>de</strong>rt. Omwille <strong>van</strong> <strong>de</strong> keuze <strong>van</strong> eenop competenties gebaseer<strong>de</strong> aanpak kreeg <strong>de</strong> groep <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project te maken met eenaantal op competenties gebaseer<strong>de</strong> instrumenten (STARR, <strong>de</strong> portfolio, SMART, “Profiel <strong>van</strong><strong>de</strong> werkplaats” en “Persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning”) (zie Hoofdstuk 6).Sub 4. Welke metho<strong>de</strong>n zijn er beschikbaar om sociale vaardighe<strong>de</strong>n specifiekaan te leren?Na 18 maan<strong>de</strong>n werd het theoretische raamwerk <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project vastgelegd, en werd <strong>de</strong>verzamel<strong>de</strong> informatie samengevat in het handboek dat in <strong>de</strong> testfase <strong>van</strong> één jaar dien<strong>de</strong> alsrichtsnoer. Gelijktijdig met <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfase werd een inventaris opgemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong>opleidingsmethodologieën. De metho<strong>de</strong> was <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> als voor <strong>de</strong> inventaris <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatieinstrumenten:1. <strong>de</strong> partners verzamel<strong>de</strong>n informatie over opleidingsmethodologieën (die ze goed ken<strong>de</strong>n ofgebruikten);2. <strong>de</strong> wetenschappelijke partner Fontys OSO verrichte het bureauon<strong>de</strong>rzoek.Sub 5. Het verzamelen <strong>van</strong> ervaring met betrekking tot test-/aanleerinstrumenten tij<strong>de</strong>nseen testfase <strong>van</strong> één jaar.Vóór <strong>de</strong> aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> <strong>de</strong> testfase werd overeengekomen dat <strong>de</strong> partners minstens 10 cliënten in<strong>de</strong> praktijk zou<strong>de</strong>n testen met het verzamel<strong>de</strong> test- en trainingsmateriaal (waar<strong>van</strong> sprake in het<strong>ATLAS</strong>-handboek). De bedoeling was een beter antwoord te vin<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> vraag “Dragen <strong>de</strong>verzamel<strong>de</strong> instrumenten en methodologieën op positieve wijze bij tot <strong>de</strong>ontwikkelingsmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> cliënten en tot hun kansen om een baan te vin<strong>de</strong>n en tebehou<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt / in begelei<strong>de</strong> werkvoorziening? Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> testfase wer<strong>de</strong>nvoor <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke cliënten logboeken bijgehou<strong>de</strong>n. Halverwege <strong>de</strong> testfase wer<strong>de</strong>nconclusies en aanbevelingen verzameld op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatieformulieren die uitge<strong>de</strong>eldwaren. Die wer<strong>de</strong>n op een aparte projectverga<strong>de</strong>ring in Roemenië besproken met trainers uit <strong>de</strong>diverse partner<strong>org</strong>anisaties. De trainers zetten in hun eigen <strong>org</strong>anisatie <strong>de</strong> testfase voort,on<strong>de</strong>rsteund met i<strong>de</strong>eën en opmerkingen. Na <strong>de</strong> testfase wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> ervaringen, conclusies enaanbevelingen verzameld.Sub 6. Verspreiding en valorisatie.Brussel was tevre<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> 9 partners hun krachten met groot enthousiasme had<strong>de</strong>n10


Hoofdstuk 1 - Inleidinggebun<strong>de</strong>ld in een poging om <strong>de</strong> trainingsprogramma’s voor personen met een handicap op tevoeren. Uitein<strong>de</strong>lijk was dat niet genoeg om een goe<strong>de</strong> slotevaluatie te maken. Vanverspreidings- en valorisatieactiviteiten werd verwacht dat ze <strong>de</strong> aandacht zou<strong>de</strong>n trekken <strong>van</strong>een breed publiek voor zowel het project als <strong>de</strong> eindresultaten. An<strong>de</strong>re <strong>org</strong>anisaties zullen <strong>de</strong>aanbevelingen in hun werkmetho<strong>de</strong>n overnemen. Naast publicaties in diverse bla<strong>de</strong>n entijdschriften hiel<strong>de</strong>n <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners lezingen en presentaties voor bre<strong>de</strong>republieksgroepen (trainers, jobcoaches, leerkrachten, schooldirecteuren, enz.). <strong>ATLAS</strong> nam<strong>de</strong>el aan diverse nationale en internationale conferenties. De website <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>(<strong>www</strong>.<strong>projectatlas</strong>.<strong>org</strong>) biedt informatie over het project aan mensen die belangstellinghebben, en garan<strong>de</strong>ert dat <strong>de</strong>ze informatie bijgewerkt blijft. Sterk in Werk heeft beloofd datminstens te doen tot 2009. Tij<strong>de</strong>ns regionale “seminars” hebben <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners hunervaringen ge<strong>de</strong>eld met collega’s op het terrein <strong>van</strong> <strong>de</strong> reïntegratie, en gesproken overcoördinatie en implementatie. De aanbevelingen <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong> zijn zodoen<strong>de</strong> reeds omgezet ineffectieve activiteiten in diverse <strong>org</strong>anisaties.Sub 7. Conclusies en aanbevelingen formuleren.Met <strong>de</strong> beëindiging <strong>van</strong> <strong>de</strong> testfase na<strong>de</strong>r<strong>de</strong> het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> het project, en daardoor kon <strong>de</strong>aandacht wor<strong>de</strong>n gericht op <strong>de</strong> eindproducten. Aan<strong>van</strong>kelijk bestond het i<strong>de</strong>e om een cd-romuit te geven, maar dat i<strong>de</strong>e veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> gaan<strong>de</strong>weg in <strong>de</strong> uitgave <strong>van</strong> een <strong>ATLAS</strong>-boek (in <strong>de</strong>Engelse taal). Daarnaast werd ervoor geopteerd om het boek te vertalen in <strong>de</strong> talen <strong>van</strong> <strong>de</strong><strong>ATLAS</strong>-partnerlan<strong>de</strong>n (Duitsland, Griekenland, Ne<strong>de</strong>rland en Roemenië), en al dievertalingen te plaatsen op <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-website (<strong>www</strong>.<strong>projectatlas</strong>.<strong>org</strong>). Zo zal het project nietalleen een interactief karakter krijgen, maar ook lange tijd bijgewerkt blijven. De <strong>ATLAS</strong>partnershopen dat zowel het <strong>ATLAS</strong>-boek als <strong>de</strong> website lezers/bezoekers zullen aanzettenhun opinies of reacties bekend te maken, die daaropvolgend zullen kunnen wor<strong>de</strong>n ge<strong>de</strong>eldmet een bre<strong>de</strong>r publiek.1.3 Beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelgroepIn <strong>de</strong> toepassingsvorm <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project werd <strong>de</strong> doelgroep omschreven als volgt:“Onze doelgroep bestaat uit mensen die geen toegang hebben tot hoger on<strong>de</strong>rwijs of eenhogere opleiding omwille <strong>van</strong> een verstan<strong>de</strong>lijke handicap. Die doelgroep on<strong>de</strong>rvindtspecifieke problemen bij het zoeken en behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> werk omwille <strong>van</strong> het gebrek aanvaardighe<strong>de</strong>n en aan sociale vaardighe<strong>de</strong>n in het bijzon<strong>de</strong>r. De le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelgroep wor<strong>de</strong>nvoorbereid op banen in <strong>de</strong> open arbeidsmarkt, en ook in beschutte werkplaatsen of opactiviteiten in een dagcentrum. Het project beoogt (in zijn slotaanbevelingen) ook allepersonen11


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>die omwille <strong>van</strong> geringe scholing moeilijkhe<strong>de</strong>n hebben om hun baan te behou<strong>de</strong>n. Dat komtvaak tot uiting door een gebrek aan vermogen om te interageren en zich te verplaatsen in eenwerkomgeving”.De beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelgroep <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project slaat niet alleen op het bestaan <strong>van</strong>een verstan<strong>de</strong>lijke handicap, maar ook op <strong>de</strong> voorbereiding voor <strong>de</strong> arbeidsmarkt omwille <strong>van</strong>het gebrek aan sociale vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelgroep. Tewerkstelling betekentin dit project gewone werkgelegenheid, beschutte tewerkstelling en beschut werk. Deon<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> kenmerken zijn in dit verband belangrijk:Gewone werkgelegenheid en begeleid werken (ookon<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> werkgelegenheid)Beschutte tewerkstelling:Beschut werk en beroepsrehabilitatie:Effectief loon in een gewone omgeving met ofzon<strong>de</strong>r bijkomen<strong>de</strong> begeleidingEffectief loon in een beschutte omgevingGeen loon in een beschutte omgeving of opleidingvoor tewerkstelling of werkHoewel we er ons <strong>van</strong> bewust zijn dat <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> een doelgroep ten <strong>de</strong>le afhankelijkis <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitie <strong>van</strong> die groep in <strong>de</strong> diverse lan<strong>de</strong>n en instellingen <strong>van</strong> onze partners, willenwe toch een poging on<strong>de</strong>rnemen om <strong>de</strong> doelgroep <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong>r tebeschrijven.We hebben <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>ling geï<strong>de</strong>ntificeerd:• algemene intelligentie;• sociale en emotionele prestaties;• achtergrond, omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt;• kennisniveau;• fysieke factor.We moeten hier opmerken dat in <strong>de</strong> praktijk verstan<strong>de</strong>lijke handicaps en beperkingen ofstoornissen <strong>van</strong> totaal verschillen<strong>de</strong> soorten (fysiek, psychologisch, sociaal, emotioneel,enzovoort) vaak samengaan.Algemene intelligentieHet cognitieve vermogen, dat gemeten wordt met een IQ-test, blijkt nog steeds een goe<strong>de</strong>predictor te zijn voor <strong>de</strong> slaagkansen op school. In intelligentietesten zien we scores dieon<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld zijn in verbale12


Hoofdstuk 1 - Inleidingen non-verbale IQ-scores. De doelgroep <strong>van</strong> ons project presteert on<strong>de</strong>r het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, enbehoort daarom tot <strong>de</strong> groep <strong>van</strong> personen met een lichte handicap, met een IQ-score tussen50 en 85, of zelfs min<strong>de</strong>r dan 50. We weten dat lage intelligentieniveaus gecompenseerdkunnen wor<strong>de</strong>n door positieve sociale factoren. We weten ook dat hoge intelligentieniveausgehin<strong>de</strong>rd kunnen wor<strong>de</strong>n door gedragsstoornissen. Cliënten met een lage IQ-score zijn vaakre<strong>de</strong>lijk goe<strong>de</strong> leerlingen (kennis en vaardighe<strong>de</strong>n). Experimenten die het leerpotentieel <strong>van</strong>leerlingen en cliënten bepalen in plaats <strong>van</strong> een IQ-test, kunnen in <strong>de</strong> toekomst mogelijk <strong>de</strong>aandacht toespitsen op het prestatieaspect <strong>van</strong> onze doelgroep.Sociaal-emotionele prestatiesHet is belangrijk te achterhalen hoe <strong>de</strong> cliënten zichzelf zien, en hoe ze presteren in <strong>de</strong>samenleving. Zijn ze gemotiveerd, hebben ze een realistisch zelfbeeld? Zijn ze assertief ensociaal on<strong>de</strong>rlegd? Hebben ze voldoen<strong>de</strong> praktische sociale vaardighe<strong>de</strong>n om op eenleeftijdgerelateer<strong>de</strong> manier te presteren in <strong>de</strong> samenleving? Cliënten mogen geen gevaar zijnvoor <strong>de</strong> samenleving en voor zichzelf. Er moet een soort communicatie of contact zijn.Controleren in welke mate een vastgestel<strong>de</strong> gedragsstoornis <strong>de</strong> voorbereiding op werk in <strong>de</strong>open arbeidsmarkt zal beperken, is nodig. De sociale en emotionele problemen <strong>van</strong> <strong>de</strong>zecliënten lei<strong>de</strong>n vaak tot verinnerlijkte problemen (vrees, stress, <strong>de</strong>pressie) of tot veruiterlijktegedragsproblemen (agressie, “acting-out” en <strong>de</strong>linquent gedrag). Fundamentele relationelestoornissen, een gevoel <strong>van</strong> onveiligheid en emotionele stoornissen (soms toe te schrijven aanverwaarlozing of trauma) komen vaak voor. Hen uitleg geven en informeren en/ofz<strong>org</strong>verstrekkers of leerkrachten/trainers erbij betrekken, wanneer <strong>de</strong> cliënten nog schoollopen, houdt hen gemotiveerd. Vaak hebben ze hulp nodig om op zichzelf te letten. Decliënten hebben in dat opzicht ver<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>rsteuning nodig.Achtergrond, milieu en omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliëntDeze factor (gezin en omgeving) mag cliënten niet tegenhou<strong>de</strong>n om een baan te vin<strong>de</strong>n. De(cultureel en subcultureel bepaal<strong>de</strong>) achtergrond <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt kan ten <strong>de</strong>le bepalen of hij zijnpotentieel zal waarmaken. Van opvoe<strong>de</strong>rs wordt verwacht dat ze qua plaatsing, training enbehoud <strong>van</strong> <strong>de</strong> baan voldoen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning bie<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> cliënten. Hier moeten we <strong>de</strong>nkenaan culturele en subculturele gewoonten die zich toespitsen op <strong>de</strong> werkomgeving. Maar wekunnen ook <strong>de</strong>nken aan <strong>de</strong> aanvaarding <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n en onmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> hunkind door <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs. Sociale, financiële en/of praktische persoonlijke problemen (thuis), dietoe te schrijven zijn aan mentale en/of sociale stoornissen die <strong>de</strong> werkprestaties dreigen13


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>te beperken, komen vaker voor. Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> negatieve sociale omgevingsfactoren zijnbijvoorbeeld:systematische gezinsproblemen;verwaarlozing;sociaal en emotioneel uitdagen<strong>de</strong> omgeving;. culturele aspecten, bijvoorbeeld “achtergestel<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n”.KennisniveauHet kennisniveau betreft <strong>de</strong> kennis en vaardighe<strong>de</strong>n die cliënten hebben verworven tij<strong>de</strong>ns hun(school)loopbaan. De kennis die ze al verworven hebben op het vlak <strong>van</strong> instrumentelevaardighe<strong>de</strong>n (lezen, taal, rekenen) en ook op het vlak <strong>van</strong> praktische vaardighe<strong>de</strong>n (geldtellen en <strong>de</strong> klok lezen) zijn belangrijk voor een succesvol sociaal leven.Fysieke factorDeze factor is belangrijk bij het vaststellen <strong>van</strong> <strong>de</strong> fysieke conditie <strong>van</strong> cliënten. Ze mag <strong>de</strong>voorbereiding op werk in <strong>de</strong> open arbeidsmarkt niet beperken. Kunnen ze zware fysieke takenuitvoeren? Hebben ze voldoen<strong>de</strong> uithoudingsvermogen? Hoe staat het met hun fijne en ruwemotorische vaardighe<strong>de</strong>n? En hoe staat het met hun lichaamsverz<strong>org</strong>ing? Als er geendui<strong>de</strong>lijke fysieke beperkingen zijn, is <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> afwezigheid <strong>van</strong> werknemers met eenverstan<strong>de</strong>lijke handicap vergelijkbaar met die <strong>van</strong> <strong>de</strong> collega’s zon<strong>de</strong>r verstan<strong>de</strong>lijke handicap.Maar als er dui<strong>de</strong>lijke fysieke beperkingen zijn, kan het absenteïsme toenemen. Karakteristiekis dat zij min<strong>de</strong>r a<strong>de</strong>quaat omgaan met absenteïsme. Soms nemen ze te gemakkelijk een dagvrijaf, soms werken ze te veel uren.Op <strong>de</strong> werkvloerHier en daar duiken er op <strong>de</strong> werkvloer vaker relatief kleine en/of onverwachte problemen op.De jobcoach kan <strong>de</strong>ze vaak snel oplossen. Kleine problemen kunnen gemakkelijk escaleren,als die begeleiding niet in voldoen<strong>de</strong> mate aanwezig is. Voorzichtigheid is hier gebo<strong>de</strong>n.Jonge werknemers met een handicap hebben <strong>de</strong> neiging hun collega’s vaker af te lei<strong>de</strong>n doorte kletsen, vragen te stellen of abnormaal gedrag te vertonen. Het contact met collega’s buiten<strong>de</strong> werkuren is in grote mate buiten verhouding, doch het vaakst on<strong>de</strong>rmaats. Ze wor<strong>de</strong>ngeconfronteerd met sociale afzon<strong>de</strong>ring, en dat is vaak het voorwerp <strong>van</strong> <strong>de</strong> aandacht. Daaromwordt <strong>de</strong> omgang met sociale contactpersonen op het werk geregeld besproken. De sociale enprofessionele omgang met klanten en/of cliënten <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgever krijgt ook aandacht.Uitein<strong>de</strong>lijk verlopen die contacten volgens plan. De kwaliteit <strong>van</strong> het werk is vergelijkbaarmet die <strong>van</strong> het werk <strong>van</strong> collega’s zon<strong>de</strong>r handicap,14


Hoofdstuk 1 - Inleidingmaar <strong>de</strong> kwantiteit blijft (zeer vaak) achterop. Werknemers met een verstan<strong>de</strong>lijke handicapzijn gemakkelijker af te lei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> hun werk en missen flexibiliteit. Daarom zijnkwaliteitscontrole en tempo belangrijk en moet het “aan <strong>de</strong> slag” gaan wor<strong>de</strong>n aangemoedigd.De opzichter moet leren dat te accepteren. Directe collega’s vin<strong>de</strong>n het vaak ook min of meermoeilijk om hiermee om te gaan. Werkzoeken<strong>de</strong>n / onze cliënten hebben het vaak moeilijk omzich te herinneren wat ze hebben geleerd, en hoe ze dat moeten toepassen in analoge situatiesof gelijkaardige taken. Omwille <strong>van</strong> dat beperkte overdrachtsvermogen is <strong>de</strong> preventieveaanwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> jobcoach nodig om (volgens <strong>de</strong> algemene normen) kleine doch zeker ooknormale wijzigingen aan <strong>de</strong> vastlegging <strong>van</strong> taken en werkprestaties tijdig te regelen. Debeperkingen <strong>van</strong> personen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap uiten zich door een beperkt aantalgedragsmogelijkhe<strong>de</strong>n. Hun aantal gedragsmogelijkhe<strong>de</strong>n om problemen op te lossen isbeperkt. Daardoor kunnen ze overbelast raken, waardoor ze met onoplosbare problemenkomen te zitten. Eén <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevolgen kan zijn dat hun gedrag eer<strong>de</strong>r strak wordt, omdatpersonen met een lichte geestelijke handicap terugvallen op hun beperkte gedragsrepertoriummet steeds <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gedragsmogelijkhe<strong>de</strong>n. Een verstan<strong>de</strong>lijke beperking beperkt niet alleenhet begrip <strong>van</strong> <strong>de</strong> omgeving en <strong>de</strong> prestaties <strong>van</strong> <strong>de</strong> toebe<strong>de</strong>el<strong>de</strong> taken qua(minimumloon)kwaliteits- en kwantiteitsniveau, maar ook <strong>de</strong> interactie met an<strong>de</strong>ren. Dat is <strong>de</strong>re<strong>de</strong>n waarom werkgevers tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> opleiding <strong>van</strong> hun werknemers met een handicap ookprofessionele begeleiding en advies vragen.Als redacteuren wensen wij <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> personen te danken voor hun bijdragen aan <strong>de</strong>diverse hoofdstukken: David Felce, Jonathan Perry, Johannes Ungar, Peter Canning, Ria <strong>van</strong>Dinteren, Simone <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Vel<strong>de</strong>, Luk Zel<strong>de</strong>rloo, Jelle Reynaert en Veronique Cayers.Tot slot gaat onze dank uit naar <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> personen voor hun on<strong>de</strong>rsteuning bij hetschrijven <strong>van</strong> dit boek: Doreen Admiraal, Cathy McDermot, Margarita Eframidou, Sheila Gill,Natacha Glautier, Eva Györki Toth, Willem Klok, Angelos Koutoumanos, JudyMorsa,Angelika Ronge, Vera Sokol, Jos Sterckx.En naar alle an<strong>de</strong>ren die ons in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> het project hebben gesteund!15


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Voorstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliëntDe cliënt die we willen voorstellen, is een Tiroolse jongen <strong>van</strong> 18, en om hem anoniemte hou<strong>de</strong>n noemen we hem Eric. Eric woont thuis bij zijn moe<strong>de</strong>r, twee broers of zustersen <strong>de</strong> echtgenoot <strong>van</strong> zijn moe<strong>de</strong>r.Hij is met lage kwalificaties weggebleven uit school. Als diagnose werd bij hem eenslecht aangepast gedragspatroon vastgesteld, en daarom heeft hij on<strong>de</strong>r ambulantepsychiatrische behan<strong>de</strong>ling gestaan. Nadat hij weggebleven was uit <strong>de</strong> laatste klas <strong>van</strong>het lager mid<strong>de</strong>lbaar on<strong>de</strong>rwijs, volg<strong>de</strong> hij bij een instelling voor volwassenenon<strong>de</strong>rwijseen beroepsopleidingsprogramma met diverse proefbanen voor adolescenten. Telkensopnieuw liepen die af op mislukkingen en teleurstellingen.16


Hoofdstuk 2Evalueren en aanleren <strong>van</strong>arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong>sociale vaardighe<strong>de</strong>n:plaatsing <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project in zijncontext2.1 Beleid in <strong>de</strong> Europese UnieDe laatste jaren zien we een groeien<strong>de</strong> inzet om het volwaardige burgerschap, sociaalwaar<strong>de</strong>volle rollen, positieve sociale status en sociale inclusie voor personen met een handicapte waarb<strong>org</strong>en. Gelijkheid <strong>van</strong> kansen is <strong>de</strong> doelstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> langetermijnstrategie <strong>van</strong> hetEuropese beleid op het vlak <strong>van</strong> personen met een handicap, en die strategie is gericht op hetgeven <strong>van</strong> het recht op waardigheid, gelijke behan<strong>de</strong>ling, zelfstandig leven en <strong>de</strong>elname aan<strong>de</strong> samenleving (Commissie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese Gemeenschappen, 2005a) aan mensen met eenhandicap. De Europese Unie streeft naar samenlevingen die open en toegankelijk zijn voorie<strong>de</strong>reen, en waarin belemmeringen voor kansen en realisaties wor<strong>de</strong>n weggenomen. DeEuropese Werkgelegenheidsstrategie (EWS) is in het bijzon<strong>de</strong>r begaan met <strong>de</strong> opvoering <strong>van</strong><strong>de</strong> maatschappelijke insluiting <strong>van</strong> bena<strong>de</strong>el<strong>de</strong> mensen door het bevor<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerwegennaar open tewerkstelling. Hierbij is zij erop gebrand belemmeringen voor <strong>de</strong> werkvoorzieningvoor personen met een handicap te i<strong>de</strong>ntificeren en uit <strong>de</strong> weg te ruimen.De hoofdthema’s <strong>van</strong> <strong>de</strong> herziene werkgelegenheidsstrategie <strong>van</strong> Lissabon zijn het aantrekkenen behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> meer mensen in een baan, het verhogen <strong>van</strong> het personeelsaanbod en hetmo<strong>de</strong>rniseren <strong>van</strong> sociale beschermingsystemen. Het verhogen <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgelegenheid en <strong>de</strong>activiteitspercentages <strong>van</strong> mensen met een handicap blijven een prioriteit. Hetdiscussiedocument <strong>van</strong> <strong>de</strong> Commissie betreffen<strong>de</strong> personen met een handicap, dat <strong>de</strong>hoofdtrend aangeeft <strong>van</strong> het EWS, biedt een waar<strong>de</strong>volle leidraad voor <strong>de</strong> integratie <strong>van</strong>personen met een handicap in <strong>de</strong> open arbeidsmarkt (Commissie <strong>van</strong> <strong>de</strong> EuropeseGemeenschappen, 2005b). De evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste vijf jaar <strong>van</strong> <strong>de</strong> EWS heeft aangetoonddat door <strong>de</strong> EWS actieve maatregelen en antidiscriminatiebeleidsregels gestimuleerd zijn,maar dat die qua impact op <strong>de</strong> situatie <strong>van</strong> bena<strong>de</strong>el<strong>de</strong> personen op <strong>de</strong> arbeidsmarkt nietdoorslaggevend zijn geweest. Er is constant nood geweest aan omvatten<strong>de</strong> en op maatgesne<strong>de</strong>n maatregelen om het werkgelegenheidstekort te vermin<strong>de</strong>ren, waarbij17


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>zowel <strong>de</strong> aanbod- als <strong>de</strong> vraagzij<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> arbeidsmarkt betrokken wer<strong>de</strong>n. Het ontwikkelen<strong>van</strong> efficiënte technologieën om mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap op te lei<strong>de</strong>n en teon<strong>de</strong>rsteunen om open tewerkstelling te verkrijgen en te behou<strong>de</strong>n zou bijdragen aan <strong>de</strong>bestaan<strong>de</strong> mechanismen aan <strong>de</strong> aanbodzij<strong>de</strong>.Het beleid is gebaseerd op <strong>de</strong> erkenning dat werk niet alleen een vorm <strong>van</strong> constructievebezigheid is die intrinsiek belangrijk is voor personen, maar ook het mid<strong>de</strong>l is waardoorburgers economisch bijdragen aan hun buurten, gemeenten en lan<strong>de</strong>n. Samenlevingenwaar<strong>de</strong>ren werknemers, ze kennen een maatschappelijke status toe aan wie een baan heeft.Werk draagt bij tot <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rlinge verbon<strong>de</strong>nheid <strong>van</strong> een gemeenschap. De omgeving waarinje werkt, is na het gezin en <strong>de</strong> familiale omgeving <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> belangrijkste omgeving voor hetontwikkelen <strong>van</strong> sociale relaties. Mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap on<strong>de</strong>rsteunen ombetaald werk te vin<strong>de</strong>n en te behou<strong>de</strong>n is daarom een kerntaak met betrekking tot <strong>de</strong> status enmaatschappelijke insluiting die verbon<strong>de</strong>n zijn aan het burgerschap.De erkenning dat werken vaak een sociale activiteit is, is belangrijk om <strong>de</strong> dynamiek <strong>van</strong> <strong>de</strong>werkplek te begrijpen. De relaties die in en rond <strong>de</strong> werkplek ontstaan, zijn niet alleenafhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> culturele context en het evenwicht <strong>van</strong> kansen voor werk- en nietwerkgerelateer<strong>de</strong>sociale interactie, maar ook <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competenties, ervaring enbelangen <strong>van</strong> het personeel. Mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke beperking wor<strong>de</strong>n do<strong>org</strong>aansbena<strong>de</strong>eld in het begrijpen <strong>van</strong> en meedoen aan <strong>de</strong> steeds wijzigen<strong>de</strong> sociale transacties <strong>van</strong> <strong>de</strong>werkplek door een slechte beheersing <strong>van</strong> <strong>de</strong> taal, beperkte sociale vaardighe<strong>de</strong>n en gebrekaan ervaring met geïntegreer<strong>de</strong> omgevingen. Alle na<strong>de</strong>len waarmee mensen met eenverstan<strong>de</strong>lijke handicap geconfronteerd kunnen wor<strong>de</strong>n omwille <strong>van</strong> hun eigen beperkingen,wor<strong>de</strong>n karakteristiek verergerd door <strong>de</strong> beperkingen <strong>van</strong> collega’s zon<strong>de</strong>r handicap.Negatieve of bevooroor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> perspectieven en een gebrek aan ongedwongenheid in <strong>de</strong>sociale interactie kan veroorzaakt wor<strong>de</strong>n door een gebrek <strong>van</strong> <strong>de</strong> collega aan eer<strong>de</strong>r contactmet personen met een handicap, door hun gebrek aan vertrouwen of ervaring in het aanpassen<strong>van</strong> hun communicatie of door ongegron<strong>de</strong> vrees voor of veron<strong>de</strong>rstellingen over mensen meteen verstan<strong>de</strong>lijke handicap. On<strong>de</strong>rzoeken die uitgevoerd zijn naar <strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen waarommensen met een handicap hun baan verliezen, hebben zon<strong>de</strong>r te verrassen aangetoond datsociale factoren even belangrijk zijn als een<strong>de</strong>r welke handicap voor <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong>werktaken (Ford et al., 1984; Greenspan & Shoultz, 1981; Hanley-Maxwell et al., 1986;Wehman et al., 1987). Het <strong>ATLAS</strong>-project streeft ernaar het vermogen te verhogen <strong>van</strong>instellingen die personen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap on<strong>de</strong>rsteunen, om hun socialecompetentie op <strong>de</strong> werkplek te ontwikkelen, en dat moet één <strong>van</strong> <strong>de</strong> bijdragen vormen tot <strong>de</strong>opruiming <strong>van</strong> <strong>de</strong> belemmeringen voor volledige werkgelegenheid voor ie<strong>de</strong>reen.18


Hoofdstuk 2: Evalueren en aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n2.2 Metho<strong>de</strong>n voor tewerkstelling <strong>van</strong> personen met eenverstan<strong>de</strong>lijke handicapEr bestaan twee grote metho<strong>de</strong>n om mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap te on<strong>de</strong>rsteunenom op een succesvolle manier tewerkgesteld te wor<strong>de</strong>n. De meer traditionele metho<strong>de</strong> is doorvoorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> training die mensen moet uitrusten met vaardighe<strong>de</strong>n die nodig zijn om aan <strong>de</strong>slag te kunnen. Hoewel <strong>de</strong>ze vorm <strong>van</strong> “vaardigheidstraining”/”klaarstoomtraining” waar<strong>de</strong>volkan zijn, is het toch moeilijk om <strong>de</strong> opleiding op maat te maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> precieze competentiesdie gevraagd wor<strong>de</strong>n voor één bepaal<strong>de</strong> job, alleen al door <strong>de</strong> grote verschei<strong>de</strong>nheid aan jobsdie er bestaan voor starters. Meer nog, het is het vaak moeilijk om <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> eenspecifieke werkplaats, die die attitu<strong>de</strong>s, motivatie en arbeidsdiscipline <strong>van</strong> een productievewerknemer vorm geven, te kopiëren. Werknemers met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap hebben metan<strong>de</strong>re werknemers gemeen dat ze hun werk en hoe ze een goe<strong>de</strong> werknemer moeten zijn op<strong>de</strong> werkvloer moeten leren. Maar an<strong>de</strong>rs dan an<strong>de</strong>re werknemers hebben personen met eenverstan<strong>de</strong>lijke handicap meer moeilijkhe<strong>de</strong>n met het veralgemenen of het toepassen <strong>van</strong>vaardighe<strong>de</strong>n die ze bezitten, naar nieuwe situaties of an<strong>de</strong>re competenties.Een twee<strong>de</strong>, eer<strong>de</strong>r recente bena<strong>de</strong>ring om mensen met een handicap te on<strong>de</strong>rsteunen bij hetvin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een baan heeft om bovengenoem<strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen <strong>de</strong> focus verlegd <strong>van</strong> voorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong>training naar training op <strong>de</strong> werkvloer. Het generaliseren <strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n heeft hier ietsmin<strong>de</strong>r belang, omdat <strong>de</strong> persoon enkel die vaardighe<strong>de</strong>n leert die <strong>van</strong> belang zijn op diewerkplek. Deze metho<strong>de</strong> is bekend gewor<strong>de</strong>n als “begeleid werk” (“supported employment”).On<strong>de</strong>rsteuning is beschikbaar om werkplekspecifieke vaardighe<strong>de</strong>n aan te leren, zodra <strong>de</strong>persoon een baan heeft. Die on<strong>de</strong>rsteuning wordt dan op een gefaseer<strong>de</strong> manier uitgedoofd,naarmate <strong>de</strong> persoon zelfstandiger wordt in <strong>de</strong> taken die hij/zij moet uitvoeren. Consequentmet wat voorafgaat moet bij zelfstandigheid in een baan rekening wor<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong>sociale competentie en ook met het vermogen om <strong>de</strong> nodige opdrachten <strong>van</strong> die baan uit tevoeren.2.3 Begeleid werk (“Supported Employment”) (zieBeyer et al., 2004)Begeleid werk wordt ge<strong>de</strong>finieerd als betaal<strong>de</strong>, open tewerkstelling voor mensen met eenverstan<strong>de</strong>lijke (of an<strong>de</strong>re) handicap: (a) tegen het minimumloon of daarboven, (b) in diewerkplaatsen waar ook mensen zon<strong>de</strong>r handicap in dienst zijn, en (c) waar <strong>de</strong> persoonon<strong>de</strong>rsteund wordt waar nodig om zijn/haar job te behou<strong>de</strong>n. Die <strong>de</strong>finitie beklemtoont dat hetin principe om een “echte” baan moet gaan, in een “echte” werkplaats, en niet in eenvoorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> beroepsopleiding of een beschutte werkplaats, in ruil voor een “echt” loon.Met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n: begeleid werk z<strong>org</strong>t ervoor dat mensen on<strong>de</strong>rsteund wor<strong>de</strong>n omrechtstreeks met het echte beroepsleven kennis te maken in al zijn facetten. De on<strong>de</strong>rsteuningdie nodig zal zijn, zal <strong>van</strong> korte, mid<strong>de</strong>llange of lange termijn zijn. Die on<strong>de</strong>rsteuning kan uittraining bestaan, werkbegeleiding,19


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>hulpmid<strong>de</strong>len en aanpassingen in of aan <strong>de</strong> werkplek en an<strong>de</strong>re mechanismen die een goe<strong>de</strong>uitvoering <strong>van</strong> <strong>de</strong> zaken en bijhoren<strong>de</strong> sociale conventies verzekeren. Begeleid werk kangebruikt wor<strong>de</strong>n voor een<strong>de</strong>r wie die on<strong>de</strong>rsteuning nodig heeft om een baan te vin<strong>de</strong>n en tehou<strong>de</strong>n: mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap, een lichamelijke of neurologische beperkingof aandoening of problemen met <strong>de</strong> geestelijke gezondheid.Klemtoon op “echte” baan. Een “echte” baan verwijst naar een<strong>de</strong>r welke productieve taakvoor <strong>de</strong> uitvoering waar<strong>van</strong> werkgevers bereid zijn mensen te betalen. Productiviteit isbelangrijk, en daarom wor<strong>de</strong>n die taken uitgevoerd door een groep personeelsle<strong>de</strong>n metdiverse talenten en vaardighe<strong>de</strong>n, wier competenties zijn bijgeschaafd door personen metervaring in het werk. Een “echte” baan wordt zo ge<strong>org</strong>aniseerd dat ze een ganse werkdag inbeslag neemt; werkgevers willen werknemers zo lang, zo hard en zo efficiënt mogelijk zienwerken. Aangezien het werk waar<strong>de</strong>vol is, wor<strong>de</strong>n “echte” werknemers betaald voor het werkdat ze verrichten. Het werk uitgevoerd volgens <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> het “begelei<strong>de</strong> werk” mag hierin wezen niets <strong>van</strong> verschillen.Klemtoon op “echte” taken. Een “echte” taak verwijst naar werk dat zou gedaan wor<strong>de</strong>n dooreen personeelslid zon<strong>de</strong>r handicap, als het niet gedaan werd door een werknemer met eenhandicap, en op <strong>de</strong> manier waarop een geschool<strong>de</strong> werknemer dat zou doen. Dat sluit hetcreëren <strong>van</strong> banen puur omwille <strong>van</strong> het tewerkstellen <strong>van</strong> iemand uit, en ook het werken opeen oubollige manier die niet-karakteristiek is voor onze he<strong>de</strong>ndaagse economie. Maar het sluitgeen herver<strong>de</strong>ling of herstructurering <strong>van</strong> bestaan<strong>de</strong> taken uit die normaal door een aantalwerknemers gedaan wor<strong>de</strong>n om meer on<strong>de</strong>rscheid tussen <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> taken te scheppen.Eenvoudige <strong>de</strong>eltaken <strong>van</strong> <strong>de</strong> taken <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren wor<strong>de</strong>n gegroepeerd om tenminste ééneenvoudige doch waar<strong>de</strong>volle job te vormen, terwijl <strong>de</strong> elementen <strong>van</strong> het werk die meerervaring of vaardigheid vereisen, het domein wor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het vaardiger en meer ervarenpersoneel. Deze herver<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> jobs wordt ook vaak “jobcarving” genoemd. Het kan gebruiktwor<strong>de</strong>n om een job te vin<strong>de</strong>n die beter aansluit bij <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> competenties <strong>van</strong> eenpersoneelslid met een beperking dan gelijk welke an<strong>de</strong>re job die op dat ogenblik op diewerkplek beschikbaar was.Klemtoon op “echte” werkplek. Een “echte” werkplek is een werkomgeving die typisch isvoor <strong>de</strong> rest <strong>van</strong> <strong>de</strong> beroepspopulatie. Echte werkplekken moeten productief zijn; ze hebbengeen maatschappelijke functie als primaire doelstelling. Een werkplek die sociaal inclusief is,heeft een percentage personen met een handicap dat ongeveer gelijk is aan het percentagemensen met een handicap in <strong>de</strong> algemene populatie (ongeveer 1 op 8).Klemtoon op “echt” loon. Elke werknemer ont<strong>van</strong>gt het gangbare loon voor <strong>de</strong>20


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>bij het veralgemenen <strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n, kan een daaropvolgen<strong>de</strong> overgang naar opentewerkstelling bemoeilijken. Om die re<strong>de</strong>n is een plaatsing in een gewone werkplek niet hetein<strong>de</strong> <strong>van</strong> het opleidingsproces, maar een nodige eerste stap om een context te creërenwaarbinnen succesvolle voorbereiding kan plaatsvin<strong>de</strong>n. De werknemer die on<strong>de</strong>rsteundwordt, krijgt zijn specifieke job dan aangeleerd, do<strong>org</strong>aans door een professionele jobcoach insamenwerking met collega’s en werkopzichters.Goed begeleid werk kan handig wor<strong>de</strong>n samengevat on<strong>de</strong>r 5 hoofdtitels (zie Afbeelding 1):‣ Kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon zelf en zijn mogelijkhe<strong>de</strong>n (beroepsprofilering).‣ Werk zoeken.‣ Jobanalyse, -matching en -plaatsing.‣ Jobtraining.‣ Regelingen om <strong>de</strong> job te behou<strong>de</strong>n.PlaatsBeroepsprofileringWerk zoekenJobanalyse, -matching & -plaatsingTrainJobtraining(& on<strong>de</strong>rsteuning)BehoudUitdoven <strong>van</strong> niet-permanenteon<strong>de</strong>rsteuningInvoeren <strong>van</strong> voortduren<strong>de</strong>on<strong>de</strong>rsteuningCarrièreplanningAfbeelding 1: De Plaats-Train-Behoud-metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> begeleid werkKennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon en zijn mogelijkhe<strong>de</strong>n (beroepsprofilering).De doelstelling <strong>van</strong> een beroepsprofiel is informatie te verzamelen over hun voorkeuren inzakewerk en hun arbeidsvaardighe<strong>de</strong>n (inclusief sociale vaardighe<strong>de</strong>n). Er bestaan verschillen<strong>de</strong>beroepsprofielen, maar <strong>de</strong> opzet zou <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> algemene gebie<strong>de</strong>n moeten bestrijken:‣ Waarom wil die persoon een baan: <strong>de</strong> persoon moet gemotiveerd zijn om aan <strong>de</strong> slag tegaan.‣ Welk soort job wil <strong>de</strong> persoon: sommige mensen hebben een i<strong>de</strong>e, an<strong>de</strong>re hebben hulpnodig om er zich een beeld <strong>van</strong> te vormen.‣ De arbeidsvaardighe<strong>de</strong>n en vermoe<strong>de</strong>lijke on<strong>de</strong>rsteuningsno<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon: <strong>de</strong>vaardighe<strong>de</strong>n die iemand heeft (bv. lichaamshouding en algemene motoriek, fijnemotorische manipulatie, cognitieve vaardighe<strong>de</strong>n, sociale vaardighe<strong>de</strong>n, begrip en gebruik<strong>van</strong> taal, aca<strong>de</strong>mische vaardighe<strong>de</strong>n), activiteiten waar <strong>de</strong> persoon ervaring mee heeft (bv.22


Hoofdstuk 2: Evalueren en aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nthuis, in <strong>de</strong> gemeenschap, reizen, gebruik <strong>van</strong> geld), <strong>de</strong> kennis die <strong>de</strong> persoon heeft (bv.het ritme <strong>van</strong> een werkdag/-week, <strong>de</strong> geografie <strong>van</strong> <strong>de</strong> buurt), <strong>de</strong> motivatie, discipline envolharding die <strong>de</strong> persoon tij<strong>de</strong>ns een activiteit aan <strong>de</strong> dag legt, potentieel belangrijketekorten op <strong>de</strong>ze vlakken en vermoe<strong>de</strong>lijke on<strong>de</strong>rsteuningsno<strong>de</strong>n.‣ De voorkeuren <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon voor het soort werkomgeving: of het werk binnen of buitenmoet gebeuren, op een snel of traag tempo, in een warme, normale of kou<strong>de</strong> plaats, of heter stil of luidruchtig is, of er met an<strong>de</strong>ren samengewerkt moet wor<strong>de</strong>n of alleen gewerktmoet wor<strong>de</strong>n, enz.‣ An<strong>de</strong>re informatie over <strong>de</strong> persoon die kan helpen om voor hem/haar <strong>de</strong> juiste baan tevin<strong>de</strong>n, en om hem/haar te leren hoe die goed uit te voeren: bv. leerstijl, eer<strong>de</strong>rewerkervaring, hoe een inkomen <strong>de</strong> uitkeringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon zal beïnvloe<strong>de</strong>n, praktischezaken zoals <strong>de</strong> noodzakelijke transportregelingen, en voorkeuren aangaan<strong>de</strong>luncharrangementen.‣ Informatie over potentiële belemmeringen voor werk: bv. werkpraktijken die verme<strong>de</strong>nmoeten wor<strong>de</strong>n, veran<strong>de</strong>rd of flexibele bena<strong>de</strong>rd, gedragsmoeilijkhe<strong>de</strong>n en zaken dieuitdagend gedrag zou<strong>de</strong>n kunnen uitlokken, persoonlijke gewoonten, fysieke of sensoriëlemogelijkhe<strong>de</strong>n/moeilijkhe<strong>de</strong>n of gezondheidsproblemen. (NB: mo<strong>de</strong>llen <strong>van</strong> goe<strong>de</strong>praktijk suggereren dat <strong>de</strong>ze informatie nodig is om oplossingen te vin<strong>de</strong>n, niet als re<strong>de</strong>nom een persoon <strong>van</strong> werkgelegenheid uit te sluiten.)Het gebruik <strong>van</strong> proefstages (jobtry-outs) als hulpmid<strong>de</strong>l om een beroepsprofiel samen testellen. Personen met een verstan<strong>de</strong>lijke beperking hebben vaak niet <strong>de</strong> ervaring om eengeïnformeer<strong>de</strong> keuze te maken voor hun werk. Daarenboven kunnen stafle<strong>de</strong>n moeilijkhe<strong>de</strong>nhebben om competenties in te schatten <strong>van</strong> personen die weinig mogelijkhe<strong>de</strong>n hebben omhun kunnen te tonen. Hoe ernstiger <strong>de</strong> verstan<strong>de</strong>lijke handicap, hoe moeilijker het kan wor<strong>de</strong>n.Proefstages (“jobtry-outs”, ook wel jobvoorproeven geheten) kunnen mensen helpen om eengeïnformeer<strong>de</strong> beslissing te nemen over het soort werk dat hen het meest zou aanstaan, enkunnen <strong>de</strong> staf helpen om <strong>de</strong> sterke punten <strong>van</strong> hun gedrag en hun no<strong>de</strong>n te begrijpen. Zemoeten evenwel niet als een verplichte stap aangezien wor<strong>de</strong>n voor alle personen met eenbeperking. Ze zijn mogelijk niet nodig, als het individu dui<strong>de</strong>lijke ambities heeft en eenrealistisch beeld <strong>van</strong> het betrokken werk.Proefstages <strong>van</strong> hoge kwaliteit hebben bepaal<strong>de</strong> kenmerken:‣ ze zijn gelimiteerd in tijd, duren enkele uren of dagen (geen maan<strong>de</strong>n of jaren);‣ kort opeenvolgend geven ze ervaring in een aantal jobs, zodat beslissingen gebaseerdwor<strong>de</strong>n op vergelijkingen er<strong>van</strong>.23


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>‣ <strong>de</strong> doelstellingen er<strong>van</strong> moeten specifiek zijn, en <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ntificatie bevatten <strong>van</strong>:• <strong>de</strong> voorkeuren <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon voor een job of werkplek;• zijn sterke en zwakke punten bij <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong> een job;• hoe <strong>de</strong> persoon best leert;• wat hem kan helpen om <strong>de</strong> job te doen (bv. naar het werk gaan, het op sociaal vlakkunnen bered<strong>de</strong>ren, doen zoals <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> pauzes);‣ ze moeten mensen voldoen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning bie<strong>de</strong>n (bv. door een jobcoach ofwerkplaatstrainer of -opzichter), zodat het individu en <strong>de</strong> staf zoveel mogelijk informatiekunnen halen uit <strong>de</strong> ervaring.Het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> werk. De doelstelling <strong>van</strong> het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> werk is het i<strong>de</strong>ntificeren <strong>van</strong> jobsdie overeenstemmen met <strong>de</strong> voorkeuren en mogelijkhe<strong>de</strong>n inzake werk <strong>van</strong> het individu diewe hebben afgeleid uit het beroepsprofiel. Een “baanzoeker” gebruikt zijn kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong>lokale arbeidsmarkt om potentiële werkgevers te bena<strong>de</strong>ren, om potentiële banen te vin<strong>de</strong>n, enom mensen keuzes te bie<strong>de</strong>n die overeenstemmen met hun jobspecificaties. Een “baanzoeker”neemt <strong>de</strong> eerste stap om <strong>de</strong> job te krijgen. Er zijn een aantal cruciale stappen en aspecten <strong>van</strong>goe<strong>de</strong> praktijk:‣ i<strong>de</strong>ntificeren <strong>van</strong> het bereik en <strong>de</strong> frequentie <strong>van</strong> startersbanen beschikbaar op <strong>de</strong> lokalearbeidsmark: er moet een dui<strong>de</strong>lijke en realistische kennis zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> optiesvoor <strong>de</strong> diverse categorieën <strong>van</strong> personen, en <strong>van</strong> <strong>de</strong> personen die mogen solliciteren;‣ vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> mogelijke arbeidskansen: <strong>de</strong> jobs moeten aangezocht wor<strong>de</strong>n via allemogelijke bronnen: advertenties, mon<strong>de</strong>ling via familie, vrien<strong>de</strong>n en contactpersonen ophet werk, “willekeurig bellen” <strong>van</strong> werkgevers die starters in dienst nemen,overheidsarbeidsbureaus, enz.‣ verfijnen <strong>van</strong> het werk zoeken en <strong>de</strong> jobmatch: het is <strong>de</strong> bedoeling jobs te i<strong>de</strong>ntificerendie overeenstemmen met <strong>de</strong> voorkeuren en mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon; zo’n job tepakken krijgen verhoogt <strong>de</strong> kans dat <strong>de</strong> persoon geschikt is voor <strong>de</strong> job, er zich goed invoelt, min<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rsteuning nodig heeft, voldoet aan <strong>de</strong> eisen die <strong>de</strong> werkgever steltvoor efficiënte werknemers, en <strong>de</strong> baan langer zal behou<strong>de</strong>n.‣ efficiënt verkopen <strong>van</strong> <strong>de</strong> werknemer en <strong>de</strong> persoon: een positieve zaak wordt gemaaktvoor <strong>de</strong> potentiële werknemer of <strong>de</strong> werker die on<strong>de</strong>rsteuning nodig heeft, door zijnvaardighe<strong>de</strong>n en interesses te promoten; <strong>de</strong> efficiëntie <strong>van</strong> het proces <strong>van</strong> begeleid werk.en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning en opleiding die door <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteunings- en trainingdiensten diewor<strong>de</strong>n gebo<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie voor begeleid werk zijn ook sterkeverkoopsargumenten; baanzoekers overwegen <strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen waarom werkgevers mogelijkniet aanwerven, en berei<strong>de</strong>n tegenargumenten voor, voordat wordt on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>ld;‣ i<strong>de</strong>ntificeren <strong>van</strong> natuurlijke on<strong>de</strong>rsteuning op <strong>de</strong> werkplek: on<strong>de</strong>rzoek heeft aangetoond24


Hoofdstuk 2: Evalueren en aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>ndat het een goe<strong>de</strong> praktijk is, als je niet belooft <strong>de</strong> volledige verantwoor<strong>de</strong>lijkheid voor<strong>de</strong> werknemer op te nemen; betere resultaten wor<strong>de</strong>n bereikt, als <strong>de</strong> werkgever zoveelmogelijk <strong>van</strong> die verantwoor<strong>de</strong>lijkheid zelf opneemt, met <strong>de</strong> steun <strong>van</strong> het agentschapvoor begeleid werken;‣ vooruit<strong>de</strong>nkend plaatsingsplan: het is belangrijk <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>lingen af te ron<strong>de</strong>n meteen dui<strong>de</strong>lijk plan over wat <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stappen moeten zijn, en dat men daar eenakkoord rond heeft met alle betrokken partijen, inclusief <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> job, <strong>de</strong>startdatum, het loon en <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re voorwaar<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> contractuele overeenkomst en <strong>de</strong>on<strong>de</strong>rsteuning op <strong>de</strong> werkplek en door het agentschap voor begeleid werk.Jobanalyse. De jobanalyse genereert informatie over <strong>de</strong> job en <strong>de</strong> werkplaats omovereenstemming te zoeken met <strong>de</strong> informatie die beschikbaar is over het individu aan <strong>de</strong> hand<strong>van</strong> zijn/haar beroepsprofiel, dit om te bevestigen hoe goed <strong>de</strong> job bij hem/haar zal passen (enomgekeerd) en om te bepalen hoeveel input nodig zal zijn om <strong>de</strong> hiaten tussen <strong>de</strong> eisen <strong>van</strong> <strong>de</strong>werkgever en <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n op te vullen. Dit moet een aantal terreinen omvatten:‣ <strong>de</strong> tewerkstellingsvoorwaar<strong>de</strong>n: uren, loon en an<strong>de</strong>re financiële tegemoetkomingen;‣ <strong>de</strong> belangrijkste taken en stappen in <strong>de</strong> job en <strong>de</strong> activiteit tij<strong>de</strong>ns pauzes, inclusief <strong>de</strong>sociale vaardighe<strong>de</strong>n; dat kan wor<strong>de</strong>n gedaan door een ervaren werknemer te observerentij<strong>de</strong>ns het werk (dit wordt soms een “inventaris <strong>van</strong> een persoon zon<strong>de</strong>r beperkingen”genoemd);‣ <strong>de</strong> fysieke, sociale en culturele opzet <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplaats;‣ <strong>de</strong> gezondheids- en veiligheidsnormen die gerespecteerd moeten wor<strong>de</strong>n, of problemendie opgelost moeten wor<strong>de</strong>n;‣ niveau waarop <strong>de</strong> werkgever en zijn personeel opleiding kan aanbie<strong>de</strong>n geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong>eerste dagen, en niveau <strong>van</strong> daaropvolgen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning, supervisie en regelingen omproblemen op het werk op te lossen.Jobmatch. Het resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> jobanalyse en het beroepsprofiel samen leveren informatie omovereenstemming tussen een werknemer en een baan te vin<strong>de</strong>n, namelijk: (a) <strong>de</strong> job sluit aanbij <strong>de</strong> interesses en voorkeuren <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon; (b) <strong>de</strong> werkplaats is een omgeving die hem in<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> mate past; en (c) <strong>de</strong> eisen gesteld aan <strong>de</strong> baan en <strong>de</strong> competenties <strong>van</strong> <strong>de</strong> potentiëlewerknemer stemmen voldoen<strong>de</strong> overeen om onmid<strong>de</strong>llijke on<strong>de</strong>rsteuning te garan<strong>de</strong>ren om <strong>de</strong>job te doen en <strong>de</strong> opleiding op langere termijn op weg naar zelfstandigheid is eenaanvaardbare waarschijnlijkheid. In <strong>de</strong>ze omstandighe<strong>de</strong>n wordt het voorziene plaatsingsplanbevestigd, en begint <strong>de</strong> jobplaatsing.Opleiding op <strong>de</strong> werkvloer. De bedoeling is om op <strong>de</strong> werkvloer te voorzien inon<strong>de</strong>rsteuning die aangepast is aan <strong>de</strong> individuele no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> werknemer. Alle vormen <strong>van</strong>on<strong>de</strong>rsteuning op <strong>de</strong> werkvloer zullen <strong>de</strong> persoon on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n25


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong><strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren, en zo loop je het risico <strong>de</strong> sociale integratie <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon in het personeel tebemoeilijken. Hulp die wordt gebo<strong>de</strong>n door een collega (natuurlijke on<strong>de</strong>rsteuning), zal, als zeefficiënt is, <strong>de</strong> minst indringen<strong>de</strong> manier zijn om een persoon zijn werk aan te leren, en goe<strong>de</strong>praktijken geven aan dat <strong>de</strong> werkgever en zijn staf hierbij on<strong>de</strong>rsteunen <strong>de</strong> beste metho<strong>de</strong> is.Als er echter geen efficiënte natuurlijke on<strong>de</strong>rsteuning voorhan<strong>de</strong>n is, of als <strong>de</strong> persoon meteen verstan<strong>de</strong>lijke beperking intensievere training nodig heeft, dan is rechtstreekse hulp dooreen jobtrainer <strong>de</strong> beste metho<strong>de</strong>. Ervoor z<strong>org</strong>en dat <strong>de</strong> persoon <strong>de</strong> taken kan uitvoeren op hetkwaliteitsniveau dat <strong>de</strong> werkgever verwacht, is <strong>de</strong> belangrijkste doelstelling. Een opleidingsenon<strong>de</strong>rsteuningsstrategie zullen wor<strong>de</strong>n bedacht naar gelang <strong>van</strong> <strong>de</strong> hiaten die er zijn tussen<strong>de</strong> eisen die <strong>de</strong> job stelt (“inventaris <strong>van</strong> een persoon zon<strong>de</strong>r beperkingen) en <strong>de</strong> informatie diemen heeft over zijn/haar competenties die men in kaart heeft gebracht door het opstellen <strong>van</strong>het beroepsprofiel. De training is zal wellicht een reeks instrumenten gebruiken:‣ taakanalyse: eenvoudiger maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> taak die getraind moet wor<strong>de</strong>n, door die op tesplitsen in een reeks <strong>van</strong> kleine stappen die elk op zich intensief kunnen wor<strong>de</strong>naangeleerd, en die daarna aaneengeregen wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> taak in zijn geheel uit te voeren;<strong>de</strong> graad waarin <strong>de</strong> taken vereenvoudigd moeten wor<strong>de</strong>n, hangt vaak samen met <strong>de</strong> ernst<strong>van</strong> <strong>de</strong> verstan<strong>de</strong>lijke beperking <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon.‣ systematische instructie: het gebruik <strong>van</strong> wenken, verbale gebaren of zelfs manueleassistentie om <strong>de</strong> persoon zich door <strong>de</strong> taakanalyse te werken; het doel is om een punt tebereiken waarop <strong>de</strong> persoon <strong>de</strong> voltooiing <strong>van</strong> één stap kan gebruiken als wenk voor <strong>de</strong>volgen<strong>de</strong>, waardoor <strong>de</strong> persoon geholpen wordt om zelfstandig te zijn;‣ uitdoven: <strong>de</strong> frequentie en <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het voorzeggen vermin<strong>de</strong>ren, naarmate <strong>de</strong>persoon het werk zelfstandig leert doen;‣ reflectief leren: <strong>de</strong> persoon helpen om zich <strong>de</strong> werktaken, <strong>de</strong> taakvolgor<strong>de</strong> en wat hijgeleerd heeft te herinneren, mentaal te herhalen;‣ zelfsturing: <strong>de</strong> persoon vragen leren stellen en daarna zichzelf leren voorzeggen welketaken er moeten gebeuren, en hoe <strong>de</strong> taken elkaar opvolgen;‣ impulscontrole: <strong>de</strong> persoon leren zijn reactiesnelheid aan te passen aan het tempo <strong>van</strong> <strong>de</strong>job;‣ probleemoplossing: <strong>de</strong> persoon leren te ont<strong>de</strong>kken wanneer er fouten wor<strong>de</strong>n gemaakt, ofwanneer er iets misgaat, en hoe dan te reageren.Het vermogen om zich op sociaal vlak te red<strong>de</strong>n is <strong>van</strong> bijzon<strong>de</strong>r belang. Veel personen meteen verstan<strong>de</strong>lijke handicap zullen advies en training nodig hebben om goed en als gelijkenoverweg te kunnen met an<strong>de</strong>re werknemers en om <strong>de</strong> reikwijdte <strong>van</strong> <strong>de</strong> kansen om socialeinclusie te realiseren te maximaliseren. Voorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> training en werken in een beschutteomgeving kunnen hier wel een rol spelen. Toch zijn er bewijzen dat training op <strong>de</strong> werkvloermogelijk is, en dat <strong>de</strong> soorten interactie, die normaal zijn op <strong>de</strong> werkvloer, niet noodzakelijkwor<strong>de</strong>n aangetroffen in beschutte opleidingsomgevingen.26


Hoofdstuk 2: Evalueren en aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nEr zijn twee elementen <strong>van</strong> communicatie, als je werkt: over het werk en over het leven in hetalgemeen (zie hoofdstuk 5). Aangaan<strong>de</strong> het werk moeten personen geholpen wor<strong>de</strong>n ominstructies en kritiek te aanvaar<strong>de</strong>n, om hulp te vragen, en informatie te geven. Inzake hetleven in het algemeen hebben ze hulp nodig om an<strong>de</strong>ren iets over hun eigen leven te vertellen,om hun beurt af te wachten, en om an<strong>de</strong>ren te vragen iets over zichzelf te vertellen, om grapjeste maken en om meevoelend te zijn. Trainers kunnen mensen helpen hun activiteiten af testemmen op <strong>de</strong> specifieke werkplek en <strong>de</strong> collega’s door:‣ het oefenen <strong>van</strong> gesprekken;‣ ervoor te z<strong>org</strong>en dat mensen iets nieuws en interessants te zeggen hebben; dat kanbijvoorbeeld gebeuren door naar het nieuws en naar tv-series te kijken, als die eencourant gesprekson<strong>de</strong>rwerp vormen op <strong>de</strong> werkvloer, en daarna openingszinnen teoefenen die gebaseerd zijn op recente gebeurtenissen in <strong>de</strong> verhaallijnen;‣ het simuleren <strong>van</strong> moeilijke sociale situaties en het oefenen <strong>van</strong> wat te doen in diesituaties.Het uitdoven <strong>van</strong> niet-permanente on<strong>de</strong>rsteuning en het installeren <strong>van</strong>langetermijnon<strong>de</strong>rsteuning. De voltooiing <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainingsfase resulteert in een zelfstandigeuitvoering <strong>van</strong> <strong>de</strong> taken op <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> natuurlijke on<strong>de</strong>rsteuning die voorhan<strong>de</strong>nis op <strong>de</strong> werkplek. Dat sluit niet uit dat voorzien kan wor<strong>de</strong>n in extraon<strong>de</strong>rsteuningsregelingen zoals herinneringen <strong>van</strong> collega’s of aanpassingen aan <strong>de</strong>werkplaats (bv. grafische geheugensteuntjes of sjablonen), maar die moeten wor<strong>de</strong>nopgenomen als permanente kenmerken <strong>van</strong> <strong>de</strong> omgeving. Dergelijke permanenteon<strong>de</strong>rsteuning op <strong>de</strong> werkvloer moet z<strong>org</strong>vuldig wor<strong>de</strong>n gepland in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> <strong>de</strong>uitdoven<strong>de</strong> opleidingsbetrokkenheid <strong>van</strong> een gespecialiseer<strong>de</strong> jobcoach. Bovendien getuigt het<strong>van</strong> goe<strong>de</strong> praktijk om aan te nemen dat een werknemer met een beperking in <strong>de</strong> toekomstbijkomen<strong>de</strong> hulp zal nodig hebben, ofwel om zich aan te passen aan veran<strong>de</strong>ringen op hetwerk, ofwel om zijn carrière een nieuwe wending te geven. Hopelijk zullen ze hierbij hulpkrijgen <strong>van</strong> collega’s en werkgevers, maar <strong>de</strong> diensten moeten toch een link bewaren met <strong>de</strong>persoon en <strong>de</strong> werkgever om op overeengekomen tijdstippen toezicht te hou<strong>de</strong>n op <strong>de</strong>kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong> het werk en <strong>de</strong> jobspecificaties. Dus zodra <strong>de</strong> jobcoach zijndirecte steun heeft vermin<strong>de</strong>rd, moet hij of zij periodieke bezoeken plannen aan <strong>de</strong> werkvloerom problemen op te sporen die kunnen ontstaan, of om opnieuw on<strong>de</strong>rsteuning te bie<strong>de</strong>n aan<strong>de</strong> persoon met een handicap om nieuwe taken en verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n aan te leren,naarmate zijn carrière vor<strong>de</strong>rt.2.5 De rol <strong>van</strong> beroepsopleidingenVeel werkgelegenheidsinitiatieven hebben zich toegelegd op het ontwikkelen <strong>van</strong>beroepsvaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> mensen in an<strong>de</strong>re omgevingen dan werkomgevingen. Traditioneelhebben die betrekking op ervaring met het werk, voorbereiding op het werk en <strong>de</strong>ontwikkeling <strong>van</strong> werkvaardigheidscursussen en27


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>vrijwilligerswerkinitiatieven. Die mogelijkhe<strong>de</strong>n stellen werkzoeken<strong>de</strong>n zeker in staatervaringen op te doen in verschillen<strong>de</strong> werkomgevingen, maar ze zijn enkel efficiënt, als zegelimiteerd zijn in <strong>de</strong> tijd. De bedoeling <strong>van</strong> het ontwikkelen <strong>van</strong> werkervaringsinitiatieven iswerkzoeken<strong>de</strong>n in staat te stellen een geslaag<strong>de</strong> overstap te maken naar betaal<strong>de</strong> banen.Personen met een verstan<strong>de</strong>lijke beperking hebben normaal gezien al een aanzienlijk aantaljaren on<strong>de</strong>rwijs in klaslokalen gekregen, zon<strong>de</strong>r dat dat hen echt voldoen<strong>de</strong> klaar maakte om tewerken, of om een baan te kunnen vin<strong>de</strong>n en te behou<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rsteuning op <strong>de</strong>werkvloer. Het staat ter discussie of ver<strong>de</strong>re voorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> training nuttig zal zijn voormensen die niet gemakkelijk leren met verbale instructies, en het generaliseren <strong>van</strong> leerstofmoeilijk vin<strong>de</strong>n. Om die re<strong>de</strong>n heeft beroepsvoorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> opleiding groten<strong>de</strong>els gefaald inhet bevor<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> <strong>de</strong> kansen <strong>van</strong> personen met an<strong>de</strong>re beperkingen dan lichte verstan<strong>de</strong>lijkehandicaps om betaald werk te krijgen.Beroepsvoorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> training vóór <strong>de</strong> plaatsing kan efficiënt zijn, als ze gericht is oppersonen die <strong>de</strong> verstan<strong>de</strong>lijke capaciteit hebben om te leren en te generaliseren naar an<strong>de</strong>resituaties. De goe<strong>de</strong> praktijken suggereren dat er een aantal manieren zijn waarop <strong>de</strong>beroepstraining voor <strong>de</strong>ze groep efficiënter kan wor<strong>de</strong>n gemaakt:‣ overeenkomst zoeken tussen beroepsopleidingen en <strong>de</strong> lokale arbeidsno<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> vraagnaar jobs te kennen en te netwerken met werkgevers en zakelijke <strong>org</strong>anisaties;‣ <strong>de</strong> trainingomgevingen, situaties en taken aanpassen aan echte werkplaatsomgevingen, -situaties en taken die lokaal beschikbaar zijn;‣ proefstages gebruiken in het maken <strong>van</strong> een beroepskeuze en als een manier om het lerenin echte omstandighe<strong>de</strong>n te testen;‣ <strong>org</strong>aniseren <strong>van</strong> leren dat resulteert in erken<strong>de</strong> educatieve kwalificaties;‣ ontwikkelen <strong>van</strong> een curriculum met inhoud die rele<strong>van</strong>t is voor het beroep (bv. kennis<strong>van</strong> <strong>de</strong> verwachtingen <strong>van</strong> werkgevers, interviewvaardighe<strong>de</strong>n, kennis <strong>van</strong> gezondheidsenveiligheidsvoorschriften, arbeidsrecht, werkdiscipline, omgang met geld);‣ contacten leggen met diensten voor begeleid werk;‣ opvolging <strong>van</strong> latere beroepssuccessen <strong>van</strong> afgestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>n.2.6 Het belang <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nSociale competentie is belangrijk voor personen bij sollicitatiegesprekken en bij het vin<strong>de</strong>n<strong>van</strong> een baan. Sociale competentie is belangrijk voor <strong>de</strong> slaagkansen in een baan die jegekregen hebt. Hoewel er slechts een beperkt aantal studies is waarin mensen met en zon<strong>de</strong>rhandicap wor<strong>de</strong>n vergeleken, lijkt <strong>de</strong> rangor<strong>de</strong> <strong>van</strong> re<strong>de</strong>nen voor ontslag verschillend.28


Hoofdstuk 2: Evalueren en aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nWerknemers zon<strong>de</strong>r handicap in startersbanen kunnen hun baan het vaakst niet behou<strong>de</strong>nomwille <strong>van</strong> karakterproblemen zoals overmatig te laat komen, afwezig blijven of diefstal(Martin et al., 1986). Begelei<strong>de</strong> werknemers met een handicap hebben <strong>de</strong> neiging hun baan teverliezen omwille <strong>van</strong> sociale bewustzijnsproblemen zoals te veel kletsen, klagen over takenof an<strong>de</strong>re werknemers storen. Hanley-Maxwell et al. (1986) hebben <strong>de</strong> cruciale plaatsaangetoond die sociale problemen innemen in <strong>de</strong> managementbesluitvorming. Bijtwijfelachtige productiviteit <strong>van</strong> een werknemer voorspel<strong>de</strong> <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> bijkomen<strong>de</strong>sociale moeilijkhe<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kans dat <strong>de</strong> werknemer ontslagen zou wor<strong>de</strong>n. Daarnaast kunnenslechte sociale prestaties in verband wor<strong>de</strong>n gebracht met problemen bij het vormen <strong>van</strong>werkgerelateer<strong>de</strong> en sociale vriendschappen. Over het algemeen bestaan werkculturen uitge<strong>de</strong>el<strong>de</strong> meningen, verwachtingen, waar<strong>de</strong>n en hypothesen die <strong>de</strong> sociale invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong>omgeving vormen (Hatch, 1993). Werknemers die daarin passen, hebben meer kans omaanvaard en succesvol bevon<strong>de</strong>n te wor<strong>de</strong>n (Wayne & Li<strong>de</strong>n, 1995), en dat heeft implicatiesvoor sociale kennis en zelfregeling. Storey en Lengyel (1992) i<strong>de</strong>ntificeer<strong>de</strong>n vierbasiscategorieën <strong>van</strong> interventies die gebruikt zijn om <strong>de</strong> sociale prestaties in begelei<strong>de</strong>omgevingen op te voeren: aanleren <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n, probleemoplossingsstrategieën,zelfmanagementtechnieken en hulp <strong>van</strong> collega’s. Het verband tussen sociale vaardighe<strong>de</strong>n ensociale competente wordt ver<strong>de</strong>r uitgewerkt in het volgen<strong>de</strong> hoofdstuk.Context <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliëntUitein<strong>de</strong>lijk beland<strong>de</strong> Eric in het schoolkantineproject Cantina Habilis: een beroepsopleidingsprogramma,ge<strong>org</strong>aniseerd door Lebenshilfe Tirol en met <strong>de</strong> bedoeling adolescenten geschikt te maken voor een baanin <strong>de</strong> open arbeidsmarkt om ten volle <strong>de</strong>el te kunnen nemen aan <strong>de</strong> samenleving. Het programma isbedoeld voor jongeren die problemen hebben om aan een baan te geraken omwille <strong>van</strong> eenverstan<strong>de</strong>lijke handicap, geestelijke gezondheidsproblemen of socialisatie<strong>de</strong>ficits. Deberoepsvoorbereiding heeft plaats in <strong>de</strong> publieke omgeving <strong>van</strong> een hogere klas <strong>van</strong> het atheneum. Dieomgeving biedt een echte werksituatie, en vormt een mogelijke stap naar betaald werk.29


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>30


Hoofdstuk 3Competenties en training3.1 Van sociale vaardighe<strong>de</strong>n naar sociale competentiesDe titel <strong>van</strong> dit hoofdstuk geeft <strong>de</strong> geheel nieuwe richting aan die we <strong>de</strong> voorbij drie jaar zijningeslagen met het <strong>ATLAS</strong>-project. Eerst waren vaardighe<strong>de</strong>n het belangrijkste uitgangspunt.Kort daarop introduceer<strong>de</strong> Fontys OSO het mo<strong>de</strong>rne concept <strong>van</strong> <strong>de</strong> competenties. De re<strong>de</strong>nvoor die overstap was <strong>de</strong> overgang in het on<strong>de</strong>rwijs <strong>van</strong> het traditionele leerproces naar hetnieuwe leerproces op basis <strong>van</strong> competenties. Van essentieel belang in <strong>de</strong>ze wijziging is <strong>de</strong>centrale rol die mensen spelen in hun eigen ontwikkeling. Op die manier wor<strong>de</strong>n mensen zichbewust <strong>van</strong> <strong>de</strong> individuele input <strong>van</strong> cliënten, leerlingen en <strong>de</strong>elnemers in hun eigenleerproces. Het resultaat of <strong>de</strong> doelstelling hier<strong>van</strong> is dat ze gemotiveer<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n.Uitein<strong>de</strong>lijk vin<strong>de</strong>n ze een baan op maat <strong>van</strong> hun mogelijkhe<strong>de</strong>n. In het kort: het individubepaalt groten<strong>de</strong>els zijn / haar eigen leerproces (in tegenstelling tot het traditionele on<strong>de</strong>rwijswaar <strong>de</strong> trainer of leerkracht het leerproces bepaalt).De on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> Tabel 1 toont (in een in zekere mate aangepaste vorm) wat we verstaan on<strong>de</strong>rprogramma- of traditioneel on<strong>de</strong>rwijs en wat on<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rwijs op basis <strong>van</strong> competenties(uittreksel uit een artikel <strong>van</strong> <strong>de</strong> groep Cito, Ne<strong>de</strong>rlands nationaal instituut vooron<strong>de</strong>rwijsmeting).Die tabel geeft dui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> verschillen aan tussen die twee vormen <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwijs. Het iswaarschijnlijk niet mogelijk om ie<strong>de</strong>r aspect <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwijs op basis <strong>van</strong> competenties toe tepassen op onze doelgroep. We hebben het over “richting door <strong>de</strong> cliënt” en <strong>de</strong> fundamentelerol <strong>van</strong> “zelfreflectie en zelftesten” daarin. Door on<strong>de</strong>rsteuning, begeleiding en coaching krijgt<strong>de</strong> cliënt een veel betere greep op het leerproces. De inspanningen <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerkracht en coachzullen nodig zijn voor <strong>de</strong> interpretatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re aspecten.31


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Traditioneel on<strong>de</strong>rwijsInhoud <strong>van</strong> kennis- en disciplinegerichtevaardighe<strong>de</strong>n als basisprincipe <strong>van</strong> het curriculum.On<strong>de</strong>rwijs op basis <strong>van</strong> competentiesPraktische situaties als basisprincipe <strong>van</strong> hetcurriculum.On<strong>de</strong>rricht in klassen is het centrale punt.Het leerproces is het centrale punt.Richting aangegeven door <strong>de</strong> leerkracht.Richting aangegeven door <strong>de</strong> cliënt.Leerkracht levert kennis, en on<strong>de</strong>rricht vaardighe<strong>de</strong>nDe cliënten zijn passief. Ze verwerven kennis envaardighe<strong>de</strong>n.De leerkrachten coachen en sturen <strong>de</strong> cliënten tij<strong>de</strong>nshet leerproces.De cliënten zijn actief en verantwoor<strong>de</strong>lijk voor huneigen leerproces, en streven naar kennis envaardighe<strong>de</strong>n om het uitein<strong>de</strong>lijke doel <strong>van</strong> hetleerproces te bereiken.De modules zijn afgeleid <strong>van</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke vakken.De modules zijn meestal interdisciplinair.Aparte vaardighe<strong>de</strong>nmodules.Algemene vaardighe<strong>de</strong>n geïntegreerd in het helecurriculum.Testen is <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerkracht.Zelfreflectie en zelftesten zijn fundamenteel.Tabel 1: Verschillen tussen <strong>de</strong> twee on<strong>de</strong>rwijsvormenHet zou mogelijk moeten zijn om <strong>de</strong> sterke en positieve kanten <strong>van</strong> competentiegebaseerdon<strong>de</strong>rwijs in een aangepaste vorm te gebruiken voor onze doelgroep.Bij het opnieuw aan het werk krijgen <strong>van</strong> mensen is het belangrijk te weten welkecompetenties een cliënt moet beheersen om in aanmerking te komen voor <strong>de</strong> baan. Naastprofessionele competenties zijn sociale en burgerschapscompetenties belangrijk.Burgerschapscompetenties betreffen <strong>de</strong> capaciteit om te werken in een samenleving met eengevoel voor individuele verantwoor<strong>de</strong>lijkheid. Burgerschap impliceert werken op eenpersoonlijke, bewuste en kritische manier. Burgerschapscompetenties maken <strong>de</strong>el uit <strong>van</strong> hetgeïntegreer<strong>de</strong> pakket <strong>van</strong> kennis, vaardighe<strong>de</strong>n en attitu<strong>de</strong> om op een passen<strong>de</strong> enverantwoor<strong>de</strong>lijke manier te kunnen presteren (gebaseerd op zowel een normatief gevoel als opeen gevoel <strong>van</strong> bewustzijn). De beschrijving <strong>van</strong> sociale competenties zal vaak <strong>de</strong> afbakening<strong>van</strong> professionele en burgerschapscompetenties overschrij<strong>de</strong>n.Het is over het algemeen gemakkelijker om over sociale vaardighe<strong>de</strong>n te spreken dan oversociale competenties. Door <strong>de</strong> twee op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> hoogte te plaatsen overzien we het verbandtussen kennis, vaardighe<strong>de</strong>n, attitu<strong>de</strong> en ervaring. Dit hoofdstuk beschrijft hoe32


