Agrodieren.be weide afrastering, schrikdraad, schrikdraadapparaten, hekken en toebehoren

Zo werkt een schrikdraadsysteem!
De elektrische afrastering voor weiden: een kringloopsysteem
A) Schrikdraadapparaat
B) Geleidermateriaal
C) Isolatoren
D) Palen
E) Aardpennen
Werking van de elektrische afrastering
voor weiden:
Wanneer een dier met de elektrische
geleider (lint, litze of koord)
in aanraking komt, dan wordt het
stroomcircuit gesloten en krijgt
het dier een elektrische schok. Die
is voor het dier echter volkomen
ongevaarlijk, maar het doel ervan
is dat het dier de elektrische afrastering
in de toekomst met respect
tegemoet komt.
Schrikdraadapparaat:
het schrikdraadapparaat geeft regelmatige stroomstoten af en is dus het »hart« van het elektrische weideschrikdraadsysteem. Doorslaggevend voor de selectie van het
juiste apparaat is onder andere de hoogte van de spanning bij weerstand. Daarbij wordt doorgaans uitgegaan van een weerstand van 500 Ohm, omdat die ongeveer
overeenkomt met de weerstand op de afrastering bij aanraking door een dier. Denk eraan dat deze spanning volgens de VDE-voorschriften niet lager dan 2.500 volt
mag zijn, omdat anders de werking van de elektrische afrastering voor weiden beperkt wordt (voor dieren met een dikke huid adviseren wij een minimumspanning van
4.000 volt).
Daarom werd bij de nieuwe net- en accu-apparaten van Euro Guard onder andere een optisch waarschuwingssignaal ingebouwd, dat al actief wordt wanneer de
spanning onder 2.500 volt daalt en zo een optimale bewakingsveiligheid garandeert. De eveneens vaak aangegeven nullastspanning heeft daarentegen slechts een
beperkte geldigheid. Een ander belangrijk gezichtspunt bij de selectie van het apparaat is de zogenaamde impulsenergie die in tegenstelling tot laadenergie (energie
in het apparaat) het werkelijke uitgangsvermogen aanduidt.
Exacte specificaties over de technische gegevens van onze Euro Guard schrikdraadapparaten vindt u in de tabellen op de pagina's 3 tot 10. Deze tabellen vermelden
onder andere ook aanbevolen lengtes van afrasteringen voor de afzonderlijke apparaten. Houd er rekening mee dat het bij de lengte van de afrastering volgens VDE
enkel om een theoretische waarde gaat die in de praktijk, omwille van verschillende invloeden (bijv. begroeiing bij de afrastering), niet bereikt wordt.
Wanneer er in de buurt een stopcontact is, dient men altijd voor een netapparaat te kiezen, omdat daarmee - dankzij de veilige stroomvoorziening die hiermee gepaard
gaat - een optimale bewakingsveiligheid bereikt wordt. Zonder netaansluiting geldt: bij langere afrasteringen en moeilijk te bewaken resp. te verdrijven dieren
(bijv. everzwijnen) adviseren wij een 12 volt-accu-apparaat resp. apparaat met zonnepaneel. Bij kortere afrasteringssystemen en gemakkelijk te bewaken dieren zoals
paarden, kunnen daarentegen ook zonder problemen 9 volt-batterij-apparaten gebruikt worden.
Elektrische geleider:
de elektrische geleider (roestvrij stalen resp. vertinde koperdraden) transporteren de stroom! Deze geleiders zijn er als afrasteringslint, afrasteringskoord, afrasteringslitze
en afrasteringsdraad. Verder kunt u uit vier verschillende kwaliteitsniveaus kiezen: Star, Profi, Classic en Basic.
Isolatoren:
hou altijd in de gaten of de isolatoren in perfecte staat verkeren. Slijtageverschijnselen door het weer of plaatsen waar tegenaan geschuurd is, kunnen de isolatie
beïnvloeden. Wanneer er „lekstroom“ ontstaat, is de bewakingsveiligheid niet meer gegarandeerd. Controleer daarom permanent of de gebruikte isolatoren niet
beschadigd zijn en vervang beschadigde isolatoren onmiddellijk. Let er ook op dat u de juiste isolatoren voor het beoogde doel gebruikt.
Aarding:
een heel belangrijk punt dat in de praktijk vaak onverantwoord verwaarloosd wordt. Wanneer het dier de elektrische geleider aanraakt, wordt het stroomcircuit gesloten
– echter alleen wanneer de stroom die via het dier in de bodem stroomt, via aardpennen terug in het apparaat kan geraken. Er dient daarbij op gelet te worden
dat voor verschillende apparaten ook een specifieke aarding vereist is. Voor net- en accu-apparaten zijn bijvoorbeeld twee tot drie aardpennen vereist. Daarnaast
speelt de bodemkwaliteit een essentiële rol bij de selectie van de juiste soort en het juiste aantal aardpennen. Zo biedt een droge bodem een hogere weerstand dan
een vochtige en is daarvoor overeenkomstig een sterkere aarding nodig.
3