Hoofdstuk 3 - Competenties en trainingarbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competenties uitein<strong>de</strong>lijk geoefend moeten wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>dagelijkse praktijk. Dat is <strong>de</strong> re<strong>de</strong>n waarom we besloten hebben dit hoofdstuk ook zo teclassificeren. Dat betekent dat we beginnen met <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong>sociale competenties, daarna overgaan naar het belang <strong>van</strong> evaluatie in <strong>de</strong> training, en tot slothet trainingprogramma bespreken. Het hoofdstuk wordt afgesloten met <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong>belangrijkste bevindingen in <strong>de</strong> voorbije perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> drie jaar <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project.3.2 Arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competentiesHet concept “competentie” wordt steeds gebruikt zon<strong>de</strong>r uitleg <strong>van</strong> wat dat juist voor ons moetbetekenen. In dit verband wor<strong>de</strong>n termen als vaardighe<strong>de</strong>n, kennis en zelfs kwalificaties doorelkaar gebruikt. Men is het er over het algemeen over eens dat een competentie steeds in eenzekere context moet wor<strong>de</strong>n geplaatst, en dat ze tot uiting moet komen in gedrag (ofwelspontaan ofwel door aanmoediging). Meestal treffen we <strong>de</strong> termen vaardighe<strong>de</strong>n, attitu<strong>de</strong>,on<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> kennis, informatie, persoonlijke trekken en motivatie aan in <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong><strong>de</strong> term “competentie”.Onze ervaring in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijswereld heeft ons geholpen bij het kiezen <strong>van</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong>beschrijving <strong>van</strong> het concept competentie (Weggeman): “Competentie is het vermogen <strong>van</strong>een persoon om een bepaal<strong>de</strong> taak uit te voeren. Dat vermogen moet gezien wor<strong>de</strong>n als hetproduct <strong>van</strong> <strong>de</strong> kennis, ervaring, vaardighe<strong>de</strong>n en attitu<strong>de</strong> die een bepaal<strong>de</strong> persoon beheerst ineen bepaal<strong>de</strong> context en op een bepaald moment.CompetentiesOntwikkeling <strong>van</strong>competentiesCompetentiesEen persoonlijk vermogen dat gezien moetwor<strong>de</strong>n als het product <strong>van</strong> kennis, ervaring,vaardighe<strong>de</strong>n en attitu<strong>de</strong> die een bepaal<strong>de</strong>persoon beheerst in een bepaal<strong>de</strong> context enop een bepaald ogenblik. (Weggeman)INFORMATIEVAARDIGHEDENATTITUDEERVARING13-12-2006 Presentatie VMBO Manifestatie 913-12-2006 Presentatie VMBO Manifestatie 8Het is belangrijk hier te beklemtonen dat competenties niet los gezien kunnen wor<strong>de</strong>n <strong>van</strong>zowel <strong>de</strong> context als <strong>de</strong> tijd waarop die wor<strong>de</strong>n besproken. Competenties die blijken in eentrainingklas, zullen an<strong>de</strong>rs blijken in een simulatie, en an<strong>de</strong>rs dan in een levensechte omgeving(bijvoorbeeld een kleine winkel of grote supermarkt). Als we <strong>de</strong> componenten die incompetenties vertegenwoordigd zijn, apart bekijken, kunnen we stellen wat volgt:33


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>• attitu<strong>de</strong> omvat zaken zoals motivatie en persoonlijke trekken (ik wil tuinier wor<strong>de</strong>n, of ikben ...);• vaardighe<strong>de</strong>n kunnen ver<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n in basisvaardighe<strong>de</strong>n ofsleutelvaardighe<strong>de</strong>n, algemene praktische vaardighe<strong>de</strong>n, en specifieke praktischevaardighe<strong>de</strong>n (ik kan het gras maaien en <strong>de</strong> kanten bijknippen);• kennis betekent on<strong>de</strong>rwijsvaardighe<strong>de</strong>n en uitrusting of bedrijfsvaardighe<strong>de</strong>n (ik weethoe om te gaan met <strong>de</strong> grasmaaier);• ervaring is wat een cliënt tot dusver gedaan heeft in <strong>de</strong> groep, of <strong>de</strong>len daar<strong>van</strong> (ik hebervaring met het gebruik <strong>van</strong> een zitmaaier).De on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> <strong>de</strong>finitie is gekozen voor arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n inhet <strong>ATLAS</strong>-project: arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competenties zijn competenties diebestaan uit een integratie <strong>van</strong> kennis, vaardighe<strong>de</strong>n, attitu<strong>de</strong>, persoonlijke trekken en ervaring.Ze stellen cliënten in staat om sociaal te presteren op een gepaste manier, in een bepaaldberoep en in een bepaal<strong>de</strong> context.In Bijvoegsel 2 vindt u een overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> 7 arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competentiesen <strong>de</strong> bijhoren<strong>de</strong> 62 vaardighe<strong>de</strong>n. De 7 competenties die getest wor<strong>de</strong>n bij diversewerkgevers, zijn:• is in staat te communiceren;• is in staat tij<strong>de</strong>ns het werk blijk te geven <strong>van</strong> ...;• is in staat positieve relaties te hebben op <strong>de</strong> werkvloer met bv. chefs en klanten;• is in staat positieve relaties te hebben met collega’s;• is in staat zich te gedragen op een sociaal aanvaar<strong>de</strong> manier;• is in staat zijn of haar stress efficiënt te beheersen;• is in staat <strong>de</strong> algemene regels en conventies na te leven.Competenties kunnen bijvoorbeeld beschreven wor<strong>de</strong>n als: een cliënt is in staat behoorlijk tecommuniceren in zijn baan als hulptuinier in <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt.De vraag hoe we een beschrijving kunnen geven <strong>van</strong> competenties is belangrijk. Van <strong>de</strong>n Bergen Blokhuis (2001) stellen voor een aantal W-vragen te gebruiken. De beschrijving <strong>van</strong>toekomstige arbeidscompetenties zullen moeten bevatten:• menselijke activiteiten in dienstverbandsituaties;• taken in tewerkstellingssituaties;• competenties die mensen moeten beheersen om hun werk behoorlijk te doen;34


Hoofdstuk 3 - Competenties en trainingW-vragen:Resulteert in:Wat doet u?ActiviteitenWaar doet u dat?Wanneer doet u dat?Wie is daarbij betrokken?Wat kan er tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> activiteit gebeuren?Waarom doet u wat u doet?Welke kwaliteiten moet u hebben tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>activiteit?TakenCompetenties3.3 Evaluatie in het begin en in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> hettrainingprogrammaAls we <strong>van</strong> bij het begin werken met competenties, moet ie<strong>de</strong>reen (<strong>de</strong> trainer en <strong>de</strong> cliënt)weten dat die op het ein<strong>de</strong> wor<strong>de</strong>n getest, en wat <strong>de</strong> cliënt moet doen om <strong>de</strong> competentie tebeheersen. We moeten vooraf weten of een cliënt al dan niet met succes een evaluatiedoorloopt. Hebben we hier een standaardprocedure, bij voorkeur om te evalueren inlevensechte omgevingen? (simulatie <strong>van</strong> levensechte omgevingen, rollenspel, een presentatiegeven, of <strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze levensechte omgeving). Is dat het standaardprocedurege<strong>de</strong>elte <strong>van</strong> <strong>de</strong>bestaan<strong>de</strong> evaluatietesten, of is dat specifiek ontworpen door <strong>de</strong> trainer? Een handige metho<strong>de</strong>om <strong>de</strong> startsituatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> training te bepalen is <strong>de</strong> STARR-metho<strong>de</strong> (zie 6.3.2).Evaluatie is niet alleen belangrijk bij het begin en op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> het trainingprogramma.Tussendoor wensen <strong>de</strong> trainer en <strong>de</strong> cliënt te weten of ze op het juiste spoor zitten om het doelte bereiken. Dat betekent dat tussentijdse testen nodig zijn <strong>van</strong> (<strong>de</strong>len <strong>van</strong>) <strong>de</strong> evaluatieinstrumentenom <strong>de</strong> vooruitgang op te volgen.Achterhalen of een persoon een competentie beheerst, is alleen mogelijk als baangerelateer<strong>de</strong>activiteiten wor<strong>de</strong>n uitgevoerd op een zo realistisch mogelijke manier. De meest realistischecontext is training op <strong>de</strong> werkvloer, het zogeheten werkvoorbeeld. Om competenties te metenkunnen we werkvoorbeel<strong>de</strong>n gebruiken, praktische testen, cases, praktische taken, praktischerealisaties of problemen oplossen. We hebben het over een geïntegreer<strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> kennis,vaardighe<strong>de</strong>n, begrip, attitu<strong>de</strong>, persoonlijke trekken en ervaring. Een praktische test dient oméén of meer competenties te meten, en zal moeten beantwoor<strong>de</strong>n aan bepaal<strong>de</strong>kwaliteitscriteria. Hier kunnen we <strong>de</strong>nken aan een getrouw nagebootste situatie, een geldige en35


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>betrouwbare meting <strong>van</strong> <strong>de</strong> competentieontwikkeling en een a<strong>de</strong>quate beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong>inhoud en context, bv. een beschrijving <strong>van</strong> een kernjob of een kerntaak. De cliënt zal voorafweten wat <strong>van</strong> hem of haar wordt verwacht.Om competenties te meten kunnen we het on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> competentiediagram gebruiken(Claasen Fontys OSO):<strong>www</strong>.Fontys.nl/osoCONTEXTReflection beforeBehaviourReflection afterSkillsKnowledgeAttitu<strong>de</strong>ExperienceDit diagram helpt om <strong>de</strong> “typische situatie” <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt te tonen. Het kan wor<strong>de</strong>n gebruiktom <strong>de</strong>ze situatie te bena<strong>de</strong>ren met behulp <strong>van</strong> <strong>de</strong> “Melba”-indicatoren (Melba is eeninstrument om werkgelegenheid in te schatten, en is ontwikkeld door <strong>de</strong> Universiteit <strong>van</strong>Siegen), <strong>de</strong> STARR-methodologie en coaching. De STARR-metho<strong>de</strong> is een werkbaremetho<strong>de</strong> voor portfoliomethodologie, omdat ze helpt <strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> een persoon concreette maken. De STARR-metho<strong>de</strong> impliceert dat een trainer een cliënt tij<strong>de</strong>ns een conversatiekan on<strong>de</strong>rvragen over <strong>de</strong> Situatie, <strong>de</strong> Taak, Actie, het Resultaat en <strong>de</strong> Reflectie. De trainermoet <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n hebben om cliënten te coachen.Een <strong>de</strong>finitie <strong>van</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsno<strong>de</strong>n zal gegeven wor<strong>de</strong>n boven het diagram. Die <strong>de</strong>finitie kanconcreet zijn, bv. hoe toon ik meer initiatief in een bedrijf. Of het kan een algemene <strong>de</strong>finitiezijn, bv. Ik wens een werkplaatsing in een winkel.Soms geven cliënten zelf aan welke oplossing ze in gedachten hebben, bv. in plaats <strong>van</strong> tewachten op instructies, brengen ze voorstellen naar voren: “of ik wil een werkplaatsing bij <strong>de</strong>Hema (een beken<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse winkelketen)”.36


Hoofdstuk 3 - Competenties en trainingRele<strong>van</strong>te elementen <strong>van</strong> <strong>de</strong> situatie wor<strong>de</strong>n beschreven in Context, bijvoorbeeld:• beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> complexiteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> situatie, bv. hoeveel werknemers, specifiekewerkproblemen, diverse taken, kwaliteitsvereisten;• beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> taak, bv. een bestelling verzamelen;• beschrijving <strong>van</strong> gebeurtenissen of processen die kunnen voorvallen, bv. zaken zijn stukaangetroffen, of ze zijn zon<strong>de</strong>r voorraad <strong>van</strong> iets gevallen.Wat <strong>de</strong> cliënt effectief doet om <strong>de</strong> taken te volbrengen wordt beschreven in het ge<strong>de</strong>elteGedrag, bijvoorbeeld:• een bestelling systematisch afwerken;• zoeken naar <strong>de</strong> diverse locaties <strong>van</strong> het bedrijf;• zoeken naar een werkplaatsing;• een gesprek hebben met een opzichter, enz.De vier competentiedimensies zullen (tij<strong>de</strong>lijk) getypeerd wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> “berg” <strong>van</strong> hetbovenstaan<strong>de</strong> diagram. Dat zijn aspecten die gebaseerd zijn op <strong>de</strong> eigen verhalen <strong>van</strong> <strong>de</strong>cliënt, die expliciet zullen wor<strong>de</strong>n gemaakt tij<strong>de</strong>ns een coachinggesprek. De coach zal indiennodig <strong>de</strong> opmerkingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt tij<strong>de</strong>ns dat gesprek noteren. Dat coachinggesprek is in <strong>de</strong>eerste plaats bedoeld om een goe<strong>de</strong> kennis te krijgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkattitu<strong>de</strong> en werkmotivatie<strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> voorbereiding op het coachinggesprek kan een coach proberen teachterhalen welke mogelijke dilemma’s <strong>de</strong> cliënt kan hebben, bijvoorbeeld: <strong>de</strong> klant wilinitiatief nemen, maar geeft vaak blijk <strong>van</strong> sociaal niet aan te ra<strong>de</strong>n gedrag, en is gereserveerd.De cliënt kan het vereiste gedrag niet expliciet maken, heeft tijd nodig om te achterhalen wathij of zij wil, en moet tussenstappen aangebo<strong>de</strong>n krijgen.De cliënt wil in een winkel werken, maar heeft presentatieproblemen. Een dilemma wordtconcreet in termen <strong>van</strong> zowel <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> <strong>de</strong> specifieke situatie als het sterke of zwakkepunt <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt.De cliënt moet het volgen<strong>de</strong> aangeven in het coachinggesprek:• <strong>de</strong> informatie, <strong>de</strong> kennis, het begrip die nodig zijn voor goe<strong>de</strong> prestaties in <strong>de</strong> gekozensituatie, bv. kennis <strong>van</strong> het initiatief nemen, of kennis <strong>van</strong> verkoopactiviteiten;• <strong>de</strong> ervaring die <strong>de</strong> cliënt heeft opgedaan in <strong>de</strong>ze situatie, en welke kennis <strong>de</strong> cliënt heeftverworven, bv. ik moet onthou<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> baas tussendoor veel vragen stelt; ik heb <strong>de</strong>neiging dat te vergeten; ik heb ooit een vakantiejob gehad in een winkel, of op school,enz.37


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>• <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n die hier bijzon<strong>de</strong>r belangrijk zijn, bijvoorbeeld <strong>de</strong> juiste vragen stellenof een voorstel doen voor het nemen <strong>van</strong> een initiatief dat vo<strong>org</strong>esteld wordt door <strong>de</strong>cliënt. De bedrevenheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt in het tellen <strong>van</strong> geld bij werk met contanten.• <strong>de</strong> attitu<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt tegenover <strong>de</strong> situatie. De manier waarop hij tegen het beroepaankijkt, bv. kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> taak of kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> eigen prestaties <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. Dat kangeconclu<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> leervraag en leerdoelstellingen die door <strong>de</strong> cliëntgeformuleerd zijn, bv. ik moet <strong>de</strong> or<strong>de</strong>rs <strong>van</strong> <strong>de</strong> baas bijzon<strong>de</strong>r goed uitvoeren, of ikmoet goed gekleed zijn in een winkel.Met reflecties door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> coaching, voor en na, kunnen we visualiseren of <strong>de</strong> cliënt <strong>de</strong>juiste vragen stelt. Met “reflectie in actie” kunnen vragen wor<strong>de</strong>n gesteld tij<strong>de</strong>ns hetcoachinggesprek. Vaak kunnen we verschillen<strong>de</strong> niveaus zien in <strong>de</strong> reflectie, bv. we kunnenvormen <strong>van</strong> emotionele en normatieve reflectie herkennen? Wanneer alles goed gaat tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>werkplaatsing, en <strong>de</strong> overstap <strong>van</strong> coaching naar <strong>de</strong> werkvloer kan wor<strong>de</strong>n gemaakt, is datvaak een positieve ervaring, omdat <strong>de</strong> cliënt zijn werkplaatsing graag heeft, en <strong>de</strong> werkgeververtrouwen heeft in <strong>de</strong> cliënt. Er zullen zaken wor<strong>de</strong>n opgeschreven in het “persoonlijkeontwikkelingsplan”. Als het meer is afgestemd op <strong>de</strong> overstap tussen school en werkvloer, danwordt het “persoonlijk overgangsplan” geheten. Het toekomstperspectief, <strong>de</strong> kwaliteiten enleerstijl <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt, belemmeringen voor zijn of haar toekomstperspectief enon<strong>de</strong>rwijsno<strong>de</strong>n zijn <strong>de</strong>len <strong>van</strong> het persoonlijke ontwikkelingsplan en persoonlijkeovergangsplan.3.4 Training <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> socialecompetentiesNaast competenties is <strong>de</strong> essentie <strong>van</strong> competentiegebaseer<strong>de</strong> training in termen <strong>van</strong> hetobserveren <strong>van</strong> het gedrag <strong>van</strong> mensen op een concrete manier: Waar werkt hij/zijmomenteel? Wat doet hij/zij? Welke competenties beheerst hij/zij? Wanneer mogen wezeggen dat hij/zij klaar is om te beginnen? En nog belangrijker, wanneer je wenst te beginnenmet competentiegebaseer<strong>de</strong> training, moeten we ons concentreren op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong>voorwaar<strong>de</strong>n: Is er een dui<strong>de</strong>lijke visie betreffen<strong>de</strong> training in onze <strong>org</strong>anisatie? Weten wewelke competenties we willen aanleren? Zijn die competenties opgeschreven in termen <strong>van</strong>“proces”, “kennis”, “vaardighe<strong>de</strong>n”, “attitu<strong>de</strong>”, enz.?Zoals we bovenstaand hebben gezegd, ligt het voor <strong>de</strong> hand dat cliënten hun eigen leerproceszullen beïnvloe<strong>de</strong>n en sturen. Daarnaast zullen cliënten <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong>38


Hoofdstuk 3 - Competenties en trainingontwikkelingsniveaus die ze al beheersen, op papier moeten zien. Een “portfolio’ (zie 6.3.3) isvoor hen een uitstekend instrument om dat te meten (on<strong>de</strong>r toezicht <strong>van</strong> een coach). Zorealiseren we twee belangrijke aspecten <strong>van</strong> het competentiegebaseer<strong>de</strong> leren: <strong>de</strong> richtingwordt aangegeven door <strong>de</strong> cliënten en door <strong>de</strong> trainers als coaches/opzichters. Veel mensenzijn <strong>de</strong>zer dagen vertrouwd met <strong>de</strong> term “portfolio”. Steeds vaker <strong>de</strong>nken leerkrachten,sprekers en trainers erover om “portfolio’s” te gebruiken voor hun cliënten, zodat ze kunnentonen wat ze beheersen. Tegelijk vragen ze: Wat is een portfolio? Wat betekent dat? Waarkomt dat <strong>van</strong>daan?Een portfolio is een dossieropslagsysteem waarin <strong>de</strong> persoon die dat systeem beheert, “iets”kan klasseren. Dat “iets” is ook waar<strong>de</strong>vol voor die persoon, en kan in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> <strong>de</strong> tijd ookwor<strong>de</strong>n verwij<strong>de</strong>rd of ver<strong>van</strong>gen door iets an<strong>de</strong>rs. Het dossieropslagsysteem kan diversevormen aannemen. Het kan een map, ringmap of zelfs een schoendoos zijn. In <strong>de</strong> hightechsamenleving <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag verschijnen <strong>de</strong> eerste digitale portfolio’s.Portfolio’s zijn zeker geen nieuwigheidjes. Vroeger en vooral nu nog altijd slaan cliënten enwerknemers in <strong>de</strong> drukkerijsector hun werk op in grote opslagdossiers: portfolio’s. Zo kunnenze aan mensen tonen wat ze gerealiseerd hebben. Uiteraard tonen ze alleen hun beste werk. Dei<strong>de</strong>e hierachter is dat ze kunnen tonen tot wat ze in staat zijn, en hoe bedreven ze zijn. Zo nuen dan wordt er iets verwij<strong>de</strong>rd, omdat het product een ontwerp is, of wordt een <strong>de</strong>el <strong>van</strong> hetdossier aan <strong>de</strong> kant gelegd, omdat het jaar of <strong>de</strong> module beëindigd is, en <strong>de</strong> leerling bewezenheeft dat hij/zij dat <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> portfolio beheerst. Tot slot wor<strong>de</strong>n in het on<strong>de</strong>rwijs <strong>van</strong><strong>van</strong>daag al die dossiers en ontwerpproducten ver<strong>van</strong>gen door één document: het diploma ofcertificaat. Certificaten bewijzen dat leerlingen over <strong>de</strong> nodige kennis en vaardighe<strong>de</strong>nbeschikken. Diploma’s tonen <strong>de</strong> competenties <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerlingen niet. Een bijhoren<strong>de</strong> portfoliomet <strong>de</strong> verworven competenties toont <strong>de</strong> kwaliteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong> portfoliohou<strong>de</strong>r explicieter enobjectiever aan. In dat ka<strong>de</strong>r is het verkieslijk om een overzicht te hechten aan <strong>de</strong> portfolio datvermeldt welke competenties <strong>de</strong> leerling beheerst. Dat overzicht kan bijvoorbeeld tegelijkwor<strong>de</strong>n gebruikt met een leerlingopvolgingssysteem dat <strong>de</strong> vooruitgang <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerlingaangeeft. Zo krijgen leerlingen een beter inzicht in <strong>de</strong> manier waarop <strong>de</strong> kennis envaardighe<strong>de</strong>n met betrekking tot bepaal<strong>de</strong> competenties wor<strong>de</strong>n beheerst.Door het persoonlijke ontwikkelingsplan of persoonlijke overgangsplan te koppelen aan <strong>de</strong>portfolio zal het voor <strong>de</strong> hand liggen dat alle cliënten hun eigen leerwegen voor <strong>de</strong> verwerving<strong>van</strong> competenties zullen registreren. Zo zullen er individuele trainingstrajecten zijn.Groepstraining is alleen mogelijk, indien meer mensen tegelijk39


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>in hun persoonlijke ontwikkelingsplan hebben aangegeven dat zij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> vaardigheid ofkennis willen verwerven.Dus, als wat voorafgaat dui<strong>de</strong>lijk en beknopt geregistreerd is, zullen we <strong>van</strong> start kunnen gaanmet competentiegebaseer<strong>de</strong> training.Per slot <strong>van</strong> rekening kan <strong>de</strong> cliënt <strong>de</strong> competentie op een behoorlijke manier aantonen, enweet hij hoe hij met <strong>de</strong> juiste attitu<strong>de</strong> in <strong>de</strong> juiste context moet optre<strong>de</strong>n. De cliënt kan nuzeggen: “Ik weet hoe ik dat moet doen, ik kan het ... en ik weet waarom!” De toevoeging “enik weet waarom” geeft weer dat hij of zij u <strong>de</strong> achtergrond kan vertellen <strong>van</strong> het gedrag dat hijof zij aan <strong>de</strong> dag legt.3.5 <strong>Resultaten</strong> en conclusies <strong>van</strong> <strong>de</strong> projectperio<strong>de</strong>De voorbije 3 jaar heeft <strong>de</strong> klemtoon <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project gelegen op <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ntificatie <strong>van</strong>arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competenties, evaluatie-instrumenten en <strong>de</strong> invoering <strong>van</strong>competentiegebaseer<strong>de</strong> training. We hebben geen volledige implementatie <strong>van</strong> dittrainingprogramma in <strong>de</strong> diverse instellingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>elnemen<strong>de</strong> partners gerealiseerd. Detrainers die aanwezig waren op <strong>de</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> projectverga<strong>de</strong>ringen, hebben kennisgemaakt met <strong>de</strong> diverse <strong>de</strong>len <strong>van</strong> competentiegebaseer<strong>de</strong> training, en hebben bij gelegenheidgeprobeerd die in hun dagelijkse praktijk toe te passen. We moeten vermel<strong>de</strong>n dat we datvooraf niet had<strong>de</strong>n verwacht, omdat het <strong>ATLAS</strong>-project bedoeld was voor zowel heton<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n als <strong>van</strong> <strong>de</strong> huidige stand <strong>van</strong> zaken. Het is dui<strong>de</strong>lijk datwe dit project een stap vooruit helpen geholpen door competenties te gebruiken in plaats <strong>van</strong>vaardighe<strong>de</strong>n. Het resultaat is dat <strong>de</strong> diverse partners al <strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> competentiegebaseer<strong>de</strong>training gebruiken, maar dat <strong>de</strong> trainers/coaches nog opgelei<strong>de</strong> trainers moeten wor<strong>de</strong>n. Eentwee<strong>de</strong> aspect, dat misschien nog belangrijker is, is dat <strong>de</strong> instellingen hiervoor geen beleidhebben kunnen bepalen, <strong>de</strong>els omdat het een nieuw systeem is. Voor sommige mensen washet een openbaring dat <strong>de</strong> cliënten nu belangrijk zijn en bijdragen aan hun eigen ontwikkeling.Met <strong>de</strong> “persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning” (“Person Centred Planning”) heeft Ierland eenmetho<strong>de</strong> die erg lijkt op competentiegebaseer<strong>de</strong> training. Oostenrijk is begonnen <strong>de</strong>startsituatie <strong>van</strong> competenties in kaart te brengen met behulp <strong>van</strong> het eigen ISKIE-instrument(gebaseerd op het MELBA-instrument, en uitgaand <strong>van</strong> sociale competenties). Ne<strong>de</strong>rlandheeft een groot voor<strong>de</strong>el op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re partners wat <strong>de</strong> competenties betreft, omdat <strong>de</strong>wetenschappelijke partner Fontys OSO in <strong>de</strong> omgeving gevestigd is (bv. <strong>de</strong> portfolio, in kaartbrengen <strong>van</strong> <strong>de</strong> vereiste competenties voor diverse beroepen met <strong>de</strong> bijhoren<strong>de</strong> aspecten <strong>van</strong>kennis, vaardighe<strong>de</strong>n en attitu<strong>de</strong>).40


Hoofdstuk 3 - Competenties en trainingWat het bureauon<strong>de</strong>rzoek in verband met competentiegebaseer<strong>de</strong> training aangaat weten wevooraf dat het niet gemakkelijk is om een studie <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainingsmetho<strong>de</strong>n uit te voeren. Watbetekent dat? Hebben we het over trainingsvaardighe<strong>de</strong>n of competenties? Spreken we oversuperviseren of coachen of over het aanleren <strong>van</strong> <strong>de</strong> juiste vaardighe<strong>de</strong>n of attitu<strong>de</strong>? Sprekenwe over trainingsgedrag in een afgezon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> omgeving of in <strong>de</strong> juiste context? Moeten we datslechts één keer bewijzen of in verschillen<strong>de</strong> contexten? Bovendien hanteren we eenallegaartje <strong>van</strong> gebruikte termen zoals “vaardighe<strong>de</strong>n” en “competenties” die in <strong>de</strong> diverselan<strong>de</strong>n an<strong>de</strong>rs wor<strong>de</strong>n omschreven. Het ligt voor <strong>de</strong> hand dat <strong>de</strong> concepten “vaardigheid”(“skill”) en “competentie” (“competence”) in <strong>de</strong> Engelse literatuur niet steeds dui<strong>de</strong>lijkwor<strong>de</strong>n omschreven, en dat ertussen zelfs niet altijd een dui<strong>de</strong>lijk on<strong>de</strong>rscheid wordt gemaakt.De term “vaardigheid” wordt zowel gebruikt voor vaardighe<strong>de</strong>n als voor competenties. In onsbureauon<strong>de</strong>rzoek zijn we uitgegaan <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese situatie waar <strong>de</strong> geïntegreer<strong>de</strong> training<strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n, kennis en attitu<strong>de</strong> begint. De interpretatie <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n luidthier: een voorwaar<strong>de</strong> voor het realiseren <strong>van</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> competenties.De rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainer/coachEen belangrijke conclusie in het <strong>ATLAS</strong>-project, die we ook kunnen terugvin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>literatuur, is het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainer/coach bij het aanleren en ontwikkelen <strong>van</strong> competenties.Meest bekend zijn <strong>de</strong> Amerikaanse Pygmalion-studies uit het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> vorige eeuwwaarin het effect <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerkracht op <strong>de</strong> prestaties <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten werd on<strong>de</strong>rzocht. Deverwachtingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerkracht, trainer of leerwegcoach bleken een enorme uitwerking tehebben op <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten. Omwille <strong>van</strong> <strong>de</strong> complexiteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwerving<strong>van</strong> competenties die niet alleen een kenniselement hebben, en waarbij context en attitu<strong>de</strong>,gedrag en persoonlijke trekken een rol spelen, zou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> trainer/coach speciale eisenkunnen wor<strong>de</strong>n gesteld. De trainer/coach moet zichzelf in <strong>de</strong> context <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt plaatsen.Voorts spelen <strong>de</strong> individuele mogelijkhe<strong>de</strong>n/onmogelijkhe<strong>de</strong>n en wensen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten eenrol. De trainer/coach moet in staat zijn <strong>de</strong> reflectie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt te superviseren om te kunnenbinnendringen in <strong>de</strong> diepere lagen <strong>van</strong> <strong>de</strong> ijsberg en <strong>de</strong> persoonlijkheid (zie 3.3). In <strong>de</strong> visiedie daar wordt uiteengezet, maakt <strong>de</strong> trainer/coach <strong>de</strong>el uit <strong>van</strong> <strong>de</strong> krachtige leeromgeving en<strong>de</strong> context waarin <strong>de</strong> training plaatsheeft. De trainers <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project ont<strong>de</strong>kken dat,als ze hun cliënten willen behan<strong>de</strong>len zoals het hoort, zijzelf ook bepaal<strong>de</strong> competenties zullenmoeten beheersen.41


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Fontys OSO heeft voor dat doel <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> Integrale Trajectbemid<strong>de</strong>ling ontwikkeld waarbijinteracties, training en coaching op verschillen<strong>de</strong> niveaus plaatshebben. Diverse <strong>de</strong>rgelijkemetho<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> trajectbemid<strong>de</strong>laar zijn te vin<strong>de</strong>n in het boek Maatschappelijkeparticipatie (Spies, H. 2005). Die metho<strong>de</strong>n vormen een aanvulling op <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>r vermel<strong>de</strong>activiteiten betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> competenties. Conclusie: voor het bereiken <strong>van</strong>een efficiënte ontwikkeling <strong>van</strong> sociale competenties bij cliënten is <strong>de</strong> reflectieve dialoogtussen <strong>de</strong> trainer/coach en <strong>de</strong> cliënt <strong>van</strong> essentieel belang.Trainingmetho<strong>de</strong>n die ge<strong>de</strong>eltelijk steunen op competentiegebaseer<strong>de</strong> trainingGelet op <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>r beschreven criteria, aangevuld met <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-criteria dattrainingsmetho<strong>de</strong>n universeel, internationaal bruikbaar en gemakkelijk toegankelijk moetenzijn, en dat <strong>de</strong> trainingsmetho<strong>de</strong> aangepast moet kunnen wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong>competenties, zijn we on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re tot <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n gekomen: metho<strong>de</strong> <strong>van</strong>Goldstein, training <strong>van</strong> Gordon, In Eigen Han<strong>de</strong>n, metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> Feuerstein, combinatietraining en KUKUK.Die trainingsmetho<strong>de</strong>n zijn geschikt voor <strong>de</strong> doelgroep <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>, en kunnen wor<strong>de</strong>naangepast aan <strong>de</strong> competenties zoals die wor<strong>de</strong>n geformuleerd in het <strong>ATLAS</strong>-handboek.Algemeen gesteld zijn <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> competenties belangrijk in trainingsmetho<strong>de</strong>n:• communicatie;• <strong>de</strong>el <strong>van</strong> een team;• sociale regels;• contact met collega’s;• sociaal aanvaard gedrag;• en sociale jobverwachtingen.Naast die trainingen hebben we <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> drie spellen gevon<strong>de</strong>n: Waar<strong>de</strong>n en Normenspel,Communicatiespel en Gevoelswereldspel. Die spellen kunnen tij<strong>de</strong>ns een coachingtraject (opeen speelse manier) wor<strong>de</strong>n gebruikt om competenties en/of vaardighe<strong>de</strong>n te behan<strong>de</strong>len.Een uitgebrei<strong>de</strong> bespreking <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze studie is te vin<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> website <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project:http://<strong>www</strong>.<strong>projectatlas</strong>.<strong>org</strong>42


Hoofdstuk 3 - Competenties en trainingIn Bijvoegsel 9 vindt u metho<strong>de</strong>n die gebruikt zijn door <strong>de</strong> Atlas-partners en enkele <strong>van</strong> <strong>de</strong>beste praktijken die echt gewerkt hebben in <strong>de</strong> testfase en daarna. De beste praktijken voor hetbehoud <strong>van</strong> een baan en <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> sociale competenties om een baan te vin<strong>de</strong>nwor<strong>de</strong>n daar vermeld.Een <strong>van</strong> onze partners heeft het “echte leven” gebruikt als context voor <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong>sociale competenties. Die aandacht verliep via het netwerk <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten. In Oostenrijk<strong>org</strong>aniseert <strong>de</strong> cliënt zijn eigen, persoonlijke, toekomstige conferentie om zijn doelstellingen terealiseren. De cliënt stelt zijn “persoonlijke ontwikkelingsplan” voor. De begeleiding <strong>van</strong> <strong>de</strong>cliënten is gebaseerd op het creëren <strong>van</strong> een uitdagen<strong>de</strong> omgeving. De trainer die <strong>de</strong> cliëntenbegeleidt, is ook belangrijk. In een an<strong>de</strong>r project werd ont<strong>de</strong>kt dat je je bewust moet zijn <strong>van</strong>je eigen patroon als coach of trainer om gedragspatronen te kunnen veran<strong>de</strong>ren. Hij of zij moetsociaal zeer on<strong>de</strong>rlegd zijn om <strong>de</strong> patronen <strong>van</strong> cliënten te herkennen en te veran<strong>de</strong>ren.In Roemenië werd <strong>de</strong> dagelijkse situatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten ook gebruikt om <strong>de</strong> socialecompetenties thuis te oefenen. Er werd een metho<strong>de</strong> ontwikkeld die gebruikt kan wor<strong>de</strong>n doorou<strong>de</strong>rs. Het betrekken <strong>van</strong> <strong>de</strong> omgeving zoals <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs, vrien<strong>de</strong>n, werkgevers, enz. is iets watalle partners gebruiken ten bate <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. Ze zijn het er allemaal over eens dat <strong>de</strong>ontwikkeling <strong>van</strong> sociale competenties niet ophoudt buiten het klaslokaal.In een an<strong>de</strong>r project wordt dit punt gecombineerd met principes <strong>van</strong> beroeps- enbedrijfsopleiding. In Griekenland bijvoorbeeld wordt <strong>de</strong> SWOT- analyse (Strengths,Weaknesses, Opportunities, Threats) (sterke punten, zwakke punten, gelegenhe<strong>de</strong>n,bedreigingen) gebruikt voor <strong>de</strong> trainer, werkgever en cliënt om <strong>de</strong> juiste persoon voor <strong>de</strong> juistebaan te vin<strong>de</strong>n. Eén probleem doet zich hier voor: dat moet re<strong>de</strong>lijk vaak gebeuren, omdat eenkleine veran<strong>de</strong>ring een groot verschil kan maken bij het realiseren <strong>van</strong> <strong>de</strong> juistesamenvoeging.Ne<strong>de</strong>rland volgt een persoonlijkere aanpak. Daar wordt <strong>de</strong> perfecte geschiktheid voor <strong>de</strong>arbeidsmarkt gerealiseerd via rechtstreeks contact tussen <strong>de</strong> trainer en <strong>de</strong> cliënt. De trainermoet heel wat weten <strong>van</strong> zowel <strong>de</strong> arbeidsmarkt als <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. Dat komtneer op een grote inspanning <strong>van</strong>wege <strong>de</strong> trainer.De on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> conclusies zijn <strong>van</strong> belang:• opmerkingen over het gebruik <strong>van</strong> een logboek: één <strong>van</strong> <strong>de</strong> partners leg<strong>de</strong> een Atlaslogboekaan; alle partners zijn het erover eens dat zo’n logboek cliënten en trainers kanhelpen om <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competenties te registreren;43


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>• het Atlas-handboek met <strong>de</strong> beslissingsboom voor het gebruik <strong>van</strong> evaluatiemetho<strong>de</strong>n: bijhet verplichte gebruik en uitproberen <strong>van</strong> evaluatiemetho<strong>de</strong>n was een <strong>van</strong> <strong>de</strong> conclusiesdat <strong>de</strong> evaluatiemetho<strong>de</strong> niet zo belangrijk was voor het aanleren <strong>van</strong> socialecompetenties of het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een baan; <strong>de</strong> individuele aanpak en opvolging na <strong>de</strong>evaluatie waren wel <strong>van</strong> essentieel belang; ook het systematische gebruik <strong>van</strong> metho<strong>de</strong>nzoals SMART, STARR of SWOT werd nuttig bevon<strong>de</strong>n bij het realiseren <strong>van</strong>doelstellingen met <strong>de</strong> cliënten in <strong>de</strong> projecten;• werken <strong>van</strong>uit een visie, en evaluatie niet als doelstelling op zich gebruiken;• <strong>de</strong> context, omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt gebruiken in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> zijn training.Voorts is het voor trainers/coaches dui<strong>de</strong>lijk gewor<strong>de</strong>n dat competenties niet alleen verworvenwor<strong>de</strong>n door training. Het ka<strong>de</strong>r waarbinnen die vereist wor<strong>de</strong>n, en <strong>de</strong> juiste training/coachingzijn hier <strong>van</strong> groot belang. Hetzelf<strong>de</strong> geldt voor het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> SMART- en STARRmetho<strong>de</strong>voor <strong>de</strong>ze doelgroep <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project, net zoals voor reflectief leren. Onzepartners ont<strong>de</strong>kten dat <strong>de</strong> cliënten door met die metho<strong>de</strong>n te werken niet alleen meer aandachtkregen, maar ook een centrale rol speel<strong>de</strong>n in hun leerproces. Dat is uitgerekend <strong>de</strong> bedoeling<strong>van</strong> competentiegebaseerd leren.De kennis <strong>van</strong> welke <strong>de</strong>len <strong>van</strong> evaluatietesten gebruikt kunnen wor<strong>de</strong>n voor hetcompetentiegebaseer<strong>de</strong> aanleren <strong>van</strong> arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competenties moet in<strong>de</strong> praktijk ver<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n uitgewerkt door <strong>de</strong> trainers. Daarvoor is het nodig dat ze in <strong>de</strong>eerste plaats <strong>de</strong> competenties, die <strong>van</strong> hun cliënt verlangd wor<strong>de</strong>n, bepalen en beschrijven.Vervolgens was het geen verrassing dat er geen geïntegreer<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en evaluatietestenwer<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n voor het aanleren <strong>van</strong> sociale competenties. Toch wer<strong>de</strong>n er enkeleinitiatieven genomen. Tegelijkertijd beseffen we echter dat <strong>de</strong> partners in <strong>de</strong> praktijkexperimenteren met het aanleren <strong>van</strong> beroepscompetenties en burgerschapscompetenties.Tot slot kunnen we stellen dat een studie <strong>van</strong> leerstijlen en <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> socialecompetenties een aanbeveling is voor <strong>de</strong> doelgroep <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project. Nog eenaanbeveling is <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> een competentiegebaseer<strong>de</strong> aanpak (training of on<strong>de</strong>rwijs)op het vlak <strong>van</strong> sociale competenties, omdat dat voor die doelgroep <strong>van</strong> essentieel belang isvoor het vin<strong>de</strong>n en behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een baan (Plaats-Train-Behoud-aanpak).44


Hoofdstuk 3 - Competenties en trainingOnze visie op <strong>de</strong> sociale competenties <strong>van</strong> Eric, alvorens hem te evaluerenToen hij begon <strong>de</strong>el te nemen aan het beroepstrainingsprogramma, stond Eric on<strong>de</strong>r ambulantepsychiatrische behan<strong>de</strong>ling en een betaal<strong>de</strong> baan werd niet als haalbaar beschouwd. Volgens <strong>de</strong>maatschappelijk werker waren <strong>de</strong> problemen <strong>van</strong> Eric veroorzaakt in zijn vroege kin<strong>de</strong>rjaren. Hij werdopgevoed in een gezin waar<strong>van</strong> bei<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs alcoholverslaafd waren. Geweld en we<strong>de</strong>rzijdse kleineringkwamen veel voor binnen het gezin. Toen hij aan ons programma begon, had Eric een lage zelfachting,geringschatte zijn werkmakkers, had geen respect voor persoonlijke relaties, aanvaard<strong>de</strong> geen gezag ofbazen, had problemen om oogcontact te maken, en overtrad voortdurend <strong>de</strong> regels. Een goe<strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>voor het sociale leerproces was evenwel dat hij zich bewust was <strong>van</strong> wat verkeerd was. Behalve dat hij fysiekzwaar werk aankon, had Eric ook goed planningvaardighe<strong>de</strong>n, en kon hij werkfasen zelfstandig op eigeninitiatief uitvoeren.Hoe hebben we Eric getraind?Enerzijds moest Eric <strong>de</strong> gewone werkroutine, het werkritme en <strong>de</strong> specifieke werkvaardighe<strong>de</strong>n leren, enan<strong>de</strong>rzijds moest hij sociaal gewaar<strong>de</strong>erd gedrag ontwikkelen om te beantwoor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> vereiste normen in<strong>de</strong> open arbeidsmarkt. Onze aanpak <strong>de</strong>stijds was ons toe te spitsen op <strong>de</strong> problemen en tekortkomingen <strong>van</strong>Eric om hem klaar te maken voor <strong>de</strong> open arbeidsmarkt. Aangezien Eric het moeilijk had om zich aan regelste hou<strong>de</strong>n, <strong>de</strong><strong>de</strong>n we inspanningen om het gedrag <strong>van</strong> Eric te veran<strong>de</strong>ren door hem lijstjes met regels tegeven waaraan hij zich moest hou<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> school, <strong>de</strong> kantine, en in gewone socialeinteracties. Die controlelijsten zou<strong>de</strong>n hem helpen om zijn eigen welslagen of mislukking te beoor<strong>de</strong>len.Helaas werkte dat niet. We zagen in dat we <strong>de</strong> training moesten aanpassen; het programma had ons totdusver geen stap ver<strong>de</strong>r gebracht. In gesprekken probeer<strong>de</strong>n we te achterhalen waarom onze hulp voor hemniets oplever<strong>de</strong>. Zijn eer<strong>de</strong>re psychiatrische behan<strong>de</strong>ling, waarin Eric constant werd geconfronteerd met zijnproblemen die hij moest overwinnen, had hem afkerig gemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong>elname aan nog meer gespreken.Ondanks al onze inspanningen zaten we vast.45


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>46


Hoofdstuk 4Enquête werkgeversNa <strong>de</strong> bepaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> zeven competenties en <strong>de</strong> bijhoren<strong>de</strong> 62 sociale vaardighe<strong>de</strong>n werd eenenquête gehou<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r werkgevers die ervaring had<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> doelgroep. De bedoelingdaar<strong>van</strong> was te on<strong>de</strong>rzoeken welk belang werkgevers hechten aan die competenties, en of zijdie competenties an<strong>de</strong>rs beoor<strong>de</strong>len. De enquête werd gehou<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r een aantal werkgeversin <strong>de</strong> diverse lan<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> sectoren:Beschutte tewerkstelling Beschut werk Vrij werkGroen 5 11 7Diensten 8 18 14Lichte industrie 8 8 15Oostenrijk 5 6 9België 4 9 5Griekenland 0 8 8Ierland 5 8 11Ne<strong>de</strong>rland 9 8 9Roemenië 0 0 0We kregen in totaal 105 vragenlijsten terug <strong>van</strong> werkgevers: 65 interviews, 35 schriftelijkeenquêteformulieren, en 5 waar<strong>van</strong> we niet kon<strong>de</strong>n uitmaken of het een interview was of eenformulier ingevuld door <strong>de</strong> werkgever.Gelieve in dat verband het volgen<strong>de</strong> te noteren:• <strong>de</strong> aantallen per soort tewerkstelling zijn niet up-to-date, omdat niet alle werkgevers hetvolledige formulier hebben ingevuld;• Roemenië kon hieraan niet <strong>de</strong>elnemen, omdat daar nog niet genoeg werkgevers zijn metervaring met die doelgroep.47


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>In het originele plan startten we met 15 verschillen<strong>de</strong> werkgevers in <strong>de</strong> groene sector,productie, catering, schoonmaak en bouw. Zoals we in het oorspronkelijke plan alvermoed<strong>de</strong>n, stel<strong>de</strong>n we enige overlapping vast. De scheiding tussen kantoorwerk, diensten enlichte industrie was niet altijd zichtbaar. Het kleine aantal kantoorwerk (n = 11) is afhankelijk<strong>van</strong> <strong>de</strong> taken ver<strong>de</strong>eld in diensten en lichte industrie.Daarom werd <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> herschikking do<strong>org</strong>evoerd:• groen (serres, tuinaanleg en -on<strong>de</strong>rhoud, on<strong>de</strong>rhoud <strong>van</strong> terreinen);• diensten (catering, schoonmaak, supermarkt);• lichte industrie (reproductie of assemblage).In bijvoegsel 3 vindt u een enquêteformulier waarop naar <strong>de</strong> mening <strong>van</strong> werkgevers gevraagdwordt betreffen<strong>de</strong> het belang <strong>van</strong> 62 sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Aan <strong>de</strong> werkgevers werd gevraagdhun gevoel weer te geven op een 4-puntenschaal, en aan te geven of het belang <strong>van</strong> dievaardighe<strong>de</strong>n was:• te verwaarlozen;• eer<strong>de</strong>r klein dan groot;• eer<strong>de</strong>r groot dan klein;• <strong>van</strong> groot belang.Bijvoegsel 2 toont twee belangrijkheidsindicaties voor elk <strong>van</strong> <strong>de</strong> items op onze lijst <strong>van</strong> 62sociale vaardighe<strong>de</strong>n, bei<strong>de</strong> op basis <strong>van</strong> een verschillend driesterrensysteem (geen sterren =onbelangrijk tot drie sterren = zeer belangrijk/essentieel):‣ <strong>de</strong> eerste geeft één ster voor ie<strong>de</strong>re sector (lichte industrie/kantoor, diensten of “groen”)waar 60 % of meer werkgevers in die sector het belang <strong>van</strong> die vaardigheid positiefinschatten (als “<strong>van</strong> groot belang” of “eer<strong>de</strong>r groot dan klein”);‣ <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> is gebaseerd op <strong>de</strong> antwoor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> werkgevers in <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt; éénster wordt toegekend aan vaardighe<strong>de</strong>n die positief beoor<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n door 60-69 % <strong>van</strong><strong>de</strong> werkgevers, twee sterren voor een positieve reactie <strong>van</strong> 70-79 % <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgevers,en 3 sterren voor die vaardighe<strong>de</strong>n die door 80 % of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgevers als positiefwerd beoor<strong>de</strong>eldAangezien open tewerkstelling in <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt het uitein<strong>de</strong>lijke doel is <strong>van</strong> <strong>de</strong>beroepsrehabilitatie en -on<strong>de</strong>rsteuning, moeten alle vaardighe<strong>de</strong>n die als positief belangrijkwor<strong>de</strong>n gewaar<strong>de</strong>erd door48


Hoofdstuk 4 – Enquête werkgevershet meren<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgevers (d.w.z. één ster of meer in het twee<strong>de</strong> systeem), beschouwdwor<strong>de</strong>n als waarschijnlijk noodzakelijk voor langetermijnsucces in een baan. Het is goedmogelijk dat een beschermen<strong>de</strong> omgeving min<strong>de</strong>r veeleisend is, als het aankomt op het socialegedrag <strong>van</strong> haar personeel, en dat ze toleranter is voor sociale excessen of tekorten. Toch zouhet onverstandig zijn om verwachtingen te bepalen voor <strong>de</strong> sociale competentie die vereistwordt om met succes in dienst te wor<strong>de</strong>n genomen, die on<strong>de</strong>r het niveau liggen <strong>van</strong> wat nodigis in <strong>de</strong> open tewerkstelling.52 <strong>van</strong> <strong>de</strong> 62 sociale vaardighe<strong>de</strong>n kregen één of meer sterren <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgevers uit <strong>de</strong> vrijearbeidsmarkt. Er is ook een sterke overlapping in <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> tweesterrentoekenningssystemen. Die resultaten bevestigen wat eer<strong>de</strong>r werd gesteld, nl. dat eenbre<strong>de</strong> waaier <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n belangrijk kan zijn om te slagen in een baan.Zelfs als dat zo is, hebben werkgevers mogelijk <strong>de</strong> neiging gehad om het belang teverwaarlozen of te on<strong>de</strong>rschatten <strong>van</strong> sociale gedragingen op <strong>de</strong> werkplek die geen verbandhou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong> het werk. Veel <strong>van</strong> <strong>de</strong> 10 sociale vaardighe<strong>de</strong>n die geensterbeoor<strong>de</strong>ling hebben gekregen hebben betrekking op conversatie, humor, en gepastevrien<strong>de</strong>lijkheid on<strong>de</strong>r collega’s. Dergelijke gedragingen kunnen belangrijk zijn voor <strong>de</strong>sociometrische evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competentie (d.w.z. of collega’s hun collega’s met eenbeperking zou<strong>de</strong>n beoor<strong>de</strong>len als graag gezien of sociaal aanvaard), en ook voor <strong>de</strong> socialeintegratie <strong>van</strong> <strong>de</strong> werknemer zowel in <strong>de</strong> werkplaats als in sociale relaties buiten het werk metcollega’s. Deze interpretatie zou consequent zijn met <strong>de</strong> conclusie <strong>van</strong> Salzberg et al. (1987),nl. dat an<strong>de</strong>re sociale vaardighe<strong>de</strong>n een belangrijkere rol spelen, wanneer het verschil invaardighe<strong>de</strong>n tussen hooggeplaatste en laaggeplaatste werknemers wordt on<strong>de</strong>rzocht, danwanneer werkgevers eenvoudig punten geven op het relatieve belang <strong>van</strong> een lijst <strong>van</strong>vaardighe<strong>de</strong>n, zoals hier gebeurd is.Als we uitgaan <strong>van</strong> <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>ling zoals die wordt weergegeven in bijvoegsel 2, waar wevaststellen dat we een percentage <strong>van</strong> 60 % of meer in 5 <strong>van</strong> <strong>de</strong> 6 kolommen beschouwen alseen sleutelvaardigheid, dan kunnen we <strong>de</strong> 27 sociale sleutelvaardighe<strong>de</strong>n bepalen (zieBijvoegsel 4).Die 27 sociale sleutelvaardighe<strong>de</strong>n behoren overwegend tot <strong>de</strong> 3 competenties:B: is in staat om tij<strong>de</strong>ns het werk te presteren;C: is in staat tot sociale relaties op <strong>de</strong> werkvloer met bv. oversten en klanten;G: is in staat om <strong>de</strong> algemene regels en afspraken na te leven.49


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Voor <strong>de</strong> overige 4 competenties geeft min<strong>de</strong>r dan 60 % <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgevers aan dat ze vereistwor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> werknemers:A: is in staat te communiceren;D: is in staat gepaste relaties aan te gaan met collega’s;E: is in staat blijk te geven <strong>van</strong> sociaal aanvaard gedrag;F: is in staat zijn/haar stress efficiënt te beheersen.A679D29Communicatie: is in staatte antwoor<strong>de</strong>n in een gesprekeen gesprek te beëindigen/ <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwerp te veran<strong>de</strong>reneen gesprek aan te <strong>van</strong>genRelaties met collega’s: is in staat ... gepaste relaties aan te gaan metzich sociaal aan te passen aan <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personen (en weet hoe hij iemandkan aanspreken, formeel/informeel)31E47interesse te tonen in collega’sSociaal aanvaard gedrag: is in staat omJuist te reageren op een complimentF55Stressbeheersing: is in staat ... zijn/haar stress efficiënt te beheersenblijk te geven <strong>van</strong> goe<strong>de</strong> stressbestendigheidDe 7 bovenstaan<strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n niet vereist <strong>van</strong> werknemers door min<strong>de</strong>r dan 60 %<strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgevers.Als we het hele beeld on<strong>de</strong>r ogen nemen, kunnen we besluiten dat werkgevers in werk,beschutte tewerkstelling en vrij werk een verschillend i<strong>de</strong>e hebben <strong>van</strong> <strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n die vereist wor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> werknemers, als <strong>de</strong>ze voor hen werken. Hoe dichterwerknemers staan bij betaal<strong>de</strong> banen op <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt, hoe meer eisen werkgevers aanhen stellen qua sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Tot slot zou<strong>de</strong>n we willen vermel<strong>de</strong>n dat we hetvermoe<strong>de</strong>n hebben dat <strong>de</strong> meningen <strong>van</strong> <strong>de</strong> partners in <strong>de</strong> diverse lan<strong>de</strong>n over <strong>de</strong> vereistesociale vaardighe<strong>de</strong>n verschillen. Dat zal mogelijk wor<strong>de</strong>n vastgesteld in een grootschaligeron<strong>de</strong>rzoek.50


Hoofdstuk 5De rol <strong>van</strong> evaluatie,categorisering <strong>van</strong> socialecompetenties en evaluaties<strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n5.1 Competentie: vaststelling <strong>van</strong> a<strong>de</strong>quate prestatiesBeroepscompetentie is ge<strong>de</strong>finieerd als “in staat zijn om volledige werkfuncties uit te voerenin overeenstemming met <strong>de</strong> normen die in werkomgevingen in dienstverband verwachtwor<strong>de</strong>n” (Reid et al., 1992, pag. 236) ... “... in tegenstelling tot meesterschap ofuitmuntendheid zijn het <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n, kennis, attitu<strong>de</strong>s en ervaring die nodig zijn om eenberoepsfunctie in bevredigen<strong>de</strong> mate uit te voeren”. We kunnen competentie zien als hetvermogen <strong>van</strong> een persoon om een bepaal<strong>de</strong> taak uit te voeren in een bepaal<strong>de</strong> context en opeen bepaald moment. Die prestaties wor<strong>de</strong>n niet alleen ge<strong>de</strong>finieerd door <strong>de</strong> vaardigheid <strong>van</strong><strong>de</strong> persoon (d.w.z. het vermogen om het gedrag te implementeren) maar ook door zijn attitu<strong>de</strong>(persoonlijke trekken en motivatie), on<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> kennis (informatie) en ervaring.Beroepscompetentie houdt vervolgens in dat men in staat is <strong>de</strong> taken <strong>van</strong> <strong>de</strong> baan uit te voerenvolgens <strong>de</strong> standaard die vereist wordt door <strong>de</strong> werkgever. Toch moeten alle werknemers ookvoldoen<strong>de</strong> sociaal competent zijn om goed genoeg te kunnen omgaan met hun collega’s op hetwerk. Sociale competentie op <strong>de</strong> werkvloer kan gezien wor<strong>de</strong>n als een bevredigen<strong>de</strong>uitvoering <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale aspecten <strong>van</strong> het werknemer-zijn. Bepaal<strong>de</strong> sociale competentieshou<strong>de</strong>n rechtstreeks verband met <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong> het werk (bv. richtlijnen opvolgen, or<strong>de</strong>rsaanvaar<strong>de</strong>n, hulp vragen, samenwerken met an<strong>de</strong>ren, werkinformatie <strong>de</strong>len, reageren opmanagementfeedback). An<strong>de</strong>re die geen rechtstreeks verband hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> werktaken, zijnbelangrijk voor <strong>de</strong> sociale relaties die nodig zijn om het werk gedaan te krijgen (bv. vrien<strong>de</strong>lijkzijn, grappen <strong>de</strong>len, interessant zijn in gesprekken, respect tonen, geheimpjes toevertrouwenen onthullen).Schumaker en Hazel (1984) <strong>de</strong>finiëren een sociale vaardigheid als “een<strong>de</strong>r welke cognitievefunctie of openlijk gedrag <strong>van</strong> een individu tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> interactie met een an<strong>de</strong>re51


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>persoon” (pag. 422). Cognitieve functies zijn on<strong>de</strong>r meer vermogens zoals empathie of begrip<strong>van</strong> gevoelens <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren, on<strong>de</strong>rscheid maken tussen en conclusies trekken uit socialewenken, en <strong>de</strong> gevolgen <strong>van</strong> sociaal gedrag voorspellen en evalueren. Openlijke gedragingenzijn on<strong>de</strong>r meer non-verbale (bv. oogcontact, gelaatsuitdrukking) en verbale (bv. spraak)componenten <strong>van</strong> sociale expressie. We citeren Libet en Lewinsohn (1973) en Trower et al.(1978), die ver<strong>de</strong>r gaan, en die sociale competentie <strong>de</strong>finiëren als “een generatief gebruik dooreen persoon <strong>van</strong> een verschei<strong>de</strong>nheid aan cognitieve en openlijke sociale vaardighe<strong>de</strong>n datleidt tot positieve gevolgen voor hem/haar en voor <strong>de</strong> personen die met hem/haar interageren”(pag. 422). Sociale competentie wordt daarom gezien als een samenstelling <strong>van</strong> vier setsvaardighe<strong>de</strong>n: (a) situaties on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n waarin sociaal gedrag gepast is (bv. bepalenwanneer iemand klaar is, of het te druk heeft om te spreken), (b) <strong>de</strong> juiste verbale en nonverbalesociale vaardighe<strong>de</strong>n kiezen (bv. passend voor <strong>de</strong> leeftijd, het geslacht of het gezag<strong>van</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re persoon), (c) <strong>de</strong>ze sociale vaardighe<strong>de</strong>n vloeiend gebruiken (bv. inovereenstemming met <strong>de</strong> gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> sociale ze<strong>de</strong>n), en (d) <strong>de</strong> verbale en non-verbale wenken<strong>van</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re persoon juist percipiëren en zich aanpassen aan die feedback (bv. ophou<strong>de</strong>n metspreken, wanneer <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re persoon geprobeerd heeft om te spreken). Het bezit <strong>van</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n kan een noodzakelijke voorwaar<strong>de</strong> zijn, maar het vloeiend gebruiken <strong>van</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n is niet alleen gebaseerd op vakkundigheid maar ook op <strong>de</strong> motivatie om dievaardighe<strong>de</strong>n te gebruiken, wat op zijn beurt een resultaat is <strong>van</strong> het sociaal begrijpen en <strong>van</strong>het waar<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> <strong>de</strong> positieve gevolgen die geslaag<strong>de</strong> sociale uitwisselingen meebrengen.Voorts suggereert <strong>de</strong> klemtoon op bevredigen<strong>de</strong> uitvoering in <strong>de</strong> bovenstaan<strong>de</strong> <strong>de</strong>finities <strong>van</strong>beroepscompetentie dat <strong>de</strong> competentie eer<strong>de</strong>r een relatieve dan een absolute toestand kan zijn(bv. terwijl het zich algemeen gedragen op sociaal gepaste manier belangrijk kan zijn, hoefthet niet altijd nodig te zijn om zich correct te gedragen, aangezien er een zekere tolerantie vooronstandvastigheid of voor verschillen tussen individuen kan bestaan, zoals verlegenheid,onstuimigheid, enz.). Daarnaast kunnen oor<strong>de</strong>len over competentie eer<strong>de</strong>r holistisch zijn dangebaseerd op discrete elementen (d.w.z. hoewel een persoon een gebrek kan hebben aanbepaal<strong>de</strong> gewenste vaardighe<strong>de</strong>n, kunnen sterke punten op an<strong>de</strong>re vlakken een compensatievormen voor <strong>de</strong> tekorten, zodat <strong>de</strong> persoon globaal wordt aanzien als een voldoen<strong>de</strong> vaardigewerknemer). Bijgevolg kan het wel zo zijn dat beoor<strong>de</strong>lingscijfers <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>neen leidraad vormen voor <strong>de</strong> sociale competentie, toch kan <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ale vaardigheid <strong>de</strong> effectieveomgevingsvereisten overschatten.Competentie kan ook situatiespecifiek zijn (d.w.z. het vermogen <strong>van</strong> een persoon om eeninstructie op te volgen kan toereikend zijn in een situatie waarin <strong>de</strong> instructies eenvoudig zijnen onmid<strong>de</strong>llijk moeten wor<strong>de</strong>n uitgevoerd, zoals in een reeks vragen zoals “geef me <strong>de</strong> hamereens”, “geef me eens een nagel”, “houd dat uitein<strong>de</strong> eens vast”, enz., maar als ze complexerzijn, moeten ze52


Hoofdstuk 5 - De rol <strong>van</strong> evaluatie, categorisering <strong>van</strong> sociale competenties en evaluaties <strong>van</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>nonthou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, en vereisen ze een reactie op een wijzigen<strong>de</strong> situatie, zoals in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong>instructies: “controleer <strong>de</strong> pizza na 5 minuten; als <strong>de</strong> korst goudbruin is, neem hem dan uit <strong>de</strong>oven; zo niet, laat hem dan nog een minuut in <strong>de</strong> oven, en controleer hem opnieuw”). Terwijlin <strong>de</strong>rgelijke gevallen hoog ontwikkel<strong>de</strong> sociale competentie die overdraagbaar is <strong>van</strong> <strong>de</strong> eneomgeving op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re, een instructionele langetermijndoelstelling kan zijn, kan beperkteresociale competentie aangepast aan <strong>de</strong> specifieke omgeving een a<strong>de</strong>quatekortetermijndoelstelling zijn. Gegeneraliseer<strong>de</strong> sociale competentie mag uit zo’n beperkte<strong>de</strong>finitie niet geconclu<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n, maar an<strong>de</strong>rzijds is het mogelijk geen noodzakelijkeontwikkelingsdoelstelling. In gevallen waar <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> intellectuele handicap of an<strong>de</strong>rebeperking (bv. autisme) gegeneraliseer<strong>de</strong> sociale competentie tot een onrealistischedoelstelling maakt, is het belangrijk het aanleren te beperken tot <strong>de</strong> welbepaal<strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong><strong>de</strong> omgeving (en een “plaats-en-train”-begeleid tewerkstellingsmo<strong>de</strong>l te volgen in plaats <strong>van</strong>een “train-en-plaats”-beroepsvoorbereidingsmo<strong>de</strong>l, zie hierboven).Er zijn diverse metho<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> sociale competentie (zie Schumaker & Hazel,1984), maar het gebruik <strong>van</strong> gedragsbeoor<strong>de</strong>lingsschalen heeft bepaal<strong>de</strong> praktische voor<strong>de</strong>len.Die beoor<strong>de</strong>lingsschalen sommen gedragspunten op, en <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nt (<strong>de</strong> persoon zelf of eenrele<strong>van</strong>te an<strong>de</strong>re persoon) geeft aan of <strong>de</strong> vaardigheid aanwezig is in het repertorium <strong>van</strong> <strong>de</strong>persoon, of hoe goed het gedrag wordt uitgevoerd. De voor<strong>de</strong>len er<strong>van</strong> zijn dat ze: (a) snel engemakkelijk te gebruiken zijn, (b) <strong>de</strong>ficits kunnen aangeven waaruit doelstellingen kunnenwor<strong>de</strong>n afgeleid voor <strong>de</strong> interventie, en (c) gebruikt kunnen wor<strong>de</strong>n om normatieve data teproduceren aan <strong>de</strong> hand waar<strong>van</strong> criteriumsnijpunten kunnen wor<strong>de</strong>n geï<strong>de</strong>ntificeerd. Depunten in inventarissen voor evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n hebben evenwel <strong>de</strong> neigingom alleen omwille <strong>van</strong> hun indruksgeldigheid gekozen te wor<strong>de</strong>n. Het is belangrijk om teonthou<strong>de</strong>n dat het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong>rgelijke evaluatie alleen kan fungeren als algemene leidraadvoor <strong>de</strong> selectie <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelstellingen <strong>van</strong> het aanleren <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Er isecologische evaluatie (d.w.z. evaluatie binnen <strong>de</strong> werkplaats) nodig om <strong>de</strong> juiste socialevaardighe<strong>de</strong>n die nodig zijn in een welbepaal<strong>de</strong> omgeving, te staven. Hier legt rechtstreekseobservatie <strong>van</strong> gedrag in echte sociale situaties <strong>de</strong> verwachte prestaties vast (d.w.z. door eencompetente werknemer te observeren om <strong>de</strong> inventaris te vormen <strong>van</strong> een persoon zon<strong>de</strong>rhandicap) en dat <strong>van</strong> <strong>de</strong> begelei<strong>de</strong> werknemer. Alle bedui<strong>de</strong>n<strong>de</strong> verschillen kunnen aan <strong>de</strong>basis liggen <strong>van</strong> een traininginterventie.5.2 De rol <strong>van</strong> evaluatieEen capaciteit om <strong>de</strong> sociale competentie en aanverwante sociale vaardighe<strong>de</strong>n te evalueren enaan te leren is belangrijk om mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap te helpen succesvollewerknemers te wor<strong>de</strong>n. Ze kan onze mogelijkhe<strong>de</strong>n verhogen om:• <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> sociale repertoria te bepalen <strong>van</strong> potentiële werknemers met een handicap;53


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>• <strong>de</strong> sociale vereisten te bepalen die banen stellen aan werknemers (bv. door <strong>de</strong> socialecompetentie te evalueren <strong>van</strong> een ervaren werknemer zon<strong>de</strong>r handicap die het werkuitvoert);• geschikte mensen te kiezen voor banen op basis <strong>van</strong> hun sociale repertoria dieovereenstemmen met <strong>de</strong> sociale vereisten <strong>van</strong> <strong>de</strong> baan (om <strong>de</strong> behoefte aan training zolaag mogelijk te hou<strong>de</strong>n);• hiaten te i<strong>de</strong>ntificeren in <strong>de</strong> competentie (punten waarop <strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n,attitu<strong>de</strong>s, ervaring of motivatie <strong>van</strong> een persoon verschillen <strong>van</strong> die voor <strong>de</strong> baan wor<strong>de</strong>nvereist);• banen en <strong>de</strong> sociale vereisten er<strong>van</strong> aan te passen om <strong>de</strong> competentiehiaten zo kleinmogelijk te hou<strong>de</strong>n (in sommige omstandighe<strong>de</strong>n <strong>de</strong> behoefte aan welbepaal<strong>de</strong> soorten<strong>van</strong> interactie vermin<strong>de</strong>ren kan een efficiënte strategie zijn);• competentie op te bouwen door <strong>de</strong> vereiste prestaties aan te leren (een combinatie <strong>van</strong>vaardighe<strong>de</strong>n, attitu<strong>de</strong>s, ervaring en motivatie).De bovenstaan<strong>de</strong> functies kunnen gerelateerd wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> fases <strong>van</strong> het mo<strong>de</strong>l <strong>van</strong>begelei<strong>de</strong> tewerkstelling “plaats-train-behoud” dat eer<strong>de</strong>r werd beschreven. De evaluatie <strong>van</strong><strong>de</strong> huidige competenties <strong>van</strong> <strong>de</strong> potentiële werknemer maakt <strong>de</strong>el uit <strong>van</strong> <strong>de</strong>beroepsprofilering. Het bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale vereisten die banen stellen aan werknemers,maakt <strong>de</strong>el uit <strong>van</strong> <strong>de</strong> jobanalyse. En vooral, <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competentie <strong>van</strong> eenervaren werknemer zon<strong>de</strong>r handicap die het werk uitvoert, creëert <strong>de</strong> inventaris <strong>van</strong> eenpersoon zon<strong>de</strong>r handicap. Het samenbrengen <strong>van</strong> die twee processen levert twee resultaten op:(a) een “jobmatch” waar het verschil tussen <strong>de</strong> vereiste en bestaan<strong>de</strong> competenties kleingenoeg is om over te gaan tot jobplaatsing, en (b) een verschilanalyse om een trainings- enon<strong>de</strong>rsteuningsstrategie te informeren die geïmplementeerd moet wor<strong>de</strong>n tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>jobtraining en on<strong>de</strong>rsteuningsfase. Daarnaast kan het in aanmerking nemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal <strong>van</strong>verschillen tussen <strong>de</strong> vereiste en aanwezige vaardighe<strong>de</strong>n lei<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> beslissing om <strong>de</strong> baanen <strong>de</strong> sociale vereisten er<strong>van</strong> aan te passen door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> processen zoals “jobcarving”,zodat <strong>de</strong>ze beheerbaar<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n (d.w.z. om een betere overeenstemming te realiseren). Totslot is <strong>de</strong> bedoeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> jobtrainingsfase voldoen<strong>de</strong> competentie te ontwikkelen omzelfstandigheid in <strong>de</strong> baan vol te hou<strong>de</strong>n. Dergelijke training zou op <strong>de</strong> werkvloer gebeuren,maar kan wor<strong>de</strong>n opgevoerd met bijkomen<strong>de</strong> training in een trainingsomgeving. Hoe dan ook,<strong>de</strong> evaluatie legt een individuele curriculuminhoud vast en een vertreklijn aan <strong>de</strong> handwaar<strong>van</strong> <strong>de</strong> vooruitgang <strong>van</strong> <strong>de</strong> training opgevolgd kan wor<strong>de</strong>n.5.3 Categorisering <strong>van</strong> sociale competentiesEr kunnen vier grote categorieën <strong>van</strong> sociale competenties op <strong>de</strong> werkplek wor<strong>de</strong>ngeï<strong>de</strong>ntificeerd. Die zijn:• instrumentele sociale vaardighe<strong>de</strong>n (die verband hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong> het werk)zoals het opvolgen <strong>van</strong> richtlijnen, het vragen <strong>van</strong> hulp of het reageren opmanagementfeedback - zie Vak 1;54


Hoofdstuk 5 - De rol <strong>van</strong> evaluatie, categorisering <strong>van</strong> sociale competenties en evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n• relationele sociale vaardighe<strong>de</strong>n (het aangaan <strong>van</strong> werkrelaties) zoals plagen, grappenmaken, informatie <strong>de</strong>len over interesses, geheimpjes toevertrouwen en onthullen: zieVak 2;• sociaal rele<strong>van</strong>te persoonlijke vaardighe<strong>de</strong>n (die het voor an<strong>de</strong>re mensen gemakkelijkmaken om in <strong>de</strong> omgeving te zijn) zoals <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n die verband hou<strong>de</strong>n methygiëne, voorkomen of eten: zie Vak 3;• sociale kennis en zelfregeling (passen in <strong>de</strong> cultuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek) zoals kritiekaanvaar<strong>de</strong>n of <strong>de</strong> normen <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek naleven: zie Vak 4.Vak 1 Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> instrumentele sociale vaardighe<strong>de</strong>n op hetwerksamenwerken met collega’s;informatie geven (bv. feedback geven);informatie vragen (bv. vragen wat er als volgen<strong>de</strong> gedaan moet wor<strong>de</strong>n,feedback vragen, uitleg vragen);aandacht schenken aan iemand die spreekt (oogcontact maken);luisteren naar instructies of vragen;zijn beurt afwachten in gesprekken;lichaamstaal/non-verbale communicatie gebruiken aangepast aan <strong>de</strong>situatie.Vak 2 Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> relationele sociale vaardighe<strong>de</strong>n op het werkgepaste vrien<strong>de</strong>lijkheid (bv. glimlach, grapje, gesprekje);belangstelling tonen voor collega’s;gepast reageren op grapjes/humor/manieren (bv. gescherts op <strong>de</strong>werkplek);grapjes maken, blijk geven <strong>van</strong> humor/manieren (bv. gescherts op <strong>de</strong>werkplek);een gesprek op gang brengen (bv. meningen vragen of geven, recentegebeurtenissen, tv-programma’s bespreken, enz.);aandacht schenken aan iemand die spreekt (oogcontact maken);luisteren naar gesprekken;antwoor<strong>de</strong>n in gesprekken (bv. meningen geven);gepast en beleefd een gesprek beëindigen/<strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwerp veran<strong>de</strong>ren;gefaseer<strong>de</strong> zelfbekendmaking bie<strong>de</strong>n (d.w.z. passen<strong>de</strong> hoeveelheidpersoonlijke informatie geven);gefaseer<strong>de</strong> zelfbekendmaking door an<strong>de</strong>ren uitlokken (d.w.z. passen<strong>de</strong>hoeveelheid persoonlijke informatie vragen);zijn beurt afwachten in gesprekken;lichaamstaal/non-verbale communicatie gebruiken aangepast aan <strong>de</strong>situatie.55


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Vak 3 Voorbeeld <strong>van</strong> sociaal rele<strong>van</strong>te persoonlijke vaardighe<strong>de</strong>nhan<strong>de</strong>len op een zelfzekere/niet zenuwachtige/natuurlijke manier;emoties/kritiek/stress/gemaakte fouten op passen<strong>de</strong> wijze verwerken;rustig blijven tij<strong>de</strong>ns het luisteren naar an<strong>de</strong>ren;<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personen op <strong>de</strong> werkplek i<strong>de</strong>ntificeren (bv.collega’s, manager, klanten) en zich sociaal aan hen aanpassen;beoor<strong>de</strong>len wat gepast is in werkrelaties;beoor<strong>de</strong>len wat gepast is in relaties met hetzelf<strong>de</strong> of an<strong>de</strong>re geslacht;<strong>de</strong> conventies/limieten <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek kennen;geen werkplaatsconventies/-limieten overtre<strong>de</strong>n (zelfs niet als collega’s daarvoor het plezier op aandringen);stipt (op tijd) zijn;fitheid bewaren (d.w.z. niet vermoeid zijn, geen kater hebben, of on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>invloed zijn <strong>van</strong> alcohol of drugs).Vak 4 Voorbeeld <strong>van</strong> sociale kennis en zelfregelingop uiterlijk letten (bv. kleding, verz<strong>org</strong>ing);<strong>de</strong> juiste kleren dragen voor <strong>de</strong> baan;z<strong>org</strong>en voor persoonlijke hygiëne (bv. netheid);blijk geven <strong>van</strong> gepaste manieren;competent zijn in sleutelbezighe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> sociale arena (bv. eten, drinken).5.4 Belang <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n voor werkgeversChadsey-Rusch (1990) vatten <strong>de</strong> studies die tot dusver wer<strong>de</strong>n uitgevoerd, samen om hetbelang te achterhalen dat werkgevers hechtten aan <strong>de</strong> diverse sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Driehoofdconclusies waren aanwijsbaar:• sociale vaardighe<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n beschouwd als cruciaal voor succes, maar er beston<strong>de</strong>nverschillen tussen <strong>de</strong> jobsectoren;• het meren<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgevers beoor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> een beperkt aantal vaardighe<strong>de</strong>n als uiterstbelangrijk, vooral die vaardighe<strong>de</strong>n die verband hiel<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> productiviteit <strong>van</strong> <strong>de</strong>werknemer; dat waren on<strong>de</strong>r meer <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> 10 vaardighe<strong>de</strong>n: hulp vragen, reagerenop kritiek, richtlijnen opvolgen, hulp bie<strong>de</strong>n aan collega’s, informatie verstrekken overhet werk, vragen beantwoor<strong>de</strong>n, groeten, converseren met an<strong>de</strong>ren, <strong>de</strong> socialevoorzieningen gebruiken en positieve commentaren geven;56


Hoofdstuk 5 - De rol <strong>van</strong> evaluatie, categorisering <strong>van</strong> sociale competenties en evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n• <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> hand waar<strong>van</strong> werkgevers in een beoor<strong>de</strong>ling een on<strong>de</strong>rscheidmaakten tussen <strong>de</strong> beste en <strong>de</strong> slechtste werknemers, bevatten sociale vaardighe<strong>de</strong>n diedoor <strong>de</strong> werkgevers niet rechtstreeks beoor<strong>de</strong>eld waren als zeer belangrijk (zie Salzberget al., 1987); die vaardighe<strong>de</strong>n waren on<strong>de</strong>r meer het negeren <strong>van</strong> gemor en geklaag, hetprijzen <strong>van</strong> collega’s, en uiting geven aan waar<strong>de</strong>ring voor collega’s; die laatstebevinding leidt tot <strong>de</strong> conclusie dat werknemers een bre<strong>de</strong> waaier vaardighe<strong>de</strong>n nodighebben, als ze erg gewaar<strong>de</strong>er<strong>de</strong> werknemers willen wor<strong>de</strong>n.5.5 Evaluatie <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nEen aantal Europese evaluatie-instrumenten voor sociale vaardighe<strong>de</strong>n werd al gebruikt door<strong>de</strong> partners in het Atlas-project. Er werd een literatuurstudie uitgevoerd om <strong>de</strong> kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong>beschikbare instrumenten uit te brei<strong>de</strong>n (zie Hoofdstuk 6). Acht evaluaties wer<strong>de</strong>ngeselecteerd door het Atlas-project (zie Bijvoegsel 5). Hieron<strong>de</strong>r volgt een korte beschrijving<strong>van</strong> elke evaluatie.• Evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> communicatie- en interactievaardighe<strong>de</strong>n (Assessment ofCommunication en Interaction Skills - ACIS). De ACIS is een observatie-evaluatie diegegevens verzamelt over <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n waar<strong>van</strong> mensen blijk geven tij<strong>de</strong>ns hetcommuniceren en interageren met an<strong>de</strong>ren op het werk. De ACIS verzamelt gegevensover vaardighe<strong>de</strong>n zoals die wor<strong>de</strong>n getoond tij<strong>de</strong>ns werkgerelateer<strong>de</strong> prestaties. Devaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n geclassificeerd in drie communicatie- en interactiedomeinen:fysicaliteit, informatie-uitwisseling en relaties.• Evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competenties <strong>van</strong> kin<strong>de</strong>ren en jonge volwassenen metontwikkelingsbeperkingen (Assessment of Social Competenties for children en youngadults with <strong>de</strong>velopmental disabilities - ASC). De ASC is bedoeld om te gebruiken alseen uitgebrei<strong>de</strong> meting <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competenties die essentieel zijn voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>elnameaan natuurlijk voorkomen<strong>de</strong> activiteiten binnen geïntegreer<strong>de</strong>gemeenschapsomgevingen. De ASC kan wor<strong>de</strong>n gebruikt voor kin<strong>de</strong>ren en volwassenenmet of zon<strong>de</strong>r verstan<strong>de</strong>lijke handicap.• CB-KOMPAS 1-2-3. De CB-KOMPAS meet werk-/jobattitu<strong>de</strong>s <strong>van</strong> mensen met weinigof geen opleiding of scholing. De evaluatie bestaat uit drie <strong>de</strong>len die gecombineerd ofapart gebruikt kunnen wor<strong>de</strong>n; in een interviewsessie met <strong>de</strong> cliënt, als eenevaluatiecontrolelijst voor <strong>de</strong> werkgever, als een ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> gids voor observatiesdoor on<strong>de</strong>rsteuningswerkers. De punten op <strong>de</strong> drie schalen kunnen vergeleken wor<strong>de</strong>n,aangezien <strong>de</strong> structuur er<strong>van</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> is.• INVRA-Labour. INVRA is een inventaris <strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n/capaciteiten die nodig zijnom zelfstandig te leven. De evaluatie is beschikbaar in twee versies: <strong>de</strong> ene is gerelateerdaan werken, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re afgestemd op leven. INVRA-Labour is een observatiecontrolelijstdie op een gemakkelijk na te slane, eenvoudige en dui<strong>de</strong>lijke manier <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>nbepaalt die nodig zijn om te functioneren in werkomgevingen. De evaluatie kan gebruiktwor<strong>de</strong>n om een i<strong>de</strong>e te krijgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> zelfstandigheid <strong>van</strong> een persoon met een handicapen om <strong>de</strong> vaardigheidsontwikkeling na <strong>de</strong> training te meten. INVRA wordt individueelgebruikt, en is toegespitst op competenties en potentieel.57


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>• Innsbruck Social Competence Questionnaire for adults with learning difficulties ormental disabilities (ISKIE). Bij <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> sociale competentie beoogt <strong>de</strong> ISKIEaandacht te beste<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> complexiteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> interacties <strong>van</strong> een persoon inverschillen<strong>de</strong> sociale situaties, en <strong>de</strong>ze transparanter te maken. De vragenlijst moet hetverzamelen <strong>van</strong> meer informatie en meer verfijn<strong>de</strong> informatie mogelijk maken over <strong>de</strong>interactie <strong>van</strong> volwassenen met leermoeilijkhe<strong>de</strong>n of verstan<strong>de</strong>lijke handicaps in socialesituaties. Ie<strong>de</strong>reen die dicht bij een persoon staat, en <strong>de</strong>ze persoon voldoen<strong>de</strong> lang kent,mag <strong>de</strong>ze vragenlijst invullen. De persoon zelf kan ook betrokken wor<strong>de</strong>n bij hetinvullen <strong>van</strong> <strong>de</strong> vragenlijst.• MELBA. MELBA is een evaluatie-instrument voor beroepsrehabilitatie en –integratiewaarmee zowel <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een persoon als <strong>de</strong> vereisten voor een baangedocumenteerd kunnen wor<strong>de</strong>n. MELBA biedt twee profielen: een capaciteitsprofiel eneen vereistenprofiel. De vergelijking <strong>van</strong> die twee profielen i<strong>de</strong>ntificeert <strong>de</strong>werkplaatsingen met een optimale overeenstemming tussen capaciteiten en vereisten.MELBA werd ontwikkeld voor het Duitse ministerie <strong>van</strong> arbeid en sociale zaken omtoegepast te kunnen wor<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> beroepsintegratie <strong>van</strong> mensen met psychologischemogelijkhe<strong>de</strong>n die beperkt wor<strong>de</strong>n door een handicap.• Social Competence in the Workplace (SCW). De SCW is een gedragscontrolelijst diespecifiek ontworpen is voor het evalueren <strong>van</strong> werkplekgerelateer<strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n. De lijst bevat 58 punten. Hij is nog altijd experimenteel, en moet nogpsychometrisch gevali<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n.• Vocational Assessment en Curriculum Gui<strong>de</strong> (VACG). De VACG is eenberoepsevaluatieschaal met een ge<strong>de</strong>elte betreffen<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Het is eenevaluatie-instrument gebaseerd op een enquête on<strong>de</strong>r werkgevers in <strong>de</strong> diensten en lichteindustrie waarmee men <strong>de</strong> vaardigheidsvereisten voor startbanen wil<strong>de</strong> bepalen. Deresultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze enquête lever<strong>de</strong> <strong>de</strong> itemverzameling voor <strong>de</strong> VACG. Er zijn 66 itemsdie <strong>de</strong> werkgedragingen en interactievaardighe<strong>de</strong>n bestrijken. Er wor<strong>de</strong>n diversemogelijke antwoor<strong>de</strong>n gegeven die <strong>de</strong> prestatieniveaus <strong>van</strong> <strong>de</strong> werknemer aangeven, en<strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laars krijgen <strong>de</strong> instructie om die omschrijving te kiezen die het best past bijhet huidige functioneringsniveau <strong>van</strong> het individu.Tabel 2 geeft <strong>de</strong> <strong>de</strong>kking weer <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluaties voor <strong>de</strong> items in bijvoegsel 2.58


Hoofdstuk 5 - De rol <strong>van</strong> evaluatie, categorisering <strong>van</strong> sociale competenties en evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nTabel 2 Dekking <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> acht in <strong>de</strong> tabel opgenomen evaluatiesACommunicatie: is in staat:SterrensectorenSterren vrije Melba INVRA ISKIE VCAG ACISarbeidsmarktASC KOMPASS1 informatie te geven ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔2 informatie te vragen ↔ ↔ ↔ ↔3 te luisteren naar iemand die spreekt↔ ↔ ↔ ↔ ↔(oogcontact)4 te luisteren naar instructies of vragen ↔ ↔ ↔ ↔5 te luisteren naar een gesprek ↔ ↔6 te antwoor<strong>de</strong>n in een gesprek ↔ ↔ ↔ ↔ ↔7 een gesprek te beëindigen/<strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwerp↔te veran<strong>de</strong>ren8 zijn beurt af te wachten (an<strong>de</strong>ren latenuitspreken alvorens te on<strong>de</strong>rbreken)↔ ↔ ↔9 een gesprek te beginnen ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔↔ ↔ ↔ ↔ ↔10 gepaste lichaamstaal/non-verbalecommunicatie te gebruikenBDeel zijn <strong>van</strong> een team: is in staat:11 gevoel voor verantwoor<strong>de</strong>lijkheid te tonen ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔12 gevoel voor initiatief te tonen ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔13 gemotiveerd te zijn ↔ ↔ ↔ ↔ ↔14 een planning te volgen of planmatig te↔ ↔ ↔ ↔werken15 zelfstandig te werken ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔16 loyaliteit te tonen naar <strong>de</strong> baan en het↔ ↔bedrijf17 bereidheid te tonen om te luisteren en teleren18 richtlijnen en gezag te aanvaar<strong>de</strong>n/ tegevenCSociale regels: is in staat:19 belangrijke personen te i<strong>de</strong>ntificeren ommee te spreken/naar te luisteren20 te weten wanneer er toestemming moetgevraagd wor<strong>de</strong>nSCW↔ ↔ ↔ ↔ ↔↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔↔ ↔ ↔ ↔↔ ↔ ↔21 te weten wanneer zich te verontschuldigen ↔22 vrien<strong>de</strong>lijk te zijn tegen klanten ↔ ↔23 <strong>de</strong> regels en afspraken na te leven ↔ ↔ ↔ ↔24 <strong>de</strong> vertrouwelijkheidsregels na te leven ↔ ↔ ↔ ↔↔↔25 eerlijk, open en realistisch te zijn over <strong>de</strong>eigen mogelijkhe<strong>de</strong>nDRelaties met collega’s: is in staat:26 samen te werken met collega’s ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔27 hulp en on<strong>de</strong>rsteuning te vragen wanneer↔ ↔ ↔ ↔ ↔nodig28 verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personen op <strong>de</strong>werkvloer te i<strong>de</strong>ntificeren29zijn interactiewijze aan te passen aan hetniveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon30op <strong>de</strong> hoogte te zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong>werkplaatsconventies en die na te leven↔ ↔ ↔↔↔↔ ↔ ↔ ↔31 interesse te tonen voor collega’s ↔ ↔ ↔ ↔ ↔↔32 gefaseer<strong>de</strong> zelfbekendmaking tebeoor<strong>de</strong>len (weten wanneer en wat hij over


zichzelf aan mensen mag vertellen)33 gefaseer<strong>de</strong> aan an<strong>de</strong>ren gevraag<strong>de</strong>zelfbekendmaking te beoor<strong>de</strong>len (wetenwanneer je persoonlijke informatie magvragen over collega’s)34 blijk te geven <strong>van</strong> gepaste relaties methetzelf<strong>de</strong>/an<strong>de</strong>re geslacht35 te reageren op uitnodigingen36 on<strong>de</strong>rsteuning te bie<strong>de</strong>n aan an<strong>de</strong>ren (omloyaal te zijn aan collega’s)37 an<strong>de</strong>ren in te schatten zon<strong>de</strong>r hen teveroor<strong>de</strong>len38 respect te hebben voor <strong>de</strong> mening <strong>van</strong>an<strong>de</strong>renSterrensectorenSterren vrije Melba INVRA ISKIE VCAG ACISarbeidsmarkt↔ASC KOMPASS↔ ↔ ↔39 te kunnen omgaan met pesten ↔ ↔↔ ↔ ↔ ↔ ↔40 assertief te zijn (bv. “neen” durven tezeggen)↔SCW↔E Sociaal aanvaardbaar gedrag: is in staatom41 in te schatten wat gepast is in relaties op<strong>de</strong> werkvloer42 in te schatten wat gepast is in socialerelaties43 het persoonlijke leven en werkgerelateer<strong>de</strong>zaken geschei<strong>de</strong>n te hou<strong>de</strong>n44 te vermij<strong>de</strong>n sociale conventies/limieten teovertre<strong>de</strong>n↔ ↔ ↔↔ ↔ ↔ ↔↔ ↔ ↔45 <strong>de</strong> juiste mate <strong>van</strong> vrien<strong>de</strong>lijkheid te tonen ↔ ↔ ↔46 te reageren op grapjes/humor ↔ ↔ ↔47 te reageren op een compliment ↔ ↔ ↔48 grapjes te vertellen/humor te uiten ↔ ↔ ↔49 onaanvaardbare praktijken te herkennen ↔ ↔↔F Stressbeheersing: is in staat:50 zelfzeker/niet zenuwachtig tezijn/natuurlijke manieren tehebben/zelfbewust te zijn51om te gaan met emoties bij het maken <strong>van</strong>fouten, om te gaan met mislukkingen52 om te gaan met emoties bij confrontatiesmet plagerijen↔ ↔ ↔ ↔ ↔↔ ↔ ↔ ↔53 om te gaan met kritiek ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔54 rustig te zijn in <strong>de</strong> omgang met an<strong>de</strong>ren ↔ ↔ ↔55 blijk te geven <strong>van</strong> een goe<strong>de</strong>↔ ↔ ↔ ↔stressbestendigheid56 volhar<strong>de</strong>nd te zijn ↔ ↔ ↔ ↔ ↔ ↔↔↔G Sociale/werkverwachtingen: is in staat:57 stipt te zijn ↔ ↔ ↔ ↔58 fit te zijn ↔ ↔59 z<strong>org</strong> te dragen voor zijn uiterlijk ↔ ↔ ↔60 z<strong>org</strong> te dragen voor zijn persoonlijke↔ ↔hygiëne61 <strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor <strong>de</strong> baan ↔62 <strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor eengelegenheid


Hoofdstuk 5 - De rol <strong>van</strong> evaluatie, categorisering <strong>van</strong> sociale competenties en evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nDe rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> instrumenten ISKIE en ACIS bij <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> EricZoals voor an<strong>de</strong>re cliënten hebben we <strong>de</strong> sociale competenties <strong>van</strong> Ericgeëvalueerd met <strong>de</strong> ISKIE-vragenlijst. Hoewel ISKIE niet geschikt was voorEric, en weinig rele<strong>van</strong>te informatie oplever<strong>de</strong> doordat hij niet behoor<strong>de</strong> tot <strong>de</strong>doelgroep <strong>van</strong> ISKIE, ging <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar een intensieve uitwisseling methem aan. Doordat <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar alleen optreedt als bemid<strong>de</strong>laar tussen eenstandaardvragenlijst en <strong>de</strong> cliënt, stem<strong>de</strong> Eric ermee in met <strong>de</strong> vragenlijst tewerken. De uitwisseling was niet meer gebaseerd op een relatie of situatie.Eric was nu bereid zichzelf te engageren in <strong>de</strong> vragen, en na te <strong>de</strong>nken overzijn gedrag, en min<strong>de</strong>r tegenwerking en verzet te bie<strong>de</strong>n.Om onze ervaringen met Eric en <strong>de</strong> ISKIE-interpretatie te vergelijken,besloten we <strong>de</strong> ACIS-evaluatie te gebruiken. Nadat hem <strong>de</strong> opzet <strong>van</strong> <strong>de</strong>evaluaties was uitgelegd, stem<strong>de</strong> Eric er opnieuw mee in om geëvalueerd tewor<strong>de</strong>n. Bei<strong>de</strong> evaluaties hielpen ons om <strong>de</strong> complexiteit te vermin<strong>de</strong>ren doorons te concentreren op specifieke eigenschappen en bepaal<strong>de</strong> aspecten, enom een hogere graad <strong>van</strong> onpartijdigheid te bereiken.61


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>62


Hoofdstuk 6Werkgerelateer<strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n evalueren:bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n eninstrumentenEen literatuurstudie werd uitgevoerd om <strong>de</strong> kennis <strong>van</strong> evaluatie-instrumenten voor socialevaardighe<strong>de</strong>n aan te vullen. Een aantal Europese instrumenten werd al gebruikt door <strong>de</strong>partners in het Atlas-project. De studie i<strong>de</strong>ntificeer<strong>de</strong> nog an<strong>de</strong>re instrumenten waar<strong>van</strong> <strong>de</strong>meest geschikte geselecteerd wer<strong>de</strong>n voor toevoeging aan het project.6.1 Methodologie <strong>van</strong> <strong>de</strong> studieEr werd een opzoeking gedaan naar gepubliceer<strong>de</strong> literatuur over sociale vaardighe<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong>hand <strong>van</strong> Engelstalige databanken en trefwoor<strong>de</strong>n. Die opzoeking werd aangevuld met vragenaan vooraanstaan<strong>de</strong> aca<strong>de</strong>mici uit een aantal Engels- en an<strong>de</strong>rstalige lan<strong>de</strong>n die goed op <strong>de</strong>hoogte zijn <strong>van</strong> beroeps- en an<strong>de</strong>re training <strong>van</strong> mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap, omverwijzingen te leveren naar evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n die ze kennen. Deonlinedatabanken <strong>van</strong> <strong>de</strong> Universiteit <strong>van</strong> Cardiff war<strong>de</strong>n geraadpleegd voor rele<strong>van</strong>teliteratuur. Daaron<strong>de</strong>r: Psychinfo, dat samenvattingen opsomt <strong>van</strong> <strong>de</strong> professionele enaca<strong>de</strong>mische literatuur over psychologie en aanverwante disciplines (psychiatrie, on<strong>de</strong>rwijs,linguïstiek, neurowetenschappen, enz.), en Medline, dat samenvattingen opsomt betreffen<strong>de</strong>biogeneeskun<strong>de</strong>, aanverwante gezondheids-, biologische en fysische wetenschappen, <strong>de</strong>humane en informatiewetenschappen voor zover ze verband hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> geneeskun<strong>de</strong> engezondheidsz<strong>org</strong>. De literatuuropzoeking werd beperkt tot materiaal gepubliceerd <strong>van</strong>af 1980.De opzoekingen gebeur<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> diverse combinaties <strong>van</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> termen:sociaal, intermenselijk, vaardighe<strong>de</strong>n, competentie, evaluaties, metingen, instrumenten,leerhandicaps, verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, geestelijke retardatie, werkplaats, werk, beroeps-.Daarnaast wer<strong>de</strong>n manueel tijdschriften doorzocht die mogelijk niet in <strong>de</strong> onlinedatabankenwaren opgenomen, doch waarschijnlijk toch literatuur over gedragstraining, beroepsopleidingof verstan<strong>de</strong>lijke handicaps zou<strong>de</strong>n bevatten (bv. Journal of Applied Behavior Analysis,Research in Developmental Disabilities, American Journal on Mental Retardation, EuropeanJournal of Special Education, British Journal of Special Education).63


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>6.2 Verklaren<strong>de</strong> inventaris <strong>van</strong> evaluatieinstrumentenDe metingen wor<strong>de</strong>n gegroepeerd als specifieke metingen <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n of meergeneriek als metingen <strong>van</strong> adaptief gedrag, ongeacht of ze beroepsgericht zijn of niet, en perleeftijdsgroep. Het meren<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> instrumenten was bedoeld om te gebruiken bij kin<strong>de</strong>ren,en hield geen verband met sociale beroepsvaardighe<strong>de</strong>n. De geï<strong>de</strong>ntificeer<strong>de</strong> metingen wor<strong>de</strong>néén voor één beschreven. De namen <strong>van</strong> <strong>de</strong> auteurs, een korte beschrijving, en, indienvoorhan<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> <strong>de</strong>tails <strong>van</strong> <strong>de</strong> psychometrische eigenschappen en gebruiksvrien<strong>de</strong>lijkheidwor<strong>de</strong>n toegevoegd. Zie Tabel 3 op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> pagina.6.2.1 Algemene gedragsbeoor<strong>de</strong>lingsschalen met een hoofdstuk oversociale vaardighe<strong>de</strong>n1. De “Adaptive Behavior Scale” (De adaptiefgedragsschaal) - (Part One) (DeelEén) (ABS) (Nihira et al., 1993)Adaptief gedrag verwijst naar hoe goed personen overweg kunnen met zowel <strong>de</strong> natuurlijkeals <strong>de</strong> sociale vereisten <strong>van</strong> hun omgeving (Heber, 1961). De adaptiefgedragsschalen(Adaptive Behavior Scales) (Deel Eén) zijn metingen <strong>van</strong> dat vermogen (Deel Twee gaat overmaladaptief gedrag). Er bestaan twee versies die ie<strong>de</strong>r gelijkaardige domeinen bestrijken. Deene versie is bedoeld voor kin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> 3 tot 19 jaar die school lopen. De an<strong>de</strong>re versie isbedoeld voor volwassenen <strong>van</strong> 18 tot 80 jaar in woon- of gemeenschapsomgevingen. Deel Eén<strong>van</strong> <strong>de</strong> ABS - Resi<strong>de</strong>ntial en Community (Wonen en Gemeenschap) (2 e editie) (ABS-RC2)bestaat uit 73 items die 10 domeinen overspannen. De twee domeinen die rele<strong>van</strong>t zijn voorsociale vaardighe<strong>de</strong>n zijn taalontwikkeling (10 items betreffen<strong>de</strong> expressie, verbaal begrip ensociale taalontwikkeling) en socialisatie (7 items betreffen<strong>de</strong> samenwerking, rekening hou<strong>de</strong>nmet an<strong>de</strong>ren, zich bewust zijn <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren, interactie met an<strong>de</strong>ren, <strong>de</strong>elname aangroepsactiviteiten, zelfzuchtigheid en sociale maturiteit). De items wor<strong>de</strong>n gestructureerd,zodat <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nt ofwel een <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse mogelijke antwoor<strong>de</strong>n moet selecteren, ofwelalle stellingen die <strong>van</strong> toepassing zijn. De ABS-RC2 wordt afgenomen door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> eenvraaggesprek met een persoon die het individu goed kent. Invullen duurt ongeveer 30 minuten.De ruwe domeinscores wor<strong>de</strong>n omgezet in standaardscores en percentielen. De ruwefactorscores wor<strong>de</strong>n gebruikt om quotiënten en percentielen te genereren. Het normatievemonster <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal bestaat uit meer dan 4.000 personen met ontwikkelingsbeperkingen dieverblijven in gemeenschap of in woonomgevingen in 43 staten in <strong>de</strong> VS. De evaluatie isuitgebreid on<strong>de</strong>rzocht op betrouwbaarheid en geldigheid, en <strong>de</strong> bewijzen <strong>van</strong> <strong>de</strong> technischea<strong>de</strong>quaatheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal wor<strong>de</strong>n geleverd in het handboek. De interneconsistentiebetrouwbaarheid en stabiliteit voor alle scores is hoger dan64


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenAcroniem DatumKlemtoon Doelgroep Leeftijd-bereikPsychometrie(zieon<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong>legen<strong>de</strong>)Specifiekesocialevaardighe<strong>de</strong>nSpecifiekeberoepsvaardighe<strong>de</strong>nAlgemeenadaptiefgedragIDAfnameZelfinvullenABS 1993 x x √ √ x 3-80 √ x √ x 30-45 √ √VABS 1984 x x √ √ x alle √ x √ x 20-90 √ √ICAP 1986 x x √ √ x alle √ x √ √ 15 x xRISA 1990 x x √ x √ 12-20 √ x √ √ 30-45 x xMESSIER 1995 √ x x √ x ? √ x √ √ ? √ xVAS ? √ x x x √ ? √ x √ √ ? x xASC 1985 √ x x x √ alle √ x √ √ 45 √ xSPSS-R 1983 √ x x √ x volw. x x √ √ ? x xMESSY 1983 √ x x x √ kind. √ √ √ √ 15 x xSSBS 2002 √ x x x √ 5-18 √ x √ x 5-10 x xHCSBS 2002 √ x x x √ 5-18 √ x √ √ 5-10 x xSSRS 1990 √ x x x √ 3-18 √ √ √ √ 10-25 √ √WSSRS 1985 √ x x x √ 5-18 √ x √ x 15-20 x xWSSCSA 1988 √ x x x √ 5-18 √ x √ x 10 x xSSSRS 1984 √ x x x √ 5-18 √ x √ x 10 x xSBAI 1992 √ x x √ x klas k-9 √ x √ x 30-45 x xVACG 1982 x √ x √ x volw. √ x √ √ x xTBS-2 2000 x √ x x √ 12-18 √ √ √ x 15-20 x xTPI 1997 x √ x x √ 14-25 √ √ √ √ ? x xOSAI 1980 x √ x x √ ? √ x √ x ? x xSCW 2004 √ √ x x √ ? ? x √ √ ? x xAn<strong>de</strong>reDuur(min.)GeneriekBeroeps-persoonTrainingSoftwareTabel 3Beoor<strong>de</strong>lingsschalen voor sociale vaardighe<strong>de</strong>n65


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>0,8. [De ABS is verkrijgbaar bij: Pro-Ed, 8700 Shoal Creek Blvd., Austin, TX 78757-6897;Telefoon: 800-897-3202; Fax: 512-451-8542; E-mail: proedrd2@aol.com; Internet:<strong>www</strong>.proedinc.com]2. “Vineland Adaptive Behavior Scales” (VABS) (Sparrow et al., 1984)De VABS wer<strong>de</strong>n ontwikkeld uit <strong>de</strong> Vineland Social Maturity Scales, en meten persoonlijke ensociale vaardighe<strong>de</strong>n. Er bestaan drie versies: het interviewversie-enquêteformulier, <strong>de</strong>interviewversie - uitgebreid formulier, en <strong>de</strong> klaslokaalversie. De drie versies bestrijken<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> domeinen min<strong>de</strong>r of meer ge<strong>de</strong>tailleerd: communicatie, dagelijkselevensvaardighe<strong>de</strong>n, socialisatie- en motorische vaardighe<strong>de</strong>n. Het communicatiedomein(receptief, expressief en schriftelijk) en het socialisatiedomein (intermenselijke relaties, speelenvrije tijd, redzaamheidsvaardighe<strong>de</strong>n) zijn rele<strong>van</strong>t voor sociale vaardighe<strong>de</strong>n.De “Interview Edition - Survey Form” lijkt qua inhoud het meest op <strong>de</strong> originele Vineland; zebevat 297 items waar<strong>van</strong> er 67 verband hou<strong>de</strong>n met communicatie en 66 met socialisatie. Deevaluatietest wordt afgenomen <strong>van</strong> een ou<strong>de</strong>r of z<strong>org</strong>verstrekker in een semigestructureerdinterviewformaat. Hij is bedoeld voor kin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> 0 tot 19 jaar en voor volwassenen met eenverstan<strong>de</strong>lijke handicap. De afname duurt 20 tot 60 minuten.De “Interview Edition - Expan<strong>de</strong>d Form” bevat 577 items waar<strong>van</strong> er 133 verband hou<strong>de</strong>n metcommunicatie en 134 met socialisatie. Dat formulier levert een meer uitgebrei<strong>de</strong> evaluatie op<strong>van</strong> adaptief gedrag, en voorziet in een systematische basis voor <strong>de</strong> voorbereiding <strong>van</strong>individuele on<strong>de</strong>rwijs- en behan<strong>de</strong>lingsprogramma’s. De “Expan<strong>de</strong>d Form” (het uitgebrei<strong>de</strong>formulier) wordt ook afgenomen als een semigestructureerd interview, en bevat een ScoreSummary (scoresamenvatting) en een Profile Booklet (profielboekje), en ook eenprogrammaplanningsrapport voor het voorberei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> individuele programma’s. Het“Expan<strong>de</strong>d Form” kan op zichzelf wor<strong>de</strong>n gebruikt of als follow-up om meer informatie in tewinnen over <strong>de</strong> <strong>de</strong>ficits gesuggereerd door het Survey Form. De evaluatie is bedoeld voorkin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> 0 tot 19 en voor volwassenen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap. De afname duurt60 tot 90 minuten.De Classroom Edition bevat 244 items die het adaptieve gedrag in het klaslokaal evalueren,waar<strong>van</strong> er 63 verband hou<strong>de</strong>n met communicatie en 53 met socialisatie. Die editie wordtafgenomen in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong> een vragenlijst die ingevuld wordt door een leerkracht. Hoewel ergeen kwalificaties nodig zijn om <strong>de</strong>ze versie af te nemen, is er toch een gekwalificeer<strong>de</strong>beroepspersoon nodig om <strong>de</strong> scores te interpreteren. De evaluatie is bedoeld voor kin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong>3 tot 13 jaar, en <strong>de</strong> afname duurt 20 minuten.Er kunnen samengestel<strong>de</strong> domein- en adaptiefgedragscores wor<strong>de</strong>n berekend, die ook kunnenomgezet wor<strong>de</strong>n in percentielen. Leeftijdsequivalenten wor<strong>de</strong>n ook verstrekt. De VABS werd66


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentengestandaardiseerd op een representatief nationaal monster (n = 3000), dat zo werdgeselecteerd dat het overeenstemt met <strong>de</strong> Amerikaanse volkstellingsgegevens. Supplementairenormgroepen of personen met een handicap verstrekken meer gegevens ter interpretatie <strong>van</strong>het Survey Form en het Expan<strong>de</strong>d Form. Er is computersoftware voor het geven <strong>van</strong>waar<strong>de</strong>ringscijfers en <strong>de</strong> rapportering beschikbaar voor <strong>de</strong> drie versies. Er wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>tailsverstrekt over <strong>de</strong> interne, test-retest-, en interraterbetrouwbaarheid (ofinterbeoor<strong>de</strong>laarbetrouwbaarheid). Ze zijn allemaal toereikend. [De VABS is verkrijgbaar bijAGS Publishing, 4201 Woodland Road, Circle Pines, Minnesota, 55014-1796, VS. Internet:<strong>www</strong>.agsnet.com.]3. De “Inventory for Cliënt en Agency Planning” (ICAP) (Bruininks et al., 1986)De ICAP is aan dit hoofdstuk toegevoegd, omdat één <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste functies er<strong>van</strong> hetmeten <strong>van</strong> adaptief gedrag is. Dat gedrag wordt door <strong>de</strong> auteurs geïnterpreteerd als <strong>de</strong>capaciteit <strong>van</strong> een individu om efficiënt te voldoen aan sociale engemeenschapsverwachtingen qua persoonlijke zelfstandigheid, on<strong>de</strong>rhoud <strong>van</strong> <strong>de</strong> fysiekebehoeften, aanvaardbare sociale normen, en intermenselijke relaties. “Sociale encommunicatievaardighe<strong>de</strong>n” is één <strong>van</strong> <strong>de</strong> vier hoofdstukken waarin adaptief gedrag in <strong>de</strong>ICAP wordt on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld. Het is een boekje <strong>van</strong> 16 pagina’s dat ook maladaptief gedragevalueert, en bijkomen<strong>de</strong> informatie verzamelt om <strong>de</strong> soort en hoeveelheid speciale hulp tebepalen die mensen met een handicap nodig kunnen hebben. De “inventory” kan ingevuldwor<strong>de</strong>n in ongeveer 15 minuten door een ou<strong>de</strong>r, leerkracht of z<strong>org</strong>verstrekker die <strong>de</strong>geëvalueer<strong>de</strong> persoon goed kent. De evaluatie is geschikt voor alle instellingen (normenwor<strong>de</strong>n vo<strong>org</strong>esteld voor het leeftijdsbereik <strong>van</strong> 0 tot 40+). Ze kan op drie niveaus wor<strong>de</strong>ngebruikt: voor geïndividualiseer<strong>de</strong> planning, voor servicebeheer en voor <strong>de</strong> nationalestatistieken. De ICAP bevat een globale “Service Score”, een gecombineer<strong>de</strong> meting <strong>van</strong>adaptief en maladaptief gedrag, die het globale z<strong>org</strong>niveau, <strong>de</strong> supervisie of benodig<strong>de</strong>training aangeeft.De ICAP gaat er<strong>van</strong> uit dat functionele zelfstandigheid sociaal bepaald wordt, en dat <strong>de</strong>prestaties <strong>van</strong> een individu beschouwd moeten wor<strong>de</strong>n binnen <strong>de</strong> context <strong>van</strong> <strong>de</strong> omgevingenen sociale verwachtingen die zijn of haar functioneren beïnvloe<strong>de</strong>n. De evaluatie heeft 77items betreffen<strong>de</strong> adaptief gedrag, on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in vier domeinen: motorische vaardighe<strong>de</strong>n,sociale en communicatievaardighe<strong>de</strong>n, persoonlijke levensvaardighe<strong>de</strong>n engemeenschapslevensvaardighe<strong>de</strong>n. Elk item betreffen<strong>de</strong> adaptief gedrag in <strong>de</strong> ICAP is eenstelling betreffen<strong>de</strong> een taak (bijvoorbeeld: “Wast, spoelt en droogt zijn haar”). De respon<strong>de</strong>ntbeoor<strong>de</strong>elt <strong>de</strong> proefpersoon op ie<strong>de</strong>re taak, aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> een schaal <strong>van</strong> 0 tot 3. Die schaalevalueert <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> prestaties en <strong>de</strong> motivatie <strong>van</strong> het individu. Dat wil zeggen dat,zelfs al is iemand in staat een taak te volbrengen, hij of zij niet zo zelfstandig hoeft te zijn,omdat hij of zij niet beseft dat het nodig is om dat te doen, of omdat hij of zij weigert om datte doen (een gedragsprobleem).67


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Voor kin<strong>de</strong>ren tot volwassenen levert <strong>de</strong> ICAP een reeks adaptiefgedragscores op waaron<strong>de</strong>r<strong>de</strong> leeftijdsequivalent, <strong>de</strong> percentielrangen, <strong>de</strong> standaardscores en nog an<strong>de</strong>re. Depsychometrische eigenschappen <strong>van</strong> <strong>de</strong> ICAP zijn goed gestaafd. Er is computersoftwareverkrijgbaar om het toekennen <strong>van</strong> waar<strong>de</strong>ringscijfers te vergemakkelijken, en er bestaat eenSpaanstalige versie <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal. [De website <strong>van</strong> ICAP biedt uitgebrei<strong>de</strong> informatie over <strong>de</strong>schaal:<strong>www</strong>.cpinternet.com/-bhil/icap/in<strong>de</strong>x.htm. Het instrument is verkrijgbaar bij Riversi<strong>de</strong>Publishing Company: <strong>www</strong>.riverpub.com.]4. Responsibility en In<strong>de</strong>pen<strong>de</strong>nce Scale for Adolescents (RISA) (Sabourin etal., 1989)De RISA is een op normen gebaseerd testinstrument voor individuele afname dat specifiekontworpen is om het adaptieve gedrag <strong>van</strong> <strong>de</strong> adolescent te meten in termen <strong>van</strong>verantwoor<strong>de</strong>lijkheid en zelfstandigheid. Het kan gebruikt wor<strong>de</strong>n voor adolescenten <strong>van</strong> 12tot 20 jaar. Terwijl <strong>de</strong> meeste metingen <strong>van</strong> adaptief gedrag bedoeld zijn voor laagstaan<strong>de</strong>vaardighe<strong>de</strong>n, evalueert <strong>de</strong> RISA-schaal hoogstaan<strong>de</strong> gedragingen. De RISA meet adaptiefgedrag in negen functionele domeinen: huishou<strong>de</strong>lijke vaardighe<strong>de</strong>n, geldbeheer, burgerschap,persoonlijke planning, transportvaardighe<strong>de</strong>n, loopbaanontwikkeling, zelfmanagement, socialematuriteit en sociale communicatie.Het “verantwoor<strong>de</strong>lijkheids”domein is het rele<strong>van</strong>tst voor <strong>de</strong>ze inventaris. Het verwijst naareen bre<strong>de</strong> waaier <strong>van</strong> adaptieve gedragingen die beantwoor<strong>de</strong>n aan sociale verwachtingen enstandaar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> we<strong>de</strong>rkerigheid, verantwoor<strong>de</strong>lijkheid en billijkheid die persoonlijkeontwikkeling mogelijk maken door zelf- en sociaal management, leeftijdaangepast gedrag ensociale communicatie. De RISA gaat er<strong>van</strong> uit dat een individu dat verantwoor<strong>de</strong>lijk is,betrouwbaar en vormbaar zal zijn, en ook <strong>de</strong> sociale regels zal naleven.Volgens het handboek heeft <strong>de</strong> RISA een goe<strong>de</strong> wisselwerking met <strong>de</strong> Scales of In<strong>de</strong>pen<strong>de</strong>ntBehavior en <strong>de</strong> Vineland Adaptive Behavior Scales, heeft <strong>de</strong> schaal vervolgens eenaanvaardbare contentgeldigheid, en een hoge graad <strong>van</strong> interne consistentie en test-retestbetrouwbaarheid.De schaal is gestandaardiseerd op een Amerikaans monster <strong>van</strong> 2.400mensen. De RISA wordt afgenomen in een gestandaardiseerd interviewformaat <strong>van</strong> eenrespon<strong>de</strong>nt die <strong>de</strong> adolescent kent, en dat duurt 30 tot 45 minuten. [Het instrument isverkrijgbaar bij Riversi<strong>de</strong> Publishing Company: <strong>www</strong>.riverpub.com.]68


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumenten6.2.2.1 Evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n: volwassenen1. Matson Evaluation of Social Skills in Individuals with Severe Retardation(MESSIER) (Matson, 1995)De MESSIER is een vragenlijst die bestaat uit 85 items, en die bedoeld is om <strong>de</strong> sociale sterkeen zwakke punten te evalueren bij mensen met een zware verstan<strong>de</strong>lijke beperking. De itemszijn gegroepeerd in zes subschalen: (i) positief verbaal (bv.: “Reageert op stem <strong>van</strong>z<strong>org</strong>verstrekker of <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re persoon”, “Zegt “a.u.b.”, wanneer hij iets vraagt”, “Beschrijfteigen emotionele toestand: bv. “Ik ben bedroefd”, “Reageert gepast, wanneer hij wordtvo<strong>org</strong>esteld aan onbeken<strong>de</strong>n”), (ii) positief non-verbaal (bv.: “Kijkt naar het gezicht <strong>van</strong> <strong>de</strong>z<strong>org</strong>verstrekker, wanneer hij aangesproken wordt”, “Reikt zijn hand naar beken<strong>de</strong> mensen”,“Heeft een passen<strong>de</strong> houding”), (iii) positief algemeen (bv.: “Toont affectie jegens beken<strong>de</strong>mensen”; “Neemt <strong>de</strong>el aan een spel of activiteit met an<strong>de</strong>ren, zon<strong>de</strong>r daartoe aangezet tewor<strong>de</strong>n”; “Deelt, zon<strong>de</strong>r dat hem dat gezegd hoeft te wor<strong>de</strong>n”; “Volgt <strong>de</strong> regels <strong>van</strong> <strong>de</strong>instelling”), (iv) negatief verbaal (bv.: “Geeft blijk <strong>van</strong> ongepaste, repetitieve vocalisaties”;“Spreekt met zijn mond vol”), (v) negatief non-verbaal (bv.: “Gaat over tot zelfverwonding ofan<strong>de</strong>r ongepast gedrag om sociaal contact te vermij<strong>de</strong>n”; “Duwt, slaat, schopt, enz., gelijkenen z<strong>org</strong>verstrekkers”) en (vi) negatief algemeen (bv.: “Loopt <strong>de</strong> z<strong>org</strong>verstrekkers overmatigachterna”; “On<strong>de</strong>rbreekt <strong>de</strong> activiteiten <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren”). De factoranalyse <strong>van</strong> <strong>de</strong> MESSIERlever<strong>de</strong> twee dimensies op: één factor die <strong>de</strong> positieve sociale gedragingen beschrijft, en <strong>de</strong>an<strong>de</strong>re die <strong>de</strong> negatieve sociale gedragingen beschrijft.De auteurs <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal mel<strong>de</strong>n een hoge interraterstabiliteit, een goe<strong>de</strong> stabiliteit in <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n goe<strong>de</strong> interne consistentie (Matson et al., 1999). Zeer convergente validiteit metequivalente domeinen <strong>van</strong> <strong>de</strong> VABS is eveneens gemeld (Matson, 1998). [The MESSIER isverkrijgbaar bij Scientific Publishers via <strong>de</strong> hoofdauteur: johnmatson@aol.com]2. Scale for the Evaluation of Social Abilities (VAS) (Nota & Soresi, zon<strong>de</strong>r datum)Er bestaan twee versies <strong>van</strong> <strong>de</strong> VAS-schaal. De “Junior School Version” bevat 22 items diehet prosociaal gedrag <strong>van</strong> kin<strong>de</strong>ren op school beschrijven. De leerkracht beoor<strong>de</strong>elt het kindvolgens <strong>de</strong> toepasselijkheid <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>re beschrijving en <strong>de</strong> voorvalfrequentie. De beoor<strong>de</strong>lingenzijn gebaseerd op observaties <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>re gedraging door het kind. Devolwassenenversie hanteert hetzelf<strong>de</strong> formaat als <strong>de</strong> juniorversie. Ze bestaat uit 16 items, dieallemaal rele<strong>van</strong>t zijn voor beroepsomgevingen. Bei<strong>de</strong> schalen zijn snel en gemakkelijk af tenemen. Een hoge graad <strong>van</strong> interne consistentie en betrouwbaarheid wordt gemeld door <strong>de</strong>auteurs <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal. [De VAS is verkrijgbaar bij Laura Nota in het DepartementOntwikkelingspsychologie en Socialisatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Universiteit <strong>van</strong> Padua, Italië,laura.nota@unipd.it]69


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>3. Assessment of social competence for children en young adults with <strong>de</strong>velopmentaldisabilities (Evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competentie <strong>van</strong> kin<strong>de</strong>ren en jonge volwassenenmet een ontwikkelingsbeperking) (ASC) (Meyer et al., 1985)De ASC kan gebruikt wor<strong>de</strong>n voor kin<strong>de</strong>ren en volwassenen met of zon<strong>de</strong>r verstan<strong>de</strong>lijkebeperking. De evaluatie bestaat uit 252 discrete gedragingen die gegroepeerd zijn in 11functies: initiëren, zelfregeling, regels volgen, positieve reinforcement bie<strong>de</strong>n, negatievefeedback bie<strong>de</strong>n, wenken verkrijgen, hulp bie<strong>de</strong>n, hulp aanvaar<strong>de</strong>n, voorkeur aangeven, hethoofd bie<strong>de</strong>n aan negatieve zaken, en beëindigen. De items in elk <strong>van</strong> <strong>de</strong> functies zijngegroepeerd in acht niveaus die een hiërarchie <strong>van</strong> oplopen<strong>de</strong> sociale verfijning voorstellen.Zodoen<strong>de</strong> loopt <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> vroegste uiting <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>re functie tot <strong>de</strong>beheersingsniveaus die we aantreffen bij volwassenen. De ASC categoriseert gedragingenvolgens hun klaarblijkelijke functie voor het individu. De aan<strong>van</strong>kelijke lijst <strong>van</strong> items wasgebaseerd op bestaan<strong>de</strong> evaluaties <strong>van</strong> sociaal en adaptief gedrag en een literatuurstudie overdiscrete sociale vaardighe<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> doelstellingen <strong>van</strong> interventies waren. De ASC werdontworpen om sociale competentie te meten op alle niveaus <strong>van</strong> het sociale en verstan<strong>de</strong>lijkefunctioneren. De ASC is gebruikt in scholen, gemeenschapsomgevingen en werkplaatsen. Hetduurt ongeveer 45 minuten om <strong>de</strong> evaluatie in te vullen. De auteurs mel<strong>de</strong>n aanvaardbareniveaus <strong>van</strong> betrouwbaarheid en validiteit bij volwassenen en kin<strong>de</strong>ren (Meyer et al., 1990).[De ASC is verkrijgbaar bij <strong>de</strong> Syracuse University, Syracuse, New York, VS]4. Social Performance Survey Schedule-Revised (SPSS-R) (Matson et al.,1983)De SPSS-R is een herwerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> SPSS (Lowe & Cautella, 1978), die 100 items omvatteom het positieve en negatieve sociale gedrag <strong>van</strong> volwassenen te evalueren. De herwerkteSPSS werd ontworpen voor mensen met lichte en mid<strong>de</strong>lzware verstan<strong>de</strong>lijke handicaps, enbevat 57 <strong>van</strong> <strong>de</strong> oorspronkelijke SPSS-items. Gezinsle<strong>de</strong>n of z<strong>org</strong>verstrekkers beoor<strong>de</strong>len <strong>de</strong>frequentie waarmee ie<strong>de</strong>re gedraging geuit wordt aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> een 5-puntenschaal <strong>van</strong> hettype Likert. De gedragingen die beoor<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n, zijn on<strong>de</strong>r meer oogcontact, on<strong>de</strong>rbreken,bedreigen, en sociale wenken herkennen. Vier factoren zijn ontsproten aan een analyse <strong>van</strong> <strong>de</strong>belangrijkste bestand<strong>de</strong>len <strong>van</strong> gegevens <strong>van</strong> 207 volwassenen met een verstan<strong>de</strong>lijkehandicap (Matson et al., 1983): “gepaste sociale vaardighe<strong>de</strong>n”,“communicatievaardighe<strong>de</strong>n”, “ongepaste assertie” en “sociopathisch gedrag”. Deoorspronkelijke SPSS is psychometrisch robuust bevon<strong>de</strong>n. Het on<strong>de</strong>rzoek dat <strong>de</strong>psychometrische eigenschappen <strong>van</strong> <strong>de</strong> herwerking heeft getest, is evenwel beperkt, en er zijngeen normatieve gegevens beschikbaar (Bielecki & Swen<strong>de</strong>r, 2004).70


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumenten6.2.2.2 Evaluaties <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n: kin<strong>de</strong>ren en adolescenten1. Matson Evaluation of Social Skills with Youngsters (MESSY) (Matson et al.,1983)De MESSY kan gebruikt wor<strong>de</strong>n voor kin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> 4 tot 18 jaar. De items wer<strong>de</strong>ngeselecteerd in functie <strong>van</strong> een breed assortiment verbale en non-verbale gedragingen. Hetinstrument bestaat uit een zelfbeoor<strong>de</strong>lingsversie met 62 items en eenleerkrachtbeoor<strong>de</strong>lingsschaal met 64 items. De items verwijzen naar discrete, waarneembaregedragingen eer<strong>de</strong>r dan naar persoonlijke trekken. Zo heeft <strong>de</strong> MESSY bijvoorbeeld itemszoals “Brengt an<strong>de</strong>re mensen aan het lachen” in plaats <strong>van</strong> “Heeft een goed gevoel voorhumor”.De MESSY biedt schalen voor zowel aangepaste als onaangepaste sociale vaardighe<strong>de</strong>n, zodat<strong>de</strong> gebruikers zich niet alleen toespitsen op <strong>de</strong> negatieve aspecten <strong>van</strong> het gedrag <strong>van</strong> een kind,maar ook rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> positieve aspecten. Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> aangepastevaardighe<strong>de</strong>n zijn “Helpt een vriend die gewond is” en “Stapt op mensen af om een gesprek tebeginnen”. Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> onaangepaste vaardighe<strong>de</strong>n zijn “Kijkt an<strong>de</strong>re kin<strong>de</strong>ren vies aan”en “Wil het iemand die hem/haar pijn gedaan heeft, betaald zetten”. Het duurt ongeveer 15minuten om <strong>de</strong> MESSY in te vullen.De MESSY is een gevestigd instrument, dat positieve kritieken heeft gekregen, en vaakgebruikt wordt. De normen, gebaseerd op 1.164 kin<strong>de</strong>ren, zijn opgesplitst volgens leeftijd engeslacht. De alfacoëfficiënt <strong>van</strong> <strong>de</strong> interne betrouwbaarheid bedraagt 0,93(leerkrachtenformulier) en 0,80 (zelfrapporteringsformulier). Twee studies (totaal n = 744)hebben <strong>de</strong> factorvaliditeit, <strong>de</strong> concurrente validiteit en constructvaliditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong> MESSYon<strong>de</strong>rzocht. Aangetoond is dat <strong>de</strong> scores op <strong>de</strong> Messy een positieve wisselwerking hebben (a)met het resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerkrachtbeoor<strong>de</strong>lingen, <strong>de</strong> populariteit in het klaslokaal en met <strong>de</strong>vo<strong>org</strong>estel<strong>de</strong> oplossingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren voor sociale dilemma’s, en een negatievewisselwerking hebben (b) met symptomen <strong>van</strong> psychopathologie zoals angst en <strong>de</strong>pressie, enmet <strong>de</strong> Child Behavior Checklist en <strong>de</strong> Pier-Harris SelfConcept-schaal. Ook aangetoond is datgehoor- en gezichtshandicaps samengaan met lage scores. [De MESSY is verkrijgbaar bij IDSPublishing Corporation. P.O. Box 389. Worthington, Ohio, 43085, VS. Internet:<strong>www</strong>.idspublishing.com.]2. School Social Behavior Scales, 2e editie (SSBS-2) (Merrell, 2002)De SSBS-2 is een herwerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> originele SSBS die voor het eerst werd gepubliceerd in1993, en wordt nationaal en internationaal veel gebruikt. De eerste editie <strong>van</strong> SSBS is nietmeer verkrijgbaar. De SSBS-2 meet sociale competentie en asociaal gedrag bij kin<strong>de</strong>ren enadolescenten <strong>van</strong> 5 tot 18 jaar. Leerkrachten en an<strong>de</strong>re beroepspersonen hebben 5 tot 10minuten nodig om <strong>de</strong> SSBS-2 in te vullen. Het instrument biedt uitgebrei<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ringen <strong>van</strong>zowel sociale vaardighe<strong>de</strong>n als asociale probleemgedragingen <strong>van</strong> kin<strong>de</strong>ren en71


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>adolescenten in schoolomgevingen. De SSBS-2 bevat twee geconormeer<strong>de</strong> schalen. De schaalsociale competentie bevat 32 items die adaptieve, prosociale vaardighe<strong>de</strong>n meten, en driesubschalen heeft: relaties tussen gelijken, zelfmanagement/compliance en aca<strong>de</strong>misch gedrag.De schaal asociaal gedrag bevat 32 items die sociaal rele<strong>van</strong>te probleemgedragingen meten, enheeft ook 3 subschalen: vijandig/irriteerbaar, asociaal-agressief en uitdagend/verstorend.De SSBS-2 werd gestandaardiseerd met een nationaal monster <strong>van</strong> 2.280 leerlingen in <strong>de</strong>klassen K-12 (spreek uit: Kay through twelve (kin<strong>de</strong>rgarten tot en met <strong>de</strong> twaalf<strong>de</strong> klas = lageren mid<strong>de</strong>lbaar on<strong>de</strong>rwijs <strong>van</strong> 6 tot 18 jaar in <strong>de</strong> VS). Het normeringsmonster is een dichtebena<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> Amerikaanse volkstelling <strong>van</strong> 2000 in termen <strong>van</strong> geslacht, etnischeafkomst, sociaal-economische status en <strong>de</strong>elname aan bijzon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rwijs. De ruwe scoreswor<strong>de</strong>n omgezet in T-scores, percentielrangen en <strong>de</strong>scriptieve sociale functioneringsniveaus.De interne consistentiebetrouwbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> SSBS-2 bedraagt 0,96 tot 0,98 voor <strong>de</strong> tweetotale schaalscores, en 0,94 tot 0,96 voor <strong>de</strong> zes subschalen. De testbetrouwbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong>SSBS-2 is aangetoond in het bereik <strong>van</strong> 0,86 tot 0,94 bij intervallen <strong>van</strong> 1 week, en in hetbereik <strong>van</strong> 0,60 tot 0,83 bij intervallen <strong>van</strong> drie weken. Deinterraterbetrouwbaarheidscoëfficiënten <strong>van</strong> waar<strong>de</strong>ringen door leerkrachten en klasassistentenzijn aangetoond in het bereik <strong>van</strong> 0,72 tot 0,86 voor <strong>de</strong> scores voor sociale competenties, en inhet bereik <strong>van</strong> 0,53 tot 0,71 voor <strong>de</strong> scores voor asociaal gedrag. Er wordt een uitgebrei<strong>de</strong>bewijsvoering <strong>van</strong> <strong>de</strong> geldigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> SSBS-2 gedocumenteerd in <strong>de</strong> gebruikershandleiding.Het instrument is verkrijgbaar bij: Assessment-Intervention Resources, 2285 Elysium Avenue,Eugene, OR 97401, VS. Internet: <strong>www</strong>.assessment-intervention.com.]3. Home & Community Social Behavior Scales (HCSBS) (Merrell & Caldarella,2002)De HCSBS is een tegenhanger <strong>van</strong> <strong>de</strong> SSBS-2, en is ontworpen om ingevuld te wor<strong>de</strong>n doorthuisbeoor<strong>de</strong>laars of gemeenschapsbeoor<strong>de</strong>laars. De schaal bestrijkt hetzelf<strong>de</strong> terrein als haartegenhanger, maar sluit “aca<strong>de</strong>mische verwezenlijking” uit. De HCSBS bevat tweegeconormeer<strong>de</strong> schalen. De schaal sociale competentie bevat 32 items die adaptieve,prosociale vaardighe<strong>de</strong>n meten op twee subschalen: relaties tussen gelijken, enzelfmanagement/compliance. De schaal asociaal gedrag bevat 32 items die sociaalgerelateer<strong>de</strong> probleemgedragingen meten op twee subschalen: uitdagend/verstorend enasociaal-agressief.De HCSBS werd gestandaardiseerd met een nationaal monster <strong>van</strong> beoor<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> l.562kin<strong>de</strong>ren en adolescenten in <strong>de</strong> leeftijd <strong>van</strong> 5 tot 18 jaar. Het normmonster bena<strong>de</strong>rt <strong>de</strong>Amerikaanse volkstelling <strong>van</strong> 2000 sterk in termen <strong>van</strong> geslacht, etnische afkomst, sociaaleconomischestatus en <strong>de</strong>elname aan bijzon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rwijs. De ruwe scores wor<strong>de</strong>n omgezet inT-scores, percentielrangen,72


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenen <strong>de</strong>scriptieve sociale functioneringsniveaus. De interne consistentiebetrouwbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong>HCSBS bedraagt 0,96 tot 0,97 voor <strong>de</strong> twee totale schaalscores, en 0,94 voor <strong>de</strong> viersubschalen. De testbetrouwbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> HCSBS bij intervallen <strong>van</strong> 1 tot 2 weken isaangetoond op 0,84 voor <strong>de</strong> schaal sociale competentie, en op 0,91 voor <strong>de</strong> totale scores <strong>van</strong><strong>de</strong> schaal asociaal gedrag. De interraterbetrouwbaarheidscoëfficiënten <strong>van</strong> moe<strong>de</strong>r en va<strong>de</strong>rdie hetzelf<strong>de</strong> kind beoor<strong>de</strong>len, zijn aangetoond op 0,86 voor <strong>de</strong> totale score socialecompetentie, en op 0,71 voor <strong>de</strong> totale score asociaal gedrag. De validiteitsbewijzen voor <strong>de</strong>HCSBS wor<strong>de</strong>n uitgebreid gedocumenteerd in <strong>de</strong> gebruikershandleiding. [Het instrument isverkrijgbaar bij: Assessment-Intervention Resources, 2285 Elysium Avenue, Eugene, OR)97401, VS. Internet: <strong>www</strong>.assessment-intervention.com. ]4. Social Skills Rating System (SSRS) (Gresham & Elliott, 1990)Het SSRS is een nationaal gestandaardiseer<strong>de</strong> reeks <strong>van</strong> vragenlijsten die informatie over <strong>de</strong>sociale gedragingen <strong>van</strong> kin<strong>de</strong>ren en adolescenten (in <strong>de</strong> leeftijd <strong>van</strong> 3 tot 18 jaar) inwinnen bijleerkrachten, ou<strong>de</strong>rs en <strong>de</strong> leerlingen zelf. Het duurt 10 tot 25 minuten om elke vragenlijst in tevullen. De items op ie<strong>de</strong>re schaal wor<strong>de</strong>n gewaar<strong>de</strong>erd volgens <strong>de</strong> gepercipieer<strong>de</strong> frequentie enhet gepercipieer<strong>de</strong> belang. Er zijn drie schalen. De schaal sociale vaardighe<strong>de</strong>n meet positievesociale gedragingen: samenwerking, empathie, assertie, zelfbeheersing enverantwoor<strong>de</strong>lijkheid. De schaal probleemgedragingen meet gedragingen die <strong>de</strong> ontwikkeling<strong>van</strong> positieve sociale vaardighe<strong>de</strong>n kunnen verstoren: het veruiterlijken <strong>van</strong> problemen (bv.agressieve da<strong>de</strong>n en weinig karakterbeheersing), het verinnerlijken <strong>van</strong> problemen (bv.droefheid en angst) en hyperactiviteit (bv. niet stil kunnen zitten, en impulsieve da<strong>de</strong>n). Deschaal aca<strong>de</strong>mische competentie biedt een snelle raming <strong>van</strong> het aca<strong>de</strong>mische functioneren. Deleerkrachten waar<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> lees- en rekenprestaties, het algemene cognitieve functioneren, enook <strong>de</strong> motivatie en ou<strong>de</strong>ron<strong>de</strong>rsteuning. Hoewel het SSRS kan wor<strong>de</strong>n afgenomen doorallerhan<strong>de</strong> personeel, moet het geïnterpreteerd wor<strong>de</strong>n door beroepspersonen die opgeleid zijnin psychologische testen. In een bespreking <strong>van</strong> 6 schalen die sociale vaardighe<strong>de</strong>n meten <strong>van</strong>kin<strong>de</strong>ren, werd het SSRS beschouwd als <strong>de</strong> meest uitgebrei<strong>de</strong> omwille <strong>van</strong> <strong>de</strong>meerbronnenbena<strong>de</strong>ring en interventiekoppeling (Demaray et al., 1995)De standaardscores kunnen omgezet wor<strong>de</strong>n in percentielrangscores. Het SSRS werdgestandaardiseerd op een nationaal monster <strong>van</strong> meer dan 4.000. Het heeft aparte normen voorjongens en meisjes en voor leerlingen met en zon<strong>de</strong>r beperking. De auteurs mel<strong>de</strong>n een hogegraad <strong>van</strong> interne consistentie, test-retest-betrouwbaarheid, inhoud-, construct- en concurrentevaliditeit. De computersoftware (ASSIST) vergemakkelijkt <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ring en rapportering, engeeft gedragsdoelstellingen en voorstellen voor <strong>de</strong> planning <strong>van</strong> interventies. Een scanbareversie <strong>van</strong> ASSIST biedt opties voor groepsrapportering. Ze73


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>sorteert en rangschikt informatie per groep, individu, klaslokaal, schooljaar, school, district,geslacht, etnische afkomst en tijd. [Het systeem is verkrijgbaar bij <strong>de</strong> American GuidanceService, Inc., 4201 Woodland Road, Circle Pines, MN 55014, VS.]5. Waksman Social Skills Rating Scale (WSSRS) (Waksman, 1985)De WSSRS is bedoeld voor kin<strong>de</strong>ren en adolescenten (<strong>de</strong> jaren K tot en met 12 <strong>van</strong> hetAmerikaanse on<strong>de</strong>rwijssysteem, m.a.w. het lager en mid<strong>de</strong>lbaar on<strong>de</strong>rwijs). De schaal kangebruikt wor<strong>de</strong>n om socialevaardigheids<strong>de</strong>ficits te i<strong>de</strong>ntificeren, om vaardighe<strong>de</strong>n teselecteren die beoogd moeten wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> training, en om het succes te evalueren <strong>van</strong> hetaanleren <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Ze omvat 21 op normen gebaseer<strong>de</strong> items waaropgeantwoord moet wor<strong>de</strong>n met een Likert-puntenschaal. De grootste schaal heeft betrekking opsociale vaardighe<strong>de</strong>n. Twee subschalen hebben betrekking op agressie en passiviteit. Er zijnaparte formulieren voor jongens en meisjes. Het invullen gebeurt door leerkrachten, en duurt15 tot 20 minuten. De auteurs <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal mel<strong>de</strong>n een hoge interne consistentie. Tochmel<strong>de</strong>n Demaray et al. (1995) tekortkomingen in an<strong>de</strong>re psychometrische eigenschappen. Dieauteurs suggereren ook dat <strong>de</strong> schaal in weerwil <strong>van</strong> haar bondigheid en het afnamegemakon<strong>de</strong>rmijnd wordt door haar klemtoon op vaardigheids<strong>de</strong>ficits in plaats <strong>van</strong> op prosociaalgedrag. [De schaal is verkrijgbaar bij M.D. Angus en Associates limited. Internet:<strong>www</strong>.psychtest.com.]6. Walker-McConnell Scale of Social Competence en School Adjustment(WSSCSA) (Walker & McConnel, 1995)Er zijn twee versies <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal Walker-McConnell. De adolescentenversie bevat vier,analytisch afgelei<strong>de</strong> subschalen (zelfbeheersing, relaties met gelijken, schoolaanpassing enempathie) met in totaal 53 items op <strong>de</strong> vier subschalen. De schaal is gebaseerd opwaar<strong>de</strong>ringen door leerkrachten <strong>van</strong> <strong>de</strong> frequentie waarmee sociale vaardighe<strong>de</strong>n naarschatting voor ie<strong>de</strong>re beoor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> leerling voorkomen. Om <strong>de</strong> 53 items <strong>van</strong> <strong>de</strong>adolescentenschaal in te vullen is er do<strong>org</strong>aans niet meer dan 10 minuten nodig voor ie<strong>de</strong>releerling. De elementaire versie bestaat uit drie, analytisch afgelei<strong>de</strong> subschalen (door <strong>de</strong>leerkracht verkozen sociaal gedrag, door <strong>de</strong> gelijke verkozen sociaal gedrag, enschoolaanpassing met in totaal 43 items in <strong>de</strong> drie subschalen. De schaal is gebaseerd opwaar<strong>de</strong>ringen door leerkrachten <strong>van</strong> <strong>de</strong> frequentie waarmee sociale vaardighe<strong>de</strong>n naarschatting voorvallen voor ie<strong>de</strong>re beoor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> leerling. Om <strong>de</strong> 43 items <strong>van</strong> <strong>de</strong> elementaireschaal in te vullen is er do<strong>org</strong>aans niet meer nodig dan 10 minuten voor ie<strong>de</strong>re leerling.De psychometrische eigenschappen <strong>van</strong> <strong>de</strong> schalen wor<strong>de</strong>n niet vermeld op <strong>de</strong> website <strong>van</strong> <strong>de</strong>uitgever. De eigenschappen <strong>van</strong> <strong>de</strong> elementaire versie wor<strong>de</strong>n evenwel beschreven doorDemaray et al. (1995). Die merken op dat <strong>de</strong> handleiding uitsteken<strong>de</strong> interne consistentie,a<strong>de</strong>quate interraterbetrouwbaarheid, en voldoen<strong>de</strong> tot uitsteken<strong>de</strong> test-retest-betrouwbaarheidmeldt.74


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenDe content-, discriminante, construct- en criteriumgerelateer<strong>de</strong> validiteit wor<strong>de</strong>n eveneensgemeld. Demaray et al. (1995) merken op dat sommige monsters die gebruikt wer<strong>de</strong>n om <strong>de</strong>betrouwbaarheid te testen, eer<strong>de</strong>r klein waren. Daarnaast wijzen ze erop dat het monsterwaarmee <strong>de</strong> elementaire schaal werd gestandaardiseerd, niet representatief was voor <strong>de</strong>Amerikaanse bevolking. [Internet: <strong>www</strong>.wadsworth.com.]7. De School Social Skills Rating Scale (SSSRS) (Brown et al., 1984)De SSSRS is bedoeld om on<strong>de</strong>rwijspersoneel, en in het bijzon<strong>de</strong>r leerkrachten, te helpen bijhet i<strong>de</strong>ntificeren <strong>van</strong> <strong>de</strong>ficits bij leerlingen in schoolgerelateer<strong>de</strong> sociale gedragingen. Deschaal is bedoeld voor kin<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong> klassen 1-12 (<strong>van</strong> het Amerikaanse schoolsysteem). De40-itemschaal met observeerbare, prosociale vaardighe<strong>de</strong>n is sociaal gevali<strong>de</strong>erd, en alsbelangrijk bestempeld voor schools succes <strong>van</strong> leerlingen in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> domeinen: (i) relatiesmet volwassenen (12 items), (ii) relaties met gelijken (16 items), (iii) schoolregels (6 items),en (iv) gedragingen in het klaslokaal (6 items). Het duurt 10 minuten om <strong>de</strong> schaal af tenemen.De SSSRS is een op criteria gebaseerd instrument dat kennis oplevert over <strong>de</strong> sociale sterke enzwakke punten <strong>van</strong> een leerling. De waar<strong>de</strong>ringen gebeuren op een Likert-zespuntenschaal, op<strong>de</strong> observaties <strong>van</strong> <strong>de</strong> voorbije maan<strong>de</strong>n, en <strong>de</strong> test-retest- eninterraterbetrouwbaarheidsgegevens geven aan dat <strong>de</strong> schaal een vergelijkbarebetrouwbaarheid heeft bij inwonen<strong>de</strong> leerlingen, leerlingen die bijzon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rwijs krijgen, enleerlingen die gewoon on<strong>de</strong>rwijs krijgen. De handleiding beschrijft <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n voor hetgebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> 40 vaardighe<strong>de</strong>n. [Het instrument is verkrijgbaar bij Slosson EducationalPublications Inc. Internet: <strong>www</strong>.slosson.com]8. Social Behavior Assessment Inventory (SBAI) (Stephens & Arnold, 1992)De SBAI meet het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale gedragingen geuit door kin<strong>de</strong>ren en adolescenten ineen klaslokaalomgeving. De inventaris is bedoeld als begelei<strong>de</strong>nd instrument <strong>van</strong> Social Skillsin the Classroom. Hij is geschikt voor klassen in het bijzon<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>rwijs of een<strong>de</strong>r welkklaslokaal met gedragsproblemen. Hij bestaat uit 136 items die sociale vaardighe<strong>de</strong>nbeschrijven die vaak wor<strong>de</strong>n geobserveerd in het klaslokaal. Een leerkracht of an<strong>de</strong>re persoon(zoals een ou<strong>de</strong>r) die het gedrag <strong>van</strong> een leerling heeft geobserveerd, waar<strong>de</strong>ert ie<strong>de</strong>r item opeen 4-puntenschaal, en beschrijft zowel <strong>de</strong> aanwezigheid als het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> gedragingenvertoond door <strong>de</strong> leerling. Het duurt 30 tot 45 minuten om <strong>de</strong> inventaris in te vullen. Deresultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> 4 gedragsschalen (omgeving, intermenselijk, zelfgerelateerd, entaakgerelateerd) en <strong>de</strong> 30 subschalen kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt om on<strong>de</strong>rrichtingsstrategieënvoor sociale vaardighe<strong>de</strong>n te ontwikkelen.In hun bespreking <strong>van</strong> <strong>de</strong> SBAI merkten Demaray et al. (1995) op dat <strong>de</strong> handleiding wel hogeniveaus <strong>van</strong> consistentie en interraterbetrouwbaarheid meldt, maar dat er geen informatie isover75


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong><strong>de</strong> test-retest-betrouwbaarheid. Ze had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> indruk dat <strong>de</strong> handleiding bewijzen bevatte <strong>van</strong>toereiken<strong>de</strong> content-, construct- en convergente validiteit. [De inventaris is verkrijgbaar bijPsychological Assessment Resources, Inc. 16204 N. Florida Avenue, Lutz, FL 33549, VS.Web: <strong>www</strong>.parinc.com.]6.2.3 Beroepsevaluatieschalen met een ge<strong>de</strong>elte betreffen<strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n1. Vocational Assessment en Curriculum Gui<strong>de</strong> (VACG) (Rusch et al., 1982)De VACG is een evaluatie-instrument dat gebaseerd is op <strong>de</strong> ecologische analyse <strong>van</strong>werkgelegenheidskansen. Het bevat een verschei<strong>de</strong>nheid aan algemene werk- en socialevaardighe<strong>de</strong>n gebaseerd op een empirische analyse <strong>van</strong> vacatures. Rusch et al. (1982)on<strong>de</strong>rvroegen werkgevers in <strong>de</strong> sector <strong>van</strong> <strong>de</strong> diensten en lichte industrie om <strong>de</strong>vaardigheidsvereisten te bepalen die <strong>de</strong>ze stellen voor hun startersbanen. De resultaten <strong>van</strong> diebevraging lever<strong>de</strong> <strong>de</strong> itemverzameling voor <strong>de</strong> VACG.De VACG is ontworpen als gedragswaar<strong>de</strong>ringsschaal die een meting biedt <strong>van</strong> <strong>de</strong> beroeps- ensociale vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> personen met een handicap. De gids bevat <strong>de</strong> domeinenwerkgedragingen (aanwezigheid/volharding, zelfstandigheid, productie, leren, gedrag),interactievaardighe<strong>de</strong>n (communicatievaardighe<strong>de</strong>n, sociale vaardighe<strong>de</strong>n,zelfhulpvaardighe<strong>de</strong>n [lichaamsverz<strong>org</strong>ing/eten] en aca<strong>de</strong>mische vaardighe<strong>de</strong>n[lezen/schrijven en rekenen]). Er staan 66 items op <strong>de</strong> VACG, die elk beginnen met <strong>de</strong> vraag“of <strong>de</strong> werknemer ...?”, en gevolgd wor<strong>de</strong>n door een beschrijving <strong>van</strong> het gedrag dat wordtgeëvalueerd. Er wor<strong>de</strong>n diverse mogelijke antwoor<strong>de</strong>n gegeven die <strong>de</strong> prestatieniveausaangeven <strong>van</strong> het gedrag dat door <strong>de</strong> werknemer wordt geuit, en <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laars moeten <strong>de</strong>stelling kiezen die het best past bij het huidige functioneringsniveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon. DeVACG werd ontworpen om gebruikt te wor<strong>de</strong>n door leerkrachten, rehabilitatiewerkers,verstrekkers <strong>van</strong> diensten voor volwassenen, ou<strong>de</strong>rs, en paraprofessionele krachten(assistenten, me<strong>de</strong>werkers) om het algemene vaardigheidsniveau te bepalen <strong>van</strong> een persoonmet betrekking tot <strong>de</strong> standaar<strong>de</strong>n die als belangrijk wor<strong>de</strong>n vo<strong>org</strong>esteld voor succes inberoepen in <strong>de</strong> levensmid<strong>de</strong>lenindustrie, in conciërgewerk en <strong>de</strong> lichte industrie.De psychometrische eigenschappen <strong>van</strong> <strong>de</strong> VACG wer<strong>de</strong>n gemeld door Menchetti & Rusch(1988). De test-retest-coëfficiënten liepen <strong>van</strong> 0,69 tot 0,96 (gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> = 0,79). De interneconsistentie, geraamd met alfacoëfficiënten, liep <strong>van</strong> 0,59 tot 0,91 (gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> = 0,76) voorVACG-domeinscores. De alfacoëfficiënt voor <strong>de</strong> totale test bedroeg 0,95. De empirischevalidatieresultaten suggereren dat <strong>de</strong> domeinscores een on<strong>de</strong>rscheid maakten tussentestpersonen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap en met alleen ervaring in beschut werk entestpersonen die met succes zijn tewerkgesteld in <strong>de</strong> concurreren<strong>de</strong> actieve bevolking. [De gidswordt gepubliceerd door Exceptional Education, P.O. Box 15308, Seattle, WA 98155, VS]2. Transition Behavior Scales (2nd ed.) (TBS-2) (McCarney & An<strong>de</strong>rson, 2000)76


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenDe TBS-2 is gebaseerd op <strong>de</strong> gedragsliteratuur over <strong>de</strong> predictoren <strong>van</strong> tewerkstellings- enovergangssucces. Er bestaan twee versies: een zelfrapportversie voor leerlingen en eenschoolversie die ingevuld wordt door één of meer leerkrachten. De schaal is bedoeld vo<strong>org</strong>roepen met een<strong>de</strong>r welke beperking, voor adolescenten <strong>van</strong> 12 tot 18 jaar. Er zijn 62 itemsdie drie subschalen overspannen: werkgerelateer<strong>de</strong> gedragingen, intermenselijke relaties ensociale / gemeenschapsverwachtingen. De subschalen zijn gebaseerd op een factoranalyse <strong>van</strong><strong>de</strong> oorspronkelijke itemverzameling. Ie<strong>de</strong>r item wordt gewaar<strong>de</strong>erd op een beoor<strong>de</strong>lingsschaalmet 6 punten. De scores kunnen omgezet wor<strong>de</strong>n in percentielrangen op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> nationalenormen. De TBS-2-schoolversie werd gestandaardiseerd met in totaal 2.624 leerlingen uit 20staten die representatief waren voor <strong>de</strong> VS. De TBS-2-school- en zelfrapportversie hebbenaparte normen voor mannelijke en vrouwelijke leerlingen. Het duurt 15 tot 20 minuten om <strong>de</strong>schaal in te vullen.De Transition Behavior Scale IEP en Intervention Manual bevat individueleon<strong>de</strong>rwijsplandoelstellingen en interventies voor alle 62 items op <strong>de</strong> schaal. [De schalen zijnverkrijgbaar bij Hawthorne Educational Services, Inc., 800 Gray Oak Drive, Columbia, MO65201, VS. Internet: <strong>www</strong>.hes-inc.com.]3. Transition Planning Inventory (TPI) (Clark & Patton, 1997)De TPI is een instrument voor het i<strong>de</strong>ntificeren en plannen <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitgebrei<strong>de</strong>overgangsbehoeften <strong>van</strong> leerlingen en stu<strong>de</strong>nten <strong>van</strong> 14 tot 25 jaar. De inventaris is ontworpenom aan schoolpersoneel een systematische manier te bie<strong>de</strong>n om in te gaan op <strong>de</strong> crucialeovergangsplanningsdomeinen die rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> behoeften, voorkeuren en interesses<strong>van</strong> <strong>de</strong> individuele leerling/stu<strong>de</strong>nt. De informatie over <strong>de</strong> overgangsbehoeften wordt gehaaldbij <strong>de</strong> leerling/stu<strong>de</strong>nt, <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs of voog<strong>de</strong>n en bij het schoolpersoneel via drie aparteformulieren die specifiek voor elk <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelgroepen ontworpen zijn. De formulierenbevatten <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> 46 items die <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> evaluatiedomeinen bestrijken: tewerkstelling,ver<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rwijs/ver<strong>de</strong>re training, dagelijkse levensvaardighe<strong>de</strong>n, gemeenschaps<strong>de</strong>elname,gezondheid, zelf<strong>de</strong>terminatie, communicatie, intermenselijke relaties. Het formulier voorleerlingen/stu<strong>de</strong>nten bevat ook 15 open vragen. Er is een Spaanse versie <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaalverkrijgbaar, en er kan computersoftware gebruikt wor<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ringen.Er zijn diverse items die rechtstreeks of onrechtstreeks verband hou<strong>de</strong>n met socialevaardighe<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> werkvloer. De itembeschrijvingen voor <strong>de</strong> afnemers <strong>van</strong> <strong>de</strong> test gevenenkele voorbeel<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> bedoeling <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>r item, en vermel<strong>de</strong>n indien nodig <strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n die verband hou<strong>de</strong>n met tewerkstelling. Bijvoorbeeld: item 3 in hettewerkstellingsdomein is “Weet hoe hij aan een baan moet geraken”. De beschrijving <strong>van</strong> item3 is “De leerlingen/stu<strong>de</strong>nten kennen <strong>de</strong> elementaire stappen <strong>van</strong> het zoeken naar een baan,solliciteren voor een baan, en het maken <strong>van</strong> een goe<strong>de</strong> indruk tij<strong>de</strong>ns het sollicitatiegesprek”.In het on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> vak wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> items opgesomd die rechtstreeks of onrechtstreeksenigszins rele<strong>van</strong>t zijn voor sociale77


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>vaardighe<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> werkvloer. [De TPI is verkrijgbaar bij: Pro-Ed, 8700 Shoal Creek Blvd.,Austin, TX 78757-6897, VS. Telefoon: 800-897-3202; fax: 512-4518542; e-mail:proedrd2@aol.com; internet: <strong>www</strong>.proedinc.com.]VakItems <strong>van</strong> <strong>de</strong> TPI die rele<strong>van</strong>t zijn voor sociale vaardighe<strong>de</strong>nWerk3.4.Weet hoe hij aan een baan moet gerakenGeeft blijk <strong>van</strong> algemene werkvaardighe<strong>de</strong>n en werkattitu<strong>de</strong>sdie werkgevers verlangen om een baan te behou<strong>de</strong>n, envooruitgaan kan begeleid werk inhou<strong>de</strong>nZelf<strong>de</strong>terminatieCommunicatieIntermenselijke relaties33.34.37.38.43.44.45.46.Uit gevoelens en i<strong>de</strong>eën passend aan an<strong>de</strong>renUit gevoelens en i<strong>de</strong>eën zelfzeker aan an<strong>de</strong>renHeeft spreekvaardighe<strong>de</strong>n nodig gehadHeeft luistervaardighe<strong>de</strong>n nodig gehadSluit en handhaaft hechte en/ofgelegenheidsvriendschappen in allerhan<strong>de</strong> omgevingenToont passend gedrag in allerhan<strong>de</strong> omgevingenToont vaardighe<strong>de</strong>n om op te schieten met collega’sToont vaardighe<strong>de</strong>n om op te schieten met opzichter3. Occupational Skills Assessment Instrument (OSAI) (Mathews et al., 1980a)De OSAI bevat 13 controlelijsten. Tien hebben betrekking op complexe, werkgerelateer<strong>de</strong>sociale vaardighe<strong>de</strong>n die als belangrijk geï<strong>de</strong>ntificeerd wer<strong>de</strong>n doorwerkgelegenheids<strong>de</strong>skundigen: een aanknopingspunt voor een baan zoeken, een potentiëlewerkgever bellen, <strong>de</strong> situatie <strong>van</strong> een sollicitatiegesprek, ingaan op een voorstel <strong>van</strong> eenopzichter, kritiek aanvaar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een werkgever, opbouwen<strong>de</strong> kritiek geven, een probleemuitleggen aan een opzichter, een collega een compliment geven voor een goed uitgevoer<strong>de</strong> taak,en een compliment aanvaar<strong>de</strong>n. Het instrument bevat rollenspelscripts voor elk <strong>van</strong> die socialesituaties, die vermel<strong>de</strong>n: (a) <strong>de</strong> taak die uitgevoerd moet wor<strong>de</strong>n, (b) een reeks situaties dieuitgebeeld moeten wor<strong>de</strong>n, en (c) door het script vo<strong>org</strong>eschreven verklaringen en gedragingendie afgelegd en geuit moeten wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> persoon die het instrument gebruikt. Bijvoorbeeld,De prestaties die vereist wor<strong>de</strong>n om “een probleem uit te leggen aan een opzichter” zijn <strong>de</strong>volgen<strong>de</strong>: (i) vermel<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> zaken niet goed verlopen, (ii) vragen of <strong>de</strong> opzichter tijd heeft omte spreken, (iii) het probleem beschrijven, (iv) een voorbeeld <strong>van</strong> het probleem geven, (v)mogelijke oplossingen vermel<strong>de</strong>n, (vi) vragen of <strong>de</strong> opzichter oplossingen heeft of iets kan doen,(vii) <strong>de</strong> oplossing opnieuw vermel<strong>de</strong>n, (viii) vragen of u nog iets an<strong>de</strong>rs moet doen, en (ix) <strong>de</strong>opzichter danken voor zijn hulp. Er wor<strong>de</strong>n vinkjes geplaatst naast doelgedragingen die juistwor<strong>de</strong>n uitgevoerd. Er wor<strong>de</strong>n nullen geplaatst naast doelgedragingen die niet of niet juistwor<strong>de</strong>n uitgevoerd. Het aan<strong>de</strong>el mogelijke doelgedragingen dat juist wordt uitgevoerd, wordtdaarna omgezet in een percentage. De drie overige78


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentencontrolelijsten zijn schriftelijke criteriumtesten die <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> domeinen bestrijken: eenopvolgingsbrief na het sollicitatiegesprek schrijven, schrijven in antwoord op eengeadverteer<strong>de</strong> vacature en een belastingaangifte invullen.De OSAI is geldig en betrouwbaar bevon<strong>de</strong>n (Mathews et al., 1980b, 1981, 1982). [Hetinstrument is verkrijgbaar bij het Research en Training Center on In<strong>de</strong>pen<strong>de</strong>nt Living,University of Kansas, Room 4089 Dole Center, 1000 Sunnysi<strong>de</strong> Avenue, Lawrence, Kansas,66045-7555, VS. Internet: <strong>www</strong>.rtcil.<strong>org</strong>/catalog.htm.]6.2.4 Specifieke evaluaties <strong>van</strong> sociale beroepsvaardighe<strong>de</strong>n1. Social Competence in the Workplace (SCW) – experimentele versie (Nota &Soresi, zon<strong>de</strong>r datum)De SCW is een gedragscontrolelijst die specifiek ontworpen is voor het evalueren <strong>van</strong>werkplekgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n. De lijst bevat 58 items die gewaar<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>nmet “ja”, “neen” of “ja/neen”, naarmate <strong>de</strong> gedragingen geuit wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> werkplek. Het gaatom een nieuwe schaal die nog niet psychometrisch gevali<strong>de</strong>erd is. Een Engelse vertaling <strong>van</strong>het Italiaanse origineel wordt gegeven in Bijvoegsel 5. [Meer informatie is verkrijgbaar bij <strong>de</strong>auteurs: Oaura.nota@unipd.it).]6.3 An<strong>de</strong>re nuttige evaluatie-instrumenten6.3.1 InleidingZoals David Felce eer<strong>de</strong>r heeft vermeld, is het <strong>van</strong> groot belang om goe<strong>de</strong> informatie teverzamelen over <strong>de</strong> persoon die voor on<strong>de</strong>rsteuning naar uw <strong>org</strong>anisatie komt, om voor hemeen baan te kunnen vin<strong>de</strong>n en die te kunnen behou<strong>de</strong>n. Omwille <strong>van</strong> zijn of haar handicap zaleen persoon met een beperking enige speciale hulp nodig hebben om zijn of haar persoonlijkeinteresses en voorkeuren in overeenstemming te brengen met een passen<strong>de</strong> baan. Welke zijn <strong>de</strong>capaciteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon? Welke zijn zijn of haar speciale behoeften? En welke informatiemoeten we verzamelen over die persoon die rele<strong>van</strong>t is voor zijn of haar toekomstige <strong>de</strong>elnameaan <strong>de</strong> arbeidsmarkt? Een goe<strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt zal het <strong>de</strong> jobcoach gemakkelijkermaken om een individueel ontwikkelings- en on<strong>de</strong>rsteuningsplan te schrijven, en zodoen<strong>de</strong>zullen opgevers wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n.Zodra dui<strong>de</strong>lijk is welke competenties <strong>de</strong> persoon ontbreekt om te slagen in een baan, blijkt hetknap lastig te zijn om dat te vertalen in een individueel plan op maat. Bre<strong>de</strong> en algemenebeschrijvingen <strong>van</strong> competenties geven niet juist aan waar het probleem <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon ligt (inwelke situatie en in welke omstandighe<strong>de</strong>n). Ook i<strong>de</strong>ntificeren ze niet hoe <strong>de</strong>ze competentieshet best wor<strong>de</strong>n aangeleerd om meer succes te kennen in gelijkaardige situaties in <strong>de</strong>79


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>toekomst. Bijvoorbeeld: in het geval dat het <strong>de</strong> cliënt ontbreekt aan bepaal<strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>nmet betrekking tot <strong>de</strong> competentie “samenwerken met an<strong>de</strong>ren”, is het ook belangrijkinformatie te verzamelen over <strong>de</strong> (vorige) werkplek om te achterhalen in welke preciezeomstandighe<strong>de</strong>n er een gebrek aan samenwerking bestond, en wat daar<strong>van</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong>re<strong>de</strong>n kan zijn. Naast <strong>de</strong> informatie die u verzamelt met een specifiek evaluatie-instrument(zoals bovenstaand beschreven), zijn er tal <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re instrumenten die u ook kunt gebruikenom essentiële bijkomen<strong>de</strong> informatie in te winnen, zoals:• STARR;• portfolio;• SMART-mo<strong>de</strong>l;• Profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek;• persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning.De <strong>de</strong>nkwijze op basis <strong>van</strong> competenties verschilt <strong>van</strong> <strong>de</strong> traditionele <strong>de</strong>nkwijze op basis <strong>van</strong>“kwalificaties”. Als we in kwalificaties <strong>de</strong>nken, missen we <strong>de</strong> unieke eigenschappen <strong>van</strong> hetindividu. De enigheid in zijn soort <strong>van</strong> een persoon zit verb<strong>org</strong>en achter zijn kwalificaties. Eenen an<strong>de</strong>r garan<strong>de</strong>ert vooral voor personen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap een respectvollerebena<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> opleiding voor <strong>de</strong> arbeidsmarkt.6.3.2 STARRHet verkennen<strong>de</strong> interview is het eerste contact tussen <strong>de</strong> jobcoach en <strong>de</strong> cliënt. Naast <strong>de</strong>informatie die gewonnen wordt uit het registratie-/opnameformulier, is het een eerste enbelangrijke stap in het proces <strong>van</strong> het verzamelen en uitwisselen <strong>van</strong> informatie:• Welke werkgerelateer<strong>de</strong> ervaring heeft <strong>de</strong>ze cliënt?• Waarom had hij of zij (geen) succes in vorige banen of bij vorige aanrakingen met <strong>de</strong>arbeidsmarkt?• Hoe staat het met <strong>de</strong> voorkeur <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt voor bepaal<strong>de</strong> soorten banen?• Zijn <strong>de</strong>ze interesses gebaseerd op realistische verwachtingen?• Enz.De antwoor<strong>de</strong>n op die vragen zullen aanwijzingen bie<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> eengeschikt opleidingsprogramma voor die cliënt.De STARR-metho<strong>de</strong> is een geslaag<strong>de</strong> manier om een gesprek over dat on<strong>de</strong>rwerp op gang tebrengen, vooral voor personen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap die het moeilijk hebben omhun eigen80


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenmogelijkhe<strong>de</strong>n te beoor<strong>de</strong>len. STARR biedt gelegenhe<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> een persoonte concretiseren, en maakt het ook mogelijk om domeinen en competenties te i<strong>de</strong>ntificerenwaarvoor opleiding nodig zou zijn. De STARR-metho<strong>de</strong> biedt u enkele systematische stappenom rele<strong>van</strong>te ervaringen <strong>van</strong> cliënten te beschrijven, bv. met betrekking tot tewerkstelling. Alseen cliënt geen specifieke ervaring heeft met werkgerelateer<strong>de</strong> situaties, zullen ervaringen inan<strong>de</strong>re domeinen zoals on<strong>de</strong>rwijs en vrije tijd gebruikt wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> informatie die reedsverzameld is, aan te vullen om het soort trainingsprogramma te bepalen dat voor <strong>de</strong>ze persoonnodig is. Na <strong>de</strong> kennismakingsfase (waarin <strong>de</strong> cliënt en <strong>de</strong> coach met elkaar kennismaken,geïnspireerd raken, elkaar beginnen te vertrouwen, en waarin <strong>de</strong> informatie wordt geleverd na<strong>de</strong> voortzetting <strong>van</strong> het gesprek, enz.) zullen <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> stappen wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rnomen:STARR staat voor:• Situatie;• Taak;• Actie;• Resultaat;• Reflectie;1. SituatieIn <strong>de</strong>ze fase wordt aan <strong>de</strong> cliënt gevraagd om te vertellen over recente ervaringen insituaties zoals die <strong>van</strong> zijn of haar toekomstige baan of tewerkstellingssituatie (bijvoorkeur recente ervaringen).Voorbeel<strong>de</strong>n:“U zegt me dat u tuinman wilt wor<strong>de</strong>n. Kunt u voorbeel<strong>de</strong>n geven <strong>van</strong> uzelf, werkend ineen tuin?” (thuis, op school, vroeger werk, enz.)Of (in het geval dat het gedrag <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt <strong>de</strong> opleiding kan beïnvloe<strong>de</strong>n):“U zegt me dat u boos wordt, als mensen grappen maken over uw gezin. Kunt u me eenvoorbeeld geven <strong>van</strong> dat boos wor<strong>de</strong>n in een situatie?”2. TaakDe twee<strong>de</strong> stap is <strong>de</strong> cliënt te vragen te i<strong>de</strong>ntificeren welke zijn of haar juiste takenwaren in <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>r beschreven situatie. Voorbeeld:“U hebt me verteld dat u ervaring hebt opgedaan “als vrachtrij<strong>de</strong>r”, toen u tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>voorbije zomervakantie met uw va<strong>de</strong>r mee bent geweest om groenten te vervoeren naarItalië. Wat moest u <strong>van</strong> uw va<strong>de</strong>r doen? Wat was uw taak?”81


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>3. ActieDe volgen<strong>de</strong> stap is <strong>de</strong> cliënt te vragen om <strong>de</strong> actie te beschrijven die hij of zij heefton<strong>de</strong>rnomen. Welke waren <strong>de</strong> concrete activiteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt, hoe gedroeg hij of zijzich? Voorbeel<strong>de</strong>n:“U hebt me net verteld dat u vorige zaterdag hebt geholpen bij <strong>de</strong> krui<strong>de</strong>nier in uwstraat. Wat hebt u precies gedaan?”4. ResultaatHier probeert u informatie vast te krijgen over <strong>de</strong> uitwerking <strong>van</strong> het gedrag (<strong>de</strong> actie)die <strong>de</strong> cliënt eer<strong>de</strong>r heeft beschreven.Voorbeeld:“Dus hebt u <strong>de</strong> krui<strong>de</strong>nierswinkel schoongemaakt. Kunt u beschrijven hoe <strong>de</strong> winkeleruit zag, nadat hij gereinigd was?”5. ReflectieIn <strong>de</strong> laatste stap proberen we ons te concentreren op <strong>de</strong> reflectie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt dieterugkijkt op die ervaring. We vragen <strong>de</strong> cliënt of hij of zij op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier (ofan<strong>de</strong>rs) zou optre<strong>de</strong>n of reageren, als hij of zij in <strong>de</strong> toekomst met een gelijkaardigesituatie geconfronteerd zou wor<strong>de</strong>n. De “reflectie” biedt stapstenen voor het leerproces<strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt.Bijvoorbeeld:“Welke invloed hebben <strong>de</strong> complimenten gehad die uw trainer u heeft gegeven na hetschoonmaken <strong>van</strong> <strong>de</strong> winkel?”Aandachtspunten:− Het ligt voor <strong>de</strong> hand dat <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> stappen in <strong>de</strong> juiste volgor<strong>de</strong> moeten wor<strong>de</strong>nuitgevoerd. Als <strong>de</strong> juiste volgor<strong>de</strong> wordt gebruikt, is er een vloeien<strong>de</strong>, veilige enlogische verschuiving <strong>van</strong> <strong>de</strong> aandacht: <strong>van</strong> een beschrijving <strong>van</strong> een situatie wordtverschoven naar eigen input <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt en naar het begrijpen <strong>van</strong> het resultaat.82


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenEr is een voortgang <strong>van</strong> hetWij-niveauSituatie: bespreek <strong>de</strong> contextIk-niveauTaak en actie: Wat heb ik gedaan, en watwas mijn persoonlijke bijdrage?1META-niveauResultaat/reflectie: kritische evaluatie−−−−Tij<strong>de</strong>ns het gesprek is het belangrijk zich te concentreren op positieve aspecten, op<strong>de</strong> kwaliteiten en talenten <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. Spits <strong>de</strong> aandacht niet toe op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>rekwaliteiten die een cliënt nog niet bezit.Stel liever geen:• suggestieve vragen (“Dus u bent het gewend om alleen te werken”);• kritische vragen (“Trekt u niet overhaast conclusies?”);• ja- of neen-vragen (“Begrijpt u <strong>de</strong> bedoeling?”);• waarom-vragen (“Waarom hebt u dat gedaan?”).In plaats <strong>van</strong> na te <strong>de</strong>nken over mogelijke antwoor<strong>de</strong>n op bepaal<strong>de</strong> problemen ligt<strong>de</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> erin dat <strong>de</strong> cliënten zelf oplossingen ont<strong>de</strong>kken door huneigen praktische ervaringen te bespreken. Dat zal hen gemakkelijker motiveren omte werken aan oplossingen, en om bepaal<strong>de</strong> <strong>van</strong> hun gedragsproblemen op te lossen.Stel bij voorkeur:• open vragen (“Wat?” “Waar?” “Wanneer?” “Kunt u me wat vertellen over...?”);• blijf vragen naar <strong>de</strong> essentie (“Wat bedoelt u daarmee?”): herhaal het laatstewoord;• vraag naar verschillen en gelijkenissen.Vraag op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> het gesprek of er nog vragen zijn, en of alles dui<strong>de</strong>lijk is.Geef <strong>de</strong> cliënt een tastbare output, bv. “Ik ga u een voorstel schrijven dat ikvolgen<strong>de</strong> week met u wens te bepreken”, liever dan “U hoort nog <strong>van</strong> mij!” of “Iklaat u nog wel iets weten!”83


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>6.3.3 PortfolioJarenlang zijn attesten of certificaten <strong>de</strong> enige manier geweest om een gekwalificeer<strong>de</strong> baan tekrijgen op <strong>de</strong> arbeidsmarkt. En zelfs al wordt on<strong>de</strong>rwijs ge<strong>de</strong>finieerd als een loutereuitwisseling <strong>van</strong> kennis, toch wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> attesten geïnterpreteerd als het uitein<strong>de</strong>lijke bewijs dateen persoon klaar was om <strong>de</strong> diverse taken te volbrengen die verband hou<strong>de</strong>n met een baan.Niet in het bezit zijn <strong>van</strong> attesten beteken<strong>de</strong> dat alleen bepaal<strong>de</strong> banen beschikbaar waren,vooral banen met weinig aanzien en weinig financiële draagkracht, min<strong>de</strong>r kansen om eeneigen inbreng te doen in uw jobcontent, en min<strong>de</strong>r verantwoor<strong>de</strong>lijkheid die verwacht werd<strong>van</strong> <strong>de</strong> werknemers met betrekking tot hun realisaties. Gelei<strong>de</strong>lijk aan is het belang <strong>van</strong> an<strong>de</strong>reaspecten dan “kennis” alleen toegenomen. Bijvoorbeeld: hoewel iemand met een diploma in <strong>de</strong><strong>de</strong>tailhan<strong>de</strong>l goed opgeleid kan wor<strong>de</strong>n om een winkel te werken, kan <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> eendochter die haar ou<strong>de</strong>rs <strong>van</strong> kleinsaf aan geholpen heeft in <strong>de</strong> krui<strong>de</strong>nierswinkel, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>,zoniet een nog grotere, waar<strong>de</strong> hebben. En het voorbeeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt die leerkracht wilwor<strong>de</strong>n, en jarenlang <strong>de</strong> leerlingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> plaatselijke voetbalclub heeft opgeleid? Men zoukunnen aannemen dat er een groot pedagogisch voor<strong>de</strong>el bestaat.De portfolio is een instrument dat <strong>de</strong> competenties <strong>van</strong> een persoon verdui<strong>de</strong>lijkt:onmiskenbaar en betrouwbaar. Naast <strong>de</strong> informatie die verband houdt met een curriculum <strong>van</strong>een persoon, verstrekt ze ook informatie over kennis, vaardighe<strong>de</strong>n, ervaringen en attitu<strong>de</strong>s.Aangezien competenties een grotere impact lijken te hebben, als er een attest <strong>van</strong> bestaat, ishet belangrijk om “bewijzen” te verzamelen. Het is belangrijk aan te tonen dat <strong>de</strong>betrokkenheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt bij bepaal<strong>de</strong> activiteiten zijn kennis, vaardighe<strong>de</strong>n en attitu<strong>de</strong>s ineen werkomgeving kan beïnvloed hebben. Deze “bewijzen” wor<strong>de</strong>n ook in <strong>de</strong> persoonlijkeportfolio verzameld.An<strong>de</strong>re attesten <strong>van</strong> bewijzen kunnen belangrijk zijn om aandacht aan te beste<strong>de</strong>n:• diploma’s/attesten waaron<strong>de</strong>r puntenrapporten;• beoor<strong>de</strong>lingsrapporten <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwijs dat niet werd afgemaakt;• rapporten <strong>van</strong> studies met informatie over <strong>de</strong> inhoud/het curriculum, en overzichten <strong>van</strong><strong>de</strong> praktische ervaringen en an<strong>de</strong>re activiteiten;• evaluatierapporten;• diverse producten zoals, werkstukken, foto’s <strong>van</strong> gerealiseer<strong>de</strong> producten, artikelen, enz.;• rapporten over diverse ervaringen (werk, vrije tijd, enz.);• resultaten <strong>van</strong> testen/toetsen.84


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenHet bewijs <strong>van</strong> <strong>de</strong> beroepsvaardighe<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> unieke i<strong>de</strong>ntiteit <strong>van</strong> een persoon wordtgevormd door alle informatie in zijn of haar portfolio.Het beste ogenblik om informatie te beginnen te verzamelen voor <strong>de</strong> portfolio <strong>van</strong> een persoon(als dat nog niet gebeurd is) is het verkennen<strong>de</strong> interview (STARR). Vervolgens zullen <strong>de</strong>resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> bijkomen<strong>de</strong> testen wor<strong>de</strong>n verzameld. Als uitein<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> juiste informatiebijeengebracht is, zal <strong>de</strong> portfolio dienen als basis voor het persoonlijke ontwikkelingsplan,dat eveneens <strong>de</strong>el zal uitmaken <strong>van</strong> <strong>de</strong> portfolio.In september 2005 ging in Ne<strong>de</strong>rland een Equal-project <strong>van</strong> start: “Heft in eigen han<strong>de</strong>n”. Datproject spitste zich toe op <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> een digitale versie <strong>van</strong> een portfolio voorleerlingen in het bijzon<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>rwijs.VoorbeeldportfolioSaltho Sterk in Werk in Ne<strong>de</strong>rland biedt een speciaal programma voor jongeren die om welkere<strong>de</strong>n dan ook het on<strong>de</strong>rwijs of <strong>de</strong> beroepsopleiding verlaten. Tij<strong>de</strong>ns een programma <strong>van</strong> 4weken (discussie, evaluatie, praktische ervaringen, enz.) proberen een coach en zijn of haarcliënt te achterhalen wat er nodig is om een nieuwe start te maken, en wat <strong>de</strong> beste manier isom <strong>de</strong> activiteiten voort te zetten. Door het persoonlijke profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt aan te maken ente bespreken, hopen <strong>de</strong> coach en <strong>de</strong> cliënt <strong>de</strong> juiste basis te leggen voor een nieuwe, geslaag<strong>de</strong>start in het on<strong>de</strong>rwijs of <strong>de</strong> beroepsopleiding. De diverse resultaten wor<strong>de</strong>n gecompileerd in <strong>de</strong>portfolio <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt, die per slot <strong>van</strong> rekening het uitgangspunt wordt voor het persoonlijkeontwikkelingsplan.De coach gebruikt het on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> raamwerk voor <strong>de</strong> portfolio <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt(samenvatting):Inhoud:1. Inleiding: informatie over <strong>de</strong> cliënta. beeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt;b. curriculum vitae;c. hobby’s;d. on<strong>de</strong>rwijsinformatie tot dusver;e. informatie over <strong>de</strong> werkervaring tot dusver; waar<strong>van</strong> hield u, en waar<strong>van</strong> niet?;f. informatie over wat u wilt of wil<strong>de</strong> wor<strong>de</strong>n, en waarom;85


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>2. Wat wil ik wor<strong>de</strong>n (evaluatieresultaten <strong>van</strong>) beroepskeuzes; informatie over het individueleinteresseprofiel.3. Mijn kwaliteiten (evaluatieresultaten) met betrekking tot het individuele profiel <strong>van</strong>didactische en praktische vaardighe<strong>de</strong>n.4. Mijn kenmerken:a. persoonlijke kwaliteiten;b. fysieke kwaliteiten;c. persoonlijke beperkingen;d. voorkeur voor een bepaal<strong>de</strong> baan/werkomgeving, enz.5. Praktische vaardighe<strong>de</strong>na. evaluatie <strong>van</strong> praktische ervaringen;b. zelfevaluatie <strong>van</strong> praktische ervaringen;6. Sociale vaardighe<strong>de</strong>n en werkgeversgedraga. Persoonlijke kwaliteiten (sterke en zwakke punten)7. Uitein<strong>de</strong>lijk profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt: samenvatting <strong>van</strong> vo<strong>org</strong>aan<strong>de</strong> informatie.8. Persoonlijk actieplan met betrekking tot het uitein<strong>de</strong>lijke profiel.9. Bijlagen:• werkstukken/producten en resultaten <strong>van</strong> projecten;• rapporten/evaluaties <strong>van</strong> werkervaringen;• rapporten/evaluaties <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwijs;• attesten;• foto’s, enz.10. Informatie over <strong>de</strong> betrokken <strong>org</strong>anisaties/instanties.Aangezien het een document is <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt, kan uw <strong>org</strong>anisatie in <strong>de</strong>ze portfolio ookinformatie en contactgegevens <strong>van</strong> zijn of haar contactpersoon in <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie verstrekken,evenals <strong>de</strong> belangrijke telefoonnummers en misschien een stratenplan of een overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong>diverse gebouwen en diensten <strong>van</strong> uw <strong>org</strong>anisatie.6.3.4 SMART: een persoonlijk ontwikkelingsplan schrijvenBij het schrijven <strong>van</strong> een (re-integratie-) plan is het belangrijk dat dit een positieve enwaar<strong>de</strong>volle bijdrage toevoegt aan <strong>de</strong> vooruitgang en verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> levenskwaliteit encompetenties <strong>van</strong> een cliënt.Een plan met tastbare acties en voorstellen zal voor <strong>de</strong> cliënt gemakkelijker zijn om zich meete i<strong>de</strong>ntificeren. Een plan <strong>van</strong> hoogstaan<strong>de</strong> kwaliteit is een realiseerbaar plan. Een mo<strong>de</strong>l datenige on<strong>de</strong>rsteuning kan bie<strong>de</strong>n bij het schrijven <strong>van</strong> een plan, is <strong>de</strong> SMART-metho<strong>de</strong>.SMART is een instrument86


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenom doelstellingen en afspraken op een effectieve/efficiënte manier te formuleren. Het biedtenkele belangrijke criteria om afspraken en doelstellingen te bekijken, zodat niets vergetenwordt. Het doel is te komen tot: een plan dat afgestemd is op <strong>de</strong> individuele cliënt, en dataanvaardbaar is voor alle betrokken personen.SMART staat voor: SpecifiekMeetbaarAanvaardbaarRealistischTijdSpecifiekOntwikkelingplannen: houd <strong>de</strong>ze eenvoudig in plaats <strong>van</strong> complex. De bedoelingen enafspraken moeten specifiek zijn in termen <strong>van</strong> tastbare resultaten. Een doelstelling hoeft nietop <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> manier geformuleerd te wor<strong>de</strong>n: speciale aandacht is nodig voor het aanleren<strong>van</strong> “specifiek gedrag <strong>van</strong> een werknemer op <strong>de</strong> werkvloer”. Noch voor <strong>de</strong> cliënt, <strong>de</strong> coaches,collega’s, noch voor an<strong>de</strong>re belanghebben<strong>de</strong>n is <strong>de</strong>ze uitleg dui<strong>de</strong>lijk genoeg, en bijgevolg kanhij an<strong>de</strong>rs wor<strong>de</strong>n geïnterpreteerd. Voor welke aspecten <strong>van</strong> “specifiek gedrag” is ver<strong>de</strong>retraining nodig: communicatievaardighe<strong>de</strong>n of samenwerking op <strong>de</strong> werkvloer? Misschienmoet een trainingprogramma zich toespitsen op hoe algemene regels en afspraken nageleefdmoeten wor<strong>de</strong>n. Maar welke zijn <strong>de</strong> regels of afspraken waarvoor ver<strong>de</strong>re opleiding nodig is?Wijs enkele tastbare vaardighe<strong>de</strong>n/competenties aan in plaats <strong>van</strong> te verwijzen naar vage enalgemene beschrijvingen.MeetbaarHet plan moet specifiek zijn wat <strong>de</strong> verwachte resultaten <strong>van</strong> het opleidingsprogrammabetreft, en wat <strong>de</strong> manier betreft waarop die zullen wor<strong>de</strong>n gemeten. De bedoelingen enafspraken moeten ge<strong>de</strong>finieerd wor<strong>de</strong>n in termen <strong>van</strong> hoeveelheid, hoedanigheid, tijd en geld.Als “nauwgezetheid” aangeleerd moet wor<strong>de</strong>n, op welke manier zullen <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> dattrainingsprogramma dan wor<strong>de</strong>n geëvalueerd? Is er feedback op dat proces tij<strong>de</strong>ns hettrainingsprogramma, en door wie?AanvaardbaarDe bedoelingen en afspraken moeten aanvaardbaar zijn voor alle betrokken partners. Als hetgaat om een plan dat alleen goedgekeurd wordt door <strong>de</strong> auteur, zal er geen of minstens min<strong>de</strong>rinnerlijke motivatie zijn om het plan uit te voeren. Een goed plan is een brug tussen <strong>de</strong>mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt en <strong>de</strong> competenties vereist door <strong>de</strong> werkplek. Een goed planschrijven is87


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>een uitwisselingsproces tussen <strong>de</strong> cliënt en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuningswerker. Het wordt uitgewerkt inoverleg met <strong>de</strong> diverse partners, en vereist kennis <strong>van</strong> zowel <strong>de</strong> cliënt als <strong>de</strong> arbeidsmarkt.Nog een belangrijke vraag die we onszelf als beroepsmensen moeten stellen is of <strong>de</strong> taken enactiviteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong> baan een uitdaging vormen voor <strong>de</strong> cliënt.RealistischDe bedoelingen en afspraken moeten realistisch zijn, met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n realiseerbaar enwerkbaar. Houd rekening met financiën, personeel, on<strong>de</strong>rwijs, enz. Voorbeel<strong>de</strong>n: is hetrealistisch te verwachten dat een coach <strong>de</strong> hele dag door voor slechts één cliënt klaar staat?Als een cliënt vrachtwagenchauffeur wil wor<strong>de</strong>n, is het niet realistisch om hem te leren rij<strong>de</strong>n,als er dui<strong>de</strong>lijk fysieke en verstan<strong>de</strong>lijke belemmeringen zijn.TijdEen goed plan is beperkt in <strong>de</strong> tijd. Er moet een opvolgplan zijn dat <strong>de</strong> diverse stappen enafspraken aangeeft, in plaats <strong>van</strong> een trainingsprogramma dat men gewoon laat lopen, terwijlmen afwacht wat er gebeurt. Een goed tijdschema zal <strong>de</strong> coach en <strong>de</strong> cliënt motiveren om <strong>de</strong>volgen<strong>de</strong> stap te bereiken: bv. “Na het instu<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze veiligheidsmaatregelen zullen wevolgen<strong>de</strong> maand het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> cirkelzaag beginnen te oefenen”.6.3.5 Persoonsgecentreer<strong>de</strong> planningDiensten voor mensen met een beperking in Ierland hebben <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e gekoesterd <strong>van</strong>persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning. Dat is het ontwerpen <strong>van</strong> een dienst op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n endoelstellingen <strong>van</strong> het individu. De activiteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze persoonsgecentreer<strong>de</strong> vertonen velegelijkenissen, waaron<strong>de</strong>r een expliciete verbintenis om vijf essentiële doelstellingen ofgewaar<strong>de</strong>er<strong>de</strong> verwezenlijkingen na te streven in het leven <strong>van</strong> het individu (O’Brien 1987):• aanwezig zijn en <strong>de</strong>elnemen aan het gemeenschapsleven;• bevredigen<strong>de</strong> relaties aangaan en behou<strong>de</strong>n;• voorkeuren uitspreken en keuzes maken in het dagelijkse leven;• kansen krijgen om gerespecteer<strong>de</strong> functies te vervullen en om in waardigheid televen;• do<strong>org</strong>aan met het ontwikkelen <strong>van</strong> persoonlijke competenties.Om persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning te realiseren moet een <strong>org</strong>anisatie een strategischemetho<strong>de</strong> kiezen om in te spelen op <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon, en een plannings- enevaluatieproces invoeren. De dienstverlening/Het plan moet gecoördineerd wor<strong>de</strong>n, endaarvoor moet een hoofdwerker wor<strong>de</strong>n aangesteld.88


Hoofdstuk 6 - Werkgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n evalueren: bestaan<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>n en instrumentenOntwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> dienstverleningBij het ontwikkelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dienstverlening moet met <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> punten rekening wor<strong>de</strong>ngehou<strong>de</strong>n:• Spelen <strong>de</strong> individuele z<strong>org</strong>-/programmaplannen in op <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>re persoon?• Kan <strong>de</strong> dienst voldoen aan <strong>de</strong> individuele no<strong>de</strong>n?• Zijn er voldoen<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len beschikbaar voor <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie om persoonsgecentreer<strong>de</strong>programma’s te realiseren?• Welke planning en informatie is nodig om nieuwe en bijkomen<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len te werven?• Hoe zal <strong>de</strong> dienst <strong>de</strong> realisaties meten en/of evalueren? Is er een evaluatieproces?• Zal <strong>de</strong> staf meewerken aan het proces? Zijn er mid<strong>de</strong>len beschikbaar om <strong>de</strong> nodigemensen op te lei<strong>de</strong>n en te ontwikkelen om het programma te realiseren?• Zijn <strong>de</strong> “hoofdwerkers” geï<strong>de</strong>ntificeerd?• Stapt <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie mee in <strong>de</strong> boot? Voor persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning moet ook <strong>de</strong><strong>org</strong>anisatie zich <strong>van</strong> hoog tot laag engageren.Hoe persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning implementeren• Het raamwerk voor persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning dat gebruikt moet wor<strong>de</strong>n,i<strong>de</strong>ntificeren.• I<strong>de</strong>ntificeren welke resultaten verwacht wor<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> persoon.• De hoedanigheid i<strong>de</strong>ntificeren <strong>van</strong> <strong>de</strong> levensdimensies die gebruikt moeten wor<strong>de</strong>n alsbasis voor <strong>de</strong> ontwikkeling en realisatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> programmaplanning.• De verwachte beroepsresultaten i<strong>de</strong>ntificeren.• Richtlijnen uitwerken door <strong>de</strong> implementatie <strong>van</strong> persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning.• Instrumenten ontwikkelen (profileerinstrumenten, formats voor persoonsgecentreer<strong>de</strong>planning, enz.).• Voorzien in training voor <strong>de</strong> dienstgebruiker en <strong>de</strong> staf met betrekking totpersoonsgecentreer<strong>de</strong> planning.• Verga<strong>de</strong>ringen met betrekking tot persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning hou<strong>de</strong>n.• De trainingsprogramma’s en on<strong>de</strong>rsteuningsno<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> dienstgebruikers i<strong>de</strong>ntificeren.• Individuele programmaplannen ontwikkelen.• Hoofdwerkers i<strong>de</strong>ntificeren en oplei<strong>de</strong>n.• De persoonsgecentreer<strong>de</strong> plannen implementeren.• De plannen evalueren.LevenskwaliteitVan essentieel belang voor persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning is het concept <strong>van</strong> <strong>de</strong>“levenkwaliteit”, en daarom moeten <strong>de</strong> diensten ervoor z<strong>org</strong>en dat <strong>de</strong> persoonsgecentreer<strong>de</strong>plannen niet alleen <strong>de</strong> doelstellingen voor het individu i<strong>de</strong>ntificeren en realiseren, maar –belangrijker nog – ook <strong>de</strong> indicatoren <strong>van</strong> <strong>de</strong> “levenskwaliteit” <strong>van</strong> het individu verbeteren.89


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Een <strong>de</strong>finitie <strong>van</strong> “levenskwaliteit” door Goo<strong>de</strong> & Hogg 1994 luidt: Het levenstimbre wordtsubjectief ervaren. Een gevoel en <strong>de</strong> evaluaties <strong>van</strong> een persoon over en <strong>van</strong> zijn of haar eigenleven”.Kwesties betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> levenskwaliteit moeten met <strong>de</strong>on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> zaken rekening hou<strong>de</strong>n:• fysiek welzijn;• sociaal welzijn;• productief welzijn;• materieel welzijn;• emotioneel welzijn;• burgerlijk welzijn.ConclusiePersoonsgecentreer<strong>de</strong> planning kan alleen werken, als <strong>de</strong> hoofdwerker kan beheersen wat overhet algemeen beschouwd wordt als <strong>de</strong> vier bronnen <strong>van</strong> autoriteit: klinisch, fiscaal, juridischen administratief. Als een hoofdwerker <strong>de</strong> autoriteit niet heeft, dan zijn <strong>de</strong>ze bronnen loutereen verheerlijkt principe. Schwartz et al. stel<strong>de</strong>n in 1982 dat <strong>de</strong> coördinatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> dienst“alleen zeer succesvol kan zijn, als <strong>de</strong> administratie <strong>van</strong> het agentschap<strong>org</strong>anisatieoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> supervisiestructuren heeft opgezet om die te on<strong>de</strong>rsteunen”.90


Hoofdstuk 7<strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>testfase7.1 InleidingTij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> testfase <strong>van</strong> één jaar hebben <strong>de</strong> diverse partners een praktische test uitgevoerd ophet verzamel<strong>de</strong> test- en trainingsmateriaal in hun eigen <strong>org</strong>anisatie (komt ter sprake gebrachtin het <strong>ATLAS</strong>-handboek). Daartoe richtte ie<strong>de</strong>re <strong>org</strong>anisatie een werkgroep op die hetwerkpakket invoer<strong>de</strong> en een logboek bijhield over <strong>de</strong> activiteiten, programma’s en ervaringen(gebaseerd op <strong>de</strong> cases <strong>van</strong> minstens 10 cliënten).De bedoeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> testfase was <strong>de</strong> gebruiksvrien<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> het instrument, <strong>de</strong>aanpasbaarheid aan en overdraagbaarheid op an<strong>de</strong>re doelgroepen of omgevingen te testen:• verschillen<strong>de</strong> leeftijdsgroepen;• verschillen<strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>nniveaus <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten;• verschillen<strong>de</strong> programma’s en verschillen<strong>de</strong> conceptuele raamwerken.Via <strong>de</strong> logboeken had<strong>de</strong>n we toegang tot allerhan<strong>de</strong> informatie over <strong>de</strong> activiteiten dieplaatshad<strong>de</strong>n in die <strong>org</strong>anisaties:• verschillen<strong>de</strong> doelgroepen: volwassenen of jongeren;• goed geï<strong>de</strong>ntificeer<strong>de</strong> trainingsprogramma’s of niet gespecificeer<strong>de</strong>trainingsprogramma’s;• training of coaching op <strong>de</strong> werkvloer of in een meer bescherm<strong>de</strong> omgeving (school,trainingcentrum);• betrokkenheid <strong>van</strong> familie en vrien<strong>de</strong>n;• gebruik <strong>van</strong> nieuwe of innovatieve beroepsopleidingstechnieken met betrekking tot hetverwerven <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n.LogboekenDe vooruitgang in het proces werd gemeten op basis <strong>van</strong> individuele logboeken, (zieBijvoegsel 8 voor <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze casestudy’s). Uitein<strong>de</strong>lijk voer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> diversepartners91


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>66 cases uit. Die zijn als volgt opgesplitst:• Oostenrijk: 12;• België: 19;• Griekenland: 10;• Ierland: 10;• Ne<strong>de</strong>rland: 10;• Roemenië: 5.In maart 2006 wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze casestudy’s tegelijk vo<strong>org</strong>esteld met een gecombineerd tussentijdsen eindrapport over <strong>de</strong> bevindingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> partners bij het werken met het bovengenoem<strong>de</strong>mo<strong>de</strong>l. Het tussentijdse rapport met informatie over <strong>de</strong> ervaringen met het evaluatieinstrumentna 6 maan<strong>de</strong>n en een eindrapport met informatie over <strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong>partners met het evaluatie-instrument na 12 maan<strong>de</strong>n.Uitein<strong>de</strong>lijk was <strong>de</strong> bedoeling alle cliënten na één jaar opnieuw te testen om uit te maken of erenige verbetering had plaatsgehad in hun sociale competenties. Het evaluatie-instrument wer<strong>de</strong>en twee<strong>de</strong> keer gebruikt voor dit doel om te achterhalen welke <strong>de</strong> nieuwe score <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliëntwas. De resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste test en <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> hertest wer<strong>de</strong>n vergeleken om tezien of <strong>de</strong> cliënt op hetzelf<strong>de</strong> niveau was gebleven, dan wel zijn of haar sociale vaardighe<strong>de</strong>nhad verbeterd, dan wel bepaal<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n die eer<strong>de</strong>r verworven waren, waskwijtgespeeld. De logboeken <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisaties zou<strong>de</strong>n gebruikt wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> concreteactiviteiten en trainingsprogramma’s te i<strong>de</strong>ntificeren die <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisaties in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> dat jaarhad<strong>de</strong>n gebruikt. Op die manier hebben we <strong>de</strong> trainingsprogramma’s kunnen i<strong>de</strong>ntificeren dieeen (volgens <strong>de</strong> testresultaten) positieve uitwerking had<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>cliënt.De bedoeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> hertestfase was ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> informatie in te winnen over <strong>de</strong> manierwaarop <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisaties het evaluatie-instrument had<strong>de</strong>n gebruikt, en hoe die geïntegreerd zoukunnen wor<strong>de</strong>n in een meer holistische aanpak <strong>van</strong> <strong>de</strong> tewerkstelling <strong>van</strong> mensen met eenverstan<strong>de</strong>lijke handicap. De resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> vergelijking tussen <strong>de</strong> twee testmomentenzou<strong>de</strong>n nieuwe on<strong>de</strong>rsteunings- of trainingsno<strong>de</strong>n kunnen i<strong>de</strong>ntificeren die geïntegreerdzou<strong>de</strong>n kunnen wor<strong>de</strong>n in het persoonlijke ontwikkelingsplan <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. De doelstellingenen verwachtingen zou<strong>de</strong>n kunnen bepaald wor<strong>de</strong>n in overeenstemming met <strong>de</strong> resultaten, enzodoen<strong>de</strong> zou<strong>de</strong>n we een langetermijnleermechanisme kunnen creëren voor werknemers meteen verstan<strong>de</strong>lijke handicap. Helaas heeft dat aspect niet voldaan aan <strong>de</strong> verwachtingen dieeraan wer<strong>de</strong>n gesteld, en is het daarom niet opgenomen in dit rapport. Dit hoofdstuk92


Hoofdstuk 7 - Results afthe <strong>ATLAS</strong>-testfaseis gebaseerd op het eindrapport. On<strong>de</strong>rstaand vindt u een overzicht.In <strong>de</strong> linkse kolom <strong>van</strong> het eindrapport (hieron<strong>de</strong>r) vindt u <strong>de</strong> eindvragen. De rechtsekolommen bevatten alle lan<strong>de</strong>n die aan <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfase hebben <strong>de</strong>elgenomen. Als een landheeft samengewerkt met diverse partners, en <strong>de</strong>ze <strong>org</strong>anisaties verschillen <strong>van</strong> mening, danwor<strong>de</strong>n die meningen uitdrukkelijk vermeld. Oostenrijk bijvoorbeeld, waar hetArbeitstrainingscentrum en <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie Cantina Habalis zeer uiteenlopen<strong>de</strong> ervaringenhebben opgedaan. Die <strong>org</strong>anisaties wor<strong>de</strong>n afgekort als AC en CH. Het eindrapport ison<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in 11 vragen. De cases wor<strong>de</strong>n gebruikt ter bevestiging of alsachtergrondinformatie.93


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Eindrapport1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. RoemeniëHoe gebruikte u <strong>de</strong>-Deel I: om an<strong>de</strong>ren te-Deel I: voor oriënteringDeel I en II: handboekevaluatie-instrumenteninformeren.<strong>van</strong> termen.en beslissingsboom.(handboek)? Welke <strong>de</strong>len-Deel II: evaluaties-Deel II: ISKIE en SCW.-ISKIE, INVRA,<strong>van</strong> het handboek hebt ugebruikt voor: selectie-Te weinig informatie overStapstenen omdat zegebruikt?instrument,<strong>de</strong> instrumenten watpassen voor <strong>de</strong>screening enkeuze bemoeilijkt.doelgroep,werkplekoriëntering.beschikbaar zijn en-ISKIE, Kompas 1,2,3 enaansluiten op onzeSCW.activiteiten.Deel III: STARR enSMART en Portfolio.4. Griekenland5. Oostenrijk6. België-Deel II:Deel I: handboek en-Deel I: belangrijk <strong>de</strong>elEn-Taxis.beslissingsboom.<strong>van</strong> je begint met <strong>de</strong>Deel II:selectie <strong>van</strong> eenAc: ISKIEevaluatie-instrument.CH: ISKIE, ACIS-Deel II: oké, helemaalDeel III:gebruiktCH: STARR en SMARTDeel III: niet echtpopulair.Ze had<strong>de</strong>n uitgewerktetrainingactiviteitenverwacht.Heeft het gebruik <strong>van</strong> dit1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. Roemeniëevaluatie-instrumentWe hebben hetBeter begrip <strong>van</strong>Verbeteringen in <strong>de</strong>:betere resultateninstrument gebruikt omsociale competenties en- jobanalyse;opgeleverd bij <strong>de</strong>:individuen in kaart tedaardoor beter zich op <strong>de</strong>- jobmatching.- jobanalyse;brengen: kwalificaties,rele<strong>van</strong>tie/het belang <strong>van</strong>- jobmatching:vaardighe<strong>de</strong>n,<strong>de</strong>ze specifiekeDe evaluatie heeft een- job<strong>de</strong>sign.persoonlijke gegevens,competenties.grotere gelijkenis met <strong>de</strong>Indien ja, gelieve toe teinteresses enwerkelijkheid bereikt.lichten.werkinteresses.SCW geeft een i<strong>de</strong>e datDus:te algemeen is.-jobmatching4. Griekenland5. Oostenrijk6. België- jobanalyse;Ja:Ja, alle drie. Het brengt- jobmatching.- jobanalyse<strong>de</strong> sterke punten in kaart,Toe te schrijven aan goed- jobmatchingen via <strong>de</strong>gestuctureer<strong>de</strong>AC: - Huidige situatiematching merk je of eenvragenlijst.maar geen bijkomen<strong>de</strong>bepaald zwak punt nietnieuwe informatiebeklemtoond wordt in <strong>de</strong>-Alles kan goedjob.geïntegreerd wor<strong>de</strong>n,weinig toegevoeg<strong>de</strong>Dui<strong>de</strong>lijker beeld <strong>van</strong> <strong>de</strong>waar<strong>de</strong>.cliënt of bevestigingdaar<strong>van</strong>.94


Hoofdstuk 7 - <strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfaseEindrapport1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. RoemeniëHeeft het procesJa, door het screenenJa, <strong>de</strong> dialoog tussenJa, omdat het persoonlijkbijgedragen aan goe<strong>de</strong><strong>van</strong> een dui<strong>de</strong>lijk beeldcoach en cliënt tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>activiteitenplan meertraining?<strong>van</strong> het individu entraining is verbeterd.specifiek is toegesne<strong>de</strong>nIndien ja, hoe?daardoor een specifiekerDe cliënt heeft meerop <strong>de</strong> cliënt.Indien neen, waaromen individueelzelfachting en controleniet?trainingsprogramma.over het proces. Kangoed aangeven wat hij/zijwenst en ook hoe.ISKIE verbetert <strong>de</strong>dialoog tussen cliënt enassessor niet, omdat eenan<strong>de</strong>re persoon die <strong>de</strong>cliënt goed kent, <strong>de</strong>vragen mag invullen.4. Griekenland5. Oostenrijk6. BelgiëJa, het moedigt u aan omAC: gaat er<strong>van</strong> uit datNeen, niet voldoen<strong>de</strong>,betere doelstellingen tetrainingomdat voor <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatiebepalen voor ie<strong>de</strong>ris: aanpassing aan <strong>de</strong><strong>van</strong> het trainingprocesindividu.werkplek.veel tijd nodig is.Aanpassing kanZie ook eerste vraag.gebeuren op eenNeiging om terug teeffectieve en efficiëntevallen op gebruikelijkemanier.programma’s.Er is een verschil volgensCH: ja, <strong>de</strong> training wordt<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie.speciaal afgestemd opdat proces.Ja, één <strong>org</strong>anisatie gafaan dat <strong>de</strong> vereisten voorHet logboek/<strong>de</strong> portfolioeen baan dui<strong>de</strong>lijker zijnon<strong>de</strong>rsteunt het proceszodat beantwoord kanwaardoor men zich kanwor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n <strong>van</strong>toespitsen op thema’s.een persoon X.Dus een an<strong>de</strong>re visie opvacatures.95


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Eindrapport1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. RoemeniëWat is er veran<strong>de</strong>rd in uwMeer openheid voorDe evaluatie toont <strong>de</strong>- Meer informatie enbena<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong>nieuwe evaluaties, vooralindividuele verschillencomplexe resultaten doorevaluatie <strong>van</strong> socialevoor <strong>de</strong>ze nieuwezeer goed.gestructureer<strong>de</strong>competenties?doelgroep. Meerobservatiesspecifieke individuele-Betere evaluatie.informatieGesprekken inIndividualiteit is hetondui<strong>de</strong>lijkecentrale punt!omstandighe<strong>de</strong>nverbeterendoor diverse meningen endaardoor scherper beeld<strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt.4. Griekenland5. Oostenrijk6. BelgiëDe evaluatie levert betereAC: niet alleHet leeft. Door <strong>de</strong> veleinschattingen <strong>van</strong> <strong>de</strong>doelstellingen kunnenevaluaties groeit <strong>de</strong>sociale competenties op.wor<strong>de</strong>n bereikt. Bepaal<strong>de</strong>nieuwsgierigheid.competenties slechts inZoekend naar <strong>de</strong>beperkte mate.toegevoeg<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong>Hangt ook <strong>van</strong> <strong>de</strong> intentieie<strong>de</strong>r instrument.en motivatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt.Soms maakt dat <strong>de</strong>el uitSubjectieve gevoelens<strong>van</strong> <strong>de</strong> beperking.wor<strong>de</strong>n objectieve door<strong>de</strong> evaluaties.CH: het proces <strong>van</strong> het inkaart brengen mag niet teBewustzijn <strong>van</strong> <strong>de</strong>lang duren. ISKIE is opcomplexiteit <strong>van</strong> socialelange termijn lonend.competenties/vaardighe<strong>de</strong>n.Wat is er niet veran<strong>de</strong>rd?1. Ne<strong>de</strong>rlandScreening en oriëntering.2. Ierland 3. RoemeniëDe items, bv. communicatie,interactie enz.,daarmee werkten we al.4. GriekenlandHet doel moet hetzelf<strong>de</strong>blijven.5. OostenrijkAC: hangt af <strong>van</strong> <strong>de</strong>persoon en <strong>de</strong> situatie (opeen gegeven ogenblik).CH: inschatting blijftsituatieafhankelijk en kanbeïnvloed wor<strong>de</strong>n doorzowel het dagrapport <strong>van</strong><strong>de</strong> cliënt als <strong>de</strong> assessor.6. BelgiëBepaal<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatiesblijven hun ou<strong>de</strong>programma’s enscreenings gebruiken.96


Hoofdstuk 7 - <strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfaseEindrapport1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. RoemeniëWelke problemen enTijdrovend. Moeilijk omISKIE verbetert dialoogOp moeilijkhe<strong>de</strong>n gestuitobstakels bent ueen goe<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>ling tetussen cliënt en coachbij <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong>tegengekomen? Wat moetmaken <strong>van</strong> tijd enniet.trainingsprogramma’ser verbeterd wor<strong>de</strong>n?creativiteit voor ie<strong>de</strong>rvoor communicatie enindividu.verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n. In<strong>de</strong> meeste gevallenCommunicatie tussenpercipieer<strong>de</strong>n weverschillen<strong>de</strong> partijen isbelemmeringen <strong>van</strong> <strong>de</strong><strong>van</strong> essentieel belang.aanpassingscapaciteit,Heeft speciale aandacht<strong>de</strong> capaciteit voornodig.synthese endifferentiëring,zelfzekerheid,aanvaarding <strong>van</strong> kritiek<strong>van</strong> onze hulpont<strong>van</strong>gers.4. Griekenland5. Oostenrijk6. BelgiëEen evaluatie invullen perAC: ISKIE duurt te lang,Handboek kon compacterindividu is tijdrovend.en er zijn weinig nieuween eenvoudiger zijn.- Sommigeresultaten.Twijfels over objectiviteitconcepten/termen zijnDe ontwikkeling <strong>van</strong><strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluaties.moeilijk te begrijpentrainingsprogramma’s isDe individuele aanpak is- Sommige <strong>de</strong>len <strong>van</strong> hettijdrovendtijdrovend.instrument zijn moeilijkWanneer <strong>de</strong> cliënt hetom in te vullen.CH: ISKIE: men kan nietprobleem niet zelfvergelijken. Sommigeon<strong>de</strong>rvindt, is het moeilijkitems zijn niet rele<strong>van</strong>t.om te trainen.ACIS: moeilijk omeer<strong>de</strong>re ervaringen tenegeren.97


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>EindrapportHebben <strong>de</strong> evaluatie, hettrainingsoverleg, <strong>de</strong>counseling,peerconsultatie ensupervisie geholpen in hetteam? (De werkgeverwordt ook beschouwd als<strong>de</strong>el <strong>van</strong> het team).1. Ne<strong>de</strong>rlandJa, een dui<strong>de</strong>lijker beeld<strong>van</strong> het individu en eengoe<strong>de</strong> we<strong>de</strong>rzijdsecommunicatie.4. GriekenlandJa, meer overleg over <strong>de</strong>manier waarop eentrainingsprogrammaopgesteld moet wor<strong>de</strong>n.2. Ierland 3. RoemeniëJa, onzeobserveerkwaliteiten zijnverbeterd.Tegelijk ont<strong>de</strong>kten we wathet testen betreftbepaal<strong>de</strong> niet ontwikkel<strong>de</strong>mogelijkhe<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong>hulpont<strong>van</strong>gers, en hetopstellen <strong>van</strong>trainingsprogramma’svoor hen. Tegelijkont<strong>de</strong>kten we tij<strong>de</strong>ns hettesten bepaal<strong>de</strong>on<strong>de</strong>rontwikkel<strong>de</strong>mogelijkhe<strong>de</strong>n bij onzehulpont<strong>van</strong>gers, <strong>de</strong>uitwerking <strong>van</strong> eentrainingsprogramma omdie te ontwikkelen z<strong>org</strong><strong>de</strong>voor verhoog<strong>de</strong> efficiëntie<strong>van</strong> ons werk.Nieuwe situaties om inteamverband aan tewerken, goe<strong>de</strong>besprekingen wanneeriets niet dui<strong>de</strong>lijk was, eneen scherper beeld <strong>van</strong>uitdiverse perspectieven.5. Oostenrijk6. BelgiëAC: neen, we <strong>de</strong><strong>de</strong>n dat Ja, zeer zeker, dochal. Doch bevestiging <strong>van</strong> complex.werkend programma, endaarom een trigger voor Ja, meer eenheid inoptimalisatie.training en hoe.CH: ja, <strong>de</strong> evaluaties entrainingsprogramma’swer<strong>de</strong>n besproken tij<strong>de</strong>nshet teamoverleg.Ja, zijn we het allemaalmee eens.Ja, we<strong>de</strong>rzijdse aandachtvoor focuspunten.98


Hoofdstuk 7 - <strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfaseEindrapport1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. RoemeniëHebben <strong>de</strong> evaluatie enJa, die verbeteren <strong>de</strong>Ja, tussen coach enJa, het werkboek geefttraining <strong>de</strong> dialoog tussensamenwerking tussen <strong>de</strong>cliënt wel.ie<strong>de</strong>reen een dui<strong>de</strong>lijkercliënt/ou<strong>de</strong>rs endiverse partijen. AlleGeen informatie overbeeld <strong>van</strong> <strong>de</strong>beroepspersonenpartijen zijn vertrouwdou<strong>de</strong>rs.cliënt en zijn of haarverbeterd?met individueelno<strong>de</strong>n,ontworpen plan.en ook <strong>van</strong> <strong>de</strong> externeomgeving.4. Griekenland5. Oostenrijk6. BelgiëJa, het moedigt nauwereAC: We <strong>de</strong><strong>de</strong>n dat al,Zeker!samenwerking metgeen surplus.ou<strong>de</strong>rs aan.Soms is het moeilijk om inCH: ja, <strong>de</strong> dialoogovereenstemming teverbetert diverseblijven met het niveau <strong>van</strong>standpunten besproken<strong>de</strong> cliënt.tij<strong>de</strong>ns het teamoverleg.Hebben <strong>de</strong> evaluatie en1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. Roemeniëtraining het geestelijkeJa, het individu leert omDe cliënten zijn zich meerZeker, maar ze bereikenproces <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt ennaar zichzelf te kijken, enbewust <strong>van</strong> hun eigennog steeds niet hetzijn/haar socialedaarover na te <strong>de</strong>nken.sociale vaardighe<strong>de</strong>n enniveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> socialecompetenties verbeterd?Voorbeeld: STARR encompetenties.aanvaarding dat henKunt u enkelean<strong>de</strong>re vragenlijstentoegang verleent tot <strong>de</strong>voorbeel<strong>de</strong>n geven?confronteren individuenvrije arbeidsmarkt.met hun ervaringen.4. Griekenland5. Oostenrijk6. BelgiëNeen, dat is ook eenJa, door gewone analyseBij sommige cliënten wel,zwak punt <strong>van</strong> heteen dui<strong>de</strong>lijker beeld <strong>van</strong>maar vaak hebben ze daninstrument.<strong>de</strong> kwaliteiten,al een zekerHet probleem <strong>van</strong> <strong>de</strong>zezelfreflectie enbewustzijnsniveauevaluatie is het gebrekpersoonlijke no<strong>de</strong>n.bereikt.aan betrokkenheid <strong>van</strong> <strong>de</strong><strong>de</strong>elnemers tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>CH: vragenVoorbeeld: met Kompas 1evaluatie.beantwoor<strong>de</strong>n is tegelijkga je via interview enhet aanleren <strong>van</strong> het inzelfevaluatie in dialoogkaart brengen <strong>van</strong>met <strong>de</strong> cliënt.kwaliteiten enperspectieven.Voorbeeld 2:constructieveaanpak. De sterke punten<strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten wor<strong>de</strong>nhier centraal geplaatst.99


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Eindrapport1. Ne<strong>de</strong>rland2. Ierland3. RoemeniëHebben het handboek enJa, dat wisten we al uitJa, <strong>de</strong> evaluatie verbetertJa, <strong>de</strong> testresultaten, <strong>de</strong>het evaluatie-instrumenteigen ervaring,<strong>de</strong> gepersonaliseer<strong>de</strong>persoonlijkeeen meermaar dit project bewijstaanpak.ontwikkelingsplannen enpersoonsgecentreer<strong>de</strong>dat opnieuw.trainingsactiviteiten lei<strong>de</strong>nplanningtot een gepersonaliseer<strong>de</strong>verbeterd/vergemakkelijktbena<strong>de</strong>ring.? Hoe?4. Griekenland5. Oostenrijk6. BelgiëNeen, het evaluatie-AC: ja, intensieverZeker!instrument heeft die nietoverleg en zoeken naarIntensievere aandachtverbeterd (ten opzichtemeer we<strong>de</strong>rzijdsevoor <strong>de</strong> cliënt.<strong>van</strong> <strong>de</strong> gesloten vragen).oplossingen, hoewel weDoor evaluatie meerdat al <strong>de</strong><strong>de</strong>n.aandacht voor cliënten meer bewustzijn <strong>van</strong>CH: ja, we <strong>de</strong><strong>de</strong>n dat al,omgang met socialemaar <strong>de</strong>ze exclusievevaardighe<strong>de</strong>n.aandacht heeft datMeer enthousiasme <strong>van</strong>opgevoerd.coaches omcompetenties teherkennen.Gevaar: dit is slechts eenmomentopname voorcoaches, maar hetvolledige beeld telt!100


Hoofdstuk 7 - <strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfaseHeeft het gebruik <strong>van</strong> hethandboek een betereon<strong>de</strong>rsteuning tot gevolggehad wat het evaluerenen aanleren <strong>van</strong> socialecompetenties betreft?Hoe?1. Ne<strong>de</strong>rlandJa, door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> eendui<strong>de</strong>lijk persoonlijkprofiel, persoonlijkactieplan en eenindividuele portfolio.4. GriekenlandJa, het handboek zet aantot het herformuleren <strong>van</strong>problemen. Wat evaluatieen functionele planning<strong>van</strong> training betreft. Wezijn nog bezig.2. Ierland 3. RoemeniëDe activiteiten in <strong>de</strong>zeperio<strong>de</strong> lei<strong>de</strong>n totnauwere samenwerkingmet <strong>de</strong><strong>de</strong> cliënt. De cliënt iszich meer bewust <strong>van</strong> watwe aan het doen zijn. Enhij krijgt <strong>de</strong> kans omvragen te stellen, enzaken te bespreken,wanneer een activiteitbegint.5. Oostenrijk6. BelgiëAC: Ja, we hebben Zeker! Bewustereintensiever gewerkt en omgang met hetdiverse aspecten on<strong>de</strong>rwerp socialebesproken.vaardighe<strong>de</strong>n.Alles neemt eenDe evaluatie biedtdui<strong>de</strong>lijkere vorm aan, structuur, wat hetomdat het een en an<strong>de</strong>r gemakkelijk maakt om<strong>van</strong> ons werkprogramma doelstellingen te bepalen,bewijst.en wat ons allemaal overhetzelf<strong>de</strong> doet spreken.CH: ja, nauwereDe evaluatie heeft heelsamenwerking in het wat greep gebo<strong>de</strong>n op <strong>de</strong>team.evaluatie <strong>van</strong> jobattitu<strong>de</strong>s,in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong>observaties enzelfobservaties.Toen SC-opleiding alingebed was in hettherapieplan, bood hethandboek geentoegevoeg<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>.101


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>7.2 Algemene conclusies (verschillen, gelijkenissen) pervraag1. Hoe hebt u uw evaluatie-instrument (handboek) gebruikt? Welke <strong>de</strong>len <strong>van</strong> hethandboek hebt u gebruikt?Alle lan<strong>de</strong>n hebben <strong>de</strong>el I en <strong>de</strong>el II gebruikt. Deel I om <strong>de</strong> termen juist te hebben en <strong>de</strong>el IIom te beginnen met <strong>de</strong> evaluaties. Deel III, Ne<strong>de</strong>rland en een <strong>de</strong>el <strong>van</strong> Oostenrijk heeft metSTARR en SMART gewerkt. De overige lan<strong>de</strong>n hebben het trainingsprogramma slechtsge<strong>de</strong>eltelijk gebruikt (om diverse re<strong>de</strong>nen). De klemtoon lag in het bijzon<strong>de</strong>r op het testen <strong>van</strong><strong>de</strong> evaluaties.Evaluatie-instrumenten die gebruikt wer<strong>de</strong>n:ISKIESCWCB-Kompas 1-2-3INVRAStepping StonesEn- TaxisACIS: 5 lan<strong>de</strong>n (Griekenland niet en Ierland ge<strong>de</strong>eltelijk niet);: 3 lan<strong>de</strong>n (Ne<strong>de</strong>rland, België en Ierland ge<strong>de</strong>eltelijk);: 2 lan<strong>de</strong>n (Ne<strong>de</strong>rland en België);: 2 lan<strong>de</strong>n (België en Roemenië);: 2 lan<strong>de</strong>n (België en Roemenië);: 2 lan<strong>de</strong>n (Griekenland en België);: 2 lan<strong>de</strong>n (Oostenrijk en België).ASC en Melba wer<strong>de</strong>n blijkbaar niet gebruikt (Melba mocht alleen gebruikt wor<strong>de</strong>n, nadat <strong>de</strong>betrokken mensen een specifieke cursus had<strong>de</strong>n gevolgd, wat niet haalbaar was binnen hetraamwerk <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>).Dat heeft <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners ertoe gebracht te besluiten alle verzamel<strong>de</strong> instrumenten (8 intotaal) op te nemen in <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-beslissingsboom.2. Heeft het gebruik <strong>van</strong> dat evaluatie-instrument betere resultaten opgeleverd bij <strong>de</strong>:− jobanalyse;− jobmatching;− job<strong>de</strong>sign?Zo ja, gelieve uitleg te verstrekken.In alle gevallen geven <strong>de</strong> lan<strong>de</strong>n betere resultaten aan. De jobanalyse en jobmatching springeneruit. De structuur en het dui<strong>de</strong>lijke beeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt bevestigen het beeld dat ze al had<strong>de</strong>n,en wor<strong>de</strong>n beschouwd als zeer belangrijk.102


Hoofdstuk 7 – <strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfase3. Heeft het proces bijgedragen tot goe<strong>de</strong> training?Indien ja, hoe?Indien neen: waarom niet?Alle lan<strong>de</strong>n geven algemeen aan dat het proces leidt tot een goed trainingsprogramma. Omdatze een specifiek en individueel beeld <strong>van</strong> hun klanten hebben, beschouwen ze het als krachtigom zich te concentreren op het trainingsprogramma. De doelstellingen zijn dui<strong>de</strong>lijker, endaardoor gemakkelijker om zich op te focussen. Commentaren: niet ie<strong>de</strong>r land heeft evenveelaandacht geschonken aan training als aan het experimenteren met <strong>de</strong> evaluaties. Daarom is hetbeeld niet volledig. Maar ze erkennen dat <strong>de</strong> doelstellingen en items die aangeleerd moetenwor<strong>de</strong>n, dui<strong>de</strong>lijker zijn.4. Wat is er veran<strong>de</strong>rd in uw evaluatie <strong>van</strong> sociale competenties? Evaluaties geven <strong>de</strong>individuele verschillen over het algemeen zeer goed aan. Complexe informatie wordtgestructureerd, wat <strong>de</strong> evaluatie verbetert. Eén zaak is zeker: <strong>de</strong>ze testen hebben een nieuwewind laten waaien doorheen <strong>de</strong> wereld <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluaties. Een beter begrip of een bevestiging<strong>van</strong> <strong>de</strong> courante praktijk. Niet alle evaluaties zijn even sterk.5. Wat is er niet veran<strong>de</strong>rd?Ie<strong>de</strong>r land geeft een an<strong>de</strong>r antwoord. Oostenrijk geeft dui<strong>de</strong>lijk aan dat het afhangt <strong>van</strong> <strong>de</strong>persoon en <strong>de</strong> situatie. België geeft aan dat het moeilijk is wanneer mensen hun ou<strong>de</strong>programma’s en evaluaties willen blijven gebruiken.6. Welke problemen en obstakels bent u tegengekomen?Alle lan<strong>de</strong>n zijn het erover eens dat werken met evaluaties tijdrovend is.Wat moet er verbeterd wor<strong>de</strong>n?Communicatie is <strong>van</strong> essentieel belang! Dat mag aandacht krijgen. Sommige instrumenten zijnmoeilijk te gebruiken. Vraagt aandacht. Sommige termen zijn moeilijk, en sommige items zijnniet rele<strong>van</strong>t.Dat zou per evaluatie on<strong>de</strong>rzocht kunnen wor<strong>de</strong>n. Waar zitten <strong>de</strong> flessenhalzen echt?103


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>7. Heeft <strong>de</strong> evaluatie, het trainingsoverleg, <strong>de</strong> counseling, het peeroverleg, en <strong>de</strong>supervisie geholpen in het team? (De werkgever wordt ook beschouwd als <strong>de</strong>el <strong>van</strong>het team)Behalve Oostenrijk (Arbeitstrainingscentrum) zeggen alle lan<strong>de</strong>n dui<strong>de</strong>lijk JA. Ze geven aandat het <strong>de</strong> huidige werkmetho<strong>de</strong> bevestigt. Omdat ze over <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zaken spreken (cliëntenmet die resultaten), kan het team verschillen<strong>de</strong> standpunten geven. De communicatie in hetteam wordt ervaren als vruchtbaar. Het feit dat ze een constructieve beraadslaging kunnenhebben wordt beschouwd als aangenaam!8. Heeft <strong>de</strong> evaluatie en training <strong>de</strong> dialoog verbeterd tussen cliënt/ou<strong>de</strong>rs enberoepspersonen?Behalve Oostenrijk (Arbeitstrainingscentrum) antwoor<strong>de</strong>n alle lan<strong>de</strong>n dui<strong>de</strong>lijk JA. Ze gevenaan dat het <strong>de</strong> huidige werkmetho<strong>de</strong> bevestigt. Omdat ie<strong>de</strong>reen het “plan” kent, spreken zeover <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> kwesties, wat <strong>de</strong> dialoog verbetert. Eén ding staat vast: het voert <strong>de</strong>samenwerking met ou<strong>de</strong>rs en an<strong>de</strong>re betrokken mensen op. België geeft aan dat het somsmoeilijk is om in overeenstemming te blijven het met niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt.9. Heeft <strong>de</strong> evaluatie en training het verstan<strong>de</strong>lijke proces <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt en zijn/haarsociale competenties verbeterd? Kunt u enkele voorbeel<strong>de</strong>n geven?Alle lan<strong>de</strong>n zijn het erover eens dat het bewustzijnsproces <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten verbeterd is. Erwor<strong>de</strong>n diverse argumenten vermeld. Ne<strong>de</strong>rland geeft bijvoorbeeld aan dat STARR hierin eenbelangrijke rol speel<strong>de</strong>; Oostenrijk geeft aan dat het beantwoor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> vragen u op een“speelse manier” bewust maakt <strong>van</strong> zwakke en sterke punten. Griekenland geeft een dui<strong>de</strong>lijkNEEN aan omwille <strong>van</strong> het evaluatie-instrument En-taxis. Kennelijk verbetert dat instrumenthet bewustzijnsproces <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten niet.10. Hebben het handboek en het evaluatie-instrument een meer persoonsgecentreer<strong>de</strong>planning verbeterd/ vergemakkelijkt? Hoe?Behalve Griekenland zeggen alle lan<strong>de</strong>n dui<strong>de</strong>lijk ja. De re<strong>de</strong>n waarom Griekenland dat doet,is het evaluatie-instrument En-taxis, zoals hierboven al vermeld. Ne<strong>de</strong>rland en Oostenrijk,waar een meer persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning al werd gebruikt, geven aan dat het eenbevestiging is <strong>van</strong> <strong>de</strong> huidige werkmetho<strong>de</strong>. België is <strong>van</strong> oor<strong>de</strong>el dat er intensievere aandacht,maar ook meer enthousiasme <strong>van</strong> <strong>de</strong> coaches is!104


Hoofdstuk 7 – <strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfase11. Heeft het handboek een betere on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt tot gevolg gehadbetreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> evaluatie en het aanleren <strong>van</strong> sociale competenties? Hoe?Alle lan<strong>de</strong>n zeggen JA, en er wor<strong>de</strong>n uiteenlopen<strong>de</strong> argumenten gegeven. België beschouwtstructuur als belangrijk, omdat het gemakkelijker is om doelstellingen te bepalen, en daardoorwordt er over <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zaak gesproken. Alle an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n zijn het hiermee eens. Griekenlandgeeft aan dat het handboek hen stimuleert om een en an<strong>de</strong>r te herformuleren. Roemenië enNe<strong>de</strong>rland <strong>de</strong>nken dat het <strong>de</strong> samenwerking verbetert met <strong>de</strong> cliënt (en <strong>de</strong> omgeving), en dat<strong>de</strong> cliënt een beter inzicht krijgt in het proces en zijn/haar persoonlijkheid.7.3 Lijst <strong>van</strong> opmerkelijke kwesties/antwoor<strong>de</strong>nTot slot is het misschien een goed i<strong>de</strong>e om te vermel<strong>de</strong>n wat ons in <strong>de</strong>ze testfase is opgevallen.We betreuren dat sommige partners niet <strong>de</strong> tijd gevon<strong>de</strong>n hebben om <strong>de</strong> evaluatieinstrumentente hertesten. Daardoor kunnen we het persoonlijke ontwikkelingsplan nietaanpassen. De re<strong>de</strong>n daar<strong>van</strong> ligt on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re in het feit dat <strong>de</strong> partners <strong>de</strong> informatie in het<strong>ATLAS</strong>-handboek gebruikt hebben om in hun eigen <strong>org</strong>anisatie een nieuwe betekenis te gevenaan <strong>de</strong> testfase. Het plaatselijke recht en <strong>de</strong> plaatselijke wetgeving, <strong>de</strong> structuur <strong>van</strong> hun eigen<strong>org</strong>anisatie, enz. hebben hun keuzes bepaald. Toch geloven we dat een en an<strong>de</strong>r plaatshad via<strong>de</strong> interactieve weg <strong>van</strong> het experimenteren met <strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> competentiegebaseer<strong>de</strong> training.Toch is een en an<strong>de</strong>r niet gebeurd op <strong>de</strong> manier die we had<strong>de</strong>n vo<strong>org</strong>esteld bij het begin <strong>van</strong>het project. Misschien is het goed hier te opnieuw te vermel<strong>de</strong>n dat evaluatie en trainingvolgens <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> competentiegebaseer<strong>de</strong> training nauw met elkaar verbon<strong>de</strong>n zijnen dui<strong>de</strong>lijk in elkaars verleng<strong>de</strong> liggen. Het is ook goed om opnieuw te beklemtonen dat “het<strong>de</strong>nken in competenties” nog niet geïntegreerd is in <strong>de</strong> instrumenten en het vermel<strong>de</strong>trainingsprogramma. Dat zijn aspecten die al dan niet speciale aandacht vragen op eenvoortzettingstraject in <strong>de</strong> nabije toekomst.Wat het <strong>ATLAS</strong>-handboek betreft: het is goed om handleidingen uit te <strong>de</strong>len voor het gebruik<strong>van</strong> <strong>de</strong> beslissingsboom. Het is ook belangrijk om het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> instrumenten op tefrissen (bijvoorbeeld door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een begelei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> cd-rom) in plaats <strong>van</strong> die alleenstatisch te reproduceren.Opmerkingen over <strong>de</strong> evaluaties zijn: met betrekking tot <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie was het soms moeilijkom dieper in te gaan op <strong>de</strong> instrumenten, omdat dat tijdrovend was. De gebruikers vrezen datom die re<strong>de</strong>n soms een beperkt beeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt zal ontstaan. Wij geloven dat dat in hetbijzon<strong>de</strong>r een rol speelt bij het begin <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> een nieuw instrument, en dat taalhier ook een rol speelt. Daarom is het belangrijk om105


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong><strong>de</strong> aandacht op dit aspect te richten, en om een uitgebrei<strong>de</strong> inwijding en oefenperio<strong>de</strong> in tebouwen. Nog een opmerking: soms bevestig<strong>de</strong> <strong>de</strong> evaluatie het beeld dat ze al had<strong>de</strong>n <strong>van</strong> eencliënt. Het wordt ook als belangrijk geacht dat er een goed instrument ontwikkeld wordt om <strong>de</strong>werkplaatsingsvereisten in overeenstemming te brengen met <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt.Over <strong>de</strong> trainingsprogramma’s is gemeld dat ze slechts in geringe mate wer<strong>de</strong>n gebruikt,behalve voor eigen ervaringen in <strong>de</strong> instellingen. Vertrouwd raken met <strong>de</strong> nieuwe evaluatieinstrumentenwas tijdrovend. Daarnaast oefen<strong>de</strong>n ze <strong>de</strong> <strong>de</strong>len <strong>van</strong> het competentiegebaseer<strong>de</strong>trainingsprogramma met collega’s <strong>van</strong> <strong>de</strong> instelling. “Welke zijn <strong>de</strong> competenties”, was hierbelangrijk, hoe ze beschrijven, en hoe richtlijnen vin<strong>de</strong>n voor een eenduidige bena<strong>de</strong>ring <strong>van</strong><strong>de</strong>ze nieuwe manier <strong>van</strong> training. Omwille <strong>van</strong> interactie met collega’s over dat on<strong>de</strong>rwerphad<strong>de</strong>n diverse vormen <strong>van</strong> peerconsultatie plaats, en werd meer als team naar een cliëntgekeken. De trainingsprogramma’s en trainingsvormen die op diverse plaatsen gebruiktwer<strong>de</strong>n, waren bijvoorbeeld rollenspel, individueel en in groep oefenen, het systeem <strong>van</strong>casestudy’s, een georiënteer<strong>de</strong> werkplektraining, aanleren <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n en hetgebruik <strong>van</strong> vi<strong>de</strong>ofragmenten.Het is interessant om <strong>de</strong> algemene opmerkingen over <strong>de</strong> cliënten te noteren. Omdat <strong>de</strong> cliëntals persoon centraler komt te staan, ervoeren trainers dat communicatie en interactie met <strong>de</strong>cliënt en zijn/haar omgeving zeer belangrijk waren. Vooral <strong>de</strong> intensievere aandacht voor <strong>de</strong>cliënt was treffend vergeleken met trainingsprogramma’s vóór het <strong>ATLAS</strong>-project. Dat heeft<strong>de</strong> cliënt ook een (veel) beter zelfbeeld gegeven en een indruk <strong>van</strong> <strong>de</strong> problemen waarvooractie nodig was. Zodoen<strong>de</strong> wordt het meer <strong>de</strong> eigen keuze <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt hoe het ver<strong>de</strong>re procesmoet verlopen. Werken en ervaren wor<strong>de</strong>n in het persoonlijke ontwikkelingsplan, <strong>de</strong> portfolioen <strong>de</strong> STARR-metho<strong>de</strong> hebben hierin een belangrijke rol gespeeld. We zijn nu meer in staatbetere doelstellingen te bepalen per individu, als team of niet als team.106


Hoofdstuk 7 - Results afthe <strong>ATLAS</strong>-testfaseProfiel <strong>van</strong> EricVóór <strong>de</strong>ze evaluaties percipieer<strong>de</strong>n het hulpteam en <strong>de</strong> collega’s Eric als een groot probleem, dathijzelf ook had, aangezien hij steeds in moeilijkhe<strong>de</strong>n verkeer<strong>de</strong>. Door <strong>de</strong> evaluaties tra<strong>de</strong>n <strong>de</strong>capaciteiten en sterke punten <strong>van</strong> Eric op <strong>de</strong> vo<strong>org</strong>rond, en haal<strong>de</strong>n die het op zijn tekortkomingen.Zowel Eric als zijn hulpverlener kregen een nieuw, evenwichtig algemeen beeld. De waar<strong>de</strong>ringbeklemtoon<strong>de</strong> dat hij in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> <strong>de</strong> observatieperio<strong>de</strong> in staat was blijk te geven <strong>van</strong> <strong>de</strong> vereistesociale vaardighe<strong>de</strong>n voor een werkplaatsing, Op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ring wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kwaliteiten ensterke punten <strong>van</strong> Eric beklemtoond, en werd hij aangemoedigd om in zichzelf te geloven. Aangezienhij <strong>de</strong> vereiste sociale vaardighe<strong>de</strong>n kon tonen tij<strong>de</strong>ns een bepaal<strong>de</strong> perio<strong>de</strong>, had hij bewezen dat hijzich bewust was <strong>van</strong> <strong>de</strong> courante sociale gedragsco<strong>de</strong>s. Hoewel Eric zich meer bereid toon<strong>de</strong> tespreken met <strong>de</strong> hulpverleners en na te <strong>de</strong>nken over zijn gedrag, bleef hij toch een oneerbiedigeattitu<strong>de</strong> handhaven tegenover zijn werkmakkers en oversten, en bleef hij <strong>de</strong> regels overtre<strong>de</strong>n, zij hetdan min<strong>de</strong>r vaak.In een bespreking <strong>van</strong> <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ring met een collega-psycholoog en het hulpteam probeer<strong>de</strong>n we teachterhalen hoe zijn problemen voldoen<strong>de</strong> beheersbaar zou<strong>de</strong>n kunnen gemaakt wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong>ze tebeperken en door te zoeken naar een geschikte werkomgeving.Om Erics manifeste maladaptieve gedragspatronen te doorbreken moest het hulpteam zijn houdingjegens Eric veran<strong>de</strong>ren, wat beteken<strong>de</strong> dat het aandacht aan hem moest beste<strong>de</strong>n wanneer hij blijk gaf<strong>van</strong> het gewenste gedrag. Om zijn vertrouwen aan te moedigen moesten <strong>de</strong> hulpverleners lerenconsequent en betrouwbaar te zijn in hun reactie. De trainers moesten zich voordoen als rolmo<strong>de</strong>llenom een voorbeeld te geven <strong>van</strong> een sociaal aanvaardbaar leven via hun eigen appreciatie, empathieen authenticiteit. Om Erics zelfvertrouwen te verhogen moest een omgeving gecreëerd wor<strong>de</strong>n waarinhij zoveel mogelijk succes kon ervaren. Door te vertrouwen op zijn vaardighe<strong>de</strong>n realiseer<strong>de</strong> Ericvertrouwen in zijn eigen kunnen.Er wer<strong>de</strong>n ver<strong>de</strong>re stappen on<strong>de</strong>rnomen in <strong>de</strong> richting <strong>van</strong> een betaal<strong>de</strong> baan. Er werd eenvrijgaveproces met het oog op een leercontract ingeleid. Om externe achting te krijgen en om te metenin welke mate <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> competenties overeenstem<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> een plaats alsleerjongen werd Eric als stagiair in diverse geschikte functies geplaatst in <strong>de</strong> open arbeidsmarkt, waarhij een werkomgeving ervoer waarin hij een nuttige bijdrage kon leveren, en waarin hij geapprecieerdwerd. Door een goe<strong>de</strong> overeenstemming tussen een conductieve werkomgeving, <strong>de</strong> gewijzig<strong>de</strong>attitu<strong>de</strong> <strong>van</strong> het hulpteam en Erics no<strong>de</strong>n, raakte Eric gelei<strong>de</strong>lijk aan in staat om zijn prestaties aan tepassen aan <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> <strong>de</strong> open arbeidsmarkt. Eric gaat begeleid door een jobcoach aan eenofficieel leercontract beginnen dat zal lei<strong>de</strong>n tot een attest.107


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>108


Hoofdstuk 8Overeenstemmen<strong>de</strong>profielen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt en <strong>de</strong>werkplaats8.1 InleidingIn <strong>de</strong> vorige hoofdstukken is een schets gegeven <strong>van</strong> <strong>de</strong> manier waarop <strong>de</strong> partners in het<strong>ATLAS</strong>-project met behulp <strong>van</strong> een aantal evaluatie-instrumenten tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> testfase eenprofiel kunnen vormen <strong>van</strong> <strong>de</strong> individuele cliënt. Dat profiel <strong>van</strong> een cliënt levert <strong>de</strong>ingrediënten voor <strong>de</strong> daaropvolgen<strong>de</strong> training die ver<strong>de</strong>r bevestigd wordt in een persoonlijkontwikkelingsplan.Van groot belang voor <strong>de</strong> training is toegang te hebben tot een profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong>werkplekvereisten waaraan <strong>de</strong> cliënt en (toekomstige) werkgever moeten beantwoor<strong>de</strong>n. Door<strong>de</strong> twee profielen te vergelijken is het mogelijk in te schatten aan welke vereisten een cliëntvoldoet, en aan welke niet.De sleutel tot die profielvergelijking zijn <strong>de</strong> 62 sociale vaardighe<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> 7 competenties.Het ligt voor <strong>de</strong> hand dat hetzelf<strong>de</strong> gedaan kan wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> beroepscompetenties.Dat betekent dat <strong>de</strong> competenties niet alleen beschreven moeten wor<strong>de</strong>n in termen <strong>van</strong>vaardighe<strong>de</strong>n, maar ook in termen <strong>van</strong> kennis, attitu<strong>de</strong> en opgedane ervaring.Binnen Sterk in Werk hebben stu<strong>de</strong>nten <strong>van</strong> <strong>de</strong> Fontys-hogeschool voor toegepastewetenschappen on<strong>de</strong>rzoek uitgevoerd voor hun studies <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n om een analysete maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek en om inzicht te krijgen in het niveau op een 5-puntenschaalwaarop <strong>de</strong> cliënt functioneert of zou moeten functioneren.Een voorbeeld <strong>van</strong> een volledig uitgewerkte vaardigheid aangaan<strong>de</strong> motivatie is het volgen<strong>de</strong>:op competentie B, vaardigheid nr. 13: “is in staat motivatie te tonen tij<strong>de</strong>ns het werk” kangescoord wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> 5 on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> niveaus:1) <strong>de</strong> cliënt is niet in staat om motivatie te tonen;2) <strong>de</strong> cliënt toont zel<strong>de</strong>n dat hij in staat is om motivatie te tonen;109


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>3) <strong>de</strong> cliënt toont frequent dat hij in staat is motivatie te tonen;4) <strong>de</strong> cliënt is in staat motivatie te tonen;5) <strong>de</strong> cliënt toont motivatie.Door op die manier informatie te verzamelen over werkplekken in <strong>de</strong> diverse werksectoren of-vormen is het mogelijk in <strong>de</strong> toekomst aan te geven welk gemid<strong>de</strong>ld niveau een cliënt moethebben, als hij of zij met succes wil werken op zo’n werkplek. Tegelijk zal het dui<strong>de</strong>lijkwor<strong>de</strong>n dat bepaal<strong>de</strong> werkgevers hogere eisen stellen dan an<strong>de</strong>re.Het is belangrijk om ruimte te laten voor <strong>de</strong> vermelding <strong>van</strong> bijkomen<strong>de</strong> opmerkingen over <strong>de</strong>context waarin <strong>de</strong> taak op <strong>de</strong> werkplek volbracht moet wor<strong>de</strong>n. Die kunnen bijvoorbeeldverwijzen naar onregelmatige werktij<strong>de</strong>n, kledinginstructies, fysieke inspanningen, enz.Op het ogenblik dat bei<strong>de</strong> profielen vastgelegd zijn in hetzelf<strong>de</strong> formaat, is het mogelijk om zemet elkaar te vergelijken. Dat kan gebeuren door het ene beeld rechtstreeks op het an<strong>de</strong>re teleggen. Zo kan zeer eenvoudig wor<strong>de</strong>n uitgemaakt of <strong>de</strong> cliënt voldoen<strong>de</strong> gekwalificeerd is ofniet in termen <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n.We merken hier op dat we moeten letten op het feit dat <strong>de</strong> gegeven of somsarbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale competenties waarschijnlijk niet gecompenseerd kunnenwor<strong>de</strong>n door an<strong>de</strong>re.De vastlegging <strong>van</strong> bei<strong>de</strong> profielen betekent dat informatie verzameld moet wor<strong>de</strong>n overzowel <strong>de</strong> cliënt als <strong>de</strong> werkplek. Die kan on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n in het afnemen <strong>van</strong>interviews, het verzamelen <strong>van</strong> testgegevens en mogelijke observaties.8.2 Profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliëntIn het on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> voorbeeld is het mogelijk om toegang te krijgen tot <strong>de</strong> nodige informatie:hier wordt verwezen naar <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelgroep in termen <strong>van</strong> <strong>de</strong>volgen<strong>de</strong> factoren: algemene intelligentie, sociaal-emotioneel functioneren, achtergrond <strong>van</strong><strong>de</strong> cliënt, sociaal niveau en omgeving, fysieke factor.Voorbeeld <strong>van</strong> een evaluatieprogramma.1. Het inschrijvingsformulier <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt invullen om <strong>de</strong> gegevens <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt teverzamelen, zoals zijn naam, adres, woonplaats, enz.2. Een interview met <strong>de</strong> cliënt volgens <strong>de</strong> STARR-metho<strong>de</strong> om gegevens te achterhalen110


Hoofdstuk 8 - Overeenstemmen<strong>de</strong> profielen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt en <strong>de</strong> werkplaatsover <strong>de</strong> competenties uit welke bron dan ook die hij of zij heeft.3. Interviews met het netwerk <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt, met ou<strong>de</strong>rs (vertegenwoordigers), leerkrachten an<strong>de</strong>ren in gedachten.4. Het verzamelen <strong>van</strong> achtergrondinformatie over sociale competenties door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong>evaluatie-instrumenten.5. Het verzamelen <strong>van</strong> informatie over <strong>de</strong> beroepskeuze <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong>loopbaanbegeleidingstesten.6. Het verzamelen <strong>van</strong> informatie over <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> (korte) werkervaringen.7. Het verzamelen <strong>van</strong> informatie door <strong>de</strong> cliënt in zijn/haar portfolio:• profielen op het vlak <strong>van</strong> sociale en beroepscompetenties:− Wat ik wil ...− Wat ik kan ...− Wie ik ben ...;• trainingsprogramma;• bijlagen;• attesten;• rapporten;• foto’s, enz.;• zijn of haar persoonlijke ontwikkelingsplan schrijven.Zodra er dui<strong>de</strong>lijkheid is over het profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt, is het belangrijk <strong>de</strong> juiste werkplek tevin<strong>de</strong>n voor training. Als uit <strong>de</strong> testfase dui<strong>de</strong>lijk gewor<strong>de</strong>n is dat een cliënt een baan wil ineen supermarkt, blijkt dat niet ie<strong>de</strong>re supermarkt het juiste klimaat biedt om <strong>de</strong> competentiesaan <strong>de</strong> cliënt aan te leren. Het aantal werknemers, <strong>de</strong> manier waarop on<strong>de</strong>rsteuning wordtgegeven, en zelfs het aantal producten en <strong>de</strong> soort producten die wor<strong>de</strong>n verkocht, bepalen of<strong>de</strong> werkplek beantwoordt aan <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. Daarom hebben we naast het profiel <strong>van</strong><strong>de</strong> cliënt ook een profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> toekomstige werkplek nodig om te achterhalen of:• <strong>de</strong> werkplek <strong>de</strong> juiste trainingsfaciliteiten biedt;• <strong>de</strong> werkplek één of meer aanpassingen nodig heeft;• <strong>de</strong> werkplek niet <strong>de</strong> juiste trainingfaciliteiten biedt.8.3 Profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplekTij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-testfase hebben <strong>de</strong> partners ervaring opgedaan in het samenstellen <strong>van</strong>profielen <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek.Dat gebeur<strong>de</strong> op twee manieren, <strong>de</strong> eerste manier was door een competentieprofiel te bepalen<strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> was door <strong>de</strong> werkplek te beschrijven.111


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Een competentieprofiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek aanmaken.Zoals in <strong>de</strong> inleiding beschreven wordt, kan het instrument dat gebruikt wordt om een profiel<strong>van</strong> een cliënt te krijgen, ook gebruikt wor<strong>de</strong>n om een profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek te maken. Inplaats <strong>van</strong> het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt te beschrijven wordt in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> termen een beschrijvinggemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek. Door bei<strong>de</strong> profielen te vergelijken zal het dui<strong>de</strong>lijk wor<strong>de</strong>n of ereen zinvolle plaatsing kan gebeuren en/of welke acties nog moeten wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rnomen omdie plaatsing te kunnen doen. Die acties wor<strong>de</strong>n bepaald door <strong>de</strong> cliënt in het persoonlijkeontwikkelingsplan.Beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek.Een beschrijving <strong>de</strong>kt <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> aspecten (alle aspecten wor<strong>de</strong>n geïllustreerd metvoorbeel<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> praktijk in <strong>de</strong> tuinbouwindustrie):• algemene informatie (naam <strong>van</strong> het bedrijf, plaats, telefonische contactpersoon, enz.);• personeel (samenstelling: aantal personeelsle<strong>de</strong>n, leeftijd, verhouding mannen totvrouwen, opleiding, functie/verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n);• professionele context: <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling heeft een dienst voor groteon<strong>de</strong>rhoudswerkzaamhe<strong>de</strong>n, bosbeheer, werk in broeikassen, inzameling <strong>van</strong> ruw afval,enz.;• activititeiten: spitten, schoffelen, uitplanten, maaien, een tuin aanleggen, sorteren in eengroenzone, enz.;• producten (aantal, soort, enz.): verwijst naar <strong>de</strong> aanleg <strong>van</strong> privé tuinen of <strong>de</strong> kweek <strong>van</strong>snijbloemen die verkocht zullen wor<strong>de</strong>n in een afzon<strong>de</strong>rlijke winkel, enz.;• soort beroepsattitu<strong>de</strong>: fysiek zwaar/licht werk, veel rechtstaand, zittend, lopend werk,buitenwerk/werken in broeikassen, enz.;• complexiteit <strong>van</strong> het werk: zijn er veel/weinig verschillen<strong>de</strong> werkomgevingen, vereist hetwerk flexibiliteit, enz.;• rechtspositie/ veiligheidsvereisten: industriële kleding dragen, omgaan met gevaarlijkematerialen, uitrusting en werktuigen beveiligen, enz.;• mogelijkhe<strong>de</strong>n voor opvolging; veel of weinig toezicht, in- of externe coaching;• dagelijkse routine: werktij<strong>de</strong>n, rookpauzes, lunchpauze, vakantieplanning, enz.;• gezondheid/ hygiëne: wordt roken toegestaan op <strong>de</strong> werkplek, is er voldoen<strong>de</strong> ventilatie,enz.;• externe factoren: bezoek <strong>van</strong> klanten, leveranciers, enz.;• (specifieke) vereisten voor het personeel: overeenkomsten betreffen<strong>de</strong> overuren,betrokkenheid bij bedrijfsverenigingen, enz.;• algemeen toepasselijke regels en afspraken (personeelsgroepen, bedrijfsvoetbal, overleg,enz.)112


Hoofdstuk 8 - Overeenstemmen<strong>de</strong> profielen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt en <strong>de</strong> werkplaats• loopbaankansen/on<strong>de</strong>rwijs.Door een specifieke werkplek op die manier te beschrijven wordt een beeld gevormd <strong>van</strong> hetmogelijke welslagen <strong>van</strong> <strong>de</strong> plaatsing <strong>van</strong> een cliënt.113


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>114


Hoofdstuk 9Grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong>ervaringenIn dit hoofdstuk zullen we <strong>de</strong> achtergron<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project na<strong>de</strong>r bekijken: welkere<strong>de</strong>nen heeft <strong>de</strong> Europese Unie om projecten zoals <strong>ATLAS</strong> te financieren, welke zijn voor<strong>org</strong>anisaties op het terrein <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>len om te werken in een grensoverschrij<strong>de</strong>ndpartnerschap, wat is <strong>de</strong> impact <strong>van</strong> Europese projecten op <strong>de</strong> gehandicaptensector in Europa?Tij<strong>de</strong>ns het schrijven <strong>van</strong> dit artikel hebben we informatie gebruikt die afkomstig is <strong>van</strong>:• <strong>de</strong> website <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese Commissie - DG On<strong>de</strong>rwijs en Cultuur;• het actieplan <strong>van</strong> <strong>de</strong> Raad <strong>van</strong> Europa ter bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechten en <strong>de</strong> volledige<strong>de</strong>elname <strong>van</strong> mensen met een handicap aan <strong>de</strong> maatschappij: verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong>levenskwaliteit <strong>van</strong> mensen met een handicap in Europa 2006-2015.9.1 EU-financiering en het programma Leonardo da Vinci<strong>ATLAS</strong> is een grensoverschrij<strong>de</strong>nd project gesponsord door het programma Leonardo da Vinci<strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese Commissie, Directoraat-generaal voor On<strong>de</strong>rwijs en Cultuur.De Europese Commissie is ongetwijfeld <strong>de</strong> grootste financiële steunverleenster in Europa.Geschat wordt dat één miljard euro (op een totale begroting <strong>van</strong> 100 miljard euro) beschikbaaris voor ngo-projecten, en dat nog maar <strong>de</strong> top <strong>van</strong> <strong>de</strong> ijsberg is. Haast ie<strong>de</strong>r project dat eendaadwerkelijke Europese dimensie heeft, en in verband kan wor<strong>de</strong>n gebracht met het EUbeleid,zou een bijhorend budget moeten kunnen krijgen. Het belangrijkste punt is een goe<strong>de</strong>strategie te hebben voor <strong>de</strong> toegang tot die EU-budgetten.Het eerste wat men moet weten is dat <strong>de</strong> Commissie geen financierings<strong>org</strong>anisatie is, en dathet budget daar niet zomaar is. Het doel <strong>van</strong> <strong>de</strong> Commissie en haar begrotingsposten enprogramma’s is <strong>de</strong> zaak <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese integratie115


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>vooruit te helpen en <strong>de</strong> EU-wetgeving geïmplementeerd te krijgen. Projecten zijn i<strong>de</strong>aleinstrumenten om beleid om te zetten in <strong>de</strong> praktijk. Dat geldt ook voor projecten zoals<strong>ATLAS</strong>.Het programma Leonardo da Vinci is één <strong>van</strong> <strong>de</strong> financieringsprogramma’s <strong>van</strong> hetDirectoraat-generaal On<strong>de</strong>rwijs en Cultuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese Commissie. Het programmaLeonardo is wat min<strong>de</strong>r bekend dan het zusterprogramma (met on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re het welbeken<strong>de</strong>programma Erasmus voor <strong>de</strong> uitwisseling <strong>van</strong> stu<strong>de</strong>nten tussen universiteiten), maar speelt eenbelangrijke rol in het voorberei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese burger op <strong>de</strong> toetreding tot <strong>de</strong> snelevolueren<strong>de</strong> arbeidsmarkt, waardoor <strong>de</strong> werkloosheid wordt vermin<strong>de</strong>rd (één <strong>van</strong> <strong>de</strong>belangrijkste politieke adagio’s <strong>van</strong> <strong>de</strong> EU). Inspelend op <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> bedrijven helpt hetprogramma bij <strong>de</strong> uitbouw <strong>van</strong> een geschool<strong>de</strong> Europese actieve bevolking met het oog op eensteeds concurreren<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n<strong>de</strong> wereld.Met die opdracht voor ogen doelt het programma Leonardo da Vinci op het helpen <strong>van</strong> <strong>de</strong>Europese burger om zijn vaardighe<strong>de</strong>n heel zijn leven lang te verbeteren. Binnen datraamwerk bevor<strong>de</strong>rt het mobiliteit, innovatie en <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> opleiding viagrensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> partnerschappen: samenwerking tussen diverse spelers in <strong>de</strong>beroepsopleiding, zoals opleidingsinstanties, vakscholen, universiteiten, bedrijven ofdienstverleners voor personen met een handicap. Het programma streeft ernaar <strong>de</strong> acties dieon<strong>de</strong>rnomen wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> lidstaten, te on<strong>de</strong>rsteunen en aan te vullen, en respecteert tenvolle <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> die lidstaten voor <strong>de</strong> inhoud en <strong>org</strong>anisatie <strong>van</strong> <strong>de</strong>beroepsopleiding, en hun culturele en linguïstische diversiteit.Leonardo da Vinci voorziet in financiering voor zes soorten projecten:• mobiliteit (werkplaatsing en traineruitwisselingen);• proefprojecten (productie <strong>van</strong> beroepsspecifieke taalleermaterialen);• grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> netwerken (<strong>de</strong> overdracht en uitwisseling <strong>van</strong> ervaring en goe<strong>de</strong>praktijken vergemakkelijken);• taalcompetenties (productie <strong>van</strong> opleidingsmaterialen ter ontwikkeling <strong>van</strong> innovatie enkwaliteit in opleidingen, incl. thematische acties);• referentiematerialen (on<strong>de</strong>rzoek en statistiek);• gezamenlijke acties (samenwerkingsprojecten met an<strong>de</strong>re financieringsprogramma’s).<strong>ATLAS</strong> is een proefproject. Proefprojecten zijn het mid<strong>de</strong>l ter verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit enter bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> innovatie in <strong>de</strong> beroepsopleiding. Gemeenschapssteun is verkrijgbaar voorhet ontwerp, <strong>de</strong> ontwikkeling, het testen, <strong>de</strong> evaluatie en <strong>de</strong> verspreiding <strong>van</strong> innovatieve116


Hoofdstuk 9 - Grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> ervaringenpraktijken op het vlak <strong>van</strong> metho<strong>de</strong>n, inhoud of producten in het domein <strong>van</strong> <strong>de</strong>beroepstraining en -begeleiding. Proefprojecten zijn bedoeld om het proces <strong>van</strong> <strong>de</strong> innovatie testimuleren en om <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> training en beroepsbegeleiding te verhogen. Ze moetentastbare producten ontwikkelen met in voorkomend geval gebruik <strong>van</strong> nieuwe informatie- encommunicatietechnologie.Eén <strong>van</strong> <strong>de</strong> toegevoeg<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project is <strong>de</strong> aandacht voor mensen met enhandicap. De Europese Commissie besteedt bijzon<strong>de</strong>r aandacht aan projectvoorstellen die <strong>de</strong>bedoeling hebben in te spelen op <strong>de</strong> opleidingsno<strong>de</strong>n <strong>van</strong> mensen die dreigen uitgesloten tewor<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> arbeidsmarkt.9.2 Het belang <strong>van</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> projecten voor<strong>de</strong> Europese gehandicaptensectorHet voorbije <strong>de</strong>cennium hebben in Europa en <strong>de</strong> rest <strong>van</strong> <strong>de</strong> wereld grote politieke,economische, sociale en technologische veran<strong>de</strong>ringen plaatsgehad. Die veran<strong>de</strong>ringen had<strong>de</strong>nook hun impact op <strong>de</strong> beleidsvorming ten aanzien <strong>van</strong> mensen met een handicap en op <strong>de</strong>sector als geheel. Er had een fundamentele verschuiving plaats <strong>van</strong> het medische mo<strong>de</strong>l, dat <strong>de</strong>handicap beklemtoont, naar een sociaal en mensenrechtenmo<strong>de</strong>l, dat volwaardig burgerschapbeoogt; een paradigmaverschuiving <strong>van</strong> patiënt naar burger, <strong>van</strong> afzon<strong>de</strong>ring naar inclusie, ...Projecten zoals <strong>ATLAS</strong> spelen een belangrijke rol in <strong>de</strong> zoektocht naar innovatieveoplossingen om <strong>de</strong> levenssituatie <strong>van</strong> mensen met een handicap in Europa te verbeteren.<strong>ATLAS</strong> combineert meer<strong>de</strong>re <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste doelstellingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Unie: hettewerkstellingspercentage <strong>van</strong> mensen met een handicap verbeteren door hunberoepsopleiding (on<strong>de</strong>rwijs) te verbeteren, antidiscriminatie en gelijke kansen. Door hetaspect <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competenties toe te voegen aan <strong>de</strong> beroepsopleiding wordt het voorpersonen met een handicap gemakkelijker om beter opgenomen te wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> samenleving.Werk is immers één <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste elementen voor <strong>de</strong> sociale inclusie en economischezelfstandigheid <strong>van</strong> alle burgers in het actieve leeftijdsbereik. In vergelijking met personenzon<strong>de</strong>r handicap zijn <strong>de</strong> werkgelegenheids- en activiteitspercentages <strong>van</strong> mensen met eenhandicap zeer laag. De beleidsvormen om het activiteitspercentage te verhogen moetengediversifieerd wor<strong>de</strong>n volgens het tewerkstellingspotentieel <strong>van</strong> mensen met een handicap,en moeten uitgebreid zijn om alle belemmeringen voor <strong>de</strong>elname aan <strong>de</strong> actieve bevolking tekunnen wegnemen. Het verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> tewerkstellingssituatie <strong>van</strong> mensen met eenhandicap zou niet alleen ten goe<strong>de</strong> komen aan personen met een handicap, maar ook aanwerkgevers en aan <strong>de</strong> samenleving als geheel. Beroepsbegeleiding en -bijstand spelen eenbelangrijke rol in het mensen helpen i<strong>de</strong>ntificeren waarvoor ze het meest geschikt zijn117


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>en in het sturen <strong>van</strong> opleidingsno<strong>de</strong>n of toekomstige tewerkstelling. Diversiteit moet eentoegevoeg<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> zijn: er is aandacht nodig voor <strong>de</strong> capaciteiten <strong>van</strong> een persoon in plaats<strong>van</strong> voor zijn handicaps. Nieuwe soorten werk en nieuwe soorten werknemers, maar vooraleen betere on<strong>de</strong>rlinge afstemming tussen die twee zijn noodzakelijk. Dat is uitgerekend <strong>de</strong>re<strong>de</strong>n waarom het <strong>ATLAS</strong>-project bijdraagt aan <strong>de</strong> actieve inclusie <strong>van</strong> personen met eenhandicap in <strong>de</strong> samenleving. Het is <strong>van</strong> vitaal belang dat mensen met een handicap toeganghebben tot evaluaties, beroepsbegeleiding en -training, zodat ze hun potentieel kunnenrealiseren.Dat geldt ook voor het on<strong>de</strong>rwijs. On<strong>de</strong>rwijs is een basisfactor voor <strong>de</strong> sociale inclusie enzelfstandigheid <strong>van</strong> alle mensen, on<strong>de</strong>r wie mensen met een handicap. Sociale invloe<strong>de</strong>n,bijvoorbeeld <strong>van</strong> familie en vrien<strong>de</strong>n, dragen daar ook toe bij. Het creëren <strong>van</strong> kansen voorpersonen met een handicap om aan het gewone on<strong>de</strong>rwijs en <strong>de</strong> gewone werkgelegenheid <strong>de</strong>elte nemen is niet alleen belangrijk voor mensen met een handicap, maar zal ook ten goe<strong>de</strong>komen aan <strong>de</strong> kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> menselijke diversiteit <strong>van</strong> mensen zon<strong>de</strong>r handicap. Goedon<strong>de</strong>rwijs is nodig om in <strong>de</strong> arbeidsmarkt te kunnen presteren.Een <strong>van</strong> <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project was <strong>de</strong> dringen<strong>de</strong> nood aan an<strong>de</strong>rs opgeleidpersoneel en eerstelijnspersoneel om mensen met een handicap an<strong>de</strong>re competenties aan teleren. Zo zijn we erachter gekomen dat het niet alleen gaat om het oplei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een persoonmet een handicap, maar ook om <strong>de</strong> opleiding <strong>van</strong> trainers en <strong>de</strong> hele samenleving. Projectenzoals <strong>ATLAS</strong> vergemakkelijken het zetten <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste stappen in <strong>de</strong> richting <strong>van</strong>veran<strong>de</strong>ring.9.3 Het belang <strong>van</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> projecten voor<strong>org</strong>anisaties die op het terrein werkenDe kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale dienstverlening staat momenteel hoog op <strong>de</strong> agenda <strong>van</strong> <strong>de</strong>Europese Unie en <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale dienstverleners in <strong>de</strong> diverse sectoren in Europa. Er bestaateen dringen<strong>de</strong> nood om in <strong>de</strong> EU een betere kennis te ontwikkelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n dienodig zijn, opdat sociale diensten hun kerndoelstellingen kunnen realiseren, en kunneninspelen op <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> hun gebruikers. Dat is vooral belangrijk in een context waar <strong>de</strong>manieren waarop sociale diensten ge<strong>org</strong>aniseerd en gefinancierd wor<strong>de</strong>n, snel evolueren,waardoor nieuwe uitdagingen maar ook nieuwe kansen ontstaan. Als Europees netwerk is <strong>de</strong>European Association of Service Provi<strong>de</strong>rs for Persons with Disabilities (EASPD) <strong>van</strong> oor<strong>de</strong>eldat <strong>de</strong> EU in Europa het best kan z<strong>org</strong>en voor dienstverlening <strong>van</strong> hoogstaan<strong>de</strong> kwaliteit doorte gaan voor Europese, op resultaten gebaseer<strong>de</strong> kwaliteitsprincipes in plaats <strong>van</strong> voorkwaliteitsstandaar<strong>de</strong>n. De kwaliteitsstandaar<strong>de</strong>n kunnen op nationaal of regionaal niveaugeïmplementeerd wor<strong>de</strong>n, maar kwaliteitsprincipes zijn het meest afdoend op Europees niveau118


Hoofdstuk 9 - Grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> ervaringenDe kwaliteit moet wor<strong>de</strong>n gewaarb<strong>org</strong>d over grenzen, tradities en culturen heen. Als Europagemeenschappelijke principes wil overeenkomen voor <strong>de</strong> dienstverlening aan personen meteen handicap, dan is het belangrijk om cultuur- en grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> contacten viaprojecten aan te moedigen.Proefprojecten zoals <strong>ATLAS</strong> hebben een laboratoriumfunctie voor <strong>de</strong> embryonalebenchmarking. Die projecten zijn voor <strong>de</strong> individuele <strong>org</strong>anisaties belangrijk om <strong>de</strong>trainingsmetho<strong>de</strong>n te kunnen evalueren die gebruikt wor<strong>de</strong>n binnen een <strong>org</strong>anisatie. Leonardoprojectenzoals <strong>ATLAS</strong> stuwen <strong>de</strong> innovatie in <strong>de</strong> juiste richting. Deelnemen aangrensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> projecten zet <strong>org</strong>anisaties ertoe aan om continu na te <strong>de</strong>nken over <strong>de</strong>eigen werking en opleidingsmetho<strong>de</strong>n. Organisaties leren het meest, wanneer zegeconfronteerd wor<strong>de</strong>n met uiteenlopen<strong>de</strong> opinies en manieren <strong>van</strong> werken die gebaseerd zijnop een an<strong>de</strong>re sociale en culturele context. In contact komen met zeer gemotiveer<strong>de</strong> mensen isook een motivatie voor alle betrokken mensen.Naast <strong>de</strong> laboratoriumfunctie en <strong>de</strong> uitwisseling <strong>van</strong> goe<strong>de</strong> praktijken vormen proefprojecteneen belangrijk surplus voor het human resources management. Projecten zoals <strong>ATLAS</strong> bie<strong>de</strong>npersoneelsle<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kans om nieuwe metho<strong>de</strong>n aan te leren, om kennis te maken metverschillen<strong>de</strong> manieren <strong>van</strong> werken en om te leren <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re <strong>org</strong>anisaties. Het is ookmogelijk om informatie te <strong>de</strong>len zon<strong>de</strong>r aan concurrentie te moeten <strong>de</strong>nken. Dankzij <strong>de</strong>zeprojecten en <strong>de</strong> goe<strong>de</strong>praktijkmo<strong>de</strong>llen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re <strong>org</strong>anisaties kan er kennis toegevoegdwor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> partner<strong>org</strong>anisaties om <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> dienstverlening te verbeteren.Het <strong>ATLAS</strong>-partnerschap is bijzon<strong>de</strong>r interessant geweest dankzij <strong>de</strong> <strong>de</strong>elname <strong>van</strong> een Oost-Europese partner. De uitwisseling <strong>van</strong> goe<strong>de</strong>praktijkmo<strong>de</strong>llen in bei<strong>de</strong> richtingen heeft hetpartnerschap aanzienlijk verrijkt. Voor <strong>org</strong>anisaties uit West-Europa is het soms frappant tezien hoe <strong>org</strong>anisaties met min<strong>de</strong>r geld erin slagen een dienst te bie<strong>de</strong>n die <strong>van</strong> gelijke of zelfshogere kwaliteit is dan sommige diensten in het westen. An<strong>de</strong>rzijds is <strong>de</strong>rgelijkegrensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> samenwerking voor <strong>org</strong>anisaties in het oosten een i<strong>de</strong>ale manier omnieuwe technieken te leren, en om zich te verlossen <strong>van</strong> <strong>de</strong> rigi<strong>de</strong> verticale structuren die inOost-Europa vaak heersen. Projectmanagement en projectverga<strong>de</strong>ringen gebeuren op eenhorizontale basis: het is mogelijk om i<strong>de</strong>eën uit te wisselen tussen stafle<strong>de</strong>n enberoepspersonen <strong>van</strong> hoog niveau. Dat komt neer op een verrijking <strong>van</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong><strong>de</strong> individuele stafle<strong>de</strong>n die betrokken zijn bij het project.119


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>9.4 ConclusiesHet <strong>ATLAS</strong>-project heeft een belangrijke rol gespeeld voor <strong>de</strong> netwerkingmogelijkhe<strong>de</strong>ntussen dienstverleners voor personen met een handicap. Networking en het <strong>de</strong>len <strong>van</strong> goe<strong>de</strong>praktijken lei<strong>de</strong>n tot innovatie, en innovatie is nodig om gelijke tred te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> snelleveran<strong>de</strong>ringen in <strong>de</strong> sector zoals <strong>de</strong> toenemen<strong>de</strong> economisering.Proefprojecten kunnen zwakke plekken opsporen in <strong>de</strong> diverse vormen <strong>van</strong>gehandicaptenbeleid in <strong>de</strong> lidstaten en in <strong>de</strong> sector in het algemeen. Naast het opsporen <strong>van</strong>zwakke plekken kunnen ze ook mogelijke oplossingen <strong>de</strong>tecteren. Die oplossingen kunnennaar voren wor<strong>de</strong>n gebracht op het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> lidstaat en op Europees niveau, met <strong>de</strong>uitein<strong>de</strong>lijke bedoeling <strong>de</strong> bevindingen politiek en structureel te vertalen/te implementeren.Het werk <strong>van</strong> EASPD steunt op drie pijlers: innovatie (door actieon<strong>de</strong>rzoek zoals <strong>ATLAS</strong> teontwikkelen en eraan <strong>de</strong>el te nemen), impact (door <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europesebeleidsvormen op te volgen, te beïnvloe<strong>de</strong>n en erop te reageren) en informatie (door<strong>org</strong>anisaties uit heel Europa bijeen te brengen, en die te voorzien <strong>van</strong> informatie over <strong>de</strong>ontwikkelingen in <strong>de</strong> sector en op Europees niveau). Projecten zoals <strong>ATLAS</strong> voe<strong>de</strong>n die driewerkpijlers: ze helpen <strong>de</strong> sector niet alleen om aandacht te hebben om <strong>de</strong> zaken op <strong>de</strong> juistemanier te doen, maar – en dat is misschien nog belangrijker – ze sturen ons in <strong>de</strong> richting <strong>van</strong>het doen <strong>van</strong> <strong>de</strong> juiste zaken op een juiste manier.9.5 Persoonlijke ervaringen <strong>van</strong> een Belgische <strong>ATLAS</strong>trainerIn mijn beroep als jobcoach on<strong>de</strong>rsteun ik mensen bij het verwerven <strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n dieverband hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> werkvloer, bv. sociale vaardighe<strong>de</strong>n. De metho<strong>de</strong> staat bekend als <strong>de</strong>metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> “begelei<strong>de</strong> tewerkstelling”. Dat soort on<strong>de</strong>rsteuning wordt gelei<strong>de</strong>lijk aanuitgedoofd naarmate <strong>de</strong> cliënten zelfstandiger wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> taken die ze moeten uitvoeren. Ikgebruik die on<strong>de</strong>rsteuningsvorm om mijzelf <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen te stellen:“Waardoor kan <strong>de</strong>ze persoon zich wel of niet passend gedragen op <strong>de</strong> werkvloer?” Met an<strong>de</strong>rewoor<strong>de</strong>n: passend gedrag is het soort gedrag dat een werkgever op <strong>de</strong> werkvloer vereist. Watdoet die persoon dat mij informeert of zijn/haar gedrag? Hoe kan ik zijn/haar gedrag sturen?Kan ik dat gedrag op <strong>de</strong> werkvloer op een positieve manier sturen in <strong>de</strong> richting <strong>van</strong> <strong>de</strong>gedragsvereisten <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgever? Om antwoor<strong>de</strong>n te krijgen op die vragen moet ik <strong>de</strong>motivatie achter het gedrag <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon bestu<strong>de</strong>ren, d.w.z. wat maakt een persooncompetent, en waardoor wordt dat beïnvloed? Waarvoor staat sociaal competent zijn, en doorwat/wie of hoe wordt dat gestuurd?120


Hoofdstuk 9 - Grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> ervaringenHet <strong>ATLAS</strong>-project heeft mijn visie op <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> sociale competenties verruimd, en hetheeft me bewuster gemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong> complexiteit <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n.De reeks goe<strong>de</strong>praktijkrichtlijnen die door <strong>ATLAS</strong> wor<strong>de</strong>n verstrekt, zijn nuttig, als je weetwaarover je spreekt. Dankzij het <strong>ATLAS</strong>-handboek ben ik meer vertrouwd gewor<strong>de</strong>n met hetconcept <strong>van</strong> “sociale competentie”. Waar staat dat voor? Het is nuttig geweest situaties teciteren waarin je <strong>de</strong>nkt met of zon<strong>de</strong>r een competentie“visie”. Hoe kijk ik tegen <strong>de</strong> situatie aan(voorheen en nu), nu ik <strong>de</strong>ze informatie heb gekregen? Wanneer dat goed wordt beoefend,<strong>de</strong>nk ik dat het nuttig zal zijn om vervolgens een instrument te kiezen en ermee te werken. Ikheb gekozen voor het observatie-instrument ACIS. Ik <strong>de</strong>nk dat ACIS een goed meetinstrumentis, als aan alle voorwaar<strong>de</strong>n die in <strong>de</strong> samenvatting <strong>van</strong> het mo<strong>de</strong>l wor<strong>de</strong>n beschreven, wordtvoldaan. Het instrument is handig als je <strong>de</strong> interpretatie <strong>van</strong> je observatie achteraf kuntbespreken met je cliënt. Daarna kan je in overleg met <strong>de</strong> cliënt besluiten om <strong>de</strong> beperkingenop het vlak <strong>van</strong> <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n als uitgangspunt te nemen voor een training, hetaandachtspunt op <strong>de</strong> werkvloer. Je kunt je trainingsprogramma daarop afstemmen. De cliëntenkunnen in <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> het mogelijke hun voorkeuren aangeven. Het instrument kan ookgebruikt wor<strong>de</strong>n als een mechanisme, een soort controlelijst om te achterhalen of <strong>de</strong> resultaten<strong>van</strong> <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ring overeenstemmen met <strong>de</strong> indruk die je al had over het vaardigheidsniveau<strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. Het instrument ACIS heeft mijn observaties verruimd en dui<strong>de</strong>lijk ge<strong>de</strong>finieerd,wat echt geen na<strong>de</strong>el is. Maar het houdt <strong>de</strong> risico’s in dat je als afnemer <strong>van</strong> <strong>de</strong> observatietestmoet vermij<strong>de</strong>n je toe te spitsen op wat je al gemerkt hebt, en dat je je conclusies over hetgedrag <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt op dat welbepaal<strong>de</strong> moment te vroeg trekt. Het is belangrijk dat je naarhet globale beeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt kijkt, voordat je begint te evalueren en te trainen. Met hetglobale beeld bedoel ik: <strong>de</strong> cliënt in zijn geheel, zijn ervaringen, holisme, <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> zijnhandicap, zijn historiek, emotionele competentie, enz. De informatie die uit observatie wordtafgeleid, kan wor<strong>de</strong>n gebruikt voor het invullen <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt, een evaluatiedie samen met <strong>de</strong> cliënt evolueert. Tot slot vind ik dat voor <strong>de</strong> sociale competenties <strong>van</strong> eenpersoon een raamwerk en training nodig zijn. Je hebt <strong>de</strong> juiste kennis nodig om dat te doen.Het <strong>ATLAS</strong>-project heeft het werkterrein ongetwijfeld geholpen zijn aandacht meer toe tespitsen op dat on<strong>de</strong>rwerp binnen het raamwerk <strong>van</strong> <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> “begelei<strong>de</strong>tewerkstelling”.9.6 Persoonlijke ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> promotor <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>projectIn het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> <strong>de</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> uitwisseling hebben we een school voor bijzon<strong>de</strong>ron<strong>de</strong>rwijs bezocht in Targu-Mures (Roemenië). Toen we <strong>de</strong> school buitengingen, werd onzeaandacht121


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>getrokken door een jongeman aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant <strong>van</strong> <strong>de</strong> weg: in <strong>de</strong> ene hand had hij een soortheksenbezem vast, in <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re een homp brood. Onze gids herken<strong>de</strong> hem als een gewezenleerling <strong>van</strong> <strong>de</strong> school, en vertel<strong>de</strong> ons dat <strong>de</strong> jongen <strong>van</strong> <strong>de</strong> ene winkel naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re liep omte vragen of hij <strong>de</strong> stoep mocht vegen in ruil voor wat brood. Ik vroeg me af hoe <strong>de</strong> toekomst<strong>van</strong> die jongen eruit moest zien, en ook <strong>van</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re leerlingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> school die we had<strong>de</strong>nbezocht. Het <strong>ATLAS</strong>-project mag dan geen antwoord zijn op al die problemen, toch hoopte ikdat <strong>de</strong> ervaringen in ons project zou<strong>de</strong>n bijdragen tot een beter perspectief. Terug in eigen landkreeg ik een sollicitatie <strong>van</strong> een jongen <strong>van</strong> 15 die in niet min<strong>de</strong>r dan 12 scholen enjeugdcentra had gezeten. Uit zijn dossier bleek dat <strong>de</strong> jongen zo moeilijk te zijn in <strong>de</strong> omgangdat hij door alle scholen en centra beschouwd werd als onhan<strong>de</strong>lbaar. Ik vroeg me af hoe mijn<strong>org</strong>anisatie <strong>de</strong> zaken an<strong>de</strong>rs zou moeten aanpakken om die vicieuze cirkel te doorbreken. Was<strong>de</strong> jongen echt zo onhan<strong>de</strong>lbaar? Het persoonlijke dossier stond vol <strong>van</strong> <strong>de</strong>rgelijke gegevens.Maar nergens was een bewijs te vin<strong>de</strong>n dat naar <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> zijn gedragsproblemen wasgezocht. De oorzaken voor het constante mislukken wer<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> jongen zelf gezocht en nietbij <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie: was het behan<strong>de</strong>lingsplan ontworpen in functie <strong>van</strong> <strong>de</strong> specifieke no<strong>de</strong>n inzijn situatie? Opnieuw was ik tevre<strong>de</strong>n dat <strong>ATLAS</strong> <strong>de</strong>rgelijke mogelijkhe<strong>de</strong>n bood om tot eengoed behan<strong>de</strong>lingsplan te komen. De cliënt in kwestie komt nog steeds dagelijks naar onze<strong>org</strong>anisatie. Of we uitein<strong>de</strong>lijk zullen slagen, blijft nog af te wachten.In <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> het project hebben we ons uiteraard te goed gedaan aan <strong>de</strong> beroem<strong>de</strong>panorama’s <strong>van</strong> Athene en aan <strong>de</strong> visspecialiteiten in Ierland. Onze bierkennis is aanzienlijktoegenomen, en op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> een drukke dag was het goed om je hoofd even te rusten teleggen, als was het niet in het eigen bed. Toch waren dat niet <strong>de</strong> meest memorabeleervaringen. Ze kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> vergelijking niet doorstaan met:• het ontmoeten <strong>van</strong> internationale partners die bezig zijn met gehandicaptenz<strong>org</strong>, allenmet verschillen<strong>de</strong> achtergron<strong>de</strong>n en met een ge<strong>de</strong>el<strong>de</strong> doelstelling;• <strong>de</strong> vele lange discussies die <strong>de</strong> zaken niet alleen ophel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n, maar zelfs mijn eigen visieveran<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n;• <strong>de</strong> enorme inspanning ten bate <strong>van</strong> onze me<strong>de</strong>mensen met een handicap, ondanksmoeilijke reglementeringen in sommige gevallen;• het resultaat waartoe alle inspanningen hebben geleid: een boek om trots op te zijn, enwaaruit <strong>de</strong> collega’s op het terrein hun voor<strong>de</strong>el zullen halen;• <strong>de</strong> fantastische on<strong>de</strong>rsteuning door <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> voorbije drie jaar <strong>van</strong> het project;122


Hoofdstuk 9 - Grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> ervaringenOndanks het feit dat het project mij als promotor vele slapeloze nachten heeft bez<strong>org</strong>d, enmeer <strong>van</strong> me geëist heeft dan ik verwacht had, was het allemaal <strong>de</strong> moeite waard.Wat hebben we uit <strong>de</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> ervaringen geleerd, en hoe heeft dat onswerk met Eric beïnvloed?Ie<strong>de</strong>reen heeft het over sociale competenties, maar geeft er ook een an<strong>de</strong>re betekenis aan.De verhan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> Ronald Haccou in het Atlas-handboek vermeldt exact wat socialecompetenties zijn, waardoor alle <strong>de</strong>batten overbodig wor<strong>de</strong>n.Het combineren <strong>van</strong> <strong>de</strong> thema’s die aan bod zijn gekomen in het Atlas-project, evaluaties omsociale competenties te waar<strong>de</strong>ren wor<strong>de</strong>n als zeer belangrijk beschouwd, aangezien zebetere resultaten opleveren, <strong>de</strong> complexiteit vermin<strong>de</strong>ren, en helpen om het proces testructureren. Het proces draagt bij tot betere training, aangezien het stelt dat een individuele,klantgerichte aanpak even essentieel is als het zich concentreren op het potentieel, <strong>de</strong>kwaliteiten en capaciteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt in plaats <strong>van</strong> op zijn tekortkomingen. De ervaringen<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners hebben beklemtoond dat er een grote hoeveelheid training enaandacht moet gaan naar <strong>de</strong> hulpverleners en werknemers en niet overwegend naar <strong>de</strong>cliënten. Aanpassing door <strong>de</strong> werkplek, en niet alleen door <strong>de</strong> werknemer leidt tot eenbevredigend resultaat.Zoals we uit het geval <strong>van</strong> Eric hebben geleerd, kunnen uitingspatronen alleen wor<strong>de</strong>ndoorbroken door gewijzigd gedrag <strong>van</strong> <strong>de</strong> omgeving. Een begrijpen<strong>de</strong> werkomgeving heeft<strong>de</strong> prestaties <strong>van</strong> Eric gunstig beïnvloed.123


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>124


Hoofdstuk 10Conclusies enaanbevelingenDrie jaar na <strong>de</strong> start <strong>van</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project kunnen we besluiten dat <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-partners eenzeer interessante koers hebben gevolgd om een betere greep te krijgen op <strong>de</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n die (toekomstige) werknemers moeten beheersen om met succes <strong>de</strong>el te nemenaan het arbeidsproces. Het uitgangspunt was vooral <strong>de</strong> toegankelijkheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> vrijearbeidsmarkt te verbeteren. Daarnaast zijn vormen <strong>van</strong> beschutte tewerkstelling en beschutwerk betrokken bij het project. Het <strong>ATLAS</strong>-project raakte gecompliceer<strong>de</strong>r, doordat spoedigna <strong>de</strong> start <strong>de</strong> verschuiving gebeur<strong>de</strong> <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n naar een complex, nieuwconcept <strong>van</strong> sociale competenties. Dat is <strong>de</strong> re<strong>de</strong>n waarom het geen verrassing is dat specifiekeevaluatie-instrumenten en trainingsmetho<strong>de</strong>n volgens dat systeem nauwelijks terug te vin<strong>de</strong>nzijn in het project. Wat opmerkelijk is aan die nieuwe metho<strong>de</strong> is dat <strong>de</strong> cliënten het centraleaandachtspunt zijn. Dat impliceert dat <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> persoonsgecentreer<strong>de</strong> planning encompetentiegebaseerd leren <strong>van</strong> Ierland een overlapping heeft in <strong>de</strong> aanpak. Even interessantis het op te merken dat <strong>de</strong> input <strong>van</strong> Oostenrijk met betrekking tot hun ontwikkel<strong>de</strong> instrumentISKIE, dat is afgeleid <strong>van</strong> het Duitse instrument MELBA, en dat ook gebaseerd is op eenon<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> competenties, voor hen herkenbaar is.Na <strong>de</strong> vastlegging <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitie <strong>van</strong> sociale competenties zijn we erin geslaagd <strong>de</strong> 62arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n te categoriseren in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong>competenties:• Is in staat passend te communiceren in een baan als ... in/bij ...;• Is in staat tij<strong>de</strong>ns het werk blijk te geven <strong>van</strong> ... in een baan als ... in/bij ...;• Is in staat positieve relaties te hebben op <strong>de</strong> werkvloer met bv. oversten en klanten ompassend te ... in een baan als ... in/bij ...;• Is in staat passen<strong>de</strong> relaties aan te gaan met collega’s ... om passend te ... in een baanals ... in/bij ...;• Is in staat zich passend op een sociaal aanvaar<strong>de</strong> manier te gedragen in een baan alsin/bij ...;125


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>• Is in staat passend zijn/haar stress efficiënt te beheersen in en baan als ... in/bij ...• Is in staat passend <strong>de</strong> algemene regels en afspraken na te komen in een baan als ... in/bij...De eerste enquête die on<strong>de</strong>r werkgevers werd gehou<strong>de</strong>n, toon<strong>de</strong> aan dat 27 <strong>van</strong> <strong>de</strong> 62 socialevaardighe<strong>de</strong>n in hoofdzakelijk 3 competenties beschouwd wor<strong>de</strong>n als “socialesleutelvaardighe<strong>de</strong>n”. Met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n is het belangrijk om arbeidsmarktgerelateer<strong>de</strong>sociale vaardighe<strong>de</strong>n steeds aan te leren, omdat <strong>de</strong> werkgevers die vereisen <strong>van</strong> hunwerknemers. Het is ook dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> werknemers meer sociale vaardighe<strong>de</strong>n moetenbeheersen als ze willen werken in een “echtere” werkomgeving.Door uit te gaan <strong>van</strong> competenties raken training en testen expliciet aan elkaar gekoppeldbinnen <strong>de</strong> contexten <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkvloer (waar <strong>de</strong> cliënten zijn). Dat betekent voor <strong>de</strong> cliëntenniet alleen dat ze vooraf weten welke taken ze samen moeten uitvoeren, maar ook hoe ze datdoel moeten bereiken, en hoe dat achteraf wordt getest. Dat heeft betekend dat concepten zoalsportfolio, persoonlijk ontwikkelingsplan, SMART en STARR ingevoerd zijn in het project, endat <strong>de</strong> trainers <strong>van</strong> <strong>de</strong> partners in hun eigen instellingen en lan<strong>de</strong>n begonnen zijn teexperimenteren met die concepten.Nog een conclusie die getrokken kan wor<strong>de</strong>n, is dat <strong>de</strong> trainers ont<strong>de</strong>kken dat cliënten somsreeds bepaal<strong>de</strong> competenties zeer goed beheersen door eer<strong>de</strong>re ervaringen. Tegelijk ont<strong>de</strong>kkentrainers dat ook zij bepaal<strong>de</strong> competenties moeten verwerven, voordat ze die nieuwe metho<strong>de</strong>kunnen toepassen op hun cliënten. Vooral in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> het jaar dat geëxperimenteerd werdmet <strong>de</strong> evaluatie-instrumenten en <strong>de</strong> aspecten <strong>van</strong> competentiegebaseerd leren, hebben <strong>de</strong>trainers meer ervaring opgedaan. Het gebruik <strong>van</strong> doelgerichte evaluatie-instrumenten wordtals belangrijk beschouwd. Het accentueert <strong>de</strong> analyse, en helpt betere doelstellingen te bepalenvoor cliënten. Dat verbetert <strong>de</strong> communicatie in het on<strong>de</strong>rsteuningsteam. Meningen <strong>de</strong>len ishier bijzon<strong>de</strong>r belangrijk. De cliënt staat centraler. In plaats <strong>van</strong> over hen te spreken wordt methen gesproken. Daardoor voelen cliënten zich belangrijker, is <strong>de</strong> aanpak meerpersoonsgecentreerd, en wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> doelstellingen we<strong>de</strong>rzijdse doelstellingen waaraan moetwor<strong>de</strong>n gewerkt. Het gebruik <strong>van</strong> logboeken door cliënten is ook zeer nuttig bevon<strong>de</strong>n. Hetverbetert <strong>de</strong> overbrengingskwaliteit, en levert een dui<strong>de</strong>lijker beeld op <strong>van</strong> het cliëntenproces.De partners stellen vast en besluiten dat ze door het <strong>ATLAS</strong>-project een meer gestructureer<strong>de</strong>aanpak hebben ontwikkeld. Het project was gericht op het <strong>de</strong>nken in competenties enevaluatie. Met competentiegebaseer<strong>de</strong> training zijn we nog niet begonnen126


Hoofdstuk 10 - Conclusions en Recommendationsdoor een gebrek aan tijd. De trainers zijn zich bewust gewor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> zowel een “train-<strong>de</strong>trainers”-aanpakin <strong>de</strong> toekomst als <strong>van</strong> hun eigen competenties. Leervormen bestu<strong>de</strong>ren kaneen goe<strong>de</strong> aanvulling zijn op competentiegebaseer<strong>de</strong> training. We beseffen dat slechts enkelepersonen in ie<strong>de</strong>re instelling <strong>de</strong>ze “nieuwe manier <strong>van</strong> <strong>de</strong>nken” bestu<strong>de</strong>erd heeft, en dat <strong>de</strong>vraag is in welke mate <strong>de</strong> managementteams bereid zijn <strong>de</strong>ze nieuwe koers te volgen.De belangrijkste raadgeving is te ont<strong>de</strong>kken in welke mate het mogelijk is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> koers teblijven volgen, en niet terug te vallen op <strong>de</strong> traditionele manier <strong>van</strong> training <strong>van</strong> cliënten. Datwil zeggen dat we die nieuwe koers willen aanbevelen op het niveau <strong>van</strong> het management, <strong>de</strong>trainer, <strong>de</strong> curriculuminhoud en <strong>de</strong> instelling.Het management <strong>van</strong> <strong>org</strong>anisaties moet beseffen wat competentiegebaseerd <strong>de</strong>nken inhoudt,en welke <strong>de</strong> gevolgen daar<strong>van</strong> zijn voor <strong>de</strong> eigen <strong>org</strong>anisatie. De aanbevelingen voormanagementteams kunnen als volgt wor<strong>de</strong>n beschreven.• Het managementteam voorziet in <strong>de</strong> tijd en financiële mid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong>rgelijk project testarten.• Het managementteam moet competentiegebaseer<strong>de</strong> training invoeren.• Eén lid <strong>van</strong> het managementteam moet hiervoor verantwoor<strong>de</strong>lijk zijn.• In <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> jaren moet een beleidsplan wor<strong>de</strong>n uitgewerkt waarin alle<strong>org</strong>anisatorische aspecten geëvalueerd wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>de</strong>competentiegebaseer<strong>de</strong> aanpak (financieel, scholing, staf, infrastructuur, enz.).De aanbevelingen voor trainers kunnen als volgt wor<strong>de</strong>n beschreven:• De training moet toegespitst wor<strong>de</strong>n op het werken met <strong>de</strong>ze metho<strong>de</strong> (bv. kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong>juiste test- en trainingsmaterialen).• Overleg tussen gelijken en we<strong>de</strong>rzijdse grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> uitwisseling <strong>org</strong>aniseren.Dat kan het proces alleen maar versnellen.• Betere kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse leervormen, en in het bijzon<strong>de</strong>r <strong>van</strong> <strong>de</strong> individuelecompetenties.• Alle actoren in <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt (ou<strong>de</strong>rs, werkgevers, sociaal werkers, enz.)actief betrekken bij het re-integratieproces, maar vooral ...• <strong>de</strong> aandacht toespitsen op <strong>de</strong> cliënt, en hem aanzien als een waardige gesprekspartnertij<strong>de</strong>ns zijn/haar opleidingstraject.Op het niveau <strong>van</strong> het curriculum bevelen we aan:• <strong>de</strong> competenties dui<strong>de</strong>lijk te beschrijven die <strong>van</strong> cliënten wor<strong>de</strong>n vereist;• <strong>de</strong> manier waarop ze getest zijn, op een dui<strong>de</strong>lijke en bewuste manier te visualiseren;127


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>• <strong>de</strong> diverse contexten waarin cliënten wor<strong>de</strong>n getraind, in het oog te hou<strong>de</strong>n;• een vlotte overgang te maken tussen testen en training, waarbij alleen gebruik wordtgemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong>len die passen in competentiegebaseer<strong>de</strong> training;• een dui<strong>de</strong>lijk on<strong>de</strong>rscheid te maken tussen sociale, beroeps- enburgerschapscompetenties.Op institutioneel niveau bevelen we aan:• <strong>de</strong> partners in <strong>de</strong> zakelijke gemeenschap te informeren over het dubbeleopleidingssysteem, en <strong>de</strong> vijf hoofdtitels <strong>van</strong> <strong>de</strong> plaats-train-behoud-metho<strong>de</strong> in het oogte hou<strong>de</strong>n: kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon en zijn/haar potentieel (beroepsprofilering), <strong>de</strong>jobsearch, jobanalyse, -matching en plaatsing, jobtraining, behoudsregelingen;• ervoor te z<strong>org</strong>en dat werknemers op voldoen<strong>de</strong> plaatsen (binnen en buiten <strong>de</strong> instelling)op die manier wor<strong>de</strong>n getraind;• het competentieprofiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek dui<strong>de</strong>lijk te beschrijven om het te kunnenvergelijken met het profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt;• om in <strong>de</strong> eerste plaats trainers hierbij te betrekken die <strong>de</strong>ze nieuwe manier <strong>van</strong> trainenon<strong>de</strong>rschrijven;• om een portfolio te ontwikkelen die voor ie<strong>de</strong>reen begrijpelijk is.Kortom, het <strong>ATLAS</strong>-project zal <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> koers moeten volgen, en als gevolg daar<strong>van</strong> zullensteeds meer cliënten <strong>van</strong> <strong>de</strong> doelgroep hun voor<strong>de</strong>el kunnen halen uit <strong>de</strong>ze aanpak, enuitein<strong>de</strong>lijk een standvastige baan vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt.Conclusies uit <strong>de</strong> case <strong>van</strong> Eric en aanbevelingen voor het werken met an<strong>de</strong>re cliëntenDoor het <strong>ATLAS</strong>-project heeft ons werk tal <strong>van</strong> interessante impulsen gekregen.Sociale competenties wor<strong>de</strong>n vergemakkelijkt door een sterke on<strong>de</strong>rsteunen<strong>de</strong> relatie en eenon<strong>de</strong>rsteunen<strong>de</strong>, begrijpen<strong>de</strong> omgeving, en ook door beschermen<strong>de</strong> processen die <strong>de</strong> capaciteit om <strong>de</strong>prestaties aan te passen aan <strong>de</strong> vereisten beïnvloe<strong>de</strong>n. Evaluaties helpen ons een betere graad <strong>van</strong>objectiviteit te bereiken.Cliënten hebben tal <strong>van</strong> capaciteiten, sterke punten en potentiëlen die vaak overschaduwd wor<strong>de</strong>n doorhun <strong>de</strong>ficits, zoals we gezien hebben in het geval <strong>van</strong> Eric. De evaluaties verduister<strong>de</strong>n Erics handicaps,en daardoor kwamen zijn capaciteiten en sterke punten op <strong>de</strong> vo<strong>org</strong>rond, en haal<strong>de</strong>n ze het overwicht opzijn tekortkomingen. Hij kreeg zelfachting, zelfvertrouwen en zelfwaar<strong>de</strong>ring, wat zijn inschatting <strong>van</strong>persoonlijke relaties beïnvloed<strong>de</strong>. Een begrijpen<strong>de</strong> omgeving maakte hem zelfzeker, en moedig<strong>de</strong> hemaan om ver<strong>de</strong>re stappen te on<strong>de</strong>rnemen in <strong>de</strong> richting <strong>van</strong> een leercontract.128


ReferentiesArgyris C. & Schon D., (1978). <strong>org</strong>anizational learning, London: Addison-Wesley.Atlas handbook (2005). Assessment packet test phase <strong>ATLAS</strong>-project.Barneveld, D. <strong>van</strong> & Damen L. (2000). Bouwstenen voor Praktijkon<strong>de</strong>rwijs PrOgress; Fontys Utrecht en SLO Ensche<strong>de</strong>.Beek, K. <strong>van</strong> (1993). To be hired or not to be hired, the employer <strong>de</strong>ci<strong>de</strong>s: relative chances of unemployed job-seekers onthe Dutch labour market, Amsterdam, UVA.Berg, J. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n & Blokhuis F. (2001). 'Kwalificatiestructuur en competentiegericht oplei<strong>de</strong>n in 'JaarboekKwalificatiestructuur 2001'. 's Hertogenbosch. Cinop.Beyer, S., He<strong>de</strong>bouw, G., & Samoy, E. (2004). LABOr Project: Reflections on Good Practice in Vocational Trainingand Employmentfor People with Learning Disabilities. <strong>www</strong>.hiva.be/docs/rapport/R931b_EN.pdf.Bielecki, J. & Swen<strong>de</strong>r, S. (2004). The assessment of social functioning in individuals with mental retardation: A review.Behavior Modification, 28, 5, 694-708.BjØrnåvold J., (2001). The changing institutional and political role of non-formal learning: European trends, 215-251,CEDEFOP.Boer, P. <strong>de</strong>n & Harms T. (1998). Sociale vaardighe<strong>de</strong>n, GION, instituut voor on<strong>de</strong>rwijson<strong>de</strong>rzoek, RijksuniversiteitGroningen.Bolhuis S.M. & Simons P. R (2001). Leren en werken. Samson, Alphen aan <strong>de</strong>n Rijn.Born W., Klarus R. & Nieskens M. (1997). Portfolio in opleiding en bedrijf: Portfolio-ontwikkeling. Een instrument voorcompetentieprofilering in opleiding en bedrijf. 's-Hertogenbosch, E2B/CINOP.Brand, H.J.M <strong>van</strong> <strong>de</strong>n. (1999). "Arbeidsintegratie door het praktijkon<strong>de</strong>rwijs" Handboek studiehuis basisvorming.Brand, H.J.M. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n (1999). "Doen is leren" Een oriëntatie op praktische en technische vaardighe<strong>de</strong>n.Brown, L., Black, D., & Downs, J. (1984). School Social Skills Rating Scale. New York: Slosson EducationalPublications.Bruggen, E. <strong>van</strong>, (1999). De combinatietraining, een sociale vaardigheidstraining voor moeilijk leren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren enjongeren, Acco.Bruininks, R., Hill, B., Weatherman, R., & Woodcock, R. (1986). Inventory for Client and Agency Planning. Allen,Texas: DLM Teaching Resources.Cal<strong>de</strong>rhead, A. (1994). Can the complexities of teaching be accounted for in terms of competences? Contrasting views ofprofessional practice from research and policy, mimeo produced for an ESRC symposium on teacher competence.129


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Carnevale, A. P., Metzer L. J. (1990). Workplace basics, San Fransisco: Jossey Bass.Chadsey-Rusch, J. (1990). Teaching social skills on the job. In F.R. Rusch (Ed.) Supported Employment: Mo<strong>de</strong>ls,Methods and Issues. Sycamore II: Sycamore Publishing Co.Citogroep (2001). Baanbreker, certificaattrajecten vmbo/bve, competentietoetsen. Arnhem Cito.Claasen, W. (2004). In: Bekwaam & Speciaal; Generiek competentieprofiel speciale on<strong>de</strong>rwijsz<strong>org</strong> WOSO, Garant,Antwerpen – Apeldoorn.Clark, G., & Patton, J. (1997). Transition Planning Inventory. Austin, TX: PRO ED.Coffield, E, (2004). Learning styles for post 16 learners, what do we know? University of Newcastle.Commission of the European Communities (2005a). Communication from the Commission to the Council, the EuropeanParliament, the European Economic and Social Committee and the Committee of the Regions: Situation of DisabledPeople in the Enlarged European Union: The European Action Plan 2006-2007 (COM(2005) 604 final). Brussels:European Commission.Commission of the European Communities (2005b). Disability mainstreaming in the European Employment Strategy.Brussels: European Commission Employment, Social Affairs and Equal Opportunities DG.Dekker, J., Klarus, R., Nieskens, M., Rozendaal, R. en Vroom, W. (1997), Accreditation of prior learning: verslag <strong>van</strong>een studiereis naar Leeds. 's-Hertogenbosch, E2B/CINOP.Demaray, M., Ruffalo, J., Busse, R., Olson, A., McManus, S., & Leventhal, A. (1995). Social skills assessment: Acomparative evaluation of six published scales. School of Psychology Review, 24, 618-671.Ford, L., Dinen, J., & Hall, J. (1984). Is there a life after placement? Education and Training of the Mentally Retar<strong>de</strong>d,26, 258-270.Greenspan, S., & Shoultz, B. (1981). Why mentally retar<strong>de</strong>d adults lose their jobs. Applied Research in MentalRetardation, 2, 23-38.Gresham, E, & Elliot, S. (1990). The Social Skills Rating System. Circle Pines, MN: American Guidance Service.Haccou, R. (1999). Een goed begin en dan doorstromen; naar an<strong>de</strong>re leerroutes <strong>van</strong> vrnbo naar roc voor risicoleerlingen.Leuven / Amersfoort, Acco.Haccou, R. (2000). 'Portfolio inzetten in het on<strong>de</strong>rwijs, het lijkt zo eenvoudig' in: Op eigen kracht...? Afhankelijkheid enspeciale on<strong>de</strong>rwijsz<strong>org</strong>. Leuven / Apeldoorn Garant.Haccou, R. (2002). 'Competentiegericht duaal leren binnen het Praktijkon<strong>de</strong>rwijs' in 'Praktijkon<strong>de</strong>rwijs in beweging'vmbo reeks nr 13 MesoConsult Tilburg.Haccou, R. (2004). Labour-market related social competences. Paper prepared for the<strong>ATLAS</strong> Project. Tilburg Fontys University for Applied Sciences.Hanley-Maxwell,C, Rusch, F.R., Chadsey-Rusch, J., & Renzaglia, A. (1986). Factors contributing to job terminations.Journal of the Association for Persons with Severe Handicaps, 11,45-52.Hatch, M. (1993). The dynamics of <strong>org</strong>anizational culture. Aca<strong>de</strong>my of Management Review, 18, 657-693.Heber, R. (1961). A manual on terminology and classification on mental retardation, Second edition. Monographsupplement to the American Journal of Mental Deficiency. Washington DC: American Association on MentalDeficiency.Kaufman, I. en Ploegmakers, J. (2006). Het geheim <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainer, <strong>de</strong> vijf hoofdingrediënten <strong>van</strong> suc-130


Referentiescesvolle trainingen. Pearson education Benelux.Korthagen, E A. J. (2001). Waar doen we het voor: op zoek naar <strong>de</strong> essentie <strong>van</strong> goed leraarschap, oratie Universiteit <strong>van</strong>Utrecht, 16-1-2001.Krug, W. (2002). Handbuch ISKIE, Inventar zur Einschätzung <strong>de</strong>r socialen Kopetenz bei erwachsenen Menschen miteiner Lernbehin<strong>de</strong>rung bzw. Mäszigen o<strong>de</strong>r leichten geistigen Behin<strong>de</strong>rung.Libet, J. M., & Lewinsohn, P. M. (1973). Concept of social skills with special reference to the behavior of <strong>de</strong>pressedpersons. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 40, 304-312.Lowe, M., & Cautela, R. (1978). A self report measure of social skill. Behavior Therapy, 9, 535-544.Mace, C., (1998). Progress in learning, A review of catania's 4th edition, Journal of applied behaviour analysis,Martin, E.J., Rusch, F.R., Lagomarcino, T.R., & Chadsey-Rusch, J. (1986). Comparison between workers who arenonhandicapped and mentally retar<strong>de</strong>d: Why they lose their jobs. Applied Research in Mental Retardation, 7,467-474.Mathews, R., Whang, P., & Fawcett, S. (1980a). Development validation of an occupational skills assessment instrument.Behavioral Assessment, 2,71-85.Mathews, R., Whang, P., & Fawcett, S. (1980b). Behavioral assessment of job-related skills: Implications for learningdisabled young adults (Research Report No.6). Lawrence: KS: The University of Kansas Institute for Research inLearning Disabilities.Mathews, R., Whang, P., & Fawcett, S. (1981). Behavioral assessment of job-related skills. Journal of EmploymentCounseling, 18,3-11.Mathews, R., Whang, P., & Fawcett, S. (1982). Behavioral assessment of occupational skills of learning disabledadolescents. Journal of Learning Disabilities, 15,38-41.Matson, J. (1995). The Matson Evaluation of Social Skills for Individuals with Severe Retardation. Baton Rouge, LA:Scientific Publishers, Inc.Matson, J., Helsel, W., Bellack, A., & Senatore, V. (1983). Development of a rating scale to access social skill <strong>de</strong>ficits inmentally retar<strong>de</strong>d adults. Applied Research in Mental Retardation, 4, 399-407.Matson, J., Le Blanc, L., & Weinheimer, B. (1999). Reliability of the Matson Evaluation of Social Skills in IndividualsWith Severe Retardation. Behavior Modification, 23,647-661.Matson, J., Rotatori, A., & Helsel, W. (1983). Development of a rating scale to measure social skills in children. TheMatson Evaluation of Social Skills with Youngsters (MESSY). Behaviour Research and Therapy, 21, 335-340.McCarney, S., & San<strong>de</strong>rson, P. (2000). Transition Behavior Scales (2nd ed.). Columbia, MO: Hawthorne EducationalServices, Inc.Menchetti, B., & Rush, F. (1988). Reliability and validity of the vocational assessment and curriculum gui<strong>de</strong>. AmericanJournal on Mental Retardation, 93, 283-289.Merrell, K. (2002). School Social Behavior Scales, 2nd Edition. Eugene, OR: Assessment-Intervention Resources.Merrell, K., & Caldarella, P. (2002). Home & Community Social Behavior Scales. Eugene, OR: Assessment-Intervention Resources.Meyer, L., Cole, D., McQuarter, R., & Reichle, J. (1990). Validation of the Assessment of social competence (ASC) forchildren and young adults with <strong>de</strong>velopmental disabilities. Journal of the Association of Persons with SevereHandicaps, 15, 57 -68.131


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Meyer, L., Reichle, J., McQuarter, R., E<strong>van</strong>s, I., Neel, R., & Kishi, G. (1985). Assessment of social competence (ASC): Ascale of social competence functions. Minneapolis: University of Minneapolis Consortium Institute.Moerman, P., Brouwer, J.J. (2005). Angelsaksen versus Rijnlan<strong>de</strong>rs, Garant.Nihira, K., Leland, H., & Lambert, N. (1993). Adaptive Behavior Scale, Second edition. Washington DC: AmericanAssociation on Mental Deficiency.Nota, L., & Soresi, S. (undated). Social ability evaluation in Adults with Mental Retardation. Padova: Department ofDevelopmental Pshychology and Socialization, Service and Research Center on Disability, Handicap and Rehabilitation.Otter, M. <strong>de</strong>n, Haassen, M. (2004). Wat je ziet ben je zelf, School Vi<strong>de</strong>o Interactie Begeleiding met Leerlingen, Garant.Øystein Spjelkavik, (2004). Supported employment in Norway, a national mainstream programme, Oslo.Perry, J. & Felce, D. (2004). Assessing work-related social skills: Existing approaches and instruments. Paper preparedfor the <strong>ATLAS</strong> Project. Cardiff University, Welsh Centre for learning disabilities.Power, C. N. (2000). Global trends in education, International Educational Journal Vol 1, No 3.Reekers, M. (2004). Coachen in het hoger beroepson<strong>de</strong>rwijs. Uitgeverij Nelissen, Soest.Reid, M., Barrington, H., & Kenney, M. (1992). Training Interventions (3rd edition). London: IPM. Rusch, E, Schutz,R., Mithaug, D., Stewart, J., & Mar, D. (1982). Vocational Assessment and Curriculum Gui<strong>de</strong>, Seattle, WA: ExceptionalEducation.Sabourin, S., Laferriere, N.,Sicuro, E, & Coallier, J.-C. (1989). Social <strong>de</strong>sirability, psychological distress, and consumersatisfaction with mental health treatment. Journal of Counselling Psychology, 36, 352-356.Salzberg, C. L., McConaughy, K., UgnugarislKraft, B., Agran, M., & Stowitschek, J. J. (1987). Behaviors of distinction:The transition from acceptable to highly-valued worker. Journal for Vocational Special Needs Education, 10,23-28.Smit, G. N. (1997). Sociale intelligentie, sociale competentie en sociale vaardighe<strong>de</strong>n. In Tomic, W. & H. T. <strong>van</strong> <strong>de</strong>rMolen (red). Intelligentie en sociale competentie. Lisse: Swets en Zeitlinger.Sommen, E.M. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r., Klaassen, L.E. & Bruggink, M.S.M. (1992). Sociale vaardigheidstraining voor jongeren (SVJ).Amersfoort/Leuven: Acco.Sparrow, S., Balla, D., & Cicchetti, D. (1984). Vineland Adaptive Behavior Scales: Survey form manual. Circle Pines,Minnesota: American Guidance Service.Schumaker, J., & Hazel, J. (1984). Social skills assessment and training for the learning disabled: Who's on first andwhat's on second? Part 1. Journal of Learning Disabilities, 17,422-430.Spencer, L.M. & Spencer, S.M. (1993). Competence at work, mo<strong>de</strong>ls for superior performance, New York, John Wiley& sons.Spies, H., Vanschoren, J., (2005). Handboek voor trajectbegelei<strong>de</strong>rs sociale activering, arbeidsintegratie en activeren<strong>de</strong>hulpverlening, Jan <strong>van</strong> Arkel.Stephens, T., & Arnold, K. (1992). Social Behavior Assessment Inventory: Professional Manual. O<strong>de</strong>ssa, FL:Psychological Assessment Resources, Inc.Storey, K., & Lengyel, L. (1992). Strategies for increasing interactions in supported employment settings: A review.Journal of Vocational Rehabilitation, 2, 46-57.132


ReferentiesTrower, P., Bryant, B., & Argyle, M. (1978). Social Skills and Mental Health. Pittsburgh: University of Pittsburgh Press.Waksman, S. (1985). The Waksman Social Skills Rating Scale. Portland, OR: ASIEP Eduacation. Walker, H., &McConnel, S. (1995). Walker-McConnell Scale of Social Competence and School Adjustment. Behnont, CA: ThomsonPublishing Company.Wayne, S., & U<strong>de</strong>n, R. (1995). Effects of impression management on performance ratings: A longitudinal study.Aca<strong>de</strong>my of Management Journal, 38, 232-260.Weggeman, M. (1997). Kennismanagement, inrichting en besturing <strong>van</strong> kennisintensieve <strong>org</strong>anisaties. Schiedam,Scriptum.Wehman, P., Hill, J. W., Wood, W., & Parent, W. (1987). A report on competitive employment histories of personslabeled severely mentally retar<strong>de</strong>d. Journal of the Association for Persons with Severe Handicaps, 12, 11-17.Wil<strong>de</strong>meersch, D., (2000). Balancing competencies, K.U. Leuven.Winnubst, Th. (1991). VSO Arbeidsorientatie 's-Hertogenbosch KPC-groep.Witteman, H.dr. (2001). In: Tijdschrift voor het Hoger On<strong>de</strong>rwijs en Management, I.133


134


Bijvoegsel 1Informatie over <strong>de</strong>partnersSterk in Werk - Koraal Groep (Projectpromotor) [NL]Sterk in Werk is een onafhankelijke dochter<strong>org</strong>anisatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Koraal Groep. De KoraalGroep biedt inclusiez<strong>org</strong>, on<strong>de</strong>rwijs, jobcoaching, observatie, diagnose en behan<strong>de</strong>ling indiverse gespecialiseer<strong>de</strong> diensten.MissieHet hoofdadagio <strong>van</strong> <strong>de</strong> Koraal Groep is <strong>de</strong> aandacht voor <strong>de</strong> cliënt: <strong>de</strong> cliënt staat centraal inhet hele proces. De missie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Groep is mensen met een beperking op een professionelemanier te on<strong>de</strong>rsteunen en raad te geven, uitgaan<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoonlijke no<strong>de</strong>n en vereisten<strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten. Dankzij die dialoog kan <strong>de</strong> Koraal Groep werken aan <strong>de</strong> ontwikkeling en <strong>de</strong>unieke aard <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>re persoon.OpiniePersonen met een handicap moeten zelf naar voren brengen wat volgens hen belangrijk is voor<strong>de</strong> volle ontwikkeling <strong>van</strong> hun leven. De Koraal Groep maximaliseert <strong>de</strong> kansen <strong>van</strong> personenmet een handicap, en streeft naar volle <strong>de</strong>elname <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>reen aan <strong>de</strong> samenleving. De stafspeelt een belangrijke rol in dat proces, en daarom is het belangrijk dat alle stafle<strong>de</strong>nvoldoen<strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n krijgen om zichzelf te ontwikkelen.135


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>StrategieOm zowel <strong>de</strong> bovenstaan<strong>de</strong> missie als opinie te kunnen verwezenlijken werkt <strong>de</strong> Koraal Groep<strong>van</strong>uit 4 verschillen<strong>de</strong>, doch on<strong>de</strong>rling verbon<strong>de</strong>n perspectieven:• <strong>de</strong> cliënt: <strong>van</strong>uit en volledig serviceconcept; voor ie<strong>de</strong>re cliënt wordt 1 algemeen planontwikkeld met doelstellingen en metho<strong>de</strong>n;• <strong>de</strong> stafle<strong>de</strong>n vormen <strong>de</strong> belangrijkste “instrumenten” om <strong>de</strong> doelstellingen te realiseren;• <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie: dankzij nauwe samenwerking binnen <strong>de</strong> overkoepelen<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie is hetmogelijk om voor alle individuele cliënten nieuwe regelingen te ontwikkelen;• <strong>de</strong> financiën: streven naar optimaal gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse (financiële) mid<strong>de</strong>len.De Koraal Groep werkt voor alle mensen en alle leeftij<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> provincies Limburg enNoord-Brabant (Ne<strong>de</strong>rland). Het is <strong>de</strong> bedoeling kleinschalige diensten aan te bie<strong>de</strong>n zowel opregionaal als regio-overschrij<strong>de</strong>nd niveau.Sterk in werkSterk in Werk is een dienst met een eigen bestuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> Koraal Groep, en streeft naar volle<strong>de</strong>elname <strong>van</strong> mensen met leerbeperkingen en gedragsmoeilijkhe<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> arbeidsmarkt.Daarvoor wordt een intensief en individueel arbeidsreïntegratietraject gebruikt dat gebaseerdis op een geïntegreer<strong>de</strong> aanpak.Sterk in Werk biedt diensten aan voor:• jobintegratie;• evaluatie;• beroepstraining;• jobcoaching.Alle informatie over Sterk in Werk en <strong>de</strong> Koraal Groep is verkrijgbaar bij:Sterk in WerkPostbus 405280 AA BoxtelNe<strong>de</strong>rlandTel. (+31) 411 652481Fax (+31) 411 652 304e-mail info@sterkinwerk.koraalgroep.nlinternet <strong>www</strong>.koraalgroep.nlContactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen Sterk in Werk:• <strong>de</strong> heer Ben <strong>van</strong> Hamond (Projectpromotor);• <strong>de</strong> heer Willem Klok.136


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersEuropean Association of Service provi<strong>de</strong>rs for Personswith Disabilities - EASPD (Projectcoördinator) [EUR]De European Association of Service Provi<strong>de</strong>rs for Persons with Disabilities (EASPD)bevor<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> gelijkmaking <strong>van</strong> <strong>de</strong> kansen voor mensen met een handicap door efficiënteservicesystemen <strong>van</strong> hoogstaan<strong>de</strong> kwaliteit in Europa. EASPD vertegenwoordigt momenteelom en bij 8.000 dienstverlenings<strong>org</strong>anisaties in heel Europa en voor alle handicaps.Het werk <strong>van</strong> EASPD berust op vier pijlers:• IMPACT door het opvolgen <strong>van</strong>, het reageren op en het beïnvloe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese beleidsvormen;− ter on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> <strong>de</strong> pijler IMPACT richtte EASPD vier permanente commissiesop:• <strong>de</strong> Permanente Commissie voor Werkgelegenheid;• <strong>de</strong> Permanente Commissie voor On<strong>de</strong>rwijs;• <strong>de</strong> Permanente Commissie voor Uitbreiding;• <strong>de</strong> Beleidsimpactgroep (impact op het Europese beleid inzake <strong>de</strong>gehandicaptensector);• INNOVATIE door het ontwikkelen <strong>van</strong> en <strong>de</strong>elnemen aan actieon<strong>de</strong>rzoek om <strong>de</strong>dienstverlening en <strong>de</strong> inclusie <strong>van</strong> mensen met een handicap te verbeteren;− EASPD gelooft sterk in evi<strong>de</strong>nce-based ontwikkelingen, en neemt daarom <strong>de</strong>el aantal <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoeks- en actieprojecten toegespitst op diverse thema’s zoalstoegankelijkheid, beschikbaarheid, betaalbaarheid en aanpasbaarheid <strong>van</strong> diensten,beroepsopleiding, on<strong>de</strong>rwijs en tewerkstelling, beleidsimpactevaluatie, veran<strong>de</strong>ringenin <strong>de</strong> sector, ...• INFORMATIE door aan <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n actueel nieuws te verstrekken over <strong>de</strong>beleidswijzigingen in heel Europa, <strong>de</strong> financieringsmogelijkhe<strong>de</strong>n en opportuniteiten omte netwerken met le<strong>de</strong>n en an<strong>de</strong>re aanverwante <strong>org</strong>anisaties;− één of twee keer per jaar <strong>org</strong>aniseert EASPD een projectontwikkelingsworkshop omle<strong>de</strong>n <strong>de</strong> mogelijkheid te bie<strong>de</strong>n samen te werken aan nieuwe, innovatieveprojecti<strong>de</strong>eën.137


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Geregel<strong>de</strong> nieuwsflashes hou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n geïnformeerd over <strong>de</strong> Europesebegrotingsposten en projectprogramma’s betreffen<strong>de</strong> wijzigingen op Europees niveau(<strong>de</strong> EU-wetgeving die <strong>de</strong> sector betreft).Als ngo, die gevestigd is in Brussel, en als Europees netwerk dat <strong>de</strong> belangenvertegenwoordigt <strong>van</strong> nagenoeg 8.000 dienstverleners in heel Europa, is het voor EASPDbelangrijk over een sterk netwerk te beschikken, en haar rol te spelen als één <strong>van</strong> <strong>de</strong>belangrijkste belanghebben<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> Europese gehandicaptensector:• EASPD heeft een <strong>de</strong>elnemingsstatuut in <strong>de</strong> Raad <strong>van</strong> Europa, en is actief lid <strong>van</strong> <strong>de</strong>INGO-groeperingen voor Gezondheid en Sociale Cohesie.• EASPD heeft een zetel in <strong>de</strong> High Level Group on Discapacity <strong>van</strong> <strong>de</strong> EuropeseCommissie.• EASPD neemt <strong>de</strong>el aan het werk <strong>van</strong> <strong>de</strong> Discapacity Intergroup <strong>van</strong> het Europeseparlement.• EASPD is waarnemer in <strong>de</strong> Liaison Group met <strong>de</strong> ge<strong>org</strong>aniseer<strong>de</strong> burgergemeenschap<strong>van</strong> het Europese Economische en Sociale Comité.• EASPD heeft geregel<strong>de</strong> contacten met <strong>de</strong> gehandicapteneenhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> zowel <strong>de</strong> EuropeseCommissie als <strong>de</strong> Raad <strong>van</strong> Europa.• EASPD is volwaardig lid <strong>van</strong> het Platform <strong>van</strong> Sociale ngo’s.• EASPD is waarnemer in het netwerk Business en Discapacity.Alle informatie over EASPD is verkrijgbaar bij:EASPDOu<strong>de</strong>rgemlaan / Avenue d’Au<strong>de</strong>rghem 631000 BrusselsBelgiëTel. (+32) 2 282 46 10Fax (+32) 2 230 72 33E-mail info@easpd.beInternet <strong>www</strong>.easpd.<strong>org</strong>Contactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen EASPD:<strong>de</strong> heer Jelle Reynaert (Projectcoördinator)138


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersFontys OSO (wetenschappelijke partner) [NL]Fontys Opleidingscentrum Speciale On<strong>de</strong>rwijsz<strong>org</strong> (OSO) is één <strong>van</strong> <strong>de</strong> 38 instituten <strong>van</strong> <strong>de</strong>Fontys Hogeschool Toegepaste Wetenschappen. Fontys OSO telt momenteel ongeveer 4.000stu<strong>de</strong>nten met rele<strong>van</strong>te werkervaringen die bevoegd zijn om les te geven. De stu<strong>de</strong>ntenwor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rsteund door zowat 450 docenten en on<strong>de</strong>rzoekers. De staf is ver<strong>de</strong>eld in 11teams, en on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in beroepsopleiding <strong>van</strong> lager, bijzon<strong>de</strong>r, gevor<strong>de</strong>rd en hoog niveau.Fontys OSO werkt ook op het niveau <strong>van</strong> actieon<strong>de</strong>rzoek en evaluatief optre<strong>de</strong>n.Vanaf 2007 biedt Fontys OSO aan zijn stu<strong>de</strong>nten een masterdiploma in specialeon<strong>de</strong>rwijsno<strong>de</strong>n (SON). De aca<strong>de</strong>mische mastergraad in SON wordt ge<strong>org</strong>aniseerd insamenwerking met <strong>de</strong> Roehampton University in London.Fontys OSO gaat (zowel praktisch als theoretisch) dieper in op <strong>de</strong> problemen dieberoepspersonen tegenkomen op het werkterrein. On<strong>de</strong>rwijsontwikkeling is het belangrijksteaandachtspunt en het uitgangspunt voor on<strong>de</strong>rwijs, on<strong>de</strong>rsteuning en on<strong>de</strong>rzoek. Fontys OSOwerkt voor het meren<strong>de</strong>el op het terrein <strong>van</strong> het bijzon<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>rwijs en <strong>de</strong> overgang naarwerk, wonen en vrije tijd. Ontwikkelingen met betrekking tot inclusie encompetentiegebaseerd on<strong>de</strong>rwijs staan centraal in dat werk.Alle informatie over Fontys OSO is verkrijgbaar bij:Fontys OSOPostbus 909035000 GD TilburgNe<strong>de</strong>rlandTel. (+31) 650 678 086Fax (+31) 877 875 900E-mail R.Haccou@fontys.nlInternet <strong>www</strong>.fontys.nl/oso139


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Contactpersoon voor <strong>ATLAS</strong> binnen Fontys OSO:• <strong>de</strong> heer Ronald Haccou.140


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersUniversity Of Cardiff - Welsh Centre for Learning Disabilities(wetenschappelijke partner) [VK]Het Welsh Centre for Learning Disabilities is een multidisciplinaire, aca<strong>de</strong>mische af<strong>de</strong>ling <strong>van</strong>het Department of Psychological Medicine aan <strong>de</strong> School of Medicine aan <strong>de</strong> Universiteit <strong>van</strong>Cardiff. Het is gesitueerd binnen een bre<strong>de</strong>re aca<strong>de</strong>mische groepering, het Centre for HealthSciences Research. Het werd opgericht in 1975, en brengt een kennisbereik bijeen in klinischepraktijk, on<strong>de</strong>rzoek, on<strong>de</strong>rwijs en dienstenontwikkeling die verband hou<strong>de</strong>n met tal <strong>van</strong>aspecten <strong>van</strong> het leven <strong>van</strong> mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap.Het werk <strong>van</strong> het Welsh Centre for Learning Disabilities erkent het recht <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>reen opleven, zelfbeschikking en gelijkheid <strong>van</strong> kansen op gezondheid, ontwikkeling en voldoening.Het streeft naar bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> het welzijn <strong>van</strong> mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap enhun gezinnen. Het on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het centrum is gericht op een betere kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong>:• sociale situatie en het welzijn <strong>van</strong> mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap en hungezinnen doorheen hun leven, en <strong>de</strong> manieren waarop persoonlijke enomgevingsverschillen hun levenservaring en -kwaliteit beïnvloe<strong>de</strong>n;• relaties tussen service-inputs en -processen en het sociale en persoonlijke welzijn <strong>van</strong>mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap en hun gezinnen;• manier waarop het efficiënt ontwerpen <strong>van</strong> diensten en efficiënte werkmetho<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>praktijk verspreid kunnen wor<strong>de</strong>n.Inherent aan <strong>de</strong>ze doelstellingen is een streven om <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n en on<strong>de</strong>rsteuning tei<strong>de</strong>ntificeren die lei<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n en ervaring, goe<strong>de</strong> gezondheid,een verbreding <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale relaties, uiteenlopen<strong>de</strong> en constructieve activiteit, keuze enautonomie en betere sociale reputatie en zelfi<strong>de</strong>ntiteit.141


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Alle informatie over het Welsh Centre for Learning Disabilities is verkrijgbaar bij:WCLDNeuadd MeirionnyddHeath ParkCardiff CF14 4YSVerenigd KoninkrijkTel. (+44) 29 20687204Fax (+44) 29 20687100E-mail wcldoffice@cf.ac.ukInternet <strong>www</strong>.cardiff.ac.uk/Contactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen WCLD:• Prof. Dr. David Felce;• <strong>de</strong> heer Jonathan Perry.142


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersFundatia Alpha Transil<strong>van</strong>a [RO]Alpha Transil<strong>van</strong>a Foundation is een niet-gouvernementele, humanitaire enliefdadigheids<strong>org</strong>anisatie die losstaat <strong>van</strong> politieke, etnische, rassen- en godsdienstfactoren, engeen patrimoniaal doel heeft, en zich tot doel stelt personen met lichamelijke, geestelijke ensociale moeilijkhe<strong>de</strong>n en an<strong>de</strong>re categorieën <strong>van</strong> min<strong>de</strong>r bevoorrechte personen te helpen.In 2005 werd <strong>de</strong> Alpha Transil<strong>van</strong>a Foundation door <strong>de</strong> Roemeense regering geaccrediteerdvoor het verstrekken <strong>van</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> diensten:• preventie <strong>van</strong> moeilijke situaties;• recuperatie- en rehabilitatiediensten;• sociaal-medische bejaar<strong>de</strong>nz<strong>org</strong>;• on<strong>de</strong>rsteuning en oriëntering voor beroepsintegratie, heraanpassing en herscholing;• maatregelen en acties die bedoeld zijn om moeilijke of kwetsbare situaties te lenigen.Alpha Transil<strong>van</strong>a bestaat uit:• IMPULS: centrum voor <strong>de</strong> preventie en vroege interventie voor neuro-psychomotorischebeperkingen (sinds 2003);• PERSEVERANTA: dagverz<strong>org</strong>ings- en recuperatiecentrum voor kin<strong>de</strong>ren met neuropsychomotorischebeperkingen;• ATRIUM: beroepsoriënterings- en -opleidingscentrum voor jonge volwassenen met eenhandicap;• TlMURAL: vennootschap met beperkte aansprakelijkheid – beschutte unit;• “Alpha”: resourcecentrum voor ngo’s;• “Alpha”: medisch-sociale hulpverleningsdienst;• SAMSA: medische en sociale hulpverleningdiensten: thuisverz<strong>org</strong>ingsdiensten voorbejaar<strong>de</strong>n.143


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Alle informatie over Fundatia Alpha Transil<strong>van</strong>a is verkrijgbaar bij:Fundatia Alpha Transil<strong>van</strong>aAleea Vrancea 1Tirgu-Mures 540517RoemeniëTel. (+40) 265 255385Fax (+40) 265 255385E-mail office@alphatransil<strong>van</strong>a.roInternet <strong>www</strong>.alphatransil<strong>van</strong>a.comContactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen Fundatia Alpha Transil<strong>van</strong>a:• mevrouw Eva Györki Toth;• mevrouw Banga Erzsebeth.144


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersHealth Service Executive North West [IE]De Health Service Executive staat in voor <strong>de</strong> verstrekking <strong>van</strong> gezondheids- en persoonlijkesociale diensten aan ie<strong>de</strong>reen die in <strong>de</strong> Republiek Ierland woont. Zoals bepaald in <strong>de</strong> HealthAct of 2004 is <strong>de</strong> doelstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> Executive <strong>de</strong> beschikbare mid<strong>de</strong>len op <strong>de</strong> meestvoor<strong>de</strong>lige, efficiënte en effectieve manier te gebruiken om <strong>de</strong> gezondheid en het welzijn <strong>van</strong>het publiek te verbeteren, te bevor<strong>de</strong>ren en te beschermen. De HSE is nu <strong>de</strong> enige instellingdie ervoor moet z<strong>org</strong>en dat ie<strong>de</strong>reen toegang krijgt tot kostenefficiënte gezondheids- enpersoonlijke sociale diensten <strong>van</strong> constant hoogstaan<strong>de</strong> kwaliteit. De dienst moet wor<strong>de</strong>nverleend door optimaal gebruik te maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len die toegekend wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong>regering.De HSE verstrekt duizen<strong>de</strong>n verschillen<strong>de</strong> diensten in ziekenhuizen en gemeenschappen in hethele land. Die diensten gaan <strong>van</strong> verpleegsters <strong>van</strong> <strong>de</strong> openbare gezondheid, die ou<strong>de</strong>remensen in <strong>de</strong> gemeenschap, behan<strong>de</strong>len tot z<strong>org</strong> voor kin<strong>de</strong>ren met gedragsmoeilijkhe<strong>de</strong>n, <strong>van</strong>mensen aanleren hoe ze gezon<strong>de</strong>r moeten leven tot <strong>de</strong> uitvoering <strong>van</strong> zeer complexehersenchirurgie, <strong>van</strong> <strong>de</strong> planning voor grote noodsituaties tot het beheersen <strong>van</strong> <strong>de</strong>verspreiding <strong>van</strong> besmettelijke ziekten.De Ierse Health Service Executive heeft aan het <strong>ATLAS</strong>-project <strong>de</strong>elgenomen via <strong>de</strong>aanverwante <strong>org</strong>anisatie “Donegal Cheese”.Donegal CheeseDonegal Cheese is “een <strong>org</strong>anisatie voor plattelandsontwikkeling en plaatselijke coöperatie”met als doel een revitalisering tot stand te brengen <strong>van</strong> afgelegen plattelandsgebie<strong>de</strong>n met eenspeciale klemtoon op <strong>de</strong> “bottom-up”-bena<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> een gemeenschap op basis <strong>van</strong>ontwikkelingsinitiatief. Donegal Cheese wordt gemaakt door een plaatselijk partnerschap datbestaat uit een officiële instantie, <strong>de</strong> Health Service Executive West, een privévennootschap,Donegal Creameries, en een vrijwilligers<strong>org</strong>anisatie, <strong>de</strong> lnishowen Branch of Schizophrenia ofIerland, die alle gevestigd zijn in <strong>de</strong> omgeving, en hun eigen gebied wensen te ontwikkelenvolgens hun eigen prioriteiten. De hoofdbedoeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie is mid<strong>de</strong>len te creërenvoor mensen <strong>de</strong> gemarginaliseerd zijn door <strong>de</strong>145


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>afgelegen ligging <strong>van</strong> hun plaats en door <strong>de</strong> onmogelijkheid om werk te vin<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> moeitewaard, respectabel en winstgevend is. Het project geeft opleiding, en voorziet inwerkgelegenheid voor mensen met een handicap.Alle informatie over Health Service Executive North West en Donegal Cheese is verkrijgbaarbij:Donegal CheeseIDA Industrial EstateLisfannon - BuncranaCo DonegalIerlandTel (+353) 74 9363690Fax (+353) 74 9363692E-mail peter.canning@mailb.hse.ieInternet <strong>www</strong>.donegalcheese.com en <strong>www</strong>.hse.ieContactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen <strong>de</strong> HSE:• <strong>de</strong> heer Peter Canning;• mevrouw Sheila Gill;• mevrouw Cathy McDermot.146


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersLebenshilfe Tirol [AU]Lebenshilfe Tirol werd opgericht in 1963, en is een lid <strong>van</strong> <strong>de</strong> overkoepelen<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatieLebenshilfe Oostenrijk. Lebenshilfe behartigt <strong>de</strong> belangen <strong>van</strong> mensen met een verstan<strong>de</strong>lijkeof meer<strong>de</strong>re handicaps, en biedt een bre<strong>de</strong> waaier <strong>van</strong> diensten aan die gericht zijn op <strong>de</strong>wensen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten. Lebenshilfe Tirol is <strong>de</strong> grootste sociale dienstverlener in <strong>de</strong> regio, enook één <strong>van</strong> <strong>de</strong> grootste werkgevers in het algemeen. Het werk bestaat uit het verstrekken <strong>van</strong>gratis advies tot <strong>de</strong> inclusie <strong>van</strong> personen met een handicap in <strong>de</strong> (open) arbeidsmarkt.Lebenshilfe Tirol heeft haar diensten kwantitatief en kwalitatief uitgebreid sinds haaroprichting. Nu bestaat <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie uit 74 instellingen en 43 tehuizen: meer dan 1400personen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap of met meer<strong>de</strong>re beperkingen maken gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong>diensten (<strong>van</strong> wie het meren<strong>de</strong>el volwassenen).Lebenshilfe Tirol verstrekt diensten in drie sectoren:• hulp voor kleine kin<strong>de</strong>ren: voor 250 gezinnen met kin<strong>de</strong>ren met een handicap (<strong>van</strong> 1 tot 6jaar) - 4 integratieve kin<strong>de</strong>rgartens;• woondiensten: voor 350 cliënten - in appartementen tot 3 of huizen tot 9 personen;• arbeidsgerelateer<strong>de</strong> diensten: 850 cliënten in 40 verschillen<strong>de</strong> locaties in heel Tirol;• beroepsopleiding, jobcoaching, beschutte werkplaatsen.Alle informatie over Lebenshilfe Tirol is verkrijgbaar bij:Lebenshilfe Tirol gemeinnützige GmbHAn<strong>de</strong>chsstrasse 52 e6020 InnsbruckOostenrijkTel. (+43) 512343421E-mail office@tirol.lebenshilfe.atInternet <strong>www</strong>.tirol.lebenshilfe.at147


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Contactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen Lebenshilfe Tirol:• <strong>de</strong> heer Johannes Ungar;• mevrouw Vera Sokol;• mevrouw Angelika Range;• <strong>de</strong> heer Walter Krug.148


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersMeledoni [GR]Meledoni is een overkoepelen<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie <strong>van</strong> zes centra die diensten verstrekken aanmensen met leermoeilijkhe<strong>de</strong>n. Vier <strong>van</strong> die diensten zijn gevestigd in of nabij Athene, één inThessaloniki en één in Galxidi. De aangebo<strong>de</strong>n diensten bestaan on<strong>de</strong>r meer uitberoepsopleiding voor mensen met leermoeilijkhe<strong>de</strong>n en beschutte tewerkstelling. Drie centraverlenen een dienst voor begeleid werk voor wie een baan wenst in <strong>de</strong> open, betaal<strong>de</strong>tewerkstelling. Momenteel bie<strong>de</strong>n twee centra woondiensten, terwijl an<strong>de</strong>re zich nog in hetplanningstadium bevin<strong>de</strong>n.Meledoni nam <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> <strong>ATLAS</strong>-<strong>org</strong>anisatie via twee lid<strong>org</strong>anisaties: Margarita en K.E.A.Beroepsopleidingscentrum voor speciale no<strong>de</strong>n “Margarita”Het Beroepsopleidingscentrum voor speciale no<strong>de</strong>n “Margarita” biedt beroepsopleiding enwerkervaring voor jonge mensen met lichte of matige leerbeperkingen. Het werd opgericht in1979 door <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r <strong>van</strong> een kind met speciale no<strong>de</strong>n, en biedt nu plaats voor 100 personen.Het doel <strong>van</strong> het centrum is leerlingen voor te berei<strong>de</strong>n op een volledig en interessant levendoor hen te helpen zo bevredigend en zelfstandig mogelijk te leven en te werken.4-6 Mesolonghiou Street, Nea Pen<strong>de</strong>li, Athene 152 36, Griekenland -<strong>www</strong>.margaritacentre.<strong>org</strong> – Tel.(+30) 210 613 3481Kentro Eidikis Agofis (Centrum voor Bijzon<strong>de</strong>r On<strong>de</strong>rwijs)K.E.A. is actief als on<strong>de</strong>rwijscentrum voor mensen met leermoeilijkhe<strong>de</strong>n. Het centrum werdin 1982 opgericht in <strong>de</strong> streek <strong>van</strong> Thessaloniki op initiatief <strong>van</strong> ou<strong>de</strong>rs met kin<strong>de</strong>ren met eengeestelijke handicap, op dat ogenblik met <strong>de</strong> bedoeling in te staan voor <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsno<strong>de</strong>n enbeperkingen <strong>van</strong> hun kin<strong>de</strong>ren. K.E.A. biedt diverse programma’s die verband hou<strong>de</strong>n metbasisleerbehoeften, werkopleidingsprogramma’s, en ook advies- en on<strong>de</strong>rsteuningsdienstenvoor personen en hun gezinnen. Het149


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>hoofddoel <strong>van</strong> het globale programma is werkgelegenheid te creëren voor <strong>de</strong> ongeveer 80personen met leerbeperkingen die het centrum dagelijks bezoeken.T: 20055 T.K 55110, KALAMARlA-THESSALONICA, GRIEKENLAND - <strong>www</strong>.keathe.grTel. (+ 30) 2310 453107Alle informatie over Meledoni is verkrijgbaar bij:13, S. Nikolacopoulou street15451, Neo PsichicoGriekenlandTel. (+30)106726945Fax (+30) 106748084E-mail eseepa@otenet.grInternet ww.meledoni.grContactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen Meledoni:• <strong>de</strong> heer Tommy Papp;• <strong>de</strong> heer Angelos Koutoumanos;• mevrouw Margarita Efraimidou.150


Bijvoegsel 1 - Informatie over <strong>de</strong> partnersPluralistisch Platform Gehandicaptenz<strong>org</strong> [BE]Het PPG is een overkoepelen<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie <strong>van</strong> 150 dienstverleners voor personen met eenhandicap in Vlaan<strong>de</strong>ren (België). Als fe<strong>de</strong>ratie is het PPG actief op het vlak <strong>van</strong> lobbyen,adviesverstrekking aan lid<strong>org</strong>anisaties en projectmanagement. Het PPG on<strong>de</strong>rsteunt zijn le<strong>de</strong>nin hun beleidsvorming, en biedt hen een netwerk in heel Vlaan<strong>de</strong>ren.Vijf verschillen<strong>de</strong> lid<strong>org</strong>anisaties <strong>van</strong> het PPG hebben meegewerkt aan het Atlas-project. Deoverkoepelen<strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie zelf was verantwoor<strong>de</strong>lijk voor <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie, on<strong>de</strong>rsteuning enhet financiële beheer, het UCBO was verantwoor<strong>de</strong>lijk voor <strong>de</strong> nationale projectcoördinatie.De Vlaamse partners:• UCBO-Universiteit Gent: Het UCBO is een beroepsopleidingscentrum voor volwassenenmet een fysieke, psychische, sensoriële of lichte mentale handicap of voor personen meteen niet-aangeboren hersenletsel, dat verbon<strong>de</strong>n is aan <strong>de</strong> Universiteit Gent.• De Ploeg: De Ploeg is een centrum voor beroepsopleiding, en geeft training op <strong>de</strong>werkvloer aan volwassenen met een beperking (mentaal, fysiek, psychisch of sensorieel).• Jobburo: Jobburo biedt aan mensen met een handicap die moeilijk normaal werk kunnenvin<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> kans om als vrijwilliger te werken in <strong>de</strong> maatschappij.• MPI Wagenschot: MPI Wagenschot is een internaat voor jongeren tussen 10 en 21 jaarmet ontwikkelingsproblemen: gedrags- of emotionele problemen of/en een verstan<strong>de</strong>lijkehandicap of/en leerproblemen.• De Ekker:‘t Werkbureau is een dienst voor beschutte tewerkstelling, die gesubsidieerdwordt door <strong>de</strong> Vlaamse regering. Het doel <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie is <strong>de</strong> levenskwaliteit teverbeteren <strong>van</strong> mensen met een handicap door hen te on<strong>de</strong>rsteunen om <strong>de</strong>el te nemen aan<strong>de</strong> maatschappij via werkactiviteiten.151


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Alle informatie over PPG is verkrijgbaar bij:PPG - Pluralistisch Platform Gehandicaptenz<strong>org</strong> vzwJunostraat 322600 Berchem (Antwerpen)BelgiëTel. (+32)33664996Fax (+32) 33664997E-mail post@ppg.beInternet <strong>www</strong>.ppg.beContactpersonen voor <strong>ATLAS</strong> binnen PPG:• <strong>de</strong> heer Jos Sterckx;• mevrouw Judy Morsa.152


Bijvoegsel 2Overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competentiesen vaardighe<strong>de</strong>n, waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong>werkgeverswaar<strong>de</strong>ringen <strong>van</strong> hetbelang <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>nVolgens 5 <strong>van</strong> <strong>de</strong> 6 percentages boven 60 %Het bedrijf biedt banen voor mensenmet een handicap inBeschut werkBeschuttetewerkstellingVrije arbeidGroenLichte industrieDienstenSterrensectoren †Sterren vrijearbeidsmarkt ††A Communicatie: is in staat1 informatie te geven2 informatie te vragen3 te luisteren naar iemand die spreekt(oogcontact)4 te luisteren naar instructies ofvragen5 te luisteren naar een gesprek6 te antwoor<strong>de</strong>n in een gesprek7 een gesprek te beëindigen/ <strong>van</strong>on<strong>de</strong>rwerp te veran<strong>de</strong>ren8 zijn beurt af te wachten (an<strong>de</strong>renlaten uitspreken alvorens teon<strong>de</strong>rbreken)9 een gesprek te beginnen10 gepaste lichaamstaal/non-verbalecommunicatie te gebruiken61 62 70 * *62 79 74 65 78 *** **69 65 81 81 80 ** ***79 74 95 65 94 83 *** ***65 64 *70 76 73 * ***73 65 *BIs in staat tij<strong>de</strong>ns het werk11 gevoel voor verantwoor<strong>de</strong>lijkheid tetonen12 gevoel voor initiatief te tonen13 gemotiveerd te zijn14 een planning te volgen of planmatigte werken15 zelfstandig te werken16 loyaliteit te tonen naar <strong>de</strong> baan enhet bedrijf17 bereidheid te tonen om te luisterenen te leren18 richtlijnen en gezag teaanvaar<strong>de</strong>n/te geven79 70 86 84 83 ** ***64 68 * *72 74 86 61 81 80 *** ***62 69 75 * *61 67 70 * *62 83 86 78 68 78 * ***82 87 93 65 94 93 *** ***76 73 64 68 68 72 *** *153


Het bedrijf biedt banen voor mensen meteen handicap inBeschut werkBeschuttetewerkstellingVrije arbeidGroenLichte industrieDienstenSterrensectoren †Sterren vrijearbeidsmarkt††C Is in staat positieve relaties te hebben op <strong>de</strong> werkvloer met bv. oversten en klanten19 belangrijke personen te i<strong>de</strong>ntificerenom mee te spreken/naar te luisteren20 te weten wanneer er toestemmingmoet gevraagd wor<strong>de</strong>n21 te weten wanneer zich teverontschuldigen22 vrien<strong>de</strong>lijk te zijn tegen klanten23 <strong>de</strong> regels en afspraken na te leven24 <strong>de</strong> vertrouwelijkheidsregels na televen25 eerlijk, open en realistisch te zijnover <strong>de</strong> eigen mogelijkhe<strong>de</strong>n70 76 65 70 ** **72 96 90 83 71 93 *** ***69 87 90 78 74 85 *** ***79 96 76 78 70 90 *** **87 87 98 87 97 90 *** ***68 73 69 * **61 81 61 65 60 *** ***D Is in staat passen<strong>de</strong> relaties aan te gaan met collega’s26 samen te werken met collega’s27 hulp en on<strong>de</strong>rsteuning te vragenwanneer nodig28 verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personenop <strong>de</strong> werkvloer te i<strong>de</strong>ntificerenzich sociaal aan te passen aan <strong>de</strong>29verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personen(weten hoe men iemand kanaanspreken, formeel/informeel)op <strong>de</strong> hoogte te zijn <strong>van</strong> bepaal<strong>de</strong>30werkplaatsconventies en die nietovertre<strong>de</strong>n31 interesse te tonen voor collega’s32 gefaseer<strong>de</strong> zelfbekendmaking tebeoor<strong>de</strong>len (weten wanneer en wathij over zichzelf aan mensen mag61vertellen)33 gefaseer<strong>de</strong> aan an<strong>de</strong>ren gevraag<strong>de</strong>zelfbekendmaking te beoor<strong>de</strong>len(weten wanneer men persoonlijkeinfo over collega’s mag vragen)34 blijk te geven <strong>van</strong> gepaste relatiesmet hetzelf<strong>de</strong>/an<strong>de</strong>re geslacht35 te reageren op uitnodigingen 6536 on<strong>de</strong>rsteuning te bie<strong>de</strong>n aanan<strong>de</strong>ren (om loyaal te zijn aancollega’s)37 an<strong>de</strong>ren in te schatten zon<strong>de</strong>r hen teveroor<strong>de</strong>len38 respect te hebben voor <strong>de</strong> mening<strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren39 te kunnen omgaan met pesten40 assertief te zijn (bv. “neen” durven tezeggen)74 78 81 61 74 85 *** ***82 83 90 70 90 90 *** ***61 68 60 60 ** *87 76 78 77 73 *** **70 62 65 * *67 86 68 77 82 ** *70 71 68 60 *** **7087 76 61 61 75 *** **87 76 74 70 ** **87 62 65 63 ** *154


Het bedrijf biedt banen voor mensen meteen handicap inBeschut werkBeschuttetewerkstellingVrije arbeidGroenLichteindustrieDienstenSterrensectoren †Sterren vrijearbeidsmarkt††E Sociaal aanvaardbaar gedrag: is in staat om41 in te schatten wat gepast is in relatiesop <strong>de</strong> werkvloer42 in te schatten wat gepast is in socialerelaties43 het persoonlijke leven enwerkgerelateer<strong>de</strong> zaken geschei<strong>de</strong>nte hou<strong>de</strong>n44 te vermij<strong>de</strong>n socialeconventies/limieten te overtre<strong>de</strong>n45 <strong>de</strong> juiste mate <strong>van</strong> vrien<strong>de</strong>lijkheid tetonen46 te reageren op grapjes/humor83 81 61 68 75 *** ***61 91 62 80 * *62 78 79 68 80 ** **78 76 65 71 65 *** **83 67 83 * *61 68 *47 te reageren op een compliment 6548 grapjes te vertellen/humor te uiten65 63 *49 onaanvaardbare praktijken teherkennen91 86 65 71 80 *** ***F Stressbeheersing: is in staat50 zelfzeker/niet zenuwachtig te zijn/natuurlijkemanieren te hebben/zelfbewust te zijn51om te gaan met emoties bij het maken <strong>van</strong>fouten, om te gaan met mislukkingen52 om te gaan met emoties bij confrontaties metplagerijen53 om te gaan met kritiek54 rustig te zijn in <strong>de</strong> omgang met an<strong>de</strong>ren55 blijk te geven <strong>van</strong> een goe<strong>de</strong>stressbestendigheid56 volhar<strong>de</strong>nd te zijn67 74 63 ** *71 65 * **71 63 * **70 74 61 73 ** **70 60 70 * *74 61 66 65 *** **G Naleven <strong>van</strong> algemene regels en afspraken: is in staat57 stipt te zijn58 fit te zijn59 z<strong>org</strong> te dragen voor zijn uiterlijk60 z<strong>org</strong> te dragen voor zijn persoonlijkehygiëne61 <strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor <strong>de</strong>baan62 <strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor eengelegenheid74 82 93 61 87 90 *** ***74 74 88 74 84 83 *** ***87 83 76 61 81 95 *** **90 87 86 70 87 98 *** ***90 91 79 65 87 95 *** **77 65 *† SterrensectorenNoodzakelijk bevon<strong>de</strong>n door 60 % of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nten in één sector: groen,* lichte industrie en dienstenNoodzakelijk bevon<strong>de</strong>n door 60 % of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nten in twee sectoren:** groen, lichte industrie en dienstenNoodzakelijk bevon<strong>de</strong>n door 60 % of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nten in drie sectoren:groen, lichte industrie en diensten†† Sterrenwaar<strong>de</strong>ring vrije arbeidsmarkt* Noodzakelijk bevon<strong>de</strong>n door 60 - 69 % <strong>van</strong> <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nten in <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt** Noodzakelijk bevon<strong>de</strong>n door 70 - 79 % <strong>van</strong> <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nten in <strong>de</strong> vrije arbeidsmarktNoodzakelijk bevon<strong>de</strong>n door 80 % of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>nten in <strong>de</strong> vrijearbeidsmarkt******155


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>156


Bijvoegsel 3Vragenlijst voorwerkgeversVragenlijst voor werkgevers betreffen<strong>de</strong> het belang <strong>van</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n.Naam <strong>van</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvraag<strong>de</strong> persoon (naam <strong>van</strong> <strong>de</strong> functie in het bedrijf):Naam <strong>van</strong> het bedrijf:Grootte <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplaats (aantal werknemers):Deze vragenlijst werd ingevuld□ tij<strong>de</strong>ns een vraaggesprek□ schriftelijk door <strong>de</strong> respon<strong>de</strong>ntDatum: D/M/JAARHet bedrijf biedt banen aan mensen met een handicap in□ <strong>de</strong> vrije arbeidsmarkt of <strong>de</strong> begelei<strong>de</strong> tewerkstelling;□ beschutte tewerkstelling;□ beschut werk of beroepsrehabilitatie.De banen moeten gesitueerd wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> sector□ diensten (catering, schoonmaak, supermarkt);□ groene sector (broeikassen, tuinieren, terreinon<strong>de</strong>rhoud);□ licht industrieel werk (reproductie of assemblage);□ kantoorwerk.Sociale vaardighe<strong>de</strong>n met betrekkingtot <strong>de</strong> werkvloerIn welke mate moet een persoon <strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n die on<strong>de</strong>rstaand wor<strong>de</strong>n opgesomd,bezitten om in uw bedrijf en <strong>de</strong> bovenstaand beschreven baan te kunnen functioneren?<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n moeten in kleine mateaanwezig zijn<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n moeten aanwezig zijn (-)<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n moeten aanwezig zijn (+)<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n moeten in grote mateaanwezig zijnOZZSSZOSoverwegend zwakeer<strong>de</strong>r zwak dan sterkeer<strong>de</strong>r sterk dan zwakoverwegend sterk157


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Communicatie: is in staat OZ ZS SZ OSinformatie te geveninformatie te vragente luisteren naar iemand met wie hij spreekt (oogcontact)te luisteren naar instructies of vragente luisteren naar een gesprekte antwoor<strong>de</strong>n in een gesprekeen gesprek te beëindigen/<strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwerp te veran<strong>de</strong>renzijn beurt af te wachten (iemand laten uitspreken alvorens te on<strong>de</strong>rbreken)een gesprek op gang te brengenlichaamstaal/non-verbale communicatie te gebruikenIs in staat om tij<strong>de</strong>ns het werk OZ ZS SZ OSgevoel voor verantwoor<strong>de</strong>lijkheid te tonenzin voor initiatief te tonengemotiveerd te zijneen planning te volgen of met een planning te werkenzelfstandig te werkenloyaliteit te tonen aan <strong>de</strong> baan en het bedrijfbereidheid te tonen om te luisteren en te lerenbegeleiding en gezag te aanvaar<strong>de</strong>n en te gevenIs in staat in sociale relaties op <strong>de</strong> werkvloer met bv. oversten enklantenbelangrijke personen te i<strong>de</strong>ntificeren om naar te luisteren/tegen te sprekente weten wanneer hij toestemming moet vragente weten wanneer hij zich moet verontschuldigenvrien<strong>de</strong>lijk te zijn tegen klantenregels en afspraken te volgen/ na te komenbepaal<strong>de</strong> vertrouwelijkheidsregels na te leveneerlijk, open en realistisch te zijn over <strong>de</strong> eigen mogelijkhe<strong>de</strong>nOZ ZS SZ OSPassen<strong>de</strong> relaties met collega’s: is in staat OZ ZS SZ OSsamen te werken met collega’ste vragen naar hulp en on<strong>de</strong>rsteuning wanneer nodig<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personen op <strong>de</strong> werkplek te i<strong>de</strong>ntificerenzich sociaal aan te passen aan <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personen(weet hoe iemand aan te spreken, formeel/informeel)op <strong>de</strong> hoogte te zijn <strong>van</strong> bepaal<strong>de</strong> werkplekconventies en die niet teovertre<strong>de</strong>ninteresse te tonen voor collega’stot gefaseer<strong>de</strong> zelfbekendmaking (weet wanneer en wat hij over zichzelfmag vertellen aan mensengefaseer<strong>de</strong>, aan an<strong>de</strong>ren gevraag<strong>de</strong> bekendmaking te beoor<strong>de</strong>len (wetenwanneer persoonlijke informatie te vragen over collega’s)blijk te geven <strong>van</strong> passen<strong>de</strong> relaties met hetzelf<strong>de</strong> en an<strong>de</strong>re geslachton<strong>de</strong>rsteuning te bie<strong>de</strong>n aan an<strong>de</strong>ren (loyaal te zijn aan collega’s)an<strong>de</strong>ren in te schatten zon<strong>de</strong>r hen te veroor<strong>de</strong>lenrespect te hebben voor <strong>de</strong> mening <strong>van</strong> an<strong>de</strong>rente kunnen omgaan met pestenassertief te zijn (bv. “neen” durven te zeggen)158


Bijvoegsel 3 - Vragenlijst voor werkgeversSociaal aanvaardbaar gedrag: is in staat OZ ZS SZ OSin te schatten wat gepast is in relaties op <strong>de</strong> werkvloerin te schatten wat gepast is in sociale relatieshet persoonlijke leven en werkgerelateer<strong>de</strong> zaken geschei<strong>de</strong>n te hou<strong>de</strong>nte vermij<strong>de</strong>n sociale conventies/limieten te overtre<strong>de</strong>n<strong>de</strong> juiste mate <strong>van</strong> vrien<strong>de</strong>lijkheid te tonente reageren op grapjes/humorpassend te reageren op een complimentgrapjes te vertellen/humor te uitenonaanvaardbare praktijken te herkennenStressbeheersing: is in staat OZ ZS SZ OSzelfzeker/niet zenuwachtig te zijn/natuurlijke manieren te hebben/zelfbewustte zijnom te gaan met emoties = bv. bij het maken <strong>van</strong> fouten, om te gaan metmislukkingenom te gaan met emoties = bv. bij confrontaties met plagerijenom te gaan met kritiekrustig te zijn in <strong>de</strong> omgang met an<strong>de</strong>renblijk te geven <strong>van</strong> een goe<strong>de</strong> stressbestendigheidvolhar<strong>de</strong>nd te zijnAlgemene regels en afspraken na te komen: is in staat OZ ZS SZ OSstipt te zijnfit te zijnz<strong>org</strong> te dragen voor zijn uiterlijkz<strong>org</strong> te dragen voor zijn persoonlijke hygiëne<strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor <strong>de</strong> baan<strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor een gelegenheidGelieve die vragen ook te overwegen in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> uw ervaringen met het in dienst nemen <strong>van</strong>mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap.Welke soort ervaring hebt u (in uw bedrijf of <strong>org</strong>anisatie) met werknemers met een handicap ofwerknemers met weinig of geen opleiding?Welk soort banen biedt u hen aan? (sector, soort werk, loon ...)Zijn er in uw bedrijf mogelijkhe<strong>de</strong>n voor mensen met een handicap om bijkomen<strong>de</strong>on<strong>de</strong>rsteuning te krijgen?Zijn er an<strong>de</strong>re sociale vaardighe<strong>de</strong>n of aspecten <strong>van</strong> sociaal gedrag die u cruciaal vindt voor uwwerknemers om te kunnen functioneren in hun baan die u in <strong>de</strong>ze lijst niet aangetroffen hebt?Welke zijn dat?159


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>160


Bijvoegsel 4Overzicht socialesleutelvaardighe<strong>de</strong>nIs in staat te communiceren2 informatie te vragen3 naar iemand te luisteren die spreekt (oogcontact)4 te luisteren naar instructies en vragenIs in staat om tij<strong>de</strong>ns het werk11 zin voor verantwoor<strong>de</strong>lijkheid te tonen13 gemotiveerd te zijn16 loyaliteit te tonen aan <strong>de</strong> baan en het bedrijf17 bereidheid te tonen om <strong>de</strong> luisteren en te lerenIs in relaties op <strong>de</strong> werkvloer met bv. oversten en klanten in staat20 te weten wanneer er toestemming gevraagd moet wor<strong>de</strong>n21 te weten wanneer zich te verontschuldigen22 vrien<strong>de</strong>lijk te zijn tegen klanten23 regels en afspraken te volgen en na te leven25 eerlijk, open en realistisch te zijn over <strong>de</strong> eigen mogelijkhe<strong>de</strong>nIs in staat passen<strong>de</strong> relaties aan te gaan met collega’s26 samen te werken met collega’s27 hulp en on<strong>de</strong>rsteuning te vragen wanneer nodig30 op <strong>de</strong> hoogte te zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplekconventies, en die niet te overtre<strong>de</strong>n34 passen<strong>de</strong> relaties te hebben met hetzelf<strong>de</strong> en an<strong>de</strong>re geslacht38 respect te hebben voor <strong>de</strong> mening <strong>van</strong> an<strong>de</strong>renIs in staat zich op een sociaal aanvaar<strong>de</strong> manier te gedragen41 in te schatten wat gepast is in werkplekrelaties43 het persoonlijke leven en werkgerelateer<strong>de</strong> zaken geschei<strong>de</strong>n tehou<strong>de</strong>n44 te vermij<strong>de</strong>n sociale conventies/limieten te overtre<strong>de</strong>n49 onaanvaardbare praktijken te herkennen161


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Is in staat zijn stress efficiënt te beheersen56 volhar<strong>de</strong>nd te zijnIs in staat <strong>de</strong> algemene regels en afspraken na te komen57 stipt te zijn58 fit te zijn59 z<strong>org</strong> te dragen voor zijn uiterlijk60 z<strong>org</strong> te dragen voor zijn persoonlijke hygiëne61 <strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor <strong>de</strong> baan162


Bijvoegsel 5Overzicht evaluatieinstrumentenAssessment of Communication en Interaction Skills (ACIS)De ACIS is een observatie-evaluatie die gegevens verzamelt over <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n waar<strong>van</strong>mensen blijk geven bij het communiceren en interageren met an<strong>de</strong>ren op het werk. De ACISverzamelt gegevens over vaardighe<strong>de</strong>n, naarmate die wor<strong>de</strong>n getoond tij<strong>de</strong>nswerkgerelateer<strong>de</strong> prestaties. De vaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in drie communicatie- eninteractiedomeinen:Fysicaliteit – Fysiek domein• aanraken, dichterbij komen, weggaan;• tegenover an<strong>de</strong>ren staan, naar hen kijken, naast hen staan;• onszelf fysiek schikken (houding) en fysieke bewegingen doen;• lichaamstaal en non-verbale uitingen die belangrijke uitwerkingen hebben op <strong>de</strong>manier waarop an<strong>de</strong>ren het individu begrijpen, en weten wat hij of zij wil zeggen ofbedoelt.Die fysieke gedragingen kunnen <strong>de</strong> mate beïnvloe<strong>de</strong>n waarin mensen samen kunnen werken.De fysicaliteit <strong>van</strong> mensen kan hun welslagen of mislukken bij het interageren met an<strong>de</strong>ren ingrote mate beïnvloe<strong>de</strong>n.Informatie-uitwisseling - InformatiedomeinHet competente uitwisselen <strong>van</strong> informatie is een vaardigheidsdomein dat belangrijk is om metsucces te werken. Om tij<strong>de</strong>ns het werk <strong>de</strong> nodige informatie te geven en te krijgen moetenmensen:• gelui<strong>de</strong>n voortbrengen die gehoord kunnen wor<strong>de</strong>n (of tekens die herkend kunnenwor<strong>de</strong>n);• coherente i<strong>de</strong>eën en gedachten uiten;• wat ze zeggen in verband brengen met wat an<strong>de</strong>ren zeggen en doen;• informatie verwerven en geven die rele<strong>van</strong>t is voor <strong>de</strong> activiteiten die ze uitvoeren.163


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Relaties – Relationeel domeinOver kunnen gaan tot collaboratieve gedragingen die <strong>de</strong> gevoelens <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren tegenover onsen <strong>de</strong> voorliggen<strong>de</strong> taak vergemakkelijken, is belangrijk in banen waarbij an<strong>de</strong>ren betrokkenzijn. Gedrag dat beschreven wordt als attent, beleefd, respectvol, behulpzaam, bekommerd ofcoöperatief verwijst naar observeerbare gedragseigenschappen die reacties zijn op het gedrag<strong>van</strong> an<strong>de</strong>re mensen. Om goed met elkaar te kunnen opschieten moeten mensen:• <strong>de</strong> culturele betekenissen begrijpen <strong>van</strong> <strong>de</strong> ontplooiing <strong>van</strong> sociale actie, en in staat zijnhun gedrag in functie daar<strong>van</strong> te regelen;• normatief gedrag (h)erkennen en naleven, volgens wat verwacht wordt in een rol, enpassend gedrag herkennen en voortbrengen voor <strong>de</strong> taak die in samenwerking of parallelwordt uitgevoerd;• in staat zijn om elkaars gedachten te lezen, en te interpreteren wat an<strong>de</strong>ren mogelijk<strong>de</strong>nken en voelen over onze acties tegenover hen.Elke vaardigheid wordt gewaar<strong>de</strong>erd op een 4-puntenschaal die loopt <strong>van</strong> competent (4) totgebrekkig (1) gedrag. De waar<strong>de</strong>ring gebeurt nadat <strong>de</strong> persoon geobserveerd is, terwijl hij<strong>de</strong>elneemt aan een rele<strong>van</strong>te en zinvolle sociale context. De beoor<strong>de</strong>laar noteert of <strong>de</strong>vaardigheid wel of niet aanwezig is, en hoe <strong>de</strong>ze <strong>de</strong> lopen<strong>de</strong> sociale actie beïnvloedt.De wilskracht is een vitale component voor <strong>de</strong> ACIS. De kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> prestatie wordtverhoogd als <strong>de</strong> persoon ervoor kiest en gemotiveerd is om <strong>de</strong>el te nemen aan <strong>de</strong>communicatie- en interactiesituatie. Bij het kiezen <strong>van</strong> activiteiten die geëvalueerd moetenwor<strong>de</strong>n om te achterhalen hoe zinvol ze zijn voor <strong>de</strong> persoon is het belangrijk dat dieactiviteiten gekozen wor<strong>de</strong>n die het individu motiveren.De ACIS is bedoeld om gebruikt te wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> gevolgen op <strong>de</strong> communicatie- eninteractiecapaciteit <strong>van</strong> allerhan<strong>de</strong> beperkingen/aandoeningen/ziekten te meten. Daarom is <strong>de</strong>evaluatie niet diagnosegebon<strong>de</strong>n. Personen met een psychosociale stoornis (bv. mensen metpsychiatrische diagnoses en personen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap) hebben het vaakmoeilijk om te interageren en te communiceren met an<strong>de</strong>ren. Het instrument wordt momenteelgebruikt om volwassenen te evalueren.Gebruik <strong>van</strong> het instrumentVo<strong>org</strong>estel<strong>de</strong> activiteiten voor <strong>de</strong> observatie zijn on<strong>de</strong>r meer:1. een open, ongestructureer<strong>de</strong> situatie;2. een parallelle taak: werken aan een individuele taak in aanwezigheid <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren inhetzelf<strong>de</strong> werk;164


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumenten3. een coöperatieve groepstaak: alle groepsle<strong>de</strong>n werken samen om een gemeenschappelijkdoel te bereiken;4. een interactie <strong>van</strong> persoon tot persoon: bv. therapeut/cliënt of cliënt/gezinslid.Vo<strong>org</strong>estel<strong>de</strong> contexten zijn on<strong>de</strong>r meer:1. natuurlijke omgeving: <strong>de</strong> communicatie en interacties verlopen in <strong>de</strong> gebruikelijkeomgeving;2. gesimuleer<strong>de</strong> levensrolsituatie: <strong>de</strong> therapeut probeert communicatie- en interactiesituatieste simuleren die <strong>de</strong> levensrollen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten weerspiegelen;3. ongerelateerd aan levensrollen: communicatie en interactie die geen rechtstreeks verbandhou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> levensrollen <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten.Benodig<strong>de</strong> tijdvolledige testafname: 20 - 60 minuten;observatietijd: 15 - 45 minuten;waar<strong>de</strong>ringstijd: 5 - 20 minuten, afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> ervaring met het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> ACIS.Waar<strong>de</strong>ringsprocesDe evaluatietest wordt afgenomen door een therapeut. De observatie kan wor<strong>de</strong>n afgebroken,wanneer <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar vindt dat hij of zij genoeg heeft gezien om <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ringen te kunnendoen.De beoor<strong>de</strong>laar moet vragen hoe dat gedrag gewerkt heeft in <strong>de</strong>ze situatie, gelet op <strong>de</strong>beroeps-, sociale en culturele parameters er<strong>van</strong>? Observatie en beoor<strong>de</strong>ling met <strong>de</strong> ACISvereist <strong>van</strong> <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar dat hij <strong>de</strong> sociale situatie “doorziet”. Om <strong>de</strong> sociale situatie te”doorzien” moet <strong>de</strong> waarnemer <strong>de</strong> taal al kennen. Ie<strong>de</strong>reen die leert <strong>de</strong> ACIS te gebruiken, zaleen beroep doen op zijn culturele geletterdheid om sociale situaties te “doorzien”, terwijl hijtegelijk bepaal<strong>de</strong> richtlijnen gebruikt die vermeld staan in <strong>de</strong> handleiding. Beoor<strong>de</strong>laars mogenniet proberen waar<strong>de</strong>ringen te doen in situaties waarvoor ze niet <strong>de</strong> “culturele geletterdheid”bezitten om <strong>de</strong> situatie en het gedrag daarin te “doorzien”.Waar<strong>de</strong>renDe beoor<strong>de</strong>laar mag notities nemen tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> observatieperio<strong>de</strong>. De effectieve waar<strong>de</strong>ringenmoeten zo spoedig mogelijk na <strong>de</strong> observatie gebeuren. Gevolgtrekkingen over <strong>de</strong> re<strong>de</strong>nwaarom er moeilijkhe<strong>de</strong>n kunnen zijn, wor<strong>de</strong>n niet gewaar<strong>de</strong>erd. De ACIS is een op criteriagebaseer<strong>de</strong> evaluatie. De waar<strong>de</strong>ringen moeten daarom gebeuren op <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong>/<strong>de</strong>graad <strong>van</strong> <strong>de</strong> moeilijkhe<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n zoals die zijn ge<strong>de</strong>finieerd. De cliëntenmogen niet gewaar<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n165


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>refererend aan hun normatieve groep. De beoor<strong>de</strong>laar moet kritisch zijn. Bij twijfel geeft <strong>de</strong>beoor<strong>de</strong>laar <strong>de</strong> laagste score. De score wordt gebaseerd op <strong>de</strong> gebrekkigste, geobserveer<strong>de</strong>prestatie.De vaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n beschreven om <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar die <strong>de</strong> test zal afnemen, te helpen. Erzijn scorebla<strong>de</strong>n verkrijgbaar.VerkrijgbaarheidDe ACIS is verkrijgbaar in het Ne<strong>de</strong>rlands, Engels en Duits.AuteursForsyth, K., Samamy, M., Simon, S., Kielhofner, G.ContactgegevensNe<strong>de</strong>rlandstalige versie uitgegeven door: Expertise Centrum Ergotherapie HogeschoolAmsterdam & Kenniscentrum voor opleiding en revalidatiee-mail: dvd.pijl@irv.nl - website: http://ergo.hva.nl/eceEngelse versie uitgegeven door: Mo<strong>de</strong>l of Human Occupation Clearinghouse, Chicagoe-mail: kielhfnr@uic.edu - website: <strong>www</strong>.uic.edu/hsc/acad/cahp/OT/MOHOCDuitse versie: vita-activa@btz-koeln.<strong>de</strong>Prijs: 13 € in Ne<strong>de</strong>rland166


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumentenAssessment of Social Competenties for children en young adultswith <strong>de</strong>velopmental disabilities (ASC)De ASC is bedoeld om te gebruiken als een uitgebrei<strong>de</strong> meting <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale competentie dieonontbeerlijk is om <strong>de</strong>el te nemen aan natuurlijk voorkomen<strong>de</strong> activiteiten binnengeïntegreer<strong>de</strong> gemeenschapsomgevingen.De individuele strategieën en capaciteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerling op een<strong>de</strong>r welk gegeven ogenblik enook <strong>de</strong> specifieke situatie zullen zijn gedrag beïnvloe<strong>de</strong>n. Veel gedragsvormen kunnengelijkaardige doelstellingen realiseren, ongeacht <strong>de</strong> graad <strong>van</strong> verfijning er<strong>van</strong> of het feit datze sociaal misschien niet <strong>de</strong> meest gepaste zijn.De ASC mag gebruikt wor<strong>de</strong>n voor kin<strong>de</strong>ren en volwassenen met of zon<strong>de</strong>r verstan<strong>de</strong>lijkehandicap. Zij bestaat uit 252 discrete gedragingen die gerangschikt zijn in 11 functies: initiëren,zelfregeling, regels volgen, positieve versterking bie<strong>de</strong>n, negatieve feedback geven, wenkenverkrijgen, hulp bie<strong>de</strong>n, begeleiding aanvaar<strong>de</strong>n, voorkeur aangeven, negatieve zaken verwerken,beëindigen.De items binnen <strong>de</strong> functies zijn gegroepeerd in acht niveaus die trappen <strong>van</strong> oplopen<strong>de</strong>sociale verfijning vormen. Bijgevolg loopt <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> vroegste uiting <strong>van</strong> ie<strong>de</strong>refunctie tot aan <strong>de</strong> prestatiebeheersingsniveaus waar<strong>van</strong> volwassenen blijk geven.De ASC werd ontworpen om sociale competenties te meten op alle niveaus <strong>van</strong> het sociale enverstan<strong>de</strong>lijke functioneren. De ASC is gebruikt in scholen, gemeenschapsomgevingen, enwerkplaatsen. Het duurt ongeveer 45 min. om <strong>de</strong> evaluatie in te vullen.De ASC houdt geen rechtstreeks verband met werkomgevingen, maar is algemener. Devoorbeel<strong>de</strong>n of hiërarchie voor <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ring biedt geen tastbare voorbeel<strong>de</strong>n die naarwerkplaatssituaties verwijzen.VerkrijgbaarheidDe ASC is verkrijgbaar in het Engels.AuteursMeyer, L., Reichle, J. Mc Quarter, R., et al. - Syracuse UniversityContactpersoonLuanne Mayer, Division of Special Education en Rehabilitation Diensten, 805S.Crouse Avenue, Syracuse University, Syracuse, NY 132442280.167


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>CB-KOMPAS 1-2-3Werk- en jobattitu<strong>de</strong>s meten bij mensen met weinig of geen opleiding ofscholing.CB-KOMPASS 1-2-3 bestaat uit een handleiding, een diskette voor het waar<strong>de</strong>ren met <strong>de</strong>computer, manuele scorebla<strong>de</strong>n, een rapportformaat voor het jobprofiel en <strong>de</strong> werkattitu<strong>de</strong>s,evaluatie-instrumenten voor werkattitu<strong>de</strong>s en gestandaardiseer<strong>de</strong> tabellen voor het vergelijken<strong>van</strong> <strong>de</strong> scores. Het instrument bestaat uit 3 <strong>de</strong>len:KOMPAS 1 wordt gebruikt tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> doorlichting op tewerkstelbaarheid in eenwerkoriënteringscentrum of evaluatieaf<strong>de</strong>ling. Het <strong>de</strong>el bevat een gestandaardiseerdvraaggesprek om <strong>de</strong> jobattitu<strong>de</strong>s <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon te verkennen. Dat tast af hoe <strong>de</strong> persoon zouoptre<strong>de</strong>n (reageren) in 33 specifieke werksituaties. De antwoor<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n gewaar<strong>de</strong>erd opeen 4-puntenschaal. Het resultaat is een i<strong>de</strong>ntificatie <strong>van</strong> het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon in 8werkattitu<strong>de</strong>s (zelfstandigheid, zin voor verantwoor<strong>de</strong>lijkheid, ongevoeligheid voor stress,discipline, sociale vaardighe<strong>de</strong>n, motivatie, flexibiliteit, bereidheid tot leren) en ook een totalescore. Het vraaggesprek bevat gelegenheid om voor bepaal<strong>de</strong> vragen naar meer <strong>de</strong>tails tevragen. Dat levert een ver<strong>de</strong>re kwalitatieve analyse op.KOMPAS 2 is een korte evaluatieschaal om <strong>de</strong> werkattitu<strong>de</strong>s te evalueren voor <strong>de</strong> werkgever.De schaal is min<strong>de</strong>r ge<strong>de</strong>tailleerd dan KOMPASS 1, maar biedt <strong>de</strong> mogelijkheid om eensnelle, algemenere evaluatie te maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkattitu<strong>de</strong>s op <strong>de</strong> werkplek. De test wordtafgenomen door <strong>de</strong> werkgever of <strong>de</strong> trainer. Hij bestrijkt <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> 8 werkattitu<strong>de</strong>s.KOMPAS 3 is een observatieschaal die gebruikt kan wor<strong>de</strong>n voor een ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong>reevaluatie. Ze biedt <strong>de</strong> mogelijkheid om observaties te doen <strong>van</strong> mensen op eengestandaardiseer<strong>de</strong> manier, in echte of gesimuleer<strong>de</strong> werksituaties. De structuur <strong>van</strong>KOMPAS 3 is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> als <strong>van</strong> KOMPAS 1 (33 items, 8 werkattitu<strong>de</strong>s en 1 totale score).De drie <strong>de</strong>len kunnen gecombineerd of apart wor<strong>de</strong>n gebruikt, in een interviewsessie met <strong>de</strong>cliënt, als evaluatiecontrolelijst voor <strong>de</strong> werkgever, als ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> gids voor observatiesvoor on<strong>de</strong>rsteuningswerkers. De scores op <strong>de</strong> drie schalen kunnen wor<strong>de</strong>n vergeleken,aangezien <strong>de</strong> structuur er<strong>van</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> is.Er is een zekere mate <strong>van</strong> opleiding nodig, alvorens KOMPAS 1 te gebruiken, maar <strong>de</strong>ze“opleiding” staat in <strong>de</strong> handleiding.168


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumentenVerkrijgbaarheidDe handleiding is gebruiksvrien<strong>de</strong>lijk, en geschreven in hetNe<strong>de</strong>rlands.AuteursMoenaert, H., Degezelle, A.ContactgegevensAlleen Ne<strong>de</strong>rlandstalige versie, uitgegeven door Consultatiebureaus <strong>van</strong> <strong>de</strong> provincie West-Vlaan<strong>de</strong>ren en door <strong>de</strong> Provincie West-Vlaan<strong>de</strong>rene-mail: cons.bur.wv@village.uunet.be - cb.prospect@worldonline.be169


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>INVRA-LabourInventaris <strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n/capaciteiten om zelfstandig te levenDe INVRA is verkrijgbaar in twee versies: <strong>de</strong> ene houdt verband met werken, en <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re istoegespitst op leven. INVRA-Labour is een observatiecontrolelijst die op een gemakkelijkaangegeven, eenvoudige en dui<strong>de</strong>lijke manier <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n opsomt die nodig zijn om tefunctioneren in werkomgevingen. De inventaris kan gebruikt wor<strong>de</strong>n om een i<strong>de</strong>e te krijgenover <strong>de</strong> zelfstandigheid <strong>van</strong> een persoon met een handicap en om <strong>de</strong> vaardigheidsontwikkelingte meten na training. INVRA wordt individueel gebruikt, en is gericht op competenties enpotentieel. Kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> terminologie, structuur en lay-out <strong>van</strong> INVRA-Labour is nodig om<strong>de</strong> inventaris te kunnen gebruiken.De vragenlijst (38 items) behan<strong>de</strong>lt <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> aspecten:• werkprestaties (12 items): vaardighe<strong>de</strong>n die een rechtstreekse invloed hebben op hetproduct dat gemaakt wordt of <strong>de</strong> dienst die verleend wordt;• motorische vaardighe<strong>de</strong>n (7 items): vaardighe<strong>de</strong>n die betrekking hebben op fysiekeaspecten;• attitu<strong>de</strong> (19 items): vaardighe<strong>de</strong>n die verband hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> attitu<strong>de</strong> <strong>van</strong> een persoontegenover werk en werkplek.Ie<strong>de</strong>re vaardigheid wordt beschreven op drie niveaus die verwijzen naar een vooruitgang <strong>van</strong>beroepsopleiding naar open tewerkstelling:• niveau 1 (rood) geeft een uitleg over het niveau dat vereist is voor beschut werk ofberoepsrehabilitatie;• niveau 2 (groen) stemt overeen met het niveau dat nodig is in beschutte tewerkstelling• niveau 3 (groen) beschrijft het niveau voor open en begelei<strong>de</strong> tewerkstelling.Voorbeelditems(32) tegenslagen verwerkena. bij het verwerken <strong>van</strong> een emotionele tegenslag behoudt <strong>de</strong> cliënt zel<strong>de</strong>n zijnconcentratie;b. bij het verwerken <strong>van</strong> een emotionele tegenslag blijft <strong>de</strong> cliënt do<strong>org</strong>aans geconcentreerd;c. bij het verwerken <strong>van</strong> een emotionele tegenslag blijft <strong>de</strong> cliënt steeds geconcentreerd.(34) faalangsta. <strong>de</strong> cliënt geeft vaak blijk <strong>van</strong> faalangst;b. <strong>de</strong> cliënt geeft soms blijk <strong>van</strong> faalangst;c. <strong>de</strong> cliënt geeft haast nooit blijk <strong>van</strong> faalangst.170


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumentenToepassingenINVRA-Labour concentreert zich op <strong>de</strong> capaciteiten en sterke punten in plaats <strong>van</strong> op <strong>de</strong>zwakke punten en beperkingen. Voor <strong>de</strong> geëvalueer<strong>de</strong> persoon kan het instrument gebruiktwor<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> doelein<strong>de</strong>n:• bepalen of training nodig is;• feedback geven aan <strong>de</strong> testpersoon (door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een kleurenschema dat informatieverstrekt over <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een persoon);• <strong>de</strong> vooruitgang evalueren (door het instrument opnieuw te gebruiken na training om <strong>de</strong>resultaten te vergelijken);• <strong>de</strong> hulp aangeven die een persoon nodig heeft;• on<strong>de</strong>rzoeken wat vereist wordt door een bepaal<strong>de</strong> werkplek (wanneer zowel een persoonals een werkplek beschreven wor<strong>de</strong>n, is vergelijken mogelijk om te achterhalen voorwelke aspecten ver<strong>de</strong>re training nodig is).BetrouwbaarheidEr is een betrouwbaarheid <strong>van</strong> 73 % vastgesteld <strong>van</strong> het instrument bij gebruik voorwaar<strong>de</strong>ring. Die kan verhoogd wor<strong>de</strong>n tot 78 % na een korte opleiding over het gebruik er<strong>van</strong>.Digitale versieSinds februari 2001 is er een digitale versie verkrijgbaar die bijkomen<strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n biedtvoor <strong>de</strong> afname <strong>van</strong> <strong>de</strong> test.DoelgroepAan<strong>van</strong>kelijk werd INVRA ontwikkeld voor jonge volwassenen <strong>van</strong> 18 tot 27 jaar met eenverstan<strong>de</strong>lijke beperking. Na een aanpassing in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> vorig jaar is het instrument nu ookgeschikt voor an<strong>de</strong>re leeftij<strong>de</strong>n en handicaps. Toch zijn <strong>de</strong> items nog niet aangepast om toe tepassen op mensen met een zware verstan<strong>de</strong>lijke handicap.VerkrijgbaarheidINVRA is verkrijgbaar in het Ne<strong>de</strong>rlands en in het Engels.Contactgegevens<strong>de</strong> heer Jos Flipsen, Postbus 158, 8090 AD - Wezep, Ne<strong>de</strong>rlandTel. (+31) 383759939e-mail: info@invra.nl<strong>www</strong>.invra.nl171


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Innsbruck Social Competence Questionnaire for adults withlearning difficulties or mental disabilities (lSKIE)Bij het evalueren <strong>van</strong> sociale competentie wil <strong>de</strong> ISKIE zich concentreren op <strong>de</strong> complexiteit<strong>van</strong> <strong>de</strong> interacties <strong>van</strong> een persoon in verschillen<strong>de</strong> sociale situaties, en <strong>de</strong>ze persoontransparanter maken. De vragenlijst moet het verzamelen <strong>van</strong> meer informatie en meerverfijn<strong>de</strong> informatie mogelijk maken over <strong>de</strong> interactie <strong>van</strong> volwassenen metleermoeilijkhe<strong>de</strong>n of een verstan<strong>de</strong>lijke beperking in sociale situaties.Ie<strong>de</strong>reen die dicht bij een persoon met leermoeilijkhe<strong>de</strong>n staat en die persoon voldoen<strong>de</strong> langkent, mag <strong>de</strong> vragenlijst invullen. (Het is proefon<strong>de</strong>rvin<strong>de</strong>lijk aangetoond dat in een half jaarvoldoen<strong>de</strong> ervaring kan wor<strong>de</strong>n opgedaan om <strong>de</strong> vragen te beantwoor<strong>de</strong>n.) De persoon zelf kanook betrokken wor<strong>de</strong>n bij het invullen <strong>van</strong> <strong>de</strong> vragenlijst.Bij ie<strong>de</strong>re vraag staan voorbeel<strong>de</strong>n die het punt dat geëvalueerd wordt, uitleggen.Structuur <strong>van</strong> het instrumentIe<strong>de</strong>r item wordt gewaar<strong>de</strong>erd op een vijfpuntenschaal:1 = hij/zij is in staat dat zeer goed te doen;2 = hij/zij is in staat dat goed te doen;3 = hij/zij is in staat dat soms te doen;4 = dat is moeilijk voor hem/haar;5 = dat is zeer moeilijk voor hem/haar.Het instrument heeft 4 <strong>de</strong>len:Deel 1: Kenmerken betreffen<strong>de</strong> competentie in interacties (43 items)Deel 1 / K1: Algemene communicatieve competenties (11);Deel 2/ K1: Gevoeligheid in verbale/non-verbale interactie (15);Deel 3/ K1: Prosociaal gedrag (5);Deel 4/ K1: Capaciteit om te distantiëren (4);Deel 5/ K1: Sociale contacten leggen (2);Deel 6/ K1: Zelfassertie, uithoudingsvermogen (3);Deel 7/ K1: Capaciteit om in een team te werken (3).Deel 2: Kenmerken betreffen<strong>de</strong> individuele flexibiliteit (44 items)Deel 1 / K2: Omgaan met regels (7);Deel 2/ K2: Capaciteit om te veran<strong>de</strong>ren en zich aan te passen (11);172


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumentenDeel 3 / K2: Capaciteit om on<strong>de</strong>rscheid te maken (9);Deel 4/ K2: Organisatie <strong>van</strong> omgeving en zichzelf (9);Deel 5 / K2: Persoonsgerelateer<strong>de</strong> oriëntering (8).Deel 3:Kenmerken betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> zelfregelingscompetentie (33 items)Deel 1 / K3: Capaciteit om na te <strong>de</strong>nken (3);Deel 2/ K3: Gedrag tij<strong>de</strong>ns stresssituaties (2);Deel 3/ K3: Limieten, volharding, frustratietolerantie l (5);Deel 4/ K3: Activiteit, impuls, motivatie, zelfinitiatief (7);Deel 5/ K3: Zelfzeker gedrag (5);Deel 6/ K3: Controle <strong>van</strong> impulsen en no<strong>de</strong>n (11).Deel4: Kenmerken betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> metacognitieve competentie (40 items)Deel 1/ K4: Algemeen i<strong>de</strong>e en anticipatie (12);Deel 2/ K4: Herkenning <strong>van</strong> <strong>de</strong> eigen limieten (6);Deel 3/ K4: Plannen en han<strong>de</strong>len (5);Deel 4/ K4: Perceptievermogen (5);Deel 5 / K4: Zin voor verantwoor<strong>de</strong>lijkheid voor zichzelf en <strong>de</strong> omgeving (3);Deel 6/ K4: Kritische controle (5);Deel 7/ K4: Ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> perspectieven (4).VerkrijgbaarheidISKIE is verkrijgbaar in het Engels, Duits en Ne<strong>de</strong>rlandsContactgegevens<strong>de</strong> heer Walter Krug, 6020 Innsbruck, Oostenrijk.<strong>www</strong>.iskie.com173


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>MELBA,een instrument voor beroepsrehabilitatie en -integratieMELBA is een evaluatie-instrument waarmee zowel <strong>de</strong> capaciteiten <strong>van</strong> een persoon als <strong>de</strong>vereisten voor een baan gedocumenteerd kunnen wor<strong>de</strong>n. Daarom heeft het instrument eencapaciteitenprofiel en een vereistenprofiel. Het vergelijken <strong>van</strong> die twee profielen i<strong>de</strong>ntificeertplaatsingen met een optimale overeenstemming tussen capaciteiten en vereisten. MELBAwerd ontwikkeld voor het Duitse ministerie <strong>van</strong> arbeid en sociaal welzijn om toegepast tekunnen wor<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> beroepsintegratie <strong>van</strong> mensen wier psychologische capaciteiten beperktwor<strong>de</strong>n door een handicap.De capaciteitenprofielenDe capaciteitenprofielen <strong>van</strong> MELBA bevatten <strong>de</strong> sleutelcapaciteiten waarmee rekening moetwor<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n, wanneer een cliënt geïntegreerd moet wor<strong>de</strong>n in werk. De effectievecapaciteiten <strong>van</strong> een cliënt kunnen gedocumenteerd wor<strong>de</strong>n op een vijfpuntenschaal. Elk itemwordt ge<strong>de</strong>finieerd, zodat mensen in verschillen<strong>de</strong> beroepen het instrument op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>manier kunnen gebruiken. De capaciteitenprofielen <strong>van</strong> MELBA vergemakkelijken on<strong>de</strong>ran<strong>de</strong>re:• een gestandaardiseer<strong>de</strong> documentatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> sterke en zwakke punten (potentieel enbeperkingen);• systematische communicatie over die sterke en zwakke punten (potentieel enbeperkingen), ofwel met <strong>de</strong> cliënt zelf, <strong>de</strong> staf of een an<strong>de</strong>re faciliteit, ofwel met eenwerkgever;• systematische planning <strong>van</strong> <strong>de</strong> manieren om vaardighe<strong>de</strong>n aan te kweken of aan te leren;• evaluatie <strong>van</strong> het succes <strong>van</strong> training en an<strong>de</strong>re interventies;• vergelijking tussen zelfevaluatie en <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> capaciteiten <strong>van</strong> een cliënt dooreen beroepspersoon.De vereistenprofielenDezelf<strong>de</strong> items wor<strong>de</strong>n gebruikt voor <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> een baan. Dezelf<strong>de</strong>vijfpuntenschaal wordt gebruikt om <strong>de</strong> graad te i<strong>de</strong>ntificeren waarin bepaal<strong>de</strong> vereistenbetrekking hebben op een bepaal<strong>de</strong> baan. Opnieuw wordt ie<strong>de</strong>r item ge<strong>de</strong>finieerd om ervoor tez<strong>org</strong>en dat een<strong>de</strong>r welke gebruiker vergelijkbare resultaten kan behalen bij het gebruik <strong>van</strong>MELBA. De vereisten <strong>van</strong> een<strong>de</strong>r welke baan kunnen beschreven wor<strong>de</strong>n, ongeacht tot welkdomein of welke sector <strong>van</strong> <strong>de</strong> arbeidsmarkt die behoort. De vereistenprofielen <strong>van</strong> MELBAvergemakkelijken on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re:• <strong>de</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong> documentatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> een baan;• <strong>de</strong> systematische communicatie over <strong>de</strong>ze structuur;• <strong>de</strong> vergelijking <strong>van</strong> <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> verschillen<strong>de</strong> banen;• <strong>de</strong> aanpassing <strong>van</strong> een baan aan een gewenste, vereiste structuur.174


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumentenDe vergelijking <strong>van</strong> <strong>de</strong> profielenHet is mogelijk om MELBA te gebruiken als een instrument voor het vergelijken <strong>van</strong>profielen, aangezien <strong>de</strong> opbouw <strong>van</strong> <strong>de</strong> profielen i<strong>de</strong>ntiek is. Door het vereistenprofiel, dat uiteen plastic folie bestaat, bovenop het capaciteitenprofiel te plaatsen is het gemakkelijk om tezien welke capaciteiten overeenstemmen met vereisten, en welke niet. Verschillen kunnengenoteerd wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> bijgaan<strong>de</strong> documentatie. Als het gebruikt wordt voor <strong>de</strong> vergelijking<strong>van</strong> capaciteiten en vereisten, vergemakkelijkt het instrument MELBA:• het controleren of een gegeven baan geschikt is voor een gegeven persoon;• het kiezen <strong>van</strong> een baan die beantwoordt aan <strong>de</strong> capaciteiten <strong>van</strong> een bepaal<strong>de</strong> persoon;• het verkennen en i<strong>de</strong>ntificeren waarom een bepaal<strong>de</strong> baan moeilijk blijkt te zijn voor eenwerknemer;• <strong>de</strong> systematische ontwikkeling <strong>van</strong> manieren om een plaatsing te verbeteren, bijvoorbeelddoor het wijzigen <strong>van</strong> <strong>de</strong> job, door het aanleren <strong>van</strong> capaciteiten of door begelei<strong>de</strong>tewerkstelling.Toepassing en gebruikersMELBA is verkrijgbaar als papier-en-potloodinstrument en als pc-software. Het instrument isempirisch getest, en kan door zijn structuur gebruikt wor<strong>de</strong>n voor tal <strong>van</strong> toepassingen en doorverschillen<strong>de</strong> gebruikers. MELBA wordt gebruikt in nagenoeg alle sectoren <strong>van</strong> <strong>de</strong>arbeidsmarkt in verband met <strong>de</strong> beroepsintegratie <strong>van</strong> mensen met allerhan<strong>de</strong> handicaps.MELBA on<strong>de</strong>rsteunt het werk <strong>van</strong> gespecialiseerd personeel met verschillen<strong>de</strong> beroepen. Hetkan met succes wor<strong>de</strong>n toegepast door ergotherapeuten, maatschappelijk werkers,psychologen, leerkrachten, enzovoort.MELBA kan gebruikt wor<strong>de</strong>n als basis voor communicatie tussen verschillen<strong>de</strong>beroepspersonen, voor capaciteitgerelateer<strong>de</strong> jobwijzigingen, voor <strong>de</strong> differentiëring <strong>van</strong>salarissen in therapeutische instellingen, voor <strong>de</strong> financiële documentatie, voor <strong>de</strong> planning enimplementatie <strong>van</strong> therapeutische maatregelen en voor <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> het succes daar<strong>van</strong>,enzovoort. Als het ingebed wordt in een structuur voor beroepsrehabilitatie, is MELBA eeninstrument dat geschikt is voor <strong>de</strong> bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> integratie in werk <strong>van</strong> mensen met eenzware handicap.StructuurMELBA bestaat uit vijf <strong>de</strong>len die bestrijken wat volgt:Cognitieve capaciteit werkplanning, perceptiviteit, aandacht, concentratie,leren/onthou<strong>de</strong>n, probleemoplossing, aanpassingsvermogen,abstract <strong>de</strong>nken;Sociale capaciteit zelfassertie, lei<strong>de</strong>rschap, sociale capaciteit, kritisch vermogen,kritiektolerantie, teamwerk;175


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Manier <strong>van</strong> werkenPsychomotorischSchoolse kennisvolharding, kritische controle,frustratietolerantie, or<strong>de</strong>lijkheid,stiptheid; zelfstandigheid, grondigheid,verantwoor<strong>de</strong>lijkheid;gedrevenheid, fijne motorischeactiviteit, reactie;lezen, rekenen, schrijven, spreken.VerkrijgbaarheidMELBA is verkrijgbaar in het Ne<strong>de</strong>rlands en DuitsContactgegevensProject MELBA, Universiteit <strong>van</strong> SiegenMevr. Kleffmann, Dr. & <strong>de</strong> heer Weinmann, Prof. Dr., Postfach D-57068 Siegen - DuitslandHomepage: <strong>www</strong>.melba.<strong>de</strong>Gelieve voor meer informatie contact op te nemen met:mevrouw M. <strong>van</strong> Hooff, tel. +31492574830, e-mail: <strong>van</strong>hooffaa@hetnet.nl<strong>de</strong> heer H. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Brand, tel. +316 51500 291, e-mail: H.<strong>van</strong><strong>de</strong>nBrand@fontys.nl176


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumentenSocial Competence in the Workplace (SCW)SCW is een gedragscontrolelijst die specifiek ontworpen is voor het evalueren <strong>van</strong>werkplekgerelateer<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Hij bevat 58 items die gewaar<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n met“ja” of “neen” of “ja/neen”, naarmate <strong>de</strong> gedragingen geuit wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> werkplek.De controlelijst is nog experimenteel, en moet nog psychometrisch gevali<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n. DeSCW-lijst staat afgedrukt op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> pagina’s.VerkrijgbaarheidSCW is verkrijgbaar in het Italiaans en Engels.AuteursNota, L. & Soresi, S.ContactgegevensDepartement Ontwikkelingspsychologie en Socialisatie, Universiteit <strong>van</strong> Padua, ItaliëLaura.nota@unipd.it177


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Social Competence in the Workplace: experimentele versieHieron<strong>de</strong>r volgt een aantal sociale gedragingen die relaties en prestaties in <strong>de</strong> werkomgevingkunnen bevor<strong>de</strong>ren of verslechteren.De opzichter moet aangeven of <strong>de</strong> werknemer op een<strong>de</strong>r welke werkdag effectief blijk heeftgegeven (JA) of niet (NEEN) <strong>van</strong> <strong>de</strong>rgelijke gedragingen. Gelieve JN (noch JA noch NEEN)in te vullen, wanneer u onzeker bent of het JA of NEEN is. Probeer hoe dan ook zo weinigmogelijk JN in te vullen.Werknemer:Datum:Opzichter:1. Is <strong>van</strong>daag op tijd op het werk aangekomen. □ JA □ NEEN □ JN2. Heeft <strong>van</strong>daag continu do<strong>org</strong>ewerkt tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> werkuren. □ JA □ NEEN □ JN3. Heeft <strong>van</strong>daag zelfstandig gewerkt. □ JA □ NEEN □ JN4. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> pauzes op <strong>de</strong> juiste tij<strong>de</strong>n genomen. □ JA □ NEEN □ JN5. Heeft <strong>van</strong>daag zijn/haar plaats voortijdig verlatenmet opgave <strong>van</strong> een re<strong>de</strong>n.□ JA □ NEEN □JN6. Is <strong>van</strong>daag productief geweest. □ JA □ NEEN □ JN7. Heeft <strong>van</strong>daag snel gewerkt. □ JA □ NEEN □ JN8. Heeft <strong>van</strong>daag zijn/haar werk nauwkeurig gedaan. □ JA □ NEEN □ JN9. Heeft al het werk gedaan dat <strong>van</strong> hem/haar was gevraagd. □ JA □ NEEN □ JN10. Heeft <strong>van</strong>daag met <strong>de</strong> opzichter gesproken overon<strong>de</strong>rwerpen niet inherent aan <strong>de</strong> job (weer, gezondheid, enz.).□ JA □ NEEN □ JN11. Heeft <strong>van</strong>daag met an<strong>de</strong>re werknemers gesproken overon<strong>de</strong>rwerpen niet inherent aan <strong>de</strong> job (weer, gezondheid, enz.).□ JA □ NEEN □ JN12. Heeft <strong>van</strong>daag “dag” gezegd tegen <strong>de</strong> opzichter. □ JA □ NEEN □ JN13. Heeft <strong>van</strong>daag “dag” gezegd tegen an<strong>de</strong>re werknemers. □ JA □ NEEN □ JN14. Heeft <strong>van</strong>daag complimenten uitge<strong>de</strong>eld aanan<strong>de</strong>re werknemers.□ JA □ NEEN □ JN15. Heeft <strong>van</strong>daag complimenten <strong>van</strong> <strong>de</strong> opzichter aanvaard. □ JA □ NEEN □ JN16. Heeft <strong>van</strong>daag complimenten <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re werknemersin ont<strong>van</strong>gst genomen.17. Heeft <strong>van</strong>daag beleefdheidsvormen gebruikt (“a.u.b.”,“dank u”, enz.) voor <strong>de</strong> opzichter.18. Heeft <strong>van</strong>daag beleefdheidsvormen gebruikt (“a.u.b.”,“dank u”, enz.) voor an<strong>de</strong>re werknemers.19. Heeft <strong>van</strong>daag op een positieve manier grappen gemaaktmet <strong>de</strong> opzichter□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN178


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumenten20. Heeft <strong>van</strong>daag positief gegrapt met an<strong>de</strong>re werknemers. □ JA □ NEEN □ JN21. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> werkinstructies <strong>van</strong> <strong>de</strong> opzichteropgevolgd.22. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> opzichter om informatie gevraagdover hoe het werk voort te zetten.□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN23. Heeft <strong>van</strong>daag an<strong>de</strong>re werknemers geholpen. □ JA □ NEEN □ JN24. Heeft <strong>van</strong>daag aan an<strong>de</strong>re werknemers hulp gevraagd. □ JA □ NEEN □ JN25. Heeft <strong>van</strong>daag aan an<strong>de</strong>re werknemers het nodigemateriaal gegeven voor hun werk.26. Heeft <strong>van</strong>daag aan an<strong>de</strong>re werknemers op een passen<strong>de</strong>manier (zon<strong>de</strong>r te roepen, te beledigen, enz.) gezegddat ze iets verkeerd had<strong>de</strong>n gedaan.27. Heeft <strong>van</strong>daag aan an<strong>de</strong>re werknemers op een passen<strong>de</strong>manier gezegd dat ze har<strong>de</strong>r moesten werken.28. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> opmerkingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> opzichter aanvaarddat een taak verkeerd was gedaan.29. Heeft <strong>van</strong>daag opmerkingen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re werknemers aanvaarddat een taak verkeerd was gedaan.□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN30. Heeft <strong>van</strong>daag hulp <strong>van</strong> <strong>de</strong> opzichter aanvaard. □ JA □ NEEN □ JN31. Heeft <strong>van</strong>daag hulp <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re werknemers aanvaard. □ JA □ NEEN □ JN32. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> opzichter aangekeken, terwijl hij/zij tegen hemaan het spreken was.33. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re werknemers aangekeken, toenhij/zij tegen hen aan het spreken was.34. Heeft <strong>van</strong>daag een passen<strong>de</strong> toon aangeslagenbij het spreken tegen <strong>de</strong> opzichter.35. Heeft <strong>van</strong>daag een passen<strong>de</strong> toon aangeslagenbij het spreken met an<strong>de</strong>re werknemers.36. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> instructies niet opgevolgd, maaran<strong>de</strong>re dingen gedaan.□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN37. Heeft <strong>van</strong>daag geen hulp gevraagd, toen dat nodig was. □ JA □ NEEN □ JN38. Heeft <strong>van</strong>daag <strong>de</strong> spot gedreven met <strong>de</strong> prestaties <strong>van</strong> an<strong>de</strong>rewerknemers.39. Heeft <strong>van</strong>daag an<strong>de</strong>re werknemers afgeleid,terwijl ze aan het werken waren.□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN179


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>40. Heeft <strong>van</strong>daag tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> werkuren geprobeerd te sprekenmet <strong>de</strong> opzichter over on<strong>de</strong>rwerpen die niets te makenhad<strong>de</strong>n met het werk.□ JA □ NEEN □ JN41. Heeft <strong>van</strong>daag langere pauzes genomen dan toegestaan. □ JA □ NEEN □ JN42. Heeft <strong>van</strong>daag geen opmerkingen aanvaard, maaronbeleefd geantwoord.43. Heeft <strong>van</strong>daag an<strong>de</strong>re werknemers op een ongepaste manier(beledigend, roepend, enz.) gezegd dat ze een fout had<strong>de</strong>nbegaan.44. Heeft <strong>van</strong>daag vaak gevraagd wat hij moest doen, is nietzelfstandig geweest.45. Heeft <strong>van</strong>daag obscene taal gebruikt bij het spreken tegen<strong>de</strong> opzichter.46. Heeft <strong>van</strong>daag obscene taal gebruikt bij het spreken met an<strong>de</strong>rewerknemers.□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN□ JA □ NEEN □ JN47. Heeft <strong>van</strong>daag banale excuses gebruikt om niet te werken. □ JA □ NEEN □ JN48. Heeft <strong>van</strong>daag weinig z<strong>org</strong> voor zijn/haar kledinggetoond.□ JA □ NEEN □ JN49. Was <strong>van</strong>daag niet erg schoon, hygiënisch gezien. □ JA □ NEEN □ JN50. Heeft zich <strong>van</strong>daag niet aan <strong>de</strong> regels gehou<strong>de</strong>n. □ JA □ NEEN □ JN51. Heeft zich <strong>van</strong>daag verveeld. □ JA □ NEEN □ JN52. Heeft <strong>van</strong>daag blijk gegeven <strong>van</strong> neerslachtigheid. □ JA □ NEEN □ JN53. Was <strong>van</strong>daag “afwezig”. □ JA □ NEEN □ JN54. Was <strong>van</strong>daag zeer gemakkelijk kwaad te krijgen. □ JA □ NEEN □ JN55. Raakte <strong>van</strong>daag onmid<strong>de</strong>llijk vermoeid. □ JA □ NEEN □ JN56. Is <strong>van</strong>daag fysiek agressief geweest tegenover an<strong>de</strong>rewerknemers.□ JA □ NEEN □ JN57. Is <strong>van</strong>daag fysiek agressief geweest tegenover <strong>de</strong> opzichter. □ JA □ NEEN □ JN58. Heeft <strong>van</strong>daag fysieke agressie getoond tegenover <strong>de</strong> werkomgeving(meubilair, materialen, enz.).□ JA □ NEEN □ JN180


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumentenVocational Assessment and Curriculum Gui<strong>de</strong> (VACG)De VACG is een beroepsevaluatieschaal met een ge<strong>de</strong>elte over sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Het iseen evaluatie-instrument op basis <strong>van</strong> een ecologische analyse <strong>van</strong> tewerkstellingskansen.Rusch et al. (1982) hebben werkgevers in <strong>de</strong> dienstensector en in <strong>de</strong> lichte industrieon<strong>de</strong>rvraagd om <strong>de</strong> vaardigheidsvereisten voor hun startersbanen te bepalen. De resultaten <strong>van</strong>die peiling hebben <strong>de</strong> itemverzameling geleverd voor <strong>de</strong> VACG, en die bevat tal <strong>van</strong> algemeneen sociale vaardighe<strong>de</strong>n.De VACG bestaat uit twee domeinen: werkgedragingen (aanwezigheid/ uithouding,zelfstandigheid, productie, leren, gedrag) en interactievaardighe<strong>de</strong>n(communicatievaardighe<strong>de</strong>n, sociale vaardighe<strong>de</strong>n, zelfhulpvaardighe<strong>de</strong>n[lichaamsverz<strong>org</strong>ing/eten] aca<strong>de</strong>mische vaardighe<strong>de</strong>n [lezen/schrijven en rekenen]). De gidstelt 66 items, die allemaal beginnen met <strong>de</strong> vraag “of <strong>de</strong> werknemer ...”, en gevolgd wor<strong>de</strong>ndoor een beschrijving <strong>van</strong> het gedrag dat geëvalueerd wordt. Er wor<strong>de</strong>n diverse mogelijkeantwoor<strong>de</strong>n gegeven die <strong>de</strong> prestatieniveaus aangeven waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> werknemer blijk geeft, en<strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laars moeten <strong>de</strong> omschrijving kiezen die het best past bij het huidigefunctioneringsniveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon.De schaal is ontworpen om gebruikt te wor<strong>de</strong>n door klaslokaalleerkrachten,rehabilitatiewerkers, volwassenenz<strong>org</strong>verstrekkers, ou<strong>de</strong>rs en paraprofessionele krachten omhet algemene vaardigheidsniveau <strong>van</strong> een persoon te bepalen in verhouding tot <strong>de</strong> standaar<strong>de</strong>ndie als belangrijk wor<strong>de</strong>n beschouwd voor succes in beroepen binnen <strong>de</strong>levensmid<strong>de</strong>lenindustrie, het conciërgewerk, en <strong>de</strong> lichte industrie.StructuurGeëvalueer<strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n:WerkgedragingenAanwezigheid/uithoudingaanwezigheid op het werk;duur <strong>van</strong> <strong>de</strong>elname aan programma;aan één stuk gewerkte tijd.Lerenleren door verbale instructies en <strong>de</strong>monstraties;onthou<strong>de</strong>n om instructies op te volgen;instructies opvolgen die meer<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n bevatten;nieuwe taken aanleren tegen aanvaardbare snelheid;reageren op corrigeren<strong>de</strong> feedback;181


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Zelfstandigheidalleen werken;onafhankelijk <strong>van</strong> collega’s, opzichters en an<strong>de</strong>ren werken;werken zon<strong>de</strong>r afgeleid te wor<strong>de</strong>n;veilig werken;uit zichzelf aan <strong>de</strong> slag gaan.Productieopgedragen taken tijdig uitvoeren;opdracht tegen opgegeven tijd uitvoeren, wanneer gevraagd;tijd beheren om stipt op het werk aan te komen;werken tegen industriële snelheid;normaal werktempo bereiken voor nieuwe taken.Gedragbedoeling <strong>van</strong> geld begrijpen;willen werken voor geld;<strong>de</strong> werkroutine begrijpen;<strong>de</strong> regels in acht nemen;zich passend gedragen;zich aanpassen aan <strong>de</strong> nieuwe werkroutine;doorlopend werken zon<strong>de</strong>r baan op ongepaste wijze te verlaten;Interactievaardighe<strong>de</strong>nCommunicatievaardighe<strong>de</strong>nbasiscommunicatieno<strong>de</strong>n;verbaal communiceren;communiceren op verzoek: volledige naam, adres, telefoonnummer en naam <strong>van</strong> werkgevertelefoon beantwoor<strong>de</strong>n;reageren op veiligheidssignalen;instructies opvolgen met woor<strong>de</strong>n zoals in, op, on<strong>de</strong>raan rechts/links <strong>van</strong> u; boven; door,indrukken, ingedrukt hou<strong>de</strong>n en draaien;verbaal initiëren en reageren in zinnen met meer<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n;passen en onmid<strong>de</strong>llijk antwoor<strong>de</strong>n na het ont<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> een instructie;instructies onmid<strong>de</strong>llijk naleven;182


Bijvoegsel 5 - Overzicht evaluatie-instrumenteninstructies naleven na een herinnering;dui<strong>de</strong>lijk spreken.Sociale vaardighe<strong>de</strong>ncontact initiëren met opzichter, wanneer het werk niet gedaan kan wor<strong>de</strong>n, of een fout wordtgemaakt;contact initiëren met collega, wanneer hulp of materialen voor taak nodig zijn.Zelfhulpvaardighe<strong>de</strong>nzich passend kle<strong>de</strong>n voor het werk;zich passend kle<strong>de</strong>n na het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> wc;op het werk aankomen met schone kleren;han<strong>de</strong>n wassen na het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> wc;tan<strong>de</strong>n poetsen;haar kammen;<strong>de</strong>odorant gebruiken.Aca<strong>de</strong>mische vaardighe<strong>de</strong>nlezen/schrijven: zinnen met meer<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n lezen en schrijven;rekenen: optellen en aftrekken.VerkrijgbaarheidThe VACG is verkrijgbaar in het Engels.AuteursRusch, F, Schutz, R., Mithaug, D., Stewart, J., Mar, D.ContactgegevensUitgegeven door Exceptional Education, PO Box 15308, Seattle, WA 98155, VS.T: 206-262-9538183


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>184


Bijvoegsel 6Beslissingsboom<strong>ATLAS</strong>Beslissingsboom <strong>ATLAS</strong>Deze beslissingsboom is bedoeld als een richtingaanwijzer naar 8 evaluatie-instrumenten voorsociale competenties die bruikbaar gebleken zijn in werkgerelateer<strong>de</strong> omgevingen. De criteriawer<strong>de</strong>n zo geselecteerd dat ze u een dui<strong>de</strong>lijker beeld geven <strong>van</strong> <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatieinstrumenten.De beslissingsboom vat <strong>de</strong> hoofdkarakteristieken er<strong>van</strong> samen. Een uitgebrei<strong>de</strong>roverzicht <strong>van</strong> die instrumenten kan op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> dit document geraadpleegd wor<strong>de</strong>n (zieook Hoofdstuk 5).Voor welke doelgroep of omgeving werd ditinstrument oorspronkelijk ontwikkeld?Op welke aspecten <strong>van</strong> sociale competentiesfocust dit instrument?Met welke aspecten wordt haast geen rekeninggehou<strong>de</strong>n in dit instrument?Wat is <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> dit instrument, endoor wie kan het afgenomenwor<strong>de</strong>n?In welke omgeving enomstandighe<strong>de</strong>n kan dit instrumentgebruikt wor<strong>de</strong>n?Geeft dit instrument u referenties <strong>van</strong>gedrag of voorbeel<strong>de</strong>n om het afnemen<strong>van</strong> <strong>de</strong> test of waar<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> een item tevergemakkelijkenWelke instrumenten hou<strong>de</strong>n rekeningmet <strong>de</strong> baan en werkplaats?In welke taal is dit instrumentverkrijgbaar?Is er software verkrijgbaar die het afnemen<strong>van</strong> <strong>de</strong> test of <strong>de</strong> aanmaak <strong>van</strong> resultaten ofuitslagen kan vergemakkelijken?185


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Voor welk doel/welke doelgroep werd dit instrument oorspronkelijk ontwikkeld?Focus op sociale vaardighe<strong>de</strong>nACISASCISKIEFocus op beroepsvaardighe<strong>de</strong>nINVRAMELBAVACGBeroepsvaardighe<strong>de</strong>n en sociale vaardighe<strong>de</strong>nCB–KOMPAS 1-2-3SCWOntwikkeld voor een generiek publiekASCMELBASCWOntwikkeld voor mensen met een handicap of met geen of weinig scholingACISCB-KOMPAS 1-2-3INVRAISKIEVACGGeschikt voor mensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicapACISCB-KOMPAS 1-2-3INVRAISKIEMELBAVACG186


Bijvoegsel 6: - Decision treeIn welke omgeving of omstandighe<strong>de</strong>n kan dit instrument gebruikt wor<strong>de</strong>n?Enkel toepasselijk op werk of beroepsopleidingCB-KOMPAS 1-2-3INVRAMELBASCWVACGVoor <strong>de</strong> training of in een schoolomgevingASCCB-KOMPAS 1ISKIEKan ook gebruikt wor<strong>de</strong>n in an<strong>de</strong>re sociale situatiesACISASCISKIEOp <strong>de</strong> werkvloer (geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> praktijk op <strong>de</strong> werkvloer)ACISCB-KOMPAS 2-3INVRA (ook na <strong>de</strong> training om te evalueren)MELBASCWVACGSpecifieke focus op bepaal<strong>de</strong> sectoren:INVRA: maakt on<strong>de</strong>rscheid tussen vereisten voor vrije arbeidsmarkt en voor beschuttetewerkstellingVACG: lichte industrie, conciërgewerk, levensmid<strong>de</strong>lendiensten.187771818


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Wat is <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> dit instrument, en door wie mag <strong>de</strong> test afgenomen wor<strong>de</strong>n?ObservatieschaalEvaluatieschaal/controlelijstInterviewProfielenACISCB-KOMPAS – 3ACSCB-KOMPAS – 2ISKIESCWVACGCB-KOMPAS - 1INVRAMELBATest wordt afgenomen door on<strong>de</strong>rsteuningswerker (opleiding vaak nodig)ACISASCCB-KOMPAS 1-3AINVRAMELBBetrokkenheid <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re belanghebben<strong>de</strong>n mogelijkWerkgeverCB-KOMPAS – 2SCWLeerkracht/ou<strong>de</strong>rASCISKIE (of iemand an<strong>de</strong>rs die <strong>de</strong> cliënt goed kent)VACGZelfevaluatie of betrokkenheid <strong>van</strong> cliënt mogelijk bij:ACISISKIECB-KOMPAS188


Bijvoegsel 6: - BeslissingsboomOp welke aspecten <strong>van</strong> sociale competenties richt dit instrument zich?Met welke aspecten wordt haast geen rekening gehou<strong>de</strong>n?Het volledige overzicht dat gebaseerd is op <strong>de</strong> lijst <strong>van</strong> sociale sleutelvaardighe<strong>de</strong>n die voor dit project wer<strong>de</strong>n geï<strong>de</strong>ntificeerd, is toegevoegd aan het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> dit handboek. Dit rooster geeft alleen<strong>de</strong> instrumenten weer waarin er dui<strong>de</strong>lijk aandacht is voor het on<strong>de</strong>rwerp, of <strong>de</strong> instrumenten die helemaal geen aandacht beste<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> competentie.CompetentieItems die hiernaar verwijzen, zijnte vin<strong>de</strong>n in:Geen aandacht voor <strong>de</strong>zecompetentie in189Communicatie ACIS CB-KOMPASISKIESCWTeamspeler CB-KOMPAS ACISINVRAISKIEMELBASCWSociale regels ISKIE MELBASCWRelaties met collega’s ACIS INVRACB-KOMPASMELBASociaal aanvaard gedrag ACIS INVRASCW MELBAStressbeheersing CB-KOMPAS MELBAINVRA SCWISKIESociaal werk en verwachtingen SCW ACISISKIEMELBA


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Geeft dit instrument u referenties of voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> gedrag om het afnemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> test of het waar<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> een itemvergemakkelijken?JAJa, er wor<strong>de</strong>n voorbeel<strong>de</strong>n gegeven voor ie<strong>de</strong>rfunctioneringsniveau dat verhoog<strong>de</strong> capaciteitreflecteertASCJa, er wor<strong>de</strong>n enkele voorbeel<strong>de</strong>n/ indicaties gegevenCB-KOMPAS 1-2-3ISKIEEr wordt slechts één zin gegeven met een kortebeschrijving <strong>van</strong> het gedragSCWVACGNEENEer<strong>de</strong>r abstracte beschrijvingenMELBANeen, <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar moet <strong>de</strong> sociale situatie ontcijferenen een oor<strong>de</strong>el vellenACISNeen, <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar moet een oor<strong>de</strong>el vormen over <strong>de</strong>mogelijkhe<strong>de</strong>n/capaciteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliëntINVRA


Welke instrumenten bie<strong>de</strong>n een mogelijkheid om <strong>de</strong> baan- en werkplaatsvereisten in kaart te brengen?Mogelijkheid beschikbaar:INVRA via <strong>de</strong> mogelijkhed om het profiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> capaciteiten <strong>van</strong> een persoon te vergelijken met <strong>de</strong> vereisten voor een bepaal<strong>de</strong> baan.MELBA door het vereistenprofiel <strong>van</strong> <strong>de</strong> baan.Geen mogelijkhe<strong>de</strong>n tot in kaart brengen <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplaats:ACISASCCB-KOMPASISKIESCWVACG190


Bijvoegsel 6: - BeslissingsboomIn welke taal is dit instrument verkrijgbaar?In het EngelsACISASCINVRAISKIEVACGSCWIn het DuitsACISISKIEMELBAIn het Ne<strong>de</strong>rlandsACISCB-KOMPASINVRAISKIEMELBA


Is er software verkrijgbaar die het afnemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> test of <strong>de</strong> aanmaak <strong>van</strong> resultaten of uitslagen kan vergemakkelijken?JACB-KOMPAS 1-2-3INVRAISKIEMELBANEENACISASCSCWVACG


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Acroniem Datum Focus Doelgroep Leeftijd AantalitemsSpecifieke Specifieke Algemeen ID Generiek Zelfsociale beroeps- adaptiefinvullenvaardighe<strong>de</strong>ngedragACIS2001 (NL)1995 (EN)ASC 1985 √ x x x √ alle 252gespreidover 11functiesInvullen Duur Training SoftwareBeroeps-personenAn<strong>de</strong>ren√ x x √ x +15 20 x √ x 20-60 √xmin.x √ √ 45 √ XCB- KOMPAS 1 2004 (BE) √ √ x √ √ +15 33 √ √ x 30 min. √ √CB- KOMPAS 2 2004 (BE) √ √ x √ +15 8 x √ √ 20 min. x √CB- KOMPAS 3 2004 (BE) √ √ x √ √ +15 33 x √ x 1,5 u √ √SCW 2004 √ √ x x √ ? 58 x √ √ ? x xVACG 1982 x √ x √ x volwassenen66 x √ √ x XISKIE 2002 √ x x √ x +15 160 √ √ √ √MELBA 1990 x √ x √ √ ? 29 X √ √ 30 min. √ √INVRA 2003 x √ √ √ x alle 38 x √ x 15 min. √ √Algemeen overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> kenmerken <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatie-instrumenten – beslissingsboom192


Bijvoegsel 6: - BeslissingsboomACommunicatie: is in staat:1 informatie te gevenSterrensectorenSterrenwaar<strong>de</strong>ringvrijearbeidsmarktMelba INVRA ISKIE VACG ACIS ASC KOMPASS SCW√ √ √ √ √2 informatie te vragen√ √ √ √3 te luisteren naar iemand diespreekt (oogcontact)√ √ √ √4 te luisteren naar instructies ofvragen√ √ √5 te luisteren naar een gesprek6 te antwoor<strong>de</strong>n in een gesprek7 een gesprek te beëindigen/<strong>van</strong>on<strong>de</strong>rwerp te veran<strong>de</strong>ren8 zijn beurt af te wachten (an<strong>de</strong>renlaten uitspreken alvorens teon<strong>de</strong>rbreken)9 een gesprek te beginnen√ √√ √ √ √√√ √ √√ √ √ √ √ √10 gepaste lichaamstaal/non-verbalecommunicatie te gebruiken√ √ √ √B Is in staat tij<strong>de</strong>ns het werk:11 gevoel voor verantwoor<strong>de</strong>lijkheid tetonen√ √ √ √ √ √12 gevoel voor initiatief te tonen√ √ √ √ √ √13 gemotiveerd te zijn√ √ √ √14 een planning te volgen ofplanmatig te werken√ √ √ √15 zelfstandig te werken√ √ √ √ √16 loyaliteit te tonen naar <strong>de</strong> baan enhet bedrijf√ √17 bereidheid te tonen om te luisterenen te leren√ √ √ √18 richtlijnen en gezag teaanvaar<strong>de</strong>n/te geven√ √ √ √ √C Is in staat op <strong>de</strong> werkvloerpositieve relaties te hebben met bv.oversten en klanten:19 belangrijke personen tei<strong>de</strong>ntificeren om mee tespreken/naar te luisteren√ √ √20 te weten wanneer er toestemmingmoet gevraagd wor<strong>de</strong>n√ √ √21 te weten wanneer zich teverontschuldigen22 vrien<strong>de</strong>lijk te zijn tegen klanten23 <strong>de</strong> regels en afspraken na te leven24 <strong>de</strong> vertrouwelijkheidsregels na televen√√√ √ √ √ √ √√25 eerlijk, open en realistisch te zijnover <strong>de</strong> eigen mogelijkhe<strong>de</strong>n√ √√


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Is in staat passen<strong>de</strong> relaties aante gaan met collega’s:26 samen te werken met collega’s√ √ √ √ √27 hulp en on<strong>de</strong>rsteuning te vragenwanneer nodig√ √ √ √28 verschillen<strong>de</strong> niveaus <strong>van</strong> personenop <strong>de</strong> werkvloer te i<strong>de</strong>ntificeren√ √ √2930zijn interactiewijze aan te passenaan het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoon√ √√ √ √op <strong>de</strong> hoogte te zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong>werkplaatsconventies en die na televen31 interesse te tonen voor collega’s32 gefaseer<strong>de</strong> zelfbekendmaking tebeoor<strong>de</strong>len (weten wanneer en wathij over zichzelf aan mensen magvertellen)33 gefaseer<strong>de</strong>, aan an<strong>de</strong>rengevraag<strong>de</strong> zelfbekendmaking tebeoor<strong>de</strong>len (weten wanneerpersoonlijke informatie over <strong>de</strong>collega’s gevraagd mag wor<strong>de</strong>n)34 blijk te geven <strong>van</strong> gepaste relatiesmet hetzelf<strong>de</strong>/an<strong>de</strong>re geslacht35 te reageren op uitnodigingen36 on<strong>de</strong>rsteuning te bie<strong>de</strong>n aanan<strong>de</strong>ren (om loyaal te zijn aancollega’s)37 an<strong>de</strong>ren in te schatten zon<strong>de</strong>r hente veroor<strong>de</strong>len38 respect te hebben voor <strong>de</strong> mening√ √ √ √ √√√√ √ √<strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren√ √39 te kunnen omgaan met pesten√√40 assertief te zijn (bv. “neen” durvente zeggen)√ √ √ √ √EIs in staat zich op een sociaalaanvaar<strong>de</strong> manier te gedragen:41 in te schatten wat gepast is inrelaties op <strong>de</strong> werkvloer√ √ √ √42 in te schatten wat gepast is insociale relaties√ √ √43 het persoonlijke leven enwerkgerelateer<strong>de</strong> zakengeschei<strong>de</strong>n te hou<strong>de</strong>n44 te vermij<strong>de</strong>n socialeconventies/limieten te overtre<strong>de</strong>n45 <strong>de</strong> juiste mate <strong>van</strong> vrien<strong>de</strong>lijkheid te√ √ √tonen√ √ √46 te reageren op grapjes/humor√ √ √47 te reageren op een compliment√ √ √48 grapjes te vertellen/ humor te uiten√ √ √49 onaanvaardbare praktijken teherkennen√ √√F Is in staat zijn/haar stressefficiënt te beheersen:50 zelfzeker/niet zenuwachtig tezijn/natuurlijke manieren tehebben/zelfbewust te zijnom te gaan met emoties bij het51maken <strong>van</strong> fouten, om te gaan metmislukkingen52 om te gaan met emoties bij√ √ √ √ √√ √ √ √confrontaties met plagerijen√ √53 om te gaan met kritiek√ √ √ √ √54 rustig te zijn in <strong>de</strong> omgang metan<strong>de</strong>ren√ √ √


55 blijk te geven <strong>van</strong> een goe<strong>de</strong>stressbestendigheid√ √ √ √√ √ √ √ √56 volhar<strong>de</strong>nd te zijnG Is in staat <strong>de</strong> algemene regels enafspraken na te komen57 stipt te zijn58 fit te zijn59 z<strong>org</strong> te dragen voor zijn uiterlijk60 z<strong>org</strong> te dragen voor zijnpersoonlijke hygiëne61 <strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor <strong>de</strong>baan62 <strong>de</strong> juiste kleding te dragen voor eengelegenheid√ √ √√√√√194


Bijvoegsel 7Informatieroostercasestudy’sCASESTUDY testfase <strong>ATLAS</strong>Naam <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatieNaam of the on<strong>de</strong>rsteuningswerkerDatumFase 1LeeftijdBeschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoonGeslachtBeschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> handicapBeschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> capaciteitenBeschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> moeilijkhe<strong>de</strong>nWelke zijn <strong>de</strong> sterke punten encapaciteiten <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze cliënt?Fase 2Beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> taken/baanBeschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplekWerkstatuut (gewoon dienstverband,training op <strong>de</strong> werkvloer,beroepsopleiding)Werkplaatssituatie (collega’s,mentors, team, on<strong>de</strong>rsteuning)WerkurenWat gaat goed in <strong>de</strong> baan?Wat is moeilijk in <strong>de</strong> baan?195


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Fase 3Beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> vraagBeschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> situatie <strong>van</strong><strong>de</strong> cliëntWat is er eer<strong>de</strong>r gedaan?Doel <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatie?Fase 4Hoe hebt u het evaluatieinstrumentgeselecteerd?BesluitvormingsevaluatieWelk(e) instrument(en) werd(en)geselecteerd?Waarom?Fase 5Welke was <strong>de</strong> omgeving voor <strong>de</strong>evaluatie (tijd, plaats, <strong>de</strong>elnemers)EvaluatieHoe werd <strong>de</strong> evaluatievoorbereid?Hantering <strong>van</strong> het instrument.Was het instrument gemakkelijk tegebruiken?Gebruiksvrien<strong>de</strong>lijk? (SWOTanalyse)TestprocedureHoe lang duur<strong>de</strong> <strong>de</strong> evaluatie?InterpretatieFeedback <strong>van</strong> <strong>de</strong> hulpverlenerWelke trainingsno<strong>de</strong>n hebt uont<strong>de</strong>kt, welke sterke punten <strong>van</strong><strong>de</strong> wer<strong>de</strong>n vooraf niet herkend?Fase 6AnalyseWie was betrokken bij <strong>de</strong> analyse<strong>van</strong> het resultaat, en hoe?Welke was <strong>de</strong> resultaatanalyse<strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatie?Heeft <strong>de</strong> evaluatie geleid tot eenpreciezere manier om <strong>de</strong> socialecompetentie en <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>cliënt te beschrijven?Hoe hebt u <strong>de</strong> evaluatie gebruiktom een strategie in kaart tebrengen voor <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong><strong>de</strong> ontbreken<strong>de</strong> of zwakke socialecompetenties?196


Fase 7Beschrijf het globale werkplan (inhet kort) en <strong>de</strong> omgeving waarindat zal wor<strong>de</strong>n uitgevoerd.Bijvoegsel 7 - Informatierooster casestudy’sTrainingsprogrammaBevatte dat plan aanpassingen<strong>van</strong> <strong>de</strong> werkplek? Indien ja, welkeen waarom?Hebt u een herplaatsing <strong>van</strong> <strong>de</strong>cliënt naar een an<strong>de</strong>re baan ofwerkplek overwogen? Waarom?Welke trainingsprogramma’s voor<strong>de</strong> sociale competenties <strong>van</strong> <strong>de</strong>cliënten werd gekozen? Enwaarom?Beschrijving <strong>van</strong> het heletrainingsprogramma voor socialecompetenties:Wat? Hoe? Hoe lang? Met wie?Waar?Aanleren <strong>van</strong> sociale competentiesTijdschema Activiteit DoelstellingenFase 8Hoe was <strong>de</strong> uitvoerbaarheid <strong>van</strong>het trainingsprogramma in hetdagelijkse leven en <strong>de</strong> dagelijkseon<strong>de</strong>rsteuning?Welke veran<strong>de</strong>ringen <strong>de</strong><strong>de</strong>n zichvoor tij<strong>de</strong>ns hettrainingsprogramma?Is <strong>de</strong> situatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt doorhet trainingsprogrammaveran<strong>de</strong>rd?Uitwerkingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> training197


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Zo ja, hoe?Zo niet, waarom niet?Heeft het <strong>de</strong> situatie op <strong>de</strong>werkplek/tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> baanbeïnvloed?Zo ja, hoe?Zo niet, waarom niet?Welke uitwerking heeft hettrainingsprogramma gehad op<strong>de</strong> kansen of mogelijkhe<strong>de</strong>nvoor u en uw <strong>org</strong>anisatie om<strong>de</strong>ze cliënt te on<strong>de</strong>rsteunen?Wanneer werd besloten <strong>de</strong>training stop te zetten, enwaarom?Fase 9Wat waren <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong>hertest?Was er een wijziging in <strong>de</strong> socialecompetenties volgens <strong>de</strong>testresultaten?Beschrijf <strong>de</strong> wijziging?Was er een wijziging in <strong>de</strong> socialecompetenties volgens u of an<strong>de</strong>rele<strong>de</strong>n <strong>van</strong> heton<strong>de</strong>rsteuningsteam?Beschrijf die wijziging?Zo niet, leg uit.Was er een wijziging in <strong>de</strong> socialecompetenties volgens <strong>de</strong>personen op <strong>de</strong> werkplek(werkgever, baas, collega’s)?Beschrijf die wijziging?Zo niet, waarom niet?HertestHeeft <strong>de</strong> cliënt het gevoel dat <strong>de</strong>zaken beter of gemakkelijkergaan?Vermel<strong>de</strong>n <strong>de</strong> collega’s ofwerkgevers dat <strong>de</strong> werksituatieverbeterd is? Hoe? Waarom niet?198


Bijvoegsel 7 - Informatierooster casestudy’sFase 10Heeft het trainingsprogrammageleid tot een echte jobplaatsing,als dat al niet het geval was? Zoniet, leg uit waarom niet?SWOT-analyse <strong>van</strong> het evaluatieinstrumentdat u gebruikt hebt.Wat was positief?Wat was negatief?Was ze gemakkelijk te gebruiken?Zou u <strong>de</strong>ze aanpak opnieuwkiezen in een gelijkaardigesituatie? Waarom (niet)?In welke fasen <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatievereiste het instrument dat <strong>de</strong>cliënt erbij betrokken werd?EvaluatieCliëntgecentreerdheid <strong>van</strong> het procesIn welke fasen <strong>van</strong> dit proces hebtu <strong>de</strong> cliënt erbij betrokken?Werd <strong>de</strong> evaluatie aan <strong>de</strong> persoonuitgelegd?Was er ruimte voor feedback <strong>van</strong><strong>de</strong> cliënt of zijn ou<strong>de</strong>rs(vertegenwoordigers) op <strong>de</strong>resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatie? Zo ja,hoe?Werd <strong>de</strong> cliënt betrokken bij <strong>de</strong>ontwikkeling <strong>van</strong> het werk- oftrainingsprogramma?Was er ruimte voor feedback <strong>van</strong><strong>de</strong> cliënt op hettrainingsprogramma? Zo ja, watwas zijn/haar feedback?Wat was <strong>de</strong> evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliëntvoor <strong>de</strong> globale perio<strong>de</strong>?199


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>200


Bijvoegsel 8Casestudy’sCase 1 (België)De cliënt in dit verhaal heeft een traumatisch hersenletsel. Dat veroorzaakt problemen bij hetzoeken naar houdbaar werk. Hij heeft het moeilijk om na te <strong>de</strong>nken over zijn eigenhan<strong>de</strong>lingen, is sociaal “niet handig”, zijn flexibiliteit is beperkt, en hij heeft een baan nodigmet voldoen<strong>de</strong> structuur en routine. An<strong>de</strong>rzijds is hij betrouwbaar en een goe<strong>de</strong> uitvoeren<strong>de</strong>werknemer, hij werkt nauwgezet, en is vrien<strong>de</strong>lijk en beleefd. De cliënt zou graag een baanvin<strong>de</strong>n waarin hij kan werken met dieren. Hij begon studies voor dierengeneeskun<strong>de</strong>, maarkon die door zijn ongeval niet afmaken.Voordat het <strong>ATLAS</strong>-project begon, was <strong>de</strong> cliënt binnen <strong>de</strong> DCBO al bekend. Hij volg<strong>de</strong>diverse cursussen, en nam <strong>de</strong>el aan een specifieke voorbereiding voor cliënten met eenhersenletsel. Door die voorbereiding wisten <strong>de</strong> jobcoach en <strong>de</strong> projectmanager “hersenletsels”dat zijn grootste problemen zich situeer<strong>de</strong>n op communicatieniveau. Het doel <strong>van</strong> <strong>de</strong> evaluatiewas een overzicht te geven <strong>van</strong> <strong>de</strong> sterke en zwakke punten <strong>van</strong> zijn communicatievevaardighe<strong>de</strong>n. De evaluatie lever<strong>de</strong> niet echt nieuwe inzichten op. Maar doordat <strong>de</strong> trainersmeer tijd met <strong>de</strong> cliënt doorbrachten, werd het hen dui<strong>de</strong>lijk dat het niet zinvol zou zijn om <strong>de</strong>cliënt te trainen in communicatieve en sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Hij begrijpt <strong>de</strong> sociale regels,maar hij beheerst <strong>de</strong> “sociale praatjes” niet; hij weet niet hoe hij kleine signalen en bepaal<strong>de</strong>situaties moet interpreteren. Het is niet mogelijk om dat aan te leren, aangezien het een gevolgis <strong>van</strong> zijn hersenletsel.De an<strong>de</strong>re optie was <strong>de</strong> omgeving “op te lei<strong>de</strong>n”, en dat was <strong>de</strong> oplossing die gekozen werddoor <strong>de</strong> trainers. Als eerste stap moesten ze een on<strong>de</strong>rbouw<strong>de</strong> analyse <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkomgevingmaken. Wanneer ze werkaanbiedingen zien, vermel<strong>de</strong>n ze onmid<strong>de</strong>llijk <strong>de</strong> sociale encommunicatieproblemen als ze contact opnemen met <strong>de</strong> werkgever, terwijl dat vroeger nietgebeur<strong>de</strong>. Voorts, omwille <strong>van</strong> <strong>de</strong> langere observatie201


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>toe te schrijven aan <strong>de</strong> evaluatie begrepen <strong>de</strong> jobcoaches <strong>de</strong> cliënt beter. Door datnieuwe inzicht werd het voor <strong>de</strong> trainers dui<strong>de</strong>lijker welke criteria <strong>de</strong> werkaanbiedingmoest hebben, opdat <strong>de</strong> cliënt zich daar goed in zou voelen. De volgen<strong>de</strong> stap was <strong>de</strong>werkvloer ont<strong>van</strong>kelijk te maken voor <strong>de</strong> cliënt.Na lang zoeken lever<strong>de</strong> het har<strong>de</strong> werk <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainers resultaten op. De cliënt von<strong>de</strong>en baan waarin hij zich goed voelt, en waarin hij door zijn collega’s op prijs wordtgesteld!Case 2 (Griekenland)Onze cliënt Peter is een sympathieke jongen <strong>van</strong> 32 jaar met een mentale achterstand ineen gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tot lichte graad. Hij is het twee<strong>de</strong> kind in een gezin <strong>van</strong> 5 dat in eenstad woont in het noor<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el <strong>van</strong> Macedonië in Griekenland.Hoewel hij niet kan lezen en schrijven, kan hij toch geld beheren en het werk uitvoerendat hem wordt opgedragen.De voorbije zes jaar is Peter getraind in het Centrum voor Bijzon<strong>de</strong>r On<strong>de</strong>rwijs (KEA)in Thessaloniki, eerst in <strong>de</strong> Silk-Screen Workshop en onlangs in <strong>de</strong> Green HouseWorkshop.Zoals zijn ou<strong>de</strong>rs ons lieten weten, heeft Peter <strong>de</strong> kans gekregen om als tuinier tewerken bij het plaatselijke bestuur <strong>van</strong> zijn stad.Voor een beter en ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong>r beeld werd Peter getest met <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> evaluatieinstrumenten<strong>van</strong> het Centrum, <strong>de</strong> instrumenten EN-TAXIS en ISKIE.Hij scoor<strong>de</strong> hoog in nagenoeg alle domeinen <strong>van</strong> <strong>de</strong> testen, zoals competentie ininteracties, sociaal gedrag, capaciteit om te distantiëren, capaciteit om te werken in eenteam, individueel flexibiliteits- en aanpassingsniveau, en ook in <strong>de</strong> capaciteit om teon<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n.Hoewel Peter absoluut in staat is om te werken in en zich aan te passen aan <strong>de</strong>aangebo<strong>de</strong>n baan, gedroeg hij zich recent af en toe kleptomanisch, en een maandgele<strong>de</strong>n stal hij bodylotions en parfums uit een lokale supermarkt. We wisten ook dathij ten gevolge <strong>van</strong> zijn erotische en seksuele belangstelling enkele meisjes hadmisbruikt in het pension waar ze woon<strong>de</strong>n, en we zagen hem vaak in hun kamers.Omdat ie<strong>de</strong>reen een mentale achterstand had, was het risico voor seksueel misbruik envoor ongewenste zwangerschappen hoog.Het bovenstaan<strong>de</strong> gedrag werd tot op een zeker niveau bekend via <strong>de</strong> psychologischeen sociale dienst <strong>van</strong> het Centrum, maar het kon niet afgeleid wor<strong>de</strong>n uit het gebruik<strong>van</strong> <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> testinstrumenten.Door een rechtstreekse interventie <strong>van</strong> <strong>de</strong> diensten <strong>van</strong> het Centrum en met <strong>de</strong>samenwerking202


Bijvoegsel 8 - Casestudy’s<strong>van</strong> het plaatselijke politiebureau, en ook <strong>van</strong> <strong>de</strong> legale bor<strong>de</strong>len, toon<strong>de</strong> Peter dat gedrag naeen korte perio<strong>de</strong> nauwelijks nog, en <strong>van</strong>daag bevindt hij zich in <strong>de</strong> beste omstandighe<strong>de</strong>n intermen <strong>van</strong> aanpassing aan zijn werk. Het gebrek <strong>van</strong> bepaal<strong>de</strong> testinstrumenten om hetbovenstaan<strong>de</strong> negatieve gedrag te on<strong>de</strong>rzoeken en er aandacht aan te beste<strong>de</strong>n is voor ons eengroot probleem. Waarschijnlijk moeten er nog bepaal<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re toevoegingen gebeuren aanbepaal<strong>de</strong> vragenlijsten om an<strong>de</strong>re psycho-emotionele en gedragsbijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n teon<strong>de</strong>rzoeken.Case 3 (Ierland)John was tevre<strong>de</strong>n met zijn leven in het algemeen, toen hij begon te werken bij DonegalCheese. Hij had graag een relatie met iemand aangegaan, en een bre<strong>de</strong>re vrien<strong>de</strong>nkring gehad.Nu heeft hij veel nieuwe vrien<strong>de</strong>n, en heeft hij mensen ontmoet uit verschillen<strong>de</strong> sectoren.Zijn sociale leven is enorm verbeterd. Hij gaat nu ie<strong>de</strong>r weekein<strong>de</strong> uit naar <strong>de</strong> pub en disco,gaat ook naar <strong>de</strong> bioscoop en uit eten en wan<strong>de</strong>len. Allemaal dingen die John niet <strong>de</strong>edvoordat hij begon te werken bij Donegal Cheese. Hij houdt <strong>van</strong> <strong>de</strong> afwisseling die zijn baanmeebrengt, zoals kaas maken en één keer per week verantwoor<strong>de</strong>lijk zijn voor het afschuimen,waardoor hij zich heel belangrijk voelt. Hij is veel gelukkiger met zijn leven dan vroeger. Hijis veel zelfzeker<strong>de</strong>r, en het is veel waarschijnlijker dat hij nieuwe dingen gaat uitproberen.Case 4 (Ierland)In het begin voel<strong>de</strong> Mary zich over het algemeen ontevre<strong>de</strong>n met haar leven, maar nu is zemeestal tevre<strong>de</strong>n, wat een grote verbetering is. Eerst beschouw<strong>de</strong> Mary werk als een mid<strong>de</strong>lom <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> haar leven te verbeteren. Dat is nu geen punt meer, aangezien ze bijDonegal Cheese werkt. Ze had ook graag een betere opvoeding en meer geld gehad. De baanheeft Mary een groter gevoel <strong>van</strong> eigenwaar<strong>de</strong> gegeven, en heeft haar sociale leven drukkergemaakt door <strong>de</strong> mensen die ze ontmoette op het werk. Haar zelfvertrouwen is in haar perio<strong>de</strong>bij Donegal Cheese in die mate toegenomen dat ze onlangs slaag<strong>de</strong> voor haar rijbewijs, en eenmet <strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> haar familie een auto kocht. Dat heeft haar zelfstandigheid en levenskwaliteitverhoogd. Ze maakt er graag kaas en ze is verantwoor<strong>de</strong>lijk voor het invullen <strong>van</strong> bepaal<strong>de</strong>formulieren voor HACCP. Dat geeft haar een groot gevoel <strong>van</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid. Ze is nueen veel gelukkigere persoon.Case 5 (Ne<strong>de</strong>rland)InleidingJoey is levenslustige jongen, leergierig, en hij wil alles zo goed doen als hij kan.203


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Hij is zeer gevoelig voor complimenten; en daarnaast is het een jongen op wie gemakkelijkindruk te maken valt, maar die ook gemakkelijk te sturen is. Hij functioneert op het leerniveau<strong>van</strong> een persoon met mentale achterstand. Informatie verwerken en die integreren is relatiefzwak. Zijn PDD/NOS-diagnose luid<strong>de</strong>, type “actief maar zon<strong>de</strong>rling”. Wanneer hijgeconfronteerd wordt met nieuwe situaties zijn die voor hem onzeker, en dan kan hij kwaad,impulsief en agressief wor<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> gevolgen <strong>van</strong> zijn da<strong>de</strong>n niet voorspellen. Joey heeft aanhet <strong>ATLAS</strong>-project meegedaan met een positieve houding, en was steeds blij ons teontmoeten. De aandacht, het vertrouwen en <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>lijke structuur motiveer<strong>de</strong>n hem op eenpositieve manier. Naast zijn positieve houding was <strong>de</strong> samenwerking met zijn netwerk zeerbelangrijk, namelijk het driepartijenoverleg: school, ou<strong>de</strong>rs en Sterk in Werk.Gebruikte instrumentenJoey maakte een portfolio en vul<strong>de</strong> die met wat hij wil<strong>de</strong> realiseren, wat hij kon, en wie hijwas. Dat en <strong>de</strong> informatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> oriënteren<strong>de</strong> plaatsingen vorm<strong>de</strong>n een dui<strong>de</strong>lijk persoonlijkprofiel. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze fase gebruikten we diverse instrumenten, zoals <strong>de</strong> STARR-metho<strong>de</strong>, <strong>de</strong>ISKIE en KOMPAS 2. Ie<strong>de</strong>re persoon die langere tijd met <strong>de</strong> persoon werkt, mag ISKIEinvullen. De lijst toon<strong>de</strong> aan dat het voor Joey moeilijk is om limieten te stellen, dat hij eengebrek aan zelfvertrouwen heeft, en dat hij het moeilijk vindt in te schatten hoe mensen opzijn gedrag reageren. Daarnaast heeft hij goe<strong>de</strong> kwaliteiten zoals een positieve attitu<strong>de</strong>, is hijstipt, en steeds goed gehumeurd. Met het gebruik <strong>van</strong> diverse loopbaantesten zoals Directions,werd het dui<strong>de</strong>lijk dat zijn grootste interesses mechanica en elektrotechniek waren. Nameer<strong>de</strong>re oriënteren<strong>de</strong> werkplaatsingen in een garage en in een elektronicabedrijf, gaat hij <strong>de</strong>volgen<strong>de</strong> drie weken een volledige werkplaatsing doen in een le<strong>de</strong>rbewerkingsfabriek. Als hijdaar blijk geeft <strong>van</strong> <strong>de</strong> vereiste competenties, en een positieve indruk maakt, mag hij aan eeninterne bedrijfsopleiding meedoen, en kan hij ook een arbeidsovereenkomst krijgen. Om teachterhalen hoe Joey presteert in <strong>de</strong> werkplaatsingen gebruiken we eenplaatsingsevaluatieformulier: KOMPAS 2. Dat instrument geeft indicatoren voorzelfstandigheid, verantwoor<strong>de</strong>lijkheid, het nemen <strong>van</strong> initiatieven en <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n totsamenwerking op <strong>de</strong> werkvloer.Persoonlijk ontwikkelingsplanToen we bepaal<strong>de</strong>n wat Joey wenste te realiseren, wat hij kon, en wie hij was, ontwikkel<strong>de</strong>nwe een persoonlijk profiel en daaropvolgend een persoonlijk ontwikkelingsplan. Dat planwerd ontwikkeld met <strong>de</strong> SMART-metho<strong>de</strong>. Nadat Joey204


Bijvoegsel 8 - Casestudy’suitstekend had gewerkt aan zijn portfolio en zijn persoonlijke ontwikkelingsplan hadontwikkeld, kreeg hij een certificaat. Hij nodig<strong>de</strong> ie<strong>de</strong>reen uit die bijzon<strong>de</strong>r voor hem was envooral <strong>de</strong> mensen <strong>van</strong> het eer<strong>de</strong>r vermel<strong>de</strong> driepartijenoverleg: school, ou<strong>de</strong>rs, Sterk in Werk.Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> bijeenkomst stel<strong>de</strong> hij zijn plan voor (bij een kop koffie en koekjes), en leg<strong>de</strong> hijaan ie<strong>de</strong>reen uit hoe hij dat wil<strong>de</strong> aanpakken.De praktische oefening <strong>van</strong> het plan, zoals het aanleren <strong>van</strong> competenties, zullen geoefendwor<strong>de</strong>n in een oefenruimte. In overleg met <strong>de</strong> plaatsingsopzichter zal hij dat vervolgens op <strong>de</strong>werkvloer in <strong>de</strong> praktijk brengen.Dus zal alles in zijn persoonlijke ontwikkelingsplan stap voor stap wor<strong>de</strong>n aangepakt. Soms isbijsturing nodig.Huidige situatieMomenteel gaat het fantastisch met Joey. We proberen <strong>de</strong> positieve manier <strong>van</strong> samenwerkentij<strong>de</strong>ns het <strong>ATLAS</strong>-project door te trekken op school en in <strong>de</strong> werkplaatsing. De manier <strong>van</strong>aanpakken, hem verantwoor<strong>de</strong>lijkheid doen nemen binnen zijn domein en <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>lijkheid zijndui<strong>de</strong>lijk succesvol. Hij zal waarschijnlijk meedoen aan een interne bedrijfstraining ofwerkplaatsing in het bedrijf <strong>van</strong> meer dan één dag (momenteel niet bekend). Het is belangrijkvoor zijn ontwikkeling dat hij door zijn omgeving niet wordt afgeleid en dat hij zal do<strong>org</strong>aanmet het nemen <strong>van</strong> stappen zoals beschreven in zijn plan. Dat zijn “zijn stappen” die aan hemals persoon toebehoren. Het zou jammer zijn dat enkele ongecontroleer<strong>de</strong> stappen alles wat hijontwikkeld heeft, zou<strong>de</strong>n tenietdoen. Samen met <strong>de</strong> mensen die hem on<strong>de</strong>rsteunen, zal er eengezond plan komen om langdurige on<strong>de</strong>rsteuning te garan<strong>de</strong>ren. Daarnaast zal hij <strong>de</strong> komen<strong>de</strong>jaren persoonlijke on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> Sterk in Werk krijgen.Case 6 (Ne<strong>de</strong>rland)InleidingMark is een aardige jongen; hij heeft een lui oog, en weinig gelaatsuitdrukking. Mark is 16jaar en woont thuis bij zijn va<strong>de</strong>r, moe<strong>de</strong>r en twee ou<strong>de</strong>re broers. Mark functioneert op eenleerniveau <strong>van</strong> een persoon met verstan<strong>de</strong>lijke achterstand, en volgt bijzon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rwijs(VSO-MLK, bijzon<strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>lbaar on<strong>de</strong>rwijs, personen met een lichte, geestelijke handicap).Door zijn beperkte mogelijkhe<strong>de</strong>n raakt Mark geregeld overbelast (cognitief en op sociaal enemotioneel niveau). Mark volg<strong>de</strong> het <strong>ATLAS</strong>-project gemotiveerd en met een positiefresultaat. Hij is steeds intensief205


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>betrokken geweest bij het project, en heeft naar eigen zeggen steeds in het mid<strong>de</strong>lpunt <strong>van</strong> <strong>de</strong>belangstelling gestaan. Het succes <strong>van</strong> het programma is sterk afhankelijk <strong>van</strong> vertrouwen,we<strong>de</strong>rzijds respect, openheid tegenover elkaar, en elkaar ernstig nemen om per slot <strong>van</strong>rekening <strong>de</strong> juiste baan te vin<strong>de</strong>n. Naast die elementen is het netwerk <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt <strong>van</strong>essentieel belang. In het netwerk <strong>van</strong> Mark zitten mensen die betrokken zijn bij hetdriepartijenoverleg: school, ou<strong>de</strong>rs en Sterk in Werk.Gebruikte instrumentenDoor het gebruik <strong>van</strong> diverse instrumenten tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> testfase is een dui<strong>de</strong>lijk persoonlijkprofiel ontstaan: <strong>de</strong> STARR-metho<strong>de</strong> en het instrument ISKIE (en an<strong>de</strong>re). In het geval <strong>van</strong>Mark heeft zijn leerkracht, die hem al 6 maan<strong>de</strong>n ken<strong>de</strong> (een i<strong>de</strong>ale situatie voor hetbeantwoor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> vragen), <strong>de</strong> ISKIE ingevuld. De lijst toon<strong>de</strong> aan dat het moeilijk is voorMark om limieten te stellen, dat hij het moeilijk vindt om in team te werken en om contactente leggen. Door het gebruik <strong>van</strong> diverse loopbaantesten zoals Directions is dui<strong>de</strong>lijk gewor<strong>de</strong>ndat zijn grootste interesse <strong>de</strong> tuinbouwsector is.Na drie oriënteren<strong>de</strong> werkplaatsingen in diverse tuinbouwsectoren viel <strong>de</strong> keuze op eenaardbeienkwekerij. KOMPAS 2 werd gebruikt om informatie in te winnen over <strong>de</strong>competenties die het bedrijf wenste. En tot slot gaf <strong>de</strong> informatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> school een dui<strong>de</strong>lijkbeeld <strong>van</strong> <strong>de</strong> cognitieve mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> Mark.Persoonlijk ontwikkelingsplanTerwijl we vaststel<strong>de</strong>n wat Mark wenste te verwezenlijken, wat hij kon doen, en wie hij was,ontwikkel<strong>de</strong>n we een persoonlijk profiel en daarna een persoonlijk ontwikkelingsplan. Datplan werd ontwikkeld met <strong>de</strong> SMART-metho<strong>de</strong>. Na het schrijven <strong>van</strong> het persoonlijke profielen het persoonlijke ontwikkelingsplan kreeg Mark op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> opnameprocedure eencertificaat. Mensen uit het eer<strong>de</strong>r vermel<strong>de</strong> driepartijenoverleg waren daarbij aanwezig(mensen die bijzon<strong>de</strong>r waren voor Mark tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> opnameprocedure). Bij het aanbie<strong>de</strong>n <strong>van</strong>het certificaat werd het persoonlijke ontwikkelingsplan vo<strong>org</strong>esteld en besproken: Wat moet ereerst gebeuren, en wat is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stap, en hoe gaan we dat aanpakken?Het aanleren <strong>van</strong> <strong>de</strong> besproken competenties werd geoefend in een oefenruimte, en daarna in<strong>de</strong> praktijk (in een bedrijf). Aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> een speciaal ontwikkeld evaluatieformulier werd<strong>de</strong> vooruitgang gemeten en wer<strong>de</strong>n nieuwe punten die aandacht nodig had<strong>de</strong>n,geïnventariseerd.206


Bijvoegsel 8 - Casestudy’sHuidige situatieMomenteel heeft Mark een arbeidscontract bij een kwekerij <strong>van</strong> zoete paprika’s. Daarnaast zalhij <strong>de</strong>elnemen aan een BBL (beroepsopleidingsprogramma) bij ROC (secundairberoepson<strong>de</strong>rwijs) in <strong>de</strong> tuinbouwsector. Zijn persoonlijke ontwikkelingsplan is nu geheelgericht op zijn toekomst. In samenwerking met <strong>de</strong> mensen in zijn netwerk zullen wij z<strong>org</strong>envoor een gezond plan dat langdurige on<strong>de</strong>rsteuning garan<strong>de</strong>ert (permanent leren). Mark zaleen tijd lang persoonlijke on<strong>de</strong>rsteuning krijgen <strong>van</strong> Sterk in Werk.Case 7 (Roemenië)Diagnose: lichte mentale achterstand, psychisch-fysieke immaturiteitStudies: beroepsschool, naailessenProfessionele ervaring: seizoen-/gelegenheidswerk, handwerkGezinstoestand: moe<strong>de</strong>r overle<strong>de</strong>n, zij woont bij haar va<strong>de</strong>r, geen broers of zussenSoortactiviteitenSoortencapaciteitenGebruiktediagnosemethodologie<strong>Resultaten</strong>Capaciteit om te INVRA-test,reageren en om ISKIE-test,sociale contacten te rollenspelenleggenLimieten,INVRA-test,uithoudingsvermogen,ISKIE-testfrustratietolerantieErgotherapeutischeMotorischecapaciteithandvaardigheidsworkshopNaleving <strong>van</strong> <strong>de</strong>regelsRuward-testINVRA-test,ISKIE-testCapaciteit om tewerken in een teamINVRA-test,ISKIE-testGoe<strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> motorische capaciteit ommet bei<strong>de</strong> han<strong>de</strong>n vast te grijpen en op te tillen.Goe<strong>de</strong> werkingssnelheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> spierenHet is een persoon met een gevoel voor respect tenopzichte <strong>van</strong> oversten en collega’s, kan regels ennormen registreren <strong>van</strong> verschillen<strong>de</strong> werkperio<strong>de</strong>s,en heeft daarom een kwalitatieve manier <strong>van</strong>werken, doch is een beetje traagReageert geduldig op haar werk (ze zoekt <strong>de</strong> juistewerktuigen, materialen, enz.). Neemt geen initiatiefin relaties.Het is zeer moeilijk voor haar om het hoofd tekunnen bie<strong>de</strong>n aan bepaal<strong>de</strong> gra<strong>de</strong>n <strong>van</strong> tijdsdruk.Ze kan niet sneller werken, als het werk tegen hetein<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> dag klaar moet zijn, en als <strong>de</strong>me<strong>de</strong>werkers druk op haar uitoefenen.Respecteert <strong>de</strong> belangen en no<strong>de</strong>n <strong>van</strong> teamle<strong>de</strong>ntij<strong>de</strong>ns groepsactiviteiten. Gericht zijn op <strong>de</strong> groep,wanneer <strong>de</strong> groep een pauze houdt.RelatieINVRA-test,ISKIE-testHet is moeilijk voor haar om een onbeken<strong>de</strong> persoonte bena<strong>de</strong>ren en een gesprek te voeren. Maar metbeken<strong>de</strong> personen kan ze in contact blijven en eengesprek beginnen. De aanpassingsperio<strong>de</strong> bedraagt4 tot 6 weken.207


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Groepstraining:Pro/sociaalgedragCasestudy,rollenspelenZe herkent wanneer iemand hulp nodig heeft. Ze gingnaar hem toe, en hielp hem onmid<strong>de</strong>llijk. Ze was instaat om koekjes, enz. met an<strong>de</strong>ren te <strong>de</strong>len.AlgemeneCasestudy,Ze is staat een gesprek gaan<strong>de</strong> te hou<strong>de</strong>n.communicatieverollenspelenVerban<strong>de</strong>n leggen <strong>van</strong> het ene on<strong>de</strong>rwerp naar hetcompetentiean<strong>de</strong>re in een gesprek /schakelt niet over tussen on<strong>de</strong>rwerpen.Eigen limietenCasestudy,Ze heeft een beperkte capaciteit om <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> ofherkennenrollenspelenkwaliteit <strong>van</strong> haar werk te herkennen.Zelfzeker gedragCasestudy,Het is voor haar zeer moeilijk om om te gaan met eenrollenspelenkritieke situatie. Ze kan zichzelf ver<strong>de</strong>digen tegenonrechtvaardige behan<strong>de</strong>ling.Opverschillen<strong>de</strong>plaatsenwerken(schoonmaakassistent(e), assistent(e)groentekas)Aanpassing/capaciteitCasestudy,rollenspellen,INVRA- enISKIE-testDe aanpassingsperio<strong>de</strong> bedraagt 4 tot 6 weken.Capaciteit omINVRA- enZe kan <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> geld nieton<strong>de</strong>rscheid teISKIE-testherkennen.makencasestudy,Het is moeilijk voor haar om een on<strong>de</strong>rscheid terollenspelenmaken tussen meer geld en min<strong>de</strong>r geld, tussen <strong>de</strong>waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> munten en briefjes.Ze is in staat om te herkennen dat er hogereinstanties of hiërarchische structuren zijn. Ze is instaat on<strong>de</strong>rscheid te maken tussen verschillen<strong>de</strong>regels te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n, of tussen <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs, <strong>de</strong>verantwoor<strong>de</strong>lijke persoon, een teamlid ofverkoopspersoon.Organizatie <strong>van</strong> <strong>de</strong>Casestudy,Het is belangrijk voor haar dat <strong>de</strong> dag dui<strong>de</strong>lijk wordtomgeving enrollenspelen,inge<strong>de</strong>eld, dat er een zeker ritme is. Het is zeerzichzelfINVRA- enbelangrijk voor haar om een geregel<strong>de</strong> dagelijkseISKIE-testroutine te hebben. Ze is in staat haar omgeving,haar kamer, <strong>de</strong> keuken, haar werkplaats te<strong>org</strong>aniseren. Maar ze kan geen strategieëngebruiken om het doel te bereiken. Of om <strong>de</strong>verschillen<strong>de</strong> stappen <strong>van</strong> een gepland project in <strong>de</strong>juiste volgor<strong>de</strong> te implementeren.Zin voorCasestudy,Ze kan gemakkelijk het hoofd bie<strong>de</strong>n aan eenverantwoor<strong>de</strong>lijk-rollenspelen,onaangename of gevoelige situatie.heid voor zichzelfINVRA- enen voor <strong>de</strong>ISKIE-testomgevingCapaciteit om naCasestudy,Ze kan haar no<strong>de</strong>n of wensen dui<strong>de</strong>lijk uitente <strong>de</strong>nkenrollenspelen,tegenover beken<strong>de</strong> personen. Ze is in staat om na teINVRA- en<strong>de</strong>nken en het gedrag in een bepaal<strong>de</strong> situatie opISKIE-testeen later ogenblik te beoor<strong>de</strong>len.WerkboekPerspectief-INVRA- enZe heeft een beperkte perceptie <strong>van</strong> <strong>de</strong> inbeeldingvermogenISKIE-testdat an<strong>de</strong>re mensen boos of verstoord kunnen rakenom haar gedrag.208


Bijvoegsel 8 - Casestudy’sCase 8 (Roemenië)Verhaal <strong>van</strong> Maria(weesmeisje <strong>van</strong> 20 jaar, met lichte mentale achterstand, hardhorig, sociale gedragsproblemen)Mijn naam is Maria. Ik ben één <strong>van</strong> die kin<strong>de</strong>ren die zon<strong>de</strong>r haar gezin te kennen isopgegroeid in een weeshuis. Ik heb mijn moe<strong>de</strong>r enige tijd gele<strong>de</strong>n ontmoet, maar ze is in eenpsychiatrisch ziekenhuis, en ik weet niet wie mijn va<strong>de</strong>r is.In het weeshuis had ik veel vrien<strong>de</strong>n, het personeel z<strong>org</strong><strong>de</strong> voor ons, maar die perio<strong>de</strong> zon<strong>de</strong>rverantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n is nu voorbij, en ik moet <strong>de</strong> realiteit on<strong>de</strong>r ogen zien, wat niet <strong>de</strong>gemakkelijkste zaak is. In het begin wer<strong>de</strong>n we geholpen door een an<strong>de</strong>re stichting, maar hetconstante probleem blijft huisvesting.Ik heb ook <strong>de</strong> trieste ervaring gehad enkele nachten op straat door te brengen, in het station ofpark, maar ik was steeds erg bang. Nu ik voor <strong>de</strong> nacht een on<strong>de</strong>rkomen heb gevon<strong>de</strong>n waar ikkan slapen, is het probleem opgelost, maar het probleem <strong>van</strong> <strong>de</strong> huur betalen enlevensmid<strong>de</strong>len kunnen kopen is gebleven. Dus had ik een baan nodig. Ik heb tot nu toe almeer<strong>de</strong>re pogingen on<strong>de</strong>rnomen, maar zon<strong>de</strong>r resultaat.In <strong>de</strong> winter <strong>van</strong> 2003 had<strong>de</strong>n we gehoord <strong>van</strong> <strong>de</strong> Alpha Foundation en we bezochten die. Wewaren daar zeer blij mee, omdat we in <strong>de</strong> strenge winter enkele uren kon<strong>de</strong>n doorbrengen opeen aardige, warme plaats, maar ook omdat we interessante zaken leer<strong>de</strong>n. In het begin dachtik dat ik er nooit in zou slagen iets te doen, omdat ik nergens voor opgeleid was. Eerst was hetmoeilijk om iets te leren, maar toen ik rond me keek, en an<strong>de</strong>re collega’s zag die met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>problemen wer<strong>de</strong>n geconfronteerd, begon het gemakkelijker te wor<strong>de</strong>n. In het begin wist ikniet waar die lange gesprekken over een werkplek, regels en gedrag voor nodig waren. Ikmaakte nieuwe vrien<strong>de</strong>n, en maakte an<strong>de</strong>re dingen mee. Ik leer<strong>de</strong> <strong>van</strong> iemand hoe ik kantorenmoest schoonmaken, en daarna, omdat ik snel leer<strong>de</strong>, ben ik naar <strong>de</strong> keuken gegaan om tehelpen bij <strong>de</strong> vaat en bij het schoonmaken <strong>van</strong> groenten. Ik kreeg <strong>de</strong> mogelijkheid om <strong>de</strong>zaken die ik op school had geleerd, op te frissen: naaien, en dat leek nu veel gemakkelijker. Deaardige woor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainer beteken<strong>de</strong>n voor mij een grote hulp. Het liefst was ik in <strong>de</strong>naaiworkshop.Ik kon mijn oren niet geloven, toen <strong>de</strong> directeur me op een dag zei dat het misschien mogelijkwas om in een textielfabriek te gaan werken! Ik was zo blij dat <strong>de</strong> hele nacht niet kon slapen.Ik zou een loon krijgen! Maar tegelijk was ik bez<strong>org</strong>d. Ik was bang dat ik iets zou vergeten datik zou moeten doen, <strong>de</strong> regels <strong>van</strong> die werkplaats ... maar ik fris die zaken dag na dag op. Enhet is goed te weten dat mijn formele trainer <strong>van</strong> <strong>de</strong> stichting mij <strong>van</strong> tijd tot tijd komtopzoeken, en dat ik met haar kan praten, telkens als ik dat nodig heb.209


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>Nu ik al enkele maan<strong>de</strong>n aan het werk ben, en mijn huur en eten kan betalen, mag ik zeggendat mijn stoutste dromen waar zijn gewor<strong>de</strong>n!210


Bijvoegel 9Overzichttrainingsmetho<strong>de</strong>n(in alfabetische volgor<strong>de</strong>)- 1 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Ahmed, Fatima en Kenneth op stage”Interculturele sociale vaardighe<strong>de</strong>nRiagg Rijnmond N.W. Rotterdam (Ne<strong>de</strong>rland)Stichting Samen Wonen Samen LevenSnellemanstraat 93035 WJ – Rotterdam (Ne<strong>de</strong>rland)Telefoon (+31) 10 4650 700Stichting Samen Wonen Samen LevenSnellemanstraat 93035 WJ – Rotterdam (Ne<strong>de</strong>rland)Telefoon (+31) 10 4650 700ISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMigrantenleerlingen in VSO-scholen (bijzon<strong>de</strong>r secundair on<strong>de</strong>rwijs) en KMBOscholen(kort mid<strong>de</strong>lbaar beroepson<strong>de</strong>rwijs)Leerkrachten on<strong>de</strong>rsteunen in het aanleren <strong>van</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n inwerkplaatsingen en arbeidsplaatsen met <strong>de</strong> bedoeling:1. <strong>de</strong> sociale (cognitieve) kennis en <strong>de</strong> concrete sociale vaardighe<strong>de</strong>n(gedrag) <strong>van</strong> migrantenstu<strong>de</strong>nten te verbeteren gericht opwerkplaatsing en werksituaties;2. <strong>de</strong> sociale kennis en concrete sociale vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong>migrantenstu<strong>de</strong>nten te verbeteren <strong>van</strong>uit een intercultureel perspectief,d.w.z. presteren in een multiculturele omgeving, in het bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>werkplek;3. <strong>de</strong> zelfachting (emotionele) vergroten om het hoofd te kunnen bie<strong>de</strong>naan sociale situaties op <strong>de</strong> werkplek.De trainingsprogramma’s wor<strong>de</strong>n niet geschei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> scholen. Inbedding in hetschoolbeleid met betrekking tot werkplaatsingsvoorbereiding en -on<strong>de</strong>rsteuning iseen must.De vi<strong>de</strong>o heeft een verhaallijn, en is informatief:a. het handboek verwijst naar <strong>de</strong> verhaallijn;b. <strong>de</strong> informatie houdt verband met een aantal specifieke vaardighe<strong>de</strong>nen leerdoelstellingen.Er staan drie verhalen op <strong>de</strong> vi<strong>de</strong>otape:1. Ahmed en <strong>de</strong> sleutel tot succes (7 minuten);2. Samen lukt het wel (6 minuten);3. De m<strong>org</strong>enstond roert haar mond (8 minuten).MaterialenVi<strong>de</strong>o en handboek211


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 2 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Alpha Nova Arbeitsbuch 1”Alpha Nova Werkbook 1 – persoonlijke en beroepstraining voor mensenmet leermoeilijkhe<strong>de</strong>n en beperkingenWögerer Thomas et al.Alpha Nova BetriebsgesmbH, Graz, OostenrijkLink op <strong>www</strong>.alphanova.at<strong>www</strong>.alphanova.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenMensen met leerhandicaps en -beperkingenDe sociale vaardighe<strong>de</strong>n verbeterenEen reeks trainingmetho<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> diverse dimensies <strong>van</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n.Basisinformatie voor trainers:1. spelletjes om elkaar te leren kennen;2. communicatie;3. solliciteren voor een baan;4. werk (wat is werk, omgaan met werkor<strong>de</strong>rs);5. kritiek (actieve en passieve);6. uiterlijk (kleding, persoonlijke hygiëne);Kwaliteitsb<strong>org</strong>ingWerkboek212


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 3 -Naam/TitelAuteurs“Arbeitsplatzadaption”WerkplaatsaanpassingATZ -TeamUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaAdolescenten en volwassenen met geestelijke beperkingen, aandoeningen ensocialisatie<strong>de</strong>ficitsEen werkplek zo aanpassen dat <strong>de</strong> concrete werknemer blijk kan geven <strong>van</strong>zijn of haar beste prestaties in <strong>de</strong> baan.Alle vormen <strong>van</strong> het creëren <strong>van</strong> werkplekken en <strong>van</strong> het in staat stellen <strong>van</strong>mensen om hun eigen werkplek te creëren.Van <strong>de</strong> trainer wordt vereist dat hij kennis heeft <strong>van</strong> ergonomische enindustriële psychologie.Materialen -- 4 -Naam/TitelAuteurs“Austauschgruppe Arbeit”“Uitwisselingsgroep Werk”Bettina Köck, Karin Brandstetter, Martin FerkUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, aandoeningenen socialisatie<strong>de</strong>ficitsDe “Uitwisselingsgroep Werk” moet <strong>de</strong> mogelijkheid bie<strong>de</strong>n omwerkgerelateer<strong>de</strong> problemen en moeilijkhe<strong>de</strong>n te bespreken en voorstellen<strong>van</strong> <strong>de</strong> groep te krijgen voor manieren om die situaties aan te pakken. De<strong>de</strong>elnemers moeten leren het hoofd te bie<strong>de</strong>n aan werkgerelateer<strong>de</strong>problemen en moeilijkhe<strong>de</strong>n. Vaak besproken on<strong>de</strong>rwerpen zijn bijvoorbeeld<strong>de</strong> relaties met collega’s en sociaal aanvaar<strong>de</strong> manieren om zich te gedragen.De on<strong>de</strong>rsteuningsuitwisselingsgroep “Werk” is een trainingsmetho<strong>de</strong> waarinindividuele werkgerelateer<strong>de</strong> ervaringen, moeilijkhe<strong>de</strong>n en problemen <strong>van</strong> <strong>de</strong><strong>de</strong>elnemers overdacht en besproken kunnen wor<strong>de</strong>n binnen een groep <strong>van</strong>“gelijken”. De basis voor <strong>de</strong> uitwisseling vormen <strong>de</strong> eigen werkgerelateer<strong>de</strong>ervaringen met an<strong>de</strong>ren. De evaluatie (één keer per jaar) moet veran<strong>de</strong>rdwor<strong>de</strong>n in driemaan<strong>de</strong>lijkse evaluatie.De concrete, gebruikte metho<strong>de</strong>n kunnen zijn: rollenspel, discussiegroepen ofthemagecentreer<strong>de</strong> interactie.213


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>-5 -Naam/TitelAuteurs“Austauschgruppe Praktika”Uitwisselingsgroep“Practicums”Christiana Moshammer, Martin FerkUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen,aandoeningen en socialisatie<strong>de</strong>ficitsDe uitwisselingsgroep “Practicums” moet <strong>de</strong> mogelijkheid bie<strong>de</strong>n omwerkgerelateer<strong>de</strong> problemen en moeilijkhe<strong>de</strong>n te bespreken en voorstellen<strong>van</strong> <strong>de</strong> groep te krijgen voor manieren om die situaties aan te pakken. De<strong>de</strong>elnemers moeten leren het hoofd te bie<strong>de</strong>n aan werkgerelateer<strong>de</strong>problemen en moeilijkhe<strong>de</strong>n. Vaak besproken on<strong>de</strong>rwerpen zijn bijvoorbeeld<strong>de</strong> relaties met collega’s en sociaal aanvaar<strong>de</strong> manieren om zich tegedragen.De on<strong>de</strong>rsteuningsuitwisselingsgroep “Practicums” is een trainingsmetho<strong>de</strong>waarin individuele werkgerelateer<strong>de</strong> ervaringen, moeilijkhe<strong>de</strong>n enproblemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>elnemers overdacht en besproken kunnen wor<strong>de</strong>nbinnen een groep <strong>van</strong> “gelijken”. De basis voor <strong>de</strong> uitwisseling vormen <strong>de</strong>eigen werkgerelateer<strong>de</strong> ervaringen met an<strong>de</strong>ren.De concrete, gebruikte metho<strong>de</strong>n kunnen zijn: rollenspel, discussiegroepenof themagecentreer<strong>de</strong> interactie.214


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 6 -Naam/TitelAuteurs“Beruflicher Unterricht”Beroepson<strong>de</strong>rwijsTanja Scalvini, Martin FerkUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, aandoeningenen socialisatie<strong>de</strong>ficitsZoals <strong>de</strong> beroepsschool moet het beroepson<strong>de</strong>rwijs kennis over het werk (bv.arbeidsrecht, ver<strong>de</strong>re opleiding, hygiëne) overbrengen op <strong>de</strong> <strong>de</strong>elnemers.An<strong>de</strong>rzijds kan beroepson<strong>de</strong>rwijs een plaats zijn voor het aanleren <strong>van</strong>specifieke sociale vaardighe<strong>de</strong>n.Programma 2005: (a) regels en instructies op het werk, (b) hoe een baanvin<strong>de</strong>n, (c) gezondheid en veiligheid op het werk, (d) interactie met an<strong>de</strong>renop het werk. De <strong>de</strong>elnemers moeten in staat wor<strong>de</strong>n gesteld om hun eigenweg te vin<strong>de</strong>n in hun baan, om verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n en mogelijkhe<strong>de</strong>n vooron<strong>de</strong>rsteuning te i<strong>de</strong>ntificeren en om regels en instructies te begrijpen.Presentaties met uitge<strong>de</strong>el<strong>de</strong> documenten, discussiegroepen, brainstorming,rollenspel, workshops, enz. De training vereist kennis <strong>van</strong> socialevaardighe<strong>de</strong>n, arbeidsrecht, enz. Mogelijkheid om externeon<strong>de</strong>rsteuning/knowhow te vragen.215


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 7 -Naam/TitelAuteurs“Cafe Akku”Heidi Nikolasch, Michaela Beer, Vera SokolUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenakkucafe@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen,aandoeningen en socialisatie<strong>de</strong>ficits.Staat over het algemeen open voor mensen met en zon<strong>de</strong>r handicap.Voor mensen met een handicap is het belangrijk hun individueleervaringen uit te wisselen binnen groepen <strong>van</strong> gelijken.De hoofdbedoeling is het uitbouwen <strong>van</strong> sociale netwerken in termen <strong>van</strong>bv. groepen <strong>van</strong> gelijken die geen verband hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> familie ofprofessionele hulpverleners.Mensen en geestelijke of sociale beperkingen hebben vaak moeilijkhe<strong>de</strong>nom relaties en sociale netwerken op te bouwen. Dus werkt dit “instrument”als een communicatieplatform.Geen specifieke inhoud. Onze trainers hebben bijkomen<strong>de</strong> opleiding voor<strong>de</strong> hotel- en restaurantsector.- 8 -Naam/TitelAuteurs“Club Akku, Veranstaltungen und Clubzeitung”Club “Akku”, evenementen en clubbladTanja Scalvini, Stefan Holzhammer, Christiana MoshammerUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen,aandoeningen en socialisatie<strong>de</strong>ficits.De hin<strong>de</strong>rnissen tussen mensen met en zon<strong>de</strong>r handicap verkleinen.Daarnaast moet <strong>de</strong> Club “Akku” werken als platform waar mensen met eenhandicap hun eigen activiteiten kunnen <strong>org</strong>aniseren.De “Akku” is een serviceplatform voor mensen met en zon<strong>de</strong>r handicap.Centrale activiteiten zijn <strong>de</strong> <strong>org</strong>anisatie <strong>van</strong> periodieke evenementen en <strong>de</strong>functie <strong>van</strong> plaatselijk servicepunt voor recreatieve en culturele activiteiten.Er is clubnieuws en een maan<strong>de</strong>lijks radioprogramma dat dient als <strong>org</strong>aanvoor mensen met een handicap. Ze moeten ook samenwerken metplaatselijke clubs, <strong>org</strong>anisatie en media.Materialen -216


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 9 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Communicatiespel”Peter Gerrickens & Marijke VerstegeGERRICKENS Training & Adviesgerrickp@xs4all.nl<strong>www</strong>.kwaliteitenspel.nl of <strong>www</strong>.1-stop.<strong>org</strong>.ukISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenDe spellen die ontwikkeld wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong>ze <strong>org</strong>anisatie, zijn geschikt voordiverse doelgroepen, maar in het bijzon<strong>de</strong>r voor kin<strong>de</strong>ren metleerbeperkingen en jongeren ou<strong>de</strong>r dan 12 jaar. De spellen zijn op diversemanieren te gebruiken. De trainer/job coach beslist of ze passen in heton<strong>de</strong>rsteuningstraject.Het perspectief <strong>van</strong> dit veelzijdige communicatiespel is <strong>de</strong> vraag: Wat kanik?Het vaardighe<strong>de</strong>nspel kan in nagenoeg ie<strong>de</strong>re baan en privésituatie gebruiktwor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> prestaties te bespreken en te verbeteren.Op kaarten staan sociale en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n, bv. dui<strong>de</strong>lijkformuleren, samenvatten, beslissingen nemen, kritiek geven op eenpositieve manier, en dui<strong>de</strong>lijk uitleggen.De symbolen op <strong>de</strong> kaarten in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong> 3 kleine lichtbun<strong>de</strong>ls zijnvergelijkbaar met verkeerslichten:• groen: <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n beheerst;• oranje: <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n matig beheerst;• rood: <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n onvoldoen<strong>de</strong> beheerst.Dit kaartspel bevat 140 kaarten.217


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 10 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Easy to read method”Bror. I. TronbackeInternationale Fe<strong>de</strong>ration of Library Associations & Institutions (IFLA -Section of Libraries Serving Disad<strong>van</strong>taged Persons)IFLA HeadquartersC/o Koninklijke BibliotheekPrins Willem-Alexan<strong>de</strong>rhof 52595 BE Den HaagNe<strong>de</strong>rlandTel: +31-70-3140884Fax: +31-70-3834827IFLA.HQ@IFLA.NLISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaTwee hoofdgroepen:- mensen met een beperking;- lezers met beperkte taal- of leesvaardighe<strong>de</strong>n.Die mensen kunnen zijn:- volwassenen;- jonge volwassenen;- kin<strong>de</strong>ren.Het verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n en competenties <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt.Deze metho<strong>de</strong> is nuttig om materiaal aan te maken dat gemakkelijk tebegrijpen is (regels, dagregelingen, doelijsten, gidsen, historieken,nieuws, enz.) Achtergrond: toegang tot cultuur, literatuur en informatie iseen <strong>de</strong>mocratisch recht. Om dat recht te kunnen uitoefenen hebben veelmensen toegang tot gemakkelijk leesbare materialen nodig, wat toe teschrijven is aan een handicap of aan beperkte lees- enschrijfvaardighe<strong>de</strong>n.On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie:Er zijn twee licht verschillen<strong>de</strong> <strong>de</strong>finities <strong>van</strong> het concept “gemakkelijkleesbaar”:• <strong>de</strong> ene komt neer op een linguïstische aanpassing <strong>van</strong> eentekst waardoor die tekst gemakkelijker te lezen is dan eengemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> tekst, maar <strong>de</strong>ze niet gemakkelijk maakt om tebegrijpen;• <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re komt neer op een aanpassing die zowel het lezenals het begrijpen vergemakkelijkt.Materialen -218


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 11 -Naam/Titel“In Eigen Han<strong>de</strong>n”AuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/BestellingenINVRAINVRAPostbus 1588090 AD – Wezep (Ne<strong>de</strong>rland)INVRAISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenMensen met leerbeperkingen wor<strong>de</strong>n voorbereid op banen in <strong>de</strong> openarbeidsmarkt.“In Eigen Han<strong>de</strong>n” is een werkmetho<strong>de</strong> die instrumenten biedt aan trainersen jobcoaches om mensen met leerbeperkingen aan te sporen hunpotentieel te ontwikkelen om in aanmerking te komen voor banen in <strong>de</strong>open arbeidsmarkt. Die metho<strong>de</strong> spitst zich toe op het verhogen <strong>van</strong> <strong>de</strong>zelfstandigheid <strong>van</strong> personen op <strong>de</strong> werkvloer en in <strong>de</strong> werkcontext.De metho<strong>de</strong> besteedt aandacht aan 3 aspecten:• het werkproces (inname, rechte stroom, uitstroom);• het instructiemo<strong>de</strong>l (<strong>de</strong> trainer zet een stap achteruit, en geeft <strong>de</strong>cliënt ruimte om na te <strong>de</strong>nken over <strong>de</strong> aanpak <strong>van</strong> een taak of<strong>de</strong> oplossing <strong>van</strong> een probleem);• <strong>de</strong> attitu<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainer (<strong>de</strong> trainer is zich bewust <strong>van</strong> het feitdat hij zijn attitu<strong>de</strong> continu moet aanpassen aan het leerproces<strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt).TekstboekDe metho<strong>de</strong> “In Eigen Han<strong>de</strong>n” is gekoppeld aan het evaluatie-instrumentINVRA. Dat instrument wordt periodiek ingevuld, wat een dui<strong>de</strong>lijk beeldoplevert <strong>van</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt. De visuele reproductie <strong>van</strong>INVRA verbetert <strong>de</strong> zelfkennis.219


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 12 -Naam/TitelAuteursPublisher/DistributorInformatie/Bestellingen“Enhancement of confi<strong>de</strong>nce by trusting in <strong>de</strong> clients abilities”Angelika Ronge, Anita Koblmüller, Uschi SeitnerCantina habilisBv-p<strong>org</strong>.vol<strong>de</strong>rs@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en jonge volwassenen, kin<strong>de</strong>ren met mentale beperkingen,aandoeningen, socialisatie<strong>de</strong>ficits, problemen met sociaal gedrag.De zelfachting, het vertrouwen in het eigen kunnen verhogenDe cliënt krijgt taken die hij kan volbrengen; <strong>de</strong> hulpverlener geeft hem hetgevoel dat niemand volmaakt is, positieve feedback.On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: “Als er iemand in mij gelooft, voel ik dat ik het kan”De taken wor<strong>de</strong>n zo gekozen dat <strong>de</strong> cliënten slaagkans hebben.- 13 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Erlebnispädagogik”ErvaringspedagogieAngelika Ronge, Anita Koblmüller, Uschi SeitnerCantina habilisBv-p<strong>org</strong>.vol<strong>de</strong>rs@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en jonge volwassenen met mentale beperkingen,socialisatiebeperkingen, mentale achterstand.Bewustzijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> eigen sterke punten en tekortkomingen, zijn beperkingenkennen. Mogelijkheid om verantwoor<strong>de</strong>lijkheid te nemen, en <strong>de</strong> gevolgen teleren dragen (zijn conclusies trekken uit zijn da<strong>de</strong>n), bewustzijn <strong>van</strong> <strong>de</strong>eigen no<strong>de</strong>n en die <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren, leren hoe een uitdaging aan te gaan,aankweken <strong>van</strong> teamgeest.De eigendunk en het zelfvertrouwen verhogen door een gevoel <strong>van</strong> succes,weten<strong>de</strong> dat we samen sterk zijn (elk lid <strong>van</strong> <strong>de</strong> groep is belangrijk). Detaken wor<strong>de</strong>n zo gekozen dat <strong>de</strong> groep het doel alleen samen kanbereiken, ie<strong>de</strong>reen is verantwoor<strong>de</strong>lijk voor elkaar.Samenwerkingsspellen, oplossing <strong>van</strong> een gemeenschappelijke opdracht,bivakkeren met kampvuur (bereidheid om nieuwe dingen te doen)Wan<strong>de</strong>lingen voor het oefenen <strong>van</strong> het uit- en volhoudingsvermogen.Vereiste voor <strong>de</strong> trainer: ervaringspedagoog.220


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 14 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Metho<strong>de</strong> Feuerstein”<strong>de</strong> heer Feuerstein-<strong>www</strong>.icelp.<strong>org</strong>.ISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenMensen met leer- en ontwikkelingsbeperkingenDe metho<strong>de</strong> stelt dat ie<strong>de</strong>re persoon kan veran<strong>de</strong>ren, wat erop neerkomt datwe uitgaan <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een cliënt, en niet <strong>van</strong> zijnonmogelijkhe<strong>de</strong>n. Een limiet aanvaar<strong>de</strong>n we niet. De researcher en <strong>de</strong> coachzijn bemid<strong>de</strong>laars voor <strong>de</strong> cliënten die <strong>de</strong> input, inwerking en output helpen teregelen. Per slot <strong>van</strong> rekening kunnen <strong>de</strong> cliënten meer voor<strong>de</strong>el halen uitleersituaties.AchtergrondDe metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> Feuerstein houdt zich bezig met het on<strong>de</strong>rzoek, <strong>de</strong>behan<strong>de</strong>ling en on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> mensen met leerbeperkingen enontwikkelingstoornissen <strong>van</strong> 0 tot 100 jaar oud. De re<strong>de</strong>n daarvoor kan nietsteeds wor<strong>de</strong>n aangewezen. Die re<strong>de</strong>n kan erfelijkheid zijn, maar <strong>de</strong>stoornissen kunnen ook veroorzaakt wor<strong>de</strong>n door migratie, ziekte, eenongeval of door opvoeding in een zwakke sociale omgeving. Hetuitgangspunt hier is <strong>de</strong> theorie <strong>van</strong> professor Feuerstein. In die theorie wordt<strong>de</strong> aandacht toegespitst op <strong>de</strong> cognitieve functies/ het cognitieve <strong>de</strong>nken.Voorbeel<strong>de</strong>n zijn: plannen, categoriseren, etiketteren, informatie verzamelen,enz. Wanneer <strong>de</strong> cognitieve functies goed ontwikkeld zijn, kunnen ze wor<strong>de</strong>ngebruikt om problemen te voorkomen. Deze metho<strong>de</strong> spitst zich in <strong>de</strong> eersteplaats toe op <strong>de</strong> volledige leeromgeving, door het betrekken <strong>van</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs,<strong>de</strong> school en <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënten bij <strong>de</strong> bemid<strong>de</strong>ling.Met het LPAD (Learning Propensity Assessment Device), dat ontwikkeldwerd door professor Feuerstein, wordt <strong>de</strong> leercapaciteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënton<strong>de</strong>rzocht. In functie <strong>van</strong> dat on<strong>de</strong>rzoek is een on<strong>de</strong>rsteuningsplanopgesteld. Dat plan bevat <strong>de</strong> zwakke en sterke cognitieve functies, en ookwelke bemid<strong>de</strong>ling nodig is om <strong>de</strong> cognitieve functies te gebruiken en teontwikkelen.Metho<strong>de</strong>:• opnamegesprek;• diagnose door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> het LPAD-on<strong>de</strong>rzoek;• on<strong>de</strong>rsteuningsadvies.On<strong>de</strong>rsteuning: <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning kan in diverse omgevingen gebeuren.221


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 15 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“The Five finger method (Simon) “Lennart TehageThe transnational project intoergani (HORIZON)tehage@yahoo.comKlarälvdalens Folkhögskola, Stöllet, Swe<strong>de</strong>nISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenGeen specifieke groep of leeftijd.Die <strong>de</strong> re<strong>de</strong>n is <strong>van</strong> mijn aanstelling.Achtergrond: <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n rondom ons veran<strong>de</strong>ren zeer snel. Het isbelangrijk om een manier te vin<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring te beheersen.Specifiek plan voor alles wat besloten wordt dat gedaan moet wor<strong>de</strong>n(persoonlijk plan)On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie:• bedoeling;• doelstellingen;• mid<strong>de</strong>len;• <strong>org</strong>anisatie;• rapportering.Persoonlijk of met een klein team werken met <strong>de</strong> cliënt.-16 -Naam/TitelAuteurs“Fußballmannschaft Innsbrucker Kickers”Voetbalploeg “Innsbrucker Kickers”Tanja Scalvini, Daniel Rechberger, Paul MennelUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaAdolescenten en volwassenen met geestelijke beperkingen, stoornissen ensocialisatie<strong>de</strong>ficits. Staat over het algemeen open voor mensen met enzon<strong>de</strong>r handicap.Verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale integratie en mogelijkheid om werkgerelateer<strong>de</strong>sociale vaardighe<strong>de</strong>n te verbeteren.Gebruikelijke voetbaltraining (wekelijkse training en een tornooi ongeveertwee keer per jaar)MaterialenEen professionele trainer voor gehandicaptensporten is vereist.222


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 17 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Gevoelswereldspel”Peter Gerrickens & Marijke VerstegeGERRICKENS Training & Adviesgerrickp@xs4all.nl<strong>www</strong>.kwaliteitenspel.nl of <strong>www</strong>.1-stop.<strong>org</strong>.ukISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenDe spellen die ontwikkeld wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong>ze <strong>org</strong>anisatie, zijn geschikt voordiverse doelgroepen, maar vooral voor kin<strong>de</strong>ren met leerbeperkingen enjongeren <strong>van</strong> meer dan 12 jaar. De spellen zijn op diverse manieren tegebruiken. De trainer/jobcoach beslist of ze geschikt zijn in heton<strong>de</strong>rsteuningstraject.De bedoeling <strong>van</strong> dit spel is u te doen spreken over <strong>de</strong> manier waarop usituaties, mensen of een <strong>org</strong>anisatie ervaart. Het gevolg is dat nu niet alleeneen groter zelfbewustzijn krijgt, maar ook leert hoe u an<strong>de</strong>re mensen moetbegrijpen. De centrale vraag is:Wat voel ik?De spelkaarten zijn on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in 3 groepen:1. aangename gevoelens: voorbeel<strong>de</strong>n zijn: gelukkig, trots,voldaan, veilig en on<strong>de</strong>rsteund;2. onaangename gevoelens: voorbeel<strong>de</strong>n zijn: boos, ongerust,rusteloos, schuldig, beledigd;3. omgeving: <strong>de</strong>ze kaarten stellen belangrijke aspecten <strong>van</strong> onsleven voor die emotioneel gela<strong>de</strong>n zijn. Voorbeel<strong>de</strong>n zijn:vrien<strong>de</strong>n, gezondheid, betaal<strong>de</strong> en onbetaal<strong>de</strong> banen en uiterlijk.Dit kaartspel bevat 140 kaarten.223


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 18 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Goldstein”Arnold Goldstein-<strong>www</strong>.goldstein.comISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenJongeren met leerbeperkingen tussen 12 en 20 jaarArnold Goldstein beschouwt zijn “gestructureer<strong>de</strong> leertherapie” als eenmetho<strong>de</strong> die beantwoordt aan <strong>de</strong> no<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> leven en <strong>de</strong>omgeving <strong>van</strong> cliënten uit <strong>de</strong> lage stand. Zijn metho<strong>de</strong> is toegespitst op hetverbeteren <strong>van</strong> vaardighe<strong>de</strong>n en het sociale vertrouwen.De training is gericht op 9 sociale vaardighe<strong>de</strong>n:• kennis maken;• luisteren:• vragen;• neen zeggen;• een praatje beginnen;• kritiseren;• reageren op kritiek <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren;• gevoelens uiten.De metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> Goldstein besteedt aandacht aan <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stappen:1. instructie/mo<strong>de</strong>llering: in <strong>de</strong>ze fase wor<strong>de</strong>n diverse voorbeel<strong>de</strong>ngetoond <strong>van</strong> <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n of het sociale gedrag; dat gebeurtdoor <strong>de</strong> trainer of door vi<strong>de</strong>ofragmenten te tonen;2. gedragspraktijk: <strong>de</strong> cliënten wor<strong>de</strong>n gestimuleerd om gedrag(<strong>de</strong>len er<strong>van</strong>) uit te voeren; <strong>de</strong> situaties wor<strong>de</strong>n moeilijker enpersoonlijker;3. bevestigen/feedback: tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> gedragsoefeningen is erconstant positieve feedback;4. overdrachttraining: het aangeleer<strong>de</strong> gedrag wordt naast <strong>de</strong>leeromgeving ook toegepast op het dagelijkse leven; <strong>de</strong>situaties verschillen volgens <strong>de</strong> cliënt.Handboek224


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 19 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“The Gordon training (YET: Youth Effectiveness Training) “<strong>de</strong> heer Gordon-<strong>www</strong>.gordontraining.comISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenJongeren tussen 14 en 20 jaar.Die jongeren lopen het gevaar hun ban<strong>de</strong>n met het gezin, <strong>de</strong> school ofvrien<strong>de</strong>n te verliezen door gebrek aan begrip, communicatievaardighe<strong>de</strong>nen zelfvertrouwen.De communicatie- en relatievaardighe<strong>de</strong>n verbeteren. Een samenlevingverbeteren waarin <strong>de</strong> relaties open en <strong>de</strong>mocratisch zijn, waarin mensenelkaar respecteren, en bereid zijn te luisteren naar elkaar. Achtergrond:jongeren lopen geregeld het gevaar hun ban<strong>de</strong>n met hun gezin, <strong>de</strong> school ofvrien<strong>de</strong>n te verliezen door gebrek aan begrip, communicatievaardighe<strong>de</strong>nen zelfvertrouwen.- dui<strong>de</strong>lijk communiceren;- luisteren;- goe<strong>de</strong> relaties opbouwen;- problemen voorkomen;- problemen oplossen door communicatie- omgaan met waar<strong>de</strong>conflicten.De cursus richt <strong>de</strong> aandacht op actie en spellen, en bevat 14 bijeenkomsten<strong>van</strong> twee uur (of een variant daarop). Er wor<strong>de</strong>n praktische oefeningen enopdrachten gebruikt die jongeren boeien:Metho<strong>de</strong>:- uitleg <strong>van</strong> <strong>de</strong> theorie;- praktijk<strong>de</strong>monstraties;- vaardighe<strong>de</strong>n oefenen;- ervaringen uitwisselen.225


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 20 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Job application”Jobwards, “Hinaus in die Arbeitswelt”Alpha Nova BetriebsgesmbHjobwaerts@alphanova.at <strong>www</strong>.alpha nova.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, stoornissen, sociale<strong>de</strong>ficits, psychosociale stoornissenDe cliënten in staat stellen om <strong>de</strong>el te nemen aan een vraaggesprek enzelfstandig te solliciteren voor een baan.Zelfachting, zelfwaar<strong>de</strong>ring, zelfvertrouwen in eigen kunnen.On<strong>de</strong>rwerpen: solliciteren voor een baan, leren over algemene regels enafspraken.Rollenspel, vi<strong>de</strong>o’s, documenten invullen, verbetering <strong>van</strong>presentatievaardighe<strong>de</strong>n.226


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 21 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“De Kombinatietraining”Combination trainingAuteurs: Erik <strong>van</strong> BruggenUitgever/ Ver<strong>de</strong>ler: Publisher ACCO, Leuven-Leus<strong>de</strong>nE-mail: voorburg@euronet.nl<strong>www</strong>.acco.beISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaDe Kombinatietraining is een training in sociale vaardighe<strong>de</strong>n voor kin<strong>de</strong>renmet leerbeperkingen en jongeren tussen 12 en 20 jaar.De bedoeling <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze training is het sociale vertrouwen te verbeteren. Diebedoeling is on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in drie on<strong>de</strong>rgeschikte doelstellingen:1. kennisverbetering: <strong>de</strong> cliënten moeten weten hoe ze blijk moeten geven<strong>van</strong> een bepaal<strong>de</strong> sociale vaardigheid;2. gedragswijziging: <strong>de</strong> cliënten moeten <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n tonen enuitvoeren;3. perceptiewijziging: <strong>de</strong> cliënten moeten <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n uitvoeren, en zichcompetent voelen om die effectief toe te passen.On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorieDe Kombinatietraining is een combinatie <strong>van</strong> bestaan<strong>de</strong>trainingsprogramma’s en -technieken en nieuwe i<strong>de</strong>eën entrainingsmetho<strong>de</strong>n in dit domein. Het trainingsprogramma is bruikbaar voorzowel on<strong>de</strong>rsteuning en training. Deze training is gebaseerd op <strong>de</strong> training<strong>van</strong> Goldstein. Daarnaast wordt het spel “Sociale vaardighe<strong>de</strong>n voorjongeren” (Van <strong>de</strong>r Sommen, Klaassen & Brugging, 1992) gebruikt.De on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n kunnen voorkomen in hettrainingsprogramma:• kennis maken;• luisteren;• iets vragen;• neen zeggen:• een praatje beginnen;• iets doorpraten:• kritiek krijgen;• kritiek geven;• gevoelens.Vooraf wor<strong>de</strong>n kindgerelateer<strong>de</strong> situaties in kaart gebracht doorbesprekingen met ou<strong>de</strong>rs, leerkrachten, het klasbestuur, het kind, en doorvragenlijsten.Materialen -227


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 22 -Naam/TitelAuteurs“Körperwahrnehmung”LichaamsperceptieHeidi NikolaschUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenakkucafe@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen,aandoeningen en socialisatie<strong>de</strong>ficitsDe lichaamsperceptie mikt op drie dimensies:- zelfperceptie: <strong>de</strong> zintuigen aanscherpen voor het eigen lichaam;- perceptie <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re mensen: <strong>de</strong> zintuigen aanscherpen voorhet lichaam <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren;- perceptie <strong>van</strong> <strong>de</strong> eigen gevoelens en die <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren: <strong>de</strong>kennis <strong>van</strong> uzelf en <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren verbeteren.Daarnaast moet een aantal recreatietechnieken wor<strong>de</strong>n overgebracht.Mensen met mentale of socialisatiebeperkingen hebben vaak problemenom hun eigen lichaam te aanvaar<strong>de</strong>n en te respecteren, om stress efficiëntte beheersen, en om a<strong>de</strong>quaat te reageren op lichaamssignalen.Individuele training en training in groepen.On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: fysiotherapie, ergonomie, anatomie.recreatietechnieken;gebaren en gelaatsuitdrukking;turnoefeningen;coördinatie-oefeningen.Er wor<strong>de</strong>n geen speciale eisen gesteld aan <strong>de</strong> trainer.228


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 23 -Naam/TitelAuteurs“Kreative Medienarbeit”Creatief mediawerkTanja Scalvini, Lukas KindlUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, aandoeningenen socialisatie<strong>de</strong>ficitsNieuwe media en nieuwe mogelijkhe<strong>de</strong>n voor creatief werk leren kennen.Inhoud/ProgrammaCreatief werk met begeleiding.MaterialenEerste inhoud: fotoshop: stripverhaal.Grote kennis <strong>van</strong> nieuwe media wordt vereist <strong>van</strong> <strong>de</strong> trainer.- 24 -Naam/ TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Kukuk”Trainingsinventaris voor mensen met leerbeperkingenKlüssendorf, Andrea / Löbal, Nine & Thätner, MarliesHamburger Arbeitsassistenzkukuk@hamburger-arbeitsassistenz.<strong>de</strong><strong>www</strong>.hamburger-arbeitsassistenz.<strong>de</strong>ISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenMensen met leerbeperkingenDe sociale vaardighe<strong>de</strong>n verbeterenEerste principes <strong>van</strong> het trainingsprogramma:• respect en aanvaarding;• instaatstelling;• zelfgestuur<strong>de</strong> leerprocessen;• jobrelatie;• verschei<strong>de</strong>nheid aan metho<strong>de</strong>n;• participatie;• speciaal ontworpen documenten en materialen.Basisinformatie voor trainers:communicatieconflicten afhan<strong>de</strong>lensamenwerkingRollenspel, presentatie, creatief werk binnen <strong>de</strong> groep, bijkomend “huiswerk”229


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 25 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Learning by role mo<strong>de</strong>ls”Angelika Ronge, Anita Koblmüller, Uschi SeitnerCantina habilisBv-p<strong>org</strong>.vol<strong>de</strong>rs@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, stoornissen,socialisatie<strong>de</strong>ficits, mentale achterstand, problemen met sociaal gedragDe cliënt in staat stellen zich op een sociaal passen<strong>de</strong> manier te gedragen.De trainers stellen een voorbeeld <strong>van</strong> een sociaal, respectvol gedrag enemotionele warmte voor <strong>de</strong> cliënt via diens eigen appreciatie, empathie enauthenticiteit.De trainers <strong>de</strong>len samenlevingsnormen mee, rollenspel.- 26 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Learning by success”Angelika Ronge, Anita Koblmüller, Uschi SeitnerCantina habilisBv-p<strong>org</strong>.vol<strong>de</strong>rs@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaAdolescenten met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, stoornissen,socialisatie<strong>de</strong>ficitsDe zelfachting en het zelfvertrouwen verhogen door een gevoel <strong>van</strong> succes.De taken wor<strong>de</strong>n zo gekozen dat <strong>de</strong> cliënt kan slagen in elk domein <strong>van</strong> hetwerk. De cliënt krijgt alleen taken die hij kan realiseren. Gelei<strong>de</strong>lijk aanwor<strong>de</strong>n grotere eisen gesteld aan <strong>de</strong> cliënt.Materialen -230


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 27 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Persönliche Lebensgestaltung”Persoonlijke levensontwikkeling (PLO)Lebenshilfe TirolLebenshilfe Tirold.schatz@tirol.lebenshilfe.at (Dieter Schatz)http://tirol.lebenshilfe.atISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met verstan<strong>de</strong>lijke beperkingen, stoornissen ensocialisatie<strong>de</strong>ficits.Uw visie op uw eigen he<strong>de</strong>n en toekomst creëren samen met uw persoonlijkeen beroepsnetwerk (familie, trainers, vrien<strong>de</strong>n, enz.)On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie <strong>van</strong> <strong>de</strong> training: het concept <strong>van</strong> <strong>de</strong> “Persönliche ZielundZukunftsplanung” (“persoonlijke doel- en toekomstplanning”) (StefanDoose, Boban, Göbes, enz.)Personen met een beperking moeten een plaats hebben om hun eigen (privéenberoeps-)doelstellingen, visies en perspectieven te ontwikkelen. In <strong>de</strong>(individuele) PLO proberen we uit te werken hoe die doelstellingen en visies inons hulpverleningswerk geïntegreerd moeten wor<strong>de</strong>n.De PLO zelf is een geplan<strong>de</strong> conferentie gericht op een persoon met zijn/haarwensen, doelstellingen, capaciteiten, enz.De PLO zelf is een geplan<strong>de</strong> conferentie gericht op een cliënt met zijn/haarwensen, doelstellingen, capaciteiten, enz. De cliënt mag kiezen wie (vrien<strong>de</strong>n,hulpverlening, trainers, enz.) aan <strong>de</strong> conferentie mag <strong>de</strong>elnemen, wanneer enwaar die moet wor<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n, en welke on<strong>de</strong>rwerpen besproken gaanwor<strong>de</strong>n. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> conferentie mag <strong>de</strong> persoon rechtstreeks vragen stellenaan <strong>de</strong> <strong>de</strong>elnemers voor hulp bij <strong>de</strong> realisatie <strong>van</strong> concrete wensen. Er is eenspeciaal opleidingsprogramma voor bemid<strong>de</strong>laars.231


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>-28 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Practical work in an open employment, job try-outs”Angelika Ronge, Anita Koblmüller, Uschi SeitnerCantina habilisBv-p<strong>org</strong>.vol<strong>de</strong>rs@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten met mentale beperkingen, stoornissen, socialisatie<strong>de</strong>ficits,psychosociale stoornissen, mentale achterstand.De cliënt voorberei<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> <strong>de</strong> arbeidsmarkt, <strong>de</strong> kennis <strong>van</strong>zijn <strong>van</strong> rechten in een baan, <strong>de</strong> verwerving <strong>van</strong> werkkennis, voorberei<strong>de</strong>nop het zelfstandig uitoefenen <strong>van</strong> een baan, leren over <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong>een werkplek in <strong>de</strong> open tewerkstelling. On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: het bekendraken met <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> werkplaatsen, werkmetho<strong>de</strong>n en het verwerven<strong>van</strong> werkkennis maakt <strong>de</strong> cliënt zelfzeker, en verhoogt <strong>de</strong> zelfachting.De persoonlijke hulpverlener zoekt een “practicumplaats” voor <strong>de</strong> cliënt, enbegeleidt <strong>de</strong> cliënt tij<strong>de</strong>ns zijn praktische werk (hoe vaak en hoe lang isafhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> vereisten <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt)Leerdagboek, praktisch werk = leren al doen<strong>de</strong>- 29 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Role-play”“Hinaus in die Arbeitswelt”, Job wards CDAlphanova BetriebsgesmbH, jobwaerts@alphanova.at<strong>www</strong>.alphanova.atISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaCliënten met mentale beperkingen, stoornissen, socialisatie<strong>de</strong>ficitsDe cliënten in staat stellen zich op een sociaal passen<strong>de</strong> manier tegedragen. On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: bewustzijn <strong>van</strong> het verkeerd han<strong>de</strong>len,het gedrag <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re begrijpen (spiegelbeeld voor het eigen gedrag)Praktisch aanleren <strong>van</strong> sociaal gedrag in een groep, kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> socialestructuren, het eigen gedrag evalueren en <strong>de</strong> uitwerkingen <strong>van</strong> dat gedragop <strong>de</strong> groep, het eigen gedrag en <strong>de</strong> uitwerkingen er<strong>van</strong> overplaatsen op<strong>de</strong> tegenoverliggen<strong>de</strong> groep. Een courante sociale situatie uitbeel<strong>de</strong>n, enweergeven in een groepsomgeving of in een omgeving <strong>van</strong> persoon totpersoon in een beschutte omgeving.Materialen -232


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 30 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Samenwerken & Communiceren op <strong>de</strong> Werkvloer” “Basisvaardighe<strong>de</strong>n voor hulpverleningsfuncties in 50 oefeningen.Jelleke Bakker et al.Publisher AngerensteinLaan <strong>van</strong> Klarenbeek 1316824 JP – Arnhem (Ne<strong>de</strong>rland)Atlas-siw@zonnet.nlISBN 90 75753 330DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenMensen in hulpverleningsfuncties.Een praktisch instrument om mensen in hulpverleningsfuncties op te lei<strong>de</strong>n insamenwerking en communicatie op <strong>de</strong> werkvloer.Geen ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> verhalen over communicatie en samenwerking, maar:• <strong>de</strong> exacte theorie;• veel voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> mensen die in hulpverleningsfunctieswerken;• vijftig oefeningen om <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n samen aan te leren.Boek- 31 -Naam/TitelAuteurs“Selbstwahrnehmungstraining”ZelfperceptietrainingMichaela Beer, Stefan HolzhammerUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met mentale beperkingen, stoornissen,socialisatie<strong>de</strong>ficits.Mensen met mentale beperkingen hebben vaak problemen met hunzelfperceptie en zelfreflectie. Maar die competenties hebben een crucialefunctie in an<strong>de</strong>re sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Daarom is <strong>de</strong>ze training gericht op hetverbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> capaciteit om <strong>de</strong> eigen competenties en activiteiten tepercipiëren.Levensverhaal, biografie, toekomst, limieten stellen, hoe u zichzelf ziet, enhoe an<strong>de</strong>re u zien. On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: zelfperceptietheorie.Begeleid creatief werk (bv. schil<strong>de</strong>ren hoe u zichzelf ziet) met voorstelling <strong>van</strong><strong>de</strong> resultaten in <strong>de</strong> groep.233


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 32 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Sociale vaardighe<strong>de</strong>n gericht op arbeid”Gestructureer<strong>de</strong> actie en werkmodules.E. Vollema en W. v/d Lin<strong>de</strong>nStichting Koraal groep – MichaëlschoolSchijn<strong>de</strong>lseweg 15283 AB - Boxtel (Ne<strong>de</strong>rland)Atlas-siw@zonnet.nlStichting Koraal groep – MichaëlschoolSchijn<strong>de</strong>lseweg 15283 AB - Boxtel (Ne<strong>de</strong>rland)ISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenJongeren met leerbeperkingen.Voor <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> dit trainingsprogramma werd het boek “Socialevaardighe<strong>de</strong>n voor zwakbegaaf<strong>de</strong> jongeren” (Sjoerd <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Zee et al.)gebruikt.De ontwikkeling <strong>van</strong> trainingsprogramma’s voor sociale vaardighe<strong>de</strong>n isbegonnen bij <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> ontwikkeld door Arnold Goldstein. Specifiek is dat<strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n aangeleerd wor<strong>de</strong>n op een zeer gestructureer<strong>de</strong>manier met <strong>de</strong> bedoeling <strong>de</strong>ficits bij cliënten weg te nemen door contactmet an<strong>de</strong>re mensen, wat het sociale zelfvertrouwen <strong>van</strong> jongeren verbetert.De trainingsprogramma’s voor sociale vaardighe<strong>de</strong>n zijn gebaseerd optheoretische principes <strong>van</strong> cognitief sociaal leren. Belangrijk is hier hetconcept vorming: weten hoe te han<strong>de</strong>len in bepaal<strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n. Hettrainingsprogramma bestaat uit <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> 4 elementen:1. on<strong>de</strong>rrichting;2. praktijk;3. feedback;4. overdracht <strong>van</strong> <strong>de</strong> training.De trainingsmaterialen bestaan uit:1. informatie verstrekken;2. <strong>de</strong>monstratie (vi<strong>de</strong>o);3. samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerproblemen;4. het rollenspel oefenen/leerervaringsopdrachten;5. feedback door cliënten en trainers;6. samenvatting door trainers;7. huiswerk.Naast het handboek <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerkracht is er een vi<strong>de</strong>o en zijn erinstructiekaarten.234


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 33 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/BestellingenISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialen“Sociale vaardighe<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> werkvloer”“IJzer sme<strong>de</strong>n als het heet is”Migranten in <strong>de</strong> metaalindustrieWim Bom (<strong>de</strong>el 1)Henk Pouw (<strong>de</strong>el 2)Deze uitgave is tot stand gekomen in opdracht <strong>van</strong>:het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Metaalbewerkingsbedrijf insamenwerking met <strong>de</strong> Stichting Opleidingen Metaal. Het projectmanagement<strong>van</strong> OOM Allochtonenproject behoort tot het Centrum InnovatieBeroepson<strong>de</strong>rwijs BedrijfslevenAtlas-siw@zonnet.nlCIBB (bestelaf<strong>de</strong>ling)Postbus 15855200 BP ‘s-Hertogenbosch (Ne<strong>de</strong>rland)Telefoon (+31) 73 61201190 5463 037 XIn het bijzon<strong>de</strong>r gericht op migrantenstu<strong>de</strong>nten die in een gekwalificeer<strong>de</strong>opleiding zitten en aan een werkplaatsing bezig zijn.Het algemene doel <strong>van</strong> het sociaal vaardigheidsprogramma is <strong>de</strong>leerlingen/stu<strong>de</strong>nten te sterken in hun persoonlijke prestaties op <strong>de</strong>werkvloer.Deel 1: LessenGids voor <strong>de</strong> leerkracht en materiaal voor <strong>de</strong> leerlingDeel 2: Raamwerk voor achtergrondinformatie over <strong>de</strong> sector en hetprogramma.Handboek voor <strong>de</strong> leerkracht.Werkboek voor <strong>de</strong> leerling.235


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>34 –-Naam/TitelAuteurs“Soziales Kompetenztraining”SocialecompetentietrainingChristiana Moshammer, Stefan HolzhammerUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingAdolescenten en volwassenen met mentale beperkingen, stoornissen ensocialisatie<strong>de</strong>ficits.De concrete sociale vaardighe<strong>de</strong>n verbeteren.Inhoud/ProgrammaGeen specifieke trainingsmetho<strong>de</strong>.MaterialenAllerhan<strong>de</strong> socialevaardigheidstraining.- 35 -Naam/TitelAuteurs“Step by step”Landau ConsultantsUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/BestellingenAtlas-siw@zonnet.nlISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMensen met een verstan<strong>de</strong>lijke handicap. Jongeren en volwassenen.Een specifieke job juist beginnen, voortzetten en beëindigen. Achtergrond:houd het eenvoudig, of an<strong>de</strong>rs gezegd: toon me <strong>de</strong> stappen die ik moetzetten. Ik wil niet op <strong>de</strong> juiste manier <strong>de</strong>nken; ik wil ie<strong>de</strong>re stap kennen dieik moet zetten, voordat ik <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stap zet.Alle trainingsmaterialen voorbereid voor <strong>de</strong>ze speciale training. Met eenklein team op persoonlijk werken met <strong>de</strong> cliënt.MaterialenCd-rom.236


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n-36 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Stevig Op <strong>de</strong> Werkvloer”Project on<strong>de</strong>r promotorschap <strong>van</strong>:Pedagogisch Centrum Wagenschot vzwSteenweg 2BE-9810 EKE-NAZARETHTelefoon (+32) 9 280 89 60<strong>www</strong>.wagenschot.bePedagogisch Centrum Wagenschot vzwSteenweg 2BE-9810 EKE-NAZARETHTelefoon (+32) 9 280 89 60<strong>www</strong>.wagenschot.beISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenJongeren met weinig zelfvertrouwen in een werksituatie.De sociale vaardighe<strong>de</strong>n en attitu<strong>de</strong> verbeteren.Structuur:- ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong> metho<strong>de</strong>;- algemene aanpak;- handleiding;- trainertest;- jongerentest;- pedagogische en on<strong>de</strong>rwijsinstrumenten;- kaarten voor activiteiten per instrument;- training;- attitu<strong>de</strong>lijst voor jongeren.Cd-rom + werkkaarten.237


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>-37 –Naam/TitelAuteurs“Teamsitzung/Teambesprechung”Teamverga<strong>de</strong>ringChristiana Moshammer, Stefan Holzhammer, Martin FerkUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten en volwassenen met mentale beperkingen, stoornissen,socialisatie<strong>de</strong>ficits.De capaciteit om in een team te werken verbeteren.Conflicten binnen <strong>de</strong> trainingsgroep, discussie over problemen enmoeilijkhe<strong>de</strong>n, <strong>org</strong>anisatie <strong>van</strong> courante activiteiten.Achtergrond <strong>van</strong> <strong>de</strong> training:Een platform creëren waar werk- of traininggerelateer<strong>de</strong> problemenbesproken kunnen wor<strong>de</strong>n, zodat ze <strong>de</strong> dagelijkse training/het dagelijksewerk niet verstoren.Interactie, themagecentreer<strong>de</strong> discussiegroepen.- 38 -Naam/TitelAuteurs“Themenzentrierte Interaktion”Themagecentreer<strong>de</strong> interactie (TCI)Christiana MoshammerUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenc.moshammer@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaAdolescenten en volwassenen met mentale beperkingen, stoornissen,socialisatie<strong>de</strong>ficits.Soms begrijpen mensen met een handicap an<strong>de</strong>re mensen met eenhandicap en hun problemen en moeilijkhe<strong>de</strong>n beter dan een trainer zon<strong>de</strong>rhandicap. Bijgevolg moet <strong>de</strong> TCI een metho<strong>de</strong> zijn om <strong>de</strong> interne mid<strong>de</strong>lenin <strong>de</strong> trainingsgroepen te activeren, en om die personen onafhankelijk temaken <strong>van</strong> professionele hulpverleners.Allerhan<strong>de</strong> problemen en vragen.Kennis <strong>van</strong> TCI is vereist.On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: Ruth Cohn: Themagecentreer<strong>de</strong> interactie.Materialen -238


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 39 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Training of communication”“Hinaus in die Arbeitswelt”, Job wards CDAlphanova Betriebs gesmbH<strong>www</strong>.alphanova.atISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten met problemen om in een groep te communiceren, metproblemen met zelfvertrouwen, problemen met sociaal gedrag.De cliënt is in staat te communiceren en zich te gedragen op een sociaalpassen<strong>de</strong> manier, hij leert naar an<strong>de</strong>ren te luisteren, verwerving <strong>van</strong>probleemoplossingsstrategieën om problemen op te lossen, voor een beterevenwicht tussen zichzelf en <strong>de</strong> omgeving.Klemtoon op essentiële communicatieregels, juist gespreksgedrag,zelfachting, zelfvertrouwen, capaciteit om te communiceren,reflectieprestaties, verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> presentatievaardighe<strong>de</strong>n.On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: positieve communicatie geeft u positievelevenservaring en een verhoog<strong>de</strong> zelfwaar<strong>de</strong>ring.Rollenspel, communicatie in een groep, telefoneren, werken en slechts totéén persoon spreken (individuele gesprekken), discussies, vraaggesprekken,kaartspel.239


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 40 -Naam/TitelAuteurs“Training of daily social competences”Job wards CDUitgever/Ver<strong>de</strong>ler -Informatie/Bestellingenjobwaerts@alphanova.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenAdolescenten met problemen om hun leven aan te kunnen.De cliënt in staat stellen zijn of haar dagelijkse leven aan te kunnen,verhoging <strong>van</strong> <strong>de</strong> zelfachting en zelfwaar<strong>de</strong>ring.On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> theorie: als <strong>de</strong> cliënt zijn of haar dagelijkse leven aankan,zal hij of zij meer emotionele standvastigheid krijgen, wat <strong>de</strong> zelfachting enzelfwaar<strong>de</strong>ring verhoogt.Theoretische leerstof over intermenselijk gedrag.Een relatie verwerven door samen te werken, leren hoe om te gaan metgeld, <strong>de</strong> wekelijkse boodschappen, leren telefoneren, kennis waar hulpvin<strong>de</strong>n, enz.Cd-rom (geen speciale opleiding vereist).-41 -Naam/TitelAuteurs“Training of perceptive faculty”Rainbow, Helmar Dießner: Gruppendynamische Übungen und SpieleUitgever/Ver<strong>de</strong>ler Junfermann Verlag Pa<strong>de</strong>rborn 1997Informatie/Bestellingenat-arbeitstrainingszentrum.ibk@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenCliënten met een mentale beperking, stoornis, psychologische stoornisGevoeligheid voor zichzelf, om te leren en an<strong>de</strong>re mensen te begrijpen, voor<strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> het eigen lichaam: gevoel, verhoging <strong>van</strong> <strong>de</strong>persoonlijke ontwikkeling (persoonlijkheidsontwikkeling)Akoestisch, visueel en tactiel perceptief.Achtergrondtheorie: Als ik mezelf kan voelen, word ik me bewust <strong>van</strong> an<strong>de</strong>remensen.Groepsdynamiekspelen, relaxatie-oefeningen, binnenspelen, tekeningen.240


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n-42 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/Bestellingen“Uit Je Zelf”De projectgroep “Uit Je Zelf” bestaat uit hoog gekwalificeer<strong>de</strong> ontwikkelaars(pedagogisch instituut) en leerkrachten in samenwerken<strong>de</strong> VSO- en MLKscholenin <strong>de</strong> omgeving <strong>van</strong> Rotterdam (Ne<strong>de</strong>rland).De metho<strong>de</strong> werd ontwikkeld in 1996.Projectgroep “Uit Je Zelf”Atlas-siw@zonnet.nlISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialenVSO-MLK-leerlingen voorberei<strong>de</strong>n op werkplaatsingen en/of banen.Aanleren en oefenen <strong>van</strong> praktische en communicatievaardighe<strong>de</strong>n enpersoonlijke ontwikkeling. De woor<strong>de</strong>nschat en <strong>de</strong>communicatievaardighe<strong>de</strong>n vergroten in sociale situaties krijgt heel wataandacht.De metho<strong>de</strong> is gericht op situaties <strong>van</strong> taalgebruik en woor<strong>de</strong>nschat in <strong>de</strong>curriculuminhoud. Taalsituaties wil zeggen: taalgebruik voor specifiekesociale situaties. Hier volgen situaties die leerlingen/stu<strong>de</strong>nten vaaktegenkomen op het werkgerelateer<strong>de</strong> traject. De woor<strong>de</strong>n die ze leren, zijnnodig voor <strong>de</strong> werkplaatsingssituatie.1. aanbod;2. oefenen;3. sollicitatie;4. gebruik.Vi<strong>de</strong>o: bevat 20 situaties waarin jongeren kunnen terechtkomen. Deopnames zijn gemaakt in bedrijven en instellingen waar jongerenwaarschijnlijk een baan kunnen vin<strong>de</strong>n. Elk item wordt onjuist vo<strong>org</strong>esteld,daarna besproken, en vervolgens op <strong>de</strong> juiste manier uitgevoerd. Tapeduur:90 minuten, met aandacht toegespitst op 10 communicatievaardighe<strong>de</strong>n.241


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 43 -Naam/TitelAuteursUitgever/Ver<strong>de</strong>lerInformatie/BestellingenISBNDoelgroepBedoelingInhoud/ProgrammaMaterialen“Waar<strong>de</strong>n en normenspel”Peter Gerrickens & Marijke VerstegeGERRICKENS Training & Adviesgerrickp@xs4all.nl<strong>www</strong>.kwaliteitenspel.nl of <strong>www</strong>.1-stop.<strong>org</strong>.uk-De spellen die door <strong>de</strong>ze <strong>org</strong>anisatie wor<strong>de</strong>n ontwikkeld zijn geschikt voordiverse doelgroepen, maar vooral voor kin<strong>de</strong>ren met leermoeilijkhe<strong>de</strong>n enjongeren <strong>van</strong> meer dan 12 jaar. De trainer/jobcoach beslist of ze passenin het on<strong>de</strong>rsteuningstraject.De bedoeling <strong>van</strong> het waar<strong>de</strong>n- en normenspel is:• bewustzijn <strong>van</strong> eigen waar<strong>de</strong>n en normen;• samenwerking in teams;• discussie over <strong>org</strong>anisatorische waar<strong>de</strong>n;• discussie en wijzigen <strong>van</strong> groepsnormen;• loopbaanplanning;• coachingDe centrale vraag is hier: Wat is belangrijk voor mij?Het spel bevat 140 kaarten ver<strong>de</strong>eld in 3 groepen:• waar<strong>de</strong>n: centrale vraag: Wat geeft voor mij als persoonrichting aan onze acties? Waar<strong>de</strong>voorbeel<strong>de</strong>n: gerechtigheid,integriteit, duurzaamheid, solidariteit;• thema’s: geven domeinen aan waar waar<strong>de</strong>n concreetwor<strong>de</strong>n uitgedrukt. Voorbeel<strong>de</strong>n: leiding, ou<strong>de</strong>rschap,mediaen politiek;• normen: <strong>de</strong> centrale vraag is hier: Welke gedragsregels zijngewenst en niet gewenst in groepen? Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong>groepsnormen: U moet op zichzelf letten, en het is utoegestaan fouten te begaan.Het spel bevat 140 kaarten. De handleiding is aanwezig.242


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 44 -Naam/ TitelAuteursUitgever/ Ver<strong>de</strong>lerInformatie/ Bestellingen“Weekly targets”Angelika Ronge, Anita Koblmüller, Uschi SeitnerCantina habilisBv-p<strong>org</strong>.vol<strong>de</strong>rs@tirol.lebenshilfe.atISBN -DoelgroepBedoelingInhoud/ ProgrammaMaterialenMensen met mentale beperkingen, sociale <strong>de</strong>ficits, problemen met zelfreflectie.De zelfreflectie, persoonlijke ontwikkeling, zelfachting <strong>van</strong> <strong>de</strong> cliënt verhogendoor het doel te bereiken.De cliënt kiest zelf een doel, en maakt een evaluatie op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> week.Achtergrond: problemen met zelfachting, zelfwaar<strong>de</strong>ring, problemen metzelfreflectie.Het wekelijkse doel wordt ingeschreven op een formulier, <strong>de</strong> cliënt probeertie<strong>de</strong>re dag het doel te bereiken, en op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> week maakt <strong>de</strong> cliënteen evaluatie.243


Sociale competenties verwerven en bewijzen: op <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> <strong>ATLAS</strong>- 45 -Naam/ Titel“11 voor gedrag” <strong>de</strong>el 1AuteursUitgever/ Ver<strong>de</strong>lerInformatie/ BestellingenEdu’Actief b.v.R.J.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r PloegEdu’Actief b.v. MeppelPostbus 10567940 KB – Meppel (Ne<strong>de</strong>rland)Telefoon (+31) 522 235235R.J.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r PloegEdu’Actief b.v. MeppelPostbus 10567940 KB – Meppel (Ne<strong>de</strong>rland)Telefoon (+31) 522 235235ISBN 906053 3291DoelgroepBedoelingInhoud/ ProgrammaMaterialenCliënten op reïntegratietrajecten, in ge<strong>van</strong>genissen, leerlingen/stu<strong>de</strong>nten inpraktische opleiding, dubbele leerwegen, LWOO-groepen(leerwegon<strong>de</strong>rsteunend on<strong>de</strong>rwijs) en klas 3 en 4 in het VMBO(voorberei<strong>de</strong>nd mid<strong>de</strong>lbaar beroepson<strong>de</strong>rwijs).- bewustzijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> eigen attitu<strong>de</strong> (klemtoon op extern of intern);- goe<strong>de</strong> voorbereiding op baan en beroep;- effectieve verbetering <strong>van</strong> beroepsattitu<strong>de</strong>;- ontwikkeling <strong>van</strong> groot aantal basisvaardighe<strong>de</strong>n zoals:samenwerken, luisteren, plannen, waarnemen, afgezon<strong>de</strong>rd zijn,enz.Een filmploeg heeft in samenwerking met leerkrachten scènes ontwikkeld dieongeveer elf rele<strong>van</strong>te attitu<strong>de</strong>aspecten tonen. Scènes die cliëntenaanmoedigen om te over<strong>de</strong>nken en te bespreken met an<strong>de</strong>ren. Een aantalgelamineer<strong>de</strong> instructiekaarten biedt een stevig raamwerk voor aantrekkelijkeafhan<strong>de</strong>lingsoefeningen.Een koffer met:- dvd, vi<strong>de</strong>o:- een stel instructie kaarten 11 x 10 (ie<strong>de</strong>re vaardigheid heeft eenan<strong>de</strong>re kleur);- handboek voor <strong>de</strong> leerkracht- inschrijvingsformulieren voor een gratis implementatieverga<strong>de</strong>ringvoor 2 trainers/ coaches244


Bijvoegsel 9 - Overzicht trainingsmetho<strong>de</strong>n- 46 -Naam/ TitelAuteursUitgever/ Ver<strong>de</strong>lerInformatie/ Bestellingen“11 voor gedrag” <strong>de</strong>el 2Agressie, cultuur en overlegEdu’Actief b.v.R.J.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r PloegEdu’Actief b.v. MeppelPostbus 10567940 KB – Meppel (Ne<strong>de</strong>rland)Telefoon (+31) 522 235235R.J.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r PloegEdu’Actief b.v. MeppelPostbus 10567940 KB – Meppel (Ne<strong>de</strong>rland)Telefoon (+31) 522 235235ISBN -DoelgroepCliënten op reïntegratieleerwegen, in ge<strong>van</strong>genissen, leerlingen/stu<strong>de</strong>nten in praktische opleiding,dubbele leerwegen, LWOO-groepen (leerwegon<strong>de</strong>rsteunend on<strong>de</strong>rwijs) en klas 3 en 4 in het VMBO(voorberei<strong>de</strong>nd mid<strong>de</strong>lbaar beroepson<strong>de</strong>rwijs).BedoelingInhoud/ ProgrammaMaterialenLessenreeks over beroepsattitu<strong>de</strong>.Inhoud:- veran<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> samenleving;- invloed <strong>van</strong> han<strong>de</strong>l en industrie;- veran<strong>de</strong>rend on<strong>de</strong>rwijs;- vraag <strong>van</strong>wege on<strong>de</strong>rwijs.- vi<strong>de</strong>o/dvd;- instructiekaarten;- handleiding voor <strong>de</strong> leerkracht.245

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!